De vijftig vensters van de geschiedeniscanon, niet verteld als opsomming van droge feiten, maar verteld zoals een geschiedenisverhaal verteld moet worden. Spannend, smeu誰g, kleurrijk en met oog voor detail. Drie historische schrijfsters bogen zich twee jaar lang over bronmateriaal en vonden hun eigen verhalen. Van hunebed tot Willem van ploegsma Oranje, van het planetarium van Eise Eisinga tot het korte leven van Anne Frank, en van de eerste kinder- jeugdboeken spoorlijn tot het ontstaan van veelkleurig Nederland. Verhalen die inzicht geven in, en kleur geven aan de Nederlandse geschiedenis. Een schitterend boek met full colour illustraties van Els van Egeraat.
Agave Kruijssen, Martine Letterie en Janny van der Molen
Over vroeger en nu Verhalen bij de canon
met illustraties van Els van Egeraat
ploegsma
Over vroeger nu.OSproefk02:Over vroeger en nu
25-09-2012
Zwart Cyaan Magenta Geel
15:54
Pagina 2
Agave Kruijssen, Martine Letterie en Janny van der Molen
Over vroeger en nu Verhalen bij de canon
met illustraties van Els van Egeraat
Uitgeverij Ploegsma Amsterdam
Dit is een voorpublicatie. De uiteindelijke boektekst kan hiervan afwijken. Het boek verschijnt in november 2012.
www.agavekruijssen.nl www.martineletterie.nl www.jannyvandermolen.nl www.ploegsma.nl isbn 978 90 216 7077 5 / nur 212 © Tekst: Agave Kruijssen, Martine Letterie en Janny van der Molen 2011, 2012 © Illustraties: Els van Egeraat 2012 vormgeving: steef liefting © Deze uitgave: Uitgeverij Ploegsma bv, Amsterdam 2012 Alle rechten voorbehouden. Uitgeverij Ploegsma drukt haar boeken op papier met het fsc-keurmerk. Zo helpen we waardevolle oerbossen te behouden.
Als jij en ik een rijtje zouden maken van de belangrijkste mensen en gebeurtenissen uit de Nederlandse geschiedenis, waar zouden we dan op uitkomen? Willem van Oranje, hunebedden, de aanleg van de Afsluitdijk, Rembrandt, de invoering van de euro... We kunnen samen vast een heleboel interessante namen en momenten bedenken. Maar weten we wanneer het ook alweer speelde en waarom het zo belangrijk was? Sinds een paar jaar kent Nederland een canon: een lijst van vijftig thema’s die iedere Nederlander die meer wil weten over de geschiedenis en cultuur van ons land zou moeten kennen. Deze canon wordt ook gebruikt in het onderwijs. In Over vroeger en nu – verhalen bij de canon nemen Agave Kruijssen, Martine Letterie en Janny van der Molen je met spannende en levendige verhalen mee op reis door deze vijftig momenten in de geschiedenis. Soms zul je het verhaal herkennen, soms zal het je verrassen omdat er voor een invalshoek is gekozen die minder bekend is. Het verhaal over de watersnood in dit voorpublicatieboekje is daar een mooi voorbeeld van. En dankzij de illustraties van Els van Egeraat komen de verhalen stuk voor stuk tot leven. Dat maakt Over vroeger en nu – verhalen bij de canon een heerlijk (voor)leesboek voor iedereen die nieuwsgierig is naar de Nederlandse geschiedenis, maar ook voor mensen die meer willen weten.
3000 vChr.
0
Inhoud
500
1000
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25
1500
1600
24 buitenhuizen
23 slavernij
de atlas major van blaeu michiel de ruyter christiaan huygens spinoza 19 20 21 22
17 de statenbijbel 18 rembrandt
karel v beeldenstorm willem van oranje de republiek de voc de beemster de grachtengordel hugo de groot 9 10 11 12 13 14 15 16
8 erasmus
6 floris v 7 de hanze
5 hebban olla vogala
3 willibrord 4 karel de grote
1 hunebedden
2 de romeinse limes
vroeger
1700
Hunebedden - De laatste steen De Romeinse Limes - De eed van Julius Civilis Willibrord - Is dan niets meer heilig? Karel de Grote - Naar Nijmegen Hebban olla vogala – Agnes Floris V - Een koningszaal De Hanze - Koert en de kapers van Kuinre Erasmus - Een boek dat begon als een grap Karel V - Wat men in het hart heeft… De Beeldenstorm - Sla kapot die beelden! Willem van Oranje - De eed van trouw De Republiek - De dood van een staatsman De Verenigde Oostindische Compagnie - Podi Putaa mag op olifantenjacht De Beemster - Hoog bezoek De grachtengordel - Het poppenhuis Hugo de Groot - Drie mijl uit de kust De Statenbijbel - Hulp van de hemel Rembrandt - Een nieuw begin De Atlas Major van Blaeu - De wereld in kaart gebracht Michiel de Ruyter - De slag bij Kijkduin Christiaan Huygens - Kerstmis in Den Haag Spinoza - Denken is vrij Slavernij - Vrijheid én gelijkheid Buitenhuizen - De verrassing Eise Eisinga - Help! De wereld vergaat!
26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50
eerste wereldoorlog de stijl de crisisjaren tweede wereldoorlog anne frank indonesië willem drees de watersnood de televisie haven van rotterdam annie m.g. schmidt suriname en de ned. antillen srebrenica veelkleurig nederland de gasbel europa 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50
34 aletta jacobs
31 max havelaar 32 verzet tegen kinderarbeid 33 vincent van gogh
29 de eerste spoorlijn 30 de grondwet
28 willem i
27 napoleon
26 patriotten
25 eise eisinga
1800
nu
1900
De patriotten - De executie van freule Judith van Dorth Napoleon Bonaparte - Vechten tegen de Russen Koning Willem I - Ver van huis De eerste spoorlijn - Een nieuwe toekomst De Grondwet - De ommekeer van koning Willem II Max Havelaar - Een rilling door het land Verzet tegen kinderarbeid - Fabriekskinderen Vincent van Gogh - Werken om niet te hoeven denken Aletta Jacobs - Een meid die kon knokken! De Eerste Wereldoorlog - Petite Belgique in Den Haag De Stijl - Lijnen en vlakken De crisisjaren - Wie niet rijk is… De Tweede Wereldoorlog - De hongertocht van Ellen Anne Frank - Het verhaal van gewone mensen Indonesië - Het Dinojolied Willem Drees - Alles wordt anders, wacht maar! De watersnood - De nacht van de watersnoodramp De televisie - De toverspiegel De haven van Rotterdam - Een nieuw leven Annie M.G. Schmidt - Het meisje met knagende leeshonger Suriname en de Nederlandse Antillen - Brand in Paramaribo Srebrenica - Garry en de jongen op slippers Veelkleurig Nederland - Werken voor een betere toekomst De gasbel - Vreemde vogels Europa - Het voordeel van de Europese Unie
2000
42 0 6
500
1000
1500
1600
In de nacht van 31 januari 1953 braken in Zeeland, ZuidHolland en Noord-Brabant de dijken door en overstroomden grote delen van het land. De ramp werd veroorzaakt door een samenloop van omstandigheden. De Nederlandse dijken waren na de Tweede Wereldoorlog in een slechte staat, maar er was geen geld om ze op te knappen. Nederland was in wederopbouw, en de eerste zorg ging uit naar huizen en niet naar dijken. Deskundigen wezen al jaren op de zorgelijke toestand, maar de polderbesturen en de bevolking hadden een heilig vertrouwen in de dijken. De storm van die bewuste nacht was ongewoon sterk: hij had orkaankracht, en hij duurde ongewoon lang: 23 uur. Bovendien was het ook nog eens springtij. De maan en de zon ‘trekken’ aan de zeeën en dat veroorzaakt eb en vloed. Als de zon, de maan en de aarde in één lijn staan, trekken ze extra hard en dan wordt het springtij. Het water komt dan extra laag en extra hoog. Het was heel moeilijk om iedereen te waarschuwen. De mensen hadden nog geen tv en de radio ging om twaalf uur ’s nachts uit. Lang niet iedereen had telefoon. Bovendien waren de verbindingen al snel verbroken als gevolg van de
24 buitenhuizen
23 slavernij
de atlas major van blaeu michiel de ruyter christiaan huygens spinoza 19 20 21 22
17 de statenbijbel 18 rembrandt
karel v beeldenstorm willem van oranje de republiek de voc de beemster de grachtengordel hugo de groot 9 10 11 12 13 14 15 16
8 erasmus
6 floris v 7 de hanze
5 hebban olla vogala
3 willibrord 4 karel de grote
2 de romeinse limes
1 hunebedden
vroeger
3000 vChr.
De watersnood
1700
42 de watersnood
eerste wereldoorlog de stijl de crisisjaren tweede wereldoorlog anne frank indonesiĂŤ willem drees 35 36 37 38 39 40 41
34 aletta jacobs
31 max havelaar 32 verzet tegen kinderarbeid 33 vincent van gogh
29 de eerste spoorlijn 30 de grondwet
28 willem i
27 napoleon
25 eise eisinga
26 patriotten
1800
1900
storm. Er werden wel kerkklokken geluid, maar die waren vaak niet te horen door het razen van de orkaan. Om al deze redenen duurde het ook lang voordat de hulp op gang kwam en de regering in de gaten kreeg dat er iets ernstigs aan de hand was in Zeeland, Zuid-Holland en Noord-Brabant.
nu
2000 7
De nacht van de watersnoodramp
8
Jan droogt een voor een de laatste glazen af. ‘Weet je wat we doen, schat? We sluiten de tent.’ Suzanna loopt langs de tafels om de kleedjes recht te leggen en de asbakken te controleren. Onzin natuurlijk, want er was vanavond bijna geen kip in het café geweest. ‘Je hebt gelijk,’ zegt ze dan. ‘Het feest was vandaag ergens anders.’ Jan haalt zijn schouders op. ‘Zo gaat het nou eenmaal. Dan weer is het hier feest, dan weer bij de concurrentie. En ik vind een rustige zaterdagavond ook wel eens lekker.’ Hij slaat de droogdoek over zijn schouder. ‘Of nou ja, rustig…’ Suzanna komt naast hem staan en slaat een arm om zijn middel. Samen luisteren ze naar de aanwakkerende wind. De ramen rinkelen in de sponningen, buiten klinkt het geluid van een dakpan die op de straat kapot valt. Jan steekt zijn onderlip bezorgd naar voren. ‘Niet best.’ Suzanna drukt even haar hoofd tegen zijn schouder. ‘Ach, maak je maar geen zorgen. Het stormt wel vaker.’ ‘Maar zo…’ Jan kust haar kruin. ‘Ga jij maar vast naar boven. Ik loop nog even om.’ Suzanna draait de lichten uit. Jan doet zijn jas aan en trekt een muts over zijn hoofd. ‘Ik ben zo terug.’ Als hij de voordeur opendoet, wordt hij weer terug het halletje in geblazen, zo sterk is de wind. Jan huivert. Nee, dit is niet goed. Hij voelt het aan zijn water. Hij trekt de deur achter zich dicht. Het hotel-café dat al eeuwen in bezit van zijn familie is, ligt net achter de dijk. Vlak voor de deur is een coupure, een doorgang in de dijk, waardoor je naar de haven kan lopen. In tijden van hoog water kan de coupure met vloedplanken worden afgesloten. En dat is het
eerste waar hij nu naar kijkt: heeft de havenmeester de vloedplanken al laten aanbrengen? Nee. Jan zucht diep. Misschien is hij overdreven bezorgd. Laat hij eerst maar eens kijken hoe de toestand in de haven is. Hij steekt zijn handen diep in zijn zakken en loopt dan door naar de haven. Dat valt niet mee, want hij wordt bijna van zijn sokken geblazen. Uit welke richting komt de wind? Westnoordwest. En het is springtij. Dat betekent dat het water in de haven op dit moment laag moet zijn. Hij ziet het al van ver. Het water staat hoog, het klotst af en toe al over de kade. Daar klopt geen fluit van. Hij besluit niet naar bed te gaan en om twaalf uur gaat hij nog eens kijken. Het water is dan al halverwege het havenplateau. De
de watersnood
9
10
havenmeester moet gewaarschuwd worden, de vloedplanken moeten in de coupure. Hij rent terug naar huis en stormt het café in. ‘Suzanna, Johan, Koen, Els, uit bed, onmiddellijk!’ Suzanna komt hem tegemoet in het café. ‘Jan?’ ‘Het water komt.’ Jan loopt door naar de trap die naar de slaapkamers leidt. Zijn oudste zoon Johan komt in zijn pyjama naar beneden. ‘Wat is er aan de hand, pa?’ ‘Het water staat veel te hoog en het stormt nog zo hard, dat ik niet weet of het goed afloopt. Ga naar De korenbeurs. Daar zijn de mensen heen gegaan na de opening van het nieuwe gemeentehuis. Volgens mij zijn ze daar nu nog aan het feesten. Ik denk dat de havenmeester er ook is. Zeg hem dat de vloedplanken in de coupure moeten worden aangebracht. Je moeder en ik brengen hier zoveel mogelijk in veiligheid.’ Koen staat inmiddels achter Johan op de trap. ‘En ik, pa? Wat zal ik doen?’ ‘Jij gaat alle buren waarschuwen, en je oom en tante.’ Jan loopt het café weer in. ‘We brengen eerst de kas naar boven, Suzanna. Els, neem jij de kasboeken mee.’ Suzanna, Els en Jan draven trap op en trap af, en Jan geeft aanwijzingen in welke volgorde alles naar boven moet. Intussen giert de wind onheilspellend om het huis. Beneden klapt de deur van het café. Dat is vast Johan. Wat zou de havenmeester gezegd hebben? Jan roffelt de trap weer af. Voor de zekerheid toch maar even vragen. ‘Pa!’ Johan kijkt hem verontschuldigend aan. ‘De havenmeester zegt dat het zo’n vaart niet zal lopen. Je hoort ook weinig van de storm daarbinnen. Mensen maken er zoveel lawaai.’ Jan schudt zijn hoofd. ‘Dan gaan we het zelf doen. Jij moet me helpen. Suzanna, als je Koen ziet, stuur hem dan onze kant op.’ Hij schiet zijn jas weer aan.
Suzanna legt een hand op zijn arm. ‘Krijg je zo geen ruzie met de havenmeester?’ Jan grijnst. ‘Liever ruzie met de havenmeester dan natte voeten.’ Hij werpt een blik op zijn oudste zoon. Het is een magere omhooggeschoten jongen. Te snel gegroeid in een korte tijd. Over drie weken wordt hij zestien. Zal hij later het hotel-café overnemen, net zoals dat al generaties gebeurd is? Hij hoopt het. ‘Trek je broek en je laarzen maar aan, knul. Ik weet niet of je je pantoffels droog houdt. Het wordt volgens mij een lange nacht.’ Met zijn tweeën steken Jan en Johan de weg over naar de coupure. Jan weet waar de vloedplanken zijn opgeborgen en hij heeft het breekijzer uit zijn gereedschapskist meegenomen om het hangslot te kunnen openen. Johan zegt iets tegen hem, maar hij kan hem niet verstaan. De wind neemt hem de woorden uit de mond. Dan verschijnt Koen. Hij gebaart naar achteren en Jan ziet nu dat de havenmeester daar staat. Driftig duwt hij Jans jongste zoon opzij. Hij grijpt Jan bij de kraag en schreeuwt in zijn oor: ‘Ben je helemaal belazerd! Waar haal je het lef vandaan! Ik ben degene die beslist of de vloedplanken geplaatst worden of niet!’ Ruikt de man naar drank? Het zou Jan niet verbazen. De opening van het gemeentehuis was een groot feest vandaag, en het hele dorp is erheen geweest. Iedereen wilde erbij zijn, al was het maar om de commissaris van de koningin een keer van dichtbij te zien. Alleen Jan en Suzanna zijn niet geweest. Dat heb je met een eigen zaak. Jans broer kwam aan het eind van de middag nog even langs om te vertellen hoe het was. Hij zei dat de commissaris van de koningin niet wist hoe snel hij weer weg moest komen, bang voor het slechte weer. Zou het hem nog gelukt zijn om de vaste wal te bereiken? ‘Kom!’ Jan pakt de havenmeester bij de arm en gebaart naar zijn zoons dat ze door moeten gaan. ‘Kijk dan zelf naar het water!’ De havenmeester maakt zich los uit Jans greep en probeert de jongens tegen te houden die de zware vloedplanken in beweging pro-
de watersnood
11
de watersnood
12
beren te krijgen. Is hij gek geworden? Het gaat er toch niet om wie er gelijk heeft? ‘Het gaat om onze veiligheid!’ gilt Jan in het oor van de havenmeester. ‘Laat ons onze gang gaan, anders leg ik u tussen de planken in. Dan heb ik ook niet zoveel zand nodig. Ga naar De korenbeurs, en vertel daar dat er iets bijzonders staat te gebeuren met het water.’ De havenmeester haalt zijn schouders op en draait zich om. Hij loopt terug naar De korenbeurs. Hopelijk komen de burgemeester en de wethouders zo. Twee buurmannen die door Koen gewaarschuwd zijn, helpen Jan en de jongens de vloedplanken te plaatsen. ‘We moeten zandzakken vullen en die tegen de vloedplanken aan leggen,’ zegt Jan en hij kijkt om zich heen. Waar blijven de mensen uit De korenbeurs nou? Inmiddels moet de havenmeester ze allang gewaarschuwd hebben. ‘Johan, ga naar de kerktoren en luid de klok. Daarmee kun je het hele dorp waarschuwen. Het gaat nu hard.’ Zwijgend vullen de buurmannen de zandzakken en leggen die tegen de vloedplanken. Even later klinkt in de verte de kerkklok, maar hij is nauwelijks te horen boven het geluid van de razende storm. Nog steeds komt er niemand uit De korenbeurs. De havenmeester heeft de waarschuwing waarschijnlijk niet overgebracht. ‘Hoe kun je zo eigenwijs zijn?’ moppert Jan in zichzelf. Als de coupure gesloten is, gaan de buurmannen naar huis om daar alles in veiligheid te brengen. ‘Zullen de zandzakken het water tegen kunnen houden, pa?’ vraagt Koen als ze weer thuis zijn. Zijn stem trilt even. ‘Ik hoop het, jongen.’ Jan legt een hand op zijn schouder. ‘En ook dat de dijken het houden. Maar laten we voor de zekerheid zoveel mogelijk voedsel en drinken naar boven brengen.’ ‘Waarom?’ Koen kijkt hem niet-begrijpend aan. ‘Als het water komt, kan het lang duren voordat er hulptroepen
14
deze kant op komen,’ zegt Jan. ‘We moeten dus zorgen dat we het kunnen uithouden tot het zover is.’ ‘Laten we even gaan slapen,’ zegt Suzanna na een poos. ‘Als er iets gebeurt, zijn we tenminste uitgerust.’ Jan kijkt op de caféklok, die zoals gebruikelijk een kwartier voorloopt, en schudt zijn hoofd. Kwart over twee. ‘Ik denk dat we die tijd niet meer krijgen,’ zegt hij. ‘Maar laten we in ieder geval naar boven gaan.’ Als ze op de trap zijn, klinkt er ineens donderend geraas: een heel ander geluid dan de storm daarvoor. ‘Snel!’ roept Jan. Hij laat zijn vrouw en kinderen voorgaan. Met elkaar lopen ze naar het raam aan de havenkant. Het licht valt
uit en in de duisternis kijken ze naar buiten. Jan slaat zijn ene arm om Suzanna en de andere om de schouders van zijn dochter Els. Het kind trilt als een espenblad. Ze geeft geen kik, maar de tranen rollen over haar wangen. Waar Jan bang voor was, gebeurt nu. Metershoge golven spoelen over de dijk het land in en beuken beneden de cafédeur en de ramen open. Er klinkt glasgerinkel en het kraken van hout. Schuimend zoekt de zee haar weg. ‘Het lijkt wel of er sneeuw ligt,’ zegt Koen. Hij heeft gelijk. Er ligt zo veel schuim op het water, dat het wel sneeuw lijkt. ‘Buurman!’ klinkt er beneden in het café. Jan rent naar de trap. In het café staat Cornelis van een paar huizen verderop. Hij staat tot zijn middel in het water en heeft een baby in zijn armen. ‘Kan Suzanna voor de kleine zorgen, en kun jij me helpen de rest van de familie in veiligheid te brengen?’ Jan heeft gelijk gekregen. Nu is het zaak zoveel mogelijk mensen te redden.
Dit verhaal is geïnspireerd op de belevenissen van Jan de Looff, eigenaar van café De graaf van Buren, dat achter de havendijk in Kortgene ligt. Jan de Looff ging zelf tot actie over toen de havenmeester dacht dat het allemaal wel meeviel. Hij overleefde niet alleen, maar hij gaf de nacht van de storm en de dagen erna onderdak aan 104 mensen. Zijn café deed dienst als opvang- en crisiscentrum. De havenmeester en zijn vrouw verdronken in de nacht van de ramp.
de watersnood
Over vroeger nu.OSproefk02:Over vroeger en nu
25-09-2012
Zwart Cyaan Magenta Geel
15:54
Pagina 2
De vijftig vensters van de geschiedeniscanon, niet verteld als opsomming van droge feiten, maar verteld zoals een geschiedenisverhaal verteld moet worden. Spannend, smeu誰g, kleurrijk en met oog voor detail. Drie historische schrijfsters bogen zich twee jaar lang over bronmateriaal en vonden hun eigen verhalen. Van hunebed tot Willem van ploegsma Oranje, van het planetarium van Eise Eisinga tot het korte leven van Anne Frank, en van de eerste kinder- jeugdboeken spoorlijn tot het ontstaan van veelkleurig Nederland. Verhalen die inzicht geven in, en kleur geven aan de Nederlandse geschiedenis. Een schitterend boek met full colour illustraties van Els van Egeraat.
Agave Kruijssen, Martine Letterie en Janny van der Molen
Over vroeger en nu Verhalen bij de canon
met illustraties van Els van Egeraat
ploegsma