DE VERHALEN VAN 2021
K E R ST S PE C I A L MET INTERVIEWS, E SSAYS PRO F I E L E N
&
E
C
E
C
O
N
O
G
O
N
O
M
I
E
Slaapspecial
R
A
M
1
8
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/�M ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Essay�Niña�Weijers
Over goede nachten, en het vicieuze van slechte slaap
Over moederschap en een middeleeuwse mystica
WETENSCHAP�1-12
OPINIE�&�DEBAT�4-7
Een�maand�in�UMC�Utrecht
Piepende, krakende zorg in vierde golf WEEKEND�22-27
Bestuur & Management
s
DIJKGRAAF
e
clusi
ve
Bestman
arc
h
Waterschap Noorderzijlvest zoekt een
in
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e�s
Kijk op zeelenberg.nl voor de vacature omschrijving
Ontdek de beste podcasts in
de NRC Audio app
JAARGANG�52�no.�73 PRIJS�€4�,70 BELGIË�€ 5,45
B�e�zo�r�g�i�n�f�o�r�m�a�t�i�e�www.nrc.nl/service�of 088�572�0572�ma�t/m�vr�08.00-19.45�u,�zat�9.00-13.00�u
x(7B0EA4*KKKPOP( +,!\!=!$!#
2 Vooraan In het nieuws
Floor Rusman Gastvrijheid
et Kerst moet ik altijd denken aan Klop, klop, wie is daar, een prentenboek dat ik las als kind. Het is een soort omgekeerd kerstverhaal: terwijl Maria en Jozef nergens welkom zijn, loopt in Klop, klop, wie is daar de ene na de andere verdwaalde marmot op een mistige winterdag het boshuisje van een vriendelijke beer in. De beer vindt het allemaal prima en serveert de marmotten soep uit een gigantische pan die toevallig al op het vuur stond. Normaal gesproken geef ik op Tweede Kerstdag een diner voor de verdwaalde marmotten onder mijn vrienden; soms nemen zij op hun beurt weer een marmotje mee. Gelukkig heeft mijn eettafel twee uitschuifbare bladen. Over sommige waarden denk je niet zo na totdat ze bedreigd worden. Gastvrijheid is een van die waarden. Ik vind het een mooie eigenschap om, zoals de beer in het boek, open te staan voor (onverwacht) bezoek. In veel culturen is dit de normale gang van zaken. Eva Oude Elferink, tot voor kort correspondent in New Delhi, vertelde mij dat vreemden in India als aanwinst worden gezien. „Als je iemand twee minuten kent, neemt die je al mee naar een huisfeestje.”
I
Israël�beloofde�zijn�zestigplussers�deze�week�een�vierde�prik,�nu�tegen�de�Om�i�k�ro�n�variant�van�het�coronavirus.�In�het�Verenigd�Koninkrijk�zijn�de�pubs�open�en�tot�en�met Kerst�zijn�er�geen�lockdowns.�Onderzoekers�beginnen�te�vermoeden�dat�Omikron minder�ziek�maakt�dan�de�Deltavariant.
n Nederland ligt dat anders. Ik denk nog regelmatig aan een vriendin bij wie ik in mijn kindertijd veel speelde. Wanneer de middag op zijn eind liep, verspreidden etensgeuren zich door het huis en zei haar moeder: „Floor, wij gaan zo eten, dus…” Wegwezen, bedoelde ze: onze eettafel is het domein van het gezin, niet van passanten. De moeder van een andere vriendin zei eens dat ik helaas niet kon blijven eten omdat ze al vier gehaktballen had gekocht: te weinig om mij, de vijfde, te kunnen voeden. Helaas! Gastvrijheid is in Nederland geen basiswaarde, maar iets uit het uitbreidingspakket. Mensen die wél gastvrij zijn, zien dit vaak als onderdeel van hun identiteit. Zij konden
de laatste twee jaar niet zichzelf zijn. Soms was gastvrijheid letterlijk tegen de regels, soms was het legaal, maar niet onschuldig. Hoe meer zielen, hoe meer vreugd én hoe meer kans op infectie. Het doet pijn om op zo’n manier naar mensen te kijken, vind ik. Als ík het al zo erg vind, hoe is het dan voor de mensen uit landen waar gastvrijheid écht belangrijk wordt gevonden? Hebben zij ook een minder onbekommerd deurbeleid dan vóór corona? Ik vroeg het een aantal (oud-)correspondenten van NRC. Mijn korte samenvatting: in landen als India, Indonesië, Turkije en Spanje is er minder beknibbeld op sociaal contact. Wel tijdens de eerste golf, toen iedereen bang was, maar niet meer zo heftig daarna. Voor Indiërs is
Zal de gastvrijheid in individualistische culturen nog meer eroderen? het „tegennatuurlijk” om mensen niet uit te nodigen, zegt Eva Oude Elferink. Toen de Deltagolf was geluwd, pakten ze hun oude gewoonten weer op. Ook voor Indonesiërs gaat het „tegen hun natuur in om een beperkt aantal mensen uit te nodigen”, zegt Annemarie Kas, die tot september in Jakarta zat. In Spanje is de oude gastvrijheid eveneens terug, zegt correspondent Oumaima Abalhaj, die vorige week nog corona opliep op een feest waar ze niemand kende. „Ik had die mensen twee keer ontmoet en werd meteen uitgenodigd.”
FOTO�RAJESH�JANTILAL/AFP
M
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Zwemmende�kinderen�op�een�strand�in�Durban.�In�Zuid-Afrika�werd�Omikron�het�eerst�gedetecteerd.
ACHTER�HET�NIEUWS
Zoom uit en verwonder u
Z
al het in Nederland ook zo gaan? Ik betwijfel het. De Telegraaf meldde donderdag dat in Den Haag wordt nagedacht over ‘het leven met corona’. „Met heel veel familie samenkomen doe je beter in de zomer”, staat er bijvoorbeeld. Ineens ben ik bang dat juist in individualistische culturen als Nederland de gastvrijheid nog meer zal eroderen. Dat de mensen die tóch al niet gek waren op ongenode gasten, nu een excuus hebben ze buiten de deur te houden; en dat de wél gastvrije mensen hun onbevangenheid verliezen. Straks wordt gastvrijheid een zomerdeugd: ’s zomers zijn de marmotten welkom, ’s winters staan ze voor een dichte deur. Ik denk niet dat ik daar aan kan wennen. Mijn Tweede Kerstdagdiner ging vorig jaar al niet door, en ook dit jaar kan ik minder mensen uitnodigen dan ik zou willen. Volgend jaar wil ik weer stoelen, borden en bestek tekort komen. En dan zeggen, net als de beer in het boshuis: „Kom lekker bij de kachel zitten, jongens, de soep is klaar.”
Floor�Rusman (f.rusman@nrc.nl)�is�redacteur�van�N�RC
AstraZeneca als redder van de wereld, koraalrif dat zich herstelt: in tijden van rampspoed is het een kunst de blik te richten op wat er intussen óók gebeurt. En dan zie je misschien, toch ook, een uitweg uit deze crisis.
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e�s
ondernemende assessment psycholoog/coach
In het nieuws Vooraan 3
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
triomf van AstraZeneca”. Je knippert even met je ogen. Tot je leest dat ‘Astra’ intussen de bulk van de vaccins levert aan armere landen met een grote bevolking: India, Pakistan, Mexico, Brazilië, Vietnam, Thailand en de landen van het Covax-programma in Afrika. Het is goedkoop, en anders dan bij Pfizer is de aandeelhouder sluitpost. AstraZeneca „heeft vrijwel zeker meer levens gered dan welk ander vaccin ook”, aldus het blad. Wow.
Splijtbare saamhorigheid
Door�onze�redacteur Hans�Steketee AMSTERDAM.�In een wei staat een
groepje koeien met elkaar te praten op hun achterpoten. Eén koe staat een stukje verderop langs de weg op de uitkijk, ook op twee achterpoten. Hij roept: „Car!” Als de auto voorbij rijdt, staan alle koeien op vier poten in de wei, alsof er niets aan de hand is. Zodra de auto uit het zicht is, gaan ze weer rechtop staan. Aldus een beroemde aflevering van The Far Side, een serie dagelijkse cartoons van Gary Larson die tot 1995 wereldwijd in tweeduizend kranten verschenen. Larsons tekeningen zijn vaak absurdistisch genoemd. Maar dat is te makkelijk. Maakt een omvallende boom in het bos wel geluid als er niemand is om het te horen? Met die vraag muntte George Berkeley, een achttiende-eeuwse filosoof, het ‘immaterialisme’, het idee dat het geen zin heeft te zeggen of iets bestaat als het niet zintuiglijk wordt waargenomen. Larson gaat een stap verder: buiten de waarneming is álles mogelijk. Zie een andere beroemde Far Sidecartoon, waarop een groepje jonge dino’s achter een rots stiekem staat te roken. Onderschrift: „De echte reden waarom dinosaurussen zijn uitgestorven.” Dit is een lange aanloop naar de korte stelling dat je naar elke gebeurtenis, elk nieuwsfeit ook anders kunt kijken. Als je maar ver genoeg uitzoomt, de context wijder maakt, opent zich een ruimte aan mogelijkheden. Neem AstraZeneca: heel even de mooiste op het bal der vaccins, nu een muurbloem in Europa en nog steeds niet binnengelaten in de VS. Toch bevat het kerstnummer van The Economist een stuk met de kop „De
Uitzoomen van die ene ziekte helpt sowieso enorm. Future Crunch, een tweewekelijkse nieuwsbrief met „goed nieuws dat je vermoedelijk gemist hebt” doet het met verve. Het laatste nummer signaleert onder meer een WHO-rapport over de spectaculaire daling met 94 procent van het aantal jaarlijkse doden door de mazelen in de laatste twintig jaar: van ruim een miljoen naar net zestigduizend. Dankzij een vaccin. Zelfde categorie: dankzij het vaccin tegen het HPV-virus daalt het aantal vrouwen dat sterft aan baarmoederhalskanker in een vergelijkbaar tempo. En dat is niet alles. Het verval van het Great Barrier Reef in Australië lijkt te zijn gekeerd dankzij een soort ‘ivf-behandeling’ van de ergst aangetaste delen van het koraalrif, signaleert Future Crunch. Ook de uitgestrekte kustmoerassen in China herstellen zich wonderbaarlijk goed. En nee, dat betekent niet dat je die Chinese kolencentrales en de big picture van klimaatverandering kunt negeren. Wel dat de werkelijkheid rijker is zodra je uitzoomt. Zie ook een begrip als ‘saamhorigheid’. We zijn weer opgehokt en verlangen naar samenzijn met mensen buiten onze kleine bubbel. Maar is het leven dan beter, vroeg de opinieredactie van The New York Times zich af. In een land dat zo gepolariseerd is als de VS is het volgens de krant zelfs The Big Question of the Year. „Saamhorigheid is splijtbaar”, zegt psycholoog Mark Snyder in die krant. „En het is moreel neutraal. De vrijwilligers die helpen in een Covidvaccineerstraat en degenen die daar op de stoep protesteren, surfen psychologisch gezien op dezelfde golf.” Mensen vormen instinctief en vaak op irrationele gronden een groep, maar eenmaal in een groep worden ze steeds onverzettelijker en anti-de-andere-groep. De Times haalt een reeks historische experimenten aan die dat, soms niet ongeestig, aantonen. Zoals een klas tieners die gevraagd wordt welke van twee abstracte schilderijen ze het mooist vinden. Als de ‘groep-Klee’ en de ‘groep-Kandinsky’ daarna onderling geld moeten verdelen, blijkt dat ze alleen zichzelf bevoordelen. Als er een ramp optreedt, is het ‘polarisatie-potentieel’ nog sterker. Eerst is er het gedeelde gevoel van in vrije val zijn, maar dan volgt de splitsing: „Sommigen worden vrijwilliger en anderen burgerwacht.”
#prikspijt De groep die op 6 januari het Capitool bestormde, geloofde óók in saamhorigheid: ze dachten dat ze reageerden op een noodsituatie die belangrijker was dan bijvoorbeeld Covid, en dat zij de uitverkorenen waren om vermeend onrecht te herstellen. „Verwerpelijk, maar precies wat de literatuur over groepsvorming voorspelt”, zegt Scott Knowles koeltjes, een andere psycholoog, in het NYT-stuk. In het klein zag je in Nederland zo’n splitsing rond de onlineverkiezing van het woord van het jaar. Dat
werd ‘prikspijt’, naar verluidt omdat een groot aantal antivaxers erop heeft geklikt: zij denken dat veel mensen spijt van de prik hebben, of zouden moeten hebben. Ooit betekende het het tegenovergestelde. Maar geen Hugo de Jonge („Als je op de IC ligt omdat je géén prik hebt genomen. Dan heb je pas #prikspijt”) die aan die geslaagde coup van de antivaxers nog iets kan veranderen.
Ruimte van de mogelijkheden Omikron, de jongste ‘zorgelijke variant’ in WHO-terminologie, verkeert ook nog in de ‘ruimte van de mogelijkheden’. Vorige week leek deze nieuwe variant minder ziek te maken. In Europa werd dat tegengesproken. Maar woensdag presenteerde Zuid-Afrika onderzoek dat onomstotelijk toch in die richting wijst. Zij het dus alleen dáár, met een jongere bevolking en in hun zomer. Maar ook Deens en nieuw Brits onderzoek zien nu toch zo’n trend. Of Nederland tegen de snelle besmettingscurve kan ‘opboosteren’ is de vraag. Met deze lockdown was Den Haag de eerste in Europa, met die derde prik nagenoeg hekkensluiter. Want net als bij de eerste vaccins koos Nederland voor „centraal aanvliegen” en „zorgvuldig”. Bureaucratie boven bescherming. Je kunt nu boos zijn, of bang, of ongeduldig. Maar misschien helpt uitzoomen in dit geval ook. Vermoedelijk zal Nederland al met al niet veel slechter of beter af zijn dan landen die hun prioriteiten anders stelden. We weten niet wat we niet waarnemen – of nóg niet. De redenen voor optimisme houden zich, als koeien op twee poten, vaak schuil waar we niet geneigd zijn te kijken.
Maffia�en�corona
Peter�R.�de�Vries
Corona�leidde�tot�werkloosheid�in�een�arme�wijk�in�Rome. Misdaadclans�zagen�een�kans: die�zochten�nog�drugsdealers. Pagina�16-17
N�RC-redacteur�Jan�Meeus�kijkt terug�op�de�fatale�aanslag�op Peter�R.�de�Vries,�een�klein�half jaar�na�dato. Pagina�30-31
NRC Weekend op vrijdag 31 december Omdat�Nieuwjaar�op�zaterdag�valt,�verschijnt�NRC�Weekend volgende�week�op�vrijdag�31�december.�Deze�krant�zal�– net als�vandaag�– niet�alleen�worden�bezorgd�bij�alle�abonnees die�altijd�al�op�vrijdag�een�krant�ontvangen,�maar�ook�bij�de abonnees�met�een�weekendabonnement.�Dit�betekent�wel dat�er�op�die�vrijdag�heel�veel�meer�kranten�moeten�worden rondgebracht�dan�op�andere�vrijdagen.�Dat�kost�meer�tijd. Daarom�is�de�uiterste�bezorgtijd�voor�deze�dag�verschoven naar�9.00�uur.
Familieberichten�E30-34�|�Colofon,�weer�35�|�Scrypto,�sudoku Kerstspecial�68�|�Tv-gegevens�Kerstspecial�69-71�|
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
4 In het nieuws
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
V�I�RO�LO�G�I�E
Hoopgevende cijfers over Omikron Britse cijfers lijken uit te wijzen dat Omikron minder ziek maakt dan Delta, maar Deense onderzoekers zijn nog heel voorzichtig.
nen uit op een vergelijkbaar risico op ziekenhuisopname voor Omikron en Delta. „Mogelijk zien we wel een kortere opnameduur, minder ernstige longontsteking en een verminderde behoefte aan zuurstof”, zei Mølbak voorzichtig. „Maar het is nog veel te vroeg voor definitieve conclusies. We moeten er daarom voorlopig vanuit gaan dat de ernst van Omikron niet minder is.” En dan nog, de pijlsnelle exponentiële groei van het aantal Omikronbesmettingen zal al gauw een verminderde ernst van de ziekte teniet doen, zegt Gurdasani: „Een variant die half zo ernstig is als Delta maar die zich elke twee dagen verdubbelt, zal in slechts twee dagen hetzelfde aantal ziekenhuisopnames veroorzaken door de grote aantallen besmettingen.”
Door�onze�redacteur Sander�Voormolen AMSTERDAM.� De
De Omikronvariant treft veel vaker mensen die volledig gevaccineerd zijn
FOTO�VICTORIA�JONES/AP
Omikronvariant van het coronavirus lijkt minder ernstige ziekte te veroorzaken dan de Deltavariant. Uit voorlopige cijfers uit het Verenigd Koninkrijk blijkt dat het risico voor Covid-19-patiënten om langer dan een dag in het ziekenhuis te moeten worden opgenomen 40 tot 45 procent minder is na een Omikronbesmetting dan na een Deltabesmetting. Dat schrijft het Imperial College London in een woensdag verschenen rapport. De nieuwe informatie heeft klinisch epidemioloog Frits Rosendaal van het LUMC in Leiden „een lichte mate van blijdschap” gegeven, omdat Omikron nu toch milder lijkt te zijn. „Een week geleden rapporteerde dezelfde groep uit Londen nog het tegenovergestelde”, merkt hij op. Dat laat zien dat het nog te vroeg is om de ernst van de ziektelast van Omikron goed te kunnen inschatten. „Maar over het algemeen benaderen onderzoeken met het verstrijken van de tijd dichter de werkelijkheid”, zegt Rosendaal. „Het lijkt er nu op dat ernstig ziekteverloop minder vaak voorkomt – en dat is goed nieuws.” Toch betekent het niet automatisch dat Omikron van zichzelf minder ziekmakend is. Want, schrijft bijvoorbeeld epidemioloog Deepti Gurdasani van de Queen Mary University in Londen op Twitter, de mensen die nu geïnfecteerd raken door Omikron zijn een andere groep dan die door Delta besmet raken. Omikron treft veel vaker mensen die volledig gevaccineerd zijn of die eerder Covid hebben doorgemaakt. De immuniteit die zij daarvan hebben, beschermt hen wellicht nog altijd tegen ernstiger ziekte. Vroege data kunnen ook nog vertekening geven, zegt Rosendaal: „Grote
Medewerkers�van�King’s�College�Hospital in�Londen�zorgen�voor�Covid-19-patiënten. steden lopen voorop in de Omikrongolf, dat zien we in Londen en Amsterdam. Die hebben een andere bevolking dan mensen in de rest van het land. Daardoor is lastig te voorspellen hoe het verder gaat uitpakken.” Dat is ook zichtbaar in Denemarken. Uit Deense cijfers blijkt dat het ri-
sico op ziekenhuisopname 0,5 procent is met Omikron tegenover 1,4 procent voor andere virusvarianten. Dat lijkt dus een stuk milder, maar pas op, waarschuwde Kåre Mølbak van het Deense Statens Serum Institute woensdag tijdens een webinar. „De epidemie van Omikron woedt nu nog
hoofdzakelijk onder jongeren, met name in de groep van twintigers, en is nog niet op grote schaal doorgedrongen tot de groep van ouderen en kwetsbaren.” In een berekening op basis van vroege data met correcties voor leeftijd en vaccinatiestatus komen de De-
Ja, zegt ook Rosendaal: „De kans om ernstig ziek te worden door Covid wordt ook bepaald door de besmettingskans. Dus omdat Omikron zo veel besmettelijker is, is dat risico voor het individu ook niet afgenomen.” Omikron is in feite de snelst verspreidende infectieziekte onder mensen ooit, zeggen wetenschappers. Het reproductiegetal van 5 lijkt bescheiden ten opzichte van dat van 15 van mazelen, maar dat zegt alleen iets over aan hoeveel anderen één besmet persoon de infectie doorgeeft. Het venijn van Omikron zit hem in de zeer korte tijd die het virus nodig heeft nieuwe slachtoffers te bereiken – minder dan vijf dagen, mazelen doet er vijftien dagen over. Daardoor kunnen ongekend snel heel veel mensen besmet raken, en verspreidt Omikron zich stukken sneller dan mazelen. Ongeremd breidt één geval van mazelen zich in zestig dagen uit tot 50.600 nieuwe infecties, één geval van Omikron kan zich in die tijd verspreiden naar 244 miljoen anderen.
C�O�RO�N�AST�R�AT�EG�I�E
Kabinet wil burgers voorbereiden op langdurige coronacrisis Nu het oude normaal maar niet terugkeert, kijkt Den Haag naar de lange termijn. Door�onze�redacteur Stéphane�Alonso DEN�HAAG.�Een coronaplan voor de lange termijn: menig Kamerlid, van zowel coalitie als oppositie, hamerde dinsdag tijdens een coronadebat opnieuw op het belang hiervan. Lang deed het kabinet alsof het oude normaal snel kan terugkeren, maar dat is niet realistisch, zeggen zij. Het virus muteert steeds. Nederland moet worden klaargestoomd voor een langgerekte, slopende strijd – en juist dat vereist „frisse energie en nieuwe
inzichten”, zei Attje Kuiken (PvdA). Woensdag werd duidelijk dat het kabinet alsnog die lange termijn laat bestuderen. De afgelopen dagen zijn kleinere, door ambtenaren geleide, brainstormsessies gehouden met in totaal 150 mensen uit onder meer de horecabranche, de cultuursector en de sportwereld, maar ook met wetenschappers. Hun ideeën voeden een ‘maatschappelijke klankbordgroep’ met vertegenwoordigers van uiteenlopende belangengroepen, zoals werkgevers, de zorg, ouderen of mensen met een beperking. Volgens een woordvoerder van het ministerie van Volksgezondheid komt deze groep nog voor het einde van het jaar bijeen. De Telegraaf meldt dat in de brainstormsessies de vraag centraal staat
of de samenleving anders georganiseerd kan worden. Is het bijvoorbeeld mogelijk om minder commerciële theatervoorstellingen wél door te laten gaan in de wintermaanden, wanneer het virus actiever is, en populaire theatershows te concentreren in de zomermaanden? Moeten restaurants hun bedrijfsmodel aanpassen en met de kerstdagen alleen nog maaltijdboxen aanbieden? De Bredase burgemeester Paul Depla stelde onlangs voor om carnaval te verplaatsen naar de zomer en vakanties in de winter langer te maken. VNO-NCW vraagt al sinds begin dit jaar om een langetermijnstrategie. De werkgeversorganisatie betwijfelt wel of het verplaatsen van carnaval of theatervoorstellingen veel zoden aan
de dijk zet. Volgens een woordvoerder moet de discussie over de lange termijn in de eerste plaats gaan over vergroting van IC- en testcapaciteit en het sneller vaccineren dan Nederland tot nu toe doet. Over de vraag dus „hoe we zoveel mogelijk voorkomen dat überhaupt nog beperkende maatregelen en lockdowns nodig zijn”.
Interventiesystematiek Uit een brief die demissionair minister Hugo de Jonge (Volksgezondheid, CDA) vorige week naar de Kamer stuurde, blijkt dat het in de brainstormsessies ook gaat over ‘interventiesystematiek’: moet het kabinet zich richten op het aantal besmettingen of, zoals nu gebeurt, op ziekenhuisopnames? De gesprekken gaan
ook over zorgcapaciteit, het besluitvormingsproces en de communicatie rondom het coronabeleid. Demissionair premier Mark Rutte (VVD) zei dinsdag dat er „eind januari” een langetermijnplan ligt. Dat blijkt toch weer anders te zitten. Volgens het ministerie van Volksgezondheid ligt er dan juist een plan voor de korte termijn: de vraag hoe het déze winter verder moet met het coronabeleid. In februari volgt een plan voor de middellange termijn: hoe kan vólgende winter een harde lockdown worden voorkomen? In maart volgt de échte lange termijn: een plan voor ‘pandemische paraatheid’, met maatregelen die Nederland moet nemen om volgende pandemieën het hoofd te bieden.
6 In het nieuws
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
LEVEN�IN�LOCKDOWN
Drukte�in�het�centrum�van�Antwerpen,�met�ook�veel�winkelende�Nederlanders�die�de�lockdown�in�eigen�land�ontwijken.
REPORTAGE�C�O�RO�N�ATO�E�R�I�S�M�E
Leven�in l�o�c�kd�ow�n N�RC�doet�de�komende�weken�verslag�van�het�leven�in lockdown.�Wat�gaat door�en�hoe?�Va�n�daag: eten,�drinken en�winkelen�net�over de�grens.
Shoppen, bier: massa’s gaan de grens over Tegen alle adviezen in trekken vele Nederlanders voor een dag naar België om de laatste kerstinkopen te doen en uit eten te gaan. Ze zien de ‘te strenge’ Nederlandse coronamaatregelen als rechtvaardiging. Tekst�Arjen�Schreuder
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
Dé specialist in vakanties
A
l sinds er in Nederland na vijven niet meer uithuizig mag worden gegeten, gedronken en gewinkeld, stikt het in Vlaanderen van de Nederlanders. En nadat een week geleden weer een algehele lockdown werd afgekondigd, is het erger geworden. Restaurants in grensplaatsen puilen uit met ‘Ollanders’ die zich, soms met enige gêne, de gerechten en het bier goed laten smaken. Restaurateurs in het Belgische grensstadje Hoogstraten zeggen blij te zijn met de gasten uit het noorden, een enkele serveerster verdedigt zelfs de stelling dat Nederlanders van nature veel opener en vriendelijker zijn dan Belgen, al zijn er ook uitbaters die klagen over de drukte. Laatst moest één van hen zelfs haar eigen zus teleurstellen omdat er al te veel reserveringen uit Nederland waren geplaatst. De invasie beperkt zich niet tot de grensplaatsen. Op de snelweg naar Antwerpen zijn vrijwel geen Belgen te bekennen en rijden lachwekkend veel Nederlanders – het is alsof Vlaanderen niet bestaat. Al deze Nederlanders rijden zich klem in files in de smalle straten van de binnenstad, uren wachtend op die ene automobilist die een parkeergarage verlaat en een lege plaats achterlaat. Druk is het in Antwerpen in de dagen voor Kerst altijd wel, vertelt een parkeerwachter. „Maar dit is niet normaal. Met de Hollanders erbij en ook door wegwerkzaamheden in de stad is het echt druk geworden.” Op de brede winkelboulevard Meir kun je over de hoofden lopen. „We snappen dat jullie hier komen. Maar het is niet goed dat jullie corona naar hier brengen. Anderzijds kunnen we het ook niet verbieden”, zegt scholier Lizy Boogers (17), toegeknikt door enkele vriendinnen.
er ook niet voor.” Hij is met Willem Heemskerk (16) en Berend Veltkamp (16) aan het winkelen. Ook hebben de kameraden enkele musea bezocht. Aardige bijkomstigheid is dat in Vlaanderen vanaf zestien jaar alcohol wordt verkocht. „Je mag hier lekker biertjes drinken.” Tot een deel van de Nederlandse toeristen is wel doorgedrongen dat de gouverneur van Antwerpen, Cathy Berx, Nederlanders heeft gemaand toch vooral niet naar het zuiden af te zakken, om extra besmettingen met het Omikronvirus te voorkomen. Anderen hebben ook vernomen wat premier Rutte in de Tweede Kamer heeft gezegd: dat hij het afraadt de grens naar België over te steken, en ook die naar Duitsland trouwens. Maar de verleiding is te groot. „We lopen heerlijk te slenteren, en slaan onze laatste kerstcadeautjes in”, zeggen Monica (62) en haar zoon Diego (27) uit Rotterdam. Even verderop wandelen Dirk van der Sar (19) en Emma Welbergen (18) uit Maassluis, beladen met tassen. Ze kopen vooral kerstcadeaus die je in Nederland ook wel online had kunnen bestellen, maar die misschien niet op tijd zouden zijn geleverd. „Dat was de belangrijkste reden om hier te komen”, zegt Emma. Op een verwarmd terras zitten vier studenten uit Utrecht, Leiden en Rotterdam. Ze hebben „twee uurtjes” met de trein gereisd, vertelt Sam van der Does (20), en ze blijven twee dagen. „We zouden naar Maastricht gaan. Maar dat hebben we gecanceld toen alles dicht ging.” De studenten vinden het „dubbel” dat zij kunnen doen wat in Nederland is verboden. Maar schuldig voelen ze zich zeker niet, want veel regels in Nederland zijn volgens hen toch enigszins onzin-
De verleiding is te groot Ook op de Groenplaats miegelt het van de Nederlanders. „Ik heb vakantie en zat thuis”, zegt Joris ten Dam (17) uit Den Haag. „Je mag helemaal niks. Het enige wat je met vrienden kunt doen is met maximaal twee personen buiten op een bankje zitten. Dat is ongelofelijk deprimerend. Dus ik ben blij dat dit kan. Ik schaam me
Ik ben blij dat dit kan. Ik schaam me er niet voor Joris�ten�Dam�(17) gast�in Antwerpen
In het nieuws 7
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
REPORTAGE�B�O�O�ST�E�R�E�N
Het belangrijkste wapen van de boostercampagne in België: véél vrijwilligers. In Antwerpen hebben ze besloten, ook met het oog op de oprukkende Omikronvariant, „tegen de sterren op te prikken”. Door�onze�correspondent Anouk�van�Kampen ANTWERPEN
nig. Dat grote feesten of drukte in cafés onwenselijk zijn, begrijpen ze wel. Maar wat is er verkeerd aan om zoals hier buiten op het terras te chillen? Dat je niet mag sporten, vinden ze het allerergste. Sam van der Does: „Eerst zeggen ze dat je gezond moet leven, en daarna wordt sporten op alle manieren verboden.”
Co�ro�n�a�n�i�e�u�w�s Alternatief�vaccin ●
Stel�het�vaccin�van�farmaceut�Novavax�beschikbaar�voor�volwassenen die�niet�bereid�zijn�zich�in�te�laten�enten�tegen�het�coronavirus�met�zogenoemde�mRNA-vaccins. Dat�adviseert�de�Gezondheidsraad�donderdag�aan�demissionair�minister�Hugo de�Jonge�(Volksgezondheid,�CDA).�Andere�ongevaccineerden�kunnen�beter de�vaccins�van�Pfizer�en�Moderna�krijgen,�aldus�de�raad,�omdat�daarvan�meer bekend�is�over�de�effectiviteit�tegen�varianten�en�bijwerkingen.
●
Omikron�is�mogelijk�in�Amsterdam�al de�meest�voorkomende�variant�van het�coronavirus. Dat�blijkt�uit�een�dinsdag�afgenomen steekproef�van�de�GGD�en�het�UMC�Amsterdam,�meldt�het�Amsterdamse epide�miologische�samenwerkingsverband ARGOS.�Het�UMC�onderzocht�106�willekeurig�gekozen�positieve�coronatests. Daarvan�bleek�het�in�63�gevallen�(59�procent)�om�Omikron�te�gaan.�Het�RIVM sprak�eerder�al�de�verwachting�uit�dat�de Omikronvariant,�dat�besmettelijker�is�dan andere�varianten�van�het�virus�en�daardoor�sneller�verspreidt,�landelijk�nog voor�de�jaarwisseling�dominant�zal�zijn.
●
Professionele�podia,�zoals�theaters en�concertzalen,�trokken�in�het�coronajaar�2020�bijna�driekwart�minder bezoekers�dan�het�jaar�ervoor. Dat�bleek�donderdag�uit�cijfers�van�het Centraal�Bureau�voor�de�Statistiek.�Vorig jaar�bezochten�5,3�miljoen�mensen�een voorstelling,�ruim�14�miljoen�minder�dan het�jaar�ervoor.�Het�aantal�aangeboden voorstellingen�nam�met�de�helft�af.
●
ME’ers�die�31�december�moeten�werken,�krijgen�prioriteit�bij�het�halen van�een�boosterprik. Dat�doet�de�politie�vanwege�het�oplopende�ziekteverzuim�bij�politie-eenheden,�meldt�de�politie�donderdag�aan persbureau�ANP.�Ook�leden�van�de�bereden�politie�en�arrestatieteams�krijgen voorrang�bij�de�boostervaccinatie.�Andere�politie-medewerkers�volgen�de landelijke�campagne.
‘Belgen zijn veel aardiger’ Dat Belgen liever niet te veel Nederlanders ontvangen, hebben de drie vriendinnen Esmee van der Stelt (18), Kim Bergakker (18) en Chloe Peeters (19) uit de omgeving van Rotterdam niet gemerkt. Ze hadden hun tripje enkele weken geleden geboekt en hebben het niet afgezegd. Ze voelen zich welkom. „Belgen zijn veel aardiger dan Nederlanders”, zegt Esmee. In een winkel waar ze geen keus konden maken uit het ruime assortiment, kregen ze alle tijd. Chloe: „In Nederland zou je afgesnauwd worden. Hier zijn ze geduldiger.” Kim: „Hier zeggen ze: het is moeilijk kiezen want alles is lekker en het is maar net waar je goesting in hebt.” Ook Bart Fiers (61) en Jay Akhom (39) uit Voorburg maken deel uit van de Hollandse invasie. „Om er gewoon eens lekker uit te zijn. Het bevalt zo goed dat we volgende week nog een keer gaan. De sfeer is geweldig”, zegt Bart Fiers, in het dagelijks leven interim-manager. Hij heeft een krachtige mening over het Nederlandse coronabeleid. „We hebben een veel te slappe regering. Ik was blij onlangs te lezen dat er nu eindelijk een studie komt naar de voor- en nadelen van het verplicht vaccineren. Zonder verplichte vaccinatie en flinke boetes voor mensen die zich daar niet aan houden komen we er nooit vanaf. Ik vind het schandalig: mensen die niet kunnen worden geopereerd, kinderen die niet naar school kunnen, de horeca die zonder inkomsten zit.” Koen Kennis, schepen (wethouder) van Antwerpen, vindt de komst van Nederlanders geen probleem. „Velen komen sowieso al vaak naar Antwerpen. En het is niet verboden, hè. Als ze zich maar aan de regels houden.” Doen ze dat? We schieten twee zwaar bewapende politiemannen aan. „Wij hebben de indruk van wel.”
W
ie last heeft van ‘knaldrang’ – deze week verkozen tot woord van het jaar in Vlaanderen – kan dezer dagen goed terecht in de evenementenhallen van Antwerp Expo. Alles doet er (heel even) denken aan een feest: dranghekken, volle fietsenrekken, mensen die de stroom de goede kant op leiden, blije gezichten, een enkeling die selfies voor de ingang maakt. Een massa-evenement zoals dat tegenwoordig nergens meer kan. Met dat verschil dat er geen muziek is, en dat je na hooguit 17 minuten weer buiten staat. Zo lang duurt het in Antwerpen om je boosterprik, inclusief de verplichte wachttijd van een kwartier, binnen te halen. Sinds eind september wordt er in België ‘geboosterd’. Nederland begon hier pas half november mee. En hoewel Nederland en België inmiddels ongeveer op gelijke snelheid vaccineren, heeft al bijna een derde van de Belgen zijn boosterprik ontvangen, waarmee het land in de top-7 van Europese landen staat. Een lockdown zoals in Nederland, waar rond de 11 procent een booster heeft gehad, werd (voorlopig) afgewend. Afgelopen week kwam de vaccinatiecampagne in een stroomversnelling: door een verkorting van de interval na de laatste prik van zes naar vier maanden zijn in één klap 3,25 miljoen extra Belgen voor een volgende prik in aanmerking gekomen. In de rest van het land wordt die groep nog per leeftijdscategorie en met ingeplande vaccinatiedagen aangepakt, maar in Antwerpen hebben ze besloten, ook met het oog op de oprukkende Omikronvariant, „tegen de sterren op te prikken”, zegt wethouder van Gezondheidszorg Els van Doesburg. In de Antwerp Expo is een grootschalige campagne opgezet, waarbij alles erop gericht is zo veel mogelijk mensen zo snel mogelijk hun boosterprik te geven. „Wat ons betreft is de campagne vanuit de overheid te traag op gang gekomen. Het interval had al eerder verkort kunnen worden. Dat willen we nu goedmaken. We hopen iedereen voor het einde van de kerstvakantie te hebben gevaccineerd.” De stad deed in een paar dagen tijd 140.000 uitnodigingen de deur uit – bijna de helft van alle boosterprikken die de stad moet uitdelen. Iedereen kon zelf een afspraak inplannen op een tijdslot deze week. Pas als alle dagen vol zitten, worden er extra bijgeboekt. Zo voorkomt de stad lege gaten in de agenda. Allemaal komen ze naar de Antwerp Expo: oude vrouwtjes aan de arm van hun zoon, zakenmensen tijdens hun pauze, ouders die hun kinderen door de extra week kerstvakantie noodgedwongen hebben meegenomen, grote orthodox-joodse families. Om tijd te besparen zitten de bezoekers in
rijen van vier, met voor elke rij een ‘vaccinator’. „Zo kan een ander in de rij al gevaccineerd worden in de tijd die normaal opgaat aan bijvoorbeeld het uitdoen van kleding.” De hokjes waarin men eerder plaats kon nemen zijn geschrapt, tenzij een bezoeker graag meer privacy heeft. Het ‘optrekken’ van het vaccin in de naalden gebeurt in een aparte afdeling, ook met het oog op tijdbesparing. Buiten het ‘vaccinatiedorp’ zijn de verkeerslichten aangepast op de toestroom van al het verkeer. Het record tijdens de eerste vaccinatiegolf lag op 10.000 op een dag, nu zit Antwerpen op 23.000 prikken per dag.
Pop-upmodel Fabriekswerk? De bezoekers vinden het geen probleem. „Ik vind het ongelofelijk hoe goed dit loopt”, zegt Catherine Roels (51) net na haar prik. Ook de 22-jarige Jelle Kruijtzer is enthousiast: „Ik ben nog geen twee minuten binnen en ik ben al geprikt, het gaat echt extreem snel.” En dat terwijl hij gisteren zijn oproep ontving. Het ‘pop-upmodel’ in Antwerpen zou een „internationaal voorbeeld” moeten zijn, vindt vaccinoloog Pierre Van Damme, die toevallig op hetzelfde moment een kijkje is komen nemen. De Vlaamse overheid kwam ook al langs om inspiratie op te doen. En het zou zelfs nog sneller kunnen, zegt spoedarts Jan Stroobants. „We zouden heel Antwerpen in minder dan twee weken kunnen boosteren, maar dan loopt het verkeer hier vast.” Hij maakte het plan voor de Antwerpse boostercampagne met onder meer de evenementensector, met als belangrijkste component volgens hem niet zozeer de efficiënte inrichting of speciaal ontworpen software voor de planning, maar de vrijwilligers. „Die zijn key.” Net als in de rest van het land draait de campagne voor het grootste deel op hen. Iedereen kan zich aanmelden voor administratieve en organisatorische zaken. Onder andere gepensioneerde apothekers, artsen en verpleegkundigen springen bij voor medische taken. Voor studenten geneeskunde en verpleging werd een noodwet aangenomen waardoor ook zij prikken mogen zetten. „Ik was bang dat we te weinig mensen zouden hebben of dat ze langzamer zouden zijn”, zegt Stroobants. „Maar daar heb ik me behoorlijk in vergist. We hebben duizenden kandidaten gehad en ze hadden het binnen de kortste keren in de vingers.” Ze kunnen aanspraak maken op een vergoeding van 35 euro per dag, al doet lang niet iedereen dat, en voor studenten gelden de prikdagen als stagedagen. Zo ook voor Nomi Moris, een 23-jarige studente verpleegkunde die op haar verjaardag de hele dag staat te vaccineren. „We werden vorige week opgeroepen te helpen. Iedereen is enthousiast en het loopt supergoed.” En ondanks het fabrieksmatige werk houdt ze oog voor wie misschien bang is voor een prik en wat meer tijd nodig heeft. „We moeten wel menselijk blijven.”
FOTO�’S�JONAS�ROOSENS/ANP
Antwerpen zet 23.000 prikken per dag
8 In het nieuws
nrc
FOTO�MSTYSLAV�CHERNOV�/�AP
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
De�Internationale�Halve�Maan�deelt�op�13�december�vo�e�d�s�e�l�ra�n�t�s�o�e�n�e�n�uit�in�de�noordelijke�Afghaanse�provincie�Takhar.
HUMANITAIRE�CRISIS
Noodhulp Kabul ondanks sancties Om de honger te bestrijden in Afghanistan maken VN en VS uitzonderingen op de sancties tegen de Taliban. Onzeker is of dat genoeg is om een ramp af te wenden. A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
Door�onze�redacteur Hanneke�Chin-A-Fo AMSTERDAM.�Op het eerste gezicht
is de afweging eenvoudig: om te voorkomen dat er deze winter, zoals Unicef vreest, een miljoen Afghaanse kinderen sterven aan ondervoeding
en kou, moet alle financiële hulp aan Afghanistan zo snel mogelijk hervat worden. Een miljoen kinderen, volgens een plat sommetje zou dat een veelvoud zijn van alle doden die er in de twintigjarige oorlog zijn gevallen (naar een ruwe schatting in totaal ongeveer 175.000). Dat moeten rijke
westerse landen toch zien te voorkomen? De andere kant van deze afweging: financiële hulp naar Afghanistan sturen zou ten goede komen aan de Taliban. Dat is de vroegere vijand, maar bovenal een extremistische beweging die ook sinds zij het landsbestuur uitoefent verantwoordelijk is voor talloze buitenrechtelijke executies en mishandelingen en de stelselmatige onderdrukking van vrouwen en meisjes. Het ontdooien van de hulp, die bevroren werd toen de Taliban op 15 augustus Kabul veroverden, zou de facto een grote stap zijn richting erkenning van dit bewind. Bovendien staat een aantal leden van de interim-Talibanregering op sanctielijsten van de Verenigde Staten en de Verenigde Naties. Een van hen is Sirajuddin Haqqani, de leider van het extreem gewelddadige Haqqani-netwerk, die tegenwoordig minister van Binnenlandse Zaken is. Volgens VN-resoluties zijn alle overheden verplicht om te voorkomen dat zij deze personen op enigerlei wijze financieel helpen.
Ondervoede kinderen Met dit dilemma zitten westerse donorlanden en de grote internationale organisaties (VN, IMF, Wereldbank) in hun maag, terwijl in Afghanistan de nood razendsnel oploopt. Sommige ziekenhuizen stromen al vol met ondervoede kinderen, gezinnen proberen hun huisraad op straat te slijten om eten te kunnen kopen en er zijn steeds meer ouders die hun dochters verloven of uithuwelijken terwijl het soms nog peuters zijn, omdat ze de bruidsschat nodig hebben. Woensdag kwam er beweging in deze patstelling, toen zowel het Amerikaanse ministerie van Financiën als de VN-Veiligheidsraad besloten dat er een uitzondering gemaakt moet worden op de sancties. Overheden, internationale organisaties en hulporganisaties mogen nu wel financiële transacties doen waarbij de Taliban en het Haqqani-netwerk betrokken zijn, zolang die bedoeld zijn voor basale hulp en het om „officiële zaken” gaat. De VN-versoepeling geldt voor een jaar.
Wat deze uitzonderingen in de praktijk mogelijk maken, moet de komende tijd duidelijk worden. In de eerste reacties van hulporganisaties klinkt door dat dit niet genoeg is. „Een belangrijke stap maar er moet dringend meer gedaan worden”, twitterde de Britse oud-politicus David Miliband, nu directeur van hulporganisatie IRC. De VN verwachten dat de noodhulpoperatie die zij komend jaar in Afghanistan moeten uitvoeren de grootste in de wereld wordt, met 22 miljoen van de ongeveer 37 miljoen Afghanen die humanitaire hulp nodig zullen hebben. Het land was de afgelopen twintig jaar al grotendeels afhankelijk van buitenlandse hulp. Een groot deel is nu gestopt of bevroren. Bovendien is het verdienvermogen van de Afghanen zelf heel hard achteruitgegaan. Veel Afghanen werkten voor of met internationale missies of organisaties, die zich nu hebben teruggetrokken. Daarnaast hebben de Taliban arbeid door vrouwen in veel gevallen verboden: zij mogen alleen nog in de zorg en het basisonderwijs werken. De vele vrouwelijke kostwinners die Afghanistan rijk is, zitten daarom nu in veel gevallen werkloos thuis.
Vooraf gewaarschuwd Amerikaanse diplomaten hebben de Taliban vooraf gewaarschuwd: als jullie het land militair veroveren, zullen jullie in een economisch isolement terechtkomen. Nu het zover is, eisen de Taliban een einde aan dat isolement. Zo willen zij dat de Federal Reserve, het Amerikaanse stelsel van centrale banken, de ruim 9 miljard dollar vrijgeeft die de democratisch gekozen Afghaanse regering daar had gestald. Eerder deze maand stond de Amerikaanse regering weer transacties toe van Afghanen in het buitenland die hun familie geld willen sturen. Ook heeft de Wereldbank, die een fonds beheert waarin donorlanden geld storten, beloofd om 280 miljoen dollar voor noodhulp beschikbaar te stellen aan Unicef. Veel andere opties om buiten de Taliban om te werken, zijn nog niet gevonden.
ONLINE DESIGNVOORDEEL BIJ VAN TIL
499,-
BERT PLANTAGIE ALFA
INTERIEUR ADVIES ONLINE OF BIJ U THUIS
ADRES Noorderkade 1038
ZAKELIJKE KLANT
10 In het nieuws
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
HAAGSE�INVLOEDEN
‘Betere overheidscommunicatie’: de valkuil die steeds maar dieper wordt Deze week: het telkens terugkerende verlangen naar ‘betere overheidscommunicatie’. Tekst�Tom-Jan Meeus� Illustratie�Ruben�L.�Oppenheimer
D
e laatste coronapersconferentie was vorig weekeinde nog niet afgelopen of de eerste recensenten meldden zich al: ‘de communicatie’ was blijkbaar weer dramatisch geweest. Een populaire invalshoek, het hele jaar: niet corona zou het probleem zijn, maar de communicatie over corona. Dit keer had RIVM-directeur Jaap van Dissel, „de nationale dokter”, een rol naast premier Mark Rutte en minister Hugo de Jonge gekregen. Hij zei iets onduidelijks over vaccins en een andere jas, en wat de goedkeuring van de communicatie-experts helemaal niet kon wegdragen: hij gebruikte óók nog moeilijke woorden. Want volgens deze beroepsgroep, en elke minister en Kamerfractie raadpleegt ze, zijn mensen pas geschikt voor een openbaar optreden als ze allemaal hetzelfde robottaaltje van korte zinnen en woorden met weinig lettergrepen spreken. Geoefende eenvoud. Foutloosheid uit de cursus. Niet dat ik overbodige ingewikkeldheid nodig vindt, maar je kunt je ook voorstellen dat een beetje jargon deskundigen juist geloofwaardigheid geeft. Als iedereen gaat praten zoals de meester van de ingestudeerde simplismen, Donald Trump („I love words, I have the best words”), dan krijg je meer helderheid maar weet ik niet hoe het afloopt met de integriteit. Alleen: dit soort bedenkingen is in Den Haag duidelijk geen maatstaf meer. In het Kamerdebat dinsdag over de lockdown turfde ik dat het belang van (betere) communicatie veertien maal passeerde. Er moet bij de coronastrategie „meer inspraak” komen van – onder meer - „communicatieprofessionals”, zei bijvoorbeeld Attje Kuiken (PvdA). „We moeten naar de communicatie kijken”, beaamde Hugo de Jonge schuldbewust. Fascinerend is het wel. De maakbaarheid van de samenleving is als idee al een jaar of dertig geleden gestorven. Met de maakbaarheid van de virusbestrijding zit het ook nog-
al tegen. Maar het geloof in de maakbaarheid van de overheidscommunicatie is blijkbaar nog steeds onbegrensd.
H
et is allemaal terug te voeren op de professionalisering van de politiek die na de eeuwwisseling opkwam. Het idee dat ‘deskundige communicatie’ een voorwaarde voor Haags succes is: een mengeling van politiek en reclame waarbij alles draait om de stelselmatige herhaling van het eigen verhaal (‘de kernboodschap’). Het is denken in doelgroepen: bepaal wie je wilt bereiken, kies daarna je boodschap. En communiceren in beeldtaal: let op je houding, kleding en styling – wat mensen zien bepaalt wat mensen horen. Kay van der Linde, die na jaren politieke consultancy in de VS in 2000 naar Nederland terugkeerde, maakte deze benadering groot in Den Haag. Hij schreef een advies voor de VVD („herhaling, herhaling, herhaling”) maar die partij wees hem af. Zo werd hij in 2001 adviseur van Pim Fortuyn, die hij de kneepjes van het vak leerde. De rest is geschiedenis. Fortuyns campagnedoorbraak (en tragische dood) in 2002 leidden tot een ommekeer. Politici volgden zijn voorbeeld: de geheimtaal verdween uit Den Haag, helderheid en herhaling werden de standaard, en politici maakten net als Fortuyn van de eigen zelfvergroting het uitgangspunt. Een revolutie na de revolutie. Destijds waren er negen Kamerfracties, nu zijn er negentien: alle politici denken voortaan in doelgroepen. Zij spreken simpel en denken na over hun voorkomen. Voor elk interview nemen ze met voorlichting door wat ze gaan zeggen om succesvol te zijn: communicatieexperts hebben de politiek overgenomen. Het punt is alleen: dit is nu al zolang gaande, ook bij de overheid, dat mensen het door hebben gekregen. Het voedt de argwaan. Ze merken dat ze niet meer als inwoner van het land worden aangesproken, maar als doelwit van een communicatiestrategie. De professi-
onalisering van de politiek keert zich tegen de politiek zelf. Je ziet het, hoe paradoxaal, het beste terug bij het protest tegen Den Haag. Organisaties als Farmers Defence Force (FDF) en Viruswaarheid kopiëren in grote lijnen de Haagse wetten van de politieke communicatie. Ook zij weten dat je met uitvergroting van jezelf aandacht genereert. Ook zij herhalen hun kernboodschap voortdurend en hebben bijzondere aandacht voor de eigen doelgroep. Toevallig liep ik er dit jaar zelf tegenaan. NRC werd door FDF voor de kantonrechter gedaagd na een stukje van mij. In de procesgang vielen we van de ene verbazing in de andere. Zo beweerde de FDF-vertegenwoordiger op de zitting dat je als krant een uitlating van de FDF-voorzitter niet vanzelf aan FDF kon toeschrijven. De rechter wees de vordering af. Later kende een vergelijkbare procedure tegen D66-leider Sigrid Kaag dezelfde uitkomst. Hierna bleek dat de FDF-voorzitter zich bij de boerenacties inderdaad vele maken groter maakt dan hij is: bij tussentijdse verkiezingen in zijn Brabantse gemeente, schreef ik laatst op deze plek, haalde de man in november slechts 103 stemmen: nul zetels. Daarna gebeurde het: iemand uit de wereld van FDF reageerde. Hij wees op de aanvallende aankondigingen van de rechtszaken tegen NRC en Kaag op de FDF-site, en vertelde waarom ze deze kansloze procedures voeren: zo „lijk je een machtige club”, zei hij, en sympathisanten gaan in op donatieverzoeken: „Het is fondsenwerving.” Het herinnerde me aan een bericht in de Telegraaf in oktober, waaruit bleek dat het Openbaar Ministerie onderzoek doet naar de stichting Viruswaarheid van Willem Engel – ook een kenner van de wetten van de politieke communicatie. De stichting zou Engel, die ontkent, een lening van 50.000 euro hebben verstrekt uit middelen die door donaties zijn binnengekomen. Zo zijn de communicatiemethoden van overheden, politici en activisten steeds meer
op elkaar gaan lijken. Het enige verschil is dat activisten met de aandacht die ze genereren geld ophalen, en politici stemmen.
D
us als je iets van dit jaar iets kunt leren is het dat het idee van ‘maakbare overheidscommunicatie’ behalve onzinnig ook overdreven is. En dat hierachter voor overheden en politieke partijen bovendien een vraag naar hun geloofwaardigheid schuilgaat. Want de wetten van de politieke communicatie hebben het in zich dat zij ook hun intellectuele integriteit kunnen ondermijnen. Ze verleiden overheden en partijen om niet meer automatisch van zichzelf uit te gaan, van eigen opvattingen en beleidsanalyses, maar van de veronderstelde voorkeuren van hun achterban dan wel de bevolking. Zo zijn er onder het groeiende aantal partijen steeds meer die hun standpunten in gevoelige gevallen mede afhankelijk maken van de opvattingen in hun veronderstelde achterban. En het zou wel gezond zijn als partijen dit weer durven omdraaien: dat ze kiezers zoeken bij hun idealen, en niet idealen bij hun kiezers. De eigen authenticiteit boven de laatste communicatieve wetmatigheid. Voor de overheid, zeker in zo’n gevoelige kwestie als corona, kan zo’n houding ook verrassend gezond uitpakken. Ga alleen uit van beleidsanalyses van deskundigen, leg uit waarom keuzes worden gemaakt, negeer wat peilingen over die keuzes zeggen. Zet de toon op basis van de feiten, een rationele analyse, de verstandigste keuze: politici die alleen daarop uit zijn weten dat de oplossing niet zozeer beter doordachte communicatie is, maar minder communicatie – en meer authenticiteit in optreden en presentatie. Want nu te veel mensen weten dat bestuurders ze eerder zien als een oogmerk van overheidscommunicatie dan als volwassen burgers, zouden autonomie en echtheid bij gevoelige kwesties wel eens wonderlijk goed kunnen werken.
12 In het nieuws
REPORTAGE�RO�U�V�E�E�N
De dokter, de dominee en de derde prik NRC keert terug naar de dokter in Rouveen die bevriend is met de dominee. Over een boosterrally en een wonder. Tekst�Jannetje Koelewijn�Foto�Dieuwertje�Bravenboer
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Z
aterdagmorgen om vijf voor negen haalde huisarts Reza Pezeshki Nia (46) een doos flacons met vaccinvloeistof op bij de GGD en om tien over negen liep hij het dienstgebouw van de Hervormde Kerk in Rouveen binnen, achter zijn praktijk. Wow! Zoveel mensen! En het boosteren zou pas om tien uur beginnen. Dat had hij op zijn website, zijn Facebookpagina en in de Meppeler Courant gezet. Ook voor een eerste vaccinatie was iedereen van harte welkom. En nu zat het zaaltje van de kerk dus al bijna vol. Het duurde niet lang of de rij wachtenden slingerde langs de Oude Rijksweg naar het pleintje met de viskraam, in de richting van Staphorst. „Ik had op tweehonderdvijftig mensen gerekend”, zegt Reza Pezeshki Nia. „Het werden er meer dan zeshonderd. En toen is er een wonder gebeurd.” „Een wonder?”, zegt dominee Douwe Geertsma (62), die tegenover hem in de spreekkamer zit. „Je bedoelt een wónder?” „Ja”, zegt Reza Pezeshki Nia. „Ik geloof niet in God, maar dit was echt een wonder.” Hij loopt naar de behandelkamer en komt terug met de lege flacons. „De GGD had me er veertig gegeven, meer kreeg ik er beslist niet, en ik dacht” – hij grijpt naar zijn voorhoofd – „hoe kan ik al die mensen nou helpen? Ik kan ze toch niet wegsturen?” Met veertig flacons kunnen ongeveer driehonderd injectiespuiten worden gevuld. „En toen?”, vraagt de dominee. „De doos raakte niet leeg.” Reza Pezeshki Nia, weer achter zijn bureau, begint te lachen. „Mijn assistenten en ik – we stonden te prikken en te prikken, en de doos raakte niet leeg.” „De weduwe uit Sarefat”, zegt de dominee. „Er heerst hongersnood en ze heeft nog maar olie voor één brood in haar kruik. Maar als ze brood gaat bakken voor de profeet Elia raakt de olie niet op.” „Zo was het precies”, zegt Reza Pezeshki Nia. „Aan het eind van de middag bleek dat we tweeëntachtig flacons hadden gekregen. Tweeëntachtig! En er was nog een wonder, want er stonden een paar verpleegkundigen in die rij en toen mijn assistenten en ik het bijna niet meer aankonden zeiden zij: zullen we helpen, dokter?” Hij leunt naar achteren in zijn stoel. „Ja! Graag! Ik heb zaterdag bijna niemand hoeven wegsturen.” Douwe Geertsma, uit het dorp IJhorst, aan
de andere kant van Staphorst, had in een lokale krant gelezen over de wanhoop van Reza Pezeshki Nia, een week of zes geleden nog maar. Die wilde zo graag al zijn patiënten vaccineren en er waren er zoveel die niet durfden, uit angst voor de toorn van God. Of uit wantrouwen tegen de overheid, dat ook, want wat zat er in de vaccins? Chips? Embryo’s? En was corona niet een teken dat de eindtijd naderde? Douwe Geertsma, ook geestelijk verzorger, had de dokter gebeld. Of hij kon helpen, want hij snapte die angst wel, hij was er zelf mee grootgebracht. Zonde, schuld en straf, dat was de grondtoon van zijn jeugd, in het Friese dorpje Zwagerveen. „Ik zei tegen Reza”, zegt hij, „dat hij twijfelende of bange patiënten altijd naar mij kon doorsturen, dan kon ik met ze praten”. Dat doet hij nu dus, elke week wel een paar keer. En Reza Pezeshki Nia is dolblij met hem. Hoe meer dominees met hem willen samenwerken, hoe beter. „Half november had ik elke dag drie of vier opnames”, zegt hij. „Mensen werden heel erg ziek. Mensen moesten naar de IC. En toen kwam Omikron er ook nog aan. Er moest iets gebeuren!”
Alleen in Zijn bloed is behoudenis Met dominee Harm Romkes van de Oud Gereformeerde Gemeente was hij een paar jaar geleden al bevriend geraakt, toen hij de huisartsenpraktijk in Rouveen net had overgenomen. Hij komt zelf uit Teheran en wist vaak niet wat hij hoorde als zijn patiënten hem over hun godvrezendheid vertelden. Harm Romkes, van Urk, had hem een Bijbel gegeven, in de Statenvertaling van 1637, en sindsdien praatten ze vaak samen over het geloof. Maar toen corona kwam, in maart 2020, werden de gesprekken wat lastiger. Ze vertelden erover in NRC. Reza Pezeshki Nia vond dat de kerkdiensten moesten stoppen en Harm Romkes vond dat de mensen zich tot Christus moesten wenden, want alleen in Zijn bloed was behoudenis. Dominee Romkes is er niet anders over gaan denken. Hij peinst er niet over om mensen op te roepen zich te laten vaccineren. Dat moet iedere gelovige voor zichzelf weten. Voor de boosterrally afgelopen zaterdag in dat dienstgebouwtje van de Hervormde Kerk had Reza Pezeshki Nia de koster om toestemming gevraagd. Van een patiënt kreeg hij een boekje over polio cadeau waarin twee hoogleraren en
In het nieuws 13
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Dominee Douwe�Geertsma�(l) en�d�o�kt�e�r�Reza�Pezeshki�Nia.
een dominee uiteenzetten wat de argumenten voor en tegen vaccinatie zijn, misschien kon de dokter er nog wat van leren. In 1971 en 1978 waren er in Nederland polio-epidemieën geweest en die hadden vooral in Staphorst tot grote ellende geleid: dode of voor het leven gehandicapte kinderen. Eind 1992 was er weer een uitbraak geweest en toen had het ministerie van Volksgezondheid dat boekje laten schrijven, met de bedoeling „in gesprek te komen en te blijven” met mensen die „om godsdienstige redenen moeite hebben met vaccinatie”. „In gesprek blijven”, zegt Reza Pezeshki Nia in zijn spreekkamer. „Dat wil ik dus ook. Geen mensen afwijzen om hun overtuigingen. Niet polariseren.”
men. Zo is het toch, Douwe?” „Zo is het.” En nu wil Reza Pezeshki Nia niets liever dan wéér een boosterrally organiseren, na het succes van zaterdag. Alles om de Omikronvariant voor te blijven. Dit is het moment, zegt hij. De meeste mensen in Rouveen zijn er nu wel van overtuigd dat het verstandig is zich te laten vaccineren. Of ze zijn gewoon heel bang. Of ze denken: nu moeten mijn kleinkinderen een prik krijgen omdat ík me niet wil laten bescher-
De doos met de flacons vaccin raakte maar niet leeg
Zeven magere koeien Reza Pezeshki Nia is de Bijbel die hij van Harm Romkes heeft gekregen eens goed gaan lezen en gebruikt zijn kennis om zijn patiënten ervan te overtuigen dat er in het Oude Testament toch veel te vinden is dat vóór vaccinatie pleit. „Jozef in Egypte”, zegt hij. „De farao droomt dat er zeven vette koeien uit de Nijl komen en daarna zeven magere. Die magere koeien eten de vette koeien op en wat doet Jozef dan?” Dominee Geertsma: „Hij legt de farao uit dat er hongersnood komt en regelt dat er gigantische voorraden graan worden aangelegd.” „Dat bedoel ik. God voorziet blijkbaar wat de mensen nodig hebben en heeft ze zo geschapen dat ze voorzorgsmaatregelen kunnen nemen.” Dominee Geertsma knikt. „We zien gevaren aankomen en God geeft ons de middelen om ons ertegen te bescher-
men? Dat is toch de omgekeerde wereld? Maar helaas. Wat hij de afgelopen week ook geprobeerd heeft, hij krijgt geen nieuwe vaccins van de GGD. Hij begrijpt er helemaal niets van. „Ze nemen de telefoon niet eens meer op.” Ja, registratieproblemen, dat zou de reden zijn. Minister Hugo de Jonge heeft in de Tweede Kamer gezegd dat huisartsen de vaccinaties misschien niet goed in het systeem zetten en dan kloppen de QR-codes straks niet meer. „Maar wij hebben alle vaccinaties geregistreerd, driedubbel gecontroleerd en doorgevoerd.” In het Perzisch, zegt hij, is er een spreekwoord dat luidt dat je het deeg moet plakken als de oven heet is. „Het stamt uit de tijd dat brood in kuilen werd gebakken. Je plakte het deeg tegen de hete wand. Dat moeten wij nu doen!”
Huisartsen Een�rem�op�het�prikken Op�verschillende�plekken�deden�huisartspraktijken�deze�week�een�poging�om hun�patiënten�of�zelfs�de�hele�buurt�te�vacc�i�n�e�re�n�. Een�huisartsenpraktijk�in�de�Haagse�Archipelbuurt�zette�woensdag�met�een�grote groep�vrijwilligers�2.600�prikken�in�minder dan�een�dag.�Ook�daar�schoot�de�lokale kerkgemeenschap�te�hulp:�de�pastoor�van de�Anglicaanse�kerk�stelde�het�kerkgebouw�ter�beschikking.�Alle�geleverde�vaccins�gingen�op. Een�helemaal�vredig�kerstverhaal�was het�niet,�vertellen�Daisy�Pors�en�Chris�Mos, twee�van�de�verantwoordelijke�huisartsen. „Steeds�werden�mensen�die�ons�wilden helpen�teruggefloten”,�zegt�Pors.�„Gelukkig zijn�er�mensen�die�tegen�de�stroom�in�wilden�zwemmen�en�hielpen”,�zegt�Mos.�De enveloppen�voor�de�uitnodigingen,�de p�o�s�t�ze�g�e�l�s�:�ze�regelden�het�allemaal�zelf. Na�een�aantal�eerdere�pogingen�van�huisartsen�zette�de�GGD�deze�week�de�rem�op prikkende�huisartsen.�In�de�Tweede�Kamer�zei�minister�Hugo�de�Jonge�(Volksgezondheid,�CDA)�dat�het�niet�de�bedoeling was�dat�huisartsen�„GGD’tje�gingen�spel�e�n”.�Het�is�onduidelijk�of�de�Haagse�huisartsen�de�gemaakte�kosten�vergoed�krijgen.
Dominee Geertsma knikt. „Wij zeggen dat je het ijzer moet smeden als het heet is.” Hij wil graag nog even terugkomen op het wonder van de vaccins die niet opraakten. Kent de dokter het verhaal van vijf broden en twee vissen? „Die vermenigvuldigden zich zeker ook”, zegt Reza Pezeshki Nia. „Ja”, zegt de dominee. „En die avond kregen vijfduizend mensen te eten, de kreupelen en de blinden, de verlamden en de doofstommen. Ze waren naar het Meer van Galilea gekomen, want daar was Jezus en die genas hen.”
De rechterstoel van God Er zijn mensen in het dorp, zegt Reza Pezeshki Nia, die denken dat hij veel geld verdient aan de vaccinaties. „Onzin, ik weet niet eens of ik ervoor betaald krijg, misschien wel niet.” Er zijn ook mensen, zegt hij, die heel boos op hem zijn en hem mailen om te zeggen dat hij moet stoppen met de vaccinaties. Weet hij dan niet dat er puur vergif in zit? Ooit zal hij zich moeten verantwoorden voor de rechterstoel van God. En er zijn er die met een vervormde stem naar de praktijk bellen en „moordenaar” tegen hem zeggen. „De haat die eruit spreekt”, zegt hij, „die is toch verschrikkelijk?” „Jezus werd ook gehaat”, zegt dominee Geertsma. „Hij kwam erdoor aan het kruis.” „Er was een patiënt”, zegt Reza Pezeshki Nia, „die me ervoor waarschuwde om gevaccineerde mensen niet openlijk te prijzen, want daarmee zou ik de ongevaccineerden weer afwijzen.” Hij zucht diep. „Nou goed, dat doe ik nu dus maar niet meer.”
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
14 In het nieuws
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
NECROLOGIE�JOAN�DIDION�(1934-2021)�AMERIKAANS�AUTEUR
Chroniqueur van naoorlogs Amerika Literair icoon Didion, die wordt gerekend tot de New Journalism, beschreef zeven decennia lang de Amerikaanse cultuur. zijn tante Joan, The Center Will Not Hold. De titel vat alles samen wat Didion angst aanjoeg en fascineerde: de onverschillige, wankele werkelijkheid. Chaos was in haar ogen het organiserend principe van de wereld. Schrijven bood de mogelijkheid enigszins grip te krijgen, om de normen te vinden waarmee mensen zich tot elkaar konden verhouden. In de documentaire vraagt haar neef wat ze daar eigenlijk van vond, van dat meisje met haar acid? „Hoe zal ik het zeggen”, zegt Didion, weids gebarend met haar frêle armen. „Het was… het was… goud! Daar leef je voor als je zo’n stuk schrijft.”
Door�onze�correspondent Bas�Blokker WAS�H�I�N�G TO�N
A
Zoeklicht Zo begon een carrière die zeven decennia zou omspannen, en waarin ze zo’n vijftien bundels en vijf romans zou publiceren en een handvol filmscenario’s zou schrijven, waaronder die voor The Panic in Needle Park (1971) en A Star Is Born (1976). Het leverde haar in 2013 de hoogste Amerikaanse artistieke onderschei-
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
Koffertje met notitieblokjes
FOTO�ANP
ls ze niet de eerste was die essays opbouwde op basis van koele journalistieke waarneming, dan toch de beste. Joan Didion, Amerikaans journalist, essayist, scenarist, roman- en toneelschrijfster, is donderdag op 87-jarige leeftijd overleden in haar huis in New York. Ze leed al enige tijd aan de ziekte van Parkinson. Didion (Sacramento, 1934) was de chroniqueur van het naoorlogse Amerika. Ze beschreef met een etsnaald de hippietijd, de jaren van het Reagan-optimisme en de achterkamertjes van vicepresident Dick Cheney. Ze maakte reportages uit het door burgeroorlog geteisterde El Salvador („de gevaarlijkste plek waar ik ooit ben geweest”) en deed verslag van haar eigen rouw na de dood van haar man, schrijver John Dunne, in The Year of Magical Thinking (2005), wel getypeerd als rouwverwerking voor atheïsten. Als twintigjarige trok Didion van Californië naar New York, nadat ze een wedstrijd van Vogue had gewonnen. Ze was nog maar een paar jaar bij het tijdschrift in dienst toen de redactie een verhaal had gepland waarvan de kop al op het omslag stond: ‘Zelfrespect, zijn bron, zijn kracht’. Er was alleen nog geen auteur voor gevonden. Toen kreeg zij de opdracht het te schrijven. Eerste zin, en meteen een zuivere graadmeter voor haar stijl en perspectief: „Once, in a dry season, I wrote in large letters across two pages of a notebook that innocence ends when one is stripped of the delusion that one likes oneself.”
Journalist�en�essayist Joan�Didion�rond�1977. ding op, de Medal of Arts and Humanities. „Ze maakte het persoonlijke algemeen en zette het zoeklicht op schijnbaar marginale zaken die tot de kern van ons leven behoren”, aldus de lofrede. Ze kreeg nationale betekenis met haar reportages uit San Francisco in de hippietijd. Terwijl de meeste mensen nog meenden dat daar de bloemenkinderen uit de hitsingle van Scott McKenzie woonden, beschreef Didion in Slouching
Didion registreerde met een koel oog alle absurditeiten en patronen
towards Bethlehem (1968) het egocentrisme en de permanente staat van vergetelheid onder de hippies. Het ging over vermiste kinderen, vermiste ouders en een ongekende hoeveelheid drugs. Didion kwam in een huis waar een meisje van vijf een stripboekje las. Ze droeg witte lippenstift en was stoned van de acid die ze van haar moeder had gekregen. In 2017 maakte haar neef, de acteur Griffin Dunne, een documentaire over
Bij de deur stond een koffertje ingepakt met notitieblokjes, schrijfmachine en een mohair omslagdoek zodat ze altijd direct kon uitrukken. En ze registreerde alles wat ze zag met een koel oog, de absurditeiten en de patronen. Gaven zij en haar man, eind jaren zestig opgenomen in de Californische beroemdhedenelite, een feest, dan zag zij dat rocksterren nooit een gewoon drankje konden drinken. „Ze wilden champagnecocktails, sake of tequila zonder ijs.” Haar verschijning, iel, en haar onopvallendheid „deden mensen vergeten dat mijn aanwezigheid niet in hun belang was – dat is het nooit. Nog iets om te onthouden: schrijvers verraden anderen altijd.” Als schrijver wordt Didion wel gerekend tot de New Journalism, met coryfeeën als Norman Mailer en Tom Wolfe, die met literaire technieken de journalistiek in de jaren 60 een nieuwe impuls gaven. Voor Didion was de zin waarin de waarneming werd gegoten even belangrijk als de waarneming zelf. „De opbouw van een zin veranderen, is de betekenis veranderen, even onverbiddelijk als het camerastandpunt de betekenis verandert van het object dat wordt afgebeeld.” Met de New Journalists had zij gemeen dat die waarnemingen altijd strikt persoonlijk waren en ze vond dat de schrijver zich daarvan ook rekenschap dient te geven. „De gemene deler van al wat wij zien is altijd, zichtbaar en schaamteloos, de meedogenloze ‘ik’.”
Gemeenteraad Maastricht stemde op foutieve wijze MAASTRICHT.�De stemmingen bij
digitale vergaderingen van de gemeenteraad van Maastricht zijn anderhalf jaar lang niet volgens de wet gegaan. De besluiten zijn daarom niet rechtsgeldig. De gemeente Maastricht interpreteerde de Tijdelijke wet digitale beraadslaging – ingesteld vanwege de coronapandemie – verkeerd. Die wet bepaalt dat stemmingen alleen achteraf kunnen plaatsvinden via bij alle raadsleden bezorgde stembriefjes. Maastricht dacht deze alleen naar raadsleden gestuurd hoefden te worden die aan de digitale vergadering deelnamen. De fout kwam aan het licht toen de gemeente Maastricht zich onlangs met vragen over de procedu-
re bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties meldde. Volgens een woordvoerder van het ministerie zijn er geen signalen binnengekomen dat het ook in andere gemeenten mis is gegaan. De gemeente zoekt nog naar de juiste manier om de vergissing te herstellen. Burgemeester Annemarie Penn-ter Strake: „Het ministerie zegt dat de stemmingen met het aannemen van besluitenlijsten van de bewuste vergaderingen rechtsgeldig zijn geworden. Maar andere deskundigen beweren dat dit onvoldoende is. We willen die partijen nu bij elkaar zetten om te bepalen wat de beste handelwijze is, want wij weten het nu even ook niet meer.” (NRC)
P�E�R�SV�R�I�J�H�E�I�D
Boeren betogen met trekkers bij redactie Omroep Gelderland AMSTERDAM.�Zo’n 150 boeren
hebben donderdag bij Omroep Gelderland in Arnhem gedemonstreerd tegen een aanvraag op basis van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). Ze eisen dat de omroep die intrekt. Omroep Gelderland heeft een verzoek gedaan bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) om erachter te komen hoeveel dieren boeren in Gelderland houden en waar. De boeren vrezen dat hun adressen openbaar worden en dat activisten ermee aan de haal gaan. De omroep zegt geen adressen te willen publiceren, maar inzicht te willen krijgen in dierenaantallen, volksgezondheid en stikstofuitstoot. (NRC)
In het nieuws 15
nrc
FOTO�ROB�ENGELAAR/ANP
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Bij�dit�pluimveebedrijf�in�Altforst (Gld.)�werden�vorig�jaar�circa�35.700�dieren�geruimd�nadat�een�zeer�besmettelijke�variant�van�de�vogelgriep�was�vastgesteld.
P�LU�I�MV�E�E
Dreiging van vogelgriep groeit In Europa woedt nog een virus: de vogelgriep. Experts vinden dat daar niet genoeg tegen gedaan wordt. Door�onze�medewerker Nienke�Beintema AMSTERDAM.�Sinds half september is
in 27 Europese landen vogelgriep vastgesteld bij meer dan driehonderd pluimveebedrijven, waarvan acht in Nederland. Er zijn meer dan acht miljoen vogels geruimd. Ook bij wilde vogels is het virus wijdverspreid. Dat meldden de Europese organisaties voor voedselveiligheid (EFSA), ziektepreventie en -controle (ECDC) en monitoring van vogelgriep (EURLAI) deze week. Hun rapport verschijnt in een week waarin 80.000 kippen werden geruimd in Overijssel en 64.000 kalkoenen in Limburg, na vastgestelde besmettingen op pluimveebedrijven. En donderdag werd bekend dat de honderden kanoetstrandlopers die vorige week dood werden gevonden op Schiermonnikoog, ook aan vogelgriep stierven. „Vogelgriep is nauwelijks meer in het nieuws, maar nog altijd een heel serieus probleem”, stelt Thijs Kuiken, hoogleraar vergelijkende pathologie bij het Rotterdamse Erasmus MC en co-auteur van het Europese rapport. „En toch lees ik er niets over in het nieuwe coalitieakkoord. Ja, er staat iets in over paraatheid en opschaling in de context van pandemieën. Maar niets over het aanpakken van de onderliggende oorzaken.” Vogelgriep is, net als het nieuwe coronavirus, een zogeheten zoönose: een ziekte die zowel dieren als mensen ziek kan maken en ook tussen
beide kan overspringen. En juist daarin schuilt gevaar: in de ene gastheer kan het virus mutaties ontwikkelen die voor de andere gevaarlijk zijn. Eind vorig jaar stelde de overheid een expertgroep in om te onderzoeken hoe Nederland de dreiging van zoönosen kan beperken. Deze zomer kwam deze groep met aanbevelingen. „Maar we zien nog geen grote veranderingen in de praktijk”, stelt Kuiken, die lid was van deze expertgroep. Vogelgriepvirussen zijn er in honderden varianten. Van veel ervan worden kippen nauwelijks ziek. Die worden laag-pathogeen genoemd. Van oorsprong circuleren ze in wilde vogelpopulaties. In de intensieve pluimveehouderij muteren die virus-
Niet alle kosten zitten in de prijs van de kippenbout Thijs�Kuiken hoogleraar�pathologie sen soms naar een hoog-pathogene variant. Dat gebeurde bijvoorbeeld in Nederland in 2003. Toen werden circa 30 miljoen kippen geruimd en overleed een dierenarts aan het virus. Tot zo’n twintig jaar geleden bleven de gevaarlijke varianten beperkt tot de pluimveehouderij, simpelweg omdat ze zo dodelijk waren dat wilde vogels er niet ver mee konden vliegen. „Maar rond de eeuwwisseling sprong er in Azië een hoog-pathogene variant over van pluimvee naar wilde vogels”, vertelt Ron Fouchier, hoogleraar moleculaire virologie in Rotterdam en eveneens lid van de expertgroep zoönosen. „Sindsdien zijn door genetische uitwisseling honderden hoogpathogene varianten ontstaan. Die bleken zich via trekvogels te verspreiden over Azië, Europa en Afrika.”
Het is moeilijk te zeggen hoe groot het risico precies is, maar de ontwikkelingen zijn zorgwekkend, aldus de drie Europese organisaties. Van de 45 mensen die sinds 2014 in China en Laos besmet raakten, overleden er 22; vijftien van die besmettingen vonden plaats in het afgelopen jaar. „Daarnaast zien we het virus de laatste twee jaar steeds meer bij wilde zoogdieren, zoals vos, zeehond en otter”, vertelt Kuiken. „Genetische veranderingen duiden op een groter risico voor zoogdieren.” Het ECDC heeft deze week de risico-inschatting voor pluimveehouders verhoogd van „laag” naar „laag tot medium, met grote onzekerheid vanwege de wijde circulatie van varianten in de vogelpopulaties”. De aanbevelingen in het zoönosenrapport – dat ook over ziekten als varkensgriep gaat – zijn vooral gericht op het onderliggende probleem: de intensieve veehouderij. „Nederland heeft de hoogste pluimveedichtheid in Europa”, zegt Kuiken. „In Limburg is die achttien keer hoger dan het Europese gemiddelde. Die schaal heeft allerlei negatieve effecten.” Hij heeft het dan niet alleen over vogelgriep, maar ook over andere ziekten, dierenwelzijn, de uitstoot van fijnstof, stikstof en broeikasgassen en landgebruik elders in de wereld om voedsel voor Nederlands pluimvee te verbouwen. „Je moet daar holistisch naar kijken”, stelt Kuiken. „Wij spreken van een one healthbenadering: gericht op een betere gezondheid van mens, dier en milieu.” Experts zeggen dat al enkele decennia, vult Fouchier aan. „Maar daar is nooit iets mee gedaan. Integendeel. De pluimveehouderij is alleen maar intensiever geworden. En dat in een land met zo veel trekkende watervogels en waterrijke gebieden. Dat vinden wij heel moeilijk te verdedigen.” Is het realistisch om de pluimveedichtheid in Nederland zo ver terug te
brengen dat vogelgriep niet langer een risico is? „Iedere inkrimping helpt”, stelt Kuiken. „Je kunt onmogelijk zeggen wat precies de drempel is voor vogelgriep. Maar vanuit dat one health-perspectief zeggen wij: het gaat om veel meer dan dat. Als samenleving moeten wij die afweging gaan maken.” Zijn er geen oplossingen op de kortere termijn? Jawel, zeggen beiden: vaccineren. Europees pluimvee krijgt nu geen vogelgriepprik, omdat die de producten ongeschikt maakt voor de export. „Maar dat is maar net wat je met elkaar afspreekt”, zegt Fouchier. „We vaccineren wel tegen pseudovogelpest, een andere virusziekte. Ook voor vogelgriep bestaan prima vaccins.”
Daarnaast zouden pluimveehouders jaarlijks een gewone griepprik moeten krijgen. Die verlaagt het risico dat het vogelgriepvirus genetisch gaat mengen met een gewoon griepvirus. „En we moeten meer investeren in het monitoren van vogelgriep in wilde vogelpopulaties”, zegt Kuiken, „en in regelmatige controles van de bioveiligheid op pluimveebedrijven.” Dat kost veel geld, geven beiden toe. Maar doorgaan op hetzelfde pad is mogelijk nog veel duurder, zoals we nu zien aan de coronapandemie. „Mensen weten niet dat al die maatschappelijke kosten niet zijn meegenomen in de prijs van hun eieren of kippenbout”, zegt Kuiken. Fouchier: „Dat hele stelsel moet dus anders.”
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
We worden ouder, hebben meer zorg nodig én willen de beste zorg. Hoe gaan we die uitdaging aan? Scan de QR-code met de camera van uw telefoon en lees het hele artikel.
16 In het nieuws | REPORTAGE
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
RO�M�E
Maffia floreert hier, door corona Toen kappers, winkels en restaurants in Italië dicht moesten, stonden er ineens ook een heleboel zwartwerkers op straat. In Tor Bella Monaca, een arme wijk in Rome, maken misdaadclans van die extra kwetsbaarheid gebruik. Tekst�Ine�Roox�Fo�t�o’s Francesca�Leonardi
E
en graatmagere man met doffe blik in de ogen stapt naar het open raampje van de camper. „Drie spuiten, twee flaconnetjes met water en één zakdoek alstublieft”, vraagt hij beleefd, trillend op zijn benen. Bij de camper van de stichting Villa Maraini, een hulporganisatie voor drugsverslaafden, kan hij schone naalden krijgen en tegelijk zijn vuile spuiten veilig weggooien. Het water heeft hij nodig om de heroïne op te lossen, om straks de drugs in zijn aderen te spuiten. Met het zakdoekje zal hij nadien het bloed wegvegen. Eerst vonden de bewoners van Tor Bella Monaca het maar niks, de naaldenruil in hun wijk. Dagelijks komen er zeker honderddertig gebruikers langs. „Sommigen verweten ons dat wij zo het drugsgebruik in de hand zouden werken,” zegt hulpverlener Giancarlo Rodoquino (64), een door het leven geharde man – hij gebruikte zelf ruim twintig jaar heroïne. Maar zonder de camper vielen er meer drugsdoden op straat. „Gebruiken doen ze toch. Wij zorgen ervoor dat ze het overleven.” Toen er begin maart 2020 in Italië een harde lockdown werd afgekondigd en de Italianen amper naar buiten mochten, moesten de dealers zich opnieuw organiseren. Er werd toen veel in garages gedeald, of aan huis geleverd. De pandemie bracht heel de wereld tot stilstand, maar in Tor Bella Monaca vloeiden de drugs al gauw weer als vanouds. Deze wijk, in het oosten van Rome,
Links:�buurtwerker�Mario�Cecchetti. Boven:�Gemeenteraadslid�Nella�Converti,�die�Tor Bella�Monaca�typeert�als�„wijk�van�de�onzichtbaren”. Daaronder:�Romina�Vidili,�die�van�een�uitkering leeft,�en�haar�zoontje�in�hun�socialehuurflat.
In het nieuws 17
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Geheel�links:�het�echte Colosseum�voelt�ver�weg in�Tor�Bella�Monaca,�een arme�wijk�in�Rome.�Hiernaast:�Piazza�Castano�is één�van�de�hotspots�van drugshandel�in�de�wijk. ligt op iets meer dan een halfuur met de metro van het fraaie centrum van de stad. Hier zie je geen mooie monumenten. Op de achterzijde van het buurtcentrum staat enkel een verbleekte muurschildering van het Colosseum. Veel jongeren hier hebben het imposante Romeinse theater nooit in het echt gezien. Tor Bella Monaca telt veel eenoudergezinnen, 19 procent schoolverlaters, en er is geen sociale mix, want 82 procent van alle appartementen zijn socialehuurwoningen. Dat leidt tot een wedloop onder armen: geregeld ziet een rechthebbende een huis aan zijn neus voorbijgaan, doordat het wordt ingenomen door iemand anders in woningnood. De overheid treedt lang niet altijd op. Thuis, in een klein appartement dat haar niet toekomt, zegt Romina Vidili (48) dat ze nergens anders kan wonen. Ze werkte als schoonmaakster, maar is gestopt om vaker bij haar zevenjarige zoontje Alessio te zijn, een kind dat speciale zorg nodig heeft. Ze krijgt een uitkering van 500 euro en haar ex stopt elke maand 200 euro toe. Daarvan overleven moeder en zoon in een flatje met één slaapkamer. De huur betalen lukt niet. Aan haar keukentafel toont Vidili het stapeltje schriftelijke waarschuwingen. „Ik ben doodsbenauwd dat we worden uitgezet.”
Extreme armoede De wijk zou 28.000 bewoners tellen, maar door alle niet-geregistreerde inwoners weet niemand dat zeker. In Tor Bella Monaca leeft 41 procent in extreme armoede tegenover 7 procent in heel Italië, en heeft 22 procent geen enkele vorm van een inkomen. De pandemie slaat hier nog harder toe, met meer besmettingen dan elders, en met nog meer armoede als gevolg. Want toen de cafés, restaurantjes en kapsalons gedwongen werden te sluiten, stonden zwartwerkers ineens zonder inkomen of coronabonus op straat. De misdaadclans profiteren van die sociale kwetsbaarheid. Een voorraad drugs bijhouden en bewaken levert per maand al gauw enkele honderden euro’s op. Vooral zij die hun gebrekkige inkomen moeten compenseren, werklozen of bejaarden met een karig pensioen, worden ingeschakeld voor zo’n klus. „Door de pandemie vinden drugsbendes nog meer mensen bereid om voor hen bij te springen,” zegt Gianpiero Cioffredi (59), directeur van de onderzoeksdienst criminaliteit van de regio Lazio. Neem bijvoorbeeld V., een 37-jarige moeder van drie. Ze verblijft in het huis van een vriend met haar jongste kind M., een mollig en vrolijk blond meisje van zes. De rechter stelde V. voor de keus: ofwel in een huis gaan wonen buiten de socialehuurmarkt, ofwel naar de gevangenis. Eerder betrok V. een socialehuurwoning in Tor Bella Monaca, en werd daar betrapt op dealen. Ze draagt nu een enkelband, die af mag zodra ze een baantje vindt. Dat lukt voorlopig niet. Ze werkte voorheen als schoonmaakster voor het bedrijf van haar
toenmalige vriend, de vader van twee van haar kinderen. Die maakte het geld op, vertelt V., door escorts in te huren – mannelijke escorts. Het bedrijf ging failliet. Ze zegt dat ze geen andere uitweg zag dan te gaan dealen. „Na een shift van vier uur kreeg ik 200 euro.” Als dealer riskeerde ze de bak, maar dealen leek haar beter dan een baantje op de uitkijk voor de drugshandelaren. „Wie de agenten in burger niet herkent, kan door de clans worden geliquideerd.”
Tor�Bella�Monaca ITALIË
Vaticaanstad
Tor Bella Monaca
Rome
De klok rond dealen In de wijk zijn twaalf tot veertien misdaadclans actief, die evenzoveel zogenoemde ‘drugspleinen’ beheren. Het gaat om oude, traditionele maffiafamilies, vermengd met nieuwe Romeinse criminelen. De klok rond wordt er gedeald. Een lucratieve dag levert één plein een omzet tot 20.000 euro op. In de buurt van de drugspleinen zien we jongeren in sportkleren afstappen op vertragende auto’s met opendraaiende raampjes. Bij de uitkijkposten, op de hoek van elk drugsplein, duiken steeds vaker minderjarigen op. Een shift van vier tot zes uur levert hun 60 tot 80 euro op. Al gebeurt het allemaal vrij openlijk, toch aarzelen veel buurtbewoners om erover te praten. Lucia, een bejaarde vrouw die haar volledige naam niet wil geven, vertelt dat de drugsclans de lift in haar flatgebouw hebben gesaboteerd. Daarom moet ze de boodschappen over de trap naar boven sjouwen. De lift wordt gebruikt als opslagplaats voor wapens en drugs, klinkt het in de buurt. Angst heerst er zeker in de wijk, zegt Gianpiero Cioffredi, maar dat niet alleen. De clans hebben ook een mate van sociale aanvaarding nodig, zodat ze niet bij de politie worden verklikt, en drugsladingen in kleinere hoeveelheden her en der in de wijk kunnen worden weggestopt. Daarom zullen ze een verloederd stuk van de wijk – waar niet wordt gedeald – zelf opknappen, of het pensioentje van opa aanvullen. Op het politiecommissariaat bevestigt politiechef Giacomo Tessarolo dat de overgrote meerderheid van hen die met verstopte drugs worden gepakt, geen strafblad heeft. Voor de politie voelt het soms als dweilen met de kraan open. „Een halfuur nadat wij een dealer van de straat hebben geplukt, staat er al een ander klaar.” Clans onderhouden het gezin van de gearresteerde, en betalen diens advocaat. Behalve als het vreemdelingen zijn zonder vaste verblijfplaats. Die krijgen ook minder betaald per uur.
Verzet Er is ook verzet. Veel inwoners zijn bang om de clans te verstoren, maar niet Tiziana Ronzio (52). De kleine, geblondeerde ziekenhuismedewerkster woont met haar bejaarde moeder en twee volwassen zonen in een flatje in een socialewoontoren van Tor Bella Monaca. Tot voor kort waren drugs en criminaliteit dagelijkse kost in het gebouw. De toegangspoort en de deurtelefoons van de to-
5 km NRC 241221 / FG / Bronkaart: mapcreator.io
ren waren gesloopt. Het was er vuil en vies, en er werd stroom en water afgetapt. „Toen met Oudjaar in 2014 een grote stroomstoring de hele toren in duisternis stortte, was ik het echt zat”, zegt Tiziana. Een groepje vrouwen uit de toren besloot actie te ondernemen, en systematisch aangifte bij de politie te doen. En er kwám verandering. De vrouwen overtuigden de dealers ten min-
ste uit het gebouw te blijven. De voordeur werd hersteld en de nieuwe deurtelefoons hangen nu achter een ijzeren rooster. In september is Giuseppe Moccia (38), lid van een clan die met de camorra uit Napels is verbonden , uit zijn flat in de woontoren gezet. Moccia betaalde geen cent huur, maar in huis vond de politie wel 30.000 euro in contanten. Tiziana Ronzio was in juni nog verbaal door hem bedreigd na wat begon als een banale parkeerruzie. Mario Cecchetti (62) heeft een minder goed contact met de politie en de politiek. Mario is sinds dertig jaar de bezielend leider van het levendige buurtcentrum, dat met naschoolse activiteiten de jeugd van straat probeert te houden. Tijdens de pandemie levert hij ook voedselpakketten aan huis, bij de meest kwetsbare gezinnen. Mario verwijt de politie dat die alleen maar drugsrazzia’s doet. En politici focussen zo sterk op de drugs, omdat ze volgens hem zo de onderliggende problemen kunnen negeren. „Als je het meent met deze wijk, dan pluk je niet alleen de dealers van de straat, maar creëer je ook kansen en werk.”
In het partijlokaal van de centrumlinkse Partito Democratico, in hartje Tor Bella Monaca, geeft Nella Converti (31) hem gelijk. In oktober is de jonge politica voor het eerst verkozen als gemeenteraadslid. De meeste stemmen kwamen uit Tor Bella Monaca. Ze voelt daardoor een grote verantwoordelijkheid. Nella groeide niet op in de wijk, maar ging er naar een middelbare school met een goede reputatie. Als dochter van een arts deelde ze de schoolbanken met kinderen van arbeiders, loketbedienden en criminelen. Het scherpte haar politieke bewustzijn. Ze omschrijft Tor Bella Monaca als „de wijk van de onzichtbaren”: „Veel bewoners weten niet eens wat hun rechten zijn, of welke hulp ze kunnen vragen.” De lijst met uitdagingen is lang, van woningnood en afval tot armoede en maffia. Maar het nieuwe stadsbestuur heeft vijf jaar de tijd om minstens een deel van die lijst aan te pakken, zegt de jonge bestuurster. „Het klopt dat deze wijk te lang in de steek werd gelaten, door alle partijen, ook de mijne. En als de staat afwezig is, springt de maffia in het gat en vult de leemte.”
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
FIJNE FEESTDAGEN In een klein gezelschap maken jullie deze kerstdagen thuis wellicht plannen voor het nieuwe jaar. Wat gaan jullie thuis veranderen of aanpakken, de keuken of de slaapkamer? Een nieuwe, grote eethoek of liever een fijne, nieuwe bank in de woonkamer. Op onze website kunnen jullie alle inspiratie op doen voor jouw plannen. Woonmall Alexandrium wenst iedereen fijne, gezellige feestdagen en een gezond 2022.
ONTDEK HIER DE ACTUELE INFORMATIE
ROTTERDAM A20 AFSLAG 16 | MAKKELIJK PARKEREN
18 Weekend | IN BEELD
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
De sneeuw komt uit een zakje dons
D
ennis Hobma (26) uit Harlingen koopt het hele jaar door busjes purschuim. Dat is van dat spul dat eruitziet als slagroom en direct uithardt. Halverwege augustus begint hij bovenaan de muur van zijn woonkamer, net onder het plafond, aan een skipiste. Een paar weken later volgt het dorpje, aan de voet van de berg. Twee weken voor de wintertijd ingaat, is zijn kerstdorp (rechtsboven) klaar. Er zijn meer mensen met deze liefhebberij. De miniatuurhuisjes, -bomen, -treinen en figuurtjes komen van tuincentra, die hun assortiment kort na de zomer beginnen uit te stallen. Kerstdorpbouwers ruimen een dressoir of vensterbank leeg (minimaal 30 centimeter breed wordt aanbevolen) en geven alle miniaturen een plek. De sneeuw komt uit een spuitbus of uit een zakje dons. Verlichting mag niet ontbreken. Veel van de kerstdorpbouwers op deze pagina zijn er wéken mee bezig geweest, maar niet iedereen begon zo vroeg. Thea Hendriks, 73, uit Purmerend (rechtsonder) haalt alles pas tevoorschijn als Sinterklaas vertrokken is. Haar meest geliefde bezit is de draaimolen. Tijdens het ronddraaien gaan de paardjes op en neer. Dit is haar tweede exemplaar; de vorige ging stuk toen haar kleindochter aan een van die paardjes trok . Een dure hobby? Ach, ja. Een huisje kost al snel 30, 40 euro – als het niet meer is. Die draaimolen van mevrouw Hendriks was 150 euro. En Dennis Hobma heeft dit jaar een kersthuisje staan van 125 euro, met een klokje dat keurig de tijd aangeeft. Elke minuut komt er een koekoek uit.
Peter�Zantingh
Weekend 19
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Fo�t�o’s
Jennifer Knuchel
20 Weekend | INTERVIEW
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
JOOST�ORANJE HOOFDREDACTEUR�NIEUWSUUR
Onder Joost Oranje werd Nieuwsuur genuanceerder en, volgens velen, beter. Na negen jaar stopt hij. ‘Het ideaal is dat mensen na ons programma de tv uitzetten en zeggen: goh, zo zit dat dus.’ Tekst�Thijs�Niemantsverdriet Foto�Merlijn�Doomernik
‘Ik voel me rustiger als ik het nieuws volg’
Joost�Oranje: „Wij�journalisten verheffen�Twitter tot�norm.�Ik�maak me�daar�zelf�ook schuldig�aan.”
Weekend 21
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
O
p een kastje in zijn Hilversumse werkkamer staan ze uitgestald: de prijzen die Nieuwsuur de afgelopen jaren won. Er past weinig meer bij. Acht keer een Tegel, de belangrijkste journalistieke jaarprijs. Een keer de Emmy, drie keer De Loep, de prijs voor onderzoeksjournalistiek. En vooraan: de Zilveren Nipkowschijf, de meest gezaghebbende onderscheiding in televisieland. Die ontving Nieuwsuur dit jaar voor verslaggeving die, aldus de jury, tijdens de coronacrisis „alleen maar aan overtuigingskracht wint”. „Hier zitten ook een paar prijzen tussen van vóór mijn tijd hoor”, zegt Joost Oranje. Succes opeisen voor zichzelf, dat zit niet echt in zijn aard. De lof en de vele onderscheidingen, zegt Oranje, komen in de eerste plaats door de „veerkracht, originaliteit en diepgang” van de gehele Nieuwsuur-redactie. Toch staat de actualiteitenrubriek van NOS en NTR onder zijn leiding al een aantal jaar op eenzame hoogte. Met onthullingen over AIVD-hacks in Rusland en dubieuze paspoorthandel op Malta. Met diepgaande aandacht voor het buitenland. En bovenal: met de vlijmscherpe en grondig voorbereide lijsttrekkersinterviews tijdens de Tweede Kamerverkiezingen van dit jaar. In NRC schreef tv-recensent Arjen Fortuin: „Er zijn proefwerken in het leven van een politicus, maar de voortreffelijk voorbereide interviews van Jeroen Wollaars en Mariëlle Tweebeeke zijn het Centraal Schriftelijk Eindexamen.” Na negen jaar stopt Joost Oranje (58) bij Nieuwsuur. In februari legt hij zijn functie neer en maakt plaats voor Pieter Klein, de RTL-journalist die mede aan de basis stond van de onthullingen over de Toeslagenaffaire. Met zijn vertrek als hoofdredacteur wil hij „zelfgenoegzaamheid, vastzitten in een gouden kooi en vooral routine” voor zijn, schreef hij in een e-mail aan de redactie. Helemáál weg gaat Oranje niet: hij blijft verbonden aan NTR en NOS, als ‘coördinator onderzoeksjournalistiek’. Het genre waar zijn hart ligt, en waarmee hij in zijn bijna veertig jaar omspannende loopbaan bij radio, televisie en krant – waaronder veertien jaar bij NRC – de meeste faam verwierf. „Dingen blootleggen die mensen niet hadden geweten als ik ze niet had onderzocht, dat heeft mijn hele journalistieke carrière gekleurd.” De onderzoeksverhalen van Nieuwsuur waar hij het meest trots op is? Dat zijn de onthullingen in coronatijd, bijvoorbeeld over mondkapjes in de ouderenzorg die aanvankelijk werden afgeraden. En natuurlijk het onderzoek naar de Teevendeal – de schikking die VVD’er Fred Teeven als officier van justitie trof met drugshandelaar Cees H. Het ‘zoekgeraakte’ bonnetje kostte drie bewindspersonen en een Kamervoorzitter de kop. De reactie van het kabinet op die primeur was véél meer dan een bestuurlijke misser, zegt Oranje. „De arrogantie om te zeggen: we geven het eventjes toe, maar gaan snel over tot de orde van de dag. Het staat voor een cultuur van ontkennen, toedekken, leugentjes om bestwil. Van een op het oog bestuurlijk incidentje werd het een duidelijk stuk betonrot in het Nederlandse politieke systeem. Eigenlijk is het nieuws over de Teevendeal de start geweest van waar we het nu nog steeds over hebben: de Haagse bestuurscultuur die moet veranderen.” De andere grote journalistieke onthulling van de afgelopen jaren was de Toeslagenaffaire, door Trouw en RTL. Heeft u wel eens gedacht: hadden wíj die onthulling maar gehad? „Natuurlijk heb ik wel eens zitten denken: waar hebben we die gemist? Als we op het goede spoor waren gezet, bijvoorbeeld door een tip, dan had Nieuwsuur er ook achter kunnen komen.” Heeft Nieuwsuur de Toeslagenaffaire op tijd opgepakt na de eerste onthullingen? De kritiek op andere media, ook op NRC, was: jullie hebben dit te lang links laten liggen. „Ja, achteraf gezien hadden we er eerder in kunnen duiken. Maar ja, dat is de journalistieke dynamiek. Toen wij begonnen met de Teevendeal, gingen andere media daar aanvankelijk ook niet achteraan. Die dachten: dat is nu het domein van Nieuwsuur.” Merkt u al iets van de ‘transparante overheid’ die premier Rutte beloofde naar aanleiding van de Toeslagenaffaire?
„Ik moet nog maar zien of dat gaat lukken. Bij Nieuwsuur hebben we al meer dan anderhalf jaar een procedure lopen over interne corona-documenten van het ministerie van Volksgezondheid. Die hebben we opgevraagd met een beroep op de Wet openbaarheid bestuur (Wob). Het ministerie heeft besloten om de Wob de facto buiten werking te stellen: ze willen zelf bepalen wanneer ze welke documenten naar buiten brengen. Maar de wet zegt: je moet binnen acht weken beslissen. Ik sprak laatst even met Hugo de Jonge, bij een bijeenkomst van het Genootschap van Hoofdredacteuren. Hij zei: ‘Joost, ik ben heus wel voor transparantie. Maar het zijn zóveel stukken en het is crisis.’ Dat snap ik, maar het is vanuit de verkeerde kant geredeneerd. Als het De Jonge echt menens, is, zegt hij tegen z’n ambtenaren: hup, gewoon al die documenten naar Nieuwsuur, met zo weinig mogelijk weggelakt. De Raad van State heeft VWS nu een deadline gesteld, maar we hebben die stukken nog steeds niet. Het is gekmakend. Waar zit het mis tussen de oren bij die mensen van VWS?” Uw collega’s zeggen: Joost is altijd op zijn hoede voor uitglijders. Zijn er in die negen jaar toch dingen gebeurd waarvan u zegt: dat is jammer? „Kijk, waar gehakt wordt, vallen spaanders. We hebben iedere dag een uitzending. Sommige items hadden we misschien beter kunnen uitzoeken, of we hadden betere wederhoor kunnen plegen. En we hebben natuurlijk Rian van Rijbroek gehad.” Dat was een ‘cybercrime-expert’ die bij Nieuwsuur aan tafel uitspraken deed die niet klopten. „Maar echt grote uitglijers? Nee. Ik ben inderdaad heel behoedzaam. Nieuwsuur ligt onder een vergrootglas – en terecht. We worden grotendeels met publiek geld gefinancierd, we moeten ongebonden en onafhankelijk zijn. Adel verplicht. En ik zeg altijd: het vak van journalist moet je met bescheidenheid uitoefenen. Je moet je realiseren hoeveel macht je hebt. Je moet geen vrienden willen maken, maar je wél altijd verplaatsen in degene die je aanpakt. Het kan zijn dat een verhaal minder ‘lekker’ wordt als je het te veel nuanceert. En toch is dat de kunst. Je moet iedere keer weer durven zeggen: de wereld is niet zwart-wit, hij is grijs. Toen ik net was aangetreden als hoofdredacteur, heerste er bij Nieuwsuur nog meer een cultuur van: we dóen het gewoon. Publish and be damned.” Collega’s vertellen dat u zich op detailniveau bezighoudt met het programma. „Ik krijg terecht weleens het verwijt dat ik te veel aan het micro-managen ben. Ik ben niet iemand die het van zich laat afglijden als er iets niet goed gaat in de uitzending. Dan ga ik me zitten afvragen: wat heb ik fout gedaan, had ik niet moeten ingrijpen? De laatste jaren neem ik wel iets meer afstand, ben ik er iets geruster op.” Joost Oranje, vertellen zijn collega’s, lééft voor zijn vak. Het enige vertier dat hij zich naast zijn werk permitteert, is een seizoenkaart bij Ajax en – heel soms, wanneer hij tijd heeft – vliegtuigspotten op Schiphol. Hij drinkt niet, rookt niet en is al meer dan veertig jaar samen met zijn vrouw. Een van uw dochters vertelde: op vakantie leest u iedere dag de krant en kijkt u alle uitzendingen van Nieuwsuur. „Ik word echt ongelukkig als ik dat niet doe. Natuurlijk heb ik het wel eens geprobeerd, maar ik voel me gewoon rustiger als ik het nieuws volg. Ik lees op vakantie ook niet álle kranten, zoals ik normaal wel doe. Maar helemaal afkoppelen, daar voel ik me niet senang bij.” Hij heeft van kinds af aan journalist willen worden, vertelt Oranje. Een gebruikelijke jeugd had hij niet: van zijn vijfde tot zijn twaalfde woonde hij in Jakarta. Zijn vader, een synodaal-gereformeerde dominee, werkte er als docent godsdienstfilosofie aan de universiteit. Op zijn zesde maakte hij al een huiskrant, de Oranjepost, voor zijn twee zusjes en zijn ouders. „Daar stond huiselijk nieuws in: de familie Oranje had een nieuwe hond, of: de regentijd kwam vroeg dit jaar.” Op zijn twaalfde werd hij in zijn eentje naar Nederland gestuurd, voor de middelbare school. Hij woonde een jaar bij een gastgezin in Oegstgeest. „Dat is heel vormend geweest. Vanuit de veilige omgeving van Jakarta kwam ik ineens in een land dat ik niet kende. Ander eten, ander weer, een grote school in Leiden. Achteraf gezien heeft dat jaar me in één klap zelfstandig gemaakt. Ik leerde dat ik voor mezelf moest opkomen, dat ik het alleen moest zien te rooien. Ik ben in dat jaar zó door elkaar geschud. Daardoor heb ik de rest van m’n leven behoefte gehad aan heel heldere kaders. Die
Als je ziet hoe óók weldenkende mensen zich baseren op onzin die rondgaat op internet – dat vind ik zorgwekkend
drang naar zekerheid, naar veiligheid – die zit diep in mij. Zo heb ik ook geprobeerd mijn kinderen op te voeden: met zekerheid en veiligheid.” De drang om iets betekenisvols te doen in zijn werk, kreeg hij van zijn vader mee. „Hij vond het heel leuk dat ik de journalistiek in wilde. Maar hij zei ook: je gaat dat vak in om bij te dragen aan het maatschappelijke klimaat. Niet voor de leuk. Alles wat jij als journalist blootlegt is goed, want er komt discussie over.” Van het gereformeerde geloof stapte Oranje rond zijn twintigste af. Zijn vader, de dominee, vond dat niet erg. „We hebben daar gesprekken over gehad. Hij respecteerde mijn keuze, want ik had er goed over nagedacht. Mijn vader was absoluut niet dogmatisch, het geloof is ons als kinderen nooit dwingend opgelegd.” Zijn vader overleed jong. „Ik was 24, hij 49. Zelf werd hij ook overvallen door de jobstijding. Hij zei: ik moet hier eerst theologisch uit komen, daarna neem ik afscheid van jullie. Dat afscheid heeft nooit echt plaatsgevonden, want hij kwam er niet uit. Zijn dood heeft een katalyserend effect gehad op mijn afscheid van het geloof. Ik was heel boos dat het me overkwam.” Toen hij aantrad bij Nieuwsuur was Oranje behoorlijk somber over de toekomst van de kwaliteitsjournalistiek. Abonnees liepen weg, redacties krompen. Die trend is „ten goede gekeerd”, zegt hij. De oplages van kranten stijgen weer, de onderzoeksjournalistiek floreert als nooit te voren. „Mensen zijn het normaal gaan vinden dat ze moeten betalen voor journalistiek. Dat een platform als Follow The Money zelfstandig kan bestaan, is fantastisch. Had ik zeven jaar geleden niet kunnen voorzien.” Er zijn wel andere dreigingen voor in de plaats gekomen, zegt Oranje: desinformatie en politieke partijen die ageren tegen ‘de media’. „Als je ziet hoe óók weldenkende mensen zich baseren op onzin die rondgaat op het internet – dat vind ik echt zorgwekkend. Voor politieke partijen als de PVV, FVD en Denk is het een verdienmodel geworden om af te geven op de journalistiek.” Wat is het antwoord van de journalistiek? Er gaan stemmen op om de FVD niet langer als ‘normale’ politieke partij te verslaan, omdat ze antidemocratisch en antisemitisch zou zijn. „Ik ben héél huiverig voor zo’n aanpak. Je moet als journalist je rol kennen. We moeten niet aan opinie doen, geen onderdeel worden van het spel. Natuurlijk bieden wij aan provocaties en antisemitische teksten geen platform. Maar aan één specifieke partij geen plek meer bieden, dat vind ik gevaarlijk. Dat FVD bestaat, en steun krijgt, is een journalistiek feit dat we juist níet moeten negeren.”
Journalist Joost�Oranje�(Amsterdam,�1962) groeide�op�in�Indonesië,�waar zijn�vader�werkte�als�docent godsdienstfilosofie.�Zijn�eerste krantenartikel�schreef�hij�op�zijn zeventiende:�een�toneelrecensie in�het�Kamper�Nieuwsblad va�n Herman�Heijermans’ U�i�t�ko�m�s�t�. Na�de�School�voor�Journalistiek in�Utrecht�werkte�Oranje�als�radioverslaggever�(Ve�ro�n�i�ca Nieuwslijn, Hier�en�nu�radio)�en�als onderzoeksjournalist�bij�NOVA,�de voorloper�van�N�i�e�u�w�s�u�u�r.�In�1998 stapte�hij�over�naar�NRC�Handelsblad,�waar�hij�onder�meer�chef�politiek�en�plaatsvervangend�hoofdredacteur�was.�Sinds�2012�is�hij hoofdredacteur�van�Nieuwsuur. Oranje�won�de�Prijs�voor�de Dagbladjournalistiek�(2005) voor�een�serie�in�NRC�over�het Ahold-boekhoudschandaal�en de�Anne�Vondelingprijs�voor�politieke�journalistiek�(2009)�voor�zijn onthullingen�over�de�Nederlandse steun�aan�de�Irak-oorlog.�Hij woont�samen�en�heeft�twee�volwassen�dochters.
Je zou ook kunnen zeggen: er staat zóveel op het spel dat journalisten zich die houding van ‘alleen onderzoeken, niet oordelen’ niet meer kunnen veroorloven. Het is onze plicht de democratie te beschermen. „Ja, door te berichten, te onderzoeken, te onthullen. Kijk wat er de afgelopen weken allemaal boven water is gekomen over de bestorming van het Capitool! Hoe georganiseerd dat allemaal was – eigenlijk een soort couppoging. Daar zeiden mensen ook: geen aandacht aan besteden, die bestorming, het hitst de boel alleen maar op. Ik vind dat je niet te veel grote waardeoordelen en bijvoeglijk naamwoorden moet gebruiken in de journalistiek. Het ideaal is dat mensen naar Nieuwsuur kijken, de televisie uitzetten, erover praten op de bank, en tegen elkaar zeggen: goh, zo zit dat dus.” Is dat geen ideaalbeeld van een nieuwsconsument die door de versplintering en polarisatie van de maatschappij inmiddels amper meer bestaat? „De zwijgende meerderheid is veel groter dan wij denken. Mensen zijn veel redelijker. We laten ons ontzettend leiden door sociale media en grote monden. Wij journalisten verheffen Twitter tot norm. Ik maak me daar zelf ook schuldig aan. Ik zit iedere avond naar #nieuwsuur te kijken. En als dat allemaal positieve tweets zijn, zeg ik tegen mijn collega’s: ‘De kijkers waren positief’. Terwijl dat een onzinopmerking is.” Wordt u met die redelijke opstelling niet op een dag wakker om te constateren dat de democratie is verdwenen? „Als wij journalisten érgens strijdbaar voor moeten zijn, is het de democratie. Maar het is een karikatuur om te zeggen: we staan aan de vooravond van de omverwerping van de democratie. Zodra je als hoofdredacteur ideologisch richting gaat geven, zit je aan de verkeerde kant van lijn.”
22 Weekend | REPORTAGE
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
O�ve�r dit a�r�t�i�ke�l
Op�verzoek�van�N�RC�verleende�het�UMC�Utrecht�toestemming�om�mee te�lopen�op�de�spoedeisende�hulp,�de�intensive�care�en�twee�Covidafdelingen.�Dit�artikel�is�voor�publicatie�voorgelegd�aan�alle�betrokkenen ter�verificatie�van�feitelijke�onjuistheden.�De�naam�van�één�patiënt�is�weggelaten�omwille�van�zijn�privacy.
UMC�UTRECHT
Het virus heerst, van de IC tot in de koffiekamer Hoe zijn de ziekenhuizen eraan toe aan het einde van de vierde Covidgolf en in afwachting van Omikron? Personeel van het UMC Utrecht over het werken onder hoogspanning, en de zus van een IC-patiënt over haar ongevaccineerde broer.
D Te�k�s�t Hugo�Logtenberg en Lineke�Nieber Fo�t�o’s Ilvy�Njiokiktjien
Weekend 23
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Piepers�aan�de�riem van�een zorgmedewerker�op�de�Covid-IC van�het�UMC�Utrecht. Gedicht�op�de�kamer�van�de broer�van�Janneke�Ekelschot�op de�Covid-IC�van�het�UMC�Utrecht.
„Doe open!” Janneke Ekelschot klopt op het raam, trekt de klep van de brievenbus omhoog en schreeuwt op volle kracht: „Doe. Open!” Geen reactie. Door het raam ziet ze licht branden; een computer die aanstaat. Janneke’s vader komt achter haar het tuinpad opgerend en haalt een reservesleutel uit zijn zak. Deur open, gang in. Zijwaarts schuifelen ze langs een brommer. Aan het eind van de gang steekt Janneke haar hoofd om de hoek van de woonkamer. Haar broer (40) en zij (38) lopen de deur niet bij elkaar plat. Wel hebben ze geregeld contact. Maar nu neemt hij al anderhalve dag zijn telefoon niet meer op. De vorige ochtend om 10.21 uur las hij voor het laatst een WhatsApp-bericht. Binnen ligt haar broer, plat op de bank. Hij ziet er grauw, grijs uit. Zijn ogen staan wijd open, maar hij is niet aanspreekbaar. Er staat schuim op zijn mond. Janneke schrikt, grijpt haar telefoon en belt 112. „Zet hem rechtop”, luidt de instructie van de telefoniste. Samen met haar vader sjort ze haar broer – twee meter, 120 kilo – overeind. Ze propt een kussen in zijn rug. En dan stopt hij plots even met ademen. Janneke: „Ik heb geschreeuwd en hem hard door elkaar geschud.” Drie ambulancemedewerkers, Janneke en haar vader tillen hem op de brancard. Buurtge-
noten horen de ambulance met gillende sirenes wegrijden, richting het Meander Medisch Centrum in Amersfoort. Als Janneke naar buiten loopt, ziet ze de telefoon van haar broer liggen naast het computerscherm. Nog geen drie meter van de bank waarop hij al die tijd heeft gelegen.
wel een beroep op ons doen om te overleven.” Verpleegkundige Annet: „Als er dan voor de zoveelste keer weer mensen staan te demonstreren, denk ik: wat doe ik hier eigenlijk?”
Inhaalzorg
Werkplezier Wat deed de vierde Covid-golf met artsen, verpleegkundigen, patiënten en hun familieleden? Wat is de situatie in een academisch ziekenhuis waar code zwart op de valreep werd afgewend, terwijl ondertussen de Omikronvariant zich razendsnel over het land verspreidt? In de vier weken voor Kerst liep NRC mee in het UMC Utrecht: op de spoedeisende hulp (SEH) waar patiënten in acute nood het ziekenhuis binnenkomen, op de intensive care (IC) voor Covid-patiënten en op twee speciale Covid-afdelingen waar patiënten worden verzorgd die te zwak zijn om thuis te herstellen maar (nog) te sterk om naar de IC te gaan. Wie er rondloopt ziet dat het virus niet alleen patiënten treft, maar na twee jaar ook steeds dieper in de haarvaten van het ziekenhuis kruipt. Hoe Covid de onderlinge arbeidsverhoudingen, het werkplezier en de kwaliteit van de zorg onder hoogspanning zet. Intensivist Maarten van Eijk: „Het is moeilijk dat mensen die de medische wetenschap ontkennen later
Hij zei: corona is een griepje Janneke�Ekelschot�zus�van ongevaccineerde�IC-patiënt
Glanzende gangen, zachtgeel linoleum. Op de tweede verdieping van het UMC Utrecht is het uitgestorven op zondagmiddag 14 november. Morgenochtend gaan hier in de C-vleugel de deuren open van een speciale corona-afdeling: 42 bedden voor patiënten van de ‘vierde golf’. Verpleegkundige Yvonne Spetter (38) – rode lippenstift en versierde klompen – zwiept de deur van de koffiekamer open; een lokaaltje met wat tafels en een koffie-automaat. „Of hebben jullie zin in goede koffie? Dan loop ik naar de hal beneden.” Spetter werkt op de mediumcare, waar ernstig zieke patiënten na operaties, alcoholvergiftiging of verkeersongevallen worden opgenomen. Vier maanden geleden had ze zich opgegeven voor de ‘inhaalzorg’; patiënten die eindelijk een nieuwe nier of hartklep zouden krijgen. „Nooit van de grond gekomen”, zegt Spetter. In plaats daarvan staat ze nu één dag in de week op de Covid-afdeling. „Ik vind het niet meer dan normaal dat ik een bijdrage lever.” Het contrast met de eerste golf is groot, ziet
Lees�verder�op pagina�24
»
24 Weekend | REPORTAGE B�ove�n�:�tracheotomie bij�een Cov�i�d�-�p�a�t�i�ë�n�t�. Onder:�Rikus Hidding�(74) ve�r�l�o�o�r onlangs�zijn�vrouw, die�naast�hem�in�het ziekenhuis�lag.
»
Vervolg�van pagina�23
ze. Het ziekteverzuim onder het verpleegkundig personeel in het UMC Utrecht is opgelopen tot 8 procent, bijna dubbel zo hoog als normaal. Op de IC is dat zelfs 14 procent. Dat vraagt nog meer van de overgebleven medewerkers. Yvonne Spetter: „Je kunt nee zeggen tegen een extra dienst, maar dan laat je je collega’s in de steek.” Anders dan in de eerste golf springt defensiepersoneel nog niet bij, in november. Het coördinatiepunt dat het ziekenhuis vorig jaar instelde om de stroom taarten, chocoladerepen en Rituals-pakketten onder het personeel te verdelen, is opgeheven. In plaats daarvan is de bewaking verder opgeschroefd. Na één druk op een knop spoeden beveiligers zich naar de Covid-afdeling, iets wat gemiddeld één keer per week gebeurt. Verpleegkundigen vertellen over familieleden die hen tijdens het bezoekuur uitmaken voor „stelletje acteurs”, die weigeren afstand te houden, bezoektijden negeren of beweren dat hun dierbare stiekem is gevaccineerd. Eén virusontkenner wilde worden behandeld door een ongevaccineerde intensivist. De coördinerend verpleegkundige achteraf bij een intern overleg: „Daar gaan we uiteráárd even naar op zoek.” Het moeilijkst vinden ze antivaxers die naar de IC bellen om te checken of er echt coronapatiënten liggen, patiënten en hun familieleden die de diagnose betwisten of, nog erger: zich bemoeien met het behandelplan. „Je moet vitamine C in zijn infuus doen”, zei een familielid tegen Spetter. Met een milde glimlach:
De�suède�schoenen�van intensivist�Maarten van�Eijk;�mediumca�re�ve�r�p�l�e�e�g�ku�n�d�i�g�e Yvonne�Spetter.
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Weekend 25
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
O�ve�r dit z�i�e�ke�n�h�u�i�s
„Dat had hij gelezen op internet.” Haar antwoord: „Prima. U kunt een potje pillen van thuis meebrengen.” Ergernis hierover valt weg zodra ze de kamer van een patiënt binnenstapt, zegt ze. „Gevaccineerd of ongevaccineerd, aan het bed maak ik geen onderscheid.”
Het�UMC�Utrecht�is�één�van�de�acht�academische�ziekenhuizen�van�Nederland.�Een�kolos�met�bijna�duizend�bedden,�12.000�medewerkers�en 200.000�patiënten�per�jaar.�Waar�jaarlijks�1.800�trauma’s�zoals�ernstige verwondingen�worden�behandeld,�400�multi-trauma’s�(zware�auto-ongelukken)�en�gemiddeld�elke�dag�iemand�na�„een�val�van�hoogte”. Het�UMC�Utrecht�is�geen�ziekenhuis�voor�‘a�a�n�l�o�p�e�r�s’; mensen�met�een
Dinsdag 23 november. Intensivist Diederik Gommers waarschuwt in een hoorzitting met de Tweede Kamer dat code zwart „binnen tien dagen dreigt”. Ziekenhuizen zullen dan acute patiënten moeten weigeren.
de A28. Maar vandaag hangt boven de boomtoppen een dichte mist. Binnen, op de ‘Covid-IC’, liggen de ziekste patiënten. Vijftien mensen worden in leven gehouden door machines, vrijwel allemaal zijn ze in slaap gebracht. In de kamers met wanden van glas, lijkt het alsof de nevel van buiten over de afdeling trekt. Hier klinkt onophoudelijk het gezoem van beademingsmachines, en gepiep van hartmonitoren en lege medicijnpompen die alarm slaan. In deze wereld is intensivist Maarten van Eijk (38) verkeersleider van dienst. Een stevige kerel, die weinig stiltes laat vallen. Zichtbaar gewend om beslissingen te nemen. Ook als de omstandigheden hoogst onzeker zijn. Als enige op de afdeling draagt Van Eijk geen witte klompen. Hij werkt áltijd op zijn blauwe suède schoenen. „Dat vind ik geinig.” Van Eijk stelt de behandelplannen op voor de patiënten, stuurt verpleegkundigen aan en leidt jonge artsen op. Ondertussen beweegt hij zich in hoog tempo van patiënt naar patiënt: heb je al bloed afgenomen? Is de uitslag van de röntgenfoto al binnen? Als we hem op een ochtend vragen hoe het kan dat er plots zoveel nieuwe namen op het patiëntenbord staan, blijft hij abrupt stilstaan. „Mensen gaan dood. Op de IC houden we mensen kunstmatig in leven. Als de prognose is dat iemand nooit meer van de IC af komt, stoppen we.” Door zijn beschermende kleding zijn alleen zijn ogen zichtbaar. „Op deze afdeling is doodgaan meestal een medische beslissing.” En daar gaat Van Eijk weer. Op weg naar een patiënt, checkt hij terloops of een verpleegkundige wel heeft geluncht. „Je eigen boterhammen? Er is boerenkool met worst!” Het ontbreekt haar simpelweg aan tijd en rust, vertelt ze later. Wanneer Van Eijk een Vlaamse arts in opleiding begeleidt bij het aanbrengen van een tracheotomie – een kunstmatige opening in de luchtpijp – wordt hij weggeroepen. Een ambulance met een ongevaccineerde, zwangere vrouw is met spoed onderweg naar Utrecht maar de Covid-IC ligt vol. Ze komt over uit een ander ziekenhuis. Van Eijk moet snel beslissen: wie van zijn patiënten is ‘goed genoeg’ om met de ambulance mee terug te gaan naar een streekziekenhuis? De gedwongen ‘patiëntwissel’ is typerend voor de ongekende druk op de afdeling in deze vierde coronagolf. Maar die druk komt niet alleen van buiten. De afdeling hartchirurgie, de interne hofleverancier van patiënten voor de intensive care, doet steeds vaker tevergeefs een beroep op Van Eijk en zijn collega’s. Hartpatiënten die normaal gesproken zouden worden opgenomen op de IC, moeten nu op de hartafdeling blijven. „Kijk het nog even aan”, zegt Van Eijk tegen zijn collega-specialist. Zo’n advies leidt soms tot spanning en wrevel, merkt hij. „Want die collega belt me met een goede reden. Daarbij, ík hoef niet telkens tegen patiënten te zeggen: ‘Sorry, ook deze week gaat uw hartoperatie weer niet door’.” Het probleem: de ernstigste Covid-patiënten zijn altijd acuut. Als je ze niet direct opneemt, gaan ze dood. In tegenstelling tot veel hartpatiënten. Van Eijk: „Het hele ziekenhuis staat onder enorme spanning.” Niet alleen tussen de afdeling cardiologie en de IC is wrevel, het hele systeem piept en kraakt. Van huisarts, ziekenhuis tot revalidatiekliniek loopt het vast. „Het is verdomd lastig om nu iets gedaan te krijgen.” En dat terwijl iedereen ziet dat een ander probleem aanzwelt. „Een bypass kun je best een week uitstellen. Of twee weken. Maar iedere dag neemt het risico toe”, zegt Van Eijk. „Uitgestelde zorg wordt vanzelf acute zorg.”
Lege medicijnpompen
Ambulance schrobben
Op de zesde verdieping van het UMC Utrecht reikt het zicht op heldere dagen tot ver voorbij
Zes verdiepingen lager rijden er in vijf minuten tijd vier ambulances de hal van de spoedeisen-
Geel hesje Een blokje kaas eet je met mosterd. En drink je bier, dan drink je Heineken. Amstelbier? Dat is „uilenzeik”. Haar broer, wil Janneke Ekelschot zeggen, is een man met rotsvaste principes. Op het patiëntenformulier dat naast zijn ziekenhuisbed hangt, schreef ze: „Hij staat voor zijn standpunt.” Als hij niet rondrijdt op de vrachtwagen, rommelt hij graag met geluidsapparatuur. Hij maakt radio voor een Utrechtse zender, vertelt ze. „Koos Alberts, Piet Veerman, Nico Haak, dat werk.” En waar Janneke en haar zus dagelijks met elkaar aan de lijn hangen, is haar broer liever op zichzelf. Hij komt niet langs om te kletsen, maar om de ramen te lappen. En precies op zo’n dag, als haar broer met een zeem in de weer is, besluit Janneke het hem te vragen: „Waarom laat je je niet vaccineren?” Kort ervoor had hij in een geel hesje op het Museumplein in Amsterdam gedemonstreerd tegen de coronamaatregelen. Mondkapjes vond hij onzin, en het vaccin „troep”. Janneke Ekelschot maakt zich zorgen. Zij werkt als verzorgende in een appartementencomplex voor ouderen, waar ze ziet wat het virus aanricht. Zijn antwoord? „Corona is een griepje.” Maar dan, na een bezoekje aan een drukke markt in Tiel, wordt hij ziek. Ekelschot, die zelf corona heeft gehad, hoort haar broer hoesten aan de telefoon. „Ik zei: ‘Je klinkt precies als ik’.” Ze brengt hem een thuistest. De uitslag: „Meteen twee dikke strepen.” Op woensdag ziet ze haar broer voor het laatst. Ze brengt hem overgebleven maaltijden uit het verzorgingshuis. Als ze het tasje neerzet op de kliko in de voortuin, ziet ze hem door het raam. Zondag appt Janneke’s moeder: heeft zij nog iets van haar broer gehoord? Janneke: „Ik schrok en wist meteen: dit klopt niet.” Ze belt haar vader en zegt: „We moeten erheen. Nu.” Als de ambulance met haar broer aankomt in Amersfoort, blijkt het zuurstofgehalte in zijn bloed zo laag dat hij aan de beademing moet. De situatie is zo zorgelijk, dat de verpleging haar vraagt om afscheid te nemen voor hij in slaap wordt gebracht. Janneke: „‘Lul!’, zei ik. ‘Eigenwijze zak. Waarom heb je me niet gebeld?!’” De verpleegkundige toont begrip, en zegt dan: „Het is nu tijd om iets aardigs tegen hem te zeggen.” Ekelschot: „Ik heb gezegd dat ik heel veel van hem hou.” Eenmaal thuis kan ze niet meer stoppen met huilen. De beademing in het Meander blijkt al gauw ontoereikend om haar broer in leven te houden. Anders dan bij een bacteriële longontsteking, komt er bij Covid geen slijm in de longen vrij. Het virus maakt de vaatwanden van de longblaasjes kapot. Als er dan onder hoge druk zuurstof in de longen wordt gepompt, kan dat voor grote schade aan het weefsel zorgen. Een hartlongmachine kan die functies van het lichaam ondersteunen – een dure, ingewikkelde en riskante behandeling. Janneke’s broer wordt vier dagen later overgebracht naar de intensive care van het UMC Utrecht. „De arts zei: ‘Hij is jong. We willen hem deze kans geven.’” Met zachte stem: „In Amersfoort had hij het niet gered.”
gekneusde�enkel�of�gebroken�pols�gaan�naar�een�‘g�e�w�o�o�n’ streek-�of stadsziekenhuis�zoals�het�Meander�in�Amersfoort�of�het�Diakonessenhuis�in�Utrecht.�Het�UMC�Utrecht�is�er�voor�de�meest�complexe�patiënten – transplantaties,�zeldzame�kankervormen.�Intensivist�Van�Eijk:�„Voor�een blinde�darmontsteking�moet�je�hier�niet�zijn.” Deze�maand�keerde�het�ziekenhuis�elke�medewerker�een�bonus�van�500�euro�netto�uit.
de hulp binnen. Twee ervan vervoeren vermoedelijke Covid-patiënten, de andere twee een leukemie-patiënt en een hartpatiënt. Na afloop schrobben de ambulancemedewerkers die Covid-patiënten vervoerden met emmer en sop de hele auto schoon. In de eerste golf, vertellen ze, werd dat poetsen voor hen gedaan, terwijl zij met een brancard de spoed op reden. „Daar is nu geen geld meer voor.” Binnen, in een vergaderkamer, bespreken artsen en verpleegkundigen later wat zich die dag afspeelde in de achttien behandelkamers van de spoedeisende hulp. „Enerverend”, glimlacht een jonge arts. Een verpleegkundige: „Al die ambulances kwamen binnen. Toen dacht ik: waar is iedereen? En waar laat ik die patiënten?” Ze wijst naar een collega. „En toen kwam jij ook nog terug met die geïntubeerde patiënt.” De ernstig zieke patiënt maakte noodgedwongen een lange reis door het ziekenhuis, vertellen ze: nergens was plek. De vrouw kwam binnen op de spoedeisende hulp, ging daarna het ziekenhuis in voor een CT-scan, maar op het volgende station – de IC – bleek geen plek. Daar ging de patiënt weer: zes verdiepingen omlaag, terug naar de spoedeisende hulp. Maar ook dáár lag het vol. „Al dat gesjouw”, zegt een van de verpleegkundigen aan tafel, „dat is slechte zorg”. De patiënt is uiteindelijk noodgedwongen naar een kleine operatiekamer gebracht. Voor de toestand van de vrouw maakt dat niet uit. De familie heeft er ook geen moeite mee. Maar voor de artsen en verpleegkundige aan tafel klopt het niet. „Je wilt iemand in een mooie ruimte leggen hier, of op de IC”, zegt een andere verpleegkundige. „Niet tussen al die machines in een operatiekamer. Iemand kan doodgaan. Dat is geen plek om te sterven.” Vrijdag 26 november. De Nederlandse Zorgautoriteit concludeert in een rapport dat de druk op IC’s „ernstig” is. Een derde van de ziekenhuizen zegt patiënten af die eigenlijk binnen zes weken geopereerd zouden moeten worden.
Gaten in het dienstrooster De voortdurende druk en het tijdgebrek dat daaruit voortvloeit, leiden tot fouten, vertellen artsen en verpleegkundigen van verschillende afdelingen van het UMC Utrecht. Een dopje dat na een operatie onder een patiënt is blijven liggen en een wond veroorzaakt. Te veel of juist te weinig medicatie. Een patiënt die al een half uur op een leeggelopen matras ligt. Bart Timmermans (39), manager van de ICverpleegkundigen, knikt instemmend bij een kop koffie op zijn werkkamer. „Herkenbare voorbeelden”, vindt hij. IC-verpleegkundigen, legt hij uit, fungeren als alarmbel voor artsen. Zij zijn de ogen en oren van de arts bij de patiënt. Zij moeten het zien als iemand van kleur verandert, als iemand ineens rap achteruit gaat. „Voor een arts maakt het niet veel uit of je nu voor vijftien of voor twintig patiënten een behandelplan moet opstellen. Maar de verpleegkundige moet het uitvoeren. Die moet bij elke patiënt álles zien.” Timmermans, zelf ooit werkzaam als verpleegkundige, worstelt als leidinggevende dagelijks met de gaten in het dienstrooster. De uitval onder zijn medewerkers is onverminderd hoog. Zijn verklaring, behalve de aanhoudende drukte: „IC-verpleegkundigen zijn van nature perfectionistisch. Ze zijn gewend om uitmuntende zorg te leveren.” En in een crisis is dat niet altijd mogelijk. „Een 7 in plaats van een 10 voelt voor hen niet als goede zorg.”
Klysma „Ik ga even uw mond uitzuigen.” IC-verpleegkundige Bram Stoffels (34) praat tegen patiënten, ook als die volledig in slaap zijn gebracht. Dat doen al zijn collega’s. „Het menselijke aspect is belangrijk”, zegt hij terwijl hij een patiënt wast. Waar Stoffels voor de crisis verantwoordelijk was voor „1,3 patiënt”, is hij dat nu op de Covid-IC voor 2,5. Hij pendelt voortdurend tussen zijn patiënten. Zodra er elders een alarm afgaat voor een handeling die urgenter is dan die waar
Lees�verder�op pagina�26
»
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
26 Weekend | REPORTAGE
»
Vervolg�van pagina�25
hij mee bezig is, snelt hij naar de betreffende patiënt. Zo komt hij na vijf minuten terug bij de man bij wie hij een klysma moest inbrengen. Op het moment dat hij met een collega de man op zijn zij draait, laat de patiënt alles lopen. Bram: „Ai, net te laat.” De man en het hele bed moeten worden verschoond. Een intensieve en tijdrovende klus. Bij het weggaan aait Stoffels de man liefdevol over de wreef van zijn voet. Later, op de gang: „De huidige werkdruk leidt soms tot de angst een fout te maken – wat heel vervelend is.” Dan gaat er opnieuw een alarm af bij een van zijn patiënten. Stoffels: „Ik zeg hier op de afdeling vaak: het is ‘goed gegaan’ in plaats van ‘goed gedaan’.” Vrijdag 3 december. De IC-capaciteit van Nederlandse ziekenhuizen gaat met honderd bedden omhoog. Het UMC Utrecht voegt tien bedden toe op de speciale Covid-afdeling en twee op de IC. Defensie springt bij op de Covidafdelingen.
Samenscholing Op de zesde verdieping hebben zich vijftien verpleegkundigen en hun leidinggevenden verzameld in een zaaltje. Aan de muur hangen foto’s van medewerkers op het moment dat ze in dienst kwamen. Bij de ‘Samenscholing’ kunnen verpleegkundigen twee keer in de week stoom afblazen. Eerste onderwerp van gesprek: de extra ICbedden. „Tot hoeveel bedden gaan we eigenlijk”, vraagt een verpleegkundige. Timmermans, op diplomatieke toon: „Goede vraag. Het antwoord is 36, waarvan 20 voor Covid-patiënten.” In het zaaltje klinkt gezucht. Alle aanwezigen weten: niet het aantal bedden maar het aantal verpleegkundigen is de beperkende factor. Timmermans is achter de schermen al dagen bezig om extra hulp in te schakelen. Hij kijkt de zaal rond en zegt: „Weet dat we er alles aan doen om jullie waar mogelijk te ontlasten.” De Samenscholing is ook bedoeld om problemen aan te kaarten. Timmermans deelt „een groeiende zorg” van de leidinggevenden. „Wij hebben meerdere signalen gekregen dat het grote aantal ongevaccineerden leidt tot wrijving tussen collega’s onderling maar ook tussen verpleging en familie van patiënten.” Er is een mail binnengekomen van een familielid dat klaagt over een opmerking van een verpleegkundige, zegt Timmermans. Hij leest voor: „‘Als hij een vaccin had genomen, had hij hier nu niet gelegen, is er tegen ons gezegd’.” In het zaaltje blijft het stil. Timmermans kijkt in zijn papieren en vindt een ander voorbeeld: „‘Doe niet zo aardig tegen de familie van een ongevaccineerde’, is er door een collega tegen een andere collega gezegd.” Een leidinggevende verpleegkundige knikt instemmend. Hij zegt: „Er zijn meerdere discussies geweest tussen collega’s op de gang over ongevaccineerden. Dat kan echt niet.” Er ontspint zich een korte maar beleefde discussie. De ergernis over het grote aantal ongevaccineerden leeft breder en laait in de koffiekamer met regelmaat op, vertellen de verpleegkundigen. Een deel van het personeel heeft moeite die „frustratie” daar achter te laten, is Timmermans’ conclusie. „Ontladen mag, maar het is niet onze taak om patiënten en hun familieleden te overtuigen.”
‘Vaccin = vergif’ In Baarn zet Janneke Ekelschot een schaaltje gevulde speculaas op de keukentafel. In de woonkamer staat de kerstboom al, vol met zilveren en witte hangers. „Als-ie niet al stond, had ik hem dit jaar niet opgezet.” Haar negenjarige dochter kruipt tegen haar aan op de houten bank in de keuken. Haar oom, zegt ze, „is de ziekste van de hele afdeling”. Een paar dagen geleden heeft Ekelschot kwaad een sticker van de brievenbus van haar broer getrokken: ‘vaccin = vergif’, stond erop.
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Voortdurende druk en het tijdgebrek dat daaruit voortvloeit, leidt tot fouten
Weekend 27
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Intensivist�Maarten�van Eijk met�een�collega�in�een patiëntenbespreking�(boven)�en�tijdens�het�klaarmaken�van�een�Covidpatiënt voor�een�tracheotomie. „Iedere keer als ik in het ziekenhuis kom, schaam ik me ten opzichte van de verpleegkundigen.” Thuis is ze verdrietig, wanhopig soms. Hij is zo jong, komt het goed? En als hij eruit komt, piekert ze, hoe is hij er dan aan toe? Janneke Ekelschot loopt over van de vragen. Waarom heeft hij zo lang doorgemodderd? Hoe lang heeft hij op die bank gelegen? Wat nu als hij even had gebeld? Als ze naast zijn bed staat, houdt ze haar telefoon bij zijn oor. Haar man heeft een playlist gemaakt met Nederlandstalige nummers. Op de website van het piratenradiostation waar haar broer als vrijwilliger werkt, houdt de familie zijn toestand bij. „Er is geen echte verbetering”, staat er. Gelukkig heeft hij de „beste longmachine” die er is. Haar broer is lang niet de enige op de afdeling die geen vaccin nam. In de maand dat NRC meeloopt, zijn ongevaccineerden altijd ruim in de meerderheid. Ze zijn ook vaak zwaarlijvig. Soms zozeer dat ze – om doorligplekken te voorkomen – op een speciaal ‘zandbed’ worden gelegd. Van de onvrede die in het ziekenhuis achter de schermen heerst over de ongevaccineerden, is op de werkvloer niets te merken, zegt Janneke. „Ik ben de mensen in Utrecht zó dankbaar voor alles wat ze voor mijn broer doen. En nog liefdevol ook.” Ze kijkt even opzij naar haar dochter, maar die weet al hoe ze erover denkt. „Als het mijn broer niet was geweest, had ik tegen de artsen gezegd: geef dat bed maar aan een ander.” Maandag 6 december. De voorzitter van het Landelijke Netwerk Acute Zorg Ernst Kuipers zegt dat code zwart „absoluut is afgewend”. In het UMC Utrecht zijn ook de twee extra IC-bedden bezet.
Minieme overlevingskans Op een dinsdagmiddag in december bestelt intensivist Maarten van Eijk een bord spaghetti bij het Italiaanse restaurant San Siro, in het centrum van Utrecht. Hij heeft het hele weekend gewerkt. Vandaag is zijn vrije dag. Vanochtend bracht hij zijn schoenen naar de schoenmaker. Hij wil graag uitleggen hoe zwaar een IC-opname is, waarom het virus zo’n beslag legt op de zorg en wat zijn „prachtige vak” inhoudt. Dat de ziekenhuizen nog niet in code zwart zitten, kan hij formeel bevestigen. „Als we iemand moeten opnemen, dan doen we dat.” En toch, zegt hij, sluipt de crisis in het besluit óf je iemand wel of niet opneemt. „Als de intensive care vol ligt en er staan hartoperaties gepland, dan kan het zijn dat je een patiënt met een minieme overlevingskans niet opneemt”, zegt hij. Een patiënt bij wie je het voor de crisis wel had geprobeerd. Van Eijk legt zijn bestek neer. „Dat is de realiteit. Iedereen die nu zegt dat die druk geen rol speelt, die liegt.” Hij kan overigens „goed omgaan” met die druk, zegt hij. „Ik ben niet gelovig. Ik hang heel erg aan de kwaliteit van leven.” Voor Covid had hij al wel eens moeite met het traject dat ze met sommige patiënten aangingen. „Momenten dat ik denk: kunnen we niet beter inzetten op een waardig einde van het leven? Een IC-opname is loodzwaar voor een patiënt.” Het staken van een behandeling is een belangrijk deel van het werk op de IC. Een beslissing waarin de familie ook een rol speelt. „Het is uiteindelijk een medische beslissing. Maar je wilt dat zij er ook achter staan.” Zo eens per week stuit hij op twijfel bij familie, zeker nu bij Covid, patiënten zijn relatief jong. Van Eijk: „Soms helpt het als je tegen familie zegt: ga er nu eens een paar uurtjes naast zitten. Dan zien ze hoe iemand er aan toe is.” En precies die ruimte, om dingen rustig aan te kijken, komt in deze pandemie onder druk te staan. Een enkele keer, geeft hij toe, verliest hij zijn
empathie met familie. Deze week nog: „Wij wilden de behandeling staken van een ernstig zieke, ongevaccineerde patiënt. Maar een van de familieleden verzette zich. ‘God kan nog een wonder verrichten’, zei hij. Dat vind ik moeilijk. Waarom dacht hij eerder niet: God heeft met dat vaccin een wonder verricht?”
Tweepersoonskamer Ondanks het zuurstofmasker is goed te zien dat Rikus Hidding (74) even glimlacht. De voormalig predikant uit Bunschoten-Spakenburg ligt bij het raam op een tweepersoonskamer. Hij kent de vooroordelen over zijn gemeente. „Maar mijn vrouw en ik waren beiden gevaccineerd.” Zijn glimlach verdwijnt op slag als hij opzij kijkt, naar waar tot twee dagen geleden haar bed stond. „Daar lag ze. Heleen is 73 jaar geworden, 49 jaar daarvan waren wij samen.” Er loopt een traan langs zijn zuurstofmasker. Ondanks de vaccinatie raakten beiden in november besmet. Hij belandde in het ziekenhuis in Amersfoort, zij op de intensive care van het UMC Utrecht. Hidding: „Heleen had beenmergkanker.” Beddenschaarste of niet: de verpleging van het Meander organiseerde met de Stichting Wensambulance hun hereniging in Utrecht, waar de verpleging een tweepersoonskamer voor ze regelde. „Daar ben ik ze eeuwig dankbaar voor.” Dat geluid is op iedere gang te horen. Het overgrote deel van de patiënten is zeer tevreden over de geleverde zorg en de toewijding van artsen en verpleegkundigen. Hidding vertelt over de laatste dagen met zijn vrouw. „We hebben nog kunnen praten over de begrafenis en de kerkdienst.” Op zijn nachtkastje staat de rouwkaart met een foto van zijn vrouw. Ze draagt een roze jurk en een parelketting. Hidding: „Zo ligt ze ook in de kist.” De uitvaart moet hij wegens zijn nog broze gestel aan zich voorbij laten gaan. „Dat vind ik ontzettend moeilijk.” Hij zal de plechtigheid volgen via een beeldscherm en zich vasthouden aan de herinneringen, vertelt hij. „Heleen had vrede met de situatie. Ze was moegestreden.” Haar laatste woorden? „‘Tot ziens’, zei ze. Want dat geloven wij: dat we elkaar weer gaan zien.” Eén deur verder zit Alex Geurts (55) op de rand van zijn bed. Een klein wonder. Tweeënhalve week lag de Limburger op de intensive care. Geïntubeerd en buiten bewustzijn. Eerst in Heerlen, daarna in Utrecht. Zijn vrouw Saskia zit op een stoel naast hem en herinnert zich de bange, eerste dagen na besmetting. „Het ging allemaal zo snel”, zegt ze. „Ik had griep en onze twee kinderen voelden zich ook niet lekker. En toen kwam Alex na een nachtdienst thuis met dezelfde klachten.” De productiemedewerker testte positief. Vier dagen later belandde hij „hondsbenauwd en met 40 graden koorts” in het ziekenhuis. Een CT-scan van zijn longen luidde alarmfase 1 in. Saskia: „De arts zei: ‘mevrouw, het gaat niet goed met uw man. We gaan hem in coma brengen. U kunt zo afscheid van hem nemen’.” Ze slaat de hand voor haar ogen. „Als je dat hoort, krijg je echt een klap van de mallemolen.” Ze vroeg haar man naar zijn laatste wens, overtuigd als ze was dat zijn einde nabij was. „Alex zei: ‘Gewoon, nog altijd een vuurpijl. De as erin en de lucht in met dat ding’.” Geurts hoort het verhaal gelaten aan. „Ik kan me er niets van herinneren.” De periode op de IC heeft er zichtbaar ingehakt. De levensgenieter („ik ben gek op barbecue en lekkere sauzen”) is twintig kilo afgevallen, zijn spiermassa is gereduceerd en de langdurige medicatie en anesthesie hebben mentaal hun sporen nagelaten. Geurts: „Ik word nog iedere dag helderder in mijn hoofd.” Zijn vrouw lacht bij de herinnering aan hoe ze Alex trof toen hij net van de IC naar de afdeling was gebracht. Vrolijk klopte ze op het raam
van zijn kamer. „Alex keek me wezenloos aan.” Binnen vroeg ze: „Je weet toch nog wel wie ik ben?” Alex zei: „‘Wij zijn toch uit elkaar?’” Saskia: „Ik zei: ‘Wát zeg je?’” Alex zei: „‘Ik heb een kindje met een ander.’” Saskia: „Ik zei: ‘Schat, al had je het gewild. Je bent al jaren gesteriliseerd.’” Geurts lacht verlegen. „Ook dat kan ik me niet meer herinneren.” Zij: „De dag erna vertelde hij me dat er hier in het ziekenhuis een groot casino is waar hij veel was geweest.” Geurts: „Ik denk dat ik in de war was met alle lichtjes en geluidjes op de IC.” Zaterdag 18 december. Premier Rutte kondigt in een persconferentie een nieuwe lockdown aan. „Nederland gaat opnieuw op slot.” Er zijn zorgen over de opkomst van de Omikronvariant. De modelleurs van het RIVM berekenen dat zonder ingrijpen er begin februari zo’n 4.000 mensen op de IC zouden liggen.
Weer thuis Alex Geurts is na ruim vier weken weer thuis in Geleen na een kort verblijf in een revalidatiekliniek. Geurts terugblikkend: „Ik had benen als blokken beton, nu zijn het lollystokjes.” De opluchting bij zijn vrouw is groot. „De flapdrol”, zegt ze over haar man. „Meneer wilde zich niet laten vaccineren.” Geurts heeft last van trombose en was bang dat het vaccin die klachten zou verergeren. „Als iemand me eerder had verteld dat corona een groter gevaar is dan het vaccin, had ik me laten prikken,” zegt hij. „Die uitleg heeft te wensen overgelaten, vind ik.” Nu is hij om. „Ik laat me zeker vaccineren.” Dat geldt niet voor zijn omgeving, waarin veel mensen afkerig zijn van vaccinatie. Saskia: „Zijn eigen broer laat zich ook nu nog niet vaccineren. Dat is toch ongelofelijk?” Geurts haalt zijn schouders op. „Het is ieders eigen keuze.” In het UMC Utrecht is Bart Timmermans, de manager van de verpleegkundigen, tevreden met de nieuwe lockdown. „Het is alsof je het buiten ziet waaien maar weet dat het op zee
stormt. Als je dan de ruiten niet dichttimmert, ben je te laat.” Intensivist Maarten van Eijk is buiten adem als hij zijn werktelefoon opneemt. Het is twee dagen na de persconferentie. Opgetogen: „We hebben een goede dag. Alle geplande hartoperaties kunnen doorgaan.” Hij weet dat er ook in zijn ziekenhuis al wordt gesproken over een verruiming van het aantal IC-bedden vanwege de Omikrondreiging. Maar landelijk „vier-dui-zend” bedden, „dat is echt onmogelijk”. De jongste dochter van Janneke Ekelschot doet op dinsdagmiddag 21 december huppelend de deur open. Ze is net als haar oudere zus thuis nu de scholen weer zijn gesloten. Hun moeder heeft net een IC-verpleegkundige aan de telefoon gehad. Ekelschot: „Pffff, het houdt niet op.” Haar broer ligt nog altijd op de intensive care. Zijn situatie is kritiek. „Maar hij is weer wakker!” Drie dagen eerder, op zaterdag, keek ze hem voor het eerst in een maand weer in zijn ogen. Samen met haar man reed ze die avond naar Utrecht. Met „knikkende knieën” liep ze zijn kamer binnen. „Hé broer, goed je te zien.” Hij herkende Janneke meteen, zag ze. Hij knipperde met zijn ogen, praten kan hij niet. Door een kunstmatige opening in zijn luchtpijp wordt hij beademd. „Hier je zus, de jankbal.” Janneke heeft haar broer nog nooit zien huilen, maar nu rolt er ook bij hem een traan over zijn wang. Ze aait hem over zijn hoofd, dat hij altijd kaal scheert. „Inmiddels heeft hij zo’n ouwelullenkrans op zijn kop.” Van het aanrecht pakt ze een turquoise mapje. Daarin houdt ze voor hem bij wat er van dag tot dag gebeurt. „Kan hij het later allemaal teruglezen.” Er klinkt aarzeling in haar stem – of het zover komt, is nog altijd hoogst ongewis. Janneke: „De man die over corona zei: ‘Ik hoest het wel weg’...” Bij het weggaan vertelt ze dat ze die zaterdagavond opnieuw haar telefoon bij zijn oor hield. Dit keer met zijn lievelingsnummer van Nico Haak. De titel: ‘Uw laatste jas, meneer’.
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
Een nieuwsjaargroet van uw bezorger(s) Vanaf 20 december brengen de bezorgers van NRC u, onze abonnee, een persoonlijke nieuwjaarsgroet. Hieronder staan de kaartjes afgebeeld waarmee de bezorgers langs kunnen komen.
Bij twijfel Alle bezorgers hebben een papieren looplijst bij zich. Hier staan de abonnees én de gegevens van de bezorger op vermeld. Het kan zijn dat er bij u 2 verschillende bezorgers langskomen met een nieuwjaarsgroet: vaak wordt de weekendkrant door een andere bezorger bezorgd.
28 Weekend
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
FOTO�’S�RONALD�WITTEK/EPA
Op�6�november�2020 we�r�d�Lina�E. per�helikopter naar�de�rechter�in�Karlsruhe g�e�b�ra�c�h�t�.
D�U�I�TS�L�A�N�D
Is zij de voorvrouw van een knokploeg? In een linkse wijk van Leipzig, in het overwegend rechtse Saksen, worden confrontaties tussen extreem-links en -rechts steeds gewelddadiger. De 27jarige Lina E., die al ruim een jaar vastzit, wordt gezien als leider van een linkse cel. Door�onze�correspondent Nynke�van�Verschuer
O
p een zonnige morgen in november rijdt een colonne politiebusjes het terrein van een zwaarbeveiligde rechtbank in Dresden op. Even later wordt een jonge vrouw met witte gymschoenen, een gele trui en twee speldjes in haar donkerblonde krullen de rechtszaal binnengebracht door vijf politieagenten. Door de glazen wand die de toeschouwers scheidt van de beklaagden werpt de jonge vrouw kushandjes naar haar moeder, die tegen de ruit gedrukt staat. Naar andere bekenden zwaait en knipoogt ze. Ruim een jaar zit Lina E. (27) nu vast in de vrouwengevangenis in Chemnitz, in zuidelijk Saksen. De masterstudente pedagogiek wordt ervan verdacht het brein te zijn achter een links-extremistische cel die bekende neonazi’s opspoorde en met stangen te lijf ging. E. zou „het hoofd van een criminele organisatie” zijn en „de democratische rechtstaat ondermijnen”. De paragraaf in het wetboek waar de officier van justitie naar verwijst is er eentje die in de jaren 70 in het leven is geroepen om
de links-extremistische terreur van de RAF mee te bestrijden. Nu worden met die wet doorgaans criminele motorclubs of drugsbendes vervolgd. Begin november 2020 heeft E. er net een digitale werkgroep in haar studentenhuis in Leipzig op zitten als ze door een speciale eenheid wordt gearresteerd. De volgende dag wordt ze per helikopter naar Karlsruhe gevlogen, waar ze door gemaskerde en gewapende agenten naar de hoogste rechtbank wordt begeleid – een behandeling die normaal gesproken is voorbehouden aan terroristen of seriemoordenaars. Sindsdien is de zaak-Lina E. een symbool: voor een deel van het publiek omdat haar met veel tamtam gepaard gaande arrestatie en de lijst misdrijven die haar ten laste wordt gelegd laten zien hoe gewelddadig de linkse scene wel niet is. Anderen zien in het groots opgetuigde proces tegen de studente een manoeuvre van justitie om te verhullen dat eerdere pogingen om daders van links-extreem geweld en vandalisme op te sporen mislukten. Bovendien zou de vasthoudendheid waarmee jacht wordt gemaakt op daders uit het linkse
Weekend 29
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
De kroegbaas van een extreem-rechts trefpunt werd met hamers geslagen milieu niet in verhouding staan tot die waarmee justitie rechts-extremisme aangaat. Daarmee raakt de zaak aan een gevoelig punt: in Duitsland klinkt steevast kritiek op de inadequate aanpak door politie en justitie van rechtsextremisme. Zowel de oude minister van Binnenlandse Zaken, Horst Seehofer (CSU), als de nieuwe, Nancy Faeser (SPD), benoemde rechts-extremisme tot prioriteit, juist omdat justitie en politie de afgelopen jaren zoveel steken lieten vallen in de omgang ermee.
Gekleurd piekhaar Ieder jaar op de jaardag van het geallieerde bombardement op Dresden organiseren extreemrechtse groepen een „treurmars” door de stad. Zo ook in 2020. De ongeveer duizend deelnemers zien Duitsland als het slachtoffer van de oorlog, zwakken het aantal slachtoffers van de Holocaust af en overdrijven het aantal doden dat viel tijdens het bombardement. Aan de optocht nam in februari 2020 ook een groep uit de Saksische provinciestad Wurzen deel. Een paar jonge mannen, vooral tieners en dertigers, namen na de „Trauermarsch” de trein terug naar het stadje, honderd kilometer ten westen van Dresden. Zodra ze in Wurzen op het perron stapten, werden ze overvallen „door een zwarte muur, een groep mensen helemaal in het zwart, misschien waren ze wel met z’n twintigen”, zo vertelt een slungelige jongen die destijds zestien was nu aan de rechter in Dresden. Hij probeerde te vluchten, maar werd aan zijn rugzak vastgegrepen, op de grond gedrukt, met een wapenstok op zijn hoofd geslagen en geschopt. Tevergeefs probeerde hij zich te verdedigen met een glazen fles die hij even tevoren opraapte, naar eigen zeggen om voor statiegeld in te wisselen. De jongen, met blonde opgeschoren haren, krijgt ten overstaan van de rechter rode vlekken in zijn hals en op zijn wangen als hij vertelt over de overval die vijftiende februari. „Nazi-zwijn”, riep een van de overvallers in het zwart, aldus de jongen. „Het was mijn eerste demonstratie”, zegt hij. „Ik zat niet in de extreem-rechtse scene.” Een arts verklaart later in de rechtbank dat de jongen, net als een aantal slachtoffers, verschillende hoofdwonden had die in het ziekenhuis geniet moesten worden. Achter de jongen in de zwaarbeveiligde rechtbank zitten de vier beklaagden – Lina E., twee boomlange mannen en één gedrongener type – geflankeerd door hun advocaten. Lina E. wordt er onder meer van verdacht dat zij in de trein zat met de bezoekers van de ‘treurmars’ en anderen op het station inlichtte waar de groep zou uitstappen. Bewijs daarvoor is er niet. De slungelige jongen met de capuchontrui herinnert zich wel een voorval in de trein: „Een links meisje werd door een paar van ons lastiggevallen. Ze ging toen ergens anders zitten.” De rechter vraagt hoe hij zag dat het meisje links was. „Ze had gekleurd piekhaar. Een linkse uit het boekje dus”, riposteert de jongen. Niets duidt erop dat dat Lina E. kan zijn geweest. De zaak-Lina E. schetst ook een beeld van de microkosmos Saksen, waar zowel de extreemrechtse als de extreem-linkse scene stevig geworteld is, de uitersten regelmatig op elkaar botsen en op geweld van de ene groep wordt gereageerd
met geweld van de andere. Lina E. woonde in een studentenhuis in de wijk Connewitz in Leipzig. Connewitz staat bekend als een links stadsdeel, waar veel woningen gekraakt zijn, waar geëxperimenteerd wordt met alternatieve samenleefvormen en je op iedere straathoek veganistisch kunt eten. „Het verhaal van Connewitz begint in de jaren 90”, vertelt een lokale journalist uit Leipzig, die niet met zijn naam genoemd wil worden om zijn eigen onderzoek niet te schaden. „Na de val van de muur gebeurde overal in Oost-Duitsland hetzelfde: men wendde zich massaal tot meer conservatief gedachtegoed. Het ging om werk, om een nieuwe auto, een ijskast en een vakantie naar een ver land. Maar met de massale werkloosheid en de grote onzekerheid kwam het in de jaren 90 ook vaak tot extreem-rechts geweld tegen mensen die hier in de DDR al woonden, mensen uit Vietnam of Cuba die die schaarse banen zouden inpikken.” En in het vervallen Connewitz van toen, vertelt de journalist, woonden krakers, punkers en migranten. De wijk werd een doelwit van extreemrechts. „Op die aanvallen werd gereageerd: links laat zich niet zomaar in elkaar slaan, maar begint zich te verweren, en hevig ook.”
Twee hamers In januari van 2016 komt het opnieuw tot een aanval op Connewitz, nog altijd een links eiland in het overwegend rechtse Saksen, door ongeveer 250 mannen uit het extreem-rechtse milieu. Auto’s worden in brand gestoken, winkels worden vernield, voorbijgangers geslagen. „De politie nam van ruim 200 mensen de persoonsgegevens op, maar die werden hooguit tot voorwaardelijke straffen veroordeeld. Die overval werkte als een brandversneller voor dat idee van zelfbescherming in Connewitz. En het bleef niet bij strikte zelfverdediging, men koos de vlucht naar voren.” Na de aanval op Connewitz in 2016 werd er geen onderzoek gedaan naar de onderlinge verbanden tussen de daders. Onder sommige bewoners van de wijk versterkte dat het idee dat justitie niet genoeg doet, en dat het heft in eigen hand moet worden genomen. Sinds 2016 neemt het geweld uit links-extreme hoek toe. De rechercheurs krijgen E. eind 2019 in het vizier omdat ze twee hamers probeert te stelen in een bouwmarkt. De volgende dag wordt de kroegbaas van een extreem-rechts trefpunt in Eisenach, Thüringen, ’s nachts overvallen op straat en onder meer met stangen en hamers geslagen. Later die avond worden E. en anderen in de auto van E. aangehouden. De nummerborden zijn verwisseld, maar de originele liggen nog op de achterbank. Vanaf dat moment richten de inspanningen van de rechercheurs zich op Lina E. Haar telefoon wordt afgetapt, haar auto met een gps gevolgd. Een van haar twee advocaten, Erkan Zünbül, wijst op de aanklacht waarin ze wordt beschuldigd het hoofd van een „criminele organisatie” te zijn. „Die paragraaf 129 wordt ook gebruikt om de bevoegdheden tijdens het onderzoek uit te breiden. De laatste jaren werden in Leipzig honderden mensen afgeluisterd met verwijzing naar die paragraaf, ook journalisten en advocaten. Al die onderzoeken werden uiteindelijk gestaakt door ge-
brek aan bewijs.” Volgens critici wordt die paragraaf veel te makkelijk ingezet, alleen om het onderzoek van de rechercheurs te vergemakkelijken. Het proces tegen Lina E. begon in september. Een uitspraak werd aanvankelijk in maart verwacht, nu houdt de rechtbank rekening met eind juni. Tweemaal per week wordt Lina E. zwaar beveiligd van de gevangenis in Chemnitz naar Dresden gereden. Advocaat Zünbül: „Die entourage van busjes met zwaailicht wordt ook gebruikt om bepaalde beelden te produceren, om een gevaar te suggereren dat er niet is. Als je mijn cliënte ’s ochtends in Chemnitz een treinkaartje zou geven, zou ze ook stipt op tijd in Dresden verschijnen. En ook die helikoptervlucht naar Karlsruhe werd zo geënsceneerd dat er bij aankomst al fotografen klaarstonden, om die beelden door het land te laten gaan voordat ook maar duidelijk was wat de aanklacht was.” Meerdere dagen gaat het in de rechtbank over de overval op het station van Wurzen. Behalve slachtoffers worden ook getuigen gehoord. Een van de tieners die met de groep in Dresden was, wist te ontkomen en vluchtte. Hij vertelt over een van de initiatiefnemers van de groep uit Wurzen, een bleke, pafferige man, zo is te zien op foto’s. „Een Spritti”, zegt de tiener, iemand die veel drinkt, en bovendien iemand die met iedereen op de vuist gaat, „maakt niet uit met wie, links én rechts”, aldus de jongen. „De dorpen in Saksen ervaar ik vaak als openluchtmusea”, zegt de Leipziger journalist. „Prachtig opgeknapt, maar er wonen alleen nog maar oude mensen, en zij die zijn blijven hangen. Alle hoogopgeleide mensen gaan naar de stad.” De extreem-rechtse beweging in Saksen kun je niet afdoen als eentje van achtergebleven drinkers, vindt hij, daarvoor is die veel te goed georganiseerd. Maar dat beeld van „onze jongens” beïnvloedt vermoedelijk wel de omgang ermee door politie en justitie. „Het is dan vaak toch: o, dat is Ronnie van de buren, die zei vanochtend nog zo vriendelijk hallo toen hij naar zijn werk ging.”
Ve�r�d�a�c�h�t�e Linkse�cel Sinds�begin�september�loopt�het proces�tegen�de 27-jarige�Lina�E. uit�Leipzig.�Ze�zou het�hoofd�zijn�van een�links-extreme cel,�en�betrokken zijn�bij�meerdere aanvallen�op�prominente�rechtse�x�t�re�m�i�s�t�e�n�. Zo�werd�in�oktober�2018�in�Leipzig�een�aanval�gepleegd�op�het hoofd�van�lokale afdeling�van�de N�P�D,�een�rechtsextreme�politieke partij.�Later�die maand�werd�een bekende�neonazi in�Saksen�op�weg naar�zijn�voetbaltraining�met�wapenstokken�in�elkaar�geslagen.�In oktober�2019�waren�bezoekers�van een�rechtse�kroeg in�Eisenach�doelwit�van�geweld.
Pruiken en zonnebrillen Bij haar arrestatie werden in E.’s studentenkamer pruiken en zonnebrillen gevonden, 4.000 euro cash en een gestolen identiteitskaart. Er is geen duidelijke aanwijzing dat ze een aanvoerdersrol zou hebben gespeeld. In de aanklacht wordt met verwijzing naar die vluchtauto in Eisenach geconstateerd dat „E. het commando” voerde. Bovendien zou ze de slachtoffers zijn gevolgd en „pepperspray tegen het slachtoffer [hebben] ingezet”, terwijl de andere aangeklaagden, de mannen, op het slachtoffer insloegen. Dat E. als voorvrouw is aangewezen, maakt veel uit voor de uiteindelijke strafmaat. Ze is nu de enige die vastzit. E.’s vriend Johann G., die eerder is veroordeeld voor geweldpleging en nu eveneens is aangeklaagd voor deelname aan de groep rondom haar, is op de vlucht. Op de dag van de arrestatie nam de politie alles mee uit E.’s woning. Een handvol SD-kaarten wordt in de rechtbank doorgelicht; daarop zijn onder meer filmpjes te zien van E.’s vriend met een bus graffiti, en vakantiefoto’s van de twee. E.’s moeder schudt wild haar hoofd omdat al die persoonlijke informatie nu deel wordt van het proces. Maar tot juni zal geen detail ongemoeid blijven.
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
Luister via: dab+, app, kabel en classic.nl
30 Weekend
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
M�O�O�R�DA�A�N�S�L�AG
Onbeantwoorde vragen na de dood van PETER R. DE VRIES
Bijna een half jaar na de fatale aanslag op misdaadjournalist Peter R. de Vries kijkt NRC-redacteur Jan Meeus terug op alles wat er rond zijn dood is gebeurd.
W
aarom heeft Peter R. de Vries hier alleen én onbeschermd gelopen op die dinsdagavond in juli? Met die vraag in mijn hoofd loop ik een maand na zijn dood – hij overleed op 15 juli 2021, negen dagen na de aanslag – door de Lange Leidsedwarsstaat in Amsterdam. Het loopje vanaf de studio van RTL Boulevard naar de garage waar hij altijd zijn auto parkeerde, is heel riskant. Dat beaamt iedere beveiliger die ik hierover heb gesproken. Bovendien is De Vries de week daarvoor gewaarschuwd. Een getuige, zo heb ik gehoord van twee collega’s van het Duitse weekblad Der Spiegel, heeft gezien hoe Peter voor de aanslag werd gevolgd. Hij is daarover geïnformeerd, net als het Openbaar Ministerie (OM), de politie en RTL. Voor het eerst sinds de fatale schoten ben ik daarom naar de plaats delict gegaan. Ik probeer te begrijpen wat hier is gebeurd, maar in plaats van daarvan komen er alleen maar meer vragen op. Wat bezielde Peter R. de Vries? Het was bekend dat de meest ervaren misdaadverslaggever van Nederland voorkwam op een dodenlijst omdat hij sinds het voorjaar van 2020 de kroongetuige in de strafzaak tegen drugscrimineel Ridouan Taghi bijstond. Waarom heeft hij van de overheid niet de bescherming gekregen die hij nodig had, nadat er al twee anderen uit de kring van kroongetuige Nabil B. waren vermoord – volgens het OM vermoedelijk uit naam van Taghi? Datzelfde OM is begin 2021 een onderzoek gestart wegens vermoedens dat Taghi vanuit zijn zwaar bewaakte cel doorgaat met crimineel handelen. Wat is er nog meer nodig voor code rood? Nu ik hier ben, moet ik ook terugdenken aan mijn band met Peter, die ik al jaren kende. We hadden een goede zakelijke verstandhouding, maar ons laatste contact was niet prettig. Peter had dit voorjaar aanmerkingen op een stuk van mij over de telefoons van Nabil B.. Volgens hem stond er een fout in, mijns inziens een detail. We krijgen er een woordenwisseling over via WhatsApp. Ik ben altijd bereid een fout recht te zetten, maar zijn toon vind ik onaangenaam. Als ik dat kenbaar maak, wordt het er niet beter op. De berichten van hem én mijzelf krijgen een snerende
ondertoon. Zo gaat dat soms. Uiteindelijk corrigeer ik de fout en bedankt Peter me voor de correctie. Ook komt hij terug op mijn verzoek van een paar dagen eerder om de kwestie rustig te bespreken. Nu even niet, denk ik geïrriteerd als hij me eind april appt dat hij „altijd openstaat voor een kop koffie”. Het is ons laatste contact geweest. Had ik die kop koffie nog maar met Peter gedronken, denk ik daar in de Lange Leidsedwarsstraat.
Willem Holleeder Peter R. de Vries leer ik goed kennen in het voorjaar van 2015. Ik werk dan aan een boek over Willem Holleeder en mail hem met de vraag of we een keer kunnen praten. Hij kent Holleeder al sinds de Heinekenontvoering uit 1983. Die zaak zette hem op de kaart als verslaggever en heeft hem een aantal waardevolle contacten opgeleverd. Peter reageert prompt, als altijd. „Dag Jan, schikt maandagmiddag 23 maart?” We spreken af in brasserie Bel Ami in Bussum. De afspraak wordt doorkruist door een nieuwe ontwikkeling. Holleeders zussen hebben in het geheim belastende verklaringen afgelegd tegen hun broer. De Vries arrangeert een afspraak met Astrid Holleeder. Het gesprek verloopt moeizaam, Astrid vindt dat ik rare vragen stel en heeft „geen goed gevoel” bij het gesprek. Dankzij een interventie van Peter loopt het goed af, het interview verschijnt in NRC. Sindsdien hebben we regelmatig contact. Zo neemt hij het eerste exemplaar in ontvangst van mijn boek Verraad, de misdaadbiografie van Willem Holleeder. Hij wenst me in zijn speech een betere verfilming toe dan zijn standaardwerk over de ontvoering van bierbrouwer Freddy Heineken ten deel is gevallen.
Adviseur van de kroongetuige „Peter, ben jij de nieuwe adviseur van kroongetuige Nabil B.?” Op maandagmiddag 18 mei 2020 stuur ik hem die vraag. Eerder die dag heeft Nabil B. in de Amsterdamse rechtbank verteld dat hij een nieuwe advocaat en een adviseur heeft aangezocht. Nabil B. worstelt al sinds september 2019 met zijn rechtsbijstand na de moord op Derk Wiersum, de advocaat die hem heeft bijgestaan vanaf het moment dat hij ging praten met de politie. Ongeduldig bel ik Peter als ik wegrijd uit de rechtbank. Hij neemt prompt op, maar valt even stil als ik mijn vraag opnieuw stel. Peter R. de Vries die om woorden verlegen zit, dat gebeurt niet vaak. „Ik kan dat bevestigen noch ontkennen”, antwoordt hij dan. We weten allebei wat dat betekent, zeg ik: het klopt. Dan verrast hij me: „Ik beschouw dit gesprek als off the record en beloof je dat ik er snel op terugkom.” Hoezo,
Weekend 31
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Een kogel met je naam erop Maar is dit niet anders, vraag ik aan hem in zijn kantoor. Een kroongetuige adviseren is toch geen journalistiek werk? Voor Peter gaat het daar niet om. Voor hem is dit niet anders dan de vraag om hulp van de Holleeders of de familie Verstappen. Hij ziet mensen die in zijn ogen oneerlijk worden behandeld. Dat De Vries Nabil verder niet kent, dat Nabil betrokken is geweest bij onderwereldmoorden – het maakt volgens hem principieel niks uit. Door de dood van Nabils broer en van zijn advocaat zijn deze mensen hun leven niet meer zeker. Zij verdienen een betere behandeling dan ze krijgen. En zijn eigen veiligheid dan? Daarom wilde hij vorige week niks zeggen, legt hij uit. Hij is een aantal kwesties aan het regelen voor zichzelf, maar vooral voor zijn familie, geliefden en de mensen van het advocatenkantoor dat hij runt samen met zijn zoon Royce en Khalid Kasem. Als dat geregeld is, kan het nieuws over zijn adviseurschap van Nabil naar buiten. Nu hij zich het lot van Nabil en zijn familie heeft aangetrokken, zal hij er niet mee stoppen omdat hij zelf gevaar loopt. Het is moeilijk te begrijpen, vertellen intimi me, maar hij maakt op dit soort momenten zijn eigen belang ondergeschikt aan het in zijn ogen grotere belang van anderen. De gesprekken over veiligheid met de overheid verlopen stroef. Dat irriteert De Vries. Hij weet dat hij zelf ook risico loopt, maar wil absoluut niet 24 uur persoonsbeveiliging, dan heeft hij in zijn ogen geen leven meer. „Een kogel met je naam erop is niet te ontwijken”, zei hij daarover. Na dit gesprek vraag ik me af hoe Peter R. de Vries het krachtenveld taxeert waarin hij zich heeft begeven. Het criminele milieu is anders dan in de Holleeder-jaren. De nieuwe generatie is jonger, roekeloos en grijpt sneller naar grof geweld. En bovenal zijn ze met véél meer. Het heeft allemaal te maken met de opkomst van de lucratieve handel in cocaïne. Nederland is daarin een draaischijf geworden. Dat heeft geleid tot een extreme verharding in het criminele milieu. Voorafgaand aan het geweld rond kroongetuige Nabil B. is er een hoofd afgehakt dat als signaal voor een waterpijpcafé is gelegd. Na een ‘vergismoord’ begin 2017 in Utrecht halen de daders hun schouders op: jammer, door naar het echte doelwit. Ook voor iemand met veertig jaar ervaring als misdaadverslaggever is dit een heftig milieu waarin je grote risico’s loopt als je een kant kiest. En dat is wat hij nu doet: Peter R. de Vries zit in het kamp van Nabil B. en daarmee automatisch niet in het kamp van Ridouan Taghi. Maar dat weet hij zelf natuurlijk ook allemaal. Als hij een paar weken na ons gesprek zijn nieuwe rol bekendmaakt tijdens een persconferentie, zegt hij niet veel over zijn beveiliging. Maar ik weet nu dat het nog altijd niet was geregeld. Hij is er met de overheid niet uitgekomen.
naal invloed krijgen. Nederland groeit uit tot de drugssupermarkt in West-Europa en dat leidt tot grote problemen: geweld, corruptie, kapotte mensenlevens, ontwrichting van hele woonwijken. Nederland heeft met zijn lankmoedige drugsbeleid en ontoereikend gefinancierde recherche de strijd tegen de georganiseerde drugshandel verloren. Toen ik die ontwikkeling bij het begin van het Marengoproces tegen Taghi beschreef, in een stuk over zijn criminele generatie, reageerde er vrijwel niemand, en al helemaal geen politici of hoge medewerkers van het ministerie van Justitie. De oorlog tegen drugs is niet te winnen, zegt vrijwel iedere opsporingsambtenaar die ik de afgelopen jaren hierover heb gesproken. Maar Nederlandse politici komen als het om oplossingen gaat niet veel verder dan ‘meer repressie’. Hoe Peter R. de Vries daarover denkt, vat hij enkele maanden na de moord op advocaat Derk Wiersum nog eens samen in een twistgesprek met politiek leider GertJan Seegers van de ChristenUnie: „Repressie heeft tot niks geleid, kijk maar naar de War on Drugs in de Verenigde Staten.” In dat gesprek refereert De Vries aan de oprichting van een speciaal politieteam in de strijd tegen de georganiseerde misdaad. Dat initiatief van minister Ferd Grapperhaus van Justitie en Veiligheid is een direct gevolg van de moord op Wiersum. Het is volgens De Vries een klassieke reflex die het probleem niet zal oplossen. „Hoe vaak ik al niet een minister heb horen zeggen: ‘De grens is nu bereikt. We gaan het nu hard aanpakken’.” De reactie op de moord op Peter R. de Vries is feitelijk niet anders. Het regeerakkoord van het kabinet-Rutte IV bevat een aantal klassiekers: zwaardere straffen, dikkere gevangenismuren, meer internationale samenwerking en het afpakken van crimineel geld. Dat wordt al decennia bepleit, maar de groei van de georganiseerde misdaad is er niet mee ingedamd. Overigens krijgt de Landelijke Eenheid, die een groot deel van dit werk moet doen, er geen geld bij. In plaats daarvan bepleit het kabinet-Rutte IV een effectievere opsporing en vervolging van „zware criminelen”. Dáár kan niemand tegen zijn. De relevante vraag is: hoe dan? Een van de instrumenten, staat in het coalitieakkoord, is een verbeterde kroonge-
Lange�Leidsedwarsstraat�in A�m�s�t�e�rd�a�m�, plaats�delict van�de�aanslag�op�Peter R.�de�Vries.
FOTO�’S�ANP
off the record? Achter het stuur op de A10 zoek ik even naar woorden terwijl hij zijn scherpte hervindt. „Ik bel je later deze week”, zegt hij en verbreekt de verbinding. Precies een week later legt hij me in zijn kantoor uit waarom hij wil dat dit vertrouwelijk blijft. Het OM verzet zich tegen zijn rol als adviseur omdat hij geen advocaat is, en wil hem geen toegang geven tot de kroongetuige. Daarnaast speelt een groter probleem: veiligheid. Peter legt me uit dat hij al een tijd in gesprek is over de gevolgen van zijn keuze om Nabil en zijn familie te helpen. Die gesprekken voert hij met het OM en met de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid. De NCTV is sinds de moord op Wiersum verantwoordelijk voor de beveiliging van personen rond de strafzaak tegen Taghi. Peter heeft er geen hoge pet van op en beschrijft me een bureaucratisch moeras waar hij gek van wordt. Ik snap wel waarom Nabil en zijn familie hem hebben benaderd. Ze hebben gezien hoe De Vries de zussen Astrid en Sonja Holleeder heeft bijgestaan in de strafzaak tegen hun broer Willem. En hoe hij als steun en toeverlaat van de ouders van Nicky Verstappen de zoektocht naar de verdachte achter zijn dood heeft vlotgetrokken. Peter R. de Vries is niet onfeilbaar, maar als hij zich achter iemand schaart, doet hij dat vol overgave.
Dan valt de linkerhand van Peter naast zijn lichaam op de grond
Neergeschoten Dat kan niet waar zijn, denk ik op dinsdagavond 6 juli 2021 als ik even na half acht van de woonkamer naar mijn werkplek loop. Zojuist heeft een collega gebeld over een schietpartij bij het Leidseplein in Amsterdam. Het verhaal is dat het om Peter R. de Vries gaat. Na een paar telefoontjes weet ik dat het klopt: dé misdaadverslaggever van Nederland is om iets voor half acht inderdaad neergeschoten terwijl hij vanuit de studio van RTL Boulevard naar zijn geparkeerde auto liep. Is dit het werk van een gek? Of een doelgerichte aanslag die samenhangt met zijn nieuwe rol als adviseur van de kroongetuige? En hoe loopt dit af? Als ik rond kwart over acht een filmpje bekijk dat ik net heb gekregen, vrees ik voor het antwoord. Te zien is hoe Peter in een beige pak met daaronder een zwart overhemd op de rode Amsterdamse straatstenen ligt. Rond zijn hoofd is bloed zichtbaar terwijl een vrouw op hem afloopt en vraagt waar hij is geraakt. „Is er al gebeld”, vraagt een man die bij haar is. „Hij leeft nog”, zegt de vrouw op het moment dat ze zijn rechterhand voorzichtig vastpakt. Dan valt de linkerhand van Peter naast zijn lichaam op de grond. De beelden zijn gruwelijk. Maar de manier waarop de man en vrouw met hem omgaan is aandoenlijk en vertederend. Als ik het filmpje nogmaals kijk en die hand zie vallen, weet ik dat de kans heel klein is dat dit goed afloopt. Het zit allemaal in mijn hoofd als ik na middernacht aankom op de redactie, waar collega’s me in een geïmproviseerde studio opwachten om een podcast op te nemen over de aanslag. Ergens komt het gesprek op dat iconische beeld van Peter, levenloos op de rode Amsterdamse straatstenen. Hij is van veraf goed herkenbaar door die typerende grijze kuif van hem. Als ik dat beeld oproep, breekt mijn verslaggeversharnas en schiet ik vol. „Hij ligt daar en het zou laf zijn om te zeggen: ik stop er mee. Het liefst loop ik weg, maar de journalist in mij zegt: ik laat me niet voorschrijven wat ik doe.”
Lankmoedig drugsbeleid Het is niet de eerste keer dat ik veel reacties krijg op iets wat ik heb gemaakt of geschreven. Maar nu is het overweldigend. Als ik ook berichten ontvang van hoge functionarissen van het ministerie van Justitie, kan ik een licht gevoel van verbazing niet onderdrukken. Ik schrijf voor NRC al jaren over het criminele milieu en de internationale drugshandel. Regelmatig komt in die stukken aan de orde dat Nederland is uitgegroeid tot de hotspot voor de internationale drugsmaffia. De voedingsbodem daarvoor is in de jaren zeventig gelegd met het gedogen van de verkoop van cannabis in coffeeshops. Dat leidt tot een verdienmodel waarmee Nederlandse criminelen internatio-
tuigenregeling. Dat is een opmerkelijke stap, gezien de talloze fundamentele vragen hierover die al sinds 2013 op tafel liggen bij het ministerie van Justitie. Jan Crijns, hoogleraar strafrecht aan de Universiteit van Leiden, heeft in opdracht van datzelfde ministerie internationaal vergelijkend onderzoek gedaan naar regelingen rond de inzet van kroongetuigen. Na de moord in 2018 op de broer van Nabil B. stelt Crijns de cruciale vraag: wat zijn toezeggingen aan een kroongetuige waard als de staat een getuige en zijn familie niet kan beschermen? In het weekend dat ik de laatste hand leg aan dit stuk, voegt Peter R. de Vries daar zelf nog een belangrijke vraag aan toe. In een niet eerder uitgezonden interview over de moord op Derk Wiersum met actualiteitenprogramma Nieuwsuur, opgenomen in het voorjaar, stelt De Vries dat het bekend was dat de Taghi-clan iedereen bedreigde die de kroongetuige ondersteunde. „Wat heeft de overheid allemaal gedaan en nagelaten om de dood van Wiersum te voorkomen?”, vraagt De Vries. In een reactie zegt Peters zoon Royce de Vries in de Nieuwsuur-studio dat dezelfde vraag ook over de dood van zijn vader kan worden gesteld. In het geval van De Vries klemt dat temeer omdat justitie en politie al ver voor zijn dood een onderzoek zijn gestart naar crimineel handelen van Taghi vanuit zijn zwaar beveiligde cel. De verdenking is dat zijn neef Youssef zijn positie als advocaat heeft misbruikt om contact te onderhouden met de buitenwereld. Hoe neef Youssef mogelijk zijn positie als advocaat maandenlang heeft kunnen misbruiken in de strengst bewaakte gevangenis van Nederland, is een van de nieuwe vragen na de fatale schoten op 6 juli dit jaar. Had hier niet eerder moeten worden ingegrepen? De strafzaak rond Ridouan Taghi draait om zes moorden. Nabil B. heeft na zijn getuigenis drie doden te betreuren in zijn omgeving. Justitie en politie vermoeden dat ook die moorden zijn geïnstigeerd door Taghi, al ontbreekt daarvoor het harde bewijs. Dat zegt misschien iets over de kracht van Taghi’s groep, maar vooral ook over de onderschatting van de georganiseerde misdaad door de overheid. Zou een effectievere kroongetuigenregeling nou echt een oplossing zijn? Misschien kan de Onderzoeksraad voor Veiligheid er enig licht op werpen. Die onderzoekt de gang van zaken rond de moorden op de broer van Nabil B., zijn advocaat Wiersum en zijn adviseur Peter R. de Vries. Intussen voelt de familie van Nabil B. zich nog altijd niet veilig. Ondanks alles wat er is gebeurd, zo hoor ik, steggelen zij nog altijd met de overheid over veiligheidsmaatregelen. Nog altijd voelen zij zich niet serieus genomen. Daar had ik graag nog eens met Peter over gesproken bij een kop koffie.
32 Weekend
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
H IN�EUROPA
Caroline de Gruyter
Kom van je hoge paard
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
eeft u het ook helemaal gehad met het gedreig van president Poetin? En met Omikron, de nieuwe Bosnische oorlog die op uitbreken staat, en al dat gekanker op het nieuwe kabinet? Hoogste tijd om die deprimerende onderwerpen een weekje te laten rusten en het te hebben over een bestseller in Oostenrijk. Bauer und Bobo; wie aus Wut Freundschaft wurde. Dit is, voor de verandering, een opwekkend boek. Toch gaat het over een actueel, niet-zo-vrolijk thema: de kloof tussen stad en platteland. Volgens het Zwitserse instituut Sotomo groeit die kloof. Dat zie je aan stemgedrag, maatschappelijke ontwikkelingen en het feit dat plattelanders steeds negatiever worden over stedelingen (andersom grappig genoeg niet). In nog geen 160 bladzijden en eenvoudig spreektaal-Duits vertelt Florian Klenk, hoofdredacteur van het Oostenrijkse weekblad Falter, het verhaal van zijn aanvaring met een boze boer die hem twee jaar geleden op Facebook onder uit de zak gaf. Klenk, de ‘bobo’ ( bourgeois bohémien) in het verhaal, besluit daarop om de boer op te zoeken. Hij helpt zelfs mee op de boerderij. Later is de boer bij hem te gast, op de redactie in de binnenstad van Wenen. Uiteindelijk raken ze soort van bevriend. Als Klenk na een poosje ontdekt dat de boer enorme schulden heeft en waarschijnlijk zijn
boerderij moet verkopen, mobiliseert hij zijn weldenkende mediacontacten en prvriendjes en organiseert hij een crowdfunding op tv. Na amper 48 uur hebben ze al 416.811,25 euro binnen. Als ze toen niet gestopt waren, was er waarschijnlijk nog veel meer binnengekomen.
F
lorian Klenk is in Oostenrijk nogal een prima donna. Maar zijn blad is onmisbaar voor wie het land wil volgen: Falter is een van de weinige opiniebladen die vrijwel geen cent krijgt van politieke partijen of ministeries, en daarmee vrij is om werkelijk te schrijven over wat er in Oostenrijk gebeurt. Bijna alle schandalen rond de intussen afgetreden kanselier Sebastian Kurz werden in Falter onthuld. Geen wonder dat Klenk – een jurist die, zoals hij zelf toegeeft, nooit vies is van een goed gevecht – constant wordt beledigd en bedreigd. Vaak verdedigt hij zich door al die bagger gewoon te publiceren en keihard in de aanval te gaan. Maar zijn aanvaring met de boer had niets te maken met de (doorgaande) schandalen rond de kliek van Kurz. De boer was boos omdat een andere boer van de rechter een enorme schadevergoeding moest betalen aan de nabestaanden van een Duitse toeriste die door diens koeien was aangevallen en gedood. De vrouw wandelde nietsvermoedend met man, kind en aangelijnde hond over een Alpenwei toen de koeien
de aanval inzetten. Vroeger gebeurde dit vaak. Nu is alles zwaar gereguleerd. En de boer zat fout. Na de uitspraak namen prominente Oostenrijkers, onder wie de provinciale gouverneur en andere politici, de boer in bescherming. Klenk verdedigde de uitspraak, op tv. Dat kwam hem op stromen haatmails te staan. De grootste shitstorm kwam nadat een jonge, „wild geworden” bioboer, Christian Bachler, hem in een clip van negen minuten belachelijk maakte. Die clip eindigde zo: „Ik nodig u uit, of liever, ik beveel u hier te komen! Kom van uw hoge paard in de Weense bobo-bubbel naar mijn hooggelegen boerderij en steek uw handen een paar dagen uit de mouwen. Het is ons een waar genoegen om van uw beroepsmatige en wereldkennis te profiteren en te leren!” Na enige dagen hadden 240.000 mensen de video bekeken. Velen schreven er hetzerige commentaren onder. De rest van het boek gaat over de Wiedergutmachung. Over hoe ze langzaam begrip voor elkaar kweken. Geweldig, hoopvolle en geestige kost in een wereld waarin angst, vervreemding en polarisering iedereen in zijn eigen bubbel houden. Fijne Kerst allemaal en laat iemand dat boek maar eens vertalen.
Caroline�de�Gruyter�schrijft�wekelijks�over politiek�en�Europa.
Weekend 33
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
DE�LAATSTE�BLADZIJDE In�deze�rubriek�elk�weekeinde�een�necrologie�van�iemand�die�recent�is�overleden.
Gisela Wieberdink-Söhnlein (1921-2021) bracht als student Joodse kinderen in veiligheid.
T
oen Gisela Wieberdink-Söhnlein in 2000 smartengeld ontving van Siemens omdat ze tijdens haar verblijf in concentratiekamp Ravensbrück wapens had moeten maken voor de Duitse firma, besteedde ze dat deels aan een ballonvaart met haar familie. Om de vrijheid te vieren. Het typeerde de oud-verzetsstrijdster, zegt haar oudste dochter Saskia (1948). „Mijn moeder was nuchter, pragmatisch en opgewekt. Ze had haar karakter mee bij haar verzetswerk. En ook na de oorlog heeft ze nooit last gehad van een trauma.” Gisela Söhnlein werd op 3 oktober 1921 geboren in de Chileense hoofdstad Santiago. Haar vader werkte als mijningenieur in Bolivia. Omdat die werkplek op grote hoogte lag, wat nogal wat pasgeborenen het leven kostte wegens zuurstofgebrek, lieten veel westerse werknemers hun kinderen in het lager gelegen Santiago geboren worden. Saskia: „Paradoxaal genoeg heeft juist die voorzichtigheid mijn grootvader het leven gekost. De reis tussen Bolivia en Chili, waar zijn vrouw en kind woonden, en waar hijzelf een laboratorium had voor onderzoek, was lang en zwaar. In 1925 overleed hij aan een hartverlamming.” Zijn vrouw keerde enige tijd later met de zesjarige Gisela en met peuter Alf terug naar Nederland, waar het meisje Nederlands met een Duits accent bleek te spreken omdat ze op een Duitstalige Kindergarten had gezeten. Na haar eindexamen in 1939 ging Gisela rechten studeren in Amsterdam. Ze woonde in de oorlog op kamers tegenover het hoofdkantoor van de Sicherheitsdienst (SD) in de toenmalige Euterpestraat. „Daar hoorde ze vaak honden blaffen en mensen huilen”, vertelt haar dochter. „Dat vond ze zo akelig dat ze iets wilde doen. Dus toen een huisgenoot vroeg of ze wilde helpen om Joodse kinderen in veiligheid te brengen, zei ze ja.” Söhnlein werkte daarbij nauw samen met wat later het Utrechts Kindercomité zou gaan heten: een groep studenten die Joodse
burgers hielp aan een onderduikadres: honderden kinderen en enkele volwassenen. Gisela zelf bracht naar schatting enige tientallen kinderen naar een veilig onderkomen, en werd de verbindingspersoon tussen de Amsterdamse en Utrechtse verzetsstudenten. Met één van hen, biologiestudente Hetty Voûte, zou ze bevriend blijven tot Voûtes overlijden in 1999. De twee vriendinnen werden in juni 1943 verraden en belandden in kamp Haaren bij Oisterwijk. „Ze zongen samen liedjes vanuit hun aparte cellen en maakten cabaret-achtige teksten op bestaande muziek. Zo hielpen ze zichzelf en andere gevangenen om de moed erin te houden”, vertelt dochter Saskia. In december werden ze overgeplaatst naar Vught, waar Gisela gasmaskers in elkaar moest zetten. Later maakte ze knijpkatten en radio’s in de werkplaats van Philips, net buiten het kamp. Aan die relatief beschermde positie kwam een einde met hun deportatie naar Ravensbrück op 6 september 1944. „Zelfs in die wagon waren ze aan het zingen”, weet Saskia Wieberdink.
N
a de bevrijding belandden Söhnlein en Voûte dankzij het Rode Kruis in Zweden. In september 1945 waren ze weer in Nederland. Gisela leerde Ate Wieberdink kennen, een natuurkundestudent in Delft die ook in het verzet had gezeten en vier jaar in concentratiekampen had doorgebracht. Ze deelden oorlogservaringen én liefde voor muziek. Ate en Gisela trouwden in 1947 en verhuisden al gauw naar Eindhoven, waar Ate werk vond bij Philips. Beiden waren grote natuurliefhebbers, vertelt dochter Saskia. „Elke zondag moesten we verplicht mee uit wandelen.” Ate had bovendien een kano, Papageno genaamd, naar een van de figuren uit Mozarts opera Die Zauberflöte. En daar bleef het niet bij. „Telkens als hij weer een herstelbetaling ontving van een bedrijf waarvoor hij in de kampen gedwongen had gewerkt, kwam er
FOTO�’S�PRIVÉCOLLECTIE
Ze zong zelfs toen ze werd gedeporteerd Gisela�Wieberdink-Söhnlein eind�jaren�veertig�en,�links,�op�een�recente�foto.
een nieuwe kano bij.” Er werd veel gebruik van gemaakt. Aanvankelijk op de Dommel, later ook tijdens vele vakanties aan de Semois in België. Gisela bleef zich bezighouden met muziek. Ze organiseerde musicals voor kinderen en op haar zestigste nam ze pianoles. Op haar uitvaart klonk onder meer het tweede deel van het strijkkwintet van Schubert, waar ze vaak naar luisterde.
G
isela en Ate Wieberdink spraken niet veel over de oorlog. „Als kinderen wisten we wel over hun oorlogservaringen, maar het speelde nooit een grote rol”, aldus Saskia. Dat veranderde toen Gise-
la ouder werd en zeker nadat ze in 1988, samen met Hetty Voûte, de Yad Vashemonderscheiding had gekregen voor hulp aan Joden. Ze werd daarna vele malen geïnterviewd. Toen haar eens werd gevraagd of ze nooit bang was geweest als ze Joodse kinderen wegbracht, antwoordde ze: „Nee. Het ging om kinderen, dat kon toch nooit zo erg zijn? Het was natuurlijk verboden, maar het was verboden door de Duitse bezetters, daar hoefde je je niet aan te houden.” Gisela Wieberdink-Söhnlein overleed op 16 november, kort na haar honderdste verjaardag.
Friederike�de�Raat
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
EEN WAARDEVOL AFSCHEID
Portfolio & Risk Analyst
Manager Productie
Dynamic role in international private equity - Amsterdam
Uitstekende arbeidsvoorwaarden - Breda
Company | The company is a leading global private equity investor that is committed to diverse and inclusive teams. Job description | The Portfolio and Risk Analyst role presents a unique opportunity to operate at the centre of the global private equity market as part of a dynamic and growing international team based in Amsterdam. The team is responsible for performance measurement, in-depth portfolio analysis, investor reporting and providing support to the firm’s fundraising efforts. In this capacity, the professionals interact with the company’s institutional investors and act as sparring partners to management and the fundraising and investment teams, with a focus on operational and performance related matters. You will develop in-depth portfolio analyses to create, manage, report and explain investment or portfolio information to our rapidly growing investor base. You will also focus on optimizing the use of our systems and tools and dealing with large sets of data. Candidate profile | The ideal candidate has a University degree in Econometrics, Engineering, (Quantitative) Finance or Economics with strong quantitative profile. No working experience is required. A team player with analytical capabilities who is skilled in Excel and databases, proactive, well-organized, committed and is able to think ‘outside the box’. Consultant: Kevin van Beest, mobile +31 (0)6 57 87 77 55 | www.yer.nl/job/VAC-10016081
Bedrijf | Bliss Mobil is een jonge organisatie die uitgegroeid is tot een toonaangevende speler in de ontwikkeling en bouw van high-end expeditievoertuigen. Binnen de expeditie-branche zijn ze door standaardisatie en de productie-organisatie de grootste wereldwijd geworden en vooruitlopend in de markt. Ze staan bekend om hun hightechproducten met een hoogwaardige standaard en hebben over de jaren heen een stijgende internationale groei laten zien en hiermee een sterk internationaal brand ontwikkeld. Functie | Als Manager Productie ben je het belangrijkste aanspreekpunt voor alle productie gerelateerde zaken en zorg je hierin voor continue verbetering. Samen met je team zorg je ervoor dat de productie goed georganiseerd en gefaciliteerd is en de productieomgeving klaar is voor toekomstige uitbreiding in het buitenland. Je stuurt op de gestelde doelen die zijn gekoppeld aan het ERP-systeem en je richt je op het creëren van een werkcultuur in de productie die van wereldklasse is. Kandidaat | Hbo/wo-opleiding Werktuigbouwkunde of vergelijkbaar. Minimaal 5 jaar ervaring als leidinggevende in een productieomgeving. Bewezen trackrecord van succesvol leidinggeven aan teams. Kennis van en ervaring met ERP-systemen. Ervaring met diverse continue verbetertechnieken en verandertrajecten. Datagedreven, analytisch, energiek, ondernemend en resultaatgericht. Vloeiend in Nederlands en Engels. Consultant: Marcel Sparreboom, mobiel 06 29 38 82 96 | www.yerexec.com/10012954
Technisch Trainer
Manager Operations Radioactief Afval (MT-lid)
Aantrekkelijke prim. en sec. voorwaarden - Hendrik-Ido-Ambacht Bedrijf | STILL is onderdeel van de KION Group, een van 's werelds grootste aanbieders van logistieke oplossingen. STILL levert hoogwaardige vorkheftrucks en innovatieve dienstverlening. De kernwaarden integriteit, samenwerking, moed en uitmuntendheid dragen zij hoog in het vaandel. Er heerst een familiaire bedrijfscultuur waarin ondernemerschap wordt gestimuleerd en gewaardeerd. Functie | Als Technisch Trainer bij STILL draag je zorg voor het kennisniveau van de monteurs. Naast heftrucktechniek school je hen bij op het gebied van elektronische, digitale en softwarematige toepassingen. Tevens ben je verantwoordelijk voor het analyseren van de trainingsbehoeften van de ruim 100 monteurs van STILL. De behoeften vertaal je naar concrete leerdoelen en je ontwikkelt op basis daarvan fysieke en/ of digitale trainingen. Het is aan jou hier efficiënte keuzes in te maken. Kandidaat | Met geduld en enthousiasme breng je jouw specialistische kennis over. Je straalt natuurlijke autoriteit uit. Je bent initiatiefrijk en ondernemend. Met jouw creatieve gedachtegoed en overtuigingskracht weet je op inspirerende wijze verandering te brengen. Je hebt hbo werk- en denkniveau en ruime ervaring als technisch trainer. Je beschikt over theoretische en praktische kennis van besturings- en elektrotechniek, verbrandingsmotoren en WTB. Je spreekt vloeiend Nederlands en Engels, Duits is een pre. Consultant: Céline Landman, mobiel 06 29 34 14 25 | www.yer.nl/job/VAC-10015803
€ 80.000 - € 110.000 - Zeeland Bedrijf | COVRA is een 100% staatsdeelneming dat al het Nederlandse radioactief afval op een zorg vuldige en robuuste wijze verwerkt en voor minimaal 100 jaar opslaat. Zodanig dat het geen gevaar meer vormt voor mens, dier en omgeving. Veiligheid, kwaliteit, samenwerking, onderzoek en ontwikkeling vormen sleutelbegrippen bij deze stabiele organisatie nabij Middelburg. In het hart van de organisatie is momenteel ruimte voor een zelfverzekerde, daadkrachtige Manager Operations. Functie | Je bent verant woordelijk voor alle processen rondom de inzameling, verwerking, opslag en beheer van het radioactief afval. Via aansturing van een 4-tal voormannen zwaai je de scepter over een groep van zo’n 30 personen. Naast de dagelijkse operationele aansturing (op een heldere en besluitvaardige wijze) lever je een bij drage aan de bedrijfsstrategie en sta je borg voor een gezonde en veilige bedrijfscultuur. Je rapporteert aan de Algemeen Directeur. Kandidaat | Je hebt een academisch werk- en denkniveau, beschikt over minimaal een technische hbo-opleiding en hebt ruime leidinggevende ervaring in een industriële omgeving. Natuurlijk ben je communicatief sterk, een echte teamplayer en beschik je over daadkracht. Een betrouwbare, stabiele achtergrond in combinatie met oog voor mensen vervolmaken het geheel. Consultant: Guido Klaassen, mobiel 06 55 38 40 24 | www.yerexec.com/10014257
Bekijk deze vacatures op yerexecutive.com/nrc
Weekend 35
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
IEDEREEN�LEEST
Regels? Nee! Moraal? Nee!
WEER Tijdens�de�kerstdagen�komt�de�koude�lucht�vanuit het�noordoosten�weer�binnenschuiven�en�is�er�regionaal�zelfs�kans�op�sneeuw.�De�temperatuurverschillen�zullen�die�dagen�groot�zijn�tussen�Noorden�Zuid-Nederland.�Uiteindelijk�zal�de�zachte�lucht vanuit�België�het�hele�land�veroveren�en�luiden�we in�een�milde�en�wisselvallige�periode�2021�uit. Eerste�Kerstdag�wordt�het�in�de�noordelijke�provincies�lastig�om�boven�nul�uit�te�komen,�wel�met�ruimte�voor�de�zon.�In�het�zuiden�liggen�de�temperaturen rond�een�graad�of�5,�met�af�en�toe�regen.�Gedurende�de�ochtend�is�in�een�west-ooststrook�over�het midden�van�het�land�enige�lichte�sneeuw�mogelijk.
Vandaag
Morgen
Maximumtemperatuur
4
8 4
4
0
1
4
1
4
2
1
4
3
4
6 1
6
6
0 mm
E
„Hij zei zo vaak nee dat iedereen hem de NEEhoorn begon te noemen.” Zeker voor wie de peuterpuberteit (‘twee is nee!’) nog niet ontgroeid is, is dat natuurlijk geestig. Of melig, zoals de Duitse auteur Marc-Uwe Kling vaker op het randje van de meligheid balanceerde met zijn satirische boeken voor volwassenen (over een links-activistische kangoeroe, of over een techno-dystopie), of, als je het andere lezers vroeg, daar mijlenver overheen stapt. Kinderen vréten dat. Zie het succes van De waanzinnige boomhut-serie, dat de flauwste grappen inzet voor… ja, voor de lól, en voor wat je anarchistische verhaalsabotage zou kunnen noemen. Regels? Wat hoort? Daar doen zij lekker niet aan! Die ondertoon is onweerstaanbaar voor kinderen. En daarmee, in zijn drang om het gezag te ondermijnen, ook wel weer charmant. De NEEhoorn moet het hebben van de woordgrappen: na de NEEhoorn duiken ook de WATbeer, die slecht hoort (of slecht luistert), en de KUSm’n-KONT-hond op. Klapstuk van het prentenboek is het slot, dat nadrukkelijk geen boodschap heeft, maar wel een bestiarium aan woordgrapdieren presenteert: van de Simpelmees en de Goed-ideeland tot de Slanglauf en de Beerabander (een beer die zegt: „Da hek nie gedoan. Ech nie.”) Maar ook De NEEhoorn kent die Boomhut-achtige sabotage. Zo begint de NEEhoorn midden in het verhaal te klagen dat het suf is dat alle zinnen rijmen, waarna de (inderdaad wat irritant houtenklazige) rijmzinnen prompt verdwijnen. Het leukst (want anarchistisch ten top) is de redding van een prinses uit een torenkamer, doordat genoemde hond éénmaal blaft tegen de bewaker, waarna de WATbeer de sleutel naar boven brengt, wat zinloos blijkt, want de deur klemt, waarna de NEEhoorn tegen de deur beukt, en: „Die versplinterde meteen. Huppakee, prinses bevrijd. Appeltje, eitje.” Tja, dan neem je de verhaalwetten écht niet serieus. (Stiekem heerlijk.) Thomas�de�Veen
Op�deze�plek�schrijft�N�RC�over�de�populairste�boeken�van�dit�moment. Reacties:�b�o�e�ke�n�@�n�rc�.�n�l
3
6
wo do vr
za
zo
ma
26 dec 27 dec 28 dec 29 dec 30 dec 31 dec 1 jan
De charme van De NEEhoorn is de weerzin tegen charme
NEDERLAND
0
1
3
ma di
r staat één boek al driekwart jaar in de Nederlandse bestsellerlijst waarvan het succes onverklaarbaar lijkt – afgemeten aan de algemeen geldende bestsellermores. Aan dit boek kwam geen BN’er te pas, überhaupt geen bekende naam, er ging geen tv-aanprijzing aan vooraf, geen reclame of bemoeienis van een influencer en nauwelijks een enthousiaste recensie. Toch werd onlangs het vijftigduizendste exemplaar van het prentenboek De NEEhoorn verkocht in een jaar tijd. De verklaring moet dus wel de verkoopkunst van boekhandelaren zijn, de mond-tot-mondreclame, of domweg de onontkoombare charme van het boek. Toch? De grap is: De NEEhoorn onderscheidt zich juist door een weerzin tegen charme. Wat dan weer de charme is. Het begint nog met snoezige prenten in rozige pasteltinten, waarop we een dozijn lieve eenhoorns zien dartelen in het Hartenwoud, „waar de bloemen zo groot zijn als bomen” en „de wolken gemaakt [zijn] van suikerspin”. Daar wordt een eenhoornveulen geboren, maar dat „voelde zich totaal niet op zijn plek, dus hield hij meestal zijn poezelige paardenbek”. Zijn hartgrondige chagrijn uit zich in een consequent „NEE!” op iedere vraag:
Verwachting weerstations zo 25 dec
Maximumtemperatuur 4
16
Marc-Uwe�Kling�&�Astrid�Henn: De�NEEhoorn. Vert.�Jaap�Robben. Volt,�39�blz.�€ 14�,9�9
De�wind�is�waterkoud�en�waait�stevig�uit�het�oosten. Er�volgt�een�nacht�met�voornamelijk�noord�van�de grote�rivieren�vorst.�In�Groningen,�Drenthe�en�Friesland�kan�het�lokaal�tot�onder�-5�graden�afkoelen. Tweede�Kerstdag�gaat�de�milde�lucht,�met�bewolking�en�regen,�vanuit�België�weer�ons�land�in�stromen.�Aan�de�voorzijde�kunnen�winterse�perikelen optreden,�met�ijzel�of�sneeuw.�Dit�kan�verraderlijke situaties�op�de�wegen�veroorzaken.�Ondertussen warmt�het�in�Brabant�op�naar�7�graden,�en�in�Groningen�wordt�het�waarschijnlijk�pas�in�de�avond boven�nul.�Ook�in�de�nacht�naar�maandag�kan�het daar�nog�winters�zijn.
BUITEN EUROPA
Amsterdam
2 3 ARG Buenos Aires
18 32
De Bilt
2 3 AUS Sydney
19 32
Deelen
1 2 BRA Rio de Janeiro
21 27
Den Helder
0
Eelde
-4 0 CHI Peking
1 CAN Toronto
2 5 -8 -5
Eindhoven
4 5 EGY Kaïro
Maastricht
4 6 IND Jakarta
25 30
Rotterdam
3 4 JAP Tokio
10 13
Twente
-1
1 MEX Mexico-Stad
Vlieland
-1
1 VS
Vlissingen
5 6
9 17
14 22
New York
4 6
Los Angeles
12 15
2 jan
Maan
23:09 uur
12:29 uur
Zon
08:47 uur
16:32 uur
Morgen >35
-5°
Temperatuurkaart 0°
Aantal uren zon, neerslagkans in % en windrichting
-10°
-7°
-9°
30 -8°
25 3
3
2
3
3
3
4
20
3
1°
15
9°
5
-2°
6°
-6°
-3° 3°
10°
6°
7° 7°
11°
7°
BEL
Brussel
5 6
DUI
Berlijn
-7 -2
Frankfurt
4 5
OOS
POL
Innsbruck
-2 5
Wenen
4 6
Warschau
-4°
1°
EUROPA
FRA
-1°
9°
10
Verwachting weerstations zo 25 dec
-11°
-3°
0°C
5 6
POR
Lissabon
14 17
Bordeaux
9 12
RUS
Moskou
-12 -4
Nice
9 13
SPA
Barcelona
10 16 16 23
Parijs
7 10
Las Palmas
GBR
Londen
7 9
Madrid
8 10
GRI
Athene
7 16
TSJ
Praag
0
IER
Dublin
7 9
TUR
Istanbul
7 12
ITA
Rome
12 16
ZWE
Stockholm
8° 14°
17°
16°
18°
-10
15°
16°
18°
20°
17° 21°
<-15
12°
16°
-5
-5 -3
München
12° 12°
17°
21°
Bron: WeerKantoor.com
1
-8 -4
zonnig
3
l. bew.
wind in Bft
L
bewolkt
H
regen
lage- en hogedrukgebied
buien
sneeuw
ijzel
onweer
mist
2° warmte- en koufront
isobar
temperatuur
C�O�LO�FO�N NRC�Media�BV Hoofdredacteur:�René�Moerland Algemeen�directeur:�Dominic�Stas Re�d�a�c�t�i�e Vragen,�opmerkingen�of�suggesties? Mail�naar�re�d�a�c�t�i�e�@�n�rc�.�n�l�of�ga�naar nrc.nl/contact.�Postadres:�Postbus�20673, 1001�NR�Amsterdam, t.a.v�rubriek,�redactie�of�persoon. T:�020�-�755�3000 (algemene�nummer) Ingezonden�brieven Reageren�op�artikelen�uit�de�krant?�Stuur�dan een�ingezonden�brief�van�maximaal�250�woorden naar�o�p�i�n�i�e�@�n�rc�.�n�l�.�Vermeld�uw�naam,�adres�en te�l�e�f�o�o�n�n�u�m�m�e�r. A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e�s T:�+31�20-755�3049,�E:�sales@nrc.nl, of�nrcmedia.nl Fa�m�i�l�i�e�b�e�r�i�c�h�t�e�n T:�020�-�755�3052,�E:�familieberichten@nrc.nl Bezorging�en�abonnementen Wij�streven�ernaar�NRC�Weekend�op�zaterdag voor�8.00�uur�te�bezorgen.�In�sommige�gebieden is�de�uiterste�bezorgtijd�11.00�uur.
Voor�vragen:�nrc.nl/service�of�bel�088-572�0572 (za�9.00-13.00�uur) NRC�Webwinkel T:�088�-�572�0202 E:�klantenservice@nrcwebwinkel.nl Omgang�persoonsgegevens NRC�Media�BV�legt�van�abonnees�en�gebruikers van�online�dienstverlening�gegevens�vast�voor de�uitvoering�van�een�(abonnee)�overeenkomst en/of�het�verlenen�van�diensten.�Deze�gegevens kunnen�worden�gebruikt�om�u�te�informeren�over relevante�producten�en�diensten�van�NRC�Media BV�(zie�ook�nrc.nl/privacyverklaring).�Indien�u�op deze�informatie�geen�prijs�stelt,�kunt�u�zich�afmelden�via�privacy@nrc.nl. Au�t�e�u�r�s�r�e�c�h�t ©�NRC�Handelsblad,�2021.�Alle�auteursrechten en�databankrechten�ten�aanzien�van�(de�inhoud van)�deze�uitgave�worden�uitdrukkelijk�voorbehouden.�Deze�rechten�berusten�bij�NRC�Media�BV�c.q.�de�betreffende�auteur.�Zie�voor�de�volledige�tekst:�nrc.nl.�Op�ingezonden�bijdragen zijn�de�algemene�publicatievoorwaarden�van toepassing.�Deze�liggen�ter�inzage�op�de�redactie�en�worden�op�verzoek�kosteloos�toegezonden.
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
B�E�E�STJ�E�S
YO�U�P
Krokodillentranenkaravaan
Zij brengt het licht
‘U
FOTO�PIETER�VAN�BREUGEL
De glimworm geeft licht om te laten weten waar ze is. Aglaia Bouma aanschouwt levende kerstlichtjes.
Lampyris noctiluca Grote�glimworm
T
ijdens de donkere dagen voor kerst verschijnen overal in het land lichtjes en lampjes. Niet alleen binnen, maar ook buiten worden bomen behangen, naast tuinkabouters en allerlei andere voorwerpen die geen duidelijk doel dienen. Hier en daar schijnen en knipperen zelfs hele gevels dat het een lieve lust is. Het brengt licht in de duisternis. En dan wordt het gezellig. In het warmere seizoen zijn de meeste mensen minder geneigd zich met een overdaad aan flikkerlampjes te omringen. Dat hoeft ook niet, want ’s zomers gaat de zon veel later onder. Is het eenmaal donker, dan is er voor wie geluk heeft een magisch schouwspel te bewonderen dat veroorzaakt wordt door de geelgroene gloed die glimwormen verspreiden. Een glimworm is geen worm. Een glimworm is ook geen vlieg, al zou je dat door de andere naam voor deze insecten (vuurvlieg) wel kunnen denken. Een glimworm is een kever die behoort tot de familie Lampyridae. En hij geeft licht. Of in het geval van de in de Benelux meest algemene soort, de grote glimworm, Lampyris noctiluca, kan ik beter zeggen dat zíj licht geeft. De mannen gloeien niet. Ze zijn wel vol vuur. Ze zijn hartstochtelijk op zoek naar een vrouw, die haar aanwezigheid kenbaar maakt door het uiteinde van haar achterlijf te laten oplichten. Dat doet ze door het pigment luciferine in haar lichaam te laten oxideren onder invloed van een enzym luciferase. Een stekker of batterij komt hier niet aan te pas. Deze truc is door mensen afgekeken. Wetenschappers kunnen een
celtype of zelfs een heel organisme genetisch modificeren door er het enzym luciferase in te bouwen. De cellen lichten dan op zodra ze in contact komen met luciferine. Op deze manier zijn biologische processen te bestuderen zonder dat er in een dier gesneden hoeft te worden. Een vrouwelijke volwassen grote glimworm ziet er niet alleen vanwege haar gloeiende achtereind vreemd uit. Ze lijkt op een jonge grote glimworm, een larve. Beide zijn vleugelloos, nogal plat met duidelijk onderscheiden, donkere segmenten die aan de achterhoeken oranjeroze zijn. Bij de volwassen vrouw hebben alleen de voorste segmenten een kleurtje; bij de larve allemaal. Het jonkie wandelt ’s nachts rond op zoek naar smakelijke slakken en gloeit als hij verstoord wordt. Zo waarschuwt hij dat hij oneetbaar is. De volwassen vrouw eet niets en geeft licht om te laten weten waar ze is.
V
anwege haar eigenaardige uiterlijk denk je waarschijnlijk niet gelijk aan een tor als je haar ziet. Gelukkig laat een mannelijke vuurvlieg zich door haar kinderlijke gedaante niet van de wijs brengen. Zodra hij haar aantrekkelijke licht in het oog krijgt, snelt hij op haar af. Dat doet hij vliegend. De man heeft namelijk wel vleugels, die in rust onder bruingrijze dekschilden liggen. Hij lijkt dus helemaal niet op haar en is prima herkenbaar als kever. Wanneer hij bij de vrouwelijke glimworm landt, zou je niet zeggen dat die twee insecten soortgenoten zijn. Totdat hij boven op haar klimt. En dan wordt het gezellig.
moet zich melden bij het vaccinatiecentrum in Almere”, zei de alleraardigste boosterhost van de GGD tegen mij. Ik vertelde haar dat ik in de Amsterdamse RAI geprikt zou worden. „Klopt”, zei de vriendelijke mevrouw, „maar de rij begint in Almere. Via Amsterdam-West, Nieuw-Sloten en Abcoude schuifelt u in twee dagen naar de RAI. En als u slecht ter been bent gaat u via Muiderberg en Diemen. Dat lijkt korter, maar dat is de schildpadroute voor strompelende invaliden.” „Hoe kom ik na afloop weer bij mijn auto?” „Dat mag u geheel zelf weten. Daar is geen vaste route voor. U kunt zich door een van uw eigen mantelzorgers laten vervoeren, maar er staan ook wat werkloze taxichauffeurs van Schiphol klaar. Die rijden u dan via Amersfoort, Zwolle en Lelystad terug naar Almere. In die auto’s kunt u niet pinnen. Het liefst ontvangen zij het eindbedrag in bitcoins. Aan u de keuze!” „Dus twee dagen in de rij?” „Ja”, lachte de GGD-mevrouw, „maar de tijd vliegt hoor. Met de andere spuitschuifelaars is veel te bespreken. De Toeslagenaffaire bijvoorbeeld. Dat lijkt een afgekloven botje maar u kunt lang babbelen over de diepe spijt van onze demissionaire regering in het algemeen en die van de heer Rutte in het bijzonder. En u kunt natuurlijk klessebessen over het ontroerende mea culpa van de Belastingdienst, het oprechte sorry van zowel de Tweede als de Eerste Kamer, de welgemeende excuses van de rechterlijke macht en de Raad van State en uiteraard over het diep door het stof gaan van alle ambtenaren die kinderen routineus uit huis hebben geplaatst. Geweldig toch die nationale krokodillentranenkaravaan vol berouw, inkeer en wroeging. Woorden waar verder niemand iets mee doet. Het gaat om de beladen blik in de verdrietige ogen. Het is gezegd, het is gehoord en binnen eigen politieke werkkring wordt het allemaal moedig gevonden. Maar een beetje ouderwets dom lachen om het kapsel van mevrouw Van Huffelen mag ook hoor.”
Ze ratelde vrolijk verder: „Daarna is het misschien leuk om met elkaar een quizje te doen wie de meeste van de meer dan 1.700 Groningse aardbevingen kan opnoemen. Maar het is ook leuk om een gokje te wagen over de recente kwaal van de advocaat van Willem Engel. Die heeft zich namelijk ziek gemeld. Ik vrees een allergische reactie op de booster. De zogenaamde spijtprik. Is dat trouwens nou echt het leukste woord van 2021? Allitereert spijtspuit niet veel lekkerder? Of geldt spijtspuit meer voor Gooise vrouwen die een verkeerde dosis botox in hun lege hoofden hebben laten jassen? Ben jij ook zo blij dat de essentiële Gall&Gall en even essentiële coffeeshop tijdens deze jubileumlockdown gewoon open zijn?” Ik antwoordde dat bij mij alleen de essentiële smartshop belangrijk is. En die is gelukkig niet dicht. Een paddovrije kerst zou voor mij namelijk desastreus zijn. Ik vier de geboorte van de Verlosser al jaren zonder boom en stalletje. Die komen vanzelf als ik een hallucinogene psilo slik. Na het consumeren van dat geestverruimende schimmeltje lig ik onder een blinkende zilverspar te kraaien in een kribbe en vraag ik aan drie wijzen uit het Oosten of ze een baantje voor Sywert, Bernd en Camille hebben. Omdat die van de rechter hun zuur gegraaide miljoenen moeten teruggeven. De meest wijze zegt dat hij Randstad zal bellen en de domste van de drie koningen heeft andere zorgen. Hij moet meer dan zeshonderd miljoen aan een van zijn exen aftikken. Dus Sywert moet niet zo zeiken over die paar rotcenten.
M
ijn enthousiaste boosterbunny onderbrak mijn fantasietje. Of ik zin had in de komende feest-
dagen? Nee! Waarop zij met de gouden tip kwam: gewoon positief testen. En daarna heerlijk in quarantaine. Paar goeie boeken, flesje rood, flesje wit, stuk of drie series en keihard muziek draaien. Goed idee? Ik zei dat ik bij haar wel in de rij kwam staan. En na de prik sluit ik me meteen achteraan voor de vierde. En daarna voor de vijfde en de zesde en de zevende. Het is zo 2023.
IKJE
Kerststal In de huiskamer staat nu een kerststal. Een hele oude uit 1924. Een echt familiebezit. Echter ook wat uit goede doen, door zijn leeftijd. Bij mijn laatste verhuizing kwam de verhuizer van de zolder af met de vraag: „Meneer moet dat vogelhuisje ook mee?”
Wim�Barning
Lezers�zijn�de�auteurs�van�deze�rubriek. Een�Ikje�is�een�persoonlijke�ervaring�of anekdote�in�maximaal�120�woorden. Insturen�via�i�k@�n�rc�.�n�l
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M ZONDAG�26�DECEMBER 2�021
3
Co�ro�n�a Weer een persconferentie? Doe dat nou maar eens radicaal anders
8
Sa�m�e�n�l�eve�n Angst voor het coronabeleid of de wet voltooid leven? Ik laat je niet alleen
9
ILLUSTRATIE�FRANN�DE�BRUIN
Spiritualiteit Hoe kunnen wij onze geestelijke armoede te lijf gaan?
De betraande mystica
Niña Weijers over moederschap, maagdelijkheid en de middeleeuwse mystica Margery Kempe.
4
7
O2 Opinie & Debat
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
C�O�LU�M�N
Rosanne Hertzberger Lange termijn? Geef mij ad hoc coronabeleid
T
ip voor uw kerstdiner. Wanneer uw disgenoten kakelen over boosters, varianten en immuniteit, over pillen en prikken, over het nut van FFP2-maskers vergeleken met chirurgische maskers, weersta dan de behoefte om meteen uw zegje te doen. Wacht tot het gesprek bijna ten einde is, veeg dan bedachtzaam uw mond af en zeg: „Waar we behoefte aan hebben is een strategie voor de lange termijn. Niet meer van persconferentie naar persconferentie rennen, maar een visie, een plan.” Het is een compleet holle frase, maar de ervaring leert dat dat zelden opvalt. Grote kans dat u een verstandige indruk maakt. U distantieert zich van het gepeupel, de rest mag zich bekommeren om de kruimels. U kijkt naar het grotere plaatje. U zoomt uit. U houdt het overzicht. De ervaring leert ook dat het louter noemen van een langetermijnstrategie volstaat. Niemand dwingt u daadwerkelijk te schetsen wat dat plan moet behelsen, laat staan verantwoordelijkheid te nemen voor een langetermijnplan dat dertig dagen na de presentatie ondermijnd wordt door een plotselinge wending in de virusbiologie, in het beleid van de buurlanden, of gewoon niet meer bij de realiteit past waarna het bezwijkt onder druk van een woedende menigte. Het slechte nieuws is dat ze in Den Haag ook zwichten voor dat type gewichtige opmerkingen. Premier Rutte kondigde afgelopen dinsdag in de Kamer aan dat er momenteel aan een plan gewerkt wordt. Honderdvijftig creatievelingen en kritische geesten bedenken nu wat er in vredesnaam in dat plan moet staan – iets dat langer dan een seizoen nuttig is. Eind januari moet het gepresenteerd worden. Tegen die tijd is deze langetermijnvisie alweer achterhaald. Er zijn deze dagen een handvol potentiële game changers die onze coronarealiteit zomaar op de helling kunnen zetten. Paxlovid, de Pfizer-pil, zou het aantal ziekenhuisopnames sterk kunnen terugdringen. Nieuwe vaccins van Novavax en een update voor de huidige vaccins kunnen Covid-golven dempen. Omikron is zo besmettelijk dat het RIVM ook met de huidige volledige lockdown nog steeds een golf verwacht. En dankzij de groeiende immuniteit die de bevolking van Ne-
HAJO
derland, goedschiks of kwaadschiks, door vaccin of besmetting, heeft opgebouwd, verloopt Covid steeds milder. Op de dag na de aankondiging van de langetermijnvisie publiceerden de Britten een studie waaruit blijkt dat de eerdere positieve ervaringen met een Omikron-golf in Zuid-Afrika in ieder geval ten dele ook in Noord-Europa standhouden. Zowel in Denemarken, Schotland en Engeland zien ze minder ernstige Omikron-gevallen. Ik heb momenteel meer behoefte aan de oude Rutte die weleens zei dat mensen die last hebben van visie maar naar de oogarts moeten gaan. Wanneer je in deze afgelopen weken, in een van de meest uitzichtloze periodes van de crisis, je langetermijnvisie vaststelt en er straks iemands ego of politieke geloofwaardigheid afhankelijk is van het vasthouden aan die strategie – koers houden, u kent het wel –, dan vrees ik dat we onze toekomst in beton gieten, juist wanneer we op de bodem van de put zitten en dat we daarmee onherroepelijk schade doen aan Nederland.
Er zijn een handvol potentiële game changers die onze coronarealiteit op de helling kunnen zetten
G
eef mij maar ad hoc-beleid. Dan maar minder investeren en meer improviseren. Verwacht het onverwachte, houd je webshop standby. Haal dit jaar voor één keer de verloren schooldagen in door een week minder meivakantie of zomervakantie. Maar zorg dat het omkeerbaar is. Want we moeten terug naar normaal. Dat is mijn langetermijnvisie: ooit halen we al die lelijke coronameuk uit de publieke ruimtes. Gooien we de plexiglas-schermen weg, krabben we de stickerpijltjes van de grond, wordt de booster vervangen voor een jaarlijks mild coronakuchje opgelopen in een discotheek of restaurant, van een besmette vriend die gewoon binnenkwam omdat de CoronaCheck-app tot de verleden tijd behoort. Is het nog niet tijdens deze golf, dan wel tijdens de volgende. Beperk je visie tot wat er in andere landen gebeurt. In februari 2020 hadden we in China en Italië kunnen zien dat we twee weken later een groot probleem zouden hebben. Deze zomer hadden we in Israël kunnen zien dat we snel boosters nodig hadden. Afgelopen maand konden we in Zuid-Afrika zien dat coronagolven steeds milder verlopen. Ik wil geen plan. Ik wil een met spoed ingelaste persconferentie mocht het onverhoopt tegenvallen. Of – deze winter wellicht al – meevallen.
Rosanne�Hertzberger is�microbioloog.
INBOX�VAN�DE�REDACTIE Wat�schreven�de�lezers�deze�week�aan�de�redactie�Opinie?�Een�indruk.
228 b�r�i�eve�n
geplaatst�29
E
+
74
=
a�r�t�i�ke�l�e�n
i�n�ze�n�d�i�n�g�e�n
geplaatst�11
r zijn weinig thema’s die de NRC-lezer gretiger naar de pen doen grijpen dan taal – en dat hebben we weer gemerkt. Het essay van Sarah Meuleman (Hij is de standaard. Waarom?, 18/12) lokte veel reacties uit, zoals ook in de brievenrubriek te lezen viel, al lag er nog genoeg in de inbox om te delen. „Een groot verlies voor de rijkdom van onze taal”, zo noemt Gerard Verhaar uit Bleiswijk de trend om vrouwelijke duidingen te vervangen door mannelijke vormen. Moeten we straks ook „Koning Máxima gaan zeggen en schrijven, en prins Amalia? Mogelijk zal alleen ‘naaister’ de dans ontspringen om netjes te blijven”, aldus Verhaar. „Lijdzaam” ziet Wim Stal uit ’sGravenzande „de verarming van het Nederlands aan met al zijn anglicismen”. Daarom vindt hij het een gemiste kans dat Meuleman „zichzelf geen schrijfster [noemt], maar ostentatief schrijver (v)”. Een publicist moet niet alleen agenderen, stelt hij, „maar er iets aan doen”.
3�02 geplaatst�40
Wat betreft alternatieven haalt Ronald Heesbeen uit Vlijmen Marieke Lucas Rijneveld aan, die zei: „Het is jammer en soms pijnlijk dat we in de Nederlandse taal nog geen ander voornaamwoord hebben gevonden voor de tussenmens. In de Engelse taal zijn ze heel secuur met ‘they’ of ‘them’.” De Nederlandse meervoudsvorm ‘hen’ vindt Heesbeen echter ongelukkig, „een hen is immers een vrouwelijke kip”. Hij stelt een ‘wiskundige’ oplossing voor, waarin „het gebruikelijk [is] om een onbekende (grootheid) aan te duiden met de letter x. Wellicht biedt die x hier ook uitkomst: hij/zij/xij.” Als ex-bewoner van Finland volgt Carel van Bruggen de discussie „enigszins geamuseerd”. „Hij en zij zijn [in het Fins] hän. Je kunt daar alleen vrienden maken. Er is geen woord voor vriendinnen.” „Taal en cultuur [...] gaan hand in hand”, vervolgt hij. „Wie de taal wil veranderen zal de cultuur moeten veranderen.”
Lotfi�El�Hamidi plv.�chef�Opinie
Opinie & Debat O3
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Christiaan�Weijts is�schrijver�en�columnist�van�N�RC�.
OPI N I E Co�m�m�u�n�i�ca�t�i�e
FOTO�ROBIN�UTRECHT/ANP
V
roeger, toen alles nog gewoon was, waren persconferenties bedoeld voor de pers. Deze gebruikte die journalistieke bronnen vervolgens voor verslaggeving voor een eigen doelgroep, met een eigen selectie, inkadering en duiding. Toen werd het maart 2020. Ineens richtte de overheid zich rechtstreeks tot de burger. Ineens was elk kanaal nationale rampenzender, met de daarbij behorende personages – bewindspersonen, gebarentolk, expert in uniform of witte jas. In vier virusgolven en evenveel seizoenen van De Persconferentie is die enscenering maar minimaal veranderd. Nu de clou altijd gespoilerd is, merk ik dat ik er vanuit een regisseursstoel naar kijk. Hóé brengen ze het? En ik vraag me af: is dit de beste vorm van communicatie van een overheid naar haar burgers? Moeten NOS en RTL eens iets anders doen dan het integraal doorgeven van een relaas dat niet altijd uitblinkt in begrijpelijkheid? Neem de monoloog van RIVM-directeur Jaap van Dissel in de laatste aflevering: „modellering”, „robuuste data”, „prelude”, „initieel”… Eerste vraag van de NOS-verslaggever: „Snapt u dat de mensen er moedeloos van worden?” Ja, zelfs het Twittergericht na de vragen zijn een déjà-vu. De, inmiddels veelbesproken, eerste vragen laten zien dat ook de NOS met het format worstelt. In zijn boek Acht jaar Achtuur schrijft politiek verslaggever Ron Fresen erover: „Wij staan voor het dilemma dat we feitelijk willen vertellen wat er besloten is zonder his master’s voice te worden.” In het begin riep Fresen weleens plagend op zijn redactie dat ze wel Postbus 51 leken, de vroegere reclamespotjes van de Rijksoverheid. Maar na die beruchte eerste vraag van zijn collega Albert Bos in april 2020 („Wat krijgen mensen ervoor terug?”), vond men de NOS juist veel te kritisch. In mijn regisseursstoel voel ik het schuren, bij alle betrokken partijen. Doordat de inhoud al een dag eerder prominent is gebracht, is de nieuwswaarde afwezig. In de kranten en talkshows is het debat over de nieuwe maatregelen al volop aan de gang. Toch roept alles aan de voorstelling: Breaking News! Voor een harde ondervraging is de persconferentie ook geen geschikte plek. Dit is geen Hard Talk, geen Eén op één. Elk medium krijgt drie kleine vragen. Dan is de waarde van een live debat dus ook afwezig. Toch is de enscenering die van een arena met kritische pers. Moeten journalisten dan alleen inhoudelijke verduidelijking vragen? Dat zou, bij een toch al gortdroog verhaal, wel erg veel Postbus 51 zijn. Dus komen we uit bij vragen die een poging zijn om wat druppels empathie los te wringen uit die strenge functionarissen. ‘De mensen’ worden moedeloos, wat krijgen ze ervoor terug? Het zijn terechte vragen naar ‘perspectief ’ en ‘proportionaliteit’, waarbij die technische termen invoelend zijn vertaald. Ik zou de tekst een tikje aanpassen: „Vraagt u niet te veel van de niet-kwetsbare groep?” Maar hoe onhandig ook geformuleerd, ik proef er ook legitieme wrevel in over deze vorm van overheidscommunicatie: jullie houden hier steeds een technocratisch verhaal, waarin wij amper worden betrokken bij de onderliggende afwegingen, en het is ook nog eens erg inconsistent. Snappen jullie wel hoe moedeloos men daardoor is? Ook met de empathie gaat op een interessante manier iets mis in de huidige persconferentievorm. Wij hebben geen cultuur waarbij de minister-president vanuit zijn paleis het volk plechtstatig toespreekt, à la Emmanuel Macron vanuit het Élysée: „Nous sommes en guerre.” Daarvoor is onze bestuurs- en overlegcultuur te horizontaal.
Demissionair�minister�De�Jonge�(VWS),�demissionair�premier�Rutte,�en�RIVM-directeur�Van�Dissel�tijdens�de�persconferentie�op�18�december.
Die persconferenties moeten anders Niet langer rechtstreeks en niet langer voor iedereen. Na vier seizoenen corona moet de persconferentie veranderen, aldus Christiaan Weijts.
A
ls regisseur zou ik één basale theaterwet herhalen: spreek mét je publiek, niet ertegen. Gezag wordt in Nederland niet automatisch met een maatschappelijke functie meegeleverd. Gezag moet worden verdiend, in de vorm van vertrouwen. Dat is, zoals bekend, bij deze ministerploeg een aandachtspuntje. Gezeten in mijn regisseursstoel denk ik vooral: laat deze acteurs op diverse locaties spelen. Laat ze een persconferentie geven in een ziekenhuis, een middelbare school of staand in een grote horecagelegenheid. En laat personeel, leerlingen en gasten na afloop de vragen stellen. Dan zijn de ministers niet langer functionaris, maar moeten ze veranderen in echte leiders.
Kook zulke aankondigingen op locatie niet minutieus voor. Laat desnoods de camera’s achterwege. Zie het als een try-out, een ervaringslesje communicatie, om terug te nemen naar het persconferentiepodium. Mét je publiek praten betekent begrijpelijk praten en visuele ondersteuning niet schuwen. De Franse en de Britse ministers laten grafieken zien bij hun coronapersconferenties. Dat zou ik als regisseur ook toevoegen. Maar bovenal zou ik De Persconferentie alleen nog als matinéevoorstelling opvoeren. Niet langer live voor een zo groot mogelijk publiek, maar slechts voor een klein persgezelschap. Dat de technische kanten vervolgens helder in infographics vertaalt en
duiding geeft voor alle bevolkingsgroepen. Parallel daaraan kan de overheid zelf veel directer, veel persoonlijker in gesprek gaan met diezelfde groepen – langs allerlei andere wegen. Een persconferentie is dan weer wat ze ooit was, in plaats van een synoniem voor rechtstreekse overheid-burger-communicatie. Door vast te houden aan deze strenge, on-Nederlandse vorm hoopt het kabinet vast ook een gevoel van urgentie te geven. Maar het kan niet maand na maand, jaar na jaar blijven communiceren op de toon van een acute ramp. Het kan niet onophoudelijk het luchtalarm laten blèren. Maar wie, kabinet of televisiezender, durft het luchtalarm als eerste uit te zetten?
O4 Opinie & Debat
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Niña�Weijers�is�schrijfster.
ILLUSTRATIE�FRANN�DE�BRUIN
De luiers van Jezus
Een moederlichaam is in staat duizend doden te sterven en toch in leven te blijven. Niña Weijers warmt zich aan Margery Kempe, middeleeuwse mystica, moeder en maagd op herhaling. Zij vond een manier om het alledaagse te verheffen.
Opinie & Debat O5
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
E S SAY Geboorte
H
aar levensverhaal liet ze, decennia later, optekenen door een priester, in haar eigen spreektaal, het Middelengels – zelf was ze analfabeet. Een manuscript van The Book of Margery Kempe werd pas in 1934, bij toeval, gevonden in een Engels landhuis. Van Kempe waren voor-
De LUIERS van JEZUS
M
argery Kempe was twintig toen haar eerste kind ter wereld kwam. Haar hele zwangerschap werd ze geplaagd door koortsaanvallen en de bevalling had haar zo verzwakt achtergelaten dat ze dacht te zullen sterven. Er werd een biechtvader bij gehaald. Ze had een geheim dat ze met zich meedroeg en ze wilde er vanaf. Maar de biechtvader was ongeduldig, en nog voordat ze was uitgepraat begon hij haar al uit te foeteren. Margery hield haar mond en werd waanzinnig. Ze zag duivels met opengesperde monden die kwamen om haar te verzwelgen. Ze beet in haar eigen hand, trok haar huid kapot, sloeg wartaal uit. Dag en nacht lag ze vastgebonden op bed. Het was een kwestie van tijd voordat ze aan haar conditie zou bezwijken. „Moedersterfte komt nauwelijks meer voor,” zeiden ze in het ziekenhuis, „maar in principe is bevallen een van de gevaarlijkste dingen die je als vrouw kunt doen.” Een paar dagen eerder had mijn vader me gebeld over een film die hij onlangs had gezien die begon met een gruwelijke bevallingsscène. Die moet je maar niet kijken, zei hij, in jouw toestand. Daarna had hij nog een poosje gedetailleerd verder gepraat over de openingsscène van de film. Kies voor het kind, had de moeder gezegd tegen haar man, als het erop aankomt, kies voor het kind. „Ja”, zei een goede vriendin, zelf kinderloos, „dat doe je als moeder.” Nee, dacht ik, kies in godsnaam voor mij. Ik was niet klaar om te sterven voor wie dan ook. Op een middag trof Margery Kempe een man op de rand van haar bed. Het was de mooiste man die ze ooit had gezien, gekleed in een mantel van paarse zijde. Hij keek haar indringend aan en vroeg haar waarom ze hem in de steek had gelaten. Waarop de lucht open scheurde en Margery een zeer helder licht zag. Rustig stapte de man het licht in, waarna de hemel zich weer sloot. Sterven deden we niet, mijn zoon en ik, maar toen ik hem ter wereld bracht, heb ik me een half etmaal op een andere plek bevonden dan in het rijk der levenden. Een voorgeborchte, een danteske kring om de binnenste hel, een hallucinant paradijs van pijn. Als uit zoiets een openbaring los te weken valt, dan deze: een moederlichaam is in staat duizend doden te sterven en toch in leven te blijven. Het was niet alleen Kempes eerste ontmoeting met Jezus Christus, maar ook de genezing van haar waanzin. Ze stapte uit bed, verdiende minder geld dan ze verloor met het brouwen van bier, bestierde een disfunctionele paardenmolen, maakte zich druk over stijl en status, baarde nog dertien kinderen en werd op een nacht wakker van hemelse melodieën. „Alas that I ever sinned!”, riep ze uit. „It is full merry in heaven.” Vanaf dat moment besloot ze haar mystieke roeping te volgen. Ze zwoer de seks af (met moeite: ze was dol op „the great sensual pleasures that each had in using each other’s bodies”), en vlees. Ze laste periodes in van streng vasten, droeg alleen nog witte kleding, maakte pelgrimages naar Rome, Jeruzalem en Santiago de Compostella en voerde zo’n beetje dagelijks gesprekken met Jezus en de Heilige Maagd.
dien alleen fragmenten aangetroffen in andere teksten; tamelijk saaie, conventionele passages, waaruit men opmaakte dat ze een klassieke, vijftiende-eeuwse ‘anchoress’ was: een mystica die als kluizenaar leefde in een cel bij de kerk en daar, afgesloten van de wereld, haar visioenen ontving. Het boek maakte een einde aan dat beeld. Het levensverhaal van Margery Kempe was, op zijn zachtst gezegd, ongewoon. Deze vrouw was in geen enkel opzicht makkelijk te categoriseren. Een mystica maar bepaald geen maagd, een zeer dwingende evangeliste die onophoudelijk bezig was iedereen te bekeren maar ook meermaals werd beschuldigd van ketterij en ternauwernood ontsnapte aan de brandstapel. Een entrepreneur en een socialite, een pelgrim, een moeder. Door haar tijdgenoten werd ze in gelijke mate bewonderd en belachelijk gemaakt. En ook twintigste-eeuwse critici schipperden tussen oprechte waardering en beschimping (een recensie in The Daily Telegraph uit 1936 beschreef Kempe als „a wet blanket in any company which was innocently enjoying itself”). Misschien was haar boek bedoeld als hagiografie, maar heiligverklaard werd Margery Kempe nooit. In plaats daarvan ging ze de geschiedenis in als hoofdpersoon van de eerste autobiografie in de Engelse taal. Een van de meest curieuze dingen aan die autobiografie is dit: Margery Kempe bracht veertien kinderen ter wereld, maar niemand weet wat er met die kinderen is gebeurd. Er is één zoon die als volwassene nog eens zijn opwachting maakt (en sterft), maar buiten dat, en de bevalling waarmee het boek opent, maakt Kempe geen enkele melding van haar moederschap. Geen huis vol kinderen, geen praktische beslommeringen, geen blijken van liefde en toewijding. Het is alsof ze haar kinderen heeft gedragen, waarna ze als gevleugelde engelenkopjes zijn heengevlogen – wat met zeker een aantal van hen hoogstwaarschijnlijk is gebeurd.
V
oordat ik moeder werd, dacht ik dat het als verschijnsel eenvormig was, een collectieve ervaring die voor iedereen in grote lijnen hetzelfde inhield. De handelingen, de liefde, de frustraties. Moederschap kwam me voor als een eindpunt en een verdwijning. Die zijn we de komende jaren kwijt, zeiden we tegen elkaar als we vernamen van een zwangerschap. Kwijt waaraan, dat was een amalgaam van vaagheden die verband hielden met slapeloze nachten, plakkerige rozijnendoosjes, een hoop gesjouw met spullen, de geur van Zwitsal en poepluiers. Iets groots dat allerlei andere grootheden aan het zicht onttrok en een leven vulde met kleinigheden. We gingen op kraambezoek, zagen het kind groeien op foto’s, gingen sporadisch en uit de goedheid van ons hart aan de rand van een speeltuin zitten met een flesje bier en halfslachtige pogingen tot een gesprek. Wanneer komt ze weer bovendrijven, vroegen we ons af, wanneer is ze weer een van ons, de levenden. Ik weet dat ik dit ben geworden, de ondergedompelde vrouw aan de overkant. Maar ik weet ook dat het er vanaf deze kant van het perspectief heel anders uitziet dan ik ooit had kunnen vermoeden. Vrouwen, schreef Simone de Beauvoir in De tweede sekse, ruim vijf eeuwen nadat Margery Kempe haar boek liet optekenen, zijn gedoemd tot immanentie; werkelijke transcendentie was voorbehouden aan mannen (stel je voor wat dit betekent voor een vrouw die ook nog eens moeder is). Middeleeuwse mystici, vaak vrouwen, vormden wellicht een uitzondering op de regel: voor hen was transcendentie wel degelijk weggelegd, in de meest eigenlijke zin des woords: de raison d’être van de
Lees�verder�op pagina�7
»
BIOLOGISCHE WIJN VOOR EEN MOOIERE WERELD
NIEUW! Bijvoorbeeld Edition d’Art
9.99
7.
49
per fles*
Go o d w i ne
to s
av e
th e
Neleman ken je misschien van de wijnen die wij in ons eigen wijnhuis maken in Valencia – Spanje. Wist je dat we inmiddels ook biologische wijn maken in Rioja, Navarra en Ribera del Duero? En liefhebbers van Italiaanse wijnen kunnen nu genieten van Neleman Pinot Grigio, Primitivo en Prosecco. Altijd biologisch en gewoon heel erg lekker! Of proef onze nieuwe Franse wijnen Edition d’Art Viognier, Rosé en Carignan, net als onze andere nieuwe wijnen meteen super hoog beoordeeld door wijnschrijver Harold Hamersma.
Edition d’Art Carignan
. ld
Edition d’Art Rosé
or w
Edition d’Art Viognier
Omdat het bijna kerst is, zijn álle nieuwe Neleman wijnen deze maand lekker voordelig, al vanaf 4.49. Bestel snel via
www.neleman.org of kom langs bij een van onze winkels: Amsterdam - Gerard Douplein 4b Utrecht - Burg. Reigerstraat 24a Zutphen - Groenmarkt 10 Bellen kan ook: 0575 757097
Scan & bestel *Deze actie loopt t/m 31 december 2021 of tot we door onze voorraad zijn. Alleen geldig op neleman.org en bij onze Brandstores in Amsterdam - Gerard Douplein 4b, Utrecht - Burg. Reigerstraat 24a en Zutphen - Groenmarkt 10. Bellen kan ook: 0575 757 097. Gratis, duurzame bezorging vanaf €50 met Budbee en gratis retourneren. Geen 18? Geen alcohol.
Opinie & Debat O7
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Vervolg�van pagina�5
mystica was een directe band met God via een bovenzinnelijk bewustzijn. Daartoe moesten ze bij voorkeur een puur, klein leven leiden: eenvoudig, geestelijk, ongehuwd, kinderloos, afgezonderd (immanentie werd, in feite, opgelegd als voorwaarde voor hun transcendentie). Dat Margery Kempe niet voldeed aan het beeld van de onbezoedelde, verlichte maagd die haar leven slijt in een cel van een paar vierkante meter, moge duidelijk zijn. Toch probeerde ze de verschillen tussen haar leven en het hooggestemde ideaal van ascese zo goed als het ging te overbruggen – de kuisheid, de witte kleding (normaal gesproken voorbehouden aan maagden en weduwen), het vasten: alles was bedoeld om zich zo goed als het ging te zuiveren van haar zonden, uit te vlakken wie ze was geweest, wie ze óók was: een echtgenote, een moeder. Weer maagd worden, zo goed als het ging, een vrouw alleen tegenover God en Jezus en de Heilige Maagd Maria.
M
oeder worden is ook: zo snel mogelijk bewijzen dat je niet door het moederschap wordt gedefinieerd. Denken over andere dingen, schrijven over andere dingen, je lichaam aanwenden voor andere dingen. Terugkomen. Weer maagd worden. Behalve dat het Margery Kempe niet lukte. Het lukte haar niet om in stilte vroom te zijn, om een vrouw alleen te zijn, om haar dagen door te brengen in een verheven vorm van sereniteit. Wanneer ze, tijdens haar pelgrimage naar Jeruzalem, een bezoek brengt aan de Calvarieberg waar Jezus stierf, stort ze kronkelend met gespreide armen en luid huilend ter aarde. Ze heeft ‘the gift of tears’ ontvangen, een devote vorm van tranen plengen om het lijden van Christus (en, in het verlengde daarvan, dat van zichzelf), al is dat nog eufemistisch uitgedrukt. In de jaren die volgen huilt Margery Kempe zo veel en zo luid dat het haar berucht maakt. Te pas en te onpas, vooral te onpas, barst ze uit in een oncontroleerbaar snikken, zo uitzinnig dat ze niet zelden vreest er aan onderdoor te gaan. Ze verstoort kerkdiensten, etentjes, zondagse rust, wordt weggestuurd door priesters, aan de kant gezet door reisgenoten, achternagezeten door een woedende menigte die dreigt haar op de brandstapel te zetten. Maar ze heeft ook bewonderaars en zelfs een schare volgelingen. Haar biechtvader laat haar niet in de steek, moeders maken haar tot peetmoeder van hun kinderen, ze krijgt zelfs de goedkeuring van Juliana van Norwich, de befaamde anchoress die, net als zij, een directe verbinding heeft met God („All shall be well”, schreef zij bezwerend, „all shall be well, and all manner of things shall be well”). Ruim zeshonderd jaar na dato wordt Kempe door sommigen gediagnosticeerd als een vrouw met, respectievelijk, een serie postnatale psychoses, schizofrenie en een manische depressie. Zulke diagnoses zijn bedoeld om haar gedrag te verklaren. Maar wat verklaren ze precies? Ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat het vooral een poging is om dat wat buiten de oevers treedt af te voeren, natte voeten af te drogen, modderige schoenen op te bergen in een kastje waar ze aan het zicht zijn onttrokken. Ik blijf denken aan het geheim dat Margery Kempe wilde delen op haar kraambed. Hoe ze geen gehoor vond, niemand die werkelijk keek of luisterde, een gekmakende muur van stilte.
D
e grote paradox van Margery Kempe is volgens mij deze: haar mystieke ervaringen waren een direct gevolg van een leven dat in alle werkelijkheid werd geleefd – een leven vol alledaagse rommeligheid, bloed, bevallingen, kinderen, drama en geworstel met menselijke zonden, maar moesten er tegelijkertijd een verscho-
De LUIERS van JEZUS
»
ning van zijn. Margery Kempe huilde onbedaarlijk om de smetten op haar eigen blazoen en alle manieren waarop ze Jezus in de steek had gelaten. Het huilen zelf bracht haar niet alleen transcendentie, het was haar vorm van transcendentie. Om het kleine leven te ontstijgen, moest het kleine leven geleefd worden. Kempe kwam bekend te staan als mystica in de laat-middeleeuwse traditie van de ‘affectieve vroomheid’: een manier van bidden waarbij het leven en lijden van Christus zo concreet en gedetailleerd werd ingebeeld dat het de inbeelding ontsteeg. Meelijden met de Passie was populair, en iets wat Kempe (onderwijl luid snikkend) graag mocht doen. Maar het mooiste voorbeeld van affectieve vroomheid in haar boek is haar ingebeelde ontmoeting met Sint-Anna, op dat moment zwanger van Maria. Ze wordt haar dienstmaagd, ziet Maria geboren worden en opgroeien, voorspelt dat ze op een dag de moeder Gods zal zijn. Wanneer Maria volwassen is en inderdaad op het punt staat te bevallen van haar zoon, reist Margery met haar mee naar Bethlehem. Ze regelt onderdak, eten, drinken en een bed voor Maria om na haar bevalling op uit te rusten. Het is Margery die de pasgeboren baby in doeken wikkelt en zijn luiers verschoont. „Lord”, zegt ze tegen het kind, denkend aan zijn toekomstig lijden, „I shall treat you tenderly; I shall not bind you tightly. I beg you not to be displeased with me.” Margery Kempe, die een leven moet hebben geleid waarin het hogere voortdurend onder de voet werd gelopen door het alledaagse, vond een manier om dat alledaagse te verheffen, zichzelf te verheffen. Het banale, dat zo overweldigend aanwezig was in alle aspecten van haar leven, glipte niet door de kieren van haar verlichting, het was andersom: het banale was de weg naar het licht en het licht zelf. Misschien is het geheim van moederschap dit: wie aan de ene oever verdwijnt, duikt aan een volgende weer op. Of dit: haar verdwijning heeft nooit plaatsgevonden. Ze is niet gestorven voor haar kind en ook niet voor de maatschappij, het enige wat er is gebeurd, is dat de werkelijkheid buiten haar oevers is getreden.
Margery snikte en snikte en verstoorde zo kerkdiensten, etentjes en zondagse rust
O8 Opinie & Debat
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Joost�Röselaers is�remonstrants�predikant�en�was�tot�2021�hoofdredacteur�van Idee,�het�tijdschrift�van�de�Mr.�Hans�van Mierlostichting.
E S SAY Sa�m�e�n�l�eve�n
FOTO�JORIS�VAN�GENNIP�ANP�/�HOLLANDSE�HOOGTE
‘Ik laat je niet alleen’ is mijn opdracht Gelikte filmpjes op social media dichten de kloof niet, beseft Joost Röselaers. De ander ontmoeten wel.
L�awa�a�i�p�ro�t�e�s�t�tijdens�de�laatste�coronapersconferentie.
‘O
ptimisme is een morele plicht” is een uitspraak die aan de filosoof Karl Popper wordt toegeschreven en die past bij zijn ethiek van de open samenleving. Ik ben zelf van nature een optimistisch mens, met een sterk geloof in de vooruitgang. Ik voel mij thuis in religieuze en politieke kringen waar een optimistische sfeer hangt. 2021 heeft mijn optimisme echter op de proef gesteld. Het voelt inderdaad steeds meer als een plicht. Niet dat er in mijn persoonlijke leven reden tot zorg is, maar de maatschappelijke sfeer van het afgelopen jaar stemt somber. Het wantrouwen en pessimisme die steeds meer terrein winnen. Het besef dat groepen steeds verder van elkaar verwijderd raken en elkaar niet meer kunnen
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
en willen verstaan. De vrees ook dat de progressieve groepen waar ik deel van uitmaak niet zozeer de oplossing bieden maar onderdeel van het probleem zijn geworden. Ik denk concreet aan twee maatschappelijke vraagstukken waar geen gesprek over mogelijk lijkt en waar ik (juist omdat ze zo raken aan onze existentie) het afgelopen jaar nadrukkelijk het gesprek over heb opgezocht. Ten eerste het coronabeleid. Iedereen heeft er een mening over en ieders gelijk wordt bevestigd met wijsheid achteraf en via eigen mediakanalen. Mensen die vragen en angsten kennen, voelen zich niet gehoord en zo wordt de kloof alleen maar vergroot. Ten tweede voltooid leven. Een aantal mensen ziet een dergelijke nieuwe wet als een teken van zelfbeschikking en vooruitgang. Ik ben voorstander van verruiming van de huidige mogelijkheden op dit gebied. Al is het maar de vraag of er een nieuwe wet voor nodig is. Een
aanpassing van de huidige (buitengewoon zorgvuldige) euthanasiewet zou ook een uitkomst kunnen bieden. Het is een goede zaak dat het aanstaande kabinet dit onderwerp als een ‘vrije kwestie’ heeft bestempeld. Het is te hopen dat het gesprek de komende tijd daadwerkelijk gevoerd gaat worden tussen samenleving, wetenschap en politici, in alle onbevangenheid. Daaraan heeft het tot nu toe ontbroken. Ondertussen zijn velen op een existentieel niveau verontrust en zelfs beangstigd vanwege de nieuwe mogelijkheden die zich zouden aandienen. Wij laten hen alleen staan.
W
at kunnen we hier tegenover stellen? We moeten het gesprek weer durven aangaan met hen die ver van ons afstaan. De kern van mijn levensovertuiging is samen te vatten in de uitspraak: ‘Ik laat je niet alleen.’ De afgelopen maanden heb ik actief geprobeerd om deze uitspraak in de praktijk te brengen. Ik ben een borrel gaan drinken met vertegenwoordigers van partijen aan de uiterste rechterflank. Ik ben in gesprek gegaan met critici van het coronabeleid. Met tegenstanders van vaccinatie. Met politici en artsen die grote moeite hebben met een mogelijke nieuwe wet voltooid leven. Niet om hen te overtuigen maar om hun argumenten te horen. Om überhaupt naar hen te luisteren. Ik hoorde hun angst en pessimisme, en zij de mijne. Er was verbinding, op een geheel andere laag. En op die laag hoef je het niet beter te weten dan de ander. D66 had tijdens de campagne de prachtige slogan: ‘laat iedereen vrij maar niemand vallen.’ Wat mij betreft wordt deze slogan onze nationale opdracht voor het komend jaar. Voor progressieven én conservatieven. Het is een veeleisende opdracht. Niemand laten vallen, dus ook niet de mensen die heel andere ideeën hebben dan jij. Mensen die bij voorbaat al in
jouw ‘allergiezone’ zitten en waar je je het liefst hard tegen verzet. ‘Ik laat niemand vallen.’ In deze uitspraak ligt een radicaal open levenshouding besloten. Ik vind een van de mooiste verhalen uit de Bijbel het gesprek tussen Jezus en een Samaritaanse vrouw bij een put, wat buitengewoon ongemakkelijk is voor haar. Want een man praat niet zomaar met een vrouw in die tijd, en een Jood al helemaal niet met een Samaritaan. En dan gaat het verhaal ook nog dat zij vele mannen heeft gehad. Uitgerekend met haar gaat Jezus in gesprek. En dan vertelt het verhaal over ‘levend water’. Het gaat stromen. Er gebeurt iets dat alles anders maakt, en ongekende dingen mogelijk. Het is zo makkelijk om ons in onze eigen bubbel te begeven. Maar we schieten er niks mee op. Niemand wordt er beter van om in een gefragmenteerde en wantrouwende samenleving te leven. Een nieuw jaar. Een nieuw kabinet. Een nieuw begin. Ik voel de plicht om erin te geloven. En ik nodig de deelnemers aan het publieke debat, van progressief tot conservatief, van harte uit om zich open te stellen. De schreeuw van de mensen die het coronabeleid afkraken en die van hen die angstig zijn vanwege de discussies rond voltooid leven vragen niet om gelikte filmpjes op social media en verontwaardigde reacties als antwoord. Zij vragen wel om een houding die uitstraalt: ik laat je niet alleen. Ik laat niemand vallen. Wie optimistisch is, die durft dat gesprek aan te gaan. Want optimisme is aanstekelijk. En ten diepste wil ieder van ons een betere toekomst tegemoet gaan en de ander niet besmetten met pessimisme of met nare ziektes. Elke burger wil een leefbaar en gelukkig leven leiden zonder uitzichtloos lijden. Dat wij elkaar op deze existentiële laag weten te vinden in 2022. Laat het levend water (en soms een goede verbindende borrel of kop thee) weer stromen.
Opinie & Debat O9
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
M/V�VAN�DE�WEEK
WIE Reinier�Paping�(1931�– 2�021) WA�A�R O�M Aan�de�Elfstedentocht�van�18�januari 1963�namen�9.294�toerrijders�deel. Slechts�69�van�hen�bereikten�de�finish. Reinier�Paping,�de�winnaar�van�die legendarische�Elfstedentocht,�werd�de rest�van�zijn�leven�aan�die�dag herinnerd.�In�1999�werd�hij�tot ‘sportman�van�de�twintigste�eeuw’ uitgeroepen.�Zijn�gezicht�bleef�al�die jaren�hetzelfde. HOE Wa�t�e�r�ve�r�f
Siegfried Woldhek
C�O�LU�M�N
Kiza Magendane Geld en status, maar de ziel niet gevoed
H
et is een wonderlijk mysterie. Hoe kan het dat ik dit jaar alles bereikte wat ik altijd wilde hebben, en mij diep van binnen toch leeg voel? Het was 2007 toen ik als vijftienjarige vluchteling naar Nederland kwam. Mijn droom: schrijver of politicus worden. Anno 2021 heb ik een progressieve denktank gelanceerd, een vaste column in NRC gekregen en mijn eerste boek gepubliceerd, Met Nederland in therapie, deze maand door VPRO Boekengids geselecteerd als een van de vijf politieke boeken uit 2021 die je gelezen moet hebben. Het is geen overdrijving om te stellen dat ik in 2021 successen heb geboekt die de wildste dromen van mijn vijftienjarige ik
overstijgen. En toch kijk ik met enige jaloezie naar dat jongetje. Hij straalde een rust uit waar ik nu alleen maar van kan dromen. Hij leidde een bezield en vervuld leven. Je kan zweverige clichés gebruiken om mijn leegte en onrust te duiden. ‘De reis is belangrijker dan de bestemming.’ ‘Wie zijn dromen verwezenlijkt, heeft niets meer om voor te leven.’ Mij lijkt het dat spirituele armoede ten grondslag ligt aan mijn leegte en fundamentele onrust. Armoede is een veelzijdig verschijnsel – het gaat voorbij de materiële werkelijkheid. Je kunt geld en status hebben en toch in armoede verkeren omdat je ziel niet wordt gevoed. Daar waar mijn vijftienjarige ik de zin van het leven invulde met Bijbelse wijsheden, heeft mijn huidige ik de neiging om zijn bestaansrecht te definiëren aan de hand van ambities en prestaties.
E
en vriendin vroeg mij laatst hoe ik mijzelf zou definiëren buiten mijn schrijverschap en politiek engagement. Het eerlijke, maar tegelijkertijd beangstigende antwoord is dat ik mij geen leven zonder schrijven kan voorstellen. Ik dacht aan mijn ex-geliefde, bij wie ik vijf jaar geleden mijn frustratie uitte over het feit dat ik door de buitenwereld in hokjes werd gestopt waarin ik mij als jonge en ambitieuze schrijver niet thuis voelde. Ik was veel meer dan een vluchteling, een zwarte man, een allochtoon, protesteerde ik.
„Hoe zie jij mij eigenlijk?” vroeg ik haar. „Mijn vriendje”, antwoordde zij na een korte stilte. Een bevrijdend antwoord dat mij met de neus op de feiten drukte: ik was veel meer dan mijn prestaties.
Ik kwam als vluchteling naar een land dat God in feite dood had verklaard
H
et lezen van zelfhulpboeken brengt mij terug bij de Bijbelse wijsheden waarmee ik ben grootgebracht: het leven draait niet alleen om brood, maar ook om het woord van God. „Het beoefenen van spiritualiteit brengt een gevoel van perspectief, betekenis en doel in ons leven”, schrijft Brené Brown in The Gifts of Imperfection. Ik laat haar analyse op mij inwerken, terwijl ik aan mijn vijftienjarige ik denk. Hij had geen status en netwerk in Nederland, en leed toch een bezielder leven dan mijn huidige ik. Ik zie het ook aan familieleden en vrienden, die net als ik grote persoonlijke klappen moeten verwerken (verlies en ziektes binnen de familie), maar veel meer rust uitstralen omdat ze in direct contact staan met God. Ik kwam als vluchteling naar een land
dat God in feite dood had verklaard. Het woord ‘God’ of ‘spiritualiteit’ komt niet één keer voor in het nieuwe coalitieakkoord waarin met miljarden wordt gestrooid. Dure begrippen zoals secularisering en individualisering verklaren waarom ik in de eerste plaats mijn coach een mailtje stuur bij een tegenslag, in plaats van in gebed te gaan. De dominee maakte plaats voor de psychiater – en intussen heeft de helft van de studenten psychische klachten en zijn de wachtlijsten binnen de GGZ gigantisch. De keerzijde van succes is dat het ons kan gijzelen in een overvloed aan niet-essentiële zaken (zoals mooiere auto’s en huizen of meer volgers op Twitter). Greg McKeown betoogt in Essentialism. The Disciplined Pursuit of Less waarom wij scherpe keuzes moeten maken (minder doen maar beter) om essentiële zaken, zoals tijd doorbrengen met dierbaren en geestelijke voeding, centraal te stellen. Het is een stille nacht, Christus is geboren. Een mooi moment om na te denken over de manier waarop wij zowel op persoonlijk als collectief niveau onze geestelijke armoede te lijf kunnen gaan.
Kiza�Magendane is�politicoloog�en�schrijft om�de�week�op�vrijdag�een�column.�De�rubriek�de�Rechtsstaat�is�op�8�januari�terug.
O10 Opinie & Debat
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
DE�OMBUDSMAN
BRIEVEN
Elf jaar lezerspost: moraal heeft zorgen om sensatie en grote foto’s verdrongen
DEFENSIE
M
ijn eerste briefschrijver leeft al geruime tijd niet meer. Arie de Werker, die na mijn aantreden per kerende post de zweep erover legde, overleed vorig voorjaar op 94-jarige leeftijd. Uit dat eerste bericht dat hij me in 2010 stuurde: „Met wat gekromde tenen net de tekst van de hoofdredacteur gelezen. Wat een kapsones! Wordt een intelligente lezer nog geacht ook zelf te kunnen denken?” U herkent de NRClezer. Want zelf denken, daar las hij nu net deze krant voor. Na zijn 329ste ingezonden commentaar, zes jaar geleden, zocht ik hem voor mijn rubriek op in zijn seniorenflat in Groningen. Bij de koffie zette hij zijn leven met NRC Handelsblad uiteen: een dagelijkse confrontatie met een verlicht-liberaal wereldbeeld dat hij naïef vond en niet deelde, maar waar hij graag zijn geest – en pen – aan scherpte, zeker als nuchtere, geboren Rotterdammer. Met de jaarwisseling weer in zicht moest ik aan hem denken, toen een oud-collega het gezegde aanhaalde dat „lezers meer weten dan de krant”. Die verwijzing sloeg in concreto op een reeks brieven over het opiniestuk van een historica die het opnam voor de Russische leider Poetin en begrip vroeg voor het Russische omsingelingssyndroom. Ze kreeg tegenspraak met argumenten, kennis van zaken én stijl. Wie je ook vindt dat hier gelijk heeft, het bewees dat een brievenrubriek meer kan zijn dan een bak subjectieve meningen en oprispingen, en een voorbeeld hoe lezers met vereende krachten commentaar leveren dat zich kan meten met de beste redactionele analyses en commentaren. Eh nee, niet altijd natuurlijk. Soms is het commentaar dat de krant niet haalt aan de ongezouten kant – wat niemand zal verbazen die wel eens verschroeid opduikt uit de buitenste ring van de hel die sociale media heet. „Dit hele stuk slaat nergens op”, begon én besloot een lezer na mijn rubriek over een interview met Sylvana Simons. Aanhef, zodat ik meteen wist dat hij mij moest hebben: „Jij woke loser!”. Dat laatste moest ik wel even op me laten inwerken. Nog niet zo lang geleden zag een daadwerkelijk woke lezeres, na bestudering van mijn werk en portret, eerder „het resultaat van vijfhonderd jaar kolonialisme en diepgewortelde superioriteit”. Goed, dat was na een sceptische rubriek over een aanstootgevend gesprek over racisme en de vraag of zwarte journalisten per definitie beter geschikt zijn dan witte om zwarte mensen te interviewen. Aan de andere kant was die rijke beoordeling wel verfrissend. Zo ben je een stokoude koloniaal in winterslaap, zo ben je een woke sukkel. Indachtig het andere, beproefde gezegde dat de lezer ‘altijd gelijk heeft’, schik ik me dee-
moedig in deze functionele gespletenheid; ook de Inquisitie hoeft niet altijd consistent te zijn in haar dagvaardingen.
M
eestal blijft de bal gelukkig belangrijker dan de man. Lezers bestoken de krant met commentaren, analyses, aanvullingen en correcties die één ding laten zien. Ze leven met de krant, net als De Werker dat deed. Soms met tegenzin of zelfs wrok – ja, er zijn fitties – maar meestal met zinnige kritiek. Een klein overzicht? Hoog op de lijst, met de irritante onaantastbaarheid van ‘Bohemian Rhapsody’ of ‘Hotel California’: taalkwesties. „Het valt mij op dat steeds vaker ‘onverwachts’ wordt gebruikt”, aldus een lezer, „terwijl het naar mijn beste weten ‘onverwacht’ moet zijn” (de omgekeerde melding bereikte me ook). Op gevaarlijker terrein: moet het zijn ‘onthoofden’ of ‘de keel doorsnijden’? Ik laat het graag bij u, lezer. Teken des tijds: die taalkwesties zijn inmiddels wel hevig gepolitiseerd. Het gaat niet meer vooral om ‘hun’ of ‘hen’, maar om ‘hij, zij of hen’. En moet er een spatie tussen trans en man of vrouw? Is het slaaf of tot slaafgemaakte? Op de achterbank kibbelt het duo wit en blank vrolijk voort. Taalkundige ‘correctheid’ is hier niet de arbiter, dit zijn politieke en soms ideologische keuzes. Lijn van de krant daarbij is overigens, tot nu toe: geen taaloekazes uitvaardigen, maar het zich ontwikkelende taalgebruik in de samenleving volgen. Klinkt verstandig, maar heeft een grens. Soms weet ‘de samenleving’ het ook niet. Na de taalkwesties komen de feitelijke correcties die lezers insturen. Te veel om op te noemen, vaak van historische of aardrijkskundige aard. Nee, minister Jan Pronk verliet op die foto van Vincent Mentzel niet zijn woning in Capelle, maar die in Krimpen aan den IJssel (pardon, nu zeg ik het weer fout: de minister had er maar één, in Krimpen). Onmisbaar, want geverifieerde beweringen – ook wel bekend als ‘feiten’ – zijn de basis van het vak. Tussen die bedrijven door sturen lezers een rijke variatie aan hartenkreten („Kunt u iets doen aan de mateloze overdrijvingen waaraan uw scribenten zich bezondigen?”), pijnlijke noodkreten over bezorgklachten (de laatste
maanden met stip gestegen richting dat Californische hotel), emotionele kritiek op cartoons, opiniestukken en columns, aansporingen, aanmaningen en oproepen tot algehele waakzaamheid, ook over de krant zelf („de waarde van NRC Handelsblad is nu juist dat deze krant geen concessies doet aan populisme en oppervlakkigheid”). Ook mini-essays van lezers over hun omgang met een jarenlange huisvriend die met interessant nieuws komt, maar soms ook wat luidruchtig en een enkele keer stomdronken binnenvalt. Een oudere abonnee, in twee zinnen: „NRC lees ik ruim 50 jaar. Mijn familie stemt sinds het algemeen kiesrecht liberaal.” Het verband tussen kranten en democratie is niet toevallig. Aan die kritische lezerspost is wel veel veranderd, denk ik, zonder deugdelijk kwantitatief laat staan kwalitatief computergestuurd en student-ondersteund data-onderzoek. Eén: ook het leven met de krant is sterk gepolitiseerd geraakt. Allerlei kwesties, van klimaat tot racisme en vaccinatie, hebben de gepolariseerde status bereikt die ooit was voorbehouden aan het Israëlisch-Palestijnse conflict. Gaza is overal. Klaagden lezers eerder vaak over te grote foto’s of sensatiekoppen – kortom, over proportionaliteit – nu lopen zij, zeker online, te hoop tegen het feit dat iemand überhaupt aan het woord wordt gelaten. Kritiek op framing, no platforming en eisen van stellingname en morele helderheid horen inmiddels tot het tuingereedschap van elke eigentijdse media-onkruidwieder.
D
at is een uitdaging voor een onderzoekende, liberale krant die wil opkomen voor de pluriforme democratie maar die (dus) niet uitgaat van een binaire wereld van louter helden en schoften, daders en slachtoffers, uitbuiters en onderdrukten, onthullers en leugenaars. Twee: in dat morele universum wordt NRC gezien als één, ondeelbare entiteit: alles is immers ‘informatie’ (reclame verkleedt zich graag als journalistiek – helaas gebeurt het ook andersom). Het onderscheid tussen redactie en uitgeverij – of journalistiek en commercie – geldt daarbij als schijnheilig. Pleiten voor een duurzame economie? Dan ook geen advertenties meer van Shell! Ook dat is een uitdaging voor een liberale krant die juist niet alle feiten in een gareel wil dwingen. Mijn eerste criticus, A.L. de Werker, kon zich daar in vinden. Van protestantse huize en lid van de oorlogsgeneratie, wist hij dat we leven in een gebroken wereld. Met hopelijk wat lux en zoveel mogelijk libertas. Sjoerd�de�Jong
Reacties:�o�m�b�u�d�s�m�a�n�@�n�rc�.�n�l n�rc�.�n�l�/s�p�re�e�ku�u�ro�m�b�u�d�s�m�a�n
Veel extra geld maar geen strategie Nederland krijgt eindelijk een nieuw kabinet. Intussen tolt de wereld ongeremd door. Er is zelfs sprake van een onvervalst geopolitiek moment. Voor de VS is China de nieuwe systeemvijand. De NAVO staat niet langer bovenaan het Amerikaanse to do-lijstje. De smadelijke aftocht uit Afghanistan spreekt boekdelen. Rusland probeert via militaire dreiging en onverbloemde eisen in Oost-Europa de geschiedenis terug te draaien. Ook aan de Europese grenzen met het Midden-Oosten en Noord-Afrika blijft het rommelen. En dan zijn er nog de verontrustende militair-technologische ontwikkelingen, van hypersone raketten tot goedkope killerdrones en de komst van ‘zelfdenkende’ wapens. In Nederland stoomt de mammoettanker die Defensie heet intussen onverstoord verder in woelige wateren, bijna niet uit koers te brengen. De defensieparagraaf in het coalitieakkoord bevestigt dit nog eens: bij ons gaat de discussie vooral om centen en gaten stoppen. Dat er meer geld naar de krijgsmacht gaat, is terecht. Er is onverantwoord bezuinigd. Maar een strategische visie ontbreekt en dat leidt tot een ineffectief militair apparaat en veel weggegooid geld. De plannen voor defensie in het coalitieakkoord komen in wezen neer op méér van hetzelfde. De defensieorganisatie blijft een complex waterhoofd, met een zeer brede taakopvatting: de krijgsmacht moet zowat álle denkbare taken blijven doen, vaak zonder veel voortzettingsvermogen. Liever een beetje van alles: vier onderzeeboten, vier luchtverdedigingsfregatten, 46 F-35 gevechtsvliegtuigen, een korps mariniers, een luchtmobiele brigade, een lichte brigade, een gemechaniseerde brigade, enzovoort. Dit alles onder het motto: verlies het, en je bent het voor altijd kwijt. Het institutioneel belang – zeg maar het overeind houden van het eigen krijgsmachtdeel of de eigen eenheid – dreigt als voorheen alle ruimte te krijgen. De defensieparagraaf blijft daarmee ver weg van grand strategy: het samengaan van een heldere veiligheidsanalyse, duidelijke politieke keuzes en een daarop afgestemde militaire inspanning voor de langere termijn. Echte keuzes worden niet gemaakt. Blijft Nederland bijvoorbeeld ruimhartig deelnemen aan internationale missies? Gaat Nederland zich meer bemoeien met de Indo-Pacific? Betekent de cryptische zin „Binnen de NAVO concentreert Nederland zich meer op de bescherming van de eigen regio” verregaande strategische samenwerking met de buurlanden? En als de Amerikaanse belangstelling voor de NAVO verder afkalft, zet Nederland zich dan in voor een Europa dat conventioneelmilitair zelfstandig kan opereren? Zo ja, dan moet de mammoettanker alleen al qua materieelkeuze flink bijdraaien. Europa heeft immers schreeuwend gebrek aan strategische transportcapaciteit en inlichtingen. Het coalitieakkoord belooft nu vooral meer van hetzelfde: euro’s verdelen over een complexe en hongerige krijgsmacht. Beter is het dat een nieuwe defensienota heldere militair-politieke keuzes maakt en zo richting geeft, in elk geval voor de komende vijf tot tien jaar. De vaste Kamercommissie voor Defensie zou daarbij een prominente rol moeten spelen. Dat zou een mooi voorbeeld zijn van de door regering en parlement zo gewenste nieuwe politieke cultuur. Rein�Bijkerk en Christ�Klep militair-historici
LIBERALISME
Aan elkaar gewaagd Lieke Marsman schetst in Hoe de vrijheid haar richting verloor (18/12) scherp de verwording van het neoliberale gedachtegoed. Zij noemt als hoofdoorzaak de verkeerde voorstelling van zaken over de werking van de vrije markt. Ze beschrijft waarom de gedachte ‘hoe vrijer de markt, hoe efficiënter en beter de markt de dingen regelt’ onjuist is: het ontbreken van verantwoordelijkheid leidt tot het falen van de markt. Ik denk dat er nóg een belangrijke reden is: het ontbreken van gelijkwaardigheid. Marktpartijen moe-
ten dezelfde handelingsbekwaamheid hebben. Neem de veemarkten. Daar waren de handenklappende onderhandelaars allebei specialisten met kennis van zaken. Ze waren aan elkaar gewaagd. Op allerlei ‘markten’ in de publieke sector is veelal sprake van kennis bij slechts een van de partijen. Dan kan er geen sprake zijn van vrije marktwerking. Hoe kan het dat deze aspecten zo onderbelicht bleven toen wij als westerse wereld het neoliberale gedachtegoed omarmden? Zijn we opzettelijk misleid en zitten we daardoor nu met de brokken? Swanny�den�HollanderKamphuis Diffelen
O11
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Commentaar KERST�IN�LOCKDOWN
Het is een gemis dat de sociale kring noodgedwongen beperkt is
E
I�l�l�u�s�t�ra�t�i�e
Cyprian Koscielniak
ZO�RG
Arts in loondienst De gemeenschappelijke uitgaven aan zorg zijn hoog, en terecht. Ziekenhuiszorg is daarbij een van de belangrijkste posten. Maar het ziekenhuis is naar mijn inschatting ook de plek waar de meeste onnodige zorg wordt geleverd. Onnodige verwijzingen spelen daarin een rol maar dat is niet altijd de huisarts aan te rekenen. Patiënten kunnen heel dwingend zijn. Maar is de weg naar het ziekenhuis eenmaal gevonden, dan volgt ook meestal enige vorm van behandeling. Ziekenhuisorganisaties en specialisten hebben daar beide baat bij. Maar het zijn altijd de artsen die de beslissingen nemen. Daarom is het essentieel dat de beloning van de arts wordt losgekoppeld van de ziekenhuis omzet. Met andere woorden: loondienst voor iedereen met goede afspraken over inbreng en beloning, passend bij de grote verantwoordelijkheid en het hoge opleidingsniveau. J.W.�Juttmann chirurg�in�ruste
op de zorg. Nieuwe bestuurscultuur zou voor mij betekenen dat ook de oppositie erkent dat er heel veel geld bij de zorg bijkomt, maar minder dan het zou zijn bij simpel extrapoleren van de huidige groei in zorgkosten. En overigens willen/moeten we die ‘automatische’ groei ook beteugelen. Laat het debat gaan over hóe je dat wil doen in plaats van dat de oppositie-pot de coalitie-ketel blijft verwijten dat die zwart ziet. Jan�Lantink Nijmegen
L�E�R�A�R�E�N�T�E�KO�RT
Lagere werkdruk Heel Nederland lijdt onder het lerarentekort. Meerdere oplossingen worden over-
Zorgkosten moeten minder
wogen, zoals loonsverhoging of meer vaste banen. Wat voor veel leerkrachten een belangrijke motivatie is om niet fulltime te werken is de zeer hoge werkdruk. Er moet meer gekeken worden naar de hoeveelheid taken van een docent en de klasgrootte. Is er wel voldoende balans tussen werk en privé? Het zou een mooie oplossing zijn als leerkrachten bijvoorbeeld een paar keer in de week eerder naar huis mogen. Mensen werken thuis effectiever omdat ze dan minder stress hebben. Miriam�Riemens Kruiningen
LEZERSBRIEVEN
Alleen vrouwen Galya Petrenko uit Rotterdam schreef (14/12) dat de meeste ingezonden brieven op de opiniepagina door mannen zijn geschreven. De oproep tot zelfreflectie zowel voor de redacteuren als voor vrouwelijke lezers heeft snel effect. In de krant van 22/12 zie ik dat de geplaatste ingezonden brieven geheel en al door vrouwen zijn geschreven. Dick�van�Offeren Haarlem
ZORG�(2)
Pot verwijt ketel Heel veel vertrouwen heb ik niet dat Rutte IV erin zal slagen daadwerkelijk een andere, ‘nieuwe’ bestuurscultuur in praktijk te brengen. Maar de oppositie kan er ook wat van! Ploumen, Klaver en Marijnissen schoten van de weeromstuit zelf ook in de kramp van oude bestuurscultuur. Zij bleven in het debat maar framen, en er schande van spreken dat zoveel bezuinigd wordt
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
en klein zinnetje van de premier, anderhalve week geleden, symboliseerde het eind van dit tweede coronajaar. Hij raadde iedereen aan met Kerst „de stoelen gewoon een beetje uit elkaar” te zetten. Alsof het voor de typisch Nederlandse kringgezelligheid, door buitenlanders altijd met verbazing en enigszins besmuikt aanschouwd, niet uitmaakt als die kring op anderhalve meter en met maximaal vier bezoekers, wordt gevormd. Zijn woorden maakten opnieuw duidelijk dat de eigen sociale contacten zijn teruggebracht tot de basis. Tot vier bezoekers, wat voor de meeste mensen neerkomt op vier familieleden. Vier goede vrienden. De kennis is uit het leven verdwenen. De vreemdeling die misschien een kennis wordt, een vriend of zelfs een geliefde, raakt helemaal uit zicht. Spontane ontmoetingen zijn in een land in lockdown lastiger. Small talk met onbekenden een rariteit. Omdat er nu eenmaal weinig is om over te praten als er weinig gedeelde ervaringen zijn – op corona en de weersomstandigheden na. Omdat de meeste mensen selectiever zijn in waar zij heen gaan en waar niet, en met wie. Omdat het contact met collega’s zich opnieuw beperkt tot virtuele vergaderingen zonder opsmuk, of voor diegenen die wel fysiek aanwezig moeten zijn op hun werk, louter tot korte interacties. Waar 2020 zich nog kenmerkte door raamvisites, balkonserenades en andere vrolijkheden op anderhalve meter afstand, en het digitale samenzijn en zoomvergaderingen nog nieuw waren, kenmerkt het einde van 2021 zich voor velen door moedeloosheid. De boodschap vorig jaar rond deze tijd om thuis te blijven om opa en oma te beschermen, was lastig. Maar er was ten minste de hoop dat grootschalige vaccinatie in de zomer verlichting zou geven. Even was dat ook zo. Deze december is er de wetenschap dat de Omikronvariant er voor zal zorgen dat het lockdownleven voorlopig niet voorbij is, en dat wellicht de winterse werkelijkheid er een is met coronamaatregelen.
De kennis is uit het leven verdwenen. De vreemdeling die misschien een kennis wordt, een vriend of zelfs een geliefde, raakt helemaal uit zicht
H
et is begrijpelijk dat sommigen proberen hun sociale kring tóch uit te breiden. Het gebrek aan interactie druist tegen de menselijke natuur in. Isolatie maakt kwetsbaar, maar beschermt tegelijk ook tegen het virus. Uit het gedragsonderzoek van het RIVM blijkt dat voor een deel van Nederland de baten van naleving van de regels niet meer opwegen tegen de mentale kosten. In de mensen een verminderd welbehagen. Vooral jongeren onder de 25 voelen zich eenzamer en somberder dan voor corona, zo laten verschillende onderzoeken zien. Ze vervelen zich in juist die tijd van hun leven dat ze een sociaal netwerk moeten opbouwen. Maar als ‘quarantinderen’ alleen kan leiden tot een burgerlijk kopje thee ’s middags of een boswandeling, zijn de jaren vijftig terug, toen dat nog als het ultieme eerste afspraakje werd gezien. Dat een app als Amigos – „voor spontane gezelligheid” – bedacht werd, is daarom veelzeggend. Nog veelzeggender is dat verreweg de meeste gebruikers op zoek zijn naar een feestje, tegen het dringende advies in om thuisbezoek te beperken. Het is ook begrijpelijk dat sommige gevaccineerden en degenen die al een boosterprik kregen zich beschermd genoeg voelen de anderhalve meter los te laten. Dat ouders die een balans moeten vinden tussen werk en gezin, toch grootouders inschakelen voor de opvang. Zoals het ook verklaarbaar is dat anderen juist voorzichtig blijven, en anderen mijden. Begrip voor beide behoeftes blijft noodzakelijk – ook om niet van naasten te vervreemden.
A
l eeuwenlang wordt het moment waarop de dagen lichter en langer worden uitbundig begroet en gevierd. Het einde van december symboliseert daarmee ook optimisme, het geloof in en de hoop op een nieuw leven. De aanblik van alle gezelligheid en saamhorigheid die daarbij horen, kan echter ook voor extra eenzaamheid zorgen. Juist daarom is het een gemis dat de sociale kring noodgedwongen beperkt is. Dat er voor de vreemdeling geen plaats is in de spreekwoordelijke herberg. Daarom kan zeker nu dat korte praatje, de belangstellende vraag of het spontane gebaar voelen als een welkome omhelzing.
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M ZONDAG�26�DECEMBER 2�021
7
PBL�kritisch Planbureau Leefomgeving: klimaatdoelen van kabinet erg ambitieus
16 17
Ec�o�n�o�g�ra�m 212 vragen over het economische jaar 2021: wat weet u nog?
25 27
FOTO�JOAO�PAULO�GUIMARAES/AFP
Schaatsen Vlak voor de olympische kwalificatie is de spanning groot en is het ieder voor zich A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
De vacatureladder vindt u deze week in de interviewspecial
De Grote Ongelijkmaker Corona maakte huizenbezitters en vermogenden nog rijker. Maar wie er minder goed voor stond, ging er op achteruit.
14
15
Kijk op nrc.nl/carriere
E2 Economie
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
In�de�belangrijkste�week�van�het�jaar�voor�winkeliers�en�veel�andere�bedrijven,�die voor�kerst,�ging�Nederland�weer�in�lockdown.�Ondernemers�hebben�het�er�moeilijk�mee.�De�verwachting�is�dat�de�verloren�omzet�niet�snel�wordt�ingehaald.
E�N�E�RG�I�E�P�R�I�J�Z�E�N
Glastuinbouw vraagt garanties voor gaslevering DEN�HAAG.�De glastuinbouw wordt hard geraakt door de huidige hoge gasprijzen en vrezen een tekort aan gas. Donderdag overlegden de meest betrokken partijen daarom met het ministerie van Economische Zaken over de vraag wat te doen als het gas echt op is. Voor dat scenario ligt nu nog geen plan klaar. Glastuinbouw Nederland spreekt van een „serieuze energiecrisis” en sommeert de overheid om in te grijpen. „Daarmee zijn we eigenlijk al te laat”, aldus energie-expert Alexander Formsma van de glastuinbouworganisatie. Volgens Formsma zou het kabinet garant moeten staan voor de gasleveringen en financiële compensatie bieden. Doorgaans zijn tuinders tussen de 10 tot 25 procent van hun bedrijfskosten kwijt aan energie. Ook de subsidie voor aardwarmte - groene energie - is gekoppeld aan de gasprijs . Zodra de gasprijs stijgt, daalt de subsidie. (ANP)
VEILIGHEID
LU�C�H�T�VA�A�RT
Onderzoek naar gamen in Tesla’s
Lufthansa: zeer veel piloten ziek
PALO�ALTO.�Autoriteiten in de VS zijn een veiligheidsonderzoek begonnen naar de gamefunctie die is ingebouwd in auto’s van Tesla. In 580.000 Tesla's die sinds 2017 zijn verkocht zouden al rijdend spelletjes kunnen worden gespeeld op het touchscreen naast de bestuurder. Eerder riep Daimler in de VS auto’s terug omdat het tijdens het rijden mogelijk was om tv te kijken of te internetten. (ANP)
KEULEN.�Duitse luchtvaart-
maatschappij Lufthansa moet de komende dagen vluchten vanaf Frankfurt schrappen omdat te veel piloten ziek zijn. Daardoor kunnen tot en met zondag zes intercontinentale vluchten naar onder meer de VS niet doorgaan. Volgens een woordvoerder is er een „extreem hoge gehalte zieken.” Of dat aan de opkomst van de omikronvariant ligt, is nog onduidelijk. (ANP)
ONDERNEMERS
‘Daar gáán we weer. Moet ik wéér alle klanten teleurstellen’ Voor de derde keer sinds maart 2020 is Nederland weer in lockdown gegaan. Ondernemers worden er bijkans moedeloos van. „Het grootste gevaar is dat mensen online gaan kopen.”
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
hebben dit najaar bijvoorbeeld nog een paar shows kunnen doen, onder meer in Roemenië. Dat was echt te gek, iedereen leefde helemaal op.” Toch haalt hij dit jaar maar zo’n beetje een kwart van de omzet van eerdere jaren, zegt hij. En dat is inclusief de steunpakketten.” Van de twaalf vaste werknemers zijn er inmiddels nog maar zes over. „Ik hoop dat ze nog terugkomen als alles weer opengaat, ik mis de mensen om me heen. Zij horen bij het bedrijf.”
Door�onze�redacteuren Mandy�Fit, Sjoerd�Klumpenaar en Geertje�Tuenter
M Latijn, een feest voor je brein! Live in A’dam en Heiloo of online vanuit het hele land. Start nieuwe seizoen: 25 en 26 januari 2022. Voor info: bel 0610810838 of ga naar https://www.latijnlezen.nl errn kun je la
et zijn bedrijf Pyrofoor verzorgt Lucas Gerritzen (35) professionele vuurwerkshows voor grote evenementen, zoals festivals en ouden-nieuw-aftelmomenten. Maar dit jaar bleven zijn voorraad grotendeels in de opslag liggen: 80.000 kilo vuurwerk ligt nu in een Navo-bunker in Duitsland. Op twee cruciale momenten gooiden coronamaatregelen voor zijn bedrijf roet in het eten: deze zomer mochten talloze feesten van grote klanten zoals Mysteryland en Decibel Outdoor niet doorgaan. En deze winter ging er een streep door festiviteiten rondom Oud en Nieuw. Na de ronduit teleurstellende festivalzomer was Gerritzen op zijn hoede voor al te hoge verwachtingen voor deze winter, zegt hij. „Ik ben geen roekeloze ondernemer, en had al m’n vraagtekens bij de vuurwerkshows die we in Amsterdam zouden doen. Zo veel mensen bij elkaar in een doorstroomlocatie, kan dat allemaal wel?” Toch startte hij de productie op. „Je gaat dan toch investeren in mensen en voorraad.” Voor het geval dat. Het is voor Gerritzen het tweede slechte jaar op rij. En hij nam het bedrijf pas eind 2019 over, vlak voor de coronacrisis. „Het liep geweldig, we deden shows over de hele wereld, tot Thailand aan toe.” Het is ook weer niet zo dat Gerritzen helemaal geen werk heeft gehad in 2021. „We
Huilende mensen
Coronaloket KvK krijgt veel vragen ondernemers over steun. Maar ze bellen ook om hun hart te luchten.
Voor de derde keer sinds maart 2020 zit Nederland in een lockdown. En dat hakt er bij veel ondernemers flink in. Dat merkt ook de Kamer van Koophandel. Vanaf het moment dat de nieuwe maatregelen ingingen, op zondag 19 december, wordt het Coronaloket van de KvK overspoeld door telefoontjes, zegt adviseur Gé Gijsen. „Er bellen honderden ondernemers per dag.” Ze willen bijvoorbeeld weten voor welke steunmaatregelen ze in aanmerking komen. Maar ze bellen ook om hun hart te luchten. Bij het Coronaloket, waar 25 mensen de telefoons bemannen, merken ze dat de emoties hoog kunnen oplopen. „We krijgen veel belletjes van huilende mensen, of ondernemers die heel boos zijn”, zegt Gijsen. „Het verdriet komt vooral doordat ze geen grip meer hebben op de situatie. Ondernemers zijn gewend om zelf de regie te nemen, vrijheid op te zoeken. Nu lukt dat juist niet, en de kosten lopen door.” Dit najaar deed de KvK onderzoek naar de invloed van de coronacrisis op de gemoedstoestand van ondernemers in Ne-
Economie E3
nrc
FOTO�BRAM�PETRAEUS
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
derland. Daaruit bleek dat zo’n 10 procent van hen kampt met stressklachten. Gijsen verwacht dat dit percentage nu weer verder zal stijgen. Wat extra pijnlijk is aan deze lockdown: voor veel ondernemers zijn december (en deels ook januari) gewoonlijk juist drukke en lucratieve tijden. Zo krijgen sportscholen normaal gesproken aan het begin van het jaar veel abonnees binnen. Nu moeten ze tot ten minste 14 januari dicht blijven. Een van de hardst getroffen sectoren blijft de horeca. Die voelt zich „totaal niet meer gehoord”, zegt Gijsen. „Het is de zoveelste keer dat ze zich uitgeknepen voelen. Tel maar uit: al die kerstdiners en nieuwjaarsborrels. Hoewel we daar wel veel creativiteit zien, met al die maaltijdbezorgingen en kookpakketten.” Maar ook andere ondernemers leunen op de decembermaand, zoals nagelstudio’s en kappers. Gijsen: „Iedereen wil er tiptop uitzien voor de Kerst, dus normaal gesproken zouden ze een topomzet draaien.” Voor het tweede jaar op rij gaat dat nu niet door.
Harstikke drukke maand Ja, zegt Yvette Noy uit Haarlem, die een eigen kapsalon heeft, „december is een hartstikke drukke maand.” Haar eerste gedachte toen ze hoorde van de lockdown was dan ook: „Daar gáán we weer. Moet ik wéér alle klanten teleurstellen.” Ze gaat „een beetje down” de kerstdagen in, zegt ze. „En dan maar duimen dat de lockdown op 14 januari afgelopen is. Maar ja, de lockdown die eind vorig jaar inging zou duren tot 19 januari en dat is uiteindelijk 3 maart geworden.”
En daarna, zo weet ze inmiddels uit ervaring, wordt het waarschijnlijk weer ontzettend druk. Alle klanten die ze heeft afgezegd, willen dan alsnog geknipt of gekleurd worden. Dat is fijn, maar ook hectisch, zegt Noy. „Dan werk je jezelf helemaal over de kop. Je wilt gewoon geen nee verkopen.” Ook weekenden werkte ze toen door, van ’s ochtends tot ’s avonds. „Maar ik ben 53. Het is inmiddels wel een aanslag op mijn lijf.” Ook bleek dat Noy dit jaar te veel van de coronasteunregeling TVL heeft ontvangen, voor de vaste lasten, omdat ze door de inhaalslag te veel verdiende. Ze kreeg 3.600 en had maar recht op 1.500 euro. „Ik ben het nu nog aan het terugbetalen.” Ook Lucas Gerritzen van Pyrofoor is uiteindelijk niet enthousiast over hoe overheidsregelingen TVL en loonsubsidie NOW voor hem uitpakte. Hij had er slapeloze nachten van, zegt hij. „De NOW-voorwaarden waren voor ons een enorm probleem. Doordat ik het bedrijf in het najaar van 2019 overnam, werd dat de referentieperiode voor het steunbedrag. En dat terwijl wij een seizoengebonden bedrijf zijn; in de zomer is het voor ons veel drukker.” En een grote klus als Eurovision kostte Pyrofoor uiteindelijk geld: „Het was echt heel gaaf dat we in crisistijd de show van het Songfestival konden doen, maar toen ik ging rekenen, bleek dat we meer hadden overgehouden als we het niet hadden gedaan.” Dat wil overigens niet zeggen dat hij niet blij is met de steunmaatregelgen. „Zonder de steunpakketten weet ik niet waar wij nu zouden staan.” Op de vraag hoe het is om weer dicht te moeten, zegt boekhandelaar Ton Willem
Lucas�Gerritzen van�vuurwerkbedrijf�Pyrofoor haalt�dit�jaar�maar een�kwart�van�de normale�omzet.
Burger zonder aarzelen: „dramatisch”. De boekenverkoop is normaal gesproken heel hoog aan het eind van het jaar. „Ik denk dat wel 40 procent van de omzet in het vierde kwartaal zit”, zegt Burger, die een (kantoor)boekhandel heeft in Waddinxveen. „Het grote gevaar is dat mensen online gaan kopen. Onze grootste concurrent is uiteraard bol.com. Daar staan ze nu vast op tafel te dansen.” In eerdere lockdowns heeft Burger gemerkt dat het moeilijk is om klanten dan weer terug te winnen.
Snuffelen kan niet meer Natuurlijk, zegt Burger, kunnen klanten nu ook nog steeds boeken bij hem kopen. Die mogen ze ophalen bij de winkel. „Maar je zet een fractie om van wat je normaal binnenkrijgt. Ons probleem: boekhandels zijn snuffelwinkels. Mensen komen voor dat ene boek, maar dan kopen ze ook een kaartje, een tijdschrift, of misschien nog een ander boek. Dat loop je nu mis.” Ook hij denkt niet veel aan de steunpakketten van de overheid te hebben. Die worden per kwartaal berekend, terwijl de lockdown pas half december inging. Burger vermoedt dat hij in ‘slechts’ twee weken lockdown in december niet genoeg omzet misloopt om aanspraak te maken. Een lichtpuntje weet hij trouwens ook te noemen. Zijn boekhandel heeft een christelijke signatuur, en in deze onzekere tijden is er veel vraag naar boeken over zingeving. „Kijk, wij staan echt geen mensen te bekeren, maar klanten vragen wel om een beetje houvast. Ik vind het heel mooi dat wij dat kunnen bieden.” Een „topper” is het boek Domweg gelukkig, van
een lokale predikant. Heel geschikt voor mensen die zoekende zijn, zegt hij. Wat zal 2022 ondernemers brengen? Deze week kwam ABN Amro met een weinig opbeurende analyse. Door lockdowns en andere onzekerheden neemt de druk volgend jaar alleen maar toe, verwacht de bank. Personeelstekorten en Omikron zetten zullen ook volgend jaar „een serieuze rem” zijn op het herstel in sectoren als de horeca, retail en evenementenbranche. Ook Gerritzen denkt dat het nog lang gaat duren voordat alles weer draait zoals voorheen. „De schade die de coronacrisis heeft toegebracht aan het bedrijf en aan de evenementenbranche poetsen we niet in twee tot drie jaar weg.” Hoe dan ook, 2021 wil hij graag achter zich laten, hij wil vooruitkijken. „Ik wil weer richting een opbouwfase, en het terugwinnen van plezier in het werk.”
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
Voor de zoeken wij een nieuwe
Voorzitter College van Bestuur een inspirerende bestuurder
Meer informatie: www.colourfulpeople.nl
E4 Economie
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Beursweek
De�beursweek�belicht�de�belangrijkste�ontwikkelingen�op�de�financiële�markten�van�de�afgelopen�week.
A�E�X-�I�N�D�E�X 792,30�punten�|�+2,8% 800 790 780 770 760 750
in punten 20/12
23/12
De coronasteunmachine draait door de nieuwe lockdown op volle toeren. De brancheorganisatie Koninklijke Horeca wil een „koelkastvergoeding”, omdat ingekochte etenswaren van restaurants weggegooid moeten worden. Ook de detailhandel wil zo‘n compensatie. Daar is de voorraad van winterjassen en andere winterse kleding een probleem.
De�AEX�veerde�aan�het�einde�van de�week�op;�beleggers�reageerden�positief�op�de�eerste�onderzoeksresultaten�over�de�Omikronvariant.�Daaruit�zou�blijken�dat�het een�mildere�coronavariant�is.�Dat zou�kunnen�betekenen�dat�lockdowns�niet�zo�lang�hoeven�te�duren,�of�minder�ingrijpend�zullen zijn.�Eerder�deze�week�hadden tech-�en�chipbedrijven�ook�al�een duwtje�in�de�rug�gekregen.
Meta,�het�moederbedrijf�van�Facebook,�mag�van�de�gemeente�Zeewolde�een�enorm�datacenter�in�de�polder bouwen.�Maar�de�Eerste�Kamer�stemde�deze�week�tegen�de�verkoop�van de�benodigde�grond,�die�deels�eigendom�van�het�Rijk�is.�Senator�Niko Koffeman�van�de�Partij�voor�de�Dieren diende�een�motie�in�die�door�de�oppositie�werd�gesteund.�Alle�coalitiepartijen�stemden�tegen.�Volgens�Koffeman�is�de�vestiging�van�het�datacenter�„in�strijd�met�het�algemeen�belang�en�met�wat�in�het�coalitieakkoord is�opgenomen�over�datacentra�en goede�ruimtelijke�inrichting.”
STIJGERS�VAN�DE�WEEK 42,5 41,5 40,5 39,5 38,5 37,5
in € 20/12
De�gasprijs, dit�najaar�al�scherp�gestegen,�bereikte�dinsdag�een�nieuw record:�bijna�188�euro�per�megawattuur�gas. De�directe�aanleiding�van�die�piek was�het�uitblijven�van�gasleveringen via�de�Yamal-pijpleiding�van�Rusland naar�Duitsland,�en�Frankrijks�beslissing�om�vier�kernreactoren�uit�te�zetten�voor�onderhoud.�De�prijzen�op�de termijnmarkt�zijn�sindsdien�gedaald naar�140�euro,�onder�meer�omdat�er tien�vrachtschepen�met�gas�uit�de�VS onderweg�zijn�naar�Europa.
23/12
1.�Signify�+�6�% 2.�ASML�+�5,4�% 3.�ASMI�+4,1�% 4.�Adyen�+�3,5�% 5.�Unibail-Rodamco�+2,9�% Een�topnotering�voor�Signify:�de voormalige�lichtdivisie�van�Philips,�zag�deze�week�de�koers�stijgen�door�de�overname�van�het Amerikaanse�Fluence�van�concurrent�Osram,�voor�242�miljoen�euro. Door�de�overname�krijgt�Signify ook�de�toegang�tot�lichttoepassingen�van�dat�bedrijf,�die�worden gebruikt�bij�de�legale�teelt�van cannabis.�Fluence�houdt�zich�aan de�lokale�wetgeving�en�levert geen�verlichting�aan�‘ve�r�b�o�d�e�n’ re�g�i�o’s.�(ANP)
UItzendbureau�Randstad klaagt�de ‘m�o�n�d�ka�p�j�e�s�m�i�l�j�o�n�a�i�r�s’ aan.�Randstad�leverde�vorig�jaar�belangeloos vijftien�medewerkers�aan�Hulptroepen�Alliantie,�de�organisatie�waarmee Sywert�van�Lienden�met�twee�zakenpartners�mondkapjes�importeerde�uit China,�en�ze�toen�voor�28�miljoen euro�verkocht�aan�de�overheid.�Als�de ondernemers�veroordeeld�worden,�is hun�winst�wellicht�terug�te�vorderen.
De�waarde�van�de�Turkse�lira vloog�deze�week�alle�kanten op,�na�een�omstreden�steunmaatregel�voor�spaarders. President�Erdogan�beloofde hen�compensatie�voor�de ko�e�r�s�d�a�l�i�n�g�.
20 ‘Mocht je je dat afvragen, ik betaal dit jaar ruim elf miljard dollar aan belasting’ Elon�Musk,�de�rijkste�man�ter�wereld,�verkoopt�een�deel�van�zijn�aandelen�Tesla�en en�reageert�via�Twitter�op�kritiek�dat�hij�geen�belasting�zou�betalen.�Eerder�had�hij zijn�Twitter-volgers�via�een�online�peiling�gevraagd�of�hij�aandelen�zou�moeten ve�r�ko�p�e�n�.
DALERS�VAN�DE�WEEK
De�huizenprijzen�stegen�in�november�met meer�dan�20 procent�ten opzichte�van 2020.�Het�is de�sterkste stijging�in�de laatste�twintig�jaar.
75 73 71 69
in € 20/12
23/12
1.�Universal�Music�-�1,8 2.�Unilever�-�1,5�% 3.�Besi�-�1% 4.�Akzo�Nobel�-�0,7% 5.�Just�Eat�Takeaway�-�0,6% Chipbedrijf�Besi�waarschuwde voor�een�sterker�dan�verwachte daling�van�de�omzet�in�het�vierde kwartaal.�Het�bedrijf�moest�door overstromingen�als�gevolg�van�de hevige�regenval�in�Maleisië�de productie�in�een�fabriek�in�dat land�stilleggen.�Besi�denkt�door de�tegenvaller�dat�de�omzet�zo'n 15�à�20�procent�lager�zal�uitkomen dan�in�het�derde�kwartaal.�(ANP)
De�Triodosbank zadelt�45.000�klanten�op�met�een�probleem.�Ze�dreigen meer�dan�dertig�procent�van�de�waarde�van�hun�certificaten�in�die�bank�te verliezen.�Deze�aandelen�zonder�zeggenschap�werden�in�het�begin�van�de coronacrisis�massaal�te�koop�aangeboden,�omdat�de�eigenaren�geld�nodig�hadden.�Dat�geld�had�Triodos echter�niet,�waardoor�de�handel�in�de stukken�werd�stilgelegd. De�oplossing�– een�nieuw�handelsplatform�– zet�de�Triodos-certificaten om�in�een�ander�document�met�een veel�lagere�handelsprijs.�Een�koude douche,�vindt�beleggersclub�VEB.
Vanaf 1 januari 2022 mogen Nederlandse kolencentrales op niet meer dan 35 procent van hun maximale productiecapaciteit draaien, zo heeft het ministerie van Economische Zaken en Klimaat besloten . De beperking geldt tot eind 2024 en zorgt ervoor dat de drie kolencentrales in Nederland zes tot zeven megaton CO2 minder uitstoten.
Samenstelling�Marc�Hijink. Fo�t�o’s ANP�en�Getty�Images.
E6 Economie
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
O�N�D�E�R�ZO�E�K
ZO�RG�C�O�N�T�R�ACT�E�N
Apneu-apparaten van Philips lijken ongevaarlijk
Op de valreep nog akkoord over ‘coronavangnet’
Gassen die vrijkomen uit slaapapneu-apparaten van Philips lijken ongevaarlijk. Maar er blijven ook nog veel onduidelijkheden. Door�onze�redacteur Liza�van�Lonkhuyzen AMSTERDAM.�Hoe gevaarlijk zijn de
miljoenen slaapapneu-apparaten die Philips over de hele wereld heeft verkocht? Uit eerste resultaten van een onderzoek in opdracht van het bedrijf zelf – na tal van klachten en dreigende schadeclaims over de apparaten – blijkt dat de gassen die eruit vrijkomen vermoedelijk geen gezondheidsschade geven. Maar veel is nog onduidelijk. De problemen betreffen namelijk niet alleen gassen die vrijkomen, maar ook deeltjes die in de longen kunnen komen. De onderzoeksresultaten over het gevaar daarvan moeten nog komen. Bovendien omvat dit onderzoek niet alle typen slaapapneu-apparaat van Philips die vallen onder een inmiddels ingezette terugroepactie.
Begin dit jaar waarschuwde Philips voor problemen met de apparaten van zijn Dreamstation-lijn. Die blazen via een masker zuurstof in de longen van apneupatiënten, die daardoor minder last hebben van ademstops tijdens de slaap. Van het geluiddempende polyester-polyurethaanschuim in de machine kunnen deeltjes loskomen, of gassen. Over de gassen is nu duidelijk dat de stoffen die vrijkomen binnen geldende veiligheidsnormen blijven. Daarmee verwacht het bedrijf geen gezondheidsschade.
Rampzalig De affaire heeft ingrijpende gevolgen voor Philips. Het verloor dit jaar een kwart van zijn beurswaarde en heeft een half miljard euro gereserveerd voor de terugroepactie. Daar komen nog juridische kosten bij voor schadeclaims. Bovendien is de Amerikaanse gezondheidstoezichthouder FDA kritisch. Ook in Nederland is Philips aansprakelijk gesteld. Gebruikers met klachten, van duizeligheid tot longkanker, willen weten of dit aan de machines ligt. Vijftigduizend Nederlanders gebruiken de machines.
Ziekenhuizen en verzekeraars hebben toch nog afspraken voor 2022 gemaakt, die financiële risico’s corona beperken. Door�onze�redacteur Liza�van�Lonkhuyzen AMSTERDAM.�Een week voor de jaar-
wisseling is het ziekenhuizen en verzekeraars gelukt om landelijke afspraken te maken voor komend jaar. Dit was al maandenlang een grote wens van de ziekenhuizen, die door het coronavirus in financiële onzekerheid verkeren. De afspraken gelden in ieder geval voor de eerste drie maanden van 2022. Ziekenhuizen hopen dat ze worden verlengd als ze ook in het voorjaar onder druk staan door corona. Er is afgesproken dat ziekenhuizen een onderling gelijkwaardige vergoeding krijgen voor beschermingsmiddelen, de zorg aan coronapatiënten en de opschaling van bedden voor intensive cares. Ook zijn er afspraken gemaakt over een compensatie voor gemiste inkomsten vanwege de zorg die door corona niet kan worden verleend. De afspraken zijn gemaakt door de Federatie van Universitair Medische Centra, de Ne-
derlandse Vereniging van Ziekenhuizen en Zorgverzekeraars Nederland. Tegelijk met het optuigen van deze landelijke regeling onderhandelen ziekenhuizen en verzekeraars ook allemaal onderling over hoeveel zij in 2022 vergoed krijgen voor reguliere behandelingen. Die gesprekken lopen dit jaar extra moeizaam. Verschillende ziekenhuisbestuurders vanuit het hele land zijn gefrustreerd: zij vinden dat verzekeraars er ondanks de crisistijd met gestrekt been in zijn gegaan.
De afspraken gelden in ieder geval voor de eerste drie maanden van 2022 Verschillende verzekeraars vroegen bijvoorbeeld om bezuinigingen, terwijl ziekenhuizen hun loon- en pensioenkosten en energierekening zien stijgen. Veel personeel zit ziek thuis en zij moeten worden opgevangen met dure invalkrachten. Bovendien zijn er nog grote vragen, zoals over wat Omikron volgend jaar gaat aanrichten in de ziekenhuizen. Coronazorg vergt meer personeel – is dus duur – en het wegvallen
van reguliere zorg betekent ook simpelweg omzetverlies.
Onderhandelingen afronden Nu er een landelijke regeling is die gaat over de grootste financiële risico’s door de onzekerheid rond corona, hopen de koepels dat ook de laatste contractonderhandelingen kunnen worden afgerond. Oudjaar is de deadline om financiële afspraken te maken voor volgend jaar. Verzekeraars moeten rekening houden met de mededingingstoezichthouder ACM als zij samen afspraken maken. Over 2021 en 2020 werden er ook landelijke afspraken gemaakt tussen verzekeraars en ziekenhuizen vanwege de pandemie. De verzekeraars mochten toen van de toezichthouder een deel van de extra kosten door corona onderling verdelen, zodat de individuele risico’s voor verzekeraars te overzien waren. De bestuursvoorzitter van de ACM liet eerder weten dat 2021 wat de toezichthouder betreft „het laatste jaar is dat zorgverzekeraars gezamenlijk afspraken maken om de meest disruptieve kosten van de corona-aanpak onderling te verdelen”. Over dat er ook weer een nieuwe regeling komt voor de eerste maanden van volgend jaar, moet de toezichthouder zich nog uitspreken.
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
Bestel op: www.onedayonly.nl t/m 29 december 2021 TOT
TOT
73%
65%
KORTING
Donzen 4-seizoenen dekbed
399,-
KORTING
Alles voor de home office
Vanaf
139,95
Economie E7
nrc
FOTO�RAMON�VAN�FLYMEN/ANP
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
De�ringweg�A10�bij�de�Coentunnel.�Volgens�het�PBL�worden�de�klimaatdoelen�van�het�nieuwe�kabinet�alleen�gehaald�als�ze�worden�beprijsd,�zoals�via�een�belasting�op�de�uitstoot�van�broeikasgas.
K�L�I�M�A�AT�B�E�L�E�I�D
PBL: klimaatdoelen erg ambitieus Volgens Planbureau voor de Leefomgeving staat het nieuwe kabinet voor enorme opgaven, waarvoor subsidies alléén niet volstaan. Door�onze�redacteuren Marike�Stellinga�en Erik�van�der�Walle
maatbeleid de 49 procent niet binnen het bereik ligt.
AMSTERDAM.� De ambities van het
De afspraken die deze zomer in EUverband zijn gemaakt, moeten over negen jaar leiden tot een reductie van 55 procent in Europa. Om er zeker van te zijn dat Nederland niet achterblijft, streeft het toekomstige kabinet naar 60 procent, zo werd vorige week duidelijk. Het coalitie-akkoord stelt, aldus het PBL, „historisch hoge ambities voor de leefomgevingskwaliteit” – voor landbouw, klimaat en energie, natuur en wonen. Daarvoor wil de coalitie veel geld uittrekken. Zo willen VVD, D66, CDA en ChristenUnie 60 miljard euro vrijmaken om hun klimaat- en stikstofdoelen te halen. Maar veel geld uittrekken voor subsidies is volgens het Planbureau niet genoeg. Een groot deel van de plannen gaat uit van vrijwillige deelname van burgers, bedrijven en boeren. Die vrijblijvendheid is een risico. Want dit staat op gespannen voet met de beperkte tijd die de nieuwe coalitie heeft, schrijft het PBL: nog acht jaar tot 2030. Duidelijke regels en normen kunnen volgens het PBL helpen de doelen wel te halen. Beprijzen van de
nieuwe kabinet grenzen aan het maximaal mogelijke als het gaat om het klimaatbeleid. Met de huidige voorstellen is het zeer de vraag of het haalbaar is om in 2030 de uitstoot van broeikasgassen met 60 procent te verminderen, zoals VVD, D66, CDA en ChristenUnie stellen in hun coalitieakkoord. Ook voor de nieuwe ambitieuze stikstofplannen is het de vraag of ze uitvoerbaar zijn. Dat stelt het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) donderdag in een reactie op het regeerakkoord van het toekomstige kabinet-Rutte IV. Volgens een eerste, grove optelsom leiden de voorstellen tot 47 à 60 procent reductie. „De kans dat de beoogde 60 procent wordt gehaald is dan uiterst klein”, schrijft het PBL. De kans is groter dat de reductie lager dan 55 procent uitvalt. Op dit moment is het kabinetsbeleid erop gericht in 2030 tot een reductie van 49 procent te komen ten opzichte van de uitstoot van 1990. Eerdere berekeningen van het PBL lieten al zien dat met het huidige kli-
EU-afspraken
kosten van klimaatverandering ook, bijvoorbeeld via een belasting op de uitstoot van broeikasgas. Zonder zulke aanvullingen zijn de stikstofdoelen volgens het PBL „vrijwel onmogelijk” haalbaar. Dan nog staat het kabinet voor een ongeëvenaarde opgave in korte tijd. Veel van de stikstofplannen wil de nieuwe coalitie regionaal laten invullen, bijvoorbeeld door provincies.
De kans is groot dat de reductie in 2030 lager is dan de beoogde 60 procent Dat het akkoord voorstelt om per gebied te bekijken hoe stikstof samen met andere milieu- en natuurproblemen kan worden aangepakt, juicht het Planbureau toe: dat voorkomt versnippering. Maar het PBL waarschuwt: zonder duidelijke nationale kaders riskeert deze aanpak „dat twistpunten in de regio opnieuw oplaaien”. In 2019 leidde de stikstofcrisis al tot grootschalige boerenprotesten bij provinciehuizen. Veel provinciebesturen trokken strengere stik-
stofregels daarna weer in. De hordes in het stikstofdossier zijn volgens het Planbureau extra prangend omdat het kabinet ook daar de doelen naar voren heeft gehaald. De vier partijen willen al in 2030 de helft van de stikstofneerslag hebben teruggedrongen, zo staat in het coalitieakkoord: eerder was dat in 2035.
Kerncentrales Het PBL zet vraagtekens bij de plannen om over te gaan tot de bouw van twee kerncentrales. Dat voornemen is volgens het Planbureau „opvallend, omdat er nog veel onduidelijkheid is over de kosteneffectiviteit van kernenergie in Nederland”. Omdat het elektriciteitssysteem straks wordt gedomineerd door zonen windenergie is het de vraag of kernenergie in dat geval niet te duur wordt. In de praktijk, zo heeft het PBL eerder laten weten, kunnen gascentrales efficiënter voor kortere tijd stroom produceren dan kerncentrales. Het PBL is positief over het plan om rekeningrijden in te voeren – ook al is dat pas vanaf 2030 of later. Betalen naar gebruik kan files en CO2-uitstoot reduceren. Maar, stelt het adviesorgaan, er zijn nog een hoop onduidelijkheden. Bijvoorbeeld: wat als werk-
gevers hun (hoger opgeleide) personeel gaan compenseren voor de kosten van rekeningrijden, en zelfstandigen in bestelauto's die compensatie niet krijgen? Dat leidt tot ongelijkheid. Verder is het effect van betalen naar gebruik groter als de tarieven worden gedifferentieerd naar gewicht en milieukenmerken. Het Planbureau onderschrijft het plan de luchtvaart meer in balans te brengen met de leefomgeving, bijvoorbeeld met een tickettaks. Maar ook hier is nog veel onduidelijk. Hoe duurzaam en effectief is het als het kabinet veel geld zou steken in de lange-afstandstrein als alternatief voor korte vluchten – zoals het van plan is? Als die vluchten worden vervangen door langere, intercontinentale vluchten, dan neemt de uitstoot niet af. Bovendien, stelt het PBL, is voor stimulering van duurzamere vliegtuigbrandstoffen (biokerosine, synthetische kerosine) veel groene energie nodig. Kan je die energie, vraagt het PBL, niet beter besteden aan batterij-elektrisch rijden? Dat heeft misschien een groter klimaateffect.
Met�medewerking�van�Jan�Benjamin�en Rik�Rutten
E8 Economie ESSAY�
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
PUISSANT�RIJK
Wat doen de miljardairs terug voor de samenleving? Nederland telt inmiddels enkele tientallen miljardairs. Wat doen zij met al hun geld? Ziet de samenleving hier iets van terug? Door�onze�redacteur�Menno�Tamminga
H
et is een exclusief gezelschap. Toegangsprijs: 1 miljard euro. Ze hoeven zich van niemand iets aan te trekken. Een museum stichten? Kunst kopen? Huizen, boten, vliegtuigen? Alles kan bij miljardairs. Sommigen hebben een goededoelenstichting. Eentje heeft een denktank voor maatschappelijke vraagstukken. De oudste is 88 jaar, Frits Goldschmeding, oprichter van uitzendconcern Randstad. De jongste is 37: Robert Vis, mede-oprichter van berichtendienst Messagebird. Het jaar 2021 was voor hen een doldwaas profijtelijk jaar. Robert Vis werd miljardair. Evenals Adriaan Mol (1984) van betaalbedrijf Mollie, ook medeaandeelhouder in Messagebird van Vis. Zo verging het Ali Niknam (1981), oprichter van onlinebank Bunq. De aandelenpakketten in de snelgroeiende bedrijven die ze hadden opgericht, bleken een miljard euro of meer waard toen nieuwe financiers daarin investeerden. ‘Sid’ Sijbrandij werd miljardair toen zijn IT-bedrijf Gitlab dit najaar in New York naar de beurs ging. Géén technologie? Dan kun je ook miljardair worden. Oprichter Remon Vos slaagde daarin met de beursgang van CTP. Dat bouwt en investeert in bedrijfshallen en distributiecentra. Tot nu toe vooral in Oost-Europa, maar hij breidt uit in Amsterdam en Duitsland. Maandblad Quote telt in de jongste editie van de lijst met de 500 rijkste Nederlanders 45 miljardairs: bijna een verdubbeling sinds 2011. Soms is dat kapitaal uit erfenissen (Charlene de Carvalho-Heineken, Gérita en Inge Wessels), maar de meeste miljardairs zijn selfmade. Het in Amsterdam gevestigde betaalplatform Adyen staat in de Quote 500 met vijf miljardairs. De ultralage rente en de torenhoge koersen van snelgroeiende bedrijven hebben deze nieuwe lichting miljardairs ‘gemaakt’. Ze zijn een nieuwe klasse kapitale ‘bovenbazen’. Ze hebben hun bedrijven zelf gevormd. Zetten zij ook de politiek, de economie en de samenleving naar hun hand?
Ziener en bitcoin In technologiemekka Silicon Valley heten ze founders, de ondernemers (meestal mannen) met een succesverhaal. Dat geeft status, het aura van ziener. Nummer 1: Tesla-oprichter Elon Musk (vermogen: 216 miljard euro), persoon van het jaar van zakenkrant Financial Times en weekblad Time die op Twitter tussen de bedrijven door bitcoin en zijn ruimtereizen aanprijst. Voor de meeste founders in Silicon Valley en in Nederland geldt: hun kapitaal is papie-
ren rijkdom: de aandelen van hun bedrijf. ‘Nestor’ Frits Goldschmeding bezit bijvoorbeeld nog 32 procent van de aandelen Randstad (waarde: 3,4 miljard euro), dat hij in 1960 mede oprichtte en in 1990 naar de beurs bracht. Founders blijven ondernemers, die van alle aandeelhouders zelf het meest te verliezen en te winnen hebben. Bestaat er zoiets als dé Nederlandse founder? Nee. Ze zijn maar in een paar opzichten een homogene groep: ze zijn man en ze hebben het zelf bereikt. Hun wieg stond vaak in een middenklassegezin. Ze houden van competitie. Autoracen. Wedstrijdzeilen. Pieter van der Does, mede-oprichter van Adyen, was een fanatieke klimmer. „Je leert er zo veel van als je op je eigen krachten bent aangewezen, vooral hoe je met je zwakheden tegenover de machtige natuur moet leren omgaan”, zei hij tegen NRC. Ze willen graag de controle houden. Ze zijn huiverig voor investeerders ‘van buiten’. De oprichters van Adyen konden dankzij hun eigen kapitaal jaren pionieren voordat ze er externe geldschieters bij haalden. Ali Niknam van Bunq spendeerde bijna 100 miljoen euro van de winst van zijn andere bedrijven voordat hij dit jaar een Britse financier toeliet. Maar uiteindelijk gaan ze om: liever een kleine vent in een grote tent dan andersom. De verschillen tussen founders zijn legio. Een aantal heeft een formele opleiding niet afgemaakt. Maar juist de economiestudie van Goldschmeding legde de basis voor Randstad. Hij schreef zijn doctoraalscriptie over uitzendwerk, dat toen in Nederland niet bestond. De meesten begonnen jong als ondernemer. Sommigen hebben meerdere bedrijven opgericht. Adyen betekent in het Sranan, de taal in Suriname: opnieuw beginnen. Niknam (Bunq) heeft zelfs drie bedrijven opgezet. Zijn drijfveren komen overeen met die van andere founders in de technologiesector. „Ik kan er echt niet tegen als dingen niet kloppen. Dan ga ik denken: wat nou als we het zo doen? En dan ontstaat er iets”, zei hij vijf jaar geleden tegen NRC. De een viert zijn nieuwe rijkdom met een kapitale villa in Noordwijk, zoals oprichter Jitse Groen van Just Eat Takeaway. De ander, zoals Van der Does van Adyen, zegt: „Ik ben echt helemaal niet bezig met geld.” Joop van den Ende, die aan de basis stond van tv-programmamaker Endemol, zei in zijn biografie: „Ik heb er altijd van gedroomd rijk te zijn. Omdat rijkdom onafhankelijkheid betekent.” Maar toen hij rijk was, merkte hij dat anderen hem anders bekeken. „Waardoor het een loden last is geworden jezelf te blijven.” Rijkdom maakt ook kwetsbaar. Persoonlijke veiligheid is een prioriteit.
Rijk, rijker, rijkst Het aandeel van de allerrijkste 1 procent Nederlanders in het totale vermogen groeit langzaam. In 2011 was het 25,6 procent, vorig jaar 26,3 procent, blijkt uit cijfers van statistiekbureau CBS. Kleine verschillen, grote bedragen. De vermogenstaart is enorm uitgedijd en de taartpunt van de superrijken is gegroeid. Ze zijn in tien jaar 161 miljard euro rijker geworden. Over de oorzaken van de grote vermogensongelijkheid in Nederland in vergelijking met andere geïndustrialiseerde landen zijn de meningen verdeeld. Misschien zijn de Nederlandse data gewoon beter. Misschien zorgt de hogere erfbelasting in andere landen voor grotere gelijkheid. Maar wat is rijk? Of extreem rijk? En willen Nederlanders daar paal en perk aan stellen? Een team onderzoekers van de Universiteit Utrecht heeft de opvattingen in Nederland daarover in 2018 in kaart gebracht. Wie een groot huis met zwembad heeft, twee luxeauto’s en 500.000 euro spaargeld is ‘extreem
rijk’ oordeelt bijna 67 procent van de ondervraagden. Zo veel luxe heeft een mens niet nodig, is het oordeel. Dat oordeel over ‘extreem rijk’ loopt op tot bijna 96 procent als het gezin vijf vakanties per jaar heeft en 70 miljoen euro vermogen. Moet er een bovengrens aan individuele vermogens komen? 80 procent van de ondervraagden verwerpt zo’n limiet. De opvattingen veranderen echter als de vragen concreter worden. Is de hoogte van het vermogen van Jeff Bezos – toen 98 miljard, nu 195 miljard dollar (173 miljard euro) – onwenselijk? Ja, zegt de helft van de ondervraagden, nee, reageert een kwart. Moet er iets aan gebeuren? Wel als rijke mensen veel meer politieke invloed blijken te hebben dan anderen, zeggen Nederlanders.
Politieke miljardair Waar je in het buitenland al langer miljardairs met politieke macht ziet, begint dat nu ook in Nederland merkbaar te worden. In
Economie E9
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
tarieven de helft van die in Nederland, zoals Joop van den Ende steeds benadrukt als dit onderwerp ter sprake komt. In de VS blijft meer over om te doneren. Maar in dat land zie je daardoor ook dat private goede doelen zich in wezen publieke taken toeëigenen, zoals het uitroeien van malaria, een doel van de Gates Foundation. Weldoeners zijn welkom, maar wat als ze onmisbaar worden? Als de overheid in een afhankelijkheidsrelatie van superrijken komt, krijg je hetzelfde benauwde gevoel als bij hun sluipende politieke invloed. Het wekt argwaan en ongenoegen.
FOTO�RIJKSMUSEUM
Het vliegwiel
1970 observeerde de Amerikaanse publicist Garry Wills: miljonairs van de eerste generatie geven ons boeken en stichten charitatieve organisaties. Hun erfgenamen denken dat ze zichzelf moeten aanbieden. Ze willen gekozen politieke functies. Wills doelde op Republikein Nelson Rockefeller, telg van een oliefortuin, die gouverneur van de staat New York wilde worden. Inmiddels zijn miljardairs een politiek gegeven. Trump. Berlusconi. Zover is Nederland niet. Nog niet? D66 en de Partij voor de Dieren kregen dit jaar wel 1 miljoen respectievelijk 350.000 euro van miljardair en ITondernemer Steven Schuurman. Het CDA kreeg 1,2 miljoen euro van schoolboekenmiljonair Hans van der Wind. Deze voorbeelden en de vertrouwenserosie bij burgers (toeslagenaffaire, pandemieaanpak) dwingen ertoe de potentiële invloed van het grote geld onder ogen te zien. Meer en tijdiger openheid over giften zou vanzelfsprekend moeten zijn. Tip voor de Tweede
Stilleven�met�muziekinstrumenten,�vaatwerk�en�fruit van�de�Nederlandse�schilder: Johann�Friedrich�Grueber�uit 1662,�dat�sinds�1912�in�handen�is�van�het�Rijksmuseum.
Kamer: denk na over een limiet op politieke donaties. De accumulatie van onvoorstelbaar grote vermogens roept de vraag op: wat doen de miljardairs terug voor de samenleving? Wat doen ze bijvoorbeeld voor sociaal-culturele doelen? En wat betekenen ze voor de economie? Joop en Janine van den Ende hebben hun VandenEnde Foundation die de cultuursector subsidieert. Frits Goldschmeding heeft zijn Foundation die maatschappelijke vraagstukken onderzoekt, zoals trends op de ar-
beidsmarkt. Investeerder Hans Melchers (onder meer HAL Holding) bezit twee musea. Ook andere puissant rijke ex-ondernemers hebben de afgelopen jaren eigen musea gesticht. Zo heeft Joop van Caldenborgh (Caldic) zijn kunstcollectie ondergebracht in Voorlinden, en heeft supermarktondernemer Jan van den Broek een privémuseum op Landgoed Keukenhof. Ze gaan verder dan het pure mecenaat, zoals het kabinet-Rutte II dat voor ogen had toen het cultuursubsidies slachtofferde om te bezuinigen. Ze geven geen geld of opdrachten, zoals een weldoener. Ze worden ondernemers in onderzoek en kunst. Amerikaanse miljardairs (Andrew Mellon, Henry Clay Frick) hadden al hun eigen musea, Nederlanders doen het nu ook. Datzelfde geldt voor goede doelen. Hét voorbeeld is de Bill & Melinda Gates Foundation van de medeoprichter van Microsoft. Tussen de VS en Nederland zie je wel duidelijke verschillen. In de VS zijn de belasting-
Iets teruggeven aan de samenleving kan ook door investeren. Nederland heeft een rijke historie van succesvolle ondernemers die investeerden in nieuwe bedrijvigheid. Gerard Heineken investeerde in de 19de eeuw in de aanleg van het Noordzeekanaal. De industriëlen Fentener van Vlissingen en de gebroeders Dirk en Coen Stork staken een eeuw geleden geld in start-up Hoogovens. Vervult de nieuwe generatie miljardairs ook zo’n rol? Voor nieuwe TomToms, Adyens, ASML? Ondernemend kapitaal voor bijvoorbeeld groeibeluste technologiebedrijven is in Nederland een knelpunt. Silicon Valley daarentegen is hét voorbeeld van zo’n ecosysteem dat zichzelf financiert. Founders en topkaders van bedrijven als Netscape, Google, Microsoft en Facebook hebben miljoenen-, soms miljardenvermogens vergaard die ze (deels) herinvesteren. Een halve eeuw geleden zetten Silicon Valley-ondernemers als Eugene Kleiner (Fairchild Semiconductors) en Tom Perkins (Hewlett-Packard) de toon en werden investeerders. Onder de successen van hun investeringsfonds Kleiner Perkins zitten Netscape, Amazon en Google. Latere miljardairs, zoals Bill Gates en Marc Andreessen, een van de oprichters van Netscape, namen die rol over. Zo werkt ondernemerssucces als vliegwiel. In Nederland maken de investeringen van founders, afgaand op de openbare informatie, een aarzelende indruk als je die afzet tegen de miljardenvermogens. Maar er zijn voorbeelden. Zo investeert Jitse Groen (Just Eat Takeaway) in kweekvleesbedrijf Mosa Meat. Adriaan Mol (Mollie, Messagebird) heeft verschillende investeringen gedaan, zoals in Otrium, een webwinkel met hoge kortingen op modemerken. Otrium kreeg onlangs een kapitaalinjectie van ruim 100 miljoen euro van andere investeerders. Een nieuw investeringsfonds van Keen Venture Partners kreeg geld van Jitse Groen en van oprichters van Adyen en Tomtom. De huidige generatie Fentener van Vlissingen heeft via haar investeringsmaatschappij NPM Capital voor 1,7 miljard euro investeringen in (middelgrote) Nederlandse bedrijven, zoals websupermarkt Picnic en zonnepanelenautomaker Lightyear. De Bill & Melinda Gates Foundation stak honderden miljoenen in Picnic. Juist miljardairs kunnen een Nederlands ecosysteem à la Silicon Valley voeden met het ondernemend kapitaal waaraan zoveel behoefte is. Zij hoeven zich niet, zoals banken, verzekeraars en pensioenfondsen, te laten leiden door een kortetermijnhorizon. Miljardair Chris Oomen past in dat plaatje met zijn aankoop van persbureau ANP. Feitelijke en onafhankelijke nieuwsvoorziening moet naar zijn zeggen behouden blijven, zelfs tot na zijn dood. Zijn kinderen mogen het persbureau niet verkopen. Op het eerste gezicht is dat een sympathieke gedachte. Miljardairs kunnen dingen doen die gewone stervelingen niet kunnen. Maar de investering over je graf heen is ook het oprichten van een monument voor jezelf. Dat geldt evenzo voor de musea en de Foundations die miljardairs stichten. De gewone man mag zich daar vergapen aan de glorie van de gulle gevers. Koningen, staatslieden of veldheren krijgen geen standbeelden meer. Miljardairs maken ze gewoon zelf. Zij zijn de meest exclusieve klasse waaraan niemand kan tippen.
E10 Economie
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
I�N�T�E�RV�I�E�W
‘Mijn vader moest en zou alles beter maken’ Dit jaar overleed de Britse computerpionier Clive Sinclair. NRC bezocht diens zoon Crispin, zelf ook uitvinder, in Cambridge, de stad waar Sinclair technologiegeschiedenis schreef.
H FOTO�TOM�OLIVER�LUCAS
ét voordeel van een beroemde uitvinder als vader: de kerstcadeaus. „Pa gaf ons met Kerst vaak de nieuwe Sinclair-producten: op school was ik de eerste met een digitaal horloge.” Nadelen zijn er ook, als zoon van een icoon. Zoals: hoe kun je je eigen uitvinding laten groeien in de schaduw van een van Britain’s Great Inventors? Crispin Sinclair (55) kijkt uit over de Cam, de rivier die het historische centrum van Cambridge doorsnijdt. Dit wordt de eerste Kerst zonder zijn vader, die in september op 81-jarige leeftijd overleed.
Door�onze�redacteur�Marc�Hijink Hij wijst. „Zijn kantoor zat een paar honderd meter verderop, aan King’s Parade.” Dat is het Cambridge van de ansichtkaarten. Op die plek, tegenover de universiteit, ontwierp Sir Clive Sinclair begin jaren tachtig een revolutionaire computer. In de tijd dat het Verenigd Koninkrijk zuchtte onder een economische recessie en de harde hand van Margaret Thatcher, verkocht Sinclair een computer voor 99,95 pond. Twee tientjes minder als je ’m zelf in elkaar zette. Dat prijskaartje veranderde de computer van een exotische hobby in een massapro-
duct. De Sinclair ZX 80 en ZX 81 verkochten goed, de opvolger ZX Spectrum (1982) nog beter. De Spectrum kostte 125 pond, tien keer minder dan een IBM-pc (1981). Wereldwijd werden vijf miljoen Spectrums verkocht, en er waren duizenden computerspelletjes voor beschikbaar. Crispin Sinclair: „Het was als kind een rare ervaring; in elk warenhuis zag ik enorme stapels dozen met mijn achternaam erop.” Een hele generatie jongeren kwam in aanraking met programmeren en games. Want ook buiten Groot-Brittannië maakte Sinclair
Economie E11
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Made in England Aan de revolutionaire computer ging een lange reeks Sinclair-uitvindingen vooraf. Elektronicapionier Clive Sinclair richtte begin jaren zestig Sinclair Radionics op. Het bedrijf produceerde radio’s en hifi-apparatuur, maar het eerste succes was een handzame rekenmachine, de Sinclair Executive uit 1972. Die paste in een borstzakje, in een tijd dat de meeste calculators het formaat van een winkelkassa hadden. Verkleinen, of minimaliseren, was een terugkerend thema van de Britse uitvinder. De microradio (1967), een vederlicht digitaal horloge (de Black Watch, 1975) en een minuscule zaktelevisie (1978) waren stuk voor stuk futuristische apparaten. Ze werden tijdloos vormgegeven door zijn broer, industrieel ontwerper Iain Sinclair – Crispins oom. De Sinclaircomputers waren handzaam, met zo weinig mogelijk chips, om de prijs laag te houden. Sinclairs successen zijn vaak bezongen, zijn mislukkingen nog vaker. Meestal waren die te wijten aan slechte timing. Strubbelingen met het horloge en de tv brachten de uitvinder in de jaren zeventig in financiële problemen, waardoor hij zijn bedrijf deels moest opgeven. De succesvolle computer werd gevolgd door z’n grootste flop: de Sinclair C5, uit 1985. Dit elektrische mini-autootje op drie wielen werd door andere weggebruikers snel over het hoofd gezien en was daardoor levensgevaarlijk in het verkeer. Het C5-fiasco nekte Sinclair financieel, opnieuw. Crispin haalt zijn schouders op: „Risico’s nemen hoort erbij als je uitvinder bent.” De electronica was in die tijd nog Made in England. Met zijn broer en zus kwam Crispin vaak in de Sinclair-fabriek in St Ives, een plaatsje vlakbij Cambridge. „Beneden waren productiemedewerkers aan het solderen en assembleren, op de bovenste verdiepingen zaten de ontwerpers. Wij speelden boterkaas-en-eieren met een enorme computer die de hele wand besloeg.” Werk kwam bij de familie Sinclair vóór het gezinsleven. Thuis ging zijn vader door met uitvinden: met pen, papier en de onafscheidelijke rekenliniaal – een rekenmachine was niet nodig. Zelfs op vakantie, meestal naar een familiehuisje in Essex, nam Clive Sinclair zijn elektronicaboeken mee. Crispin herinnert zich: „M’n vader las een dikke pil over de theorie van satellieten en krabbelde er wat aantekeningen in. Zodra hij
het boek uit had, ontwierp hij zijn eigen satellietontvanger – hij pikte zulke dingen erg snel op.” Clive Sinclair was extreem intelligent, weet Crispin: „Hij had een IQ van meer dan 150. Of dat erfelijk is? Ik zou het niet weten. Hij was er altijd op gebrand om ons als kinderen te laten testen, maar de IQ-test wisten we te ontlopen. „Mijn grootvader vertelde me eens het verhaal dat hij naar school werd geroepen omdat er iets mis was met zijn zoon. Hij dacht dat Clive in de problemen zat, maar de leraren zaten klem: ze konden geen wiskunde meer doceren omdat Clive alle stof al kende.” Als jongetje vond Clive Sinclair het binaire stelsel uit – waarmee je elk getal kunt weergeven met alleen nullen en enen. Crispin: „Hij was teleurgesteld toen hij erachter kwam dat iemand anders dat ook al bedacht had.” Zijn vaders hoofd stond zelden stil, vertelt Crispin. „Hij bekeek elk voorwerp, elk apparaat met de vraag: wat zou ik eraan kunnen verbeteren? Als kind ergerde ik me daar kapot aan. Dan stonden we in een speelgoedwinkel en begon hij te foeteren: dat hadden ze nooit zo moeten doen!” En toch, zegt Crispin Sinclair, is ook hij besmet geraakt met die neiging dingen te verbeteren. „Beter gezegd: dat is er wel ingestampt.”
FOTO'S�TOM�OLIVER�LUCAS
furore: „Sir Clive Sinclair democratiseerde de computer”, schreef Microsoft-topman Satya Nadella op Twitter. „De ZX 80 was de eerste computer die mijn passie voor techniek aanwakkerde.” Nog een Sinclair-fan: techpionier Elon Musk. „RIP Sir Clive, I loved that computer”, twitterde de Tesla-topman na het overlijden van Sinclair. „Een aardig gebaar”, zegt Crispin. „Veel hoger dan Elon kun je niet komen als het om uitvinden gaat.”
De veiligste fiets Crispin koos een ander pad dan zijn vader; hij handelt in onroerend goed en verhuurt huizen. Hij moet nog steeds werken voor zijn geld, zegt hij. Maar hij vindt het niet vervelend om over de uitvindingen van zijn vader te praten, of over zijn jeugd in Cambridge. Tijdens een van de vakanties in Essex ontdekte hij zijn grote passie: fietsen. „Ik was een jaar of elf toen ik voor het eerst met mijn vader naar het strand fietste, van Colchester naar West Mersea. Dat ritje van 12 mijl deden we normaal met de auto, maar die fiets gaf me een enorm gevoel van vrijheid. Vanaf dat moment ben ik grotere fietstochten gaan maken en gaf ik al mijn geld uit aan fietstijdschriften.” Crispin wilde zijn eigen fiets bouwen, met hulp van Richard’s Bicycle Book, de bijbel van fietsfanaten. „Ik had van mijn vader een ZX Spectrum gekregen. Die heb ik op mijn zeventiende geruild voor een fietsframe. Mijn vader was er niet blij mee.” Crispin deelde wel zijn vaders interesse voor opmerkelijke voertuigen, zoals de opvouwbare Sinclair A-Bike (uit 2006, past in een rugzak) of de Sinclair X1, een overdekte elektrische fiets die in 2010 op de markt had moeten komen – wat mislukte. Crispin: „De X1 was een overdekte elektrische tweewieler. Toen mijn vader mijn mening erover vroeg, zei ik dat ik het een erg onveilig vervoersmiddel vond. Dat vond-ie onzin. Maar het maakte wel iets bij me los – ik ging me afvragen wat eraan verbeterd kon worden.”
Links:�Crispin�Sinclair�met�zijn�eigen�vinding,�de�‘veiligste�fiets�ter�wereld. Boven:�een�greep�uit�de�technologische�uitvindingen van�zijn�vader�Clive Sinclair,�die�begin�dit�jaar�overleed.
Het bloed kruipt waar het niet gaan kan. In 2013, nadat Crispin in Londen door een vrachtwagen van zijn fiets was gereden, nam hij zich voor de veiligste fiets ter wereld te ontwerpen. Het is raar, vertelt Crispin Sinclair als hij zijn Powerpoint-presentatie opstart, dat er sinds de uitvinding van de fiets nooit iets aan de veiligheid van de bestuurder is verbeterd. „De auto is na de jaren zestig steeds veiliger geworden, met autogordels, noodremsystemen en kreukelzones. Als fietser heb je maar één bescherming: proberen niet geraakt te worden.” Hij ontwierp een fiets, de BabelBike, met een metalen rolkooi, een beschermende stoel en valbeugels. Toch kon de constructie niet voorkomen dat de berijder bij een aanrijding een arm of been zou breken, bleek uit simulaties. De Babelbike kwam niet verder dan een prototype en een heleboel schetsen. Crispin gooide het over een andere boeg. Hij kreeg een gezin en wilde zijn kinderen op een veilige manier op de fiets vervoeren. Het resultaat: de Chestnut, een aanhangwagentje met een aluminium rolkooi en een
veilig kinderzitje, zoals in de auto. Hij liet officiële crashtests doen, nadat hij de eerste prototypes van de Chestnut op een landweggetje met zijn eigen auto zelf al een aantal keren had geramd. Crispin garandeert: dit is de veiligste manier om je kind te vervoeren. Crispin krijgt hulp van een industrieel ontwerper die eerder met zijn vader samenwerkte. „Mijn vader bracht ons met elkaar in contact.” Er is inmiddels een tweede product: een veilige bakfiets, waarin kinderen in een stevige rolkooi vastgesnoerd zitten. Nu de prototypes gereed zijn – hij brengt zijn driejarige dochter en zesjarige zoon ermee naar school – hoopt hij op een licentiedeal met een fietsfabrikant. „Misschien krijg ik er dan nog iets voor terug – er zitten toch jaren werk en een paar honderdduizend euro in. Uitvinden is een dure bezigheid. Ik wil graag verder met nieuwe ideeën – die heb ik genoeg.” De bedrijfsnaam is intussen veranderd, van BabelBike naar Conker of Cambridge.
Lees�verder�op pagina�12
»
E12 Economie
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
FOTO�’S�CAMBRIDGE�CONSULTANCY�EN�TOM�OLIVER�LUCAS
»
Vader�Clive�Sinclair (boven)�en zoon�Crispin�Sinclair.
De�smartphone-revolutie begon�in�Cambridge Elke�telefoon�is�gebouwd�met�techniek van�het�bedrijf�Arm,�uit�Cambridge,�net als�talloze�computers�en�servers�.�Arm�is een�afsplitsing�van�het�vroegere�bedrijf Acorn,�een�concurrent�van�Sinclair,�dat een�chip�ontwierp�die�erg�weinig�energie verbruikte.�Jason�Fitzpatrick,�curator�van het�Centre�of�Computing�History�in�Cambridge:�„Het�ging�hun�niet�om�mobiele�toepassingen:�ze�wilden�een�desktopcomputer�bouwen�die�geen�ventilator�nodig�had. Toen�het�ontwerp�klaar�was,�bleek�de�chip zelfs�te�werken�zonder�dat�er�stroom�op aangesloten�was.” Apple�wilde�de�chip gebruiken�in�zijn�eerste�mobiele�apparaat, de�Apple�Newton.�Acorn�moest�een�aparte�divisie�oprichten�die�de�chiptechniek zou�licenseren:�Arm.�De�Apple�Newton flopte,�Arm�werd�een�succes�en�zette�de chiptechniek�van�Intel�op�achterstand.�In 2016�werd�Arm�overgenomen�door�het�Japanse�Softbank.�Het�Amerikaanse�Nvidia probeert�Arm�te�kopen�voor�75�miljard�dollar�maar�die�deal�stuit�op�weerstand.
Vervolg�van pagina�11
Anders dan zijn vader besloot hij geen fulltime ondernemer te worden, vertelt Crispin. „Ik kwam erachter dat ik wel van ontwerpen houd, maar niet van het gedoe met eigen fabrieken of personeel. Ik stop graag vijf uur ’s middags met werken – de rest van de dag en het hele weekend is family time.” Heeft hij nooit overwogen samen met z’n vader zo’n fiets te ontwerpen? Het is even stil. „Dat had niet gewerkt. Ik wilde niet dat hij me vertelde wat ik moest doen, en andersom gold dat ook.” Hij wilde ook niet zijn bekende achternaam als productnaam gebruiken. „Dat zou verwarrend zijn. Mijn vader was al een tijd ziek, maar bleef dingen uitvinden onder de naam Sinclair. En ik heb ook mijn oom Iain en nog een neef die ontwerpen. Weet je, de Sinclair-familie lijkt wel een groep katten. Iedereen doet zijn eigen ding, met respect voor de andere familieleden. Maar we zijn geen teamplayers.”
wen”, zegt Crispin Sinclair. „Je hebt een sterke persoonlijkheid nodig om overeind te blijven in de zakenwereld. Hij kon agressief uit de hoek komen, ook thuis.” Conservator Fitzpatrick: „Micromen gaat over mensen. Over twee pioniers die keihard met elkaar vochten om de Britse computermarkt. En naar typisch Britse traditie zijn we het daarna allemaal kwijtgeraakt aan de Amerikanen – aan Dell, IBM en Apple.” Clive Sinclair vond de documentaire over zijn hoogtijdagen maar niets, zegt zijn zoon. „Ik heb voorgesteld samen te kijken toen die werd uitgezonden. Hij had er geen zin in.” Het ridderschap – Sir Clive Sinclair kreeg het in 1983 – was wel belangrijk voor zijn vader, herinnert Crispin zich. „We gingen met het gezin naar Buckingham Palace en daarna naar een chique restaurant. Mijn vader moest normaal gesproken niets hebben van nouvelle cuisine, maar dit moest gevierd worden.”
De erfenis van Sinclair
You may bow
„Snap je nou waarom ik een veilige fiets wilde bouwen?", vraagt Crispin als hij zich op zijn bakfiets, waarachter het prototype van de kindertrailer, door het drukke centrum van Cambridge wurmt. De rit gaat langs een voormalige Sinclair-vestiging – nu een universiteitsgebouw met de naam Sinclair – naar het Centre for Computing History. In de jaren zeventig was Cambridge nog een slaperig stadje, vertelt Crispin. „Mijn ouders gingen hier wonen omdat het rustiger was dan Londen.” Nu puilt de stad uit van de hightechbedrijven, die de huizenprijzen opdrijven. Big tech vind je op elke hoek: Amazon en Apple hebben hier eigen onderzoeksafdelingen, net als Microsoft en Google. „Alle grote techbedrijven willen in Cambridge zitten”, zegt Jason Fitzpatrick, conservator van het computermuseum. Hij staat naast een vitrine vol Sinclair-producten. „Die techscene is gebouwd op de fundamenten van de pioniers uit de jaren tachtig en talent van Cambridge University.” Een succesvol bedrijf met wortels in Cambridge zelf is Arm. Fitzpatrick geeft een spoedcollege Britse computergeschiedenis: „Arm komt voort uit Acorn, destijds de grootste concurrent voor Sinclair. Computerbedrijf Acorn werd mede opgericht door een van Clive Sinclairs trouwste medewerkers: Christopher Curry.” Crispin Sinclair: „Ik weet nog dat Chris bij ons thuis kwam. Als kinderen mochten we zijn auto wassen, zo’n hippe driewieler, de Bond Bug. Toen we daar vijftig pence voor vroegen, trok hij een zuur gezicht.” Chris Curry en Clive Sinclair raakten in een bittere concurrentiestrijd verwikkeld. Het conflict werd nagespeeld in BBC’s docudrama Micromen (2009). Daarin is Sinclair een vloekende en tierende ondernemer die met zijn voormalige compagnon op de vuist gaat in de plaatselijke kroeg. Gedramatiseerd voor tv? „Het beeld is accuraat, mijn vader kon inderdaad schreeu-
Terug op zijn eigen kantoor, in een ruimte vol jonge ondernemers, vertelt Crispin dat hij trots is op het werk van zijn vader. Maar zoon van een icoon zijn, voelt af en toe toch wat ongemakkelijk. Liefst maakt hij er een grapje van. Zodra iemand hem herkent als de zoon van de uitvinder – „Sinclair? Dé Sinclair? Wow, mijn broer heeft een heel altaar gebouwd met Sinclair-computers” – zegt Crispin droogjes: „You may bow” – u mag knielen. Meestal komen zulke reacties van mannen van middelbare leeftijd, weet Crispin. Tot zijn verbazing zit er in Oost-Europa nog een harde kern van Sinclair-liefhebbers. Achter het IJzeren Gordijn waren gekloonde versies van de ZX Spectrum lange tijd de enige betaalbare computers. In oktober, een paar weken na het overlijden van zijn vader, werd hij uitgenodigd op een conferentie in Polen om te spreken voor Spectrum-fans. „De retroscene bloeit daar volop. Vorig jaar verschenen nog tweehonderd nieuwe Spectrum-spellen.” Na de scheiding van zijn ouders, in de jaren tachtig, ging Crispin bij zijn moeder wonen. „Mijn ouders bleven allebei in Cambridge, en Kerst vierden we als gezin nog wel samen. Wat dat betreft waren we een gewone familie.” Zijn vader verhuisde later naar Londen, waar Crispin hem enkele maanden voor zijn dood nog zag. De ruzie met oud-compagnon Chris Curry had Clive al bijgelegd. „Dat was water under the bridge – verleden tijd. Chris heeft zelfs gesproken op mijn vaders herdenkingsdienst.” Uitvinden deed Clive Sinclair tot het laatste moment. „Op de begrafenis vertelde een naaste medewerker dat mijn vader in de weken voor zijn dood nog bezig was met een nieuwe uitvinding – iets met een voertuig, geloof ik. Ik heb niet doorgevraagd. Of het een veilige fiets zou zijn? Dat lijkt me onwaarschijnlijk.”
E14 Economie NA�DE�PANDEMIE
FOTO�MARIO�CRUZ/EPA
ESSAY�
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Kerst met corona: de Grote Ongelijkmaker De Zwarte Dood verkleinde in de veertiende eeuw het verschil tussen arm en rijk drastisch. Daarna hadden pandemieën dat effect minder. Corona lijkt de ongelijkheid nu zelfs te vergroten. Door�onze�redacteur�Maarten�Schinkel
Economie E15
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Motels�langs�Highway�192 nabij�Orlando�(Florida)�bieden�goedkoop�onderdak�voor�illegalen,�laagbetaalden�en�werklozen.�Huisvesting in�de�stad�is�voor�hen�onbetaalbaar.
H
et gaat bar slecht, maar ook laaiend goed. Nederland viert zijn tweede coronaKerst op rij in een lockdown, maar ruim de helft doet dat wel in een eigen huis dat 20 procent meer waard is dan Kerst vorig jaar, en 30 procent meer dan Kerst 2019, toen het coronavirus nog een exotisch verschijnsel was dat zich ophield rond de Chinese stad Wuhan. De aandelenportefeuille van de gelukkige kerstvierders is inmiddels gemiddeld 24 procent meer waard dan een jaar geleden, en 28 procent meer dan twee jaar terug. De andere helft van Nederland heeft het nakijken. Geen vermogen, dan ook geen vermogenswinst. En dat scheelt. Huizenbezitters zijn samen, op papier, het formidabele bedrag van 640 miljard euro vermogender geworden. Wie een baan had, mag blij zijn dat die er nog is. Wie flexwerk verrichtte, heeft een ruige tijd achter de rug. Bij een inflatie van inmiddels meer dan 5 procent. De ene helft van Nederland eet kalkoen in een warme, feestelijke huiskamer. De andere helft staat buiten, zwavelstokjes in de hand, met de neus tegen het raam gedrukt. Maar wacht eens even: een pandemie was toch een Grote Gelijkmaker? Die trof toch iedereen, maakte geen onderscheid en ruimde het verschil op tussen arm en rijk? Zeker. Dat is, welgeteld, één keer voorgekomen. Maar het was ook meteen de allerergste pandemie ooit. Die ontstond in Centraal-Azië, kwam per karavaan en schip aan in de Italiaanse havensteden en roeide vervolgens een derde tot de helft van alle Europeanen uit. De pest, de Zwarte Dood, staat te boek als de ernstigste epidemie die het continent ooit trof. Steden verloren, tussen ruwweg 1347 en 1353, de helft van hun inwoners, en soms nog veel meer. De samenleving was weerloos: de medische en natuurwetenschappelijke kennis was volkomen ontoereikend.
Overdracht door visueel contact Een onderzoek naar de oorzaak, in opdracht van de Franse koning Filips VI, gaf volgens de bijeengeroepen dokters een uitkomst die onderstreept hoe de medische wetenschap en de astrologie nog verweven waren. De oorsprong van de Zwarte Dood werd gezocht, in de woorden van historica Barbara Tuchman, „in de conjunctie van Saturnus, Jupiter en Mars in de 40ste graad van het sterrenbeeld Waterman, die op 20 maart 1345 zou hebben plaatsgevonden” – een verklaring die enige tijd in heel Europa leidend was. De overdracht van de ziekte was een raadsel, en zelfs visueel contact met een zieke zou volgens sommige verklaringen al gevaarlijk zijn. Een samenleving die in een paar jaar zoveel inwoners verliest, wordt volledig ontwricht. Europa zou er lang over doen weer vaste grond onder de voeten te krijgen. Dat gold ook voor de economie – en dan vooral de verhouding tussen arbeid en kapitaal. Arbeiders werden schaars, zeer schaars. En voor het eerst konden ze voor hun werkzaamheden vragen wat ze wilden. „Boeren, handwerkslieden en priesters ontdekten de hefboom van hun eigen schaarste”, schrijft Tuchman in haar standaardwerk A Distant Mirror, over de veertiende eeuw. Looneisen van een derde tot de helft hoger waren zeker geen uitzondering, mede ingegeven door de sterk gestegen prijzen van voedsel. Binnen gildes werd gepleit voor
meer loon voor minder uren. Boeren verlieten het land waar ze sinds mensenheugenis – mede door hun leenheren – aan waren verbonden, op zoek naar beter. De maatschappelijke verhoudingen, die altijd als onveranderbaar werden gezien, stonden op hun kop. Kapitaal bleek kwetsbaar. Land dat niet bewerkt kon worden, verwilderde en verloor aan waarde. De bovenklasse kreeg te maken met een fragmentatie van het vermogen door de vele erfenissen, waardeloos geworden land dat door niemand werd bewerkt, verlaten kastelen en landhuizen – en een vloed van doortrapte schijnhuwelijken met de rijke weesjes die achterbleven. Bezit verwaterde daardoor, werd verkwanseld en smolt weg. Het hele oude model, waarbij de land bezittende adel de opbrengst afroomde van een legioen horigen en lijfeigenen, ging op de schop. De Zwarte Dood bleek een grote gelijkmaker. Volgens de Italiaanse economisch historicus Guido Alfani was twee derde van al het bezit in Italië in handen van de rijkste 10 procent van alle Italianen. Daarna was het minder dan de helft, en het zou drie eeuwen duren voor die twee derde weer werd gehaald. In enkele decennia verdubbelden de lonen van arbeiders in Noordwest-Europese steden.
De�eerste�pestpandemie�in�de�veertiende�eeuw�trof�Italië�hard Aandeel van de rijkste 10 procent Italianen in het totale vermogen, in procenten tussen 1300 – 1800 90 Pest 1656-’57
80 Pest 1347-’52 Pest 1629-’30
70 60 50 40 30 1300
1350
1400
1450
1500
1550
1600
1650
1700
1750 1800
De pest en lonen in Europa, uitgedrukt in gram zilver 8
In de 14de eeuw
7
Cholera en Spaanse griep
6
Het egalitaire karakter van die pandemie strookt met het idee dat de ziekte iedereen treft, rijk én arm. Maar dat gaat later niet meer op. Bij volgende ernstige epidemieën – de pest heeft er drie, met een reeks uitbraken door de eeuwen heen – vond Alfani geen enkel bewijs meer van groeiende vermogensgelijkheid. Ook al kwamen de sterftecijfers, met 30 tot 40 procent, in sommige steden en gebieden soms behoorlijk in de buurt van die door de Zwarte Dood. Rijke families voorkwamen, vooral via een verandering van het erfrecht, de fragmentatie van bezit die zich in de veertiende eeuw had voorgedaan. En ook de stijging van de reële lonen bleef nu achterwege. De pest is overigens nooit weggeweest: de wereld bevindt zich volgens wetenschappers nog steeds in de derde golf – al helpen antibiotica er prima tegen. In de VS, maar ook in andere van de wereld, duiken nog steeds regelmatig gevallen op. Een serie cholera-epidemiën in Europa leidde in de negentiende eeuw wél tot een lichte daling van de vermogensongelijkheid, maar die was telkens tijdelijk en werd snel weer goedgemaakt. En wat looneffecten betreft: het viel te verwachten dat de industriële revolutie de macht van de factor arbeid zodanig verminderde dat de omstandigheden moeilijk meer vergelijkbaar waren met daarvóór. Tot de grootschalige opkomst van vakbonden was de onderhandelingsmacht van de gemiddelde werker beperkt of gewoon afwezig. En het zou pas tot na de Tweede Wereldoorlog duren tot ondernemers zich massaal genoeg realiseerden dat de arbeider óók consument was – en diens inkomen de koopkracht bood die nodig was voor de afzet van producten en diensten. Maar de Spaanse griepepidemie van 1918 en 1919 dan? Met die grootschalige pandemie wordt de huidige Covid-crisis vaak vergeleken, hoewel het dodental destijds veel groter was. Volgens de Amerikaanse Centers for Disease Control and Prevention raakten toen naar schatting wereldwijd 500 miljoen mensen besmet – een derde van de toenmalige bevolking – en overleden er zo’n 50 miljoen. Maar, stelt Alfani, zelfs dat was te kleinschalig om een dusdanige maatschappelijke ontwrichting teweeg te brengen dat grote effecten optraden in de verdeling van vermogen en inkomen. Al liep het vertrouwen in overheid en samenleving na de Spaanse griep wel fors terug, en kan dat de fatale decennia daarna hebben beïnvloed. Nu Covid-19 met de omikronvariant zijn vijfde golf ingaat, aan de vooravond van 2022, is het nog de vraag wat de langetermijngevolgen zijn van de coronapandemie.
5
Pest 1347-’52
4 3 2 Centraal en zuidelijke steden Noord-westelijke steden
1 0 1300
1310
1320
1330
1340
1350
1360
1370
1380
1390 1400
NRC 241221 / RB / Bron: Guido Alfani, voxeu
Tot dusverre gaat het naar omstandigheden goed. De moderne samenleving is beter georganiseerd, de medische wetenschap is oneindig veel verder. Dat geldt ook voor het economische beleid. In de crisis van de jaren dertig van de vorige eeuw werd begrotingsbeleid voor het eerst, en succesvol, ingezet om de economische depressie van destijds te mitigeren. Overheidsingrijpen is sindsdien een voor de hand liggend middel. In het Westen hadden de meeste landen de afgelopen jaren het geld beschikbaar om werkgelegenheid te steunen en bedrijven overeind te houden of, zoals in de Verenigde Staten, vooral inkomens op peil te houden. Centrale banken hielpen door massaal nog meer staatsleningen in te kopen dan zij al deden. Alleen al de Europese Centrale Bank (ECB) kocht, in het kader van de pandemie, al voor zo’n 1.700 miljard euro aan staats- en andere leningen op. Dat houdt de rente die overheden betalen dicht bij het nulpunt – en voor landen als Nederland en Duitsland zelfs daaronder. Niet onbelangrijk: de totale aankopen door de ECB komen behoorlijk dicht in de buurt van het extra overheidsgeld dat in het kader van de coronacrisis is uitgegeven. In wezen heeft de centrale bank het coronabeleid grotendeels met ‘nieuw’ geld gefinancierd.
Bijwerkingen Het heeft allemaal geholpen. In plaats van de rokende puinhoop die de economie was na eerdere pandemieën, staat het Westen er niet slecht voor. De werkloosheid is niet of nauwelijks hoger dan voordat het virus om zich heen begon te slaan. De economie heeft een deuk opgelopen en haalt een deel van de schade waarschijnlijk nooit meer in. Maar die schade is relatief. Het gaat hier enkel om de economische groei die hád kunnen plaatsvinden zonder pandemie. In absolute zin is de economie weer op het peil van vóór corona, of daar dichtbij.
Toch: niet alleen het medische, maar ook het economische deel van de virusbestrijding heeft bijwerkingen. De buitengewoon lage rente bleef de woningprijzen opstuwen. Die lage rente heeft, samen met de steun voor het bedrijfsleven, de aandelenkoersen weten te stutten en verder opgedreven. De vermogensongelijkheid zal pas later kunnen worden vastgesteld, maar kan alleen verder zijn toegenomen. Bovendien heeft het beleid van forse bestedingen en lage rentes bijgedragen aan de inflatie, die in Europa nu zo’n 5 procent bedraagt op jaarbasis en in de VS tegen de 7 procent. Het bijbehorende verlies aan koopkracht treft de onderkant van de samenleving in verhouding het hardst. Door Covid-maatregelen getroffen zelfstandigen gaan, met minder steun dan voorheen, een kille winter tegemoet. Hoe beter je het, kortom, had toen de pandemie toesloeg, hoe beter je eruitkomt. Zo zou Covid de eerste pandemie kunnen worden die zowel de vermogens- als de inkomensongelijkheid vergoot. Een soort diapositief van de Zwarte Dood dus. Bij die laatste etterden de maatschappelijke gevolgen nog lange tijd door – er zijn historici die denken dat de Renaissance zonder de pest misschien wel later had plaatsgevonden. Ook nu weten we niet wat de effecten zijn op de langere termijn. Daar zal het komende jaar meer aanwijzingen voor geven. Wat we wél weten, is hoe verrassend goed en welvarend een groot deel van Nederland vooralsnog uit deze pandemie komt. Maar een ander deel lukt dat niet. Mensen van wie de uitgangspositie niet zo goed was. Ondernemers die al bijna twee jaar worstelen. Mensen met lage inkomens, voor wie de huidige prijsstijgingen echt lastig zijn. Misschien komt er extra beleid voor. Maar het kan geen kwaad de komende dagen te bedenken wat je zelf, van mens tot mens, voor hen kan betekenen.
E16 Economie
I�n�ze�n�d�i�n�g�e�n Inzenders�van�een�volledig�correct�ingevuld�Econogram�maken kans�op�een�boekenbon�van�100, 75�of�50�euro.�U�kunt�per�post�of per�mail�inzenden�of�het�econogram�online�invullen�op n�rc�.�n�l�/e�c�o�n�o�g�ra�m�. Oplossingen�moeten�uiterlijk�op zondag�2�januari�2022�binnen zijn.�Uitslag�en�oplossingen�worden�gepubliceerd�in�NRC�Weekend�op�zaterdag�15�januari. Po�s�t�a�d�re�s�: NRC�Handelsblad o.v.v.�Econogram Postbus�20673 1001�NR�Amsterdam E-�m�a�i�l�:�e�c�o�n�o�g�ra�m�@�n�rc�.�n�l
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Economie E17
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Econogram 2021
Het economische jaar 2021 in 212 opgaven. Let op: ook getallen doen mee! Het Econogram kan ook online worden ingevuld op: nrc.nl/econogram Door�J.J.�Steenhuis
V�E�RT�I�CA�A�L
H�O�R�I�ZO�N�TA�A�L 4 12 14 16 18 19 20 22 24 26 27 30 31 33 34 39 40 42 43 47 49 51 53 56 57 59 60 61 62 64 66 68 69 70 71
©�JELMER�STEENHUIS�STUDIO�STEENHUIS,�STEENHUISPUZZELS.NL
73 79 80 82 83 84 85 87 89 90 91 94 96 98 101 107 108 110 111
Wat boeren en automobilisten produceren (16) Dit gele papiertje gaat verdwijnen (10) Door het thuiswerken en de vraag naar auto’s kunnen we niet meer knabbelen (12) + 189 verticaal, Overheidsoplichter (5,5) De strijd die weer terugkeerde in het kabinet (4) Rutte tegen ondernemers: ‘Wij laten u niet ___’ (2,2,5) Zien erop toe dat alleen gekleurde stoffen schoon worden (16) Trechter die de websitebezoeker tot afnemer moet maken (6) Bericht over het zakenleven (2) Wollige bankman (4) Opvolgers van de millennials (9,1) Steunregeling voor de zzp’er (4) EU-orgaan (2) Van ___, interim-voorzitter CDA (2) Energietransitie? (2,10,3,5,4,6) Onder voorzitterschap van Markus Söder (3) Brengt genetische informatie over (4) Zijn niet welkom in de Britse wateren (6,7) Van vakkenvulster tot topvrouw (5,5) De werkelijkheid, maar niet heus (2) Claimt 830 miljoen van staat en DNB omdat alle schulden zijn betaald (9) Zo’n beleggingsprofiel geeft weinig rendement (9) Is op 40 horizontaal gebaseerd (12) 1000 gigabyte (2) Voormalige Deltavariant voor duurzame energie (8) Maakt dat je ergens bent zonder er fysiek te zijn (6) Blue ___, met Bezos de ruimte in (6) Investeert achter de voordeur? (3) Citroën of Rouvoet (5) ‘Baudet en Van der Plas zijn uiteraard ___ tegen’ (3) Werden in een jaar 18% meer waard (6) Had het voorzien op AkzoNobel (3) Groene serie verfproducten? (7) Apen van flitsbezorgers (8) Kon er niet hard genoeg een klap op geven (5) Motto in de tijd van Teams of Zoom (5,3,5,7,3,3,4,7) Geen dierlijkheden (4) Rotterdam (3) ‘We ___ here’ (3) Financiële thriller (2,5) Vond 48,1% van de Britten (6) Stuk natuur tussen bevolkingsgroepen (5) Verhouding tussen de kasstroom en de uitstaande schuld (12) Verzekert niet op naam (2) Boevenvangers (2) Muziek terwijl u ___ (5) Wankelt bij VW (5) ___ op de arbeidsmarkt (9) Ontmaskerde weldoener (6,3,7) EU-principe dat dit jaar zijn restricties kende (en hier zelfs het hoekje om gaat) (3,7,3,8) Accountantsclub met veel lange mensen? (3) Microprocessorfabrikant (3) Hield de HJ Schoo-lezing (4) Regering van Xi Jinping: ‘Gamen is opium ___ de geest’ (4)
112 Is bij een testuitslag fijner dan bij de spaarrente (8) 113 Het voorzitterschap van ADO of de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen? (11) 116 Adam ___, oprichter van WeWork (7) 118 ___ Thunberg, Bla bla bla (5) 119 Neuchâtel of Nebraska (2) 121 De T van VAT (3) 122 Betaal je over de verkopen (2) 123 Daar moet de horeca zich nu op richten, in dit broodje kaasland (5) 124 Aarnout ___, 1936-2021 (6) 125 Is 52 verticaal dus niet (6) 127 Nederlandse bedrijven die een Franse stad steunen? (6,4) 132 Zakgeld? (4) 134 Wat private-equityfondsen doen (12) 136 Waar de zon ondergaat, is De Nederlandsche Bank (9) 137 Dit kanaal werd geblokkeerd door een vastzittend schip (4) 139 Eigen (zender van Oprah) (3) 140 Dat Frankfurt eraan ligt is het belangrijkste (4) 142 Een van de G’s (6) 143 Moet je halen om in leven te blijven? (8) 144 ___ van Veldhoven, Infrastructuur en Waterstaat (8) 146 Hinderlijk niks doen (6) 149 Levert Ben & Jerry’s niet meer in de bezette Palestijnse gebieden (2) 150 Alternatief voor geld? (6) 152 Heeft dan eindelijk een vrouwelijke premier (6) 153 Jiskefet-type (5) 155 ___ state (5) 157 Het aanmoedigen van de minister van Financiën onder Biden? (6) 158 Uitkering voor arbeidsongeschikten (3) 159 Veerman of Van der Hoeven (4) 160 Grand ___ (4) 161 Jeroen ___, schrijver van 83 horizontaal (4) 162 Schoon (5) 163 Alternatief voor een reis (7) 164 Ongeveer een Amerikaanse staat (2) 165 Nieuwssite (2) 166 Die fluctueert nog al eens in het openbare leven (12) 170 Brabantse multinational (4) 172 Bier in een neerwaartse spiraal? (5) 173 Op de koop ___ (3) 174 De L van 76 verticaal (3) 176 Lord Chancellor in de Leeuwarder Courant (2) 178 ‘___ them more’, Biden (3) 179 Gevleugelde spionagesoftware uit Israël (7) 180 Openbare betrekking (4) 182 Dreigde de EU met sluiting gasdoorvoer (7) 183 Faciliteert de Europese steunoperaties (8) 185 Verbindt de virtuele wereld met de echte (12) 188 Koerslijn (5) 190 Die energievorm is een drama? (7) 191 Blijft laag (5) 192 Gevangenis op afbetaling? (8) 194 Toetsen voor reizigers (13) 195 ___: ‘Als Duitsland Nord Stream 2 morgen goedkeurt, krijgt Europa overmorgen extra gas’ (6) 196 En ze komen, net als in deze puzzel, pas op het eind aan de beurt (8) 197 Lek of 85 horizontaal (4)
1 2 3 5 6 7 8 9 10 11 13 15 16 17 21 23 24 25 27 28 29 32 34 35 36 37 38 41 44 45 46 48 50 52 54 55 58 61 63 64 65 66 67 72 73 74 75 76 77 78 81 83
Moeten junkielanden als China en India (8,3,9) Waren de caravans deze zomer, maar ze voldeden niet? (4,3,2,6) Populair product van Epic Games (8) ___ point, hedgefund van Daniel S. Loeb (5) Raymond ___, Binnenlandse Zaken (5) ‘Boek een ___, plant een boom’ (6) Hangdecoratie van de letter T eindelijk verkocht (7) De R in QR-code (8) Amerikaans vlagonderdeel als concurrent van 180 verticaal (6) Levensmotto van Bul Super (5,3,5) Daar zijn er te weinig van na de Brexit en dat levert lege schappen op (10) Steunregeling voor bedrijven (3) Deze oude levensvorm heeft zijn langste brandtijd gehad (7) Centen of Ierse (7) One ___ fits all (4) Betaal je mee in Roemenië (3) Philips of Bolkestein (5) Tegenover mijn (3) Bij die van 182 horizontaal was het onmenselijk druk (5) ___ komma ___ (3) Ging Ben van Beurden voor qua huisvesting (4,4) Egyptische vorm van oplichting? (12) Kiest voor Maastricht (3) Van ___ , staatssecretaris van Toeslagenellende (8) Manusje van alles voor de Tory’s (4) Nog een blauwe envelop (9) Betaal je mee in Nigeria (5) De nieuwe motoren (5) Advies (4,6,3,3,11,2) Aziatische code? (4) Moest na 12 jaar dan toch Naftali als opvolger accepteren (4) Weer een Volkswagen die we onderschat hadden? (6,4) Mocht blijven bij het IMF (9) Nota (6,4,2,8) Zo eenzaam is coronaveilig betalen (11) Om je in de kijker te spelen is iets hogers nodig dan handenarbeid (13) O M, ie=a, k=i (14) Reflecteergebied (3) Zijn de voorraden en het zorgpersoneel (8) + 65 Klapte uit de school over Facebook (7) Zie 64 Blijft gewoon en dat merk je aan de pomp (3,6,7) Grande of Given (4) Kan de ___ niet weer even open? (8) ___-Nedam bleek voor Schiphol __ (7) Boss of de niet minder modieuze De Jonge (4) Daar zijn ze op zoek naar het allerkleinste (4) Stad in de VS (2) Gaat langs de Zuidas (3) De nieuwste van Kahneman: ___, A Flaw in Human Judgment (5) Mondkapje of niet, dit is er ook al naast vingerafdrukken en dna-gegevens (18) Von ___ Leyen (3)
86 Belangrijkste adviseur van het kabinet (3) 88 ‘Weer hoop voor VDL Nedcar: ___ heeft Nederlandse plannen’ (6) 92 Ministerie van Economische Zaken ___ Klimaat (2) 93 Nobelprijswinnaar met een column in de New York Times (7) 95 Onder voorzitterschap van 71 horizontaal (3) 97 Edele heren als Van der Vorm, Fentener van Vlissingen of Van Beuningen (13) 99 Je publiek met hints een kant opduwen (6) 100 Gekwalificeerde (10,6) 102 Roofdieren die het nu op camera moeten doen? (14) 103 Bank voor het mkb die het helemaal anders ging doen (4) 104 Péron of Jinek (3) 105 Blaauw of Meyer (3) 106 Vervolg van 101 horizontaal 109 Virtuele maaltijd (4) 114 Dividend of Libris (2) 115 Baas van 148 verticaal (5) 117 Voorrangssituatie (8) 120 Geen 5G (6) 121 Eenmalige steunregeling voor ondernemers (4) 123 Sluitend voorschrift (17) 126 Goud doet pijn (2) 128 Die belangenclub wil een schoongeblazen Wijk aan Zee (6,4,2) 129 Scandinaviër die niet meer verkoopt (4) 130 Handvat voor Tata (5) 131 Typisch Hollandse omgang met bepaalde getallen (13) 133 Eindhoven of Delft (2) 135 Voorlopig vastgestelde dag voor de booster (9) 138 Had meteen wat te doen na haar verhuizing naar Amsterdam (3) 141 Niet tastbare bezittingen (2) 145 Makelaars: ‘Biedlogboek is ___ van het kabinet’ (11) 147 New York Times-podcast (3,5) 148 36 verticaal of Bloomberg (7) 151 ___ 18 (3) 154 Accessoire van vakman en menig minister (14) 156 Wordt verkocht door have-nots (3) 160 Indicator van de kortetermijnverwachting van optiebeleggers (12) 164 Wist 6 maanden uit de onderhandelingen te blijven, maar is er weer bij (2) 165 Verwacht pas in 2025 weer winst te maken (2) 167 Fanfare in de fabriek? (7,4) 168 ___do list (2) 169 Verantwoord landbouw en veeteelt bedrijven en toch flink verdienen? (4,6) 171 ___sum (4) 175 Fusieproduct van NPS, Teleac en RVU (3) 177 Toegangsbewijs (9) 180 Betaalprovider, nog een keer in het Sranang (5) 181 Vuilnis of Bible (4) 184 ___budget voor scholing, een ___ in de goede richting (4) 186 Activistische belegger die 68 horizontaal steunde en nu is neergestreken op Ahold Delhaize (7) 187 Meerderheid of arbeidsmarkt (6) 189 Zie 16 horizontaal (6) 193 Bank voor het mkb die het helemaal anders gaat doen (4)
E18 Economie | WERK&GELD
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
INTERVIEW�MARTIN�KNIEST�SOCIAAL�ONDERNEMER
‘Een uitgestoken hand op de werkvloer, dat helpt’ Martin Kniest begeleidde in zijn autowasstraten jongens ‘met afstand tot de arbeidsmarkt’. Na een succesvolle tv-serie hierover begon hij een nieuw bedrijf dat andere werkgevers hierin bijstaat. Door�onze�medewerker�Maartje�de�Gruyter Foto�Eric�Brinkhorst
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
Negatieve spaarrente? Hoogtevrees voor de beurs?
Het kan ook anders!
ontwikkeld door beleggingsexpert Marcel Tak gespreide portefeuille in aandelen(indices) gericht op gezond rendement en beperken van risico’s BUFFERS tot 40% plus putopties dempen koersdalingen dagelijks zonder kosten in- en uitstappen
J
e loopt vast in het systeem. Je zit vast in het systeem. Of je verandert het systeem. Als je de arbeidsmarkt en het sociale domein in deze drie categorieën zou opdelen, past ondernemer Martin Kniest in de derde. Hij runt Matz Carwash, gevestigd in Zutphen en Deventer. Dit jaar begon hij daarnaast Matz Social: een bedrijf dat mensen uit de genoemde categorieën bij elkaar brengt. Categorie één omvat kandidaten voor de arbeidsmarkt die begeleiding nodig hebben. Zij hebben veelal een Wajong- of WIA-uitkering of zijn statushouder. Via Matz Social koppelt hij hen aan werkgevers. „Werkgevers hebben minstens evenveel behoefte aan begeleiding om deze doelgroep in dienst te krijgen en vooral te houden”, zegt Kniest. Categorie twee bestaat uit jobcoaches, maatschappelijk werkers, ambtenaren, taalcoaches, etcetera. „Allemaal goedbedoelende individuen van diverse maatschappelijke instanties, die vanuit hun eigen afgebakende perspectief de kandidaten begeleiden. Maar contact met elkaar onderhouden over een kandidaat, ho maar. Laat staan dat ze diens werkgever begeleiden in de omgang met een arbeidskracht die extra aandacht nodig heeft.” Dat kan beter, dacht Kniest. Vandaar Matz Social, waar hij de taken en rollen van al die coaches en begeleiders samenbrengt. Zij kunnen de kandidaten een goede start geven, en werkgevers helpen een duurzame arbeidsrelatie met hen op te bouwen. Met de winst van zijn wasstraten financierde hij kantoor, personeel en de uitwerking van de visie en werkwijze van zijn nieuwe bv. Zijn belangrijkste opdrachtgevers zijn de ‘werkbedrijven’ die voor Deventer, Zutphen en Apeldoorn banen zoeken voor mensen die daarbij hulp nodig hebben. Het gemeentelijk leer-werkbedrijf Konnected uit Deventer schakelde Kniest bij wijze van experiment in voor bemiddeling van enkele cliënten. Directeur Jeroen van der Geest: „Als privaat reïntegratiebedrijf beschikt Matz Social over iets meer innovatiekracht en ondernemersgeest. Daarmee vult het ons als publieke uitvoeringsorganisatie aan. Wij moeten altijd verantwoording afleggen aan de gemeenteraad en leggen geld en tijd toe op de meest kwetsbare mensen die we bemiddelen.” Van der Geest is met name benieuwd naar de begeleiding die Kniest werkgevers biedt en naar diens integrale coaching van kandidaten. „Ik zie het als jobcoaching-plus, een vorm die wij nog niet kunnen aanbieden. We gaan samen monitoren of die extra aandacht gaat leiden tot succes.”
Omwegen in hun hoofd De loods van Matz Carwash met borstels en watersproeiers staat centraal in De Wasstraat – een documentaire-serie van producent Beau van Erven Dorens en omroep Human. De kijker kon afgelopen januari meeleven met Martin Kniest en ‘zijn jongens’. Zes van hen, allen met een ‘begeleidingsbehoefte’, gaven een zeer divers beeld. De ambitieuze Syriër Abdul, die als tiener in zijn eentje zijn familie vooruit reisde naar Nederland. Tim met een Wajong-uitkering, die knokt tegen demonen uit zijn jeugd. Patrick uit de volkswijk, die zichzelf overeind houdt met zijn liefde voor Go Ahead Eagles. En Vincent en Maurice die elkaar herkennen in ‘de omwegen in hun hoofd’, waardoor ze trager leren en handelen. Wasstraatbaas en tv-maker hadden dezelfde drijfveer: deze kwetsbare groep in de spotlights zetten. Zodat werkgevers en klanten hun hart voor hen openen. In reactie op de tv-serie ontving Kniest ladingen brieven, mails, appjes en berichten via sociale media. Van ouders van kwetsbare jongeren, van jobcoaches, bestuurders, arbeidskrachten, ondernemers. Ze waren geraakt, wilden bij Kniest werken, met hem samenwerken, van hem leren, uitten waardering of herkenning. Dat werkte als katalysator. Kniest wilde al langer meer mensen bereiken dan alleen de negentig medewerkers van zijn wasstraten. Daarom begon hij Matz Social: om ook andere ondernemers te helpen hun bedrijf
open te stellen voor deze doelgroep. „Op de werkvloer kwamen mijn jongens met al hun problemen bij mij. Of ze nou thuis ruzie hadden, hun salaris niet goed konden beheren en in financiële problemen kwamen, of in de knoop raakten met hun verblijfsvergunning – niemand van hun begeleiders hielp hen naar een structurele oplossing. Als werkgever signaleerde ik de gevolgen: te laat komen, uitvallen, ongeconcentreerd werken, onrust veroorzaken in het team, moeite met klantcontact. „Op de werkvloer ben ik in staat een vertrouwensrelatie met die jongens op te bouwen. Dus nam ik ze aan de hand en ging ik met hen langs juridische loketten, de woningbouwvereniging, de sportclub. Ik nam de rol aan van vader, coach, juridisch ondersteuner, talentontwikkelaar en therapeut. Dat werkt.” Tot een van zijn jongens volkomen vastliep. „Het lukte mij niet meer om hem op koers te krijgen. Ik nodigde zijn negen begeleiders uit bij mij op kantoor. Niemand voelde zich eindverantwoordelijk. Terwijl een jongen met een lichte beperking, trauma of achterstand een uitgestoken hand nodig heeft van iemand die regie kan bieden. Instanties zijn zó groot, en veel taken worden uitbesteed. Mensen zitten verstrikt in een systeem van onnavolgbare regels en wetten.” Dat wil Kniest veranderen. „Dankzij de documentaire kon ik mezelf van een afstand bekijken en werd ik me bewust van mijn aanpak en de waarde ervan. Ik geloof dat ik het falende systeem kan keren. Ik streef naar regie, ik kan coalities smeden.”
Gebrek aan ondernemerschap Het kantoor van Matz Social biedt uitzicht op de wasstraat, op het industrieterrein van Deventer. Sociaal-maatschappelijk ondernemer én directeur van een bedrijf met winstoogmerk. Gaat dat samen? „Ik kan niet tegen de ambtenarenmentaliteit”, zegt Kniest, om er direct aan toe te voegen dat elke ambtenaar die hij is tegengekomen goede bedoelingen heeft. Het is vooral het systeem dat hij hekelt. „Ik ben commercieel ingesteld, ik ga niet zitten wachten op subsidie. Ik zie het gebrek aan ondernemerschap in de sociale sector en spring in dat gat omdat ik geloof dat ik verschil kan maken. „Dankzij de documentaire kreeg ik zo’n groot podium dat ik in de positie kwam zelf op de knoppen te drukken. Ondanks alle positieve aandacht heeft het veel energie gekost om vertrouwen te winnen. Ik moest bewijzen dat ik geen commerciële cowboy ben, dat ik integer ben en blijf.” De afgelopen maanden tuigde hij de organisatie op met mensen die taken verenigen die elders door meer mensen en verschillende instanties worden gedaan. „Het gaat erom werknemers en werkgevers werkelijk met elkaar te verbinden – dus niet dat je als een soort jobcoach of uitzendbureau snel iemand plaatst. Je moet goed kijken wat iemand nodig heeft om overeind te blijven, te kunnen werken, zich te kunnen ontwikkelen. Ik heb specialisten aangetrokken zoals maatschappelijk werkers, jobcoaches, een budgetcoach en zelfs een huisarts. Door hun expertise te bundelen, kunnen wij de regie bieden die de kandidaten en de werkgevers nodig hebben om langdurig samen op te trekken. Wij willen het hun gemakkelijker maken, begeleiden, zodat een nieuwe werknemer niet na twee maanden weer van de werkplek verdwijnt.” Matz Social begeleidt nu bij wijze van proef twintig mensen naar werk die door de gemeenten zijn aangedragen. Kniest: „We kijken wat hun behoeften en talenten zijn. Met hen gaan we aantonen dat we een successcore van 75 procent kunnen behalen, dat driekwart dus zeker in dienst blijft, in plaats van de gangbare 30 procent. Bij Matz Carwash ligt dat percentage nog veel hoger, dus ik weet zeker dat het gaat lukken.” Drie van hen komen volgend jaar bij IT-bedrijf Indito in Deventer. Eigenaar Edwin de Goede probeerde vorig jaar zelf „mensen die een kans nodig hadden” een leertraject te bieden. Maar van de vijftien deelnemers viel meer dan de helft tussentijds uit. „Ingewikkelde pro-
Economie E19
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
blematiek waarvan ze ’s nachts wakker liggen of waardoor ze in de schulden komen vergt intensieve persoonlijke begeleiding. Die kan ik niet bieden”, verklaart De Goede. Dat moet Matz Social straks oplossen. „Met die extra aandacht hopen we via onze interne opleiding een nieuwe werkplek voor hen te garanderen.”
Geen subsidie Volgens Kniest heeft zijn bedrijf geen subsidie nodig, maar het biedt wel „verlichting” dat de gemeenten een vergoeding betalen, plus een percentage van de inkomsten uit detachering. „Een uitkeringsgerechtigde kost een gemeente zo’n 20.000 euro per jaar. Als wij ervoor zorgen dat mensen die wij plaatsen hun baan behouden, heeft de gemeente dat zo terugverdiend.” Matz Social telt zo’n veertig bedrijven waar het mensen kan plaatsen. Anke Jansen, die in Deventer de restaurants St. Tropez en St. Maxime runt, maakt deel uit van dat netwerk. Ze wil graag een steentje bijdragen aan een betere samenleving, zegt ze. Maar eerdere ervaringen met beperkt belastbare mensen bevielen haar slecht. „Hun jobcoach of begeleider hield hen te veel uit de wind. Als het voor iemand nodig is stressvolle situaties te vermijden, regelen we dat. Maar ik ga niet bij voorbaat zeggen dat ie-
Sociaal�ondernemer�Martin Kniest�met�werknemers in�zijn wasstraat�in�Deventer,�waar�jongeren�met�een�achterstand�op�de arbeidsmarkt�een�kans�krijgen.
Tv�-�s�e�r�i�e De�Wasstraat De�tv-serie�De�Wasstraat geeft�een�inkijkje�in�het�leven en�het�werk�van�medewerkers in�een�autowasstraat.�Het�werd gemaakt�door�Beau�van�Erven Dorens�en�omroep�Human,�uitgezonden�in�januari�2021�en�is terug�te�kijken�via�NPOgemist. De�serie�kreeg�een�speciale ve�r�m�e�l�d�i�n�g�van�de�Nipkowschijf-jury�en�bood�wasstraateigenaar�Martin�Kniest�een�podium�om�zijn�maatschappelijk ondernemerschap�te�vergroten.�In�de�carwash�werken�zo’n negentig�mensen�met�afstand tot�arbeidsmarkt.
mand niet in de avond of het weekend hoeft te werken.” Volgens haar verstaat Kniest de taal van de ondernemer. „Hij vraagt goed door en weet welke mogelijkheden een kandidaat heeft. Ik verwacht een actieve instelling van elke medewerker. Dan is het prima dat ieder werkt naar vermogen.” De mensen die Kniest plaatst, zijn in eerste instantie bij Matz Social in dienst. Na twee jaar opleiding en begeleiding moeten de inhuurders de kandidaat minstens een jaarcontract aanbieden. Kniest: „Dat staat in onze contracten met de werkgever. Die kan daarna nog bij ons terecht voor specifieke begeleiding, want de maatschappelijke problematiek van de werknemer is vaak nog niet voorbij. Deze constructie biedt tijd om een kandidaat rustig te laten wennen. „In de rest van het land kunnen we hetzelfde sjabloon uitrollen waarmee we hier in het oosten nu van start gaan”, zegt Kniest. „Want het idee van de participatiesamenleving – ieder individu is zonder professionele hulp verantwoordelijk voor zijn eigen leven – is mislukt.” Niet zonder trots meldt Kniest dat hij op verzoek van Overijssel is aangeschoven bij een consortium dat zijn werkwijze wil invoeren in de hele provincie. De investeringsaanvraag is ingediend bij de EU.
Maatschappelijk betrokken was hij altijd al. „Ik ben mijn loopbaan begonnen als dansleraar en begeleidde jongeren met het syndroom van Down. Ouders die dachten dat dansen alleen tijdverdrijf was, stonden later huilend te kijken hoe hun kind in de maat kon dansen. Ik wil succes boeken, mensen een diploma laten halen waarvan anderen denken dat zoiets nooit zal lukken. Ik wil al die parels laten glanzen.”
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
E20 Economie | WERK&GELD
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
C�O�LU�M�N
Ben Tiggelaar Zo kan je gift impact hebben
D
e opa van mijn vrouw was landarbeider in OostGroningen. Hij onderhield een groot gezin en ze hadden het bepaald niet breed. Maar elke vrijdagmiddag, als hij zijn weekloon had ontvangen, legden hij en zijn echtgenote eerst 10 procent apart voor goede doelen. Toen ik dit verhaal voor het eerst hoorde, maakte het indruk op me. En ik realiseerde me: als je delen belangrijk vindt, moet je dat ook een beetje managen. Het organiseren van je medemenselijkheid en het structureel weggeven van 10 procent van je inkomen, of meer, wint de laatste jaren aan populariteit. De bekendste voorvechter is waarschijnlijk de Australische filosoof en Princeton-hoogleraar Peter Singer, een van de grondleggers van de ‘effectief altruïsme’-beweging. Singer redeneert vanuit de volgende ijzeren en confronterende logica: wanneer je iets heel slechts kunt voorkomen – zoals de dood van een kind, ergens op aarde – en je kunt dat doen zonder dat je daar iets met een vergelijkbaar moreel gewicht voor opoffert, dan ben je ethisch verplicht actie te ondernemen.
S�P�I�TS�U�U�R
Alisa en Jarno Timmermans vinden de dynamiek van Rotterdam heel leuk. Maar ze zijn toch vooral gehecht aan de vrienden en familie op GoereeOverf lakkee. Ook prettig voor zoontje Seph: oppas is er altijd.
Velen zouden 10 procent van hun inkomen kunnen missen zonder in problemen te raken
S
inger en zijn vrouw, de schrijver en activist Renata Singer, begonnen vanuit dit principe vijftig jaar geleden met het weggeven van 10 procent, en doneren nu ongeveer een derde van hun inkomen. Ze schenken hun geld zo rationeel mogelijk aan organisaties die bewezen effectief zijn. Singer inspireerde zijn landgenoot Toby Ord, hoogleraar aan Oxford, enkele jaren geleden tot oprichting van de stichting Giving What We Can (GWWC). Doel ervan is mensen te bewegen meer en effectiever te geven. Supporters van GWWC hebben allemaal beloofd minstens 10 procent van hun inkomen te doneren. Waar komt die 10 procent vandaan? De wortels ervan gaan zeker 4.000 jaar terug. In het bijbelboek Genesis wordt verteld dat Abraham, de aartsvader van de Israëlieten en de Arabieren, ‘tienden’ gaf. Volgens historici was dat in zijn tijd al gebruik onder diverse volken, doorgaans religieus gemotiveerd. Singers motivatie is historisch noch religieus. Volgen hem kunnen veel mensen 10 procent missen zonder dat ze in de problemen komen. En Ord rekent voor dat wanneer de rijkste 10 procent aardbewoners 10 procent van hun inkomen zou weggeven, dat genoeg zou zijn om iedereen op de wereld boven de armoedegrens te tillen en heel veel andere nuttige dingen te financieren. Mocht je je trouwens – net als ik – afvragen of je bij die rijkste 10 procent hoort, op givingwhatwecan.org vind je een rekentool met de titel How Rich Am I, waarmee je binnen een minuut weet hoe gefortuneerd je eigenlijk bent, en ook hoeveel positieve impact je kunt hebben door 10 procent weg te geven.
T
en slotte, Andreas Mogensen, een collega van Ord, zette een paar jaar geleden op een rijtje wat onderzoek zegt over geld, geluk en tevredenheid. Als we 10 procent van ons inkomen verliezen, bijvoorbeeld door domme pech, tast dit ons geluk niet noemenswaardig aan. En als je 10 procent doelbewust weggeeft, levert dit meer geluk en tevredenheid op dan wanneer je het geld aan jezelf besteedt. Het is dus – bewezen – zaliger te geven dan te ontvangen. Misschien geen echte kerstgedachte, maar best leuk om te weten.
Ben�Tiggelaar�schrijft wekelijks�over�persoonlijk�leiderschap,�werk�en management.
‘Het avondeten is hét moment bij ons thuis’ Door�onze�medewerker Marit�Willemsen Jarno: „Wij zijn echt áltijd overal te laat.” Alisa: „Samen zijn we nog erger dan alleen. Vrienden van ons zeggen weleens: ‘hoe laat zijn jullie er? 16.00 uur? Is dat exclusief of inclusief het Timmermansuurtje?’” Jarno: „Als we 16.00 uur afspreken, zijn we er om 17.00 uur.” Alisa: „Niet omdat we het niet belangrijk vinden.” Jarno: „Als ik denk dat ik ergens twintig minuten voor nodig heb, blijkt het een half uur te zijn. Dan zou je denken: daar leer je van en zo, maar nee. Voordat onze
zoon Seph kwam, had ik mijn ochtend op de minuut gepland. Er kon twintig minuten zitten tussen het moment van ogen opendoen en in mijn auto naar mijn werk zitten. Dan had ik gedoucht, gegeten, boterhammetjes gesmeerd, alles gepakt. Ik was superefficiënt. Dat kan niet meer met een kind.”
Drama in de ochtend Alisa: „Seph is nu ruim een jaar oud. We bespreken de avond tevoren meestal wie hem uit bed haalt, en wie hem ontbijt geeft. Ik probeer er rond 07.00 uur uit te gaan. Ik ben marketingmanager bij een opleider voor zij-instromers in het onderwijs. Ik moet bekennen dat het, zeker met
Economie E21
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
FOTO�DAVID�GALJAARD
Alisa: „We�hebben het�zó�luxe,�wat�hulp betreft.�We�hebben nooit�het�probleem dat�we�geen�oppas hebben.�Er�staan�er altijd�een�heleboel klaar.�Seph�is�het�enige�kleinkind�van�onze ouders.” Jarno: „We�moeten�af en�toe�zelfs�mensen teleurstellen:�dit�keer niet�bij�jullie.”
het thuiswerken, moeilijker is vroeg op te staan. Jarno heeft dat ook.” Jarno: „Ik ben echt een drama in de ochtend. Ik probeer ieder minuutje dat ik langer op bed kan liggen, ook echt te pakken. Dan gaat mijn wekker en denk ik: nou nee. Vandaag is het woensdag en ik denk dat er weinig file is – weet je wat, ik blijf nog vijf minuten liggen. „Ik ben leraar en leerjaarcoördinator op een middelbare school. Daar geef ik natuurkunde. Mijn lestijden variëren. Alisa is op woensdag vrij, ik op vrijdag. Op maandag gaat-ie naar Alisa’s moeder, op dinsdag naar de opvang en op donderdag komt mijn moeder hem hier thuis halen. Vaak haalt Alisa hem uit bed en zorgt datie klaar is. Dan maak ik zijn eten klaar en breng ik hem weg. We hebben ’s ochtends geen moment samen. Da’s ook beter. Alisa is in de ochtend niet te genieten, en tegen mij moet je dan ook niet praten.” Alisa: „Het avondeten is hét moment bij ons thuis. We proberen er voor Seph ook altijd aan tafel een momentje ervan te maken. Dus meestal is dat rond zessen. Soms geven we hem eerder te eten en gaan zelf pas rond20.00 uur aan tafel. „We eten heel graag op maandag bij mijn moeder en donderdag bij mijn schoonmoeder. We hebben een grote familie. Zowel mijn ouders als Jarno’s ouders zijn gescheiden en hertrouwd, maar iedereen kan met elkaar overweg.” Jarno: „Mijn ouders wonen in het dorp, Alisa’s ouders tien minuten verderop.” Alisa: „Ik vind dat er liefde uit spreekt als
je voor iemand met zorg en aandacht een maaltijd hebt bereid. Jarno doet dat vaak heel uitgebreid voor mij. Dat vind ik geweldig. Ik ben meer van het doordeweekse koken.” Jarno: „Ik kom uit een familie die totaal niet culinair is. Bij Alisa is dat wel zo. Sinds dat ik met haar ga, heb ik een culinaire heropvoeding gehad. Ik vind het echt waanzinnig, koken. Ik kan de hele week uitkijken naar het moment dat ik weer kan gaan koken. Als ik tegen die gasten op school zeg: ga maar wat voor jezelf doen, keek ik vroeger naar artikeltjes op een autoblog en naar Dumpert. Nu kijk ik of er bij de Sligro of Hanos wat in de aanbieding is.” Alisa: „Zijn favoriete winkel is de Sligro.”
Krijsen Jarno: „De komst van Seph… Ik kan nou niet zeggen: wat een life changing experience is dat geweest. Natuurlijk is het anders, maar we blijven leuke dingen doen, kunnen nog steeds op vakantie.” Alisa: „Nou, het was het eerste halfjaar wel echt ‘life changing’, omdat hij eigenlijk niet sliep en alleen maar huilde. Echt krijsen.” Jarno: „Hysterisch.” Alisa: „Dat-ie alleen maar in de draagzak wilde en we om de beurt liepen te hupsen door het huis. Dat was heel erg afzien. Je doet het voor het eerst, dus je hebt überhaupt geen flauw idee. Zo’n minimens dat afhankelijk van jou is, is klaarblijkelijk doodongelukkig. We zijn tot in het ziekenhuis geweest om te kijken of er fy-
siek iets met hem was. Dat was niet het geval.” Jarno: „Hij zat gewoon niet zo lekker in zijn vel. We hebben geluk gehad, er zijn mensen die het jaren hebben.” Alisa: „Toen dat eenmaal ging settelen, pakten we ons normale leven weer op. Maar het is niet alsof we voor zijn komst totaal andere dingen deden ofzo. De tijd van feesten hadden we überhaupt een beetje achter ons gelaten.” Jarno: „Het echte stappen dan, maar feestjes doen we nog wel, met vrienden.” Alisa: „Wij wonen in Middelharnis op Goeree-Overflakkee en zijn hier opgegroeid, maar we zijn niet de typische Flakkeënaren. We vinden de stadse dynamiek heel leuk. En we komen graag overal en nergens. Naar Rotterdam gaan we regelmatig. Maar toch zijn we héél honkvast, omdat we gehecht zijn aan die familie en vrienden. Vroeger zei ik altijd dat ik weg wilde, maar we wonen hier heel fijn. „We hebben het zó luxe wat hulp betreft. We hebben nooit het probleem dat we geen oppas hebben. Er staan er altijd een heleboel klaar. Seph is het enige kleinkind van onze ouders.” Jarno: „We moeten af en toe zelfs mensen teleurstellen: dit keer niet bij jullie.” Alisa, lacht: „Daarom gaat-ie ook naar de opvang, dan leert hij ook dat hij niet overal heer en meester is.”
In�Spitsuur�vertellen�stellen�en�singles�hoe zij�werk�en�privé�combineren.�Meedoen? Mail�naar�w�e�r�k@�n�rc�.�n�l
Hoe�doen�zij�het?
Hobby’s Alisa�leest�en�schrijft graag,�onder�andere�voor een�lokaal�historisch�tijdschrift.�Jarno�klust�veel�in zijn�vakanties�en�avonduren. Alisa:�„Jarno�kan�niet�stilzitten.�Een�paar�weken�voor zijn�vakantie�maakt�hij�to do-lijstjes.”
Huisdieren
In�het�kort Alisa�(29)�en�Jarno (3�5�) Timmermans wonen met�hun�zoontje�Seph�(1) op�Goeree-Overflakkee. Alisa�studeerde�geschiedenis�en�is�marketingmanager�bij�een�opleider voor�mensen�die�vanuit het�bedrijfsleven�naar het�onderwijs�willen. Jarno�studeerde�scheikunde�en�is�docent�natuurkunde�op�een�middelbare�school�in�Capelle�aan�den�IJssel. Samen�verdienen�ze�ongeveer�3,5�keer�modaal.
Drie�katten:�Klaus�(8), Koko�(2)�en�Kleo�(0,5). Alisa:�„Seph�is�een�gigantische�dierenvriend. Zijn�eerste�woordje�was ‘aai’.�Hij�is�erg�content�met de�katten.�Zij�af�en�toe�iets minder�met�hem.”
Vakanties Het�stel�heeft�nog�een paar�lange�reizen�op�het verlanglijstje�staan,�maar Alisa�vindt�lange�reizen ook�spannend�en�stressvol. Jarno:�„Het�liefst�pakken we�de�auto�naar�Frankrijk of�Italië.�Wijntjes�proeven, eten,�geen�stress.”
Bedtijd Tussen�22.30�en�23.00�uur.
nrc.nl/carriere
samen ambities waarmaken
Bibliotheek West-Achterhoek: midden in de samenleving, innovatief en proactief, klaar staan voor klanten, bezoekers en maatschappelijke partners. Vrije toegang tot kennis, wetenschap, cultuur en informatie. Wij zijn op zoek naar:
Twee Managers één voor de doelgroep 18- en één voor de doelgroep 18+
Voor meer informatie: www.colourfulpeople.nl
WIJ ZOEKEN: MANAGER HUMAN RESOURCES | LID MT Prachtkans voor bevlogen HR Manager. Bouwt eigen team. Geeft stevige impuls aan sturing van interne HR-dienstverlening. Zorgt voor ‘operational excellence’ van basisprocessen. Ontwikkelt daarnaast strategische koers voor HR en voert uit. Gezochte manager heeft robuuste ervaring in operationele, productieof dienstverlenende omgeving. Is ‘hands-on’, overtuigend en daadkrachtig. Humor helpt. Schakelt vlot tussen denken en doen.
VOOR: CIRCULUS | APELDOORN Sociaal ondernemend en toonaangevend in dienstverlening op vlak van duurzaam en circulair grondstoffen-, afval- en buitenruimtebeheer. Werkt met en voor negen gemeenten in Gelderland. Vervult in samenwerking met externe partners centrale en actieve rol in stimulering sociale werkgelegenheid. Telt ca. 650 medewerkers/150 vrijwilligers. Trots, gedrevenheid en maatschappelijke betrokkenheid kenmerken de cultuur.
Info: tdsearch.nl/vacatures
088 0222 150
samen ambities waarmaken
Bevlogen medewerkers, trots, een leuke werkomgeving: dát is ROC van Twente. Wij zijn de beroepsopleider van Twente! Kom jij ook bij ons werken? Wij zoeken twee verbindende en inspirerende directeuren:
directeur College voor Loopbaanontwikkeling & Participatie directeur Dienst Huisvesting & Facilitaire Zaken
kijk op werkenbijrocvantwente.nl Nieuwsgierig? Reageren kan tot en met 18 januari!
nrc.nl/carriere
E24 Economie | BEURZEN
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
AEX
DAX
Dow Jones
Nasdaq
Nikkei 225
Hang-Seng
792,30
15.756,31
35.973,59
15.665,06
28.798,37
23.191,76
+20,6 /+2,67%
+225 /+1,45%
BELEGGINGSFONDSEN EURONEXT AMSTERDAM 25,97 26,53 98,06 37,49 32,68 28,54 19,46 33,08 25,22 28,23 29,26 46,82 52,64 92,76 13,72 7,09 24,97 25,27 74,08 57,92 64,43 53,20 81,76 53,31 162,42 55,34 27,62 57,38 61,57 228,50 75,04 73,25 273,03 28,34 32,99 34,21 94,16 148,48 37,02 18,69 33,16 52,95 26,10 71,87 96,94 182,51 0,27 1,17 1,27 1,81 165,06 246,29 7,16 20,20 124,35 35,14 132,53 302,36 35,66 41,20 44,30 46,57 49,44 29,56 152,78 23,90 208,58 152,27 174,37
-0,12 0,57 0,78 -1,12 0,15 -2,17 -0,26 -0,03 0,08 -0,07 0,27 0,70 0,27 -0,24 ±0,00 -0,56 -0,12 -0,36 0,31 0,05 0,14 -0,04 0,43 0,21 0,61 -0,23 -0,07 1,08 -0,99 0,38 -0,63 0,60 0,71 -0,39 0,27 0,29 -0,04 -0,40 ±0,00 ±0,00 2,93 ±0,00 ±0,00 1,43 1,40 -0,42 ±0,00 -1,71 -2,36 -1,10 0,53 0,56 0,42 0,54 0,75 0,80 0,22 ±0,00 -0,48 -0,53 -0,56 -0,62 -0,67 0,71 -0,05 1,26 8,67 -0,25 -0,13
79,12 67,91 32,23 37,68 41,53 45,33 47,35 64,84 5,00 7,12 33,58 50,12 19,43 30,22 16,66 35,66 14,94 36,87 146,44 21,64 123,40 16,41 54,86 99,58 39,83 20,80 19,86 35,16 70,79 15,16 40,28 15,08 126,26 71,19 25,63 33,40 38,10 49,85 101,85 89,75 48,91 170,91 65,47 71,83 132,71 60,49 171,99 51,12 65,43 46,61 70,63 8,94 11,49 13,01 33,03 168,50 35,95 59,27 26,50 883,68 759,84
0,59 0,29 -0,25 -0,19 -0,05 0,09 0,25 0,14 ±0,00 0,56 0,48 -1,30 0,31 1,03 0,24 -0,62 -0,47 ±0,00 1,22 -0,28 0,17 -0,43 0,33 0,16 -0,63 0,14 -1,41 -0,23 0,58 0,46 ±0,00 -0,07 -0,03 -1,19 -0,04 0,21 -0,10 -0,88 -1,81 0,62 -0,08 -0,09 0,21 0,22 -0,72 -0,31 -0,19 -1,06 1,09 ±0,00 1,08 ±0,00 0,09 -1,00 -1,39 -1,34 -0,06 0,15 -0,11 1,29 1,26
17,7
23,2 -2,66 14,5 5,26 11,5 22,7 24,1 40,9 4,97 76,7 -2,25 15,4 4,98 9,52 1,76 20,1 2,22 20,0 25,0 -2,68 24,4 12,3 27,2 30,5 28,7 20,2 16,3 16,4 21,1 8,60 25,1 28,2 9,43 14,9 12,6 11,3 -20,6 -19,0 37,8 -2,72
Slot 23/12
Adyen Aegon Ahold Delhaize AkzoNobel Arcelor Mittal ASM International ASML BE Semiconductor DSM Heineken IMCD ING Just Eat Takeaw. KPN NN Group Philips Prosus Randstad Relx Shell Signify NV Unilever plc. Universal Music Gr. WFD Unibail-Rod. Wolters Kl.
Slot 17/12
2256,00 2175,00 4,36 4,14 29,98 30,01 93,92 94,20 28,36 28,69 383,20 361,50 707,20 662,00 74,16 73,68 195,85 193,00 98,40 97,44 191,10 188,25 12,26 11,92 47,95 47,85 2,72 2,69 47,30 46,12 31,93 31,36 73,08 69,42 59,06 57,02 28,12 27,51 19,50 18,80 41,65 38,49 46,79 46,97 24,49 24,81 60,29 57,88 100,95 100,95
+/- in % 17/12
+3,72 WWWWW 2107,002262,00 2471643,00 +5,44 WWWWWWW 3,97 4,39 34.521 3,17 W -0,12 29,65 30,60 8.689 21,50 W -0,30 91,92 94,48 1.303 82,42 WW -1,15 27,65 29,25 26.123 17,04 +6,00 WWWWWWWW 340,00 383,20 796 174,45 +6,83 WWWWWWWW 641,00 707,80 2.344 390,65 +0,65 WW 67,50 74,30 1.867 48,93 +1,48 WWW 189,55 196,55 896 135,70 +0,99 WW 92,76 98,66 2.242 80,84 +1,51 WWW 182,70 192,55 620 100,35 +2,85 WWWW 11,50 12,32 56.372 7,15 +0,20 W 44,87 50,09 7.174 44,23 +0,97 WW 2,64 2,73 37.366 2,48 +2,56 WWWW 44,64 47,31 2.333 33,99 +1,83 WWW 29,87 33,16 15.956 29,80 +5,27 WWWWWWW 67,79 73,08 7.044 65,71 +3,58 WWWWW 54,98 59,10 1.094 49,58 +2,22 WWW 26,99 28,17 4.490 19,42 +3,72 WWWWW 18,11 19,67 36.312 14,47 +8,21 WWWWWWWWWW 37,42 42,39 1.760 34,53 W -0,37 45,89 46,84 7.242 43,00 WW -1,27 24,05 25,17 8.328 22,55 +4,16 WWWWWW 55,14 61,04 2.749 53,86 ±0,00 98,84 101,85 1.513 63,88
2835,00 4,60 31,40 108,45 30,88 438,70 777,50 87,76 200,50 103,80 211,30 13,74 102,50 2,98 47,60 50,98 110,00 66,86 28,75 21,39 54,76 51,05 27,96 85,65 105,25
AEX Index (+1,37% sinds 1 week, +27,29% sinds 12 maanden)
+80
IMCD
+60
ASML ING
BE Semiconductor Wolters Kl.
Relx DSM
Arcelor Mittal
NN
Adyen
Signify NV Heineken
AkzoNobel
0
Aegon
Shell
Ahold Delhaize
Unilever plc.
Randstad KPN WFD Unibail-Rod.
Universal Music Gr.
–20
Prosus Philips
–40 –60 –3
Just Eat Takeaw. –2
–1
0
+1
+2
+3
+4
+5
30,6 29,1 -20,9 -3,80 15,9 36,5 0,78 7,06 12,6 18,6 25,2 17,0 28,0 4,74 37,0 9,82 20,5 -3,43 -4,00 27,8 33,4 -5,27 24,4 2,51 20,4 25,6 22,7 -2,25 16,9 2,39 32,3 20,5 -6,78 9,20 27,5 9,14 1,39 1,00 13,4 27,5 20,3 24,2 35,5 28,9 28,1 29,0 15,2 -2,77 31,9 26,7 19,9 0,26 20,6 -2,40 14,1 20,8 65,6 56,8 -1,58 4,05 29,7 38,0
bron: Infront Finance/Euronext
AMX Aandeel Aalberts ABN Amro Air France KLM Alfen AMG Aperam Arcadis ASR Nederland Basic-Fit Boskalis W. Corbion Eurocommercial Fagron Flow Traders Fugro Galapagos Inpost Intertrust JDE Peets OCI N.V. PostNL SBM Offshore TKH Group Vopak Wareh. de Pauw
Naam
Slot Slot dz wk vor wk
ETFS Cyber Security IS CHN BND USD ACC iS CNY BD UCIT $A ISH3-DL DBB ETF DLA IShares $CPESG ACC ISHARES CHINA U A iShares Core MSCI EM IMI iShares Core MSCI World iShares DJ Euro Sust Scr ISHARES EHY ESG A ISHARES EMU USD H ISHARES GBL GV EH ISHARES GVT BOND $ iShares MSCI Europe (Dis) iShares MSCI India Acc iShares MSCI Turkey iShares MSCI Wd PAC $A iShares S&P 500 iShares SP B $ D ISHARES UMDV USD A iShares US MBS A Ishares USA SRI Ishares WENS Lyxor ETF VIX EUR Vanguard S&P 500
22,21 5,59 5,79 5,18 5,23 5,71 31,19 78,41 64,24 5,24 7,02 4,91 5,26 29,73 6,77 10,74 5,62 41,63 5,17 6,74 4,98 9,67 4,74 3,08 79,27
21,99 5,57 5,77 5,19 5,23 5,67 30,99 77,19 63,31 5,21 6,83 4,95 5,30 29,13 6,65 8,63 5,51 41,01 5,12 6,60 5,00 9,53 4,64 3,19 78,06
wk % 1,00 0,28 0,31 -0,29 0,01 0,73 0,66 1,58 1,47 0,46 2,77 -0,80 -0,70 2,04 1,74 24,4 2,00 1,52 1,06 2,13 -0,38 1,49 2,12 -3,31 1,55
Slot Slot dz wk vor wk
Naam AAB 4.125%28MCH22 AAB 5%09FEB22 AEGON 4,156%PL AEGON 4.26%PL AEGON 5,185%PL AEGON 1.769%PL AEGON USD 1.709%PL ASRNED5%PL AXA FRNPL AXA FRNPL BNG 3.875%26MAY23 DELTA L L9%28AUG42 DELTALLOYDFRNPL DPOSTB FT2 FRNPL EIB FRN17AUG30D EIB FX/FL FRNOCT25 HELABA 5 1/2%PL KPN 4.25%01MCH22 NEDER5,5%15JAN28 NEDER7,5%15JAN23 NL 2.25%15JUL22 NNGROUP4.625%APR44 Rabobank Certificaat SANTANDER FRNPL
100,13 100,00 96,51 90,00 96,00 90,20 93,51 110,73 101,25 92,90 111,37 105,16 107,87 99,95 105,01 101,26 102,39 100,01 136,02 109,92 101,60 108,73 137,90 98,80
wk %
101,20 -1,06 101,00 -0,99 97,00 -0,51 89,90 0,11 95,91 0,09 90,01 0,21 92,25 1,37 111,20 -0,42 101,23 0,02 93,00 -0,11 111,39 -0,02 106,50 -1,26 107,82 0,05 100,00 -0,05 105,30 -0,28 101,26 ±0,00 102,50 -0,11 101,19 -1,17 137,30 -0,93 108,72 1,10 101,53 0,07 107,91 0,76 137,80 0,07 99,00 -0,20
STAATSLENINGEN NL Slot 23/12
Slot 17/12
55,86 12,62 3,96 83,85 27,34 46,51 41,88 40,11 38,54 25,08 40,00 18,81 14,70 31,74 6,80 48,70 10,45 19,62 26,50 23,56 3,68 12,76 53,45 30,46 40,46
53,22 12,43 3,81 82,65 26,50 45,52 40,44 39,49 38,12 24,34 39,04 18,10 14,09 31,88 6,59 48,12 9,71 19,60 26,21 23,24 3,54 12,58 51,45 30,46 40,60
+/- in % 17/12 +4,96 WWWWWWW +1,54 WWW +4,05 WWWWWW +1,45 WWW +3,17 WWWWW +2,17 WWWW +3,56 WWWWW +1,57 WWW +1,10 WW +3,04 WWWWW +2,46 WWWW +3,93 WWWWWW +4,33 WWWWWW WW -0,44 +3,05 WWWWW +1,21 WW +7,68 WWWWWWWWWW +0,10 W +1,11 WW +1,38 WWW +4,07 WWWWWW +1,43 WWW +3,89 WWWWWW ±0,00 W -0,34
dez wk wk Omz. 52 week vergelijking Laag Hoog x1000 Laag Hoog Return 51,38 11,84 3,66 78,10 25,12 44,00 38,74 38,21 36,30 23,60 38,14 17,00 13,71 31,18 6,29 46,03 9,30 19,54 25,64 22,54 3,57 12,17 50,00 30,11 39,72
56,08 611 12,71 6.021 4,08 15.464 85,60 262 27,38 996 46,86 427 42,30 375 40,13 1.321 39,36 568 25,22 398 40,40 204 19,04 392 14,78 403 32,22 481 6,94 2.059 49,47 1.110 10,50 2.461 19,70 751 26,50 807 23,74 866 3,70 12.017 12,97 1.399 53,55 185 30,81 1.242 40,76 428
36,09 7,66 3,61 54,10 23,62 33,91 26,02 31,54 27,10 22,16 37,36 14,74 13,11 26,52 6,29 41,30 8,93 11,34 23,70 15,34 2,75 11,72 36,88 29,23 26,72
57,46 13,26 5,96 103,80 35,24 54,68 47,82 41,19 49,24 29,46 53,90 25,06 21,56 39,36 10,10 94,16 21,39 21,25 36,95 26,58 5,00 16,77 57,40 44,81 41,90
Rente Wpa
52,0 1,06 57,0 -0,17 -19,7 -16,56 10,3 0,57 13,8 -1,47 33,5 2,19 56,3 0,24 22,0 4,38 28,9 -2,17 13,2 -0,74 -12,8 1,24 22,1 2,34 -22,7 0,83 19,9 10,26 -8,05 -2,85 -40,3 -4,69 20,20 46,2 0,23 -26,9 0,80 51,0 -0,85 30,6 0,43 -17,8 1,00 35,3 1,14 -29,0 2,38 43,7 1,87
ASCX Aandeel
Slot 23/12
Slot 17/12
Accell Group Accsys Technol. A’dam Commod. Avantium B&S Group Brunel Intern. CM.com CTP ForFarmers Heijmans Kendrion Lucas Bols Nedap NSI NX Filtration Ordina Beheer N.V. Pharming Group Royal BAM Group Sif Holding Sligro Food TomTom Van Lanschot Vastned Vivoryon Wereldhave
46,00 2,14 24,10 5,46 6,75 11,28 28,30 17,65 3,97 13,90 20,15 11,46 58,90 34,55 10,74 3,74 0,77 2,64 11,96 19,00 8,83 21,80 23,05 19,40 12,26
44,90 2,04 23,95 5,09 6,72 11,12 26,90 18,00 3,90 13,66 20,20 10,56 58,20 34,70 10,60 3,51 0,74 2,55 11,52 19,00 8,68 21,10 23,70 16,88 11,97
+/- in % 17/12 +2,45 WW +5,16 WWWW +0,63 W +7,27 WWWWW +0,45 W +1,44 WW +5,20 WWWW WW -1,94 +1,79 WW +1,76 WW W -0,25 +8,52 WWWWWW +1,20 WW W -0,43 +1,32 WW +6,41 WWWWW +3,39 WWW +3,37 WWW +3,82 WWW ±0,00 +1,67 WW +3,32 WWW WWW -2,74 +14,9 WWWWWWWWWW +2,42 WW
dez wk wk Omz. 52 week vergelijking Laag Hoog x1000 Laag Hoog Return 43,75 2,01 23,40 5,15 6,45 10,78 25,90 17,35 3,82 13,08 19,88 10,60 57,60 33,85 10,26 3,43 0,73 2,45 11,18 18,20 8,16 20,60 22,80 16,53 11,47
46,50 209 2,15 615 24,15 50 5,66 1.384 6,84 151 11,30 142 28,45 221 18,25 251 4,03 1.130 14,04 383 20,50 21 11,50 96 59,50 9 35,10 68 10,78 92 3,74 1.021 0,83 26.772 2,65 3.360 12,06 119 19,06 111 8,94 3.103 21,90 160 23,60 36 20,64 402 12,35 704
25,85 1,51 20,10 3,35 6,45 7,20 23,00
47,85 2,31 25,20 6,82 9,58 12,16 47,45
76,9 35,9 14,8 -18,3 -8,91 54,3 5,60
3,47 9,10 16,48 9,52 48,30 31,25 10,26 2,78 0,66 1,56 11,18 16,80 5,95 19,88 21,15 8,87 10,53
6,18 15,40 25,45 12,14 64,00 37,50 15,46 4,28 1,36 3,09 19,08 27,95 9,97 27,05 27,00 23,25 16,47
-24,5 52,2 18,7 18,6 17,8 5,02 27,5 -44,3 58,6 -28,2 10,7 2,20 2,11 0,22 110 12,1
Wpa 2,42 -0,02 1,09 -0,88 0,26 0,31 -0,45 0,75 0,15 1,85 0,29 0,74 2,13 -1,07 0,24 0,05 -0,45 0,29 -1,59 -1,97 1,05 -2,41 -0,83 -4,65
OVERIGE AANDELEN Naam Allfunds Group Alumexx AND Intl Publishers Atrium European R.E. Beter Bed Bousard & Gavaudan Coca Cola Europacific DGB Group N.V. DGNV N.V. DSC 2 Ebusco Holding EFIC1 Ord. Shares Esperite
-12,9 /-0,06%
TOP OBLIGATIES (OMZET)
Beurswaarde (slotkoers van voorbije week vermenigvuldigd met aantal aandelen)
20,6 19,4 36,1 26,1 23,3 44,3 -4,13 7,93 12,3 16,6 22,7
8,63 0,00 1,31 3,29 -0,64 5,84 8,49 1,82 2,91 -0,36 2,25 0,64 -1,07 0,13 5,88 1,31 2,35 1,62 0,64 -2,78 2,58 2,13 -7,25 -52,10 46,7 2,72
ASM International
+100
+20
16,0 37,7 29,4 7,21 47,8 120 81,2 51,0 40,4 11,0 83,6 56,2 -45,9 8,59 33,5 -27,3 -19,1 8,73 42,6 30,6 19,1 -1,95
beter dan aex
+120
+40
Wpa
in de voorbije week (%) slechter
+253 /+0,89%
TOP TRACKERS EURONEXT AMSTERDAM (OMZET)
dez wk wk Omz. 52 week vergelijking Laag Hoog x1000 Laag Hoog Return
AEX ANALYSE
beter
25,94 26,68 98,82 37,07 32,73 27,92 19,41 33,07 25,24 28,21 29,34 47,15 52,78 92,54 13,72 7,05 24,94 25,18 74,31 57,95 64,52 53,18 82,11 53,42 163,41 55,21 27,60 58,00 60,96 229,37 74,57 73,69 274,98 28,23 33,08 34,31 94,12 147,88 37,02 18,69 34,13 52,95 26,10 72,90 98,30 181,74 0,27 1,15 1,24 1,79 165,93 247,68 7,19 20,31 125,28 35,42 132,82 302,36 35,49 40,98 44,05 46,28 49,11 29,77 152,71 24,20 226,66 151,89 174,14 3,80 79,59 68,11 32,15 37,61 41,51 45,37 47,47 64,93 5,00 7,16 33,74 49,47 19,49 30,53 16,70 35,44 14,87 36,87 148,23 21,58 123,61 16,34 55,04 99,74 39,58 20,83 19,58 35,08 71,20 15,23 40,28 15,07 126,22 70,34 25,62 33,47 38,06 49,41 100,01 90,31 48,87 170,75 65,61 71,99 131,76 60,30 171,67 50,58 66,14 46,61 71,39 8,94 11,50 12,88 32,57 166,25 35,93 59,36 26,47 895,09 769,42
Aandeel wk Koers % rend
slechter dan aex
ACTIAM D mix off ACTIAM DIA EUROPA ACTIAM DIA N AMER ACTIAM DIA OPK LA ACTIAM DIA PACIFI Actiam eur aand Actiam eur obl Actiam eur vastg ACTIAM IFIF Actiam mix def Actiam mix neut Actiam Via Wereld Actiam Wrld aand Add Value Fund AGHY FUND Arcona Property Fund ASN B BIODIV FONDS ASN Groenproject. ASN Mixf Offensief ASN Mixf Defensief ASN Mixf Neutraal ASN Mixf Zeer Def ASN Mixf Zeer Off ASN Novib Fonds ASNU Aandelenfonds ASNU Milieu Water ASNU Obligatiefond ASNU Small Midcap F BNP Asia Pacific Hg Inc Eq BNP ESGNL BNP Gl High Inc Eq. BNP Global Prop Secs DD Equity Fund DD Income Fd DD Property Fund A DD Property Fund B DEF DEFBAL HH Global Fd HH Income Fd HH Phoenix Fd HH Real Estate Value Fd HH Value Fund IdB Equity Income IdB European Mid Cap IdB Real Estate Eq Intereffekt AL Brazil Intereffekt AL China Intereffekt AL India Intereffekt AL Japan IUF Seif IUF Snaif Kempen Eur High Div. Kempen European Property Kempen Glob Sustain. Eq Kempen Global High Div. Kempen Orange Fund Kempen Oranje Participaties Kempen Profiel 0 Kempen Profiel 2 Kempen Profiel 3 Kempen Profiel 4 Kempen Profiel 5 Kempen Sust GHDF N KESVC KGPFN LSP Life Sciences Fd MMBAL MMEQ NBZ NN Dutch Fund NN DuurzaamAandelen NN Dynamic Mix 1 NN Dynamic Mix 2 NN Dynamic Mix 3 NN Dynamic Mix 4 NN Dynamic Mix 5 NN Emerg. Europe Fd NN Enh I S Pac EQ NN ENH Ind Sna Eq NN Enh Ind Sus Eq Fd A NN Enh.Ind.Sust.EM NN Eq. Investm. NN EUR DEELN NN Euro Duurz Aand P NN Euro Obligatie NN Euro Rente Fonds P NN Europe Fund NN Europe SmallCaps NN First Class Obligatie NN Global Fund NN Global Obligatie NN Global Opportunities NN Global Real Estate NN Hoog Div Aandelen NN Hoog Div Obligaties NN Japan Fund NN Lion Fund NN North America NN Premium Dividend NN SXLTB Fund P NN Wereldwijd Mix OBAM Optimix Emerging (F) Optimix EuroRente Optimix Income C Optimix Mix Fund (E) Optimix Wereld Aandelen Robeco Afrika Fonds Robeco Afrika Fonds-€ G Robeco Cus.US Large Eq G Robeco Gl AC MF Eq Robeco Glb StarsA Robeco Glb StarsB € G Robeco Global Cons Eq Robeco Global TR Bond DH Robeco QI Glob. Dev Enh. Robeco US Cons.Hg Div Eq Rolinco Rolinco 6,50% CumPr Rolinco EUR G T&P Allegre�o Fd TCM Africa High Div Eq TCM Gl Frontier Hg Div Eq TCM Viet. H Div Eq Theta Legends Tri Fair Share Triodos Groenfonds Triodos Multi Impact WP Stewart Holdings $ WP Stewart Holdings €
+495 /+3,27%
AEX
in de voorbije 12 maanden (%)
Fondsnaam
Slot Slot dz wk vor wk
+608 /+1,72%
Slot dz wk 17,29 0,82 1,22 3,59 4,91 23,30 48,36 1,06 0,36 11,45 26,00 9,94 0,02
Slot wk vor wk % 16,72 3,43 0,81 1,49 1,18 3,39 3,52 1,85 4,88 0,61 23,10 0,87 47,64 1,51 1,06 ±0,00 0,37 -1,62 10,75 6,51 22,50 15,6 9,86 0,77 0,03 -4,78
Omz. wk 611.843 29.142 76.857 63.432 146.406 45.807 136.438 68.466 75.051 62.455 340.037 44.204 879.198
Fastned Heineken Hold. Majorel Group MAREL Nedsense Enterpr New Sources Energy Pegasus Ord Sh. Pershing Square Renewi RoodMicroTec Royal Dutch Shell B Stern Groep Thunderbird VAM Invest Shares Veon
48,95 81,25 27,32 5,72 0,18 0,06 10,00 40,15 8,80 0,20 19,44 17,45 0,13 9,60 1,52
49,20 80,00 26,76 5,72 0,18 0,05 10,00 39,90 8,44 0,20 18,76 17,15 0,13 9,65 1,50
-0,51 1,56 2,09 ±0,00 -1,64 5,77 ±0,00 0,63 4,32 0,50 3,62 1,75 -1,54 -0,52 1,60
86.606 371.466 81.021 220.569 242.513 282.835 35.125 136.706 83.489 284.651 267.171 185.965 69.361 51.660 160.935
7,50 5,50 4,00 3,75 3,75 2,25 1,75 2,50 2,00 0,25 2,75
Lening
Koers
Eff. rend.
1994-2023 1999-2028 2006-2037 2007-2023 2011-2042 2012-2022 2013-2023 2013-2033 2014-2024 2015-2025 2015-2047
109,92 136,02 161,00 103,62 176,69 101,60 103,80 130,00 106,50 103,10 165,99
-0,37 -0,04 0,33 -0,05 -0,65 -0,66 -0,18 -0,53 -0,61 0,09
RENTENIVEAUS Geldmarkt Eurozone Japan Verenigd Koninkrijk Verenigde Staten Zwitserland Kapitaalmarkt Japan Nederland Verenigd Koninkrijk Verenigde Staten Zwitserland
Slot dez wk -0,555 -0,140 0,365 0,265 -0,790
Slot Slot vor wk vor mnd -0,575 -0,545 -0,090 -0,125 0,320 0,280 0,160 0,300 -0,760 -0,680
0,062 -0,103 0,865 1,495 -0,206
0,045 -0,250 0,675 1,373 -0,319
0,066 -0,106 0,855 1,552 -0,138
Internationale rente-ontwikkeling geldmark (3maands interbancair) en kapitaalmarkt (effectief rendement 10-jarige staatslening).
EURIBOR Maand 1 mnd 3 mnd 6 mnd 12 mnd
Slot dez wk -0,6480 -0,5880 -0,5370 -0,4990
Slot vor wk -0,6110 -0,5810 -0,5510 -0,5110
week abs. % -0,0370 -6,0556 -0,0070 -1,2048 +0,0140 2,5408 +0,0120 2,3483
VALUTA Munt Amerikaanse dollar Antiliaanse gulden Australische dollar Canadese dollar Chinese renminbi Deense kroon Engelse pond Hong Kong dollar Japanse yen Nieuw-Zeelandse dollar Noorse kroon Poolse zloty Zuid-Afrikaanse rand Zweedse kroon Zwitserse frank
1 Euro
1 USD
1,1337 2,0271 1,5638 1,4517 7,2220 7,4358 0,8449 8,8440 129,7180 1,6589 10,0048 4,6290 17,7263 10,2935 1,0403
1,7875 1,3793 1,2804 6,3703 6,5587 0,7452 7,8008 114,4225 1,4631 8,8245 4,0828 15,6355 9,0793 0,9176
GRONDSTOFFEN Slot dez wk
Naam
Slot vor wk
wk %
Aluminium (usd/ton) 2.818,00 2.694,00 4,60 Goud (usd/ounce) 1.808,64 1.797,96 0,59 Koper (usd/ton) 9.606,00 9.520,00 0,90 Lood (usd/ton) 2.312,00 2.324,00 -0,52 Nikkel (usd/ton) 20.180,00 19.840,00 1,71 Palladium (usd/ounce) 1.881,00 1.769,00 6,33 Platina (usd/ounce) 971,00 935,00 3,85 Tin (usd/ton) 39.690,00 39.550,00 0,35 Zilver (usd/ounce) 22,93 22,37 2,51 Zink (usd/ton) 3.569,00 3.430,00 4,05 Brent Oil (usd/vat) 76,33 72,87 4,75 WTI (usd/vat) 73,68 70,12 5,07 Electriciteit (eur/mwh) 360,00 355,00 1,41 Gas (eur/mwh) 20,25 21,65 -6,43 Cacao (usd/ton) 2.376,01 2.400,57 -1,02 Katoen (usd ct/pnd) 109,20 107,41 1,67 Koffie (usd/ton) 2.347,00 2.330,00 0,73 Mais (usd ct/bu) 603,75 592,50 1,90 Soja (usd ct/bu) 1.337,25 1.284,50 4,11 Suiker (usd/ton) 503,10 498,80 0,86 Tarwe (usd ct/bu) 814,00 774,75 5,07
SELECTIE BUITENLANDSE AANDELEN PER SECTOR Naam
Valuta
Slot dz wk
Slot vor wk
wk %
EUR EUR JPY EUR EUR JPY EUR
89,17 70,09 3197 29,80 16,56 2097 176,9
86,92 68,75 3203 29,12 16,47 2103 176,0
2,59 1,95 -0,19 2,32 0,51 -0,29 0,50
56,46 207,0 164,4 25,89 44,45 294,5 60,00 11,19 384,8 46,10 157,5 361,4 56,20 2,90 16,43 217,1 48,41
54,11 204,7 160,0 25,38 43,88 293,7 56,17 10,93 381,8 46,30 156,8 349,3 56,50 2,78 16,15 211,9 47,95
4,34 1,12 2,75 1,99 1,30 0,28 6,82 2,40 0,78 -0,43 0,50 3,47 -0,53 4,56 1,77 2,44 0,95
Auto-industrie BMW St Daimler NA Honda Motor Renault Stellantis Toyota Volkswagen Vz.
Banken en verzekeraars AIG USD Allianz EUR American Express USD AXA EUR Bank of America USD Berkshire Hath. USD BNP Paribas EUR Deutsche Bank EUR Goldman Sachs USD HSBC Hold. HKD JPMorgan Chase USD Mastercard USD Ping An Insur. HKD Santander EUR UBS Group N CHF VISA Inc. USD Wells Fargo USD Chemie en farmacie BASF EUR Bayer EUR Du Pont USD DuPont de NemoursUSD Johnson&Johns. USD Novartis CHF Pfizer USD Roche GS CHF
60,83 46,63
60,19 1,06 46,53 0,21
78,49 168,6 80,02 58,42 376,5
76,51 168,2 79,80 59,48 378,9
2,58 0,21 0,28 -1,79 -0,65
Detailhandel Alibaba Amazon Carrefour eBay Hennes&Mauritz Inditex Walmart Inc.
118,8 3428 15,72 64,56 178,1 28,15 139,5
122,1 3400 15,59 64,03 168,2 27,81 138,8
-2,71 0,80 0,80 0,83 5,90 1,22 0,55
USD USD EUR USD SEK EUR USD
Exxon Mobil Glencore PetroChina Corp. Rio Tinto Ltd. Schlumberger Suez Environm. TotalEnergies
USD GBX HKD AUD EUR EUR EUR
61,24 376,0 3,49 99,22 26,20 19,82 45,12
60,03 368,4 3,52 98,00 26,10 19,81 43,66
2,02 2,08 -0,85 1,24 0,38 0,08 3,34
Industrie 3M ABB NA Airbus Atlas Copco A Boeing Caterpillar CK Hutchison General Electric Honeywell Siemens
USD CHF EUR SEK USD USD HKD USD USD EUR
175,2 34,63 111,8 622,6 204,2 206,4 49,65 94,08 205,9 150,2
174,8 34,14 104,1 592,2 192,6 201,4 50,10 91,45 205,2 147,9
0,24 1,44 7,39 5,13 6,01 2,51 -0,90 2,88 0,36 1,57
IT en media Alphabet Inc. A Comcast A Disney Co. IBM Liberty Global A Meta Platforms Microso Oracle Tencent
USD USD USD USD USD USD USD USD HKD
2957 50,12 153,9 130,9 28,14 335,9 334,9 89,75 461,8
2835 48,75 148,8 127,4 27,13 333,8 323,8 96,62 440,2
4,34 2,80 3,43 2,71 3,72 0,62 3,44 -7,11 4,91
Telecom AT&T China Mobile Dt. Telekom Telefónica Verizon Vodafone
USD HKD EUR EUR USD GBX
24,87 46,70 16,20 3,90 52,76 112,8
23,78 46,45 16,05 3,86 53,17 114,3
4,58 0,54 0,96 1,19 -0,77 -1,24
Transport en logistiek FedEx Corp. USD UPS USD
254,6 212,5
250,3 1,71 206,6 2,87
Uitzendbureaus en detachering Adecoo Group CHF 46,05 Manpower USD 95,30
44,54 3,39 93,61 1,81
176,3 62,30 15,82 51,55 182,4 79900 121,3
171,1 60,51 15,08 50,59 176,9 78000 116,3
3,00 2,96 4,87 1,89 3,12 2,44 4,28
Voeding AB Inbev Ambev Coca-Cola Danone Kra Heinz McDonald’s Mondelez Intern. Nestlé NA PepsiCo Philip Morris Starbucks Corp.
Grondstoffen en energie BHP Group GBX 2207 BP PLC GBX 338,0 Chevron Corp. USD 116,9 E.ON NA EUR 12,06 EDF EUR 10,21 Enel EUR 6,92
2180 333,8 113,6 11,78 9,93 6,75
1,24 1,26 2,92 2,41 2,81 2,52
Verklaring: NRC Media en Infront aanvaarden geen aansprakelijkheid voor eventuele onvolkomenheden of onjuistheden. bron: 23/12/2021 - 19:00
Electronica Apple Inc. Cisco Systems Hewle�-Packard Intel Qualcomm Samsung Taiwan Semicon.
USD USD USD USD USD KRW USD
EUR BRL USD EUR USD USD USD CHF USD USD USD
53,66
53,16 0,94
58,08 53,79 35,34 265,7 64,91 127,0 169,5 93,09 112,4
57,73 54,62 35,51 261,7 64,94 127,3 168,3 93,45 108,7
0,60 -1,52 -0,48 1,54 -0,05 -0,24 0,73 -0,39 3,47
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M ZONDAG�26�DECEMBER 2�021
28 29
FOTO�VINCENT�JANNINK/ANP
Last van de grote schoenen die Sarina achterlaat heb ik niet. Bondscoach�Mark�Parsons
IJsstadion�Thialf�in�H�e�e�re�nve�e�n�begin�dit�jaar�tijdens�de�WK�afstanden.
OLYMPISCH�KWALIFICATIETOERNOOI
Voor schaatsers staat in Thialf hun identiteit op het spel Het kwalificatietoernooi is het minst geliefde toernooi van het jaar en van de hele olympische cyclus, zeggen de Nederlandse schaatsers zonder uitzondering. „Alleen van de letters OKT krijg ik al de kriebels.” Door�onze�redacteuren�Dennis�Boxhoorn�en�Sam�de�Voogt
H
et was niet gezellig in Thialf, afgelopen maandagavond. Met minder dan een week te gaan tot het olympisch kwalificatietoernooi (OKT) werd er een laatste trainingswedstrijd gehouden. Nog een keer de benen testen, zien waar je staat, voordat straks in vijf dagen tijd alle Nederlandse schaatstickets voor de Winterspelen in Beijing worden verdeeld. Bondscoach Jan Coopmans zat op de tribune. Hij zag „valpartijen, wisselproblemen”. Koen Verweij en Wesly Dijs kwamen elkaar tegen bij de kruising op
de 1.000 meter en gaven elkaar geen centimeter ruimte. Gevolg: diskwalificatie voor Verweij, een slechte tijd voor Dijs en twee gefrustreerde koppen. Generale repetitie mislukt. Een paar ritten daarvoor kon Ireen Wüst maar net Chris Huizinga ontwijken, toen hij in hun rechtstreekse duel op hoge snelheid viel. Ook haar rit was meteen voorbij. Coopmans: „Iedereen reed op de limiet. Ze gunden elkaar het licht in de ogen niet.” Straks op de Spelen schaatsen ze allemaal voor Nederland, maar zo vlak voor het OKT is de spanning onder de schaat-
sers groot en is het ieder voor zich. Het toernooi is voor de Nederlanders het minst geliefde toernooi van het jaar, van de hele olympische cyclus, zeggen ze zonder uitzondering. Het vreet al maanden aan ze, sommigen krijgen de laatste weken geen hap meer door hun keel. Ze slapen slecht, zijn prikkelbaar, hebben last van diarree. Ze kunnen nergens anders meer aan denken. De angst om te falen wordt met de dag onvermijdelijker, ook voor de grootste kampioenen. In het verleden behaalde resultaten beschermen hen niet lan-
ger. Iedereen begint zondag op nul. De twijfel ontneemt ze soms alle plezier. Hebben ze wel hard genoeg getraind of zou dat extra tempoblokje nog goed zijn? Wat als ze een misslag maken, of twee keer vals starten, en vier jaar van heel veel doen en nog meer laten in een noodlottige seconde zien verdwijnen? Ze kunnen niet anders dan doen wat ze altijd hebben gedaan; inzakken bij ready, roerloos wachten op de starter en alles geven bij het schot.
Lees�verder�op pagina�26
»
E26 Sport
»
Vervolg�van pagina�25
Jaren werkten de Nederlandse topschaatsers toe naar dit toernooi. Waar ze tot en met die van Turijn (2006) min of meer verzekerd waren van een startbewijs als ze bij de beste drie op hun afstand eindigden, is dat sinds Vancouver (2010) niet meer zo. Schaatsbond KNSB wil zo veel mogelijk goud delven. En dat betekent dat er zeer scherp moet worden geselecteerd.
Grote verrassingen
FOTO�SCS/SOENAR�CHAMID
De combinatie van de momentopname en de grote druk veroorzaakt vrijwel elke vier jaar een aantal grote verrassingen. Sommige schaatsers zijn het hele jaar goed, maar niet op het belangrijkste moment. Genoeg schaatsers die erover mee kunnen praten. Zoals Kjeld Nuis, nadat hij acht jaar geleden naast alle tickets greep. Hij moest vier jaar langer wachten op zijn olympisch debuut. Of Dai Dai N’tab, de grote favoriet voor
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
de 500 meter vier jaar terug. Twee valse starts later was zijn olympische droom voorbij. Het hele seizoen dat op de Spelen van Pyeongchang volgde zat hij met zichzelf „in de knoop”, zei hij in oktober tijdens een trainingskamp in het Duitse Inzell. Starten werd een issue, omdat hij het gevoel had dat iedereen in het stadion naar hem keek als hij zich naar de startlijn begaf. „Alles bij elkaar ben ik er twee jaar door kwijtgeraakt.” Er zijn ook schaatsers die pieken op precies het goede moment. Vier jaar geleden profiteerden Esmee Visser en Carlijn Achtereekte van hun onbevangenheid en plaatsten ze zich onverwacht voor de Spelen. Een paar maanden later werden ze ook olympisch kampioen, respectievelijk op de 5.000 en 3.000 meter „Ik weet nu dat ik kan pieken op het juiste moment, maar aan de andere kant ben ik minder onbevangen”, blikt Achtereekte vooruit op het OKT van dit jaar. Ze kijkt er „niet echt” naar uit. „Alleen van de letters OKT krijg ik al de kriebels.” Bij de 31jarige schaatsster speelt mee dat dit mo-
gelijk haar laatste kans is op de Spelen. Dat geeft het toernooi in Thialf extra lading. En ze kan zich de spanning van vier jaar geleden nog herinneren. „Dat was niet leuk.”
Meeste kans op goud Wat de druk dit OKT extra groot maakt, is dat er door nieuwe regels van het Internationaal Olympisch Comité (IOC) namens Nederland maar negen mannen en negen vrouwen naar China mogen, een schaatser per geslacht minder dan vier jaar terug in Zuid-Korea. Hoewel Nederland op alle afstanden met drie schaatsers mag uitkomen – op de 5.000 meter bij de vrouwen en de 10.000 meter bij de mannen zijn er twee startplekken – mogen die dus niet ingevuld worden door veertien verschillende schaatsers. „Dat betekent dat een derde plek op het OKT geen enkele zekerheid biedt of je ook daadwerkelijk naar de Spelen mag”, zegt bondscoach Coopmans. Om toch tot een goede selectie te komen, heeft de schaatsbond KNSB een
ranglijst opgesteld van de afstanden waarop Nederland de meeste kans maakt een gouden medaille te halen. Mede op basis van deze zogeheten matrix, maar niet uitsluitend gebaseerd daarop, beslist de KNSB wie er naar de Spelen mag. „Het is voor de schaatsers alsof ze meedoen aan een toernooi waarbij ze alleen maar kunnen verliezen”, zegt Coopmans. „Dat geeft een heel ander mentaal spanningsveld dan de Spelen, waar je een medaille kunt winnen.” Jorien ter Mors, regerend olympisch kampioen over 1.000 meter, had het daar al over tijdens haar trainingskamp in Inzell. „Als je op de Spelen staat, heb je het ergste eigenlijk al gehad”, zei ze. „Ik rijd daar liever dan op het OKT.” Zoveel mentale druk is voor niet-topsporters maar moeilijk voor te stellen. Artiesten komen er nog het dichtst bij in de buurt. Sommigen van hen moeten steevast overgeven voor ze het podium opgaan. „Vergelijk het met een sollicitatiegesprek of een presentatie op je werk”, zegt Nico van Yperen, hoogleraar sport-
Sport E27
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
C�O�LU�M�N psychologie aan de Rijksuniversiteit Groningen. „Het verschil is alleen dat daar meestal geen tijdsdruk op staat en er ook geen volle tribunes met je meekijken. In het dagelijks leven kunnen wij meestal nog wel corrigeren. Dat kan op het OKT niet. Het moet dan gebeuren en er staat veel op het spel. Het leven ziet er nogal anders uit met een olympisch gouden of zilveren medaille.” Van Yperen werkt met sporters aan het normaliseren van zenuwen. Hoe dat aan te pakken is voor iedereen een persoonlijke zoektocht, zegt hij. „Wat betekenen de signalen die je krijgt als je spanning ervaart, hoe interpreteer je die? Hoe je je voelt, heeft te maken met hoe je denkt. Gedachtenpatronen kunnen dingen erger of minder erg maken. Inzicht daarin kan winst opleveren.”
Ademhalingsoefeningen Vaak wordt gedacht dat sporters die succesvol zijn dankzij druk beter gaan presteren. Maar dat is niet zo, zegt Van Yperen. „Onder hevige druk gaat iedereen
Ook�tijdens�het olympisch�kwal�i�f�i�ca�t�i�e�t�o�e�r�n�o�o�i zullen�de�tribunes�van�Thialf leeg�blijven.
minder goed presteren, blijkt uit onderzoek. De winnaars zijn degenen die de minste fouten maken.” Het kostte oud-schaatser Mark Tuitert twee olympische cycli en dertig jaar levenservaring om te ontdekken wat voor hem de beste mentale voorbereiding was op het OKT. „De kunst is om je gedachtentrein te stoppen”, zegt hij. „Je moet je voor de geest halen wat je kunt controleren en wat niet. Als je gaat denken aan wat er zou kunnen gebeuren als het misgaat, bezorg je jezelf heel veel stress.” In de periode voor het OKT waar hij zich moest zien te plaatsen voor de Spelen van Vancouver (2010) begon Tuitert met ademhalingsoefeningen, tien tot vijftien minuten per dag, zodat hij rustig in slaap kon komen. Hij visualiseerde zijn races, dacht vanaf de rand van zijn bed scenario’s door, ook de negatieve. Zo trainde hij zijn emotionele reactie. Ook ging hij in gesprek met een F16-piloot. „Soldaten maken levensbedreigende situaties mee en zo voelt het OKT ook een beetje. Het klinkt misschien overdreven, maar dat is het niet. Voor schaatsers komt het er volgende week op neer wie ze zijn. Hun identiteit staat op het spel, want het kan ineens allemaal afgelopen zijn. Geen Olympische Spelen, geen contract, einde carrière.” Tuitert zocht afleiding in de laatste dagen voor het OKT. Ging hij thuis grasmaaien omdat in het hotel de muren op hem af kwamen. Hij schreef alle banale dingen van het leven – wat wil ik na de Spelen, blijven we in hetzelfde huis wonen? – op een A4’tje en gaf dat aan zijn vrouw. Zo parkeerde hij zijn andere zorgen. Eenmaal in Thialf probeerde hij te genieten van wat hij zag. Dan keek hij vanaf een kist op het middenterrein met muziek in zijn oren lachend naar hoe andere schaatsers zichzelf gek liepen te maken. Werd hij rustig van. Zijn olympisch goud op de 1.500 meter van dat seizoen was ook het resultaat van een jarenlange zoektocht naar de juiste mindset. „Het gaat erom dat je jezelf leert kennen”, zegt Tuitert. „Dat je jezelf leert sturen. Als je dat kan, heb je niet alleen tools in handen die je kan gebruiken op een OKT, maar ook in de rest van je leven.”
Mentale hulp
Pro�g�ra�m�m�a OKT Zondag�26 december Vanaf�14�uur 1.000�meter�(v) 5.000�meter�(m) Maandag�27 december Vanaf�17.25�uur 500�meter�(m) 3.000�meter�(v) ��� Dinsdag�28 december Vanaf�16.30�uur 500�meter�(v) 10.000�meter (m) Woensdag�29 december Vanaf�18.20�uur 1.500�meter�(v) 1.000�meter�(m) Donderdag�30 december Vanaf�17.55�uur 5.000�meter�(v) 1.500�meter�(m)
Veel schaatsers zoeken in hun voorbereiding op het OKT hulp in de vorm van mentale begeleiding. Dat is al lang geen groot taboe meer in de meeste sporten. Veel sporters praten er open over, omdat ze hebben ingezien dat zonder een opgeruimd gemoed geen topprestaties mogelijk zijn. „Ik doe het al best wel wat jaren”, zegt Achtereekte over de begeleiding die zij krijgt. „Want je moet zowel fysiek als in je koppie sterk zijn. Mentaal is topsport soms echt niet makkelijk. Ik zie het als een kracht dat ik mezelf durf te laten helpen. Een paar jaar geleden was het onderwerp echt een no-go, nu wordt het steeds beter bespreekbaar.” Bij Team IKO, waar onder meer olympisch kampioenen Jorien ter Mors en Esmee Visser voor uitkomen, hebben ze besloten mentale begeleiding op teamniveau aan te pakken. Sinds dit voorjaar werkt de Groningse schaatsploeg samen met Psyned, een landelijke organisatie binnen de geestelijke gezondheidszorg. In ruil voor naamsvermelding op de kleding van de begeleidingsstaf krijgen de schaatsers mentale hulp van de sportpsychologen van Psyned als ze dat nodig hebben. „Wij geloven dat je ook je mentale gesteldheid kunt trainen”, zegt coach Erik Bouwman. „Zo voorkom je dat op het moment suprême in de war raakt.” Uiteindelijk gaat het er volgens de schaatscoach om dat je presteert op het juiste moment. En om dat te doen, moet je je taken uitvoeren, zoals altijd. Bouwman: „Maar ja, dat klink heel simpel. In de praktijk is het dat niet.”
Clarence Seedorf Sport attractiever maken kent grenzen
T
oen ik mijn carrière bij Ajax begon, waren er nog geen journalisten in de catacomben of filmcamera’s in de kleedkamer. In de Verenigde Staten werd fans op die manier al wel een kijkje in de keuken gegund. Tegenwoordig is het voor grote mediabedrijven van het grootste belang om exclusief voetbal en andere sporten aan hun kijkers te kunnen aanbieden. Zonder die exclusiviteit ben je niet meer competitief. Om een positie te veroveren en die te behouden zijn dan ook substantiële investeringen nodig. In de jaren negentig werden nieuwe regels verzonnen voor sporten als voetbal, rugby en tennis zodat die aantrekkelijker werden om naar te kijken. Zo leverde in het voetbal een nieuwe buitenspelregel een verbetering op. Dat de keeper de bal niet meer met de handen mag oppakken nadat hij die in het spel heeft gebracht, is ook een regelwijziging die het spel ten goede is gekomen; de oude situatie zorgde voor vertraging en onnodig tijdverlies. Dankzij die regel zijn keepers nu veel kundiger met hun voeten, uitzonderingen daargelaten. Dat meespelen van achteruit was trouwens al een kwaliteit van Nederlandse keepers voordat de regel werd geïntroduceerd. In tennis en rugby werd technologie eerder toegelaten om het spel eerlijker en aantrekkelijker te maken. Daar schroomden ze er niet voor scheidsrechters een handje te helpen waar het menselijk oog vaak tekortschiet en beoordelingsfouten op de loer liggen. Momenten waarop het spel wordt stilgelegd om te checken of een tennisbal nog op de lijn was of net uit, zorgen dankzij het inschakelen van de technologie niet alleen bij de spelers voor extra spanning, het is ook een vorm van fan -engagement.
De meeste sporten maximaal gebruik van technologische hulpmiddelen, ook voetbal
A
nno 2021 maken de meeste sporten maximaal gebruik van technologische hulpmiddelen, ook het voetbal. In grote lijnen is dat ook de kwaliteit van het spel ten goede gekomen. Het voetbal is sneller geworden, de acties worden steeds beter in beeld gebracht en wedstrijden zijn op steeds meer manieren te zien, tot op de mobiele telefoon. Hoe kan sport nog beter worden verkocht? Voetbalclubs maken tegenwoordig zelf ook filmpjes, of laten documentaires maken. Er moet meer content worden geproduceerd om fans te bereiken. Nieuwe toernooien zoals de UEFA Nations League hebben het levenslicht gezien en ook de FIFA is hard bezig om te zien hoe het zijn positie in deze snel veranderende wereld kan versterken. Het idee van een WK dat elke twee jaar wordt gespeeld, in plaats van vier, ligt nog steeds op tafel.
V
erandering is goed als het niets stukmaakt. Meer wedstrijden, niet alleen in het voetbal, betekent meer druk op de gezondheid van sporters. Om even bij het voetbal te blijven: een drukker programma leidt ook niet tot betere prestaties. Hoe gaan de belangenorganisaties van spelers en hun coaches zich opstellen als de kalenders nog voller worden en grenzen steeds verder worden opgerekt? Ik ben benieuwd of de grote voetbalbonden in hun besluitvormingsprocessen oog zullen hebben voor de verhouding tussen arbeid en rust. Ik ben een voorstander van een permanente evolutie in de sport, maar alleen als die – met respect voor traditie – tot vooruitgang leidt en niet alleen met het oog op de kas.
Clarence�Seedorf is oud-voetballer.�Nu�is�hij ondernemer,�filantroop en�gastspreker.
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
FOTO�ANP
E28 Sport | INTERVIEW
INTERVIEW�MARK�PARSONS�BONDSCOACH�NEDERLANDS�VROUWENELFTAL
‘Veel coaches denken dat ze superhelden zijn’ Mark Parsons (35) kende een moeilijke start als bondscoach van het vrouwenelftal. Hij wil speelsters als individuen doorgronden en daar is tijd voor nodig, zegt hij. „Ik geloof in processen en houd van uitdagingen. Met die instelling ben ik ver gekomen.” Door�onze�redacteur�Danielle�Pinedo
T
oen de KNVB Mark Parsons in februari belde voor een kennismakingsgesprek – we zoeken een nieuwe bondscoach voor onze voetbalvrouwen, kunnen we eens praten – nam zijn vrouw Hannah hem apart. ‘Weet je wel waar je aan begint’, waarschuwde ze. ‘We hebben het over de opvolger van Sarina Wiegman, de coach onder wier leiding Nederland Europees kampioen en vice-wereldkampioen werd. Het kan alleen maar downhill gaan.” Parsons begreep haar bezorgdheid, vertelt hij vanuit zijn huis in Londen, waar hij de feestdagen doorbrengt met Hannah en hun achtjarige dochter Edie. Sterker, hij voorzag zelf ook problemen, blijkt uit het antwoord dat hij haar gaf: ‘we gaan minstens een jaar van negativiteit tegemoet. Als buitenlandse opvolger van een succescoach word je al snel met de grond gelijk gemaakt. Maar ik heb geen controle over wat mensen denken, zeggen en schrijven. Ik geloof in processen en houd van uitdagingen. Met die instelling ben ik ver gekomen.’ Drie maanden en meerdere gesprekken met KNVB-bestuurders later werd Parsons gepresenteerd als de nieuwe bondscoach. De eerste zes maanden zou hij die job combineren met zijn baan als clubtrainer bij het Amerikaanse Portland Thorns. Dat stond in zijn contract, maar hij wist dat die dubbelfunctie veel van hen zou ver-
Sport E29
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
U heeft nooit eerder een nationaal team gecoacht. Was u verrast dat de KNVB bij u uitkwam? „Ik ben twee keer eerder benaderd om coach van een nationaal team te worden, één keer voor een team van wereldklasse. Maar dat was vorig jaar en toen stond ik nog niet open voor een overstap. Ik weigerde zelfs de telefoon aan te nemen voor dat soort verzoeken, omdat ik me volledig wilde richten op Portland Thorns. „Begin dit jaar zei ik voor het eerst tegen de clubleiding: laat me weten als er interesse is. Ik zag mezelf wel naar Europa verhuizen binnen twee tot drie jaar. Mijn vrouw en dochter vonden het zwaar tijdens de pandemie in de Verenigde Staten, ver van onze familie in Groot-Brittannië. Dus toen de KNVB mij polste, stond ik open voor een gesprek. Ik heb bijna twee uur met Nico-Jan Hoogma [directeur topvoetbal] en Jan Dirk van der Zee [directeur amateur- en vrouwenvoetbal] gesproken. Na afloop verkeerde ik in een gelukzalige staat. We zaten op één lijn en dat gevoel zou alleen maar sterker worden.” Maar was u verrast? In de functieomschrijving sprak de KNVB van een ‘Sarina-plus’. Hij lacht. „Kun je de namen noemen van drie Sarina-plussen? Van één? Kijk, ik ben gewend dat mensen verbaasd zijn als ik ergens word aangesteld. Zo ging het ook toen ik algemeen directeur werd bij Washington Spirit in 2013 en toen ik een paar jaar later werd benoemd tot coach bij Portland Thorns. Wie is deze man? Wat heeft hij bereikt? Waarom krijgt hij de sleutels? Mensen vroegen zich dat hardop af. Ik behoor tot het type coach over wie weinig gesproken wordt maar die in stilte hard werkt en zich niet laat afleiden door gevoelens, meningen en populariteitscijfers.” De term ‘Sarina-plus’ schrok u niet af ? „Nee. Ik richt me alleen op mezelf en mijn werkwijze. Last van de grote schoenen die Sarina achterlaat heb ik niet. Van de KNVB hoorde ik dat anderen daar meer moeite mee hadden, zowel in het mannen- als vrouwenvoetbal. Want zoals mijn vrouw al zei: het kan maar één kant opgaan. Het is alsof je een huis koopt in een oververhitte huizenmarkt. Zo’n markt kan in elkaar donderen, maar ik was vooral benieuwd naar de staat van de afzonderlijke kamers. Welke kamer kon een likje verf gebruiken?” In een oververhitte huizenmarkt zijn huizen vaak overgewaardeerd. Geldt dat ook voor de vijfde plek die Nederland nu op de wereldranglijst bekleedt? „Nederland heeft een prachtig vrouwenteam met een ranking die daarbij hoort. Dat is niet alleen aan Sarina te danken, maar ook aan de speelsters. Ervaren speelsters én jonkies die aan de poort rammelen sinds zij door blessureleed een kans kregen hun kunsten te vertonen, zoals Kersten Casparij en Jill Baijings in het WK-kwalificatieduel tegen Cyprus in oktober. Krijgen zij ook een kans als de ervaren krachten allemaal gezond zijn? Dat wordt nog een hele puzzel.” Uw voorganger hield lang vast aan dezelfde kern. De noodzakelijke verversing en concurrentie bleef uit. Heeft dat niet tot achterstallig onderhoud van dat mooie huis geleid? „Ik ga daar geen mening over geven, dat vind ik niet netjes. Maar los daarvan: waren speelsters als Casparij en Baijings onder Wiegman klaar voor het echte werk? Had Wiegman hen überhaupt nodig? Zeker is dat ik hen goed kan gebruiken en dat het heel positief is dat zij konden laten zien wat zij waard zijn.” Sommige kenners vinden dat de progressie is gestokt en dat de ploeg tevergeefs zoekt naar verloren magie. U kunt toch niet ontkennen dat uw start als bondscoach niet best was? „Mijn start – de dubbelfunctie ook – was heel zwaar. Sportief gezien was het wisselvallig en
dan miste ik ook nog een vlucht voor de WKkwalificatiewedstrijd tegen Cyprus. Je wil niet weten hoe gefrustreerd ik in mijn hotelkamer zat, ik kon de muren wel afbreken. Maar ik heb de afgelopen maanden goede contacten met de speelsters en staf opgebouwd. Natuurlijk hoop je als coach op een vliegende start, maar soms moet je ook een stap terug doen. Ik wil mijn speelsters als individuen doorgronden. Wie heeft welke kwaliteit en identiteit in het team? Hoe versterk je de groepscultuur? Wie zijn de leiders? Ik wil dat speelsters zich daarvan bewust worden. Tegenover mij hebben zij zich daar over uitgesproken, maar de volgende stap is dat ze dat ook in de groep doen. De eerste weken van januari ga ik vol op dat proces inzetten, met behulp van experts. Pas in de maand daarna verwacht ik dat we sportief stappen gaan zetten. Dan gaan we nu en dan een glimp zien van het team dat we op het EK gaan zien. Pas tegen de zomer is dit team klaar voor het EK. Ik wil niets overhaasten. Het gaat er om dat we klaar zijn op het moment van do or die.” Speelsters noemen u een mensenmens. U deelt uw visie liever onder het genot van een kopje koffie dan door piketpaaltjes te slaan. „Speelsters willen soms bij de hand genomen worden, ze willen richting, daar ben ik me van bewust. Maar je kunt hun niet tot in detail vertellen wat ze moeten doen voor je weet wie ze zijn en wat je aan hen hebt. Die duidelijkheid komt snel en dan moeten we ook echt doorpakken. In januari spreek ik een-op-een met alle speelsters, om te reflecteren, analyseren en vooruit te kijken. Zo ben ik en zo geef ik leiding. Dat leidt vast tot allerlei meningen en gevoelens en dat is prima.” U heeft ooit gezegd: ‘Mijn valkuil is dat ik speelsters altijd wil helpen. Daar ben ik trots op, maar mijn staf moet me daar ook tegen in bescherming nemen.’ „Veel coaches denken dat ze superhelden zijn. Dat zij sporters wel even in de juiste richting kunnen duwen. Tot een betere versie van zichzelf kunnen smeden. Maar zo werkt het niet. Je ondersteunt, faciliteert en complementeert als coach, maar de sporter moet het uiteindelijk zelf doen. Vorige maand had ik een prachtig gesprek met een speelster die onzeker was over haar prestaties en mijn verwachtingen. Ze heeft de neiging tot pleasen. Ik heb haar gezegd dat ze moet spelen zoals ze is, niet zoals ze denkt dat anderen willen dat ze is. ‘Dus je zet me onder druk om mezelf te zijn’, vroeg ze. Zo’n gesprek is heel waardevol, maar daarna moet de speelster die kennis zelf in de praktijk brengen. En ik moet ervoor waken dat ik niet al mijn energie in dat ene individu stop. Als coach moet ik iedereen dienen.” Parsons nam onlangs zijn Amerikaanse Pro License -diploma in ontvangst, maar aan zijn UEFA Pro-opleiding moet hij nog beginnen. Waar anderen zouden opzien tegen zo’n verplichting naast een drukke baan, kijkt hij er juist naar uit om een jaar lang te studeren met andere topcoaches. „Ik ben op mijn best als ik er vol in ga”, zegt hij. „En het helpt mij vast de Nederlandse taal onder de knie te krijgen.” De verwachting is dat Parsons bij een mannenelftal stage gaat lopen. Hij grapt dat hij dat het liefst bij Ajax zou doen, de club waar hij in 2018 een week lang meeliep. „Maar Erik ten Hag is daar vast veel te druk voor. Ik zou hem alleen maar voor de voeten lopen met al mijn vragen.” De komende drie maanden woont hij in een kamertje in Zeist, waar hij zijn „koffer, laptop en voetbalschoenen” kan stallen. Daarna hoopt hij een appartement in dezelfde omgeving te betrekken, iets sfeervols. „Want familie is alles voor me”, zegt hij. „Ik vind het belangrijk dat mijn vrouw en dochter zich in Nederland gelukkig voelen tijdens weekenden en schoolvakanties. Zij gaan zich niet hier vestigen.” Een verhuizing, een opleiding en dan moet u Nederland ook nog naar het WK van 2023 loodsen en de titel op het EK verdedigen. 2022 wordt een pittig jaar. Hij knikt. „Het wordt spannend. Als coach heb ik niet overal een antwoord op, maar ik werk hard, draag zorg voor mijn mensen en heb een natuurlijke drang tot groei. Op basis van die drie dingen ga je er in het leven normaal gesproken op vooruit.”
SCHAKEN
Hans Ree
Winnen is een gewoonte
N
a zijn WK-match sprak Magnus Carlsen leerzaam over winnen en verliezen: „Winnen is niet iets voor soms, het is iets voor altijd. Je wint niet af en toe, je doet dingen niet af en toe goed, je doet ze altijd goed. Winnen is een gewoonte. Helaas is verliezen dat ook.” Hij had ook onprettig nieuws. Hij wil ermee ophouden, niet met schaken, maar met tweekampen om het wereldkampioenschap: „Het is onwaarschijnlijk dat ik nog een match zal spelen, behalve misschien als de volgende uitdager een representant is van de volgende generatie.” Dat moet dan Alireza Firouzja zijn, 18 jaar oud en tweede op de wereldranglijst. Sinds 2013 heeft Carlsen vijf van die matches gespeeld. Hij heeft ze alle vijf gewonnen. Wat moet hij nog? Anatoli Karpov speelde tien WK-matches in twintig jaar, maar misschien zijn moderne WK-matches benauwender. Iedereen zit maandenlang aan de computer en er wordt gezegd dat Carlsen zijn medewerkers strategisch over de tijdzones verdeelt, zodat het team 24 uur per dag voor hem kan werken. Er was nog een schokkend nieuwtje: onze KNSB overweegt om het vrouwenschaak af te schaffen. Niet het schaken door vrouwen natuurlijk, maar wel de aparte wedstrijden voor vrouwen, en niet meteen, maar in de toekomst. De bond wil beginnen met de kampioenschappen voor jongens en meisjes, die kunnen fuseren. Hoe moet dat later gaan? Onder de Nederlandse schakers staat Sopiko Guramishvili, de vrouw van Anish Giri, qua rating op de zeventigste plaats. Nummer twee van de vrouwen Eline Roebers (15 jaar) is 83ste van Nederland en nummer drie Zhaoquin Peng is honderdste. Roebers zal nog flink stijgen, maar het kan lang duren voordat mannen en vrouwen gelijkwaardig in één kampioenschap kunnen spelen. Het Meerjarenbeleidsplan van de KNSB spreekt over inclusiviteit, diversiteit en genderwisseling. Zijn ze daar zo eigentijds geworden dat ze echt de vrouwenkampioenschappen willen afschaffen? Ach nee, het zal goed aflopen, anders was dit geen kerstrubriek. De bond is pragmatisch en kent de juiste taal voor moderne subsidiegevers. Tea Lanchava - Anne Haast, NK Vrouwen Hoogeveen 2021 1. c4 e5 2. Pc3 Pf6 3. Pf3 Pc6 4. e3 Lb4 5. Dc2 0-0 6. Pd5 Te8 7. a3 Lf8 8. Ld3 g6 9. h4 Lg7 10. Pxf6+ Dxf6 11. h5 Pe7 12. hxg6 hxg6 13. e4 a5 14. Le2 Pc6 15. d3 Pd4 16. Pxd4 exd4 17. f4 d6 18. Ld2 Ld7 19. 0-0-0 Hier staat wits koning onveilig. 19...b5 20. g4 bxc4 21. dxc4 Zie diagram 21...Tab8 Met 21...d3 22. Lxd3 La4, waarna wit een kwaliteit verliest, kon zwart in het voordeel komen. 22. Ld3 Lxg4 23. Tdf1 Le2 24. Lxe2 d3 25. e5 dxe5 26. Lxd3 e4 27. Lc3 exd3 Na scherp spel staat het ongeveer gelijk. 28. Dxd3 Db6 29. Lxg7 Kxg7 30. Dc3+ f6 31. Td1 De6 32. Kb1 a4 Zwart moet oppassen, want haar koning staat onveilig. Met 32...Tbd8 kon het gevaar bezworen worden. 33. Ka1 Tb3 34. Dc2 De7 Met 34...f5 viel zwarts stelling nog te verdedigen. 35. Dh2 Tg8 36. Dh6+ Wit was ongetwijfeld in tijdnood. Met 36. Td7 kon ze de dame winnen. 36...Kf7 37. The1 Txa3+ Beter was meteen 37...Te3, hoewel wit in het voordeel blijft. 38. Kb1 Te3 39. Txe3 Dxe3 40. Dh7+ Tg7 41. Td7+ Ke6 42. Dxg7 Zwart gaf op. Als zwart niet wits koning met 37...Txa3+ naar b1 had gedreven, kon wit niet op deze manier winnen wegens Dc1+ met eeuwig schaak.
O�p�g�ave Noël�Studer�-�Nihal�Sarin,�Biel blitz�2021.�Zwart�begint�en wint
Oplossing:�1...Lf1�(een�grappig�zetje)�en�wit�gaf�op.�Er dreigt�2...Dg2�mat�en�2.�Kxf1 Dh1�is�ook�mat.�Met�2.�Txf1 verhindert�wit�het�mat,�maar dan�komt�damewinst�door 2...Lxf2+�3.�Txf2�Dxc4�en�zwart zou�makkelijk�winnen.
gen. Vanwege het tijdsverschil maakte hij soms werkdagen van zestien uur. En dan werd hij ook nog eens geconfronteerd met het grensoverschrijdend gedrag van zijn voorganger bij Portland, Paul Riley. Diens misstappen kwamen in oktober aan het licht en zorgden voor onrust bij zijn speelsters in de VS. Een moeilijke tijd, alles bij elkaar, maar vanaf 3 januari staat de 35-jarige Brit fulltime ter beschikking van de Nederlandse voetbalvrouwen. „Eindelijk”, zucht hij.
E30 Familieberichten
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
G�e�b�o�re�n
Geboren!
Tobias Benjamin Wolf Ikkersheim David en Carlijn Ikkersheim-Hoekstra broertje van Fedde, Floris en Olivier Utrecht, 20 december 2021
Geboren
Lucie Maren Diewertje Dijcks en Boudewijn Willekes zusje van Fiene Utrecht, 28 november 2021
Geboren!
Mauk Alexander Merel Heilbron & Jochem de Boer Taco Rotterdam, 16 december 2021
Zo blij dat jij er bent!
Meera Eloise Pherai Shareen Pherai & Laura de Baaij Nalini Delft, 15 december 2021
Noem mij, bevestig mijn bestaan, Laat mijn naam zijn als een keten Noem mij, noem mij, spreek mij aan, o, noem mij bij mijn diepste naam. Voor wie ik liefheb, wil ik heten
Bienvenue!
Otto Alexander Davidsz Catharina Schenck en David de Groot
- Neeltje Maria Min -
Den Haag, 17 december 2021 Met grote verslagenheid en onuitsprekelijk verdriet geven wij u kennis dat, ten gevolge van een noodlottig ongeval, mijn allerliefste vrouw, onze moeder en oma plots uit ons leven is gerukt.
Geluk, emotie, herinnering Op een eenvoudige, snelle en zekere manier uw familiebericht samenstellen en plaatsen in NRC. nrcadverteren.nl/familieberichten
Berthy Brink * 17.04.1945 te Deventer, NL
† 18.12.2021 te Luik, B
Wijnand, Floor, Susan, Victor, Chris, Daan en Joep De afscheidsdienst zal worden gehouden op 28 december in Eijsden, NL. In verband met de huidige coronamaatregelen zal het afscheid in besloten kring plaatsvinden. Correspondentieadres: Familie Brink, Het Fort 28, 1424 RW De Kwakel, Nederland
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Familieberichten E31 †
†
Op een eenvoudige, snelle en zekere manier uw familiebericht samenstellen en plaatsen in NRC.
nrcadverteren.nl/familieberichten
E32 Familieberichten
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Co�l�o�f�o�n Opgave�van�een�familiebericht Een�familiebericht�kunt�u�opgeven�via nrcadverteren.nl/familieberichten�of�een�e-mail�naar f�a�m�i�l�i�e�b�e�r�i�c�h�t�e�n�@�n�rc�.�n�l
Afdeling�familieberichten Bereikbaar�op�telefoonnummer:�020-7553052 (ma�t/m�vr�08.30�uur�-�17.00�uur)�of�via�e-mail: f�a�m�i�l�i�e�b�e�r�i�c�h�t�e�n�@�n�rc�.�n�l
Sluitingstijden Maandag�t/m�zaterdag�tot�uiterlijk�15.00�uur�op de�dag�vóór�plaatsing.
Voor�blijde�berichten n�rca�d�ve�r�t�e�re�n�.�n�l�/�f�a�m�i�l�i�e�b�e�r�i�c�h�t�e�n
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Familieberichten E33
“Il faut cultiver son jardin.” Na een rijk leven in Afrika, Amerika, Azië en Europa, is overleden onze wilskrachtige, erudiete, wijze en betrokken moeder en grootmoeder.
Wij zullen haar vreselijk missen.
Anne Mieke Mol - Dubois Eindhoven, 30 april 1924 - Amsterdam, 21 december 2021 Caspar Mol & Liesbeth Heikens Alexander, Timo, Roos Judit Mol & Chris Mol Petra Mol & Carla van Beurden Saskia Mol Vanwege corona heeft het afscheid in beperkte kring plaatsgevonden. Correspondentie: Van Swindenstraat 90, 3514XW Utrecht saskia.mol@hetnet.nl
Masha danki Selamat jalan Na een lang en boeiend leven is van ons heengegaan onze krachtige en lieve vader, schoonvader, opa, opa Jantje
Ir Jan Willem Bernard van Assen octrooigemachtigde
JAN BERNARD VAN NIEUWLAND
Medan (Ned. Indië) 19 januari 1930
Den Haag 18 december 2021
Echtgenoot van Martha Adriana Heeneman † 5 juli 2020 Wij zijn trots op hem en wij zijn hem dankbaar voor wat hij voor ieder van ons en voor onze familie heeft betekend. Den Haag
Maritza van Assen Henk Hoving Hugo, Rutger
Wassenaar Anton van Assen Eduard Annelore Zielstra Wassenaar
Reinier van Assen Clarinca van Assen-Hummel Jouke, Veerle, Tjepke
Bussum
Godert van Assen Odette Pieterse Claire, Charlotte, Coco
Onze grote dank gaat uit naar Team Zeewinde van Respect Zorg voor de liefdevolle verzorging van onze beide ouders in hun laatste jaren. De afscheidsbijeenkomst zal in besloten kring plaatsvinden. Correspondentieadres: Familie Van Assen Gentsestraat 137 2587 HN Den Haag
E34 Familieberichten
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Bedroefd maar ook vervuld van trots en mooie herinneringen nemen wij afscheid van mijn geliefde echtgenoot, vader, schoonvader en Opie
Willem Baron Bentinck van Schoonheten Pim 24 februari 1940
17 december 2021
Charlotte Bentinck van Schoonheten - Coldewey Wolter en Bonny Bentinck van Schoonheten - Reijneveld Charlie Berend Karin en Ronald Loudon - Bentinck van Schoonheten Max en Carole Bentinck van Schoonheten - Kohlinger Aimée Bentinck van Schoonheten Het afscheid zal vanwege de huidige beperkingen in kleine kring plaatsvinden.
Op een eenvoudige, snelle en zekere manier uw familiebericht samenstellen en plaatsen in NRC.
nrcadverteren.nl/familieberichten
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
EXCLUSIVE MATCHMAKING FOR GLOBAL LEADERS, EXPATS AND SUCCESSFUL ENTREPRENEURS WWW.INFINITYRELATIONS.NL
085 4019689
Extra aandacht? Meld je gratis aan!
Geld verdienen en sparen
Lekker in beweging
Heerlijk in de buitenlucht
Verdien bij als krantenbezorger Direct aan de slag Meld je aan op bezorgdekrant.nl
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M ZONDAG�26�DECEMBER 2�021
ILLUSTRATIE�JASMIJN�VAN�DER�WEIDE
|
SPECIAL�|
Slaap DE�DONKERSTE�TIJD�VAN�HET�JAAR�NODIGT�UIT�TOT�SLAPEN.�HOE�BELANGRIJK�IS�SLAAP?
W2 Wetenschap Wetenschap
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
C�O�LU�M�N
Beatrice de Graaf S�L�A�A�P�K�WA�L�I�T�E�I�T
Terreur en traum(a)
H
et was negen uur ’s avonds, ik strekte me net languit op de bank om een boek te gaan lezen, toen tot mijn afgrijzen de muren en wanden van mijn appartement ineens in het niets oplosten. Tot ver in de omtrek waren de muren van de huizen verdwenen. Uit mijn radio schalde het: „Aldus geldt vanaf de 17de van deze maand het decreet op de Afschaffing van Muren.” Dat was de droom van een 45-jarige arts in 1934, toen het Derde Rijk net een jaar onderweg was. Het motief is bekend. Veel mensen dromen dat ze ineens naakt en onbeschermd op een podium staan, of door duizenden mensen worden bekeken. Wat deze droom zo scherp maakt, is dat hier de angst historisch correct is. Het is geen droom, het is echte terreur: het Derde Rijk wás een totalitair regime dat per decreet miljoenen mensen aan zijn controle onderwierp – en erger. De droom heb ik uit een studie van Charlotte Beradt, die in 1962 een bundeling van 300 dromen publiceerde die zij optekende tussen 1934 en 1939. Het waren dromen afkomstig van Duitsers, ook Joodse, ten tijde van het Derde Rijk. Een andere droom is die van een gewone Duitse vrouw, die zo bang was om iets verkeerds te doen, dat ze in haar droom Russisch sprak, „en dat terwijl ik helemaal geen Russisch ken”. De totalitaire propaganda, de terreur van de assimilatie was tot diep in het binnenste van deze mensen doorgedrongen. Niet voor de voordeur, zelfs niet voor het bewustzijn hield de dictatoriale repressie op.
D
e historicus Reinhart Koselleck maakte de bundel van Beradt beroemd in zijn essay ‘Terror und traum’. Hij vroeg zich namelijk af wat de historicus met dromen moet. Je kunt er allerlei psychoanalyses op los laten, maar dat was voor Koselleck minder van belang. Het ging hem er om de brug te slaan tussen feit en fictie. Zouden dromen die brug kunnen zijn? Historici schrijven vaak diachrone geschiedenis, zegt Koselleck. Ze brengen de ontwikkelingen van de lange lijn in kaart, en komen met allerlei verklaringen en oorzakelijke verbanden waarom iets zo is gelopen als het liep. Maar geschiedschrijving in eventu, vanuit de belevingswereld van de historische figuren zelf, is veel moeilijker. Synchrone geschiedenis, noemt Koselleck dat. Breng maar eens als historicus in beeld wat de naziheerschappij precies met mensen deed. Dan geven dit soort nachtmerries een betere inkijk dan afstandelijke historische bespiegelingen. Koselleck ziet in dromen dus niet een diepere betekenis, geen psychoanalyti-
sche inkijk in de ziel, maar hij ziet dromen als een scherpere weergave van wat er om mensen heen in het leven van alledag al gaande is. Nare dromen weerspiegelen de stress en de zorgen die mensen vanuit het waken in de slaap meenemen. Opvallend genoeg sluit dat goed aan bij moderne theorieën over droomduiding, zoals geformuleerd in de threat simulation theory, of de dream continuity hypothesis van Schredl en Hofman (2003). Akelige nachtvisioenen geven niet alleen de angsten van de dag door, ze helpen mensen zich ook voor te bereiden op de dreigingen die in de ochtend niet weg zijn, maar zich des te ‘echter’ voor zullen doen. Inmiddels is er ook volop onderzoek gaande naar pandemie-gerelateerde dromen. Tal van mensen geven aan dat ze in hun slaap worden geplaagd door nachtmerries over mondkapjes, dat ze zich in ruimtes bevinden waar te veel mensen zijn, dat ze geen afstand kunnen houden, dat ze worden achtervolgd door chirurgen, of juist de weg naar het ziekenhuis niet kunnen vinden. Wereldwijd stellen onderzoekers bezorgd vast dat mensen meer en angstiger dromen (ook omdat we eenvoudigweg langer slapen, omdat we meer vanuit huis werken). En dat nachtmerries en angstdromen voorbodes kunnen zijn van depressie. Je kunt niet overdag én dan ook nog ’s nachts op de toppen van je adrenaline blijven functioneren. Een jonge vrouw uit Beradts boek beschrijft haar grootste nachtmerrie: dat is een ‘gedachtencontrolemachine’, een systeem dat zich uiteindelijk ook toegang tot je hoofd en zenuwsysteem weet te verschaffen. Volgens Beradt, en Koselleck, moeten we niet meteen in psychoanalyse vervallen, maar dromen zien als een neerslag van de directe politieke werkelijkheid om ons heen.
D
romen zijn wél accuraat, ze geven wel de feitelijke omstandigheden weer. Maar die moet je als historicus dan ook zo precies en correct mogelijk beschrijven, juist om bij te dragen aan een beter verstaan, en engagement met die politieke werkelijkheid. In de jaren dertig was dat de alomtegenwoordige dreiging van fysieke terreur, van een bewind dat mensen daadwerkelijk naakt en weerloos in kampen stopt en zelfs hun gedachten probeerde te vangen. Anno nu ligt dat complexer. De terreur in onze dromen, dat is de terreur die ons overdag wordt aangedaan. Maar is dat de terreur van concrete maatregelen die onze bewegingsvrijheid, inkomsten en werksituatie belemmeren? Of is het niet ook de terreur die we ons zelf aandoen, door ons bewustzijn en privéleven niet af te schermen, maar juist wagenwijd open te zetten en via sociale media alle worst case scenario’s, dreigingsbeelden angstvisioenen binnen te halen die we elkaar aanpraten? Toekomstige historici zullen ook deze sociale terreur in kaart brengen. Ze zullen zich vol verwondering afvragen waarom we die muren om ons bewustzijn in hemelsnaam zélf afbraken.
Beatrice�de�Graaf�is�hoogleraar�geschiedenis�van�de�internationale�betrekkingen�in U�t�re�c�h�t�.
Wie weinig slaapt hoeft nog niet slecht te slapen. „Het gaat niet om de kwantiteit maar om de kwaliteit.” Vier vragen over een goede nachtrust. Te�k�s�t�Gemma�Venhuizen Illustratie�Jasmijn�van�der�Weide
Van slecht slapen kun je wakker liggen
S
chaapjes tellen. Anijsmelk drinken voor het slapengaan. Oordoppen in. Slaapmasker op. Geen blauw licht van beeldschermen. Geen cafeïne. Een kruik voor warme voeten. Ademoefeningen: vier tellen inademen, vier tellen vasthouden, acht tellen uitademen. White noise of een monotone podcast als achtergrondgeluid. De lijst met huis-tuin-en-keukentips om in slaap te vallen is eindeloos. Maar wat is er wetenschappelijk bekend over de psychologie van het in slaap vallen, en van het doorslapen? En waarom gaat dat bij de een zoveel makkelijker dan bij de ander? Vier vragen.
1
Wanneer ben je een slechte slaper?
Volgens CBS-cijfers uit 2017 heeft ongeveer één op de vijf Nederlanders soms moeite met in slaap vallen; bij één op de tien is er sprake van echte slaapproblemen. Uit een meta-analyse die in 2020 in Nature Human Behaviour verscheen, gebaseerd op Nederlands, Brits en Amerikaans onderzoek, blijkt ook dat bij minstens 9,6 procent van de volwassenen sprake is van slapeloosheid oftewel insomnia. Daarbij slapen mensen minstens drie keer per week slecht voor ten minste drie maanden. „Vaak worden weinig slapen en slecht slapen op één hoop gegooid”, vertelt Eus van Someren, slaaponderzoeker bij het Nederlands Herseninstituut en hoogleraar neurofysiologie aan de Vrije Universiteit Amsterdam. „Maar slaapduur is iets anders dan slaapkwaliteit. Er
zijn mensen die zes uur slapen en dan volkomen uitgerust wakker worden, en er zijn mensen bij wie dat niet zo is.” Merijn van de Laar, slaaponderzoeker aan de Universiteit Maastricht en auteur van het boek Slapen als een oermens, deed tijdens zijn promotie onderzoek naar slaapduur. Langer in bed doorbrengen helpt een slapeloze niet: integendeel. „Het gaat niet om de kwantiteit maar om de kwaliteit. Het probleem van 9,5 uur in bed liggen is dat de slaapdruk erdoor kan afnemen.” Die slaapdruk is een biologische reactie in je hersenen die er, onder invloed van de stof adenosine, voor zorgt dat je slaperig wordt. „Net zoals je bij gebrek aan trek geen neiging voelt om te eten, krijg je bij gebrek aan slaapdruk niet de aandrang om te slapen.” Een algemeen kenmerk van slapeloosheid, legt Van Someren uit, is dat de slapeloze daar overdag hinder van ondervindt. „Bijvoorbeeld door prikkelbaar gedrag, of door hoofdpijn.” Los daarvan kunnen de slaapproblemen verschillende vormen aannemen: iemand kan moeite hebben met in slaap vallen, of juist met doorslapen, en ligt dan ’s nachts urenlang wakker.
2
Hoe ziet een goede nacht eruit?
‘Slecht slapen’ impliceert dat er ook ‘goed slapen’ bestaat. Goed slapen betekent over het algemeen: diep slapen en doorslapen. „Tijdens de nacht doorloop je meestal vijf of zes slaapcycli”, vertelt Van Someren. Zo’n slaapcyclus bestaat uit verschillende fasen. „In stadium 1 slaap je heel licht. Op een EEG – een
WetenschapWetenschap W3
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
elektro-encefalogram, dat de hersenactiviteit meet – verdwijnen dan de alfagolven, die kort voor het in slaap vallen te zien zijn en kenmerkend zijn voor een rustig, ontspannen brein. Maar die lichte slaap is niet voldoende voor een goede nachtrust. Als je iemand gedurende dat eerste stadium steeds wakker maakt, zodat de daaropvolgende fases niet intreden, dan wordt die persoon allesbehalve uitgerust wakker.” Via stadium 2, te herkennen aan andere golven, kom je terecht in stadium 3. „Die fase wordt vaak de diepe slaap genoemd, en werd vroeger zelfs opgesplitst in twee fasen: diep en héél diep. Maar van die benaming willen we als slaaponderzoekers eigenlijk weer af. Want na stadium 3 kom je terecht in de remslaap, en dat is feitelijk ook een vorm van diepe slaap.” Rem staat voor rapid eye movement en wordt gekenmerkt door snelle oogbewegingen en hersengolven, die duiden op veel hersenactivtiteit. Tegelijkertijd zijn de spieren ontspannen. Een hele slaapcyclus, dus van stadium 1 naar 2 naar 3 naar remslaap, duurt ongeveer anderhalf uur. Aan het begin van de nacht duurt de remslaap kort, soms maar een minuut. Aan het einde van de nacht kan dat oplopen tot meer dan een kwartier. De remslaap wordt vaak omschreven als de ‘droomslaap’, omdat je in die fase van de slaap het meest levendig droomt. Van Someren: „Vol geuren en kleuren en onlogische avonturen. Maar uit onderzoek blijkt dat mensen zelfs als ze uit stadium 3, dus die zogenaamde diepe slaap, worden wakker gemaakt, óók vaak omschrijven dat ze in een droom zaten, al is die minder duidelijk te definiëren.”
De diepe slaap en de remslaap zorgen zowel voor een ontspannen lichaam als een ontspannen brein. En dat zorgt bijvoorbeeld voor betere concentratie en emotieregulatie. Zo is uit onderzoek bekend dat de amygdala, het ‘angstcentrum’ van de hersenen, minder sterk wordt gereguleerd na een slapeloze nacht. Maar juist die twee belangrijke slaapfasen zijn minder aanwezig bij mensen die slaapmiddelen gebruiken. Van de Laar: „Slaapmiddelen zorgen voor een surrogaatslaap.” Van Someren: „Je kunt ze beter anti-waakmiddelen noemen.”
3
Waarom is slapen voor de één zoveel makkelijker dan voor de ander? Mensen die last hebben van slapeloosheid krijgen vaak allerlei goedbedoelde tips. „Maar vaak doen ze er al van alles aan om de slaap te kunnen vatten. Ze drinken geen cafeïne, vermijden blauw licht in de avond...”, zegt Van Someren. „Dus slecht slapen is niet per se gekoppeld aan slechte slaapgewoontes.” Of je een goede slaper bent is deels genetisch bepaald. „Verder hangt het voor een groot deel af van dingen die we nog niet begrijpen”, zegt Van Someren. „Al lijkt het ook samen te hangen met verhoogde waakzaamheid. Vaak zien we dat mensen die zijn opgegroeid in een onveilige omgeving later meer kans hebben op slapeloosheid. In hun volwassen leven blijven ze extra alert.” En een oplettend brein is een actief brein, dat niet snel in slaapstand raakt. „Eén van de manieren om te onderzoeken of iemand in slaap valt, is om degene een drukgevoelige sensor – een soort muntje – tussen duim en wijsvinger te laten houden.
Mensen denken bij stress altijd aan iets negatiefs Merijn�van�de Laar n�e�u�ro�f�y�s�i�o�l�o�o�g
Op het moment van in slaap vallen verslappen de spieren, en valt dat muntje. Bij goede slapers is het een effectieve methode, bij slechte slapers niet. Want die schrikken op het moment dat het muntje bijna valt wakker, met het idee: ik mag mijn taak niet verzaken.” Maar ook zonder aangeboren gevoeligheid kan stress roet in het eten gooien. Van de Laar: „Mensen denken bij stress altijd aan iets negatiefs, maar positieve stress – bijvoorbeeld door verliefdheid – kan óók zorgen voor slapeloosheid.” Voor sommige mensen met een onrustig brein kan het helpen om ademhalingsoefeningen te doen. Ook het opzetten van continu achtergrondgeluid – zoals een stromende rivier of zogeheten white noise, ‘witte ruis’ werkt voor sommige lichte slapers kalmerend omdat het andere, plotselinge geluiden maskeert.
4
Wat helpt bij het in slaap vallen?
Een stappenplan voor de perfecte nachtrust: was het maar zo eenvoudig. Toch zijn er wel een paar basisvoorwaarden om goed in slaap te vallen, en door te slapen, zegt Van Someren. „Je moet het sowieso comfortabel hebben. Wat dat precies inhoudt is voor iedereen anders. Mensen met een hoog metabolisme produceren veel warmte en geven daardoor wellicht de voorkeur aan een koelere slaapkamer. Maar heb je koude voeten, dan helpen misschien warme sokken.” Een ontspannen gevoel kun je ook nastreven met bepaalde bedtijdrituelen. Hulpmiddelen als een slaapmasker
of een oordoppen zijn weliswaar in de basis bedoeld om licht- en geluidprikkels buiten te sluiten, maar in de praktijk wek je er ook een pavlovreactie mee op: ik heb mijn maskertje op, dús ik word slaperig. „Als je eenmaal van die rituelen hebt, kom je er vaak moeilijker weer van af”, zegt Van Someren, zelf al decennia een fervent oordoppenslaper. Andere voorbeelden van bedtijdrituelen kunnen bijvoorbeeld het drinken van anijsmelk, het luisteren van een podcast, het voorlezen van een verhaaltje of het slapen met een knuffel zijn. Het nadeel van die pavlovreactie is dat die ook averechts kan werken. Als je last hebt van slapeloosheid, dan kun je je slaapkamer gaan associëren met wakker liggen. Van Someren: „Om die reden krijgen mensen die cognitieve slaaptherapie volgen ook altijd te horen dat ze, wanneer ze wakker liggen, het beste uit bed kunnen komen om even wat rustgevends te doen in een andere omgeving.” Die therapie vormt de meest gangbare en effectieve behandelmethode van insomnie. Wat ook kan helpen: regelmaat, specifiek in de ochtend. „Of je een uurtje eerder of later naar bed gaat maakt niet zoveel uit, zolang je ’s ochtends maar zoveel mogelijk op hetzelfde tijdstip je bed uitkomt. Anders raakt je biologische klok ontregeld en is het ’s avonds moeilijker om de slaap te vatten.” Vanwege die biologische klok is het in de avond ook belangrijk om blauw licht te vermijden, liefst zo’n twee uur voor het naar bed gaan. Van de Laar: „In principe gaat dat om vrijwel al het felle licht. In wit licht zit licht van allerlei golflengten, ook van de blauwe.”
Coördinerend Beleidsadviseur
Business Integration Manager
Goede prim. en sec.arbeidsvoorwaarden - Amsterdam
Good remuneration package and excellent career possibilities - Utrecht Area Company | Our client is a group of independent private label (IPL) companies, operating worldwide in the area of food processing and marine industry, who are owned by a successful and prominent listed group. The culture of the companies can be described as informal and hands-on, with focus on teamwork and quality. Job description | The Business Integration Manager will report to the CFO of the IPL companies and will have a wide range of tasks and responsibilities, working on program/project management, amongst others with focus on realizing the integration and implementation of corporate guidelines and rules. The scope of this challenging job will concentrate around financial reporting, coordination of IT integration, data security management, participation in future M&A projects and the coordination of internal operational optimization processes. Candidate profile | Academic working level combined with a completed degree, for example in finance or business administration. Minimum of 8 years working experience, preferably in an international company. Experienced in program and/or project management. IT-literate and fluent in Dutch and English. Team player with a hands-on attitude. Strong in stakeholder management. Analytical, energetic and flexible. Structured and result oriented approach.
Bedrijf | Als beroepsorganisatie van alle 22.000 accountants in Nederland zet de Koninklijke Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (NBA) zich in voor haar leden en richt zij zich op actuele vraagstukken. Als gevolg van groei en ontwikkeling van de organisatie is de NBA op zoek naar nieuwe collega’s. De NBA biedt als ambitieuze, kennisintensieve netwerkorganisatie ruimte voor eigen inbreng, waardoor medewerkers echt zelf het verschil maken. Functie | Je bent verantwoordelijk voor het ontwikkelen, opzetten en implementeren van de nieuwe syste matiek en toetsingskader voor Permanente Educatie (PE) van de bij de NBA aangesloten accountants. In deze nieuwe functie geef je verder vorm aan het kader en het proces en stuur je hierin bij. Je bent aanspreekpunt voor het netwerk van onder andere accountantskantoren, ledenorganisaties en opleiders en overlegt met hen over de kwaliteit en randvoorwaarden van de PE-systematiek. Tevens fungeer je als vraagbaak voor jouw collega-adviseurs, coördineer je de werkzaamheden van het team en stem je af met de manager van de afdeling Lerend Beroep. Kandidaat | Afgeronde hbo/wo-opleiding, ervaring met beleidsontwikkeling, leerprocessen, toetsing, accreditaties en programma-ontwikkeling. Goed stakeholdermanagement en organisatiesensitief. Consultant: Rinke Dolfsma, mobiel 06 29 23 91 31 | www.yerexec.com/10016884
Consultant: Peter Jeurissen, mobiel 06 45 40 06 89 | www.yerexec.com/10016898
Head of Accounting
Project Finance Analyst
Goede voorwaarden in ondernemend familiebedrijf - Soest Bedrijf | Keune is een wereldwijd familiebedrijf met lef, opgericht door Jan Keune en maakt al sinds 1922 haarproducten voor professionals. De kenmerkende stijl is om zowel medewerkers als samenwerkingspartners te laten voelen dat zij onderdeel zijn van de familie. Oftewel zaken doen zij met een persoonlijk tintje. Het hoofdkantoor, het laboratorium en de productie in Soest vormen samen het hart van de organisatie. Functie | Om de groei en volgende fase van optimalisatie en digitalisering te realiseren is deze nieuwe positie van Head of Accounting (lid MT) gecreëerd. Een unieke kans om met energie en initiatief jouw steentje bij te dragen aan de gewenste verbeterslagen en de organisatie procesmatig beter op de kaart te zetten. In deze positie ben je verantwoordelijk voor het Nederlandse financiële accounting team (4 personen) en de financiële aansturing en coördinatie van de internationale verkoop entiteiten. Daarnaast stel je de consolidatie en periodieke rapportages op. Kandidaat | Een afgeronde master opleiding in financiële richting en minimaal 8 jaar relevante werkervaring. Ervaring in een internationale FMCG en/of productieomgeving. Kennis van en ervaring met verbeterprocessen. Leidinggevende ervaring is een pre. Sterke affiniteit met ERP-systemen (JDE) en Excel. Goede beheersing van de Nederlandse en Engelse taal.
Goede arbeidsvoorwaarden - Soest Bedrijf | Keune is een wereldwijd familiebedrijf met lef, opgericht door Jan Keune en maakt al sinds 1922 haarproducten voor professionals. De kenmerkende stijl is om zowel medewerkers als samenwerkingspartners te laten voelen dat zij onderdeel zijn van de familie. Oftewel zaken doen zij met een persoonlijk tintje. Het hoofdkantoor, het laboratorium en de productie in Soest vormen samen het hart van de organisatie. Functie | Om de groei en volgende fase van optimalisatie en digitalisering van de accounting processen te realiseren is deze nieuwe positie gecreëerd. Op operationeel niveau ben jij bezig met het rapportageproces, grootboek onderhoud, debiteuren-/crediteurenbeheer en de inrichting van nieuw geïntegreerde administraties. Op strategisch niveau ben je bezig met het continu optimaliseren en innoveren in lijn met de finance functie van de toekomst. Het streven naar efficiëntie staat hierin centraal. Kandidaat | 2 tot 4 jaar relevante werk ervaring in optimalisatie van processen. Afgeronde bachelor opleiding in financiële/economische/ bedrijfskundige richting. Je hebt een proactieve houding en resultaat- en servicegerichte instelling. Je hebt projectmanagement skills waardoor je weet te prioriteren en verwachtingen managen. Door je communicatieve vaardigheden en energieke persoonlijkheid weet je anderen in beweging te krijgen.
Consultant: Claudia van der Putte, mobiel 06 15 86 20 76 | www.yerexec.com/10016779
Consultant: Claudia van der Putte, mobiel 06 15 86 20 76 | www.yer.nl/job/VAC-10015675
Bekijk deze vacatures op yerexecutive.com/nrc
Wetenschap W5
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Wekelijks�stuit Karel�Knip�in�de alledaagse�werkelijkheid op�raadsels�en onbegrijpelijke�verschijnselen.
Prinsjes en feeën snurken niet
Deze week: slapen in sprookjes.
D�o�o�r�n�ro�o�s�j�e�was�net vijftien�toen�ze�zich prikte�aan�een�spinklos en�in�slaap�viel. FOTO�GETTY�IMAGES
ALLEDAAGSE�WETENSCHAP
H
et prinsesje dat besloot om in een hoge boom te gaan slapen omdat haar vader met haar trouwen wilde zal niet goed geslapen hebben. De man die naast de vrouw van zijn broer in bed belandde had last van het tweesnijdend zwaard dat tussen hen lag. En de kleermaker die door een schoenmaker de ogen kreeg uitgestoken en onder een galg met halfvergane lijken de nacht doorbracht had het ook niet goed getroffen. Maar meestal wordt er in de sprookjes van Grimm diep en onbekommerd geslapen. De wolf die zeven geitjes opat zakte onmiddellijk in een diepe sluimer. Het dier dat de grootmoeder van Roodkapje en Roodkapje zelf naar binnen werkte kon niet meer uit bed komen. De man die de draak met zeven koppen alle zeven koppen afsloeg en de tong uitsneed wist nog net zijn prinsesje op te halen voor hij ook in slaap viel. Doodop. Anders dan de gang naar het woud heeft ‘slapen’ bij de gebroeders Grimm geen diepere betekenis. Het is wat het is en kan overal en altijd. Op een veren bed, op het mos in het bos, op stro, in het hooi, onder een appelboom of langs de weg met het hoofd op een reekalfje of een paardenschedel. Het overkomt je. Bijna alle slapers snurken dat het een aard heeft: de reuzen, de rovers, de draken en de duivel, alle-
maal. De koningskinderen, de dwergen en de feeën: nee, die niet. Zó diep is de Grimmse slaap dat je prinsesjes een stuk uit hun nachthemd kan snijden zonder dat ze er iets van merken. Anderen laten zich in hun slaap hun diepste geheim ontfutselen of krijgen kippenbloed op hun lippen gedruppeld waardoor het lijkt of ze kinderen hebben opgegeten. Maar meestal word je bij de Grimms in je slaap gewoon doodgeslagen, doodgestoken, gekeeld of verslonden. Het kan ook gebeuren dat je wakker wordt zonder ogen. Niet altijd is de slaap bij Grimm een spontane slaap, het komt voor dat een Schlaftrunk door de nachtwijn was geroerd. Valse koninginnen en verkeerde bruiden hadden daar een handje van, soms was het een oude hulp of kamerdienaar die met het goedje een dreigend gevaar moest afwenden. Het ligt niet in de aard van sprookjes om uit te leggen wat voor middelen werden ingezet. Laudanum? Belladonna? Alruin? Een eeuw geleden had het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde er een artikelenreeks over. Wat het gif was waarvan Sneeuwwitje de dupe werd weten we dus niet. Mét dat andere prinsesje, Doornroosje, is zij de bekendste Grimm-slaper. Sneeuwwitje had het ongeluk als zevenjarige al knapper te zijn dan haar moeder die toch ook duivels knap was. De koningin trok dit niet en droeg een jager op het kind dood te schie-
ten. Maar de man kreeg slappe knieën en liet het meisje levend achter in het bos. Daar wordt ze wel door de wolven opgevreten, dacht-ie. Maar Sneeuwwitje vond onderdak bij een stel dwergen c.q. mijnwerkers waarvoor ze het huishouden ging doen. De mannetjes raakten aan haar gehecht en waren ontdaan toen de jaloerse
Sneeuwwitje had het ongeluk als zevenjarige al knapper te zijn dan haar moeder moeder er alsnog in slaagde haar te vergiftigen. Opeens lag ze voor dood op de vloer. Ze regen ontredderd haar keurslijfje los en wasten haar met water en wijn. Daarna kamden ze haar haar en stopten ze het overschot in een kist waar je doorheen kon kijken. Jaren later werd die kist meegegeven aan een passerende prins die hem prompt liet vallen waardoor Sneeuwwitje wakker werd. Want ze was schijndood geweest, dat bestaat. Nog dezelfde dag trouwde ze. Of ze toen nog steeds zeven was hebben de Grimms niet bekendgemaakt. Misschien was ze slapend acht jaar ouder geworden. Vijftien is de vaste leeftijd waarop sprookjesprinsesjes trouwen. Doornroosje wás net vijftien toen ze
zich, zoals voorspeld, aan een spinklos prikte en in slaap viel. Of daar überhaupt vergif aan te pas kwam staat niet vast, de spinster waar ze op bezoek was lijkt te goeder trouw. De Grimms maken er niet veel woorden aan vuil maar bijzonderheden kennen we van een verslag bij Perrault (‘Moeder de Gans’). Perrault beschrijft hoe de hevig geschrokken spinster het paleispersoneel alarmeerde en hoe dat Doornroosje op een chic bed legde, onmiddellijk ook haar keurslijfje losveterde en haar slapen bette met ‘l’eau de la reine de Hongrie’, dat wij nu loderein noemen. Het hielp allemaal niet, pas honderd jaar later wordt het kind gewekt door een prins die gelijk weer met haar naar bed wil en voorlopig niet aan trouwen denkt. Dit ging de Grimms te ver. Sympathiek detail: een fee had bedacht dat het wel zo aardig was als het paleispersoneel honderd jaar met Doornroosje mee sliep, dan zag ze bekenden als ze wakker werd. Zo ging het ook. De beschrijving bij Perrault, toch al zo mooi, verschilt op één plaats wezenlijk van die van de Grimms: de vader en moeder van Doornroosje, die zo zielsgraag een kind hadden gewild, worden niet in slaap gebracht als het meisje aan haar coma begint. Zij kusten hun dochtertje vaarwel en verlieten het paleis. Het kan jaren duren voordat je dat zinnetje opmerkt.
Karel�Knip
W6 Wetenschap
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
P�R�E-�I�N�D�U�ST�R�I�E�E�L SLAPEN
De moderne mens sluit zich ’s nachts op in een comfortabele slaapkamer. Maar dat is niet altijd zo geweest. Als een jager-verzamelaar iemand nodig had, maakte hij hem gewoon wakker. Die slaap kon later op de dag wel weer ingehaald worden.
ILLUSTRATIE�JASMIJN�VAN�DER�WEIDE
Door�onze�redacteur Hendrik�Spiering
De nacht had lange tijd een sociaal karakter
Wetenschap W7
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
N
egen jaar oud was Jane Rowth, in 1697, toen ze een verklaring aflegde voor een Schotse onderzoeksrechter. Over de dood van haar moeder. Jane vertelde dat haar moeder „na haar eerste slaap” een pijp was gaan roken bij de haard. Daarna waren twee bevriende mannen gekomen, die zeiden: „Laten we doen wat we hebben afgesproken.” Tegen Jane zei de moeder: „Ik ben er morgenochtend weer, ga maar stil liggen.” Pas een paar dagen later werd het lijk van de moeder gevonden. Een menselijk drama, meer dan driehonderd jaar geleden. Maar Jane’s terloopse opmerking over die ‘first sleep’ van haar moeder zette de Amerikaanse historicus Roger Ekirch (1950) op een spoor dat zijn carrière zou bepalen. Hij kwam Jane’s getuigenis tegen toen hij in de jaren tachtig zat te bladeren in de ‘the Northern Assize records of England’. First sleep! Eindelijk had Ekirch énig idee over hoe mensen sliepen in vroeger tijden. „Ik werkte aan een boek over het nachtleven in de vroeg-moderne tijd. En ik was panisch dat ik dan ook over slaap moest schrijven”, zegt Ekrich nu, via een zoomverbinding vanuit Virginia. Hij is er hoogleraar geschiedenis aan Virginia Tech. „Ik wist niets van biologie en waar vind je ooit historische bronnen over slááp?” In de jaren daarna vond Ekrich in juridische en andere bronnen nog veel meer aanwijzingen voor die eerste en tweede slaap: kénnelijk sliepen Europeanen voor het industriële tijdperk anders dan nu. De huidige gewoonte – en algemeen geaccepteerde norm – om een uur of acht aan één stuk te slapen, bestond toen nog helemaal niet. Voor de komst van schelle gaslampen en elektrisch licht, toen ook de klok nog niet het leven strak regeerde, ruwweg dus voor halverwege de negentiende eeuw, heerste eeuwenlang de ‘onderverdeelde slaap’ (segmented sleep), zo ontdekte Ekrich in zijn bronnenmateriaal. In zijn succesvolle boek At Days Close. Night in Times Past (2006) en in vele artikelen, vat Ekirch het aldus samen. Een familie ging zo tussen negen en tien uur ’s avonds naar bed, meestal met meerdere slapers in één ruimte, om vervolgens twéé keer in te slapen. Want na een drie of vier uur slaap waren de meesten al weer een uurtje of langer wakker, om over hun dromen na te denken, te bidden, een praatje te maken, huishoudelijke klusjes te doen, zelfs bier te brouwen of simpelweg om – zoals Jane’s moeder – even te roken. Daarna was het weer tijd om te slapen, opnieuw een uur of drie, vier.
Veel meer plezier Die tussenwake was niet alleen een sociaal moment, maar werd ook als ideaal gezien om medicijnen in te nemen. En, zoals Ekrich met plezier opmerkt, in veel medische handboeken werd die tussenwake ook specifiek aanbevolen voor seks. Want dan is de vruchtbaarheid het hoogst, citeert Ekrich de zestiendeeeuwse arts Lauren Joubert, „en is er ook veel meer plezier”. En heel opvallend, zegt Ekirch vanuit Virginia: „In de medische handboeken uit de Middeleeuwen en de vroeg-moderne tijd vind je opmerkingen over slapeloosheid: als mensen die niet kunnen inslapen. Nooit wordt als probleem gezien om ’s nachts een tijdje wakker te zijn. Dat was normaal. Dat probleem verschijnt pas eind negentiende eeuw als er een nieuw slaappatroon is ontstaan, het onze.” Volgens Ekirch zijn er ook nu wel resten van de oude gewoontes terug te vinden. Begin jaren 90 was er zelfs een onderzoek naar bioritme waarin proefpersonen langdurig zonder kunstlicht leefden, met dagelijks veertien uur duisternis. Na een
paar weken ontstond een ritme waarin ze ’s nachts vier uur sliepen, een paar uur wakker werden, en vervolgens weer een uur of vier sliepen. Ekirch: „Zelfs nu we zo’n heel ander slaappatroon hebben, is het kennelijk niet moeilijk om onder de juiste omstandigheden terug te vallen op dat oudere patroon.” En let op, voegt Ekirch er aan toe: „Ik vind dus niet dat die segmented sleep het normále, universele slaappatroon van de mens zou zijn. Maar ik denk wel dat het het dominante patroon in de westerse wereld was. Ik zie al verwijzingen bij Homerus, maar ook in brieven van Erasmus. Tweehonderd jaar geleden begon dat te veranderen, door een ander tijdsregime en het elektrisch licht. Het huidige slaappatroon is ook niet beter of slechter dan het vorige, denk ik. We kunnen ook niet terug. Persoonlijk bevalt het moderne slaappatroon mij prima.” Het onderzoek van Ekirch bevat een vrij overtuigende overvloed aan historische verwijzingen naar de eerste en tweede slaap, vanaf de Oudheid tot in de negentiende eeuw. Zijn werk wordt ook vaak geciteerd en overgenomen in andere studies. Maar veel ander onderzoek naar historische slaappatronen is er niet.
De Engelse edelen In haar boek Sleep in Early Modern England (2016) schrijft historica Sasha Handly (University of Manchester) dat zij Ekirch’s dubbeleslaappatroon niet heeft gevonden in haar onderzoek onder de Engelse elite van driehonderd jaar geleden. „De rommelige overleving en de onsamenhangendheid van het bronnenmateriaal maakt het ook moeilijk om een universeel model voor de slaappraktijk op te stellen, dat voor zoveel verschillende gemeenschappen hetzelfde zou zijn”, schrijft Handly sceptisch. Haar edelen gaan laat naar bed, en slapen dan door tot ver in de ochtend. Van enig sociaal leven tijdens nachtelijk ontwaken is geen spoor. Van die kritiek ligt Ekirch niet wakker: „Ik heb nooit beweerd dat dat segmented sleep universéél zou zijn. En ik sluit ook niet uit dat de Engelse edelen wel degelijk een breekpunt in hun slaap hadden, waarin ze wakker waren. Omdat ze zo laat gaan slapen, begint hun tweede slaap dan pas in de ochtend. Dit uitslaappatroon is ook een statussymbool: deze mensen konden het zich veroorloven om laat naar bed te gaan en lang in bed te blijven liggen.” Een groter probleem voor de these van de gesegmenteerde slaap is een onderzoek door de Belgische historicus Gerrit Verhoeven (Universiteit van Antwerpen) die vorig jaar een analyse publiceerde van slaapverwijzingen in achttiende-eeuwse verslagen van de Antwerpse criminele rechtbank. Zoals in 1788 Johannes Gerollus, getuige van een mishandeling, die verklaarde dat hij om kwart voor zeven was opgestaan. Of zoals Anna Pool, die in 1775 getuigde dat zij rond een uur of twee ’s nachts met een schok wakker werd omdat een vriend op de deur stond te bonzen. Met handige statistiek wist Verhoeven uit 271 van zulke ‘slaaptijdmeldingen’ een patroon destilleren. Gemiddelde Antwerpenaren in de achttiende eeuw lagen amper zeven uur in bed. Rond een uur of tien ’s avonds gingen ze slapen en ze stonden rond half zes alweer op, in de zomer eerder dan in de winter. Op zondag en ook maandag (die toen als een soort weekenddag gold) stonden ze ook wat later op – dan was werk minder belangrijk. En het opvallendst is: Verhoeven vond geen enkel vermelding van gesegmenteerde slaap. „Mensen werden wel regelmatig ’s nachts wakker, door lawaai. Maar dan wilden ze vooral weer graag terug naar bed”, zegt Verhoeven via Zoom. „Ik had eigenlijk liever wel wat aanwijzingen
voor die segmented sleep gevonden, want dat is natuurlijk veel interessanter. Maar niks. Als die gewoonte ingeburgerd zou zijn, zou je toch wel iets verwachten.” Op grond van de tijd die de Antwerpenaren volgens Verhoevens berekening in bed doorbrachten, zou het niet eens kunnen: die zeven uur lang in bed is echt veel te kort om ook nog eens uitgebreid op te staan in de nacht. „Antwerpen was al best een moderne stad in die tijd. Als Ekirch gelijk heeft, was het in Antwerpen zeker al eerder verdwenen”, zegt Verhoeven behoedzaam. „Ik zie het gewoon niet.” Ekirch stuurde als antwoord maar liefst twee ‘letters to the editor’ naar het Journal of Sleep Research dat ook Verhoevens studie publiceerde. Hij hamert daarin vooral op statistische punten, zoals dat Verhoeven maar 87 vermeldingen van nachtelijk ontwaken vond, die ook nog eens allemaal uit de tweede helft van de 18de eeuw kwamen. En zelfs ook al werden die ontwakingen altijd toegewezen aan lawaai van buiten en dergelijke, dan nog kan het in de praktijk nog wel gesegmenteerde slaap zijn? „En als je die segmented sleep nog bij negentiende schrijvers als Hawthorne, Balzac en Tolstoj beschreven vindt, dan zal het toch wel wijd verspreid zijn geweest?” De herhaalde reposte van Ekirch overtuigt Verhoeven niet: „Ik had in mijn Antwerpse bronnen dan toch wel verwijzing naar eerste of tweede slaap mogen verwachten? Maar ik vind het nu ook niet in de dagboeken en dergelijke uit dezelfde tijd die ik op slaapverwijzing aan het onderzoeken ben.”
Zonder dutjes overdag Natuurlijk is het behoorlijk ontwikkelde Antwerpen van de achttiende eeuw niet te vergelijken met samenlevingen van jagers-verzamelaars, maar zélfs daar is die segmented sleep niet te vinden, schrijft Verhoeven, onder verwijzing naar een recent antropologisch onderzoek naar slaap bij dergelijke groepen in Afrika en Zuid-Amerika uit 2015. En sterker nog: ook die sliepen verrassend kort, van gemiddeld minder dan zes uur per nacht tot hooguit zeven uur. En zonder veel dutjes overdag. Net als in Antwerpen dus! Maar zoals Ekirch in zijn riposte benadrukt: óók op dat baanbrekende onderzoek, waarbij bijna honderd jagers-verzamelaars gemiddeld twaalf dagen lang een activiteitenmeter om de pols droegen, is kritiek gekomen: die uitkomsten kunnen niet gelden voor álle pre-industriële samenlevingen. Het onderzoek van niet-moderne slaap staat nog in de kinderschoenen, zoveel is wel duidelijk. Helder is wél dat in de antropologie – net als door Ekirch – het sociale karakter van de nacht wordt benadrukt, niet alleen omdat mensen vrijwel nooit alleen sliepen en slapen,
maar ook omdat gesprekken en andere interacties schering en inslag zijn tijdens nachtelijk ontwaken. In een eerste antropologische inventarisatie van slaap in pre-industriële samenlevingen uit 2002 constateerden Carol Worthman en Melissa Melby al dat bij jagers-verzamelaars en eenvoudige landbouwers de tegenwoordig zo strakke grens tussen slaap en waken helemáál niet zo scherp is – onder andere door het gebrek aan vaste bedtijden. In de nacht kan ook iemand wiens mening ineens van belang werd geacht, best even wakker worden gemaakt. En andersom kan bij sommige groepen iemand die overdag een conversatie zat is, eenvoudig in slaap vallen zonder dat iemand ervan opkijkt.
Slapen zonder stilte Fluisteren omdat iemand slaapt is er sowieso niet bij. „Mensen blijven wakker zolang er iets interessants gebeurt waaraan ze willen deelnemen: een gesprek, muziek, dans. Daarna vallen ze in slaap. En soms komen ze dan toch weer overeind omdat ze weer iets belangwekkends horen.” Kinderen leren van jongs af om onder vrijwel alle omstandigheden te slapen, zonder stilte. Er zijn trouwens ook slaappatronen gevonden die wél mooi in Ekirch’ schema vallen. Zo publiceerde in 2017 de antropoloog David Samson met anderen een onderzoek naar slaap in een kleinschalige landbouwgemeenschap op Madagaskar – waar 21 mensen gemiddeld twee weken met een activiteitenmeter rondliepen. De bevolking bleek maar gemiddeld 6,5 uur per nacht te slapen maar dutte overdag wel veel. En na middernacht, na de eerste slaap, was er in de helft van de nachten veel gemeenschappelijke activiteit. Al met al lijkt het er dus op dat de moderne slaper langer, beter en dieper slaapt, in zijn stille, afgesloten slaapkamer. Toch klagen tegenwoordig veel mensen over slecht slapen. Hoe kan dat? Over die nadelen van de moderne slaap publiceerde dezelfde David Samson vorig jaar een opvallende analyse op Biorxiv. De niet-moderne slaap mag rommelig, lawaaiig en fluïde zijn, ze is wel heel flexibel: wie te weinig slaapt heeft veel mogelijkheden om later nog wat bij te slapen, desnoods overdag. Terwijl juist de moderne slaap nauw bepaalde grenzen heeft, meestal bepaald door de wekker. Wie slecht slaapt moet de volgende dag tóch op tijd naar zijn werk. En ook de lichamelijke bioritmes moeten zich voortdurend aanpassen aan de strakke bedtijden. Volgens Samson heerst in de moderne samenleving dus geen epidemie van slapeloosheid, maar is er wel een prijs die moet worden betaald voor het doorgaans juist veel béter slapen dan vroeger.
Persoonlijk bevalt het moderne slaappatroon mij prima Roger�Ekirch historicus
cadeauspecial
Bowers & Wilkins PX7 draadloze over-ear koptelefoon Hoogwaardig geluid, comfort en design Spectaculair geluid dat muziek een extra dimensie geeft Geen last van storende geluiden door Active Noise Cancelling Kraakheldere digitale gesprekken dankzij 2 ingebouwde HD-microfoons Hoogwaardige materialen en een verfijnd design voor optimaal comfort De hele dag luisterplezier met een accu die 30 uur actief luisteren meegaat
Van 399,- voor
259,-
True sound
Slimme functies
Eindeloos comfort
De PX7 is het topmodel van Bowers & Wilkins. De geluidskwaliteit is levendig, gedetailleerd, transparant en gebalanceerd met als resultaat dat de muziek precies klinkt zoals de artiest het bedoeld heeft.
Dankzij Active Noise Cancelling geniet je optimaal van je muziek zonder afleidingen van buitenaf. En als je een oorschelp optilt stopt de muziek automatisch. Daarnaast is de PX7 uitgerust met 2 high-end microfoons die ervoor zorgen dat (video)calls kraakhelder zijn.
De hoofdband en oorkussens zijn ontworpen om ook bij lang dragen comfortabel te blijven. Lichtgewicht (310 gr) en vuilafstotend. Met een batterij voor 30 uur actief luisteren en een wekenlange stand-by modus kan je altijd je luistersessie vervolgen.
Voor alle aanbiedingen en om te bestellen ga naar:
nrcwebwinkel.nl/cadeauspecial
Wetenschap W9
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
BEELD�VAN�DE�WEEK
Octopus Slaapfase�met�acht schokkende�armen Ogen�dicht,�een�ineengedoken�kop�en acht�armen�om�zich�heen�gevouwen.�Deze octopus�slaapt,�dat�is�duidelijk.�Maar�dit�is maar�één�kant�van�de�sluimerende�octopus.�Want�net�als�zoogdieren,�reptielen�en vogels�kent�de�octopus�een�actieve�slaapfase,�schreven�Braziliaanse�biologen�dit vo�o�r�j�a�a�r�in�i�S�c�i�e�n�ce�.�In�deze�rem-achtige slaap�verschiet�de�huid�van�de�octopus�van kleur,�schokken�acht�armen�en�schieten�de pupillen�heen�en�weer.�Deze�slaapfase�is cyclisch�en�duurt�maar�kort:�41�seconden. Dat�het�echt�om�twee�verschillende�fasen gaat,�toonden�de�biologen�aan�door�de dieren�wakker�te�maken.�Ze�tikten�met�een hamertje�tegen�het�aquariumglas�of�speelden�een�video�af�van�een�krab�(een�octopuslekkernij).�Het�was�veel�moeilijker�de octopus�uit�zijn�actieve�slaap�te�wekken. De�noodzaak�voor�afwisseling�tussen�actieve�en�rustige�slaap�is�kennelijk�diep�voor dieren�met�complexe�zenuwstelsels,�denken�de�biologen.�Weekdieren�als�de�poelslak�hebben�een�slaap�met�maar�één�fase. Lucas�Brouwers
FOTO�ISCIENCE
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
AcademicTransfer-NRC Carrière
Postdoctoral researcher
Postdoc
Professor of Applied Sciences
Postdoc position
Clusterhoofd Richtlijnontwikkeling
Postdoc/senior onderzoeker gezondheidszorg
Research Data Coördinator
The Rijksmuseum Fellowship Programme
Wil je werken in de wetenschap? Gebruik de url in de vacatures en ga naar scienceplatform.nl voor de volledige vacaturetekst. Op zoek naar wetenschappelijk talent? Het SciencePlatform is hét antwoord op uw wervingsvraag op WO niveau (minimaal Msc).
SciencePlatform wordt mogelijk gemaakt door
Meer informatie over het plaatsen van vacatures? Neem contact op via t. 020 755 3055 | e. carriere@nrc.nl
W10 Wetenschap
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
HERSENEN
A
Chronisch slecht slapen is niet alleen een symptoom van aandoeningen als depressie, angst en dementie. Het zou die ook kunnen uitlokken of verergeren. Zo ontstaat een vicieuze cirkel.
ILLUSTRATIE�JASMIJN�VAN�DER�WEIDE
Door�onze�redacteur�Niki�Korteweg
Een goede nachtrust spoelt het brein schoon
l na één gebroken nacht merken we het. Je concentreren is lastig, onthouden waar je je sleutels hebt neergelegd of wat je wilde doen lukt moeilijk. En als de dingen ook maar éven niet gaan zoals je wilt, schiet je uit je slof. Of je barst in tranen uit. Slaapgebrek heeft onmiddellijk effect op de werking van de hersenen: de stofwisseling vertraagt. Het voorste puntje van het brein, de prefrontale hersenschors, gaat als eerste onderuit. Dat is nadelig voor allerlei functies waarbij dit gebied cruciaal is, zoals concentratie, het geheugen, het reactievermogen, en emoties en impulsen in toom houden. Dat gebeurt niet alleen na een complete nacht doorhalen. Steevast slecht slapen, of een paar uur per nacht minder dan je nodig hebt – gemiddeld zeven à acht uur – ondermijnt de dagelijkse prestaties even hevig. En het wordt steeds duidelijker dat langdurig slaapgebrek sommige psychiatrische stoornissen in de hand kan werken. Psychiatrische aandoeningen gaan vaak gepaard met slaapproblemen. Ze treden op bij depressie, angststoornissen, ADHD, posttraumatische stressstoornis, schizofrenie en bipolaire stoornis, en ook mensen met dementie of de ziekte van Parkinson slapen slecht. De aandoening veroorzaakt de verstoorde slaap, was tot voor kort het idee. Maar de aanwijzingen stapelen zich op dat het óók andersom is: chronisch slaapgebrek zou wel eens psychiatrische problemen kunnen uitlokken of verergeren. Het is een wederzijdse beïnvloeding, denkt slaaponderzoeker Matthew Walker van de universiteit van Californië, Berkeley. Slaaptekort is een risicofactor, naast genetische aanleg en andere omgevingsinvloeden. Het neurologische patroon dat wetenschappers zien bij een chronisch slaaptekort, komt overeen met dat bij veel psychiatrische stoornissen. Zo ontdekte Walker dat allerlei hersengebieden die betrokken zijn bij emoties en beloning, veel reactiever worden bij slaaptekort. Onder meer een gebiedje dat een rol speelt bij angst en agressie: de amygdala. Bij proefpersonen die een nacht niet hadden geslapen, reageerde die 60 procent sterker wanneer zij akelige beelden zagen – een verminkt lichaam, een heftige vechtscène – dan mensen die wél acht uur hadden geslapen, bleek in de fMRI-scanner. De amygdala staat onder controle van de prefrontale schors, maar die bleek functioneel ontkoppeld bij de slapelozen. Datzelfde is bijvoorbeeld ook kenmerkend bij depressie, angst en stress. Bij depressie en andere stemmingsstoornissen lijkt slaaptekort zowel symptoom als uitlokker – met een vicieuze cirkel tot gevolg. Onderzoek richt zich dan ook op cognitieve gedragstherapie tegen slaapproblemen. Met name bij depressie is hier al veel onderzoek gedaan, en de resultaten zijn bemoedigend. Recent onderzoek van het Nederlands Herseninstituut bij mensen met een slaapstoornis en een aanleg voor depressie laat zien dat deze behandeling kan voorkomen dat een depressie optreedt of verergert.
Slapend schoonspoelen Een andere ingrijpende aandoening waarvoor naarstig onderzocht wordt of die afgeremd kan worden door voldoende slaap, is de ziekte van Alzheimer. Die gaat gepaard met geheugenverlies, maar ook vaak met slaapproblemen, die heviger worden naarmate de ziekte voortschrijdt. De kwaliteit van slaap verslechtert sowieso in de loop van het leven. Maar bij alzhei-
merpatiënten is de verstoring, met name van de diepe slaap, nog veel erger. Kenmerkend voor alzheimer is het samenklonterende eiwit bèta-amyloïde in bepaalde hersengebieden. Dat is giftig voor hersencellen. In één gebied begint dat al in een vroeg stadium: midden in de prefrontale hersenschors. Uitgerekend dat gebied is essentieel voor de aanzwengeling van de grote, trage hersengolven die diepe slaap kenmerken. De stapeling van beta-amyloïde daar zou weleens de oorzaak kunnen zijn van de verstoorde diepe slaap bij alzheimer. Walker ontdekte bij zeventigplussers in zijn slaaplab: hoe meer amyloïdstapeling zij hadden in dat gebied, des te meer de trage golven van de diepe slaap verstoord waren, én hoe slechter zij een lijstje nieuwe feitjes konden onthouden de volgende morgen. De nieuwe herinneringen werden niet meer goed geconsolideerd, iets wat normaal gebeurt tijdens diepe slaap. Die ontdekking zou de oplossing kunnen zijn van een groot mysterie rondom alzheimer: de oorzaak van het dramatische geheugenverlies. Want verbazingwekkend genoeg hoopt zich géén bèta-amyloïde op in de hippocampus, de spil van het geheugen. Het mechanisme zou kunnen zijn: de amyloïdeklonters in de prefrontale schors verstoren de diepe slaap, en daardoor verslechtert de opslag van herinneringen.
Schadelijke afvalstoffen „Het bewijs voor slaaptekort als mogelijke oorzaak voor dementie is nog niet heel hard”, zegt geriater Jurgen Claassen van het Radboud UMC in Nijmegen. Een mogelijke verklaring voor de amyloidstapeling door slaapgebrek is er al wel. „Sinds een paar jaar is duidelijk dat in het brein een soort lymfestelsel bestaat, dat schadelijke afvalstoffen wegvoert”, zegt Claassen. Dat gebeurt vooral ’s nachts, en met name tijdens die essentiële diepe slaap. Dan spoelen afvalstoffen tien tot twintig keer sterker weg. De stroom gaat gelijk op met het pulserende ritme van die kenmerkende grote, trage hersengolven. Ook bèta-amyloïde wordt zo elke nacht weggespoeld – en dat gebeurt minder efficiënt bij een gebrek aan diepe slaap. Dat blijkt uit onderzoek bij muizen, en Claassen vond ook aanwijzingen bij mensen. „Bij gezonde mannen die we een hele nacht wakker hielden, daalde de hoeveelheid amyloïde in het hersenvocht in de loop van de nacht niet, en bij mannen die mochten slapen wel.” Walker en andere onderzoekers speuren naar manieren om specifiek de diepe slaap te verbeteren. Er worden bijvoorbeeld medicijnen getest, en er zijn manieren om met geluidspulsen de trage golven van de diepe slaap te versterken. Maar chronisch slaaptekort leidt niet steevast tot amyloïdstapeling en dementie, weet Claassen. „We deden onderzoek bij oudere havenloodsen, die 25 jaar lang om de week 24 uur per dag oproepbaar zijn. Zij slapen dus de helft van hun werkzame leven slecht. Maar hun cognitieve vermogen en de hoeveelheid beta-amyloïde in hun hersenen weken niet af van die van een controlegroep.” „Het zou kunnen dat slaap een rol speelt bij het ontwikkelen van dementie, naast andere risicofactoren, zoals een hoge bloeddruk, roken, overgewicht, slechthorendheid, te weinig lichaamsbeweging”, zegt Claassen. „Maar ik denk niet dat alleen slecht slapen genoeg is om de ziekte te krijgen.”
Wetenschap W11
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
VO�E�D�I�N�G
J
Wie moe is, is minder geneigd verstandige keuzes te maken. Dan zul je ook sneller een zak chips opentrekken. „Te weinig slaap is het beste recept voor zwaarlijvigheid.”
ILLUSTRATIE�JASMIJN�VAN�DER�WEIDE
Door�onze�redacteur�Martine�Kamsma
Slaapgebrek maakt dik, en wie dik is slaapt slecht
e bent net lekker onder zeil, helemaal ontspannen. En dan, zonder dat je het merkt, sluit je luchtpijp, stokt je adem en zit je even, een seconde of tien, zonder zuurstof. Je lichaam schokt, een luide snurk, je ademhaling komt weer op gang en je zakt weer weg. Snurkend. En dat soms wel twintig keer per uur. De volgende ochtend denk je: waarom ben ik nou zo geradbraakt? Ik heb toch acht uur geslapen? Je bedgenoot weet het antwoord trouwens wel. Churchill had het. Naar schatting 600.000 Nederlanders hebben het, slaapapneu. Overgewicht is een belangrijke oorzaak; bij een stevige hals wordt de luchtpijp eerder afgesloten. Zware mensen slapen slechter. Het vervelende is: het omgekeerde geldt ook. Slechte slapers hebben vaker overgewicht. Licht slapen, onregelmatig slapen, maar vooral kort slapen is een risico. En niet alleen omdat korte slapers meer uren in een dag hebben om te eten. Eve Van Cauter, een Belgische endocrinoloog, gepensioneerd hoogleraar in Chicago, roept het al decennia: als je wilt weten waarom de bevolking steeds zwaarder wordt, moet je ook naar slaap kijken. Bij lezingen laat ze vaak twee lijntjes uit de epidemiologie zien. Slaap gaat omlaag. Obesitas omhoog. Weliswaar lijdt in Nederland een kleiner deel van de bevolking onder slaapgebrek dan in de Verenigde Staten. En slechte slaap is bepaald niet de enige oorzaak van overgewicht. Maar ook als ‘slechts’ 10 procent van de volwassen Nederlanders de aanbevolen zeven tot negen uur niet haalt, doet dat de volksgezondheid geen goed. „Slaapgebrek raakt elk proces in het lichaam”, zegt Van Cauter, die er decennia lang onderzoek naar heeft gedaan. Hoe die processen elkaar onderling beïnvloeden is nog niet compleet ontrafeld. Maar er zijn de laatste twintig jaar wel belangrijke stukjes van de puzzel gelegd. Uit grote bevolkingsstudies was al bekend dat diabetes type 2, ‘suikerziekte’, vaker voorkomt bij korte slapers, zelfs als je roken, drinken en andere factoren eruit filtert. Door onderzoek in het lab werd duidelijk hoe snél kort slapen de bloedsuikerregulatie verstoort. Al na zes dagen met maximaal vier uur slaap was het lichaam van proefpersonen 40 procent minder effectief in het opnemen van glucose (suikers), dan bij de groep met een goede nachtrust. Niet alleen werkt de insulineproductie minder goed, cellen reageren ook slechter op het insulinesignaal en nemen daardoor minder glucose op. Alsof „de straatriolering potdicht zit”, zo beschrijft slaapexpert Matthew Walker het in zijn boek Why we sleep (Slaap). „Een huisarts zou de persoon in kwestie onmiddellijk diagnosticeren met het voorstadium van diabetes.”
Toegeven aan trek Er gaat meer mis bij nachtbrakers, ontdekte Eve Van Cauter. Slaaptekort doet iets met de eetlust. Ze gaf de proefpersonen in haar slaaplab evenveel eten en evenveel beweging. En wat bleek: korte slapers hadden lagere concentraties van het verzadigingshormoon leptine in hun bloed en juist meer ghreline, het hormoon dat honger veroorzaakt. Van twee kanten wakkert slaap op die manier de honger aan. Om te kijken of mensen ook toegeven aan hun trek, zette ze in een volgend onderzoek een groep gezonde mensen een buffet voor waarvan ze onbeperkt mochten eten. Als ze kort sliepen aten, zo bleek, aten ze gemid-
deld 300 kilocalorieën meer. Drie bolletjes roomijs. Dat lijkt niet veel, maar als je consequent te kort slaapt, kan dat kilo’s per jaar aanzetten. Later bleek ook nog dat mensen met slaaptekort die mogen kiezen, vooral de snacktafel plunderen, met chips, koekjes, ijs en ander calorierijk voedsel. Dat kan te maken hebben met een toename van endocannabinoïden, stofjes die lijken op wat er in cannabis zit. Iedereen die weleens geblowd heeft, weet dat je daar een enorme vreetkick van kan krijgen. „Het hedonistische gevoel, het plezier in eten, is sterker als je kort slaapt en dat maakt dat je meer eet dan je lichaam nodig heeft.” Snacktrek krijgen vermoeide mensen ook van het stresshormoon cortisol, dat net als andere hormonen gekoppeld is aan de biologische klok. Aan het begin van de nacht gaat het cortisolniveau omlaag en midden in de nacht gaat het weer omhoog om, zodat we bij het ontwaken klaar zijn voor alles dat ons te wachten staat. Minder slaap zorgt voor méér cortisol in de nacht, voor verstoring van de insulinerespons en voor onweerstaanbare trek. Minstens zo belangrijk als genoeg slaap is het dus om je biologische klok te volgen. Niet voor niets noemt Van Cauter nachtwerkers „de mijnwerkers van deze tijd”. Niet alleen hebben ze vaker dan gemiddeld overgewicht, ook hart- en vaatziekten en kanker komen vaker voor bij mensen die in ploegendiensten werken.
Liever chips dan wortels Eve Van Cauter keek naar hormonen, Matthew Walker onderzocht juist de hersenactiviteit van proefpersonen. Hij hield ze een hele nacht wakker en liet ze daarna afwisselend foto’s van appels, wortels, ijs, donuts, et cetera zien. Op de scans zag hij dat de prefrontale cortex, het stukje brein waarmee we verstandige keuzes maken, het bij de vermoeide proefpersonen verloor van de hersengebieden waar de lekkere trek het voor het zeggen heeft. Je bent moe, je trekt gedachteloos een zak chips open en niets in je zegt: pak nou die wortels! Wie langer wakker is, verbrandt meer calorieën, kun je denken. Maar helaas: dat beetje extra energie weegt niet op tegen de calorieën die je extra eet. Bovendien zullen vermoeide mensen eerder op de bank ploffen dan de sportschool induiken. Korte slapers hebben minder puf om te bewegen. Of zoals Walker zegt: „Te weinig slaap is het beste recept voor zwaarlijvigheid.” De wetenschap is nog lang niet klaar met het onderzoek naar slaap en gewicht. Zo wordt nog volop onderzocht in hoeverre het uitmaakt wanneer en hoe vaak je eet en slaapt. En onderzoekers staan pas aan het begin van de invloed van slaap op de darmflora, en hoe het microbioom ten negatieve verandert door slaaptekort. Maar als je Eve Van Cauter vraagt waar ze nog graag antwoorden op zou vinden, komt ze eerder op het terrein van de gedragswetenschap, zegt ze vanuit het huis van een hoogopgeleide vriendin waar ze tijdelijk woont en waar tot haar verbazing nergens een goed verduisterde slaapkamer te vinden is. Met nog grotere bezorgdheid vertelt ze over een recent bezoek aan een middelbare school. De leerlingen, kinderen van rijke, hoogopgeleide ouders, dommelen in de klas vaak weg, omdat ze na school naar zoveel clubjes moeten dat ze structureel te kort slapen. „Er is genoeg kennis over de impact van slaapgebrek, maar hoe krijg je een bevolking met een goede slaaphygiëne in een wereld waarin alles erop gericht is om ons wakker te houden?”
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
Hoe ouder we worden, hoe minder slaap we nodig hebben Gemiddeld aantal uren slaap van Nederlanders
Bijna de helft wil zijn slaapkwaliteit verbeteren. Maar actie ondernemen blijkt lastig.
Aanbevolen aantal uren slaap
16
11 - 14 14
10 - 13 12
Kennis
9 - 11 8 - 10
10
7-9
7-9
7-9 7-8
8
6
4
2
0
vs.
Gedrag
62%
66%
wist dat koffie drinken vlak voor je naar bed gaat onverstandig is,
deed dit wel.
59%
68%
wist dat je beter geen alcohol kan drinken vlak voor het slapen.
deed dit wel.
93%
53%
wist dat sporten vlak voor het slapen niet verstandig is.
deed dit wel.
78%
73%
wist dat het de slaap kwaliteit ten goede komt als je altijd op dezelfde tijd opstaat, ook in het weekend.
deed dit niet.
* 1-2
3-5
6-13
14-17
18-25
26-40
41-65
65+
* Niet bekend NRC 241221 / MvS & DJ / Bron: Hersenstichting en IKEA, Trimbos-instituut, Erasmus MC
H
S�l�a�a�p�g�e�d�ra�g
oe ouder we worden, hoe minder slaap we nodig hebben. Als baby en peuter is het gezond ruim de helft van een etmaal te slapen. Voor volwassenen is 7 tot 9 uur aanbevolen. Rond ons pensioen is een uurtje korter ook genoeg. Dit betekent dat we ongeveer een derde van ons leven slapend doorbrengen. Maar houden Nederlanders zich ook aan deze aanbevolen hoeveelheid? Het overgrote deel (90 procent) houdt zich aan het minimum van 6 uur. Opvallend zijn tieners, de helft slaapt een uur korter (7 uur) dan aanbevolen. Dat blijkt uit een grote slaapstudie van onder andere het Erasmus MC in opdracht van de Hersenstichting. In deze slaapstudie werden voor Nederland gegevens uit 36 grote slaaponderzoeken geanalyseerd, van in totaal ruim 200 duizend mensen. Deze gegevens bestonden uit slaapdagboeken en vragenlijsten. Dit werd aangevuld met gegevens van een meter om de pols – als die in een studie gebruikt waren. De meeste Nederlanders slapen dus lang genoeg. Toch worden veel van hen niet uitgerust wakker. Dat heeft te maken met sla-
Tieners slapen te weinig
peloosheid. De oorzaak verandert naarmate we ouder worden. Tieners en 65-plussers worden het vaakst 's nachts wakker. Onder jongvolwassenen is de groep die moeite heeft met in slaap komen het grootst. Vanzelf te vroeg wakker worden komt onder volwassenen het meest voor. Over het algemeen kwamen slapeloosheidsymptomen het minste voor onder 26-40 jarigen en het meest onder 65-plussers en mensen die langer dan negen uur in bed liggen. Vrouwen, niet-Europeanen, rokers en mensen met overgewicht hadden het vaakst slaapproblemen. Vrouwen rapporteerden iets langer te slapen dan mannen, maar meer moeite te hebben met doorslapen en in slaap komen. Ook gebruiken vrouwen vaker slaapmedicatie. Het verschil tussen mannen en vrouwen ontstaat in de puberteit. Tienermeisjes hebben vaker moeite om in slaap te komen en om de hele nacht door te slapen dan jongens.
Merel�Wiersma
Verdere�weetjes
11
Verdere weetjes Vanzelf vroeger wakker worden dan gewenst,
Gebruik van slaapmedicatie
in procenten Vrouwen
mannen
6,1%
25
dagen
20 Mannen
15 10
is de langste periode zonder slaap, op naam van Randy Gardner
17,5%
5 0
18-25
26-40
41-64
65+
Ouders met een pasgeboren baby gaan 400 tot 750 uren slaap mislopen
Vrouwen slapen slechter dan mannen
Moeite met in slaap komen, in de leeftijd 14-17 jaar
Vrouwen
Mannen
62%
18,5%
13,6%
38%
NRC 241221 / MvS & DJ / Bron: Nederlands Slaap Register, Trimbos-Instituut, Erasmus MC, Hersenstichting en IKEA
Vrouwen
Mannen
Punt.
vrouwen 30
Na vijf nachten van slaapgebrek hebben drie drankjes met alcohol hetzelfde effect als zes drankjes normaal hebben
SASKIA EGAS R E PA RA Z 12
RO B KEMPS 16
MARLI HUIJER 24
JA N D I N O ASP ORAAT 26
D O NA L D P OLS 38
DA A N PR E VO O 40
ANNEMARIE MANGER 48
SV E T L A NA GANNOE SJKINA 54
VMBO KLASGENOTEN KOEN, ISA, EMIN, RICK EN JULIA 18
C A RO L I N E VAN DER PLAS 30
EEN JAAR IN HET LEVEN VAN EEN ZOMEREIK 45
&
5 ESSAYS 3 PROFIELEN ERIK TEN HAG 62
ABDI NAG E E Y E 64
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2�021
DE VERHALEN VAN 2021
TOBI LAKMAKER 8
Voor woord
D
onald Pols was de man met de hoed die na de gewonnen zaak van ‘zijn’ Milieudefensie tegen Shell juichend de rechtszaal uitliep. Saskia Egas Reparaz moest de noodlijdende HEMA erbovenop krijgen terwijl de winkels dicht waren. Jandino Asporaat besloot niet op te treden zolang theaters qr-codes controleren bij de deur. Daan Prevoo zag het water stijgen in Valkenburg. Caroline van der Plas maakte haar entree in Den Haag, Kamala Harris in Washington en Tobi Lakmaker in de letteren. Hugo de Jonge verloor zijn geduld, Erik ten Hag won de landstitel en álle Champions League-groepswedstrijden. En één zomereik stond het hele jaar waar hij stond. Dit zijn de verhalen van dit jaar, opgetekend door veertien NRC-journalisten, in de dikste interviewbijlage die we ooit maakten. Aangevuld met vijf essayisten over de vijf grote nieuwsthema’s van 2021: corona, de kabinetsformatie, klimaat, geopolitiek en het sportjaar. De illustraties zijn van Anne van den Boogaard, die na het inleveren van haar werk vertelde dat ze vaak aan Alice in Wonderland denkt en dat ‘White Rabbit’ van Jefferson Airplane haar favoriete nummer is. Het is eraan af te zien. Elk van haar illustraties werd een surrealistisch landschap waarin allerlei vreemde dingen gebeuren – geen slechte samenvatting, bovendien, van het jaar 2021. Eén uitzondering daargelaten werden alle geïnterviewden gefotografeerd door Daniel Niessen. Hij zocht juist wat meer rustige, verstilde omgevingen, bij voorkeur buiten. En een foto waarin de geïnterviewde zichzelf bij voorkeur niet zo snel zou herkennen. Dat lukte: „Zo zie ik mezelf nooit gefotografeerd”, zei HEMA-baas Saskia Egas Reparaz achteraf. Voor nrc.nl maakte Niessen een soort ‘bewegende’ portretten, die het midden houden tussen een foto en een kort filmpje. Siegfried Woldhek, ten slotte, tekende voor deze bijlage de portretten van Hugo de Jonge, Xi Jinping en Kamala Harris.
Co�ö�r�d�i�n�a�t�i�e Anne�Dohmen�en�Peter�Zantingh E�i�n�d�re�d�a�c�t�i�e Mischa�Cohen,�Joke�Mat,�Leonie�van�Nierop, Arjan�Paans�en�Marjoleine�de�Vos A�r�t�-�d�i�re�c�t�o�r Anne-Marije�Vendeville
INTERVIEWS
DE VERHALEN VAN 2021
TOBI LAKMAKER 8 vernoemde zichzelf naar een postbode SASKIA EGAS REPARAZ 12 zat met de HEMA-directie bij het kampvuur ROB KEMPS 16 droomt van Snollebolleques in Parijs VIJF VMBO-LEERLINGEN 18 moeten een toekomst kiezen MARLI HUIJER 24 wil nooit terechtkomen op de IC JANDINO ASPORAAT 26 geeft geen vrijkaartjes aan recensenten CAROLINE VAN DER PLAS 30 is niet bang om fouten te maken DONALD POLS 38 versloeg Shell DAAN PREVOO 40 ging als burgemeester het gevecht aan met het water
14
DE ZOMEREIK 45 gaf geen antwoord – maar communiceerde wel met andere bomen ANNEMARIE MANGER 48 vergelijkt de opdracht van Tata Steel met Griekse mythologie SVETLANA GANNOESJKINA 54 liet Poetins dankbrief toch maar boven haar bureau hangen ERIK TEN HAG 62 is als een vader voor zijn Ajacieden
Vo�r�m�g�ev�i�n�g Ingrid�van�Halteren�en�Lars�Zuidweg
ABDI NAGEEYE 64
Fo�t�o�re�d�a�c�t�i�e Nicole�Robbers,�Heleen�Peeters�en�Natalia�Toret
gunde zijn vriend en lotgenoot ook een Olympische medaille
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
CORONA Het is niet per se aangenaam om ‘onderdeel van de geschiedenis’ te zijn, vindt Floor Rusman 6
POLITIEK Tom-Jan Meeus constateert dat in Den Haag vooral veel bij het oude blijft 28
5 KLIMAAT Als het klimaat ve ra n d e r t , ga je naar alles anders kijken, stelt René Moerland 36
PROFIELEN
ESSAYS
5
3 GEOPOLITIEK De democratie kan volgens Michel Kerres wel wat heldenmoed gebr uiken 50
SPORT Een beetje nederigheid zou de topsport sieren, schrijft Carolina Trujillo 60
HUGO DE JONGE leest alles over covid én over zichzelf 34
XI JINPING is misschien wel de machtigste leider sinds Mao 52
KAMALA HARRIS verpieterde in haar eerste jaar als vicepresident 58
ILLUSTRATIE�ANNE�VAN�DEN�BOOGAARD
CORONA
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
7
FLOOR�RUSMAN Redacteur NRC
Voor het eerst lopen de krantenkoppen parallel aan mijn eigen leven
‘H
et gaat allemaal nog veel erger worden dan nu”, zegt mijn lunchpartner. „De besmettingen gaan weer stijgen, de ziekenhuizen lopen vol, gevaccineerden worden woedend, ongevaccineerden ook, er komt een vaccinatieplicht, extreemrechts groeit…” Hij klinkt excited. Ik vraag of hij dit geen eng vooruitzicht vindt. Nee, zegt hij. „Ik vind het gewoon spannend om onderdeel te zijn van de geschiedenis.” Lange tijd heb ik me tegoed gedaan aan de coronaberichtgeving alsof het een feestmaal betrof. Niet met mes en vork, maar gulzig, zoals je een kip naar binnen werkt. En steeds bleek er meer vlees aan de botten te zitten. De eerste maanden, in het voorjaar van 2020, knaagde en kloof ik erop los als een van de hoofdpersonen in La Grande Bouffe, de film waarin mensen zich dood eten. Tot diep in de nacht las ik papers over virussen en epidemieën, besmettingsroutes, lockdowns en mondkapjes. De grootste gulzigheid verdween na een tijdje, maar ook toen hield ik vreetbuien. In intellectueel opzicht is corona een gift that keeps on giving: hoe vaak kom je een crisis tegen die elk aspect van het leven beroert, van de wetenschappelijke praktijk tot de inrichting van cafés en van productieprocessen tot de datingmarkt? Toch klopt er iets niet aan mijn verder zo treffende kipmetafoor. Die doet alsof ik een consument ben van de crisis, in plaats van een onderdeel ervan. Ik moet denken aan die keer, tegen het einde van mijn studietijd, dat mijn moeder zei: „Wat ga je eigenlijk doen als je afgestudeerd bent? Je weet dat je vóór je 27e geen bijstandsuitkering kunt aanvragen, hè?” Natuurlijk weet ik dat, dacht ik verontwaardigd – ik had me voor mijn studie verdiept in de geschiedenis van het Nederlandse socialezekerheidsstelsel. Pas daarna realiseerde ik me dat die nieuwe regel dus ook voor mij gold. Ik was niet alleen iemand die de sociale zekerheid bestudeerde, maar ook een 27-minner. Ook ik was dus, in de woorden van mijn lunchpartner, ‘onderdeel van de geschiedenis’. Toch voelde het niet zo. Wat bedoelen mensen als ze het hebben over ‘de geschiedenis’? Toen de Amerikaanse politicoloog Francis Fukuyama in 1989 het einde van de geschiedenis uitriep, bedoelde hij dat de strijd tussen de grote ideologieën was beslist. Mijn lunchpartner bedoelde iets soortgelijks: ‘de geschiedenis’ staat voor hem gelijk aan grote gebeurtenissen, breuken, wrijving – dingen die in de geschiedenisboeken belanden. Volgens commentatoren begon de geschiedenis weer in 2001, met de aanslagen van 9/11 en de war on terror. Zelf merkte ik daar niks van. Op anderen hadden de aanslagen een directe impact: hun land werd binnengevallen, of ze kregen te maken met islamofobie. Ik hoefde alleen maar mijn haarcrème in flesjes van maximaal honderd milliliter te stoppen voor ik ging vliegen. Ook na 9/11 was de geschiedenis voor mij geen dagelijkse realiteit, maar eerder een schim die ik zo nu en dan in een parallelstraat voorbij zag schieten. De moorden op Pim Fortuyn en Theo van Gogh veranderden daar niks aan. Ik merkte dat het maatschappelijk debat verhardde. Maar mijn persoonlijk leven? Ik was geen moslim, asielzoeker, cartoonist of politicus. Als ik de krant dichtsloeg, zag de wereld er hetzelfde uit als vóór de moorden. Hetzelfde gold tijdens de kredietcrisis: bedrijven gingen failliet, mensen raakten werkloos, en ik zat in de universiteitsbibliotheek. DUO bleef mijn lening elke maand overmaken. Van die lening kocht ik biertjes in het café, waar ik met mijn vrienden sprak over het islamdebat, de kredietcrisis en al
die andere zaken die zich in een andere dimensie leken af te spelen. Af en toe verontrustte dit mij. Geen mens kan zo langdurig langs de geschiedenis heen leven, dacht ik: vroeg of laat komt het tot een treffen, en dat zal waarschijnlijk geen leuke ontmoeting zijn. Zul je net zien dat ik de geschiedenis ontmoet in de vorm van een IS-strijder die mij doodschiet in de trein. Uiteindelijk werd het geen IS-strijder, maar een virus. In maart 2020 werd ik door de geschiedenis omvergelopen en teruggedrongen in mijn huis. Voor het eerst in mijn bestaan liepen de krantenkoppen parallel met mijn persoonlijk leven.
Buiten de geschiedenis staan, de wereldproblematiek kunnen aanen uitschakelen, dat is een privilege Gelukkig kon ik de crisis deels benaderen als een feestmaal. Ook op mismoedige dagen had ik toch wel weer zin om mijn tanden erin te zetten: wat viel er vandaag te ervaren en te onderzoeken? Alleen al met de steeds veranderende etiquette kun je je fulltime bezighouden: hoe begroeten mensen elkaar nu, wanneer doen ze zelftests, geven ze hun visite nog steeds een eigen bakje nootjes? En dan zijn er nog al die andere vragen, over grondrechten, desinformatie, vertrouwen in de overheid; gezondheid, risicoperceptie, kwaliteit van leven. Met elke wending die de crisis neemt, doemen nieuwe puzzels op. Pas onlangs realiseerde ik me: ook als ik morgen eens iets anders wil eten, staat er gewoon weer kip op het menu. Oftewel, ook als mijn interesse verdwijnt, duurt de crisis voort. Dat is nieuw voor mij, want vóór corona kon ik gewoon het boek of de krant dichtslaan als een onderwerp me niet meer boeide. Zo voelt het om onderdeel te zijn van de geschiedenis: je kunt er niet aan ontsnappen. Sterker nog, je wordt gedwongen je er actief toe te verhouden. Laat je je wel of niet vaccineren, ga je wel of niet naar je werk, of naar je grootouders? Veel mensen ervoeren dat allang vóór corona. Thema’s als klimaatverandering of bureaucratisering zijn dagelijkse realiteit voor wie een mislukte oogst heeft of ten onrechte kinderbijslag moet terugbetalen. Buiten de geschiedenis bestaan is een vorm van privilege: de wereldproblematiek kun je aan- en uitschakelen, als achtergrond voor je eigen kalme leven. Dit privilege is mensen afgenomen, en niet iedereen accepteert dat. Mensen willen weer in de luwte leven, niet in de volle wind van de actualiteit. ‘Ik ben er klaar mee’, zeggen ze, of: ‘Ik wil het gewone leven terug.’ Het ‘gewone leven’ betekent dan: lekker pendelen tussen huis, werk, supermarkt en sportclub, zonder dat het wereldnieuws op enig moment tussenbeide komt. Dat dit voor heel veel mensen elders in de wereld of in de geschiedenis nooit is weggelegd, komt niet bij hen op. En dat is begrijpelijk: ons eigen (voormalige) leven is nu eenmaal ons belangrijkste referentiekader. Ook ik wil geen onderdeel zijn van de geschiedenis, ik wil in de dode hoek ervan staan en van daaruit de slagvelden overzien. Maar de geschiedenis dringt zich soms op – of we er nu trek in hebben of niet.
De recensies waren zo positief dat ik ervan moest huilen. Shit, waarom is mijn moeder er nu niet?
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
9
IK WEET NIET OF MIJN GEVOEL van
ringen. Ik ging een keer met een vriend mee naar de Suitsupply en daar was een verkoper die totaal overstuur raakte toen ik een mooie broek zag hangen en vroeg of ik die kon passen. Een vrouw die iets uit zijn winkel wilde, dat kon hij echt niet aan. Werp één nuchtere blik op mijn lichaamsbouw: er zijn zat jongens met mijn maten. Ik vermoed dat werknemers van zulke winkels van de ergste soort zijn. In mijn boek zit dat ook al een beetje, hè. In dat hoofdstuk over mijn moeder.” Als ze je heeft verteld dat ze ongeneeslijk ziek is. „Dan zit ik op de fiets, want ik werkte toen voor Foodora, en kan ik de hele middag maar aan één ding denken: wat ik ga dragen op haar begrafenis. En toen ze was gestorven ben ik niet naar Oger gegaan” – een herenmodezaak in de P.C. Hooftstraat – „want ik wist al precies wat er zou gebeuren.” Uit het laatse hoofdstuk van De geschiedenis van mijn seksualiteit: ‘Ze zouden me weer aankijken alsof ik een jongen van vijftien was of een vrouw. Ze zouden me weer gaan doorverwijzen, en ik was bang dat ik uit mijn vel zou springen als er zoiets zou gebeuren. Als je moeder net is overleden, spring je echt bij het minste of geringste uit je vel.’
Ga weg, muis
TOBI�LAKMAKER schrijver
Thee in De Plantage, woensdag 22 oktober. „Ik heet eigenlijk Felien. Felien Sofie Lakmaker. Felien was het idee van mijn vader. Toen ik twee was heeft mijn moeder een coup gepleegd. Ze zei: we hebben nu gezien wat voor kind dit is, Felien past niet, het wordt Sofie. Ze vond Felien te meisjesachtig.” Sofie was de naam van haar grootmoeder. „Die vermoord was in Auschwitz. Op haar verjaardag. Ze heette Sophia en werd Fie genoemd.” Hoe kom je aan Tobi? „De beste vriendin van mijn moeder had een dochter, Nina, en die was bevriend met een jongen die zo heette. Het waren de kinderen met wie ik opgroeide en ik vond hem echt ongelooflijk cool. Toen dat hele idee van transitie of whatever you call it kwam, vijf jaar geleden ongeveer, vroeg iemand: als je je naam zou veranderen, welke zou je dan nemen? Ik wist gewoon: Tobi. Hij is postbode ergens in Amsterdam. Ik zie hem weleens fietsen.” Zou je moeder Tobi bij je hebben vinden passen? „Jawel. Maar het zou wel een ding zijn geweest. De tijd heeft haar geen recht gedaan. Ik ben met haar niet verder gekomen dan de fase waarin zij erg aan alles moest wennen. Aan dat transitieding bedoel ik.”
ANDERSHEID OOIT VERDWIJNT In februari publiceerde Tobi Lakmaker (onder de voornaam Sofie) zijn debuutroman De geschiedenis van mijn seksualiteit. ‘Mijn boek gaat over eenzaamheid, denk ik.’ Tekst�Jannetje Koelewijn�Foto�Daniel�Niessen
B
ericht van Tobi Lakmaker, zondag 14 november. „Klotenieuws: ik heb Covid. Blijkt net. Hoe zullen we het doen?” De volgende dag aan de telefoon: „Sorry dat ik net niet opnam, mijn vader was de boodschappen bij de voordeur aan het zetten. We hebben nog even gepraat door het trapgat.”
Ben je erg ziek? „Ik lig al twee dagen te slapen.” Weet je waar je het hebt opgelopen? „Vrijdagavond op een feest in Amsterdam-Noord, dacht ik eerst. Karmadingetje. Ik neem nooit drugs, maar deze keer – mijn vader mag dit eigenlijk echt niet weten – nam ik wel drugs, want ik had donderdag die Boekenbon-prijsuitreiking gehad en ik had na alle drukte wat stoom af te blazen. Zaterdagochtend was ik om vijf uur thuis en ’s middags werd ik heel beroerd wakker. Je denkt: die drugs. Ik proefde niks van mijn ontbijt en ik rook ook niks, dus ik deed een test. Bám, positief. Hè? Ik ben toch gevaccineerd? Nog een test. Bám. En nog een test. Bám. Dat leek me wel duidelijk. Maar toen dacht ik: zo snel? Dat kan niet.” Dus? „Moet ik het bij dat Boekenbon-ding hebben opgelopen. Eerlijk gezegd ben ik de hele week op massabijeenkomsten geweest, waarvan één met scholieren, en ik kreeg bericht van twee andere genomineerden die daar ook waren: allebei positief. Dat zijn dus drie van de vier. De vijfde was fysiek niet aanwezig en dat heeft hem waarschijnlijk het leven gered, want hij is al tachtig en schijnt een zwakke gezondheid te hebben.” Wessel te Gussinklo. „Die, ja. Hij heeft de prijs gewonnen. Hij had hem twee jaar geleden ook al gewonnen.”
Een pak Lunch in De Plantage, Amsterdam, donderdag 25 november. „Je krijgt een bepaald bedrag als je genomineerd bent en ik dacht: een goed pak, op maat gemaakt. Ik heb nog nooit een pak gehad, überhaupt nog nooit een pak gedragen. Maar mijn vader zei direct: je bent al te laat als je het nu nog wilt bestellen. Bovendien heb ik met winkels waar je een pak kunt kopen geen vreselijk goeie erva-
En je vader? „Hij is tamelijk zwijgzaam, vooral over zijn gevoelens, maar laatst zag ik dat ik in zijn telefoon sta als Tobi. Ik weet ook wel dat hij er niet principieel op tegen is. Laatst zaten we te eten in zijn keuken – ik ga een keer per week bij hem eten – en toen hoorden we geritsel. Ik ging kijken en ik zei: ik ga heel hard gillen als het een muis is. Dat kan nu niet meer, zei mijn vader. Als je Tobi heet, zeg je: ga weg, muis.”
Foucault Op de redactie van NRC, dinsdag 11 mei. „Ik weet wel iets van Foucault, maar niet zoveel als je zou verwachten van iemand die een bachelor filosofie heeft en met de titel van zijn boek naar Foucault verwijst: De geschiedenis van de seksualiteit. Ik voel me altijd tekortschieten als ernaar gevraagd wordt, dus ik ben blij dat jij het er verder niet over wilt hebben. Mijn boek gaat over, eh, ik waag een poging, de jaren tussen mijn zeventiende en mijn vierentwintigste. Het gaat over eenzaamheid, denk ik. En over mijn seksualiteit, de vragen erover.” Uit het hoofdstuk Proloog: ‘Eigenlijk heb ik overal naast gezeten. Naast de jongens en naast de meisjes, naast het juiste antwoord, en nog belangrijker: naast de juiste vraag. Een mens kan antwoorden hebben zoveel hij wil, maar wie het ontbreekt aan de juiste vraag spreekt nog steeds in het luchtledige. Daar ben ik wel achter gekomen.’
Echt blond Op de redactie van NRC, dinsdag 11 mei. „Ik voelde dat er een zekere meisjesachtigheid was die bij vriendinnen vanzelf kwam en bij mij niet. Dan maar met wilskracht, dacht ik. Van het ene op het andere moment besloot ik een aantrekkelijke vrouw te worden, want dat zou deuren openen. Tot mijn zestiende wilde ik maar één ding: een goeie voetballer worden. Vanaf mijn zeventiende was ik monomaan bezig met mijn uiterlijk. Ik ging alles verven wat er te verven viel. Ogen, haren, wenkbrauwen. Eerst deed ik het zelf, met goedkope verf van de drogist. Werd het geel in plaats van blond. Uiteindelijk gooide ik er wat meer geld tegenaan, bij Rob Peetoom. Toen was het wel echt blond. En het was lang. Ik stylede het. Ik deed elke dag foundation op. Niemand twijfelde er meer aan dat ik een meisje was.” Waar mensen eerder wel aan twijfelden. „Vanaf dat ik heel klein was, ja. Zoiets heeft een tamelijk verwoestend effect op je zelfgevoel. Ik zag er niet uit als een meisje, maar ik was voor de buitenwereld ook geen jongen. En als ik zei dat ik een jongen was kwam het altijd uit – als je gaat douchen na het voetballen, als je naar de wc gaat, als kinderen vragen of ze in je onderbroek mogen kijken omdat ze je niet geloven. Er nestelt zich iets in je hoofd waardoor je denkt dat je niet echt bent, of niet helemaal echt. Op mijn tiende ben ik op initiatief van mijn moeder naar een therapeut gegaan. Toen dacht ik: vanwege mijn angsten. Ik realiseerde me al op jonge leeftijd dat het leven eindig is, gevolgd door een oneindig niets. Daar kan ik me nog steeds het lazarus van schrikken.” Je moeders vader, de zoon van Sophia, maakte kort voor jouw geboorte een einde aan zijn leven. „Zoiets galmt wel door, als je dat bedoelt.” Denk je nu dat er voor je moeder meer redenen waren om je naar een therapeut te laten gaan? „Achteraf bleek die therapeut te zijn gespecialiseerd in gender, dus ja. Ik weet niet zeker of mijn gevoel van andersheid ooit zal verdwijnen. Eerst heb ik ermee leren leven dat ik een vrouw was die op vrouwen viel. Later begon het tot me door te dringen dat ik me geen vrouw voel.”
Lees�verder�op pagina�10
»
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
10 »
Vervolg�van pagina�9
Vijf ballen Thee in De Plantage, woensdag 22 oktober. „Mijn boek verscheen begin februari en de weken ervoor was ik wel gespannen. Anderhalf jaar eerder had Das Mag” – de uitgever – „een bundel verhalen uitgebracht waar een soort demoversie van De geschiedenis van mijn seksualiteit in stond en dat vond ik al waanzinnig stressvol. Ik wilde dat mijn verhaal eruit zou springen, dat het als beste beoordeeld zou worden. En toen liep ik tegen het feit aan dat de bundel helemaal niet zo veel besproken werd als ik had gedacht. Daar was mijn ego niet op voorbereid, haha. Dus in januari dacht ik: mijn god, als mijn boek er straks is, lig ik er gewoon af. Gelukkig was ik bezig met een verhaal voor de NRC over Viktor Fischer, de Deense voetballer die ooit een Ajax-talent was en de top niet haalde omdat hij te veel nadacht. Net als ik, ja. Ik ben ook een voetballer die te veel nadenkt. Vlak voor Kerst was ik ongelooflijk verliefd geworden, dat hielp ook. Ik was zo verliefd dat ik uit pure bevlogenheid een tijdlang alleen maar pannenkoeken at. Helaas is het weer uitgegaan.” En toen kwamen de recensies. „De eerste in Het Parool. Ik hield mijn hart vast, want werd hier nou een boek besproken of een genderqueer? Daarna begonnen de besprekingen gelukkig de literaire kant uit te vallen. En ze waren zodanig positief van aard dat ik ervan moest huilen. Shit, waarom is mijn moeder er nu niet. Op dat moment hoopte ik wel even dat ze een hiernamaalsabonnement op de toonaangevende kranten had.” En je vader? „Hij stuurde een berichtje: 5 ballen in NRC. Hij had de recensie al gelezen voor ik die überhaupt gezien had.” Geen uitroepteken? „Niet dat ik me herinner.”
Sssjt Thee in De Plantage, woensdag 22 oktober. „Ik was op een literair avondje in de bieb van Amersfoort, samen met de schrijvers Tommy Wieringa en Auke Hulst. Een zaal vol keurige mensen, heel stijfjes, en wij op het podium met een vrouw die ons interviewde. Het viel me op dat Tommy Wieringa en Auke Hulst vragen over hun werk kregen en ik over mijn lichaam, welke operaties ik al dan niet gehad had en of ik hormonen zou gaan slikken. Zo werd het publiek bevestigd in het beeld dat zij schrijvers zijn en ik een transgender. Ik beet wel van me af, maar alsnog had ik een kutavond. En zo gaat het in interviews met journalisten ook vaak, de hele tijd eigenlijk. Het is jullie blik op genderqueers die prevaleert en hoe ik me daarbij voel is van ondergeschikt belang. Mijn uitgever zei: de oplossing is dat je alleen over het boek praat, daar en daar mag níét naar gevraagd worden.”
schrijf ik een bijpassend Moeilijk Boek. Dat is mijn vijfjarenplanning. Op de korte termijn ben ik nog bezig met een verhaal voor Das Mag. Ze willen een bundel uitbrengen over de keuken en ik heb twee jaar in de keuken van een pizzeria gewerkt. Maar ik heb de moeilijkheidsgraad van dat verhaal wel een beetje onderschat. Ik durf ook niet zo roekeloos te zijn als in De geschiedenis van mijn seksualiteit.”
Je wilt graag de controle houden? „Tommy en Auke deden dat heel goed. Al denk ik wel: zij hoeven nooit bang te zijn om tot hun lichaam gereduceerd te worden. Tommy zei gewoon ‘sssjt’ als die vrouw hem in de rede viel. Bij een man had hij dat denk ik nooit gedurfd.”
Waarom niet? „De pizzeria is zo’n dankbare plek voor mij. Hoe de bazin er altijd voor me was. Hoe ze van mij een enigszins productieve keukenmedewerker heeft gemaakt, dat is echt knap. Ik begon aan de koude kant, pizza’s afmaken, basilicumblaadje erop doen en zo, de laagste in de hiërarchie. Maar het vraagt al aardig wat overzicht, want díe pizza moet daarheen en díe daar. Dan heb je het stadium waarin jij de tickets met de bestellingen onder je krijgt. Jij bepaalt dan: hoeveel pizza’s gaan we nu doen en wanneer zijn ze klaar. Dat vond ik het uitdagendst. Wat ik het leukst vond en het meeste aanzien geeft: oven staan. Ik was altijd traag door mijn getreuzel en mijn perfectionistische gedoe, maar bij de oven kan dat niet, want dan branden de pizza’s aan. In mijn verhaal wil ik het over perfectionisme hebben. En over nog een paar thema’s. En dat is dus het probleem. Het is te veel.”
Haar foto
Tinder
Thee in De Plantage, woensdag 22 oktober. „O, sorry, ik heb een vrij vies shirt aan, zie ik nu. Ik heb twaalf van die shirts en ’s morgens grijp ik er gewoon een. Hier zitten toevallig vlekken op. Dit kettinkje heb ik altijd om. Het hangertje was van mijn moeder, ik heb het min of meer van haar gejat. Ik vond het cool staan en ze zei: prima, hou maar. Toen werd ze ziek en almaar zieker en op een gegeven moment deed ik het kettinkje nooit meer af. Dit medaillon was ook van haar, ze droeg het vrij vaak. Mijn opa zit erin en ik zit erin, maar mijn gezicht is beschadigd slash uitgekrast, ik denk doordat het glas eruit was gevallen. Ik lijk wel een soort van verdachte, vind je niet? Toen ik het medaillon van haar had overgenomen dacht ik: raar om mezelf bij me te dragen. Maar inmiddels eh…”
Lunch in De Plantage, donderdag 25 november. „Het was een armoedig gedoe, hoor, die Boekenbon-prijsuitreiking. Een lunch met natte broodjes en een speech waarbij alles misging wat er technisch mis kon gaan. Maar we mochten wel in Hotel Des Indes slapen en dat was leuk. Beneden was een zwembad en daar ben ik met Esther gaan zwemmen.” Esther Gerritsen, een van de andere genomineerden. „We hebben nog geprobeerd om voor mij op Tinder een partner voor het avondeten te vinden. Je mocht namelijk je partner meenemen en die heb ik dus niet meer. Niet dat ik die nu snel even op de kop wilde tikken. Het ging me enkel om het eten.”
Je boek gaat over je seksualiteit. „Het is één van de thema’s. Doodzonde dat je er niet over kunt praten zonder het risico dat het alleen nog maar daarover gaat.”
Is het gewoon zo? „Ja. Misschien dat ik het nog eens vervang door haar foto. Misschien doe ik haar erbij. Het heeft wel iets gezelligs.”
De pizza’s branden aan Thee in De Plantage, woensdag 22 oktober. „In mijn tweede boek wil ik meer met voetbal doen en dan vanuit het perspectief van iemand die wat jonger is dan Sofie Lakmaker in De geschiedenis van mijn seksualiteit. Ik wil ook een master filosofie gaan doen. Daarna kan ik mezelf hopelijk eens als intellectueel beschouwen en
Ik was zo verliefd dat ik alleen maar pannenkoeken at
En? „Weinig soeps. Ik hoor vaak over leuke eindresultaten, maar voor mij was het een deprimerend halfuur. Je wordt een beetje akelig van jezelf. Als je iemand er niet goed uit vindt zien, is het meteen” – swipet in de lucht – „weg ermee. En als je ook maar enigszins taalgevoelig bent zijn die chatgesprekken die je in het begin hebt niet goed te verdragen.” Was het de eerste keer? „Nee. Toen ik net met meisjes ging heb ik het ook weleens gedaan. En in de lockdown. Ik ben er nog een keer vanaf gegooid omdat ze op basis van mijn foto niet geloofden dat ik ouder dan achttien was.” Je presenteert je als jongen? „Ze zijn op Tinder wel zo ver dat je ook op ‘iets anders’ dan jongen of meisje kunt klikken en dat doe ik meestal. Die middag in Des Indes had ik dat ook gedaan. En daarna op ‘jongen’, om te kijken wat het verschil was in wat ik aangeboden kreeg. Het beviel me allebei niet. Ik werd er hoe dan ook verdrietig van.”
Een deftige stem „Carice van Houten en Halina Reijn gaan mijn boek verfilmen en ik zou graag willen dat Elsie de Brauw een rol krijgt. Ken je haar? Een geweldige actrice. Wat ze ook doet, ze is altijd goed. Het zal er dan op uitlopen dat ze mijn moeder speelt, al vind ik het wel een beetje beledigend voor haar. Ongeveer alle keren dat ik haar zag spelen was ze een moeder die moest sterven. En dan moet ze in die film wéér het loodje leggen.” Lijkt ze op je moeder? „Eh, ze hebben allebei iets deftigs.” Je moeder had een deftige stem. „Hoe weet jij dat?” Je schreef in De Groene dat je nog geregeld je moeders voicemail belt. „O, ja, ja. En dan hoor ik haar stem, ja.” Pauze. „Maar Elsie de Brauw heeft rood haar en dat had mijn moeder niet.” Pauze. „Nogmaals, ik zou haar graag iets anders aanbieden dan een terminale moeder.”
Wij waren koploper in ‘waar voor je geld’. Dat is niet meer zo
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
13
WE KUNNEN NIET BLIJVEN TEREN op die SASKIA�EGAS�REPARAZ Topvrouw HEMA
KKR (2004-2007), toen door het Britse Lion Capital (2007-2018). De Nederlandse ondernemer Marcel Boekhoorn deed daarna nog een poging om het HEMA-erfgoed te redden, maar die mislukte. Daardoor kwam HEMA in handen van de schuldeisers. Zij halveerden de schuld van het bedrijf van 600 naar 300 miljoen euro, maar HEMA bleef zitten met torenhoge rentes op de leningen. Eind vorig jaar kreeg de winkelketen (omzet in 2020: 1,1 miljard euro, verlies: 215 miljoen euro) wéér nieuwe eigenaren. Dit keer Parcom, een Nederlandse investeringsmaatschappij, en Mississippi Ventures, het investeringsvehikel van de familie Van Eerd van de Jumbo-supermarkten. Zij gaan het écht anders doen, beloofden ze. Nu de schuldenlast is teruggebracht naar gezonde proporties, is er ruimte voor investeringen. HEMA moet weer het krachtige HEMA van vroeger worden. Dat betekent dat er héél veel moet veranderen. Op alle gebieden is sprake van achterstallig onderhoud. Door verouderde computersystemen hebben ze op kantoor de voorraden niet goed in beeld. Hoeveel ligt er nog in het magazijn, wat ligt er in de winkels? Hierdoor staat de klant geregeld voor een leeg schap. De winkels hebben al jaren geen opknapbeurt gehad en maken een gedateerde indruk. Voor spullen waarvoor klanten vroeger naar HEMA kwamen, gaan ze nu vaker naar Action of Zeeman. De webwinkel is traag, de fotografie van producten op de site is fantasieloos. En dan is er nog de coronapandemie, die leidt tot minder drukke winkelstraten. In de maanden voor Egas Reparaz aantrad, was Nederland in lockdown en waren de winkels noodgedwongen dicht. Dat heeft de nieuwe eigenaren tientallen miljoenen euro’s gekost.
Backpacken in Azië
TOMPOUCE EN DIE ROOKWORST Saskia Egas Reparaz ging weg bij Ahold om HEMA te leiden – een stap die gevoelig lag. Aan haar keukentafel, in de lockdown, bedacht ze een nieuwe strategie voor de HEMA-winkels. Tekst�Barbara Rijlaarsdam�Foto�Daniel�Niessen
‘I
k háát die fiets.” Nog voor zonsopgang heeft Saskia Egas Reparaz in de sportstudio fanatiek oefeningen gedaan: een halter boven haar hoofd getild, sprintjes getrokken op de loopband en touwen over de vloer laten golven. Maar nu haar personal trainer Carmen op de Rogue Bike wijst, stribbelt ze tegen. Het apparaat is een kruising tussen een homeen een crosstrainer, waarop je tegelijk met je bovenlichaam en je onderlichaam kracht moet zetten. „De eerste keer dat ik dit deed, was ik kotsmisselijk”, zegt de HEMA-topvrouw. Elke ronde (vandaag zijn dat er vier) moet sneller dan de vorige. Natúúrlijk stapt ze toch op die fiets – en geeft ze alles. Haar gezicht loopt rood aan, ze beukt op de pedalen en rukt met haar armen. De verzuring in de benen is onbeschrijflijk. Maar elke ronde is sneller dan de vorige. Twee keer in de week sport ze met haar beste vriendin Anne bij een ‘boutique gym’ in Amsterdam. Elke woensdag van 7 tot 8, voor de werkdag begint. En op zaterdag van 8 tot 9. Natuurlijk mag de verslaggeefster een keer meedoen. „Heel dapper”, zegt Egas Reparaz. Stipt om zeven uur komt ze aangejogd, bidon in de hand, handdoek om de nek. Ze woont op IJburg, twee kilometer verderop. Als Carmen tijdens de warming up uitlegt welke oefeningen er op het programma staan, vragen zij en haar vriendin om beurten wat ze ook alweer zei: „Eén minuut? 45 seconden? Hoeveel rust, tien seconden? O, vijftien?” Met een grijns zegt de HEMA-topvrouw: „Als wij sporten, schakelen onze hersens zichzelf uit.” Deze woensdag – 13 oktober – is een belangrijke dag voor haar. Ze zal de nieuwe strategie presenteren aan de raad van commissarissen. De vergadering waarin dat gebeurt, in een zaaltje op het HEMA-hoofdkantoor op de NDSM-werf in Amsterdam-Noord, duurt van twee tot zes. Aan het eind van de dag weet ze of ze door kan met de plannen die zij en haar managementteam de afgelopen maanden hebben gemaakt. Van spanning is ’s ochtends niets te merken. Ondanks de zware training ziet ze er na afloop fris uit. De contouren van de stad worden zichtbaar. „Héérlijk om het licht te zien worden”, zegt ze tevreden. Om acht uur wipt ze nog even langs de school van haar dochter. In deze coronatijd mogen ouders eens in de twee weken de school in om de werkjes van hun kinderen te bekijken. Later in de ochtend stuurt ze een berichtje: „Wat leuk dat je er was! Inmiddels lekker fris aan het werk?” De volgende dag: „En, spierpijn?”
Hollands icoon Saskia Egas Reparaz (48) is sinds 1 juni de hoogste baas van HEMA, de warenhuisketen met 752 winkels en 19.000 werknemers. Het is aan haar om van HEMA – de winkel van de tompouce en de rookworst – weer een succes te maken. De keuze is ook op haar gevallen omdat ze dichtbij de typische HEMA-klant staat: vrouw, veertiger, moeder. HEMA, opgericht in 1926, is een Hollands icoon, maar de winkelketen is jarenlang sterk verwaarloosd. Eerst door de Amerikaanse investeringsmaatschappij
Haar vader is Spaans, hij kwam in 1946 naar Nederland omdat zíjn vader ging werken bij Philips in Eindhoven. Haar moeder is Nederlandse. Saskia werd in 1973 geboren in Son en Breugel en groeide op in Leiden. Ze heeft één zus, twee jaar jonger. Hun ouders werkten allebei in het onderwijs. In de vakanties ging het gezin kamperen; met de Renault 4 naar Frankrijk of Terschelling. Saskia deed vwo, zat op voetbal, speelde toneel. Omdat ze geen idee had wat ze later wilde worden, ging ze na haar eindexamen naar San Francisco, om daar aan de universiteit allerlei vakken te volgen – van economie tot yoga. Achteraf heeft ze zich erover verbaasd dat haar ouders haar lieten gaan. „Ik was achttien en vertrok met mijn rugzakje. Contact was er nauwelijks. Ze hebben me daarin veel vrijheid gegund.” Toen ze terugkwam uit de VS ging ze economie studeren in Amsterdam. Naast haar studie was ze actief bij roeivereniging Skøll. Haar man ontmoette ze in 1999, vlak na haar afstuderen. Ze zou met haar vriendin Anne – die van het sporten – gaan backpacken in Vietnam, Thailand en Laos en was op zoek naar reistips. Marc, een reislustige jongen die ze kende van het roeien, was al in die landen geweest. „Toen ik met hem ging eten sloeg de vlam in de pan. En meteen daarna ging ik vier maanden weg, haha.” Terug uit Azië koos ze voor een traineeship, om te ontdekken welke sector bij haar paste. Ze ging in gesprek met Schiphol, ING en Ahold, het moederbedrijf van Albert Heijn. Het werd het supermarktconcern uit Zaandam. Ze ging er nooit meer weg. Tot afgelopen jaar. Vóór haar benoeming bij HEMA was ze buiten de retailwereld een grote onbekende. Sinds 1999 had ze bij Albert Heijn allerlei functies gehad, waaronder category manager zuivel, eindverantwoordelijke voor AH to go en marketingdirecteur. De laatste tweeënhalf jaar was ze de baas van drogisterijketen Etos. In de media was er nog nauwelijks over haar bericht. Dat veranderde heel snel na de aankondiging van haar overstap naar HEMA, eind januari. „Etos-directeur ruziet met Ahold om stap naar HEMA”, schreef NRC. Ahold was woest omdat ze ging werken voor de concurrent, zeker nu HEMA in handen was van de Jumbo-eigenaren. Jumbo is de grootste rivaal van Albert Heijn. Het conflict werd breed uitgemeten in de pers. Haar vertrek heeft Ahold overvallen, zegt Egas Reparaz maanden later. Het was ook snel gegaan. De zaterdag voor Kerst werd ze gebeld door een headhunter, de maandag erop had ze om half acht ’s ochtends het eerste gesprek met Bas Becks van Parcom en Ton van Veen van Jumbo. Ze zaten aan de lange keukentafel van Becks, tussen metershoge behangschilderijen in zijn zeventiendeeeuwse grachtenpand in Amsterdam. Al op dinsdagavond reed ze naar Brabant, om kennis te maken met Frits en Colette van Eerd. Het voelde meteen goed. In de tweede week van januari, en flink wat gesprekken later, was ze eruit: ze ging het doen. Haar twijfels – wilde ze wel voor een private equityclub werken, hoeveel vrijheid zou ze krijgen – waren weggenomen. En ja, ze besefte dat ze een veilige omgeving ging inruilen voor een plek waar ze „vol in de wind” zou staan. Geen groot concern meer om zich in te verschuilen. Op vrijdag 22 januari had ze haar baas, Wouter Kolk, ingelicht. Die reageerde heel warm, zegt ze. „Hij snapte mijn besluit, maar vond het jammer.” De maandagavond erop werd het persbericht over haar benoeming wereldkundig. „En vanaf dinsdag zat ik thuis. Dat had ik echt niet zien aankomen. Het is in het weekend gaan rommelen bij Ahold.” Ahold hield haar aan haar concurrentiebeding. Ze werd per direct op non-actief gezet en mocht pas maanden later aan haar nieuwe baan beginnen. „In het begin was ik heel verdrietig”, zegt ze. „Maar hoe harder het conflict werd, hoe meer dat me hielp om afstand te nemen.” Veel meer wil ze er niet over kwijt. Na 22 jaar blijft ze hierin loyaal aan Ahold. Volgens Pieter Haas, voorzitter van de raad van commissarissen van HEMA, had Egas Reparaz het buitengewoon moeilijk met het conflict. „Zij dacht: ik ben de prinses, ze houden toch allemaal van mij? Dan laten ze me toch gewoon gaan? Nou, niet dus. Ineens waren allerlei mensen met wie ze jarenlang had gewerkt boos en teleurgesteld.”
Keukentafel-ceo Daar zat ze dan, aan haar keukentafel. Haar gedwongen sabbatical viel middenin de coronatijd, alle andere ruimtes in huis waren bezet door haar man Marc en hun kinderen Floor (16), Gijs (14) en Merel (9). De grote woonkeuken is dankzij metershoge ramen zelfs op een grauwe dag heel licht. Naast het kookeiland staat een sloophouten tafel van Piet Hein Eek met pastelkleurige kuipstoelen. Marc werkt bij ING en zat de hele dag in calls in de werkkamer boven. „De kinderen vonden het maar gek dat hun moeder ineens thuis was. Ik vond het vooral gezellig dat we de hele tijd samen konden eten.” Egas Reparaz mocht zich weliswaar vier maanden niet vertonen op het HEMAkantoor, ze mocht zich wel inwerken. En dus las ze aan haar keukentafel álle rapporten over HEMA, alle klantonderzoeken. Toen de winkels eind april weer opengingen, bezocht ze die. Ze praatte met oud-bestuurders, met oud-adviseurs,
Lees�verder�op pagina�14
»
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
14 »
Vervolg�van pagina�13
met ondernemers. Aan de keukentafel tekende ze een plan uit en stelde ze haar team samen. Twee leden van het oude team mochten blijven, de rest komt van buiten HEMA – al hebben sommigen al wel eerder bij HEMA gewerkt. Volgens Pieter Haas behoorden „wandelingen met Saskia” tot de sollicitatieprocedure. En ze vormden het geheime wapen als kandidaten geen interesse hadden. „Dan zeiden we: ook al doe je het niet, ga nou gewoon een keer met Saskia wandelen. Dat heeft sommigen alsnog over de streep getrokken.” Vier maanden thuis zitten bleek een „geluk bij een ongeluk”, zegt Haas. „Wanneer heb je als ceo nou de kans om op je eerste dag een compleet nieuw team aan boord te hebben?”
Warrior of Thinker? Vanaf 1 juni mogen Egas Reparaz en haar team écht los. In het najaar moeten ze de nieuwe strategie presenteren en intussen moeten ze elkaar leren kennen. Meteen in juni staan er twee tripjes op het programma: een weekend naar Parijs, om kennis te maken met de commissarissen, en een tweedaagse MTstrategiesessie aan het strand bij Castricum. De directieleden sporten samen, zitten ’s avonds aan het kampvuur en praten lang over hoe ze zelf in elkaar steken. „Als jij jezelf goed snapt en ook jezelf durft te zijn, dan kun je met elkaar een veel sterker team vormen. Het helpt enorm als we van elkaar weten waarom we op een bepaalde manier denken of reageren.” In het najaar is er nog een heiweekend in het Eco Hotel Plantage Rococo in Velsen, waarbij het MT aan de slag gaat met familie-opstellingen. Ze praten over hoe hun gedrag terug te voeren is op patronen en verhoudingen uit de tijd dat ze nog bij hun ouders woonden. Bij de samenstelling van haar team heeft Egas Reparaz uitdrukkelijk gezocht naar mensen zonder een al te groot ego. Het belang van HEMA moet voorop staan. Verder heeft ze gekeken naar vakmanschap én karakter: wat kun je en hoe vullen we elkaar aan? Wie is de Warrior, wie de Thinker? Wie is de Lover, of de Dreamer? In het besef dat ze „een aantal dingen niet goed kan” („Ik heb totaal geen oog voor detail en kan niet eindeloos Excel-bestanden doorakkeren”) wil ze sterke mensen om zich heen hebben. Dat is een groot verschil met hoe ze was in haar Ahold-tijd, weet chief custom officer Bas Verheijen, die daar indertijd ook werkte. „Toen wilde ze altijd bewijzen hoe goed ze was. Nu verzamelt ze mensen om zich heen die beter in hun vak zijn dan zij. Ze heeft een rust over zich die ze eerder niet had. Ze durft te laten zien waar ze twijfelt, en vraagt haar collega’s voortdurend: hoe zou jij dit aanpakken? Doordat zíj dat doet, durft de rest het ook.” Bij Ahold durfde ze dat nog niet, zegt Egas Reparaz. „Retail is best een mannenwereld. Je zegt het gewoon niet als je iets niet weet, of als je iets ingewikkeld vindt. Dat heb ik moeten leren.” Dat deed ze door te relativeren, zegt ze. „Wat is nou het ergste dat me kan overkomen, dacht ik. Nu ik wat ouder ben, durf ik gewoon mezelf te zijn. Dat is zó bevrijdend.”
Gemberthee Wie je ook spreekt over Egas Reparaz, ze vertellen allemaal hoe ‘in balans’ ze is. Ze werkt kneiterhard, maar wil er ook zijn voor haar gezin en zorgt uitstekend voor zichzelf. „Anders hou ik het niet vol”, zegt ze in een gesprek bij haar thuis, eind augustus. „Sporten heb ik nodig, daar doe ik geen concessies op. Bij Albert Heijn heb ik er vaste vergaderingen voor laten verplaatsen.” Twee jaar geleden liep ze voor het eerst een marathon, in New York. In oktober liep ze de Amsterdam Marathon, in vier uur, één minuut en 36 seconden. In het weekend staat ze langs hockey- en voetbalvelden om haar kinderen aan te moedigen, en ze heeft een seizoenkaart voor Ajax. „Verder ga ik heerlijk naar de schoonheidsspecialiste, ik laat mijn nagels doen. Ik ben een méns, geen machine.” Ze vindt het belangrijk als ze thuiskomt haar telefoon weg te leggen en een gesprek te voeren met haar kinderen, liefst aan de keukentafel. „Mijn moeder kwam uit haar werk en ging met haar jas aan de aardappels schillen. Marc en ik koken op zondag voor een paar dagen vooruit, dat scheelt stress doordeweeks.” Ze weigert ook om elke avond uit eten te gaan, zoals wel voorkwam in eerdere
Retail is best een mannenwereld. Je zegt het gewoon niet als je iets niet weet
banen. „Dan kwam ik thuis om de kinderen eten te geven en in bed te leggen en dan ging ik daarna naar dinertjes voor mijn werk.” Veel mensen die haar kennen beginnen over haar eetgewoonten. „Ze komt ’s ochtends binnen met een bakje met schijfjes verse gember en daar zet ze de hele dag thee van. ’s Middags eet ze die plakjes op”, vertelt Bas Verheijen. Hij trekt er een vies gezicht bij. „Als je met Saskia luncht, voel je je helemaal schuldig. Dan zit ze als een soort Popeye achter een enórm bord kikkererwten, groenten en sla. Je denkt: waar verdwijnt het? Ze is zo tenger.” Haar collega’s hebben nog altijd lol om het verhaal van de Franse bakkerij. Eind juli maakte Egas Reparaz samen met Frits van Eerd een tripje naar een potentiële koper voor de HEMA-bakkerijen. Pieter Heij, chief technology officer: „In het privévliegtuig naar Frankrijk. Met de taxi slingerend door de bergen. Eenmaal daar moest ze ik-weet-niet-hoeveel taart, brood en koekjes proeven. Normaal heeft ze aan twee stronkjes selderij genoeg, maar ze wilde zich niet laten kennen. Op de terugweg bleef ze maar volhouden dat ze zich goed voelde, maar ze was zó misselijk. Die gebakjes hebben het niet gered tot thuis, zeg maar.”
Felgekleurde taartpunten In het atrium in het hoofdkantoor speelt een filmpje over 95 jaar HEMA. „Het geheim is dat je tijdloos blijft, door bij de tijd te blijven”, zegt de voice-over. En: „HEMA laat iedereen ontdekken dat je ook vrolijk kan worden van een paraplu.” Op woensdag 27 oktober stapt Egas Reparaz in dat atrium in de ‘ring’, een ronde cirkel met felgekleurde taartpunten op de vloer. Deze week presenteren zij en haar team de – door de commissarissen goedgekeurde – nieuwe strategie aan HEMA-werknemers en leveranciers. Vandaag zijn de filiaalmanagers aan de beurt. „Ik wil jullie ontzettend bedanken voor het warme welkom”, zegt Egas Reparaz. „Wat ik ook heb gevoeld is dat jullie weinig aandacht hebben gehad. En ik wil je zeggen dat we er de komende tijd met vólle aandacht voor jullie zijn.” Terwijl ze praat, loopt ze rond. Ze klinkt warm en empathisch en komt tegelijk met een stevige boodschap. „HEMA heeft een supersterk fundament, maar er is wel wat aan de hand.” In 37 minuten zet ze uiteen wat dat is. „We waren koploper in ‘waar voor je geld’. Onevenaarbaar. Dat zijn we niet meer.” Ja, zegt ze, we zijn blij met de online groei. „Maar eerlijk is eerlijk: we juichen met een vijf terwijl de hele klas een acht haalt.” HEMA leeft bij de gratie van het verleden, constateert ze. „We kunnen niet blijven teren op die tompouce en die rookworst.” De winkels zijn duurdere producten gaan verkopen aan minder klanten. „Dat moet anders.” HEMA, zegt ze, moet „onverslaanbaar” worden in de thuismarkten Nederland, België, Luxemburg en Frankrijk. En online. HEMA moet koploper worden in duurzaamheid. Producten moeten voldoen aan de 5 G’s: gemakkelijk, goed, gaaf, goedkoop en gezellig. De service in de winkels moet beter. „Ik weet dat jullie het druk hebben”, houdt ze de filiaalmanagers voor. „Maar het is maar even een glimlach en een ‘daar bent u weer’.” Manuela Schenker, filiaalmanager van de HEMA in Rotterdam-Alexandrium, klapt na afloop uitbundig. Haar indruk van de nieuwe topvrouw? „Een powerwoman. Wat zij uitstraalt en zoals zij praat – dat is een vrouw die doelen haalt.”
Leuzen weg Aan het eind van het jaar neemt het aantal coronabesmettingen razendsnel toe en liggen de ziekenhuizen weer vol. En dus volgen er opnieuw maatregelen. HEMA is geen ‘essentiële winkel’, zoals supermarkten en drogisterijen, en moet dus in de aanloop naar de feestdagen om vijf uur ’s middags dicht – en later, als de harde lockdown is aangekondigd, helemaal. Het frustreert Egas Reparaz. Ze wil snel resultaten zien. Je rent een marathon, waarschuwen de commissarissen haar, geen sprint. HEMA redden kost járen. Toch zijn de eerste veranderingen inmiddels zichtbaar. Zo heeft HEMA de winkels in Engeland en Spanje gesloten, zijn de vele reclamespotjes niet te missen en liggen de schappen al een stuk voller dan aan het begin van het jaar. Sommige van de ingrepen zijn wat minder opvallend. Op het hoofdkantoor hingen al jaren lijfspreuken aan de muur, waaronder: ‘We winnen samen’, ‘Klant op nummer 1’ en ‘We leveren altijd kwaliteit’. Afgelopen zomer hingen de leuzen er nog. Maar bij de strategiepresentatie, eind oktober, zijn ze weg. Egas Reparaz grijnst als ernaar wordt gevraagd. „Voor we het op de muur zetten, moeten we het eerst maar eens waarmaken.”
Als ik aankom, zie ik ze denken: daar is Rob, nu gaan we lachen
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
17
HOE KON DAT FEESTNUMMER nou ROB�KEMPS Entertainer en tv-maker
ZO SLIM ZIJN? Mateloos populair als feestact Snollebollekes, kon Rob Kemps met de tv-serie Chansons! een heel andere kant van zichzelf laten zien. ‘Ik heb, denk ik, een oude ziel.’ Tekst�Amanda�Kuyper Foto�Daniel�Niessen
L
ichtjes verkreukt komt-ie uit de binnenzak van zijn jas. Een foto: Rob Kemps – blond, amper negen jaar – met zijn grote idool André van Duin, typetje meneer de Bok. Niet in levenden lijve, het is het wassen beeld in Madame Tussauds, maar de trotse blik is er niet minder om. Entertainer en televisiemaker Rob Kemps strijkt de hoekjes van de foto glad. „Ik vond die bij mijn vader. Zit altijd in mijn zak.” Kemps kan de videobanden met Van Duin-revues wel dromen. Hij ziet zichzelf nog staan, voor de spiegel thuis en bij playbackshows. Dat hoedje, zo’n brilletje. Dat gevoel als iedereen om hem lacht. Twee maanden terug stond hij ineens oog in oog met zijn idool. Een cover shoot voor tijdschrift Linda. Slik. „Als je het nou hebt over hoogtepunten van het jaar”, zegt Rob Kemps. „André van Duin… hij is mijn hele jeugd. Zegt hij ‘heeee’, geeft me een hand alsof-ie me al langer kent en begint over het tv-programma Chansons! Nou, ik kon aan de zuurstof.” En dat overkomt Rob Kemps (36) uit Best niet snel, zomaar stil vallen. Meestal stromen de woorden, loopt de Brabander in al zijn enthousiasme leeg. Komt hij in een breed vertakt verhaal over Toon Hermans ineens uit bij een bijzondere steen die thuis op de piano ligt. Want die vond hij in het mosselpannetje dat hij at voor een concert van weer een andere held, Charles Aznavour. Of er is gewoon zijn verbazing over de deze middag voorbijzoevende serveerrobot, genaamd Henny, in het restaurant in Eindhoven waar we zitten. „Weet hij dan dat er zo niks meer op zijn dienblad staat? Voelt Henny dat aan z’n water dan? Kei-bedankt jongen!” Er viel, voor wie televisie kijkt, dit jaar niet aan Rob Kemps te ontkomen. Hij was al mateloos populair als de Brabantse cartooneske feestact Snollebollekes: rood jasje, zwart hemd en felgele das. Een breder publiek leerde hem begin 2021 kennen als onverwachte winnaar van tv-quiz De Slimste Mens (KRO-NCRV), en dit najaar als chanson-specialist die met Matthijs van Nieuwkerk mocht mijmeren in en over Parijs in de reportageserie Chansons! (BNNVARA) én als overenthousiaste spelshowhost (The Wheel) bij SBS6. In oktober liet hij dertigduizend mensen in het Gelredome maar liefst vier avonden „van links! naar rechts!” hossen op stuiterhouse; diezelfde week won hij de Televizier-Ster Talent in Carré.
Underdog En dat na een lange, stille periode waarin zijn werk als feestartiest – sinds 2014 ‘sfeertje makend’ bij carnaval, in discotheken, op festivals en op kermissen – door lockdowns behoorlijk opdroogde. Dág shows in het Gelredome in maart 2020. Dág eerste eigen festival Total Loss in augustus 2020 (veertigduizend bezoekers) in Best. Thuis zat hij, als ieder ander in de pandemie, met jeugdliefde Miriam, hun tweejarige zoontje en zijn twee bonusdochters. Zijn deelname aan tv-quiz De Slimste Mens doorbreekt de sleur. Kemps is de
door ieder onderschatte underdog die onvermoed leuk met Philip Freriks over Parijs kletst – en de show wint in januari 2021. Sociale media ontploffen. Hoe kon dat feestnummer... „...nou zo slim zijn?”, vult hij zelf goeiig aan. Brede lach. Snapt hij wel. „Wie mij bezig ziet als Snollebollekes denkt: díe is toch niet goed! De mensen denken simpel: die gast wordt wakker, trekt een fles bier open en er ligt overal confetti in zijn huis. Maar als je zo achterlijk was, kon je ook niet vier avonden in het Gelredome organiseren hè. Dat zijn shows van drie uur met twee ton aan vuurwerk. Bij ons moeten de mensen nergens meer aan denken. Van links naar rechts met dertigduizend man. Maar een kwartier later laat ik ze ook Piaf zingen, ‘Non, Je Ne Regrette Rien’.” Terwijl hij zijn telefoon pakt: „Heb je dat filmpje gezien?” O, hij zag die schuine blikken in het begin wel van, laten we zeggen, échte artiesten. Nauwelijks kunnen zingen, een usb-stickje vol effectieve house van kompaan Jurjen Gofers (radio-dj/producer) inpluggen, maar intussen wel „de hele tent afbreken”. Droogjes: „Nogal een contrast als je op zolder werkt aan een mooi liedje en nog geen telefooncel uitverkoopt.” Het werden twee- tot driehonderd boekingen per jaar. En heus niet alleen onder de rivieren – wat de cultuursnob er ook van mag vinden. „Dans de vellen van oe voeten en doe oe enkels maar de groeten”, stoomt Kemps in ‘Non Stop Vol D’r Op!’ (richting twee miljoen streams op Spotify). ‘Springen Nondenju’: elf miljoen. Tophit ‘Links Rechts’: ruim dertig miljoen. Maar neem dit allemaal niet te serieus, maant Kemps. „Je moet het zien als iets ánders. Snap je? Ik ben geen zanger. Snollebollekes is een gimmick.”
Chansons in Parijs Een ontmoeting met Matthijs van Nieuwkerk in de kleedkamer bij talkshow Op1, begin dit jaar, verandert alles voor de entertainer. De twee blijken bondgenoten. Er is liefde voor Parijs. Jacques Brel. Charles Aznavour. „Een teder gevoel voor het chanson in het algemeen.” Niet lang daarna mag hij komen vertellen over chansons in Matthijs Gaat Door. Van Nieuwkerk, die ’m wel kan opvreten, appt hem vrij snel. „Rob, we gaan naar Parijs, Twitter en de kranten willen het.” Eerst een week, daarna bijna „dríe héule weken” slenteren ze quasi-achteloos genietend langs thema’s als ‘l’amour’ of ‘joie de vivre’, smeuïge verhalen vertellend van talloze chansonniers. „Soms wel tien keer opnieuw voor het beste camerashot of het juiste zonlicht op de Pont Neuf”, merkt Kemps „Maar hee”, knipoog, „het zag eruit of we eventjes vier dagen in Parijs waren. Da’s mooi.” En dat vindt de kijker ook. Het vierdelige Chansons! wordt een kijkcijferhit. Onverwacht op twee punten: het Franse levenslied valt in de smaak en de bromance Kemps-Van Nieuwkerk, met een kwart eeuw leeftijdsverschil, vonkt. Niks grotesk typetje. Niks platte deuntjes met opjuttende kreten. Rob Kemps is er ‘gewoon’ die kerel van thuis die rap pratend met een vleug Oost-Brabants de ene na de andere anekdote over Franse zanggoden uit zijn mouw schudt. Uit alles blijkt een diepe band met Parijs. Hij woonde er een tijdje, op zijn 24ste. En er gaat nog steeds geen dag voorbij dat hij géén Franse muziek luistert. „Wat ik zo leuk vond: het ging in dit programma over artiesten als Brel, Brassens, Renaud”, zegt Kemps. Bij elke naam slaat hij even op tafel. „Kijk. We hadden het ook simpeler kunnen doen. Dat we Les Poppys (‘Non, Non Rien n’a Changé’) pakten. Iedereen kent dat. Of Plastic Betrand. En hoe heet-ie, hij van ‘Aline’, Christophe.” Hij begint te zingen: „Et j’ai pleuré, pleuré!” Nee, stopt hij zichzelf weer. „Het is echt wat wij leuk vinden. En dát is het succes. ” Het is een associatief vertellen, het ene onderwerp roept het volgende op. De gedachten gaan snel. Als kind al, in Best. Van zijn vader krijgt hij niet alleen mee hoe PvdA-leider Joop den Uyl bewonderd werd door opa Kemps, maar ook weetjes over de oliecrisis in 1973, de tv-satire van Farce Majeure, Wim T. Schippers, Van Kooten en De Bie. „Ik zocht alles op, wilde alles weten. Nu zie ik tieners en denk soms: wat futloos allemaal.” Een dolgelukkige jeugd – „schrijf dat maar op” – met een oudere zus. Wel gaan zijn ouders, zijn vader is belastingambtenaar en zijn moeder huisvrouw, uit elkaar. Beter voor ze, voelt hij als kind aan. „Toen het hoge woord er thuis uit was, was de druk eraf.” Op school is Kemps een ingetogen jongen, behalve als hij grappig kan zijn op een podium. Nog steeds trouwens. „Als ik nu aankom, zie je ze denken: o, daar is Rob, nu gaan we lachen. Nah, ben maar nie bang hoor. Werkmatig ja. Maar ik ben heus niet overal de getapte gast.” Hij volgt een horeca-opleiding, hij weet even niets anders. Maar met een geheugen dat functioneert als een jukebox – hij kent liedjes vrijwel metéén – maakt hij als barman en deejay rond zijn twintigste de blits. „Waar ik iets om geef, dat onthoud ik. Ik ben een spons. Chansons, het Nederlandse lied. Als het écht is, blijft het hangen.” Eigenlijk, zegt hij, heeft hij altijd terug in de tijd geleefd. Luisterend naar vertolkers van toen. Van Frans Halsema tot Rob de Nijs. Van Brel tot Toon Hermans. Of een tekstdichter als Jaap Fischer. Maar ook van impressionistische kunst en negentiende-eeuwse literatuur weet hij af. Serieus gezicht: „Ik heb, denk ik, een beetje een oude ziel.” Wat zocht hij als twintiger in Parijs? Och, haalt hij terug. Hij had geen hoge missie. De taal. Die Franse liedjes beter begrijpen. „Da’s soms echt wel zware kost.” Graag hing hij rond bij gepensioneerde petanquers in Jardin du Luxembourg. Vaak, echt vaak, slenterde hij over het grote kerkhof van Père-Lachaise. Bordjes lezen. Muziek luisteren bij graven. „Zag ik er mensen verdwalen, wees ik ze de weg. Dat werden rondleidingen. Want ik wist gewoon waarom Chopin daar ligt zonder hart. Of waar de veel door Van Gogh geschilderde dokter Gauchet lag, zo’n vergeten graf.”
Geluksvogel Onlangs verscheen het boek Chansons!, dat voortborduurt op het succes van de tv-serie. Met Oudjaar is het duo Van Nieuwkerk en Kemps weer te zien, in een speciale chansons-uitzending. Die valt buiten het contract dat hij voor drie jaar bij Talpa Network tekende. Hij krijgt er ‘ruim baan’ voor zijn talent. Al is hij de eerste die toegeeft: die spelshow The Wheel kon beter. Hij is een geluksvogel, zie hoe zijn leven veranderd is, zegt hij. De Televizierster voor Talent? Weer die grijns. Nee, die had-ie ook effe niet zien aankomen. Lekker wel ja, op je 36e. Op het podium van Carré refereerde hij aan zijn held Jacques Brel: ,,Talent is zin hebben iets te doen.” Zou hij nu dan nog wel zin hebben in Snollebollekes? „Tuurlijk! Snollebollekes is een uitvergroting, maar ik trek dat jasje rustig weer aan.” Maar weet je, zegt hij, „als je tegen mij zegt: Rob, je hebt je laatste optreden gegeven, dan ben ik geen gebroken man. Maar ik wil wel één keer alles gaan verbinden.” Wat dan? „Optreden in Parijs, in L’Olympia. Grote letters: Snollebolleques, let op de q, op de gevel. ‘Live in Parijs’, mooi man.” Is dat geen cultuurclash? „Ah joh, chansonnier Dave zei deze zomer dat het best kan. Met respect natuurlijk. À gauche, à droite, haha! Het zal ons alleen maar geld kosten, maar we bezorgen de mensen wel weer een leuke avond.”
Matthijs�Gaat�Door�-�Chansons,�Oudjaarsavond�20.30�uur,�NPO1
IS DIT ECHT? WEET IK NU écht KOEN,�ISA,�EMIN,�RICK�EN�JULIA Vmbo-4-leerlingen Voor de zomer deden ze eindexamen, erna verkenden ze hun toekomst. NRC volgde vijf jongeren die in een coronajaar grote beslissingen moesten nemen. „Gewoon dóén. Niemand doet het voor je.” Te�k�s�t�Patricia�Veldhuis Fo�t�o�Daniel�Niessen
WAT IK WIL?
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
E
19
en voor een lopen ze de aula van het Guido binnen. Eerst Rick en Julia, zak friet in de hand. Dan Emin, Koen en Isa. Brede grijnzen. „Hé, man”, zegt Emin tegen Rick. Het is maandagavond 29 november en ze hebben elkaar sinds de diploma-uitreiking in juli nauwelijks gezien. Het lijkt wel een eeuw geleden, zegt Koen. Isa: „Echt jongens, ik moet zoveel vertellen. Er is zóveel gebeurd!” Rick: „Hier deden we eindexamen. Wat een tijd was dat. Verschrikkelijk!” „Daar zat ik”, wijst Julia. „Ik word gewoon weer zenuwachtig als ik eraan denk.” Zij zit er nog steeds bijna dagelijks: net als Emin doet ze nu havo. „Ik moet er niet aan dénken”, roept Isa. Mist ze het Guido dan helemaal niet, vraagt Emin. Isa: „Totáál niet. Op het mbo mag je veel meer.” Rick: „Je mag gewoon tien minuten te laat komen. Wordt niet eens een aantekening van gemaakt.” Isa: „En je ouders kunnen niet meer zien wat voor cijfers je haalt.” Rick: „Je beslist zelf over je leven.” Koen: „Vrijheid.” Sinds januari volg ik Julia, Rick, Emin, Isa en Koen in een reeks verhalen voor NRC. Ze zaten in klas vmbo4 van het Guido, een kleine middelbare school aan de rand van de Arnhemse volkswijk De Geitenkamp. Ik wilde weten hoe het is om examen te doen in coronatijd en om op te groeien met lockdowns, mondkapjes en anderhalve meter afstand. In de eerste maanden van het jaar zat de klas in een leeg en koud gebouw. Terwijl de rest van de school online onderwijs kreeg, mochten de eindexamenleerlingen wél bijna elke dag komen. Onder strenge voorwaarden: ramen open, afstand houden, niet van je plaats komen, mondkapjes op in de gangen en testen bij klachten. In het vroege voorjaar ging het alsnog mis. De vader van Isa kreeg corona. Binnen twee dagen waren Isa, elf klasgenoten en de biologiedocent besmet en zat de hele klas thuis. Toch slaagden ze allemaal. Emin Güler (16) en Julia Eversdijk (16) gingen naar de havo. De anderen kozen voor het mbo en leren een vak. Isa Hutter (17) doet de kappersopleiding aan het ROC in Arnhem, Koen Groenewoud (18) leert voor beveiliger en boa op een mbo in Ede en Rick Dijkhuizen (17) doet de opleiding zelfstandig werkend gastheer in Apeldoorn. Deze maandagavond pakken ze de draad op alsof ze elkaar gisteren nog zagen. De afgelopen maanden worden in recordtempo samengevat en Rick en Isa maken elkaars zinnen af, net als voor de zomer. De nieuwe coronaregels zijn net ingegaan en bijna alles is al om vijf uur dicht. Balen, vinden ze. „Maar de scholen zijn nog open”, zegt Rick. Julia: „Al is dat aan de andere kant…” Rick: „Vet jammer.” Emin baalt. Hij komt rechtstreeks uit de Basic-Fit. Zul je net zien: is hij eindelijk weer serieus aan het sporten, sluiten ze „die shit” ineens om vijf uur. „Dit is rot, jongens. Echt heel rot.” Vandaag lukte het nog net om voor vijf uur een uurtje te trainen. Trots: „Ik heb 45 kilo gedrukt.” Koen: „Hoeveel reps?” Emin: „Vijftien, man.” Julia, zonder op te kijken van haar friet: „Cool.”
Lees�verder�op pagina�20
»
»
Vervolg�van pagina�19
JULIA: „Ik wist meteen: dit wil ik” Voor Julia ging de wereld dit najaar open. Niet meteen: haar start in 4 havo was moeilijk. De eerste toets Nederlands „leek wel een examen”, zegt ze in de lunchpauze op een dinsdag begin november. Ze draagt goudkleurige oorbellen en een bijpassend brilmontuur. Met grote ogen: „Ik dacht: waar ben ik nou toch beland?” Voor het eindexamen was ze ook onzeker: zou ze wel slagen? Ze werkt hard en kan het best, zeggen haar docenten. Maar zelf voelt ze dat niet altijd. En nu, op de havo, merkt ze, moet je veel meer inzicht hebben. „Op het vmbo kreeg ik vragen die je gewoon uit je hoofd kon leren. Nu moet je ook weten waaróm iets is.” Julia miste haar oude klas, die eerste weken na de zomer. Ging twijfelen of ze wel de goede keuze had gemaakt. „Ik dacht: iedereen is vertrokken en leeft door, terwijl ik voor mijn gevoel stilstond. Wéér dezelfde school. Wéér elke dag de bus van Apeldoorn naar Arnhem en terug.” Nu heeft ze haar draai gevonden. Nieuwe vriendinnen, prima cijfers. „Ik heb alles gehaald. Het is echt hard werken, hoor. Ik ben bijna elke avond na het eten twee, drie uur bezig.” Het belangrijkste: ze heeft „een soort van bestemming” gevonden. Haar maatschappelijke diensttijd, bij de kleuters op haar oude basisschool in Apeldoorn, was „ge-wel-dig”. „Ik heb zoveel gezien, zoveel geleerd. En ik wist meteen: dit wil ik.” Haar begeleider zei: ‘Je past er helemaal in. Ik kan je wel een tien geven’. Glunderend: „Ze gaf me het gevoel dat ik echt iets kan. Ik zat na de laatste stagedag met tranen in mijn ogen op de fiets. Is dit echt? Weet ik nou écht wat ik wil? Dat voelde zo gaaf !”
EMIN: „Leren, luie gast. Je best doen" Half oktober loopt Emin door de stromende regen naar de ezels van zorgboerderij Tokhok in Arnhem. Weggedoken in z’n hoodie, grote passen om de plassen te ontwijken. Hooi bijvullen. Even aaien. Uitkijken voor Frans – die wil nog wel eens trappen. Dan langs de konijnen via de kas waar de laatste tomaten van het jaar nog aan de takken bungelen naar de schapen. Net mensen, vindt Emin terwijl hij een schaap aait. „Deze is superbrutaal en z’n broertje is heel verlegen.” Het is alsof hij hier al maanden werkt, maar het is pas de vierde dag van zijn maatschappelijke diensttijd op de zorgboerderij. Hier komen kinderen en jongeren met een beperking. Ze werken mee op de boerderij. En als het weer slecht is, zoals vandaag, doen ze spelletjes aan een lange tafel in de huiskamer. Emin helpt met alles. Speelt geduldig drie keer Mens erger je niet en doet daarna weer een rondje dieren. Een harde werker, zeggen de begeleiders. Die mag blijven. Maar voor Emin zit het er bijna op. De stage duurt nog een dag. Daarna wacht de toetsweek. Hij staat er niet al te best voor. De eerste toetsen gingen „mwaah”. Havo 4 is wennen, vindt hij. Je moet „ineens echt iets doen”. En hij mist
zijn vrienden uit vmbo-4. „Als ik nu een grap maak, lacht niemand. Vorig jaar zou iedereen stúk zijn gegaan.” Hij doet z’n best. Maakt samenvattingen en heeft nog geen les gemist. Gewoon een beetje streng zijn voor jezelf, zegt hij daarover. „Leren, luie gast. Je best doen. Anders maakt m’n moeder me dood”. Emin is de eerste in de familie die een diploma haalde. In vmbo-4 deed hij hard zijn best, vooral bij geschiedenis, zijn lievelingsvak. Hij leest boeken in z’n vrije tijd en weet alles over de Tweede Wereldoorlog. Tot deze week wilde hij geschiedenis studeren en hoogleraar worden. Maar na vier dagen Tokhok weet hij het niet meer. Werken met dieren is ook mooi. Of iets met mensen. „Het moet wel goed verdienen. Ik wil rijk worden.” Anderhalve maand later zit er een andere jongen aan tafel in de aula van het Guido. Nette witte blouse, koptelefoon om zijn nek. Stralende ogen. Emin gaat sinds een week naar de sportschool. Hij kan het nu betalen. Een nieuw bijbaantje als broodjesmaker bij Subway verdient bijna twee keer zoveel als z’n oude werk als vakkenvuller bij Kruidvat. „Zes euro per uur, joh! Bijna honderd euro per maand.” Hij spaart voor een nieuwe computer en helpt zijn moeder af en toe uit de brand met wat extra geld. De rest gaat naar Basic-Fit. Zie je dit, wijst hij: „Deze blouse kreeg ik vroeger niet eens dicht.” En wil ik zijn cijferlijst zien? Kijk, stukken beter toch? Kwestie van de knop omzetten. „Ik heb een ritme te pakken. Leren, werken, sporten. Gewoon doen. Niemand doet het voor je.” Zelfs de twijfel over zijn toekomst is voorbij. „Ik dacht: wat vind ik nou echt leuk? Nou, geschiedenis en dieren.” Dus? „Paleontoloog!”
RICK: „Het was een totale last minute beslissing” Rick ligt met koorts op bed. Geen corona, denkt hij, hoewel hij nog niet is gevaccineerd als we elkaar half november spreken. School boeide hem niet zo en het spande erom of hij zou slagen. Zijn leven is misschien wel het meest ingrijpend veranderd sinds de zomer van 2021. Hij woont niet meer thuis, maar op kamers bij hotel De Foreesten in Vierhouten. Zevenhonderd inwoners, hartje Veluwe. Iedereen kent elkaar. Ze zwaaien als hij naar de bushalte loopt. Hij woont hier sinds september en werkt er al sinds mei. Schoonmaken, bedden opmaken, tafels dekken voor het ontbijt en bediening. Een dag per week, op woensdag, gaat hij naar het ROC in Apeldoorn voor de opleiding zelfstandig werkend gastheer. Dat was een „totale last minute beslissing”. Hij had zich eigenlijk ingeschreven voor de opleiding gespecialiseerd pedagogisch medewerker. Maar twee weken voor het schooljaar begon – de boeken waren al binnen – sloeg de paniek toe. „Ik dacht ineens: néé, ik wil dit niet! Eigenlijk hou ik helemaal niet van kinderen.” Vlak voor de deadline schreef hij zich in voor de horeca-opleiding in Apeldoorn. En dat bevalt tot nu toe uitstekend. Ook omdat het maar een dag per week is. Werken is nou eenmaal veel leuker dan school, vindt Rick. De laatste maanden op het Guido vond hij „verschrikkelijk”. „Die stress van iedereen, de docenten die
maar bleven zeuren over het eindexamen. Ik was er totaal klaar mee.” Toen collega’s hem vroegen om bij ze in te trekken in een bedrijfspand naast het hotel, twijfelde hij geen seconde. En zijn moeder vond het ook meteen goed. Hij vindt het „heerlijk” om op kamers te wonen. Om z’n eigen gang te kunnen gaan zonder dat er iemand op zijn vingers kijkt. Hij droomt veel en intens de laatste weken. Dat er iets misgaat in het hotel. Of dat hij weer op het Guido zit en examen moet doen. „Soms is het zó echt dat ik bij het wakker worden niet weet wat waar is. Dan moet ik echt tegen mezelf zeggen: ‘Gast, je hebt je examen gehaald, je woont op jezelf en je hebt de beste baan van de wereld’.”
Corona: zooooo saai en best eenzaam Heeft de pandemie een grote invloed gehad op hun leven? Als ik het tijdens gesprekken in het najaar aan ze vraag, is de eerste reactie: valt wel mee. Corona ís er gewoon, zegt Emin. Alsof het er altijd was. Je weet niet hoe het zou zijn als er geen corona was, zegt Julia. Pas in tweede instantie komen de verhalen. Het was zooooo saai, zegt Isa. „Ik kon letterlijk niets meer. Niet naar hockey, niet met m’n vriendinnen chillen. Zat ik daar, met m’n broertje en m’n ouders… Ik heb heel Netflix uitgekeken.” Rick voelde zich „best eenzaam” tijdens de lockdowns. Zonder corona, denkt hij, had hij nu misschien nog wel thuis gewoond. „Iedereen was de hele tijd thuis. Mijn kleine zusje, mijn stiefvader. Ik had geen seconde tijd voor mezelf. Dat heeft het uit huis gaan zeker versneld.” Julia voelde zich vaak neerslachtig in de weken dat ze noodgedwongen alleen op haar kamer online lessen zat te volgen. Vooral de tweede lockdown, in de eerste weken van dit jaar, viel haar zwaar. Ze was „totaal niet meer gemotiveerd” en werd steeds onzekerder. „Ik kreeg het gevoel dat ik niet goed genoeg ben. Ik heb mensen nodig. Gezelligheid, even praten.” Onderzoeken naar het effect van corona op jongeren laten precies dat zien: veel jongeren werden somber en voelden zich eenzaam. Voor directeur Janine van Drieënhuizen van het Guido reden waarom ze een deel van het geld dat de school krijgt om de leerachterstanden in te halen gebruikt om leuke dingen te doen. „Wij zeggen tegen de mentoren: ga samen pizza eten, ga schaatsen met de klas. Dat is waardevol. Toen de leerlingen weer naar school mochten, zeiden ze: we hebben de school niet gemist, we hebben elkaar gemist.” Lachend: „Maar dat ís school. Daar ben ik me door corona nog meer bewust van geworden.” En de leerachterstanden? Daarvan is inmiddels duidelijk dat leerlingen op vmbo’s meer achterlopen dan leerlingen op de havo of het vwo. Geldt ook voor het Guido, zegt Van Drieënhuizen. Vooral bij wiskunde. „Dat vak moet je steeds oefenen. Als je dat niet hebt gedaan, mis je de basis.” Wat haar vooral opvalt sinds de lockdowns is het gebrek aan concentratie. „Leerlingen zijn door online onderwijs gewend aan tien minuten uitleg en dan zelf aan de slag – wat ze vaak niet deden. We merken dat ze het nu heel moeilijk vinden om gefocust te blijven. Docenten moeten alles uit de kast trekken om ze bij de les te houden.” En toch, zegt geschiedenisdocent
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
21
Ik dacht ineens: néé, ik wil niet! Eigenlijk hou ik helemaal niet van kinderen
mer over invoering van 2G. Dat gaat hij vanavond „dus absoluut” terugkijken op YouTube. Zijn favoriete politicus is Wybren van Haga. „Die blijft altijd rustig, net als ik. Hij doet geen gekke dingen. Gelukkig is hij weggegaan bij Forum voor Democratie, want wat Thierry doet, daar kan ik niks mee. Zo’n vergelijking tussen Joden en de coronamaatregelen, bijvoorbeeld. Dat slaat nergens op. Je wordt hier echt niet vermoord als je niet gevaccineerd bent.”
I�SA�: „Soms denk ik: wil ik dit nog drie jaar? Dan ben ik twintig!” Haar leven na vmbo-4? Isa neemt een hap van een punt red velvettaart in een café in Arnhem en zegt dan: „Ik vind het heerlijk. Het voelt als een heel nieuw leven.” Isa, lange blonde haren, alerte blik, staat altijd aan. Als zij binnenkomt, gaat dat zelden onopgemerkt. Ze doet de kappersopleiding op het ROC Rijn IJssel in Arnhem. Het was dat, of iets in de horeca. En omdat ze „altijd al met haar bezig was” werd het de kappersopleiding. De eerste weken waren pittig. „Je wordt meteen in het diepe gegooid. Elke dag knippen en föhnen. Urenlang. Anderen waren veel sneller. Ik dacht echt: ik leer het nooit!” Nu is het alsof ze nooit anders heeft gedaan. De praktijktoets föhnen is binnen en ze loopt een dag per week stage bij een kapper in Oosterbeek. Tip van haar oma. „Eerlijk? Het is best wel saai, want ik mag nog bijna niets doen. Ja, opruimen en wasbakken uitspoelen. Sta je daar van negen tot vijf. Soms denk ik: wil ik dit nog drie jaar? Dan ben ik twintig!” Veel van haar vriendinnen zitten nu in havo 5 en doen volgend jaar pas eindexamen. Vanmiddag gaan ze alvast samen een examenreis boeken voor volgend jaar juni. Naar Albufeira, glundert Isa. „Villa, zwembad, uitgaan. Mijn eigen examenreis ging niet door vanwege corona, dus dan maar mee met de meiden van havo 5.”
Reünie
Erik-Jan Hakvoort, zit er dit schooljaar niet een heel andere havo 4 voor zijn neus dan voor corona. „En ik denk ook niet dat deze jongeren over tien jaar zeggen: mijn leven is verpest. Ze kunnen wel tegen een stootje. Het punt is: dit moet geen jaren meer duren. De besmettingen lopen weer op, maar nóg een lockdown… Poeh, dat gaat erin hakken. Ik hou mijn hart vast voor de komende weken.”
KO�E�N�: „ Je blinkt toch uit in de samenleving” Als Koen zijn beveiligerspak draagt, verandert er iets in zijn hoofd. Het donkerblauwe pak, de zware jas en zwarte schoenen, ze maken hem zelfverzekerd en trots. En, op de een of andere manier, meer verantwoordelijk. „Als ik mijn pak niet aan heb, zou ik denk ik geen mondkapje dragen. Met pak doe ik het wel. Je valt toch meer op. Je blinkt uit in de samenleving.” Het is 16 november en Koen heeft de hele dag les op het Dulon College in Ede. Buiten staan groepjes jonge-
ren in dikke winterjassen te roken, binnen zit Koen in zijn pak in de kantine waar hij rustig en weloverwogen zijn verhaal doet. Hij weet al jaren wat hij wil: politieman worden. Vandaar de opleiding handhaving, toezicht en veiligheid. Van de vijf oud-klasgenoten heeft hij het minst hoeven wennen aan het leven na vmbo-4. „Als ik iets wil, dan doe ik het gewoon.” Het is hard werken: veel pittige vakken over recht en burgerschap, veel sporten. „Je wordt niet zomaar boa.” Na de kerstvakantie hoort hij of hij geselecteerd wordt voor het keuzedeel dat hem voorbereidt voor de politie-academie. Negentig procent haakt af, zegt hij. Maar hij is „supergemotiveerd”. Waarom? „De spanning. En het sociale. Ik hou ervan om met mensen te praten en buiten te zijn. De hele dag achter een laptop is niets voor mij.” Het is een rare tijd, zegt Koen. Zijn vader werkt bijvoorbeeld nog steeds thuis. „Die zit de hele dag te vergaderen in de kamer, dus ik kan niet lekker beneden zitten om te relaxen.” De maatschappij is veranderd, vindt hij. Mensen zijn bang geworden voor elkaar. Het fascineert hem, net als de lessen over burgerschap en politiek. Als ik hem zie praat de Tweede Ka-
Toen Emin laatst nog even snel boodschappen wilde halen bij de Jumbo tegenover zijn flat knalde hij keihard met zijn hoofd tegen de glazen deur. Dicht. „Ik had helemaal niet door dat de supermarkten weer om acht uur gesloten zijn.” De corona-persconferenties boeien niet meer. Niemand kijkt nog, zeggen ze in de aula van het Guido, eind november. Ze staan te trappelen in de coulissen van hun nieuwe leven en corona speelt hooguit nog een irritante bijrol. Koen: „Het is wat het is, je verandert er toch niks aan.” Emin: „Je kan er heel moeilijk over doen...” Koen: „Of gaan rellen.” Emin: „Schiet je niks mee op.” Koen: „Ik kreeg een uitnodiging om mee te rellen. Via Snapchat.” Emin: „En?” Koen: „Niet gedaan. Tuurlijk niet.” Emin: „Gast. Dat slaat toch ook nérgens op.” Als de foto’s voor NRC zijn gemaakt, gaan de mondkapjes weer op. Of ze elkaar nog eens opzoeken in het nieuwe jaar, vraag ik. „Een reünie? Lijkt me best leuk”, zegt Julia. „Maar ik denk niet dat het gebeurt.” „Wát?”, vraagt Isa. „Een reünie? Nee hoor, ik mis niemand.” Julia haalt haar schouders op: „Kijk, dat bedoel ik.”
cadeauspecial
Oplaadbare lampen van Humble Van 139,- voor
119,-
Van 139,- voor
119,-
Humble is een Nederlands designmerk dat draadloze sfeerverlichting met een vriendelijke uitstraling maakt. De Humble One en Humble Two zijn perfect voor alle tafels, planken en hoekjes in huis of tuin waar je wel een lichtpuntje kan gebruiken, maar geen stekker in het stopcontact kunt steken. De lampen zijn te dimmen in drie standen. Wanneer ze volledig zijn opgeladen gaat de Humble One tot wel 140 uur mee en de Humble Two tot 95 uur.
In de kleuren
Voor alle aanbiedingen en om te bestellen ga naar:
nrcwebwinkel.nl/cadeauspecial
cadeauspecial Van 1798,- voor
1399,-
Nieuwe standaard in audio en design Uniek flexibel geluidssysteem Eenvoudig uit te breiden tot 5.1 systeem voor surround sound Geliefd door audio critici; Hifi Video Test, Dec. 2020
Bij NRC krijg je een extra draadloze SAT speaker (t.w.v. 399,-) cadeau
In de kleuren
Kien 2.1 Hifi systeem
Het nieuwe Nederlandse merk Kien heeft het eerste geluidssysteem ontwikkeld dat écht flexibel is. Deze prachtige speakers (SAT) en subwoofer (SUB) zijn zó ontworpen dat je nu betaalbaar kan genieten van studiogeluid. Thuis, onderweg, alleen of met vrienden. Hifi stereo, home cinema, of draagbaar, dit audiosysteem vervangt alle andere systemen. Zorg voor fantastisch geluid op je tv of gebruik de SATs als afzonderlijke, draagbare luidsprekers. Pak je SATs op en neem ze overal mee naartoe. Tuin, strand of naar vrienden.
Voor alle aanbiedingen en om te bestellen ga naar:
nrcwebwinkel.nl/cadeauspecial
cadeauspecial
Van 119,- voor
2 fleeces voor
99,-
179,-
Cortazu Hybrid fleece jacket Het vest is ontworpen door het Nederlandse outdoor merk Cortazu en is gemaakt van een Hi-Tech microfleece stof die super zacht aanvoelt, warm is en ultiem comfort biedt. Perfect als extra laagje in koudere omstandigheden of als een op zichzelf staand stuk. Verkrijgbaar in 6 kleuren en in de maten XS t/m XXL.
In de kleuren
Voor alle aanbiedingen en om te bestellen ga naar:
nrcwebwinkel.nl/cadeaubijlage
Niets is zo pats-boem als dood door corona. Maar dat willen we niet
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
25
WIE DURFT EN MAG NOG over
Misschien wordt het een verkoudheid. „Mag je hopen. Laten we hopen dat het lot ons gunstig gezind is en het virus zwakker wordt. En dat de vaccins ons blijven beschermen. Ondertussen rennen we van het ene naar het andere gaatje om het te dichten, zonder te weten of nou niet net daardoor nieuwe gaatjes ontstaan.” Wat moeten we anders? „We kunnen niet veel meer dan achterom kijken en proberen in kaart te brengen hoe het sinds maart 2020 gegaan is, welke keuzes er zijn gemaakt op grond van welke publieke waarden, en in hoeverre die gedragen worden door de bevolking. Tot op heden is dat niet gebeurd.” En als we dat doen? „Kunnen we tot een langetermijnvisie komen. We zullen de fundamentele vraag moeten stellen hoe we ons op een dichtbevolkte aarde met veel onderlinge contacten kunnen beschermen tegen ziekmakende en dodelijke virussen, op zo’n manier dat het leven voldoende kwaliteit houdt, vooral ook het samenleven.”
MARLI�HUIJER Filosofe
DE DOOD BESLISSEN? Filosofe Marli Huijer kreeg veel kritiek over haar opmerking dat niemand recht heeft op zo lang mogelijk leven. „Welk besluit we ook nemen, we schieten altijd tekort.” Tekst�Jannetje�Koelewijn Foto�Daniel�Niessen
M
arli Huijer (66) slaat Trouw van 7 december open en wijst naar de strip Anton Dingeman op pagina 2. „Die gaat over mij”, zegt ze. „Ik kan me vergissen, maar die ‘filosofe’ met haar vingertje in de lucht, dat ben ik.” De filosofe zegt tegen Anton Dingeman, de goedwillende burgerman: ‘We moeten accepteren dat de dood bij het leven hoort.’ Anton Dingeman, stomverbaasd: ‘Deksels! Dat klinkt wijs, zeg!’ Dan komt de Dood met zijn zeis en grijpt haar bij de nek. ‘Een vrijwilliger! Wat aardig van u, professor, dat u zich aanbiedt. Komt u maar.’ Hij sleurt haar mee naar zijn roeibootje. ‘Niet fair’, roept de filosofe. ‘Mijn tijd is nog niet gekomen.’ Op het laatste plaatje huilt de filosofe dikke tranen. ‘Ik bedoelde dat we de dood van ándere mensen moeten accepteren. Van zieke mensen, abstracte mensen. Niet de mijne.’ Maar de Dood roeit stug door, naar de poort van de onderwereld. Marli Huijer vouwt de krant weer dicht en zucht, bijna onhoorbaar. „Op de dag dat ik mijn column in Trouw heb”, zegt ze. „Het kan natuurlijk toeval zijn.” Ze is voormalig arts, filosoof en hoogleraar. Van 2015 tot 2017 was ze Denker des Vaderlands. In januari van dit jaar zei ze in NRC dat niemand recht heeft op een zo lang mogelijk leven. Je hebt recht, zei ze, om te worden beschermd tegen een vroegtijdige dood. Een jongere die doodgaat omdat er geen plek is op de IC, díe sterft vroegtijdig. „Iemand van tachtig niet.” Woede op Twitter, boze brieven, vooral van oude mensen. ‘Je wilt ons dood hebben.’ „Nee”, zegt ze. „Natuurlijk niet. Dat is” – ze zoekt naar neutrale woorden – „een níet goed verstaan van mij.” Wat ze in januari zei, geldt net zo goed voor haar. „Als je boven de zeventig bent, is het toch niet zo raar om te accepteren dat het leven eindig is? Eerlijk gezegd heb ik dat al sinds mijn zestigste. Ik geniet met volle teugen van het leven en ik wil best nog dertig jaar door. Maar het móet niet. En het laatste wat ik wil is sterven op een IC.” Maar goed, mensen genoeg die het met haar eens zijn. En ze wil zich niet de mond laten snoeren. Dus toch maar weer een interview, nu Omikron de Delta-variant aan het verdringen is en de discussies over ja dan nee verplicht vaccineren hoog oplopen. Ze zet koffie, gaat aan de tafel bij het raam zitten – regenachtig uitzicht op het IJ in Amsterdam – en wacht de eerste vraag af. Die gaat over patiënten die een nieuwe hartklep of heup krijgen en vervolgens – artsen maken dit nu mee – sterven aan corona omdat ze weigerden zich te laten vaccineren. Wat vindt Marli Huijer daarvan? „Ik denk,” zegt ze, „dat ik zo’n operatie niet zou doen. Als ik de arts was, zou ik zeggen: het is medisch niet verantwoord om u te opereren als u niet gevaccineerd bent. Er moet een reële kans zijn dat u na de operatie goed zal herstellen.” Patiënten kunnen ook géén corona krijgen. „Je moet ervan uitgaan dat de kans om het vroeg of laat te krijgen 100 procent is, ook als je gevaccineerd bent. Het virus blijft rondgaan.”
Niet elke keer weer in halve of hele lockdown? „Dat is niet vol te houden. Ik ben het eens met Femke Halsema, die de regering oproept om mensen uit verschillende disciplines bij elkaar te zetten en met voorstellen te laten komen voor de komende twee of drie jaar.” Voor nu misschien meer IC-bedden? Arts en oud-ziekenhuisdirecteur Marcel Levi zegt dat we met tweehonderd erbij een heel eind zijn. „Het probleem is een tekort aan personeel. Nu al werkt een op de zes mensen in Nederland in de zorg. In 2060 zal het een op de drie zijn, want ondanks corona blijft de levensverwachting stijgen en de vergrijzing zet door. Een op de drie! Wie moet er dan onderwijzer zijn? Of politieagent? Lees het laatste rapport van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid over de houdbaarheid van de zorg, de ónhoudbaarheid als we geen keuzes maken. Geen leuke boodschap, niemand wíl kiezen. De politiek niet, het publiek niet, de arts niet en ik ook niet. Je wilt niet te horen krijgen dat jij die behandeling niet kunt krijgen.” Er zijn mensen met corona die driehonderd dagen op de IC hebben gelegen. „Ik weet niet zo goed wat ik daarover moet zeggen zonder die mensen en hun naasten voor het hoofd te stoten.” Ze drinkt zwijgend haar koffie op. „Een jaar of tien geleden klopte een hoogleraar intensive care bij me aan met de vraag hoe lang je moet doorgaan met behandelen op de IC. Mensen kunnen steeds langer in leven worden gehouden en wie durft of mag er dan nog over de dood beslissen? In Amerika, zei hij, is dat eigenlijk al ontspoord. In leven houden is het doel geworden en sociale normen veranderen daardoor. Wat te doen? Ik weet het antwoord nog steeds niet. Met alles wat we kunnen stellen we onszelf voor een tragisch dilemma, welk besluit we ook nemen, we schieten altijd tekort.” Waarom zou u nooit naar de IC willen? „De manier waarop je sterft zegt iets over je leven. In alle rust afscheid kunnen nemen van degenen die van je houden is voor mij belangrijker dan tot het einde toe strijden. ‘Wegsterven’ vind ik een mooi woord, zoals bij muziek. Misschien is het gemakkelijker om de dood te accepteren als je religieus bent. Er zijn dorpen in Nederland waar veel oude en ongevaccineerde mensen zijn doodgegaan die daar vrede mee hebben. „Maar ik ben niet religieus. Onlangs heb ik Een zachte dood van Simone de Beauvoir herlezen, een boek uit 1964 waarin ze zich druk maakt over haar moeder die in het ziekenhuis steeds weer nieuwe kansen kreeg aangereikt. Ze vraagt zich af wat haar moeder gewonnen heeft met de vier weken die ze langer leefde. Een groot deel van de tijd was ze er niet bij. Of ze was aan het lijden. Had die kwelling niet voorkomen moeten worden? In die tijd was de vraag alleen al revolutionair. „In Amerika heb je de oncoloog en bioethicus Ezekiel Emanuel, 64, die voor zichzelf na zijn vijfenzeventigste geen levensverlengende behandelingen meer wil. Rond die leeftijd, zegt hij, hebben de meeste mensen lichamelijke of mentale klachten die hen beperken in hun activiteiten. Hun creativiteit en productiviteit zijn ze grotendeels kwijt. Waarom koste wat kost doorgaan? Daarvan afzien staat een goed sterven niet in de weg. Er zijn pijnstillers, er is medicatie tegen benauwdheid. Je hoeft niet te lijden, zoals vroeger.” Zo denken toch wel meer mensen? „Zeker. Maar het liefst willen we in goede gezondheid doorleven tot ons honderdste en dan” – ze slaat in haar handen – „pats-boem, dood.” Ze glimlacht. „Niets is zo pats-boem als corona. Maar dat willen we niet. Nee, dat niet.” Omdat we bang zijn. „Hoe om te gaan met doodsangst, ja. Je kan als Epicurus zeggen: de dood betekent niets, want zolang jij er bent, is de dood er niet, en als de dood er is, ben jij er niet. Maar dat is zo onthecht, dat is bijna niet op te brengen. Dat lukt alleen als je verder ook emotieloos bent. Je huilt om je geliefde omdat die belangrijk voor je was. De onthechting die het vraagt om de dood te aanvaarden, daar heb je troost voor nodig. Als je die niet vindt in religie, dan in kunst, in muziek. „Denk aan Odysseus, die door de nimf Calypso op haar eiland wordt vastgehouden. Ze belooft hem de eeuwige jeugd en toch verlaat hij haar. Hij heeft liever een sterfelijk leven met Penelope. Hij wil samen met haar oud worden. Of neem de 14de-eeuwse Italiaanse vorst Fosca in Alle mensen zijn sterfelijk van Simone de Beauvoir. Hij heeft een elixer gedronken waardoor hij eeuwig jong blijft en ontdekt hoe vervelend dat is. Weer een nieuwe minnares, weer een oorlog. Op den duur verveelt hij zich zo verschrikkelijk dat hij zestig jaar gaat slapen.” Is een vaccinatie tegen corona een levensverlengende behandeling? „Als je oud bent kan het dat wel zijn, ja. Ik kreeg een brief van mensen die tegen de tachtig liepen en om gezondheidsredenen niet gevaccineerd wilden worden. Ze hielden zich wel aan alle regels. Het risico om aan Covid te overlijden accepteerden ze. Als de overheid zegt dat het toch moet, wordt die optie uitgeschakeld. Daar zouden we als samenleving over moeten nadenken. Mogen mensen vaccinatie weigeren op grond van hun leeftijd?” U bent tegen een vaccinatieplicht. „Ja, mits de volksgezondheid niet ernstig in gevaar is. Ik was geshockeerd door de achteloosheid waarmee Hugo de Jonge zei dat we de Grondwet maar moeten aanpassen om een vaccinatieplicht mogelijk te maken. Waar heb je dan een Grondwet voor? Die is er om ons te beschermen tegen de overheid. Ons lichaam is onaantastbaar. En Nederland heeft al een enorm hoge vaccinatiegraad, misschien wel doordat we mensen op hun redelijkheid aanspreken en geen dwang gebruiken.”
In het internaat leerde ik dat witte kinderen soms óók geen vader hebben
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
27
MIJN GRAPPEN KOMEN AAN bij
dat ze het gevoel hebben dat hun iets wordt ontnomen, bijvoorbeeld omdat Nederland verandert.” Ook oordelen van de media kan hij makkelijk van zich af laten glijden. Er zijn recensenten die zijn werk negeren, sommigen reageren lauw of ronduit vilein. Hij geeft geen vrijkaartjes aan recensenten – wat in de podiumsector wel gebruikelijk is. Hij lacht: „Ik ga hen niet ‘betalen’ om slecht te schrijven over mij. Als de recensie positief is, mogen ze achteraf hun kaartje bij mij declareren. Mijn humor komt aan bij de mensen bij wie het moet aankomen. Het zou hebberig zijn om ook nog eens erkenning te verlangen van ‘het establishment’.” Aan het eind van Judeska in da House zien Asporaats typetje en haar elitaire rivale in dat ze het ondanks hun verschillen samen moeten zien vol te houden. „Maar het is niet dat ik er voldoening uit haal Bon Bini-personages te laten groeien. Mensen komen voor humor waar ze niet te lang over hoeven na te denken. Als je naar de McDonalds gaat, wil je geen zevengangenmenu. Ik ben 80 procent van mijn tijd bezig met maatschappelijke projecten; als je het wil hebben over waar ik voldoening uit haal, moet je bij Jandino zijn, niet bij Judeska.”
Volwassen kind
JANDINO�ASPORAAT Comedian en acteur
WIE ZE AAN MOETEN KOMEN Jandino Asporaat kreeg dit jaar voor de derde keer de publieksprijs van de Gouden Kalveren – en staakte zijn theatershow omdat hij tegen het coronatoegangsbewijs is. Tekst�Sabeth�Snijders Foto�Daniel�Niessen
V
oorafgaand aan het interview laat comedian, presentator en acteur Jandino Asporaat (40) weten dat hij best enkele vragen wil beantwoorden over zijn beslissing om geen comedyshows meer te spelen zolang theaters QR-codes scannen aan de deur. Als het gesprek maar niet alléén daarover gaat – want wat hij er ook over zegt, het zal zorgen voor polarisering. En dat is waar hij ver vandaan wil blijven. „Als je tegenwoordig de televisie aanzet en lang genoeg kijkt, ga je ’s avonds naar bed met een hekel aan iemand.” We beginnen met een van zijn hoogtepunten van afgelopen jaar. Hij kreeg wederom het Gouden Kalf van het publiek, nu voor zijn laatste film Bon Bini: Judeska in da House. Alle drie de Bon Bini-films (de vorige twee verschenen in 2015 en 2018) wonnen die publieksprijs. De release van een vierde deel van de franchise, Bon Bini Holland 3, is uitgesteld. In Judeska in da House staat Asporaats typetje Judeska, de langnagelige verkoopster van fastfoodrestaurant FC Kip, opnieuw centraal. Ze belandt in een lockdown met het gezin van een minister en gaat de strijd aan met de elitaire vrouw des huizes. Waarom blijft het personage, dat al meer dan tien jaar in sketches en films terugkomt, zo populair? „Herkenning”, zegt Asporaat. „We hebben allemaal een Judeska in ons. We hebben allemaal de behoefte om heel eerlijk te zijn. Judeska maakt zich niet druk om wat jij denkt. Iedereen kent zo iemand en iedereen snapt dat.” Veel van de personages in de films speelt hij zelf. Het zijn culturele hyperbolen: van Judeska, een hitsige, schreeuwerige, politiek incorrecte Antillaanse, tot Gerrie, een racistische Rotterdamse slons. Dat ligt nu gevoeliger dan toen hij tien jaar geleden met de sketches begon. „Tegenwoordig stellen we weleens de vraag: kan ik dit zeggen? Maar ik schrijf nog steeds uit de losse pols en zal geen dingen weglaten. Ik zal wel eerder letten op de balans. Als Gerrie hard is naar een andere bevolkingsgroep, let ik erop dat zij ook iets terugkrijgt.” Aan Judeska heeft hij door de jaren heen niets veranderd. Lachend: „Ze ziet er alleen wat beter uit. Ik krijg nu iets te veel berichten van mannen voor haar.” Het typetje heeft veel fans, maar ligt ook onder vuur. Omdat ze negatieve stereotypen over Antilliaanse vrouwen zou bevestigen, wat leidt tot ongepaste opmerkingen en vooroordelen in de echte wereld. „Ik ben niet doof voor die kritiek. Maar ik vraag me af of mensen die ongepaste opmerkingen maken een ander beeld zouden hebben van zwarte vrouwen als Judeska niet had bestaan. En ik nodig iedereen uit om met me in gesprek te gaan, bijvoorbeeld via Instagram, maar mensen die dat niet doen en zich vervolgens een beeld vormen van mijn werk via de opvattingen van anderen – daar kan ik weinig mee.” Asporaat kwam er naar eigen zeggen al vroeg in zijn carrière achter dat kritiek op zijn werk vaak over iets anders gaat. „Ik krijg weleens hatelijke berichten. Soms neem ik de tijd om te vragen: wat heb ik, Jandino Asporaat, gedaan om dit gevoel bij jou op te wekken en wat kan ik doen om het weg te nemen? Na het negeren van veel kanker-dit en kanker-dat en doorvragen kom je meestal tot de kern: dan gaat het niet meer over wat ik doe maar over wat ‘jullie doen’, en blijkt
De meeste mensen kennen Jandino Asporaat van zijn comedy- en presentatiewerk. In De Dino Show (NTR, 2011-2014) ontstonden alter ego Judeska en andere terugkerende personages. Hij presenteerde Dance Dance Dance (RTL 4, 20152017 en in 2019 op SBS6) en Dino’s bezorgservice (NTR), dat deze zomer na tegenvallende kijkcijfers van de buis gehaald werd. Daarnaast heeft hij een kledingwinkel in Delft en – samen met zijn broer – een management- en productiebureau waar zestien mensen werken. Hij geeft motivational speeches op scholen, organiseert evenementen voor de Rotterdamse jeugd en wil op Curaçao een nieuwe stad bouwen: New Korsou. Hij slaapt gemiddeld vier uur per nacht. Asporaat werd geboren op Curaçao, waar zijn vader het gezin met vier kinderen vrij snel verliet. Toen zijn moeder naar Nederland vertrok om daar te werken, woonde hij een tijd bij een achternicht die hem mishandelde. Toen de kinderen later hun jonge, alleenstaande moeder volgden naar Nederland, bleek dat te zwaar voor haar. Jandino, zijn broertje en zijn zusje belandden tijdelijk in een jeugdinstelling. Zijn zus vertelt dat hij zich als kind al enorm verantwoordelijk voelde voor haar welzijn en dat van anderen. Omdat in de jeugdinstelling niemand anders wist hoe om te gaan met haar kroeshaar, zat hij als elfjarige haar kapsel in model te brengen voor de schoolfoto’s. Waar komt het gevoel vandaan dat hij moet zorgen voor anderen? Asporaat: „Misschien is het een manier om ermee om te gaan dat ik zelf als kind niet altijd beschermd ben geweest? En als je eenmaal beseft dat tijd maken voor iemand anders helpt, kun je daarna onmogelijk géén tijd meer maken voor anderen. In het internaat leerde ik dat er ontzettend veel kinderen zijn in Nederland die ouders en liefde nodig hebben. En dat witte kinderen soms óók geen vader hebben. In mijn beleving waren wij de enigen.” Hij herinnert zich een jongen, Paul, die altijd aan het wachten was tot zijn ouders hem zouden komen ophalen. „Niemand had hem verteld dat dat niet meer zou gebeuren. Ik kon geen vader zijn voor Paul, ik was elf, maar ik kon wel proberen er een beetje voor hem te zijn.” Het lijkt erop dat Asporaat jong volwassen moest worden – maar zijn podiumpersoonlijkheid is juist een soort volwassen kind. „Theater was in eerste instantie een soort therapie voor me, omdat ik er niemand hoefde te redden en ik er zorgeloos mezelf kon zijn. Ik was er belangrijk: als kind had ik geen vrienden of verjaardagsfeestjes, maar als ik op het podium stond, kwamen mensen voor mij.”
Excuses In zijn show Black Out, die sinds begin deze maand te zien is op streamingdienst Amazon Prime, vertelt Asporaat dat hij vbo volgde, voorbereidend beroepsonderwijs – nu vmbo. Hij grapt in de show dat hij een diploma kreeg door simpelweg naar school te gaan. Nu vertelt hij dat hij op de basisschool een te laag schooladvies kreeg omdat hij erg druk was in de klas. De lerares van wie het kwam, bood ooit na een show huilend haar excuses aan. „Omdat ze niet had gezien wie ik was. Ik denk dat het een leerrijk moment was voor ons beiden dat ze dat kon toegeven.” Tijdens de praatjes die hij houdt voor jongeren ligt de nadruk niet op kansenongelijkheid door bijvoorbeeld te lage schooladviezen of vooroordelen op de arbeidsmarkt, vertelt Asporaat. Hij gelooft dat het averechts werkt om mensen als ‘slachtoffer van de maatschappij’ te zien. „Je vertelt zo dat ze een product zijn van hun buurt en achtergrond, en dus niet méér zullen worden dan dat. Kijk wat ik ben geworden. Er zijn een aantal zaken die mij en mijn leven inderdaad harder hebben gemaakt, maar ze hebben me wel gevormd tot wie ik nu ben.” De leraar die tegen de dertienjarige Asporaat zei dat hij ‘een klootzak was die alle kansen van de wereld kreeg, maar de kantjes ervan afliep’, is hij dankbaar. „Het was in een periode dat het woord ‘Antilliaan’ gelijkstond aan slecht nieuws. Wat bij mij bleef hangen was: ‘Je hebt alle kansen van de wereld.’ Dat veranderde echt mijn manier van denken.” Het is die boodschap die hij herhaalt tegen jongeren. Black Out bevat behalve opmerkingen over hoe praatprogramma’s mensen „uit elkaar drijven” en grappen over een high tech-toilet ook sceptische opmerkingen over het coronabeleid. Midden oktober, toen theatervoorstellingen nog ’s avonds plaatsvonden, besloot Asporaat niet meer live te spelen zolang theaters toeschouwers om een QR-code vragen. „Het was een opeenstapeling van factoren waardoor ik die keuze maakte”, zegt hij. „Op scholen waar ik kwam, merkte ik dat het coronabeleid jongeren angstiger en depressiever maakte. Tijdens opnames voor mijn tv-programma zag ik vereenzaamde ouderen. En ik vind dat het beleid nog meer verharding en tweedeling in de maatschappij veroorzaakt dan er al is. Bewust of onbewust, dat weet ik niet, maar ze denderen door. En ten slotte vind ik dat ik als comedian niet aan mensen die er gezond uitzien moet vragen of ze gevaccineerd zijn. Net zoals het niemand aangaat of ik gevaccineerd ben.” In zijn show noemt hij virologen dom en „leugenaars”, bijvoorbeeld omdat ze eerst zeiden dat mondkapjes niet werkten en daar later op terugkwamen. Leugenaars? „Bij grappen mag je net iets verder gaan en kun je niet genuanceerd zijn. In interviews probeer ik de emoties weg te halen omdat dat de discussie belemmert.” Asporaat liep in september mee met een anti-coronademonstratie. Hij zegt niet bang te zijn dat hij wordt weggezet als antivaxer. „De kans bestaat dat ik dit doe voor 1 procent van mijn bezoekers. Onlangs speelde ik een show buiten en omdat ik grappen over het onderwerp maakte, vroeg ik hoeveel mensen gevaccineerd waren. Dat bleek nagenoeg iedereen te zijn. Maar mensen lachten even hard omdat ze vinden dat het beleid niet kan.” Wat vindt hij van het stimuleren van mensen om zich te laten vaccineren om zo de ziekenhuizen te ontlasten? „In plaats van te praten over de uitholling van de zorg, die al veel langer gaande is, voeren mensen nu discussies over anderen dwingen iets te doen waarvan ze het recht hebben het te weigeren. Het is families en vriendenkringen kapot aan het maken. Kijk hoe mensen nu aan weerszijden over elkaar praten. Wij zijn wonden aan het maken waar we nog vijftien jaar last van gaan hebben.”
ILLUSTRATIE�ANNE�VAN�DEN�BOOGAARD
POLITIEK
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
29
TOM-JAN�MEEUS Redacteur NRC
Het appje van een oud-informateur dat orde in de chaos van 2021 bracht
H
et nadeel van verkiezingscampagnes is vaak dat ze het zicht op de Haagse politiek eerder verheimelijken dan verhelderen. In 2021 was het niet anders. Ruim voor verkiezingsdag, 21 maart, ontstond een informeel overlegcircuit met het oog op de regeringsvorming na de verkiezingen. Zo’n circuit is er vaak in de campagne, partijen willen voeling houden met elkaar, en dit jaar was vooral de rol van GroenLinks opvallend. Terwijl de partij officieel inzette op linkse samenwerking (‘Meer Lilian, Lilianne, Sigrid en Jesse’), probeerde ze zich in dat informele circuit vooral in de kijker te spelen bij VVD en CDA. Zo ging de rechterhand van Jesse Klaver, vicefractievoorzitter Corinne Ellemeet, op de thee bij oud-VVD-minister Edith Schippers, vertrouweling van Mark Rutte en oud-informateur. Al langer had zij goed contact met VVD-kopstuk Sophie Hermans. En enkele dagen voor de verkiezingen bezocht ze Eelco Heinen, de ambtelijk secretaris van de VVD-fractie die na de verkiezingen financieel woordvoerder van de fractie werd. Met het CDA deed GroenLinks al langer openlijk zaken. Voorjaar 2020 presenteerde Klaver met de voorzitter van Bouwend Nederland, oud-CDA-vicepremier Maxime Verhagen, een plan voor de stikstofcrisis. ’s Zomers was een motie van de Kamerleden Laura Bromet (GroenLinks) en Jaco Geurts (CDA) de inleiding voor het verbod op de nertsenhouderij begin dit jaar. Toch brachten deze inspanningen de partij niet de machtspositie die ze zocht. Toen het erop aankwam in de formatie, in juni, weigerden VVD en CDA te onderhandelen over een kabinet met GroenLinks en PvdA. En dus eindigde het jaar zoals het begon: met een coalitie van VVD, D66, CDA en ChristenUnie. Tegelijk was óók het bondje van VVD en CDA minder logisch dan het leek. Want waar GroenLinks zich in de campagne openstelde voor VVD en CDA, vochten Mark Rutte en Wopke Hoekstra in diezelfde periode een staalharde strijd uit. De twee kenden elkaar van Ruttes derde kabinet, waarin Hoekstra Financiën deed. Hun samenwerking was professioneel maar niet intiem: Rutte wist dat Hoekstra uit was op zijn stoel. Het bleek openlijk vanaf december vorig jaar, toen Hoekstra CDA-lijsttrekker werd. Het land was in lockdown maar in interviews sprak hij vooral over Lieselot, zijn partner. In de VVD-campagne doorzagen ze het meteen: dit was codetaal om bij kiezers vragen over Ruttes vrijgezellenleven op te roepen. Weken later werd het in de binnenkamer venijnig. De ministerraad vergaderde over het kritische rapport inzake de Toeslagenaffaire, mede geagendeerd door Hoekstra’s toenmalige nummer twee Pieter Omtzigt. In interviews zei Omtzigt dat hij was tegengewerkt. De premier hield volgens hem ongemakkelijke feiten moedwillig achter. En het verrassende was: in dat kabinetsberaad pleitte Hoekstra voor meer openheid – waarmee hij Omtzigts kritiek overnam. Toen gingen de handschoenen af. Rutte stelde in de volgende vergadering voor dan maar alle ministerraadsnotulen over de Toeslagenaffaire te openbaren, wetend dat Hoekstra zélf eerder over het ‘sensibiliseren’ van Omtzigt had gesproken. De ministerraad wees Ruttes voorstel op staatsrechtelijke gronden af, maar bewindslieden van Rutte III wisten nu: het is, zoals een minister destijds zei, „oorlog tussen Mark en Wopke”. Dus de echte vraag is: waarom werd GroenLinks tijdens de formatie gestraft voor haar goede gedrag in de campagne, en sloten Rutte en Hoekstra in diezelfde formatie een bondje ondanks hun vuile oorlogjes in de campagne? Onderzoek wijst al decennia op een verschil tussen (progressief-)liberaal en conservatief georiënteerde mensen. In het veel geciteerde Predisposed
(2013) schreven Amerikaanse neurowetenschappers dat conservatieven in doorsnee hechten aan veiligheid, voorspelbaarheid en autoriteit, terwijl liberalen zich eerder thuis voelen bij nuance en complexiteit, aldus Scientific American in 2020. Het gevolg in politieke onderhandelingen is dat conservatief georiënteerde politici standvastiger zijn. Liberalen neigen naar begrip voor anderen, waardoor ze vaak soepeler zijn. En achteraf valt wel op dat Haagse politici zich dit jaar vrij exact aan deze bevindingen hielden. Maar het was niet zo dat Rutte en Hoekstra gezamenlijk besloten GroenLinks en de PvdA af te serveren. Hoekstra dwong Rutte. VVD en CDA zijn electoraal communicerende vaten, en CDA-strategen vlassen al jaren op een positie rechts van de VVD. Vandaar dat Hoekstra praten met PvdA en GroenLinks op 1 juni als eerste afwees („te grote verschillen”). Rutte aarzelde. Hij suggereerde steun aan Hoekstra maar hield een slag om de arm. Twee weken eerder dronk hij nog koffie op de kamer van Klaver.
De echte vraag is: waarom werd GroenLinks gestraft voor haar goede gedrag in de campagne? Maar Hoekstra had Rutte machtspolitiek aan een touwtje, en speelde dat uit: voor de VVD dreigde zelfmoord als de partij zonder het CDA met progressieve partijen ging regeren. Vier dagen later gaf Rutte zich gewonnen: hij vond „hetzelfde” als Hoekstra. Zo had de CDA-leider Den Haag zijn machtspolitieke wil opgelegd. In hun uitleg achteraf zeiden CDA en VVD dat een coalitie met twee linkse partijen het verkeerde antwoord was op verkiezingen die door rechts waren gewonnen. Ook klaagden ze dat de twee linkse partijen elkaar vasthielden. Dat was getalsmatig onnodig en had links te veel invloed gegeven. Dit laatste was even onthullend als inzichtelijk. In de recente geschiedenis had CDA noch VVD moeite met invloed van deze partijen toen ze veel groter waren. Nadat Rutte I, een VVD/CDA-coalitie, voorjaar 2012 ten val was gekomen, moesten er razendsnel bezuinigingen komen. Een van de partijen die dit Lenteakkoord steunde was GroenLinks; de partij had toen tien zetels, dit jaar acht. Later in 2012 trad Rutte II aan, een saneerderscoalitie waarin de VVD met de PvdA samenwerkte. De PvdA had toen 38 zetels, nu negen. En nadat ik in de zomer hierop wees, kreeg ik een appje van een oud-informateur. Je bent iets vergeten, schreef hij. Hij doelde op de Nolens-doctrine, een theorie van wijlen Hans Daudt. Politicoloog Daudt baseerde zich op de leider van de katholieke fractie (RKSP), Willem Nolens, die in 1922 zei dat zijn partij „alleen bij uiterste noodzaak” met socialisten (SDAP) wenste te regeren. Het bracht Daudt tot de these dat rechts Nederland, sinds 1917 vrijwel onafgebroken in de meerderheid, links alleen toegang tot de macht gunt als dit getalsmatig noodzakelijk is dan wel als er impopulair beleid vereist is. En hoewel er iets is af te dingen op deze theorie, kon je er moeilijk omheen dat ze in 2021 klopte als een bus. Wat van buitenaf een tumultueus politiek jaar leek, was uiteindelijk een jaar waarin de traditie zegevierde.
Mijn moeder is 82 en vond het geweldig dat ze de groeten kreeg van Rutte
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
31
IK WIL NIET ALS grijs muisje
CAROLINE�VAN�DER�PLAS BBB-Tweede Kamerlid
goed gaat. Hij is opgenomen in de crisisopvang van een ggz-instelling. Aan het begin van de middag gaat het beter, het bezoek aan Tubbergen laat ze doorgaan. Ze was blij met de uitnodiging, zegt ze op het podium. „Ik was de laatste jaren bij élke boerenopstand.”
Enorm podium Eén zetel in de Tweede Kamer en enorm veel aandacht in de media – dat was precies wat Caroline van der Plas, Henk Vermeer en Wim Groot Koerkamp voor ogen stond toen ze eind juli 2018 bij elkaar zaten in het kantoor van communicatiebureau ReMarkAble in Deventer. Vermeer en Groot Koerkamp van ReMarkAble hadden Van der Plas langs gevraagd voor koffie. Ze kenden haar niet, ze wisten wel wie ze was: oud-communicatieadviseur van belangenorganisaties in de agrarische sector, een felle twitteraar. Nu was ze 51 en ze had in Deventer een eigen adviesbureau opgericht, Farm & Food Communication. Vermeer en Groot Koerkamp wilden weten of ze een concurrent van hen was. Dat was niet zo. Zij hielp boeren en tuinders bij hun communicatie, ReMarkAble adviseerde agro-bedrijven bij hun boodschap aan boeren en tuinders. Ze praatten over de verhalen die Van der Plas had verzameld via het Twitter-account Boerburgertweet – dat zou een boek worden. En ze hadden het over de Partij voor de Dieren. Die had volgens hen veel invloed op het beeld – ze noemden het „valse frames” – van boeren en de veeteelt in Nederland. Daar kon je boos om zijn en actie tegen gaan voeren. Maar je had, dachten ze, veel meer aan een eigen politieke partij. Ook als die maar één zetel haalde. Op tv kreeg je dan een enorm podium voor je boodschap. Van der Plas had daar ook al eerder aan gedacht: in 2015 registreerde ze de domeinnaam partijvoordeboeren.eu.
Groupie van Rutte
DOOR DE GANGEN SLUIPEN Caroline van der Plas vertegenwoordigt sinds de verkiezingen in maart de BoerBurgerBeweging (BBB) in de Tweede Kamer. Ze wekt zowel woede en dedain als bewondering. Tekst�Petra de Koning�Foto�Daniel�Niessen
I
n een zaaltje van café ’t Oale Roadhoes in Tubbergen, Overijssel, staat een groepje boeren. Het is een vrijdag in november, bijna vijf uur, ze drinken bier. Eerder die middag opende Caroline van der Plas in dit zaaltje de herdenking van de ‘Boerenopstand van Tubbergen’. Die was vijftig jaar geleden en het groepje boeren heeft zich net zo aangekleed als de boeren van toen: ze dragen jagershoedjes, petten, blauwe overalls, klompen. En net als toen zijn ze op hun tractors naar het dorp gekomen. Maar zonder hooivorken, messen of brandbommen. De boeren die op 21 december 1971 in Tubbergen een tent bestormden hadden dat allemaal wél bij zich. In de tent kon worden gestemd over de ruilverkaveling: de grond zou handiger worden verdeeld, en veel boeren waren er blij mee. Ze hoefden dan niet meer ver te lopen met hun koeien. Maar er waren ook boeren die hun stukjes grond wilden houden. Ze waren boos omdat élke grondbezitter erover mocht stemmen, niet alleen de boeren. En als je niet kwam opdagen telde dat als een stem vóór. Boven het café is een fototentoonstelling over de opstand en je kunt er de uitzending terugzien die het tv-programma Andere Tijden erover maakte. Je kunt er ook whisky proeven en zien hoe sigaren worden gemaakt. Van der Plas heeft de foto’s bekeken, ze kreeg een fles Ierse whisky, haar moeder is Iers, en er is voor haar een sigaar gerold. Nu is ze weer beneden, de bijeenkomst is voorbij. Bij de bar wordt ze aangesproken door een oude man. Het groepje boeren in het zaaltje kijkt naar haar – een beetje stug, maar ook nieuwsgierig. Er is ook nog een fotograaf. Van der Plas is acht maanden Tweede Kamerlid, ze is al in zo’n beetje elk radioen tv-programma geweest, in columns wordt ze ‘populist’ en ‘opportunist’ genoemd of omschreven als iemand die ‘de pronte boerin’ speelt om ‘de platte belangen’ te dienen van de agrarische sector. In de Tweede Kamer heeft haar BoerBurgerBeweging één zetel, in peilingen zijn het er al rond de acht. Vooral van het CDA, veruit de grootste partij van Tubbergen, stappen kiezers over naar BBB. En nu kan de dag van de herdenking van de Boerenopstand eindigen met een foto van Caroline van der Plas tussen de Tubbergse boeren. Zo’n kans, zou je denken, laat geen politicus lopen. Maar Van der Plas, zie ik, aarzelt. De mannen blijven naar haar kijken, ze zeggen niets. Dan zijn hun glazen leeg en de bar is dicht. Twee minuten later rijden ze het Raadhuisplein af, ze toeteren hard en lang. Van der Plas, nog in het café, lacht. Waarom is ze niet met hen gaan praten? „Als er nog een borrel was geweest,” zegt ze, „was het makkelijker geweest. Nu leek het zo’n trucje.” De dag ervoor, donderdag, zat ze tot na middernacht in een debat over de begroting van Defensie. Ze had tegen minister Henk Kamp (VVD) gezegd dat ze het „hartstikke leuk” vond om drieënhalf uur naar zijn Twentse accent te luisteren, Kamp glimlachte. Ze diende moties in over militairen die onder het minimumloon betaald krijgen en over de selectiecriteria voor defensiepersoneel die misschien te streng zijn. Op vrijdag heeft ze ’s ochtends een werkbezoek aan een afvalverwerkingsbedrijf afgezegd omdat het met een van haar zoons opeens niet
Op een vrijdag in juli rijd ik met haar mee naar een aardappel- en pluimveebedrijf in Zeeland voor een werkbezoek, in haar donkerblauwe Suzuki S-Cross. In peilingen staat BBB tussen de twee en zes zetels en in de Tweede Kamer is net een motie aangenomen van Van der Plas en de SP om de Westerscheldetunnel tolvrij te maken, een diepe wens van de Zeeuwen. Ze vertelt over een andere motie die ze net heeft ingediend, samen met Volt, over Europese regels waar minister van Justitie Ferdinand Grapperhaus zich volgens haar soms achter „verschuilt”. En over haar bezoek van de dag ervoor aan Mark Rutte, in het Torentje. Hij had haar uitgenodigd voor koffie. „Hij rende door de gang naar de wachtruimte en riep ‘Caroline, Caroline!’ Heel grappig.” Rutte wist dat ze actief was geweest in het CDA, en dat haar moeder wethouder was geweest van het CDA. Hij vroeg naar haar plannen met BBB, ze gingen ook samen op de foto. „Als een soort groupie”, zegt ze. „Misschien onprofessioneel, dat is dan maar zo. Ik had het mijn moeder beloofd. Die is 82 en vond het geweldig dat ze de groeten kreeg van Rutte.” Ze vertelt over de oprichting van haar partij, ruim voor de stikstofcrisis van 2019 en het plan van D66 om de veestapel te halveren, en dus ook vóór de boerenprotesten. BBB had geen geld, er stonden geen bekende mensen op de kandidatenlijst, en er waren BBB’ers die daar zenuwachtig van werden. Om zich heen hoorden ze: een stem op jullie is vast een verloren stem. Van der Plas zei dan steeds wat haar man Jan, overleden in 2019, zei bij sportwedstrijden: „Je hebt ook altijd een dark horse. Die zie je niet, maar die kan wel opeens winnen.” Vermeer, Groot Koerkamp en andere medewerkers van ReMarkAble werkten als vrijwilligers aan de website en de campagne. Ze maakten een berekening van al die uren en de waarde daarvan, zo’n 174.000 euro, gaven ze bij het ministerie van Binnenlandse Zaken op als gift aan BBB. Het was háár idee om het zo te doen, zegt Van der Plas. Daarna stond op Twitter dat de oprichting van haar partij was betaald door ReMarkAble, en dus eigenlijk door de klanten van het adviesbureau – de agro-industrie. „Dat is onzin”, zegt Van der Plas. „Het was toeval dat ik deze mensen van ReMarkAble tegenkwam en zij hiermee wilden helpen. Ze namen er zelfs een risico mee, hun klanten willen niet graag geassocieerd worden met een politieke partij.” In Zeeland komt er ’s middags ook een lokale CDA-bestuurder naar het aardappel- en pluimveebedrijf. Al had hij van andere CDA’ers in Zeeland te horen gekregen dat dat géén goed idee was. Van der Plas werd gezien als een gevaarlijke concurrent. Waarom zou je die helpen met aandacht?
Den Haag, here we are De dag na de verkiezingen van 17 maart worden twee politici bij de Tweede Kamer opgewacht door een grote groep journalisten. Thierry Baudet, die ondanks ruzies en afsplitsingen acht zetels heeft gehaald met Forum voor Democratie, en Caroline van der Plas. Ze arriveert op een tractor en roept bij het uitstappen in acht microfoons: „Den Haag, here we are!” Ze stapt voorzichtig uit. „Ik ben niet al te lenig, maar dat hoeft niet in de politiek toch? Als je maar”, en ze draait haar wijsvinger rond bij haar slaap, „lenig in je hersens bent”. Bij Caroline van der Plas, is daarna het idee op het Binnenhof, draait het om aandacht. Ze zegt ja tegen elk verzoek voor een interview of tv-optreden, met als enige criterium dat ze er iets kwijt kan over standpunten van haar partij of over haarzelf. Ze zit de rest van het jaar bij programma’s als Jinek, Beau, Op1, Buitenhof, en ook Boerderij van Dorst, De Slimste Mens, Spaanders. In Den Haag geldt de woordvoerderswijsheid dat je dat beter niet kunt doen: je krijgt bij media de reputatie dat je mediageil bent, kiezers kunnen op je uitgekeken raken. Maar Van der Plas wil geen woordvoerder en als je vraagt naar de tv-optredens zegt ze: „Ik ben niet de politiek ingegaan om als een grijs muisje door de gangen te sluipen.” En ze doet niet élk programma. „Ik heb nee gezegd tegen Chantals Pyjama Party, en First Dates Valentine.” Zes dagen na de verkiezingen zie ik Van der Plas in haar eentje op het Binnenhof staan, na een afspraak bij de verkenners in de kabinetsformatie. Ze wacht, zegt ze, op iemand van een mensenrechtencomité in Myanmar. „Ze wil de nieuwe Kamerleden straks iets aanbieden, maar dan heb ik geen tijd.” De vrouw van de organisatie heeft een folder bij zich en een bloem. Ze praten over de familie van de vrouw in Myanmar en gaan samen op de foto voor de site van de organisatie.
Voorbij de A10 De maanden erna hoor ik dat ze in Tweede Kamerdebatten en op werkbezoek landelijke politici omschrijft als „stedelingen” die denken dat je voorbij de A10 van Amsterdam „nog wat weilanden” hebt en „anderhalve man en een paardenkop”, en die boeren zien als „milieuvervuilers, criminelen, gifspuiters, dierenbeulen”. Ik maak ook mee dat ze in haar werkkamer in Den Haag een directeur van de Postcodeloterij aanmoedigt om in de campagne voor de gemeenteraadsverkiezingen themabijeenkomsten te ondersteunen in gemeenten als Twello, Almelo, Veendam. „Dat moet je echt doen hoor, daar doe je goed aan. Daar komen
Lees�verder�op pagina�32
»
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
32 »
Vervolg�van pagina�31 mensen op af.” En dus niet, zoals bij de Tweede Kamerverkiezingen, alleen in de Amsterdamse Balie. In de nieuwe debatzaal van de Tweede Kamer, aan de Bezuidenhoutseweg, klaagt ze tegen Rutte over het hoogpolige tapijt. „Ik ga nog eens languit.” Bij de Algemene Politieke Beschouwingen na Prinsjesdag bekijkt ze andere politieke leiders, om ervan te leren: hoe staan ze erbij, wat vragen ze, welke debattechnieken gebruiken ze? Als een medewerker haar een linkje stuurt met uitleg over een manier van debatteren, zet ze in de zaal per ongeluk het geluid aan, waardoor iedereen opkijkt. Het is de enige keer dat ze tegen me zegt: „Dat schrijf je toch niet op, hè?” Al op de eerste dag na de verkiezingen is Van der Plas bij Jinek in conflict geraakt met Sylvana Simons van Bij1, die volgens haar moet bedenken dat ze als Kamerlid álle Nederlanders vertegenwoordigt. Een dag later worden opeens oude tweets van Van der Plas geretweet. Op 5 december 2013 had ze getwitterd:
„Best ironisch. Dat Nelson Mandela dood gaat op de dag dat wij de eer van Zwarte Piet hooghouden.” Caroline van der Plas komt wél op voor alle Nederlanders? Op Twitter zegt ze dat „het grote kapotmaken” is begonnen. In de Tweede Kamer praat ze het uit met Simons. In 2013 was ze nog fel tegen het afschaffen van Zwarte Piet. „Nu allang niet meer.” Ze zal de maanden erna ook moties indienen samen met Simons. En als Bij1 een motie aankondigt om van de regering excuses te eisen voor het slavernijverleden, zegt Van der Plas dat ze „ertoe neigt om die te steunen”. Die motie komt er dit jaar nog niet.
‘Ik doe dit ook niet bij u’ De vrouw die voor haar een sigaar rolt in Tubbergen zegt zachtjes dat Van der Plas het „geweldig” doet in Den Haag. Bij andere politici merk ik ook bewondering, omdat ze niet bang lijkt te zijn voor fouten. Maar er wordt ook op haar neergekeken, en ze wekt woede op. Op een ochtend in de herfst, als ze op het muurtje bij de Tweede Kamer een sigaret rookt, zeg ze dat dat ook zo was voordat ze de politiek in ging. „Het is bij mij óf halleluja óf haat.” Na een debat over vissers, waarin Van der Plas het heeft over „vissersfamílies, want we hebben het wel over gezínnen”, hoor ik van een Kamerlid dat ze haar spreekteksten „vast niet zelf schrijft”. In een coronadebat, net nadat Van der Plas tegen Rutte en Hugo de Jonge heeft gezegd dat ze niet zo neerbuigend moeten doen tegen de Kamer, noemen zij haar partij ‘triple B’. Als ze boos wordt, zegt Rutte sorry. In een debat over het klimaat noemt Van der Plas het VN-klimaatpanel IPCC een paar keer IPPC. „Ik hoop dat mevrouw Van der Plas die rapporten weleens léést”, zegt Christine Teunissen van de Partij voor de Dieren. „Want kennelijk weet zij niet eens welke wetenschappelijke benaming erachter zit.” In dat debat zegt Van der Plas dat „klimaatverandering van alle tijden” is. „Dat wil niet zeggen dat ik niet denk dat de mens invloed kan hebben op de snelheid daarvan. Kán hebben.” Tom van der Lee van GroenLinks zucht, kijkt naar de voorzitter, wijst op zijn horloge. „Ik doe dit ook niet bij u”, zegt Van der Plas. „Zuchten en steunen als u met een voor míj onwelgevallige mening komt.” Ze kijkt veel debatten terug en van dit optreden zegt ze dat het „niet heel goed” was. Ze was moe, zat onderuitgezakt. „En als ik geconcentreerd ben, kan ik venijnig kijken. Al bedoel ik dat niet zo. Ik bén geen boze, nijdige vrouw die overal tegen is.” Rob Jetten van D66 ziet ze vaak vriendelijk glimlachen. Dat is beter, vindt ze. „Dan is de andere partij misschien meer geneigd om te luisteren. Dat ze niet denken: op jou reageer ik niet, Van der Plas, met je chagrijnige kop.” Twijfelt ze eraan of mensen invloed hebben op klimaatverandering? „Nee, dat heb ik zo niet willen zeggen. Mijn vraag is steeds: wij kunnen van alles doen, maar wat heb je eraan als andere landen dat níet doen?” In het Tweede Kamerrestaurant, eind september, vertelt ze dat ze in de grote debatzaal aan Mariëtte Hamer, toen zij informateur was, had gevraagd wanneer er nieuwe verkiezingen kunnen komen. „Dat bepaalt ú,” zei Hamer, „als Tweede Kamer.” „Toen dacht ik: O, Caroline, leer nou eens wat over staatsinrichting.” Wat echt mis was gegaan, zegt ze, was de stemming over een motie om Afghaanse tolken die voor Nederland hebben gewerkt een visum te geven. Die stemming is net voor de zomer. In Afghanistan hebben de Taliban de macht nog niet overgenomen, dat dreigt wel. Van der Plas zegt dat pas weken later tot haar doordrong, door een tweet van een CDA’er, dat ze niet vóór had gestemd zoals ze van plan was geweest, maar tegen. Na de val van de Afghaanse regering, in augustus, neemt ze het op voor de tolken en bewakers, en op Twitter wordt ze hypocriet genoemd: nu viel dat goed bij kiezers ja, maar eerst mochten ze van Van der Plas niet eens een visum.
‘Gatverdamme’ BBB vraagt alle beelden op van het debat voor het reces, maar de handen in de lucht bij de stemming staan er niet op. „Ik heb me dat echt aangetrokken. Ik werd neergezet als iemand die het wel lekker vindt als de Taliban iedereen onthoofden en pas van mening verandert als het volk er anders over denkt. Ik zag veel CDA’ers die nare berichten over mij liken en dacht: gatverdamme. Het staat gewoon in ons verkiezingsprogramma: mensen die vluchten voor oorlog en geweld moet je helpen.” In het debat over de begroting van het ministerie van Onderwijs, in november, begint Frank Wassenberg van de Partij voor de Dieren over het lesmateriaal waar de „klimaatvijandige industrie” – Shell, KLM, de varkenssector – kinderen mee „bestookt”. Wat vond de minister daarvan? Caroline van der Plas loopt naar voren. In haar verkiezingsprogramma staat dat er een meldpunt moet komen voor kinderen of ouders als een docent ‘eigen ideologieën’ verspreidt, en dat ‘achterhaald lesmateriaal’ over legbatterijen en kistkalveren ‘niet meer mag worden gebruikt’. Daar was felle kritiek op gekomen. In de Tweede Kamer had Van der Plas er nog niets over gezegd. In haar werkkamer zei ze wel een keer: „Weet je, wij hadden geen opleiding staatsrecht gedaan toen we dat opschreven. Nu ik hier een tijdje rondloop: wij gaan er niet over.” Bij de interruptiemicrofoon vraagt ze of Wassenberg ook vindt dat Wakker Dier en Greenpeace geen lesmateriaal meer mogen aanbieden? „Gelijke monniken, gelijke kappen.” Wassenberg zegt dat hij die voorbeelden niet kent. „Zullen we eens koffie drinken”, zegt Van der Plas, „om er verder over te praten? Voor u koffie met havermelk, voor mij met koeienmelk?” „Laten we dat dan maar afspreken”, zegt Wassenberg, ongemakkelijk. De Tweede Kamervoorzitter lacht. „U heeft een date!” „Ja”, zegt hij. „Wie had dat kunnen denken.”
Vriendelijk glimlachen is beter. Dat ze niet denken: op jou reageer ik niet, Van der Plas, met je chagrijnige kop
Met de kortingscode
nrckunstkorting22 volg je de reeks voor €149 ipv €199 GELDIG T/M 31/01/2022
nieuwe online collegereeks
Kunstgeschiedenis door museumdirecteuren dinsdag 15 februari t/m 19 april
van rococo tot impressionisme Directeuren van belangrijke kunstmusea nemen je in tien avonden mee in hun fascinaties voor wereldberoemde kunstenaars uit de 18e en 19e eeuw, waaronder Goya, Delacroix, Friedrich, Monet en Van Gogh. door directeuren van onder andere: Van Gogh Museum Amsterdam, Kunsthaus Zürich, Tropenmuseum Amsterdam, Kunstmuseum Den Haag, Groninger Museum Groningen, Frans Hals Museum Haarlem & Kröller-Müller Museum Otterlo.
Bestel nu je ticket via theschooloflife.com/amsterdam
I.S.M BART RUTTEN DIRECTEUR VAN
THE SCHOOL OF LIFE DONEERT EEN DEEL VAN DE OPBRENGST AAN VERENIGING REMBRANDT. SAMEN MET 16.000 LEDEN VERRIJKT DEZE VERENIGING ONS GEMEENSCHAPPELIJK KUNSTBEZIT: VERENIGINGREMBRANDT.NL
H
u
g
o
DE�JONGE
PROFIEL
Minister van Volksgezondheid
Te�k�s�t L�a�mya�e A�h�a�ro�u�ay I�l�l�u�s�t�ra�t�i�e Siegfried Wo�l�d�h�e�k
HOE DE GRENS VAN ZIJN GEDULD WERD BEREIKT In zijn tweede jaar als ‘coronaminister’ botste het mensbeeld van Hugo de Jonge hard met de realiteit.
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
35
I
n een kerstinterview van een jaar geleden was Hugo de Jonge nog optimistisch: „2021 wordt een mooier jaar dan 2020, dat is een ding dat zeker is.” Wie dit jaar naar hem luisterde en keek, zag een minister die zich steeds scherper uitliet over mensen die niet de keuzes maken die hij logisch vindt. Iemand die overtuigd is van zichzelf en zijn kunnen, en zich niet makkelijk door anderen laat overtuigen. Wie met en voor hem werkte, zag hoe hij steeds meer zijn geduld verloor met mensen die wel kritiek leverden maar volgens hem niet met betere plannen kwamen. Een minister die veel kan hebben maar die het desondanks soms te veel leek te worden. En: iemand die zijn christen-democratische mensbeeld zag botsen met de werkelijkheid. Het werd geen beter jaar. Hugo de Jonge (44) leidt Nederland en lijdt voor Nederland. En iedereen mag meekijken. In de ruim vier jaar dat hij aan het hoofd staat van het ministerie van Volksgezondheid zag hij minstens zeven medewerkers komen en gaan die als hoofdtaak hadden zijn sociale media bij te houden. Natuurlijk heeft hij in de coronacrisis fouten gemaakt, antwoordt De Jonge steeds weer als hem ernaar gevraagd wordt. Waarna hij vaak een strofe uit het nummer Human van Rag’n’Bone Man citeert: „I’m only human after all.” De zin die daarop volgt spreekt hij in het openbaar niet uit. „Don’t put the blame on me.” Op Spotify staat het in een lijst met zijn favorieten. Over wélke fouten hij heeft gemaakt zegt hij weinig. Het dichtst in de buurt van zelfreflectie kwam hij in een persconferentie in november: „Van mijn soms al te grote stelligheid trekt het virus zich [..] niet zoveel aan en dat besef ik terdege.”
Tranen van machteloosheid In december van het vorige jaar dachten ambtenaren van het ministerie van Volksgezondheid: Hugo de Jonge gaat stoppen. Er kwam die maand veel samen: in het CDA werd op hem ingepraat om zich terug te trekken als lijsttrekker voor de Tweede Kamerverkiezingen. De Alphavariant diende zich aan en bleek een stuk besmettelijker dan het tot dan toe gangbare coronavirus. Midden december ging Nederland in de tot dan toe strengste lockdown. Scholen, horeca, musea, theaters en de meeste winkels sloten gedwongen hun deuren. Het vaccin werd gepresenteerd als dé sleutel tot het oude normaal, maar Nederland bungelde onderaan de lijstjes van aantal gezette vaccinaties in Europese landen. De kritiek vanuit de Kamer was groot: in de week voor het kerstreces werd De Jonge twee keer naar het parlement geroepen – en in het reces nog een keer. Hij zat erdoorheen, zagen ambtenaren. Hij was terneergeslagen, stilletjes, niet zichzelf. Het kwam voor dat hij ’s avonds laat op het departement knikkebollend achter zijn bureau werd gezien. Ambtenaren zagen een keer tranen van machteloosheid en boosheid. Anderen hoorden hem in die periode zeggen dat het leek alsof iedereen zich tegen hem had gekeerd. In zijn partij, in het kabinet, in de Kamer en in de samenleving. In debatten had de joviale De Jonge die het graag nog eens uitlegt plaatsgemaakt voor een afgemeten minister die van zich afbeet. De Jonge trok zich terug als lijsttrekker. Maar ambtenaren waren er niet gerust op dat de Kamer hem niet weg zou sturen als minister, er werd zelfs rekening mee gehouden dat zijn eigen CDA een motie van wantrouwen zou steunen. In zijn partij werd hij gezien als een last. CDA’ers wezen journalisten erop hoe moe De Jonge er uitzag, dat het ongezond was hoe hard hij werkte, dat hij moest denken aan zichzelf, aan zijn gezin, aan de partij. Hij vormde een risico, kiezers zouden het CDA in de Tweede Kamerverkiezingen kunnen afrekenen op zíjn handelen en beleid. Een jaar later zijn er vergelijkbare bedenkingen als de formatie op zijn eind loopt en de ministersposten worden verdeeld. „Hugo is een goed politicus,” wordt gezegd, „een echte CDA’er, maar is het nou wel verstandig als hij wéér op VWS komt?” In de partij klinkt zelfs: „We wilden Hugo daar niet hebben, niet nog een keer.” Het CDA kreeg uiteindelijk niet het ministerie van Volksgezondheid.
Een poging iets goed te maken De mens wordt in zonde geboren, hoorde Hugo de Jonge als kind. Aan de keukentafel van het conservatief-protestantse gezin waarin hij opgroeide, in de kerk waar zijn vader dominee was. Elke minuut die niet nuttig wordt besteed, is een verspilde minuut. Hard werken is een deugd. De achterliggende gedachte: heel het leven moet erop gericht zijn God tevreden te stellen. De mens is verantwoordelijk voor alles wat fout is en zal boeten; al het goede komt door God en daar moet Hij voor bedankt worden. Het leven is een opdracht, een poging iets goed te maken. Als tiener was De Jonge niet zo gevoelig voor regels. In Terneuzen had hij foute vrienden, het kwam voor dat de schoolleiding zijn ouders belde omdat hij niet was komen opdagen. Als hij daarop werd aangesproken, leek de kritiek van hem af te glijden. Toen het gezin naar Rotterdam verhuisde, bleef de rebellie van De Jonge achter in Zeeland. Een deel van zijn vrienden van toen kwam later door drugscriminaliteit in aanraking met justitie. De Jonge werd onderwijzer, zijn moeder was verpleegkundige, een zus ook – allemaal dienstbare beroepen. Door eerst wethouder en daarna vicepremier en minister te worden nam De Jonge verantwoordelijkheid op het hoogste niveau. In de kringen waaruit hij stamt wordt deze toewijding aan de gemeenschap hoog gewaardeerd. Vader De Jonge staat nog altijd op de kansel. In een preek van augustus 2020 wijst hij op het bijbelboek Openbaring, dat de gebeurtenissen beschrijft die de ‘eindtijd’ inleiden. „Waar we, als je het goed leest, al veel van gehad hebben.” Hij spreekt van corona als straf van God: niet als vergelding – „het gaat er niet om dat de Heer ons betaald wil zetten” – maar als „correctie”. Hij zegt letterlijk: „Straf in de zin van correctie, als levensles, als komen tot het inzicht: ik heb dwaas gehandeld en dus moet ik het anders doen.” Hij praat over „het nieuwjaar dat in China zo uitgebreid gevierd moest worden en de carnavalsfeesten in Brabant en Zuid-Europa”. En: „Moeten we niet iets veranderen aan al dat genot dat wij uit het aardse denken te puren?” Wie de preken hoort, snapt ook waar de spreekstijl van de zoon vandaan komt. De breedsprakigheid van de minister is een cliché, dat past in het rijtje van de extravagante schoenen en de altijd zongebruinde huid – het jaar rond. Begin december schorst Tweede Kamervoorzitter Vera Bergkamp een coronadebat middenin de beantwoording van vragen door Hugo de Jonge. Het is tegen middernacht, het debat duurt al uren. Voor hem ligt een stapel vragen die nog niet aan bod gekomen zijn. Een Kamerlid verzucht dat De Jonge in zijn antwoorden misschien íéts korter van stof zou kunnen zijn. „Het is geen onwil”, zegt De Jonge. Hij is gewoon „zo geprogrammeerd”. Als een ander Kamerlid hetzelfde vraagt, begint premier Rutte hard te lachen. „Zo ís De Jonge nou eenmaal!”, roept hij door de zaal. Zo is hij nou eenmaal, zegt ook iedereen die voor hem werkt. Alle pogingen om iets aan De Jonge’s manier van praten te veranderen zijn gestaakt.
Als tiener was Hugo de Jonge niet zo gevoelig voor regels In de wereld van Hugo de Jonge is Hugo de Jonge de wereld aan het redden. Hij zegt vaak dat hij doet wat hij doet omdat hij het móét doen. Zo ziet hij het ook als zijn taak en verantwoordelijkheid om ongevaccineerden te wijzen op de gevolgen van hun keus. „Ik vind het mijn werk als minister van Volksgezondheid om niet te zeggen ‘joh kijk maar wat je doet, maakt me verder ook niet uit’. Keuzes hebben consequenties, dat moet ik kunnen benoemen.” Het wekt weerstand, De Jonge wordt ernstig bedreigd. Zijn adresgegevens gaan regelmatig rond op sociale media. Dat gebeurt ook weer als hij in een debat in de Eerste Kamer over ongevaccineerden zegt: „We weten namelijk inmiddels vrij goed en vrij precies per postcode waar ze wonen.” Hij krijgt van ambtenaren het advies dat niet te herhalen. Zij zien: als De Jonge iets vindt, móét hij het zeggen. Hij begrijpt echt niet waarom mensen zich niet willen laten vaccineren. Waarom anderen die verantwoordelijkheid voor elkaar niet voelen. Als er tijdens een werkbezoek ook ongevaccineerden aanwezig zijn, zegt een ambtenaar, lijkt hij dat te ruiken. Hij heeft dan de neiging op hen af te stappen, hen eerst te bevragen en daarna te bekeren. De Jonge werkt dag en nacht en verwacht hetzelfde van de mensen om hem heen. Hij leest alles: over covid en over zichzelf. Hij is overtuigd van zijn gelijk, en ambtenaren zien dat hij daardoor niet altijd bereid is te luisteren naar anderen. Bij tegengeluid heeft hij de neiging eerst in het defensief te schieten. Sommige ambtenaren hebben door: als je Hugo de Jonge iets adviseert en hij reageert niet meteen, dan loont het om even te wachten. Het helpt als hij denkt dat een idee van hém komt. En soms voert hij een advies de volgende dag toch uit. Daar kan dan een appje achteraan komen: zie je, ik heb naar je geluisterd. Als hij wordt tegengesproken of een kritische vraag krijgt, in de Kamer of voor een camera, gaan even verbaasd zijn wenkbrauwen omhoog of gaat zijn kin iets naar voren. In een verhit gesprek heeft De Jonge, ook in debatten, de neiging om in zijn bijdragen alvast de vervolgvraag van de ander in te vullen – „en dan zult u willen weten…” – en daar dan meteen antwoord op te geven. Alsof hij alvast wil weerleggen wat komen gaat. Eind november in de Eerste Kamer. Denkt De Jonge nooit eens dat het tijd is om plaats te maken voor iemand anders, vraagt senator Henk Otten van de Fractie-Otten. Het zou helpen, antwoordt De Jonge, als „we in het politieke debat de complexiteit onderkennen. En niet langs de kant staan te roepen dat het allemaal zo makkelijk is”. En: „Als u denkt dat een ander het beter kan: be my guest. Maar als u aan mij vraagt: zou het een zinvolle bijdrage zijn aan de crisis weg te lopen van de verantwoordelijkheid die ik heb? Dan zeg ik: nee, dat denk ik niet.”
Teken van het beest Als Hugo de Jonge de Binnenhof-fotografen ziet, verandert zijn tred. Zijn blik wordt wat ernstiger, zijn schouders een tikje breder, zijn borst gaat vooruit. Als hij voor televisiecamera’s staat, zet hij zijn woorden kracht bij door steeds zijn gewicht te verplaatsen naar zijn tenen. Als De Jonge een mededeling met nieuws moet brengen of heel kritisch bevraagd wordt, doet hij nog iets: hij spant en ontspant zijn lichaam om de haverklap, steeds een paar seconden. In debatten in de Tweede Kamer let hij goed op de publieke tribune. Als hij merkt dat de camera’s beelden van boven maken gaat hij licht verzitten. Als hij zich voor de camera’s verspreekt zegt hij: „zal ik deze even opnieuw doen”, en dan komt de tekst er moeiteloos op precies de juiste intonatie uit. Hugo de Jonge is ijdel, zegt iedereen die met NRC sprak voor dit profiel. In de meeste gevallen laten ze dat volgen door: is dat nou echt zo erg? Bij mediaverzoeken verzuchtten ambtenaren weleens dat ze er maar beter een positief advies bij konden geven, omdat de minister dat anders zelf zou doen. Het is maar half grappend bedoeld. Met Kerst vorig jaar leek De Jonge overal te zijn. Op televisie, in kranten. Begin december dit jaar besluiten zijn woordvoerders dat hij minder interviews gaat geven rond Kerst. Ook rond kabinetsoverleg over corona moet hij minder vaak de pers te woord staan. Het wordt anders te veel voor hem, vinden ze. Van De Jonge had het niet gehoeven. „Toch even, toch even.” Half oktober onderbreekt Hugo de Jonge de presentator van een actualiteitenrubriek op Family7, een christelijke televisiezender met een orthodox-protestantse en evangelische doelgroep. Er waren hem kijkersvragen voorgelegd: of het coronavaccin gevolgen heeft voor de vruchtbaarheid („nee”), over gewetensbezwaren („ik respecteer die, hoezeer ik ze ook niet begrijp”), over Gods voorzienigheid („het is ora et labora, het is bid én werk”), of het vaccinatiebeleid voortgekomen was uit ideeën van directeur Klaus Schwab van het World Economic Forum („nee”) en waarom ivermectine niet als medicijn tegen corona werd gebruikt („kwakzalverij”). De Jonge had overal rustig op geantwoord. Een deel van de tijd met gevouwen handen, vaak ook met een gebalde vuist op tafel. Nu was de presentator begonnen over het bijbelboek Openbaring, over het teken van het beest dat erop zou wijzen dat de eindtijd nadert. In sommige orthodox-christelijke kringen wordt het vaccin als zo’n teken gezien. „With all due respect”, zegt De Jonge. „Wat is dan dat teken van het beest? Waar we mee bezig zijn is de volksgezondheid beschermen. Het is toch een hele ráre manier om zo over de Bijbel te spreken? Naast dat ik minister ben, ben ik zoon van een dominee. Het geloof zoals ik dat beleef geeft ons een opdracht, om er te zijn voor elkaar, om elkaar te beschermen. Dat is mijn taak als minister, dat is ieders taak in het leven als opdracht die we, ja, van Godswege hebben gekregen.” Na afloop wil een aantal aanwezigen met De Jonge op de foto. Sommigen ook heel nadrukkelijk niet, zegt iemand die erbij was. Het lijkt hem niet zoveel te kunnen schelen.
Voor�dit�profiel�sprak�NRC�met�elf�personen�die�werken�of�werkten�voor�of�met Hugo�de�Jonge�of�hem�op�andere�momenten�van�nabij�meemaakten.�De�meesten wilden�niet�met�naam�in�de�krant.�Hugo�de�Jonge�wilde�zelf�niet�meewerken.
ILLUSTRATIE�ANNE�VAN�DEN�BOOGAARD
KLIMAAT
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
37
REN�MOERLAND Hoofdredacteur NRC
Koolmezen en aalscholvers kunnen geen interviews geven
N
ieuw onderzoek, september 2021: het lukt koolmezen op de Hoge Veluwe minder goed om tijdig eieren te leggen. De koolmees voedt zijn jongen met de rupsen van eiken en wintervlinders – die door klimaatverandering hun cycli vervroegen. Dat de koolmees dat niet kan bijbenen zou op den duur kunnen leiden tot krimp van de populatie. Ook op de Veluwe: een hongerwinter voor de zwijnen – er zijn dit jaar weinig eikels en beukennootjes. Niet per se erg, want na acht jaar met juist heel veel eikels en beukennootjes zijn er nu te veel zwijnen. Die lange voedselrijke periode, díe was opmerkelijk: normaal wisselen rijke en arme jaren elkaar meer af. Klimaatverandering beïnvloedt ook de golven van overvloed en schaarste, vertelde Gerrit-Jan Spek aan NRC. Hij heeft in het bos een echte mensentaak: ‘coördinator grof wild’. De klimaatverandering door de opwarming van de aarde gaat snel, toonde het klimaatpanel IPCC in augustus aan. De gevolgen voor het leefklimaat en de biodiversiteit zijn intussen overal ter wereld merkbaar. Dit jaar maakten we verhalen over extreme hitte met bosbranden aan de westkust van Canada, in november gevolgd door overstromingen. Over een hotel in Valkenburg dat midden in de zomer onderliep omdat de rivieren in de NoordwestEuropese delta door zware regenval buiten hun oevers traden. Over doden bij de watersnood in dorpen in België en Duitsland. Droogte, smeltend ijs en extreem weer springen het meest in het oog. Maar klimaatverandering zie je óók bij koolmezen en zwijnen op de Veluwe. Kunnen en moeten media meer doen dan chroniqueur zijn van de GEO, de Grote Ecologische Omslag? Ja, zeggen wij: dat is onze taak. De nieuwe klimaattijd is al ruim en breed begonnen en dwingt ons de journalistieke blik opnieuw scherp te stellen. Het besef dat menselijk handelen nu bepalend is voor het klimaat en de biodiversiteit, verandert de horizon van politiek, economie en het persoonlijke leven. En dat gaat gepaard met dilemma’s, verschuivende normen en belangentegenstellingen. Daarom alleen al is journalistieke scepsis en kritische distantie ook in de nieuwe klimaattijd onmisbaar. Niet alleen rampen hertekenen de wereld, dat gebeurt ook door gedrag en beleid. Is er naast het doel om opwarming van de aarde te beperken genoeg aandacht voor aanpassing aan de toekomst? Sommigen zien in klimaatveranderingen nieuwe kansen – om geld te verdienen of macht te veroveren. VVD-leider Mark Rutte wil sinds kort „olympisch kampioen” klimaatverandering worden. Anderen willen het democratisch systeem veranderen, zoals David Van Reybrouck bepleitte, om burgers echt invloed te geven op het klimaatbeleid. Bedreigingen veranderen ons levensgevoel. Wie met (andere) jongeren leeft, weet hoe indringend het vooruitzicht van verdere klimaatverandering is. In Zuidplas, de laagst gelegen gemeente van Nederland (6,7 meter onder NAP), leren ambtenaren Sushma Mohan (37) en Roy Dulam (39) hun kinderen dat ze zuinig moeten zijn op de natuur. Maar Dulam stoort zich ook aan de klimaatdiscussie. „Wij moeten hier de klimaatdoelen halen en China bouwt vijftig kolencentrales. Wij moeten hier van het gas, maar verderop in Rotterdam zitten raffinaderijen. Dat klopt niet.” Als je een buitensporige inspanning moet leveren voor een effect dat in het niet valt bij wat anderen zouden kunnen bereiken die rijker en machtiger zijn, tast dat je gevoel voor rechtvaardigheid aan. Sinds de godsdienstoorlogen in Europa kwam rechtvaardigheid neer op de vraag: wie heeft waar recht op? In de nieuwe klimaattijd gaat rechtvaardigheid vaker om: wiens actie heeft het grootste effect? Klimaatverandering is ook een verdelingsvraagstuk. Rond de olievelden in het almaar warmere Basra in Zuid-Irak is de voortijdige sterfte onder mens en dier hoog. Dus ja, Maryam Nihad (21) en Mustafa Nael (22) zijn wel ‘soort van’ bezorgd over het klimaat, vertelden ze aan correspondent Melvyn Ingleby. Maar nog vijftien jaar oliewinning en dan hup, ‘go clean’? Dat is „niet eerlijk”, volgens Nael. De welvaart van het Westen is gebouwd op de olie-economie die zijn land heeft verwoest. Irak kan niet veranderen zonder
hulp, zegt Nihad. Jullie hebben makkelijk praten, met je duurzaamheid. In het nieuwe klimaattijdperk worden we er steeds aan herinnerd dat alles wat we doen gevolgen heeft én dat we maar een klein schakeltje zijn in een oneindig netwerk waarin alles met alles samenhangt. Dat maakt onze invloed tegelijk groot en ongrijpbaar. Ruwweg een derde van de uitstoot van broeikasgassen komt voor rekening van het voedselsysteem. Hoe zwaar weegt jouw maaltijd dan? In een artikel over ‘klimaatstress in de keuken’ gaf voedselredacteur Martine Kamsma tips voor het bereiken van een voedselpatroon dat beter is voor het klimaat. Want: wat je zelf doet, maakt je sterker. Alleen dat helpt al – net als alle beetjes. Handelen, regie voeren, is een uiting van vrijheid. Rechtvaardigheid is de volgende stap: gelijke kansen scheppen, verantwoordelijkheid nemen voor de consequenties van ons handelen. Maar wie mag daaraan meedoen? De veertienjarige Rosalinde Leijdekker vindt het onrechtvaardig dat zij niet voor de Tweede Kamer kan stemmen, terwijl alleen regeringen en parlementen iets kunnen doen aan het „drastische probleem” dat het klimaat op aarde verslechtert. Doe iets, kabinet, schreef zij in NRC: het is míjn toekomst, en die van honderden miljoenen anderen.
Uiteindelijk is het klimaatprobleem vooral een kwestie van op tijd zijn Niet alle belanghebbenden kunnen brieven schrijven of interviews geven. Aalscholvers botsten in november met Europarlementariërs die vinden dat ze te veel vis voor de neus van vissers wegeten. Het leverde de #aalscholver een uitje op Twitter op, signaleerde redacteur Hans Steketee. Trending topic voor een dag. Volgens experts was het een schijndebat: vissers willen aal, maar de aalscholver zelf heeft liever schele pos, een „commercieel oninteressant visje”. De aalscholver zou misschien politiek-tactisch van naam kunnen veranderen – wat is er mis met posscholver. Als aalscholvers konden schrijven, hadden ze vast ook een andere kop boven dit artikel gezet. Die van ons was: ‘Gedijt de aalscholver te goed?’ Klimaatverandering stelt ons mensbeeld bij en dus onze inschatting van invloeden, belangen en oplossingen. Dat scherpt onze blik. Individuele ontplooiing is maar een schakeltje in het verhaal. We raken meer geneigd mensen te zien als netwerkwezens, verweven met elkaar, maar ook met technologie, dieren en dingen. Zelfs met virussen moeten we een evenwicht zien te vinden – corona oblige. In ons denken wordt de factor tijd belangrijker. Volgens het IPCC zal in Noord-West Europa de stijging van de zeespiegel uiteindelijk het meest ingrijpend zijn. Maar dat duurt nog decennia. Je kunt zeggen: dat biedt nog veel kansen om olympische medailles te halen. Toch lijkt het verstandig alvast rekening houden met extreme risico’s en scenario’s. Banken beginnen met stresstests op klimaatverandering. Dat moet ook nadrukkelijker gebeuren voor de inrichting van het land. Komen nieuwe kerncentrales, datacentra en steden in de polder of boven toekomstig zeeniveau? Niet alleen kortademigheid verstoort het langetermijndenken. Maar ook: onzekerheden. Hoe pakt de zeespiegelstijging precies uit? Wat stuurt de mens nog bij? In de journalistiek zien we vooruitkijken traditioneel als gevaarlijk terrein. We voelen ons veiliger bij twijfel dan bij lijntjes doortrekken. In voorspellen zijn we slecht. En gelukkig maar: in onze complexe wereld moeten we niet alleen scepsis koesteren, maar ook onzekerheid. Juist daarom zijn scenario’s onmisbaar gereedschap bij het nadenken. Een vorm van waarschijnlijkheidsverbeelding die ook journalistiek vruchtbaar is. Uiteindelijk is het klimaatprobleem vooral een kwestie van op tijd zijn. Dat delen de mensen met de mezen.
Over twintig jaar zeggen we: wat goed dat we dit hebben aangepakt
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
39
HET IS SIMPEL: VERGROENEN of DONALD�POLS Directeur Milieudefensie
VERDWIJNEN Donald Pols behaalde met zijn ngo Milieudefensie in mei een baanbrekende juridische overwinning op grootvervuiler Shell. Tekst�Paul Luttikhuis�Foto�Daniel�Niessen
D
onald Pols bracht zijn jeugd door in Zuid-Afrika. Hij woonde met zijn familie op een grote boerderij in het noorden – de buren zo’n twintig kilometer verderop. Toen hij een jaar of twaalf was, werd tuinman Johannes gearresteerd bij een betoging tegen apartheid. Na zijn terugkeer, twee weken later, vroeg de jonge Donald hem waarom hij had gedemonstreerd. „Ik dacht: je hebt alles, onderdak, eten, inkomen. Waarom leg je dat in de waagschaal voor een politiek protest? Het antwoord van Johannes was kort: ‘Donald, ik kon niet anders’.” Bijna veertig jaar later denkt Donald Pols (49) nog weleens met schaamte terug aan zijn vraag. „Wat een wijsneus! Om zo’n belachelijke vraag te durven stellen. ‘Waarom kom je in opstand?’ Zo naïef stond ik in het leven. Wat Johannes in feite zei, was: ‘je moet handelen vanuit je overtuiging’.” Dat is wat Pols, directeur van de ngo Milieudefensie, nu doet. Door van meet af aan te hameren op ‘rechtvaardigheid’ als criterium voor klimaatbeleid, zodat de zwaarste lasten niet terechtkomen bij de armste mensen. En met een rechtszaak tegen het beleid van Shell – waarvan bijna iedereen dacht dat Milieudefensie die nooit zou kunnen winnen. Pols’ politieke engagement ontstond pas in Nederland, tijdens zijn studie globalisering en sociale verandering in Maastricht. Hij was in 1993 met zijn Nederlandse vader, Zuid-Afrikaanse moeder, jongere broer en drie zussen hierheen gekomen. Zijn moeder maakte zich in de nadagen van de apartheid grote zorgen over de veiligheidssituatie in haar land. „Een van onze buren werd doodgeschoten, een andere neergestoken.” Het besef dat hij opgroeide in „een systeem dat was ontwikkeld om witte mensen zoals ik te bevoordelen” bleef hij met zich meedragen. „In Zuid-Afrika heb ik gezien hoe de zwarte bevolking moest strijden voor democratie. Mensen in Nederland vergeten weleens dat je aan democratie moet blijven bouwen, dat je er steeds weer over in discussie moet. Dat maatschappelijke debat voeren, zien we bij Milieudefensie als onze belangrijkste taak. Die ideeënstrijd is de kern van onze strategie.” Waar komt uw belangstelling voor het milieu vandaan? „Als je bent opgegroeid in Zuid-Afrika en terechtkomt in misschien wel het meest bijgeschaafde land ter wereld, kun je de natuur heel erg gaan missen. Dat gevoel was bijna existentieel: het deed echt pijn. Ik ben afgestudeerd op milieufilosofie. Ik verdiepte me in inheemse volkeren, omdat ik dacht dat zij leven in harmonie met de natuur – een beetje discriminerend om zo te denken, alsof zij niet ook allerlei besluiten nemen die verder niets met de natuur te maken hebben. De omslag kwam toen ik besefte: je kunt niet als individu in harmonie leven met de natuur in een maatschappij waarvoor dat niet geldt. Dus als ik dichter bij de natuur wil leven, moet ik de samenleving dichter bij de natuur brengen. Dan kom je uit bij milieubeleid.” Lachend: „Ik maak hier wel een aantal grote stappen.” U hebt ook als beleidsmedewerker natuur en milieu bij de SP gewerkt. Waarom juist bij die partij, die niet meteen geassocieerd wordt met klimaat en milieu? „Historisch gezien komt de milieubeweging voort uit de middenklasse. Sommige milieuorganisaties zijn nog steeds gericht op consumentengedrag. Maar duurzaam gedrag is te koop. Biologische producten, een zonnepaneel, een elektrische auto. Daar moet je geld voor hebben. Dat is fundamenteel oneerlijk. Mensen die economisch in een slechtere positie zitten, krijgen zo ook nog eens het stempel dat ze ethisch ‘fout’ zijn. Ken je SP-Kamerlid Remi Poppe nog? Die zei: ‘Er zijn mensen die denken dat de SP tegen de eerste klas is in de trein. Maar dat is niet zo. Wij zijn tegen de tweede klas.’ Dat idee van rechtvaardigheid spreekt mij aan.”
Wat betekent die nadruk op klimaatrechtvaardigheid in de praktijk? „In één zin samengevat vragen wij om ambitieus klimaatbeleid waardoor de hele samenleving erop vooruitgaat. Leg de verantwoordelijkheid bij de grootste vervuilers, dan heb je de meeste impact en voorkom je dat het klimaatbeleid voor sommigen onbetaalbaar wordt. Met die visie heeft Milieudefensie het debat veranderd. Het was een technische discussie over CO2-opslag, kernenergie en biomassa, over klimaatdoelen, over 55 procent CO2-reductie of 65 procent. Wij hebben daar na het klimaatakkoord van Parijs een discussie over verantwoordelijkheid van gemaakt.” Grote bedrijven zijn volgens u verantwoordelijk, maar zullen zij de extra kosten niet gewoon doorberekenen aan hun klanten, en dus aan de brede samenleving? „Prijselasticiteit zet daar wel een rem op. De kosten zullen uiteindelijk binnen de hele keten worden opgevangen en niet alleen aan het eindpunt. Je kunt ook aandeelhouders een lager rendement geven. En het ís natuurlijk ook de bedoeling dat prijzen omhoog gaan. Dan gaan mensen andere keuzes maken en bedenken bedrijven alternatieven voor vervuilende producten. Wij zeggen: voer een CO2-belasting in en gebruik dat geld om mensen aan de onderkant te compenseren.” Wordt er niet meer geconsumeerd als de ‘brede samenleving’ erop vooruitgaat? „Ik ben voor radicaal ‘consuminderen’. Maar in de eerste plaats door de groep die het grootste beslag legt op de beperkte bronnen van onze aarde, die 10 procent van de wereldbevolking die de helft van alle CO2-uitstoot veroorzaakt en de meeste grondstoffen verbruikt. Alle maatregelen die Milieudefensie bepleit zijn daarvan afgeleid. De klassieke vorm van het terugdringen van vliegverkeer, ook binnen de milieubeweging, is bijvoorbeeld belasting heffen op vliegen. Daarmee pak je vooral mensen die toch al bijna niet vliegen, omdat ze er niet het geld voor hebben. Zo’n vliegtaks gaat ten koste van een gezin dat een paar jaar spaart om een keer naar Griekenland of Turkije te vliegen. De 8 procent van de mensen die verantwoordelijk zijn voor 40 procent van alle vliegbewegingen voelt weinig van een vliegtaks. Zo’n belasting is daardoor dubbel ineffectief: het bedrag is te laag om effect te hebben op veelvliegers, dus de CO2 blijft groeien. En een vliegtaks mobiliseert zijn eigen weerstand omdat de grote groep die amper vliegt zich afkeert van klimaatbeleid. Milieudefensie pleit voor een veelvliegerstaks. Hoe meer je vliegt, hoe hoger je belasting per vlucht.” Dit jaar behaalde Milieudefensie haar grootste succes. In mei kreeg de milieuorganisatie gelijk van de rechter en werd Shell gedwongen zijn klimaatbeleid aan te passen aan de mondiale klimaatafspraken die landen in 2015 in Parijs hebben gemaakt. „En in januari was er de overwinning, ook tegen Shell, van onze zaak namens drie Nigeriaanse boeren die compensatie eisten voor een olielek in hun regio. Die zaak is een beetje ondergesneeuwd. Voor het eerst waren mensen in ontwikkelingslanden niet meer rechteloos ten opzichte van buitenlandse multinationals.” De overwinning in mei sprong echter het meest in het oog. Advocaat Roger Cox, die gevraagd was de rechtszaak voor Milieudefensie te voeren en die eerder met Urgenda een vergelijkbare zaak tegen de staat won, had aanvankelijk bedenkingen. Totdat Shell-topman Ben van Beurden kort na ‘Parijs’ tegen Nieuwsuur zei dat zijn bedrijf alle olie gaat oppompen die het kan oppompen. „De baas van Shell zei dus expliciet dat hij zich niet ging houden aan de nieuwe maatschappelijke norm die was geformuleerd in het akkoord. Roger belde me op en zei: we gaan het doen.” Ed Nijpels, voorzitter van het Klimaatberaad, noemde de uitspraak bijna net zo belangrijk als het Klimaatakkoord van Parijs. Is dat niet overdreven? „Nee, dat denk ik niet. De 25 grootste multinationals ter wereld vertegenwoordigen ongeveer de helft van alle CO2-uitstoot. Shell stoot, volgens Shell zelf, tien keer zoveel CO2 uit als heel Nederland. Als je dit soort bedrijven niet reguleert, is er geen enkele reële mogelijkheid om gevaarlijke klimaatverandering te voorkomen.” U wil met het vonnis in de hand ook druk uitoefenen op andere bedrijven. „We gaan proberen de dertig grootste vervuilers van Nederland zover te krijgen dat ze een vergelijkbare doelstelling op zich nemen als die de rechter aan Shell heeft opgelegd – een reductie van broeikasgassen met 45 procent in 2030. We gaan uitleg geven over de consequenties van de uitspraak voor hun bedrijf. En we gaan maatschappelijke druk organiseren. We denken dat we zo’n honderdduizend mensen kunnen mobiliseren om bedrijven op te roepen hun verantwoordelijkheid te nemen. De overheid vragen we om een klimaatplicht voor grote vervuilers: die moeten een CO2-reductiedoel op zich nemen in lijn met Parijs en de Shell-uitspraak. Anders mogen ze niet langer meedingen naar overheidsopdrachten en geen steun meer krijgen. Je kunt als overheid geen geld geven aan bedrijven die het maatschappelijk belang ondermijnen.” En intussen verhuist Shell naar Londen. „Het heeft geen gevolgen voor het hoger beroep, maar wat die verhuizing ons leert is dat multinationals geen enkele loyaliteit hebben naar de samenleving waarin ze groot zijn geworden en die de voorwaarden creëerde voor hun succes. En zo’n bedrijf eist wel loyaliteit van de samenleving, in de vorm van regelgeving en subsidies.” Hoe moeilijk wordt het om Shell te veranderen? „Voor Shell en voor alle andere grote bedrijven is het heel simpel: het is vergroenen of verdwijnen. De uitspraak van de Haagse rechtbank heeft dat als een moreel – en praktisch – vraagstuk bij het bedrijf neergelegd. De vraag is niet of dat moeilijk of makkelijk is. Natuurlijk is het moeilijk, maar er is geen keuze.” Heeft de Shellzaak ook Milieudefensie veranderd? „Ja, we worden anders bekeken en hebben ook voor onszelf hogere verwachtingen gecreëerd. In het debat over klimaat, dat steeds fatalistischer wordt, hebben we laten zien dat het nog mogelijk is grote veranderingen te realiseren. De hoop die we daarmee in de samenleving hebben gebracht, moeten we vertalen naar onze eigen toekomst. Daar moeten we aan wennen. Wij waren de luis in de pels van de grote vervuilers. Nu zijn we een machtsfactor geworden.” In een eerder gesprek vertelde Pols over een andere herinnering uit zijn jeugd. Hij was een jaar of acht, Zuid-Afrika kampte met een periode van zeven jaar droogte. Hij woonde op de boerderij van zijn opa, de enige plek waar nog een beetje water was en waar de koeien naartoe kwamen omdat ze dat roken. De jonge Donald zag veel dieren voor zijn ogen sterven. Dat zal, zei hij, door klimaatverandering vaker gebeuren. Al zijn hele leven is hij met het klimaat bezig. Kan hij zich iets anders voorstellen? „Klimaatverandering is de grootste bedreiging voor Nederland en voor de wereld. Pas als dat probleem voldoende is geadresseerd, ga ik nadenken over iets anders. Die traumatische ervaring uit mijn jeugd laat zien: dit moeten we voorkomen. En we kúnnen het voorkomen. Alle rapporten bewijzen dat. Beschaving is een opeenvolging van het oplossen van grote problemen. Telkens zijn we er beter uitgekomen, met meer welvaart voor iedereen. Zo kan het nu ook gaan. Over twintig jaar kijken we terug en zeggen we: wat goed dat we dit hebben aangepakt.”
Het stijgende water, de schreeuwende mensen. Ik stond erbij, ik heb het gezien
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
41
SINDS DE RAMP zijn we
DAAN�PREVOO Burgemeester
VOOR HET LEVEN VERBONDEN Daan Prevoo solliciteerde als burgemeester van Valkenburg omdat zijn roots er liggen. De watersnood in juli, honderd dagen na zijn aantreden, kon hij aan. ‘Ik hou van acute problemen.’ Tekst�Arjen�Schreuder�Foto�Daniel�Niessen
H
et had al weken geregend en het hield niet op. Het water in de Maas bleef stijgen, de beken klotsten en klaterden en de tientallen waterbuffers op de hellingen van het Zuid-Limburgse Heuvelland waren tot de rand toe gevuld. Het was 13 juli. Burgemeester Daan Prevoo van Valkenburg aan de Geul zette zich thuis aan het schrijven van een beschouwing over de eerste honderd dagen van zijn burgemeesterschap, die vooral waren getekend door de coronacrisis. „Honderd dagen is een magisch moment en mensen verwachten dan dat je er iets van vindt”, zegt hij. Toen ging, om half tien ’s avonds, zijn telefoon. De officier van dienst, een ambtenaar die piket draait tijdens een incident, deelde mee dat in Schin op Geul, een van de kernen van de gemeente Valkenburg, een hotel was overstroomd. Prevoo: „Ik heb twee minuten achterover geleund. Ik concludeerde dat dit zo’n crisismoment was dat in het handboek voor burgemeester staat beschreven. Ik heb teruggebeld en gezegd dat ik eraan kwam.” Bij aankomst zag hij zwaailichten en brandweerslangen en wegafzettingen en hij hoorde het gebrom van de dieselmotoren van de pompen. Hij zag de eigenaar van hotel Op de Beek met hulp van anderen dweilen en sprak met omwonenden bij wie het water de tuinen en kelders in was gestroomd. Om twee uur ’s nachts was hij weer thuis. „Het had indruk gemaakt.”
Het bezoek aan Schin op Geul was voor Daan Prevoo (58) het begin van een reeks dramatische dagen die niet alleen het leven van inwoners van Valkenburg voorgoed hebben getekend, maar ook dat van hemzelf. We ontmoetten de burgemeester daags na de watersnood voor het eerst, toen hij in winkelstraten de schade kwam opnemen, een dag later in een droog gebleven hotel, en weer enkele dagen later toen hij op een plein in Valkenburg gratis ter beschikking gestelde schoonmaakspullen dankbaar in ontvangst nam. Enkele maanden later spreken we hem een paar keer in het gemeentehuis van Valkenburg. Prevoo: „Ik ben sinds de ramp onrustig. Ik zie en ik weet dat veel gedupeerden in de ellende zitten. Ze hebben schade. Ze hebben zorgen. Ze worstelen. Ik trek me dat aan. Ik kan niet altijd iets doen en dat maakt me onrustig. Ik ben de afgelopen maanden bovendien gaan beseffen wat ik gemist heb: de diploma-uitreiking van mijn zoon, de verjaardag van mijn dochter. Ik heb vrienden lang niet gezien en ik heb geen vakantie gehad. Mijn onderbewustzijn blijft ermee bezig.” De gevolgen van de watersnood zijn groot. De schade in Valkenburg bedraagt vierhonderd miljoen euro. Nog altijd wordt er verbouwd en zijn in getroffen panden de herstelwerkzaamheden gaande. Prevoo: „We hebben nog geen totaal overzicht wat deze ramp gaat betekenen voor het Geuldal. Veel mensen denken: laten we terug gaan naar het normaal van vroeger. Ze beseffen nog niet dat de wereld is veranderd. Valkenburg is ongenadig hard geraakt. We zijn hier nog lang niet klaar.” De riolering moet worden hersteld, net als de kades van de Geul. Niet
zeker is of en hoe de ingestorte Emmabrug moet worden herbouwd. Wat moet er gebeuren met het verzorgingshuis, het hospice en de aanleunwoningen van zorginstelling Valkenheim? Herbouwen op dezelfde plaats? Wat te doen met de zwaar beschadigde gebouwen van zorginstelling Adelante, met driehonderd tijdelijk elders geplaatste gehandicapte kinderen? De instellingen hebben vijf maanden na de ramp nog altijd geen zekerheid over financiële steun, vertelt Prevoo verontwaardigd. „Hoe grootmoedig het kabinet ook de watersnood tot nationale ramp verklaarde en bewindslieden zeiden dat de schade zou worden vergoed, ik heb nog niemand horen juichen over een voorschot. Ik proef bij juristen een houding die we eerder hebben bespeurd bij de Toeslagenaffaire: uitgaan van wantrouwen: ‘Stel dat iemand die er geen recht op heeft er een slaatje uit probeert te slaan’.” Wat Prevoo hoog zit, zijn verzekeraars die zogenoemde beurspolissen hebben verkocht maar bij het uitkeren van schadebedragen niet thuis geven. „Daar ben ik langzamerhand specialist in geworden. Dat zijn producten die niet deugen.” Beurspolissen zijn bedoeld voor het afdekken van grote risico’s zoals het vergaan van schepen, maar ze zijn ook verkocht aan de Limburgse zorginstellingen, hotels en cafés. Prevoo: „Er wordt niet uitgekeerd. De verzekeraars redeneren dat de overheid de schade maar moet vergoeden, via de WTS, de Wet tegemoetkoming schade bij rampen. Terwijl de overheid wil weten of de verzekerde toch niet krijgt uitbetaald. Dat kan lang duren. Die tijd hebben veel ondernemers niet. De bakker en de kroegeigenaar hebben ook niet het geld om jarenlang te procederen. Iedereen wacht. Ik zeg: keer voorschotten uit en verreken die later met verzekeringsgelden.” De nacht na het eerste bezoek aan Schin op Geul, na het eerste telefoontje, kon Prevoo de slaap niet vatten. „Er klopte iets niet. Ik vroeg mij af waar dat water vandaan was gekomen. Ik ben om vier uur opgestaan.” Uiteindelijk vertrok de burgemeester om een uur of zes naar het gemeentehuis in Valkenburg. „Ik besefte dat als de waterbuffers zouden breken, het water naar hier zou stromen, het diepste punt. Dat zat me niet lekker.” Het was woensdag 14 juli. Al snel druppelden de eerste medewerkers binnen, met wie hij de daaropvolgende dagen een crisisteam zou vormen. „Sommige ambtenaren zouden met vakantie gaan. Ze zijn toch gekomen. Waar ik erg trots op ben, is de onderlinge loyaliteit, betrokkenheid en flexibiliteit. Onze juristen hebben de telefoon bemand. Ik heb hier iedereen van alles en nog wat zien doen.” Prevoo heeft de crisisdagen als een soort oorlog beleefd. Hij vertelt over zijn eigen vader, die tijdens de Tweede Wereldoorlog in het verzet had gezeten, gevangen was genomen en gemarteld, later werd onderscheiden met het verzetsherdenkingskruis, en die over wat hij had meegemaakt niet kon praten, behalve met zijn „gezworen kameraden” die dezelfde ervaringen hadden gehad. „Hij sliep niet. Hij was getraumatiseerd. Als ik daar verhalen over vertel, hou ik het niet droog. Hij is na de oorlog een paar jaar spoorloos geweest. Twee keer per jaar was mijn vader een paar dagen weg. Het duurde lang voordat ik erachter kwam wat hij dan deed. Hij ging met die kameraden naar Polen om daar mensen die hij nog kende uit het kamp eten te brengen. Die mensen hadden daar niks. Mijn vader organiseerde dat. Dat was mijn vader ten voeten uit. De goedheid zelve.” Prevoo ziet overeenkomsten met de watersnood in Valkenburg. „Wij zijn de gezworen kameraden van Valkenburg. Sinds de ramp hebben wij een verbondenheid voor het leven. We begrijpen elkaar. We hebben dezelfde dingen gezien. We hebben hetzelfde gevoeld. En anders dan mijn vader kan ik er over praten, maar het heeft me wel diep geraakt. Het geluid van het stijgende water, met schreeuwende en kermende mensen. Daar heb ik bij gestaan. Ik heb het gezien. En ik ben ook maar een mens. Dus toen ik daags na de ramp in de badkamer thuis een keer de kraan wat te heftig opendraaide, schrok ik van het geluid en de kracht van het water.” Niet alles is goed gegaan tijdens de rampenbestrijding. Dat kan ook niet, zegt Prevoo, want welk draaiboek je ook maakt of oefent, „de praktijk is altijd weerbarstiger”. Achteraf kun je zeggen dat het goed is geweest dat er veertigduizend zandzakken klaar lagen, die op die woensdag in juli aan de inwoners ter beschikking werden gesteld. In alle evaluaties komt naar voren dat in Valkenburg de camerasystemen uitvielen en dat de inzinkbare palen die het centrum autoluw houden niet meer werkten. Ook de kasten voor de noodstroomvoorziening vielen uit. Dat alles zou voortaan waterbestendig moeten worden gefabriceerd. Daarnaast had veel ellende kunnen worden voorkomen als iedereen z’n verwarmingsketel of andere kwetsbare apparaten niet in een kelder maar op zolder had staan. De watersnood heeft verder geleerd dat er niet alleen meer ruimte moet worden gemaakt voor de Maas, maar ook voor de beken en kleine rivieren in het Heuvelland. „Ik denk dat het mogelijk is zo’n overstroming te voorkomen”, zegt Prevoo. Hij memoreert dat in Valkenburg in enkele dagen tijd achttien volle emmers water per vierkante meter gevallen zijn. „Met die extremiteit kunnen de waterbeheerders voortaan rekenen. We kunnen de beken bedijken of meer ruimte geven; we kunnen obstakels weghalen. Dat vergt ruimtelijke ordening en dat is een ingewikkeld spel van samenwerken. Je moet in gesprek met natuurbeheerders en met gemeenten met buitengewoon interessante vragen: laten we de veiligheid ten koste gaan van de gebouwde omgeving of van de natuur, of van landbouw? Dat zijn vragen waar je me voor wakker kunt maken.” En rigoureuze maatregelen in Valkenburg zelf? „Je moet geen schijnveiligheid oproepen, dan ga je absurde maatregelen nemen. Als we in de stad kades en dijken van twee meter hoog gaan bouwen, als een Berlijnse Muur, dan maak je de Geul onzichtbaar. Misschien ben je dan veilig. Maar de regen kan ook aan de andere kant van die muur vallen en dan houdt de muur het water niet buiten maar binnen. Laten we dus verstandige maatregelen nemen.” Prevoo heeft het magische gevoel dat hij de juiste man op de juiste plaats op het juiste moment is geweest – een gevoel dat wellicht wordt versterkt door de vele complimenten die hij tijdens de overstromingen kreeg van de inwoners van Valkenburg. „Ik heb wel eens eerder gezegd dat het misschien zo heeft moeten zijn, dat ik hier net honderd dagen burgemeester was om deze crisis te leiden. Je leven kan op bepaalde momenten een wending nemen die je op dat moment niet precies doorgrondt. Dat weet je pas achteraf. Je gaat ergens naartoe, je treft daar iemand, en drie jaar later is dat je vrouw. Dan zou je kunnen denken: als ik daar niet naartoe was gegaan, had ik mijn vrouw niet leren kennen. Ik had nooit de ambitie om burgemeester te worden. Tot iemand uit Valkenburg mij een appje stuurde met de tekst: ‘Heb je de brief al op de bus gedaan, we kunnen iemand als jou hier wel gebruiken’. Dat bleef in mijn hoofd hangen. Ik heb de profielschets gelezen, en het leek wel of het over mij ging. Opeens kwamen alle herinneringen aan Valkenburg in mij boven. Mijn roots liggen in het Heuvelland. Ik ben geboren
Lees�verder�op pagina�42
»
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
42 »
Vervolg�van pagina�41 en opgegroeid in Munstergeleen, een noordelijker gelegen dorp. Eind jaren tachtig stond ik in de afwaskeuken van de horeca in Valkenburg, van negen uur ’s morgens tot één uur ’s nachts. Als kind ging ik elke woensdag met mijn moeder naar mijn opa en oma in Gulpen. In Valkenburg moesten we op het busstation overstappen. Mijn stamvader heette Daniel Prevoo en die was in de zestiende eeuw poortwachter in Valkenburg. Daar kwam ik achter, vlak voordat ik mijn sollicitatiebrief ging schrijven. Daar ben ik mijn brief mee begonnen. Vervolgens word je uit dertig kandidaten benoemd, en dan gebeurt na honderd dagen dit. Dan ontkom je niet aan de gedachte dat door een reeks toevalligheden jij de juiste man op het juiste moment op de juiste plek bent geweest. Deze gebeurtenissen pasten mij, het was een match.” Daan Prevoo is nooit een carrièreburgemeester geweest. Hij was eerder gedeputeerde van de provincie Limburg namens de SP, met toevallig ook waterveiligheid in zijn portefeuille, maar bijna vier jaar geleden vertrok hij na onenigheid met zijn partij. „Ik ben al jaren geen lid meer van een politieke partij. De top van de SP was niet blij met uitspraken die ik had gedaan over de toenemende intolerantie in Limburg. Bijvoorbeeld van gemeenten die geen statushouders wilden huisvesten. Of die zich tegen de komst van windmolens verzetten. Die uitspraken kwamen de SP niet goed uit. De partij wilde verrechtsen en electoraal scoren bij de gemeenteraadsverkiezingen in 2019 door te wijzen naar arbeidsmigranten die zorgden voor arbeidsverdringing en daarmee het beeld opriepen de banen van Nederlanders in te pikken. Dat was het begin van het conflict. De partijvoorzitter en nog een paar mastodonten vroegen mij uiteindelijk besluiten terug te draaien. Dat zou de SP goed uitkomen om in Venlo na de verkiezingen de macht over te kunnen nemen. Toen zei ik: ‘Ik heb een eed afgelegd, ik kom niet terug op genomen besluiten omdat de partijtop dat vraagt want ik zit hier namens een miljoen Limburgers en niet alleen namens de SP.’ Ik voelde me aangetast in mijn persoonlijke integriteit. Daarom ben ik opgestapt.” Ook in Valkenburg lijkt Prevoo niet gehecht aan de macht. „Ik zit hier niet om burgemeester te zijn. Ik zit hier om burgervader te zijn. Ik zie dat als een privilege. Ik twijfel vaak of ik het goed doe. Ik sta niet boven de mensen. Ik haal energie uit het feit dat ik mensen kan helpen. Ik haal energie uit het delen met mensen. De innerlijke mens krijgt energie als je iets goeds hebt gedaan. Dat voelt goed. Ik geef graag. Ik deel graag. Ik heb moeite met nemen.” Prevoo heeft de meeste jaren van zijn leven als welzijnswerker doorgebracht. Die ervaringen komen hem nu van pas, zegt hij. „Ik heb de ellende van de wereld gezien. Ik ben randgroepjongerenwerker geweest. Ik heb gewerkt met alcohol- en drugsverslaafden in de dak- en thuislozenwereld. Ik weet wat het betekent als je op straat leeft en zo gek bent als een deur. Ik weet wat mensen door tegenslag kan overkomen. Ik heb geleerd dat niet iedereen bestand is tegen tegenslag. Financiële of psychische of relationele problemen. Ontslag. Echtscheiding. Een autoongeluk. Of iets zien. Zelf heb ik ook eens lang last gehad van iets wat ik had gezien: een zware mishandeling. Ik woonde in het centrum van Geleen en zag hoe een oud echtpaar in elkaar werd geslagen. Daar heb ik heel lang nachtmerries van
gehad. Ik droomde dat ik Zorro werd, dat ik de daders zou gaan martelen. Als ik kijk naar mijn levenspad – carrière wil ik het niet eens noemen – dan zie ik een rode draad en die is maatschappelijke betrokkenheid. Daar voelde ik me goed bij.” Wat hem tijdens die dagen in juli ook van pas is gekomen, vertelt hij, is zijn drang om bij moeilijkheden in actie te komen. „Ik hou van acute problemen. Ik hou van hard werken.” Hij vertelt over zijn belevenissen in de muziekwereld. Hij speelt saxofoon en mondharmonica, hij zingt en treedt graag op. „Anderen halen energie uit een gewonnen wedstrijd of een hoog inkomen. Ik haal ook energie uit muziek maken. Ik ben vrij fysiek ingesteld. Twee uur naar een podium rijden, daar vier uur optreden en twee uur terugrijden? Dat kost veel energie, maar ik krijg er ook veel energie van.” Hij organiseerde festivals, was organisator en promotor van concerten en heeft ooit een poptijdschrift uitgegeven. Hij werkte mee aan concerten in Maastricht van Gloria Estefan en Prince, Rod Stewart en UB40 en Joe Cocker. „Dat zijn prachtige ervaringen.” Hij herinnert zich een optreden van Van Morrison. „Dat is een fantastische, maatschappelijk betrokken muzikant, maar ook een onmogelijke kerel. Als iets hem niet bevalt, moet je als een speer zorgen dat je hem in een goede stemming krijgt want anders gaat het concert niet door. Hij liet zijn publiek zitten als het niet ging zoals hij wilde. Ik was stagemanager bij een concert van hem in Maastricht. Bij de soundcheck, vlak voor zijn optreden, scheen een spot hem te zeer in zijn oog. Hij zei: als dat niet binnen tien seconden is opgelost, dan speel ik niet. Ik heb een heel lange stok gepakt en een klap tegen die spot gegeven. Kijk, dat is trouble shooten. Daar hou ik van.”
Ik twijfel vaak of ik het goed doe. Ik sta niet boven de mensen
cadeauspecial
Loop.a life circular knitwear Recyclen gebeurt al veel. Duurzaam recyclen en echt circulair, daarin maakt Loop.a life het verschil. Het modemerk van Hollandse bodem staat garant voor een volledig closed loop. Van lokaal ingezamelde oude truien maken ze nieuwe vezels, garens en circulair knitwear. Voor het winterseizoen zijn er diverse modellen vesten en truien voor heren en dames verkrijgbaar in de nieuwste kleuren. Dutch design, tijdloos, comfortabel en warm, gemaakt voor een actief buitenleven.
Bekijk alle modellen & kleuren online
Vanaf 149,- voor
129,-
Voor alle aanbiedingen en om te bestellen ga naar:
nrcwebwinkel.nl/cadeauspecial
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
45
HOE ZOU HET ZIJN OM hier ZO�M�E�R�E�I�K Boom Wetenschapsredacteur Marcel aan de Brugh onderzoekt wat er gebeurt wanneer je je een jaar lang serieus verdiept in een boom. Hij kiest de oude zomereik vlak voor zijn huis. Te�k�s�t�Marcel�aan�de�Brugh Fo�t�o�Daniel�Niessen
DAG IN DAG UIT TE STAAN
»
»
I
Vervolg�van pagina�45
k sta bij onze groene brievenbus aan de straat en kijk naar de grote, oude zomereik pal voor onze voortuin. Ik aarzel. Zal ik het doen? Het voelt onwennig. Maar dan zeg ik het toch. „Goeiemorgen maar weer.” Ik wacht. Er komt geen antwoord. Als afleiding haal ik vast de krant uit de bus. Het blijft stil. Wat had je dan verwacht, zeg ik tegen mezelf. Je praat tegen een eik! Hoe ben ik tot hier gekomen, dat ik dit doe? Je bent bioloog, hou ik mezelf voor. Praten tegen een eik. Ben je wel goed bij je hoofd? Het begon als een natuurwetenschappelijk project, afgelopen maart. Ik had besloten een jaar lang een eik te volgen. Om te zien welke fasen hij doormaakt. En wat het samenspel is met de eikenprocessierups en de koolmees. Maar de laatste maanden is de biologie vermengd geraakt met wereldomspannende gedachtes over de verstoorde relatie tussen mens en natuur. Over ontbossing, vervuiling, overbevissing, snelle afname van de biodiversiteit, opwarming van de aarde. Moeten wij mensen zo doorgaan met z’n bijna acht miljard, en straks negen of tien miljard? Of moet het anders? Moeten we naar een ander economisch systeem, een herziening van het kapitalisme? Of moeten wij zelf veranderen? Moeten we onze relatie met de natuur herzien? Zoals de Franse socioloog en filosoof Bruno Latour het heeft verwoord: als we ons proberen te vereenzelvigen met dieren, planten, objecten, gaan we er beter voor zorgen en ontstaat er een nieuwe solidariteit. Is dat het? Redding door inleving? Juist met die gedachten zit ik de laatste maanden vaker bij de zomereik. Gaandeweg is er iets opmerkelijks gebeurd. Al kijkend, mijmerend en lezend is er een onwennige connectie gegroeid. Ik loop naar de eik. Twee koolmeesjes vliegen op uit een struik vlakbij. Ik bewonder zijn ruwe stam. Het lijkt een landschap van bergen en dalen. Pas van dichtbij zie je in de dalen een groene zweem van korstmossen. Een wereld op zich. De achteloze voorbijganger heeft er geen weet van. Ik noem de eik trouwens een ‘hem’, maar dat klopt eigenlijk niet. De eik is eenhuizig, hij heeft zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen. Ik zou dus zoiets als hijzij moeten schrijven, of haarhem. Maar dat leidt te veel af, vind ik. Gemakshalve kies ik voor hem. Na de eerste kennismaking met de eik ga ik in de leer bij ecoloog Arnold van
Vliet van de Wageningen Universiteit. Hij verzamelt informatie over jaarlijks terugkerende processen in de natuur, een tak van wetenschap die fenologie heet. Hij ziet dat processen aan het schuiven zijn, mede door klimaatverandering. De eik komt nu begin-half april uit het blad; in de jaren 50, 60 was dat bijna drie weken later. En in de herfst werpt hij zijn bladeren nu later af. Ecologen vragen zich af in hoeverre op elkaar afgestemde processen verstoord raken. Want als de eiken eerder uit het blad komen, moeten de rupsen eerder uit hun ei komen om het verse jonge blad te kunnen eten. En de koolmezen op hun beurt moeten dan eerder hun eieren leggen, om hun jongen met voldoende rupsen te kunnen voeden. Maar dit loopt niet langer synchroon. De koolmezen raken achterop. Als leerling-fenoloog zie ik de bladeren aan onze zomereik opmerkelijk laat uitkomen. Pas begin mei. Het komt door de maand april, legt Van Vliet uit. Die was relatief zeer koud. „Het is alsof we vijftig jaar terug in de tijd zijn.” Aan de rand van Ede, de woonplaats van Van Vliet, zien we rupsen die al uit het ei zijn gekropen. Hongerig zitten ze te wachten. Onze zomereik geeft dit jaar ook opvallend weinig eikels. Acht jaar op rij regende hij grote aantallen vruchten in onze tuin en op ons platte dak. Je schrok er ’s nachts wakker van. Ook die aanhoudende overvloed aan eikels is een signaal van het opwarmende klimaat, zegt Van Vliet. Maar dit jaar is het heel anders. Niet alleen bij de eik. Ook de beuk geeft maar weinig nootjes. Op de Veluwe wordt begin oktober een hongerwinter aangekondigd voor alle liefhebbers van beukennootjes en eikels: wilde zwijnen, gaaien, eekhoorns, muizen, duiven. Ik sta in onze voortuin. Die is bezaaid met jonge, dunne eikenscheuten. Ik zak door de knieën. Van dichtbij kijk ik tegen een groep scheuten aan. Het lijkt wel een bos. Het is maar net hoe je kijkt.
Een interview met een eik? De maanden gaan voorbij. Elke week zet ik de eik op de foto, met een speciale app waar Van Vliet me op heeft geattendeerd. Dan wordt de wetenschapsredactie gevraagd om een bijdrage voor de interviewbijlage aan het eind van het jaar. Jij volgt die eik toch al het hele jaar, zeggen twee collega’s prompt – kun je daar niet iets mee? Een interview met een eik? Een fenologisch verslag volstaat in ieder geval niet meer. Hoe verhoud ik mij tot de eik, en de eik zich tot mij? M’n lief Monique tipt het boek Beyond nature
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
47 and culture (2013) van de Franse antropoloog Philippe Descola. De titel kwam voorbij tijdens haar studie culturele antropologie, ze is na ruim twintig jaar ondernemerschap weer gaan studeren. Descola noemt de scheiding tussen mens en natuur the great divide. Hij ontwikkelde er als een van de eersten een theorie over, waarin de opkomst van het christendom een belangrijke rol speelt. Deze religie plaatst de mens buiten en boven de natuur. Hij is heerser op aarde, als verlengstuk van God, en mag de andere – inferieure – wezens aan zich onderwerpen. Daarna komt, in de zestiende eeuw, de wetenschappelijke revolutie. Filosoof en wiskundige René Descartes beschrijft de natuur als een extern element dat via experimenten en analyse gecontroleerd en geanalyseerd kan worden. Vanuit het Westen verspreidt dit wereldbeeld zich via handel en kolonialisme. Dan is er nog de Verlichting, met haar nadruk op de ratio en de autonomie van de mens. Het sluitstuk, schrijft Descola, komt begin twintigste eeuw. De filosofie, de sociologie en de antropologie willen als wetenschap serieus genomen worden, net als de natuurkunde, de scheikunde en de fysiologie. Ze plaatsen de mens in isolatie van andere niet-menselijke wezens. De term ‘cultuur’ wordt gekaapt en vertaald als de onderscheidende karaktertrek van de menselijke conditie. De scheiding tussen mens en natuur is groter dan ooit. Matthijs Schouten, hoogleraar natuur- en landschapsbescherming aan de Universiteit van Cork, laat al z’n studenten een oefening doen. Ga bij een boom (in een bos, in je tuin) zitten en observeer een tijdje. Zonder oordeel, zonder concept. Doe dat vijf minuten, tien minuten, een half uur. En kijk wat er gebeurt. Ook Monique moest voor haar studie deze oefening doen. Ze had gekozen voor ons tuinhuisje, dat ernstig in verval was geraakt. „Ik zag het schuurtje eerst alleen als dood hout”, zegt ze. Maar op een gegeven moment zag ze een slak door een gat in de schuur kruipen. Vogels haalden riet van het aangetaste dak. Waterdruppels sijpelden naar beneden. Een klimop had zich door de schuur gewerkt. Er was een duizendpoot, een vlinder, een schimmel. „Door erbij stil te staan, zag ik opeens de beweging”, zegt ze. „Ik besefte: er gebeurt zoveel. Ik ben er wel, maar er zijn ook nog zoveel andere wezens, met hun eigen waarnemingen en hun eigen gedragingen.” Er is voor haar sindsdien iets fundamenteels veranderd, zegt ze. „Ik kijk anders tegen dieren aan.” Ze bedoelt niet alleen onze twee katten, maar ook de wespen, spinnen, muizen. De verschuiving speelt zich ook in mij af. Het verrast me. Het ontroert me. Ik fiets op een gegeven moment terug naar huis, onze straat in. Het is een vrij groene straat. Ik zag het altijd als een serie huizen met bomen ertussen. Maar opeens wisselt het perspectief. Ik zie een bos met hier en daar een huis. Het niet-menselijke is het kader geworden.
Word ik straks nog serieus genomen? Maar moet ik dit pad wel op? Ik ben bioloog, en wetenschapsredacteur. Word ik straks nog wel serieus genomen? Antropoloog Anke Tonnaer lacht als ze over mijn zorg hoort. Ze is universitair hoofddocent aan de Radboud Universiteit. „Alleen al dénken over bezielde natuur is in onze cultuur getaboeïseerd.” Je mag het er niet over hebben, het wordt belachelijk gemaakt. Ik knik. Ik herinner me een van de artikelen die ik heb gelezen. Daarin wordt het the demon of ridicule genoemd. Ze vertelt dat de filosofie, de sociologie en de antropologie vijftien jaar geleden meer aandacht begonnen te krijgen voor de relatie tussen de mens en niet-menselijke wezens. Binnen de antropologie is er inmiddels een nieuwe, brede tak gegroeid, multispecies ethnography. Natuur wordt nog steeds hoofdzakelijk in economische termen bezien. Maar de wal is het schip aan het keren, zegt Tonnaer. „De realiteit is ons aan het inhalen, met al die milieuproblemen.” Steeds meer mensen hebben het gevoel, hier moet iets veranderen. Die veranderende houding blijkt ook uit onderzoek van bioloog Riyan van den Born, ook van de Radboud Universiteit. De meeste mensen wijzen de houding van de mens als heerser over de natuur inmiddels af. Ze betitelen die als arrogantie, hoogmoed. Wat wel aanspreekt is de houding van rentmeester, die verantwoordelijk is en goed zorgt. Of de houding van een partner, die de natuur ziet als iets waarmee je moet samenwerken en zichzelf als een klein onderdeel van die natuur. Van den Born promoveerde in 2007 op dit onderzoek. Ze beperkte zich tot Nederland. Maar daarna is het voor allerlei landen bevestigd, onlangs nog voor de Verenigde Staten. Openstaan voor andere beelden, daarmee begint het volgens Tonnaer. Ze doet een prikkelend voorstel. „Als niet-westerse mensen, Aboriginals bijvoorbeeld, denken dat bomen en rotsen kunnen luisteren, waarom nemen we dat niet serieus? Wat als we dat nou eens als realiteit nemen?” Ik moet denken aan het boek How forests think van de antropoloog Eduardo Kohn. Hij schrijft dat we gekoloniseerd zijn door bepaalde gedachten over relationaliteit. We moeten ons ontworstelen aan die gedachten. Dekoloniseren! Ik ben nog niet overtuigd. Ik wil terug naar de biologie. Weer terug in mijn werkkamer pak ik het mooi geïllustreerde Eik en beuk erbij. Jac. P. Thijsse schreef het begin vorige eeuw, maar het is pas in 1995, in beperkte oplage, uitgegeven. Hij bezingt het eikenbos. „In tegenstelling tot het donkere beukenbos is het eikenbos licht en vrolijk”, schrijft hij. Omdat het afgevallen „eikelover” veel sneller vergaat dan „het beukeblad” is de grond losser en opener. De ondergroei is daardoor rijker aan soorten paddestoelen en planten. En dus is er ook veel meer dierenleven. Kevers, vlinders, vogels, vleermuizen, egels, mollen, reeën. Het eikenbos, schrijft Thijsse, geeft ons en onze nakomelingen de gelegenheid „om schone en indrukwekkende gebeurtenissen te beleven en een heerlijk blij, eerbiedig besef te gevoelen van de onbegrijpelijke grootsheid van het natuurleven”.
Opeens wisselt het perspectief. Ik zie een bos met hier en daar een huis
Zucht. Ik kijk door het werkkamerraam op de eerste verdieping naar de eik. Hij heeft een tak die is afgezaagd. Het ronde vlak is grijsgroen van buiten en donker van binnen. Het lijkt een oog. Een stuk naar beneden zit een horizontale streep, een inkeping. Ik beeld me een mond in. En samen vormen oog en mond in m’n hoofd al snel iets wat op een vrolijk gezicht lijkt. Ik herinner me wat Tonnaer ook zei op haar kamer aan de universiteit: „Het is niet eenvoudig om contact te maken met een boom of een ander niet-menselijk wezen. Dat kost werk.” Daarom hebben mensen rituelen bedacht die het proces steunen. „Bomen krijgen ogen. Of men hangt er slingers omheen.” Ze zei ook nog dat juist bomen veel worden vereerd. „Ik denk omdat ze zo hoog zijn, en zo diep de grond in gaan. Ze zijn een verbinding tussen hemel en aarde.”
Wat zullen de buren denken? Hoog tijd dat ik ook de oefening doe. Dat ik bij de eik ga zitten en alles op me laat inwerken. Maar iets in mij blijft tegenstribbelen. In het boek Het verborgen leven van bomen beschrijft Peter Wohlleben hoe bomen communiceren en voelen. Via hun wortels, en een uitgebreid netwerk aan schimmels, wisselen ze voedingsstoffen uit met soortgenoten. Zelfs met oude stronken. Ze alarmeren elkaar bij gevaar. Ze kunnen onderscheid maken tussen verschillende soorten speeksel van knagende insecten, en stemmen hun afweer daarop af. Ze nemen knaaggeluiden waar. Kortom: bomen werken samen en communiceren. Wohlleben gebruikt woorden als „smaakzin” en „gehoor”. Is dat raar? Mogen we die woorden alleen voor de mens gebruiken? Voor ‘cultuur’ gold dat ook lange tijd. Totdat in 1999 bleek dat er ook chimpanseeculturen zijn. Verschillende groepen combineerden allerlei gedragingen – elkaar vlooien, zichzelf kietelen met een voorwerp, termieten-vissen, voedsel verpletteren – op een eigen typische manier. Ook empathie werd waargenomen bij dieren, en zelfbewustzijn. Eksters herkennen zichzelf in de spiegel, net als mensapen, olifanten en dolfijnen. Wohlleben haalt in zijn boek een Italiaans onderzoek aan en ik mail één van de auteurs, plantenfysioloog Laura Arru. Ze heeft eerder dit jaar met twee collega’s een overzichtsartikel geschreven over het waarnemen van geluiden door planten. Het jonge vakgebied dat communicatie van en tussen planten bestudeert „krijgt met de dag meer aandacht”, schrijft ze. Dus niet alleen de antropologie, maar ook de biologie doet meer onderzoek naar relaties. Oké, nu moet het er maar van komen. Ik pak een stoel, loop naar de voortuin en zet hem neer. Ziet dat er niet raar uit? Wat zullen de buren denken? De lucht is blauw. Er loopt een wit spoor van een vliegtuig door. Een brommer passeert. Een boomklever hupst over de stam van de eik. Zijn dikke takken zijn aan de bovenkant bemost. Waarom voel ik nog niks? Ik bekijk de bladeren op de grond en zie verschillende tinten bruin. Twee koolmeesjes fladderen voorbij. Een moeder met kind op de fiets komt voorbij. In de verte hoor ik een bladblazer. Ik probeer me voor te stellen hoe het is om hier als eik dag in dag uit te staan. Luizen knagen aan je bladeren. Een specht hakt in je stam. En dan, na ongeveer een half uur, gebeurt er iets. Ik besef dat ik veel te ongeduldig ben. De eik heeft een heel ander tempo dan ik. Er daalt een heerlijke rust over me neer. Ik blijf er nog even van genieten. Op mijn computer zie ik in de mailbox een bericht van de gemeente, in antwoord op vragen over de eik. „De boom voor uw woning is van rond 1900”, schrijft de wijkregisseur. De eik bij de buren is zo’n twintig jaar later aangeplant. Ik denk weer aan het verschil in tijdsbeleving. Eiken kunnen vierhonderd, vijfhonderd jaar worden. Er zijn zelfs exemplaren bekend van duizend jaar en ouder. Dat is twaalf keer zo oud als de gemiddelde Nederlander wordt. Op die schaal betekent een jaar iets heel anders.
In hoeverre lijk ik op de eik? Het maakt dat ik me afvraag in hoeverre ik eigenlijk op de eik lijk. Volgens Descola is dit een cruciale vraag om de aard van een relatie duidelijker te krijgen. Hij noemt het identification, het vaststellen van verschillen en overeenkomsten met andere entiteiten, op basis van verschijningsvorm, gedrag, eigenschappen. De eik heeft dus smaakzin, gehoor. In haar mail schrijft de Italiaanse plantenfysioloog Arru dat Darwin al dacht dat planten „een soort hersencapaciteit in hun wortelsysteem” hebben. Eiken communiceren ook met soortgenoten via hun uitgebreide wortelsysteem en daarmee samenhangende schimmels. Ik kijk naar buiten en beeld het me in. Ondergronds liggen allerlei verbanden naar de andere eiken in de straat. Wat zeggen ze tegen elkaar? Maar er zijn ook verschillen. De eik staat zijn hele leven op dezelfde plek. Ik beweeg. De eik verandert zijn gedaante door het jaar heen. Ik niet. Hij ademt kooldioxide in en zuurstof uit. Bij mij is het andersom. Hij is man én vrouw tegelijk. Toch is er een verandering in mij gaande. Ik zie de eik inmiddels met andere ogen. Hij ligt me nader aan het hart. In mijn eerdere gesprek met Matthijs Schouten haalde hij woorden van filosoof Martin Buber aan: de boom is niet langer een ‘het’, hij is een ‘gij’ geworden. Niet alleen de eik roept meer medeleven op. In een van de keukenlades treffen we een moedermuis aan. Ze heeft net vier jongen gebaard. Kaal en blind liggen ze tussen plastic zakjes, die moeder aan stukken heeft gescheurd. We kunnen het niet over ons hart verkrijgen ze te doden en besluiten tot een soort compromis. De muizen mogen drie weken blijven. Dan zijn de jongen zelfstandig, maar nog niet geslachtsrijp. We voeren ze zelfs. Vooral de stukjes kaaszadencrackers vallen in de smaak. Na drie weken vangen we ze en zetten we ze uit, in een bosje, bij een stapeltje dood hout. Op hoop van zegen. Hoe ver gaat dit proces van vereenzelviging? Ik denk aan een twee jaar geleden gepubliceerd rapport over de wereldwijd alarmerende afname van soorten. Het rapport benadrukt dat we onze objectiverende, op nut gerichte blik op de natuur moeten veranderen. Het besteedt veel aandacht aan inheemse volken, en hun „conceptualisaties” van de relatie tussen de mens en het niet-menselijke, vaak met spirituele aspecten. Bomen, rotsen, de grond: ze zijn vaak bezield. Descola beschrijft het ook in zijn boek. Sommige samenlevingen zien bepaalde planten en dieren om hen heen als familieleden. Ik lees een publicatie van de Canadese wetenschapper Sarah Abbott, waarin ze mensen interviewt over hun relatie met bomen. Ze schrijft dat ze zelf offers brengt aan bomen. Ze vraagt ook toestemming aan bomen om bij hen in de buurt te komen. Soms voelt ze dat ze niet welkom is. Ze praat over telepathische interactie. Offers brengen, toestemming vragen? Dat gaat me te ver. Ik voel de demon of ridicule opspelen. Maar goed, het was juist de bedoeling om dominante gedachten ter discussie te stellen. Open te staan. Alleen: hoe te communiceren met de eik, ik ken zijn taal niet. Pfff. Ik besluit een coronablokje om te gaan. Buiten valt me iets op. Onze eik heeft zijn bruin verkleurde bladeren al lang afgeworpen, maar bij de drie eiken die het dichtst bij hem staan zitten ze nog volop aan de takken. Een opmerkelijk verschil. Boven in de eik is het een drukte van jewelste. Het zit vol met kekkende kauwtjes. Ze verzamelen hier vaker voor een soort van namiddagbijeenkomst. Als ik langs hem loop, zeg ik „tot zo”. Ik voel duidelijk wat voor ’m. Ik geloof niet dat ik het al vriendschap kan noemen. Maar wie weet.
We hebben een sessie op het strand gehad, om alles te verwerken
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
49
ONZE TROTS HEEFT WEL een
ANNEMARIE�MANGER Hoofd verduurzaming Tata
DEUK OPGELOPEN Annemarie Manger moet de grootste vervuiler van Nederland groen maken. Het bestaansrecht van Tata Steel staat op het spel. ‘We hopen dat we het dieptepunt voorbij zijn.’ Tekst�Milo�van�Bokkum�en�Teri�van�der�Heijden Foto�Daniel�Niessen
Z
e voelden wel aan dat het mis was, maar dit ging wel er héél hard aan toe. Annemarie Manger, bij Tata Steel IJmuiden verantwoordelijk voor verduurzaming, is op 9 september als toeschouwer in de Tweede Kamer bij een debat over de staalfabriek. Ze schrikt van wat ze hoort. Een paar dagen eerder is een vernietigend RIVM-rapport uitgekomen over de schadelijke stoffen die Tata Steel uitstoot in de omgeving: de hoeveelheden lood kunnen gevaarlijk zijn voor kinderen. Ineens staat het bestaansrecht van de grootste fabriek van Nederland (9.000 werknemers) onder druk. Er zijn eigenlijk maar twee opties, zegt Kamerlid Henri Bontenbal van het CDA: sluiten of verduurzamen. Renske Leijten van de SP vindt hetzelfde. In ieder geval moeten de meest vervuilende deelfabrieken onmiddellijk sluiten, aldus de Partij voor de Dieren en Volt. Annemarie Manger en Tata-directeur Hans van den Berg – ze zijn samen in Den Haag – realiseren zich dat ze in actie moeten komen. En snel. „Om zo expliciet dat sluitingsscenario benoemd te krijgen… dat is iets dat binnenkomt”, zegt Manger (1965) terugblikkend aan het eind van het jaar op het hoofdkantoor van Tata Steel IJmuiden. Op het gebouw van architect Willem Dudok staat nog altijd ‘Koninklijke Hoogovens’. Het is het begin van een roerige week voor Manger en de rest van het management, waarin ze de toekomst van de fabriek veilig willen stellen. Ze moeten verduurzamen, de vraag is alleen: hóé? Daarover buigt Tata Steel – de grootste CO2uitstoter van het land, goed voor 7 procent van het totaal – zich al jaren. Intussen zijn er eindeloos veel sommetjes gemaakt, scenario’s uitgewerkt en onderzoeken gedaan. Er ligt een verduurzamingsplan, in potlood. Maar gedurende die week nemen Manger en de rest van de bedrijfstop een heel andere afslag. Het idee om CO2 op te slaan onder de Noordzee, waar een groot team jarenlang aan heeft gewerkt, gaat de prullenbak in. Het Kamerdebat maakt duidelijk: op de oude voet doorgaan en alleen wat minder CO2 uitstoten is niet genoeg. Tata Steel kiest voor een totaal nieuwe, experimentele manier van staal maken. Niet meer op basis van steenkool, maar op basis van aardgas en later waterstof. Deze route heeft twee grote voordelen: in theorie kun je met groene waterstof écht groen staal maken. De waterstof vervangt de kolen en reageert met ijzererts tot staal. Ook cruciaal: zonder steenkool zijn de mensen die in de buurt van de fabriek wonen, in Wijk aan Zee, Velsen en Beverwijk, verlost van de schadelijke stoffen. Groot nadeel: zowat alles aan deze route is nog onzeker. Wanneer is er genoeg groene waterstof beschikbaar? Kan Tata voor deze route overheidssteun krijgen, net als voor het CO2-afvangplan? En kun je wel staal maken van dezelfde kwaliteit? Het is misschien wel de ingrijpendste beslissing die de fabriek (omzet 5 miljard euro, winst circa 300 miljoen) sinds de oprichting in 1918 heeft genomen. Na een kleine week koortsachtig overleg tussen management, raad van commissarissen en de Indiase aandeelhouder Tata, neemt het bedrijf dinsdag 14 september de beslissing. Een dag later wordt de draai publiek. Manger: „We hebben niet
opnieuw alle sommetjes gemaakt. We dachten: dit is het gevoel, dit moeten we doen. Voor een bedrijf met een ingenieursmentaliteit als Tata is dat wel bijzonder.” Hoe voelt dat voor u? U bent ook ingenieur. „Dat was enigszins oncomfortabel. Maar het went ook, het gevoel is nu goed. We weten dat we het op deze manier moeten doen en dat de andere route ons niet gegund was. Het is wel nog steeds een grote stap. Met het CO2-afvangplan waren we veel verder: de subsidieaanvraag lag klaar, de aanvraag voor de vergunning zou drie dagen later de deur uitgaan. Net voor die deadline besloten we: dit gaan we niet doen.” Sommige mensen zagen jaren werk in rook opgaan. Zagen die het aankomen? „Nee, helemaal niet. Dat was voor sommige mensen heel schokkend, een aantal vond het echt heel zwaar. We zijn ook iemand verloren, die is ergens anders gaan werken. Die had zich echt met hart en ziel ingezet voor de CO2-afvang.” Wie heeft ze over het besluit verteld? „Ik. We hebben ze kort voor de persconferentie geïnformeerd. Helaas allemaal via Teams. Daar komen alle technieken van een slechtnieuwsgesprek aan te pas. In één keer de klap geven. Dus ik zei: ik heb slecht nieuws. We hebben besloten dat Everest en Athos [de projectnamen van het afvangplan] niet de oplossing gaan worden voor onze decarbonisatie. Het was vrij kort, tien minuten. Later hebben we nog wel een sessie op het strand gehad, om alles te verwerken.” Voelde het als nederlaag? Na de energie die in het CO2-afvangplan is gestoken? „Niet als nederlaag. Ik heb wel gedacht: hadden we dit eerder kunnen zien aankomen? ” Manger geeft leiding aan een team van ongeveer honderd mensen die bezig zijn met verduurzaming van de fabriek. Vooral technici en ingenieurs. Opvallend: van de 8 mensen die direct aan haar rapporteren, zijn er – heel anders dan in de rest van het bedrijf – 6 vrouw. Met een glimlach: „Soms hoor ik: daar heb je het damesclubje van Annemarie.” Zelf is ze er helemaal niet mee bezig dat ze als vrouw in een mannenwereld werkt. „Dat is voor mij een given. Toen ik scheikunde studeerde in Groningen, waren we met 110 studenten, van wie 8 meisjes.” Manger, die deze baan al 10 jaar heeft, komt nuchter over. Over de vraag hoe het voelt verantwoordelijk te zijn voor een project dat het Nederlandse Klimaatakkoord kan maken of breken, moet ze nadenken. Alsof ze daar nauwelijks bij had stilgestaan. Al laat de projectnaam voor het waterstofplan wel doorschemeren hoe serieus ze haar taak opvat. We hebben er best lang over nagedacht, zegt Manger, en we zijn uitgekomen op Heracless, vrij naar de Griekse mythische figuur Herakles. Ze legt het enthousiast uit. „Het eerste deel staat voor het H2-era, het waterstoftijdperk. Het tweede deel staat voor less carbon. Wat wij mooi vonden: Herakles moest twaalf zware werken voltooien voordat hij zijn goddelijke staat zou bereiken.” Ze lacht even, als ze het weer op Tata Steel betrekt. „Nou ja, goddelijk is misschien een beetje megalomaan. Maar dat van die klussen klopt.” Denk aan vergunningen verkrijgen (een stuk of honderd), overheidssteun regelen (voor het plan is tenminste 2 miljard euro nodig) en klanten vinden die bereid zijn wat meer te betalen voor groen staal. De grootste klus: zorgen voor voldoende groene waterstof. Daar hangt het succes vanaf. Praktisch alle windmolens in Nederland op land en op zee zouden nu nodig zijn om genoeg groene waterstof te maken voor de staalfabriek. Manger hoopt nu al voor 2030 (deels) op waterstof te kunnen draaien. In een vakblad zei ze vorig jaar zomer nog dat waterstof iets voor „na 2040” was. Wat is er in anderhalf jaar tijd veranderd, dat u nu zo optimistisch bent? „Veel waterstofplannen zijn enorm versneld. Klanten zijn ook resoluter geworden. Eerst dachten we dat die na 2030 pas bereid zouden zijn te betalen voor groen staal. Nu hebben bekende namen als BMW, Volkswagen en Volvo al grote doelstellingen vóór 2030. „Wij denken wel dat we nog een tijd hulp van de overheid nodig hebben als waterstof nog erg duur is.” Hoe lang, hangt onder meer af van de CO2-prijs in het Europese systeem van emissiehandel. Hoe hoger die is, hoe minder steun Tata nodig denkt te hebben. Waarom moet de belastingbetaler opdraaien voor een duurzamer Tata Steel? „We moeten met z’n allen CO2 reduceren. Er zijn twee manieren: de industrie weghalen, of zorgen dat de industrie de uitstoot omlaag krijgt. Ik ben ervan overtuigd dat het belangrijk is om de staalindustrie in Nederland te behouden. De belastingbetaler gebruikt ook staal.” Is het wel zeker of deze manier van staal maken mogelijk is? Een deel van het nieuwe productieproces is nog niet bewezen. „We gaan aan de slag met smelters die anders werken dan nu. Omdat het innovatie is, kun je niet precies voorspellen hoe dat zal uitpakken. Maar deze techniek wordt wel al op kleinere schaal toegepast in de staalindustrie, en we denken dat het op grotere schaal ook zal werken.” Wordt groene waterstof – en dus staal – in een land als Zweden veel sneller goedkoper, vanwege de groene stroom die daar breed beschikbaar is? „Ja, dat komt door waterkracht en de kerncentrales. Daarmee hebben zij een voorsprong. Dus wij moeten heel erg voortmaken met windparken. Voor het volgende kabinet staan die investeringen al in potlood klaar.” In september zei Hans van den Berg, directeur van de fabriek, in NRC dat zijn kijk op de fabriek is veranderd. Als hij nu een wolk uit de pijp ziet komen, denkt hij: dat kan niet meer! Hoe is dat voor u? „Ik zie een wolk uit een schoorsteen komen en denk: dat is water en er zit 0,00034 procent van stof X in. De buitenwereld denkt: alweer een wolk! Ik heb afgelopen jaar geleerd om meer te kijken zoals de buitenwereld naar ons kijkt. We blijven geconfronteerd worden met de perceptie dat wij grafiet uitstoten. Dan is het moeilijk om niet te zeggen: nee, we stoten geen grafiet meer uit sinds 2019. Maar: we snappen dat er overlast is van stof.” U heeft uw technische blik moeten afleren? „Ja… Het gaat niet alleen om gelijk hebben. Dat was voor mij de reis van het jaar, om me nadrukkelijk bewust te zijn van de zorgen.” Is dit jaar veel van de trots van Tata Steel verloren gegaan? „ Die heeft een deuk opgelopen. We hopen dat we het dieptepunt voorbij zijn.”
ILLUSTRATIE�ANNE�VAN�DEN�BOOGAARD
GEOPOLITIEK
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
51
MICHEL�KERRES Redacteur NRC
Democratie moet zichzelf blijven bewijzen om verzetshelden te inspireren
E
igenlijk zou je ze moeten verzamelen in een plakboek zoals ooit voetbalplaatjes: democratische helden. In de hoop dat ze ooit zullen optellen tot een democratische revival, tot een nieuw tijdperk, tot de Democratic Twenties. Want de democratie kan wel wat heldenmoed gebruiken. Geopolitieke terugblikken lezen al jaren als een zegetocht van autocraten. De jaren tien waren jaren waarin het recht van de sterkste het wereldtoneel heroverde. China manifesteerde zich definitief als autocratisch machtscentrum. Rusland, een bijna-vergeten autocratische macht, meldde zich terug met de verovering van de Krim en steun aan de Syrische president Bashar al-Assad. Turkije gleed af in een semi-autocratie na de mislukte coup tegen president Recep Tayyip Erdogan. En de Verenigde Staten kozen met Donald Trump een rechtspopulistische president. Ook de jaren twintig begonnen niet vrolijk. Rusland kneep de democratie verder af, met de vergiftiging en arrestatie van de activist Aleksej Navalny als voorlopig dieptepunt. China verbood kritiek op president Xi Jinping en riep ondernemers tot de orde die wel erg ver van het Communistisch Manifest waren afgedwaald. Alibaba-oprichter Jack Ma, die in 2019 op het World Economic Forum in Davos nog een geruchtmakend diner gaf voor koningen en premiers, was opeens drie maanden zoek. Tennis-ster Peng Shuai verdween tijdelijk nadat ze een voormalig vicepremier van aanranding had beschuldigd. In Wit-Rusland ontpopte de sullige autocraat Aleksandr Loekasjenko zich tot potentaat. En op 6 januari 2021 bestormden aanhangers van een Amerikaanse president die de verkiezingen had verloren het Capitool. Amerika! Rapport na rapport onderbouwt de verschuiving van democratie naar autocratie. Volgens de Amerikaanse ngo Freedom House verliest de democratie al vijftien jaar terrein. Volgens ngo IDEA zijn er al vijf jaar op rij elk jaar meer landen die autocratischer worden dan landen die democratischer worden. Het Freedom House-rapport 2021 kreeg als titel mee: Belegerde Democratie (Democracy under Siege). Er zijn 196 landen lid van de VN, maar slechts 23 gaan door voor volwaardige democratie. Samen zijn ze goed voor slechts 8,5 procent van de wereldbevolking. Bovenaan het rijtje landen dat snel afglijdt naar autocratie staan twee lidstaten van de Europese Unie: Polen en Hongarije. De diagnose ‘democratische recessie’, zoals de Amerikaanse minister voor Buitenlandse Zaken Antony Blinken het noemt, is vaak gesteld. Het is nu tijd om terug te duwen. Vandaar mijn plakboek voor mannen en vrouwen die, zoals Navalny, met gevaar voor eigen leven opstaan tegen het regime dat hen knevelt. In die categorie hoort Svetlana Tichanovskaja, die oppositieleidster in Wit-Rusland werd, naar de Litouwse hoofdstad Vilnius vluchtte en haar man in een Wit-Russische gevangenis moest achterlaten. Ook de verzetshelden van Hongkong, zoals de twintigers Tony Chung en Nathan Law, krijgen een ereplaats. Achter Navalny, Tichanoskaja en Law gaan duizenden anonieme helden schuil – in Rusland, Wit-Rusland, Hongkong, in Myanmar, overal waar vrijheid niet gewoon is. De verzetshelden zijn morele winnaars, maar politieke losers. Ze redden het niet tegen de overmacht van de autocratische staat die zich onaantastbaar waant en geen verantwoordelijkheid hoeft af te leggen. Autocraten leunen op repressie (en een politie-apparaat dat 24/7 aanstaat), op professionele propaganda (met als journalisten vermomde handlangers) en een netwerk van trouwe oligarchen (met een handje van corruptie), analyseerde Anne Applebaum in een fraai stuk in The Atlantic. En dan helpen de autocraten elkaar ook nog onderling. Toen massademonstraties in Wit-Rusland Loekasjenko in het nauw dreven, stuurde Rusland hulp. De verzetshelden hebben ook hulp nodig. Maar hoe organiseer je dat? Nog niet zo lang geleden had het democratische Westen zoveel zelfvertrouwen dat democratie met vlag en wimpel werd geëxporteerd. Deze zo-
mer eindigde de poging om van Afghanistan een democratie te maken na bijna twintig jaar evenwel in volstrekte chaos – het grootste gezichtsverlies voor het Westen sinds de Amerikaanse aftocht uit Saigon in 1975. Na de traumatische val van Kabul heeft ‘nation-building’ voorlopig afgedaan. Het democratische Westen schakelde van offensief naar defensief. Om de afkalvende democratie een halt toe te roepen, riep Joe Biden in december een topconferentie van democraten bijeen. Het was bedoeld als een coaching-momentje, ‘een applausje voor jezelf’. Het was, observeerde columnist Janan Ganesh in de Financial Times, ook een teken van zwakte: als er geen problemen zijn, hoef je niet te vergaderen. Democratie, zien we nu weer scherp, kun je niet van buitenaf injecteren als een vaccin tegen Covid, ook niet als je er een internationale troepenmacht en miljardensteun als booster achteraan jaagt. De verzetshelden weten dat grootschalige steun er niet inzit – mocht dat al een realistische optie zijn. De gedachte aan een westerse bezetting van Wit-Rusland is absurd. Terug dus naar bescheidenheid en kleine stappen. Om vrijheidsstrijd te steunen is een complete democratie-industrie gegroeid – denk aan de ngo’s die zich sterk maken voor mensenrechten en aan de organisaties die nauwgezet de democratie observeren. Westerse parlementariërs bieden de buitenlandse oppositieleiders ook graag hulp. Tichanovskaja sprak vorige maand voor de tweede keer in het Europees Parlement. Een delegatie van Europarlementariërs vloog naar Taiwan, dat zich bedreigd voelt door China. Het zijn bezoekjes tot wederzijds nut: de oppositieleider krijgt een podium, de parlementariër poetst zijn cv op.
Voor het vijfde jaar op rij werden meer landen autocratischer dan er landen democratischer werden Zichtbaarheid helpt, evenals geld. De Europese Unie trekt de komende zeven jaar 1,5 miljard euro uit voor steun aan democraten. De VS legden op Bidens democratietop 425 miljoen dollar op tafel. Maar democratie is niet te koop met geld en goede wil alleen. Democratie moet zichzelf bewijzen. De democratietop stelde niet veel voor, maar in één ding had Biden gelijk: democratie moet laten zien dat het in staat is vrije burgers welvaart en veiligheid te bieden. Democratie moet in de eerste plaats thuis worden verdedigd. Dat gebeurt ook wel. Brussel is niet van plan om uitholling van de rechtsstaat door Warschau en Boedapest zomaar te accepteren. En er is steeds meer oog voor de donkere kanten van Chinese investeringen in Europa en de export van Europese top-technologie naar China. Maar het vrije Westen laat zich óók nog steeds misbruiken als willige handlanger. Parijs verscheept wapens naar het Midden-Oosten in familieverpakking, Londen is een vastgoedparadijs voor kleptocraten en Amsterdam assisteert graag met papierwerk voor dubieuze geldstromen. De met opheffing bedreigde Russische ngo Memorial, opgericht door de dissident Andrej Sacharov en hoeder van de herinnering aan Stalins strafkampen, ontvangt al jaren geld uit het Westen. Drie jaar geleden was ik er even te gast, in het gezelschap van de Nederlandse ambassadeur. In een volgepropt souterrain in het centrum van Moskou bedankte de leiding voor geld en aandacht. Maar ze had ook een boodschap: wees zuinig op jullie rechtsstaat, de Europese rechtsstaat is ons voorbeeld. De beste manier om mensenrechten in Rusland te steunen is de eigen democratie hoog te houden, was hun les. Ook al kan het Westen democratie niet exporteren, het kan wel proberen een baken te zijn voor de helden in het plakboek.
X
i
JINPING
PROFIEL
President van China
Te�k�s�t Garrie�van P�i�n�x�t�e�re�n I�l�l�u�s�t�ra�t�i�e Siegfried Wo�l�d�h�e�k
DE LANGE MARS NAAR ABSOLUTE MACHT Onder Xi Jinping is China onherkenbaar veranderd. Maar zijn kracht is ook zijn zwakte: hij kan bijna niet meer aftreden of sterven.
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
53
H
et is 2014. Xi Jinping en zijn vrouw Peng Liyuan zijn in Nederland op staatsbezoek. Koning Willem-Alexander en koningin Máxima ontvangen het echtpaar in het Koninklijk Paleis op de Dam. Er is een banket, de maaltijd wordt geserveerd door lakeien in rode livrei. De dames zijn in het lang, de heren in rok. Behalve Xi. Hij draagt een donkerblauw Mao-pak met klein opstaand kraagje. Geen stropdas. Daarmee wijkt hij af van zijn voorganger, Hu Jintao, die bij internationale bezoeken standaard in westers pak met stropdas verscheen. Xi wil geen namaak-westerling zijn maar een echte, trotse Chinees. Hij schudt handen met genodigden. Hij is vrij fors voor een Chinees en heeft inderdaad iets weg van Winnie de Poeh, de goedmoedige beer waarmee hij voor het eerst werd vergeleken toen hij in 2013 naast Obama liep. Niet grappig, vindt Xi, en dus worden verwijzingen naar Winnie de Poeh sindsdien in China gecensureerd. Hij lacht minzaam als hij ook de correspondent van deze krant de hand schudt – maar verrassend genoeg heeft hij vrijwel geen uitstraling. En dat voor een man die meer macht in zich verenigt dan zelfs de president van de Verenigde Staten. Xi Jinping is president van China, secretaris-generaal van de Communistische Partij van China (CPC) en hoofd van de Centrale Militaire Commissie. Hij staat ook aan het hoofd van een hele serie commissies die, meer dan de ministeries, de koers bepalen op vrijwel alle maatschappelijke terreinen. Dat gaat van economie tot media en van buitenlands beleid tot internetveiligheid. Van een collectief leiderschap, ingesteld na de dood van Mao eind jaren zeventig, is niets meer over. Xi is de capo di tutti capi, de onbetwiste leider die alles bepaalt. Maar over wat voor mens hij eigenlijk is en wat hem persoonlijk motiveert, is weinig bekend. Hij geeft geen interviews meer, ook niet aan Chinese journalisten. Dat is niet alleen beneden zijn waardigheid, ook is niet te controleren wat er dan naar buiten komt. En controle, veiligheid en stabiliteit zijn Xi’s obsessies. Een van de meest interessante bronnen over Xi als persoon is daarom een Amerikaanse hoogleraar politicologie van Chinese afkomst. Deze man leerde Xi kennen aan het eind van diens tienerjaren en ging vervolgens zo’n vijftien jaar – tussen 1972 en 1987 – met hem om. Dat was de tijd dat Xi bezig was zich omhoog te vechten binnen de CPC. De naam van de hoogleraar is nooit bekendgemaakt, maar we weten hoe hij Xi karakteriseerde omdat de gesprekken daarover, die hij in de periode 2007-2009 voerde met een medewerker van de politieke afdeling van de Amerikaanse ambassade in Beijing, later uitlekten via Wikileaks. In die gesprekken, blijkt nu, heeft de hoogleraar de latere koers van Xi al voorspeld. Zo zou hij altijd al hebben gewalgd van corruptie en een diepe afkeer hebben van de alomvattende commercialisering van de Chinese maatschappij. Hij had op jonge leeftijd al moeite met het verlies van waarden, waardigheid en zelfrespect in China. Volgens de hoogleraar zou Xi ook neerkijken op zakenmensen en op iedereen die zich pas laat, puur in de hoop op materieel gewin, bij de Partij heeft aangesloten. Zij zijn in de ogen van Xi niet meer dan kruideniers, zij hebben geen recht op leidende posities. Xi zelf wel, want zijn vader heeft zich ingezet voor de bevrijding van China in 1949. Hij hoort daardoor bij de Rode Elite: de exclusieve klasse van nakomelingen van hoge communistische leiders die hebben meegeholpen China te bevrijden. De hoogleraar voorspelde al dat Xi een felle campagne zou beginnen om de in zijn ogen grootste maatschappelijke kwaden aan te pakken, mogelijk ten koste van de rijken.
Niet sprankelend, geen levensgenieter En dat is precies wat Xi doet als hij in 2012 aan de macht komt. Eerst richt hij zich op corruptie binnen de Partij, daarna op rijke privéondernemers als Jack Ma van Alibaba, die naar zijn idee veel te veel macht naar zich hebben toegetrokken. Net als Xi is de hoogleraar geboren in 1953. Ze groeien allebei op in speciale, van de rest van de maatschappij afgezonderde woonwijken voor de gezinnen van de Rode Elite in Beijing. Ze krijgen een opvoeding alsof ze leden van een koningshuis zijn: ze worden ervan doordrongen dat ze door hun bloedlijn zijn voorbestemd om de leiding over het land van hun ouders over te nemen. Niet echt communistisch dus – eerder keizerlijk. Erg onder de indruk is de hoogleraar overigens niet: Xi is niet buitengewoon intelligent of sprankelend, hij is ook geen levensgenieter. In de ogen van de meeste vrouwen is Xi vooral een doodsaaie man, vertelt de hoogleraar. Die doodsaaie jongeman heeft in 1972 wel al veel meegemaakt dat hem heeft gevormd. Zijn vader, Xi Zhongxun (1913-2002), was een communist van het eerste uur die op veel cruciale momenten in zijn leven een hervormingsgezinde en economisch liberale koers volgde. Het is een van de redenen waarom velen dat ook van zijn zoon hadden verwacht toen die aan de macht kwam, maar die verwachting is niet uitgekomen. Vader Xi werd al in 1928 lid van de CPC en bracht het in 1959 tot vicepremier. Dat ging met grote ups en downs. In 1935 werd hij bijna geëxecuteerd tijdens een intern partijconflict, in 1962 werd hij opnieuw gezuiverd en gemarteld. Ook zijn pensionering eind jaren tachtig was afgedwongen: hij had zich achter Hu Yaobang geschaard, een hervormer die in 1987 werd afgeserveerd. Zoon Xi wist dus hoe hard de machtsstrijd binnen de CPC kon zijn, en hoe wreed het leven als communist. Tijdens de Culturele Revolutie (1966-1976) werd een van zijn halfzussen zo zwaar gemarteld dat ze uit wanhoop zelfmoord pleegde. Hijzelf werd als nakomeling van iemand die ‘de kapitalistische weg’ op was gegaan naar het platteland gestuurd. Dat viel hem zo zwaar dat hij terugvluchtte naar Beijing. Toen hij werd opgepakt, moest hij voor straf greppels graven in een werkkamp. Toch keert Xi zich niet af van de CPC of van de politiek. Waar anderen tegen het einde van de Culturele Revolutie hun bekomst hebben van alles wat ook maar naar politiek ruikt, ziet Xi dat er juist op dat gebied de meeste kansen voor hem liggen. De hoogleraar vertelde dat hijzelf en zijn naaste vrienden zich in de nadagen van de Culturele Revolutie vooral richtten op de liefde, drank en westerse literatuur. Hij las werken van De Gaulle en Nixon en „probeerde de verloren jaren in te halen door plezier te maken”. Xi doet daar niet aan mee. Hij leest liever Marx. Hij „koos ervoor te overleven door roder dan rood te worden”, aldus de professor. Daarmee komt hij heel ver. In 1974, zijn vader zit dan nog gevangen, wordt Xi lid van de CPC. Niet zonder slag of stoot: hij is dan al negen keer afgewezen, waarschijnlijk omdat zijn vader politiek omstreden is. Hij volgt een opleiding aan de Qinghua-universiteit, waarbij de marxistische ideologie een belangrijk onderdeel is. In 1979 studeert hij af als chemisch ingenieur. Dat jaar trouwt hij met Ke Lingling, de dochter van een diplomaat, maar het huwelijk loopt na drie jaar spaak. Na zijn afstuderen begint Xi als persoonlijk secretaris van Geng Biao, die in 1981 minister van Defensie wordt. Hij krijgt die baan als gunst aan zijn vader; Geng is een voormalig ondergeschikte van Xi senior. Het opent de mogelijkheid voor Xi om zijn hele leven binnen de bureaucratie van Beijing te blijven werken. Veiligheid, zekerheid. Maar daarvoor is hij te ambitieus. Hij vervult overheids- en partijfuncties in de economisch voorlijke provincies Fujian en Zhejiang, en later in Shanghai.
Xi koos ervoor te overleven door roder dan rood te worden
In 1987 trouwt hij opnieuw, dit keer met Peng Liyuan, een beroemde zangeres bij het Volksbevrijdingsleger, waar ze zoete liederen zingt over hoe mooi China is, en hoe heilzaam de CPC. Xi is dan al begonnen aan zijn politieke opmars: hij is inmiddels onderburgemeester van de Zuid-Chinese stad Xiamen. In 1997 wordt hij verkozen tot plaatsvervangend lid van het 15de Centrale Comité van de CPC. Heel populair is hij niet: hij krijgt de minste stemmen van alle 151 plaatsvervangende leden, waarschijnlijk doordat zijn collega’s niet gecharmeerd zijn van mensen die vooral komen bovendrijven omdat ze deel uitmaken van de geprivilegieerde Rode Elite. Maar de Rode Elite blijkt veerkrachtig, en Xi klimt gestaag op. Tien jaar later wordt duidelijk dat Xi is voorbestemd de machtigste man van China te worden. Hij wordt benoemd in het Staand Comité van het Politbureau van de CPC. Dat comité kent negen leden en vormt het hoogste machtsorgaan van China. Xi is in dat comité hoger dan de huidige premier Li Keqiang, en daarmee weet iedereen vanaf dat moment dat het Xi is die Hu Jintao zal opvolgen als China’s hoogste leider. Dat gebeurt ook inderdaad in 2012, als hij aan het hoofd van de Partij komt te staan. In 2013 wordt hij tevens president. Voor het zover is, gebeurt er iets heel ongebruikelijks: Xi verdwijnt in 2012 een paar weken volledig van de radar. Niemand weet waar hij is. Geplande ontmoetingen met onder meer de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Hillary Clinton zegt hij af. Het gonst van de geruchten. Gebruikt hij de tijd om er achter de schermen voor te zorgen dat vooral zijn vrienden op hoge posities worden benoemd? Is onenigheid met andere leden van de Rode Elite over de verdeling van de macht uitgemond in een fysiek gevecht? Heeft hij daarbij zijn rug geblesseerd? Of moest er nog een machtsstrijd beslist worden tussen hem en de later in ongenade gevallen Bo Xilai, de flamboyante zoon van een hoge revolutionair die zeer populair was onder de bevolking? Of kreeg hij een hartaanval? De geruchten, vaak gebaseerd op anonieme Chinese bronnen, komen via buitenlandse media naar buiten, maar nooit wordt duidelijk wat er nou echt aan de hand was.
Ngo’s en kritische media weggevaagd In de negen jaar tussen 2012 en 2021 is China onherkenbaar veranderd. Xi zit heel stevig in het zadel: zijn gedachtegoed is opgenomen in de Chinese grondwet, hij is de centrale leider. Van enige vorm van dissidentie binnen of buiten de Partij is niets meer zichtbaar. Niemand twijfelt er meer aan dat hij in het najaar van 2022 voor nog eens vijf jaar wordt benoemd, en misschien wel voor langer. Kort na zijn aantreden begint hij een campagne tegen corruptie. Het leidt tot grootschalige zuiveringen. In 2017, aan het einde van zijn eerste termijn als Partijleider, zijn er al 1,3 miljoen mensen vervolgd. Ook herstructureert hij het leger en maakt hij duidelijk dat het de Partij is die het leger aanvoert. Halverwege 2015 worden ook tweehonderd dissidente mensenrechtenadvocaten opgepakt. Ngo’s krijgen het steeds moeilijker, staatsmedia worden weer nadrukkelijk een werktuig voor de propaganda van de CPC. Van China’s toch al beperkte maatschappelijk middenveld is al snel vrijwel niets meer over. Van commerciële media, voorheen goed voor veel van de kritische verslaggeving, net zo min. Er heerst angst: al snel durft niemand meer hardop kritiek te uiten op Xi, of initiatieven te ontplooien die hem kunnen ontrieven. Veel meer dan zijn voorgangers streeft hij naar een uniforme eenheidsstaat, waar camera’s en regels de burgers in het gareel houden en van iedereen moreel juist gedrag wordt gevraagd. Veel burgers accepteren dat: het geeft hen een gevoel van bescherming en van ordentelijkheid. Maar de Oeigoeren hebben het onder Xi zwaar te verduren. Hij ziet deze aan de Turken verwante bevolkingsgroep, merendeels moslim, als potentiële terroristen. Alleen als ze volledig assimileren vormen ze in zijn ogen geen bedreiging meer voor de stabiliteit van China. Zeker een miljoen Oeigoeren komen onder Xi in zogenoemde heropvoedingskampen terecht. Daar is volgens ooggetuigen sprake van verkrachtingen, gedwongen sterilisatie en marteling. Xi’s buitenlandpolitiek is agressiever dan die van zijn voorgangers: hij gelooft dat de VS en het Westen in verval zijn – en China in opkomst. China heeft in zijn ogen een superieur politiek systeem, en dat idee draagt hij internationaal ook steeds meer uit. Onder zijn bewind nemen de spanningen met de VS over Taiwan en over de Zuid-Chinese Zee toe. Xi is de krachtigste leider sinds Deng Xiaoping, die China openstelde voor de buitenwereld, en misschien zelfs sinds Mao. Maar de kracht van Xi is ook zijn zwakte. Hij kan bijna niet meer aftreden of sterven, want het is volstrekt onduidelijk wie hem dan moet opvolgen. Over een ordentelijke opvolgingsprocedure durft niemand te beginnen. En wie garandeert de nu nog onbetwiste leider dat hij na zijn aftreden niet wordt opgepakt door hoge partijleden die hem in stilte verafschuwen?
Het ergste is dat ze het rechtssysteem hebben vernietigd
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
55
GEBOREN ONDER STALIN maar
SVETLANA�GANNOESJKINA Mensenrechtenactivist
NIET STERVEN ONDER POETIN Een ongekende repressiegolf rolde dit jaar over Rusland. Activist Svetlana Gannoesjkina helpt vluchtelingen en migranten – en mensen die door president Poetin in het nauw gedreven zijn. Tekst�Eva Cukier�Foto�Anisia�Koezmina
‘S
noepje?” In een met tl-buizen verlicht kantoor in Moskou buigt de 78-jarige Svetlana Gannoesjkina zich over een doos van de legendarische Russische chocoladefabriek Rode Oktober. Het is vrijdagavond, sneeuwvlokken en regendruppels tikken tegen het raam, in de kamer hangt een indringende chocoladegeur. De dozen zijn bestemd voor de kinderen van de migranten en vluchtelingen die Gannoesjkina bijstaat. Tadzjieken, Oezbeken, Afghanen maar ook Wit-Russen, Somaliërs, Syriërs. „Ik kan me niet altijd inhouden”, zegt de activiste lachend, terwijl ze een chocolaatje overhandigt. Gannoesjkina is een van de bekendste mensenrechtenverdedigers van Rusland. In 1990 richtte ze Burgerhulp (Grazjdanskoje Sodeistvije) op, een organisatie die migranten, vluchtelingen en politiek-vervolgden in Rusland bijstaat in hun moeilijke strijd voor rechten en papieren. Eind jaren tachtig was ze ook betrokken bij de oprichting van mensenrechtenorganisatie Memorial, samen met de Russische kernfysicus en dissident Andrej Sacharov. Al 33 jaar zet Memorial zich in voor de nagedachtenis van de miljoenen slachtoffers van de Sovjet-terreur – en voor Russen die door de regering-Poetin in het nauw worden gedreven. Beide organisaties zijn een begrip in Rusland, als schaarse plekken waar burgers in nood worden gehoord. Zowel Memorial als Burgerhulp is door de Russische overheid als ‘buitenlands agent’ aangemerkt wegens subsidies die zij ontvingen van buitenlandse donoren. Deze maand vecht Memorial in de rechtbank van Moskou tegen gedwongen sluiting. Het proces sluit een jaar af waarin een ongekende repressiegolf over Rusland rolde. In januari werd oppositieleider Aleksej Navalny opgepakt. Hij wordt sindsdien in een strafkamp onderworpen aan marteling, pesterijen en intimidatie. In juni werd zijn politieke beweging aangemerkt als ‘extremistisch’. Honderden activisten, journalisten en politici werden vervolgd en opgesloten. Tientallen organisaties, media en personen kregen het stempel ‘buitenlands agent’. „Het was een droevig jaar voor Rusland”, zegt Gannoesjkina. En niet alleen voor Rusland, ook voor haarzelf. In maart overleed haar echtgenoot na een kort ziekbed aan kanker, na 55 jaar huwelijk. „Het is vandaag precies 247 dagen geleden. Het is verschrikkelijk”, zegt ze zachtjes. Haar twee kinderen en vijf kleinkinderen wonen al twintig jaar in de Verenigde Staten. „Ook dat is verschrikkelijk. Mijn dochter was ervan overtuigd dat ik op een dag ook zou vertrekken. Inmiddels weet ze dat dat niet gaat gebeuren. Ik wil hier in Rusland blijven, hier is mijn werk.” Kunt u uw werk hier nog wel doen? „Steeds moeilijker. Sinds vorig jaar moeten wij het ministerie van Justitie een maand tevoren informeren als we een evenement organiseren. Maar toen we dat onlangs netjes deden, stuurde Justitie ons drie brieven waarin stond dat ze niet begrepen waarom wij hen op de hoogte stelden. Ik moest uitleggen dat we ons aan de wet hielden. Wetten worden opzettelijk heel vaag geformuleerd, en telkens blijkt weer dat Justitie de regels zelf ook niet kent.”
Wie bedenkt die wetten? „Vladimir Vladimirovitsj [Poetin]. Ik denk dat hij ’s ochtends wakker wordt en denkt ‘wie zullen we vandaag eens te grazen nemen?’” Ze lacht hartelijk, maar wordt meteen serieus. „Hij geeft zijn mensen vage opdrachten, die zij vervolgens op de een of andere manier moeten interpreteren en uitvoeren. Dat resulteert in een stroom van onduidelijke wetten. Maar het doel is duidelijk: het smoren van iedere vorm van kritiek of discussie.” Is er iets tegen te doen? „Nee. In mijn ogen zijn alle petities hierover van organisaties en journalisten aan de regering zinloos. Deze wetten vallen niet te verbeteren, ze kunnen alleen maar worden afgeschaft. Het is totale krankzinnigheid. In de onzin van een gek moet je geen orde willen aanbrengen.” Het verhaal gaat dat u de Russische grondwet altijd bij u draagt. Klopt dat? „Eens even kijken”, zegt Gannoesjkina terwijl ze in haar handtas rommelt. Triomfantelijk houdt ze een klein, beduimeld exemplaar in de lucht. Het is een uitgave uit 2004 van de kritische Russische krant Novaja Gazeta. Als vanzelf gaat het roodgrijze boekje open bij paragraaf 81. „De president wordt voor een periode van vier jaar gekozen door de burgers van de Russische Federatie op basis van een algemene en geheime stemming. Een en dezelfde persoon kan niet vaker dan tweemaal de functie van president van de Russische Federatie bekleden.” Gannoesjkina kent de tekst uit haar hoofd en haar ogen twinkelen. „Zie je wel! Twee termijnen en geen kopeke meer!” Maar het boekje stamt uit 2004, en sindsdien heeft Poetin niet alleen zijn presidentiële termijnen vermenigvuldigd en opgerekt, ook zette hij vorig jaar de teller op nul waardoor hij kan aanblijven tot 2036. Ze knikt gelaten. „Ja, ja. Nu is het Poetin forever.” Tussen 2002 en 2012 was Gannoesjkina lid van de Presidentiële Mensenrechtenraad, het enige orgaan dat vertegenwoordigers van maatschappelijk organisaties toegang gaf tot Poetin. Zes maal ontmoette ze hem, hij stuurde haar jaren geleden zelfs een dankbrief voor haar werk. De brief met krullende handtekening hangt ingelijst tussen de diploma’s en internationale prijzen in haar werkkamer. U strijdt tegen Poetin, maar zijn dankbrief hangt boven uw bureau. Waarom? Ze lacht hartelijk. „Als bescherming tegen onaangekondigde bezoeken van de veiligheidsdienst FSB. Als er agenten komen, dan zet ik ze hier tegenover me. Terwijl ik praat, kijken zij verveeld naar de diploma’s en brieven aan de muur. Dan zien ze de brief van Poetin en weten ze dat ze voorzichtig moeten zijn.” Gannoesjkina heeft de humor en het sarcasme dat door de wol geverfde activisten in Rusland kenmerkt. Maar vooral valt ze op door haar heldere gedachtengang en vlijmscherpe geheugen. In 1965, aan het begin van de Brezjnev-jaren, studeerde ze af als wiskundige aan de universiteit van haar geboortestad Moskou. Bijna dertig jaar was ze daar wiskundedocent aan de universiteit. Ze heeft talloze anekdotes over keren dat ze door collega’s werd beschuldigd van antiSovjetgedrag tijdens haar lessen. Uw vader noemde u een anarchist. Weer lacht ze. „Dat klopt, ik ben anarchistisch van karakter, maar niet van geest. Volgens mij heb ik een heel gestructureerd stel hersenen.” Haar verstand heeft ze niet van een vreemde. Haar grootvader was de beroemde Russische psychiater Pjotr Gannoesjkin. Hij overleed in 1933, negen jaar voor haar geboorte. „Pas als volwassene las ik zijn werk. Hij kon schitterend schrijven en zijn bevindingen zijn geweldig interessant. Hij stelde een van de eerste classificaties op van persoonlijkheidsstoornissen. Hij was klein en dik, en heel innemend. Samen met mijn oma richtte hij het eerste psychiatrische ziekenhuis op in Moskou. Niet zoals dat in het verhaal van Tsjechov, ‘Zaal zes’, dat kent u toch? Het was een echt ziekenhuis, dat opereerde volgens de laatste wetenschappelijke inzichten van die tijd.” Uw grootvader noemde oorlog en revolutie een ‘traumatische epidemie’ voor de samenleving. „Dat klopt. Hij schreef dat mensen die deelnemen aan een revolutie moeten revalideren. Ze zijn niet ziek, zoals oorlogsinvaliden, maar getraumatiseerd door de gebeurtenissen. In die tijd viel iedereen over hem heen, zijn studenten begonnen een haatcampagne tegen hem.” Wat is uw indruk van Poetin? „Onze eerste ontmoeting was op 10 december 2002 in het Kremlin. Op televisie mag Poetin overkomen als een uitdrukkingsloos persoon, in werkelijkheid bleek hij totaal anders. Hij was levendig, praatte voortdurend en had over alles een mening. We spraken over twee afschuwelijke wetten die hij toen net had ondertekend, waarin het burgerschap van de Russische Federatie werd vastgelegd. Die wetten waren volslagen onder de maat, en dat zei ik hem. Weet je wat hij antwoordde? Dat hij die wetten zelf ook niet goed vond. Stel je voor, de president van een land tekent een van de belangrijkste wetten van het land, die de relatie tussen burgers en de staat definieert, en hij vindt het niets! „Hij zei ook: ‘Laat ze die wetten maar verder uitwerken, want het is hier een schijtzooi’. Ik vond het ook opvallend dat hij in die schitterende Jekaterinenzaal, een van de heiligdommen van het Kremlin, de woorden ‘schijt’ en ‘zooi’ in de mond nam. Taalgebruik van tuig uit de achterbuurt. „En toch viel er met hem te werken. Die wetten werden verbeterd en een jaar later ontvingen twee miljoen mensen alsnog een Russisch paspoort. Daar ben ik trots op.” Toen Poetin zichzelf in 2012 voor de derde keer president maakte, stapte Gannoesjkina uit protest uit de raad. Sindsdien blijven de deuren van het Kremlin voor haar gesloten. De golf van repressie dit jaar wijt ze aan angst – voor opstand onder de bevolking, voor machtsverlies. „Misschien zit er nog iets achter, maar in mijn ogen is het pure angst voor revolutie. Die rechtszaken tegen Memorial slaan helemaal nergens op. Memorial heeft afdelingen in Frankrijk, Duitsland, Oekraïne, die kunnen ze helemaal niet sluiten! Ze weten niets, ze hebben alleen oog voor Ruslands schitterende verleden. Intussen zetten ze de repressie voort en hebben ze een gigantische berg vervalste rechtszaken gecreëerd. Dat is het ergste, dat ze het rechtssysteem hebben vernietigd, er is geen enkele onafhankelijkheid in de gerechtsgebouwen. Als ze het Russische imperium willen doen herleven, dan wel graag volgens de regels van de wet. Hier is een totalitaire staat in de maak.” Hoe ziet u de toekomst? „Anderhalf jaar geleden zou ik hebben geantwoord dat de Russische samenleving zich bevindt in een permanente staat van agressieve apathie. Russen zijn
Lees�verder�op pagina�56
»
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
56 »
Vervolg�van pagina�55 niet in staat om zelf iets te veranderen en altijd weer stellen zij zich die ene vraag: wat doen zíj, de regering, met óns? Die passiviteit maakt mensen agressief, en dan gaan ze op zoek naar een Ander om de schuld te geven: migranten, andere etnische groepen, maatschappelijke organisaties. De autoriteiten stimuleren dat, want zo worden negatieve gevoelens op anderen geprojecteerd en niet op henzelf.” Dat was anderhalf jaar geleden. En nu? „De mensen lijken actiever te worden. Ik zie jongeren die initiatieven nemen, die zich verenigen voor een bepaald doel. Sociale media zijn belangrijk. Er is veel communicatie en er kan in noodgevallen online snel actie worden ondernomen. Ik zit zelf ook veel op Facebook en andere platforms. Weet u, ik ontvang 150 emails per dag van mensen in nood. ’s Avonds als ik thuiskom moet ik die allemaal beantwoorden.” Een belangrijke aanjager van het verzet is Navalny. Duizenden mensen kreeg hij de straat op tegen het regime van Poetin, maar nu hij vastzit worden leden van zijn achterban vervolgd en verdreven. Hoewel Gannoesjkina en Navalny beiden tegen Poetin ageren, zijn de twee geen vrienden. Navalny liep mee in nationalistische marsen en liet zich in het verleden hard en discriminerend uit over migranten – de groep waar Gannoesjkina zich al dertig jaar voor inzet. Velen zien Navalny als een moderne revolutionair, anderen vertrouwen hem niet. Hoe denkt u over hem? „Navalny is een xenofoob en een nationalist. Ik ben het absoluut niet eens met zijn positie ten aanzien van buitenlanders. Men zegt dat zijn ideeën zijn veranderd,
maar ik geloof daar niet in. Je kunt ophouden met spreken over bepaalde onderwerpen, maar je denken zet je niet zomaar stop. Toen hij nog vrij rondliep en iedereen hem verheerlijkte, was hij voor mij een absolute tegenstander. Maar op dit moment is hij een slachtoffer van het regime en daarbij een held voor velen. Ik zal het daarom voor hem opnemen en alle petities [voor zijn vrijlating] ondertekenen.” We zien conflicten en vluchtelingenstromen in Oekraïne, Wit-Rusland en andere voormalige Sovjetlanden. Zijn we terug bij af ? „Poetin had [de Wit-Russische president] Loekasjenko kunnen tegenhouden, maar hij deed het niet. In plaats daarvan keek Rusland tevreden toe hoe Loekasjenko vluchtelingen met leugens de grens met de EU over stuurde. Van hun kant bleken de Europeanen naïef en niet in staat om hun eigen Vluchtelingenverdrag toe te passen. Vluchtelingen die vanuit Wit-Rusland de grens overstaken, vertelden mij hoe zij door de Litouwse grenspolitie werden mishandeld. Qua reactie op deze crisis staat Europa er niet zo mooi op. Nu horen we weer allerlei oorlogsvoorspellingen rond Oekraïne. Ik wil erg graag geloven dat het niet zover zal komen, maar deze machthebbers zijn tot alles in staat, en Rusland is honderd procent schuldig aan wat er gebeurt.” Wat zou u tegen Poetin zeggen als u de kans nog eens kreeg? „Ik zou zeggen: jouw tijd is voorbij, ga weg.” U werd zelf geboren in een tijd van oorlog. „Geboren worden onder Stalin en sterven onder Poetin, wat dom van mij! Toen Poetin aantrad dacht ik: dit is mijn laatste president. Maar ik wil niet sterven onder Poetin, ik wil zien wat er verder gaat gebeuren met dit land.”
Navalny is een xenofoob en een nationalist, maar ook een slachtoffer van het regime. Ik zal het daarom voor hem opnemen
Hou de „MOOD“ er in.
3-zits model MOOD in Ploegstof v.a. € 2850,-
U denkt na over duurzaam en prefereert tijdloos design boven trendy. Dan weet u dat Perida al meer dan een eeuw precies dát soort banken maakt. Showroom: design centrum Haarlem, Stephensonstraat 31, 2014 KB Haarlem. maak veilig een afspraak. p e r i d a . n l
Bij de makers zelf zit je goed!
WINTERSPORT
SCANDINAVIË
DE PISTES ZIJN OPEN!
Elke zondag vanaf Groningen Airport
Bel 050-3136000 of kijk op www.bbi-travel.nl/groningen-airport-eelde
WWW.TWENTSVEILINGHUIS.NL
K
a
m
a
l
a
HARRIS
PROFIEL
vicepresident VS
Te�k�s�t Bas�Blokker I�l�l�u�s�t�ra�t�i�e Siegfried Wo�l�d�h�e�k
HET JAAR WAARIN KAMALA HARRIS VERDWEEN Ze ging door drie glazen plafonds tegelijk, maar verpieterde in haar eerste jaar als vicepresident. Het Witte Huis lijkt inmiddels anderen klaar te stomen voor 2024.
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
59
W
at een malle baan heeft de Amerikaanse vicepresident. Een soort kloon, in winterslaap tijdens een interstellaire reis in een sciencefictionfilm: alleen wakker maken indien het origineel het begeeft. Hij, of zij, moet dicht bij de standpunten van de president blijven en kan niet te opzichtig een eigen rol zoeken, anders denkt de president nog dat hij een vervanger heeft met ongezonde ambities. Op foto’s staan vicepresidenten doorgaans bij de gordijnen als de president spreekt. Grijze mannen, de handen voor het kruis, in een waakstand, waar bijna een halve eeuw geleden voor het laatst eentje uit werd opgewekt: Gerald Ford die de aftredende president Nixon moest vervangen. Hoe anders leek de huidige vicepresident bij de inauguratie op 20 januari dit jaar. Zij – daar begint het al – droeg een paarse jas over een paarse jurk en ze was niet alleen de eerste vrouw die dit ambt aanvaardde, maar werd ook de eerste Afrikaans-Amerikaanse, de eerste Aziatisch-Amerikaanse vicepresident. Kamala Harris was een historische icoon voordat ze één voet in haar kantoor had gezet. Al die onderscheidingen kwamen al snel als molenstenen om haar nek te hangen. Want hoe kan ze die dienstbare functie vervullen, hoe kan ze de president vertrouwelijk adviseren, als de zoeklichten permanent op haar gericht staan? Van links, omdat die het geweldig vinden dat Harris drie glazen plafonds tegelijk heeft doorbroken. Van rechts, omdat ze daar zeker menen te weten dat president Biden (79) nog maar weinig hartslagen te leven heeft en Harris dus op enig moment president zal worden. Of het de druk is, of een gebrek aan politieke successen: feit is dat de goedlachse vrouw die in januari de eed aflegde en aanvankelijk telkens samen met Biden optrok binnen een jaar is afgebladderd en goeddeels is verdwenen uit het openbare leven. De streepjesgrafieken op de website die vanaf haar aantreden alle publieke optredens van Harris bijhoudt en uitsorteert, worden dunner en dunner. Vooral opvallend: de categorie ‘optredens met Biden’ gaat van een heleboel dikke strepen in het begin naar enkele iele streepjes vanaf augustus.
Tot in haar vezels een jurist Harris (57 jaar, met een activistische Indiase moeder en een activistische Jamaicaanse vader die elkaar op de universiteit van Berkeley leerden kennen) marcheert na haar rechtenstudie vastberaden op door het justitieel apparaat van Californië tot ze hoofdofficier van justitie is. In haar autobiografie, The Truths We Hold (2019), schrijft ze dat ze het systeem, dat zwarte Amerikanen te vaak benadeelt, van binnenuit wilde hervormen. Critici wezen erop dat de naar eigen zeggen progressieve Harris als topvrouw van het openbaar ministerie buitenproportioneel veel zwarte mannen tot celstraffen had veroordeeld, vaak voor geen grotere overtreding dan drugsgebruik. Het begin van haar verhouding met Doug Emhoff, nu de eerste First Gentleman in de geschiedenis, laat zien hoe ze tot in haar vezels jurist is. Van een vriendin kreeg ze de aanbeveling: „Hij is leuk en partner bij zijn advocatenkantoor.” Na drie afspraakjes wisten de twee dat ze elkaar echt leuk vonden. Dus, schrijft Harris, „besloten we overeen te komen onszelf voor zes maanden aan elkaar te verbinden en aan het eind daarvan onze verhouding te evalueren”. In 2017 werd ze senator voor Californië. In de Senaat bouwde ze snel een reputatie op als scherpe ondervrager, een aanklager haast, bij hoorzittingen en benoemingssessies. Haar vragenvuur bracht Trumps voorgedragen minister van Justitie, Jeff Sessions, tot een gestameld: „U maakt me nerveus.” Haar scherpte schonk Harris bekendheid en op basis daarvan waagde ze al na één termijn de sprong naar het presidentschap. Bij de Polk County Steak Fry in september 2019, een grote picknick in Iowa, waar de Democratische presidentskandidaten zich plegen te presenteren, stond Harris met haar jonge aanhang te swingen bij de drumband. Het verschil in energie tussen haar en de broze kandidaat Joe Biden was daar pijnlijk duidelijk. Tweeënhalve maand later stapte ze uit de race, nog voor de eerste voorverkiezing. Ze had geen geld meer. In de peilingen had ze één klein piekje beleefd, daarna was ze naar de onderste regionen gezakt. Dat piekje viel samen met haar optreden in een van de tv-debatten voor de Democratische kandidaten. Daar viel ze Joe Biden hard aan op een heel oud standpunt over het schoolbusvervoer voor zwarte kinderen. „Ik weet dat je geen racist bent, maar…”, zo begon Harris haar aanval. „Wat een godvergeten hoop bullshit”, vloekte Biden na afloop zachtjes tegen Pete Buttigieg, een van de andere kandidaten. Hij vreesde voor zijn zorgvuldig gekoesterde imago als kampioen van de Afrikaans-Amerikaanse kiezers. Deze campagneaanval uit juni 2019 kon wel eens de sleutel zijn om de dynamiek tussen Biden en Harris in 2021 te begrijpen. Spanning tussen twee belangrijke politici die moeten samenwerken is onvermijdelijk. De president en zijn team zullen altijd wantrouwig zijn ten aanzien van de ambities van de vicepresident. De vicepresident en haar team moeten alle zeilen bijzetten om dat wantrouwen weg te nemen. Dat Harris haar partijgenoot omfloerst als racist aanmerkte, zijn ze bij team-Biden nooit vergeten. De meeste vicepresidenten hebben zich keurig ondergeschikt gemaakt aan de president. De vorige vicepresident, Mike Pence, is hiervan het droevigste voorbeeld. Zelfs nadat aanhangers van Donald Trump het Capitool hadden bestormd en daarbij loeiden „Hang Mike Pence op!” bleef hij loyaal aan de president. Beruchte uitzondering is Dick Cheney, de vicepresident van George W. Bush, die vooraf enkele beleidsterreinen voor zichzelf opeiste en zo de Verenigde Staten de omstreden oorlog tegen terreur en de nog meer omstreden invasie van Irak binnen leidde. Maar Cheney was in een ander opzicht juist een heel typische 21ste-eeuwse vicepresident. Net als Biden onder Obama en Pence onder Trump was Cheney de Washingtonse insider die een daar minder ervaren president bijstond. De rolverdeling tussen Harris en Biden is precies omgekeerd. Biden is de ultieme insider met zijn zes decennia omspannende ervaring in de landelijke politiek. Harris is precies twee jaar senator geweest toen haar presidentscampagne begon. Ze heeft op Capitol Hill geen netwerk van betekenis opgebouwd en dat lijkt haar als vicepresident op te breken. Dit geeft extra voeding aan de gedachte dat Harris door Biden vooral is uitverkoren met het oog op de presidentsverkiezingen van 2024. Hoewel hijzelf beweert dan opnieuw kandidaat te willen zijn, wordt gezien zijn hoge leeftijd verwacht dat hij er tegen die tijd van zal afzien. Door Harris in een zichtbare positie te brengen leek Biden haar als het ware een voorsprong te willen geven op andere potentiële Democratische kandidaten. Van die voorsprong is niet veel over. Peilingen over Harris’ (im)populariteit vertonen sinds maart een steile trend omlaag. Van 50 procent goedkeuring is ze gedaald naar krap 40 procent. Een columnist had daar een simpele verklaring voor: „Wat er gebeurd is met Kamala Harris, is dat ze vicepresident is geworden.” Ook Biden en Pence zakten in hun eerste jaar als vicepresident drastisch in de po-
Op allebei haar dossiers, het kiesrecht en migratie, heeft ze niet veel vooruitgang geboekt pulariteitspeilingen. En de rapportcijfers van president Biden zijn dit jaar even snel gedaald. Maar er zit een hardnekkige kloof tussen de iets hogere cijfers van Biden en de iets lagere van Harris, en de vraag is: hoe komt dat? De LA Times, een krant uit haar thuisstaat Californië, houdt alle peilingen over Harris systematisch bij. Daaruit valt af te lezen dat zij het extra slecht doet bij mannen (35 procent positief tegenover 50 procent van de vrouwen) en bij witte Amerikanen (36 procent positief ten opzichte van 41 procent onder alle ondervraagden). Tijdschrift The Atlantic had in augustus zijn conclusie al getrokken: „De simpelste verklaring voor het verschil in populariteit tussen Biden en Harris is seksisme en racisme.” Het valt niet te ontkennen: de persoonlijke aanvallen op Harris in rechtse media staan ból van seksisme. Op Newsmax, de zender die zichzelf graag rechts van Fox News plaatst, vrat de presentator zich in maart op over een opvallende eigenschap van de vicepresident. „Wat is dat toch met dat gekakel van Harris”, vroeg hij. „Ik dacht: op wie lijkt die vrouw nou? En toen wist ik het ineens...” Intussen werden beelden getoond van lachende filmheksen uit The Wizard of Oz en Sneeuwwitje. „Kakelende Kamala is de Wicked Witch of the West!” Maar de ik-lach-me-slap-lach van Harris is niet alleen rechtse witte mannen opgevallen. In januari 2019, toen iedereen wachtte op de aankondiging dat ze zou meedingen naar het presidentschap, werd Harris geïnterviewd voor een volle zaal in Washington – een thuispubliek voor iedere Democraat. Vrijwel elk antwoord dat ze gaf, elke anekdote die ze vertelde, ging vergezeld van haar bulderende lach. Na afloop zeiden twee bezoeksters tegen elkaar: „Leuke vrouw, hoor. Maar geen president.”
‘Gebrek aan zelfvertrouwen’ Vanaf de zomer verschijnen in de pers, rechts én links, steeds vaker negatieve verhalen over haar. CNN en The Washington Post, bepaald geen media met een vooringenomenheid tegenover Democratische politici, zochten de entourage van Harris op, ook uit de tijd dat ze hoofdofficier en senator was, en medewerkers van Biden. Daaruit doemt het beeld op van een vrouw die zich niet goed inleest in dossiers en die de verantwoordelijkheid voor de fouten die daaruit voortvloeien, afwentelt op haar medewerkers. „Je moet je bij Kamala een constante stroom van vernietigende kritiek laten welgevallen en daarbij nog omgaan met haar gebrek aan zelfvertrouwen”, zei een anonieme ex-medewerker in The Washington Post. „Toxic”, is het woord dat Amerikanen daarbij gebruiken. De eerste hogere medewerkers stapten al na enkele maanden op. Begin deze maand werd in de Amerikaanse media het vertrek van nog eens vier belangrijke medewerkers van de vicepresident gemeld. In diezelfde artikelen nemen sommige medewerkers het ook op voor hun baas. Ze klagen over het gebrek aan steun en rugdekking vanuit de West Wing, het kantoor van de president. John Zogby, een ervaren politieke analist, beaamt dat desgevraagd. „Het helpt niet dat het Witte Huis de nadruk op haar fouten legt.” Medewerkers van Biden klagen, ook al anoniem, in de pers over een gebrek aan focus bij de vicepresident en over de publicitaire fouten die ze heeft gemaakt. Toen een student tijdens een discussiebijeenkomst op een universiteit in Virginia betoogde dat Israël zich schuldig maakt aan etnische genocide, weersprak Harris hem niet; ze knikte alleen maar. Biden heeft zijn vicepresident twee belangrijke dossiers toebedacht: het kiesrecht, dat sinds de loze beschuldigingen van Trump over verkiezingsfraude op de korrel wordt genomen door Republikeinse politici, en de toeloop van (economische) vluchtelingen op de zuidgrens. Op beide dossiers heeft ze niet veel vooruitgang geboekt. Bidens kieswet ligt onderop een stapel in het Congres – waar Harris met haar gebrek aan netwerk weinig beweging in weet te krijgen. Het andere dossier is nog schadelijker voor haar imago. Het jaar 2021, waarin Harris verantwoordelijk was voor de aanpak van de „kernoorzaken” van migratie, heeft een recordaantal illegaal overstekende migranten gezien. Ze is eenmaal naar Guatemala gereisd om te praten over de bestrijding van armoede, corruptie en onveiligheid. Maar sinds augustus heeft ze geen publieke optredens meer gehad die verband houden met dit dossier, volgens de website die dit bijhoudt. „De belangrijkste medewerkers in de West Wing hebben hun handen goeddeels van vicepresident Harris afgetrokken”, berichtte CNN in november. Harris’ verpietering geeft potentiële rivalen voor 2024 moed. „Het Witte Huis lijkt Pete Buttigieg te pamperen”, zegt John Zogby. Buttigieg, jong, homoseksueel en als burgemeester van een middelgrote stad een onwaarschijnlijke, maar verrassend sterke presidentskandidaat in 2020, is minister van Transport en heeft daar een heerlijke portefeuille aan. Biden loodste deze herfst een grote infrastructuurwet door het Congres en sindsdien kan Buttigieg overal waar hij komt, investeringen beloven. In hetzelfde CNN-stuk vingen de verslaggevers van medewerkers van Harris én van Biden een opmerkelijk scenario op: Biden zou Harris willen voordragen zodra er een zetel aan het hoogste gerechtshof vrijkomt. Het is onwaarschijnlijk, want de vicepresident is gekozen door de Amerikaanse kiezers en kan niet worden ontslagen. Maar het is slecht nieuws voor Harris dat medewerkers van de president zich vrij voelen om zulke speculaties met de pers te delen.
ILLUSTRATIE�ANNE�VAN�DEN�BOOGAARD
SPORT
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
61
CAROLINA�TRUJILLO Schrijver en columnist
Zegt het ene luxepaardje tegen het andere
H
et was wederom geen makkelijk jaar voor de topsport. Kampioenschappen dreigden steeds te worden afgelast of werden zonder publiek gespeeld. Zelfs de Olympische Spelen, het vierjaarlijkse wereldbal voor de koningen en koninginnen van de fysieke mogelijkheden, moesten zonder toeschouwers worden afgewerkt. Dit legde wel bloot dat topsporters het allemaal in ieder geval niet doen om het aanwezige publiek in vervoering te brengen. Als dat zo was hadden ze gezegd: ‘laat maar zitten, zonder live publiek heeft het geen zin, cancel die hap, we gaan wel iets anders doen’. Dat gebeurde niet. Er werd zelfs gestreden om ook zonder publiek aan de andere kant van de wereld tienden van seconden onder tijden te mogen duiken. Topsporters doen het kennelijk voor zichzelf en wat ze doen is vrij nutteloos. Begrijp me niet verkeerd, met de activiteiten waarmee ik mijn brood verdien, boekjes schrijven en cartoontjes tekenen, kun je ook geen bloedingen stelpen. Maar bij ons, en dan heb ik het over de creatieve sector, is altijd meer dan duidelijk dat we nietsnutten zijn. We worden subsidietrekkers, hobbyisten – al dan niet links – en luxepaardjes genoemd. Een van onze ministers liet ons zelfs weten dat het live werk van de sector te vervangen was door een dvd’tje op te zetten. Tegen de voetballiefhebber die de wedstrijd van zijn club moest missen, werd niet gezegd dan maar naar het EK van ’88 te kijken. Topsporters worden vaak helden genoemd, regeringsleiders behangen hen met edelmetaal, commentatoren gillen primetime dat ze uniek zijn, onverslaanbaar en magnifiek. Fans hijsen ze op schilden en varen ze door grachten, maar in de supersandwich van crises waar we ons in bevinden corona-, woning-, stikstof-, vertrouwens- en klimaat-, heeft niemand wat aan een topsportprestatie. De samenleving heeft dokters nodig en verplegers, handen aan bedden, onderwijzers, kinderopvangers, vakkenvullers, wetenschappers, chauffeurs en mensen die voetafdrukken verkleinen. Topsport redde geen mensenlevens, maakte niemand beter en oogstte geen granen. Wel zorgde het voor meer uitstoot, meer vluchten en meer besmettingen. In de spiegel van de lockdown moet topsport haar nutteloosheid zijn tegengekomen. De technisch directeur van NOC*NSF overschreeuwde die waarheid aan het begin van de pandemie door het maatschappelijk belang van topsport te bezingen. Hij roemde de YouTube-filmpjes met nuttige oefeningen die onze topsporters hadden opgenomen en de koelvesten die de sector aan ziekenhuizen had aangeboden. Dat was dan zo’n 54 miljoen euro, ruwweg het bedrag dat de topsport in Nederland jaarlijks toegeschoven krijgt, exclusief de hele infrastructuur met centra als Papendal en sporthallen waar woningzoekenden en vluchtelingen alleen van kunnen dromen. De teruggekeerde Olympiërs kregen in tijden van corona alsnog een huldiging, ze werden behangen met ridderordes en gingen eten bij de koning. De beste landgenoten uit andere sectoren, welke ook, krijgen al die aandacht niet. Van hen worden de prestaties ook niet op zenders tot aan de horizon uitgezonden en paginabreed in kranten gedrukt. Op de coronaregels werd voor topsport geregeld een uitzondering gemaakt. Topsporters werden met voorrang gevaccineerd, mochten nog steeds vliegen en behielden toegang tot sportfaciliteiten. Afgunst, zult u nu wel zeggen. Vind ik best, maar dat neemt niet weg dat de topsport wel een toontje lager mag zingen. Topsport brengt plezier en saamhorigheid, krijg ik vaak te horen als argumenten tegen dit betoog. Ik had veel plezier van mijn drie wietplanten en toch heeft oom agent mij gesommeerd ze te verwijderen, waarmee ik wil zeggen dat ergens plezier aan
beleven geen argument is waar je ver mee komt in dit leven. De saamhorigheid was ver te zoeken in dit jaar van tweespalt en stadsrellen. Saamhorigheid waar we van zouden moeten barsten gezien onze dure topsportsector en ons onbetaalbare koningshuis dat zogenaamd diezelfde functie vervult. In tijden van crisis, waarin zwakkeren vechten voor hun leven en sterkeren vechten voor die zwakkeren en anderen die strijd saboteren en weer anderen die saboteurs tot rede moeten brengen, kun je een bal nog zo virtuoos raken of een baan nog zo magistraal snel afleggen, je hoeft niet te denken dat je echt iets kan. Toch maakt de samenleving de topsport wijs dat ze een alleskunner is en valt het applaus dat zorgmedewerkers in het begin kregen in het niet bij de lof die we permanent voor topsporters overhebben. Zelfs als het belangrijk is om mensen plezier te brengen of negentig minuten lang een gevoel van saamhorigheid te geven, dan nog zou topsport zich niet moeten laten wijsmaken, ook niet wanneer allerlei hoogwaardigheidsbekleders haar met medailles volhangen, dat haar kunstje belangrijker is dan een weerloos lichaam in een bed omdraaien, een oma haar boodschappen brengen of over een kind waken. Topsporters zijn – net als kunstenaars – decoraties op een schip dat brandend vaart.
In de spiegel van de lockdown moet topsport haar nutteloosheid zijn tegengekomen Ik wacht op de atleet die ‘ho eens even’ zegt wanneer een hoogwaardigheidsbekleder selfies met hem komt nemen met een huldiging als excuus. ‘Ho eens even. Waarom al deze poeha voor ons, en niet voor de mensen die de boel echt bij elkaar houden. Waarom geen medaille voor de beste docent, met een sponsordeal, een sponsorauto en een gratis parkeerplek erbij? Waarom slepen we dit podium waar ik op moet staan niet naar een bejaardentehuis? Waarom zetten we het niet naast een bushalte waar werkende mensen elke dag vertrekken, waardoor wij, de spelende mensen, door kunnen blijven spelen?’ Ik wacht op de atleet die zijn president een medaille teruggeeft en zegt: ‘Doe effe normaal man.’ Ik wacht op de topsportheld die topsport met de grond gelijk relativeert, die gepikeerd zegt: ‘Til een paar bakkers op dat podium, of een paar van die virologen die de mafklapperbevolking waartoe we behoren al ruim een jaar proberen uit te leggen dat het verstandig is een vaccin te nemen als er een virus rondwaart.’ Een jaar lang zoiets simpels uitleggen, dan heb je ballen van goud – excuus, maar zo zeg je dat in Uruguay, waar ik vandaan kom, als iemand buitengewoon geduldig is. ‘Geef hun medailles, vaar hen door de grachten, verkoop shirts met hun namen erop.’ Die topsporter, daar wacht ik op. In een land waar het als deugd wordt gezien om niet met je kop boven het maaiveld uit te steken, zou topsport, en vooral haar fans, enige nederigheid sieren. Niet de nederigheid van topsporters onderling, daarmee zit het wel goed, maar nederigheid tegenover de rest van de samenleving. Terwijl van alles dicht moest, bleek er steeds een opening te vinden voor grote topsportevenementen. Toen het de amateurs tegen het einde van het jaar onmogelijk werd gemaakt ’s avonds te sporten, is de topsport niet voor hen opgekomen. In tijden van crisis komt de ware aard boven en als topsport ons het afgelopen jaar een ding liet zien, is het dat zij de verwende dochter van de mensheid is.
Ik kan enorm genieten. Al die mannekes met hun dromen. Je ziet het in hun ogen
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
63
VAN EGOTRIPPERIJ moet ik
Hoe ziet dat eruit: Erik ten Hag die maximaal feest viert? Hij grinnikt. „Dat is privé, hè. Maar het mooiste is als het spontaan gebeurt in de stad. Vroeger. Nu kan dat niet meer. Ieder mens zal z’n momenten hebben dat-ie buiten zichzelf treedt, maar in deze tijd van social media brengt dat risico’s mee.” Mensen oordelen? „ Ze veroordelen.” Het klinkt alsof u daar ervaring mee heeft. Hij slaat zijn armen over elkaar. „Om je maximaal te kunnen geven moet je je hart laten spreken. Maar uiteindelijk moet je terug naar de ratio. Ik moet mijn autoriteit als coach bewaken. Als mijn autoriteit weg is, is alles weg.” Daar bent u zich te allen tijde van bewust? Hij knikt. Op wat voor manier ontspant u zich nog meer? „Ik golf, loop hard, fiets, wandel. En ik krijg heel veel energie van mijn gezin. Mijn vrouw en kinderen zijn het allerbelangrijkste voor mij. Twee van onze drie kinderen zijn uit huis, maar ze komen nog heel vaak langs. We zitten met z’n allen op een familieapp. Gaat het goed met hen, dan gaat het goed met mij.”
ERIK�TEN�HAG Trainer Ajax
NIETS HEBBEN Het ging Ajaxtrainer Erik ten Hag dit jaar sportief voor de wind. Wel kreeg hij te maken met enkele misstappen van spelers. ‘Ik moet toegeven dat dat mij verdriet heeft gedaan.’ Tekst�Danielle Pinedo�Foto�Daniel�Niessen
Z
ijn moeder vertelde dat hij als zevenjarige eens thuiskwam na een lange dag voetballen. Hij kon nauwelijks op zijn benen staan, gaf over van vermoeidheid. Wat bleek? Hij had drie wedstrijden achter elkaar gespeeld omdat ze steeds een speler tekortkwamen. Erik ten Hag stak elke keer zijn vinger op. „Bezeten”, „maniakaal”. Zo kwalificeren kenners de Ajax-coach die dit seizoen in de Champions League alle groepswedstrijden won en vorig seizoen de landstitel en de beker won. Iemand die van zijn spelers ook het uiterste vergt. Ten Hag (51), eerder trainer bij FC Utrecht, spreekt zelf liever van het ‘totale mens-principe’, al vindt hij het pretentieus die door collega Louis van Gaal bedachte term over te nemen. Maar toch, zegt hij in een Amsterdamse sportkantine, dát is hoe hij het vak benadert. Hij verdiept zich in het functioneren van zijn spelers op basis van talent en karakter. Wat vindt u zelf dat die anekdote van uw moeder over u zegt? „Dat ik gedreven ben. Als je niet gedreven bent, kun je nooit succesvol worden in deze sport – noch in de rest van het hele leven.” Daar was u zich als zevenjarige al van bewust? „Nee. Ik voetbalde als jongen omdat ik dat het mooiste vond wat er is. Die onbezorgdheid... heerlijk. Ik kan de trainers en spelers uit mijn kindertijd zo uittekenen – en hoe we in de kleedkamer zaten, op het trainingsveld stonden, ons in wedstrijden gedroegen. Ik heb vele gelukkige momenten gekend, maar gelukkiger dan in mijn kindertijd ben ik nooit geworden.” Denkt u daaraan terug als u die jonge Ajacieden hier rond ziet lopen? „Ik kan enorm genieten. Al die mannekes met hun dromen. Je ziet het in hun ogen. De glinstering, het plezier. Hoe ze in het leven staan. Dat ze avonturen beleven met elkaar. Als je ouder wordt, groeien je vrijheden, maar ook je verantwoordelijkheden. Hoe groter de club, hoe groter je verantwoordelijkheden als coach.” Ervaart u dat ook als een last? „Dat niet. Ik focus mij op de zaken die ik kan beïnvloeden, de rest laat ik vrij makkelijk los. Voetbal is een complexe sport. Het gaat niet alleen om tactiek en techniek, maar ook om fysiologische en sociaal-emotionele processen. Een enorm pakket. Gelukkig kan ik zaken delegeren aan mensen die ik vertrouw. Aan hen vraag ik feedback: doe ik het wel goed? Ik verzamel geen jaknikkers om mij heen.” Uw vader zei: alleen met canaval gaat Erik los. „Er zijn meer momenten. Als ik feest, vier ik feest. Ook dát doe ik optimaal en maximaal. Alleen vrienden kennen die kant van mij. Ik heb een aantal heel lange en hechte vriendschappen. Mensen op wie ik altijd terug kan vallen.”
Uw broer Rico vertelde dat uw vrouw een van de weinigen is met wie u vertrouwelijke zaken bespreekt. „Mijn vrouw kan goed luisteren en is voor mij een uitlaatklep. Ze heeft niets met voetbal, kijkt alleen mijn wedstrijden, maar kan bepaalde aspecten goed doorgronden. Als het even kan laat ik met haar de hond uit. Niet vaak genoeg helaas.” Want u werkt zeventig uur per week. „Dat zou kunnen, ik tel de uren nooit. Ik vind het leuk wat ik doe. Vooral om het maximale uit spelers te halen. Naast hun kwaliteiten kijk ik vooral naar hun karakter, gedrag. Maar ook: zijn ze getrouwd, hebben ze kinderen, hoe is het met de gezondheid van hun naasten? Voetbal is belangrijk, maar er zijn belangrijker zaken: de geboorte van je kind, de ziekte van een ouder, een vriend die hulp nodig heeft. Ik verwacht volledige overgave van spelers, maar vind het normaal dat ze op belangrijke momenten alles laten vallen. Ik meng me niet onnodig in hun privéleven, maar als dat invloed heeft op hun spel, informeer ik daar zeker naar.” Dit jaar ging het Ten Hag sportief voor de wind, maar buiten het veld kreeg hij te maken met tegenslag. Spits Quincy Promes is verdachte van een steekpartij en wordt vervolgd voor poging tot doodslag. Keeper André Onana werd geschorst na een positieve dopingtest. En de duurste aankoop van Ajax ooit, Sébastien Haller, werd door geblunder niet ingeschreven voor Europees voetbal. De faux pas met Haller daargelaten: hoe kan het dat een coach die zich zó in zijn spelers verdiept, werd overvallen door de misstappen van Promes en Onana? „Wat er met hen is gebeurd, lag buiten mijn macht. Je hebt met mensen te maken, niet met robots. Mensen maken fouten en hebben onvolkomenheden. Je probeert dingen voor te zijn als coach, maar dat lukt niet altijd.” U rekent zichzelf niets aan? „Nee. Quincy ken ik al langer, die is onder mijn ogen volwassen geworden. Zijn verantwoordelijkheden werden groter, hij kreeg een vrouw en kinderen. Natuurlijk praat ik met hem over allerlei aspecten van het leven, maar uiteindelijk maakt hij zijn eigen afwegingen en keuzes.” Keuzes met grote gevolgen, ook voor het team. „Zeker. Zijn vervolging doet het imago van het team geen goed, de schuldvraag even daargelaten. En het team moet ik beschermen. Hetzelfde geldt voor Onana, al is zijn fout van een totaal andere orde. Ik hoop dat beide spelers hebben geleerd van hun fouten en die lessen meenemen in hun verdere carrière en leven.” Wat heeft ú ervan geleerd? Hij denkt even na. „Hoe belangrijk transparantie is. Ik vind dat we beide kwesties goed hebben aangepakt.” Onana werd bij de Europese voetbalbond en sporttribunaal CAS ondersteund door een juridisch team van Ajax, Promes bleef hangende zijn zaak volwaardig lid van de selectie. „Maar ik moet toegeven dat het mij verdriet heeft gedaan. André en Quincy moeten de consequenties aanvaarden, maar ik had beiden een grotere bijdrage aan Ajax gegund.” U klinkt soms wat vaderlijk als u over uw spelers praat. „Soms bén ik ook een vader voor het team. Sommige spelers zijn heel jong, die moeten keuzes maken met grote impact. Ik kan alleen de norm aangeven en die bewaken. Als een speler niet eerlijk is grijp ik hard in. Ook van verheven gedrag of egotripperij moet ik niets hebben.” Voorbeelden geeft hij niet, zegt Ten Hag, want dan beschadigt hij imago’s. Ook spelers die zich aan dit soort dingen bezondigen verdienen elders een tweede kans. Over imago’s gesproken: in uw beginjaar bij Ajax werd u bespot om uw Twentse accent en uw uiterlijk – voetbalcommentator Johan Derksen noemde u eens een „tuinkabouter”. Nu geldt u als meesterbrein. Wat doet dat met een mens? „Om je tegen dit soort ‘aanslagen’ te verweren heb je verdomd veel eelt nodig op je ziel. En dat geldt ook voor mijn directe omgeving, de mensen die mij lief hebben. Wie daar niet tegen kan, is niet geschikt voor deze job. Ik probeer altijd te bedenken waarom iemand iets zegt, wat zijn belangen zijn. Voetbalanalisten geven geen kwalificatie van mij, het gaat om hun broodwinning. En je moet je ook inleven in de Nederlandse cultuur. Nederlanders zijn heel goed in afzeiken.” Dat gezegd hebbende: wordt het niet eens tijd voor een overstap naar het buitenland? Er wordt volgens internationale media behoorlijk aan u getrokken. „Ik kan en wil niet bezig zijn met mijn toekomst als ik er bij Ajax alles uit wil halen. De club verdient mijn volledige aandacht.” Een mens mag toch dromen? „Zeker. Er komt een tijd dat Ajax en ik uit elkaar gaan. Dat kan een tijd duren, maar ook snel gaan, want je bent zo goed als je laatste wedstrijd. In Duitsland zeggen ze: Himmelhoch jauchzend, zum Tode betrübt. Daarom leef ik van duel naar duel.” Wie of wat bepaalt uw volgende stap? „Ik wil werken bij een organisatie met een duidelijke filosofie, haalbare ambities en integere mensen. Als ik dat idee niet heb, begin ik er niet aan. Het laatste wat ik wil is over mijn schouder kijken of ze niet in mijn rug schieten.”
Zo’n klein gebaar heeft blijkbaar heel veel meaning voor mensen
nrc
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
65
MENSEN BLIJVEN ME VRAGEN wat me
ABDI�NAGEEYE Marathonloper
BEZIELDE Abdi Nageeye behaalde zilver bij de marathon op de Olympische Spelen in Japan – en sleepte zijn vriend Bashir Abdi mee de finishlijn over. Een gebaar dat niet iedereen begreep. Tekst�Dennis Boxhoorn�Foto�Daniel�Niessen
D
e beste marathonloper aller tijden is al even gevlogen. Niemand had op zijn versnelling na dertig kilometer een antwoord. Hoewel, Abdi Nageeye (32) speelde heel even met de gedachte om achter Eliud Kipchoge aan te gaan. Zo sterk voelt hij zich op de laatste dag van de Olympische Spelen, in de straten van Sapporo, achthonderd kilometer ten noorden van de Japanse hoofdstad Tokio. Fysiek kan het. Maar hij durft niet. In zijn doelenboekje staat in kapitalen: ‘MEDAL’. Daar heeft hij nu uitzicht op. Als hij de achtervolging inzet zou hij zich uitputten, kunnen „ontploffen”. En dus vindt hij zichzelf na 38 kilometer hardlopen in de vochtige hitte terug in een groepje van vier. Een van die vier is Bashir Abdi, net als hij van Somalische komaf, maar uitkomend voor België. Bashir en Abdi zijn een maand na elkaar geboren in Mogadishu, de hoofdstad van Somalië, en allebei naar Europa gevlucht op zoek naar een leven vrij van geweld. Abdi kwam op zijn zevende in Den Helder terecht, Bashir op zijn dertiende in Gent. Ze leerden elkaar kennen tijdens een internationale veldloop. Toen ze voor het eerst samen een trainingskamp organiseerden, deelden ze wegens geldgebrek wekenlang een eenpersoonsmatras in het appartement van een collega-loper, de een sliep met zijn hoofd naast de voeten van de ander. Sindsdien zijn ze bevriend. En nu lopen ze zij aan zij, vol in de race om het eremetaal. De laatste tijd trainden ze fulltime samen. Abdi voegde zich kort voor de Spelen bij de trainingsgroep van Bashir omdat hij onder zijn oude coach vaak last had van blessures. Hij is niet bang voor drastische keuzes. Sinds hij op zijn vijftiende voor de tweede keer uit Somalië naar Nederland vluchtte – zijn geradicaliseerde halfbroer nam hem na zijn eerste vlucht mee naar Syrië en later naar een dorpje in Somalië – zorgt hij voor zichzelf. Niemand die hem nog kan vertellen wat goed voor hem is. Tijdens het laatste trainingskamp in het Franse skidorp Font-Romeu, op tweeduizend meter boven zeeniveau, werd Abdi aanvankelijk door Bashir op een ronde achterstand gelopen. Ze deden er sessies die Abdi helemaal niet gewend was. Sneller en korter, om met verzuring vertrouwd te raken, en altijd over hetzelfde parcours rond Lac de Matemale, op een zachte ondergrond. Meestal liepen ze heen en weer, ook bij lange duurlopen van dertig kilometer. Gekmakend. Voorheen zocht Abdi in Iten, Kenia, de mooiste paden uit. De achterstand op Bashir liep hij in zes weken in. Hij trok zich aan hem op en wist zeker: zonder zijn maatje was hij nooit zo sterk geworden.
Ballonnenbenen Eenmaal in Japan maakt Bashir op Abdi een nerveuze indruk. Hij heeft last van jetlag, slaapt de nacht voor de marathon maar twee uur. Dat overkwam Abdi vijf jaar geleden in Rio de Janeiro. Het leverde hem ‘ballonnenbenen’ op, die leegliepen tijdens de wedstrijd. Hij eindigde als elfde. In de jaren daarna doet Abdi zichzelf nog meer dan eens tekort, vindt hij. Zijn
internationale doorbraak had in 2018 moeten komen, tijdens de Boston Marathon. Hardlopen ging als vanzelf die dag, toen de regen striemend neerkwam bij amper vier graden boven nul. Na dertig kilometer passeerde hij een viaduct, zij aan zij met de winnaar van een jaar eerder. Tot dan toe voelde het als joggen. Hij keek achterom. Niemand meer. Dit was zijn dag, hier zou hij zijn naam vestigen. Tot die pijnscheut. Pats. Alsof iemand een schaar in zijn onderbeen zette. In zijn rechterhamstring zaten twee scheuren en sindsdien is dat zijn zwakke plek. Vaak heeft hij de indruk dat er luchtbelletjes door zijn hamstring pruttelen. Het tintelt soms zo hard dat hij het denkt te kunnen hóren. Al verzekert de fysiotherapeut hem dat alles oké is, zijn hamstring vertrouwt hij niet meer. Maar in aanloop naar Sapporo voelt hij een vastberadenheid die hij kent van eerder in zijn leven. Toen hij aankwam bij zijn halfbroer Mohammed in Den Helder, in een mum van tijd Nederlands leerde, zijn draai vond in een klas met kinderen die niet reeds door het leven waren getekend. Of toen hij voor zijn tweede vlucht uit Somalië geld en een kalasjnikov stal om te kunnen overleven, al werd hij erom verguisd door zijn familie. Op het zwaarste stuk van de marathon oogt Abdi nog een stuk frisser dan Bashir, die twee koppen groter is. Bashir is zo moe dat zijn schedel een beetje naar achteren valt bij elke pas, als een wiebelpoppetje op een dashboard. Zijn ogen staan hol. Abdi lijkt zich hyperbewust van alles wat er gebeurt. Je ziet het aan de manier waarop hij naar de drinkposten langs de weg loopt. Gedecideerd giet hij flesjes water leeg in zijn nek. En hij zuigt tot de laatste kilometers aan een bidon met sportdrank. Om die te pakken moet hij even uit het treintje. Zes meter, meer mag zijn achterstand niet worden. Hij voelt zich hebberig deze augustusdag, een vechter. Als de vier het bordje met 39 kilometer passeren, voelt Abdi al dat hij zilver gaat winnen. „Van binnen was ik aan het lachen. Ik dacht: van mij mogen we nu al gaan sprinten.” Het maakt niet uit dat de Keniaan Lawrence Cherono nog twee keer versnelt. Abdi blijft zo dicht achter hem dat hij moet oppassen hem niet op de hielen te trappen. Bashir kan niet meer en zakt weg. Maar dan begint Abdi naar zijn vriend te zwaaien. „Kom mee Bashir”, roept hij hem toe. „Kom mee!” Abdi heeft nog tijd en energie om zijn hemd in zijn broek te stoppen, zodat er niks fladdert tijdens de eindsprint. Hij kijkt een paar keer onrustig om en begint dan met zijn lange armen te wapperen, alsof hij windje mee wil creëren voor Bashir, die op zijn laatste benen loopt. Bashir sprint mee, aan een denkbeeldig elastiek, voortgetrokken door zijn trainingsmaat, vriend en lotgenoot. Als Abdi doorheeft dat hij tweede gaat worden en Bashir mee het podium op krijgt, gooit hij zijn armen in de lucht. Hij springt als een kleine jongen in de armen van Eliud Kipchoge, die al ruim een minuut aan de finish staat met de Keniaanse vlag om zijn schouders. Dan draait hij zich om en valt Bashir om de nek. Waar Abdi jubelt, gaat Bashir in de berm liggen, met een handdoek over zijn gezicht. Oververhit. Maar zie, nog geen half uur later staan ze beiden op het podium, twee mannen die als kind hun thuis ontvluchtten, aan de andere kant van de wereld de controle over hun leven herwonnen en nu laten zien wat broederschap is.
Alles is anders Na de Spelen loopt Abdi twee weken niet. Hij rust uit van de huldigingen in het tuinhuis van de familie Boeve in Oldebroek, het gastgezin dat hem opving in zijn tienerjaren. Dan voegt hij zich bij zijn vrouw en vier jonge kinderen in Eldoret, Kenia. Bashir traint door en loopt half oktober in Rotterdam een nieuw Europees marathonrecord: 2.03.36 uur, een tijd waar Abdi voorlopig alleen maar van kan dromen. Hij is blij voor Bashir maar het voert ook de druk op. Alles is anders na Sapporo. Niet langer kan hij als ‘silent killer’ in de anonimiteit van de subtop racen. Hij zegt bij de New York Marathon voor de winst te willen gaan, maar eindigt als vijfde. „Bashir liep onbevangen. Ik wil graag van hem weten hoe hij dat doet.” Abdi is ook voorgoed de man die in het heetst van de strijd een concurrent hielp, een unicum in de atletiek. „Mensen blijven vragen wat me bezielde”, zegt hij drie dagen na de New York Marathon in Nijmegen, in een vergaderzaaltje op het hoofdkantoor van Global Sports Communication, zijn management. „Ik had mijn medaille kunnen mislopen door Bashir zo aan te moedigen. Maar het overkwam me, in een flow. Zo’n klein gebaar heeft blijkbaar heel veel meaning voor mensen. Voor mij is het normaal. Ik heb gewoon het beste met anderen voor.” In zijn boek Abdi Nageeye, Atleet zonder grenzen lees je hoe Abdi zelf op beslissende momenten door anderen werd geholpen. Een vrouw in de Ethiopische hoofdstad Addis Abeba die hem dagenlang te eten gaf nadat hij in een vrachtwagen vol maïs langs roadblocks en warlords was geglipt; de Nederlandse zendeling Dirk-Jan van der Steen die vanuit Addis belde met Jos Boeve, ontwikkelaar in energiesystemen, die hem zomaar in huis nam. Zijn moeder was trots op zijn gebaar. „Voor de medaille had ze geen oog, de waarde daarvan snapt ze niet.” Maar ondanks haar trots vond ze het raar dat hij iemand hielp die uitkomt voor een ander land. Abdi had zo’n reactie wel verwacht. Hij vertelt over de stammenstrijd die Somalië decennialang verscheurde. „Als iemand van een andere madhhab is [islamitische rechtsschool], is samenwerking eigenlijk onmogelijk. Ik word bijna dagelijks verdrietig van Somalië.” Zacht: „Het is zo’n mooi land, met zulke goede mensen. Zo sterk, met een eigen wil, trots.” Direct na de Spelen werd Abdi’s moeder gebeld door Somaliërs die probeerden uit te zoeken tot welke stam hij behoort. Meerdere stammen claimden zijn succes. „Van mijn moeder moest ik daarom in de media mijn stam noemen. Dat heb ik natuurlijk niet gedaan. Zo krijg je nooit eenheid.” Toen Somalische journalisten doorkregen dat Bashir van een andere stam is, brak een rel uit op social media. Hoe hadden ze elkaar dan kunnen helpen? „Het grootste deel van het land vond het juist mooi, maar zoals altijd kreeg de negatieve minderheid de meeste aandacht.” In 2003 was Abdi voor het laatst in Mogadishu. Even buiten de stad heeft hij een lap grond waar hij hoopt ooit een huis te laten bouwen. Hij ziet zichzelf al over het strand lopen, in korte broek en op slippers. Hij heeft een stichting opgericht waarmee hij Somalië wil veranderen, te beginnen bij de diaspora en de jongeren. „Hen kan ik misschien wakker schudden.” Hij zou overal in het land atletiekbanen willen aanleggen, als „de godfather van de Somalische atletiek”. De eerste zou hij bouwen in een gebied waar hij níet vandaan komt. „Mensen met succes gaan altijd terug naar hun eigen dorp. Dan laat je zien dat je toch weer in stammen denkt.” Abdi wil het gesprek graag vrolijk eindigen. Hij kiest, zegt hij, voor de lichtheid van het bestaan. Dat heeft hij geleerd na de plotselinge dood van zijn halfbroer Ahmad, de enige van zijn familie die naar zijn wedstrijden kwam kijken. Daags na zijn dood zaten andere familielieden een potje te kaarten, terwijl hij kapot was van verdriet. Hij wilde weten waaraan Ahmad was gestorven, of hij zelf ook risico liep. Hij kwam erop uit dat God Ahmad nu eenmaal was komen halen. Het ging om aanvaarding van Zijn wil. „Ik ben zo dankbaar voor wat ik allemaal heb”, zegt hij. „Ik ben gekomen waar ik ben door het lot, door geluk, en doordat ik de dingen altijd snel doorhad. Vanaf mijn eerste wedstrijdje [de Van Bank tot Bank-loop in Heerde, gewonnen] voelde ik: something is going on here. Dit kan nog wel eens iets worden.” Over drie jaar wil hij in Parijs olympisch kampioen worden. Het staat al in zijn doelenboekje.
directie / management NRC biedt vacatures voor hoogopgeleid Nederland Op zoek naar een uitdagende baan? Hieronder vind je een overzicht van de meest actuele vacatures, bekijk het complete banenaanbod op nrc.nl/carriere
gebruik het referentie nummer van de vacature en vul het in als trefwoord op nrc.nl/carriere
accountancy de Haagse Hogeschool
Docent Accountancy
Den Haag
V47529
administratief KWPS via YER
Corporate Senior Management Assistant
Amsterdam
V47519
Technische Universiteit Delft
AI Initiative Programmasecretaris
Delft
V47565
beleid / bestuur
Gemeente Amsterdam
Teamleider Uitstootvrije Mobiliteit
Amsterdam
V47668
Gemeente Harderwijk
Teamleider Bestuur & Organisatie
Harderwijk
V47651
Gemeente Purmerend
Directeur Bedrijfsvoering en diensten
Purmerend
V47510
LUX via Colourful People
Manager bij arthouse LUX
Nijmegen
V47627
NOP Agrowind
Financieel Directeur
Espel
V47521
Stichting Carmelcollege
Teamleider mavo, Scholengemeenschap Canisius
Almelo
V47589
Universiteit Utrecht
Coördinator bedrijfsvoering departement Natuurkunde
Utrecht
V47538
Gemeente Huizen
Financieel adviseur
Huizen
V47496
Koninklijke Ahrend
Corporate Controller
Sint-Oedenrode
V47568
finance
Gemeente Bloemendaal
Beleidsmedewerker ruimtelijke ordening, wonen en regionale samenwerking
Overveen
V47650
Naturalis Biodiversity Center via Colourful People
Controller/ Manager
Leiden
V47694
Gemeente Leiden
Beleidsmedewerker Energietransitie
Leiden
V47618
Pensioenfonds Rail & OV
Controller
Utrecht
V47520
InteraktContour via Leeuwendaal
Bestuurder - InteraktContour
Nunspeet
V47632
Perfetti Van Melle via YER
Group Finance Planning & Reporting Manager
Schiphol
V47561
Provincie Zuid-Holland
Beleidsadviseur opdrachtgeverschap en financiën
Den Haag
V47674
Provincie Zuid-Holland
Toezichthouder Gemeentefinanciën
Den Haag
V47567
WerkPro via roel&jasper
Directeur-bestuurder
Groningen
V47690
Radboudumc
Financieel projectmanager
Nijmegen
V47622
Universiteit Utrecht
Onafhankelijke voorzitter (extern) voor de CII en drie externe leden
Utrecht
V47562
Tergooi
Businesscontroller
Hilversum
V47462
Havensteder via YER
Business Controller
Rotterdam
V47522
YER
Business Unit Controller
Gorinchem
V47481
consultancy !Woon via Colourful People
Adviseur Bewonersorganisaties
Amsterdam
V47480
Belastingdienst
Senior adviseur burgerinteractie & dienstverlening (schulden)
Utrecht
V47523
CAOP
(Senior) Adviseur SW
Den Haag
V47693
ALDI Business Services B.V.
HR Business Partner
Bleiswijk
V47672
Oost NL
Investment Manager
Apeldoorn
V47559
Arriva
Teammanager Trein Winterswijk
Winterswijk
V47507
Werkorganisatie HLTsamen
Senior Medewerker Onderwijshuisvesting
Hillegom
V47615
human resources
Volg ons via:
IT
RvC / RvB /RvT YER
IT Manager
Amsterdam
Zorggroep Apeldoorn via Governance Search
V47479
juridisch
Lid Raad van Bestuur
Apeldoorn
V47683
sales / commercieel
Deloitte Legal via Legal People
Managing Partner
Landelijk / geen V47665 vaste standplaats
Aldi & Maxedavia YER
Accountmanager
Bleiswijk
V47670
Gemeente Eindhoven
Juridisch adviseur Inkoop- en contractmanagement CPO
Eindhoven
V47474
STILL via YER
Inside Sales & Business Developer
Hendrik-IdoAmbacht
V47524
YER
Managing Consultant Legal
Amsterdam
V47560
Aldi & Maxeda via YER
Acceptant Schadeverzekeringen Zakelijk
Bleiswijk
V47671
NRC Media
Senior Backend Developer Marketing Automation
Amsterdam
V47587
medisch / zorg Leger des Heils W&G Zuidoost
Gedragswetenschapper
Heerlen
V47551
Samen Veilig MiddenNederland
Senior Gedragswetenschapper Inhoud & Innovatie
Utrecht
V47586
onderwijs
overig
werken in de wetenschap i.s.m. AcademicTransfer Hanzehogeschool Groningen
Postdoctoral researcher ‘Development and Application of MEMS Sensors’
Groningen
V47635
Samenwerkingsverband Profi Pendi via Beteor mens en organisatie
Voorzitter en twee leden voor de raad van toezicht
Nieuwegein
V47692
NIVEL
Postdoc/senior onderzoeker 'gezondheidszorg'
Utrecht
V47499
Stichting Carmelcollege
Teamleider mavo, Pius X College, locatie Aalderinkshoek
Almelo
V47497
Protestantse Theologische Universiteit
Postdoc Vrijheid van meningsuiting
Amsterdam
V47682
VISTA college
Voorzitter Raad van Bestuur
Heerlen
V47637
Meer informatie over het plaatsen van vacatures? Neem contact op met NRC Carrière via t 020 755 3055, stuur een e-mail naar carriere@nrc.nl of ga naar nrccarriere.nl/werkgevers
projectmanagement Rijksoverheid
Projectleider internationale projecten
Den Haag
Wooncompagnie
Projectontwikkelaar/ procesmanager
Landelijk / geen V47638 vaste standplaats
V47492
research & development Rijksmuseum
Informatiespecialist
Amsterdam
V47588
Directeur Content
Hilversum
V47703
RvC / RvB /RvT BNNVara via Chasse Executive Search
Omdat jij weet hoe je risico’s moet inschatten. Vind jouw baan in finance via NRC Carrière.
Cambium College via Directiewerf
Lid Raad van Toezicht
Zaltbommel
V47689
Esprit Scholen via Colourful People
Voorzitter en lid Raad van Toezicht
Amsterdam
V47675
Stichting Vrijescholen Athena via Colourful People
Lid Raad van Toezicht
Deventer
V47558
68 Media
|
SudokuNRC0845
S�U�D�O�KU
1
5 3
7
9 4
2
7
1
3
H�o�r�i�zo�n�t�a�a�l�: 3. Draaiend�familielid�van�de�schelvislever�(9) 7.�Snoep�meenemen�om�de�tijd�door�te komen�(11) 8. Voorgerecht�onder�de�kerstboom (4�+�3�+�6) 11�.�Onderhands�vooronderzoek�(6) 12. Brabanders�waar�een�vlaai�langskomt�(9) 13. Beatles�hoefde�hij�niet�meer�te�volgen�als�Beatle�(5+5) 15. Die�plant�volgt�op�de�U-vleugel�(5) 16�.�Adjunct-verkoper�(14) 17.�Deze�verblijfplaats�volgt�een�U-structuur�(6) 19.�Vroeg�indringend�om�een�wasbeurt�(3) 20. Kerstdracht�(nu�de�kappers�dicht zijn)�(8)
7
4
SudokuNRC0845
5 3
6
7
9
2 6
8 4
9 8 4 Meer�puzzels�en�boeken�van�Peter�Ritmeester�op�www.pzzl.com
845
845
Oplossing nr. 844
5 4 1 8 2 nr. 9 3844 7 6 Oplossing 9 7 2 8 6 1 4 3
3 8 9 7 1 2 5 6
5 9 7 2 8 6 1 4 3
2 6 5 3 4 7 8 9
A�d�ve�r�t�e�n�t�i�e
7 4 1 5 9 3 6 2
6 3 8 4 7 5 9 1
4 3 8 9 7 1 2 5 6
1 5 6 2 3 4 7 8
4 2 7 6 8 9 1 5
1 2 6 5 3 4 7 8 9
8 9 3 1 5 6 2 4
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
S�C�RY�P�TO
9
3
nrc
PUZZELS
5 1 4 9 2 8 3 7
8 7 4 1 5 9 3 6 2
844
Plaats�de�cijfers�1�tot�en�met�9�zo�in het�diagram�dat�elk�cijfer�precies één�keer�voorkomt�in�elke�rij,�kolom, de�negen�vetomrande�3x3�vakken, én�de�vier�grijze�3x3�vakken. © Peter�Ritmeester PZ�Z�L�.co�m
2 9 3 7 6 6 1 4 8 5 Hiernaast:�de�oplossing�van�vorige week. 3 5 2 9 1 8 6 7 3 4 4 2 6 1 9 7 3 8 5 2 5 4 9 6 8 9 7 1 2 3 1 8 5 4 7
844
Ve�r�t�i�ca�a�l�: 1. Wordt�gedoceerd�op�een�christelijke kunstacademie�(17) 2. Steeds�anders�geklede�collega�van café�Koot�(6) 4. Wie�het�eerst�komt�het�eerst�maalt,�is taboe�(4+12) 5. Heroïsche�figuren�als�de�asielzoekers bij�Calais�(16) 6. Brutaal�natuurlijk�(11) 7.�Typisch�wij�en�de�nazaten�(5) 9.�Socialistenbolwerken�(6) 10. Niet�naar�school�zodat�je�kan�varen (5) 12. Van�die�voorzetsels�kun�je�zeker�zijn (2+3) 14�.�Die�fabrieksarbeider�is�een�voorbeeld�van�iemand�die�afgaat�(6) 18�.�Is�10�verticaal�(3)
Drie�inzenders�van�een�goede�oplossing�krijgen�een�boekenbon�van�20�euro. Oplossingen�moeten�uiterlijk�a.s.�dinsdag�om�9�uur�in�het�bezit�zijn�van�de Scryptogram-redactie.�Per�brief,�briefkaart:�postbus�20652,�1001�NR�Amsterdam;�per�e-mail:�scrypto@nrc.nl Oplossing�scryptogram�van�18�december: Horizontaal:�4.�afvalrace;�7.�goedemorgen;�8.�mals;�10.�weeffout;�12.�koninginnensoep;�14.�vrijheid�blijheid;�16.�museum;�17.�Leentje;�18.�stront�aan�de�kn�i�k�ke�r. Ve�r�t�i�ca�a�l�:�1.�aan�de�weg�timmeren;�2.�eromheen;�3.�schriftelijk�examen;�5.�frons; 6.�de�juiste�stand;�9.�amoureus;�11.�verdiepen;�13.�inheems;�15.�bolknak. De�boekenbonnen�zijn�toegekend�aan: F.�van�Os,�Houten;�B.�Klinkenberg, Den�Bosch�;�G.�C.�Broek,�Broek�op�Langedijk. J.�J.�Steenhuis
nrc
VRIJDAG
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
|
Media 69
U�I�TG�E�L�I�C�H�T NPO�1 14.16�70�jaar�TV:�Je�beste vriend�(MAX). 15.00�Journaal�(NOS). 15.20�Sterren�NL�Top�25 (AV�ROT�RO�S�)�. 15.53�Tik�m�aan!�(BNNVA�R�A)�. 16.50�3FM�Serious�Request�Update�(NPO). 17.00�Journaal�(NOS). 17.08�Tijd�voor�MAX (�M�A�X)�. 17.55�Politieke�partijen. 18.00�Journaal�(NOS). 18.17�Ee�n�Va�n�d�a�a�g (AV�ROT�RO�S�)�. 18.45�Sportjournaal (NOS). 19.01�Een�huis�vol (�K�RO�-�N�C�RV�)�. 19.49�3FM�Serious�Request�Update�(NPO). 20.00�Journaal�(NOS). 20.33�De�Slag�om�de Schelde (�EO)�. 22.43�De�TV�Show (AV�ROT�RO�S�)�. 23.37�Journaal�(NOS). 23.55�Hans�Liberg�-�Attacca�(AVROTROS). 01.01�André�Rieu�-�Kerstgala�in�Maastricht (AV�ROT�RO�S�)�.
NPO�2 16.00�Journaal�(NOS). 16.11�Downton�Abbey (�K�RO�-�N�C�RV�)�. 17.13�De�slimste�mens (�K�RO�-�N�C�RV�)�. 18.00�Journaal�(NOS). 18.14�Journaal�Regio (NOS). 18.21�N�o�o�rd�-Zu�i�d�-�O�o�s�t-We�s�t (�M�A�X)�. 18.50�B�i�n�n�e�n�s�te�B�u�i�te�n (�K�RO�-�N�C�RV�)�. 19.24�De�streken�van�Van Boven�(AVROTROS). 19.56�Langs�de�Maas (�M�A�X)�. 20.40�De�slimste�mens (�K�RO�-�N�C�RV�)�. 21.30�Journaal�(NOS). 21.42�Jo�r�i�s’ ke�rs�t�b�o�o�m (�K�RO�-�N�C�RV�)�. 22.01�Koude�Oorlog (NTR). 23.01�Kerstduetten:�het kerstverhaal�2021 (�K�RO�-�N�C�RV�)�. 23.56�Inleiding�kerstnachtmis (�K�RO�-�N�C�RV�)�. 00.00�Eu�c�h�a�r�i�s�t�i�e�v�i�e�r�i�n�g�/�Eu�rov�i�s�i�e (�K�RO�-�N�C�RV�)�.
NPO�3 16.04�Checkpoint�(EO). 16.29�Kerststress�met Shaun�(VPRO). 16.57�Freek�in�het�wild (�V�P�RO)�. 17.07�Freeks�wilde�wereld�(VPRO). 17.17�De�proefkeuken (�V�P�RO)�. 17.43�Ninja�Nanny (AV�ROT�RO�S�)�. 18.08�Van�vader�naar moeder�kerstspecial (NTR). 18.23�Vrolijke�kerst (�V�P�RO)�. 18.32�Cu�p�Ca�ke�Cu�p (AV�ROT�RO�S�)�. 18.43�Het�Klokhuis (NTR). 19.00�Je�u�g�d�j�o�u�r�n�a�a�l (NOS). 19.26�First�Dates�(BNNVA�R�A)�. 20.24�Adele:�One�Night Only (NTR). 21.57�Het�beste�van...Elton�John (AV�RO�T�RO�S�)�. 22.45�De�Top�2000:�De Opening�(NTR). 00.07�NPO�Radio�2�Top 2000�(NTR).
RTL�4 09.00�RTL�Nieuws. 09.10�RTL�Boulevard. 10.00�Ko�f�f�i�e�t�i�j�d�. 11.10�Goede�Tijden, Slechte�Tijden. 11.40�The�Bold�and�the Beautiful. 12.05�Eigen�Huis�&�Tuin: Lekker�Leven. 13.05�Beau. 14.50�Ik�weet�er�alles va�n�!�. 15.30�Oh,�Wat�een�Kerst!. 17.00�Eigen�Huis�&�Tuin: Lekker�Leven. 18.00�RTL�Nieuws. 18.15�Editie�NL. 18.30�RTL�Weer. 18.35�RTL�Boulevard. 19.20�Een�Klein�Kerstverhaal. 19.30�RTL�Nieuws. 19.50�Postcode�Loterij Lotgenoten:�Je�Leven Ve�r�r�i�j�kt�. 19.55�RTL�Weer. 20.00�All�You�Need�Is Love�Kerstspecial. 22.15�B&B�Vol�Liefde:�De A�f�t�ra�p. 23.20�RTL�Nieuws. 23.40�RTL�Weer. 23.50�RTL�Boulevard.
FILM
Ca�t�s
BBC�2,�16.20-18.35u.
Net�5,�20.30-22.40u.
(Alfred�Hitchcock,�1959).�Hitchcockklassieker�met�Cary�Grant�als�Roger�O. Thornhill,�een�reclameman�die�abusievelijk�voor�een�te�vermoorden�spion wordt�aangezien.�Dit�is�de�film�waarin Grant�op�een�verlaten�landweg�aangevallen�wordt�door�een�sproeivliegtuigje,�de�climax�speelt�zich�af�op�Mount Ru�s�h�m�o�re�.
(Tom�Hooper,�2019).�Deze�filmbewerking�van�Andrew�Lloyd�Webbers�musical�Ca�t�s�(1981)�zorgde�twee�jaar�geleden�wegens�zijn�bizarre�visuele�effecten�voor�flinke�ophef.�Vanavond�de kans�zelf�te�oordelen:�is�het�digitaal gecreëerde�uiterlijk�van�de�katten�unheimisch�of�valt�het�mee?
FILM
RTL�5 14.20�Teleshop�5:�Tommy Te�l�e�s�h�o�p�p�i�n�g�. 16.50�De�Alarmcentrale: Pech�Onderweg. 17.50�Gordon�Ramsay: Oorlog�in�de�keuken!. 18.50�Gordon�Ramsay: Oorlog�in�de�keuken!. 19.45�Postcode�Loterij Deal�or�No�Deal. 20.30�De�Verhulstjes. 21.30�112�Vandaag. 21.55�Postcode�Loterij Deal�or�No�Deal. 22.40�Spoedeisende hulp�in�de�nacht. 23.50�Gordon�Ramsay: Oorlog�in�de�keuken!. 00.55�Teleshop�5:�Nachtlounge. 02.10�Teleshop�5:�Nachtlounge. 05.00�Teleshop�5:�Car Tra�c�k�s�. 05.30�RTL�De�Journal.
NET5 07.30�TV�Winkel. 08.00�Tommy�Teleshopping. 11.25�G�re�y�’s�Anatomy. 12.20�G�re�y�’s�Anatomy. 13.15�Tommy�Teleshopping. 14.05�Verkopen�of�Verbouwen�Vancouver. 15.05�Reno�Rumble. 16.05�Five�Days�of�Christmas. 17.05�Wat�eten�we�met ke�rs�t�?�. 17.30�Verkopen�of�Verbouwen�Vancouver. 18.30�NCIS:�Hawaii. 19.25�Five�Days�of�Christmas. 20.30�Ca�t�s�. 22.40�Into�the�Woods. 01.10�Wat�eten�we�met ke�rs�t�?�. 01.35�NCIS:�New�Orleans.
SBS6 12.00�Lang�Leve�de�Liefde. 12.30�50/50. 13.00�Ko�o�k�k�l�u�n�ze�n�. 14.00�Live:�Missie�538. 17.15�Hart�van�Nederland -�Vroege�Editie. 17.30�Droomhuis�op�het P�l�a�t�te�l�a�n�d�. 18.30�50/50. 19.00�Lang�Leve�de�Liefde. 19.35�Wordt�u�al�geholpen?. 20.30�Kerst�met�de�familie Meiland. 22.35�Hart�van�Nederland -�Late�editie. 23.00�Shownieuws�-�Late editie. 23.40�We�e�r.�n�l�. 23.45�Deel�je�Geluk. 00.00�Lang�Leve�de�Liefde. 00.30�50/50.
RTL�7 11.00�Married�with�Childre�n�. 11.30�Vis�TV. 12.00�Vis�TV. 12.30�Stop!�Politie. 13.30�Idioten�op�de�weg. 14.00�Idioten�op�de�weg. 14.30�F�l�o�d�d�e�r. 15.00�F�l�o�d�d�e�r. 15.30�Married�with�Childre�n�. 16.00�Married�with�Childre�n�. 16.30�Storage�Wars. 17.00�Storage�Wars. 17.30�Storage�Wars. 17.55�Pawn�Stars. 18.00�Pawn�Stars. 18.30�Pawn�Stars. 19.00�Pawn�Stars. 19.30�Pawn�Stars. 20.00�Pawn�Stars. 20.30�The�Hobbit:�An�Unexpected�Journey. 00.00�I�ro�n�c�l�a�d�.
BBC�1
ÉÉN 12.35�B�l�o�k�ke�n�. 13.00�Toespraak�koning F�i�l�i�p. 13.10�Het�journaal. 13.35�Het�weer. 13.40�Thuis. 14.05�De�Warmste�Week. 17.00�De�Warmste�Week s�l�o�t�s�h�o�w. 18.00�Het�journaal. 18.10�Het�weer. 18.15�Dagelijkse�kost. 18.30�B�l�o�k�ke�n�. 19.00�Het�journaal. 19.45�Het�weer. 19.50�Sw�i�tc�h�. 20.25�Thuis. 20.50�Vrede�op�aarde. 21.42�Joker+�en�Lotto. 21.50�F.C.�De�Kampioenen�kerstspecial. 23.20�Michael�Bublé’s Christmas�in�the�City. 00.00�E�re�d�i�e�n�s�te�n�. 01.11�Winst�joker+�/�lotto.
CA�N�VAS 09.00�W�i�n�te�r�b�e�e�l�d�e�n�. 10.00�Ketnet�Junior. 11.30�De�Warmste�Week. 14.00�Ketnet�Junior. 18.50�Dementia�&�Us. 19.50�Toespraak�koning Filip�met�VGT. 20.00�De�Friese�Waddeneilanden. 20.55�Cirque�du�Soleil: VO�LTA�. 22.35�Pava�ro�t�t�i�. 00.30�Ca�nva�s�l�u�s�.
19.00�Shaun�the�Sheep:�The�Flight�Before�Christmas. 19.30�BBC�News�at�Six;�Weather. 19.55�BBC�Regional�News and�Weather. 19.59�We�a�t�h�e�r.�20.00�The�Repair�Shop�at�Christmas. 21.00�Ea�s�t�E�n�d�e�r�s�.�21.30�Top�Gear:�Driving�Home�for Christmas. 22.30�I�Can�See�Your�Voice�Christmas�Special.
FILM
North�by�Northwest
FILM
De�Slag�om�de�Schelde
Into�the�Woods
NPO�1,�20.33-22.43u.
Net�5,�22.40-01.10u.
(Matthijs�van�Heijningen�jr.,�2020). Met�een�internationaal�gezien�bescheiden�budget�wekte�deze�Nederlandse�oorlogsfilm�een�halfvergeten oorlogsepisode�tot�leven,�in�een meeslepend�avontuur�met�een�vlot script,�prima�acteerwerk�en�voor�Nederlandse�begrippen�ongekend s�p�e�kt�a�ke�l�.
(Rob�Marshall,�2014).�In�de�verfilming van�de�musical�Into�the�Woods (19�8�6) van�de�onlangs�overleden�Stephen Sondheim,�is�het�donkere�bos�de�plek waar�een�mix�van�sprookjesfiguren�– Roodkapje,�Assepoester,�Rapunzel, de�Grote�Boze�Wolf�– allerlei�avonturen�beleven.
E�N�T�E�RTA�I�N�M�E�N�T
D�O�C�U�M�E�N�TA�I�R�E
RTL4,�20.00-22.15u.
Canvas,�22.35-00.30u.
Voor�miljoenen�Nederlanders�is�het�inmiddels�net�zo’n�traditie�als�de�kerstdis:�de�special�van�All�you�need�is�love die�RTL4�op�kerstavond�uitzendt.�Robert�‘Dr�Love’ ten�Brink�helpt�geliefden en�familieleden�die�elkaar�zonder�het programma�eigenlijk�tijdens�de decemberfeesten�zouden�moeten missen.
Muziekdocumentaire�van�regisseur Ron�Howard�over�de�populaire�operazanger�Luciano�Pavarotti.�De�film toont�hoe�de�carrière�van�de�wereldberoemde�tenor�(1935-2007)�het�resultaat�was�van�een�perfect�uitgekiende�strategie,�een�obsessie�die�het�leven�van�de�operazanger�steeds�meer is�gaan�bepalen.
All�you�need�is�love
Pava�ro�t�t�i
BBC�2 18.35�Da�d�’s�Army. 19.15�Carols�from�King’s. 20.30�Christmas University�Challenge. 21.00�G�a�rd�e�n�e�r�s’ World�Winter�Specials. 22.00�Vienna�Blood. 23.30�A�Ghost�Story�for�Christmas: The�Mezzotint. 00.00�Amazing�Grace.
ARD 18.30�Katholische�Christmette�aus�St.�Maria�in�Landau. 19.30�Lieder�zu�Weihnachten. 20.00�Ta�g�e�s�s�c�h�a�u�.�20.15�Sissi. 21.55�Die�Feuerzangenbowle. 23.30�Ta�g�e�s�s�c�h�a�u�.�23.40�Lo�r�i�ot. 00.05�Der�Wunschzettel.
ZDF 18.00�Weihnachten�mit�dem�Bundespräsidenten. 19.00�Heute. 19.14�We�t�t�e�r.�19.15�Evangelische�Christvesper. 20.15�Heiligabend�mit�Carmen�Nebel. 22.30�Weihnachten�mit�Jonas Kaufmann. 23.30�Heute�Xpress.
TV�5 18.00�6�4’,�le�monde�en�français. 18.30�L’i�nv�i�t�é�.�18.39�Boule�et Bill�II. 20.05�Chutes�en�chut. 20.15�Basique,�les�sessions. 20.30�Journal. 21.03�300�choeurs�pour�les�fêtes.
M�UZ�I�E�K�P�RO�G�R�A�M�M�A
C�O�N�C�E�RT
Het�beste�van�Elton�John
Adele:�One�Night�Only
NPO�3,�21.57-22.45u.
NPO�3,�20.24-21.57u.
Elton�John�behoort�al�meer�dan�50�jaar tot�de�absolute�wereldtop�van�de�hedendaagse�popcultuur.�Door�de�jaren heen�scoorde�hij�vele�hits�waaronder natuurlijk�‘Your�Song’, ‘N�i�k�i�t�a’ en ‘Candle�in�the�wind’.�Grote�fans�als�Jamai,�Karin�Bloemen,�Erik�de�Zwart�en Anita�Witzier�zingen�de�nummers.
De�Britse�zangeres�Adele�gaf�eind�oktober�haar�eerste�optreden�in�bijna�vijf jaar�tijd.�Ter�gelegenheid�van�de�release�van�haar�nieuwe�album�30�ve�r�zo�rg�de�zij�een�concert�op�een�bijzondere locatie,�het�Los�Angeles�Griffith�Park Observatory,�met�een�selectie�van�haar grootste�hits�en�nieuwe�nummers.
70 Media
|
nrc
EERSTE KERSTDAG
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
U�I�TG�E�L�I�C�H�T
FILM
FILM
Mary�Poppins�Returns
Adventures�of�Robin�Hood
BBC�1,�16.10-18.10u.
BBC�2,�18.20-20.00u.
(Rob�Marshall,�2018).�De�strenge doch�rechtvaardige�gouvernante�Mary�Poppins�(Emily�Blunt)�keert�terug naar�Londen,�waar�de�inmiddels�volwassen�Michael�en�Jane�zo�hun�eigen perikelen�hebben.�Middels�magie leert�zij�Michael�en�zijn�kinderen�om weer�plezier�te�hebben.
(Michael�Curtiz,�1938).�De�tot�dan�toe duurste�film�van�Warner�Bros.�(ruim�2 miljoen�dollar)�groeide�uit�tot�klassieke�swashbuckler,�gefilmd�in�fraai�Technicolor.�Errol�Flynn�excelleert�als�legendarische�volksheld�in�Sherwood Forest.�Ook�met�Basil�Rathbone�en Olivia�de�Havilland.
FILM
Big�Night
Net�5,�20.30-23.10u.
Canvas,�22.10-23.55u.
(Richard�Curtis,�2003).�In�deze�invloedrijke�romantische�mozaïekfilm met�talloze�verhaallijnen�en�personages�neemt�de�liefde�soms�toch�nog onverwachte�verschijningsvormen aan.�Het�door�geweldige�acteurs�bevolkte,�sprankelende�regiedebuut�van Richard�Curtis�speelt�zich�af�rond�de Ke�r�s�t�d�a�g�e�n�.
(Campbell�Scott�&�Stanley�Tucci, 1996).�Eigenzinnige,�sfeervolle�en�bitterzoete�komedie�over�de�spanning tussen�gastronomische�principes�en klantgericht�opportunisme�speelt voornamelijk�in�de�keuken�en�de�eetzaal�van�een�slechtlopend�Italiaans restaurant�in�New�Jersey.
K�E�R�STS�H�OW
Tina
Stralend�kerstfeest
NPO�3,�22.37-00.42u.
NPO�1,�20.28-21.46u.
Nieuwe�documentaire�over�het�leven en�de�carrière�van�Tina�Turner�aan�de hand�van�nooit�eerder�vertoond beeldmateriaal�en�een�interview�dat de�zangeres�gaf�toen�ze�tachtig�jaar werd.�Ze�hervond�het�succes�in�de�jaren�tachtig,�maar�vond�nooit�de�echte grote�liefde.
Voor�de�tweede�maal�organiseert�de EO�een�speciale�kerstavond�met�het Leger�des�Heils,�om�dit�turbulente�jaar toch�enigszins�positief�af�te�sluiten. Bert�van�Leeuwen�praat�over�samenzijn,�Pierre�Wind�kookt�voor�daklozen en�zangers�als�Wulf�en�Trinity�zingen ‘Komt�allen�tezamen’.
E�N�T�E�RTA�I�N�M�E�N�T
NPO�2 13.00�Kersttoespraak�koning�Willem-Alexander met�gebarentolk (NOS). 13.10�Journaal�(NOS). 13.21�Podium�Witteman (NTR). 14.25�Fryslân�DOK�(Omrop�Fryslan). 15.00�De�Kerstmatinee 2021�(AVROTROS). 16.26�Kerstduetten:�het kerstverhaal�2021 (�K�RO�-�N�C�RV�)�. 17.18�Petrus�in�het�land (�K�RO�-�N�C�RV�)�. 17.41�Metterdaad�(EO). 18.13�Nederland�Zingt (�EO)�. 18.45�MAX�Maakt�Mogelijk�(MAX). 19.18�Ik�mis�je�(EO). 19.51�Oranje�Jaaroverzicht�2021 (NOS). 20.35�Jo�r�i�s’ ke�rs�t�b�o�o�m (�K�RO�-�N�C�RV�)�. 21.30�Journaal�(NOS). 21.49�Wendes�kerstkaleidoscoop�2021�(NTR). 23.08�Detectives:�Vigil (�K�RO�-�N�C�RV�)�. 00.56�De�nachtzoen�(EO).
NPO�3 14.34�We�e�kove�r�z�i�c�h�t SpangaS:�De�Campus (�K�RO�-�N�C�RV�)�. 15.30�Z@�p�p�b�i�o�s�: Spookuil�(KRO-NCRV). 16.58�Checkpoint�(EO). 17.23�Top�15�Junior�Eurovisie�Songfestival (AV�ROT�RO�S�)�. 18.16�Vrolijke�kerst (�V�P�RO)�. 18.26�H�o�o�f�d�z�a�ke�n (�V�P�RO)�. 18.41�Van�vader�naar moeder�kerstspecial (NTR). 19.00�Je�u�g�d�j�o�u�r�n�a�a�l (NOS). 19.20�De�regels�van�Floor (�V�P�RO)�. 19.30�Kerst�met�de�zandtovenaar�(KRO-NCRV). 20.24�Socutera�(SOCUT�E�R�A)�. 20.26�Toppers�in�Concert ’Christmas�Party�of�the year�2016’ (AV�RO�T�RO�S�)�. 21.39�Best�of�Top�2000�a gogo�(NTR). 22.37�Tina (NTR). 00.42�NPO�Radio�2�Top 2000�(NTR).
RTL�4 11.00�Dit�is�Holland. 11.30�RTL�Autowereld. 12.00�Goodlife. 12.30�RTL�Snowmagazine. 13.00�Nederland�proeft. 13.30�Onderweg�naar�de re�g�i�o. 14.00�Plezier�en�passie. 14.30�De�Visvrouwen. 15.00�Life�Is�Beautiful. 15.30�Way�of�Living. 16.00�AlpenHaus!�Kers�te�d�i�t�i�e�. 16.30�Ski�&�More. 17.00�Camp�to�Go. 17.30�House�Vision. 18.00�RTL�Nieuws. 18.15�Editie�NL. 18.30�RTL�Weer. 18.35�RTL�Boulevard. 19.30�RTL�Nieuws. 19.55�RTL�Weer. 20.00�All�You�Need�Is�Love�. 22.15�Postcode�Loterij Lotgenoten:�Je�Leven Ve�r�r�i�j�kt�. 23.15�RTL�Nieuws. 23.30�RTL�Weer. 23.35�Het�Perfecte�Plaatje. 01.05�RTL�Boulevard.
RTL�5 07.30�New�Creation Church�TV. 08.00�Hour�of�Power. 09.00�Hour�of�Power. 10.00�Hoop�en�Leven. 10.25�Teleshop�5:�Tommy Te�l�e�s�h�o�p�p�i�n�g�. 16.20�Films�&�Sterren. 16.50�Gordon�Ramsay: Oorlog�in�de�keuken!. 17.45�All�You�Need�Is�Love�Kerstspecial. 20.00�E.O.D.:�Explosieven Opruimingsdienst. 21.00�Helden�Van�Hier: Politie�24/7. 22.00�Helden�Van�Hier: Politie�24/7. 23.00�Helden�Van�Hier: Politie�24/7. 00.00�Ambulance�Down U�n�d�e�r. 01.10�Teleshop�5:�Nachtlounge.
NET5 06.00�Loop:�Hart�van�Nederland. 09.00�Christmas�Stars. 10.45�Christmas�List. 12.30�Welcome�Home. 14.10�The�Family�Man. 16.40�Jingle�all�the�Way. 18.20�Home�Alone. 20.30�Love�Actually. 23.10�Last�Christmas. 01.15�NCIS:�New�Orleans. 02.10�Loop:�Hart�van�Nederland.
SBS6 11.25�Zoo�Juniors. 12.00�Kerstspecial:�Baasje�Gezocht!. 12.30�Holland�van�Boven. 13.00�Kersttoespraak�Koning�Willem-Alexand�e�r. 13.10�Marc-Marie�blikt�terug�op�Lang�Leve�de Liefde. 14.05�Kerst�met�de�familie Meiland. 16.00�Ready�Set�Go. 17.00�De�Grote�Tuinverbouwing. 18.30�Het�Haardvuur. 22.35�Hart�van�Nederland -�Late�editie. 22.55�Shownieuws�-�Late editie. 23.40�We�e�r.�n�l�. 23.45�Klein�maar�Fijn. 00.45�Loop:�Hart�van�Nederland.
RTL�7 06.00�Teleshop�7:�Medias�h�o�p. 10.15�Teleshop�7:�Car Tra�c�k�s�. 10.30�Teleshop�7:�Medias�h�o�p. 13.00�The�Karate�Kid (The�Original). 15.30�The�Karate�Kid�II. 17.45�The�Karate�Kid�III. 20.00�The�Hobbit:�The Desolation�Of�Smaug. 23.15�The�Three�Muskete�e�rs�. 01.35�Teleshop�7:�Glamca�m�. 02.01�Teleshop�7:�Glamca�m�. 05.00�Teleshop�7:�Morning�Chat. 05.45�Teleshop�7:�Car Tra�c�k�s�.
FILM
Love�Actually
M�UZ�I�E�K�D�O�C�U�M�E�N�TA�I�R�E
NPO�1 13.20�MAX�Kerstconcert 2021�(MAX). 14.41�Amalia�18�jaar (AV�ROT�RO�S�)�. 15.37�Knoop�Busje�Komt Zo!�(NTR). 16.30�Toen�was�geluk heel�gewoon (�K�RO�-�N�C�RV�)�. 17.00�Journaal�(NOS). 17.08�Floortje�naar�het einde�van�de�wereld (�B�N�N�VA�R�A)�. 18.00�Kersttoespraak�koning�Willem-Alexander (NOS). 18.10�Journaal�(NOS). 18.22�Circusfestival�van Monte�Carlo (�K�RO�-�N�C�RV�)�. 20.00�Journaal�(NOS). 20.28�Stralend�Kerstfe�e�s�t�(�EO)�. 21.46�De�Beentjes�van Sint-Hildegard�(MAX). 23.17�Journaal�(NOS). 23.29�De�Bananasplit ke�r�s�t�s�h�ow�(AV�RO�T�RO�S�)�. 00.34�We�n�d�e’s�kerstkaleidoscoop�2021�(NTR). 02.08�Ho-ho-ho�Hotel (AV�ROT�RO�S�)�.
E�N�T�E�RTA�I�N�M�E�N�T
Oranje�Jaaroverzicht�2021
Bananasplit�kerstshow
NPO�2,�19.51-20.35u.
NPO�1,�23.29-00.34u.
Terugblik�op�het�jaar�van�de�Oranjes. Er�waren�heuglijke�gebeurtenissen, zoals�de�50ste�verjaardag�van�Máxima.�Maar�er�waren�ook�veel�coronarelletjes.�Zo�respecteerde�de�koning�de coronaregels�niet�tijdens�het�WK�voetbal�en�waren�er�te�veel�gasten�op�het feestje�van�Amalia.
Kerstgrappen�en�-grollen�in�de�late uurtjes�met�Frans�Bauer�die�onschuldige�mensen�voor�het�oog�van�de�verborgen�camera�in�het�ootje�neemt.�Inwoners�van�Het�Gooi�krijgen�natuurafval�in�hun�tuin�geblazen�en�Bauer verhuurt�heel�bijzondere�schaatsen op�de�ijsbaan.
BBC�1
ÉÉN 15.50�Kerstconcert�in�het paleis. 17.00�Witse. 17.55�Kijk�uit. 18.00�Het�journaal. 18.10�Penguins:�Meet�the Fa�m�i�l�y. 19.00�Het�journaal. 19.35�Het�weer. 19.40�F.C.�De�Kampioenen. 20.15�Joker+�en�Lotto. 20.20�Château�Planc�ka�e�r�t�. 21.00�Vrede�op�aarde. 22.00�Loslopend�wild. 22.30�Het�journaal. 22.46�Winst�joker+�/�lotto. 22.47�Ke�n�o. 22.48�Euromillions�winstve�rd�e�l�i�n�g�. 22.50�Het�weer. 22.55�The�Etruscan�Smile. 00.35�Jo�u�r�n�a�a�l�l�u�s�.
CA�N�VAS 09.00�W�i�n�te�r�b�e�e�l�d�e�n�. 10.00�Ketnet�Junior. 19.00�De�voorleesclub. 19.05�Sounds�of�Nature. 20.00�Het�journaal�update�. 20.10�Vra�n�c�k�x�. 20.40�Ca�rd�i�n�a�l�. 21.25�Ca�rd�i�n�a�l�. 22.10�Big�Night. 23.55�Ca�nva�s�l�u�s�.
18.10�Strictly�Come�Dancing�Christmas�Special. 19.25�Michael�McIntyre’s�Christmas�Wheel. 20.25�Blankety�Blank Christmas�Special�2021. 21.00�Call�the�Midwife. 22.35�Ea�s�t�E�n�ders. 23.20�Mrs�Brown’s�Boys�Christmas�Special. 23.55�The Vicar�of�Dibley. 00.50�BBC�News. 00.55�We�a�t�h�e�r.
BBC�2 18.20�The�Adventures�of�Robin�Hood. 20.00�The�Morecambe�and�Wise�Christmas�Show�1971. 20.45�The�Morecambe�& Wise�Show�1970�-�The�Lost�Tape. 21.35�A�Musical�Family Christmas�with�the�Kanneh-Masons. 22.35�Pava�ro�t�t�i�.
ARD 19.57�Lotto�am�Samstag. 20.00�Ta�g�e�s�s�c�h�a�u�.�20.10�We�i�hnachtsansprache�des�Bundespräsidenten. 20.15�Nord�bei N�o�rd�w�e�s�t�.�21.45�Und�wer�nimmt�den�Hund?. 23.15�Ta�gesschau. 23.25�Das�Wort�zum�Sonntag.
ZDF 19.00�Heute. 19.08�Weihnachtsansprache�des�Bundespräsidenten. 19.15�Horst�Lichters�Traumrouten. 20.15�Dalli�Dalli�die�Weihnachtsshow. 22.45�Heute�Xpress. 22.50�W�i�l�s�b�e�rg�.
TV�5 18.00�6�4’,�le�monde�en�français. 18.30�L’i�nv�i�t�é�.�18.39�Ec�h�a�p�pées�belles. 20.13�Basique,�les�sessions. 20.30�Journal. 21.00�Rendez-vous�Grand�Place. 22.22�Le�Journal�de�la�RTS. 22.51�Fais�pas�ci,�fais�pas�ça:�Y�aura-t-il�Noël�à�Noël?.
nrc
TWEEDE KERSTDAG
VRIJDAG�24�DECEMBER�T/M�ZONDAG�26�DECEMBER�2021
|
Media 71
U�I�TG�E�L�I�C�H�T NPO�1 13.50�Sport:�Schaatsen Olympische�Kwalificatie�Toernooi�(NOS). 14.52�Sport:�Schaatsen Olympische�Kwalificatie�Toernooi�(NOS). 15.49�Sport:�Schaatsen Olympische�Kwalificatie�Toernooi�(NOS). 16.25�Journaal�(NOS). 16.30�Andere�Tijden Sport�(NOS/NTR). 17.16�Floortje�naar�het einde�van�de�wereld (�B�N�N�VA�R�A)�. 17.59�Socutera�(SOCUT�E�R�A)�. 18.00�Journaal�(NOS). 18.09�Bed�&�Breakfast (�M�A�X)�. 19.01�Olympische�Terugblik�(NOS). 20.00�Journaal�(NOS). 20.23�Maestro�(AVROT�RO�S�)�. 21.26�Een�huis�vol�kerst (�K�RO�-�N�C�RV�)�. 22.14�Pieter�Derks:�Voor wat�het�waard�is�(BNNVA�R�A)�. 23.37�Journaal�(NOS). 23.49�MAX�Kerstconcert 2021�(MAX).
NPO�2 14.00�Jo�r�i�s’ ke�rs�t�b�o�o�m (�K�RO�-�N�C�RV�)�. 14.55�Het�Kerstconcert o.l.v.�Ton�Koopman (�M�A�X)�. 16.02�Tot�kafri’s�en�koelies�gemaakten�(NTR). 16.52�Socutera�(SOCUT�E�R�A)�. 17.00�Journaal�(NOS). 17.09�Jacobine�op�2 (�K�RO�-�N�C�RV�)�. 17.44�Vroege�Vogels�presenteert:�De�blauwe kiekendief�en�de�velduil�(BNNVARA). 18.20�Podium�Witteman (NTR). 19.30�Tijl�en�de�Negende van�Beethoven�(AVROT�RO�S�)�. 20.20�De�tranen�van�Tito (�B�N�N�VA�R�A)�. 21.07�Metropolis�(VPRO). 21.30�Journaal�(NOS). 21.49�Argos�Medialogica�(HUMAN). 22.32�Andere�Tijden special (�N�T�R�/�V�P�RO)�. 23.20�De�Kerstmatinee 2021�(AVROTROS). 00.45�Jacobine�op�2 (�K�RO�-�N�C�RV�)�.
NPO�3 15.02�Cu�p�Ca�ke�Cu�p (AV�ROT�RO�S�)�. 15.13�Cu�p�Ca�ke�Cu�p (AV�ROT�RO�S�)�. 15.27�Z@ppbios:�Kruimeltje�(KRO-NCRV). 17.19�Topdoks�(EO). 17.39�Van�vader�naar moeder�kerstspecial (NTR). 17.53�Van�vader�naar moeder�kerstspecial (NTR). 18.07�De�regels�van�Floor (�V�P�RO)�. 18.17�Vrolijke�kerst (�V�P�RO)�. 18.30�Je�u�g�d�j�o�u�r�n�a�a�l (NOS). 18.35�Jeugdjournaal�Jaaroverzicht�2021�(NOS). 19.21�Top�2000�a�gogo (NTR). 20.20�De�gevaarlijkste wegen�(PowNed). 21.17�Draadstaal�kerstspecial (AV�ROT�RO�S�)�. 21.51�Freddie:�The�Final Ac�t�(NTR). 23.28�Top�2000�a�gogo (NTR). 00.31�NPO�Radio�2�Top 2000�(NTR).
RTL�4 12.30�AlpenHaus!. 13.00�De�Visvrouwen. 13.30�AlpenHaus!�Kers�te�d�i�t�i�e�. 14.00�Dit�is�Holland. 14.30�Onderweg�naar�de re�g�i�o. 15.00�Camp�to�Go. 15.30�Onderweg�naar�de re�g�i�o. 16.00�Ski�&�More. 16.30�Nederland�ontdekt. 17.00�Het�Spaanse�Leve�n�. 17.30�RTL�Snowmagazine. 18.00�RTL�Nieuws. 18.15�Editie�NL. 18.30�RTL�Weer. 18.35�RTL�Boulevard. 19.20�VriendenLoterij�De W�i�n�n�a�a�rs�. 19.30�RTL�Nieuws. 19.55�RTL�Weer. 20.00�Beat�the�Champions�VIPS. 21.40�All�You�Need�Is�Love�Kerstspecial. 23.40�RTL�Nieuws. 23.55�RTL�Weer. 00.00�All�You�Need�Is�Love�Kerstspecial. 00.20�RTL�Boulevard.
FILM
S�i�n�g�i�n’ in�the�Rain
NPO�3,�10.11-11.28u.
BBC�2,�13.40-15.20u.
(Lourens�Blok,�2013).�Tijdens�een�testvlucht�stort�de�kerstslee�neer.�Terwijl de�10-jarige�Max�eland�Moos�verzorgt en�gezelschap�houdt,�sjokt�de�Kerstman�als�een�zwerver�langs�de�snelweg.�Hij�wordt�steeds�moedelozer, want�zal�het�nog�wel�lukken�om�alle pakjes�op�tijd�te�bezorgen?
(Gene�Kelly�&�Stanley�Donen,�1952). De�volgens�velen�beste�filmmusical ooit�gemaakt,�speelt�zich�af�ten�tijde van�Hollywoods�overgang�naar�de�geluidsfilm�en�bevat�louter�hoogtepunten:�van�Gene�Kelly’s�fameuze�titelnummer�tot�de�spetterende�finale Broadway�Melody.
FILM
RTL�5 07.00�New�Creation Church�TV. 07.30�Antwoorden�Met Bayless�Conley. 08.00�Hour�of�Power. 09.00�Hour�of�Power. 10.00�Hoop�en�Leven. 10.30�Teleshop�5:�Tommy Te�l�e�s�h�o�p�p�i�n�g�. 16.30�Gordon�Ramsay: Oorlog�in�de�keuken!. 17.30�De�Verhulstjes. 18.30�Ranking�the�Stars. 19.30�Uitstel�Van�Executie. 20.30�Help,�Mijn�Man�Is K�l�u�ss�e�r�!�. 22.00�Zeeman�Confronte�e�r�t�. 23.00�Dit�is�mijn�keus. 00.00�Gordon�Ramsay: Oorlog�in�de�keuken!. 01.10�Teleshop�5:�Nachtlounge.
NET5 06.00�Loop:�Hart�van�Nederland. 08.20�My�One�Christmas Wish. 10.05�The�Mistletoe�Sec�re�t�. 11.50�The�Man�Who�Invented�Christmas. 13.50�Get�Santa. 15.55�Fred�Claus. 18.05�Home�Alone�2:�Lost in�New�York. 20.30�The�Holiday. 23.15�A�Princess�For Christmas. 01.00�Hawaii�Five-0. 02.00�Loop:�Hart�van�Nederland.
SBS6 12.00�Ready�Set�Go. 12.45�Zoo�Juniors. 13.25�De�Grinch. 15.00�Holland�van�Boven. 15.55�De�Helden�van�het onderwijs. 16.25�Wo�o�n�t�re�n�d�s�. 16.55�De�Grote�Verhuizing. 17.55�De�Grote�Huisverbouwing. 18.55�Vtwonen�weer�verliefd�op�je�huis. 19.55�L�i�n�d�a’s�Wintermaand. 21.40�Klein�maar�Fijn. 22.40�Hart�van�Nederland -�Late�editie. 23.05�Shownieuws�-�Late editie. 23.45�We�e�r.�n�l�. 00.00�Onmogelijke�Duetten:�kerstspecial. 01.00�Missions�Impossible.
RTL�7 06.00�Teleshop�7:�Medias�h�o�p. 09.30�Vis�TV. 10.00�Vis�TV. 10.30�Business�Class. 12.00�Op�de�zaak. 12.30�S�h�re�k�. 14.20�Shrek�2. 16.21�Shrek�Forever�After. 18.15�Puss�In�Boots. 20.00�The�Hobbit:�The Battle�of�the�Five�Armies. 22.45�The�Librarian: Quest�For�The�Spear. 00.55�Business�Class. 02.25�Teleshop�7:�Glamca�m�. 05.00�Teleshop�7:�Morning�Chat. 05.45�Teleshop�7:�Car Tra�c�k�s�.
BBC�1
ÉÉN 09.00�Radio�2�op�één. 12.00�W�i�n�te�r�b�e�e�l�d�e�n�. 12.15�De�inzichten�van.... 13.00�Het�journaal. 13.25�Het�weer. 13.30�Sporza�op�zondag. 17.10�Clips. 17.30�Het�hoogste�bod. 18.00�Het�journaal. 18.10�Dagelijkse�kost. 19.00�Het�journaal. 19.30�Sporza�jaaroverzicht. 20.00�Het�weer. 20.05�Ta�b�o�e�. 21.15�U�n�d�e�rcove�r. 22.15�Loslopend�wild. 22.45�Het�journaal. 22.59�Ke�n�o. 23.00�Het�weer. 23.05�The�Balmoral�Hotel: An�Extraordinary�Year. 23.50�D�e�r�t�i�g�e�rs�. 00.15�Thuis. 00.40�Jo�u�r�n�a�a�l�l�u�s�.
CA�N�VAS 09.00�W�i�n�te�r�b�e�e�l�d�e�n�. 10.00�Ketnet�Junior. 18.55�Ro�l�k�ra�n�t�. 19.25�De�voorleesclub. 19.30�Vra�n�c�k�x�. 20.00�Het�journaal�update�. 20.10�Echoes�of�the�Ice Age. 21.00�Treasures�of�the Wo�r�l�d�. 21.50�Lo�u�rd�e�s�. 23.20�Ca�nva�s�l�u�s�.
17.20�Pa�d�d�i�n�g�t�o�n�. 18.50�Around�the�World�in�80�Days. 19.40�Around�the�World�in�80�Days. 20.30�Death�in�Paradise Christmas�Special. 22.00�A�Very�British�Scandal. 23.00�Ea�s�tEnders. 23.25�BBC�News. 23.38�We�a�t�h�e�r.�23.40�Match�of�the Day.�01.15�The�Accountant.
FILM
Midden�in�de�winternacht
FILM
Some�Like�It�Hot
Pa�d�d�i�n�g�t�o�n
BBC�2,�15.20-17.20u.
BBC�1,�17.20-18.50u.
(Billy�Wilder,�1959).�Fameuze�komedieklassieker.�Twee�muzikanten�zijn getuigen�van�de�St.�Valentine’s�Day Massacre.�Uit�doodsangst�besluiten ze�zich�te�vermommen�als�Josephine (Tony�Curtis)�en�Daphne�(Jack�Lemmon)�en�ontpoppen�ze�zich�tot�begerenswaardige�leden�van�het�damesorkest�van�Marilyn�Monroe.
(Paul�King,�2014).�Wat�het�beminnelijke�beertje�Paddington�ook�doet,�het gaat�mis.�En�dat�terwijl�hij�het�zo�goed bedoelt.�Omdat�hij�zo�knuffelbaar�is, neemt�niemand�het�Paddington�kwalijk�als�hij�weer�eens�ergens�chaos heeft�veroorzaakt.�Naar�de�boeken van�Michael�Bond.
R�E�P�O�RTAG�E�P�RO�G�R�A�M�M�A
M�UZ�I�E�K�D�O�C�U�M�E�N�TA�I�R�E
NPO�2,�22.32-23.20u.
NPO�3,�21.51-23.28u.
In�2022�sluit�de�tabaksfabriek�Koninklijke�Theodorus�Niemeijer�in�Groningen�definitief�de�deuren.�Jarenlang rolden�er�honderdduizenden�pakjes shag�en�sigaretten�van�de�lopende band.�Al�die�tijd�waren�de�tabaksfabriek�en�de�zoetige�geur�uit�de schoorsteen�onlosmakelijk�met�de stad�en�haar�bewoners�verbonden.
Dertig�jaar�geleden�overleed�Freddie Mercury�op�45-jarige�leeftijd�aan�de gevolgen�van�aids.�Deze�ontroerende documentaire�analyseert�de�laatste�jaren�voor�zijn�dood,�na�het�iconische concert�dat�Queen�in�1986�in�Wembley�gaf.�Mede-bandleden�Brian�May en�Roger�Taylor�blikken�uitgebreid�terug�op�deze�periode.
E�N�T�E�RTA�I�N�M�E�N�T
R�E�P�O�RTAG�E�P�RO�G�R�A�M�M�A
NPO�3,�21.17-21.51u.
NPO�2,�21.49-22.32u.
Speciaal�voor�de�kerstdagen�rukken de�mannen�van�D�ra�a�d�s�t�a�a�l�,�Jeroen�van Koningsbrugge�en�Dennis�van�de�Ven, hun�bekende�typetjes�uit�de�kast.�Fred en�Ria�hebben�een�hoofdrol:�Ria�wil hun�huwelijk�een�romantische�impuls geven�en�heeft�voor�de�kerstdagen�een overnachting�in�een�hotel�geboekt.
Nederlandse�media�berichten�al�jaren over�transgenderzorg.�Transactivisten klagen�dat�de�wachtlijsten�bij�Nederlandse�klinieken�steeds�langer�worden. Daar�tegenover�staat�een�toename�van kritische,�conservatieve�en�zelfs�transfobe�geluiden.�Hoe�moeten�de�Nederlandse�media�hiermee�omgaan?
Andere�tijden�special
Freddie�Mercury
BBC�2 18.20�The�Two�Ronnies�at�Christmas. 19.10�The�Perfect�Morecambe�&�Wise�Christmas�Special. 19.40�Anything�Goes:�The M�u�s�i�ca�l�.�22.00�Mortimer�&�Whitehouse:�Gone�Christmas�Fishing. 23.00�Adele:�The�BBC�Sessions. 00.00�Tina�Live!.
ARD 19.30�Mythos�KaDeWe-�Das�Kaufhaus�des�Westens. 20.00�Ta�g�e�s�s�c�h�a�u�.�20.15�Ta�t�o�r�t�.�21.45�Donna�Leon�-�Ewige Jugend. 23.15�Ta�g�e�s�s�c�h�a�u�.�23.25�Udo�Lindenberg�-�Keine�Panik�und�immer�mittendrin. 00.58�Ta�g�e�s�s�c�h�a�u�.�01.00�Ta�t�o�r�t�.
ZDF 19.00�Heute. 19.15�Album�2021�-�Bilder�eines�Jahres. 20.15�Herzkino:�Das�Traumschiff. 21.45�Kreuzfahrt�ins�Glück. 23.10�Das�Traumschiff�-�Spezial. 23.55�Heute�Xpress.
TV�5 18.30�L’i�nv�i�t�é�.�18.39�La�Suisse�sauvage. 19.35�Au�fil�de�l’eau, les�anguilles�sacrées�de�Polynésie. 20.30�Journal. 21.02�Un soir�au�music-hall. 22.35�Le�Journal�de�la�RTS. 23.06�Le�comte de�Monte-Cristo�:�La�trahison.
Draadstaal�kerstspecial
Argos�TV:�Medialogica
NEW: THE FLANNELS
STIJLVOL & WARM
MR MARVIS introduceert The Flannels: onze meest stijlvolle broek ooit. De flanel stof - een geweven twill gemaakt van 97% GOTS gecertificeerd organic katoen met 3% elastaan - is gebrushed. Hierdoor voelt de broek super zacht aan én het geeft een stijlvolle en warme uitstraling. En dat is precies wat
BESTEL THE FLANNELS NU OP MRMARVIS.COM
S
OE
KZA
K MET
R
AT
IS
NG
K
IT
ND
BA
UG RT
HE BROE
GR
SC
BR
TI
S
DG
AAKT IN PO
ELA
HAN
EM
AL
The Flannels zijn: stijlvol & warm. Perfect voor de feestdagen.
VERZEN
DI