7 minute read

werkprestaties Welke reglementering bestaat er op het vlak van verlichting?

Welke reglementering/wetgeving bestaat er op het vlak van verlichting?

Voor verlichting (installatie, toestellen en toepassingen) vinden we reglementeringen terug op diverse niveaus. Zo is er zowel nationale als Europese regelgeving. Ook de nationale en de Europese normen kunnen hieronder vallen indien ze opgelegd worden door de wetgeving. We maakten een overzicht van de belangrijkste reglementeringen in de verlichtingssector met speciale aandacht voor de wijzigingen in het nieuwe AREI.

Voor de nationale of gewestelijke reglementeringen wordt een onderscheid gemaakt in functie van de bestemming van de gebouwen: werkplaats of residentieel gebouw. Vaak verwijzen regionale regel gevingen naar nationale of internationale wetgeving en normen, maar ze kunnen ook strengere voorschriften omvatten. De lijst hieronder geeft de belangrijkste regelge vingen voor de verlichtingssector weer:

Europese regelgeving • LS-richtlijn veiligheid van elektrische apparaten • EMC-richtlijn elektromagnetische com patibiliteit van elektrische apparatuur • ErP-richtlijn energie-efficiëntie van producten

Nationale regelgeving • Welzijnswet voor de werknemers • Algemeen Reglement op de Elektrische

Installaties (AREI) • Huurwet

Gewestelijke regelgeving • Brussels Hoofdstedelijk Gewest • Waals Gewest • Vlaams Gewest

Europese regelgeving

Met betrekking tot het vrij verkeer van goederen in de Europese Unie is er de Europese reglementering die de essen tiële eisen voor goederen vastleggen in richtlijnen en verordeningen. Richtlijnen moeten door de lidstaten van de EU omgezet worden in nationale wetgeving. Verordeningen daarentegen zijn zonder meer van toepassing in de lidstaten van de EU. Voor de verdere technische invulling van die essentiële eisen kan gebruik gemaakt worden van (geharmoniseerde) normen. De meest gekende richtlijnen die van toepassing zijn op verlichtingstoestellen zijn de LS-richtlijn en de EMC-richtlijn. Meerdere richtlijnen en verordeningen leggen aan de fabrikant het aanbrengen van een CE-markering op. Ofwel op het toestel en indien dat niet mogelijk is op de verpakking. Ook het opstellen van bepaalde begeleidende documenten en verklaringen wordt verplicht. Eén CEmarkering op het toestel volstaat, ook al wordt die door meerdere richtlijnen en ver ordeningen geëist. Door het aanbrengen van de CE-markering geeft de fabrikant een vermoeden van overeenstemming met de op het toestel van toepassing zijnde richtlijnen en verordeningen aan. In de begeleidende documenten en verklaringen zal de fabrikant verwijzen naar de regels van goed vakmanschap, zijnde de normen die hij gevolgd heeft om aan de richtlijnen en verordeningen te voldoen. Geharmoniseerde normen, indien ze best aan, genieten hier de voorkeur.

De nationale regelgeving

Het AREI (Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties) bundelt de wette lijke voorschriften die van kracht zijn op de elektrische installaties. Deze voorschriften hebben betrekking op eisen om tot een veilige installatie te komen. Het AREI is immers een installatievoorschrift.

Het AREI is van toepassing op: • alle elektrische installaties bestemd voor productie, omvorming, transport, verdeling of gebruik van elektrische energie voor zover de normale frequen tie van de stroom niet groter is dan 10.000 Hz. • voor kabels ten behoeve van commu nicatie en informatietechnologie, van signalisatie of bediening (met uitzon dering van de inwendige stroombanen van elektrische machines en toestellen) in het geval van de voorzorgsmaatrege len tegen brand; • de keuze en installatie van vaste apparaten in IT-installaties, in gege vensverwerkingsinstallaties, in zeer laagspanningsinstallaties die vallen onder de wet die de particuliere en bijzondere beveiliging regelt (inbraak detectie, branddetectie- en bewakingscamera's) en elk ander datatransmissiesysteem, met betrekking tot externe invloeden. De gebruikstoestellen op hoogspanning die door een laagspanningsnet gevoed worden en waarvan het vermogen van het hoogspanningsgedeelte 500 VA niet overtreft, worden beschouwd als behorende tot de laagspanningsinstallatie zodat de

bepalingen die voor de installaties op laagspanning en op zeer lage spanning gelden ook op hen van toepassing zijn. Voor de ontladingslampen van lichtgevende uithangborden wordt de limiet van 500 VA echter verlaagd tot 200 VA. Er zijn een aantal installaties waarop het AREI niet van toepassing is, zoals vaste installaties eigen aan elektrische tractie van spoorwegen, metro, tramwegen en trolleybussen, militaire installaties, signa lisatie-installaties van de spoorwegen, telecommunicatie-installaties, installaties op schepen, installaties voor luchtnavigatie, elektrische uitrusting in auto’s, motoren, vrachtwagens en landbouwvoertuigen, onder grondse installaties in mijnen, graverijen en ondergrondse groeven, installaties voor informatica, gegevensver werking, teletransmissie-installaties van elektriciteitsproducenten, systemen voor gegevensoverbrenging en installaties voor teledistributie.

Sinds 1 juni 2020 is het nieuwe AREI van toepassing. Het is opgedeeld in drie delen: • Boek 1: Installaties op laagspanning en zeer lage spanning • Boek 2: Installaties op hoogspanning • Boek 3: Installaties voor transmissie en distributie van elektrische energie

Het AREI is een wet en bijgevolg gratis publiek beschikbaar op de volgende site economie.fgov.be/nl/publicaties/ algemeen-reglement-op-de Verder staat er in het AREI dat er in een elektrische installatie alleen maar veilige machines, toestellen en leidingen gebruikt mogen worden, wat erop neerkomt dat ze gebouwd moeten zijn volgens de regels van goed vakmanschap. Ze moeten correct ge ïnstalleerd worden en onderhouden worden binnen de toepassing waarvoor ze bestemd zijn zodat ze de veiligheid van personen en goederen niet in gevaar brengen. Binnen de Europese Unie komt dat voor materieel op laagspanning neer op een CE-markering op het materieel en een bijhorende EU-conformiteitsverklaring overeenkomstig de LS-richtlijn (Richtlijn 2014/35/EU). Deze richtlijn is via het KB van 21 april 2016 betreffende het op de markt brengen van elektrisch materiaal omgezet in Belgische wetgeving.

Het nieuwe AREI en verlichting

Onderafdeling 5.3.4.2. handelt specifiek over verlichtingstoestellen met daarin onder andere de toegelaten spanning, eisen voor invoer van geleiders bij buitentoestellen, de bevestiging, de ophanging, de lamphouders, leidingen, aftakkingen en voetstukken bij toestellen met gloeilampen. Daarnaast vindt u ook informatie over de voedingssystemen via rails, looplampen, ontladingslampen die gevoed worden via een transformator (neonlampen) en tijdelijke toestellen. De voorschriften hebben betrekking op de eisen die noodzakelijk zijn voor een veilige installatie, want eigenlijk is het AREI een installatievoorschrift. In het nieuwe AREI zijn een aantal belang rijke wijzigingen doorgevoerd die impact hebben op verlichtingsinstallaties. • Naast LS-installaties (van 50 tot 1000

VAC en van 120 tot 1500 VDC) moeten vanaf 1 juni 2020 ook installaties op zeer lage spanning (van 0 tot 50 VAC en van 0 tot 120 VDC), alsook belangrijke wijzi gingen of uitbreidingen van die installatie, een gelijkvormigheidsonderzoek door een erkend organisme ondergaan alvorens in dienst genomen te mogen worden. Ook bij de periodieke contro lebezoeken zullen de installaties op ZLS mee gecontroleerd worden. Daar heel wat verlichtingsinstallaties met ledver lichting op ZLS werken moet hiermee rekening gehouden worden. Dat is ook het geval bij Connected Lighting en het

gebruik van Power over Ethernet. In ruimten van de elektrische dienst wordt niet langer een minimale verlichtings sterkte van 120 lux opgelegd maar wordt in onderafdeling 4.2.2.4. a7. een vaste kunstmatige verlichting opgelegd zonder meer. Er wordt niet verder in detail gegaan om elke contradictie te vermijden met andere wetgeving, zoals bijvoor beeld de welzijnswet waarin verwezen wordt naar de NBN EN 12464-1. Verder zijn er in het nieuwe AREI voorschriften met betrekking tot de brandreactieklassen van kabels en geïsoleerde geleiders en waar deze gebruikt mogen worden. In gebouwen en civieltechni sche werken mogen enkel nog kabels en geïsoleerde geleiders met de brandreactieklassen volgens de CPR (Eca apart geplaatst en Cca in bundel of laag geplaatst) gebruikt worden. Met betrekking tot de halogeenvrije bekabeling (s1 en a1) is niet langer de BD-codering bepalend voor het gebruik ervan. Deze eisen zijn niet van toepassing op de bekabeling die onder de CE-markering van het toestel valt voor zover de installatie veilig is. In het nieuwe AREI wordt er in Hoofdstuk 5.5 (Veiligheidsinstallaties) en Hoofdstuk 5.6 (Kritische installaties) in detail beschreven hoe deze instal laties moeten opgebouwd worden. Veiligheidsinstallaties zijn installaties die bij calamiteiten gedurende de tijd van functiebehoud in dienst moeten blijven om mensenlevens te redden zoals veiligheidsverlichting, ook wel evacuatieverlichting genoemd. Kritische installaties zijn installaties die bij calamiteiten in dienst moeten blijven om andere redenen dan om mensenle vens te redden. Noodverlichting, zijnde verlichting om economische activiteiten op een voorgeschreven manier te beëindigen kan hieronder vallen. Een definitie van een veiligheidsslot waarin aangegeven wordt dat sloten die met een universele sleutel of die ge makkelijk met behulp van een handgereedschap (tang, schroevendraaier, …) kunnen geopend worden geen veilig heidssloten zijn. Daarenboven worden het dubbelbaardslot, het driekantslot, het vierkantslot als geen veiligheidsslo ten aangehaald. Dat heeft tot gevolg dat de deksels van verlichtingspalen, na 1 juni 2020 geplaatst op publiek toegankelijk domein, niet langer met de gangbare niet veiligheidssloten zoals het driekantslot of het vierkantslot mogen uitgerust zijn. In Onderafdeling 5.3.4.2 (Verlichtingstoestellen) is de beperking tot gloeilampen weggelaten en staat dat binnenverlichtingstoestellen niet gevoed mogen worden op een spanning hoger dan 250 V. Met betrekking tot lichtlijnen die gevoed worden op 400V + N kan dit aanleiding geven tot problemen wanneer er niet op modulair niveau gekeken wordt.

Als installateur schenkt u dus best de nodige aandacht aan de wijzigingen, aanpassingen en verbeteringen in het AREI bij het ontwerp en installeren van verlichtingsinstallaties.

 Danny Hermans (VOLTA vzw)

LED STRIPS

Van accent- & sfeerverlichting tot volwaardige ruimte-& werkverlichting, met onze led strips van professionele kwaliteit creëer je moeiteloos de lichtbeleving waarnaar jouw kant op zoek is.

Uitlichten van vormen, kleinere secties voor precisiewerk, dotsfree, subtiel strak, spelen met kleuren ... Met onze led strips en toebehoren is uw creativiteit onbegrensd.

This article is from: