LIEFDEVOLLE VERWAARLOZING
ANNE SEGHERS
ANNE SEGHERS
[inhoud]
[inleiding] 3 [analyse] - bezoek 5 - rook en fabrieken 13 - de lijn 19 - verdwenen 23
[strategie] - liefdevolle verwaarlozing
27
[slot] 39
[inleiding]
Het HUIS staat in de Witte Wijk. Deze buurt is deels corporatiebezit en deels particulier bezit. Als reactie op de krimp is de corporatie voortvarend van start gegaan met het uit de voorraad halen van woningen in deze wijk. Een deel van de sociale huurwoningen in de buurt is gesloopt. Het oorspronkelijk idee was dat hier in de plaats vrije kavels in een veel lagere dichtheid gerealiseerd zouden worden. Maar door de gemengde eigendomssituaties is de sloop niet helemaal doorgezet. Naast een aantal kaalgeslagen rijtjes staat er ook nog een aantal woningen overeind. Maar nu het proces is vastgelopen en de markt is gestagneerd, is de denkrichting voor het gebied verdampt. De tussentijd viert hoogtij. Twee weken lang verbleef ik in het HUIS, om na te denken over een strategie rond het omgaan met krimp. Verschillende ‘visiting critics’ hebben mij hier bezocht en andere specialisten hebben mij nadien geholpen om de strategie aan te scherpen. Bij deze wil ik hen allemaal heel erg bedanken: Jetske Bomer, Lucien Calle, Susan Groot Jebbink, Gerrit Luien, Evelien Pieters, Merel Pit, Zineb Seghrouchni en Marian de Vries. Anne Seghers Januari 2013
3
[analyse]
bezoek // op zoek naar het verhaal van de bewoner // “Dag! Voor het project Krot of Kans verblijf ik tot 11 december in het huis aan de Alexanderstraat 2. Ik hoor graag het verhaal van de bewoners van deze wijk, dus ook van u. Komt u een keertje langs? Dan vertel ik ook waar ik mee bezig ben.� In de Witte Wijk heeft iedereen een prentbriefkaart in de bus gekregen met deze boodschap. Een oproep aan de buurtbewoners om hun verhaal te vertellen.
5
“Vroeger was de Witte Wijk echt een leuke buurt hoor. Als we daar nu over vertellen, dan vragen mensen of deze buurt echt zo bijzonder was. Maar dat was echt zo!”
Lydia d’Hondt (77) woont al 53 jaar in het huis aan de Alexanderstraat 4. Zij en haar man waren eerst huurders, bij de woningcorporatie. Maar toen ze de kans kregen om het huis te kopen, hebben ze dat meteen gedaan. Zes jaar geleden overleed haar man. Sindsdien woont ze alleen in het huis. En sinds een jaar woont ze ook alleen in de straat, want de duplexwoningen tegenover haar zijn gesloopt en het huis naast haar staat sinds een jaar leeg.
“Vroeger deed ik wel veel voor andere mensen in de buurt. Tsja, dat waren dan ‘ouwmensen’ he. Als je dan naar de supermarkt ging, dan deed je ook voor hen boodschappen. En soms maakten ze er ook wel een beetje misbruik van hoor. Nou ja, misbruik, het was dan meer dat ze bang waren om iets niet in huis te hebben. Zo was ik een keer met het eten bezig en toen kwam een buurman van een eindje verder langs om te vragen of ik strippenkaarten had, omdat hij naar de dokter moest. Naar de specialist of op controle, dat weet ik niet meer. Maar ik stapte meteen op mijn fiets naar het postkantoor, om strippenkaarten te halen. Ging ik ze brengen, zei hij: ‘maar ik moet nu nog niet hoor, pas over een paar weken.’ Maar ja, die mensen zijn dan bang dat ze dat niet in huis hebben he. Dat heb ik nu ook sterker hoor, nu ik zelf ouder ben.” “Hier tegenover stonden tot vorig jaar nog duplexwoningen. Die zijn nu allemaal gesloopt. De mensen die daar woonden waren nog jong en hadden het niet breed. Ze maakten een soepje van hun leven. Maar die mensen moeten toch ook ergens wonen? En het zijn vaak ook de ouders hoor, want als je geen goed voorbeeld hebt, wat moet er dan van jou terecht komen? Er zaten ook wat drugsdealers in, er was altijd veel politie. Dat veranderde de buurt wel echt. Dan was het een rommel soms! Maar echt last heb ik er nooit van gehad.” “Voordat al die jongeren in de duplexwoningen kwamen wonen, hebben er ook nog een hele verzameling Turkse mensen gezeten. In het rijtje hier tegenover waren zo’n zeven huizen bewoond door Turken. Die spreken vaak af in van die grote groepen he, dat zag je wel. En toen was 6
de straat nog anders ingedeeld, met een stuk gras voor de huizen. Daar zaten de Turkse vrouwen dan wel eens te handwerken en zo. Dan ging ik daar wel eens bij staan en een beetje kletsen. Toen ze voor het eerst terug gingen naar Turkije, kwamen ze vragen of ze met mij en mijn man op de foto mochten. Om daar aan de familie te laten zien wie er in de buurt woonden. Toen ze terugkwamen hadden ze vanalles meegebracht, kwamen ze aan de deur vragen of ik mee kwam. Mijn man wilde niet, maar ik ben wel geweest. Toen heeft een van die vrouwen me helemaal besprenkeld met geurwater. Toen ik terug thuis kwam zei mijn man dat ik me maar moest gaan douchen! Later ben ik ook nog een keer naar een Turkse bruiloft geweest, in de Speye was dat. Mijn man wilde niet mee, maar mijn dochter Ingrid is toen mee geweest. Die eten dan allemaal van die zoetigheid op zo’n bruiloft he, dat was wel bijzonder om mee te maken.”
bij de Redoute. Dus toen is de koop niet doorgegaan. Maar nu komen er in het nieuwe project De Statie ook weer aanleunwoningen, daar heb ik me voor ingeschreven. Maar nu zegt de woningcorporatie dat het niet meer zeker is dat ze mijn huis nog willen kopen. Dat vind ik wel raar hoor.“ “Heb je met Willie gepraat? Die is hier nog aan de deur geweest toen ik mijn huis wilde verkopen. Hij was er op tegen dat ik het zou verkopen omdat het daarna dan gesloopt zou worden. Maar hij heeft makkelijk praten, hij woont met zijn vrouw, maar ik woon alleen.”
“Vorig jaar kreeg iedereen in de buurt een brief om naar een bijeenkomst te komen in de Speye, maar ik niet. Later bleek dat dat kwam omdat zij allemaal huurders waren en ik niet. Maar in die bijeenkomst werd gezegd dat ze delen van de wijk wilden slopen. De huurders van de duplexwoningen kregen allemaal een verhuispremie van vijfduizend euro. Toen we terug thuis waren, was het feest in de buurt. Mensen zongen “wij krijgen allemaal vijfduizend euro”. Dat is toch eigenlijk niets he? Maar voor die mensen was dat heel veel geld. Toen kwam de woningbouwvereniging ook met mij praten, of ik mijn huis aan hun wilde verkopen. Nou, daar heb ik eens goed over nagedacht, en dat leek me eigenlijk wel een goed plan. Maar ik wilde dan wel naar een goede woning verhuizen, waar ik kon blijven. Niet weer een heel huis, maar een aanleunwoning bijvoorbeeld. Maar toen was er geen plaats 7
“In Sas gaat alles weg. Toen ik hier vroeger woonde, waren er nog veel meer winkels en jonge mensen. Nu ik na jaren weggeweest te zijn weer terug in Sas van Gent woon, zie ik hoe groot het verschil is. Er zijn nauwelijks winkels meer en alle jonge mensen trekken ook weg.”
Marie-José is van oorsprong Italiaanse. Als twintiger is ze getrouwd met een Sassenaar, waardoor ze toen in Sas van Gent is komen wonen. Uiteindelijk is ze gescheiden en is ze weggetrokken uit Sas. Jaren later kwam ze weer in contact met haar ex-man, die een mooie woning voor haar had gezien in Sas van Gent. Toen is ze weer terug verhuisd. Haar ex-man werd helaas ziek en ze heeft hem gedurende zijn ziektebed verzorgd. Maar nu is er niets meer dat haar bindt aan Sas. Ze wil graag weg uit Sas, verhuizen naar Zaanstad, waar haar dochter in de buurt woont.
“In Sas heb je twee groepen mensen. Je hebt de echte Sassenaren, die alles voor het dorp en elkaar over hebben. En je hebt een groep die helemaal niets met Sas heeft. Dat zijn mensen die van buitenaf komen. Een aantal van hen hebben er bewust voor gekozen om hier te wonen, zoals ik zelf en een aantal Belgen die hier net over de grens wonen. Maar binnen die groep zitten ook veel mensen die een duwtje in de rug hebben gekregen om naar Sas te komen. Die komen van elders maar hebben hier een sociale huurwoning toegewezen gekregen. Die mensen zorgen er wel voor dat Sas veel negatief in de publiciteit komt. Ze noemen Sas ook wel eens ‘het afvoerputje van Nederland’. Ik weet niet of dat zo is, maar ik deel het gevoel wel.”
8
“De grens tussen Nederland en België is nog steeds erg ervaarbaar. Vroeger gooiden we als kinderen kluiten naar elkaar. Dat was meer om te klieren natuurlijk. Maar nu zijn het nog twee gescheiden werelden. Ook qua contact is het toch een beetje ieder voor zich, tussen Sas en de grens. Er is geen betrokkenheid van de Belgen bij Sas en omgekeerd.” “Er zit nog veel energie in het verenigingsleven, zoals de carnavalsverenigingen. Die hebben ook nog jaren een circus georganiseerd. Dat loopt nu op zijn eind. Niet per se doordat mensen niet meer willen hoor, maar de regelgeving maakt het allemaal zo ingewikkeld. En met de carnaval zijn er ook altijd veel bedrijven uit Sas die daaraan bijdragen; een oplegger van het transportbedrijf, geld van de Cargill. Die bedrijven denken ook: geef de mensen brood en spelen, dan protesteren we niet zo als we willen uitbreiden met ons bedrijf.” Frans Kegels (62) woont sinds zijn tweede levensjaar in Sas. Hij is tussendoor wel weggeweest, zo heeft hij onder andere in Oudenbosch gewoond. Hij heeft Kunstacademie gedaan in België. Daarna heeft nog een tijdje in het basisonderwijs gezeten. Nu werkt hij thuis als kunstenaar: hij maakt glasscultpuren, beelden, cortenstalen sculpturen, tekeningen en schilderijen. Zijn vrouw komt oorspronkelijk uit Limburg, maar zij is ondertussen goed gewend geraakt in Sas van Gent.
“Sassenaren zijn wel pragmatisch ingesteld. Het is niet zo dat we sloop verwelkomen, maar we zullen ons er ook nooit heel hard voor maken om het tegen te gaan. We kijken gewoon hoe we er mee om kunnen gaan. In Sas is er al veel gesloopt hoor.” “De oude kern van Sas, de echte Sassenaren, die willen wel bijdragen aan het leefbaar houden van Sas. Maar die nieuwste wijk, daar hoef je niet veel van te verwachten hoor. Die zijn op zichzelf. Daar wonen ook mensen uit de Randstad die hier een groot huis op de buiten gekocht hebben. En veel allochtonen in sociale huurwoningen. Die worden ook maar rondverhuisd, van hier naar daar.”
9
De buurman met zijn hondje woont in de Frisostraat. Hij komt oorspronkelijk uit ZuidDuitsland, maar woont nu al jaren in Sas van Gent.
“Ik kan niet meer werken vanwege artrose en daarom moet ik rondkomen van een uitkering. Dat is 590 euro per maand. Dat is toch veel te weinig? Daarom woon ik bij een vriend hier in Sas, in een van die sociale huurwoningen.” “Weet je hoe ik Sas van Gent noem? Sas van Ellende.”
10
“Ik heb in negen asielzoekerscentra gewoond, zoals in Amsterdam Osdorp en in Ter Apel. In 2007 kwam het Generaal Pardon en toen kreeg ik een verblijfsvergunning. Toen vroegen ze mij waar ik wilde wonen. Het maakte mij niet uit. Toen vroegen ze: ‘Wil je naar Sas?’ Dat vond ik prima en toen ben ik in Sas van Gent terecht gekomen. In april 2008 kreeg ik mijn eerste echte woning, een week later had ik werk. Eerst bij de hoefijzerfabriek in Vogelwaarde. Nu werk ik in Sas, bij Cargill als installatiereiniger.” “Ik vind Sas van Gent wel mooi en rustig. Het is relaxed. Na het werk kom ik thuis, schoenen los, eten, beetje internetten en slapen. Wat ik niet zo leuk vind, is dat er weinig andere donkere mensen zijn hier, ik voel me altijd aangekeken. Dat zijn ze niet zo gewend hier. Maar ik hou wel van Sas van Gent. En die braakliggende stukken grond? Haha, ik kom uit Afrika, dat ben ik wel gewend!” Weyde Dieng staat ineens voor de deur met een vriend. Weyde komt oorspronkelijk uit Senegal. Hij is een politiek vluchteling. Na zestien jaar in asielzoekerscentra door heel Nederland te hebben gewoond, kreeg hij in 2007 een verblijfsvergunning via het Generaal Pardon. Toen kwam hij in Sas van Gent wonen. Hij wil niet herkenbaar op de foto, uit angst voor moge-lijke gevolgen door zijn verleden in Senegal.
“Vroeger woonde ik in de duplexwoningen die gesloopt zijn. Nu woon ik een straatje verder van waar ik eerst woonde. Ik had er geen probleem mee om te verhuizen, ik kreeg vijfduizend euro. Daarvan ben ik naar Senegal gegaan. Toen de sloopwoningen eenmaal leeg stonden, heb ik de spullen eruit gehaald die mensen hadden achtergelaten. Die heb ik naar Afrika gestuurd.” “Ik zou wel graag in deze wijk willen blijven. Maar de Beneluxbuurt zou ik ook wel leuk vinden. Daar wonen wel veel allochtonen. In 2008 waren daar wel veel problemen, ook drugs en zo. Toen was er altijd politie daar. Nu is het veel relaxter. Daar wonen ook veel meer jongeren en gezinnen. In deze wijk wonen toch wel veel oudere mensen.” “In Groningen woont een neef van mij. Met hem ga ik dan naar African Disco. Dan weet ik van te voren altijd dat ik een leuke avond heb. Dan ga ik met de bus en de trein, dan doe ik er zes uur over.” 11
[analyse]
rook en fabrieken // op zoek naar het verhaal van de industrie // “Als je ‘s ochtends uit het raam kijkt, zie je aan de rook van de fabrieken hoe de wind staat. Handig als je op de fiets stapt. Vroeger rook je ook de weeiige geur van de suikerfabrieken. Dat mis ik nu wel een beetje.”
Een fietstocht onder leiding van Frans Kegels leidt langs de verschillende fabrieken en bedrijven in Sas. Ook de verhalen van vroeger komen langs.
13
# 9:00 uur start fietsroute # 12:15 uur einde fietsroute
14
Het kanaal van Gent naar Terneuzen Terneuzen
Sluiskil
Sas van Gent
Zelzate
Gent
15
Machinefabriek Sas van Gent BV Machinefabriek J. van Opdorp en Zonen BV Transportbedrijf
Nedalco Producent industriĂŤle en drinkbare alcohol Cargill Producent en verwerken van voedingsingrediĂŤnten en landbouwproducten
Rosier Nederland BV Producent kunstmeststoffen SGGS Sas Glas BV Producent vlak glas
Zeeuws Vlaamse Gieterij BV Gietijzerfabriek 16
Het aanzicht van Sas van Gent langs het kanaal wordt gedomineerd door de industrieterreinen, onderdeel van het grotere industriële lint langs het Kanaal van Gent naar Terneuzen. De industrie in Sas is een wereld die zich steeds verder losweekt van de kern. Vroeger waren er nog veel Sassenaren die in de bedrijven langs het kanaal werk hadden. Dat aantal is de laatste decennia flink verminderd; door de vergrijzing, waardoor veel Sassenaren met pensioen zijn, maar ook door een veranderde inrichting van bedrijfsprocessen waardoor externe specialisten aangetrokken zijn. Deze werknemers blijken niet in Sas van Gent te gaan wonen, maar te forenzen.
Ruimtelijk gezien zorgt de industriële zone voor een scheiding in Sas van Gent. Deze zone blokkeert de binding van Sas met het kanaal. Ook het spoorlijntje dat een aantal bedrijven in Sas voorziet in de aan- en afvoer van (half) producten heeft een tweedeling in het dorp veroorzaakt. Er is een oude kern, met ruimtelijke kwaliteiten, aan de ene zijde van het spoor en een vrij gezapige woonwereld aan de andere kant van het spoor. De industriële terreinen functioneren volledig zelfstandig. Ze hebben Sas van Gent niet nodig, zelfs het kanaal wordt door deze bedrijven nauwelijks gebruikt. Enkel de goede bereikbaarheid ten op zichte van België, Frankrijk en Rotterdam is van belang. Verder trekt deze strook zich niets aan van Sas van Gent: de economische kracht van deze zone is groot, maar Sas merkt hier nauwelijks iets van.
17
[analyse]
de lijn // op zoek naar het verhaal van de grens // “Hoe dicht je ook bij de grens woont, het blijven toch ‘die Hollanders’ en ‘die Belgen’. Het gevoel van twee werelden zit nog altijd sterk in de mensen.”
De Nederlands-Belgische grens, die vlak langs Sas van Gent loopt, heeft zowel mogelijkheden in zich als belemmeringen.
19
Nederland
België
De Nederlands-Belgische grens loopt vlak langs de westzijde van Sas van Gent. Deze grens is op papier een stuk sterker dan in het veld, waar hier en daar slechts een enkel grenspaaltje te vinden is. Maar nog steeds is het een bepalende lijn met grote invloed. Want hoewel Sas van Gent in een enclave van Belgische dorpen ligt, is de uitwisseling tussen de dorpen marginaal. Voor kleine, praktische zaken in het alledaagse leven zoeken Nederlanders heil bij de buren en vice versa. Zo halen veel Vlamingen goedkope frisdrank in Nederland en brengen Nederlanders hun kinderen naar de goedkope kinderopvang in België. Maar voor grotere thema’s, zoals wonen, blijft de grens onnavolgbaar sterk in de hoofden van mensen zitten. Nede rland Belgi ë
Sas van Gent Ertvelde Assenede
Triest
Westdorpe
Zelzate
Deze mentale barrière moet niet onderschat worden. De krimp die in Zeeuws Vlaanderen optreedt, wordt al snel gespiegeld aan de krappe woningmarkt in Vlaanderen. Hoe logisch het ook lijkt om de Nederlandse woningoverschot en de Belgische schaarste met elkaar te verbinden, in de praktijk blijken met name mentale bezwaren de uitvoering hiervan in de weg te staan. Tegen onwil van mensen om aan de andere kant van de grens te gaan wonen, valt geen beleid op te stellen. Maar tegelijk biedt de aanwezigheid van buren met een complementaire markt veel kansen. Voor deze kansen moet echter een manier gevonden worden om ze te kunnen benutten.
Koewacht
Tijdens WO I was de grens tussen Nederland en België aangegeven met een draadversperring die onder stroom stond, zo ook in Zeeuws Vlaanderen. Deze versperring moest voorkomen dat Belgische inwoners en deserterende Duitse soldaten wegvluchtten naar Nederland dat niet bezet was.
20
Nede rland
BelgiĂŤ
Sas van Gent Ertvelde Assenede
Triest
Westdorpe
Koewacht
Zelzate
Nederland
BelgiĂŤ
21
[analyse]
verdwenen // op zoek naar het verhaal van de leegstand // “Vroeger waren er echt nog veel winkels hoor. Nu is dat allemaal weg. Het ziet er wel droevig uit, al die lege panden. En ook in de wijken staat er veel leeg of te koop. Maar ja, iedereen trekt weg, vooral de jeugd. Daar doe je niets aan.� Leegstand is een van de sterkste symptomen van krimp. In Sas van Gent is leegstand alom aanwezig. Het gevaar van leegstand is dat het om zich heen gaat vreten: leegstand veroorzaakt verdere leegstand.
23
gesloopt te koop te huur
overige leegstand Leegstandskaart peildatum 20-3-2012, samengesteld op basis van gegevens Woongoed Zeeuws Vlaanderen en Funda.
24
Er hangt een nevel boven Sas van Gent. Een nevel van leegstand. Een ongebruikte woning, een verlaten winkel, een braakliggend stuk grond en een uitgestorven fabriek. Deze leegstand ontstaat doordat inwoners vertrekken en stedelijke voorzieningen wegsijpelen. Dit is hoe krimp zijn gezicht toont in Sas van Gent. Op sommige plekken is de leegstand ondergeschikt aan het Sasse leven, maar op andere plekken grijpt de leegstand als een ziekte om zich heen, waarbij de omringende ruimte wordt besmet. Enkele delen van Sas van Gent hebben de kracht nog in zich om de leegstand of de vrijkomende ruimte aan te grijpen en om te zetten in een kwaliteit. Dit geldt met name voor de oude kern, tussen het spoor en het kanaal. Maar op andere plekken is de stad niet meer levensvatbaar. In openhartige gesprekken over
de toekomst van deze stukken Sas komt naar voren dat deze plekken niet sterk genoeg zijn om het tij te keren. Hier is de leegstand een ziekte in plaats van een uitgelezen kans. Voor de grotere gebouwen in Sas van Gent geldt dat vele van hen die in onbruik zijn geraakt, ten prooi zijn gevallen aan de sloophamer. Een grote suikerfabriek, een oude benzinepomp, de vestingwerken: allemaal verdwenen. Het geheugen van Sas zit dan ook met name in de mensen, niet in de gebouwen.
25
[strategie]
liefdevolle verwaarlozing // op zoek naar een strategie voor het omgaan met krimp // Voor sommige plekken in Sas biedt leegstand een kans, maar voor andere is het enkel een ziekte. Het is tijd om keuzes te maken. Laat de kansrijke plekken ontkiemen en gebruik hiervoor de middelen die vrijkomen door kansarme plekken in te laten doezelen. Door de Witte Wijk in te laten doezelen, kan het verborgen ‘pocketpark’ bij de Bailleulstraat nieuw leven ingeblazen worden. 27
Omgeving Bailleulstraat // aanwakkeren
liefdevolle verwaarlozing: indoezelen en aanwakkeren
Witte Wijk // indoezelen
28
€ € // financiële middelen worden vrijgespeeld en geïnvesteerd in kansrijke wijk // € €
In het boek Ontwerpen aan de overmaat staan verschillende plannen en ideeën beschreven voor de omgeving van de Bailleulstraat. De latente groenstructuur die in deze relatief jonge wijk ligt kan worden opgewaardeerd, waardoor de woonkwaliteit in de buurt naar een hoger plan getrokken wordt.
Na het ‘oogsten’ van de wijk op materialen kan een geregisseerd verwilderingsproces opstarten. Dit zorgt ervoor dat er met weinig tot geen middelen een stuk groene, robuuste stad ontstaat met een ecologische kwaliteit.
- herhuisvesten bewoners stimuleren - beheer en onderhoud stil leggen - materialen ‘oogsten’ in de wijk - geregisseerde verwildering van het groen 29
INDOEZELEN EN AANWAKKEREN De strategie achter ‘liefdevolle verwaarlozing’ leunt op het vrijspelen van financiële middelen door het liefdevol laten indoezelen van plekken die niet langer levensvatbaar zijn. Het budget dat vrijkomt doordat deze plekken niet langer geld kosten om in leven gehouden te worden, wordt vervolgens ingezet om kansrijke plekken de mogelijkheid te bieden om de leegstand om te zetten in een kwaliteit. Het is een provocerende strategie, wellicht ook een pijnlijke, maar wel een eerlijke. De strategie kent twee ruimtelijke tegenpolen die niet zonder elkaar kunnen bestaan: een ‘indoezel-scenario’ voor een kansarme locatie en een ‘aanwakker-scenario’ voor een kansrijke locatie. De Witte Wijk in Sas van Gent is een kansarme locatie. Op basis van gesprekken met bewoners en door mijn eigen woonervaring is naar voren gekomen dat deze wijk niet in staat is om de leegstaand en de vrijgekomen ruimte door sloop om te keren in een kwaliteitsimpuls. Dit maakt de wijk geschikt voor het indoezel-scenario. Het indoezelen houdt in dat de wijk wordt afgesloten van de gangbare stedelijke systemen en in een slaaptoestand wordt gebracht. Bewoners worden geherhuisvest en er wordt geen geld meer in onderhoud en beheer gestopt van woningen, openbare ruimte, kabels en leidingen, gemeentelijke diensten. Vervolgens wordt de wijk – onder regie – ‘geoogst’: sloopbedrijven en particulieren mogen de woningen en openbare ruimte komen strippen op materialen. Alles wat ze kunnen gebruiken, of wat hen nog geld oplevert bij doorverkoop, mogen ze eruit komen halen. Op deze manier komt de wijk in een onbewoonbare toestand, zonder dat het (veel) geld kost.
Vanuit deze onbewoonbare toestand wordt een verwilderingstactiek in gang gezet: de wijk verandert in een aantal jaar in een ecologische wildernis die ruimte biedt aan lokale, inheemse bomen, planten en dieren. Hoewel het enkele jaren in beslag zal nemen, zal de Witte Wijk een andere plek krijgen in de verhalen en betekenis. Eerst zal de negatieve connotatie wellicht nog sterker worden, maar naarmate het verwilderingsproces vordert en de flora en fauna de wijk beginnen toe te eigenen, zal de wijk een ecologische kwaliteit verkrijgen. En daarmee kan de wijk weer een positieve bijdrage leveren, zowel voor de woonkwaliteit van Sas van Gent als van de profilering van het stadje. In deze strategie zullen de financiële middelen die vrijgespeeld worden, ingezet worden voor plekken waar de leegstand en braakligging omgezet kunnen worden in een kwaliteit. Deze plekken die ‘aangewakkerd worden’, leveren enerzijds een bijdrage aan de woonkwaliteit, maar tegelijkertijd zorgen ze ook voor het ontwikkelen en het behoud van gemeenschapsinitiatieven. Want in een krimpende context is gemeenschapsgevoel van groot belang om ook naar de toekomst toe vitaal te blijven. In Sas van Gent zijn er al verschillende ontwerpvoorstellen tot stand gekomen, die ingaan op het positief benutten van de leegstand. Maar in veel van deze voorstellen wordt ervan uitgegaan dat alle vrijkomende ruimte benut kan worden. Hier is echter geen geld of draagkracht voor in het dorp. Maar binnen de voorstellen zit ook een aantal onderdelen dat heel goed past bij het ‘aanwakker-scenario’ in deze strategie. Het indoezelscenario in de Witte Wijk is in dit voorstel gekoppeld aan een ‘aanwakkerscenario’ in de verborgen groene kern in de noordoostelijke wijk van Sas van Gent: de omgeving rond de Bailleulstraat. Dit groene mini-parkje met een kreekje ligt achter
30
de woningen en wordt door deze achterkantoriëntatie niet goed gebruikt. Wanneer de multifunctionele accommodatie gereed is, zullen twee schoolgebouwen die grenzen aan dit groenstukje leeg komen te staan. De naastliggende kinderboerderij, die goed gebruikt wordt, komt dan als een eilandje in een leegstaand stukje Sas te liggen. De verschillende ideeën en plannen die voor deze meer kansrijke buurt zijn bedacht, zijn alle gebaseerd op de kwaliteit die het aanwezige groen en water met zich meebrengen. Deze groenstructuur is nu nog verborgen, maar er liggen goede aanknopingspunten om deze structuur verder op te waarderen. Enerzijds door het zichtbaar maken en vergroten van de groene kwaliteiten, maar anderzijds ook door het verder opladen met programma, bijvoorbeeld een kinderboerderij of een park. Dit is zeker kansrijk, gezien de ruimte die vrij komt doordat enkele voorzieningen uit deze wijk verdwijnen.
Het genereren van deze gemeenschapszin kan al beginnen bij het ‘oogsten’ van de Witte Wijk. Juist door hier op een evenement-achtige manier aandacht aan te geven, en de wijk samen met bewoners van haar materialen te ontdoen, zorgt dat er bewustwording ontstaat over de leefbaarheid en vitaliteit van een krimpdorp. Dus niet achter gesloten deuren en alleen voor ‘incrowd’ de wijk ontleden, maar juist in de openheid treden, duidelijk communiceren waarom dit gebeurt en laten zien welk scenario rond de dierenweide en de kreek in gang gezet kan worden.
Omdat de toekomst van Sas van Gent gebaat is bij de aanwezigheid van gemeenschapsgevoel en bewonersinitiatieven is het de bedoeling dat het aanwakker- en indoezelscenario hieraan bijdragen. Voor het aanwakkerscenario rond het groene parkje met de dierenweide wordt verder gebouwd op bestaande betrokkenheid en vrijwilligersinzet. Maar wil dit structureel bijdragen aan de toekomst van Sas, zal hier nog een grotere slag in geslagen moeten worden. Dit is waar het aanwakkerscenario op aanstuurt. In de communicatie rondom deze strategie zal steeds veel aandacht besteed worden aan het duidelijk maken dat het indoezelen van de ene wijk betekent dat er leven geblazen kan worden in een andere wijk. Het gaat er dus ook om dat het hele traject rondom ‘indoezelen en aanwakkeren’ zichtbaar en beleefbaar moet zijn voor bewoners. Want dan kan er energie vrijkomen in de gemeenschap - noodzakelijk voor de vitaliteit en de toekomst van Sas. 31
Het indoezelen houdt in dat de wijk wordt afgesloten van de gangbare stedelijke systemen en in een slaaptoestand wordt gebracht. Bewoners worden geherhuisvest en er wordt geen geld meer in onderhoud en beheer gestopt van woningen, openbare ruimte, kabels en leidingen, gemeentelijke diensten. Vervolgens wordt de wijk – onder regie – ‘geoogst’:
sloopbedrijven en particulieren mogen de woningen en openbare ruimte komen strippen op materialen. Alles wat ze kunnen gebruiken, of wat hen nog geld oplevert bij doorverkoop, mogen ze eruit komen halen. Op deze manier komt de wijk in een onbewoonbare toestand, zonder dat het geld kost. 32
33
Nadat de Witte Wijk ‘geoogst’ is, verkeert de wijk in een onbewoonbare toestand. Huizen zijn half gesloopt en de openbare ruimte is gestript. Deze onbewoonbare situatie is het startpunt voor een verwilderingstactiek. Door de natuur zijn gang te laten gaan, verandert de wijk in een aantal jaar in een ecologische wildernis die ruimte biedt aan lokale, inheemse bomen, planten en dieren. Doordat er in de Witte Wijk nog halve bouwsels staan, kan er een gevarieerde wildernis ontstaan: sommige stukken grond liggen immers in de schaduw van gevels, waardoor daar andere planten groeien dan op de plekken die vol in het licht liggen. Op andere plekken zal water blijven staan, doordat vloeren die nog her en der aanwezig zijn de afwatering van regenwater belemmeren en zorgen dat er plassen blijven staan. Hier zullen andere planten en dieren op af komen dan op plekken waar het water meteen de grond in kan.
Hoewel het enkele jaren in beslag zal nemen, zal de Witte Wijk een andere plek krijgen in de verhalen en betekenis. Eerst zal de negatieve connotatie wellicht nog sterker worden, maar naarmate het verwilderingsproces vordert en de flora en fauna de wijk beginnen toe te eigenen, zal de wijk een ecologische kwaliteit verkrijgen. Het zal uitgroeien tot een groene, ecologische parel in Zeeuws Vlaanderen. En daarmee kan de wijk weer een positieve bijdrage leveren, zowel voor de woonkwaliteit van Sas van Gent als van de profilering van het stadje.
34
muurvarens en steenbreekvarens op vochtige, en schaduwrijke plekken
bruidssluier en klimop Het ecologisch verwilderingsproces doorloopt een aantal stadia. De samenstelling van de bodem en de condities (schaduw, vochtigheid, wind) bepalen welke levensgemeenschappen er zullen ontstaan. Allereerst zullen de pioniersplanten groeien. Dit zijn vooral mosachtigen en kruiden. Na zo’n twee decennia zal deze pioniersvegatie zich doorontwikkelen tot een climaxvegetatie. In Sas van Gent zal deze climaxvegetatie bestaan uit een essen-iepenbos (bostype). Dit bostype zal hier voornamelijk bestaan uit berken, elzen, populieren en wilgen bestaan. Canisvliet, een natuurgebied dat vlak bij Sas van Gent ligt, zal als een aanjager fungeren voor dierenpopulaties in de verwilderde Witte Wijk. Dit zal dan voornamelijk uilen en zwaluwen betreffen, maar ook vleermuizen zijn zeer goed denkbaar. Zij hebben immers veel baat bij de aanwezigheid van (spouw)muren in de wijk.
wilgen
35
financieel De strategie van indoezelen en aanwakkeren speelt financiële middelen vrij, doordat een aantal kosten niet (meer) gemaakt hoeft te worden: Corporatie - Onderhoud en beheer woningen [corporatie] - Sloopkosten woningen [corporatie]
€ 1.800,00 per jaar per woning € 20.000,00 per woning
Gemeente - Onderhoud verharding openbare ruimte (korte termijnskosten) - Onderhoud verharding openbare ruimte (lange termijnskosten) - Onderhoud groen openbare ruimte (korte termijnskosten) - Onderhoud groen openbare ruimte (lange termijnskosten)
€ 2,07 /m2 / jaar € 6,83 /m2 / jaar € 1,12 /m2 / jaar € 0,44 /m2 / jaar
De genoemde bedragen zijn allemaal grove schattingen op basis van algemene gegevens van corporaties en gemeenten. De genoemde kostenposten bij de gemeente zijn gebaseerd op de aanname dat er in de Witte Wijk een laag onderhoudsniveau gehanteerd wordt. De kosten betreffen zowel korte als lange termijnskosten. Dit werkt als volgt: wanneer er op de korte termijn lage onderhoudsbudgetten zijn, betekent dit dat er op de lange termijn hogere kosten ontstaan. Immers, wanneer de openbare ruimte wekelijks matig wordt onderhouden, betekent dit dat de bestrating eerder aan vervanging toe is. Deze vervanging betreft de kosten op lange termijn. Beide kostenposten staan dus op de gemeentelijke begroting. Uiteraard staan tegenover de bespaarde kostenposten van de corporatie ook inkomsten die niet meer binnen komen. Want elke woning vertegenwoordigt een boekwaarde - die in de Witte Wijk nihil tot zeer laag is - en daarnaast komen er geen huuropbrengsten binnen op het moment dat woningen gesloopt worden. Maar tegenover dit dervingsargument brengt de strategie ook weer in dat er momenteel veel woningen leeg staan - waar de corporatie dus sowieso geen huuropbrengsten voor ontvangt. En het indoezelingsscenario voor de Witte Wijk zal plaatsvinden in combinatie met een verhuisstimulering naar leegstaand vastgoed elders in Sas van Gent. Dus door het uit de voorraad halen van woningen in de Witte Wijk en het herhuisvesten van bewoners in leegstaande woningen, wordt de gehele leegstand minder, terwijl de som van huurinkomsten gelijk blijft in Sas.
37
[slot]
reïncarnatie De voorgestelde strategie is confronterend. De analogie met euthanasie van een stuk stad lonkt. Maar tegelijkertijd biedt de strategie ook een ander perspectief op ‘sterven’. Er is eerder sprake van reïncarnatie. Want hoe mooi is het als wijk, om na een lang en prachtig leven gehad te hebben, liefdevol in te slapen, een mooi afscheid te krijgen en tegelijkertijd een andere wijk van levenskracht te voorzien? In plaats van heel Sas van Gent krampachtig in leven te houden, waarbij het hele dorp in middelmatigheid verdrinkt, maakt deze strategie een duidelijke keuze: alles in leven houden lukt niet, maar met het liefdevol laten inslapen van de kansarmere stukken, krijgen de potentievolle delen een eerlijke kans.
39
KROTofKANS-reeks nummer 26 ©2013
ISBN:
978-90-6354-173-6 Vormgeving:
ANNE SEGHERS / MARTIEN LUTEIJN WWW.KROTOFKANS.NL
40