De Kracht van de Naam

Page 1


De Kracht van de Naam

1


2


Metropoliet Kallistos van Diokleia

De Kracht van de Naam Het Jezusgebed in de Orthodoxe spiritualiteit

Uitgeverij Orthodox Logos 3


Van dezelfde uitgever: De Heilige Silouan de Athoniet door Archimandriet Sophrony ISBN 978-90-811555-1-9

Engelse Titel: The Power of the Name. The Jesus Prayer in Orthodox Spirituality (Oxford: SLG Press 1986, New edition, Ninth Impression 2003). Oorspronkelijke Vertaling: Mevr. D.A.M. Timmermann

Eerste Druk: © 1988 B.V. v/h B. Gottmer’s Uitgeversbedrijf, Helmond Herziene Tweede Druk: © 2007 Stichting Orthodox Logos, Tilburg ISBN 978-90-811555-2-6 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotocopie, microfilm of op welke andere wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

4


Inhoud

DE KRACHT VAN DE NAAM Verantwoording bij de heruitgave.................................. 6 Gebed en stilte..................................................................

8

‘Heer Jezus...’................................................................... 13 Eenvoud en flexibiliteit.................................................... 15 Volledigheid..................................................................... 21 De kracht van de Naam.................................................. 24 Eenwording...................................................................... 28 De weg naar binnen........................................................ 35 Ademhalingsoefeningen................................................. 42 Het einde van de reis...................................................... 50 Noten................................................................................ 57 Index van de namen der Orthodoxe Vaders genoemd en geciteerd in het boek....................... 62 Orthodoxe Literatuur over de Kracht van de Naam (het geestelijk gebed)....................................................... 63

5


Verantwoording bij de Heruitgave Het boekje over De Kracht van de Naam van Metropoliet Kallistos (Ware) wordt hierbij opnieuw aan het Nederlandse publiek aangeboden in een geheel herziene en bewerkte versie. Het in het Engels geschreven origineel is nauwkeurig gevolgd, niet alleen in de weergave van de woordkeuze, maar ook in de daaraan verbonden (orthodoxe) connotaties. Ook de indeling van de text (alinea’s) is scherp aangehouden. De toegevoegde uitleg van E. Jungclaussen is in deze editie niet opgenomen, omdat naar het oordeel van de uitgever de text van Metropoliet Kallistos voor zich zelf spreekt en de Orthodoxe visie over het Jezusgebed helder weergeeft, zodat een verdere uitwijding onnodig is. Bovendien is nu aan het eind van het boekje een kort geannoteerde bibliografie toegevoegd, zoals in het origineel, en een Index van de Namen der Orthodoxe Vaders, die in het boekje geciteerd of genoemd worden. Dit boekje wordt heruitgegeven met de zegen van Metropoliet Kallistos van Diokleia.

Uitgeverij Orthodox Logos

6


Mijn geneesheer is Jezus Christus, mijn voedsel is Jezus Christus en mijn brandstof is Jezus Christus. Een Koptische monnik

7


Gebed en stilte ‘Wanneer je bidt’, heeft een Orthodoxe schrijver uit Finland terecht opgemerkt, ‘moet je stil zijn ... Jijzelf moet stil zijn; laat het gebed spreken’1 . Helemaal stil zijn, dat is het moeilijkst van alles en tegelijk het meest doorslaggevende bij de kunst van het bidden. Stilte is niet louter negatief - een pauze tussen de woorden, een tijdelijk ophouden met spreken - maar zij is, goed beschouwd, iets heel positiefs: een houding van aandachtige openheid, van waakzaamheid en bovenal van luisteren. De hesychast, degene die hesychia, het stilzijn van binnen, het innerlijk zwijgen heeft bereikt, is bij uitstek iemand die luistert. Hij luistert naar de stem van het gebed in zijn eigen hart en hij begrijpt dat deze stem niet zijn eigen stem is, maar die van een Ander, die binnenin hem spreekt. Het verband tussen bidden en stil zijn zal duidelijk worden wanneer wij nadenken over vier korte definities. De eerste is ontleend aan The Concise Oxford Dictionary, die het gebed omschrijft als een ‘...plechtig verzoek aan God... formuleringen die men bij het bidden gebruikt’. Het gebed wordt hier voorgesteld als iets dat in woorden wordt uitgedrukt en meer in het bijzonder als een daad waarin wij God om de een of andere weldaad vragen. Wij staan hier nog op het niveau van een eerder uitwendig dan inwendig gebed. Weinigen onder ons kunnen zich met een dergelijke definitie tevreden stellen. Onze tweede definitie stamt van een Russische starets uit de vorige eeuw en blijft veel minder aan de buitenkant. ‘Het belangrijkste in het gebed’, zegt bisschop Theophan de Kluizenaar (1815-1894), ‘is dat wij met de geest in het 8


hart voor God staan en ononderbroken, dag en nacht, voor Hem blijven staan tot het einde van ons leven’2 . Deze definitie van het gebed omvat veel meer dan louter om iets vragen en een dergelijk gebed kan in feite bestaan, zonder dat daaraan ook maar één woord te pas komt. Het is niet zozeer een kortstondige activiteit, als wel een blijvende toestand. Bidden is voor God staan, een rechtstreekse, persoonlijke relatie met Hem aangaan; op elk niveau van ons bestaan, van het instinctieve tot het intellectuele, van het onderbewuste tot het bovenbewuste niveau, weten wij dat wij in God zijn en dat Hij in ons is. Om onze persoonlijke verhouding tot andere mensen te bevestigen en te verdiepen, is het niet nodig voortdurend iets te vragen of woorden te gebruiken; hoe beter we elkaar leren kennen en hoe meer we van elkaar houden, des te minder hebben wij er behoefte aan om onze wederzijdse verhouding in woorden uit te drukken. Dat geldt ook voor onze persoonlijke verhouding met God. In deze eerste twee definities ligt de nadruk in de eerste plaats op het handelen van de mens en niet zozeer op wat God doet. Maar in de wederzijdse verhouding van het gebed is het de goddelijke partner en niet de menselijke, die het initiatief neemt en wiens handelen fundamenteel is. Dat komt duidelijk tot uiting in onze derde definitie, ontleend aan de heilige Gregorius van de Sinaï († 1346). In een zorgvuldig uitgewerkte passage waarin hij in zijn pogen om de echte werkelijkheid van het inwendig gebed te beschrijven, de ene benaming op de andere stapelt, eindigt hij plotseling met een onverwachte eenvoud: ‘Waarom zolang praten? Bidden is God, die alles in alle mensen tot stand brengt’3. Bidden is God - het is niet iets dat van mij uitgaat, maar iets waarin ik deel; het is niet in de eerste plaats iets wat ik doe, maar 9


iets dat God doet in mij; of in de woorden van Paulus: ‘Ikzelf leef niet meer, maar Christus is het die leeft in mij’ (Gal 2,20). De weg van het inwendig gebed wordt in de woorden van Johannes de Doper over de Messias nauwkeurig aangegeven: ‘Hij moet groter worden, maar ik kleiner’ (Joh 3,30). Het is in deze zin dat bidden stil zijn betekent. ‘Jijzelf moet stil zijn, laat het gebed spreken’ of nauwkeuriger gezegd: laat God spreken. Waarachtig inwendig gebed betekent ophouden met praten en luisteren naar de woordloze stem van God in ons hart; het betekent ophouden met de dingen uit onszelf te doen en zich aansluiten bij Gods handelen. Aan het begin van de Byzantijnse Liturgie, wanneer de voorbereidende handelingen zijn afgerond en alles in gereedheid is gebracht om met de Eucharistiedienst zelf te beginnen, gaat de diaken bij de priester staan en zegt: ‘Het is tijd voor de Heer om te handelen’ 4 . Dat is nu precies de houding van iemand die bidt, niet alleen tijdens de Goddelijke Liturgie, maar bij elk gebed in het openbaar en privé. Onze vierde definitie is eveneens ontleend aan de heilige Gregorius van de Sinaï en bepaalt nog duidelijker de aard van dit handelen van de Heer in ons. ‘Bidden’, zegt hij, ‘is de openbaring van de Doop’5 . Het handelen van de Heer blijft natuurlijk niet beperkt tot de gedoopten alleen. God is aanwezig en werkt in alle mensen, op grond van het feit dat elke mens naar Zijn goddelijk beeld is geschapen. Maar dit beeld is door onze zondeval verduisterd en vertroebeld, echter niet volledig uitgewist. Door het sacrament van het doopsel wordt het in zijn oorspronkelijke schoonheid en luister hersteld, want in dit sacrament komen Christus en de Heilige Geest en nemen hun verblijf in ‘de binnenste en verborgen kamers 10


van ons hart’, zoals de Vaders dat zeggen. Voor de overgrote meerderheid van de mensen echter is het doopsel iets dat zij als kind hebben ontvangen en dat niet bewust in hun herinnering leeft. Hoewel de in het doopsel ontvangen Christus en de inwonende Parakleet geen moment ophouden in ons te werken, zijn de meesten van ons - op enkele zeldzame gelegenheden na - zich feitelijk niet bewust van deze tegenwoordigheid en deze activiteit in ons. Echt bidden betekent dan het opnieuw ontdekken en het ‘openbaar worden’ van de doopgenade. Bidden is de overgang van de toestand waarin de genade verborgen en onbewust in ons hart aanwezig is, naar het punt van volledige innerlijke waarneming en bewuste realisering, waarbij wij de activiteit van de Geest rechtstreeks en zonder tussenkomst ervaren en voelen. In de woorden van de heilige Kallistos en de heilige Ignatios Xanthopoulos (veertiende eeuw): ‘Het doel van het christelijk leven is terugkeren naar de onovertroffen genade van de Heilige en Levengevende Geest, die ons in het begin in het Goddelijk Doopsel werd verleend’6 . ‘In mijn begin ligt mijn einde’. De zin van het gebed kan in deze uitspraak worden samengevat: ‘Word wat je bent’. Bewust en actief worden wat je al in aanleg en nog verborgen bent, op grond van je geschapen-zijn naar het beeld van God en je her-schepping bij het doopsel. Word wat je bent, of nauwkeuriger: keer terug tot jezelf; ontdek Hem aan wie je reeds toebehoort, luister naar Hem die nooit ophoudt met in jou te spreken; bezit Hem die jou nu al bezit. Dat is Gods boodschap voor ieder die wil bidden: ‘Je zou Mij niet zoeken als je Mij niet reeds gevonden had’. Maar hoe moeten wij beginnen? Wanneer wij ons in onze kamer hebben teruggetrokken en de deur hebben gesloten, 11


hoe moeten wij dan beginnen te bidden? Niet door maar gewoon woorden uit boeken te herhalen, maar door het inwendige gebed, het gebed van creatieve stilte aan te bieden? Hoe kunnen wij leren op te houden met praten en hoe kunnen wij beginnen met luisteren? Hoe kunnen wij in plaats van eenvoudig tot God te spreken, ons, het gebed eigen maken waarin God tot ons spreekt? Hoe zullen wij van een gebed dat zich uitdrukt in woorden, overgaan naar een gebed van stilte, van een ‘ingespannen bidden’ naar een ‘zelfwerkend’ gebed (om de terminologie van bisschop Theophan te gebruiken), van ‘mijn’ gebed naar het gebed van Christus in mij? Een weg om zich op deze reis naar binnen te begeven, is het aanroepen van de Naam.

12


‘Heer Jezus…’

Het is natuurlijk niet de enige weg. Er kan geen echte relatie tussen mensen bestaan zonder wederzijdse vrijheid en spontaniteit, en dat geldt ook en in het bijzonder voor het inwendig gebed. Er bestaan geen vaste en onveranderlijke regels, die aan allen die proberen te bidden, moeten worden opgelegd. En evenmin bestaat er een mechanische vaardigheid, lichamelijk noch geestelijk, die God kan dwingen zijn aanwezigheid te openbaren. Zijn genade wordt altijd als een vrije gave verleend en kan niet automatisch via een of andere methode of techniek worden verworven. Daarom voltrekt de ontmoeting tussen God en mens in het koninkrijk van het hart zich op talloze verschillende manieren. Er zijn in de Orthodoxe kerk meesters in het geestelijke leven, die weinig of niets over het Jezusgebed zeggen7 . Ook al bezit het op het gebied van het inwendige gebed geen monopoliepositie, toch is het Jezusgebed voor talloze Oosterse Christenen in de loop van de eeuwen het gebruikelijke pad, de koninklijke hoofdweg geworden. En niet alleen voor Oosterse Christenen8 . In de ontmoetingen tussen de Orthodoxie en het Westen, die gedurende de afgelopen zeventig jaar hebben plaatsgevonden, heeft waarschijnlijk geen element in de erfenis van de Orthodoxie zo’n intense belangstelling gewekt als het Jezusgebed en heeft geen enkel boek meer weerklank gevonden dan De Weg van een Pelgrim. Dit raadselachtige werk, dat in het Rusland van voor de revolutie zo goed 13


70


Uitgeverij Orthodox Logos www.orthodoxlogos.com contact@orthodoxlogos.com

71



Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.