Jaargang 7 4 - 2019
Stad + Groen
HET VAKBLAD VOOR OPENBAAR GROEN EN HET VERGROENEN VAN DE BUITENRUIMTE
‘I-TREE: GEDETAILLEERDE AANVULLING OP COMMUNICATIETOOL TEEB.STAD’ Go West voor de mooie projecten en de omzet
Een groene parkeerplaats met goede afwatering
CO N N E C T I N G G R E E N P R O F E S S I O N AL S
Corné Leenders: ‘Exclusiviteit heeft de toekomst’ WAARDE VAN GROEN
TEST GRATIS HET GEMAK VAN ™ FLEET SERVICES NU MET CARBON CALCULATOR!
HUSQVARNA FLEET SERVICES™: NU EERSTE 6 MAANDEN GRATIS Met Husqvarna Fleet Services™ weet u altijd welke machines in bedrijf zijn, waar ze zijn, wanneer ze aan de beurt zijn voor service of vervanging, hoeveel CO2 uitstoot ze produceren - en veel meer. Al deze informatie bespaart u tijd en geld, en geeft ruimte om uw bedrijf te laten groeien. Monteer een sensor op uw machines (zelfs als deze van een andere fabrikant is) of investeer in onze professionele Automowers® met ingebouwde connectibiliteit. Precies zo simpel als het hoort te zijn! Probeer Husqvarna Fleet Services™ nu 6 maanden gratis. Kijk op HUSQVARNA.COM/NL/FLEETSERVICES
EEN INITIATIEF VAN ADVANTA ZADEN EN DCM MESTSTOFFEN
woensdag 25 september a.s. Te Veenweg Zuid 2 in Eemnes bij Gramefo Graszoden
PRAKTIJKDAG VOOR DE GROENPROFESSIONAL 10.000 m2 demoterrein met alles over grond, gras, voeding en watertechniek Live demonstraties van de allernieuwste onderhoudsmachines Ecosystemen en alternatieve methoden voor onkruidbestrijding De levende tuin met de laatste trends in sierplanten, heesters, hagen en bomen Biodiversiteitsetalage voor inspiratie en duurzaam groenbeheer Onderwerpenbeurs gereedschappen, tuin- en vijverbenodigdheden, software en arbeidsbemiddeling
gratis toegang na voorinschrijving op:
www.demodaghoveniers.nl ÂŽ
seed solutions Borne goo.indd 1
25-02-2014 15:52
Wood for generations
“Ik wil me graag verder ontwikkelen, ik ben nog niet uitgegroeid. Die kans krijg ik bij Donkergroen� Rudmer, onderweg naar een groene toekomst als projectleider Wil jij ook werken aan een groene toekomst, bijvoorbeeld als projectleider? www.werkenbijdonkergroen.nl
Vakmanschap & Innovatie NIEUW Onze Mecalac MWR 9 met zaagkop! Deze compacte krachtpatser is ideaal in het stedelijk gebied en bosgebieden
• • • • • • • •
Bomen / beplantingen rooien Bomen snoeien Verhuur verreiker met zaagkop Stobben frezen Klepelen takhout / begroeiing Transport groenafval Groenrecycling In- en verkoop stamhout Heideweg 3, 5472 LC Loosbroek Telefoon +31(0)413 - 22 41 00 • info@vanweertrondhout.nl www.vanweertrondhout.nl
WHAT Groundsmaster® 4000-D. MATTERS Eén machine om grote en
kleine gebieden te maaien.
MOST Loop vooruit op je
planning, en blijf binnen je budget. Wat het belangrijkste is voor jou, is ook het belangrijkste voor ons. Cirkelmaaier Groundsmaster® 4000-D. De slimme zero turn-radius, gecombineerd met variabele snijbreedten van 1.5 m, 2.4m en 3.4 m, maken het mogelijk om met één machine zowel grote oppervlakten als kleine, krappe gebieden te maaien. Dag in, dag uit. Behaal maximale efficiëntie, zodat je je kunt richting op andere prioriteiten.
Praat mee!
@ToroGolf ©2017 The Toro Company. All rights reserved.
MEER OVER DE GROUNDSMASTER 400D VIND JE OP TORO.COM
036
'Onze corebusiness is het circulair maken van afvalstromen' Als de nood het hoogst is, is de redding nabij. Toen ongeveer een jaar geleden de kunstgrasindustrie met een totale shutdown werd bedreigd, kwam als een duveltje uit een doosje het bedrijf GBN op de markt. CEO Eric van Roekel vertelt over dit bedrijf en hoe ‘zijn’ GBN in de wedstrijd staat.
www.stad-en-groen.nl
7
INHOUDELIJK
stadgroen stadengroen
030 Gemeente Houten wint Circulair Spelen Award 2019 Op woensdag 5 juni 2019 vond in Houten bij Buitenwereld de uitreiking plaats van de Circulair Spelen Award 2019. Wethouder Herman Geerdes nam namens de gemeente Houten de award in ontvangst samen met Berdi Viveen van firma Boerplay.
014 038
058
'i-Tree: gedetailleerde aanvulling op communicatietool Teeb.stad'
Stadsparken onder druk
De opbrengsten van een individuele boom of een geheel bomenbestand kunnen berekend worden met de rekentool i-Tree. De tool teeb.stad was er al een poos voordat i-Tree een (vertaalde) voet aan de grond kreeg in Nederland. Wat zijn de overeenkomsten en de verschillen?
Stadsparken worden steeds waardevoller. Ze dragen bij aan een gezonde leefomgeving, maar helpen ook de gevolgen van klimaatverandering op te vangen. Tegelijkertijd vergen we steeds meer van onze parken. Duurzaam bodembeheer is van belang om parken toekomst bestendig te maken.
098 Je kunt de (klim)boom in! Leg die iPad opzij, de klimboom heeft de toekomst! Acht op de tien kinderen antwoordt op de vraag ‘Hoe speel je het liefst?’ met: ‘Een hut bouwen, klimmen of een boomhut maken.’ Het enthousiasme van de kinderen tijdens het event Up-A-Tree ondersteunt dit.
8
4/2019
068 Vragen of opmerkingen? Willemijn van Iersel Vakredacteur E: willemijn@nwst.nl T: 024-360 2454 M: 06-26994921
Alberto Palsgraaf Uitgever E: alberto@nwst.nl T: 024-360 2454 M: 06-20436728
Weert koestert groenvoorzieningen met oog voor historie Weert ligt in één van de groenste regio’s ter wereld. Althans, zo oordeelde de jury van The International Competition Communities in Bloom in 2014. De komende jaren gaat deze übergroene Limburgse gemeente ook haar rol in de Europese geschiedenis verder oppoetsen. Een ambitieus stadsparkproject moet een eerbetoon worden aan de illustere streekgenoot graaf Philips van Horne (oftewel Filips van Montmorency, 1524-1568). Het is een onzeker project, want wie naar zijn geschiedenis begint te graven, weet nooit wanneer de klus geklaard is.
Philadelphus: geurende toppers!
Victor Dijkshoorn, directeur VIC Landscapes
'Ik ben sceptisch over itree. Het is erg theoretisch, het lijkt op een speeltje van een paar martkpartijen die hiermee hopen te scoren.' Victor Dijkshoorn, directeur van VIC Landscapes, vindt i-Tree Nederland een handig instrument, maar twijfelt of het voor iedereen toegankelijk is. ‘Het is in mijn optiek weer een erg theoretische benadering. Daardoor lijkt het op een speeltje van een paar marktpartijen die hopen ermee te kunnen scoren.’ Dijkshoorn moet het nog zien gebeuren met i-Tree Nederland, voordat hij erin gelooft. I-Tree Nederland 1.0 werd op 14 februari 2019 gelanceerd: een mooi verhaal, dat ook praktisch moet zijn. Maar hoe gaat het in de praktijk? Hoe gaat de markt om met het i-Tree verhaal? En hoe wordt het verhaal overgebracht aan de burgers en de politiek?
De naam boerenjasmijn is natuurlijk afgeleid van de echte jasmijn, vooral door de heerlijke geur die de bloemen van beide planten verspreiden. Verder hebben de planten niets met elkaar gemeen. Maar om nu te zeggen dat jasmijn (Jasminum) gedistingeerder is of meer verheven dan boerenjasmijn (Philadelphus) … nee.
VERDER 010 020 029 032 052 054 062 067 075 076 078 082 088 091 094 100 104 108 112 114
Kort nieuws ‘Geen enkele grond- en reststoffenbank is zo volledig’ Column Elwin vink Boeien en binden van quality personeel Een groene stad in de hoogte Kleurrijke buurt verstevigt sociale cohesie Bijdrage groen aan gezondheid lang onderschat Preken voor eigen parochie Pellenc wil dichter bij de eindgebruiker staan Circulair spelen: begin met prutsen! Kopers trekken zich terug door Japanse duizendknoop Go West, daar zitten de mooie projecten en de omzet FSB breekt een lans voor 'active cities' Boomverzorging en hovenierswerk zijn topsport, daar hoort goede werkkleding bij ‘Over gras moet je nadenken’ ‘Stedelijk groen groeit als men elkaar inspireert’ Corné Leenders: ‘Exclusiviteit heeft de toekomst’ Nederlandse primeurs op GTH DemoDoeDag Maaien Geef je nu op voor het Gouden Klavertje Vier! Hoofdredactioneel
Lees verder op pagina 44
COLOFON Stad + Groen is een uitgave van NWST NeWSTories bv- wordt in een gemiddelde oplage van 4400 exemplaren verspreid onder groenbeheerders, groene aannemers, landschapsarchitecten, adviseurs en toeleveranciers in de groene sector. Bij alles staat de praktisch ingestelde vakman centraal. REDACTIE & COMMERCIE NWST NeWSTories bv, Fransestraat 41, 6524 HT Nijmegen, T 024-3602454, F 024-3602464, info@nwst.nl, www.stad-en-groen.nl HOOFDREDACTEUR Hein van Iersel (hein@nwst.nl) OPERATIONEELMANAGER Peter Jansen (peter@nwst.nl) REDACTEURS Guus van Rijswijk (guus@nwst.nl) Linde Kruese (linde@nwst.nl) Willemijn van Iersel (willemijn@nwst.nl) VORMGEVING StudioBont Nijmegen ADVERTENTIES Alberto Palsgraaf (alberto@nwst.nl) Rik Groenewegen (rik@nwst.nl) Jeroen Koebrugge (jeroen@nwst.nl) SALES SUPPORT Lieke van der Weijde (lieke@nwst.nl) ABONNEMENTEN Controlled circulation: Dit betekent dat alle professionals in de groene sector recht hebben op een gratis abonnement. Niet werkzaam in de groene sector €104,- per jaar. De abonnementsperiode loopt van 1 januari tot en met 31 december van ieder jaar en uw abonnement zal jaarlijks automatisch worden verlengd, tenzij uw schriftelijke wederopzegging uiterlijk 31 oktober voorafgaand aan de nieuwe abonnements-periode in ons bezit is. ISSN: 2352-4634 Alle auteursrechten en databankrechten ten aanzien van (de inhoud van) deze uitgave worden uitdrukkelijk voorbehouden. Deze berusten bij Stad+Groen c.q. de betreffende auteur. Niets uit deze uitgave mag zonder schriftelijke toestemming van de uitgever worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, scan, foto-kopie, elektronisch of op welke wijze dan ook. Stad+Groen wordt tevens elektronisch opgeslagen en geëxploiteerd. Alle auteurs van tekstbijdragen in de vorm van artikelen of ingezonden brieven en/of makers van beeldmateriaal worden geacht daarvan op de hoogte te zijn en daarmee in te stemmen e.e.a. overeenkomstig de publicatieen/of inkoopvoorwaarden. Deze zijn bij de redactie ter inzage of op te vragen.
www.stad-en-groen.nl
9
#TRENDING
Meest gelezen op stad-en-groen.nl
Eikenprocessierups bestrijden met kokend water
Tweede Kamer roept minister op tot maatregelen EPR
Empas adviseert een alternatieve oplossing voor overlast door de eikenprocessierups. Gerard Baars schrijft in een column: ‘De eikenprocessierups bestrijden met kokend water is dé oplossing.’
Verschillende Tweede Kamerfracties roepen minister Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit op tot actie tegen de eikenprocessierups. Ze willen structurele maatregelen om de rupsenplaag het hoofd te bieden.
Lees hier verder: www.stad-en-groen.nl/article/30153/tweede-kamerfracties-roepenminister-op-tot-maatregelen-epr
Bestrijders eikenprocessierups worden bedreigd
Lees hier verder: www.stad-en-groen. nl/article/30119/eikenprocessierupsbestrijden-met-kokend-water
Een hoge plaagdruk en de grootschalige mediaaandacht zorgen voor ontevreden en zelfs agressieve burgers. Veel mensen moeten worden teleurgesteld door overvolle bestrijdingsagenda's. Helaas valt deze boodschap niet altijd even goed.
Lees hier verder: www.stad-en-groen.nl/article/30203/bestrijderseikenprocessierupsen-worden-bedreigd
Nieuwe CV-veegmachine Multihog presenteerde op Demopark in Duitsland de CV-veegmachine. Multihog boort hiermee een nieuw marktsegment aan, gesteund door zijn jarenlange ervaring in de ontwikkeling en productie van werktuigdragers. Multihog ontwierp de CV-veegmachine met het oog op de ontwikkelingen en behoeftes van steden, gemeenten en aannemers. Het resultaat is een multifunctionele veegmachine die jaarrond kan werken en zo een maximaal rendement oplevert. Het DNA van Multihog zit onmiskenbaar in de CV-veegmachine, met een ruime, panoramische cabine met airconditioning en volledig onafhankelijke veer- en demperophanging op elk wiel. En net als bij de Multihog-werktuigdragers staat veiligheid voorop: de veegmachine heeft dan ook een volledige Europese typegoedkeuring.Van Dyck Marcel Belgium is de exclusieve importeur van Multihog voor de Benelux.
Start samenwerking IBN en Werkwijzer IBN is een sociale organisatie die mensen weer in beweging zet. In 2018 hebben zij 3600 mensen aan een baan kunnen helpen. IBN werkt samen met elf gemeenten in het noordoosten van Noord-Brabant. Een deel van de medewerkers
10
4/2019
werkt in het groen. Werkwijzer zag dit als een mooie kans voor een samenwerkingsverband. Dankzij Werkwijzer kan IBN de buitenruimte beter in kaart brengen en werkzaamheden beter coördineren. Ook is het via Werkwijzer makkelijker
om transparant te zijn over de werkzaamheden tegenover de opdrachtgevers. De partijen laten weten enthousiast uit te kijken naar de mooie samenwerking.
NIEUWS Zelfportret Vincent van Gogh in straatstenen Tegenover de geboorteplaats van Vincent van Gogh is het beroemde zelfportret verwerkt in de straatstenen, naar een idee van architect Ton van Beek. Krinkels BV heeft de klus geklaard. Zundert is niet alleen bekend om zijn boomteelt, maar ook omdat Vincent van Gogh er in 1853 geboren is – een geschiedenis waar het dorp trots op is. Het levensgrote mozaïek op de markt toont maar weer eens aan hóe trots. Lopend over de straatstenen merk je slechts subtiele kleurverschillen in de bestrating op, maar vanaf de oplopende entree naar het geboortehuis van Van Gogh, dat dienstdoet als museum, is het portret goed te zien. Dit zijn niet de enige wijzigingen die zijn doorgevoerd in het Brabantse kwekersdorp. De Molenstraat wordt heringericht tot fietsstraat, een straat waarin fietsers voorrang hebben en auto’s te gast zijn. Het wordt een straat met eenrichtingsverkeer, om de verkeersdruk te verminderen. Tevens zijn in de Molenstraat vijftig bakken geplaatst met daarin 35 bomen, die in Zundert zijn gekweekt – een mooie verwijzing naar de boomteelt die zo belangrijk is voor de gemeente. Het pleintje bij de protestantse kerk, het Van Goghplein, is een verblijfsgebied geworden; de parkeerplaatsen hebben plaats gemaakt voor graseilanden met zitranden.
Van Blitterswijk EcoMobiliteit introduceert Goupil G2 Van Blitterswijk Eco-Mobiliteit zet een nieuw elektrisch bedrijfsvoertuig op de markt, de Goupil G2; klein licht en wendbaar. Het gaat om het kleine zusje van de grotere en zwaardere Goupil G4. Het voertuig zal qua kenmerken en prijs gepositioneerd worden tussen een golfkar en de Goupil G4. De achterzijde van het voertuig kent tal van opbouwmogelijkheden, zoals een open laadbak met opzetschotten of een dichte opbouw met rolluiken. Er zijn twee types accupakketten leverbaar, te weten lood-zuur en lithium. Het laadvermogen is maximaal 596 kilo en de G2 heeft een typegoedkeuring L7e-CU of is als MMBS voertuig te bestellen.
DAG in DAG uit ZORGEN WIJ VOOR EEN BETERE LEEFOMGEVING
DAGnl.nl 06 11 56 13 37 INFO@GRAS-ADVIES.NL DAGNL.NL CIVIELE TECHNIEK STEDENBOUW LANDMETEN L E A D I N G WAT E R S O LU T I O N S
ARCHEOLOGIE
BODEMONDERZOEK SANERING
OMGEVINGSMANAGEMENT
www.smitsveldhoven.nl
DUURZAAMHEID
ASBEST
FLORA EN FAUNA SPORT EN SPEL
www.stad-en-groen.nl
11
Advertorial
De uitvinders van retentiedaken Foto: Hans van Heeswijk Architecten/Dakdokters
Retentiedaken zijn booming. De zogenaamde groenblauwe daken hebben een opmars gemaakt bij nieuwbouw en renovatie in stedelijk gebied doordat deze voor een groot deel hemelwateroverlast kunnen voorkomen. Al in de jaren 90 kwam Optigroen als eerste met een Retentiedak oplossing op de markt. Het systeem zorgt voor een enorme vertraging van hemelwaterafvoer via de dakbegroeiing. Het systeem bestond uit een zogenaamde Drossel. Deze gepatenteerde Drossel doet niks anders dan het ‘afknijpen’ van de hemelwaterafvoer in de dakbegroeiing. Het vernuftige zit hem in de afstroomtijd en de liters per seconde die in deze periode mogen afgevoerd worden. Een standaard Sedumdak doet niet veel aan waterberging. Met de berging in een standaard dakbegroeiing kan een waterbeheerder niet zo heel veel omdat het niet duidelijk is of de bergingscapaciteit beschikbaar is op het moment dat het nodig is, bijvoorbeeld voor of tijdens een piekbui. Daarom heeft Optigroen het Retentiedak verder doorontwikkeld en maken ze nu gebruik van de WRB Retentieboxen. Dit zijn thermisch stabiele boxen van 85 of 150 mm hoog en kunnen het hemelwater echt bergen conform de wateropgave van de waterbeheerder. In combinatie met de Optigroen Drossel kan de berging binnen de gestelde tijd, vaak 24, 48 of 72 uur, weer ter beschikking staan. Nog slimmer waterbeheer De prijswinnende innovatieve ‘Smart Flow Control’ van Optigroen is een weerdata gestuurde klep op het dak die het hemelwater in de WBR Retentieboxen kan bergen of afvoeren op het moment dat er meer neerslag voorspeld wordt dan er aan bergingscapaciteit is. Dit voorkomt nog beter wateroverlast en maakt het gebouw hoosbui-proof. Meer informatie over slim waterbeheer en hoosbui proof bouwen? Neem contact op met: Optigroen Benelux, www.optigroen.nl, info@optigroen.nl telefoonnummer 033 – 436 56 81
NIEUWS Primeur in Amsterdam met elektrisch maaien ONKRUIDKOKEN
Heet water onkruid bestrijding sinds 1999 WWW. O N KRUI DK O K E N . N L
Amfibische machine Conver C585 De C585 is het allernieuwste voertuig van Conver en is speciaal ontwikkeld voor het onderhoud van sloten, kanalen en vijvers, ongeacht de waterdiepte. In drijvende toestand wordt de boot aangedreven door twee hydraulisch opklapbare antiwikkelvijzels. Op het land en in situaties waarin onvoldoende water is om te drijven, kan de C585 zich voortbewegen met behulp van twee 450 mm brede rubbertracks. De machine kan zichzelf uit het water rijden op taluds tot 30°. De Conver C585-amfibische machine wordt standaard geleverd met een 75 pk sterke Hatz-dieselmotor. Alle functies van de machine zijn hydraulisch aangedreven. Dit maakt de C585 geschikt om oevers te maaien, watergangen uit te maaien, bodemvegetatie te snijden, (water)planten, plantenresten en drijvend vuil te ruimen en baggerwerkzaamheden te verrichten. De standaard F-mast is geschikt voor maai- en ruimwerkzaamheden. Voor baggerwerkzaamheden is een zwaarder uitgevoerde C902-mast beschikbaar.
Waterkracht lanceert Weedmaster-M 3P De Weedmaster-M van Waterkracht is nu ook als 3P-oplossing beschikbaar. De M-line behoort volgens het bedrijf tot de best verkochte machines in Europa. Maarten Kleinnibbelink van Waterkracht vertelde Stad en Groen eerder: 'Deze machine staat aan
Donkergroen zet zijn duurzame koers voort door in Amsterdam elektrische werktuigdragers in te zetten. Zeven nieuw aangeschafte werktuigdragers zullen worden ingezet voor het maaien in de openbare ruimte. Daarmee heeft Amsterdam een primeur. Het Amsterdamse maaiwerk moet gaan gebeuren met twee elektrische Alltrecs. De Alltrec is een nieuwe, volledig elektrische werktuigdrager, ontwikkeld door FPS-Machines en Weed Control. Weed Control laat weten dat het slechts om een deellevering gaat en dat Donkergroen nog meerdere machines in backorder heeft. Elektrisch maaien in de openbare ruimte kennen we al mondjesmaat door het gebruik van robots en andere kleinere machines, maar volgens Bertho Hol van Gebr. Bonenkamp kunnen we hier wel spreken van een unicum. Hol: 'In het kleine segment maaiers zijn ze al langer bezig met elektrisch maaien, maar nog niet op deze schaal voor de openbare ruimte. Uiteraard zie je op golfbanen en sportvelden al wat meer elektrisch.' Hol was zelf ook betrokken bij het verduurzamen van Donkergroen door de levering van twee elektrische Posi-Tracs van Nimos. Deze elektrische werktuigdragers zullen op verschillende plaatsen in het land rondrijden en zijn uitgerust met twee Weed Control Air E-Variator-heteluchtunits voor thermische onkruidbestrijding. Hol: 'Wij zijn op de achtergrond betrokken geweest bij de zoektocht van Donkergroen. Als bedrijf zijn wij ook vooruitstrevend bezig en we moedigen de omslag naar elektrisch dan ook aan.'
De oplossing tegen onkruid voor iedere groenprofessional WWW. ON KRU IDKOKEN . N L de basis van onze complete Weedmaster-lijn. Hij wordt afgenomen door iedereen die actief is in de groensector en zich serieus bezighoudt met onkruidbestrijding met heet water. Dit model is uit voorraad leverbaar. Gebruikers kunnen bij alle machines eenvoudig aan de temperatuurindicator op de schoffel zien wanneer de temperatuur van het water hoog genoeg is om aan de slag te gaan. Maar met de multifunctionele M-line kun je ook makkelijk hekwerken en straatmeubilair schoonmaken.' Met de lancering van de Weedmaster-M 3P-oplossing worden de mogelijkheden van de machine vergroot. De productlijn omvat vier modellen met een handlans: de WeedMaster S, M, L en TM, en twee modellen voor op een merkonafhankelijke werktuigdrager: de WeedMaster TC (toolcarrier) en de WeedMaster TC-Vision.
Eenvoudig te onderhouden én te bedienen. WWW. ON KRU IDKOKEN.NL
www.stad-en-groen.nl
13
‘Als je een grote wadi aanlegt, moet je je ook afvragen wat je ermee doet als er geen water in staat.’
Weert koestert groenvoor zieningen met oog voor historie Voormalige kasteeltuin wordt stadspark en speelweide voor archeologen Weert ligt in één van de groenste regio’s ter wereld. Althans, zo oordeelde de jury van The International Competition Communities in Bloom in 2014. De komende jaren gaat deze übergroene Limburgse gemeente ook haar rol in de Europese geschiedenis verder oppoetsen. Een ambitieus stadsparkproject moet een eerbetoon worden aan de illustere streekge-
Het is de tweede stop op de fietstocht van Stad en Groen door Weert met wethouder Martijn van den Heuvel (Weert Lokaal). Waar de komende jaren een weelderig stadspark gerealiseerd wordt, rijden nu nog trucks en heftrucks af en aan. Achter de historische poort die toegang geeft tot de voorhof van een voormalig stadskasteel, bevinden zich nog enkele historische gebouwen. Het kasteel waar ooit de graaf van Horne zijn domicilie had, is niet meer, maar in de bodem vermoedt het gemeentebestuur een schat aan archeologisch erfgoed.
noot graaf Philips van Horne (oftewel Filips van Montmorency, 1524-1568). Het is een onzeker project, want wie naar zijn geschiedenis begint te graven, weet nooit wanneer de klus geklaard is. Auteur: Paul van der Sneppen
14
4/2019
Stadspark Nu zijn het terrein en de historische gebouwen nog in eigendom bij de familie Scheijmans, die er inmiddels alweer enkele generaties lang een houthandel voert. De familie vertrekt met het bedrijf naar een bedrijventerrein. Daarmee heeft de gemeente de voorhof van het voormalige stadskasteel, na decennia onderhandelen, eindelijk in handen. Begin 2020 wordt een start gemaakt met het omvormen van het terrein en het daarachter gelegen park tot één groot stadspark, met verwijzingen naar de historie van deze locatie, de stad en diens illustere graaf. Op de vraag wanneer dat project precies voltooid is en wat het onder de streep gaat kosten, moet Van den Heuvel het antwoord schuldig blijven. ‘We hebben voor de hele herinrichting negen ton begroot. Dat is niet veel. We vermoe-
den dat er archeologische bodemschatten in de grond zitten. We moeten daar zorgvuldig mee omgaan, ook op grond van wettelijke voorschriften. Dat materiaal kan bovendien van grote historische waarde zijn voor de stad. Het vertelt ons mogelijk iets meer over de bewoners van dit stadsdeel, waar de graaf van Horne een belangrijke rol speelde in de Tachtigjarige Oorlog.’ Archeologie De voortgang van het project is hierdoor onzeker; zowel het tijdpad als de inrichting wordt beïnvloed door wat archeologen vinden. ‘Een archeologische vondst kan de werkzaamheden zomaar jaren vertragen. Maar we hoeven heus niet alle bodemvondsten in een vitrinekast tentoon te stellen. De Erfgoedwet staat ook toe dat vondsten in de bodem bewaard blijven. Ook kunnen we besluiten om de bodem hier en daar helemaal onaangeroerd te laten.’ De kans dat er archeologische schatten in de bodem zitten, maakt het ontwikkelen van een inrichtingsplan wel lastig, weet ook Van den Heuvel. ‘Het is in veel opzichten een onzeker project, maar we zijn als gemeente blij dat we eindelijk iets moois kunnen doen met dit belangwekkend stuk stadsnatuur en stadshistorie.’ Het stadspark krijgt onder meer een standbeeld van de graaf van Horne en gaat deel uitmaken van toeristische fiets- en wandelroutes. ‘We verwachten dat het etaleren van onze rijke historie ook
7 min. leestijd
OP DE FIETS
‘Historie trekt nieuwe bezoekers naar de stad’ nieuwe bezoekers naar onze stad trekt’, zegt de wethouder daarover. Versteend De fietstocht voert verder over de Kasteelsingel naar de Stadsbrug van Weert over de ZuidWillemsvaart. De brug in het centrum van de stad vormt, naast de Biesterbrug, even verderop, de voornaamste verbinding tussen het centrum en de noordzijde van het kanaal. Niet het mooiste staaltje stadsvergroening, vindt de wethouder zelf. ‘Het is een redelijk versteend gebied, waar we niet zo veel kanten op kunnen met onze groene ambities voor de stad. We hebben te maken met veel ondergrondse infrastructuur, mede door de ophaalbrug. Ook is het verkeerstechnisch een belangrijke toegangspoort tot de stad. Daarnaast hebben we hier vrije ruimte nodig voor een jaarlijkse kermis, die veel bezoekers trekt.’ Toch maakt het stadsdeel geen onaangename indruk. ‘We hebben hier toch geprobeerd om zoveel mogelijk vierkante meters groen aan te planten, vooral vaste planten.’ Het stadsgroen kan de verkeersdrukte niet verbloemen, maar geeft wel wat kleur en ruimte aan dit stadsdeel. Kleurrijke berm Kleur vinden we ook terug in de middenberm van de Eindhovenseweg. Het is het juiste moment om de bloemenpracht te aanschouwen die voortkomt uit het gebruik van stinsenplanten, een selectie van bol-, knol-, en wortelgewassen in combinatie met een ingezaaid bloemenmengsel. Weert geeft daarmee gevolg aan haar ambitie om de biodiversiteit in de stad te verbeteren. ‘Weert is altijd al een groene gemeente geweest, maar in het meest recente raadsprogramma wordt groot ingezet op “groen voor grijs”. Het streven naar biodiversiteit speelt daarin een belangrijke rol. Wat we hier langs de Eindhovenseweg zien, is daar een kleurrijk voorbeeld van’, legt Van den Heuvel uit. De tocht voert verder naar de Laarderschans en het Naoleveldje. Ook daar wordt stilgestaan bij een stuk Weerter historie. In teksten uit de
Waar de komende jaren een weelderig stadspark gerealiseerd wordt, rijden nu nog trucks en heftrucks af en aan.
17e eeuw wordt gerept over de schans als een schuilplaats tegen rondtrekkende plunderaars. Later is het bouwwerk aan de kerk geschonken en verrees er een kerkje op de door een wal en een gracht omgeven schans. Inmiddels heeft de gemeente, met respect voor de historie van dit stuk grond, een groenproject ontwikkeld op en om de locatie. Dat voorziet de nabijgelegen nieuwbouwwijk van een ruim bemeten recreatie- en speelveld, het Naoleveldje. ‘We hebben hier de gracht intact gelaten, om recht te doen aan de geschiedenis. De natuur rondom de kerk oogt als een kerktuin. Ook daar hebben we wat er al was zoveel mogelijk ingepast in de groenvoorziening die we hier voor ogen hadden.’ Bedrijvigheid Hoezeer Weert ook haar historie koestert, de tijd staat ook hier niet stil. Net als andere steden ziet Weert zich genoodzaakt ruimte te bieden aan de steeds maar uitdijende moderne bedrijvigheid. De rondgang door Weert leidt ook naar bedrijvenpark Kampershoek, een bedrijventerrein in wording, bestemd voor grootschalige gemengde industrie. Van den Heuvel wil voorkomen dat het terrein een landschappelijke dissonant wordt in de groene parel die de gemeente Weert heet te zijn. ‘We ambiëren hier een duurzaam bedrijventerrein met een parkachtige inrichting.’ Voor de duurzaamheid van het terrein liggen concrete plannen voor. Het moet een BREEAM-
De Laarderschans, een historische plek in het buitengebied van Weert, is omgevormd met oog voor de geschiedenis.
certificering krijgen, zo is het plan van het stadsbestuur. Het hele bedrijventerrein moet voorzien worden van groenstructuren en infiltratiesystemen. De bouwnormen moeten voldoen aan strenge eisen voor energiebesparing en er moet eigen energie opgewekt worden uit zonnepanelen. Dozen en wadi Maar of het een esthetisch juweeltje wordt? Van den Heuvel is er eerlijk over. ‘Het blijft een bedrijventerrein. Er komt hier bijvoorbeeld een groot logistiek bedrijf. Logistiek en natuur verhouden zich moeizaam tot elkaar. We proberen zoveel mogelijk bomen te sparen op de plaats waar het bedrijf zich vestigt. We planten ook zelf bomen aan. Bovendien hebben we veel medewerking gekregen van de onderneming in kwestie. Die
www.stad-en-groen.nl
15
MAAIEN IS PASSÉ! Laag-blijvend gras.
• Minder afvoer van
maaisel. • Snel een dichte zode. • Minder onkruid. Erkend door:
WIJ HOUDEN VAN ORANJE!
Ideaal voor
robotmaaiers!
Voor elk jaargetijde een Holder.
WK ACTIE: GRATIS ‘KICKER’
*GELDIG T/M 10 JULI 2019 www.mechancultuurtechniek.nl
www.barenbrug.nl/mowsaver
Het WK voetbal voor de leeuwinnen staat op het punt van beginnen. Hopelijk gaat het succes van 2017 een passend vervolg krijgen. Holder staat uiteraard als geen ander ‘achter’ oranje. En om in de stemming te komen krijg je bij aankoop van een nieuwe Holder een ‘kicker’ tafelvoetbaltafel (t.w.v. € 300,-) cadeau. Ideaal voor in de kantine!
OP DE FIETS al sinds jaar en dag een verbeten strijd tegen het ongedierte. Opmerkelijk is echter dat die strijd het laatste decennium niet onverdienstelijk wordt gevoerd. Op initiatief van een lokale aannemer hebben Weert en acht andere gemeenten met de aannemer de koppen bijeen gestoken. Uit dat overleg is een regionale aanpak van de eikenprocessierups voortgekomen. In 2009 begonnen de samenwerkende gemeenten en de aannemer in kwestie de ontwikkeling van de rups nauwgezet te documenteren. Zo kregen de gemeenten veel inzicht in de hoeveelheid eipakketten die zich ontwikkelen, wanneer dat gebeurt en wanneer de bestrijding van de rups het effectiefst is.
‘Biodiversiteit is stevig verankerd in het beleid.’
‘Een archeologische vondst kan een project zomaar jaren vertragen’ heeft het ontwerp van de bedrijfshallen aangepast aan onze wens om bomen te sparen. Maar eerlijk is eerlijk, het blijven twee grote dozen in het landschap. Daar doe je weinig aan.’ Wel een sieraad voor het oog is de wadi annex speelplek aan de Maaseikerweg, een stuk verderop. Het is een trend die Stad en Groen ook bij andere gemeenten heeft waargenomen: het opvangen van water in wadi’s. Weert heeft aan de Maaseikerweg van zo’n wadi een bijzondere speelplek gemaakt. In de uitdieping in de bodem zijn behalve begroeiing ook speeltoestellen voor kinderen aangebracht. ‘Het project begon met de aanleg van een rotonde. We moesten de grond in om de riolering daaraan aanpassen. Toen hebben we besloten tot een bredere aanpak, waarbij de hele waterhuishouding op de schop werd genomen’, vertelt Van den Heuvel. Het resultaat is onder meer een forse wadi. ‘Als je zo’n grote wadi aanlegt, moet je je ook afvragen wat je ermee wilt als er geen water in staat. Deze wateropvang staat immers niet meer dan 48 uur blank; de rest van de tijd is hij droog. We vonden het daarom een mooie plaats voor een creatieve speelplek voor kinderen.’ Bomenlaan Na enkele omzwervingen langs zowel oude als nieuwe Weerter woonwijken waar mens en natuur in harmonie zijn of worden gebracht, komen we op de Kazernelaan. Deze historische laan telt 600 beuken, waar Weert buitengewoon zuinig op is. ‘Sommige bomen hier, maar ook een stuk terug op onze route, op de
Limburglaan, zijn tachtig jaar oud en nog kerngezond.’ Daar moet de gemeente wel voor in de buidel tasten, vertelt Van den Heuvel erbij. Nog niet zo lang geleden is er bijvoorbeeld ruim een ton uitgegeven aan groeiplaatsverbetering voor de zeshonderd bomen aan de Kazernelaan. ‘En elke vijf tot zes jaar moeten we hier opnieuw investeren in bomenonderhoud, vooral in de groeiplaatsen.’ Overlast Aan de Limburglaan zijn niet alle bewoners even blij met de ijver van hun gemeentebestuur om bomen te beschermen. Daar wordt door een enkeling ook geklaagd over de overlast die de bomen geven. ‘Het gaat dan vooral om overlast van schaduw. Het zijn prachtige bomen, maar als je zonnepanelen op je dak wilt, ben je niet blij met zulke grote bomen voor de deur. Dat begrijp ik best.’ Bomen zijn niet heilig in Weert. Maar het beleidsplan laat er ook geen misverstand over bestaan dat niet de bijl wordt gezet in gezonde bomen. ‘Als we daar concessies aan doen, is het hek van de dam’, zegt Van den Heuvel daarover. Eikenprocessierups En als we het toch over bomen hebben, wil de wethouder ook een andere vorm van overlast vermelden. Weert staat bekend om het grote aantal eiken in de gemeente: maar liefst 14.000. Helaas huizen daarin ook grote aantallen eikenprocessierupsen. De Limburgse gemeente voert
Regionaal ‘De regionale samenwerking levert meer en betere data op, merken we. Met die data kunnen we heel nauwgezet bepalen wanneer we met minimale inzet van middelen het meeste effect sorteren bij de bestrijding’, legt Van den Heuvel uit. ‘Het luistert heel nauw. Start je twee weken te laat, dan is de ontwikkeling van de rups al zo ver dat er bijna niet meer tegen op te boksen valt met de middelen die we ter beschikking hebben.’ De resultaten liegen er niet om. In de periode van 2011 tot 2017 kwamen er bij de gemeente Weert circa twintig klachten per jaar binnen over de eikenprocessierups. Tijdens piekjaren zijn dat er tweehonderd. ‘Vorig jaar hadden we helaas weer zo’n piekjaar, maar dat was een landelijk verschijnsel. Door de extreme temperaturen breekt het bestrijdingsmiddel Xentari snel af en is het minder effectief.’ Toch blijft het opmerkelijk hoe succesvol Weert en de omliggende gemeenten zijn met de gezamenlijke aanpak van de rups, want ze voeren een ongelijke strijd, zo lijkt het. ‘We hebben hier last van extra plaagdruk als gevolg van Belgische wetgeving. In België is voor het gebruik van Xentari namelijk een ontheffing nodig. Daardoor is de bestrijding daar minder intensief. Helaas laten de motten die de rupsen voortbrengen zich op hun vlucht niet tegenhouden door de grens tussen beide landen.’
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/30268/weertkoestert-groenvoorzieningen-met-oog-voorhistorie
www.stad-en-groen.nl
17
De meest duurzame bemesting voor sportveld en openbaar groen! De voordelen van 100% organische bemesting met micro-organismen: • • • •
info@ecostyle-professional.nl
Tot 5x minder CO2 uitstoot dan kunstmest Werkt al vanaf 5° Celcius Verhoogt de weerstand tegen ziekten en plagen Minder cultuurtechnische maatregelen nodig
www.ecostyle.nl/groensector
T. 0516-760780
De ORCA giekaanbouw met frame en pompunit is binnen 10 minuten aan- of af te koppelen. De driedelige giek is geschikt voor montage van diverse werktuigen. Tijdens transport blijft de giek binnen de maximale transport afmetingen.
ORCA (OVER RIJD CHASSIS AANBOUW)
www.hemos.nl Info@hemos.nl 06 46602500
De waarde van
puur groen!
EĂŠn met de natuur, in alles wat we doen. Genieten van geweldig groen is de missie waar onze
buurtbewoners. En dit komt de gezondheid van
vakmensen dagelijks mee bezig zijn. Niet alleen vanwege
elke persoon alleen maar ten goede. Of het nu
de decoratieve functie, maar des te meer voor de postieve
gaat om de aanleg van een nieuwe wijk, een fijn
effecten op gezondheid en het sociale aspect. Wist je
park, gemeentelijk groen of een buurtinitiatief, wij
bijvoorbeeld dat groen zorgt voor stressvermindering
realiseren het! Wij werken het allerliefst circulair,
en meer sociale interactie? Een groene omgeving is
dus zonder afval en met zoveel mogelijk hergebruik.
aantrekkelijk en nodigt uit om naar buiten te gaan en
Waar geen hergebruik mogelijk is, passen we uiteraard
actief bezig te zijn. Daarnaast gedragen mensen zich
duurzaam materiaal toe. Op deze manier dragen
socialer in een groene omgeving. Hierdoor versterkt
we ons steentje bij aan de Global Goals. Samen
de verbondenheid die men voelt met bijvoorbeeld
werken we aan een optimale toekomst voor iedereen!
snoekpuurgroen.nl
Brabantse supermarkt aan grondsoorten 'Geen enkele grond- en reststoffenbank in Nederland is zo volledig als deze' Auteur: Myrthe Tijhuis Bertens
Het is een normale vrijdagochtend bij de grondbank van JvEsch in Tilburg. Vrachtwagens rijden af en aan, zowel van externe partijen als van het bedrijf zelf. Hier ligt ‘een supermarkt aan grondsoorten’. Een loader rijdt rond om de enorme schappen te vullen en inkomende grond te laten verwerken tot een eindproduct. Een paar keer per week komt er een schip via het kanaal aan met leveringen zeezand die worden overgeheveld. Indien nodig kan het schip binnen een paar uur weer gevuld worden met een bestelling
20
4/2019
en terugvaren. Nog voordat de vrachtwagens de weegbrug op rijden, is het proces al zo efficiënt mogelijk gemaakt. Een elektronische aanmeldbon zorgt ervoor dat het team direct weet wie er komt, wat de chauffeur bij zich heeft om te lossen en welke lading hij eventueel weer mee terug neemt. De klant wordt binnen een zo kort mogelijke tijdspanne geholpen. Tijd is immers geld; hoe sneller die vrachtwagen weer naar zijn werkplek kan om aan de slag te gaan, hoe groter de winst voor de opdrachtgever.
Wat gebeurt er? Bij JvEsch aan de Siriusstraat kan men twee kanten op. Enerzijds is er de overslag van alle soorten grond die wordt aangeleverd door externe partijen. Deze wordt aangenomen, verwerkt, gezeefd of omgezet naar andere grondsoorten. Indien gewenst, kan de vrachtwagen die aflevert meteen weer gevuld worden met het product dat nodig is voor de volgende klus. Bestellingen worden vooraf doorgegeven; Marcel van Giersbergen, verantwoordelijk voor het voor-
3 min. leestijd
ACTUEEL raadbeheer, zorgt ervoor dat de bestelling klaarligt. Anderzijds zijn er ook projecten waarbij JvEsch zelf hoofd- of onderaannemer is en waarbij met eigen materieel, eigen mensen en eigen grondmateriaal gewerkt wordt. Dat materiaal wordt dan opgehaald in Tilburg. De reststromen die uit de klus voortkomen, kunnen meteen afgegeven worden, waarbij de grondbank zorgt voor de verwerking. Maar er gebeurt meer. Nick van Doremalen, verantwoordelijk voor de klantcontacten, is trots op alles wat er in huis is aan machinerie, wagens en materiaal, zodat het werk op één plek kan worden uitgevoerd. Hij adviseert graag; hij heeft overzicht over alle mogelijkheden en kan de opdrachtgever tot in detail vertellen hoe diens klus van a tot z door JvEsch geregeld kan worden dankzij het brede scala aan services. En als er zaken zijn die JvEsch niet zelf in huis heeft of kan verzorgen of als er issues met de afstand zijn, zoals een opdracht ver weg, dan kan er dankzij het uitgebreide netwerk een routing worden bedacht die voor de klant zo gunstig mogelijk is, in samenspraak met vergelijkbare bedrijven die het servicepakket van JvEsch kunnen aanvullen.
vragen te beantwoorden die hij nog niet heeft gesteld. Je vraagt me nu dit, maar heb je ook al gedacht aan dat?’ legt Nick uit. ‘Wij weten welke projecten er spelen en hoe we daar gebruik van kunnen maken om de klant te ondersteunen.’
Integrale werkzaamheden Het integrale zit hem vooral in de mogelijkheid om meerdere aspecten van een klus in eigen hand te houden. Nick licht toe: ‘Als de straat vervangen moet worden, dan breken we eerst het asfalt weg, dat we vervolgens inladen en bij de grondbank laten verwerken tot een nieuw product. Als daarna bijvoorbeeld sleuven gegraven moeten worden, de riolering moet worden vervangen, de sleuven weer gevuld moeten worden en vervolgens asfalt moet worden gestort, dan is dat allemaal in één pakket te realiseren, met eigen mensen en een eigen planning.’ Een ander scenario is dat ergens bomen vervangen moeten worden. Dan zorgt JvEsch niet alleen voor het afgraven en afvoeren van grond en het verwijderen van de bomen, maar ook voor de productie van de benodigde nieuwe grond, met daarna het aanleveren en ingraven van de nieuwe bomen door de groenvoorzieningstak.
‘We stellen een proces op maat samen; daarin zit voor de klant de winst’
Nicks primaire werk is om de klant te ontzorgen. Hij gaat daarbij een stapje verder in de advisering dan de concurrent. Als een klant zich bij hem meldt met een vraag, zorgt Nick ervoor dat er een zo praktisch en eenvoudig mogelijke routering wordt aangeboden. De lijnen zijn kort bij JvEsch; dat maakt het prettig werken. ‘We denken graag mee met de klant en proberen óók
Trots op kwaliteit en circulair proces Over de vraag waarop de heren trots zijn, hoeft niet lang nagedacht te worden. ‘Als een vrachtwagenchauffeur een lading komt brengen met voor hem nutteloos restproduct, bijvoorbeeld puingrond of vervuilde grond, maken wij er door middel van zeef- en verrijkingstechnieken een nieuw product van. Dat kan dan weer de verkoop in. Het is een circulair proces; we proberen uit alles wat bij ons aangeleverd wordt iets te maken’, vertelt Marcel. Het product kan standaard zijn, maar er kan ook voor een opdracht een specifieke vraag komen naar grond met een bepaalde samenstelling of met een bepaalde toevoeging. Die wordt dan ter plekke gemaakt.’
werk. Dankzij een strakke planning, een uitgekiende set materieel en een volledig assortiment grond wordt alles door hen gedaan’, vertelt Nick. ‘Er gebeurt ontzettend veel in een erg korte tijd. Daar valt vrijwel niets meer aan te optimaliseren.’ Interessanter vinden de heren het dan ook om de komende jaren te werken aan een speciale certificering voor het aannemen en verwerken van vervuilde grond, bijvoorbeeld door olie of metalen. ‘Dat wordt een prachtige aanvulling op onze service’, concludeert Nick.
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nlarticle30265brabantsesupermarkt-aan-grondsoorten
‘Ik ben ook trots op de kwaliteit van onze producten en de garantie die we erop bieden’, zegt Nick. ‘Onze grond wordt altijd door een externe partij gecontroleerd op basis van de geldende eisen’. Toekomstplannen Op het gebied van efficiency is er de afgelopen jaren veel verbeterd, van digitalisering van de administratie tot het vormgeven van een onestop-shop-concept. ‘Eigenlijk is er op dit enorme terrein maar een klein team van collega’s aan het
www.stad-en-groen.nl
21
Een groene parkeerplaats met goede afwatering Bij de herinrichting van Sportpark Heugem in Maastricht speelde ‘groen’ een belangrijke rol. Het sportpark ligt in een dichtbebouwd stedelijk gebied en moet naast ruimte voor sportvelden, een clubgebouw en kleedruimtes ook voldoende groen herbergen. Niet alleen voor de uitstraling, maar ook voor waterberging op de sportvelden en het parkeerterrein. Voor de inrichting van het parkeerterrein koos BTL de TerraViva-opbouw. Auteur: Willemijn van Iersel
22
4/2019
ADVERTORIAL hoveniers en wegenbouwers. Door de samenstelling van het grastegelmengsel is een zaaibewerking namelijk niet meer nodig. Bovendien wordt het hart van de grasplant beschermd en zorgt het funderings– en legbedsubstraat van TerraViva voor een stabiele waterdoorlatende ondergrond, die geschikt is voor terreinen met intensief gebruik, mét een groene uitstraling.’
Naast de herinrichting van de sportvelden en het opknappen van het clubgebouw en de kleedruimtes, was ook de herinrichting van de parkeerplaats een belangrijk punt. ‘Door het samenvoegen van twee verenigingen groeide de parkeerbehoefte. Een uitbreiding van 57 naar 80 parkeerplaatsen was noodzakelijk. Daarbij werd het parkeerterrein efficiënter ingericht en kreeg het een groene uitstraling door nieuwe bomen, parkeervakken met gras en betere afwatering.’ Aan het woord is Jeroen Smits, adviseur sport bij BTL Advies in Stein. Vanuit zijn functie was Smits betrokken bij het schrijven van het bestek en de keuze voor de inrichting van het parkeerterrein voor Sportpark Heugem. De gemeente Maastricht en de sportverenigingen wilden graag een groene uitstraling in een sportieve omgeving. Dat werd een van de uitgangspunten bij de herinrichting en uitbreiding van het sportpark en de parkeerplaats. ‘Het parkeerterrein moet geschikt zijn voor intensief gebruik door bezoekers van de sportvelden én een groene uitstaling hebben. Daarbij waren aspecten als afwatering, stabiliteit van de ondergrond, duurzaamheid en weinig onderhoud eveneens uitgangspunten. De TerraViva-opbouw bleek de best passende oplossing.’
in aanraking met de TerraViva-producten. TerraViva is een van oorsprong Belgisch product van Acterra, een bedrijf dat producten ontwikkelt voor de volledige opbouw van onder meer parkeerterreinen voor intensief gebruik, met aandacht voor draagkracht, plantengroei en beleving. Sinds begin 2018 is er een partnerschap tussen Acterra en Van Berkel Biomassa & Bodemproducten en zijn de producten ook op de Nederlandse markt beschikbaar. Rutger Hornikx, adviseur bodem en groen bij Van Berkel Biomassa & Bodemproducten, is erg enthousiast over het product. ‘In Nederland kenden we een dergelijke oplossing nog niet. Ik zag direct dat het een efficiëntieslag is voor
Hart van grasplant beschermd Bij intensief gebruik is bescherming van het hart van de grasplant essentieel voor een blijvend groen resultaat. Hornikx legt uit: ‘Als je over een grastegel rijdt, is het de bedoeling dat het voertuig op de tegel zelf rijdt, dus op de honingraat van kunststof of beton. Een grasplantje heeft een hart; dat zit twee tot vier millimeter boven de grond. Stel dat je zo’n tegel te veel opvult, dan rijdt het voertuig over het hart van het grasplantje heen en gaat het gras kapot. Het TerraViva-mengsel heeft een hoog inklinkend vermogen. Enkele weken na vulling is het mengsel in volume gekrompen. Dan is er twintig procent minder; daarop groeien vervolgens de grasplantjes. Als er dan een voertuig overheen rijdt, worden de grasplantjes weliswaar geraakt, maar het hart van de grasplant blijft beschermd.’ Afvoer hemelwater Een blijvend groene uitstraling is ook afhankelijk van goede waterberging. We hebben steeds vaker te maken met hevige regelval, vandaar dat de afvoer van hemelwater nu en in de toekomst een aandachtspunt is. Architecten en gemeenten zijn op zoek naar manieren om de buitenruimte aan te passen aan het veranderende klimaat. In de praktijk moet er rekening gehouden worden met verschillende belangen.
Geschikt voor intensief gebruikt parkeerterrein BTL werkt al jaren samen met Van Berkel Biomassa & Bodemproducten en kwam zo
www.fieldmanager.nl
23
✔
✔
✔
3-DELIGE KLEPELMAAIER Met meer dan 180 jaar ervaring in het ontwerpen, produceren en leveren van maaimachines bent u met Ransomes verzekerd van een superieure maaikwaliteit! • Maaibreedte tot 3,20 m • 65 pk • Maaihoogte 30 - 70 mm • Cabine met airco leverbaar • Müthing klepeldekken
Importeur voor Nederland:
Pols Groep
www.ransomesjacobsen.com
Zuidland
+31 (0) 181 458845
www.pols.nl
ADVERTORIAL Terraviva SportparkHeugem Maastricht
Enerzijds is er steeds meer vraag naar berijdbare oppervlakte; anderzijds wil men hemelwater lokaal infiltreren in de bodem. ‘Door de TerraViva-opbouw ontstaat een draagkrachtige en waterbufferende laag van 30 centimeter, die voor beide problemen een goede oplossing vormt: waterberging én ter plekke infiltreren. Dat dit in de constructie zelf opgelost kan worden, was voor ons van doorslaggevend belang en bepaalde de keuze voor TerraViva’, licht Smits toe. Infiltreren, bergen en afvoeren Voorafgaand aan het project werd op de parkeerplaats een infiltratieonderzoek uitgevoerd. Aanleiding van het onderzoek was de wens de hemelwaterafvoer af te koppelen en aan te sluiten op een infiltratiesysteem. Er moest een aansluiting komen op de natuurlijke waterkringloop door het afkoppelen van verhard oppervlak van de riolering. De voorkeur ging uit naar het infiltreren van water in de bodem. Daarnaast diende wateroverlast te worden voorkomen. Kortom: infiltreren, bergen en afvoeren. Uit metingen van de doorlatendheid en de grondwaterstand bleek dat infiltratie van neerslagwater mogelijk is. De doorlatendheid van de diepere ondergrond was voldoende. Op basis hiervan werd geadviseerd een infiltratiesysteem in de vorm van een ondiepe berging in combinatie met grindpalen aan te leggen. Stabiele en doorwortelbare fundering ‘De waterbufferende laag van de TerraVivaopbouw sloot hier uitstekend bij aan’, aldus Hornikx. ‘De laag van 30 cm wordt opgebouwd uit funderingssubstraat met daarop legbedsubstraat. Naast waterbufferend moet
de laag immers ook stabiel zijn en voldoende draagkracht hebben voor de auto’s van de sportparkbezoekers. De grove steenfractie van het funderingssubstraat zorgt voor die hoge draagkracht. De combinatie met het legbedsubstraat als nivelleerlaag maakt het geschikt voor zware belasting, die via de korrelstructuur van het grind worden overgedragen aan de ondergrond.’ Over het uiteindelijke groene resultaat vertelt Hornikx: ‘De aanwezige voedingsgrond met voldoende voedingsstoffen en humus in de substraten zorgt voor de nodige doorwortelbare ruimte voor de grasplanten. Het mengsel is vorstbestendig en heeft een lage zoutconcentratie, wat gunstig is voor de zuurtegraad. De grasplant krijgt de kans om een wortelpakket van 30 cm te vormen zonder storende lagen tegen te komen. Juist de combinatie van voedingsstoffen en sporenelementen zorgt voor duurzame grasgroei en maakt dit product uniek.’ Grastegelmengsel Dankzij die kenmerken en de efficiëntieslag voor hoveniers en wegenbouwers is het product ook voor de Nederlandse markt erg interessant. Hornikx vertelt wat voor Van Berkel Biomassa & Bodemproducten een van de doorslaggevende punten was om een partnerschap aan te gaan met Acterra. ‘Doordat het graszaad al op de productielocatie wordt toegevoegd aan het grastegelmengel, kan het ter plaatste in één zaaibewerking worden toegepast in de honingraattegels, in het geval van Sportpark Heugem grastegels van beton. Door het hoog inklinkend vermogen is het graszaad
beschermd en na de groei ook het hart van de grasplant. Daardoor is er niet alleen snel een groen resultaat, maar is het ook blijvend.’ Voldoende water voor de planten is daarbij essentieel. ‘Het weer en de hoeveelheid neerslag zijn natuurlijk doorslaggevend voor een groen resultaat. Bewateren kan nodig zijn in het begin. Het weer in Maastricht werkte goed mee. Enkele weken na het vullen van de grastegels was er al een mooi groen resultaat.’ Samenwerking De sportvelden en de buitenruimte rondom sportpark Heugem zijn door CSC Sport uit Zeewolde gerenoveerd in opdracht van de gemeente Maastricht. Het bestek is geschreven door BTL Stein en de TerraVivaopbouw is geleverd door Van Berkel Biomassa & Bodemproducten. Het project kenmerkt zich door een goede voorbereiding van en samenwerking tussen de betrokken partijen. Ook omwonenden en gebruikers van het sportpark werden betrokken bij het traject. Het eindresultaat mag er dan ook zijn. De accommodatie heeft een flinke opfrisbeurt gehad en is klaar voor intensief sportief gebruik door de sportverenigingen. Door de toepassing van groen is het een mooie onderbreking in de verder stedelijke omgeving.
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/30254/een-groene-parkeerplaats-met-goede-afwatering
www.fieldmanager.nl
25
Top Green lanceert klimaatadaptief grasmengsel Een leefbare stad met groene grasvelden die tegen een stootje kunnen Een groen grasveld is een heerlijke uitvalsbasis in de stad. Mensen kunnen er picknicken, kinderen en honden kunnen er spelen en ravotten. Maar waar geleefd wordt, ontstaat schade. Zo gaat dat ook met gras, zeker in Nederland, waar elk jaar flink wat festivals op stedelijk gras plaatsvinden. Dit is niet de enige uitdaging die de grasmat te verduren krijgt. Dat geldt ook voor de weersextremen die de klimaatverandering met zich meebrengt, extremen die zwaar zijn voor alle soorten beplanting, gras niet uitgezonderd. Het merk Top Green heeft nu een innovatief nieuw mengsel ontwikkeld met alleen de allerbeste Europese grassoorten erin. Precies wat een leefbare stad nodig heeft. Auteur: Willemijn van Iersel
26
4/2019
Top Green wordt in zesentwintig landen op de markt gebracht. In Nederland wordt het merk onder de vlag van DLF verkocht door zeven dealers. Deze dealers fungeren als ideale vraagbaak voor alle zaken op het gebied van gras, zoals graskeuze en grasonderhoud. Het bedrijf Florisan is een van deze Nederlandse dealers. Simon Groninger van Florisan legt vakblad Stad en Groen uit waarom hij de grassen van Top Green in zijn assortiment heeft. ‘De manier waarop DLF zichzelf en zijn graszaden blijft doorontwikkelingen, is bewonderingswaardig. Er zit altijd gedegen onderzoek achter, het bedrijf is wereldwijd actief en werkt alleen met de beste grasrassen.’ Over de adviesfunctie zegt Groninger: ‘Naast de uitstekende kwaliteit van het product is het grote voordeel van de dealer voor de eindgebruiker de adviesfunctie. Wij zitten dicht op de markt; daarin schuilt ook de kracht van dit merk.’ Innovatie en kennisdeling DLF doet veel aan onderzoek. Ze zijn altijd op zoek naar beter, sneller kiemend, robuuster, mooier en dieper wortelend gras. De innovaties volgen elkaar dan ook razendsnel op bij Top Green. Het laatste mooie voorbeeld daarvan is de introductie van het Shockproof grasmengsel, een klimaatadaptief grasmengsel. Het is bestand tegen de uitdagingen die de klimaatverandering met zich meebrengt, zoals extreme weerswisselingen en omstandigheden.’ Voor
de ontwikkeling van dit nieuwe mengsel is de officiële grasgids van Engeland, Nederland, Duitsland en Frankrijk erop nageslagen, waarna alle toprassen met uiteenlopende eigenschappen en uit verschillende klimaatzones in een mengsel werden gegoten. Dit grasmengsel heeft al weerstand geboden tegen een langere droogteperiode, extreme regenval en extra vorst. Grasgids Een andere unieke innovatie waar Top Green mee werkt is 4turf, een tetraploïde Engels raaigras en een nieuw ontwikkelde grassoort. 4turf kiemt bij lagere temperaturen van 5 à 6 graden Celsius. Ook heeft deze grassoort een betere ziekte- en stresstolerantie, waardoor hij ook in de winter zijn mooie groene kleur behoudt. Vanwege het grotere wortelvolume is de soort beter bestand tegen extreme droogte en is door haar fors herstelvermogen de betredingstolerantie vergelijkbaar met die van diploïde Engels raaigras. Recent zijn de 4turfgrassen ingezaaid voor de officiële Grasgidsbeproeving, wat aangeeft dat de markt gelooft in deze nieuwe grassoort. Met name de combinatie van 4turf-gras en de ProNitro-coating zorgt voor betere resultaten. ‘Ontbijt’ voor graszaadjes De innovatie die al wat langer op de markt is, is ProNitro, een mengsel dat is uitgerust met een
Top Green: van Europese topclub tot stadspark Volgens Henk Roelofsen van DLF is de Top Green-dealer de juiste gesprekspartner voor alle zaken op het gebied van gras en grasonderhoud: van zaden tot bemesting, van advies tot levering van producten. ‘Hij kan snel en accuraat een veld beoordelen en een op maat gesneden advies voor iedere specifieke situatie geven.’ Roelofsen noemt Top Green hét Europese topmerk in de zadenbranche voor sportvelden, recreatieterreinen, gazons en plantsoenen. ‘Top Green is vanwege zijn kwalitatief hoogwaardige mengsels een zeer gewaardeerd en toonaangevend merk bij professionals in de groensector. Top Green-mengsels worden breed toegepast, van Europese topclubs tot beroemde golfbanen.’ Het succes van Top Green is volgens Roelofsen te danken aan het voortdurend meedenken met de klanten en het continu investeren in research en development. ‘Hierdoor kan Top Green altijd de gewenste service bieden met de allernieuwste innovaties.’ minerale stikstofcoating. Het werkt als volgt: elk zaadje krijgt een eigen ‘ontbijtpakketje’ van stikstof mee, wat een supersnelle groeistart garandeert. Henk Roelofsen van DLF zegt hierover: ‘Door verschillende graszaadmengsels te behandelen met de coating ProNitro, groeien de kiemplantjes, die zich in een kwetsbaar stadium bevinden, snel door. Hierdoor vestigen zich in de grasmat meer plantjes, die uitgroeien tot volwassen grassen. Bij ProNitro-gecoat graszaad zien we tot 30 procent meer grasplantjes ontstaan. Daardoor heb je veel sneller en makkelijker weer een volwaardig, dicht grastapijt, zodat er minder problemen zijn met onkruiden en straatgras. De ProNitro-coating, die nu verkrijgbaar is in de twee mengsels Top Balance en Speelgazon ProNitro, wordt continu doorontwikkeld en verbeterd.’
groensector. Ook zij werken uitsluitend met de grassen van Top Green. Volgens Harold van den Boogaard, manager bij All Green Solutions, is de keus gevallen op Top Green omdat het wereldwijde bedrijf DLF erachter staat. ‘Het voordeel van zo’n groot bedrijf is dat de graszaden ieder jaar weer beter worden.’ Volgens Van den Boogaard was die verbetering de afgelopen tien à twintig jaar duidelijk zichtbaar. ‘DLF heeft als grote speler de knowhow om kwalitatief de beste mengsels samen te stellen met kwaliteitsrassen.’
Verbeteringsslag All Green Solutions is een samenwerkingsverband van Agro-Dyn Montfort en Limburgs Landbouw Syndicaat Maastricht. Zij hebben een adviesfunctie voor gemeenten en de hele
Speelgazon, Museumplein en Maarten van der Weijden Een andere Top Green-dealer van het eerste uur is GMN. Jim Tol van GMN: ‘Top Green is een topmerk, dat niet op iedere straathoek verkrijgbaar is. Het is uniek in de markt en wij onderscheiden ons er graag mee.’ Tol roemt het merk Top Green voornamelijk vanwege de voortdurende ontwikkelingen en mooie innovaties. ‘We hebben nu een aantal jaren mengsels met tetraploïde soorten (4turf ).
Henk Roelofsen
Harold van den Boogaard
Dit mengsel bevat onder andere het 4turfras Fabian, waarover ik zelf uitermate enthousiast ben. Op proefvelden, maar ook in de praktijk, bewijst het zich goed; het wortelt goed en diep en daarnaast heeft het een mooie kleur groen. Een uitstekend ras voor speelgazon.’ Tol roemt niet alleen de nieuwste innovaties, maar ook een gouwe oude: RecreaTop, een mengsel dat al zo’n 25 jaar bestaat en nog steeds een goede keuze is, zeker in het openbaar groen. Tol: ‘Het is een mengsel dat zich ruimschoots heeft bewezen. Het doet het gewoon altijd en kan tegen een stootje. Niet voor niets gebruikt de Keukenhof het mengsel dan ook al jarenlang.’ Dit is niet de enige wereldberoemde referentie die het merk heeft. Ook het Amsterdamse Museumplein is ingeplant met RecreaTop, een plein dat dagelijks te maken krijgt met hordes toeristen en waarop vaak grote evenementen plaatsvinden. ‘Als voor zo’n plein gekozen wordt voor RecreaTop, weet je dat het goed is.’ Van den Boogaard valt Tol bij: ‘Maarten van der Weijden kwam na zijn legendarische elfstedenzwemtocht aan op een met RecreaTop ingezaaide kade.’
www.dlf.nl
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/30277/topgreen-lanceert-klimaatadaptief-grasmengsel
Jim Tol www.stad-en-groen.nl
27
Vaarwel Japanse Duizendknoop reuzenberenklauw, heermoes, ridderzuring en alle andere onkruiden. Want vanaf nu zijn deze onkruiden met machines van Rootwave tot diep in de wortel te bestrijden. Elektrisch Rootwave stuurt een elektrische lading door de plant. De weerstand van de plant genereert warmte waardoor deze vanuit de wortel doodgekookt wordt. Invasieve exoten Rootwave is uitermate geschikt voor het bestrijden van invasieve exoten tot in de wortel. Zonder chemicaliën, zonder schade aan de omgeving. Vraag vandaag nog een vrijblijvende demonstratie aan.
Uw specialist voor betrouwbare techniek Merumerbroekweg 5, Herten +31 (0) 475 202 133 info@ramm.nl ramm.nl
Tielbürger Sales Office France-Benelux D.B. van der Horst B.V.
..
Tielburger Veegmachines Onkruidborstelmachines Hooggrasmaaiers Versnipperaars Verticuteermachines Motormaaiers Aanbouwwerktuigen voor - zitmaaiers - quads & atv’s - tweewielige trekkers
WWW.DONATVANDERHORST.NL T. +31 (0) 316 26 16 73
info@donatvanderhorst.nl
Alle producten van Tielbürger voldoen aan de CE-normen
MADE IN GERMANY Levering uitsluitend door geselecteerde en geschoolde vak handelaren.
COLUMN
"Groen levert voordelen voor de gezondheid op. Daar hoef je geen Einstein voor te zijn."
Zijn we nu met z’n allen ons gezond verstand aan het verliezen? Groene aankleding bij bedrijven, scholen en instellingen: enkele jaren terug werd bijna alles geregeerd door functionele budgetten. Daarop volgden hoogstens een paar bankjes met wat bloeiend plantmateriaal, mits onderhoudsvrij. Pakweg de afgelopen twee jaar vindt er gelukkig op alle fronten in de maatschappij bewustwording plaats van de gezondheidsbaten van binnen- en buitengroen. Daarnaast gaat ons vakgebied een grote rol spelen bij cruciale maatschappelijke issues, zoals bescherming tegen de nadelige gevolgen van klimaatverandering, afvang van fijnstof en CO2-opslag. Hoveniers en groenvoorzieners beginnen interessant te worden.
tieve werking op onze bloeddruk en ons stressniveau heeft (Tracking restoration in natural and urban field settings, 2003). Van den Berg & Van den Berg (A comparison of children with ADHD in a natural and built setting, 2010) en Azarello, Mancuso en Rizzitelli (Influence of green vegetation on children’s capacity of attention: A case study in Florence, 2006) bewijzen dat kinderen zich beter concentreren in een groene omgeving dan in een versteende omgeving. Verder zijn er talloze onderzoeken naar de invloed van groen op obesitas. Maar hoe onterecht ook, deze onderzoeken lijken nauwelijks bij te dragen aan een verandering, want we worden als sector nog altijd aan de kostenkant geplaatst.
We voelen daarbij de drang om die groene baten te bewijzen met harde cijfers en gevalideerde onderzoeken, vaak omdat opdrachtgevers, zoals instellingen met strenge budgetbewaking, daarom vragen. De financiële man van een ziekenhuis, die adviseert aan de directie, wil voor de begroting weten – net als bij zonnepanelen – in welke termijnen en voor welke bedragen de groeninvestering wordt terugverdiend. En als de baten niet in de euromatrix vallen, is het: computer says no.
"Het gezonde verstand mag het niet verliezen van de reken machine!"
Dus slepen we onderzoeken af en aan. Socioloog Jolanda Maas is misschien wel de meest naar voren geschoven groen- en gezondheidsgoeroe geworden. En inderdaad, er zijn legio internationale onderzoeken beschikbaar. Davis & Garling tonen aan dat groen een posi-
Die harde cijfers zullen er mijn inziens ook niet snel komen. De onderzoeken blijven vaak arbitrair op dit punt. Want wie zegt dat de bloeddruk van die meneer is gedaald door het groene dak waar hij op uitkijkt? Misschien steeg zijn bloeddruk door zijn scheiding en viel de aanleg van het groene dak samen met de
periode waarin hij zijn nieuwe vriendin leerde kennen. Worden wij met zijn allen niet gewoonweg het bos in gestuurd? Als een chronisch zieke patiënt zegt dat hij geholpen is met acupunctuur maar dit niet onomstotelijk bewezen kan worden, is het dan niet waar? Om terug te komen op ons gezonde verstand: we weten inmiddels allemaal dat groen voordelen voor de gezondheid oplevert. Daar hoef je geen Einstein voor te zijn. Dezelfde financiële man van het ziekenhuis betaalt namelijk extra voor een vakantiehuis midden in een rustig stuk groen, waar hij tot rust kan komen en ontstressen. Waarom gunnen we onszelf eigenlijk alleen de voordelen van groen in onze privé-omgeving en niet in de werkomgeving? Laten we als hoveniers en groenvoorzieners de meerwaarde van groen in vredesnaam blijven uitdragen met korte, pakkende argumenten: het gezonde verstand mag het niet verliezen van de rekenmachine! Elwin de Vink, hoofd Ontwerp bij Donkergroen
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/ 30264/zijn-we-nu-met-zn-allen-ons-gezondverstand-aan-het-verliezen
www.stad-en-groen.nl
29
v.l.n.r.: Jurylid Tim, redacteur Willemijn van Iersel van vakblad Stad en Groen, Berdi Viveen van firma Boerplay en wethouder Herman Geerdes van de gemeente Houten.
Gemeente Houten wint Circulair Spelen Award 2019 Jurylid Nikkie 5 jaar: ‘Alles is hier leuk, niets is stom.’ Op woensdag 5 juni 2019 vond in Houten bij Buitenwereld de uitreiking plaats van de Circulair Spelen Award 2019. Wethouder Herman Geerdes nam namens de gemeente Houten de award in ontvangst samen met Berdi Viveen van firma Boerplay. Auteur: Willemijn van Iersel
30
4/2019
2 min. leestijd
ACTUEEL
Jurylid Tim speelt naar hartlust in de winnende speeltuin.
'Dit vind ik de mooiste, hij heeft twee glijbanen en is heel groot.' Circulair Spelen Award Dit jaar organiseerde Vakblad Stad en Groen voor de allereerste keer de Circulair Spelen Award. Negen bedrijven stuurden hun mooiste speeltuin op ter beoordeling van onze vakjury. De vakjury bestond uit maar liefst 12 kinderen in verschillende leeftijdscategorieën en van verschillende speeltypes. Want wie kan een
speeltuin nu beter beoordelen dan de eindgebruiker? De jury nam dikwijls geen blad voor de mond en zei met kinderlijke eerlijkheid wat zij vonden van de inzendingen. Lovende kritieken De speeltuin van Buitenwereld ontving lovende kritieken van de jury, zo zei Tim: ‘Dit vind ik de mooiste, hij heeft twee glijbanen en is heel groot. Ook omdat je in de huisjes kan klimmen. Het klimrek is leuk, alleen de brug lijkt me saai.’ Tim had de grote eer om als hoofdjurylid de prijs te overhandigen samen met vakredacteur Willemijn van Iersel. Spelen hoort bij de openbare ruimte De Circulair Spelen Award is bedoeld om spelen in de openbare ruimte een speels duwtje in de
rug te geven. Buitenspelen kent grote sociale, maatschappelijke en gezondheidsvoordelen, toch wordt het belang van spelen in de openbare ruimte niet altijd voldoende onderschreven. Johan Oost van speelingenieursbureau OBB sprak zich hier recent nog kritisch over uit in Stad en Groen editie 3: ‘Aan het begin, op de tekentafels, zie je mooie (verkoop)plaatjes, maar in de praktijk wordt weinig structureels gedaan aan speel-, sport- en ontmoetingsvoorzieningen.’
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/29918/gemeente-houten-wint-circulair-spelen-award-2019
www.stad-en-groen.nl
31
Boeien en binden van quality personeel in de groene sector Stad + Groen organiseert Binden-Boeien-Quality-BBQ voor discussie over personeelstekort Personeel vinden is lastig; goed personeel houden is bijna nog lastiger. Een kleine rondgang in de groene sector levert het beeld op dat vooral het binden en boeien van goed middenkader een serieus probleem is. Reden genoeg om bij IPC Groene Ruimte een forum over dit onderwerp te organiseren. Auteur: Hein van Iersel
Het forum ‘Binden en boeien van quality middenkader’ werd gehouden op 20 juni bij IPC Groene Ruimte in Arnhem. De barbecue werd aangeboden en gesponsord door IPC Groene Ruimte. Het forum werd bijgewoond door: • VDBH West, Wilco Boender en Lorentz Melenboer • Verheij Integrale Groenzorg, Wim in ’t Veld • Sight Landscaping, Kees Torn Broers en Henk Hendriksen • Boogaart Almere, Wim Lassche • Eijkelboom, Willem Gravenmaker • Dolmans Landscaping Group, Claire Janssen • IPC Groene Ruimte, Eddy Schabbink
32
4/2019
Gastheer van het forum is natuurlijk Eddy Schabbink. Schabbink is ervaringsdeskundige, omdat hij in zijn tijd bij Donkergroen dagelijks met de uitdaging vanhet vinden van goed personeel worstelde. De achtergrond: de rol van het middenkader, de voormannen in de groene sector, is compleet veranderd. Oorspronkelijk had de voorman of voorvrouw primair een technisch beroep, waarbij het vooral ging om vakmanschap. Kwaliteit en vakmanschap zijn nog steeds belangrijk, maar door het wegvloeien van kennis aan de onderkant moet dit op een andere manier bereikt worden dan vroeger. Schabbink begint in dit verband met een rondje ouderwets klagen over de manier waarop wij in Nederland met het vak omgaan. ‘Als je met te veel drank op in de auto zit, krijg je een taakstraf in het openbaar groen. Ja, dat werkt om goed personeel te vinden.’ Onder andere door deze ontwikkelingen is het karakter van de werkzaamheden van het middenkader in de groenvoorziening ingrijpend veranderd. Wim Lassche, accountmanager bij Boogaart Almere, vat het kort en bondig samen: ‘Je moet meer psycholoog zijn dan hovenier.’ Schoffelen Het imago van werk in het groen is misschien niet altijd even goed en door #Lsocial return$L nog steeds aan erosie onderhevig. Het beroep
van voorman vervult daarbij een bijzondere tussenpositie. Volgens veel forumleden zijn de meeste voormannen behalve een halve psycholoog ook nog eens een halve projectleider en een halve uitvoerder. Eddy Schabbink: ‘Lees de officiële functieomschrijving van een voorman maar eens door. Ik denk dat iedereen zich erover zal verbazen wat die moet kunnen en welke kennis hij of zij in huis moet hebben. Iedereen vergist zich daarin. Ik denk dat de meeste mensen daarin eerder een uitvoerder zullen herkennen dan een voorman.’ Schabbink vervolgt: ‘Voorman is een MBO-4-functie; uitvoerder is een functie op HBO-niveau.’ Schabbink heeft een gevoelig punt geraakt. De discussie verplaatst zich naar de verhouding tussen een voorman en een uitvoerder. Is een voorman een uitvoerder in de dop of is het een functie op zich? Natuurlijk zegt iedereen dat voorman een echt vak is waar je je niet voor hoeft te schamen. Tegelijk hoor je tussen de regels door van alle aanwezigen dat veel mensen in de sector hier anders over denken, en wordt veel voormannen de ambitie ‘aangepraat’ om uitvoerder te worden. Jammer, natuurlijk. Hoger in rang is niet altijd beter, maar het zit helaas wel in de menselijke natuur om dat te vinden. De vraag is natuurlijk hoe dit op te lossen. Een van de mogelijkheden die geopperd wordt, is een soort traineeschap voor de functie van voorman. Met evenveel gemak wordt die sug-
5 min. leestijd
FORUM gestie ook weer verworpen. Een traineeschap verandert weinig aan het feit dat medewerkers hun persoonlijke ambities hoger willen leggen. Een andere suggestie is het stimuleren van meer vrouwen in het vak. Dat is nu eindelijk iets waarover de aanwezigen het niet eens zijn. Onder fijnhoveniers zijn relatief veel vrouwen te vinden, maar de vrouwen die in de groenvoorziening werken, werken bijna exclusief op kantoor. Kees Torn Broers is van Sight Landscaping. Net als Claire Janssen van Dolmans Landscaping Group gelooft hij in het aantrekken van vrouwen voor de functie van voorman. Teams van mannen en vrouwen werken in hun ervaring beter. Daarom moet de rol van voorman –in de visie van Torn Broers-opnieuw worden gedefinieerd en aantrekkelijk gemaakt worden. De voorman van nu heeft in de basis veel meer overlap gekregen met de uitvoerder. Een voorman is geen medewerker die een ploegje aanstuurt, maar iemand die een compleet project of wijk beheerst en meerwaarde toevoegt in de wijk. Torn Broers: ‘Wij hebben positieve ervaringen met vrouwelijke collega’s die in een team meewerken. Die zijn zeer gemotiveerd en zorgen voor een goede balans in het team. Het is geen oplossing van het kernprobleem maar de rol van vrouwen is nu wel onderbelicht binnen de groene sector en is een kans voor de branche. Claire Jansen van Dolmans : ‘Het is algemeen bekend dat diverse teams beter werken. Dan gaat het niet alleen om een mix van mannen en vrouwen, maar ook om een mix van mensen met een verschillende achtergrond.’ Voorman Henk Hendriksen van Sight is het daar niet mee eens. Hij geeft de voorkeur aan een team dat bestaat uit enkel mannen. Volgens Wim in ’t Veld van Verheij is het hoe dan ook een illusie dat je zelfs maar 25 procent vrouwen in het vak krijgt. Win in ’t Veld: ‘Wat de voorman onderscheidt en
Wim Lassche
Boogaard Almere
'Als je met te veel drank op in de auto zit, krijg je een taakstraf in het openbaar groen. Ja, dat werkt om goed personeel te vinden' naast ‘het groen’ ook een vak is het aansturen, het leidinggeven en het meedenken in bedrijfsbelang. Gunnen voormannen zichzelf de tijd om dit te ontwikkelen? En vooral ook steken we als bedrijven daar voldoende energie in?” Sexy Hoewel de functie van voorman dus schromelijk wordt onderschat, is het beroep voor veel mensen daarnaast ook niet erg aantrekkelijk of sexy. De voorman die Wilco Boender van het ZuidHollandse aannemersbedrijf VHDB West heeft meegenomen, Lorentz Melenboer, lijkt niet te lijden onder dat vooroordeel. Hij werkt sinds kort bij VHDB West en geniet juist van de combinatie van vakinhoudelijk werk en psychologie. Hij lijkt daar ook wel de humor van in te zien, getuige de enthousiaste verhalen die hij vertelt. Zijn collega Wilco Boender noemt het in zijn visie belangrijkste aspect van binden en boeien van personeel: Zorg dat je plezier met elkaar hebt. Mensen die plezier hebben, functioneren beter en hebben minder last van stress. Die stress komt overigens vaak niet door het werk an sich of door de medewerkers, zelfs niet als dat medewerkers zijn met een afstand tot de
Claire Janssen
Dolmans Landscaping Group
arbeidsmarkt. Gastheer Eddy Schabbink noemt – politiek heel erg incorrect – arbeidsparticipatie een belangrijke nagel aan de doodskist van de groene sector. Een andere, nog veel belangrijkere nagel is de soms totaal doorgeslagen regelgeving. Kees Torn Broers duidt op de kloof die is ontstaan tussen beeld, beleving en vakmanschap. De sector komt daarmee steeds verder af te staan van waar het werkelijk om gaat: het onderhoud van de openbare ruimte. De voorman heeft daar als geen ander mee te maken. Hij of zij moet het beeld in de gaten houden en krijgt als eerste commentaar als er een werk wordt afgekeurd. Torn Broers: ‘De focus van het op beeld werken ligt niet zozeer meer op vakmanschap en beleving maar meer op het controleren van de beeldverplichting. Er is hier een hele bedrijfsvoering rondom ontstaan. Bedrijven die zich bezighouden met de beeldsystematiek van meten, verrekenen met allerlei protocollen en andere bedrijven die dit weer controleren. Dit is in de basis niet verkeerd, maar wat op papier kan kloppen zegt nog niks over de beleving of kwaliteit van de openbare ruimte. Door de jaren heen zijn beeldsystematiek en de meerwaarde die een voorman kan leveren door zijn vakmanschap steeds meer uit elkaar gegroeid.
Willem Gravenmaker
Eijkelboom
www.stad-en-groen.nl
33
De kern is kennis van de objecten Buro de Eijk zorgt met bewezen assetmanagementstrategieĂŤn voor optimale beschikbaarheid, betrouwbaarheid en veiligheid van uw objecten in de buitenruimte. Meetbaar en gerelateerd aan uw bedrijfswaarden.
deeijkgroep.nl
Buro de Eijk is onderdeel van De Eijk Groep
FORUM
Erik Poelman
Wi in 't Veld
Henk Hendriksen
Verheij Integrale Groenzorg
Mooiste vak van de wereld Gelukkig maakt ook een barbecue deel uit van het forum ‘Binden en boeien van #Lquality$L personeel’. Mensen met een knorrende maag worden knorrig en zouden zomaar kunnen vergeten dat we, hoewel het een grote uitdaging is om goed personeel te vinden en te binden, toch ook het mooiste beroep van de wereld hebben. Kees Torn Broers: ‘Ons vak wordt steeds relevanter. In een tijd dat het vaak om klimaatverandering gaat, wordt steeds vaker een beroep gedaan op de groene sector. ‘Daarnaast vervullen wij als aannemers een steeds grotere rol binnen maatschappelijke thema’s in de wijk. Het zou mooi zijn als de contracten vanuit de beeldsystematiek hierop afgestemd worden. Dan krijgt de rol van voorman weer een andere lading.’ Het aspect van de maatschappelijke relevantie van het vak zou volgens de jongste forumdeelnemer, Claire Janssen van Dolmans Landscaping Group, veel harder uitgespeeld kunnen worden. Claire Janssen is business change manager bij Dolmans Landscaping Group met een speciale aandacht voor HR. De sector vist voornamelijk in de eigen vijver bij het aantrekken van nieuw talent. Janssen vindt vakmannen van cruciaal belang, maar kijkt tegelijkertijd breder naar de arbeidsmarkt. Zij geeft zelf het voorbeeld van het bedrijf Young Capital, een Amsterdams,
Willemijn van Iersel
Lorentz Melenboer
Sight Landscaping
Eddy Schabbink
IPC Groene Ruimte
Willem Gravenmaker
Eijkelboom
Wilco Boender
VDBH West
NWST
VDBH West
maar internationaal werkend wervingsbureau met de grootste jongerendatabase van Europe, dat young high potentials die anders denken, werft. Eddy Schabbink durft nog een stap verder te gaan en denkt hardop: ‘Mijn kinderen van zeven en tien jaar zitten op het social medianetwerk TikTok.’ Ondergetekende en met hem de helft van de aanwezigen heeft daar nog nooit van gehoord, maar evengoed heeft dit netwerk wereldwijd honderden miljoenen gebruikers, waarvan drie miljoen in Nederland. Volgens Schabbink zijn deze jongeren de medewerkers van de toekomst. Via dit soort netwerken zou je dus nu al moeten werven.
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/ article/30251/boeien-en-binden-van-qualitypersoneel-in-de-groene-sector
www.stad-en-groen.nl
35
6 min. leestijd
'Onze corebusiness is het circulair maken van afvalstromen' Eric van Roekel, GBN: Het klinkt geitenwollensokkerig, maar dat is het niet. Als de nood het hoogst is, is de redding nabij. Toen ongeveer een jaar geleden de kunstgrasindustrie met een totale shutdown werd bedreigd, kwam als een duveltje uit een doosje het bedrijf GBN op de markt. CEO Eric van Roekel vertelt over dit bedrijf en hoe ‘zijn’ GBN in de wedstrijd staat. Auteur: Hein van Iersel
Een harde kunstgras-exit dreigde. De afgelopen jaren heeft het tv-programma Zembla de kunstgrasindustrie via een aantal uitzendingen op de korrel genomen. Als gevolg daarvan is die sector fundamenteel van karakter en structuur veranderd. Het laatste programma ging nog een paar stappen verder; het liet zien hoe krakkemikkig de praktijk van kunstgrasrecycling in elkaar zat. Tot overmaat van ramp kwam daar nog de brand en mogelijk zelfs brandstichting bij de grootste aanbieder van kunstgrasrecycling in Dongen bij, en besloot de tweede aanbieder van kunstgrasrecycling, Vink, zich vanwege het grote publicitaire afbreukrisico helemaal terug te trekken uit de markt. Op dat moment was feitelijk alleen nog de Deense aanbieder Re-Match met beperkte capaciteit actief op de Nederlandse markt. Als gevolg daarvan werd in verschillende gemeenteraden al geopperd om dan maar helemaal te stoppen met kunstgras. Onder druk wordt alles vloeibaar De grote kustgrasbouwers gingen op zoek naar een nieuwe recycler. Die bleek dichterbij te zijn dan gedacht en werd gevonden in GBN. GBN Groep is onderdeel van het grote aannemersbedrijf Strukton en in die hoedanigheid een zusterbedrijf van Antea Sport, omdat beide bedrijven uiteindelijk vallen onder de Oranjewoud NV van
36
4/2019
Gerard Sanderink. Antea Sport en een aantal andere grote kunstgrasbouwers waaronder Ten Cate Grass en Sports en Leisure Group richtten begin dit jaar de kunstgrasalliantie op, een samenwerkingsverband waarbij GBN optreedt als ketenregisseur en organisator, en de kunstgrasbouwers als medevennoot, maar natuurlijk ook als klant. Ik praat met Eric van Roekel en vraag hem hoe typerend dit voorbeeld is voor de manier waarop GBN in de wereld staat. Van Roekel: ‘Onze doelstelling is het circulair maken van materiaalstromen. Dat kan misschien geitenwollensokkerig klinken, maar dat is het niet, omdat wij overal een goed verdienmodel onder willen hebben. Hoewel wij zelf liever het woord value case gebruiken.’ Van Roekel praat snel en veel en is zeer precies in zijn formuleringen. Je hebt van die mensen van wie het gesproken woord één op één doorgelust kan worden naar een brochure of artikel. Van Roekel is zo iemand. Hij is bovendien in staat om dat te doen op een manier die niet snel verveelt, ook al gebruikt hij iedere twee of drie zinnen wel het woord ‘circulariteit’. Het verhaal blijft gelukkig geloofwaardig.
'Wij doen veel meer dan grond en we zijn geen bank' Van Roekel: ‘In de sportmarkt wordt vaak gesproken over het verwerken van oude kunstgrasvelden tot nieuwe kunstgrasvelden. Dat klinkt natuurlijk heel mooi en spannend, maar ik
weet niet of jij ooit de productie van kunstgrasgaren hebt gezien. Theoretisch zou dat kunnen met oude kunstvezels, maar dan kan een korrel zand al roet in het eten gooien.’ Van Roekel wil eigenlijk zeggen: waarom moeilijk doen als het makkelijk kan? ‘Er zijn tal van producen die je van oud kunstgras kunt maken met minder kosten. Producten waar dagelijks vraag naar is, zoals slagplanken voor hockey, maar ook paaltjes voor de wegenbouw. Je zou zelfs een brug kunnen maken van oud kunstgras.’ Meer dan grond GBN komt voort uit Grondbank Nederland, maar Van Roekel laat duidelijk merken dat hij een hekel heeft aan dit woord: ‘Wij doen veel meer dan grond en we zijn geen bank. Daarom is GBN geen afkorting meer, maar ons label.’ Blijft natuurlijk het feit dat GBN afkomstig is uit de logistiek van grond en ooit ontstaan is als dochter van de NS. De NS is behalve spoorbedrijf een van de grootste grondbezitters van Nederland en de logistiek en tijdelijke opslag van grond werden door GBN verzorgd. Ook moederbedrijf Strukton is afkomstig uit de spoorwereld en is ooit een NS-dochter geweest, hoewel beide bedrijven pas werden samengevoegd enkele jaren voor de privatisering. Van Roekel: ‘Na de samenvoeging met Strukton kregen wij al snel een tweede tak onder het bedrijf: het recyclen van spoorballast. Spoorballast komt vrij uit de renovatie van het bed met zand en stenen waarop dwarsliggers en rails zijn gelegd. Dit pakket stenen moet om de zoveel jaar worden vervangen en na te zijn gewassen een nieuwe toepassing krijgen.’ Van Roekel: ‘Daarom noemen wij dit een value case. Het gaat erom dat je samen met partners in de keten aan de ene kant een klantvraag oplost, maar aan de andere kant ook een circulaire bestemming weet te vinden voor de vrijgekomen materialen.’ Van Roekel legt uit welke principes hierbij gelden. Het eerste is selectief
INTERVIEW
'We liggen vol op stoom en hebben de hal en de installaties al besteld'
In 2018 werd de kunstgrasindustrie met een totale shutdown bedreigd. GBN kwam op de markt als reddende engel
slopen; dat betekent dat je materialen een voor een wegneemt uit de oorspronkelijke constructie. Het tweede principe is design for re-use. Bij de value case spoorballast is dat laatste principe misschien wat lastiger aan te wijzen, maar voor kunstgras biedt dit juist heel veel kansen. Het gaat erom dat je de constructie, of dat nu een kunstgrasveld of een gebouw is, zo ontwerpt dat je in de aanleg- en ontwerpfase al rekening houdt met de bestemming van de materialen na recycling. Volgens Van Roekel is dat iets waar steeds meer rekening mee wordt gehouden. Het leidende principe hierbij is Earth Overshoot Day, de dag van het jaar (vanaf 1 januari geteld) wan-
neer de mensheid wereldwijd net zoveel van de aardse grondstoffen heeft opgebruikt als de aarde in één jaar kan opbrengen en aan geproduceerde afvalstoffen kan verwerken. In het ideale geval gebruiken we minder natuurlijke bronnen dan er per jaar bij komen. De praktijk is helaas anders. Voor minerale grondstoffen geldt nog iets anders: die kunnen wij delven in een put of een mijn, maar groeien nooit meer aan. Van Roekel: ‘Het is ook bijzonder wat wij doen. Wij delven grondstoffen en wanneer we dat niet meer nodig hebben, gooien we het ergens anders op een hoop in plaats van het te hergebruiken.’
Parallel Van Roekel probeert mij uit te leggen dat het helemaal niet nieuw is wat hij met kunstgrasrecycling doet, tenminste niet voor zijn bedrijf. Van Roekel: ‘Natuurlijk, van kunstgras hadden wij nog geen verstand, maar van circulariteit des te meer. Wij wassen bijvoorbeeld het zand, grond en stenen voordat we het opnieuw op de markt brengen. Dat doen we met spoorballast al jaren, dus die techniek is voor ons de gewoonste zaak van de wereld.’ Van Roekel kan het in dit verband niet laten om een belangrijk aspect van het GBN proces aan te stippen, ‘Volgens ons kun je zand alleen goed schoon krijgen als je het wast. Droge reiniging volstaat niet.’ Voortgang GBN is zich nog steeds aan het voorbereiden op de markt van kunstgras. Het bedrijf startte met de tijdelijke opslag van matten in Hoorn en Amsterdam, maar het is de bedoeling dat er in het Amsterdamse havengebied een compleet nieuwe installatie komt voor het innemen en verwerken van kunstgrasmatten. Deze installatie wordt op dit moment voorbereid. Van Roekel: ‘Wij hebben gepland dat alles volgend jaar up and running is. Met vergunningen is dat natuurlijk ongewis. Er hoeft maar één ding mis te gaan en je hebt een maand uitstel. Maar we liggen vol op stoom en hebben de hal en de installaties al besteld.’
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/30259/onze-corebusiness-is-het-circulairmaken-van-afvalstromen
www.stad-en-groen.nl
37
'i-Tree: gedetailleerde aanvulling op communicatietool Teeb.stad' Twee rekentools voor baten van groen en bomen naast elkaar gelegd
38
4/2019
6 min. leestijd
WAARDE VAN GROEN De opbrengsten van een individuele boom of een geheel bomenbestand kunnen berekend worden met de rekentool i-Tree. De tool teeb. stad was er al een poos voordat i-Tree een (vertaalde) voet aan de grond kreeg in Nederland. Wat zijn de overeenkomsten en de verschillen? Auteur: Santi Raats
Waar staat de afkorting teeb.stad voor? En wat houdt het softwareprogramma in? Henk Kuijpers, strategisch adviseur openbare ruimte bij de gemeente Apeldoorn: ‘”Teeb” staat voor the economics of ecosystems and biodiversity. De tool teeb.stad is gebaseerd op het MKBAdenken, dat al langer in de civiele infrastructuur werd toegepast. De gebruiker krijgt inzicht in de waarde van groene en blauwe maatregelen. Ook kun je zien welke stakeholders je bij het initiatief kunt betrekken. De doelgroep bestaat uit ruimtelijke beleidsmakers en ontwerpers, gebiedsontwikkelaars, maatschappelijke organisaties en bewoners. Met teeb.stad kun je keuzes onderbouwen, onder andere op het gebied van bomen, groene daken, gras, riet, groenareaal en waterareaal.’ Wat kun je met teeb.stad? Kuijpers: ‘Je kunt met teeb.stad heel breed groenmaatregelen nemen, zoals op het gebied van water, natuuroevers, grasbermen, gazons, bomen en struiken. Dit is een goed dialooginstrument voor gebiedsontwikkeling. Je hebt snel inzicht in de baten van een maatregel die je wilt nemen. Daarmee kun je draagvlak bij stakeholders en omgeving creëren en partners zoeken voor het initiatief. De baten worden uitgedrukt in euro’s. Daarnaast kun je teeb.stad gebruiken om alternatieve maatregelen en de (financiële) baten daarvan door te rekenen. Hierdoor kun je een betere afweging maken als beleidsmaker. Met de concrete voordelen van groene maatregelen kun je als groenafdeling, hovenier/groenvoorziener of andere initiatiefnemer zorgen dat groen vooraan in de planfase komt.’ Hoe werkt teeb.stad? Kuijpers: ‘Teeb.stad maakt gebruik van een arsenaal aan kengetallen, waar per specifieke projectsituatie mee wordt gerekend. De kengetallen zijn gebaseerd op 29 onderzoeken die vanaf 1997 zijn uitgevoerd door onder meer Alterra, Arcadis, ES Consulting, KPMG, het ministerie van LNV, het Nibud, het RIVM, RWS, Stowa, TNO en Wageningen Universiteit. Deze onderzoeken beslaan alle aspecten van de buitenruimte.’ ‘Omdat het veelal generieke kengetallen betreft, zijn ze niet één op één te gebruiken in specifieke situaties. De tool is redelijk eenvoudig toe te passen, maar de interpretatie van de uitkomsten vraagt dus behoedzaamheid. Momenteel wordt door het RIVM gewerkt aan een verbetering van het instrument, waarbij
rekening gehouden wordt met geografische kenmerken zoals bodem en ligging en nieuwe kennis rond gezondheid en klimaat.’ Wie werken er met teeb.stad? Kuijpers: ‘Voornamelijk overheden, en dan specifiek beleidsambtenaren bij gemeenten. Dat zijn over het algemeen medewerkers die actief zijn op een breder gebied waarvan groenontwikkeling deel uitmaakt. Het wordt nog niet zoveel gebruikt bij hoveniers en groenvoorzieners.’
Je kunt met i-Tree een heel bomen bestand heel gedetailleerd doorrekenen
Het is opensourcesoftware. Kan iedereen werken met teeb.stad? Kuijpers: ‘Ja, dat kan prima. Je vult in hoeveel bomen of hectare riet je wilt aanplanten en of dat binnen of buiten de bebouwde kom is. Je kunt vervolgens voor die locatie de baten berekenen, zoals de waarde van omliggend vastgoed, energiebesparing, gezondheid, sociale cohesie, waterhuishouding en recreatiemogelijkheden. Deze baten kun je berekenen voor stakeholders in de omgeving, bijvoorbeeld bewoners, bedrijven en instellingen, de overheid of een verzekeraar. De gedachte is dat mensen in een groene omgeving gezonder zijn en minder vaak een beroep doen op hun verzekering. Ook herstellen zieke mensen sneller wanneer zij in een groene omgeving vertoeven, wat baten oplevert voor zorginstellingen en ziekenhuizen. Door groen stijgt de huizenwaarde en de WOZ-belasting, waar de gemeente van profiteert. Door het afvangen van een bepaald aantal kilo’s fijnstof hebben bewoners schonere lucht om zich heen. Winkeliers draaien meer omzet wanneer hun winkelstraat groen is aangekleed. En zo brengt teeb.stad de baten in kaart voor verschillende batenhouders.’
www.stad-en-groen.nl
39
BOR-Vision
BOR-Vision, eenvoudig meer controle
BOR-Vision geïntegreerd in uw ICT-landschap
Voor overzicht en inzicht in uw projecten en planning rond Beheer Openbare Ruimte. Groene software geïntegreerd in uw ICT-landschap.
Centraal financieel / HRM
BOR-Vision
Afval inzameling
Beheersoftware
Grafisch taakgestuurd werken
Digitale kaart / GIS
Meer informatie: T +31 (0)172 23 54 44
www.bor-vision.nl info@infogroen.com
D
model 430
otor. bota dieselm /u). cilinder Ku /u (2,9 ha • 30 pk, 3tot 17,7 km eid elh : isn • Maa veiliging he motorbe j oververhitting. • Thermisc g aftakas bi . uitschakelin nd maaidek se achterlos • Met zij- of
vanaf €
18.695,-
excl. BTW
“De Grasshopper 430D is een professionele zitmaaier die gemakkelijk in gebruik is en flexibel ingezet kan worden.” Groenbedrijf Noord-Limburgs Groen Ideale maaier voor professioneel gebruik door de krachtige dieselmotor, comfortabele Grammer® zitting, hydraulische maaihoogteverstelling en lage onderhoudskosten. Het achterlossend maaidek is uniek door het vierde mes dat zorgt voor een gelijkmatige verspreiding van het gras, net zoals bij mulching, en dat tegelijk ook de mogelijkheid geeft om langer gras te maaien.
Lozeman is importeur van de Grasshopper grasmaaiers. Neem contact met ons op voor een dealer bij u in de buurt.
www.lozeman-import.com | +31(0)481371423
WAARDE VAN GROEN
Met teeb.stad kun je brede maat regelen nemen die te maken hebben met water, natuuroevers, grasbermen, gazons, bomen en struiken
Heeft teeb.stad ook nadelen? Kuijpers: ‘Je kunt maatregelen in grove lijnen en voor een groter gebied invoeren. Als je het op kleinschalig niveau wilt invoeren, krijg je een vertekend beeld. Deze tool berekent de baten voor een hele wijk of voor een flinke buurt, niet voor een klein hoekje in de openbare ruimte. Bovendien moet je de monetaire waarde met een slag om de arm toepassen. De bedragen zijn richtlijnen, want we passen de uitkomsten toe op plaatsen die kunnen afwijken van die in de onderzoeken die de basis vormen van de rekenkengetallen.’ ‘Wat niet in de rekentool zit, is de kwaliteit van de groene inrichting. Groen, zoals een plantsoen of parkje, heeft pas maximaal effect wanneer het goed wordt onderhouden. Anders wordt het als unheimisch of rommelig ervaren. Meer groen is niet altijd beter; je moet weten of wat je aanlegt ook beheerd kan worden. Daarmee wil ik zeggen: je moet de tool pas gebruiken als je kennis van zaken hebt.’
‘Ook is het lastig om de intrinsieke waarde van biodiversiteit te waarderen. Wat is bijvoorbeeld de baat van het behoud van een bedreigde rodelijstsoort? Daarin voorziet de teeb.stad-tool niet. Daar zul je andere instrumenten voor moeten ontwikkelen.’ ‘Tot slot zitten er geen doelgroepen in de tool teeb.stad. Onderzoek wijst uit dat verschillende sociale groepen er verschillende leefstijlen op na houden, waardoor groene maatregelen in de buitenruimte meer effect hebben op de ene dan op de andere sociale groep. Bijvoorbeeld: in gezonde, onderlegde, welvarende doelgroepen, die wonen in goed geïsoleerde huizen, vaak sporten en gezond eten, valt met groen in de omgeving relatief minder winst te behalen op geestelijk en fysiek gezondheidsvlak.’ BTL werkt met zowel teeb.stad als i-Tree. Waar staat de afkorting i-Tree voor? En wat houdt het softwareprogramma in? David van Uden, operationeel directeur bij BTL Advies en BTL Bomendienst: ‘i-Tree staat voor inventory of tree resources, environmental and economics. i-Tree heeft verschillende tools om de baten van bomen inzichtelijk te maken. Een daarvan is i-Tree Eco; daarmee wordt aan de hand van het bladoppervlak en de stamdiameter een berekening gemaakt van waterafvang, fijnstofafvang, CO2-vastlegging en CO2voorraad. i-Tree Canopy laat op basis van de bladmassa de groenbedekking van een gebied zien met gegevens van Google Maps. i-Tree Hydro berekent de bijdrage van bomen aan de hemelwaterregulering.’ Wie werken er met i-Tree? Van Uden: ‘Beheerders, beleidsmakers en adviseurs.’ i-Tree is opensourcesoftware. Kan iedereen werken met i-Tree? Van Uden: ‘Teeb.stad is eenvoudig zelf in te vullen. Hierdoor is het laagdrempelig en voor iedereen te gebruiken. Bij i-Tree moet je de nodige gegevens van individuele bomen hebben. Denk hierbij aan sortiment, maat, vitaliteit, compleetheid van de kroon en of de boom volgroeid is. Natuurlijk is elk model een versimpeling van de werkelijkheid, ook i-Tree. Je weet nooit hoe hoog de boom is; je doet een aanname. Als je de aanname grover maakt, krijg je ook grovere uitkomsten.’
David van Uden www.stad-en-groen.nl
41
MAKITA MAKITA MAKITA ACCU ACCU ACCU BEWEZEN BEWEZEN BEWEZEN TECHNIEK TECHNIEK TECHNIEK DEDE DE
Sinds 2006 2006 zijnSinds erzijn in Nederland 2006 er in Nederland zijn er ruim in Nederland 1ruim miljoen 1 miljoen 18V ruimLXT 118V miljoen accu’s LXT accu’s 18V aangeschaft. LXT aangeschaft. accu’s Deaangeschaft. bouw De bouw vertrouwt vertrouwt De bouw op Makita vertrouwt op Makitaop Makita ereedschap ccugereedschap accugereedschap vanwege vanwege de bewezen de vanwege bewezen kwaliteit de kwaliteit bewezen en uitwisselbaarheid en kwaliteit uitwisselbaarheid en uitwisselbaarheid van devan accu. de accu. Inmiddels vanInmiddels de accu. heeftInmiddels heeft MakitaMakita ook heeft ook Makita ook achtige en krachtige lijn een 2x18V krachtige lijn 2x18V accugereedschap lijn accugereedschap 2x18V accugereedschap voor de voor groensector de groensector voor de ontwikkeld. groensector ontwikkeld. Metontwikkeld. precies Met precies dezelfde Metdezelfde precies accu die accu dezelfde opdie je op accu je die op je achine oormachine ofboormachine cirkelzaag of cirkelzaag past. of cirkelzaag Vertrouw past. Vertrouw ook past.inVertrouw ook tuininentuin park ook enop in park tuin deop voordelen endepark voordelen opvan dede voordelen van Makita de Makita accu. van de accu. Makita accu. Kijk tuin.makita.nl op tuin.makita.nl Kijk open tuin.makita.nl vraag en vraag een demonstratie een en vraag demonstratie eenaan demonstratie ofaan komofnaar kom aan onze naar of stand kom onzenaar stand in hal onze in 6, hal nummer stand 6, nummer in 6.18. hal 6,6.18. nummer 6.18.
De akita Makita accu. Deaccu. Daar Makita Daar krijg accu. krijg je energie Daar je energie krijg van.jevan. energie van.
Makita Makita Nederland Nederland Makita B.V.,Nederland Park B.V.,Forum ParkB.V., Forum 1101, Park 1101, 5657 Forum 5657 HK 1101, Eindhoven, HK Eindhoven, 5657Tel. HK 040 Eindhoven, Tel.- 040 206 -40 206 Tel. 40,040 40 info@makita.nl 40, - 206 info@makita.nl 40 40, info@makita.nl
Makita, Makita, wereldwijd wereldwijd leider leider in accugereedschap in accugereedschap met 200 metmachines 200 met machines op de op 18de V 18 LXTop Vaccu LXT accu Makita, wereldwijd leider in accugereedschap 200 machines de 18 V LXT accu
WAARDE VAN GROEN Henk Kuijpers
‘Door de locatiespecifieke gedetailleerde uitkomsten is i-Tree uitstekend om te zetten naar een groenplan. Teeb.stad is door zijn integraliteit een stuk globaler; een park heeft een ander effect in een sociale achterstandswijk dan in een wijk met welvarende bewoners. En zoals Henk Kuijpers beschrijft, zegt het bijvoorbeeld ook iets over de gezondheid van mensen. Natuurlijk kun je teeb.stad prima gebruiken als tool om een inschatting te maken van de waarde van groen bij een groot nieuw project.’ Is het ene programma beter dan het andere? Van Uden: ‘Niemand hoeft te kiezen tussen teeb.stad en i-Tree! Het zijn twee verschillende soorten softwareprogramma’s die je anders gebruikt. Ze vullen elkaar heel goed aan en ik hoop dat de twee systemen op termijn nog meer in elkaar kunnen worden geschoven. Wij gebruiken beiden systemen al op een slimme manier door ze elkaar te laten aanvullen. Dat doen wij op onze eigen manier.’ Is i-Tree wetenschappelijk net zo goed onderbouwd als teeb.stad? Van Uden: ‘Teeb.stad is vooral ontwikkeld met kengetallen op basis van Nederlandse studies. i-Tree is van oorsprong gebaseerd op Amerikaanse studies. Stadswerk, branchevereniging VHG, veertien gemeenten,
Wageningen University & Research, Hogeschool Van Hall Larenstein en de boomadviesbureaus Bomenwacht Nederland, BTL Bomendienst, Cobra Adviseurs en Terra Nostra maken deel uit van het i-Tree-platform; dit platform heeft gekeken of de studies en onderliggende data toepasbaar zijn in Nederland. Wageningen Universiteit heeft onder meer geëvalueerd of de kwaliteit van de Amerikaanse onderzoeken relevant was. We hebben locatiedata aangepast voor de Nederlandse situatie. Waar nodig, hebben we zaken aangevuld.’
bomen bijdraagt. Je kunt met i-Tree een heel bomenbestand doorrekenen, maar water of riet vallen daarbuiten. Wij gebruiken i-Tree veel om bomenbestanden door te lichten, om te zien of je als beheerder de goede beheerstrategie hanteert. Bij inpassingsprojecten kun je met i-Tree goed berekenen of het loont om te investeren in en te werken met bestaande bomen, en wat het oplevert als je ze weghaalt en nieuwe bomen plant. Op dat niveau kun je met teeb. stad niets, want daarin is elke boom 15 meter lang en eirond.’
Zitten er ook nadelen aan i-Tree? Van Uden: ‘Eigenlijk niet. i-Tree gaat veel gedetailleerder in op de kwaliteit van de individuele boom dan teeb.stad. i-Tree gaat over een boom van een bepaalde soort en omvang op een specifieke locatie. Teeb.stad wordt ingezet bij grote nieuwe projecten, om op een overzichtelijke manier te zien hoeveel bomen er komen, hoeveel groen en/of water er komt en wat dit bijdraagt aan de ontwikkeling van een wijk, bedrijventerrein of gebied. Bij een grote nieuwbouwwijk wordt vaak gekozen voor het integrale teeb.stad om de discussie over de hoeveelheid groen in de wijk aan te zwengelen. i-Tree kan bij bestaande wijken of bomen genuanceerd berekenen wat het boombeheer bijdraagt, of wat het gezond houden van de
i-Tree berekent dus feitelijk minder verschillende onderdelen van de openbare ruimte door in harde cijfers, maar is wel nauwkeuriger? Van Uden: ‘Daar komt het wel op neer. Maar nogmaals, zet beide softwareprogramma’s niet tegenover elkaar, maar náást elkaar.’
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/ article/30255/i-tree-gedetailleerde-aanvullingop-communicatietool-teeb.stad-
www.stad-en-groen.nl
43
‘Op naar het next level. Er zijn een paar showcases nodig’ Tientallen gemeenten omarmen i-Tree; nu de toepassing nog
i-Tree Nederland 1.0 werd op 14 februari 2019 gelanceerd: een mooi verhaal, dat ook praktisch moet zijn. Hoe gaat de markt om met i-Tree Nederland? En hoe wordt het verhaal overgebracht aan de burgers en de politiek?
Auteur: Santi Raats
44
4/2019
WAARDE VAN GROEN De ontwikkeling van het Amerikaanse i-Treemodel tot een Nederlandse versie kwam door middel van samenwerking tot stand. In dit platform zaten Stadswerk, branchevereniging VHG, veertien gemeenten, Wageningen University & Research, Hogeschool Van Hall Larenstein en de boomadviesbureaus Bomenwacht Nederland, BTL Bomendienst, Cobra groeninzicht en Terra Nostra. In 2015 werd i-Tree voor het eerst getest in de gemeente Almere. Ruim drie jaar later is de Nederlandse versie van i-Tree Eco gereed. Stuurinformatie i-Tree Nederland is vooral voor gemeenten en provincies interessant. Het maakt ecosysteemdiensten inzichtelijk, zoals CO₂-voorraad en -vastlegging en water- en fijnstofafvang door bomen, en drukt de waarde van bomen uit in euro’s. Hiermee levert het softwareprogramma informatie waarmee ontwerp, beleid en beheer op een objectieve en wetenschappelijke manier kunnen worden onderbouwd. Maarten Loeffen, directeur van Stadswerk, denkt dat i-Tree Nederland vooral de boombeheerder goed van pas komt. ‘Net als provincies en Rijkswaterstaat gaan gemeenten steeds meer de kant van assetmanagement op en gaan ze over van cyclisch gestuurd naar risicogestuurd beheer. i-Tree Nederland levert daarbij de juiste financiële stuurinformatie.’ De projectleider van het i-Tree-project, Henry Kuppen, die met Terra Nostra een van de betrokken partijen was in de pilots: ‘Met i-Tree Nederland kun je inderdaad pleiten voor kwaliteit; het is een uitstekende toevoeging aan de boomeffectanalyse. Maar het zou geweldig zijn als i-Tree Nederland ook een politiek instrument wordt. “Stuurinformatie” is dan het definiëren van de basishoeveelheid groen in een gebied, om dit leefbaar te maken als het gaat om ecosysteemdiensten. Dat is een nieuwe benadering. Want we raken nu vaak verzeild in een nutteloze discussie over aantallen, ook natuurorganisaties. In een van de i-Tree-pilots in 2018 is een gebied met 700 gemeentebomen beoordeeld, waarvan circa een derde een conflict had met een reconstructie of in slechte conditie was. Dit derde deel leverde slechts tien procent van de ecosysteemdiensten, zo bleek uit de i-Tree-berekening. Het behoud van die bomen gaat dan een andere rol spelen dan voorheen.’ Dirk Doornenbal, directeur van de Nationale Bomenbank, is het daarmee eens. ‘We moeten
anders over bomen gaan nadenken. Het heeft weinig effect als je geforceerd een heel bomenlaantje terugzet onder het motto één boom kappen, één boom terug. Waarom niet op de kop van de straat één boom planten die heel groot wordt en een enorme hoeveelheid bladmassa creëert?’ Open source: kan iedereen het? i-Tree is opensourcesoftware. Iedereen kan het gebruiken, maar marktpartijen raden aan om gebruik te maken van de expertise die bij bureaus aanwezig is als het complex wordt. Olga van de Veer, assetmanager ‘groen langs wegen’ bij de provincie Gelderland, ging zelf aan de slag met i-Tree Nederland, om betere afwegingen te kunnen maken bij het bepalen van de waarde van bomen op basis van luchtkwaliteit en CO2-opslag. Ze had de software al een paar keer uitgeprobeerd, maar strandde telkens in de Amerikaanse versie. Ze is zeer blij met i-Tree Nederland. Het werken hiermee lukt aardig, deels omdat Van de Veer twintig jaar in de automatisering heeft gewerkt. ‘Ik vind het vrij eenvoudig om de data zelf in te voeren. Wel moet je ervoor zorgen dat je de spreadsheets van tevoren op orde hebt, want als je achteraf fouten moet herstellen, ben je lang bezig. Ook
'Wat we nu kunnen met i-Tree, is nog maar het begin' Joost Verhagen
Directeur van Cobra
www.stad-en-groen.nl
45
‘De kracht van i-Tree is dat je gewoon een prijskaartje aan een boom kunt hangen’
Maarten Loeffen
Directeur van Stadswerk
als er nog velden ontbreken die je moet invullen, kost het tijd om die in het softwareprogramma te vinden. i-Tree Canopy is een onderdeel van het totale i-Tree-pakket, maar een versimpelde versie van i-Tree Eco. Ik heb het provinciale beheergebied langs het in totaal 1200 km lange wegtraject in i-Tree Canopy ingevoerd. I-Tree Canopy pakt echt alle bomen mee: individuele bomen, bomen in vakken en zelfs de bomen van de buren als deze boven jouw gebied hangen. Je kunt er nog geen Nederland in kiezen, maar dan kies je een vergelijkbaar klimaatgebied, in ons geval New Jersey bij New York.’ Van de Veer heeft ook met i-Tree Eco gewerkt. ‘Hierin kun je al wel Nederland aangeven. Ik heb daar 83 duizend individuele bomen in gezet, met extra gegevens: boomhoogte, stamdikte en landgebruik. Die heb ik uit de Nederlandse landgebruikskaart gehaald. Maar die 83 duizend individuele bomen zijn slechts de helft van het totale bomenbestand. Ik krijg de groenvlakken namelijk nog niet in i-Tree Eco ingevoerd; daarvoor moet ik nog een truc verzinnen. Ik heb ook nog geen tijd gehad om daarover contact met Amerika te zoeken.’ Van de Veer grinnikt: ‘Als ik met Gis doe alsof er op elke vijf meter een boom staat van dezelfde hoogte en met een gemiddelde dikte, kan ik het systeem misschien wat foppen.’ Kuppen: ‘Daar zijn inderdaad trucjes met Geosystemen voor. Als je je serieus wilt verdiepen in i-Tree Nederland, is het verstandig om advies te vragen aan partijen die er de afgelopen drie jaar intensief pilots mee hebben gedraaid. Het is soms best complex om er zelf mee aan de slag
46
4/2019
te gaan. Het zou jammer zijn als mensen zouden afhaken vanwege tegenvallers bij het gebruik van de software.’ Victor Dijkshoorn, directeur van VIC Landscapes, vindt i-Tree Nederland een handig instrument, maar twijfelt of het voor iedereen toegankelijk is. ‘Het is in mijn optiek weer een erg theoretische benadering. Daardoor lijkt het op een speeltje van een paar marktpartijen die hopen ermee te kunnen scoren.’ Tjeerd Visser van Treevision laat weten: ‘Wij doen nog niets met i-Tree. Ik hoor onze opdrachtgevers er ook vrijwel nooit over. In mijn beleving is het vooralsnog een intern item, waarbij slechts enkele grotere gemeenten meedraaien in een pilot. Dat is een reden om erover te publiceren in Boomzorg en andere vakbladen, maar des te meer zaak om het grotere publiek te informeren over nut en noodzaak ervan.’ Loeffen reageert op de stelling dat i-Tree Nederland vooral een tool van marktpartijen blijft: ‘Is dat zo erg? Vooral marktpartijen hebben de vaardigheid om i-Tree Nederland goed toe te passen. Grote steden hebben misschien de capaciteit voor een eigen i-Tree-specialist. Kleinere (regie)gemeenten doen er wellicht verstandig aan om gebruik te maken van de kennis en kunde van bedrijven die er vaker mee werken.’ Dirk Doornenbal, directeur van de Nationale Bomenbank, is het daarmee eens: ‘Wij zijn een boomspecialistenbedrijf. Als men ons niet belt voor bomen, kunnen we opdoeken.’ In
Doornenbals ogen is i-Tree Nederland in geen geval een cashcow. ‘Je wordt als bedrijf niet rijk met het geven van i-Tree-adviezen. Bedrijven zetten i-Tree Nederland eerder in als instrument voor hun expertise en blijven het om die reden doorontwikkelen.’ Toepassing in bedrijf Joost Verhagen, directeur van Cobra groeninzicht, is het daarmee eens. Hij legt gedreven uit hoe zijn bedrijf i-Tree Nederland inzet: ‘Bij Cobra streven wij ernaar om i-Tree in zoveel mogelijk diensten terug te laten komen. Wij zijn tenslotte een van de grondleggers van i-Tree Nederland en kennen de methodiek door en door. Voor ons een makkie, dus. En als gemeenten zelf aan de slag willen met i-Tree, helpen we ze graag. Vooral de invoer van de juiste data is cruciaal. Wij kunnen de gemeentelijke database in ieder geval snel op orde brengen voor het uploaden naar i-Tree Amerika. Verder ontwikkelen we met ons expertteam i-Tree Nederland driftig verder, om nieuwe, aanverwante thema’s te kunnen toevoegen. Ook die zullen we als eerste opnemen in onze standaard. Wij hebben met onze BomenMonitor alle honderd miljoen boomkronen van Nederland in beeld gebracht. Door hier i-Tree op los te laten, hebben we in één klap in beeld gebracht wat de baten van het Nederlandse bomenbestand zijn. Dus ook de baten van álle bomen in een wijk of buurt. Dat levert fraaie inzichten op. Nu zul je wellicht zeggen dat we met zo’n globale analyse onvoldoende details van de bomen hebben, maar dat lijkt in de praktijk niet veel uit te maken. We moeten niet te veel achter de komma willen werken; dat levert alleen maar schijnnauwkeurigheid op.’
12 min. leestijd
WAARDE VAN GROEN
'We hebben meer ambassadeurs nodig, minder Calimero’s'
Henry Kuppen
Projectleider van het i-Tree-project
Showcases als politiek instrument De marktpartijen, Stadswerk, de VHG en Universiteit Wageningen zijn laaiend enthousiast over i-Tree Nederland. David van Uden, operationeel directeur bij BTL Bomendienst en BTL Advies, is evenals Loeffen positief over de gemeentelijke interesse voor i-Tree Nederland. Loeffen: ‘Voor zover ik weet, is er een flink aantal gemeenten in i-Tree geïnteresseerd, buiten de gemeenten die aan de pilots hebben meegewerkt. De interesse is het grootste in sterk verstedelijkt gebied, waar groen schaars is.’ Van Uden: ‘Er lopen bij ons al meer dan tien projecten.’ Tegelijkertijd geeft Loeffen aan dat met de i-Treepilotgegevens de echte resultaten nog moeten worden geboekt. ‘Ik ben heel benieuwd welke opvolgende maatregelen door de betrokken pilotgemeenten zullen worden genomen. In het buitenland zie je wel voorbeelden; in New York en Londen nam de investeringsbereidheid in groen enorm toe op basis van de i-Tree-berekeningen.’ Kuppen is op zoek naar dit next level: ‘Er zijn een paar showcases nodig om te kunnen laten zien hoe we het instrument hebben ingezet.’ Spelen met data Enthousiast als Kuppen is, raadt hij ontwerpers en beleidsmedewerkers aan: ‘Ga spelen met boomdata! Sommigen weten nog niet dat alle boomdata aanwezig zijn. Als ik ontwerper was, zou mijn allereerste bezigheid een soortenanalyse zijn. Ik zou gaan kijken naar de leeftijdsverdeling. Wat voor temperaturen heersen er in mijn stad? Hoeveel bladoppervlak heb ik in mijn stad?
Ik zou normen opstellen over de hoeveelheid groen die mijn stad nodig heeft om leefbaar te zijn.’ Olga van de Veer van de provincie Gelderland heeft i-Tree Nederland nog niet ingezet als politieke tool. ‘Ik heb i-Tree Nederland gebruikt voor laanherstel en compensatie om hetzelfde terug te krijgen. Ik heb alle verslagen van de CO2-opslag in onze bomen rondgestuurd binnen de organisatie. De mensen die met luchtkwaliteit bezig zijn, zijn hierdoor ook geïnteresseerd geraakt in i-Tree Nederland. Maar het is nog geen middel voor dialoog met de politiek. Misschien wordt het dat nog, vooral bij lopende duurzaamheidsprojecten langs wegtrajecten van 10-20 km of bij de aanleg van rondwegen. Er zijn net een nieuw bestuur en een nieuwe gedeputeerde aangesteld, dus we kunnen hen laten kennismaken met i-Tree Nederland en uitleggen waar we mee bezig zijn.’ Eenvoud als kracht Het eindverslag door Stadswerk van de i-Treepilots vanaf 2015 is kort maar krachtig. Het beschrijft de omvang van de waterretentie, fijnstofafvang en CO2-buffering door bomen in verschillende pilots bij gemeenten, en de daaraan gekoppelde geldbedragen. Maarten Loeffen, directeur van Stadwerk, verklaart met klem dat i-Tree een wetenschappelijke onderbouwing heeft, die wordt vertaald naar een voor iedereen begrijpelijk resultaat. ‘Het is juist de kracht van i-Tree dat je gewoon een prijskaartje aan een boom kunt hangen.’
Ecosysteemdiensten in harde euro’s Loeffen vertelt over een presentatie voor de raadscommissie van de gemeente Den Haag. ‘Ik vertelde over de ecosysteemdiensten die bomen leveren. Dat was voor de raadsleden bekende kost. Ze gingen pas recht overeind zitten toen de vertaling in euro’s aan bod kwam. Euro’s maken de politieke discussie makkelijker. Bomen zijn nu alleen maar een kostenpost op de gemeentebegroting. i-Tree Nederland maakt zichtbaar welke opbrengsten ertegenover staan. Daarnaast willen we de discussie verschuiven van kwantiteit (stammen tellen) naar kwaliteit (bladvolume). Daar kan i-Tree Nederland bij helpen.’ Landschapsontwerper Victor Dijkshoorn, directeur van VIC Landscapes, vraagt zich af of de harde euro’s indruk maken bij de huidige economische voorspoed. ‘Het is zoals met burgerparticipatie in groenonderhoud: dat was dé oplossing in de crisis, maar feitelijk is die trend alweer aan het overwaaien. Het gaat goed met de economie; mensen hebben weer werk en er zitten dus minder mensen thuis. De meeste bewoners hebben geen tijd voor of zin in vrijwillig onderhoud. Gemeenten zetten weer makkelijk uit bij marktpartijen. Niemand maakt zich al te druk om geld en alles met klimaat scoort op dit moment.’ Geen cash in de zak Als beleidsmedewerkers en beheerders veel tijd en geld investeren in i-Tree Nederland, is het wel handig als er ook maatregelen uit volgen. Is de politiek te enthousiasmeren als ecosysteemdiensten of financiële baten niet direct zichtbaar zijn? Politieke termijnen zijn kort, begrotingstermijnen ook. Wethouder Nelson Verheul van de gemeente Berg en Dal in de provincie Gelderland is van Groen Links en denkt wel drie keer na voordat hij bomen laat verwijderen. Bovendien is zijn gemeente groen- en bomenrijk. Lijkt i-Tree Nederland hem nuttig? ‘Wij hebben geen vertaalslag in harde euro’s nodig; veel plaatselijke partijen vinden bomen sowieso belangrijk. Maar ik kan objectief beredeneren dat zo’n rekentool voor bomenwaarde niet bij alle projecten werkt. De harde euro’s die eruit rollen, zijn geen harde euro’s in de begroting. Ik zou dit instrument bijvoorbeeld kunnen gebruiken om te kijken of bomen behouden kunnen blijven bij bouwprojecten. Als deze tool berekent dat een boom 25.000 euro waard is aan ecosysteemdiensten, zouden er minder huizen gebouwd kunnen worden om twee bomen te behouden. Maar ik heb op dat moment geen 50.000 euro in mijn zak om die twee bomen te behouden. Heb je dat geld wél, dan heb je wel wat aan deze tool.’
www.stad-en-groen.nl
47
MORE
POWER TO YOU BEST IN CLASS
SINCE 1961
www.cubcadet.eu
| Multi-Twister DE BAND HOOIER VA N D E 21 E EEU W
✔ Veiliger werken ✔ Hogere verwerkingssnelheid ✔ Zowel links als rechts afvoerend ✔ Uniek opname systeem t.b.v transport van gewas ✔ Beschadigt de ondergrond niet ✔ Toepasbaar op talud en vlakke ondergronden info@vdkgroentechniek.nl
T. 0031-(0)187490533
www.vdkgroentechniek.nl
Bron: Platform i-Tree Nederland
Verhagen van Cobra denkt in alle eerlijkheid ook dat het een lastig verhaal is en blijft om de politiek warm te maken voor i-Tree Nederland. ‘In principe levert een boom een boombeheerder geen geld op. Integendeel; een boom kost geld en levert soms een hoop kopzorgen op. Dat verandert niet als we de baten van die boom in beeld gebracht hebben. i-Tree Nederland is wel
perfect in te zetten voor het leveren van stuurinformatie. Daarvoor moet het ingezet worden, niet zozeer als instrument om te berekenen wat een boom jaarlijks zou opleveren in euro’s. Niemand krijgt op dit moment euro’s in zijn zakken na het tonen van de berekening.’
Olga van de Veer: ‘Ik vind het vrij eenvoudig om zelf te
Victor Dijkshoorn: ‘Het lijkt nu een theoretisch rekenmo-
Dirk Doornenbal: ‘We moeten anders over bomen gaan
werken met i-Tree Nederland. Je moet wel je spreadsheets
del, waarmee men keuzes wil gaan verantwoorden. Maar
nadenken. Het heeft weinig effect om geforceerd een
van tevoren op orde hebben. Als je achteraf fouten moet
de meeste mensen beleven en denken in termen van
heel bomenlaantje terug te zetten, onder het motto één
herstellen, ben je lang bezig.’
mooi of lelijk, fijn of niet fijn.’
boom kappen, één boom terug.’
Wethouder Verheul knikt: ‘Het loont om goed te kijken onder welke omstandigheden de tool geschikt is om in te zetten. In zijn algemeenheid zou het inderdaad kunnen werken als overtuigmiddel bij een gemeenteraadsmeerderheid die bomen minder interessant vindt, of in bewonerssituaties van not in my backyard, omdat zij niet van schaduw houden, klagen over overlast of graag een parkeerplaats voor de deur willen hebben. Dan kun je met deze tool uitleg geven over langetermijnopbrengsten.’
Dijkshoorn heeft daar een hard hoofd in: ‘Het lijkt nu een theoretisch rekenmodel waarmee men keuzes wil gaan verantwoorden. Maar de meeste mensen beleven en denken in termen van mooi of lelijk, fijn of niet fijn.’ De burger Terug naar het effectueren van i- Tree Nederland. Zal het indruk maken? Zoals Tjeerd Visser eerder zei, hoe bereik je het grote publiek? Dijkshoorn waardeert alle tijd en energie die er in i-Tree Nederland is gestoken, maar vraagt zich af wat het voor de burger doet: ‘De politiek wil vooral tevreden burgers. Pas als je de burgers kunt meenemen in een verhaal, gaat de politiek erin geloven.’
www.stad-en-groen.nl
49
Bomen voor bijen
Bomen zoeken op nectar- en pollenwaarde Bijen en vlinders een handje helpen door hun favoriete bomen aan te planten? De TreeEbb maakt dat voortaan wel heel makkelijk. Onlangs is een nieuwe functie aan de bomenzoektool toegevoegd: de nectar- en de pollenwaarde van voedselplanten voor bijen en andere insecten. Daarmee is dus niet alleen te selecteren DAT een boom een waardplant is, maar ook WAT de specifieke nectar- en/of pollenwaarde is. De beste bomen voor bijen? We presenteren in de TreeEbb bijna 300 soorten met nectarwaarde vijf!
Boomkwekerij Ebben | Beerseweg 45 | 5431 LB Cuijk T +31 485 312021 | info@ebben.nl | www.ebben.nl | www.treeebb.nl
WAARDE VAN GROEN
'Er lopen bij ons al meer dan tien projecten' David van Uden
Operationeel directeur bij BTL Bomendienst en BTL Advies
'De vraag is: hoe bereik je het grote publiek?'
Wethouder Nelson Verheul: ‘De harde euro’s die eruit rollen, zijn geen harde euro’s in de begroting. Alleen als je dat geld wel in je zak hebt of puur uitleg wilt geven over
Tjeerd Visser
langetermijnopbrengsten, heb je wat aan deze tool.’
Treevision
Dijkshoorn legt uit: ‘Partijen brengen ecosysteemdiensten nu als speerpunten naar voren. De burger vraagt zich af: Verdien ik geld aan die boom? Nee? Dan hoeft die boom voor mij niet per se. Of hooguit: Heel goed dat zo’n boom water vasthoudt, maar zet hem toch maar bij de buren neer, niet voor mijn deur. Ik las deze week in de krant dat de burger eigenlijk heel weinig bezig is met verduurzamen; die heeft andere sores aan zijn hoofd. Bij landschapsontwerp is dan ook de primaire vraag: hoe verleid je iemand om gebruik te maken van de buitenruimte? Het is leuk als er een kaartje aan een boom hangt met daarop de tekst “Door mij wordt het een graad koeler”. Maar als het vriest en de zon schijnt de straat in, dan denkt de burger: Ik zaag hem liever om; dan is het net wat warmer in mijn tuintje. Dan heeft dat batenkaartje dus geen draagvlak. Voor burgers spelen zaken op het niveau van: opruimen van afgevallen blad, rioolbelastingverlaging, droge kelders en straten na een stortbui en minder last van luchtweginfecties. Ik vraag me af of ecosysteemdiensten niet een ver-van-mijn-bedshow zijn voor het gros van de mensen. Er moet in elk geval een serieuze vertaalslag plaatsvinden naar de wereld van de bewoners, zodat zij groenbaten beter gaan begrijpen.’ Inspireren Misschien moeten we het i-Tree-verhaal eens
omdraaien en laten zien hoe we zouden leven in een wereld zónder bomen. Zoals Cobra groeninzicht op de Boomfeestdag, eind juni, zesduizend Nederlandse basisscholen een kaart stuurde waarop te zien was in welke mate de schoolomgeving versteend is. Zo zouden groenambtenaren een kaart kunnen maken van de verstening van de openbare ruimte en die versturen aan gemeenteraadsleden. Kuppen ziet dat niet specifiek voor zich, maar wél dat het inspiratieproces begint bij de omarming van i-Tree door de ambtenaar: ‘Je kunt stellen dat er nog missionarissen nodig zijn bij gemeenten die het verhaal kunnen verspreiden door de hele organisatie. De ontwerper of beleidsmedewerker moet de voorkant gaan beïnvloeden, zodat er ook echt iets wordt gedaan met de gegevens die uit i-Tree Nederland komen rollen. Minder Calimero’s, meer missionarissen.’ De toekomst Dijkshoorn moet het nog zien gebeuren met i-Tree Nederland, voordat hij erin gelooft. Hij ziet wel kansen voor doorontwikkelingen. ‘Je kunt met die berekende baten uit i-Tree Nederland aan de slag gaan en in casussen aantonen dat groen daadwerkelijk techniek overneemt, zodat het investeringen scheelt. Een voorbeeld van de praktische compensatie van een technische investering is een daktuin die een airco-installatie
overbodig maakt.’ Verhagen ziet een mooie toekomst voor i-Tree Nederland: ‘We moeten als bedrijf i-Tree Nederland simpelweg toepassen, bij alles wat we doen laten zien welke baten de bomen opleveren. Maar dan wél i-Tree Nederland; het klakkeloos toepassen van de originele i-Tree-tools zorgt voor grote verschillen en dus problemen. Wat we nu kunnen met i-Tree, is nog maar het begin. Er zijn nog veel meer relevante thema’s om uit te werken, zoals de baten van bomen bij hittestress of energietransitie.’ Ook Doornenbal wil meehelpen om i-Tree Nederland door te ontwikkelen. ‘Er zit nog veel meer in het vat. Voor doorontwikkeling is vooral draagvlak van bedrijven en instellingen nodig. Bomenkennis is ons vak, dus wij gaan er zeker mee door.’
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/30256/op-naar-het-next-level.-er-zijn-eenpaar-showcases-nodig
www.stad-en-groen.nl
51
Een groene stad in de hoogte Praktische aanwijzingen voor ecologisch waardevolle groene daken Groene daken kunnen de ecosystemen in de stad versterken door de toevoeging van meer natuur. Voor mijn afstudeeropdracht aan Hogeschool Inholland Delft (Landscape and
Om de ecologische waarde van groene daken te bepalen, wordt er gekeken naar de aanwezige insecten en andere ongewervelden. Vogels en vleermuizen kunnen ook van groene daken profiteren, maar dat zal voornamelijk zijn doordat de insecten als voedsel dienen.
Environment Management) heb ik in opdracht van de gemeente Den Haag een onderzoek uitgevoerd naar meerdere aspecten van de ecologie van groene daken. In dit artikel beschrijf ik de belangrijkste factoren van groene daken, met tips om de ecologische potentie zo groot mogelijk te maken. Auteur: Daan Engberts
Substraatdikte en reliëf De basis van een groen dak is het aanwezige substraat. Dit bepaalt voor een groot deel de mogelijke ecologische waarde van een groen dak. Onderzoek wijst uit dat groene daken bodemleven als ring- en rondwormen, maar ook bacteriën en schimmels kan ondersteunen. Met minimaal 10 cm substraatdikte is het ook mogelijk voor in de grond verpoppende vlinders om te verpoppen. Minimaal 10 cm substraat zou dus een eerste eis moeten zijn voor een ecologische waarde.
Vegetatie en bloeitijd De vegetatie op een groen dak bepaalt voor een groot deel de ecologische waarde. Vegetatie heeft invloed op het microklimaat, biedt beschutting en verschaft voedsel aan fauna. De op groene daken toepasbare vegetatie is in te delen in zeven basistypen, weergegeven in tabel 1.
Door de aanwezigheid van reliëf neemt de ecologische potentie ook sterk toe. Door meer verschillen in het microklimaat neemt het aantal habitats toe en krijgen meer soorten een kans. Hoogteverschillen van 5 cm kunnen al een groot verschil maken.
Daan Engberts
52
4/2019
3 min. leestijd
WAARDE VAN GROEN Ecologische waarde
Type vegetatie
Dikte substraat (cm)
Laag
Gazon Sedum Grassen Kruidachtige Dwergstruiken Heesters Bomen
20 - 50 4-6 7 - 15 7 - 25 15 - 50 30 - 50 >50
Hoog
Tabel 1. Verschillende typen vegetatie met de minimaal noodzakelijke substraatdikte, gesorteerd op potentiële ecologische waarde De standaard toegepaste vegetatie is sedum. Deze heeft wel waarde, maar andere soorten dakvegetatie hebben een duidelijk grotere potentiële waarde, omdat er meer variatie is in structuur en in mogelijke waard- en drachtplanten. Combinaties van verschillende vegetatietypen zijn daarom het meest gewenst. Een combinatie van vetplanten, grassen, hoge bloeiende kruidachtige planten en dwergheesters heeft de grootse ecologische potentie (behalve wanneer bomen mogelijk zijn). Bloeiende (dracht)planten vormen een grote toevoeging aan de ecologie. Daken met planten in bloei trekken significant meer insecten. In de optimale situatie zou bij de keuze voor verschillende planten ook rekening moeten worden gehouden met een zo groot mogelijke bloeiperiode in het jaar. Daarnaast heeft het de voorkeur om zoveel mogelijk inheemse plantensoorten te gebruiken. Extra objecten Extra objecten, bedoeld als voorzieningen voor fauna, kunnen een grote toevoeging zijn voor de ecologie, zoals dood hout, stapels stenen, zandhopen, watervoorzieningen of insectenhotels. Deze zijn eenvoudig toe te voegen, maar hebben een grote waarde. Hoogte van het dak Verschillende soorten fauna kunnen daken altijd bereiken, ongeacht de hoogte. Andere soorten zijn daarin wel duidelijk beperkt. De hoogte kan dus wel invloed hebben, maar een recent onderzoek benadrukt dat de inrichting altijd veel belangrijker is. Toch hebben groene daken op lagere hoogte (< 25 m) de voorkeur boven hogere daken voor een optimale ecologie.
Afstand tot groengebieden Groene daken kunnen niet altijd een zelfvoorzienend ecosysteem vormen; daarom kunnen ze beter in de nabijheid van grondgebonden groengebieden (parken, groenstroken etc.) worden aangelegd. Op deze manier kunnen groene daken als voedselbron dienen; kolonisatiepogingen hebben dan een grote kans op succes. Vooral bijen kunnen dan veel baat hebben bij groene daken. Afstanden kleiner dan 100 m zijn optimaal. Tot 300 m zijn er nog duidelijke verbanden te trekken. Grotere afstanden zijn niet aan te raden; de inrichting van het dak wordt dan ook steeds belangrijker. Conclusies Groene daken bieden duidelijk kansen voor insecten en andere ongewervelden. Vogels en vleermuizen profiteren hiervan. Voor een goed ecologische potentieel zijn variatie en structuren het belangrijkste bij de inrichting van een groen dak met een gemiddelde substraatdikte van 10 cm en reliëf. Dikker is altijd beter. Verschillende soorten vegetatie en extra objecten verbeteren het ecosysteem verder. Variatie is het sleutelwoord. Duidelijk moet zijn dat groene daken niet als vervanging van grondgebonden natuur kunnen dienen, maar ze bieden wel een significante toevoeging aan de stedelijke ecologie. Een groen dak is altijd beter dan een kaal dak. Bachelorscriptie: Handvat ecologie groene daken
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/ article/30263/een-groene-stad-in-de-hoogte
"Een groen dak is ecologisch het meest waardevol als er een grote diversiteit aan plantengroei vormen, reliëf en structuren aanwezig is."
Trendverschuiving in dakgroen Smitsrinsma is een veelgevraagd adviesbureau voor de realisatie van groendaken. Het adviesbureau merkt een voorzichtige trendverschuiving op in de markt van sedumdaken naar natuurdaken met een grote biodiversiteitswaarde. Extensieve groendaken bestaan voornamelijk uit sedum of kruiden. Onderhoud vindt hier twee- à viermaal per jaar plaats. Een intensief groendak vraagt om meer onderhoud. Op een intensief groendak kunnen in principe hele stadsparken worden aangelegd. Bomen, heesters, gras en water behoren alle tot de mogelijkheden. Een nieuwe veelbesproken daktuininrichting is het natuurdak. Dit is een dak waarop eigenlijk geen ingrepen worden uitgevoerd. Bemesting, bewatering en maaien vinden daar niet plaats. Vegetatie die de (lokale) natuurwaarde vergroot en vergroting van de biodiversiteit staan hierbij centraal. Het onderhoud gaat hier dan ook veelal samen met monitoring van de ecologie en de aanwezige flora- en faunasoorten.
www.stad-en-groen.nl
53
Kleurrijke buurt verstevigt sociale cohesie Het sleutelwoord is samenwerking, vooral tussen buurbewoners Samenwerking is het sleutelwoord. Niet alleen tussen burgers, groenaannemers en de gemeente, maar ook, of wellicht juist hoofdzakelijk, tussen buurtbewoners. Dat is de kracht en het succes van het concept Kleurrijk Buiten, dat zich als een olievlek uitbreidt over verschillende gemeenten in Nederland. Auteur: Jeroen Poldermans
54
4/2019
Concept Kleurrijk Buiten Kleurrijk Buiten is een initiatief van Verheij Integrale groenzorg en is actief sinds januari 2017. De opkomst van de burgerparticipatie in diverse sectoren is de drijvende gedachte achter dit concept. Daardoor ontstond bij Verheij Integrale groenzorg de vraag hoe de burgers bij het groenonderhoud betrokken konden worden. Dankzij het concept Kleurrijk Buiten krijgen burgers nu de mogelijkheid om mee te denken, mee te beslissen en groenwerkzaamheden uit te voeren op allerlei toepassingsniveaus. In maart 2018 werd door Verheij een nieuwe manager omgeving en participatie aangenomen, om dit concept verder vorm te geven. Dat werd de gedreven en enthousiaste Cees Lock. ‘Ik vervul deze rol nu iets meer dan een jaar. Het is een unieke rol in de groensector. Wij spelen met dit concept in op de vraag naar meer burgerparticipatie, die steeds vaker in bestekken opduikt’, legt Cees uit. ‘Kleurrijk Buiten heeft twee primaire doelen: naast het stimuleren van burgerparticipatie is dat ook het actief sturen op burgertevredenheid. Daarom informeren we burgers ook graag over ons werk en willen we ze actief betrekken bij het groenonderhoud. We geven via social media en onze website ant-
woorden op vragen over het onderhoud. Er zijn kaarten beschikbaar waarop de status van het onderhoud te zien is. Deze kant van Kleurrijk Buiten passen we in alle gemeentes toe.’ Het concept werd uitgerold bij de gemeenten Stichtse Vecht, Hellevoetsluis en Zuidplas, waar Verheij het totaalonderhoud van het buitengroen verzorgt. In Hellevoetsluis staat participatie nog op een laag pitje, maar is het contact met burgers over het onderhoud wel volop aanwezig. Wie kan hoe en waar meedoen? ‘In principe kan iedereen met een groen idee zich bij ons melden. Behalve de bewoners van een straat kunnen dat ook bedrijven, scholen, verzorgingstehuizen of instellingen zijn. Soms vertellen wijkbewoners ons dat ze liever fleurige beplanting willen in plaats van het standaard gemeentegroen. Dan gaan wij naar die betreffende gemeente toe en vragen of het akkoord is dat er een burgerinitiatief komt. Burgers die het concept niet kennen, kloppen nog weleens aan bij de gemeente, die ze dan weer naar ons doorverwijst. Wij zijn de tussenpersoon voor de gemeente; we stellen de contracten op en nemen de administratieve rompslomp voor onze rekening. Regelmatig voeren
7 min. leestijd
WAARDE VAN GROEN gaat met de adoptie van een stuk openbaar groen, sluit ze met een groep bewoners een overeenkomst. In deze overeenkomst staan de spelregels waaraan de deelnemers zich moeten houden. Cees Lock hierover: ‘In zo’n akkoord staat onder andere dat ze het onderhoud voor hun rekening nemen, geen bestrijdingsmiddelen mogen gebruiken en dat het adoptiegroen een openbaar karakter moet blijven houden. De overeenkomst wordt door de bewoners (minimaal drie), de gemeente en ons ondertekend. Wij plaatsen op de geadopteerde locatie een zogenaamde zelfbeheerpaal met het logo van Kleurrijk Buiten, zodat iedereen weet dat dit stuk openbare ruimte onderhouden wordt door de bewoners.’ Het is van belang dat de buurtbewoners die geen handtekening zetten wel akkoord gaan met de adoptie en doordrongen zijn van het feit dat de adoptie het buurtbelang dient en geen individueel belang. we overleg met deelnemende gemeenten om alle initiatieven te bespreken. Ook plaatsen we geregeld artikelen in plaatselijke kranten, waarin we met foto’s laten zien van wat we gerealiseerd hebben, al dan niet in samenwerking met bewoners. Op onze website en op Facebook geven we updates over de status van onze projecten. Ook geven we via deze kanalen toelichting op bijvoorbeeld de manieren van maaien in de gemeente, wat een beeldbestek inhoudt, over de planning. Mond-tot-mondreclame werkt ook goed, zeker in kleinere kernen. De naamsbekendheid stijgt daardoor en allerlei nieuwe initiatieven worden ondernomen. In de gemeente Zuidplas was het in het begin even zoeken naar mogelijkheden, maar ook daar zie je dat als een project eenmaal is opgestart, bewoners van aangrenzende buurten inspiratie krijgen om zelf ook ideeën te ontplooien. Een vrouw die eerst op onze Facebook-pagina klaagde over het gemeentegroen in haar buurt, is nu de grootste ambassadeur van ons project. In principe kan overal een Kleurrijk Buiten-project worden opgestart, maar in eerste instantie concentreren de projecten zich rondom de gemeenten waar Verheij Integrale groenzorg de groene buitenruimte verzorgt.’ Adoptiegroen Een van de mogelijkheden die Verheij stimuleert, is adoptiegroen. Adoptiegroen is een stuk groen in de openbare ruimte dat mensen zelf willen onderhouden. Dit kan bijvoorbeeld ook een speeltuin zijn. Als de gemeente akkoord
De klant is koning In principe kunnen bewoners zelf het karakter van de groeninvulling bepalen. Verheij Integrale groenzorg heeft hierin wel een adviserende rol. Cees Lock: ‘Sommige bewoners hebben zelf een uitgewerkt plan; anderen vragen juist aan ons of wij een voorstel kunnen doen. De klant is koning, dus als zij alleen maar rozen en hortensia’s willen, dan komen er alleen rozen en hortensia’s. Het staat burgers geheel vrij om zelf initiatieven te nemen, maar niet alle burgers weten dat ze zelf invloed kunnen uitoefenen op een stuk openbare ruimte. Met het oog op een eventuele nieuwe hete droge zomer denken wij wel met de bewoners mee over robuustere beplanting die tegen zo’n zomer bestand is.’ De keuze voor de inrichting van het groen verloopt in overleg met de gemeente, om ook de kwaliteit en de uitstraling van het gemeentelijk groen te behouden. Er is dan ook regelmatig overleg met de deelnemende gemeenten om alle initiatieven te bespreken. Biodiversiteit en klimaatadaptie Door berichten in de media over de teruggang van insecten en het veranderende klimaat, zijn er de afgelopen tijd veel burgers die graag een bijdrage willen leveren aan het verbeteren van de leefomgeving van insecten of aan het voorkomen van wateroverlast door meer groen te creëren in plaats van verharding. In Maarssen wilde een aantal bewoners graag een bijenlint aanleggen. Cees Lock: ‘Op een stukje gemeentegrond creëerden wij zodoende samen met de bewoners een bijenlint en
dachten mee over een geschikt zaaimengsel. De aanleg kwam in samenwerking met ons tot stand en vanaf de realisatie onderhouden de bewoners het zelf. Volgens deskundigen in de projectgroep is het aantal bijen sindsdien gestegen, maar officiële metingen zijn er niet gedaan. In Breukelen stelden twee bewoners de vraag of zij een stuk gemeentestoep mochten vervangen door beplanting. Nu is er een aantal stoeptegels verwijderd en kwam daar een mooi plantvak voor terug, zodat niet alleen de buurt groener kleurde, maar er ook aan wateroverlastpreventie werd gedaan. Dat plein is met een buurtbarbecue officieel heropend. Dit is een schoolvoorbeeld van hoe Kleurrijk Buiten zorgt voor betere sociale cohesie. Zo zijn er inmiddels tientallen kleinschalige projecten ontstaan. Bij grotere initiatieven organiseert Verheij zogenaamde doe-ochtenden, waarop één of twee medewerkers van Verheij de bewoners een handje helpen en hun expertise delen. Er is een kaart beschikbaar (zie website) waarop alle burgerinitiatieven staan vermeld, met een foto en een beschrijving. Feedback vindt plaats via de website, de speciale Facebook-pagina of een telefoontje naar Cees.’ Gereedschap-o-theek Kleurrijk Buiten leent via de Gereedschap-otheek gereedschap uit aan deelnemers van projecten. Er zijn handzagen, prikkers met ringen voor vuilniszakken en andere handgereedschappen. Elektrisch gereedschap wordt
Cees Lock
www.stad-en-groen.nl
55
MEER INFO: INFO@ECHODEPENDONIT.COM 50% besparing ten opzichte van klassieke maaisystemen Tuinmannen kunnen hun tijd aan nuttigere taken besteden Perfect gemaaid gras en een perfect egaal gazon 90% minder CO -uitstoot voor meer duurzaamheid
Echorobotics TM-2000
Echorobotics TM-1000
De kampioen voor alle terreinen
De doorzetter in groene ruimtes
Circa â&#x201A;Ź 150 per jaar
Circa â&#x201A;Ź 100 per jaar
5 onafhankelijke zwevende maaikoppen
3 onafhankelijke zwevende maaikoppen
Hellingsgraad van 30% (of 45% met kit)
Hellingsgraad van 35% 2
Tot 24.000 m2
Tot 12.000 m2
Nederland B.V.
Hogelandseweg 51 | 6545 AB Nijmegen Tel.: +31 (0)24 373 19 90 | Fax: +31 (0)24 373 17 65 info@eurogarden.nl | www.eurogarden.nl
Is het gras van de buurman groener? De Elzenhof 7G, 4191 PA Geldermalsen 0345 - 788 104 | info@vanderhaeghe.nl www.vanderhaeghe.nl
facebook.com/echobenelux instagram.com/echodependonit
Kijk dan eens wat er bij hem in de schuur staat...
maaiers - tractoren - frezen
WAARDE VAN GROEN
niet uitgeleend, maar in overleg kan een uitzondering worden gemaakt of helpt Verheij ter plekke met bepaald elektrisch gereedschap. Geïnteresseerden kunnen hiervoor contact opnemen via het contactformulier op de website. Zwerfafval Zwerfafval is een onderwerp dat enorm leeft onder de bewoners. Via de Gereedschap-o theek deelde Cees Lock in Stichtse Vecht al ruim vijftig prikkers en vuilniszakken uit aan bewoners die graag een bijdrage willen leveren aan het opruimen van zwerfval. Op sommige scholen in de regio geven Cees Lock en zijn team voorlichting aan de kinderen over zwerfafval en vertellen ze waarom het zo belangrijk is dat het aangepakt wordt. Maar ook bewoners van een huis voor gehandicapten in de regio willen graag naar buiten en zich nuttig maken. Zij houden nu, gefaciliteerd door Verheij, met een prikker en een vuilniszak plantsoenen schoon. Sociale cohesie Eén van de primaire doelen van Kleurrijk Buiten is het verstevigen van de sociale cohesie. Betere sociale cohesie leidt tot beter welzijn en volgens onderzoek*) ook tot meer veiligheid (in ieder geval in grote steden). ‘Dankzij Kleurrijk Buiten komt het steeds vaker voor dat bewoners die tegenover elkaar wonen, maar elkaar nog nooit gesproken hebben, tijdens het schoffelen tot gesprekken komen. Buren gaan elkaar opzoeken, er ontstaan vriendschappen, kortom een buurt komt spontaan tot leven. Het komt geregeld voor dat bewoners langs de huizen gaan om meer draagvlak voor bepaalde ideeën te krijgen. Een breed draagvlak is wenselijk, want deelnemers kunnen ziek worden of verhuizen, waardoor het project kan dood-
Bijenlint in plaats van gemeentegras Kockengen ligt in het veen. De tuinen en de openbare ruimte in dit dorp dreigen te verzakken door het gewicht van verharding, riolering en ophoogmateriaal. Om dit tegen te gaan is het project Waterproof bedacht, waarbij de openbare ruimte op sommige plaatsen zo’n veertig centimeter werd opgehoogd. Voor Will de Jong betekende dit dat alle bomen voor zijn deur gekapt werden en er een stuk saai gras voor terugkwam. Hij zag liever een bloemenplukveld of een bijenlint zoals hij dat in Ter Weijde en Breukelen gezien had. Will zocht contact met de gemeente Stichtse Vecht, die openstond voor zijn ideeën en zelfs financiën gereserveerd had voor dergelijke burgerinitiatieven. Na de ophoging kwam de verantwoordelijkheid voor de buitenruimte bij Verheij Integrale groenzorg terecht. Er werd een contactmoment geregeld voor bewoners, gemeente en Verheij. Zo kwam het concept Kleurrijk Buiten in beeld. Will de Jong hierover: ‘Na het contactmoment toonden vijf buurtbewoners interesse, waaronder ikzelf. Met dat groepje hebben we geïnventariseerd waar we dat bijenlint zouden kunnen aanbrengen. Toen heb ik met Cees Lock afgesproken om er een pilot van te maken. Zo kunnen we na een jaar evalueren of het wel of niet geslaagd is. Nu het stuk grond van 25 bij 8 meter is afgeplagd en met een vlindermengsel is ingezaaid, zie je dat de buren in mijn woonblok ineens erg geïnteresseerd zijn. Hoewel het contact in de directe omgeving altijd wel goed was, merk ik dat buurtbewoners nu vaker een praatje maken en samen de handen uit de mouwen steken. Zo zorgt het project Kleurrijk Buiten via een omweg toch voor een betere sociale cohesie. Intussen staat de hele straat, inclusief ikzelf, er niet gematigd, maar heel positief tegenover.’ Onverwachte ontmoetingen dankzij Kleurrijk Buiten Laurenske van den Heuvel, haar man en een Syrische buurtbewoner zijn de ondertekenaars van een Kleurrijk Buiten-overeenkomst in Breukelen. Hun wens was een stuk gemeenteplantsoen bij hen voor de deur zelf te mogen inrichten en onderhouden. Het zag er verloederd uit; er werden honden uitgelaten terwijl het op de looproute naar een middelbare school ligt. Uiteindelijk is dit saaie stukje gemeenteplantsoen omgevormd tot een bloemrijk geheel, met als doel insecten aan te trekken. Ook is er gedacht aan een slingerpaadje, zodat kinderen de bloemen en insecten van dichtbij kunnen bekijken (zie foto). Laurenske van den Heuvel: ‘Het onderhoud levert altijd wel onverwachte ontmoetingen op met mensen die zomaar even een praatje komen maken. Het inspireert ook buurtbewoners, merken wij. De wijk wordt niet alleen groener, maar het indirecte effect van Kleurrijk Buiten is duidelijk meer integratie en sociale contacten.’ bloeden, terwijl er wel door de gemeente geld in gestoken is. Bij voldoende draagvlak krijgt een project meestal het fiat van de gemeente. Deelnemende wijken bloeien niet alleen op door meer vergroening, maar ook door een aangenamer leefklimaat.’ Van kritische naar betrokken burgers De gepassioneerde ambassadeur van Kleurrijk Buiten besluit ons gesprek: ‘Een bereidwillige gemeente is noodzakelijk voor het slagen van het concept. De gemeente Stichtse Vecht had een potje vrijgemaakt om Kleurrijk Buiten te financieren en daar zijn sinds januari 2017 85 projecten ontstaan. Bij de gemeente Zuidplas ontbrak dat potje in eerste instantie, maar daar zijn inmiddels toch zes projecten afgerond en staan er vijf in de pijplijn. Verheij houdt contact met de deelnemers om de tevredenheid te meten. Zo organiseren we buurtavonden
en verspreiden we informatie via de kaarten met daarop alle projecten. Het succes van een project wordt zichtbaar als burgers die voorheen kritisch waren op de gemeente of op een groenaannemer, een heel andere houding aannemen vanaf het moment dat ze zelf invloed op de buitenruimte krijgen. Dan zie je de verschuiving van kritische naar betrokken burgers.’ Voor meer informatie: www.kleurrijkbuiten.nl *) Artikel ‘Sociale cohesie als bouwsteen voor veilige buurten’ – Karin Wittebrood, 2008
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/30248/kleurrijkebuurt-verstevigt-sociale-cohesie
www.stad-en-groen.nl
57
Stadsparken onder druk Bodemonderzoek eerste stap naar robuustere stadsparken Stadsparken worden steeds waardevoller. Ze dragen bij aan een gezonde leefomgeving, maar helpen ook de gevolgen van klimaatverandering op te vangen. Tegelijkertijd vergen we steeds meer van onze parken. Duurzaam bodembeheer is van belang om parken toekomstbestendig te maken. Dit begint volgens Theo Prins (adviseur geohydrologie en ondergrond bij Antea Group) en Caroline Elbers (projectleider stadsparken bij de gemeente Amsterdam) bij diepgaand inzicht in de bodemgesteldheid.
Auteur: Bert Kobus
58
4/2019
Veel stadsparken zijn ooit ontworpen als groene oases in de stad. Plekken om te ontspannen, even weg te zijn uit de hectiek. En hoewel we zuinig zijn op ons stadsgroen, vergen we steeds meer van onze parken. Steden verdichten en de gebruiksdruk op stedelijk groen neemt hierdoor toe. Prins: ‘Je ziet dit bijvoorbeeld terug in de toename van het aantal festivals en evenementen in parken. Veel oudere stadsparken zijn hier niet op berekend vanwege een van nature slappe ondergrond. Een weekendlang duizenden bezoekers in een park kan mogelijk al impact hebben op bodemgesteldheid, flora en fauna.’ Naast die groeiende gebruiksdruk komt er een belastende factor bij: het veranderende klimaat. Zo kan droogtestress leiden tot bodemdaling of directe, snelle aantasting van vegetatie. Prins: ‘Tegelijkertijd speelt stedelijk groen een
belangrijke rol bij het beheersen van de gevolgen van klimaatverandering. Groen vermindert hittestress. En lager gelegen parkdelen kunnen als waterberging fungeren om piekbuien op te vangen.’ Zijn parken robuust genoeg? Het is de vraag of onze stadsparken robuust genoeg zijn om die groeiende gebruiksdruk in combinatie met klimaatverandering het hoofd te bieden. Theo Prins: ‘Stadsparken zijn vaak fragiele systemen met complexe verbanden in de cyclus bodem, water, flora en fauna. De bodem vormt niet alleen de basis voor de groeicondities van de aanwezige vegetatie, maar ook de draagkrachtige laag die de toelaatbare belasting bepaalt.’ Die kwetsbaarheid in combinatie met toenemende belasting kan dus grote gevolgen heb-
4 min. leestijd
WAARDE VAN GROEN
'Een goede informatiehuishouding is essentieel om parken te beschermen en duurzaam bodembeheer te ontwikkelen.'
nementen en het veranderende klimaat op de bodemgesteldheid van een park. Dit leidt tot verkeerde aannames, ontoereikende maatregelen en uiteindelijk tot hoge kostenposten.’ Een goede informatiehuishouding is daarom essentieel om parken te beschermen en duurzaam bodembeheer te ontwikkelen. Prins: ‘Om inzicht te krijgen in de bodemgesteldheid heb je allerlei gegevens nodig: over bodemvocht, indringingsweerstand, bewortelingsdiepte, bioturbatie, verwelkingspunt, zuurstofgehalte, korrelgrootteverdeling, verslemping ... Vervolgens moet je deze parameters op verschillende momenten in het jaar meten om inzicht te krijgen in de belastbaarheid en de hersteltijd van het stedelijk groen.’ ben voor een park. Prins: ‘Bodemverdichting, afnemend bodemleven en bodemerosie leiden tot visuele schade: kale plekken in het gazon, schade aan flora en fauna, verzakkingen in wandelpaden. Ook is er sprake van indirecte schade. Denk aan wateroverlast door afnemende infiltratiecapaciteit of bodemdaling. In veel gevallen is die schade eenvoudig te herstellen, maar we zien ook steeds vaker dat schadeherstel frequenter moet worden uitgevoerd.’ Goede informatiehuishouding Maar hoe bepaal je de werkelijke belastbaarheid en hersteltijd van een park? En welke maatregelen kun je en moet je vervolgens nemen om een stadspark robuust en toekomstbestendig te maken? Vragen die je alleen kunt beantwoorden als je weet wat er zich in de parkbodem afspeelt. ‘Daar valt nog veel te winnen’, stelt Prins. ‘Beheerorganisaties hebben vaak te weinig inzicht in de effecten van eve-
Prins benadrukt dat die afzonderlijke parameters op zichzelf een beperkte toevoegde waarde hebben. Prins: ‘In de bodem hangt alles met elkaar samen. De korrelgrootteverdeling heeft een effect op de mate van verdichting en indringingsweerstand van de bodem. Dit heeft weer effect op de bewortelingsdiepte en bioturbatie. Alleen wanneer je het héle bodemsysteem in beeld hebt en analyseert, kun je meer zeggen over de werkelijke effecten van een evenement, piekbui of toenemende droogte.’ Amsterdam: grootschalig bodemonderzoek stadspark Er zijn al enkele gemeentes die kiezen voor grootschalig samenhangend bodemonderzoek in stadsparken. Amsterdam, bijvoorbeeld. De gemeente heeft sinds 2018 een nieuw evenementenbeleid. Hierin worden de aantallen en types festivals verspreid over de stad.
www.stad-en-groen.nl
59
ONKRUIDWERING DuPont™ Plantex® Platinium De beste manier om invasieve neofyten en onkruid te bestrijden, zoals de Japanse duizendknoop. • Bewezen effectiviteit • Niet-chemische toepassing • Eenvoudig en snelle installatie • Verbeterde productietechnologie biedt nog meer bescherming • Een milieuvriendelijke oplossing, omdat het materiaal water- en luchtdoorlatend is • Een goedkoop alternatief voor mechanische behandeling en bodemvervanging • Levensduur van ten minste 35 jaar, volgens de productgarantievoorwaarden Wilt u meer informatie? Neem dan contact met ons op!
Japanse duizendknoop
KING RootBarrier
Berenklauw
•
T +31 (0) 320 215 805
Reuzenbalsemien
•
sales@rootbarrier.nl
•
kingrootbarrier.com
3 NIEUWE RADIOGRAFISCHE WERKTUIGDRAGERS
COMING SOON
+31 (0)345 585050 www.wimvanbreda.nl
mechanisatie in weg-, berm- en slootonderhoud
Oudenhof 14 4191NW Geldermalsen
WAARDE VAN GROEN
'Dankzij de Omgevingswet en de daarmee samenhangende omgevingsplannen krijgen gemeenten de kans om hun ambities omtrent de groene leef omgeving kenbaar te maken.'
Caroline Elbers, projectleider stadsparken bij de gemeente Amsterdam: ‘Gestuurd vanuit het evenementenbeleid voeren we een omvangrijk onderzoek uit naar het effect van evenementen op de flora en fauna, de waterhuishouding en de bodemgesteldheid in parken. We meten in het voorjaar, tijdens het evenementenseizoen en na afloop hiervan. Hiermee willen we tot een goede onderbouwing komen van de benodigde hersteltijd na belasting en de noodzaak van een pauze tussen festivals.’ Omgevingswet Bodemdata zijn niet alleen waardevol vanuit evenementenperspectief. Data helpen ook om gemeentelijke ambities vorm te geven. Prins: ‘Dankzij de Omgevingswet en de daarmee
samenhangende omgevingsplannen krijgen gemeenten de kans om hun ambities omtrent de groene leefomgeving kenbaar te maken. Denk aan het verbeteren van biodiversiteit, het opvangen van extreem weer of het behoud van groene belevingswaarden. Allemaal aspecten waarbij duurzaam bodembeheer een deel van de oplossing vormt.’ Inzicht in de bodemgesteldheid vormt dan de sleutel om tot integrale oplossingen te komen. Op basis van informatie kunnen gerichte maatregelen worden genomen. Prins: ‘Ga je voor klassieke ontwatering door drainage toe te passen? Of kies je met het oog op droogtestress voor een andere oplossing om je bodemvochthuishouding te verbeteren? Kies je voor het
stimuleren van biologische activiteit of voor draagkrachtverbetering door de bodem te versterken? Ga je kwetsbare delen van parken extra beschermen door ze gebruiksluw te maken? Dankzij goed inzicht in de bodemgesteldheid kun je dit soort afwegingen gerichter maken.’ Het volledig in beeld brengen van die bodemgesteldheid vergt aan de voorkant uiteraard een investering, onderkent Caroline Elbers, maar dit inzicht zorgt er wel voor dat je op termijn kosten bespaart. ‘Voor Amsterdam is al het groen, zeker dat van de parken, essentieel om de stad leefbaar te houden. We zijn er dan ook zuinig op. Kennis, ervaring en data zijn een eerste vereiste om te bepalen hoe we de kwaliteit kunnen borgen én hoe we parken toekomstbestendig kunnen maken en houden.’
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/30270/stadsparken-onder-druk
www.stad-en-groen.nl
61
Bron: Sjoerd Fotografie
Bijdrage groen aan gezondheid lang onderschat Daar lijkt nu verandering in te zijn gekomen. Hoe springen aannemers hierop in? Vakblad Stad en Groen publiceerde in zijn tweede nummer van 2014 een interview met socioloog dr. Jolanda Maas. Een van haar onderzoeken, ‘Vitamine G’ uit 2009, toonde aan dat groen ervoor zorgt dat mensen zich gezonder voelen en minder klachten hebben op het gebied van depressie, maar ook op fysiek vlak, zoals bij hart- en vaatziekten en diabetes. Het vakblad spreekt verschillende groenaannemers. Stuk voor stuk verwijzen zij naar haar onderzoeken en gebruiken ze deze als verkoopargument bij klanten in het zorgdomein. Deze klanten hebben er nu over het algemeen wél oren naar. Reinald van Ommeren van Loohorst Landscaping: ‘Wat betreft groen bij gezondheidsinstellingen is het glas nu voor 80 procent vol.’
Auteur: Santi Raats
62
4/2019
Specialisme groen en gezondheid Peter Koop, regioleider bij De Enk Groen & Golf, stipt bij de (potentiële) klant aan waar groen een aanvulling kan zijn op de bedrijfsvoering. ‘De onderzoeken spreken boekdelen: wanneer ruimtes worden gevuld met geurig en kleurig groen, verandert dat de gemoedstoestand van mensen in positieve zin. Een grauwe tuin met kale plekken stemt mensen negatief. Mooi groen is beter voor herstel bij zowel geestelijke aandoeningen als lichamelijke ziekten.’ Van Ommeren, eigenaar van Loohorst Landscaping, investeert al jarenlang in voorlichting over groen en gezondheid voor zijn klanten. Zijn bedrijf staat bekend als specialist op het gebied van groen en gezondheid en wordt in een vroeg stadium aan tafel gevraagd bij de (her)inrichting van buitenruimtes bij zorginstellingen, verzorgingstehuizen en ziekenhuizen. Deze werken dan samen met bijvoorbeeld stedenbouwkundigen en landschapsarchitecten, waarmee direct voldoende budget voor groen wordt gereserveerd. ‘Je kunt onderzoeken zoals die van Jolanda Maas breder trekken en uitleggen aan de klant dat natuurbeleving bij een ziekenhuis het aantal ligdagen naar beneden
brengt, dat het welzijn van patiënten in de geestelijke gezondheidszorg en psychiatrie toeneemt en dat cliënten die worden uitgenodigd om naar buiten te gaan, meer bewegen. Buitenfitnessapparaten, maar ook eenvoudige voorzieningen dragen bij aan meer beweging. Het is aan ons om wetenschappelijke kennis toepasbaar te maken voor onze opdrachtgever, met concrete verwijzingen naar onderzoek. De volgende fases zijn het ontwerp en de aanleg. Wij kunnen elke buitenruimte aanpassen aan de eindgebruiker.’ Ook Mart Hoppenbrouwers, commercieel directeur van Dolmans Landscaping Group, zet bij klanten in de zorg zijn specialisme voorop. ‘Bij sommige doelgroepen, zoals gehandicapten, moet de buitenruimte geen niveauverschillen bevatten en extra veilig zijn met betrekking tot waterpartijen en plantensoorten. Bij een verzorgingstehuis voor cliënten die lijden aan dementie moeten paden nooit recht naar de uitgang lopen, maar in rondjes, omdat zij vaak niet meer weten waar ze zijn en de weg terug niet meer kunnen vinden. Hekwerken moeten niet te laag zijn. Veel eindgebruikers in de zorg zijn gebaat bij zintuigelijke beleving door de
7 min. leestijd
WAARDE VAN GROEN aanwezigheid van dieren, geurende en kleurige planten en noem maar op. Je kunt groen ook verder toespitsen op cliënten of patiënten, naargelang het leven dat ze leiden of geleid hebben. Doeners moet je “doe-groen” geven; die willen best schoffelen. Anderen maak je blij met geuren en kleuren.’ Naast expertise op het gebied van zorg en beleving zet het bedrijf ook een ‘leefklimaatscan’ in, vertelt Hoppenbrouwer. ‘Hiermee nemen we alle ecologische en milieutechnische aspecten mee in het ontwerp.’ Geen harde cijfers Eerlijk is Van Ommeren wel. In de zorgsector is men inmiddels, net als in de rest van de maatschappij, doordrongen van de groene baten voor de gezondheid, maar vooral in ziekenhuizen wordt volgens hem nog primair gedacht in termen van genezingsprocessen. Directies, business controllers, inkopers en managers willen harde cijfers zien van de baten van groen voordat er wordt geïnvesteerd. ‘In veel van deze gevallen is het een kwestie van ervaren dat het werkt’, zegt Van Ommeren. ‘Ik zie wel dat de klanttevredenheid van cliënten voor opdrachtgevers zwaar weegt. Dat vormt dan een ingang voor de toepassing van groen.’ Wilco Boender, mede-eigenaar van VDBH West, herkent dat: ‘De scheiding tussen zorginkoop en vastgoed c.q. wonen is enkele jaren geleden ingesteld. Instellingen willen dat cliënten en patiënten een fijne woonomgeving hebben en hebben er dus belang bij als er voor hun woonlocatie wordt gekozen. Buiten is daarbij een verlengstuk van binnen.’
'Als een ouderwets gietertje ervoor zorgt dat cliënten naar buiten komen, dan zórg je daarvoor als groenman' Peter Koop van De Enk: ‘De financiële mensen zijn moeilijk te overtuigen. Een sedumdak levert geen harde euro’s op, zoals zonnepanelen. Toch sturen wij potentiële klanten alle onderzoeken over groen en gezondheid toe die voorhanden zijn. We nemen hen mee naar voorbeeldprojecten en laten hen daar praten met de facilitair beheerder of gebouwbeheerder. Gebruikers kunnen vertellen over hun goede ervaringen. De potentiële klant kan dan de financieel verantwoordelijken bij zijn organisatie overtuigen. Omdat wij ons ervan bewust zijn dat budgetten bij zorginstellingen beperkt zijn, spelen we daarop in met ons beplantingsconcept Zorgeloos Groen. Hiermee leggen we onderhoudsarme tuinen aan die jaarrond een kleurige beleving geven. Drie jaar onderhoud is in het concept inbegrepen. Zo proberen we de klant volledig te ontzorgen.’ Hoveniersbedrijf Donkergroen, met een duurzaam project winnaar van de ELCA Trend Award
2018 op de Galabau-beurs, werkte samen met Alterra en Fytagoras (een afsplitsing van TNO) aan een wetenschappelijk onderbouwde kosten-batenanalyse van groen in organisaties. Hiervoor namen zij onder meer ouderenzorginstellingen onder de loep. De binnenruimten werden met groen ingericht, waarna het welzijn en de productiviteit van de medewerkers werden gemeten. Het onderzoek begon in 2016 en duurde twee jaar. Elwin de Vink, hoofd ontwerp van Donkergroen: ‘Groen levert niet alleen baten op voor de gezondheid en het welzijn van cliënten en patiënten. Het levert organisaties ook iets op als het personeel er productiever en creatiever door wordt. Eerder wetenschappelijk onderzoek heeft de bewezen effecten van binnenbeplanting aangetoond, de stressverlagende werking van planten, luchtzuivering door planten, hogere productiviteit van werknemers en minder lichamelijke ongemakken c.q. klachten, zoals hoofdpijn. We willen toe naar cijfers die aantonen wat een investering in binnengroen een organisatie concreet oplevert.’ Beheer en onderhoud Alle groenaannemers die het vakblad spreekt, overleggen voorafgaand aan het ontwerp met zorginstellingen of er voldoende capaciteit is om de buitenruimte te onderhouden. Mart Hoppenbrouwers: ‘Wij zorgen dat de tuin plantklaar is, zoals bij particulieren. Dat betekent dat we het specialistische werk hebben gedaan, inclusief grond- en civiel werk en plantwerk, bijvoorbeeld bomen en solitairen. Maar bewoners willen de planten en de tuin vaak zelf mee onderhouden; dat zien we zowel bij zorginstellingen als bij wooncorporaties. Wij voeren tweemaal per jaar specialistisch onderhoud uit en geven verder alleen tips aan de vrijwilligers die de tuin onderhouden. Dit wordt het nieuwe verdienmodel van de hovenier.’
Peter Koop. Bron: Sjoerd Fotografie www.stad-en-groen.nl
63
Wilco Boender. Bron: Cees van der Wal
'Groenmensen focussen zich op zes verschillende soorten keien, maar dat is pas de eindfase'
64
4/2019
Alleen meerwaarde bij draagvlak Het gevaar bestaat dat de patiënten of cliënten na de aanleg van de groene buitenruimte weinig naar buiten gaan en de buitenfitnessapparaten – die vaak duizenden euro’s hebben gekost – niet gebruiken, dat de moestuin er overwoekerd bij komt te liggen of dat de aangelegde struintuin weinig wordt gebruikt. Hoppenbrouwer herkent dit: ‘Soms is het ontwerp al klaar, maar heeft de zorgmanager er nog niets van gezien. Daar is nog winst te behalen.’ Boender gaat een stapje verder. Hij legt het liefst alleen aan wat de klant of eindgebruiker echt gaat gebruiken, maar haalt daar wel het maximale uit. Boender, die kan bogen op jarenlange ervaring met projecten bij zorginstellingen, gaat standaard eerst in gesprek met diverse mensen binnen de instelling, evenals met stakeholders in de omgeving. ‘Je moet als hovenier of groenvoorziener mensen stimuleren en bij de hand nemen om kennis te maken met groen. Wat willen zij? Het gebruik van een tuin hangt niet alleen samen met hoe vaak een cliënt of patiënt zelf naar buiten gaat, maar vooral met de dagbesteding in de zorginstelling en de manier van werken van het personeel. Zijn de hoofdactiviteiten bingo en klaverjassen? Dan komen de mensen in de regel minder vaak buiten. Is een activiteitenbegeleider, fysiotherapeut of revalidatiemedewerker bereid om met de
cliënten of patiënten naar buiten te gaan? Dan is er draagvlak voor een groene buitenruimte, al dan niet met outdoor-fitnesstoestellen. Als zij hun activiteiten liever binnen laten plaatsvinden, moet je je achter de oren krabben. Is de kok bereid om met kruiden uit de eigen moestuin te werken? En zijn er vrijwilligers beschikbaar die zo’n kruidentuin willen onderhouden? Pas dan is er draagvlak. Lukraak groen vormt geen meerwaarde. Draagvlak voor een buitenruimte met groen is de meerwaarde.’ Groenaannemer als makelaar Boender vindt dat de groenaannemer zich minder technisch moet opstellen en meer als makelaar. ‘We zijn als groenvoorziener en hovenier vaak te technisch. We focussen ons op zes verschillende soorten keien en talloze verschillende plantjes. Maar dat is pas de laatste fase van het project. Als groenmakelaar moet je voorstellen om de stakeholders binnen en buiten de organisatie bij de nieuwe buitenruimte te betrekken. Je zorgt ervoor dat het een participatietraject wordt. Er zijn in de omgeving van een zorginstelling altijd stakeholders die gebruik willen maken van de binnen- of buitenruimte. Betrek hen bij de invulling van de buitenruimte. Kunnen zij een onderhoudstaak op zich nemen in ruil voor het gebruik van een deel van die buitenruimte? Zo wordt de volière in de tuin bij een zorginstelling nu onderhouden door een vogelclub. In ruil daarvoor fokken zij daar hun
WAARDE VAN GROEN vogeltjes. Als de aanwezigheid van ouderwetse gietijzeren gietertjes ervoor zorgt dat cliënten naar buiten komen, dan zorg je daarvoor als groenman. Je moet er alleen wel achter zien te komen wat de gebruiker wil en praten met de juiste mensen. Pas daarna ga je ontwerpen.’ Geen ‘cliënten’ maar ‘bewoners’ Mark Brandwijk van Verheij Integrale Groenzorg is het met Boender eens: ‘Ik denk dat groenvoorzieners zich moeten inzetten als ambassadeur van waardevol groen in de zorg. Wij doen dat met name door het adviseren over en het aanleggen van beleeftuinen. We houden aan het begin van het traject altijd een multidisciplinaire bijeenkomst met verschillende medewerkers van de zorgorganisatie. Door dat overleg komen we tot een aanpak die zorgt voor integratie van het groen in de dagelijkse praktijk van de zorgorganisatie. Het is de taak van de groenvoorziener om anderen mee te nemen in zijn verhaal. Dat kan bijvoorbeeld zijn: de rol die een beleeftuin gaat spelen in de dagbesteding. Maar groenvoorzieners moeten niet alleen organisaties inspireren met de mogelijkheden die er zijn, ze moeten ook goed luisteren.’
'Als de hoofdactiviteiten bingo en klaverjassen zijn, komen mensen minder vaak buiten' maken. Deze visie wordt gedeeld door onze ploegen die de aanleg en het onderhoud van buitenruimtes in de zorg verzorgen. In ons nazorgtraject gaan we nogmaals om de tafel met de betrokkenen. Dan evalueren we de situatie, maar soms geven we ook nog praktische tips: welke hoek van de tuin het geschiktst is voor revalidatie, of hoe een zorginstelling contact kan leggen met de buurt. Het hele traject moet afgestemd zijn op de klant en eindgebruiker. We willen dat elke geïnvesteerde euro zich terugbetaalt in wat wij noemen ‘onbetaalbare kwaliteit van leven’. Bij Verheij praten we ook liever over bewoners dan over cliënten of patiënten. Elke bewoner verdient een thuisge-
voel. Mensen die zorg nodig hebben, kunnen veel meer dan wij denken! Als de buitenruimte een schakel is die het leven van die mensen mooier maakt, is onze missie geslaagd.’
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/30261/de-positieve-bijdrage-van-groenaan-gezondheid-en-herstel-werd-vijf-jaargeleden-nog-onderschat-bij-zorginstellingenziekenhuizen-en-verzorgingstehuizen.-daarlijkt-nu-verandering-in-te-zijn-gekomen.-hoespringen-aannemers-hierop-in
‘We delen graag praktijkverhalen van eindgebruikers, die we teruggekoppeld krijgen van bijvoorbeeld zorgmanagers. Zo was er bij een project van ons een testimonial van een oudere die zich in het paradijs waande in de tuin. We onderzoeken momenteel allerlei middelen waarmee we onze aanpak verder kunnen uitrollen in Nederland. Het bezoeken van de juiste beurzen levert onder andere goede contacten op. We zijn overtuigd van onze visie, maar we zijn ook pragmatisch. Sommige zorgorganisaties denken nu eenmaal wat traditioneler over de buitenruimte; andere zijn erg ambitieus. Soms raken mensen onder in de organisatie enthousiast, soms bovenin, soms allebei. Wij proberen er hoe dan ook voor te zorgen dat mensen elkaar enthousiast maken, dat we samen een visie ontwikkelen op de buitenruimte en samen waardevol groen in de zorg creëren.’ Brandwijk vervolgt: ‘Bij Verheij is een commissie actief, met vertegenwoordigers uit de hele organisatie, die de ontwikkelingen rond groen in de zorg nauwlettend volgt. Deze commissie helpt ons om steeds beter aan te sluiten op de wensen en behoeften van de zorg. Pas als je die helder hebt, kun je een waardevolle tuin Elwin de Vink www.stad-en-groen.nl
65
Voorkom groeiproblemen door toedoen van maaischade!
TreeProtect
®
Boomstambeschermer De TreeProtect boomstambeschermer van GreenMax is een betaalbare, effectieve en betrouwbare methode om jonge bomen tegen maaischade en knaagdieren te beschermen. ¡ Bestand tegen ultraviolette straling ¡ Gemaakt van FDA gecertificeerd kunststof (dit kunststof heeft unieke eigenschappen waardoor het niet schadelijk is voor knaagdieren) ¡ Zeer gemakkelijk te installeren ¡ Ieder jaar dient de stambeschermer losser te worden gezet om ingroeien te voorkomen
Binnenkort verkrijgbaar in Bio Based
GreenMax | Tel:vv 0031 413 29 44 47 | www.greenmax.eu
Efficiënte en betrouwbare duurzame onkruidbestrijdingsmethode met kokend water
Volg ons! @heatweed
Europa’s toonaangevende en best gedocumenteerde onkruidbestrijdingsmethode zonder chemie. Sedert jaren de meest gebruikte heet water methode bij gemeenten, groenvoorzieners, sw-bedrijven en hoveniers.
Mini 2.1
1200-1700 m2/dag
MiD 3.0
2000-3000 m2/dag
Multi S
2000-3200 m2/dag
Multi M
3000-4500 m2/dag
Landelijk dekkend dealernetwerk. Vind uw dichtstbijzijnde dealer via heatweed.com. Heatweed Technologies GmbH | +31 (0)318 469799 | mail@heatweed.com
XL 1.0
6000-10000 m2/dag
Sensor 2.0
20000-40000 m2/dag
COLUMN
"Groenvoorzieners hebben de benodigde kennis en expertise om te zorgen voor een gezonde leefomgeving met kwaliteit en een wereld waarin mens en natuur in balans zijn." Megchelen
NL Greenlabel
Preken voor eigen parochie Het is weer zover: ‘de waarde van groen’ staat weer eens centraal, ook in deze editie. Groen is goed voor je, je wordt er gelukkig van, het drijft de vastgoedprijzen op en ga zo maar door. De afgelopen jaren was de groene sector als een stel dominees in de weer om de waarde van groen te promoten. En hoewel we nu gelukkig al veel groen zien in ontwerpen van gebouwen en gebieden, blijft de praktijk weerbarstig en komt er van de beloftes vaak niets terecht. Als we alleen met planten werken omdat we er zo gelukkig van worden of omdat het goed is voor lichaam en geest, is de kans groot dat dit thema links blijft liggen, omdat er in feite geen harde financiële prikkel is om er echt iets mee te doen. Zo blijft de buitenruimte en dus de kwaliteit van de leefomgeving uiteindelijk toch weer een kostenpost, met alle gevolgen van dien. Ik zou sterk willen pleiten voor een andere benadering, waarbij we als sector concrete tools en concepten ontwikkelen die zorgen voor een aantoonbare verbetering van bijvoorbeeld de gezondheid van de mens, het klimaat en de waarde van vastgoed. Zo werken veel gemeenten, ontwikkelaars, banken en pensioenfondsen met de Sustainable Development Goals van de Verenigde Naties. Dat is hun leidraad voor duurzame beslissin-
gen, waarin alle bovengenoemde thema’s aan bod komen. Als je er goed over nadenkt, zul je zien dat het bijna niet mogelijk is om een klimaatadaptieve wijk te bouwen zonder groen. Ook kun je geen weerbare steden krijgen (SDG 11) als je geen nature-based solutions integreert. Natuur dient zich overal aan als een logische bouwsteen van een leefbare stad. Wat ik bedoel te zeggen, is dat we als groene sector de dialoog moeten aangaan met de rode en grijze sector, om die te helpen met thema’s als natuurinclusief bouwen, circulariteit, klimaatadaptieve gebiedsontwikkeling en een gezonde leefomgeving. Planten en groen worden daarin automatisch meegenomen, omdat ze een essentiële en onvervangbare bijdrage leveren aan heel veel doelen. Een voorwaarde is wel dat je de ambities meetbaar en integraal maakt. Door ze meetbaar te maken, zorg je ervoor dat getoonde ambities ook geborgd worden, van visie tot en met realisatie en beheer. En door in te zetten op integraliteit maak je op voorhand inzichtelijk hoe groen kan bijdragen aan de andere opgaven die hierboven zijn beschreven. Zo verdienen groenvoorzieners een plek vooraan in de planvorming. Zij hebben de benodigde kennis en expertise om te zorgen
voor een gezonde leefomgeving met kwaliteit en een wereld waarin mens en natuur in balans zijn. Dit is ook mijn missie als groene pionier, die ik met kracht uitdraag, overal waar ik kom. Kortom, we moeten niet meer oeverloos praten over de waarde van groen, maar inzetten op de grote thema’s van deze tijd en met panklare en concrete oplossingen komen die integraal en meetbaar zijn. Lodewijk Hoekstra
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/30266/prekenvoor-eigen-parochie
www.stad-en-groen.nl
67
Philadelphus 'Belle Etoile'
Philadelphus: geurende toppers! De naam boerenjasmijn is natuurlijk afgeleid van de echte jasmijn, vooral door de heerlijke geur die de bloemen van beide planten verspreiden. Verder hebben de planten niets met elkaar gemeen. Maar om nu te zeggen dat jasmijn (Jasminum) gedistingeerder is of meer verheven dan boerenjasmijn (Philadelphus) â&#x20AC;Ś nee. De overdadige bloei met heerlijk geurende bloemen is door weinig planten te evenaren. Auteur: Ronald Houtman
68
4/2019
7 min. leestijd
SORTIMENT Philadelphus coronarius Genoeg over jasmijn; dit artikel gaat over boerenjasmijn, Philadelphus. De bekendste soort is Philadelphus coronarius. Deze struiken werden van oudsher veel in boerderijtuinen geplant. Hier komt dus de Nederlandse naam boerenjasmijn vandaan. P. Coronarius is ook de enige soort die inheems is in Europa. Alle andere soorten komen voor in Azië en Noord- en Midden-Amerika. Van nature komt P. Coronarius voor in Zuid-Europa en de Kaukasus. Het is een forse en vrij brede struik, die zo’n 3 m hoog kan worden. De oudere takken en bast zijn vrij lichtgrijs. De bloemen openen vanaf half tot eind mei. Ze staan in trossen met vijf tot negen bijeen, zijn 2,5-3 cm groot, roomwit en verspreiden een fantastische geur. Er zijn twee cultivars in cultuur. ‘Aurea’ is de geelbladige variant van de soort. Helaas is het blad ’s zomers gevoelig voor zonnebrand, en door het vrij vroege uitlopen in het voorjaar is het blad ook gevoelig voor nachtvorst. Toch hoeven dit geen nadelen te zijn. De meningen zijn verdeeld over de schoonheid van de witte bloemen tegen de achtergrond van het gele blad. De andere cultivar is ‘Variegatus’. Behalve het feit dat de groene bladeren brede crème-witte randen hebben, is ‘Variegatus’ gelijk aan ‘Aureus’, ook wat betreft gevoeligheid voor nachtvorst en bladverbranding. Beide cultivars zijn mooie accentstruiken in gemengde vakbeplantingen. Familie Philadelphus wordt ingedeeld bij de Hydrangeaceae. Tot deze familie behoren enkele zeer bekende en zeer breed toegepaste planten, waaronder Deutzia, Hydrangea, Kirengeshoma en Schizophragma. Het geslacht Carpenteria, inheems in het zuidwesten van Noord-Amerika, is het nauwst verwant aan Philadelphus. De bekendste vertegenwoordiger hiervan, C. Californica, ziet er dan ook een beetje uit als een wintergroene Philadelphus. Deze heester heeft smal ovaal blad en bloeit met grote witte bloemen met een opvallend hart van gele meeldraden. Het geslacht Philadelphus telt zo’n 70 soorten, maar slechts een klein aantal hiervan is voor onze tuinen en plantsoenen van belang. Enkele soorten (en cultivars) worden op kleine tot redelijke schaal gekweekt. De prachtige P. Delavayi is hier een van. Dit is een forse struik, die meestal tussen 2 en 4 m hoog wordt, met opvallende rode jonge twijgen. De bloemen zijn enkel, circa 3 cm groot en openen rond eind mei, begin juni. Ze zijn wit met een licht-
Philadelphus coronarius 'Variegatus'
Genoeg over jasmijn; dit artikel gaat over boerenjasmijn: Philadelphus purpergroene kelk. Bij de natuurlijke vorm (f.) melanocalyx zijn de kelkjes purperrood, wat prachtig contrasteert met de witte kroonblaadjes. Ook P. Lewisii wordt gekweekt, gewoonlijk met de cultivar ‘Waterton’ als vertegenwoordiger. Deze krachtig groeiende struik wordt ruim 2 m hoog. De jonge twijgen zijn ook bij deze plant opvallend rood. De bloemen openen in de tweede helft van juni. Ze zijn iets roodachtig in knop en openen roomwit. De enkelvoudige bloemen zijn circa 3,5 cm groot en geuren redelijk. Naast deze twee soorten zijn de vele hybriden van Philadelphus minstens zo belangrijk. Cultivargroepen Halverwege de jaren 90 van de vorige eeuw heeft het toenmalige Proefstation voor de Boomkwekerij in Boskoop een sortimentsonderzoek naar Philadelpus uitgevoerd. Tijdens dit onderzoek is ook gekeken naar een logische indeling van de vele cultivars en hybriden, wat tot gevolg had dat er een nieuwe indeling in
cultivargroepen werd voorgesteld. Deze wordt inmiddels ook gebruikt. De basis voor deze indeling stamt uit 1927, toen Alfred Rehder in zijn ‘Manual of Cultivated Trees and Shrubs’ alle toen bekende cultivars in vijf groepen onderbracht. Deze groepen waren op hun beurt weer gebaseerd op de (vermeende) kruisingsouders van de verschillende cultivars en hybriden. De Franse kweker Victor Lemoine heeft aan het eind van de 19e eeuw en het begin van de 20e eeuw gericht gekruist met Philadelphus. Hieruit kwamen veel cultivars en hybriden voort die ook nu nog in grote aantallen worden gekweekt. Twee planten, door Lemoine ontwikkeld, werden door Rehder tot ‘stamhouder’ van twee gelijknamige cultivargroepen verheven: P. ‘Lemoinei’ en P. ‘Purpureo-maculatus’. Verschillende andere auteurs (Bean, Hillier, Krüssmann) zijn op deze groepsindeling doorgegaan, en vanwege de importantie van hun publicaties werd dit steeds overgenomen door de praktijk. De belangrijkste afwijkende indeling stamt echter uit 1949, toen Herman Grootendorst een nieuwe indeling in vier groepen maakte. Hij noemde deze groepen simpelweg 1 t/m 4. Waarschijnlijk zijn het kleine Nederlandse taalgebied en het feit dat de groepen geen namen kregen de reden dat deze indeling niet breed werd opgepikt. Uit het onderzoek door het Proefstation bleek dat nagenoeg dezelfde indeling als die van Grootendorst het meest sluitend is. Marco Hoffman, die het onderzoek in 1995 afrondde, heeft deze groepen opnieuw gepubliceerd, nu
www.stad-en-groen.nl
69
Philadelphus coronarius
'Golden Glow' 'Golden Glow' is een nieuwe heester die direct opvalt door haar zuivere gele blad kleur. Deze nieuwe heester is een ideale soort voor vakbeplanting, woon- en werkomgeving rotondes en massa beplanting. Maar ook als potplant geeft hij kleur. 'Golden Glow' is gevonden door Hans Nijland in 2008 als sport in de Lonicera nitida 'MaigrĂźn'. De blaadjes zijn zo'n 1,2 cm lang, leerachtig en goudgeel van kleur. 'Golden Glow' staat het liefst op een zonnige standplaats maar in de halfschaduw kan hij ook zijn waarde nog tonen. De winterhardheid van Lonicera nitida 'Golden Glow' is voldoende voor het Nederlandse klimaat. 'Golden Glow' heeft weinig verzorging in de tuin nodig en kan indien gewenst stevig worden gesnoeid. Golden Glow is winnaar van een bronzen medaille op het Plantarium in 2013 en GrootGroenPlus 2015. Deze nieuwe heester is een ideale soort voor vakbeplanting, woon- en werkomgeving rotondes en massa beplanting. Maar ook als potplant geeft hij kleur. 'Golden Glow' is gevonden door Hans Nijland in 2008 als sport in de Lonicera nitida 'MaigrĂźn'. De blaadjes zijn zo'n 1,2 cm lang, leerachtig en goudgeel van kleur.
SORTIMENT met groepsnamen. Deze groepen worden tot op heden in de praktijk gebruikt. Purpureo-maculatus-groep Planten laag tot middelhoog (0,3-2 m). Bladeren klein tot middelgroot, aan de niet-bloeiende scheuten 2-8 cm lang. Bloemen (room)wit met een paarsrood centrum. Veel cultivars in deze groep zijn iets minder tegen strenge vorst bestand en zullen dan ook insterven tijdens strenge winters. De bekendste en tevens meest winterharde in deze groep is ‘Belle Etoile’. Het is trouwens ook één van de meest toegepaste. Het is een mooie, vrij dicht vertakte, breed opgaande struik van circa 1-1,5 m hoogte. De bloemen zijn wit met een paarsrood centrum en geuren sterk en zeer aangenaam. Ze zijn circa 6 cm groot en staan wijd open. Bloeit rond begin juli. Ook rond begin juli bloeiend, maar veel forser, tot zo’n 2 m, is ‘Beauclerk’. Deze plant bloeit met zo mogelijk nog grotere bloemen, tot ruim 6 cm groot. Ook deze bloemen zijn wit met een paarsrood centrum en geuren zeer sterk en aangenaam. Vanwege de forse groei moet deze plant regelmatig worden gesnoeid en op een enigszins beschutte plaats worden toegepast. Een derde, vrij nieuwe cultivar is ‘Yellow Cab’. De bladeren zijn diepgeel en de bloemen, die begin juni openen, zijn roomwit met een licht roodpaars centrum. In tegenstelling tot P. Coronarius ‘Aureus’ is het contrast tussen bloem en blad bij ‘Yellow Cab’ wel aantrekkelijk, voornamelijk vanwege het gekleurde centrum van de bloemen en de donkerder gele bladeren. Lemoinei-groep Planten laag tot middelhoog (0,2-2 m). Bladeren klein, aan de bloeiende en nietbloeiende scheuten vrijwel steeds korter dan 5 cm. Bloemen (room)wit. De meeste bekende en op grotere schaal gekweekte cultivars worden in de Lemoinei-groep (en de Virginalisgroep) geplaatst: ‘Dame Blanche’ en ‘Manteau d’Hermine’. Beide zijn zeer lage tot lage, fijn vertakte struikjes. ‘Manteau d’Hermine’ is met een hoogte van circa 0,2-0,6 m de laagste van deze twee. ‘Dame Blanche’ wordt zo’n 20 cm hoger. Er zijn nog enkele kleine verschillen tussen deze twee cultivars. ‘Dame Blanche’ bloeit in de tweede helft van juni met witte bloemen van circa 3 cm doorsnede die enkel tot halfgevuld zijn. Ze geuren zeer sterk. Bij ‘Manteau d’Hermine’ zijn de bloemen meer roomwit van kleur, geuren ze beduidend zwakker en zijn ze halfgevuld tot gevuld. De bloei valt gewoonlijk in de eerste helft van juni. Ook ‘Silberregen’ is
Philadelphus 'Lemoinei’ Philadelphus coronarius 'Variegatus'
met een hoogte van 0,4-0,8 m een zeer lage cultivar. De dunne takken dragen enkelvoudige, witte bloemen die in de tweede helft van juni openen. Ze zijn circa 4 cm in doorsnede en verspreiden een typische geur, die volgens sommigen aan aardbeien doet denken. Naast deze drie, toch wel fijnvertakte, cultivars, zijn er enkele iets hogere in deze groep. Natuurlijk is er de standaardcultivar voor deze groep: ‘Lemoinei’. Al in 1888 door Victor Lemoine ontwikkeld en nog steeds een gangbare cultivar. Het is een plant van 1-2 m hoogte waarvan de jonge twijgen opvallend roodachtig gekleurd zijn. De bladeren zijn wat lichter groen dan bij de meeste andere Philadelphus, die over het algemeen donkergroene bladeren hebben. De bloemen openen in de eerste helft van juni, zijn enkel, wit en sterk geurend. Ze zijn circa 3,5 cm in doorsnede. De geheel gevulde bloemen van ‘Frosty Morn’ zijn circa 4 cm groot en geuren redelijk sterk. De bloei valt in de tweede helft van juni. Net als de andere cultivars is het een rijk bloeiende, dicht vertakte struik. ‘Frosty Morn’ wordt circa 1-1,5 m hoog en is een van de meest winterharde cultivars.
Het is een middelgrote struik, tot circa 2,5 m hoogte, met een kenmerkende, vrij stijf opgaande groeiwijze. De bloemen openen in de tweede helft van juni. Ze zijn wit, gevuld tot halfgevuld en duidelijk komvormig. Ze zijn circa 4,5 cm groot en geuren sterk en aangenaam. De zeer winterharde Amerikaanse ‘Minnesota Snowflake’ lijkt wat op ‘Virginal’, maar heeft iets lichter groene bladeren en wat regelmatiger gevormde bloemen. Twee cultivars die vrij sterk op elkaar lijken, zijn ‘Albâtre’ en ‘Bouquet Blanc’. ‘Albâtre’ is een vrij compacte plant, tot circa 1,5 m hoog. De jonge scheuten zijn rood, een belangrijk verschil met ‘Bouquet Blanc’. De witte bloemen, die rond de tweede helft van juni openen, zijn halfgevuld en geuren redelijk sterk. Ze zijn circa 4 cm groot. De bloemen bij ‘Bouquet Blanc’ zijn vrijwel identiek en de plant verschilt alleen van ‘Albâtre’ door het ontbreken van de rode jonge twijgen en de forsere, tot 2 m hoge groei. De wat nieuwere ‘Polar Star’, een Amerikaanse cultivar, valt op door de enorm grote bloemen. De zuiverwitte bloemen zijn halfgevuld en tot ruim 7 cm groot. Ze geuren slechts licht. ‘Polar Star’ is een breed opgaande struik, tot ruim 2 m.
Virginalis-groep Planten middelhoog tot hoog (1-4 m). Bladeren vrij groot, aan de niet-bloeiende scheuten vrijwel steeds langer dan 5 cm. Bloemen (room) wit. Ook in deze groep vinden we een relatief groot aantal regelmatig gebruikte cultivars. Natuurlijk is er de standaardcultivar, ‘Virginal’, die zeer veel gekweekt en toegepast wordt.
Burfordensis-groep Planten middelhoog tot hoog (1-4 m). Bladeren gemiddeld van grootte, aan de niet-bloeiende scheuten meestal langer dan 5 cm. Bloemen (room)wit, gewoonlijk enkelvoudig. In deze groep vinden we relatief weinig cultivars die op redelijke schaal worden gekweekt en gebruikt. ‘Burfordensis’, de standaardcultivar in deze
www.stad-en-groen.nl
71
Meer biodiversiteit JUB HOLLAND
Met de bollen van Jub
Lees er alles over in onze nieuwe brochure. Bekijk hem op www. jubholland.nl
SORTIMENT Naast P. Coronarius ‘Variegatus’ is ook ‘Innocence’ een bontbladige cultivar. De bladeren van deze plant zijn echter niet netjes bont gerand, maar onregelmatig geel gestreept en gevlekt. Het maakt de plant geschikt om als accentplant in groenstroken en gemengde beplantingen te worden gebruikt. De bloemen openen in de tweede helft van juni, ze zijn enkel (soms halfgevuld), wit, circa 3,5 cm groot en geuren sterk en aangenaam. Standplaats en toepassingen Dat boerenjasmijn populair is, heeft de plant aan een aantal duidelijke positieve eigenschappen te danken. Allereerst natuurlijk de rijke bloei met witte, gewoonlijk sterk en aangenaam geurende bloemen. Maar daarnaast zijn het gemakkelijke planten, die goed groeien op veen-, zand- en lichte kleigronden. De planten zijn goed winterhard en gemakkelijk te vermeerderen en te kweken. Philadelphus kan het best in de volle zon worden geplant, maar ook in de halfschaduw zal hij voldoen. In de schaduw zullen de planten duidelijk minder rijk bloeien. Behoudens aantastingen door spint en soms bladluis zijn er weinig ziekten en plagen waar Philadelphus gevoelig voor is.
Philadelphus 'Dame Blanche'
Philadelphus 'Burfordensis'
Philadelphus 'Minnesota Snowflake'
groep, is een opvallend strak opgaand groeiende cultivar. Hierdoor is de plant geschikt om als haag te worden toegepast. De bloemen zijn enkel, wit, circa 5 cm groot en redelijk geurend. De bloemen openen in de tweede helft van juni.
deze namen niet klopten en de plant werd in 1994 omgedoopt tot ‘Hidden Blush’. Het is een duidelijk opgaand groeiende struik, tot 3 m hoog. De bloemen openen in juli, staan in forse losse trossen en zijn enkel, zelden halfgevuld. Ze zijn wit met een zeer lichte, vaak nauwelijks zichtbare paarsrode blos aan de basis, circa 5 cm groot en geuren sterk en aangenaam. De bloemblaadjes zijn typisch omgebogen aan de top, waardoor een soort gootje ontstaat.
In kwekerijen werd een plant verkocht als P. Monstrosus (en soms ook als P. Pubescens of P. Grandiflorus). Na onderzoek werd duidelijk dat
Tijdens de bloei is Philadelphus zeer opvallend, maar als de planten niet bloeien, zijn het onopvallende, (meestal) groenbladige struiken. Hierdoor kunnen ze prima worden gebruikt in gemengde beplantingen. Vanwege het formaat, de groeikracht en de gezondheid zijn ze geschikt voor extensieve toepassingen, met name in groenstroken en gemengde beplantingen. Daarnaast is Philadelphus een plant die van oudsher bij boerderijen en buitenplaatsen wordt geplant, en natuurlijk zijn het ook uitstekende bloemheesters voor middelgrote en grote tuinen en parken. Ook voor kleine(re) tuinen zijn er geschikte cultivars. Denk hierbij aan ‘Dame Blanche’, ‘Manteau d’Hermine’ en ‘Silberregen’. Voor vrijwel alle locaties is dus wel een boerenjasmijn geschikt, zodat overal van de mooie witte bloesem en fantastische geur kan worden genoten.
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/30249/philadelphus-geurende-toppers
www.stad-en-groen.nl
73
C34 Evolution - KRACHTIG 80V SYSTEEM - ZERO EMISSION - MULTITALENT
- ACHT DIVERSE CASSETTES LEVERBAAR - VARIABLE SNELHEID - STILSTE PROFFESIONELE MULTITALENT
we care for grass
Milati Advertentie - 190x135 C34 Evolution - New.indd 1
www.milati.nl
28-6-2019 16:32:22
We bieden uitdagende, fulltime functies in Cromvoirt, Tilburg of Breda met mooie doorgroeikansen. LEIDINGGEVEND OF PROJECTMATIG European Tree Technician / Uitvoerder Bomen
Bedrijfsbureaumedewerker infra & cultuurtechniek HR Functionaris
CHAUFFEUR, MACHINIST OF MONTEUR Traktor-chauffeur Machinist midigraver Traktor-chauffeur / Machinist maai-zuigcombinatie Machinist gazonmaaier (Beginnend) monteur
BIJ ONS WERKEN? SOLLICITEER NU
JVESCH.NL/VACATURES
STRATENMAKER OF HOVENIER Meewerkend voorman stratenmaker Vakbekwame stratenmaker Leerling stratenmaker Allround hovenier (groenvoorziener) Staat jouw functie er niet bij maar ben je geïnteresseerd in ons bedrijf? Dan willen we toch graag met je in gesprek. Wellicht vinden we samen een passende job!
ACHTERGROND
Je mag best één keer naar een andere vrouw of man kijken, maar op een gegeven moment moet je besluiten voor wie je echt kiest
Pellenc wil dichter bij de eindgebruiker staan Wij gebruiken Nederland als testmarkt voor nieuwe machines’ Pellenc is zonder al te veel overdrijving de eerste serieuze aanbieder van professionele handgereedschappen voor de professionele groene sector. Het bedrijf ontwikkelde al in 1987 een snoeischaar op accu en heeft daarnaast een handvol vergelijkbare primeurs op zijn naam staan. Afgelopen juli beëindigde het Franse concern de jarenlange samenwerking met importeur Stierman de Leeuw en gaat het in Nederland op eigen kracht verder. Topman Bruno Jargeaix werd overgevlogen om uitleg te geven aan de Nederlandse dealers en had zowaar ook een paar minuten tijd over voor Stad + Groen.
Auteur: Hein van Iersel
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/30297/pellencwil-dichter-bij-de-eindgebruiker-staan
Een import is net als een huwelijk. Je mag best één keer naar een andere vrouw of man kijken, maar op een gegeven moment moet je besluiten voor wie je echt kiest. De partners waar het in dit #Lhuwelijkdrama$L om gaat, zijn Stierman de Leeuw aan de ene kant en huwelijkskandidaten Ego en Pellenc aan de andere zijde. Directeur Jurgen Albers meldde het al eerder op de website van Stad + Groen: ‘Deze twee importen zijn niet met elkaar te combineren.’ En ook Bruno Jargeaix komt met vergelijkbare politiek correcte teksten: ‘Onze strategieën komen niet met elkaar overeen en we hebben gezamenlijk besloten te stoppen.’ Dat gezamenlijke besluit mag zo zijn, over de planning en het moment om een en ander naar buiten te brengen, was wel enige onenigheid. Stierman de Leeuw vond het prettig om in de aanloop naar GTH de handen vrij te hebben. Daarom werd de scheiding al op 1 juli bekendgemaakt en niet zoals gepland veel later in het najaar. Bruno Jargeaix daarover: ‘We hadden er stilletjes al rekening mee gehouden en waren al aan het zoeken naar een accountmanager voor de Nederlandse markt. Die hebben we vandaag ook voorgesteld aan onze dealers. Zijn naam is Ian Kranenburg. Dat is allemaal wat sneller gegaan dan gepland, maar het komt goed.’
tegie is heerlijk vaag. Het echte verhaal is natuurlijk dat beide partners zich miskend voelden. Dat heeft ook te maken met het commerciële succes van Ego, het andere accumerk van Stierman de Leeuw. Pellenc wil in de toekomst meer naar de markt kijken. Belangrijk daarbij is accountmanager Ian Kranenburg, die de dealers moet ondersteunen en helpen, ook bij de contacten met klanten en bij demo’s. Bruno Jargeaix noemt daarbij en passant een andere belangrijk aspect: winst voor de dealer. ‘Als je goedkope machines verkoopt en ze gaan stuk, dan heb jij daar als dealer weinig aan, omdat die machines te goedkoop zijn om te repareren. Die kun je beter weggooien en nieuw kopen. Bij een Pellenc is dat anders.’ Duitsland Nederland is niet het enige land waar Pellenc werkt met een eigen account. Ook in Duitsland gebeurt dat. Nederland is voor Pellenc wel een bijzondere markt. Jargeaix: ‘Wij kregen klachten uit Nederland die we uit andere landen nooit kregen. Nu begrijp ik dat. Door de manier waarop jullie met aannemers werken, worden die machines heel intensief gebruikt. In andere landen bestaat dat niet of veel minder. Daarom laten wij nieuwe machines voortaan eerst in Nederland testen.’
Dichter bij de klant Het ‘verschil van mening’ over de te volgen stra-
www.stad-en-groen.nl
75
Circulair spelen: begin met prutsen! Verslag eerste kennisdag Circulair Spelen bij de Boerinn Op 16 mei waren circa 50 ambtenaren en 35 vertegenwoordigers van bedrijven bij elkaar om te praten over circulaire speelruimte. Het was een dag die was bedoeld om elkaar te inspireren en kennis te delen over een achttal invalshoeken voor speelruimte. Duidelijk is dat het bij speelruimte eigenlijk gaat om de hele openbare ruimte, niet alleen om speelplekken en voorzieningen. Ook werden de grondgedachten en de urgentie van een circulaire economie nogmaals toegelicht.
Auteur: Willemijn van Iersel
76
4/2019
Werkgroepen De deelnemers werden opgedeeld in werkgroepen om gezamenlijk thema’s te bespreken. De thema’s waren beleid en organisatie, groen en natuur, beheer, ontwerp, grondstoffenmanagement, veiligheid, participatie en total cost of ownership. De opzet van de werksessies was om voor ieder onderwerp drie speerpunten te formuleren die een kickstart kunnen geven aan een meer circulaire werkwijze voor speelruimte. Iedere deelnemer kon twee werksessies volgen en tussentijds was er veel ruimte voor uitwisseling van ervaringen en netwerken. Uiteraard volgde aan het eind van de dag een netwerkborrel. De organisatie van deze dag lag inhoudelijk in handen van OBB; het facilitaire gedeelte werd verzorgd door Expoproof. De meeste workshopleiders verleenden hun medewerking gratis en een aantal bedrijven stelde een klein sponsorbedrag beschikbaar. De deelnemers droegen bij aan de kosten voor de consumpties en een deel van de locatiehuur.
Twee punten zijn daarbij belangrijk: 1. Begin nu. De tijd die nodig is om het te leren, is langer dan de tijd die we hebben voor de door de overheden gestelde doelen. 2. Werk samen. De oplossing ligt in het integraal oppakken van projecten, afstemming, kansen grijpen en van elkaar leren om zo voor een vliegwieleffect te zorgen.
Conclusie van deze dag Na afloop van deze dag kunnen we concluderen dat er niet één manier van circulair werken is; er zijn vele wegen die naar Rome leiden.
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/30267/circulairspelen-begin-met-prutsen
We moeten fouten durven maken, opstaan en weer doorgaan. Hiermee haken we aan bij wat Jan Jonker, hoogleraar sociaal ondernemen, zegt: ‘Beginnen met prutsen.’ Op de website van Stad en Groen kunt u de belangrijkste lessen van de Circulairspelendag vinden. (www.staden-groen.nl/article/30209/belangrijkste-lessenuit-de-eerste-kennisdag-circulair-spelen )
3 min. leestijd
ACTUEEL Visie OBB ‘In een circulaire samenleving moeten we leren loslaten: onze structuren, onze zekerheden en onze primaire financiële focus. We moeten de waarde van andere zaken meer inzien, zoals groenwaarde, speelwaarde, sociale waarde, duurzaamheidswaarde, gebruikswaarde. Daarbij moeten we leren van de natuur, onze pre-industriële historie en onze kinderen. Hebben de minder ontwikkelde landen nu een voorsprong op ons? Steeds moeten we de vraag stellen: hebben we dit wel echt nodig? En kunnen we zaken die we nodig hebben voor spelen niet meteen ook gebruiken voor klimaatadaptatie, ontmoeting, biodiversiteit, gezondheid et cetera? We beginnen bij het aanbod en waardebehoud. Dit vraagt creativiteit, innovativiteit en samenwerking. We pakken onze projecten steeds meer integraal, intersectoraal en gebiedsgericht aan. Ook opdrachtgevers durven dit steeds meer te doen. Doordat we vroeg aan tafel zitten, kunnen we samenwerken om kansen optimaal te benutten en elkaar te inspireren en durven we te staan voor nieuwe dingen. Dit geldt voor beleid en beheer, organisatie- en inkoopadvies, ontwerp en projectbegeleiding. Daarbij staat het kind centraal, want alle kinderen hebben evenveel recht op mooie speelherinneringen!’ Elske Oost Mulder Foto: Mcklin Fotografie
Lucas Visser, Projectleider spelen, groen en water bij Krinkels
Rozemarijn Weges-Pera, Ontwerper spelen bij BTL Advies
‘Het waren interessante sprekers in een gezellige en open setting op een inspirerende circulaire locatie. Het mooie van de dag was dat we met een zeer gemêleerd gezelschap van opdracht gevers, opdrachtnemers en leveranciers hetzelfde onderwerp bespraken, ideeën opdeden en visies en initiatieven deelden. We zouden dit vaker moeten doen.’
‘Ik doe de hele dag niets anders dan een zo hoogwaardig mogelijke natuurspeelruimte ontwerpen voor kinderen. Hoogwaardig betekent bij ons: met zoveel mogelijk ruimte om ongestuurd te spelen, te ontdekken, te beleven, allemaal in samenhang met de natuur.
Sylvia de Groot, Beleidsmedewerker groen en landschap bij de gemeente Dronten. ‘Ik ging vooral naar de circulaire speeldag omdat ik benieuwd was naar de betekenis hiervan voor speelruimtes. Ik was verrast dat we met zovelen uit verschillende hoeken van speelruimte dezelfde betrokkenheid voelen en graag informatie met elkaar willen delen, erg leuk. De locatie en sfeer waren zeer inspirerend en contacten werden makkelijk gelegd. Vaak leer je op dit soort dagen niet heel veel nieuwe dingen, maar helpt het je door een stuk extra bewustwording. Wat bij mij vooral is blijven hangen is enerzijds dat het beschermende karakter van de maatschappij, de risico’s en de juridisering spelbreker kunnen zijn voor goede speelruimte. En anderzijds dat we vooral creatief moet leren en blijven denken.’
Het mooie van de Circulairspelendag vond ik de sfeer van samen werking, hoewel we in feite allemaal concurrenten van elkaar zijn. We hebben immers allemaal hetzelfde doel voor ogen. Ik heb geen spectaculaire nieuwe dingen geleerd, maar wel veel kleine “kapstokjes” mee teruggenomen om in toekomstige ontwerpen circulariteit aan op te hangen. We moeten allemaal elke dag één stapje zetten in de goede richting.’
Thea Attevelt, Beheeradviseur spelen bij de gemeente Almere ‘Deze themadag was voor ons een uitgelezen kans om samen met veel andere geïnteresseerden ons hoofd te breken over de vragen: wat houdt dat nu in, circulair spelen, wat betekent het voor mijn werk en hoe geef ik dit thema handen en voeten? Allemaal vragen die de complexiteit van dit onderwerp en de noodzaak om samen te werken weer eens onderstrepen. Samen met onze partners in en buiten de stad én met onze contractanten spelen gaan wij als gemeente Almere verder met ons onderzoek en proberen we zo nu en dan iets uit. Tenslotte hebben u en ik het fietsen ook niet in één dag geleerd.’
www.stad-en-groen.nl
77
OBB bedankt de sponsoren die de Kennisdag Circulaire Speelruimte 2019 mogelijk hebben gemaakt
speelruimte specialisten
part of
in gesprek
Stad + Groen
Dit 100% CO2-neutrale papier is gemaakt van oud papier. De inkt uit het oude papier wordt gebruikt
Chris van Dijk
Kopers trekken zich terug bij Rotterdams nieuwbouwproject door aanwezigheid Japanse duizendknoop Op een bouwplaats in Rotterdam-Zuid zorgt Japanse duizendknoop voor grote problemen. RTV Rijnmond berichtte begin mei dat de bouw mogelijk stil komt te liggen. Inmiddels heeft ook het AD al diverse berichtgeving aan de problematiek gewijd. Vakblad Stad + Groen is benieuwd naar de ontwikkelingen en belt een aantal betrokkenen. Auteur: Willemijn van Iersel
Verkeerd handelen Remko Andeweg van Bureau Stadsnatuur, een Rotterdams ecologisch adviesbureau, is bekend met de problemen aan de Groene Hilledijk in Rotterdam-Zuid. Hij stond RTV Rijnmond al eerder te woord. Andeweg: ‘De plant was op dit bouwperceel al aanwezig, maar slechts kleinschalig. Door het handelen van de aannemer zijn de brandhaarden verspreid over het hele terrein tijdens het bouwrijp maken van het perceel. Wij zijn als Bureau Stadsnatuur geen directe partij, maar wel betrokken bij duizendknoopproblematiek in Rotterdam en het havengebied.’
Andeweg vervolgt: ‘Ik denk dat dit een vrij kenmerkende situatie is voor wat er nu in Nederland gebeurt. Al vanaf november waren er signalen naar de gemeente en de projectontwikkelaar dat er duizendknoop aanwezig is op het terrein. Of deze signalen zijn genegeerd of niet zijn doorgekomen, weet ik niet. Laten we uitgaan van de vriendelijke optie dat men het ergens is vergeten door te geven. Nu het nieuws de bewoners en de media heeft bereikt, begint de projectontwikkelaar initiatief te nemen om in actie te komen. Ik heb vernomen dat er al potentiële kopers van de koop van een huis aan de Groene Hilledijk hebben afgezien.’
www.stad-en-groen.nl
79
Elektricide van invasieve exoten Ramm importeert als enig Nederlands bedrijf de Britse Rootwave, een tool die onkruid bestrijdt door middel van elektrocutie. Of beter gezegd: elektricide, onkruidbestrijding door elektriciteit. Jeroen van de Ven, mede-eigenaar van het bedrijf, merkt dat er een nieuwe doelgroep is voor zijn Rootwave: ‘De vastgoedmarkt begint ons te vinden. Er is een enorme vraag naar deze methode. Projectontwikkelaars zoeken een methode waarmee ze van deze problematiek af zijn. Het grote voordeel van onze methode is dat je niet in de bodem hoeft te roeren, en dat zonder chemiegebruik.’
‘Japanse duizendknoop is niet een probleem dat rekening houdt met fysieke grenzen. Als goede buren gaan we daarom samenwerken.’
Specialist duizendknoop Aad van Leeuwen van Stadsbeheer Rotterdam stond al eerder de NOS te woord over de duizendknoopproblematiek in Rotterdam. Van Leeuwen geldt als specialist op het gebied van Japanse duizendknoop bij Stadsbeheer. Wanneer ik Van Leeuwen bel, heeft hij zojuist een overleg achter de rug met projectontwikkelaar Impact Vastgoed. Van Leeuwen: ‘In dit overleg hebben we afgesproken dat zij op hun eigen bouwterrein gaan bestrijden en dat het openbaar gebied voor onze rekening komt. Hierbinnen proberen we zoveel mogelijk samen te werken.’ Van Leeuwen merkt geheel terecht op: ‘Japanse duizendknoop is niet een probleem dat rekening houdt met fysieke grenzen. Als goede buren gaan we daarom samenwerken.’
Taakverdeling Stadsbeheer Rotterdam gaat duizendknoop bestrijden op zijn eigen Rotterdamse manier, met als uitgangspunt uitputting. Tweemaal per jaar wordt er gemaaid door aparte aannemers. Het maaisel wordt afgevoerd en vernietigd. Nieuwe haarden zullen door Stadsbeheer worden afgegraven en afgevoerd. Van Leeuwen laat weten dat de projectontwikkelaar een proef gaat doen met elektrocutie. Hiervoor is een specialist in de arm genomen. Wie Impact Vastgoed hierbij gaat adviseren, is onbekend. Volgens Van Leeuwen zullen nieuwe duizendknoophaarden op het bouwterrein verder zoveel mogelijk worden afgegraven en afgevoerd. Een kostbare klus, maar nodig om toekomstige bewoners geen achtertuin vol invasieve exoten cadeau te doen.
Remko Andeweg
Jeroen van de Ven
80
4/2019
Specialist in de arm Marco Praagman, directeur van Impact Vastgoed, erkent in het interview met RTV Rijnmond dat het probleem verholpen moet worden voor de kopers. ‘We hebben daarom besloten een adviesbureau in te schakelen. Een specialist werkt nu aan een plan van aanpak.’ Hoe Impact Vastgoed omgaat met de nieuwe bewoners die inmiddels al hun intrek hebben genomen, komen wij niet te weten. Op herhaaldelijke telefonische verzoeken krijgt dit vakblad geen reactie. Inmiddels hebben al verschillende kersverse inwoners van de nieuwbouwwijk hun ongenoegen geuit tegen het AD. De bewoners zijn niet blij met hun achtertuin vol Japanse duizendknoop; zij broeden op de vraag bij welke partij ze een aansprakelijkheidsclaim kunnen neerleggen. Ook laten de bewoners de krant weten dat ze bang zijn voor schade aan funderingen en schuttingen in de toekomst. PvdA-fractievoorzitter Co Engberts heeft inmiddels vragen gesteld aan het Rotterdamse college van burgemeester en wethouder. ‘Ik wil van B en W weten wie er voor de kosten gaat opdraaien en op welke manier we de bewoners verder op weg kunnen helpen.’ Onwetendheid bron van problemen Het probleem is ontstaan tijdens het bouwrijp maken van het terrein. Van Leeuwen wil niet spreken over fouten, maar liever over onwetendheid. Van Leeuwen: ‘Een aannemer heeft in opdracht van de projectontwikkelaar de grond bouwrijp gemaakt. Door onwetendheid wordt deze grond bewerkt en verspreidt het
Wim Heijltjes (Heijltjes Advocaten)
5 min. leestijd
ACTUEEL probleem zich steeds verder. Daarom zijn we blij met alle publiciteit en aandacht voor deze casus. Hoe meer mensen bekend raken met de problematiek, hoe beter.’ Van Leeuwen hekelt wel de toon van sommige landelijke media bij de duizendknoopberichtgeving. ‘Er wordt gesproken over een horrorplant. Dat mag wel iets genuanceerd worden. Het ís een serieus probleem, maar de wereld kent wel urgentere problemen.’
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/29958/kopers-trekken-zich-terug-bij-rotterdams-nieuwbouwproject-door-aanwezigheidjapanse-duizendknoop
Niels de Nijs
Juridisch kader Van Leeuwen van Stadsbeheer Rotterdam meldt in het artikel dat er niet zozeer een fout is gemaakt, maar dat er sprake is van onwetendheid. Hoe zit dat eigenlijk? Nederland kent geen regelgeving rondom Japanse duizendknoop; kun je dan wel fouten maken? Japanse duizendknoop komt niet voor op de Unielijst van invasieve exoten en is ook niet bestempeld als invasieve exoot op basis van de Wet natuurbescherming, artikel 3.19. Kortom: zowel het Nederlands recht als het Europese recht brandt zijn vingers niet aan de exoot. Stad + Groen belde verschillende specialisten voor een update. Eerst bellen we twee bouwrechtadvocaten. Zij vinden het lastig om hier direct iets over te zeggen. Door het ontbreken van wetgeving moet het juridisch kader per geval bekeken worden. Het hangt volledig af van de gemaakte afspraken tussen de partijen: kopers, aannemers, onderaannemers en projectontwikkelaars. Wim Heijltjes, bouwrechtadvocaat bij Heijltjes advocaten, beaamt de complexiteit van deze casus wanneer ik hem die schets. Vanaf zijn vakantieadres wil Heijltjes alleen dit kwijt: ‘Afhankelijk van de contracten die zijn gemaakt tussen onderaannemer en projectontwikkelaar, zou de onderaannemer aansprakelijk kunnen zijn als die grond heeft opgebracht waar duizendknoop in zit. Anderzijds moet je kijken naar de partij die de locatie
heeft geleverd waar het probleem zich reeds voordeed. De juridische problematiek vertoont dan sterke gelijkenis met de problemen bij in de bodem aangetroffen verontreiniging. Daar is al wél de nodige jurisprudentie over. Maar ik kan onmogelijk enige uitspraak doen zonder de concrete situatie en de contracten te kunnen bekijken.’ Een tweede bouwrechtadvocaat die wij bevragen, wil liever niet met naam en toenaam in het artikel komen, omdat hij betrokken is bij een zaak waarin hij juridisch advies verstrekt over besmette grond en Japanse duizendknoop. Wel wil hij dit zeggen: ‘Mijn vermoeden is dat de eigenaar van de grond gaat opdraaien voor de schade. Dus of de projectontwikkelaar nog of al de nieuwe huiseigenaren krijgen de rekening gepresenteerd. Het gaat er bij aankoop van het nieuwe huis om of de aanwezigheid van Japanse duizendknoop non-conformiteit oplevert. Nonconformiteit houdt in dat een aangekocht goed niet de eigenschappen heeft die je mag verwachten bij aankoop. Kortom: staat deze exoot normale bewoning in de weg? Ik vraag het mij af. Mijn voorspelling is dan ook dat het niet makkelijk wordt om in deze casus de aansprakelijkheid vast te stellen.’ Chris van Dijk, onderzoeker plant en milieu bij Wageningen University, beaamd het ontbreken van wetgeving omtrent Japanse duizendknoop. Van Dijk: ‘Ik ben geen jurist, maar er bestaat mijns inziens toch ook zoiets zoals zorgplicht. Had deze ontwikkelaar niet op de hoogte moeten zijn van de aanwezigheid van
deze invasieve exoot?’ Van Dijk oppert dan ook geen juridische oplossing, maar een praktische: ‘Het mooiste zou zijn als de partijen er gezamenlijk uitkomen en de bestrijding ook samen aanpakken. Er bestaat geen “aansprakelijkheidshaakje” waaraan je dit kunt ophangen, maar mensen houden hier wel tot in lengte van dagen last van. Samen de bestrijding aanpakken is dus zeer belangrijk.’ Niels de Nijs, ecoloog bij Sweco, geldt als aanspreekpunt bij het adviesbureau als het gaat om Japanse duizendknoop. De Nijs: ‘Volgens mij kennen sommige gemeentes wel lokaal beleid op dit gebied. Zij stellen dan zelf verplichtingen op binnen beleidsregels, waarin zij partijen verplichten om verdere verspreiding te voorkomen door bijvoorbeeld te werken met schone grond. Zo kun je als gemeente veel sneller schakelen en ben je niet afhankelijk van het vooralsnog ontbrekende wettelijk kader. Zolang je geen harde wetgeving hebt, blijft het toch een beetje aanmodderen. Want de vraag blijft natuurlijk hoe we om moeten gaan met zo’n soort die op dit moment erg invasief is. Ik denk dat het van belang is om verdere verspreiding nu vooral te stoppen en de bestaande brandhaarden in kaart te brengen. Er wordt ontzettend veel geld besteed aan het bestrijden terwijl niemand hiervoor een sluitende methode heeft. Kunnen we dit geld niet beter besteden aan onderzoek. Zo kunnen we in de toekomst met een eenduidige aanpak deze exoot gericht en grootschalig aanpakken.’
www.stad-en-groen.nl
81
Go West, daar zitten de mooie projecten en de omzet De Enk neemt collega Binder over – achtergronden en overwegingen Een van de doelstellingen van De Enk Groen en Golf is zo snel mogelijk landelijk werken. En hoewel het bedrijf een nevenvestiging heeft in Rijnsaterwoude, bleek een substantiële autonome groei lastig. Daarom werd afgelopen mei collega-bedrijf Binder Groenprojecten
We hebben het snel uitgerekend: de gemiddelde leeftijd van de vier aanwezigen bij het interview in Poortugaal is 52 jaar. Gerard van der Werf is met 54 jaar de senior, gevolgd door adjunct-directeur Rob Luyk van Binder, die ook 54 is, en Thod Binder en Frans Reulink, die respectievelijk 52 en 50 jaar oud zijn. De heren ontlopen elkaar dus niet veel qua leeftijd. Maar wel qua insteek.
overgenomen. Auteur: Hein van Iersel
82
4/2019
Frans Reulink is naast Van der Werf een van de twee eigenaren van De Enk. Hij legt uit
hoe het tot deze overname gekomen is. ‘Onze doelstelling is dat we landelijk willen werken. Daarvoor is het een must dat je een vestiging in het westen van het land hebt. Daar zitten de mooie projecten en daar zit de omzet.’ Collega-directeur Gerard van der Werf maakt het verhaal af: ‘Natuurlijk hadden we al een vestiging in Rijnsaterwoude, maar autonoom groeien vanuit een kleine nevenvestiging is zo makkelijk nog niet.’ Reulink neemt weer over: ‘De grootste uitdaging daarbij is het vinden van goede mensen. Dat is misschien nog belangrij-
4 min. leestijd
4 min. leestijd
ACTUEEL ker dan de mooie projecten.’ Reulink legt uit dat beide zaken ook direct verband houden. ‘Om goede mensen te vinden en te houden, moet je mooie projecten hebben. Natuurlijk hebben wij ook schoffelwerk en ‘onkruid op verhardingen’, maar daar ligt niet onze ambitie. Wij willen het complexere werk hebben, met burgerparticipatie, integraal beheer of veel social return. Dat levert het mooiere werk op, waarmee je goede mensen aan je kunt binden.’ Naar het westen Reulink en Van der Werf schetsen hoe het gegaan is. ‘Toen wij eenmaal de beslissing hadden genomen om naar het westen te gaan via acquisitie, hebben we een shortlist opgesteld. Welke bedrijven zouden bij ons kunnen passen?’ Volgens de beide directeuren van De Enk prijkt prominent boven aan die lijst het bedrijf van Thod Binder: Binder Groenprojecten. Thod Binder: ‘Frans Reulink belde me vorig jaar om een kop koffie te komen drinken. Ik heb het antwoord toen over de zomervakantie heen getild, maar had al eerder voor mezelf besloten dat ik rond 2020, 2021 iets met het bedrijf wilde doen. Wij hebben altijd goed gedraaid en er was geen enkele noodzaak voor mij om te verkopen. Mijn vader en opa waren eerder eigenaar van het bedrijf: in totaal meer dan 80 jaar Binder-geschiedenis. Maar ik voorzie niet dat mijn kinderen interesse hebben in het bedrijf. Dus er moest een keer iets gebeuren.’
Frans Reulink De Enk
Met ongeveer 6 miljoen omzet net iets te groot voor het servet en te klein voor het tafellaken
Gerard van der Werf
www.stad-en-groen.nl
83
• ruim 450 merken op 125.000 m2 beursterrein • groot aanbod exposities én demonstraties van machines en gereedschappen • op centrale locatie, goed bereikbaar en dichtbij parkeren
ACTUEEL
‘Ze kunnen het al bijna tachtig jaar zonder ons’ Thod Binder
Synergie Thod Binder werkt inmiddels een paar maanden onder de paraplu van De Enk en merkt nu al dat er de nodige synergiewinst te halen is uit de samenwerking. ‘Voor ons geldt dat wij met zo’n 6 miljoen omzet te groot zijn voor het servet en te klein voor het tafellaken. We hebben ongeveer 50 mensen in eigen dienst, maar we konden merken dat we bij sommige tenders al tekortschoten. De ontwikkelingen gaan snel; opdrachtgevers vragen steeds meer op het gebied van certificaten, attesten, keurmerken en plannen van aanpak. Als grote aannemer ben je dan in het voordeel.’ Rob Luyk weet die synergie in een aantal voorbeelden te verpakken. ‘Ik kan zo een aantal voorbeelden geven waar onze klanten nu al enthousiast van worden. Het concept Zorgeloos Groen bijvoorbeeld, of gerobotiseerd maaien, of het gebruik van Gis Viewer.’
Rob Luyk
Alleswetend Dat Binder Groenprojecten nu al merkt dat de samenwerking synergie oplevert, is mooi meegenomen, maar het is duidelijk niet de bedoeling dat Binder opgaat in het grotere geheel. Van der Werf: ‘Binder heeft het bijna tachtig jaar zonder ons gedaan, dus het zou raar zijn als wij nu ineens als enige de wijsheid in pacht zouden hebben. Het is juist de bedoeling dat de naam, de aanpak en de cultuur van Binder blijven bestaan. De klanten hebben daar vertrouwen in en dat geldt ook voor de medewerkers.’ Thod Binder: ‘Ik heb er natuurlijk niets over te vertellen, maar het zou inderdaad niet verstandig zijn.’
De Enk Groen en Golf is eigendom van Frans Reulink en Gerard van der Werf. Het bederijf is opgericht in 1958 en was van 1996 tot 2014 onderdeel van het Heijmans-concern. De huidige directeuren verwierven het bedrijf via een managementbuy-out. De meest recente omzetcijfers willen de beide directeuren niet geven. De laatste betrouwbare omzetcijfers uit openbare bronnen zijn uit 2016, toen de omzet ongeveer 21 miljoen bedroeg. De Enk is gespecialiseerd in het onderhoud van golfbanen, daktuinen en de hoogwaardige inrichting van de openbare ruimte via concepten als Zorgeloos Groen. Bij De Enk werken ongeveer 175 mensen in vaste dienst. Binder Groenprojecten werd meer dan tachtig jaar geleden opgericht door de grootvader van Thod Binder. Er werken ongeveer vijftig mensen en de omzet bedraagt 6 miljoen, waarvan 3 miljoen in aanleg en onderhoud en drie miljoen in realisatie. Het bedrijf is gespecialiseerd in daktuinen, integraal groen en onderhoud van industriële complexen.
Overdracht Natuurlijk is het een schok als het bedrijf waar jij al zoveel jaar werkt wordt overgenomen door een ander bedrijf, waar je misschien nog nooit van gehoord hebt. Rob Luyk: ‘Wij hebben met zijn vieren de boodschap gebracht voor het totale personeel van Binder. Na twee dagen hebben we dat nog een keer gedaan en ons toen meer gefocust op de talloze praktische vragen die het personeel heeft. Vragen als: Blijf ik mijn auto houden? en andere praktische zaken die voor mensen heel belangrijk zijn.’ Thod Binder: ‘Dat is heel goed gegaan, ook wel omdat er feitelijk weinig is veranderd. Ik blijf nog minimaal vijf jaar aan het bedrijf verbonden en ook Rob Luyk blijft in zijn rol als bedrijfsleider/ adjunct-directeur.’ Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/30253/go-west-daar-zitten-de-mooie-projecten-en-de-omzet
www.stad-en-groen.nl
85
Kwaliteit ontstaat zelden door toeval
www.smitsrinsma.nl
De ingenieurs van de buitenruimte
DE STILLE ALLESKUNNER
WeedControl Specialist in gifvrij onkruidbeheer
ENERGIEWEG 9-11 | 5145 NW | WAALWIJK WWW.WEEDCONTROL.NL | +31 (0)416 540718 190x130mm.indd 1
21-8000-1104-02 NVRD RAM 2019 mei
28-03-19 14:56
MORE THAN
QUALITY
Bij de aanleg van groenprojecten is goed plantmateriaal essentieel, evenals levering op het juiste tijdstip en de gewenste plaats. In samenspraak met de opdrachtgever levert Boomkwekerij Udenhout het totaalpakket aan groen. Just in time, voor een geslaagd project.
Bezoekadres Schoorstraat 23 - 5071 RA Udenhout
WWW.UDENHOUT-TREES.NL
Andreas Silbersack, vicepresident DOSB
FSB breekt een lans voor 'active cities' Bewegen is veel meer dan sporten alleen
88
4/2019
2 min. leestijd
ACTUEEL Wie in Nederland FSB zegt, zegt kunstgras. Maar dat de FSB veel meer facetten van sport en bewegen in de openbare ruimte omvat, bleek op een persconferentie, waarbij Fieldmanager als enig Nederlands outdoor-vakblad was uitgenodigd. Tijdens deze persconferentie, waar onder andere vertegenwoordigers van de IAKS en de Duitse Olympische sportbond aanwezig waren, werd vooral een lans gebroken voor het begrip ‘active cities’.
Auteur: Hein van Iersel
Die link tussen FSB en active cities heeft vooral te maken met de koppeling tussen FSB en IAKS. IAKS is een afkorting van International Association for Sports and Leisure Facilities. Deze internationale organisatie, die in Nederland niet zo bekend is, organiseert al heel veel jaren haar jaarcongres op de locatie van de FSB in Keulen. De centrale boodschap van de IAKS is de bekende open deur waarmee iedere Nederlandse sportbond schermt: bewegen moet. Mensen die bewegen of aan sport doen, ontwikkelen minder snel diabetes of rugproblemen. De vraag is hoe de overheid kan zorgen dat jongeren én ouderen meer gaan bewegen. De traditionele route is het promoten van de georganiseerde sport. Ook bij Nederlandse gemeenten is dat de meest bewandelde weg. Alle bonden die lid zijn van de Duitse tegenhanger van NOC*NSF, de Duitse Olympische bond, hebben in totaal 27 miljoen leden. Dat zijn natuurlijk heel veel mensen, maar er is net als in Nederland eerder een afname dan een
De vraag is hoe de overheid kan zorgen dat jongeren én ouderen meer gaan bewegen
Andreas Silbersack, vicepresident DOSB www.stad-en-groen.nl
89
Matthias Pollmann, sectorhoofd Koelnmesse
Beate Wagner Hauthal, beheerder ParkSportInsel e.V.
Jan Fischer, beheerder Sport ohne Grenzen e.V.
Bewegen is een must; sport is een middel om dat doel te bereiken
groei van dat aantal leden. Dat betekent niet dat burgers minder willen sporten en bewegen. Eigenlijk het tegenovergestelde: burgers willen graag bewegen, maar wat minder in groeps- of verenigingsverband. Wat doen we met de oudjes? Een aantal doelgroepen heeft volgens de panelleden extra aandacht nodig. Jongeren vormen doorgaans geen probleem. Die weten veelal de weg naar de georganiseerde sport wel te vinden, ook omdat sportclubs primair gericht zijn op de jeugd. In hun kielzog volgen dan vaak de
90
4/2019
jonge ouders. Anders wordt het als die kinderen wat ouder zijn. Gezinnen met oudere kinderen of kinderen die al het huis uit zijn, raken de natuurlijke connectie met de georganiseerde sport kwijt. Natuurlijk gaat deze doelgroep van jonge ouderen dan op andere manier sporten, vaak in ongeorganiseerd verband of alleen. En natuurlijk is dat alleen maar goed, maar het panel bestrijdt dat de ongeorganiseerde sport geen begeleiding nodig heeft. Bewegen is veel meer dan sport Een belangrijk aspect hierbij is dat bewegen
veel meer is dan sport. Bewegen is een must; sport is een middel om dat doel te bereiken. Ook bij bewegen in ongeorganiseerd verband zijn kwaliteit en begeleiding belangrijk.
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/ article/30272/fsb-breekt-een-lans-vooractive-cities
Boomverzorging en hovenierswerk zijn topsport, daar hoort goede werkkleding bij ‘Goede en goed uitziende werkkleding geeft het vak de glans die het verdient’ Poel Bosbouw uit Baambrugge koopt al decennialang kleding van de bovenste plank in voor zijn professionals. Bert Davelaar van Poel Bosbouw: ‘De kleding moet de werker persoonlijke bescherming bieden, maar ook een verhaal hebben en er modieus uitzien.’ Het vakblad krijgt een modeshow bij de vestiging van Poel Bosbouw in Apeldoorn. Auteur: Santi Raats
www.stad-en-groen.nl
91
‘Hoveniers belasten hun knieën zwaarder dan topsporters.’ Snickers Workwear heeft een gepatenteerde kniezak, waarin je meebuigende kniebeschermers kunt schuiven. Waar een boomverzorger gebaat is bij zaagkleding, maken groenvoorzieners en hoveniers gebruik van algemenere werkkleding die ook gebruikt wordt door schilders, bouwvakkers, land- en tuinbouwers en industrie-, garage- en onderhoudsmedewerkers. De schoenen even buiten beschouwing gelaten, kan men denken aan jassen, broeken, overalls, korte broeken, bodywarmers, kniebeschermers, fleecetruien en -jassen, sweatshirts, polo’s, T-shirts, handschoenen, mutsen en petten, gereedschapsdragers en slechtweerkleding, tot aan ondergoed en sokken toe! Lagensysteem Davelaar legt uit: ‘Kleding moet ademend zijn; er moet een wisselwerking zijn van binnen naar buiten en andersom. Kwalitatief hoogstaande werkkleding is het meest functioneel als je het draagt met een lagensysteem. De onderste laag stof, die op de huid ligt, voert transpiratievocht af. De tweede laag isoleert, bijvoorbeeld fleece. De buitenste laag stof werkt beschermend; dat is bij voorkeur een stof met een membraanfunctie, zoals gore-tex. Deze laag heeft een ademende functie, maar houdt wind en water buiten.’ Alleen beste van het beste In de winkel van Poel Bosbouw bevindt zich een hele afdeling met Snickers-werkkleding. Snickers Workwear is onderdeel van moederbedrijf Hultafors Group. Naast Pfanner (gespecialiseerd in werkkleding voor boomverzorgers en andere heavy duty-beroepen, bijvoorbeeld met kettingzaagbescherming) voert Poel Bosbouw ook het merk Snickers Workwear in zijn winkels, omdat het high-end producten zijn voor een breed werkgebied. Davelaar: ‘Snickers Workwear doet veel aan de ontwikkeling van zijn kleding. Klanten die in deze werkkleding investeren, betalen aan de voorkant meer, maar zijn door de goede kwaliteit op de lange termijn goedkoper uit.’ Snickers: high-end producten Halverwege de jaren zeventig besloot een
92
4/2019
elektricien dat werkkleding – toen nog rechttoe rechtaan katoen – er beter uit kon zien en vooral ook beter draagbaar moest zijn wat betreft bewegingsvrijheid en functionaliteit. Hij besloot zelf werkkleren te maken van stofsoorten van technisch hoge kwaliteit, die onmiddellijk aansloegen in de markt. Snickers Workwear was geboren. Jeroen Reupkes van Snickers Workwear legt uit wanneer werkkleding van hoge kwaliteit is: ‘Het is belangrijk dat er geen absorberende lagen in de kleding zitten. Snickers-kleding houdt de drager koel en droog, ventileert en is licht van gewicht. Wij maken daarvoor gebruik van technische materialen, zoals die met 37.5-technologie. Dergelijk materiaal vangt vocht en voert dit weg van het lichaam.’ Aandachtspunten voor hovenierskleding Davelaar vult aan: ‘De grootste uitdaging bij werkkleding voor het hoveniersvak is het inspringen op temperatuursveranderingen. Hoveniers en groenvoorzieners beginnen heel vroeg in de ochtend, wanneer het buiten
Werkkleding moet beschermen, makkelijk zitten en ademen simpelweg nog koud of op zijn minst fris is. Gaandeweg de dag wordt het vaak steeds warmer, in de zomer zelfs snikheet tijdens het werk.’ Kledingeisen in bestekken Kim van Essen verkoopt de werkkleding bij Poel Bosbouw in Apeldoorn. Zij snijdt de kwestie van de bestekseisen en aanbestedingspunten aan: ‘Gemeenten zijn een terugkerende groep klanten. Zij hanteren een bepaalde classificering voor werkkleding, met name voor veiligheidskleding.’ Davelaar knikt. Hij somt op welke eisen vaak in bestekken staan: ‘Vooropstaat dat
alle werkkleding veiligheid moet bieden. Signaleringskleding moet zichtbaar zijn, werkkleding moet comfortabel zitten, en de keten rond werkkleding moet cradle-to-cradle als leidmotief hebben. Hultafors Group is zeer sterk op al deze gebieden.’ Hoeveel punten kun je met cradle-to-cradle scoren bij aanbestedingen? Davelaar: ‘Het comfort van werkkleding wordt door opdrachtgevers bepaald aan de hand van draagproeven onder de medewerkers. Zo kunnen ze erachter komen waar hun mensen zich prettig bij voelen. Daar hoort een puntensysteem bij, dat verschilt per aanbestedende partij.’ Reupkes neemt het over: ‘Een cradle-to-cradleachtergrond van kleding wordt door overheden bijna standaard voorgeschreven, in meer dan tachtig procent van de gevallen. Bij grotere bedrijven staat cradle-to-cradle nog niet hoog op de lijst, maar ook daar begint duurzaamheid steeds meer te leven.’ Davelaar vult hem aan: ‘Er is een parallel met accugereedschap: vijf jaar geleden schreef nog niemand dit voor; nu staat accugereedschap in elke aanbesteding.’ Volgens Snickers is het de kunst om de hele aanloopketen cradle-to-cradle te maken. Dat is iets wat niet alle leveranciers kunnen garanderen, waardoor de herkomst van producten alsnog discutabel kan zijn. Snickers Workwear investeert in duurzaamheid en in een hoge ontwikkelingsgraad. ‘Als kleding primair wordt geproduceerd, gaat dat ten koste van de bewegingsvrijheid van de werker, de keuze van het materiaal en de dikte, dus de sterkte, dus de duurzaamheid van de stof.’ Snickers Workwear werkt onder andere met het de normen van het Better Cotton Initiative, met gerecycled polyester en is Oeko-texgecertificeerd. De normen van het Better Cotton Initiative zijn bijvoorbeeld eerlijke prijzen voor katoenboeren, goede werkomstandigheden, minimale belasting van de leefomgeving en het
6 min. leestijd
ACTUEEL milieu bij water- en verfbaden en afwezigheid van kinderarbeid. Vragen klanten naar deze certificering en de herkomst van het materiaal? Davelaar: ‘De klant die hier in de winkel binnenkomt, zal daar niet naar vragen zoals de opdrachtgevers bij aanbestedingen wel doen. Dat komt nog wel; daar ben ik van overtuigd, maar dat heeft tijd nodig. Alles op maat Achter in de catalogus van Snickers Workwear staat een zeer uitgebreide matentabel, inclusief extra been- en mouwlengte bij jassen en broeken en verschillende maten voor taille en borstomvang. Dit betekent voor hoveniers en groenvoorzieners dat ze nooit meer in een te lang, te kort, te ruim of te strak kledingstuk hoeven te werken. Davelaar: ‘Comfort luistert heel nauw. Als een kledingstuk net niet goed zit, werkt het niet mee, maar tegen je tijdens de klus. Dat is heel irritant; iedereen kent dat gevoel wel. Als een kledingstuk niet goed past, mis je comfort en werkplezier, is het eerder versleten en is het werk minder veilig.’ Er is tegenwoordig veel keuze bij honderden winkels. Ook met Snickers Workwear kan een klant alle kanten op. Zo zijn er broeken in stretch-, bi-stretch-, lichtgewicht en zware canvasuitvoering. Davelaar concludeert: ‘Met Snickers-kledij kun je alle medewerkers van je bedrijf aankleden met het “bedrijfsgezicht”. Niemand hoeft vanwege zijn lichaamsmaten een uitzondering te zijn en een ander werkpak te dragen. Zo valt er niemand buiten de boot en wordt de uniformiteit van het team – en dus de uitstraling van het bedrijf – gehandhaafd.’
Showtje met gadgets Reupkes toont een broek. Net als alle Snickerskledingstukken is deze werkbroek om te beginnen samengesteld uit verschillende stukken stof. Reupkes legt uit dat je daarmee tot in detail kunt zorgen voor optimale bewegingsvrijheid. Iedereen die kleding naait, weet dat er bij dit productieproces veel meer komt kijken dan het ‘knippen en plakken’ volgens een Burda-patroon. De Snickers-werkbroek heeft licht gebogen broekspijpen. Hij is samengesteld uit precies afgemeten stukken stof en bevat stretchstukken van de slijtvaste stof Cordura voor optimale bewegingsvrijheid. Reupkes: ‘In ontspannen toestand staan onze benen licht gebogen. Daar is de broek naar gevormd. Door de stretchstukken in het kruis, onder de knieholtes en onder de tailleband blijft de broek ook bij buigen en strekken als gegoten zitten, want de stof kan bij het bovenbeen wat langer worden. Vaak moeten hoveniers hun broek een beetje optrekken als ze op de knieën gaan zitten, omdat de broek hen anders belemmert of omdat de kniezakken wegdraaien. Er kan ook spanning in het kruis ontstaan als ze ergens overheen moeten stappen.’ Verder is de broek gemaakt van een polyesterkatoenmix in de vorm van ribstof met geruite vezels. Net als bij parachutestof zorgt die ervoor dat een beschadigde broek niet doorscheurt. De broek heeft twisted legs. ‘Spijkerbroeken worden daarop afgekeurd; de broekspijp gaat dan namelijk draaien als je beweegt. Wij keuren dit juist goed. In deze broek staat het been standaard wat naar buiten toe gedraaid. Als je gaat zitten, worden de kniestukken op de knie gefixeerd.’ Het zijpaneel van de broek is ontworpen om flinke gereedschappen te kunnen dragen, zon-
der dat de draaglast op de tailleband te groot wordt en de tailleband in het lichaam snijdt. Een speciale baan aan de zijkant van de broek geleidt zware gewichten, zoals van een accutol, langs het been naar beneden. Kniebescherming Natuurlijk zitten er op de broek beenzakken, met rits en knoop. Bij de knie zit een zogeheten harmonicaplooi. Die vouwt zich uit bij elke kniebuiging. Uniek is dat je in de gepatenteerde kniezak meebuigende kniebeschermers kunt schuiven. Je kunt de kniebeschermers zelfs goed positioneren middels de fijne afstelling in de kniezak. ‘Hardwerkende professionals belasten hun knieën zwaarder dan veel topatleten. Kniebescherming op maat is veiliger voor het lijf van de vakman, maar de kniebeschermers gaan ook langer mee. Het is het geld waard om in goede kniebeschermers te investeren. Als je meniscus kapot is, ben je als hovenier ver van huis.’ Ook de winterjas van Snickers biedt optimale bewegingsvrijheid door de samenstelling uit verschillende stukken stof en door de Cordurastretchinzetten. De jas heeft een licht gebogen mouw en een speciale mouwaanzet, en is schuin afgesneden bij de pols op basis van de ruststand van de hand, waardoor de kou nooit omhoog trekt bij het buigen of strekken van de arm. Hippe vormgeving Esse est percipi, zijn is waargenomen worden. Dit geldt ook steeds meer voor vakmensen. ‘Zowel Pfanner als Snickers Workwear is een kei in comfort, duurzaamheid en hoge kwaliteit’, zo sluit Davelaar af. ‘Maar als het er vervolgens niet uitziet, heeft de branche er nog niets aan. Gelukkig is alle Snickers-kleding supermooi om te zien.’ Snickers Workwear speelt al sinds de oprichting in op modebewuste professionals. Davelaar vindt dat een mooie ontwikkeling. ‘Met name boomverzorgers steken veel geld in hun outfit en schoenen. Daarna volgen zelfstandigen en hoveniersbedrijven. Hekkensluiter is de grote aannemerij, waar vooral uniformiteit vooropstaat. Het geeft het vak de glans die het waard is.’
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/30250/boomverzorging-en-hovenierswerk-zijn-topsport-daarhoort-goede-werkkleding-bij V.l.n.r.: Jeroen Reupkes (Snickers Workwear), Jeroen Davelaar (Poel Bosbouw Baambrugge), Kim van Essen (Poel Bosbouw Apeldoorn) www.stad-en-groen.nl
93
Thijs Schoenmakers is salesmanager recreatiegrassen bij DSV zaden Nederland.
â&#x20AC;&#x2DC;Over gras moet je nadenkenâ&#x20AC;&#x2122; Alleen het juiste mengsel leidt tot het gewenste resultaat
94
4/2019
3 min. leestijd
ADVERTORIAL Hoe leg je een groen parkeerterrein aan met voldoende draagkracht voor zwaar verkeer, een hoog infiltrerend vermogen voor water en een mooi, blijvend groen resultaat? Dat lukt met granulaatsubstraat, een goede voedingsbodem voor het gras, en gras-betonelementen die het groeipunt van het gras beschermen. Daarin wordt het juiste grasmengsel gezaaid, dat be-
Hoe zit het nu precies met grasrassen, -soorten en -mengsels? Thijs: ‘Je hebt grassoorten, zoals Engels raaigras, veldbeemdgras en roodzwenkgras. Binnen deze soorten heb je verschillende rassen. Wij zijn kweker van rassen en maken vervolgens mengsels van deze rassen. Dit kan een sportmengsel zijn of een mengsel voor in openbaar groen. Elk ras heeft bepaalde specifieke eigenschappen waarin het uitblinkt. Daarom is het verstandig te beginnen met de vraag: waarvoor is het gras bedoeld?’
‘De combinatie van gras en omgeving is zo belangrijk!’
stand is tegen de hedendaagse weersextremen en de aangegeven belasting.
Goede afstemming en samenwerking tussen de betrokken partijen is van essentieel belang. Thijs Schoenmakers is salesmanager bij DSV zaden Nederland en vertelt over grassoorten en de specifieke toepassingen ervan. Auteur: Heidi Peters
DSV zaden heeft het grasmengsel voor de inrichting van een groot groen parkeerterrein in Best geleverd. Welk grasmengsel heb je gekozen en waarom? ‘Bij het zaaien van gras gaat het om wat je boven de grond ziet, maar ook om wat er onder de grond gebeurt. Bodem, voeding, water, wortelvorming, onderhoud, alles is van belang. De opdrachtgevers, de gemeente Best en Best Zoo, wilden een nieuw parkeerterrein voor auto’s en touringcars en benaderden daarvoor Swaans Beton en BVB Landscaping. Swaans leverde prefab gras-betonelementen met een uniek facetprofiel ter bescherming van het gras. BVB Landscaping leverde het funderingssub-
EUROGRASS MaaiMinder
Voedingsgrond
straat en het legbedsubstraat. Wij werden door BVB gevraagd voor advies over en de levering van het gras. Wij adviseerden EUROGRASS MaaiMinder, dat – de naam zegt het al – boven de grond heel traag groeit. Het is een parkeerterrein geworden van 5500 m2, dat er inmiddels mooi groen bij ligt.’ Wat hadden jullie nodig om tot het juiste advies te komen? ‘We dachten al direct aan het mengsel EUROGRASS MaaiMinder. Dit is speciaal samengesteld voor plaatsen waar weinig onderhoud gevraagd wordt. EUROGRASS MaaiMinder bestaat uit Engels raaigras, veldbeemdgras en twee soorten roodzwenkgras, waarvan een met uitlopers. Het mengsel heeft typische eigenschappen, die uit eerder onderzoek naar lengtegroei van grassoorten en -rassen naar voren zijn gekomen.
UrbanSand
EUROGRASS MaaiMinder
UrbanGranulaat
Witte zand
Samenstelling: • 10% Engels raaigras, wat zorgt voor een snelle beginontwikkeling en (daardoor) minder onkruid • 20% veldbeemdgras, ras LIMOUSINE, geselecteerd aan de hand van een onderzoek op lengtegroei • 20% roodzwenkgras gewoon • 50% roodzwenkgras uitlopervormend, voor versteviging van de planten De combinatie maakt het gras minder kwetsbaar, doordat de soorten elkaar versterken. Er hoeft minder gemaaid te worden, het mengsel is goed te mengen met substraat en het gras is extensief in gebruik.
Maximale wortelgroei van EUROGRASS MaaiMinder door de verschillende substraatlagen heen. www.fieldmanager.nl
95
TM
BioTrim
Biologisch afbreekbaar maaidraad
Duurzaam landschapsonderhoud zonder concessies in kwaliteit of prijs - Snijprestatie gelijk aan normaal maaidraad - Ontbindt niet tijdens de opslag - Binnen 5 tot 10 jaar volledig afgebroken t.o.v. 600 jaar voor normaal maaidraad
Woudhuizermark 79 Apeldoorn 0575 59 99 99 info@stiermandeleeuw.nl www.stiermandeleeuw.nl
RIJD AL EEN JOHN DEERE COMPACT TRACTOR VOOR € 9.999,-
FINANCIERING VANAF
0%
De 24,5pk sterke X940 is een kleine, veelzijdige diesel compact tractor. Nu verkrijgbaar met hefinrichting achter en aftakas voor € 9.999,-. Voor meer informatie over deze tractoren of een van onze andere compact tractoren, neem contact op met een van onze dealers. * Getoonde afbeelding kan afwijken van de werkelijke uitvoering. Prijzen zijn exclusief BTW. Actie geldig tot 30 juli 2019.
ADVERTORIAL Deze rassen leveren tot wel 30 procent reductie van de lengtegroei, zonder aan zodedichtheid te verliezen. Het aanwezige roodzwenk is een soort dat uit zichzelf langzaam groeit. Na bestudering van de eigenschappen van zowel de betonelementen als de te gebruiken substraten van BVB, waren we er zeker van dat dit het juist mengsel was.â&#x20AC;&#x2122; Hoezo? Wat is voor jullie van belang? â&#x20AC;&#x2DC;Eerder had ik het al over een goede draagkrachtige voedingsbodem. De ondergrond die BVB gebruikt, is belangrijk voor de hechting van graswortels. Onder het parkeerterrein ligt een ondergrond die van onder naar boven bestaat uit wit zand, UrbanGranulaat en UrbanSand. Hierop zijn de gras-betonelementen gelegd. Deze zijn vervolgens afgevuld met een speciale voedingsgrond, die is gemengd met ons grasmengsel. Zoals je op de foto ziet groeit het gras
Swaans Beton hiervoor heeft gebruikt, SoliDrain S2, is wat betreft gras-betonelementen ideaal voor gras. Door de facetvormige openingen kan het gras meebuigen wanneer eroverheen gereden wordt en raakt het groeipunt niet beschadigd. Ook nemen de elementen minder hitte op, wat belangrijk is voor het gras. Het gras zelf helpt bij de absorptie van warmte en de verkoeling van het terrein. Zo vullen beide producten elkaar mooi aan. De combinatie van de onderbouw, de gras-betonelementen en ons grasmengsel is belangrijk. MaaiMinder heeft alle eigenschappen om in Best aan alle verwachtingen te voldoen.â&#x20AC;&#x2122;
DSV zaden Nederland is gevestigd op Landgoed Zelder, tegen de Duitse grens, en al zeventig jaar actief in Nederland. DSV veredelt, vermeerdert en vermarkt graszaden voor voeder- en recreatiedoeleinden, bodemverbeteraars en groenbemesters, sorghum, granen en koolzaad.
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/30262/over-grasmoet-je-nadenken
Belangrijke vraag: waar is het gras voor bedoeld?
boven de grond traag, maar de wortel onder de grond is binnen enkele weken tot dieper dan 50 centimeter gegroeid. Alles wat wij adviseren en leveren is getest en onderzocht, dus we weten dat dit de kracht is van EUROGRASS MaaiMinder. Op veel plaatsen worden gras-betonelementen in een puinfundering gelegd. Maar dit heeft nadelen; het gras groeit dan niet of slecht vanwege gebrek aan ruimte en voedingsstoffen. Afhankelijk van de korrelgrootte verdicht het na verloop van tijd, waardoor de infiltratiecapaciteit afneemt. Vervolgens kan het gras gedijen in de ruimten in de gras-betonelementen. De verharding die In Best ligt een parkeerterrein van 5500 m2 met substraten van BVB, gras-betonelementen van Swaans Beton en een grasmengsel van DSV zaden Nederland. www.fieldmanager.nl
97
Je kunt de (klim)boom in Boomkwekerij Ebben stimuleert buiten spelen met Up-A-Tree: een boomklimmiddag voor basisscholieren
Leg die iPad opzij, de klimboom heeft de toekomst! Acht op de tien kinderen antwoordt op de vraag ‘Hoe speel je het liefst?’ met: ‘Een hut bouwen, klimmen of een boomhut maken.’ Het enthousiasme van de kinderen tijdens het event Up-A-Tree ondersteunt dit. Onder het motto ‘minder scherm, meer in de cloud’ wordt een lokale basisschoolklas de boom in gestuurd. Tak voor tak de clouds bereiken, er is niets mooiers. Auteur: Willemijn van Iersel
Op woensdag 3 juli was het zover. De kinderen werden in een heuse oude Amerikaanse schoolbus opgehaald van het schoolplein. Verschillende achterblijvers keken jaloers naar het hele gebeuren en vroegen beteuterd aan buschauffeur Toon Ebben: ‘Hoe hadden we ons hiervoor kunnen inschrijven?’ Levensvaardigheden De naam van het event luidt: Up-A-Tree. Onder het motto ‘minder scherm, meer in de cloud’ wordt het buiten spelen gestimuleerd en de woonomgeving weer zo aangekleed dat buiten spelen weer uitdagend is. Door in bomen te klimmen, verwerven kinderen belangrijke levensvaardigheden, zoals durf en doorzettingsvermogen, maar ook gepaste voorzichtigheid. Niet alleen leren ze zichzelf en hun omgeving beter kennen, maar ook bomen, schors, stam, takken en bladeren; alles wordt spelenderwijs ontdekt. Klimles Na een klimles van Toon Ebben en een demonstratie van geschikte én ongeschikte klimbomen barst het event los. De bomen worden enthousiast aangevallen door alle ‘klimapen’. Na een tijdje oefenen in kleinere klimbomen rijdt de schoolbus verder naar de allergrootste klimbomen in de kwekerij. De grote vleugelnoot wordt door de meeste kinderen bestempeld
als de beste klimboom. Maar ook de plataan, notenboom en haagbeuk worden goedgekeurd. Ergens vanuit een boom klinkt: ‘Ik wil later boom worden!’ Jaarlijks terugkerend evenement Het Up-A-Tree-event zal een jaarlijks terugkerend evenement worden, met als ambitie een speelbomencompetitie voor basisschoolkinderen als onderdeel van de Nederlandse Klimkampioenschappen voor Boomverzorgers.
Noerah, 6,5 jaar: ‘Ik hou van klimbomen!’
98
4/2019
2 min. leestijd
ACTUEEL
'Ik wil later boom worden!' Hidde, 5 jaar: ‘Ik mocht niet helemaal naar boven klimmen van mama. Klimbomen zijn leuker dan tablets!’
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/30246/ klimmen-tot-in-de-cloud
Fedder, 4 jaar
Djayden, 7 jaar: ‘Ik ga niet helemaal naar de top, want ik weet niet of die takken mij houden.’
Elin, 7 jaar: ‘Ik klim ook graag bij de Cuijkse tuin; daar staat ook een mooie klimboom.’ www.stad-en-groen.nl
99
Arne Driessen, The Greener Good
‘Stedelijk groen groeit als mensen en organisaties elkaar inspireren’ Cursus Van Hall Larenstein vormt ambassadeurs voor leefbare ruimte in de stad Er wordt gelukkig steeds meer groen aangelegd, voor meer biodiversiteit en de inzet van ecosysteemdiensten. Dat groen komt echter niet altijd tot zijn recht, omdat partijen soms te veel opereren op hun eigen eilandje. De cursus ‘Ambassadeur leefbare stad’ van hogeschool Van Hall Larenstein en NL Greenlabel leidt cursisten op om hun omgeving te inspireren en de dialoog aan te gaan met stakeholders. Cursist Arne Driessen, eigenaar van The Greener Good: ‘Als je motivatie niet strookt met wat de ander wil, is groen niet maximaal efficiënt.’ Auteur: Santi Raats
100
4/2019
4 min. leestijd
ACTUEEL bezig zijn met biodiversiteit of klimaatadaptatie in stedelijk groen. De bedoeling van de cursus is dat de cursisten ambassadeurs worden, dat zij binnen hun organisatie collega’s inspireren op het vlak van stedelijk groen en dat de hele organisatie op zijn beurt anderen inspireert. De ambassadeurs vormen een waardevol netwerk, een community, rondom integrale groeninitiatieven. Het gaat om alle professionals die te maken hebben met openbare ruimte, zoals hoveniers, groenvoorzieners, medewerkers van gemeenten, waterschappen, ontwerp- en adviesbureaus en noem maar op.’
Nicole Rood, Van Hall Larenstein
‘We doen ons best om de steden niet te laten verstenen’
Effectief groen Op de Dag van de Openbare Ruimte 2017 lanceerden Hogeschool Van Hall Larenstein en NL Greenlabel de cursus ‘Ambassadeur leefbare stad’, die zij samen hadden ontwikkeld. Nicole Rood, accountmanager trainingen en cursussen van Van Hall Larenstein: ‘De cursus is tot stand gekomen in het kader van de Green Deal 1000 ha nieuwe stedelijke natuur. We willen een netwerk van ambassadeurs creëren om natuur in de stad te brengen; dat is goed tegen de overlast van hitte en water en geeft leefruimte voor mens en dier. Door de cursus leer je integraal te kijken naar groen en er integraal over na te denken: waarom je het aanlegt, hoe je anderen meekrijgt in je ideeën.’
cursusdagen, negen in totaal, vinden eenmaal in de twee weken plaats op woensdag. In totaal duurt de cursus een klein halfjaar. Rood: ‘Aan de hand van een eigen casus leer je integraal denken vanuit groen als middel voor verbetering van de gezondheid en vermindering van wateroverlast en hittestress. Daarbij gaat het om zaken als stadsnatuur, de stad als ecosysteem, de waarde van groen (ecosysteemdiensten) enzovoort. De zakelijke kant wordt niet vergeten; daarom werk je ook aan het onderscheiden van alle stakeholders, cocreatie, het in beeld brengen van de financiële baten en kosten en de borging van visie en beleid – kortom alles wat belangrijk is om jouw oplossingen integraal te kunnen realiseren.’
De cursus Van Hall Larenstein en NL Greenlabel verzorgen de cursus in het voorjaar en in het najaar. De eerste cursus begon in februari 2018. Dit jaar start er weer een cursus, op 11 september. De
Doelgroep De groepen variëren van tien tot vijftien cursisten, allen professionals. De doelgroep is iedereen uit het werkveld. Rood: ‘Vaak zie je dat er drie of vier mensen binnen een organisatie
Het doel van 1000 hectare is symbolisch. Volgens Rood kun je niet genoeg ambassadeurs voor stedelijk groen hebben: ‘Dit proces eindigt nooit, want klimaatverandering en biodiversiteit blijven belangrijke punten. Steden moeten leefbaar blijven en we moeten hard ons best doen om ze niet te laten verstenen.’ Ervaringen Rood pakt de evaluaties van de cursisten van de afgelopen cursus erbij. ‘Gemiddeld evalueert men ons met een 8,1. In de cursus is veel aandacht voor persoonlijke ontwikkeling; dat wordt erg belangrijk gevonden. Verder zijn het uitvoeren van een businesscase uit de eigen praktijk en de presentatie daarvan aan de groep belangrijke pluspunten. Bovendien krijgen de deelnemers voorafgaand aan de cursus een intakegesprek van een uur, om hun doelstellingen en verwachtingen met ons door te nemen. Zij weten wat ze kunnen verwachten voordat ze aan de cursus beginnen. Ook geven ze aan dat het cursusaanbod breed is en worden de gastdocenten uit de praktijk erg gewaardeerd.’ Arne Driessen is ondernemer met zijn bedrijf The Greener Good en adviseert op groengebied. Tevens is hij producent van een aantal circulaire en duurzame oplossingen, zoals verticale groene wanden voor binnen- en buitenruimten. Driessen heeft de cursus aan Van Hall Larenstein vorig jaar afgerond. ‘Er waren twaalf andere cursisten, afkomstig uit diverse hoeken: ondernemers, adviseurs, medewerkers van gemeenten en grotere ingenieursbureaus. In mijn werk komen altijd verschillende disciplines samen, zoals planologie en ecosysteemdiensten. De cursus is zo breed dat ik op mijn werk elke dag iets kan toepassen van wat ik heb geleerd.’
www.stad-en-groen.nl
101
onkruid 1-2-3 weg!
HETE LUCHT INFRAROOD STOOM veilig systeem
De WeedSteam is de snelle en efficiënte oplossing voor effectief
milieuvriendelijk
en duurzaam onkruidbeheer. De 1-2-3 combinatie van zeer hete
duurzaam resultaat lage exploitatiekosten
lucht, infrarode straling en stoom pakt ongewenste vegetatie grondig aan. Na enkele dagen is het behandelde onkruid
minimaal onderhoud
verdord! Bel nu Jean Heybroek en overtuig u van de
maximale prestaties
unieke kwaliteiten van de WeedSteam!
onkruid duurzaam en 3x efficiënter bestrijden met de WeedSteam®
www.jeanheybroek.com
kijk op voor een overzicht van ons leveringsprogramma Jean Heybroek BV, tel. 030 - 639 46 11
ACTUEEL Over het curriculum vertelt Driessen: ‘De cursus laat je nadenken over de overtuigingen achter de acties die je onderneemt. Als je niet overtuigd bent van wat je doet, niet goed weet wat je doet, als je overtuigingen niet aansluiten bij die van de mensen voor wie je werkt of met wie je samenwerkt, dan is dat groen helemaal niet effectief. Omdat groen baten oplevert die niet altijd in harde euro’s uit te drukken zijn, bevat de cursus een gedegen aanbod van groenonderzoeken. Hiermee kun je als professional harde cijfers van groenoplossingen laten zien aan partijen met wie je samenwerkt. De klimaatadaptieve, biodiversiteits- en economische waarde van stedelijk groen komen uitgebreid aan bod.’
‘We moeten elkaar inspireren en “aansteken”’
Ook het sociale aspect wordt volgens Driessen ruimschoots belicht: ‘Ik werk met diverse partijen samen. Die telkens wisselende krachtenvelden leveren soms een gezond spanningsveld op. Het is de uitdaging om erachter te komen hoe je rekening kunt houden met andere belangen zonder jouw eigen visie en doel uit het oog te verliezen. Tijdens de cursus leer je dit, door tips van gastdocenten en door te oefenen met medecursisten, maar ook door een pasklaar arsenaal aan voordelen van stedelijk groen op te bouwen. Elke gesprekspartner op het gebied van groenprojecten is anders en heeft andere wensen en behoeften. Je kunt jouw idee bij een ander door de strot duwen, maar dat werkt averechts. Als je weet wat de ander wil, kun je je eigen ideeën daarop afstemmen. Een voorbeeld: als bij een organi-
Driessen: ‘Tijdens de cursus ‘Ambassadeur leefbare stad’ leer je hoe je effectief andere stakeholders kunt bereiken’
satie een beperkt budget een rol speelt en de projectkosten bij een bepaalde afdeling liggen, kun je wellicht aantonen dat de baten van het groenproject ten goede komen aan meerdere afdelingen. Als men de kosten evenredig zou kunnen verdelen, is de kans groter dat het project doorgaat. Ook zet ik me nu bewust in om afzonderlijke individuen in een organisatie te inspireren, in de hoop dat zij op hun beurt weer collega’s inspireren. Stedelijk groen groeit als mensen en organisaties elkaar inspireren. Zo
doet de cursus Ambassadeur leefbare stad talloze vaardigheden aan de hand die mij met The Greener Good zeer goed van pas komen.
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/30269/stedelijkgroen-groeit-als-mensen-en-organisatieselkaar-inspireren
www.stad-en-groen.nl
103
Corné Leenders
Corné Leenders: ‘Exclusiviteit heeft de toekomst’ Kwekerij Udenhout maakt ommezwaai Boomkwekerij Udenhout wil toekomstbestendig zijn en is daarom volop aan het veranderen. Adviseur en verkoper Corné Leenders vertelt wat dit inhoudt: ‘We willen als kennispartner op tijd aan tafel zitten bij projecten en bomen met een meerwaarde kunnen leveren.’ Auteur: Santi Raats
104
4/2019
Veranderingen op de kwekerij Boomkwekerij Udenhout zat traditioneel in de gemeentehandel en leverde vooral grote aantallen in de gangbare maten 16-18, 18-20 en 20-25. Om toekomstbestendig te worden, ging het bedrijf de markt bestuderen. Leenders vertelt: ‘De laatste jaren zien we dat gemeentes steeds meer clusteren en verantwoordelijkheid bij de aannemerij neerleggen. Maar er is natuurlijk meer markt, buiten de wijkprojecten: de binnenstedelijke markt, allerlei projecten die industrieel aangepakt worden, natuurprojecten en grotere private tuinen. Hierop zijn we ons sortiment aan het afstemmen. Ook pakken we de productie anders aan. We willen breder kunnen leveren naast de klanten die we al bedienen.’
Kennispartner Eerder aan tafel zitten is het doel. Leenders: ‘We willen een kennispartner zijn voor de markt. In die rol kunnen we ons sortiment aan de voorkant laten zien aan ingenieursbureaus, architectenbureaus of aan gemeentelijke ambtenaren die voorbereidingen doen. Hen willen we inspireren en helpen bij de keuzes die zij in het traject gaan maken. Daarnaast willen we energie steken in het creëren van meerwaarde voor onze producten en deze meerwaarde aan de eindgebruiker tonen. Die meerwaarde bestaat onder meer uit exclusiviteit. Bij projecten wordt vaak gevraagd om volwassen bomen “met karakter”. Vroeger was de plantafstand kleiner en werden vaak bomen van dezelfde soort geplant. Nu is het de trend om in plaats
5 min. leestijd
ACTUEEL van drie bomen één boom aan te planten, maar die moet dan wel iets extra’s bieden. Men geeft deze boom vervolgens alle groeiomstandigheden mee om hem gezond groot te laten worden.’
Udenhout heeft bomen geleverd voor het presidentieel paleis in Kazachstan
Om de nieuwe doelgroep te bereiken en zichtbaar te worden op de projectenmarkt, kiest boomkwekerij Udenhout met zorg de beurzen uit waarop het bedrijf gaat staan. Ook wordt het klantenbestand gesegmenteerd, waarbij extra focus uitgaat naar klanten die interessant zijn voor de toekomst. ‘De tijd en energie die we overhouden, stoppen we in aandacht voor de eindmarkt. De afgelopen jaren hebben we bijvoorbeeld veel tijd besteed aan het goed in de markt zetten van de Nederlandse selectie Quercus cerris ‘Marvellous’, de half-groenblijvende moseik.’ Trend: karakterbomen Er zijn al wat stappen gezet om aansluiting te zoeken bij ingenieurs, architecten en projectvoorbereiders. Maar de eerste fase van de omschakeling bestaat uit het zorgen voor een goed aanbod van bomen met karakter. Tijdens een rit door de kwekerij zie je dat daarvoor het nodige is omgeturnd. Deze verandering werd onder meer noodzakelijk vanwege de keuze die eigenaar Kees van Iersel enkele jaren geleden maakte om boomkwekerij T. van den Oever over te nemen. Daarnaast besloot Van Iersel om juist in de crisisjaren te investeren en extra aan te planten. Hierdoor kwam het bedrijf uitstekend de crisis uit en heeft het een zeer goed seizoen achter de rug. Leenders wijst om zich heen in de kwekerij, die er blakend bijligt in de voorjaarszon. ‘We houden er rekening mee dat we bepaalde bomen niet zullen verkopen en een paar jaar moeten laten doorgroeien. We gebruiken ruimere plantafstanden, verplanten zwaardere bomen vaker, telen meer solitairen, kiezen voor snelgroeiers een ander plantverband en hanteren andere snoeimethodes. We kunnen de eerste nieuwe producten al leveren. Over twee jaar hebben we ons totale aanbod van karakterbomen gereed.’ Trots somt Leenders op: ‘We hebben prachtige grote exemplaren meerstammige Gymnocladus dioica (doodsbeenderenboom) en zware exemplaren Amelanchier (krentenboom), die je geen van beide veel ziet in de markt. We hebben al een mooi assortiment zwaardere bomen zoals
beuken en we zijn begonnen met het maken van klimbomen, stuk voor stuk eyecatchers om bij bijzondere projecten in te zetten.’ Export Ook voor het buitenland verandert boomkwekerij Udenhout van werkwijze. Daardoor groeit de omzet niet per se hard, maar de marges zijn wel groter. ‘Bij de export naar buitenlandse kernlanden koos boomkwekerij Udenhout tot nu toe vooral voor de handelsmarkt; we zochten afzet via handelaren. Op dit moment hebben we, vooral in Oost-Europa, steeds meer projecten waarbij de architect of landschapsontwikkelaar een product komt uitzoeken. De klantenkring groeit, ook via mond-totmondreclame. Zo hebben we in Kazachstan bomen geleverd voor het presidentieel paleis!’ In de binnenlandse markt is het aandeel van boomkwekerij Udenhout ook gegroeid. Sinds de komst van Martien Mantje is de omzet van het bedrijf met 20 procent gestegen. Daarnaast is het team uitgebreid met twee vertegenwoordigers. Sortimentvernieuwing Boomkwekerij Udenhout staat bekend om zijn brede assortiment van goede kwaliteit. Het bedrijf biedt veel bijzondere soorten, mede dankzij pionier Tinus van der Bruggen. Hij had een neus voor mooie soorten vanuit de hele wereld. Helaas overleed hij vorig jaar. Onder meer met de aanstelling van Jeroen Vugts als hoofd inkoop blijft boomkwekerij Udenhout werken aan zijn goede reputatie op het gebied van sortiment. ‘We blijven zoeken naar sortimentvernieuwing, zodat we onze klanten het nieuwste van het nieuwste en het beste van het beste kunnen blijven geven’, aldus Leenders. (Nog) geen containerteelt Sommige boomkwekerijen namen er de afgelopen jaren containerteelt bij, om langer te kunnen doorleveren. Voor boomkwekerij Udenhout is dit voorlopig geen optie. ‘Dit is een groot productiebedrijf met een handelspoot. We zouden met onze werkspreiding in de problemen komen als we er containerteelt bij zouden nemen’, legt Leenders uit. ‘Een flinke containerhoek moet algauw door drie tot vier medewerkers worden onderhouden, die in die periode ook moeten helpen met verladen. Boomkwekerij Udenhout kiest ervoor om daar nu niet in te investeren, want we willen met het bestaande team het aanbod van bomen met karakter naar een hoog niveau tillen. Bovendien
Dubbele plataan www.stad-en-groen.nl
105
RECREATOP het beste graszaad voor parken & plantsoenen Robuust gras dat tegen een stootje kan Geeft zowel zomer als winter een mooie kleur Bevat traaggroeiende grassen
GRASZADEN VOOR PROFESSIONEEL GEBRUIK
Verkrijgbaar bij:
ACTUEEL lag de kwekerij er de afgelopen jaren perfect bij. Dat willen we de komende jaren stabiliseren.’ Innovatie Boomkwekerij Udenhout heeft grasbanen tussen de bomen, in verband met de nieuwe beheermethode On the way to PlanetProof/ Groenkeur (het voormalige Milieukeur). ‘Daarvoor hebben onze jongens een maaimachine ontwikkeld die de mulch tussen de bomen in blaast. Dat betekent dat we die stukken niet meer onkruidvrij hoeven te maken. We kijken ook hoe we kunnen innoveren op het gebied van snoeien, zoals met koppen zetten. We hebben intern een studieclub opgezet en kijken soms rond bij collega-kwekers, zoals laatst bij Van den Berk. Zij zijn ook bij ons wezen kijken.’ Sinds Martien Mantje ruim vier jaar geleden als directeur bij het bedrijf kwam, is bijna de gehele bedrijfsvoering gedigitaliseerd. ‘We werken met scanners. Hierdoor is het makkelijker om materiaal te traceren in de keten. Het kost extra handelingen, maar de foutmarges worden kleiner. We hebben het faalpercentage van 5 naar 3 teruggebracht. We willen ook het percentage leverbare bomen verhogen. Er ontstaat soms schade aan de stam of de koppen zijn slecht. We willen in de toekomst naar een percentage leverbare bomen van 98 in plaats van 95. De ruimte die ontstaat door deze verbeteringen, willen we steken in nieuwe machines, ruimere plantafstanden, minder bomen per hectare, software en in onze mensen.’ Rondleiding Leenders gaat verder met de rondleiding door de kwekerij. Je kunt de rijen langs een liniaal leggen, zo strak zijn ze. Enkele rijen Liquidambar styraciflua ‘Worplesdon’ van 20-25 en 25-30 zijn duidelijk ruimer gekweekt. Ze krijgen extra snoeibeurten. Essen staan er ook nog. Leenders knikt: ‘Als kweker ga je daarmee door, want je weet nooit. Een kweker leeft niet
Bomen moeten tegenwoordig iets extra’s bieden
Leenders bij een aantal beukenrijen
bij de waan van de dag, maar kijkt altijd verder de toekomst in.’ Even verderop wordt er gesnoeid. ‘We halen de kop eruit, om volle, goed opkroonbare en evenwichtige bomen te kweken’, verklaart Leenders. We rijden langs hoogstamfruitbomen, beuken van vijftien tot twintig jaar oud, tweestammige platanen (zoals er ook in Strijp S in Eindhoven staan) en enkele grote struiken aan de snelweg. Die laatste vormen een prima visitekaartje, want er mogen geen reclameborden in de kwekerij worden gezet. Ook passeren we Parrotia persica in een prachtige vaasvorm. Dit alles is nog eens wat anders dan het reguliere. ‘Ik ben blij dat de maatschappij de waarde van groen
nu meer inziet dan voorheen. Er is bereidheid om te investeren in een groene buitenruimte en groene gebouwen. Groen is goed voor de gezondheid, het milieu en de economie. Het is prachtig om daar als boomkwekerij een rol in te spelen.’
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/30252/vertegenwoordigeradviseur-corn?-leenders-exclusiviteitheeft-de-toekomst
www.stad-en-groen.nl
107
Nederlandse primeurs op gezellig drukke GTH DemoDoeDag Maaien
108
4/2019
ACTUEEL Er waren geen duizenden mensen, maar gezellig druk was het wel op de GTH DemoDoeDag Maaien die op 2 juli plaatsvond op Fort Vechten in Bunnik. Het doel van dit laagdrempelige event is reuring creÍren rondom de beurs Groentechniek Holland, die later dit najaar zal worden gehouden. Alle soorten maaiers waren vertegenwoordigd, waardoor de DemoDoeDag met recht de grootste openluchtshowroom op het gebied van maaien genoemd mag worden. Auteur: Linde Kruese
Wim van Breda kwam naar de DemoDoeDag met een aantal primeurs voor de Nederlandse markt: de Kersten Hycus, de Reform R Metron P48 RC en de Herder CR10. De Hycus is een gloednieuwe, compacte, radiografisch bestuurbare talud- en ruwterreinmaaier van Kersten. De maaier wordt aangedreven door twee elektromotoren (3 kW /48 V), generatoren van Briggs & Stratton (23 PS / 17,3 kW) en een tweecilindermotor (stage V / 48V). De Hycus is inzetbaar op hellingen tot 50 graden. De afstandsbediening heeft een reikwijdte van 600 meter. De Reform Metron P48 RC is de eerste op afstand bestuurbare werktuigdrager met hybride aandrijving. Het voertuig heeft een Kobotabenzinemotor met 8 pk en vier elektrische wielmotoren en een accupack. De Metron P48 RC heeft een fronthef met PTO en optioneel een montageplaat aan de achterzijde. De Herder
Reform R Metron P48 RC www.stad-en-groen.nl
109
UW PARTNER VOOR AL UW KANT EN KLARE GROEN OPLOSSINGEN ®
UW VERTROUWDE PARTNER IN ELK JAARGETIJDE
A Broekweg 3, 3956 NE Leersum E info@mobilane.nl T +31 (0) 343 42 08 65
I www.mobilane.nl
LIMPAr.NL Maak het uzelf gemakkelijk,
Wiper zorgt voor uw gazon.
W I P E R M A A I R O B O T. N L H.O. Knopert v.o.f. Zompstraat 13 8102 HX Raalte
0572-353964 www.knopert.nl info@knopert.nl
2 min. leestijd
ACTUEEL Herder CR10
De CR10 wordt standaard aan gedreven door een 55 pk water gekoelde driecilin der-dieselmotor CR10-werktuigdrager is radiografisch bestuurbaar. De CR10 kan aan de voorzijde uitgerust worden met verschillende werktuigen, zoals een klepelmaaier of stobbenfrees. De machine is geschikt voor werkzaamheden op moeilijk bereikbare plaatsen en steile hellingen tot 55 graden. De CR10 wordt standaard aangedreven door een 55 pk watergekoelde driecilinderdieselmotor. Optioneel kan er gekozen worden voor een 74 pk sterke viercilinder. Bob-cat-maaiers Importeur R-Kempen heeft sinds een halfjaar het importeurschap van Bob-cat-grasmaaiers
in handen. Robert Kempen en zijn zoon Joost mochten dus niet ontbreken op 2 juli. Met drie maaiers stonden ze op het veld. De Bob-Cat XRZ Pro 52 inch is de nieuwste professionele maaier van R. Kempen en Zoon. De maaier is gericht op duurzame prestaties voor de budgetgerichte professional. De maaier is robuust, duurzaam en heeft een consistente maaikwaliteit. De Bob-Cat Predator Pro RS 61 inch zit- en zeroturn-maaier heeft pas vernieuwingen ondergaan waarbij het rijcomfort, het design en de onderhoudstoegang zijn verbeterd. Met een 57 liter groot brandstofsysteem zijn er minder tankbeurten nodig en kan er dus langer gemaaid worden. De consumentgerichte zeroturn-maaier Bob-Cat CRZ 48 inch is voorzien van een Tufdeckmaaidek met een double wave- geleidingssysteem. De maaier heeft 20 inch aandrijfbanden.
Robert Kempen (links) en zijn zoon op Bob-cat-maaiers Kersten Hycus
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/30276/nederlandse-primeurs-op-gezellig-drukke-gthdemodoedag-maaien
www.stad-en-groen.nl
111
Ramm wint Gouden Klavertje Vier
Geef je nu op voor het Gouden Klavertje Vier! Wie wordt een geluksvogel op GroenTechniek Holland?
Waar Guus Geluk op iedere straathoek een klavertjevier plukt, vist zijn neef Donald Duck altijd achter het spreekwoordelijke net. Je vindt nooit wat je zoekt, maar zonder inschrijving voor het Gouden Klavertje Vier zal deze innovatieprijs zeker nooit op je schoorsteenmantel prijken! De uitreiking van deze prijs is en blijft een van de hoogtepunten van de tweejaarlijkse vakbeurs Groentechniek Holland. Auteur: Willemijn van Iersel
112
4/2019
ACTUEEL De vondst van een klavertjevier is zo zeldzaam, dat je wel geluk móet hebben als je er eentje tegenkomt. Zelf kon ik als kind urenlang in het gras speuren om er iedere keer achter te komen dat ik, naast een gezonde dosis onhandigheid, meer overeenkomsten had met Donald: een klavertjevier heb ik nooit gevonden. Ramm, Vredo en Verhart Groen vonden het geluk wel. Ze waren overtuigd van hun innovatie, het was iets waar de markt op zat te wachten én de onafhankelijke jury van het Gouden Klavertje Vier zag het ook. Willem Bierema, eventmanager van GroenTechniek Holland, noemt de verkiezing een mooie kans voor bedrijven. ‘Deze verkiezing gaat traditiegetrouw gepaard met extra veel media-aandacht. De bladen schrijven er graag en veel over en je bereikt dus een groot publiek.’ Opgeven Opgeven voor het Gouden Klavertje Vier kan via de site van GroenTechniek Holland. De enige voorwaarde is dat de noviteit nog niet eerder op een Nederlandse beurs is vertoond. Het kan gaan om een compleet nieuw product, maar ook om een doorontwikkeling van een bestaand product, machine of dienst. Scan de QR-code onderaan dit artikel of surf naar https://www.groentechniekholland.nl/gouden-klavertje-vier/. Geef je snel op en vind het geluk!
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/30271/geef-jenu-op-voor-het-gouden-klavertje-vier Willem Bierema www.stad-en-groen.nl
113
HOOFDREDACTIONEEL
We willen dat er meer geld naar de sector stroomt, zodat we meer en beter groen kunnen aanleggen
Waarheid Groen heeft waarde. Dat is een waarheid als een koe. Iedereen in de groene sector weet dat en iedereen van buiten de groene sector weet dat ook. Toch verwachten wij als groene sector veel van een instrument als i-Tree. Met behulp van deze softwaremodule zijn we in staat om aan iedere boom, iedere struik en iedere vaste plant een prijskaartje te hangen met daarop de waarde van die plant voor de maatschappij en de openbare ruimte. Het heeft lang geduurd voordat deze tool beschikbaar was voor de Nederlandse markt. Ik kan me herinneren dat al in 2008 begerig werd gekeken naar de Amerikaanse markt, waar dit rekenmodel vandaan komt. Toch blijf ik sceptisch. Ik ben een enorme voorstander van i-Tree, maar het is natuurlijk niets anders dan een tooltje om waarde te bepalen. Daarna begint het echte circus pas. Kun je die waarde dan omzetten in meer geld
De realiteit is ook dat in de jaren daarvoor alle vet zorgvuldig van alle botten is gesneden
haal was dat er in de politiek enorm wordt gegoocheld met beschikbare budgetten. Iedereen staat erbij en kijkt ernaar, maar toch worden budgetten die beschikbaar worden gesteld in veel gevallen helemaal niet ingezet. Of beter gezegd: budgetten worden met veel publicitair geweld wel aangekondigd of beschikbaar gesteld, maar blijken een paar jaar na dato nog gewoon op een Haagse bankrekening te staan. Dat gevaar dreigt natuurlijk ook op lokaal niveau. Toegegeven, er is inmiddels weer wat meer geld beschikbaar om groen in de openbare ruimte te onderhouden. Maar de realiteit is ook dat in heel veel jaren daarvoor alle vet zorgvuldig van alle botten is gesneden. Ik zie helaas niet in hoe i-Tree dat verschijnsel kan keren en ik sluit me wat dat betreft aan bij een column elders in dit blad: i-Tree is nog teveel een speeltje van marktpartijen die voor interessante consultancybudgetten Nederland klaarmaken voor i-Tree. NB: Wilt u het interview met Arno Visser, president van de Algemene Rekenkamer, nalezen? Google dan â&#x20AC;&#x2DC;Het wordt pas sexy als het misgaatâ&#x20AC;&#x2122;. Met vriendelijk groet, Hein van Iersel (hein@nwst.nl) Hoofdredacteur
voor de sector? Samengevat is de achtergrond van i-Tree dus puur commercieel. Daar is niets op tegen, maar het is een gegeven dat we met zijn allen meer budget willen om in te zetten voor de groene zaak. We willen dat er meer geld naar de sector stroomt, zodat we meer en beter groen kunnen aanleggen. Ik las pas geleden een interview met de president van de Algemene Rekenkamer. Een zeer geleerde meneer, die het Haagse huishoudboekje mag controleren. De strekking van dit ver-
114
4/2019
Be social Scan of ga naar: www.stad-en-groen.nl/article/30280/waarheid
De partners van
Stad + Groen
connecting green and infrastructure
AHA de Man uw golfbaan op zijn best
TRIPLE A LIGHTING
NL Gebieds label
Welkom in de wereld van stihl connected!
â&#x20AC;&#x201D;
DIGITAAL BEHEER VAN MACHINES EN WERKOPDRACHTEN De Smart Connector op de machine registreert de bedrijfsuren en verzendt die naar de STIHL Cloud via uw smartphone of tablet. Ook de geolocatie kan worden overgedragen. Het STIHL connect pro portaal geeft een gedetailleerd online overzicht van de status van uw machines en werkopdrachten. Zo kan u werkprocessen optimaliseren, onderhoud inplannen, en uitvaltijden minimaliseren. Kortom, een must voor elke tuinprofessional.
TEST STIHL CONNECTED BIJ UW STIHL DEALER, OF KIJK VOOR MEER INFO OP CONNECT.STIHL.COM.