Warmlopen voor Paulus

Page 1

NO

02

OL EN HOOPV REND E INSPIR

r oo d d g aa d e Uitg Gods wijsheid

THEMA: WARMLOPEN VOOR PAULUS

‘Het is belangrijk om mensen van het Boek te blijven’

Pieter Kleingeld

’Het is toch mooi om de kerken te dienen?’ GKv-synodevoorzitter Melle Oosterhuis

> Jaargang 6 > 18 januari 2020


  VOOR JE VERDER GAAT

I k wens...

Tijdens de kinderclub in de wekelijkse internationale kerkdienst werken we aan een slinger met wensen voor 2020. ‘Ik wens dat niemand meer ziek wordt!’ ‘Ik wens wonderen!’ Twee zusjes (vijf en drie jaar oud) zitten stilletjes aan het einde van de tafel. Ik loop naar hen toe. ‘Kijk juf’, zegt de oudste. Ze doopt de onderdelen van haar slinger in een beker ranja en kijkt me strak aan. ‘Wat doe je?’, vraag ik. ‘Ik maak een slinger voor papa. Papa is weg. Weggegaan met een auto.’ Wat zich op dat moment in haar ogen afspeelt, is met geen pen te beschrijven. Boosheid, angst, onbegrip en wantrouwen tegenover iedere volwassene in haar buurt. Haar jongere zusje is ondertussen bij me op schoot geklommen en klampt zich stevig aan me vast. Als ik thuiskom, rent onze tweejarige vrolijk op me af. Verliefd en een beetje in de war kijk ik naar hem. Heer, wat wens ik dat u in 2020 een Vader bent, voor alle kinderen. GERANNE TAMMINGA IS REDACTEUR VAN ONDERWEG

2

OnderWeg #02 > Jaargang 6 > 18 januari 2020


  INTRODUCTIE THEMA

Moeilijk

W

ij mensen hebben er niet zoveel moeite mee om iemand anders te typeren. Als het om onszelf gaat, is het lastiger. Maar anderen typeren lukt. Trump? Onberekenbaar. Poetin? Raadselachtig. Erdogan? Glad. Ook voor Bijbelse personen bedenken we wel iets. Petrus? Stevig. Johannes? Zachtaardig. En Paulus? Ongemakkelijk. Toch? Natuurlijk, Paulus is met veel tekst aanwezig in het Nieuwe Testament. Zoiets vertekent, dus loop je sneller tegen zo’n typering aan. Natuurlijk zijn er prachtige teksten van Paulus. Twee van mijn geliefde Bijbelteksten zijn van hem: in Efeze over het door de Geest groeien in liefde en in Filippenzen, over de gezindheid van Christus. Toch past bij Paulus ook het begrip ongemakkelijk. Petrus realiseert zich dat; hij schrijft dat in Paulus’ brieven ‘een en ander staat dat moeilijk te begrijpen is’. Niet zonder reden telt het boekje Ongemakkelijke teksten van Paulus 75 hoofdstukjes die alle gaan over echt niet gemakkelijk te begrijpen teksten van Paulus.

 Boeiend, tot op het bot  En dan deze OnderWeg. Met de covertekst Warmlopen voor Paulus. Hoezo? Misschien speelt dit. Je kent de uitdrukking: elk voordeel heeft z’n nadeel. Ook het omgekeerde is waar: elk nadeel heeft een voordeel. Ik denk dat het nadeel van ongemakkelijkheid als voordeel heeft dat moeilijke teksten blijven boeien. Ik heb dat met de Zuid-Afrikaanse schrijver Coetzee. Hij schreef drie boeken met in de titel de naam Jezus. Toch gaat geen boek echt over Hem, ook al denk je voortdurend dat een directe verwijzing aanstaande is. Gebeurt niet. Ongemakkelijk? Zeker. Boeiend? Tot op het bot. Iets vergelijkbaars treft Paulus. Tot op de dag van vandaag boeit hij. Daar geeft deze OnderWeg een inkijkje in. In wat de Bijbel via Paulus zegt. In perspectieven die theologen op hem ontwikkelden. Wie daar oppervlakkig naar kijkt, denkt dat elke visie Paulus in een te klein hokje zet: de Bijbel zegt meer, toch?! Maar als je langer kijkt en Paulus wilt ‘proeven’, ontdek je hoezeer Paulus in telkens andere woorden de kern van de Bijbel raakt. Of zou het die kern zijn die ik ongemakkelijk vind? Namelijk dat God bevrijdt. Dat Christus rechtvaardigt. En dat alleen genade genoeg is.

LEENDERT DE JONG IS HOOFDREDACTEUR VAN ONDERWEG

3


 COLOFON Redactie Bram Beute, Debbie den Boer, Jaap Cramer, Esther de Hek (hoofdredacteur), Peter Hommes, Leendert de Jong (hoofdredacteur), Pieter Kleingeld, Jordi Kooiman (webredacteur), Jacomine Oosterhoff (eindredacteur), Annelies Smouter (eindredacteur), Karel Smouter, Geranne Tamminga, Tineke Verhoeff (beeldredacteur thema), Rob van Houwelingen, Hans Schaeffer, Peter Strating, Hans Vel Tromp. Redactieadres Silversteyn 10, 3621 PA Breukelen, redactie@onderwegonline.nl. Lezersservice Voor abonnementen, adreswijzigingen, opzeggingen en bezorgklachten: SPAbonneeservice, A. van Leeuwenhoekweg 34, 2408 AN Alphen aan den Rijn, 088-1102060,

OnderWeg in braille, grootletter en audio OnderWeg is beschikbaar in passende leesvormen bij de Christelijke Bibliotheek voor Blinden en Slechtzienden (CBB). Neem voor meer informatie contact op met de CBB: 0341-565499. Abonnementen Jaarabonnement Papier Plus: € 58,00 (studenten € 29,00 / Europa € 96,50 / buiten Europa € 128). Halfjaarabonnement Papier Plus: € 31.

administratie@onderwegonline.nl.

06 VREUGDE OVER PAULUS HET LIJKT SOMS OF PAULUS ONS ALLEEN IETS TE VERTELLEN HEEFT OVER VROUWEN OF SEKS. MAAR DAT ZIJN SLECHTS DE VOETNOTEN VAN ZIJN VERHAAL, VINDT PIETER KLEINGELD. “IK GUN IEDEREEN DEZELFDE VREUGDE ALS IK HEB BIJ HET LEZEN VAN DE BRIEVEN VAN PAULUS.”

Digitaal abonnement: € 40 (studenten € 20). (Digitaal) Proefabonnement: drie maanden gratis. Neem voor het afsluiten van een abonnement contact op met de lezersservice (zie hierboven) of vul uw aanvraag in op www.onderwegonline.nl/abonneren. IBAN: NL89INGB0000404945 t.n.v. Gereformeerde Persvereniging OnderWeg. Bestuur Persvereniging OnderWeg Marga van Gent-Petter, Arie Liebeek, Aad Lootens, Anko Oussoren, Hillie van de Streek en Tjirk van der Ziel. Adverteren Nico Postuma, 06-139 959 05, adverteren@onderwegonline.nl.

22 EYEOPENER GEWOON IS NIET GENOEG

Het goede doen voor je geloofsgenoten, dat is niet zo moeilijk. Maar het goede doen voor alle mensen, zonder uitzondering, dat is een heel ander verhaal. Toch vraagt Jezus dit van ons. En de Maltezers doen het ons voor. Op een buitengewone manier.

Zie voor de formaten, tarieven en verschijningsdata www.onderwegonline.nl/adverteren. Vormgeving Bredewold Communicatievormgevers. Rondweg 76, 8091 XK Wezep, 038-376 33 90, onderweg@bredewold.nl, www.bredewold.nl. Technische realisatie en druk Zalsman B.V., Steinfurtstraat 1, 8028 PP Zwolle, Postbus 1025, 8001 BA Zwolle, 038-467 00 70. www.onderwegonline.nl www.facebook.com/onderwegonline  www.twitter.com/onderwegonline www.instagram.com/magazine_onderweg

4

OnderWeg #02 > Jaargang 6 > 18 januari 2020

26 ONTMOETING ‘HET IS TOCH MOOI OM DE KERKEN TE DIENEN!?’ Emeritus predikant dr. Melle Oosterhuis werd in november 2019 voorzitter van de GKv-synode. Eerder zat hij de synode van Meppel voor die de kerkelijke ambten voor vrouwen openstelde. ‘Wat die synode uitsprak, wil niet zeggen dat de Bijbel met twee monden spreekt, wél dat wij de Bijbel op dit punt verschillend verstaan.’


 INHOUD

Uitgedaagd door Gods wijsheid 14 THEOLOOG MARTINUS C. DE BOER IS VOORVECHTER VAN DE APOCALYPTISCHE VISIE OP PAULUS, EEN VOORAANSTAANDE THEOLOGISCHE STROMING. ‘BIJ DE APOCALYPTISCHE AANPAK LIGT DE FOCUS NIET OP MIJN ERVARING, MAAR OP GOD.’ EEN INTERVIEW MET DEZE EMERITUS PROFESSOR MET EEN AANSTEKELIJKE LACH EN EEN TWINKELING IN ZIJN OGEN.

10 HÉT GESCHENK PAULUSKENNER JOHN M. G. BARCLAY SCHREEF EEN BOEIEND BOEK OVER ’GENADE’ BIJ PAULUS. DOCENT AAN DE TU KAMPEN, MYRIAM KLINKER-DE KLERCK IS ERVAN ONDER DE INDRUK. ’JEZUS CHRISTUS, ZIJN OFFER EN HET EEUWIGE LEVEN, DIT ALLES IS HÉT GESCHENK.’

30 OPINIE VROEGCHRISTELIJKE PROFETIE EN HERMENEUTIEK Heel soms gebeurt het. Iemand spreekt over jou een woord van de Heer uit. En jij moet zelf maar beoordelen of dit een profetie uit de hemel voor je zou kunnen zijn. Vreemd, vindt Rob van Houwelingen. Een gave van de Geest kan per definitie niet verkeerd uitpakken. Wat wordt dan bedoeld met ‘het onderscheiden van geesten’ in 1 Korintiërs 12:10 en 14:29?

Stockbeelden: phBodrova/Shutterstock (pagina 2/3; G-Stock Studio/ Shutterstock (pagina 6/7); Anggie/Lightstock (pagina 11/12); Rawpixel.com/shutterstock (pagina 18); andreygonchar/Istock (pagina 19); eugenesergeev /istock (pagina 22); Ari/Lightstock (pagina 30/31). Cover: Pearl/Lightstock Pagina 16: rijksmuseum | anoniem

5


Vreugde over Paulus Wij maken Paulus soms alleen relevant als het gaat over vrouwen of seks. Maar dat zijn slechts de voetnoten in zijn verhaal. Soms denk ik bij die discussies: lees eens een boek, zoals Paul among the People van Sarah Ruden (een vrouw). Van mijn hoofdredacteuren moet ik echter wat meer inlevingsvermogen tonen. Dus dat probeer ik met mijn eerste alinea om daarna iets van mijn vreugde met jullie te delen.

TEKST PIETER KLEINGELD 6

OnderWeg #02 > Jaargang 6 > 18 januari 2020


 BESCHOUWING

P

aulus begint hoofdstuk 16 van Romeinen als volgt: ‘Ik beveel onze zuster Febe bij u aan, die in dienst staat van de gemeente in Kenchreeën’. Dit maakt het waarschijnlijk dat Febe de brief van Paulus heeft meegenomen naar Rome. Dat betekent ook dat zij alle huisgemeentes in Rome bezocht heeft en daar zijn brief heeft voorgelezen. Misschien in delen, misschien in een keer. Waren er vragen over de brief, Febe moest die beantwoorden. Dus voor vertrek naar Rome zal Febe met Paulus gesproken hebben over zijn brief en hem om een toelichting hebben gevraagd. Misschien heeft zij zelfs suggesties voor verbetering voorgesteld, voordat Tertius de definitieve versie van de brief opschreef. Daarmee wordt Febe, bekeerlinge en diaken, de eerste uitlegger van zijn brief. Het gezicht van Paulus in Rome was een vrouw: Febe. Haar boodschap is onuitgesproken en juist daardoor niet mis te verstaan: dat Febe vrouw is, behoeft geen speciale introductie. Daar hoeft Paulus geen woorden aan vuil te maken. Vrouwen hebben geen uitzonderingspositie. Ze krijgen geen waarschuwingsteken. Nee, vrouwen doen vanzelfsprekend mee in Gods koninkrijk: Paulus hoeft er niets over te zeggen.

 Het gezicht van Paulus in Rome was een vrouw, Febe  Flow

Ik vond het bovenstaande bij Scott McKnight die aanspoort om heel Romeinen te lezen vanuit het perspectief van de situatie en samenstelling van de huisgemeentes in Rome. Zijn stelling is bijvoorbeeld dat de eerste vier hoofdstukken van Romeinen vooral gericht zijn op de Joodse gelovigen in Rome. Gelovigen die voor ons pas nadrukkelijk in hoofdstuk 14 en 16 in beeld komen, maar die Paulus natuurlijk al vanaf het begin in gedachten had. Het maakt de flow van zijn brief logischer en de brief zelf levendiger, aansprekender. Overigens: heb ik met de vorige alinea de positie van de vrouw of de man in de kerk van nu op een rijtje? Nee, natuurlijk niet. Maar ik heb vreugde gevonden in het lezen van Paulus. Ik gun iedereen dezelfde vreugde en interesse als ik heb bij het lezen van Paulus en zijn recente uitleggers. Ik wil meer van hem lezen en dat is wat recente uitleggers van Paulus met mij doen. Ja, Paulus schrijft niet simpel. Wellicht, gelukkig maar? Ons leven is immers ook niet simpel.

 7


 BESCHOUWING

Axe-reclame

Nog een voorbeeld: ik heb een tijdlang geworsteld met de ‘apocalyptische visie op Paulus.’ Wat wordt daar nu mee bedoeld? Intussen kan ik nu iets ervan uitleggen met een voorbeeld dat ik zelf ook begrijp. Ik kan dit met een zin: de fout van Axe is dat de meeste mannen niet doorhebben dat ze stinken. Voor wie het niet meteen pakt, geef ik een beetje context. De Axereclames van vroeger gingen als volgt: ‘jongen wil graag meisje versieren, maar zweet en stinkt. Ellende. Jongen probeert uit alle macht te voorkomen dat ‘ie zweet. Lukt niet. Hard werken helpt niet. Hij kan zichzelf niet redden. Jongen krijgt hulp van een vriend: Axe. Verlossing dus en die verlossing is een cadeau, is genade. Dan de dankbaarheid: niet een, maar honderden vrouwen rennen op de jongen af. Conclusie: Axe vertelt een evangelie van ellende, verlossing en dankbaarheid.

 We hebben Jezus nodig als Redder en om te ontdekken dat we een Redder nodig hebben  Wat gebeurt hier eigenlijk? Axe vergeet als eerste dat deze trits onvoldoende is. Het begint namelijk bij wie je bent. De diepste identiteit van een jongen is niet dat hij graag koste wat kost meisjes wil en mag versieren. Onlangs ontdekte ik een nieuwe fout. Heb je weleens in een volle bus of trein gezeten? Als je het eenmaal hebt geroken, kun je het niet niet meer ruiken: de meeste mannen hebben helemaal niet door wanneer ze stinken. Ze zullen helemaal niet proberen niet te zweten of niet te stinken. Dit is de fout van Axe: de meeste mannen weten pas achteraf dat ze stinken. Dat is wat we in jargon de ‘apocalyptische visie op Paulus’ noemen: we hebben Jezus nodig zowel als Redder als ook om te ontdekken dat we een Redder nodig hebben. Paulus dacht dat hij goed ging, totdat Jezus Christus zich in zijn leven openbaarde (Galaten 1:16, inclusief het woord openbaren dat terugkomt in de uitdrukking ‘apocalyptische visie op Paulus’).

Opgeslokt

‘Apocalyptici’ zullen naast het woord Redder ook Zonde, Dood en Duivel in Romeinen 5-8 benadrukken met een Hoofdletter. Jezus Christus heeft aan het kruis de machten van Zonde, Dood en Duivel verslagen. Ik denk dat dit goed nieuws is voor mensen die

8

OnderWeg #02 > Jaargang 6 > 18 januari 2020

hebben ontdekt dat het individualisme niet waar is. Goed nieuws voor een maatschappij die voelt dat er onderliggende krachten bestaan die uit zijn op verval en chaos. Wanneer ik denk aan plastic, klimaat, moderne slavernij en aan de kledingwereld, voel ik persoonlijke verantwoordelijkheid (schuld), maar weet ik me ook opgeslokt in systemen waaraan ik zelf niet kan ontsnappen. Systemen die ons in gijzeling nemen en waar we ons tegelijkertijd vrijwillig aan overleveren; waar we diensten aan verlenen als waren we lijders aan het stockholmsyndroom (het psychologisch verschijnsel dat de gegijzelde sympathie voor de gijzelnemer krijgt). Ja, en dan geldt: aan het kruis worden wij vrijgesproken van persoonlijke schuld (juridisch) maar worden we ook bevrijd (over dat laatste gaat Romeinen veel meer). Over die ‘apocalyptische’ uitleggers valt natuurlijk nog meer te zeggen, maar laat ik met twee voorbeelden nog even onderstrepen dat dit geen exclusief clubje is dat zich wentelt in jargon. Het meest sprankelende en toegankelijke (en tegelijk beknopte) boek over Paulus dat ik de laatste jaren heb gelezen is van de ‘apocalypticus’ Douglas Campbell, Paul – An Apostle’s Journey. Fleming Rutledge (ja, alweer een vrouw) schreef het beste en belangrijkste (en wel weer dikke) boek over de kruisiging van Jezus. Ook zij hoort bij deze school.

Werken versus vertrouwen

Paulus en zijn recente uitleggers dagen me dus uit in het groot, maar ook in het klein. Paulus gebruikt af en toe de uitdrukking pistis christou. Pistis christou kun je vertalen als het geloof in Christus, maar ook als het geloof (vertrouwen) van Christus. Kies je voor de tweede vertaalmogelijkheid, dan klinkt Galaten 2:16 als volgt: ‘(wij Joden) weten dat niemand als rechtvaardige wordt aangenomen door de wet na te leven, maar door het vertrouwen van Jezus Christus.’ Hiermee wordt duidelijk dat de tegenstelling niet is: onze werken versus ons geloof. Dat laatste kan immers de vraag oproepen hoeveel geloof we nodig hebben om gered te kunnen worden. Dan verandert geloof zomaar in een werk. Nee, de tegenstelling is: onze werken versus het vertrouwen van Christus in God. Zijn vertrouwen dat het kruis de weg was en dat God Hem zou rechtvaardigen door Hem op te wekken uit de dood. Met een ander voorbeeld: zoals de Israëlieten gered werden door het vertrouwen dat David had om door Gods kracht Goliat te kunnen verslaan, zo worden ook wij gered. Met dat ik de laatste zinnen opschrijf, hoop ik dat de lezer benieuwd is waar deze uitdrukking pistis christou of pistis iesou nog meer voorkomt bij Paulus en wat er gebeurt als je deze vertaling gebruikt. Als dat zo is, heb


ik mijn doel bereikt. Over de uitdrukking ‘werken van de wet’ en over ‘de rechtvaardige’ heel kort het volgende: wie weet is ‘de rechtvaardige die uit geloof leeft’ (Galaten3:11 en Romeinen 1:17) wel allereerst Christus en vervolgens pas wij in Hem.

Kosher eten

Dan nog iets over de wet. Soms wordt de Joodse religie voorgesteld als mislukte wetsreligie: alleen wie alle geboden houdt, zal behouden worden (en dus wordt niemand dat). Daartegenover wordt dan de genade gesteld. Maar de Bijbelwetenschapper E.P. Sanders heeft laten zien dat deze voorstelling van zaken meer vertelt over Luthers nazaten dan over Paulus en zijn leefwereld: ook Joden ten tijde van Paulus geloofden dat Gods keuze voor Israël en zijn verbond waren ingegeven door genade (Deuteronomium 7). Door de wet te houden, lieten ze juist zien dat ze op Gods genade vertrouwden. Wanneer je zo leest, zie je dat Paulus in Galaten niet over tijdloze waarheden discussieert, maar insteekt op de situatie van daar en dan. Wat onderscheidde het volk van de Messias van de andere volken: de besnijdenis en kosher eten (werken der wet) of geloof en de Geest? Zo zijn we stilletjes aangekomen bij nog een visie op Paulus, het Nieuwe Perspectief op Paulus (NPP). Ben je gewend de Bijbel heilshistorisch te lezen, dan voel je je al snel thuis bij een NPP-schrijver als Tom Wright. Vooral hij laat zien dat het Oude Testament een verhaal vertelt dat wacht op een ontknoping.

 Het is belangrijk om mensen van het Boek te blijven  Geheim

Ik denk dat het belangrijk is om mensen van het Boek te blijven, om te ontdekken hoe ons leven in het verlengde ligt van en opgenomen is in dat verhaal en in het Evangelie. Misschien dat opmerkingen over Paulus en vrouwen of Paulus en seksualiteit me daarom irriteren. Ja, het zijn belangrijke opmerkingen, maar te vaak proberen ze stukjes van Paulus te integreren in ons leven, terwijl Paulus bezig is om ons leven te integreren in Christus. Dat is het geheim dat apocalyptici, NPP’ers en ook klassieke uitleggers van Paulus ons willen laten ontdekken.

Tips om verder te luisteren en te lezen • Als je wat meer wilt weten over de apocalyptische visie op Paulus: Luister naar Douglas Campbell op de Podcast On Script of Give and Take. Of lees zijn Paul – An Apostle’s Journey: leuker, beknopter en breder dan de biografie die Tom Wright over Paulus heeft geschreven. En natuurlijk de inaugurele rede van prof. Martinus C. de Boer: https://research.vu.nl/ en/publications/de-apocalypticus-paulusinaugurele-rede. Ik moest ook denken aan Beverly Gaventa’s (een vrouw ) When in Romans. Dit boekje helpt je om Romeinen te lezen. • Het zogenaamde Nieuwe Perspectief op Paulus: In het Nederlandse taalgebied wordt dit goed vertegenwoordigd door de boeken van Tom Wright. De podcasts van Scott McKnight over zijn boek Reading Romans Backwards zijn overigens ook de moeite waard. • Ongenoemd in dit artikel, maar natuurlijk mogen twee Nederlandstalige standaardwerken niet ontbreken: Ridderbos en Van Bruggen schreven beiden boeken met dezelfde niet mis te verstane titel: Paulus. De eerste steekt theologisch, de tweede meer historisch in. • Voor wie blijft hangen bij kritische reacties op Paulus: Ongemakkelijke teksten van Paulus onder redactie van Rob van Houwelingen en Reinier Sonneveld. • Op verzoek ook een afbeveling voor de Paulusbiografie van Fik Meijer: Dit citaat op internet lijkt me afdoende: “Je krijgt het idee dat hij net zo goed over de omzwervingen van Stefanus de Sidonese stofzuigerverkoper had kunnen schrijven.”

PIETER KLEINGELD IS PREDIKANT VAN DE NGK OEGSTGEEST EN REDACTEUR VAN ONDERWEG

9


 ESSAY

Hét geschenk In 2015 verscheen een baanbrekend boek over ‘genade’ bij Paulus: Paul and the Gift. Het werd geschreven door Pauluskenner John M.G. Barclay. Hij is werkzaam aan de universiteit van Durham (UK) en opvolger van James Dunn. James Dunn is een belangrijke voorstander van het Nieuwe Perspectief op Paulus.

B

arclay probeert in Paul and the Gift de kloof tussen oudere Paulusinterpretaties (bijvoorbeeld Luther) en recentere Paulusinterpretaties (met name het Nieuwe Perspectief) te overbruggen. Hij legt de diepere theologische laag van Paulus’ visie op genade open. Zijn onderzoeksresultaten dragen daarnaast bij aan het ontwikkelen van manieren van kerk-zijn in onze hedendaagse pluralistische samenleving, in de lijn van wat ook Paulus bedoelde.

Cement TEKST MYRIAM KLINKER-DE KLERCK

Barclay geeft aan hoe het woord ‘genade’ in Paulus’ wereld behoorde tot het dagelijkse taalgebruik. ‘Genade’ (Grieks: charis; Latijn: gratia) behoorde samen met allerlei andere woorden (‘geschenk’, ‘gunst’, ‘beloning’ enz.) tot het taalveld van ‘geven en ontvangen’. In de Grieks-Romeinse samenleving vormde het uitwisselen van gaven een belangrijke bouwsteen, of eerder nog het cement, van de sociale samenhang. Er kon immers geen gave bestaan zonder een of andere vorm van ‘teruggave’, bijvoorbeeld als politieke steun. Heel anders dan wij gewoon zijn, hoorde juist wederkerigheid bij ‘geven’: teruggeven was een onuitgesproken verplichting. Wij kennen wel het geven met een bijbedoeling. Steekpenningen zijn daar een extreem voorbeeld

10

OnderWeg #02 > Jaargang 6 > 18 januari 2020

van. Maar dan gaat het niet om een echte, pure gave. Het uitwisselen van gaven in de GrieksRomeinse samenleving stond garant voor het opbouwen en onderhouden van duurzame relaties tussen mensen onderling, maar ook tussen goden en mensen.

Divers Ook Joden uit die tijd gebruikten het woord ‘genade’ binnen datzelfde sociale taalveld van geven en ontvangen en eveneens voor de relatie tussen God en zijn volk. Zo belooft God Abraham veel te geven, land en nageslacht, mits Abraham van zijn kant totaal op God vertrouwt, zijn familie verlaat en op weg gaat (wederkerigheid). Barclay onderzoekt hoe geschriften uit het jodendom van Paulus’ tijd Gods genade ter sprake brachten. Dat blijkt heel divers. Hij laat zien dat bij verschillende auteurs verschillende facetten van genade sterk worden doorontwikkeld; deze kunnen zelfs tegengesteld aan elkaar zijn. Voor Paulus’ tijdgenoot Philo is het essentieel dat Gods genadegaven op een passende manier naar mensen gaan die deze ‘waardig’ zijn. Bepaalde lofliederen uit Qumran benadrukken juist dat God niet op basis van een vooraf bepaald waardencriterium zijn gaven uitdeelt, maar aan mensen die het niet ‘verdienen’.


Drie kenmerken Te midden van dit soort visieverschillen, klinkt ook Paulus’ eigen stem. Hij heeft het concept ‘genade’ niet uitgevonden, sterker nog: zijn definitie van genade was niet eens de enige. Wat onderscheidt hem dan precies van diverse andere joodse stemmen uit zijn omgeving? In Paul and the Gift ontleedt Barclay Paulus’ theologie van genade op basis van de Galaten- en de Romeinenbrief. Een drietal kenmerken treedt naar voren.

 Barclay laat zien dat in

Paulus’ wereld het woord genade behoorde tot het dagelijkse taalgebruik 

Jezus Christus

Geen waardencriteria

Allereerst lokaliseerde Paulus het brandpunt van Gods gaven niet in een soort algemene goedheid van God richting mensen, maar in het leven, sterven en opstaan van Jezus Christus. Jezus Christus, zijn offer en het eeuwige leven dat hierin voor mensen opengaat, dit alles is hét geschenk.

Ten tweede staat het voor Paulus als een paal boven water dat dit ultieme geschenk uitgedeeld wordt los van vooraf bepaalde criteria van waarde. Hij weet het uit eigen ervaring: ‘Want ik ben de minste van de apostelen, ik ben de naam apostel niet waard, omdat ik Gods gemeente heb vervolgd. Alleen dankzij zijn genade

11




 ESSAY

Maand van de Bijbel Het kon niet uitblijven. Na de Maand van het Spannende Boek, is er nu ook de Maand van de Bijbel. Van 24 januari t/m 14 februari staat de Bijbel op allerlei manieren centraal. De maand begint met een feestelijk evenement in de Abdij van Egmond. KRO-NCRV zendt themaprogramma’s uit en Jacobine Geel publiceert een persoonlijk essay. Doel is dat mensen de Bijbel vaker pakken en gaan nadenken over de betekenis ervan voor hun eigen leven.

Kloof

Meer informatie vind je op maandvandebijbel.nl.

Puur

De Maand van de Bijbel een initiatief van Byblos, KRO-NCRV en Royal Jongbloed.

ben ik wat ik ben…’ (1 Korintiërs 15:9-10a). God koos hem toch! Ook de taak waarvoor God hem inschakelde, laat zien dat Gods genade uitgaat naar wie het niet ‘verdienen’. Paulus moet Christus immers verkondigen aan heidenen die afgoden dienen. Ook zij zijn, ondanks dat, in Gods genade geroepen. Echter, zelfs de meest wetsgetrouwe jood staat schuldig voor God, aldus Paulus. Joden kunnen zich, ten opzichte van heidenen, niet beroepen op hun etnischreligieuze identiteit. Werkelijk niemand staat voorgesorteerd om dit bijzondere geschenk te ontvangen.

Teruggave Ten derde is er geen gave zonder ‘teruggave’. Paulus ziet Gods genade niet los van de wederkerigheid die er in zijn tijd bij hoorde. Gods genade wordt zonder ‘voor-waarden’ geschonken, maar is daarmee nog niet ‘onvoorwaardelijk’. Voor Paulus is het logisch dat het ontvangen van genade meteen gepaste actie vereist. Wie hét geschenk, ondanks zichzelf, ontvangt, moet ook meteen vooraf bepaalde sociaal-culturele en religieuze normen van waarde loslaten. Dit besef vormt ook de achtergrond van Galaten 3:28: ‘Er zijn geen Joden of Grieken meer, slaven of vrijen, mannen of vrouwen – u bent allen één in Christus Jezus.’ Het daadwerkelijk beleven van deze eenheid en God eer bewijzen, is de verwachte teruggave. Juist omdat Gods genade alle bestaande maatschappelijke normen aan de kant zet, vormt ze de basis voor nieuwe gemeenschappen die dit ‘goede bericht’ voorleven. Paulus moedigt zijn gemeenten aan om verschillen in cultuur te overbruggen en elkaar welkom te heten op dezelfde voorwaarden. Zo mag ieder zich welkom weten in Christus. De oriëntatie op Jezus

12

Christus vormt voortaan de spil van het waardensysteem. Voor Paulus’ tijd was dit aan de kant zetten van de gebruikelijke sociale onderscheiden best revolutionair.

OnderWeg #02 > Jaargang 6 > 18 januari 2020

Barclay probeert met het openleggen van Paulus’ visie op genade de kloof tussen oudere en recentere Paulusinterpretaties te overbruggen. Paulus zelf werkte en schreef in een missionaire setting. Hij probeerde zoveel mogelijk mensen – Joden en heidenen – voor Christus te winnen en liet zien dat Gods genade in Christus geen voorafgaand waardencriterium nodig heeft. Heel concreet was zo het Jood-zijn (het houden van de joodse wet) niet meer essentieel om rechtvaardig te worden.

Door de kerstening van Europa enkele eeuwen later viel die missionaire setting langzamerhand weg. Op een gegeven moment was de samenleving doordrongen van christelijke waarden. Barclay laat zien hoe in het verlengde daarvan de interpretatie van ‘genade zonder voorafgaand waardencriterium’ een verschuiving kende. Paulus’ kritische focus op het Jood-zijn (of andere sociaal-religieuze onderscheiden) als waardencriterium voor rechtvaardiging, verloor zijn functie. Langzamerhand werden Paulus’ uitspraken tegen het houden van de joodse wet geïnterpreteerd als een kritiek op de ‘werken’ en de eigen verdienste die hierin zou meekomen (Luther). Nog weer latere interpretaties legden Gods rechtvaardigende genade steeds meer uit als een ‘pure’ gave, totaal los van enige menselijke inbreng of teruggave. Die puurheid associëren

 Paulus heeft het concept ‘genade’ niet uitgevonden  wij tot op de dag van vandaag met de idee van ‘geven’. Barclay noemt dit heel typisch voor de westerse moderne context. In deze verschuiving van Paulusinterpretatie vond ook een soort individualisering plaats. ‘Waar vind ik een genadige God?’ was dan ook de vraag die Luther bezighield. Gods rechtvaardiging werd vooral op dat zondige ‘ik’ betrokken, alle sociaal-religieuze factoren (‘joden en heidenen samen in één Godsvolk) waren helemaal uit beeld geraakt.

Nieuwe Perspectief Het Nieuwe Perspectief ‘breekt’ op het punt van de sociaalreligieuze factoren met de voorgaande Paulusinterpretaties. Theologen als Sanders, Dunn en Wright interpreteerden Paulus weer sterker tegen het licht van zijn missionaire


context, en terecht, aldus Barclay. Daardoor komen de eigenlijke vragen waar de apostel mee bezig was weer beter in beeld. Tegelijk wijst hij erop dat de Paulusinterpretaties in de lijn van Augustinus en Luther terecht het ‘om niet’ van de genade sterk hebben doorontwikkeld. Sterker nog, stelt Barclay, juist vanwege dat ‘om niet’ van Gods genade roept Paulus op tot een daadkrachtig antwoord: een gemeenschap van broers en zussen die elkaar ‘om niet’ verwelkomen in Christus. Paulus’ theologie van de genade vormt zo een diepere verbindende schakel tussen beide interpretatielijnen.

 Het komt echt aan op

onderlinge liefde in het spoor van Jezus Christus zelf 

Pionieren De resultaten van Barclays studie wijzen richting voor kerken in onze hedendaagse pluralistische samenleving. Tegenwoordig is de christelijke traditie in het Westen immers niet meer zo’n gevestigde werkelijkheid als eerder. Het christelijke erfgoed is zeker niet verdwenen, noch uit onze genen, noch uit onze sociale verbanden. Maar christenen pionieren weer volop en kerken moeten zich opnieuw uitvinden op sociaal, politiek en cultureel gebied. Daarbij helpt het om duidelijk de focus te leggen op Gods genade in Christus als hét geschenk dat allerlei waarderende onderscheiden ook op sociaal gebied (afkomst, status enz.) onbelangrijk verklaart. Dan komt er ruimte voor waar het echt op aankomt: onderlinge liefde in het spoor van Jezus zelf; ruimte voor wat uiteindelijk waarde aan het leven geeft. Als kerken van daaruit oprecht gaan leven, zullen ze minstens de aandacht trekken. Zo geven ze het evangelie van Gods gratuite liefde voor zijn schepping en voor ieder mens persoonlijk een hernieuwd platform. Waar christenen zo hét geschenk ontvangen, geven ze God gepaste eer. MYRIAM KLINKER-DE KLERCK IS DOCENT NIEUWE TESTAMENT AAN DE TU KAMPEN

De keuze

D

at in de krant van vandaag morgen de vis wordt verpakt, kreeg ik al mee op de School voor Journalistiek. De doorlooptijd van online nieuws en blogs haalt die volgende dag vaak niet eens. Schrijfsels hebben slechts een vluchtige impact, leert de praktijk. Maar soms is het verrassend anders. In de vorige editie van OnderWeg schreef ik een column over de keuze van de Indiase 17-jarige Aman om de moordenaars van zijn vader schijnbaar probleemloos te vergeven. Daags na publicatie kreeg ik een appje van een leeftijdsgenote. Ondertussen heeft ze een ingrijpende borstoperatie achter de rug, maar toen stond ze daar nog voor. ‘Ik kon dat artikel van jou niet lezen’, schrijft ze. ‘Ik moest die hele moeilijke keuze maken welke operatie de beste is. Het maakte de keuze voor mij nog moeilijker. Ik dacht wel: waar maak ik me druk om, of ik nog wel een normale borst zou behouden? Terwijl er zo veel mensen zo veel moeten missen. Wij zoeken het vaak in andere wegen waar we veel keus hebben maar eigenlijk ook nog weleens in vastlopen.’

 Je kunt ervoor kiezen hoe je nú leeft  Het verhaal van Aman had haar aangemoedigd te kiezen in een situatie waarvoor je zelf niet kiest en het liefst helemaal geen keuze wíl maken. Dit zijn situaties waar iedereen vroeg of laat mee te maken krijgt – met de impact van een blikseminslag alles op z’n kop zettend. Maar veel vaker dagelijks, tussen neus en lippen door. Net na opstaan aan het aanrecht bijvoorbeeld, waar ’s ochtends een chagrijnige puber mij aanzet tot hetzelfde chagrijn. Ga ik ook mopperen? Of vraag ik of ik hem ergens mee kan helpen? Wat kies ik? Harmonie of dispuut? Verbinding of verwijdering? Respect of oordeel? Rust of haast? Vergeving of wrok? We hebben wat te kiezen. Ja, uit genade en door genade. Met ingehouden adem las ik het boek De keuze, waarin de 92-jarige psychologe en Auschwitz-overlevende Edith Eger beschrijft hoe vergeven vrij maakt. Anders denken en doen is een keuze, stelt zij. ‘Je kunt niet veranderen wat er is gebeurd, je kunt niet veranderen wat je hebt gedaan of wat je is aangedaan. Maar je kunt ervoor kiezen hoe je nú leeft.’

Naar aanleiding van: John M.G. Barclay, Paul and the Gift. Grand Rapids, Michigan – Cambridge: Eerdmans, 2015.

ESTHER DE HEK IS HOOFDREDACTEUR VAN ONDERWEG


 INTERVIEW

BIJBELWETENSCHAPPER EN PAULUSKENNER MARTINUS C. DE BOER:

‘Paulus of ikzelf zijn niet belangrijk, het moet over God gaan’ Deels besteedde ik mijn studieverlof aan Paulus. Regelmatig kwam ik daarbij een Nederlandse naam tegen: Martinus C. de Boer. Waarom had ik nog niet eerder van hem gehoord? Bij de apocalyptische visie op Paulus, een vooraanstaande theologische stroming, werd hij genoemd als een van de vooraanstaande namen. Hij was bereid een interview te geven. Zo kwam ik aan tafel te zitten met een emeritus professor met een aanstekelijke lach en een twinkeling in zijn ogen.

Kun je in een notendop iets van je geschiedenis vertellen?

TEKST EN BEELD PIETER KLEINGELD

‘Ik werd op 29 december 1947 in Amsterdam-West geboren als tweede in een gezin met uiteindelijk zes kinderen. Toen ik acht jaar was, emigreerden mijn ouders met vier kinderen naar de VS. Ze kwamen in Rhode Island terecht. Een kerkelijke gemeente aldaar wilde graag een Hongaars gezin ondersteunen. Toen die gezinnen vooral katholiek bleken te zijn, bood het nationale bureau van de kerk ons protestantse gezin aan. In 1983 promoveerde ik in New York. Aansluitend werd ik assistent professor aan Princeton Theological Seminary. In 1990 emigreerde ik vervolgens met mijn vrouw en dochter naar Manchester. Rond 1997 dachten we na over de toekomst: in Engeland blijven of terug naar de VS? In die tijd vroeg de VU mij om namen voor een opvolger van professor Baarda.’ Met een

14

OnderWeg #02 > Jaargang 6 > 18 januari 2020

aanstekelijke lach: ‘Ik noemde maar één naam… Zo kwam ik in 1998 naar Nederland als professor aan de VU.’

Dat is nogal een overgang: van de VS naar Nederland via Engeland. ‘Die was inderdaad niet gemakkelijk. Een kopje koffie in het Nederlands bestellen, is wat anders dan theologie doceren op academisch niveau. Ik had ook geen ervaring met het kerkelijke landschap hier. Maar zeker voor mijn vrouw was het een grote stap: zij is Amerikaanse, moest in Engeland een mooie baan opgeven en de taal hier leren. Mijn vrouw is gelukkig heel sociaal en ze heeft veel doorzettingsvermogen. Ze houdt inmiddels ook van de Nederlandse, duidelijke regeltjes. Ik ben daarom erg dankbaar dat mijn vrouw en ook mijn dochter inmiddels goed geworteld zijn. Dat mijn dochter Emma de Boer heet, hielp waarschijnlijk ook bij het inburgeren.’


Je bent veel met Paulus bezig geweest in je werk. Waarom Paulus?

‘In de jaren zestig studeerde ik religiewetenschappen en las veel Luther, Calvijn en Barth. Zij verwezen telkens terug naar de Bijbel. Dat is de basistekst, zeiden ze. Daarom wilde ik daar meer over te weten komen. Vervolgens kwam ik terecht bij een bijzondere en inspirerende promotor: Louis Martyn die een eigen visie op Paulus had ontwikkeld . Hij was een uitstekend nieuw-testamenticus en theoloog. Hij spoorde me aan en dat leidde tot mijn proefschrift: Apocalyptische eschatologie in 1 Korintiërs 15 en Romeinen 5.’ Met enige trots: ’Dat boek is nog steeds beschikbaar , sinds kort zelfs in paperback.’

Wat fascineert je in Paulus? Wat was Paulus voor iemand? ‘Paulus als persoon? Ik heb geen idee…’

Geen idee over Paulus als persoon?

Dat heeft me nooit zo beziggehouden. Ik las zijn brieven, die spraken mij aan. Ik herinner me dat ik vroeg in de jaren zeventig van plan was in één keer 1 Korintiërs te lezen. Maar ik kwam niet verder dan de eerste vier hoofdstukken. Dat vond ik zo’n geweldige tekst. Wat Paulus daar schrijft over de theologie van het kruis, ik moest daar gewoon verder over nadenken. De paradox van het evangelie dat Gods dwaasheid eigenlijk wijsheid is, dat Gods zwakheid eigenlijk macht is. De macht van de liefde in plaats van de liefde voor de macht. Daar zit een mysterie achter. Zo zou het christendom er volgens Paulus uit moeten zien. Paulus wijst in dit verband op de zwakheden en het leed in zijn leven in 2 Korintiërs als een plaats waar Christus bezig is. Dat is toch het tegenovergestelde van waar we het zouden verwachten.

 Koffie in het Nederlands bestellen is wat anders dan theologie doceren op academisch niveau 

(De Boer pakt zijn Griekse Nieuwe Testament erbij) Paulus ziet de gevolgen van de gekruisigde Christus en probeert die in zijn brieven onder woorden te brengen. De gekruisigde Christus, dat lijkt een oxymoron (dat zijn twee woorden die elkaar in hun letterlijke betekenis tegenspreken). Het is voor elke christen de uitdaging om dat te kunnen begrijpen en toe te eigenen.’

Waarom ervaren we Paulus’ brieven als moeilijk?

‘We hebben natuurlijk maar een kant van een correspondentie uit een heel andere tijd. Misschien was Paulus ook niet altijd even duidelijk voor zijn tijdgenoten, zie bijvoorbeeld 2 Petrus 3:16. In Galaten is Paulus in de eerste vier hoofdstukken heel kritisch op de wet. Dat verandert in Galaten 5:14 als hij heel positief op de proppen komt met “de hele wet die vervuld is” in het liefhebben van uw naaste als uzelf, en in Galaten 6:2 zelfs met “de wet van Christus”. Ik moet dan loyaal aan Paulus zijn en ervan uitgaan dat hij een logisch verhaal vertelt over de wet, maar dat is niet altijd gemakkelijk.’

15




 INTERVIEW

Wat is eigenlijk de apocalyptische visie op Paulus? Kun je dat uitleggen?

‘Dat Christus de dynamische, kosmische, definitieve openbaring van God in onze wereld vertegenwoordigt. Openbaring (in het Grieks: apocalyps) betekent hier niet alleen onthulling maar ook beweging: God grijpt in om de wereld te redden van kosmische machten die de wereld in hun greep hebben gehouden, vooral de zonde en de dood. Omdat Gods ingrijpen in Christus definitief is, is dat ook onherroepelijk: er is geen tweede bedrijf; er komt niet nog iets anders, in elk geval niets buiten Christus om. Verder staat alles op het spel, want het evangelie draait om een kosmisch gebeuren. Daarom heeft Paulus het over Adam in 1 Korintiërs 15 en Romeinen 5: alle mensen en alle tijden worden hierbij betrokken, dus ook wij en onze tijd. Gods ingrijpen is goed nieuws, omdat God ons heeft gered en ons blijft redden van de kosmische machten die ons leven grimmig en zuur maken. Het evangelie is Gods bevrijdingsactie waarin gelovigen nu al worden opgenomen. Volgens Paulus zal Gods bevrijdingsactie bij de parousie (terugkeer) van Christus voltooid worden.’

 Gods dwaasheid is

eigenlijk wijsheid, Gods zwakheid is eigenlijk macht

Waarin verschilt dit van wat Tom Wright schrijft, iemand die in Nederland veel gelezen wordt?



‘Tom Wright is een van de voormannen van een andere school: het Nieuwe Perspectief op Paulus (in het vervolg: NPP). Hij ziet Jezus als de climax van het verbond. Is dat trouwens het verbond met Abraham of met Israël? Dat is me nooit duidelijk geworden. Wright ziet bijna een lineaire ontwikkeling door de geschiedenis. Terwijl apocalyptici een breuk zien: Christus is het einde van de geschiedenis. Het NPP legt ook erg de nadruk op de gemeente: wie hoort er wel of niet bij? Dat is een goede vraag, maar niet de eerste. Voor de apocalyptische interpretatie gaat het evangelie principieel om God. Het gaat allereerst om Gods beweging tot en dan in de wereld, niet om de beweging van mensen tot het nieuwe verbondsvolk. Waar Wright wijst op het verbond, wijs ik erop dat Paulus voorkeur heeft voor een ander woord: belofte. Paulus grijpt terug op de belofte die God aan Abraham heeft gedaan. De wet staat vervolgens, als het ware tussen haakjes, tussen de belofte en Gods ingrijpen in Christus in. Het lijkt erop, dat het voor Paulus in Galaten niet altijd duidelijk is of de wet wel zo’n goed idee was. Paulus lijkt soms te onderscheiden tussen de Thora als wet die in

16

OnderWeg #02 > Jaargang 6 > 18 januari 2020

beslag genomen lijkt te zijn door de Zonde en de Thora als Heilige Schrift, waarover hij positief is. Dat onderscheid zie je ook terug in Romeinen. Christenen hebben daarom ook vanaf het begin het Oude Testament vanuit het perspectief van Christus gelezen. Dan zie je ook meteen welke onderdelen van het Oude Testament echt nog van toepassing zijn (en welke niet of minder).’

Wat is het belang voor ons van de apocalyptische visie op Paulus? ‘Het is de waarheid over God.’

Maar, nog iets specifieker over het belang voor ons…

‘In de apocalyptische visie op Paulus ligt het niet aan ons om Gods koninkrijk te bewerkstelligen. Dat ligt aan God. Hij doet, wat Hij wil. Hij laat wel zien hoe Hij te werk gaat in Christus en wij krijgen ook een plek in Gods reddende


Van ons allemaal werk door het geloof. Op grond hiervan mogen we God vertrouwen en dankbaar zijn. Ik denk dat dit voor ons als christenen ontspanning kan geven als we kijken naar de situatie van de kerk in Nederland.’

 Het ligt niet aan ons om Gods koninkrijk te bewerkstelligen 

Waarom lees ik wel Tom Wright en niet Martinus C. de Boer?

‘Ik weet het niet. Tom Wright kan goed met de media omgaan. Hij schrijft ook veel. Hij schrijft ook toegankelijke boeken voor een breed publiek. Het stoort me niet, want ik krijg heus wel genoeg aandacht, in elk geval in de VS. Mocht mijn naamsbekendheid belangrijk zijn, dan heeft mijn commentaar op Galaten geholpen. Ik heb daar vijftien jaar aan gewerkt. Ook mijn dissertatie werd vijf jaar geleden heruitgegeven. Een samenvatting ervan kwam in 1989 in een feestbundel voor Louis Martyn terecht en die is recentelijk veel geciteerd en besproken. Het verrast me dat dit na 30 jaar nog een rol speelt. Als een wetenschappelijke studie na vijf jaar nog gelezen wordt, is dat al heel wat.

Welke invloed heeft je onderzoek op jou persoonlijk gehad?

‘Had het iets met mijn geloof moeten doen? Dat is moeilijk te zeggen… Mijn geloof is vrij evenwichtig gebleven in de loop der jaren. Ik heb geen plotselinge bekering meegemaakt. Ik ben altijd gewoon calvinistisch geweest. Ik vond Calvijn erg mooi schrijven. Natuurlijk klinkt nu veel achterhaald of ouderwets, maar zijn Institutie is een schitterend boek. Ik ben vooral gegrepen door de nadruk die hij legt op Gods soevereiniteit. Hij is altijd meer op God dan op de mens gericht. Luther is ook mooi, maar hij is altijd persoonlijk bezig; zijn verhouding met God staat op het spel. Maar Calvijn geeft een overzicht van het geheel. Dat is ook de aantrekkingskracht van de apocalyptische aanpak. De focus ligt niet op mijn ervaring, niet op de gemeente wie er wel of niet bij hoort, maar op God. Ik vind mezelf en mijn geloof niet zo belangrijk in dat plaatje. Niet dat ik mezelf niet zo belangrijk vind, maar het gaat om God.’ PIETER KLEINGELD IS PREDIKANT VAN DE NGK OEGSTGEEST EN REDACTEUR VAN ONDERWEG

W

at publiek is, is van ons allemaal, en niet van niemand. Doe alsof het van niemand is en wat begint, is de grote sloop van de samenleving waar we nu middenin zitten. Christenen kunnen daar niet van een afstandje hoofdschuddend naar zitten kijken. Zo’n imitatie van Jona is sowieso niet te verantwoorden, maar hier al zeker niet. Zoals alle grote en werkelijk diepgaande ontwikkelingen in het eens christelijke Westen is ook deze begonnen in de kerken. Toen geloof iets werd tussen God en de ziel en kerkdiensten godsdienstoefeningen voor verzamelde individuen, werd de samenleving overgelaten aan niemand. Eeuwenlang waren de kerkdiensten publiek geweest. Nu waren ze hoogstens openbaar: iedereen is welkom, maar ze zijn alleen van de groep mensen met een christelijke hobby die er geregeld komt. Sinds mensenheugenis waren de kerken open geweest, alle dagen, gebedshuis voor iedereen. Nu zijn ze op slot, behalve als de vereniging vergadert.

 ‘Wie komt er nog in de kerk als priester?’  De scheiding van kerk en staat is een scheiding van kerk en samenleving geworden. Wie komt er nog in de kerk als priester: niet alleen namens jezelf, maar ook namens de mensen in je straat? Wie vraagt gebed voor een zieke verderop, of dankt voor het slagen van een collega? Wie vraagt vergeving voor andermans kwaad, waar we allemaal deel aan hebben? Wie heeft nog het besef dat christelijke vrijheid volgens Luther niet alleen inhoudt dat een christen een vrij heer is over alle dingen en niemands onderdaan, maar dat een christen ook een dienstbare knecht is van alle dingen en de onderdaan van iedereen? Als kinderen van de God van alle mensen zijn christenen zelf publieke figuren: ze werken in de bediening voor iedereen. Wij zijn van ons allemaal. Om dat weer te oefenen is er dringend behoefte aan publieke kerkdiensten, waar iedereen stem krijgt voor God. Misschien groeit er wel een nieuwe samenleving uit.

WIM VAN DER SCHEE IS PREDIKANT VAN DE HERVORMDE WIJKGEMEENTE LINDTSE HOF IN ZWIJNDRECHT.


 PRAKTIJKLOKAAL

Grondpatronen voor de kerkdienst De Emmaüskerk (NGK) in Eindhoven is zeker niet de enige kerk die nadenkt over de kerkdienst en daar een goede weg in zoekt. Bij de Emmaüskerk onderscheiden ze negen grondpatronen voor de kerkdienst die ze in het plaatselijke kerkblad behandelen. Waarom grondpatronen? ‘Het feit dat we over grondpatronen spreken maakt al duidelijk dat we niet uitgaan van een uitgebreide, tot in detail uitgewerkte en in beton gegoten visie op de eredienst in de Emmaüskerk’. De eerste twee zijn al behandeld: gemeentezang en gemeenschap. De bedoeling is dat er een Top 777 komt van liederen die de gemeente graag zingt, zonder daarbij uit te sluiten dat er ook andere liederen gezongen worden. Gemeenteleden kunnen aan deze lijst meewerken door liederen voor te stellen net als bij de jaarlijkse Top 2000. De kerkenraad helpt de gemeente op weg door aandacht te vragen voor het verschil tussen ‘innen’ en ‘uiten’. ‘Zingen helpt om het geloof te innen (je toe te eigenen, het geloof

18

OnderWeg #02 > Jaargang 6 > 18 januari 2020

te memoriseren) en om het te uiten (lofprijzing en aanbidding). Beide zijn nodig’. Bij innen denk je vooral aan psalmen, (nieuw) liedboek, Taizé en dergelijke en bij uiten aan Opwekking, evangelische bundels en – niet te vergeten – Johan de Heer. In de liederenschat van de Emmaüskerk moeten beide aspecten naar voren komen. Dat houdt verband met het tweede grondpatroon: de geloofsgemeenschap, die elke zondag gevierd wordt. Dan gaat het om de diversiteit binnen de gemeente en om de eenheid in Christus. In de zondagse eredienst gaat het om het vieren van die eenheid. De veelkleurigheid moet terugkomen in de dienst, maar dat kan niet elke zondag en in elke dienst. In de loop van de maand krijgt elke zondag een eigen accent. De kerkenraad vraagt van de gemeenteleden voor ogen te houden waar het om gaat: ‘Die diversiteit betekent uitdrukkelijk niet dat in de eredienst ieder wat van zijn gading vindt. Het is veel meer je geloof beleven met de ander en misschien soms wel voor de ander.’


Leren Bijbellezen in Veendam Op 14 januari 2020 was het zover in Veendam (samenwerkingsgemeente GKv-CGK). Toen kwam Bram Koerts een training geven in Bijbellezen. ‘De meeste christenen vinden Bijbellezen enorm belangrijk. Tegelijkertijd worstelen we ermee om de tijd te vinden om te lezen en, als dat al lukt, vinden we het vaak moeilijk om de Bijbel te begrijpen’.

Bijbelleesmethode Een gemeente, vele gaven

Vier predikanten, een prekenserie Het lijkt zo voor de hand te liggen, maar toch is het zeldzaam dat classispredikanten samenwerken en met elkaar een thema uitdiepen in een serie. Het gebeurt binnen de classis Grootegast van de GKv. Tiemen Dijkema (Enumatil), Pieter Kars van de Kamp (Grijpskerk), Jan Rozemuller (Oldehove) en Erik Pomp (Aduard) werken samen het thema ‘ambten’ uit en ieder van hen houdt in de classiskerken daar enkele preken over.

Veelkleurige gaven

Deze serie preken volgt op een serie over de gaven van de heilige Geest die de predikanten in het najaar van 2019 hielden. Uit de toelichting: ‘Vóór de ‘ambten’ er waren, was er de gemeente, de gemeenschap van gelovigen. Aan die gemeente heeft de heilige Geest de vele gaven gegeven waar het in de vorige prekenserie over ging: wijsheid, genezing, leiding, klanktaal en de uitleg daarvan, profetie, dienst, barmhartigheid, de gaven van spreken en dienen. Als wij nu gaan nadenken over de ambten in

de kerk moeten we op onze hoede zijn voor een te smalle blik: dat we alleen naar de drie bekende ambten kijken en daardoor aan de veelkleurige gaven en diensten en het bonte geestelijke leven binnen de gemeente voorbijzien.’

Drie werkterreinen

In totaal gaat het om een serie van acht preken, waarbij iedere predikant er twee voor zijn rekening neemt. Ze maken ruimte om vanuit de Bijbel na te denken over de bestaande praktijk van de drie bekende ambten: predikant, ouderling, diakenen. ‘Het beeld dat de Bijbel – vooral het Nieuwe Testament – tekent van de taken en functies in de kerk is wel veel kleurrijker dan dit drietal. We ontmoeten daar evangelisten, herders, leraren, oudsten, opzieners, helpers en helpsters, profeten en profetessen. Wel kun je zeggen dat er drie centrale ‘werkterreinen’ zijn: verkondiging, toezicht en zorg. Deze drie terreinen vind je terug in het bekende drietal van predikant, ouderling en diaken’.

Bram Koerts, lid van de CGK Pekela én medewerker van Next Move heeft een methode ontwikkeld om te Bijbel te lezen zonder de diepgang van het Woord te verliezen. Deze methode biedt bovendien een manier en plan van aanpak om het Bijbellezen vol te houden. Next Move is een beweging van christelijke sporters. Zij hebben de training ‘Hoe lees je de Bijbel?’ voor hun eigen achterban bedacht. Behalve sporters willen ze ook graag de kerken in Nederland ermee dienen. Volgens hen is het een manier van Bijbellezen die je goed aan anderen kunt uitleggen. Kerkenraadslid Klaas Braam organiseert de training in Veendam: ‘Kenmerkend is de aandacht voor wat er gebeurt in de tekst tussen de mensen.’

Boerenzoon Jefta

Bram Koerts komt drie keer bij ons preken over Jefta, de rechter uit het Oude Testament. Hij vraagt ook aandacht voor het terloops in de Bijbel meegedeelde feit dat Jefta een boerenzoon was. Wat zegt dat over hem en zijn optreden? Dat zijn dingen waar we vaak overheen lezen, maar die tegelijk helpen om de betekenis van de Bijbel te ontdekken’. > Webtip www.nxtmove.nl

19


 STIMULANS

TEKST DEBBIE DEN BOER

Lees-, kijk- en luistertips VOOR GELOOFS- EN GEMEENTEOPBOUW

De betekenis van Jezus’ kruisdood De kruisdood van Jezus vormt de diepste kern van ons geloof; dankzij zijn sterven aan het kruis ontvangen wij verlossing. Tegelijkertijd gaat wat daar aan het kruis gebeurde ons verstand te boven. Hoe kan het leven, de dood en de opstanding van één mens verlossing betekenen voor de gehele mensheid? Juist omdat deze vraag zo cruciaal is voor ons geloof, is het belangrijk dat elke generatie deze opnieuw stelt. Afgelopen voorjaar organiseerde het kennisplatform ‘Weet wat je gelooft’ een studiedag over het thema ‘verzoening’. De theologen William den Boer, Riemer

Podcast voor jongeren Hoe kunnen we tieners gemakkelijker in aanraking brengen met de Bijbel? Dit was een vraag die de jeugdwerkers van de HGJB zichzelf stelden. Hun antwoord: met een podcast. En deze podcast is er inmiddels! De HGJB ontwikkelde de podcast Jong (Jongeren Onderweg Naar God), speciaal voor jongeren van 13-17 jaar. Wekelijks verschijnt er een nieuwe aflevering van ongeveer zes minuten waarin een jeugdwerker een korte boodschap doorgeeft aan de hand van een Bijbeltekst over thema’s als ‘vergeving van zonde’, ‘het eeuwige leven’ of ‘God als vader’. Doel is om met jongeren stil te staan bij een Bijbelse boodschap die praktisch toepasbaar is in hun leven. Jongeren (en volwassenen!) kunnen de podcast luisteren via Spotify of zij kunnen zich op https://www.hgjb. nl/jong/ inschrijven om de podcast wekelijks via WhatsApp te ontvangen.

20

OnderWeg #02 > Jaargang 6 > 18 januari 2020

Roukema, Dolf te Velde, Hans Burger en Reinier Sonneveld zoomden in op de oudchristelijke Christus-Victorbenadering en het ‘model’ van Verzoening door voldoening en de vele vragen die de confrontatie van beide modellen oproept. Eerder was het al mogelijk om via https://www. weetwatjegelooft.nl/les/opening-studiedagover-verzoening-1-9/ alle lezingen van deze dag terug te kijken. Hier zijn bij elke lezing ook enkele verwerkingsvragen te vinden. Inmiddels zijn ook alle bijdragen gebundeld in een boek met de titel Hoe Jezus’ kruisdood ons kan verlossen onder redactie van dr. William den Boer.

Leren van de buitenstaanders en randfiguren Buitenstaanders en randfiguren zijn van alle tijden, maar zelden krijgen zij zo’n bijzondere rol als in de Bijbel. Hier zijn het namelijk juist de randfiguren en de buitenstaanders die vaak meer begrepen en ontvangen hebben van God dan de mensen die erbij horen. Hun onverwachtse verschijningen brengen de heldere verdeling in de war tussen wie erbij hoort en wie niet. Hun verhalen tonen ons de onverwachte en genadige manier waarop God zijn weg met mensen gaat. Met zoveel waardevolle lessen in deze verhalen, is het zeker de moeite waard om je hierin te verdiepen. Ds. Johan Visser biedt die mogelijkheid met zijn nieuwe Bijbelstudieboek Randfiguren. In dit boek vertelt hij het verhaal van tien randfiguren in de Bijbel onder wie Melchizedek, Bileam, de Wijzen uit het Oosten en de Kanaänitische vrouw. Bij elk verhaal geeft hij achtergrondinformatie en uitleg om het verhaal in de Bijbel nog beter te begrijpen. Ook geeft hij vragen en suggesties voor verwerking.


 JEUGDWERK

Je leven delen met jongeren Begin december lag hij weer op je keukentafel: het supermarktmagazine met de prachtigste kerstgerechten. Op Eerste Kerstdag sta je in de keuken om één van die verrukkelijke creaties te maken: ‘Voeg een theelepel venkelzaad toe.’ Maar venkelzaad heb je niet. ‘Dat is de praktijk van het jeugdwerk’ zeggen Petra Kiks en Paul Smit, adviseurs van NGK Jeugdwerk Steunpunt. ‘Wij beschrijven aan de keukentafel de jeugdtrends en hoe je die in je eigen omgeving toe kunt passen. Maar de werkelijkheid is weerbarstig.’

Beschikbaar zijn

TEKST ANKE NIJDAM

De basis voor je jeugdwerk is je relatie met de jongeren, blijkt ook uit de Jeugdtrends 2020. Die relatie bouw je op door interesse in hen te hebben. Je maakt contact met ze en stelt hen vragen. ‘Het draait om zíjn’ licht Petra toe. ‘Jongeren vinden het normaal hun leven met elkaar te delen. Dat doen ze door zichzelf te laten zien zoals ze zijn. Dat doen ze tot op zekere hoogte ook met volwassenen die daarin meegaan. Je leven delen is niet 24/7 in het jeugdhonk gaan zitten. Je hoeft niet alles te delen. Dat doen jongeren ook niet, je hebt ook een privéleven. Waar het om gaat, is je houding. Dat jongeren voelen dat je beschikbaar bent, dat je geïnteresseerd bent in hen.’

Whatsapp

Vertrouwen bouw je op door bereikbaar te zijn ook tijdens je vakantie en op feestdagen, leren de Jeugdtrends. Petra: ‘Whatsapp is een belangrijke

Jeugdtrends 2020

De jaarlijks gepresenteerde ‘Jeugdtrends’ geven een beeld van de leefwereld van (christelijke) jongeren. De Jeugdtrends worden samengesteld door diverse organisaties van het INNOV8-netwerk van MissieNederland. Dit typeert de Jeugdtrends van 2020: • Jongeren willen meebeslissen • Ze willen zich inzetten tegen maatschappelijk onrecht • Ze gaan voor inclusiviteit • Ze richten hun dagelijks leven in op basis van hun levensovertuiging

manier om contact te maken. In de kerk zie je ze misschien niet eens, maar door een berichtje met “Succes vandaag” ben je er voor ze.’ Ze vervolgt: ‘Ik ken een meisje dat voor tien dagen naar Afrika gaat. Dat vindt ze spannend, vertelde ze mij. Dus ik zet in mijn agenda dat ik haar op de dag van vertrek een berichtje stuur. Gewoon even: “ik denk aan je”, verder niks. Maar ik weet dat dat voor dat meisje belangrijk is.’ Je leven delen is wederkerig: jij leert de jongeren kennen en zij leren jou kennen. ‘Een jongen kwam erachter dat ik wel wat weet van wiskunde,’ vertelt Paul. ‘Dus hij kwam naar mij toe en vroeg of ik hem bijles wilde geven. Dat ben ik gaan doen, één keer in de week. Zo’n mogelijkheid voor contact ontdek je alleen als je elkaar kent.’

> Lees het vervolg van het gesprek over jongeren en Jeugdtrends op www.onderwegonline.nl/ jeugdtrends2020

21


 EYEOPENER

Gewoon is niet genoeg Het goede doen voor je

geloofsgenoten. Dat is niet moeilijk. Maar het goede doen voor alle mensen, zonder uitzondering, dat is een heel ander verhaal. Toch vraagt Jezus dit van ons. En de Maltezers doen het ons voor. Op een buitengewone manier.

22

OnderWeg #02 > Jaargang 6 > 18 januari 2020


Wat een mooi thema heeft ‘De Week van Gebed voor de eenheid’ dit jaar: ‘Buitengewoon’! Van 19-26 januari wordt in tal van kerken over de hele wereld gebeden voor de eenheid. ‘Niet bij elkaar wegdrijven, maar elkaar juist zoeken’ is het parool. Elk jaar is er een land dat met z’n eigen Raad van Kerken voor een goede invulling zorgt en materiaal aanlevert. Dit jaar is dat Malta. Deze drie eilandjes, die tussen Italië en Tunesië in de Middellandse Zee lijken te dobberen, zijn in werkelijkheid evenzovele rotsen-in-de-branding voor schepen in nood. Het Maltezer Kruis is niet voor niets hun logo: vrijwel iedereen is er christen en komt daarvoor uit! Hoe is dat zo gekomen?

Buitengewoon In feite waren ze dat al, die Maltezers, voordat Paulus en de andere 275 schipbreukelingen aanspoelden: buitengewoon. Dat is namelijk het allereerste wat de drijfnatte drenkelingen opvalt: ‘zij zijn buitengewoon vriendelijk voor ons’. Ik stel me zo voor dat ze meteen met stapels handdoeken aan komen zetten. En met droge kleren. Brood voor de hongerigen. Water voor de dorstigen. De vuren gaan aan, om je heerlijk aan te kunnen warmen na zoveel ontberingen. Een onderkomen regelen. Het is in één woord hartverwarmend wat hier spontaan aan EHBO wordt verricht.

Aangespoeld Als wrakhout zijn ze aangespoeld. En gelukkig niet op een ónbewoond eiland. Een hele consternatie moet het geweest zijn, ook voor de autochtonen, zo’n invasie van ‘vreemd volk’. Een uiterst gemêleerd gezelschap trouwens: scheepsvolk, militairen én gevangenen – zoiets verzin je niet bij elkaar. Toch is de stemming goed en iedereen wordt gered. Nu kun je gemakkelijk zeggen ‘nood verbroedert’. Als je ‘in hetzelfde schuitje zit’ brengt dat mensen ook tot elkaar. Maar hier is echt meer aan de hand. Wat zit hierachter?

Verstekeling

TEKST HAN HAGG

Het geheim is dat deze Alexandrijnse vrachtvaarder een ‘verstekeling’ aan boord heeft: Jezus Christus! Om hem draait het allemaal. Hij manifesteert zich via zijn vertegenwoordiger Paulus en de zijnen. Hij heeft grote plannen voor de passagiers en de bemanning van deze boot én voor de bevolking van een afgelegen eiland! Dokter Lukas schrijft tot in detail op wat er allemaal voor nodig is om het goddelijk plan uit te voeren. Te veel om op te noemen, maar laat ik het toch proberen:

De plaatselijke bevolking gedroeg zich buitengewoon vriendelijk: ze verwelkomden ons en staken een vuur aan omdat het was gaan regenen en het koud was. Handelingen 28:2

een eigenzinnige centurio, die toch wil uitvaren, ondanks het verwachtte noodweer; de beruchte Euraklyon, een noordwesterstorm op orkaankracht, die het stuur van de stuurman eenvoudigweg overneemt en spot met het gezag van de kapitein; een gevoel van radeloosheid dat zich zo meester maakt van iedereen aan boord, dat niemand meer een sprankje hoop koestert en iedereen weet: dit overleven we niet.

Onverwachte ommekeer ‘Als de nood het hoogst is, is de redding nabij’. Ja, maar daar gelooft dus niemand meer in (27:20). Lucas niet en ook Paulus niet. Maar als dat nu wel in het hemelse script staat? Dan gaat het gebeuren. Als het moet, via een engel in de nacht, die Gods plan duidelijk maakt. Het moet iedereen opgevallen zijn hoe daar op de veertiende rampdag moedeloze Paulus ineens als moedige Paulus het woord neemt en het initiatief naar zich toetrekt. Zijn buitengewone Godsgetuigenis dat allen zullen worden gered en zullen stranden op een eiland dwingt ontzag af. Voortaan nemen ze zijn waarschuwingen serieus. Hij geeft dringend advies om te eten en zo weer wat energie op te doen. ‘Zo draag je bij aan je eigen redding!’. Heel mooi staat beschreven hoe hij zelf het goede voorbeeld geeft en als ‘scheepspredikant’ voorgaat in dankgebed tot de Allerhoogste. Het lijkt wel een soort avondmaalsviering zoals Paulus daar dankt en het brood breekt, het uitdeelt en zelf eet. Een geloofsversterkende maaltijd, hoe dan ook. Je leest: ‘Dat geeft alle 275 anderen moed, zodat ook zij gaan eten, tot iedereen genoeg heeft’. En het eindresultaat: ‘Allen komen behouden aan wal’ (27:44).

Reddend Getuigenis Scheepsvolk en soldatenvolk zijn doorgaans ruig publiek, maar zullen die mannen deze crisis, met dit appellerende

23


 EYEOPENER

geloofsgetuigenis van Paulus, ooit vergeten zijn? Als God wil dat ze behouden aan wal komen van zijn Koninkrijk, dan gebeurt dat ook. Dus: geeft de Heer jou een kans om te getuigen van Hem: grijp die dan vooral aan. Paulus doet niet anders. Getuigen met woord én daad. Hij gaat daarmee door gedurende de drie maanden dat ze overwinteren op Malta. Wat een kansen! Christus’ plan komt ook hier, tussen de buitengewoon vriendelijke heidenen, tot ontplooiing. Paulus mag door zijn optreden het zaad strooien dat in de loop van de geschiedenis op komt. En ja, daar kan crisis op crisis voor nodig zijn. Zoals de dodelijke slangenbeet die hij voor ieders ogen oploopt. Niet Dikè, de zelfbedachte ‘godin van de straffende gerechtigheid’, is aan zet, maar Christus: op buitengewone manier maakt Hij zijn belofte waar (Marcus 16:18, 20) voor zijn evangelist, die Hij het leven geeft in plaats van de dood. Zal het niet levensveranderend zijn geweest voor de Maltezers om dit mee te maken? Het heeft er alle schijn van. Niet voor niets beschrijft dokter Lucas hoe de gebedsgenezing van de vader van de -ook al zo gastvrijegouverneur Publius een enorme doorbraak veroorzaakt: alle zieken van Malta komen en krijgen allemaal hun gezondheid terug.

Buitengewone zorg Christus moet op Malta wezen, dat is wel duidelijk. Zijn kruisvlag wordt er geplant, voorgoed. Deze heidenen, die zelf uitblinken in onvoorwaardelijke vriendelijkheid en gastvrijheid voor aangespoelde schipbreukelingen, krijgen het levensreddende Evangelie toegediend in woord en daad. En ze stromen over van dankbaarheid. Zij die na drie maanden weer scheep gaan worden overladen met alles wat ze maar nodig hebben. Onvergetelijk voor alle mensen die figureren op deze bladzij van het goddelijk wereldtoneel. En de Maltezers, met hun buitengewoon gastvriendelijke levenshouding, zij ontvangen niet minder dan buitengewone zorg van Christuswege.

 Zal het niet

levensveranderend zijn geweest voor de Maltezers om dit mee te maken? 

Jezus’ onderwijs Uitdaging 1. Vergelijk jouw persoonlijke vriendelijkheid en gastvrijheid en die van de gemeente waar je bij hoort eens met die van de Maltezers. 2. In Nederland kennen we de (genade-) Bed-Bad-en-Brood regel voor wie hier ‘aanspoelen’. Dat is ‘gewoon’. Doe een test met je Bijbelstudiegroep of huiskring door thuis te noteren wat volgens jou het ‘buitengewone’ is/zou moeten zijn van de kerk. 3. Vergelijk de uitkomsten met elkaar, bidt ervoor en noem één punt waar je met elkaar aan gaat werken. Kom daar regelmatig op terug. Een nieuw decennium – een nieuwe trend! 4. Bij dit thema is een lied geschreven, ‘Bijzonder vriendelijk’. Het is te vinden in het programmaboekje van de Week van Gebed dat je kunt downloaden op de website van de Raad van Kerken, net als de bijbehorende muziekbestanden.

Het doet me denken aan de opdracht die Jezus ons in zijn Bergrede meegeeft: méér dan het gewone doen. ‘Is het een verdienste als je liefhebt wie jou liefheeft? Doen de tollenaars niet net zo? En als jullie alleen je broeders en zusters vriendelijk bejegenen, wat voor uitzonderlijks doe je dan? Doen de heidenen niet net zo?’ (Matteüs 5:46-47). Als nota bene Maltese heidenen zonder hem te kennen al doen wat Christus bedoelt, hoe kunnen wij, die hem mochten leren kennen, dan achterblijven? Laten we er een eer in stellen geen genoegen te nemen met ‘het gewone’, maar gedreven door de Geest van Christus ‘buitengewoon vriendelijk’ te zijn – en het kwaad te overwinnen in deze wereld door voor alle mensen die Hij op ons pad zet het goede te zoeken (Romeinen 12:21).

Informatie Over Malta kun je lezen dat het 316 km2 groot is (zo groot als de gemeente Ede), ruim 416.000 inwoners heeft en 360 kerken telt. De meeste zijn van RK-snit. 97% van de bevolking hoort daar officieel bij. De Raad van Kerken telt ook protestantse gemeenten. Nog altijd staat de bevolking bekend als gepassioneerd en sociaal. Elke gelegenheid wordt aangegrepen om samen te komen met familie, vrienden, buren en gasten. HAN HAGG IS PREDIKANT VAN DE GKV ZWOLLE-ZUID

24

OnderWeg #02 > Jaargang 6 > 18 januari 2020


VACATURE

Zet jij magazine OnderWeg stevig op de online kaart? Online activiteiten nemen een steeds grotere plaats in. Daarom zoeken we een jonge online marketingspecialist die magazine OnderWeg stevig op de kaart zet. Je ondersteunt en adviseert bestuur/ uitgever bij het formuleren en daarna verwerkelijken van de (online) strategie en doelstellingen.

Wij zoeken een freelance (online) marketingspecialist Wat vragen wij? • Relevante opleiding op het gebied van (online) marketing; • aantoonbare ervaring; • eigentijdse visie op online marketingstrategie; • creatieve geest en ‘handen-uit-de-mouwenmentaliteit’; • interesse in de onderwerpen van magazine OnderWeg en affiniteit met onze doelgroepen; • meelevend lid van GKv, NGK of één van de samenwerkende kerken (CGK, PKN); • zelfstandigheid en tegelijkertijd in staat om goed samen te werken; • flexibele inzet voor ca. 5 uur per week. Wat bieden wij? • de kans om in grote mate van zelfstandigheid te een boeiend mediamerk beter op de (online) kaart te zetten. • nauwe betrokkenheid bij het formuleren en daarna verwerkelijken van (online) strategie. • een boeiende, eigen plek in de samenwerking met bestuur/uitgever en (hoofd)redactie. • een goede honorering voor de gewerkte uren. Interesse? Benader voor meer informatie Arie Liebeek, bestuurslid Marketing en PR, via marketing@ onderwegonline.nl. Of stuur direct een korte brief en cv naar Arie Liebeek.

GKv-synode en LV NGK samen aan de slag

Op 7 en 8 februari gaan de leden van de GKv-synode (GS) en de Landelijke Vergadering (LV) van de NGK samen aan slag: eerst in een retraite met ruimte voor geloofsgesprekken van hart tot hart, samen zingen en bidden, vervolgens in een bespreking van het rapport van de regiegroep over het eenwordingsproces van beide kerken. Daarbij komen onder meer het document Verlangen naar een nieuwe kerk en het koersbesluit op tafel. In het koersbesluit stelt de regiegroep voor om als GKv en NGK verder te gaan op de weg naar de vorming van één kerkgemeenschap en dat als uitgangspunt te nemen voor alle overige besluiten van GS en LV. De dagen worden afgesloten met een gezamenlijke viering. Met het oog op die gezamenlijke bespreking staat de LV op 1 februari stil bij de uitkomsten van een peiling over de eenwording onder de NGK-gemeenten die door de regio’s wordt gehouden. De GKv-synode heeft afscheid genomen van enkele buitenlandse kerken die de band met de GKv hebben verbroken. Ook werd een nieuwe zusterkerk welkom geheten: de Gereja Kristus Tuhan uit Indonesië.

Aangenomen naar NGK Eindhoven: kandidaat J.T. Blanken (Utrecht) die al als predikant in opleiding aan deze gemeente verbonden was; naar NGK Schiedam: kandidaat J.A.E. Dekker-de Groot, die als predikant in opleiding verbonden was aan de NGK Apeldoorn; naar CGKV Levend Water, Enkhuizen: kandidaat J. Hooiveld (Kampen). Verbonden aan GKv Vrouwenpolder, in deeltijd voor twee jaar: G. Zomer (Kampen), verbonden aan de GKv Houten; aan GKv/NGK De Levensbron, Nijverdal: A.J. Holsappel (GKv Sliedrecht); aan GKv ApeldoornCentrum: L.E. de Jong (GKv Hoogeveen). Afscheid van NGK Loosdrecht wegens emeritaat: A. Siebenga, die sinds 2013 aan deze gemeente was verbonden; van GKv Barendrecht-PernisAlbrandswaard: D.J. van Diggele wegens beëindiging van het predikantschap. Hij gaat verder als vrachtwagenchauffeur en pastoraal werker. Hij behoudt de bevoegdheid om voor te gaan. Ds. Van Diggele diende de gemeente vanaf 2006. Daarvoor was hij vanaf 1989 predikant van de GKv Oosterwolde i.c.m. de GKv Wijnjewoude en vanaf 1994 van de GKv Veenendaal (vanaf 2003 GKv Veenendaal-Oost). Losgemaakt van de GKv Spakenburg-Noord met instemming van de classis Hilversum: H.Sj. Wiersma. Ds. Wiersma is beroepbaar met ingang van 1 januari 2020. Hij was vanaf 1992 predikant in Spakenburg-Noord.

> Voor meer actueel nieuws ga naar onderwegonline.nl


DS. MELLE OOSTERHUIS, VOORZITTER VAN DE GKV-SYNODE:

‘Het is toch mooi om de kerken te dienen!?’ 26

OnderWeg #02 > Jaargang 6 > 18 januari 2020


 ONTMOETING Emeritus predikant dr. Melle Oosterhuis werd in november 2019 voorzitter van de GKv-synode. Eerder zat hij de synode van Meppel voor die de kerkelijke ambten voor vrouwen openstelde. ‘Wat die synode uitsprak, wil niet zeggen dat de Bijbel met twee monden spreekt, wél dat wij de Bijbel op

D

s. Melle Oosterhuis woont sinds enkele jaren in Wezep. Landelijk, je ruikt de Veluwe. Ook de snelweg is dichtbij. Iets van deze tweeslag lijkt ook in Oosterhuis te zitten. Geëmeriteerd, met als persoonlijke drijfveer ‘verlangen naar de komst van Gods Koninkrijk.’ Intussen moet er gewoon gewerkt worden, nu opnieuw als synodevoorzitter: ‘Ik ben gezond, ik heb de handen vrij’. En nee, hij heeft niet gesolliciteerd: ‘Ik kwam er na een stemming uit als voorzitter.’

TEKST LEENDERT DE JONG BEELD HELEEN SYTSMA – VAN LOO

We kennen een klein stukje buitenkant. Maar wie is ds. Melle Oosterhuis?

‘Als je het zo vraagt, zeg ik: ik voel mij erg thuis in deze wereld en tegelijk ook vreemdeling. Dat laatste krijgt, denk ik, extra accent omdat ik in Indonesië geboren ben en op mijn zesde naar Nederland kwam. Ik heb dus herinneringen aan een andere plek; de eerste indrukken als kind kunnen lang hun sporen nalaten. We zijn in Dokkum gaan wonen. Daar groeide ik op. Ik genoot van het leven daar, de vrijheid qua omgeving, van schaatsen en eieren zoeken. Mijn vader was internist in het ziekenhuis, een man van aanzien in die wereld. Ook dat is een factor die meespeelt. We waren lid van de GKv; onze acht zielen betekenden een enorme uitbreiding voor de kerk daar.’

Zit in het eerste dat je noemt iets van heimwee?

‘Ja, dat is wel zo. Ik heb lang gedacht aan teruggaan naar de tropen, bijvoorbeeld door tropische bosbouw te gaan studeren. Ik heb die keus later inderdaad gemaakt en ging naar Wageningen. Toen ik daar was, in de zestiger jaren, werd er in de kerkelijke crisis van

dit punt verschillend verstaan.’

toen een appèl op jongeren gedaan om theologie te gaan studeren. Ik heb daar positief op gereageerd, mede onder invloed van mijn medestudent Riekus Hidding die hetzelfde deed en door gesprekken met dominee Henk de Jong die daar toen stond en daarvoor al veel indruk op mij gemaakt had. En zo ging ik na ongeveer twee jaar naar Kampen. Met in mijn achterhoofd: ook via deze route kan ik naar de tropen.’

Dat is niet gebeurd.

‘Nee. Ik heb wel enkele keren een beroep naar de zending gehad; ik ben daar om persoonlijke redenen niet op ingegaan. Overigens is dit later ruimschoots gecompenseerd door lange betrokkenheid bij het deputaatschap voor betrekkingen met buitenlandse kerken. Daarvoor ben ik diverse keren in het Verre Oosten geweest, ik heb veel mensen ontmoet, her en der bezoeken gebracht en lesgegeven, onder meer in India.’

Als je daar was, kwam dan iets van het gevoel van vroeger terug? ‘Iets van herinnering was er steeds wel, ja. Dat heeft ook te maken met het dagelijkse leven daar. De eerste keer op weg naar de Filippijnen maakte ik een tussenlanding in Bangkok, Thailand. Toen ik het vliegtuig uitkwam, voelde ik diezelfde deken van warmte van vroeger om mij heen. En later, in een dorpje in de Filippijnen, rook ik de geur van vuurtjes en zag ik loslopende honden; toen dacht ik: ja, dit is wat ik als kind meekreeg.’

Je bent bijna veertig jaar predikant geweest. Wat was daar mooi aan?

‘Een bonte verscheidenheid aan aspecten. Mijn hart lag steeds bij de uitleg van de Bijbel, de exegese. Ik was gefascineerd door dominee Henk de Jong, door zijn preken waarin hij kon zeggen: “We gaan vanmiddag eens grasduinen in de Bijbel.” Dat vond ik

27




 ONTMOETING

zo boeiend. Daarom ben ik met de exegese verder gegaan, ik bestudeerde het Oude Testament en ben gepromoveerd op het thema ‘reinheid’. Vanuit de exegese heb ik de gemeente willen bereiken, met zogenoemde biblical preaching. Een ander aspect was de zorg voor de gemeente, om iets met de mensen daar te krijgen, om vrede te stichten. Als ik een beroep kreeg, was een van de overwegingen: “Zou ik deze gemeente lief kunnen krijgen?” Het antwoord daarop speelde mee in de eindafweging. Dit is gevoel, ja. Maar ik ben ook sterk een gevoelsmens.’

In die jaren veranderden de GKv nogal, er kwam veel meer aandacht voor gevoel, voor veranderingen in de liturgie. Hoe stond jij in die ontwikkelingen?

‘Ik verbeeld me dat ik daarin meegegaan ben. Op een gegeven moment is het wel zo dat je hierin keuzes maakt. Als het bijvoorbeeld om preken gaat, heb ik mijn eigen stijl die redelijk klassiek is. Qua opbouw: de structuur van thema’s en verdelingen. En ook qua inhoud, met veel accent op de uitleg. Ik heb gemerkt dat daar vraag naar was en is, ook onder jongeren.’

Wat was minder mooi aan predikant zijn?

‘Je hebt altijd wel met kritiek te maken. Soms kon dat grimmige trekken krijgen, bijvoorbeeld bij iets nieuws. Ik herinner mij dat ik een keer experimenteerde met een narratieve preekstijl. Er waren er die door de verhaalstijl geholpen werden bij de les te blijven, die enthousiast waren. Maar er waren er ook die ernstig bezwaar maakten tegen deze stijl van verkondiging. Later heb ik me wel gerealiseerd dat ik de gemeente er onvoldoende op had voorbereid. Maar toch, zoiets is de minder mooie kant.’

Ik kan me voorstellen dat je, na zo’n lange staat van dienst, bij nadering van een nieuwe synode denkt: ‘Mooi, maar daar ben ik niet meer bij’. ‘Sinds 1978 kunnen predikanten op de in de samenleving bestaande pensioensgerechtigde leeftijd met emeritaat gaan. Maar er zijn er genoeg geweest die doorgingen tot hun zeventigste of langer. Ik ben nu zeventig, al vijf jaar met emeritaat. Wat is er mooier om dan - als je gezond bent, de handen vrij hebt en het mooi vindt om bestuurlijk bezig te zijn - de kerken nog te blijven dienen?’

Maar goed, om dan voorzitter te zijn van wat niet echt een makkelijke synode wordt…

‘Dat is waar. Wat hierin voor mij meespeelt, zijn twee dingen. Het is niet zo dat de vorige synode alleen de man/vrouw discussie bevatte. Die was pittig, ja. Tegelijk hebben we als synode een mooie, inspirerende tijd gehad, waarin we elkaar opscherpten om vanuit de Schrift bezig te zijn. Het tweede: ik

Jezus Christus is Heer; daar wil ik van getuigen >

28

OnderWeg #02 > Jaargang 6 > 18 januari 2020

heb niet gesolliciteerd. Ik werd benaderd of ik afgevaardigde wilde zijn. Dat wilde ik. Ik werk graag mee aan de synode en dacht zonder presesschap als gewoon lid de handen vrij te hebben. Uiteindelijk kwam ik er in één stemming uit als voorzitter.’

En nu zit je hier als voorzitter van een synode waarop door een aantal kerken, zo’n twintig procent, ‘gewacht’ wordt als het om de man/vrouw discussie gaat. ‘Ja, dus geven we hier heel zorgvuldig aandacht aan; primair gebeurt dit onder leiding van de tweede preses. Maar er speelt méér op deze synode, neem het proces met de NGK. Ook dat was voor mij een reden om deze functie te aanvaarden. Zodat er in dit proces, dat nog geen afgeronde zaak is, continuïteit is. Voor dat proces ben ik dankbaar: ook al verschillen we als kerken van elkaar, we hebben elkaar gevonden. Het is belangrijk om samen verder te gaan en verantwoordelijkheid te nemen voor de dienst van de Heer. Ik hoop en verwacht dat dit in 2020 verder vorm krijgt.’

En daarvoor zit nog het beladen man/vrouw dossier. ‘Ja, dat is zo. Ik denk dat dit, als je terugkijkt, vooral


Een groen 2020 veroorzaakt wordt doordat het onderwerp sinds de 19e eeuw geassocieerd werd met de vrijzinnigheid die de Bijbel zag als een oud boek waaraan je geen normen ontleent. Terwijl nu, al vanaf de synode van Amersfoort in 2005, sprake is van een heel andere invalshoek, namelijk om vanuit een zuivere motivatie de Bijbel te laten spreken en te ontdekken wat de boodschap van de Bijbel is. De laatste synode stelde vast, niet dat de Bijbel met twee monden spreekt, wél dat wij die boodschap verschillend verstaan.’

 Ik ben dankbaar voor het proces GKv-NGK  Dit is één belangrijk facet van onbehagen binnen de GKv. Ergens las ik: in de GKv gaat het nauwelijks meer over de geloofsleer; wat centraal lijkt te staan, zijn liturgie, gemeenteopbouw en vooral gevoel, beleving. Herken je dit?

‘Zeker. Je ziet dit niet zozeer op het theologische vlak, wel op het grondvlak waar geloofswaarheden plaats lijken te maken voor beleving. Op dit punt deel ik de verontrusting. Ik heb echt het verlangen dat breed weer het besef groeit van de grote betekenis van wat de heilige Geest in de loop van eeuwen aan de kerken gegeven heeft, in de geloofsleer, in belijdenissen. Als dit onverhoopt niet gebeurt, wordt de kerk een sociale beweging die zomaar in andere opgaat. Maar wie suggereert dat de man/vrouw discussie iets met het voorgaande te maken heeft, doet geen recht aan alle synodes die zich al over dit onderwerp hebben gebogen.’

Als ik vraag: wat is, vergelijkbaar met een term als ‘de oecumene van het hart’, voor jou de kern van ons kerkelijk belijden?

‘Dan zeg ik, en feitelijk zeg ik dit de Open Brief na: Jezus Christus is Heer. De Bijbel is hier vol van: “opdat in de naam van Jezus elke knie zich zal buigen en elke tong zal belijden: Jezus Christus is Heer”. Natuurlijk moet je ook zo’n kern breder omschrijven. Namelijk dat Hij Heer is over ons leven, en ook over de schepping. Zoals je ook wilt nagaan wat deze kern - de Heer die zich vernederde en aan het kruis stierf - concreet betekent voor het dagelijkse leven. Toch, in die ene zin zit heel het heil; dáár wil ik van getuigen. Deze kern zit ook dicht bij mijn persoonlijke drijfveer: het verlangen naar de komst van Gods Koninkrijk. Want dan zien we Jezus als Heer.’ LEENDERT DE JONG IS HOOFDREDACTEUR VAN ONDERWEG

E

en witte Kerst is weer niet gelukt. Het bleef groen. Maar dat komt mij wel goed uit, want ik wil u een groen 2020 toewensen. Waarom? Een tijdje geleden ontdekte mijn vrouw (eerlijk is eerlijk) een artikel in een dagblad over kleuren en hun doorwerking. Ik citeer: ‘Een kleur die wel rustgevend is, is groen. Groen creëert een gevoel van harmonie en vrede’. Ik snap het: daarom doet die kleur het goed in de slaap- en woonkamer, maar ook in de werk- of studeerkamer. Tja, wie zou daar niet graag een gevoel van harmonie en vrede willen hebben? Maar dat willen we dan toch ook in de kerk! Wat zou het mooi zijn wanneer in het kerkelijk leven geen rode verhitting is, maar vergroening. Rust en vrede in onderlinge overlegsituaties. Wat zou het mooi zijn als in de kring waar dit blad het meest gelezen wordt, groen de hoofdkleur is. In de CGK lijkt het groen van de gemoedelijkheid en de ontspanning op kerkelijke vergaderingen vanouds onder spanning te staan. Laten onze broeders de vergroening zoeken in onderlinge samenbinding. In het proces van eenwording tussen GKv en NGK komen nu de schuurpunten, de kerkorde bijvoorbeeld. Laten de broeders en zusters bidden om en werken aan een fris, groen kerkelijk samenleven. Leg ter aanmoediging groene tafelkleedjes op de vergadertafels. Opdat wij niet vergeten…

 Leg ter aanmoediging

groene tafelkleedjes op de vergadertafels 

Daar kan een mens naar verlangen. Je strekt je ernaar uit. Maar je hebt het niet in eigen hand; er zal toch een ‘witte’ kerst aan vooraf moeten gaan. Niet letterlijk, maar geestelijk: als symbool van de heilige God die in de persoon van zijn smetteloze Zoon op aarde verschijnt. Als die witheid ons persoonlijk en als kerk doortrekt, wordt het leven groen! Vergroening… mag ik het ook ons als wereldburgers wensen? Geen verhit rood vanwege alle wapengeweld en oplopende spanningen in het Midden-Oosten en elders. Maar ook vergroening in de natuur, waar deze verdwijnt onder stikstof en plastic. Ja, ik doe het dus: ik wens u een groen 2020. En nu maar hopen dat de groene steunkleur van deze column de jaarwisseling overleefd heeft.

DINGEMAN QUANT IS EMERITUSPREDIKANT IN DE CGK


 OPINIE

Vroegchristelijke profetie en hermeneutiek Heel soms gebeurt het. Iemand spreekt over jou een woord van de Heer uit. En jij moet zelf maar beoordelen of dit een profetie uit de hemel voor jou zou kunnen zijn. Vreemd, vindt Rob van Houwelingen. Een gave van de Geest kan per definitie niet verkeerd uitpakken. Wat wordt dan bedoeld met ‘het onderscheiden van geesten’ in 1 Korintiërs 12:10 en 14:29?

I

TEKST ROB VAN HOUWELINGEN

n de gemeente van Korinte waren allerlei gaven van de Geest aanwezig. De apostel Paulus somt enkele gaven op in 1 Korintiërs 12:10 en dat doet hij paarsgewijs. Bijvoorbeeld ‘spreken in [vreemde] talen’ en ‘uitleggen van [vreemde] talen’. Die twee hebben met elkaar te maken. Het ligt voor de hand dat dit ook het geval is met het paar ‘profetie’ en ‘het onderscheiden van geesten’, opgevat als ‘beoordelen’. Zo wordt althans het Griekse werkwoord dat hier staat, diakrinein, in 1 Korintiërs 14:29 weergegeven door de Nieuwe Bijbelvertaling: ‘Laat van hen die profeteren er telkens twee of drie spreken; daarna moeten anderen het beoordelen.’ Deze vertaling spreekt in 1 Korintiërs 12:10 over ‘onderscheiden wat wel en wat niet van de Geest afkomstig is’.

Onderscheidingsvermogen

Paulus zou hier dan doelen op het bepalen of een profetie waar is of vals, vaststellen of die echt van de heilige Geest komt of niet (vergelijk 1 Johannes 4:1-3, waar echter het Griekse werkwoord dokimazein wordt gebruikt: ‘keuren’). Toch stuit deze benadering op problemen. Profetie is in 1 Korintiërs 12-14 zonder meer van de heilige Geest

30

OnderWeg #02 > Jaargang 6 > 18 januari 2020

afkomstig. Onder gaven van de Geest kunnen immers moeilijk valse profetieën gerekend worden. Bovendien wordt meestal pas na verloop van tijd duidelijk of een profetie al dan niet in vervulling is gegaan, terwijl in de gemeente van Korinte meteen na de profetische uitspraak een soort bespreking volgde. Het meervoud pneumata (‘geesten’) betekent in 1 Korintiërs 12:10 en 14:12: uitingen van de Geest, namelijk in de vorm van door de Geest ingegeven profetieën. Dan heeft de gave van het onderscheidingsvermogen betrekking op het duiden van zulke geestesuitingen, dus op het interpreteren van profetieën. Inderdaad werd deze terminologie (diakrisis of het verwante werkwoord diakrinein, verg. 1 Korintiërs 11:29) wel gebruikt voor het oplossen van raadsels en het verklaren van dromen of orakels. Bijvoorbeeld door Paulus’ tijdgenoot Philo van Alexandrië in zijn verhandeling over Jozef, de droomuitlegger.

Meerduidigheid

Profetie is een boodschap uit de hemel die op aarde uitleg behoeft, net zoals het boek Jesaja eerder gesproken profetische woorden actualiseert en herbevestigt in een nieuwe situatie. En schriftelijke


profetieën uit het Oude Testament worden door de evangelisten en de apostelen in het Nieuwe Testament toegepast op de veranderde omstandigheden. ‘Profetie komt als gave van de Geest en staat in dienst van de geloofsgemeenschap’, schrijft Jaap Dekker in zijn bijdrage over Schriftgeleerde profetie (OnderWeg 4.1, vergelijk het themanummer 5.13). Profeteren in de vroegchristelijke samenkomst hield in dat iemand onder invloed van de heilige Geest een directe boodschap van God bekendmaakte. Uit 1 Korintiërs 14 valt af te leiden dat zulke profetische boodschappen in gewone taal waren geformuleerd en dus voor iedereen verstaanbaar waren. Toch was zo’n bericht uit de hemel vaak meerduidig en kon op verschillende manieren worden verstaan. Daarom moest een profetie uitgelegd worden. Weliswaar had iedereen in de gemeente de boodschap tot op zekere hoogte begrepen, maar dan volgde de vraag: ‘Wat betekent dit bericht voor ons, wat staat ons te doen?’

Agabus en Paulus

Een illustratie hiervan biedt Handelingen 21, waar wordt verteld dat een zekere profeet, Agabus, in Caesarea een profetie uitspreekt over Paulus. Agabus bindt zichzelf met Paulus’ gordel vast om aanschouwelijk te maken dat de apostel in Jeruzalem gevangengenomen zal worden door de Joden en uitgeleverd aan de Romeinen. ‘Dit zegt de heilige Geest’ (vers 10-11). Aan de betrouwbaarheid van deze profetie twijfelt niemand. De vraag is alleen: hoe gaan we hiermee om? Agabus geeft zelf geen uitleg, maar laat de duiding van zijn woorden aan anderen over. De christenen uit Caesarea vatten deze profetie op als een ernstige waarschuwing. Volgens hen moet Paulus niet naar Jeruzalem reizen (vers 12). Hetzelfde had men in Tyrus al gezegd ‘door de Geest’ (vers 4). Toch is diezelfde profetie voor Paulus een bevestiging van zijn plan om Jeruzalem juist wel te bezoeken. Hoewel een emotioneel beroep op hem wordt gedaan, laat de apostel zich niet overreden, want hij beseft dat hij geroepen kan zijn in Jeruzalem te lijden en zelfs te sterven omwille van Christus. ‘Ik ben niet alleen bereid me in Jeruzalem gevangen te laten nemen, maar ook om er te sterven omwille van de naam van de Heer Jezus’. Hierbij leggen de anderen zich neer, met de woorden: ‘Laat gebeuren wat de Heer wil.’ (vers 13-14). Dat Paulus in de heilige stad zou sterven, liet de Heer trouwens niet gebeuren. De apostel is niet gestorven in Jeruzalem maar in Rome, waar hij eerst nog ruimschoots de gelegenheid had gekregen Gods koninkrijk te verkondigen.

Zoeken naar betekenis

geesten’ als ‘het vermogen van bepaalde christenen om, geleid door de heilige Geest, profetische uitspraken en voorspellingen van medechristenen te interpreteren en toe te passen op de situatie waarin men zich bevond. Daarbij was er zeker niet altijd sprake van één uitleg, die vervolgens door iedereen aanvaard werd, maar werden er diverse mogelijke interpretaties aangedragen.’ Hij vertaalt 1 Korintiërs 12:10 en 14:29 als volgt: …aan weer een ander [wordt door de Geest gegeven] het profeteren, aan weer een ander het duiden van geestesuitingen… Laten van hen die profeteren er steeds twee of drie spreken en laten anderen het duiden.

 Profetie is een boodschap

uit de hemel, die op aarde uitleg behoeft 

De spannende vraag is vervolgens hoe men eenstemmigheid bereikte. Zelfs met Paulus erbij was lastig te beslissen welke betekenis Agabus’ profetie had. En niet alle Korintiërs waren begaafd in het duiden van profetische uitspraken. Duiding is een kwestie van zorgvuldig luisteren naar wat de Geest tot de gemeente(n) zegt, inschatten van de actuele situatie, overleg in de geloofsgemeenschap, overredingskracht en niet te vergeten de eigen gewetensvolle overtuiging (Romeinen 14:5b). Dit alles behoort tot de kunst van het vertolken en wordt tegenwoordig hermeneutisch besef genoemd. Het Nieuwe Testament laat dus zien dat het duiden van de Bijbelse boodschap net zo goed een gave van de Geest is als het profeteren. ROB VAN HOUWELINGEN IS HOOGLERAAR NIEUWE TESTAMENT AAN DE TU KAMPEN EN REDACTEUR

Bronnen

• H.W. Hollander, 1 Korintiërs III. Een praktische bijbelverklaring (Tekst & Toelichting; Kampen: Kok, 2007), 14-15. • M.J. de Jong, “Wijze woorden van Paulus. Beschouwing bij 1 Korintiërs 12”, Met Andere Woorden 32.3 (2013): 3-15.

H.W. Hollander omschrijft ‘het onderscheiden van

31


ADVERTENTIES

Heeft uw kerkelijke gemeente een hypotheek nodig?

Bij Stichting Kerkelijk Geldbeheer kennen we de kerkelijke markt als geen ander! Veel kerkelijke gemeenten hebben dit al ervaren en hebben hun financiering tot volle tevredenheid bij SKG ondergebracht.

Bij SKG kunt u terecht voor:

een nieuwe financiering

oversluiten huidige financiering

passend advies voor uw kerkelijke gemeente

Vraag een vrijblijvend gesprek aan (0182) 58 80 00 of kijk voor meer informatie skggouda.nl.

Wat mij bezielt is dat God van mij houdt. Ongelooflijk! Ik zoek bezieling om dat nog beter te kunnen ervaren. Jij ook? Neem nu een proefabonnement op OnderWeg.

ga naar onderwegonline.nl/gratis drie maanden gratis en stopt automatisch


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.