Dit huis is een thuis

Page 1

opgroeien in een multicultureel adoptieof pleeggezin



Femmie Juffer, Lindy Popma, Monique Steenstra fotografie: Lilian van Rooij uitgave: DATO


Dit huis is een thuis. Opgroeien in een multicultureel adoptie- of pleeggezin

verschijnt met steun van de Stichting Kinderpostzegels Nederland en Fonds Cloeck, ondergebracht bij het Oranje Fonds


Inhoud Dit huis is een thuis 6 1 Andrews ‘We moeten ons meer in elkaar verdiepen’ 2 Hanna ‘Ik heb een land extra en dat heeft niet iedereen’ 18 3 Cardo ‘Ik kan gemakkelijk van de ene naar de andere cultuur overstappen’ 30 4 Robin ‘Nederland is mijn land, mijn thuis’ 42 5 Naomi ‘Guinee is een deel van mij’ 56 6 Soo Jin ‘Mijn naam hoort bij mij en mijn identiteit’ 68 7 Ayron ‘Al mijn vrienden zijn blank, ik ben de enige blakaman’ 80 8 Thom ‘Ik ben een Nederlander met een beetje extra’ 92 9 Cisarlin ‘Ik ben Nederlander én latina’ 104 10 Jendrick ‘Mijn leven is hier, in mijn pleeggezin’ 1 16 11 Xiu ‘Ik ben met een nuchtere, Nederlandse mindset opgevoed’ 128 12 Baran en Sandokan ‘Hier in huis is ruimte voor onze afkomst’ 140 13 Yinn ‘Ik krijg de vrijheid om mijn Taiwanese achtergrond te ontdekken’ 154 14 Raishellon ‘Ik ben niet meer bezig met cultuurverschillen’ 166 15 Wantz ‘Ik val niet tussen twee culturen, ik héb gewoon twee culturen’ 178 16 Sheba ‘Ik wil de Antilliaanse cultuur leren kennen’ 190

Kleur bekennen is kleur erkennen door Femmie Juffer Meer weten over adoptie, pleegzorg of gezinshuizen? Over de auteurs en de fotograaf Colofon

3

202

220 223 224



Dit huis is een thuis Hoe is het om op te groeien in een multicultureel adoptiegezin, pleeggezin of gezinshuis? In zestien verhalen vertellen jongeren in de leeftijd van vijftien tot twintig jaar over hun ervaringen. De fotoportretten geven een inkijkje in hun huiskamers. De niet-westerse culturele achtergrond van de jongeren in dit boek is divers en te herleiden naar verschillende landen van afkomst: China, Curaçao, Dominicaanse Republiek, Ethiopië, Ghana, Guatemala, Guinee, Haïti, Marokko, Suriname, Taiwan, Turkije, Zuid-Afrika en Zuid-Korea. De verhalen worden gevolgd door een hoofdstuk over opvoeden in een multicultureel gezin vanuit het perspectief van wetenschappelijk onderzoek en de praktijk. De jongeren in dit boek hebben een thuis gevonden bij adoptieouders of pleegouders. Adoptiekinderen zien hun adoptiegezin meestal als ‘mijn thuis’. Sommige pleegkinderen ervaren hun pleeggezin of gezinshuis ook als ‘mijn thuis’ of ‘mijn andere thuis’. Andere pleegkinderen zien hun oorspronkelijke gezin als ‘mijn thuis’, maar beschouwen het pleeggezin wel als ‘een thuis’. We bedanken Andrews, Ayron, Baran, Cardo, Cisarlin, Hanna, Jendrick, Naomi, Raishellon, Robin, Sandokan, Sheba, Soo Jin, Thom, Wantz, Xiu en Yinn voor het delen van hun ervaringen en hun openheid. Stap hun huis binnen en leer hen en hun thuis kennen! Femmie Juffer Lindy Popma Monique Steenstra Fotografie: Lilian van Rooij

5


Andrews (17)

‘We moeten ons meer in elkaar verdiepen’

6



Dit huis is een thuis

Ik heet Andrews, met een ‘s’. De vader van mijn oma heette ook zo, dus ik ben Andrews junior. De letter ‘s’ maakt mijn naam speciaal. Ik heb een keer de betekenis opgezocht. Andrews betekent ‘mannelijkheid’. Dat vind ik mooi. Toen ik zeven jaar was, kwam ik met mijn oma en mijn oom naar Nederland. Ik wist niet dat we uit Ghana weg zouden gaan. We moesten ineens vertrekken en mijn ouders bleven daar. Oma wilde een betere toekomst voor me. Ik kwam hier op een koude dag in november. Er lag sneeuw en overal waren blanke mensen. Dat was zo anders in Ghana. Daar zwaaiden we altijd als we blanke mensen zagen. Het gekste in Nederland vond ik Sinterklaas. Alle kinderen waren blij toen hij de klas binnenkwam. De Zwarte Pieten gooiden met eten. Ik dacht: wat is dat nou? Het was zo raar, maar ik moest leuk meedoen.

‘Het gekste vond ik Sinterklaas. Alle kinderen waren blij toen hij de klas binnenkwam’ Weekendpleegouders Ik woonde met mijn oom en tante in Den Haag, maar daar ging het niet goed met me. Ik had veel Nederlandse vriendjes op de basisschool. Als ik met hen mee naar huis ging, zag ik het verschil met hoe het bij mij thuis was. Zij kregen liefde en aandacht en werden verwend. Ik wilde niet verwend worden, maar bij mij thuis ontbrak het aan liefde. Op mijn achtste leerde ik mijn weekendpleegouders kennen. Dat waren de ouders van een vriendje. Ze zijn nog steeds mijn weekendpleeggezin. Deze mensen merkten dat ik stil en verdrietig was en ik heb mijn verhaal aan hen verteld. Ze waren het er niet mee eens hoe het bij mij thuis ging en daarom zijn ze naar Jeugdzorg gegaan.

8


Andrews

Ik kon niet bij mijn weekendpleegouders wonen. Zij hadden veel zorgen gehad over hun eerstgeboren kind. Hij is op jonge leeftijd overleden. Ik had ook veel zorgen en dat deed hen denken aan de moeilijke tijden met hun kind. Daarom brachten mijn weekendpleegouders me naar een crisispleeggezin. Daar werd gekeken wat een goede plek voor me zou zijn. Daarna ging ik naar een groep om mijn gedrag te normaliseren. Daar deed ik het zo goed dat ik naar een gezinshuis kon. Toen die mensen drie jaar geleden stopten, kwam ik in het gezinshuis van Hetty en Michael. Hier wonen elf mensen: de gezinshuisouders, hun drie dochters en zes pleegkinderen. Binnenkort komt er nog iemand bij. Er zijn hier meer kinderen met een kleurtje: ze zijn half Turks, half Hindoestaans en half Surinaams. We wonen in een stad in Zuid-Holland.

‘Mijn huid smeer ik in met cacaoboter. Zo hou ik een natuurlijke, bruine kleur’ IJdel Mensen zeggen vaak dat ik ijdel ben. Als ik ergens naartoe ga, wil ik eerst mijn haar doen. Ik smeer het in met Andrélon Perfecte Krul en ik ga altijd naar een buitenlandse kapper die kroeshaar kan knippen. Ik denk er lang over na welke kleren ik aantrek. Ik ben een sportieve jongen en hou van dure merken, zoals Kenzo. Ook draag ik graag kleren van Nike, want die zitten lekker. Mijn huid smeer ik in met cacaoboter. Zo hou ik een natuurlijke, bruine kleur. Als ik dat niet doe, wordt mijn huid droog en grijs. Dat heet batjauw in straattaal. Het mooiste aan mijn uiterlijk vind ik de blik die ik kan geven. Ik kan heel lief kijken. Dan doe ik mijn wenkbrauwen een beetje omhoog.

9


16


Andrews

naam: ANDREWS leeftijd: 17 JA AR woont: IN EEN GEZINSHUIS, MET ZES PLEEGKINDEREN (TUSSEN 11 EN 17 JA AR) EN DE DRIE DOCHTERS VAN ZIJN GEZINSHUISOUDERS (8, 14 EN 17 JA AR) opleiding: DIPLOMA GROENE V MBO-SCHOOL GEHA ALD, GA AT NA AR MBO DIENST V ERLENING SPORT EN RECREATIE hobby’s: VOETBALLEN EN RELA XEN film: FILMS MET KEV IN HART muziek: SEV N ALIAS boek: INFORMATIEV E BOEKEN vakantie: IK ZOU WELEENS NA AR AMERIK A WILLEN trots op: WIE IK BEN, MIJN V ERHA AL EN MIJN VOETBALTALENT

17



Hanna (16)

‘Ik heb een land extra en dat heeft niet iedereen’


Dit huis is een thuis

Ik woon bij mijn adoptieouders in een stad in Gelderland. Ik ben de jongste in het gezin. Mijn broer Vincent is de oudste. Hij is al uit huis, maar woont wel in de buurt. Mijn zussen Hannelore en Marlies wonen nog thuis. Mijn broer en zussen zijn niet geadopteerd. Ik kom uit Ethiopië. Voordat ze mij adopteerden, woonden mijn ouders met hun kinderen al vier jaar voor hun werk in Addis Abeba, de hoofdstad van Ethiopië. Ze hebben mij uit een kindertehuis opgehaald toen ik acht maanden oud was en daarna hebben we nog een paar jaar in Ethiopië gewoond. Ik herinner me kleine flitsen van mijn leven daar en de rest weet ik van foto’s uit die tijd. Ik was vier toen we naar Nederland gingen en dat herinner ik me nog een beetje. Vier jaar geleden zijn we met zijn allen terug geweest in Ethiopië, ik herkende toen wel wat dingen. De naam Hanna is door mijn biologische moeder bedacht en mijn tweede voornaam Naomi heb ik van mijn ouders. Hanna betekent ‘God is genadig’. Ik vind het mooi dat mijn biologische moeder mij die naam heeft gegeven. Ik weet niet hoe ze hem daar uitspreken. In Ethiopië spreken ze Amhaars en verder zijn er veel streektalen. Ik ben tevreden met mijn naam. Hanna is makkelijk uit te spreken en te schrijven, daar ben ik blij om.

Kroeshaar Ik ben tevreden met mijn uiterlijk. Ik zit niet echt over mijn kleurtje in. Omdat ik er anders uitzie, loop ik wel tegen andere dingen aan dan mijn broer en zussen. Een voorbeeld is de verzorging van mijn haar. Dit houdt me sinds een paar jaar bezig. Met de Curly Girl Hair-methode weet ik welke producten ik nodig heb voor mijn soort haar, dat is natuurlijk anders dan bij steil haar. Niet alle kappers kunnen mijn haar knippen, je moet een cursus doen voor kroeshaar. Ik draag het eigenlijk nooit los, ik heb het meestal in een knot of staart.

20


Hanna

‘Ik vroeg me af: heb je eigenlijk pleisters voor bruine mensen?’ Ik bedacht een keer dat pleisters bij je huidskleur horen te passen en ik vroeg me af: heb je eigenlijk pleisters voor bruine mensen? En ja hoor, die bestaan. Dat is wel grappig. Je vindt ze niet zo makkelijk in de winkel, je moet ze apart bestellen. Ik vind het wel mooi dat ik niet zo stevig gebouwd ben. Maar horloges passen niet zo goed, omdat ik vrij dun ben. Ik heb lange, smalle voeten en het is best lastig om daar schoenen voor te vinden. Ik ben niet heel erg klein, iets van 1.60 meter.

Beetje druk Mijn moeder en ik zijn allebei geïnteresseerd in de ontwikkeling van kinderen en wat hen bezighoudt. Het hoort bij het vak van mijn moeder, ze is leraar en mentor, en die richting heeft ook mijn interesse. Ik wil de opleiding Pedagogisch Medewerker gaan volgen. Mijn vader en ik zijn een beetje druk. Mensen zeggen altijd: ‘Dat heb je van papa.’ Omdat we dat drukke allebei hebben, botsten we vroeger weleens. Ik denk dat ik een goede band heb met mijn ouders. Ik vind het nog wel lastig om mijn emoties te laten zien, niet alleen bij mijn ouders, maar ook in het algemeen. Hoe ouder ik word, hoe beter ik ermee kan omgaan. Vroeger huilde ik nooit op school, dat durfde ik niet. Ik heb een keer mijn vinger tussen de deur van de auto gehad toen ik ergens logeerde. Ik durfde niet te huilen. Ik denk dat ik dat nu wel gedaan zou hebben. Bij mijn ouders kan ik me steeds beter uiten omdat ik me met hen verbonden voel.

21


Dit huis is een thuis

‘Ik kan merken dat ik niet van mijn ouders afstam doordat ik in sommige dingen heel anders ben dan mijn broer en zussen’


Hanna naam

Ik kan merken dat ik niet van mijn ouders afstam doordat ik in sommige dingen heel anders ben dan mijn broer en zussen. Zij hebben hun genen en dan lijk je misschien meer op elkaar. Ik speelde vroeger bijvoorbeeld altijd buiten, dat deden zij veel minder vaak. Ik was ook heel druk en dat waren mijn broer en zussen eigenlijk niet. Ze zitten nu allemaal op het vwo of de universiteit en ik doe mavo. Misschien hebben we daardoor verschillende interesses. Een voorbeeld: Ticket to Ride vinden zij een heel leuk spel en ik vind er echt niks aan. Je moet nadenken over een goede strategie en elke keer lang wachten op je beurt. Daar ben ik niet van, terwijl zij dat geweldig vinden. Bij Jungle Speed moet je kaarten leggen en dan snel draaien. Dat vind ik leuk en daar ben ik goed in. Dat vinden zij dan weer minder leuk. In dat soort dingen verschillen we.

Ons land Als mensen vragen naar mijn nationaliteit, weet ik nooit zo goed of ik ‘Ethiopisch’ of ‘Nederlands’ moet zeggen. Aan de ene kant ben ik Nederlands, want ik heb een Nederlands paspoort. Maar ik kom uit Ethiopië. Als het om afkomst gaat, zou ik Ethiopië zeggen, maar ik voel me meer Nederlands dan Ethiopisch. Aan de andere kant heb ik bijvoorbeeld veel uithoudingsvermogen, net zoals Ethiopiërs, die goed zijn in duurlopen. Het zit een beetje in je bloed en je bouw. Het is niet iets wat ik in Nederland heb opgedaan en mijn broer en zussen hebben het niet.

‘Ethiopië is bekend voor ons hele gezin en iedereen heeft er herinneringen aan’

23


28


Hanna

naam: HANNA leeftijd: 16 JA AR woont: BIJ ADOPTIEOUDERS MET BROER V INCENT (22) EN ZUSSEN HANNELORE (21) EN MARLIES (17) opleiding: EINDEX AMENJA AR V MBO-TL, DA ARNA OPLEIDING PEDAGOGISCH MEDEWERKER bijbaan: WINKELMEDEWERKER BIJ DE JUMBO sport: VOETBALLEN muziek: POP, HITS EN R AP vrije tijd: AFSPREKEN MET V RIENDEN, BIJ VOORBEELD BIJ EEN WEDSTRIJD V ROU WEN VOETBAL vakantieland: ETHIOPIË gerecht: INJERR A, EEN ETHIOPISCHE ZURE PANNENKOEK MET SAUS trots op: SIFAN HASSAN, DE ATLETE DIE UIT ETHIOPIË KOMT EN VOOR NEDERLAND RENT

29


door Femmie Juffer

Kleur bekennen is kleur erkennen


Femmie Juffer

In de zestien verhalen in dit boek vertellen gekleurde jongeren hoe het is om op te groeien in een multicultureel adoptiegezin, pleeggezin of gezinshuis. De jongeren variëren in leeftijd van vijftien tot twintig jaar. Zeven meisjes en acht jongens hebben een andere afkomst dan hun witte1 adoptie- of pleegouders2 , een tweeling woont bij een pleegouder met een migratieachtergrond en een witte pleegouder. Soms is een jongere opgegroeid met meer gekleurde kinderen in het gezin, in andere gevallen zijn broers of zussen wit. De broers of zussen kunnen biologische broers of zussen zijn, andere adoptie- of pleegkinderen of kinderen van de adoptie- of pleegouders. De niet-westerse culturele achtergrond van de jongeren in dit boek is divers en te herleiden naar verschillende landen van afkomst: China, Curaçao, Dominicaanse Republiek, Ethiopië, Ghana, Guatemala, Guinee, Haïti, Marokko, Suriname, Taiwan, Turkije, Zuid-Afrika en Zuid-Korea. De geïnterviewde jongeren vertegenwoordigen met hun achtergronden de veelvoorkomende landen van afkomst van adoptie- en pleegkinderen.

culturele afkomst beleven. Bij etnische en culturele afkomst gaat het om de taal, religie, tradities en gebruiken van een bevolkingsgroep of een land. Adoptie- en pleegouders vragen zich weleens af of zij aandacht moeten schenken aan de niet-westerse afkomst van hun adoptie- of pleegkind en hoe ze dat het beste kunnen doen. Hoe belangrijk is de culturele achtergrond of het land van afkomst van het kind bij het opgroeien? Wat zijn de reacties uit de omgeving op het andere uiterlijk en de afkomst van het kind? Wat weten we over deze thema’s vanuit onderzoek en de praktijk? De jongeren in dit boek geven met hun persoonlijke verhalen een stem aan al die adoptie- en pleegkinderen die vergelijkbare ervaringen hebben.

Leven met twee culturen Bounty’s en Duo Penotti’s Voor een buitenstaander vallen de kleurverschillen in een multicultureel adoptieof pleeggezin het eerste op: witte adoptie- of pleegouders en gekleurde kinderen. Ouders en kinderen lijken niet op elkaar qua uiterlijk en huidskleur, maar ze wonen wel samen in één gezin. Ook als de ouders meeleven met de afkomst van het kind, zal het kind doorgaans een witte opvoeding krijgen. Dat gaat vanzelfsprekend en bijna ongemerkt: er wordt

Dit hoofdstuk gaat over het vormen van een gekleurde identiteit in een multicultureel adoptiegezin, pleeggezin of gezinshuis. Identiteit gaat over de vraag ‘Wie ben ik?’ Het begrip ‘gekleurde identiteit’ verwijst naar de manier waarop jongeren hun etnische en 1 In de verhalen van de jongeren hebben we steeds hun eigen woorden geciteerd om culturele verschillen aan te duiden: ‘wit’ of ‘blank’ en ‘zwart’, ‘bruin’ of ‘gekleurd’. Ik kies voor de woorden ‘wit’ en ‘gekleurd’.

2

203

Met pleegouders worden ook gezinshuisouders bedoeld.


Dit huis is een thuis

Dat vonden we allebei grappig.’ - Raishellon, woont in een pleeggezin

Nederlands gesproken en via kranten, tv, de sportclub of de kerk komen westerse invloeden het gezin binnen. Sommige jongeren benoemen dit als een ‘bountygevoel’: een ‘bounty’ is iemand die bruin is aan de buitenkant en wit vanbinnen. Met andere woorden, je hebt witte normen en waarden en spreekt Nederlands zonder een buitenlands accent, terwijl je eruitziet als een migrant. ‘Ik herken heel goed wat er gezegd wordt over een ‘bountygevoel’. […] Je bent zwart of bruin, maar je voelt je en gedraagt je als een witte persoon. Ze zeggen op school weleens dat ik ‘van kaas ben’, omdat ik me wit gedraag. Ik ben in een wit gezin opgegroeid. Ik vind het niet gek dat je dan normen en waarden van witte mensen aanneemt, dat kan bijna niet anders.’ - Wantz, woont in een adoptiegezin In een multicultureel adoptie- of pleeggezin komen kleurverschillen extra naar voren als de jongeren opgroeien met witte broertjes of zusjes of witte vrienden hebben. ‘Duo Penotti’ noemen de jongeren het weleens, naar de chocoladepasta met twee kleuren: bruin en wit. ‘Op de basisschool was ik de enige met een andere huidskleur. Ik had daar geen problemen mee, mijn vrienden ook niet. […] Ik ging toen ook veel om met mijn buurjongen Bart. Als we weer eens samen op pad gingen, werden we ‘Duo Penotti’ genoemd.

Verbonden met twee culturen? Gekleurde kinderen die opgroeien bij witte adoptie- of pleegouders hebben te maken met twee culturen: de cultuur van hun biologische ouders of hun land van afkomst en de cultuur van hun adoptie- of pleegouders. Hoe de kinderen die twee culturen beleven, kan erg verschillen. Sommige adoptie- of pleegkinderen voelen zich sterk verbonden met hun land van afkomst en zien het als een extra land dat ze naast Nederland hebben. ‘Ik voel me ook vooral Turks. Mijn vader is altijd bezig geweest met de Turkse taal en cultuur. […] Mijn vader komt ons vaak ophalen. Dan gaan we meestal naar onze oudste broer. Hij is gelovig en ik ben ook geïnteresseerd in de islam.’ - Sandokan, woont in een pleeggezin ‘Ik ben Nederlands en Ethiopisch, ik ben het allebei. Dat ik twee culturen heb, vind ik een verrijking. Ik heb een land extra en dat heeft niet iedereen.’ - Hanna, woont in een adoptiegezin Andere jongeren voelen die verbondenheid niet of nauwelijks. Ze weten weinig over hun culturele achtergrond of hebben er niets mee. Xiu die afkomstig is uit China, voelt zich wel Aziatisch, maar niet Chinees.

204


Femmie Juffer

‘Ik voel me heel erg Nederlands, ik denk wel 95 procent, omdat ik me hier zo thuis voel. En vijf procent Koreaans, omdat ik niet veel weet van Korea en de taal niet spreek, maar er wel Aziatisch uitzie en een Koreaanse naam heb.’ - Soo Jin, woont in een adoptiegezin

‘Vroeger, en dat heb ik nog steeds een beetje, wilde ik helemaal niets te maken hebben met China. […] Ik weet niet waardoor dat komt. Ik heb het er een keer met mijn moeder over gehad. We kwamen erop dat ik misschien een trauma heb overgehouden aan het feit dat ik daar achtergelaten ben.’ - Xiu, woont in een adoptiegezin ‘Ik praat met mijn moeder wel over Curaçao. Dat gaat vooral van haar uit. Zij wil er graag een keer met mij naartoe. Een half jaar geleden begon ze daar ineens over. Ik weet nog niet of ik dat wil. Het lijkt me wel leuk om mijn familie te ontmoeten en het land lijkt me mooi, maar ik weet niet goed wat ik ermee moet. Hoe kun je een band opbouwen met familie die zo ver weg woont? Dat zie ik niet voor me. En dan is er nog de taal die anders is. Een taal leren is leuk, het is een stukje cultuur, maar het lijkt me moeilijk om Papiaments te leren. Er is ook geen noodzaak voor mij, want ik zie mijn toekomst hier in Nederland.’ - Jendrick, woont in een pleeggezin De mate van verbondenheid met de cultuur van afkomst is ook terug te zien in hoe Nederlands de jongeren zich voelen. Terwijl de ene jongere zich vooral identificeert met zijn cultuur van afkomst, voelt een andere jongere zich voornamelijk Nederlands. ‘Ik voel me zestig procent Antilliaans en veertig procent Nederlands en dat is ook hoe ik het wil. Als ik thuiskom bij Frank en Nicolet, roep ik vaak: “This nigga is weer home!”’ - Ayron, woont in een pleeggezin

‘Ik heb me altijd Nederlander gevoeld. Ik heb geen contact met mijn biologische familie en ben nooit op Curaçao geweest. Mijn moeder is mijn enige verbinding met de Antillen.’ - Jendrick, woont in een pleeggezin Een ander uiterlijk Gekleurde adoptie- of pleegkinderen zijn zich bewust van hun uiterlijk. Anders dan de witte gezinsleden hebben zij een bruine huidskleur, donker haar of kroeshaar, Chinese ogen of zijn ze klein van stuk. De jongeren in dit boek zijn meestal trots op hun huidskleur, omdat ze die mooi vinden of omdat ze niet snel verbranden in de zon. Hun haar vinden ze bijzonder of zelfs het allermooiste aan zichzelf. Yinn, die geadopteerd is uit Taiwan en haar haar ook het mooiste aan zichzelf vindt, wilde er iets goeds mee doen. Ze liet bij de kapper een flink stuk van haar lange haar afknippen om het te doneren aan een pruikenstichting voor mensen met kanker. Jongeren met kroeshaar geven aan dat ze hun haar moeten behandelen met speciale verzorgingsproducten en dat ze niet door elke kapper geknipt kunnen worden. De kapper

205


Meer weten over adoptie, pleegzorg of gezinshuizen? Adoptie Adoptiemagazine Het online tijdschrift Adoptiemagazine wordt vier keer per jaar uitgegeven door de Stichting Adoptievoorzieningen. Het tijdschrift is gratis te downloaden. www.adoptie.nl/magazine

Fiom Fiom is de specialist bij ongewenste zwangerschap en afstammingsvragen. Fiom helpt geadopteerden, afstandsouders en donorkinderen bij het zoeken naar hun biologische familie en geeft advies bij afstammingsvragen. www.fiom.nl

Landelijke Vereniging van Adoptieouders (LAVA) LAVA is een landelijke en onafhankelijke vereniging van en voor adoptieouders. LAVA behartigt de belangen van (aspirant-)adoptieouders, zonder onderscheid in

politieke of religieuze achtergrond en onafhankelijk van instanties die bij adoptie betrokken zijn. www.adoptie.org/over-lava

Oranje Fonds Het Oranje Fonds steunt jaarlijks duizenden sociale projecten die mensen met elkaar verbinden. Dat doet het Oranje Fonds met geld, kennis en aandacht. Het Fonds Cloeck, ondergebracht bij het Oranje Fonds, heeft financieel bijgedragen aan Dit huis is een thuis. Opgroeien in een multicultureel adoptie- of pleeggezin. www.oranjefonds.nl

Stichting Adoptievoorzieningen Stichting Adoptievoorzieningen is de landelijke organisatie die voorlichting, voorbereiding en nazorg op het gebied van adoptie aanbiedt. Op de website is veel informatie te vinden, bijvoorbeeld over de vijf organisaties die een vergunning van de overheid hebben om te bemiddelen bij adoptie:

220

Adoptiestichting A New Way, Nederlandse Adoptie Stichting, Stichting Kind en Toekomst, Stichting Meiling en Wereldkinderen. Verder is er informatie over de diverse verenigingen voor geadopteerden uit een bepaald land van afkomst, zoals Arierang voor geadopteerden uit Zuid-Korea. Ook bevat de website informatie over het zoeken naar biologische familie in het land van afkomst, waarbij wordt verwezen naar Fiom. www.adoptie.nl

Stichting Interlandelijk Geadopteerden (SIG) Stichting Interlandelijk Geadopteerden is een landelijke netwerk- en belangenorganisatie voor (volwassen) geadopteerden uit alle mogelijke landen van afkomst. www.geadopteerd.info

United Adoptees International (UAI) United Adoptees International is een belangenorganisatie die opkomt


voor landelijk en interlandelijk (volwassen) geadopteerden. www.unitedadoptees.org

WK AdoptieKids WK AdoptieKids is een jaarlijks voetbaltoernooi waar adoptiekinderen uit verschillende landen van afkomst in teamverband tegen elkaar voetballen. De geadopteerden en hun ouders kunnen elkaar ontmoeten en de kinderen kunnen voetballen. www.wkadoptiekids.com

Pleegzorg en gezinshuizen Alliantie Kind in Gezin De Alliantie Kind in Gezin is een krachtenbundeling van partijen uit verschillende sectoren in heel Nederland. De Alliantie wil bereiken dat uit huis geplaatste kinderen zoveel mogelijk worden opgevangen in een pleeggezin of gezinshuis en niet in een instelling. www.inhuisplaatsen.nu

Better Care Network Het Better Care Network wil via samenwerking tussen organisaties de hulp aan kinderen zonder adequate ouderlijke zorg verbeteren. Het Better Care Network streeft ernaar dat kinderen zoveel mogelijk worden opgevangen in gezinnen en niet in instellingen. www.bettercarenetwork.nl

BIJ ONS thuis in pleeggezin en gezinshuis Hoewel BIJ ONS niet meer als tijdschrift verschijnt, kan de digitale Kennisbank van BIJ ONS met tal van artikelen over pleegzorg nog steeds geraadpleegd worden. Ook zijn de online magazines te downloaden. www.bijonspleegzorg.nl

Defence for Children Defence for Children komt op voor de rechten van kinderen die te maken krijgen met familierecht, jeugdzorg en jeugdbescherming. Bijzondere aandacht is er voor de rechtspositie en veiligheid van kinderen in (pleeg)gezinnen en jeugdzorginstellingen. www.defenceforchildren.nl/ jeugdzorg

Gezinshuis.com Gezinshuis.com geeft uit huis geplaatste kinderen weer een veilig thuis. De organisatie start gezinshuizen en ondersteunt gezinshuisouders die deze kinderen opvangen. Dat doet Gezinshuis.com samen met zorgaanbieders en gemeenten. www.gezinshuis.com

Gezinspiratieplein Het Gezinspiratieplein is een kennisplatform voor gezinshuizen en pleeggezinnen. Het biedt trainingen, workshops en opleidingen, doet onderzoek, ontwikkelt kennisproducten en

221

organiseert bijeenkomsten voor het delen van kennis en ervaring. www.gezinspiratieplein.nl

JongWijs JongWijs is een netwerk van jongeren en jongvolwassenen met ervaring in een pleeggezin, gezinshuis of op een jeugdzorgboerderij. De jongeren delen ervaringen en zetten projecten op, zoals trainingen en workshops. Ook geven ze gevraagd en ongevraagd advies aan professionals, (jeugd)zorgorganisaties en beleidsmakers in de zorg voor jeugd. www.jongwijs.org

Kinderombudsman De Kinderombudsman helpt kinderen en jongeren om voor hun rechten op te komen. Ook controleert de Kinderombudsman of de overheid en andere organisaties zich aan de wetten en regels houden die jongeren beschermen. www.dekinderombudsman.nl

Kinderpostzegels Stichting Kinderpostzegels Nederland is een kinderhulporganisatie met als motto: ‘voor kinderen, door kinderen’. Met de opbrengst van de jaarlijkse Kinderpostzegelactie steunt de stichting wereldwijd projecten waarin de bescherming en ontwikkeling van kwetsbare kinderen centraal staat. Met het programma Pleegzorg streeft Kinderpostzegels ernaar dat kinderen die thuis onvoldoende zorg en bescherming krijgen, in een stabiele


In Nederland zijn veel multiculturele adoptie- en pleeggezinnen. In zestien interviews worden in woord en beeld gekleurde jongeren geportretteerd die opgroeien in zo’n gezin. Ze hebben verschillende culturele achtergronden en landen van afkomst. Hoe ervaren zij hun gekleurde identiteit? Hoe is het om met twee culturen op te groeien? Ervaren ze discriminatie, positief dan wel negatief? Deze en vele andere vragen komen aan bod in dit boek voor (jongvolwassen) adoptie- en pleegkinderen, adoptie-, pleeg- en gezinshuisouders en allen die vanwege hun studie of beroep bij adoptie of pleegzorg zijn betrokken. De auteurs maakten eerder 18 x 18. Pleegkinderen op de drempel. tekst: Femmie Juffer, Lindy Popma en Monique Steenstra fotografie: Lilian van Rooij


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.