1 minute read
Deel I — Ontwikkeling lokale mobipunten
from OK, we gaan delen
Deel I
Ontwikkeling lokale mobipunten
In grote steden zoals Gent, Antwerpen en Brussel zien we tal van initiatieven rond gedeelde en duurzame mobiliteit. In kleinere steden, dorpen en op bedrijventerreinen bieden initiatiefnemers zich minder snel aan en is het nog zoeken naar de juiste randvoorwaarden om zulke initiatieven ingang te laten vinden.
Leiedal greep in 2018 het Interreg Vb project SHARE-North aan om samen met transitiebureau Meneer de Leeuw al doende uit te zoeken wat gedeelde en duurzame mobiliteit buiten deze grote steden kan betekenen. Het doel van het project is het stimuleren van gedeelde mobiliteit en nieuwe vormen en concepten van duurzame mobiliteit. Leiedal focust hierbij op de uitrol op bedrijventerreinen en in de verstedelijkte en rurale context van Zuid-West-Vlaanderen.
In datzelfde jaar 2018 begon het concept mobipunt ook aan bekendheid te winnen in Vlaanderen. Het leek het projectteam van Leiedal de ideale kapstok om SHARE-North in praktijk om te zetten en te testen wat er nodig is om zo’n mobipunt in Zuid-West-Vlaanderen te laten werken. Na een oproep bij de dertien gemeenten in het werkingsgebied van Leiedal selecteerden we twee locaties om de implementatie van het mobipunt te testen: het kantorenpark Kennedypark-Beneluxpark op Hoog Kortrijk als testcase voor een terrein buiten het stadscentrum en De Waalvest in Menen voor een omgeving in het centrum van stad of dorp.
Ons projectteam – bestaande uit medewerkers van Leiedal en Meneer de Leeuw – ging eind 2018 van start met het voeren van de gesprekken met de organisaties op Hoog Kortrijk. Terwijl het proces in Kortrijk verder liep, startte het tweede traject in Menen een jaar later, halverwege 2019. In het voorjaar van 2020 werd het proces door elkaar geschud door de verschillende corona-lockdowns. We willen langs deze weg alle betrokken stakeholders en ambtenaren danken voor al hun tijd die ze spendeerden om samen met ons na te denken over de toekomst van mobiliteit en van hun woon- of werkomgeving. Daarnaast konden we ook enkel van start gaan door de hulp en lokale kennis van de ambtenaren en beleidsmakers van Kortrijk en Menen.