7 minute read

Ziekten in soorten en maten Arjen Pasma

Ziekten in soorten en maten

Arjan Pasma homeopaat in ruste https://www.arjenpasma.nl

Advertisement

Ziek zijn is niet leuk. Er is onbehagen, ongemak, pijn, angst voor erger, angst voor dood, medelijden, verzet, irritatie, onmacht. Ziek zijn kost geld aan medicijnen, aan gederfde inkomsten, aan zorg. We willen graag dat ziekte zo snel mogelijk weer voorbij is en vaak zadelen we anderen op met de (dwingende) wens om zo snel mogelijk weer beter te worden.

Van oudsher zijn er ‘hulpverleners’ geweest die iets wisten tegen de kwaal en velen van hen hebben in het verleden, maar ook nu nog, goudgeld verdiend aan het lijden van anderen. Bij de behandeling gaat het daarbij heel vaak om de beïnvloeding van de symptomen van de ziekte. Ik bedoel, de zieke wil dat de verschijnselen van de ziekte zo snel mogelijk verdwijnen. Of de ziekte daarmee ook verdwenen is, is een geheel ander verhaal.

De symptomen van de ziekten zijn zo divers dat in de loop van de tijd ‘genezers’ of artsen zich hebben gespecialiseerd in ziekten van afzonderlijke organen en zo proberen zij elk in hun eigen specialisme, de symptomen van de zieke te beïnvloeden. Wat de aard van de ziekte is, doet er vaak helemaal niet toe. Het enige onderscheid dat bijna altijd wordt gemaakt, is de ernst van de ziekte. Hoe ernstiger het is of lijkt, hoe groter het lijden bij de patiënt en hoe dieper de rimpels bij de geneeskundige en hoe harder er wordt gewerkt om de symptomen van de zieke (ziekte) te doen verdwijnen. De opdeling in specialismen is in de afgelopen eeuw onmiskenbaar geworden in de organisatie van de geneeskunde. Over de achtergronden, aard en functie van de ziekte denkt nauwelijks nog iemand na: “Als ik maar beter word”. Dat betekent dan: “Als ik maar geen last heb van mijn ziekte” en “Als de symptomen maar verdwijnen”.

Wanneer ik het heb over symptomen van ziekte — díe verschijnselen waarvan we last hebben — dan bedoel ik koorts, pijn in allerlei vormen en op allerlei plaatsen, overgeven, benauwdheid, onmatig zweten, heftige bloedingen, duizeligheid, huiduitslag en jeuk, slapeloosheid, angst, irritatie, coma, diepe vermoeidheid, ontstekingen, zweren, epilepsie, trillen, haaruitval, diarree, constipatie en zo kan ik nog wel een tijdje doorgaan. Allemaal vervelende klachten, en ga maar eens na wat een stroom aan medicijnen er is en wordt ontwikkeld om al deze symptomen te beïnvloeden. En dat betekent dan: te doen verdwijnen. Wanneer het lukt, is de patiënt heel blij en heeft de dokter het goed gedaan.

Bij de behandeling — beschouwen wat er aan de hand is en het bedenken welke therapie effectief zal zijn — wordt echter zelden of nooit een onderscheid gemaakt naar de aard van de ziekte. Symptomen staan op grond van hun ernst (lees: wat geeft de grootste last bij de patiënt) te dringen om als eerste te worden beïnvloed. Daarbij wordt zelden of nooit onderscheid gemaakt tussen acute aandoeningen (koorts, diarree, overgeven, ontstekingen) en chronische ziekten (die we graag een naam geven: astma, reuma, epilepsie, maagzweer, colitis ulcerosa enz.). Of een zieke nu lijdt aan een acute ziekte of aan een chronische aandoening, het is allemaal vervelend en het appél op de geneeskundige blijft hetzelfde: “Dokter, doe er a.u.b. wat aan” en vervolgens zoekt de dokter naar het medicijn dat het symptoom kan beïnvloeden.

Kijken naar de gehele situatie van de patiënt is in feite een onmogelijke opgave geworden voor de huidige gespecialiseerde arts, want je hoeft bij een neuroloog niet aan te komen met je armen vol psoriasis: “Daarvoor moet u bij de afdeling ‘Derma’ zijn”.

Het is de bijdrage van de natuurgeneeskundigen die reeds vanaf het prille begin altijd zijn blijven kijken naar gehele patiënt met alles erop en eraan: het lijf, de psyche en de interactie tussen die twee én… altijd maken zij onderscheid tussen de aard van de ziekte: acuut of chronisch. Zij weten namelijk dat een acute ziekte een actie van het lichaam is om het lichaam te ontdoen van stoffen die het lijf belasten, en dat gaat vaak gepaard met koorts, overgeven, diarree en ontstekingen van de (oppervlakkige) slijmvliezen. Ik kan meer noemen, maar ik laat het hierbij om het niet te ingewikkeld te maken. Daarbij zullen zij hun uiterste best doen om het lichaam te ondersteunen bij deze acties en niet om de symptomen van deze (acute) ziekte zo snel mogelijk te doen verdwijnen. Die verdwijnen vanzelf wanneer het ‘ontlasten’ klaar is. Wat ze ondertussen wel doen, is kijken of dit proces goed verloopt en wanneer dit stagneert, zullen zij het organisme stimuleren om beter zijn best te doen. Daarbij wordt het altijd aanwezige ‘zelfgenezend vermogen’ gestimuleerd om tot optimaal functioneren te komen.

Een stelregel is: onder een gegeven stress zal een organisme altijd reageren met de meest adequate reactie. Erger, heftiger hoeft niet, maar minder heftig, minder erg kan niet. Dat betekent ook dat wanneer de symptomen van de acute ziekte worden geremd of geblokkeerd, er voor het lichaam maar één uitweg is: de route richting chronische ziekte. Dat hoeft niet de eerste de beste keer te gebeuren (het lichaam heeft veel overcapaciteit), maar het kan wel en dat levert bijvoorbeeld op dat door het blokkeren van een acute aandoening (griep) daarna direct diepe vermoeidheid kan ontstaan. Een vermoeidheid die nooit meer overgaat en een extra vitamientje helpt dan niet. Dit kan nog erger worden wanneer je het bij voorbaat onmogelijk maakt voor het organisme om een acute ziekte door te maken.

Voorbeelden zijn er te over en je ziet het ook aan de gigantische hoeveelheid medicijnen die nodig is om de chronisch zieke bevolking nog enigszins op de been te houden. Kans is heel groot dat in het verleden hun acute ziekten veelvuldig zijn geremd of geblokkeerd met pijnstillers, koortsremmers, diarree-remmers, ontstekingsremmers etc.

Wanneer de chronische ziekte eenmaal zijn intrede heeft gedaan, is het zeer moeilijk om het lichaam nog te stimuleren om terug te keren naar de fase van acute ziekte. Er zijn mensen die sowieso geen koorts meer kunnen maken. Een ernstige situatie. Bovendien wordt dit mechanisme slechts zelden begrepen, dus gaat de beïnvloeding van de symptomen van een eventueel acute ziekte steeds maar door, vaak gekoppeld aan de beïnvloeding van de symptomen van de chronische aandoening; de patiënt wordt steeds zieker, omdat het organisme nooit meer wordt gereinigd. De enige die hier beter van wordt is de farmaceutische industrie (en misschien de behandelend arts die steeds doorgaat om de remmende medicijnen voor te schrijven). Hoe langer het duurt, hoe moeilijker de route naar genezing nog wordt.

Kortom, de functie van de acute ziekte is om het lichaam tijdig te ontlasten. Geef acute ziekten ruim baan en laat ze hun reinigend verloop hebben en dan houd je de chronische ziekten zo lang mogelijk buiten de deur. Dat dit maatschappelijk gezien een ingewikkelde keuze is, weet ik wel, maar op den duur is de winst van het acuut ziek mogen zijn groter dan de route richting chronische ziekte.

Een bijzondere plaats binnen de groep van acute ziekten hebben de zgn. ‘kinderziekten’. Behalve dat ook deze ziekten (ik bedoel bof, mazelen, rode hond, kinkhoest etc.) de mogelijkheid tot reiniging in zich dragen (ze gaan vaak gepaard met o.a. koorts) hebben ze vooral ten doel om het immuunsysteem te trainen tot betere prestaties en adequaat functioneren. Daarbij is het opvallend dat wanneer de ‘gewone’ kinderziekten hun verloop mogen hebben, er nauwelijks acute aandoeningen van zeer grote ernst optreden: ‘minder erg kan niet en erger hoeft niet’.

Het blokkeren c.q. het onmogelijk maken van het optreden van deze groep bijzondere acute ziekten (de kinderziekten) heeft dus tot gevolg dat het immuunsysteem niet wordt getraind, ernstiger acute ziekten zullen komen en de chronische ziekte vroeger in het leven zal gaan optreden. We zien dit mechanisme nu reeds een jaar of 60 verlopen. Daar waar de basisgezondheid zeer laag is en er gebrek is aan een goede hygiëne, schoon drinkwater, voldoende voedsel, zal er bij het optreden van een zgn. ‘kinderziekte’ een complicatie kunnen gaan ontstaan, en voor deze kinderen is er een kans dat zij overlijden aan die complicaties.

Een normaal, gezond kind bezit voldoende vitaliteit om de kinderziekte door te maken. Een ziekelijk kind zou maximaal moeten worden ondersteund, waarbij het — ook bij dit kind — aanwezige zelfgenezend vermogen maximaal moet worden gestimuleerd teneinde het in een betere conditie te krijgen.

Vaccineren uit angst voor de kinderziekte is het paard achter de wagen spannen en doet alle kinderen te kort: zij mogen zich niet reinigen en ze mogen ook niet trainen. Ik acht dit één van de grootste misvattingen in de huidige geneeskunde.

Wil je meer weten van de achtergronden van bovenstaande, oriënteer je dan op hetgeen Hans Heinrich Reckeweg heeft geschreven. Het is mijn ervaring van 35 jaar werken als therapeut dat zijn visie staat als een huis, en dat zieken beter af zijn wanneer hun situatie wordt geanalyseerd volgens de theorie en de praktijk van de ‘Homotoxicologie’ volgens Reckeweg.

This article is from: