CULTUUR HISTORISCH MAGAZINE DORDRECHT REGIO
#13 DECEMBER 2009 E 3,50
✽ Door het oog van de naald
✽ De 'mensch Kennedy' ✽ Middeleeuwse beschilderde grafkelders opnieuw onderzocht
✽ Het is de toon die de muziek maakt
✽ Dijkverzwaring in historisch perspectief
En verder • Bij dit DiEP magazine de CD dordt hits back! met o.a. de volgende bands:
THE ZIPPS / SNOWFLAKE
LIVING KICK FORMATION
COSMIC DEALER / INCA BULLET JOE
inhoud colofon
6
#13 2
9
17
30
32
Inhoudsopgave
3
Redactioneel
4-5
Actueel
6-8
Door het oog van de naald
9
Hulpactie DiEP in Keulen
Colofon
10-11
Uit de collectie van … archeologie
12
De ‘mensch Kennedy’
13
Speenhoff hangt in Dordrecht
14-16
Middeleeuwse beschilderde grafkelders opnieuw onderzocht
17-19
dordt hits back!
20-21
Centerfold dynamite dordt '71
22
'Opera-Kees' en andere Dordtse componisten
23
Willem Kes: de beroemdste dirigent van Dordrecht
24-25
Het is de toon die de muziek maakt
26-28
'De tijd is voorbij dat alles moet wijken voor een dijk'
29
Varia regio
30-31
Achter de gevel van … Bibelot: Wijnstraat 117
32-33
Beschermd stadsgezicht en monumenten
34
Erfgoedcentrum DiEP brengt twee historische films uit
35-36
Top Tien Poptempels van vroeger
37-38
Boeken
39
Ingezonden
Nummer 13 (december 2009) Redactie Sander van Bladel, Helen Stroosma, Deborah Paalman, Lisa Traarbach, Linda de Jongh. Hoofdredactie Conny van Nes Eindredactie Els Kamsteeg. Verder met bijdragen van Ron de Bruijn (o.a. CD!), Machteld van der Feltz, Maurice de Jongh, Machiel Mol, Christine Weijs, Wim van Wijk, Arie van ’t Zelfde. Fotografie en afbeeldingen o.a. Jaap Bouman, Jarko de Wittevan Leeuwen Erfgoedcentrum DiEP, Stadsontwikkeling Dordrecht Ontwerp Opera Graphic Design, Breda Drukwerk Thieme MediaCenter, Rotterdam Uitgave Erfgoedcentrum DiEP / gemeente Dordrecht ISSN: 1871-6040 Distributie / abonnementen Donkervoort + Partners Redactiesecretariaat DiEP via bureau Monumentenzorg en Archeologie, T 078-6396402 / monarch@dordrecht.nl. www.erfgoedcentrumdiep.nl www.dordrecht.nl/stadsarchief www.dordrecht.nl/monumentenzorg www.dordrecht.nl/archeologie Verkoopprijs losse nummers € 3,50 Abonnementsprijs 3 nummers € 10,Opgave abonnementen 078-6396402 / monarch@dordrecht.nl of via e-loket www.dordrecht.nl
Eerder verschenen DiEP uitgaven
2 DiEP #13 / 2009
Foto Ron de Bruyn
redactioneel
Els Kamsteeg, eindredacteur
‘Back to the sixties’ Was u jong, snel en wild in de jaren zestig in Dordrecht? Dan zullen de namen The Zipps, Cosmic Dealer en Inca Bullet Joe bij u zeker nog een belletje doen rinkelen. Deze drie roemruchte bands lieten het ‘stramme oude Dordt’ op zijn grondvesten schudden. Sterker nog: enkele van deze bands hebben nog altijd een trouwe aanhang en treden nog regelmatig op. Deze maand krijgt u van ons, naast een prachtige editie van DiEP, een muzikaal cadeautje. Het is een gratis cd met unieke opnamen, samengesteld door onze ‘geluidsman’ Ron de Bruijn van Erfgoedcentrum DiEP. Speciaal voor deze muziekuitgave van DiEP 13 speurde hij in de geluidsarchieven naar nooit uitgebrachte opnamen van Dordtse groepen die ‘wereldberoemd’ op het eiland (en soms ook daarbuiten) waren. In het begeleidende verhaal weet Ron een prachtig stukje Dordtse muziekgeschiedenis tot leven te brengen. Luister en lees en waan u ‘back in the sixties’. De lancering van DiEP 13 is overigens helemaal feestelijk want op zaterdagmiddag 12 december treedt de legendarische Dordtse band The Zipps op in het al even beroemde en vernieuwde Dolhuys in de binnenstad. Een gelegenheid die wij hebben aangegrepen om een en ander te combineren, ook de nieuwe DiEP met cd is dan te koop. Als u niet zo van muziek houdt dan is er in deze editie toch nog genoeg fraais te beleven: een verhaal over een middeleeuwse begraafplaats in de binnenstad, de dijkverzwaring op het Eiland van Dordrecht, de verbouwing van huis Rodenburch en de houten blokfluit van Huis te Merwede in onze rubriek ‘Uit de Collectie van’. De redactie wenst u een prettige decembermaand en uiteraard veel lees- en luisterplezier!
Sinds 3 oktober is Marieke van Leeuwen de nieuwe stadsdichter van Dordrecht. Speciaal voor DiEP schreef zij het winterse gedicht op de achterkant van dit magazine. Marieke is verder actrice en regisseur. Zij woont sinds 1987 in Dordrecht, waarvan de laatste drie jaar in de binnenstad.
#13 / 2009 DiEP 3
actueel 700 jaar archiveren in Dordrecht Archiefonderzoeker en docent Peter Horsman promoveert deze maand op de geschiedenis van het archiveren in Dordrecht over de periode van 1200 tot 1920. Vanaf 1920 is er sprake van een professionele ‘registratuur’, maar wat valt er te zeggen over de dossier-vorming vóór die tijd? In het belang van goed onderzoek in de 21e eeuw is het zaak om te weten hoe archief-inventarissen zijn opgebouwd. Horsman komt in zijn proefschrift tot de conclusie dat de oude Dordtse beschrijvingen soms ‘onbetrouwbaar’ zijn. Dit heeft vervelende consequenties voor onderzoekers. Vragen blijven onbeantwoord door slechte inventarissen, maar in relatie tot steden als Leiden en Rotterdam scoort Dordrecht behoorlijk. Voor bijvoorbeeld de stads-rekeningen van Dordrecht is in kaart gebracht wat in welke periode ontbreekt en waarom? Inzake de stadsrekeningen zou de verklaring in de Bataafs-Franse tijd kunnen liggen. Omdat de systematische methode van onderzoek pas in de kinderschoenen staat, heeft ook onderzoeker Horsman niet op alle vragen een antwoord paraat.
Dordtenaren kunnen historische kalender invullen Vanaf januari 2010 is op www.vvvzhz.nl de Dordtse historische kalender beschikbaar. Deze kalender - resultaat van een samenwerking tussen het Platform Stedelijke Herdenking, de Vereniging Oud-Dordrecht, de VVV Zuid-Holland Zuid en Erfgoedcentrum DiEP - omvat de periode van 2010 tot 2030 en biedt gebruikers de mogelijkheid om historische feiten aan te dragen die zij boeiend en relevant vinden. Het jubileum van een school, vereniging, de opening van een markant gebouw of bijvoorbeeld een beroemde of beruchte Dordtenaar die beslist niet vergeten mag worden; dergelijke zaken kunnen genomineerd worden. Vanzelfsprekend kan ook gereageerd worden op zaken die al geplaatst zijn. Ook kan eigen beeldmateriaal worden toegevoegd. Met deze kalender wordt de relatie tussen het heden en het verleden op een laagdrempelige manier inzichtelijk gemaakt. Geschiedenis leeft, en hiermee ontstaat voor iedereen de mogelijkheid om vanuit zijn eigen perspectief ‘mee te schrijven’ aan het verhaal over het rijke verleden van de stad en haar inwoners. Een redactie heeft als taak genomineerde gebeurtenissen voor zover mogelijk te beves-tigen en tips voor verder onderzoek te geven. Op termijn kan de kalender uitgroeien tot een instrument aan de hand waarvan Poelier en vogelhandel Retel aan de Tolbrugstraat Waterzijde omstreeks 1916.
evenementen, herdenkingen of Dordrecht-
Had deze poelier in 2010 nog bestaan, dan was hij mogelijk genomineerd voor de historische kalender
promotie gestalte kunnen krijgen.
4 DiEP #13 / 2009
Pand Rodenburch in de steigers De restauratie van het casco van pand Rodenburch, de vroe-
Een bouwhistoricus voor Dordrecht
gere huisvesting van
Christine Weijs is sinds september
drukkerij Holster, is
de nieuwe bouwhistoricus van de
begonnen. Dit histo-
gemeente Dordrecht. Ze werkt voor
rische gebouw, aan
bureau Monumentenzorg en
de Wijnstraat 153 te
Archeologie. De bouwhistoricus is er
Dordrecht, verkeert
gekomen op voorspraak van de raad,
door jarenlange ver-
omdat dit een deskundigheid was die
waarlozing in een
node werd gemist. Veel mensen zijn
slechte staat.
geĂŻnteresseerd in de geschiedenis
In 2006 verkocht de
van hun huis, hun straat, stad of
gemeente Dordrecht
streek. Hiervoor kun je bijvoorbeeld
Rodenburch voor een
oude documenten lezen. Een bouw-
symbolisch bedrag
historicus 'leest' op een vergelijkbare
aan de vereniging
manier objecten in de gebouwde
Hendrick de Keyser
omgeving. De bouwhistoricus onder-
met de afspraak om
zoekt bouwwerken. Dat begint altijd
zo snel mogelijk met
bij de bouwstijlen, bouwmaterialen
restauratie te starten.
en constructies, en vervolgens de
De financiering van
verstoringen, verkleuringen en
de restauratie bleek
andere onregelmatigheden hierin.
echter zeer complex
Aan de hand van deze kenmerken
en met stijgend
probeert de bouwhistoricus de
ongeduld is gewacht
bouwfasen te ontrafelen. Hoe zag
op de start van de
het pand eruit toen het nĂŠt klaar
werkzaamheden. De
was? Hoe is het later verbouwd om
restauratie wordt nu
het comfortabeler, veiliger, groter,
uitgevoerd met steun
'moderner' en/of deftiger te maken?
van de Louisa van
Wat voor gevolgen heeft her-
der Velde Stichting
bestemming voor het pand gehad?
en een groot bedrag
Natuurlijk hebben ook grotere
uit de economische recessiepot van de rijksoverheid. Pand Rodenburch is een pand
gebeurtenissen in de straat of de
met een geschiedenis die teruggaat tot in de middeleeuwen. Op de plaats van het
stad hun sporen nagelaten, zoals
gebouw Rodenburch en het buurhuis Henegouwen was in de middeleeuwen een
in Dordrecht de grote stadsbrand
herberg. Hier logeerden de graven van Holland als ze Dordrecht bezochten. En
van 1536, of meer algemene bouw-
onder het huis zijn nog steeds de kelders waarin in de 16e eeuw wijnvaten werden
historische ontwikkelingen, zoals de
opgeslagen. In het midden van de 18e eeuw werd het pand een statig woonhuis.
opkomst en het verdwijnen van de
Aan de straatzijde verrees de gevel in de Lodewijk XV stijl en in het interieur kwamen
plafond-/vloerconstructie met moer-
betimmeringen, schouwen en stucwerk in rococostijl.
en kinderbinten. Met de kennis hier-
In 1920 werd het gebouw een kantoor in opdracht van de Raad van de Arbeid. Op
van stelt de bouwhistoricus vast
de plaats van het 18e -eeuwse achterhuis kwam een lichthal met een monumentale
hoe bijzonder en hoe waardevol een
trap en een grote kantoorzaal naar ontwerp van de Dordtse architect Carel Tenenti.
(deel van een) gebouw is, dus wat
Uitgangspunt bij de huidige restauratie is om de onderdelen uit verschillende periodes
de monumentale waarde ervan is.
naast elkaar te laten bestaan. Bij de voorbereiding van de restauratie zijn delen van
Mede op basis hiervan kan worden
nog oudere interieurafwerkingen teruggevonden. Zo zitten achter de wanden sporen
besloten hoe het gebouw met
van grote schouwen en kwamen er historische vloerdelen en balklagen tevoorschijn.
behoud van de geschiedenis kan
In een kamer op de eerste etage is vroeg 19e-eeuws papierbehang gevonden.
worden verbouwd en (her)bestemd/
De restauratie van het casco is in 2010 klaar, daarna wordt het interieur aangepakt.
gebruikt. Bijzondere bouwhistorische
Uiteindelijk zal in Rodenburch, waar eens de graven van Holland logeerden, opnieuw
zaken kunt u altijd mailen aan
een herberg verrijzen met een restaurant en vier hotelkamers.
monarch@dordrecht.nl
#13 / 2009 DiEP 5
Door het oog van de naald Het verhaal van een joodse onderduiker in Dordrecht Sander van Bladel
De nu 81-jarige joodse Dordtenaar Jules Benedictus zat tijdens de oorlogsjaren als puber twee en een half jaar ondergedoken op de achterzolder van een pand aan de Wijnstraat. In die tijd hield hij dagboeken bij, die onlangs aan Erfgoedcentrum DiEP in bewaring werden gegeven. Tijdens de Landelijke Archievendag in oktober en eerder in zijn huidige woonplaats Rotterdam, vertelde hij over deze dagboeken en de bijzondere periode in zijn leven. Dit is zijn verhaal.
Jules Benedictus bezoekt ‘achterboven’, 1996 (Foto Jaap Bouman)
,,Als joodse jongen woonde ik in
verboden'. Op de Dordtse school mocht
stonden thuis de koffers al klaar. Ik wist
Dordrecht in een bovenhuis aan de
ik niet blijven. In het schooljaar 1941-
dat wij bij onze buren konden onder-
Wijnstraat. Beneden ons was de
1942 ging ik naar het Rotterdams Joods
duiken. In oktober was het zover, we
meubelzaak van Burger, onze huisbaas.
Lyceum. Met een speciale 'Ausweis'
hadden de aangetekende brieven
Hij zou onze onderduikbaas worden.
mochten kinderen wel van Dordrecht
binnengekregen om ons te melden
Hun woonhuis, een groot patriciërspand,
naar Rotterdam met de trein. In de zeer
voor 'het werken in Duitsland'.
was voor een deel achter de zaak en
koude winter van '41 op '42 mochten we
Onze buurman had voor onze onder-
voor een deel daarboven. Wij hadden
niet in de wachtkamer wachten maar
duikgelegenheid een zolder boven het
een goede relatie met deze buren, en
kropen we soms in een onverwarmde
magazijn van een smid gehuurd.
ik ging het meest om met niet-joodse
stilstaande trein om ons te beschutten.
Dit onder het mom dat die bestemd was
jongens. Wij waren niet godsdienstig
Als je je niet stipt hield aan de voor-
voor de opslag van goederen die aan de
maar we werden in de Tweede Wereld-
schriften kon je zo worden opgepakt.”
bezetter moesten worden onttrokken. Er werd niet bij gezegd dat het om joden
oorlog toch vervolgd op grond van onze joodse afstamming. Als jongen voelde
Onderduiken?
ging. Wij woonden daar met zes per-
ik een aantal beperkingen; we mochten
,,In de herfst van 1942 kwamen de
sonen gedurende twee en een half jaar.
niet meer in het zwembad en wandelen
transporten naar Duitsland, en op
Elke avond nadat de smederij gesloten
in het park was er ook niet meer bij.
school werd gediscussieerd over gaan
was, en ook op zondag, gingen we door
Overal kwamen borden 'voor Joden
of onderduiken. Bij veel kinderen
het raam en langs een ladder naar
6 DiEP #13 / 2009
Pro-Duits spandoek in de Voorstraat
beneden om tijd met de familie Burger
een wc-ruimte. Er was geen elektriciteit,
Toch moest ik een keer onze veilige plek
door te brengen. Lezen, kaartspelen en
gas of stromend water. Als de smid in
verlaten, want ik had verschrikkelijke
naar de Engelse radio luisteren. Ik had
zijn magazijn moest zijn deed hij eerst
kiespijn. Er was een vertrouwde tand-
de taak om de wc-emmer en de emmers
een zware roldeur open. Dan moesten
arts. Om 's avonds op een zo natuurlijk
met spoelwater te legen en om schoon
wij muisstil blijven. Iemand op de wc
mogelijke manier daarheen te komen,
water omhoog te brengen.
kon die roldeur niet horen en om die
ging het nichtje van de buren mee.
Meestal gingen we om elf uur met het
dan te waarschuwen was er een sein-
Wij liepen gearmd als een stelletje.
licht van een lantaarn weer naar 'achter-
paal gemaakt. Soms vergat de smid de
Bij onraad konden wij ons veilige huis
boven'. Diverse geheime luiken werden
roldeur dicht te doen en moesten we
op twee plekken weer bereiken; via de
achter ons dichtgemaakt en er was een
de hele dag stil zijn.”
Wijnstraat en via de Kuipershaven. Gelukkig liep alles goed af.
beweegbare wand. Achter die wand was een schuur, en
De buitenwereld
Ook had mijn zus een keer een dokter
aan de achterkant daarvan was een
,,We hadden in al die tijd geen contact
nodig. Ze had een knobbeltje in haar
luikje met twee roestige spijkers.
met de gewone leefwereld. Soms keek
borst. Gelukkig was er de ons goed
Tilde je die op dan kwam je in een
ik op zondag naar de Nieuwbrug en zag
gezinde chirurg Hagen die nog oude
tunnel en vervolgens op het binnen-
mijn oude schoolkameraden spelen.
operatiespullen van zijn vader thuis
plaatsje waar de ladder naar het raam
Maar daar een signaal aan geven zou
had liggen. Hij opereerde mijn zus op
van onze voorkamer stond. Onze
onherroepelijk tot onze arrestatie en die
een tafel in het kantoor.”
vertrekken boven het magazijn waren
van de familie Burger leiden. Zij liepen
een slaapkamer, een eettafel met (kook-)
daarmee ook een heel groot gevaar, en
kachel, een voorvertrek met zitstoelen en
voorzichtigheid was geboden.
De wasgelegenheid van ‘achterboven’, 1996 (Foto Jaap Bouman)
Blik op de Nieuwbrug-Wijnstraat
#13 / 2009 DiEP 7
Tekening binnenplaats en gevel (april 1945) door Suze en Jules Benedictus
Dagboek juli-augustus 1944
Goede Nederlanders ,,Als wij 's avonds bij de buren op bezoek waren en er werd door iemand aan de deur gebeld, dan ging mevrouw Burger naar de voordeur. Als er bezoek binnen zou komen, dan drukte zij op een contrabel aan de binnenkant. In dat geval trokken wij ons terug in de richting van de meubeltoonzaal en gingen tijdelijk zitten in het kamertje van hun neef Jaap Burger (de latere politicus). In zijn kamertje wachtten wij tot het sein veilig werd gegeven of dat we verder richting 'achterboven' moesten. Op een keer was Weizenbeek op bezoek gekomen, een jager op eenden in de Biesbosch. Hij stapte de woonkamer
Dagboek februari-mei 1945
van de familie Burger binnen waar wij net uit waren weggevlucht, en zei:
een avond toen mijn dienst van wc-
Bang
'Ik ruik mensenvlees'. Gelukkig waren
emmer legen en water halen er op zat
,,Na de bevrijding bleken veel meer
dit allemaal 'goede Nederlanders' die
liep ik toch naar dat gaatje. Op dat
mensen van onze onderduik op de
niet verder vroegen. Later in de honger-
moment keek ik recht in het oog van de
hoogte. Onder andere veel personeels-
winter zorgde hij ervoor dat de familie
smid. Hij stond kennelijk naar mij te
leden van de zaak. Kleine fouten hadden
wat van zijn jachtbuit kreeg. En wij
kijken. Ik voelde dat ik wit wegtrok en zei
ons kunnen verraden, maar gelukkig
mochten meedelen.
geen woord. Hij ook niet. Ik meldde dit
hield iedereen zijn mond. Desgevraagd
onmiddellijk aan de heer Burger.
konden ze ons zo het geheime luikje
Die ging direct met de smid praten.
in de schuur aanwijzen. Eigenlijk zijn
De smid had in zijn magazijn ook een
we door het oog van de naald gekropen.
radio verborgen. Soms zette hij die aan en hoorden we boven vage geluiden.
Gelukkig was de smid ook een goede
‘Was je bang in de oorlog?’ vraagt men
Ik nam dan een rubber slang en hield die
Nederlander, hij hield zijn mond en wij
wel eens. Bang is niet het juiste woord.
boven een gaatje in onze vloer. Dan kon
konden boven wat meer lawaai maken.
Je was oplettend en alert en deed wat
ik alles volgen en verslag uitbrengen.
Toen de heer Burger een keer plotseling
in de situatie het beste was. Je deed
Het magazijn had een ijzeren deur naar
door de Duitsers werd gearresteerd,
het ook in samenwerking met anderen.
het plaatsje waar onze ladder stond.
klopte de smid aan ons raam met de
Goede afspraken maken en die
In die deur zat op ooghoogte een gaatje.
ladder en zei dat hij verder voor ons zou
nakomen, daar houd ik me aan.
Ik had nog nooit de behoefte gevoeld
zorgen. Gelukkig kwam de heer Burger
Het zoldertje boven de smid bestaat
om daar doorheen te kijken, maar op
weer snel vrij.”
overigens nog steeds.”
8 DiEP #13 / 2009
Hulpactie DiEP in Keulen Machteld van der Feltz Machteld van der Feltz, papierrestaurator bij Erfgoedcentrum DiEP, vertelt over haar bezoek aan het ingestorte stadsarchief van Keulen en de hulp die zij deze zomer bood bij het restaureren van de documenten.
Wie had bij de opening van het
Inmiddels is het meeste uit de grond
nieuwe gebouw van het Keulse stads-
gehaald. Het is verbazend hoe goed
archief in 1971 kunnen bevroeden dat
vele stukken er nog uit zien.
dit solide gebouw ooit zou instorten?
De degelijke kartonnen dozen en
Maar dat gebeurde wel op 3 maart
kokers waren een goede bescherming.
2009. Vermoedelijk is de instorting
De laatste berichten op de website
veroorzaakt door de bouw van een
van het archief maken melding van
metrostation vlak voor het archief-
boeken die in het grondwater lagen,
gebouw.
maar zo op elkaar geperst dat alleen
Na het bergen van de slachtoffers
de randen nat waren geworden!
ging een oproep de wereld in om Beschadigde bouwtekeningen (Foto Anne Pelikan)
archiefstukken te redden. Ik besloot
Al met al zal de restauratie nog jaren
contact te zoeken en zo ging ik eind
in beslag nemen. Intussen is er veel
juli naar Keulen.
geleerd over de aanpak van calami-
Er werd gezorgd voor onderdak,
teiten en de eigenschappen van
maaltijden en verzekering. Met een
karton en papier. Een bijzondere
speciale bus werden we naar de
ervaring was dat ik ’s ochtends een
werkplek gebracht, een enorme hal
tekening schoonmaakte van een
gevuld met grote hoeveelheden
kapel die ik ‘s middags bezocht.
bakken, pallets en karren met map-
Bovenal bewaar ik goede herinne-
pen en kokers die de 'grote formaten'
ringen aan het samenwerken met
bevatten.
mensen van verschillende natio-
Soms zag het er erg beschadigd uit
naliteiten en beroepen.
en soms viel het mee.
Gruis verwijderen (Foto Anne Pelikan)
Er waren overal tafels op stahoogte
Voor meer informatie:
om aan te werken. Na de veiligheids-
http://www.stadt-koeln.de/5/
instructie kregen we een kunststof
kulturstadt/historisches-archiv/
overall, handschoenen en een mondkapje om te dragen als bescherming
Op deze website staan foto’s van
tegen het stof.
de herstelwerkzaamheden: http://www.ksta.de/html/artikel/
Alles was erg goed georganiseerd.
1236100099706.shtml
We werkten van 8.00 tot 15.00 uur, voornamelijk aan het verwijderen van gruis uit stapels bouwtekeningen en affiches. De natte en vochtige objecten kregen al eerder een voorlopige behandeling. Alles wordt bewaard, zelfs onbeschreven snippers.
#13 / 2009 DiEP 9
uit de collectie van archeologie
Blokfluit Deborah Paalman
Terug van weggeweest: de houten blokfluit van het Huis te Merwede! Sinds 1950 was de vondst uitgeleend aan het Haags Gemeente Museum. Maar de fluit is nu weer terug in Dordrecht en bevindt zich in de archeologie-collectie van Erfgoedcentrum DiEP.
Op dinsdag 16 september 1940 werd door professor Renaud een blokfluit gevonden bij zijn archeologische opgraving van het Huis te Merwede. De fluit kwam uit een waterput in een tussenmuur van de keuken van het (tweede) Huis te Merwede, het kasteelachtige versterkte woonhuis van de heren (Daniël) van der Merwede. Het eerste huis kwam tot stand in het laatste kwart van de 13e eeuw, maar al na enkele decennia verzakte het en moest het herbouwd worden. Het tweede gebouw dateert van kort voor het midden van de 14e eeuw. Daarmee zou de fluit op z’n vroegst ook van iets vóór 1350 kunnen zijn, maar prof. Renaud hield met de datering een slag om de arm: ‘rond 1400’. Zeker is dat de fluit niet ouder is dan 1418/1421, want het Beleg van Dordrecht en een paar jaar later de St. Elisabethsvloed, maakten van het fiere huis een ruïne.
Aelbert Cuyp, wintergezicht bij ruïne Huis te Merwede bij Dordrecht
De middeleeuwse houten blokfluit van het Huis te Merwede (Dordrecht, 1940)
10 DiEP #13 / 2009
Opgravingen Huis te Merwede in de jaren ’40 van de 20e eeuw. Ter hoogte van de gele cirkel de waterput
Reconstructie van de plattegrond van het tweede huis (P. Bos, Zock Design)
Instrumentenmakers en blokfluitisten hebben altijd veel belangstelling getoond voor deze unieke fluit, vanwege de grote muziekhistorische betekenis. Lange tijd was de blokfluit uit Dordrecht zelfs de oudste van Europa, maar inmiddels zijn er nog meer oude exemplaren opgegraven, zoals in Duitsland, Polen en Estland. Zowel archeologisch als literair onderzoek wijst erop dat de blokfluit na het jaar 1000 in Europa opduikt. Ook in Franse miniaturen uit de 11e eeuw worden al afbeeldingen van blokfluitjes aangetroffen. De blokfluit van het Huis te Merwede is gemaakt van fruitbomenhout (mogelijk pruimenhout). De fluit heeft zeven vingergaten aan de voorzijde en een duimgat aan
de achterzijde. Het onderste gat is dubbel. Handig, want zo kon het instrument zowel met de linker- als met de rechterhand onder door verschillende personen worden bespeeld. Het niet gebruikte gat werd dan dichtgestopt, bijvoorbeeld met bijenwas. De blokfluit dankt zijn naam aan het feit dat er een los blokje hout in de kop zit, waarlangs de lucht richting het labium wordt geblazen, het schuine gedeelte aan de voorkant van de fluit. De fluit uit Dordrecht heeft het formaat van een sopraanfluit, maar vreemd genoeg is de ruimte tussen het blok en het (beschadigde) labium nogal groot voor een sopraan. Ook steekt het blok erg ver door in het venster. Hierdoor kreeg de fluit een hees geluid. Enkele kenners denken dat er een poging is gedaan de beschadiging aan het labium weg te snijden, maar dat daardoor de ruimte erboven te groot werd. Om de tussenruimte te verkleinen werd het blok waarschijnlijk iets naar beneden geduwd, maar ook dit verbeterde de klank niet. Dit kan een reden zijn geweest om de fluit weg te gooien.
Wel kan worden gezegd dat deze blokfluit is gemaakt door een kundige bouwer. Waarschijnlijk is het daardoor geen goedkoop instrument geweest. Mogen we hieruit concluderen dat er door professionele muzikanten op werd gespeeld? En dat er geen muziek mee werd gemaakt voor het gewone volk op een jaarmarkt of in de herberg, maar voor de adel, op kastelen? Op het Gezondheidspark in Dordrecht zijn ook middeleeuwse fluitjes opgegraven tijdens archeologisch onderzoek (2006).
Deze kleine veranderingen hebben dus grote invloed op de toon als er op deze fluit zou worden geblazen. Dat is overigens wel geprobeerd. Ook is de fluit nagebouwd: de kopie had een eenvoudige klank.
Middeleeuwse benen fluitjes, Gezondheidspark Dordrecht, 2006
15e-eeuwse miniatuur uit het manuscript Roman de la Rose. Op de achtergrond muzikanten met blaasinstrumenten: 2 fluiten en een doedelzak. Of het hier om blokfluiten gaat is onduidelijk,
De replica kreeg echter een uitbreiding die het origineel niet heeft: een aanblaaskap op de bovenkant en verlenging van de onderkant met een extra ring, want zonder deze aanpassing is het verschil tussen de greep met alle gaten dicht en die met het onderste gat open maar een halve toon. Dat vonden veel blokfluitkenners wat vreemd, hoewel nu ook bij enkele andere vroege blokfluiten dit verschijnsel is geconstateerd‌ Hoort dit dan toch zo, of werden kap en ring niet gevonden omdat ze van ander materiaal waren gemaakt, zoals been, hoorn of ivoor? Werden deze onderdelen misschien opnieuw gebruikt bij een nieuwe fluit en was het daarom de moeite waard dit van de oude af te halen, voordat deze werd weggegooid? Veel vragen, geen antwoord: niemand kan aantonen hoe het origineel ooit was.
Kop van de fluit, met blok en labium
Waarschijnlijk zijn het twee afzonderlijke fluitjes geweest, want de delen passen niet aan elkaar. Ze zijn gemaakt uit scheenbeenderen van een schaap of geit, maar deze fluitjes hadden waarschijnlijk geen blok. Waren dit goedkope fluitjes waarop muziek werd gemaakt voor en door het volk?
maar aardig detail is dat de linker fluitist zijn rechterhand boven houdt en de linker onder, zoals ook mogelijk is bij de blokfluit van het Huis te Merwede. Dit in tegenstelling tot de standaard
Met dank aan: Dhr. dr. J. Bouterse (expert op het gebied van
moderne blokfluit, waarbij de plaatsing van de handen is om-
historische blaasinstrumenten), Dhr. D. BrĂźggen ( fluitist
gedraaid en keuze ook niet mogelijk is (Oxford, Bodleian Library,
Amsterdam Loeki Stardust Quartet)
MS Douce 364, folio 83, Mirth and Gladness lead a dance).
#13 / 2009 DiEP 11
Tentoonstelling over de ‘mensch Kennedy’ Helen Stroosma
,,De mensch Kennedy heeft ook reden van bestaan (als artist verlang ik van u geen waardering meer)”. Met deze woorden richt de schilder Reinier Kennedy zich op 18 april 1929 tot een kennis uit Dordrecht. Hij heeft dan ruim een jaar doorgebracht in het krankzinnigengesticht Vrederust nabij Bergen op Zoom. Het is ook de mens Kennedy aan wie in maart volgend jaar een tentoonstelling wordt gewijd. Op basis van dagboeken en briefwisselingen wordt op deze expositie het verhaal verteld van de Dordtse kunstenaar wiens leven zo’n tragisch verloop had. Graaien, redden en ruimen De meeste Dordtenaren kennen Kennedy bewust of onbewust van de wandschilderingen in het stadhuis. Deze grote doeken, geïnspireerd op belangrijke gebeurtenissen of thema’s uit de Dordtse geschiedenis, hebben een al even bewogen historie als de man die ze maakte. Bijna waren ze in de jaren zeventig gesneefd. Een actie van stadsgenoten heeft kunnen voorkomen dat ze bij de restauratie van het stadhuis ‘opgeruimd’ werden. Bijna was ook het persoonlijke archief van Kennedy ‘geruimd’. Na zijn overlijden in 1960 werden zijn werk en archief overgedragen aan de gemeente Dordrecht. Omdat Kennedy jarenlang op kosten van de gemeente was verpleegd, werd zijn nalatenschap eigendom van de gemeente. De schilderijen en tekeningen vonden snel onderdak in het Dordrechts Museum, maar de dozen
Notitieboekjes van R.W. Kennedy
12 DiEP #13 / 2009
met dagboeken, brieven, schetsboekjes, en krantenknipsels bleven in het stadhuis liggen. Het had niet veel gescheeld of het archief was weggegooid. Door de jaren heen werd er af en toe iets meegenomen: mensen vonden het zonde dat die mooie tekeningetjes daar lagen te verpieteren. Wezel, R.W. Kennedy potloodtekening
Muskuseend, R.W. Kennedy potloodtekening
Het meenemen van een tekeningetje hier en een schetsboekje daar valt dan ook in een schemergebied tussen graaien en redden. Uiteindelijk heeft burgemeester Van der Lee zich over de dozen ontfermd en ze overgedragen aan archivaris Jensma, met een keurig officieel briefje erbij. De treurigmakende inhoud van deze dozen is het startpunt geworden van de tentoonstelling. Op basis van brieven en dagboeknotities wordt het verhaal van het leven van Kennedy verteld. Kroniek Omdat Kennedy als een ware archivaris te werk ging en zelfs afschriften maakte van zijn eigen brieven, krijgen we een evenwichtig beeld van Kennedy en zijn omgeving. De jaren van succes, de weg erheen en de weg terug. Toch is het trieste verhaal geen reden voor een somber stemmende tentoonstelling. Kennedy’s schriftelijke scheldkanonnades zijn niet gespeend van humor, terwijl zijn scherpe blik en zijn tekentalent ons laten meegenieten van de natuurschoon in zijn omgeving. Hij was een werkzaam mens, zoals hij keer op keer opmerkt in zijn brieven. De tijd in Vrederust heeft hij gebruikt om brieven te schrijven, te schilderen en een dagboek bij te houden. Zo is zijn archief onbedoeld een kroniek van de eerste helft van de twintigste eeuw geworden.
Koos Speenhoff
‘Ik kom zaterdag 14 januari om mij op te hangen’ Helen Stroosma
Humor is gevaarlijk. Te veel en je wordt niet serieus genomen; te weinig en je bent een saaie Piet. Humor kan een uitstekend smeermiddel zijn in menselijke relaties, maar met de toepassing ervan is terughoudendheid geboden. Leuk doen in officiële brieven draagt een extra risico in zich. Zelfs in kringen waar men wel wat excentriciteit gewoon is, zoals het tekengenootschap Pictura. In het archief van Pictura bevindt zich een
getypte brieven maken een enigszins tipsy
van uitgaande brieven over deze periode
reeks brieven van de Kralingse dichter-
indruk: ze zijn getypt op gelinieerd papier,
niet bewaard zijn gebleven. Er lijkt enige
zanger Koos Speenhoff (1869-1945).
soms in twee kleuren inkt, en voorzien
verwarring te zijn ontstaan omdat
Speenhof was bekend om zijn openhartige
van een stempel met een karikatuur van
Speenhoff zijn verzoek te mogen expo-
volkse liedjes, gezongen op deftige toon,
zichzelf. De briefwisseling tussen hem en
seren nog eens herhaalt. Ook het innen
een soort drs. P avant-la-lettre.
Pictura betreft het exposeren - in 1928 -
van het geld voor de (weinige) verkochte
Samen met zijn vrouw Cesarina Prinz trad
van een aantal door Speenhoff gemaakte
werken gaat niet van een leien dakje.
hij op. Geestig zijn was zijn beroep, maar
karikaturen van bekende Nederlanders.
Zijn teleurstelling over het feit dat hij door
of het verstandig was van Speenhoff om
Hij biedt aan zelf zijn ‘werkjes’ te zullen
de Dordtse pers totaal genegeerd is,
dat in zijn officiële correspondentie ook te
ophangen: ‘Ik kom zaterdag 14 januari
weerhoudt hem er echter niet van voor te
zijn, is de vraag. Echter, voor de archivaris
om mij op te hangen’.
stellen een vervolg expositie te houden.
die er jaren later op stuit, zijn deze brief-
Hoe het bestuur van Pictura heeft gerea-
Of het daarvan gekomen is, is onbekend.
jes een leuke ontdekking. De doorgaans
geerd is niet bekend, omdat de minuten
#13 DiEP / 2009 #13 /DiEP 2009 13
Detail met de kerk van het Minderbroedersklooster en daarnaast het Heilige Sacramentsgasthuis op de kaart van Jacob van Deventer, 1545
Opgraving van het Minderbroedersklooster, met de zuidelijke hoek van de pandgang, vanuit het noord-
Middeleeuwse beschilderde grafkelders opnieuw onderzocht
westen. Op de voorgrond bevindt zich een recente waterkelder, erachter twee grafkelders, rechts het koor van de kerk en links de kloosterhof. (Foto: ROB)
Deborah Paalman
Plattegrond van het klooster: koor van de kerk (A), schip van de kerk (B), noordbeuk van de kerk (C),
Ruim 350 skeletten uit de middeleeuwen zijn sinds 2006 opgegraven op het Gezondheidspark in Dordrecht. Maar wat velen niet weten, is dat in de jaren ’80 van de 20e eeuw óók een kerkhof uit de middeleeuwen is opgegraven. Middenin de stad nog wel, op het voormalige Buytinkterrein, gelegen op de hoek Voorstraat-Visstraat.
noordwestelijke pandgang (D), zuidwestelijke pandgang (E), noordoostelijke pandgang (F), kapel/ kapittelzaal (G), kloosterhof (H), kerkhof (I). Tekening: A.A.A. Verhoeven en I. Lempke
Illustratie bij requiemmis uit getijdenboek uit Parijs, ca. 1485-1490 Bron: Gilchrist en Sloan 2005
14 DiEP #13/ 2009
Je realiseert het je vast niet als je bij Xenos of Albert Heijn je boodschappen doet. Maar op deze plek, waar nu vrieskisten met pizza’s en schappen met wc-papier, augurken en gezellige sfeerlichtjes staan, stond in de middeleeuwen een Minderbroedersklooster met een kerk die groter was dan de Augustijnenkerk. Hier werden tussen 1248 en de opheffing in 1572, welgestelde Dordtenaren begraven, soms in beschilderde grafkelders. Rond 1576 werd de kerk verkocht en waarschijnlijk vóór 1578 afgebroken.1 De archeologische opgraving van dit klooster is alweer lang geleden door de toenmalige Rijksdienst voor Oudheidkundig Bodemonderzoek uitgevoerd, maar nooit helemaal uitgewerkt tot een allesomvattende publicatie. De gegevens zijn echter nog gewoon beschikbaar en daar heeft
archeologie-studente Ivonne Lempke gebruik van gemaakt voor haar afstudeerscriptie (juli 2009) aan de Universiteit van Amsterdam. Voorkeur voor arme bedelorde In de scriptie lezen we dat de bedelorde van Franciscaner monniken zich vóór 1250 in Dordrecht vestigde op een terrein achter de Voorstraat. Het klooster bestond in de laatste fase uit een langgerekte twee-beukige kerk met een kloosterhof. Naast het kloosterhof lag een groot kloostergebouw en aan de andere kant een begraafplaats. Op die begraafplaats, maar ook in de kerk en in de pandgangen rond het kloosterhof, werden meer dan 1000 skeletten gevonden. Dat zijn voor een klooster erg veel graven. Zeker als je bedenkt dat begraven worden in een klooster duurder was dan in of bij de parochiekerk. Je moest niet alleen voor het
graf in het klooster betalen, maar ook een vergoeding geven aan de parochiekerk, die zijn inkomsten misliep… Minderbroederskerken waren gewilde plekken om begraven te worden. Maar waarom die voorkeur voor een klooster van bedelmonniken? Om na je dood iets van de nederigheid op jezelf af te laten stralen? Of lag dit aan het feit dat Minderbroederskerken gewoon veel plek hadden omdat ze groot waren, vanwege het grote aantal stedelingen dat ze wilden bereiken met hun prediking en zielzorg? Of lag het er simpelweg aan dat de priesters van het Minderbroedersklooster veel geld konden verdienen met het begraven van leken op hun terrein en daarom graven van burgers tolereerden op de heiligste plekken in hun kerk, zoals het koor en nabij altaren? Bekend is dat met de opkomst van de burgerij in de steden de wens ontstond om in de kerk begraven te worden, daar waar voorheen alleen priesters en edelen begraven werden. Onder de rijke patriciërs, en daar waren er in Dordrecht genoeg van, werd het een algemeen gebruik in de kerk begraven te worden. Bovendien was het Minderbroedersklooster in Dordrecht erg voornaam: hier vergaderde de grafelijke familie en het stadsbestuur, maar ook de Dordtse Gilden en de dijkgraaf en hoogheemraden. De rijke burgers van Dordrecht lieten zich dus graag in de Minderbroederskerk begraven en gaven dit aan in hun testament. Edelen verkozen echter andere kerken boven die van de bedelordes. Hoe dan ook: vooral in de jaren 1457-1472 was de toeloop naar dit klooster geweldig groot. Maar dat komt waarschijnlijk omdat toen, na de brand van de Grote Kerk, in de kerk van de Minderbroeders het Heilig Hout (een splinter van het kruis van Christus) werd bewaard.2
een grafzerk of gemetseld tongewelf. De meeste grafkelders bevonden zich in de kerk. Vooral in het schip lagen ze dicht op elkaar. In de grafkelders zijn mannen, vrouwen en kinderen begraven. Beeldverhaal om voorspraak De titel van Ivonne’s scriptie luidt: ‘Voorspraak in Dordtse grafkelders’. Voorspraak betekent spreken namens iemand op een manier die de belangen van de persoon het beste behartigt. Een goed woordje voor iemand doen dus. In de middeleeuwen vroegen mensen aan heiligen of aan Maria, om voorspraak bij God. Het is ondermeer deze hulpvraag die werd weergegeven op de schilderingen in de grafkelders. Ze waren niet voor mensenogen bedoeld. Ze bevatten een boodschap voor God.
Dordrecht ca. 1490, met Elisabeth van Hongarije die de zieken helpt
In ongeveer de helft van de grafkelders waren schilderingen aanwezig. De afbeeldingen tonen voornamelijk rood, roze of oranjekleurige kruizen, soms in cirkels. Over het algemeen bevond zich één kruis op elke wand. In vijf grafkelders zijn figuratieve schilderingen aangetroffen, met Christus aan het kruis. In twee gevallen zijn Johannes en Maria aan zijn zijde afgebeeld. Ook zijn in meerdere grafkelders engelen weergegeven, waarvan er twee met wierookvaten zwaaien. Zij hebben de taak van de priester overgenomen en begeleiden de overledene naar de hemel. Twee andere afbeeldingen moeten waarschijnlijk Maria voorstellen: één keer staand met het kind Jezus op haar arm en één keer zittend op een bank met een engel naast haar. Ook zijn er vier heiligen op de wanden afgebeeld. Eén is te identificeren als Johannes de evangelist met de gifbeker, een ander moet waarschijnlijk de apostel Petrus voorstellen, die de sleutels van de hemelpoort draagt. 1&2
Houten kisten en beschilderde kelders Ongeveer tweederde van de skeletten was in een houten kist begraven, eenderde in een grafkelder. Dat betekent dat het voor veel mensen weggelegd was in een grafkelder te worden begraven, ondanks de hoge kosten. De grafkelders waren rechthoekig tot trapeziumvormig. Een deel bezat een vloer en enkele grafkelders waren afgedekt met
Paneel van het St. Elisabethsvloed-altaarstuk,
Lips 1974, Wandelingen door Oud-Dordrecht
Een enkele keer werden tijdens de opgraving houten kisten met versierde deksels
Kruizen, fries en kruizen in cirkels. Tekening: A.M.J.
aangetroffen. Tekening: A.M.J. de Haan
de Haan. (Foto’s: ROB)
#13 / 2009 DiEP 15
Grafkelder 66, linkerwand. Deze fresco wordt bewaard in het Stadsdepot van de gemeente Dordrecht. (Reconstructie I. Lempke, Foto M. van Oeveren)
Grafkelder 66, linkerwand. (Reconstructie I. Lempke, Foto M. van Oeveren)
Grafkelder 123, hoofdeinde. In dit graf werd het skelet van een jongvolwassen man aangetroffen. Hij was iets langer dan het gemiddelde (ca. 1,73 m). Hij moet een belangrijke of rijke man geweest zijn. (Reconstructie en Foto I. Lempke)
Grafkelder 123, voeteneinde. (Foto ROB)
Grafkelder 31, voeteneinde. (Foto ROB, tekening A.M.J. de Haan)
16 DiEP #13 / 2009
Fresco en secco Voordat een muur kon worden beschilderd, moest een laag worden aangebracht om de muur glad en egaal te maken. De eerste laag bestond uit water, kalk en grof zand. Vaak werd daarna nog een fijnere pleisterlaag aangebracht, met fijn zand en meer kalk. Deze laag werd met een borstel afgestreken. Vervolgens kon de schildering op de muur worden gezet, te beginnen met de contouren van de afbeelding. Een laatste mengsel van water en kalk fixeerde deze schets, waarna de uiteindelijke schildering kon worden aangebracht. De belangrijkste manieren daarvoor waren secco- en frescotechnieken. De meeste muurschilderingen in Nederland zijn met de seccotechniek (Italiaans voor ‘droog’) vervaardigd. De pleisterlaag is droog als de schildering wordt aangebracht. Fresco is de techniek waarbij de tweede fijne pleisterlaag meteen wordt beschilderd nadat deze is aangebracht. Deze laag mag dus niet eerst uitdrogen (fresco is Italiaans voor vers). Om te kunnen schilderen waren fijngewreven kleurpigmenten nodig die werden vermengd met een bindmiddel. Afhankelijk van het soort bindmiddel zijn drie soorten schilderingen te onderscheiden: temperaschilderingen (met eigeel, dierlijke lijm, caseïne of plantaardige gom), olieverfschilderingen (met lijnolie of papaverolie) en kalkschilderingen (met kalkwater of -melk).
Vakmanschap Ondanks dat de meeste muurschilderingen in Nederland zijn gemaakt met de seccotechniek, is de in de grafkelders gebruikte techniek waarschijnlijk de frescotechniek. Dat komt omdat het klaarmaken van de grafkelder snel moest gebeuren, waardoor de pleisterlaag niet de tijd kreeg om te drogen. Nadat de grafkelder gegraven en gemetseld was, werd snel een pleisterlaag aangebracht, waarna de schilder kon beginnen. Gezeten in de krappe grafkelder zal het schilderen van de figuren geen gemakkelijke klus zijn geweest. Dat de schilderingen in de grafkelders van het Minderbroedersklooster vaak zeer duidelijk en goed zijn geworden, duidt op vakmanschap van de schilders. Bron tekst: I. Lempke 2009: Voorspraak in Dordtse Grafkelders, (Beschilderde) grafkelders in het minderbroedersklooster in Dordrecht ca. 1248 - 1572, Masterscriptie Onderzoeksmaster Archeologie, Universiteit van Amsterdam.
Dordt hits back! Dordtse pop van vroeger nog lang niet vergeten
Ron de Bruijn
De jongeren (babyboomers) in de
zich op skiffle-muziek, een soort jazz-folk,
jaren ‘50 en ’60 beschikken over
zoals de Dordtse Beattown Skifflers.
meer vrijheid, geld en mogelijkheden dan ooit daarvoor.
In de zomer van 1965 wordt de nieuwste
Het resulteert in een explosie aan
muziekrage beat enthousiast omarmd
jeugdcultuur. Ze onderscheiden
door de Dordtse jeugd. The Moving
zich in hun kleding, taal en vooral
Strings en Beattown Skifflers zijn uit
in de muziek. Net als in de rest
elkaar gevallen en uit de resten ontstaat
van Nederland klonteren de
The Zipps. De vernieuwende sound van
jongeren in Dordrecht samen in
beat vermengd met folk, slaat direct
jeugdsozen en luisteren thuis naar
aan. Op 12 december 1965 nemen ze
het progressieve Radio Luxem-
hun eerste single op: Highway Gambler.
bourg. Nieuw in deze ontwikkeling
Hun folk-beat verandert in 1966 in een
is dat ze ook zelf aan de gang
meer psychedelische richting, compleet
gaan met de ‘nieuwe muziek’.
met sensationele lightshow met projecties
Eerst in coverbandjes, maar al
van vloeistofdia’s vol borrelende kleuren.
snel ontwikkelen tal van nieuwe
Het maakt de optredens onvergetelijk.
beatbandjes een verrassende
De revolutionaire vernieuwende muziek
eigen sound die de Nederlandse
– vol verwijzingen naar de steeds popu-
muziekscene totaal verandert.
lairder wordende drugscultuur –, legen-
Dordrecht blijkt ook een verras-
darische optredens en de charismatische
sende kweekvijver van succes-
voorman/zanger, Philip Elzerman, leiden
volle muzikanten die ook nu nog
ertoe dat The Zipps in korte tijd in heel
bekendheid genieten. Vele bands
Nederland bekend zijn en in één adem
hebben een korte maar zeer
worden genoemd met buitenlandse
krachtige bloeiperiode die tot op
bands als Soft Machine en Electric
de dag van vandaag zijn sporen
Prunes. Een hoogtepunt is het optreden
heeft nagelaten.
op 10 december 1967 wanneer The Zipps met deze beide groepen een adem-
Be Stoned! Dig The Zipps
benemend concert geven in het
In Dordrecht worden de jongeren
Concertgebouw in Amsterdam.
al snel gegrepen door de nieuwe
The Zipps
muziekstromingen. Begin jaren
Na vier succesvolle singles duiken The
zestig ontstaan de eerste bandjes
Zipps in mei 1968 de studio in voor een
à la de populaire Cliff en The
opvolger van de single Marie-Juana.
Shadows. Het is populaire dans-
De single The Singer Was Stoned wordt
bare muziek met een hoog her-
wel opgenomen, maar komt nooit uit.
kenbaarheidsgehalte. The Moving
Enkele weken hierna valt de band in deze
Strings uit Zwijndrecht worden
bezetting uit elkaar. In verschillende
aanvankelijk met deze muziek
andere bezettingen blijven The Zipps
bekend. Andere bands richten
echter baanbrekend bezig tot 1971.
#13 DiEP / 2009 #13 /DiEP 2009 17
schieten als paddenstoelen uit de grond.
Vanaf 1999 wordt de draad echter weer
Bullet Joe uit voormalige leden van
regelmatig opgepakt, tot vreugde van
The Zipps. De kenmerkende stijl
In juni 1968 wordt Cosmic Dealer
veel binnen- en buitenlandse fans.
(melodieuze hard-rock) zorgt al snel
opgericht. Het muzikale talent van de
Tegelijkertijd met de opgang van
voor een vaste schare fans. In 1971
groep wordt al snel erkend. Ze onder-
The Zipps maakt ook The Heatwave
wordt de single Nothing Has Changed
scheidt zich met haar progressieve rock
furore in Dordrecht. Van 1966 tot 1969
opgenomen met producer Hans van
door eigen composities en het gebruik
weet The Heatwave met haar ‘West
Hemert. Interne strubbelingen leiden
van instrumenten als saxofoon en
Coast-muziek’ volle zalen te trekken.
ertoe dat de tweede single Got Lovin’,
dwarsfluit. In 1971 munt dit uit in twee
De carrière is aanvankelijk veelbelovend:
die in april 1972 wordt opgenomen,
singles en de elpee Crystallization, haar
diverse platenmaatschappijen zien wel
nooit uitkomt en vlak hierna valt de
laatste wapenfeit voor het opheffen van
potentie en er volgen diverse studio-
band uit elkaar.
de band in het najaar van 1971. De elpee is tegenwoordig een kostbaar
sessies. De opnamen liggen echter tot 2005 op de plank. Dan verschijnt het
Progressief
en felbegeerd collector’s item, dat
album Honey Melon Teapot!
De muziekscene in Dordrecht is in
wereldwijd wordt verzameld.
In de zomer van 1970 ontstaat Inca
de jaren ‘60 en ‘70 ongekend. Bands
The Curve
Snowflake
Silence
The Heatwave
Cosmic Dealer
Jack & Bill
Inca Bullet Joe
Angelo Santoro
Living Kick Formation
18 DiEP #13 / 2009
Na het uiteenvallen van Cosmic Dealer
‘De Liefste groep van Dordrecht’
Gratis CD met
blijven alle bandleden actief in de
In het conservatieve Hendrik Ido
Dordtse pophistorie
muziek. De muziek verandert met de
Ambacht is de opkomst van de jongeren-
tijd mee en de jaren zestig beat en de
muziek ook niet te stoppen in de jaren
Op de cd Dordt Hits Back!
melodieuze rock van de jaren zeventig
zestig. Belichaming van dit ‘moderne
die bij dit magazine is gevoegd,
ontwikkelen zich in de jaren tachtig tot
gekonkel’ is de band Silence. Dit vijftal
staat een bijzondere verzameling
diverse muziekstijlen. Cosmic Dealer
begint met een stijl die het zelf omschrijft
muziek uit de Collectie Geluid van
bassist Angelo Santoro uit Zwijndrecht
als een mix tussen Black Sabbath en
Erfgoedcentrum DiEP. Alle genoem-
brengt solo nog verschillende albums uit.
Led Zeppelin. Na verschillende bezet-
de bands zijn vertegenwoordigd op
Ook in zijn nieuwste formatie Oriental
tingswisselingen strijkt de band in 1970
deze speciale uitgave vol met bijna
Guitars zijn er nog duidelijk invloeden
neer in Dordrecht. Onder leiding van
nooit eerder verschenen nummers.
van de Cosmic Dealer te herkennen.
producer Hans van Hemert neemt ‘De
Van The Zipps is onder andere een
Liefste Groep van Dordrecht’ – zoals ze
zeer zeldzame opname van het nooit
Tied Together
zichzelf noemt – in februari 1971 haar
uitgebrachte nummer The Singer
‘Iene Miene Mutte - Tien Pond Grutten’,
enige single op, Mother’s Game.
Was Stoned uit 1968 opgenomen.
met deze onschuldige teksten oogst het
Cosmic Dealer heeft speciaal voor
Dordtse kinderduo Jack & Bill in 1964
The Curve Sr
deze gelegenheid nieuwe versies
veel succes in Nederland, net als soort-
De Dordtse bands uit de jaren zeventig
van Child Of The Golden Sun en
gelijke kindersterren zoals Jan & Kjeld.
hebben een kenmerkende sound.
The Scene opgenomen. De nummers
Absoluut hoogtepunt komt op 6 juni
Het experimenteren met gitaargeluid en
van de Snowflake zijn afkomstig van
1964 in Blokker, als ze in het voor-
een totaal performance met opvallende
bijzondere studio-opnames uit 1972.
programma van The Beatles optreden.
optredens en lichtshows maken de
De alternatieve versie van haar single
Kleine jongens worden groot en zowel
Dordtse muziekscene uniek. In de jaren
Nothing Has Changed op deze cd is
Jack als Bill stort zich in het muzikale
tachtig vervolgt The Curve Sr deze
uit het voorjaar van 1971. Uit maart
circuit. Nauwlettend volgen zij de
trend. Haar ‘zwarte’ muziek bestaat uit
1969 stamt de nooit uitgebrachte
verrichtingen van The Living Kick
een rauwe mix van zwaar vervormde
single You And Your Man van
Formation. Deze radicale band onder
gitaren, hypnotiserende drumsound en
Heatwave. Van The Living Kick
leiding van zanger Koen P. de Bruin
geluidseffecten. Volgend op de elpee
Formation is de demoversie van
wordt vanaf ‘67 bekend om de spraak-
uit 1991, komt in 1992 de cd Something
Sister Of The Holy Ghost uit 1968
makende performances in De Sleutel
Went Wrong, Somewhere uit.
te beluisteren. Got Lovin’ van Inca
aan de Groenmarkt. In 1968 gaat ze
Bullet Joe uit 1972 is de nooit uit-
zelfs op tournee door de Benelux met
Tegenwoordig hebben de babyboomers
gekomen opvolger van de single
Pink Floyd.
weer tijd om hun muziek van vroeger
Nothing Has Changed. In 2007
op te pakken. Veel Dordtse bands die
kwam het voormalige kinderduo
Snowflake ontstaat in 1970 uit een aan-
vroeger landelijke bekendheid genoten,
Jack & Bill nog eenmaal bij elkaar
tal leden van The Living Kick Formation
beginnen de laatste jaren aan een
om een nieuwe versie van Iene
aangevuld met bassist en zanger Bill
wedergeboorte. The Zipps treden nog
Miene Mutte uit 1964 op te nemen.
Hoyer (van Jack & Bill). Haar specifieke
steeds regelmatig op. Volgend jaar
Het laatste nummer Mother’s Game
uitgewerkte gitaarsound brengt ze door
bestaat de band 45 jaar. Dan komt
van Silence is een live opname uit
heel Nederland en ze staat in voor-
er ook een nieuwe verzamel-cd in
23 januari 1971, opgenomen in club
programma’s van bands als Traffic en
Engeland uit.
Session ’69 aan de Zuidendijk.
Spirit. Bij de Amsterdamse poptempels
Cosmic Dealer is sinds kort weer actief
Paradiso en Melkweg zijn de bandleden
in de repetitieruimte en bereidt zich
al snel graag geziene gasten. Snowflake
voor op een grootse comeback. Ook
neemt bij verschillende maatschappijen
Snowflake is weer op volle kracht bezig
materiaal op voor singles maar doordat
en bracht in 2007 de cd Tied Together
ze weigert te buigen voor de commer-
In A Circle uit met origineel werk uit de
ciële eisen van deze maatschappijen
jaren zeventig, aangevuld met nieuwe
wordt er helaas niets uitgebracht.
nummers. Van Heatwave verschijnt in
Na een brand in het Wantijpaviljoen in
2010 een verzamel-cd.
de zomer van 1973, is Snowflake een
De jonge enthousiaste honden uit de
groot deel van haar installatie kwijt en
jaren zestig en zeventig legden een
enkele maanden later valt het doek
stevig fundament voor de Dordtse pop-
voor Snowflake.
muziek. Dat ze anno 2010 muzikaal nog steeds hun mannetje staan, is niet te ontkennen.
#13 DiEP / 2009 #13 /DiEP 2009 19
20 DiEP #13 / 2009
#13 / 2009 DiEP 21
‘Opera-Kees’ en andere Dordtse componisten Sander van Bladel
Willem Kes heeft in het Amsterdamse stadsdeel Oud-Zuid een straat naar zich vernoemd gekregen, maar er is daar echter nog een straat die de naam draagt van een uit Dordrecht afkomstige dirigent en componist; de Cornelis van der Lindenstraat. Kes is ook buiten Nederland nog wel bekend, maar wanneer de naam van Kees van der Linden valt, roept dat vermoedelijk alleen nog reacties op bij mensen die weet hebben van de geschiedenis van de opera in Nederland. In zijn geboortestad is er in het geheel niets dat aan deze pionier van de opera in Nederland, soms wel eens ‘opera-Kees’ genoemd, herinnert. in de Wijnstraat. Daarbij is hij ook componist, pianist, violist en vooral dirigent. Hij geniet grote bekendheid als ‘toondichter’ van vooral geestelijke (katholieke) muziek. Hugo van Dalen omschrijft het werk van Roest als sterk liturgisch van karakter; ‘het laat een indruk achter van archaïsme, maar ook van gedurfde moderniteit’. In zijn muziekpraktijk is Adriaan Roest zeker niet eenkennig. Hij verleent medewerking aan concerten van protestants-christelijke koren en concerteert in de Augustijnenkerk en Grote Kerk. Ook geeft hij orgelles aan de pastoor van de Oud-Katholieke Kerk aan de Voorstraat.
Portret van Cornelis van der Linden (Dordrecht 1839 - Amsterdam
Karikatuur van Cornelis van der Linden (Dordrecht 1839 -
1918). Componist, directeur en dirigent van de Nederlandse Opera
Amsterdam 1918). Componist, directeur en dirigent van de Nederlandse Opera
Van der Linden (1839-1918) gaat in 1888 naar Amsterdam. In 1894 richt de bevlogen Dordtenaar daar een nieuw gezelschap op; de Nederlandsche Opera. De Stadsschouwburg dient hiervoor als thuishaven. De Nederlandsche Opera wordt al spoedig spraakmakend én populair met o.a. Van der Linden als dirigent. En met vermaarde zangers als vaste solisten, bijvoorbeeld de eveneens in Dordrecht geboren alt Cornélie van Zanten. Indachtig zijn devies ‘eigen taal is eigen kunst’ brengt Van der Linden al zijn voorstellingen in het Nederlands. Een principiële keus die bepaald niet onomstreden was. Vooral de uitvoering van werken van Wagner in Nederlandse vertaling roept vaak heftige reacties op. De productiviteit van de Nederlandse opera onder Van der
22 DiEP #13 / 2009
Hugo van Dalen, Russische muziek in Nederland Hugo van Dalen (1888-1967) is een pianist van internationale faam. Hij geniet in het eerste kwart van de 20e eeuw in heel Europa bekendheid. Zijn specialiteit is de Russische 19e eeuwse pianomuziek die hij vanaf 1910
Linden is enorm, voor hedendaagse begrippen onvoorstelbaar. In negen seizoenen (tot 1903) realiseert hij als muzikaal en zakelijk leider jaarlijks gemiddeld 23 producties. De opera’s die Van der Linden brengt, omvatten nagenoeg het hele standaardrepertoire van die dagen, en hij bezorgt een groot aantal werken van vaderlandse bodem hun première. Kees van der Linden componeert ook; honderden koorwerken, liederen, ouvertures, cantates en andere werken. Hij blijft tot op hoge leeftijd actief en sterft in 1918 te Amsterdam. De veelzijdige Adriaan Roest Adriaan Roest (1884-1930) is een veelzijdig musicus en organist van de Bonifatiuskerk
Portret van Hugo van Dalen (1888 - 1967). Pianist, componist en promotor van Russische muziek
in Nederland introduceert. Na 1918 zet Van Dalen zich volledig in voor deze muziek, maar deze aan bezetenheid grenzende drift wordt in Nederland in de jaren ’20 maar matig gewaardeerd. Zo’n goede pianist houdt zich niet bezig met ‘onbekende Russen’ als Rachmaninoff. Van Dalen legt zich ook stevig toe op componeren. Hij schrijft o.a. een pianoconcert, liederen, werken voor hobo en piano en zelfs voor accordeonorkest. Maar de tijd heeft hij tegen, zijn romantische muziek wordt door geen enkele pianist op het repertoire gezet. Ook als journalist heeft Hugo van Dalen zich echter later voor de Russische muziek sterk gemaakt. Kors Monster, Dordtenaar bij uitstek? Kors Monster (1918-1978) wordt beschouwd als een Dordtenaar bij uitstek. Toch werd hij geboren in Hekelingen (gemeente Spijkenisse). Zijn ouders stimuleren hem zijn muzikale gaven te ontwikkelen. Hij wordt pianist, en om tijdens én na de Tweede Wereldoorlog in zijn levensonderhoud te voorzien gaat hij doceren en dirigeren. Bij zijn verdere vorming als musicus is zijn belangstelling breed, maar selectief. Hij laat zich niet meeslepen door de waan van alledag; zijn stijl van componeren heeft daardoor iets tijdloos gekregen, wars van voorbijgaande trends. Vanaf eind jaren ’60 raakt Monster geheel in de ban van de Dordtse beiaard en komt in contact met de vaste bespeler Jaap van der Ende. Het zou een vruchtbare samenwerking worden. Door deze wisselwerking ontstaat een omvangrijk en belangrijk oeuvre. Bijzondere concerten en Dordtse miniaturen De Stichting Bijzondere Concerten is al meer dan 30 jaar een actieve promotor van Dordtse musici en hun werk. In 1977 ontstaan als Stichting Herdenkings-concerten levert men al jaren veel meer dan alleen bijdragen op 4 en 5 mei. Bijzondere, soms onbekende, musici uit binnen- en buitenland krijgen de aandacht die ze verdienen. Op zondag 14 februari 2010 gebeurt dat bijvoorbeeld in de Kunstkerk aan de Museumstraat in een muzikale bloemlezing getiteld ‘Dordtse miniaturen’.
Willem Kes: de beroemdste dirigent van Dordrecht R.F. (Rob) Landman
Portret van Willem Kes (Dordrecht 1856 - München 1934). Violist en orkestdirecteur in o.a. Amsterdam, Moskou, Glasgow en Koblenz
Willem Kes wordt op 16 februari 1856 in Dordrecht geboren. Hoewel zijn familie volkomen a-muzikaal is, komt Willem als kind bij toeval in contact met de muziek. Een ‘kermisreiziger’ heeft voor de winkel van de familie Kes (een kaas- en eierenwinkel) zijn kraam mogen neerzetten. Omdat hij goede zaken heeft gedaan, krijgt de 6 jarige Willem Kes van hem een mondharmonicaatje cadeau. De kleine Willem is spoedig op dit instrumentje en op de pianino van zijn oudere broer uitgekeken. Zijn ouders willen aanvankelijk niet onder ogen zien dat muziek de grote passie van de kleine Willem is. Hij krijgt later een viool en mag muziek-lessen volgen bij een horlogemaker. Naast zijn school ontvangt hij viool- en compositielessen van de Dordtse Stads-musicus Ferdinand Böhme en pianolessen van Friedrich Nothdurft. Vanaf zijn 13e jaar geeft hij al concerten in Dordrecht als soloviolist, pianist of als dirigent van zijn eigen compositie Marche. Vanaf zijn 15e jaar gaat hij vioollessen volgen op de conservatoria van Leipzig, Brussel en Berlijn. Hier blijkt hij een uitstekende soloviolist te zijn. Hij schrijft in 1877 een eigen Vioolconcert dat in datzelfde jaar wordt bekroond en dat hij daarna vaak in Nederland heeft uitgevoerd.
Vanaf 1879 is Willem Kes concertmeester van het Parkorkest in Amsterdam. Van 1879 - 1888 is hij tevens dirigent van het Toon-kunstkoor, afdeling Dordrecht en van 1883 - 1888 dirigent van de OrkestVereeniging van Dordrecht. Dit Dordtse orkest en koor maken onder leiding van Willem Kes een ware bloeiperiode door. Vele recente composities worden hier door Kes ten gehore gebracht. Willem Kes geeft ook veel kamermuziekconcerten in Dordrecht en begeleidt op de piano vaak de Dordtse sopraan Wilhelmina Gips. Het lied zur Antwort van Willem Kes heeft zij in die tijd beroemd gemaakt. Hoogtepunt voor het muziekleven van Nederland en Dordrecht is ongetwijfeld een in maart 1886 aan Richard Wagner (toen nog een onbekende componist) gewijd koor- en orkestconcert in het toenmalige Kunstmin en het driedaagse muziekfeest in juni 1886, beiden gedirigeerd door Willem Kes. In augustus 1888 wordt Willem Kes benoemd tot dirigent van een door hem samen te stellen Concertgebouworkest dat hij beroemd heeft gemaakt en tot 1895 dirigeert. Met het Concertgebouworkest bezoekt hij Dordrecht vier maal. Dat de relatie met het muziekleven in Dordrecht goed blijft, ook als hij al beroemd is, blijkt uit het feit dat hij in december 1893 in Dordrecht optreedt als vioolsolist bij de Orkest-Vereeniging van Dordrecht. In december 1914 dirigeert hij ook nog een werk van de Orkest-Vereeniging van Dordrecht. Willem Kes is van 1898-1904 directeur van het Conservatorium en dirigent van het orkest in Moskou en is van 1906 - 1926 directeur van het Conservatorium en dirigent van het orkest van Koblenz. Hij sterft op 22 februari 1934 in München. Alleen het bescheiden Willem Kes plantsoen bij het huidige Kunstmin herinnert in Dordrecht nog aan de beroemdste dirigent van de stad. R.F. (Rob) Landman is biograaf van Willem Kes
Met dank aan: Jan Wiersma (bestuurslid SBC) #13 / 2009 DiEP 23
Groepsportret van het muziekcorps Jubal (ca. 1937)
Stempel met het embleem van de Vereniging Kunstmin.
Het is de toon die de muziek maakt Toonkunst en muziek in de 18e en 19e eeuw Sander van Bladel Prelude
volgen muziekverenigingen en -orkesten
Naast de muziekbeoefening in huiselijke
als ‘Concert Industria’ (1818), ‘Donder-
kring werd in Nederland in de tweede
dagschs Concert’ (1824) en ‘Dordrechts
helft van de achttiende eeuw het musi-
Concert’ (1827). In datzelfde jaar schijnt
ceren in verenigingsverband steeds
naar Duits voorbeeld in Dordrecht de
belangrijker. De zeventiende-eeuwse
eerste ‘Liedertafel’ van Nederland te zijn
collegia musica kunnen als voorloper
gesticht onder de naam ‘Aurora’. In 1840
van deze nieuwe muzikale verenigings-
werd harmonie ‘Euterpe’ opgericht.
cultuur worden beschouwd. Met name zanggezelschappen waren actief in
Vier schouwburgen
Dordrecht. Het Stichtelijk Zanggezelschap
De eerste ‘Stadsschouwburg’ was
dateert uit 1761 en het Genootschap
tussen 1823 en 1867 ondergebracht aan
‘Lust tot Zingen’ uit 1772. Van een derde
de Wijnstraat. Vanaf het midden van de
zanggezelschap ‘Harmonie’ is de op-
19e eeuw werden kunst en cultuur in
richtingsdatum onbekend. In de eerste
Dordrecht gekenmerkt door een netwerk
decennia van de negentiende eeuw
aan verbanden. Talrijke nieuwe initiatieven kwamen van de grond. Wie in die tijd naar een concert of theatervoorstelling wilde, of misschien de behoefte voelde zelf te spelen, kon kiezen uit een ruim aanbod. De schouwburgvereeniging exploiteerde vanaf 1872 aan de Schuttersweide een houten schouwburg. De concurrent, de Vereeniging Kunstmin, beschikte al vanaf 1864 over een schouwburg die in 1890 werd
Affiche van een voorstelling in de ‘houten tent’ van de Schouwburg
Doorsnede en plattegrond van de eerste schouwburg van Dordrecht
vervangen door het huidige Kunstmin.
Vereniging (1882)
(Wijnstraat 1833)
Afgescheiden leden van deze vereniging
24 DiEP #13 / 2009
openden in 1882 een eigen schouwburg
zondag en maandag volksconcerten
beroepsmusici werd gaandeweg de
aan de Burgemeester de Raadtsingel,
gegeven op het Scheffersplein. Hiervan
20e eeuw toch groter. In 1911 werd
Musis Sacrum.
was niet iedereen gecharmeerd. In 1880
het muziekcorps ‘Jubal’ opgericht.
In vergelijking met de beeldende kunst
dienden bewoners een verzoek in om de
De oprichting kwam voort uit de behoef-
was de muziek- en theatercultuur dus
concerten afwisselend op het Scheffers-
te van leden van de christelijke jongens-
zeker niet minder levendig, maar er was
en het Stationsplein te organiseren.
vereniging Timotheus om tijdens feesten
een belangrijk verschil. Dordrecht stond
Enkele jaren later werden ze verplaatst
muziek te maken. In de jaren ’20 en ’30
van oudsher bekend als een stad met
naar het Oranjepark, maar ook hier
deden zich in Nederland geen uitdagen-
een kunsttraditie en een relatief groot
leidde dit tot klachten van omwonenden.
de en vernieuwende ontwikkelingen
aantal professionele kunstenaars.
Vanaf de eeuwwisseling is er sprake van
voor, of ze gingen althans aan Dordrecht
Muziek en theater daarentegen waren
een toenemende professionalisering
voorbij. Verenigingen kampten met
echter het terrein van amateurs.
van theater en muziek en ook Toonkunst
chronisch geldgebrek. Een lichtpunt
Deze wereld wordt vanaf het laatste
probeerde haar basis te vergroten
was de verbouwing van schouwburg
kwart van de negentiende eeuw geken-
zonder aan kwaliteit in te boeten.
Kunstmin in 1939/1940.
merkt door conflicten, concurrentie en
Steeds meer werd het ook in Dordrecht
financiële problemen. De grote tegen-
gebruik om bij uitvoeringen tevens
Meer lezen:
spelers waren de afdeling Dordrecht van
professionele musici in te schakelen.
‘Muziek en Zang in de Negentiende Eeuw’ in: Dordtse Schetsen IV’
de Maatschappij tot Bevordering der
Maar de kloof tussen amateur- en
‘Dordrecht zoals het was’: Deel 5 - Kunst en cultuur
Toonkunst en de Vereeniging Kunstmin (ontstaan in 1849). Beide verenigingen probeerden met wisselend succes amateurgezelschappen in te lijven en op andere manieren elkaar de loef af te steken. Bovendien neemt het aantal podia af; Musis Sacrum brandde af in 1913 en de Schouwburgvereeniging houdt in 1928 op te bestaan. De aanpak van Toonkunst Het culturele leven van Dordrecht werd tot de tweede helft van de negentiende eeuw gedomineerd door sociëteiten en gezelschappen van de elite. Het in 1829 opgerichte Toonkunst was een uit de gegoede burgerij voortgekomen organisatie met een landelijk hoofdbestuur en tal van plaatselijke afdelingen. Bij de oprichtingsvergadering waren voor Dordrecht A. Kist en J.C. Schotel aanwezig. De muziekliefhebbers en –beoefenaars van Toonkunst zagen als doel Nederland de status van een ‘vaderland van goede muziek’ te bezorgen door zowel de professionele als de muziekbeoefening op amateurbasis te stimuleren. Hiertoe werden muziekfestivals georganiseerd, compositieprijsvragen uitgeschreven, studiebeurzen verleend en orkesten, zangkoren en muziekscholen opgericht. Niet door iedereen gewaardeerd Behalve Toonkunst heeft ook de Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen zich op muzikaal gebied ingezet. In de jaren 1870 werden er wekelijks elke
Oorkonde van de afdeling Vocale Toonkunst van de Vereniging Kunstmin (1892)
#13 / 2009 DiEP 25
Dijken aan oostkant van eiland worden versterkt
‘De tijd is voorbij dat alles moet wijken voor een dijk’ Wim van Wijk
Zeedijk heeft een voorganger gehad, maar deze speelt geen rol bij komende dijkversterking. De twee boerderijen bij de Kop van ’t Land staan ook na de komende dijkversterking nog buitendijks. Daar doet de ‘vondst’ van een kaart uit 1650 met een voorloper van de Zeedijk niets aan af. De loop van die eerdere dijk verklaart wel waarom die boerderijen niet op een onlogische plaats staan. Dat ze nu buitendijks staan komt omdat de 17e-eeuwse ontwerpers van de Zeedijk dit oude dijkje weliswaar opnamen in hun tracé, maar er bij de Kop van ’t Land van afweken. De kans dat de ontwerpers van waterschap Hollandse Delta opnieuw een stukje afsnijden is groter dan dat zij terugvallen op de toestand van 1650. Ook al kent het waterschap de cultuurhistorie een grote rol toe bij het uitwerken van het dijkversterkingplan Eiland van Dordrecht Oost.
Luchtfoto Kop van ’t Land. (Foto P. Bijl)
Over twee jaar begint het werk aan de versterking van (een deel van) de Wantijdijk en de Zeedijk. Te beginnen bij de spoorbrug over het Wantij ter hoogte van Stadspolders wordt de waterkering die vandaar naar de Kop van ’t Land leidt, verzwaard. Ook het bijna één kilometer lange stuk vanaf de veerpont, dat langs de terrassen van hotel/restaurant Kop van ’t Land en huiskamercafé Fluitekruid voert tot aan het punt waar Polder de Biesbosch begint, is aan versteviging toe. De reden is dat deze dijkvakken niet meer voldoen aan de normen, zoals in 2006 bij een toetsing aan het licht kwam. ,,Dijkversterking zorgt altijd voor onrust,’’ zegt Arie van der Vlies, directeur Strategie en Planning van waterschap Hollandse Delta. ,,Logisch, want dijkverzwaring is een ingrijpende aangelegenheid en bezorgt
26 DiEP #13 / 2009
tijdens de uitvoering nu eenmaal overlast. Toch is de tijd voorbij dat alles moet wijken voor een dijk. Tegenwoordig houden we rekening met landschap, natuur en cultuurhistorie.’’ Sterker nog, de wet schrijft voor dat dijkenbouwers rekening moeten houden met deze zogenoemde LNC-waarden. ,,Zo schrijft de Europese Habitatrichtlijn voor dat we waardevolle habitats moeten behouden of, als dat echt niet kan, moeten compenseren. Los daarvan is het ons beleid dat we het landschap mooier achterlaten dan het is op het moment dat we aan een dijkversterking beginnen. Dat beleid is neergelegd in de aanpak De brede blik en komt erop neer dat we verder kijken dan onze eigen taak. Als we kansen op het gebied van recreatie, natuur of cultuurhistorie zien die niet tot de eigenlijke dijkversterking horen, zullen we die benutten en in het werk integreren.’’
Dilemma Dit alles betekent niet dat er in het geval van de dijkversterking Eiland van Dordrecht Oost geen vuiltje aan de lucht is en dat de bewoners van de huizen aan of onderlangs de dijk rustig kunnen gaan slapen. ,,We zitten bij de Kop van ’t Land namelijk met een dilemma,’’ neemt Leon Nieuwland, projectleider van de dijkversterking het over. ,,Dijkverzwaring moet je nu eenmaal aan de binnenkant óf de buitenzijde doen. Nu hebben we aan de binnenzijde te maken met de karakteristieke bebouwing van de Kop en verder een kazemat of bunker en, naar ik heb begrepen, de fundamenten van een redoute uit de tijd van de Tachtigjarige Oorlog. En aan de buitenzijde ligt een smalle strook griend die hoort tot het Natura 2000-gebied De Biesbosch, dat valt onder de Europese Habitat- en Vogelrichtlijn. Welke oplossing je daarom ook kiest, het gaat altijd ten koste van het één of het ander. ’’De beslissing daarover valt eind van dit jaar en is aan het college van dijkgraaf en heemraden van het waterschap. Zij nemen hun besluit na een grondig onderzoek naar de gevolgen van de ingreep voor onder andere milieu, wonen en werken. Voor deze milieueffectrapportage (MER) heeft een projectgroep van het waterschap enkele varianten onderzocht, waarvoor de provincie en de commissie-MER richtlijnen hebben opgesteld. In die commissie hebben specialisten op het gebied van landschap,
natuur en cultuurhistorie zitting. Verder is geluisterd naar de inbreng van een klankbordgroep, waarin bewoners, boeren en andere belangengroeperingen zijn vertegenwoordigd. Nieuwland: ,,De projectgroep komt nog dit jaar met een voorkeursalternatief, waarna het aan de dijkgraaf en zijn heemraden is om de knoop door te hakken.’’
Kop van ’t Land op een kaartuitsnede van het Actueel Hoogtebestand Nederland. De rode pijlen geven de buitengrens aan van
Geschiedenis Vier eeuwen geleden ging het er anders aan toe. Rond 1600 hadden de heren van Dubbeldam en De Mijl alleen een octrooi van de Staten van Holland nodig om tot bedijking te kunnen overgaan. Zo’n 200 jaar na de Sint-Elisabethsvloed waren de gronden die toen verloren waren gegaan, weer zo ver opgeslibd, dat het loonde ze met een dijk te beschermen. In minder dan 20 jaar werden maar liefst drie polders drooggelegd. Te beginnen in 1603 met het Oude Land van Dubbeldam, in 1616 gevolgd door de Noordpolder en in 1617 door de Zuidpolder. Tot nu toe werd aangenomen dat het vervolgens tot 1652 duurde voor de Alloijzen- of Bovenpolder aan het Eiland van Dordrecht werd toegevoegd. Maar op een kaart die in het Nationaal Archief wordt bewaard, blijkt dat aan het opwerpen
het eerste poldertje dat werd vastgemaakt aan het Oude Land
Zicht op de Zeedijk met de boerderijen van Kooijman en Valk.
van Dubbeldam, de gele pijlen geven de (binnen)grens aan van
Duidelijk te zien is dat de boerderij van Valk (gelegen naast het
het tweede poldertje (de buitengrens loopt nagenoeg gelijk met de
veer naar Werkendam) nu buitendijks ligt. (Foto P. Bijl)
huidige Zeedijk)
van de Zeedijk twee eerdere bedijkingen zijn voorafgegaan. Het gaat om de Kaart van het ambacht van Dubbeldam met zijne gorzen en aanwassen, die Jacob Sperwer in 1650 maakte. Daarop is te zien dat er direct ten oosten van de Zuidpolder - daar waar nu het buurtje de Bovenhoek is gelegen, ter hoogte van de nieuwe wijk De Hoven een polder is vastgemaakt, waarvan omtrek en uitleg heden ten dage nog zijn terug te vinden, vooral in het slotenpatroon, maar ook in de loop van de Heerenweg. Een klein stukje van dit verbindingsweggetje tussen de huidige Provincialeweg en de Zeedijk maakte deel uit van de dijk om dit poldertje.
De Kop van ’t Land op een uitsnede uit de kaart van Sperwer. De rode pijl wijst naar de bruine lijn die de loop van de dan nog te realiseren vernieuwde Zeedijk vertegenwoordigt, met daarachter de uitstulping van de oude kade, met daarin bebouwing, die in de nieuwe situatie buitendijks komt te liggen
Kaart van het ambacht van Dubbeldam met zijne gorzen en aanwassen, Jacob Sperwer, 1650. Collectie Hingman, inventnr. 2191. Nationaal Archief
#13 DiEP / 2009 #13 /DiEP 2009 27
Een boerenhuis, tevens herberg, aan de Zeedijk bij de oostelijkste punt van het Eiland. A. Schouwman, 1747. Collectie DI, Erfgoedcentrum DiEP. Mogelijk stond deze boerderij op de plek waar nu de boerderij van Valk staat
Ook op de Algemene Hoogtekaart van Nederland zijn de contouren van het dijkje te onderscheiden. Hetzelfde gaat op voor het tweede poldertje dat even ten oosten van deze polder op de kaart van Sperwer zichtbaar is en die eveneens lichtgroen is ingekleurd. Het is het oostelijke dijkje om deze eilandpolder (bijna aan de rand van de kaart), waar de ontwerpers van de Zeedijk gebruik van hebben gemaakt. Alleen de uitstulping ter hoogte van de Kop van ’t Land vonden zij te onverantwoord om te volgen. Tussen de sierlijke geschreven letters E en F trokken zij de dijk rechtdoor, zoals de bruine lijn lijkt te suggereren. Door deze rechttrekking kwam de boerderij van Valk (die niet op deze kaart is aangegeven, zoals overigens geen enkel bouwwerk), buitendijks te staan, vooropgesteld dat die toen al bestond. Noch de vroegste geschiedenis van deze boerderij, noch die van de stee van Kooijman pal langs de Zeedijk, is bekend; de eerste vermelding van
28 DiEP #13 / 2009
bebouwing is op een kaart uit 1804. In hun huidige vorm stammen de boerderijen uit de jaren vijftig; beide moesten herbouwd worden nadat de Duitsers ze aan het einde van de oorlog in brand hadden gestoken. De kaart van Sperwer toont in ieder geval aan dat de plek om de boerderijen te bouwen niet zo onlogisch was, omdat ze tenminste door een polderka tegen hoog water werden beschermd. Geschiedenis herhaalt zich ,,Wat deze kaart ook aantoont, is dat dijken zélf onderdeel zijn van de cultuurhistorie,’’ reageert Nieuwland als hij de kaart van Sperwer onder ogen krijgt. Maar hij acht de kans uiterst klein dat de verzwaarde Zeedijk straks de kronkelige loop van het oude dijkje uit 1650 gaat volgen, waardoor de boerderijen van Valk en Kooijman alsnog binnendijks komen te liggen. ,,Ten eerste is het onlogisch om zoveel extra bochten in een dijk aan te leggen. En verder hebben
we te maken met het Ruimte-voor-de-rivierbeleid. Rijkswaterstaat zal beslist niet instemmen met een plan dat de rivier juist minder ruimte geeft.’’ Het ligt eerder voor de hand dat de dijkenbouwers van de 21e eeuw het voorbeeld van hun 17e- eeuwse voorgangers volgen en de dijk opnieuw een stukje terugleggen. De Zeedijk vertoont ter hoogte van de veerstoep een knik, die eruit is te halen door hem een flauwere bocht te laten maken. Dat kan door de dijk iets naar binnen te verleggen. Een aanwijzing daarvoor is dat het waterschap alvast het witte dijkhuisje dat het dichtst bij de veerstoep staat, heeft aangekocht. Maar die conclusie is te voorbarig, stelt Nieuwland. ,,Dat we het huis hebben aangekocht, wil niet per definitie zeggen dat het gesloopt wordt. Het zou kunnen, maar daarover ontstaat pas duidelijkheid als het college van dijkgraaf en heemraden een besluit over het voorkeursalternatief hebben genomen.’’
varia regio
Machiel Mol, publieksmedewerker Dordtse musea
Schapenkoppen van Frans Lebret Sinds half november is de tentoon-
de stad waar volgens een volkslegende
stelling Schapenkoppen te zien in het
de inwoners vaak schapenkoppen
Dordrechts Museum aan de Haven en
worden genoemd. Lebret woonde en
Hotel Dordrecht. De tentoonstelling
werkte in het pand aan de Achterhakkers
staat in het teken van schilder Frans
72 waar tegenwoordig Hotel Dordrecht
Lebret. Precies honderd jaar geleden
in is gevestigd. Zowel in het Dordrechts
overleed hij in de stad waar hij zijn hele
Museum als in het hotel zijn werken te
leven woonde en werkte. Hier speciali-
zien van de kunstenaar.
seerde hij zich in het schilderen van een
Schilderij F. Lebret, Landschap met schapen bij een boom
typisch Dordts onderwerp: schapen.
De tentoonstelling loopt tot 2 mei 2010
Zijn vaak levensgrote werken zijn daar-
op beide locaties.
om ook sterk verbonden met Dordrecht,
Museum in het Ziekenhuis - portretten van Dordtenaren in het Albert Schweitzer ziekenhuis Om gedurende de verbouwing
De geportretteerden hebben allen een
zichtbaar te blijven voor het publiek,
band met Dordrecht. Ze zijn er werk-
toont het Dordrechts Museum in de
zaam, lid van vereniging of wonen al
serie Dordrechts Museum op straat
generaties lang in de stad.
op verrassende wijze zijn kunstwerken
Kortom: Museum in het Ziekenhuis is
in de stad. Begin november is de
een verrassende kennismaking met de
tentoonstelling Museum in het Zieken-
bewoners van Dordrecht.
huis - portretten van Dordtenaren in het Albert Schweitzer ziekenhuis geopend.
De tentoonstelling is dagelijks te
In de selectie die het museum en
bezichtigen tussen 09.00 en 17.00 uur
ziekenhuis uit de fotocollectie van het
in het Albert Schweitzer Ziekenhuis
Dordrechts Museum hebben gemaakt,
locatie Amstelwijck, Steenhovenplein 1
staat het portret centraal.
te Dordrecht.
Loven en bieden in Dordrecht 175 jaar veilinghuis Mak
Foto F. van Lent, Geminus, 1994-2001
Eind november is de tentoonstelling Loven en bieden in Dordrecht - 175 jaar veilinghuis Mak geopend in Huis van Gijn. De geĂŤxposeerde archivalia en objecten tonen de ontwikkeling van het Dordtse veilinghuis A. Mak. Verder geeft de tentoonstelling een goed beeld van het belang van Mak voor de ontwikkeling van de verzameling van Simon van Gijn en het Huis van Gijn. Zo kocht de vader van Simon van Gijn - Dirk de Kater van Gijn, het scheepsmodel van de OostIndiĂŤvaarder Bleiswyk in 1861 voor 60 gulden bij het veilinghuis. Verder is ook het Glas met de portretten van stadhouder Willem V en zijn echtgenote Wilhelmina van Pruisen afkomstig van Mak. Deze en nog vele andere
Toegeschreven aan D. Wolff, Glas Willem V en Wilhelmina van Pruisen, eind 18e eeuw, diamantgravure in stippeltechniek
Bleiswyk, 1740
objecten zijn tot 16 mei 2010 te zien in Huis van Gijn.
#13 / 2009 DiEP 29
achter de gevel van bibelot, Wijnstraat 117
Roomskatholiek bouwwerk straks poppodium af
Bibelot in de Bonifatiuskerk
In het begin van de jaren tachtig vond jeugdsociĂŤteit Bibelot onderdak bij een bijzondere locatie: de vroegere Bonifatiuskerk. Hieraan voorafgaand was de kerk ontwijd, het orgel opgeslagen en de preekstoel en het hoofdaltaar verplaatst naar respectievelijk de Eusebiuskerk in Arnhem en de roomskatholieke kerk in Haastrecht. Voor de verbouwing en de inrichting van het interieur tekende de architect Freek Prins van EGM architecten. Inmiddels heeft de gezellige, maar amateuristisch geleide jeugdsociĂŤteit zich ontwikkeld tot een professioneel pop-podium. Elk weekend is er een stevige programmering, van bekende bands tot dance avonden.
30 DiEP #13 / 2009
Iris van Knapen Conny Nes
De kerkzaal
De praatruimte in de vroegere pastorie
Arjette van Gorsel werkt sinds 2008 voor Bibelot en verzorgt de publiciteit. Als echte muziekfan is het een zeer bewuste keuze om voor een poppodium te werken. Ze is een van de vijf professionals in vaste dienst. ,,Het gebouw is erg mooi en heeft echt een unieke sfeer. Je ziet als mensen binnenkomen, dat ze verrast zijn door de entourage. Het vormt een mooie omlijsting voor de optredens en draagt eraan bij dat de bezoekers zich prettig voelen. In het nieuwe onderkomen, het Energiehuis, zal het wel even wennen zijn. Er kleven natuurlijk veel voordelen aan de nieuwe locatie: we kunnen het naar onze eigen wensen inrichten, er is meer opslagruimte, er kan een nog betere samenwerking ontstaan met onder andere de popcentrale en de bereikbaarheid is natuurlijk beter. Maar ik zal dit gebouw zeker missen,� aldus Van Gorsel. Wat er met de vroegere Bonifatiuskerk na het vertrek van Bibelot (ca. 2012) gaat gebeuren is nog niet bekend.
stroming binnen het neoclassicisme. Eigenlijk was de stijlnaam enigszins spottend bedoeld. In de negentiende eeuw maakten de overheidsingenieurs van Waterstaat het neoclassicisme tot hun handelsmerk en drukten daarmee een belangrijk stempel op het uiterlijk van vooral overheidsgebouwen, zoals stations. Ook ontwierpen zij veel kerkgebouwen. De overheid financierde in die tijd de bouw van nieuwe kerken, als oplossing voor het conflict tussen hervormden en rooms-katholieken over het recht op oude kerk-gebouwen. Tijdens de Reformatie kwamen de meeste kerkgebouwen in handen van de hervormden. Nu eisten de roomskatholieken deze kerken terug, vooral in de gebieden waar zij een duidelijke meerderheid vormden, zoals in het zuiden. Overheidssteun bij de nieuwbouw van kerken, loste het probleem op. Op plaatsen waar de oude kerken in hervormde handen bleven, werden nieuwe rooms-katholieke kerken gebouwd en als kerken moesten worden afgestaan, werden nieuwe hervormde kerken neergezet.
De Bonifatiuskerk is gebouwd rond 1824, in de zogenoemde Waterstaatsstijl, een
Arjette op de steile torentrap naar kantoor
Kantoorruimte in de toren
Kleedkamer achter het podium, artiesten laten hun sporen na
Naar het rookhok
#13 / 2009 DiEP 31
Beschermd stadsgezicht en monumenten
Park Merwestein, straks ook beschermd stadsgezicht
Conny van Nes
Er bestaan veel misverstanden over wat een beschermd stadsgezicht is, wat er mag en wat er nóg mag als iets een monument is. Met een beschermd stadsgezicht en een monument is nog heel veel mogelijk en dat is goed te zien in de binnenstad van Dordrecht. De gehele binnenstad is al sinds 1975 voorbeschermd als beschermd stads-gezicht en sinds eind 1987 daadwerkelijk aangewezen. In die 35 jaar is er heel veel gebeurd. Ook aan de oudere monumenten is sinds hun aanwijzing in het begin van de jaren zestig behoorlijk gesleuteld, zowel aan de buiten- als aan de binnenkant. En dat is ook goed, wil een stad zijn karakter behouden, dan moet er sprake zijn van ontwikkeling. Ook een gebouw is gebaat bij een goede functie, al zijn daar soms grote ingrepen voor nodig. De binnenstad van Dordrecht is sinds december 1987 beschermd stadsgezicht. Een groot deel van de Negentiende-eeuwse Schil staat sinds 2000 op de nominatie. Onder andere het park Merwestein, de Singel en de Rozenhof vallen binnen de grenzen. Aanwijzing vindt waarschijnlijk plaats in 2010. De aanwijzing tot beschermd stadsgezicht beschermt geen individuele panden tegen sloop. Wel zijn alle bouwactiviteiten vergunningplichtig. In het gebied kan gewoon worden verbouwd en nieuw gebouwd. Hierdoor worden soms ook interessante eigentijdse waarden toegevoegd. Voor sloop is wel een aparte vergunning nodig, waarbij erop wordt gelet dat binnen
32 DiEP #13 / 2009
de beschermde stedenbouwkundige structuur geen ongewenste en langdurige gaten ontstaan. De nieuwbouw dient zich harmonieus te voegen in het beschermde stadsbeeld, maar kan wel degelijk een zeer modern uiterlijk hebben. Dordrecht heeft zo’n 900 rijksmonumenten en 350 gemeentelijke monumenten. De laatste 180 gemeentelijke monumenten werden dit jaar aangewezen. Volgend jaar volgt een groot aantal in de binnenstad. Daarna worden de jongere wijken nog bekeken op de aanwezigheid van gemeentelijke monumenten. Wijziging van monumenten Voor het wijzigen van een monument is
behalve een bouwvergunning nu nog een monumentenvergunning vereist. In 2010 wordt de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht ingevoerd. De zogenoemde omgevingsvergunning vervangt dan alle bouw-, sloop-en monumentenvergunningen en er is dus ook nog maar één loket. Nog steeds wordt bij monumenten dan getoetst of de voorgestelde wijziging de monumentale waarde van het monument aantast. Bij de toetsing wordt altijd wel rekening gehouden met de gebruiksmogelijkheden van het monument. Burgemeester en wethouders maken de afweging tussen de verschillende belangen, daarin geadviseerd door de Welstands- en Monumentencommissie.
Kaartje met grenzen beschermd stadsgezicht, in rood de huidige grenzen in groen de nieuwe grenzen
Wat is een beschermd stadsgezicht? Een beschermd stadsgezicht is een groep van objecten, waaronder zich één monument moet bevinden, die van belang is vanwege de onderlinge samenhang, bijvoorbeeld een historische structuur of stedenbouwkundig plan. De bescherming van het stadsgezicht wordt vastgehouden door het opstellen van een beschermend bestemmingsplan. Een stadsgezicht kan bijvoorbeeld een oude stad binnen de stadsmuren of singels zijn, zoals de binnenstad van Dordrecht, die nog grotendeels zijn middeleeuwse structuur heeft. Maar het kan ook een woonwijk zijn, die gebouwd is volgens een interessant en herkenbaar stedenbouwkundig plan. Criteria zijn dat de structuur, of groep van objecten, van algemeen belang moet zijn wegens schoonheid, onderlinge ruimtelijke of structurele samenhang dan wel wetenschappelijke of cultuurhistorische waarde. Beschermde stadsgezichten worden aangewezen door de ministers van Onderwijs, Cultuur en Welzijn en Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer gezamenlijk, na advisering door de gemeenteraad. Wat is een monument? De meeste mensen denken bij een monument aan een waardevol en oud bouwwerk als een kasteel, kerk of een heel fraai woonhuis. Een monument kan echter meer zijn. Ook heel eenvoudige arbeiderswoningen, lantaarnpalen of fabrieksgebouwen kunnen monument zijn. Een monument kan één gebouw zijn, maar ook een
complex van meerdere bij elkaar horende gebouwen met hun omgeving. En het kan ook een onbebouwd terrein zijn zoals een park of een tuin. Er zijn in Dordrecht rijksmonumenten en gemeentelijke monumenten. De aanwijzing is gebaseerd op een aantal criteria, landelijk en plaatselijk in principe dezelfde criteria, maar beoordeeld vanuit een andere context; wat bijzonder is op plaatselijk niveau hoeft dit op landelijk niveau niet te zijn. Denk bijvoorbeeld aan een pand in Amsterdamse School stijl, veel voorkomend in Amsterdam, maar schaars in Dordrecht. Het is dus niet waarschijnlijk dat een Dordts pand in Amsterdamse School stijl hoog genoeg scoort voor plaatsing op de rijkslijst, maar gezien de schaarste in Dordrecht maakt het wel kans om op de gemeentelijke lijst te komen. De criteria betreffen cultuur-historische waarde, architectonische waarde, stedenbouwkundige waarde, zeldzaamheid en gaafheid. Aanwijzing van monumenten vindt plaats na ambtelijk voorstel of op verzoek van belanghebbenden. Over de aanwijzing van rijksmonumenten beslist de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, over gemeentelijke monumenten beslissen burgemeester en wethouders. De minister neemt pas een besluit nadat de gemeenteraad een advies heeft uitgebracht. De gemeente vraagt over aanwijzing eerst de mening van de eigenaar en de eventuele verzoeker en ze vraagt om advies aan de Welstandsen Monumentencommissie.
Rozenhof: beschermd stadsgezicht met monumenten
Godfried Schalckensingel met uitzicht op Dordrecht’s laatste windmolen
Blekersdijk met de Wilhelminakerk
#13 / 2009 DiEP 33
Erfgoedcentrum DiEP brengt twee historische films uit vijftig. Het is een meesterlijk historisch document geworden. Heel veel herkenbare taferelen, maar het is ook overduidelijk hoeveel er is veranderd in meer dan vijftig jaar.’’
Dordrecht in 1953 De Dordtse cineast J.L. Du Parant legde begin jaren vijftig in opdracht van de gemeente alle facetten van het Dordtse leven vast op talloze filmbanden. Het resulteerde in een prachtige kleurenfilm over Dordrecht, die echter nooit officieel is uitgekomen en direct werd opgeslagen in zijn archief. Toen in 2007 het complete archief van Du Parant werd geschonken aan erfgoedcentrum DiEP was duidelijk dat er hier sprake was van een historische parel. Ron de Bruijn, beheerder van de filmcollectie bij Erfgoedcentrum DiEP, besefte direct dat hij een bijzonder document onder ogen had gekregen: ,,De kwaliteit van de film is werkelijk fenomenaal. De kleuren zijn sprankelend ondanks dat het een halve eeuw op de plank heeft gelegen. Du Parant was een meester in het vastleggen van het dagelijkse leven in Dordrecht en omstreken in de jaren
De Biesbosch Ook is sinds kort een tweede film van J.L. Du Parant uitgebracht door Erfgoedcentrum DiEP. De Biesbosch vertelt het verhaal van het leven en werken in de Dordtse Biesbosch. Op deze zwart-wit film uit 1948 weet Du Parant als geen ander een sfeervol beeld te schetsen van de werkzaamheden die in dit oerhollandse landschap werden verricht door noeste arbeiders. ,,Beide films zijn digitaal overgezet in de beste kwaliteit. De DVD’s zijn voor iedere Dordtenaar een lust voor het oog. Ik heb in ieder geval ontzettend genoten van de prachtige herkenbare beelden,’’ aldus De Bruijn. De thema-dvd’s Dordrecht 1953 en De Biesbosch zijn alle twee onderdeel van de uitgavereeks Dordrecht - een Terugblik van Erfgoedcentrum DiEP. Beide dvd’s zijn te koop voor € 12,50 bij Erfgoedcentrum DiEP, Stek 13, in het Hof en bij diverse Dordrecht boekhandels. Voor meer informatie: 078-6492311.
In december kunt u gebruik maken van een feestelijke actie! Alle vier de dvd’s in de reeks Dordrecht - Een Terugblik zijn dan tegelijk te koop voor de speciale prijs van 40 euro. De historische filmfragmenten uit de collectie van Erfgoedcentrum DiEP beslaan een periode van 1928 tot 1965, een prachtig kerstcadeau voor de Dordt-liefhebber! Let op: deze actie geldt alleen bij Erfgoedcentrum Diep.
Historische filmweken in de Statenzaal Vanaf zaterdag 23 januari tot en met zondag 21 februari houdt Erfgoedcentrum DiEP in de Statenzaal van het Hof vier historische filmweken. Wekelijks wordt er met een nieuw thema een brug geslagen tussen verleden en heden. Gedurende de openingstijden van het Hof worden de films doorlopend vertoond zodat bezoekers op ieder gewenst tijdstip kunnen binnenwandelen. De voorstellingen zijn gratis. Enkele van de vertoonde films zijn dan ook tijdens de filmweken te koop in het Hof. De openingstijden van het Hof tijdens de filmweken zijn: van dinsdag tot en met zaterdag van 10.00 uur tot 17.00 uur en op zondag van 13.00 uur tot 17.00 uur. Op maandag is het Hof gesloten. De definitieve programmering is vanaf begin januari te vinden op de website van DiEP; www.erfgoedcentrumdiep.nl 34 DiEP #13 / 2009
top 10
Ron de Bruijn
Poptempels van vroeger Al die bandjes van de jaren zestig en zeventig zoals beschreven op pagina 17 tot 19 hadden natuurlijk wel een plek nodig om op te kunnen treden. En plekken waren er zat in Dordrecht. In de hoogtijdagen stond elk weekend bol van de livemuziek in Dordrecht. Er was dikwijls volop keuze tussen lokale, nationale en internationale groepen die in Dordt kwamen optreden. Bekende clubs en tijdelijke podia zijn inmiddels door de nieuwe generatie helemaal vergeten, maar velen zullen zich de onderstaande ‘poptempels’ nog wel kunnen herinneren.
1 Americain
3 club session Bij gebouw
In 1970 was Sterrenburg
Americain aan
nog volop in aanbouw.
de Groenmarkt
Om deze wijk van stroom
(tegenwoordig
te kunnen voorzien, werd
de Openbare
aan de Zuidendijk een
Bibliotheek) kon
elektriciteitskantoor
je voor van alles
gebouwd. Pas in 1973
terecht. Al voor
ging het in bedrijf. Tijdens
de Tweede
de tussenliggende jaren
Wereldoorlog
bleef het gebouw aan de
werd het af-
Zuidendijk niet leeg staan
gehuurd voor bruiloften en feesten. Er werd muziekles ge-
maar werd het voor diverse
geven. Leerlingen zwoegden er voor hun examens, er waren
doeleinden gebruikt. Op
trainingen van de boksclub, demonstraties, discotheken,
21 juni 1970 werd Club
talentenjachten. Bij het restaurant aan de voorzijde kon je
Session ‘69 erin geopend.
wat eten. De grote zaal leende zich natuurlijk ook voor de
Het was een muziekpodium
live-muziek. Vele (inter)nationale grootheden van toen als
voor de jeugd. Elke twee weken werden er live-concerten
Spencer Davis en Stealers Wheel, traden er op in de jaren
georganiseerd. Bijna alle Dordtse bands van die tijd gaven er
zeventig. Eind jaren zeventig ging Americain failliet. Het
een optreden. Door de centrale ligging tussen de nieuwe
stond jaren leeg toen uiteindelijk de bibliotheek erin trok.
wijken werd het druk bezocht door een divers publiek.
2 club shiva
4 bibelot
Gelukkig, een poptempel die de tand des tijds heeft doorstaan. Bibelot aan de Wijnstraat is bij vele generaties Dordtenaren Club Shiva, gevestigd aan de Voorstraat 396, werd geopend
bekend. De soos maakte naam met haar concerten aan het
op 10 oktober 1969 en was bedoeld voor de meer progres-
Steegoversloot, maar in 1981 verhuisde ze naar de voormalige
sievere jeugd. Door Shiva’s banden met Paradiso in
Bonifatiuskerk aan de Wijnstraat. De programmering is al
Amsterdam en Exit in Rotterdam konden er gemakkelijk
jaren ijzersterk en naast de vele nationale en internationale
bekende bandjes naar Shiva komen.
acts krijgen ook de lokale bandjes volop de ruimte.
#13 / 2009 DiEP 35
top 10 POPTEMPELS VAN VROEGER 5 kunstmin Het monumentale pand van
(inter)nationale bekendheid
Kunstmin aan de St. Joris-
genoten. In september 1966
weg kennen we natuurlijk
kwam er echter abrupt een
ook allemaal. Maar behalve
einde aan de busremise-
theater werden er in de jaren
concerten. Het extreem korte
vijftig en zestig nog meer
concert van de internationaal
activiteiten georganiseerd.
bekende The Kinks leidde tot
In de jaren vijftig diende
vernielzucht van de aanwezige
de grote zaal wekelijks als
jongeren en de gemeente trok
bioscoopzaal en in de jaren
direct de stekker uit de
zestig opende Kunstmin haar
concertenreeks.
deuren als muziektempel. De Merwesteyn Popgala’s zijn legendarisch geworden. Bands als The Golden Earring(s), The Motions en Cuby & Blizzards zorgden voor grote belangstelling van de Dordtse jeugd.
6 de sleutel
9 verblifahal Slechts één dag heeft deze kille verlaten fabriekshal als
Het korte maar krachtige
Dordtse poptempel gediend.
bestaan van jongeren-
Op 15 december 1970 was de
ontmoetingscentrum
hal het decor voor een stamp-
De Sleutel bestaat uit
vol concert dat georganiseerd
een mix van verdovende
was door de Culturele Raad.
middelen, populaire
Kevin Ayers trad er op met
muziek en verschillende
een jonge Mike Oldfield, met Cosmic Dealer in het voor-
culturele manifestaties als
programma. De voormalige hal van de Verenigde Blikfabriek
Beat & Poetry. De gesloten
Dordrecht aan het Oranjepark was echter niet geschikt als
club had een ingang aan Groenmarkt op een steenworp
muziekzaal. Er waren geen toiletvoorzieningen en de
afstand van Americain.
omwonenden klaagden over de geluidsoverlast.
7 Beatcentrum
10 dolhuys
De naam zegt het al, in dit
Het Dolhuys heeft de
centrum stond de Beat
afgelopen jaren diverse
centraal. In het pand aan
functies gehad en wordt
het Grotekerksplein met
op dit moment geres-
de ingang aan de Hout-
taureerd. In de jaren
tuinen stonden diverse
zestig werd het pand
lokale en nationale beat-
ook al voor diverse aan-
bands op het podium.
gelegenheden verhuurd,
Ook diende het gebouw
van examenfeesten tot
als repetitieruimte voor regionale bandjes. Groep 1850 uit
recepties, maar ook
Den Haag nam er in 1968 een filmclip op ter promotie van haar nieuwe single.
8 busremise
modeshows en andere presentaties vonden er plaats. Simon Vinkenoog bezocht Dordrecht in 1966 om samen met The Zipps Beat & Poetry in het Dolhuys op te nemen.
Het nieuwe industrieterrein Dordtse Kil I was in 1966 nog maar net in gebruik genomen of het werd al ingenomen
U kunt de beeldbank van Erfgoedcentrum DiEP vinden via
door losgeslagen jongeren. De gemeente stelde de bus-
de website www.erfgoedcentrumdiep.nl. Bovenstaande
remise van het Gemeentelijk Vervoersbedrijf elke maand
collecties (behalve de gemeentelijke prentenverzameling)
op een zondagmiddag ter beschikking voor het houden van
zijn online te doorzoeken en te bekijken. Ook kunt u de
beatconcerten. Het werd een groot succes en elke maand
foto’s digitaal bestellen. De beeldbank wordt dagelijks
traden er minstens drie bands op die dikwijls lokale en
aangevuld met nieuwe foto’s, dus houd ‘m in de gaten!
36 DiEP #13 / 2009
boekennieuws
Jan Alleblas
Jan Alleblas, bibliothecaris van Erfgoedcentrum DiEP, signaleert nieuw verschenen boeken over de geschiedenis van Dordrecht en de regio. Dordt een eeuw geleden is geen
2 augustus 1843 ingewijd ontwerp van stadsarchitect G.N. Itz,
geschiedenisboek, want dat komt,
en de voorganger beschreven. Daarnaast is er aandacht voor
volgens samensteller Kees van der
de inventaris, met daaronder voorwerpen die van voor 1572
Wilt, van de hand van een historicus
dateren. Hoofdmoot van het boek vormt de grotendeels eerder
en hoort volledig te zijn. Deze publi-
gepubliceerde geschiedenis van de kerkorgels. Hoewel het
catie is een tijdsbeeld dat de lezer
boek niet is gedrukt maar door Merweboek te Sliedrecht in de
van nu langs interessante punten en
vorm van 104 ingebonden fotokopieën is uitgegeven, ziet het
gebeurtenissen in het Dordrecht van
er keurig uit. Het is te koop in de boekhandel voor €24,90.
1900 tot 1915 voert. Een periode waarin het algemeen kiesrecht nog niet was ingevoerd en regenten-
In de succesvolle serie Verhalen van
families het voor het zeggen hadden. Een tijd ook van grote
Dordrecht verschenen de deeltjes
armoede en de ‘betere stand’ die daar oog voor kreeg en
16 en 17. In Een eeuw onderwijs in
organisaties oprichtte om de ergste noden te lenigen. En zich
het Oranjepark schetsen Anthon
daarnaast met cultuur en elitaire sporten bezighield. Maar ook
Grootenboer en Govert Veldhuijzen
een tijd van grote veranderingen. De arbeiders begonnen zich
de geschiedenis van het schoolge-
te organiseren en gingen voetballen en musiceren. De leer-
bouw aan het Oranjepark, ontworpen
plicht werd in 1901 ingevoerd en vanaf datzelfde jaar trachtte
door de directeur gemeentewerken
de woningwet verbetering te brengen in de soms erbarmelijke
J.N. van Ruyven en op 6 september
woontoestanden. De grenswijziging van 1902 bood de mogelijk
1909 feestelijk geopend. Het gebouw
tot woningbouw over de spoorlijn, waar de nieuwe wijk
verving de eerste Hoogere
Krispijn verrees. Nieuwe vervoermiddelen als auto, vliegtuig
Burgerschool in de Nieuwstraat uit
en vooral de fiets waren in opkomst en de Elektriciteitscentrale
1865. Met onderbrekingen in de jaren 40 en 50 (Duitse bezetter,
aan de Noordendijk begon te draaien. Van der Wilt beschrijft
Binnenlandse Strijdkrachten en hulpverlening tijdens de
dit boeiende tijdperk met kennis van zaken. Minpuntjes zijn de
watersnoodramp) bleef de inmiddels in lyceum omgezette HBS
lay-out (bladspiegel met veel te kleine marges) en illustraties
tot 1962 in het Oranjepark om toen samen met het Johan de
(weinig en bovendien overbekend). Te koop in de boekwinkel
Wittgymnasium nieuwbouw aan de Noordendijk te betrekken.
en bij Erfgoedcentrum DiEP voor €14,90.
In het Oranjepark kwamen achtereenvolgens het Titus Brandsmacollege, Merwestein, Doelesteyn en het Midveldcollege. In 1993 betrok het Johan de Wittgymnasium het oude school-
H. Maria Maior, de historie van een
gebouw en werd een restauratie en nieuwbouwplan uitgewerkt
Dordts kerkgebouw en zijn orgel is
dat de capaciteit van het inmiddels honderdjarige gemeentelijke
de titel van een fraai boek over een
monument moet verdubbelen. In Kroniek van Dordrecht; een
interessant stukje Dordtse kerk-
beknopte historie van Hollands oudste stad neemt Jan Alleblas
geschiedenis. De auteur, Jacob
de lezer - noodgedwongen in slechts 7000 woorden - mee op
Spaans, was van 1980 tot 1995
een reis door de bijna 1000-jarige geschiedenis van Dordrecht.
priester van de Oud-Katholieke kerk
Dat is natuurlijk slechts mogelijk middels een opsomming van
en heeft zich in die periode beijverd
de bekende hoogte- en dieptepunten die, als eerste kennis-
voor restauratie van de kerk en
making met de rijke historie van de oude Merwestad, echter
terugkeer van het oude orgel. Hij
zeker zijn nut kan bewijzen.
publiceerde over de geschiedenis
De rijk geïllustreerde boekjes zijn voor € 2,95 te koop in de
en zette na zijn emeritaat het historisch onderzoek voort.
boekhandel en bij Erfgoedcentrum DiEP.
Spaans schrijft over de overgang van Dordrecht op 25 juni 1572, het daarop volgende verbod op de uitoefening van de katholieke eredienst en de oprichting van schuilkerken aan
Op 1 juli 1959 openden L. Vos
de Hoge Nieuwstraat (Heilige Maria-Maior genaamd de Eike-
en zijn jonge compagnon Cor
boom), Voorstraat (Heilige Maria-Maior genaamd ’t Kruis) en
van der Leer hun kantoorboek-
de H. Bonifatius aan de Kuipershaven. De pastoors van de
handel annex leesbibliotheek
eerste twee kerken kozen in 1723 in een conflict tussen de
op de hoek van de Dubbel-
aartsbisschop van Utrecht en de paus de zijde van Utrecht en
damseweg en de Mauritsweg.
vormen sindsdien de Oud-Katholieke kerk. In het boek worden
Boekhandel Vos & Van der
de lotgevallen van het kerkgebouw aan de Voorstraat, een op
Leer, intussen gevestigd aan
#13 / 2009 DiEP 37
boekennieuws het Scheffersplein en in de winkelcentra Sterrenburg en
binnenstad van Dordrecht. De ver-
Bieshof, kon zodoende in 2009 het 50-jarig bestaan vieren.
wachtingskaart is de basis voor het
De huidige eigenaren, dochter Gerdien van der Leer en haar
door de gemeente vast te stellen
compagnon Piet Makkenze, deden dat met de uitgave van een
beleidsplan archeologie inclusief de
jubileumboek. De bekende Dordtse publicist Frits Baarda kreeg
daarbij horende beleidskaart.
de opdracht tot het schrijven en Dordrecht van toen naar nu
Het rapport bevat naast technische
is er het fraaie resultaat van. Baarda behandelt in acht blad-
inleidingen over principe en achter-
zijden summier de geschiedenis van de boekhandel. De overige
grond van de verwachtingskaart,
112 bladzijden worden voor meer dan de helft ingenomen door
methoden en bronnen ook uiter-
moderne foto’s van zijn hand en oude opnamen van de stad uit
mate interessante en leesbare
de collectie van Erfgoedcentrum DiEP, waarbij vooral uit de
hoofdstukken over opgravings-
collectie van Jan Teubel is geput. Foto’s en tekst zijn ingedeeld
resultaten, de landschapsontwikkeling en bewoningsgeschie-
naar de thema’s geschiedenis, werken, wonen, de stad, naar
denis van het gebied dat we tegenwoordig aanduiden als het
buiten en vrije tijd. Uitgeverij & ontwerpbureau Diepenmaat
Eiland van Dordrecht (waarbij uiteraard de oude loop van de
uit Dieren tekende voor de uitgave van dit prachtige boek in
rivieren en het ‘Dordsche probleem’ aan de orde komen) en
een oplage van 3000 stuks. Het is voor € 19,95 te koop bij de
de historisch topografische ontwikkeling van de binnenstad.
jubilerende boekhandel.
Het rapport is een absolute aanrader voor iedere rechtgeaarde belangstellende in de Dordtse geschiedenis. Het is gratis te downloaden via de website Rond 1900. Van buitenplaats tot
http://cms.dordrecht.nl/dordt?waxtrapp=ufureJsHaKnPvBYV
binnenshuis is de titel van de tentoonstelling van Erfgoedcentrum DiEP in het Hof (nog tot 3 januari te
Tot slot een
zien) en het bijbehorende boek van
boek over
80 bladzijden van de hand van Iris
de regio,
Knapen. Aanleiding voor expositie
en wel over
en boek was het aanwijzen tot
Aart Nieuw-
gemeentelijk monument van een
poort, de
groot aantal herenhuizen en villa’s
Sliedrechtse
in de Negentiende-eeuwse schil,
timmermans-
het gedeelte van de stad tussen Spuihaven en spoorlijn dat
zoon die in
tussen 1860 en 1910 werd bebouwd. Knapen beschrijft kort de
het tweede
geschiedenis van deze eerste stadsuitbreiding en gaat vervol-
kwart van de
gens uitvoerig in op de historie van een twaalftal monumenten,
vorige eeuw
geselecteerd aan de hand van de aanwezigheid van authentieke
zijn stempel
interieurelementen, cultuurhistorische waarde en bewonings-
drukte op het
geschiedenis. Hierbij komen zowel de bewoners uit het
baggerdorp.
verleden (waaronder bijvoorbeeld schrijfster Top Naeff) als het
Een aantal van zijn ontwerpen, met invloeden van de Amster-
heden aan het woord. De vele hofjes die dit gebied eens telde
damse School tot het Nieuwe Bouwen, heeft de tand des tijds
zijn inmiddels vrijwel allemaal verdwenen en aan de arbeiders-
doorstaan, zoals het CJMV gebouw, de Coöperatie, de schoe-
huisvesting in de schil kon daarom geen aandacht worden
nenwinkel van Van Mourik en het gemeentelijk monument de
besteed. Maar desalniettemin ontstond een inhoudelijk inte-
Blauwe School. Ze worden beschreven in Het architectonische
ressant en zeer leesbaar geheel. De vormgeving (dubbele
talent van Aart Nieuwpoort, 1899-1947, een boek dat tot stand
bladzijden, papiersoort, afbeeldingen afgedrukt op postzegel-
kwam op initiatief van de Monumentencommissie van de
formaat naast heel veel wit, merkwaardige gele bladzijden
gemeente Sliedrecht en gepubliceerd ter gelegenheid van de
met rode tekeningen) kan echter minder bekoren. Rond 1900
gelijknamige tentoonstelling. De Dordtse architect Kees Rouw
is te koop in de boekhandel en bij Erfgoedcentrum DiEP voor
beschrijft hierin de carrière van Aart Nieuwpoort, zijn werk en
de uiterst schappelijke prijs van € 7,50.
dat van tijdgenoten en geeft bovendien een chronologisch overzicht van door hem uitgevoerde projecten. Aardig is ook het stukje over de samenwerking met de Dordtse glazenier
Onopgemerkt door het grote publiek verscheen onlangs het in
Toon Berg. Het hele boek getuigt trouwens van een grote
opdracht van de gemeente Dordrecht door RAAP archeologisch
deskundigheid en liefde voor het vak. En dat geldt niet alleen
adviesbureau BV samengestelde rapport Stad en Slib; het
voor de tekst, maar zeker ook voor de vormgeving van Richard
archeologisch potentieel van het Eiland van Dordrecht in kaart
van den Dool. Deze 108 bladzijden tellende, rijk geïllustreerde
gebracht. Kern van dit rapport vormen de archeologische
en fraai gebonden publicatie is voor dertig euro te koop in de
verwachtingskaart en de reconstructiekaart voor de historische
Sliedrechtse boekhandels en bij de gemeente Sliedrecht.
38 DiEP #13 / 2009
ingezonden
Wie denkt, dat de misdaad in de vroegmoderne tijd van een andere aard was als de misdaad in de huidige tijd, komt bedrogen uit. Zo lezen we in de klepboeken (waarin rechterlijke uitspraken werden opgeschreven) hoe Samuel Rout, een Engelsman die diende in het leger van de Republiek, op 20 juni 1637 ter dood werd veroordeeld na de moord op Jan Pieters in een herberg in Rotterdam. Daar had Rout tegen Pieters gezegd dat deze ‘salaet aet als die koyen (= koeien) gras’, waarop Jan Pieters in woede ontstak en ‘syn mes soo hy seyt
inde hant nam’. De tafel tussen hen in belette hem echter Rout te raken met het mes. Deze schrok echter zo, dat hij zijn degen pakte en hem daarmee ‘inden buyck soo gestoocken’ had ‘dat hy den vijffden dach daeraen is comen te overlyden.’ En wie in die tijd een leven nam, moest dat ook bekopen met de dood. In de Dordtse klepboeken vinden we veel meer van dit soort rechterlijke uitspraken. Deze uitspraak is afkomstig uit het klepboek dat loopt van 1628 tot 1641. (Collectie Erfgoedcentrum DiEP)
Foto achterzijde van Jarko de Witte van Leeuwen uit 2006
#13 / 2009 DiEP 39
alles zwijgt er was iemand naast iemand ze liepen langs het water lieten wat gedachten achter keerden weer naar huis terug waar zitten warmer is er was een hond die sneeuw vergeelde en verdween er waren hoge kragen die elkaar passeerden zonder dag te zeggen er zijn alleen nog leuningen die samen wachten, verwachten nu handen hebben losgelaten en ruggen zich gerecht toen kou beving er is de Oude Maas die zee is tot sneeuwnevel optrekt het dooidruppelen begint en de schilder van de stilte dit doek oprolt
Marieke van Leeuwen (november 2009)
40 DiEP #13 / 2009