Nieuw Amsterdam #6

Page 1

STAD IN TRANSITIE LENTE/ZOMER 2015

ZO R G N R E T A K

DE STAAT VAN DE STAD GEBIEDSONTWIKKELING RINGZONE WEST LOCAL GOODS STORE MENSENRECHTENAGENDA MICROWONINGEN CITY EMBASSY LISBON ZORGDECENTRALISATIE SPRONG OVER HET IJ WERK ALS MEDICIJN TECHNOLOGIE IN DE OK ZORGINNOVATIE LOSSE VERKOOP € 3,95


WIJ MAKEN NEDER LAND! 2015 is het Jaar van de Ruimte!

DOE MEE EN WORD LANDMAKER! Werk mee aan het manifest door jouw persoonlijke bijdrage te leveren aan de perspectieven en opgaven. Zo geven wij samen richting aan de ruimtelijke toekomst van Nederland. Aanmelden kan op: WWW.WIJMAKENNEDERLAND.NL PRODUCTIELAND

NETWERKLAND

KRINGLOOPLAND

ÉÉN GROTE STAD

GROEN BLAUW


VOORWOORD

IS DE MEEST VRIJZINNIGE STAD VAN DE WERELD OOK EEN STAD VOOR IEDEREEN? Enige tijd geleden las ik Russel Shorto’s boek Amsterdam: A History of the World’s Most Liberal City. Een boek dat je in één adem uit leest en de Amsterdammer met trots vervult. Wat een geweldige geschiedenis heeft onze stad. Shorto beschrijft zijn zoektocht naar de oorsprong van het liberalisme, waarvan hij na uitgebreide studie meent dat deze zelfs in Amsterdam is ontstaan. Al eeuwenlang is er in Amsterdam een interessante balans tussen visionair denken en doen, met het vrijheidsideaal als leidraad. De denkers waren veelal ook doeners en de doeners ook denkers. Met mensen als Prins Willem (de Zwijger) van Oranje, Rembrandt van Rijn, Baruck Spinoza, Nicolaes Tulp, Petrus Plancius en Dirck van Os, zette Amsterdam niet alleen nationaal de toon, maar vooral ook internationaal. Natuurlijk in eerste instantie in de Oost, maar later ook in de West met het stichten van Nieuw Amsterdam, het New York van nu. Een van de meest interessante waarnemingen die Shorto doet, is het egalitaire gehalte van de stad. Tijdens de ontwikkeling van de Grachtengordel woonden arm en rijk bij elkaar om de hoek, in één en dezelfde buurt. De rijken aan de grachten en de armen in de verbindende stegen en straatjes. Lekker praktisch en pragmatisch vooral, alles en iedereen dicht op het werk van alledag. Ondernemerschap kun je de Amsterdammer niet ontzeggen, de vrije markt tierde welig. In de Gouden Eeuw met een internationale scope, maar ook met het vermogen om het lokaal slim en doelmatig te organiseren. De wereldwijde handel bracht immigranten van over de hele wereld en innovatie naar de stad en ambachten ontwikkelden zich. Nieuwe initiatieven werden ook toen vaak met vrienden onder elkaar in de kroeg bedacht. Klein opgestart en dan - voor die tijd grootschalig over de wereld uitgerold. De stad groeide met meer dan 10.000 inwoners per jaar. Net als nu, ook toen wilde iedereen in Amsterdam zijn, wonen en werken.

Anno 2015 is er alleen één groot verschil met toen. Rijk en arm woont nu niet meer bij elkaar om de hoek. De Grachtengordel is nu exclusief voor de rijken (en de toeristen!) en aan de randen van de stad wonen de minder bedeelde Amsterdammers. En die grens verschuift in hoog tempo voorbij de A10. In economisch opzicht niet slecht voor de stad, maar de tweedeling wordt er op z’n minst meer zichtbaar door. In het artikel De Staat van de Stad praten we daar verder over: ‘de meritocratische levensvisie heeft steeds meer aanhang gekregen; wie het maakt heeft dat aan aan zichtzelf te danken. Wie mislukt ook. Het eigen lot is maakbaar. Deze overtuiging past bij een fase van neo-liberalisering waarbij de vrijemarkteconomie leidend is.’ Het sluit aan bij de constatering van Shorto dat het liberale denken en doen al eeuwenlang de (economische) motor van Amsterdam is, terwijl hij ook nadrukkelijk verwijst naar het gemeenschapsgevoel dat zo elementair is voor de met water verbonden cultuur van onze stad. Jeroen Slot (IOS Gemeente Amsterdam) eindigt het artikel met de vraag: ‘Wat voor een stad wil de hoofdstad van Nederland zijn: alleen voor de groep zelfredzame hoogopgeleiden of voor iedereen?’ Een vraag die we ons allen zouden moeten stellen.

Egbert Fransen directeur Pakhuis de Zwijger en uitgever Nieuw Amsterdam

Cover: Uncover Lab, gevestigd in de Local Goods Store, maakt je smartphone, laptop, notebook of ieder ander object uniek met laserprints. Print: Chaotic Bastards

uncoverlab.nl chaoticbastards.com

1


INHOUDSOPGAVE

5

Nieuw Amsterdam #6

43

STADSDELEN

OPENBAAR GROEN

Lokale initiatieven geven kleur aan de stadsdelen

Wie schoffelt beter?

15

DE STAAT VAN DE STAD I amsterdam. Am I?

18 BRIEFPOST De Boer & Van Rossum

20

GEBIEDSONTWIKKELING Buiksloterham, Zeeburgereiland en Oostenburg

27

RINGZONE WEST

IN HOU DSO PGA VE

Broedplaats voor creativiteit en ondernemerschap

34

LOCAL GOODS Be loyal buy local

2

52 MENSENRECHTENAGENDA Welke stad wil Amsterdam zijn?

56

METROPOLITAN FIELD TRIP LISBON Do-it-yourself generation

58 - 60 - 62 CITY EMBASSIES Stockholm - London - Brussels

64 MICROWONEN IN DE STAD Klein is het nieuwe groot

68

SPRONG OVER HET IJ Nieuwe oeververbindingen

48 FOTOREPORTAGE Van wie is de universiteit?

73

COLUMN Stephan Hodes

N EW E U ROP E


INHOUDSOPGAVE

75

Lente/zomer 2015

98

103

DE CIRCULAIRE STAD

WERK ALS MEDICIJN

INNOVATIE IN DE ZORG

Zon op de Zwijger

Hoe zorgen we dat iedereen kan meedoen?

Kansrijke cross-overs

IN HOU DSO PGA VE

109

BOEKEN/WEBSITES/APPS

102

120

76

OFF THE GRID Energiecentrale op wielen

ZO R G K AT E R N

82

INTERVIEW Eric van der Burg

86

ZORG OP Z'N KANT Hoe bottom-up en top down elkaar ontmoeten

91

SOCIAAL ONDERNEMEN

SOCIAAL ONDERNEMEN Emile thuiszorg

110

SOCIAAL ONDERNEMEN Specialisterren

111

NIEUW NEDERLAND Zorgen voor elkaar

116

Wijzelf zorgcoรถperaties

92

TECHNOLOGIE EN ROBOTISERING

SOCIAAL ONDERNEMEN

Science Fiction in de OK

De Advieswinkel

COLOFON EN VOLGENDE UITGAVE

3


Bewoners weten zelf het beste wat nodig is voor een prettige

maar nu eten ze samen een worstje. Zelfbeheer zorgt voor mooier

leefomgeving. Sneller, beter en goedkoper werken ze aan

groen en meer contact.

waardevolle buurten en complexen waar ze graag wonen. Wij werken met ze samen. Bijvoorbeeld met onze zelfbeheer-

Voor wie hulp nodig heeft, de wijkpartners

producten. Of via onze wijkpartners.

Huurders die het niet zelf kunnen, krijgen hulp van organisaties in de buurt. Vrijwilligers van stichting Present knappen bijvoorbeeld

Samen voor een schoon portiek

een tuintje op bij ouderen. En Burennetwerk stuurt een goede buur

Bewoners bepalen zelf hoe ze hun portiek of galerij schoonhouden.

die het blijft onderhouden en gezelligheid brengt. In ruil daarvoor

Van toezicht op de schoonmaker tot zelf poetsen. Een groepje huur-

helpen wij organisaties met een ruimte of financiĂŤle ondersteuning.

ders in de Indische Buurt schildert bijvoorbeeld zelf het trappenhuis. Wij betalen de verf. Nu oogt de boel fris en houden de bewoners

Het werkt

het beter schoon.

Wij weten dat het werkt. Net als de internationale huurdersvereniging. Die beloonde de wijkpartners met de Erin Award

Samen voor een groene buurt

voor sociale duurzaamheid.

Frank woont graag in Slotervaart, maar ergert zich aan het groen voor zijn deur. Met wat financiĂŤle hulp van Eigen Haard tovert hij

Meer weten?

het haveloze tuintje zelf om tot een vrolijke plek. Tijdens het

Kijk op www.eigenhaard.nl/in-uw-wijk of mail Elmy Everaert

tuinieren praat hij met buurtgenoten. Vroeger kende hij ze niet

e.everaert@eigenhaard.nl

Beter beheer met betrokken bewoners


STADSDELEN

Lokale initiatieven

WE STP OO RT NOOR D

WES T NIEU

W-W E

C E NTR U M

ST

O O ST

Z U ID

LOKALE INITIATIEVEN GEVEN KLEUR AAN DE STADSDELEN

Z U ID O O S T

De wereldwijde beeldvorming van Amsterdam wordt vaak bepaald door grote iconische projecten, maar de Amsterdammer ziet het anders. Dichtbij huis, in de wijken en de buurten van de stadsdelen zijn het de lokale initiatieven die voor de dynamiek zorgen en het buurtgevoel bepalen.

Merel Oosterhof stagiair Nieuw Amsterdam

Ook in deze editie van Nieuw Amsterdam is er weer een selectie gemaakt van de meest bijzondere initiatieven. Van het ‘uit-de-muur-trekken’ van bloemen in Noord en een pop-up camping in Oost tot een collectief kippenhok in West. En van buurttelevisie in Centrum en een interactieve theatervoorstelling in Zuidoost tot een sportschool in een autogarage in Nieuw-West en een beweegroute in Zuid. Via het online platform van Nieuw Amsterdam word je dagelijks op de hoogte gehouden van de pareltjes van de stad. stedenintransitie.nl/stadbericht

5


STADSDELEN

Amsterdam-Noord

TOERTJE MUZIEK Op 6 september kun je op muziektoer in Amsterdam-Noord en Landsmeer. Met de fiets, skeelers of benenwagen ga je langs drie bijzondere locaties. Op elke plek die je bezoekt, zoals een oude boomgaard, treden muzikanten op. Van harpspel tot gezongen tango - zeker een toertje waard.

toertjemuziek.nl © Jan Albert Vroegop

Kroketten uit de muur trekken, dat is geen nieuw concept. Maar heb jij eerder een bos bloemen uit de muur gehaald? Op de NDSM-werf is een bloemenautomaat geïnstalleerd waar je 24 uur per dag een boeketje kunt kopen. Gekleurde stickers geven aan hoe vers ze zijn en welk prijskaartje eraan hangt. Zo kom je nooit meer met lege handen bij je (schoon)moeder aan!

© I See For You - Föllmi Photography

24FLOWER

WAITLANDS Het aantal studenten in Amsterdam groeit, maar niet de beschikbare kamers. Dertien studenten besloten een zelfbouwproject met elf woningen te starten op een braakliggend terrein in Noord. Zes containers zijn de basis voor het project. Door extra isolatie, zonnepanelen te bevestigen en zoveel mogelijk materiaal te recyclen, wordt de nadruk gelegd op duurzaam wonen.

24flower.nl

waitlands.com

LOFTLETTERS

amstelbotel.nl

6

© Luc Janssens

Begin maart plaatste hotelboot Amstel Botel nieuwe letters op haar dak. En niet zómaar letters. Op de ‘B’ is een halfpipe gebouwd waar skaters zich kunnen uitleven. In de ‘E’ bevindt zich de kleinste bioscoop van Nederland. De slaapletters worden de komende tijd uitgetest door gelukkige proefpersonen, dus nog even geduld, de kamers zijn binnenkort te boeken!


STADSDELEN

Amsterdam-Oost

URBAN CAMPSITE AMSTERDAM © Filip Jonker

Op het uiterste puntje van Centrumeiland verschijnt in juni een pop-up camping. Een leegstaand terrein wordt omgetoverd tot openluchttentoonstelling waar bewoners, toeristen en geïnteresseerden elkaar ontmoeten. Wat deze tentoonstelling zo bijzonder maakt, is dat je kunt overnachten in de kunstwerken.

urbancampsiteamsterdam.com

MEZRAB STORYTELLING SCHOOL © Moein Mosleh

In het Pakhuis Wilhelmina op de Veemkade is tien jaar geleden een storytelling school opgericht. Sinds april is Mezrab verhuisd naar een grotere ruimte op de bovenste verdieping. Een plek waar je een avond zelf kan vertellen of naar verhalen kan luisteren onder het genot van een bord Iraanse soep.

mezrab.nl © Martijn van den Dobbelsteen

ANNA’S RUIGTE

© Myrte Mijnders

Bij het Amsterdam Science Park wordt vaak gedacht aan bèta-studies en moderne universiteitsgebouwen, maar men vergeet de bijbehorende 1,5 hectare stadsnatuur. Een groep studenten neemt dit stuk natuur onder handen. Door het toegankelijker te maken en de biodiversiteit te verhogen, wordt de gemeenschap rondom het Science Park samengebracht.

annastuin.blogspot.nl

STAMHUIS DE SLIBVIJZEL Het slibvijzelgemaal op het Zeeburgereiland, voorheen een onderdeel van de ontmantelde rioolwaterzuiveringsinstallatie, wordt onder handen genomen. Van grauw betonblok tot een rauwe, inspirerende ontmoetingsplek voor de buurt. Voor wekelijkse livemuziek en maandelijkse kunsttentoonstellingen kun je hier in de toekomst terecht!

fb.com/slibvijzel

7



STADSDELEN

Amsterdam-Zuid

KWIEK BEWEEGROUTE © Willem Kuijpers

In Buitenveldert is de Beweegroute aangelegd. Dit 950 meter lange parkour is samengesteld om de buurtbewoners in beweging te houden. Op de stoeptegels die je op de route tegenkomt, worden verschillende oefeningen afgebeeld. De tegels leiden naar het winkelcentrum om ouderen te stimuleren om van de Beweegroute een dagelijkse routine te maken.

kwiekbeweegroute.nl

BAUTZUID Amsterdam Zuid heeft er een rauw randje bij! Restaurant BAUT, voorheen gevestigd in het Paroolgebouw aan de Wibautstraat, is verhuisd naar Zuid. In de voormalige Citroën-showroom aan het Stadionplein zet chefkok Michiel van der Eerde het komende halfjaar zijn kookkunsten voort.

bautamsterdam.nl In Zuid zijn veel mensen alleenwonend of niet in staat om boodschappen te doen. Onder de Pannen is een organisatie die samen eten als hét ideale sociale bindmiddel ziet. Je kunt je opgeven om te koken voor andere buurtbewoners of je kunt bij iemand aanschuiven. Een win-winsituatie; nieuwe vrienden én een lekkere maaltijd.

ONDER DE PANNEN

voorelkaarinzuid.nl/onder-de-pannen

CONTAINING MUSHROOMS Stadslandbouw in het zakelijke hart van Amsterdam! Te midden van honderden mensen die kantoren in- en uitrennen in pak, staat sinds kort een zeecontainer waar oesterzwammen worden gekweekt. Per bakfiets wordt bij de kantoren op de Zuidas koffieresidu opgehaald, die als grondstof dient om de zwammen op te kweken.

containingmushrooms.nl

9


STADSDELEN

Amsterdam-Centrum

EETALAGE Het Amsterdamse centrum kent een nieuw lunchtent. Naast een plek om te eten, is het ook een etalage voor kunst in de breedste zin van het woord. De kunsten die worden tentoongesteld, zoals schilderijen en tassen maar ook meubels, zijn te koop. Een inspirerende plek waar kunst en eten samenkomen.

fb.com/DeEetalageAmsterdam

BUURTTELEVISIE

© Buurttelevisie

Buurttelevisie is een wijkonderneming die verhalen van buurtbewoners zichtbaar maakt door ze vast te leggen op video. Alle relevante ontwikkelingen die spelen in een buurt, zoals cultuur, sport en bouw, krijgen bij Buurttelevisie een uniek podium. Burgerjournalistiek vanuit alle stadsdelen, waaronder sinds kort ook stadsdeel Centrum!

amsterdam.buurttelevisie.nl

ARTDELI

WATERKANT

waterkantamsterdam.nl

10

art-deli.nl

© Team Peter Stigter

Vorige zomer ging Surinaams (eet)café Waterkant open aan de Marnixstraat. Onder de Europarking parkeergarage is een hangplek voor gespuis omgetoverd tot een kleurrijk stukje Paramaribo in het centrum van de stad. Het gebied is in volle ontwikkeling en Waterkant heeft een vijfjarig contract gekregen om zich te bewijzen. Vooralsnog zit dat wel goed!

Op de Nes in hartje Amsterdam is een nieuwe kunst- en designruimte geopend. Dit is echter niet zómaar een tentoonstellingsruimte, hier worden de kunsten gecombineerd met horeca en een designstudio. Je kunt hier te midden van een kunstexpositie terecht voor een wijntje en een culture bite. De achterliggende gedachte is dat kunst op deze manier toegankelijker wordt voor alle Amsterdammers!


STADSDELEN

Amsterdam-West

KIPPEN MID WEST © Wouter van der Wolk

Heb je altijd al kippen gewild, maar wist je nooit hoe en waar? In de tuin van broedplaats MidWest kun je sinds april samen met andere buurtbewoners deelnemen in een collectief kippenhok. Je doneert je groenteafval aan de kippen, maakt af en toe het hok schoon en kan eens per maand een doosje eieren van je eigen kippen ophalen.

midwestamsterdam.wordpress.com

Op de Overtoom bevindt zich een onbemande wasserette die 24/7 geopend is. De winkel kun je betreden met een code die je toegestuurd krijgt via je smartphone of de website. Op die manier hoef je niet meer uit werk te rennen om nog net op tijd te zijn om je pak te stomen, maar kun je wanneer het jou uitkomt de was doen.

bubble-stitch.com

© KettingHuls

KITCHEN REPUBLIC

BUBBLE&STITCH

In de Houthavens heeft een culinaire broedplaats voor lokale food-startups de deuren geopend. Voor startende cateraars kan het lastig zijn om te groeien vanwege de aanschaf van dure faciliteiten, of gebrek aan marketing. In Kitchen Republic kunnen starters gebruik maken van de keuken en worden er colleges gegeven over alle facetten van foodbedrijfsvoering.

Achter het hek aan de Admiraal de Ruijterweg opende half april in samenwerking met Natuurtuin Slatuinen Kas Keerweer. Een groene oase gerund door vrijwilligers die deze historische plek zoveel mogelijk open willen stellen voor de buurt en bewoners willen inspireren de buurt te vergroenen en verduurzamen. De kas herbergt een plantenasiel, wormenhotel en je kunt er workshops volgen. Prettig vertoeven!

KAS KEERWEER

© Ellen van den Berg

kitchenrepublic.nl

fb.com/kaskeerweer

11


STADSDELEN

Amsterdam Nieuw-West

Š Studio Valkenier

BRET Het eens zo grijze Orlyplein is onderhevig aan grote veranderingen. De initiatiefnemers van BRET vergroenen dit plein en in de geplaatste rode zeecontainers zijn verschillende culturele ondernemingen gevestigd. In het horecapaviljoen kunnen mensen uit de buurt, met een wijntje in de hand uit eigen wijngaard, elkaar op laagdrempelige wijze ontmoeten.

bret.bar

TUINEN VAN WEST Op dit stuk Amsterdamse platteland diep in Nieuw-West zijn meerdere ondernemers bezig om de Tuinen van West op de kaart te zetten. Van het organiseren van marathons en markten tot het stimuleren van stadslandbouw en een fruittuin. Het gebied groeit langzaam uit tot een cultureel recreatiegebied waar verbinding en samenwerking centraal staat.

tuinenvanwest.info

SPORTMANI

BUURTCAMPING SLOTERPLAS De Buurtcamping strijkt voor het eerst neer op de oever van de Sloterplas bij Hotel Buiten. Van 24 t/m 26 juli kunnen buurtbewoners hier een nachtje kamperen om elkaar op deze manier te leren kennen. Neem dus een tentje, je buurman en een parasol mee en ga op vakantie op het stadsstrand zonder zand in eigen buurt!

sportmani.com

12

debuurtcamping.nl

Š Fleur Vos

Een monumentale benzinepomp gelegen aan de Johan Huizingalaan heeft een sportieve herbestemming gekregen. Binnenkort kun je hier losgaan op de verschillende trainingsapparaten of je vrienden uitdagen op het indoor voetbalveld. Huiswerk kan vooraf gemaakt worden bij de bijbehorende huiswerkbegeleiding en na afloop kun je wat drinken in de lounge.


STADSDELEN

Amsterdam-Zuidoost

© Jordi Wallenburg

BIJLMER MEER

De tentoonstelling Bijlmer Meer is geopend; een vitrine vol verhalen uit de buurt. Deze bestaat uit een verzameling van herinneringen en ervaringen van mensen die wonen en werken in Zuid-Oost. Dagboeken en briefwisselingen, maar ook video’s en geluidsopnames worden tentoongesteld. En zolang er verhalen blijven ontstaan, wordt de vitrine voller en voller.

imagineic.nl/bijlmer-meer

KLEIBIER

WIJKSAFARI BIJLMER © Jenneke Boeijink

Binnenkort kun je in de Bijlmer een duurzaam speciaalbiertje proeven dat is gebrouwen met hop en kruiden uit de tuin van het Kleiklooster, een spirituele ontmoetingsplek voor de buurt. Je kunt hier binnen lopen voor een Kleibiertje én voor een luisterend oor.

© Harrie Jansema

Wijksafari is een uniek theaterconcept van Adelheid Roosen waar het publiek wordt meegenomen op een ontdekkingsreis door de wijk. De spelers worden geadopteerd door gezinnen in de buurt en ontwikkelen samen scènes. Het publiek gaat achterop de scooter langs bij de verschillende huizen en ontdekt de wijk op een nieuwe manier. In mei en juni trekt Wijksafari de Bijlmer in!

kleibier.nl

wijksafari.nl

MOODWALL In Zuidoost bevindt zich de Moodwall, een interactief lichtkunstwerk geplaatst onder een brug. De Moodwall is onlangs nieuw leven ingeblazen: de kapotte lampjes zijn vervangen én de 2500 LED-lampjes lichten op zodra ze lichaamsbeweging herkennen. Hierdoor krijg je een veilig gevoel en je maakt voor even deel uit van het kunstwerk!

matthiasoostrik.com © Bart Dijkstra

13


vindt dat je juist nu een huis moet kopen

Het is misschien een economisch onzekere tijd, toch is dit hĂŠt moment om je eerste woning te kopen. De prijzen zijn immers lager dan ooit, en ook de hypotheekrente staat gunstig. Neem eens contact op met Stadgenoot en laat je vrijblijvend informeren over jouw mogelijkheden. We vertellen je graag welke woning het beste past bij jouw budget en jouw woonwensen. Check onze site voor meer info!

het mooiste aanbod vind je op stadgenoot.nl

Stadgenoot verkoopt

020-580 11 00 (optie 2)


DE STAAT VAN DE STAD I AMSTERDAM. AM I? Amsterdam gaat lekker. De hoofdstad werkt als een magneet voor bewoners en bedrijven. Zelden groeide de bevolking zo snel als nu en er zijn bemoedigende berichten over economisch herstel. Toch profiteren niet alle inwoners van dit succes. Een aantal groepen heeft het juist zwaarder gekregen. Jeroen Slot, van Onderzoek Informatie en Statistiek (OIS) bij de gemeente Amsterdam, praat ons bij over verschillen en ongelijkheid in Amsterdam: ‘Het verschil tussen diegenen die makkelijker en minder makkelijk meekunnen groeit, het opleidingsniveau is daarbij een belangrijke factor.’

© Edwin van Eis

Maartje Rooker tekstschrijver en marktonderzoeker

maartjerooker.nl

Wie kent ze niet? De witte en rode manshoge letters van ‘I amsterdam’. Amsterdam Marketing wil de stad hiermee profileren als een internationale, dynamische woon- en werkomgeving, een aantrekkelijke reisbestemming en een proeftuin voor innovaties. Sinds 2004 reizen de in totaal bijna 24 meter lange letters door de stad om bovenstaand motto te benadrukken. Tot de laatste economische crisis leek Amsterdam die dynamische woon- en werkomgeving te kunnen beloven. ‘2008 was een reality check voor iedereen. Niets leek meer vanzelfsprekend’, zegt Slot. ‘Onze pensioenen, banktegoeden, huizen, banen, diploma’s… welke waarde hebben deze nu nog? En ook al doet Amsterdam het ook na de crisis goed, er blijft veel onzekerheid of het nu over de arbeidsmarkt, de decentralisaties of de woningmarkt gaat.’ >>

15


DE STAAT VAN DE STAD

>> De trend was al langer gaande, maar zeker vanaf de

crisis kreeg de meritocratische levensvisie steeds meer aanhang in Amsterdam: wie het maakt, heeft dat aan zichzelf te danken. Wie mislukt ook. Het eigen lot is maakbaar. Deze overtuiging past bij een fase van neoliberalisering waarbij de vrijemarkteconomie leidend is. ‘Een netwerk met invloedrijke personen en sociaal kapitaal wordt steeds belangrijker. Aan wie heb ik wat? Voormalige ankers als religie, familie en de directe omgeving zijn minder bepalend. Solidariteit staat steeds meer onder druk. Netwerken betekent namelijk ook uitsluiting.’ Er lijkt een winnaars- en verliezersdiscours te ontstaan. Zij die toegang hebben tot een invloedrijk netwerk en ondernemend zijn in de huidige dynamische marktontwikkelingen, en diegenen die daarbuiten vallen en afhankelijk zijn van beleid dat buiten hun bereik wordt ontwikkeld. Twee groepen waartussen de verschillen groter worden. Fragmentatie is de afgelopen tien jaar dan ook op verschillende terreinen toegenomen: tussen hoog- en laagopgeleiden, tussen gebieden binnen en buiten de ring en tussen groepen Amsterdammers van autochtone en westerse afkomst enerzijds, en niet-westerse afkomst anderzijds. Vooral de mensen met een lage opleiding, een laag inkomen en/of geen werk hebben het zwaar, terwijl de positie van hoogopgeleiden juist verbeterde.

Fragmentatie

gebied van onderwijs, werk en welvaart. Zo vinden daar veel minder activiteiten buiten de deur plaats en ervaren meer mensen sociaal isolement. Dit geldt met name voor niet-westerlingen en ouderen.

DE JONGE STEDELING BEPAALT STEEDS MEER HET RITME VAN DE STAD Binnen de ring lijkt de situatie heel anders. Hier vecht een grote hoeveelheid aan activiteiten en sociale ontmoetingsplekken om de aandacht. Bewoners hebben een legio aan keuzes aan diverse participatiemogelijkheden, en maken hier gretig gebruik van. Slot ziet met name een groeiend aanbod voor de groep ondernemende, vaak jonge hoogopgeleiden met een stedelijke oriëntatie: de ‘jonge stedeling’. ‘Je ziet dat er meer ruimte en faciliteiten komen voor de specifieke behoeftepatronen van deze groep’, zegt Slot. Zo zijn er >>

DE FRAGMENTATIE IS TOEGENOMEN

Volgens OIS is deze fragmentatie duidelijk terug te zien in de statistieken van de gemiddelde leefsituatiescore. Deze score geeft de ontwikkeling van het individuele welzijn aan. Kijk je naar de verschillende stadsdelen, dan zie je dat met name lager opgeleide Amsterdammers buiten de ring wonen. Daar is de participatie veel lager en scoren vooral Noord en Zuidoost veel slechter op het

16

JEROEN SLOT Jeroen Slot studeerde sociale geografie en is hoofd Onderzoek en Statistiek (OIS) binnen de RVE Onderzoek, Informatie en Statistiek van de gemeente Amsterdam. OIS beschrijft ontwikkelingen en trends in de stad en ondersteunt het beleidsproces door informatie beschikbaar te stellen en te analyseren.

os.amsterdam.nl

© John Melskens

Een voorbeeld is het verschil in werkloosheid tussen hoog- en laagopgeleiden: in 2008 was zo’n twee procent van de hoogopgeleide beroepsbevolking werkloos, voor laagopgeleiden was dat tien procent. In 2014 waren de percentages toegenomen tot vier respectievelijk achttien procent. In datzelfde jaar was 14% van de autochtone jongeren werkloos tegen 38% van de niet-westerse jongeren. De armoede in stadsdeel Zuid bleef onveranderd, terwijl in Nieuw-West het aantal mensen dat in armoede leeft is toegenomen.


DE STAAT VAN DE STAD

Leefsituatiescore

GEMIDDELDE LEEFSITUATIESCORE PER STADSDEEL, 2004-2012 108 104 100 96 92 88 84 80

Centrum 2004

Zuid 2006 (uitgedrukt in 2004)

West

Oost

Nieuw-West

2008 (uitgedrukt in 2004)

2010 (uitgedrukt in 2004)

Noord

Zuidoost

2012 (uitgedrukt in 2004)

Gemiddelde leefsituatiescore per stadsdeel. In juli 2015 wordt een update verwacht.

>> talloze flexibele werkplekken voor zzp’ers, hippe horeca

en internationale events. ‘De kosmopolitische netwerker bepaalt zo steeds meer het ritme van de stad.’ Sinds de jaren negentig is Amsterdam populairder dan ooit onder jonge stedelingen. Zij willen graag dicht bij de stadse drukte wonen, met culturele, sociale en economische voorzieningen en onderwijsinstellingen die bij hun levensstijl passen, en leveren door hun vaak bovengemiddelde koopkrachtpositie een stimulerende bijdrage om deze voorzieningen in stand te houden. Vraag en aanbod drijven elkaar op, en de groep met dezelfde stedelijke oriëntatie clustert samen. Sterker nog, de jonge stedeling gaat - zeker zolang de onzekerheid op de woningmarkt aanhoudt - Amsterdam niet meer uit. Tot de jaren negentig was een huis in de regio een haast vanzelfsprekende stap wanneer zij aan een gezin begonnen. Tegenwoordig blijven ze met de kinderen in de hoofdstad. Mét een behoefte aan passende woningen in de levendigste delen van de stad: binnen de ring. Gezien het beperkte aanbod, stijgen de prijzen. Zeker nu de sociale woningvoorraad in omvang afneemt en minder toegankelijk is geworden. Wonen binnen de ring wordt heel moeilijk voor mensen met weinig geld, vaak diegenen met een lage opleiding, lagere middeninkomens, nietwesterlingen en ouderen. In discussies over de stad valt het woord tweedeling al snel, waarbij vooral aan de ruimtelijke weerslag wordt gedacht. Binnen de ring voor ondernemende, zelfredzame hogeropgeleiden, en buiten de ring voor meer afhankelijke groepen met een lagere opleiding. Toch neemt Slot de

term tweedeling niet zonder aarzeling in de mond. ‘De verschillen in de stad zijn toegenomen en die ontwikkeling is nog niet ten einde. Die verschillen hebben op meer betrekking dan sociaal-economische aspecten alleen. Ze hebben bovendien ook een heel duidelijke ruimtelijke component.’ Het onderscheid binnen en buiten de ring verwijst naar dat laatste aspect.

WAT KUNNEN WE ALS STAD DOEN AAN DE VERSCHILLEN? En natuurlijk kan het benadrukken van verschillen tot stigmatisering leiden, zo goed als het niet benoemen en bagatelliseren van verschillen tot bevestiging en zelfs tot bestendiging ervan kan leiden. ‘Veel interessanter is de vraag wat je als stad aan verschillen kunt doen. Wat kun je beïnvloeden en wat niet? Wat kost dat eigenlijk en wat levert ‘t op, zowel in economische termen als in maatschappelijke termen?’ Dit soort afwegingen en keuzes zichtbaar maken, voor de kortere en langere termijn, is een belangrijke opgave die urgenter is dan ooit. Vervolgens is het aan de politiek om uit te maken wat voor stad de hoofdstad van Nederland wil zijn: alleen voor de groep zelfredzame hoogopgeleiden, of ook voor iedereen? Gaan we van I amsterdam naar We are Amsterdam? ŤŤ

dezwijger.nl/destaatvandestad

17


GEBIEDSONTWIKKELING

Briefpost

Beste Pierre, Tijdens de crisis heeft de gemeente zelfbouwers alle ruimte gegeven. Bij de gevestigde partijen waren er grote twijfels of dat wat zou opleveren. Naar mijn idee hebben die twijfelaars ongelijk gekregen. Ondanks de crisis zijn de zelfbouwers gewoon aan de slag gegaan. In de eerste jaren met veel problemen, maar naarmate de tijd verstreek met steeds meer succes. Inmiddels zijn vrijwel alle aangeboden kavels en projecten bebouwd of in aanbouw. Door de energie en de kracht van de zelfbouwers zijn stagnerende gebieden als Houthaven en Zeeburgereiland weer op de kaart gezet en heeft het verlaten en winderige Buiksloterham zich ontwikkeld tot een nieuwe hotspot en living lab voor circulaire stedenbouw. Buiten de ring hebben projecten als de klusflats Kleiburg en M.J. Klarenstraat de weg gewezen voor alternatieve vormen van stedelijke vernieuwing. Kortom: ongelooflijke resultaten in heel korte tijd. Dus vooral zo verder gaan zou je denken, niet? Zo staat het ook in de gemeentelijke beleidsplannen. Helaas wijst de praktijk anders. Wist je dat bij de eerste zelfbouwbeurs in 2011 nog 450 woningen aangeboden werden? Ondanks de snel groeiende belangstelling is het aanbod daarna geleidelijk gedaald tot driehonderd in 2014, met als gevolg dat de collectieve kavels met een factor twintig tot vijftig werden overtekend. Complete tentenkampen verrezen voor de individuele kavels. Volgens de gemeentelijke ‘tenderkalender’ zullen de aantallen in de komende jaren alleen maar nog verder dalen. Als gevolg van twee factoren; te weinig kavels en de terugkeer van gevestigde partijen. Tijdens de crisis heeft de gemeente de investeringen in nieuwe woningbouwlocaties drastisch teruggeschroefd. Dat gaat zich nu wreken. Dit jaar zullen slechts 24 nieuwe bouwlocaties worden aangeboden voor in totaal drieduizend woningen. Terwijl het nieuwe College minimaal vijfduizend woningen per jaar wil bouwen en de markt volgens mij nog veel meer aan kan.

ZELFBOUW, TERUG NAAR AF?

Bij de verdeling van die nieuwe kavels zie je een duidelijke terugkeer naar grootschalig bouwen, dat vind ik geen goede ontwikkeling. Met kavels van vele honderden woningen bestemd voor studentenhuisvesting en vrije sector huur- en koopappartementen. In de bestaande voorraad zie je vergelijkbare ontwikkelingen. Geen nieuwe klusflats, maar grootschalige verkoop van complexen aan binnen- en buitenlandse beleggers. Waarvan een deel nu al heeft aangekondigd te zullen gaan uitponden. We zijn dus weer hard op weg naar oude tijden lijkt het, waarin de gemeente, de corporaties en een paar grote beleggers het weer voor het zeggen hebben. En waarin zelfbouw weer wordt teruggedrongen naar de marges. Hoogste tijd voor de zelfbouwers om zich te verenigen en hier tegen in opstand te komen. Het zou namelijk doodzonde zijn als we weer verder gaan zonder enige terugblik op de resultaten van vier jaar bouwen van onderop en zonder enig debat van betekenis. Wat jij, Pierre? Met vriendelijke groet,

Maarten de Boer voorzitter stichting 4Winden 4winden.eu/wordpress

18


GEBIEDSONTWIKKELING

Briefpost

Dag Maarten, De vastgoedcrisis duurde van 2009 tot en met 2013. Gelukkig gaat het nu weer goed met de Amsterdamse woningbouwproductie: we kruipen niet uit het dal, we springen eruit! In 2014 is in Amsterdam de bouw van 5.203 woningen gestart. Dat is ook nodig omdat er per jaar circa 10.000 nieuwe Amsterdammers bij komen. Zij willen hier wonen en moeten hier kunnen wonen. Of het nu om kansrijke studenten of kansarme statushouders gaat. Niet in het minst moeten we ervoor zorgen dat de bestaande inwoners van Amsterdam hun woonwensen in vervulling kunnen laten gaan. Het huidige gemeentebestuur is daarom ambitieus. Zij wil inderdaad graag dat we vanaf 2018 naar een woningbouwproductie van vijfduizend woningen per jaar gaan. Ter vergelijking: de afgelopen vijftien jaar waren dat er gemiddeld 3.500. Om aan die wens te voldoen proberen we dus de bouwprocedures te versnellen en vooral ook veel nieuwe bouwlocaties aan te maken. Met het in december 2014 vastgestelde Actieplan Woningbouw is de bouwstop officieel opgeheven. We gaan investeren in nieuwe bouwlocaties, zoals Ravel in de Zuidas, de Sluisbuurt op het Zeeburgereiland, de Ringzone West en het Centrumeiland op IJburg. Er is behoefte aan studentenwoningen, sociale huurwoningen, (middel)dure huurwoningen, marktkoopwoningen en zeker ook aan zelfbouw. Om de gewenste aantallen te halen, maar vooral ook om een zo divers mogelijk woningbestand te creëren, zijn alle op de Amsterdamse woningbouwmarkt ontwikkelende partijen nodig: de individuele zelfbouwers, de coöperatieve groepen, de corporaties, de projectontwikkelaars en de beleggers.

IEDEREEN MOET KUNNEN WONEN!

Met betrekking tot zelfbouwkoopwoningen wil de gemeenteraad dat er vijfhonderd woningen per jaar bijkomen. Daar zullen we voor zorgen. Wel moet daarbij bedacht worden dat veel van de projecten die nu op de markt worden gezet reeds verbonden zijn met een ontwikkelende partij, ofwel dat er reeds stadsdeel- of gemeenteraadsbesluiten liggen die niet (schadeloos) te veranderen zijn. De opgave is dus vooral om in de nieuwe bouwlocaties een optimale verdeling over de doelgroepen te realiseren waardoor ook de zelfbouwers, individueel en collectief, goed aan hun trekken komen. Ter illustratie: op het Centrumeiland van IJburg zal ruimte gemaakt worden voor zo’n achthonderd zelfbouwwoningen! Het is geen ‘terugkeer van gevestigde partijen’ of ’terugkeer naar grootschalig bouwen’ en ‘zelfbouwers die teruggedrongen worden naar de marges’, zoals je schrijft. Wel stellen we alle partijen die willen en kunnen in de gelegenheid om de stad te helpen de brede doelstellingen te realiseren. Je oproep tot ‘opstand’ komt in dat perspectief wat grotesk over. Met ‘terug naar af’ parafraseer je mogelijk het Mens erger je niet-spel. Ik verwijs in antwoord liever op het spel Monopoly: het passeren van ‘af’ biedt nieuwe kansen voor elke speler in het spel. Vriendelijke groet terug,

Pierre van Rossum directeur Grond & Ontwikkeling, Gemeente Amsterdam amsterdam.nl/oga © Marjolijn Pokorny

19


© Michiel Rotgans

GEBIEDSONTWIKKELING

20

GEBIEDSONTWIKKELING IN EEN AANTREKKENDE MARKT


BUIKSLOTERHAM, ZEEBURGEREILAND EN OOSTENBURG

In de afgelopen jaren kwam de bouw van nieuwe woningen in Amsterdam maar mondjesmaat van de grond. Ontwikkelaars, aannemers en zelfbouwers vormden steeds vaker nieuwe coalities om samen gebieden in kleinere stukjes te ontwikkelen. Hoe gaat dat samen ontwikkelen nu de markt weer aantrekt? >>

21


GEBIEDSONTWIKKELING

Buiksloterham

>> Het is regelmatig voorbij gekomen. Ontwikkelaars die

aangeven dat ze te lang voor de middelmaat gebouwd hebben. Voor gemiddelde bewoners die niet bestaan. De woningen konden zij voor de crisis toch wel kwijt, maar met de woonwensen van de toekomstige bewoners had het weinig te maken. Ze zouden meer naar de bewoners, de eindgebruikers, moeten luisteren. Dat zou ook in het populaire Amsterdam helpen om potentiële kopers over de streep te krijgen. Zelfbouw, organisch ontwikkelen, coöperatieve gebiedsontwikkeling, het zijn termen die in de afgelopen jaren in zwang zijn geraakt en waar ook inhoud aan gegeven is. Zo zijn op de kale braakliggende vlaktes in Buiksloterham in Noord en Zeeburgereiland in Oost zelfbouwers pioniers gebleken van gebieden die in de komende jaren veranderen in nieuwe stadswijken. Als de traditionele bouwers het niet aandurfden - zo dacht de gemeente - dan laten we de eindgebruikers zelf een begin met hun wijk maken. Zelfbouw is intussen niet meer weg te denken uit het woonbeleid van de gemeente, want ook het huidige college wil daar mee doorgaan. Maar door zelf een woning te bouwen is er nog geen nieuwe stadswijk. Om die tot stand te brengen zijn tegenwoordig nieuwe samenwerkingsvormen, nieuwe gemeenschappen en nieuwe coalities nodig. Coöperatieve gebiedsontwikkeling is het samen vormgeven van nieuwe wijken. Hoe gaat dat in Amsterdam? En welke gevolgen heeft het aantrekken van de markt daarvoor? Drie verschillende voorbeelden in Amsterdam: Buiksloterham, Zeeburgereiland en Oostenburg.

Circulair Buiksloterham

Voor Buiksloterham zijn de ambities op duurzaamheidsgebied al langere tijd hoog. De gemeente schreef vijf jaar geleden al een duurzaamheidstender uit. De meest milieuvriendelijke gebouwen zouden de aanzet moeten geven om van het voormalige industriegebied een gevarieerde stadswijk te maken. Maar door de crisis kwamen de bouwplannen nauwelijks van de grond. Buiksloterham bleef voorlopig een vlakte tussen Overhoeks en de NDSMwerf. Maar de ambities zijn gebleven. Nu zelfbouwers een begin hebben gemaakt - onder aanvoering van de inmiddels tot kwartiermaker benoemde Frank Alsema - zijn de duurzaamheidsambities verre van verdwenen. Onlangs is door liefst 24 partijen uit de stad het manifest Circulair Buiksloterham ondertekend. Een living lab moet het worden, waar een wijk ontstaat die proefondervinderlijk de meest duurzame wijk van de stad moet worden. Het sluiten van kringlopen is het devies. Dat betekent vooral gebruik maken van hernieuwbare energie, hergebruik van (bouw)materialen

22

Joost Zonneveld zelfstandig journalist voor o.a. Het Parool en Nul20

joostzonneveld.nl

mogelijk maken, water opvangen en opnieuw gebruiken en zoveel mogelijk afval van huishoudens inzetten als nieuwe energie. Een uniek experiment dat als voorbeeld kan dienen voor andere wijken in Amsterdam en ver daarbuiten. Dat vraagt inzet van alle partijen die in Buiksloterham actief zijn als bouwer, bewoner of beheerder. Vorig jaar organiseerde Alsema een buurtbouwmarkt, zo vertelde hij tijdens een bijeenkomst in Pakhuis de Zwijger over het manifest en wat er nodig is om tot die circulaire stadswijk te komen. ‘Het is een wijk die eigenlijk nog niet bestaat. Op de woonbootbewoners na, woont er nog niemand. Mensen kennen elkaar wel online, en als ze dan samenkomen dan komt er heel veel energie vrij. Dan zie je een community ontstaan. En dat is al de helft die nodig is om de toekomstige wijk vorm te geven.’

MET EEN HECHTE COMMUNITY BEN JE AL OP DE HELFT Ook voor andere nieuwbouwwijken geldt ongetwijfeld dat de toekomstige bewoners daar graag iets van willen maken. Om de circulaire gebiedsontwikkeling in Buiksloterham te realiseren, is samenwerking noodzakelijk. Ook al ligt er een lijvig rapport over de mogelijkheden van een circulaire wijk in Noord, niemand weet precies hoe die gerealiseerd moet worden, wat in de praktijk mogelijk blijkt en waar de grenzen liggen. Zo zegt Larry Bath van woningcorporatie De Alliantie tijdens dezelfde bijeenkomst: ‘Wie in Buiksloterham wil wonen, is denk ik op zoek naar een zekere mate van vrijheid. Naar een wijk waar veel mogelijk is. Om een circulaire wijk tot stand te brengen zal je ook veel moeten samenwerken, omdat je een circulaire wijk niet alleen op het niveau van de eigen woning kan organiseren.’ >>


Š Willy Slingerland

MANIFEST CIRCULAIR BUIKSLOTERHAM Om van Buiksloterham (BSH) een circulaire wijk te maken, gaan 24 partijen zich sterk maken om het volgende te bereiken, zo staat in het Manifest Circulair Buiksloterham: Ť Ť Ť Ť Ť Ť Ť Ť Ť

%6+ LV ]HOIYRRU]LHQHQG RS HQHUJLH JHELHG HQ JHEDVHHUG RS KHUQLHXZEDUH HQHUJLH %6+ LV HHQ zero waste buurt met een zo veel mogelijk gesloten materiaalstroom %6+ LV rain proof en wint nutriĂŤnten uit afvalwater (FRV\VWHPHQ ZRUGHQ JHUHJHQHUHHUG HQ KHW QDWXXUOLMN NDSLWDDO LV ]HOIYHUQLHXZHQG 'H LQIUDVWUXFWXXU ZRUGW PD[LPDDO LQ IXQFWLH JHEUXLNW HQ GH ORNDOH zero emission mobiliteit veroorzaakt geen schadelijke uitstoot %6+ LV HHQ GLYHUVH OHHÇ–DUH HQ LQFOXVLHYH ZRRQZLMN %6+ GUDDJW ELM DDQ GH ORNDOH HFRQRPLH HQ VWLPXOHHUW RQGHUQHPHUVFKDS %6+ EHWUHNW EHZRQHUV HQ EHGULMYHQ ELM ORNDOH LQYHVWHULQJHQ HQ ZDDUGH RQWZLNNHOLQJ %6+ LV HHQ JH]RQGH YHLOLJH HQ DDQWUHNNHOLMNH RPJHYLQJ PHW UXLPWH YRRU UHFUHDWLH en ontspanning

buiksloterham.nl

>> In Buiksloterham wordt veel van de betrokkenheid

van toekomstige eigenaren verwacht. Of dat nu een woningcorporatie, een ontwikkelaar of zelfbouwers zijn. Hoewel de gemeente mede-ondertekenaar is van het manifest, zal de rol van de overheid bij het vormgeven van de nieuwe stadswijk bescheiden zijn, zegt projectdirecteur Co Stor. ‘We willen zoveel mogelijk de energie laten vloeien die bij de mensen zit die de wijk willen maken. Hier kan echt een ontwikkeling van onderop ontstaan.’ Dat is ook mogelijk door het bestemmingsplan dat veel vrijheid biedt en het experimentele karakter van de circulaire wijk vraagt daar ook om.

De herontwikkeling van Zeeburgereiland

Net als Buiksloterham was een groot deel van Zeeburgereiland jarenlang een grote zandvlakte. De drie ontmantelde silo’s van de voormalige rioolwaterzuivering in wat nu de Sportheldenbuurt heet, wachten nog op een financieel haalbare bestemming. Maar verder krijgt de nieuwe buurt steeds meer vorm. De eerste zelfbouwers trokken in het najaar van 2013 in hun woningen, er zijn al studentenwoningen gebouwd, De Alliantie is begonnen met de bouw van liefst 650 woningen - waaronder een ouderenwoongroep - en zelfbouwgroep Nautilus werkt aan het realiseren van hun duurzame complex. Over een paar jaar kan de Sportheldenbuurt zo goed als klaar zijn. Ilse Lubrun van het gemeentelijke projectmanagement, ziet vooral het besluit van De Alliantie om te beginnen met de bouw van 650 woningen als een belangrijke aanjager voor >>

23


GEBIEDSONTWIKKELING

Zeeburgereiland

Activiteit in Oostenburg

>> de herontwikkeling van het eiland tussen Schellingwoude,

IJburg en de Indische Buurt. ‘Doordat de corporatie begonnen is met bouwen, durven anderen het nu ook aan. En het helpt natuurlijk dat we op het moment de markt mee hebben.’ Dat zich onlangs voor het bouwen van 250 tot 300 woningen elf partijen hebben ingeschreven, zegt voldoende. Ondanks de oplevende woningmarkt is het zaak zo snel mogelijk in te spelen op de vraag naar woningen van toekomstige bewoners. De Alliantie heeft in overleg met de gemeente op een bijzondere wijze gewerkt aan het verkorten van alle planprocedures. Dat kan onder meer doordat de Alliantie van het Rijk toestemming heeft gekregen de plannen door een externe partij te laten toetsen zodat een omgevingsvergunning binnen twee weken is verleend. Daardoor kon veel sneller gestart worden met de bouw. Dat is heel prettig voor de kopers en huurders, maar het is iets anders dan coöperatieve gebiedsontwikkeling. Lubrun wijst er op dat het stedenbouwkundig plan en het bestemmingsplan weliswaar redelijk flexibel in te vullen zijn. ‘Maar het aantal woningen, het stratenpatroon en de buitenruimte liggen wel al zo goed als vast. Van pure coöperatieve gebiedsontwikkeling is op Zeeburgereiland daarom geen sprake. Dat leidt wel eens tot verbazing bij toekomstige bewoners met wie wij onder andere in Pakhuis de Zwijger in gesprek gaan. Uiteindelijk maakt de gemeente een afweging op basis van alle meningen, maar ook op basis van allerlei andere factoren.’ Ze geeft het voorbeeld van de beoogde sporthal, die mogelijk bovenop de drie bestaande silo’s zou komen. ‘Na het wegen van alle voors en tegens heeft de wethouder besloten dat de sporthal naast de silo’s komt. Het speelde mee dat niet iedereen enthousiast was, maar er waren ook veel praktische bezwaren en financiële risico’s.’ Lubrun benadrukt dat de mening van toekomstige bewoners serieus genomen wordt. ‘Wij vinden het gesprek met bewoners belangrijk. Zij zijn de mensen die uiteindelijk in de wijk zullen leven. Een partij als De Alliantie vindt dat ook. Zo zijn mensen die nog niet in het gebied wonen gevraagd om mee te denken over de openbare ruimte die we zoveel mogelijk vanuit de eindgebruiker vorm willen geven.’ En er is ook ruimte om op nieuwe wensen van bewoners of andere initiatiefnemers in te spelen. Zo komt er zo goed als zeker een groot skatepark in de open lucht en wordt het omliggende gebied in een serie workshops met alle betrokken partijen vormgegeven.

24

Oostenburg in de oostelijke binnenstad is nog niet zo ver met de herontwikkeling als Zeeburgereiland, hoewel het eiland een lange geschiedenis kent als werf en vervolgens decennia lang door Stork is gedomineerd. Daarvan zijn de Van Gendthalllen de meest sprekende monumenten. Vorig jaar verkocht woningcorporatie Stadgenoot die aan kinderwagenfabrikant Bugaboo. In de rest van het gebied wil Stadgenoot stapje voor stapje een afwisselende stadswijk laten ontstaan, waarvoor het een visie voor een spontane stad heeft laten maken.

IN DE BESTAANDE STAD BOUWEN VRAAGT OM EEN ANDERE AANPAK Enkele jaren geleden zijn eerst Het Parool en vervolgens De Volkskrant en Trouw op Oostenburg neergestreken. Met de komst van café Roest en restaurant Rosa & Rita heeft het terrein al meer een publieksfunctie gekregen. Maar er is nog geen groen licht om in het gebied te wonen; nog niet alle procedures zijn doorlopen voor het flexibele bestemmingsplan dat op Oostenburg wonen mogelijk moet maken. ‘We willen van Oostenburg een aantrekkelijk woon-werkgebied maken’, zegt Albert Ravestein, ontwikkelingsmanager van Stadgenoot. ‘We geven grotere en kleinere kavels uit met de bedoeling om veel diversiteit in het gebied te krijgen. Op Oostenburg kunnen straks zowel zelfbouwgroepen als ontwikkelaars terecht. Per deelgebied ontwikkelen wij zelf ongeveer twintig procent sociale huurwoningen.’ Oostenburg is een van de weinige gebieden in de binnenstad waar nog woningen gebouwd kunnen worden. ‘In de bestaande stad bouwen vraagt om meer overleg met omwonenden dan in een gebied als Buiksloterham of Zeeburgereiland. Dat willen we ook graag. Maar daar zitten ook grenzen aan. Samen met honderden mensen een plan voor een stadswijk maken, dat is niet te doen. Het is wel belangrijk om de behoeftes van betrokkenen op te halen. En dat heeft er bijvoorbeeld toe geleid dat er meer groen in het plan komt.’ Als het bestemmingsplan zonder grote bezwaren wordt vastgesteld, dan verwacht Ravestein dat in het najaar de eerste kavels in de verkoop kunnen. >>


GEBIEDSONTWIKKELING

Oostenburg

© Urhahn Urban Design

>> Toekomst van coöperatieve gebiedsontwikkeling

Kavels van verschillende grootte en intensieve gesprekken met (toekomstige) bewoners. Op die manier moeten niet alleen afwisselende wijken ontstaan, maar ook buurten die meer zijn toegesneden op de mensen die er gaan wonen. De gemeente, ontwikkelaars en woningcorporaties doen moeite om de eindgebruiker te betrekken bij hun plannen. Op Zeeburgereiland en Oostenburg krijgen zelfbouwers ruimte om hun ideale woningen te bouwen en mag meegedacht worden over de openbare ruimte. In Buiksloterham lijken de kansen om coöperatieve gebiedsontwikkeling echt vorm te geven het grootste te zijn. Juist omdat het circulaire experiment voor alle partijen nieuw is en ook ontwikkelaars moeten willen leren om iets nieuws te doen. Bovendien is de onderlinge afhankelijkheid van alle partijen in het gebied groot. Het sluiten van kringlopen zit uiteindelijk in samenwerking. ŤŤ

de-alliantie.nl zeeburgereiland.nl oostenburg.nl stadgenoot.nl Op de hoogte blijven van de ontwikkelingen in Buiksloterham, Zeeburgereiland en Oostenburg?

dezwijger.nl/gebiedsontwikkeling

25


TWEEDAAGSE TRAINING: HOE LAAT IK MIJN BEDRIJF GROEIEN? Betaal €125,- en volg een training ter waarde van €1.200 ,Ben je werkzaam in de creatieve industrie als zzp'er, freelancer of wil je een eigen bedrijf beginnen en nog in loondienst? FNV KIEM biedt je een unieke kans om bijna gratis en onder leiding van professionele trainers jouw ondernemersvaardigheden (verder) te ontwikkelen. Inspirerende gastsprekers komen langs! Speciale edities voor starters en gevorderden. s /NDERNEMERSPLAN SCHRIJVEN s (OE WERF IK OPDRACHTEN s /NDERHANDELEN

s 6ERHOOG JE OMZET s .ETWERKEN s "OEKHOUDEN

Prijs leden: €75,00 Prijs niet-leden: €125,00 Wil je info over data en locaties stuur een mail aan academie@fnv-kiem.nl FNV KIEM IS DÉ VAKBOND VOOR ZELFSTANDIGEN EN WERKNEMERS IN DE CREATIEVE INDUSTRIE


RINGZONE BROEDPLAATS VOOR WEST CREATIVITEIT EN

Š Marijke Schuil

ONDERNEMERSCHAP Floor Milikowski journalist en onderzoeker

Halverwege de Johan Huizingalaan, waar de stad bijna overgaat in het ommeland, ligt een grote parkeerplaats. Oude kampeerbusjes en campers, een old-timer die bijna door zijn assen zakt, stationwagons uit de jaren tachtig en negentig. Het zijn de auto’s van de bewoners en gebruikers van Broedplaats ACTA, een betonnen kolos uit de jaren zestig. Tientallen jaren deed het gebouw dienst als tandheelkundig opleidingscentrum, tegenwoordig is het een verzamelgebouw voor studenten en kunstenaars. >>

27


RINGZONE WEST

Arrival Place

ARRIVAL PLACE Het braakliggende terrein naast Station Amsterdam Lelylaan heeft na twintig jaar een bestemming gekregen. Sinds april wordt hier gebouwd aan creatieve ontwikkelplaats Arrival Place, waarmee weer een schakel wordt gelegd tussen de ‘oude’ en de ‘nieuwe’ stad. Deze plek voor co-creatie bestaat uit 31 zeecontainers die zijn verbouwd tot studentenwoningen en winkelruimtes voor creatieve ondernemers. Arrival Place vindt het belangrijk dat de buurtbewoners betrokken worden bij het project. Door een uniek concept wordt voedsel ingezet als bindmiddel binnen de omgeving. Onderdeel van Arrival Place is De Restauratie, een culturele ontmoetingsplek zoals je die niet vaak ziet. Op het terrein is een oude NS-trein geplaatst uitgerust met een restaurant en bar waar culturele programmering plaatsvindt.

fb.com/arrivalplace restauratie-amsterdam.nl ©Luca Robustelli March

28


RINGZONE WEST

>> Wie niet weet dat hier van alles gebeurt, zal het aan de

buitenkant niet zien. Het gebouw is grauw, de honderden kleine raampjes zijn vies en de ingang is vanaf de weg nauwelijks zichtbaar. Toch zit hier een van de nieuwste hotspots van Amsterdam. ‘Ze noemen ons al het Oost-Berlijn van Amsterdam’, vertelt Marijn Zandstra trots. Marijn is marketing en communicatiemanager van Radion, café, club, concertpodium en binnenkort ook filmtheater op de begane grond van ACTA. ‘Hier heerst dezelfde relaxte, culturele sfeer. Het is niet zo fancy.’ De inrichting van het café is inderdaad Berlijns. Vintage banken, stoelen en tafeltjes, maar wel van goed design. Stijlvol en sfeervol tegelijk. ‘We willen een plek zijn voor de gebruikers en bewoners van ACTA, maar ook voor de buurtbewoners én voor mensen uit de rest van de stad. Want zo ver fietsen is het echt niet.’ Marijn geeft een rondleiding door de gangen en zalen van Radion. Via een zware klapdeur en een houten trap leidt ze de weg naar de club- en concertzaal. Het is de oude collegezaal, die met behulp van serieuze investeerders is omgebouwd tot volwaardig podium. ‘Tijdens Amsterdam Dance Event in oktober vorig jaar waren we uitverkocht’, zegt ze. ‘En in februari hadden we ons eerste concert, van het experimentele pop-trio WhoMadeWho uit Kopenhagen.’ Via een andere deur en nog een trap, loopt ze verder naar de kleine collegezaal, waar nog druk wordt gebouwd en geklust. Het is de toekomstige filmzaal, waar voorstellingen zullen zijn voor jong en oud en voor een behoorlijk breed publiek. Een heel bewuste keuze van ACTA-initiatiefnemer Jaap Draaisma. ‘Om op deze plek te slagen, moet je geen buurtcafé maken, maar juist een grootstedelijke voorziening.’ Jaap is met zijn bureau Urban Resort de drijvende kracht achter ACTA. Vijf jaar geleden werd hij door Bureau Broedplaatsen getipt dat het gebouw leeg kwam te staan. De Alliantie had en heeft plannen om het te slopen en woningen te bouwen, maar door de crisis zijn de plannen een flinke tijd uitgesteld. Broedplaats ACTA zal minstens tien jaar bestaan. ‘Dat is een mooie tijd om echt iets op te bouwen’, weet Draaisma uit ervaring. Eerder was hij nauw betrokken bij de oprichting van Kinetisch Noord op NDSM en mede-initiatiefnemer van het Volkskrantgebouw aan de Wibautstraat. Een slimme sociaal ondernemer, die niet wordt gedreven door geld maar door zijn grote liefde voor pionieren en subculturen.

Radion / ACTA

HET IS EEN MOOIE TIJD OM IETS OP TE BOUWEN In een oude trui zit hij in een vergaderkamertje op de begane grond van ACTA. Op de zes verdiepingen boven hem zijn 450 studentenwoningen en 77 werkruimtes te vinden. Met daarin 140 creatieve ondernemers en kunstenaars. Muziekstudio’s, decorbouwers, fotografen, een hackersvereniging, (ruimtelijk) ontwerpers, kunstenaars, modeontwerpers, filmmakers, een theaterimpresariaat en meer. De groenstrook achter het gebouw wordt gebruikt om onder de naam ACTA Tuin groenten te verbouwen. Met hulp van bewoners uit de omgeving. ‘We hebben ook een imker en verkopen honing’, zegt Jaap. Een culturele broedplaats met een grootstedelijke uitstraling, diep in Slotervaart. Het kan verkeren. De druk op de stad blijf onverminderd groot en de ruimtes voor nieuwe projecten en initiatieven worden schaarser. Nu Noord de belangrijkste fase van het pionieren voorbij is en is geaccepteerd als volwaardig stukje Amsterdam, is het westen van de stad aan de beurt. Niet het vooroorlogs deel binnen de ring A10, maar de tuinsteden uit de jaren vijftig, die zich uitstrekken aan de andere kant van de snelweg. Slotervaart, Slotermeer, Geuzenveld en Overtoomse Veld: buurten en wijken die in de loop van de vorige eeuw zijn afgegleden en bekend staan als onaangenaam, onveilig en goedkoop. Kille, brede straten en grote karakterloze bouwblokken. ‘Maar je ziet dat er geleidelijk een verandering plaatsvindt’, zegt Maurits de Hoog, voormalig hoogleraar stedenbouwkunde en al tientallen jaren in dienst bij de gemeente Amsterdam. ‘Op een aantal plekken ten westen van de A10 zijn gewilde woonbuurten ontstaan.’ Rondom het Delflandplein, een paar honderd meter ten westen van het Hoofddorpplein bijvoorbeeld. Maar ook bij het Mondriaanplein, tussen de Postjesweg en de Jan Evertsenstraat en bij de Laan van Spartaan. Allemaal locaties waar recent mooie nieuwe gezinswoningen en appartementen zijn verrezen. Betaalbaar en toch op korte afstand van de oude stad. >>

29


RINGZONE WEST

Van Eesterenmuseum

VAN EESTERENMUSEUM Aan de Burgemeester de Vlugtlaan in Broedplaats de Vlugt is sinds 2010 het Van Eesterenmuseum te vinden. Het museum vertelt het verhaal van het Algemeen Uitbreidingsplan, de Westelijke Tuinsteden en van Cornelis van Eesteren, de grootste stedenbouwkundige uit de Nederlandse geschiedenis. Er is veel aandacht voor het Nieuwe Bouwen, de bouwstijl die groot werd door Le Corbusier en waar ook Van Eesteren heilig in geloofde: licht, lucht, ruimte, groene wiggen en een sterke scheiding tussen wonen, werken, verkeer en recreatie. Een deel van de omgeving van het museum is officieel benoemd tot Van Eesteren Buitenmuseum. Hier worden stadswandelingen georganiseerd. Sinds de opening is het Van Eesterenmuseum een hoogtepunt voor architecten, stedenbouwkundigen, planologen en liefhebbers uit de hele wereld.

vaneesterenmuseum.nl

30

Š Thomas Heere


RINGZONE WEST

Lola Luid

ER VINDT GELEIDELIJK VERANDERING PLAATS

‘We wilden een mix van echt verschillende ondernemers en producten’, zegt Emilie. Niet alleen maar mensen met laptops of ontwerpers, maar ook de maakindustrie. Zoals ook fietsenmaker Ahmed Katouss. Een ervaren rot in het vak die jarenlang zijn klussen op straat vanuit zijn box uitvoerde, maar nu voor het eerst een echte werkplaats heeft. ‘En het loopt als een trein. Heel mooi om te zien.’ Lola Luid begon ruim een halfjaar geleden en zal in het najaar op deze locatie sluiten. Het oude schoolgebouw wordt gesloopt en de grond wordt klaargemaakt om te worden verkocht als zelfbouwkavels. Maar de kans is groot dat Emilie en Bart met hun gevolg de oversteek maken naar het veel grotere gebouw van het Calvijn College dat binnenkort leeg komt te staan. En dat zou voor langere tijd zijn. ‘Daar kunnen we Lola Luid voortzetten op veel grotere schaal. Heel spannend, maar ook heel leuk. Daar kunnen we nog veel meer gaan betekenen voor de buurt.’

>> Het is een dynamisch samenspel van factoren. Nog altijd

trekken mensen massaal naar Amsterdam en nog altijd is er een relatief groot aantal gezinnen dat in de stad blijft wonen. Aantrekkelijke, betaalbare woningen zijn schaars en duur dus schuift de grens van acceptabel wonen geleidelijk aan op. In de jaren negentig waren de Jordaan en de Pijp als eerste aan de beurt in het proces van gentrification. Daarna volgde de rest van de negentiendeeeuwse gordel. Inmiddels zijn ook Noord, de Baarsjes en Bos en Lommer aan de beurt. De meest logische volgende stap is de sprong over de westelijke ring, waar de tuinsteden uit het Algemeen Uitbreidingsplan van Cornelis van Eesteren volop mogelijkheden bieden. Want de bestaande bebouwing is weliswaar aan vervanging of renovatie toe, maar de stedenbouwkundige opzet is goed. Er is ruimte, er is groen, het stratenpatroon is stedelijk en er zijn voorzieningen. Bovendien is er een grote strook direct ten westen van de A10, die volop mogelijkheden biedt voor de creatieve economie. ‘De tuinsteden zijn gebouwd in de tijd dat de verzorgingsstaat werd opgebouwd’, legt De Hoog uit. Dat zie je in die strook terug. Het staat er vol met scholen, ziekenhuizen en andere voorzieningen die horen bij de verzorgingsstaat.’ En veel van die gebouwen staan inmiddels leeg. Zoals ook het oude schoolgebouw aan de Schipluidenlaan 14, direct achter het Andreas Ensemble, dat tegenwoordig het onderkomen is van Lola Luid. ‘Een broedplaats en pop-up mall’, aldus Emilie Kröner, die samen met haar man Bart verantwoordelijk is voor het geheel. Sinds twee jaar wonen ze als leegstandsbeheerders in het voormalige pand van het Islamitisch College Amsterdam, enkele honderden meters verderop. Geleidelijk aan rolden ze in het wereldje van leegstand, broedplaatsen en pioniers en zo werden ze gevraagd om iets te beginnen in de leegstaande school aan de Schipluidenlaan. En dat is behoorlijk goed gelukt. De grote, lichte, centrale ruimte is ingericht als café annex huiskamer voor de bewoners en gebruikers van het pand, maar ook voor iedereen die binnenwandelt. Rondom en boven zijn ateliers van (mode)ontwerpers, meubelmakers, kunstenaars, schrijvers. De jongens van cateringbedrijf en restaurant Thúskomme beheren de professionele bar en dan zijn er nog de mannen van Lepelboom en Gebroeders de Wolf, die hun producten hier op ambachtelijke wijze maken.

ACTA, Lola Luid, maar ook HW10, Broedplaats De Vlugt, bar en creatieve club VLLA, het GAK-gebouw dat is omgebouwd tot appartementencomplex en het braakliggende terrein bij Station Lelylaan dat binnenkort wordt omgetoverd tot Arrival Place. Het zijn een paar voorbeelden van de groeiende verzameling van trekpleisters rond de westelijke ring A10. En ze lijken er nu al voor te zorgen dat Amsterdammers het gebied steeds beter weten te vinden. Dat merkt ook Marlies Buurman, cultureel programmeur van WOW Amsterdam. Een oude HTS waar nu een design hostel is gevestigd, een broedplaats met tijdelijke woonruimten voor vijftig pas afgestudeerde kunstenaars en waar exposities en voorstellingen zijn te zien. ‘Vorig jaar november hebben we de deuren opengegooid en konden mensen een kijkje nemen. We verwachtten ongeveer honderd mensen, het werden er bijna zevenhonderd. Van 50-plussers tot hipsters.’

AMSTERDAM WEET HET GEBIED STEEDS BETER TE VINDEN Bovendien merkt ze het effect dat WOW heeft op de buurt, de omgeving van de Witzanghlaan, beter bekend als de Kolenkitbuurt. Jarenlang een van de beruchtste wijken van het land, maar nu steeds meer in trek bij hoogopgeleide Amsterdammers. ‘Rondom dit gebouw werd gedeald, het was onprettig, donker, onveilig. >>

31


RINGZONE WEST

De Studio

DE STUDIO Ooit was het GAK-gebouw een van de modernste kantoren van Nederland, maar tegen het einde van de vorige eeuw veranderde het in een onaantrekkelijke betonnen kolos. Het Gemeenschappelijk Administratiekantoor was verantwoordelijk voor de uitvoering van de werkloosheidswet en de sociale verzekeringswet. Maar in 2005 kwam het leeg te staan en moest worden gezocht naar een nieuwe functie voor het immense gebouw. Inmiddels is een deel gerenoveerd en omgebouwd tot appartementencomplex De Studio. De kleine, maar mooie en vooral betaalbare studiowoningen blijken een groot succes. In haar nieuwe functie heeft het GAK-gebouw een belangrijke rol bij de aansluiting tussen de oude stad en Nieuw-West.

de-studio.nl

Š Ontwikkeling: Samenwerking van AM en Stadgenoot. Impressie: Theo van Leur Architectuur Presentaties B.V.

32


RINGZONE WEST

WOW Amsterdam

STADMAKER MARLIES BUURMAN © Merlijn Michon

Marlies is schrijver en organisator van tentoonstellingen en evenementen op het gebied van kunst, de stad en architectuur. Bij WOW Amsterdam is zij verantwoordelijk voor de culturele programmering, met speciale aandacht voor net afgestudeerd talent.

wow-amsterdam.nl

>> Nu is de sfeer heel anders. Meer open.’ Dat merkt ze ook aan reacties van buurtbewoners, die weer iets van trots beginnen te voelen. ‘We hopen ook dat bewoners naar onze exposities en voorstellingen komen. Ik vind het een mooi idee om juist de mensen hier ook in aanraking te laten komen met allerlei verschillende kunststromingen.’

De grootschalige opknapbeurt en herstructurering van het Bos en Lommerplein en de overkapping van de A10 hebben duidelijk hun werk gedaan. Zeer bewust beleid van de gemeente vanuit de ambitie de grens tussen de oude en nieuwe stad te doen vervagen. De komende jaren worden andere belangrijke verbindingswegen aangepakt. Bovenaan de lijst staat de Jan Evertsenstraat. ‘Een prettige straat tot het Mercatorplein, maar daarna houdt het op’, zegt De Hoog. De straat slaat dood bij de onderdoorgang van de A10 en nog meer bij het passeren van het Lucas Andreasziekenhuis. Geen aangename fietsroute. Zoals ook de Henk Sneevlietweg dat niet is. ‘Het zou toch mooi zijn als die in de toekomst de Verlengde Stadionweg zou heten en wordt doorgetrokken,’ zegt De Hoog, ‘met een nieuwe brug over de Schinkel.’ Want hoe goed de bedoelingen en initiatieven in de Westelijke Tuinsteden ook zijn, zonder goede bereikbaarheid zal het niet lukken de noodzakelijke kritische massa te overtuigen van de potentie en de waarde van het gebied.

‘Maar als je kijkt hoe de woningmarkt zich nu weer ontwikkelt en hoe hard het gaat in de Baarsjes en Bos en Lommer, is het onvermijdelijk dat Nieuw-West over een jaar of vijftien ook aan de beurt is’, zegt Jaap Draaisma. Of hij daar blij mee is? ‘Niet echt.’ Het betekent dat ook daar de oorspronkelijke bewoners, de minder daadkrachtige Amsterdammers, zullen worden verdrongen. Een ontwikkeling waar hij zich nadrukkelijk tegen verzet. Door veel samen te doen met de oorspronkelijke bewoners en te strijden voor het behoud van sociale huurwoningen. Ook Marlies hecht veel waarde aan het samenspel met de oorspronkelijke bewoners, maar vindt het idee van gentrification desondanks een mooi vooruitzicht. ‘Je moet niet vergeten waar deze buurt vandaan komt. Het is voor iedereen goed als de bevolking hier over tien jaar meer gemengd is en ook deze kant van de A10 meer tot leven komt.’ ŤŤ

actagebouw.nl urbanresort.nl radionamsterdam.nl amsterdam.nl/dro lolaluid.nl hw10.nl vlla.nl

33


LOCAL GOODS

TIMCITY GRAFISCHE DESIGNS VAN JE FAVORIETE STAD ‘TIMcity is ontstaan vanuit mijn fascinatie voor steden’. Rene Tim, bedenker van TIMcity, studeerde planologie en urban planning. Tijdens zijn studie las Tim veel over de ontwikkeling en ruimtelijke ordening van steden. Zijn academische achtergrond combineerde hij met zijn persoonlijke fascinatie voor grafische patronen. Voor TIMcity verdiepte hij zich in de stedelijke structuren van steden zoals New York, Barcelona, Parijs en Amsterdam, met als resultaat een serie van acht verschillende minimalistische prints. Ieder design legt de vibe van de stad vast. De ontwerpen zijn terug te vinden op sweaters, phonecases, T-shirts, tote bags en papieren afdrukken. ‘Het bevalt me erg goed om te ondernemen en nieuwe dingen te creeëren. Het leuke van ondernemen is dat het me de energie geeft om na te denken over nieuwe concepten en producten.’ Rene verkoopt zijn producten voornamelijk online en op dit moment alleen nog in winkels in Amsterdam. Zo nu en dan staat hij zelf te verkopen, zoals tijdens de Local Goods Market in De Hallen. ‘Ik vind het leuk om producten te testen bij publiek en hun reacties te peilen.’ Zijn toekomstdroom? ‘Om in elke grote internationale stad mijn producten te verkopen.’

timcityonline.com

34


LOCAL GOODS

Made in Amsterdam

BE LOYAL, BUY LOCAL AT THE AMSTERDAM LOCAL GOODS STORE Edo Dijksterhuis freelance journalist en publicist

Steeds meer producten zijn made in Amsterdam, van bamboefietsen tot ambachtelijk gebrouwen bier. Dat is milieubewuster en levert spullen op met een authentiek verhaal. Local brands zijn absoluut hip maar zeker geen hype, want de consument is steeds bewuster. Tot zes jaar geleden was Joachim Karelse, afgestudeerd aan de Design Academy in Eindhoven, vooral actief als interieurontwerper. Maar de crisis deed zich voelen. Acquisitie ging steeds moeilijker, de opdrachtenportefeuille slonk. In 2009 werd zijn zoon geboren en vulde het huis zich met speelgoed. ‘Toen merkte ik pas wat voor troep er allemaal verkocht wordt bij Bart Smit. Meestal gemaakt in China, van milieuvervuilende materialen, soms door kinderhandjes. En nog lelijk ook!’ Alles viel op z’n plek: Joachim zou zelf speelgoed gaan produceren. Het aanbod van zijn bedrijf Notoys varieert inmiddels van een opwindbare auto gemaakt van een melkpak tot een kapstok in de vorm van een oehoe. >>

Fotoportretten: © Nancy Andeweg Tekst fotoportretten: Anuska Bruijninckx & Merel Oosterhof

35


LOCAL GOODS

>> Het is typisch Dutch Design: met een mild ironische

Marieke van Genderen had samen met haar partner al acht jaar een bedrijf - Made Up, dat meubilair op maat maakt - voordat ze in 2013 besloten daarnaast een onafhankelijk label in de markt te zetten. De kasten en interieuraccessoires die onder de naam Holy Scrap worden verkocht, zijn gemaakt van restmateriaal van Made Up. De eerste collectie van 32 meubels is vrijwel geheel verkocht. ‘We moeten nodig weer produceren. Maar het is lastig een balans te vinden. Vrij meubels maken is het leukste dat er is, maar met ons opdrachtwerk verdienen we het meeste. Het zou mooi zijn als we Holy Scrap op den duur los kunnen weken van Made Up.’

LOCAL BRANDS ZIJN HET GEZICHT VAN DE RE-INDUSTRIALISATIE

Tim van Schijndel nam helemaal een sprong in het diepe. In het kader van de minor ondernemerschap aan de Hogeschool van Amsterdam richtte hij met Tibo Everaerts I Made Gin op. Na flink wat internetresearch en testjes kwamen ze tot een recept voor het zelf maken van gin. Ze brengen het aan de man in de vorm van doe-hetzelf-pakketten. ‘In oktober 2014 schreven we ons in bij de Kamer van Koophandel, eind november leverden we onze eerste pakketten aan een slijterij in De Pijp. Grote afnemers proberen onze onderhandelingspositie soms te beïnvloeden: ze willen bij nader inzien minder afnemen of minder betalen. Maar we groeien hard. Voor het eind van het jaar willen we een nieuwe smaak introduceren en we zoeken nu een investeerder om een eigen gin te maken.’

knipoog, gemaakt van opgewaardeerd restmateriaal. En het is allemaal gemaakt in Amsterdam. Lokaal produceren is voor Joachim vanzelfsprekend, ‘om de carbon footprint klein te houden.' Ontwerpen en assembleren gebeurt hier. Ook het meeste materiaal komt uit de stad. ‘Zelfs het elastiek. Toen ik op zoek was naar rubber stuitte ik bij toeval op een bedrijf in de buurt dat kunststof recyclet. Alleen het hout dat ik wil is niet te vinden in Amsterdam, dat haal ik uit Oost-Europa. Maar ik koop het daar direct van de producent, ken de productiebossen en laat het ter plekke verwerken voordat het op transport gaat.’

36

Nieuwe ondernemers

Zoals Notoys zijn er inmiddels honderden bedrijfjes in Amsterdam: kleine onafhankelijke ondernemingen die worden aangeduid als local brands. Ze zijn op microniveau het gezicht van de re-industrialisatie die de laatste jaren plaatsvindt in West-Europa. De maakindustrie keert terug uit de lageloonlanden in het Verre Oosten en nestelt zich in de stadswijken. Voor de Amsterdamse economie zijn de local brands een factor van belang aan het worden. Natuurlijk, de bedrijfjes zorgen voor werkgelegenheid. Maar het is ook nog eens zo dat van iedere euro die bij een lokale winkel wordt gespendeerd vijftig cent in de stad blijft. Van een euro uitgegeven bij een keten is dat slechts een kwart.

JE KOOPT NIET EEN PRODUCT, MAAR EEN HELE ERVARING

Er bestaat geen blauwdruk voor het opzetten van een lokaal label. Het verhaal achter vrijwel iedere onderneming is uniek, net als ambities en uitdagingen. Van global naar local, zo is de route die Josine Castelein nam te typeren. Ze werkte op de productieafdeling van grote winkelketens en reisde regelmatig naar Azië. Maar het korset van de loondienst ging knellen en ze wilde iets op kleine schaal en voor zichzelf. Ze zette de T-shirtlijn Yunit op: basics met een bijzondere pasvorm. ‘De technische tekening, het produceren, de logistiek... Plots was ik verantwoordelijk voor de hele keten. Het moeilijkste vond ik nog de verkoop. Zou het publiek wel goed reageren? Maar ik merkte al snel dat ik me daar niet druk over hoefde te maken. Binnen een jaar lagen mijn T-shirts in dertig winkels. Ik hoop volgend jaar ook verkooppunten in het buitenland te hebben.’

Hoewel iedereen beaamt dat lokaal belangrijk is, blijkt het een lastig en nogal rekbaar begrip te zijn. Soms betekent het dat alle grondstoffen uit Amsterdam en omstreken komen, soms dat de stad alleen het epicentrum is van design en distributie. Bedrijven als Holy Scrap verkopen unica en lijken op de cottage industry die economen als Milton Friedman in de jaren tachtig aanprezen onder de slogan ‘small is beautiful’. Andere hebben grote, internationale ambities, zoals Oost/West van Oliver Wilkinson en Roi Oosterbeek. ‘We begonnen met een kleine order van 120 T-shirts die we lieten bedrukken bij een bedrijf in Noord’, vertelt Wilkinson. ‘Nu komt de derde collectie eraan en die is veel, veel groter. De productie kunnen we niet meer geheel lokaal doen, daarvoor ontbreekt gewoonweg de capaciteit en know-how. >>


LOCAL GOODS

GEBROEDERS DE WOLF CHARCUTERIE VAN WILDE GANS Martijn van de Reep vormt samen met Tom Zinger Charcuterie Gebroeders de Wolf. De twee zijn jagers met een passie voor koken. ‘Wij houden ervan te weten wat er op ons bord ligt en hoe dat er komt.’ De wilde gans wordt in Nederland veel geschoten om de populatie in toom te houden, maar niet gebruikt voor consumptie. Dat vonden de heren zonde van een mooi stuk vlees en dat was de reden om mei vorig jaar Gebroeders de Wolf op te richten. Hun naam stamt af van de vleesmolen, ook wel de vleeswolf genoemd. In een oude schoolkeuken maken zij de ganzen klaar. ‘De mooiste stukken vlees kunnen wij omtoveren tot de lekkerste gerechten.’ Het kruidige vlees van de gans wordt op ambachtelijke wijze vermaakt tot worsten, koudgerookte ganzenborsten, rillettes van ganzenbout en terrines. Het hebben van een goed verhaal en professionele uitstraling staat hoog in het vaandel. ‘Het is daarbij belangrijk om bij jezelf te blijven’, zeggen de twee. Vrijheid is voor deze creatieve jongens een reden geweest om het ondernemerschap aan te gaan. En er wordt niks verspild, de hele gans krijgt een goed bestemming: de veren gaan naar een dekbeddenfabrikant en de karkassen naar Artis. ‘In de toekomst willen we een nog duurzamere rol gaan spelen in het verwerken van vlees waar nu nog geen vraag naar is en daarom onnodig verspild wordt.’

gebroedersdewolf.nl

37


LOCAL GOODS

PIETERSZOON LEREN TASSEN OP MAAT Je baan opgeven om je hart achterna te gaan? Dat is iets wat voor sommige mensen een grote stap is, maar de zussen Cher en Jennifer Pietersz - gek op tassen - besloten vier jaar geleden hun droom waar te maken. PieterSZoon werd in leven geroepen en wordt ondersteund door vader Hugo, die onder andere de administratie voor zijn rekening neemt. De zussen ontwerpen nu unieke tassen op maat. Het kleinschalige tassenmerk streeft naar het bewaren van de kwaliteit en uniciteit van haar producten en stelt ambacht boven alles. Van Brazilië tot Italië: Cher en Jennifer reizen de hele wereld over op zoek naar hét perfecte leer. De tassen beloven jarenlang mee te gaan. Niet alleen door het tijdloze en vrouwelijke design, maar ook door het hoogwaardige materiaal. ‘En elk stiksel wordt door onszelf genaaid en gecontroleerd zodat iedere tas intensief gebruikt kan worden’, zeggen de zussen. In 2013 kregen ze de kans om de tassen tijdelijk te verkopen in een pop-upstore in de Amsterdamse Negen Straatjes. Inmiddels hebben ze een atelier in Haarlem, maar zijn ze niet weg te slaan uit Amsterdam: regelmatig staan de zussen met hun tassen op de Local Goods Market en hun producten worden in verschillende winkels in de stad verkocht. Ook in andere steden zoals Groningen, Utrecht of Zwolle kun je terecht voor een echte PieterSZoon-tas.

pieterszoon.com

38


LOCAL GOODS

Local Goods Store

>> Maar het blijft een Nederlands product, met liefde bedacht en ontworpen in Amsterdam.’

Duurzaamheid staat bij local brands vaak voorop. Maar ook dat is een aspect dat voor hoofdbrekens kan zorgen. Want wanneer weegt de milieubesparing van het lokaal produceren nog op tegen de vervuiling van transport als het leeuwendeel van je klanten overzees woont? Het gebruik van biologische grondstoffen is zeer wenselijk, maar als die uit Israël of verder weg moeten komen, geldt eenzelfde verhaal. En producten met een fair trade stempel zijn misschien wel onder mensvriendelijke omstandigheden gemaakt, ze kunnen nog steeds ongezonde E-nummers bevatten.

Wat de meeste local brands gemeen hebben, is dat ze in eerste instantie gericht zijn op de lokale markt. Het is een doorgaans hoger opgeleid koperspubliek dat zich ervan bewust is dat aan een in Bangladesh vervaardigde broek van vijftien euro een verdacht geurtje zit. Het zijn bewuste consumenten die geen inwisselbaar wegwerpartikel willen, maar een authentiek product. Zij willen zich verhouden tot hun spullen, tot het verhaal erachter, tot de maker die ze het liefst op de markt zelf de hand schudden. Ze kopen niet alleen een product, maar een hele ervaring. En als dat betekent dat ze voor een bepaald bedrag één in plaats van vijf dingen kunnen aanschaffen, dan hebben ze daar vrede mee. Local brands zijn overigens niet de enigen die appelleren aan dat vergrote consumentenbewustzijn. ‘Grote spelers in de modewereld spelen er ook op in,’ stelt Oliver, ‘het is steeds normaler om het verhaal achter een kledingstuk te vertellen: van plant tot klant.’ >>

LOCAL GOODS STORE

© Joep Kroes

localgoodsstore.nl localgoodsmarket.nl uncoverlab.nl

Van de bamboefietsen van Black Star Bikes en de industriële lampen van Bliksempoeder tot de limonadesiroop van Shzzl en make-uptasjes van Hamers. In de 450 vierkante meter grote Local Goods Store worden de producten verkocht van oerAmsterdamse merken. Het begon met de kleinschalige verkoop van producten tijdens de Indie Brands-avonden van Pakhuis de Zwijger en Anneloes van Gaalen. Toen De Hallen voorstelde een event te organiseren in de toen nog lege passage, werd eerst voorzichtig ingezet op drie edities van de Local Goods Market. Het succes was echter overdonderend en de markt is inmiddels een wekelijks terugkerend fenomeen. Sinds 17 april is daar de Local Goods Store bijgekomen. ‘In de winkel bieden we de grotere spullen aan zoals meubels, die moeilijker te verkopen zijn op een markt’, vertelt Stefanie Nijenbandring de Boer, samen met Judith Scheepers vanuit Pakhuis de Zwijger verantwoordelijk voor de store. Ook voor de kleinere producten kun je er terecht, alle brands in dit artikel zijn ook in de winkel te koop. ‘De winkel opereert in het verlengde van de markt: de persoon en het verhaal achter het product staan centraal.’ Een deel van de winkel doet dienst als werkplaats voor Uncover Lab, een laser tattooshop waar apparatuur van een persoonlijke gravure kan worden voorzien. ‘We gaan nog meer werkplekken inrichten. De ondernemers kunnen de winkel gebruiken als kantoor, showroom of plek om een nieuw product te lanceren. Dit is een winkel met een actieve uitstraling, een kruising tussen een maakplek en een marktplaats.’

39


LOCAL GOODS

Eau d'Amsterdam

BLUF, GELUK EN EINDELOOS DOORZETTEN

Opvallend is dat veel local brands actief kennis uitwisselen en van elkaar leren. In plaats van keihard de concurrentie aan te gaan, werken ze samen. De makers van Eau d’Amsterdam trekken op met de jongens van Stadsplank, die voor hun snijplanken dezelfde iepen gebruiken als de parfummakers. Oost/West heeft de krachten gebundeld met Het GildeLab in Amsterdam-West om te kijken of ze op termijn de productie van een mini-collectie weer terug naar Nederland kunnen halen. Rondom de labels heeft zich een echte community gevormd, die elkaar online treft en op markten en andere verkoopplekken. ‘Het is fijn om feedback en een ander perspectief te krijgen’, vindt Marieke. ‘Je moet af en toe van je eiland afkomen.’ >>

>> Een local brand opzetten is pionieren. Risico hoort erbij,

net als een onzekere cashflow. Een origineel idee verzinnen is één ding, of de markt erop zit te wachten is een tweede. En dan is er nog de vraag hoe het nieuwe product in de markt te zetten: als exclusief luxeproduct of in bulk op zoveel mogelijk verkooppunten, met het gevaar dat het gevoel van authenticiteit snel slijt?

EAU D’AMSTERDAM

springsnow.nl eaudamsterdam.com

40

Op geen plek ter wereld staan zoveel iepen als in Amsterdam: 75.000 in totaal. Alleen al in het centrum zijn het er 5.200. Ze zijn onlosmakelijk verbonden met de grachten en daarmee onderdeel van Unesco Werelderfgoed. Saskia Hoogendoorn wist dit pas nadat ze samen met Lieuwe Martijn Wijnands in 2011 het festival Springsnow opzette. ‘We zaten op het terras te genieten van zo’n typische Amsterdamse lentedag. Het sneeuwde iepenzaadjes. Ieder jaar zorgt dat weer voor zo’n verrassingseffect, het appelleert aan het buitenspeelgevoel. Toen we ons verdiepten in de iep kwam er een heel verhaal tevoorschijn over dé boom van Amsterdam, een verhaal waar wij na twintig jaar in de stad geen weet van hadden.’ Hoogendoorn en Wijnands zetten een iepenroute op, riepen kunstenaars en vormgevers op iets met de iep te doen. Zelf ontwikkelden ze een iepenparfum: Eau d’Amsterdam. ‘Wij zijn van de ideeën en projecten, dit is ons eerste product. Een parfum op basis van de iep is trouwens ook nog nooit gemaakt.’ Eau d’Amsterdam ruikt als de lente: eerst het frisse groen, daarna het warmere hout. De eerste editie is bijna uitverkocht. ‘Maar de volgende wordt nog beter! Dan gaan we bloesem toevoegen.’


LOCAL GOODS

DE STADSPLANK PLANKEN VAN AMSTERDAMSE BOMEN ‘Hoe mooi is het dat een stuk historisch hout uit je eigen stad een bestemming krijgt in je eigen keuken?’ Harm Spoelstra en Tom Marcelis van meubelontwerpbedrijf Gewoon Hout vinden het verbranden en versnipperen van oude bomen in Amsterdam - zoals nu gebeurt met gekapte bomen - verspilling van goed hout. Vanuit deze gedachte ontstond de Stadsplank; brood- en snijplanken van gekapte Amsterdamse stadsbomen. In elke Stadsplank is de exacte herkomst en soortnaam gegraveerd als herinnering aan de boom die deze Stadsplank ooit was. Via een unieke QR- code op de plank vind je tevens meer info en traceer je de locatie van de boom. ‘Onze opleidingsachtergronden en werkervaring vormen de basis van Gewoon Hout.

We komen beide uit een totaal andere hoek, de uiteindelijke resultaten zijn daardoor vaak verrassend.’ Tom heeft bouwkunde en stadsplanning gestudeerd en een achtergrond als grafisch ontwerper, terwijl Harm kennis van ambachtelijke houtbewerking heeft. In hun werkplaats in Nieuw-Sloten combineren de heren het gebruik van digitaal ontwerp en de kennis van ambachtelijke houtbewerkingstechnieken, wat leidt tot unieke designs. Voor de toekomst zijn ze bezig om hetzelfde concept van Stadsplank op te zetten in Haarlem, Utrecht en Rotterdam.

stadsplank.nl

41


LOCAL GOODS

Amsterdam Brewboys

>> Wijze raad voor potentiële starters is er ook. Vooraf

bedenken of je local brand een hobby is of dat je er echt een bedrijf van wilt maken. Je niet gek laten maken door sceptische omstanders en vasthouden aan je originele plan. Bereid zijn hard te werken. Maar vooral: het gewoon doen. Saskia Hoogendoorn van Eau d’Amsterdam: ‘Er waren wel honderd redenen waarom we dit niet zouden moeten doen. Maar met bluf, een beetje geluk en eindeloos doorzetten kwamen we er toch. En als het product er eenmaal is, komt de waardering ook.’ ŤŤ

AMSTERDAM BREWBOYS ‘Zoals de meeste plannen zijn ook onze plannen ontstaan in een bar. We praatten over bier, dronken bier en plots was daar het plan om zelf bier te gaan maken. Een eigen brouwerij!’ Amsterdam Brewboys is een initiatief van Pieter Langendijk, eigenaar van Café Langendijk. Samen met Sebastiaan van den Bosch, die vier jaar in Sydney woonde en daar de kneepjes van het vak leerde, maakt hij verschillende soorten brouwsels in kleine hoeveelheden. Een nieuw creatief proces met nieuwe samenwerkingsverbanden, is belangrijk voor het duo. Zo gingen ze in zee met Hum-BoomBox, TWO-O en VanBoef, die ze kenden van de Local Goods Market. Onder de noemer ‘kick-ass beer’ zetten Pieter en Sebastiaan een eerlijk en stoer product neer. ‘Wij brouwen no-nonsens bier met pit en van hoge kwaliteit.’ De Amsterdam Pale Ale (APA) was hun eerste creatie. Inmiddels zijn daar de Hop Riot Amber Ale en een Indian Pale Ale bijgekomen. ‘In de toekomst willen we een eigen bierbrouwerij met proeflokaal opzetten en een soort laboratorium waar het publiek kan creëren en proeven.’

amsterdambrewboys.nl

42

notoys.nl yunit-studio.com holyscrap.nl imadegin.com oostwestamsterdam.com hetgildelab.nl


OPENBAAR GROEN

Š Sander Baks De Tuincommissie van de Achillesstraat.

WIE SCHOFFELT BETER? DE BUURT OF HET BEDRIJF? Laat bewoners het groen in hun buurt beheren en alles bloeit op, Liedewij Loorbach is de gedachte. De natuur, de freelance journalist bewoners, de buurt. Maar dat is niet liedefiximperium.com altijd makkelijk. Er is bureaucratie, er zijn andere bewoners met eisen, en het snoeien van een kastanjeboom is zo eenvoudig niet. >>

43


OPENBAAR GROEN

>> De tuin voor het huis van

Amsterdam-Zuid bewoner Charles van der Hoog is een kleurrijke zee van rood en oranje. Dat komt omdat Van der Hoog in 2006 het beheer van de tuintjes met buren in zijn Achillesstraat zelf op zich heeft genomen. ‘Moet je eens gaan kijken in de Herculesstraat vlak om de hoek, daar doet een hovenier het’, zegt Van der Hoog. ‘Daar is het een woestijn. Met her en der een dorre struik.’ Als bewoners zelf het groen verzorgen wordt het mooier, dat is een van de voordelen die worden genoemd als het over zelfbeheer gaat. Bewoners leven in hun groen, dus zullen er met meer liefde mee omgaan dan een hovenier die eens in de zoveel maanden met grof geschut langskomt. Juridisch zijn de voortuintjes die Van der Hoog beheert, en die met het efficiënt te onderhouden groen in de Herculesstraat, van de gemeente. Zij heeft het beheer weer doorgeschoven naar woningcorporaties, die voor het onderhoud een maandelijkse bijdrage innen bij bewoners. Doorgaans huurt de corporatie een hoveniersbedrijf in om het onderhoud te doen. Bij zelfbeheer gaat het geïnde geld naar de bewoners. En daar is voordeel twee: het opgehaalde geld blijft in de wijk. Voor Van der Hoog haalt woningcorporatie Eigen Haard het geld op. De maandelijkse bijdrage voor huurders was 2,85 euro per maand. ‘Omdat bewoners bang waren dat het duurder werd als we het zelf deden, is de bijdrage teruggebracht tot 1,50 euro per maand toen het zelfbeheer begon’, zegt Van der Hoog. ‘Nu zie ik dat het verlagen van de bijdrage een fout is geweest.’ Er is jaarlijks vijfhonderd euro per jaar beschikbaar voor Van der Hoog

44

Lucas Community

en zijn team en dat is krap, vindt hij. Ze kopen er materiaal van en planten, en sparen jaarlijks voor het grote onderhoud door professionals. Een kwart van het bedrag gaat bovendien naar bankkosten. ‘Zonde. Maar van Eigen Haard moeten we zo’n dure zakelijke rekening hebben.’ Desondanks ziet de straat er een stuk beter uit, volgens Van der Hoog zijn er mensen die speciaal een route kiezen door het stukje Achillesstraat dat hij onderhoudt om er in de lente en zomer van te genieten. ‘We zijn natuurlijk ook traag en lastig in de ogen van bewoners’, zegt Elmy Everaert, adviseur woonbeleid van Eigen Haard. ‘Een van de obstakels hier intern is dat er verschillende afdelingen betrokken zijn bij het in beheer geven van groen aan bewoners. Zo duurde het een aantal maanden voor een bewoner de sleutel kreeg van de deur waarachter de kraan zat die hij nodig heeft.’ Bovendien zijn de bestaande contracten voor groenonderhoud grote contracten, heel veel straten en binnentuinen worden ondergebracht bij eenzelfde hovenier die daarvoor een lage prijs biedt. Berekenen wat zo’n miniperceeltje nou precies kost in dat grote plaatje is ook lastig. Maar het kan natuurlijk wel. Alleen zal dan per klein stukje blijken dat de beschikbare budgetten voor het onderhoud laag zijn’, zegt Everaert. ‘Dat betekent dat er dus ook maar een klein bedrag vrijkomt voor de bewoners die het onderhoud gaan doen.’

In Osdorp Midden wil de Lucas Community het zelfbeheer grootser aanpakken. Mostafa El Filali van de Lucas Community wil het niet alleen beter en goedkoper doen, hij wil ook dat buurtbewoners er geld mee kunnen verdienen. De leden van de Lucas Community zijn in gesprek met corporaties en de gemeente. Hij spreekt over ‘drie keer verlies’ als hij de groensituatie in Osdorp Midden bespreekt. ‘Ten eerste is er veel kijkgroen. Daar betalen mensen wel voor, maar je hebt er niks aan. Wij willen dat het groen een maatschappelijke functie krijgt, dat kinderen er bijvoorbeeld kunnen spelen. Ten tweede betalen arme mensen een groot bedrag waar uiteindelijk een groot bedrijf voor wordt ingehuurd, terwijl ze het zelf kunnen doen. Mensen moeten geactiveerd worden, in plaats van passief blijven. En ten derde zou het groen de functie van voedselproductie kunnen hebben. Mensen zouden zelf hun groenten moeten kunnen verbouwen, in plaats van naar de voedselbank te moeten.’ Volgens El Filali zijn de meeste bewoners ontevreden over het onderhoud van het openbare groen in een van de buurten, De Wildemanbuurt. >>

OPENBAAR GROEN ZOU VOOR VOEDSELPRODUCTIE KUNNEN ZORGEN


OPENBAAR GROEN

Slotervaart

2000 AFRIKAANTJES VOOR HET WK Een groot zwart tapijt was het lapje grond op de stoep onder de woning van Frank van Delft in Slotervaart. Hij ergerde zich steeds meer, en na een tijd lang touwtrekken met de gemeente bleek dat woningcorporatie Eigen Haard over het stukje ging. Uiteindelijk kreeg Van Delft van de corporatie 600 euro om van het tapijt een tuin te maken. Vorig jaar lente begon hij. Met ruim tweeduizend Afrikaantjes maakte hij de tuin WK-klaar. Verder heeft hij er vaste planten ingezet, bloeiende planten, en bloembollen. ‘Je moet er wel een beetje verstand van hebben. En ik zoek ook veel informatie op internet.’

De buren die hij 24 jaar niet had gezien maken nu een praatje met hem, zijn Marokkaanse buren nodigden hem uit op de barbecue en de mensen die onlangs onder hem kwamen wonen en geen Nederlands spreken wisten hem toch te vertellen dat ze graag een duit in het zakje voor de tuin doen. Nergens voor nodig, vindt Delft. De zeshonderd euro was eenmalig, de jaarlijkse vergoeding zal een stuk minder zijn. ‘Maar al is het vijf euro, kan ik toch weer een paar bollen voor kopen.’

45


OPENBAAR GROEN

Hoekwierde

BEWONERS DOEN HET ZELF IN HOEKWIERDE Uit heel Europa komen mensen naar Hoekwierde - een van de oudste wijken van Almere - om te horen en te zien hoe de bewoners het groen in de openbare ruimte beheren. Al in 2010 begonnen ze ermee. De gemeente Almere betaalt een ‘beheervergoeding’ van 10.000 euro per jaar aan de bewonersgroep, die helemaal vrijwillig werkt. Daarvan worden onder meer opleidingen, verzekeringen, brandstoffen en groot onderhoud betaald. ‘Bewoners kunnen het hoe dan ook beter dan het grote bedrijf,’ zegt Paul Weber van de bewonersgroep

46

Hoekwierde. ‘Wij maaien het gras als het droog is. Bij een groot bedrijf staat het in de weekplanning, dus wordt het op dat moment gedaan of het nou droog is of zeiknat. Schoffelen, hagen, snoeien, precies hetzelfde. Binnen een paar jaar zagen wij al dat de kwaliteit van het groen in onze wijk enorm verbeterd was.’ In het jaarverslag van Hoekwierde staat dat er in 2014 door bewoners 1600 uur besteed is aan het verfraaien van de openbare ruimte.

hoekwierde.nl


OPENBAAR GROEN

BouwmeesterBuurt

>> Corporatie Eigen Haard brengt de

Lucas Community graag in contact met de Verenigingen van Eigenaren die over de tuinen gaan, zegt Everaert. ‘Maar juist in die buurt zijn de bewoners tevreden over het onderhoud en over de functie van het groen.’ Eigen Haard staat open voor meer zelfbeheer, zegt Everaert. ‘Het is heel goed als dat gedaan wordt door mensen uit de wijk. Die zien meer, horen meer, zijn meer betrokken. Het is ook goed voor de sociale cohesie. Maar een kastanjeboom snoeien is wel een vak.’ El Filali wil niet alleen mensen activeren, hij wil ook dat de buurtbewoners die werken in het groen betaald krijgen. Bewonerscoöperaties kunnen het goedkoper. De grote hoveniersbedrijven die hier veel doen, hebben bulkcontracten. Ze krijgen vaak 45 euro per uur. En daarvoor doen ze ook eenvoudige klusjes als gras maaien en onkruid wieden. ‘Dat kan de groencoöperatie die wij gaan opzetten voor een veel lager uurtarief’, zegt El Filali. ‘Wij zijn van het nieuwe systeem, en in het nieuwe systeem is maatschappelijke winst het belangrijkst. In het nieuwe systeem gaat het niet om grootschaligheid en winstmaximalisatie, maar zoveel mogelijk mensen aan het werk krijgen.’

In Almere Buiten beheert BuurtBeheerBedrijf BouwmeesterBuurt (B5) onder meer het groen. ‘Toen we drie jaar geleden begonnen, dachten we: vele handen maken licht werk, en kozen ervoor om met veel mensen handwerk te gaan doen’, zegt projectleider Thomas Faulhaber. ‘Maar wij onderhouden aardig wat vierkante meters groen. Als je dat zonder machines doet, moeten hier wel héél veel mensen aan het werk. Dat kan niet, we zijn wel een bedrijf.’ Faulhaber legt uit hoe B5 in elkaar zit. ‘We werken met een klein aantal professionals en verschillende doelgroepmedewerkers uit de buurt om met werkervaring hun perspectief op de arbeidsmarkt te verbeteren. Wij zijn een sociale onderneming en de winst gaat dus terug in de mensen en projecten.’ B5 heeft veel stage- en

IN HET NIEUWE SYSTEEM GAAT HET NIET OM GROOTSCHALIGHEID

leerwerkplekken, biedt een sociaal loket voor wonen, zorg en welzijn, en faciliteert directe partners, zoals scholen, welzijnsorganisaties en andere initiatieven uit de wijk. ‘Het eerste jaar stelde de gemeente zich nog welwillend op, ze denken mee, het hoeft niet perfect’, zegt Faulhaber. ‘Maar daarna gaan andere gemeentelijke diensten zich er ook mee bemoeien. Uiteindelijk moet je wel professioneel meekomen. Dan geldt een boetebeding over kwaliteit, is er de Flora en Faunawet, zijn er Europese regels waar je je aan moet houden. Zo eenvoudig is het niet om zelf het groenbeheer te doen, wil Faulhaber maar zeggen. ‘Uiteindelijk ontkomt de gemeente er ook niet aan om Europees aan te besteden. In dat traject zitten wij nu.’ Faulhaber heeft goede hoop. ‘Door werk te gunnen aan B5 krijgt een buurt professioneel beheer met een aanzienlijk maatschappelijk rendement dat met name door de buurt wordt geïncasseerd.’ ŤŤ

eigenhaard.nl lucascommunity.nl zone3.nl

47


48


VAN WIE IS DE UNIVERSITEIT? Het lijkt wel een flashback naar de jaren zestig, maar de fotoserie die Guido van Nispen schoot stamt toch echt uit 2015. Eind februari bezetten studenten het Bungehuis in Amsterdam. Ze protesteerden tegen het beleid van de Universiteit van Amsterdam (UvA) en eisten een democratischer en transparanter bestuur. Na ontruiming gaf de groep niet op en na een demonstratie met zeker duizend studenten én docenten braken ze spontaan de deuren open van het Maagdenhuis, het bestuurscentrum van de UvA. Het gebouw veranderde in een educatieve broedplaats

met culturele programmering, lezingen van interessante sprekers en ruimte voor discussie. Na een wekenlange bezetting maakte de politie er half april een einde aan. Maar mét resultaat: de voorzitter van het College van Bestuur is inmiddels afgetreden en de studenten krijgen meer inspraak. Het ‘probleem’ is nog niet helemaal opgelost, want de vraag blijft: ‘Van wie is de universiteit?’

Fotoreportage: © Guido van Nispen gnispen.blogspot.com

49


50


51


MENSENRECHTENAGENDA

Amsterdam

AMSTERDAM MENSENRECHTENSTAD Elk kind op zijn plek in het onderwijs? Een NSA-free City? De binnenstad toegankelijk voor iedereen? Meer aandacht voor radicalisering en de rechten van potentiĂŤle jihadgangers? Meer controle op het dossier van je kind? Bed, bad en brood voor vluchtelingen? Schone lucht in de stad voor iedereen? Dit zijn vragen die veel Amsterdammers aangaan en in directe relatie staan tot mensenrechten.

Simea Knip programmamaker Sociale Stad Pakhuis de Zwijger

52

Traditioneel worden mensenrechten vooral op (inter)nationaal niveau besproken. Regeringen ratificeren verdragen en nemen wetten aan om mensenrechten te beschermen en te verankeren in de regelgeving. De uitvoering van deze wetten en regelgeving is in de dagelijkse praktijk echter in handen van lokale overheidsorganen. In The Future of Human Rights in an Urban World, een recente publicatie van Amnesty International Nederland, wordt daarom benadrukt waarom mensenrechten op lokaal niveau aandacht verdienen. Door de verschuiving van steeds meer taken van het Rijk naar de lokale overheid, krijgen steden een grotere rol als het gaat om mensenrechten. Steden nemen daarmee een belangrijkere positie in op het wereldtoneel. Door voortschrijdende verstedelijking woont, volgens prognoses van de Verenigde Naties (VN), in 2050 ruim tweederde van de wereldbevolking in steden. Kortom, het is hoog tijd dat steden zich actief met mensenrechtenbeleid gaan bezighouden. >>


MENSENRECHTENAGENDA

Utrecht mensenrechtenstad

© Sketching Maniacs

UTRECHT Sinds 2012 mag Utrecht zichzelf Mensenrechtenstad noemen. De mensenrechtenaanpak van Utrecht bestaat uit twee peilers: bewustwording binnen de eigen gemeentelijke organisatie en het stimuleren van samenwerking in het maatschappelijk veld. De gemeente heeft vanuit een mensenrechtenperspectief haar eigen beleid op tien terreinen bekeken. Daaruit volgde een opsomming van Utrechtse best practices en onderwerpen die meer aandacht verdienen. Ook worden er regelmatig bijeenkomsten over mensenrechten georganiseerd voor beleidsmedewerkers. Voor het maatschappelijk middenveld organiseert de gemeente Utrecht in samenwerking met lokale instellingen verschillende activiteiten, waaronder een Week van de Mensenrechten en driemaandelijkse mensenrechtencafé’s.

utrecht.nl/internationale-zaken/lokale-mensenrechten

>>

Mensenrechtensteden zijn steden waar de lokale overheid actief gebruikt maakt van mensenrechtenprincipes bij het maken van beleid en het organiseren van activiteiten. Deze beweging is niet nieuw, maar bestaat al sinds het begin van de jaren ’90. Shulamith Koenig, oprichter van de New Yorkse NGO People’s for Human Rights Learning (PDHRE), is grondlegger van een methode waarin mensenrechteneducatie centraal staat. Een methode om te werken aan een rechtvaardige stad waarin alle inwoners gelijkwaardig worden behandeld.

De eerste door de VN erkende Mensenrechtenstad in Nederland is Utrecht. Niet geheel toevallig bevindt zich in Utrecht ook het College voor de Rechten van de Mens. Kathalijne Buitenweg, lid van het College, benadrukt dat een gezamenlijk besef over mensenrechten en -plichten nuttig is. ‘Mensenrechten zijn rechten die ieder mens heeft. Het staat los van afkomst, sekse, ras, maar ook los van een verblijfsstatus. Mensen die zonder verblijfspapieren in Nederland verblijven hebben op basis van hun mens-zijn recht op bed, bad en brood.’

MENSENRECHTEN IN DE STAD VERDIENEN AANDACHT

Kathalijne legt uit dat de centrale begrippen bij mensenrechten autonomie, participatie, gelijkheid en menselijke waardigheid zijn. ‘Dat is een andere insteek dan nu gebruikelijk is op bijvoorbeeld het terrein van de zorg. Daar bieden we vooral charitas. Maar mensen in verpleeghuizen moeten niet alleen verzorgd worden, ze moeten ook hun eigen keuzes kunnen maken.’ Ook op andere terreinen zijn mensenrechten in het geding. >>

53


MENSENRECHTENAGENDA

Stadsgesprekken en stadsdeelgesprekken

HOE KUN JE BIJDRAGEN AAN DE AMSTERDAMSE MENSENRECHTENAGENDA?

KATHALIJNE BUITENWEG Kathalijne Buitenweg is lid van het College voor de Rechten van de Mens. In verschillende functies, waaronder Europarlementariër voor GroenLinks, zette Kathalijne zich in voor gelijke behandeling, vrouwenrechten, terrorismebestrijding, asiel, migratie en strafrecht.

Ť 2UJDQLVHHU MH HLJHQ PHQVHQUHFKWHQJHVSUHN PHW onze toolkit. Je kunt deze binnenkort downloaden op

amsterdam.nl/diversiteit

Ť +HE MH HHQ LGHH YRRU HHQ PHQVHQUHFKWHQJHVSUHN" Stuur een mail naar

mensenrechtendialoog@amsterdam.nl

Ť +RX KHW VWDGVGHHOQLHXZV HQ ERYHQVWDDQGH ZHEVLWH in de gaten voor een stadsdeelgesprek op jouw stadsdeelkantoor Ť .RP QDDU GH IHHVWHOLMNH SUHVHQWDWLH YDQ GH Mensenrechtenagenda op 10 december 2015 in Pakhuis de Zwijger

mensenrechten.nl

>> ‘Waarom heeft bijvoorbeeld het prachtige EYE gebouw

geen hellingbaan waardoor je ook in een rolstoel gewoon via de hoofdingang kunt binnenkomen?’, vraagt Kathalijne zich af. Deze voorbeelden laten zien dat mensenrechten ook van betekenis zijn in de stad. Simone Kukenheim, wethouder Onderwijs, Jeugd & Diversiteit, neemt in Amsterdam het voortouw om mensenrechten in de stad op de kaart te zetten. Op haar initiatief wordt er dit jaar, in samenwerking met Tertium en Pakhuis de Zwijger, met alle Amsterdammers actief aan een stedelijke mensenrechtenagenda gewerkt. Hoe die agenda eruit gaat zien is nog niet bekend, maar het proces om die agenda vorm te geven is wel duidelijk. Tussen april en november 2015 worden er 21 stadsgesprekken georganiseerd op plekken waar Amsterdammers al samenkomen, zoals scholen, (sport-)verenigingen, bedrijfskantines, bibliotheken en buurthuizen. Tegelijkertijd worden er ook stadsdeelgesprekken

54

georganiseerd op alle stadsdeelkantoren van Amsterdam en op het Stadhuis. De stadsdeelgesprekken zijn openbare bijeenkomsten voor alle Amsterdammers. Bewoners, ondernemers, ambtenaren en bestuurders worden van harte uitgenodigd om aan dit gesprek deel te nemen. Op 10 december is het de Internationale Dag van de Rechten van de Mens. Die dag wordt de Amsterdamse Mensenrechtenagenda, waar we dan met z’n allen hard aan hebben gewerkt, feestelijk gepresenteerd. Doe je met ons mee? ŤŤ

amnesty.nl pdhre.org tertium.nl


METROPOLITAN

FIELD TRIPS 201

LONDON SEPTEMBER STOCKHOLM OCTOBER BERLIN NOVEMBER PARIS JUNE

5

MORE INFORMATION: CITIESINTRANSITION.EU/FIELDTRIP


N EW E U ROPE

Charlot Schans project leader New Europe Cities in Transition

56

Copy City Embassies: Sheila Binesh & Leonore Snoek


LISBON THE RESURRECTION OF A DO-IT-YOURSELF GENERATION CITY EMBASSY

LISBON

‘So here we see the statue of São Sebastião, the child king that has left his mark on today’s Portuguese identity’, says Joana Jacinto while pointing at the neo-manueline façade of Rossio station in the touristy heart of Lisbon. The myth goes that the king was killed almost immediately after going to war in 1578, although his body was never found. Years of political unrest followed while the Portuguese people waited for São Sebastião to return and rescue them. ‘This has remarkably determined the DNA of the Portuguese people, we tend to lean back with our arms crossed and wait for someone to save us. We even have a word to describe this mentality: Sebastianismo.’ >>

57


CITY EMBASSY STOCKHOLM

Hoffice

HOFFICE

© Amrit Daniel Forss

In Stockholm, the initiators of Hoffice of workspace that seeks to be inclusive. CITY EMBASSY created a platform that allows people It revolutionizes co-working spaces by to combine the home and office for a making those present participants in more intimate form of the workplace. sharing and responding to ideas and goals. ‘It connects anyone that could benefit Many find the working arrangement a from the structure and is looking for a great way to get the ball rolling. Hoffice free of cost and flexible workplace, with creates a sense of community in which participants that open up their homes a joy of accomplishment comes after a as temporary working spaces’, says days work. What sets Hoffice apart is the Christofer Gradin Franzen, initiator of Hoffice. ‘It’s a way fact that it’s free and without commitment unlike other of separating work from other life activities, when you co-working spaces that require fees and memberships. physically leave your home and create a small sense of Currently, in Stockholm they are collaborating with pressure to increase productivity.’ In Hoffice’s structured libraries to broaden their audience. Throughout the rest of approach, after every 45 minutes a buzzer goes off and Europe, the idea is spreading quickly to other cities such everyone exercises or meditates and converses with as Amsterdam, Paris, Riga, Helsinki and Copenhagen others about what they plan to accomplish, creating an among others. atmosphere of accountability and mutual help. Hoffice hoffice.nu creates a network surrounding a philosophy of a new type

STOCKHOLM

58


METROPOLITAN FIELD TRIP LISBON

Academia Cidadã

>> Joana is the young and energetic initiator of Lisbon

Sustainable Tourism, a start-up that takes small groups of tourists on environmentally conscious guided tours through unexplored neighbourhoods. The money she earns is used to offer less advantaged citizens - such as groups of the elderly and blind or youngsters that live in the outskirts of Lisbon the chance to experience the city the same way as tourists do. Joana herself shows no sign of Sebastianism whatsoever.

Tourism and foreign investment

A 2008 survey showed that with all those buildings around Rossio Square, only four people really live there. The rest is occupied by hotels, used as storage room for commercial activities or simply left vacant for speculative reasons. As most European cities today, Lisbon faces the risk of being hollowed out by mass tourism. Ever since the austerity measures were implemented by the European Union, the government seems to rely on foreign investment for support. Apart from the expected rampant growth in chain hotels and multinational stores this has caused, even public facilities are being sold overseas. The former national electricity company became ‘privatized’ in 2012, to end up in the hands of a consortium partly owned by the Chinese state. ‘It basically went from being owned by our state, to a foreign one’, says Pedro Santos of Academia Cidadã. The question is what the municipality should and will do to regulate this advent of foreign investment, to make sure that the revenue generated actually falls to the benefit of the inhabitants of the city of Lisbon.

ACADEMIA CIDADÃ

© Academia Cidadã

Mouraria neighbourhood

On the slopes of one of Lisbon’s seven hills lies Mouraria, a neighbourhood historically known for being neglected by the city. The first settlers were the Moorish that were driven away from Alfama by the Portuguese conquerors to find refuge on the shadowside of the same mountain. And until today the neighbourhood remains, also figuratively speaking, in Alfama’s shadow. Alfama is an attraction for tourists on the search for Fado and other Portuguese authenticity and now has over 70% of its apartments on Airbnb. Mouraria may have the same potential due to its central location, similar traditional architecture and cobbled streets. Despite it is known as a deprived area, the drug market of the city, and therefore ‘the ugly sister of Alfama’. However, Mouraria also has a multicultural community of 51 nationalities and almost as many exotic supermarkets and restaurants! Something the people behind Renovar a Mouraria discovered too. With the support of the municipality they created a map showing all the ethnic restaurants in the neighbourhood, in order to attract a new crowd and improve the business of the restaurant owners. Renovar a Mouraria redeveloped a derelict building owned by the municipality into a small cultural centre with a cafe and office space for their organization. They attract visitors through music performances and activities, such as a monthly pub quiz and tours through the area. The money they make allows them to offer free homework and literacy classes for the less affluent residents of Mouraria. >>

25 April 1974 is marked in the history books of Portugal as the day of the Carnation Revolution, the military coup that determined the end of the fascist regime. Perhaps the second most notable date in recent history is the 12th of March 2011. On this day João Labrincha and Pedro Santos brought half a million people to take the streets for the Protesto Geração a Rasca (The Precarious Generation Protest), to raise awareness for youth unemployment as a result of austerity measures and political corruption. After the success of the protest they created Academia Cidadã (translated: Citizenship Academy) to promote active citizenship. On the one hand the academy focuses on activism against human rights issue and on another one on non-formal education for active citizens and crossfertilization between different sustainable initiatives throughout the country. During the Metropolitan Field Trip organized in March this year, they opened the City Embassy of Lisbon.

blog.academiacidada.org

59


CITY EMBASSY LONDON

Shuffle

SHUFFLE

© Elena Heatherwick

Right in the middle of Mile End lies one living in’, says Kate. Besides their festival, CITY EMBASSY of London’s magnificent seven Victorian Shuffle organises science and art programs cemeteries. Today the site is a beautiful that educate children and adults, and free park privately owned by the Friends of feasts that bring neighbours together. Tower Hamlets Cemetery Park. This Using money gathered through their has enabled the park to be the site for crowdfunding campaign they are now the annually organised Shuffle Festival, trying to redevelop and recreate the a bit unexpected for a place where over cemetery lodge which will function as a 350,000 people lay buried. Five days permanent place for workshops, events, filled with film, art, science, theatre, talks, walks, and exhibitions and a community cafe, creating a new heart picnics attract large numbers of neighbours and visitors for Mile End and the city. ‘Whether you want it or not, from all over London. Initiators Kate MacTiernan and you live in it, and therefore you own part of it’, says Lizzy, Lizzy Daish aim to rethink the city. ‘We are using the ‘so start doing.’ heritage of London, and the old and new stories of people, to create something that is not done by the state fothcp.org or private companies, but with the energy of people who shufflefestival.com want to contribute to city life, thus making a city worth

LONDON

60


>>

METROPOLITAN FIELD TRIP LISBON

Tété

ARCHITECTURE, COBBLED STREETS AND BUZZING INITIATIVES

The local pick-up point of Fruta Feia, an initiative that distributes neglected fruits and vegetables from local farmers throughout the whole city, is Largo Residencias. This former ceramics factory on Intendente Square is redeveloped into a hotel, restaurant and bike shop, that provides a platform of artistic expression for the neighbourhood. They have a small stage, an artist-inresidence programme and rehearsal spaces. The arts may vary from plays by young theatre groups to music performances from one of the ethnic communities in Mouraria.

A bit further uphill lies Cozinha Popular da Mouraria, a communal kitchen initiated by Adriana Freire. She originally is a photographer for food blogs, who four years ago decided to restore an old building into a living room for the neighbourhood, where she brings people together around good food. They often host large group dinners and every weekday she serves a gastronomic lunch. Those who can afford it pay five euro’s, so that less wealthy neighbours can join in without paying. She employs a professional chef that runs the kitchen with volunteers from the neighbourhood. Although the return isn’t enough yet to pay a salary to the impoverished residents, Adriana helps out through covering their rent and electricity bills. Her future dreams for the project are big: she hopes to build a public kitchen for residents to use for producing non-perishable goods and start their small food businesses. She is also examining the opportunity to change the vacant plots throughout Mouraria into vegetable gardens to provide the kitchen with. In general, food seems to be a common theme throughout the movement of bottom-up initiatives in Lisbon.

Municipal rehabilitation

It is perhaps no coincidence that today’s Mouraria is thriving with these creative and social initiatives. The neighbourhood is one of the areas that the municipality appointed within their rehabilitation programme Bairros e Zonas de Intervencão Prioritária de Lisboa, short BIP/ZIP, which translates into Neighbourhoods and Areas under Priority Intervention and started in 2010. The municipality identified a number of neighbourhoods throughout the city in need for special attention and introduced quite an innovative strategy of intervention. The BIP/ZIP programme allows everyone to start their own project to increase the liveability in these areas and apply for municipal support. The support given varies from offering public real estate for a certain period, to a small budget for activities or the redevelopment of private property. Each project is challenged to build coalitions between active citizens, universities, boroughs, NGO’s and the like - with >>

TÉTÉ 33 years ago clown Teresa Ricou, affectionately known as Tété, transformed a former women's prison block in Costa de Castelo into what is today an official circus school, a place for artists-in-residence and empowerment for former delinquent, orphaned or otherwise disadvantaged youth. With the Chapitô project, Tété aims to offer the youngsters a new future and family. The house smells after the fresh flowers that are placed around everyday and all facilities such as the dormitories, the theatre, the costume collection and communal spaces are basic but well-maintained. Tété beliefs that nourishing the youngsters with a positive environment is essential to raise qualitative professionals. Revenue is generated through the more commercial activities of the project, such as a high-end restaurant, circus and theatre performances and a shop where the students sell their art and products.

chapito.org © Enrique Flores, 4ojos.com/blog

61


CITY EMBASSY BRUSSELS

Allee du Kaai

ALLEE DU KAAI

Š OSTcollective.org

Allee du Kaai is a spontaneous action between artists, psychiatric patients and CITY EMBASSY zone open for participation in the form any other interested folks around artistic of countless activities and opportunities, and culinary exchanges. The People’s while directly connecting with the Kitchen, run by CollectActif who aim neighborhood. Started by Toestand, a to create a horizontal solidarity through group of enthusiastic artists seeking to action of recovery, transformation and bring magic to the empty wide open redistribution of food, offers vegetarian spaces of a former school at the edge dishes every saturday for a contribution. of the center. On the temporarily Such diverse activities really bring life reactivated plot along the water stand the four buildings to the emptiness with new meanings and experiences with an open green space in between, adding to a total of through an open and experimental mentality. 7000 square meters inside and outside. Toestand offers activities such as acrobatic lessons, skateboard lessons, alleedukaai.be administrative assistance, writing and building workshops, toestand.be and freestyle sessions. You can even attend alternative magasin4.be music concerts at their partners and good friends latable.tk Magasin 4. Additionally, there is a meeting space set up collectactif.wordpress.com by non-profit restaurant La Table to promote contact

BRUSSELS

62


METROPOLITAN FIELD TRIP LISBON

LXfactory

LXFACTORY At the foot of Lisbon’s most distinct landmark, the bridge over the Tagus river that was named after the revolution of 25th of April 1974, lies a former textile factory complex. It has been transformed into a creative hub, almost a village, with coworking spaces, cafes, art galleries, and a magnificent book shop. It is the place where hipsters sip their galões, the Lisbon equivalent of a latte macchiato, that also offers space for social organizations to take up workspace for a lower rent.

lxfactory.com

>> a minimum requirement of two stakeholders to be able

to apply. On the longer run, the sustainability of all these projects will likely proof dependent on the social entrepreneurship and business models behind them. Only that will allow them to be independent of the whims of an ever erratic political reality. Even though the BIP/ZIP programme seems a captivating attempt of the municipality to spur change with the limited public funds they have available as a result of austerity, the challenges are enormous. Similar to other Southern and Central European countries, Portugal faces high unemployment, especially under youth that tends to leave the country in search for opportunities elsewhere. Add that to an expanding socio-economic gap, a precarious state of the social housing stock and a high estimate vacancy of derelict buildings and the scope becomes apparent. Welfare levels and social security are below average and therefore form a threat for basic human rights. Just to give an example: the emergency room of a public hospital in the outskirts of Lisbon may have a waiting line up to 48 hours.

democracy, let alone social welfare and human rights. ‘It will take at least two or three more generations to actually change something in this country’, he says. At the same time there appears to be a post-revolution generation ready to take matters into their own hands. They are taking up initiatives, creating value through social entrepreneurship, mobilizing their peers. Preceded by early pioneer examples such as Teresa Ricou, founder of circus school Chapitô, the initiators of all the bottom-up initiatives seem to break with the inherited mentality of Sebastianism. They won’t wait for salvation to come from a higher power such as their own government, nor from a foreign structure like the European Union. Together they are capable of redirecting the future of the country. But it does ask for a solid middle ground to mediate between the existing power structures and what is already happening on the ground. A middle ground that was consciously degraded during fascism, and needs to be restored in order to sow the seeds of this still relatively young democracy. ŤŤ

lisbonsustainabletourism.com

IT WILL TAKE AT LEAST TWO MORE GENERATIONS TO CHANCE SOMETHING

renovaramouraria.pt

According to Pedro, one of the difficulties is that most governmental positions remain taken by people that were already effective during the fascist dictatorship. These generations were not educated with the principles of

Want to know more about Lisbon and the Metropolitan Field Trip?

cozinhapopularmouraria.org frutafeia.pt largoresidencias.com

citiesintransition.eu/lisbon

63


MICROWONEN IN DE STAD KLEIN IS HET NIEUWE GROOT Š Ashabot /CC BY

Khashayar Ghiabi programmamaker Gebiedsontwikkeling Pakhuis de Zwijger

De trek naar steden neemt exponentieel toe, steeds meer mensen willen in de stad wonen. Daarbij opgeteld komen er steeds meer alleenwoners bij die het liefst het rijk voor zichzelf alleen hebben. De vraag naar woningen binnen de ring van Amsterdam stijgt, maar de grond en dus het aanbod is beperkt. Het logische gevolg is dat de woningen steeds duurder worden. Zo duur dat wonen binnen de ring voor veel Amsterdammers onbereikbaar wordt. Is de microwoning de oplossing?

64

In de zoektocht naar het ideale stadsappartement zien we steeds vaker kleine woningen of microwoningen opduiken. Deze woningen hebben minder woonfuncties - zoals bijvoorbeeld een wasmachineaansluiting of zelfs een woonkamer - met het idee dat je deze immers kunt delen. Doordat de faciliteiten niet meer in iedere woning hoeven te worden gebouwd, scheelt dat vierkante meters. Een team van onderzoekers en ontwerpers aan de Technische Universiteit van MĂźnchen ontwikkelde bijvoorbeeld al de >>


>> micro compact home (M-CH), een woning van slechts 7m². Inspiratie haalden ze uit de compacte ruimtes van vliegtuigen, jachten en Japanse theehuizen.

WOONFUNCTIES KUN JE DELEN In het buitenland is klein wonen een stuk gangbaarder dan in Nederland. In New York wonen stedelingen al jaren zo. De modulaire woontoren My Micro NY bestaat uit woningen met afmetingen van zo’n 23 tot 35 m². Iedere woning heeft een eigen woonkamer met keuken, een aparte badkamer en een klein balkon, maar je bed moet je iedere avond wel uit de muur trekken. Aan de andere kant van de wereld tovert architect Gary Chang een woonhuis van 32m² om tot een ideale stadsappartement. Door de verschuifbare muren in de woningen kun je 24 verschillende ruimtes creëren of verbergen. Heb je de keuken niet in gebruik? Muur ervoor en je gebruikt de meters voor iets anders. Deze bijzondere appartementen klinken misschien als toekomstmuziek, maar ook in Amsterdam wordt druk geëxperimenteerd met kleinere woningen met volledige faciliteiten. Zo woon je in De Studio in Bos en Lommer - het voormalige GAK-gebouw - als een koning op 28m² en wie goed zoekt, treft binnen de prestigieuze casco-lofts van De Hoofden in De Houthavens ook micro-lofts aan vanaf 35m². Projectontwikkelaar Synchroon presenteerde eind maart haar XS Deluxe appartementengebouw en is momenteel hard op zoek naar een plek in Amsterdam om deze te realiseren. Ook daar worden verschillende woonfuncties in collectieve ruimtes geplaatst, waardoor deze geen ruimte meer in het appartement zelf hoeven te krijgen. De oppervlakte die over blijft, is door de gebruiker vrij in te richten. De gedeelde rooftop jacuzzi, een jachthaven en de hardloopbaan op 50 meter hoogte rondom het gebouw maken het plaatje compleet. Dit soort voorzieningen roept wel meteen de vraag op voor wie deze kleinere woningen nu eigenlijk bedoeld zijn. Synchroon zelf noemt de ‘nieuwe stedeling’ als haar doelgroep. De nieuwe stedeling gebruikt de stad als haar achtertuin, vindt locatie belangrijker dan ruimte en wil graag dichtbij de werkplek wonen. Daarnaast brengt deze doelgroep ook veel tijd door buiten de woning en is bereid voorzieningen te delen. Maar kijkend naar de >>

Micro compact home (M-CH)

© micro compact home ltd

MICROWONEN IN DE STAD

MICRO COMPACT HOME (M-CH) Deze compacte microwoning is ontworpen door onderzoekers en ontwerpers van de Technische Universiteit van München. De ruimte van 2,6 kubieke meter bestaat uit een badkamer en een volledig uitgeruste keuken, en er is ook nog ruimte voor een bed en een uitschuifbare tafel. Ook is er een duurzame versie van de M-CH ontworpen met een windgenerator en zonnepanelen: overdag wordt energie opgeslagen zodat deze ‘s avonds gebruikt kan worden.

microcompacthome.com

65


MICROWONEN IN DE STAD

My Micro NY

>> indrukwekkende 3D-visuals, dan lijkt het erop dat deze

MY MICRO NY

© mir.no

nieuwe stedeling ook behoorlijk wat te besteden heeft. De vraag is dan ook of de genoemde projecten wel een structurele oplossing bieden voor het probleem dat zij zelf als aanleiding hebben genomen: de stijgende woningprijzen die het voor een groot deel van de Amsterdammers onmogelijk maakt om binnen de ring te wonen.

BETAALBARE APPARTEMENTEN VOOR IEDEREEN

In New York wordt gebouwd aan een project met 55 microwoningen. De woonkamer is tevens de slaapkamer, met een bed dat je ‘s ochtends kunt inklappen. Door hoge plafonds, glazen deuren en veel natuurlijk licht proberen de architecten het appartement ruimer aan te laten voelen. Op de begane grond van het complex vind je een bibliotheek, café en bergingen. Een belangrijke factor om de woningen betaalbaar te houden zijn de bouwkosten. Om deze zo laag mogelijk te houden worden de woningen als geprefabriceerde Legoblokken op elkaar gestapeld. De losse modules, met afmetingen tussen de 22 en 35m², worden gebouwd in de werkplaats van de Brooklyn Navy Yard en vervolgens geplaatst in Manhattan. Naar verwachting kunnen de bewoners vanaf september 2015 van hun nieuwe woning genieten.

narchitects.com moncon.com

De ruimtelijke segregatie tussen arm en rijk blijft op deze manier bestaan en komt het schrikbeeld van de tweedeling niet ten goede. Ook woningbouwcorporatie De Key ziet dat en heeft daarom haar focus verlegd naar starters- en studentenwoningen binnen de ring van Amsterdam. ‘Wij zijn er vooral voor huurders die aan het begin van hun wooncarrière staan’, zegt Leon Bobbe, bestuursvoorzitter van De Key. Ook hij stelt zich de vraag hoe het voor alle Amsterdammers mogelijk kan blijven om binnen de ring te wonen. Niet zo lang geleden vonden corporaties dat 75m² voor woningen het minimum was. ‘Nu zeggen we: 55m² zou voor Amsterdam het maximum kunnen worden’, zei Bobbe onlangs in Het Parool. ‘Amsterdam is de enige metropool van Nederland. Daar gaat al het werk naartoe. Daar wil iedereen wonen. De ruimte moet worden gedeeld. Alles wat de komende jaren in Amsterdam gebouwd wordt, gaat daarom kleiner worden. Alleen mensen die een half miljoen op de plank hebben liggen, kunnen groter wonen. Anders moet je naar Purmerend of Almere.’ Samen met Pakhuis de Zwijger gaat De Key de komende tijd op zoek naar het ideale stadsappartement. Het uitgangspunt is dat het voor iedereen betaalbaar moet zijn, of je nu jurist of automonteur bent. Iedereen die mee wil doen aan deze zoektocht wordt dan ook opgeroepen mee te praten en ideeën vooral te delen. ‘Corporaties zijn gewend geld te steken in projecten die zij zelf hebben bedacht’, zegt Bobbe. ’Je kunt het ook omdraaien. Waarom investeren we niet in de initiatieven die uit de doelgroep zelf komen?’ ŤŤ

dekey.nl dezwijger.nl/stadsappartement

66


MICROWONEN IN DE STAD

Gary Chang / XS Deluxe

THE 32M² APARTMENT Architect Gary Chang woont al vanaf zijn 14e in een appartement van 32m² in Hong Kong. Dertig jaar later woont hij er nog, maar heeft hij intussen wel een slimme manier bedacht om de ruimte optimaal te benutten. Door verschuifbare muren in het appartement te plaatsen, die door rails aan het plafond glijden, kan Chang 24 verschillende ruimtes in zijn appartement samenstellen. Zo schuift hij ‘s avonds een muur voor zijn keuken en verandert de ruimte in zijn slaapkamer. Op deze manier gebruikt hij de meters steeds voor iets anders en verandert de indeling van zijn appartement dagelijks - een praktische manier van het benutten van je woonruimte. Chang heeft het verhaal achter zijn appartement vastgelegd in een beeldboek en op YouTube vind je een indrukwekkend filmpje van de transformatie.

© EDGE

edgedesign.com

XS DELUXE Hét ideale microappartement bestaat volgens de Amsterdamse projectontwikkelaar Synchroon niet. Daarom ontwikkelden zij verschillende mogelijkheden om ruimte optimaal te benutten. De XS Deluxe appartementen reiken van 24 tot 48m² en bestaan in verschillende uitvoeringen. Voorbeeld is het wonder wall-appartement, alle secundaire functies zoals keuken, badkamer, toilet en berging worden ondergebracht in één lange kastenwand, deze schuif je uit zodra deze in gebruik wilt nemen. Op deze manier houd je een ruime woonkamer over. Een ander voorbeeld is de double room-appartement. Hierbij wordt de kamer gescheiden door een meubelelement in het midden. In dit meubel worden badkamer, keuken en bed herbergt. Aan de ene kant van dit meubel creëer je zo een slaapgedeelte en aan de andere kant een eetkeuken. Door ruimte-indeling is het mogelijk om klein én luxe te wonen.

xsdeluxe.nl

67


BRIDGING IJ EEN ZOEKTOCHT VOL BRUGGENBOUWERS EN TUNNELVISIES

68


SPRONG OVER HET IJ

Nieuwe oeververbindingen

Amsterdam-Noord is hip, trending en volop in ontwikkeling - in toenemende mate bevolkt door kunstenaars, zelfbouwers, ondernemers, toeristen en yuppen. Om het stadsdeel dichter bij de binnenstad te brengen - en vice versa - neemt de roep om nieuwe verbindingen over het IJwater alsmaar toe. Op de korte termijn kunnen uiteraard meer pontjes ingezet worden. Om een structurele oplossing

voor de lange termijn te bieden moet echter verder gedacht worden. Neem bijvoorbeeld dit ontwerp van XOOMlab en Witteveen+Bos, dat de grootste ophaalbrug ter wereld moet worden. De gemeente Amsterdam verzamelt met haar project Sprong over het IJ de meest uiteenlopende ideeën om ‘over het IJ te gaan’: van bruggen tot tunnels en van kabelbanen tot, ja echt, een carrousel. >>

© XOOMlab & Witteveen+Bos

69


SPRONG OVER HET IJ

De Poort

>> Al sinds de vroege 19e eeuw zoekt de stad naar manieren

om haar binnenstad te verbinden met Noord - dat destijds vooral bekendheid genoot als galgenveld. De meest epische bruggen werden ontworpen, die overigens nog het meest weg hadden van de Tower Bridge in Londen. Het kwam er nooit van. Twee eeuwen later: Noord bloeit inmiddels op als epicentrum van toffe bottom-up initiatieven en de roep om een nieuwe IJ-verbinding lijkt harder dan ooit. Wanneer gekeken wordt naar de ambitie van de gemeente komen er grofweg drie kernpunten bovendrijven, die ook als een rode draad door de inzendingen tot nu toe - het zijn er inmiddels 71 - lopen.

1. Het IJ als verblijfsgebied

Bij de zoektocht naar de ultieme verbinding richt de gemeente haar pijlen expliciet op het gebruik van de IJ-oevers in hun volle breedte. Bruggen en tunnels die het Westelijk- en Oostelijk Havengebied met respectievelijk Buiksloterham en IJplein verbinden worden als noodzakelijk gezien, te meer omdat deze (nieuwbouw) gebieden door blijven groeien en steeds meer in trek raken. Belangrijker nog: het IJwater is niet langer een obstakel, maar veel eerder een ‘kans’. Dat klinkt in eerste instantie als een ietwat fout bedrijfskundig credo, maar is in dit geval zeker van toepassing: het IJ wordt benaderd als uniek stuk natuur en bovenal als sterk beeldmerk van de stad. Zonde om daar enkel ‘overheen te gaan’, >>

DE POORT De vermaarde architect Pi de Bruin combineert het idee van een brug en een tunnel. De brugdekken zullen naast een infrastructurele functie voor voetgangers en fietsers ook een duidelijke verblijfsfunctie krijgen. Na de brugdelen volgt een zo kort mogelijke ‘dip’ onder de vaargeul door. Om de hoogte te overbruggen, zullen naar Rotterdams voorbeeld roltrappen worden geplaatst. Om het daarnaast toegankelijk te houden voor de Amsterdamse bakfiets, wordt er ook gebruik gemaakt van hefplateaus. De pylonen van De Poort zullen samen een iconische entree vormen om de immense cruiseschepen te verwelkomen.

www.cie.nl

70

© Pi de Bruin, de Architekten Cie


SPRONG OVER HET IJ

Ei aan het IJ

EI AAN HET IJ

© FOT0:FaceMePLS, 3D: Floris Visualisaties

Dit initiatief kan je onmogelijk zijn ontgaan wanneer je de recente ontwikkelingen rondom het IJ een beetje hebt gevolgd. Het lijkt bovendien een grote kanshebber om op korte termijn gerealiseerd te worden, gezien de relatief lage kosten en geringe ruimte die de kabelbaan in neemt. Volgens initiatiefnemer Bas Dekker moet het mogelijk zijn om iedere 30 seconden een gondel te laten vertrekken - waarbij de fiets gewoon meegenomen kan worden! De kabelbaan zal op zo’n 100 honderd meter hoogte het IJ oversteken, waardoor ook de cruiseschepen er gemakkelijk onderdoor kunnen.

www.eiij.nl

>> zonder het ten volste te gebruiken, zo denken stedelijke ontwikkelaars. Want kan het IJwater niet de ultieme recreatie- en verblijfsplek voor Amsterdammers en toeristen zijn?

Landschapsarchitect Pauline Wieringa denkt in ieder geval van wel en ontwierp het IJpark: een drijvend park van verschillende groene eilandjes, die flexibel ingezet kunnen worden als aanlegstijger voor pontjes en als recreatieplek voor dag jesmensen - ook voor de ‘gewone’ Amsterdammer uiteraard. ‘Stel daarbij het IJ open voor creatievelingen en locals, die met de meest uiteenlopende bootjes kriskras over het IJwater kunnen gaan als watertaxi of drijvende

markt’, zo meent bottom-up promoter Eva de Klerk, die onder andere verantwoordelijk is voor de (her)ontwikkeling van de NDSM-werf en daar internationale belangstelling mee wekte.

2. Een landmark voor de stad

De aanleg van een nieuwe verbinding over het IJ betekent ook een unieke kans om een sterke landmark aan de stad toe te voegen. Een ‘plankje over een sloot leggen’, zoals Eva treffend verwoordt, is onvoldoende. Het IJ is een zee-arm. ‘Ik zie een epische, monumentale brug voor me, die ergens midden in Noord begint en in de binnenstad eindigt - en waar hele woonblokken onder gebouwd kunnen worden.’ >>

71


IJcarrousel

©Bart Weggeman

SPRONG OVER HET IJ

>> Een monumentaal bouwwerk kan uitgroeien tot (nieuwe)

identiteitsdrager en toeristen aantrekken van over de hele wereld. Dat roept natuurlijk meteen de vraag op in hoeverre méér toerisme wenselijk is in Amsterdam. De vrees voor ‘Venetiaanse taferelen’, disneyfication van de binnenstad en logistieke trechtervorming achter het Centraal Station neemt toe en het in goede, gestructureerde banen leiden van grote toerismestromen lijkt meer dan ooit op de agenda van de stad te staan. Daar kan een dergelijke landmark goed op inspelen door, zoals eerder beschreven, de uiterste IJ-oevers te zoeken en toerisme te concentreren rondom de Westelijke- en Oostelijke Havengebieden en wijken in ontwikkeling zoals Buiksloterham, Overhoeks en de NDSM-werf. Daarmee wordt dan wel weer afgedaan aan de lang gekoesterde wens voor een door te trekken Rode Loper, van de Tolhuistuin tot de Dam of zelfs de Ferdinand Bolstraat.

3. Technisch detail: passerende cruiseschepen

Op verschillende tekeningen van de inzendingen die de gemeente tot nu toe kreeg, zien we telkens weer een enorm cruiseschip afgebeeld. Reden daarvoor? Zo lang de Passengers Terminal ten oosten van het Centraal Station ligt, zullen de immense schepen over een groot deel van het IJ moeten varen om hun passagiers af te leveren, waarna ze voorbij de Kop van Java kunnen keren en terugvaren, de Noordzee op. Een potentiële brug zal daar rekening mee moeten houden; openklappen of op behoorlijke hoogte boven het wateroppervlak uitstijgen bijvoorbeeld. Verplaats die Terminal naar het Westelijk Havengebied - of liever nog: Sloterdijk, is de veelgehoorde oplossing. Daarbij moet echter rekening worden gehouden met de voordelen die de cruiseschepen het centrum van Amsterdam oplevert: vanuit de Piet Heinkade zijn de cruisepassagiers via een indrukwekkende route langs het IJ binnen no-time in de binnenstad, waar vervolgens het grote-geld-spenderen kan beginnen. Vanuit economisch perspectief een niet te onderschatten bijkomstigheid, zo blijkt. Maar is het maatschappelijke probleem, verbinding zoeken met Noord, in dit geval niet veel groter? >>


SPRONG OVER HET IJ

COLUMN

IJCARROUSEL Een oplossing die verder gaat dan de gebruikelijke drie vormen van brug, tunnel of kabelbaan is dit initiatief van Bart Weggeman. Middels een ingenieuze constructie draaien verschillende plateaus rond in het IJ, volgens het principe van een draaideur. Wanneer je de overstap wilt wagen, stap je op een passerend plateau - deze brengt je vervolgens in no-time naar de overkant. Ondertussen kunnen langsvarende schepen continu ‘gedoseerd’ passeren.

>> En nu?

‘De energie die we met dit project uit de stad gekregen hebben zorgt ervoor dat we als gemeente een verplichting hebben om het goed te doen’, zo vertelt Maurits de Hoog, projecttrekker namens de gemeente Amsterdam. ‘Experts gaan daarom op zoek naar de ultieme combinatie: ze leggen inzendingen naast elkaar en kijken naar verbindingen die elkaar aanvullen en, nog beter, versterken.’ Uiteindelijke doel? Het IJ daadwerkelijk doen ‘leven’ en Noord volwaardig integreren in de stad. ŤŤ

amsterdam.nl/sprongoverhetij evadeklerk.com amsterdam.nl/rodeloper ptamsterdam.nl

IJ-BELEVING Om de Noordelijke en Zuidelijke IJ-oevers met elkaar te verbinden, moeten drie cruciale vragen beantwoord worden. Wat wil men hiermee bereiken? Wat is goed gegaan bij de Zuidelijke IJ-oevers en wat niet? En wat kunnen we hiervan leren voor de verdere ontwikkeling van de Noordelijke IJ-oevers? Deze column is te kort om die vragen te beantwoorden, maar één les is volgens mij van essentieel belang: de Zuidelijke IJ-oevers leven nauwelijks. Ze hebben weinig ziel en en dat komt vooral door de doodse plinten en de monofunctionaliteit: voornamelijk woningen en deels kantoren. Dat wat de binnenstad zo bijzonder maakt, namelijk mixed use, is men hier vergeten toe te passen, met alle gevolgen van dien. Los van wat men met de verbinding wil bereiken, zijn volgens mij de volgende uitgangspunten van belang. De verbinding móet bovengronds plaatsvinden. Niet in een tunnel of de metro, want juist het beleven van de overtocht over het IJ en het weidse water maakt de verbinding bijzonder. De ponten voldoen infrastructureel al lang niet meer, maar de overtocht - a slow moment - voegt zeker iets toe. Net zoals Star Ferry, die Hong Kong Island en Kowloon met elkaar verbindt. Er hoeft geen sprake te zijn van één oplossing. Bij voorkeur wordt het een optelsom van meerdere oplossingen, waardoor er een mate van spreiding kan plaatsvinden, zoals in Hong Kong waar de twee oevers naast de ferry, ook met weg- en spoortunnels zijn verbonden. Mijns inziens is er verder geen behoefte aan nog een landmark, een icoon, in Amsterdam. Die jacht kunnen we rustig overlaten aan andere steden die proberen hun stad ‘op te leuken’. Het moet vooral functioneel zijn en van een schaal die bij de stad past. De infrastructuur zelf hoeft geen wauw-effect teweeg te brengen. De stad én zijn omgeving, die zijn al bijzonder genoeg.

Stephen Hodes

toerisme- & marketingexpert en mede-oprichter LAgroup Luc Janssens stagiair Communicatie Pakhuis de Zwijger

Coen Hermans stagiair Gebiedsontwikkeling Pakhuis de Zwijger

lagroup.nl

73



DE CIRCULAIRE STAD

Zon op de Zwijger

ZON OP DE ZWIJGER TIJD VOOR ZONNEPANELEN! Pakhuis de Zwijger bruist van de energie. Menselijke energie welteverstaan. Maar een pand dat zo intensief gebruikt wordt als het Pakhuis verbruikt ook een hoop energie: stroom uit het stopcontact. Nu de zon weer volop aan het schijnen is, wordt het tijd om over te stappen op zonne-energie!

© JansZon

Tijdens de Week van de Energie, die afgelopen najaar plaatsvond, werd duidelijk dat een energiekoerswijziging nodig is als we een duurzame toekomst willen. En juist hier, waar innovatieve, inspirerende en duurzame initiatieven bijna dagelijks het podium krijgen, kunnen we niet achterblijven in het verduurzamen van ons pand. Door het eigen pand eens goed onder de loep te nemen, werd al snel duidelijk hoeveel winst we kunnen boeken met grotere en kleinere veranderingen. Met zes zalen, talloze podiumlampen, vijftien zware beamers, een café, een grote serverruimte en vijf verdiepingen kantoren vol computers is het energieverbruik enorm. Onder het motto practice what you preach: hoog tijd voor verandering!

Stichting De Groene Grachten startte daarom in samenwerking met Stadsherstel, de gemeente Amsterdam en Pakhuis de Zwijger het initiatief Zon op de Zwijger: een prijsvraag voor het beste idee om zonnetechnologie mogelijk te maken op het monumentale dak van het pakhuis. Het schuine dak gericht op het zuiden is namelijk de ideale uitgangspositie om energie op te wekken, maar de oplossingen moeten wel voldoen aan de kaders van het welstands- en monumentenbeleid. Volgens de huidige

Fenna Hoefsloot stagiair Circulaire Stad Pakhuis de Zwijger

regels mag maximaal 30% van het dak bedekt worden en mogen de zonnepanelen niet zichbaar zijn vanaf straatniveau. Suze Gehem en Jelle Rademaker, oprichters van De Groene Grachten pleiten voor een andere benadering: ‘We moeten niet langer vastbijten in bepaalde regels, maar uitgaan van wat past bij het gebouw. Het resultaat van Zon op de Zwijger bewijst dat zonnepanelen juist ook mooi kunnen zijn!’ Paul Morel, projectleider bij Stadsherstel, stelt dat voornamelijk zonnepanelen op monumentale woonhuizen esthetisch gezien niet aan de eisen voldoen. Daarom moeten we op zoek naar de mogelijkheden bij industriële gebouwen om zonne-energie op te wekken. ‘Het Pakhuis is altijd al innovatief geweest. Zowel toen het gebouw in 1934 werd opgeleverd, als na de renovatie in 2006 was het razend modern. Daar passen zonnepanelen hartstikke goed bij.’ Meer dan dertig inzendingen en twee bijeenkomsten later, werd begin december tijdens een zinderende finale de winnaar bekend. De keuze van de jury ging uit naar de panelen van JansZon vanwege hun innovatieve en tegelijkertijd haalbare ontwerp. Het resultaat: deze zomer worden er 220 dunne film zonnepanelen op het dak gemonteerd. De zonnefolie moet in totaal 35.000 kWh per jaar opleveren. De zwarte panelen worden zo gemonteerd dat er geen klemmen zichtbaar zijn. Zo ontstaat er een strak, homogeen vlak. De volgende stap is het vervangen van alle verlichting door LED, dat tien keer zo zuinig is als de huidige lampen. Een fikse investering, maar zelfs zonder de panelen is dat binnen drie jaar terugverdiend bleek uit de duurzaamheidsscan. Zon op de Zwijger wil niet alleen realiseren dat Pakhuis de Zwijger zélf zijn eigen energie op kan wekken, maar wil ook laten zien dat door schoonheid voorop te stellen, zonnepanelen wél kunnen passen op een rijksmonument. Hopelijk inspireert dit anderen om zelf ook dergelijke stappen te ondernemen. Op naar een duurzame toekomst!

degroenegrachten.nl stadsherstel.nl amsterdam.nl/energie janszon.nu

75


OFF THE GRID

© Amsterdam Marketing

ENERGIECENTRALE OP WIELEN Het aantal elektrische auto’s groeit snel. Dat biedt nieuwe mogelijkheden voor lokale, slimme energienetwerken. Je kunt de accu overdag voltanken met stroom uit zonnepanelen en later weer terugleveren aan huizen en bedrijven. Aan de eerste experimenten met zulke smart grids wordt hard gewerkt, maar er zijn nog wel flinke hobbels te nemen. Utrecht was Amsterdam net iets te snel af. Sinds begin maart staat in de wijk Lombok een speciale laadpaal waarmee een elektrische auto niet alleen kan opladen, maar ook stroom kan terugleveren. Volgens de gemeente Utrecht gaat het om het eerste V2G-opslagsysteem (Vehicle2Grid) in Europa. In Amsterdam Nieuw-West gaat dit jaar een soortgelijk experiment van start. Nederland is wereldwijd een van de koplopers op het gebied van elektrisch vervoer. Steeds meer leaserijders,

76

particulieren, bedrijven en taxi-ondernemingen gebruiken stille en schone elektrische auto’s. Zo suizen er door Amsterdam al tientallen Tesla’s van taxibedrijven die Schipholvervoer verzorgen. Het aantal laadpalen groeit snel.

DE E-AUTO ALS STROOMLEVERANCIER Een interessante nieuwe mogelijkheid is dat je zo’n e-auto voltankt met stroom uit het sterk groeiende aantal zonnepanelen op huizen, scholen en bedrijfspanden. Veel groener kun je het niet krijgen. De volgende stap is om de elektrische auto volwaardig onderdeel te maken van de lokale energievoorziening. De accu’s kunnen namelijk heel praktisch worden gebruikt om overdag plaatselijk opgewekte zonnestroom op te slaan. >>


OFF THE GRID

Proeftuin Lombok

PROEFTUIN LOMBOK De Utrechtse wijk Lombok is proeftuin voor slim laden. Initiatiefnemer Robin Berg van LomboXnet ontwikkelde een laadpaal op basis van zonne-energie, die de accu van de e-auto ook weer leeg kan halen. Dit jaar moeten er twintig laadpalen komen, over enkele jaren honderd. Utrecht is daarmee pionier. Robin wist grote bedrijven als General Electric en Nissan te interesseren om mee te doen: ze gebruiken Lombok om ervaring op te doen. In Lombok staan twee elektrische deelauto’s voor buurtbewoners. Rigide regels staan echter in Nederland een commercieel succesvolle ontwikkeling in de weg, aldus Robin. Het risico is volgens hem groot dat het buitenland er straks met de investeringen en opbrengsten vandoor gaat. Hij vreest dat ons land zo op den duur voor miljarden aan potentiële business gaat

mislopen. Als in Nederland niet snel flexibele stroomtarieven worden toegestaan, dan blijft het volgens hem alleen bij experimenten. ‘Als ik ’s nachts stroom teruglever aan het net, ontvang ik niet meer geld voor de energie dan overdag wanneer de zon schijnt.’ Over het laadpaalsysteem is hij verder wel optimistisch. ‘De technologie was vrij duur, maar ik zie nu al eenzelfde soort systeem voor eenderde van de prijs. En er komen meer elektrische auto’s, met batterijen die een steeds grotere capaciteit krijgen. Maar we gaan hiermee op deze manier dus geen geld verdienen, dat zal gebeuren in landen als Duitsland, China en de VS. We missen een grote kans.’

lomboxnet.nl

© LomboXnet

77


OFF THE GRID

Proeftuin Nieuw-West

PROEFTUIN NIEUW-WEST In Amsterdam Nieuw-West wordt ook gewerkt aan een V2G-experiment, waarbij bewoners de accu van hun elektrische auto gebruiken om eigen opgewekte energie uit bijvoorbeeld zonnepanelen op te slaan. Het moet uiteindelijk leiden tot een slim stroomnetwerk voor de buurt. Het project is een samenwerking van Cofely, Alliander, ABB, Mitsubishi, Amsterdam Smart City, Hogeschool van Amsterdam en stadsdeel Nieuw-West. Met een budget van 1,6 miljoen euro - onder meer uit subsidies - moet het experiment een bijdrage leveren aan het wegnemen van technische, economische en sociale obstakels,

78

met als doel te komen tot een grootschalige inzet van e-auto’s en zonnepanelen. Daarmee komt het zelfvoorzienend worden van energie in huishoudens een stap dichterbij komt. De eerste pilot Vehicle2Home (V2H) vindt in Lochem plaats, gevolgd door een uitgebreidere test in Nieuw-West met Vehicle2Building (V2B). E-auto’s van verschillende gebruikers worden aan een bedrijfspand gekoppeld. In 2016 gaat dit leiden tot een V2G in een hele straat of buurt in Nieuw-West.

amsterdamsmartcity.nl


OFF THE GRID

>> Zodra de behoefte aan energie in de buurt stijgt

- bijvoorbeeld aan het begin van de avond - kan er elektriciteit worden teruggeleverd. De e-auto is dan geen stroomslurper, maar stroomleverancier. Het klinkt allemaal logisch en simpel: overdag sla je dus het overschot aan (lokaal) opgewekte zonnestroom op, want de vraag naar elektriciteit is dan meestal laag. En ’s avonds, als Nederland massaal thuiskomt, licht en verwarming aandoet en gaat koken, kun je vanuit diezelfde accu stroom terugleveren. Door elektrische auto’s op een slimme manier te integreren in een lokaal energienetwerk, kun je zonder extra stroom op te wekken beter voorzien in de vraagpieken. Dat spaart het milieu, want er hoeven minder fossiele brandstoffen te worden verstookt om stroom op te wekken. Dat kan ook geld besparen.

Nieuwe regelgeving

die je dan later kunt loskoppelen van het grote netwerk. De technologie is het probleem niet. Die wordt verder ontwikkeld en de accu’s worden steeds goedkoper.’

INTERNATIONALE STANDAARDEN VOOR LOKALE ENERGIENETWERKEN

Het lijkt een soort Ei van Columbus. Maar er moeten nog heel wat hindernissen worden genomen. Stel dat het aantal e-auto’s sterk verder groeit en eigenaren ’s avonds na het werk massaal hun accu’s gaan opladen, dan zou het publieke elektriciteitsnet overbelast kunnen raken. Zonnepanelen op het dak kunnen niet in die grote vraag voorzien en in het donker natuurlijk al helemaal niet.

Volgens Agterberg moeten gemeenten openstaan voor goede ideeën van bewoners en bedrijven om te komen tot een slimmere en meer duurzame energievoorziening. Maar er zitten nog wel de nodige problemen in de regelgeving, aldus Agterberg. ‘Er is een nieuwe open standaard nodig voor lokale energienetwerken. Daarvoor moeten nieuwe concepten worden ontwikkeld.’ Voor het laden en ontladen van e-auto’s is volgens Agterberg een wereldwijde standaard van groot belang. ‘Als elke stad het anders doet, zal het niet gaan werken. We hebben die internationale standaarden écht nodig.’

‘Op zich is het geen probleem om een miljoen elektrische auto’s tegelijk te laten opladen op ons netwerk’, aldus Pallas Agterberg, directeur strategie van netwerkbedrijf Alliander, ’behalve tussen zes en acht uur ’s avonds, als de vraag naar stroom al heel groot is. We zouden ons netwerk daarvoor moeten verdubbelen, en dat is zeer kostbaar.’ Om te voorkomen dat iedereen ’s avonds de elektrische auto thuis inplugt, zou de stroomprijs moeten variëren. Als stroom op zo’n piekmoment (veel) duurder is, dan zullen veel automobilisten kiezen om op een goedkoper tijdstip te laden. Zo’n hoger tarief vormt ook een prikkel aan bezitters van een e-auto om tijdens uren met een piekvraag juist stroom terug te leveren.

Agterberg verwacht dat het al over een jaar of acht voor consumenten en bedrijven goedkoper zal zijn om over te stappen naar een lokaal energienetwerk, dan stroom af te nemen van het reguliere net waarbij zestig procent van de prijs voor consumenten al bestaat uit energiebelastingen. Daarin schuilt wel een gevaar, voorspelt ze. Als bewoners en bedrijven met slimme technologie, zonnepanelen en Tesla’s hun eigen energienetwerken opzetten, dan moeten de ’achterblijvers’ mogelijk alle kosten en belastingen van het openbare stroomnetwerk blijven dragen. ‘Dan krijg je dus de vraag of arme mensen moeten gaan betalen voor allerlei leuke energiesystemen van de rijken.’

Er is alleen één probleem: die flexibele stroomtarieven zijn niet toegestaan. Dit cruciale prijsinstrument om vraag en aanbod te sturen, ontbreekt dus. Het is de hoogste tijd dat politiek Den Haag dynamische energieprijzen mogelijk maakt, vindt Agterberg. ‘Iedereen heeft het erover dat dit moet gebeuren.’ Je zou verwachten dat Alliander vooral problemen ziet door allerlei lokale energieinitiatieven. Maar Agterberg juicht toe dat er naast het reguliere elektriciteitsnet plaatselijk nieuwe netwerken worden gecreëerd op basis van lokaal geproduceerde duurzame energie. ‘Je bouwt als het ware een extra laag,

Bij de overheid bestaat veel angst dat de inkomsten uit energiebelasting teruglopen, zodra er meer lokale stroomnetwerken komen. Dat zegt ondernemer Robin Berg van LomboXnet, het proefproject in Utrecht waarbij elektrische auto’s stroom kunnen terugleveren. De Belastingdienst heeft zich al bij Berg gemeld, tot zijn verbijstering. ‘Wij zijn bezig met het vormgeven van de toekomst, en de overheid denkt alleen maar: hé, kunnen we daar belasting op heffen? De volgende stap is dat de overheid belasting gaat opleggen aan mensen die zelf hun energie opwekken’, vreest Berg. >>

79


OFF THE GRID

V2G op het water

ENERGIE OP HET WATER Utrecht mag dan de primeur hebben met de elektrische auto, maar de allereerste operationele V2G werd in maart 2014 gerealiseerd door Hugo Niesing, oprichter van Resourcefully. Naast zijn eigen woonboot aan de Borneokade, ligt een tweede boot die Hugo volledig elektrisch heeft gemaakt met een grote opslagcapaciteit. In de avond gebruikt het huishouden zonne-energie, die overdag opgewekt wordt met eigen zonnepanelen en opgeslagen is in de accu van de elektrische boot. Ook kan energie aan het net worden teruggeleverd. Het gezin van Hugo kan op deze manier 100% van de eigen energiebehoefte opwekken. Door de lokale opslag kunnen zij dubbel zoveel eigen opgewekte energie gebruiken in plaats van dat deze terugstroomt naar het net. Met een volle batterij kan hij nu twee dagen vooruit en dat kan zelfs nog verbeteren. Energieautonomie voor iedereen komt daarmee een stap dichterbij!

amsterdamvehicle2grid.nl

>> Het energienetwerk van de toekomst moet vooral gestalte krijgen door slimme ICT. Bart Roossien van het bedrijf EnergyGo voorziet dat slimme programma’s gaan bepalen welke auto waar en wanneer wordt opgeladen of juist stroom teruglevert. Die programma’s kunnen volgens hem dan ook bepalen wanneer het handig is om als particulier of bedrijf windstroom van het net bij te kopen, bijvoorbeeld als het hard waait en de prijzen laag zijn.

Richard Mooyman freelance journalist

richardmooyman.nl

80

Agterberg vraagt zich ondertussen wel af hoe lang e-auto’s de rol van stroombuffer gaan vervullen. Als de prijzen van accu’s verder dalen, dan zal het immers aantrekkelijk worden om elektriciteit op te slaan in losse accu’s. Tesla kondigde onlangs al aan ook losse batterijen te gaan produceren om lokaal energie op te slaan. Bosch, BMW en Vattenfall werken samen aan het project Second-Life Batteries waarbij afgeschreven elektrische auto accu’s een tweede leven krijgen als opslagcapaciteit. Dat is alleen maar goed nieuws voor al die mensen die niet zo’n glimmende e-auto voor de deur hebben staan. ŤŤ

alliander.com energygo.nl teslamotors.com


© [2015] Intuitive Surgical, Inc.

ZO R G K AT E R N

TECHNOLOGIE EN ROBOTISERING INNOVATIE IN DE ZORG INTERVIEW ERIC VAN DER BURG ZORG OP Z’N KANT SOCIAAL ONDERNEMEN IN DE ZORG WERK ALS MEDICIJN ZORG IN NIEUW NEDERLAND


Eric van der Burg

Š Horusfotografie

INTERVIEW

DECENTRALISATIE IN DE ZORG INTERVIEW WETHOUDER ERIC VAN DER BURG 'If you can't stand the heat, stay out of the kitchen', zegt Eric van der Burg. Vier maanden na de invoering van de decentralisatie in de zorg is de maatschappelijke onrust over de transitie nog niet afgenomen. Sterker: dagelijks klinken kritische geluiden in de media over de wantoestanden die zijn ontstaan sinds de start van het nieuwe systeem. 'Het is een spannende tijd, maar daarom ben ik juist wethouder geworden. Ik wil onderdeel zijn van dit proces, kijken hoe we het in goede banen kunnen leiden. We hebben als gemeente een belangrijke opdracht gekregen: meer taken, minder budget. Voor mij is dat een grote uitdaging.' >>

82


INTERVIEW

Decentralisatie

>> Met een sporttas komt Eric van der Burg op deze zonnige

woensdagochtend zijn werkkamer op de vijfde verdieping van de Stopera binnenlopen. 'Vanavond ga ik hardlopen', zegt hij, terwijl hij gebaart naar een loopband die in de hoek staat opgesteld, naast een roeitoestel. 'Ondertussen kijk ik televisie. Zo kan ik de boel mooi combineren.' Aan de muur van de vergaderruimte hangt een enorm portret van een roeier op de Amstel, met op de achtergrond de Magere Brug - precies het uitzicht dat Van der Burg heeft als hij uit zijn raam kijkt. Voor de Amsterdamse wethouder van onder andere Zorg, Welzijn en Sport is het een interessante dag. Terwijl het interview voor Nieuw Amsterdam plaatsvindt, maakt staatssecretaris Martin van Rijn (Volksgezondheid) zich in Den Haag op voor een debat in de Tweede Kamer waarin hij zich moet verantwoorden over de problemen rondom het persoonsgebonden budget (pgb). 'Best spannend, want dit is al het vijfde debat over de pgb dit jaar', zegt Van der Burg. De positie van staatssecretaris Van Rijn staat daarmee onder druk. De chaos rondom het persoonsgebonden budget is ook Van der Burg een doorn in het oog. 'Er zijn grote problemen rondom de uitbetaling door de Sociale Verzekeringsbank. Wij hebben uitgezocht hoe dat zit in Amsterdam. Wat blijkt: de helft van de zorgverleners is nog niet betaald. We hebben een steekproef gehouden onder de ruim 2.200 cliĂŤnten in onze stad en kwamen erachter dat velen niet weten wat ze moeten doen om hun kosten te declareren. Die informatieachterstand willen wij zo snel mogelijk proberen op te lossen, al zijn we er officieel niet voor verantwoordelijk. Mensen moeten natuurlijk wel netjes betaald krijgen.'

Jorie Horsthuis politicoloog en freelance journalist

Ondanks de problemen met het persoonsgebonden budget is Van der Burg zeer tevreden over de eerste paar maanden sinds de decentralisatie van de zorg. 'Natuurlijk zijn er opstartperikelen, maar wij hebben nog geen grote incidenten gehad', zegt hij. Volgens hem komt dat mede doordat de gemeente Amsterdam al in een vroeg stadium heeft geanticipeerd op de ingrijpende hervormingen. 'Onder kabinet-Rutte I zijn wij al begonnen met bezuinigen, omdat wij voorvoelden dat er grote veranderingen zaten aan te komen. Van de 24 miljoen euro die wij uiteindelijk van Rutte II moeten korten op de hulp in de huishouding, hadden wij er op 1 januari van dit jaar al 18 miljoen doorgevoerd. Dat gaf ons een enorme voorsprong ten opzichte van andere gemeenten. Grote onrust is daardoor in Amsterdam uitgebleven.'

MEER TAKEN MET MINDER BUDGET Eind april bezetten boze thuiszorgmedewerkers het stadhuis van het Achterhoekse Borculo, uit onvrede over de ingrijpende bezuinigingen. Van der Burg verwacht niet dat het in Amsterdam zover zal komen. 'Bij ons zijn er de afgelopen jaren ook gedwongen ontslagen gevallen, en daar is zeker tegen geprotesteerd, maar massa-ontslagen zoals elders in het land komen bij ons door die langere aanloop niet voor.' Wel begrijpt hij de veelgehoorde kritiek op de ondoorzichtigheid van het nieuwe systeem - terwijl het door de decentralisatie juist efficiĂŤnter en minder bureaucratisch zou worden. Volgens Arre Zuurmond, gemeentelijke ombudsman, komen burgers 'soms op gekmakende rotondes zonder afslagen'. Dat ze dan boos of emotioneel worden is volgens hem 'begrijpelijk'. Van der Burg knikt. 'Zaken als die pgb-betaling zijn voor sommige mensen ongelooflijk ingewikkeld. Maar het is denk ik ook een kwestie van routine opbouwen. Na drie keer een formulier invullen weet je hoe het werkt. Al snap ik dat het in dit beginstadium uitermate irritant is.' >>

83


INTERVIEW

Ontzorgen

WE MOETEN VAN ZORGEN NAAR ONTZORGEN

>> Wat duidelijk is, is dat de overheid van de burgers verlangt dat zij meer eigen verantwoordelijkheid nemen voor zichzelf en hun naasten. 'Dat is een van de spannendste opgaven van dit jaar: dat mensen gaan bedenken wat zij zélf kunnen doen om hun situatie te verbeteren, wat hun familie kan doen, of iemand uit hun omgeving. Zorgverleners moeten hen stimuleren bij dat proces, maar dat gaat niet altijd automatisch. De aard van veel zorgverleners is: er gaat iets niet goed met jou, ik ga jou helpen. Terwijl ze juist moeten proberen om iemand te ontzorgen. Ik zie daar jammer genoeg nog niet echt een verschuiving in.' >>

WAT IS ER VERANDERD? Sinds 1 januari 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor jeugdzorg, werk en inkomen en zorg aan langdurig zieken en ouderen. Sommige taken hadden zij al, andere hebben zij overgenomen van de rijksoverheid. Deze decentralisatie is een van de grootste bestuurlijke reorganisaties ooit in Nederland. Het doel van de transitie is tweeledig: aan de ene kant moet er flink bezuinigd worden, aan de andere kant is het een poging het beleid effectiever en minder bureaucratisch te maken. Vanuit de gemeente moet één persoon ondersteuning en begeleiding bieden aan mensen die dat nodig hebben – kortere lijnen, minder regels. De gemeenten hebben in de nieuwe situatie meer taken gekregen, maar door de bezuinigingen is er minder ruimte voor professionele zorg en ondersteuning. Mensen zullen meer zelf moeten doen en hun omgeving moeten inschakelen om hen daarbij te helpen. In Amsterdam zijn wijkzorgteams opgericht in 22 gebieden, van ieder ongeveer veertigduizend inwoners. In deze teams werken huisartsen, wijkverpleegkundigen, verzorgenden, woonbegeleiders en maatschappelijk werkers samen om de mensen zo goed mogelijk te kunnen ondersteunen. Vorig jaar is deze methode al in vijf pilotgebieden gestart. De ervaringen zijn volgens de

84

gemeente positief, al klagen huisartsen soms dat zij door de bomen het bos niet meer zien: er zijn zoveel zorgaanbieders, dat ze niet weten naar wie ze moeten doorverwijzen. In de komende maanden zal de gemeente proberen het aanbod in de stad inzichtelijker te maken. Bij de dagbesteding zijn inmiddels wachtlijsten ontstaan, omdat de vraag groter is dan het beschikbare budget. Op het stadhuis wordt nagedacht over mogelijke oplossingen, bijvoorbeeld door mensen geen hele dagen meer aan te bieden, maar dagdelen. Ook worden andere inkomstenbronnen overwogen: wellicht zouden sociale firma's de dagbesteding gedeeltelijk kunnen financieren. Ondertussen worden op het Amsterdamse stadshuis nieuwe bezuinigingsscenario's voorbereid. Op hulp bij het huishouden moet dit jaar nog zes miljoen euro bezuinigd worden, op dagbesteding tien miljoen en op ambulante begeleiding ook tien miljoen. Of het daarbij blijft, is nog onduidelijk. Staatssecretaris Van Rijn van Volksgezondheid heeft al aangekondigd dat hij de budgetten misschien nog verder wil korten.

amsterdam.nl/wijkzorg amsterdam.nl/dagbesteding


© Mart Schut

INTERVIEW

Odensehuis

Om bewoners uit de buurt te informeren over dementie, organiseerde het Odensehuis in samenwerking met de afdeling Inter-Architecture van de Gerrit Rietveld Academie vorig jaar het 'de-mens-zie' festival.

>> Wel ziet Van der Burg mooie voorbeelden in de stad van

mensen die de overheid niet direct meer inschakelen als ze hulp nodig hebben. 'Amsterdammers doen al heel veel zelf', zegt hij. 'In Zuid en Centrum zijn stadsdorpen opgericht waarin mensen uitzoeken hoe zij elkaar kunnen helpen. Buren zeggen daar tegen elkaar: "Hé, die mevrouw van nummer 44 loopt niet meer zo goed, laten wij omstebeurt boodschappen voor haar doen. En wacht, dan pakken we ook samen haar tuin even mee." En die mevrouw kan dan op haar beurt weer hun administratie doen, als zij daar niet goed in zijn. Op die manier helpen buren elkaar.' Dezelfde cultuuromslag ziet de wethouder in het Odensehuis in Zuid, voor mensen met dementie. 'Amsterdammers met een demente partner, ouder of broer hebben daar samen een dagbesteding georganiseerd. Ze zorgen dat ze altijd met drie of vier man aanwezig zijn – daar komt geen overheidsfunctionaris meer aan te pas. Veel goedkoper, en beter voor het onderlinge contact.'

DE SPANNENDSTE TIJD MOET NOG KOMEN Toch erkent Van der Burg dat het niet altijd zo vloeiend gaat. 'Er zijn gebieden waarin te veel mensen wonen met wie het niet goed gaat. Denk aan Nieuw-West, of de Molenwijk in Noord. Je ziet dat in die gebieden veel meer wijkverpleegkundigen moeten worden ingezet: er is veel werkloosheid, mensen hebben schulden, leven ongezond, en daardoor zie je dat de zorgbehoefte toeneemt. Juist met deze mensen moeten we aan de slag, we moeten ze weer in hun eigen kracht zetten. En als dat niet lukt, dan zijn wij er als gemeente natuurlijk om bij te springen. Want niet iedere Amsterdammer kan zelf zijn eigen problemen oplossen.' Volgens de wethouder gaat de spannendste tijd voor Amsterdam nog komen. 'Na de zomer komt de herindicatie: dan krijgen ouderen en langdurig zieken te horen of zij nog recht hebben op dezelfde hoeveelheid zorg als het afgelopen jaar. Nieuwe protesten zullen ontstaan, ik verwacht een onrustige herfst. Maar wij zijn er klaar voor.' ŤŤ

amsterdam.nl/vanawbznaarwmo odensehuis.nl

85


ZORG OP Z’N KANT HOE BOTTOM-UP EN TOP DOWN ELKAAR ONTMOETEN

86


ZORG OP Z'N KANT

Participatiesamenleving

Fatima helpt een man van tachtig met het opwarmen van eten. Gadija wandelt twee keer per week met een vrouw die slecht ter been is. Jamila gaat met een zieke vrouw mee naar de trombosedienst. Informele zorg in onze eigen Indische buurt. Mooi, maar in de veranderende samenleving ook noodzakelijk. Een blik op (informele) zorg in transitie. ‘We moeten met twaalf miljard euro doen, wat de landelijke overheid met zestien miljard euro deed.’ Met die uitspraak schetst Hetty Vlug, manager Onderwijs, Jeugd, Zorg en Diversiteit van de gemeente Amsterdam, de lastige situatie waar de gemeente zich voor geplaatst ziet. Met minder geld dezelfde en misschien wel meer zorgtaken uitvoeren. ‘Dat betekent dat we allemaal de handen uit de mouwen moeten steken’, aldus Vlug. En dat gebeurt dan ook. Niet per se omdat de gemeente dat wil, maar omdat in wijken en buurten mensen zorg nodig hebben, en andere mensen die zorg graag willen geven. De bijeenkomst ‘Samenleving, een zaak van ons allemaal’ in Pakhuis de Zwijger, op 18 februari jongstleden, liet dat mooi zien. De zaal was grotendeels gevuld met vertegenwoordigers van informele zorginitiatieven als Platform Gehandicapten Zuidoost, Lunetten Wil Wel, Stichting Buurvrouwennetwerk Gasperdam, BeterBuren en De Regenboog Groep. Daarnaast namen ook bestuurders uit diverse stadsdelen en de centrale stad, afgevaardigden van zorgaanbieders en -verzekeraars, belangengroepen, opleidingen en adviesraden deel aan de discussie.

© Bas Bogers

SAMENSPEL TUSSEN FORMELE EN >> INFORMELE ZORG

87


ZORG OP Z'N KANT

>> Een noodzakelijke discussie, want - zo bleek ook weer

tijdens de bijeenkomst - er zitten nog wat haken en ogen aan de ontwikkeling in de zorg. Waar komt bijvoorbeeld het geld vandaan voor de initiatieven? Hoe continueer je ze? Hoe zorg je dat de zorg, ook al wordt ze geleverd door vrijwilligers, op een verantwoorde en professionele manier plaatsvindt? En lopen goedbedoelende vrijwilligers de professionele zorgaanbieders niet voor de voeten? Hoe het kan, en goed werkt in de praktijk, is te zien in Amsterdam-Oost. Daar heeft de buurt het heft in eigen handen genomen: er zijn buurtverzorgsters aan het werk, die ervoor zorgen dat kwetsbare medebewoners langer zelfstandig thuis kunnen wonen. De verzorgsters (er wordt naarstig gezocht naar mannelijke collega’s) hebben om de nodige professionaliteit te waarborgen een opleiding genoten van een halfjaar, inclusief een praktijkstage bij een zorginstelling. Nu helpen ze hulpbehoevende ouderen en zieken met boodschappen, kleine huishoudelijke taken, koken, ziekenhuisbezoek en vooral menselijk contact. Een belangrijke taak van de verzorgsters is het signaleren van bijvoorbeeld financiële en gezondheidsproblemen, het doorverwijzen naar of inschakelen van andere instanties of hulpverleners. Het initiatief, dat wordt begeleid door SIPI (Stichting Interculturele Participatie en Integratie) maakt deel uit van het Wijkzorgnetwerk, waar professionele zorg- en welzijnsaanbieders in zitten. Korte lijntjes dus. Jamila Mouali, Gadija Wijngaard en Fatima Zaïd hebben alledrie de opleiding succesvol doorlopen en hebben nu elk hun vaste adressen. ‘Mensen helpen zit in mij’, legt Zaïd uit. ‘Dus het was voor mij logisch om dat te doen in mijn eigen buurt en voor mensen die er behoefte aan hebben.’ Datzelfde geldt voor Wijngaard en Mouali. Alledrie zijn ze uitsluitend positief over hun ervaringen en zijn ze inmiddels een onmisbare schakel geworden tussen de bewoners en andere zorgverlenende instanties. ‘Ik moet bijvoorbeeld opletten of degene bij wie ik kom, niet aan de borrel gaat. Dan moet ik een begeleider of de dochter bellen.’ Regelmatig worden ervaringen uitgewisseld, problemen besproken en oplossingen gezocht. ‘Iedereen is met elkaar in gesprek’, aldus Zaïd.

HET IS BELANGRIJK GRENZEN TE STELLEN 88

Buurtverzorgsters

Omdat de zorg informeel en gemoedelijk is, is er ook geen duidelijke grens aan wat de buurtverzorgster doet. In principe zijn ze maximaal drie keer per week actief, maar uit de verhalen blijkt dat dat al gauw meer is. ‘Ik stel geen grenzen, omdat ik de vrouw bij wie ik kom wil helpen’, zegt Mouali. Die houding zorgt ervoor dat er een vertrouwensband ontstaat, die vaak verdergaat dan de professionele band tussen hulpverlener en cliënt. José van Koten, projectleider van dit initiatief, maakt zich daar zorgen over: ‘Grenzen stellen is wel degelijk belangrijk, omdat de verzorgsters niet overbelast mogen raken.’ Zo’n grens is bijvoorbeeld het geven van medische ondersteuning. ‘Die hoeven ze niet te geven. Het aantrekken van steunkousen hoort dus niet bij de taken. Maar ik weet ook dat dat wel gebeurt - dus hier is de grens ook soms niet duidelijk. Daarom is het belangrijk met elkaar te blijven praten. Wat Esma Salama, methodiekontwikkelaar bij SIPI, betreft, gebeurt dat als volwaardige partners. ‘Hier in Oost mogen wij meedenken en -beslissen op basis van gelijkwaardigheid. Dat maakt de samenwerking waardevol.’

OOK DE GELDSTROMEN VERSCHUIVEN LANGZAAM MEE Een andere discussie die gevoerd moet worden, gaat zoals altijd over geld. Startsubsidies verdwijnen en er is structureel minder geld te verdelen. Het project van de Buurtverzorgsters krijgt nu subsidie, maar het is onduidelijk hoe dat bijvoorbeeld volgend jaar gaat. Salama zou graag zien dat een deel van de bestaande geldstromen in de formele zorg structureel worden verlegd naar de informele zorg. >>


ZORG OP Z'N KANT

>> Die roep is niet aan dovemansoren gericht. Anouk

Gomes is regiomanager van zorgverzekeraar Achmea, waar financiële noodzaak en een beweging in de samenleving hebben geleid tot een omslag in denken. ‘Voor zorgverzekeraars is de informele zorg min of meer nieuw terrein. We komen vanuit het aanbodgerichte denken: wat is goede zorg voor een goede prijs? Door de veranderingen in de zorg kijken we meer naar wat er echt nodig is. Om verspilling tegen te gaan, maar ook om beter te voorzien in behoeftes van mensen. Zodat je zeker weet dat het geld goed wordt besteed. Als verzekeraar zijn we gebonden aan wettelijke verantwoordelijkheden en regels. Deze organisaties zitten vast aan mensen. We kunnen ze wel helpen, ondersteunen en stimuleren. Daarbij kunnen we ook onze inkoopinstrumenten gebruiken, door bijvoorbeeld voorwaarden op te nemen over verbindingen met het informele netwerk.’ Ook bij de gemeente wordt gezocht naar goede manieren om de lancering en continuïteit van goede inititatieven te bevorderen. Vlug: ‘We zijn nog steeds zoekende. Er is niet één duidelijke weg. We stimuleren de groei van informele initiatieven en de samenwerking met formele partijen door platforms te creëren, bijeenkomsten te organiseren en te bezoeken, ruimtes, subsidies en buurtbudgetten

Congada

beschikbaar te stellen. Maar we kijken ook naar de aanbestedingen van zorgcontracten. Daar kunnen we voorwaarden stellen; dat zorgaanbieders vrijwilligers een plek in hun aanbod geven bijvoorbeeld.’ Vlug vindt het belangrijk dat de informele netwerken sterk worden en blijven. ‘We moeten goed nadenken over hoe we dat het beste tot stand kunnen brengen. De verantwoordelijkheid bij de burgers leggen is vaak een goede zaak. Je kunt bijvoorbeeld bedenken of je stadsdorpen gewoon geld geeft om zelf daar de zorg te regelen.’ Niet alle organisaties blijven wachten op geld uit formele kanalen. Sophia A-Tjak-Hiwat, van de stichting Congada, die zich bezighoudt met de vrouwen met overgewicht in Amsterdam Zuidoost, vertelt hoe het initiatief mensen weer kracht heeft gegeven. ‘We zijn nu twee jaar bezig en hebben inmiddels tachtig vrouwen geregistreerd. We doen laagdrempelige activiteiten met ze. Het eerste jaar kregen we subsidie, maar nu bedruipen we onszelf. We doen bijvoorbeeld catering - de vrouwen helpen met bereiden en verkopen van eten. Zo hebben we een buffet gedaan bij de Kunstuitleen. Dat geeft ze een gevoel van nut: de chronisch zieken nemen de regie over hun eigen leven terug.’ >>

De dames van Congada lopen mee met de jaarlijkse Vechtloop in Weesp.

89


ZORG OP Z'N KANT

>> De vragen die gepaard gaan met deze nieuwe

ontwikkelingen zijn vragen waar gezamenlijk een antwoord op gevonden moet worden. ‘We zijn bezig met een ontwikkelagenda informele zorg’, vertelt Vlug. Dat gebeurt samen met Amsterdammers, maatschappelijke partners (zowel formeel als informeel), stadsdelen en rve’s (resultaatverantwoordelijke eenheden) en moet tijdens een conferentie op 17 juni leiden tot een conceptagenda.

Wat Gomes betreft, moeten en kunnen formele en informele zorg beter op elkaar aansluiten. ‘Samenhangende ondersteuning en zorg bieden die optimaal aansluit bij de vraag en kracht van de Amsterdammer en zijn sociale netwerken is alleen mogelijk door een partnerschap tussen alle betrokkenen: zorgvragers, informele zorgers en vrijwilligers, burgerinitiatieven, professionals, de gemeente en de zorgverzekeraar. Het is daarbij wel belangrijk dat informele zorg niet ook weer geïnstitutionaliseerd wordt en van onderop blijft komen.’ Volgens Gomes is het nog een beetje te vroeg om te voorspellen waar het heen gaat. ‘De uitdaging is om informele zorg meer vanzelfsprekend te laten zijn bij zowel burgers als professionals. Samenwerken en afstemmen met een gemeente en andere betrokkenen is daarbij belangrijk voor ons. Organisaties voor ondersteuning en en zorg zijn nog vaak gericht op aanpak van afzonderlijke problemen, terwijl die voor de Amsterdammer zelf doorgaans met elkaar

verweven zijn. Zelfs als ze te kampen hebben met ziekte, zijn ze niet slechts patiënt. Veerkracht, maatschappelijk meedoen en zingeving blijven belangrijk. We hebben binnenkort een bijeenkomst met informele zorgverleners om hardop na te denken over wat we voor elkaar kunnen betekenen. Ik vind het wel heel leuk om te zien dat er echt iets verandert. Een paar jaar geleden kwam je op bijeenkomsten over zorg mondjesmaat burgerinitiatieven tegen, maar langzamerhand is het een vanzelfsprekendheid dat ze komen en worden uitgenodigd. En organisaties komen naar ons toe met plannen en vragen wat wij ervan denken. Daar gaan we mee in gesprek.’

© Kibret Mekonnen Colour AV production

BURGERINITIATIEVEN IN DE ZORG WORDEN ERKEND ALS NIEUWE SPELER

SIPI

Voor Vlug is het buurtverzorgsterproject van SIPI een inspirerend voorbeeld. ‘Het is een mooie mengvorm van formele en informele zorg. Maar we moeten kijken of het ook op grotere schaal in te zetten zou zijn. In dit geval zit je in een wijk met veel relatief laag opgeleide allochtone vrouwen, die vroeg uit de kinderen zijn en een grote betrokkenheid hebben bij de buurt. Dat is niet overal zo.’ Wat Vlug betreft is de taak van de gemeente die van verbinden en versterken. ‘Maar verder moet je er met je vingers vanaf blijven. Je moet het niet overnemen. De kern blijft dat het vrijwillig wordt gedaan.’ ŤŤ

s-ipi.nl achmea.nl stichtingcongada.wordpress.com

Nicole Santé freelance (cultuur)journalist

90


SOCIAAL ONDERNEMEN IN DE ZORG

Wijzelf zorgcoöperaties

WIJZELF ZORGCOÖPERATIES SAMEN ZELF ZORG ORGANISEREN Het aantal mensen dat hun zorg anders en beter wil regelen groeit. Er is meer behoefte aan zelfregie, samenhang en lokale organisatie. Maar niet iedereen heeft een sociaal netwerk om zich heen. Hoe regel je het dan? De eigen ervaringen en de ontwikkelingen in de zorg vormden voor Willemien Visser en Maurice Smit, initiatiefnemers van Wijzelf, aanleiding tot het zoeken naar een oplossing. ‘De samenleving is veranderd,’ vertelt Willemien, ‘we hebben geen tien kinderen meer en ze wonen ook niet meer allemaal in hetzelfde dorp. Maar zit de oplossing in het optuigen van een dure organisatie of kunnen mensen ook zelf zorg organiseren?’ Om die reden richtte ze samen met haar man Maurice in 2013 Wijzelf zorgcoöperaties op: een online platform waar leden van een zorgcoöperatie zelf hun hulp en informele zorg

kunnen organiseren. Als zorgvrager geef je aan wat jouw hulpvraag is en zie je meteen de aanbieders die jou kunnen helpen. Zo hangt handige André voor tien euro per uur je boekenplank op en biedt student Laureen huishoudelijke hulp aan. Omdat je zelf alles regelt via het platform ligt de regie volledig in jouw handen. Het vrijwillige bestuur houdt toezicht en bemiddelt bij conflicten. Naast het beschikbaar stellen van het platform, ondersteunt WijZelf mensen die een zorgcoöperatie willen starten. In Zoetermeer-Benthuizen en in Oisterwijk zijn al zorgcoöperaties actief, op andere plekken in Nederland worden op dit moment coöperaties opgericht.

wijzelf.nl

Teksten Sociaal ondernemen in de zorg: Jill Schepers

91


92

Š [2015] Intuitive Surgical, Inc.


TECHNOLOGIE EN ROBOTISERING

SCIENCE FICTION IN DE OK HOE TECHNOLOGIE DE ZORG OP ZIJN KOP ZET De zorg is aan het veranderen, zoveel is zeker. De groeiende vraag vergt een andere aanpak en de snelle technologische ontwikkelingen springen hierop in. Twee ontwikkelingen die veel aandacht krijgen. Maar verliezen we ons niet te veel in mijmeringen over de toekomst waarin robots onze banen overnemen en de zorg onpersoonlijk dreigt te worden? Harthologrammen, 3D-geprinte schedels en operatierobots zijn nu al aan de orde van de dag. >>

93


TECHNOLOGIE EN ROBOTISERING

Zorgrobots en harthologrammen

>> Het gebruik van nieuwe technologie in de zorg spreekt tot

de verbeelding. We zien robots aan het bed die bejaarden in een verpleeghuis uit de krant voorlezen en robots die ochtendgymnastiek met hen doen. Is dit een verlichting van de enorme werkdruk die in handen is van een steeds kleiner wordende groep verzorgers of pikken de robots hun banen in? Sabine Wildevuur van het Creative Care Lab van Waag Society is voor dat laatste niet zo bang. ‘Robots en mensen kunnen elkaar juist aanvullen. Er zal altijd behoefte blijven aan menselijk contact, maar we hoeven nieuwe technologieën niet te schuwen. Mensen in de zorg kunnen er hun voordeel mee doen.’ Ze doelt op robots die een ondersteunende rol spelen. ‘Zware fysieke taken zoals mensen uit bed tillen of een rolstoel duwen, zijn taken die een robot gemakkelijk kan overnemen.’ In een tijd waarin de druk op zorgverleners toeneemt, kunnen robots een gewaardeerde collega zijn.

KOMT DE ZUSTER NOG WEL AAN ONS BED? In sommige Nederlandse ziekenhuizen zijn ze dit al. Zo rolt er in Maastricht een TUG-robot rond, die maaltijden bezorgt bij de patiënten en de prullenbakken leegt. Ook Veebot, een robot die bloed kan prikken, wordt steeds vaker gebruikt. De Da Vinci robot is een nog meer geavanceerde robot, die artsen bijstaat in de operatiekamer. Bij ingewikkelde operaties als het verwijderen van tumoren is een vaste hand vereist en die van een robot is nog vaster en preciezer dan die van een chirurg. De vele armen van de Da Vinci, waarvan er in Nederland al zestien in gebruik zijn, worden van een afstand met een joystick bestuurd door de chirurg. Hij kijkt via een scherm mee in het lichaam van de patiënt. Het is nieuwe technologie, waardoor de arts en de patiënt in de toekomst wellicht niet eens meer in dezelfde ruimte hoeven te zijn.

94

Misha Melita socioloog en redacteur Nieuw Amsterdam

Ook in de ouderenzorg zijn robots in opkomst. Robotic Care Systems, een spin-off van de TU Delft, is bezig met het ontwikkelen van een zorgrobot. Op dit moment wordt er geëxperimenteerd met prototype Lea, waarvoor er op de universiteit een woning is nagebouwd waarin ze kan oefenen. Lea is een butler-robot die mensen herkent, je overal in huis volgt en eenvoudige taken kan uitvoeren zoals het zetten van een kop koffie. Een robot als huisgenoot, die doorheeft waar je bent en als je valt meteen een hulpdienst kan inschakelen. Het probleem dat ouderen na een valpartij nog een tijd hulpeloos onderaan de trap liggen, kan hiermee voorkomen worden. Ontwikkelaar Maja Rudinac verwacht dat over een jaar of tien iedereen een zorgrobot als Lea in huis heeft. Over twee jaar wil ze met een betaalbare vorm van Lea op de markt komen.

HARTHOLOGRAMMEN EN ORGANEN UIT DE 3D-PRINTER Robots doen al science fiction-achtig aan, maar wat dacht je van een harthologram? Het is tegenwoordig mogelijk om een in de ruimte zwevende replica te maken van een hart, opgebouwd uit röntgenfoto’s van een patiënt. Voor de operatie kan de arts op het hologram precies bekijken wat hij moet gaan doen, maar ook tijdens de operatie kan hij erop terugvallen. We zagen het al in series als Grey’s Anatomy, maar het is nu ook in onze eigen ziekenhuizen mogelijk. >>


Ik ben Alice

© KeyDocs

TECHNOLOGIE EN ROBOTISERING

IK BEN ALICE Zorgrobot Alice, die door de onlangs verschenen documentaire Ik ben Alice veel aandacht trok, biedt uitkomst voor een ander probleem. Alice praat, is geïnteresseerd en vecht zo eenzaamheid aan bij bejaarden. Waar zorgverleners geen tijd meer voor hebben, blijft Alice geduldig zitten. Van gesprekjes over het weer tot de kleinkinderen. Alice luistert en stelt geïnteresseerd vragen terug. Als de

>> Een ander bekend fenomeen van technologische

ontwikkeling is de 3D-printer. 3D-printers maken snel en op maat productie mogelijk op kleine schaal. Net als met het harthologram kan op een 3D-print van een orgaan van te voren worden geoefend, waardoor de operatie minder lang hoeft te duren. Ook het maken van prothesen wordt makkelijker. Normaliter is dit een tijdrovende klus, maar met behulp van de 3D-printer heb je al in zes uur een prothese hand, arm of been. Een techniek die met name in oorlogsgebieden revolutionaire gevolgen kan hebben. Naar 3D-printen met andere materialen dan plastic wordt veel onderzoek gedaan. Door menselijk weefsel en levende cellen te gebruiken, kunnen organen en andere implantaten worden geprint. Een succesvolle proef werd al gedaan met een schedelimplantaat en ook met het printen van huid zijn al resultaten geboekt. Andere organen blijken moeilijker, er zijn al proeven gedaan met oren, blazen en hartkleppen, maar vaak zijn geprinte bloedvaten niet bestand tegen de bloeddruk in het lichaam of worden de organen afgestoten. De techniek is nog niet perfect, maar wel volop in ontwikkeling.

vergrijzing doorzet zoals verwacht, zijn er straks veel bejaarden en weinig zorgenden. Ook de groeiende groep dementerende bejaarden zou baat hebben bij zorg van sociobot Alice, praten over het verleden heeft een positieve werking op het brein. Helpt Alice ons in de toekomst DDQ ŘPHQVHOLMNř FRQWDFW"

ikbenalice.nl

Om te voorkomen dat een operatierobot aan ons hoeft te sleutelen of we een nieuw hart moeten 3D-printen, kunnen we zelf thuis al aan de slag. Een leger aan apps, sensoren en wearables is hiervoor ontwikkeld. Voorkomen is beter dan genezen lijkt het credo en op de hoogte zijn van de status van onze gezondheid is stap één. Daarvoor zijn verschillende wearables ontwikkeld, van hippe producenten als FitBit of Jawbone, design armbanden die je sportresultaten bijhouden, hoeveel je transpireert en wat je slaapritme is. Met de bijbehorende software koppel je hier allerlei gegevens aan: van het aantal calorieën dat je binnen krijgt tot je geluksniveau. Wearables zijn niet voor iedereen betaalbaar en daarom wordt er ook veel geïnvesteerd in de ontwikkeling van toegankelijke apps. Hoewel metingen met je mobiele telefoon minder betrouwbaar zijn, kun je er een heel eind mee komen. Je hartslag meet je door je vinger voor de camera te houden en om je slaapritme te meten leg je je telefoon op je kussen. Apple lanceerde onlangs in iOS8 zelfs een dashboardapp om al je bio-data aan elkaar te koppelen. Je eetpatroon, je slaapcyclus, je hartslag en je hardloopschema, alles in één schema. >>

95


TECHNOLOGIE EN ROBOTISERING

Nanobots

NANOBOTS Sommige plekken in het lichaam zijn moeilijk te bereiken voor medicijnen die je via je mond of een spuit binnenkrijgt. Ze moeten een lange weg afleggen en soms moet de dosis verhoogd worden, omdat het medicijn onderweg naar de plaats van bestemming bestanddelen verliest. Om hier iets aan te doen zijn nanorobots ontwikkeld, extreem kleine robots die met een veel kleinere hoeveelheid medicijn je lichaam in worden gestuurd en de werkzame stof pas afgeven op het moment dat ze zijn aangekomen. De nieuwste nanobots worden gemaakt van DNA en leven in je lichaam. Ze zijn te programmeren, dus de afgifte van medicijnen kan heel secuur worden gecontroleerd.

96


TECHNOLOGIE EN ROBOTISERING

METEN IS WETEN MAAR JE MOET ER WEL WAT MEE DOEN >> Als je jezelf helemaal hebt ge-quantified, begint het echte

werk pas: aan de slag met je data. Want een gevaar van de apps die data verzamelen, is data-overgewicht, zegt Gonny van der Zwaag in haar boek Fit met apps & wearables. We kunnen alles meten en weten van ons lichaam in cijfers, maar wat we doen we er vervolgens mee? Sommige apps kunnen je daarbij helpen, bijvoorbeeld door middel van serious gaming. Een goed voorbeeld is de app Skip a Beat, een hectische game waarin je een prinses moet redden door je hartslag binnen bepaalde waardes te houden. Ontwikkeld om mensen bewust te maken van hun hartslag en ze te helpen er iets aan te doen.

CONSTAMED Voor een niet urgente vraag aan een arts lijkt het soms overdreven om naar de praktijk te gaan, terwijl hulp wel gewenst is. In zo’n geval is er de app Constamed waarop iedereen een vraag kan stellen aan een arts. Ook kun je via de app videochatten. Hulp op afstand is een populaire toepassing van nieuwe technologie omdat het zorg efficiënter kan maken en het is ook een kans om zorg toegankelijker te maken voor minder mobiele ouderen.

constamed.nl

Constamed

Net als ervaringen in de werkelijkheid kunnen ervaringen in een game-omgeving je gedrag beïnvloeden. Uit onderzoek is gebleken dat menselijke hersenen ervaringen die opgedaan zijn in een game, niet opslaan als ‘onecht’. Ze hebben dus wel degelijk impact. Dan moet een game ook de verwerking van negatieve ervaringen kunnen beïnvloeden, moeten de makers van TraumaGamePlay hebben gedacht. Zij willen een app ontwikkelen die binnen zes uur na het beleven van een traumatische gebeurtenis kan worden ingeschakeld om het opslaan van het trauma te beïnvloeden. De patiënt ervaart het trauma direct opnieuw, waardoor de hersenen deze anders opslaan in het langetermijngeheugen en een posttraumatische stressstoornis kan worden voorkomen. In combinatie met augmented reality wordt serious gaming pas echt serieus. Onderzoekster Anouk Keizer van de Universiteit van Utrecht zet de Oculus Rift in voor onderzoek naar de lichaamsbeleving van mensen met anorexia nervosa. Samen met ICT dienstverlenener Ordina en hulpverlener Altrecht werkt ze aan een virtual-reality toepassing die in de toekomst een bijdrage kan leveren aan de behandeling van patiënten met anorexia. Het scala aan technologische ontwikkelingen is gigantisch. Van serious gaming tot nanorobots, er wordt keihard gewerkt aan toegankelijkheid, verdieping én het leuker maken van zorg. Onze telefoons en tablets worden de nieuwe apotheek, waarin ook onze eigen medische gegevens en artsadviezen staan. Gezelschap aan het ziekbed krijgen we van een zorgrobot en de arts spreken we via Skype. Wie weet printen we binnenkort al thuis een prothese en leren we via een interactieve game hoe we die vervolgens moeten installeren. Alleen onze ademhaling hoeven we zelf nog te controleren. Vanuit de luie stoel blijven we gezond, om op te staan als onze telefoon bliept met de mededeling dat we moeten gaan sporten. ŤŤ

waag.org aethon.com/tug veebot.com intuitivesurgical.com robotics.tudelft.nl skipabeatgame.com uu.nl

97


WERK ALS MEDICIJN

Š Calibris Advies / D. Struijf

WERK ALS MEDICIJN HOE ZORGEN WE DAT IEDEREEN KAN MEEDOEN?

Christel van de Craats programmamaker Zorg Pakhuis de Zwijger

98

Stress, roken, weinig bewegen en ongezond voedsel. Daarvan staat allerminst ter discussie of ze afzonderlijk - dan wel als cocktail - een gevaar vormen voor een langdurige en goede gezondheid. Ook werk kent gezondheidsgerelateerde klachten. Bepaalde werkfactoren kunnen je gezondheid en welzijn flink onder druk zetten. Denk aan de bouwvakker, die langdurig fysiek werk doet en te maken krijgt met pijnlijke en chronische rugklachten. Of de kantoormedewerker, die met werkstress kampt en zich uiteindelijk ziek meldt met een burn-out. Toch is werk goed voor ons. Er is wetenschappelijk aangetoond dat het in zijn geheel niethebben van werk een negatieve invloed op je gezondheid heeft. Waardig en vooral zinvol werk geeft de mens voldoening en draagt bij aan ons overall goed-voelen. >>


WERK ALS MEDICIJN

WijkLeerbedrijf

>> De cijfers liegen er niet om. Volgens Lex Burdorf,

Uit een ander onderzoek van collega Merel Schuring, werkzaam bij de afdeling Maatschappelijke Gezondheidszorg aan het Erasmus MC, blijkt dat werken - in sommige gevallen - ook écht gezonder maakt. Wanneer werklozen zich niet lekker voelen en thuis zitten, kunnen zij hun klachten met betaald werk binnen een half jaar zien afnemen. Zowel geestelijk als lichamelijk gaan zij er op vooruit. Haar inzichten staan haaks op wat veel eerder voorondersteld werd; namelijk dat de slechte gezondheid een belemmering vormt om weer aan de slag te gaan. In plaats van deel te nemen aan gezondheidsbevorderende programma’s en therapieën - waarvan de effectiviteit vaak onbevredigend is en er bovendien niet in alle gevallen toe leidt dat mensen zich sneller op de arbeidsmarkt begeven - is werk volgens haar promotie-onderzoek één van de beste remedies.

MET KNUTSELCLUBS ZIJN WE WEL EEN BEETJE KLAAR Met een baan sta je midden in de samenleving. Je doet mee. Maar hoe profiteer je van de gezondheidsvoordelen van werk, als een baan voor jou wellicht niet zo vanzelfsprekend is? Lange tijd waren mensen met fysieke, verstandelijke of psychiatrische beperkingen toegewezen op de traditionele activiteitencentra, meestal binnen de muren van zorginstellingen. De afgelopen jaren heeft zich op dit vlak een omwenteling voltrokken. In plaats van in >>

WIJKLEERBEDRIJF

© Calibris Advies / D. Struijf

hoogleraar Determinanten van Volksgezondheid aan het Erasmus MC in Rotterdam, leren we vanuit de wetenschap steeds meer over de wisselwerking tussen werk en iemands gezondheid. Tijdens De Staat van de Stad afgelopen februari in Pakhuis de Zwijger, gaf Burdorf een college waarin hij vertelde dat er een zeer duidelijk verband te onderscheiden is tussen werkloos zijn en het hebben van een slechte gezondheid. Als een sneeuwbal stapelen problemen zich op wanneer je thuis zit zonder werk. Je zelfwaardering daalt en je staat negatiever tegenover de problemen waar je tegenaan loopt. Depressie is geen uitzondering onder werklozen. Uiteindelijk kunnen de gezondheidsklachten zelfs een obstakel vormen om weer aan het werk te gaan. Zo beïnvloedt gezondheid op haar beurt ook de toetreding en het behoud van (betaalde) arbeid.

Sinds februari 2015 is het WijkLeerbedrijf Amsterdam Nieuw-West gestart. Een gezamenlijk initiatief van de gemeente, zorg- en welzijnsinstellingen, onderwijs, vrijwilligersorganisaties en woningbouwverenigingen in de wijk. In het WijkLeerbedrijf kunnen geïnteresseerde buurtbewoners, vaak met een afstand tot de arbeidsmarkt, een opleiding Zorg, Welzijn & Facilitair op niveau 1 & 2 volgen. De bewoners krijgen een dag per week les bij Vrouw en Vaart en lopen twee dagen per week stage, waarbij ze bewoners uit Slotermeer helpen bij de klusjes in en om het huishouden die deze zelfstandig niet meer kunnen volbrengen.

calibris.nl/wijkleerbedrijf

99


WERK ALS MEDICIJN

De Prael / Garantiebanen

>> groepsverband te handwerken of spelletjes te doen, gaan

cliënten van zorginstellingen onbetaald of betaald aan het werk in de buurt of bij reguliere organisaties. Uitgangspunt hierbij is dat het werk bijdraagt aan de persoonlijke ontwikkeling. Dat wordt natuurlijk pas mogelijk als de werkgever en de sfeer op de werkvloer daar ruimte toe biedt en de cliënten - heel belangrijk - niet als zorgvrager, maar als werknemer in dienst zijn. Zo gaan cliënten van Cordaan aan het werk bij de IKEA, het GVB, een zorgboerderij of een grand-café.

STADMAKER FER KOK Fer Kok brouwde samen met Arno Kooij af en toe bier als hobby én zij werkten allebei in de gezondheidszorg. Sinds 2002 combineren ze die twee activiteiten in bierbrouwerij De Prael, waarmee ze een van de oudste sociale ondernemingen in de stad zijn.

deprael.nl

GARANTIEBANEN Vanuit het bedrijfsleven zijn er 100.000 garantiebanen toegezegd voor mensen die niet in staat zijn om op eigen kracht het wettelijk minimumloon bij elkaar te verdienen. Vanuit een speciaal doelgroepenregister kunnen werkgevers hen rekruteren. Sinds het begin van 2015 zijn er nog maar 129 nieuwe registraties bij gekomen. Het resultaat roept in eerste instantie zorgen op: de wettelijke criteria van uitkeringsinstantie UWV bemoeilijken de toelating en de kosten van de screening - betaald door de gemeenten - zijn vrij fors.

100

Sinds het begin van het jaar is de nieuwe Participatiewet in werking getreden. Iedereen die wel een steuntje in de rug kan gebruiken, bijvoorbeeld omdat zij een arbeidsbeperking hebben, moet daarbij geholpen worden. Met de doorvoering van de decentralisaties is deze specifieke verantwoordelijkheid nu bij de gemeenten terecht gekomen. De nadruk ligt op meedoen. Dit alles klinkt erg mooi, maar de praktijk is weerbarstiger. Met het verdwijnen van de sociale werkplaatsen door bezuinigingen, wordt er een groot beroep gedaan op de reguliere werkgevers. Onder de Participatiewet kunnen per 1 januari 2015 geen nieuwe mensen meer instromen bij de sociale werkvoorzieningen. Bij de gemeenten ligt de taak om, voor hen die het echt nodig hebben, genoeg beschutte werkplekken te creëren om dit gat op te vangen. Met werkgevers zijn door de gemeenten afspraken gemaakt, maar op dit gebied moeten nog veel grotere sprongen gemaakt worden. Het ondernemersinitiatief De Normaalste Zaak geeft hierin het goede voorbeeld. Dit netwerk van meer dan tweehonderdvijftig MKBondernemers en een aantal grote werkgevers bestaat inmiddels meer dan twee jaar. Gezamenlijk vinden zij het ‘de normaalste zaak’ van de wereld dat iedereen de kans krijgt om naar vermogen deel te nemen aan de arbeidsmarkt. Ook mensen die een beperking hebben. Dit noemen zij in het jargon: ‘inclusief ondernemen’. Brouwerij De Prael op de Oudezijds Voorburgwal in Amsterdam is zo’n plek. Deze bierbrouwers maken speciaalbiertjes en doen dat samen met zo’n hondertwintig mensen met een psychiatrische achtergrond. De Prael biedt in de brouwerij, winkel en het proeflokaal werk om trots op te zijn, regelmaat en opleidingsmogelijkheden. ‘En het ambachtelijk gebrouwen bier verkoopt als een tierelier’, zegt Fer Kok, een van de initiatiefnemers. De commerciële doelstelling staat in dienst van de sociale missie van het bedrijf. Arbeid is mogelijk als dagbesteding, als leertraject en ook als betaalde baan. >>


WERK ALS MEDICIJN

>> Het hebben van werk levert dus niet alleen een positieve

bijdrage aan het zorg en welzijn op het microniveau van het individu, ook op het maatschappelijke front valt winst te behalen. Arbeidsmatige dagbesteding en leertrajecten vinden steeds meer lokaal plaats en ze dragen bij aan de leefbaarheid in de buurt en aan de sociale cohesie tussen bewoners. Het net gestarte WijkLeerbedrijf in Amsterdam Nieuw West is daar een mooi voorbeeld van.

Restaurant Ctaste

RESTAURANT CTASTE

WERK BIEDEN WAAR JE TROTS OP KAN ZIJN Ongeacht of ze voor arbeidsmatige dagbesteding in aanmerking komen of niet, hoe krijg je mensen aan het werk die dat op dit moment niet doen en er wel baat bij hebben om te werken? Een ondersteunende toeleiding tot werk is cruciaal. De Individuele Plaatsing en Steun methode (IPS), waarmee Mentrum VIP Amsterdam (Vroege Interventie Psychose) werkt, is hier een voorbeeld van. Bij deze organisatie komen mensen terecht die voor het eerst in hun leven met een psychose te maken krijgen. Met behulp van IPS helpt VIP Amsterdam de cliënten die actief te kennen geven graag te willen werken, in de zoektocht naar de juiste ‘gewone’ baan met op zijn minst een minimumloon vergoeding. Van vakkenvuller tot aan directeur; er wordt goed gekeken wat bij zijn of haar mogelijkheden en persoonlijkheid past. Eenmaal gevonden, ondersteunt de jobcoach ook bij het behouden van het werk.

erasmusmc.nl

Ctaste bestaat al sinds 2007 met als doel een bijzondere zintuiglijke belevenis te bieden en volwaardige, betaalde banen voor visueel beperkten te creëren. En dat is gelukt! Inmiddels werken er elf visueel beperkte experts, die vanuit een uitkeringssituatie nu een subsidievrije baan hebben. Hun beperking wordt hun kracht bij Ctaste en bezorgen iedere bezoeker een unieke belevenis. Sandra Ballij, de initiatiefnemer van Ctaste, is na het succes van het restaurant niet te stoppen en ontwikkelde nog twee aanverwante projecten. Zo biedt CtheCity bezoekers een tour langs alle kenmerken die Amsterdam zo uniek maakt en heeft Ctalents de doelstelling om zoveel mogelijke doven en slechthorenden, maar ook blinden en slechtzienden, te begeleiden naar een echte werkplek.

rijksoverheid.nl/participatiewet

ctaste.nl

mentrum.nl/vip

cthecity.nl

denormaalstezaak.nl

ctalents.nl

Sociale firma’s zoals brouwerij De Prael, restaurant Ctaste en software testteam Specialisterren zijn goede voorbeelden van plekken waar slim ondernemerschap gecombineerd wordt met het nastreven van sociaalmaatschappelijke winst. Met het langzaam wegvallen van de sociale werkplaatsvoorziening, volgen hopelijk meer bedrijven dit voorbeeld. ŤŤ

101


SOCIAAL ONDERNEMEN IN DE ZORG

De Advieswinkel

DE ADVIESWINKEL GRATIS, ANONIEM EN TABOEDOORBREKEND Als we last hebben van fysieke klachten bezoeken we de huisarts. Hulp zoeken voor psychische problemen is voor velen een stuk minder vanzelfsprekend. Hoewel ruim 40% van de Nederlandse bevolking er wel eens last van heeft, is het nog altijd een taboe-onderwerp. De verwachte kosten en lange wachttijden in de eerstelijns GGZ vormen vaak ook een drempel. De Advieswinkel wil de stap naar het inschakelen van hulp verkleinen en het bespreken van psychische problemen normaliseren. Het initiatief hoopt de ervaren drempels te verlagen door hulp gratis en anoniem aan te bieden. Mensen met lichte psychische klachten zoals stress, slaapproblemen en somberheid kunnen bij de Advieswinkel terecht. De winkel wordt bemand door universitaire psychologiestudenten en lijkt daarmee qua opzet op de Rechtswinkel. ‘De studenten bedenken samen met de bezoeker laagdrempelige en praktische

102

adviezen zodat zij zonder tussenkomst van de huisarts geholpen kunnen worden’, vertelt Ilse Nauta, bestuurslid van De Advieswinkel. De winkel draagt hiermee ook bij aan de vroegdetectie. Bezoekers met ernstige problematiek worden aangespoord om naar de huisarts te gaan voor de juiste doorverwijzing. De winkel werkt samen met informele zorgorganisaties zoals De Regenboog Groep en Humanitas en ook met plaatselijke kranten en buurthuizen om buurtbewoners te bereiken. Voor de studenten, die regelmatig trainingen volgen en tijdens inter- en supervisies begeleid worden door ervaren psychologen, is dit een mooie kans om meer praktijkervaring op te doen. De eerste Advieswinkel opent haar deuren in het voorjaar van 2015 in Amsterdam-Oost.

de-advieswinkel.nl


INNOVATIE IN DE ZORG

INNOVATIE IN DE ZORG

Š Social Innovation Camp / CC BY

WIE GELOOFT IN MORGEN, IS VANDAAG AL BEGONNEN Dymphie Braun programmamaker Creatieve Industrie Pakhuis de Zwijger

Wat kan een ziekenhuis leren van de winkelbeleving van IKEA? Waarom is het servicemodel van Uber een goede inspiratiebron voor de apotheek? En wat kan een verzekeraar opsteken van het organisatiemodel van Google? No man is an island. De huidige tijd vraagt om nieuwe vormen van samenwerking en uitwisseling van ideeĂŤn over sectoren heen. We staan voor grote maatschappelijke opgaven, oplopende kosten, technologische uitdagingen en een nieuwe generatie gebruikers. Verder kijken dan je eigen branche kan zorgen voor kansrijke cross-overs en maatschappelijke meerwaarde. Ook in de zorgsector. >>

103


INNOVATIE IN DE ZORG

>> Mede gedreven door nieuwe technologie, gaat innovatie

zoveel sneller dat bestaande structuren, systemen en processen niet langer voldoen. Apple maakt allang niet meer alleen maar laptops en telefoons en Tesla opereert niet alleen op de automotive-markt, maar zet ook de financiële- en de energiesector op zijn kop. Wellicht dat het nog even duurt voordat er binnen de muren van de traditionele zorginstelling een omwenteling zal plaatsvinden, maar daar hoeven we niet alte ongerust over te zijn, want innovatie start zelden in de sector zelf. De zorgsector is echter bij uitstek vruchtbare grond voor innovatie en bovendien een plek waar je écht verschil kan maken.

WE MOETEN VERDER KIJKEN DAN ONZE NEUS LANG IS Bij cross-sectorale innovatie gaat het om een andere manier van kijken naar en leren van andere branches en sectoren, maar ook van de natuur of kunst. ‘Er bestaan elegantere oplossingen voor uitdagingen of problemen die elders al zijn opgelost’, zegt cross-industry innovationexpert Ramon Vullings. Samen met Marc Heleven bracht hij onlangs het boekje Not invented here uit, met daarin mooi vormgegeven handreikingen om - buiten de grenzen van je eigen industrie of sector om - ideeën op te doen en deze te implementeren in je eigen branche. Als mooi voorbeeld in de zorgsector noemt hij GE Healthcare dat, geïnspireerd door de entertainmentindustrie met storytellers zoals Disney, een vervelende (be)handeling met de MRIscanner wist te transformeren naar een beleving die als een stuk minder beklemmend ervaren wordt. Vullings wijst erop dat het voor de zorgsector heel interessant is om te kijken naar bijvoorbeeld de hotelsector. En in het specifiek naar de hostels: ‘Gebruikers van een hostel hangen een ander label aan luxe dan gebruikers van een vijf-sterren hotel’, zegt Vullings. ‘Luxe kan ook zijn dat je juist niet lastig gevallen wilt worden met allerlei poespas. Als je zoiets als organisatie goed doorhebt, dan richt je daar je service design op in. Met een slim model zorg je zo voor een optimale servicebeleving. Een zorginstelling kan daarvan leren.’ In hun boek halen Vullings en Heleven ook een voorbeeld aan hoe de veiligheidsprocedures in de cockpit van een vliegtuig kunnen dienen als input voor procedures in de operatiekamer.

104

Copy - adapt - paste

Ieder creatief proces kost tijd en moeite. Wil je als organisatie echt probleemoplossend te werk gaan, dan moet je bereid zijn daar tijd en moeite in te investeren. ‘En je moet in staat zijn een stapje hoger op de abstractieladder te kunnen staan’, zegt Vullings. ‘Je kunt oplossingen uit andere sectoren niet een-op-een overnemen. Dat werkt zelden. De juiste tactiek is copy - adapt - paste.’ Met andere woorden: haal inspiratie uit andere sectoren, maar wees je altijd bewust van je eigen context. Stel jezelf vragen, combineer elementen, ga op zoek naar onderliggende patronen en test je concepten uit. ‘Durf als organisatie ook even stil te staan. Waar staan we nu en waar zijn we eigenlijk mee bezig?’, voegt hij toe.

DURF HOGER OP DE ABSTRACTIELADDER TE STAAN ‘Start with why’, zegt Simon Sinek in zijn inmiddels meer dan 22 miljoen keer bekeken TEDx-talk. De beste organisaties, zegt managementgoeroe Sinek, zijn de organisaties die naast wát je doet (what) en hóe je dat doet (how), het beste antwoord weten te formuleren op de vraag waaróm je iets doet (why). Winst maken is niet een doel, hooguit een resultaat. Organisaties die starten met het waarom zijn niet alleen succesvoller en innovatiever, ze werken doorgaans ook met veel meer plezier en passie aan hun business. 3M is een mooi voorbeeld van zo’n bedrijf. Want of het nou gaat om lucht- en waterfilters, telecombekabeling, blusinstallaties of stethoscopen, 3M gaat in hun zoektocht naar praktische en innovatieve oplossingen op zoek naar de why: wat zijn de problemen waar mensen tegenaan lopen? In 1980 maakte het bedrijf wereldfaam door de uitvinding van de Post-it. Oorspronkelijk was het een mislukte uitvinding in een zoektocht naar een sterkere lijmsoort, totdat een alerte onderzoeker het als de ideale oplossing zag voor een andere behoefte en daarmee alsnog voor een revolutie zorgde. ‘De Post-it gaat namelijk niet over het opplakken van een papiertje, het gaat over het organiseren van het leven van mensen, het organiseren van werk bij bedrijven en kantoren’, zegt vice-president Hak Sheol Shin. 3M werkt sector-overstijgend. ‘Waar we vooral naar kijken zijn zogeheten megatrends, zoals duurzaamheid, bevolkingsgroei en schone lucht.’ >>


INNOVATIE IN DE ZORG

GE Advertures Series

© GE Healthcare

GE ADVENTURE SERIES In het ziekenhuis kom je meestal niet voor je plezier en de reden waarom iemand een MRI-scan moet ondergaan is waarschijnlijk al vervelend genoeg. Doug Dietz werkt als ontwerper van onder andere CT- en MRI-scanners bij GE Healthcare. Zo trots als hij was toen hij een van zijn ontwerpen eindelijk ‘live’ zag gaan, zo groot was zijn verbazing toen hij bij een jong patiëntje de radioloog hoorde vragen om assistentie van een anesthesist. Want voor een goede scan moet je doodstil liggen. In de claustrofobische tunnel van de MRI is dat iets waar je je als volwassene al moeilijk doorheen weet te bijten, laat staan dat we dat mogen verwachten van de allerjongsten onder ons. Nadat hij een training over design thinking had bijgewoond,

bedacht Dietz daarom de GE Adventure Series. De verhalen, waarin bijvoorbeeld een zeesterretje met een duikboot gered moet worden uit de donkere delen van de oceaan, starten al buiten de behandelkamer, waar ouders niet toegelaten zijn in verband met de straling. Om inspiratie op te doen, keek hij naar kinderdagverblijven, musea en attractieparken. In termen van service experience komt het ziekenhuis niet alleen sterker uit de bus, door de betere resultaten (het aantal mislukte scans daalde met 80%) en besparing in wachttijd, wordt er ook nog eens winst behaald in termen van efficiëntie en kostenbesparing.

gehealthcare.com

105


INNOVATIE IN DE ZORG

Drones for Good

PATIËNT, KLANT OF GAST. HOE DAN OOK, HET GAAT OM MENSEN

De behoeften van de eindgebruikers veranderen en daarmee ook de functies van organisaties. Bij een uitgeverij als Wolters Kluwer, die zich niet alleen moest aanpassen aan het digitale tijdperk, maar ook werkte aan een uitbreiding van haar productenportfolio en overstapte naar een centrale aansturing, werken inmiddels meer software-bouwers dan redacteuren. Ook in de zorgsector zien we die veranderde functies terug. Door de komst van het internet bedeelden we de huisarts een paar jaar geleden al een andere rol toe - die was ineens meer tijd kwijt aan patiënten geruststellen met wat ze vooral níet onder de leden hadden. De hype-fase van gezondheidsgadgets zoals met Bluetooth uitgeruste tandenborstels is voorbij: toepassingen met mobiele communicatietechnieken zijn volwassen geworden en worden inmiddels serieus genomen. Door onze smartphones zal de dokter-patiënt relatie alleen maar meer veranderen. >>

>> Om megatrends te kunnen begrijpen en grip te krijgen

op wat ze betekenen voor nu en de toekomst, moeten we inzicht vergaren in ontwikkelingen zoals technologische veranderingen, verstedelijking, demografische verschuivingen, klimaatveranderingen en opkomende markten. Daarnaast moeten we ook goed kijken voor wie we nou eigenlijk iets willen betekenen. In de zorgsector spreken we over cliënten en patiënten, ergens anders gebruiken we benamingen als abonnees, klanten, consumenten, gasten of bezoekers. Hoe je het ook noemt, de bewoordingen staan slechts voor de context waarin gedacht wordt over hoe processen ingericht en organisaties vormgegeven dienen te worden. In alle gevallen hebben we het over de gebruikers van producten en diensten. En die zijn niet meer hetzelfde als tien jaar geleden.

DRONES FOR GOOD Wist je dat met een automatische externe defibrillator (AED) in combinatie met reanimatie de overlevingskans na een hartstilstand met 70% wordt vergroot? Helaas is een defibrillator niet altijd voorhanden en kunnen ambulances niet altijd op tijd ter plaatse zijn. Daarom ontwikkelde industrieel vormgever Alec Momont in samenwerking met

innovatieplatform Living Tomorrow de Ambulance Drone, een drone uitgerust met een AED. Wanneer er een oproep binnenkomt bij de 112-centrale, kan het onbemande, autonoom navigerende vliegtuig je op basis van de GPS-coördinaten via het mobiele telefoonsignaal het apparaat razendsnel afleveren. De drone haalt een snelheid van maar liefst 100 km/ uur! Via een live videoverbinding kan direct feedback en instructies gegeven worden aan de mensen die hulp verlenen aan het slachtoffer. Met het project Drones for Good wil Alec de negatieve associaties die drones vaak oproepen bij mensen veranderen. De Nederlandse wetgeving rondom drones is nog in dubio, maar dat er iets gaat veranderen staat buiten kijf.

alecmomont.com © Samy Andary

106


INNOVATIE IN DE ZORG

Pacmed

PACMED Wouter Kroese, afgestudeerd in Logic en Geneeskunde, en Willem Herter, die de studie Theoretische Natuurkunde onlangs afrondde, vonden dat artsen te weinig leerden van hun eigen informatie en vooral van de ervaringen van collega’s. Zonde, want deze informatie is wel voorhanden. Als onderdeel van de Nationale DenkTank bedachten zij daarom de start-up Pacmed, een tool die correlaties zichtbaar maakt tussen de bergen informatie uit patiëntendossiers. Door het ontsluiten van de enorme schat aan inzichten uit anonieme zorgdata, kan een arts afleiden wat er aan de ziekte vooraf ging, wat de juiste diagnose is en wat het effect

>> Klara, een app ontwikkeld door een Berlijns start-up en

inmiddels ook verkrijgbaar op de Amerikaanse markt, geeft je op basis van geüploade foto’s en een aantal vragen binnen 48 uur een antwoord op huidgerelateerde klachten. De diagnoses, die leiden tot een geruststelling óf een advies voor een afspraak tot behandeling of biopsie, worden gesteld door gecertificeerde dermatologen. Gebruikers van de app claimen dat het consult - kosten 29 euro - dat ze krijgen via de app vaak duidelijker en uitgebreider is, dan dat ze in het ziekenhuis krijgen. Daar moet ook nog eens moeite gedaan worden om een afspraak te regelen en daadwerkelijk naar toe te gaan. De eerste geboekte resultaten van een app zoals Klara zijn veelbelovend. De app zal nooit een dokter vervangen, maar het geeft wel een beeld van een tijdsgeest waarin artsen door de mogelijkheden van mobiele communicatietechnologiën hun werkzaamheden anders kunnen inrichten. Bij dezelfde en misschien zelfs wel gebruikersvriendelijkere resultaten én de bijkomende besparing in tijd en dus kosten, is het niet ondenkbaar dat verzekeraars in de nabije toekomst tele-medicine vergoeden.

ACT LIKE A START-UP Innovatie gaat in sneltreinvaart en start-ups als Klara schieten als paddestoelen uit de grond. Ook de bestaande marktpartijen moeten mee (want innoveren is immers overleven) en denken en doen als een start-up lijkt het

zal zijn op de verschillende behandelingen. Pacmed wordt ingebouwd in het huisartseninformatiesysteem en verwerkt de ervaringen van duizenden huisartsen tot duidelijke overzichten en adviezen die voldoen aan de NHG standaarden. Wouter en Willem geloven dat het gebruik van Big Data in de gezondheidszorg, mits goed ingezet, overdiagnostiek en overbehandeling kan tegengaan. Een tool als Pacmed maakt niet alleen netwerken sluitend, het maakt het ook mogelijk de patiënt de zorg te bieden die hij/zij verdient.

nationale-denktank.nl

levensmotto. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Start-ups kennen een flexibel organisatiemodel, geen bureaucratie en weinig overheadkosten. De grootste uitdaging voor de zorg zit ‘m in met zo min mogelijk middelen de zorg voor patiënten en cliënten structureel verbeteren. Daar is vooral tijd en energie voor nodig. Om te voorkomen dat er geld uitgegeven wordt aan bijvoorbeeld onnodig marktonderzoek en we vastlopen in het innovatie-moeras, doen de meest succesvolle innovatieve bedrijven het daarom lean. Lean start-up is een methode onwikkeld door internetondernemer Eric Ries: niet eerst een uitgewerkt plan maken, maar beginnen met een simpel prototype om een aanname te testen. Start-ups zoals Peerby en Blendle zijn op die manier in korte tijd succesvol geworden, maar ook een groot bedrijf als Philips experimenteert nu met de methode en werkt met maximaal dertig man in kleine teams. Het succes zit ‘m in het continu kunnen aanpassen op basis van feedback van gebruikers. Ook in de gezondheidszorg kunnen zorgprogramma’s op deze manier ontwikkeld worden. Het resultaat is een zorgorganisatie die aansluit bij de wensen en behoeften van nu. En over tien jaar? Dan kennen we de gezondheidszorg die we nu hebben niet meer terug. ŤŤ

crossindustryinnovation.com startwithwhy.com klara.com 3mnederland.nl theleanstartup.com

107


Meedoen met Cordaan • • • •

Participeren is meedoen Meedoen kan op verschillende manieren Voor jong en oud Gezond of gehandicapt

Cordaan gelooft erin

Meer weten? Kijk op: cordaan.nl/overcordaan In de rubriek ‘Meedoen met Cordaan’ vind je allerlei sprekende voorbeelden.


SOCIAAL ONDERNEMEN IN DE ZORG

Emile thuiszorg

EMILE THUISZORG DE THUISZORG VAN VANDAAG EN MORGEN Tien jaar geleden kwam Verpleegkunde student Emile de Roy van Zuydewijn tot de conclusie dat de thuiszorg anders geregeld kan en moet worden. Volgens Emile moest thuiszorg persoonlijk, kleinschalig, klantgericht én resultaatgericht zijn. Hij startte thuiszorgbedrijf Emile en ging aan het werk. Zijn eerste cliënten vond hij op Marktplaats. De meeste cliënten zijn chronisch zieken, ouderen en mensen met psychiatrische problemen. Emile bestaat in Amsterdam inmiddels uit 14 wijkteams en is daarmee vrijwel in elke buurt actief. In Groningen zijn er twee teams actief. Het is een fijne bijbaan voor WO en HBO-studenten die zichzelf willen ontwikkelen door samen een maatschappelijk probleem aan te pakken. Op de Academile, een academie die in 2013 is opgericht in samenwerking met het ROC, volgen de studenten een opleiding tot wijkverpleeghulp en behalen een MBOdiploma Verzorgende-C. ‘De studenten worden getraind in verschillende competenties en zijn breed en flexibel

inzetbaar. Ook werken ze samen met vrijwilligers, mantelzorgers, wijkverpleegkundigen en andere professionals aan het vergroten van de zelfredzaamheid van cliënten’, vertelt Emile. Sinds twee jaar heeft Emile ook scholieren in dienst, zij gaan in duo’s aan de slag bij mensen die hulp nodig hebben in het huishouden. Ze volgen een ‘poetshulpopleiding’ en worden begeleid door de studenten. De Poetshulpen kunnen zich verder ontwikkelen tot wijkverpleeghulp als zij verder gaan studeren op het HBO of WO. Niet iedere scholier of student wordt zomaar aangenomen, er gaat een uitvoerige screening aan vooraf. Het is bijvoorbeeld belangrijk dat je goede sociale vaardigheden hebt. Emile zorgt met zijn onderneming niet alleen voor een alternatief aanbod in de zorgmarkt, maar is ook nog eens een kweekvijver voor het zorgtalent van de toekomst.

emile.nu

109


SOCIAAL ONDERNEMEN IN DE ZORG

Specialisterren

SPECIALISTERREN SOCIAAL EN ONDERNEMEND IN DE ICT Waarschijnlijk begrijp je meteen dat je ‘op het matje geroepen’ wordt als een leidinggevende zegt dat hij ‘nog een appeltje met je te schillen heeft’. Iemand met een Autisme Spectrum Stoornis (ASS) kijkt misschien enigszins verward en vraagt zich af of het lunchtijd is. Wij zijn ons vaak niet bewust van de ongeschreven regels, onuitgesproken verwachtingen en beeldspraak in onze dagelijkse communicatie. De verborgen boodschap komt bij veel mensen met ASS niet aan; zij verwerken informatie op een andere manier en hebben meer behoefte aan eenduidigheid. Voor mensen met een zwaardere vorm van ASS is het daarom lastig om te functioneren binnen de kaders van een bedrijfscultuur. De medewerkers van Specialisterren, een bedrijf dat zich specialiseert in het testen van software, hebben allen een vorm van ASS. ‘Wij bieden een rustige

110

werkomgeving, een gestructureerde aanpak en nemen tijdsdruk zoveel mogelijk weg’, zegt Sjoerd van der Maaden, co-oprichter van Specialisterren. ‘Onze medewerkers worden daarom ook niet gedetacheerd; ze hebben weinig tot geen contact met klanten zodat zij zich volledig kunnen richten op hun werktaken.’ Na het volgen van een interne opleiding kunnen de medewerkers aan de slag met een arbeidscontract van minimaal 24 uur op zak. Sjoerd draagt op deze manier bij aan de economische zelfstandigheid en maatschappelijke ontplooiing van mensen met ASS. Specialisterren is een commerciële onderneming, en met succes: de medewerkers behalen 30% hogere effectiviteit dan de gemiddelde tester!

specialisterren.nl


NIEUW NEDERLAND

ZORG IN NIEUW NEDERLAND

© Frank Jansen

WILT U ER EEN KOEKJE BIJ? In heel Nederland zien we een beweging van maatschappelijke initiatieven die zich op een lowbrow manier bezig houden met zorg. Dit zijn vaak creatieve, inventieve, mooie en soms erg lieve oplossingen voor de uitdagingen en problemen in de zorg. Zorg hoeft niet ‘moeilijk’ te zijn, het hoeft ook niet altijd een last te zijn. Leidend is de kracht van menselijke ontmoetingen. Het contact is iets dat ouderen bijvoorbeeld vaak missen en dat is het uitgangspunt in deze creatieve projecten. Om een beeld te geven van deze beweging, hebben we een kleine selectie gemaakt van projecten in Nederland, verdeeld over de thema’s eten, maken en diensten. >>

111


NIEUW NEDERLAND

Samen eten en koken

>> Restaurant Oma’s Pop-up in Rotterdam is opgezet door

zes studenten van de Hogeschool van Rotterdam. In het restaurant worden oud-Hollandse gerechten geserveerd, bereid door senioren die dolgraag actief willen blijven in de maatschappij. De ouderen beleven een fijne dag waarin ze ook nog met hun kookkunsten kunnen pronken. Na het koken is er genoeg tijd om een praatje te maken met de gasten en samen de heerlijke maaltijd te nuttigen die ze zelf gemaakt hebben. Oma’s Pop-up heeft altijd typisch Hollandse gerechten op het menu staan. Denk aan ‘Oma’s gehaktbal met mosterdsaus en voorjaarsstampotje met verse kruiden’ of ‘tuinbonen-erwtenpaté met krokantje van katenspek op zuurdesem’. Voor een voortreffelijk drie-gangen menu van de seniore koks betaal je €12,50 per persoon.

© Lisa Weijman

In Tilburg ontmoeten buurtbewoners elkaar in Resto De Halve Gare. De deelnemers van Raakveld, een creatieve werkplaats voor mensen met een beperking, verzorgen hier dagelijks de lunch. Op donderdag kan iedereen een hapje mee-eten. Raakveld noemt de methodiek die zij hanteren ook wel die van de chaos en liefde en dat is te merken. In de keuken gaat het er soms rommelig aan toe, dat mag ook best, maar je krijgt altijd een maaltijd voorgeschoteld waar de liefde vanaf dampt. Geen culinaire hoogstandjes, maar simpele, low budget gerechten waarbij zoveel mogelijk groenten uit de eigen moestuin gebruikt worden. ‘Wat ik zo leuk vind aan Resto De Halve Gare is dat onze deelnemers leren hoe ze de gerechten ook zelf thuis kunnen maken’, vertelt initiatiefnemer Zjef Naaijkens. In 2006 richtte hij Raakveld op, samen met zijn vrouw Loutje Bosch. ‘Het is ook altijd gezellig, mensen uit de buurt, familie en vrienden komen vaak mee-eten.’

OMA’S POP-UP

© Jan Nieuwstad

RESTO DE HALVE GARE 112

ETEN KOKEN EN PRAATJES MAKEN Samen eten of voor elkaar koken is ook een mooie manier om van elkaars cultuur te proeven. Prakken in West doet dit in Amsterdam door (thuis)koks te koppelen aan mensen in de buurt die wel wat hulp kunnen gebruiken. Voor de koks is het vaak een kleine moeite om wat meer te maken en voor de afhaler is het ontzettend fijn om wat extra hulp te krijgen. Door dit kleine gebaar kan een mooie ontmoeting ontstaan, dat is iets wat we in al deze initiatieven terug zien komen. >>


NIEUW NEDERLAND

Liefde voor verhalen

>> In de huidige tijd, waarin niet alleen liefde voor eten, maar

ook ambachten en handgemaakte producten aan terrein winnen, is de kennis van deze technieken veel waard. Veel ouderen zijn hier nog goed in thuis, maar vaak ligt die kennis te verstoffen. Dat kan anders. Granny’s Finest grijpt deze kans met beiden handen aan. In meerdere steden maken jonge ontwerpers samen met ouderen de mooiste producten. De ouderen zijn, met hun kennis van haken, breien en materialen, de uitstekende makers van de door de ontwerpers bedachte producten. Een mooi project dat op een creatieve manier jong en oud bij elkaar brengt. In Nijmegen koppelt Bureau Twintig ouderen aan de groeiende massa vintage-liefhebbers met het initiatief Vintage People. Op deze vintagemarkt verkopen de ouderen hun hippe kleding aan een nieuwe generatie. Zo is daar Dick. Hij staat op de markt om zijn pak, dat hij in 1953 in Nieuw-Guinea heeft laten maken, te verkopen. Hij is nogal onder de indruk van de hoeveelheid kleding en sieraden op de markt. De jurken en rokken waarin de dames vroeger hun avonturen beleefden zijn ook erg in trek. Ook in Amsterdam hebben dit soort initiatieven het levenslicht gezien. Het zijn momenten waarop verhalen worden uitgewisseld. De ouderen zijn blij dat hun kleding goed terechtkomt en de kopers nog blijer met hun nieuwe aankopen. Wat deze creatieve samenwerkingen zo mooi maakt, is de gelijkwaardige relatie tussen de verschillende spelers. Er wordt uitgegaan van de kracht van de ander en dat maakt het zo waardevol.

TWEE GENERATIES ONTMOETEN ELKAAR Stichting Nieuwe Helden initieert projecten die ook draaien om verbinding en ontmoeting, door nieuwe vormen van toneel. Theatermakers Lucas de Man en Oscar Kocken spelen op verschillende plekken in het land de voorstelling Bejaarden & Begeerte. De persoonlijke verhalen van vorige generaties vormen de basis voor dit stuk. In elke stad wordt de voorstelling aangepast aan de lokale geschiedenis en krijgen Lucas en Oscar hulp van een zangeres van 70-plus. De heren hanteren een streng deurbeleid: nieuwsgierige jonkies mogen uitsluitend naar binnen onder begeleiding van een 65-plusser. >>

GRANNY’S FINEST

113


NIEUW NEDERLAND

Zorgen voor elkaar

>> Hoe leer je elkaar kennen en help je anderen in deze

steeds meer individualiserende maatschappij? Volgens facebook-groep Ziekenboeg Amsterdam door creatief en laagdrempelig zorgtaken over te nemen. Alleenstaande mensen hebben vaak moeite met de meest simpele dingen als ze ziek zijn. Via de groep kunnen zij contact zoeken met iemand in de buurt die bijvoorbeeld even wat boodschappen kan halen of de hond uit kan laten. Ook platform BeterThuis biedt zorg en ondersteuning aan huis, maar dan specifiek aan ouderen. Op deze ‘marktplaats voor ouderen’ kunnen ze kiezen uit een breed aanbod aan diensten; van hulp bij het huishouden, een manicure of massage tot iPad-lessen.

© Frank Jansen

In het Haagse Laakkwartier is er het verhaal van Leo en Netty. Toen in hun wijk door bezuinigingen in 2012 het buurthuis gesloten moest worden stelden zij hun huiskamer open voor de getroffenen. Volgens dit echtpaar verdient niemand het om alleen te zijn en daarom is iedereen tussen 10 en 12 uur in de ochtend welkom voor een kopje koffie en een praatje. Het ledenaantal blijft groeien en de groep heeft naast de koffie-momenten ook uitjes buiten de deur. Leo en Netty zijn een inspiratie voor anderen om dergelijke initiatieven te starten. Ze vragen slechts vijf euro per maand om de kosten te dekken, wat natuurlijk een schijntje is. Een andere trend die we zien, is die van jongeren die ouderen helpen in ruil voor woonruimte. Een voorbeeld daarvan is Vreedenhoff, een woonzorgcentrum voor ouderen in Arnhem waar onlangs vijf studenten in het pand zijn getrokken. In ruil voor twintig uur per maand maatschappelijk werk, mogen de studenten er voor een gereduceerd tarief wonen. Uitgangspunt van het werk zijn de specifieke kwaliteiten van de jongelui. De technische studenten helpen de ouderen met bijvoorbeeld computerlessen en de bewegingsstudenten helpen de andere bewoners met hun dagelijkse oefeningen. >>

LEO EN NETTY

Peter Both redacteur Nieuw Nederland Pakhuis de Zwijger

114

Jill Scheepers stagiair Zorg Pakhuis de Zwijger


NIEUW NEDERLAND

Creatieve kijk op zorg

© Sten Petersen

VINTAGE PEOPLE >> Van kleine tot grote diensten, wat we waarnemen is een

groeiend aantal initiatieven dat zich op een inventieve manier inzet voor een ander. De kracht van ontmoeting lijken zij onomstotelijk te bewijzen. Al deze voorbeelden van maatschappelijke initiatieven die op hun eigen manier de zorg veranderen geven hoop. Het zijn mooie beginselen om te werken aan nieuwe vormen van zorgverlening. Tegelijk is het een beweging die vaak drijft op vrijwilligheid en enthousiasme, dit maakt haar gevoelig in deze grillige tijd. Deze initiatieven staan of vallen met de inzet van een aantal enthousiaste creatievelingen. Zonder ondersteuning of duurzaam model, is het lastig overleven. In ieder geval laat het zien dat door kleinschalige en laagdrempelige initiatieven grote persoonlijke successen geboekt kunnen worden en dat deze creatieve kijk op zorg niet meer weg te denken is! ŤŤ

omaspopup.nl raakveld.nl prakkeninwest.nl grannysfinest.com fb.com/vintagepeoplenijmegen bejaarden-en-begeerte.nl beterthuis.nl vreedenhoff.nl Benieuwd naar meer zorginitiatieven uit het land?

stedenintransitie.nl/tag/zorg

115


BOEKEN

DE UITVINDING VAN DE LEESZAAL

HET NIEUWE STADMAKEN

MAURICE SPECHT & JOKE VAN DER ZWAARD

FRANKE, NIEMANS & SOETERBROEK

VAN LINDERT, LETTING, E.A.

Na de gedwongen sluiting van de bibliotheek in de Rotterdamse wijk Het Oude Westen richtten actieve wijkbewoners in 2012 een eigen Leeszaal op. Wat is de betekenis voor vrijwilligers en voor de buurt en wat is de waarde als sociale en culturele ontmoetingsplaats?

We nemen afscheid van de tegenstelling bottom-up en top down. Initiatieven winnen aan betekenis en dwingen overheid en markt tot transformeren. In dit boek komen ideeĂŤn samen van verschillende auteurs over de stedelijke ontwikkeling van de komende vijf jaar.

De mondiale verstedelijking heeft directe invloed op het leven van miljarden mensen. Toch is er nauwelijks over nagedacht wat voor een invloed dit heeft op het naleven van mensenrechten. In deze essaybundel levert Amnesty International Nederland een bijdrage aan dit debat.

leeszaalrotterdamwest.nl

trancity.nl/nieuwestadmaken

amnesty.nl/urbanworld

THE ZERO MARGINAL COST SOCIETY

INFRATECTURE

BUURTSUPERKOOKBOEK

MARC VERHEIJEN

JEREMY RIFKIN

116

THE FUTURE OF HUMAN RIGHTS IN AN URBAN WORLD

MARIANNE MEIJERINK

Rifkin schrijft over veranderende economische principes. Door de digitalisering kan er veel gratis worden gekopieerd of tegen marginale kosten worden geproduceerd. Het einde van het kapitalisme is nabij en het zero-cost principe is de toekomst.

De infrastructuur van een stad heeft naast een functionele noodzaak, ook een grote sociologische, culturele, ecologische en economische meerwaarde. Hoe kan infrastructuur een betekenisvol onderdeel worden van onze alledaagse leefomgeving?

Iedereen kent ze: de typische Marrokaanse en Turkse buurtsupers. De exotische blikjes en ontelbare kruiden. Meijerink beschrijft aan de hand van recepten en tips wat je in deze winkels kunt kopen, maar vooral wat je er mee kan doen.

thezeromarginalcostsociety.com

infratecture.nl

buurtsuperkookboek.nl


BOEKEN

DESIGN FOR THE GOOD SOCIETY MARGOLIN, BRILLEMBOURG, FUAD-LUKE, E.A. Wat is de relatie tussen ontwerp en maatschappij? In het boek wordt teruggeblikt op de vijf edities van Utrecht Manifest, de tweejaarlijkse manifestatie gewijd aan de sociale aspecten van design. Op basis van de afgelopen biënnales wordt er een agenda van de toekomst geschetst.

BIO DESIGN: NATURE SCIENCE CREATIVITY WILLIAM MYERS & PAOLA ANTONELLI

TRICKLE DOWN IN DE STAD PONDS, MARLET & VAN WOERKENS

Dit boek gaat over de kruisbestuiving van natuur, wetenschap en creativiteit. Aan bod komen 73 design- en kunstprojecten gemaakt van levend materiaal, waaronder lichtgevende bladeren, zelfwarmend beton en DNA data-opslag.

Steeds vaker trekken hoogopgeleiden naar de stad om te werken, maar wat betekent dit voor de laagopgeleiden? Worden er banen gegenereerd of zorgt het juist voor meer werkloosheid? Platform 31 heeft dit trickle downbegrip uitvoerig onderzocht en rapporteert dit in boek.

nai010.com/goodsociety

biology-design.com

platform31.nl

DE STOEP

111 PLEKKEN IN AMSTERDAM

NOT INVENTED HERE

VAN ULDEN, HEUSSEN & VAN DER HAM

BAS VAN LIER

RAMON VULLINGS & MARC HELEVEN

De stoep is de plék waar sociaal contact tussen bewoners plaatsvindt en die voor een groot deel de uitstraling van een straat bepaalt. Aan de hand van interviews, casestudies, essays en een analyse beschrijft dit boek de drijfveren van mensen om van de stoep een eigen plek te maken.

In Amsterdam bevinden zich plekken die zelfs de meest betrokken inwoner niet kent. Van wijngaarden en biologische borrels tot BYO-restaurants, in dit nieuwe boek staan 111 plekken beschreven waar je Amsterdam op een andere manier te leren kennen.

Wist je dat de wielen van een inklapbuggy geïnspireerd zijn op die van een vliegtuig en een autonavigatie gebaseerd is op de besturing van een spelcomputer? Not invented here is een boek met inspirerende verhalen en praktijkvoorbeelden van cross-industriële innovatie.

naibooksellers.nl

thoth.nl

crossindustryinnovation.com

117


adenken’ Ω Joris Luyendijk

eun ons onafhankelijk den

Onafhankelijk weekblad sinds 1877 Onafhankelijk weekblad 20 maart 2014 sinds 1877 Jaargang 138 / Nr. 12 € 4,50 30 oktober 2014 Jaargang 138 / Nr. 44 € 4,95 d lijk weekbla Onafhanke 7 kblad wee sin lijk187 keds an fh na O 14 77 sinds 18 21 augustus 20 Nr. 34 138 / rgang14 Jaa mber020 r. 48 27 nove € 4,5 N / 138 Jaargang

€ 4,95

BP

De filosofen van Poetin De Russische zich Muur val van delaat depresident 25 jaar nadoor inspireren 19de-eeuwse over een John Gray Filosoof Slavische denkers. Enmisvattin schrijft ze voor ieuwe N gen liberale kwart log aan zijneeuw entourage Koude Oor media BP

BP

politici en Europese achter de VS aan lopen slaafs

Verknipt Iran

In het geniep kan alles in het land van de ayatollahs

Gewone Russen

ische t de Russ Poetin ze Ingrid in tegen Henk en intellectuelen kritische

Dechburgemeester e is wereldleider Syrals lingennaBarber chte vluEssay van Benjamin Nederland n Ze bereike ht, mensentoc wel bij een barre rs varen er smokkelaa

Fort Nederland bij ebola Helpen Afrikaanse De methode uittekort de Derde schrijnend een toeristen Er isOok voetbaltalentjes komen Wie er moeilijk Grunberg durft hulpverleners. aan Wereld fd ie uw in r ar rl a e gelokt ja Europa naar worden V Ze ra vermaak 70 nhalaedro le te gaan? Zijn nihilisme is in Jonge io g at r o N o n ge e h n e d it nken e ji overgelaten ga lot hun u eneaan e or b nderig d uitgemond vo en herde n Freekernemweet se p e sam o nd nt n la a Wa er s ijb N enedverlie ndde bethoudenkbee naar nsen Zowe’n vionjfts igeig DeHooe rokken erh nan ar de we wen vert oren inkseenKzic Pro woerndafhankelijk vrheout kalifaat vafenssdne L el g b e re o v ve e rvatie sor. Hoe eldnse beco nog? spon van hune universiteiten zijn onz 12_01_omslag.indd 1

18-0 -14 1 :50

28-10-14 1 :28

44_01_omslag.indd 1

19-08-14

25-11-14

g.indd 1

4_01_omsla

slag.indd

48_01_om

1

18:0

18:19

5 weken voor € 5! Ga naar: groene.nl/ actie


WEBSITES / APPS

CYCLESWAP

WETAILER

OFFICERANK

Zijn jouw keukenkastjes tot de nok gevuld met potjes jam van de pruimenboom uit je tuin? Op online platform Wetailer kun je jouw huisgemaakte producten aanbieden aan mensen uit de buurt. Niet zeker of je huisgemaakte taarten wel lekker smaken? Dan kun je via de website ook een proefpanel organiseren.

Ontdek met OfficeRank hoeveel lege kantoorruimtes er in Nederland zijn. Deze webapplicatie verzamelt informatie over leegstand, duurzaamheid, prijzen en waarderingen van kantoorpanden en creëert zo een overzicht. Een deel van de informatie is vrij verkrijgbaar, voor de rest kan een abonnement worden afgesloten.

cycleswap.nl

wetailer.com

officerank.nl

HAPPY DEED

REIZENDE STERREN

CUCALU

Veel Amsterdammers hebben meerdere fietsen, waardoor duizenden fietsen dagelijks verstoffen in de schuur. Cycleswap is een online platform waar Amsterdamse inwoners hun fiets kunnen verhuren. Ideaal voor de student die een bakfiets nodig heeft of de toerist die in contact wil komen met locals.

Het doen van een goede daad is een kleine moeite, maar het geeft vaak een erg goed gevoel. Op de app Happy Deed kun je foto’s plaatsen van de goede daad die jij hebt verricht. Gebruikers blijven elkaar op deze manier dagelijks inspireren.

Binnenkort wordt de Streetfood App gelanceerd. Deze applicatie biedt een overzicht van verschillende Nederlandse streetfoodondernemers en foodtrucks. Blijf op de hoogte van alle festivals, markten of feesten waar jouw favoriete foodtruck te vinden is, of zoek je favoriete streetfoodrecept op.

Wat als je met andere ogen naar de stad kan kijken? Met Cucalu maak je foto’s van bepaalde vormen die je tegenkomt in je omgeving. Op basis van deze foto’s verdien je punten en herontdek je de stad op unieke manier.

happydeed.com

reizendesterren.org

cuca.lu

119


COLOFON

Nieuw Amsterdam #6

is een uitgave van Stichting Pakhuis de Zwijger, Piet Heinkade 181K, 1019 HC Amsterdam, tel.: 020 - 62 46 380

dezwijger.nl

Uitgever Egbert Fransen Hoofdredactie Dymphie Braun Eindredactie Dymphie Braun en Merel Oosterhof

redactie@stedenintransitie.nl Met bijdragen van Nancy Andeweg, Sheila Binesh, Maarten de Boer, Peter Both, Anuska Bruijninckx, Christel van de Craats, Edo Dijksterhuis, Khashayar Ghiabi, Coen Hermans, Stephan Hodes, Fenna Hoefsloot, Jorie Horsthuis, Luc Janssens, Simea Knip, Liedewij Loorbach, Misha Melita, Floor Milikowski, Richard Mooyman, Maartje Rooker, Pierre van Rossum, Charlot Schans, Jill Schepers, Leonore Snoek, Nicole Santé en Joost Zonneveld. Art Direction & Design josschoonis.com i.s.m. xpublishers, Amsterdam Coverbeeld Uncover Lab by Chaotic Bastards Drukwerk Veenman, Rotterdam Deze editie van Nieuw Amsterdam werd financieel mede mogelijk gemaakt door: Gemeente Amsterdam / Amsterdamse School, De Alliantie, De Key, Eigen Haard, FNV Kiem, Nuon en Stadgenoot. © 2015 - Stichting Pakhuis de Zwijger

Dit magazine verschijnt 4 keer per jaar en is een verdiepend verlengstuk van de online platforms stedenintransitie.nl en citiesintransition.eu. Hier brengen wij de mensen samen die de stad maken. Stadmakers noemen wij ze. Een eretitel. Zij staan centraal in de verhalen over nieuwe initiatieven, proeftuinen, stadslaboratoria en broedplaatsen in de steden én in de programmering van Pakhuis de Zwijger.

stedenintransitie.nl citiesintransition.eu

120

VOLGENDE UITGAVE

NIEUW AMSTERDAM HERFST 2015

7

MET ONDER ANDERE: TERUGBLIK OP DIY ZOMER 2015 HET DAGELIJKS LEVEN AAN DE BURGEMEESTER DE VLUGTLAAN WELK WERK DOEN WE STRAKS NOG IN DE STAD? MET MARJAN MINNESMA OP WEG NAAR MILIEUTOP PARIJS LOKAAL VOEDSEL VEROVERT DE STAD AGENDA STAD VS NIEUW NEDERLAND STEDEN IN TRANSITIE GAAN CITY DEALS AAN STADMAKERS IN BREDA, TILBURG NIJMEGEN EN DEN HAAG VOORUITBLIK NL-VOORZITTERSCHAP EU2016 EU2016 CAMPUS GAAT OFF-GRID OP KOP JAVA GEBIEDSONTWIKKELING OOSTENBURG GAAT NIEUW LEVEN TEGEMOET CENTRUMEILAND EXCLUSIEF VOOR ZELFBOUW? DE TOEKOMST VAN DE SLUISBUURT NEW EUROPE WHAT’S GOING ON IN LONDON? CITY MAKERS AT WORK IN WARSAW, MADRID, PARIS, RIGA AND VIENNA


STADEXPEDITIES 2 0 15

LEEUWARDEN SEPTEMBER ZAANSTAD OKTOBER ROTTERDAM NOVEMBER DEN BOSCH JUNI

MEER INFORMATIE: STEDENINTRANSITIE.NL/STADEXPEDITIE


Werk je samen met anderen aan slimme oplossingen voor maatschappelijke vraagstukken in steden? Stoppen jullie daarbij niet bij een idee, en komen jullie (aantoonbaar) tot realiseerbare acties? Zijn jullie inventief en bereid om risico’s te nemen? En muren te doorbreken en samen te bouwen? Willen jullie tijd investeren om jullie impact te vergroten?

Dan is jullie project perfect voor de Challenge en de Urban Accelerator.

Schrijf je nu in! www.challengestad.nl Vragen? Mail naar challengestad@rvo.nl Challenge? Challenge Stad van de Toekomst zoekt duurzame, sociale en slimme oplossingen. De 20 kansrijkste initiatieven mogen deelnemen aan de Urban Accelerator. En krijgen 10.000 euro groeibudget. Eerst selecteren we een top-50 die op 29 juni tijdens de startbijeenkomst bij elkaar komt: dan krijgt ieder initiatief de kans om andere initiatieven te ontmoeten, om inspiratie op te doen en - heel belangrijk - te pitchen. Hierna selecteert de jury 20 finalisten die mogen deelnemen aan de Urban Accelerator, die loopt van september 2015 tot maart 2016. En op 14 april 2016 staan de 3 beste initiatieven op het podium tijdens de Innovatie Estafette 2016. Voor de winnaars is er prijzengeld van in totaal 50.000 euro beschikbaar. Initiatiefnemers van de Challenge Agenda stad en Innovatie Estafette

In samenwerking met

Pakhuis de Zwijger, Kennisland, Rijksdienst voor Ondernemend Nederland


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.