Kortessem
Heusden-Zolder
Herstappe
Tessenderlo Lummen Halen Hechtel-Eksel Voeren
Zutendaal
3
Maasmechelen
Meeuwen-Gruitrode
LIMBURG, UW PARTNER
VERGRIJZING EN VERKLEINING
JEAN-PAUL PEUSKENS gedeputeerde van Mobiliteit
FRANK SMEETS
gedeputeerde van Wonen
De vergrijzing en de alsmaar verder dalende gemiddelde gezinsgrootte maken dat we geleidelijk naar een ander woningenaanbod moeten evolueren. Met de Woonmonitor houdt de provincie Limburg de evoluties en prognoses voor elk van de Limburgse gemeenten nauwgezet bij. Het laat de gemeenten toe hun woonbeleid hierop af te stemmen. “Niet eens zo lang geleden waren we de jongste provincie. Over een paar jaar zijn we een van de oudere provincies”, zegt gedeputeerde Frank Smeets. Dat weet hij van de bevolkingsprognoses. Vorig jaar was 19,3 procent van de Limburgers ouder dan 65 jaar. Dat evolueert naar 24,1 procent over 10 jaar en 27,1 procent tegen 2035. Ook het aandeel 80-plussers neemt sterk toe: van 5,3 procent in 2017 tot 8,5 procent in 2035.
“WE MOETEN GOED NADENKEN WELK SOORT WONINGEN WE NODIG HEBBEN EN WAAR WE BOUWEN” gedeputeerde Frank Smeets
Kortom, we worden met zijn allen ouder en we leven ook nog eens langer. “Dat is op zich natuurlijk een positief gegeven. Het houdt wel in dat we moeten evolueren naar een ander woningenaanbod. Dat is trouwens om nog een tweede reden nodig”, zegt Frank Smeets. Daarmee bedoelt hij de gezinsgrootte. Vroeger waren er veel grote gezinnen. Nu is de gemiddelde gezinsgrootte nog maar 2,4 personen, omdat we minder kinderen krijgen en die op een gegeven
Huishoudensprognoses | 2017-2035 - -Limburg Huishoudensprognoses | 2017-2035 Limburg
2000 2000 2007 2007 2017 2017 2027 2027 2035 2035
aantal aantal
180000 170000 160000 150000 150 000 140000 130000 120000 110000 100000 100 000 90000 80000 70000 60000 5050000 000 40000 30000 20000 10000 00
Huishouden Huishouden Huishouden Huishouden Huishouden Huishouden Huishouden Huishouden Huishouden Huishouden persoon 22 personen personen 33 personen personen 44 personen personen 55 personen personen 11 persoon en meer meer en
Bron: Statistiek Vlaanderen - Huishoudprojecties
moment het huis verlaten. Hierdoor nemen vooral de tweepersoonshuishoudens en de alleenwonenden toe. Met de Woonmonitor houdt de provincie Limburg deze evoluties nauwgezet in het oog voor elk van de Limburgse steden en gemeenten. Het laat ze toe om hun woonbeleid hierop af te stemmen. “Dit slaat niet enkel op het al dan niet afleveren van bouwvergunningen”, zegt gedeputeerde Frank Smeets. “Het gaat ook over zaken zoals het koppelen van wonen aan voorzieningen, diensten en toegang tot openbaar vervoer. Gaan we het bestaande patrimonium hergebruiken of stimuleren we nieuwe vormen van wonen, al dan niet gecombineerd met een aanbod aan zorg.” De evoluties zijn trouwens al volop bezig op het terrein. Sinds 2000 is het aantal appartementen in onze provincie verdubbeld. Momenteel is 43 procent van de woningen in Limburg een open bebouwing, 23 procent een halfopen bebouwing en 20 procent een appartement, 9 procent gesloten bebouwing en 5 procent handels- en andere activiteiten.
NEDERLANDERS BLIJVEN NAAR LIMBURG AFZAKKEN Er was een tijd dat heel veel Nederlanders naar onze provincie verhuisden. Ze hadden daar hun fiscale redenen voor. Die zijn weggevallen. Het neemt niet weg dat nog altijd meer Nederlanders naar hier komen wonen dan er terugkeren naar hun thuisland. Ook dat blijkt uit de Woonmonitor. Concreet nam in 2015, het laatste jaar met volledige cijfers, het aantal Nederlanders met 258 personen toe in de Limburgse grensgemeenten. Toch zijn het er beduidend minder dan vroeger. Dat impliceert dat het woningenaanbod deze tendens moet volgen. Dat is nog onvoldoende gebeurd. Het maakt dat er in de grensgemeenten nu al 11 procent meer woningen zijn dan gezinnen (9,7 procent in 2007). Dit kan leiden tot structurele leegstand en dat is een probleem.
DE FIETS ZOU IN LIMBURG EEN VOLWAARDIG ALTERNATIEF VOOR DE AUTO MOETEN WORDEN “Dankzij de goede samenwerking tussen het provinciebestuur en de gemeenten vind je vandaag in Limburg al een netwerk van ruim 2 000 kilometer veilige en comfortabele fietspaden. Ze verbinden de belangrijkste bestemmingen met elkaar. Bovendien proberen we op de belangrijkste verbindingen het fiets- en autoverkeer volledig van elkaar te scheiden. Op die manier kunnen we het aantal ernstige verkeersongevallen met fietsers drastisch verminderen”, zegt gedeputeerde van Mobiliteit Jean-Paul Peuskens.
“Investeren in fietspaden is investeren in veiligheid. Goede infrastructuur is onmisbaar om veilig en comfortabel te kunnen fietsen. Het mag gezegd: in vergelijking met andere provincies scoort Limburg het best op vlak van kwaliteit en comfort van de fietspaden”, zegt gedeputeerde Jean-Paul Peuskens. Het neemt niet weg dat fietsers een bijzonder kwetsbare groep blijven in het verkeer, ook in Limburg. Eén op vier dodelijk of ernstig gewonde verkeersslachtoffers in onze provincie zijn fietsers. In 75 procent van de ongevallen waarbij fietsers ernstig gewond raken, is een auto betrokken. “Door het fiets- en autoverkeer zoveel mogelijk van elkaar te scheiden, kunnen we het comfort en de veiligheid van de fietsers nog aanzienlijk verbeteren. Met resultaat. Het aantal fietsers dat dodelijk of ernstig gewond raakte in onze provincie nam de voorbije jaren stelselmatig af.”
Forse investeringen De totale lengte van het functionele fietspadennet in Limburg bedraagt ruim 2 000 kilometer. 23 fietssnelwegen vormen de ruggengraat van het Limburgse fietspadennet. De provincie Limburg en de Vlaamse overheid subsidiëren jaarlijks gemiddeld 3,8 miljoen euro voor de aanleg van nieuwe fietsvoorzieningen door Limburgse gemeenten. Onder meer de fietsstraat in Peer, de fietsvoorzieningen in de Stationsstraat te Sint-Truiden, de fietspaden in de Molendijk in Beringen en de fietspaden in de Zonhoekstraat te Neerpelt zijn grotendeels gefinancierd met de provinciale Fietsfondssubsidie. “Momenteel zijn 25 gemeentelijke Fietsfondsprojecten in voorbereiding”, aldus gedeputeerde Jean-Paul Peuskens, die nog meer in petto heeft. De volgende jaren investeert het provinciebestuur ongeveer 13 miljoen euro in de aanleg van het fietsostradenetwerk.
“Dat is nodig omdat het woon-werkverkeer op filegevoelige trajecten snel toeneemt. De elektrische fiets is daar niet vreemd aan”, weet gedeputeerde Jean-Paul Peuskens.
Verkeerspark Een kleine onoplettendheid kan in het verkeer dramatische gevolgen hebben. Samen met de scholen en de gemeentebesturen investeert het provinciebestuur daarom voortdurend in verkeerslessen en sensibilisering.
“WE MOETEN ERVOOR ZORGEN DAT ONZE FIETSPADEN COMFORTABEL ÉN VEILIG ZIJN” gedeputeerde Jean-Paul Peuskens
“De Limburgse politieschool PLOT en de dienst Mobiliteit en Routenetwerken van de provincie Limburg namen vorig jaar het mobiele verkeerspark van de federale politie over om te voorkomen dat het verkeerspark zou verdwijnen omwille van besparingen door de federale regering. In het eerste jaar sedert de overname bereikten we met het verkeerspark 2 800 leerlingen in 17 gemeenten. De praktische verkeersopvoeding die je onze jongeren kunt bieden in het verkeerspark is onvervangbaar en moet blijven bestaan. Het helpt jonge verkeersslachtoffers voorkomen!”, besluit gedeputeerde Jean-Paul Peuskens.