Pupillentrainer
31-10-2008
13:35
Pagina 1
November 2008 | Jaargang 2 | € 6,45
de
Pupillentrainer
Hét vakblad voor de moderne jeugdtrainer
Interviews met o.a.: E rik Ni euwen huis, tech n i e k tra i n er Wi l jan V l oet , Hoofd op l ei d i n gen PSV WoMi, ook voor andere clubs?
trends • on t wi k kel i n gen • pra k tij k voorbeel den • intervi euws
Pupillentrainer
31-10-2008
13:35
Pagina 2
Inhoud
Inhoud
Leeftijdscategorieën België
Colofon
Debutanten
Contact
5 jaar
de Pupillentrainer Tel: 0297 - 523 059 Fax: 0297 - 523 174 E-mail: info@jeugdtrainer.com
Duiveltjes 6 - 8 jaar
Vaste rubrieken
Intervieuws & onderwerpen
Voorwoord Marcel Wagenhuis
4
Gedreven voetbaldier Erik Nieuwenhuis: ‘Mentaliteit bepaalt of “ze” er komen!’
5
Oefeningen Pre Miniemen
Redactie
9 - 10 jaar
Hoofdredacteur: Warner de Weerd Hans Visser Fons van den Brande (Column) Rik Ossenkoppele Peter Ottevanger stan Bos Marcel wagenhuis
Miniemen 11 - 12 jaar
Knapen 13 - 14 jaar
Erik Nieuwenhuis Duel 1:1= individuele training
8 35
Jeugdbeleid van Robur et Velocitas: ernst met opleidngsplan, plezier voor kinderen
12
Geef de speler de ruimte voor eigen ontwikkeling! Democratie op het voetbalveld (2)
14
Hebben andere verenigingen óók baat bij ervaringen van topamateurclub? USV Hercules
22
Nationale Pupillentrainingsdag bij USV Hercules een succes!
27
Foto’s Pupillendag
28
Abonneeservice & Verkoop Sylvia Vromans Deborah Wagenhuis Tel: 0297 - 523 059 Het abonnement kan op ieder moment ingaan. Opzegging dient schriftelijk te worden ingediend bij de uitgever uiterlijk twee maanden voor het afgelopen van de abonnementsperiode of 6 nummers.
Column Fons van den Brande
38
Uitgever Marcel Wagenhuis
Vormgeving Mag’s & Media MJ|dtp
Druk Telenga Drukkerij BV, Franeker
Wiljan Vloet: ‘Talent is voor eenieder bij PSV een gegeven, spelinzicht niet’ Het grote bewustwordingsproces 30
“KRVT” heeft tot doel opleiding E’tjes te investeren
2
37
3
De pupilentraining | November 2008
Pupillentrainer
31-10-2008
13:35
Voorwoord
Pagina 4
Marcel Wagenhuis
Voorwoord beste abonnees, De bomen kleuren weer fraai, maar voor pupillentrainers is de tijd van blauwbekken weer aangebroken. De passie voor voetbal en kinderen moet de kou uit lijf en leden ook dit najaar weer verdrijven. Dat zit waarschijnlijk wel goed, want dit jaargetijde staat ook voor het grote leren. Neem de Pupillentrainersdag bij USV Hercules waar dit blad een doorbraak bewerkstelligde: zowel trainers van de KNVB als ‘aanhangers’ van de visie van René Meulensteen etaleerden er hun kennis en kunde. En dan waren er uiteraard nog de Nederlandse Techniek Kampioenschappen (NTK) die net als vorig jaar een hoogtepunt vormden. Inhoudelijk hebben we voor u, als nieuwsgierige lezer, weer een gevarieerd aanbod aan onderwerpen samengesteld. In dit nummer komt Wiljan Vloet, hoofd jeugdopleidingen van PSV, aan het woord. En dan is er nog de visie én oefenstof van Erik Nieuwenhuis, techniektrainer van de Voetbalschool Noord, FC Zwolle en het Apeldoornse Robur et Velocitas. Ook in dit blad, de visie van Kees van Buuren van Robur et Velocitas en deel twee van de baanbrekende visie van William van Lenthe. Tenslotte ontvouwt de Pupillentrainer voor u de geheimen van de Womi, de woensdagmiddagtraining voor pupillen. Met andere woorden, genoeg leesplezier om een herfststorm buiten rustig te laten razen. Marcel Wagenhuis (uitgever)
4
Hans Visser
Erik Nieuwenhuis
Gedreven voetbaldier Erik Nieuwenhuis: ‘Mentaliteit bepaalt of “ze” er komen!’ Dit jonge vakblad voor leergierige trainers in de laagste echelons, legt graag contact met clubs, die een florerende jeugdopleiding kennen. Het kan ook anders. De laatste jaren is het fenomeen voetbalschool in opkomst gekomen. Die voetbalscholen kunnen dan ingehuurd worden door clubs, die de menskracht en know how ontberen om hun prilste jeugd te voorzien van de nodige (basis)kennis. Dat hun dan weer verder helpt op de lange weg, die een voetbalcarr i è re kan duren, zich al of niet afspelend op het hoogste (amateur)niveau. Eén van die voetbalscholen is “Het Groene Hart ” . Dat op haar beurt weer een trainer inhuurt (specifiek voor de techniek), om de jeugd te onderr i c hten in de fijne kneepjes om de tegenstander eens “lekker” op het verkeerde been te zetten! Dit blad wil U nader kennis laten maken met techniektrainer Erik Nieuwenhuis. Daartoe maakten wij een afspraak met ‘m vlak vóór één van zijn trainingen. Aldus togen wij op een stormachtige herf s twoensdagmiddag naar de VV Rijnstreek in Nieuwerbrug, alwaar Voetbalschool Het Groene Hart , haar trainingen houdt. Nieuwenhuis blijkt van 27 mei 1965 en oorspronkelijk afkomstig uit Deventer. Woont met echtgenote en twee kinderen (17 en 14) al jaren in Zwolle en is werkzaam bij energieproducent Essent als accountmanager. Een drukke en afwisselende job, dat bij ons meteen de vraag deed rijzen, hoe hij het plooit om dan nog zoveel tijd te kunnen spenderen aan zijn trainershobby. “Een kwestie van goed plannen en agenderen”, is zijn antwoord en verklaart nader: “Ik kan het goed combineren met ‘t thuisfront en Essent, waardoor er 10 uur in de week ontstaat om mij uit te leven op het veld”. Maar voordat hij losbarst over zijn trainingen, eerst even het eigen voetbalverleden. “Ik heb van mijn 6e tot aan mijn 13e bij HTC gespeeld als linkermiddenvelder in alle standaardteams. Op mijn 14e heb ik de overstap gemaakt naar hoofdklasser VV Berkum. Op diezelfde leeftijd heb ik in twee trainingsweken op Papendal, techniekles gehad van Wiel Coerver. Mede door hem, heb ik de techniek in beide benen eigen gemaakt, waar ik veel plezier aan beleef. Het mag dan ook meteen duidelijk zijn, dat ik een adept ben van de Coerver- en Meulensteenmethode. Ik speelde in alle standaard jeugdteams van Berkum en in verscheidene KNVB regio-elftallen. Op mijn 17e debuteerde ik in het eerste elftal. Altijd op de linkerwing gespeeld. Ik was en ben een echte linkspoot. Was net zo makkelijk de snelle en frêle linksbuiten als de stugge en onpasseerbare linksback
of de zwoegende en gatentrekkende middenvelder! Op mijn 36e ben ik gestopt”. Trainersactiviteiten Hij heeft diverse opleidingen gevolgd als jeugdvoetbaltrainer. Is gecertificeerd Meulensteen Techniektrainer en heeft de Workshop Talentherkenning middels YTDI gevolgd. Als je als lezer zijn lijstje huidige werkzaamheden in de voetbalwereld beschouwt, ben je rap geïmponeerd. Wij beginnen bij zijn BVO ervaring: hij werkt bij FC Zwolle als Scout en Techniektrainer op het nieuwe project van de KNVB i.s.m. amateur - en profafdelingen van BVO’s. Dat komt samen in de KRVT. Die letters staan voor KNVB Regionale Voetbaltraining voor Talentvolle Epupillen. Hij is techniektrainer bij Voetbalschool Noord, locatie Drachten/Leeuwarden (zondag’s ochtends Drachten 10 trainingen, vrijdag’s avonds Leeuwarden 10 trainingen); Robur et Velocitas (A t/m de E pupillen op woensdagavond) en Voetbalschool Het Groene Hart op woensdagmiddag. Is actief bij Sportpartners Innovation Inn Football, tijdens de jaarlijkse Nederlandse Techniek Kampioenschappen (NTK/NVO) en Nederlandse Voetbalschoolkampioenschappen. Verder verzorgt hij op aanvraag Clinics en Train de Trainer Jeugdkader. Hiervoor is een programma ontwikkeld volgens de Meulensteen methode in samenwerking met Voetbalschool ’t Groene Hart. In 4 leerplannen
5
De pupilentraining | November 2008
Pupillentrainer
31-10-2008
13:35
Erik Nieuwenhuis
Pagina 6
Hans Visser
wordt het kader wegwijs gemaakt in de trainersbeginselen. Zie daarvoor www.voetbalscholen.com/informatie.php. Ten leste is hij actief bij de KNVB pupillen/junioren Nikedagen, tijdens zomervakanties. Voorwaar een imposante lijst. Maar het is hem nog niet genoeg. Hij heeft nog een gaatje gevonden in zijn agenda. Tijdens het gesprek gaf hij dit blad de primeur van nagelnieuwe trainingssessies, n.l. de Camping techniektrainingen. Het voert ons te ver om hier dieper op in te gaan. Wij kunnen u hiervoor direct verwijzen naar de website voor alle informatie: www.voetbalscholen.com/campingtechniektraining.php Willen leren De tijd die hij spendeert aan al die trainingssessies en de trainingen zelf…...het gaat hem ogenschijnlijk allemaal makkelijk af. Wij sloegen hem belangstellend gade tijdens de training bij Het
6
Hans Visser
Groene Hart. De youngsters hingen hem aan de lippen en renden fanatiek achter de bal aan, die, door het stormweer voortgedreven, nog extra hard over het veld raasde en moeilijk onder controle te brengen was. Na de training vertrouwde hij ons toe: “Trainen in wedstrijdsituaties is het leukste en doe ik het liefste om het dan te vertalen naar trainingsvormen. Ik reik aan en laat ze het uitproberen en dwing ze vragen te stellen. Ik blijk spelertjes beter te kunnen maken vanuit eigen basis. En die heb ik geleerd te zien, te herkennen en te onderkennen. De Meulensteen visie geeft ook duidelijk aan, wat je nodig hebt voor functionele technieken per positie. Ik trap een open deur in als ik stel, dat een verdediger anders denkt dan een aanvaller. Maar door veel te oefenen, leer je ze eigen keuzes te laten maken. Als de mentaliteit goed is, dan komen die kids er wel!”, zegt hij tot besluit. In het bijgaande kader en de gepubliceerde oefenvormen, kunt u op papier een trainingssessie van Erik Nieuwenhuis “meemaken”.
“In de rust met 4-0 achter? Dan niet praten over wat fout ging, maar juist de vraag stellen: Wat ging er GOED? En dan: wat kunnen we veranderen? In pupillenvoetbal is ‘t niet erg om een keertje met 4-0 te verliezen. Als er in een wedstrijd maar plezier is beleefd en inzet is getoond.”
Erik Nieuwenhuis
“Volgens mij dien je als club eerst een visie te ontwikkelen, om dan bij die visie een trainer te zoeken. Maar al te vaak is het in de praktijk precies omgekeerd.”
“Geduld oefenen. Pas dan heb je profijt van trainingen!” “Bewegingen met beide benen toe laten passen in tuin of op straat, later in wedstrijden. Je leert ze aan, door veel te herhalen in afwisselende organisatievormen. Daardoor leren ze ook situaties herkennen, er op in te spelen en op te lossen.”
7
De pupilentraining | November 2008
Pupillentrainer
31-10-2008
Oefenstof
8
13:35
Pagina 8
Erik Nieuwenhuis
Erik Nieuwenhuis
Oefenstof
9
De pupilentraining | November 2008
Pupillentrainer
31-10-2008
Oefenstof
10
13:35
Pagina 10
Erik Nieuwenhuis
Erik Nieuwenhuis
Oefenstof
11
De pupilentraining | November 2008
Pupillentrainer
31-10-2008
13:35
Robur et Velocitas
Pagina 12
Marcel Wagenhuis
Marcel Wagenhuis
Robur et Velocitas
Jeugdbeleid van Robur et Velocitas: ernst met opleidingsplan, plezier voor kinderen De afgelopen 2 jaar heeft Robur et Velocitas grote stappen gezet en baanbrekende beslissingen genomen in het jeugdbeleid en opleidingstraject. Plezier in het spel en techniek staan voorop. Met de Robur Qwint World Cup waarin spelers leren de bal te beheersen en een techniektrainer voor de selectieteams hebben maakt Robur een stap naar een visie die door de hele vereniging merkbaar wordt. Hoe leg je een solide basis voor de toekomst? Een gesprek met Cees van Buuren en onder andere Bart Vos maakt duidelijk dat het Robur ernst is met het opleidingsplan voor de jeugd.
zijn enthousiast geworden en helpen mee om de allerkleinsten op te leiden. Robur zal deze aanpak blijven stimuleren en stelt dan ook graag naast de mogelijkheid om zelf tot trainer te worden opgeleid, een kledingpakket beschikbaar voor deze trainers.
Beleid uitvoeren. Veel verenigingen hebben een beleidsplan. Dit plan ligt bij vele verenigingen ide kast onder het stof. Robur wil geen ingewikkeld beleidsplan, maar wel een duidelijke visie en deze uitdragen naar de leden. Bart Vos: “techniek en plezier staan hoog in ons vaandel. Het winnen van wedstrijden is geweldig en dat zal altijd zo blijven. Het is echter niet meer de hoofdmoot bij de trainingen van de pupillen. Wij kiezen nadrukkelijk voor techniek als basis en met plezier veel lere n . Als dat goed gaat, ga je vanzelf ook winnen.
D-Pupillen Onze visie over techniek zal uiteindelijk ook worden geintegreerd in de opleiding van de teams van de hogere afdelingen, vervolgt Cees van Buuren Het afgelopen seizoen hebben we proefgedraaid met de uitvoering van speciale techniektrainingen voor de oudere jeugd en over het resultaat zijn we bijzonder tevreden, “We hebben techniektrainer Erik Nieuwenhuis voor dit seizoen weer gecontracteerd. Dit seizoen worden worden diverse selectieteams van deze extra techniektrainingen kunnen profiteren. Maar ook voor de overige teams hebben we technieksessies in petto. Behalve deze techniektraining, die het balgevoel van de spelers verder zal ontwikkelen, zullen we we ook aandacht schenken aan het ontwikkelen van loopttechniek en lichaamshouding bij de D pupillen en C junioren. Dit jaar hebben we opnieuw een coórdinatie trainer ingezet, zodat ook deze aspecten in onze sportbeoefening belicht wordt.
De onderbouw 5 tot 7 jaar “Bij de 5 jarigen gaat er niet veel verandere n , vervolgt Bart. “Zij zullen onder de naam Jong Oranje hun trainingen en partijen spelen op de zaterdagochtend om 09.00 uur. De 6 en 7 jarigen zullen de Robur Qwint World Cup 4:4 spelen. Hierbij moet de doelstelling liggen bij het beter maken van het individu. Spelen zonder keeper is daarbij een belangrijke faktor. Er moeten veel doelpunten worden gemaakt en er moet veel plezier aan beleefd worden.
De bondcoaches hebben hierin een belangrijke rol. Zij moeten de wissels goed begeleiden en zich verder niet teveel met het spel bemoeien. Kreten zoals “speel die bal af”of “blijf maar voorin hangen en wacht maar tot de bal komt” horen niet thuis op ons eerste veld op zaterdag. “De worldcup trainingen vinden op de woensdagmiddag plaats en gaan uit van de Wiel Coerver methode. De oudste F pupillen spelen op een half veld net als de E pupillen. Deze groepen zullen dit seizoen op de maandag middag en de woensdagmiddag gezamenlijk trainen. Bart: “we hebben trainingen opgezet rondom verschillende thema’s, in plaats van wedstrijd gerichte aanpak. Deze thma’s zijn vastgelegd in een jaarpro g r a mma en bieden de spelertjes de mogelijkheid hun balvaardigheid en behendigheid te verbeteren. Ook hier richten we ons dus op de individuele onwikkeling van de spelers. Een speler mag en moet op elke positie een tegenstander kunnen passeren. Als dit niet lukt, kan er een tegendoelpunt ontstaan en moet de trainer de speler corrigeren door hem de juiste bewegingen bij te brengen. (Zie kader) Een trainer moet laten blijken dat hij het niet erg vindt als er een fout gemaakt wordt. Een speler die een fout maakt in het veld moet je positief coachen en een aantal minuten later aanspreken op zijn uitvoering van de passeerbeweging. Van fouten leer je immers.! Door toepassing van het jaarprogramma biedt Robur haar trainers houvast en weten zij wat er in een bepaalde periode van hen verwacht wordt“, besluit hij zijn betoog. Voor het in de praktijk brengen van onze visie zijn heel veel trainers nodig. Die trainers komen veelal uit de vereniging zelf. De C en B junioren
12
De Wiel Coerver Trainingsmethode werpt zijn vruchten af. De ROBUR QWINT WORLDcup Apeldoorn Voetbalstad. Initieatiefnemer Herman Hobert praat erover. Bij de KNVB zijn ze geinteresseerd, vele voetbalclubs dromen ervan, maar bij Robur is het gewoon nu al realiteit. Trainen in kleine groepjes volgens de ‘Wiel Coerver” trainingsmethode, en een eigen interne 4 tegen 4 competitie waar jeugdige spelertjes op een optimale manier de voetbaltechniek kunnen leren. Voetbalvereniging Robur et Velocitas biedt kinderen vanaf 5 jaar de mogelijkheid om met de voetbalsport kennis te maken. Daardoor hebben we in het verleden een bepaalde aantrekkings-
kracht gehad en dit 5 jarigen voetbal zal onder de naam “jong Oranje” dan ook zeker een vast onderdeel van de Robur jeugdopleiding blijven. Bestuurslid en jeugdvoorzitter Kees van Buuren: “wij vinden het belangrijk dat juist bij deze laagste leeftijdsgroep het voetballen op een goede manier wordt aangeleerd. Wij hebben er daarom voor gekozen, om met ingang van het seizoen 2007-2008 de jongste F pupillen niet meer in KNVB competitie te laten uitkomen. In plaats daarvan is een eigen interne Robur competitie opgezet: de Robur Qwint Worldcup”. Deze wedstrijdvorm biedt de spelers veel meer mogelijkheden tot balcontact. Bovendien worden ze veel meer gestimuleerd om echt aan het spelletje deel te nemen. Door voor kleine speelvelden met kleine goaltjes te kiezen is het bovendien eenvoudiger voor de trainers om de spelers te coachen waardoor zij een optimale begeleiding krijgen en beter worden opgeleid. “De Robur Qwint Worldcup wordt iedere zaterdag onder grote belangstelling van ouders, grootouders, broers, zussen en andere supporters afgwerkt op ons hoofdveld. De wedstrijdjes duren 2 x 10 minuten en elk team speelt zaterdag 2 “interlands”. De teams spelen in herkenbare teamkleding: zwart broekje en sokken en een echt landenshirt.
13
De pupilentraining | November 2008
Pupillentrainer
31-10-2008
13:35
Pagina 14
Beschouwings-serie deel 2
William van Lenthe
William van Lenthe
Beschouwings-serie deel 2
Geef de speler de ruimte voor eigen ontwikkeling!apeau
Democratie op het voetbalveld (2) Dit is het tweede artikel van een serie van twee beschouwingen, waarin gepleit wordt voor een andere minder dominante rol van niet alleen de pupillentrainer, maar de voetbaltrainer in het algemeen. In het eerste stuk werd de visie uit de doeken gedaan en via voorbeelden uitgelegd. In dit nummer wordt de nieuwe rol van de (pupillen-)trainer nog specifieker aan de hand van spelvormen verduidelijkt.
De pupillentrainer als contextmanipulator. Als iemand die begeleidt en tips en ideeën aanbiedt, maar de speler dat op zijn eigen manier in laat vullen. Dát, zo betoogt William van Lenthe is de pupillentrainer van de toekomst. Hij of zij moet nog maar in beperkte mate gebruikmaken van de bewegingsgerichte methode. Vaste methodes, een geïsoleerde opbouw en vastomlijnde principes, het leidt ertoe dat een speler via losse aangeleerde delen een geheel moet zien te vormen. Nee, veel beter is de handelsgerichte benadering. Daarin maken niet de trainers de speler beter, maar dat doet hij zelf. Hoe? Door het positieprobleem (PP) op te lossen. Door met andere woorden zelf te leren een keuze te maken waardoor hij niet in het nadeel komt en dus niet de bal verspeelt. We hebben gezien dat het woord positieprobleem in de denksportwereld een ingeburgerd begrip is, maar in de voetballerij momenteel nog niet wordt geaccepteerd. De dominante rol van de trainer die alles voorkauwt aan zijn spelers, het is vooralsnog een gegeven. En dat is jammer, omdat wel de intuïtie van topvoetballers wordt geroemd. Echter, dat is niets meer dan een natuurlijk spelinzicht. En spelinzicht is een leerproces: het trainen van de hersenen om elke situatie te herkennen en de juiste keuzes te maken. Hiermee keren we nog even terug naar de bewegingsgerichte en handelsgerichte benadering. Wat houdt dit alles in? We hebben gezien dat trainers vaak voor een bewegingsgerichte benadering kiezen omdat het: - Houvast geeft - Duidelijkheid biedt - Gestructureerd is wat leidt tot de bovenste twee voordelen. - Instructie gemakkelijk houdt. - Een strakke organisatie geeft. - Initiatief bij de trainer ligt: hij heeft zelf de touwtjes in handen. - Verschillende nadelen van deze benadering zijn: - De creativiteit wordt in meer of mindere mate weggehaald ‘uit’ de speler.
14
waarin er telkens een positieprobleem wordt geschapen die eigenlijk net iets boven zijn of haar niveau ligt. Het is aan de speler om in ‘deze zone van ontwikkeling’ de oplossing voor het PP te vinden. Stapsgewijs zal het spelinzicht van de
speler vergroot worden en zich als een olievlek over het hele veld uitbreiden totdat hij op elke plek zich vertrouwd voelt. Uiteindelijk kan een speler via zijn geheugen een bepaalde situatie opdiepen en er juist op anticiperen.
Trainingsvorm 1: Bewegingsgericht
Trainingsvorm 2: Bewegingsgericht
Trainingsvorm 3: Bewegingsgericht
Y-vorm, met afwerking
aanname in vierkant
Passeervorm (schaar)
- De kinderen nemen daardoor weinig eigen initiatief, bijna alles wordt voorgekauwd. - Het is veelal de instructie van de trainer (voornamelijk verbaal of visueel) wat kinderen leren. - Trainer moet hierdoor veel verbaal coachen en daarmee nadrukkelijk aanwezig zijn. Dat is moeilijk met een groep van zestien kinderen of meer. - Er is geen sprake van weerstand, zoals in de wedstrijden terugkomt. - De kinderen ‘kweken’ hierdoor geen eigen verantwoordelijkheidsgevoel. Dat bemoeilijkt het coachen en stimuleren van kinderen. Niet alleen individueel maar ook als team in dat wat een gezamenlijk leerproces zou moeten zijn. - De kinderen krijgen weinig tot geen zicht in zijn of haar eigen leerproces. Het wordt gestuurd, waardoor er vooral zogeheten extrinsieke motivatie optreedt. Bij de handelsgerichte benadering bieden pupillentrainers arrangementen aan, waarin de speler zijn eigen proces invult. Waar met andere woorden de spelers zelf de oefening kunnen reguleren. De trainers manipuleren de context (het arrangement): het extra doeltje, het grotere veld, meer pionnen, minder spelers, enzovoort. Goede ‘manipulators’ zorgen voor een context
15
De pupilentraining | November 2008
Pupillentrainer
31-10-2008
13:36
Pagina 16
Beschouwings-serie deel 2
William van Lenthe
In het vorige nummer werden er zes praktijkvoorbeelden gegeven van het verschil tussen de bewegingsgerichte en handelsgerichte benadering: Trainingsvorm 1 (Y-vorm) is al behandeld. Kijkend naar oefening 2 en 3 is het volgende van belang. Belangrijk voor het begrip bij deze oefeningen is dat in een handelsgerichte benadering alles draait om de drie-eenheid tijd, tempo en richting wat ook in het vorige nummer besproken is. Centraal staan bij de drie-eenheid de volgende vragen. Wanneer speel je de bal? Dan gaat het om de factor tijd. Hoe hard speel je de bal? Dan gaat het om het tempo. Waarheen speel je de bal? Juist ja, dan is de richting van belang. In trainingsvorm 2 heeft op de bovenste plaatjes een speler weinig tot geen keuze. Hij hoeft alleen maar naar de bal te kijken. Van de drie kernbegrippen Tijd, Tempo en Richting is alles al vastomlijnd. De richting ligt zelfs geheel vast. Voor trainingsvorm 3 geldt hetzelfde. De richting is bepaald, de tijd van het inzetten van de schaar is het moment net voor de pion en het tempo is niet bepalend omdat er geen weerstand is van een tegenspeler. Bij de onderste trainingsvormen (handelingsgericht) zie je de drie kernwoorden Tijd, Tempo en Richting juist wel terugkeren. Hierdoor wordt aan de speler een PP voorgelegd. Keuzes bij trainingsvorm 2: - Bal ver vooruit aannemen of dichtbij houden (ligt aan snelheid tegenstander)
16
- Links, rechts of vooruit aannemen. - Scoren links, rechts of door passeren rechtdoor van tegenstander. Keuzes bij trainingsvorm 3: - links, rechts passeren - enkele, dubbele schaar gebruiken - omschakeling aanvaller /verdediger. Bij beide oefeningen gaat het om het anticiperen van wat de tegenstander doet. De aanvaller moet de snelheid inschatten, maar ook de richting, de lichaamshouding en het moment van het inzetten van een actie. Voor de verdediger geldt hetzelfde. Welke vooractie, welke snelheid heeft de bal, hoe kies ik positie, wat doe ik bij de aanname enzovoorts. Oftewel: Tijd, Tempo en Richting. Overvraagd aanbod Je kunt wel zien dat het scala van keuzes enorm is. Een goed spelinzicht verwerven om die allemaal te herkennen, is een enorme opgave. Criticasters zouden zelfs kunnen stellen dat er een overvraagd aanbod van keuzes is. Nu kent elk niveau kent zijn beperkingen omtrent het talent van de spelers. Een trainer op topsportniveau kan veel meer overlaten en verwachten van spelers op gebied van eigen keuzes maken dan een trainer van respectievelijk de D2 van een gemiddelde amateurclub. Juist in dit opzicht is een belangrijke rol voor de pupillentrainer weggelegd. Hij moet ervoor zorgen dat de PP niet te moeilijk, maar ook niet te makkelijk is. Zodoende worden spelers geprikkeld om naar eigen oplossingen te blijven zoeken. Bijkomend voordeel is dat het groepsgevoel versterkt wordt, omdat een pupillentrainer bij voorkeur al vragend samen met de groep naar oplossingen zoekt voor dingen die niet lukken.
William van Lenthe
50 %). - Minder goede verdediger neerzetten (keuzes in spelers maken). - Alleen in afgebakend gebied (4 bij 4 meter, is aanvaller weg dan niet meer verdedigen). Zo kun je voor elke situatie samen nadenken over oplossingen voor problemen die zich voordoen zodat spelers niet overvraagd worden! Samen met de spelers maakt de jeugdtrainer deze keuzes. Motto hierbij is: laat ze het liefst zelf met oplossingen komen, draag alleen ideeën aan. Voer als het kan, juist de oplossingen uit die spelers aandragen, dan worden ze zelf betrokken bij het leerproces. Op topniveau is Jürgen Klinsman hier een goed voorbeeld van. Als innovatieve coach van Duitsland liet hij tijdens het WK 2006 zijn eigen spelers grote delen van trainingen leiden en de voorbesprekingen voor de wedstrijd doen. De start Als beginnend trainer van een veredeld jeugdteam vraag je je misschien af waar je als trainer moet beginnen. Hoe schep je met andere woorden de voorwaarden waarbinnen spelers zichzelf kunnen ontwikkelen? Hiervoor is er een drietal principes die belangrijk zijn bij het creëren van handelingsgerichte situaties waarin spelers zelf de juiste keuzes aanleren: 1. Zorg voor voldoende oproepbaarheid en uitbouwbaarheid binnen de oefening. 2. Zorg dat de context (het arrangement) goed gereguleerd wordt. 3. Stel doelen vooraf wat je wilt bereiken met de oefening. 1. Oproepbaarheid en Uitbouwbaarheid
Probleemschets: 1 tegen 1 voor rechtsbuiten blijkt te moeilijk. Oplossingen: - 2 tegen 1 van maken, extra aanvaller inzetten voor kaats. - Verdediger mag minder weerstand geven (70 of
Beschouwings-serie deel 2
zijn om de doelstelling waaraan gewerkt wordt weer een stapje dichterbij te brengen. Met uitbouwbaarheid wordt bedoeld dat de activiteit het proces van herkenning versterkt. Met andere woorden, bij het maken van zijn keuze ziet de speler elementen terug van een eerd e re keuze bij een andere oefening. Dit proces van ‘ v e rdikking’, van het stapsgewijs opbouwen van het aantal herkenmomenten van de speler, daar gaat het om. De uitdaging voor de trainer is dat hij niet over de spre e k w o o rdelijke grens gaat. De grens dat een speler hem niet begrijpend aankijkt, omdat hij niet weet wat te doen. Of beter gezegd: dat hij geen keuze kan maken, omdat hij in de geschetste situatie geen enkel aanknopingspunt van eerd e re ervaringen herkent. Elke gekozen oefening moet daarom voldoende mogelijkheden hebben om deze moeilijker dan wel makkelijker te maken. Als dit door de opzet van de oefening onvoldoende mogelijk is, dan kan er geen optimaal rendement gehaald worden uit de spelers. Zorg dat in elke oefening er mogelijkheden zijn om deze te vergemakkelijken of moeilijker te maken. 2. Het reguleren van de context (het arrangement) Naast het feit dat de oefening voldoende oproepbaar en uitbouwbaar moeten zijn, is het ook van belang dat de oefening reguleerbaar is. Dat wil zeggen dat de spelers de oefening zo zelfstandig mogelijk kunnen uitvoeren. Hoe beter de oefening te reguleren is door de spelers, des te meer tijd en overzicht heeft de trainer/manipulator om zich bezig te houden met de oproepbaarheid en uitbouwbaarheid van de activiteit. Hieronder een voorbeeld van het reguleren van een activiteit.
Oproepbaarheid wil zeggen dat de activiteit een PP schept die voldoende mogelijkheden biedt om datgene te leren wat de trainer /manipulator voor ogen heeft (zie eerdere doelstellingen). Zorg dat er in elke oefening voldoende mogelijkheden
17
De pupilentraining | November 2008
Pupillentrainer
31-10-2008
13:36
Pagina 18
Beschouwings-serie deel 2
William van Lenthe
Trainingsvorm 1:
- De andere spelers behouden hun positie (cirkel is rond) Kies vooraf voor één van de opties en bespreek deze met de spelers. Controleer daarna of de gekozen optie goed wordt uitgevoerd. Spreek altijd in wedstrijdsituaties en maak de posities duidelijk: in de voetballerij praten we over midmids, rechtsbuitens en centrale verdedigers en niet over pionnen. Laat de spelers de oefening zoveel mogelijk ervaren alsof het een wedstrijd betreft. 3. Doelen van de Trainer /Manipulator
Het reguleren van de context op verschillende manieren: 1e optie: - De speler die afgewerkt heeft, wordt verdediger - De verdediger wordt middenvelder - De middenvelder wordt rechts- of linksbuiten afhankelijk van waar hij de bal heen speelt. - Rechtsbuiten werkt af en wordt weer verdediger (cirkel is rond) 2e optie: - De centrale verdediger wordt verdediger op het middenveld - De verdediger op het middenveld wordt nu middenvelder - De middenvelder wordt rechtsbuiten / linksbuiten (zelf kiezen afhankelijk van grote spelersgroep, bij voorkeur uiteraard plek waar niemand staat) - Rechtsbuiten werkt af en wordt verdediger van de rechtsbuiten - De verdediger van de rechtsbuiten wordt centrale verdediger (cirkel is rond) 3e optie: - Alleen op de midmid en rechts /linksbuiten positie wordt geswitcht van verdediger /aanvaller.
18
,,Wie naar alles kijkt, let in feite op niets. Wie op alles let, ziet in feite niets.” Dit citaat van Mulder is treffend. Er wordt mee bedoeld dat je ergens naar moet kijken en daarop tegelijkertijd moet letten. Teveel kijken betekent te weinig op dingen letten, waardoor er geen tips, ideeën, instructie of manipulatie van de context veranderd kunnen worden. Teveel ergens op letten betekent dat er te weinig gezien wordt, waardoor te beperkt aanpassingen gedaan worden. Dit aanpassen van gedeelten van de oefeningen heet ook wel de geledingen (stukjes/deeltjes) verfijnen. Deze geledingen zijn in trainingsvorm 1: - Inpassen verdediger - Voortzetting van de middenvelder - Voorzetting aanvaller In elke geleding zitten weer subgeledingen. Dit zijn geledingen binnen een geleding. Een voorbeeld is de voortzetting van de middenvelder in trainingsvorm 1: - Vooractie - Keuze kaatsen /opendraaien - Voorzetting passen De geledingen zijn te gebruiken om de context te manipuleren als trainer en leerhulp te geven
William van Lenthe
aan de diverse spelers. Vooraf is het uiteraard wel belangrijk te weten welk doel je hebt met de oefening. Een aantal voorbeelddoelstellingen die een trainer zou kunnen opstellen voor trainingsvorm 1 is: - De aanvaller moet de bal aan de binnenkant aannemen, zodat hij ruimte creëert voor een actie, zowel binnen als buitenom. Dit moet vier van de vijf keer lukken. - Middenvelder de juiste keuzes laten maken na de vooractie (opendraaien of kaatsen). Hij moet inzien wanneer welke keuze de juiste is. Hiermee leert hij kijken waar de verdediger van de tegenpartij staat. Dit moet drie van de vijf keer de juiste keuze zijn. - Middenvelder moet de bal bij zijn aanname drie van de vijf keer in de juiste richting sturen. Hierop gaat de manipulator (trainer) zijn leerhulp aanbieden (zie mogelijkheden om de context te manipuleren). Zorg dus dat, om op het citaat van Mulder terug te komen, je gericht gaat letten op de handelingen van de speler vanuit de doelstelling. Hierdoor let je op niet te weinig en kijk je niet naar teveel. Bewegingsgerichte benadering binnen de handelingsgerichte benadering Hierboven is gepleit voor een handelingsgerichte benadering, een benadering waarin de speler de ruimte krijgt zichzelf te ontwikkelen. Daarmee is niet gezegd dat een bewegingsgerichte benadering per definitie fout is. Een bewegingsgerichte benadering is juist goed te gebruiken binnen een handelingsgerichte situatie als de volgende drie voorwaarden bij de trainingsvorm aanwezig zijn: 1. Oproepbaarheid & uitbouwbaarheid voldoende aanwezig zijn binnen de context. 2. Kinderen zo zelfstandig mogelijk de oefening kunnen reguleren.
Beschouwings-serie deel 2
3. De doelstellingen helder zijn. Hoe kan er vanuit de bewegingsgerichte benadering gewerkt worden binnen de handelingsgerichte benadering? Bewegingsgericht wil zeggen dat er puur gekeken wordt naar de bewegingen van de spelers binnen een bepaalde context. Hieraan worden doelen gekoppeld en de leerhulp aangepast. Binnen een context, zoals hierboven beschreven, kan er heel doelgericht aan de bewegingen gewerkt worden. De spelers leren keuzes maken alsmede verantwoording, inzicht en overzicht binnen de trainingsvorm. Als dit goed gereguleerd wordt, is dat het moment om bewegingsgerichte leerhulp te geven. Deze leerhulp binnen de trainingsvormen kan in vele vormen en facetten weergegeven worden maar we beperken ons hier tot een tweetal voorbeelden uit trainingsvorm 1. Voorbeeld 1: De centrale middenvelder draait telkens naar de verkeerde kant open. Tip: kijk voordat je opendraait waar de verdediger zit. Voorbeeld 2: De bal springt bij aanname van de rechtsbuiten telkens van zijn voet af. Tip: houdt je voet ontspannen en laat je voet meegaan’ met de bal. Denk aan het doodleggen van een tennisbal met je racket. Twee bewegingsgerichte tips, maar nu wordt er niet gewerkt van delen naar een geheel (bewegingsgerichte benadering) maar vanuit het geheel naar delen! Spelers leren zo vanuit het geheel te voetballen en pas daarna vanuit de aangereikte delen het geheel verder te verbeteren. Zelfs de bewegingsgerichte trainer pur sang, Wiel Coerver, heeft op dit onderwerp zijn standpunt aangepast. Hij merkte dat zijn bewegingsgerichte oefeningen wel degelijk effect hadden op de spelers, maar zij deze in de wedstrijden niet of nauwelijks konden vertalen naar 7 tegen 7
19
De pupilentraining | November 2008
Pupillentrainer
31-10-2008
13:36
Pagina 20
Beschouwings-serie deel 2
William van Lenthe
of 11 tegen 11. Ze leerden bewegingen, maar niet op welk moment ze deze konden benutten. Ze leerden talloze schijnacties, maar wisten geen goede keuzes te maken in de wedstrijd om die bewegingen functioneel te laten worden. Hierdoor heeft hij nieuwe methodes ontwikkeld in Egypte met een groep pupillen, waarin de elementen uit de handelingsgerichte benadering werden toegevoegd. Hij liet ze zelf keuzes maken en verantwoorden. Daardoor leerden ze begrijpen waarom schijn- en passeerbewegingen nuttig waren. De effecten op de video’s waren schokkend: kinderen van acht en negen jaar die in de wedstrijden elkaar corrigeerden en /of bemoedigden en na de wedstrijden direct duidelijk konden maken waarom ze bepaalde keuzes maakten. Nieuwe werkwijze De keuze voor de handelsgerichte benadering geeft jeugdtrainers een hele andere kijk op de werkwijze. Niet WIJ leren de kinderen voetballen, maar kinderen leren zelf te voetballen. De trainer of wel ‘contextmanipulator’ leidt kinderen niet op, maar ‘begeleidt’ de kinderen op in zijn of haar ontwikkeling. Hij verandert het arrangement en stelt doelen waarnaar hij kijkt dan wel op let. Vervolgens ‘behandelt’ hij de keuzes (verantwoording, intrinsieke handelingen en denkwijze van de speler) van de spelers om pas weer daarna op de gedetailleerde bewegingen van de kinderen in te gaan. Wat wordt er van de trainer(contextmanipulator) verwacht: 1. Nadenken over welke doelen hij wil bereiken 2. Nadenken over een trainingsvorm waarin deze terugkomen 3. Inzicht in de handelingen die een speler op het bepaalde (verschilt per team en leeftijd) niveau aankan. 4. Kunnen veranderen (manipuleren) van de oefening, zodat de doelstelling eerder gehaald wordt.
20
Coaching spelers De nieuwe wijze van opleiden en ontwikkelen van spelers vraagt ook om een bepaalde manier van coachen. Het vraagt analyserend vermogen van de trainer om in te spelen op de situaties die je ziet. Ook, of liever gezegd vooral hij, moet op talloze positieproblemen kunnen anticiperen. Vele coaches roepen vanaf de zijlijn echter alleen maar wat de spelers moeten doen, niet meer moeten doen of anders moeten doen. Ze reageren op wat ze zien en geven daar een oordeel over. Oftewel: ze reageren op een actie. Coachen om te coachen. Hiermee maken ze spelers ook weer tot marionettenpoppen die controleerbaar zijn en dekken ze hiermee, door vaak te oordelen over de verkeerde keuzes in het veld, hun eigen tekortkomingen in. De nieuwe wijze om spelers zichzelf laten ontwikkelen is ten eerste om ze bewust te maken van waarom ze welke keuzes maken en ten tweede om deze keuzes te verbeteren. Vragend Coachen Het vragend coachen wordt hierbij een heel belangrijk onderdeel. Maak vragen over datgene wat je ziet van de speler en laat de speler daarover meedenken in zijn of haar keuzes. Hierdoor creëer je een bewustzijn bij de speler waarbij hij zich afvraagt ‘wat kan ik het beste dan en dan doen’. Dit levert niet alleen betere keuzes op, maar ook spelers die bewust gaan na- en meedenken over het spel. Dit leidt weer tot ‘kleine trainertjes’ die zichzelf en elkaar corrigeren. Frank Rijkaard is een meester in het ontwikkelen van bewuste spelers die zelf nadenken over keuzes die elkaar beter maken. Hij gaf bij FC Barcelona veel vertrouwen en inspraak aan zijn spelers wat leidde tot een intrinsieke motivatie bij die voetballers om het maximale uit zichzelf en de spelersgroep te halen. Hij maakte dé spelers belangrijk en deed zelf een paar stappen terug. Ook bij jeugdspelers kun je dit proces al inzetten. Sterker, je kunt het al vrij vroeg opstarten.
William van Lenthe
Vanaf de eerstejaars E-pupillen kunnen trainers de kinderen al een mate van verantwoording geven op de training en in de wedstrijden. Na verloop van tijd hoeft de pupillentrainer steeds minder algemeen te coachen en kan hij zich steeds meer op de details concentreren. Coachen wordt dan steeds meer kijken naar je doelstellingen en inspelen op situaties waarmee je jouw doelstelling kunt halen. Dan coach je niet om te coachen maar ga je bewust coachen op datgene wat er toedoet. Als een trainer dit leert inzien en daarop gaat coachen is de ontwikkeling van de speler al van start gegaan. Misschien wel zonder dat hij of zij dit beseft! Hoge eisen De vraag die blijft hangen is echter wel: zijn de eisen niet te hoog? Is dit alles niet teveel gevraagd van de beginnende trainer? Nee, elke beginnende trainer kan deze nieuwe handelsgerichte benadering opstarten. Het verschil tussen een slechte, redelijke en goede trainer zit hem in de wijze waarop hij enerzijds de context aanpast, het proces aanstuurt, zich focust op de vooraf gemaakte doelstellingen en inspeelt op het niveau van de spelers. Anderzijds hangt het er vanaf hoe hij spelers zelf laat leren (door middel van vragen stellen, het laten meedenken in het proces) en daarin de context van herkenning en verdere ontwikkeling weet te weven. Dat wil zeggen: er wordt een positieprobleem wordt geschapen dat eigenlijk net iets boven zijn of haar niveau ligt. Het is aan de speler om in ‘deze zone van ontwikkeling’ de oplossing voor het PP te vinden. Herhaling is en blijft belangrijk, zodat de speler de spelsituatie en de bijbehorende oplossing voor het PP goed in zijn geheugen kan opslaan. Dit alles vereist tevens een grote mate van inzicht in het spel en het arrangement van de kant van de trainer. Er moet daarom flink geïnvesteerd worden in de trainers, zodat deze de context /omgeving zo kunnen beïnvloeden dat ze met de juiste know how de spelers kunnen
Beschouwings-serie deel 2
begeleiden! Dit kan door cursussen, workshops, trainersbegeleiding, trainersbijeenkomsten, KNVB bijeenkomsten & regiocoach /trainer avonden. CONLUSIES Uit voorgaande kan een aantal conclusies getrokken worden: vanuit de intrinsieke motivatie komen eigen keuzes, eigen verantwoordelijkheden, eigen inbreng, eigen kunnen, eigen talenten en uiteindelijk ook eigen coaching naar boven! Extrinsieke motivatie, dat wil zeggen een dominante rol van een trainer die van bovenaf oefenstof dwingend oplegt, remt juist de bovengenoemde dingen af. Wie dus een speler beter wil maken, dient de context zo aan te passen (te manipuleren) dat deze speler hierin voldoende mogelijkheden krijgt om te leren volgens het proces van herkenning en verdere ontwikkeling (zone van ontwikkeling). Daarmee is de kunst van bewegingsbeïnvloeding van de speler het benadrukken van juist dat aspect wat er het meest toe doet. Oftewel: bewegingsgerichte leerhulp heeft alleen toegevoegde waarde binnen de handelingsgerichte benadering. Deze serie van twee artikelen is gemaakt door William van Lenthe. Hij is docent lichamelijke opvoeding in opleiding, oprichter van de Rabobank Voetbalschool en jeugdcoördinator bij voetbalvereniging OZC uit Ommen. Hij is in het bezit van de diploma’s Pupillentrainer en TC3. Bepaalde inzichten in zijn visie zijn toegevoegd door hoofdredacteur Warner de Weerd die het artikel tevens heeft geredigeerd. Naslagwerk: - Coerver Methode - ‘Spel in Zicht’ Henk v/d Palen - ‘Beter leren voetballen’ KNVB cursusboek pupillentrainer
21
De pupilentraining | November 2008
Pupillentrainer
31-10-2008
13:36
USV Hercules
Pagina 22
Marcel Wagenhuis
Marcel Wagenhuis
USV Hercules
Hebben andere verenigingen óók baat bij ervaringen van topamateurclub?
Bij USV Hercules is WOMI een begrip en een succes Het eerste wat bij U opkomt, is ongetwijfeld “Wat is WOMI nu weer?” U weet, dat dit vakblad altijd gespitst is, om nieuwtjes in de opleidingen van het voetbal te brengen. Want van een goede opleiding dienen we het later dan weer te hebben, willen we nu toch eindelijk eens wereldkampioen voetbal worden! Schrik” niet: WOMI staat gewoon voor WOensdagMIddag! “ Eigenlijk niets bijzonders en toch ook weer wèl. Dat zal U gaandeweg dit artikel duidelijk worden. Het is de succesvolle aanpak van Hercules, een grote, charismatische sport v e reniging uit Utrecht. De club kan momenteel bogen op de grootste voetbalafdeling van de KNVB, afdeling West 1! Het is maandagmiddag en zie uit naar de afspraak die ik heb gemaakt. Ik ben belangstellend en wil dus graag meer te weten komen over WOMI, die op iedere vrije woensdagmiddag wordt gehouden. Ik wil eens met eigen ogen zien of dit succes óók mogelijk kan zijn bij andere verenigingen die over veel pupillenteams beschikken.
gewoon nuttig te besteden. Een goed opleidingsplan bieden, zodat kinderen vooral met plezier een leerzame training hebben. Alle pupillentrainers zijn opgeleid en hebben ook stagiaires van de ALO en CIOS ingezet. Wij hebben hier meer dan 40 stagiaires in de weer, die nog met hun opleiding bezig zijn.”
Mark de Horn De afspraak heb ik met Mark de Horn, een gedreven en bevlogen voetbalman in hart en nieren. Hij is algemeen jeugdmanager bij USV Hercules. Een full time functie, die men bij amateurclubs niet snel zal tegenkomen. Met deze professionele aanpak, is de populaire club, haar amateurconcurrenten een aardig eind vooruitgesneld. Mark regelt alles binnen de jeugdafdeling. Hij is verantwoordelijk voor de uitvoering van het totale technische jeugdbeleid en stuurt meer dan 50 jeugdtrainers aan. Bovendien is hij door zijn aanpak bij Hercules, in beeld gekomen bij de Gemeente Amsterdam. Daar is hij (op freelance basis) actief als projectmedewerker. Tevens is hij oprichter van de Stichting Jeugdvoetbalopleiding. Hiervoor kan ik U direct doorverwijzen naar de website: www.jeugdvoetbalopleiding.nl
WOMI óók van toepassing voor andere clubs? Naarmate ons gesprek vordert, blijkt dat er veel méér zit achter de simpele letters WOMI, slechts 4 van de 26 letters van het alfabet. Het is bijkans een fenomeen te noemen. Het is toe te passen bij vele verenigingen, om juist op woensdagmiddag pupillenteams onder de hoede te hebben. “We hebben Tom Lagerweij als speciale WOMI coördinator aangesteld”, gaat Mark enthousiast verder. En somt vervolgens de verantwoordelijkheden op, die deze functie inhoudt:
Wat houdt WOMI in? In dit interview hebben we het niet over allerlei (interessante) facetten binnen het jeugdvoetbal, maar houden ons specifiek aan de WOensdagMIddagse sessies. Dan trainen de pupillen op het kolossale complex (met een aantal kunstgrasvelden) diverse pupillenteams. ”Ja”, zegt Mark, “Je dient de woensdagmiddag
22
• Verantwoordelijk voor de uitvoering van de ‘WOMI’-trainingen • Verantwoording verschuldigd aan de jeugdmanager Taken: • Verantwoordelijk voor de trainingen van de D/E/F/Champions League • Verantwoordelijk voor de aansturing van de stagiaires tijdens nevenactiviteiten en evenementen • Werktijden zijn van 12.00 – 18.00 uur • Stelt trainingsschema’s op in overleg met de Jeugdmanager • Geeft leiding aan en begeleidt
jeugdtrainers/stagiaires op de woensdagmiddagtraining • Beheert/bewaakt de kwaliteit van het trainingsmateriaal • Communicatie met scholen Tijdsbesteding: Periode: september - mei Aantal uren per week: 6 uur per week Communicatie: Jeugdmanager, lopende zaken Functie eisen: Minimaal TC 2 of afgeronde ALO-opleiding Ruime ervaring als jeugdtrainer Gewenste eigenschappen: Kennis en vaardigheden op het gebied van het opleiden van pupillen Planmatige werkwijze Communicatief vaardig We werken volgens een bepaalde principe en overtuiging en alles moet gewoon goed afgestemd zijn op elkaar. We werken volgens een jaarplanning zodat trainers ook weten wat er op de woensdagmiddag aan training wordt gegeven. Van 14.00 - 15.00 uur zijn onze allerkleinsten aan bod en ook de F11 t/m F1, in totaal 140 kinderen. Dat moet allemaal glad en goed verlopen en elke training is op elkaar afgestemd. Van 15.00 - 16.00 uur zijn actief: F 3 t/m F10, E3 t/m E5, D7 t/m D9, uitgaande van ca. 135 kindere n . Van 16.00 - 17.00 uur zijn actief: ME1, E6, E9 t/m E14, D2 t/m D6, uitgaande van 140 kinderen. Voor alle groepen gaan we uit van een bepaalde trainingsopzet volgens een logboek. Trainings opzet: Elke training bestaat uit 5 onderdelen. Afgelopen seizoen waren dit 4 onderdelen. De rode lijn blijft hetzelfde. 4 onderdelen zijn gericht op voetbal
en spreken voor zich. Deze oefeningen worden in de trainingen beschreven. Het 5e onderdeel wordt een “kanjer” onderdeel.
1
5
2
4 3
Oefenvorm 1: Afwerken op het doel Oefenvorm 2: Kanjeropdrachten Oefenvorm 3: Partijspel Oefenvorm 4: Techniektraining Oefenvorm 5: Spelvorm
Wat is een kanjeronderdeel? In het kanjeronderdeel proberen wij de sociale vaardigheden van de leden te verbeteren. Er is hier een methode ontwikkeld door het kanjerinstituut. Bij de WOMI gaan wij de basale regels proberen te verbeteren. Wij hebben met Sportkanjers enige kanjerregels en kanjerwaarden. Hier trachten wij onze leden aan te houden. De volgende regels lopen centraal door de WOMI trainingen heen. “We helpen elkaar” “We vertrouwen elkaar” “We lachen elkaar niet uit” “Niemand speelt de baas” “We hebben respect voor onszelf en anderen” “Niemand doet zielig” Wij willen dat de kinderen deze regels onthouden en ook snappen. Hier ligt een taak voor de trainers. Het goed uitleggen aan de kinderen, zodat zij er mee kunnen omgaan. Het corrigeren van “slecht” gedrag aan de hand van de regels, wordt nu een stuk eenvoudiger. Sommige regels hebben enige verduidelijking nodig. De regels “we helpen en vertrouwen elkaar” spreken voor zich. Bij voetbal kom je
23
De pupilentraining | November 2008
Pupillentrainer
31-10-2008
13:36
USV Hercules
Pagina 24
Marcel Wagenhuis
nergens als je elkaar niet helpt. Er moet voor elkaar gewerkt worden. Samen tot een overwinning komen! Wanneer er veel vertrouwen in elkaar is zal de sfeer beter zijn in een team. Dit zorgt ervoor dat ‘t leuk blijft, want plezier staat bij de WOMI voorop. Een goede sfeer in het team kan tevens tot betere resultaten leiden. De regels “niemand speelt de baas en we hebben respect voor onszelf en anderen” zijn ook erg duidelijk. Het moet voor de kinderen duidelijk worden dat sommige zaken niet kunnen. Een voorbeeld is pesten. Door met elkaar te praten en respect te tonen voor elkaar kan dit probleem vaak verholpen worden. De reden achter pesten is vaak onwetendheid. De overige 2 regels “we lachen elkaar niet uit en niemand doet zielig” hebben wel enige toelichting nodig. Er zit namelijk een verschil in het uitlachen van een klunzige actie of in het samen lachen om een klunzige actie. Het is belangrijk dat de kinderen dit verschil gaan inzien. Het uitlachen is namelijk erg vervelend en kan erg frustrerend voor kinderen zijn. Bij de regel “niemand doet zielig”zit ook een verschil. Iemand kan zielig zijn in het ergste geval met een gebroken been maar zielig doen willen wij niet zien. Er zijn kinderen die proberen door zielig te doen een soort van aandacht te krijgen. Oefenvorm 1: Afwerken op het doel Uitleg: De kinderen dribbelen door een slalom heen. De pionnen staan op 1,5 m afstand van elkaar. Na de slalom spelen ze in op de trainer die de bal klaarlegt zodat de kinderen op het doel kunnen schieten. Na 3 rondjes inschieten komt ieder kind aan de beurt om de ballen in het doel tegen te houden.
24
Marcel Wagenhuis
Organisatie:
mogelijk die persoon aantikken. Dit aantikken gebeurd met een opgerolde krant. De genoemde kanjer moet voordat hij of zij getikt wordt een andere naam roepen die dan vervolgens getikt moet worden enz. enz. Wanneer een kanjer getikt w o rd, moet deze de rol in het midden vervullen. Het is niet de bedoeling dat de kanjers gaan rondrennen maar zij moeten op de plaats blijven staan. Degene in het midden mag wel lopen. Organisatie:
Aandachtspunten: - Let erop dat de kinderen ontspannen op de voorvoeten lopen. - De kinderen moeten de bal elke stap raken zowel met links als met rechts. - De kinderen moeten proberen de bal met de buitenkant van de voet en de binnenkant van de voet te raken. - Let erop dat het bal goed naast standbeen ligt tijdens het afronden. Lichaam niet achterover geheld. - Probeer de kinderen goed te observeren. Maken veel kinderen dezelfde fout? Leg de oefening even stil en geef het goede voorbeeld! - Zorg ervoor dat alle kinderen aan bod komen met keepen, tenzij het team een vaste keeper heeft. Oefenvorm 2: Kanjeropdracht Na het introduceren van de kanjerafspraken is het tijd voor een voorstelronde. Iedereen vertelt een kort verhaaltje over zichzelf. Dit kan gaan tot waar zij op school zitten? Hoe oud zij zijn? Wat zij leuk vinden aan voetbal etc. De trainer komt uiteraard wat langer aan bod! Uitleg Namen leerspel: Bij dit spelletje is het de bedoeling dat de kinderen de namen van elkaar snel leren. De kinderen staan hierbij in een kring en een van de kinderen staat in het midden. De trainer noemt een naam van kind. Degene in het midden moet zo snel
USV Hercules
Aandachtspunten: - De officiële regels worden er gehanteerd ( met corners, ingooi etc.) - Probeer een eerlijke teamverdeling te maken. - Houd de tijd goed in gaten. Oefenvorm 4: Techniektraining, Balgevoel Uitleg Techniektraining: Het onderdeel dat wij oefenen op deze training is het balgevoel. Alle techniekoefeningen worden in een vierkant uitgevoerd met verschillende looprichtingen, zie organisatie! 1. Dribbelen
Aandachtspunten: - Let erop dat de kinderen niet te hard slaan met de krant - De kinderen mogen niet van hun plaats af! Oefenvorm 3: Partijspel Uitleg Partijspel: Tijdens het partijspel wordt er 5 tegen 5 gespeeld. Hiervoor gebruiken we de gele kleine doeltjes. De trainer is de scheidsrechter en deelt de teams in. Organisatie:
1
5
4
2
- Ontspannen op de voorvoeten lopen. - Rustige looppas en probeer de bal bij elke stap te raken. - Probeer buitenkant voet en binnenkant voet, af te wisselen. - Oefen ook het zwakke been. - Naar 4 aanrakingen de bal overnemen met je andere been. 2. Vooruit en achteruit rollen - Rol de bal met de onderkant van je voet vooruit of achteruit. - Probeer dit zowel rechts als links. - Zowel vooruit als achteruit. - Tempowisselingen. - Zorg ervoor dat de kinderen hun lichaam niet achterover hellen. 3. Terughalen en vooruitduwen - De bal wordt terug gehaald met de onderkant van de voet. - Direct na het terug halen wordt de bal weer vooruit geduwd met de zijkant van de voet. - Probeer dit met je linker en rechter voet. - Probeer altijd in beweging te zijn. 4. Voet op de bal en met andere voet tikken (Extra oefening voor D- pupillen).
25
De pupilentraining | November 2008
Pupillentrainer
31-10-2008
13:36
USV Hercules
Pagina 26
Marcel Wagenhuis
- Met onderkant voet op de bal. - Tegelijk met de punt van de andere voet de bal een klein tikje geven. - Beide benen maken tegelijk een actie. - Eerst rechts op de bal en met links een tikje geven. - Bal kort bij je houden, de bal in het midden raken en geen effect meegeven. - Probeer het om en om! 5. Met voetzolen de bal aanraken (Extra oefening voor D- pupillen). - Op de plaats snel de bal met de onderkant van de voeten raken. - Afwisselend met sterke en zwakke been de bal raken. - De bal wordt geraakt maar blijft op de plaats. - Bovenlichaam blijft boven de bal.
Marcel Wagenhuis
Aandachtspunten: - Let erop dat de kinderen de beschreven oefening goed uitvoeren. - Houd de tijd goed in gaten. - Worden er veel dezelfde fouten gemaakt? Leg het klassikaal uit d.m.v. een praktijkvoorbeeld. Bij enkele fouten moet er individueel uitleg gegeven worden. Oefenvorm 5: Spelvorm, Waaiertikkertje Uitleg Waaiertikkertje:
Dit is maar een voorbeeld van de hoeveelheid oefenstof die wij toepassen. Iedere club mag dit gebruiken,waarmee de vrije woensdagmiddagen, op een zeer nuttige manier ingevuld worden. Met “Met behulp van stagiaires, kunnen dus optimale trainingen gegeven worden”, beëindigt
USV Hercules
Mark zijn uitgebreide verhaal. Wilt u meer weten over de WOMI? Neem gerust contact op met Mark de Horn zelf. Hij kan U adviseren de jeugdopleiding binnen de club op een hoger peil te brengen: jeugdmanager.hercules@gmail.com
Nationale Pupillentrainersdag bij USV Hercules een succes! Op 17 oktober j.l. werd een powerpoint presentatie gehouden bij USV Hercules in Utrecht en tevens een demotraining pupillen met Richard Mank en Antal Vergeer van de KNVB en Cor van Hoeven van Winnings Skills, Meulensteen. Deelnemers werden ontvangen met een kop koffie en s´middags volgde een lunch. Na de lunch een lezing van Erwin van Baarle over zijn boek "Presteren met plezier". Na de demotrainingen werd de mogelijkheden benut tot het stellen van vragen en de dag afgesloten met een drankje. 40 pupillentrainers namen deel van diverse verenigingen.
Organisatie:
Er zijn drie verschillende varianten. Op het teken van de trainer kan een vorm een andere wending aannemen zoals - Rond het vierkant dribbelen, met de klok mee of tegen de klok in. - Kriskras door elkaar in het vierkant - Rond het vierkant dribbelen en op het teken van de trainer recht oversteken. Deze organisatievormen kunnen bij elke oefening gebruikt worden. Het is leuk om veel variatie in je oefeningen te gebruiken. Het gebruik van deze vormen is afhankelijk van de invulling van de trainer.
26
Er is 1 tweetal. Deze twee kinderen proberen samen de anderen kinderen te tikken. Ze moeten g e d u rende het spelletje elkaars handen vasthouden. Wanneer een ander kind getikt wordt sluit hij of zij zich aan bij de tikkers. De waaier wordt nu steeds groter. Wordt er iemand getikt, terwijl de waaier is gebroken, telt het tikken als ongeldig. Organisatie: - de kinderen moeten in een afgebakend vierkant blijven
Het was een geslaagde dag met mooi weer en deze dagen zullen in 2009 diverse keren worden gehouden op diverse locaties.Tevens houden we een Pupillentrainers Totaal dag. Locatie en datum wordt nog in een later stadium bekend gemaakt. Met o.a. René van Horik(Xtra Soccer 4u Academy), Erik Nieuwenhuis(FC Zwolle), Mark de Horn(USV Hercules), Marcel Wagenhuis, Uitgever en Voetbalschool Amsterdam en het Groene Hart) Deelname aan de Pupillentrainers Voetbal Totaaldag, met trainingen en lezingen door trainer/coaches uit het betaald/amateurvoetbal Thema's: Mik en scoorvormen, pingelvormen, pingelvormen in relatie tot 1:1, 2:2, 4:4, partijvormen, partijspel; In comb. met KNVB oefenstof en Meulensteen oefenstof. Kosten per deelnemer € 30,- incl. lunch en versnaperingen. Abonnees van de Pupillentrainer € 25,- per deelnemer.
Aandachtspunten: - Goed opletten dat de ketting niet verbreekt en er toch getikt wordt. - Wanneer de kinderen elkaar geen handen willen geven, een hulpmiddel aanreiken. Een voorbeeld is een lintje wat ze aan beide kanten vast kunnen houden. Nu werken ze toch samen, alleen er is geen direct contact. - Proberen dat iedereen de tikker is geweest.
27
De pupilentraining | November 2008
Pupillentrainer
31-10-2008
13:36
Pagina 28
Pupillendag
Pupillendag
Foto’s pupillendag
28
29
De pupilentraining | November 2008
Pupillentrainer
31-10-2008
PSV
13:36
Pagina 30
Warner de weerd
Warner de weerd
PSV
Hoofd jeugdopleidingen Wiljan Vloet: ‘Talent is voor eenieder bij PSV een gegeven, spelinzicht niet’
Het grote bewustwordingsproces EINDHOVEN- De armen die van links naar rechts bewegen. Wie Wiljan Vloet ziet praten, ziet in hem niet gelijk een gedegen opbouwer. Zuidelijke passie, emotie, dat is wat het oog registreert. Maar wie hem hoort praten, komt tot een andere conclusie. De 46-jarige Vloet weet waar hij met PSV naar toe wil. Kinderen bewust maken van hun eigen kwaliteiten en deze koppelen aan hun spelinzicht. Daarmee past de hoofd jeugdopleidingen van PSV in de tijdsgeest. Het kritische kind is de moraal anno 2008 geworden. Dat is meer dan alleen een kind dat zelfstandig leert op school: hij weet ook gerichte vragen te stellen en zijn eigen analyse over een bepaald onderwerp te geven. ,,Bij ons vragen we tienjarigen al naar het bord te komen bij een wedstrijdbespreking om hun mening over hun eigen kwaliteiten te bespreken”, vertelt de voormalige hoofdtrainer van FC Den Bosch, Roda JC, Sparta Rotterdam en ADO Den Haag. ,,Als ze eenmaal in de D1 zitten, mogen kinderen ook aangeven wat de goede en minder goede plekken in hun team zijn. Daar kan dan ook het systeem op aangepast worden.” De eerste fase, het herkennen van de eigen kwaliteiten, valt onder het zogeheten talentenplan van PSV (zie kader). De tweede fase, het herkennen van de eigen kwaliteiten en die van medespelers, maakt onderdeel uit van het basisplan. Tenslotte is er voor de oudste jeugd ook een profplan. Dat houdt in dat ze ook de kwaliteiten van de tegenstander leren beoordelen. ,,Dat houdt in dat, wanneer ze de tegenstander kennen, ze opdracht mee krijgen de tactiek zodanig af te stemmen dat de opponent op de zwakste schakel aangepakt wordt”, vertelt Vloet. ,,Dat is niet alleen goed voor de ontwikkeling van hun spelinzicht. Gezamenlijk een strijdpan opstellen is ook goed voor de teambuilding. En die teambuilding, dat is bij PSV geformuleerd als één van de vijf pijlers van ons beleid. Daar beginnen we al bij de D1 mee.” Je zou zijn woorden kunnen interpreteren als ‘resultaatgericht voetbal’. Iets wat bij menig voetbalopleider een vieze smaak in de mond opwekt, omdat spelplezier en de ontwikkeling van de techniek voorop zou moeten staan bij jonge spelers. Volgens de man die in Schijndel is
30
geboren is ‘resultaatgericht voetbal’ geen goede interpretatie van zijn visie. ,,Dat zou inhouden dat we het team boven het individu stellen en dat is niet zo. Integendeel zelfs, in de jeugdopleiding van PSV staat alles in het teken van het individu. Het voorbeeld dat ik net schetste over kinderen die de wedstrijdbespreking doen, dat is een training voor de jeugdspeler zelf. Een training van het brein. Hij scherpt zijn analytisch vermogen aan.” Het spelen op de man vindt hij ook niet vallen onder de term ‘resultaatgericht voetbal’. Vloet: ,,De ontwikkeling van het individu staat bovenop, maar om progressie te maken heb je prikkels nodig. Het winnen van een wedstrijd is een enorme stimulans, omdat het zelfvertrouwen een boost krijgt. Die wedstrijd, de voorbespreking en nabeschouwing ervan, het staat uiteindelijk in het teken van het individu. Als je gezamenlijk een goed resultaat boekt, betekent dat je je speli nzicht hebt vergroot en daar profiteer je later weer van. Spelmomenten herkennen is tenslotte een kwestie van geheugen, van eindeloos herhalen. Ons doel is dat de speler steeds meer spelmomenten herkent, zodat hij op elke plek in het veld op elk moment instinctief de juiste beslis-
sing neemt. Zie het als een inktvlek die zich langzaam over het veld uitbreidt en zich vervolgens verdikt.” De technische kwaliteiten van de in totaal 166 jeugdspelers op De Herdgang beschouwt Vloet als een gegeven. Dat is misschien wel het antwoord op de vraag waarom een professionele jeugdopleiding als PSV het predikaat ‘gemoedelijk’ met zich meedraagt. Wie bij PSV wordt toegelaten, wordt later in een mindere periode niet zomaar ‘gedumpt’ om het maar eens plat te zeggen. Vloet ziet de gemoedelijke cultuur van PSV dan ook niet als een probleem, maar als een uitdaging. Een uitdaging nog beter te worden zonder de wortels van het opleidingscentrum aan te tasten. ,,Wij hebben een topklimaat, we willen toe naar een topsportklimaat”, stelt hij. ,,Daarbij geldt: Talent is voor eenieder bij PSV een gegeven, spelinzicht niet.” Topsportklimaat De vraag is natuurlijk: is gemoedelijkheid en een topsportklimaat verenigbaar? Wel, de volgende belofte impliceert veel: ‘Wij zorgen ervoor dat iedereen het maximale uit zijn talent haalt. Dat wil zeggen, maar heel weinig spelers vallen hier af gedurende hun jeugdopleiding. Blijkt achteraf dat de hoofdklasse amateurs het hoogst haalbare is, dan willen we er ook voor zorgen dat hij die hoofdklasse haalt. Want wie hier komt te spelen, treedt toe tot een nieuwe familie. De PSV-familie’. Deze woorden zijn van Vloet, maar ze hadden ook uit de mond van een andere beleidsbepaler van PSV kunnen komen. En dit standpunt, dat is wat PSV onderscheidt van sommige andere BVO’s waar kinderen huilend thuiskomen na de onheilsboodschap dat ze niet meer goed genoeg zijn. Het jeugdhoofd van de PSV-familie zorgt goed voor zijn ‘kinderen’. In de kast staat een groot aantal ordners en mappen met gedetailleerde informatie over elk van de 166 spelers. Vloet weet hoe groot, hoe zwaar en hoe gevorderd in tactisch, technisch en mentaal opzicht elke
jeugdspeler is. ,,Daaruit kan ik bijvoorbeeld precies afleiden wanneer het geoorloofd is om met krachttraining te beginnen”, verklaart hij. ,,Maar ik gebruik de informatie ook om het trainingsschema indien nodig radicaal aan te passen. We hebben momenteel bijvoorbeeld twee spelers die zodanig in lengte en spiermassa gegroeid zijn dat ze minder wendbaar en minder snel zijn geworden. In overleg met de trainers op het veld passen we dan de individuele training aan. Die jongens gaan de komende tijd met de fysio aan de slag en heel veel lopen om dat zwakke punt te verbeteren. Waar het om gaat is dat we continu, dus elke dag, de ontwikkeling van elke speler volgen.”
Individuele training Hij heeft het woord in zijn betoog terloops al laten vallen: individuele training. Dat begrip kan letterlijk zo geïnterpreteerd worden, want op woensdagmiddag staan er zo’n twintig trainers op het veld voor zestig pupillen. ,,Eén op de drie dus”, zegt Vloet veelbetekenend. ,,De jeugdspelers worden onderverdeeld op een bepaald punt, waarvan wij vinden dat dit verbeterd moet worden. Dat houdt in dat sommige jongens alleen trainen, maar anderen in groepjes van drie bezig zijn omdat ze dezelfde verbeterpunten hebben.” De individuele training is er over het algemeen op gericht om de sterke punten van een jeugdspeler nog beter te maken. Toch een beetje resultaatgericht? ,,Helemaal niet”, roept Vloet uit
31
De pupilentraining | November 2008
Pupillentrainer
31-10-2008
PSV
13:36
Pagina 32
Warner de weerd
terwijl hij zijn lichaam naar achteren gooit en gebaren maakt van ‘hoe kan het nu dat jij zo denkt? ,,Het voorbeeld van die jongens en hun looptraining gaf misschien een verkeerde indruk”, voegt hij er dan op zachtere toon aan toe. ,,Kijk als de zwakke punten van een speler zijn ontwikkeling belemmeren, dan pakken we dat aan, omdat we niet willen dat hij buiten de PSV-familie valt. Maar de algemene visie is dat een speler door zijn sterke punten te ontwikkelen ook zijn minder goede onderdelen van zijn spel leert te verbeteren.”
Calvinistische leer Trainen op de sterke punten, houdt dit een calvinistische leer in voor het katholieke zuiden? Is het bij PSV zo dat een jeugdspeler al op jonge leeftijd voorbestemd is om verdediger, middenvelder of aanvaller te worden? ,,Uiteraard niet”, verklaart Vloet. ,,Dat hangt van veel meer factore n af, zoals de fysieke ontwikkeling van een kind. Een jeugdspeler kan daardoor als verdediger beginnen, maar als middenvelder zijn jeugdopleiding afsluiten. Aan de andere kant moet je de ogen niet voor de werkelijkheid sluiten: als een spits zestig keer scoort, zeurt niemand erover dat hij niet mee verdedigt. Datzelfde geldt voor een verdediger. Ook hij kan met een bepaalde kwaliteit zijn minder sterke punten camoufleren. Neem Giovanni van Bronckhorst. Hij is verdedigend minder sterk, maar hij houdt met zijn aanvallende impulsen de rechtsback van de tegenstander zo bezig dat dit geen belemmering vormt.”
32
Warner de weerd
Mentaal De jeugdopleiding van PSV is naast het aspect teambuilding onderverdeeld in een fysiek, technisch, tactisch en mentaal gedeelte. ,,Dat laatste maakt onderdeel uit van het topsportklimaat dat ik hier wil neerzetten”, verklaart de hoofd jeugdopleidingen. ,,Het is niet zo dat wij vast sportpsychologen in dienst hebben, want wij willen het liefst dat kinderen volgens een eigen natuurlijke weg mentaal weerbaarder worden. Dat doen wij onder meer door bij de pupillen het oudste jeugdteam, bijvoorbeeld de tweedejaars E-pupillen, als D3 tegen oudere spelers te laten voetballen. Daarmee vergroot je de weerbaarheid van de pupillen. Verder is het teamgebeuren zelf ook een mentaal proces, want kinderen voelen naar mate ze ouder worden de zwakste schakel in het eigen team steeds beter aan en anticiperen daarop. Niet alleen met hun voeten, maar ook al daarvoor met hun mond tijdens de wedstrijdbespreking.” Spelinzicht Daarmee zijn we weer teruggekeerd bij het begin. Spelinzicht. ,,Al op jonge leeftijd proberen we de kinderen bij te brengen wanneer ze wel en niet de diepte moeten kiezen”, vertelt Vloet. ,,De diepte kiezen, dat hangt in de eerste plaats af van de eigen kwaliteiten. Waarin ben je goed in en waarin niet? Een verdediger met een drang naar voren en daarbij constant de bal kwijt raakt, zullen we aansporen zich te richten op zijn puur verdedigende taken. Ten tweede hangt het moment van wel of niet diep gaan af van de medespeler die de bal heeft. Heeft die een goede pass in de benen of niet? Tenslotte is de beslissing wel of niet diep gaan afhankelijk van de tegenstander die voor je neus staat. Die nummer vier kan bijvoorbeeld snel en sterk zijn, maar de nummer drie heeft een chocoladebeen. Dan ben je toch wel gek als je gaat sprinten als je weet dat je die nummer vier tegenkomt. Je wacht liever tot de nummer drie aan jouw kant van het veld staat.”
Vloet heeft het nu over een aanvaller, maar hetzelfde gaat op voor een middenvelder of verdediger. ,,Je hebt een nummer tien die continu over de verdediger heen gaat en een nummer tien die naar de bal toekomt. Dat vereist voor de mensen in de opbouw ook een andere manier van keuzes maken.” Dat lijkt allemaal vanzelfsprekend, maar volgens Vloet is dat niet zo. ,,Ik heb profs meegemaakt die niet wisten wat te doen als er van het 4-3-3 of 4-4-2 systeem afgeweken werd. Te gek voor woorden natuurlijk. Hoe dan ook, ik heb er lering uit getrokken.” Bij PSV wordt nu het spelinzicht van spelers bijgeschaafd op een leeftijd dat ze bij veel andere verenigingen nog puur en alleen met de ontwikkeling van de techniek bezig zijn. ,,Dat wil zeggen, al vanaf de D1”, verklaart Vloet. Onder Vloet is PSV in een stroomversnelling gekomen. Meer techniek- en keeperstrainers, een andere, professionelere indeling van de kantoorruimte en binnenkort een digitaal spelervolgsysteem waarbij in de computer alle sterke en verbeterpunten van een speler vermeld worden. De betrokkenheid van Vloet bij dit alles gaat ver. In de tijd dat hij nog OJC Rosmalen trainde was hij vaak degene die de deur sloot…Daarbij was een uur of twaalf ’s nachts geen uitzondering. Vloet schreef voor de amateurclub een algeheel beleidsplan van pagina’s dik en controleerde wie zich er aan hield en wie niet. ,,Er vielen mensen af, er was pijn, maar er was ook geluk”, verklaart hij. ,,OJC Rosmalen speelde al een jaar of 25 in de tweede klasse zaterdag toen ik kwam, maar toen ik zes jaar later vertrok was de club een stabiele hoofdklasser.” Het voordeel van Vloet is dat hij het lijvige papierwerk snel kan vertalen in een naar een individu toegespitst beleid. De hoofd jeugdopleidingen heeft een CIOS-achtergrond en gewerkt met kinderen met meervoudige gedragproblemen. Bovendien heeft hij een managementopleiding op HBO-niveau afgerond. Feit is dat de manier hoe hij zich verdiept in organisatie en speler niet voor iedereen is weggelegd.
PSV
Hierbij moet wel gezegd worden dat hem bij PSV ook veel werk uit handen wordt genomen door Rini de Groot (scouting) en Ron Verkerk (facilitaire en financiële zaken). ,,In deze tijd van recessie heeft PSV het aangedurfd om juist extra te investeren in de jeugdopleiding”, verklaart Vloet. ,,Ik hoef me hier met niets anders bezig te houden dan voetbal. Dat leidt ertoe dat ik denk dat hier over drie jaar gewoon een topsportklimaat is. De gemoedelijkheid van de club is dan het vangnet dat wij niet zomaar iemand opgeven. Daarnaast is er echter de nog grotere drang bij de jeugdspeler om zich te ontwikkelen en te slagen. Je merkt nu al de omslag. Tijdens de herfstvakantie waren de spelers niet zoals vorig jaar drie dagen vrij, maar moesten ze gewoon trainen. En tijdens de profweek, waar talenten konden meemaken hoe het is om deel uit te maken van de PSV-opleiding, zag je die kinderen heel omzichtig eten pakken tijdens de lunch. ‘Een appeltje, okay’ zag je ze denken. ‘Twee boterhammen met ham en een yoghurt erbij… mmmh dat is misschien net wat te veel. Beter toch maar één boterham en een yoghurt nemen’. Het was prachtig om te zien, want je zag dat we ze kort daarvoor met onze les over voeding aan het denken hadden gezet. Ook dat is een vorm van inzicht.”
33
De pupilentraining | November 2008
Pupillentrainer
31-10-2008
PSV
13:36
Pagina 34
Oefenstof
Warner de weerd
Duel 1:1 = individuele training Het weekschema op de herdgang PSV werkt met een talentenplan voor de F- en E-jeugd, een basisplan voor de D- en C-jeugd en een profplan voor de oudere toptalenten. De effies trainen twee keer in de week, waarbij een techniektraining en één training puur voor het plezier. De E-pupillen trainen drie keer in de week. De techniektraining blijft gehandhaafd, maar er komt ook een individuele training bij een training die gericht is op de wedstrijd in het weekend. De trainingsintensiteit wordt opgeschroefd naar vier trainingen in de week als de talenten doorstromen naar de D2. De D1 traint zelfs vijf keer in de week. Is de PSV’er in opleiding eenmaal een A-junior, dan staat hij elke dag op het veld.
Wiljan Vloet Wiljan Vloet speelde zelf als middenvelder bij RKSV Schijndel, de amateurs van Heerenveen, weer Schijndel en tenslotte Dijka Steenwijk. Zijn trainersloopbaan begon bij Heerenveen waar hij in 1979 de B-jeugd ging trainen. In 1984 werd hij hoofdtrainer bij SV Heusden. Vloet volgde in 1986 Foppe de Haan bij VV Steenwijk op, waarna hij in de jaren negentig zijn kunststukje bij OJC Rosmalen flikte: van de tweede klasse zaterdag naar de hoofdklasse. In 1999 werd Vloet hoofd opleidingen bij FC Den Bosch, in 2001 werd hij bij die club zelfs hoofdcoach. Zijn naam binnen het Nederlandse trainersgilde was daarmee gevestigd. Via Roda JC, Sparta Rotterdam en ADO Den Haag kwam hij bij PSV terecht.
34
35
De pupilentraining | November 2008
Pupillentrainer
31-10-2008
13:36
Pagina 36
Oefenstof
Hans Visser
KRVT
“KRVT” heeft tot doel opleiding E’tjes te investeren In het interview met Erik Nieuwenhuis, kwam de KRVT zijdelings al even ter sprake. Hier lichten wij het nieuwe samenwerkingsverband tussen de Beroeps Voetbal Organisaties en amateurverenigingen, “o.l.v.” de KNVB, nader toe. Het is wel eens anders geweest. Vaak bleek er in het verleden sprake van een grote animositeit tussen het beroepsvoetbal en de liefhebbers. De amateurclubs klaagden dan steen en been, over het afromen van hun talentjes. Een habbekrats kregen zij er voor terug en werden vaak sportief gezien ver teruggeworpen. De vergoedingen zijn in de loop der tijden wel opgetrokken, maar het ongenoegen is daarmee nooit geheel en al weggenomen.
Individuele training Talentenplan Aanleren en toepassen van een basistechniek (elke week een andere basistechniek) in verschillende voetbalsituaties Individuele training Basisplan Toepassen en perfectioneren van een basistechniek (elke week een andere basistechniek) ) in verschillende voetbalsituaties Individuele training Profplan Perfectioneren van een basistechniek (elke week een andere basistechniek) ) in verschillende voetbalsituaties. Verder moet je duel 1:1 altijd in verschillende voetbalsituaties trainen binnen alle leeftijdplannen. Dus bijv 1:1 met lijndribbel, 1;1 met 2 grote goals en keeper. Dus het gaat niet om de oefenstof keuze alles kan het gaat erom wat je wilt zien en wat je wilt trainen. Doel is ontwikkeling oefenstof keuze is middel. Partij vorm 3:3 of 4;4 = Groepstraining. Gro e p straining talentenplan tijdens de training staat altijd het individu centraal. Coach momenten zijn gekoppeld aan de individuele ontwikkeling van de verschillende spelers. Altijd trainen en coachen binnen 5 hoofdgebieden techniek, taktiek, fysiek , mentaal , teambuilding. Techniek en individuele uitvoering is het belangrijkste in deze fase.
36
Spelers coachen en helpen om keuze te maken gekoppeld aan hun individuele kwaliteiten. Groepstraining basisplan tijdens de training staat altijd het individu centraal. Coach momenten zijn gekoppeld aan de individuele ontwikkeling van de verschillende spelers in relatie met hun ploeggenoten. Altijd trainen en coachen binnen 5 hoofdgebieden techniek, taktiek, fysiek, mentaal, teambuilding. Techniek, taktiek en individuele uitvoering is het belangrijkste in deze fase Spelers coachen en helpen om keuze te maken gekoppeld aan hun individuele kwaliteiten en de kwaliteiten van hun team genoten. Groepstraining profplan tijdens de training staat altijd het individu centraal. Coach momenten zijn gekoppeld aan de individuele ontwikkeling van de verschillende spelers in relatie met hun teamgenoten en de weerstand van de tegenpartij. Altijd trainen en coachen binnen 5 hoofdgebieden techniek, taktiek, fysiek , mentaal , teambuilding Ta ktiek en individuele uitvoering is het belangrijkste Spelers coachen en helpen om keuze te maken gekoppeld aan hun individuele kwaliteiten, de kwaliteiten van hun teamgenoten en de kwaliteiten van de tegenpartij. Als je deze regel in je hoofd hebt kun je elke oefenstof Keuze geven.
Toch is daar sinds kort verandering in gekomen. Een uniek samenwerkingsverband tussen clubs uit het betaalde voetbal, amateurverenigingen èn de KNVB, is tot stand gebracht en woensdag 1 oktober officieel van start gegaan. KRVT staat voor KNVB Regionale Voetbal Trainingen en is specifiek bedoeld voor intensieve opleiding van talentvolle E-pupillen. Met dit ambitieuze plan willen de betrokken partijen hèt ideale opleidingstraject creëren. KNVB coach Foppe de Haan (bijna “vader” van alle trainers op alle niveaus), verrichtte woensdag 1 oktober j.l. officieel de aftrap van de eerste KRVT in Vollenhove op het terrein van VENO. De charismatische coach verzorgde de warming up voor 77 talentvolle voetballertjes (waarvan drie meisjes) afkomstig van 24 clubs uit de regio Steenwijk. Zij kregen die middag de eerste van 12 extra trainingen. Landelijk krijgen honderden spelers en speelsters van 10 en 11 jaar (tweedejaars E-pupillen), de komende maanden twaalf extra trainingen
van een KNVB coach. Deze werkt samen met coaches van betaalde clubs en amateurs, bij zowel het selecteren van de spelers als het verzorgen van de trainingen. Alle amateurclubs, ook als zij géén spelers leveren aan de KRVT’s, gaan tijdens demonstratietrainingen en clinics, profiteren van de kennis en ervaring van de jeugdcoaches uit het betaalde voetbal. De samenwerking is tot stand gekomen op basis van een onderzoek van het Muller Instituut. Dat deed onderzoek naar het rendement van de jeugdopleiding van BVO’s. De conclusie was, dat op veel verschillende plaatsen jeugdvoetballers worden opgeleid. Maar er slechts enkelen de top halen. FC Twente en Heracles werken al samen in een gecombineerde jeugdopleiding, evenals Vitesse en AGOVV. Dit seizoen gaan KRVT’s van start in samenwerking met Ajax, AZ, FC Groningen, Heerenveen, FC Utrecht, Feyenoord en PSV. Daarnaast hebben ook andere betaalde clubs zoals FC Zwolle (op 6 locaties actief deelnemer, aldus Erik Nieuwenhuis) zich bereid verklaard een bijdrage te leveren aan de trainingen en de ondersteuning van amateurclubs. Het ligt in de bedoeling, dat er uiteindelijk 14 regionale jeugdopleidingen ontstaan. Deze opzet heeft als grootste voordelen, dat de jeugdopleiding voor alle betrokkenen, inzichtelijk wordt en dat er kan worden zorggedragen voor een goede ontwikkeling èn doorstroming van de talenten!
37
De pupilentraining | November 2008
Pupillentrainer
31-10-2008
Column
13:36
Pagina 38
Fons van den Brande
Fons van den Brande
Column
Financiële crisis ook in het voetbal..? Afgelopen tijd werd het nog eens bevestigd; Veel Engelse clubs staan diep in het rood. Een slechte zaak. Nu gaat het in Nederland niet veel beter. Ook hier is het hangen en wurgen voor menig voetbalclub en hier hebben we ook nog eens te maken met amateurclubs die maar net het hoofd boven water kunnen houden. De wereldwijde financiële crisis draagt daar niet toe bij, wel een gezond economisch beleid. Als je niet op je eigen benen kan staan moet je niet raar kijken als je omvalt. Nederland is ‘gekkie Henkie’ in Europa maar tegelijkertijd ‘linke Loetje’. We lopen constant voorop om maar politiek correct te wezen, bang als we zijn om kritiek vanuit andere Europese landen te krijgen. We stonden vooraan bij de invoering van de Euro, gingen als een van de eerste de vliegtax invoeren (na Engeland), betalen het hoogste percentage ontwikkelingsgeld per hoofd van de bevolking en straffen het mildst van heel Europa omdat bij een misdadiger ‘te vroeg de beer is afgenomen’. Zoals in eerdere columns beschreven beheersen we daarentegen een gezonde kruideniersmentaliteit die zijn weerga niet kent… daarom doen we het fantastisch in Europa. Waarschijnlijk gaat de recessie aan ons deurtje voorbij, tenminste, als we het IMF moeten geloven. Voor Nederland lijkt het beeld relatief mee te vallen. De economische groei valt in ons land volgend jaar volgens het IMF weliswaar terug tot een magere 1 procent, maar ligt daarmee nog aanzienlijk boven het gemiddelde van 0,2 procent dat voor de hele eurozone wordt verwacht. De werkloosheid zal in Nederland tot en met volgend jaar op ongeveer het laagste niveau van alle westerse landen blijven liggen. Dit komt mede door de bonden die hun looneisen hebben gematigd. Dit alles gaat in overleg. Overleg heeft ook andere namen. Consensus, akkoord, poldermodel, deal of overeenstemming. De KNVB was de eerste voetbalbond in Europa die Nederlandse clubs aan de ketting ging leggen, en terecht. Real Madrid heeft bijvoorbeeld een schuld van bijna 300 miljoen. Fortuna Sittard bijvoorbeeld een paar miljoen. Elke club heeft schulden net
38
zoals elk bedrijf schulden heeft. Maar in Nederland is het zo dat als je als voetbalclub geen goed plan hebt klaarliggen om de gelimiteerde schulden af te lossen of als je boven een bepaald bedrag zit dan krijg je geen licentie. Hier moeten clubs een sluitende begroting hebben en veilige stadions. Dat zijn de 2 belangrijskte voorwaarden voor een licentie. En ja, de KNVB heeft wel eens een licentie ingetrokken. Zo werd de licentie van ADO Den Haag ingetrokken maar zij kregen hun begroting uiteindelijk nog net op tijd sluitend. Verder zijn ook Utrecht, Feyenoord, Vitesse en AZ in het verleden wel eens gedreigd om de licentie af te nemen maar dit is nooit gebeurd omdat Nederlandse clubs weten dat ze financieel gezond moeten zijn waardoor ze het ook niet zover laten komen. Al deze clubs hebben hulp gekregen van hun gemeente. Niet voor niks dat beide nu financieel bijna niks kunnen doen want die hulp van de gemeente was voor het grootste deel een lening met een flinke rente erbovenop.... Dat is ook de reden dat bijvoorbeeld Feyenoord niet kan investeren in spelers. Wanneer Feyenoord in Engeland zou spelen dan zouden ze gewoon met gemak voor 50 miljoen inkopen kunnen doen ondanks een schuld. In Nederland is dit dus niet mogelijk.
Nu ben ik niet bang dat in Engeland een grote voetbalclub omvalt. Er komt altijd wel een oplossing uit een of andere hoek of geld uit een exotisch oord. Op het veld van Manchester United staat alleen al voor 300.000.000 pond aan spelersmateriaal met als oliepijp Christiano Ronaldo. Het spelersmateriaal van Manchester United is zelfs bij recessie 'the Bank of England'. Daar stelt de competitie ook nog eens iets voor. De stadions zitten vol, de merchandising draait op volle toeren en de TVrechten leveren (tot nu toe...hoelang nog?) heel veel geld op. In ons eigen land niet. Clubs verkeren in zwaar weer maar lijden niet onder de wereldeconomie die hapert. Daarom zal de combinatie overlegcultuur en kruideniersmentaliteit overleven in Nederland.
Net zoals ons kabinet een gezond economisch beleid voert, zo hanteert de KNVB ook een gezonde economische strategie. Onze clubs vallen niet om door de aankomende economische recessie. Zij vallen eerder om door verminderde prestaties zoals vaker besproken, dus minder publiek, slecht management en strikte regels die gehanteerd dienen te worden. Niet door de financiële malaise. In het buitenland denkt veel voetbalclubs dat de bomen tot de hemel groeien. Toch zou bij sommige clubs de blaadjes naar beneden moeten gaan vallen doordat de wereldeconomie hapert. Zou voor het Nederlandse voetbal niet slecht uitkomen. Komen Rafaél van der Vaart, Wesley Sneijder en Ruud van Nistelrooy weer lekker bij ons ‘ballen’!
In landen als Engeland, Spanje etc word helemaal niet naar de schulden gekeken en mogen clubs onbeperkt bedrag aan schulden hebben en dan nog word hun licentie niet afgenomen. Dat is een groot verschil. Een schuld van maximaal 10 miljoen toestaan en daarna pas de licentie afnemen of een schuld van 300 miljoen hebben zonder een enkel gevolg....
39
De pupilentraining | November 2008
Pupillentrainer
31-10-2008
13:36
Pagina 40