Schetsboek Catalogus Boomteelt in het Groene Woud Bomenmanifest 2012
MariĂŤlle Kok Landschapsarchitect BNT
MariĂŤlle Kok Landschapsarchitect BNT Strijp-S SWA 4.005 Torenallee 45 | 5617 BA Eindhoven T 040 2516114 | M: 06 23913030 E: mk@mariellekok-landschapsarchitect.nl
2
Inleiding
Ooit was op de locatie van het Groene Woud een eindeloos groot woud met eik, es, iep, linde en zwarte els. De ontbossing begon ongeveer in de 6 eeuw na Christus. Het bos maakte hier geleidelijk plaats voor akkers en heide. Waar het het natst was hield bos of moeras lang stand. Eeuwenlang was het gebied van het Groene Woud arm aan opgaande bossen en monumentale bomen. De schaarse bossen bestonden vooral uit beekdalbossen en lage struiken en hakhout tussen de heidevelden, zo goed te zien op de Krayenhoffkaart van 1789. Opgaande bossen waren zeldzaam. Bomen stonden bij de boerderijen, bij kloosters en kastelen. In dorpen en gehuchten was er altijd een centrale boom. Het huidige Groene Woud is zeer boomrijk. In dit schetsboek wordt de rijkdom van bomen in het Groene Woud aangegeven. Boomteelt als economische factor heeft de huidige ruimtelijke verschijningsvorm van het Groene Woud beinvloed. Boomteelt wordt hierbij zo ruim mogelijk opgevat, van teelt van symbolische bomen tot de teelt van laan- en fruitbomen. Bomen hadden meerdere functies in het Groene Woud, een economische functie, een symbolische functie en later ook een esthetische en ecologische functie. In de tabel op pagina 8 worden deze functies ontleed en in een historische context geplaatst. Voor elke functie wordt door middel van een voorbeeld in het Groene Woud en omgeving de rijkdom van de verschillende manieren van omgaan met bomen en boomteelt door de eeuwen heen inzichtelijk. Het laatste hoofdstuk laat de ideeĂŤn zien voor de volgende fase van innovatieve boomteelt in het Groene Woud, die de ruimtelijke kwaliteit van het Groene Woud zou kunnen bepalen in de toekomst. Krayenhoffkaart 1798
3
Economische waarde In het Groene Woud waren boomteelt en bosbouw Specialisatie in de boomteelt begon ongeveer in een onderdeel van elk individueel boerenbedrijf. de late middeleeuwen, gebaseerd op een toename van de vraag vanuit de groeiende steden en De eerste vermelding van teelt van bomen in 704 grootgrondbezitters. te Waalre aan de Dommel. In het Groene Woud waren het vooral de kloosters De boer was zelfvoorzienend en had de bomen op die op grotere schaal boomteelt gingen bedrijven. allerlei manieren nodig in zijn bedrijf. De orde van de Kartuizers hebben vanaf de 15 eeuw de ontginning van het natte gebied de GeelOp het erf stond altijd een aantal eiken, als inves- ders ter hand genomen en introduceerden hier de tering voor een nieuwe balk of voor een nieuwe rabattencultuur om eiken en wilgen te telen, voor schuur en meubels. Hakhout van eik of wilg werd o.a. geriefhout. gebruikt voor het brandhout, maar ook voor gereedschappen als pijlen en bogen, bezems en Later specialiseerden individuele boeren zich in bonenstokken. De bastvezel werd gebruikt voor boomteelt. In het gebied rond Schijndel was in de touw, schoeisel, kleding en visnetten. Takken en middeleeuwen een grote handel in houten vaten bladeren dienen als veevoer en het geriefhout en hoepels. Hiervoor werden eiken en wilgen gevoor palen en vlechtwanden voor schuren en hui- teeld. (Ook werd hop geteeld waardoor het bierzen. Van de buigbare wilgentenen werden manbrouwen ook ontstond. Schijndel had 1716 zelfs den gevlochten en visfuiken. zeven brouwerijen waren). Op de nattere delen ontstonden uitgebreide grienden met verschillenVaak werd het hakhout in overgebleven hoekjes de soorten wilg. gezet, of langs randen van water. Een belangrijke impuls voor de boomteelt was een Daarnaast werden bomen gebruikt om milde scha- verandering in de bestuurlijke verhoudingen na de duw en beschutting te geven. Voor boerderijen 80 jarige oorlog. Brabant viel onder het gezag van werden leibomen, vooral linden, maar ook esde Nederlandse Republiek en werd geacht meer doorns en paardenkastanjes geplant om de rieten belasting op te brengen, onder andere op hout. daken tegen de stormwinden te beschermen en Om meer inkomsten uit hout te genereren moesschaduw te werpen in het voorhuis of op de kaas- ten de boeren meer hout produceren en oogsten. makerij. Vaak stond een notenboom bij de keuken, omdat deze geacht werd vliegen en andere insec- Het pootrecht werd om gezet in een pootplicht. ten te weren. Volgens de Hollanders moesten vooral eik en beuk geteeld worden maar rebellie tegen het HolIn de middeleeuwen hadden de grondbezitters het landse gezag en de lokale ongeschiktheid van de voorpootrecht. Om ontbossing van Brabant tegen bodem leidde er vooral toe dat vooral zwarte pote gaan had de Hertog aan de eigenaars van aan- pulier werd aangeplant in de Meierij. Elk boer had grenzende percelen het voorpootrecht verleend. zijn voorkeur voor een kloon en oogstte na zijn Zij mochten bomen poten op de berm v贸贸r hun believen. Hierdoor is een specifiek coulissenlandperceel. Bij iedere kap moest door de poter een schap ontstaan dat gekenmerkt wordt door een belasting, houtschat betaald worden aan de Hergrote verscheidenheid aan eigenaren, beplantinVoorpootrecht tog van Brabant. gen en populierensoorten. 4
12 05 Catalogus boomteelt in het Groene Woud
De regio’s waar de belastinginkomsten en het bomenaandeel wel enorm stegen zijn vooral de regio’s met leemhoudende gronden rondom Oirschot, de Scheeken en Schijndel en rondom Udenhout. Deze grootschalige boomteelt, boeren voegen akkers samen om nog meer populieren in weideplantages te kunnen telen, leiden tot een zeer welvarende klompenindustrie. In Holland kwamen de klompen uit de Meierij en uit de Veluwe. De populierenteelt zorgde voor een stijging van de grondwaarde van maximaal 25%. Ook werden alle wegen voorzien van populieren om de opbrengst te vergroten.
Vanaf de 15e eeuw werden ook laanbomen gekweekt en geëxporteerd naar het buitenland. De Hollandse linde (die niet gezaaid kon worden maar geent moest worden) en Hollandse iep waren vermaard. De meeste kwekerijen waren in het westen van het land, onder andere op de terreinen van klooster in Rijnsburg in de streek rondom Boskoop. De bomen werden gebruikt ter verfraaiing van buitenplaatsen. Wie rijk genoeg was kon zich een lindenlaan veroorloven. De Lindeboom bracht niets op en werd aangeplant vanwege haar schoonheid. In Brabant is een van de lanen van kasteel Nemelaer een lindelaan, geplant in de 18e eeuw.
De laanbomenteelt in Brabant begon omstreeks begin van de 19e eeuw. Door de introductie van de Engelse landschapsstijl werd de vraag naar In de 20ste eeuw waren de klompen niet meer no- parkbomen, laanbomen en exoten steeds groter. dig, en werd het hout vooral gebruikt in de lucifer- De middeleeuwse stadswallen werden omgeindustrie en en de bouw van treinwagons (fabriek vormd tot stadsparken, nieuwe buitenplaatsen op de Molenheide bij Schijndel). werden aangelegd, oude landgoederen gemoderniseerd. Laanbomenteelt concentreerde zich op De belastingplicht zetten boeren ook aan om op de hogere esdekken, bijvoorbeeld bij Haaren en grote schaal hakhout te maken. Bomen werden St.Oedenrode. in de wintertijd of in het vroege voorjaar aan de stamvoet of op een meter hoogte afgehakt. In Vanaf de 17e eeuw werden de grotere doorgaanhet Groene Woud kwam hakhout voor van eik, de wegen beplant met bomen. De wegen hadden haagbeuk, es, els linde, iep, hazelaar, taxus en de neiging om uit te waaieren. Door de houtwalwilg, vaak in lijnvormige elementen. Hakhout len werd het tracé van de wegen vastgelegd in de leverde naast brandhout, veevoeder, geriefhout 17e en 18e eeuw, vooral over de dekzandruggen en gereedschappen op. De hakhoutwallen waren heen. Napoleon introduceerde in 1810 een soort van belang in de agrarische bedrijfsvoering als rijkswegennet, met een uniforme laanbeplanting veekering. Water werd gebufferd door middel van van eik, zoals de huidige N65. De bomen gaven deze wallen. De houtwallen hadden soms ook een schaduw aan de Franse legers. Deze lommerrijke defensief karakter bij versterking van de hoeves. lanen waren ook gunstig voor de kwetsbare handelswaar als groenten en fruit.
De wegen werden uitgebreid door de koningen Willem I en II. Zij pakten ook het watersysteem op, de oevers van de kanalen werden beplant met zomereiken, Amerikaanse eiken en populieren, met hier en daar onderbeplanting van hazelaar en meidoorn. De beplanting van het Wilhelminakanaal bijvoorbeeld dateert van 1900 tot 1940. Op beperkte schaal werd vanaf de 15e eeuw begonnen met de aanplant van dennenbos voor het kweken van masthout voor de scheepsbouw. Particuliere grondeigenaren maakten gebruik van uitheems zaaigoed. Eén van de oudste bekende plantages is het Mastbosch bij Breda, aangeplant in 1514. Door overbeweiding ontstonden in de heidegebieden in de 18e en 19e eeuw zandverstuivingen, de import van dennezaad nam een grote vlucht in die periode. Boeren probeerden deze zandverstuivingen vast te leggen door de teelt van dennen, de enige soort die op deze droge en arme gronden konden groeien. In de 17e en 18e eeuw werd het hout vooral voor de scheepsbouw gebruikt, later werd dit hout geteeld voor de mijnbouw in de Zuidelijke Nederlanden en de papierindustrie. Eind 19 eeuw werden de woeste gronden op bijna industriële wijze ingeplant met dennenbossen met brandgangen van berken, door ontwikkelingsmaatschappijen of rijkere landgoedeigenaren, zoals de heidegebieden van Oisterwijk. Men kan met recht zeggen dat de huidige landschapsstructuren in het Groene Woud in grote lijnen bepaald zijn door de economische drijfveren in het telen van bomen en hout.
Boomteelt in het Groene Woud door de eeuwen heen
De introductie van de Canadese Populier in de 18e eeuw verdrong de inheemse zwarte populier.
5
Symbolische waarde Bomen werden in vroege culturen, de Keltische, Germaanse maar ook de Klassieke Oudheid, omgeven met mythen en sagen. In alle culturen was de eik gerelateerd aan de oppergod, Thor of Zeus. De lindeboom was een boom van vruchtbaarheid en liefde, in de Germaanse Cultuur gewijd aan Freya. Binnen de katholieke cultuur is de lindeboom gebruikt in de Mariaverering. De oude etagelinde in Oisterwijk is een Marialinde, samenhangend met de oude lindenloofgang, het Marialaantje of trouwlaantje. Lindenbomen staan ook vaak in combinatie met een boomkapelletje of een kruisbeeld, waarlangs de jaarlijkse processie trok. De heilige eik bij Oirschot werd in 1649 op last van de op last van de Staten-Generaal omgehakt, vanwege bijgelovige heiligenverering. De toponiem de heilige eik memoreert naar de eik met het Mariabeeld, nu is het de plek van een kapel. Op de dorpspleinen stond vanaf de vroege Middeleeuwen ook vaak een etagelinde, in drie etages gesnoeide linden, de bovenste etage stond symbool voor God, de middelste voor de geestelijkheid en de onderste voor de wereld. Etagelindes waren vaak ook de dansbomen in de gemeenschap. Op de eerste etage zaten dan de muzikanten, eronder danste de jeugd. Lindes waren ook vaak gerechtsbomen, bijvoorbeeld de linde in Nuenen en de linde van Sambeek, die waarschijnlijk ook een galgeboom is geweest. Men werd na de rechtspraak direct ter plaatse terecht gesteld. De meditatieve werking van bomen komt goed naar voren in de zogenaamde koorstbomen. Bij een koortsboom (ook wel lapjesboom genoemd) kan men volgens het volksgeloof koorts, of een ziekte in het algemeen, afbinden. Het liedje �zak6
12 05 Catalogus boomteelt in het Groene Woud
doekje leggen� gaat hierover. Koortsbomen, vaak een eik maar soms ook lindes, zijn nu te vinden in Overasselt (eik) , Eersel (linde) en Breda (omgehakte eik, nu herplant van plataan). Koorstbomen werden vaak gekapt vanwege heidense praktijken. In de 19e eeuw gaat men met de symbolische waarde van bomen ontwerpen. Er verschijnen allerlei bomencirkels met de heilige getallen, de drie eenheid, 12 apostelen etc. Een mooi voorbeeld is de bomencirkel bij Kasteel Heeze bestaande uit 12 eiken. Op landgoed Assisi zijn twee bomencirkels aanwezig met elk 8 beukenbomen, die waarschijnlijk een kapel of gebedsruimte vormdem. Vanaf de 18e eeuw ontstaat het begrip herdenkingsbomen. Met de komst van de Fransen werden overal bevrijdingsbomen opgericht, bijvoorbeeld de eik in Oisterwijk uit 1795. Toen de Fransen weer vertrokken werden opnieuw bevrijdingsbomen geplant. Herdenkingsbomen van de geboorte, huwelijken en sterfte van leden van het Koninklijke huis worden Oranjebomen genoemd. In het Groene Woud is een aantal van deze bomen aanwezig, bijvoorbeeld de Wilhelminaboom in Den Bosch en de Beatrixlinde te Esch, ter herdenking van de 50ste verjaardag van koningin Beatrix.
Verwijzing Heilige Eik Oirschot
Bomen hebben ook een angst aanjagende functie, bijvoorbeeld de heksenboom in Bladel, of de holle eik op Den Hout (bij Oosterhout). Bomen met een symbolische waarde geven betekenis aan plekken en locaties en geven voedingsbodem aan vele verhalen.
Kabouterboom Nijmegen
Esthetische waarde ruimtelijke effecten te bereiken, bijvoorbeeld de enscenering van zichten door middel van boomgroepen op het landgoed Zwijnsbergen, na een ontwerp van Zocher. Ook werden veel lanen in eik, beuk aangeplant op de landgoederen en buitenplaatsen. Het werd de mode om boomboeketten te maken, met meerdere bomen in een plantgat. In de gemeente Oisterwijk zijn op diverse plaatsen deze boeketten te zien.
Ecologische waarde Een boom kan extra waardevol zijn voor zijn natuurlijke omgeving. De boom heeft natuurwaarde doordat er zeldzame planten of dieren in leven dan wel de boom onderdeel uitmaakt van een ecologische hoofdstructuur. Een boom kan dendrologisch (zeldzaam) van bijzondere waarde zijn. Dan gaat het om een zeldzaamheid of variĂŤteit of een bijzondere groeivorm. De boom heeft een natuurwaarde
In de tabel op de volgende pagina’s wordt duidelijk hoe het belang van de boomteelt is geweest in het Groene woud door de eeuwen heen. De boomteelt is thematisch ingedeeld, per thema worden referentiebeelden in het Groene Woud aangegeven, zodat een beeld ontstaat van de ingredienten van de ruimtelijke kwaliteit in het Groene Woud.
Boomteelt in het Groene Woud door de eeuwen heen
Vanaf de 19e eeuw worden bomen gebruikt om
7
10.000 BC
3.000 BC
0
1000
16e eeuw
14e eeuw
80 jarige oorlog Bomen als onderdeel van de agrarische bedrijfsvoering
Hakhoutcultuur
Eerste boeren met een gemengd bedrijf op de
Bomen rondom erf voor beschutting,
zandgronden
Bomen als middel van bestaan
Bomen als sociaal element
Bomen als esthetisch element
Bomen als ecologisch element
8
12 05 Catalogus boomteelt in het Groene Woud
Griendenteelt
overlaat waterberging
Zwarte populierenteelt
Rabattencultuur
Grienden, wilgenteelt voor veevoeder, hoepels en manden Eikenhakhout voor schors voor de leerlooierijen
Wegwallen langs driften
Richtinggevende bomen
Bomen als mystiek element
Hakhoutbos strubbenbos
Bomen als productiemiddel voor de industrie
Bomen als energiebron
Houtwallen als veekering
schaduw, veekering, houtproductie en oogst
Boomteelt bij waalre
Houtwallen met
pootrecht
Brandhoutproductie
Heilige bomen , wodanseiken,
Heilige eik
freyalindes
Marialindes
Gerechtsbomen Galgebomen
17e | 18e eeuw
19e eeuw
21 ste eeuw
20 ste eeuw
pootrecht wordt pootplicht
Populierenteelt
Duurzame ge誰ntegreerde laanbomenteelt en fruitbomenteelt
Laanbomenteelt Fruitbomenteelt
Introductie van Canadese populier:
Grove dennenbossen voor mijnbouw
Populierenteelt voor de luciferindustrie
Bomen als bouwsteen voor bruggen en bouwwerken
populierenteelt voor de klompenindustrie
Hierarchie inwegen door middel van laanbeplanting
Laanbeplanting langs wegen
Biomassaproductie, wilgen, populieren, acacia
Meditatiebomen
Koortsboom
tTouwlaantje
Bevrijdingsboom (door de Fransen) Bevrijdingsboom (van de Fransen)
Bevrijdingsboom ( na de Tweede Wereldoorlog)
Danslindes Wilhelminaboom
Julianaboom
Landgoederen
Buitenplaatsen
Amaliaboom Beatrixboom
Parken
Persoonlijke herdenkingsboom
Tuinen
Begraafplaatsen
Ontwikkeling van de Ecologische Hoofdstructuur
9
Bomen op het boerenerf
Geriefbosje
Linde bij het huis Oostelbeers 10
12 05 Catalogus boomteelt in het Groene Woud
Boomgaard
Knotwilgen voor gereedschappen
Hakhoutcultuur
Bomen als onderdeel van de agrarische bedrijfsvoering
Knoteik Knotwilg bij Breugel
11
Vee- en wildwallen
Dichte veewal Vught 12
12 05 Catalogus boomteelt in het Groene Woud
Waterbergende houtwallen Bomen als onderdeel van de agrarische bedrijfsvoering
Waterbergende houtwal Moergestel 13
Hakhoutbos
Hakhoutbos Kampina
Verstoven hakhoutbos Loonse en Drunense Duinen 14
12 05 Catalogus boomteelt in het Groene Woud
Griendenteelt Bomen als middel van bestaan
Grienden cultuur bij Schijndel 15
Rabattencultuur
Rabatten Landgoed Baest
Rabatten in de Geelders 16
12 05 Catalogus boomteelt in het Groene Woud
Grove dennen teelt Bomen als middel van bestaan
Brandgang van berken op de Kampina
Dennenteelt bij Son 17
Fruitbomenteelt
18
12 05 Catalogus boomteelt in het Groene Woud
Laanbomenteelt Bomen als middel van bestaan
Laanbomenteelt bij Oirschot 19
Eikenhakhout voor schors voor de leerlooierijen
Heren hakten de bomen, de dames en kinderen schilden de eiken 20
12 05 Catalogus boomteelt in het Groene Woud
Populierenteelt Bomen als productiemiddel voor de industrie
Populierenakker op Landgoed Voorburg Vught 21
Wegwallen langs driften
Middeleeuwse wegwal bij Eersel 22
12 05 Catalogus boomteelt in het Groene Woud
Laanbeplanting Richtinggevende bomen
Laanbeplanting N65 23
Brandhoutproductie
24
12 05 Catalogus boomteelt in het Groene Woud
Biomassateelt Bomen als energiebron
Korte omloophout voor de bio ethanol 25
Heilige eik en Marialinde
Heilige Eik Den Hout
Een niet volledige lijst van monumentale bomen met een mystieke betekenis
Marialinde Oisterwijk 26 26
12 05 Catalogus boomteelt in het Groene Woud
Koortsboom
Bomen als mystiek element
Koorstboom
27
Gerechtsbomen
Gerechtsboom Leenderstrijp 28
12 05 Catalogus boomteelt in het Groene Woud
Gerechtsboom Hilvarenbeek
Bevrijdingsbomen Bomen als sociaal element
Bevrijdingseik Oisterwijk 29
30
Huize Assissie laanbeplanting en solitaire bomen
Beukenboeket Landgoed de Wamberg
Laan Wargahuyze
Exoten op Landgoed de Wamberg
12 05 Catalogus boomteelt in het Groene Woud
Landgoed- en buitenplaatsbomen Bomen als esthetisch element
Bevrijdingseik 12 Apostelen kasteel Oisterwijk Heeze
12 Apostelen kasteel Heeze 31
Duurzame boomteelt
Recreatief medegebruik: treedressing
Recreatief medegebruik: wandelen en fietsen
Schematisch programma van eisen voor een duurzame boomteelt, naar Illustratie van het proces voor een duurzame wijk in Vries, gemeente Tynaarlo, Bron: ROiD & Alles in Beeld 32
12 05 Catalogus boomteelt in het Groene Woud
Excursie ter plaatse
Duurzame boomteelt
Berging van water van boomteelt
Verbeeld idee van natuurzone
Impressie gesloten watersysteem van boomteelt op Belverse akkers (ARC studie 2008) 33
Duurzame boomteelt
Kruidenrijke bermen, stikstofmesters tussen de bomen
Zonne-energie
Akkerkruiden randen rondom percelen
Das als kensoort 34
12 05 Catalogus boomteelt in het Groene Woud
Boomteelt als entourage voor evenementen
Boomteelt als entourage voor verblijf
Spuiten met compostthee
Boomteelt als entourage voor meditatie en reflectie
Duurzame boomteelt
Impressie duurzaam bedrijf 35
Bomenpretpark
kenniscentrum | proeftuinen
ontvangst
bomen en economie arboretum forestfarming
boommuseum
eetbaar bos evenemententerrein boombrug
avonturenbos | speelbos
boom in de kunst
vakmanschap in bomen
36
12 05 Catalogus boomteelt in het Groene Woud
Bomenpretpark
Ontvangst
Speelbos
Bomen in de kunst
Keuze in tentoonstellingen, educatie, restaurant etc
Natuurspeelplaatsen met bomen
Hedendaagse etageboom
In hoog en laag
Lichtkunst en bomen
Boombrug 37
38
Boomambachten
Boomindustrie
Vertelboom
Educatie
Tentoonstellingen
Bomen in de literatuur
Educatie in het bos
Blik op bomen
Gebouwen van hout
12 05 Catalogus boomteelt in het Groene Woud
literatuur
Colofon
H. Baas, B. Groenewoudt, P. Jungerius en H. Renes, Historische wallen in het Nederlandse landschap. De stand van kennis, 2012
Titel:
Bomenstichting, Bijzondere bomen in Nederland in 250 verhalen, 2010
Opdrachtgever: RMB | Provbinice Noord Brabant
J. Buis, Historia Forestis, Nederlandse bosgeschiedenis, 1985 P. Jansen en M. van Benthem, Verborgen erfgoed in ons bos, 2006 Probos, Bosuitbreiding versus ontbossing in Nederland, 2012 K. Leenders, Het Schijndelse cultuurlandschap. Een detailstudie, 1994 SRE Milieudienst, Catalogus Cultuurhistorische Inventarisatie Erfgoedkaart Oirschot, 2011
Schetsboek Catalogus Boomteelt in het Groene Woud Bomenmanifest 2012
Uitgevoerd door: Mariëlle Kok Landschapsarchitect BNT Plaats en datum: Eindhoven, 11 februari 2013 Ontwerp: Mariëlle Kok Auteur:
Mariëlle Kok
Vormgeving: Mariëlle Kok Foto’s:
BHIC, Mariëlle Kok Landschapsarchitect BNT
Projectnummer: 12 05 Documentnummer: 12 05 R002
Werkgroep Hopoogstfeest Wijbosch/Schijndel, Ambachten in de boomteelt, jaartal onbekend K. van Zomeren, Het bomenboek, 2011
39