4 minute read

De keuze van Anne Van Oosterwijk

de keuze van

1

Advertisement

Hugo van der Goes, De dood van Maria, Groeningemuseum, ca. 1470- 1472

In De keuze van schrijft een medewerker van Musea Brugge over zijn of haar geliefkoosde kunstwerk, object, plaats... Anne Van Oosterwijk, wetenschappelijk medewerkster van het Groeningemuseum, koos voor De dood van Maria van Hugo van der Goes.

Op een bed in een verduisterde kamer ligt Maria met haar handen gevouwen. Ze heeft haar halfgeopende ogen opgeslagen naar de hemel en aan haar lijkbleke gezicht is te zien dat ze op sterven ligt. Rechts van haar staat Petrus, gekleed als priester, die de kaars der stervenden aanneemt van Thomas om deze tussen de handen van de Maagd te plaatsen. Ook de andere apostelen zijn aanwezig. Ze knielen rondom het bed. In een aureool is Jezus, vergezeld door een schare van engelen, boven het bed verschenen. Hij is gekomen om Maria mee te nemen naar de hemel. Het verhaal van de dood van Maria is een apocrief verhaal uit de derde eeuw, dat ook in de Legende Aurea van Jacob de Voragine is opgenomen. Het vertelt hoe alle apostelen op wonderbaarlijke wijze samenkomen rond het sterfbed van Maria. Drie dagen na haar overlijden wordt Maria met lichaam en ziel door engelen naar de hemel gebracht, waar ze zich zal herenigen met haar zoon. Het thema is veelvuldig in de vijftiende-eeuwse Nederlanden verbeeld, maar de zeer pakkende en emotionele wijze van Van der Goes in dit Brugse schilderij is uniek. Hugo van der Goes weet op subtiele wijze het verhaal een hoge spreekkracht te geven. In tegenstelling tot andere voorstellingen zoomt hij in op de figuren, waarbij sommige personages zelfs door de rand worden afgesneden. De figuren vullen het beeldvlak en van de kamer waarin het verhaal zich afspeelt is nauwelijks nog iets te zien. Er bestaan verschillende composities van dit thema (schilderijen in Gemäldegalerie Berlijn, Castle Picture Gallery, Praag en National Gallery, Londen en een tekening in het Herzog Anton Ulrich Museum, Braunschweig) waarvan algemeen wordt aangenomen dat ze teruggaan op composities van Hugo van der Goes. Aan de

hand van deze kopieën, maar ook door werken van Martin Schongauer, Petrus Christus en naar Robert Campin te bestuderen, is een reconstructie te maken van de ontwikkeling van de compositie. Uiteindelijk komt dit tot een ‘conclusie’ in het Brugse schilderij. Dit biedt een uniek inzicht in de keuzes die Hugo van der Goes heeft gemaakt en welk doel hij in deze Brugse compositie heeft nagestreefd. Zijn keuzes om het bed diagonaal in het beeld te plaatsen, in te zoomen op de figuren en de ruimte ondergeschikt te maken aan de personages, maken duidelijk dat hij de nadruk wilde leggen op de persoonlijke beleving van de apostelen. De emoties heeft hij op zeer treffende wijze in de fijne, karaktervolle en zeer subtiel met schaduw gemodelleerde gezichten vastgelegd. Het zijn deze gezichten van de apostelen die me elke keer als ik ze bekijk, treffen. Maar dat is niet het enige. Daarnaast leggen verschillende figuren contact met de toeschouwers door hen recht ‘aan te kijken’. De toeschouwers worden zo als het ware het beeld in getrokken en door de handbewegingen van de andere apostelen richting Maria geleid. De keuzes van Hugo van der Goes om dit thema op deze wijze uit te beelden zijn door de wetenschappers op verschillende wijzen verklaard. Dit schilderij wordt bijvoorbeeld vaak in verband gebracht met een getuigenis van broeder Gaspar Ofhuys uit het klooster waar Hugo vanaf 1476/8 verbleef. Volgens Ofhuys was Van der Goes aan het einde van zijn leven melancholisch. Dit heeft tot de meest fantasierijke verhalen over Van der Goes geleid, waarvan de weerslag vaak in zijn kunst wordt gezocht. De dood van Maria wordt vanwege zijn unieke uiterlijk vaak in relatie gebracht met deze melancholie en zodoende laat in Hugo’s oeuvre gedateerd. Hoewel een late datering inderdaad aannemelijk is, lijkt mij een andere verklaring voor de bijzondere compositie meer aannemelijk. Door de reductie van de ruimte-elementen komt de nadruk op de stervende Maria en op de verschijning van Christus te liggen. De apostelen die het bed omringen lijken, ondanks hun persoonlijke emoties, in hun eigen gedachten

d e sm e t

verzonken. Ze zijn aan het mediteren, zoals dat volgens de Moderne Devotie – een religieuze beweging die naar het gedachtegoed van Geert Grote in de veertiende eeuw ontstond – werd nagestreefd. De gelovige moest zich inleven in de historische gebeurtenis, om zodoende een hoger doel, namelijk het beleven van de spirituele betekenis, te bereiken. In dit schilderij is duidelijk op welke manier de apostelen beleven hoe Jezus Maria opneemt in de hemel. Geen van de apostelen kijkt echter naar Jezus; zij be

matthias

F oto

leven dit allemaal in hun geest. Ik heb veel bewondering voor de manier waarop Hugo van der Goes deze gedachte-inhoud heeft weten te verbeelden in zijn kunst. Hij heeft daarvoor afstand moeten nemen van de gebruikelijke benadering van het thema. Uit de verschillende, vroegere composities die hij heeft gemaakt, blijkt dat deze keuze niet eenvoudig is geweest. Dat dit prachtige schilderij uiteindelijk het resultaat is, bevestigt voor mij dat Van der Goes een uitermate originele kunstenaar was.

This article is from: