WO Minor: Gebouw als stedelijke regeneratie

Page 1

Naam:

M.G.M. Klompenhouwer

Studienummer:

1558978

Vakcode:

Bk8090

Ontwerpdocenten HHS:

Ir. B. Legel; Ir. J.W. Thijs

Inleverdatum:

25 januari 2010


Deze rapportage werd gemaakt in opdracht van de afdelingen Bouwkunde aan de TU Delft en de Haagse Hogeschool. Dit werkstuk dient als eindproduct van de ontwerpopgave welke ik maakte binnen het WO Minor-traject van bovengenoemde instellingen. In dit eindwerkstuk zal ik inzichtelijk maken hoe mijn visie en ontwerp voor het project zijn ontstaan en ontwikkeld, welke beslissingen en leermomenten daarbij de revue zijn gepasseerd en hoe ik het gehele ontwerpproces heb ervaren. Doel hiervan voor mij persoonlijk is te leren van het afgelopen halfjaar en de reflectie en bevindingen mee te nemen bij het vervolg van mijn studie. Graag wil ik de heren Legel en Thijs bedanken voor de begeleiding, leermomenten en steun op de Haagse Hogeschool tijdens dit intensieve, enthousiast makende traject. Nootdorp, 22 januari 2010 Marleen Klompenhouwer


1.0

Beschrijving en analyse van de ontwerpopgave 1.1 Ontwerpopgave 1.2 Verkenning probleemveld 1.3 Visie en Interpretatie van de ontwerpopgave

01

Verantwoording en evaluatie van het ontwerpproduct 2.1 Stedebouwkundig Concept 2.2 Architectonisch Concept 2.3 Ontwerp

03

3.0

Beschrijving van het ontwerpproces

08

4.0

Verantwoording en evaluatie van het ontwerpproces 4.1 Gekozen Ontwerptechnieken

5.0

Reflectie op het ontwerpproces

09

6.0

Samenvatting en Conclusie

10

Literatuurlijst

11

Bijlage 1 Architectonische onderbouwing Bijlage 2 Bouwtechnische onderbouwing Bijlage 3 Posterpresentatie kwartaal 1: STAD vs. GEBOUW Bijlage 4 Posterpresentatie kwartaal 2: GEBOUW vs. DETAIL

12

2.0

02

04


1.0 1.1 Het project omvat het programma voor een bibliotheek in combinatie met vijftig woningen. Belangrijk aspect bij dit programma is dat het te maken ontwerp een positieve katalyserende werking heeft. Oftewel: het ontwerp heeft een genererende invloed en initieert ontwikkeling in haar omgeving.

Amsterdam Oost (bron: Google Earth)

Het huidige Javaplein (eigen foto)

Locatie De locatie voor het te ontwerpen project is het Javaplein in de Indische Buurt te Amsterdam. De Indische Buurt is aan het begin van de vorige eeuw ontwikkeld voor de havenarbeiders in het vroeger nabijgelegen havengebied. Deze oorspronkelijke huisvestingsfunctie is de wijk ontvallen doordat Amsterdam haar havens ging concentreren aan de westkant van de stad. De Indische Buurt bestaat voornamelijk uit gesloten bouwblokken waarvan de morfologie is bepaald door de doorlopende verkeersaders in de wijk. Deze bouwblokken (en de daaruit volgende lange zichtlijnen) zijn kenmerkend voor de Indische Buurt.

1.2

Overzicht Planlocatie (bron: Google Earth)

Maatschappelijke context De overheid constateerde in de Nota Stedelijke Vernieuwing (1997) dat onder andere het stadsdeel Zeebrug en vooral haar Indische Buurt te maken heeft met werkloosheid, gebrek aan leefkwaliteit en het wegtrekken van bedrijvigheid. Met deze bestempeling valt de Indische Buurt onder aandachtsgebied en zogenaamde 'Vogelaarwijk'. De negatieve sociale en economische ontwikkelingen dreigen elkaar daar bovenop ook nog eens te versterken, waardoor het leefmilieu steeds minder aantrekkelijk wordt. De Overheid wil dat de Indische Buurt fysiek, economisch en sociaal naar een hoger niveau getild wordt, zodat met de toekomstgerichte vernieuwingen voorwaarden worden gecreĂŤerd waardoor de Indische Buurt een wijk kan worden waarin verschillende bevolkingsgroepen met plezier wonen. Openbare ruimte Zowel de kwantiteit als de kwaliteit van de openbare ruimte als verblijfsgebied in de Indische Buurt laat op een aantal plaatsen te wensen over. Het Javaplein heeft nu vooral een verkeersfunctie en fungeert grotendeels als kruispunt tussen verkeersstromen vanuit onder andere de Borneostraat, Molukkenstraat en Javastraat. Het Javaplein lijkt een belangrijke potentiĂŤle verblijfsplek in de Indische Buurt, mede door de centrale ligging in de wijk. Het huidige Javaplein is klein en is geen centrale ontmoetingsplek voor bewoners.

Zicht op Madurastraat en de planlocatie (eigen foto)

Badhuis Javaplein (bron: Google Earth)


1.3 Uitgangspunten, randvoorwaarden en doelstellingen Hechting versus Onthechting Om een katalyserende werking in de wijk te verwezenlijken, brengt het te maken ontwerp geen tegenbeweging in de buurt (door zich af te zetten van de omgeving waarin het staat), maar zal het project een extra beweging in de buurt tot stand brengen die het karakter van het Javaplein en de Indische Buurt eer aan doet en nieuw perspectief geeft. Openbare Ruimte: Verblijf versus Verkeer Zoals al in paragraaf 1.2 omschreven, heeft het Javaplein vooral door haar ligging de potentie een centrale ontmoetingsplek voor de buurtbewoners te worden. De bibliotheek als functie zal daar aan bijdragen. Uitdaging is om de naast haar primaire functie, de locatie an sich als katalysator te laten fungeren. Daarbij spelen in de ogen van de student de openbare ruimte en een evenwichtige balans tussen verblijf en verkeer een zeer belangrijke rol. Uitnodigend: Eenheid voor een Diverse omgeving Het ontwerp is uitnodigend voor - en biedt ruimte aan alle buurtbewoners. Hierbij doelt de student op zowel de bibliotheek als de woningfunctie en de diversiteit aan bevolkingsgroepen binnen de wijk. Van Binnen naar Buiten Oorspronkelijk had de projectlocatie de invulling van een gesloten bouwblok. Om ontmoeting, openbaar karakter en uitnodiging als bovenstaand te kunnen realiseren, verwacht de student dat het naar-binnen-gekeerd bouwen daar onvoldoende aan kan bijdragen. Uitgangspunt is dan ook om te keren naar een buitengericht ontwerp waarbij de omgeving decor vormt voor de nieuw te bouwen buurtbibliotheek.


2.0 2.1 Uitgaande van de contourlijnen van de oorspronkelijke bebouwing, zorgt het volgen van deze rooilijnen voor een (plaatselijke) hechting aan de wijk.. Door zichtlijnen te verlengen en potentiele nieuwe bewegingsstromen te volgen (zie nevenstaande schematisering), lijkt een tweetal afschuiningen van de oorspronkelijke rooilijnen een logische ontwikkeling. De afschuining van de massa initieert nieuwe bewegingsruimte, meer overzicht, nieuwe pleinwanden en grotere verblijfsgebieden. Zo ontstaat er door de afschuining aan de oostzijde een verbinding tussen winkelzones Molukkenstraat en Javastraat en refereert diezelfde afschuining aan de positionering van het tegenoverliggende Badhuisgebouw. Deze laatste veroorzaakt meer eenheid op het eerder gefragmenteerde plein. Aan de westzijde van het kavel ontspint zich - door een soortgelijke afschuining - ook een evenwichtigere verhouding tussen verkeersruimte en (mogelijke) verblijfsruimte. PLEINEN Het ontwerp heeft een tweetal pleinen, waartussen zich de massa van het gebouw bevindt. Elk plein heeft haar eigen karakter. Het plein aan de zuid/oostzijde is gelegen aan de Javastraat, Borneostraat, Molukkenstraat en Madurastraat. Hier vindt de meeste dynamiek plaats. Rond het plein is een diversiteit van openbare (commerciële) en private functies (wonen). Het plein aan deze zijde zal deze stedelijke dynamiek de ruimte geven en benadrukken in die zin dat het een overzichtelijke plaats is die ruimte biedt aan zowel de voorbijganger als de bezoeker. Contrasterend aan de oostzijde van het gebouw, heeft de pleinruimte aan de westkant een rustiger karakter. Het plein is kleinschaliger en is hoofdzakelijk gelegen aan private functies. Nadruk ligt op verblijf: het plein vormt een rustpunt in de drukte van de stad. VAN DYNAMIEK NAAR HARMONIE: PLEIN BEPAALT GEBOUW Tussen de twee pleinen in staat het gebouw, welke als zowel de scheiding als de verbinding tussen beide pleinen fungeert. Nadruk zal liggen op deze laatste, waardoor een ‘decrescendo’ ontstaat van het dynamische plein, naar het harmonieuze plein. De gekozen afschuiningen en ontwikkeling van de pleinen, heeft als logisch gevolg dat programma onderdelen bibliotheek en wonen onder één dak komen te liggen (omgeving bepaalt gebouw).


2.2 De route tussen de twee eerder omschreven pleinen geschiedt door het gebouw (door de bibliotheek). Het architectonische concept is een afgeleide te noemen van het stedenbouwkundige concept. Om de verbinding en route tussen het tweetal pleinen te benadrukken, zal de bibliotheek zich overzichtelijk en ‘neutraal’ tussen het tweetal moeten voegen. DE BIBLIOTHEEK ALS EEN OPEN BOEK Het idee voor de bibliotheek als open boek ontvouwt zich in twee aspecten: In de eerste gedachte staat e en ‘open boek’ voor transparantie, overzicht en helderheid, hetgeen aansluit op het stedenbouwkundig concept en de ontwerpuitgangspunten. Een open boek is uitnodigend. De bibliotheek als een open boek is vanuit de omgeving overzichtelijk en stelt zich transparant en uitnodigend (in routing, materialisatie en vorm) op. De tweede conceptgedachte is om de boekenafdelingen van de bibliotheek onder te brengen in een meer letterlijke zin van een open boek, welke opent naar de wijk en zo leesbaar is voor haar buurtbewoners.

2.3 Bibliotheek De bibliotheek is vanaf beide pleinen toegankelijk. De hoofdentree is gelegen aan de kant van het oostelijke plein, wat voortkomt uit het dynamischer karakter van deze zijde van het gebouw. Via de entrees komt de bibliotheekbezoeker in het centrale gedeelte van de bibliotheek (het binnenplein). Aan dit binnenplein liggen de algemene functies als mede tentoonstellingsruimte en het administratieve/ organisatorische programma. (voor het complete bibliotheekprogramma: zie bijlage) De bezoeker wordt naar het midden van het binnenplein getrokken door een hoog atrium. Wanneer de bezoeker bij het atrium staat, ervaart hij de verrassing van het ‘open boek’. Het ‘open boek’ is bereikbaar vanaf de eerste verdieping, langs de kinder- / jeugdafdeling en uitleen voor muziek en film en bevat de (volwassen) boekenafdelingen. Naast de opslag voor boeken, herbergt de ‘boekenkast over vier verdiepingen’ meerdere functies: 01) 02) 03)

Verplaatsing (verticaal transport via trappen); Verpozing (leesplekken); Verzameling (van boeken).

Voor de uitwerking van het ontwerp (onder andere) het ‘open boek’, zie bijlage 1: Architectonische Onderbouwing

Zicht op het Atrium en het ‘Opengeslagen Boek’

Verrassing op de route tussen het tweetal pleinen



Appartementen Het appartementencomplex omvat 15 studiowoningen, 16 tweekamer- en 19 driekamer appartementen. Het woongedeelte van het gebouw heeft een gemeenschappelijke entree aan de Madurastraat en geeft toegang tot interne galerijen vanaf de eerste tot en met de vijfde verdieping. De galerijen lopen achter ‘de kaft van het open boek’ langs. Het appartementendeel staat fysiek los van het bibliotheekgedeelte. De galerijen en de bibliotheek hebben echter wel een visuele verbinding: door middel van wandopeningen en doorkijken naar de boekenafdelingen staan de bewoners en de bibliotheekbezoekers met elkaar in verbinding. De woonlagen zijn onderling verbonden middels vides, waarover de appartementen worden omsloten door loopbruggen. Parkeren Om zoveel mogelijk openbare verblijfsruimte te kunnen realiseren, is de parkeerfunctie verplaatst van de randen van het kavel naar een ondergrondse parkeergarage. Per voertuig is de garage bereikbaar vanaf de noordzijde van het gebouw (vanuit de Madurastraat). Bewoners hebben een interne toegang tot het parkeerniveau, waar tevens bergingen gesitueerd zijn. Bezoekers van de bibliotheek kunnen de parkeergarage te voet bereiken vanaf een trap-/ en lifteenheid op het plein aan de oostelijke zijde. De parkeergarage telt 78 parkeerplaatsen voor bewoners en bezoekers. Naast het parkeergedeelte is er plaats voor technische ruimte, als mede bergingen, behorende bij de appartementen.

Boven: Doorkijk vanaf de appartementenontsluiting naar de bibliotheek Onder: Organisatie Hoofdfuncties per laag (van -1 naar +5 v.l.n.r.)


Gevels De bibliotheek is een nieuwe functie binnen de wijk en geeft haar vernieuwing gestalte. Deze vernieuwing uit zich onder andere in de materialisatie van het exterieur: de materialisatie van de bibliotheek volgt het transparante, overzichtelijke en uitnodigende karakter uit het concept.. Het wonen speelt in oorsprong van de wijk al een prominente rol, ook rond het Javaplein. Materiaalgebruik van het exterieur ter plaatste van de woonfunctie in het ontwerp refereert daarom meer naar de oorspronkelijke, bestaande wijk. (in de vorm van metselwerk). Het ontwerp voor de gevels bestaat uit een bepaalde gelaagdheid: [ ] De verhouding open/ gesloten volgt uit de hoofdfuncties wonen en bibliotheek en gevelanalyse naar van onder andere de Berlageblokken tegenover het gebouw aan de Javastraatzijde; [ ], [ ] en [ balkons

[V]

]

Wegens de behoefte/ eis aan buitenruimte ten plaatste van de appartementen worden franse toegevoegd. Deze elementen uiten zich in een speels, neutraal patroon over de woninggevels. Belangrijk hierbij is het individuele element, het ritme en de compositie (de balkons ‘bewegen’ los van elkaar en leggen geen extra verticale of horizontale nadruk); Om te benadrukken dat de functies bibliotheek en wonen gezamenlijk in de bouwmassa worden gehuisvest, is een gemeenschappelijk, horizontaal element in de gevel toegepast.

De toegangen tot het gebouw worden gemarkeerd door een vergroting van de vierkante elementen als omschreven bij [ ]. De toegangen tot de bibliotheek krijgen gestalte in de vorm van taatsdeuren, welke een duidelijke, doch uitnodigende overgang vormen tussen binnen en buiten.

Boven: Impressie materialisatie exterieur Onder: gevelaanzichten v.l.n.r: noorgevel, westgevel, zuidgevel, oostgevel


Ontwerp proces volgens stappenplan semesterboek TU Delft

Ontwerpproces door de student

3.0 Het ontwerpproces omvatte verschillende, vooraf vastgestelde fasen. In het eerste kwartaal lag de nadruk op analyse en conceptvorming op vooral stedebouwkundig en architectonisch niveau, wat resulteerde in een -eigen interpretatie van het- programma en schetsontwerp voor het Javaplein en de bibliotheek. Het tweede kwartaal lag het accent op niveaus ‘Gebouw versus Detail’ waarin de opzet uit het eerste kwartaal verder uit diende worden gewerkt tot een kwalitatief, realistisch ruimtelijk ontwerp.

4.0 Tijdens het traject was het continue schakelen tussen de verschillende niveaus (architectonisch, stedebouwkundig, bouwtechnisch) binnen het integrale project. Ik heb nagestreefd bij elke stap terug te koppelen naar het concept van het Open Boek. Door dit te doen, bleef het ontwerpproces een opeenvolging van logische stappen, functioneerde het concept als rode draad binnen het ontwerpproces en kon ik mijzelf en met name het ontwerp controleren op het volgen van deze rode draad. .

Analyse In de start van het project heb ik informatie vergaard door het lezen van tijdschriften architectuurboeken. Inzicht in de projectlocatie en planomgeving heb ik -naast bezoek aan de locatie- vooral gekregen door het lezen van bijvoorbeeld de Nota Stedelijke Vernieuwing en het zoeken van informatie op internet en Google Earth. Met name in de analysefase is er veel onderzoek verricht in groepsverband. Taken werden effectief verdeeld en uitgevoerd, waardoor elke individuele student meer tijd over had eigen ideeën en visies te ontwikkelen. Tijdens het latere proces lag het accent vooral op het individuele werk, maar groepsoverleggen en begeleidingsmomenten kwamen zeker van pas om een objectieve, opbouwend kritische kijk van de medestudenten (en uiteraard van de begeleiders) te ontvangen. Ontwerp De schetsrol bleek dit project leidend voor zeker het eerste kwartaal van het traject. De ideevorming op papier met de hand werkte voor mij dit project effectief en snel. Ook het maken van modellen gaven snel ruimtelijk inzicht in de bruikbaarheid van ideeën. Pas voor de uitwerking van het ontwerp gebruikte ik tekenprogramma’s als AutoCAD, Photoshop en incidenteel 3d software.


5.0 Vanaf de analysefase ben ik op zoek gegaan naar ruimtelijkheid. Eerst in de omgeving -op stads en wijkniveau-, later in het gebouw. Zowel het stedebouwkundig, als het architectonisch concept zijn ontstaan tijdens het zoeken naar ruimtelijkheid. Terugkijkend naar het ontwerp, is die zoektocht naar terug te zien. Het accent lag hierbij op de stedelijke ruimte (pleinen) en de bibliotheek. Het semi-openbare deel van het woningcomplex heeft in hetzelfde kader ook de nodige aandacht gehad. Naar mijn mening is in het vervolg zeker nog mogelijk hier meer uit te halen. De zoektocht naar ruimtelijkheid lijkt enigszins op te houden bij de voordeur van de appartementen. Ontwerpproces Achteraf gezien denk ik dat in verband met het enigszins krappe tijdsbestek, ik het proces tactischer aan had kunnen pakken. Ik ben naar mijn mening in zekere mate te lang doorgegaan met het afwegen van verschillende ontwerpoplossingen en het in-de-vingers-krijgen van mij eigen plan. In de laatste weken voor de eindpresentatie in het tweede kwartaal kreeg ik last van tijdsdruk en stress, wat invloed heeft gehad op mijn productiviteit en effectiviteit. Hier zal ik in het vervolg rekening mee zal moeten houden, want het is naar mijn mening ten koste gegaan van de posterpresentatie. Het plan zit goed in mijn hoofd en vingers, maar ik heb geen tijd kunnen nemen om de presentatie vanaf een afstand , objectief te bekijken en zo het project in essentie voor de toehoorders inzichtelijk te maken. Bij een volgend project zal ik er absoluut meer rekening mee houden dat de posters vanaf afstand een completer en met name leesbaarder beeld geven van mijn plan. Ik moet daarom in het vervolg effectiever te werk gaan om ruimte te winnen aan het einde van een project. Die ruimte heb ik naar mijn mening nodig voor extra mentale voorbereiding, eventuele uitloopmogelijkheid en gelegenheid tot verbeteren en aanpassen van de presentatiemiddelen.



- Ching, Francis D.K. (2007) Architecture form, space and order, Third Edition, John Wiley & Sons, Inc, Hoboken, New Jersey. - Kleijer, E. (2004) Instrumenten van de architectuur, Amsterdam, SUN - Leupen, B; Grafe, C; Kornig, N; Lampe, M; Zeeuw P. de (2005) Ontwerp en analyse., Rotterdam, Uitgeverij 010 - Ministerie van Verkeer en Waterstaat (1997), Nota Stedelijke Vernieuwing, beleidsnota, Den Haag - Referentiebeeld groen geglazuurde baksteen (pagina 7), Semesterboek HTO Schakelsemester 2009/2010, TU Delft

- Satelietbeelden (pagina 1), Google Earth (maps.google.com) - Referentiebeeld Taatsdeur (pagina 7), Insulacollege (www.insulacollege.nl) - Referentiebeelden Spiderglass (pagina 7), Saint Gobain - Glass (www.saint-gobain-glass.com)


Bijlage 1 Architectonische onderbouwing Bijlage 2 Bouwtechnische onderbouwing Bijlage 3 Posterpresentatie kwartaal 1: STAD vs. GEBOUW Bijlage 4 Posterpresentatie kwartaal 2: GEBOUW vs. DETAIL


Aanzichten boekenkast


Plattegronden boekenkast (Niveau’s +01 t/m +05)


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.