8 minute read

Frank Vanbrabant (CEO Fluvius)

Nelectra onderhoudt een uitstekende samenwerking met Fluvius en dankzij deze goede contacten kunnen wij onze leden vaak onmiddellijk een antwoord bieden op soms complexe vragen. In het kader van die goede verstandhouding, deelde Frank Vanbrabant (CEO van Fluvius) onlangs zijn inzichten met ons over de huidige energietransitie en de op handen zijnde evoluties. Voor Nelectra zaten gedelegeerd bestuurder Viviane Camphyn en erevoorzitter Eric Claus rond de tafel.

Eric Claus (EC): Om de energietransitie op te vangen, voorziet Fluvius maar liefst 4 miljard aan extra investeringen tot 2032 en dit bovenop de reeds ingeplande 7 miljard die nodig is voor onderhoud en aansluitingen. Waarvoor zullen die extra middelen ingezet worden?

Frank Vanbrabant (FVB): Het is de bedoeling om ervoor te zorgen dat we het stijgend verbruik in de industrie en de gevoelige verhoging van het aantal elektrische wagens, warmtepompen en zonnepanelen kunnen blijven bolwerken. Met deze versterking van het net leggen we een stevige basis, maar dit is slechts het begin. Het stopt dus niet in 2032, want daarna zullen we verder moeten investeren. Hoeveel dat wordt, hangt af van de mate waarin de gebruikers hun gedrag zullen aanpassen.

We willen de komende jaren immers inzetten op een flexibeler gedrag van de consument, zodat we in een volgende fase minder moeten investeren. Lukt dat niet en moeten we -in het slechtste geval- uitgaan van een veel hogere gelijktijdigheid van verbruik, dan zal opnieuw zwaar geïnvesteerd moeten worden. Momenteel hebben we hierover nog niet veel gecommuniceerd, maar de komende jaren zullen we sterk inzetten in sensibilisatie, waarbij de digitale meter en het capaciteitstarief belangrijke instrumenten zijn.

Viviane Camphyn (VC): Door de uitrol van de digitale meter is de consument er toch al behoorlijk mee bezig! Er komen steeds meer technische en andere vragen richting onze leden-installateurs over de digitale meter, laadpalen, warmtepompen… Zij hebben niet altijd het antwoord en koppelen dan terug naar ons. Merken jullie ook dat er steeds meer nood is aan informatie?

Frank Vanbrabant (FVB): Wij krijgen inderdaad regelmatig vragen over de meest uiteenlopende zaken. Daarbij zijn ook vragen die eigenlijk niet voor ons bestemd zijn. Daar zie ik een rol weggelegd voor de installateur, die – nog meer dan vroeger- een raadgever moet worden van de consument. Die laatste stapt immers in een veel complexere wereld en heeft nood aan begeleiding die hem de juiste keuzes helpt maken.

VC: Geen eenvoudige taak, want het is zelfs voor onze installateurs een ingewikkelde materie, waarbij er vaak ruimte is voor interpretatie…

FVB: Klopt en ik denk dat we elkaar daarbij nog verder moeten versterken: we hebben elkaar nodig in deze energietransitie. De ondersteuning en begeleiding van de consument is een taak van ons allen met als uiteindelijke doel van elke gebruiker een actieve energieklant te maken die bewust bezig is met zijn verbruik. We staan aan de vooravond van de belangrijkste gedragsaanpassing die deze generatie zal kennen. Dat wordt trouwens bevestigd door gedragspsycholoog Maarten Vansteenkiste, die verbonden is aan de Universiteit van Gent. Ook hij ziet in de energietransitie de grootste gedragsverandering die de consument ooit heeft moeten maken.

EC: Er zal inderdaad veel veranderen. De Vlaamse regering zet momenteel in op de elektrificatie van onze maatschappij. In het verleden lag de nadruk op elektrische verwarming en wie daar toen op inging, voelt zich nu in de kou gezet want in het investeringsplan 2023-2032 wordt er met geen woord gerept over die ongeveer 150.000 woningen met accumulatieverwarming. Hoe ziet Fluvius dat?

FVB: Wat er nà de meter gebeurt is in principe niet onze verantwoordelijkheid. Fluvius moet ervoor zorgen dat het net voldoende vermogen heeft en dat tot bij de verbruikers brengen. Wat er daarna gebeurt, is een keuze die door het beleid moet gemaakt worden.

Het is wel mijn persoonlijke overtuiging dat wie accumulatieverwarming heeft, het best zo snel mogelijk zonnepanelen installeert en vervolgens zijn installatie slim maakt.

En voor de toekomst? Misschien kunnen eigenaars van accumulatieverwarming straks zelfs deelnemen aan de energiemarkt. Wie vermogen accumuleert, kan dat inzetten wanneer hij wil en eventueel zelfs verkopen als de prijzen goed zijn. Maar dat vraagt een compleet nieuwe manier van denken. Momenteel denkt de klassieke consument nog niet in die richting.

Ook daar zie ik -opnieuw- een belangrijke rol weggelegd voor de installateur: hij kan zijn klanten begeleiden doorheen die gedragsaanpassing. Dat is momenteel een gat in de markt en wie zich daarin kan bekwamen, neemt voorsprong.

EC: In het investeringsplan wordt -voor residentiele verwarming- ingezet op warmtepompen. Nochtans lezen we verder in het plan dat het aardgasnet voor een hoog percentage geschikt is voor waterstof. Toch verbiedt men het gebruik van gas in nieuwe verkavelingen of appartementsgebouwen. Men sluit dus voor de toekomst waterstof/ biogas uit en legt de druk volledig op elektrificatie. Is dit wel de juiste keuze?

FVB: Allereerst wil ik even benadrukken dat dit een beleidsbeslissing is. Fluvius bepaalt dat niet zelf. Maar ik vind dit wel een verstandige beslissing, want met de kennis van vandaag is de kostprijs van waterstof of biogassen te hoog om voor residentiële verwarming te gebruiken. Dat betekent niet dat dit in de toekomst zo zal blijven. We participeren trouwens actief in heel wat proefprojecten met biomethaan en waterstof.

In 2050 moet aardgas in principe uitgefaseerd zijn, dus er is nog tijd. Maar momenteel is er geen basis om te blijven investeren in nieuwe aardgasnetten, dus ik begrijp het voorzichtigheidsbeleid van vandaag om niet meer te investeren in netten waarvan we niet zeker zijn dat er in de toekomst nog iets zal door stromen. Ondertussen blijven we wel de bestaande netten onderhouden en die kunnen tenslotte 93% van de huizen in Vlaanderen bedienen.

Wij rekenen op de evolutie van de techniek en hopen wel dat we onze leidingen verder gaan kunnen gebruiken voor groene gassen of waterstof. Er zullen ook in de toekomst moleculen nodig zijn, want wij denken niet dat alles elektrificeren haalbaar zal zijn.

VC: Tegen 2024 heeft 80% van de huishoudens een digitale meter. Zijn onze netten tegen dan ook slim? Over welke termijn spreken we om dit te realiseren?

FVB: De netten worden slim door het gebruik van data uit de digitale meter. Dat geldt op het niveau van de gebruiker èn op ons niveau. De klant maakt de meter slim door er applicaties aan te connecteren en vervolgens zijn verbruik te monitoren, beheren en sturen. Wij gebruiken op onze beurt die data om ons net digitaal te sturen, want per digitale meter weten wij elk kwartier wat iemand produceert en verbruikt. Daardoor kunnen wij zien waar we risico lopen op congestie (= verstopping in een netwerk). Vervolgens zijn we in staat om proactief te sturen en verbruik of productie af te schakelen om dit te voorkomen.

Dankzij alle verzamelde data kunnen we vervolgens voorspellen waar zwaardere kabels, zwaardere transformatoren en/of andere investeringen nodig zijn en -vooral- waar niet.

Hoe meer Vlamingen straks een digitale meter zullen hebben, hoe meer data wij hebben om ons net op een slimme manier te gaan beheren.

EC: Consumenten krijgen inderdaad ook inzicht in de verbruiksdata, maar het duurt een paar dagen voor die grafieken zichtbaar zijn. Onze installateurs krijgen vaak vragen daarover, want consumenten willen graag onmiddellijk zien wat de gevolgen zijn van hun ingrepen.

FVB: De data die een klant ziet op onze website zijn inderdaad ex post data en zijn meestal 1 à 2 dagen nadien beschikbaar. Zij geven een inzicht in het verbruiks- en injectiepatroon van de klant. Wil een klant sneller de verbruiksgegevens dan kan hij eenvoudig de P1-poort van de digitale meter laten openzetten en met een eenvoudige applicatie kan hij online zijn gegevens raadplegen.

EC: Fluvius legt straks samen met Telenet een glasvezelnet aan, maar ook Proximus is op die markt actief. Is er plaats voor twee operatoren en is Fluvius bij beide betrokken? Is het nodig om twee grote glasvezelnetten naast elkaar te plaatsen?

FVB: Neen! Je hebt in principe maar één glasvezelnet nodig, want één net biedt voldoende capaciteit. Maar er spelen commerciële belangen. Proximus is momenteel bezig met haar uitrol, maar voorziet enkel glasvezel in de drukker bewoonde gebieden.

EC: Zou de overheid dat niet moeten sturen?

FVB: Jazeker! En het blijft onze ambitie om één net te leggen en misschien lukt dat alsnog, want het is inderdaad technisch niet nodig om twee netten naast elkaar te leggen.

Maar Fluvius heeft de sleutel niet in handen: wij zijn al tevreden dat we een akkoord met Telenet hebben en dat we samen een bedrijf zullen oprichten om gans Vlaanderen van snel internet te voorzien.

EC: De standaard voor een huisaansluiting wordt 17,3 kVA zodat ongeveer 11 kVA vrij blijft voor een elektrisch voertuig. Kan van de standaardaansluiting afgeweken worden en tegen welke voorwaarden?

Fluvius en haar aandeelhouders (de gemeenten) zien data als een basisnutsvoorziening en willen dat iedereen toegang heeft tot snel internet. Want wie in de toekomst geen toegang heeft tot data, is afgesloten van alles.

Om dit te realiseren zijn wij op zoek gegaan naar partners om er samen met ons voor te zorgen dat elke Vlaming snel internet kan hebben: ons doel is dus 100% dekking; naar analogie met de andere basisnutsvoorzieningen zoals elektriciteit en water.

Ons advies is daarbij altijd geweest om dat samen met Telenet èn Proximus te doen, maar daar staan momenteel commerciële belangen in de weg.

FVB: Dat kan zeker, zoals dat vandaag ook al kan. Er is nu een standaardaansluiting van 9,2 kVA en wie meer wil, betaalt daarvoor. Als de regulator de standaard van 17,3 kVA goedkeurt -een logische upgrade met de elektrische wagen en warmtepomp in het achterhoofd- zal daar tevens een upgrade mogelijk zijn, mits een meerprijs.

VC: De netgebruikers die aangesloten zijn op een 230 V net kunnen 400 V aanvragen maar dat kan niet gratis. Is dit geen discriminatie? De betrokken netgebruiker heeft destijds toch niet voor zijn netspanning gekozen?

FVB: Het klopt inderdaad dat wie bijvoorbeeld een elektrische wagen koopt en onvoldoende vermogen heeft, moet betalen voor een verzwaring. Dat is nu eenmaal het gevolg van het reactieve beleid waarin we vandaag werken. Iedereen die afwijkt van de standaard moet extra betalen.

Daarom hebben we in ons investeringsplan opgenomen dat we 400 V willen voorzien op de plaatsen waar nog 230 V ligt. Dat is momenteel nog een kleine 20% van onze netten, vooral in oude stadskernen.

Als de regulator ons investeringsplan goedkeurt, zullen we dit -over een periode van 10 jaar- uitrollen samen met de andere aanpassingen aan het net. Dit is dan een proactieve aanpak waarbij we de investeringskosten solidariseren.

EC: Er worden momenteel al veel kabels in de grond gestoken. Dat worden er dus meer?

FVB: Zoals we nu de digitale meter aan het uitrollen zijn, zo zullen we binnenkort netten uitrollen en dat moet versneld gebeuren: wat we anders op 30 jaar zouden uitvoeren, gaan we nu op 10 jaar doen. Ik hoop dat niemand dit onderschat, want we zullen gemeente per gemeente verschillende straten tegelijkertijd aanpakken. Dat zal een behoorlijke impact hebben op het straatbeeld en op het dagelijkse leven. We voorzien daar wel gerichte communicatie om draagvlak te creëren bij zowel burgers als gemeentes.

VC: Dat zal een pak extra werkkrachten vragen! Zijn die er voldoende?

FVB: Die extra aannemersploegen zullen we wel vinden, maar het zal zeker nog veel voeten in de aarde hebben om ze ook voldoende opgeleid te krijgen. En we hebben niet alleen extra aannemersploegen nodig, ook Fluvius zelf moet op zoek naar extra mankracht om dat allemaal te coördineren. We denken daar aan een 300-tal mensen. Het is de bedoeling om tegen 2025 klaar te staan, dus we hebben 2 jaar tijd om dat op te bouwen. Een stevige uitdaging, maar we hebben ervaring: voor de digitale meter zijn we er -met vallen en opstaanin geslaagd om een 600-tal mensen te vinden. Dus ik heb er alle vertrouwen in dat we dit ook tot een goed einde zullen brengen. We moeten wel, als we met zijn allen elektrisch willen gaan rijden, warmtepompen installeren en verder elektrificeren…

 Linda Claeys  Studio Dann

Werkpuntje

Bij Nelectra komen regelmatig vragen binnen over de moeilijke contacten met Fluvius: het blijkt niet evident om de juiste mensen te pakken te krijgen, wanneer er een probleem is.

Onze leden kloppen dan wel aan bij Nelectra die als tussenpersoon optreedt en de vragen uiteindelijk wel opgelost raken, maar het zou wat vlotter lopen, mocht er een makkelijk bereikbare SPOC (=Single Point Of Contact) zijn voor onze leden. Wij legden dit voor aan Frank Vanbrabant en hij was zich bewust van het probleem en beloofde ons dat er aan gewerkt wordt om die service te verbeteren.

This article is from: