Gedragsonderzoek Axolotl

Page 1

Axolotl Gedragsonderzoek

DE MEXICAANSE WANDELVIS

Maaike Dekker Pascal Gunsch 23 november 2012 Biologie

Gedragsonderzoek Axolotls ― 1


2 ― Inhoud


INHOUD Inhoud ........................................................................................................................................................................ 3 1 De Axolotl ................................................................................................................................................................. 4 2 Veldonderzoek ....................................................................................................................................................... 5 3 Ethogram .................................................................................................................................................................. 6 4 Protocol ..................................................................................................................................................................... 7 5 Tabel .......................................................................................................................................................................... 12 6 Grafiek ...................................................................................................................................................................... 13 7 Vragen ...................................................................................................................................................................... 14

Gedragsonderzoek Axolotls ― 3


Hoofdstuk 1

DE AXOLOTL Axolotl is Nahuatl voor ‘waterhond’. In de wetenschap heeft men het liever over de Mexicaanse wandelvis, of Ambystoma mexicanum. Het bijzondere aan deze salamander is k zijn neotenie: hij blijft zijn leven lang in het larvestadium. Daarom wordt hij ook wel de Peter-Pan-vis genoemd. De axolotl kan wel een metamorfose ondergaan, hierna lijkt hij op zijn verwante, de tijgersalamander (A. tigrinum). Taxonomie Rijk: Stam: Klasse: Orde: Familie: Geslacht:

Animalia Chordata Amphibia Caudata Ambystomatidae Ambystoma

(dieren) (chordadieren) (amfibieën) (salamanders) (molsalamanders)

Regeneratie Ook heeft de axolotl het vermogen tot regeneratie: hij kan (missende) ledematen (maar ook organen zoals zijn lever en hersenen) opnieuw aangroeien zonder enig littekenweefsel te vormen. Dit maakt hem een gewild object voor de wetenschap.

() Deze axolotl ‘mist’ zijn linkerarm. Althans, voor een poosje. Op deze foto is een blastema te zien: een structuur van stamcellen die uiteindelijk in een nieuwe linkerarm uitgroeit. Dieet De axolotl is een carnivoor. Hij eet kleine diertjes zoals insecten (muggenlarven) en kleine visjes. Deze slikt hij in een keer door, aangezien hij geen tanden heeft. 4 ― De axolotl


Bedreiging De axolotl is een kritiek bedreigde diersoort: niet in laboratoria, maar wel in de natuur. Hier leeft hij alleen in het Xochimilcomeer en het Chalcomeer. En in zogenaamde ‘axalapascos’, vulkanische kratermeren gevuld met water. Door de verstedelijking van de omgeving van Mexicostad wordt het leefgebied van de axolotl steeds kleiner, en er komen dus steeds minder axolotls. Naar schatting zijn er nog maar 1200 axolotls in het wild over.

() Een voorbeeld van een axalapascos: het Atexcacmeer.

Hoofdstuk 2

VELDONDERZOEK We bestudeerden twee axolotls die beide in een aquarium van ongeveer 80 bij 30 cm zaten. De ene is koperkleurig (geelachtig), en de ander is wildkleur (bruin met zwarte stippeltjes). Beide axolotls zijn 1,5 maand oud. In dit stadium is het praktisch gezien onmogelijk om het geslacht te bepalen. Locatie 51° 50’ 47,17” N 4° 14’ 42,50” O Tijd dinsdag 13 november 2012 van 12.34 tot 17.06 ‘Weer’ een constante temperatuur van 16 °C

() De locatie van het onderzoek. Gedragsonderzoek Axolotls ― 5


Hoofdstuk 3

ETHOGRAM Handeling stationair flapperen snuffelen

Afk. S F Sf

slurpen springen kauwen

Sr Sp K

spugen slikken

Sg Sl

opspringen

Os

zwemmen lopen vooruit lopen achteruit draaien

Z Lv La D

Beschrijving De axolotl doet helemaal niets. De axolotl beweegt zijn kieuwen van voor naar achter. De axolotl beweegt zijn hoofd heen en weer, alsof hij aan het snuffelen is. De axolotl slurpt zijn eten op. De axolotl ‘hopt’ als het ware een halve centimeter de lucht in. De axolotl beweegt de onderkaak op en neer en maakt hierbij kauwende bewegingen. Maar aangezien hij geen tanden heeft kan de axolotl niet kauwen. De axolotl spuugt het eten uit. De axolotl slikt (en gaat hierbij een paar millimeters achteruit en een klein beetje omhoog). De axolotl springt ongeveer 2 cm de lucht in. Hierna zwemt de axolotl een klein beetje verder. De axolotl gebruikt zijn staart om vooruit te komen. De axolotl loopt naar voren. De axolotl loopt naar achter. De axolotl draait ongeveer 90° links- of rechtsom.

() Een ‘golden’ axolotl. 6 ― Ethogram


Hoofdstuk 4

PROTOCOL Voor de protocollen gebruikten we de wildkleur axolotl. Het eerste protocol begon om 13.34, en het andere om 17.36. Allebei werden ze op dinsdag 13 november beschreven.

(5) De wildkleur axolotl die we bestudeerd hebben. Gedragsonderzoek Axolotls ― 7


Protocol 1 0-5 s 5-10 s 10-15 s 15-20 s 20-25 s 25-30 s 30-35 s 35-40 s 40-45 s 45-50 s 50-55 s 55-60 s

1e minuut Os, Z, S, S, F, F, F, F, F, F, F, Sr, Sp, K, Sg, Sr,

2e minuut Sl, S, F, F, F, F, F, F, Sr, Sp, K, Sg, Sr, Sl, S, S,

3e minuut S, S, F, F, F, F, F, Sr, Sp, K, Sg, Sr, Sl, S, F,

4e minuut F, F, F, F, F, F, F, Sr, Sp, K, Sg, Sr, Sl, S, S, S,

5e minuut S, S, S, S, S, S, S, S, S, S, S, S,

0-5 s 5-10 s 10-15 s 15-20 s 20-25 s 25-30 s 30-35 s 35-40 s 40-45 s 45-50 s 50-55 s 55-60 s

6e minuut S, Z, Z, S, F, F, Sr, Sp, K, Sg, Sr, Sl, F, F, F,

7e minuut F, F, F, F, Sr, Sp, K, Sg, Sr, Sl, S, S, S, S, S, F,

8e minuut S, S, S, S, S, Lv, Lv, Lv, S, F, F, F,

9e minuut F, F, Sr, Sp, K, Sg, Sr, Sl, S, S, S, S, S, Sf, Sf,

10e minuut S, Z, S, F, F, F, F, F, F, Sr, Sp, K, Sg, Sr, Sl, S,

0-5 s 5-10 s 10-15 s 15-20 s 20-25 s 25-30 s 30-35 s 35-40 s 40-45 s 45-50 s 50-55 s 55-60 s

11e minuut S, D, S, Z, D, S, F, F, F, F, F, F,

12e minuut F, Sr, Sp, K, Sg, Sr, Sl, S, S, F, F, F, F, Sr, Sp, K, Sg, Sr, Sl, S,

13e minuut S, S, S, S, S, S, S, S, S, S, Os, Z, Z,

14e minuut S, F, F, S, F, F, Sr, Sp, K, Sg, Sr, Sl, S, S, S,

15e minuut S, S, S, F, S, S, S, S, S, S, F, S,

8 ― Protocol


0-5 s 5-10 s 10-15 s 15-20 s 20-25 s 25-30 s 30-35 s 35-40 s 40-45 s 45-50 s 50-55 s 55-60 s

16e minuut S, S, F, F, F, F, F, F, Sr, Sp, K, Sg, Sr, Sl, S, S,

17e minuut S, F, F, F, F, Sr, Sp, K, Sg, Sr, Sl, S, F, F, F,

18e minuut F, F, F, F, F, Sr, Sp, K, Sg, Sr, Sl, F, F, F, F,

19e minuut F, Sr, Sp, K, Sg, Sr, Sl, S, S, S, S, F, S, S, S,

20e minuut S, S, S, F, S, S, Sf, S, Sf, Lv, Lv, Lv,

0-5 s 5-10 s 10-15 s 15-20 s 20-25 s 25-30 s 30-35 s 35-40 s 40-45 s 45-50 s 50-55 s 55-60 s

21e minuut S, S, F, F, F, F, Sr, Sp, K, Sg, Sr, Sl, S, S, S, F,

22e minuut F, F, F, F, F, Sr, Sp, K, Sg, Sr, Sl, S, F, F, F,

23e minuut Sr, Sp, K, Sg, Sr, Sl, S, S, S, S, S, S, F, S, S, S,

24e minuut S, S, S, S, Os, D, S, S, F, S, S, S,

25e minuut F, F, F, F, F, F, Sr, Sp, K, Sg, Sr, Sl, S, S, S, S,

0-5 s 5-10 s 10-15 s 15-20 s 20-25 s 25-30 s 30-35 s 35-40 s 40-45 s 45-50 s 50-55 s 55-60 s

26e minuut S, S, S, S, F, S, S, S, S, S, S, S,

27e minuut F, S, S, Sf, S, F, S, S, S, S, S, S,

28e minuut S, F, S, S, S, S, S, Lv, F, S, S, S,

29e minuut S, S, S, F, F, F, F, F, F, F, F, Sr, Sp,

30e minuut K, Sg, Sr, Sl, S, S, S, S, S, S, F, S, S, S,

Gedragsonderzoek Axolotls ― 9


Protocol 2 0-5 s 5-10 s 10-15 s 15-20 s 20-25 s 25-30 s 30-35 s 35-40 s 40-45 s 45-50 s 50-55 s 55-60 s

1e minuut S, S, S, S, S, S, S, S, S, S, S, F,

2e minuut S, S, S, S, S, S, S, F, S, S, S, S,

3e minuut S, Lv, Lv, Lv, Lv, Lv, S, F, S, S, S, S,

4e minuut S, S, S, S, S, F, S, S, S, S, S, S,

5e minuut S, S, S, S, F, S, S, S, S, S, S, S,

0-5 s 5-10 s 10-15 s 15-20 s 20-25 s 25-30 s 30-35 s 35-40 s 40-45 s 45-50 s 50-55 s 55-60 s

6e minuut S, S, F, S, S, S, S, S, S, F, S, S,

7e minuut S, S, S, S, S, F, S, S, S, S, S, S,

8e minuut S, S, S, S, S, S, F, S, S, S, S, S,

9e minuut F, S, Lv, D, Lv, Lv, Sf, Sf, La, S, S, S,

10e minuut S, S, S, F, F, S, S, S, S, S, S, S,

0-5 s 5-10 s 10-15 s 15-20 s 20-25 s 25-30 s 30-35 s 35-40 s 40-45 s 45-50 s 50-55 s 55-60 s

11e minuut S, F, S, S, S, S, S, S, S, S, F, S,

12e minuut S, S, S, S, S, S, S, F, S, S, S, S,

13e minuut S, S, S, S, S, S, S, F, S, S, Sf, Lv,

14e minuut S, S, F, F, F, F, F, Sr, Sp, K, Sg, Sr, Sl, S, S, S,

15e minuut S, S, S, F, S, S, S, S, S, S, S, S,

10 ― Protocol


0-5 s 5-10 s 10-15 s 15-20 s 20-25 s 25-30 s 30-35 s 35-40 s 40-45 s 45-50 s 50-55 s 55-60 s

16e minuut S, S, S, F, S, S, S, S, S, S, S, S,

17e minuut S, F, S, S, S, S, S, S, S, S, F, S,

18e minuut S, S, S, S, S, S, S, S, F, S, S, S,

19e minuut S, S, S, S, S, S, F, S, S, S, S, S,

20e minuut S, S, S, F, S, S, Sf, S, Os, Z, Z, Z, S,

0-5 s 5-10 s 10-15 s 15-20 s 20-25 s 25-30 s 30-35 s 35-40 s 40-45 s 45-50 s 50-55 s 55-60 s

21e minuut S, S, S, S, S, S, S, S, S, S, S, S,

22e minuut F, S, S, S, S, S, S, S, S, S, F, S,

23e minuut S, S, S, S, S, S, S, S, F, S, S, S,

24e minuut S, S, S, S, S, F, S, S, S, S, S, S,

25e minuut S, S, S, S, S, S, S, S, F, S, S, S,

0-5 s 5-10 s 10-15 s 15-20 s 20-25 s 25-30 s 30-35 s 35-40 s 40-45 s 45-50 s 50-55 s 55-60 s

26e minuut S, S, S, S, S, S, S, S, S, S, S, S,

27e minuut S, S, F, S, S, S, S, S, S, S, S, S,

28e minuut S, S, S, S, F, S, S, S, S, S, S, S,

29e minuut S, S, S, F, S, S, S, S, S, S, S, S,

30e minuut S, S, S, S, S, S, S, F, S, S, S, S,

Gedragsonderzoek Axolotls ― 11


Hoofdstuk 5

TABEL Gedrag(seenheid) stationair (S) flapperen (F) eten snuffelen (Sf) slurpen (Sr) springen (Sp) kauwen (K) spugen (Sg) slikken (Sl) bewegen vooruit lopen (Lv) achteruit lopen (La) zwemmen (Z) draaien (D) opspringen (Os)

Protocol 1 161 124 125 5 40 20 20 20 20 20 7 0 7 3 3

Protocol 2 297 37 10 4 2 1 1 1 1 15 9 1 3 1 1

() Een afbeelding van een axolotl. Deze axolotl is een mannetje: hij heeft een ‘zakje’ achter zijn achterpoten. 12 ― Tabel


Hoofdstuk 6

GRAFIEK Protocol 1

5%

37%

29%

Stationair (S) Flapperen (F) Eten (Sf, Sr, Sp, K, Sg, Sl) Bewegen (Os, Z, Lv, La, D)

29%

Protocol 2 3% 4% 10% Stationair (S) Flapperen (F) Eten (Sf, Sr, Sp, K, Sg, Sl) Bewegen (Os, Z, Lv, La,D)

83%

Gedragsonderzoek Axolotls ― 13


Hoofdstuk 7

VRAGEN Welk gedrag vertoonde de door jou bestudeerde axolotl het meest? Wat is een aannemelijke verklaring voor dit gedrag? Als je ‘stationair’ (niets doen) niet meetelt, flapperde (het bewegen van de kieuwen) de axolotl het meest. Dit is makkelijk te verklaren. De axolotl heeft namelijk twee manieren om adem te halen: via zijn huid en via zijn kieuwen. De axolotl gaat dus af en toe, om een extra ‘teugje lucht te happen’, met de kieuwen heen en weer.

() Een Azteekse afbeelding met axolotls erop. Dit zijn de zwarte diertjes die op kikkervisjes lijken. 14 ― Vragen


Splits de verschillende gedragingen op in: gedrag – gedragssysteem – gedragseenheden (zie blz. 17 van Nectar).

Gedrag

Eten

Gedragssysteem

Zoeken

Gedragseenheid

Snuffelen

Bewegen

Innemen

Slurpen

Springen

Kauwen

Zwemmen

Spugen

Slikken

Opspring en

Zwemmen

Lopen

Vooruit Lopen

Zijn er in jouw waarnemingen gedragsketens aanwezig. Zo ja, schrijf deze dan op. We hebben één gedragsketens kunnen vinden. Deze heeft te maken met het innemen van voedsel: Slurpen

Springen

Kauwen

Spugen

Slikken

Achteruit Lopen

Draaien

Draaien


Welk gedrag vond jij het meest bijzonder of opvallend. Stel een onderzoek op om dit gedrag nader te onderzoeken. Gebruik hierbij de eerste drie stappen uit leertaak 1A (blz 30): onderzoeksvraag – hypothese – materiaal/methode. Je hoeft het onderzoek niet verder uit te voeren. Het meest opvallend vonden wij het snuffelen (het heen en weer bewegen van het hoofd). Onderzoeksvraag De axolotl beweegt zijn hoofd af en toe heen en weer, alsof hij net als een hond aan het snuffelen is. Het opmerkelijke is dat de axolotl elke keer na het snuffelen weg loopt (Lv, La) of wegzwemt (Z), om vervolgens iets op te eten. Is het snuffelen dus net als bij een hond een manier om beter te kunnen ruiken? Hypothese We gaan ervanuit dat het snuffelen inderdaad een manier is om beter te kunnen ruiken. Vooral het gedrag na het snuffelen (het naar het eten bewegen) ondersteunt dit. Werkwijze Materiaal  voedsel (bijvoorbeeld bloedworm)  een eenvoudig doolhof Methode Om te testen of de axolotl kan ruiken, moeten we zorgen dat hij zijn eten niet kan zien. Dit doe je door een speciale opstelling, zoals een eenvoudig doolhof, te maken. Als je op plaats A voedsel legt, en de axolotl het voedsel kan vinden, is hij op de geur van het voedsel afgegaan. Om zeker te zijn moet je het voedsel elke keer op andere plaats leggen en kijken of de axolotl het nog steeds kan vinden. Als dat zo is, weet je zeker dat het snuffelen dus ook echt is om beter te kunnen ruiken.

A

B C

D

E

() Een eenvoudig doolhof.

Maaike Dekker & Pascal Gunsch 16 ― Vragen


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.