MagUZA 94 oktober 2013

Page 1

ZORGMAGAZINE VAN HET UZA – OKTOBER 2013 – #94

Afgiftekantoor Antwerpen X, Maguza 94, Tijdschrift – kwartaalblad, oktober – november – december 2013, v.u. Johnny Van der Straeten, Universitair Ziekenhuis Antwerpen, Wilrijkstraat 10, 2650 Edegem

DOSSIER LONGKANKER

Vlinderkind

Zwanger van een baby met een afwijking Griepvaccin

Bescherm jezelf én je omgeving Levende donor

Johan gaf een nier aan zijn zoon

Van levensbelang

Gezocht: stamceldonor (m/v) WWW.MAGUZA.BE


advertentie

SAMEN TEGEN REUMA

Een snelle, natuurlijke remedie tegen spier- en gewrichtspijnen

Health Mate steunt het fonds voor wetenschappelijk Reumaonderzoek

www.cobretti.be

DE BESTE KWALITEIT INFR AROODC ABINES - VAN 1 TOT 6 PERSONEN

Health Mate® infraroodcabines Herbron uzelf met Health Mate®. Want een Health Mate® infraroodsessie kan bijzonder heilzaam zijn bij tal van ongemakken*: Verzacht spier- en gewrichtspijnen zoals fibromyalgie, reuma, artrose.

Verbetert uw algemene conditie en weerstand.

Verlicht nek- en rugklachten.

Vermindert hoofdpijn. Verjaagt stress.

Vermindert huidproblemen zoals acne, psoriasis, eczeem. Verlicht astma en bronchitis.

Geen wonder dat ook topsporters er graag gebruik van maken. Surf naar www.healthmate.be voor meer getuigenissen, heilzame

34

( )

* Raadpleeg steeds uw arts als u een Health Mate® infraroodcabine wil gebruiken voor medische doeleinden.

ANTWERPEN: Arak Wellness LIER 03 295 50 25 | Van den Berg HOOGSTRATEN 03 315 75 31 | Sanik GEEL 014 58 86 70 | AquaVision OUD-TURNHOUT 014 35 91 71 | Fonne Smeulders KALMTHOUT 03 62 01 620 | Reborn Wellness SCHOTEN 03 685 44 50 | NG Project BALEN 014 73 53 99 | Schrauwen: BRASSCHAAT 03 645 24 79 – HERENTALS 014 24 40 20 – WILRIJK 03 825 69 81 – ZANDHOVEN 03 464 19 16 | Sanal BORSBEEK 03 366 17 70 | LIMBURG: ‘t Hoveniertje WELLEN 012 74 53 60 | Schrauwen GENK 089 30 86 20 | Varey LOMMEL 011 54 43 69 | Sleurs & Vangompel BOCHOLT 089 46 56 00 | D&A Pool Technics ZONHOVEN 011 82 37 65 | WEST-VLAANDEREN: Spa-Wellness ZWEVEGEM 0477 59 58 13 | Ovalco OOSTKAMP 050 82 75 86 | Health Mate Shop Knokke 0486 51 89 83 | Delaere IZEGEM 051 30 11 82 | Wellness La Rose GISTEL 059 27 61 84 | Florisan VEURNE 058 31 53 15 | Vanderhaeghe IEPER 057 21 37 23 | Vermeersch KORTEMARK 051 57 52 08 | Lamo RUISELEDE 051 68 82 53 | Van Raes ROESELARE 051 22 20 15 | DC infrarood RUDDERVOORDE 050 28 07 87 | Claeys-Verhelst Brugge 050 31 26 52 | Xavier Covemaeker WERVIK 056 20 01 69 | OOST-VLAANDEREN: Aquatropic MALDEGEM 050 71 93 92 | Aquazure NINOVE 054 50 01 69 – WICHELEN 053 39 09 39 | Het Buitenhuis DENDERMONDE 052 25 61 16 | Wellness Decor KRUISHOUTEM 09 383 70 83 | Wida MELSELE 03 336 54 94 | Esento: BRAKEL 055 42 76 08 | Van Poucke ZOTTEGEM 09 360 16 91 | Vepa ZELZATE 09 345 56 25 | Schrauwen ST-NIKLAAS 03 766 18 17 | Sterck AALST 053 70 16 11 | Sani-en Keukendecor WAASMUNSTER 03 250 66 90 | DC Pools GAVERE 09 330 87 35 | DC infrarood GENT 09 321 25 85 | VLAAMS-BRABANT: Van Poucke LENNIK 02 582 35 03 | L’air et L’eau BEGIJNENDIJK 016 41 42 66 | Ventimec LEUVEN 016 23 39 74 | Pool+ HAACHT 016 85 09 55 | Runningmate KAMPENHOUT 016 65 05 86 | Van Diest HALLE 02 361 14 16 Volledig dealeroverzicht op www.healthmate.be

UMME EN

R

Vermindert cellulitis. Verbrandt calorieën.

Verdrijft afvalstoffen uit uw lichaam.

D

Goed voor hart en bloedvaten. Verbetert de bloeddoorstroming.

toepassingen en wetenschappelijke studies. Of bel 03 295 50 25 voor een gratis brochure.


VOORWOORD

WISKUNDIGE ONVOLMAAKTHEID W

ie dacht dat wiskunde een zuivere wetenschap was zonder veel praktisch nut, dwaalt. Meer en meer functies in de moderne wereld worden gestuurd door algoritmes. Vooraleer Hollywood een film draait, kwantificeren wiskundigen duizenden factoren uit het script. De complexe samenhang tussen die factoren wordt dan door een computer vergeleken met andere films die een blockbuster werden. Alleen films die volgens dat algoritme genoeg winst maken, worden nog gedraaid. Een algoritme is geen geheimzinnig wetenschapsrecept, het is een beslissingsproces. Het eerste algoritme werd bedacht in de negende eeuw, door de Arabische geleerde Al Khwarizami, wiens naam verbasterd werd tot de huidige term. Vandaag beginnen mensen te interageren met algoritmes: tussen oneindig meer gegevens dan mensen kunnen overzien, kunnen alleen algoritmes verbanden bloot leggen. Bijvoorbeeld om formule 1-races te winnen: via film en geluidsgegevens analyseert men wanneer de concurrentie schakelt, op welk toerental enzovoort. Acht seconden voor een bocht krijgt een piloot doorgeseind hoe hij moet schakelen op basis van wie met welk rijgedrag het snelst door de bocht ging. Algoritmes leggen patronen bloot Nog veel complexer is het voorspellen van medische gegevens. Toch worden ook daarvoor algoritmes ontwikkeld, die patronen moeten blootleggen in de massa genetische en andere medische gegevens van patiënten. Die gegevens zijn zeer heterogeen: van gevoelens tot bloedwaarden en DNA-profielen. De wiskundige technieken om tussen al die gegevens verbanden te leggen, conclusies voor een medische diagnose te trekken en voorspellingen te doen over welke therapie tot welke resultaten zal leiden, staan nog in hun kinderschoenen. De toekomst is echter veelbelovend. In de modellen worden alle medische data van patiënten, ook tekstverslagen, samengebracht en vergeleken om verbanden te zoeken die wijzen op een bepaalde diagnose. Het algoritme moet bijvoorbeeld niet alleen aangeven om welk type darmkanker het gaat (DNA en proteïnen), maar ook het succes van verschillende behandelingsmethodes en de beste mix van medicatie en radiotherapie voorspellen. In de praktijk blijken voorspellende algoritmes goed te werken, bij borstkanker bijvoorbeeld. Niet alleen de gegevens die gebruikt worden, maar ook hoe de klinische data in het algoritme geïntegreerd worden, bepaalt de betrouwbaarheid van een prognose. Uiteindelijk moet uit de resultaten van die wiskundige modellen wel een behandeling voorgesteld worden die waarschijnlijk de best mogelijke is voor een specifieke patiënt. Of een film een blockbuster wordt, blijkt geen enkel verband te hebben met de sterrenstatus van de hoofdrolspeler, wie de F1-race wint, wordt amper beïnvloed door de piloot, maar het resultaat van een medische behandeling hangt nog altijd in belangrijke mate af van de kennis, ervaring en competentie van de arts. Wiskundigen houden van algoritmes. Het is nog steeds de schoonheid van de onvolmaaktheid.

Ook voor medische gegevens worden wiskundige modellen ingezet

Johnny Van der Straeten Gedelegeerd bestuurder

maguza 003


advertentie

COMFORT EN MOBILITEIT DESKUNDIG ADVIES •

Comfortabel, veilig en betrouwbaar.

Een breed assortiment aan opties, accessoires en speciale aanpassingen.

Functioneel in al zijn eenvoud.

Gebruiksvriendelijke en veilige modellen.

Verschillende merken.

VOLG ONS VIA WWW.SCHAEPS.BE

RIZIV 1/6/10422/96/100 - 1/6/27017/88/200

Schaeps • Turnhoutsebaan 92-94 • 2100 Deurne Tel. 03 326 11 30 • Fax 03 326 06 79 • www.schaeps.be Maandag t.e.m. vrijdag 9u - 18u, zaterdag 9u - 13u Tram 10, bus 33, 410, 411 en 412 • GRATIS PARKING

ORTHOPEDIE • BANDAGISTERIE • SCHOENEN • INVALIDENWAGENS • HOMECARE • REVALIDATIE


IN DIT NUMMER

Medisch

010

Vlinderkind

010

Vlinderkind. Zwanger van een baby met een afwijking

013

Charley doneerde stamcellen aan een Amerikaanse vrouw. ‘Ik zou het meteen opnieuw doen.’

014

Sensoren voor slaaponderzoek met minder hinder

Gezond

014

030

028

Ik lust dat niet! Tien tips bij moeilijke eters.

030

Het griepvaccin: bescherm je hele omgeving met een piepklein prikje

Slaaponderzoek Zorg

032

Levend donorschap in de lift: Johan gaf een nier aan zijn zoon

034

Het gevecht tegen de medicatiefout

036

Muziektherapie voor kinderen met kanker

Griepvaccin

Behandelingen combineren geeft meer kans op genezing Prof. dr. Jan Van Meerbeeck, coördinator thoraxoncologie

034

Longkanker en longvlieskanker blijven een zwaar verdict. Hoewel de vooruitzichten zijn verbeterd, blijft het een gevecht op vele fronten.

Medicatiefouten

019

DOSSIER LONGKANKER En verder

016

Verpleegkunde

015

U zegt? Afasie

016

UZA 2020. Verpleegkunde: samen voor de beste zorg

039

Witjas: op goede voet met de podoloog

043

Column Katty Allaert maguza 005


DOORGELICHT

006


© Debbie Le Blon

Overal ter wereld gaan ­ onderzoekers na of mesenchymale stamcellen kunnen worden ingezet bij de behandeling van ziekten. Aan die cellen, die je bijvoorbeeld terugvindt in ons beenmerg, worden heel wat weefsel­ herstellende eigenschappen ­toegeschreven.  Momenteel bestuderen stamcelonderzoekers van de Universiteit Antwerpen wat ingespoten stamcellen precies doen in een levend wezen.  Ze gebruiken daarvoor stamcellen van muizen die genetisch gemodificeerd werden met een groen fluorescent eiwit, zodat ze de cellen in beeld kunnen brengen. Deze foto toont hoe bij muizen de getransplanteerde stamcellen (in het groen) in contact komen met immuuncellen van de hersenen (in het rood astrocyten en in het blauw microglia). Een eerste belangrijke vaststelling is dat  een deel van de getransplanteerde stamcellen blijft leven!  De blauwe en rode cellen h­ ebben echter duidelijk gemerkt dat er iets aan de hand is … ‘Celtransplantatie in de hersenen is een heel complex gebeuren waar tot nu toe heel weinig over geweten is,’ zegt prof. dr. Peter P­ onsaerts, van het Labo voor E­ xperimentele Hematologie (Vaxinfectio – UA). ‘Mijn onderzoeksgroep bestudeert die processen zodat we op lange termijn op een veilige en zinvolle manier celtransplantaties in de hersenen zouden k­ unnen uitvoeren.’

STAMCELLEN OMSINGELD

maguza 007


KORT

AL 25 JAAR

op kamp! De Vlaamse Liga tegen Kanker organiseerde afgelopen zomer voor de 25ste keer het Kinderkamp, voor kinderen van 6 tot 16 jaar met kanker die er eens tussenuit willen. Zij kunnen tijdens hun behandeling immers niet zomaar mee op kamp met de klas of de jeugdbeweging. Onder de 70 deelnemers ook enkele UZA-patiëntjes, en ook onder de begeleiders waren UZAgezichten te bespeuren. Thema van het kamp was ‘Fiesta Fantas-

18 %

Bijna een op vijf jongeren tussen 14 en 18 jaar heeft al last van permanent oorsuizen. Niet verwonderlijk, want amper 5 op 100 van die jongeren draagt gehoorbescherming als ze naar een fuif, concert of discotheek gaan. Dat zijn twee opmerkelijke vaststellingen uit een studie van de Universiteit Antwerpen waarvoor 4.000 Vlaamse jongeren tussen 14 en 18 jaar oud werden ondervraagd. Verontrustende cijfers, vindt UA-onderzoekster Annick Gilles. ‘Drie op vier jongeren heeft na zo’n avondje uit al eens last van tijdelijke gehoorklachten. Velen beschouwen die gehoorhinder als normaal, want hun vrienden hebben het ook en vaak verdwijnen de klachten snel weer. Nochtans is het belangrijk om bij oorsuizen meteen hulp te zoeken. Als je daar te lang mee wacht, is de schade onomkeerbaar.’ Om die reden volgt binnenkort een nieuwe sensibiliseringscampagne van de overheid.

008

tica’, en een feest is het geworden ook, met onder meer een geboortefeest, een trouwfeest, een carnavalsfeest en een echte festivaldag op het programma. De monitoren en medisch geschoolde begeleiders zorgden ervoor dat alle kinderen een hele week zorgeloos konden genieten van het feestgedruis.

INFO www.tegenkanker.be

Volg het UZA op FACEBOOK EN TWITTER Het UZA is sinds dit jaar ook op de sociale media actief. Volg het laatste UZA-nieuws op onze facebook-pagina www.facebook.com/universitairziekenhuisantwerpen, of twitter mee met @UZAnieuws.

Zorghotel

WORDT PRIMEU Op 24 oktober wordt naast het UZA de eerste steen gelegd van het zorghotel Drie Eiken dat het UZA samen met AZ Monica bouwt. Een zorghotel is een tussenstap tussen het ziekenhuis en de thuissituatie. Soms hoeven patiënten niet langer in het ziekenhuis te blijven, maar voelen ze zich toch nog niet zelfzeker genoeg om op eigen benen te staan. In het zorghotel


Foto, echo, mammo of scan? BEKIJK DE VIDEO! KLEINSTE UZA-PATIËNTJES

op tv

Vanaf 24 oktober kunt u op VTM het wel en wee volgen van kindjes die zijn opgenomen op de dienst neonatologie van het UZA. In zes afleveringen vertelt het programma ‘Prematuurtjes’ het verhaal van baby’s die – elk om hun eigen redenen – een kwetsbare start hebben. Samen met hun mama, papa, broertjes, zusjes, grootouders en zorgverleners is het ook een verhaal van teamwork om alles tot een goed einde te brengen. Het belooft een integere, informatieve en emotionele documentaire te worden waarin alle aspecten van intensieve zorgen voor pasgeborenen aan bod komen. INFO Prematuurtjes, vanaf 24 oktober tot 28 november elke donderdagavond op VTM

R VOOR BELGIË kunnen ze dan een beroep doen op een arts, een verpleegkundige of zorgkundige én op de service van een viersterrenhotel. Voor doorgedreven revalidatie blijft een revalidatiecentrum aangewezen. In Nederland zijn dergelijke ‘care hotels’ al langer ingeburgerd. Zorghotel Drie Eiken is echter een primeur voor België. Het zal eind 2014 de deuren openen en 70 kamers tellen.

Moet u een foto of scan laten maken of een ander onderzoek ondergaan op de dienst radiologie? Dan kunt u sinds kort op uza.be vooraf een filmpje daarover bekijken. Zo weet u op voorhand al hoe het onderzoek in zijn werk zal gaan. Er

  

zijn filmpjes beschikbaar over de CT-scan, een MR-onderzoek, angiografie (contrastonderzoek), mammografie, echografie en RX-onderzoek (röntgenfoto’s). Ook in de wachtkamers van de dienst radiologie zijn de filmpjes te zien.

U vindt de filmpjes op www.uza.be/radiologie

ENQUÊTE OVER

slapen aan het stuur

Momenteel loopt een grote Europese enquête over slaperigheid aan het stuur. Bedoeling is dat zoveel mogelijk autobestuurders deelnemen aan de korte enquête. U vindt ze op www.esrs.eu/sleepstudy. Invullen duurt nog geen vijf minuutjes. Initiatiefnemer is de European Sleep Research Society. INFO www.esrs.eu/sleepstudy

Kinderkankerfonds SCHENKT HOMETRAINERS

Sinds het voorjaar beschikt de dienst kinderhematooncologie over twee hometrainers, een cadeautje van het Kinderkankerfonds. Een van de twee is speciaal op maat gemaakt voor de kinderen. Op die manier kunnen ze tijdens hun verblijf in het UZA toch in beweging blijven, wat hun genezing alleen maar ten goede komt. De fietsen werden intussen al uitvoerig getest en goedgekeurd. In het nieuwe moeder- en kindcentrum komen er nog meer van die hometrainers, met dank aan het Kinderkanderfonds! maguza 009


MEDISCH

ZWANGER VAN EEN BABY MET

AFGEBROKEN Als je hoort dat het kindje in je buik een ernstige afwijking heeft, staat de wereld stil. Niets kan dat verdriet goed maken, maar de juiste opvang maakt de ontreddering iets minder groot. ‘Wij zijn er om informatie te geven én een luisterend oor te bieden’, zegt vroedvrouw Veerle De Craemer.

010

E

en abnormale uitslag na een vruchtwaterpunctie of vlokkentest of afwijkingen op een echografie, het is een bittere pil. ‘Dan kunnen mensen bij ons terecht’, zegt psychologe Ellen Belmans. Zij en vroedvrouw Veerle De Craemer, beiden van de dienst medische genetica, begeleiden het merendeel van de ouders die slecht nieuws krijgen. ‘De gynaecoloog of geneticus roept ons erbij voor de eerste opvang’, vertelt Ellen. ‘Op dat moment ondergaan de ouders enorm veel emoties. Heel belangrijk is dat ze dan weten dat we er voor hen zijn, dat ze ons altijd kunnen opbellen. Er wordt dan ook een tweede gesprek gepland met de arts, waarbij een van ons aanwezig is. Op dat moment krijgen de ouders meer informatie over de aandoening van hun kindje. Het kan om chromosoomafwijkingen zoals het syndroom van Down

gaan, maar bijvoorbeeld ook om een hersen- of hartafwijking of nog andere problemen.’ Een moeilijke beslissing Na meerdere gesprekken en overleg binnen het medisch team staan de ouders voor de moeilijke beslissing of ze de zwangerschap zullen stopzetten of niet. Een specialist probeert hen een beeld te geven van wat de ziekte of handicap inhoudt en welke behandeling eventueel mogelijk is. Ook in die moeilijke fase kunnen ze altijd bij Veerle en Ellen aankloppen. Ellen: ‘Vooral de onzekerheid kan zwaar wegen: wat als de aandoening van mijn kindje beter meevalt dan gedacht? Vaak is zoiets heel moeilijk te voorspellen. Artsen kunnen veel informatie geven, maar voor ouders blijft het een moeilijke beslissing. Een


<< Vroedvrouw Veerle De Craemer en psychologe Ellen Belmans van de dienst medische genetica begeleiden het merendeel van de ouders die slecht nieuws krijgen.

ROUWPROCES NIET ONDERSCHATTEN Het verdriet om een afgebroken zwangerschap is anders dan na een spontane miskraam. ‘De ouders moeten uiteindelijk zelf beslissen om de zwangerschap stop te zetten, waardoor ze zich in zekere zin verantwoordelijk voelen. Daardoor krijgen ze soms ook minder begrip van de omgeving, want ze hebben er toch zelf voor gekozen’, zegt dr. Anke Van Dijck, die onderzoek deed rond het thema. Een rouwproces van twee jaar is niet ongebruikelijk en volkomen normaal.

EEN AFWIJKING

DROOM beslissing onder tijdsdruk dan nog.’ Een minderheid beslist een kindje met een ernstige afwijking te houden. ‘Ook dan kunnen ze uiteraard bij ons terecht,’ zegt Veerle. Als wordt beslist om de zwangerschap stop te zetten, bereiden Veerle en Ellen de ouders zo goed mogelijk

Bewust afscheid nemen van het kindje is erg belangrijk voor. Veerle: ‘We leggen hen uit wat er allemaal gaat gebeuren: hoe de zwangerschapsafbreking zal verlopen, welke medicatie ze zullen krijgen, wat ze het

best meebrengen … Omdat er op dat moment zo veel op hen afkomt, geven we die informatie ook in het boekje Vlinderkind mee.’ Afscheid nemen Bij een vroege zwangerschap vindt er een curettage plaats, maar vanaf 14 weken bevalt de vrouw op de materniteit. ‘De bevalling moet op de kraamafdeling plaatsvinden omdat er begeleiding door een gynaecoloog en een vroedvrouw nodig is’, legt Veerle uit. De vroedvrouwen worden vooraf op de hoogte gebracht en zijn een echte steun voor de patiënten tijdens de opname. Ook wij zijn er voor de patiënt tijdens de opname.’ De ervaring leert dat het belangrijk is dat de ouders bewust afscheid nemen van hun kindje. Bijna allemaal kiezen ze ervoor om hun baby’tje te zien. ‘De

De mate van verdriet blijkt niet samen te hangen met de zwangerschapsduur of de ernst van de afwijking. ‘Veel belangrijker zijn de verwachtingen die de ouders koesterden. Als het pakweg om een eerste kind gaat en er geen zwangerschap meer volgt, is dat extra zwaar.’ De meesten ervaren het verlies als iets dat ze de rest van hun leven zullen meedragen. De herinnering aan het overleden kindje krijgt vaak letterlijk een prominente plaats. ‘Het herinneringsdoosje wordt bijvoorbeeld in de woonkamer bewaard en soms staan er foto’s van het overleden kindje op de kast. Zo’n tastbaar aandenken is belangrijk voor de ouders’, aldus Van Dijck.

maguza 011


MEDISCH

Vlinderkind Slechts even een kind Tot je meeging met de wind Vlinderkind

vroedvrouw kleedt hun kindje aan en wikkelt het in een dekentje. Veerle: ‘Het kindje kan mee op de kamer liggen, grootouders of broers of zussen kunnen op bezoek komen en ouders kunnen het kindje ook thuis opbaren. We vinden het belangrijk dat het afscheid helemaal verloopt zoals de ouders dat willen.’ Voetafdrukje Meestal keren de ouders de dag na de bevalling terug naar huis. Ze krijgen een herinneringsdoosje waarin plaats is voor een voetafdrukje, een plukje haar, een foto … Na enkele dagen bellen Veerle of Ellen ze opnieuw op om te horen hoe het gaat. Na acht weken is er een nabespreking met de geneticus, met opnieuw Ellen of Veerle erbij. Tegen dan worden alle onderzoeksresultaten en medische informatie gebundeld. De ouders krijgen dan meer informatie over de afwijking van hun kindje en de eventuele kans op herhaling bij een volgende zwangerschap. Ook dan is begeleiding nog altijd mogelijk. Een zwangerschapsbeëindiging om

De omgeving reageert niet altijd even gepast Uit het boekje Vlinderkind, met illustraties van Lucy Elliot.

WETTELIJKE REGELING Bij een zwangerschap van minder dan 26 weken kan een overleden kindje tot nog toe niet officieel worden geregistreerd, al is er een wetsvoorstel in die zin in de maak. Toch kan er voor een mooi afscheid worden gezorgd. Ouders kunnen voor een begrafenis of crematie kiezen. Ook een afscheidsmoment in het ziekenhuis is mogelijk. Als een kindje wordt geboren na 26 weken en kort daarna overlijdt, moet er zowel een geboorteaangifte als een overlijdensakte worden opgemaakt. De ouders mogen hun kindje dan officieel een voor- en familienaam geven. Ook een doodgeboorte na 26 weken moet wettelijk worden aangegeven, maar de ouders kunnen dan alleen een officiële voornaam geven. Een begrafenis of crematie is in beide gevallen wettelijk verplicht.

INFO 012

medische redenen is psychologisch een harde noot om te kraken. Ook de omgeving reageert niet altijd even gepast. ‘Goedbedoelde relativerende opmerkingen – ach, jullie kunnen nog kinderen krijgen – zijn kwetsend en geven de ouders niet de ruimte om hun verdriet te uiten’, weet Veerle uit ervaring. ‘Mensen durven wel eens zeggen dat het niet erg is omdat ze geen herinneringen hebben aan het kindje. Net dat maakt de rouwverwerking echter zo moeilijk. Mensen moeten afscheid nemen van een kindje waar zo veel hoop op was gevestigd, maar dat ze niet hebben kunnen leren kennen’, zegt Ellen. ‘Een jaar na het overlijden sturen we de ouders een kaartje om hen te steunen. Daarop krijgen we heel vaak positieve reacties,’ aldus Veerle.

dienst medische genetica, T 03 275 97 74, dienst gynaecologie T 03 821 33 50, www.cozapo.org, www.faranet.be, www.metlegehanden.be


MEDISCH

Ze deed het ‘om de hoop te vergroten’, maar nog geen jaar nadat ze zich opgaf als stamceldonor werd Charley Spelter opgeroepen om beenmerg te doneren aan een Amerikaanse vrouw. ‘Ik zou het meteen opnieuw doen,’ zegt ze, ‘en ik heb

Charley Spelter doneerde stamcellen aan een patiënte in de VS.

ook al een aantal vrienden overtuigd.’

GEZOCHT:

STAMCELDONOR (M/V) K

ort nadat Charley (22) aan de slag ging als verpleegkundige op de afdeling radiologie, merkte ze in de gangen van het UZA een poster op met een oproep naar stamceldonoren. ‘Dat sprak mij wel aan, dus ben ik naar het bloedtransfusiecentrum gestapt.’ Stamceldonor word je niet meteen. Eerst word je grondig geïnformeerd. Pas later wordt er een bloedstaal genomen om je weefseltype te bepalen en worden je gegevens opgenomen in de donorbank.

Als je daarmee een leven kunt redden, doe je dat toch? De stamceldonatie gebeurt pas als je op een dag een ‘match’ blijkt voor iemand die stamcellen nodig heeft. Dat kan op twee manieren. Het vaakst worden stamcellen afgenomen via de aders. Na een reeks inspuitingen om de stamcellen te verplaatsen uit het beenmerg naar het bloed wordt de donor enkele uren aan een bloedverzamelmachine gekoppeld. Die scheidt het deel van het

INFO

bloed dat rijk is aan stamcellen van de rest. De tweede methode is zwaarder voor de donor: dan worden de stamcellen rechtstreeks afgenomen uit het beenmerg, onder algemene verdoving.  Snel beslist  ‘Ik was op bezoek bij mijn bompa in het ziekenhuis toen ik een telefoontje kreeg van de arts van het transfusiecentrum. Dat er een match was met een leukemie-patiënte in Amerika. Hij waarschuwde me wel dat ze in dit geval rechtstreeks beenmerg wilden afnemen uit mijn bekkenkam. Daarvoor is een operatie onder verdoving nodig. Ik heb wel gevraagd of dat nadelig kon zijn voor mij, maar nog tijdens het gesprek had ik eigenlijk al beslist dat ik het ging doen.’ Enkele weken later werd Charley verwacht in het ziekenhuis. Vooraf werden nog bloedtests gedaan en werden er twee zakken bloed afgenomen, om terug toe te dienen na de donatie. ‘Om 8 uur ’s morgens was het aan mij. Via zes gaatjes in mijn onderrug hebben de artsen beenmerg uit mijn bekkenkambeen aan beide kanten gehaald. Het was middag voor ik op recovery

terug was. Ik had best wel wat rugpijn en stijfheid, en ben een week thuisgebleven om te bekomen. Nu neem ik nog altijd ijzerpillen.’ Stamceldonoren gaan na hun donatie nog drie keer op controle, na een week, een maand en een jaar.  Post uit Amerika  Charley is tot op vandaag erg blij dat ze zich heeft opgegeven als stamceldonor. ‘Dat is toch maar iets kleins als je daarmee een leven kunt redden? Zeker als ze stamcellen uit je bloed kunnen oogsten en je na een uur of drie, vier alweer buiten staat. Ik zou het in elk geval opnieuw doen. Als er iemand in mijn omgeving ziek zou worden, zou ik ook willen dat iemand bereid is stamcellen af te staan.’ Net als bij orgaandonatie, krijgen donor en ontvanger geen gegevens van elkaar. Wel kon Charley anoniem een bericht sturen naar de ontvanger. ‘Nadien heb ik hele toffe brieven teruggekregen van de man en de dochter van de patiënte. En nadien heeft de patiënte zelf laten weten dat ze thuis is en dat alles heel goed gaat met haar.’

www.stamceldonor.be maguza 013


MEDISCH

Sensoren ontwikkelen om patiënten tijdens hun slaap op te volgen zonder hen te hinderen, dat is het doel van NXT_SLEEP, een onderzoeksproject van de dienst pneumologie, het slaapcentrum van het UZA en een reeks Vlaamse toptechnologiebedrijven.

IWT-PROJECT

SLAAPONDERZOEK MET MINDER HINDER E

en nieuwe generatie sensoren zal via chiptechnologie het hart en de ademhaling van de patiënt in zijn slaap monitoren, zonder dat de patient daar veel van merkt. Door ze in te bouwen in een matras bijvoorbeeld. Bovendien gaat het om telemonitoring: de gegevens worden doorgestuurd naar de behandelende arts, zodat de patiënt even goed thuis kan worden opgevolgd. Geen kabels meer Bij aandoeningen zoals COPD (Chronic Obstructive Pulmonary Disease), verzwakte ademhaling bij spierziekten, slaapapneu en andere aandoeningen van het ademhalingsstelsel is slaapmonitoring nodig voor de diagnose of de opvolging van de behandeling. Een groeiende groep patiënten – zo’n 200 in het UZA – wordt thuis beademd, met een beademingstoestel. Zo’n 3000 UZA-patiënten slapen met een CPAPProf. dr. Wilfried De Backer 014

INFO

www.uza.be/pneumologie

beademingstoestel (Continuous Positive Air Pressure) wegens slaapapneu, een aandoening waarbij de keelholte dichtklapt tijdens de slaap en er zuurstoftekorten ontstaan. Zij hebben allemaal nood aan slaapmonitoring. ‘Momenteel is slaapmonitoring nogal belastend voor de patiënt, doordat hij via kabels en elektroden met allerlei toestellen verbonden is,’ zegt prof. dr. Wilfried De Backer. ‘Bovendien geeft een klassiek slaaponderzoek ook maar informatie over één nacht. Met eenvoudige sensoren die patiënten thuis kunnen gebruiken, zouden we hen een hele week of langer kunnen opvolgen en krijgen we een correcter beeld. Dat is belangrijk om een diagnose te stellen, maar ook om de therapie van heel dichtbij op te volgen. De gegevens van een CPAP-toestel bijvoorbeeld komen vaak pas na weken of zelfs maanden bij ons. Het nieuwe systeem zou continu meten en gegevens doorge-

ven, waardoor we veel sneller zouden merken of de therapie het beoogde resultaat heeft. Bovendien zouden we een grotere groep patiënten van nabij kunnen opvolgen.’ Vier sensoren Concreet worden binnen het project vier sensoren ontwikkeld: • Een sensor in de vorm van een kabel die wordt ingeweven in een matrashoes. Uit de op-en-neergaande bewegingen haalt de sensor informatie over de ademhaling. • Een sensor in een kleine, draadloze patch die op de borst wordt gekleefd en een elektrocardiogram (EKG) maakt van het hart. • Een microsensor in een beademingsmasker die het CO2-gehalte in de uitgeademde lucht meet. Een te hoog CO2-gehalte wijst op onvoldoende beademing. Momenteel gebeurt de meting via een buisje in de neus en


U ZEGT?

WAT is afasie?

Afasie is een taalstoornis. De patiënt heeft proble-

men met spreken, gesproken taal begrijpen, lezen of schrijven. Dikwijls zijn de vier aangetast, zij

SIE

AFA het meestal niet in dezelfde mate. De oorzaak van

afasie is een beschadiging van het hersengedeelte

Een sensor ingeweven in een matrashoes geeft informatie door over de ademhaling van de patiënt.

dat verantwoordelijk is voor taal. Vaak is dat het

gevolg van een beroerte, maar het kan bijvoorbeeld ook optreden door een hersentumor of na

<< Een kleine, draadloze sensor op de borst maakt een elektrocardiogram van het hart.

een val. Afasie is geen verstandelijke handicap.

Voor patiënten is het vaak erg frustrerend dat ze gedachten helder in hun hoofd hebben, maar die niet kunnen uiten.

HOE behandel je afasie?

In de eerste dagen en weken na een beroerte kan er spontaan verbetering optreden doordat het

getroffen hersengedeelte (deels) herstelt. Begelei-

een extern analysetoestel. • Een sensor in de matras die vochtigheid en temperatuur meet en zo een beeld geeft van het autonome zenuwstelsel van de patiënt.

ding door een logopedist bevordert het herstel. Afhankelijk van de precieze stoornis laat die de

patiënt oefeningen doen, zoals vragen beantwoorden of luidop lezen. Minstens even belangrijk is

echter stimulatie vanuit de nabije omgeving. Familie en vrienden doen er goed aan volop met de

Check en dubbelcheck De voornaamste rol van het UZA in het project is om alle gegevens van de nieuwe sensoren klinisch te valideren. Het UZA test de sensoren uit bij patiënten in het ziekenhuis en vergelijkt of de gegevens overeenkomen met die van de klassieke toestellen. De Backer: ‘We moeten natuurlijk 100% zeker zijn dat die sensoren juist meten. En vooral: dat de meting bij iedereen correct is, ook bijvoorbeeld bij zwaar obese patiënten of kinderen. Dat maakt dit project zo speciaal. In het verleden zijn al sensoren ontwikkeld, maar er is nog maar weinig klinisch gevalideerd.’ Trekker van het project is het IBBT (Interdisciplinair Instituut voor Breedbandtechnologie). Financiële steun kwam er van het Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie (IWT).

patiënt te communiceren. Dat is niet gemakkelijk omdat patiënten, zeker in het begin, verward kun-

nen zijn en de communicatie vaak erg moeizaam verloopt. De omgeving moedigt hen het best ook

aan om zelf zo veel mogelijk te praten, te lezen en televisie te kijken. Hoe meer de patiënt in die eerste weken zijn taalvermogen aanspreekt, hoe groter de kans op herstel.

HOE verloopt het herstel?

De mate van herstel verschilt sterk van patiënt tot patiënt en hangt onder meer af van de aard en de

grootte van het hersenletsel en de leeftijd. Patiënten boeken de grootste vooruitgang in de eerste weken na de beroerte, al is nog tot twee jaar nadien verbe-

tering mogelijk. De meesten herstellen meestal niet

volledig. Tijdens de revalidatie leren patiënten beter om te gaan met hun taalhandicap. Daarvoor bestaan ook hulpmiddelen. Zo zijn er kaarten waarop

de patiënt zinnen of begrippen kan aanduiden.

INFO

dienst neus-, keel-, en oorziekten, T 03 821 33 85, www.afasie.be, www.ikkannietpraten.be, www.levenmetafasie.be maguza 015


UZA 2020 RUBRIEK

Prof. Peter Van Bogaert is verpleegkundig afdelingshoofd in het UZA, docent aan de Universiteit Antwerpen, faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen en voorzitter van de vakgroep Verpleegkunde en Vroedkunde.

VERPLEEG KUNDE:

SAMEN VOOR DE BESTE ZORG

Ook in de verpleegkunde zijn strikt hiërarchische structuren op hun retour. ‘Zorgkundigen, verpleegkundigen met een basisopleiding, gespecialiseerde verpleegkundigen, masterverpleegkundigen: we hebben ze allemaal nodig,’ zegt prof. Peter Van Bogaert, verpleegkundig afdelingshoofd in het UZA.

016


P

rof. Peter Van Bogaert: ‘De

echter hun kennis meer moeten ver-

decennia sterk geëvolueerd en zal de

steeds meer ingewikkelde zorg nodig

verpleegkunde is de voorbije

komende jaren nog grote verande-

diepen, doordat de doorsnee patiënt

de mogelijkheid geeft om de zorg steeds te verbeteren.’

heeft. Dat hangt samen met de kor-

Niet elke verpleegkundige voelt zich allicht geroepen om mee veranderingen te sturen.

verleners die bepalen hoe de zorg

Wordt multidisciplinaire samenwerking nog belangrijker?

‘Nee, en daarom is het goed dat er

meer een stem in het verhaal. ‘

‘Zeker: de sterkte van de zorg schuilt

basisopleiding, gespecialiseerde ver-

Welke weerslag heeft dat op de zorg?

je niet in stukjes opdelen. Een patiënt

‘De patiënt wordt meer in zijn

kundigen, kinesitherapeuten, ergothe-

ringen ondergaan. Dat hangt samen met andere evoluties. Zo zijn het vandaag niet meer alleen de zorgeruit ziet: de patiënt heeft steeds

tere opnames.’

zo’n diverse instroom is. Zorgkun-

in een goede samenwerking. Zorg kun

totaliteit gezien, met oog voor de

psychosociale context en zijn voor-

wordt omringd door artsen, verpleeg-

rapeuten, diëtisten, maatschappelijk

geschiedenis. Het ziekenhuis moet

werkers, psychologen … Die spelen allemaal een rol in het verhaal. Ook

of de instelling waarin de patiënt

thuiszorg en andere externe partners

de link leggen met de thuissituatie normaal verblijft, zodat er een vlotte

overgang is tussen beide. Daardoor is er ook meer nood aan verpleeg-

kundigen die voor de continuïteit zorgen, zeker nu mensen almaar

de samenwerking met de huisarts, de

wordt nog belangrijker. Een trend die daarmee samenhangt, is dat we naar

een minder hiërarchische, vlakkere structuur gaan.’

Wat houdt dat concreet in?

Een goed voorbeeld van hoe het

ten zo veel mogelijk zelfstandig

chronische patiënten behandelen.

‘Interdisciplinaire zorgteams moe-

kan, zijn de diabetes- en borstver-

beslissingen kunnen nemen, zonder

die

de

patiënten

begeleiden doorheen het hele ver-

pleegkundigen met een bachelor na bachelor,

masterverpleegkundigen:

we hebben ze allemaal nodig. Er zal

altijd nood zijn aan verpleegkundigen met zogenaamd ingesleten ken-

nis en vaardigheden, die aan het bed

van de patiënt staan en blindelings aanvoelen wat ze in welke situatie

moeten doen. Daarnaast heb je echter ook mensen nodig die bekijken

hoe je de zorg beter kunt organiseren. Als de diverse medewerkers elkaar vanuit die verschillende rollen vinden en ondersteunen,

ouder worden en we steeds vaker

pleegkundigen,

digen, verpleegkundigen met een

komen we tot een betere zorg.’

niveau. Daarbij moeten ze ook zelf

Van tijd tot tijd lees je over het tekort aan verpleegkundigen. Blijft dat een belangrijk probleem?

ren. De mensen op de werkvloer

acuut tekort, intussen zou ik het een

afhankelijk te zijn van een hoger

aanstu-

‘In 2005 was er sprake van een

Medische zorg wordt ook almaar technischer en complexer. Hoe vertaalt dat zich binnen de verpleegkunde?

zijn vanuit hun dagelijkse ervaring

chronisch tekort noemen. Momen-

‘Er is een groeiende nood aan gespe-

er ook vanuit de directie een aan-

haal van hun aandoening.’

cialiseerde

denken over hoe het beter kan. We

vertrekken altijd vanuit de noden

verpleegkundigen,

die

len en de andere verpleegkundigen daarin ondersteunen. Denk maar

aan de wondzorg- of pijnverpleeg-

kundige. Ook de ‘gewone’ verpleegop

de

afdeling

kunnen

immers goed geplaatst om na te

een bepaalde expertise ontwikke-

kundigen

ontwikkelingen

zullen

van de patiënt. Daarnaast worden

tal doelstellingen bepaald. Om die doelstellingen te vertalen in excel-

lente patiëntenzorg, worden de zorgteams gecoacht en ondersteund. Het

project UZA meldt en leert (zie ook

p. 34) is bijvoorbeeld zo’n concrete doelstelling

die

verpleegkundigen

teel zitten de scholen voor verpleeg-

kunde weer eivol. Het komt erop aan de sector attractief te maken.

Het klassieke beeld is aan het ver-

schuiven, ook in de publieke opinie. Nooit had een verpleegkundige zo

veel carrièremogelijkheden als nu. Zo kun je sinds enkele jaren aan de Universiteit Antwerpen ook als verpleegkundige doctoreren. Om maar te zeggen dat alles snel evolueert.’

maguza 017


advertentie

Ontslag uit het ziekenhuis? Landelijke Thuiszorg helpt met een waaier van diensten gezinszorg - kraamzorg - poetshulp - gastopvang - oppas - klusjesdienst - woningaanpassing

Bel 070/22 88 78 of kijk op www.landelijkethuiszorg.be

AdvLT_185x136_4fotos_UZA.indd 1

12/02/13 09:07

Vergroot de hoop voor elk kind met een zeldzame ziekte In België lijden 800 kinderen aan een zeldzame stofwisselingsziekte. Meestal is de ziekte aangeboren en moeilijk behandelbaar. Een levenslang dieet, een orgaantransplantatie of specifieke geneesmiddelen kunnen voor sommigen helpen, voor anderen niet. Het UZA wil via wetenschappelijk onderzoek nieuwe en betere methodes ontwikkelen om stofwisselingsziekten te behandelen. Via het UZA-mecenaatsfonds kan ook u bijdragen aan een hoopvolle toekomst voor deze patiëntjes. Zowel bedrijven als particulieren kunnen giften of legaten overmaken aan het fonds. Doe dit vandaag nog door een storting op rekeningnummer 001-0893155-55 van het UZA met vermelding ‘zeldzame ziekten’. Giften vanaf 40 euro zijn fiscaal aftrekbaar.

Steun het UZA-mecenaatsfonds adv_mecenaatsfonds_Ok.indd 1

UZA-mecenaatsfonds Wilrijkstraat 10, B-2650 Edegem - Tel 03 821 30 00 www.uza.be > over UZA > Organisatie > Beleid > Mecenaatfonds

13/06/2013 13:09:00


RUBRIEK

DOSSIER LONGKANKER

Na jaren van relatieve windstilte is de behandeling van longkanker opnieuw volop in beweging. Een gecombineerde therapie verhoogt de kans op genezing en dankzij gepersonaliseerde medicatie kunnen patiënten met uitzaaiingen soms nog jaren een kwaliteitsvol leven leiden. In het UZA wordt longkanker behandeld in het Multidisciplinair Oncologisch Centrum Antwerpen (MOCA). Nieuw zijn de multidisciplinaire raadpleging, een apart spreekuur voor patiënten die een second opinion willen en een palliatief luisteruur.

LONG KANKER: GEVECHT OP VELE FRONTEN

maguza

ZORGMAGAZINE VAN HET UZA – OKTOBER 2013 – #94 maguza 019


DOSSIER LONGKANKER

m de lymfeklieren rondom de longen op O uitzaaiingen te controleren, wordt geen kijkoperatie meer gedaan. Via een slangetje met een echokop worden via de luchtpijp de luchtwegen én de klieren onderzocht (EBUSbronchoscopie).

M

et meer dan 7.000 diagnoses per jaar is longkanker in België de tweede meest voorkomende kanker bij mannen en de derde bij vrouwen. Bij zowat 85% van de patiënten is er een duidelijk verband met roken. Bij de overige 15% is er soms een vermoedelijke oorzaak, zoals passief roken of een ongezonde werkomgeving. Erfelijke aanleg speelt bij minder dan een halve procent mee. Doordat roken lang een strikt mannelijke aangelegenheid

De symptomen van longkanker treden maar laat op

Het multidisciplinair team longkanker VLNR Sisca Kohl, prof. dr. Paul Van Schil, dr. Maarten Spinhoven, prof. dr. Jan Van Meerbeeck, dr. Patrick Lauwers, dr. Liesbeth Teugels, dr. Annelies ­Janssens, dr. Christiaan Goor, dr. ­Birgitta Hiddinga, dr. Frederic Vandaele, Kate De Maeyer, dr. Laurens Carp. Niet op de foto: Prof. dr. Patrick Pauwels, Prof.dr. Christian Rolfo, dr. Annemie Snoeckx, prof. dr. Jeroen Hendriks, dr. Marjan Hertoghs

020

was, bleef ook longkanker jarenlang een typische mannenziekte. Gaandeweg ontdekten echter ook vrouwen de sigaret. Daarvoor betalen zij nu, enkele decennia later, de prijs. In de Verenigde Staten zijn er zelfs al meer vrouwen met longkanker dan mannen. De genezingskansen zijn de voorbije jaren gestegen, al blijft de prognose somber. Vijf jaar na de diagnose is nog maar 15 à 16% van de patiënten in leven. Dat is weinig, maar toch meer dan in de jaren tachtig, toen minder dan 10% genas.  Pas laat symptomen  De symptomen van longkanker, zoals kortademigheid, bloed ophoesten of een hardnekkige hoest, treden pas laat op. Voor een diagnose geeft alleen een onderzoek van weefsel de doorslag. 50 à 55% van de patiënten heeft bij de diagnose al uitzaaiingen. Een operatie is dan zinloos. ‘Ook bij de anderen is chirurgie lang niet altijd een optie’, zegt prof. dr. Paul Van Schil, diensthoofd


thorax- en vaatheelkunde. ‘Niet zelden is de tumor te agressief of is de patiënt niet sterk genoeg om een operatie te doorstaan. Al bij al worden maar 3 op 10 patiënten geopereerd.’ Bij een kleine tumor volstaat het om een longkwab weg te nemen, bij een meer gevorderde kanker moet soms de hele long eruit. Van Schil: ‘Zelfs een longkwab wegnemen is al ingrijpend, omdat veel patiënten zware rokers zijn en een slechte longfunctie hebben. Daarom is er een tendens om bij erg kleine en weinig agressieve tumoren minder weefsel weg te nemen. Volgens de eerste studies geeft die aanpak goede resultaten.’ Aan de andere kant van het spectrum zijn er de heel zware ingrepen, waarbij naast een longkwab of long ook een deel van de ribben of een ander orgaan in de borstkas wordt weggenomen. Als het gezwel kan worden verwijderd, krijgen velen vandaag ook postoperatieve chemotherapie om de kans op herval te verkleinen, vooral als er lymfeklieren zijn aangetast.  Combinatiebehandeling   verhoogt kansen  Steeds vaker wordt vandaag voor een combinatietherapie gekozen. De patiënt krijgt dan twee of drie behandelingen: meestal chemotherapie met radiotherapie of chirurgie, heel soms de drie samen. ‘Met een kortere behandelingsduur verhoogt de kans op genezing met 10%, maar de bijwerkingen zijn ook zwaarder. De uitdaging is om die bijwerkingen zo goed mogelijk onder controle te houden. Bouw je de therapie af, dan verkleint de kans op genezing’, zegt prof. dr. Jan Van Meerbeeck, coördinator thoraxoncologie. Bij een tumor van maximaal 2 of 3 centimeter is zogenaamde stereotactische radiotherapie een mogelijkheid.

Door de bestralingszone heel precies af te bakenen is een erg hoge dosis radiotherapie mogelijk. Daardoor volstaan ook minder sessies dan de gebruikelijke 25 of 30. Als patiënten niet meer kunnen genezen, kan de kanker soms nog tijdelijk worden stopgezet met doelgerichte medicatie (zie volgend artikel).  Geen nodeloze belasting  In het UZA wordt longkanker multidisciplinair behandeld binnen het MOCA, het Multidisciplinair Oncologisch Centrum Antwerpen. Tijdens het multidisciplinair overleg komen de longarts-oncoloog, chirurg, radiotherapeut, medisch oncoloog, patholoog-anatoom, radioloog en nucleair geneeskundige samen tot een behandelingsplan. ‘Aansluitend is er dan een gezamenlijke raadpleging’, legt Van Meerbeeck uit. ‘De patiënt ziet dan tegelijkertijd twee of drie artsen: de longarts-oncoloog en daarnaast de radiotherapeut of chirurg, of soms de drie tegelijk. Dat heeft als voordeel dat de patiënt maar één keer moet komen en dat hij meteen alle informatie krijgt. Na afloop van de behandeling is er opnieuw zo’n gezamenlijke raadpleging.’ Er wordt altijd geprobeerd om de patiënt zo min mogelijk te belasten met ingrijpende procedures of onderzoeken. Zo is er sinds een aantal jaar een nieuwe techniek om de lymfeklieren rondom de longen op uitzaaiingen te controleren. ‘Als we een longtumor vinden en er op de scan geen verdere uitzaaiingen te zien zijn, is het belangrijk te weten of die lymfeklieren zijn aangetast of niet’, legt longkankerspecialiste dr. Birgitta Hiddinga uit. ‘Dat bepaalt sterk de behandeling. Tegenwoordig voeren we daarvoor een EBUS-bronchoscopie (Endo Bronchiale Ultra Sound) uit. Net

EEN TWEEDE MENING? Het MOCA organiseert sinds kort een aparte raadpleging voor longkankerpatiënten die een tweede mening willen. De belangrijkste info op een rijtje. Voor wie? Voor patiënten die elders de diagnose longkanker kregen en voor hun gemoedsrust een tweede opinie willen. U komt zelf naar de raadpleging (en dus bijvoorbeeld niet een familielid). Wat? De arts geeft advies op basis van de door u meegebrachte foto’s en resultaten. Er gebeurt geen bijkomend onderzoek. Nadien keert u in principe naar uw behandelend arts terug, met het bijkomende advies. Wanneer? De raadpleging vindt elke week plaats. De wachttijd wordt kort gehouden. Waarom? Longkanker is een ernstig verdict. Sommigen voelen zich geruster als de diagnose wordt bevestigd. Uit onderzoek bleek dat liefst de helft van de patiënten na een tweede opinie naar huis ging met een substantieel ander beleidsplan. Meer info: MOCA / thorax­oncologie, T 03 821 32 50

maguza 021


DOSSIER LONGKANKER

RECHTS

LINKS

RECHTS

LINKS

Longfoto en CT-scan van een 62-jarige patiënte die rookt en sinds enkele weken bloed ophoest. Ter hoogte van de bovenste kwab van de rechterlong is een massa te zien.

ZWEZERIKKANKER: EXPERTISE BUNDELEN RECHTS

LINKS

De PET-scan laat zien dat de massa verdacht is. Een biopsie bevestigt vervolgens het vermoeden van longkanker.

als bij een gewone bronchoscopie voeren we dan via de keel een slangetje naar de luchtpijp, maar op de tip ervan zit een echokop. Zo kunnen we door het slijmvlies van de luchtwegen naar de klieren kijken en eventueel weefsel voor een biopsie afnemen.’ Het onderzoek

Via klinische studies krijgen patiënten medicatie die nog niet op de markt is duurt minder dan een uur en gebeurt onder lichte verdoving. ‘Vroeger deden we een kijkoperatie, wat meer belastend is’, zegt Hiddinga. Meer kansen dankzij studies Een voordeel van een universitair ziekenhuis is dat de patiënt de gelegenheid heeft om aan een klinische studie deel te nemen en zo een nieuwe behandeling te krijgen. ‘Zo hebben we veel aanbiedingen van farmaceuti-

INFO 022

sche firma’s die een nieuw, doelgericht geneesmiddel aan het ontwikkelen zijn (zie volgend artikel). Via die weg krijgen patiënten toegang tot medicatie die nog niet op de markt is. Bijna al onze patiënten komen in aanmerking voor een klinische studie in de loop van hun ziekte’, zegt Van Meerbeeck. Momenteel wordt ook veel verwacht van screening. Tot voor kort was dat geen optie omdat je de tumoren niet vroeg genoeg kon opsporen. In dat geval levert een screening weinig op. ‘Met de huidige CT-scans kun je echter al vlekken van 6 millimeter opsporen en dan is screening wel nuttig’, zegt Van Meerbeeck. ‘Volgens recent Amerikaans onderzoek kun je de sterfte aan longkanker zo zelfs verlagen met 20%. Daarmee zou screening meer gewicht in de schaal werpen dan alle behandelingen samen. Qua doelgroep mikken we op mensen vanaf 45 jaar die minstens vijftien jaar hebben gerookt en last hebben van typische rokersziekten. Zo’n veralgemeende screening is in Europa nog niet voor morgen, maar de eerste besprekingen zijn aan de gang.’

MOCA/thoraxoncologie T 03 821 32 50, dienst thorax- en vaatheelkunde T 03 821 37 85

De medewerkers van thoraxoncologie zijn eveneens gespecialiseerd in de behandeling van thymoom of gezwel van de zwezerik, een erg zeldzame maar gelukkig relatief goedaardige kanker. De zwezerik is een klein orgaan tussen het borstbeen en de luchtpijp. Omdat de tumor niet zelden gepaard gaat met de spierziekte myasthenia gravis, werken ze daarvoor samen met de dienst neurologie. ‘Twee jaar geleden hebben we ITMIG opgestart, kort voor International Thymic Malignancies Interest Group’, zegt prof. dr. Paul Van Schil. ‘Bedoeling is onze expertise internationaal te bundelen. Intussen beschikken we over gegevens van meer 7.000 patienten wereldwijd. Samen proberen we tot een betere behandeling te komen. Zo willen we een internationale studie opstarten, naar het effect van nabestraling bij patiënten bij wie de tumor is doorgegroeid tot in het kapsel rondom de zwezerik. In september 2014 wordt het ITMIG-congres overigens in Antwerpen georganiseerd.’

Luchtpijp Zwezerik (thymus) Longen

Hart


Tot nog toe zijn er voor long­ kanker twee mutaties gevonden die hebben geleid tot een werkzame behandeling.

KANKER GENETISCH ONTMASKEREN Dankzij doelgerichte medicatie blijven sommige patiënten met een uitgezaaide longkanker nog jaren in leven. Het is de bedoeling om bij die patiënten genetische afwijkingen in hun kanker te vinden, die met medicijnen kunnen worden behandeld. Spijtig genoeg trekken maar weinigen dat winnende lotje.

A

an de basis van elke kanker liggen genafwijkingen of mutaties. ‘Als we de mutatie vinden die het meest verantwoordelijk is voor de kankergroei, kunnen we medicatie ontwikkelen die zich daarop richt. Zo kunnen we bij patiënten met een uitgezaaide kanker de tumorgroei een tijdlang afremmen’, zegt prof. dr. Patrick Pauwels van de dienst pathologische anatomie. Het onderzoek naar longkankermedicatie is het paradepaardje binnen het domein van de zogenaamde selectieve kankertherapie. Tot nog toe zijn er voor

longkanker twee mutaties gevonden die hebben geleid tot een werkzame behandeling. Al zijn er belangrijke kanttekeningen: op dit moment komt maar een minderheid van de longkankerpatiënten in aanmerking voor zo’n doelgericht geneesmiddel. En na gemiddeld tien maanden wordt de tumor resistent, waarna de patiënt hervalt. Die tien maanden zijn weliswaar een gemiddelde: sommigen leiden dankzij doelgerichte medicatie nog jaren een kwaliteitsvol leven.  Mollengangen afsluiten  Een probleem is dat kanker bijna altijd wordt veroorzaakt door meerdere mutaties. ‘Vergelijk het met mollengangen: als je één gang afsluit, vindt de mol wel een andere uitweg’, verduidelijkt prof. dr. Jan Van Meerbeeck, coördinator thoraxoncologie. ‘Het idee is nu om alle mollengangen in kaart te brengen door een uitgebreide genetische barcode van de kankercel op te stellen. Dat kan sinds kort dankzij een revolutionaire moleculair genetische techniek, massively parallel sequencing (MPS).’ Grof gesteld wordt daarbij de volledige genencollectie in miljoenen stukjes geknipt, waarna die allemaal tegelijk worden gelezen in plaats van na elkaar.

Hoe meer geweten is over de kankercel, hoe groter de kans dat er nieuwe medicatie wordt gevonden. Zo is nu al uit onderzoek gebleken dat longkankercellen verrassend veel gemeen hebben met andere types kankercellen. Van Meerbeeck: ‘Die vaststelling verandert onze blik volledig en opent de deur naar nieuwe behandelingen.’ Beide artsen zien alleszins veel redenen tot hoop. ‘Er zitten veel nieuwe

Er zitten veel nieuwe medicijnen in de pijplijn medicijnen in de pijplijn, en heel binnenkort komt er wellicht een middel dat de resistentie kan omzeilen. Hoewel het vrijwel onmogelijk blijft om een uitgezaaide longkanker te genezen, hopen we met die nieuwe geneesmiddelen met minder bijwerkingen toch om longkanker in de toekomst meer en meer tot een chronische ziekte te kunnen omvormen. Al blijft het mijn droom om ooit een longkankerpatiënt met uitgezaaide ziekte volledig te kunnen genezen’, aldus Pauwels. maguza 023


DOSSIER LONGKANKER

ASBESTKANKER: VOORZICHTIGE HOOP Longvlieskanker, een ziekte die bijna altijd wordt veroorzaakt door contact met asbest, blijft een bikkelharde diagnose. Toch is er ook goed nieuws. ‘Sommige patiënten kunnen we vandaag opereren zonder dat we hun long moeten wegnemen’, zegt prof. dr. Paul Van Schil, diensthoofd thoraxen vaatheelkunde.

Prof. dr. Paul Van Schil 024

Prof. dr. Jan Van Meerbeeck

B

ij longvlieskanker ontstaat er een kwaadaardig gezwel in het dunne vlies dat de longen bedekt. De oorzaak is in zowat 9 van de 10 gevallen een eerdere blootstelling aan asbest, een stof die bij ons tot voor kort vaak werd gebruikt als isolatiemateriaal. Er is pas een risico als de vezels in de lucht vrij komen, concreet bij kappen of bewerken van het materiaal. Het UZA is een van de weinige centra in Europa die doorgedreven onderzoek doen naar de ziekte. Prof. dr. Jan Van Meerbeeck, coördinator thoraxoncologie, en prof. dr. Paul Van Schil geven uitleg.  Is het risico op   longvlieskanker na contact   met asbest groot?  Van Meerbeeck: ‘Nee, het risico blijft in absolute termen klein, maar is relatief groter dan zonder blootstelling aan asbest. Daar staat tegenover dat een eenmalige intense blootstelling genoeg kan zijn. Tussen het contact met de asbest en het uitbreken van de kanker verloopt 30 tot 35 jaar. De meeste patiënten, bijna uitsluitend mannen, zijn dan ook tussen 60 en 70 jaar oud.

In België zijn er ongeveer 200 nieuwe diagnoses per jaar. Toch is de kanker in de Antwerpse regio geen onbekende, doordat hier heel veel arbeiders hebben gewerkt in fabrieken die asbest verwerkten. Je mag ook niet vergeten dat het materiaal in de jaren vijftig en zestig ook veel is gebruikt in woningen, als isolatiemateriaal rond leidingen van centrale verwarming. Ook daar schuilt er dus een risico.’  Hoe komt de ziekte   gewoonlijk aan het licht?  Van Meerbeeck: ‘De symptomen van asbestkanker, kortademigheid en pijn in de borst, zijn helaas weinig specifiek en treden pas op in een ver gevorderd stadium. Bovendien kun je de diagnose pas stellen na een kijkoperatie, wat je maar doet als er sterke vermoedens zijn. Ook daarom komt de kanker meestal pas erg laat aan het licht.’ Van Schil: ‘Een onverklaarde pleuritis, een ontsteking van het longvlies met daarbij een hardnekkige vochtuitstorting, zou wel altijd een alarmbelletje moeten doen rinkelen.’


Het longvlies ligt rond de longen.

PALLIATIEF LUISTERUUR

Tussen het contact met de asbest en het uitbreken van de kanker verloopt 30 tot 35 jaar.

En de prognose? Van Schil: ‘Die is helaas heel slecht: zelfs met behandeling overleeft een doorsnee patiënt maar een jaar. Opereren is vaak heel moeilijk doordat we niet met een netjes afgebakende

Asbestkanker is in het Antwerpse geen onbekende tumor te maken hebben, maar met kankercellen die langs het longvlies heen groeien. Dat vlies zit helemaal om de longen heen, vergelijkbaar met de voering van een mantel, en kleeft ook tegen de ribben aan. Daardoor is integraal verwijderen quasi onmogelijk.’ Is er de afgelopen jaren dan geen vooruitgang geboekt in de behandeling? Van Schil: ‘Toch wel. Een tiental jaar geleden kwam er eindelijk chemotherapie op de markt die effect had. Ook op chirurgisch vlak is er een evolutie. Tot voor kort werden bij een operatie de volledige long, het longvlies en een

deel van het hartzakje en het middenrif weggenomen. Dat is een erg agressieve behandeling waarvan eigenlijk nooit is aangetoond dat ze het leven verlengt. Daarom proberen we nu als alternatief een ingreep waarbij de long wordt gespaard, in combinatie met chemotherapie. Voorwaarde is wel dat de tumor niet te diep in de long is doorgegroeid. Via een studie gaan we nu de resultaten van die nieuwe techniek na. Daarnaast komt een kleine minderheid van patiënten in aanmerking voor een gecombineerde therapie van chirurgie, radiotherapie en chemotherapie. Daarmee verbeteren de kansen om de ziekte langer onder controle te houden.’ Van Meerbeeck: ‘Verder verwachten we veel van de moleculaire diagnostiek (zie ook vorig artikel). Dankzij nieuwe technologie zullen pathologen binnenkort de genetische kenmerken van de tumor integraal in kaart kunnen brengen. Dat zal hopelijk leiden tot meer gerichte, doeltreffende medicatie. We zijn tot nog toe het enige centrum in België dat daar onderzoek naar doet. Ten slotte loopt binnen het UZA ook een onderzoek naar de mogelijkheid om longvlieskanker vroegtijdig op te sporen aan de hand van merkstoffen in de uitgeademde lucht. Een veelbelovende evolutie.’

Patiënten met een uitgezaaide en bijgevolg ongeneeslijke longkanker kunnen voortaan met hun vragen en noden terecht op de palliatieve raadpleging. Bedoeling is dat ze binnen de acht weken na de diagnose een verkennend gesprek hebben, ook al hebben ze op dat moment soms nog vele maanden of zelfs jaren tegoed. Traditioneel komt palliatieve zorg pas ter sprake als de behandelingsmogelijkheden zijn uitgeput. ‘Uit recent onderzoek blijkt echter dat patiënten die vroeg over palliatieve zorg worden geïnformeerd en vroeg de nodige opvang krijgen, het beter doen’, zegt longarts dr. Annelies Janssens. ‘Ze zijn minder angstig, weten beter wat ze willen, ervaren een betere levenskwaliteit en leven zelfs langer. Ook ondergaan ze minder vaak een nodeloze agressieve therapie.’ Tijdens het palliatieve spreekuur (of beter ‘luisteruur’) geeft de arts informatie over symptoombestrijding en palliatieve zorg. Ook met vragen rond het levenseinde kan de patiënt terecht tijdens dit ‘luisteruur’. Wat is palliatieve sedatie? Wat kun je verwachten van een palliatieve afdeling? Pijnarts dr. Liesbeth Teugels: ‘Afhankelijk van hun noden komen patiënten terug voor een vervolggesprek of verwijzen we hen door naar de gepaste hulpverlening. We kiezen bewust voor een aparte palliatieve raadpleging vanwege de andere invalshoek. Bij de orgaanoncoloog wordt alles op alles gezet voor de medische behandeling, terwijl bij ons comfort en welzijn centraal staan. Zo gaan kanker- en symptoombehandeling hand in hand.’

maguza 025


DOSSIER LONGKANKER

Nooit gerookt, en toch longkanker. Rita (69) leek gewoon pech te hebben. En dan toch nog een geluk bij een ongeluk: ze heeft een zeldzame vorm die tijdelijk te beteugelen is met een nieuw, doelgericht medicijn. Geen mens die vandaag zou zeggen dat ze een uitgezaaide longtumor heeft.

‘ELKE GOEIE DAG IS ER ÉÉN’ H

aar man Michel glundert. ‘Morgen vieren we onze 45ste huwelijksverjaardag. Wie had dat durven hopen?’ Aan hun gouden jubileum durft Rita, wiskundelerares op rust, nog niet te denken. Momenteel voelt ze zich echter goed en daar is ze blij om. ‘De diagnose viel begin 2011’, vertelt ze. ‘Ik had al maanden een prikkelhoest en was vaak moe. Na tal van siroopjes en pilletjes die niet hielpen, klopte ik op tafel. Ik eiste een longfoto, en wel meteen. Zo kwam de longkanker aan het licht.’ Het verdict was hard: de tumor was ongeneeslijk, want uitgezaaid tot in de lymfeklieren en het longvlies. ‘Ik las in het verslag dat ik een palliatieve behandeling zou krijgen. Vreselijk klinkt dat’, vindt Rita.

026

Diverse chemokuren volgden, eerst in een regionaal ziekenhuis, daarna in het UZA. ‘Het eerste gesprek met UZA-longarts dr. Janssens was een verademing’, herinnert Michel zich. ‘Ze verzekerde ons dat ze al het mogelijke zouden doen en kwam heel positief over. Dat heb je nodig.’ Toch zag het er na een klein jaar slecht uit. Een doelgericht medicijn kon het tij misschien nog doen keren. Rita: ‘Zo’n geneesmiddel stopt de kanker tijdelijk, maar werkt alleen bij specifieke tumoren. Een kuur met erlotinib hielp niet. Crizotinib was de volgende optie, maar ik had maar 5% kans om ervoor in aanmerking te komen. Ik was echter bij de gelukkigen. In mei 2012 ben ik ermee gestart.’  Schitterend nieuws  Vanaf toen brachten de controles telkens schitterend nieuws. De kanker stabiliseerde en werd zelfs licht terug-

gedrongen. ‘Een mirakel’, lacht Michel. De nevenwerkingen, waaronder gewichtstoename en vochtophoping in voeten en benen, neemt Rita erbij. ‘Ik ben nog altijd wat sneller moe, maar verder voel ik me uitstekend. Mijn dag is gevuld met activiteiten en tussen twee controles in reizen Michel en ik veel, begin dit jaar zelfs naar ZuidAfrika. We genieten ook veel bewuster van de momenten met onze kinderen en kleinkinderen.’ Ooit wordt de tumor

De UZA-longarts verzekerde ons dat ze al het mogelijke zouden doen resistent aan het middel en begint de kanker opnieuw te groeien, weet Rita. ‘Er is echter een behoorlijke kans dat er tegen dan een nieuw medicijn is.’ ‘En intussen is elke goeie dag er één’, besluit Michel.


advertentie

AGENDA PATIËNTENACTIVITEITEN UZA

OKTOBER – DECEMBER 2013

UZA, Wilrijkstraat 10, 2650 Edegem (inrit parking via Drie Eikenstraat 655)

Infoavond over hypospadias Kom meer te weten over de behandelingsmogelijkheden van hypospadias, een aangeboren afwijking waarbij de plasbuis uitmondt aan de onderkant van de eikel, halverwege de penis of in de balzak. Datum: 21/10/2013 Uur: 19:00 – 21:00 Locatie: UZA Raadzaal Info en inschrijven: www.uza.be/hypospadias-4 of tel. 03 821 35 11 of 03 821 30 47 Prenatale infoavond Als voorbereiding op een bevalling in het UZA organiseert de materniteit een aantal infoavonden voor u en uw partner. Data: • 28/10/2013 • 04/11/2013 Uur: 19:30 – 20:30 Locatie: UZA Auditorium Kinsbergen Info: www.uza.be/prenatale-infoavonden-2013 Inschrijven: 03 821 33 50

ACTIVITEITEN VOOR KANKERPATIËNTEN 1. Infosessies Tijdens de infosessies over kanker wordt telkens een ander onderwerp met betrekking tot kanker toegelicht. U en uw familie zijn van harte welkom. SEKSUALITEIT EN KANKER Datum: 15/10/2013 Uur: 19:00 – 21:00 Locatie: UZA Auditorium Kinsbergen Info en inschrijven: www.uza.be/seksualiteit2013 of tel. 03 821 52 34

COGNITIEVE DYSFUNCTIE: OMGAAN MET STRESS EN ANGST BIJ KANKER Datum: 03/12/2013 Uur: 19:00 – 21:00 Locatie: UZA Auditorium Kinsbergen Info en inschrijven: www.uza.be/stress2013 of tel. 03 821 52 34 OMGAAN MET VERMOEIDHEID Data: 16/12/2013 Uur: 14:00 – 16:00 Locatie: UZA Auditorium Kinsbergen Info en inschrijven: www.uza.be/vermoeidheid-16-12-2013 of tel. 03 821 52 34 2. Workshop Look good, feel better Workshop schoonheidsverzorging door de Vlaamse Liga tegen Kanker om de nevenwerkingen van een behandeling te maskeren en het gelaat te verzorgen. Data: 11/12/2013 Uur: 12:00 – 16:00 Locatie: UZA Blauwe Zaal Info en inschrijven: www.uza.be/lookgood_nov2013 of tel. 03 821 44 58 3. Oncorevalidatieprogramma Het oncorevalidatieprogramma helpt u om uw fysieke en mentale kracht te herwinnen tijdens of na een kankerbehandeling. Tijdens oefensessies werkt u aan fitheid en conditie. 10 bijeenkomsten over o.a. voeding, vermoeidheid, zelfbeeld en intimiteit verbeteren uw welzijn. Aanvang: 03/10/2013 Info: bij uw oncoloog, via www.uza.be/herstellen-na-kanker-2013 of tel. 03 821 35 89 (training) of 03 821 50 73 (welzijn).


GEZOND

U hebt alles al geprobeerd, en toch wil uw kind maar niet eten. Veel ouders kennen de frustratie. Wat doe je het best (of net niet) om je kroost aan het eten te krijgen? Tien tips van logopediste Miek Claes en kindermaag-darmspecialist dr. Els Van de Vijver.

10 TIPS BIJ MOEILIJKE

IK LUST DAT 1

Respecteer het ontwikkelingstempo van uw kind. Volg het ontwikkelingsverloop van uw kind ook al moet u daarvoor iets afwijken van het geĂŤigende voedingsschema. Niet elke baby is op dezelfde leeftijd toe aan lepelvoeding of vast voedsel. Het rijpingsproces van de mond verloopt immers niet bij ieder kind even snel. Observeer uw kind en wacht desnoods nog even met de volgende stap. Eten moet prettig en vlot verlopen.

Introduceer nieuwe smaken en texturen geleidelijk

2

Zorg voor duidelijkheid en structuur. Eet bij voorkeur op regelmatige tijdstippen met het hele gezin samen aan tafel. Laat de kinderen niet rondlopen, zet de televisie uit en vermijd speelgoed aan tafel. Probeer de maaltijd rustig te laten verlopen. Twintig minuten tot een half uur aan tafel zitten is ruim voldoende. Haal het bordje weg, ook al is het nog niet leeg. Spreek eventueel af dat de kinderen pas van

INFO 028

dienst pediatrie, T 03 821 32 51


5

ETERS

NIET! tafel mogen als alle kinderen klaar zijn. Hou vast aan drie maaltijden en twee tussendoortjes, zodat er niet de hele dag door kleine beetjes gegeten of gedronken worden.

3

Vertrek van wat uw kind wel lust. Lust uw kind maar een paar gerechten, maak die dan om de andere dag klaar en introduceer op de andere dagen iets anders. Zo eet uw kind minstens een paar keer per week graag en goed, waardoor de druk voor u en uw kind wegvalt. Noteer bij moeilijke eters wat uw kind wel eet. Is dat bijvoorbeeld alleen pizza, lasagne en frietjes? Maak dan op basis daarvan een weekmenu, ook al komt daar twee keer lasagne in voor. Bouw vervolgens een nieuwe smaak- of textuurervaring op: geef bijvoorbeeld drie lepels gewone lasagne en één lepel lasagne met wat broccoli in en herhaal dat. Zo kunt u geleidelijk nieuwe smaken introduceren.

4

Hou de sfeer ontspannen. Discussieer en zeur niet over eten en eetgedrag tijdens de maaltijd. Anticipeer en stel een plan op waarbij u aansluit bij wat het kind kan en mag eten. Stel geen te hoge verwachtingen in één keer.

Blijf aanbieden, maar forceer niet. Lust uw kind bepaalde groenten of vlees niet, blijf ze dan aanbieden zonder te forceren. Vraag om telkens een klein stukje te proeven. Wanneer dit te moeilijk is, laat uw kindje gewoon even likken aan het stukje groente: zo leert het toch die smaak kennen. Uw kind betrokken houden tijdens de maaltijd is belangrijk. Begin met kleine hoeveelheden op hun bordje, bijscheppen kan altijd nog.

6

Zorg voor een smakelijk en overzichtelijk bord. Ook kinderen eten met hun ogen. Geprakte wortelen en aardappelen zien er beter uit met wat schijfjes tomaat erbij. Wil uw kind graag dat alles apart ligt, gebruik dan een vakkenbord. Sommige kinderen eten graag alles door elkaar gemengd, anderen willen alleen duidelijk herkenbaar voedsel.

7

Beloon op de juiste manier. Een dessert als beloning voor een leeg bord is geen goed idee. Het dessert hoort bij de maaltijd. Kies liever voor een systeem met stickers. Maak vooraf duidelijk wanneer uw kind een sticker verdient. Neem kleine en haalbare stapjes. Na de maaltijd kunt u dan, al dan niet samen met uw kind, een sticker plakken. Moedig uw kind aan en prijs het voor kleine successen.

8

Hou de regie in handen! Leg de regie van het eten niet bij uw kind: u beslist wat er op tafel komt. Verlies niet uit het oog dat u de ouder bent en dat uw kindje u nodig heeft om te leren wat gezond eten is. Geef het kind niet te veel keuzemogelijkheden. U bepaalt wat uw kind eet, maar het kind bepaalt hoeveel hij wil en kan

eten. Als ouder geeft u goede eetgewoonten door aan uw kind. Als u bijvoorbeeld alleen water zonder smaakje aanbiedt, zal uw kind dat leren drinken.

9

Heb oog voor specifieke gevoeligheden. Sommige baby’s en peuters hebben een lagere gevoeligheid in de mond, een probleem dat vaak vanzelf overgaat. Deze kinderen houden van krokant en stevig voedsel. Lukt een gewone boterham niet, probeer dan geroosterd brood of een rijstkoek. Om diezelfde reden weigeren sommige peuters geprakt eten, maar willen ze

U bepaalt wàt uw kind eet; uw kind bepaalt hoeveel wel gestoomde of gekookte groenten. Ook op latere leeftijd blijft textuur belangrijk. Sommige kinderen eten wel groenten als ze uit de oven komen of willen alleen gepaneerde vis of vlees.

10

Zoek tijdig hulp als het niet lukt. Zoek zeker hulp bij de kinder- of huisarts als uw kind een groei- of gewichtsachterstand oploopt. Doe dat ook als het in zijn ontwikkeling blijft hangen, bijvoorbeeld als het op een jaar alleen nog maar gepureerd voedsel wil eten. Bij iets oudere kinderen trekt u aan de alarmbel als ze extreem eenzijdig eten. Wacht niet tot u wanhopig bent. En zoek zeker hulp als u voelt dat uw draagkracht wordt overschreden. Als u gespannen of nerveus bent tijdens het eten, gaat dat ten koste van het contact en het voedingsplezier met uw kind.

maguza 029


GEZOND

HET GRIEPVACCIN

BESCHERM JE HELE OMGEVING MET

EEN PIEPKLEIN PR KJE Vanaf oktober is het nieuwe griepvaccin beschikbaar.

Bent u zwanger, ouder dan 65 of lijdt u aan een long-, hart-, lever-, nieraandoening of aan ­diabetes? Of bent u zelf arts of verpleegkundige? Laat u dan zeker ­vaccineren bij uw huisarts of bedrijfsarts. Alles wat u moet weten over de griepprik!

W

aarom moet ik   een griepprik halen?  Griep is niet onschuldig: de ziekte brengt altijd een gezondheidsrisico mee, zeker voor bepaalde kwetsbare groepen. Elk jaar opnieuw sterven

Voor een griepprik kunt u terecht bij uw huisarts mensen aan de gevolgen van griep. Als het komende griepseizoen even zwaar wordt als dat van vorig jaar, kunt u maar beter uw voorzorgen nemen, voor uzelf maar ook voor de kwetsbare mensen in uw omgeving.  Wie is extra kwetsbaar   voor de griep?  Er zijn vier risicogroepen. » Wie ouder is dan 65 loopt meer 030

kans om bij een griep opgenomen te worden in het ziekenhuis. Ook de kans op verwikkelingen zoals een longontsteking stijgt met de leeftijd. » Zwangere vrouwen zijn door hun zwangerschap vatbaarder voor virale infecties. Ze laten zich dus beter ­ vaccineren, zeker omdat ze de bescherming ook meegeven aan hun baby. Een griepvaccin tijdens de zwangerschap is perfect veilig. Als het tweede of derde trimester van de zwangerschap samenvalt met de griepperiode, is een griepprik zelfs absoluut aangeraden. » Mensen met onderliggende ziekten, zoals long-, hart-, lever-, nieraandoeningen of diabetes kunnen de griep beter vermijden. Zowel volwassenen als kinderen vanaf 6 maanden laten zich het best vaccineren. » Artsen en verpleegkundigen lopen zelf meer risico om de griep te krijgen door hun frequente contacten met patiënten. Dankzij een griepvac-

cin zijn ze zelf beschermd én kunnen ze de infectie niet doorgeven aan andere patiënten.  Gaan we vanaf volgend   jaar alle kinderen   vaccineren, zoals   sommigen vorige   zomer voorstelden?  Zo’n scenario is nog veraf, ook al zou het zeker nuttig zijn. Als 80% van de kinderen gevaccineerd zou zijn, zou dat een sterke impact hebben op de volwassen en de oudere bevolking. In België zouden we zo 300 hospitalisaties en 70 overlijdens van mensen boven 64 jaar kunnen vermijden. Als de prijs van het vaccin zou dalen, zou een grootscheepse vaccinatiecampagne bovendien minder kosten dan de medische kosten van de zieken. In het Verenigd Koninkrijk zullen alle kinderen vanaf twee jaar deze winter een vaccin krijgen, maar hier is dat nog niet het geval.


Heeft het griepvaccin   nevenwerkingen?  Op de plek van het vaccin kan uw huid er wat rood uitzien en kunt u zich wat stijf voelen, maar die nevenwerkingen verdwijnen na twee à drie dagen. Sommige mensen voelen zich wat grieperig na de prik, maar het gaat om een lichamelijke reactie die niets met griep te maken heeft.  Kan ik de griep krijgen   van het vaccin?  Neen, dat kan niet. De griepprik bevat alleen geïnactiveerde vaccins, die geen genetisch materiaal van het griepvirus dragen. U krijgt wel manteleiwitten toegediend met de kenmerken van het virus, waardoor uw immuunsysteem antistoffen aanmaakt.  Wanneer ga ik het best   een prik halen?  Zodra het vaccin beschikbaar is, kunt u zich laten inenten. Dat kan meestal vanaf oktober.

Vanaf wanneer ben ik   dan beschermd?  Het vaccin werkt twee à drie weken na de vaccinatie. De bescherming duurt 10 à 12 maanden.  Moet ik elk jaar een nieuw   vaccin halen?  Inderdaad. Het vaccin van vorig jaar is ondertussen uitgewerkt. Bovendien heeft het nieuwe vaccin ook een andere samenstelling. Een griepprik bevat een drietal griepstammen van virussen, die elk jaar opnieuw vastgelegd zijn door de Wereldgezondheidsorganisatie.  Waar kan ik terecht voor   een griepprik?  U wendt zich het best tot uw huisarts. Sommige huisartsen hebben een aantal vaccins liggen. Als dat niet het geval is, gaat u met het voorschrift van uw huisarts een vaccin halen bij de apotheek. Daarna zal uw huisarts het vaccin toedienen. Gezondheidswer-

kers kunnen een inenting halen bij de bedrijfsarts.

Wat kan ik, naast een vaccin,   nog doen om griep niet door   te geven?  Een goede hygiëne blijft belangrijk. Was uw handen vaak met zeep. Gebruik het best papieren wegwerpzakdoekjes.

De kans op verwikkelingen stijgt met de leeftijd. Als u katoenen zakdoeken gebruikt, geef ze dan niet door en was ze regelmatig op een hoge temperatuur. Als u hoest, zorg er dan voor dat er geen deeltjes rondvliegen. maguza 031


ZORG

JOHAN GAF EEN NIER AAN ZIJN ZOON

LEVEND D NOR IN DE Steeds meer mensen beslissen om een nier af te staan aan een familielid. Dat is goed nieuws, want transplantnieren van levende donoren doen het beter dan organen van overleden donoren. Het UZA let erop dat donoren vrij en doordacht beslissen. Het verhaal van Johan, die een nier schonk aan zijn zoon.

L

even geven is normaal weggelegd voor vrouwen. Het was speciaal dat ik als vader de kans kreeg om Florian een gezonde nier te schenken.’ Dankzij de transplantatie leidt Florian (13) nu al meer dan drie jaar een gewoon leven.

‘Dankzij de transplantatie heeft Florian nu een gewone jeugd. Hij is dol op paardrijden en ravotten met zijn broer. 032

Net op tijd ‘Al op de echo’s tijdens de zwangerschap zagen we Florians linkernier verschrompelen’, vertelt Johan. ‘Toen hij drie was, bleek dat zijn rechternier, die alleen was overgebleven, steeds minder werkte. Ondanks medicijnen en een streng dieet (met onder meer geen cola of chocolade) bleef de nier achteruitgaan.’ ‘Mijn vrouw en ik wisten dat levend donorschap mogelijk was en lieten ons testen. We hadden allebei genoeg


SCHAP LIFT overeenkomsten met Florian om te doneren, maar uiteindelijk beslisten we dat hij mijn nier zou krijgen. Net op tijd, want bij de laatste controle voor de transplantatie was Florians nierfunctie onder de grens voor dialyse gezakt. Dankzij de transplantatie moest hij niet aan de dialysemachine. Meteen na de operatie vroeg hij al cola en chocolade’, lacht Johan. 15 pillen per dag Vader en zoon werden op 19 januari 2010 geopereerd. Johan mocht snel naar huis, maar Florian moest twee weken in quarantaine blijven. Door de medicatie tegen afstoting was zijn immuniteit te zwak en moest hij elke bron van infectie vermijden. Daarom is hij ook de rest van het schooljaar thuisgebleven. Gelukkig kon hij via Bednet de lessen blijven volgen en in contact blijven met zijn klasgenootjes. De medicatie tegen afstoting moet hij levenslang nemen. Johan: ‘Beter 15

Nieren van levende donoren geven betere resultaten pillen per dag dan een paar keer per week dialyse! Dankzij de transplantatie heeft Florian nu een gewone jeugd. Hij is dol op paardrijden en ravotten met zijn broer.’

Om de zes maanden wordt Florian grondig gecontroleerd. Een halve dag lang gaan dokters de werking en het uitzicht van de nier na, net zoals Florians botdensiteit, hart, tanden en ogen. Tweemaandelijks heeft hij ook een controle van zijn bloed en urine. Voor Johan en Florian zijn de mensen van het UZA als oude bekenden. ‘Het doet deugd om tussendoor een babbeltje te slaan met hen. Een transplantnier van een levende donor gaat normaal 10 à 20 jaar mee. Dan is Florian tussen de 20 en de 30, maar wie weet wat de medische wetenschap dan al kan. Zelf leef ik veel bewuster en gezonder dan voordien. Ik heb ondertussen al deelgenomen aan een marathon en een aantal kwart-triathlons.’ Betere resultaten Kindernefroloog prof. dr. Koenraad Van Hoeck transplanteert al 19 jaar nieren van levende donoren naar kinderen. ‘Nieren van levende donoren geven betere resultaten dan nieren van overleden donoren. Dat heeft verschillende oorzaken: als donor en ontvanger familie zijn, hebben ze meer gemeenschappelijke kenmerken. De kwaliteit van het orgaan is ook beter, want alleen wie kerngezond is, mag doneren. Bovendien is het orgaan minder lang onderweg van het ene lichaam naar het andere. De koude ischemietijd – de transporttijd waarbij het orgaan ingevroren is – bedraagt ten hoogste anderhalf uur in plaats van 12 à 18 uur.’

‘Ook voor de donoren zijn er geen nadelen. De levensverwachting bij levende donoren ligt zelfs hoger dan gemiddeld. Logisch, want de medische selectie is streng. Naast een nier kunnen familieleden ook een stukje lever doneren. Nu stijgen de cijfers, maar tot voor kort was levend donorschap in België eerder uitzondering dan regel. Dat komt door de wetgeving: Belgen die overlijden, zijn automatisch donor, tenzij ze voor hun dood beroep hebben aangetekend. Daarom is er geen tekort aan organen, en moet men niet per se op zoek naar alternatieven. In Nederland, Scandinavië en de VS is levend donorschap veel frequenter. België is toe aan een inhaalbeweging.’

VRIJWILLIG EN DOORDACHT DONEREN Om geen enkele druk uit te oefenen op kandidaat-donoren, schakelt het UZA een externe nefroloog in. Mark Helbert van het Ziekenhuis Netwerk Antwerpen (ZNA) begeleidt de kandidaat-donoren in het UZA. ‘Ik zie hen een viertal keer op twee maanden tijd. In het eerste gesprek luister ik naar hun motivatie en leg ik uit wat hen te wachten staat. De kandidaat-donor krijgt bedenktijd en als hij wil doorgaan, moet hij zelf een nieuwe afspraak maken. De helft van de kandidaten haakt af na het eerste gesprek. De anderen krijgen een grondige medische en psychosociale screening. Na elke reeks onderzoeken bespreek ik de resultaten met de kandidaat-donoren. Mensen moeten bewust, vrij en doordacht kunnen kiezen. Eén derde van de mensen die de hele procedure doorlopen, wordt uiteindelijk een levende donor. Sinds 1984 staat de teller in het UZA op 50 levende donaties.’

maguza 033


ZORG

HET GEVECHT TEGEN

DE MEDICATIE Missen is menselijk, maar medicatiefouten kunnen zware gevolgen hebben voor de patiënt. Het UZA brengt alle incidenten in kaart met een nieuw registratiesysteem. Zo kunnen de afdelingen actie ondernemen om die fouten in de toekomst te vermijden.

034

E

en verkeerd geneesmiddel, een foute dosis, een half uur vertraging bij het toedienen: het zijn allemaal voorbeelden van medicatiefouten. Het gaat om vermijdbare gebeurtenissen waarbij de geneesmiddelen niet correct gebruikt zijn. Medicatiefouten kunnen gevolgen hebben voor de patiënt, maar dat is zeker niet altijd het geval. Een geneesmiddel iets later toedienen, is bijvoorbeeld meestal zonder risico. Er zijn op dit moment geen specifieke cijfers beschikbaar voor het UZA, maar volgens algemene studies zouden medicatiefouten bij 3% van de ziekenhuisopnames voorkomen. Geen paniek: zware medicatiefouten zijn uiterst zeldzaam. Toch is het voor een ziekenhuis interessant om zicht


Bovendien is de betrokkenheid van het personeel nu groter, omdat de gemelde incidenten per dienst bekeken worden, en niet meer centraal, zoals vroeger. De verantwoordelijken van de dienst hebben het beste zicht op de werking van de afdeling, en zijn dus het best geplaatst om feedback te geven en om in te grijpen. Over de diensten heen is er een multidisciplinaire werkgroep die een driemaandelijks overzicht krijgt van de incidenten, waarbij de namen van de verpleegkundigen of artsen niet vermeld staan. Als verschillende diensten met hetzelfde probleem kampen, kan die werkgroep het initiatief nemen om dat probleem in alle afdelingen aan te pakken’, zegt Van heusden.

FOUT te hebben op alle fouten, ook de lichtere. Sinds een jaar test het UZA een nieuw registratiesysteem, waarin verpleegkundigen en artsen incidenten en bijna-incidenten kunnen melden. Verpleegkundig stafmedewerker Danny Van heusden heeft het systeem mee opgestart. ‘Pas als we een goed zicht hebben op wat er zoal misgaat, kunnen we actie ondernemen om bepaalde fouten in de toekomst te vermijden.’  Registreren om te leren  ‘Het nieuwe systeem draait op het intranet; personeelsleden hebben er overal toegang toe. Vroeger kon men ook al incidenten melden, maar met papieren formulieren. Het nieuwe systeem is dus minder omslachtig.

60% meer meldingen  ‘Personeelsleden mogen geen schrik hebben om incidenten te melden. Niemand zal hen straffen of verwijten maken: een incidentmelding heeft geen persoonlijke gevolgen’, zegt Danny Van heusden. Hij wijst op de evolutie van het aantal meldingen bij de afdeling neonatologie. Sinds de dienst met het nieuwe systeem werkt, zijn er 60% meer incidenten gemeld.

Meer meldingen van incidenten betekent dat het personeel de afdeling wil verbeteren Dat betekent niet dat daar meer fouten gebeuren dan vroeger, maar wel dat personeelsleden erg gemotiveerd zijn om hun afdeling te verbeteren. Naast neonatologie hebben ook hematologie en thorax- en vaatheelkunde het nieuwe systeem getest, net als de afdeling intensieve zorg. Tegen eind dit jaar zullen alle diensten het nieuwe registratiesysteem gebruiken.

ELEKTRONISCHE EN MENSELIJKE CONTROLE Het UZA is al lang bezig om de medicatieveiligheid te verbeteren. Hoofd­ apotheker Jo Swartenbroekx: ‘Sinds 2006 werken we met elektronische ­ voorschriften, om problemen met het beruchte doktersgeschrift te vermijden. Elk geneesmiddel dat wordt voorgeschreven, wordt ook nog eens gevalideerd door een apotheker. Die haalt er soms fouten uit, zoals verkeerde dosissen. Vanaf 2007 hebben we stelselmatig computergestuurde medicatiekasten ingevoerd. Op basis van het voorschrift, dat in de computer zit, levert de distributiekast een bepaald geneesmiddel af. Alleen de lade waarin het voorgeschreven geneesmiddel zit, gaat open. Zo is het bijna uitgesloten dat verpleegkundigen het verkeerde geneesmiddel uit de kast nemen. En in de toekomst zouden we de medicatie ook moeten kunnen registreren met een barcode als ze toegediend wordt. Dan zal de cyclus rond zijn, want dan zullen we de medicatie kunnen volgen van voorschrift tot toediening.’

maguza 035


ZORG

Vanaf oktober start het UZA met muziektherapie voor kinderen op de kankerafdeling. Door muziek te maken of liedjes te schrijven, kunnen patiënten over hun gevoelens communiceren.

MUZIEK,

MAE

M

uziek spelen is een ontspannende afwisseling voor kankerpatiëntjes die lange tijd niet naar buiten mogen en vastzitten op hun ziekenhuiskamer. Daarnaast is muziek maken ook een creatieve bezigheid. Verschillende kinderen op de oncologische afdeling kunnen of mogen niet naar school. Naast het onderwijs dat ze vanuit hun ziekenhuisbed krijgen, is het waardevol voor hen om ook creatief bezig te zijn, bijvoorbeeld met muziek. Muziek maken heeft ook een therapeutisch aspect. Het kan een medium zijn voor kinderen van alle leeftijden om te communiceren over hun gevoelens. Bij heel kleine kinderen kan dat nuttig zijn omdat ze verbaal nog niet mondig genoeg zijn. Maar ook grotere kinderen hebben het niet altijd gemakkelijk om hun boosheid, verdriet of verwarring in woorden uit te drukken. Daarbij kan muziek een uitlaatklep zijn.  Tokkelen en trommelen  ‘Dit project wordt financieel ondersteund door de Vlaamse Liga tegen Kanker’, legt prof. dr. Koen Norga uit. ‘Daarnaast hebben de leerlingen uit het zesde jaar sociaal-technische wetenschappen in Geel 1.000 euro ingezameld voor het project. Met dat geld kopen we muziekinstrumenten. Onze muziektherapeute, Leen Verbeeck, heeft al veel ervaring opge-

INFO 036

Multidisciplinair Oncologisch Centrum Antwer


ONVERGETELIJK

UZA-medewerkers over een patiënt of moment om nooit te vergeten.

MUZIEKTHERAPIE VOOR KINDEREN MET KANKER

STRO! daan in andere ziekenhuizen. Omdat we rekening moeten houden met de infectierisico’s voor onze patiënten kiezen we voor instrumenten die niet van mond tot mond moeten gaan. Eigenlijk kun je al heel veel muziek maken met dagelijkse gebruiksvoorwerpen, zoals een lepel om mee op je bed te trommelen, of je eigen stem. Maar we voorzien ook gitaren, trommels, een xylofoon …’  Individuele sessies  Het aanbod is er in de eerste plaats voor kinderen die langere tijd op de afdeling moeten verblijven. Zij zul-

Prof. dr. Christophe De Block is adjunct-diensthoofd op de dienst endocrinologie en diabeto­

logie in het UZA. Afgelopen zomer reanimeerde hij tijdens zijn vakantie een vierjarige en redde zo zijn leven.

EENS ARTS, OVERAL ARTS ‘Als arts blijf je arts, ook op vakantie. Ik was deze

zomer met mijn gezin op vakantie in Mallorca. Op

een avond hoorden we geschreeuw in het hotel. Iemand riep dat er een jongetje in het zwembad

gesukkeld was. Ik repte mij er ook naartoe. Een kelner had intussen het kind, Jude, uit het water gevist en was aan de eerste hulp begonnen. Maar

de jongen zag al blauw en de omstaanders gaven

allerlei verschillende instructies. Ik heb toen de reanimatie overgenomen, samen met een Poolse

dame. Zij deed de mond-op-mondbeademing en

Voor de instrumenten hebben leerlingen uit Geel geld ingezameld

ik de hartmassage. Na tien minuten kreeg Jude weer kleur en hoestte hij water op. Hij ademde

zelfstandig en had weer een sterke polsslag. Ik kon nog even met zijn ouders praten voor de

ambulance kwam. Ik was er niet gerust in dat

alles neurologisch terug goed zou komen, aangezien hij zijn armen en benen niet bewoog. Maar

len individuele muzieksessies krijgen, omdat het risico op infecties te groot is als ze in groep zouden spelen. Hoe vaak er tijd gemaakt wordt voor muziek, zal afhangen van de patiënten zelf. Sommige kinderen zullen er meer voor voelen dan andere. Als de therapeute tijd over heeft, kan het UZA ook oncologische patiëntjes die maar af en toe in het ziekenhuis zijn, muziektherapie aanbieden.

drie dagen later was Jude terug in het hotel, aan het eten en spelen. Een dag na het incident kwam het regionale tv-nieuws mij zelfs interviewen.

Het blijft wel aan je kleven, zeker op vakantie.

Ik had nog nooit een kind gereanimeerd. Als arts heb je natuurlijk wel al veel reanimaties in de vingers van tijdens de opleiding. Kunnen reani-

meren is een noodzakelijke basisvaardigheid voor

een arts of verpleegkundige, maar ik merkte deze

zomer toch opnieuw hoeveel koelbloedigheid dat vergt. En ik ben zo blij dat dat kindje voor de

volle honderd procent gerecupereerd is, dat is pen (MOCA), www.uza.be/moca

mijn mooiste beloning.’

maguza 037


advertentie

Het UZA zoekt vrijwilligers Het UZA zoekt vrijwilligers met een warm hart en een luisterend oor voor patiënten! Wilt u graag tijd doorbrengen met patiënten op de verpleegafdeling voor een babbel, ondersteuning of een wandeling? Of wilt u mensen begeleiden en wegwijs maken in de inkomhal? En kunt u zich 4 tot 6 uur per week vrijmaken? Stel u dan kandidaat als vrijwilliger bij het UZA! Neem contact op met vrijwilligerscoördinator Nora Lens, tel. 03 821 40 11 of nora.lens@uza.be UZA, Wilrijkstraat 10, 2650 Edegem – www.uza.be

affiche_vrijwilligers-extern.indd 1

16/01/12 09:45


WITJAS

Christophe Jacobs is al twintig jaar podoloog in het UZA. ‘Twintig jaar geleden was de diabetische voet nog quasi onbekend. Tegenwoordig beseft men het belang van gezonde voeten bij diabeten veel beter.’

Op goede voet met de podoloog B

ij een pedicure kun je langs-

heb ik mij gespecialiseerd in de dia-

Een podoloog heeft een medisch

Voor patiënten met diabetes is het

gaan om esthetische redenen.

betische voet.’

Christophe Jacobs, podoloog

Veel patiënten komen dus om de paar maand terug voor verzorging.’

diploma en kan naast de verzorging

cruciaal om hun voeten gezond te

Hoogseizoen

delingen uitvoeren. ‘Ik ben hier al

klein voetwondje kan bij diabetici

voor Christophe en zijn collega.

van voeten ook medische behaneen oud meubel’, lacht podoloog

Christophe Jacobs. ‘In 1993 kwam ik in het UZA op stage. Er werd een

multidisciplinaire voetkliniek uit de grond gestampt, de eerste van het land, en ik was erbij. Gaandeweg

houden. De genezing van een piep-

In de zomerperiode is het extra druk

namelijk maanden aanslepen, en

‘Diabetici hebben minder gevoel in

tot veel erger leiden. ‘In het UZA

werken er twee podologen: collega Antoine Roels en ik. De meerderheid van onze patiënten is diabeet, maar

soms zien we ook andere patiënten met voetproblemen’, legt Christophe uit. ‘We doen zowel wondpreventie als verzorging van voeten.’

Op inspectie Eén keer per jaar moeten diabeti-

hun voeten. Het is goed mogelijk dat

ze ergens op trappen zonder het te

voelen. Sommige patiënten gaan op vakantie wandelen met stapschoe-

nen die ze lang niet meer gedragen hadden, en krijgen wondjes aan hun voeten. Of ze hebben op heet zand

gelopen en zonder het te voelen hun voetzolen verbrand. De zomer is voor ons een hoogseizoen’, lacht hij.

sche patiënten sowieso voor een

Een teen gered

loog. ‘Ik bekijk met de patiënt hoe

heel toffe collega’s en er zijn veel

voetinspectie langsgaan bij de podo-

‘Ik doe mijn job heel graag, ik heb

we het risico op voetproblemen

patiënten die ik regelmatig terugzie.

zo klein mogelijk kunnen houden. Daarom bestudeer ik hun schoeisel, hou ik eeltvorming in de gaten, kijk ik naar de staat van hun huid,

of hun teennagels goed geknipt zijn zodat ze niet ingroeien, enzovoort. Ik test ook hun voeten op gevoel en

doorbloeding. Het grootste deel van mijn patiënten is al een dagje ouder,

en voor hen is het niet evident om zelf hun voeten goed te verzorgen.

Dat schept een band. Maar helaas zijn vele patiënten al wat ouder, en

moet je soms onverwacht afscheid nemen. Af en toe moeten er ook stuk-

ken voet of teen geamputeerd wor-

den. Dat is moeilijk voor de patiënt, en ik leef daar ook mee mee. Dat vind ik het moeilijke gedeelte van mijn job.

Maar als ik een amputatie kan vermijden of een teen kan redden, dan is mijn hele week goedgemaakt!’

maguza 039


PUZZEL

PUZZEL & WIN! 1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

11

12

13

14

15

16

1 2

2

3

7

4

1

5 6 7

8

8 9

10. 11. 12. 13. 14. 15.

10 11

4

12

3

5

13 14

steelhuis van een spade – dozijn – minderwaardig spul – slede ééncellig diertje – cent – glas bier tamelijk – behandeling van spraakstoornissen ontkenning – Sociaaldemocratische Partij – gebogen priem bondgenootschap – parasiet – onecht mastbalk – zoekmachine op het internet – uitroep van schrik – ajuin tijdmaat – röntgenonderzoek van de borst

16.

6

15

Verticaal 1. antistollingsmiddel 2. gezinslid – maand – tweetenige luiaard 3. droogoven – analysebedrijf – git 4. Amerikaans – a tempo – eikenschors – paardenrijschool 5. doorbakken – Reverendus Dominus – mondwater – ongaarne 6. overgangsjaren van de man – sprakeloos 7. deel van een boom – wijnhuis 8. renium – Eastern Airlines – vluchtheuvel – luchtmacht 9. kiezels – onbeweeglijk – Vlaamse Energiemaatschappij 10. kwijtschelding van straf – schotelrek 11. houten stop – huidspecialist 12. metaal – voldoende – faire suivre – daar 13. moskeehoofd – soort doping – langs 14. wezenlijk – projectieplaatje – Peruaans heerser 15. onroerend goed – vreemd – landbouwer (Ind.) – gemakzuchtig 16. inwendig orgaan – verhoogde bloeddruk

16 1

2

3

4

5

6

7

8

Horizontaal 1. inwendig orgaan – provitamine D2 2. machine om struiken en begroeiing te verwijderen – onmeetbaar getal – ik (Lat.) 3. Europeaan – kolk – lichte spot 4. overdosis – Waalse landstreek – binnenste van beenderen 5. huidverharding – radon – decimeter – chic feest 6. binnenkort – japon – hetzelfde – uitroep van verwondering 7. urinelozing tijdens de slaap – sec 8. struisvogel – vloeibare mest – gebraad (Fr.) 9. muzieknoot – killig – behoeftig mens – onheilsgodin

DOE MEE EN WIN! Heb je het letterwoord ontdekt? Mail het dan voor 20 november 2013 met je naam en adres naar maguza@uza.be of stuur een briefkaart naar Maguza, UZA – Afdeling communicatie, Wilrijkstraat 10, 2650 Edegem en maak kans op één van de 5 x 2 cinematickets van Kinepolis.

1 1 2 3 4 5 6 7

A A 10 M 11 B 12 E 13 I 14 E 15 N 8 9

11

16

040

2

C O I T U S

3

4

5

6

O N G E D E O N E R T F A K D A L U I S E R E R U N K S A T R A L O E D A R L N T L C A U E G R I T A K

8

1

7

10

7

8

S T R O O OM RM E B L I V L S I B E A S S N T O S P

3

9

10

11

I E J OM E O N B E O R K S P O E L I L A UW M A N A L E N K K E L D T A A T E R R E B E B A N O E D D 2

5

9

12

13

O G M H A A L I L U T C H I N T A S T I E E L B I E 6

14

15

16

G E N A D E E U E L S N G K A S S E E R L E V D I P I C O K E R F E L E T A N S T 4

OPLOSSING MAGUZA 93 REVALIDATIE – G. Claes (Beveren), S. De Backer (Temse), L. Bouwens (Borsbeek), A. Peleman (Berchem), E. Witvrouwen (Herenthout) krijgen hun cadeaubon binnenkort in de bus.


INFO

TOT UW DIENST Nuttige Telefoonnummers » algemeen nummer UZA: T 03 821 30 00 » onthaal en opname: T 03 821 31 01 » patiëntenbegeleiding: T 03 821 37 00 (maatschappelijk werk, vrijwilligers, intercultureel bemiddelaar, transfercoördinator, levenbeschouwelijke begeleiding, tolken en tolken Vlaamse gebarentaal) » ombudsdienst: T 03 821 31 60 » inlichtingen facturen: T 03 821 31 28 » mobiele medische urgentiegroep: T 03 821 38 06 » school in het UZA: T 03 821 58 86 Kinderopvang De Speelvogel In de kinderopvang zijn kinderen van patiënten en bezoekers van harte welkom. U vindt De Speelvogel in de rechtervleugel op het gelijkvloers. Pijlen vanop de parking wijzen de weg. Meer info: T 03 821 38 87 Gastenkamers Ter Weyde Wilt u in de buurt van het ziekenhuis overnachten, dan kunt u terecht in onthaaltehuis Ter Weyde. Vrijwilligers bieden er een eenvoudig maar warm onthaal aan een billijke prijs. Ter Weyde bevindt zich op 200 meter van het UZA (Edegemsesteenweg 240, 2610 Wilrijk). Voor meer info: T 03 440 48 18. Winkelgalerij In de inkomhal vindt u: » de cafetaria, in de week open van 8.30 tot 20 uur; in het weekend en op feestdagen van 12 tot 20 uur » een broodjeszaak, in de week open van 9 tot 14.30 uur » een winkel Momen’to Shop Delhaize met een ruim aanbod verse voeding, drank, lectuur, geschenkartikelen … Open op weekdagen van 9.30 tot 20 uur, open op zaterdagen en feestdagen van 12 tot 18 uur, gesloten op zondag

» een bloemen- en pralinewinkel ‘Gift Shop’, open op weekdagen en op zon- en feestdagen, telkens van 10.30 tot 19 uur, gesloten op zaterdag » een bankautomaat Restaurant Het restaurant vindt u op -1 op het einde van de bezoekersgang. Het is elke werkdag open van 12 tot 14 uur.

COLOFON Maguza – driemaandelijks tijdschrift van het Universitair Ziekenhuis Antwerpen – jaargang 25, oktober 2013 – Redactieadres: UZA, afdeling Communicatie, Wilrijkstraat 10, 2650 Edegem, communicatie@uza.be – Verantwoordelijke uitgever: Johnny Van der Straeten – Hoofdredacteur: Ann Segers – Eindredacteur: Kris Thieren – Redactieraad: Bettina Blaumeiser, Patrick Cras, Annick Deckers, Anneleen De Vos, Jonas De Wolf, Tine Lassuyt, Marc Peeters, Ann Segers, Bharati Shivalkar, Elke Smits, Kris Thieren, Paul Van Aken, Miranda Van De Wiele – Redactie & realisatie: Jansen & Janssen Uitgeverij, www.jaja.be – Fotografie: Frank Bahnmuller, Jan Locus, Eric de Mildt, Shutterstock – Illustratie p. 10-12: Lucy Elliot, p. 16: Debora Lauwers – Kruiswoordraadsel: Freddy Roegiest – Reclameregie: Media Surplus, www.media-surplus.be – De inhoud van de advertenties valt niet onder de redactionele verantwoordelijkheid van het UZA. Maguza wordt gedrukt op FSC-papier, afkomstig van duurzaam beheerde bossen. Abonnement Wenst u een gratis abonnement op Maguza, wilt u een adreswijziging doorgeven of wilt u het magazine niet langer ontvangen? Bel 03 821 32 96 of stuur uw naam en adres naar UZA, afdeling communicatie, Wilrijkstraat 10, 2650 Edegem, of surf naar www.maguza.be/abonnement. U kunt hier ook inschrijven op de gratis digitale nieuwsbrief van Maguza. www.maguza.be

advertentie

Wij verhogen uw comfort ! Huisliften VrijBLijVeNde offerte / BezoeK Bel gratis : 0800 20 950 www.trapliftinfo.be

E SERVIC 7d/7d

24u/24u NV Coopman Liften Heirweg 123 | B-8520 Kuurne comfortlift@coopman.be | www.trapliftinfo.be

-

Plateauliften

Trapliften maguza 041


RUM T C E SP

n e g lezin

Epidemiologen uit eigen kweek

Deze lezingenreeks wordt ­georganiseerd door ActUA vzw (Actie Universiteit Antwerpen). Het uitgebreid programma vindt u ook op www.ua.ac.be/actua

Mensen, bacteriën, virussen, wetenschap­ pelijk onderzoek, volks­ gezondheid en … beleid?

S

REEK

Moleculaire biologie: superwetenschap die levens kan redden!

Universiteit Antwerpen en de toekomst  Wie: Prof. dr. Alain Verschoren, rector Universiteit Antwerpen Datum: donderdag 19.09.2013

Hebben burgers te veel rechten? Wie:

evrouw Cathy Berx, M Gouverneur van de provincie Antwerpen Alumna Universiteit Antwerpen en prof. Faculteit Rechten, Algemeen Datum: donderdag 19.09.2013

‘Voorzitter – zeg eens….’ illa politica of de arena van V de politiek – kroko’s kunnen geen vrienden zijn Wie: Mevrouw Linda De Win, Alumna Universiteit ­Antwerpen, journalist VRT Datum: donderdag 26.09.2013

Wie: Prof. dr. Joost Weyler, Faculteit Geneeskunde en Gezondheids-wetenschappen, Epidemiologie en Sociale Geneeskunde Datum: dinsdag 22.10.2013

Hart & ziel onder stroom, we zijn elektrisch, tot in onze cellen toe Wie: Prof. dr. Dirk J.J. Snyders, Universiteit Antwerpen, Faculteit BMFD Wet. / Biomedische Wetenschappen Datum: donderdag 3.10.2013

Nieuwe voedsel­ allergieën gaan niet meer ­vanzelf over! Wie: Prof. Dr. Margo Hagendorens, UZA, Kinderarts – Senior staflid pediatrie – immunologie Datum: donderdag 10.10.2013

Armoede… hoe arm zijn wij vandaag? Wie: Prof. dr. Danielle Dierckx, Universiteit Antwerpen, Faculteit Politieke en Sociale Wetenschappen, OASeS – Centre on Inequality, Poverty, Social Exclusion and the City VLAS – Flemish Policy Research Centre on Poverty Datum: donderdag 17.10.2013

Wie: Prof. dr. Herman Goossens, UZA, Diensthoofd klinische biologie, Universiteit Antwerpen, Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen, Medische Microbiologie Datum: donderdag 24.10.2013

Geweld in MiddenAfrika begrijpen Verklaring van het dramatisch verleden en zicht op de (nabije) toekomst Wie: Prof. dr. Filip Reyntjens, Universiteit Antwerpen, Insti-tuut voor Ontwikkelingsbeleid en -beheer (IOB) Datum: donderdag 31.10.2013

Allemaal salafisten? Wie:

r. Jessika Soors, D KU Leuven, studiegroep History of the Fundamentals of Islam Datum: donderdag 7.11.2013

Als het kwaad getweet is – databescherming van burgers Wie:

rof. dr. Patrick Van Eecke, P Universiteit Antwerpen, Faculteit Rechten – Algemeen Datum: donderdag 14.11.2013

Inschrijven kan voor alle lezingen en activiteiten via secretariaat ActUA, Tel. 03 265 34 22, e-mail: actua@ua.ac.be of via www.ua.ac.be/

042


COLUMN

‘De universiteit, een lichtbaken in schemerige tijden – z ­ onder vrijheid is er geen excellentie, zonder academische vrij­ heid geen universiteit’. Wie:

rof. dr. Rik Torfs, P rector KULeuven (onder voorbehoud van toezegging) of Het boek in Vlaanderen sinds 1800 – Een Cultuur­­­­­ geschiedenis. Em. prof. dr. Ludo Simons, ere hoofdbibliothecaris UA, emeritus hoogleraar Boek- en bibliotheekwetenschap UA en KU Leuven Datum: donderdag 28.11.2013

Dr. House en computeralgoritmes Wie:

T im van den Bulcke & Kris Laukens Biomina – onderzoeks­ centrum voor Biomedische Informatica – kruispunt tussen biologie, geneeskunde en informatica Datum: donderdag 05.12.2013

Diamonds love ­Antwerp! Wie:

e heer Ari Epstein, D Alumnus Universiteit ­Antwerpen, CEO Antwerp World Diamond Centre Datum: donderdag 12.12.2013

Ons briljante brein: de zoektocht naar het bewustzijn Wie: Prof. Dr. Steven Laureys, Universiteit Luik, NRS Re-search Director, Clinical professor of Neurology, University Hospital of Liège, Sart Tilman, ULG – Director Coma Science Group Datum: donderdag 19.12.2013

ActUA

AI, DOKTER, MIJN RUG …

V

orige week nog was ik op ziekenbezoek bij een col-

lega. 35 is hij, papa van twee vinnige kleuters, in de

fleur van zijn leven dus. Hij is volop aan het herstellen van

een rugoperatie, de derde al. Nu, zes maanden na de ope-

ratie kan hij wat wandelen, zijn kinderen naar school brengen en hen in bed stoppen. Meer niet. De meeste ­patiënten zijn zes maanden na zo’n ingreep alweer goed aan het

werk, maar dus niet mijn collega. Pech, zegt de dokter, zijn rug wil niet mee. En zoals hem ken ik er wel meer. Het overkomt niet alleen dertigers, veertigers of ­vijftigers, dat hun rug niet meer mee wil. Steeds meer pubers sukkelen met hun rug en hebben een wervelkolom met tekenen van slijtage. Vanzelfsprekend wordt dan met een beschuldigende vinger naar computer, tablets en televisie gewezen. Terecht wellicht, veel tieners zitten urenlang, om spelletjes te spelen op de computer, te skypen of face­booken met vrienden. Maar hoeft dat zo dramatisch te zijn? Een ­collega merkte in de krant terecht op dat we overbezorgd zijn als het om onze kroost gaat, op het ­hysterische af. Minder dan 200 jaar geleden stonden kinderen van die leeftijd uren voorovergebogen aan weefgetouwen. Iemand ooit vernomen dat de gevolgen voor hun rug zo dramatisch waren? Het heeft in elk geval de geschiedenisboeken niet gehaald. Gaan we mee in de hysterie of doen we net het omgekeerde en slaan we elk advies voor een gezonde rug in de wind? Uit luiheid ben ik geneigd voor het tweede te kiezen. Maar, wie zijn gezond verstand gebruikt wéét dat zitten en weinig bewegen ronduit slecht is voor onze wervel­kolom. Onze spierkracht gaat samen met onze conditie zienderogen achteruit. De rug is minder sterk, raakt overbelast en verslijt ook sneller. En slijtage doet pijn, waardoor we nog minder bewegen. Met nog meer pijn. Het zou toch zonde zijn om de rug van onze pubers daar nu al mee te hypothekeren. We staan er niet vaak bij stil, maar onze rug is onze steunpilaar. Hij moet ons dragen, ons leven lang. Vraag maar aan mijn collega … We kunnen hem dus maar beter goed soigneren, en dat betekent bewegen, spieren kweken en soepel blijven. Denkt u daar af en toe eens aan als u na een heerlijke televisieavond stram en stijf uit uw zetel opstaat?

Katty Allaert werkt al 20 jaar als journalist op de vrt-nieuwsdienst. Voor Het Journaal maakt ze reportages over gezondheid. Ze schreef mee aan een boek over allergieën en werkt nu aan een boek over rugpijn. Ze is geboeid door alle mooie dingen in het leven.

Katty maguza 043


GEHOLPEN? RUBRIEK

Eindelijk de vogels horen fluiten Gert en Dorien zijn beiden slechthorend. Dankzij hun cochleair implantaat (CI) kunnen ze vandaag veel vlotter een gesprek

altijd nietʼ, zegt Dorien, ʻmaar het

is een wereld van verschil. Ik werk als bediende en kan nu vergaderin-

gen bijwonen. Ook op familiefeesten kunnen we de draad van de

gesprekken volgen. Vroeger behielpen wij ons vooral met liplezen,

maar dat is erg vermoeiend.ʼ Gert:

volgen. Ook zoontje Liam (1,5) onderging de ingreep. ‘Sindsdien

ʻAls schilder-behanger hoor ik het

maakt hij graag veel lawaai’, lacht Dorien.

roept. En niet onbelangrijk: ik hoor

E

en CI is een binnenoorimplan-

ons dochtertje Amelie. Zij hoort

volledige dove mensen het gehoor

2010 heb ik de ingreep onder-

taat dat bij slechthorende of

gedeeltelijk herstelt. Een gedeelte

wordt ingeplant onder de schedel. Daarnaast is er een extern deel

dat achter het oor wordt gedragen. Het CI zet geluiden om in elektrische prikkels die rechtstreeks de

gaan.ʼ Dorien: ʻIk verloor mijn

horend wasʼ, zegt Dorien. ʻDat was

gehoor grotendeels als baby, na een zware ziekte. Ook ik hoorde

op de duur bijna niets meer en heb sinds een jaar een CI.ʼ

ʻEens het CI geplaatst, wordt het

ken en spraak waarnemen.

het begin is het enorm wennen. Je

systematisch achteruitʼ, zegt Gert.

ʻOp het laatst was ik zo goed als volledig doof. Eerst hoefde een

CI voor mij niet, maar mijn arts heeft me overtuigd. Zo zou ik ook

beter kunnen communiceren met

044 OPROEP!

Ook Liam kreeg intussen een CI.

ʻAl een paar dagen na de geboorte

volume maar geleidelijk verhoogdʼ,

ʻMijn gehoor ging al van jongs af

hem van ver aankomen (lacht).ʼ

normaal en is intussen vier. In

gehoorzenuw stimuleren. De pati-

ent kan zo opnieuw geluiden, klan-

nu tenminste als mijn baas mij

gaat Gert verder. ʻWant zeker in

hoort ook niet meteen goed, maar

krijgt tot twee jaar gehoorrevalidatie. Intussen geniet ik ervan om de vogeltjes weer te horen fluiten.ʼ

‘Hij huilt minder nu’

ʻEen perfect gehoor hebben we nog

zei de arts ons dat hij erg slecht-

schrikken. We wisten toen nog

niet dat Gerts slechthorendheid erfelijk was.ʼ Gert: ʻVoor de rest

is Liam gelukkig perfect gezond. En met het implantaat zal hij veel

beter leren horen dan wij, doordat

zijn hersenen nog plastischer zijn. Hoe jonger een kind een CI krijgt, hoe beter voor zijn ontwikkeling.ʼ

ʻLiam huilt minder nu,ʼ gaat Dorien

verder. ʻHij hoort nu immers dat ik er ben, ook als hij mij even niet ziet.

Vroeger was hij meestal stil, maar dat is nu wel even anders. Hij kan niet genoeg van zich laten horen.ʼ

Hebt u ook iets bijzonders meegemaakt in het UZA? Laat het ons weten via maguza@uza.be


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.