Sociaal-economische situatieschets van Oost-Vlaanderen (2020)

Page 1

2020 Sociaal-economische situatieschets van Oost-Vlaanderen

1


Colofon De Sociaal-economische situatieschets van OostVlaanderen (editie 2020) is een uitgave van de Kenniscentrum Economie van de Provincie OostVlaanderen.

Provincie Oost-Vlaanderen PAC Het Zuid Woodrow Wilsonplein 2 9000 Gent

Team Economie

tel. +32 9 267 86 86 economie@oost-vlaanderen.be www.oost-vlaanderen.be

Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij Oost-Vlaanderen tel. +32 9 267 86 00 info@pomov.be www.pomov.be

Economische Raad voor Oost-Vlaanderen tel. +32 9 267 86 10 erov@oost-vlaanderen.be www.erov.be

Inhoudsopgave Voorwoord 3

Deel 1 Oost-Vlaanderen in de kijker

4

Oost-Vlaanderen: competitief in een Europese context?

6

Interview Internationale samenwerking: “Onze provincies lijken wel heel sterk op elkaar” Een input-output matrix voor Oost-Vlaanderen: alles is verbonden

Deel 2 Oost-Vlaanderen doorgelicht

28 34

42

Overzichtskaart gemeenten

44

Overzichtstabel gemeenten per arrondissement

44

Bevolking

45

Inkomen

51

Werkgelegenheid 53

Dataverzameling en -verwerking, redactie Pascal de Meyer Kathy Gillis Jos Saerens Dataverwerking afgesloten op 1 juli 2020.

voorwoord Waar kunnen we het anders over hebben dan

Op alle niveaus – federaal, gewestelijk, provinciaal,

over de covid-19 crisis in het voorwoord van de

gemeentelijk – is er uitgepakt met economische

Sociaal-economische situatieschets van Oost-

steunmaatregelen voor bedrijven, werknemers en

Vlaanderen 2020? Bij het begin van het jaar

consumenten. De impact ervan is op dit moment

leken de Amerikaanse presidentsverkiezingen de

moeilijk in te schatten. Een zaak staat vast: de

opvallendste nieuwsfeiten te worden, samen met

maatregelen hebben alvast erger voorkomen voor

de voor Vlaanderen belangrijke afwikkeling van de

vele bedrijven en gezinnen.

brexit-saga. Een virus met als officiële naam SARSCoV-2, zelfs naar virale normen klein (zo’n 65-125

Het wordt tot in den treure herhaald: het is wachten

nanometer als diameter), heeft er in de lente van

tot er een effectief vaccin is voor we een vorm van

2020 anders over beslist.

normaliteit kunnen bereiken. Op het ogenblik dat dit voorwoord wordt geschreven, zijn er meer dan 46

Het IMF verwacht een globale economische groei

mogelijke vaccins in ontwikkeling, waarvan 11 in de

van -4,9% voor 2020 – voor vorig jaar werd de groei

finale fase van de grootschalige klinische tests.

geschat op +2,9%. Voor de Eurozone wordt de daling door de OESO geraamd op -9,1%, voor België ligt

In de Sociaal-economische situatieschets van

Ondernemingsweefsel 60

het cijfer op -8,9%, beide cijfers in het geval van

Oost-Vlaanderen die nu voorligt, wordt niet dieper

Werkloosheid 64

dat een ernstige tweede golf met lockdowns wordt

ingegaan op de gevolgen van de covid-19 crisis voor

voorkomen. Dit zijn cijfers die sinds de Tweede

de Oost-Vlaamse economie. Wat u wel aantreft in ons

Onderwijs

70

Wereldoorlog niet meer opgetekend werden. “De

hoofdstuk ‘Oost-Vlaanderen in de kijker’ is enerzijds

Toegevoegde waarde

74

gevolgen van de twee olieschokken (1975 en 1981),

een Europese analyse van de competitiviteit van

de crisis begin jaren negentig en de financiële crisis

onze economie en anderzijds een blik op de interne

zijn nauwelijks rimpels in die gestage opwaartse

machinerie van de Oost-Vlaamse bedrijvigheid, via

klim [vanaf de jaren zestig]”, schrijft De Tijd op 22

een input-outputanalyse.

Zeehavens

76

Conjunctuur 83

augustus 2020. Voor 2021 wordt de groei geraamd op 6,5%

Interview

(Eurozone) en 6,4% (België). Dat betekent dat

Mark Van Bogaert

onze economie allesbehalve volledig hersteld zal

Ontwerp

zijn volgend jaar. Daartoe zou de groei zowat 11% moeten bedragen voor ons land.

Graffito

Verantwoordelijke uitgever Kurt Moens, eerste gedeputeerde p/a Gouvernementstraat 1 9000 Gent

Beeld cover: Bio Base Europe Pilot Plant Overname van cijfergegevens is toegelaten mits bronvermelding.

Wettelijk depotnummer: D/2020/5139/8. Gedrukt bij Stevens Print op gerecycleerd papier (1.000 ex.)

3


Deel 1

Oost-Vlaanderen in de kijker

4


Oost-Vlaanderen:

competitief in een Europese context?

Introductie

verschijnt meer dan 10 jaar na de globale financiële

Het World Economic Forum publiceert sinds 2004

opeenvolgende jaren van economische groei, zij

jaarlijks de ‘Global Competitiviness Index’ (GCI),

het dat deze groei de laatste paar jaar vertraagde.

die aan de hand van 103 indicatoren de nationale

De huidige analyse baseert zich op cijfers van

competitiviteit berekent. Volgens hun definitie is

2014-2018; vanzelfsprekend is de impact van de

dit “a set of institutions, policies and factors that

coronacrisis hier niet geïncorporeerd. Daarvoor is het

determine the level of productivity of a country”.

wachten voor de editie 2022.

crisis van 2008, waarvan de wereldeconomie ondertussen hersteld is. Europa kende ondertussen

Deze definitie linkt zodoende het micro(bedrijfsniveau) met het macroniveau (nationaal).1

De competitiviteit van een regio wordt gemeten aan de hand van indicatoren die verder gaan dan louter

In voorliggende analyse wordt als tussenniveau het

het bruto regionaal product (BRP). Het integreren

idee van regionale competitiviteit gebruikt, omdat

van het welzijn van de bevolking wordt gerealiseerd

een regio geen simpele optelsom van bedrijven is en

door het introduceren van tal van indicatoren rond

geen verkleinde versie van een natie is. Regionale

bijvoorbeeld gezondheid, de kwaliteit van de

competitiviteit wordt in deze analyse, gebaseerd

instellingen en het onderwijsniveau.

op cijfers van de Europese Commissie, omschreven als: “the ability of a region to offer an attractive and

De RCI-analyse geeft een vergelijkbare, veelzijdige

sustainable environment for firms and residents

en duidelijke meting van de competitiviteitsgraad

to live and work”.2 Deze definitie probeert het

van de verschillende regio’s binnen de EU-28 landen

economische belang te combineren met het welzijn

(het Verenigd Koninkrijk wordt nog mee opgenomen

van de bevolking. Met het begrip ‘duurzaamheid’

in de analyse). Op die manier geeft de index een

wordt tevens de langetermijnvisie van de regio

idee omtrent de sterkten en zwakten van de regio’s

ingecalculeerd.

en kunnen vergelijkingen gemaakt worden door bijvoorbeeld het EU-gemiddelde als referentiepunt te

Deze analyse gebeurt op basis van de vierde

nemen of door peer groepen met ongeveer dezelfde

editie van The European Commission’s Regional

RCI score of met vergelijkbaar BRP te bekijken,

Competitiviness Index (RCI ).3 Deze studie, die

zodanig dat daaruit voor het beleid strategieën voor

om de drie jaar geactualiseerd wordt sinds 2010,

een regionale veerkracht kunnen ontwikkeld worden.

1

De meest recente editie dateert van 2019: www3.weforum.org/docs/ WEF_TheGlobalCompetitivenessReport2019.pdf

2

ANNONI, Paolo en Lewis DIJKSTRA, The EU regional competitiveness index 2019, EU, Luxemburg, 2019, blz. 3

3

Ibidem, 42 blz + ec.europa.eu/regional_policy/en/information/ maps/regional_competitiveness/

6

7


Methodologie

Figuur A.1.: Relatie BRP - RCI

vergeleken kunnen worden. Als de z-waarde positief of negatief is, kan je direct zien of de waarde uit de

De RCI-2019 editie is samengesteld op basis van de

steekproef respectievelijk boven of onder het EU-

cijfers van:

gemiddelde zit.

110 Oost-Vlaanderen BRP=109 RCI=82

90

Deze z-scores van de 11 dimensies worden op

omvat op basis van de NUTS 2016-classificatie

hun beurt gewogen op basis van het stadium van

281 regio’s, maar in deze analyse werden zeven

ontwikkeling van een regio (1 tot 5 op basis van het

hoofdstedelijke regio’s met hun respectievelijke

BRP per inwoner, waarbij het EU-28 gemiddelde

‘satelliet’regio’s samengenomen. Voor België

als 100 wordt genomen) om tot een RCI te komen

valt het NUTS-2 niveau samen met de provincies.

die aldus een gewogen rekenkundig gemiddelde

Brussel wordt samen met Vlaams- en Waals-

is, uitgedrukt in z-score. Het EU-28 gemiddelde

Brabant geanalyseerd (‘région de Bruxelles-

uitgedrukt als z-score is nul.

70

RCI

» 268 regio’s op NUTS-2 niveau.4 Het niveau 2

Referentie RCI

50

20

Capitale and its commuting area’). » 74 indicatoren x die gegroepeerd worden in 11 dimensies van

10

Analyse

competitiviteit x die dan verder gegroepeerd worden in 3

Hierna worden de resultaten van de studie RCI-2019

subindices:

geanalyseerd op basis van drie referentiegroepen

-

basis subindex

(peer groups) voor Oost-Vlaanderen.

-

efficiëntie subindex

-

innovatie subindex

In eerste instantie is er een analyse van regio’s die een vergelijkbaar bruto regionaal product

» die samen uiteindelijk de RCI-score geven.

hebben als Oost-Vlaanderen. Daarna bekijken we een referentiegroep met een met Oost-Vlaanderen

Referentie BRP 10

40

70

100

130

-10

160

190

220

250

280

BRP

Bron: EU (ec.europa.eu/regional_policy/en/information/maps/regional_competitiveness/), bewerking Kenniscentrum Economie

1. Referentiegroep op basis van vergelijkbaar bruto regionaal product per inwoner

Deze regio’s situeren zich op de groene pijl in figuur A.1.

De meeste indicatoren overspannen de periode

vergelijkbare RCI-score. Tot slot vergelijken we Oost-

2015-2017, sommige gaan terug tot 2014 en

Vlaanderen met de Belgische provincies, waarbij

sommige zijn meer recent (2018).

moet vermeld worden dat het Brussels Hoofdstedelijk

Om de relatieve prestatie van de regio

en de RCI z-waarde. Aan deze tabel werden

Tabel A.1 geeft voor de referentiegroep de z-waarden van de 3 subindices (basic, efficiency en innovation)

Gewest en de provincies Vlaams- en Waals-

Oost-Vlaanderen te beoordelen, wordt een

bovenaan het Groothertogdom Luxemburg (met

De 74 indicatoren hebben niet allemaal dezelfde

Brabant worden geanalyseerd als een functioneel

vergelijkingsgroep genomen die een vergelijkbaar

hoogste BRP-index, 262) en onderaan de Bulgaarse

meeteenheid – soms is deze een % van de totale

grootstedelijk gebied (zie hiervoor).

bruto regionaal product per inwoner heeft.

regio Severozapaden (met laagste BRP-index, 29)

bevolking, van de actieve bevolking, van het BBP, van

toegevoegd om de referentiegroep nog beter te

de tewerkstelling, etc. Deze scores worden daarom

Figuur A.1 zet de scores van de regionale

Het BRP is een maatstaf voor de economische

via gewogen z-score (weging op basis van het aantal

competitiviteitsindex (RCI schaal 0 – 100)

activiteit van een regio en omvat alle in een bepaalde

inwoners) vertaald naar de 11 dimensiescores.

uit tegenover het bruto regionaal product per

tijdsperiode geproduceerde goederen en diensten

Oost-Vlaanderen bevindt zich met de BRP-index

inwoner (gemiddelde 2015 – 2017), gemeten met

min intermediair verbruik. In deze analyse zijn de

gesorteerd van hoog naar laag op de 74e plaats van

De z-score geeft aan hoeveel standaarddeviaties

koopkrachtpariteit per capita, als index met BRP/

BRP-cijfers berekend in ‘purchasing power standards’

de 268 geanalyseerde regio’s. Voor de efficiëntie-

een score van het gemiddelde af zit. De

inwoner van de EU-28 = 100.

(PPS) of ‘koopkrachtpariteit’, wat er op neer komt

en innovatie-subindices scoort de provincie

standaarddeviatie is een rekenkundige maat voor de

dat de verschillen in prijsniveau tussen de regio’s

Oost-Vlaanderen meer dan behoorlijk binnen de

spreiding van de getallen rondom het gemiddelde,

geëlimineerd worden. Het BRP wordt in deze analyse

referentiegroep.

hier het EU-gemiddelde. Als er weinig spreiding

als een index gehanteerd, waarbij het EU-gemiddelde

is, liggen de getallen allemaal dicht bij elkaar. De

aan 100 wordt gelijkgesteld.

situeren.

z-score is een gestandaardiseerde waarde, zodat steekproeven uit verschillende populaties met elkaar

De referentiegroep – op basis van een BRP-index ongeveer 110 – bestaat uit de volgende tien regio’s: Sostinés regionas (Litouwen), Eastern Scotland (VK), Catalina (Spanje), Gloucestershire, Wiltshire and Bristol/Bath area (VK), Arnsberg (Duitsland), Kärnten

4

Voor meer info: s.n., Methodological manual on territorial typologies – 2018 edition, European Commission, Luxemburg, 2018, 132 blz.

8

(Oostenrijk), Gelderland (Nederland), Nordjylland (Denemarken) en Koblenz (Duitsland).

9


Tabel A.1: Referentiegroep BRP/inwoner (index = +/- 110; EU-28=100)

Figuur A.2.: Referentiegroep BRP-index = 109 ( EU-28 = 100) - z-scores per dimensie en totale RCI-score Sostinès regionas

BRP index (gemidd. 2015-17)

Regio

1,2

Basis

Efficiëntie

Innovatie

subindex

subindex

subindex

RCI 2019

Koblenz

0,9

262

Luxembourg

0,73

0,74

1,38

0,93

0,6

110

Sostinés regionas

-0,62

0,15

-0,34

-0,16

0,3

109

Eastern Scotland

0,18

0,46

0,82

0,48

109

Cataluña

0,12

-0,40

0,01

-0,17

Eastern Scotland

0"

Nordjylland

Cataluña

-0,3 -0,6

109

Gloucestershire, Wiltshire and Bristol/Bath area

0,28

0,75

1,01

0,71

109

Oost-Vlaanderen

0,36

0,68

0,66

0,60

108

Arnsberg

0,62

0,44

0,32

0,45

108

Kärnten

0,32

0,32

0,19

0,28

108

Gelderland

1,07

0,59

0,64

0,72

107

Nordjylland

0,74

0,13

0,19

0,29

107

Koblenz

0,60

0,51

0,17

0,44

29

Severozapaden

-1,40

-1,31

-1,72

-1,40

Gloucester, Wiltshire and Bistrol/Bath area

Gelderland

Basic Kärnten

Oost-Vlaanderen

Efficiency Innovation RCI 2019

Arnsberg Bron: EU (ec.europa.eu/regional_policy/en/information/maps/regional_competitiveness/), bewerking Kenniscentrum Economie

» het begrotingsoverschot of -tekort als % van het

Bron: EU (ec.europa.eu/regional_policy/en/information/maps/regional_competitiveness/), bewerking Kenniscentrum Economie

internettoegang. In Oost-Vlaanderen is dit 88%;

BBP, wat voor België in de periode 2016-2018

de meeste Griekse regio’s halen maar 69%. Op

een deficit betekende (-3,0%) tegenover + 1,9%

nationaal vlak scoort België in deze dimensie heel

voor Luxemburg en + 1,2% voor Duitsland.

goed voor de indicatoren kmo’s die online orders ontvangen hebben (4e in de EU-28 rangschikking) en

Voor de basis-subindex scoort ze echter matig en

» Ondanks onze gekende goede gezondheidszorg

» een overheidsschuld als % van het BBP van

dat is vooral te wijten aan de dimensie ‘gezondheid’.

halen we qua kindersterfte een 199 plaats

103,8%, periode 2016-2018, tegenover 21,7%

Deze dimensie omvat zelf 6 indicatoren.

– 3,99 kindersterftes per 1.000 geboortes,

voor Luxemburg en 64,6% voor Duitsland.

e

Scandinavische regio’s (1,50 sterftes/1.000

In de innovatiesubindex wordt de dimensie

tabel A.1. Zo wordt nog iets duidelijker dat de waarde

geboortes).

‘technology readiness’5 enerzijds op regionaal niveau

van de Oost-Vlaamse RCI-score wordt ingekort door

en anderzijds op nationaal niveau geanalyseerd.

de score van de basisindex, zoals gezegd door de

2017 bezet Oost-Vlaanderen de 154e plaats met

Binnen de basis-subindex is er ook de dimensie

Op regionaal niveau zijn de cijfers relatief goed

op nationaal niveau verkregen scores voor onder

58 doden per 1 miljoen inwoners. De Zweedse

‘macro-economische stabiliteit’ die uit 5 indicatoren

maar kunnen ze beter. Zo hebben in de meeste

meer economische stabiliteit. Dit valt nog meer op

regio Stockholm telt er gemiddeld slechts 12 over

bestaat. Deze zijn evenwel alleen op het nationale

Nederlandse regio’s 99% van de gezinnen

wanneer de Nederlandse regio Gelderland bekeken

de beschouwde periode.

niveau beschikbaar en worden naar de regio’s

wordt. Alhoewel deze regio mindere prestaties laat

doorgetrokken. Dit zorgt er voor dat de cijfers van

optekenen qua efficiëntie en innovatie behaalt de

Oost-Vlaanderen in deze dimensie niet bij de beste

regio toch een veel hogere totale RCI-score dankzij de

zijn, omdat het gaat over indicatoren zoals:

heel sterke basisdimensie waarde, grotendeels toe te

wegenongevallen betreft voor de periode 2014-

» Ook voor de indicator levensverwachting scoort Stockholm met 79,4 jaar het best. OostVlaanderen behaalt met 75,3 jaren de 130 plaats.

10

technologieën. Bovenstaande figuur visualiseert de waarden uit

niet goed tegenover bijvoorbeeld een aantal » Wat bijvoorbeeld het gemiddeld aantal doden in

6e voor de indicator beschikbaarheid van nieuwste

e

5

Hoe kijkt de bevolking aan tegen nieuwe technologieën en in

rekenen aan de Nederlandse economische stabiliteit.

hoeverre zijn die technologieën beschikbaar?

11


RCI 2019

Innovatie

Efficiëntie

Basis

Innovatie

Sectorale ontwikkeling bedrijfswereld

Technologische ontwikkelingsgraad

Subindices

Martkgrootte

Arbeidsmarktefficiëntie

Hogere opleiding en levenslang leren

Basisopleiding

Gezondheid

Infrastructuur

Macro-economische stabiliteit

Dimensies

Instellingen

Regio

GDP/inw. index gem. 2015-17 (EU28=100)

Tabel A.2: Referentiegroep naar RCI 2019 - z-scores dimensies, subindices en RCI

Stockholm 172 1,14 1,04 0,80 1,09 1,77 1,59 0,88 0,43 0,99 0,78 1,85 1,17 0,97 1,21 1,08 Limburg (Nl) 112 1,13 1,19 0,80 0,25 1,64 0,25 0,56 0,79 1,09 0,29 0,15 1,00 0,53 0,51 0,62 Mittelfranken 136 0,91 1,13 0,62 0,25 0,39 0,13 1,10 0,75 0,76 0,10 0,69 0,66 0,66 0,52 0,62 Wien & 131 0,70 0,50 0,64 0,10 1,32 0,67 0,36 0,80 0,22 0,82 0,70 0,65 0,61 0,58 0,61 Niederösterreich Antwerpen 140 0,51 0,35 1,14 0,24 0,40 0,14 0,52 1,05 0,39 1,32 0,47 0,53 0,57 0,73 0,61

2. Referentiegroep op basis van vergelijkbare RCI-scores

Voor het beschikbaar inkomen per hoofd in

In deze analyse wordt de referentiegroep samen-

Bulgaarse regio’s behalen hier respectievelijk slechts

gesteld op basis van vergelijkbare RCI-scores. Deze

45 en 35 als index.

koopkrachtpariteit scoort Oost-Vlaanderen met index 118 de 50 plaats op 268 regio’s. Roemeense en e

de 31 positie binnen de 268 EU-regio’s populatie.

Berlin & 106 0,58 1,13 1,20 0,29 0,39 0,16 0,46 0,71 0,71 0,56 0,97 0,72 0,44 0,75 0,59 Branderburg Overijssel 106 1,18 1,19 0,55 0,33 1,64 0,48 0,56 0,35 1,19 0,24 0,02 0,98 0,46 0,48 0,59

van hoog naar laag sortering geeft Oost-Vlaanderen e

Oost-Vlaanderen 109 0,51 0,35 0,71 -0,15 0,40 0,25 0,76 1,03 0,34 1,20 0,44 0,36 0,68 0,66 0,60

Ook in de dimensie arbeidsmarktefficiëntie scoort Oost-Vlaanderen goed. Zo scoort Oost-Vlaanderen

In tabel A.2 wordt de referentiegroep van 10 regio’s

voor langdurige werkloosheid (langer dan 12 maand)

met de z-waarden voor de 11 dimensies en de 3

met 1,3% heel goed, wetende dat bijvoorbeeld

subindices weergegeven, evenals de regio met de

de meeste Griekse regio’s tussen de 18% en 21%

beste competitiviteitsindex (Stockholm – Zweden)

scoren. Eenzelfde goede score is er voor de totale

en die met de zwakste samengestelde index (Voreio

werkloosheid (% actieve bevolking) met 4,1%

Aigaio – Griekenland).

tegenover tussen de 25% en 30% voor de Griekse

Östra 106 1,14 1,04 -0,13 0,81 1,77 1,25 0,57 -0,66 0,88 0,14 0,96 0,93 0,39 0,66 0,59 Mellansverige Västsverige 120 1,16 1,04 -0,21 0,82 1,77 1,31 0,80 -0,63 0,88 -0,16 0,81 0,91 0,49 0,51 0,58 Herefordshire, Worcestershire

99

0,92 -0,40 0,52 0,32 -0,13 0,30 0,64 0,74 0,99 0,86 0,86 0,24 0,56 0,90 0,57

Voreio Aigaio

51

-1,47 -2,02 -0,88 0,12 -1,31 -0,98 -1,98 -3,18 -1,91 -0,48 -1,39 -1,11 -2,04 -1,26 -1,61

regio’s. Opvallend voor Oost-Vlaanderen is de zwakke score voor de basissubindex en de sterke positie voor de

Ook de indicator arbeidsproductiviteit (BRP tegenover

efficiëntiesubindex. Die efficiëntie-score heeft te

het totaal aantal gewerkte uren) behaalt met index

maken met de drie onderliggende dimensies van

132 een sterke positie. Dit is de 22e plaats binnen

de subindex: hogere opleiding en levenslang leren;

de 268 regio’s. Hier scoren vooral de Bulgaarse

arbeidsmarktefficiëntie; marktgrootte. Vooral in de

en Roemeense regio’s erg zwak met indices die

dimensie marktgrootte scoort de provincie erg goed

schommelen rond respectievelijk 40 en 30%.

Bron: EU (ec.europa.eu/regional_policy/en/information/maps/regional_competitiveness/), bewerking Kenniscentrum Economie

omdat Oost-Vlaanderen sterk is in de indicatoren

12

beschikbaar inkomen per capita en potentiële

Binnen deze dimensie is er ook de belangrijke

marktgrootte.

indicator NEET, het percentage van de bevolking

13


Basis subindex

tussen 15 en 24 jaar dat ‘not in education,

Tabel A.3: Referentiegroep Belgische provincies - z-scores dimensies, subindices en RCI

» Anderzijds scoort België heel goed voor de ‘Net

Verder wordt voor Oost-Vlaanderen telkens de positie

International Investment Position’ (NIIP). Dit is

binnen de EU-268 rangschikking weergegeven.

het verschil tussen de activa en passiva van een land, vergeleken met de rest van de wereld en uitgedrukt als % van het BBP. Het is in zekere mate een indicatie voor externe kwetsbaarheid van landen. Hoge negatieve NIIP-waarden zijn meestal het gevolg van blijvend hoge handelsbalans tekorten. België scoort met 51% tegenover het BBP de 5e plaats na onder meer Duitsland en Nederland. Griekenland scoort op deze indicator bijvoorbeeld -140%. » De dimensie ‘infrastructuur’ die via 3 indicatoren de regionale bereikbaarheid – over de baan, per spoor en via luchtverkeer – bekijkt is, behalve voor de provincie Luxemburg, heel goed in alle Belgische regio’s. Oost-Vlaanderen moet enkel de luchthavenregio’s Antwerpen, Brussels Hoofdstedelijk Gewest en Luik laten voorgaan. Wetende dat slechts 95 van de 268 EU-28 regio’s

6 cohesiondata.ec.europa.eu/stories/s/yt77-f74u

14

een z-score groter dan nul hebben, kunnen we

Innovatie

RCI 2019 Stockholm (Se) 1,08

Efficiëntie

Basis

Innovatie

Sectorale ontwikkeling bedrijfswereld

Technologische ontwikkelingsgraad

Martkgrootte

Arbeidsmarktefficiëntie

Hogere opleiding en levenslang leren

OostVlaanderen

108,74 0,51 0,35 0,71 -0,15 0,40 0,25 0,76 1,03 0,34 1,20 0,44 0,36 0,68 0,66 0,60

Limburg WestVlaanderen

96,33

0,51 0,35 0,41 0,25 0,40 0,12 0,38 0,87 0,37 1,12 0,07 0,38 0,46 0,52 0,46

114,68 0,51 0,35 0,42 -0,38 0,40 0,15 0,70 0,71 0,31 1,11 -0,08 0,26 0,52 0,45 0,45

Namur

80,20

0,15 0,35 0,44 -0,93 0,40 0,00 0,03 0,33 -0,02 0,60 0,06 0,08 0,12 0,21 0,13

Liège

84,01

0,15 0,35 0,93 -0,54 0,40 -0,32 -0,21 0,47 0,12 0,53 -0,01 0,26 -0,02 0,21 0,11

Luxembourg

73,57

0,15 0,35 -0,06 -1,21 0,40 0,08 0,12 -0,03 0,15 0,35 -0,21 -0,08 0,05 0,10 0,02

Hainaut

74,92

0,15 0,35 0,62 -0,79 0,40 -0,60 -0,38 0,58 -0,07 0,53 -0,20 0,14 -0,13 0,09 -0,01

EU-regio met laagste score (268e op 268) (1)

Voreio Aigaio (El) -1,61

de RCI als voor de 11 dimensies en de 3 subindices.

Oxfordshire (Uk) 1,47

Griekenland, Italië en Portugal.

140,06 0,51 0,35 1,14 0,24 0,40 0,14 0,52 1,05 0,39 1,32 0,47 0,53 0,57 0,73 0,61

-1,80

goed scorende EU-268 regio, zowel voor het BRP en

Antwerpen

Sud-Est (Ro)

103% tegenover het BBP – 4e laatste positie na

London (Uk) 1,07

tabel is aangevuld met telkens de best en de minst

-2,27

tegenover het BNP en een overheidsschuld van

Melilla (Sp)

indicatoren, zoals een begrotingstekort van 3%

het BRP als de RCI het best (‘capitals take it all’).6 De

Stockholm (Se) 1,17

scoort het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor zowel

159,26 0,23 0,35 1,05 0,30 0,40 0,55 0,20 1,05 0,34 1,59 0,82 0,47 0,60 0,92 0,67

-1,57

De verklaring ligt dus bij zwakke nationale

Brussels Hoofdstedelijk Gewest (*)

Sud-Est (Ro)

meeste andere hoofdstedelijke regio’s van de EU

Oxfordshire (Uk) 2,07

dus gelijk aan de provincies toegerekend worden.

Notio Aigaio (El) -1,97

dimensies (z-scores). Zoals ook het geval is voor de

(1)

Luxembourg (Lu) 262,02

duidelijk aan de onderliggende indicatoren die

-1,83

competitiviteitsindex met de 11 samenstellende

(1e op 268)

Oltenia (Ro)

en Nederland, –2,00 voor Griekenland, ligt

Groningen (Nl) 1,27

het bruto regionaal product en de regionale

hoogste score

Severozapaden (Bg) -2,27

voor de Scandinavische landen en Duitsland

London (Uk) 1,74

Tabel A.3 geeft voor de Belgische provincies

EU-regio met

Subindices

Övre (Se) -3,2

op deze dimensie – z-score 0,35-tegenover 1,20

-2,72

Dat de Belgische provincies maar matig scoren

Melilla (Es)

is opgebouwd uit indicatoren op nationaal vlak.

genoemd).

-2,33

de eenvoud het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Oberbayern (De) 1,21

» Ook de dimensie ‘macro-economische stabiliteit’

Azoren (Pt)

functioneel grootstedelijk gebied (hierna voor

Hovestaden (Dk) 1,65

en Waals-Brabant samengevoegd wordt tot een

Basisopleiding

Regio

Stockholm (Se) 1,77

onpartijdigheid van overheidsdiensten.

Vest (Ro) -2,11

best inzake verantwoordingsplicht, corruptie en

Hoofdstedelijk Gewest dat met Vlaams-Brabant

-2,71

Belgische provincies, evenwel met het Brussels

Mayotte (Fr)

gelegen is. Het Vlaams Gewest scoort telkens

Gezondheid

Brussels Hoofdstedelijk, Vlaams of Waals Gewest De referentiegroep die hier bekeken wordt, zijn de

Stockholm (Se) 1,09

bekomen worden, al naargelang de regio in het

Infrastructuur

3 verschillende waarden voor de provincies

Severozapaden (Bg) -1,82

3. Analyse van de Belgische provincies

London (Uk) 1,81

volgens de gewesten, zodat ook daar slechts

Macro-economische stabiliteit

De 3 regionale indicatoren zijn opgebouwd

Hovestaden (Dk) 1,27

dezelfde waarde geeft voor alle provincies.

-2,02

indicatoren). Het is duidelijk dat deze laatste

liggen. In totaal zijn er 9 regio’s.

Ipeiros (El)

de Nederlandse en Duitse waarden, die rond de 4%

Instellingen

en ‘instellingen op nationaal vlak’ (met 17

Aland (Fi) 1,95

binnen de 268 EU-28 regio’s) maar toch zwakker dan

Dimensies

Severozapaden (Bg) -1,95

‘instellingen op regionaal vlak (met 3 indicatoren)

Luxembourg (Lu) 262,02

» De dimensie ‘instellingen’ is opgebouwd uit

Vlaanderen scoort behoorlijk met 8,1% (82 positie e

Severozapaden (Bg) 29,41

of studeren, noch een opleiding volgen. Oost-

GDP/inw. index gem. 2015-17 (EU28=100)

employment or training’ is, jongeren die noch werken

(1) Tussen haakjes wordt de Europese landcode weergegeven: Bg = Bulgarije, De = Duitsland, Dk = Denemarken, El = Griekenland, Es= Spanje, Fi = Finland, Fr = Frankrijk, Lu = GH Luxemburg, Nl = Nederland, Pt = Portugal, Ro = Roemenië, Se = Zweden, Uk = Verenigd Koninkrijk. (2) Inclusief provincies Vlaams-Brabant en Waals-Brabant - zie tekst. Bron: EU (ec.europa.eu/regional_policy/en/information/maps/regional_competitiveness/), bewerking Kenniscentrum Economie 15


concluderen dat de transportinfrastructuur in

Efficiëntie subindex

Tabel A.4: Referentiegroep Belgische provincies - indicatoren dimensie ‘gezondheid’

38,16

75,21

3,21

67,9

27,0

11,9

0,30

Antwerpen

45,57

75,56

3,30

64,1

23,7

13,6

0,24

Limburg

70,41

76,03

2,40

65,1

22,3

12,2

0,25

Oost-Vlaanderen

58,45

75,29

3,99

71,3

25,9

16,2

-0,15

West-Vlaanderen

74,78

75,71

3,81

70,5

27,2

20,4

-0,38

Hainaut

82,75

72,44

3,79

91,1

45,6

17,5

-0,79

Liège

74,02

73,30

3,08

77,4

40,0

20,5

-0,54

Luxembourg

163,10

73,68

2,51

87,1

35,1

21,9

-1,21

Namur

112,87

73,06

2,92

87,4

40,3

21,0

-0,93

hebben. In die zin moeten ook de mindere cijfers Daarom worden in tabel A.4 de onderliggende

van Antwerpen (37%) en West-Vlaanderen (35%)

cijfers van de verschillende indicatoren gegeven

geïnterpreteerd worden. Toch zijn deze cijfers niet

die gezamenlijk de z-score voor de dimensie

slecht, in vergelijking met meerdere Italiaanse en

‘gezondheid’ uitmaken per regio, met bovenaan de

Roemeense regio’s waar de scores tussen 15% en

beste regio en onderaan de minst performante EU-

10% liggen.

268 regio per indicator. 9 indicatoren die de tewerkstellingsgraad,

» De dimensie ‘basisopleiding’ meet – op nationaal vlak – de volgende indicatoren:

arbeidsproductiviteit, gendergelijkheid in

x de participatiegraad in jobgerelateerde,

tewerkstelling en de kwaliteit van parttime werk,

niet-formele opleiding en training die qua

vergelijken.Omdat deze dimensie erg belangrijk

kostprijs ten minste deels ten laste zijn van de

is binnen de hele analyse geeft tabel A.5 een

werkgever.

idee van de totale arbeidsmarktefficiëntiescore en die van 4 van de indicatoren, met

x het deel van de populatie dat zelf aangeeft

Brussels Hoofdstedelijk

telkens ook de scores voor de regio Oberbayern

geen vreemde taal te kennen.

(Duitsland) en de regio Melilla (Spanje) die Deze indicatoren meten de basisvaardigheden met

respectievelijk de hoogste en de laagste totale

een directe relatie naar de arbeidsmarktbehoeften.

arbeidsmarktefficiëntie-score hebben binnen de

Met een z-score van 0,40 doet België – 11 plaats

EU-268 regio’s.

e

in de EU-28 – niet echt goed tegenover 1,77 voor

positie binnen de EU-268 regio’s.

7

Voor meer informatie: zie statbel.fgov.be/nl/over-statbel/ methodologie/classificaties/internationale-standaard-classificatievoor-opleidingen

180,9

slechtste score (268e op 268) (1)

Severozapaden (Bg)

maar toch scoren ze hiermee maar rond de 120e

EU-regio met

(Hr) 65,2

jaar – is behoorlijk voor Oost- en West-Vlaanderen

Kontinentalna Hrvatska

populatie (zonder de landbouwsector) van 15 tot 64

Luxembourg (Be) 163,1

De tewerkstellingsgraad (zonder de landbouwsector) – een gemiddelde over de periode 2015-2017 voor de

16

EU-regio met beste score (1e op 268) (1)

Gewest (2) » De dimensie ‘arbeidsmarktefficiëntie’ omvat

Zweden en 1,44 voor Nederland.

Z-score dimensie “gezondheid” Stockholm (Se) 1,09

de regio trekt die bepaalde hogere classificaties

Mayotte (Fr) -2,71

met het soort arbeidsaanbod dat inwoners naar

relatief zwak is.

(per 100.000 inwoners onder 65)

waarom de basis subindex voor onze provincies

Aantal overlijdens door zelfmoord

merkelijk beter; dat heeft onder meer te maken

Campania (It) 3,0

BRP is deze dimensie een van de redenen

EU - regio’s

Latvija (Lv) 31,3

Brussels Hoofdstedelijk Gewest doet het met 47%

inwoners onder 65)

referentiegroepanalyse op basis van vergelijkbaar

vasculaire aandoeningen (per 100.000

dit is een opleiding bachelor of equivalent.7 Het

Trento (It) 18,8

hogere opleiding van minstens ISCED 5-6 behaalt,

doodsoorzaak. Zoals ook reeds vermeld in de

Aantal overlijdens door cardio-

een rangschikking geeft al naargelang de

100.000 inwoners onder 65)

40% van de bevolking tussen 25 en 64 jaar een

Aantal overlijdens door kanker (per

hogere opleiding. In Oost-Vlaanderen heeft bijna

6 indicatoren die naast de levensverwachting

Norrland (Se) 48,5

andere provincies negatief. Deze dimensie omvat

Alföld (Hu) 155,3

regio’s voor de indicator behalen van een diploma

Aland (Fi) 1,14

z-score 0 als EU-268 gemiddelde scoren de

Guyana (Fr) 9,9

Oost-Vlaanderen de 38e plaats binnen de 268

Stockholm (Se) 79,44

Antwerpen en Limburg een slechte score. Met

Stockholm (Se) 11,78

peilen naar de graad van opleiding. Zo behaalt

(per 1.000 geboorten)

belangrijke factor is voor groei en competitiviteit,

van de regio’s Brussels Hoofdstedelijk Gewest,

in verhouding tot het aantal geboorten

» De dimensie ‘gezondheid’ geeft met uitzondering

Aantal overlijdens bij kinderen < 1 jaar

kapitaal als productiefactor ontegensprekelijk een

gezondheid)

leren’ meet 4 indicatoren die, omdat menselijk

zoals files en overbezette treinen.

(op basis van eigen perceptie van

» De dimensie ‘hogere opleiding en levenslang

Levensverwachting in gezonde jaren

evenwel geen rekening met mobiliteitsproblemen

Aantal verkeersdoden/miljoen inwoners

België sterk is uitgebouwd. Deze cijfers houden

(1) Tussen haakjes wordt de Europese landcode weergegeven: Be = België, Bg = Bulgarije, Fi = Finland, Fr = Frankrijk, Hr = Kroatië, Hu = Hongarije, It = Italië, Lv = Letland, Se = Zweden. (2) Inclusief provincies Vlaams-Brabant en Waals-Brabant - zie tekst. Bron: EU (ec.europa.eu/regional_policy/en/information/maps/regional_competitiveness/), bewerking Kenniscentrum Economie

17


Tabel A.5: Referentiegroep Belgische provincies - indicatoren dimensie ‘arbeidsmarktefficiëntie’

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest haalt met 61%

Een maatstaf die een kwalitatief aspect toevoegt

slechts de 170 positie en de regio Henegouwen zelfs

aan de kwantitatieve arbeidsmarktefficiëntie

maar de 220e positie met een tewerkstellingsgraad

is de indicator onvrijwillige part time/tijdelijke

van 53%. Wat de langetermijn werkloosheid betreft

tewerkstelling. Part time werken is al een tijdje

(meer dan 12 maand) zien we dezelfde tendens voor

relatief populair. Dit kan enerzijds vrijwillig zijn, wat

de Belgische provincies: slechts 1,3% voor Oost- en

positief kan zijn omdat het de werk/vrije tijd balans

West-Vlaanderen, 7,4% voor Henegouwen. Over heel

ten goede komt. Anderzijds, als part time of tijdelijk

de EU-268 scoren vooral de Griekse regio’s slecht met

werk geen eigen keuze is, kan het een indicatie zijn

langetermijn werkloosheid percentages rond de 20%.

van een tekort aan fulltime job mogelijkheden. De

EU-regio met beste score (1e op 268) (1) -

2,3

efficiëntie"

Z-score dimensie "arbeidsmarkt-

tewerkstelling

Onvrijwillige parttime / tijdelijke

78,5

Brussels Hoofdstedelijk Gewest (2)

61,3

5,6

159,7

9,4

0,20

Antwerpen

64,4

2,6

153,8

7,0

0,52

Limburg

64,5

1,9

119,7

8,4

0,38

Oost-Vlaanderen

67,2

1,3

131,5

4,7

0,76

West-Vlaanderen

67,3

1,3

122,7

6,3

0,70

Hainaut

53,3

7,4

113,7

11,3

-0,38

Liège

55,4

6,8

119,7

11,9

-0,21

Luxembourg

60,8

3,2

105,7

9,4

0,12

Namur

58,0

4,9

112,7

10,5

0,03

45,0

19,5

90,0

30,8

-2,72

-

156,5

indicator die deze onvrijwillige part time of tijdelijke

Oberbayern (De)

EU-regio met slechtste score (268e op 268) (1)

0,7

Arbeidsproductiviteit

LT werkloosheid

Peergroep Belgische provincies

Tewerkstellingsgraad (excl. landbouw)

e

1,21

De arbeidsproductiviteit – bij uitstek een maatstaf

jobs meet voor de populatie tussen 20 en 64 jaar, is

voor efficiëntie – wordt bepaald als het bruto

een goede benadering om dit groeiend deelsegment

binnenlands product gedeeld door het arbeidsvolume

in te schatten. De grootste percentages, tussen 30 en

(het aantal gewerkte uren). De gebruikte cijfers zijn

40%, vinden we vooral in de Spaanse regio’s. Oost-

die over 2015 en zijn uitgedrukt in indices, waarbij

Vlaanderen scoort met 4,7% zeer goed. De Waalse

EU-28 index 100 heeft. Met index 131,5 scoort Oost-

regio’s en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest doen

Vlaanderen de 22e plaats binnen EU-268. Het Brussels

het met scores tussen 9,4 en 12,0% beduidend

Hoofdstedelijk Gewest doet het met index 160 heel

minder goed, hetgeen wijst op een gebrek aan

goed naast andere hoofdstedelijke gebieden zoals in

voldoende volwaardige jobs.

Ierland, Frankrijk en het Groothertogdom Luxemburg. Een lage arbeidsproductiviteit met indices tussen 30 en 40 vinden we in de meeste Roemeense, Bulgaarse en Poolse regio’s.

» De dimensie ‘marktgrootte’ bekijkt naast het beschikbaar inkomen per hoofd ook de potentiële marktgrootte in termen van BRP en bevolking.

Melilla (Es)

(1) Tussen haakjes wordt de Europese landcode weergegeven: De = Duitsland, Es = Spanje. (2) Inclusief provincies Vlaams-Brabant en Waals-Brabant - zie tekst. Bron: EU (ec.europa.eu/regional_policy/en/information/maps/regional_competitiveness/), bewerking Kenniscentrum Economie

18

19


Grotere markten geven de kans om verder te

Innovatie subindex

ontwikkelen, onder meer door schaalvoordelen. Binnen de EU is er immers vrijheid van verkeer

» De dimensie ‘technologische ontwikkelingsgraad’

van goederen, diensten, arbeid en kapitaal. Er is

meet de mate waarin gezinnen en

natuurlijk een kostprijs om een grotere markt te

ondernemingen technologie gebruiken, vooral

bereiken, zowel in tijd, afstand en geld. Daartoe

informatie- en communicatietechnologie (ICT).

wordt naast het beschikbaar inkomen per

Deze toepassingen veranderen immers de

inwoner ook de potentiële markt bekeken.

organisatiestructuur van ondernemingen en vergemakkelijken de overgang naar nieuwe en

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en Antwerpen

snellere commerciële en productieprocessen.

scoren op deze dimensie heel goed, respectievelijk

Omdat er een wisselwerking is tussen het gebruik

13 en 14 plaats binnen de EU-268. Oost-

van technologie binnen gezinnen en binnen

e

e

Vlaanderen, 18e, doet het ook heel goed. Limburg

ondernemingen wordt deze indicator bekeken

(22 ) doet het beter dan West-Vlaanderen (44

op beide niveaus, dus zowel qua privaat als

positie). Grotendeels is voor deze provincies

qua zakelijk gebruik. Wat de eerste betreft, zijn

de indicator beschikbaar inkomen per inwoner

gegevens beschikbaar op regioniveau, voor

dezelfde, het verschil zit in de indicator potentiële

de tweede zijn de gegevens beschikbaar op

markt, die voor de goed scorende regio’s groter

nationaal niveau. De zakelijke indicator is een

is, omwille van de kleinere toegangskosten

gemiddelde waarbij aan iedere regio dezelfde

tot nabijgelegen markten. Zo zijn de Duitse en

nationale ondernemingsscore wordt gegeven. De

Nederlandse nabijgelegen markten voor Antwerpen,

regionale score onderzoekt het gebruik van en de

Oost-Vlaanderen en Limburg belangrijker dan de

toegang tot internet door de gezinnen. Koplopers

nabijgelegen Franse markt voor West-Vlaanderen.

hierbij zijn zowat alle regio’s in Nederland en

e

e

in het Verenigd Koninkrijk. De Belgische regio’s liggen dicht bij mekaar maar bevinden zich toch meer rond de 140e positie. Roemenië, Bulgarije en Griekenland scoren zwakst voor internetgebruik door de gezinnen. De nationale scores – op niveau van de ondernemingen – tonen voor België over het algemeen goede resultaten, vooral voor de volgende indicatoren: x beschikbaarheid van nieuwste technologieën: 6e positie binnen EU-28 x FDI (foreign direct investment – rechtstreekse buitenlandse investeringen) in technologietransfer: 10e positie. Deze indicator geeft een idee over de disseminatie van technologie door buitenlandse ondernemingen binnen België, wat concurrerende firma’s binnen de thuismarkt kan stimuleren tot technologische opwaardering. x 26% van ondernemingen met meer dan 10 werknemers ontvingen online bestellingen: 4e positie. » De dimensie ‘ontwikkeling van de bedrijven’ (‘business sophistication’) focust op sectoren met hoge toegevoegde waarde, omdat specialisatie in deze sectoren sterk bijdraagt

20

21


tot regionale competitiviteit. Regionale clusters

en Griekse regio’s die slechts rond de 20%

met hoge toegevoegde waarde leiden vaak tot

kenniswerkers tellen. Opvallend voor de

overloopeffecten in productiviteit en efficiëntie,

Belgische regio’s is de relatief zwakke score voor

maar vooral tot kennisoverdracht en grotere

West-Vlaanderen (39% - 148e/EU-268). Namur

concentratie van gespecialiseerd menselijk

scoort dan weer goed, samen met Antwerpen en

kapitaal. Deze indicatoren focussen dan ook

Oost-Vlaanderen – alle 3 ongeveer 46% en rond

op sectoren die sterk kennis- en technologie-

de 45e positie in de EU-268 rangschikking.

Figuur A.3.: RCI-score 2019 en de 11 dimensies Instellingen 90 80

RCI 2019

70 60

intensief zijn. Daartoe wordt gekeken naar tewerkstelling en bruto toegevoegde

50 innovatie

» Eenzelfde situatie vinden we ongeveer voor de

40

waarde in ondernemingen in: financiële en

belangrijke indicator intramurale O&O uitgaven

verzekeringsdiensten; vastgoedactiviteiten;

(onderzoek en ontwikkeling, vaak vermeld als

wetenschappelijke en technische activiteiten;

research & development) als % van het BRP. De

20

administratieve en ondersteunende diensten.

Belgische regio’s Brussels Hoofdstedelijk Gewest

10

In de globale business sophistication score

en Antwerpen, met 3,1% en ongeveer 20 in de

doen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest,

EU-268 rangschikking, en ook Oost-Vlaanderen

Antwerpen en Oost-Vlaanderen het heel goed.

(2,5% en 45e positie) scoren sterk. West-

Respectievelijk bezetten ze voor deze dimensie

Vlaanderen daarentegen met 1,1% (165e positie)

de 4e, 7e en de 10e plaats in de EU-268 ranking.

doet het minder goed. Als ter bevestiging de

De geografische nabijheid en de onderliggende

O&O uitgaven per provincie en per inwoner

verbondenheid van de ondernemingen in de

bekeken worden als gemiddelde over de periode

hoger vermelde sectoren geeft zowel een sterke

2013-2016, dan bedragen die voor Oost-

tewerkstelling als een grote bruto toegevoegde

Vlaanderen 841 EUR, voor West-Vlaanderen

waarde.

411 EUR, Antwerpen 1.231 EUR, Limburg 390

e

» De dimensie ‘innovatie’ meet het regionaal

Infrastructuur

30

0

Sectorale ontwikkeling bedrijfswereld

Gezondheid

Basisopleiding

Technologische ontwikkelingsgraad

Hogere opleiding en levenslang leren

Marktgrootte

EUR, Vlaams-Brabant 1.601 EUR en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 1.040 EUR.9

potentieel om te innoveren en het huidig resultaat

Arbeidsmarktefficiëntie

van innovatieve activiteiten. Indicatoren hiervoor

Dezelfde rangschikking voor de Belgische provincies

zijn onder meer het aantal kenniswerkers;

doet zich voor bij de twee indicatoren personen

wetenschappelijke publicaties; O&O uitgaven;

met een hogere opleiding en/of tewerkgesteld in

export van medium/hoogtechnologische

technologie als % van het aantal arbeidskrachten en

producten. Deze indicatoren geven een idee van

tewerkstelling in technologie en kennisintensieve

De totale z-score voor de dimensie innovatie

de mate waarin kennisproductie geografisch

sectoren als % van de totale tewerkstelling.

geeft dan ook een sterke score: 28e/positie voor

Oost-Vlaanderen België EU gemiddelde

RCI-score uitgedrukt als index, index regio met hoogste score (Stockholm) is 100; index regio (Voreio Aigaio) met laagste score is 0. Bron: EU (ec.europa.eu/regional_policy/en/information/maps/regional_competitiveness/), bewerking Kenniscentrum Economie

het Brussels Hoofdstedelijke Gewest; de regio’s

geconcentreerd is. De indicator export van medium/high technologische

Antwerpen en Oost-Vlaanderen bevinden zich rond

producten als deel van de totale export meet eerder

de 60e positie. West-Vlaanderen met een negatieve

totale tewerkstelling – omvat de high-tech-,

het resultaat van de innovatieve activiteiten (de

z-score (-0,08) – beneden het EU-gemiddelde dus -

markt-, en financiële kennisintensieve diensten.8

capaciteit voor commercialisering van de O&O

neemt slechts plaats 125 in de EU-268 rangschikking

Opvallend in de EU-268 regio’s rangschikking is

resultaten). Voor deze indicator scoren de Belgische

in.

de dominantie van de grootstedelijke gebieden.

regio’s eerder zwak, maar omdat deze niet op

De hoofdstedelijke regio’s Warschau (62,5%),

provinciaal niveau beschikbaar zijn – enkel op

Bovenstaande figuur A.3 geeft de verhoudingen

Stockholm (61,3%), Île-de-France (56%)

nationaal niveau – is het niet mogelijk de regio’s

weer tussen de RCI-score en de scores voor de 11

en ook het Brussels Hoofdstedelijk gewest

afzonderlijk te evalueren.

dimensies voor Oost-Vlaanderen, België en het EU

» De indicator kenniswerkers – als % van de

Macro-economische stabiliteit

(54,0%) scoren hoog voor deze indicator, dit

gemiddelde voor de 268 regio’s. De waarden in

in tegenstelling tot de Bulgaarse, Roemeense

de figuur zijn een vertaling van de respectievelijke z-scores naar een waarde tussen 0 en 100. Hierbij staat 0 voor de laagste RCI z-waarde (dit is de Griekse regio Voreio Aigaio z = -1,61 ) en 100 voor de hoogste RCI z-waarde, in de Zweedse regio Stockholm (z = 1,08 ).

8

Dit komt grosso modo overeen met de NACE-codes 58 tot en met 93. Meer info over de NACE-indeling: s.n., NACE-BEL Activiteitennomenclatuur, FOD Economie, Brussel, 2011, 522 blz.

22

9

Bron: Eurostat - appsso.eurostat.ec.europa.eu/nui/show. do?dataset=rd_e_gerdreg&lang=en

23


Enkele conclusies.

Een bijkomende vaststelling is de grote spreiding qua

1. De relatie bruto regionaal product per inwoner en regionale competitiviteitsindex

Voor eenzelfde BRP, ongeveer 110 ,scoort de

competitiviteit bij de meer ontwikkelde regio’s.

Litouwse regio Sostinés regionas een RCI van 53,8 terwijl Oost-Vlaanderen een RCI van 82 haalt. De verklaring is dat de Litouwse regio niettegenstaande het hoog BRP/inwoner toch niet goed scoort voor de

Figuur A.4 geeft duidelijk het positieve verband

meeste indicatoren, vooral deze uit de basisdimensie

tussen beide indices. De curve heeft een niet-lineair

(zie tabel A.1) zoals infrastructuur, instellingen en

concaaf verloop, wat impliceert dat naarmate een

basiseducatie. Het zijn deze indicatoren waarop deze

regio een groter BRP/inwoner heeft, deze ook een

regio zich in eerste instantie zou moeten richten om

grotere RCI heeft, maar ook dat naarmate het BRP

naar een volgend niveau van betere efficiëntie en

stijgt, de relatieve toename van de RCI kleiner wordt

daarna van innovatie op te klimmen. Normalerwijze

- hier geïllustreerd wordt door de twee gebieden A en

zou in dit geval het niveau van het BRP voldoende

B. Dat betekent dat voor minder ontwikkelde regio’s

moeten zijn om investeringen mogelijk te maken die

een lichte stijging van het BRP, een sterkere stijging

de competitiviteit kunnen stimuleren.

van de competitiviteit genereert (A). In sterker ontwikkelde regio’s geldt het omgekeerde : een

De algemene vaststelling die hier ook uit voortvloeit,

verdere stijging van het BRP creëert steeds minder

is dat regio’s die onder of boven de RCI-BRP curve

competitiviteitsgroei (B). De facto illustreren deze

liggen, respectievelijk onder- of boven-presteren met

vaststellingen de economische wetmatigheid van de

betrekking tot het aanwezige economisch potentieel.

afnemende marginale meeropbrengsten.

Figuur A.4.: Relatie BRP/inwoner - RCI-score

Concreet bevinden de Belgische regio’s zich bijna allemaal boven de curve en presteren ze dus beter

120

dan hun economisch potentieel. Enkel het Brussels potentieel alhoewel het de grootste BRP- en RCIscores heeft, maar door de sterke positie ondergaat

Oost-Vlaanderen

90

B

Limburg RCI

het duidelijk het effect van de dalende marginale

Tot slot kunnen we ons afvragen of op basis van deze

meeropbrengsten.

RCI-analyse conclusies kunnen getrokken worden met betrekking tot de vraag of de Oost-Vlaamse

Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Namur 60

Hoofdstedelijk Gewest presteert licht onder zijn

Antwerpen

West-Vlaanderen

2. Oost-Vlaanderen binnen de EU268 regio’s: een KNOB-benadering (krachtpunten, nadelen, opportuniteiten, bedreigingen)

sociaal-economische situatie schokbestendig is en veerkrachtig zal zijn in de verwerking van de

Liège

coronacrisis. Het is duidelijk dat op dit moment voorspellingen en projecties niet zo eenvoudig door

Luxembourg

te voeren zijn gelet op de ongeziene omvang van de

Hainaut

Sosistinés regionas

impact van de pandemie. Het finale antwoord zal pas jaren na deze analyse kunnen gegeven worden.

30

Nochtans kunnen een aantal zaken geconcludeerd worden.

A

Intern binnen Oost-Vlaanderen zijn er zeker een 0

30

60

90

120

150

180

210

240

BRP/inwoner Bron: EU (ec.europa.eu/regional_policy/en/information/maps/regional_competitiveness/), bewerking Kenniscentrum Economie

24

270

aantal krachtpunten. Vooreerst is er de sterk uitgebouwde transportinfrastructuur, zij het dat dit geldt voor alle Belgische regio’s – maar met iets hogere scores

25


voor de ‘luchthavenprovincies’. Natuurlijk moet in

meeste Belgische provincies slechte scores

de toekomst blijvend geïnvesteerd worden in de

worden opgetekend. Specifiek provinciaal beleid

infrastructuur om deze als een comparatief voordeel

is op dit vlak eigenlijk niet mogelijk, gelet op de

te behouden.

bevoegdheidsverdeling binnen België en het Vlaams Gewest.

Ook de indicator hogere opleiding en levenslang leren is voor Oost-Vlaanderen een krachtpunt.

Extern valt een opportuniteit te zien in de indicator

Deze duidt op de kwaliteit van de factor menselijk

marktgrootte.

kapitaal. Oost-Vlaanderen heeft de 38e positie

De marktgrootte wordt vooral bepaald door de

binnen de EU-268 regio’s. Zo heeft bijna 40% van de

indicatoren beschikbaar inkomen per capita en

bevolking tussen 25 en 64 jaar een hoger opleiding

potentiële marktgrootte in BRP. Daar scoort Oost-

van minstens bachelor of equivalent genoten

Vlaanderen zowel binnen de EU-268 regio’s als

daar waar in vergelijking de scores van de meeste

tegenover de andere Belgische provincies erg

Italiaanse en Roemeense regio’s tussen 15% en 10%

goed. Tegenover de EU regio’s is dat deels te wijten

liggen.

aan het relatief hogere beschikbare inkomen in koopkrachtpariteit in België (50e positie voor Oost-

De indicator onvrijwillige part time/tijdelijke

Vlaanderen binnen de EU-268 rangschikking).

tewerkstelling is een maatstaf die een

Binnen de Belgische regio’s scoort Oost-Vlaanderen,

kwalitatief aspect toevoegt aan de kwantitatieve

na Antwerpen en Brussels grootstedelijk gebied,

arbeidsmarktefficiëntie. Oost-Vlaanderen scoort met

sterk inzake marktpotentieel, vooral door de

4,7% zeer goed.

toegankelijkheid van de Nederlandse en Duitse markten.

Oost-Vlaanderen bezet de 10e positie binnen de EU-268 regio’s op het gebied van ‘business

Tot slot is er extern nog een bedreiging, met name in

sophistication’. Deze dimensie focust op sectoren

de dimensie macro-economische stabiliteit.

zoals financiële en verzekeringsdiensten; vastgoed

De zwakke resultaten van de indicatoren binnen deze

activiteiten; wetenschappelijke en technische

dimensie, die op nationale basis gemeten worden,

activiteiten met hoge toegevoegde waarde en

zorgen ervoor dat alle regio’s binnen België met een

tewerkstelling.

zekere achterstand tegenover sterkere landen zullen beginnen aan het herstel van hun competitiviteit.

Hierbij aansluitend is de sterke score van Oost-

De reeds aangehaalde factoren, zoals de hoge

Vlaanderen voor de belangrijke indicator intramurale

overheidsschuld, het begrotingstekort, de hoge

O&O uitgaven als % van het BRP – 45e positie.

belastingschuld en de lage overheidsinvesteringen zijn voor onze regio’s een bedreiging, te meer daar

Eveneens intraprovinciaal zijn er echter ook een

we wegens een kleine binnenlandse markt sterk

aantal nadelen.

aangewezen zijn op export. Daarom moet er over

De tewerkstellingsgraad is behoorlijk voor Oost-

gewaakt worden dat deze bedreiging zo weinig

Vlaanderen maar toch scoren ze hiermee maar rond

mogelijk impact heeft op de hierboven aangehaalde

de 120e positie binnen de EU-268 regio’s. Nochtans

opportuniteit van de potentiële marktgrootte, in casu

moet benadrukt worden dat als de populatie 20

de exportkansen.

tot 64 jaar bekeken wordt, de tewerkstellingsgraad (werkzaamheidsgraad) voor Vlaanderen 75,5% bedroeg in 2019, daar waar deze slechts 67,3% bedroeg in 1999.10 Ook de indicatoren rond de dimensie ‘gezondheid’ zijn een grote zorg, waarbij trouwens voor de

10 Bron: www.statistiekvlaanderen.be/nl/werkzaamheidsgraad

26

27


Internationale samenwerking

“Onze provincies lijken wel heel sterk op elkaar” Hoe doen vergelijkbare provincies het in het buitenland? Vanuit Oost-Vlaanderen kijken we graag over de grens. Naar Overijssel en Nederlands Limburg bijvoorbeeld: twee provincies die voor dezelfde uitdagingen staan als wij. Hoe doen zij het?

Ken je Oost-Vlaanderen goed?

Limburg doet het voor alle RCI-dimensies even goed

Dirk Plees Ik als Belg wat beter dan de gemiddelde

als vergelijkbare regio’s. Alleen voor infrastructuur

Nederlander? Als kunststad is Gent vergelijkbaar

en basisopleiding scoren jullie beter.

met Maastricht. Ook het toerisme is vergelijkbaar:

Dirk Plees Ja, de Provincie heeft de laatste jaren fors

jullie hebben de Vlaamse Ardennen met hun

geïnvesteerd in de kennisinfrastructuur en in de ba-

wielerklassiekers, wij de Amstel Gold Race en het

sisinfrastructuur van de nieuwe innovatiemotoren in

Limburgse Heuvelland. We kennen hier natuurlijk ook

Limburg. We zijn wel op een andere manier gaan in-

flanders.bio en we zijn partner van Oost-Vlaanderen

vesteren dan met klassieke subsidies: meer en meer

in het Interregprogramma Vlaanderen-Nederland.

willen we graag iets terug voor onze investeringen. Als medeaandeelhouder

Joost Kuijper Ik heb een jaar in België gewoond en ik ben weleens door Gent gewandeld. De Vlaamse Ardennen staan al lang op mijn

‘Op een andere manier investeren dan met klassieke subsidies. Meer en meer willen we graag iets terug voor onze investeringen.’

Je moet jezelf aan je eigen haren optrekken uit het moeras, hoor. Niemand gaat dat in jouw plaats doen.’

Senior beleidsmedewerker Internationalisering Dirk Plees Provincie Nederlands Limburg

Strateeg Economie en Cultuur Joost Kuijper Provincie Overijssel

tieve bv’s waar ook belangrijke marktspelers bij betrokken zijn zoals melot Campus Geleen of BASF in Brightlands

Overijssel werken we natuurlijk grensoverschrijdend

Onze drie provincies halen ongeveer dezelfde RCI-

Overijssel een lichte bevolkingsgroei. In Twente – de

samen, in ons geval ook met de aangrenzende

score, de regionale competitiviteitsindex. Is ook

oostelijke helft van de provincie, tegen de grens met

Bezirke van Nedersaksen en Rijnland-Westfalen.

onze economie vergelijkbaar?

Duitsland – stabiliseren de bevolkingscijfers.

Greenport Venlo. En Overijssel scoort vooral beter voor basisopleiding? Joost Kuijper Goh ja, die scores. In Limburg loopt er

Joost Kuijper Soms zelfs verbazingwekkend

28

in verschillende innova-

DSM in Brightlands Che-

programma. En ook in

“Soms zelfs verbazingwekkend vergelijkbaar.”

investeert de Provincie

vergelijkbaar. Overijssel heeft 1,2 miljoen inwoners,

Dirk Plees Ook ik vind de gelijkenissen opvallend.

een snelweg door de hele provincie, maar Overijssel

wat minder dan Oost-Vlaanderen dus. Maar de

Ook bij ons is er een heel rijk weefsel van mkb’s –

is ook een belangrijke goederencorridor naar Noord-

beroepsbevolking is heel vergelijkbaar. In Overijssel

wat in Vlaanderen kmo’s heet. En de belangrijkste

Duitsland en verder. En het onderwijs is vooral

is er relatief wat meer maakindustrie dan gemiddeld

sectoren in Nederlands Limburg zijn chemie en

nationaal beleid. Overijssel heeft een typische

in Vlaanderen en Nederland, maar verder is de

materialen, logistiek, agrofood en toerisme. Voor die

‘middenrif’-economie, met veel werknemers die een

sectorale verdeling heel vergelijkbaar. In de industrie

sectoren en voor gezondheidszorg en digitalisering

middelbare beroepsopleiding gevolgd hebben. Maar

zijn veel familiebedrijven nichespeler dankzij

voert de Provincie een sterk innovatiebeleid.

de maakindustrie evolueert snel naar complexere

slimme specialisatie. Gezondheidszorggerelateerde

Chemiereus DSM en het complex Chemelot zijn de

producten, waarvoor hoger opgeleide technici nodig

dienstverlening groeit bij ons wat harder dan

grootste werkgevers. En logistiek zijn we een hotspot

zijn. Daarvoor hebben we de Universiteit Twente met

in Oost-Vlaanderen. Voor een deel is dat een

in Europa.

de slogan ‘high tech, human touch’. In het westen

inhaalbeweging. Oudere mensen uit Amsterdam en

van de provincie groeien commerciële en zakelijke

Rotterdam zwermen graag uit naar een rustiger stukje

dienstensectoren wat harder: ook daarvoor zijn hoger

Nederland. Daardoor zien we in het westen van

opgeleide mensen nodig.

29


Joost Kuijper In dat opzicht lijken onze provincies wel heel sterk op elkaar. Ook Overijssel heeft grote

Groningen

fabrieken voor auto-onderdelen en vrachtwagenasFriesland

semblage, Scania in Zwolle onder andere. En veel voedingsmiddelen vertrekken vanuit Overijssel zowel

Drenthe

naar het westen als naar Duitsland. Zoals Oost-Vlaanderen gaan ook wij sowieso een tik krijgen van welke vorm van brexit ook. Maar het is zoals Dirk zegt: de

“Britse bedrijven willen ook na de brexit hun producten nog kwijt kunnen in Europa.”

statistieken en de verwachtingen lopen achter op wat

Noord-Holland

Flevoland Overijssel

de bedrijven al zelf deden om zich voor te bereiden op het mogelijke verlies van een grote afzetmarkt.

Utrecht

Ondernemers zijn al lang op zoek naar alternatieven. Hoe dan ook kan de Britse voedingsindustrie op dit moment haar eigen bevolking niet voeden. Er gaat

Noord-Brabant

dus zeker voeding uit Europa nodig blijven. En andere producten van het continent. Nederland exporteert

Zeeland

ook veel bloemen naar de VK: die moet je vers en dus heel snel over de grens krijgen. Daar zijn de bedrijven al in belangrijke mate op voorbereid. Oost-Vlaanderen stimuleert innovatie in de De brexit zit eraan te komen. In Oost-Vlaanderen gaan

economie met een slimme specialisatiestrategie in

we dat hard voelen in de voedingsindustrie en in twee

zes clusters: bio-economie en cleantech, materialen,

grote autofabrieken, sectoren die het moeten hebben

zorgeconomie en zorginnovatie, ICT en slimme

van de export. In 2018 gingen de schattingen hier

digitalisering, agrofood en logistiek. Hebben jullie

over 5.000 bedreigde jobs en 1,2 miljard euro minder

provincies een vergelijkbaar beleid?

toegevoegde waarde. Hoe zit dat bij jullie?

Dirk Plees Wij gebruiken andere begrippen, maar

Dirk Plees Limburg exporteert voor 2 miljard naar de

inhoudelijk zijn onze clusters en onze slimme

VK en importeert voor 900 miljoen euro. Dat zijn be-

specialisatiestrategie zowat identiek.

Gelderland

Zuid-Holland

WestVlaanderen

OostVlaanderen

Limburg

Antwerpen Vlaams-Brabant

Limburg

Brussel Waals-Brabant Luik

Henegouwen Namen

Luxemburg

langrijke stromen. Wel hebben er zich ondertussen al Britse bedrijven gevestigd in Limburg. Die willen na-

Joost Kuijper Logisch, want dat zijn voorwaarden voor

tuurlijk ook na de brexit hun producten nog kwijt kun-

Europese steun voor regionale ontwikkeling. Iedereen

nen in Europa, en vanuit Limburg komen ze snel in de

heeft dus een specialisatiestrategie.

rest van Europa. In Venlo is er een nieuw distributie-

En wat zijn de troeven van Zuid-Nederland dan?

Joost, in Overijssel werken jullie vooral samen met

Dirk Plees Onze kracht, dat zijn die topclusters,

de Provincie Gelderland?

centrum van de Britse webwinkel Monster Group, met

Dirk Plees Ja. Wij werken voor onze Regionale In-

onze kennisinstellingen en campussen, en onze

Joost Kuijper Ja, en ook ik herken die clusters. In onze

spullen die de volgende dag al bij de klant moeten

novatiestrategie voor Slimme Specialisatie (RIS3)

grensoverschrijdende cultuur van samenwerken.

samenwerking gaat het over gezondheid, voeding,

zijn: dat lukt vlotter vanuit Venlo dan vanuit York.

samen met de andere Zuid-Nederlandse provincies

Uiteindelijk moet die samenwerking leiden

hightechsystemen en materialen – dat is dus wat rui-

Zeeland en Noord-Brabant. Het motto is: innoveren

tot flexibele energiesystemen, meer biobased

mer dan in Oost-Vlaanderen – en energie en klimaat.

en specialiseren met impact. Uitgangspunt zijn de

materialen, betere waterkwaliteit en meer veiligheid,

Veel traditionele ondernemingen en industrieën val-

transities waarop we een antwoord moeten bieden:

gezondere en betaalbare voeding, en dus langer

len wat buiten die hoogtechnologische spitssectoren.

de energietransitie, grondstoffen, klimaat en gezonde

gezonder leven. Dat klinkt basaal, maar dat is

Overijssel haalt daar een wat zwakkere RCI-score.

voeding. Voor ons provinciaal ‘missiegedreven eco-

belangrijk voor onze concurrentiepositie, welvaart

Bedrijven willen vooral de internationale trends kun-

nomisch beleid’ houdt dat twee opgaven in: Limburg

en banen, en om de export te stimuleren. Daarvoor

nen blijven volgen. Dat houdt ze echt bezig. En dat

maakt gezond en Limburg maakt energiek. Op die

kijken we ook over de grens naar heel Vlaanderen.

betekent dat wij voor hightechniches sterk gericht

uitdagingen moeten we innovatie loslaten. Bij ons in

zijn op samenwerking met andere partijen buiten de

Zuid-Nederland heten de topclusters hightech sys-

provincie of het landsdeel. Wij hebben geen plaats

tems en materialen, agrofood en chemie, life science

die vergelijkbaar is met Gent waar veel innovatie

en health, biobased, logistiek en maintenance.

samenklontert. De Universiteit Twente trekt rond Enschede wel hightechindustrie aan en zorgt voor veel technische start-ups. Maar in Zwolle is er geen technische universiteit, wel een brede hogeschool. Daar is er veel gevarieerder kennisoverdracht nodig.

30

31


Als het over innovatie gaat, heeft de maakindustrie het wat lastiger. Slim en schoon produceren is al een

In België is Mini-Europa een miniatuurpark dat

En met welke argumenten zou je Overijssel

flinke uitdaging.

binnenkort de deuren moet sluiten. Wat maakt

‘verkopen’ aan buitenlandse investeerders?

Nederland fiscaal gunstig voor bedrijven?

Joost Kuijper Daar zijn we al volop mee bezig.

Dirk Plees De brutokosten en de sociale lasten in

De perfecte ligging: net iets verder weg van de

Nederland zijn in doorsnee tien procent voordeliger

drukte van de Randstad en op weg naar Duitsland.

dan gemiddeld in België.

Mooie streek ook. Overijssel heeft voor smulpapen

Oost-Vlaanderen werkt grensoverschrijdend samen met West-Vlaanderen en Zeeland in de Euregio Scheldemond rond werk, ondernemen, logistiek, mobiliteit, klimaat en leefbaarheid. Zitten Limburg en Overijssel ook in zo’n grensoverschrijdend samenwerkingsverband? Dirk Plees Ja, wij hebben de Euregio Maas-Rijn. Daarin werken we samen met de regio Aken,

“Andere begrippen, maar inhoudelijk zijn onze clusters en onze slimme specialisatiestrategie zowat identiek.”

verrassend veel restaurants met een Michelinster en prachtige historische Hanzesteden. Veel voormalige familiebedrijven zijn vroeger al overgegaan in multinationale handen: dat trekt nieuwe investeerders aan, zelfs ondernemingen uit China en

de Provincie Luik, de Duitstalige Gemeenschap

de VS. En dan is er nog de arbeidsmoraal: er wordt

van België en Belgisch Limburg aan een betere,

hier hard gewerkt tegen aanvaardbare loonkosten.

veiligere, grensoverschrijdende Europese proeftuin.

Veel buitenlandse hightechbedrijven zoeken vandaag

Belangrijke prioriteiten zijn mobiliteit, veiligheid en

al een plekje in de buurt van de Universiteit Twente

arbeidsmarkt aan de andere kant van de grens.

met zijn vele goed opgeleide technici. Daarin is Zijn de provincies daarin onmisbaar?

Joost Kuijper Overijssel grenst aan twee Duitse deel-

Joost Kuijper Ja, de regio is het natuurlijke

staten: Nedersaksen en Noordrijn-Westfalen, het

schaalniveau voor de economie. Daarom voeren

powerhouse van de Rijndelta. Onze langste gemeen-

provincies in Nederland een regionaal-economische

schappelijke grens is die met de Provincie Gelder-

politiek. Regio’s moeten een schakel zijn in

land. In de eerste opgerichte Euregio in de Europese

nationale en internationale netwerken. Zo kunnen

Unie werken we met Gelderland samen met het Mün-

we onmisbaarheid opbouwen. En aan lokale merken

sterland, ten noorden van het Roergebied en met ver-

waarde toevoegen. We hebben daar de mensen,

schillende gemeenten in Noordoost-Brabant en het

de producten en de flexibiliteit voor. Nu eisen de

noorden van Limburg, en in Duitsland met de regio’s

harde brexit en corona even alle aandacht op. Maar

Kleve en Wesel, en de steden Duisburg en Düssel-

de positie die Europa inneemt sinds de Industriële

dorf. Samenwerking stimuleren we met Europees en

Revolutie kunnen we alleen maar handhaven als we

met eigen geld. Zo steunen we rond energieopslag de

op alle mogelijke niveaus samenwerken. Beschouw

samenwerking tussen de universiteiten van Twente

het als een welgemeend advies: je moet jezelf als

en Münster.

regio voortdurend aan je eigen haren optrekken uit het moeras. Niemand anders gaat dat voor jou doen. En dat is een opdracht voor bedrijven, onderwijs en onderzoek, overheden en in toenemende mate ook groepen burgers. Wij hebben bijvoorbeeld in Overijssel nog veel natuur. Burgers hebben daar veel aandacht en zorg voor. En zo zijn er nog wel meer

“De positie van Europa sinds de Industriële Revolutie kunnen we maar handhaven als we op alle mogelijke niveaus samenwerken.”

terreinen waarop het engagement van burgers een belangrijke rol kan spelen. Nog een dingetje om ons te inspireren? Hoe zou je buitenlandse bedrijven overtuigen om te investeren in je provincie? Dirk Plees Kom naar Limburg! Wij zitten op het kruispunt van Europa. Van hieruit ben je overal in no time. Voor bedrijven hebben we een gunstig fiscaal regime. En je nestelt je in een topomgeving van innovatiepotentieel. Op 25 kilometer van Maastricht wordt Frans gesproken. 25 kilometer in de andere

Enschede perfect vergelijkbaar met Gent.

Ter vergelijking: enkele kerncijfers voor Oost-Vlaanderen, Overijssel (Nl) en Limburg (Nl) Oost-

Overijssel

Vlaanderen

(Nl)

Limburg (Nl)

België

Nederland

oppervlakte (km²)

3.009

3.421

2.209

30.666

37.378

bevolking

1.516.283

1.156.431

1.116.137

11.455.519

17.282.163

bevolkingsdichtheid (inw./km²)

504

338

505

374

462

mediaanleeftijd bevolking

42,6

42,4

48,0

41,7

42,7

BRP (EUR/inwoner)

37.300

37.500

39.800

40.200

44.900

41,5

34,3

33,6

40,7

40,4

toerisme: aantal overnachtingen

1.167.032

5.979.841

8.572.754

21.308.009

71.692.192

transportnetwerk (km/1.000 km²)

66

46

98

58

81

% gezinnen met breedbandinternet

86

96

99

88

98

werkgelegenheid

690.700

578.900

537.900

4.770.700

8.689.200

% inwoners (25-64j.) met hogere opleiding

richting Duits. Het maakt Limburg heel divers, met veel cultuur en natuur: een soort van mini-Europa.

32

Bron: Eurostat - telkens meest recente data

33


Een input-output matrix voor Oost-Vlaanderen

alles is verbonden Inleiding

Om deze intersectorale verbanden in beeld te brengen

Elke economie, zij het op internationaal, nationaal

in 1973 de Nobelprijs voor economie1 kreeg voor zijn

of regionaal niveau, is een geheel van onderling

baanbrekend werk over input-output analyse.

gebruiken economisten een input-output tabel, ook wel een Leontief-matrix genoemd naar Wassily Leontief die

verbonden bedrijfstakken. Twee eenvoudige In een vereenvoudigde vorm ziet een input-output

voorbeelden illustreren deze verbindingen:

tabel er als volgt uit: » De landbouw levert grondstoffen aan de voedingsindustrie. De voedingsindustrie levert op haar beurt veevoeder aan de landbouw maar ook consumptiewaren aan de groothandel. 1

» Boekhoudkantoren verlenen diensten aan zowat

Eigenlijk de Sveriges Riksbank Prijs in Economische Wetenschappen ter nagedachtenis van Alfred Nobel. Een ‘echte’ Nobelprijs voor economie bestaat niet. De Nobelprijs wordt enkel uitgereikt voor

alle andere sectoren terwijl zij op hun beurt

fysica, chemie, geneeskunde, literatuur en voor inspanningen voor

beroep doen op ICT-consultants.

de bevordering van de vrede.

Figuur B.1: Vereenvoudigde weergave van een input-output tabel

Bruto toegevoegde waarde

Intermediaire input

Bruto nationaal product (output) A+B

TOTAAL (B)

Consumptie-uitgaven buiten gezinnen Consumptie van gezinnen Investeringen Voorraadwijzigingen Export

vraag naar goederen en diensten

Finale vraag

TOTAAL (A)

Aanbodsector

Intermediaire vraag

1 Landbouw 2 Mijnbouw 3 Industrie …

Vraagsector

1 Landbouw 2 Mijnbouw 3 Industrie … aanbod aan goederen en diensten (binnenlands en import) TOTAAL (D) Beloning van werknemers Operationele winst Afschrijvingen Indirecte belastingen (min) Subsidies TOTAAL (E)

Bruto nationaal product (input) D+E Bron: SIMPSON, David en Jinkichi TSUKUI, “The fundamental structure of input-output tables, an international comparison”, The Review of Economics and Statistics, vol. 47, nr. 4, nov. 1965, blz. 434-446 34

35


A+B is in deze figuur gelijk aan D+E. De rijen bevatten de samenstelling van de bestemmingen van de productverkoop bestemmingen (outputs). De kolommen zijn samengesteld uit de uitgaven voor grondstoffen en bruto toegevoegde waarde (inputs). De voorbeelden van hierboven aangehaald kunnen

Methodes om van een nationale naar een regionale input-output tabel te gaan2

Voor de uitwerking van een regionale IOT voor OostVlaanderen wordt enkel de schattingsmethodiek in beschouwing genomen.

De berekening hiervan gebeurt als volgt: In essentie zijn er drie belangrijke varianten binnen de schattingsmethodiek. In de eerste variant wordt gebruik gemaakt van locatiecoëfficiënten (zie

algemener als volgt worden vertaald. Een sector

Een beknopte theoretische uiteenzetting is

verder). De tweede variant hanteert het regionale

koopt grondstoffen, brandstof enz. van andere

noodzakelijk om de aanpak van de transformatie

aanbodspercentage om van een nationale naar

sectoren (input) en verwerkt via de toevoeging van

van nationale naar regionale IOT te duiden. Er is

een regionale IOT te gaan. De nood aan een grote

arbeid en kapitaal tot goederen en diensten. Deze

geprobeerd om dit zo kort en duidelijk mogelijk te

hoeveelheid data op regionaal niveau beperkt vaak

goederen en diensten worden verkocht (output)

houden.

de bruikbaarheid van deze methodiek. De derde

aan andere sectoren om te dienen als grondstof.

Enkelvoudige locatiecoëfficiënt (Hoover Balassa index)5

x(r:i) LC(r:i) LC(r:i) = = / x(r)

x(n:i) x(n)

[formule1]

waarbij x(r:i) = output bedrijfstak i in regio r x(r) = totale output regio r x(n:i) = nationale output bedrijfstak i x(n) = totale nationale output

variant is de bi-proportionele aanpak. Hiervoor is het

De aanpassing van de nationale IOT om tot de

Deze aankoop-productie-verkoop kettingen

Kort samengevat bestaan er drie groepen van

noodzakelijk dat op zijn minst de regionale totalen

regionale IOT te komen, gebeurt dan als volgt (met de

leiden uiteindelijk tot eindproducten die worden

methodologieën om van een nationale naar een

voor intermediaire input en intermediaire vraag

IOT in matrixnota zoals aangegeven in figuur B.1):

geconsumeerd door gezinnen, overheden, bedrijven

regionale IOT te gaan:

beschikbaar zijn (zie figuur B.1 op pagina 35). Op

3

of die worden geëxporteerd.

4

varianten 2 en 3 zal hier niet verder ingegaan worden.

a(rr:ij)=

1. met enquêtes (‘survey’);

(LC(r:i)a(n:ij), a(n:ij),

als LC(r:i) < 1 als LC(r:i) ≥ 1

[formule2]

Input-output tabellen (IOT) worden meestal

2. met schattingen (‘estimation’);

Eenvoudig gesteld geeft een locatiecoëfficiënt (ook

Dit betekent dat de nationale coëfficiënten behouden

op nationaal niveau opgemaakt. Door de

3. hybride methodes.

bekend als locatiequotiënt of concentratiecoëfficiënt)

blijven wanneer de LC groter is dan of gelijk aan 1 en

aan in welke mate een sector in een regio over- of

dat ze aangepast worden op basis van de LC als de LC kleiner is dan 1.

focusverschuivingen in studies over economische geografie richting het regionale (dus: sub-

Wanneer gebruik gemaakt wordt van enquêtes, wordt

ondervertegenwoordigd is in een regio. Vanuit een

nationale) niveau is de aandacht voor regionale

een staal van ondernemingen ondervraagd over

andere invalshoek bekeken, zouden we kunnen

IOT evenwel aangescherpt. Het is duidelijk dat

hun aankopen en verkopen, binnen en buiten de

zeggen dat een locatiecoëfficiënt (LC) per sector

regionale verschillen worden uitgevlakt bij een

onderzochte regio.

aangeeft in welke mate een regio zelfvoorzienend is. Wanneer de LC groter is dan of gelijk aan 1, dan is de

nationale aanpak van de IOT. Bovendien is de rol

Flegg locatiecoëfficiënt (FLC)6

van interregionale handel sterk verschillend tussen

Het tijdrovend, arbeidsintensief en foutgevoelig

regio zelfvoorzienend (= 1) of kan de regio voor

perifere regio’s en centrale regio’s.

verzamelen en verwerken van antwoorden op

deze sector zelfs exporteren naar andere regio’s

De Flegg locatiecoëfficiënt is een modificatie van

enquêtes kan vermeden worden door schattingen.

(> 1). Wanneer de LC kleiner is dan 1, moet de regio

de cross-sectorale locatiecoëfficiënt. Die vergelijkt

Omdat vaak enkel nationale IOT beschikbaar

Deze maken gebruik van regionale data om een

importeren.

de grootte van de sectoren als aankoper (output)

bestaan, is er geen gedetailleerde informatie over

nationale IOT te transformeren tot een regionale.

de inter-industriële relaties tussen regio’s. Daartoe

Dit kan snel en vrij goedkoop uitgevoerd worden

Er zijn grofweg beschouwd vier methodes om

transformatie zoals bij de enkelvoudige LC, wordt de

werden regionalisatiemethodes ontwikkeld: van

wanneer voldoende regionale data beschikbaar zijn.

locatiecoëfficiënten te bepalen. Hierna worden er

IOT cel per cel getransformeerd.

en producent (input). In plaats van rij-per-rij

evenwel slechts twee besproken: de enkelvoudige LC

een nationale naar een regionale IOT. In het volgend hoofdstuk worden een aantal methodes toegelicht.

In de hybride methodes trachten onderzoekers de

In het derde en laatste hoofdstuk wordt dan een

voordelen van de twee voorgaande methodes te

volgt berekend:

regionale IOT voor Oost-Vlaanderen uitgewerkt.

combineren. Hierbij wordt uitgegaan van schattingen expertenmeningen of informatie uit additionele

x(r:i) x(n:i) LC(r:i) CSLC(r:ij) = = x(r:j) LC(r:j) x(n:j)

databanken.

Hier worden twee enkelvoudige LC door elkaar

en de Flegg LC.

die dan worden aangevuld met enquêteresultaten,

De cross-sectorale locatiecoëfficiënt (CSLC) wordt als

[formule3]

gedeeld waarbij i de producerende sector is (aanbod of input) en j de aankopende sector is (vraag of

2 SZABÓ, Norbert, “Methods for regionalizing input-

output tables”, Regional Statistics, vol. 5, nr. 1, 2015, blz. 44-65

3 GREENSTREET, David, “A conceptual framework for

construction of hybrid regional input-output models”, Socio-Economic Planning Sciences, vol. 23, nr. 5, 1989, blz. 283-289

36

4 BIKKER, Reinier et al., Macro-integratie. Deelthema:

inpassen, Centraal Bureau voor Statistiek, Statistische methoden (08003), Voorburg/Heerlen, 2008, 37 blz.

5

KOPCZEWSKA, Katarzyna et al., Measuring regional specialisation: A new approach, Palgrave Macmillan, Cham (CH), 2017, blz. 82-86

6

FLEGG, Anthony T. en Timo TOHMO, “Regional inputoutput tables and the FLQ formula: A case study of Finland”, Regional Studies, vol. 47, 2013, blz. 703-721.

37


Resultaten

Enkele conclusies

informatie die zo’n tabel bevat niet heel snel:

Een overzicht van de berekende locatiecoëfficiënten

Het spreekt voor zich dat conclusies trekken op basis

intersectorale relaties veranderen niet van dag op

geven, zou ons in het kader van dit artikel te ver

van een 38x38 matrix niet zo evident is. We beperken

dag. Daarmee is het geen groot probleem dat de data

voeren. Onthou dat ze berekend zijn met [formule3],

ons tot enkele opvallende vaststellingen.

an sich wat verouderd is. Het gaat hem in dit soort

[formule4] en [formule5] , op basis van de hiervoor

onderzoeken vooral over de conclusies die men kan

vermelde NBB-data. In [formule5] wordt als waarde

output). Wanneer i=j dan is de CSLC (r:ij)= LC (r:i) =

versie voor België is van 2019 en bevat data van

LC (r:j).

2015. Door de aard van een IOT evolueert de

De Flegg locatiecoëfficiënt wordt als volgt berekend: FLC(r:ij) = λ(r)CSLC(r:ij) FLC(r:ij) λ(r)CSLC(r:ij)

[formule4]

Waarbij λ(r) = relatieve grootte van een regio = {log2[1+(x(r:e)/x(n:e)]}^δ [formule5] met δ als gevoeligheidsparameter (0,15 < δ < 0,30) x(r:e) = grootte van de regionale economie x(n:e) = grootte van de nationale economie

trekken over de relaties tussen en de grootteordes

voor δ 0,25 gehanteerd. In dezelfde formule gebeurt

van de sectoren.

de vergelijking van de grootte van de regionale

tabel is het onvermijdelijk dat de intrasectorale

1. Door de methodiek eigen aan een input-output

economie versus de nationale economie op basis van

leveringen (bijvoorbeeld bouw aan bouw) voor

Een Belgische IOT wordt elke vijf jaar geproduceerd

de bruto toegevoegde waarde. Het aandeel van Oost-

alle sectoren de grootste zijn, met uitzondering

door het Federaal Planbureau (FPB). Als bijlage 1

Vlaanderen versus België bedraagt 12,3%. [formule5]

van de landbouw die vooral levert aan de

bij dit artikel wordt de IOT voor 2015 weergegeven,

ziet er dan als volgt uit: λ(r) ={log2[1+0,123)]}^0,25.

voedingsindustrie. Bedrijven binnen eenzelfde

waarvan de finale versie gepubliceerd is in 2019.

Na berekening komt dit neer op λ(r) = 0,6396.

sector leveren aan elkaar basisproducten die dan

Hoe lees je deze tabel nu concreet? In de rij ‘01’

Deze waarde wordt dan als constante gebruikt in

worden getransformeerd tot half-afgewerkte of

staat bij kolom ‘10-12’ het getal 8.420. Dat betekent

[formule4].

afgewerkte producten. De aanbod-vraagrelaties

8

dat de landbouw (01) 8.420 miljoen EUR levert aan

voor half-afgewerkte producten spelen zich ook

De waarde van de gevoeligheidsparameter δ hangt

de voedingsindustrie (10-12). In de rij ‘10-12’ staat

Via [formule6] zijn de berekende LC dan toegepast op

meestal af binnen dezelfde sector. Dit is bij

samen met de grootte van de regio. Flegg suggereert

bij kolom ‘01’ het getal 2.081. Dat betekent dat de

de FPB-data.

deze analyse nog meer zo omdat hier met ruime

zelf dat een waarde van 0,25 over heel de lijn

voedingsindustrie 2.081 miljoen EUR levert aan de

bekeken goede resultaten oplevert.7

landbouw (vooral veevoeder in dit geval).9

De aanpassing van de nationale IOT om tot de

Voor de berekening van de locatiecoëfficiënten

regionale IOT te komen, gebeurt dan op dezelfde manier als bij de enkelvoudige LC: a(rr:ij)=

(FLC(r:ij)a(n:ij), a(n:ij),

als FLC(r:ij) < 1 als FLC(r:ij) ≥ 1

[formule6]

bedrijfstakken wordt gewerkt. We werken op Voor de transformatie van de waarden zoals btw,

NACE-2 digits niveau, terwijl de NACE-indeling

beloning werknemers,… (horizontaal) en consumptie

voor bedrijfstakken tot 5 digits kan gaan. Van de

huishoudens, investeringen,… (verticaal) worden

hier gebruikte 38 bedrijfstakken kan afgedaald

worden de gegevens gebruikt van de regionale

het aandeel van de Oost-Vlaamse economie in

worden tot in totaal 943 subklassen. Helaas is dit

rekeningen opgemaakt door de Nationale Bank van

de Belgische economie gehanteerd (12,3%). Een

niet mogelijk voor de beschikbare IOT-data.

België (NBB). Het gaat hier meer bepaald over de

verfijndere transformatie zou ons in het kader van dit

bruto toegevoegde waarde tegen basisprijzen van

artikel te ver voeren.

dat die als vraagsector beroep doet op een pak

2018, op NUTS-2 niveau (provincies) en verdeeld

De Flegg LC heeft twee overduidelijke voordelen: (1)

over 38 bedrijfstakken.10 Het FPB hanteert een

men houdt rekening met de cross-sectorale relaties

indeling van 64 bedrijfstakken – beide indelingen

(als aanbieder/als vrager) en (2) de grootte van

zijn op de ESR-2010 en NACE-indeling gebaseerd en

de regio wordt expliciet in rekening gebracht, met

gemakkelijk te converteren. Een conversietabel is

[formule5].

beschikbaar als bijlage 2 bij dit artikel.

2. Bij de chemische industrie (klasse CE) valt het op andere bedrijfstakken: voeding (CA), metalen

De resultaten worden weergegeven in tabel B.1.

producten (CH), elektriciteit, gas, water, stoom, lucht (DD), de handel (GG) en logistiek (HH).

Tabel B.1 is te vinden op de openvouwpagina achterin.

3. Handel (GG) en logistiek (HH) leveren een opvallende output voor vele sectoren. 4. De belangrijkse outputproducenten binnen de dienstensector (logistiek buiten beschouwing

Deze methodiek zal verder in het onderzoek

Bijlagen 1 en 2 zijn achterin te vinden.

gelaten) zijn de zakelijke diensten (MA -

gehanteerd worden om een Belgische IOT om te

boekhouding, consultancy, advocaten,…) en

zetten tot een Oost-Vlaamse IOT.

ondersteunende en administratieve diensten (NN - verhuur en leasing, immobiliën, interim, callcenters,…). 5. De bouwnijverheid (FF) blijft een belangrijke Oost-

Gebruikte data

Vlaamse bedrijfstak. 6. De belangrijkste industriële sectoren zijn:

Basis van de regionalisering is een nationale

metaal en metalen basisproducten (CH),

IOT. Gelet op de nood aan een uitgebreide

chemie (CE), voeding (CA). Daarbij valt op dat er

dataverzameling, worden nationale IOT niet op

sterke interindustriële relaties bestaan binnen

jaarlijkse basis aangemaakt. De meeste recente

7

38

Ibidem, blz. 715.

8

Zie www.plan.be/publications/publication-1948-nlinput_outputtabellen_2015.

9

Opgelet: alle getallen zijn afgerond. In het rekenmodel wordt gewerkt met getallen die tot 13 cijfers na de komma tellen.

10

Zie stat.nbb.be – regionale rekeningen, variabelen per industrie, resultaten per A38 - NUTS2.

de voeding en de chemie. Dit zijn echt wel voorbeelden van lokale waardeketens. Wanneer een van de schakels van die ketens in de problemen komt, gaat dit de sterkte van die keten bedreigen. Doelgericht industrieel beleid moet hier rekening mee houden.

39


7. Merkwaardig is de beperkte vraag naar metaal (CH) door de transportmiddelenindustrie (CL). Specifiek denken we hier aan de mogelijke leveringen van ArcelorMittal Gent aan Volvo Cars en Volvo Trucks. ArcelorMittal Gent is slechts in beperkte mate gespecialiseerd in staal voor de transportmiddelenindustrie (‘automotive’). Op de afdeling ‘tailored blanks’, waar zo’n 85 personeelsleden werken, worden kant-en-klare onderdelen geproduceerd die bij autobouwers in een stuk tot koetswerkonderdeel kunnen worden geperst. Veel staal van ArcelorMittal Gent wordt wel verscheept naar de Zweedse Torslandafabriek van Volvo Cars. Daar wordt het staal verder behandeld en terug naar Gent getransporteerd via trein. Deze transacties ontbreken natuurlijk in de IOT. 8. Wanneer we kijken naar de clusters van de Oost-Vlaamse slimme specialisatiestrategie, wordt door deze input-outputanalyse zeker het belang bevestigd van bio-economie (deel van de chemie), materialen (metaal, kunststof), voeding en logistiek. De andere twee clusters, zorg en slimme digitalisatie, vallen onder de dienstensectoren, waarvan cijfers qua toegevoegde waarde meestal niet het belang van de sector correct inschatten.11

11

Dit heeft onder meer te maken met Baumol’s cost disease. William Baumol toonde aan de productiviteitsgroei in de dienstensector achterop bleef bij de algemene economische groei. De cost disease bestaan er dan in dat de loonkosten door de discrepantie tussen die groeicijfers sneller stijgen in de dienstensector dan de productiviteitsgroei verantwoordt. Zie onder meer: BAUMOL, William, “Performing arts: the permanent crisis”, Business Horizons, vol. 10, nr. 3, 1967, blz. 47-50. Patrick Vanhopplinus (MOW)

40

41


Deel 2

Oost-Vlaanderen doorgelicht

42


Overzichtstabel: gemeenten per arrondissement (vervolg)

Overzicht Overzichtskaart van Oost-Vlaanderen: gemeenten en arrondissementen

Sint-Laureins

Moerbeke

Oudenaarde

Zelzate

Nazareth

Ronse

Arrondissement Gent

Oosterzele

Wortegem-Petegem

Aalter

Sint-Martens-Latem

Zwalm

Deinze

Wachtebeke

Arrondissement Sint-Niklaas

De Pinte

Wachtebeke

Beveren

Destelbergen

Zulte

Kruibeke

Evergem

Arrondissement Oudenaarde

Lokeren

Gavere

Brakel

Sint-Gillis-Waas

Gent

Horebeke

Sint-Niklaas

Lievegem

Kluisbergen

Stekene

Lochristi

Kruisem

Temse

Melle

Lierde

Merelbeke

Maarkedal

Bevolking

Overzichtstabel: gemeenten per arrondissement

44

Arrondissement Aalst

Sint-Lievens-Houtem

Waasmunster

Aalst

Zottegem

Wetteren

Denderleeuw

Arrondissement Dendermonde

Wichelen

Erpe-Mere

Berlare

Zele

Geraardsbergen

Buggenhout

Arrondissement Eeklo

Haaltert

Dendermonde

Assenede

Herzele

Hamme

Eeklo

Lede

Laarne

Kaprijke

Ninove

Lebbeke

Maldegem

Verouderingscoëfficiënt = bevolking +65 jaar / bevolking -20 jaar

Vervangingscoëfficiënt = bevolking 20–39 jaar / bevolking 40–59 jaar

De verouderingscoëfficiënt is een demografische

De vervangingscoëfficiënt is een indicator van

indicator die de verhouding weergeeft van het

de arbeidsmarkt en meet de verhouding tussen de

aantal ouderen (65+) ten opzichte van het aantal

groep van jong actieven (20–39) tegenover de groep

jongeren (-20) en is een aanduiding van de

van ouder actieven (40–59). Dit cijfer duidt aan in

bevolkingsvergrijzing. Het aantal jongeren zal een

welke mate vervanging plaatsvindt binnen de actieve

weerslag hebben op onder meer de behoefte aan

bevolking: de jong volwassenen bepalen de instroom

kinderopvang en schoolinfrastructuur. Ouderen

op de arbeidsmarkt, terwijl de oudere actieven de

vormen dan weer de groep van gepensioneerden,

groep uitmaken van diegenen die hun pensioen

en dit aandeel heeft onder meer gevolgen voor de

naderen.

behoefte aan woon- en gezondheidsinfrastructuur. Een verouderingsgraad van meer dan 1 betekent dat het aandeel van de bevolking boven de 65 groter is dan de groep onder de 20 jaar. Omgekeerd betekent een waarde kleiner dan 1 dat de groep 65-plussers kleiner is dan de groep onder de 20 jaar. Bij een indicator 1 zijn beide groepen even groot.

45


46

20-39 jaar / 40-59 jaar

vervangingscoëff.

65+ jaar / -20 jaar

verouderingscoëff.

km2

oppervlakte

inwoners/km2

dichtheid

inwoners

aantal

20-39 jaar / 40-59 jaar

vervangingscoëff.

65+ jaar / -20 jaar

Tabel 1: Bevolkingsaantal en -dichtheid, bevolkingsvergrijzing (01.01.2019) (vervolg)

verouderingscoëff.

km2

oppervlakte

inwoners/km2

dichtheid

inwoners

aantal

Tabel 1: Bevolkingsaantal en -dichtheid, bevolkingsvergrijzing (01.01.2019)

Aalst

86.502

1.100

78,7

0,91

0,89

Kruibeke

16.771

501

33,5

0,88

0,83

Aalter

28.924

241

119,9

1,03

0,82

Kruisem

15.659

219

71,6

0,88

0,83

Assenede

14.278

163

87,5

1,08

0,79

Laarne

12.384

380

32,6

1,08

0,76

Berlare

14.964

391

38,2

0,97

0,74

Lebbeke

19.334

707

27,4

0,89

0,83

Beveren

48.703

319

152,7

0,99

0,85

Lede

18.707

626

29,9

0,99

0,81

Brakel

14.804

260

57,0

1,05

0,77

Lierde

6.620

252

26,3

0,94

0,76

Buggenhout

14.526

567

25,6

0,97

0,77

Lievegem

26.170

324

80,8

1,16

0,81

De Pinte

10.690

601

17,8

1,06

0,72

Lochristi

22.502

371

60,7

0,92

0,71

Deinze

43.619

341

128,0

0,97

0,84

Lokeren

41.711

611

68,3

0,76

0,91

Denderleeuw

20.381

1.469

13,9

0,71

0,81

Maarkedal

6.350

138

46,2

1,18

0,70

Dendermonde

45.790

811

56,5

0,99

0,86

Maldegem

23.798

249

95,6

1,07

0,82

Destelbergen

18.294

685

26,7

1,07

0,82

Melle

11.747

766

15,3

0,87

0,93

Eeklo

21.252

698

30,4

1,13

0,84

Merelbeke

24.671

667

37,0

0,95

0,83

Erpe-Mere

19.820

576

34,4

1,07

0,79

Moerbeke

6.475

171

37,9

0,87

0,86

Evergem

35.453

470

75,4

0,96

0,80

Nazareth

11.625

328

35,4

1,07

0,79

Gavere

12.802

405

31,6

1,01

0,74

Ninove

38.928

532

73,1

0,94

0,80

Gent

262.367

1.663

157,7

0,78

1,34

Oosterzele

13.597

312

43,6

0,85

0,77

Geraardsbergen

33.466

418

80,1

0,97

0,78

Oudenaarde

31.417

456

68,9

1,01

0,83

Haaltert

18.638

611

30,5

1,01

0,79

Ronse

26.487

763

34,7

0,71

0,92

Hamme

24.868

613

40,6

0,88

0,89

Sint-Gillis-Waas

19.390

349

55,5

0,91

0,80

Herzele

18.038

377

47,9

0,94

0,78

Sint-Laureins

6.783

91

74,5

1,11

0,79

Horebeke

2.036

181

11,2

1,38

0,67

Sint-Lievens-Houtem

10.346

382

27,1

0,92

0,76

Kaprijke

6.438

191

33,6

1,05

0,79

Sint-Martens-Latem

8.403

581

14,5

1,33

0,70

Kluisbergen

6.491

212

30,6

0,89

0,88

47


20-39 jaar / 40-59 jaar

vervangingscoëff.

65+ jaar / -20 jaar

Kaart 1: Bevolkingsdichtheid 01.01.2019 (inw./km2)

verouderingscoëff.

km2

oppervlakte

inwoners/km2

dichtheid

inwoners

aantal

Tabel 1: Bevolkingsaantal en -dichtheid, bevolkingsvergrijzing (01.01.2019) (vervolg)

Temse

78.403

933

84,0

0,82

0,98

Stekene

18.447

408

45,3

0,96

0,81

Temse

29.936

743

40,3

0,83

0,89

Waasmunster

10.799

335

32,2

0,98

0,80

Wachtebeke

7.785

225

34,6

1,02

0,81

Wetteren

25.882

699

37,0

0,96

0,89

Wichelen

11.677

504

23,2

0,94

0,83

Wortegem-Petegem

6.404

151

42,5

0,90

0,80

Zele

21.133

635

33,3

0,83

0,91

Zelzate

12.852

934

13,8

0,98

0,87

Zottegem

26.585

463

57,5

1,10

0,79

Zulte

15.730

480

32,8

0,80

0,85

Zwalm

8.153

241

33,9

0,90

0,69

Arr. Aalst

291.411

616

472,9

0,94

0,82

Arr. Dendermonde

201.357

581

346,6

0,94

0,84

Arr. Eeklo

85.401

255

335,5

1,07

0,82

Arr. Gent

560.854

591

949,6

0,89

1,04

Arr. Oudenaarde

124.421

294

422,9

0,91

0,82

Arr. Sint-Niklaas

253.361

528

479,6

0,86

0,89

Oost-Vlaanderen

1.516.805

504

3.007,1

0,92

0,91

Vlaams Gewest

6.552.967

481

13.624,2

0,93

0,89

België

11.376.070

371

30.688,1

0,83

0,93

91 - 238 238 - 339 339 - 437 437 - 588 588 - 700 700 - 1.663

Bron: Statbel, Rijksregister - bevolkingskubus, berekeningen Kenniscentrum Economie

48

49


Tabel 2: Bevolkingsevolutie tussen 2000 en 2019 (2000 = 100)

Inkomen

2000

2012

2013

2014

2015

2016

2017

2018

2019

aantal

index

index

index

index

index

index

index

index

Arr. Aalst

262.294

106,2

107,1

107,7

108,2

108,8

109,5

110,3

111,1

Arr. Dendermonde

186.484

104,7

105,3

105,8

106,1

106,6

107,2

107,5

108,0

Arr. Eeklo

79.484

104,1

104,9

105,0

105,3

105,5

106,1

106,6

107,4

Arr. Gent

495.368

108,2

108,8

109,4

110,0

111,2

112,0

112,5

113,2

Arr. Oudenaarde

114.345

106,0

106,6

107,0

107,4

107,7

108,0

108,4

108,8

Arr. Sint-Niklaas

223.648

107,6

108,6

109,1

109,7

110,5

111,6

112,2

113,3

Oost-Vlaanderen

1.361.623

106,8

107,6

108,1

108,6

109,4

110,1

110,7

111,4

Vlaams Gewest

5.940.251

106,9

107,4

107,9

108,5

109,0

109,7

110,3

110,3

BelgiĂŤ

10.239.085

107,8

108,4

108,9

109,5

110,0

110,6

112,2

112,2

Kaart 2: Gemiddeld inkomen/inwoner 2017 (EUR)

Bron: Statbel, Rijksregister - bevolkingskubus, berekeningen Kenniscentrum Economie

Figuur 1: Leeftijdspiramide voor Oost-Vlaanderen (01.01.2019) 95+ jaar 90-94 jaar 85-89 jaar 80-84 jaar 75-79 jaar 70-74 jaar 65-69 jaar 60-64 jaar 55-59 jaar 50-54 jaar 45-49 jaar 40-44 jaar 35-39 jaar 30-34 jaar

15480 - 18500

25-29 jaar

18500 - 20000

20-24 jaar

20000 - 21000

15-19 jaar

21000 - 22000

10-14 jaar

22000 - 24000

5-9 jaar 0-4 jaar 60.000

24000 - 30750 40.000

20.000

0

vrouwen

20.000

40.000

60.000

mannen

Bron: Statbel, Rijksregister – bevolkingskubus, berekeningen Kenniscentrum Economie

50

51


Aalst 19.693 100,3

Kluisbergen 19.975 101,7

(Vlaanderen = 100)

Peil

in EUR

(Vlaanderen = 100)

Werkgelegenheid

Peil

in EUR

(Vlaanderen = 100)

Peil

in EUR

Tabel 3: Gemiddeld inkomen per inwoner 2017 (aanslagjaar 2018)

Sint-Martens30.748 156,6 Latem Sint-Niklaas 18.093

Aalter 20.818 106,0

Kruibeke 20.415 104,0

Assenede 20.234 103,0

Kruisem 21.044 107,2

Berlare 20.010 101,9

Laarne 21.780 110,9

Beveren 21.023 107,1

Lebbeke 19.731 100,5

Waasmunster 22.310 113,6

Brakel 19.877 101,2

Lede 20.864 106,3

Wachtebeke 19.689 100,3

Buggenhout 21.390 108,9

Lierde 20.447 104,1

De Pinte 25.766 131,2

Lievegem 20.627 105,0

Wichelen 20.584 104,8

Lochristi 21.885 111,5

Wortegem21.416 109,1 Petegem

Deinze 20.638 105,1 Denderleeuw 19.054

Dendermonde 19.892 101,3

Stekene 19.734 100,5 Temse 19.539

Wetteren 19.590

99,5

99,8

95,8

Zele 17.920

91,3

Maarkedal 21.114 107,5

Zelzate 18.139

92,4

Lokeren 18.804

97,0

92,1

96,5

Zottegem 21.624 110,1

93,6

Melle 22.257 113,3

Zulte 19.759 100,6

Erpe-Mere 21.300 108,5

Merelbeke 22.985 117,1

Zwalm 21.547 109,7

Evergem 20.395 103,9

Moerbeke 20.323 103,5

Arr. Aalst 20.081 102,3

Gavere 22.086 112,5

Nazareth 22.026 112,2

Arr. Dendermonde 19.868 101,2

Destelbergen 23.088 117,6 Eeklo 18.374

Maldegem 18.957

Gent 18.789

95,7

Geraardsbergen 19.183

97,7

Oosterzele 21.869 111,4

Haaltert 20.923 106,6

Oudenaarde 20.438 104,1

Hamme 18.534

Ninove 19.231

Ronse 15.480

94,4

Herzele 20.858 106,2

97,9

78,8

Sint-Gillis-Waas 20.333 103,6

Horebeke 21.080 107,4 Kaprijke 20.167 102,7

Sint-Laureins 18.994

96,7

Sint-Lievens20.856 106,2 Houtem

Arr. Eeklo 19.000

Concentratiecoëfficiënt = Oost-Vlaams aandeel bedrijfstak tegenover Vlaams aandeel bedrijfstak

Activiteitsgraad = (werkenden + werkzoekenden) / bevolking 20–64 jaar De activiteitsgraad is de verhouding tussen de actieve beroepsbevolking (werkenden en werkzoekenden)

De concentratiecoëfficiënt geeft aan of een

en de bevolking op arbeidsleeftijd (20–64 jaar). De

bedrijfstak over- dan wel ondervertegenwoordigd

ratio is een weergave van de mate waarin de bevol-

is, en in welke mate. De globale Vlaamse situatie

king bereid is te werken, dus een baan heeft of zoekt.

geldt als referentiebasis. Voor Oost-Vlaanderen wordt de concentratiecoëfficiënt dus berekend door het Oost-Vlaamse procentuele tewerkstellingsaandeel van een bedrijfstak te delen door het Vlaamse aandeel van diezelfde bedrijfstak. Een

Werkzaamheidsgraad = werkenden / bevolking 20–64 jaar

concentratiecoëfficiënt groter dan 1 betekent dat de

De werkzaamheidsgraad (jobratio) is het totaal

sector in Oost-Vlaanderen meer vertegenwoordigd

aantal arbeidsplaatsen (loon- en weddetrekkenden

is dan in Vlaanderen; een concentratiecoëfficiënt

plus zelfstandigen) in een bepaalde regio gedeeld

kleiner dan 1 betekent dat de sector in Oost-

door het aantal inwoners van 20 tot en met 64 jaar

Vlaanderen ondervertegenwoordigd is ten opzichte

in die regio. Deze indicator verwijst naar de tewerk-

van Vlaanderen.

stelling volgens de plaats van creatie en is dus een indicator in hoeverre een gemeente, arrondissement, provincie of gewest erin slaagt werk te verschaffen. Deze indicator wordt veelal als streefcijfer gebruikt in het werkgelegenheidsbeleid, bij de vooropstelling om meer mensen aan het werk te krijgen.

96,8

Arr. Gent 20.335 103,6 Arr. Oudenaarde 19.539

99,5

Arr. Sint-Niklaas 19.393

98,8

Oost-Vlaanderen 19.927 101,5 Vlaams Gewest 19.636 100,0 België 18.331

93,4

Bron: Statbel, Kenniscentrum Economie berekeningen

52

53


Tabel 4: Aantal beschikbare arbeidsplaatsen (werknemers en zelfstandigen) per gemeente (31.12.2018)

Tabel 4: Aantal beschikbare arbeidsplaatsen (werknemers en zelfstandigen) per gemeente (31.12.2018)

(inclusief zelfstandigen en helpers actief op pensioenleeftijd, exclusief bijberoepen)

(inclusief zelfstandigen en helpers actief op pensioenleeftijd, exclusief bijberoepen) (vervolg)

Zelfstandigen (1)

Secundaire sector

Tertiaire sector

Quartaire sector

6,6%

5.532

4,9%

39.300

6,2%

0,9%

19,7%

40,9%

38,4%

Kruibeke

3.172

0,6%

1.144

1,0%

4.316

0,7%

3,6%

27,2%

46,0%

23,1%

Totaal

Primaire sector

Werknemers

Quartaire sector

Gemeente / regio

=Totaal

Tertiaire sector

Sectorale werkgelegenheid

Aalter

8.671

1,7%

2.977

2,6%

11.648

1,9%

4,6%

32,3%

42,6%

20,6%

Kruisem

4.062

0,8%

1.806

1,6%

5.868

0,9%

4,3%

37,8%

42,0%

15,9%

Assenede

2.256

0,4%

1.187

1,0%

3.443

0,5%

10,7%

31,3%

33,5%

24,5%

Laarne

1.548

0,3%

1.127

1,0%

2.675

0,4%

9,0%

21,2%

44,8%

25,0%

Berlare

1.483

0,3%

1.236

1,1%

2.719

0,4%

4,0%

20,6%

47,8%

27,7%

Lebbeke

3.625

0,7%

1.263

1,1%

4.888

0,8%

2,6%

35,9%

38,3%

23,2%

Beveren 21.687

4,2%

3.410

3,0%

25.097

4,0%

2,6%

31,8%

46,8%

18,9%

Lede

2.332

0,5%

1.246

1,1%

3.578

0,6%

3,3%

11,2%

45,1%

40,4%

Brakel

1.798

0,3%

1.132

1,0%

2.930

0,5%

5,6%

13,9%

38,6%

41,9%

Lierde

539

0,1%

510

0,4%

1.049

0,2%

7,1%

23,6%

35,7%

33,7%

Buggenhout

3.141

0,6%

1.027

0,9%

4.168

0,7%

2,4%

35,5%

30,4%

31,6%

Lievegem

4.163

0,8%

2.359

2,1%

6.522

1,0%

5,9%

19,7%

38,4%

35,9%

De Pinte

1.188

0,2%

995

0,9%

2.183

0,3%

3,2%

9,0%

51,9%

36,0%

Lochristi

5.018

1,0%

2.161

1,9%

7.179

1,1% 12,9%

14,6%

49,4%

23,1%

Deinze 13.309

2,6%

4.108

3,6%

17.417

2,8%

4,6%

20,0%

42,2%

33,2%

Lokeren 15.504

3,0%

2.873

2,5% 18.377

2,9%

1,8%

30,0%

37,6%

30,5%

2.236

0,4%

927

0,8%

3.163

0,5%

1,3%

18,7%

40,3%

39,8%

Maarkedal

656

0,1%

772

0,7%

1.428

0,2% 11,4%

15,3%

33,0%

40,3%

Dendermonde 14.654

2,8%

2.900

2,5%

17.554

2,8%

1,1%

23,1%

38,5%

37,4%

Maldegem

5.580

1,1%

2.387

2,1%

7.967

1,3%

5,5%

33,0%

40,8%

20,8%

0,8%

5.846

0,9%

1,0%

27,2%

42,4%

29,3%

1,7% 10.894

1,7%

1,7%

19,6%

54,2%

24,6%

Denderleeuw

54

De werkgelegenheid in de Oost-Vlaamse gemeenten

Secundaire sector

Aalst 33.768

Sectorale werkgelegenheid

Primaire sector

Werknemers

Gemeente / regio

Zelfstandigen (1)

De werkgelegenheid in de Oost-Vlaamse gemeenten

Destelbergen

3.517

0,7%

1.779

1,6%

5.296

0,8%

3,8%

25,2%

48,1%

23,0%

Melle

4.970

1,0%

876

Eeklo

9.908

1,9%

1.180

1,0%

11.088

1,8%

1,4%

23,7%

31,0%

43,8%

Merelbeke

8.947

1,7%

1.947

Erpe-Mere

4.261

0,8%

1.443

1,3%

5.704

0,9%

2,1%

25,6%

48,4%

23,8%

Moerbeke

695

0,1%

499

0,4%

1.194

0,2% 14,3%

12,2%

45,1%

28,4%

Evergem

8.954

1,7%

2.324

2,0%

11.278

1,8%

4,0%

25,0%

38,2%

32,8%

Nazareth

6.986

1,4%

1.150

1,0%

8.136

1,3%

1,9%

22,3%

56,8%

19,0%

Gavere

2.565

0,5%

1.090

1,0%

3.655

0,6%

3,5%

21,6%

41,0%

34,0%

Ninove

9.242

1,8%

2.708

2,4% 11.950

1,9%

1,8%

22,1%

50,4%

25,7%

Gent 174.061

33,8%

18.424

16,2%

192.485 30,6%

0,5%

18,1%

41,8%

39,5%

Oosterzele

1.689

0,3%

1.230

1,1%

2.919

0,5%

6,5%

21,6%

44,3%

27,5%

Oudenaarde 14.533

2,8%

2.453

2,2% 16.986

2,7%

1,4%

27,4%

37,9%

33,3%

Geraardsbergen

6.330

1,2%

2.161

1,9%

8.491

1,4%

2,1%

16,3%

40,8%

40,8%

Haaltert

2.033

0,4%

1.213

1,1%

3.246

0,5%

2,9%

20,5%

43,9%

32,7%

Ronse

7.899

1,5%

1.444

1,3%

9.343

1,5%

0,9%

30,3%

33,5%

35,3%

Hamme

4.757

0,9%

1.786

1,6%

6.543

1,0%

3,1%

26,6%

40,3%

30,0%

Sint-Gillis-Waas

2.691

0,5%

1.536

1,3%

4.227

0,7%

7,2%

24,3%

42,9%

25,7%

Herzele

1.983

0,4%

1.259

1,1%

3.242

0,5%

4,7%

17,1%

40,3%

37,8%

Sint-Laureins

710

0,1%

761

0,7%

1.471

0,2% 19,0%

19,0%

36,3%

25,7%

Horebeke

225

0,0%

219

0,2%

444

0,1%

9,0%

14,6%

41,7%

34,7%

Sint-LievensHoutem

1.529

0,3%

828

0,7%

2.357

0,4%

4,1%

35,9%

36,4%

23,6%

Kaprijke

1.112

0,2%

713

0,6%

1.825

0,3%

10,7%

35,7%

33,4%

20,3%

Sint-MartensLatem

2.998

0,6%

1.643

1,4%

4.641

0,7%

1,5%

16,0%

66,3%

16,2%

Kluisbergen

1.303

0,3%

595

0,5%

1.898

0,3%

4,4%

35,5%

36,7%

23,4%

Sint-Niklaas 30.695

6,0%

4.785

4,2% 35.480

5,6%

1,1%

16,0%

43,3%

39,6% 55


Tabel 4: Aantal beschikbare arbeidsplaatsen (werknemers en zelfstandigen) per gemeente (31.12.2018)

Figuur 2: De grootste bedrijfstakken inzake werkgelegenheid (31.12.2018)

(inclusief zelfstandigen en helpers actief op pensioenleeftijd, exclusief bijberoepen) (vervolg) 120.000

Sectorale werkgelegenheid

1,9%

2.192

1,9%

11.835

1,9%

1,8%

27,0%

50,1%

21,0%

Waasmunster

1.523

0,3%

1.365

1,2%

2.888

0,5%

4,4%

19,5%

50,2%

25,8%

Wachtebeke

925

0,2%

505

0,4%

1.430

0,2%

7,5%

7,3%

39,5%

45,7%

Wetteren

9.701

1,9%

1.793

1,6%

11.494

1,8%

2,4%

27,9%

38,2%

31,5%

Wichelen

1.850

0,4%

851

0,7%

2.701

0,4%

4,5%

35,0%

39,8%

20,8%

WortegemPetegem

1.532

0,3%

793

0,7%

2.325

0,4%

5,0%

36,4%

40,9%

17,6%

Zele

7.100

1,4%

1.428

1,3%

8.528

1,4%

2,0%

42,3%

33,6%

22,0%

Zelzate

3.492

0,7%

488

0,4%

3.980

0,6%

1,1%

13,5%

44,7%

40,7%

Zottegem

7.224

1,4%

1.850

1,6%

9.074

1,4%

1,8%

14,4%

43,3%

40,5%

Zulte

3.542

0,7%

1.470

1,3%

5.012

0,8%

3,2%

36,4%

44,3%

16,2%

Zwalm

997

0,2%

741

0,7%

1.738

0,3%

5,3%

10,7%

45,2%

38,8%

Arr. Aalst

70.938 13,8%

19.167 16,8%

90.105 14,3%

1,7%

19,5%

43,0%

35,8%

Arr. Dendermonde

49.382

9,6%

14.776 13,0%

64.158 10,2%

2,6%

28,8%

38,7%

29,9%

Arr. Eeklo

23.058

4,5%

29.774

4,7%

5,0%

26,2%

36,1%

32,6%

297.735 47,3%

1,9%

19,7%

43,3%

35,1%

7,0%

3,0%

28,1%

37,8%

31,2%

103.139 16,4%

2,1%

24,5%

44,2%

29,2%

-

2,2%

22,3%

42,2%

33,3%

Arr. Gent 252.198 49,0% Arr. Oudenaarde

33.544

Arr. Sint-Niklaas

85.837 16,7%

6,5%

6.716

5,9%

45.537 40,0% 10.465

9,2%

17.302 15,2%

44.009

Oost-Vlaanderen 514.957 100,0% 113.963 100,0% 628.920 Vlaams Gewest 2.342.097

- 502.551

- 2.844.648

-

2,1%

20,4%

46,2%

31,2%

BelgiĂŤ 4.037.512

- 814.573

- 4.852.085

-

1,8%

18,0%

45,0%

35,1%

40.000

20.000

0

Bron: RSZ, RSVZ, berekeningen Kenniscentrum Economie

Land- en tuinbouw

9.643

Chemie en kunststoffen, overig niet-metaal

Temse

60.000

Voeding, drank en tabak

29,5%

Horeca

48,4%

Basismetaal en metaalverwerking

17,7%

Overheid

4,4%

Transport, verkeer en communicatie

0,6%

Bouw

3.807

Onderwijs

1,2%

Handel en reparatie

1.362

Gezondheid en sociale diensten

0,5%

80.000

Diensten en huur

Quartaire sector

2.445

aantal werknemers en zelfstandigen

Tertiaire sector

Stekene

Gemeente / regio

Totaal

Secundaire sector

100.000

Primaire sector

Werknemers

Zelfstandigen (1)

De werkgelegenheid in de Oost-Vlaamse gemeenten

(1) Zelfstandigen van wie niet gekend is tot welke sector zij behoren, zijn niet in deze statistieken opgenomen. Voor Oost-Vlaanderen gaat het om 2.718 zelfstandigen en helpers Bron: RSZ, RSVZ, berekeningen Kenniscentrum Economie

56

57


Tabel 5: De totale werkgelegenheid naar bedrijfstakken (31.12.2018)

Tabel 6: Activiteits- en werkzaamheidsgraad (31.12.2018) (*)

Werkzaamheidsgraad

Activiteitsgraad

Werkzaamheidsgraad

Activiteitsgraad

Werkzaamheidsgraad

Kluisbergen

0,54

0,50

Sint-MartensLatem

1,05

1,02

Secundaire sector

121.508

18.591

140.099

22,3%

1,09

Aalter

0,72

0,69

Kruibeke

0,49

0,45

Sint-Niklaas

0,87

0,81

Energie en water

4.480

170

4.650

0,7%

1,60

Assenede

0,45

0,41

Kruisem

0,66

0,64

Stekene

0,39

0,36

Winning van delfstoffen

9

8

17

0,0%

0,15

Berlare

0,34

0,31

Laarne

0,40

0,37

Temse

0,73

0,68

Industrie

82.324

5.109

87.433

13,9%

1,05

Beveren

0,93

0,89

Lebbeke

0,47

0,44

Waasmunster

0,49

0,46

Basismetaal en metaalverwerking

30.460

323

30.783

4,9%

1,10

Brakel

0,38

0,34

Lede

0,36

0,33

Wachtebeke

0,37

0,33

Chemie en kunststoffen, overig niet-metaal

14.141

710

14.851

2,4%

0,83

Buggenhout

0,53

0,50

Lierde

0,30

0,27

Wetteren

0,80

0,75

Voeding, drank en tabak

16.145

1.460

17.605

2,8%

1,12

De Pinte

0,39

0,37

Lievegem

0,47

0,44

Wichelen

0,43

0,39

Textiel, leer en kleding

6.625

482

7.107

1,1%

1,50

Deinze

0,71

0,69

Lochristi

0,58

0,55

WortegemPetegem

0,65

0,62

Hout en meubelen; papier en drukkerij

9.097

1.612

10.709

1,7%

1,05

Denderleeuw

0,31

0,27

Lokeren

0,80

0,76

Zele

0,74

0,70

Diverse

5.856

522

6.378

1,0%

0,89

Dendermonde

0,70

0,65

Maarkedal

0,43

0,40

Zelzate

0,60

0,54

Bouw

34.695

13.304

47.999

7,6%

1,15

Destelbergen

0,55

0,52

Maldegem

0,61

0,57

Zottegem

0,62

0,58

Tertiaire sector

200.466

65.068

265.534

42,2%

0,91

Eeklo

0,98

0,92

Melle

0,90

0,86

Zulte

0,56

0,53

Handel en reparatie

61.283

27.976

89.259

14,2%

0,91

Erpe-Mere

0,53

0,49

Merelbeke

0,78

0,75

Zwalm

0,39

0,36

Horeca

13.677

10.340

24.017

3,8%

0,87

Evergem

0,58

0,55

Moerbeke

0,35

0,32

Arr. Aalst

0,57

0,53

Transport, verkeer en communicatie

29.103

4.280

33.383

5,3%

0,87

Gavere

0,51

0,48

Nazareth

1,24

1,21

Arr. Dendermonde

0,59

0,55

Financiële instellingen

6.499

328

6.827

1,1%

1,04

Gent

1,26

1,18

Ninove

0,58

0,53

Arr. Eeklo

0,65

0,60

Diensten en huur

89.904

22.144

112.048

17,8%

0,94

Geraardsbergen

0,48

0,44

Oosterzele

0,39

0,36

Arr. Gent

0,94

0,89

Quartaire sector

190.660

18.807

209.467

33,3%

1,07

Haaltert

0,33

0,29

Oudenaarde

0,96

0,92

Arr. Oudenaarde

0,66

0,61

Overheid

32.050

27

32.077

5,1%

0,97

Hamme

0,50

0,46

Ronse

0,71

0,64

Arr. Sint-Niklaas

0,76

0,71

Onderwijs

56.674

933

57.607

9,2%

1,12

Herzele

0,33

0,30

Sint-Gillis-Waas

0,41

0,38

Oost-Vlaanderen

0,75

0,71

Gezondheid en sociale diensten

87.991

7.084

95.075

15,1%

1,10

Horebeke

0,43

0,41

Sint-Laureins

0,41

0,37

Vlaams Gewest

0,79

0,74

Overige

13.945

10.763

24.708

3,9%

0,99

Kaprijke

0,53

0,50

Sint-LievensHoutem

0,42

0,39

België

0,80

0,72

Totaal

514.957

113.963

628.920

100,0%

1,00

(*) Concentratiecoëfficiënt = aandeel bedrijfstak in Oost-Vlaanderen tegenover aandeel bedrijfstak in Vlaanderen Bron: RSZ, RSVZ, berekeningen Kenniscentrum Economie 58

coëfficiënt (*)

0,78

Concentratie-

0,83

aandeel

Aalst

Relatief

1,03

werkgelegenheid

2,2%

Totale

13.820

zelfstandigen

11.497

Aantal

2.323

werknemers

Primaire sector

Aantal

Activiteitsgraad

(inclusief zelfstandigen en helpers actief op pensioenleeftijd, exclusief bijberoepen)

Activiteitsgraad = (werkenden + werkzoekenden) / bevolking 20-64 jaar Werkzaamheidsgraad (jobratio) = aantal werkenden (loon- en weddetrekkenden + zelfstandigen) / bevolking 20-64 jaar Met zelfstandigen worden bedoeld zelfstandigen en helpers in hoofdberoep en actief na pensioen(leeftijd) Bron: FOD Economie - Directie Statistiek, RSZ, RSVZ, berekeningen Kenniscel Economlie 59


Tabel 7: Aantal ondernemingen en werknemers naar dimensieklassen (31.12.2018)

Ondernemingsweefsel Figuur 3: Ondernemingen (exclusief eenpersoonzaken) opgedeeld naar dimensieklassen (31.12.2018)

van 1 tot 19 werknemers

werknemers

ondernemingen

werknemers

ondernemingen

werknemers

ondernemingen

werknemers

totaal

Aalst

1.809

7.380

208

8.916

62

17.472

2.079

33.768

Aalter

728

2.634

76

3.101

16

2.936

820

8.671

Assenede

232

729

12

438

5

1.089

249

2.256

Berlare

253

849

11

518

1

116

265

1.483

Beveren

1.076

4.647

160

7.106

43

9.934

1.279

21.687

Brakel

211

635

24

981

1

182

236

1.798

Buggenhout

251

966

32

1.215

4

960

287

3.141

De Pinte

157

505

15

555

1

128

173

1.188

Deinze

1.112

4.260

127

5.404

18

3.645

1.257

13.309

Denderleeuw

214

775

22

958

4

503

240

2.236

Dendermonde

989

4.041

125

5.081

24

5.532

1.138

14.654

Destelbergen

366

1.372

37

1.359

5

786

408

3.517

Eeklo

510

2.064

92

3.741

15

4.103

617

9.908

Erpe-Mere

355

1.281

40

1.743

7

1.237

402

4.261

Evergem

619

2.638

89

3.750

13

2.566

721

8.954

Gavere

267

843

27

981

4

741

298

2.565

Gent

6.832

28.568

967

40.351

314

105.142

8.113

174.061

Geraardsbergen

549

2.030

59

2.597

11

1.703

619

6.330

Haaltert

271

874

22

1.049

1

110

294

2.033

Hamme

437

1.680

55

2.357

4

720

496

4.757

Herzele

257

909

21

965

1

109

279

1.983

Horebeke

34

109

3

116

0

0

37

225

Kaprijke

118

359

6

269

1

484

125

1.112

20-99 wkn. 10,6%

< 20 wkn. 87,1 %

meer dan 99 werknemers

ondernemingen

> 99 wkn. 2,3%

van 20 tot 99 werknemers

Bron: RSZ, berekeningen economische studiedienst

Figuur 4: Werknemers opgedeeld naar dimensieklassen (31.12.2018

> 99 wkn. 42,8%

< 20 wkn. 25,1%

20-99 wkn. 32,0%

Bron: RSZ, berekeningen economische studiedienst

60

61


1

101

156

1.303

Sint-MartensLatem

412

1.486

27

946

4

566

443

2.998

Kruibeke

262

1.146

35

1.412

4

614

301

3.172

Sint-Niklaas

1.851

7.592

236

9.774

63

13.329

2.150

30.695

Kruisem

418

1.626

37

1.452

6

984

461

4.062

Stekene

339

1.261

24

800

3

384

366

2.445

Laarne

217

815

21

632

1

101

239

1.548

Temse

668

3.112

97

3.925

13

2.606

778

9.643

Lebbeke

258

967

32

1.407

3

1.251

293

3.625

Waasmunster

263

909

13

479

1

135

277

1.523

Lede

254

862

14

788

4

682

272

2.332

Wachtebeke

101

396

11

421

1

108

113

925

Lierde

99

262

8

277

0

0

107

539

Wetteren

606

2.391

81

3.444

20

3.866

707

9.701

Lievegem

495

1.615

39

1.365

6

1.183

540

4.163

Wichelen

185

630

11

424

5

796

201

1.850

Lochristi

575

2.164

59

2.377

4

477

638

5.018

WortegemPetegem

105

416

13

540

3

576

121

1.532

Lokeren

996

4.482

152

6.703

25

4.319

1.173

15.504

Zele

492

1.962

68

3.073

14

2.065

574

7.100

Maarkedal

90

249

9

288

1

119

100

656

Zelzate

210

937

38

1.471

6

1.084

254

3.492

Maldegem

588

2.102

58

2.356

6

1.122

652

5.580

Zottegem

550

2.096

58

2.523

11

2.605

619

7.224

Melle

273

1.115

47

2.020

6

1.835

326

4.970

Zulte

354

1.326

42

1.809

2

407

398

3.542

Merelbeke

554

2.224

65

2.820

17

3.903

636

8.947

Zwalm

128

436

5

145

3

416

136

997

Moerbeke

102

367

9

328

0

0

111

695

Arr. Aalst

5.155

19.650

532

23.082

120

28.206

5.807

70.938

Nazareth

365

1.728

63

2.565

13

2.693

441

6.986

Arr. Dendermonde

3.951

15.210

449

18.630

77

15.542

4.477

49.382

Ninove

719

2.858

75

3.154

16

3.230

810

9.242

Arr. Eeklo

1.807

6.706

211

8.470

33

7.882

2.051

23.058

Oosterzele

244

874

21

815

0

0

265

1.689

Arr. Gent

13.556

54.115

1.721

70.967

424

127.116

15.701

252.198

Oudenaarde

880

3.762

131

5.365

25

5.406

1.036

14.533

Arr. Oudenaarde

2.619

10.088

316

13.048

48

10.408

2.983

33.544

Ronse

515

2.041

70

3.234

8

2.624

593

7.899

Arr. Sint-Niklaas

5.584

23.529

735

30.842

153

31.466

6.472

85.837

SintGillis-Waas

392

1.289

31

1.122

2

280

425

2.691

OostVlaanderen

32.672

129.298

3.964

165.039

855

220.620

37.491

514.957

Sint-Laureins

149

515

5

195

0

0

154

710

Vlaams Gewest

148.549

582.263

17.592

725.589

3.907

1.034.245

170.048

2.342.097

Sint-LievensHoutem

177

585

13

389

3

555

193

1.529

BelgiĂŤ

259.691

1.007.760

29.424

1.203.932

6.575

1.825.820

295.690

4.037.512

werknemers

650

werknemers

16

werknemers

ondernemingen

totaal

werknemers

ondernemingen

meer dan 99 werknemers

552

werknemers

ondernemingen

van 20 tot 99 werknemers

ondernemingen

van 1 tot 19 werknemers

totaal

werknemers

ondernemingen

meer dan 99 werknemers

139

werknemers

ondernemingen

van 20 tot 99 werknemers

Kluisbergen

werknemers

ondernemingen

van 1 tot 19 werknemers

Tabel 7: Aantal ondernemingen en werknemers naar dimensieklassen (31.12.2018) (vervolg)

ondernemingen

Tabel 7: Aantal ondernemingen en werknemers naar dimensieklassen (31.12.2018) (vervolg)

Bron: RSZ, berekeningen Kenniscentrum Economie

62

63


In Vlaanderen wordt het dossier van de werk-

Aalst

1.582

1.259

2.841

7,2

6,5

6,9

482

5,9

Aalter

224

181

405

3,0

2,7

2,9

314

1,3

Assenede

167

149

316

4,4

4,6

4,5

48

6,6

Berlare

164

147

311

4,2

4,2

4,2

39

8,0

Beveren

567

536

1.103

4,5

5,0

4,7

291

3,8

Brakel

151

140

291

3,9

4,2

4,0

61

4,8

Buggenhout

125

120

245

3,3

3,6

3,5

30

8,2

De Pinte

75

91

166

3,1

3,8

3,4

23

7,2

Deinze

384

358

742

3,5

3,6

3,5

293

2,5

Denderleeuw

303

269

572

6,0

5,6

5,8

30

19,1

Dendermonde

665

529

1.194

5,7

5,0

5,3

207

5,8

Destelbergen

177

167

344

4,0

4,1

4,0

67

5,1

Eeklo

385

328

713

7,4

7,3

7,3

169

4,2

Erpe-Mere

233

195

428

4,5

4,2

4,4

95

4,5

Evergem

340

302

641

3,7

3,7

3,7

198

3,2

Gavere

103

99

202

3,1

3,3

3,2

31

6,5

Gent

7.179

5.380

12.559

10,3

9,0

9,7

2.869

4,4

Geraardsbergen

521

404

926

6,3

5,4

5,9

128

7,2

Haaltert

191

162

353

3,9

3,7

3,8

41

8,6

Hamme

288

288

576

4,4

5,1

4,7

169

3,4

Herzele

187

154

341

3,9

3,7

3,8

45

7,6

Horebeke

12

12

25

2,5

2,9

2,8

5

5,0

Kaprijke

53

55

108

3,0

3,7

3,4

46

2,3

Kluisbergen

57

54

111

3,2

3,5

3,3

32

3,5

Niet-werkende werkzoekenden

ten laste van het OCMW, werkzoekenden erkend

Werkzoekendengraad (*)

als persoon met een handicap door de FOD Sociale Zekerheid (dienst personen met een handicap),

Spanningsindicator = werkzoekenden / beschikbare vacatures

zoekende, ingeschreven bij de VDAB, als basis

Deze ratio meet de spanning op de arbeidsmarkt

genomen. De niet-werkende werkzoekenden

door het aantal werkzoekenden per vacature (zonder

(NWWZ) bestaan uit: werkzoekenden met recht op

interim) weer te geven. Afhankelijk van de hoogte van

werkloosheidsuitkering, schoolverlaters, vrij

deze ratio is er sprake van arbeidsreserve, dan wel

ingeschrevenen (hebben geen recht op een uitkering,

arbeidskrapte.

zoals bijvoorbeeld werknemers in vooropzeg) en Kaart 3: Werkzoekendengraad (gemiddelde 2019)

2,78 - 3,70 3,71 - 4,74 4,75 - 5,87 5,88 - 7,68 7,69 - 9,67

64

Spanningsindicator (**) (december 2019)

actief naar zoekt.

Openstaande vacatures (december 2019)

op uitkering uitgesloten werkzoekenden.

beschikbaar is voor een passende betrekking en er

Totaal

een werkloze als iemand die niet werkt, onmiddellijk

Vrouwen

werkzoekenden in deeltijds onderwijs, van het recht

Mannen

De Internationale Arbeidsorganisatie (ILO) definieert

Totaal

andere verplicht ingeschrevenen (werkzoekenden

Vrouwen

Werkzoekendengraad = niet-werkende werkzoekenden (18–65 jaar) / beroeps- bevolking (18–65 jaar)

Mannen

Tabel 8: Werkloosheid en vacatures (gemiddelde 2019)

Werkloosheid

65


Vrouwen

Totaal

Mannen

Vrouwen

Totaal

Openstaande vacatures (december 2019)

Spanningsindicator (**) (december 2019)

Mannen

Vrouwen

Totaal

Mannen

Vrouwen

Totaal

Openstaande vacatures (december 2019)

Spanningsindicator (**) (december 2019)

Kruibeke

212

193

405

4,8

5,0

4,9

44

9,2

Sint-Niklaas

1.502

1.234

2.736

7,8

7,6

7,7

458

6,0

Kruisem

126

125

251

2,9

3,4

3,2

169

1,5

Stekene

177

190

367

3,7

4,6

4,1

87

4,2

Laarne

94

101

195

3,0

3,5

3,2

38

5,1

Temse

422

410

832

5,5

6,3

5,8

200

4,2

Lebbeke

206

194

401

4,0

4,4

4,2

41

9,8

Waasmunster

120

101

220

4,4

4,1

4,3

47

4,7

Lede

206

182

388

4,4

4,2

4,3

64

6,1

Wachtebeke

89

73

162

4,6

4,4

4,5

27

6,0

Lierde

56

53

108

3,3

3,4

3,3

7

15,4

Wetteren

365

319

684

5,6

5,4

5,5

281

2,4

Lievegem

227

195

422

3,6

3,3

3,5

75

5,6

Wichelen

125

107

232

4,1

3,8

4,0

18

12,9

Lochristi

201

188

389

3,5

3,6

3,5

181

2,1

WortegemPetegem

46

55

102

2,8

3,6

3,2

115

0,9

Lokeren

572

532

1.104

5,4

5,9

5,6

305

3,6

Zele

263

289

551

4,7

6,5

5,5

168

3,3

Maarkedal

45

49

94

3,0

3,4

3,2

11

8,5

Zelzate

223

185

408

6,9

7,2

7,1

48

8,5

Maldegem

230

202

431

3,7

3,7

3,7

138

3,1

Zottegem

284

258

542

4,3

4,2

4,3

227

2,4

Melle

116

119

234

4,1

4,3

4,2

119

2,0

Zulte

121

130

251

2,8

3,4

3,1

69

3,6

Merelbeke

242

215

457

3,9

3,7

3,8

227

2,0

Zwalm

67

66

133

3,0

3,6

3,3

18

7,4

Moerbeke

64

56

121

3,7

3,9

3,8

23

5,3

Arr. Aalst

4.150

3.413

7.563

5,6

5,1

5,4

1.316

5,7

Nazareth

105

100

205

3,5

3,7

3,6

207

1,0

Arr. Dendermonde

2.415

2.193

4.608

4,6

4,8

4,7

1.038

4,4

Ninove

541

450

991

5,6

5,1

5,4

160

6,2

Arr. Eeklo

1.113

975

2.088

5,1

5,2

5,1

457

4,6

Oosterzele

115

88

203

3,3

2,7

3,0

31

6,5

Arr. Gent

9.816

7.813

17.629

6,8

6,1

6,4

4.820

3,7

Oudenaarde

435

332

767

5,4

4,5

5,0

224

3,4

Arr. Oudenaarde

1.607

1.371

2.978

5,0

4,9

5,0

787

3,8

Ronse

611

485

1.096

9,7

9,6

9,6

145

7,6

Arr. Sint-Niklaas

3.640

3.306

6.946

5,6

6,0

5,8

1.437

4,8

Sint-Gillis-Waas

188

212

400

3,4

4,8

4,1

52

7,7

Oost-Vlaanderen

22.741

19.071

41.812

5,8

5,6

5,7

9.855

4,2

Sint-Laureins

56

57

113

3,2

3,8

3,4

8

14,1

Vlaams Gewest

100.442

84.409

184.851

6,1

5,8

5,9

46.195

4,0

Sint-LievensHoutem

102

81

183

3,7

3,4

3,6

44

4,2

België

252.158

223.988

476.146

5,7

5,0

5,4

n.b.

n.b.

Sint-MartensLatem

54

74

127

2,8

4,2

3,4

66

1,9

Niet-werkende werkzoekenden

66

Tabel 8: Werkloosheid en vacatures (gemiddelde 2019) (vervolg)

Mannen

Tabel 8: Werkloosheid en vacatures (gemiddelde 2019) (vervolg)

Werkzoekendengraad (*)

Niet-werkende werkzoekenden

Werkzoekendengraad (*)

(*) Werkzoekendengraad = aantal niet-werkende werkzoekenden (18-65 jaar) tegenover beroepsbevolking (18-65 jaar), in %. Voorheen heette deze indicator ‘werkloosheidsgraad’. (**) Spanningsindicator = aantal beschikbare werkzoekenden tegenover aantal beschikbare vacatures Bron: VDAB-Arvastat, NBB, berekeningen Kenniscentrum Economie Opgelet: voor België is dit de geharmoniseerde werkloosheidsgraad op basis van de Enquête naar de Arbeidskrachten van Eurostat, wat een onderschatting geeft in vergelijking met de VDAB-data. 67


Tabel 9: Kwalitatieve beschrijving van de niet-werkende werkzoekenden (gemiddelde 2019) (vervolg) 2. Naar leeftijd (+)

Aantal

Aandeel provincie

Aandeel Vlaams Gewest

Jonger dan 25 jaar

8.990

21,5

19,6

25 - 39 jaar

14.301

34,2

33,1

40 - 54 jaar

10.083

24,1

24,8

55 jaar en ouder

8.438

20,2

22,5

Totaal (*)

41.812

100

100

Aantal

Aandeel provincie

Aandeel Vlaams Gewest

Minder dan 1 jaar

21.588

51,6

51,6

1 - 2 jaren

6.749

16,1

16,4

2 - 5 jaren

7.465

17,9

17,9

Meer dan 5 jaren

6.010

14,4

14,1

Totaal (*)

41.812

100

100

3. Naar werkloosheidsduur

Tabel 9: Kwalitatieve beschrijving van de niet-werkende werkzoekenden (gemiddelde 2019)

1. Naar studieniveau

68

Aantal

Aandeel provincie

Aandeel Vlaams Gewest

Lager onderwijs + 1ste graad secundair

9.215

22,0

21,4

2de graad secundair

8.971

21,5

21,1

3de en 4de graad secundair

13.483

32,2

33,9

Graduaat-HBO5

502

1,2

1,4

Professionele bachelor

3.628

8,7

8,9

Academische bachelor

616

1,5

1,6

Master

3.493

8,4

7,7

Leertijd (Syntra)

703

1,7

1,6

Deeltijds beroepssecundair

1.202

2,9

2,4

Totaal (*)

41.813

100

100

(*) Door afrondingen kunnen de totalen afwijken van de som van de onderdelen. (+) De indeling is sinds de vorige editie gewijzigd. Bron: VDAB-Arvastat, berekeningen Kenniscentrum Economie

69


Onderwijs Tabel 10: Schoolbevolking (2018-2019)

arr. Dendermonde

arr. Gent

arr. Oudenaarde

arr. Sint-Niklaas

prov. Oost-Vlaanderen

Vlaanderen

Totaal basisonderwijs (1)+(2)

31.286

20.403

8.296

61.773

13.324

29.550

164.632

731.634

Kleuteronderwijs (1)

11.159

7.272

2.995

22.163

4.676

10.505

58.770

264.575

Gewoon

11.090

7.221

2.993

21.933

4.640

10.429

58.306

262.435

Buitengewoon

69

51

2

230

36

76

464

2.140

Lager onderwijs (2)

20.127

13.131

5.301

39.610

8.648

19.045

105.862

467.059

Gewoon

19.323

12.455

5.013

37.615

8.264

17.915

100.585

442.275

Buitengewoon

804

676

288

1.995

384

1.130

5.277

24.784

Secundair onderwijs

22.580

11.469

6.180

36.917

7.231

19.512

103.889

448.000

Gewoon

21.788

11.088

6.180

34.711

7.026

18.472

99.265

427.456

Buitengewoon

792

381

-

2.206

205

1.040

4.624

20.544

Hoger onderwijs - BAMA en basisopleidingen (3) + (4) (*)

-

-

-

-

-

-

79.946

254.915

Hogescholenonderwijs (3)

-

-

-

-

-

-

40.548

119.892

Arteveldehogeschool

-

-

-

-

-

-

12.947

-

Hogeschool Gent

-

-

-

-

-

-

14.736

-

LUCA School of Arts (**)

-

-

-

-

-

-

2.704

-

Odisee (**)

-

-

-

-

-

-

10.161

-

Universitair onderwijs (4)

-

-

-

-

-

-

39.398

135.023

Universiteit Gent

-

-

-

-

-

-

39.398

-

arr. Eeklo

arr. Aalst

Schoolbevolking in het voltijds onderwijs per onderwijsniveau, schooljaar/academiejaar 2018-2019

(*) Exclusief gezamenlijke opleidingen, inclusief hoger beroepsonderwijs en educatieve masters - aantal studenten met diplomacontract (**) Inclusief campussen buiten Oost-Vlaanderen Bron: Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming

70

71


Tabel 11: Aantal leerlingen in het gewoon secundair onderwijs (schooljaar 2018-2019)

onderwijsvorm

Oost-Vlaanderen

Tabel 13: Aantal studenten ingeschreven in de Universiteit Gent per studiegebied (BAMA, academiejaar 2018-2019) (+)

Mannen

Vrouwen

Totaal

Archeologie en kunstwetenschappen

213

389

602

Bewegings- en revalidatiewetenschappen

942

1.368

2.310

Biomedische wetenschappen, biotechniek

459

963

1.422

Diergeneeskunde

345

1.418

1.763

Economische en toegepaste economische wetenschappen

1.652

1.026

2.678

Farmaceutische wetenschappen

191

770

961

Vlaams Gewest

onthaalklas voor anderstalige nieuwkomers

914

4.293

1ste graad secundair onderwijs

33.870

143.917

2de en 3de graad ASO

28.537

117.645

2de en 3de graad BSO (incl. modulair)

15.516

69.475

2de en 3de graad KSO

1.489

6.342

2de en 3de graad TSO

18.939

85.784

Geneeskunde

777

1.318

2.095

Totaal

99.265

427.456

Geschiedenis

345

200

545

Geschiedenis; Taal- en letterkunde

171

325

496

Handelswetenschappen en bedrijfskunde

1.849

1.505

3.354

IndustriĂŤle wetenschappen en technologie

1.912

333

2.245

Politieke en sociale wetenschappen

688

1.017

1.705

Psychologie en pedagogische wetenschappen

669

3.470

4.139

Totaal

Rechten, notariaat en criminologische wetenschappen

1.129

2.380

3.509

Bron: Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming

Tabel 12: Aantal studenten ingeschreven in het hoger onderwijs naar inrichting (academiejaar 2018-2019)

Professioneel gerichte opleidingen

Academisch gerichte opleidingen

Odisee (*)

10.161

0

10.161

Sociale gezondheidswetenschappen

49

579

628

LUCA School of Arts (*)

1.319

1.385

2.704

Taal- en letterkunde

248

719

967

Associatie KU Leuven

11.480

1.385

12.865

Tandheelkunde

120

172

292

Arteveldehogeschool

12.947

0

12.947

Toegepaste biologische wetenschappen

691

694

1.385

Hogeschool Gent

13.241

1.495

14.736

Toegepaste taalkunde

175

503

678

Toegepaste wetenschappen

1.802

610

2.412

Universiteit Gent

0

38.963

38.963

Wetenschappen

1.331

827

2.158

Associatie Universiteit Gent

26.188

40.458

66.646

Wijsbegeerte en moraalwetenschappen

183

127

310

Master na professionele bachelor

33

177

210

Schakelprogramma

997

1.537

2.534

Totaal

16.971

22.427

39.398

(*) Inclusief campussen buiten Oost-Vlaanderen Bron: Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming, berekeningen Kenniscel Econimie

(+) De indeling van deze tabel is gewijzigd sedert de vorige editie. Het Vlaams Ministerie van Vorming en Onderwijs publiceert geen data meer over master na master, lerarenopleiding na master, doctoraatsopleidingen‌ Bron: Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming, berekeningen Kenniscentrum Economie

72

73


Tabel 14: Economische structuur op grond van de bruto toegevoegde waarde tegen basisprijs, in lopende prijzen -

Toegevoegde waarde

aandeel per bedrijfstak (2018) (vervolg)

Tabel 14: Economische structuur op grond van de bruto toegevoegde waarde tegen basisprijs, in lopende prijzen OostVlaanderen

aandeel per bedrijfstak (2018)

OostVlaanderen

74

Vlaams Gewest

Concentratiecoëfficiënt (*)

Vlaams Gewest

Concentratiecoëfficiënt (*)

vervoer en communicatie

5,9

6,7

0,88

uitgeverijen en audiovisuele diensten

0,4

0,6

0,67

informaticadiensten

2,1

2,5

0,84

financiële instellingen

3,0

3,3

0,91

exploitatie van en handel in onroerend goed, verhuur en zakelijke dienstverlening

9,6

9,3

1,03

9,3

9,8

0,95

Landbouw, jacht, bosbouw en visserij

0,6

0,7

0,86

Energetische en industrieproducten, m.i.v. bouw

27,2

25,1

1,08

winning van delfstoffen

3,0

2,5

1,20

industrie

1,0

0,5

2,00

voeding, drank en tabak

1,4

0,9

1,56

rechts- en boekhoudkundige dienstverlening, architecten en ingenieurs, technische testen

textiel en kleding, schoenen en leer

0,0

0,4

-

wetenschappelijk speur- en ontwikkelingswerk

0,9

0,4

2,25

hout en artikelen van hout, papier en karton, uitgeverijen en drukkerijen

2,6

3,2

0,81

0,6

0,7

0,86

cokes en aardolieproducten

0,3

1,7

0,18

reclame en onderzoek; overige wetenschappelijke en technische activiteiten

4,9

5,6

0,88

chemie en synthetische producten

1,6

1,4

1,14

administratieve en ondersteunende diensten openbaar bestuur en defensie

5,0

5,0

1,00

farmaceutische grondstoffen en producten

3,1

2,2

1,41

onderwijs

7,3

6,3

1,16

rubber en kunststof, overig niet-metaal

0,5

0,5

1,00

gezondheidszorg

5,2

4,4

1,18

metallurgie en producten van metaal

0,4

0,3

1,33

informaticaproducten, elektronische en optische instrumenten

maatschappelijke dienstverlening

2,8

2,5

1,12

0,7

1,4

0,50

kunst, amusement en recreatie

0,6

0,6

1,00

elektrische apparatuur

1,6

0,9

1,78

1,0

1,0

1,00

machines, apparaten en werktuigen

0,8

1,0

0,80

overige gemeenschapsvoorzieningen en sociaal-culturele en persoonlijke diensten particuliere huishoudens met werknemers

0,1

0,1

1,00

transportmiddelen

1,6

0,9

1,78

Totaal

100,0

100,0

-

overige industrie

0,8

1,0

0,80

productie en distributie van elektriciteit, gas, stoom en gekoelde lucht

1,5

1,2

1,25

distributie van water, afval- en afvalwaterbeheer/sanering

1,1

0,9

1,22

bouwnijverheid

7,6

6,1

1,25

Diensten

72,1

74,1

0,97

groothandel en kleinhandel

11,7

13,4

0,87

hotels en restaurants

1,7

1,9

0,89

(*) Concentratiecoëfficiënt = Oost-Vlaams aandeel bedrijfstak tegenover Vlaams aandeel bedrijfstak Bron: NBB, berekeningen Kenniscentrum Economie

75


Zeehavens Tabel 15: Toegevoegde waarde haven van Gent, onderdeel van North Sea Port (2018)

2018

2018/2017

2018

× 1 miljoen EUR

procentuele evolutie

aandeel directe TW (%)

Maritieme cluster Scheepsagenten en expediteurs

37,6

-10,5

0,8

Goederenbehandeling

256,8

1,9

5,8

Rederijen

4,0

-18,4

0,1

Scheepsbouw en herstelling

3,5

-14,6

0,1

Maritieme handel

0,3

0,0

0,0

Havenbedrijf

30,4

-0,3

0,7

Openbare sector

22,5

6,6

0,5

Totaal maritieme cluster

355,1

0,1

8,0 Tabel 15: Toegevoegde waarde haven van Gent, onderdeel van North Sea Port (2018) (vervolg)

Niet-maritieme cluster

76

Handel

1.052,1

7,6

23,6

Energiebedrijven

23,6

-52,4

0,5

Brandstofproductie

108,9

-4,7

2,4

Chemische bedrijven

491,6

1,0

11,0

Totaal transport over land

81,9

-7,2

1,8

Automobielnijverheid

786,4

5,4

17,6

Andere logistieke diensten

123,0

-0,6

2,8

Elektronica

36,3

-1,6

0,8

Totaal niet-maritieme cluster

4.109,5

1,0

92,0

Metaalverwerkende nijverheid

957,0

-9,4

21,4

Directe effecten

4.464,6

0,9

100,0

Bouw

154,1

7,1

3,5

Indirecte effecten

4.026,8

-3,4

-

Voedingsnijverheid

119,9

11,7

2,7

Totaal toegevoegde waarde

8.491,4

-1,2

-

Andere industrieën

174,7

24,5

3,9

Totaal industrie

2.852,5

-0,7

63,9

Wegtransport

70,8

-3,5

1,6

Ander vervoer over land

11,1

0,0

0,2

2018

2018/2017

2018

× 1 miljoen EUR

procentuele evolutie

aandeel directe TW (%)

Bron: NBB (RUBBRECHT, Ilse en Koen BURGGRAEVE, “Economic importance of the Belgian maritime and inland ports”, Working Paper Research, NBB, juli 2020, nr. 384, 119 blz); bewerking Kenniscentrum Economie Er worden twee clusters onderscheiden: een maritieme en niet-maritieme cluster. De maritieme cluster omvat alle havengebonden bedrijfstakken die van essentieel belang zijn voor de haven (beheer en onderhoud, scheepvaart, overslag, bevrachting, loodsdienst, sluizen, goederenopslag, baggerwerken, visserij, maritieme diensten, enz.). De segmenten uit de niet-maritieme cluster hebben geen directe economische band met de havenactiviteiten, maar zijn er nauw en wederzijds van afhankelijk. Het gaat om industrie, groothandel, transport en logistiek.

77


Landbouwproducten

6.922.612

867.523

7.790.135

60,4

Voedingsproducten en veevoeder

4.562.630

589.719

5.152.349

4,4

Vaste minerale brandstoffen

5.379.988

1.680.325

7.060.313

4,4

Petroleumproducten

11.494.845

5.662.639

17.157.484

-0,1

Ertsen en metaalresiduen

6.707.476

1.501.498

8.208.974

-0,5

Producten van de metaalindustrie

3.908.465

1.579.267

5.487.732

-6,2

Ruwe mineralen en bouwmaterialen

5.311.458

709.789

6.021.247

22,7

Meststoffen

2.215.961

3.797.872

6.013.833

2,4

Chemische producten

1.673.119

1.490.163

3.163.282

Overige goederen (o.m. voertuigen, machines)

2.370.539

3.061.343

Totaal maritiem goederenverkeer

50.547.093

20.940.138

Goederencategorie

Afvoer (in ton)

2019/2018 (%)

Tabel 18: Werkgelegenheid haven van Gent, onderdeel van North Sea Port (2018)

Totaal (in ton)

Aanvoer (in ton)

Tabel 16: Maritiem goederenverkeer North Sea Port (2019)

2018/2017

2018

absolute cijfers (aantal vte)

procentuele evolutie

aandeel directe wgl. (%)

Maritieme cluster Scheepsagenten en expediteurs

413

-0,8

1,4

Goederenbehandeling

2.282

8,8

7,9

Rederijen

4

2,6

0,0

Scheepsbouw en herstelling

46

-1,9

0,2

Maritieme handel

3

12,9

0,0

Havenbedrijf

138

-3,8

0,5

-51,2

Openbare sector

196

-8,6

0,7

5.431.882

2,7

Totaal maritieme cluster

3.082

5,4

10,7

71.487.231

1,6

Niet-maritieme cluster Handel

1.663

1,4

5,8

Energiebedrijven

198

0,7

0,7

Brandstofproductie

234

-0,6

0,8

Chemische bedrijven

2.241

3,0

7,8

Automobielnijverheid

9.505

1,6

33,1

Elektronica

262

4,8

0,9

Metaalverwerkende nijverheid

5.819

-3,5

20,3

Bron: North Sea Port

Tabel 17: Binnenvaart North Sea Port (2019)

Afvoer (in ton)

Totaal (in ton)

2019/2018 (%)

Aanvoer (in ton)

2018

Landbouwproducten

768.242

2.017.475

2.785.717

22,2

Voedingsproducten en veevoeder

1.042.556

2.544.660

3.587.216

-1,9

Vaste minerale brandstoffen

2.113.444

2.805.890

4.919.334

-1,1

Bouw

1.781

6,3

6,2

Petroleumproducten

8.423.777

12.662.149

21.085.926

13,1

Voedingsnijverheid

681

0,5

2,4

Ertsen en metaalresiduen

2.502.433

1.229.217

3.731.650

-16,4

Andere industrieĂŤn

991

1,6

3,5

Producten van de metaalindustrie

526.767

1.114.476

1.641.243

14,7

Totaal industrie

21.712

0,4

75,6

Ruwe mineralen en bouwmaterialen

4.489.855

4.119.216

8.609.071

-5,3

Wegtransport

766

0,8

2,7

Meststoffen

1.915.313

1.489.045

3.404.358

-7,8

Ander vervoer over land

166

3,6

0,6

Chemische producten

1.546.608

3.592.153

5.138.761

-28,1

Totaal transport over land

932

-0,7

3,2

Overige goederen (o.m. voertuigen, machines)

1.511.087

2.025.251

3.536.338

16,7

Andere logistieke diensten

1.318

-2,0

4,6

Totaal maritiem goederenverkeer

24.840.082

33.599.532

58.439.614

0,1

Goederencategorie

Bron: North Sea Port 78

79


Tabel 18: Werkgelegenheid haven van Gent, onderdeel van North Sea Port (2018) (vervolg)

Tabel 19: Investeringen haven van Gent, onderdeel van North Sea Port (2018) (vervolg)

2018

2018/2017

2018

2018

2018/2017

2018

× 1 miljoen EUR

procentuele evolutie

aandeel directe TW (%)

× 1 miljoen EUR

procentuele evolutie

aandeel directe TW (%)

Totaal niet-maritieme cluster

25.625

0,6

89,3

Metaalverwerkende nijverheid

73,1

-54,1

13,2

Directe effecten

28.707

1,6

100,0

Bouw

15,1

12,7

2,7

Indirecte effecten

34.984

-3,4

-

Voedingsnijverheid

22,1

14,5

4,0

Totaal toegevoegde waarde

63.691

-1,2

-

Andere industrieën

14,0

-15,2

2,5

Totaal industrie

369,0

2,0

66,5

Wegtransport

10,4

-1,9

1,9

Ander vervoer over land

8,6

68,6

1,6

Totaal transport over land

19,0

37,7

3,4

Andere logistieke diensten

34,1

36,9

6,1

Totaal niet-maritieme cluster

456,1

-17,4

82,2

Totale investeringen

554,7

-22,9

100,0

Bron: NBB (RUBBRECHT, Ilse en Koen BURGGRAEVE, “Economic importance of the Belgian maritime and inland ports”, Working Paper Research, NBB, juli 2020, nr. 384, 119 blz); bewerking Kenniscentrum Economie

Tabel 19: Investeringen haven van Gent, onderdeel van North Sea Port (2018)

2018

2018/2017

2018

× 1 miljoen EUR

procentuele evolutie

aandeel directe TW (%)

Maritieme cluster Scheepsagenten en expediteurs

4,0

100,0

0,7

Goederenbehandeling

72,0

-49,4

13,0

Rederijen

4,1

86,4

0,7

Scheepsbouw en herstelling

0,3

-75,0

0,1

Maritieme handel

0,0

-

0,0

Havenbedrijf

17,7

51,3

3,2

Openbare sector

0,5

-94,2

0,1

Totaal maritieme cluster

98,6

-41,3

17,8

Handel

34,0

9,0

6,1

Energiebedrijven

5,4

20,0

1,0

Brandstofproductie

3,9

6,6

0,7

Chemische bedrijven

109,3

55,9

19,7

Automobielnijverheid

120,6

-37,0

21,7

Elektronica

5,5

66,7

1,0

Bron: NBB (RUBBRECHT, Ilse en Koen BURGGRAEVE, “Economic importance of the Belgian maritime and inland ports”, Working Paper Research, NBB, juli 2020, nr. 384, 119 blz); bewerking Kenniscentrum Economie

Niet-maritieme cluster

80

81


Tabel 20: Maritiem goederenverkeer Waaslandhaven (2019) Aanvoer (in ton)

Afvoer (in ton)

Totaal (in ton)

2019/2018

Conjunctuur

ChemicaliĂŤn en gassen

4.402.670

1.043.348

5.446.018

3%

Ertsen, zand en grind

1.152.959

93.444

1.246.403

13%

Metaalproducten

1.818.803

437.434

2.256.237

-16%

Hout

150.395

2.877

153.272

2%

-30

Houtcellulose

74.167

31.978

106.145

168%

-35

Papier

485.821

17.284

503.105

-19%

Rollend materieel

1.513.769

2.253.699

3.767.468

-5%

Containers

46.624.421

56.552.126

103.176.547

4%

Diverse goederen

598.163

1.487.663

2.085.826

-2%

Totaal maritiem goederenverkeer

56.821.168

61.919.853

118.741.021

3%

Goederencategorie

Figuur 5: Conjunctuurcurve Oost-Vlaanderen 2011-2020 5 0 -5 -10 -15 -20 -25

-40 -45

2011

2012

2013

2014

2015

2016

2017

2018

2019

2020

Seizoengezuiverde en afgevlakte reeks Seizoengezuiverde brutoreeks Bron: NBB

Figuur 6: Verloop van bepaalde vraagcomponenten 2015-2019 2,5

Bron: Havenbedrijf Antwerpen (via Maatschappij Linkerscheldeoever)

Tabel 21: Evolutie van de werkgelegenheid in de Waaslandhaven (2005-2019) 2005

2019

grondgebied Beveren

7.995

13.876

grondgebied Zwijndrecht

3.895

7.134

Totaal

11.890

21.010

2,0

1,5

Bron: Maatschappij Linkerscheldeoever

1,0

0,5

0 2015-2018

2019 r

2015-2018

BelgiĂŤ Particuliere consumptie 1

2019 r

Drie voornaamste buurlanden 1 Overheidsuitgaven

Particuliere investeringen

Duitsland, Frankrijk, Nederland

Bron: NBB 82

83


Figuur 7: Ondernemersvertrouwen België 2015-2020

Tabel 22: Arbeidsaanbod en -vraag (in duizendtallen, tenzij anders vermeld)

100

verschil tegenover jaar voordien 2014

2015

2016

2017

2018

Totale bevolking

55

59

57

54

55

54

11.457

Bevolking op arbeidsleeftijd (1)

9

16

16

12

13

13

7.338

Beroepsbevolking

33

21

33

49

36

55

5.450

Binnenlandse werkgelegenheid

20

41

58

76

66

74

4.891

Loontrekkenden

14

30

46

64

53

58

4.072

Conjunctuurgevoelige bedrijfstakken (2)

0

18

28

38

37

38

2.528

Overheid en onderwijs

7

3

2

9

4

5

834

Overige diensten (3)

7

9

16

17

11

15

710

Zelfstandigen

6

10

12

12

13

16

819

Niet-werkende werkzoekenden

14

-19

-26

-28

-30

-19

476

p.m. Geharmoniseerde werkloosheidsgraad (4) (5)

8,6

8,6

7,9

7,1

6,0

5,4

-

p.m. Geharmoniseerde werkgelegenheidsgraad (4) (6)

67,3

67,2

67,7

68,5

69,7

70,6

-

0

-10

-20

-30

-40

2015

2016

2017

2018

2019

2020

Seizoengezuiverde en afgevlakte reeks Seizoengezuiverde brutoreeks Bron: NBB

absoluut 2019 (7) 2019 (7)

Figuur 8: Consumentenvertrouwen België 2015-2020 15 lange-termijn lange-termijn gemiddelde gemiddelde sinds 1990 sinds 1990

5

-5 (1) Bevolking van 15 tot 64 jaar (2) Landbouw, industrie, energie en water, bouwnijverheid, handel en horeca, vervoer en communicatie, financiële activiteiten, exploitatie van en handel in onroerend goed en diensten aan ondernemingen (3) Gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening; kunst, amusement en recreatie; overige diensten en huishoudens als werkgever (4) Op basis van de gegevens van de enquête naar de arbeidskrachten (5) Werkzoekenden in % van de beroepsbevolking van 15 tot 64 jaar (6) Werkenden in % van de totale bevolking op arbeidsleeftijd (20-64 jaar) (7) Raming van de NBB

-15

-25

Bron: FPB, INR, RVA, Statbel, NBB

-35

2012

2013

2014

2015

2016

2017

2018

2019

2020

Bron: NBB

84

85


Totaal provincies 14,8% 1.120 8.695 7.575 7.983 8.377 9.569 6.636

7.649

7.958

8.160

8.760

9.020

8.067

Waals-Brabant 12,6% 49 437 388 331 380 452 299

340

345

359

408

416

384

Namen 7,2% 25 374 349 373 407 401 305

368

379

428

374

447

404

Luxemburg 49,6% 65 196 131 147 157 199 110

120

144

161

146

172

166

Luik 12,8% 125 1.103 978 930 1.041 1.175 787

872

901

953

995

1.128

973

Henegouwen 8,2% 62 822 760 813 1.029 1.182 915

1.030

994

1.106

1.072

1.161

853

West-Vlaanderen 6,4% 56 937 881 836 863 1.011 711

879

821

832

902

1.030

809

Vlaams-Brabant 19,0% 113 709 596 598 608 660 564 513

605

586

675

632

607

Oost-Vlaanderen 17,2% 188 1.281 1.093 1.233 1.063 1.070 1.344 1.094 997 940

696 578

1.071

1.257

686 798 866

2.020

499

2008

1.860

2009

1.557

2010

749

777

790

1.280

Limburg 19,3% 129 798

Antwerpen 17,8%

2012

1.915

2013

2011

Bron: Graydon

308 2.036 2.031

2014

2.279

2015

2.154

2016

2.174

2017

669

2018

670

2019

2.038

absoluut verschil t.o.v. 2018

1.730

% verschil t.o.v. 2018

1.921

Provincies

Tabel 23: Overzicht falingen per provincie (2008-2019)

Tabel 24: Evolutie jobverlies door falingen per provincie (2017-2019)

absoluut verschil

% verschil

t.o.v. 2018

t.o.v. 2018

2017

2018

2019

Antwerpen

3.130

3.195

3.273

78

2,4%

Limburg

1.355

1.371

1.190

-181

-13,2%

Oost-Vlaanderen

2.105

1.644

2.438

794

48,3%

Vlaams-Brabant

1.120

1.056

1.026

-30

-2,8%

West-Vlaanderen

1.615

1.155

2.081

926

80,2%

Henegouwen

2.664

1.903

2.514

611

32,1%

Luik

1.808

1.632

1.912

280

17,2%

Luxemburg

239

235

352

117

49,8%

Namen

872

555

796

241

43,4%

Waals-Brabant

1.330

891

1.281

390

43,8%

Brussels Hoofdstedelijk Gewest

5.059

5.211

4.617

-594

-11,4%

BelgiĂŤ

21.297

18.848

21.480

2.632

14,0%

Bron: Graydon, berekeningen Kenniscentrum Economie

86

87


88

2016 213 1 25 245 42 117 66 20 25 167 2 4 22 15 1 17 7 2 1 7 2

2016 1 11 0 2 0 2 1 5 0 6 7 3 0 0 4 2 0 14 181 1.233

bedrijfstakken Horeca Reparatie van computers en consumentenartikelen Overige persoonlijke diensten Bouw Transport Kleinhandel Groothandel Handelsbemiddeling Garagehouders en aanverwante sectoren Dienstverlening aan bedrijven Verzekeringen en vermogensbeheer Sport en recreatie Immo Land- en bosbouw Visserij en aquacultuur Voedingsindustrie en -nijverheid Textiel en lederindustrie Houtindustrie Papierindustrie Drukkerijen, uitgeverijen en media Chemische en kunststofindustrie

bedrijfstakken Bouwmaterialenindustrie Metaalindustrie Elektrotechniek, elektronica en computers Machinebouw Bouw van vervoerstuigen en componenten Meubelindustrie Andere industrie Reparatie en onderhoud Energieproductie Water- en afvalbehandeling, sanering Vrije beroepen - totaal Medische beroepen Juridische beroepen Economische beroepen Bouwtechnische beroepen Overheid en onderwijs Verenigingen ( vakverenigingen, religieuze organisaties, ‌) Andere Onbekende activiteit (geen nace code) Totaal

1.280

195

15

0

1

11

1

4

2

18

0

0

4

2

5

0

2

0

7

2

2017

1

6

1

3

3

19

0

5

15

13

3

170

26

37

50

115

58

230

29

6

239

2017

1

9

0

0

4

12

0

8

13

7

1

163

44

28

42

88

63

215

32

3

211

2019

1.093

172

9

0

5

7

5

2

0

14

1

2

4

2

2

0

0

2

12

2

2018

1.281

261

8

0

5

19

3

0

4

26

8

1

5

1

2

4

2

2

10

2

2019

Aantal faillissementen

0

5

0

3

2

10

0

13

11

9

2

132

19

23

47

111

57

192

22

3

205

2018

Aantal faillissementen

188

89

-1

0

0

12

-2

-2

4

12

7

-1

1

-1

0

4

2

0

-2

0

2018

absoluut verschil t.o.v.

1

4

0

-3

2

2

0

-5

2

-2

-1

31

25

5

-5

-23

6

23

10

0

6

2018

absoluut verschil t.o.v.

17,2%

51,7%

-11,1%

0,0%

0,0%

171,4%

-40,0%

-100,0%

85,7%

700,0%

-50,0%

25,0%

-50,0%

0,0%

0,0%

-16,7%

0,0%

2018

% verschil t.o.v.

80,0%

0,0%

-100,0%

100,0%

20,0%

0,0%

-38,5%

18,2%

-22,2%

-50,0%

23,5%

131,6%

21,7%

-10,6%

-20,7%

10,5%

12,0%

45,5%

0,0%

2,9%

2018

% verschil t.o.v.

2.557

4

9

0

0

1

0

0

4

5

0

0

3

0

20

0

3

0

57

0

2016

0

9

21

0

52

109

0

7

165

2

0

340

26

99

199

200

56

680

114

0

377

2016

2.105

30

8

0

0

5

0

0

3

8

0

0

5

0

44

0

2

0

32

3

2017

0

16

2

13

17

41

0

7

8

4

2

404

41

22

52

107

87

725

45

14

366

2017

0

233

0

0

25

61

0

8

6

2

0

312

35

19

108

111

116

339

29

2

296

2019

1.644

39

2

0

13

4

6

2

0

12

0

0

4

18

9

0

0

1

21

2

2018

2.438

21

638

0

4

27

5

0

2

34

7

0

0

1

2

7

8

2

8

2

2019

Potentieel jobverlies

0

15

0

0

0

76

0

9

11

18

2

152

17

18

108

171

115

486

17

0

308

2018

Potentieel jobverlies

794

-18

636

0

-9

23

-1

-2

2

22

7

0

-4

-17

-7

7

8

1

-13

0

2018

absoluut verschil t.o.v.

0

218

0

0

25

-15

0

-1

-5

-16

-2

160

18

1

0

-60

1

-147

12

2

-12

2018

absoluut verschil t.o.v.

48,3%

-46,2%

31800,0%

-69,2%

575,0%

-16,7%

183,3%

-100,0%

-94,4%

-77,8%

100,0%

-61,9%

0,0%

t.o.v. 2018

% verschil

1453,3%

-19,7%

-11,1%

-45,5%

-88,9%

105,3%

105,9%

5,6%

0,0%

-35,1%

0,9%

-30,2%

70,6%

-3,9%

t.o.v. 2018

% verschil

Tabel 25: Evolutie faillissementen en jobverlies naar sectoren, Oost-Vlaanderen (2016-2019) Tabel 25: Evolutie faillissementen en jobverlies naar sectoren, Oost-Vlaanderen (2016-2019) (vervolg)

Bron: Graydon, berekeningen Kenniscentrum Economie 89


Bijlages ‘Alles is verbonden’

Bijlage 2 Conversietabel van de A64-indeling (64 sectoren) naar de A38-indeling (38 sectoren) (vervolg) 80-82

Bijlage 2 Conversietabel van de A64-indeling (64 sectoren) naar de A38-indeling (38 sectoren) A64 NACE

84

Openbaar bestuur en defensie; verplichte sociale verzekeringen

85

Onderwijs

86

Menselijke gezondheidszorg

87-88

Maatschappelijke dienstverlening met en zonder huisvesting

90-92

Creatieve activiteiten, kunst en amusement; bibliotheken, archieven, musea en overige culturele activiteiten; loterijen en kansspelen

01

Teelt van gewassen, veeteelt, jacht en diensten in verband met deze activiteiten

93

Sport, ontspanning en recreatie

02

Bosbouw en de exploitatie van bossen

94

Verenigingen

03

Visserij en aquacultuur

95

Reparatie van computers en consumentenartikelen

05-09

Mijnbouw en ondersteunende activiteiten in verband met de mijnbouw

96

Overige persoonlijke diensten

10-12

Vervaardiging van voedingsmiddelen, dranken en tabaksproducten

97

Huishoudens als werkgever van huishoudelijk personeel

13-15

Vervaardiging van textiel, kleding, leer en producten van leer

16

Houtindustrie en vervaardiging van artikelen van hout en van kurk, exclusief meubelen; vervaardiging van artikelen van riet en van vlechtwerk

17

Vervaardiging van papier en papierwaren

18

Drukkerijen, reproductie van opgenomen media

19

Vervaardiging van cokes en van geraffineerde aardolieproducten

20

Vervaardiging van chemische producten

21

Vervaardiging van farmaceutische grondstoffen en producten

22

Vervaardiging van producten van rubber of kunststof

23

Vervaardiging van andere niet-metaalhoudende minerale producten

24

Vervaardiging van metalen in primaire vorm

25

Vervaardiging van producten van metaal, exclusief machines en apparaten

26

Vervaardiging van informaticaproducten en van elektronische en optische producten

27

Vervaardiging van elektrische apparatuur

28

Vervaardiging van machines, apparaten en werktuigen, n.e.g.

29

Vervaardiging en assemblage van motorvoertuigen, aanhangwagens en opleggers

30

Vervaardiging van andere transportmiddelen

31-32

Vervaardiging van meubelen; overige industrie

33

Reparatie en installatie van machines en apparaten

35

Productie en distributie van elektriciteit, gas, stoom en gekoelde lucht

36

Winning, behandeling en distributie van water

37-39

Afvalwaterafvoer; inzameling, verwerking en verwijdering van afval; terugwinning; sanering en ander afvalbeheer

41-43

Bouwnijverheid

45

Groot- en detailhandel in en onderhoud en reparatie van motorvoertuigen en motorfietsen

46

Groothandel en handelsbemiddeling, met uitzondering van de handel in motorvoertuigen en motorfietsen

47

Detailhandel, met uitzondering van de handel in auto's en motorfietsen

49

Vervoer te land en vervoer via pijpleidingen

50

Vervoer over water

51

Luchtvaart

52

Opslag en vervoerondersteunende activiteiten

53

Posterijen en koeriers

55-56 58 59-60 61 62-63

Verschaffen van accommodatie; eet- en drinkgelegenheden Uitgeverijen Productie van films en video- en televisieprogramma's, maken van geluidsopnamen en uitgeverijen van muziekopnamen; programmeren en uitzenden van radio- en televisieprogramma's Telecommunicatie Ontwerpen en programmeren van computerprogramma's, computerconsultancy-activiteiten en aanverwante activiteiten; dienstverlenende activiteiten op het gebied van informatie

64

Financiële dienstverlening, exclusief verzekeringen en pensioenfondsen

65

Verzekeringen, herverzekeringen en pensioenfondsen, exclusief verplichte sociale verzekeringen

66

Ondersteunende activiteiten voor verzekeringen en pensioenfondsen

68

Exploitatie van en handel in onroerend goed (excl. toegerekende woninghuur)

68a 69-70

Toegerekende woninghuur (eigenaars) (§)

A38 A38-code

NACE (*)

Omschrijving

01+02+03

AA

Landbouw, bosbouw en visserij

(05-09)

BB

Winning van delfstoffen

(10-12)

CA

Vervaardiging van voedingsmiddelen, dranken en tabaksproducten

(13-15)

CB

Vervaardiging van textiel, kleding, leer en producten van leer

16+17+18

CC

Houtindustrie, vervaardiging van papier en papierwaren, drukkerijen

19

CD

Vervaardiging van cokes en geraffineerde aardolieproducten

20

CE

Vervaardiging van chemische producten

21

CF

Vervaardiging van farmaceutische grondstoffen en producten

22+23

CG

Vervaardiging van producten van rubber en kunststof en van anderen niet-metaalhoudende minerale producten

24+25

CH

Vervaardiging van metalen in primaire vorm en van producten van metaal, exclusief machines en apparaten

26

CI

Vervaardiging van informaticaproducten en van elektronische en optische producten

27

CJ

Vervaardiging van elektrische apparatuur

28

CK

Vervaardiging van machines, apparaten en werktuigen n.e.g.

29+30

CL

Vervaardiging van transportmiddelen

(31-32)+33

CM

Vervaardiging van meubelen en overige industrie, reparatie en installatie van machines en apparaten

35

DD

Productie en distributie van elektriciteit, gas, stoom en gekoelde lucht

36+(37-39)

EE

Distributie van water; afval- en afvalwaterbeheer en sanering

(41-43)

FF

Bouwnijverheid

45+46+47

GG

Groot- en detailhandel; reparatie van auto's en motorfietsen

49+50+51+52+53

HH

Vervoer en opslag

(55-56)

II

58+(59-60)

JA

Verschaffen van accommodatie en maaltijden Uitgeverijen, audiovisuele diensten en uitzendingen

61

JB

Telecommunicatie

(62-63)

JC

Informaticadiensten en dienstverlenende activiteiten op gebied van informatie

64+65+66

KK

Financiële activiteiten en verzekeringen

68

LL

Exploitatie van en handel in onroerend goed

(69-70)+71

MA

Rechtskundige en boekhoudkundige dienstverlening, hoofdkantoren, adviesbureaus, architecten en ingenieurs; technische testen en toetsen

72

MB

Speur- en ontwikkelingswerk op wetenschappelijk gebied

73+(74-75)

MC

Reclamewezen en marktonderzoek; overige gespecialiseerde wetenschappelijke en technische activiteiten

77+78+79+(80-82)

NN

Administratieve en ondersteunende diensten

84

OO

Openbaar bestuur en defensie; verplichte sociale verzekeringen

85

PP

Onderwijs

86

QA

Menselijke gezondheidszorg

(87-88)

QB

Maatschappelijke dienstverlening

(90-92)+93

RR

Kunst, amusement en recreatie

94+95+96

SS

Overige diensten

97

TT

Huishoudens als werkgever; niet-gedifferentieerde productie van goederen en diensten door huishoudens voor eigen gebruik

Rechtskundige en boekhoudkundige dienstverlening; activiteiten van hoofdkantoren; adviesbureaus op het gebied van bedrijfsbeheer

71

Architecten en ingenieurs; technische testen en toetsen

72

Speur- en ontwikkelingswerk op wetenschappelijk gebied

73

Reclamewezen en marktonderzoek

74-75

90

Omschrijving

Beveiligings- en opsporingsdiensten; diensten in verband met gebouwen; landschapsverzorging; administratieve en ondersteunende activiteiten ten behoeve van kantoren en overige zakelijke activiteiten

Overige gespecialiseerde wetenschappelijke en technische activiteiten; veterinaire diensten

77

Verhuur en lease

78

Terbeschikkingstelling van personeel

79

Reisbureaus, reisorganisatoren, reserveringsbureaus en aanverwante activiteiten

91


CH

CI

CJ

CK

CL

CM

DD

EE

FF

GG

HH

II

JA

JB

JC

KK

LL

MA

MB

MC

NN

OO

PP

QA

QB

RR

SS

TT

P.31/ S14

P.31/ S15

P3./S13

P.51

P.52 +P.53

P.6/ S21i

P.6/ S21x

P.6/S22 Totaal gebruik basisprijzen

CG

Uitvoer niet-EU

CF

Uitvoer EU niet-eurozone

CE

Uitvoer eurozone

CD

Voorraadwijzigingen en saldo aan- en verkoop kostbaarheden

CC

Investeringen

CB

Consumptie overheid

CA

Consumptie IZW's

BB

Totaal

AA

Consumptie huishoudens

Tabel C.1 Geregionaliseerde input-output tabel Oost-Vlaanderen (2015, miljoen EUR, lopende prijzen) (*)

AA

Landbouw, bosbouw en visserij

695

0

8.111

5

46

0

116

1

14

1

0

0

0

0

8

9

4

42

169

7

267

0

0

1

0

1

4

0

1

80

9

0

16

52

2

12

0

9.673

333

0

0

10

16

378

48

48

10.507

BB

Winning van delfstoffen

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

16

84

10

1.066

1.177

CA

Vervaardiging van voedingsmiddelen, dranken en tabaksproducten

1.998

0

6.202

8

34

0

585

3

30

40

8

7

3

6

27

25

46

115

754

133

437

4

2

4

6

17

138

3

4

12

33

48

375

250

15

7

0

11.379

1.823

0

5

29

44

1.974

459

512

16.225

CB

Vervaardiging van textiel, kleding, leer en producten van leer

2

0

5

736

9

0

6

1

7

3

0

0

1

16

25

0

1

31

21

2

4

0

1

0

0

1

2

0

2

6

5

0

8

2

1

5

0

904

596

0

1

8

5

493

172

137

2.315

CC

Houtindustrie, vervaardiging van papier en papierwaren, drukkerijen

3

0

782

15

1.553

0

23

9

262

80

1

31

7

23

43

17

2

1.087

134

30

7

67

2

2

12

11

23

3

20

34

32

7

15

3

3

13

0

4.353

82

0

1

12

40

452

109

96

5.146

CD

Vervaardiging van cokes en geraffineerde aardolieproducten

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

432

0

1

12

22

1.239

252

819

2.778

CE

Vervaardiging van chemische producten

373

0

508

195

338

0

6.014

42

1.457

300

31

84

8

59

176

132

60

309

650

111

63

4

2

26

9

47

158

25

53

163

11

25

345

36

17

98

0

11.928

193

0

7

43

13

2.500

585

1.067

16.338

CF

Vervaardiging van farmaceutische grondstoffen en producten

8

0

18

0

1

0

14

786

1

1

0

0

1

0

1

0

1

4

19

3

2

4

6

2

3

0

7

6

15

6

3

21

278

6

1

1

0

1.221

162

0

175

225

9

647

156

871

3.467

CG

Vervaardiging van producten van rubber en kunststof en van anderen nietmetaalhoudende minerale producten

28

0

568

20

162

0

377

14

928

193

31

66

19

276

237

3

50

2.891

666

74

92

1

1

9

2

151

45

4

17

214

9

4

43

16

5

7

0

7.225

97

0

6

44

21

816

221

218

8.648

CH

Vervaardiging van metalen in primaire vorm en van producten van metaal, exclusief machines en apparaten

7

0

236

17

74

0

515

2

372

6.768

188

458

143

443

73

47

28

2.463

67

13

8

1

3

2

4

15

11

15

2

15

24

2

59

15

2

3

0

12.095

51

0

15

408

40

1.765

402

523

15.300

CI

Vervaardiging van informaticaproducten en van elektronische en optische producten

11

0

8

1

7

0

42

4

6

21

546

86

16

205

74

7

13

105

305

28

5

1

42

185

15

5

48

6

5

21

10

8

28

5

7

35

0

1.910

104

0

4

563

5

461

125

218

3.389

CJ

Vervaardiging van elektrische apparatuur

9

0

8

1

5

0

26

1

5

33

84

287

40

169

337

3

6

607

145

14

5

0

5

17

0

18

24

2

2

11

3

1

5

2

3

1

0

1.878

134

0

2

211

8

279

90

155

2.756

CK

Vervaardiging van machines, apparaten en werktuigen n.e.g.

52

0

10

1

5

0

78

1

6

47

12

2

1.292

133

165

3

10

251

140

58

7

3

1

8

10

8

31

16

2

25

29

1

23

2

3

8

0

2.443

29

0

4

693

12

708

249

570

4.710

CL

Vervaardiging van transportmiddelen

1

0

9

1

3

0

2

2

7

46

1

7

5

4.862

34

0

2

79

48

37

1

1

1

2

1

0

5

6

1

22

12

0

3

0

0

1

0

5.199

518

0

7

940

19

1.703

862

673

9.922

CM

Vervaardiging van meubelen en overige industrie, reparatie en installatie van machines en apparaten

89

0

83

11

70

0

75

7

76

146

28

14

95

74

282

51

113

207

291

473

43

3

9

17

2

16

114

20

30

130

134

22

452

57

83

44

0

3.359

378

0

27

293

8

566

152

780

5.563

DD

Productie en distributie van elektriciteit, gas, stoom en gekoelde lucht

157

0

271

21

89

0

740

7

191

393

15

19

8

33

44

1.284

109

76

449

338

150

3

12

97

24

97

149

10

23

70

20

73

106

135

67

80

0

5.359

676

0

22

8

0

451

67

30

6.612

EE

Distributie van water; afval- en afvalwaterbeheer en sanering

12

0

51

5

160

0

115

3

90

1.262

8

3

2

107

111

19

2.391

154

209

77

62

1

1

11

3

45

50

12

14

110

63

14

41

28

18

62

0

5.313

935

0

96

18

0

607

77

100

7.147

FF

Bouwnijverheid

118

0

87

6

41

0

205

21

75

270

9

18

5

37

290

794

225

14.212

662

490

17

6

8

13

8

845

412

22

3

216

46

147

134

116

12

30

0

19.599

40

0

1

4.229

1

224

99

192

24.385

GG

Groot- en detailhandel; reparatie van auto's en motorfietsen

539

0

1.110

74

200

0

796

38

396

503

141

109

464

212

377

63

190

1.571

3.704

791

796

19

36

150

49

150

608

19

205

896

399

112

772

127

96

184

0

15.896

4.023

0

225

676

60

1.652

504

790

23.825

HH

Vervoer en opslag

63

0

668

33

177

0

572

26

398

398

22

44

204

95

151

300

166

356

5.363

12.432

53

40

22

175

67

37

624

19

147

1.016

923

151

192

108

127

249

0

25.421

417

0

885

26

0

1.453

362

827

29.391

II

Verschaffen van accommodatie en maaltijden

4

0

17

2

4

0

21

2

14

13

6

5

24

6

11

7

4

36

297

398

50

17

2

69

68

13

203

9

17

744

156

165

208

51

117

193

0

2.953

1.350

0

0

0

0

133

16

27

4.479

JA

Uitgeverijen, audiovisuele diensten en uitzendingen

1

0

48

3

8

0

13

5

8

11

2

5

6

4

12

3

2

21

361

32

19

814

159

51

120

8

58

1

489

94

36

41

8

7

35

27

0

2.514

226

0

63

159

1

134

26

28

3.151

JB

Telecommunicatie

0

0

3

0

1

0

8

2

4

5

1

1

4

1

3

7

5

20

91

38

14

37

1.839

89

615

12

79

1

7

33

60

14

35

12

11

15

0

3.069

511

0

1

15

0

167

70

166

3.999

JC

Informaticadiensten en dienstverlenende activiteiten op gebied van informatie

5

0

20

2

6

0

59

7

10

33

16

5

30

17

15

68

8

36

395

182

18

10

77

1.933

180

7

701

11

102

339

383

20

144

9

61

50

0

4.958

20

0

10

479

0

296

149

46

5.958

KK

FinanciĂŤle activiteiten en verzekeringen

68

0

136

7

30

0

144

24

51

72

10

12

66

25

39

215

66

254

630

305

114

57

276

122

6.673

533

898

6

54

298

453

32

168

49

40

63

0

11.992

1.560

0

3

39

0

555

232

510

14.891

LL

Exploitatie van en handel in onroerend goed

11

0

55

4

13

0

16

1

17

27

4

4

30

19

34

15

39

333

1.515

601

477

6

13

108

80

867

764

14

76

298

493

175

252

136

145

230

0

6.872

1.253

0

8

29

0

14

7

7

8.190

MA

Rechtskundige en boekhoudkundige dienstverlening, hoofdkantoren, adviesbureaus, architecten en ingenieurs; technische testen en toetsen

90

0

393

36

91

0

737

250

256

432

65

43

280

91

255

386

272

906

6.222

1.417

548

52

28

902

555

397

8.600

73

713

1.702

1.513

189

593

133

534

854

0

29.607

97

0

18

517

1

1.200

457

994

32.891

MB

Speur- en ontwikkelingswerk op wetenschappelijk gebied

0

0

3

0

1

0

3

254

2

4

0

0

0

0

0

3

0

11

3

1

1

1

0

1

2

0

5

213

1

2

1

0

7

0

0

1

0

523

1

1

34

657

0

30

21

29

1.294


CH

CI

CJ

CK

CL

CM

DD

EE

FF

GG

HH

II

JA

JB

JC

KK

LL

MA

MB

MC

NN

OO

PP

QA

QB

RR

SS

TT

P.31/ S14

P.31/ S15

P3./S13

P.51

P.52 +P.53

P.6/ S21i

P.6/ S21x

P.6/S22 Totaal gebruik basisprijzen

CG

Uitvoer niet-EU

CF

Uitvoer EU niet-eurozone

CE

Uitvoer eurozone

CD

Voorraadwijzigingen en saldo aan- en verkoop kostbaarheden

CC

Investeringen

CB

Consumptie overheid

CA

Consumptie IZW's

BB

Totaal

AA

Consumptie huishoudens

Tabel C.1 Geregionaliseerde input-output tabel Oost-Vlaanderen (2015, miljoen EUR, lopende prijzen) (*) (vervolg)

MC

Reclamewezen en marktonderzoek; overige gespecialiseerde wetenschappelijke en technische activiteiten

145

0

124

4

7

0

25

109

21

11

4

11

26

6

12

15

12

50

956

49

36

27

5

83

73

27

317

6

1.330

182

182

96

17

4

97

49

0

4.120

50

0

1

8

0

178

46

268

4.671

NN

Administratieve en ondersteunende diensten

135

0

385

26

53

0

295

242

173

168

40

43

209

85

133

37

100

726

2.243

1.603

529

60

64

461

146

337

1.754

48

169

2.240

371

169

522

99

151

222

0

14.040

818

3

5

83

0

292

98

156

15.494

OO

Openbaar bestuur en defensie; verplichte sociale verzekeringen

3

0

11

0

7

0

4

1

4

4

1

1

3

2

4

10

4

17

126

47

29

24

3

47

103

25

74

4

15

44

41

12

28

7

41

19

0

764

393

22

3.811

85

0

21

148

16

5.261

PP

Onderwijs

0

0

4

0

1

0

6

8

4

4

1

1

4

2

6

3

3

11

43

19

4

1

1

46

14

5

76

18

5

31

4

478

9

11

16

12

0

850

144

42

2.973

269

0

43

35

40

4.395

QA

Menselijke gezondheidszorg

0

0

1

0

0

0

2

0

1

2

1

0

0

1

2

1

1

6

7

9

2

0

0

19

1

0

14

1

1

8

7

0

2.015

49

1

6

0

2.158

1.042

14

2.832

11

0

3

2

1

6.063

QB

Maatschappelijke dienstverlening

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

3

1

0

0

0

4

0

0

2

0

3

1

0

1

7

0

0

1

0

26

536

220

708

2

0

1

0

0

1.493

RR

Kunst, amusement en recreatie

5

0

14

1

1

0

5

1

3

4

0

1

2

2

5

3

3

17

95

25

61

16

3

14

7

3

22

1

29

38

97

23

43

6

386

16

0

953

328

28

127

26

0

23

8

29

1.522

SS

Overige diensten

4

0

25

1

4

0

24

6

10

39

1

2

7

8

10

21

15

26

190

75

59

4

4

42

49

12

227

2

42

90

30

69

243

40

45

773

0

2.198

540

212

2

7

0

30

8

14

3.011

TT

Huishoudens als werkgever; niet-gedifferentieerde productie van goederen en diensten door huishoudens voor eigen gebruik

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

52

0

0

0

0

0

0

0

52

Totaal (basisprijzen)

4.637

0

19.973

1.236

3.201

0

11.664

1.880

4.900

11.332

1.279

1.372

3.005

7.020

2.994

3.552

3.948

27.031

26.974

19.913

3.980

1.281

2.629

4.708

8.901

3.712

16.249

594

3.599

9.189

5.591

2.124

7.194

1.575

2.143

3.372

0

232.753

29.720

784

13.538

14.093

547

32.930

9.874

18.045

352.283

D.211

Btw

22

0

4

0

0

0

1

0

1

1

0

0

1

1

1

0

1

51

13

35

8

2

0

2

120

50

96

0

0

37

106

64

178

41

6

46

0

1.272

1.997

0

29

481

0

0

0

0

3.780

D.21*-D.31

Productgebonden belastingen (excl. btw) minus subsidies

11

1

15

8

4

7

15

2

9

6

1

1

2

7

4

4

6

41

38

62

55

0

0

3

28

10

34

0

2

34

0

4

24

0

4

6

0

705

927

0

17

462

0

22

10

2

2.144

Totaal (aankoopprijzen)

4.669

1

19.993

1.245

3.206

7

11.680

1.882

4.910

11.339

1.280

1.373

3.008

7.028

2.999

3.556

3.955

27.123

27.025

20.010

4.043

1.284

2.630

4.713

9.050

3.772

16.379

595

3.602

9.259

5.698

2.192

7.396

1.617

2.153

3.424

0

234.730

32.644

784

13.584

15.037

546

32.952

9.884

18.047

358.207

D.1

Beloning werknemers

69

18

584

121

234

83

513

273

374

566

99

127

241

288

266

244

247

1.270

3.221

1.615

511

192

225

560

1.219

122

1.109

111

135

1.630

3.160

2.852

1.470

1.218

171

410

52

37.346

D.29

Niet-productgebonden belastingen op productie

7

1

14

3

7

0

17

2

11

16

1

2

2

3

4

36

13

22

83

30

22

3

6

7

233

193

18

1

6

19

0

2

6

6

25

25

0

1.348

D.39

Niet-productgebonden subsidies

75

0

26

8

21

3

28

12

18

34

16

10

11

21

7

4

25

37

100

68

18

10

3

18

5

29

49

42

5

263

76

51

91

255

39

63

0

2.349

B.2n+B3.n

Exploitatieoverschot en gemengd inkomen (netto)

223

-1

214

15

35

137

397

75

26

45

-16

7

120

-9

57

200

43

770

1.487

198

196

61

192

170

1.104

1.259

2.539

6

101

338

7

21

522

40

88

129

0

17.263

B.1n

Toegevoegde waarde (netto)

224

18

786

131

255

217

899

338

392

593

68

125

353

261

319

476

278

2.026

4.692

1.775

711

246

421

719

2.551

1.544

3.616

76

238

1.723

3.090

2.823

1.907

1.009

245

502

52

53.608

P.51c

Verbruik vaste activa

128

10

202

51

95

48

234

375

158

186

94

47

83

138

57

257

165

348

793

853

142

116

212

170

363

241

451

56

68

440

401

357

283

80

63

78

0

11.996

B.1g

Toegevoegde waarde (bruto)

352

27

989

182

350

265

1.133

713

550

779

162

173

436

399

376

733

443

2.373

5.484

2.628

852

363

632

889

2.914

1.785

4.068

133

306

2.163

3.491

3.180

2.190

1.088

308

580

52

65.604

P.1

Output (basisprijzen)

1.599

111

7.039

796

2.020

3.681

4.812

2.702

2.390

6.042

539

617

1.530

3.477

1.595

1.828

1.983

10.691

15.783

10.384

2.560

1.352

1.651

2.240

8.203

3.144

10.540

397

1.762

5.583

5.441

3.949

5.095

1.646

1.038

1.757

52

211.540

P.7/S21i

Invoer eurozone

697

1.460

1.984

604

479

836

2.026

600

821

1.244

872

531

1.006

1.965

717

639

417

222

251

1.424

133

366

120

198

507

9

1.151

176

307

515

6

2

1

0

24

37

0

33.264

P.7/S21x

Invoer EU niet-eurozone

45

86

183

99

74

210

347

52

163

270

226

89

334

964

118

109

14

41

38

395

25

60

53

88

117

1

560

70

129

102

3

0

0

0

8

14

0

8.158

P.7/S22

Invoer niet-EU

266

1.293

282

386

109

495

872

377

228

566

394

210

426

858

992

159

154

38

71

547

21

63

152

98

157

12

547

530

122

197

0

1

1

0

18

29

0

15.593

Totaal aanbod basisprijzen

2.606

2.950

9.488

1.885

2.682

5.223

8.057

3.732

3.602

8.121

2.030

1.447

3.297

7.264

3.423

2.734

2.567

10.992

16.144

12.750

2.739

1.840

1.976

2.625

8.984

3.165

12.799

1.174

2.319

6.396

5.451

3.953

5.097

1.646

1.087

1.836

52

268.555

Bijkomende data

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

Arbeidsvolume (miljoenen uren)

18

0

18

4

8

1

9

5

10

15

2

3

6

7

9

4

6

57

115

47

29

5

5

14

23

5

113

2

9

71

84

57

55

42

9

22

6

1.381

Investeringen

136

7

239

31

67

95

231

687

108

145

61

32

74

81

45

242

160

464

812

827

129

129

215

207

377

1.326

506

114

54

603

426

385

340

97

98

72

0

13.840

P.51

(*) Opgelet: alle getallen zijn afgerond. In het rekenmodel wordt gewerkt met getallen die tot 13 cijfers na de komma tellen. Bron: Federaal Planbureau, NBB, bewerking Kenniscel Economie


20

21

22

23

24

25

26

27

28

29

30

31-32

33

35

36

37-39 41-43

45

46

47

49

50

51

52

53

55-56

58

59-60

61

62-63

64

65

66

68_

68a

69-70

71

72

73

74-75

77

78

79

80-82

84

85

86

87-88 90-92

93

94

95

96

P.31/ S14

97

01

1027

52

0

2

8420

42

0

1

0

1

148

6

14

1

4

1

0

0

0

1

0

0

0

12

1

5

44

0

203

33

8

0

0

3

0

359

0

0

1

1

1

0

0

1

0

5

1

1

0

0

0

0

0

111

21

1

21

72

1

2

17

0

4

0 10650

02

7

0

0

0

1

0

278

92

0

0

6

0

0

1

0

0

0

0

0

0

0

12

0

0

0

0

2

0

22

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

1

0

0

0

0

20

0

0

0

0

0

0

0

0

1

0

P.31/ S15 P3./S13

P.51

P.52+ P.53

P.6/ S21i

P.6/ S21x

P.6/ S22 Totaal gebruik basisprijzen

19

Uitvoer niet-EU

18

Uitvoer EU niet-eurozone

17

Uitvoer eurozone

16

Voorraadwijzigingen en saldo aan- en verkoop kostbaarheden

13-15

Consumptie overheid

05-09 10-12

Consumptie IZW's

03

Consumptie huishoudens

02

Totaal

01

Investeringen

Bijlage 1 Input-outputtabel BelgiĂŤ (2015, miljoen EUR, lopende prijzen) (*)

2418

0

2

78

137

2909

380

352

16925

447

87

0

0

2

-12

98

9

33

663

03

0

0

0

0

34

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

5

0

0

0

0

0

0

108

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

149

206

0

0

0

2

70

3

3

433

05-09

3

0

0

35

58

2

0

8

0 10744

612

2

1

325

1110

1

0

18

0

0

0

414

0

45

0

0

327

0

386

1

1

0

0

1

0

1

0

1

1

1

0

0

0

12

18

0

0

0

0

0

1

0

0

12

11

0

2

0

0

0

2

0

0

0

14159

2

0

2

3

131

685

83

8666

23732

10-12

2081

2

0

1

9696

27

11

48

12

110

721

25

23

19

32

40

11

9

21

11

2

16

11

30

2

51

171

28

689

69

29

1

2

102

2

3549

9

20

19

32

30

5

17

19

9

119

28

6

20

16

21

7

3

66

269

53

452

292

33

87

22

2

34

0

19343

14825

0

42

232

356

16047

3731

4164

58740

13-15

9

0

7

1

38

1150

1

64

5

3

52

6

42

15

8

13

3

3

7

131

2

179

23

0

1

6

251

40

104

25

5

0

1

8

1

33

1

1

4

3

1

0

1

10

4

7

13

2

3

11

6

1

0

39

37

4

67

20

1

7

0

5

39

0

2525

4844

0

8

62

42

4009

1396

1112

13999

16

11

0

0

3

92

3

665

36

5

5

43

1

17

45

18

28

2

9

41

9

4

254

6

139

0

4

1154

7

72

3

16

0

0

11

0

3

0

1

1

2

1

0

1

75

149

15

6

1

1

4

3

0

0

32

8

1

3

1

0

0

2

2

21

0

3035

178

0

1

39

240

1174

231

202

5100

17

9

0

0

0

727

26

68

753

654

5

118

59

124

75

36

19

7

20

10

18

1

71

3

2

1

8

37

20

332

87

15

0

1

183

2

42

130

1

3

4

20

3

12

11

2

34

15

2

7

6

4

2

2

111

70

12

104

13

4

4

9

0

8

0

4126

399

0

5

37

52

1983

500

421

7523

18

2

0

0

0

98

9

7

9

232

1

22

10

5

7

3

4

2

3

3

3

0

11

1

0

0

0

27

78

191

297

3

0

0

11

3

15

370

38

11

10

29

1

28

4

0

109

5

1

129

16

10

1

4

105

185

44

13

8

9

10

49

2

12

0

2266

94

0

0

21

34

519

155

157

3248

19

249

68

20

25

123

44

27

74

12

6628

2949

30

173

185

135

57

8

25

33

26

3

88

22

31

8

67

453

121

582

101

583

212

854

298

19

82

10

10

18

62

86

14

54

48

2

202

123

7

21

13

167

12

5

130

294

44

184

61

16

10

20

4

30

0 16065

3513

0

8

101

180

10077

2051

6659

38654

20

478

15

1

26

1009

859

205

524

164

2205

9403

338

2200

369

486

197

51

148

67

146

10

207

26

201

36

51

586

109

677

74

24

4

12

103

1

75

21

10

13

32

54

9

13

64

43

162

53

59

23

37

29

10

4

160

89

35

528

54

6

13

17

3

88

0

22716

1571

0

60

353

108 20329

4756

8677

58569

21

83

0

0

1

264

4

2

5

3

12

166

1229

12

7

9

9

2

2

4

3

1

4

4

3

0

6

57

6

165

20

9

4

8

7

1

20

4

18

24

20

11

2

3

3

1

24

43

108

2

129

36

1

1

19

21

220

3180

66

4

2

3

0

4

0

6083

1318

0

1422

1829

75

5261

1269

7081

24340

22

19

0

0

6

824

71

46

184

137

42

466

56

523

110

121

110

35

78

149

499

26

190

40

1

3

49

1308

225

230

31

38

1

1

37

1

78

5

3

5

6

5

1

3

46

88

24

12

8

2

3

8

1

1

72

58

4

47

19

1

3

2

11

31

0

6201

608

0

34

243

93

4317

1362

1371

14229

78

2317

437

397

9612

210 10990

2513

3033

30028

23

13

0

0

12

176

8

8

3

3

5

57

56

43

775

127

32

11

26

9

121

0

46

2

4

1

12

3554

166

122

8

5

0

0

2

1

18

1

1

2

4

2

0

1

137

278

4

13

1

1

11

3

0

0

151

12

1

12

2

1

1

0

0

9

0

6075

179

0

11

118

24

6

3

0

2

34

10

17

13

3

20

292

8

115

177

6702

1954

117

461

772

235

28

122

55

28

13

142

1082

48

160

13

8

1

0

9

3

14

1

1

3

7

5

1

2

25

37

10

6

7

1

1

3

1

0

22

27

3

16

4

1

1

2

0

2

0

12853

145

0

112

171

25

40

4

4

11

287

41

43

39

20

49

261

10

50

108

554

1372

96

93

390

488

53

98

322

22

31

39

2125

143

139

41

49

14

0

18

5

53

1

4

23

10

15

1

6

93

55

32

40

17

4

10

16

0

0

84

165

11

46

12

9

7

2

7

13

0

7794

273

0

11

3145

118

3359

758

1219

16677

26

13

1

0

1

14

4

6

8

3

12

63

30

4

6

22

23

854

144

129

498

16

5

88

9

5

13

189

178

185

19

15

6

1

10

2

6

1

6

338

211

54

10

54

6

1

27

35

13

2

3

8

1

1

15

78

10

41

7

4

3

2

32

3

0

3547

844

0

31

4575

37

3745

1017

1776

15572

27

9

0

1

1

13

5

2

4

6

8

36

6

3

4

29

37

123

448

326

393

4

93

302

4

2

5

1020

80

84

7

9

2

0

3

1

6

0

2

40

18

2

0

1

22

23

8

22

3

1

2

4

0

0

8

23

2

7

2

2

1

1

2

2

0

3275

1089

0

16

1715

67

2267

733

1256

10418

28

35

79

2

5

35

8

6

14

4

32

206

8

9

10

50

130

33

7

2020

585

8

13

355

8

4

20

803

97

187

28

28

4

0

91

4

13

1

2

9

17

7

2

2

18

35

45

27

65

2

3

20

1

0

31

43

3

60

4

3

2

7

1

6

0

5358

234

0

35

5638

94

5760

2028

4636

23781

29

3

0

0

0

9

1

1

1

1

3

12

11

2

4

20

24

3

6

31

7062

16

2

10

2

0

10

73

345

23

11

131

2

2

25

2

5

1

3

6

11

5

1

2

3

2

17

5

7

2

1

164

1

0

10

20

2

22

2

1

1

7

0

2

0

8153

3748

0

31

6685

138

12854

6736

4567

42913

30

1

0

2

0

2

0

0

0

0

1

3

2

0

1

5

12

1

1

6

9

514

1

261

1

1

4

15

1

12

1

63

0

69

7

0

1

0

0

0

3

2

0

0

1

0

2

14

3

0

2

0

0

0

1

77

0

2

0

2

0

0

0

0

0

1110

466

0

27

960

13

992

274

903

4744

31-32

6

0

0

1

24

8

3

3

3

4

39

27

13

37

28

28

21

4

15

128

4

158

14

1

0

4

265

11

99

24

27

0

0

18

0

13

3

0

2

4

4

1

1

7

6

9

7

5

2

27

5

0

0

23

22

8

712

64

2

48

1

1

21

0

2019

2941

0

219

1804

64

4191

1114

6146

18500

33

120

7

5

14

170

47

66

109

35

25

99

27

45

63

236

100

33

26

89

49

50

39

230

91

46

144

198

25

180

117

154

62

360

91

13

47

4

15

73

20

7

0

4

18

1

121

45

51

0

10

67

0

2

94

118

28

105

36

27

33

7

1

27

0

4129

129

0

4

581

1

406

124

194

5569

35

213

0

0

32

551

95

67

108

66

201

1186

54

101

244

818

99

25

34

62

72

17

43

16

2007

39

123

148

59

137

414

267

0

2

168

14

182

8

16

97

119

108

9

81

135

0

158

49

25

12

14

12

8

1

68

164

104

166

204

28

50

19

2

70

0

9392

5496

0

177

62

0

3664

546

247

19585

36

7

0

0

0

32

4

3

2

2

14

28

4

5

7

76

8

1

1

2

4

1

2

2

5

478

87

15

4

21

15

12

0

0

13

1

29

1

1

1

5

7

1

3

46

0

9

5

2

1

4

2

1

0

7

251

11

40

30

3

12

8

0

6

0

1339

1201

0

0

10

0

18

5

4

2576

37-39

8

2

1

7

77

20

160

281

7

36

164

24

82

77

2443

562

13

5

17

13

287

6

148

26

517

2656

298

9

205

42

24

5

2

37

14

49

2

4

5

9

6

1

6

20

10

19

39

28

2

11

15

2

1

119

261

9

28

16

5

3

56

0

4

0

9003

904

0

601

76

1

1255

75

565

12481

41-43

127

1

1

25

142

21

25

42

23

45

264

172

27

82

95

411

12

26

41

65

17

24

292

999

68

73

323

326

176

17

10

312

9

136

14

32

65

104

29

7

27

951

665

218

242

43

5

22

75

19

29

99

374

169

169

141

43

55

74

4

164

7

1822

804

1562

69600

45

25

0

0

3

58

8

8

6

5

7

31

10

28

27

28

45

11

9

36

397

6

11

17

7

4

47

286

122

230

93

366

11

7

207

27

23

7

6

15

39

18

6

12

26

2

197

48

6

20

6

704

7

3

99

82

32

132

20

8

8

8

3

24

27

2173

1215

880

13805

46

721

37

9

19

2383

354

176

186

208

393

1356

282

360

364

705

498

248

206

445

193

51

299

229

101

28

233

3028

356

4115

654

187

21

30

311

19

1017

78

60

266

152

196

34

106

202

219

567

132

44

100

127

118

29

13

320

309

144

1182

189

33

74

66

21

106

5786

426 10492

47

46

3

1

1

163

25

11

12

13

21

84

16

23

25

47

31

17

14

27

12

3

19

14

6

1

14

208

20

166

36

15

0

0

12

2

73

5

3

14

23

14

3

6

13

15

21

6

2

10

12

7

1

1

18

24

10

80

13

2

4

3

2

8

0

1501

22312

49

75

0

1

48

1120

120

145

258

38

108

484

120

191

445

435

204

12

70

140

144

14

99

70

504

5

211

474

635

2043

674

3189

13

18

1378

481

47

61

31

24

98

54

10

37

17

0

153

102

16

23

33

139

12

16

112

203

74

180

139

24

12

25

4

127

0

15737

2301

202 22220

0 30693 0

3744

0 24708

322

0

4613

0

8 34382 165

987

0

504

4200

2681

5198

53996

0

1159

307

31

763

203

343

26618

0

2158

122

-2

4462

967

1046

26790

50

0

0

0

0

116

14

8

12

1

56

117

8

19

41

155

70

3

2

14

29

2

5

6

0

0

27

53

377

315

7

21

540

2

168

1

2

0

3

3

2

1

0

0

0

0

1

2

0

0

0

5

0

0

2

1

1

1

0

0

0

0

0

0

0

2219

9

0

11

1

0

808

342

1023

4414

51

0

0

0

1

21

14

1

5

13

3

29

54

12

7

12

8

24

9

24

14

12

9

5

1

0

1

67

49

280

264

7

11

233

991

172

9

3

14

16

71

48

14

143

3

0

167

113

31

21

7

23

1

803

7

96

124

0

1

71

31

83

0

0

0

4250

523

0

3

2

0

963

328

885

6955

52

14

0

8

14

308

15

22

32

5

119

430

27

33

81

144

47

5

11

34

79

2

19

20

20

0

26

180

646

1998

705

3900

378

659

6554

310

7

24

3

2

46

7

1

5

7

0

77

28

4

32

9

116

1

2

62

14

16

23

4

3

1

2

1

16

0

17358

346

0

5023

50

1

5182

1252

3483

32694

53

1

0

0

0

30

11

2

1

20

1

17

3

12

6

11

6

1

3

15

6

1

3

3

27

16

5

41

44

355

149

25

0

1

125

260

10

167

16

134

37

89

27

107

34

0

329

43

4

34

43

11

36

12

167

666

40

149

48

18

13

65

3

5

0

3507

211

0

0

38

0

401

55

284

4497

55-56

7

0

0

1

44

14

5

4

5

22

42

18

15

18

12

28

13

12

30

17

4

12

7

14

1

7

91

43

355

121

34

4

164

474

6

78

13

125

16

111

185

19

349

24

0

247

115

28

13

12

15

22

1077

111

182

306

421

100

100

75

215

1

65

0

5664

10973

0

1

2

0

1083

133

217

18073

58

2

0

0

1

88

7

4

6

27

30

35

30

12

8

16

34

8

19

10

17

3

9

9

9

2

3

63

156

367

202

17

1

9

47

4

34

314

73

80

110

42

5

131

15

0

129

15

7

479

17

94

11

19

104

63

115

24

23

26

14

41

2

19

0

3260

1020

0

10

829

4

602

135

168

6030

59-60

1

0

0

0

136

24

13

1

1

2

15

12

4

8

1

8

2

2

4

7

1

19

1

0

0

1

31

181

108

117

5

1

8

4

2

20

46

839

112

35

3

0

1

10

0

39

3

1

807

8

15

5

6

23

11

22

3

3

42

13

2

0

4

0

2793

817

0

498

467

0

491

76

62

5204

61

1

0

0

1

20

6

3

4

4

14

39

15

10

11

14

20

7

6

13

5

2

6

7

33

4

19

116

58

238

76

73

1

8

61

9

51

12

64

2875

330

486

59

665

51

0

269

60

8

13

10

21

18

24

63

162

62

164

53

25

12

35

2

14

0

6512

4157

0

10

122

0

1357

566

1349

14073

62-63

8

0

0

6

52

9

2

16

2

45

119

61

12

11

43

54

33

11

36

55

2

14

12

134

6

10

89

41

549

86

142

2

9

133

21

28

65

16

627

3021

851

108

502

12

2

1110

117

35

120

29

91

49

61

345

437

37

285

17

83

7

62

5

4

0

9953

161

0

81

3894

4

2410

1209

373

18083

64

144

5

1

19

426

47

54

37

27

212

329

115

56

81

161

107

27

33

93

99

17

40

39

411

38

96

714

178

559

425

183

33

25

261

29

226

31

31

208

227

2760

2018

772

1296

2340

1559

113

21

68

38

250

67

29

165

920

30

405

121

34

40

51

9

67

0

19019

4758

0

10

181

0

2466

1184

2347

29964

65

42

9

1

9

87

18

14

9

11

23

93

56

19

22

26

40

7

10

23

33

4

16

14

71

8

31

301

62

223

131

121

12

15

66

28

63

5

7

20

53

93

593

32

217

489

220

60

5

7

15

172

7

9

56

52

75

130

28

8

11

10

3

15

0

4111

6754

0

6

62

0

548

238

283

12001

66

15

1

0

13

148

12

29

9

5

55

128

21

12

31

42

24

7

9

33

8

3

8

7

320

18

44

162

62

263

131

59

31

4

95

4

40

9

8

116

79

2198

1779

188

264

0

991

21

8

16

7

82

13

11

47

5

4

92

29

6

13

3

3

9

0

7858

1171

0

8

73

0

1501

463

1514

12589

68_

16

0

0

2

124

20

6

16

17

5

28

11

19

16

13

57

8

8

32

48

8

30

22

26

4

61

724

125

548

1622

144

2

8

700

40

646

16

33

104

150

284

49

317

1355

0

1037

146

38

45

54

94

54

51

226

497

281

441

231

72

116

207

10

74

0

11136

10187

0

63

235

0

115

60

59

21855


20

21

22

23

24

25

26

27

28

29

30

31-32

33

35

36

37-39 41-43

45

46

47

49

50

51

52

53

55-56

58

59-60

61

62-63

64

65

66

68_

68a

69-70

71

72

73

74-75

77

78

79

80-82

84

85

86

87-88 90-92

93

94

95

96

97

P.31/ S14

P.31/ S15

P3./ S13

P.51

P.52+ P.53

68a

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

69-70

121

4

2

35

850

179

91

92

92

955

1079

2011

232

257

262

425

87

71

236

161

60

99

165

642

14

217

1505

977

6235

2014

268

81

113

1480

73

743

187

227

198

996

2051

759

1419

434

12

9525

853

175

695

173

856

395

290

809

1465

275

1013

223

189

186

819

16

244

0

46413

703

71

10

1

0

1

51

2

3

2

0

875

253

23

10

22

57

395

36

18

65

44

14

12

113

39

84

142

483

29

251

13

19

9

42

43

0

7

0

5

31

263

202

11

69

193

0

219

2850

27

11

55

32

18

1

53

79

30

34

5

305

19

3

1

6

0

7695

81

0

58

2410

72

0

0

0

0

4

1

0

0

0

1

3

2069

1

2

2

4

0

1

1

1

0

0

1

3

0

2

14

3

15

10

2

1

1

6

0

4

1

3

4

12

11

2

3

3

0

26

16

333

4

1

7

2

1

5

6

3

7

1

2

1

8

0

2

0

2615

6

9

273

5339

73

4

0

0

3

290

16

3

4

9

205

36

884

17

26

1

11

3

6

13

13

0

13

0

16

2

16

63

386

945

247

38

0

6

12

9

46

60

83

33

99

359

77

80

43

0

410

27

9

1480

15

126

24

26

62

74

27

21

5

58

50

34

1

3

0

6632

8

0

5

36

0

74-75

259

1

0

0

51

10

3

3

4

3

19

6

3

4

14

9

7

19

20

7

1

7

2

16

1

5

69

15

104

47

11

0

0

12

1

13

50

26

5

38

11

62

4

8

0

76

78

9

32

553

10

7

3

55

147

159

15

2

33

11

32

1

4

0

2176

399

0

2

27

1

0 24383

P.6/ S21i

P.6/ S21x

P.6/ S22 Totaal gebruik basisprijzen

19

Uitvoer niet-EU

18

Uitvoer EU niet-eurozone

17

Uitvoer eurozone

16

Voorraadwijzigingen en saldo aan- en verkoop kostbaarheden

13-15

Investeringen

05-09 10-12

Consumptie overheid

03

Consumptie IZW's

02

Totaal

01

Consumptie huishoudens

Bijlage 1 Input-outputtabel BelgiĂŤ (2015, miljoen EUR, lopende prijzen) (*) (vervolg)

0

0

0

0

0

0

0

24383

0

87

1792

9

8975

3279

6575

67834

0

781

436

1510

12971

0

242

168

237

8889

1254

271

2092

10298

197

103

87

2992

77

10

0

0

10

145

79

10

23

9

35

221

1330

55

54

53

72

27

28

65

48

6

16

44

16

2

46

666

168

1026

176

157

55

332

79

20

160

89

173

318

240

89

6

104

33

1

878

138

38

17

7

862

35

19

171

104

60

57

26

43

20

27

2

23

0

8825

2523

0

15

81

0

1115

322

859

13740

78

26

1

0

7

570

53

34

40

27

6

128

572

91

93

63

162

28

44

75

134

13

49

62

29

2

92

464

161

555

237

219

14

4

706

61

415

25

60

38

167

125

26

74

43

0

275

375

18

40

16

45

342

14

402

26

67

179

17

38

36

27

5

34

0

7752

15

22

23

39

0

23

47

11

7932

79

0

0

0

0

5

2

3

0

1

2

18

40

1

2

1

2

4

1

14

5

2

0

4

1

0

1

4

22

91

4

22

0

0

31

0

3

1

0

1

9

8

1

4

2

0

66

23

10

4

15

1

1

20

1

1

21

1

4

6

1

14

0

1

0

505

2784

0

0

5

0

11

6

5

3315

80-82

186

0

0

5

239

12

5

15

8

474

212

23

21

66

92

34

23

23

88

68

7

34

13

25

5

36

593

259

537

484

99

4

21

765

21

207

76

63

164

283

196

38

513

500

147

1086

135

76

87

54

110

66

41

1371

280

150

766

137

29

43

142

4

29

0

11286

1329

0

4

548

2

1221

424

394

15208

84

6

0

0

2

40

2

26

6

2

4

10

12

5

6

6

10

3

2

5

5

2

5

4

28

2

9

56

33

142

121

22

3

4

75

4

61

14

14

25

100

69

7

40

61

0

150

28

16

22

8

29

13

6

49

64

30

76

19

20

63

27

1

9

0

1683

3195

177 30987

693

-2

172

1205

132

38242

85

0

0

0

1

8

1

0

2

2

2

10

63

2

5

4

8

3

1

4

3

2

4

5

5

1

4

24

10

36

18

12

1

5

9

0

5

2

5

11

62

42

8

63

8

0

89

25

47

4

2

9

6

3

25

31

748

16

18

15

5

8

2

4

0

1518

1171

339

24172

2184

0

348

282

328

30342

86

0

0

0

0

1

0

0

0

1

0

3

1

1

1

4

2

1

0

2

1

1

1

1

1

1

1

11

1

6

3

9

0

0

3

0

3

0

0

3

23

6

1

1

1

0

16

4

2

1

0

4

0

0

6

60

0

3151

75

1

0

1

0

6

0

3420

8471

113 23023

87

0

28

15

10

35167

87-88

0

0

0

0

1

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

1

1

1

2

0

0

0

1

0

1

0

0

1

5

1

0

1

1

0

3

0

0

4

0

0

0

0

1

2

1

11

1

0

0

0

0

0

0

43

4354

1790

5752

12

0

11

4

2

11969

90-92

0

0

0

0

11

1

0

0

0

0

2

2

0

1

1

1

0

0

0

1

1

1

0

0

0

0

3

10

28

14

1

0

1

2

0

31

26

30

11

7

3

0

2

1

0

9

6

1

16

7

15

1

0

5

66

10

15

2

372

14

8

0

2

0

744

1760

192

525

191

0

119

52

192

3775

93

9

0

0

0

26

3

2

1

2

1

9

8

3

4

5

6

1

2

3

3

2

3

6

7

2

3

43

30

62

30

11

1

3

25

1

69

24

51

16

16

32

5

12

4

0

18

9

2

19

5

13

7

0

24

52

34

75

11

28

189

9

0

5

0

1038

902

32

508

22

0

67

14

42

2626

94

5

0

0

1

56

4

5

3

2

9

42

27

6

13

93

23

3

4

7

6

13

4

8

44

1

27

36

44

106

54

28

1

2

63

7

38

13

7

10

23

93

29

175

7

0

113

100

5

35

28

11

9

3

63

16

123

443

42

10

56

1054

0

42

0

3293

734

1726

14

50

0

171

49

64

6101

95

1

0

0

0

3

1

1

0

1

0

2

3

1

1

1

4

1

1

1

1

0

2

2

0

0

1

19

6

74

30

2

0

0

14

0

1

5

0

16

44

79

1

15

16

1

190

20

0

1

1

4

1

0

25

1

10

5

6

1

1

1

8

1

0

630

271

0

1

5

0

18

6

9

938

96

1

0

0

0

10

1

0

1

1

2

10

15

1

3

3

4

0

1

1

2

7

1

1

1

0

2

13

3

20

20

4

1

3

11

1

61

1

6

7

4

3

1

3

1

0

8

5

1

1

1

29

2

4

9

21

4

78

37

2

2

3

0

100

0

537

3382

0

2

1

0

55

14

38

4029

97

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

425

0

0

0

0

0

0

0

425

Totaal (basisprijzen)

6340

301

67

418 30634

3598

2408

3232

1964 23903 22849 10150

4922

4516 15691

7723

2123

2253

5852 12237

1331

2965

3149

6229

1508

7185 28476 10821

11115

1566

3066 16490

1713

9178

2019

2276

6288

7688 11202

5831

6279

6681

4658 21649

6662

1491

4520

1729

4800

1331

2621

6674

8918

3904 15701

2780

1915

1498

3422

190

1673

2771 171744 50893 97504

1157025

Btw

178

0

0

0

35

2

1

1

1

2

6

2

2

4

3

5

2

2

4

5

1

2

3

2

0

6

413

15

68

23

32

1

19

79

157

63

2

17

4

20

382

331

261

404

321

763

21

3

2

2

11

17

170

100

863

523

1451

337

27

18

324

0

49

0

7564 16236

0

239

3913

0

0

0

0

27951

Productgebonden D.21*-D.31 belastingen (excl. btw) minus subsidies

60

20

5

6

125

68

19

9

7

55

122

16

46

27

15

30

9

12

20

54

2

20

16

29

1

47

332

74

188

48

355

7

6

124

11

446

-5

8

2

22

133

58

41

79

97

237

38

2

9

11

189

5

3

79

2

30

192

3

15

19

22

4

23

0

3746

0

137

3759

-2

179

80

14

15448

Totaal (aankoopprijzen)

6578

322

72

425 30794

3667

2429

3242

1972 23961 22977 10168

4971

4548 15708

7758

2134

2266

5876 12296

1334

2987

3168

6261

1509

5199 47861

7274 28732 10892 11502

1574

5076 22649

6853

9782

4457 17345

3120

1957

1536

3768

194

1746

Beloning werknemers

504

26

28

145

4751

986

569

669

664

673

4170

2220

1394

1644

2054

2547

802

1029

1962

1840

501

872

1288

1980

597

1415 10329

3668 13230

5367 25690 23188 11955

9900

792

601

2527

94

716

Niet-productgebonden D.29belastingen op productie

48

4

1

12

111

22

18

30

12

0

141

16

26

60

83

45

4

13

20

18

5

19

10

291

44

58

181

101

D.39

Niet-productgebonden subsidies

597

8

1

3

212

64

70

49

49

26

230

100

84

63

147

129

127

81

93

129

45

30

31

33

125

82

298

B.2n+B3.n

Exploitatieoverschot en gemengd inkomen (netto)

1781

24

7

-8

1743

120

20

209

54

1117

3228

612

171

38

-95

465

-130

57

978

-230

158

233

233

1628

48

304

6257

B.1n

Toegevoegde waarde (netto)

1736

45

36

146

6392

1064

537

859

680

1764

7309

2748

1508

1679

1895

2928

550

1018

2867

1498

620

1095

1499

3866

564

P.51c

Verbruik vaste activa

983

45

14

78

1645

416

230

219

322

392

1899

3052

567

717

753

758

766

385

679

810

311

309

154

2090

501

B.1g

Toegevoegde waarde (bruto)

2719

91

51

223

8037

1479

767

1078

1002

2156

9208

5800

2075

2395

2648

3686

1315

1403

3545

2309

931

1404

1653

5956

1065

2533 19294

P.1

Output (basisprijzen)

9297

413

123

648 38832

5147

3196

4320

2974 26117 32185 15968

7046

6943 18356 11444

3449

3670

9421 14605

2265

4391

4821 12217

2574

7732 67155 13595

P.7/S21i

Invoer eurozone

5191

228

246 11869 16130

8179 14910

1062

5431

397

5196

2

3386

1804

145

1897

0

5497

727

2012

3123

219

1077

2163

811

975

1612

2029

610

1480

71

0

7812

P.7/S21x Invoer EU niet-eurozone

306

12

89

910

53

882

0

110

332

21

292

0

1587

463

493

619

51

205

335

150

427

716

414

170

369

9

0

4201

1329

7768

298

1290

0

1253

310

44

536

0

434

945

846

1940

285

152

1239

798

527

234

514

95

0

4069

378

2576 12481 69600 13805 53996 26618 26790

4414

D.211

D.1

P.7/S22

Invoer niet-EU

2131

11

Totaal aanbod 16925 basisprijzen

663

4914

1028

2619

245

4880

4746

1930

6705

3406

7087

4315

701

1487

801

227

371

3

1710

2825

427

1048

277

1323

870

1836

724

2719

7747

19 10514

2291

25

4028

7086

3065

1389

463

3643

956

3200

1709

3463

5650

46

3138

648

213

433 23732 58740 13999

5100

7523

6800 16473

3248 38654 58569 24340 14229

9612 30028 16677 15572 10418 23781 42913

4744 18500

5569 19585

5146 47116

1695 16468 838

2826

1881

9687

2015

2300

6294

7730

11717

6219

6580

7165

6722

1496

4531

1741

4999

1353

2794

9292

5720

168

445

5317

1480

4156

784

781

1829

4549

5842

2183

1884

994

0

6596

2419

903

822

277

779

6735

367

307

270

117

5

1

106

16

183

9

15

52

59

1630

212

52

1565

2405

119

27

11

47

6

69

5

5

77

0

12

48

47

162

39

167

6

34

0

9278

81

388

347

147

92

24

252

41

149

30

53

25

144

12

8

18

239

0

233

169

340

16

26

16

830

20

1271

621

417

742

2070

124

194

449

4

60

0

12555

1703

6388

3999

411

274

21

423

481

1590

105

393

1563

1379

5639

2033

1301 10235

1621 19714

929

47

309

514

1367

315

105

958

55

172

4247

324

334

383

-210

100

1159

0

89403

5392 19537

13215

6102

354

443

5595

1937

5779

867

1136

3419

5843 13099

4420

3219 12554

4026 26196

5130 25123 22954 15508

2512

1670

351

69

4724

125

1151

291

654

1720

1384

2177

348

427

6321 22539 15726

7771

705

512 10319

2062

6930

1159

1790

5139

7226 15277

4768

3646

51271 26618 19273

2279

3603 27012

3942 16617

3174

929

3002

3091 16693

0 462637 181026

6955 32694

0 473946 204797 425 208128

3205

620

1161

771

2198

6226

457

2907

761

458

329

226

2227

98

59

14515 19306 29103

3967

1077

1491

997

4426

6324

515

4090 11432 14957 26994 10987 10226 21680 24383 51752 10688

2573

6022

2738

9425

7677

3309

1549

1432

2338

154

2893

133

3

1154

48

20

11

355

573

1007

43

401

42

1

382

28

3

1

4311

931

57

1021

80

1

496

0

5

4

0

143

2

3

210

23

2992 13740

7932

3315 15208 38242 30342 35167 11969

3775

2626

6101

938

4029

14,0 266,6

39,6

31,2

60,6

12,6

102,8

48,2

7274,4

395

402

255

40

287

0

91776

1961 15281

174

357

4497 18073

6030

50,7 238,4

17,5

21,2

41,4

112,0

93,8

37,3

57,5

0,0

814,6

103,5

15,8

29,0

44,7

22,1

275,3

306

744

1752

1684

2317

235

515 10777 13564

3273

840

924

209

227

3266

155

5204 14073 18083 29964 12001 12589 21855 24383 67834 12971

8889 10298

8201

1165

829

2035

196

1850

2298

648

268

246

252

42

340

6324 28384 25857 17805

8849

1432

1075

2288

238

2190

425 373302

13177 38166 30314 35150 11969

3389

2611

6056

432

3935

425 847248

0

182

11

31

224

43

0 181664

0

61

1

11

73

28

0

41366

0

86746

1193

3260

2903

425 294254 0

79048

425 1157025

Bijkomende data

P.51

Arbeidsvolume (miljoenen uren)

137,9

5,1

0,8

3,7

147,3

35,4

23,5

17,0

26,2

7,5

72,0

38,2

36,3

42,4

39,3

85,5

17,1

27,2

47,6

45,3

11,1

35,9

34,5

29,7

11,8

39,2

462,1

Investeringen

1037

45

26

58

1940

251

197

157

190

769

1876

5583

412

470

619

563

496

261

601

391

271

249

114

1966

538

764

3768

(*) Opgelet: alle getallen zijn afgerond. In het rekenmodel wordt gewerkt met getallen die tot 13 cijfers na de komma tellen. Bron: Federaal Planbureau

128,1 338,2 1134

3002

467,8

178,3

6,5

8,5

140,1

2465

2287

436

82

3771

145

1048

40,4

52

1433

684,1 464,8 446,6 340,8 3464

3127

2764

791

7536

4403 98029 88017

4403 98404 95689

2769 171923 50973

97519 1200424


92

Provincie Oost-Vlaanderen Kenniscentrum Economie


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.