Goed of fout: wie beslist?

PolyWorks en Siemens ontwikkelen tool die productie-engineer méér invloed op meetproces geeft

In de nieuwe manier van werken beslist niet enkel de meetkamer over goed of fout. De productie-engineer krijgt meer zeggenschap. Met een nieuwe plug-in voor Siemens NX geeft PolyWorks werkvoorbereiders de tools in handen om het meetproces mee te sturen op basis van productie ervaringen.

De CAM-programmeur die het machineprogramma maakt, zal in de toekomst steeds vaker ook het meetprogramma maken

Het 3D model dat een klant met Model Based Definition aanlevert, is altijd opgebouwd uit views die gekoppeld zijn aan aanzichten. Hieraan kan men labels koppelen. PolyWorks voegt voor Siemens NX (en later ook andere CAD-software) de functie toe om PMI data automatisch te koppelen aan het native NX-bestand. “Je kunt data toevoegen, bijvoorbeeld waar je moet meten of je voegt andere elementen toe. Deze gegevens worden aan het native NX bestand toegevoegd, zodat je maar één bestand behoudt”, zegt Mark Luijbregts van PolyWorks Benelux.

Samen met Siemens

PolyWorks heeft deze functionaliteit samen met Siemens ontwikkeld. Het voordeel is dat Teamcenter de data kan lezen en benutten, zodat op dit punt het proces niet aangepast hoeft te worden. Je houdt maar één partfile over en niet langer twee, zoals vroeger. Dat betekent ook dat eventuele aanpassingen die een productie-engineer heeft gedaan voor bijvoorbeeld een freesmachine, gehandhaafd blijven. De engineer kan op deze wijze informatie voor de meetkamer toevoegen aan het PMI model. Bij het programmeren van de meetmachine gebeurt een aantal zaken automatisch, zoals bijvoorbeeld het uitrichten van het werkstuk op de CMM en hoe de meettaster om het werkstuk heen beweegt. In een product waarin

In een demoproject wist PolyWorks de programmeertijd terug te brengen van twee weken naar een half uur

bijvoorbeeld meerdere honderden gaten gemeten moeten worden, scheelt dit veel programmeertijd. “In een demoproject wist PolyWorks de programmeertijd terug te brengen van twee weken naar een half uur”, aldus Mark Luijbregts. Dit komt doordat de software de CMM als een CNC-machine ziet. Het programmeren hiervan verloopt als het programmeren van een freesbank via CAM-software.

Focus op probleemgebieden

Dit betekent niet dat de programmeur van de meetmachine alles uit handen geeft. De 2021 editie van PolyWorks simuleert het hele proces en waarschuwt voor botsingen. Omdat deze punten direct zichtbaar worden in het stap-voor-stap overzicht van het meetproces, kan de programmeur zijn aandacht op de probleempunten richten. Mark Luijbregts: “Ook met revisiewijzigingen ga je zo om: je gaat naar het betreffende punt en past daar de meting aan. Het programmeren van een meetmachine wordt vergelijkbaar met het programmeren van een CNC-machine.” Hierin schuilt de grote paradigmaverschuiving volgens PolyWorks. De CAM-programmeur die het machineprogramma maakt, zal in de toekomst steeds vaker ook het meetprogramma maken. Daarin kan hij dan meteen de kritische punten vanuit het maakproces aangeven. Ook het samenstellen van het meetrapport voor de CNC-operator kost veel minder tijd. De aanzichten komen namelijk rechtstreeks uit het CAD-model. Alle labels met daarin alle maten zijn voor de machinebediener meteen zichtbaar.

Snellere communicatie

De betekenis van Model Based Definiton wordt volgens Mark Luijbregts helemaal duidelijk als je deze data vervolgens upload naar Dataloop, het onderdeel van PolyWorks waar data gedeeld en geanalyseerd worden. “CAM-programmeurs kunnen de data opvragen in een webomgeving. Hier kunnen ze eenvoudig door alle aanzichten heen bladeren en met één muisklik de data naar de SPC-software halen.” PolyWorks heeft een gratis viewer beschikbaar gesteld, zodat iedereen in het proces zonder licentie het project kan bekijken en kan inzoomen op de probleemgebieden in het werkstuk. Zonder anderen lastig te hoeven vallen, kan eenieder controleren welke stappen hij in zijn werk moet ondernemen om de problemen op te lossen. Mark Luijbregts: “Communicatie verloopt soepeler omdat je niet naar een andere afdeling hoeft te gaan maar zelf kunt kijken waar de problemen zitten.” Er is zelfs een koppeling naar een dashboard te maken, zodat aandachtsgebieden nog sneller en automatisch zichtbaar worden voor alle betrokken medewerkers. Mark Luijbregts ziet hierin de grote meerwaarde van Model Based Definition. “Je geeft inzicht op partniveau en kunt je focus richten op de dingen die niet goed gaan. De rest sla je over. Je wordt dus efficiënter in het zoeken naar problemen en het vinden van de oplossingen.”

Workspaces

Ook meetdata die bijvoorbeeld de operator aan de machine verzamelt, zowel met een bluetooth schuifmaat of een hoogtemeter, kunnen naar dataloop geupload worden. PolyWorks werkt hiervoor met workspaces. Voor elke workspace kan men bepalen wie toegang heeft en met welke rechten. “Zelfs klanten kunnen toegang krijgen tot bepaalde data en deze er uit halen.” Overigens heeft PolyWorks ook een nieuwe plug-in voor dataloop ontwikkeld. Deze zorgt voor een koppeling met Siemens Teamcenter en controleert automatisch of er bijvoorbeeld een revisie van het CAD-model is. Mark Luijbregts: “In de overgang naar de nieuwe manier van werken zullen we het werk over méér afdelingen gaan verdelen. Niet langer beslist alleen de meetkamer over goed of fout, ook de productieafdeling beslist hierover mee. Dat zorgt voor meer ruimte in de meetkamer. In plaats van meteen een nieuwe meetmachine te kopen, zouden bedrijven liever nadenken over hoe ze hun performance kunnen verbeteren.”

De PolyWorks plug-in voor Siemens NX is er ook voor PTC Creo. De softwareontwikkelaar werkt aan een soortgelijke plug-in voor SolidWorks; er zijn plannen voor een Catia plugin op langere termijn.