10 minute read

Grote Schelpenteldag 2023

Op 25 maart ging de – ondertussen al traditie geworden – Grote Schelpenteldag weer van start. Het concept is nog steeds hetzelfde: vrijwilligers verzamelen volgens een vast patroon 100 schelpen op de deelnemende strandlocaties en laten ze door kenners vervolgens determineren.

Tellen kon niet enkel in één van de 10 Belgische kustgemeenten, maar ook in Nederland, dat vorig jaar voor de eerste keer deelnam, en wel over hun volledige kustlijn. In Noord-Frankrijk debuteerden medewerkers van CPIE Flandre Maritime in Zuydcoote in een soortgelijke proefopzet. Ongeveer 2.000 vrijwilligers telden 82.444 schelpen, waarvan 40.770 in België, 34.689 in Nederland en 6.985 in Frankrijk. In totaal werden er 66 verschillende soorten gedetermineerd, 6 meer dan vorig jaar. Net zoals tijdens de vorige editie stond de halfgeknotte strandschelp samen met het nonnetje met 23% in België op de eerste plaats, op de kop gevolgd door de kokkel met 21%. In Nederland was dat ook de halfgeknotte strandschelp, met op de tweede plaats de kokkel en vervolgens de ovale strandschelp. Het nonnetje haalde enkel in Zeeland de top vijf. In Frankrijk was het de kokkel, de gewone tapijtschelp en de mossel. De Amerikaans zwaardschede ging in alle landen voor de vierde plaats.

Advertisement

Dit jaar lag de focus op schelpen met gatjes, veroorzaakt door roofslakken zoals de purperslak en de tepelhoren. Zij doorboren met hun rasptong de schelp van hun slachtoffers om hen vervolgens leeg te zuigen. Behuizingen van de moordenaars werden maar sporadisch gevonden: 14 exemplaren van de purperslak, 106 grote tepelhorens en 147 glanzende tepelhorens. Minder dan 1% van de gevonden schelpen bleek na forensisch onderzoek tot hun slachtoffers te behoren, wat best meevalt. In de helft vande gevallen ging het om de halfgeknotte strandschelp, de overige belangrijke prooien waren het zaagje, de ovale strandschelp, de stevige strandschelp en het nonnetje. Vaak bleken de aangetaste schelpen ook al een beetje ouder.

Dit jaar waren 9% van de schelpen – verdeeld over 6 soorten – afkomstig van exoten. Vorig jaar was dat met 10% een gelijkaardig resultaat. De concentratie aan exoten zoals de Amerikaanse zwaardschede, de Amerikaanse strandschelp en de Filipijnse tapijtschelp neemt duidelijk toe naarmate je meer in de richting van het Kanaal gaat verzamelen.

Het is niet ondenkbaar dat er nog meer patronen tevoorschijn gaan komen als Frankrijk volgend jaar de deelname zou uitbreiden. We houden het in ieder geval in de gaten.

In de handen van de zee ben ik vergeten, alles wat ik van de wereld niet vergeten kon

Paul Snoek

Advertentie

NELOS CDC – Diving Services – www.divingservices.be

 Lidmaatschap NELOS – CDC

 Duikuitstappen met Belgische Instructeurs (> 200 duiksites)

 Daguitstappen naar Cavalaire ( Togo – Rubis – Arroyo - …)

 Opleidingen Compressoroperator – OW-Scooter – Blender –OW fotografie en Video

 Nitrox, Zuurstof en Trimix vullingen – Intersorb / Sofnolime

 Technisch Service Centrum

Camping ‘Les Rives de l’Agay’ - www.camping-lesrivesdelagay.com

 Frans – Vlaams management

 Verblijf in mobilhome 4-6 personen

 Verblijf in eigen tent, mobilhome of caravan

 Mogelijkheid vol of half pension voor groepen (+ 10 pers)

 Nieuw: vergaderzaal beschikbaar voor groepen

 Nieuwe sanitaire faciliteiten

PROMO 2/09/23 tot 4/11/2023  7=6

Vakantie voor individuele duikers & clubs - Servicecentrum voor technische duikers

Info: www.divingservices.be – ronny@divingservices.be

+32 473 96 13 50

Duikers zijn allemaal een beetje avonturiers. Om de duiksport te omarmen, moet je immers op zoek zijn naar ietwat ongewone en ongebruikelijke ervaringen. Zodra we de basisbeginselen onder de knie hebben, gaan we het avontuur tegemoet. Eerst in één of andere donkere plas, dan in de getijden van de Oosterschelde en daarna steeds verder en verder, nieuwe horizonten tegemoet. Maar waar ligt de grens? Op de Zuidpool?

Duiken in Antarctica wint steeds meer aan populariteit. Het exclusieve karakter van het gebeuren inspireert hoe langer hoe meer liefhebbers om de koude wateren te verkennen. Maar is het nog (ecologisch) verantwoord en hoe pak je dit het best aan? Toerisme in Antarctica nam een aanvang omstreeks 1950 toen Chileense en Argentijnse koopvaardijschepen zeer welstellende reizigers aan boord namen naar de Zuidelijke Shetlandeilanden. Deze onbewoonde eilandengroep ligt ongeveer 120 kilometer van het Antarctisch schiereiland en er was ooit een walvisoliefabriek gevestigd.

Lars Eric Lindblad, een Zweeds-Amerikaanse touroperator, kwam in 1966 op het idee toeristen naar het vasteland van Antarctica te brengen. In 1969 liep zijn eerste expeditieschip, de Lindblad Explorer, van stapel in Finland. Na een bewogen eerste vaart, waarbij het schip vuur vatte in het midden van de Atlantische Oceaan en in Montevideo werd hersteld, kon het in februari 1970 aan zijn eerste Zuidpooltocht beginnen. De gefortuneerde toeristen aan boord genoten van een uitstekend comfort voor die tijd, luisterden naar voordrachten en maakten uitstapjes met een kleine vloot Zodiac-rubberboten.

Sindsdien stijgt het aantal cruiseschepen dat de Zuidpool aandoet op exponentiële wijze. In 2017 waren er 65 schepen geregistreerd bij IAATO (International Association of Antarctica Tour Operators), vandaag 93. Wie schepen zegt, zegt ook passagiers. In de Zuidpoolzomer van 2022-2023 bezochten 106.000 toeristen het gebied, tegenover 74.000 in 2019-2020 en 38.475 in 2015-2016.

Antarctica is toch heel groot, zeg je? Ja, dat klopt. Het continent heeft een oppervlakte van 13,66 miljoen vierkante kilometer en is dus groter dan Europa of Australië, maar het is voor het overgrote deel (voorlopig nog) onbereikbaar voor toeristen. Bijna negentig percent van hen bezoekt het 'kleine' Antarctisch Schiereiland in het noordwesten van het continent, op twee dagen varen van de vertrekhavens van Ushuaia in Argentinië of Punta Arenas in Chili.

Deze toeristische zone is amper 500 km lang (zowat de afstand tussen Brussel en Hamburg) en er zijn maar enkele tientallen plaatsen waar bezoekers gemakkelijk en veilig aan land kunnen gaan. Het bezoch- te gebied is amper een 200 hectaren groot, hetzij een kleine 300 voetbalvelden. elkaar niet voor de voeten lopen of varen

Je reist naar Antarctica tussen half november en eind februari. Deze korte termijn en het klein aantal locaties waar er kan aangelegd worden, maken dat de schepen elkaar wel wat voor de voeten lopen of (beter gezegd) over de boegen varen.

Het toerisme en andere menselijke activiteiten worden gelukkig gereguleerd door een aantal internationale overeenkomsten die samen het 'Antarctic Treaty System' (ATS) worden genoemd. Dit ATS laat maar één schip tegelijk op een landingsplaats toe. De meer dan 90 schepen die er rondvaren (plus enkele privéjachten van de rijksten van de wereld) moeten dus met elkaar afspreken en verstoppertje spelen om het verkoopargument van een exclusieve reis en van een 'once in a lifetime' ervaring niet te schaden.

Niet elke kapitein houdt echter rekening met de ATS-regelgeving of met de hierboven vermelde beperking om jouw reis tot een unieke en benijdenswaardige ervaring te maken. Controle is immers onmogelijk, omdat geen enkele staat eigen bevoegdheid kan inroepen. Antarctica behoort immers niemand toe (zie ook het kaderstuk 'Een vlag voor Antarctica').

De onvoorspelbare weersomstandigheden zorgen er daarenboven voor dat de bezochte plaatsen soms meer toeristen dan pinguïns tellen. In de zomer (onze winter) 2021-2022 werden er op Cuverville Island alleen al 8.511 toeristen aan land gezet met een RIB. Dit eiland in de toeristische zone herbergt een grote kolonie ezelspinguïns (Pygoscelis papua) en vormt op deze manier een zeer aantrekkelijke natuurlijke zoo.

De Gevolgen

De polen warmen vandaag de dag sneller op dan de rest van onze planeet. Een onderzoek van het wetenschappelijk tijdschrift Nature Communications dat in februari 2022 verscheen, stelt zelfs dat de opwarming van Antarctica tussen 2016 en 2020 drie keer sneller is verlopen dan de opwarming op de rest van de planeet. Volgens de wetenschappers behoort de toenemende menselijke activiteit op de Antarctische aanlegplaatsen tot één van de belangrijkste oorzaken van het smelten van de ijskap. Het onderzoek wijst uit dat elke individuele toerist bijdraagt tot het smelten van 83.000 kg ijs of sneeuw. Dit gebeurt door toeristische cruises, waterscooters, vliegtuigen, helikop- ters, terreinwagens, generatoren en andere krachtcentrales.

Eerlijkheidshalve moet hier ook bij genoteerd worden dat de ecologische voetafdruk van de individuele wetenschapper zelf nog veel groter is dan die van de toerist. De grootste hoeveelheid roet verantwoordelijk voor het smelten van het ijs werd gemeten bij het Argentijnse onderzoeksstation in Hope Bay op het Trinity-schiereiland.

De toeristische industrie is zich bewust van de gevaren van een ongebreidelde expansie. Dit heeft niet alleen gevolgen voor de natuur, maar ook voor de rendabiliteit van de eigen cruiseschepen. Om die redenen heeft ATS een aantal aanbevelingen gedaan om de toeristische activiteit te reguleren. Zo mogen er maar maximum 100 passagiers tegelijkertijd aan wal worden gezet en mo- gen de expeditieschepen die dit aanbieden maar maximaal 500 passagiers aan boord hebben. Schepen die plaats bieden aan meer dan 500 passagiers mogen natuurlijk wel door het gebied varen.

Voor alle schepen die zuidelijker dan 60° Z koersen, geldt het verbod om zware stookolie te vervoeren of te verbranden, omdat deze brandstof beduidend meer bezoedelt dan de duurdere lichte fuel.

Alle rederijen die Antarctica aandoen, hebben zich ook vrijwillig aangesloten bij het IAATO (International Association of Antarctica Tour Operators). Deze organisatie bepaalt de manier waarop het toerisme in Antarctica moet geleid worden en werkt zelfregulerend. Dit roept meteen wel wat vragen op. Bedrijven die samen een winstgevende activiteit uitbaten, bepalen hier immers zelf op welke manier ze dat gaan doen. De vrees bestaat dat de regelgeving onder druk zal komen te staan wanneer het aantal toeristen toeneemt.

Greenwashing

Alle rederijen en touroperators wedijveren om zich een groen imago aan te meten in hun publiciteit. Zo promoot bijvoorbeeld de rederij Ponant een cruise met hun nieuwste expeditieschip, de Commandant Charcot, als een duurzame verkenning van de poolstreken, met behoud van het milieu. De ijsbreker beschikt over een hybride voortstuwing met batterijen en LPG. De 50 ton zware lithium-ion batterijen geven het vaartuig echter maar een autonomie van één à maximaal twee uren en het schip heeft nog steeds 4.000 m3 diesel aan boord tegenover

4.500 m3 LPG. De maatschappij werd voor deze misleidende reclame in augustus 2022 veroordeeld door de JDP (Jury de Déontologie Publicitaire, het Franse equivalent van onze JEP, Jury voor Eerlijke Praktijken inzake Reclame).

Ecologie als verkoopargument wordt door nagenoeg alle rederijen gebruikt. Alle schepen hebben echter tal van RIB's aan boord en de potentiële zuidpooltoerist wordt om de oren geslagen met een opbod aan helikoptervluchten en waterscootertochten om het gebied te verkennen. De maatschappij Seabourn Cruises biedt zelfs onderzeeboottochten aan en op Deceptioneiland kan je genieten van een thermisch bad in een vulkaan.

En duiken, hoe doe je dat?

Een aantal gespecialiseerde duikcentra bieden via het internet duikexpedities aan in Antarctica. Om begrijpelijke redenen gaat het hier echter nooit om een 'liveaboard' zoals je ze kent in meer bereikbare streken. Je moet inschepen op één van de cruiseschepen die het gebied bezoeken. De tussenkomst van het duikcentrum bestaat er enkel in je te begeleiden en je materieel te helpen, maar het duiken wordt tijdens de expeditie beschouwd als één van de activiteiten die de rederij faciliteert. Hierbij moet worden opgemerkt dat verschillende rederijen, zoals het Franse Ponant of het Nederlandse Oceanwide Expeditions, zélf het duiken in hun aanbod opnemen en dat de tussenkomst van een duikcentrum daardoor overbodig is.

Met wat hierboven staat is de toon meteen gezet: duiken in Antarctica wordt een dure aangelegenheid. De goedkoopste cruise met duikmogelijkheid die ik op het internet vond voor het seizoen 2023-2024 kost ongeveer 9.000 euro per persoon. Voor die prijs vaar je dan een tiental dagen op de Plancius, een gerenoveerd schip uit 1976. Reken hierbij de vlucht naar Ushuaia en enkele hotelnachten ter plaatse, alsook het zogenaamde duikpakket.

Het aantal duiken dat je zal kunnen doen, varieert tussen nul en in het allerbeste geval tien, afhankelijk van de weersomstandigheden en van de reisroute.

Een meer comfortabele cruise kost je tussen 15.000 en 25.000 euro per persoon zonder transfers.

Je hebt natuurlijk je CMAS-kaart nodig en je zal hoogstwaarschijnlijk nogmaals naar de dokter moeten om een bijkomende gezondheidsverklaring te laten invullen voor de cruise. De meeste rederijen eisen dit document, omdat medische hulp tijdens de expeditie nagenoeg onmogelijk is.

Je hebt best wat ervaring met het duiken in (zeer) koud water en enkele rederijen vragen dat je via je logboek een dertigtal duiken met een droogpak kan aantonen.

Als je je niet laat begeleiden door een duikcentrum zal je buddygewijs duiken, zonder gids. De operator zorgt enkel voor een veiligheidsboot aan de oppervlakte, die normaal gezien bemand is door een ervaren duikinstructeur die de duikplaats kent.

En het spreekt vanzelf dat je al het duikgerief zelf mee moet brengen, met inbegrip van reserve-onderdelen. Op het schip zijn enkel flessen en lood ter beschikking.

Wat ga je zien?

De duiken kunnen variëren van ondiepe ijsduiken, duiken langs een wand, vanaf het strand tot duiken vanaf een RIB. De maximale diepte bedraagt 20 meter.

Behoudens de feeërieke ijstaferelen in helder water bestaat de fauna vooral uit zeeanemonen, salpen, sponzen, slakken, zeenaaktslakken, zeesterren – vooral zonnesterren, kussensterren en slangsterren – en diverse krabbensoorten. Met wat geluk kom je ook de voorhistorische 'Giant isopod' (Glyptonots arcticus) en de zee-engel of naakte zeevlinder (Clione limacina) tegen. Zeehonden, zeeluipaarden en pinguïns kunnen eveneens onder water waargenomen worden. De flora is vrij beperkt, maar op sommige plaatsen zijn er grote kelpwouden.

Omdat Antarctica een continent is en geen land, heeft het officieel geen vlag. Toch zijn er veschillende vexillologen (vlaggenkundigen) die zich geroepen hebben gevoeld om een vlag voor dit gebied te ontwerpen. De meest bekende in de rij heet Graham Bartham. Hij tekende een vlag op basis van de vlag van de Verenigde Naties. Een witte kaart van het continent omringd door een blauwe oceaan.

Kendall Smith ontwierp dan weer een oranje vlag gebaseerd op de internationale reddingskleur. Het unieke ontwerp is uitstekend te zien in de sneeuw. De 'A'

Wie trouwens meer wil weten over duiken in Antarctica kan best het uitgebreide artikel van onze hoofdredacteur Ivo Madder lezen in Hippocampus nr. 264 (www.nelos.be/hippo264) 

PATRICK SWINNEN

Bronnen:

• The British Antarctic Survey

• IAATO: https://iaato.org

• Wilson Center – Polar Perspectives

• The Print – Snow melt in Antarctica

• Avis du Jury de Déontologie Publicitaire van de vlag staat voor Antarctica, de schotel dient om het zuidelijkste deel van de wereldbol te stileren, de handen beelden de vrede uit en het wit vertegenwoordigt de sneeuw.

In 2018 voelde de Amerikaan Evan Townsend zich ook geroepen om het continent van een nieuwe vlag te voorzien. Alles begon met het nemen van foto van hemzelf met een LGBTQ-vlag op de ijsvlakte. Die foto kende heel wat succes met publicaties in de tijdschriften National Geographic en Vogue. Nieuwsuitzendingen noemden het de eerste 'prideviering' op Antarctica.

Gesterkt door de media-aandacht maakte Townsend dan ook maar een nieuw ontwerp. Blauwe en witte strepen vertegenwoordigen de lange nachten en dagen op Antarctica. In het midden barst 'een eenzame witte piek uit een veld van sneeuw en ijs', in navolging van die van de bergen en drukruggen die de Antarctische horizon bepalen. De lange schaduw die het werpt, heeft de vorm van een kompaspijl die naar het zuiden wijst. Samen vormen de twee middelste vormen een diamant, die de hoop symboliseert dat het gebied voor de komende generaties een centrum van vrede, ontdekking en samenwerking zal blijven.

Transformeer je Smartphone in een échte onderwatercamera

Als je smartphone hét apparaat is waar jij al je belevenissen mee vastlegt. Dan is de SeaLife SportDiver dé behuizing die jij nodig hebt voor al je onderwateravonturen! Met de (gratis) SportDiver App wordt je Smartphone een échte onderwatercamera met een breed scala aan instellingen. De SportDiver is gegarandeerd waterdicht tot -40 meter en dubbel gezekerd middels een vacuümsysteem en een lekalarm. Geen zorgen om waterschade. Geschikt voor Apple en Android smartphones. Kijk op de website of jouw smartphone in de behuizing past.

Werkt met IPhone & Android

!! Vacuüm alarm en lek-alarm

Inclusief kleurcorrectiefilter

Automatische draadloze verbinding via Bluetooth

Waterdicht tot -40 meter

Ook beschikbaar als set met Sea Dragon lampen

This article is from: