Boomzorg5 2014

Page 1

Jaargang 6 nr. 5, 2014

Vakblad voor boomverzorging en boombeheer in de openbare ruimte

C O N N EC T I N G GR E E N PR O F E S S I O N AL S

Tips en trucs om boomschade te verhalen op daders

Beheerders bestrijden luis naar eigen inzicht • Aartsvijanden van de bladluis in beeld • Bladluis geen serieus probleem, totdat de burger klaagt • Vaccinatiepsuiten tegen bladluisplaag • Ongevaarlijk, maar onprettig: de berkenwants • Fraxinus • TSD lanceert app • Luwa-systeem • Granulaat op maat • Uitgestelde onverenigbaarheid


XEN-ADV-130212

Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees vóór gebruik eerst het etiket en de productinformatie.

Voor een effectieve bestrijding van de eikenprocessierups

www.bayercropscience.nl

Bron foto‘s: Henry Kuppen


16

Renate Cadée: 'Door het kandelaberen ontstaat zwak reactiehout en wordt het blad zacht. Dat is heerlijk voor bladluis'

Er zijn al verschillende methoden en middelen ingezet tegen de kastanjebloedingsziekte, maar tot nu toe heeft niets gebaat. ‘De gemeenten zitten nog steeds met de gebakken peren’, constateert Wageningen UR-onderzoeker Jitze Kopinga. ‘In theorie zou dat niet hoeven. In het veld staan genoeg zaailingen die niet ziek worden. Daarmee kan de sector doorselecteren. Het probleem is: dit gebeurt nog weinig tot niet.’

www.boomzorg.nl

2


32

Colofon Boomzorg wordt 8 keer per jaar in een g ­ emiddelde oplage van 2.250 exemplaren verspreid onder boomverzorgers en boombeheerders in dienst van gespecialiseerde bedrijven en gemeentes.

Water en Lucht op de juiste plek! Green Innovation Award Veel jonge bomen in de stedelijke omgeving hebben last van droogte of te weinig zuurstof. Een efficiënte ventilatie en irrigatie is daarom van

Redactie & commercie NWST NeWSTories bv Fransestraat 41 6524 HT Nijmegen

vitaal belang om stadsbomen te

Postbus 569 6500 AN Nijmegen T 024-3602454 F 024-3602464

Hoofdredacteur: H ein van Iersel (hein@nwst.nl) Vakredacteur: Santi Raats (santi@nwst.nl) Vormgeving: Marie Cecile Oosterhout Advertenties: Alberto Palsgraaf (alberto@nwst.nl) Peter Jansen (peter@nwst.nl) Abonnementen 69,- per jaar. De abonnementsperiode loopt van 1 januari tot en met 31 december van ieder jaar en uw abonnement zal jaarlijks automatisch worden verlengd, tenzij uw schriftelijke wederopzegging uiterlijk 31 oktober voorafgaand aan de nieuwe abonnementsperiode in ons bezit is. Op alle abonnementen zijn onze leveringsvoorwaarden van toepassing. Deze vindt u op www.boomzorg.nl/abonnement

ondersteunen. Bij gebruik van twee losse systemen bestaat het risico dat er bewatering plaatsvindt via de beluchtingsbuis. Dit vormde het uitgangspunt voor de ontwikkeling van het Lu(cht)Wa(ter)-systeem.

50

Uitgestelde onverenigbaarheid Juridisch

Door het aloude principe boompje groot, plantertje dood, claimen opdrachtgevers, zoals gemeenten, bijna nooit hun schade die is ontstaan als gevolg van uitgestelde onverenigbaarheid. Punt een: schade is pas na lange tijd zichtbaar. Maar ook is er mogelijk niet genoeg sortimentskennis bij gemeenten aanwezig om te beoordelen wat wel en wat niet samengaat. Daarom moet men zich

ISSN: 2211-9892 Alle auteursrechten en databankrechten ten aanzien van (de inhoud van) deze uitgave worden uitdrukkelijk voorbehouden. Deze berusten bij Boomzorg c.q. de betreffende auteur. Niets uit deze uitgave mag zonder schriftelijke toestemming van de uitgever worden verveelvoudigd en/ of openbaar gemaakt door middel van druk, scan, fotokopie, elektronisch of op welke wijze dan ook. Boomzorg wordt tevens elektronisch opgeslagen en geëxploiteerd. Alle auteurs van tekstbijdragen in de vorm van artikelen of ingezonden brieven en/of makers van beeldmateriaal worden geacht daarvan op de hoogte te zijn en daarmee in te stemmen e.e.a. overeenkomstig de publicatie- en/of inkoopvoorwaarden. Deze zijn bij de redactie ter inzage of op te vragen.

de praktische juridische vraag stellen: hoe kun je vooraf zo goed mogelijk contracten dichttimmeren zodat je geen schade lijdt of achteraf het beste schadevergoeding kunt claimen? En valt er überhaupt iets te claimen?

en verder Actueel 6 Nieuws

Achtergrond 47

Tips en trucs bomenschade

54

De juiste nazorg kan uitval van bomen

voorkomen

Green Innovation Award 38

TSD lanceert app om het schouwen te

vergemakkelijken 45

Granulaat op maat

Bomenmonitor 18

Luizenbestrijding BSI

27

Vaccinatiespuiten tegen bladluisplaag

28

Bladluis geen serieus probleem,

totdat de burger klaagt

Column 62 Hoofdredactioneel


inhoud 31

Ongevaarlijk, maar onprettig: de berkenwants Actueel

Diverse campings, woonwijken waar berkenbomen voorkomen worden sinds juli geplaagd door wantsen, waaronder de grondwants Kleidocerys resedae. Ze komen de huizen, caravans en tenten binnen in grote getallen. In veel gevallen worden de nimfen van deze wantsen voor jonge teken aangezien. Sommige vakantiegangers hebben hun vakantie hierdoor zelfs moeten afbreken.

57

De boom in de hoofdrol projecten Op deze plaats in Boomzorg voortaan een aantal actuele pagina’s met de mooiste, meest bijzondere en opmerkelijk projecten waar bomen een hoofdrol spelen. Wilt u uw project ook op deze pagina’s terugvinden stuur dan een mail naar project@nwst.nl en wij sturen u een formulier toe waarmee u uw project kunt opgeven.

32

Plant met verstand, en vergeet hem niet! Sortiment Er worden een stuk minder essen aangeplant door Nederlandse beheerders; “zwaarbelaagd maakt onbemind, en onkunde verergert dat zeer sterk”. De essentaksterfte mag dan flink huishouden onder de essenpopulatie, onze hofschrijver is er alles aan gelegen om u deze prachtige soort niét te doen vergeten: de gewone es en de smalbladige es zijn op soortniveau erg gevoelig, maar een aantal CV’s ervan weer niet, of veel beperkter! Daarnaast zijn en blijven er andere soorten en CV’s geschikt als laan- of straatboom. Een aantal Fraxinus-parkbomen zijn prachtige knoepers, die waarlijk thuis horen in de ‘Jopper-categorie’.

www.boomzorg.nl

5


Nieuws Meer groen nodig om wateroverlast tegen te gaan Om te voorkomen dat we de komende jaren opnieuw met enorme wateroverlast worden geconfronteerd, is het belangrijk om in te grijpen. Dat stelt Joop Spijker, onderzoeker bij Alterra, in Metro. De komende jaren zal er vaker extreem weer in Nederland voorkomen en voor overlast zorgen. De meeste problemen doen zich voor in steden, waar groen steeds vaker plaats heeft gemaakt voor stenen. Volgens Spijker zorgt juist dat ervoor dat een grote hoeveelheid water niet kan weglopen in de grond. Het is volgens hem daarom van groot belang dat er meer groen wordt gecreëerd. Via groene daken, straatbomen, tuinen en stadsparken kan het water gemakkelijker in de bodem dringen. Als je parken deels verlaagt, zal het water bovendien eerst in het park terechtkomen, waardoor overlast op de weg en bij huizen vaker beperkt blijft. Verder zal er meer geïnvesteerd moeten worden in rioleringen. Het huidige rioolstelsel kan enorme hoeveelheden water immers niet aan.

nieuwe, verduidelijkende foto’s opgenomen. De nieuwe druk van Stadsbomen Vademecum 3C is een onmisbaar standaardwerk voor professionals in de boomverzorging. Het boek is te bestellen via de webshops van IPC Groene Ruimte en International Tree Service (ITS).

Marius Torn Broers naar M. van den Oever Per 1 september is Marius Torn Broers in dienst getreden bij M. van den Oever boomkwekerijen in Haaren. Marius heeft 18 jaar bij Tonsel gewerkt en daarvan 11 jaar in de verkoop. Marius Torn Broers is per direct het aanspreekpunt voor aanvragen, offertes en orders. Hij is al een aantal jaren actief in de boomkwekerij branche, waar hij kennis en ervaring heeft opgedaan. Vele projecten heeft hij mee mogen begeleiden en heeft aangetoond ‘passie voor bomen’ te hebben.

Stadsbomen Vademecum deel 3C Na het vorig jaar opnieuw uitgegeven deel 4, 'Boomsoorten', is nu ook deel 3C, 'Ziekten en plagen', weer beschikbaar. Dit vaak geraadpleegde boek is nu opnieuw uitgegeven. Het bevat veel foto's en bestaat uit 416 pagina's. Sinds het verschijnen van de eerste druk van dit standaardwerk hebben de ontwikkelingen op het gebied van ziekten en aantastingen bij stadsbomen niet stilgestaan. Een aantal ziekten komt nu veel meer voor (bijvoorbeeld massaria en essentaksterfte) en enkele insectenaantastingen dreigen onze kant op te komen (bijvoorbeeld essenprachtkever, Aziatische boktor en Oost-Aziatische boktor). In deze nieuwe, tweede druk van Stadsbomen Vademecum 3C worden ook deze nieuwkomers uitgebreid beschreven. Alle overige teksten zijn kritisch doorgenomen en waar nodig geactualiseerd. Verder is in deze nieuwe druk het aantal houtrotschimmels fors uitgebreid. Mycoloog Gerrit Jan Keizer heeft de bestaande teksten over houtrotschimmels aangevuld en verbeterd en daarnaast beschrijvingen gemaakt van houtrotschimmels die in de eerste druk nog niet voorkwamen. Verder zijn er in deze tweede druk vele

6

www.boomzorg.nl

de gemeente Utrecht en Hoogheemraadschap Delfland de relatie onderzocht tussen bomen en baggeraanwas. Het onderzoek is uitgevoerd op basis van literatuur, baggerdata en bomenbestanden van de gemeente Utrecht, het Hoogheemraadschap Delfland en de gemeente Den Haag. Uit het onderzoek blijkt dat de baggeraanwas door bladval een forse belasting vormt voor het ecologisch functioneren van wateren in de stad en voor het onderhoudsbudget. Op grond van een globale inschatting, die vooral berust op praktijkervaringen in de literatuur, kan worden aangenomen dat de extra baggeraanwas als gevolg van bladval 0,5 tot 1,0 cm per jaar bedraagt. Uitgaande van schone bagger betekent dit extra baggerkosten van 0,18 euro tot 0,36 euro per m2 per jaar. Voor de stad Utrecht betekent dit een bedrag van 1 tot 2 miljoen euro per jaar voor het totale watersysteem. Tauw heeft diverse handvatten aangereikt om baggeraanwas door bladval te beperken. Zo dient bij de inrichting rekening te worden gehouden met zaken als de plantafstand, de locatie van de bomen(rij), de beplantingskeuze en het aanbrengen van lijnvormige elementen tussen bomenrij en waterloop om het blad tegen te houden. Voor de beplantingskeuze is op basis van boomgrootte, kroondichtheid en bladgrootte (en dus bladmassa) aangeven welke boomsoorten veel en weinig bijdragen aan baggeraanwas. Verder kan worden gedacht aan het kappen of snoeien van bomen, bladruimen en bladvissen.

Den Helder kapt zieke kastanjes

Bomen langs water zorgen voor extra baggerkosten Veel steden zijn rijk aan bomen en water. Maar bladafval dat in de waterlopen valt, verhoogt de baggeraanwas en verslechtert de waterkwaliteit. Onderzoeksbureau Tauw heeft in opdracht van

In de gemeente Den Helder zijn 21 bomen aangetast door de kastanjeziekte. Deze bomen worden binnenkort gekapt. In Nederland heerst sinds 2002 de kastanjeziekte. Ook in Den Helder hebben veel bomen last van de ziekte. 21 bomen zijn er zelfs door bezweken en worden gekapt. Komend najaar plant de gemeente Den Helder er weer 22 nieuwe bomen voor terug. De gemeente houdt de zieke kastanjes extra goed in de gaten, omdat er elk jaar wel een paar bomen doodgaan door de ziekte. Zo zijn er deze zomer dus 21 dode bomen gevonden, die binnenkort worden gekapt. Door alleen de ziekste bomen te kappen, blijft de openbare ruimte veilig en groen. Alle dode kastanjes worden vervangen door nieuwe


bomen. Bij het kiezen van de nieuwe bomen kijkt de gemeente naar de omgeving. Er wordt een beperkt aantal kastanjesoorten aangeplant en daarnaast andere soorten, zoals lindebomen, elzen en eiken.

Barendrecht kapt monumentale kastanjeboom De afgelopen maanden heeft de gemeente Barendrecht ruim 15.800 bomen gecontroleerd op veiligheidsrisico’s. Wethouder Dirk Vermaat: 'Barendrecht is een groene gemeente en dat willen wij graag zo houden. Daarnaast hechten we veel waarde aan een veilige woon- en leefomgeving. Daarom controleren wij regelmatig of onze bomen nog wel veilig zijn. Gelukkig blijkt dat voor 92,5% van de gecontroleerde bomen het geval.' Ongeveer 510 bomen zijn onveilig, waardoor snoeien of rooien noodzakelijk is. De gemeente Barendrecht gaat zo’n 430 onveilige bomen snoeien. Hierbij worden voornamelijk grof dood hout en overbelaste takken verwijderd. Daarnaast is het helaas noodzakelijk om 76 bomen te rooien. De wethouder vindt dit spijtig, maar wel strikt noodzakelijk: 'Vaak gaat het hier om zieke bomen die mogelijk gevaarlijk zijn. Dat risico wil ik niet lopen.' Een van de bomen die gerooid moet worden, is de monumentale kastanjeboom. Deze boom is al jaren aangetast door de kastanjebloedingsziekte. Daarbij is geconstateerd dat deze boom van binnen aan het rotten is. Dit is mede aan het licht gekomen doordat ongeveer een maand geleden een zware tak is afgebroken. De combinatie van kastanjebloedingsziekte, houtrot en instabiliteit van de kroon is reden om deze boom te kappen. Vermaat: 'Omdat deze boom ouder is dan 100 jaar, gaat het rooien ons echt aan het hart. Jarenlang heeft deze boom bijgedragen aan het groene imago van Barendrecht.' Overigens is, door het ontbreken van de benodigde bewortelbare ruimte, het herplanten van een boom op diezelfde locatie niet mogelijk. 620 bomen zijn tijdens de controle beoordeeld als ‘attentieboom’. Dit zijn bomen zonder een verhoogd veiligheidsrisico, maar gezien de conditie en vitaliteit is het noodzakelijk om deze bomen ieder jaar te controleren.

MDE vernieuwt kluitenrooier De markt voor kluitenrooiers is niet groot, maar iedere laanboomkweker heeft wel zo'n machine nodig. Veel van deze machines komen traditioneel uit Italië, maar de rol van Italiaanse aanbieders zou afnemen. Een mogelijke oorzaak is dat er door de aanhoudende crisis te weinig geïnvesteerd wordt in broodnodige innovatie. Volgens Mazinus van Dijk van MDE is van dat laatste natuurlijk geen sprake bij zijn machines. MDE heeft juist een compleet vernieuwde kluitenrooier geïntroduceerd. De nieuwe MDE-rooimachine is uitgevoerd met een high speed-rupsonderstel. Zware tandwielaandrijvingen met daarop een groot kettingwiel drijven de beide tracks aan. Dit zorgt voor een dubbel zo hoge snelheid van ongeveer 12 km/uur. De onderrollen zijn met olie gevuld en pendelend gemonteerd, zodat er een geveerd onderstel ontstaat met een goed rijgedrag. Vanaf de bestuurdersplaats kun je met twee joysticks de gehele machine aansturen. De machine is daarbij traploos zonder schokken met beide handen te bedienen door de joysticks. De hydrauliek is van het type Load-Sensing, dat alleen olie op afroep levert. Hierdoor bespaar je brandstof en kan de Kubota-dieselmotor van maar liefst 44 pk zijn werk probleemloos aan. Tijdens het verwisselen van het rooimes hoeven er geen zes of zeven bouten en moeren los- en vastgedraaid te worden, maar volstaat één bout. Een geheel door MDE in eigen huis ontwikkeld systeem zorgt dat het mes hydraulisch muurvast aan de machine geklemd zit, maar toch razend-

snel gewisseld kan worden. Aan de achterzijde zit een optioneel opbergsysteem, dat plaats biedt aan vier messen met verschillende diameters. Hierdoor heeft de kweker altijd het juiste rooimes voor de gevraagde kluitmaat bij zich.

Frans van Jaarsveld geen mededirecteur BoomTotaalZorg In 1988 is het bedrijf BoomTotaalZorg - Van Jaarsveld/ Van Scherpenzeel, zoals de officiële naam luidde, door Frans van Jaarsveld en Henk van Scherpenzeel opgericht. Daaraan voorafgaand werkten Frans en Henk al nauw samen. Na 30 jaar stopt Frans en gaat Henk van Scherpenzeel door als directeur van BoomTotaalZorg. Naast het uitoefenen van het vak, het verbreden van kennis en het geven van leiding, heeft Frans zich de afgelopen 30 jaar ingezet als medeoprichter en penningmeester van de KPB, in de beginjaren van de NVTB. De laatste jaren heeft Frans telkens een stapje terug gedaan en nu vindt hij het tijd om te stoppen. Voor BoomTotaalZorg verandert er niet veel. Henk van Scherpenzeel blijft zich, naast zijn functie als directeur, net als voorheen inzetten voor het vak, de relaties, het personeel en het bedrijf. Later dit jaar zullen ook enkele werknemers tot de directie toetreden. Hierdoor zal de bedrijfsvoering, kennis en kwaliteit van BoomTotaalZorg worden voortgezet met het oog op de verdere toekomst.

Vernieuwende kluitenrooier

www.boomzorg.nl

7


TREE INDUSTRY PERSONALITY

Voor al uw rooi- en snoeiwerkzaamheden Kortenhoef Tel: 06-21225226 www.robvandenhoek.nl

“Onze kwaliteit is onze toekomst” leverancier van Buxusstek Sempervirens, Faulkner & Prunus Novita

www.wilbertstek.nl Smidstraat 1 - 6691 ES - Gendt Tel. 0481 - 425543 | Mob. 06 - 54255446 Fax 0481 - 422963 | info@wilbertstek.nl

VERTROUWD MET BOMEN! Broeksteeg 2 6732 GS Harskamp T 0318 - 654855 F 0318 - 479844 info@flierboomverzorging.nl www.flierboomverzorging.nl

Snoeien, rooien, verplanten VTA controle, advies Treeworker, Tree Technician Bomen & beplanting T: 0172-631 720 info@cyber-adviseurs.nl www.cyber-adviseurs.nl

Boomverzorging en Groenvoorziening

Adviseurs voor: Bomen, Grootgroen, Flora&Fauna

Treviso 13 2921 BJ Krimpen aan den IJssel T: 0180-515844 info@kdbgroen.nl www.kdbgroen.nl

Van Pallandtlaan 10 6998 AW Laag-Keppel T: 0314-642 221 info@foreestgroenconsult.nl www.foreestgroenconsult.nl

VTA-rapportages FFW-checks Meentweg 18 9756 AN Glimmen T: (+31) (0)50 402 85 06 F: (+31) (0)50 402 85 07 mail@stedelijkgroen.com www.stedelijkgroen.com

Markelo: 0547-750 900 Dedemsvaart: 0523-611 176 info@boomspecialist.nl www.boomspecialist.nl

Waaldijk 24 6677 MB Slijk-Ewijk 0481-482 556 0653-847 171 bosland@planet.nl

T: 0525-653695 M: 06-51061686 info@boomentuintechniek.nl www.boomentuintechniek.nl

Ingenieurs - en adviesbureau Betrokken, flexibel, doelgericht en betrouwbaar T: 06-50523935 info@groenadviesamsterdam.nl www.groenadviesamsterdam.nl

T: 030-656 3016 M: 06-54942530 info@vanaschgroenvoorziening.nl www.vanaschgroenvoorziening.nl

Boomadviesdiensten Heusden Boomtechnisch onderzoek, VTA, Boomeffectanalyse, (Picus-) geluidstomografie T: 06-12330613 info@boomkarwei.nl

Boom- en landschapsverzorging VCA gecertificeerd Stationsweg Oost 196 3931 EX Woudenberg T: 033-286 5068 info@gkboomverzorging.nl www.gkboomverzorging.nl

Expert advies voor bomen in de stad

Onderzoek, advies, snoei ETW, ETT

25 jaar ervaring T: 020-411 87 53 couenberg@natura-ingenium.nl www.natura-ingenium.nl

Laan van Mertersem 15 Breda, 076-520 3909 info@B-vier.nl www.b-vier.nl

Windhoek 5 7345 EH Wenum Wiesel T: 055-3121041 F: 055-3120728 bouwmeester@treeworker.nl www.treeworker.nl

Beilen - Terhorst 5 Diever - Kastanjelaan 10 Groningen - Lavendelweg 27 0593 - 52 70 32

Tarzan Boomspecialisten

Snoei & Kap - onderzoek, inventarisatie, aanplant, detachering

T: 0297-582994 f@tarzan.eu www.tarzan.eu

Bloemendaalseweg 68a 2804 AB Gouda T: 06-22420943 info@hovenier-boomverzorging.nl www.hovenier-boomverzorging. nl

Boomverzorging Dwazziewegen 17 9301 ZR Roden T: 050-501 53 46 M: 06-53240346 vosgroenverzorging@planet.nl www.vosroden.nl

Inventarisatie | onderzoek advies | snoeien | Vellen info@boomontzorging.com www.boomontzorging.com • Robert van Stuyvenberg 06-15699852 • Aernout Theunissen 06-23290014

Wencopperweg 64 3771 PP Barneveld T: 06-21582757 F: 0342-427039 www.wencopkwekerijen.nl kwekerij@wencop.nl


Nieuws

Dag van de

Openbare Ruimte Op 8 en 9 oktober 2014 vindt in Expo Houten de Dag van de Openbare Ruimte plaats. De Dag van de Openbare Ruimte is het jaarlijkse ontmoetingsmoment voor iedereen die werkzaam is binnen het werkveld openbare ruimte: ontwerp, inrichting, onderhoud en beheer. De afgelopen editie bezochten 5.126 geïnteresseerden de beurs. De Dag van de Openbare Ruimte laat bezoekers kennismaken met de vele facetten van de openbare ruimte. Op de beursvloer krijgen bezoekers een actueel beeld van alle denkbare producten en diensten op het vlak van openbare ruimte. Kijk voor meer informatie op www.openbareruimte.nl

Bomenbijter molesteert bomen in Scherpenzeel In de gemeente Scherpenzeel lopen twee bordercollies rond die het gemunt hebben op de bomen. De gemeente heeft een groot probleem met de twee viervoeters. Jan Boertjes (technisch beleidsmedewerker groen) vond de schade onacceptabel. Nadat hij meerdere malen de eigenaar van de honden had aangesproken, bleef de toetakeling van de bomen doorgaan. De gemeente kon alleen maar toekijken hoe de schade aan de bomen bleef doorgaan en had er genoeg van. Daarom heeft de gemeente Scherpenzeel onlangs de BiteProtect-stambeschermer van GreenMax geplaatst. Jan Boertjes: 'Het gedrag van mensen is moeilijk te beïnvloeden. De gemeente Scherpenzeel heeft er daarom voor gekozen

diverse bomen op de looproute van de notoire en beruchte bomenbijters fysiek te beschermen met de BiteProtect van Greenmax.' In opdracht van de gemeente Scherpenzeel heeft het bedrijf Permar uit Ede de stambeschermers van GreenMax geplaatst. Deze worden meestal ingezet ter preventie van vraatschade, bijvoorbeeld door groot en klein wild. De bomen in de gemeente Scherpenzeel zijn nu in ieder geval weer veilig tegen de scherpe tanden en nagels van de twee bordercollies.

De Friese Meren kapt 32 kastanjes Teamleider Wijkbeheer Harm de Roo snelt naar een interview voor Omroep Friesland. Hij staat in de belangstelling bij de media sinds openbaar is dat er 32 kastanje-exemplaren van 100 tot 130 jaar oud geveld zullen worden. De gemeente gaat in dit geval zeker niet voor de lol tot kap over. ‘Dit is pure noodzaak,’ becommentarieert De Roo. ‘Alle kastanjes zijn flink aangetast, ook de exemplaren die vijf of zes jaar geleden zijn aangeplant. Bij de laatste zware storm in 2013 is een groot aantal takken van de bomen afgebroken. Toen we ze gingen snoeien, bleek de conditie van de bomen uitermate slecht te zijn. Bij de kastanjes staan een restaurant en een boerderij met een terras. Vorige week is daar een hele dikke tak uitgebroken. Aanvankelijk wilden we de kastanjes deze winter kappen, maar daar kunnen we echt niet meer op wachten. Het toeristenseizoen staat voor de deur en dan zullen er veel mensen in de buurt van de kastanjes vertoeven. Er is sprake van noodkap, waarbij we geen tijd hebben om een kapvergunning aan te vragen.’ De jonge kastanjes worden uit voorzorg verwijderd. ‘Deze zijn ook zwaar aangetast en zullen op den duur ook ten onder gaan aan de bloedingsziekte. Het heeft totaal geen zin om ze te laten staan. We hebben bewoners, de Stichting Vrienden van Sloten en Plaatselijk Belang Sloten al ingelicht. Zij staan achter de beslissing.’


COMPO, EXPERT, OOK IN BOMEN ( bodemverbetering & -bemesting)

WWW.COMPO-EXPERT.NL

De nieuwe norm voor het berekenen van minimale restwanddiktes voor holle bomen

S a fet yC a lc

• • • •

eenduidige en nauwkeurige berekeningen uit te voeren. boomsoortspecifiek en locatie gebonden. conform Eurocode met de nationale bijlage NEN-EN 1991-1-4-2005/NB:2011. unieke restwand bepaling voor stamomtrek met holtes

Ook dit najaar weer cursussen i.s.m. mycoloog en bosecoloog Gerrit J. Keizer ! • Houtrot, zwammen en bomen data: 8, 14 en 21 oktober 2014 • Zwammen en Bomen, Mycological Tree Assessment (MTA) data: 10, 16 en 23 oktober 2014

Cursussen

10

Aantal plaatsen is beperkt, dus meldt u op tijd aan. Meerdere deelnemers? Informeer naar de mogelijkheden.

www.boom-kcb.nl

www.boomzorg.nl

+31 (0) 516-441765 info@boom-kcb.nl

Grindweg 11 8422 DM Nijeberko


Nieuws

BTL start onderzoek essentaksterfte met viertal gemeenten BTL Bomendienst heeft samen met een viertal gemeenten waaronder Druten een onderzoek opgezet naar essentaksterfte. Doel van het onderzoek is manieren ontwikkelen om de effecten van deze ziekte in openbaar groen zoveel mogelijk te beperken. Arnold Meulenbelt van BTL Bomendienst: 'Wij hadden in 2012 al gesprekken met verschillende gemeentes om onderzoekstrajecten op te zetten. Wat we nu gedaan hebben is de onderzoeksvragen van vier gemeentes in één onderzoek bij elkaar brengen.' Een van de zaken die onderzocht zullen worden is het effect van een compostversneller in de strooisellaag onder de boom. Meulenbelt: 'We weten uit internationaal onderzoek dat de schimmel, die de ziekte veroorzaakt eigenlijk afkomstig is van een paddenstoeltje, het essenvlieskelkje, die leeft op het composterende bladsteeltje van de es. Uit ditzelfde onderzoek blijkt ook dat het jaren duurt voordat dit bladsteeltje volledig is vergaan. Al die tijd zorgt het paddenstoeltje voor nieuwe besmettingsbronnen. Anders dan bij bijvoorbeeld iepenziekte kan een besmette boom ook weer genezen van de aantasting met essentaksterfte. Als een boom besmet raakt en vervolgens gezorgd wordt dat de boom vrij wordt gehouden van nieuwe besmettingshaarden zal de ziekte in ongeveer drie jaar weer uit de boom verdwenen zijn. Doel van het onderzoek is nu om te kijken of het mogelijk zou zijn door het versnellen van de compostering die in de strooisellaag onder de boom plaats vindt herbesmetting te minimaliseren. De redenering is daarbij dat wanneer het essenvlieskelkje geen voedsel heeft

in de vorm van bladsteeltjes van de es er dus ook geen besmetting van de boom kan plaatsvinden. Een tweede onderzoeksvraag is onderzoeken van het effect dat snoeien heeft op verspreiding van de ziekte. Jörgen Damman van de gemeente Druten heeft daarom op de foto een aantal borden bij zijn essen geplaatst. In de landelijke gemeente Druten gebeurt het nog al eens dat dorpsbewoners takken uit de kroon van de essen snoeien om te gebruiken als bonenstaak. Arnold Meulenbelt verwacht dat de complete onderzoeksresultaten in 2015 beschikbaar komen.

Slimme afwerking boomspiegels De redactie zag op het bedrijfsterrein van KSP Kunstgras in Lelystad een aantal boomspiegels, die afgewerkt waren met epoxy en geshredderd rubber in verschillende kleuren. Hoewel het natuurlijk gaat om een onnatuurlijk materiaal

oogt het geheel zeer natuurlijk. Het lijkt alsof de boomspiegel is afgestrooid met extreem verkleinde verse boomsnippers. Directeur Joost Sweep meldt dat zijn bedrijf op het idee was gekomen doordat het bedrijf veel ervaring heeft opgedaan met het verzorgen van valondergronden en kunstgras op speelpleinen. Omdat op dit soort pleinen vaak ook bomen verwerkt staan moest ook daar een oplossing voor gevonden worden. Bijkomend voordeel naast de nette uitstraling is dat het geheel goed bij te houden is en toch water- en luchtdoorlatend is. Toch zal niet iedere boomliefhebber meteen gelukkig zijn met deze oplossing. Kenners stellen vragen bij het feit of deze oplossing erg boomvriendelijk is. Helemaal nieuw is het idee natuurlijk niet. Vakblad Boomzorg schreef in 2010 al een uitgebreid artikel over het afwerken van boomspiegels met dergelijke materialen. (zoek met term siersplitdrainage op de site).

Vernieling bomen in Bunschoten De gemeente Bunschoten heeft onlangs geconstateerd dat er binnen de gemeente pogingen zijn gedaan om moedwillig gemeentelijke bomen te vernielen. Het opnieuw planten van bomen kost de gemeente extra geld, dat niet begroot is. De gemeente Bunschoten zal structureel aangifte doen bij vernieling van bomen en zal de kosten van vernieling verhalen op de daders. De kosten kunnen soms oplopen tot duizenden euro’s.

www.boomzorg.nl

11


Altijd de beste stobbenfrees NIE

Stobbenfrees SCW-410H met eigen dieselmotor 32 pk.

UW

Stobbenfrees SCT-550H met eigen dieselmotor 70 of 105 pk.

De stobbenfrezen van Herder-Fermex zijn betrouwbare machines die maximaal presteren. U heeft de keuze uit: • Stobbenfrezen voor tractoraanbouw (vermogensklasse 65-265 pk) • Stobbenfrezen voor kraanaanbouw (vanaf ± 3 ton) • Stobbenfrezen met eigen dieselmotor (32, 70 of 105 pk, als wiel- of rupsversie) Kijk voor meer informatie op www.herder.nl of vraag ernaar bij uw dealer.

U bereikt het meest met Herder Herder B.V. | P.O. Box 8010, 4330 EA, Middelburg | The Netherlands | T. +31(0)118 679500 | F. +31(0)118 638730 | E. sales@herder.nl | www.herder.nl

uw partner in bodemverbetering

Op goede gronden een gezonde groei

Specialist in:

✓ ✓ ✓ ✓

RAG-gecertificeerd

Boomgranulaat Bomenzand Bomengrond

• Gegarandeerd vrij van ziekten • Gegarandeerd vrij van onkruidzaden • Fysische en chemische analyse bij levering • Stabiliteit zuurstofverbruik gegarandeerd • Kwaliteitscontrole op productielocatie

Bomenvoedingsgronden

Deze producten zijn ook leverbaar met een lage pH

! NieuCOw M HEI

BELUCHTINGSYSTEEM

Broekeroordsweg 3b | 8095 RM ‘t Loo - Oldebroek | Telefoon 0525 - 63 08 89 | Fax 0525 - 63 34 89 | info@heicom.nl | www.heicom.nl Heicom-adv Boomzorg 148x210-0312.indd 1

12-07-12 11:29


Er voltrekt zich een ramp in Toronto Alle 860.000 essen in Canadese stad bedreigd, groot deel al dood In Toronto zijn de gevolgen van de essenprachtkever niet te missen. In de stad in het Oosten van Canada zie ik straten met enkel dode laanbomen. 860.000 essen zijn binnen enkele jaren dood als er niets gebeurt. Voor veel bomen is het inmiddels te laat: er voltrekt zich een ramp door een kever die ook in Nederland kan opduiken. Auteur: Jaap Smit, teamleider en dendroloog bij Cobra boomadviseurs In het grote Canada kan vakantievieren in alle windstreken. Maar na de dramatische verhalen over de aantastingen door essenprachtkever in Toronto heb ik thuis een beetje gestuurd in de bestemming, die gelukkig verder ging dan Totonto alleen. Al tijdens de reis van Pearson international Airport naar het eerste hotel, zag ik dode essen. Lanen met Fraxinus die alleen vanuit de stamvoet flink waterloten ontwikkelden en verder kaal waren. Later, op 20 augustus, gingen mijn vrouw en twee dochters zwemmen en kon ik aan het einde van de middag echt op onderzoek uit. Helaas zonder zakmes en prikstok, zodat ik alleen met een twee dollarstuk hier en daar wat bast van aangetaste bomen kon weg peuteren. En met slecht licht. Van opkronen en begeleidingssnoei hebben ze in Toronto gek genoeg nog nooit gehoord. Tot mijn

verbazing levert dat bijna nooit echt problemen op. Het maakt het tijdens mijn rondwandeling echter wel een stuk makkelijker om alles eens goed te bekijken. Alle essen gaan dood! Vanuit ons hotel in Markham, een voorstad van Toronto, liep ik direct de aantasting in. Overal dode en halfdode essen. Het beeld werd nog verergerd door de ijsstorm die er in november 2013 heeft huisgehouden en waarvan de schade nog goed zichtbaar is. In Markham zijn alle essen die ik heb gezien door prachtkever, de emerald ash borer, aangetast. Zoals gezegd zijn de meeste bomen kaal, maar er zijn er ook die alleen kale kroondelen hebben. Andere kroondelen zijn dan half kaal en het beeld van een enkele gesteltak lijkt nog normaal. Niet alle essen lijken even vatbaar. Ik denk een verschil te zien tussen Fraxinus ameri-

cana selecties (met ruwe stammen) en Fraxinus pennsylvanica. De americana’s zijn zonder uitzonderling dood of bijna dood. De pennsylvanica’s volgen voor mijn gevoel binnen enkele maanden. Dus veel maakt het niet uit: dood gaan ze toch. Overigens is de aantasting echt in iedere es die ik in Markham heb gezien - van 5 cm tot 125 cm stamomtrek - aanwezig. Onze inlandse Fraxinus excelsior ben ik in Canada niet tegengekomen, maar op de website van de gemeente Toronto lees ik dat ook die soort gevoelig is. Slingerende boorgangen Omdat op veel plekken de bast van stam en gesteltakken los zat, waren de gangen van de larven van de essenprachtkever goed te zien. De larven vreten zich al slingerend een weg tussen bast en spinthout. Transport van water en voeding is dan al snel niet meer mogelijk, waardoor

www.boomzorg.nl

13


stam en kroon afsterven. En dat gebeurt snel: soms binnen een jaar. Omdat de wortels blijven leven, ontstaat in veel gevallen een krans van waterloten boven de stamvoet. Daar waar dat niet gebeurt zijn de bomen al helemaal dood of is het waterlot met een bosmaaier verwijderd. De takken van de aangetaste bomen zijn verdroogd en lichter bruin dan van een levende es, maar verder lijken de bomen gewoon in rusttoestand. Duidelijke uitvlieggaten In de bast van de bomen zijn duidelijk de D-vormige uitvlieggaten te zien die mij altijd zijn voorgespiegeld. Het rechte deel van de D kan links, rechts, naar boven en onderen wijzen. Trek je de bast los, dan zijn de slingerende gangen goed zichtbaar. Ze zitten vol met boormeel. Op de gesteltakken van bomen die nog (deels) leven, zijn veel verzonken plekken te zien. Krab je daar de bast weg, dan blijkt ook daaronder een dronken larve te hebben gezeten. Blijkbaar droogt de bast door de interne vraatschade al uit. In de meeste verzonken plekken, was een uitvlieggat aanwezig.

14

www.boomzorg.nl

Geen kever of larve gezien Op Twitter kreeg ik na mijn melding dat ik het onderzoek had gedaan, de vraag of ik mijn zakken goed had gecontroleerd. Wees gerust: ja, dat heb ik. Ik wil niet op mijn geweten hebben de importeur te zijn van dit beest. Bovendien heb ik geen enkele levende larve of kever gezien. Ook eitjes of jonge larven heb ik niet kunnen ontdekken. Maar pas op: hij komt toch wel. Net als in Canada met verpakkingshout vanuit China. In het thuisland tast het beest alleen verzwakte exemplaren van de daar inheemse Fraxinus-soorten aan.

boren ze zich in het hout om daar te overwinteren. In het voorjaar maken ze hun uitvlieggat. Waarschijnlijk heb ik geen larven gezien omdat ik alleen van dode bomen bast kon losmaken: daar is voor larven niks meer te halen.

De kevers zijn in mei en juni

Daarnaast is sprake van bestrijding van het beest met het systemische biologische bestrijdingsmiddel TreeAzin. De 5% oplossing van azadirachtin (van de neem-boom) moet met het EcoJect® systeem wordt ingebracht. Op de website lees ik dat Toronto er wel 13.000 bomen mee wil behandelen. Van de 860.000 essen die in de stad staan of stonden…. In de VS is overigens onderzoek gaande naar sluipwespen die de larven parasiteren. Voor de 130.000.000 bomen die in Noord-Amerika inmiddels zijn aangetast (na de

actief en kunnen tot 10 km ver vliegen De kevers zijn in mei en juni actief en kunnen tot 10 km ver vliegen. De volwassen kevers leggen in die periode eitjes. Ik zou de larven in levende bomen gezien moeten kunnen hebben, want die ontwikkelen zich in een zomer. Na de zomer

Toch bestrijding? Ondanks het grote aantal dode bomen dat ik tegenkom, schijnt er door Toronto een actieve strijd tegen de essenprachtkever te zijn. Op de website staat dat prioriteit wordt gegeven aan het weghalen van aangetaste bomen. Ik heb het niet gezien…


ontdekking rond 2000) is dat te laat. Als derde punt kiest de gemeente ervoor een herplant-programma te starten. Ditmaal met een breed sortiment inheemse en uitheemse soorten. Omdat ook de Aziatische boktor in de buurt huist (met een voorkeur voor esdoorn, maar ook andere boomsoorten), worden ook Gleditsia’s en Robinia’s, beide uit Noord-Amerika, genoemd als goede vervangers, maar ook Carya, Ostrya en Catalpa staan op de lijst van recommended trees. Bij een gerenoveerde weg kwam ik jonge aanplant van Aesculus glabra (ook bij ons het proberen waard!) en Gymnocladus tegen. Beide als laanbeplanting. Dat stemt hoopvol. Controle verpakkingshout blijft nodig Ook in Nederland raken we de essen op termijn grotendeels kwijt. De prachtkever en de essentaksterfte werken daarin goed samen. Dat doet pijn en zal veel geld gaan kosten, omdat in sommige gemeenten tot 30% van het bomenbestand uit Fraxinus bestaat. Tot de aantasting hier echt is, moet verpakkingshout flink verhit en gecontroleerd worden voordat het hier binnenkomt. Dat geldt voor Chinese import, maar ook voor hout uit de omgeving van Moskou, waar de essenprachtkever ook al aanwezig is. Poetin heeft er vast alle begrip voor... Ondertussen loopt het onderzoek naar bestrijding van de kever in de VS door. Behalve inventarisatie van de aantasting vind ik onderzoek naar bestrijdingmethoden hier niet nodig: dat gebeurt aan de overkant van de grote plas voldoende. Monitoren van de aantasting is hier zeker wel

nodig. De aantastingsbeelden die ik in Toronto heb gezien helpen daar alvast bij. Biodivers vervangen in Nederland De es is binnen en buiten de stedelijke omgeving een belangrijke en vaak prima boom. Toch zijn er voldoende vervangers voor deze boom. Rekening houdend met de actuele boomaantasting zijn de genoemde Aesculus glabra (!) en Gymnocladus dioica ook hier toepasbaar als laanboom. Maar er is veel meer beschikbaar en leverbaar bij boomkwekers. Wellicht (nog) niet op grote schaal, maar dat is niet erg. Sterker nog: het planten van lange lanen is niet meer aan te raden: afwisseling wordt de norm. Weet u wat de kwekers voor vervangers hebben staan? Nee? Ga dan mee op de kwekerijsafari die we bij Cobra regelmatig organiseren.

Jaap Smit is teamleider en dendroloog bij Cobra boomadviseurs bv. Cobra is sinds 2000 actief in het groene domein van de openbare ruimte. Voor vragen over boomonderzoek en gevarieerde boomsoortenkeuze kunt u contact opnemen met Jaap Smit. Hij is bereikbaar op nummer (06) 30394483, per mail: jaap.smit@cobraBoomadviseurs.nl en via @dendroloog

Bedrijf: Cobra Boomadviseurs BV Naam: Jaap smit Functie: Dendroloog Plaats: Pijnacker Omvang: 25 medewerkers

Stuur of twitter dit artikel door! Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/artikel.asp?id=19-4833

Geschreven onder verantwoordelijkheid van Jaap Smit.

www.boomzorg.nl

15


Knoflook, lieveheersbeestjes, of de burger ‘gewoon zijn auto laten poetsen’: Beheerders bestrijden luis naar eigen inzicht Honingdauw: voor veel burgers een OR-fenomeen met de allerhoogste irritatiefactor. Vele gemeenten ontvangen dan ook jaarlijks tientallen klachten over luizenpoep op particuliere bezittingen. Blijft bladluis een eeuwige uitdaging en strijd? Of komen er oplossingen in zicht? Drie boombeheerders vertellen over hun bestrijdingservaringen. Auteur: Santi Raats

Door het kandelaberen ontstaat zwak reactiehout en wordt ook het blad zacht. Dat is heerlijk voor bladluis. De gemeente Leiderdorp had in het oude dorp veel ‘Euchlora’ staan. Een deel daarvan is ooit gekandelaberd en gehandhaafd als knotboom. De honingdauwoverlast is daar nu sindsdien vrij fors. Boombeheerder Renata Cadée: ‘Euchlora’ is eigenlijk redelijk resistent, door de stevige leerachtige bladstructuur. Maar door het kandelaberen ontstaat zwak reactiehout en wordt ook het blad zacht. Dat is heerlijk voor bladluis. We hebben een aantal jaren achtereen door BSI Bomenservice of door de Nationale Bomenbank de larven van lieveheersbeestjes in de ‘Euchlora’ laten zetten. Maar dat bleek niet afdoende te helpen; door het warme seizoen konden meerdere generaties luizen overleven en daar konden de lieveheersbeestjes niet tegenaan eten. Ook is de cyclus te kort om een biologisch evenwicht te creëren tussen prooidieren en predatoren: de hoeveelheid predatoren heeft geen tijd om zich aan de hoeveelheid prooidieren aan te passen. De omstandigheden in de wijken lenen zich denk ik ook minder als goede habitat voor de lieveheersbeestjes. Zij hebben meer nodig dan bomen met luizen; ze hebben eigenlijk een voller ecosysteem nodig. We hebben wel eens geëxperimenteerd met ganzenvoetachtig onkruid om de ecosystemen in de buurt van een straat met lindebomen te verrijken. Maar in Renata Cadée, boombeheerder de praktijk bestaat er te weinig ruimte in de wijken om onkruiden aan te planten. We hangen nu in plaats van eenmaal Leiderdorp per jaar tweemaal per jaar zakjes met lieveheersbeestjeslarven op, in mei en in juli. Daarmee proberen we te ondervangen dat de bestrijding mislukt door weggeregende zakjes. Ook experimenteren we nu met ‘Greenspire’ en ‘Platyphyllos’. We willen linde blijven aanplanten, anders wordt het zo ‘lindeloos’! Dan struinen we internet af om te zien wat er wordt geadviseerd om aan te planten. Maar de adviezen zijn soms tegenstrijdig, dus het is lastig kiezen. Natuurlijk planten we minder snel hele lanen aan langs locaties waar linde overlast kan veroorzaken, en verplaatsen die naar veilige locaties. Maar als er lindes zijn die we in de wijken kunnen blijven planten, zijn ze welkom.’

16

www.boomzorg.nl


Belangrijk was dat de burger zag dat we actie ondernamen. Daardoor namen de klachten af. Ton Zuidervaart, gemeente Beverwijk: ‘Bladeren vallen uit de boom, zaden vliegen in het rond, allergische stuifmeelreacties, vliegende schimmelsporen en ja, ook nog eens luizenpoep! Het is me wat met die rottige bomen. Ze hakken je soms voor minder om. Tip aan de burger: ‘gewoon laten gebeuren en soms de bezem, emmer water gebruiken voor dit soort ongemak’. Durf deze boodschap als beheerder ook naar buiten te dragen, en je zal zien dat de klachten afnemen. We hebben een paar jaar geleden bestreden met de larven van lieveheerbeestjes, eerst door BSI, daarna een keer door de Nationale Bomenbank, vervolgens hebben we een seizoen zelf de zakjes opgehangen. Het werkte weinig, want we hingen de zakjes op met punaises omdat we geen spijkers in de boom willen slaan, maar na een forse regenbui vielen de zakjes naar beneden. Belangrijk was wel dat de burger zag dat we actie ondernamen. Daardoor namen de klachten af. Nu geven we een duidelijk bericht af op de website van de gemeente met tips voor wat mensen kunnen doen tegen bladluis.’ 6 procent van het stadsbomenbestand in Beverwijk bestaat uit linde, waarvan 2 procent winterlinde, 2 Ton Zuidervaart, boombeheerder procent Hollandse linde, 0,5 procent zomerlinde, 1 procent zilverlinde, en 0,5 procent overige linde. 20 tot 40 procent gemeente Beverwijk van zijn lindes heeft last van luis, de hoeveelheid overlast verschilt per seizoen. Maar ook zijn esdoorns en iepen hebben wat luis. Zuidervaart: ‘Zolang de aanwezigheid van bladluis normaal blijft, is er niets aan de hand.’ In Beverwijk staan heel veel Tilia x europaea langs de wegen. Het zijn oude bomen, die allemaal zwaar onder de bladluis zitten. Beverwijk heeft juist géén last van luizenpoep in de Tilia cordata (Cordata-cv’s zijn ‘Greenspire’, ‘Rancho’, ‘Böhlje’), waarvan er tweehonderd in een hoofdwinkelstraat in het centrum staan. ‘Alhoewel zij onder extreme groeiomstandigheden staan en weinig groei laten zien, hebben ze weinig tot geen luis. Wellicht heeft de overmaat aan beton, metalen boomkransen, markt, permanente kerstverlichting, parkeerstroken, strooizout, kabelterroristen rondom de lindes daar een positieve invloed op….’, aldus een licht sarcastische Zuidervaart. Oude europaea`s (in Beverwijk staan koningslinde en ‘Euchlora’) vertonen in de meeste gevallen wel luizenoverlast, en dan met name de bomen onder moeilijke omstandigheden. Platyphyllos (‘Fastigiata’, ‘Orebro’en ‘Delft’) doen het volgens Zuidervaart aardig en zo ook tomentosa (‘Brabant’, ‘Doornik’, ‘Nijmegen’). De larven van het lieveheersbeestje heeft Beverwijk zelf een paar jaar geleden uitgezet na levering van BSI Bomenservice en in het jaar erna van de Nationale Bomenbank, met wisselende resultaten. ‘Dit is natuurlijk ook slechts een symptoombestrijding. Toen de bezuinigingen zich manifesteerde, was dit een van de eerste acties waar op bezuinigd is.’ Maar Zuidervaart blijft rustig: ‘De ophef is overdreven. Bladluis hoort bij de natuur.’

De bomen nemen een stofje op uit het knoflookextract waardoor de luizen het blad niet meer lusten. Groenbeheerder Ben Demmer van de gemeente Borne past knoflook toe bij een aantal probleemlinden. Er klinken onder beheerders nogal wat geluiden dat knoflook niet zou aanslaan, bij Demmer is dat geenszins het geval. ‘We brengen al acht of negen jaar knoflook in de bodem aan rond linden. We zijn begonnen met een proef bij vijftien bomen, waaronder enkele hele grote monumentale linden van honderdvijftig tot tweehonderd jaar oud in verhardingen. Inmiddels brengen we knoflook aan op meer plaatsen –veelal op plekken waarop we kunnen meeliften met renovatieklussen- en het werkt goed: we raken nooit helemaal van bladluis af, maar de overlast wordt beduidend minder dan dat het ooit is geweest. De bomen nemen een stofje op uit het knoflookextract waardoor de luizen het blad niet meer lusten.’ Gemeente Borne brengt de knoflook zelf aan. ‘We kopen zelf knoflookextracten, die worden in cans van 20 liter geleverd. We brengen vervolgens minimaal zes open pijlers, een soort beluchtingsbuizen aan rond een linde, tot op een diepte van circa 80 centimeter. Het knoflookextract lengen we aan met water en dat mengsel gieten we de buizen in. We geven deze behandeling twee keer per jaar.’ Demmer geeft wel toe dat, tegelijkertijd met knoflooktoediening, de Onderschrift: Boombeheerder Ben Demmer, gemeente Borne bomen, indien mogelijk, een groeiplaatsverbetering krijgen. ‘Waar mogelijk, passen we bomengranulaat toe. Demmer weigert categorisch om zomaar larven van lieveheersbeestjes of gaasvliegen in te zetten tegen bladluis. ‘De lieveheersbeestjes en gaasvliegen in deze producten zijn diersoorten die in Borne niet van oorsprong voorkomen. Hiermee zouden we de biologische keten vervuilen. Maar door uitzet van deze uitheemse natuurlijke vijanden ontstaat het probleem dat we het hele lokale ecosysteem in de war schoppen: een overmaat van uitheemse predatoren zorgt ervoor dat de soorten elkaar opeten in plaats van dat zij effectief alle bladluis wegwerken. Dit fenomeen is beter bekend in de fruitteelt, waar op intensievere schaal wordt gemonitord. Ook neemt het aantal natuurlijke vijanden van de lieveheersbeestjes en gaasvliegen toe in de omgeving, zoals vogels en spinnen. Deze aantallen zouden normaliter veel gematigder zijn. De conclusie mag helder zijn: ik zet alleen natuurlijke vijanden van de bladluis in als ze inheems zijn, maar liever helemaal niet.’

Stuur of twitter dit artikel door! Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/artikel.asp?id=19-4804 www.boomzorg.nl

17


Aartsvijanden van de bladluis in beeld Gaasvlieg en lieveheersbeestje: milieuvriendelijkheid en hoge aaibaarheidsfactor geven positief imago aan bladluisbestrijding Plaaginsecten rukken op in Nederland. Niet alleen worden bomen en planten aangetast, mensen krijgen huidirritatie als zij in contact komen met deze insecten. Onschuldiger, maar wel vervelend is de rommel die de uitwerpselen van bladluizen veroorzaken op alles wat onder bomen staat. Beheerders zoeken tegenwoordig naar oplossingen die biologisch zijn, zodat gericht en milieuvriendelijk kan worden bestreden. Auteur: Martijn van der Spoel Het is op zich is dat niet vreemd dat plaaginsecten oprukken. Want wat is er aan de hand in Nederland? De manier waarop we onze landschappen hebben ingericht - vaak kort gemaaid met weinig bloemen- heeft ertoe geleid dat plaaginsecten zijn toegenomen en bestrijders zijn verminderd. Ook zijn monoculturen in opmars. Hierdoor ontstaan plagen. Door een gebrek aan biologisch evenwicht, waar plaagdieren en natuurlijke bestrijders niet in balans zijn, ontstaat daardoor enorme schade. Tot voor kort werden plagen vooral chemisch bestreden. Dat heeft voordelen, zoals de mogelijkheid een plaag volledig te bestrijden en controle over het gebied waar de plaag moet worden aangepakt. Maar deze wijze van bestrijding heeft ook grote schadelijke gevolgen, zoals enorme schade aan het milieu; geen vermenigvuldigingseffect (een biologische bestrijder houdt zich in stand. Ze voeden zich en nemen sterk in aantal toe); het plaagin-

18

www.boomzorg.nl

sect kan resistent worden tegen de chemische bestrijding; de publieke opinie accepteert niet langer chemische bestrijding op grote schaal. De invloed op de voedselketen wordt gevreesd en de vraag naar alternatieve bestrijding groeit; de ‘aaibaarheidsfactor’ van het lieveheersbeestje geeft biologische bestrijding een positief imago. Adalia Bipunctata (tweestippelige lieveheersbeestje) en Chrysoperla carnea (groene gaasvlieg) Luizen vinden het heerlijk om plantensappen van linden, esdoorns en eiken te zuigen. Vervolgens bevuilen ze auto’s, bankjes en alles wat onder de bomen staat met hun uitwerpselen. Veel mensen weten niet eens dat het om luizenpoep gaat, maar denken dat het natuurlijke bomensappen zijn die op hun autoruiten is gevallen. Maar al met al is het heel vervelend en uiteindelijk schadelijk voor de lak van je auto. BSI Bomenservice werkt al sinds 1997 aan het biologisch bestrij-

den van overlastveroorzakende organismen in bomen en ontdekte dat juist de larven van de Adalia bipunctata, het lieveheersbeestje met twee stippen een luizenplaag het beste kan aanpakken. Goede tweede natuurlijke vijand is de Chrysoperila carnea, de groene gaasvlieg. Voordeel van de gaasvlieg is dat hij ook andere schadelijke insecten bestrijdt, zoals de eikenprocessierups. Een paar cijfers: • een larve van een lieveheersbeestje eet 200 bladluizen per dag • een volwassen lieveheersbeestje eet 600 bladluizen per dag • een larve van een gaasvlieg eet 150 bladluizen en / of 50 eikenprocessierupsen per dag Waar komen de larven vandaan? In tegenstelling tot vroegere tijden, waarin lieveheersbeestjes uit Californië of Azië in het wild


werden verzameld, worden de larven van het inheemse tweestippelig lieveheersbeestje en de gaasvlieg in een laboratorium gekweekt. Het kweken is werkelijk specialistenwerk omdat men zeer afhankelijk is van een steriele kweekomgeving en wordt daarom overgelaten aan gespecialiseerde bedrijven. Uitzetting van de larven Luizenbestrijding met gaasvliegen en lieveheersbeestjes is een betrekkelijk eenvoudige zaak. Zakjes met larven kunnen worden besteld net voor het groeiseizoen begint, voordat de takken zich gaan splitsen. Te vroeg uitzetten heeft geen zin: zonder voeding gaan de larven dood. Begin mei is vaak de beste periode. Er moet wel goed op worden gelet dat het buiten niet te nat is: de larven zijn niet erg mobiel bij koud en vochtig weer. Droog warm weer bevordert een goede verspreiding van de larven over de boom. De larven worden uitgezet in het (tweede of derde larvale stadium) door het zakje onder de kroon van de boom te hangen. Bij het ophangen van de zakjes moet goed worden gelet op zonbestraling, de windrichting, een eventuele mierenroutes en op een goede opening van het zakje. De larven zullen instinctief zo hoog mogelijk in de boom op zoek gaan naar bladluizen. De werking Als de larven zijn uitgezet kunnen de lieveheersbeestjes of gaasvliegen aan het werk. Doorgaans neemt de overlast van bladluizen als aan de bovenstaande voorwaarden is voldaan al na een paar dagen af. Larven ontwikkelen zich snel (binnen acht dagen als de gemiddelde temperatuur 20 graden is en binnen twee tot drie weken als de temperaturen lager liggen ) tot volwassen gaasvliegen en lieveheersbeestjes. Daardoor worden steeds meer luizen opgegeten. Minder luizen betekent minder uitwerpselen en minder

Gaasvlieg eet luis. Foto: Silvia Hellingman

uitwerpselen betekent schonere auto’s en straatmeubilair. Om de luis effectief te bestrijden is één behandeling niet voldoende. Veel verstandiger is het om een ‘kuur’ te bestellen. BSI levert dan gedurende het hele groeiseizoen drie keer de benodigde hoeveelheid larven om de hele zomer door de overlast te bestrijden. Een kuur is ook veel voordeliger dan het plaatsen van een eenmalige bestelling.

'De larven zullen instinctief zo hoog mogelijk in de boom op zoek gaan naar bladluizen' Alternatieven: injecteren of bespuiten met knoflook Al in het voorjaar van 2006 startte BSI met een meerjarig onderzoek bij meer dan 1500 bomen in 12 gemeenten naar de meest effectieve manier om luizen biologisch te bestrijden. Het injecteren van groeiplaatsen met knoflook en het bespuiten van de kronen van de bomen behoorden ook tot de methoden waarvan het effect werd onderzocht. Daardoor geven vitale bomen een voor luizen niet erg aantrekkelijke smaak aan hun sappen mee. Op dit moment zijn er nog niet voldoende resultaten bekend van de gevolgen van bestrijding met knoflook om uitspraken te doen over de vraag hoe effectief deze manier is. Dat geldt niet voor de effectiviteit van biologische bestrijding door lieveheersbeestjes en gaasvliegen. Die nemen bestrijden op milieuvriendelijke wijze jaarlijks miljoenen bladluizen. En dat aantal stijgt nog steeds.

Stuur of twitter dit artikel door! Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/artikel.asp?id=19-4805

Martijn van der Spoel is Teamleider Onderzoek, Advies en Inventarisatie bij BSI Bomenservice.

www.boomzorg.nl

19


Bladluis geen serieus probleem, totdat de burger klaagt Summiere bestrijding bladluis door boombeherend Nederland Honingdauw is een probleem voor de boombeheerder omdat de burger niet blij is met luizenpoep op zijn auto of ander particulier bezit. Hoe gaan Nederlandse beheerders om met bladluisbomen, met name de lindebomen? Auteur: Santi Raats Driekwart van de respondenten die aan deze enquête heeft meegewerkt is boom- of groenbeheerder in gemeentelijke dienst, 19 procent is adviseur of anderszins en 6 procent is aannemer of boomverzorger. 62 procent zegt dat 0 tot 20 procent van de beheerde lindebomen geplaagd wordt door bladluis. 38 procent zegt dat dit percentage bij hun hoger ligt, op 20 tot 40 procent. Vaak ingrijpen Een kwart van de ondervraagden grijpt niet in bij bladluis. De rest wel, met als reden dat luizen overlast geven voor bewoners en de omgeving. Bestrijdingsmethoden Er wordt een keur aan bestrijdingsmethoden toegepast tegen bladluis: Bijna de helft van de ondervraagden past biologische bestrijding toe, dus de inzet van natuurlijke vijanden om bladluis uit te roeien in de lindebomen. Even vaak worden toegepast ‘bodemverbetering voor een hogere weerstand van de boom’ en ‘andere bestrijdingsmiddelen’. De laatste kunnen ook chemische middelen inhouden. Knoflookextracten worden wat minder toegepast bij bladluisbestrijding, in een op de tien gevallen. 15 procent bestrijdt op een andere manier.

20

www.boomzorg.nl

Insectoloog Henk Vlug reageert: ‘Je kunt linde beter in bosplantsoen aanplanten in plaats van langs parkeerplaatsen. Het probleem begint niet bij de boom, maar bij de inrichting van de openbare ruimte. Als je toch perse linde wilt planten in een omgeving waar ze overlast zullen veroorzaken, kun je beter bestrijden met gaasvliegen dan met lieveheersbeestjes, want gaasvliegen zijn roofzuchtiger en kunnen de bladluis beter vinden. Inzet van gaasvliegen is extra succesvol bij ruwbehaarde bladeren want daar hebben hun eieren meer kans om te overleven. En zorg ervoor dat je de conditie van de bomen verbetert. Bomen in goede conditie zijn minder vatbaar voor luis.’ Beheerniveau Het beheerniveau van bladluisplagen is summier, in tegenstelling tot bij andere bekende plagen of boomziekten. 53 procent grijpt alleen in bij bladluis als er klachten binnen komen of als er echt sprake is van zware overlast. 13 procent beheert alleen openbare verblijfsruimten waar veel mensen komen en 7 procent beheert alle doorgaande wegen en openbare ruimten. Een kwart van de respondenten grijpt helemaal niet in: zij melden dat bladluis geen serieus probleem vormt binnen hun gemeente.

Bomenkap Ook wordt nauwelijks gekapt in geval van luizenoverlast: 55 procent heeft nog nooit gekapt en 41 procent heeft incidenteel ooit een boom gekapt. Opvallend is dat toch nog 4 procent aangeeft dat zij al ‘herhaaldelijk’ bomen hebben gekapt die last hadden van bladluis. Informatie van kwekers Op de vraag ‘krijgt u van kwekers goede informatie over welke soorten minder gevoelig zijn?’ zegt iets meer dan de helft dat zij amper goede informatie van kwekers ontvangen. Iets minder dan de helft geeft echter aan prima geïnformeerd

Henk Vlug


te worden. 3 procent zegt dat zij helemaal nooit informatie van kwekers ontvangen over resistentie tegen bladluis. Aangepast beheer 58 procent vindt dat er teveel ophef is rond bladluis. 39 procent vindt bladluisoverlast een belangrijke plaag die niet onderschat mag worden. Een klein aantal respondenten vindt dat er te weinig aandacht wordt besteed aan luis. Bijna iedereen, 81 procent van de respondenten, plant nog evenveel linde aan als voorheen, ongeacht of zij bladluis als een belangrijk beheerprobleem vinden of niet. 19 procent plant toch wel aanzienlijk minder linde aan om het probleem van honingdauw het hoofd te kunnen bieden. Probleemdruk Opvallend zijn de resultaten naar aanleiding van de maatregelen die respondenten hebben genomen om bladluis te bestrijden. 34 procent zegt dat de probleemdruk is verminderd sinds er maatregelen zijn getroffen, maar dat die druk nog wel veel meer naar beneden zou mogen. 33 procent zegt dat de probleemdruk niét is veranderd. 20 procent geeft aan dat er redelijk minder bladluis aanwezig is en 13 procent zegt dat er echt wel aanzienlijk minder bladluis is na alle ingezette maatregelen. Toekomstbeeld Alhoewel bijna 60 procent vindt dat er teveel ophef is rond luizen en 81 procent van de beheerders gewoon evenveel luis aanplant, ziet 56 procent van de ondervraagden de toekomst rond bladluis somber in: ‘de burger zal altijd blijven klagen’. 44 procent is ervan overtuigd dat er inmiddels zoveel goede bestrijdingsmiddelen voorhanden zijn dat het probleem zal ophouden te bestaan.

Stuur of twitter dit artikel door! Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/artikel.asp?id=19-4807

www.boomzorg.nl

21



www.boomzorg.nl

23


GROOT IN BOMEN

LAPPEN

Groot... ...in diversiteit. We kweken niet alleen hoogstambomen in allerlei soorten en maten, maar ook solitaire, tot onder betakte bomen. Wat vindt u bijvoorbeeld van deze prachtige Pinus peuce met een hoogte van 600-700 cm? Herrenpfad 14 · 41334 Nettetal-Kaldenkirchen · Telefoon: +49-2157-818-0 · Fax: +49-2157-818-180 Duitsland · e-mail: info@lappen.de · Uw contactpersoon: Teije de Haan · mobiel: +31-646 080 692

Symbiose tussen natuur & techniek

Terra Nostra. Kennisatelier voor boom en bodem

Wij kunnen u van dienst zijn met: Bomen Effect Analyse (BEA), Boomveiligheidscontrole (VTA), Ziekten en plagen in bomen (IPM-T), Groeiplaatsonderzoek, Bodemanalyses, Inrichten van groeiplaatsen, Verplantbaarheidsonderzoek, Waardevolle en monumentale bomen, Nader technisch onderzoek, Trekproef, Visies op boomstructuren, Planvorming en boombeleid, Taxatie van bomen (NVTB), Toezicht houden bij bomen. Tel. (0184) 69 89 93

www.terranostra.nu

Terra Nostra

kennisatelier voor boom en bodem

Boomverzorging - Onderzoek en Advies - Producten voor groeiplaatsen

www.bsi-bomenservice.nl


www.boomzorg.nl

25


BOMEN KAPPEN OM BOMEN TE PLANTEN?

Wij zijn er voor u! Met een praktische objectieve instelling, gespecialiseerd in ziekten- en plagenmanagement, boomtechnisch advies en de uitvoering van uitdagende projecten van kleinschalige aanplant tot het planmatig onderhouden van grote boombestanden.

Treeworkers en Tree Technicians met ambitie! Beerseweg 50 • 5451 NR Mill | telefoon 0485 455 557 e-mail info@kuppen-bomen.nl | www.kuppen-bomen.nl

Duurzame boomverankering van Natural Plastics, de biologisch afbreekbare vervanger van de traditionele boompalen. Kijk voor alle voordelen op:

www.naturalplastics.nl

KUPPEN BOOMVERZORGING

van probleem naar oplossing!

Versalift Light Duty VTX-240, gemonteerd op GVW 3,5 t chassis +24 m tot -3 m werkhoogte. Versalift Light Duty LDT-39-140-TB gemonteerd op GVW 3.5 t Pick-up. 14 m werkhoogte, TIME Quick Shift

Versalift Medium Duty ETM-36-135-F gemonteerd op de nieuwe Transit GVW 3,5 t, 13,5 m werkhoogte, 180° pendelarm.

TIME Quick shift; Verwissel je gereedschappen in 15min. en vervang de 9, 11 of 14 m hoogwerker door; Watertank, Hogedruk reiniger, Bladzuiger, Zoutstrooier, Takel, Hakselaar, Generator, Kieper, Verhuislift, Wegborden

VERSALIFT is bekend voor • • •

Innovatieve oplossingen Kwaliteit Laagste operationele kosten

T Versalift Light Duty LAT-38-135-H gemonteerd op 3,5 t Pick up. 13,5 m werkhoogte. Volledig hydraulisch knik-arm telescoop.

NEDERLAND

Versalift Heavy Duty VDT-190-F gemonteerd op een 12 t chassis, 19 m werkhoogte. TIME Smartbox werkplaats.

Wilhelminastraat 14 5941 GJ Velden Nederland +31 6 4683 9411 Mail: johnr@timeintl.dk Web: www.time-nederlandbv.nl


Stel: u loopt als consument door de supermarkt. Een advertentie roept naar u: drink dit drankje en u wordt gegarandeerd niet kaal. Gelooft u dat? TFI 4000 heeft sinds een vijftal jaar de luisgarantregeling: gegarandeerd 80 procent luisafname. Gert Veldhuizen legt uit waarom er wel degelijk garantie op overlastafname gegeven kan worden en waardoor de beheerder weer rustig zou kunnen slapen. Auteur: Santi Raats

Vaccinatiespuiten tegen bladluisplaag Groeiplaatsverbetering middels injectie als garantie voor druipvrije bomen Er bestaat niet zoiets als een definitie voor ‘overlast van bladluis’. De mate van plak die honingdauw geeft, bepaalt de irritatiefactor. Toch geeft Veldhuizen aan dat zijn aanpak een overlastafname van 80 procent garandeert. De behandeling Met de Tree Fertilizer Injector wordt een compost met toevoegingen zoals mycorrhyza’s, nematoden en protozoa tot bij de wortels gebracht. Dit geeft de boom een betere weerstand; dikkere celwanden, hogere celspanning en grotere aanmaak van aminozuren. Deze aminozuren zijn bitter voor insecten, waardoor de boom zich beter zou wapenen tegen insecten, zoals bladluis. ‘Normaal gesproken maken gezonde bomen zelf deze aminozuren aan. Maar bomen in stedelijk gebied leven op hoofdelementen in hun slechte ondergrondse situatie en nemen daarnaast weinig noodzakelijke mineralen op om optimaal vitaal te zijn,’ verklaart Veldhuizen. Een sterk verdichte groeiplaats in puur straatzand en een plantgat dat fungeert als waterafvoer zijn veel voorkomende problemen. Insecten maken op grote schaal gebruik van bomen die in slechte conditie verkeren. Deze bomen hebben zachter

Gert Veldhuizen

blad en kunnen zich minder goed weren tegen hun natuurlijke belagers. Insecten zoals bladluis en mineermot vestigen zich massaal op het blad van de boom, waardoor de fotosynthese in het blad afneemt en de conditie van de boom nog verder verslechtert. Deze bomen veroorzaken veelal overlast voor omwonenden door honing-, roetdauw en vroegtijdige bladval. Veldhuizen: ‘Het verhogen van de natuurlijke weerstand van de boom in de basis doet wonderen op het gebied van allerlei ziekten en plagen waartegen de boom door een behandeling beter bewapend is.’ 20 procentmarge: er zal altijd een burger blijven klagen ‘Met deze groeiplaatsverbetering kunnen we dit soort problemen, inclusief de plak die luizenafscheiding ofwel honingdauw maakt, volledig tegenhouden,’ aldus Veldhuizen. ‘De 80 procent is een noodzakelijk ingebouwde marge, omdat er ondanks de druipvrijheid op autoruiten of bankjes altijd wel een bewoner zal blijven klagen. Deze persoon zal ‘plak’ aangrijpen als middel om de boom weg te krijgen. Maar eigenlijk is er dan geen honingdauw meer en de rest van de straat is gewoon tevreden.’ In het seizoen wanneer bladluis overlast veroorzaakt, is vaak snel een ‘lapmiddel’ nodig. Dan past het bedrijf tijdens de groeiplaatsverbetering tevens een knoflookextract toe. ‘De idee achter de toepassing van knoflook is dat het aroma van het blad erdoor verandert, waardoor het voor bladluizen niet meer te herkennen is,’ aldus Veldhuizen. Na circa twee weken slaat de behandeling aan en wordt de honingdauwoverlast al minder. De garantieperiode van afwezigheid van overlast is officieel twee jaar, maar makkelijk ook drie jaar. ‘We houden daarmee een slag om de arm, maar halen die termijn op onze sloffen.’ De termijn van

twee jaar is dan ook te verlengen naar drie jaar. In 2006 heeft TFI 4000 lindebomen behandeld in de gemeente Twenterand: de luizenoverlast werd een stuk minder en is acht jaar later nog altijd binnen de perken. Beheerder Stefan Jonas van de gemeente Twenterand: ‘De ervaringen zijn positief, zeer positief mag ik wel zeggen. Er zijn nog altijd klachten, maar de klachten zijn, vergeleken met wat het voor 2006 was, flink verminderd. Dat is al heel wat.’ Het hoeft niet altijd wetenschappelijk, maar dit ruikt te veel naar commercie. Henk Vlug is insectenkundige oftewel entomoloog en weet dus als geen ander over de relatie tussen insecten en hun omgeving. Over het verhaal van Veldhuizen is hij ronduit kritisch. ‘Dit ruikt te veel naar commercie’ is zijn eindoordeel. ‘Natuurlijk is het zo dat laanbomen, die in asfalt of bestrating groeien verzwakt kunnen zijn en daardoor meer plaagdieren aan kunnen trekken. Het verhaal achter die middeltjes rammelt echter en er is -zover ik weet- geen onderzoek gedaan naar de effecten. De knoflook die ze ook wel injecteren helpt ook niet. Ik ken wel effect van knoflookbolletjes die bij rozen ingegraven worden.´ Tegelijk is Vlug ook mild en welwillend naar de creativiteit van TFI 4000: ‘Niettemin geef ik al die mensen die iets bedenken wel een kans omdat speelse geesten soms weleens een unieke truc weten te vinden. Het hoeft dus niet altijd wetenschappelijk.’ Henk Vlug (hymenoptera@hetnet.nl)

Stuur of twitter dit artikel door! Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/artikel.asp?id=19-4812 www.boomzorg.nl

27


Stuur of twitter dit artikel door! Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/artikel.asp?id=19-4813

28

www.boomzorg.nl


Smakelijk eten! De aanwezigheid van bladluizen kan een behoorlijke overlast geven in de openbare ruimte. Het gaat hierbij niet zozeer om de luizen zelf, maar wel om honing- en roetdauw. Op deze honingdauw groeit een schimmel, roetdauw. Deze schimmel zorgt er voor dat alles zwart wordt. Het gevolg is veel klagende burgers die willen dat de gemeente de overlast aanpakt. Waar in het verleden volwassen kevers werden gebruikt, worden al sinds 2003 juist de larven van het lieveheersbeestje Adalia bipunctata toegepast. Het grote voordeel is dat de larven veel vraatzuchtiger zijn dan de volwassen kevers en niet weg kunnen vliegen bij vermindering van het voedselaanbod. Adalia bipunctata, de Latijnse naam voor het tweestippelig lieveheersbeestje is een inheemse soort, deze komt dus van nature voor in Nederland, die speciaal wordt gekweekt om uit te zetten in het openbaar groen.

www.boomzorg.nl

29


connecting green and infrastructure

groeiplaatsconstructies

wortelschermen

boombakken

boomverankering

amfibieĂŤnschermen

beluchting

bewatering

boomstambescherming

kantopsluitingen

machinale inbouw

Duurzaam groen begint met een goede basisinrichting van het plantvak Bomen maken onze stedelijke omgeving leefbaar. Een gezonde groene infrastructuur in de stad is daarom onmisbaar. GreenMax is gespecialiseerd in duurzame innovatieve producten voor de inrichting van de plantplaats boven en ondergronds, zodat groen en infrastructuur samengaan. GreenMax | Tel: 0031 413 29 44 47 | www.greenmax.eu


Diverse campings, woonwijken waar berkenbomen voorkomen worden sinds juli geplaagd door wantsen, waaronder de grondwants Kleidocerys resedae. Ze komen de huizen, caravans en tenten binnen in grote getallen. In veel gevallen worden de nimfen van deze wantsen voor jonge teken aangezien. Sommige vakantiegangers hebben hun vakantie hierdoor zelfs moeten afbreken. Auteur: Santi Raats

Ongevaarlijk, maar onprettig: de berkenwants Tientallen meldingen van overlast De laatste weken van juli zijn veel meldingen binnen gekomen bij BSI, Kuppen Boomverzorging, Biocontrole en Gemeentes. In openbaar groen wordt dit moment een experimentele bestrijding uitgevoerd met insectparasitaire nematoden. ‘Op 21 juli kwamen de eerste klachten binnen, veelal vanaf een camping in Hoenderloo. Vier of vijf gezinnen waren al naar huis gegaan door de wantsenoverlast op caravans, voortenten, langs de tentstokken en in het eten. Een jongen die lag te zonnen op een stretcher draaide zich om en zijn hele rug zag zwart van de wantsen. We hebben in de nacht van 1 augustus de plaag bestreden met nematoden met de grote tankspuit die we ook inzetten bij de epr-bestrijding. Ook hebben we direct monsters genomen om te zien of de wantsen geparasiteerd worden.’ Silvia Hellingman van Biocontrole: ‘De wantsen worden inderdaad geparasiteerd door de nematoden. Dat is een goed teken voor bestrijding. Maar in de berkenkatjes zitten nog duizenden

Silvia Hellingman, Biocontrole.

nimfen (die later wants worden) van de wants. De nematoden kunnen deze niet bereiken. Bovendien zoeken we nog naar de juiste nematodendosering. Het gaat hier om miljoenen wantsen. Je kunt ze nooit in één bespuiting pakken. Daarom bestrijden we een paar dagen later ook met gaasvliegen; zij parasiteren de nimfen.’ Hellingman is per toeval gestuit op de inzet van de natuurlijke vijand gaasvlieg. 'Boombeheerder Jaap Smit van de gemeente De Wolden en ik hielden onlangs een bemonstering van luizen. Ineens zag Jaap Smit een gaasvlieg agressief de luizen aanvallen. Toen dachten wij: laten we ook gaasvliegen inzetten in de luizenbestrijding.’ De wantsen zijn niet gevaarlijk voor de volksgezondheid, maar kunnen wel hinderlijk zijn. Daarbij kunnen ze stinken, wat mensen als onprettig ervaren. In bepaalde periodes kunnen wantsen in grote aantallen voorkomen, al is dit jaar extreem en

Twan Verhoeven

Berkenwantsen van het geslacht Kleidocerys resedae zijn insecten van maximaal een halve centimeter groot die grijsgroen, groen, of roodbruin van kleur zijn. Dat zijn eigenlijk grondwantsen die zich ophouden voornamelijk in berkenbomen. Zowel de volwassen individuen als de larven zuigen sappen uit de vruchten met hun zuigsnuit, incidenteel worden ze ook rhododendrons aangetroffen. Een andere berkenwants Elasmuscha grisea is ook talrijk in 2014, maar veroorzaakt geen hinder. Deze berkenwantsen hebben, zoals de naam het al aangeeft, een voorkeur voor de berk maar komen ook op andere loofbomen voor zoals els en lijsterbes. De berkenschild wants Elasmostethus interstinctus eveneens een wants die in berken te vinden is, maar ook deze veroorzaakt geen hinder. Het gaat hier uitsluitend over de grondwants van het geslacht Kleidocerys resedae. zijn ze vroeger aanwezig dan in andere jaren. Normaal gesproken worden ze gezien in de herfst op muren van huizen en langs schuren. De wantsen voeden zich met plantensappen, middels de katjes van de berken. De wantsen overwinteren als volwassen insecten. Hellingman: ‘Op dit moment zwermen ze uit en veroorzaken veel hinder bij mensen. Als de wantsen binnen zijn, dan kunnen het beste worden verwijderd met een stofzuiger. Buiten de experimentele bestrijding met insectparasitaire nematoden zijn er op dit moment nog geen andere bestrijdingsopties. Buiten, langs muren, worden ze momenteel ook verwijderd met een stofzuiger, om de overlast zo veel mogelijk te beperken.’

Stuur of twitter dit artikel door! Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/artikel.asp?id=19-4803

www.boomzorg.nl

31


Plant met verstand, en vergeet hem niet! Het geslacht Fraxinus Er worden een stuk minder essen aangeplant door Nederlandse beheerders; “zwaarbelaagd maakt onbemind, en onkunde verergert dat zeer sterk”. De essentaksterfte mag dan flink huishouden onder de essenpopulatie, onze hofschrijver is er alles aan gelegen om u deze prachtige soort niét te doen vergeten: de gewone es en de smalbladige es zijn op soortniveau erg gevoelig, maar een aantal CV’s ervan weer niet, of veel beperkter! Daarnaast zijn en blijven er andere soorten en CV’s geschikt als laan- of straatboom. Een aantal Fraxinus-parkbomen zijn prachtige knoepers, die waarlijk thuis horen in de ‘Jopper-categorie’. Auteur: Jan P. Mauritz VRT ‘Uw schrijver zag halverwege het schrijven van dit feuilleton het aantal woorden en constateerde vervolgens dat het, weliswaar binnen de riante geboden ruimte, onmogelijk is om alle door mij gewenste soorten en variëteiten van Fraxinus te beschrijven, maar óók om informatie te geven over ziekten en plagen zoals de essentaksterfte, over een aantal vreters en knagers en over het gebruik van essenhout. Daarom besluit ondergetekende hierbij dat er twee delen ‘Fraxinus’ in het feuilleton nodig zijn om alle gewenste informatie met u te delen. Amen!’ Kenmerken Een aantal botanici heeft in de vorige eeuw de nodige inspanningen gepleegd om enige helderheid te verschaffen in het onderscheiden van Fraxinus en dat is aardig gelukt. Zo zijn daar de Duitse plantkundige Alexander von Lingelsheim, die aan het begin van de vorige eeuw (1907 tot 1923) een negental publicaties aan het geslacht wijdde, en dr. Hans Scheller, ook een Duitser, die in 1977 een aantal heldere uiteenzettingen en

32

www.boomzorg.nl

uitleggen over morfologische kenmerken van de leden van dit geslacht gepubliceerd heeft. Essen zijn (op één enkeling na, namelijk Fraxinus uhdei, de Shamal Ash uit Mexico en MiddenAmerika) bladverliezende bomen of struiken, met als belangrijkste kenmerk de tegenoverstaande knopstand en de meestal oneven geveerde bladeren. Er is ook een aantal makkers met enkelvoudige bladeren. Het merendeel van de species binnen het geslacht zijn grote, middelgrote en kleine bomen. Daarnaast is er een aantal struiken waarvan kleine boompjes gemaakt worden, dan wel die op een onderstam op 2,40-2,60 m veredeld worden. Een aantal makkers kan in zijn natuurlijk verspreidingsgebied wel tot 40 m hoog worden en zit dan ook direct in de zogeheten ‘Jopper-categorie’. ‘Denk erom dat dát hele imposante bomen zijn met machtige stammen en zware gesteltakken en kronen die adembenemend groot zijn. 40 m hoog, dat is een flat van 13 etages, gigantisch dus!!’ Andere makkers binnen het geslacht zijn hele

kleine struiken tot 0,40 m boven maaiveld. Je kan alle kanten op met die essen, en dat is wel aardig. De eindknop is altijd groter dan de zijknoppen of okselknoppen en bij veel soorten staan er twee of meer zijknoppen direct onder de eindknop. De knoppen zijn min of meer rond, spits eivormig of breed en afgerond eivormig. De knoppen dragen meestal 2 tot 4 knopschubben, zwart, grijzig bruin tot bruin of roestbruin van kleur, afhankelijk van de soort. Bij een aantal soorten zijn de knopschubben min of meer sterk gelobd en de grote eindknop is vaak zeer sterk ontwikkeld en door de bladachtige knopschubben vrijwel kantig. Het blad is altijd tegenoverstaand met een uiteenlopende lengte, afhankelijk van de soort. De oneven geveerde bladeren hebben 3 tot 15 blaadjes van uiteenlopende grootte en breedte met vrijwel altijd een (licht) gezaagde bladrand. De bladtop is van stomp afgerond naar spits puntig en alle varianten daartussen. De bladjukken zijn kort gesteeld of zelf zittend, ook weer afhankelijk van de soort. De centrale bladspil is vaak


Binnen de systematische indeling van het Regnum vegetabile – het Plantenrijk – behoort het geslacht Fraxinus tot de orde van de Lamiales en daarbinnen tot de familie van de Oleaceae, de Olijf-familie. Deze grote familie bestaat uit 24 geslachten en daar binnen uit 615 species (= makkers of rassen), van grote bomen tot houtige klimplanten of lianen. In Nederland komen naast Fraxinus nog een paar geslachten uit deze familie voor zoals Forsythia, Jasminum, Ligustrum en Syringa. De economisch meest belangrijke makker binnen de familie is de olijf of olijfboom, Olea europaea. Het geslacht Fraxinus kent 47 soorten, geen enkele hybride maar wel een dertiental subspecies (ssp’s) en vars. Daarnaast omvat het geslacht ca. 100 CV’s. Vanwege deze grote rijkdom van species is het geslacht Fraxinus weer verdeeld in een tweetal secties, te weten de sectie Fraxinus en de sectie Ornus, die op hun beurt weer zijn onderverdeeld in subsecties, die vervolgens weer in series verdeeld zijn. En dat allemaal om het uit elkaar houden van de species te vergemakkelijken. Die verschillen zitten in de bloeiwijzen, hè, zoals altijd in de botanie, dus hoe de bloemen opgebouwd zijn, waar ze aan de plant zitten etc. Ik ga u niet vermoeien met het totale schema, mede omdat… ‘U voelt het al aankomen, hè, mijn “vrienden” hebben weer allerlei andere indelingen en namen en… Gloeiende, gloeiende… M’n geweer, vrouwtje, waar is die dubbelloops?’ Het natuurlijk verspreidingsgebied van het geslacht Fraxinus omvat de gematigde en subtropische klimaatzone op het gehele noordelijk halfrond, Noord- en MiddenAmerika, delen van het Caribisch gebied, heel Europa inclusief Zuid-Scandinavië, Klein-Azië, een klein stukje Noord-Afrika, het Midden- en het Verre Oosten. In het algemeen is de Fraxinus een gebergteboom, maar er zijn ook species die voornamelijk op grote vlaktes voorkomen en andere in de stroomgebieden van grote rivieren zoals de Donau, de Rijn en de Mississippi.

iets kantig of wat gegroefd, waarbij de groef als een gootje over de bovenzijde van de bladspil loopt. De bladvoet van deze spil is verbreed en laat na bladval steeds een duidelijk en herkenbaar bladmerk achter dat de okselknoppen ten dele omvat, waarbij de knoppen dan net boven of boven in het bladmerk staan. De bladkleur loopt van meestal diepgroen naar lichter groen of dofgroen of enigszins glanzend, en aan de onderzijde van het blad lichter dan aan de bovenzijde. Het bladoppervlak aan de bovenzijde is bij uitlopen soms licht behaard, maar spoedig daarna kaal; de onderzijde is vaker licht behaard en soms blijft de beharing aanwezig in nerfoksels e.d. De herfstkleur is, afhankelijk van de soort, sterk wisselend, van niet-spectaculair bruinig of grijzig bruin via geel, oranje tot opvallend wijnrood tot rood violet. Dus voor elk wat wils, wat herfstkleur betreft dan! Het is duidelijk dat de plaats van de bloeiwijze aan de twijg, eindstandig of okselstandig, maar ook de aan- of afwezigheid van kelk en kroon bij de bloemen enkele belangrijke en onderscheidende kenmerken zijn bij de bovengenoemde indeling van het geslacht. De soorten met eindstandige bloeiwijze bloeien tijdens of na het ontvouwen van de bladeren; deze worden door insecten bestoven. De makkers met okselstandige bloeiwijze bloeien vóór de bladontwikkeling en deze worden door de wind bestoven. Grote verschillen dus en niet zo simpel om uit elkaar te houden. De bloeiwijze van het geslacht is een- tot vaak tweehuizig. ‘U weet toch wel wat dat betekent, of niet soms? En zo niet, lekker zelf even opzoeken, want ik heb het vaak genoeg herhaald in de verschillende delen van dit feuilleton.’ De bloemen zijn een- of tweeslachtig. ‘Ook hier

zelfwerkzaamheid als de parate kennis van deze termen even weggezakt is of geheel ontbreekt.’ De bloemkelk, indien aanwezig, is klein, klokvormig, met 4 slippen of minder duidelijk ingesneden tot zelfs het ontbreken van de slippen. De kroon bestaat uit 4, soms 2 of 6 witte blaadjes, maar deze kroon ontbreekt bij de windbestoven species. Er zijn meestal twee vrijstaande meeldraden, slechts zelden 3 of 4. Bij de vrouwelijke bloemen zijn de meeldraden steriel of ontbreken ze totaal; deze bloemen bezitten één stamper. Het vruchtbeginsel is bovenstandig… ‘Aahii, wat was dat ook alweer, hoor ik een aantal lezers kreunen’ en bestaat uit 2 vruchtbladen met elk 2 hangende zaadknoppen, waarvan er meestal 1 tot ontwikkeling komt en zich tot een zaad ontwikkelt. De vrucht is een gevleugelde nootvrucht die door de wind verspreid wordt. Het feit dat er ook uitsluitend eenhuizige en eenslachtige manlijke essen voorkomen bij alle verschillende soorten is altijd van groot belang geweest bij het selectiewerk om goede, sterke en krachtig groeiende bomen te selecteren, daar steriele manlijke bomen in zijn algemeenheid veel harder en sterker groeien dan makkers die zaad produceren of de sec vrouwelijke bomen. Dat zie je terug in de rassenlijsten en die kennis kan je goed benutten bij het invullen van een beplantingsplan waarin essen een deel van de beplanting vormen. De bast of schors van Fraxinus is soortafhankelijk en varieert van heel glad, zoals bij Fraxinus ornus en CV’s, tot zeer diep gegroefd, zoals bij Fraxinus angustifolia en de CV’s ervan. Daarnaast zijn er ook nog species die gegroefde schors aanmaken die afbladdert en dan sterke gelijkenis vertoont met bijvoorbeeld Acer campestre. Species met dit schorstype zijn

Fraxinus americana 'Autumn Purple' herfstkleur.

www.boomzorg.nl

33


o.a. Fraxinus latifolia en Fraxinus velutina. Essen hebben een krachtig en sterk wortelgestel met een penwortel, die zich al snel splitst in een aantal sterke diepgaande zijwortels. Het wijdspreidende en diepgaande wortelgestel draagt zorg voor een sterke verankering, waardoor scheef draaien of omwaaien van deze makkers dus heel weinig of niet aan de orde is; integendeel! ‘Zo vrienden, dat was een heel epistel over de morfologische kenmerken van het geslacht en de makkers die allemaal deel uitmaken van dat geslacht met alle toeters en bellen die erbij horen. En dan vermoei ik u maar niet met feiten zoals dat een deel van de makkers van één soort tetraploïd en een ander deel hexaploïd is (2n=138), hè, maar niet doen!’ Het sortiment En dan zoals u van mij gewend bent, snel naar een beschrijving van een aantal bomen die uw schrijver de moeite waard vindt om aan u voor te stellen, en wel systematisch en op volgorde, zoals de Grote Meester Linnaeus ons geleerd heeft, mij in ieder geval! Fraxinus americana De Nederlandse naam is Amerikaanse es of Witte es en de boom komt van oorsprong voor in de oostelijke staten en het centrale deel van NoordAmerika. De boom groeit van nature op de rijke, diep doorwortelbare en voedselrijke vochtige gronden die goed ontwateren. De boom wordt ca. 40 m hoog daar en in cultuur tot ca. 24 m hoog met een breed eivormige kroon. De boom is in 1720 al in Nederland ingevoerd. De stamschors is grijs tot grijsbruin en diep gegroefd. De bladeren zijn oneven geveerd, 30 tot 40 cm lang met 3 tot 4 paar bladjukken en een topblad. De bovenzijde van het blad is donkergroen en de onderzijde witachtig groen met een fraaie violetgele herfstkleur. De boom is tweehuizig en bloeit in kale zijstandige pluimen op het eenjarige hout. De eenslachtige bloem bezit wel een kelk, maar geen kroon. De manlijke bloemen zijn iets purpergroen getint. De bloemen verschijnen in april en de vrouwelijke bloemen worden gevolgd door vruchten, gevleugelde nootjes van 2 tot 5 cm lengte en 5 tot 8 mm breed. Het nootje is glanzend lichtbruin van kleur. Een prima straat- en laanboom, vooral de mannekes, die al hun energie in groei kunnen steken. Fraxinus americana loopt erg vroeg uit in het voorjaar, met daardoor kans op late nachtvorstschade, die de boom pro-

34

www.boomzorg.nl

bleemloos herstelt. Er zijn 3 tot 6 vars. en 6 tot 9 CV’s van deze soort, afhankelijk van de systematiek en de onderzoeker die het opgeschreven heeft, zoals Charles S. Sargent of A. Rehder, en ik pak er een paar van. Fraxinus americana var. microcarpa Deze var.is een natuurlijke variëteit van de soort en komt uit het oostelijk gedeelte van het NoordAmerikaanse areaal van de soort. De boom wordt beduidend minder groot dan de soort, tot 15-16 m hoog met een smallere eivormige kroon die op oudere leeftijd wat uitzakt met neerwaarts gebogen takken. De boom loopt ook later in het voorjaar uit, waardoor er nauwelijks vorstschade ontstaat. Bladeren als de soort, maar met kleine, smalgevleugelde nootvruchten tot 30 mm in grote trossen. De var.-benaming microcarpa is Latijn voor ‘kleine vrucht’ en slaat op dit laatste. Een prima straat- en laanboom voor de wat bredere profielen. Zo zijn er o.a. ook nog een var. acuminata en een var. juglandifolia die binnen het natuurlijk verspreidingsgebied groeien en afwijkende ken-

Fraxinus americana 'Autumn Purple' herfsttooi.

merken bezitten die de var.-benaming rechtvaardigen. Fraxinus americana ‘Autumn Applause’ Een Amerikaanse, zaadloze selectie, dus een… uit 1975 met een breed eivormige kroon met opgaande takstand. De boom is uitermate winterhard, middelgroot tot ca. 12-13 m hoog met een breedte van ca. 7 m. Het blad is donkergroen en wat kleiner dan bij de soort. De herfstkleur is van diep wijnrood tot mahonie-roodbruin. De boom vraagt een goed doorlatende, wat zurige tot neutrale grond. Een prima straat- en laanboom, die in alles wat kleiner is dan de soort en dus in de stedelijke omgeving meer mogelijkheden biedt voor gebruik. Een goede en waardevolle boom voor ietwat zurige gronden. Fraxinus americana ‘Champaign County’ Eveneens een Amerikaanse selectie uit hetzelfde vermeerderingsprogramma als de vorige en als enkele anderen, zoals Fraxinus americana ‘Autumn Purple’. ‘Champaign County’ is een steriele en zeer krach-

Fraxinus americana 'Champaign County'.


tige groeier met een fraaie compacte kroon langs een rechte central leader, waardoor de boom ook 16-18 m hoog kan worden. De kroonvorm is eerst smal opgaand en wordt later breed eirond tot breed ovaal met een kroonbreedte van 12-14 m. De leerachtige glanzend donkergroene bladeren lopen bronskleurig uit en verkleuren in de herfst naar geel tot purperrood. Het blad is zoals altijd oneven geveerd met meestal 7 deelblaadjes en 30 tot 40 cm lang. Een prima gebruiksboom, die helaas weinig in cultuur is hier in ons kleine landje. Fraxinus americana ‘Empire’ Een vrij nieuwe Amerikaanse selectie uit begin jaren 80 van de vorige eeuw, van Schichtel Nurseries in de staat New York. Een smal piramidale en zeer sterk opgaande en krachtig groeiende boom met een recht doorgaande centrale stam en krachtige koptak. De boom is een vrouwtje, tot wel 20 m hoog en dan 11-12 m breed. Veel kenmerken als de soort, met glanzend donkergroen blad en een purperrode herfstkleur. Een aanrader van een boom, schit-

Fraxinus americana

terend en ‘dus, dames en heren boomkwekers in Nederland, doe je best!’ Fraxinus angustifolia De soortnaam van deze makker betekent ‘met smalle bladeren’ en dat is ook de Nederlandse naam voor deze schitterende boom. De boom komt van nature voor in Zuid-Europa, NoordAfrika en West-Azië en is al sinds de oudheid rondom de Middellandse Zee in cultuur. De boom komt ook voor als gebergteboom in de Kaukasus als ook in het stroomgebied van de Donau. De boom wordt nog altijd verward met Fraxinus excelsior. Om daar maar eens voorgoed een eind aan te maken het volgende: ‘Zeer karakteristiek voor Fraxinus angustifolia is de bladstand in kransen van 3, vooral aan de dunnere twijgen waaraan later de bloeitrossen ontstaan. Daarnaast zijn de twijgen veel dunner dan de kleine bruine knoppen, afstaand in kransen van 3, in plaats van de veel kleinere, lancetvormige bladeren, de bloemen in trosjes en niet in tuilen en de zeer diep gegroefde stamschors. Zo, dat is het ongeveer, dus nooit meer vergeten en vooral die makkers nooit meer met elkaar verwisselen!’ Het is in ieder geval een grote boom tot ca. 20 m hoog (uitzonderingen >25 m) en in cultuur hier maximaal 15-17 m op een goede standplaats. De boom heeft een regelmatige en vrij open breed eivormige kroon, die op oudere leeftijd wat afrondt. De schors is grijs en diep gegroefd met kleine schorsschubben. De twijgen zijn olijfgroen en later grijsgroen van kleur, kaal, dun en glad. Het oneven geveerde blad is 15 tot 25 cm lang met 2 tot 6 bladjukken, dus 7 tot 13 smalle lancetvormige blaadjes van 5 tot 14 cm lang en 1 tot 2,5 cm breed, met de grootste breedte net onder het midden van het blad. De top is toegespitst en de bladrand is wijd en grof gezaagd, met dien verstande dat ca. 1/3 van het blad vanaf de bladsteel een gave bladrand bezit. De bladeren staan vaak in kransen van 3, hebben 10 tot 12 paar nerven en zijn glanzend donkergroen aan de bovenzijde en lichter groen aan de onderzijde. De herfstkleur is schitterend mooi, schakerend van geel tot wijnrood of purperrood. Fantastisch, vooral op de warmere gronden. De bloemen verschijnen voor de bladontluiking in kleine trosvormige pluimen, hebben geen kelk en geen kroon en zijn geelgroen van kleur. De vruchten zijn elliptisch langwerpig tot lancetvormig, 20-60 mm lang en 6-12 mm breed, met de vruchtvleugel minimaal voor 2/3, maar meestal geheel langs het nootje af.

De boom verdraagt niet echt harde winden; het wat broze hout breekt redelijk snel, dus niet aan de kust of op winderige locaties aanplanten. De soort heeft een aantal CV’s waarvan ik er wederom enkele aan u voorstel. Fraxinus angustifolia ‘Elegantissima’ Een langzaamgroeiende boom met een breed vertakte, bolvormige tot afgeplat ronde kroon, die sinds 1884 in cultuur is. De boom wordt 8-9 m hoog en heeft lichtgroen samengesteld blad, oneven geveerd met 11 tot 13 blaadjes, kleiner dan de soort, 4-6 cm lang en 1 cm breed én met een fabelachtig mooie herfstkleur. Een van de mooiste, volgens uw schrijver, donkerrood tot diep purperrood, onvoorstelbaar fraai en een genot voor de omgeving. ‘Elegantissima’ is eigenlijk geen straatboom vanwege zijn maximale hoogte en zijn brede kroon, maar prima toepasbaar op pleinen en brede grasstroken. Fraxinus angustifolia ‘Monophylla’ Een goede selectie uit 1889 door Baumschule Veltheim in Noord-Duitsland, met een breed piramidale tot breed eivormige kroon en, bijzonder in dit geslacht, een van de weinige met enkelvoudige bladeren. De CV-naam ‘Monophylla’ geeft dat ook aan: mono betekent ‘één’ en phylla betekent ‘blad’. ‘Wat is dat Latijn toch kinderlijk eenvoudig, of niet soms, vrienden?’ In de jeugdfase is deze boom smal piramidaal van kroon en heel regelmatig gevormd, met een vrij dichte en gesloten takstructuur. Op latere leeftijd wordt deze kroon half open en bereikt de boom een hoogte van ca. 15 m en een breedte van ca. 10 m. De knoppen van deze makker zijn bijna zwart van kleur in plaats van meestal bruinrood; het blad is dus enkelvoudig, 12-14 cm lang en aan een lange bladsteel van 5-7 cm. Het blad is eivormig tot breed ovaal met aan de wigvormige bladvoet vaak 2 en soms 3 tandige lobben en onregelmatig en grof gezaagd. De kleur van het blad is glanzend donkergroen, de onderzijde lichter groen en doorgaans iets behaard. De boom is een manneke! Het is een zeer goed bruikbare boom in het stedelijk gebied, windvast en op niet te natte gronden planten in verband met kanker. Verder is de boom geheel spintvrij en goed in de verharding toepasbaar. Gebruiken, die boom! Fraxinus angustifolia ‘Pleinweg’ Een Hollandse selectie van de heer H.W. Vink uit Rotterdam, deze es met een goede en rechte doorgaande stam met schuin opgaande tak-

www.boomzorg.nl

35


ken tot ca. 15-16 m hoog en een 8 m brede, halfopen eivormige kroon. In de jeugdfase breed piramidaal van vorm. De boom is een manneke, dus vruchtloos, en heeft verder veel dezelfde kenmerken als de soort. Een prima straat- en laanboom voor bredere profielen. Het blad is heldergroen, oneven geveerd met een bijzondere geelgroene hoofdnerf en tot 30 cm lang. Fraxinus angustifolia ‘Raywood’ Verreweg de bekendste species uit deze soort. De boom is rond 1920 in Australië bij de stad Adelaide op een boomkwekerij geselecteerd en via Engeland in Europa geïntroduceerd. Fraxinus komt van nature helemaal niet voor in Australië, dus is de selectie op importplanten uitgevoerd met dit resultaat. De oude garde onder u, waar uw schrijver ook toe behoort en die ook nog sortimentskennis op de een of andere tuinbouwschool hebben gevolgd, “Wel een verplicht vak hé, daar ons hele vakgebied gestoeld is op sortimentskennis en nergens ander op” hebben deze boom waarschijnlijk geleerd als Fraxinus oxycarpa ‘Wollastonii’ of als Fraxinus oxycarpa ‘Flame’, en daarnaast kwam eind jaren ’70 van de vorige eeuw de Fraxinus angustifolia ‘Raywood’, een andere boom! Door mijn ‘vrienden’ werd de soort oxycarpa toegevoegd aan, of ondergebracht, óf met andere woorden opgevreten door de soort angustifolia. De soortnaam oxycapra betekent trouwens met spitse vruchten. Nu is alles dus op een hoop gegooid onder de laatst genoemde soortnaam

Fraxinus angustifolia blad.

36

www.boomzorg.nl

angustifolia en de twee ‘oude’ namen zijn gedegradeerd tot synoniem! Uw schrijver is het daar niet mee eens. “Weer niet, JP, hoor ik een aantal van u verzuchten, je ligt nog al eens dwars met de gevestigde orde hé? Inderdaad vrienden, dat gebeurt nogal eens, en niet zonder reden dat kan ik u verzekeren!!” Het zijn drie verschillende bomen, die weliswaar zeer sterke gelijkenis vertonen, maar het zijn drie verschillende wezens. De grootste verschillen zijn de herkomst, de uiteindelijke hoogte van de boom en de herfstkleur. ‘Raywood’ komt zoals gezegd uit Australië, is de grootste van de drie, 20 tot 22 meter hoog en verkleurt tot diep paarsrood/purperrood, de CV ‘Wollastonii’ komt uit Engeland, wordt 18 tot 20 meter hoog en verkleurt oranjerood tot dieprood, en is geselecteerd rond 1860 door de Wollastone Nurseries uit Kent en ‘Flame’ is geselecteerd door de grote meester van de Koninklijke ….. in Oudenbosch en komt dus uit Nederland. De boom met een geeloranje tot oranjerode herfstkleur wordt tot 16 -18 meter hoog. De NAKB heeft begin 80-er jaren van de vorige eeuw bepaald dat de bomen identiek zijn en allemaal Fraxinus angustifolia ‘Raywood’ gaan heten. Fout NAKB, fout!! ‘Raywood’ is een grote boom tot ca. 20-22 m hoog en ca. 10 m breed, met een onregelmatig gevormde kroon rondom een rechte doorgaande central leader met schuin opgaande gesteltakken. Jonge bomen hebben een smalle ovaalronde gesloten kroon; op oudere leeftijd wordt de

kroon breed eivormig tot rond en halfopen van karakter. Het is een erg gezonde boom met een heel belangrijke gebruiksaanwijzing, die navolging vereist om het gewenste resultaat te behalen. De boom niet op rijke vruchtbare standplaatsen aanplanten en ook niet op plaatsen met een enorm vochtvasthoudend vermogen. De boom groeit zich dan letterlijk de dood in en de takken breken aan alle kanten uit de kroon, en dat is zo zonde!! Een goed doordacht plantplan en een goede standplaatsinrichting, geheel geënt op de wensen en verlangens van deze schitterende boom, levert een geweldig fraaie straat- of laanbeplanting op. De bladeren zijn groot, tot 40 cm, oneven geveerd met 9 tot 13 smalle ovale blaadjes met een gave tot licht gezaagde bladrand en een toegespitste bladtop. De bladjukken staan vrij ver uit elkaar en het blad is glanzend diepgroen van kleur. De herfstkleur van deze makker is adembenemend, met een kleurenpallet van oranjerood tot diep violetpaars of scharlakenrood. De herfstverkleuring is op zijn fraaist op drogere gronden en tijdens een warme herfst, als het blad langer aan de bomen blijft. Een topper van een boom met een gebruiksaanwijzing, maar al met al een superboom op locaties waar het niet te hard waait. Fraxinus x biltmoreana Een Amerikaanse es die van nature voorkomt in de oostelijke staten van Noord-Amerika. Het is een natuurlijke hybride tussen Fraxinus

Fraxinus angustifolia groeit ook tussen de rotsen.


americana en Fraxinus pennsylvanica, twee belangrijke representanten uit de gemengde loofhoutwouden in het oosten van de Verenigde Staten. De boom is als houtproducent veel minder belangrijk dan zijn beide ouders; hij wordt hier in cultuur 18-20 m hoog en in het herkomstgebied tot wel 40 m in het Optimum. De boom vormt uiteindelijk een halfopen, ronde kroon. De stam draagt diep gegroefde grijze schors en de jonge twijgen zijn grijs behaard. Het blad bestaat uit 7 tot 11 deelblaadjes die donkergroen van kleur zijn en tot 18 cm groot met een witachtige onderzijde. De boom is tweehuizig, ‘en wat betekent dat nu ook alweer?’ 1. manlijke en vrouwelijke bloemen op aparte individuen 2. manlijke en vrouwelijke bloemen op één individu Bij tweehuizige planten zijn de bloemen: 1. tweeslachtig 2. eenslachtig (s.v.p. doorstrepen wat niet van toepassing is) De boom bloeit bij de bladontluiking; de bloemen staan in behaarde zijstandige pluimen en worden gevolgd door de gevleugelde nootvruchten van 4-5 cm lengte. De gezonde boom is goed windvast en groeit goed. Helaas kan de boom verrekte slecht wennen aan een standplaats in verhardingen; niet doen, dus, om ergernis en teleurstellingen te voorkomen. Een fraai exemplaar staat in het arboretum Belmonte in Wageningen. Fraxinus excelsior De Nederlandse naam voor deze species is ‘gewone es’; de boom komt hier ook van nature voor, inheems, dus, of autochtoon met een duur woord. Het natuurlijk verspreidingsgebied van deze es is enorm groot en beslaat het grootste deel van Europa, met uitzondering van Middenen Zuid-Spanje en een stukje Schotland; vervolgens is hij wel te vinden in Zuid-Scandinavië, de Baltische staten en het Europese deel van

Fraxinus angustifolia, mannelijke bloeiwijze.

Rusland, rondom de Zwarte Zee, de noordflank van Turkije tot ver in Azië. De soortnaam excelsior betekent ‘hoger’ en slaat op de groeivorm of groeiwijze van de es, die doorgaans met een doorgaande spil respectabele hoogten kan bereiken tot wel 40 m hoog in het Optimum. Het Optimum is dat gedeelte of die gedeelten (soms meer dan één) van een natuurlijk verspreidingsbied waar de groeiomstandigheden voor de boom in kwestie optimaal zijn, zowel qua bodemgesteldheid als alle andere klimatologische omstandigheden en andere aspecten waardoor de boom zijn optimale en maximale maatvoering kan behalen. Uw schrijver kent het geografische Optimum van Fraxinus excelsior niet, dus moet ik mijn toevlucht nemen tot het Optimum voor Fagus sylvatica. Dit is een deel van het Zoniënwoud, een ca. 4.400 ha groot woud ten zuidoosten van Brussel, waar deze bomen hoogten bereiken boven de 45 m. En dat zijn geweldig hoge bomen, niet erg dik qua doorsnede, maar hoog, hoog, echt overweldigend, zulke hoge beuken. Fantastisch! De gewone es is een grote, hoge, zware boom met een grote eivormige tot min of meer ronde, onregelmatige ronde kroon met een doorgaans kaarsrechte doorgaande central leader, met zware gesteltakken die veelvuldig vertakt zijn om zo de machtige kroon te vormen. De schors op stam en gesteltakken is grijs, fijn, vrij ondiep en regelmatig gegroefd. Op latere leeftijd wordt deze schors grover en dieper gegroefd. De twijgen zijn stevig en rond en bij de eindknop ietwat afgeplat hoekig. De kleur is olijfgroen tot grijs, kaal en met beperkt aanwezige en verspreid liggende langgerekte bruine lenticellen. De winterknoppen zijn zwart, breed eivormig met een grote, zwarte eindknop en twee kleinere zijknoppen, ook zwart van kleur. De knoppen zijn aan de top vaak iets behaard. De zijknoppen zijn meer stomp met halfronde overstaande bladmerken. Essen vormen een machtig wortelgestel op basis van een zware penwortel die zich vertakt in een aantal zeer zware en diepgaande zijwortels. Door deze zware verankering staat de boom op een juiste bodem zeer windvast. Het blad is oneven geveerd en 25 tot 30 cm lang, met 3 tot 6 bladjukken en een topblad. De deelblaadjes zijn eivormig tot breed lancetvormig en zitten op de centrale bladspil, 5 tot 12 cm lang en 4 tot 5 cm breed met een lang toegespitste top en een breed wigvormige bladvoet. De bladrand is fijn gezaagd met meer tanden dan nerven. Het blad is donkergroen aan de bovenzijde

en lichter groen aan de onderzijde, met soms een lichte beharing langs de hoofdnerf aan de onderzijde. De bladspil heeft opstaande vleugels en een centraal gootje, meer of minder behaard met een gelige tot bruine herfstkleur, weinig spectaculair en verheffend. Essen kunnen eenhuizig of tweehuizig zijn met tweeslachtige of eenslachtige bloemen, of andersom. ‘U weet het nu toch wel, hè, wat die termen betekenen, of niet soms?’ ‘Laat ik het niet merken dat… Gloeiende g…!!’ De bloei is meestal voor de knopontluiking op het eenjarige hout met onaanzienlijke zijstandige pluimen. De bloemen bezitten geen kelk en geen kroon en de manlijke bloemen blijven vaak als dikke compacte bende aan de boom zitten. De gevleugelde nootvruchten zijn redelijk klein, 2,5-5 cm lang en 7-11 mm breed op een bruinig groene vruchtvleugel. Deze makker is pas op 30tot 40-jarige leeftijd manbaar. Leuk begrip, manbaar. Hoor je en kom je slechts zelden tegen, en betekent… (aan u deze zelfredzaamheid!) Er is een 20-tal CV’s van de gewone es, waarvan ik er een aantal aan u zal voorstellen, maar daar zult u even op moeten wachten tot de volgende Boomzorg na de vakantie! Afsluitend Zo vrienden, dat was dan deel 1 van het Fraxinusepistel. In de volgende Boomzorg deel 2, met het resterende sortiment en andere wetenswaardigheden over dit geweldige geslacht. Doe er uw voordeel mee. Groet

DGA Mauritz Adviseurs & Taxateurs BV

Stuur of twitter dit artikel door! Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/artikel.asp?id=19-4808

www.boomzorg.nl

37


Telefoon volstaat; pen, papier en kwaliteitscatalogus kunnen thuisblijven TSD lanceert app om het schouwen te vergemakkelijken Overheden besteden tegenwoordig vaak niet alleen onderhoud uit aan de aannemer, maar ook inspectie. Kennis wordt naar de markt toe geschoven met als gevaar dat partijen hun eigen vlees niet objectief genoeg keuren. TSD IT bv, leverancier van beheersystemen, heeft een app ontwikkeld die schouwen sneller laat verlopen en nauwkeurig registreert wie heeft geschouwd en wat hij of zij heeft waargenomen: KORapp. Auteur: Santi Raats De KORapp is online en offline op locatie te gebruiken door opdrachtgevers, aannemers en adviesbureaus. Het werkt op normale smartphones en op professionele ‘rugged PDA’s’, met Android besturingssysteem (vanaf versie 4.0). De applicatie is ook toepasbaar op tablets met Android. De KORapp bevat de actuele digitale versie van de Kwaliteitscatalogus van de Openbare Ruimte van het CROW. Aannemers worden professionele schouwers Sommige gemeenten houden schouwen in eigen hand. Sommige lokale overheden laten de aannemer het werk doen en elke maand een

38

www.boomzorg.nl

rapportage maken over hoe het werk ervoor staat. Een gemeentecoördinator wordt dan veelal vrijgemaakt om het contact met de aannemer daarover te onderhouden. Maar er zijn ook overheden die de schouwen in hun geheel aan de aannemer overlaten. Zij verlangen echter wel een goede maandelijks rapportage. Is het resultaat volgens de afspraken, dan wordt de maandelijkse termijnfactuur betaald zonder kortingen. Door de kostenbesparing die deze methodiek met zich meebrengt gaat menig aannemer in zijn Plan van Aanpak het schouwen mee aanbieden en zo de opdrachtgever ontzorgen: de aannemer professionaliseer op het gebied van schouwen Hij

'Alles bij elkaar is men met een bestek een dag per maand bezig!' zoekt echter hierbij wel naar methodieken om zo transparant mogelijk te communiceren naar de opdrachtgever, en om tegelijkertijd concurrerend te kunnen blijven werken. Tijdwinst Normaal gesproken kost het uitvoeren van een schouw veel tijd. Per maand was bijvoorbeeld een relatie van TSD circa drie tot vier uur buiten aan


GREEN INNOVATION

2014 award

koppeling naar beheersystemen via een import en export van de objectgegevens, zodat geen enkel gegeven verloren gaat. Geen spullen meer meezeulen Het kwaliteitshandboek KOR (kwaliteit Openbare Ruimte), om CROW-beeldbestekken mee te meten en monitoren, kan voortaan thuisblijven. De laptop, waarin de digitale versie van de KORcatalogus te downloaden is, eveneens. Een telefoon of kleine tablet in de broekzak is voortaan voldoende. De eerste twee bedrijven hebben de

KORapp al in gebruik genomen. Hans Gageler heeft samen met bedrijfsoprichter Arie Maliepaard de KORapp ontwikkeld. Gageler legt uit: ‘De gebruiker kiest eerst de bestek dat hij of zij moet schouwen. De posten voor bomen, gazonvlakken, of straatmeubilair koppelen automatisch aan de passende Schaalbalk uit de KORcatalogus en de foto’s, prestatie-eisen en besteksteksten komen in beeld. De app koppelt dan aan de waarnemingen, op basis van de gps-locatie, de plek waar je staat aan het bestek. De positie en de waarneming kun je tevens nog

het meten per bestek. Daarna alles invoeren en rapporteren in Excel kost nog een keer vier uur. Alles bij elkaar is men met een bestek een dag per maand bezig. Dan heeft men nog niet eens foto’s aan het rapport gekoppeld, een officieel tijdstempel over wanneer de schouw heeft plaatsgevonden, geo-informatie toegevoegd, aanvullende meldingen en maatregelen ingevoerd, of de score per gebied berekend. De nieuwe KORapp die TSD heeft ontwikkeld, bespaart een schouwende partij 50 procent van de tijd, want al deze onderdelen zitten in het programma. Daarnaast is er een vliegensvlugge

T700 met KORapp en beelddialoog.

www.boomzorg.nl

39


Bomen groeien. U ook? Vraag nu de nieuwe brochure aan boordevol cursussen!

Advies • • • • • • • •

Boombeleid Boombeheer Onderzoek & Advies Boomveiligheidscontrole Begeleiding Groen-projecten Bomen Effect Analyse Directievoering/ toezicht houden Taxatie

Uitvoering • • • •

Snoeien Planten Verplanten Groeiplaatsverbetering • Vellen • Rooien

ideale Al ruim 25 javearrzde ng van gi or partner vooropenbare ruimte! bomen in de

www.boomtotaalzorg.nl

Tel. (0184) 69 89 88 info@cursuscentrumcambium.nl www.cursuscentrumcambium.nl

030 – 601 18 80

Luisoverlast? TFI4000 is uw partner in de bestrijding van luisoverlast. Dankzij de unieke TFI-techniek kunnen we u Luisgarant bieden: na een eenmalige behandeling een luisreductie van 80% tot wel 3 jaar lang! TFI is geschikt voor uiteenlopende toepassingen, zoals groeiplaatsvoorbereiding, groeiplaatsverbetering, opheffen van bodemverdichting en compensatie van wortelschade. U leest er meer over op onze website: tfi4000.nl

Geef bomen de ruimte

info@boomtotaalzorg.nl


GREEN INNOVATION

2014 award

onderbouwen met een foto en een opmerking/ melding of maatregelen. Als inspecteur tik je de gegevens voor de meetlocaties in op kwaliteitsniveau A+, A, B, C of D, hetzelfde zoals je voorheen deed aan de hand van de papieren KOR-catalogus met behulp van pen en papier of in de laptop. Voordeel is dat je al deze spullen niet hoeft mee te zeulen.’ De app rekent vervolgens automatisch alle scores uit, geeft een totaalscore per meetgebied en geeft aan of deze score akkoord wordt bevonden voor de opdrachtgever. Aan de uitkomst is de aannemer natuurlijk veel gelegen, namelijk of hij uitbetaald krijgt en zo ja hoeveel, indien er boetes in rekening gebracht worden. Naast besteksmetingen zijn met het systeem ook beleidsmetingen en nulmetingen uit te voeren. Je kunt je eigen bestek of beheercategorie simpel in Excel opbouwen of exporteren vanuit een reeds bestaand beheersysteem. Nauwkeurige en realtime registratie De schouwer in dienst van de aannemer kan ervoor kiezen om wat te sjoemelen, bij de beoordeling, maar zal hier minder snel mee wegkomen dan voorheen. De app stuurt alle meetgegevens,

Hans Gageler

inclusief foto’s van de beeldlocaties en de gegevens over wie de schouw heeft verzorgd, direct in een rapport door naar het interne beheersysteem van de opdrachtgever. Mochten er later discrepanties ontstaan tussen de gewenste en de werkelijke beeldkwaliteit, dan zijn gegevens uit de gedane schouwen in het verleden vliegensvlug op te vragen. Maar in zo’n geval zou er tussentijds ook niet goed zijn opgelet bij de gemeente… Rapporten De rapporten zien er simpel uit. ‘Een voordeel,’ aldus Gageler. ‘Op deze manier kun je ze makkelijk in stukjes hakken en naar verschillende beheersystemen sturen. Ze zijn simpel, maar je kunt er zoals eerder gezegd van alles aanhangen, zoals ze met gps-coördinaten, ze met foto’s van de meetlocatie combineren, of koppelen aan een gratis Gis-kaart, die te meting realtime op het apparaat toont. Voor andere themakaarten kunnen de coördinaten en meetgegevens ook eenvoudig in .csv-formaat naar de open source software van QGis (> versie 2.2) geëxporteerd worden. Omdat een beheerkaart vaak gegevens over de gehele breedte van de openbare ruimte laat zien, kan zowel door de aannemer als ook de opdrachtgever een tegenvallende beeldkwaliteit verklaard worden, bijvoorbeeld doordat inzichtelijk wordt waarom slechts het beeld in het centrum van de stad achteruit is gegaan in korte tijd: ‘O ja, er was toen een feest in de stad.’ De gemeten data kun je direct versturen naar het beheersysteem. Of je kunt terplekke een standaardrapportage maken in Excel en de data in deze vorm naar de opdrachtgever versturen. Dat ligt eraan wat de opdrachtgever met de aannemer heeft afgesproken. Open toepassing De KORapp is koppelbaar aan vele beheersystemen en resultaten kunnen kant en klaar als .csv-bestand of databasebestand geëxporteerd worden. Ook kunnen vanuit een beheersysteem gegevens naar de app geëxporteerd worden, zoals GPS-informatie. TSD had er baat bij om de communicatietoepassing met de KORapp open te maken. ‘Er zijn veel beheersystemen op de markt,’ verklaart Gageler. ‘Het zou niet kloppen als klanten perse het complete TSD-GroenBeheer pakket moesten aanschaffen om de app te kunnen gebruiken. Nu zijn met 500 tot 1500 euro een of twee mensen ermee uitgerust, hetgeen hen 50 procent aan tijdsbesparing in hun werk oplevert, ongeacht welk groenbeheersysteem ze gebruiken. De app is ook aan te sluiten op

beheersystemen voor civiele werken. De app is ontwikkeld met moderne standaarden en biedt potentie om in toekomst ook andere apps te ontwikkelen, bijvoorbeeld voor het keuren van Plantmateriaal bij levering of tuinaanlegwerkzaamheden. Zolang de besteksformaten in .rsx of .csv zijn, kunnen beleids- en besteksmetingen altijd worden ingelezen. Feitelijk vervangt de app alles aan schrijfwerk op de PC. Dat is een revolutionaire stap. Full proof KORapp is zeer eenvoudig te bedienen, dat wil zeggen dat er geen bijzondere vaardigheden nodig zijn om de app te kunnen gebruiken. Gageler: ‘Tegenwoordig komt het ook voor dat gemeenten hun burgers een schouw laten verrichten, aangezien burgers met andere belevingswaarde naar de openbare ruimte kijken. Er was een proefsituatie waarvan CROW dacht dat het groen perfect in orde zou zijn. Echter, de burgers stoorden zich aan een graffiti-markering, hetgeen zij belangrijker vonden dan het schone pad ernaast.’ De app geeft eenvoudig aan de burger aan waar hij of zij naartoe moet gaan, wat er allemaal te zien zou moeten zijn op de meetlocatie en dan kan er vervolgens heel simpel aangegeven worden bijvoorbeeld veel onkruid, beperkt onkruid, weinig onkruid of geen onkruid. De KORapp is zodanig in te stellen dat de app de beoordelingroute bepaalt. In feite wordt hij dan gestuurd door het beheersysteem van de opdrachtgever: deze haalt systematisch tien posten uit honderd naar voren, omdat per maand dit aantal geïnspecteerd moet zijn wil een beoordeling ‘goed’ zijn om de prestatie van de aannemer voldoende te hebben geëvalueerd en gekeurd. Uitbreiding Dit najaar zal TSD bovendien de KORdesk presenteren: een uitbreiding, gekoppeld aan de KORapp, voor nog meer rapportagefuncties en beheertools. Hier is ook het per toeval steekproefsgewijs samenstellen van beheerobjecten in routes opgenomen, om de professionele inspecteur en ook de burger nog gemakkelijker door de wijk te begeleiden.

Stuur of twitter dit artikel door! Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/artikel.asp?id=19-4811

www.boomzorg.nl

41


Water en Lucht op de juiste plek! Luwa-systeem: beluchting en bewatering in één, en toch gescheiden Veel jonge bomen in de stedelijke omgeving hebben last van droogte of te weinig zuurstof. Deze problemen ontstaan onder andere door een te hoge verdichting onder de verharding. Een efficiënte ventilatie en irrigatie is daarom van vitaal belang om stadsbomen te ondersteunen. Bij gebruik van twee losse systemen bestaat het risico dat er bewatering plaatsvindt via de beluchtingsbuis. Dit vormde het uitgangspunt voor de ontwikkeling van het Lu(cht)Wa(ter)-systeem. Auteur: Marco Brouwers

Beluchtings- en Drainagebuizen Vooral in de stedelijke omgeving wordt er gezocht naar doeltreffende methodes om jonge aanplant effectief te bewateren en van extra lucht te voorzien. Iedereen heeft ze wel eens gezien: beluchtings- en/of drainagebuizen die naast de boom een stukje uit de grond steken. Drainagebuizen zijn een veelgebruikte vorm van bewatering binnen de bebouwde kom. Dezelfde type buizen worden ook toegepast om het wortelpakket van de boom van extra zuurstof te voorzien. Soms worden drainagebuizen gecombineerd met beluchtingsbuizen, maar dit is zeer onverstandig, want de bewatering kan men dan per abuis via de beluchtingsbuizen toedienen. Het is aan te raden om deze buizen altijd gescheiden te houden. Beluchtingsbuizen zorgen voor extra zuurstof dieper in het plantvak. Deze buizen worden daarom ook veel dieper geplaatst (onder de wortelkluit). Drainagebuizen worden juist op de bovenste helft van de kluit geplaatst. Bij bewatering is het namelijk noodzakelijk om water rondom de stamvoet te krijgen. Dit water moet vervolgens van boven in de grond zakken. Een andere optie voor bewatering zijn de kunststof gietranden waarbij men veel meer water kan geven.

42

www.boomzorg.nl

Maar wordt er gekozen om zowel beluchtingsen drainagebuizen te gebruiken kan men deze beter gescheiden houden. Drainagebuizen worden toegepast om water te verspreiden rondom de stamvoet. Meestal wordt aangeraden om een extra beschermlaagje om de buizen te hebben. Door een filterdoek van bijvoorbeeld polyester of kokos is het mogelijk om een buis langer te gebruiken. Hierdoor lopen ze minder snel vol met wortels en grond. Voorkom problemen Zoals gezegd bestaat bij bestaande systemen het risico dat bewatering plaatsvindt via de beluchtingsbuis. Dit vormde het uitgangspunt voor de ontwikkeling van het Luwa-systeem. Het systeem combineert het beluchtings- en bewateringssysteem, waardoor er geen water in de ondergelegen beluchtingsbuis komt. Door samenwerking met toonaangevende boomexperts uit Duitsland garandeert het Luwa-systeem verbeterde groeiomstandigheden voor stadsbomen. Door het gebruik van dit systeem zijn er verschillende voordelen voor de groeiplaats. Ten eerste vindt er een gelijktijdige water- en luchttoevoer plaats. Ten tweede gaat er geen water naar de ondergelegen beluchtingsbuizen. Een geïntegreerde filter zorgt

Het Luwa-systeem wordt gesloten met een stalen eindkap.

er daarnaast voor dat er geen vervuiling in de buizen komt. Het systeem is eenvoudig te plaatsen en niet zichtbaar in het straatbeeld. Tot slot wordt een ‘schoorsteeneffect’ voorkomen, waardoor een wortelkluit mogelijk kan uitdrogen. Het combineren van systemen Er is lang nagedacht over een effectief invoerpunt voor water- en lucht. Belangrijk was om een innovatieve opening te bedenken waarbij er geen


GREEN INNOVATION

2014 award

een drukvaste 45 procent geperforeerde buis kan geplaatst worden. Deze buis wordt gebruikt voor beluchting in bomengranulaat.

'Twee systemen, één invoer: beluchtings- en bewateringssysteem worden gecombineerd in het Luwa-systeem, waardoor er geen water in de beluchtingsbuis kan komen' Het straatbeeld Soms worden de verticale beluchtings- en drainagebuizen aan de bovenkant open gelaten. Probleem hierbij is dat de buizen snel verstopt raken door bijvoorbeeld bladeren. Voor hangjongeren is het ook interessant om de buizen vol te stoppen met afval. Een effectieve ventilatie en irrigatie van de boom moet worden gegarandeerd en het systeem moest visueel niet opvallen. Daarom wordt er vaak gekozen om een stalen eindkap aan de oppervlakte te plaatsen. Deze past mooi in het straatbeeld en tijdens het watergeven kan de deksel eenvoudig worden opengemaakt. Bij het Luwa-systeem wordt geadviseerd om een stalen eindkap te gebruiken van 17 bij 17 centimeter. Luwa is in Nederland verkrijgbaar via GreenMax.

Luwa-doorsnede.

water in de beluchtingsbuizen kan lopen. Door een ‘terugslagklep’ wordt spatwater in de beluchtingsbuizen voorkomen. Het water stroomt naar de bovengelegen buizen en de ventilatie blijft nog steeds volledig functioneel.

Het Luwa-systeem is een splitter waarbij 80 millimeter buizen gecombineerd worden. Via een klikmof of een T-stuk worden de drainagebuizen verbonden. De beluchtingsbuis wordt los onderin het systeem geplaatst. Het is mogelijk om flexi​​ bele beluchtingsbuizen te plaatsen, maar ook

Stuur of twitter dit artikel door! Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/artikel.asp?id=19-4814

www.boomzorg.nl

43


Als u k wali teit be lan

t ind v ijk gr

• Bomen rooien • Klepelen takhout - begroeiing • Bomen snoeien • Ophalen groenafval • Stobben frezen • Biomassa - Rondhout

IJzersterk in rooiwerk 0413-22 41 00 www.vanweertrondhout.nl

Weert_adv_190_133.5_FC.indd 1

3-12-2009 11:55:48

Met aandacht seizoenen vooruit

Oisterwijksebaan 8A - 5056 RD Berkel-Enschot - Telefoon (013) 540 82 00 - www.vanhelvoirtgroenprojecten.nl


Granulaat op maat Zoveel boomsoorten, zoveel wensen voor een specifieke groeiplaats Er zijn de laatste jaren flink wat mogelijkheden ontwikkeld om bomen te planten in verharding. Bomengranulaat aanbrengen in het plantvak is er één van. Maar het is daarmee nog geen vanzelfsprekendheid dat de boom succesvol zal groeien. In het ontwerp en bij de aanleg moeten er meer maatregelen genomen worden om de benutbare doorwortelbare ruimte optimaal te maken. Auteur: Marc Lansink

Groeiplaatsinrichting Bomengranulaat is een optie voor het inrichten van een stabiele, maar toch doorwortelbare standplaats. Vaak worden, met name op basis van lavastenen en grauackestenen, standaardgranulaten samengesteld en toegepast. Echter, de locatie en de boomsoort moeten wel geschikt zijn voor het granulaat wat wordt toegepast. BTL Bomendienst stelt daarom sinds kort granulaat op maat samen. Dit gebeurt samen met de firma Koers, leverancier van zand- en steenachtige materialen voor civiele en cultuurtechnische toepassingen. Onderzoek vooraf Wat vooraf gaat aan de daadwerkelijke groeiplaatsinrichting, is een proces van onderzoek, advies en afstemming met betrokkenen. Aan de hand van groeiplaatsonderzoek wordt de huidige situatie van de in te richten locatie inzichtelijk gemaakt. Hieruit volgen uitgangspunten en mogelijke beperkingen, waarmee rekening gehouden wordt bij het samenstellen van het granulaat. In overleg met de opdrachtgever bepalen we welke steensoort het meest geschikt is en welke aanvullende kenmerken in de samenstelling het beste bij de te planten boomsoort past. Boomgranulaat voor meidoorns Een voorbeeld: is de Paul Krugerstraat in Hengelo. Daar staan al sinds jaar en dag roodbloeiende meidoorns. Dit komt door afspraken tussen bewoners en de gemeente. De meidoorns waren aan vervanging toe en met de aanpak van

een gasleiding is de kans aangegrepen om ook de laanbeplanting nieuw leven in te blazen. De meidoorns zijn gerooid en gelijktijdig met de vervanging van de gasleiding worden in het trottoir nieuwe groeiplaatsen voor de bomen ingericht. BTL Bomendienst heeft speciaal voor deze boomfamilie een bomengranulaat op basis van lava gemaakt. Het is namelijk niet alleen belangrijk dat de groeimogelijkheden voor de bomen op korte en lange termijn optimaal worden afgestemd, maar ook dat de stabiliteit voor de verharding optimaal is. Lava, fractie 20-40 mm, volstaat in deze situatie en heeft bovendien de eigenschap om vocht binden om geleidelijk weer af te geven. Voor de meidoorns hebben we met extra lutum (>6%) en organische stof (>6%) voor een ‘rijkere’ samenstelling gekozen, omdat meidoorns van nature optimale groei vertonen op voedselhoudende, lemige kalkrijke bodems. Boomgranulaat voor esdoorns In een tweede straat in Hengelo, waar esdoorns aan vervanging toe zijn, krijgen de nieuw in te richten groeiplaatsen eveneens ‘boomgranulaat op maat’. Ditmaal is het bomengranulaat geschikt gemaakt voor esdoorns. De verwachte en beperkte belasting op het trottoir is aanleiding geweest om ook hier te kiezen voor granulaat op basis van lava. Vanwege matige groei van esdoorn op kalkrijke bodems hebben we daarnaast bewust gekozen voor een pH van 5,5. Deze pH-waarde in combinatie met een organische stofpercentage en lutumgehalte van rond de 4% moet voor een duurzame groei zorgen.

Andere boomsoorten En zo is er voor vele boomsoorten een granulaat op maat te leveren op basis van de bodem specifieke eisen en wensen van de soort. Gleditsia en Robinia groeien vaak te hard op rijke bodems, dus een wat schraler mengsel is dan aan te bevelen. Beuken en haagbeuken houden er juist van om in een licht lemige grond te staan. Kortom, we kijken per locatie en boomsoort welk groeimedium met welke samenstelling het beste past, oftewel: granulaat op maat.

Marc Lansink

GREEN INNOVATION

2014 award

Stuur of twitter dit artikel door! Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/artikel.asp?id=19-4809

www.boomzorg.nl

45


46

www.boomzorg.nl


Kan ik effe vangen? Tips en trucs om boomschade te verhalen op daders Bij een omver gereden lantaarnpaal weten we allemaal wat er moet gebeuren als de dader bekend is. Maar in menige gemeente blijven de schaderapportages van de bomenploeg liggen. Het wordt als te moeilijk of te tijdrovend ervaren om schade aan bomen te verhalen op de dader. Het gevolg is budgettekort door consequent overmatige inboet. Hoe wordt ‘schade verhalen’ een consequent succesverhaal? Auteur: Santi Raats Ton Zuidervaart, gemeente Beverwijk: ‘Bij grotere schades zoals illegale kap of forse schades door aanrijding zijn er bijna altijd getuigen een of proces verbaal of andere politierapporten. Indien je met de politie een maandelijks evaluatiemoment opzet zul je zien hoeveel grote, maar ook kleinere schades er bij hen geregistreerd staan. Aan de hand daarvan kun je boomtechnische rapportages opstellen. Bij ons komt er al tien jaar lang een politieman langs op het gemeentehuis, eenmaal in de twee maanden. Hij heeft ‘schade’ als taak, ook boomschade.’ Omgaan met verzekeraar van de dader De gemeente Beverwijk heeft door de jaren heen ruime ervaring opgedaan met het pareren van de contra-expertise van de verzekeraar van de schadeveroorzaker. Zuidervaart: ‘Ik heb een keer een half jaar gecorrespondeerd met een contraexpertisepartij over boomschade die veroorzaakt was door een van een auto losgeraakte aanhangwagen. De veroorzaker was door eerdere schades zijn no-claim kwijt en wilde het schadebedrag naar beneden zien bijgesteld. Ik heb de verzekeraar van de man eerst een kans gegeven, maar na een half jaar was ik het gesteggel beu en heb ik de dader en zijn verzekeraar gezegd

dat ik naar de rechter zou stappen. Vervolgens haalden zij snel bakzeil. Mijn advies is dus om je in het lopende proces niet te laten afleiden door verzekeraars in de contra-expertise. Wees ervan overtuigd dat de verzekeraar van de veroorzaker gewoon gaat opdraaien voor de schade aan de gemeentelijke boom. Verval niet in koehandel, want dat heeft de tegenpartij snel door en daardoor zul je bij vervolgschades ook alleen maar

Wouter van de Lest

aan het onderhandelen raken. Maak een gedegen rapport samen met een bekwaam bedrijf en volhard.’ De gemeente Boxtel voert zelf boomtaxaties uit. Wim Netten, opzichter gemeente Boxtel: ‘Wij taxeren boomschades volgens de methode van NVTB. De meeste verzekeraars betalen gewoon uit. Maar sporadisch zijn er verzekeraars die er

Joop Klim

www.boomzorg.nl

47


    

Gouden eieren bestaan

Alle bomen leiden naar Voor de fijnhovenier tot groenvoorziener. Compleet nieuwe software die u eenvoudig meer grip geeft op uw bedrijfsvoering. Powered by

www.piusfloris.nl B O O M V E R Z O R G I N G

T +31 (0)172 23 54 44 groenvision.com/hovenier


moeilijk over doen dat wij onze eigen taxaties uitvoeren voor onze bomen. Ik zou willen voorstellen om met meerdere gemeenten onderling af te spreken om voor elkaar de taxaties uit te voeren. Dan ben je toch nog enigszins onafhankelijk.’ Vandalisme: dader onbekend In Groesbeek zijn in het afgelopen voorjaar diverse keren bloeiende bloembollen afgebroken of kapot geslagen en jonge aanplant verdween keer op keer een dag na plaatsing. Ook worden bomen geregeld vernield, zoals jonge bomen langs uitgaansroutes. Groenbeheerder Wouter van de Lest: ‘Bij dit soort schades kun je er bijna niet achter komen wie de daders zijn. Een toezichthouder zou ze op heterdaad moeten betrappen voordat er een proces verbaal opgemaakt zou kunnen worden. Hetzelfde geldt voor illegale kap van bomen, waarbij de schades van twee keer 1000 euro en eenmaal 3.500 euro zijn verhaald. Maar toezicht kost veel tijd, dus komt er doorgaans weinig van dat geld terug in de bomenpot. Schade op jonge bomen is minder kostbaar dan de schade op volwassen bomen, maar toch. In totaal is de inboet door vernieling van jonge of nieuwe aanplant jaarlijks zo’n 2.500 euro.’ Een verhaal over het vandalisme in het groen in Groesbeek lijkt groenvandalisme in de aangrenzende gemeente Millingen te hebben aangewakkerd. Daar is men nu ook begonnen met het vernielen van bomen. Een aantal bomen is ‘gepeld’, waardoor zij langzaam zullen afsterven. ‘Via de regionale krant zijn bewoners opgeroepen om hierop alert te zijn en vernielingen te melden,’ aldus Van de Lest. ‘De Millingse wethouder voor groen Peter Wassink was na een melding van drie gepelde solitaire beuken

Ronald Wobben

langs de bomen in kwestie gereden en zag daar een paar jongeren rondhangen. Na een stevig gesprek gaven de jongeren toe wie de schade aan de bomen had aangericht. Daarmee had de wethouder de dader in de kraag gevat. De getaxeerde schadebedrag kan nu op hem verhaald worden. Maar vaak komen wij niet achter de identiteit van daders, helaas.’ Sociale controle Gemeenten kunnen burgers stimuleren om alert te zijn op boomvandalisme in hun omgeving en om daar melding van te maken. ‘In het verleden hebben we al vaker illegale kap in rekening kunnen brengen doordat omwonenden de gemeente inlichtten,’ vertelt Van de Lest. Zijn voorganger, beheerder Teun van Grinsven, bedacht ooit een nieuw alternatief om zijn bomen te beschermen: hij smeerde de bomen op geplaagde plekken in met zwart oud wagenvet. De dag erop belde de moeder van een jeugdige dader Van Grinsven op om te vragen of hij de bomen beter wilde schoonmaken. Haar zoon had die nacht namelijk zijn hele bed vies gemaakt en de moeder wilde de kosten voor het schoonmaken van de kleding declareren bij de gemeente. De schade werd, nadat ook de mededaders bekend werden gemaakt, vervolgens op dit alle veroorzakers verhaald. ‘Het is de vraag of dit standaard zou werken op probleemplekken zoals langs uitgaansroutes, want dan bedenken jongeren wel weer wat anders om de bomen te lijf te kunnen gaan. Ook is ooit een beloning van 1000 gulden beloofd voor de persoon die de daders van 51 vernielde bomen aan de uitgaansroute bekend zou maken. Dit leverde echter niets op. Voorlopig proberen wij om langs de uitgaansroute in plaats

Ton Zuidervaart

van lijsterbes in de maat 14-16, lijsterbes in de maat 20-25 aan te planten.’ Waarborgfonds bij aanrijdschade Wanneer de dader van aanrijdschade niet bekend is, wordt het verhalen van boomschade op die dader een lastig verhaal, maar volgens boomadviseur Ronald Wobben kan een beheerder wel op een schadevergoeding rekenen: ‘Bij een aanrijdschade waarbij de veroorzaker niet bekend is kun je, na aangifte, de schade via het Waarborgfonds motorverkeer uitgekeerd krijgen.’ Schadegeld terug naar de bomen Wanneer de gelden voor de boomschades binnen zijn, gaan deze in veel gemeenten naar een pot voor ‘algemene middelen en vandalisme’. Maar dan gaat het geld niet terug naar de bomen. Boombeheerder Zuidervaart: ‘Onze afdeling beheer heeft bedragen voor boomschade uit weten te splitsen naar een post die alleen voor de bomen bestemd is. Jaarlijks genereren wij 15 duizend tot 16 duizend euro uit aanrijdschade om terug te stoppen in de bomen. Dit helpt aanzienlijk om extra onderhoudsbudget voor het bomenbestand te genereren met betrekking tot de inboet.’

Stuur of twitter dit artikel door! Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/artikel.asp?id=19-4806

Wim Netten

www.boomzorg.nl

49


Uitgestelde onverenigbaarheid Door het aloude principe boompje groot, plantertje dood, claimen opdrachtgevers, zoals gemeenten, bijna nooit hun schade die is ontstaan als gevolg van uitgestelde onverenigbaarheid. Punt een: schade is pas na lange tijd zichtbaar. Maar ook is er mogelijk niet genoeg sortimentskennis bij gemeenten aanwezig om te beoordelen wat wel en wat niet samengaat. Daarom moet men zich de praktische juridische vraag stellen: hoe kun je vooraf zo goed mogelijk contracten dichttimmeren zodat je geen schade lijdt of achteraf het beste schadevergoeding kunt claimen? En valt er 端berhaupt iets te claimen? Auteur: mr. Kitty Goudzwaard

50

www.boomzorg.nl


De gevolgen van uitgestelde onverenigbaarheid kunnen vaak aanzienlijk zijn. Iets om flink de pest over in te krijgen. Het voorkomen van uitgestelde onverenigbaarheid heeft inmiddels in de sector veel meer prioriteit gekregen. Bepaalde boomsoorten worden nu bij voorkeur gekweekt op eigen wortel. Maar helaas komt uitgestelde onverenigbaarheid nog vaak voor. Gemeenten hebben zware bewijslast als ze schade door uitgestelde onverenigbaarheid willen aantonen Een product moet voldoen aan de eisen die een koper eraan mocht stellen. Consumenten worden met betrekking tot aankopen sterk door het consumentenrecht beschermd. Bij een ondeugdelijk product kunnen zij bij de leverancier verhaal halen. Zij hebben daarbij een ‘minder’ zware bewijslast dan een niet-consument. Bovendien mogen zijn rechten tot schadeverhaal niet worden beperkt. Gemeenten of aannemers worden weliswaar nauwelijks of nooit als consument beschouwd; toch mogen ook zij een deugdelijk product verwachten en reclameren als dit niet het geval is. Schade bij uitgestelde onverenigbaarheid is jammer genoeg pas zichtbaar na een paar jaar, soms zelfs pas na dertig jaar. Kopers kunnen dus beter meer energie steken in het voorkomen van levering met uitgestelde onverenigbaarheid dan in reclameren. Partijen zijn gelukkig vrij om te contracteren en van alles af te spreken. Verdiep je dus eens goed in de mogelijkheden om schade te voorkomen… of te verhalen. Aansprakelijkheid Kan een kweker aansprakelijk zijn als een boom door uitgestelde onverenigbaarheid omvalt en letsel veroorzaakt? Wel op zijn eigen percelen, indien hij nog eigenaar is. Na verkoop is de boomeigenaar echter aansprakelijk. Het is namelijk zijn boom en daar hoort hij voldoende controle en onderhoud aan uit te voeren. Heeft hij daaraan voldaan en kon hij niet weten dat sprake was van uitgestelde onverenigbaarheid, dan is hij niet aansprakelijk. Heeft hij echter kennis van ‘het aan het product inherente gebrek’ zonder dat dit zichtbaar was bij VTA, dan kan het zijn dat hij toch nader onderzoek had moeten uitvoeren. De kweker heeft hooguit een wanprestatie geleverd door zijn verkeerde product. In dat geval is de gemeente/aannemer aan zet. Gemeente Verhalen gemeenten uitgestelde onverenigbaarheid op een kweker? Uit een rondgang blijkt

dit niet zo te zijn. Navraag in het werkveld naar de reden dat niet gereclameerd wordt: verlies aan kennis bij groenafdelingen? Blijkbaar gaat de oude garde met pensioen en is er door vele verschuivingen in de organisatie minder kennis over boomsoorten en gebreken. Mogelijk kent de afdeling boombeheer de aanschafgeschiedenis van de bomen niet, noch de mogelijkheden tot verhaal. Een berustende houding zal zeker te maken hebben met het lange tijdsverloop tussen aankoop en schade. Een koper moet bovendien bewijs leveren van uitgestelde onverenigbaarheid. Dat bewijs moet aan voorwaarden voldoen. Zomaar iets stellen is niet voldoende. De klager moet aantonen dat de bomen – staande op die specifieke plaats – geleverd zijn door deze kweker. Foto’s zijn daarbij niet afdoende. Hoe leg je vast dat een boom is geleverd door kweker A en niet door kweker B? Per boom en per foto zal de schade die men lijdt moeten worden aangetoond. Daar komt dus wel wat bij kijken.

'Beschrijf de juiste combinatie in je contract!' Overeenkomsten Bij aankopen staat voorop dat partijen vrij zijn om elkaar te contracteren en in welke vorm. Hier ligt voor gemeenten dus een kans. Contract, algemene voorwaarden, handelsvoorwaarden, daar kun je heel wat in afspreken. Tegenwoordig is goed bekend welke veredeling het wel uithoudt als combinatie en welke niet. Beschrijf de juiste combinaties dus in je contract! ‘Koffiedik kijken’, zegt men dan, of je de juiste combinatie daadwerkelijk hebt gekregen. Maar ook daar zijn afspraken over te maken. Denk daarbij aan het van toepassing verklaren van bepaalde keuringen. Naktuinbouw biedt certificeringskeuringen aan, die ook toezien op het voorkomen van uitgestelde onverenigbaarheid. Volgens het reglement van een dergelijke certificering moet worden uitgegaan van teeltmateriaal dat rechtstreeks afkomstig is van gecertificeerde moederplanten, dan wel planten die voorzien zijn van een basiscertificaat. Ook dienen bomen dan veredeld te zijn op onderstammen waarvoor geen onverenigbaarheid is vastgesteld zoals genoemd in het Cultuurwaardeonderzoek onverenigbaarheid. De sector zelf heeft gevraagd om een dergelijke certificering. Dit in het licht van de buitenlandse handel. Na levering klagen over een product kan zinvol

zijn. Het Burgerlijk Wetboek (BW) geeft daartoe mogelijkheden en richting. Termen uit het BW zijn: dwaling, bedrog of non-conformiteit en de grondslag voor ontbinding van een overeenkomst zoals wanprestatie. Consumentenbescherming Een product moet volgens art. 7:17 lid 1 BW aan de overeenkomst voldoen. Oftewel: een product moet (kunnen) doen waarvoor de koper het kocht (art. 7:18 lid 1 BW). Een koper mag reclameren, zelfs als de verkoper geen weet had van het gebrek. Consumenten worden met hun aankopen zwaarder beschermd dan bedrijven en grote professionele partijen. Van ‘consumentenbepalingen’ in het BW kan niet zomaar worden afgeweken (art. 7:6 lid 1 BW). Het is dwingend recht. Een kweker kan niet tegen een consument zeggen dat hij een verkeerd product als gevolg van uitgestelde onverenigbaarheid niet vergoedt of vervangt. De consument heeft recht op herstel, vervanging of ‘geld terug’. Wel moet een koper klagen (aan te bevelen) binnen twee maanden na ontdekking van het gebrek. Ontdekt hij dit gebrek dus pas na jaren en klaagt hij binnen twee maanden, dan kan hij op tijd zijn. Klaagt een consument binnen zes maanden na aankoop, dan moet de verkoper aantonen dat de koper zelf het mankement heeft veroorzaakt. Wachten met klagen tot een deskundige de uitgestelde onverenigbaarheid heeft vastgesteld, kan gevolgen hebben. Beter is meteen binnen de termijn te klagen dan te wachten op een rapport. Ook na een overeengekomen garantietermijn kan een consument mogelijk een beroep doen op het conformiteitsbeginsel. Let op: binnen twee jaar na de kennisgeving van het gebrek moet de koper een rechtsvordering hebben ingesteld. De rechter neemt de verwachte levensduur van het product in zijn oordeel mee, maar ook de professionaliteit van de koper. Een particulier zal minder snel weten dat uitgestelde onverenigbaarheid aan de orde is en daar de gevolgen van kennen, dan de gemeentelijke boombeheerder. Ook dit kan gevolgen hebben voor de klachttermijn. Laat dus liever direct na constatering aan de kweker weten welke klachten er zijn. Voor de nietconsument kan in contracten worden afgeweken van termijnen. De uitgestelde onverenigbaarheid moet als gebrek al wel aanwezig zijn vanaf het moment van aflevering. De zaak is namelijk voor risico van de koper vanaf dat moment (7:10 BW). Executoriale ‘in’-koop kan geen klacht geven op

www.boomzorg.nl

51


hrst c a r k i e o r Gvoor onderneme

NATIONALE BOMENBANK Boomverplanting

Ve r z o r g i n g

Onderzoek

Het verplanten van bomen levert kostenbesparing én een bijdrage aan het duurzaamheidsbeleid op. www.nationalebomenbank.nl - Tel. 0184 - 69 89 89


non-conformiteit. Levert de koper zelf onderstammen en entmateriaal, dan is ook geen beroep op het conformiteitsbeginsel mogelijk, behalve als de teler had moeten waarschuwen voor het slechte resultaat.

'Label aan bomen laten zitten, kan mogelijk lonen' Handelsvoorwaarden Gemeenten of aannemers zijn dus weliswaar geen ‘consument’, toch kunnen zij zich wel indekken. De koper en kweker kunnen zo de Handelsvoorwaarden Boomkwekerij 2008 (HBN) van toepassing verklaren. De koper kan volgens art. 17 lid 4 HBN klagen over een verborgen gebrek. Art. 14 lid 2 HBN stelt dat de verkoper instaat voor de soortechtheid van gebruikte onderstammen. Is hier niet aan voldaan, dan kan de koper met argumenten aanspraak maken op herlevering of creditering plus 50 procent, vermeerderd met de gemaakte vrachtkosten. Bij onderstammen die onverenigbaarheid veroorzaken, kan bij nalatigheid van de verkoper of diens rechtsvoorganger zelfs meer schadevergoeding worden geëist dan de gebruikelijke (art. 14 lid 3 HBN). Partijen kunnen natuurlijk ook andere voorwaarden van toepassing verklaren met nadere afspraken. Conflict Conflicten worden volgens de HBN voorgelegd aan twee scheidsgerechten, het Nederlands Scheidsgerecht voor de Boomkwekerij en het Boskoopse. Uit navraag bij de scheidsgerechten blijkt dat er geen zaak over uitgestelde onverenigbaarheid bekend is. Mevr. Hoogerduyn van het Nederlands Scheidsgerecht geeft aan dat de realiteit is dat gemeenten een bewijsprobleem zullen hebben. Uitgestelde onverenigbaarheid zou door het lange verloop van tijd moeilijk zijn aan te tonen. De aanwezigheid van uitgestelde onverenigbaarheid laat zich inderdaad niet vaak op voorhand zien. Geeft een boom echter problemen, dan kan uitgestelde onverenigbaarheid mogelijk toch vastgesteld worden. Weliswaar zal daar vaak de schep voor in de grond moeten; een deskundige kan specifieke symptomen zien, zoals vreemde stamgroei en baststerfte, afwijkende wortelgroei zoals wurgwortels of achterblijvende wortelgroei. Het bewijzen van de identiteit van de boom zal een groter probleem zijn.

Koper? Bij een directielevering stelt de gemeente zelf het plantmateriaal ter beschikking aan de aannemer. De gemeente zal dan zelf bij de kweker moeten klagen. Is de aannemer de koper, dan is hij de partij bij wie de gemeente klaagt. De aannemer zal dan zelf mogelijk opdraaien voor de uitgestelde onverenigbaarheid. Ook hier geldt weer: regel zo veel mogelijk in de overeenkomsten en voorwaarden. Partijen kunnen afspreken dat de aannemer een nazorgperiode van drie jaar heeft, met daarbij aangegeven wat de scheutlengte per jaar moet zijn. Jammer dat uitgestelde onverenigbaarheid vaak veel later opdoemt. Bewijs Wat moet een klager dan wel aantonen? Een voorbeeld aan de hand van een koop in het buitenland die non-conform zou zijn (Rechtbank Arnhem, 11 februari 2009 -Weens koopverdrag): In deze zaak ging het niet om uitgestelde onverenigbaarheid, maar om direct zichtbare gebreken. In eerste instantie werd gekeken of binnen de juiste termijn was gereclameerd. Het verschil tussen werkdagen en verspreid liggende afleverplaatsen nam de rechter mee. De eiser vorderde dat hij niet de bewijslast had, omdat verkoper niet op zijn klachten had gereageerd. De rechter vond echter dat de eiser per leverantie moest aangeven welke bomen niet conform waren en waarom, welke foto’s dat laten zien en waaruit blijkt dat dit van de verkoper afkomstige bomen zijn en wat de schade is die de eiser in verband daarmee lijdt. Hier doemt weer een belangrijk feit op: toon maar eens aan dat boom A afkomstig is van verkoper B. Labels aan bomen laten zitten kan dus lonen? In ieder geval is een gedegen administratie op boomniveau een must.

Stuur of twitter dit artikel door! Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/artikel.asp?id=19-4810

De auteur mr. A.V.K.(Kitty) Goudzwaard is werkzaam als boomjurist bij Cobra Groenjuristen. Cobra Groenjuristen is onderdeel van www.cobra-adviseurs.nl. Lezers kunnen vragen stellen over dit artikel via k.goudzwaard@cobragroenjuristen.nl

www.boomzorg.nl

53


De juiste nazorg kan uitval van bomen voorkomen

Bodemvochtigheid in de kluit controleren.

Een verbazingwekkend aantal beheerders kent een inboetpercentage van 15-30% (zoals beschreven in het artikel van Santi Raats in Boomzorg 3, 2014). Cijfers die me aan het denken zetten. Zelf ben ik gedurende het groeiseizoen bijna dagelijks bezig met de nazorg bij de Nationale Bomenbank. Hoe zit het met onze resultaten en valt er inderdaad zo’n groot percentage van de 1e jaars bomen uit? Doen we het in Nederland dan echt zo slecht met nieuwe aanplant en als dat zo is hoe kunnen we dat dan verbeteren. Auteur: Remke Vos Om tot nadere inzichten te komen heb ik eerst even een korte analyse uitgevoerd op ons eigen nazorg systeem. Voor ruim 150 opdrachtgevers voeren wij nazorg uit. We komen door het hele land en (ver)planten in alle uiteenlopende situaties en groeiplaatsen.

droog warm voorjaar waarin helaas een groot deel van 1 partij jonge eiken, die in het vroege voorjaar door de eikenspintkever getroffen is, uit is gevallen. In datzelfde jaar hebben we bomen in de nazorg gehad die in een ‘slecht aangelegde groeiplaats’ zijn geplant.

Sinds jaar en dag proberen we ons nazorg systeem te verbeteren en daarmee komen we elk jaar weer tot nieuwe inzichten en voeren we wijzigingen door. Omdat we ons systeem geautomatiseerd hebben, kan ik zeer nauwkeurig cijfers produceren. Voor de 1e jaars bomen zijn deze weergeven in tabel 1.

De verder gunstige cijfers van minder dan 1% kunnen we denk ik toewijden aan ons nazorg systeem. Maar uiteindelijk valt of staat dit natuurlijk ook met een goed plantproces (kwaliteit plantmateriaal en kwaliteit van het planten zelf) en een goede groeiplaatsinrichting.

Vanzelfsprekend vallen er elk jaar een aantal bomen uit door verschillende omstandigheden. Wat kunnen we doen om deze uitval tot een minimum te beperken. Met uitzondering van 2013 denk ik dat we het over een goed uitvalpercentage hebben. 2013 was dan ook een uitzonderlijk jaar met een

54

www.boomzorg.nl

De succesformule Nazorg Al vanaf de winter zijn we weer druk in de weer met de nazorg. Welke bomen hebben we komend jaar in de nazorg zitten en waar staan die bomen. Zijn er bijzonderheden bekend? Waar komen de bomen vandaan? Is er nu al reden om bepaalde bomen meer aandacht te geven dan andere bomen met de kennis die we ‘op papier’ en uit de uitvoering van de projecten weten? Attentie bomen Als vanzelfsprekend krijgen vooral jonge eiken bij

Uitval % 1e jaars bomen in de nazorg

2011 0,5 2012 0,9 2013 2,9 2014 0,6

% 1e jaars bomen met een slechte conditie

% 1,2 % 2,1 % 0,7 % 1,0

Tabel 1: uitval en conditie 1e jaars bomen in de nazorg.

% % % %


ons in het vroege voorjaar iets meer aandacht. Om te voorkomen dat ze getroffen zullen worden door eikensprintkever willen we ze nog voor de start van het groeiseizoen allemaal bezocht hebben. Daarnaast zijn er bepaalde projecten waarvan bekend is dat het ‘hete hangijzers’ zijn. Het zijn niet per definitie civiele projecten waar we veel problemen tegen komen. Menselijke invloed vooral op bouwlocaties zorgen vaker voor complicaties in de hergroei van bomen. Onwetendheid van de mensen die moeten werken in de nabijheid van bomen kan voor ons soms zorgen voor lachwekkende situaties. Wij zouden immers nooit bedenken om naast recent geplante bomen het halve strand van Scheveningen los te storten toch? Bergen tot 3 meter hoogte waardoor je een heuse ‘duinwandeling’ moet doen om überhaupt bij de bomen te komen. Controleren We controleren alle bomen nauwgezet op hergroei. Door jarenlange ervaring weten we inmiddels wat ‘normaal’ is voor een bepaalde boom in deze levensfase, alsmede wat normaal is voor deze boomsoort (en leeftijd) als deze recent ver/ geplant is. Een ver/geplante boom heeft nou eenmaal niet dezelfde scheutlengte, blad volume, kleur en grootte als een boom die niet recent ver/ geplant is. Bomen hebben een verbazingwekkend regeneratief vermogen. En niet te vergeten regelmatig enorme reserves die we niet zouden

Zand gestort bij bomen op depot.

Ontwikkeling wortelgestel controleren.

verwachten. Juist het controleren van de bomen gedurende minimaal 3 jaar kan meer zekerheid en duidelijkheid geven over de hergroei. Water geven De meeste bomen in Nederland zullen het moeten hebben van grondwater/neerslag/hangwater etc. ver/geplante bomen willen we graag een handje helpen. Maar let erop dat je ze niet te veel helpt want er is ook zo iets als te veel water geven. Niet alle bomen hebben even veel water nodig en dit is sterk afhankelijk van de soort, het

Bouwwerkzaamheden na aanplant.

formaat en de standplaats van de boom. Over het algemeen proberen we ons watergeef regime per boom aan te passen. Zo kan het dus ook zijn dat waar 5 bomen in een plantsoen staan, daar maar 1 water van krijgt. Puur en alleen om de reden dat de andere bomen nog even geen water nodig hebben. We hebben afspraken met aannemers door het hele lang die op afroep voor ons water kunnen geven bij de bomen die dat nodig hebben. Tevens beschikken de nazorgadviseurs ook over materieel om ter plaatse gelijk een boom van water

Verankering herstellen.

www.boomzorg.nl

55


te voorzien. Ook te veel water is soms een probleem. Ondoordringbare lagen in de bodem of een versmeerde bodem proberen we ter plaatse al op te lossen als dat mogelijk is.

Uitgevallen boom.

Groeiplaats Helaas is de groeiplaats iets waar we bij de nazorg meestal niets meer aan kunnen veranderen als deze niet deugdelijk blijkt te zijn. Natuurlijk communiceren we naar de opdrachtgever wat er niet goed is. Tevens proberen we oplossingsgericht mee te denken wat er (op korte termijn) verbeterd kan worden om de (her) groei van de bomen te stimuleren. In sommige gevallen is het noodzakelijk om de groeiplaats volledig opnieuw in te richten om tot het gewenste resultaat te komen. Wij adviseren dan ook altijd om eerst een goed groeiplaats onderzoek uit te laten voeren en advies in te winnen over de mogelijkheden voor het inrichten van een geschikte groeiplaats voor de bomen. Registreren en rapporteren Een belangrijk onderdeel van onze nazorg is het registreren en rapporteren van de waarnemingen. Tot in detail wordt er geregistreerd wat er waargenomen wordt per boom en per locatie. Een deel van deze gegevens wordt in een rapportage verstuurd die, direct de week na het bezoek, verstuurd wordt naar de opdrachtgever per email. Op deze manier is de opdrachtgever altijd op de hoogte van de laatste stand van zaken omtrent zijn boom/bomen.

Problemen met teveel water door versmeerde bodem.

Zuurstofhuishouding controleren.

56

www.boomzorg.nl

Onderzoek In een enkele situatie weet de nazorgadviseur niet wat te doen met de situatie of kan de achterliggende reden dat de bomen niet goed aanslaan niet achterhalen. In dat soort gevallen komt er een boomtechnisch adviseur van Terra Nostra om onderzoek te doen bij de boom/bomen. In bijna alle gevallen kunnen we op die manier achterhalen wat de oorzaken voor de verminderde hergroei zijn, maar belangrijker nog, weten we wat we moeten doen om eventuele problemen te verhelpen. We willen tenslotte het allerbeste voor de bomen waar we nazorg bij uitvoeren.

Stuur of twitter dit artikel door! Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/artikel.asp?id=19-4834


De boom in de hoofdrol Op deze plaats in Boomzorg voortaan een aantal actuele pagina’s met de mooiste, meest bijzondere en opmerkelijk projecten waar bomen een hoofdrol spelen. Wilt u uw project ook op deze pagina’s terugvinden stuur dan een mail naar project@nwst.nl en wij sturen u een formulier toe waarmee u uw project kunt opgeven. Auteur: Peter Jansen

Groeiplaatsverbetering bij bomen van het Rijksmuseum Groeiplaatsverbetering bij diverse bomen van het Rijksmuseum Amsterdam. Dit naar aanleiding van de restauratie werkzaamheden en de aanleg van de nieuwe tuinen. Tijdens deze werkzaamheden is er gebruik gemaakt van de TFI methode.

Opdrachtgever: Copijn Boomspecialisten B.V. Contactpersoon opdrachtgever: Willem Koot (projectleider Copijn) Contactgegevens opdrachtgever: 06-13120611 Aannemer: TFI4000 Contactpersoon aannemer: Gert Veldhuizen Contactgegevens aannemer: 06-1096 1851

www.boomzorg.nl

57


Gietrand gemeente Dongeradeel De Gemeente Dongeradeel heeft de gietranden voor het eerst in een project toegepast, waarbij de eis is gesteld dat de gietranden stevig moeten zijn. Dhr. Urff van de gemeentewerken heeft voor de RootBarrier Gietrand gekozen vanwege de snelle plaatsing en de stevigheid van de gietrand. De meeste gietranden blijken na verloop van tijd veel te slap te zijn en beschadigen bij het maaien en watergeven te makkelijk. De gietranden van RootBarrier zijn voorzien van een connector, grondanker en een afdekkapje. Dit maakt de gehele constructie zeer solide. Het materiaal HDPE is 10 jaar lang UV bestendig en daarmee gaan deze gietranden meerdere cycli mee. Na 2 jaar worden de gietranden bij deze bomen verwijderd en kunnen opnieuw gebruikt worden! Opdrachtgever: Gemeente Dongeradeel Contactpersoon opdrachtgever: Dhr. Urff Aannemer: RootBarrier

Reactief verwijderen rupsen Pius Floris Boomverzorging Vught is voor diverse gemeentes in Brabant en Zeeland in de maanden juni en juli druk doende geweest met het planmatig reactief verwijderen van de eikenprocessierups. De gemeentes kampten dit jaar met een behoorlijke overlast. Middels een combinatie van prijs en plan van aanpak heeft Pius Floris Boomverzorging Vught veel vertrouwen gewekt bij deze gemeentes om de rupsen op een snelle, zorgvuldige en professionele manier te verwijderen. Voor het komend jaar stellen ze momenteel nieuwe beheersplannen op om ook volgend jaar de kosten te besparen. Voor enkele gemeentes heeft Pius Floris Boomverzorging preventief gespoten met het middel Nematoden. Opdrachtgever: Diverse gemeentes in Brabant en Zeeland Aannemer: Pius Floris Boomverzorging

58

www.boomzorg.nl


Nazorg Mammoetboom- verplant met

Plantplaatsinrichting op de houtmarkt in

vijzelmethode

Zutphen

Begin juli heeft Copijn Boomspecialisten de Mammoetboom in Driebergen behandeld met anti-verdamping. Vier maanden na de verplanting met de vijzelmethode, zien we 10 cm jonge scheuten op de boom. Om de waterhuishouding te helpen wordt “Anti-verdamping” over de Mammoetboom gespoten. De verdamping wordt vertraagd door het gedeeltelijk afsluiten van huidmondjes in de naalden. Het is een natuurlijke was die een laagje vormt om de naalden heen. De verplanting van deze Mammoetboom met de vijzelmethode heeft vrijdag 14 maart plaatsgevonden. De 70 jaar oude boom werd met een kluit van 8 bij 8 meter volgens plan opgevijzeld. Onder grote belangstelling van de pers en het toegestroomde publiek ging de boom rijden op de “rolbaan”. De Mammoetboom stond rond 15.00 uur op zijn nieuwe plek in de stralende zon!

Al vele jaren was het een wens van velen in Zutphen om iets te doen aan de sfeer op de Houtmarkt. Stadspartij en D66 namen het initiatief met als uiteindelijk resultaat raadsbrede steun voor het uitwerken van een plan dat voorzag in het plaatsen van enkele bomen met zitgelegenheid rond de huidige fontein. Heicom en Van de Berk bomen werden benaderd over de plantplaatsinrichting, om zo de Amerikaanse tulpenboom een zo goed mogelijke plantplaats te bieden, die onder goede omstandigheden 20 tot wel 25 meter kan halen De standplaats van de boom is echter bepalend wat de uiteindelijke grootte van de boom gaat worden. De boom vraagt een diepe en losse bodem wat voedzaam en vochthoudend is en de bodem mag niet te veel kalk bevatten. Voor de rest is de boom goed bestand tegen wind en laat zich daar niet hinderen in zijn ontwikkeling.

Opdrachtgever: Lange Dreef C.V.- Driebergen Aannemer: Copijn Boomspecialisten

Opdrachtgever: Gemeente Zutphen Aannemer: Heicom en Van den Berk Boomkwekerijen

Fries provinciaal herplantproject Fries provinciaal herplantproject voor het (her)planten van iepen bij overheisorganisaties en particulieren. Opdrachtgever: Stichting Iepenwacht Fryslân Contactpersoon opdrachtgever: G. Dam Contactgegevens opdrachtgever: Via G. Dam Aannemer: Fa. Jonker Contactpersoon aannemer: Via G. Dam

www.boomzorg.nl

59


Duizend extra bomen in Alkmaar Het afgelopen voorjaar heeft wethouder Anjo van de Ven in Park de Oude Kwekerij de laatste van 1000ste extra boom in Alkmaar geplant. Het college van Alkmaar heeft als extra groenimpuls in 2011 € 700.00 extra beschikbaar gesteld voor het planten van 1000 extra bomen in de stad. In het voorjaar van 2012 is hiermee gestart. Via de site 1000bomen@alkmaar.nl konden burgers een plek in de stad aangeven waar zij graag een extra boom wilden hebben. Wanneer dat ‘technisch’ mogelijk was heeft de gemeente daar ook bomen geplant. Alle basisscholen zijn uitgenodigd mee te helpen en extra bomen op hun schoolpleinen te planten. Op een bomenbarometer kon iedereen de stand aflezen. Voor zover mogelijk zijn duurzame ondergrondse verankeringen en gietranden toegepast. Aanneemsom: € 700.000 Opdrachtgever: Gemeente Alkmaar Contactpersoon opdrachtgever: Cees Bas Contactgegevens opdrachtgever: cbas@alkmaar.nl Architect: Gemeente Alkmaar Contactpersoon architect: Wendy Sanders en Maurice Käss Contactgegevens architect: wsanders@alkmaar.nl en mkass@alkmaar.nl Aannemer: Stadswerk Alkmaar Contactpersoon aannemer: Frans Vlug Contactgegevens aannemer: fvlug@alkmaar.nl

Reconstructie Molenstraat en Kerkhofpad in de gemeente Best Voor de herinrichtingsplannen van de Molenstraat en het Kerkhofpad in Best wilde de gemeente een groeiplaats aanleggen midden in een parkeerterrein. In eerste instantie was hier een Watershell systeem voorzien. Later bleek dat er een kleinere boom geplaatst ging worden dan in eerste instantie was aangenomen. De Treeblock bood hier een prima alternatief. Door de open bodem en gaten in de wanden kan water vrijelijk in- en uit de groeiplaats stromen en doordat de Treeblock's prefab en voorgemonteerd op de bouwplaats worden afgeleverd konden deze in enkele uren geplaatst en aangevuld worden. Er is hier een dubbele Treeblock aangebracht met een totale inhoud van 8 m3 waarbij 1 deel volledig afgedicht is met dekplaten. Het andere deel is voorzien van een plantgat door weglaten van 1 deksel. Indien gewenst kunnen zijkanten gesloten worden uitgevoerd. Bijvoorbeeld langs kabels en leidingstroken. Opdrachtgever: Gemeente Best Contactpersoon opdrachtgever: Dhr. Ruud Temme Contactgegevens opdrachtgever: 0499-360361, r.temme@gembest.nl Architect: Gemeente Best Naam aannemer: Th. Van De Loo B.V. Contactpersoon aannemer: Niels van Zutphen Contactgegevens aannemer: 0499-399938, nielsvanzutphen@vandeloo.nl

60

www.boomzorg.nl


Omvorming van vormsnoei naar vrij uitgroeiende bomen In Antwerpen krijgen veel bomen jaarlijks een vormsnoei. De meeste van deze snoei dateert uit een verleden, toen het idee leefde dat een boom in vorm gesnoeid ‘moet’ worden. Niet enkel om architecturale of esthetische redenen. Vaak eerder als automatisme. Terwijl er vaak voldoende ondergrondse en bovengrondse ruimte is om de bomen vrij te laten uitgroeien. De vormsnoei wordt in Antwerpen drastisch afgebouwd. Dit gebeurt niet door de bomen te kappen en te vervangen, maar door omvormingssnoei. De boom wordt gefaseerd begeleid naar een ‘normale’ boom met vrij uitgroeiende kruin en takvrije stam tot op de gewenste hoogte. De werken gebeuren onder toezicht van de stedelijke boomdeskundige en ETT-er. Boomwerkers van de stad krijgen voor deze taken een training ‘on the job’. Aanneemsom: De werken gebeuren hoofdzakelijk in eigen beheer door de boomwerkers van de stedelijke groendienst. Een deel wordt uitbesteed aan de firma Krinkels. Opdrachtgever: Stad Antwerpen, Stadsbeheer, Groen en Begraafplaatsen Contactpersoon opdrachtgever: Christian Ysenbaardt, Afdelingschef Groendienst Contactgegevens opdrachtgever: christian.ysenbaardt@stad.antwerpen.be Boomdeskundige groendienst: Jos Schenk, jos.schenk@stad.antwerpen.be Aannemer: Krinkels Contactpersoon aannemer: Dries Rooryck

Boomonderhoud in De Bilt In opdracht van de gemeente De Bilt heeft Copijn Boomspecialisten uit Utrecht van 4 tot 22 augustus het onderhoud aan de bomen langs de doorgaande wegen in Bilthoven-Zuid uitgevoerd. Om zo veel mogelijk verkeershinder te voorkomen, vinden de snoeiwerkzaamheden plaats in de zomervakantie. Om de leefomgeving voor iedereen veilig te houden, is het van belang dat de bomen in de gemeente in goede conditie verkeren. Daarom doet de gemeente De Bilt ieder jaar onderzoek naar de staat van de bomen en wordt bepaald welke bomen een onderhoudsbeurt nodig hebben. Dode takken of takken die te laag hangen of andere problemen veroorzaken, worden dan verwijderd voordat ze gevaar op kunnen leveren. Dit jaar verzorgt Copijn Boomspecialisten het onderhoud in BilthovenZuid. Al sinds begin juni dit jaar is Copijn in de wijken aan het snoeien. Het totale boomonderhoud gaat 27 weken duren. Het onderhoud aan de bomen langs de hoofdwegen werd door de boomspecialisten gepleegd in de school- en bouwvakvakantie, om het (doorgaande) verkeer zo min mogelijk te hinderen. Dit vond plaats tussen maandag 4 augustus en vrijdag 22 augustus. Om de werkzaamheden veilig en efficiënt uit te kunnen voeren, worden er diverse (doorgaande) wegen afgesloten en vinden er omleidingen plaats. Opdrachtgever: gemeente De Bilt Aannemer: Copijn Boomspecialisten

Stuur of twitter dit artikel door! Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/artikel.asp?id=19-4835

www.boomzorg.nl

61


Bekentenis

Noemt u eens één onderdeel van de openbare ruimte dat duurzamer is dan een boom? Ik moet u iets bekennen. Ik ben bang dat ik oud aan het worden ben. Ik krijg steeds meer jeuk van de woordenbrij waarin wij elkaar in deze wereld proberen in te pakken. Die jeuk krijg ik overigens ook van de woordenbrij buiten dit wereldje, maar daar gaat dit stukje niet over. De woorden waar ik op doel hebben verdacht vaak met dingen te maken waar je eigenlijk alleen maar voor kunt zijn. Duurzaamheid is er zo een, burgerparticipatie een andere of certificeren. Allemaal zaken die zo nadrukkelijk en intensief zijn geclaimd, opgeëist en geprofessionaliseerd dat een gewone boerenlul er al heel snel helemaal niets meer van snapt. Wat overigens ook de bedoeling lijkt te zijn. Ik was pasgeleden bij een bijeenkomst waar de drie grote groene keurmerken bij aanwezig waren. De doelgroep bestond hier uit kwekers, maar het effect is overal hetzelfde. De keurmerken waren aan het woord en de kwekers die hun toch waarschijnlijk aanzienlijke salarissen mogen oplepelen, keken alleen maar glazig voor zich uit en snapten

Duurzaam is duurzaam omdat het bedrijf

Als dit ergens voor geldt, is het wel voor duurzaamheid. Journalist Wouter Klootwijk heeft jaren geleden al eens gezegd: ‘Biologisch is biologisch omdat de boer in kwestie veel geld geeft aan een aantal keurmerkstempelaars, die nog geen schoffel kunnen vasthouden.’ Nou dat kun je dus moeiteloos door vertalen naar duurzaamheid: ‘Duurzaam is duurzaam, omdat het bedrijf in kwestie veel geld geeft aan een aantal keurmerkstempelaars, die nog een schop van een schoffel kunnen onderscheiden.’ Nu gaat u natuurlijk denken. Die Van Iersel is tegen duurzaamheid. Eigenlijk niet. Ik zou alleen willen dat we duurzaamheid weer terug op de werkvloer konden krijgen. Want laten we nu eerlijk zijn alle mensen, die in Nederland met bomen bezig zijn, zijn toch tig keer duurzamer dan die keurmerkstempelaars. Wij planten bomen waar mensen van kunnen genieten. Noemt u eens één onderdeel van de openbare ruimte dat duurzamer is dan een boom? Een boom kan met de juiste verzorging en voorbereiding makkelijk honderd jaar of meer blijven staan.

in kwestie veel geld geeft aan een aantal

Met vriendelijke groet,

keurmerkstempelaars, die nog een schop van een schoffel kunnen onderscheiden er dus geen drol van. Ikzelf ook niet overigens. Het principe is overal hetzelfde Voor een bepaald maatschappelijk probleem wordt een instantie verantwoordelijk gesteld, die rondom het probleem een nieuwe papieren werkelijkheid begint te bouwen. En je mag het niet zeggen, maar het lijkt wel alsof de bedoeling hiervan is om gewone stervelingen zoals u en ik onwetend te houden.

62

www.boomzorg.nl

Hein van Iersel hein@nwst.nl Hoofdredacteur

Stuur of twitter dit artikel door! Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/artikel.asp?id=19-4832


SGS 04

3 6-2 00


Boomrooierij Weijtmans méér dan bomen rooien

Wij zijn u graag van dienst

Onze vrachtauto’s voldoen aan strenge milieu-eisen

Onze telescoopkranen zijn vrijwel overal inzetbaar

Bomen rooien Bomen snoeien Stobben frezen / rooien Transport Hijswerk In- en verkoop van hout Advies In-/verkoop van houtsnippers Afvoeren van snoeihout en blad

Boomrooierij Weijtmans beschikt over goed opgeleide treeworkers zodat ieder karwei een honderd procent tevreden klant oplevert. Bovendien werken wij met uniek materieel en maken alleen gebruik van materialen en brandstoffen die aan de strengste milieu-eisen voldoen. Boomrooierij Weijtmans beschikt over 10 eigen

Gecertificeerd iepenverwijderaar

vrachtwagens en kan u daarom altijd direct

Ook aan boomverzorging wordt bij ons de

helpen. Dan zijn er nog onze telescoopkranen,

nodige aandacht besteed en inmiddels zijn

waarmee we tot een hoogte van 32 meter takken

de eerste zieke iepen van het seizoen gerooid.

vast kunnen pakken en afzagen, voor veilig en

Wanneer opdrachtgevers alert zijn op de

gecontroleerd rooien van bomen. Onze derde

iepenziekte kan Boomrooijerij Weijtmans uw

telescoopkraan is in bestelling.

iepenbestand ook voor de volgende generatie prima behouden.

Onze opdrachtgevers zijn particulieren, bedrijven, instellingen en de overheid.

Natuurlijk komen wij graag bij u langs om de

Wij zijn tevens leerbedrijf en gecertificeerd iepen

situatie en eventuele obstakels vakkundig te

verwijderaar. Erbo erkend, VCA**, NEN, ISO 9001

beoordelen.

en Groenkeur gecertificeerd.

Kreitenmolenstraat 175

Tel. 013-51114 83

algemeen@weijtmans.nl

5071 BD Udenhout

Fax 013-511 43 73

www.boomrooierijweijtmans.nl


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.