festival oudemuziek utrecht dinsdag 2 september 2014
Wiennerisches Diarium Oorspronkelijke Weense krant, v00r het Weense publiek, sinds 8 augustus 1703
Twee countertenoren in Utrecht
Een bijzondere flirt met een exotische cultuur
foto: Nan Melville
Turcaria 1683
Alex Potter
Een Britse zangstijl en een Spaans timbre In de nok van het megalomane gebouw van glas, staal en beton, TivoliVredenburg, bevindt zich een kleine zaal genaamd Hertz. De tocht naar Hertz toe voert langs onbekende gangen, trappen en liftruimten. Eenmaal in Hertz verdampt de barre wereld. Waar ben ik? Terug in de baarmoeder? Een simpele melodie klinkt, gespeeld op een trombone. Dat is helemaal niet zo simpel: een zeventiende-eeuwse melodie compleet met versieringen, zelfs trillers! Ooit een triller op een trombone gehoord? Catherine Motuz – van het ensemble La Fontaine – speelt met bolle wangen haar partij in een lied van Antonio Caldara. Zanger: de countertenor Alex Potter.
Alex Potter is Brits. Hoewel, eigenlijk weet ik dat niet – waarom zeg ik dat? Dat komt door zijn zangstijl: een kleinzoon kan hij zijn van de befaamde Alfred Deller, die hier in Nederland eind jaren vijftig concerteerde in het Amsterdamse Concertgebouw. lees verder op pagina 2
Uitverkochte concerten Nationaliteiten musici Treinkaartjes > Utrecht Componisten Klavecimbels Festivaldagkranten
3 6 1 8 4 6 1 5 0 0
5 7 9 4 7 0
14 juli 1683. De Ottomaanse grootvizier Kara Mustafa Pascha verschijnt met een leger van 200.000 man en 300 stukken geschut voor de poorten van Wenen, de ingang tot Europa, voor een belegering die wekenlang zou duren. Deze historische gebeurtenis is veelvuldig in de muziek vastgelegd, en dat is vanavond te horen om 20.00 uur in de Grote Zaal, tijdens het concert van Armonico Tributo Austria en Kudsi Erguner en zijn ensemble. Het was niet de eerste keer dat de Turken de Weense bevolking in de tang hielden. De stad ligt op de grens van Europa en was daarom bijzonder kwetsbaar voor aanvallen van het enorme Ottomaanse rijk. Bijzonder genoeg waren het niet de Turken die de gambaspelende Habsburgse keizer Leopold I de meeste angst aanjaagden: hij was banger voor de Fransen. Leopold sloeg dan ook de hulp van Frankrijk af, wat hem bijna de kop kostte. Pas toen de Poolse koning Jan Sobieski in september van dat jaar totaal onverwacht met zijn leger op het toneel verscheen werden de Turken verslagen, een lees verder op pagina 2