20 minute read

Luc Tuymans: achter de schermen

Next Article
Henri Pauwels

Henri Pauwels

luc tuymans: een visie op centraal-europa achter de schermen en in het spoor van de curator

Nog tot en met 23 januari kan u in Brugge op vijf uitzonderlijke historische locaties een selectie van moderne en hedendaagse kunst uit Centraal-Europa bekijken. De tentoonstelling is samengesteld door Luc Tuymans in nauwe samenwerking met zijn rechterhand Tommy Simoens en met KASK/HoGent-docent Edwin Carels. Bij de tentoonstelling verscheen een rijkelijk van illustraties, citaten en toelichting voorziene catalogus. Er is bovendien een publieksgids in vier talen en er is een multimedia tour en audiogids, als toepassing voor iPhone en iPod of mp3 van het net te halen. Over de tentoonstelling valt nog wel wat te vertellen. We maken met u een eigenzinnige wandeling langs een aantal kunstwerken. We stappen mee met curator Luc Tuymans en geven u ook een inkijk in de voorbereiding. Door Filip L. Demeyer.

Advertisement

een documenta voor brugge

hedendaagse kunst in brugge Er is in het verleden al wel meer gebeurd op het vlak van moderne en hedendaagse kunst in Brugge. Jaak Fontier schreef in 2000 een uitgebreid artikel in het tijdschrift ‘Kruispunt’ over actuele kunst in Brugge na WO II. Hij toonde overtuigend aan dat Brugge op dat vlak niet die woestenij was, waarvoor men het dikwijls laat uitschijnen. Hoogtepunten in die naoorlogse geschiedenis waren de onvolprezen Triënnales in 1968, 1971 en 1974. Het project ‘Brugge 2002. Culturele hoofdstad van Europa’ zorgde voor een extra boost en ook tijdens ‘Corpus ‘05’ werd duidelijk de kaart van

1 Guillaume Bijl, Composition trouvée, 2010: een prikklok met de namen van alle kunstenaars aan de ingang van de tentoonstelling in de Hallen - foto Sarah Bauwens

2/3 Paweł Althamer, Balloon, 1999-2010, courtesy Galerie Neugerriemschneider, Berlijn en Foksal Gallery, Warshau. Foto’s vóór en tijdens het beschilderen in de Beurshalle, zomer 2010 - foto’s Sarah Bauwens

1

de hedendaagse kunst getrokken. Maar het moet gezegd: niet alle tentoonstellingen maakten hun opzet ten volle waar. Door op ongeveer hetzelfde moment én een kunsthistorische tentoonstelling in het Groeningemuseum én een tentoonstelling met moderne en actuele kunst op vijf locaties te laten opengaan, hebben het stadsbestuur, Brugge Plus en Musea Brugge dit keer de lat zeer hoog gelegd. Curator Luc Tuymans haalde in de pers reeds aan dat hij Brugge zijn ‘Documenta’ gegeven heeft. En daar lijkt het ook op. Een dergelijk groots overzicht van recente kunst is in Brugge tot op heden niet vertoond. Aan u om een kwalitatief oordeel te vellen.

de visie van luc tuymans Het werk van Tuymans zelf is zeer sterk geïnspireerd door geschiedenis en herinnering. Tuymans was in Warschau toen hij de vraag voor het samenstellen van de tentoonstelling kreeg. Geen wonder dat heel wat Poolse kunstenaars deel uitmaken van de tentoonstelling. Als er een land is dat in de voorbije eeuw zeer zwaar werd getroffen, dan is het Polen wel. In Warschau culmineert die geschiedenis. De voormalige hoofdstad (samen met Kraków) van het koninkrijk Polen werd in de loop der eeuwen bezet door Zweden, Pruisen, Russen en Duitsers. In 1939 volgde een nieuwe Duitse inval. Joden werden in een getto samengedreven. Van de 450.000 à 550.000 bijeengepropte mensen, overleden er zo’n 300.000 als gevolg van uithongering, deportering of uitmoording. Na de opstand van 1943 werd het getto met de grond gelijk gemaakt. De overgebleven Joden werden naar Treblinka gestuurd. Wat van de historische stad Warschau nog niet was verwoest, kwam een jaar later onder vuur te liggen tijdens de opstand van het Poolse verzetsleger tegen de Duitsers. De Duitse stormtroepen haalden de bovenhand. Noch de geallieerden, noch het Rode Leger grepen in. De volledige oude stad lag in puin en er vielen nog eens 200.000 doden.

Luc Tuymans heeft geen gemakkelijke en vrolijke tentoonstelling willen maken. Het is voor hem belangrijk dat bezoekers in de kunstwerken ook de geschiedenis zien. Een geschiedenis die al een stuk achter ons ligt maar er een is om nooit te vergeten. Een verleden dat tijdens de grauwe Oostblok-periode is blijven naleven en dat generaties kunstenaars heeft beïnvloed, ook zij die de oorlog niet hebben meegemaakt.

Oorspronkelijk was het de bedoeling om op Forum 5 een documentatiecentrum in te richten over de kunstenaars en hun achtergronden. Geen nood, de nodige achtergrondinfo is gemakkelijk via het internet te verkrijgen. Een goede instap is de reeks ‘In Europa’ van Geert Mak. Een eigenzinnige kijk op de geschiedenis van de twintigste eeuw maar met zeer verhelderende bijdragen. In de reeks van Mak is er ook aandacht voor het voormalige Joegoslavië, door de oorlog van 1992 nog vers in het geheugen. Tuymans toont in zijn tentoonstelling het werk van vier Kroatische kunstenaars. Nemanja Cvijanovi ć (°1972) refereert in zijn sculptuur ‘Pla ćam Struju’ [Paying My Electricity Bill], heel nadrukkelijk naar het verleden van zijn land. De sculptuur is een

2/3

kopie van de graftombe van Tito waarvan een radiator is gemaakt. Tuymans koos vervolgens ook heel wat Duitse kunstenaars, allemaal afkomstig uit het vroegere Oost-Duitsland. En dus niet alleen beladen met het verleden van WO II maar eveneens met dat van de DDR.

1

1

Nemanja Cvijanović, Plaćam Struju [Paying My Electricity Bill], marmer en brons, 2005, Museum of Modern and Contemporary Art, Rijeka - foto Filip Demeyer

een kunstenaarstentoonstelling Luc Tuymans heeft niet enkel hedendaagse kunst willen tonen. Sinds 1989 kennen de voormalige Oostblok-landen een ware hausse op het vlak van kunst en cultuur. Er worden aan een razend tempo nieuwe musea gebouwd. Het galerijwezen bloeit als nooit tevoren. Maar terecht wil Tuymans er in zijn tentoonstelling op wijzen dat er ook onder het communisme en zelfs vóór WO II boeiende en vaak kritische kunst tot stand kwam. Luc Tuymans en zijn

assistent Tommy Simoens gingen welbewust op zoek naar kunstenaars die iets te vertellen hebben. Vaak ontzettend gewaardeerd in hun land maar bij ons - ten onrechte - niet gekend. Curator Tuymans raadt absoluut aan om het Grootseminarie niet over te slaan bij een bezoek aan de tentoonstelling. De locatie ligt ver van het centrum maar is niet alleen omwille van zijn imposant achttiende-eeuws kader de moeite waard. Hier worden een aantal iconen getoond, in de perfecte verstilde omgeving die ze nodig hebben. Indringend is de ruimte met het werk van Andrzej Wróblewski (1927-1957, Polen). Deze zeer jong gestorven kunstenaar schilderde zowel abstract als figuratief. Vooral zijn reeks ‘Rozstrzelanie’ [Execution] is aangrijpend. Op het eerste gezicht komen de kleuren wat kitscherig over maar als je weet dat de blauwe man in ‘Execution IV’ uit het Muzeum Wojska Polskiego [Museum of the Polish Army] in Warschau staat voor een gestorvene, dan brengt de kleur op slag een heel ander gevoel over. Wróblewski’s vader werd trouwens door de nazi’s vermoord. Het werk ‘Matka z zabitym synem’ [Mother with killed son] uit de Gra żyna Kulczyk | Art Stations Foundation in Pozna ń staat terecht symbool voor wat Tuymans met zijn tentoonstelling wil duidelijk maken. Het kind dat zijn moeder omhelst heeft de typische blauwe kleur en er is bovendien een echte kogelinslag te zien. Het is een van de meest indringende werken van de tentoonstelling. Het schilderij werd een paar jaar na de oorlog gemaakt door de toen 22-jarige kunstenaar. Zo je al niet getroffen was door het kader van de monnikenzaal met de portretten van gestorven geestelijken, dan doet het werk van Wróblewski je in stilte deze ruimte verlaten. Eveneens in het Grootseminarie is een zaal gewijd aan het werk van de bij ons onterecht onbekende Alina Szapocznikow (1926-1973, Polen). Luc Tuymans vergelijkt haar werk graag met dat van de Duits-Amerikaanse Eva Hesse (1936-1970). En ook met het werk van de Frans-Amerikaanse Louise Bourgeois (1911- 2010) zijn parallellen te trekken. In de tentoonstelling is de evolutie van haar werk te zien, van een portret van Stalin in plaaster (1952-53) en abstract werk in zandsteen (1957-58) tot werken als ‘Bouche en marche’ en ‘Sein illuminé’ 1 Luc Tuymans voor Matka z zabitym synem [Mother with killed son] van Andrzej Wróblewski - foto Filip Demeyer 1

uit 1966-68, in polyester. Het zijn afgietsels van haar eigen lichaam, vaak verwerkt tot lampen. De reeks ‘Zielnik’ [Herbier] uit 1972 toont afgietsels van het lichaam van haar zoon. Werk dat voor die tijd opvallend vooruitstrevend was, zowel in onderwerp als qua gebruikte materialen. Weet bovendien dat ook Alina Szapocznikow de oorlog zeer nadrukkelijk had meegemaakt, samen met haar moeder in een concentratiekamp.

Even belangrijk als de selectie van de kunstenaars en de kunstwerken, is de keuze van de locaties en de plaatsing van de kunstwerken in de ruimtes. Eigenlijk heb je de tentoonstelling pas gezien als je alle locaties hebt bezocht. Iedere plek heeft zijn eigen sfeer. Ik wees al op het Grootseminarie als perfecte locatie voor o.a. Wróblewski en Szapocznikow. Maar ook op de andere plekken zijn de werken dermate uitgekozen en gehangen dat ze in de hen toegewezen ruimte heel goed tot hun recht komen. Sommige kunstenaars vind je op meerdere locaties. Dat zorgt voor een boeiende wisselwerking en een rode draad.

Tuymans werd in zijn opzet geholpen door de indrukwekkende tentoonstellingsarchitectuur van het architectenbureau Robbrecht en Daem. Maar ook de ophanging zelf is belangrijk, en ook hier zie je weer de hand van de kunstenaar. Tuymans is een meester in de ‘mise en place’.

in situ Voor ‘Luc Tuymans: een visie op Centraal-Europa’ werden heel wat bruiklenen uit musea en privé-collecties in Europa en de Verenigde Staten aangevraagd. Een aantal kunstenaars kreeg een creatieopdracht. Klara Kristalova (°1967, Tsjechië - leeft en werkt in Zweden) maakte een achttal nieuwe beelden voor de tentoonstelling, te zien in het Grootseminarie. Zlatko 1

Kopljar (1962, Kroatië) maakte in opdracht van Brugge Plus een nieuwe video, die getoond wordt op de zolder van Memling in Sint-Jan. Igor Eškinja (1975, Kroatië) werkte in een van de

1 Concertgebouw - Igor Eškinja, Untitled, tape, 2010 - foto Filip Demeyer

2/3 Tuin Grootseminarie - Mirosław Bałka, Bird Catcher, staal en kippengaas, 2010 - foto’s Sarah Bauwens

2/3

1 Medewerkers van het Collectief Companie D hangen Pyramid, 1966, olieverf op doek, van Gerhard Richter aan de wand onder het toeziend oog van de koerier van het S.M.A.K. Gent - foto Kristel Van Audenaeren

2 David Maljković, Retired Form, 2009, collages op aluminium, weerkaatsend licht op zilverscherm, Sprüth Magers Berlin London - foto Filip Demeyer

3 Koerier Stefan Bressel bij de installatie Farbe van Andreas Slominski - foto Kristel Van Audenaeren

gangen van het Concertgebouw. Pavel Büchler (1952, Tsjechië- leeft en werkt ook in Engeland) kwam in de pandgang van het Grootseminarie het indrukwekkende ‘Annunciation’ installeren. Van Mirosław Bałka (1958, Polen) is er in situ gerealiseerd werk in de Hallen (‘Dead End’) en in de tuin van het Grootseminarie (‘Bird Catcher’). ‘Dead End’ moet sowieso verdwijnen na afloop van de tentoonstelling. Zou voor ‘Bird Catcher’ geen vaste plaats in Brugge weggelegd zijn?

video en film Bij Tuymans geen overvloed aan video zoals in veel tentoonstellingen met hedendaagse kunst. De tentoongestelde werken laten een mooi evenwicht zien tussen schilder- en tekenkunst, klassieke beeldhouwkunst en installaties, fotografie ook. Er is figuratief werk versus conceptuele kunst. Film- en videoprojecties passen zich in het geheel in. Luc Tuymans experimenteerde met film aan het begin van zijn carrière. De belangstelling voor filmbeelden, snapshots, stills blijkt nog steeds uit zijn schilderwerk. Centraal-Europa was een ontzettend belangrijke regio op het vlak van film- en animatiefilmproductie. Het programma Night Vision op donderdagavond, samengesteld door Edwin Carels, maakt dan ook nadrukkelijk deel uit van het Tuymans-project. Op het moment van het verschijnen van dit bulletin loopt de reeks naar zijn einde maar op 6 januari is er in Cinema Lumière nog een lezing over de Duitse filmregisseur Hans Jürgen Syberberg (°1935). De ouders van Syberberg kwamen uit Voor-Pommeren en Hans Jürgen woonde tot 1945 in Rostock en Berlijn. Syberberg heeft de naam moeilijke films te maken, lange films vooral, die je moet uitzitten om zijn werk te begrijpen. De Belgische filmregisseur Harry Kümel komt zijn werk toelichten. Hij wordt ingeleid door VUB-professor Hans De Wolf.

over bruiklenen, transport, bewaking en klimaatregeling Voor de tentoonstelling werd samengewerkt met tientallen Europese en Amerikaanse musea, kunstgalerijen en privé-verzamelaars. En niet van de minste. Onnodig te zeggen hoeveel praktische organisatie hierbij komt kijken. Het transport kon voor een groot deel gecombineerd worden met dat voor ‘Van Eyck tot Dürer’ en zelfs met dat voor ‘Lucas Cranach’ in Brussel. Een aanzienlijke besparing. De Tuymans-tentoonstelling heeft waarschijnlijk het record van de snelst geregelde bruikleen ooit op zijn naam. In de voorbereiding van een tentoonstelling gebeuren altijd wel onvoorziene zaken. Zo geraakte de ‘Laterna Magica’-bruikleen in de erfenisdiscussies na het overlijden van Sigmar Polke (1941-11/06/2010) niet tijdig geregeld. Via het netwerk dat Luc Tuymans ondertussen had opgebouwd, zijn we erin geslaagd een paar dagen voor de opening van de tentoonstelling de bruikleen van een andere ‘Laterna Magica’ van Polke te regelen, meteen een van de topstukken van de tentoonstelling.

Ook voor moderne en hedendaagse kunst is een constante temperatuur en luchtvochtigheid zeer belangrijk. In een ruimte als de Hallen is dat geen sinecure. Ook hierop wordt nauwkeurig toegezien. De aanpak van oude en moderne en hedendaagse kunst verschilt dus eigenlijk niet zoveel van elkaar. Zeker ook qua omvang én inhoud is ‘Luc Tuymans: een visie op Centraal-Europa’ een volwaardig luik van het tentoonstellingsdiptiek binnen Brugge Centraal. Er rest u nog een maand om al dat aangrijpends en moois te ontdekken. De volgende ‘Documenta’ is misschien pas binnen vijf jaar…

275 werken: een keuze

Wat de tentoonstelling zo boeiend maakt, is dat er zowel uiterst hedendaags werk als kunst van vóór WO II is te zien. Gaandeweg is de lijst met kunstwerken aangegroeid tot een mooi en divers geheel. Ik pik er enkele kunstenaars uit.

david maljković David Maljković (°1973, Kroatië) is zowel in het Concertgebouw als in de Hallen aanwezig. In het Concertgebouw is tweemaal ‘Retired Form’ te zien. Eenmaal een 16 mm film uit 2008 en een werk uit 2009 dat uit drie collages op aluminium bestaat. Een zilverscherm weerkaatst licht op de collages. De collages zelf tonen geometrische vormen. Diezelfde vormen zijn in de film te zien. Het betreft een met licht overspoelde sculptuur van Vojin Bakic uit 1968. Maljkovi ć grijpt graag terug naar erfgoed uit het Joegoslavisch verleden als aanzet voor zijn eigen kunst. Het modernistisch erfgoed uit de jaren vijftig en zestig doet nadenken over de plaats van de Joegoslavische beeldhouwkunst in de kunstgeschiedenis, ergens tussen het Russische constructivisme en het Europese of Amerikaanse modernisme.

In de Hallen hangt ‘Slika s ograni čenim predumišljajem’ [Painting With Limited Premeditation]. Tuymans heeft het schilderij uit 2002 in de buurt van zijn eigen schilderij en in de buurt van de Richters gehangen. Curatoren Vilma Bartoli ć en Ksenija Orelj van het bruikleengevende Muzej moderne i suvremene umjetnosti [Museum of Modern and Contemporary Art] in Rijeka waren erg blij en fier dat hun kunstenaar hier voor het eerst in een internationale context wordt getoond. Ook dat is de verdienste van deze tentoonstelling: goede kunstenaars boven het kader van hun ‘regionale’ bekendheid doen uitstijgen door hen de confrontatie te doen aangaan.

Beide curatoren zijn trouwens zeer geïnteresseerd om in Kroatië onze Vlaamse en Belgische kunstenaars van de voorbije decennia aan 2

hun publiek voor te stellen. Een wisselwerking dus, die met de Tuymans-tentoonstelling in gang is gezet en mogelijk een vervolg krijgt.

www.spruethmagers.com www.mmsu.hr

andreas slominski In de Hallen worden twee werken van Andreas Slominski (°1959, Duitsland) getoond. Enerzijds ‘Glückspfennig’ uit 1996, bewaard in Museum Ludwig Keulen. Op dit werk wordt in de catalogus uitgebreid ingegaan. Het eenvoudige muntje, uit 1943 evenwel én door de kunstenaar tijdens een wandeling in de buurt van Weimar op het terrein van Buchenwald gevonden, vertelt alles als je de details kent. Het is het kleinste werk van de tentoonstelling maar het heeft een grote beladenheid. Anderzijds is hier een werk te zien, bestaande uit drie emmers van 4,0 kg Teerschwarz RAL 9021-F9, vijf emmers van 4,0 kg Bronzegrün RAL 6031-F9, drie emmers van 4,0 kg Lederbraun RAL 8027-F9 en elf dozen van 1,0 kg ‘Pur-Einheitshärter’. De titel van dit werk uit 1999 uit het Museum für Moderne Kunst in Frankfurt am Main vertelt waarover het eigenlijk gaat: ‘Farbe zum Anstreichen des Kampfpanzers Leopard der Schweizer Armee’.

www.museenkoeln.de/museum-ludwig www.mmk-frankfurt.de

3

bałka, bellmer, schulz en warhol Mirosław Bałka (1958, Polen) is met zes kunstwerken, waarvan twee creatieopdrachten, in de tentoonstelling vertegenwoordigd. In het Arentshuis hangt allicht het minst opvallende kunstwerk van de tentoonstelling: ‘34 x 34 x 27’, een kleine luchter in ijzer met lampkappen in beton. Je moet in de traphal omhoog kijken om het te zien.

Ook in het Arentshuis een bijzonder fragiel werk, ’39 x 47 x 41’ met als neventitel ‘Home’. Het is gemaakt met vuurwerkstokjes. Heel stevig staat het niet, er zitten geen wanden in het huis en als je er een lucifer tegen houdt, dan is het zo weg. In de Hallen daarentegen een heel imposant werk van Bałka: ‘Dead End’. Het is een betonnen constructie waarin je jezelf letterlijk dood loopt. Het werk is beklemmend als je er helemaal alleen in gaat en tot in de hoek stapt. Maar je komt misschien nog meer onder de indruk als je er in groep in gaat staan. Het kunstwerk is niet voor niets ook een verwijzing naar de grauwheid van de oorlog en de gaskamers… ’39 x 47 x 41’ en ‘Dead End’ zijn uitersten in omvang maar de kunstwerken drukken allebei uit hoe fragiel de mens en zijn omgeving zijn in tijden van oorlog.

In het Arentshuis is heel wat werk op papier te zien, en vooral intiem werk. De ruimtes zijn er bijzonder geschikt voor. Op de bovenverdieping heeft Paul Robbrecht met wanden opnieuw de beslotenheid van kamers en gangen gecreëerd. In die ruimtes is er onder meer plaats voor Hans Bellmer (1902-1975) en Bruno Schulz (1892-1942). Beiden hebben een ingewikkeld en getormenteerd levensverhaal. Bellmer werd geboren in het Pools/Duitse Katowice (Silesië). Hij groeide op met angst voor zijn vader die hem naar de Technische Hogeschool in Berlijn stuurde. Zijn grotere interesse voor politiek en kunst zorgde ervoor dat hij uiteindelijk naar Parijs trok, weg van zijn vader die openlijk supporterde voor de nazi’s. Bellmer kwam in de ban van het (vrouwelijk) lichaam dat hij op diverse ma1

Onder het toeziend oog van curator en medewerkers wordt Glückspfennig in de tentoonstellingskast geplaatst - foto Sarah Bauwens 1

nieren uitbeeldde, o.a. in tekeningen en grafiek, en vaak in zijn geschonden vorm. De poppen die hij samenstelde met onderdelen van etalagepoppen werden vanaf 1933 door hem gefotografeerd in meerdere reeksen ‘La Poupée’. Zijn surrealistisch werk bezorgde hem de stempel voyeurist, fetisjist, sadomasochist, pedofiel,… Hans Bellmer stierf in Parijs in eenzaamheid.

Bruno Schulz werd geboren in Galicië, toen Oostenrijk-Hongarije, later Polen, Sovjet-Unie en nu deel uitmakend van Oekraïne. Zij ouders waren Joods. Schulz is vooral als schrijver gekend. Zijn verhaal ‘Sklepy cynamonowe’ [De Kaneelwinkels] uit 1934 vormde trouwens de leidraad voor ‘The Street of Crocodiles’ van de Quay Brothers (1947, US), o.a. met werk uit de jaren zeventig eveneens in het Arentshuis te zien. Schulz studeerde in Wenen maar keerde nadien naar zijn geboortestad Drohobycz terug waar hij de rest van zijn leven zou doorbrengen. Onder de Duitse bezetting werd hij er naar het getto verbannen. Hij genoot bescherming van een Duitse officier maar, vóór hij zijn tekeningen en manuscripten in veiligheid kon brengen, werd hij doodgeschoten door een rivaal van zijn beschermheer. Bruno Schulz wordt beschouwd als een van de belangrijkste schrijvers van het interbellum. Ondanks goede vertalingen, ook in het Nederlands, geniet hij bij ons niet de erkenning die hij verdient. Ook zijn beeldend werk verdient meer aandacht. Tuymans’ keuze om Schulz in de tentoonstelling op te nemen, werd door directeur Dr. Jaroslaw Klejnocki van het Adam Mickiewicz Museum of Literature van Warshau dan ook ten zeerste gewaardeerd.

Ook bij Schulz is er een vorm van fetisjisme… Het voetenfetisjisme in zijn tekeningen deed Tuymans beslissen om in het Arentshuis po

laroids van schoenen van Andy Warhol (1928- 1987, US) en foto’s van Warhol als Drag Queen te tonen. Warhol zelf, wiens ouders van Slovaakse afkomst waren, is op de tentoonstelling ook vertegenwoordigd met drie portretten van zijn moeder: twee schilderijen in de Hallen en een film in het Arentshuis, die Warhol samen met zijn moeder in de huiselijke omgeving toont. Opnieuw als Andrew Warhola, ver weg van de New Yorkse Factory. Of ‘Andy Warhol: The Reality of the Lowest Rank’, om de woorden van Tadeusz Kantor (1915-1990, Polen) te gebruiken. Kantor [in de Hallen] is een van de belangrijke kunstenaars in de Tuymanstentoonstelling. Maar daarover leest u alles in de catalogus.

luc tuymans: voor, tijdens en na brugge centraal een bezige bij Zoemend bijengeluid in de Büchler-pandgang van het Grootseminarie. ‘Annunciation’ maakt indruk. Luc Tuymans leidt buitenlandse journalisten rond. Zonder ophouden, gedreven, soms ongeduldig geeft de curator uitleg bij de tentoongestelde werken. In het Nederlands, Engels, Duits en Frans. Iedere taal even vlot en omzeggens foutloos. Het gaat snel. Er mag geen tijd verloren gaan. Tuymans is een bezige bij. 1

Tot 9 januari 2011 nog loopt zijn retrospectieve in het Museum of Contemporary Art in Chicago. Deze tentoonstelling met zo’n vijfenzeventig topwerken uit de periode 1978 tot 2009, was eerder te zien in het Wexner Center for the Arts van The Ohio State University in Columbus, in het San Francisco Museum of Modern Art en in het Dallas Museum of Art. Ze komt volgend jaar naar Europa en België. BOZAR toont de ‘Retrospective’ van 18 februari tot 8 mei 2011 in Brussel. Ondertussen opende David Zwirner in de New Yorkse thuisgalerij van Luc Tuymans de tentoonstelling ‘Corporate’ met elf nieuwe werken uit 2010. Luc Tuymans vindt tussen het curreren en reizen door dus nog de tijd om te schilderen. ‘Corporate’ loopt tot 21 december 2010. Vanaf eind januari toont ook Frank Demaegd nieuw werk van Tuymans in zijn Antwerpse thuisbasis Zeno X Gallery. Naar aanleiding van de opening in New York, was Tuymans opnieuw in Chicago om er in het

1 Zaalgezicht tijdens de opbouw met de film Mrs Warhol, 1966, 16 mm film overgebracht op dvd, courtesy The Andy Warhol Museum, Pittsburgh en op de achtergrond Takashi Murakami, Signboard, 1991, courtesy Takashi Murakami/ Kaikai Kiki Co., Ltd., New York - foto Sarah Bauwens

2 Nog een fetisjist… Borstelfetisjisme in de installatie Conspirators of Pleasure van Jan Švankmajer (1934, Tsjechië) in de Hallen - foto Filip Demeyer

1

1

Postzegel Luc Tuymans, G. Dam, 1978 - copyright bpost

2 Luc Tuymans als gids voor journalisten in de Hallen - foto Sarah Bauwens 2

museum drie muurschilderingen aan te brengen. Hij beoefent die techniek wel meer. Ooit eens een muurschildering van hem in Brugge?

postzegel en boek In de aanloop naar de BOZAR-tentoonstelling brengt bpost een postzegel in omloop. Het is een reproductie van het eerste conceptuele schilderij dat Tuymans ooit maakte: een portret van een familielid, geschilderd in 1978. En voor wie meer wil lezen over Tuymans, er is een nieuw boek uit. ‘Luc Tuymans: Is it Safe?’ bespreekt ruim honderd werken uit de periode 2005 tot 2009 en is uitgegeven bij het prestigieuse Phaidon Press.

Filip L. Demeyer Adjunct-conservator in het Groeningemuseum

Zie voor extra info, een overzicht van de getoonde werken, interviews en filmpjes: www.wexarts.org www.mcachicago.org www.davidzwirner.com www.zeno-x.com www.luctuymans.be

This article is from: