I
nhoud Mijn nummer Een ..................................... 8 Lied van iedereen ...................................... 10
Jij bent jij ............................................................... 12
De moeite waard ....................................... 14
Feest om ons heen Hij alleen
...................................
16
................................................................
18
Compleet ............................................................. 20 What’s in a name? ..................................... 22 Dapper gras ....................................................... 24 Psalm 8 ................................................................... 26 Echte vrienden .............................................. 28 Kampioen onhandigheid .................. 30 Ik zie het wel .................................................... 32
14. Zeven wereldwonderen 15. Psalm 23 16. Tel tot tien 17. Duizend dingen 18. Geluk, dat is‌ 19. Geduld 20. Vandaag 21. Wat een misser 22. Geheim gebed 23. Op reis
....................
34
...............................................................
36
..........................................................
38
............................................
40
................................................
42
......................................................................
44
.................................................................
46
.............................................
48
...............................................
50
.....................................................................
52
Omdat je mijn nummer Een bent geef ik je een doosje met geheimen ik zal ze noemen: een veer die echt gevlogen heeft, een blaadje met een wachtwoord, een blaadje met een nachtwoord, een lucifer voor een vrolijk vuurtje, een schroefje dat ik heb gevonden, een rood papiertje van een bonbon, een edele kiezelsteen met glimmertjes, een stompje potlood, waar nog veel woorden in zitten, een schoolfotootje van mij, het mooiste autootje van mij, niet verder vertellen.
8
9
Het is raar maar waar: we zijn een hok vol rare vogels bij elkaar. We kwetteren en schetteren, zo zijn we gebekt. Onze veren die verschillen. Wat we doen en wat we willen maakt ons anders, dat is leuk, dat is apart. Elke vogel is uniek van wit tot zwart. Raar is leuk, bijzonder goed. Je mag er zijn zoals je doet. Raar is leuk, wie je ook bent. Je mag er zijn met jouw talent.
10
11
Jij bent jij Laat een ander niet bepalen wat je voelt en wat je denkt. Leef met lef, met idealen en blijf altijd wie je bent. Laat een ander niet bepalen of je boos bent, bang of blij of je lacht of loopt te balen. Jij bent echt, want jij bent jij!
12
13