15 minute read
interviews Boeren creatieve sector
Boeren + Een gouden recept voor voedselinnovatie
Tiny
creatieve sector
Het klinkt als een ongewone combinatie: boeren die intensief samenwerken met de creatieve sector. Toch gebeurt het, en steeds vaker. Kunstenaars, ontwerpers en boeren hebben elkaar juist heel veel te bieden. Maar wat dan precies? We spraken erover met Marjon Krol (ZLTO), Tiny Schepers (varkensboer bij de Heyde Hoeve) en Sietske Klooster (zelfstandig ontwerper en buitenpromovenda bij TU/e).
inds 2015 werken Brabantse boeren, ontwerpers en kunstenaars in zogenaamde FoodLabs samen aan vraagstukken op het gebied van voedseltransitie. Ze gaan hierin bijvoorbeeld aan de slag met oplossingen rond intensieve veehouderij en voedselverspilling. Marjon Krol is er vanaf het begin bij betrokken. Als projectleider markt en keten ZLTO (Zuidelijke Land- en Tuinbouworganisatie) vertaalt ze maatschappelijke ontwikkelingen naar kansen voor ondernemers in de agrarische sector. “Over transitie en transitieprocessen wordt vaak wat abstract gesproken. Maar in zo’n FoodLab wordt het juist heel concreet, omdat je met mensen aan de slag gaat die de transitie moeten doormaken. De boeren zijn hoofdrolspeler in het hele traject. En de ontwerpers, de creatieve wereld, die helpen hen daarbij.”
Kunstenaar + boer Eén van die boeren is Tiny Scheepers. Hij deed mee aan het allereerste FoodLab. Samen met vier andere varkensboeren runt hij de Heyde Hoeve. Transparantie is voor hen belangrijk. Maar daar lag nu ook juist de uitdaging: veel consumenten kennen het verhaal van het lapje vlees – dat later op hun bord ligt – niet meer. De afstand tussen
Marjon
De samenwerking met een kunstenaar brengt een ander perspectief. En dat is nodig om echt iets te kunnen veranderen.
burger en boer is te groot geworden. Dat het vlees van de Heyde Hoeve bijvoorbeeld veel beter houdbaar is, duurzaam wordt geproduceerd en dat het bovendien veel malser is dan veel andere varkenslapjes, is bij hen niet bekend. Via Marjon kwam hij terecht bij FoodLabPeel. “Ik dacht toen wel: wat moet ik met een kunstenaar?” vertelt hij. Tijdens een matchmaking sessie werden boeren en kunstenaars aan elkaar voorgesteld. “De klik met kunstenaar Koen Vanmechelen was meteen heel goed”, herinnert Tiny zich. “Zijn visie op biodiversiteit en duurzaamheid paste bij die van mij. En dan heeft hij ook nog eens een netwerk waar je stil van wordt.” Marjon glimlacht: “Bij ZLTO en bij de stuurgroep landbouw innovatie Brabant stonden maatschappelijke vraagstukken natuurlijk ook op de agenda. Maar hoe creatief je zelf ook bent, merk ik, het is lastig om buiten je eigen straatje te denken. De samenwerking met een kunstenaar brengt een ander perspectief. Ze stellen andere vragen, kijken anders tegen ons werk aan. En dat is nodig om echt iets te kunnen veranderen.”
Lucy Dog Hoe zorg ik als boer voor nog meer transparantie in mijn werk, en op welke manier toon ik vervolgens die unieke kenmerken van mijn product in de markt? Samen met KoenVanmechelen ontwikkelde Heyde Hoeve het concept voor Lucy Boar. Met onder andere een foodtruck zijn Tiny en zijn collega’s sindsdien te vinden op evenementen. “Aan de ene kant van de foodtruck staan de varkens”, legt Tiny uit. “En aan de andere kant kun je een ‘Lucy Dog’ kopen. Geproduceerd van het vlees van diezelfde
varkens.” Mensen reageren heel verschillend op de truck, vertelt Tiny. Sommigen vinden het best confronterend, anderen vinden het mooi om te zien dat de varkens er zo vrij en gezond uitzien. “Uiteindelijk doet het bij iedereen iets. Ineens is die worst geen anoniem stuk vlees meer, maar een product met een geschiedenis. En dat is wat we wilden bereiken.”
Open einde Aan de ene kant, blikt Tiny terug, heeft Lucy Boar al veel opgeleverd. Een goede manier om het verhaal te vertellen aan consumenten, kopers en andere ketenpartners. Toch heeft hij een kanttekening. “Ons vlees is op een andere manier geproduceerd. Met oog voor de natuur, het dier en ook gericht op malsheid en smaak. Daartegenover staat een iets hogere prijs dan mensen misschien gewend zijn. En die acceptatie is er nog niet. Ook het traject met Koen brengt nog geen extra geld in het laatje”, vertelt hij. Wel is hij zoveel jaar later nog steeds betrokken bij de Heyde Hoeve. “De samenwerking met Koen was prettig – we hebben nog steeds contact. Maar voor zo’n project moet je echt een lange adem hebben. Daar hebben we ons misschien wel op verkeken”, zegt hij. Als boer ben je immers ook gewoon druk met je onderneming draaiende te houden. Tiny: “Als ik het nog eens opnieuw moest doen, dan zou ik vanaf het begin af aan marktpartijen, zoals supermarkten en keurslager, bij het project betrekken. En dat zij toezeggen dat ze hun nek willen uitsteken voor ons product. Want om dit te laten slagen is niet alleen verandering vanuit ons als boeren nodig, maar ook vanuit de verkopers en de consument. Samen maken we een echte verandering mogelijk.”
Sietske Klooster is als zelfstandig ontwerper aan de TU/e verbonden. Hier doet ze ontwerpend onderzoek naar de rol van de creatieve industrie in grote veranderingen in het agrifoodsysteem. Daarvoor werkt ze samen met onder andere Agri meets Design. Haar MelkSalon, en wat ze daaruit leerde, gebruikt ze als praktijkcasus.
Terugkijkend, zegt Sietske, waren de afgelopen jaren niet alleen voor de boeren maar ook voor haarzelf enorm leerzaam. “Veranderingen op het gebied van
FoodLab is als werkmethode ontwikkeld door Kunstloc Brabant. In samenwerking met ZLTO is de methodiek aangescherpt in de praktijk. Een FoodLab wordt ingezet rond complexe vraagstukken waarvoor innovatieve oplossingen nodig zijn. Denk bijvoorbeeld aan voedselverspilling en intensieve veehouderij. Partijen uit de agrofoodsector en de creatieve sector werken op basis van co-creatie met elkaar samen. Koppels van ontwerpers en ondernemers (verwerkers/telers) werken aan een vraagstuk. Samen ontwikkelen ze een oplossing voor het specifieke vraagstuk. De koppels werken gedurende enkele maanden intensief samen.
Interesse? Neem contact op met Netty van de Kamp, adviseur Kunst & Ruimte: netty.vandekamp@kunstlocbrabant.nl
Sietske Klooster
Zelfstandig ontwerper Sietske Klooster reisde zeven jaar rond met haar MelkSalon. Dat leidde er uiteindelijk toe dat ze samen met Lely – een internationaal bedrijf dat apparatuur voor de agrifoodsector produceert – meewerkte aan de zuivelverwerkings innovatie ‘Orbiter’. Dat is een mooi voorbeeld van hoe ze haar doel – het werken met de unieke kenmerken en smaakverschillen van melk – steeds dichterbij brengt. Momenteel werkt ze aan een publicatie over haar ervaringen en de mechanismen die ze heeft ontdekt. Ze richt zich daarmee op het brede publiek waarmee ze gewerkt heeft: professionals uit de creatieve industrie en de ontwerpwetenschap aan de ene kant, en de verschillende spelers die betrokken zijn in agrifood systeemverandering (van boer tot burger, beleidsmaker tot bedrijfsleven) aan de andere kant. Er komt een documentaire die het proces van de MelkSalon laat zien en een animatie van de transformatie-theorie die ze heeft ontwikkeld. Ook komt er een handboek en een wetenschappelijk artikel over de aanpak. Ze streeft ernaar om eind 2020 de resultaten te delen.
www.agrimeetsdesign.com
voedselproductie en de manier waarop we met voedsel omgaan, duren lang. Je moet er jaren in blijven investeren”, weet ze nu. Bij de MelkSalon begon dat heel voorzichtig: eerst met het laten proeven van melk. Toen boeren ervan overtuigd waren dat het inderdaad anders moest, dacht ze samen met hen – in co-creatie – na over hoe het dan anders zou kunnen. Welke mogelijkheden en bedrijfsmodellen zijn er nog meer te bedenken? “Melk is een ambachtelijk product. Wat we drinken, komt onder meer tot stand door keuzes die een boer maakt. Over koeienras, soort gras, keuze voor voer en nog veel meer. Maar vaak weet de consument dat niet. Ieder pak in de supermarkt is toch hetzelfde?” Sietske vindt dat zonde. Het respect voor het product melk, voor de verfijning in smaak en voor de keuzes die de boer maakt moeten beter in beeld komen. Melk is namelijk veel meer dan het fabrieksproduct dat bij de supermarkten in de schappen staat. “Er is te weinig waardering voor wat de boer produceert. Dat komt aan de ene kant door hoe het systeem nu is ingericht: alles draait op eenvormigheid en massaproductie. Aan de andere kant is de boer het rechtstreekse contact met de consument kwijt geraakt.”
Trots op je unieke product Met haar MelkSalon liet Sietske boeren, producenten en consumenten de smaaknuances tussen melk van verschillende boeren en koeien proeven. “In eerste instantie waren de meeste boeren ook sceptisch. Dus ik begon met schenken van melk aan hén. Na verloop van tijd zag ik dat er steeds meer boeren waren die dachten: hé, dit is mijn product. En dat ze daar ook trots op waren. Dat was mooi om te merken.” Op een bepaald moment gingen boeren zelfs door de smaak en samenstelling van de melk in gesprek over elkaars bedrijf. “Dan smaakte melk bijvoorbeeld heel licht naar hout. En dan ging het over: komt dat misschien door de houtsnippers die bij jou op de grond liggen? Ik vind dat prachtig”, vertelt Sietske. Boeren weten zo weer waar ze het voor doen. Hun unieke, natuurlijke product. Met kenmerken en eigenschappen die voortkomen uit keuzes die zij maken. En dan weet je ook beter wat je over je product wil vertellen: aan de producenten, aan supermarkten en aan consumenten. “Als je als boer de passie voelt waarmee je ooit aan het vak begon, dan kun je dat ook makkelijker overdragen aan anderen.”
Haar doorzettingskracht, haar vermogen om vragen te stellen over de melkketen en om betrokkenen een spiegel voor te houden, zorgde er onder meer voor dat Sietske samen met agritech bedrijf Lely werkte aan innoatie op het gebied van zuivelverwerking. En ook onder consumenten ziet ze steeds vaker dat mensen behoefte hebben aan een product met een verhaal, en, belangrijker nog, waarin de oorsprong te proeven is. “Dat is de laatste jaren wel in een stroomversnelling gekomen. Je ziet het veranderen. In de supermarkt staan bijvoorbeeld steeds vaker nieuwe zuivelproducten en andere agrarische producten direct van de boer. En tijdens de coronacrisis kochten mensen massaal bij lokale boeren.”
Het verhaal van melk “Tussen mij en de boeren met wie ik werk klikt het vaak heel goed. We lijken op bepaalde vlakken erg op elkaar: we zijn ondernemers en we maken allebei iets. Op andere punten verschillen we juist weer enorm. Dat zorgt ervoor dat we elkaar op andere sporen kunnen zetten dan die we normaal belopen.” Wat hoopt Sietske met haar werk en onderzoek te bereiken? “Mensen weten nu vaak niet meer waar eten vandaan komt. Of hoe het geproduceerd is. We zijn zover af komen te staan van één van onze basisbehoeften. Daar wil ik iets aan doen”, besluit ze bevlogen. “En als ik daar door mijn werk iets aan kan veranderen, dan heb ik mijn doel al bereikt.”
Ruben Topia smelt culturen samen
De omslagillustratie van dit magazine is getekend door kunstenaar Ruben de Bruijn. Het werk is ontstaan in maart 2020, tijdens de coronacrisis. Hij vertelt: “Kunst heeft voor mij op dit moment twee functies. Dat is esthetiek – mooi zijn voor het oog – en afleiding bieden aan de waan van de dag. En een boodschap overbrengen die niet kan worden geuit met woorden. In de werelden die ik visualiseer laat ik verschillende culturen samensmelten in universele landschappen. Ik toon de potentie van de samenleving in positieve en negatieve zin. Aan de ene kant is de wereld een paradijs. Maar zoals er altijd dag en nacht is, is dat paradijs niet vanzelfsprekend. Als we niet opkomen voor onze waarden komen we terecht in een dystopie. Ik teken om te helpen herinneren aan de kleuren van onze aarde. Ik werk ook in opdracht, zoals aan murals, beelden in de openbare ruimte, grafisch ontwerp, boeken en lezingen. Toelichting illustratie magazine “Het doel van creatie is wat veranderd. Het is niet meer zozeer zinvol om nu alleen maar gouden paleizen en paradijzen te bedenken. Dat lijkt nu verder weg dan voorheen. De samenleving is meer genoodzaakt om op te letten wat er gebeurt buiten het nieuws om, om niet in de afgrond te vallen: het verlies van vrijheid. Het beeld bevat verschillende autonome werken uit de publieke ruimte van de Provincie Noord-Brabant waaronder Flying Pins in Eindhoven, het Draaiend Huis in Tilburg, Sky Mirror bij museum De Pont. Musea als het Noordbrabants museum, Bosch Art Centre, Van Abbemuseum. Blind Walls Gallery uit Breda en een aantal fictieve schilderingen. De boom symboliseert het creatieve aspect van het leven. Zichtbaar voor zij die omhoog kijken. De kunst die creatieve makers produceren zijn als de vruchten aan een boom. Ze komen voort uit individuele expressie die de samenleving verbindt. Vrijheid is een waarde die we alleen samen kunnen beschermen. Een hogere creatieve bron, die een contrast vormt met de geometrische stad. De boom wordt gekapt maar heeft tegelijk tentakels die kleur terug de wereld in helpen.”
Rust en bezinning: Kapellen met een K
Overal zie je ze staan: kapelletjes in het Noord-Brabantse en Limburgse landschap. De veldkapel als symbool voor rust en bezinning. Een culturele en landschappelijke traditie die nieuw leven ingeblazen wordt met Kapellenbaan.
Stichting Cultuur Zonder Grenzen verbindt regionaal erfgoed en tradities met hedendaagse cultuur. De stichting nodigde vier bekende kunstenaars uit om een kapel te ontwerpen: Frank Havermans, Atelier Van Lieshout, Sachi Miyachi en Maria Roosen. Het is de bedoeling dat mensen door deze kapellen met elkaar in contact komen. En dat de schoonheid van de regio’s Land van Cuijk en Maasduinen in beeld wordt gebracht. De planning is dat eind 2020 de eerst kapellen te bewonderen zijn.
We lichten graag alvast een klein tipje van de sluier op. Maria Roosen maakt een Mariakapel van een oude moeraseik in de kloostertuin van het Kruisherenklooster Sint Agatha.
www.kapellenbaan.nl
Moeraseik
Dokter Kees
Hoe maak je euthanasie bespreekbaar?
“Als ik dement word, geef mij dan maar een spuitje.” Willy woont op een gesloten afdeling van een verpleeghuis en hij is veranderd door de dementie. Hij vertoont regelmatig agressief gedrag en hij krijgt veel medicatie om rustig te blijven. Lukt het Dokter Kees, specialist ouderengeneeskunde, om het leven van Willy draaglijker te maken of is euthanasie een oplossing? Willy heeft immers een euthanasieverklaring. Met welke ethische, juridische en persoonlijke dilemma’s krijgt Kees te maken als hij onderzoekt of euthanasie mogelijk is bij Willy? En hoe gaat de familie daarmee om?
Jesse van Venrooij maakt het dilemma van euthanasie bij gevorderde dementie met zijn documentaire Dokter Kees bespreekbaar. Door de vergrijzing krijgen we hier in de toekomst steeds vaker mee te maken. Dokter Kees kun je online bekijken via www.filmmoment.nl. Ook is er een educatieve licentie voor zorgorganisaties en onderwijsinstellingen.
Ik wil hem niet kwijt, maar ik weet dat dit is wat hij wil.
Kitty, vrouw van Willy
Minitopia Hoe kunnen we meer doen met minder?
Veel mensen willen flexibeler, kleiner, lichter en vaak ook tijdelijker wonen. Want dan laat je een minimale ecologische footprint achter en draag je bij aan een duurzame toekomst. De woningmarkt kan de vraag niet aan en is bovendien traag als je een eigen huis wilt bouwen.
Daarom namen artistieke idealisten Tessa Peters en Rolf van Boxmeer (Rezone) het heft in eigen hand. Ze begonnen de beweging Minitopia. Een woonexperiment met unieke woningen gemaakt door kunstenaars, designers, architecten en amateurs. Braakliggende of ‘wachtende’ terreinen zijn ideale gebieden voor Minitopia. Zo draagt Rezone op creatieve wijze bij aan het woningtekort. Hun droom is om meerdere Minitopia’s te verwezenlijken en kunst en cultuur een belangrijke rol te geven bij gebiedsontwikkeling. Ze laten zien dat wonen echt anders kan. Kom kijken en laat je rondleiden.
www.minitopia.eu
Meer weten? Neem contact op met Anneke Moors, adviseur Architectuur & Vormgeving: anneke.moors@kunstlocbrabant.nl
Roosje Foundation Nooit de moed verliezen! Maar wat zou ik doen?
Tijdens de Tweede Wereldoorlog komt de Joodse danseres Roosje Glaser (25 jaar) voor zeer moeilijke keuzes te staan in haar strijd om te overleven. Welke keuzes maakte ze? En hoe kwam ze daartoe?
In de reizende tentoonstelling over Roosjes leven beleven leerlingen van scholen op indringende wijze de gebeurtenissen van toen. Haar levensverhaal laat zien wat een sterk karakter inhoudt en hoe Roosje na de oorlog met veerkracht een nieuw leven opbouwt. De tentoonstelling laat ook zien waartoe rechteloosheid en racisme kunnen leiden.
De Roosje Foundation maakte deze tentoonstelling in samenwerking met Nationaal Monument Kamp Vught. Leerlingen zien authentiek foto- en filmmateriaal van Roosje dat in ’s-Hertogenbosch onder de grond verstopt lag. Zo zien ze de oorlog door de ogen van een jonge vrouw.
Deze tentoonstelling kan je aanvragen bij tante-roosje@online.nl. Lesmaterialen voor het basis- en voortgezet onderwijs, een documentaire en nog veel meer vind je op de site.
www.roosjefoundation.org
Hoodlab Iedereen doet mee!
Praten over liefde, lifestyle en de zin (en onzin) van het leven, en tegelijkertijd aan serieuze thema’s werken als armoede, eenzaamheid of geweld op straat – geniaal idee, of utopie? Bij Hoodlab van PLYGRND.city is het de normaalste zaak van de wereld.
Hoodlab is een afkorting van de woorden neighbourhood (buurt) en laboratorium (lab). Ze creëren tijdelijke vrijplaatsen in zeecontainers die naar buurten in heel Nederland reizen, om samen met je buren te werken aan de lokale uitdagingen. Een grote toolbox met een festivalachtige vibe.
Een grote toolbox met een festivalachtige vibe.
Met teams van ontwerpend onderzoekers, kunstenaars, sociaal werkers, bewoners en zorgprofessionals faciliteert PLYGRND.city deze buurtprojecten. Samen werken ze aan de sociaal maatschappelijke en ruimtelijke uitdagingen, op een laagdrempelige vernieuwende manier.