4 minute read

De zeven punten op een rij

De systemen sluiten mensen uit

Een van de voorbeelden van uitsluiting door het systeem, is het eerder beschreven woonplaatsbeginsel. Cliënten komen in de praktijk te vaak tussen de wal en het schip terecht, vindt Vader, omdat ze van gemeente naar gemeente worden gestuurd. ‘Dat is vaak niet eens een kwestie van te weinig geld, maar van een falend systeem, dat vind ik er zo schrijnend aan.’

Is er een oplossing?

‘Dit kun je op korte termijn alleen oplossen door een landelijk of regionaal noodfonds op te richten waaruit je als gemeenten

Werkveld van zogeheten Openbare Geestelijke Gezondheidszorg (OGGz) is uit beeld geraakt.

We pakken deze twee punten even samen, omdat ze nauw verband met elkaar houden. Een belangrijk probleem dat steeds zichtbaarder wordt, is de grotere groep dak- en thuislozen op straat, waarvan een groter deel dan voorheen verward is. Met alle overlast van dien.

Een van de oorzaken volgens het Leger des Heils, is het verdwijnen van financiële middelen voor de doelgroep van de OGGz, mensen met ernstige en vaak langdurige mentale en fysieke problemen.

De maatschappelijke teloorgang op straat neemt weer toe

Dat probleem loopt deels parallel met de toename van het aantal dak- en thuislozen en verwarde mensen op straat. Een van de redenen hiervoor volgens het Leger des Heils: de beperkte middelen om mensen indien nodig tegen hun zin te helpen. ‘We hechten in onze samenleving terecht veel waarde aan individuele rechten en beroepszuiverheid. Maar in sommige gevallen, als mensen een gevaar zijn voor zichzelf of hun omgeving, moet je kunnen ingrijpen vind ik. Ik vind dat we daar momenteel te weinig middelen voor hebben. We zien het zo vaak misgaan in de praktijk. Ja, zeggen mensen dan, maar iemand gedwongen meenemen in een ambulance is mensonterend. Nee, zeg ik dan, iemand zelf-

Cornel Vader directeur Welzijns- en Gezondheidszorg van het Leger, licht de zeven punten uit de brief toe.

Administratieve lasten zijn extreem hoog geworden

Vooral voor groepen die uit een probleemsituatie komen, van een uitkering moeten rondkomen en in de schuldsanering zitten, is het haast ondoenlijk om een betaalbare woning te vinden. Maar ook jongeren komen vaker op straat te staan omdat ze geen woning kunnen betalen. De opvangfaciliteiten zitten overvol, omdat cliënten niet kunnen doorstromen naar een normale woning.

‘Het gaat om goedkope woningen van zeg maximaal 400 euro in de maand. Die zijn er veel te weinig.’ Het Leger des Heils pleit voor de realisatie van tenminste 10.000 goedkope woonunits (met name in de Randstad) op korte ter-

Het gaat om opvangfaciliteiten zoals dag- en nachtopvang voor daklozen, structurele opvang voor verslaafden in een ontwenningsprogramma of de opvang voor jongeren met een justitieel verleden. Vaak betreft het relatief dure opvangfaciliteiten, die voorheen door de centrale of regionale overheid (grote gemeenten of provincies) werden gefinancierd. Met de overgang van die taken naar gemeenten dreigen dit soort opvangfaciliteiten in middelgrote en kleinere gemeenten te verdwijnen omdat die ze niet kunnen betalen. ‘Grote en middel-

De enorme toename van de admi nistratielast (voor alle betrokken instanties) komt onder andere omdat veel meer partijen nu met elkaar moeten samenwerken. Administratieve standaarden zijn er nauwelijks. Is dat probleem überhaupt op te lossen?

‘Dat is heel lastig. En dit is voor de welzijnsorganisaties ontzettend frustrerend. Ook omdat de mensen in onze samenleving die er het slechtst aan toe zijn, er het eerste de dupe van worden. Zij hebben vaak meerdere complexe problemen, die niet in de protocollen vallen. En zorgverleners vallen opeens onder andere regelingen. Zo’n regeling zegt dan bijvoorbeeld dat er stromend water in het huis aanwezig moet zijn waar hij of zij hulp biedt. Maar bij onze cli-

Daklozen in Parijs, Londen en Rome

De toename van het aantal daklozen op straat is geen uniek Nederlands probleem, de trend is ook in de rest van Europa zichtbaar. Bij een bezoek tijdens de zomervakantie aan een van de grote steden kom je ze onherroepelijk weer tegen. Zoals in Parijs, Londen en Rome.

Daklozen zijn nooit weggeweest in de meeste grote West-Europese steden. Alleen in de Scandinavische landen zijn ze wat schaarser dan elders. Door de economische crisis, immigratie en dure woningen stijgt het aantal dak- en thuislozen in de meeste steden. In een Europese hoofdstad en u ziet opvallend weinig zwervers? Kans groot dat u in Stockholm of Oslo bent, of in een land met een erg repressief beleid ten aanzien van daklozen, zoals Hongarije.

Er hangt nog steeds een romantische waas rondom de Parijse zwerver, maar de klassieke clochard wordt steeds zeldzamer. Het merendeel bestaat uit migranten, Roma en economische daklozen, die je vaak niet als zodanig herkent.

Hoeveel daklozen Parijs kent, is onbekend, maar de meeste schattingen gaan uit van zo’n 20.000. Parijs heeft altijd een sterke aantrekkingskracht gehad op daklozen. De Parijse burgers en politie zijn van oudsher tamelijk tolerant ten aanzien van daklozen. Mede omdat Fransen daklozen eerder associëren met financiële problemen dan met drugs en alcohol.

Sinds een paar jaar worden daklozen onder andere geholpen door winkeliers. Als je op een ruit het logo van organisatie Le Carillon ziet, dan weet je dat daklozen daar welkom zijn voor een koffie, toiletgebruik of telefoontje.

Daarnaast groeit het aantal immigranten in Londen snel. De stad telt naar schatting maar liefst 600.000 illegalen, veelal uit Oost-Europa. En velen van hen zoeken hun heil noodgedwongen op straat.

De zichtbare contrasten tussen arm en rijk zijn vaak schrijnend. Een populair toevluchtsoord voor daklozen in Londen is bijvoorbeeld Hyde Park Corner - vlakbij Buckingham Palace - waar veel thuislozen in tunnels slapen.

Ook in Rome is de groep daklozen groeiende. 24 procent van de daklozen in Italië is te vinden in Milaan, 15 procent in Rome. De problemen groeien, ook door de toestroom van met name Afrikaanse migranten en vluchtelingen. Er zijn tentenkampen ontstaan in parken, veel daklozen verblijven bij de treinstations of aan de oever van de Tiber, onder de bruggen. Het aantal geschatte daklozen in Rome is zo’n 8.000.

Het beleid tegenover daklozen is in Londen een stuk strenger dan in Parijs. Je riskeert bijvoorbeeld een fikse boete als je in de buurt van de ingang van een populaire toeristische locatie slaapt.

Het aantal daklozen in Londen nam de afgelopen jaren fors toe. Door de economische crisis, bezuinigingen op sociale voorzieningen en torenhoge huurprijzen; ook in de betere buurten vind je mensen in slaapzakken op straat.

De hulp komt sinds een aantal jaren uit onverwachte hoek: paus Franciscus ontfermde zich al verschillende malen over de Romeinse thuislozen. Hij regelde douche-voorzieningen en liet daklozen tijdens de koude wintermaanden overnachten in auto’s van het Vaticaan. In april opende hij een wasserette, de Lavanderia di Papa Francesco, waar daklozen gratis hun kleren kunnen wassen, strijken en drogen.

This article is from: