Leermiddelenbeleid

Page 1

M

december 2OLO-L2

Leermiddelenbeleid

::

-

'.1',

.

!-.

li*ï-*r, \:c §

Janneke van Wiik Binnen het Innovatieplatform VO, opgericht in 2008, zet de VO-raad zich samen met de scholen in voor gecoördineerde aandacht voor innovatie in het voortgezet onderwijs. Het optimaliseren van leerresultaten van leerlingen staat hierbij centraal. Het uitgangspunt is individueel talent. Open leermateriaal heeft in 2oo9 veel aandacht gekregen. Bijvoorbeeld met de Iancering van de databaseVO-content, de Open Leermaterialenbank voor het voortgezet onderwijs. In 201O-2O11 gaat de aandacht naar vier deelprojecten: Digitaal Leermateriaal (VO-content), Leermiddelenbeleid, schoolorganisatiemodellen en professionalisering. Nieuwe onderwijsvormen vragen om meer maatwerk en ander leermiddelen De wet voor gratis boeken zorgt er voor dat scholen gerichter keuzes moeten maken bij het investeren in leermiddelen. Leraren worden meer eigenaar van het leermateriaal. Scholen zijn soms op zoek naar schooleigen curriculum. Het streven is dat eind 2010 een derde van de scholen een leermiddelenbeleid heeft. Een derde heeft er dan een begin mee gemaakt en een derde is zich erop aan het

oriënteren.

In een leermiddelenbeleidsplan komen drie thema's aan bod:

-

Visie op leren, onderwijzen en leermiddelen; Beleid: de relatie tussen leermiddelen, de professionalise-

-

ring, financiën en ICT; Organisatie, besluitvorming. planning en monitoring met betrekking tot leermiddelenbeleid'

Een school moet visie hebben op het zinvol en duurzaam inzetten gebruik van ICT voor leren, leraren moeten voldoende deskundig zijn, leermateriaal moet aansluiten op bestaande onderwijspraktijk en ICT-voorzieningen moeten op orde zijn. Uit de vier in balans monitor 2010 (jaarlijkse uitgave van Kennisnet met betrekking tot ICT in het onderwijs) blijkt dat 6 van de 10 scholen een visie centraal hebben

vastgelegd. Verder vinden leraren dat het gebruik van ICT vaak wordt overgelaten aan hun eigen voorkeur. Inhoudelijke afspraken ontbreken. Meer dan de helft van de leraren heeft hier behoefte aan. Als een visie ontbreek zijn de docenten minder gemotiveerd vaardigheden onder de knie te krijgen. Leraren moeten deskundig zijn op vakinhoud, didaktiek en ICT. Meer dan 4Oo/o geeft aan niet in staat te zijn om vol zelfveftrouwen met ICT les te geven. Een zesde deel van het leermateriaal in het basis- en voortgezet onderwijs is digitaal, waarbij dat bij het middelbaar beroepsonderwijs een derde is. Op dit moment hebben 150 scholen zich aangemeld voor ondersteuning bij het vormgeven van hun leermiddelenbeleid. De adviseurs van het project Leermiddelenbeleld van het Innovatieplatform VO assisteren scholen bij het ontwikkelen van een leermiddelenbeleidsplan. Per deelnemer wordt € 50,-onkostenvergoeding in rekening gebracht. Scholen kunnen zich nog aanmelden voor ondersteuning. In 2010 is vanuit 6

6' F

Yisie

Beleié

ö

do Organisatie ()

n het project Leermiddelenbeleid van het Innovatieplatform VO capaciteit om 250 scholen te ondersteunen. Op dit moment zijn er nog 50 plaatsen beschikbaar. Belangstellende scholen kunnen zich aanmelden via www.leermiddelenvo.nl. VO content Voor iedere leerling het beste materiaal tegen de beste prijs' Dat is de slogan die de VO-raad gebruikt voor VO-content. VO-content is de open digitale leermateriaalcollectie voor het voortgezet onderwijs binnen Wikiwijs. Wikiwijs is eind oktober bekroond met de e-Participatie Award van Burgerlink. Dit is een erkenning voor de getoonde inzet van burgers en overheden om digitale middelen voor burgerbetrokkenheid te gebruiken. Na een proefperiode is Wikiwijs in verbeterde versie sinds 1 september 2010 volledig online. Wikiwijs is in opdracht van het ministerie van OCW ontwikkeld door de Open Universiteit en Kennisnet. Op Wikiwijs kunnen docenten uit alle sectoren vrij te gebruiken leermateriaal vinden, gebruiken, maken en delen. Vo-content is een initiatief van het Innovatieplatform VO van de VO-raad. In het leermaterlaal wordt rekening gehouden met de eindtermen en de kerndoelen. Het is digitaal en aanpasbaar. De inhoud wordt geleverd door een breed palet van aanbieders zoals scholengroepen, examencommissies, gesubsidieerde initiatieven, docenten, universiteiten, lerarenopleidingen, culturele instellingen en uitgeverijen. Aanbieders worden gefinancierd voor actualisatie, onderhoud, beheer en doorontwikkeling van hun leermateriaal. Docenten kunnen in de toe-


U

december 2OLO-LL ''

§tr, ,1

komst dit materiaal downloaden gebruiken en bewerken. Het leermateriaal is geordend op vakgebied en leerniveau. Een greep uit enkele interessante vakgebieden voor de lezers van Kunstzone zijn: beeldende vorming, culturele en kunstzinnige vorming, muziek, dans, drama, grafimedia, filosofie. Het is ook mogelijk om op trefwoord te zoeken. Het gebruik van Wikiwijs spreekt eigenlijk voor zich. Niettemin is er in het novembernummer van het Infokatern van VO-contenf een gebruikershandleiding opgenomen voor docenten, schoolleiders en/of bestuurders. De handleiding geeft een aantal praktische tips voor het werken met VO-content. De handleiding is sinds eind oktober ook digitaal beschikbaar. Zie www. prod ocent. n l. Als u er dan nog niet uitkomt, kunt u workshops volgen bij de VO-raad op locatie of incompany. In deze workshops wordt aandacht besteed aan de manier waarop leermiddelen door de docent op maat kunnen worden aangepast. Actualiteit, interactiviteit en mogelijkheden voor een efficiënt leerlingvolgsysteem zijn een paar voorbeelden van dit soort toepas-

er verwacht van de docent? Iedereen met een mening over digitaal leermateriaal wordt uitgenodigd deze te uiten op www.visieopleermateriaal.nl. Er kan gereageerd worden op de visies van docenten, bestuurders en beleidsmakers. Scholen kunnen daarnaast (online) samenwerken in een kenniskring. Daarin ondersteunen ze elkaar bij het vormgeven van hun leermiddelenbeleid. Dit kan verschillende vormen aannemen. Denk bijvoorbeeld aan overleg tussen leden van verschillende projectgroepen over de aanpak, of aan een peer review van elkaars leermiddelenbeleidsplan. Misschien willen sommige leden zelfs op langere termijn samenwerking

aangaan, bijvoorbeeld bij het ontwikkelen en arrangeren van digitaal leermateriaal. Het is in prÍncipe aan de kenniskring zelf om afspraken te maken. De onderstaande vragen komen daarbij aan de orde: - Wat zijn de doelen en welke rol moet de kenniskring hier-

bij spelen?

-

singen.

-

Wikiwijs wil in 2012 beschikken over kerndoel- en eindtermendekkend digitaal leermateriaal. Van praktijkonderwijs tot en met gymnasium, Dan is er leermateriaal te vinden voor ongeveer 30.000 uur onderwijstijd, gesorteerd op leerlijnenen Ieereenhedenniveau.

-

Kenniskring Het Innovatieplatform t/O werkt samen met het SLO aan een kwaliteitssysteem. Dat was vanaf 1 september 2010 gedeeltelijk in gebruik en zal op l augustus 2012 volledig in gebruik zijn. Vanaf 1 september 2010 wordt ook gemeten hoeveel scholen en docenten materiaal uit VO-content gebruiken. Aan de hand van deze onderzoeksgegevens wordt de leermaterialenbank verder geoptimaliseerd. Bij het kwaliteitszorgsysteem staan vindbaarheid, gebruiksvriendelijkheid en didaktische correctheid centraal. Maar wat is goed digitaal leermateriaal? En wat is de toegevoegde waarde ervan voor het onderwijs? En wat wordt

Aan welke kennisopbouw moet eventueel worden gewerkt om de doelen te realiseren? Hoe werken ze samen en welke werkvormen en communicatiemiddelen gebruiken ze daarbij? Welke bijdragen worden verwacht en geleverd? Welke commitments worden aangegaan?

De afspraken worden in de eerste bijeenkomst gemaakt. Daarna kan er ook online worden samengewerkt. Het Innovatieplatform VO faciliteert de kenniskring tot eind 2010: organiseert de eerste bijeenkomst, richt in samenwerking met Kennisnet een online omgeving in voor de kenniskring/ ondersteunt en modereert (online) samenwerking, denkt samen met de kenniskring na over afspraken, werkvormen, enzovoort. Daarna zal de kenniskring in principe zelforganiserend zijn. Overige kenniskringen zijn: Kennisnet, ambassadeursnetwerk managers VO, Kennisnet, Community Schoolleiders Facebook, Onderwijsweb.

In 2015 wil VO-content kerndoel- en eindtermendekkend leermateriaal bevatten voor alle onderwijsniveaus in het vooftgezet onderwijs (van VSO tot en met Gymnasium).


"U w)

december 2OtO-12

Effectiviteit leermaterialen in VO

EFFECTIVITEIT VAN LEERMATERIÀLEN IN HE'T VOORTGEZET ONDERWIJS: EEN

Iók

LrtuTWreroDtr

Voogt

d

Nrtat4 Pntfu Robtbl

Janneke van Wiik Uit de projecten van het Prog ra mma Leermiddelenbeleid van de VO-raad blijkt dat bij schoolleiding en docenten behoefte bestaat aan betrouwbare en praktisch toepasbare kennis op het gebied van het optimaal inzetten van digitaal leermateriaal in combinatie met leermateriaal op papier. Het belangrijkste doel van de literatuurstudie was het geven van een algemeen overzicht van de impact van diverse typen leermaterialen met betrekking tot de onderwijskundige effectiviteit en de economische aspecten gerelateerd aan het gebruik van leermaterialen in het voortgezet onderwijs.

uNrvtfisrïtlT TwENlt.

Effectiviteit van leermaterialen in het voortgezet

onderwijs: Een literatuurstudie De opbrengst van het literatuuronderzoek is een beschrij-

vende inventarisatie van nationaal en internationaal wetenschappelijk onderzoek naar effectief gebruik van digitaal en papieren leermateriaal. Er is gezocht naar een wat meer specifiekere karakterisering van de onderzochte ICTtoepassingen. Deze toepassingen zijn als volgt gedefineerd en misschien herkent u deze toepassingen uit uw eigen onderwijspraktijk: - Computerondersteund onderwijs (CAI): drill & practice (gestructureerde oefeningen/problemen met onmiddellijke feedback) en tutorials (nieuwe informatie wordt stap voor stap geïntroduceerd en afgewisseld met testjes om na te gaan of de informatie is begrepen). - Multimedia: presenteren van informatie Ín een combinatie van tekst, graphics, audio en video. - SÍmulaties: software die de werkelijkheid imiteert. De leerling kan de situatie manipuleren om relaties in de werkelijkheid beter te begrijpen. - Games'. electronisch interactief spel waarin in een spelomgeving (game-play) expliciete leerdoelen worden

-

nagestreefd. MIJVE: Een drie-dimensionale wereld met geluid en graphics in een spelomgeving, waarin leerlingen met anderen online interacteren. Electronische leeromgeving: Een web-omgeving om vakken/cursussen te organiseren qua inhoud en structuur' Vaak kan lesmateriaal worden gedownload en opdrachten worden ingeleverd via de ELO (strict genomen geen leermateriaal, maar toch meegenomen in het onderzoek).

Een nieuwe trend is het onderzoek naar serious games en MUVE's in het voortgezet onderwijs. Alle studies naar games en MUVE's werden in 2009 gepubliceerd. Kenmerkend voor dit type lcT-toepassingen is de actieve betrokkenheid van

8

Joke Voogt en Nathalie Pareja Roblin Universiteit van Twente, 2010 48 pagina's

leerlingen bij hun leerproces en de intensieve interactie met de software. Uit het onderzoek blijkt dat leerlingen gemotiveerd zijn en zich betrokken weten bij hun leerproces als ze met dit type ICT-toepassingen leren. Tegelijkertijd blijkt echter dat er behoefte is aan didactische ondersteuning van docenten om leerlingen op een juiste manier te kunnen begeleiden in hun leerproces. Verder blijkt uit diverse studies dat leerlingen, afhankelijk van hun individuele kenmerken, verschillend profiteren van leermaterialen. Bijvoorbeeld het design van multimedia doet ertoe en heeft een verschillende effect op verschillende type leerlingen. Zo is bijvoorbeeld gebleken dat laagpresterende leerlingen afgeleid worden door een overvloed aan plaatjes, 3D-figuren en navigatiemogelijkheden, terwijl een dergelijke omgeving voor hoogpresterende leerlingen juist een uitdaging is. Hoogpresterende leerlingen hebben baat bij analogiën, terwijl laag presterende leerlingen voorbeelden nodig hebben. In een aantal studies werd opgemerkt dat het gebruik van leermaterialen - zoals serious games, simulaties en MUVET pas effect heeft als deze gedurende een langere tijd worden gebruikt. Leerlingen hebben extra tijd nodig om vertrouwd te raken met de omgeving voordat zij zich concentreren op de inhoud en de taak. De onderzoeksresultaten kunt u wellicht meenemen in uw visie op leren en werken in uw klas. Welke onderwijsdoelen wil je nastreven met ICT: differentiatie tussen leerlingen mogelijk maken; zelfstandig werken; betekenisvol leren; onderzoekend leren en welke media passen hier het best bij?


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.