7 minute read

Toelichting bij het concept en recente voorbeelden van de IBB’s van de CBN

17

Toelichting bij het concept en recente voorbeelden van de IBB’s van de CBN

Advertisement

Sinds 27 mei 2019 kan het College van de CBN aanvragen van “Individuele Beslissingen inzake Boekhoudrecht” (de zogenaamde “IBB’s”) ontvangen en behandelen. Sindsdien zijn reeds een 10-tal IBB’s gepubliceerd op de website van de Commissie voor Boekhoudkundige Normen (CBN). In deze bijdrage lichten we, op basis van de info die beschikbaar is op de website van de CBN, toe wat de IBB’s zijn en worden een aantal recente IBB’s voorgesteld.

De adviezen van de CBN

De CBN heeft als wettelijke opdracht de regering en het parlement van advies te dienen en door middel van adviezen en aanbevelingen bij te dragen tot de ontwikkeling van de leer van het boekhouden en de beginselen te bepalen van een regelmatige boekhouding.

Ondernemingen, vennootschappen, verenigingen zonder winstoogmerk en stichtingen kunnen, net zoals de cijferberoepers, kosteloos vragen richten aan de Commissie. Deze vragen kunnen aanleiding geven tot adviezen van de Commissie die te kwalificeren zijn als gezaghebbende technische doctrine en die een belangrijke rechtsbron vormen bij de interpretatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke boekhoudvoorschriften. De CBN-adviezen zijn alom gekend, worden op heel wat fora aangehaald en besproken, en worden ruim toegepast.

Wat zijn dan IBB’s?

Minder gekend en vrij recent zijn echter de IBB’s. Naast het formuleren van adviezen die algemeen van toepassing zijn, formuleert de CBN via een bijzonder College namelijk ook antwoorden op specifieke individuele vragen. De vragen moeten de toepassing van de bepalingen van de CBN-adviezen of het Belgische boekhoud- en jaarrekeningenrecht betreffen in de bijzondere, nauwkeurig uiteengezette situatie waarin de aanvrager zich bevindt. Dit kan zowel betrekking hebben op een investering, een contract, een vaste inrichting in België als op enige andere duidelijk omschreven situatie waarin wordt verwezen naar een concreet project waarvan de realisatie ernstig wordt overwogen. Het mag dus niet gaan om louter theoretische vragen, die enkel bij wijze van hypothese worden overwogen.

In de schoot van de Commissie werd daartoe een College opgericht dat in antwoord op dergelijke specifieke vragen “Individuele Beslissingen inzake Boekhoudrecht” (IBB) formuleert. IBB’s verduidelijken aldus de manier waarop de aanvrager het Belgische boekhoudrecht dient toe te passen in een specifieke situatie of bij een bijzondere verrichting. In de meeste gevallen betreft het een verduidelijking van hoe de CBNadviezen of de wettelijke bepalingen in die specifieke omstandigheid moeten worden toegepast.

Het College dient trouwens steeds de CBN-adviezen te volgen.

Zijn er echter geen adviezen, noch wettelijke of reglementaire bepalingen waarop het College zich kan beroepen, dan vraagt het College eerst advies aan de Commissie. Zo ook wanneer het College van oordeel is dat de bestaande CBNadviezen ontoereikend, onvolledig of voor wijziging vatbaar zijn of indien het College van oordeel is te moeten afwijken van het door de Commissie ingenomen algemeen geldende standpunt.

Aanvragen van een IBB

Bemerk dat IBB’s enkel gevraagd kunnen worden door het bestuursorgaan van de onderneming. Dat kan die bevoegdheid delegeren aan een advocaat, accountant (gecertificeerd), bedrijfsrevisor of aan eenieder die het bestuursorgaan daartoe mandateert.

Aanvragen kan via de website van de CBN en is gratis.

In principe wordt een antwoord gegeven binnen de twee maanden nadat het aanvraagdossier volledig is.

Niet bindend

Net zoals adviezen geen bindend karakter hebben, is dat ook zo voor de IBB’s. Het antwoord van het College bindt het bestuursorgaan dus niet. Het is een opinie van het College, op basis van de door het bestuursorgaan voorgelegde elementen. Het bestuursorgaan kan dus van het antwoord van het College afwijken.

18

Tevens raakt een antwoord van het College niet aan de prerogatieven van de rechterlijke macht.

Publicatie

De IBB’s worden geanonimiseerd gepubliceerd op de website van de CBN.

Ook derden kunnen zich laten inspireren door het antwoord van het College.

IBB en de fiscus

Een IBB zou fiscale gevolgen kunnen hebben voor de aanvrager. Gezien de band die bestaat tussen het boekhoudrecht en het fiscaal recht, en in het bijzonder omwille van de primauteit van het boekhoudrecht op het fiscaal recht, dient minstens één lid van het College (binnen de CBN) tevens collegelid te zijn van de Dienst Voorafgaande Beslissingen in Fiscale Zaken (DVB).

Als een aanvraag voornamelijk fiscaalrechtelijke gevolgen heeft, kan een IBB trouwens niet worden gegeven, tenzij in casu: • de primauteit van het boekhoudrecht reeds werd erkend; of • de aanvrager akkoord gaat met een overleg met de bevoegde belastingautoriteit; of • de aanvrager ermee instemt dat een aanvraag om voorafgaande beslissing in fiscale zaken zal worden ingediend met een overleg met de DVB tot gevolg.

Enkele recente voorbeelden (2021)

In IBB 2021/04 legt vennootschap A, die deel uitmaakt van een internationale technologiegroep en als doel heeft het creëren en ontwikkelen van geneesmiddelen, een situatie voor waarbij ze vraagt of bepaalde betaalde sales milestone-vergoedingen en royalties mogen worden geactiveerd. Op basis van de situatieschets wordt in de IBB beschreven hoe het College deze betalingen interpreteert om tot de beslissing te komen dat, in dat specifieke geval, vennootschap A de milestone-vergoedingen en de royalties die zullen worden betaald aan vennootschap B, boekhoudkundig

geactiveerd kunnen worden, gezien op afdoende wijze werd aangetoond dat er sprake is van future economic benefits en deze variabele betalingen bijgevolg een investeringskarakter hebben.

Zowel in IBB 2021/02 als in IBB 2021/03 wordt bepaald of maatschappij C, die een bepaald verzekeringsproduct (een ‘branche’ 6 product) wil onderschrijven bij maatschappij D – een verzekeringsmaatschappij naar Luxemburgs recht – dat product boekhoudkundig al dan niet als vastrentend effect kan kwalificeren. Na een toelichting van de voor de kwalificatie relevante kenmerken van die specifieke verzekeringsproducten komt het College in beide gevallen tot de conclusie dat, gelet op die kenmerken, een boekhoudkundige verwerking conform de principes voor vastrentende effecten niet mogelijk is. Volgens het College waarborgen de (afzonderlijk) beschreven producten in casu geen rendement, noch kapitaal, waardoor een jaarlijkse opbrengsterkenning van verlopen interesten gedurende de looptijd, gezien het onzekere karakter ervan, voor beide producten niet mogelijk is. Vermits de effectieve inning van eventuele opbrengsten onzeker is tijdens de looptijd van het beschreven product, is enige opbrengsterkenning, behoudens terugname van een geboekte waardevermindering, niet mogelijk tot op het ogenblik van de vervaldag of bij vervroegde wederinkoop. De beschreven producten dienen op de actiefzijde van de balans te worden geboekt als “5101 Geldbeleggingen andere dan vastrentende beleggingen”.

IBB 2021/01 betreft de aanvraag of de door het bestuursorgaan van maatschappij E voorgestelde correctie van de jaarrekeningen voor een aantal boekjaren tussen 2011 en 2018 conform CBN-advies 2020/12 en in overeenstemming met het Belgische boekhoudrecht is. Maatschappij E wil de correctie doen wanneer zij als initieel leasingnemer (het betreft de lease van een gebouw hetwelk klassiek via een erfpacht en onroerende lease werd gefinancierd) en onderdeel van een groepsvennootschap F, na een overname van de groepsvennootschap F door een andere groepsvennootschap G, het leasecontract wil overzetten naar die andere groepsvennootschap G, waarbij vastgesteld wordt dat de boekhoudkundige verwerking zoals initieel werd vormgegeven bij maatschappij E als een on-balance lease, niet correct was. Een off-balance lease zou correcter zijn geweest. Het College bevestigt na studie van de specifieke kenmerken van de voorgestelde situatie dat de initieel aangegane transactie effectief als een off-balance lease beschouwd had moeten worden en niet als een on-balance lease. Volgens het College kunnen de oorspronkelijke boekingen sinds 2011 aangepast worden, waarbij de resultaatsimpact telkens toegewezen wordt aan de rekening “141 Overgedragen winst”. De interestcomponent vervat in de leasingtermijnen wordt geboekt onder de 61-rekening, hetgeen een impactvolle wijziging in de eigen vermogenspositie en de operationele resultaten (EBITDA, EBIT …) voor de boekjaren sinds 2011 tot gevolg heeft.

Bovenstaande IBB’s betreffen de huidige jaargang. In 2020 werden ook reeds 5 IBB’s gepubliceerd, in 2019 was er 1 IBB.

Bemerk dat bovenstaande voorbeelden vooral bedoeld zijn om aan te geven welke “bijzondere nauwkeurige uiteengezette situaties” aanleiding kunnen geven tot IBB’s en welke de uitspraken zijn van het College.

Voor een gedetailleerde toelichting over hoe het College tot zijn conclusies komt, wordt verwezen naar de uitgeschreven IBB’s, die te consulteren zijn op de website van de CBN, meer bepaald op https://www.cbncnc.be/nl/individuele-beslissingen.

iStockphoto.com/ridvan_celik.

19

Prof. dr. Stijn Goeminne

Maak kennis met de accountancy software van Exact en word een cijferheld Maak kennis met de accountancy software van Exact en word een cijferheld +

Onze financiële software is het hart van elke onderneming. Want op het juiste moment over de juiste cijfers beschikken om zo het beste advies te geven, is de basis voor elke accountant. Onze financiële software is het hart van elke onderneming. Want op het juiste moment over de juiste cijfers Zorg voor meer efficiëntie en werk online samen, waar en wanneer u wilt. Wij geven u met realtime inzicht beschikken om zo het beste advies te geven, is de basis voor elke accountant. in de cijfers een ijzersterke financiële basis, zodat u een cijferheld wordt. Zorg voor meer efficiëntie en werk online samen, waar en wanneer u wilt. Wij geven u met realtime inzicht in de cijfers een ijzersterke financiële basis, zodat u een cijferheld wordt.

This article is from: