Bouwstenen van de schilderkunst
A. Ordening en compositie De structuur waarbinnen de losse elementen samengevoegd zijn tot een geheel is en blijft één van de belangrijkste aspecten van de kunstbeschouwing. Felix Vallotton, Rode paprika’s op wit gelakt rond tafeltje, ca. 1915, olie op doek, 46x55
1. Contouren Voordat er gesproken kan worden over de ordening der delen, dienen we in staat te zijn de verschillende elementen van elkaar te onderscheiden. De begrenzing van de afzonderlijke delen noemen we contouren. In het ene kunstwerk zal er sprake zijn van een strakke, vloeiende contour. In het andere treffen we een brokkelige, aangetaste of schetsmatige lijn aan. Isaac Ouwater, Loterijkantoor, 1779, olie op doek, 38x33 André Derain, Londen, 1906, olie op doek, 50x80
Lineair komt van het Latijnse woord linea, dat lijn betekent. We gebruiken de aanduiding lineair in de gevallen waar begrenzingen helder en scherp zijn. Dominique Ingres, Odalisque, 1814, olie op doek, 91x162 Ellssworth Kelly, Blauw groen rood I, 1965, olie op doek, 108x122
Picturaal komt van het Latijnse woord pictura, dat schilderachtig betekent. Onder picturaal verstaan we contouren die of meer omfloerst, in vage, wollige, weinig gefixeerde overgangen in kleur of licht- donker de verschillende vlakken markeren. Jean- Honoré Fragonard, Het uittrekken van het hemd, tweede helft 18de eeuw, olie op doek, 36x43
Mark Rothko, Grijs oranje op kastanjebruin, 1960, olie op doek