LEF
DURVEN MET LIMBURGS ERFGOED
NR. 11 JRG. 6
SEPTEMBER 2024
MERCI RIK
Limburgs fietsparadijs EN ROUTE! Bietentram Haspengouw
DURVEN MET LIMBURGS ERFGOED
NR. 11 JRG. 6
SEPTEMBER 2024
MERCI RIK
Limburgs fietsparadijs EN ROUTE! Bietentram Haspengouw
Welke verborgen parels heeft Rik gemist?
Waar zou hij vandaag moeten passeren in Limburg?
Aan welke erfgoedplek hangt voor jou een bijzonder verhaal?
Bouw mee aan de nieuwe ronde van Limburg en bezorg ons een foto van een unieke, onontdekte erfgoedplek met een verhaal.
LEF – Durven met Limburgs Erfgoed staat voor innovatief omgaan met erfgoed. Door elke keer opnieuw te kiezen voor vernieuwende, maar ook laagdrempelige projecten probeert de afdeling Erfgoed van de provincie àlle Limburgers te bereiken.
De liefde voor erfgoed kan je namelijk ontwikkelen en stimuleren: doorgaans heb je als volwassene interesse in de thema’s of de onderwerpen die je in je jeugd werden aangereikt. Bij projecten focust de afdeling Erfgoed daarom ook steevast op onze jongste Limburgers.
Het subsidiereglement Jong redt Oud zet de liefde voor erfgoed om in de praktijk. We stimuleren erfgoedbeheerders om actief aan de slag te gaan met onroerend erfgoed uit hun directe omgeving, en dat samen met jonge mensen uit de buurt. Die samenwerking kan via school gebeuren, maar ook leden van de jeugdbeweging of een andere vereniging kunnen samen de handen uit de mouwen steken voor “hun” erfgoed. Samen met de beheerders, en vaak onder supervisie van de medewerkers van Monumentenwacht Limburg, kunnen kinderen en jongeren kleine herstellingen en onderhoudswerken uitvoeren.
Onroerend erfgoed, dat is zichtbaar en beleefbaar op openbaar domein, en dus ook toegankelijk voor iedereen. Erfgoed speelt daardoor een verbindende rol en heeft het potentieel om emoties op te wekken en ontmoetingen te faciliteren. Laten we daarom ons erfgoed koesteren voor de komende generaties en waar we kunnen, de jeugd ook betrekken bij dat erfgoed. En hen de liefde voor erfgoed laten ontwikkelen. Onze jeugd is de toekomst!
Igor Philtjens, gedeputeerde van Erfgoed en Toerisme
De deputatie van de provincieraad van Limburg: Jos Lantmeeters, gouverneur-voorzitter; Inge Moors, Bert Lambrechts, Igor Philtjens, Tom Vandeput, gedeputeerden en Wim Schoepen, provinciegriffier Tekst: Katelijne Beerten, Peter Bloemen, Sandro Claes, Carolien Goeleven, Kes Philipsen, Betty Simon en Pauline Van Dun Realisatie: f-twee bladenmakers - Afdeling Erfgoed - Provinciaal Centrum voor Cultureel Erfgoed, provincie Limburg (Universiteitslaan 1, 3500 Hasselt) Drukwerk: Antlilope De Bie Printing, Nijverheidsstraat 6, 2570 Duffel • Papier: 100% gerecycleerd • Oplage: 5 500 exemplaren Verantwoordelijke uitgever: Sandro Claes, Universiteitslaan 1, 3500 Hasselt • Website: www.pcce.be
‘LEF - Durven met Limburgs Erfgoed’ verschijnt twee keer per jaar
06 I GRAVEN VAN LOON
Nieuw belevingscentrum
10 I MERCI RIK
Nieuwe erfgoedcampagne
14 I NETWERKEN
Over erfgoed
18 I HOOGSTAMBOMEN REDDEN
Jong redt Oud
24 I BREED SCALA
Onroerend erfgoed
09 I Erfgoedvrijwilliger
15 I En route door Limburg
19 I Pierre Cox
29 I Monumenten en hun eigenaars
35 I Subsidies
43 I Tips voor trips
EMMA EN OTIS
In het boekje 'Emma en Otis vinden een muntje' vertelt Liesbet Slegers een verhaal voor kleuters. Het PCCE ontwikkelde bijkomend educatief materiaal rond deze twee juniorarcheologen. LEF schenkt vijf Emma en Otis-dozen weg met daarin alle producten, die de afgelopen drie jaar werden ontwikkeld.
Stuur voor 30 september een e-mail naar pcce@limburg.be. Het antwoord zit verscholen in deze editie van LEF.
Wedstrijdvraag: wanneer is Henri l'Allemand, de grondlegger van het fietstoerisme in Limburg, geboren?
1018
Het graafschap Loon ontstaat met Borgloon als hoofdstad 1050-1200
Het graafschap breidt uit en omvat het grootste deel van Belgisch-Limburg
1203
Ada van Holland trouwt met Lodewijk II van Loon
1203-1206
De Loonse Oorlog: Lodewijk II legt de duimen voor Willem van Friesland
1300
De macht van Loon in verval: Lodewijk IV van Loon overlijdt kinderloos
1336-1366
Loonse Successieoorlog:
De prins-bisschop van Luik krijgt Loon in bezit
1336-1361
Neef Diederik van Heinsberg is de laatste door Luik erkende graaf van Loon
1815
Koning Willem I der Nederlanden herdoopt Loon tot Limburg, samen met de Nederlandse provincie
1795
Eerste Franse Republiek: Loon wordt ingelijfd, samen met de Zuidelijke Nederlanden
Bijna 350 jaar lang regeerden de graven van Loon over het huidige Belgisch-Limburg. Een deel van die geschiedenis is nog altijd in nevelen gehuld. Toch deden Giselbert van Loon, de eerste met naam gekende graaf en de zijnen voldoende stof opwaaien voor een belevingscentrum in Borgloon, dat op 27 september de deuren opent.
We schrijven 1224. In het SintCatharinaklooster van SintTruiden sterft Christina de Wonderbare voor de derde keer, na een leven vol opzienbarende verschijnselen. Christina is een eenvoudig meisje uit Brustem, dat tijdens haar eigen begrafenis plots naar het gewelf van de kerk fladdert. Ze trekt zich terug als kluizenares en wordt de vaste raadgeefster van graaf Lodewijk II van Loon. “Een van de verhaallijnen in het nieuwe belevingscentrum over het graafschap Loon is dat van de religieuze vrouwenbewegingen in de 12de en 13de eeuw”, zegt Katrien Houbey, diensthoofd Toerisme in Borgloon. “De legende van Christina de Wonderbare past helemaal in die tijdgeest. In de grafelijke maatschappij hadden vrouwen veel aanzien. Zo verwelkomt Agnes van Metz, de vrouw van Lodewijk I, dichter Hendrik van Veldeke aan het hof. Ze geeft hem de opdracht om de Servaas
legende te schrijven. Een mijlpaal in onze literatuurgeschiedenis. Tot op vandaag is dat de oudste Nederlandse tekst waarvan we de auteur met naam en toenaam kennen.”
SLIMME POLITIEK
Het graafschap Loon ontstaat rond het jaar 1000 uit enkele versnipperde gebieden in Haspengouw en de Kempen. Die krijgen de graven te leen van
de Duitse keizer en de Luikse prinsbisschop. Door een slimme huwelijkspolitiek, allianties met andere regio’s en nu en dan een oorlog breiden ze hun gebied uit. In het begin van de 13de eeuw valt het Loonse vorstendom zo goed als samen met de huidige provincie Limburg.
“Op die manier schrijven de graven mee aan een stukje geschiedenis dat ons bindt”, vertelt Katrien. “Heel wat realisaties uit die tijd zijn vandaag nog tastbaar, waaronder een aantal abdijen, maar ook versterkte burchten om de
Benieuwd naar het volledige verhaal?
Bekijk dan het interactief filmpje via deze QR-code.
grenzen te verdedigen. Daarnaast zijn de graven ook buiten Limburg actief. Zo verwerven ze de graafschappen Chiny in Luxemburg, Rieneck in Beieren en Hoorn in NederlandsLimburg.”
GIFBEKER
Een poging om ook het graafschap Holland in te lijven, draait uit op een sof. Wanneer graaf Diederik VII van Holland in 1203 op sterven ligt, trouwt zijn dochter Ada met graaf Lodewijk II van Loon. Ada’s oom en voogd, Willem van Friesland, is kwaad en ontvoert Ada naar Texel en vervolgens naar Engeland. Tijdens de daaropvolgende Loonse Oorlog (12031206) bijt Lodewijk in het zand. Hij verplicht zijn broer om Ada’s plaats als gijzelaar in te nemen en moet die beslissing enkele jaren later met een gifbeker bekopen. “Een eeuw later is Loon over z’n hoogtepunt heen”, zegt Katrien. “De rechtstreekse opvolgingslijn sterft uit en in 1366 nemen de Luikse prinsbisschoppen het graafschap tot 1795 in bezit. Na de Franse overheersing doopt Willem I van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden het voormalige Loon om tot Limburg, samen met de huidige Nederlandse provincie. Hoe dat precies in z’n werk ging, ontdek je vanaf september in de begijnhofkapel en neogotische kapel in Borgloon. De plek waar Lodewijk I van Loon en zijn vrouw Agnes van Metz waarschijnlijk begraven liggen.”
De graven van Loon verbleven aanvankelijk in Borgloon, maar gaandeweg verschoof het centrum van de macht naar Kuringen. Daar ontmoet graaf Gerard omstreeks 1192 een groepje vrouwen dat zich religieus wil organiseren. Hij raakt door hen geïntrigeerd en belooft voor hen een klooster te stichten: Herkenrode. Het eerste vrouwelijke cisterciënzerklooster van de Lage Landen is eeuwenlang een van de belangrijkste abdijen, tot het na de Franse Revolutie wordt opgedoekt. Verschillende Loonse graven vonden er hun laatste rustplaats. Van het oorspronkelijke klooster is, op de funderingen na, niets bewaard gebleven. De gebouwen die vandaag nog overeind staan, dateren voornamelijk uit de 16de en de 18de eeuw.
Bezoek het bezoekerscentrum en de tuinen van dinsdag tot en met zondag van 10.00 tot 17.00 uur Herkenrodeadbij 4, 3511 Hasselt
Het nieuwe belevingscentrum 'Graaf' opent op 27 september de deuren. Graethempoort 1, Borgloon
De Loonse graven moesten zich regelmatig verdedigen tegen andere machtige vorsten uit de omliggende regio’s. Op strategische plaatsen bouwden ze versterkte kastelen, zoals de burchten van Kolmont en Brustem. Die laatste moest het graafschap beschermen tegen het vijandige SintTruiden. De burcht werd door de eeuwen heen een paar keer verwoest en heropgebouwd. Vandaag staat alleen nog de donjon gedeeltelijk overeind. De burggrachten daarentegen, zijn nog grotendeels intact. De burcht is beschermd als monument en na een grondige restauratie weer publiek toegankelijk via een brug die op de originele bruggenhoofden rust. Bovenop de heuvel kun je rond de ruïne wandelen en heb je een prachtig uitzicht op de omgeving.
De gerestaureerde burcht is te bereiken via Burggracht 1, 3800 Sint-Truiden (Brustem)
Na de gifmoord op zijn broer Lodewijk II blijft Arnold als enige erfgenaam van de grafelijke titel over. Deels uit wroeging schenkt hij een stukje grond van de abdij van Munsterbilzen (zijn zus Machtildis is er op dat moment abdis) aan de Teutoonse ridders om daar een ridderorde te stichten. Zo krijgt hij de ridders aan zijn kant en komt hij opnieuw in de gratie bij de keizer en de paus. Alden Biesen groeit uit tot de hoofdzetel van de Balije Biesen, van waaruit de andere commanderijen worden aangestuurd. Vandaag is de voormalige landcommanderij een van de grootste toegankelijke kasteelsites in België en biedt het onderdak aan een cultuurcentrum van de Vlaamse Overheid.
Meer info via www.alden-biesen.be Kasteelstraat 6, 3740 Bilzen
Maurice Mortelmans (85) woont op het begijnhof, vlakbij de ingang van de Sint-Agnesbegijnhofkerk in Sint-Truiden. ’s Morgens, om klokslag 10 uur, opent hij de deuren van de kerk. ’s Avonds, om 17 uur, sluit hij ze weer. Dat doet hij al twintig jaar lang met enorm veel goesting.
Maurice Mortelmans, ook wel de burgemeester van het begijnhof genoemd, is niet alleen de sleutelbewaarder van de kerk, maar staat ook één keer per week in voor het onthaal. Bovendien is hij verantwoordelijk voor het Festraetsuurwerk, dat in de jaren 1950 in de kerk opgebouwd werd. Dat indrukwekkend astronomisch uurwerk staat vlak naast de kerk en kan je bezoeken met je Trudopas*
Jij staat dus altijd paraat om dit prachtig stukje Unesco werelderfgoed te ontsluiten?
Inderdaad, ik woon al sinds 1963 in het begijnhof. Iedereen weet mij wonen en kan altijd bij mij terecht om de kerk te openen. Wanneer iemand anders aan het onthaal zit, spring ik graag eens
binnen om te zien of alles vlot verloopt. Ik zorg ervoor dat alles en iedereen met elkaar verbonden wordt. Daarom zeggen ze wel eens dat ik de mortel van de kerk ben, alluderend op mijn familienaam. (Lacht)
Wat maakt deze kerk zo bijzonder?
Het is de enige kerk in België waar er nog zoveel prachtige muurschilderingen bewaard zijn gebleven. Bovendien staat het oudste in zijn geheel bewaarde én bespeelbare orgel van het land hier ook. Dat dateert uit 16441646.
Dat lokt ongetwijfeld veel bezoekers? Inderdaad, muzikanten uit heel de wereld komen naar hier om het orgel te bespelen. In de winter vinden er regelmatig cdopnames plaats en in het voorjaar gaan er een viertal orgelconcerten door. In het toeristisch seizoen is de kerk elke dag open voor het grote publiek. Bijna alle talen heb ik hier al gehoord: Japans, Duits, Italiaans, Frans en Engels. Dat is het enige waarvan ik spijt heb. Dat ik niet taalvaardiger ben om die bezoekers te woord te staan. Toch is het leuk om al die mensen te ontmoeten en er vriendschappen mee te sluiten.
Geen talenknobbel, maar technisch wel goed onderbouwd?
In een vorig leven was ik technicus. Die technische achtergrond komt in de Begijnhofkerk regelmatig van pas. Wanneer er technici langskomen om bijvoorbeeld de brandblusapparaten of de elektriciteit te controleren, wijs ik hen de weg. Ook als het brandalarm foutief afgaat, kan ik meestal snel detecteren waar het probleem ligt.
En ook op kunsthistorisch vlak ken je de kerk intussen op je duimpje?
Ik luister al twintig jaar stiekem naar de gidsen, waardoor ik enorm veel bijleer. Er zijn zoveel sappige legendes. Wist je trouwens dat elk detail in een muurschildering betekenis heeft?
Neem bijvoorbeeld Maria en haar nicht Elisabeth. Ze konden allebei geen kinderen krijgen, maar het ooievaarsnest bovenaan de schildering verklapt dat ze beiden zwanger zijn.
Begijnhof 25, 3800 Sint-Truiden. Meer info via www.pcce.be/ erfgoedbegijnhofkerksinttruiden
(*) De Trudopas kan je aankopen in de kerk en geeft je ook toegang tot zeven monumenten in Sint-Truiden. Meer info op www.visitsinttruiden.be/aanbod/bezienswaardigheden/trudopas/
Koersminnend Vlaanderen was dit voorjaar in de ban van Rik. Tijdens de grote voorjaarsklassiekers was de slogan ‘Merci Rik’ steevast in wit krijt op het asfalt te zien. Maar over wie of waarover gaat het? En waarom willen we hem bedanken? Wie zit achter het initiatief? De afdeling Erfgoed van de provincie Limburg heeft intussen kleur bekend.
Ook de vaste wielercommentatoren Karl Vannieuwkerke en José De Cauwer hadden het gissen ernaar. Ze speculeerden tijdens de koers vaak over welke Rik het zou kunnen gaan: Rik Van Looy? Rik Van Linden? Of acteur Rik Verheyen? Ze sloegen de bal telkens mis. Over wie gaat het dan wel? Henri L’Allemand, Rik voor de vrienden! Hij is de grondlegger van het fietstoerisme in Limburg. Henri L’Allemand inspireerde de provincie om een vernieuwend erfgoedproject tot stand te brengen. Het Provinciaal Centrum voor Cultureel Erfgoed is dus het brein achter deze voorjaarscampagne.
RIK VOOR DE VRIENDEN
Henri L’Allemand, Rik voor de vrienden, belandde aan het einde van de 19de eeuw in Hasselt. In hoofdberoep was hij apotheker,
maar zijn hart lag zijn hele leven lang bij het fietsen. Hij was medeoprichter en voorzitter van de eerste wielerclub van Limburg ‘Véloce Club Hasseltois’. De fietsclub organiseerde al snel eigen wedstrijden; zette in op fietstoerisme en organiseerde het eerste fietserscongres in Limburg. In 1893 stichtte Henri L’Allemand met de Hasseltse Véloce Club een fietsersorganisatie voor heel Limburg, de Fédération Vélocipédique Limbourgeoise. Doel? Het wieler en fietsleven in de provincie versterken. Vandaag, 131 jaar later, weet iedereen dat het gelukt is!
Henri L’Allemand was een pionier op veel vlakken. In 1892 maakte hij een meerdaagse fietstocht door heel Lim
burg. Over die eerste ronde van Limburg maakte hij het bekende reisverslag ‘En Campine’. Dat deed hij onder het pseudoniem Rik L’All. De lovende reacties die hij op zijn verslag kreeg, maakten hem nationaal en internationaal bekend in de fietswereld.
De Franse sportkrant ‘Le Vélo’, dé internationale referentie in de wielerwereld van die tijd, pikte zijn reisverslag over Limburg op. 20 Dagen lang kwamen zijn schrijfsels op de cover, in feuilletonvorm. Van 26 februari tot 17 maart 1894 las een internationaal publiek over de pracht en praal van het fietsen in Limburg, maar ook over het erfgoed, de landschappen en de mensen die hij er ontmoette. Hij was lovend over Limburg en noemde het zelfs een paradijs voor fietsers. Tegelijkertijd hield hij zich niet
Wout Van Aert vlamt over 'Rik' tijdens de Omloop Het Nieuwsblad.
in om ook over de lelijke dingen en de onderontwikkeling te schrijven. Hij eindigt zijn verslag veelzeggend: "Het is het land van de toekomst, ongetwijfeld. Maar op dit moment nog erg primitief. Een obscuur land. Een schaduwland. Een land dat doordrenkt is met droevige, brute, suggestieve poëzie.”
Rik is niet alleen een pionier, maar voor velen ook een held. Zijn fietsidee blijft voortleven, zowel in de koers als in het fietstoerisme. Daarom wil de provincie zo graag ‘merci’ zeggen aan de man die het fietstoerisme in Limburg op de kaart zette. Zijn reisverslag geeft een helder beeld van de mooie en minder mooie kanten van Limburg aan het einde van de 19de eeuw. Zijn bevindingen confronteren met het Limburg van vandaag is heel boeiend. Je krijgt een goed beeld van
de socioeconomische ontwikkeling die onze provincie sindsdien doormaakte. En dat is dan ook het vertrekpunt van dit innovatief erfgoedproject.
GEHEIME PLEKJES
De afdeling Erfgoed van de provincie heeft verschillende initiatieven op poten gezet. Centraal staat de website www.mercirik.be, in een passend retrojasje. Een interactieve kaartmodule geeft een mooi beeld van de meerdaagse route die Rik in Limburg aflegde. Je ziet waar hij geweest is, maar ook wat hij gemist heeft. Op de website kan je het volledige reisverslag van Rik in detail nalezen en de route bekijken op een historische kaart uit de tijd van Rik. Ook een interessant overzicht over fietsen en wielrennen in de 19de eeuw kan je daar vinden. Wist je trouwens dat Rik ook op dat vlak een pionier was? Hij produceerde en verkocht een eigen type luchtband voor fietsen: de pneumatique L’Allemand. Dat was het begin van zijn
eigen zaak. Hij specialiseerde zich in allerlei banden. Niet alleen voor fietsen, maar ook voor koetsen en voor de eerste auto’s.
TOEKOMSTMUZIEK
De website is bovenal een interactief platform. De provincie heeft namelijk jouw hulp nodig: Met zijn keuze voor Limburg week Rik af van de platgetreden paden. We dagen de Limburgers daarom uit om hun eigen provincie met andere, verwonderde ogen te bekijken en zelf af te wijken van die geijkte paden. We roepen iedereen op om foto’s in te sturen, samen met een persoonlijk verhaal van onbekende, onontdekte en nietevidente erfgoedplekken in Limburg. Verborgen parels waar Rik eigenlijk had moeten passeren. Om de oproep kracht bij te zetten, wordt er een fotowedstrijd gelanceerd. Laad jouw foto op en draag zo jouw steentje bij aan dit nieuwe erfgoedproject van de provincie.
Stuur een foto in van een onbekende erfgoedparel in Limburg en maak kans op een verrassende prijs. Meer info op www.mercirik.be
DIEST
1900-1914
HANDELT IN RUBBERARTIKELEN MET BELGIAN RUBBER
➸ MEDEOPRICHTER
VÉLOCE CLUB
HASSELTOIS
➸ RIK LEGT ZIJN RONDE VAN LIMBURG AF
➸ PUBLICEERT ZIJN REISVERSLAG ALS ‘EN CAMPINE’
➸ WIL MET FÉDÉRATION VÉLOCIPÉDIQUE
LIMBOURGEOISE HET WIELERLEVEN IN LIMBURG VERSTERKEN
1894
1893-1900 EN CAMPINE VERSCHIJNT 20 DAGEN LANG IN DE FRANSE KRANT LE VÉLO
BEDENKT EN VERKOOPT DE PNEUMATIQUE L’ALLEMAND 1914 † 1940
VLUCHT NAAR FRANKRIJK
KOMT DANKZIJ DE SLOGAN ‘MERCI RIK’ WEER TOT LEVEN
WOONT EN WERKT IN PARIJS 2024
PARIJS 1917-1940
De afdeling Erfgoed (PCCE en Monumentenwacht Limburg) organiseerde samen met het Platform Toekomst Parochiekerken een eerste netwerkmoment over parochiekerken en verduurzaming op 28 februari 2024. Maar liefst 165 deelnemers wilden daar meer over weten, en volgden vier inspirerende uiteenzettingen .
Voor een volle Boudewijnzaal zette gedeputeerde van Erfgoed en Toerisme Igor Philtjens de complexiteit van de uitdaging uiteen. Erfgoed, financiën en draagvlak moeten elkaar vinden om projecten te doen slagen.
Vanuit het Platform Toekomst Parochiekerken werden de vanaf 2025 verplichte beleidsplannen toegelicht.
De afdeling Erfgoed van de provincie Limburg presenteerde haar ondersteuning voor parochiekerken in de vorm van adviesverlening vanuit Monumentenwacht Limburg rond preventief onderhoud en de subsidiemogelijkheden.
Aletta Rambaut van Ecokerk ging in op strategieën en een checklist om een parochiekerk duurzamer te maken.
Schatbewaarder Piet Rymen van de kerkfabriek Sint-Jan de Doper in Schulen (Lummen) vertelde hoe de kerk pionierde met fotovoltaïsche panelen, gas- en waterverbruik heeft kunnen doen dalen en de aandacht die de kerkfabriek heeft voor biodiversiteit. Meer weten?
Hou zeker de website www.pcce.be in de gaten! Daar lees je als eerste wanneer er een nieuw netwerkmoment of inspiratiemoment georganiseerd wordt.
Oorlog en vrede, migratie, landbouwevoluties, pelgrimsreizen, nieuwe ontdekkingen en uitvindingen, handel en klimaatverandering. Onze maatschappij is voortdurend in beweging en dat laat zijn sporen na. Letterlijk. Routes ontstaan spontaan; nieuwe wegen worden aangelegd; nieuwe transportmiddelen worden uitgevonden. Zelden staan we erbij stil, maar we zien elke dag de sporen rondom ons.
De monumenten en landschappen langs die routes vertellen ons iets over de evolutie en de diversiteit van het leven. Ze brengen ons verhalen over vroeger én nu. Wat was er eerst: het monument of de route? Welke culturen en nieuwe ideeën kwamen langs die routes tot hier? En hoe zorgden die routes ervoor dat alles en iedereen met elkaar verbonden was?
Open Monumentendag staat dit jaar in teken van routes, netwerken en connecties. Onder de noemer ‘En route!’
kan je in Limburg, maar ook in de rest van Vlaanderen erop uit trekken langs grote banen, kleine paadjes, spoorwegen, kanalen en nog zoveel meer.
Op de volgende pagina’s krijg je een voorproefje van bekende en minder bekende, zichtbare en minder zichtbare, letterlijke en figuurlijke routes in Limburg. We dagen je uit om op stap te gaan en deze historische routes te ontdekken!
Volg een van de uitgestippelde routes om de trage wegen in Lommel te ontdekken.
Verhard of onverhard. In een stadskern of op het platteland. Langs historische monumenten of nieuwe wijken. Trage wegen vind je overal. Het zijn wegen voor ‘trage’ weggebruikers, zoals fietsers, wandelaars, lopers en ruiters. Gemotoriseerd verkeer is er niet toegelaten. Sinds kort hebben een heleboel gemeentes, waaronder HamontAchel, Overpelt, HechtelEksel, Genk en Lummen hun trage wegen in een interprovinciale databank geïnventariseerd. Die kan je raadplegen via https:// geo.vlaamsbrabant.be/tragewegen. In Lommel werden die wegen zelfs opgewaardeerd en erkend als officiële gemeentewegen. Ze kregen ook een eigen naambordje. Wandelaars kunnen er verschillende trage wegen combineren via drie uitgestippelde wandelroutes van 5, 15 en 20 km. De wandelingen zijn avontuurlijk, dus vergeet niet je wandelschoenen aan te trekken.
Meer info op www.lommel.be/tragewegen
De Willemsroute toont je de prachtige omgeving van de Zuid-Willemsvaart.
Tijdens de ronde van Oudsbergen fiets je tussen natuur, archeologie en geschiedenis.
Kanalen vertellen veel over het verleden. Ze getuigen over economische ontwikkelingen en technische kennis. De ZuidWillemsvaart is een van de zeven Kempische kanalen tussen de Schelde en de Maas. Het 121,9 km lange kanaal werd aangelegd onder de Nederlandse Koning Willem I. In 1823 besliste hij om met dat kanaal, dat Maastricht met ‘s Hertogenbosch verbindt, een alternatieve vaarroute voor de Maas te voorzien. De rivier was immers te wispelturig en dus niet het hele jaar bevaarbaar. Die beslissing had niet alleen een impact op de handel, maar ook op het landschap. Denk bijvoorbeeld aan de dubbele bomenrij langs het kanaal. Hout was in die tijd een levensnoodzakelijke grondstof voor de meest uiteenlopende producten. De overheid moedigde iedereen aan om zoveel mogelijk bomen te planten en gaf het goede voorbeeld langs het kanaal. Ontdek de prachtige omgeving te voet, met de fiets of per boot via de populaire Willemsroute. Meer info in de FARO ErfgoedApp of op https://rlkm.be/willemsroute-home
Een mix tussen natuur, archeologie en geschiedenis. Tijdens de ronde van Oudsbergen, een 61 km lange fietstocht, ontdek je er alles over. Nergens in Vlaanderen vind je zoveel gevarieerde natuur: levendige beekvalleien, uitgestrekte bossen, gouden landduinen, diepblauwe vennen en paarsbloeiende heide. De Oudsberg, de hoogste duin van Vlaanderen kan je enkel te voet, met de fiets of te paard bereiken. Eens je op de top staat, op 85 m hoogte, geniet je van een fenomenaal uitzicht. Langs die fietsroute liggen ook bijzondere historische bezienswaardigheden: de mysterieuze Keltische grafheuvels in Wijshagen, de klaterende watermolens in Ellikom en Meeuwen en de Commanderij van Gruitrode. Die laatste, een prachtige waterburcht uit de 15de eeuw wordt omgebouwd tot een nieuwe toegangspoort van het Nationaal Park Hoge Kempen. Vanaf het najaar 2025 gaat het bezoekerscentrum open voor het grote publiek. Meer info op www.oudsbergen.be/ronde
Het Kolenspoor wordt binnenkort een innovatieve fietssnelweg.
Ontdek zelf met de fiets de oude Romeinse Weg in Tongeren.
De zeven steenkoolmijnen waren in de 20ste eeuw het kloppende hart van Limburg. Het Kolenspoor, een 70 km lange spoorweg, fungeerde als slagader tussen de mijnen. De treinen vervoerden niet alleen steenkool, maar ook de werkkrachten en het materiaal. Hoewel de mijnen vandaag gesloten zijn, vervullen ze nog altijd een belangrijke functie in Limburg. Als innovatieve hotspots of toeristische trekpleisters zijn het nog altijd toplocaties. Maar de sluiting van de mijnen betekende ook dat de spoorweg zijn belangrijke verbindende functie verloor. Daarom zet de provincie Limburg, in samenwerking met de zeven steenkoolgemeentes, alles in het werk om het Kolenspoor opnieuw tot slagader van de regio te maken. De oplossing? Treinen vervangen door fietsen. De spoorwegbedding wordt een innovatieve fietssnelweg. Een hefboom voor natuur, ontwikkeling en beleving. Zien we jou daar ook binnenkort?
Meer info op www.kolenspoor.be
Haspengouw was in de 19de en 20ste eeuw niet alleen gekend als dé fruitstreek bij uitstek, ook suikerbieten groeiden er goed. Verschillende suikerfabrieken in de buurt verwerkten die bieten. We kennen allemaal de suikerfabriek in Tienen, maar tot halfweg de 20ste eeuw had ook Limburg zijn eigen suikerfabriek: Mellaerts in SintTruiden. Om de bieten van het akkerveld naar de fabriek te vervoeren, werd gebruik gemaakt van tramwegen, de zogenaamde bietentrammen. Zo was er bijvoorbeeld sinds 1907 tramlijn 315, die van Tienen naar SintTruiden reed. De lijn bestaat vandaag niet meer, maar in het landschap zie je nog de sporen ervan. In SintTruiden liep de lijn bijvoorbeeld over de brug van de Tiensesteenweg over het treinspoor en in OrsmaalGussenhoven bij Tienen is er nog een tramstation bewaard.
Er rijden geen trams meer, maar je kan nog over de brug fietsen en verderop, schuin tegenover het voetbalstadion van Stayen heb je de buurtslager Bon'Ap (Tiensesteenweg 165, Sint-Truiden) die gevestigd is in een deel van de oude gebouwen van suikerfabriek Mellaerts. Het tramstation in Tienen is nu Frituur "De Halte" (Sint-Truidensesteenweg 95, Tienen).
“Voilà, ik ben weer op weg. Op naar Tongeren. Via een goede grindweg rijd ik in rechte lijn naar Borgloon. Enkele kilometers zuidelijker, bijna parallel, ligt er een oude Romeinse Weg die ook naar Tongeren leidt, maar die is erg oneffen, hobbelig en niet handig voor fietsers.” In zijn reisverslag heeft Henri l’Allemand het al over de Romeinse Weg, die deel uitmaakte van het indrukwekkende netwerk dat tijdens de Romeinse tijd gebouwd werd. Verschillende delen, waaronder de heirbaan TongerenTienenCasselBoulongne, zijn bewaard gebleven en worden zelfs vandaag nog gebruikt. Ontdek het zelf met de fiets. Knooppunten 151, 155, 161 en 169 van het Limburgs fietsroutenetwerk liggen alle vier op de Romeinse Weg. Meer info op www.fietsknooppunt.be
Vroeger stond Haspengouw vol met hoogstamboomgaarden. Vandaag dreigen ze uit het landschap te verdwijnen. De leerlingen van het zesde leerjaar uit De Bloesem en de Sint-Jan Berchmansschool droegen hun steentje bij om dat te vermijden.
Prachtige bloesems, hoge stammen, heerlijk fruit. Hoogstamboomgaarden bepaalden lang de visuele identiteit van Haspengouw. “Toen ik nog lesgaf, stelde ik vast dat leerlingen steeds minder voeling hebben met Haspengouw. Nochtans is dat het tweede grootste fruitcentrum in Europa, na ZuidTirool. Daar wilde ik verandering in brengen”, vertelt Jos Duchateau (81). Zijn zoon Bert richtte de vzw In Horto Cerasorum op, wat Latijn is voor “In de kersentuin”.
LIEFDE VOOR NATUUR
Met hun vzw willen vader en zoon jongeren en kinderen weer liefde en respect bijbrengen voor de natuur, en in het bijzonder voor de hoogstamboomgaarden. Jos: “In de jaren 60 moedigde de overheid fruittelers aan om hoogstambomen te
vervangen door laagstam. Gemakkelijker om te telen, maar de doodsteek voor ons levend erfgoed.”
Jos en zijn zoon doen er alles aan om de volgende generaties ook nog te laten genieten van die hoogstambomen. “We proberen bestaande boomgaarden te beschermen of nieuwe bomen aan te planten. Grond vinden voor nieuwe aanplantingen, is echter niet evident. Lang vonden we geen geschikte plek. Tot ik op een artikel botste waarin stond dat Natuur en Bos nieuw bos wilde aanplanten aan de rand van SintTruiden.”
Van het een kwam het ander. Jos: “We deden beroep op de projectsubsidie Jong redt Oud. De idee dat jonge mensen oude dingen redden sprak me aan. Ik contacteerde onmiddellijk twee scholen:
De Bloesem en de SintJan Berchmansschool.” Intussen selecteerde en leverde de Nationale Boomgaardstichting vzw de oude rassen bomen. Na een educatieve voorbereiding in de klas, gingen we aan de slag. “Op 20 februari kwamen de leerlingen rond 10 uur aan op het perceel Winterscheveld, in de Volmolen. Eerst al aarzelend, maar al snel vol enthousiasme, gingen de leerlingen aan de slag. Om 15 uur en 27 bomen later vertrokken ze weer. Het was voor iedereen een erg leuke ervaring. Dit doen we volgend jaar opnieuw!”, besluit Jos enthousiast.
Zelf een erfgoedproject met jongeren organiseren? Dan kan je een subsidie aanvragen en alle kosten terugkrijgen tot 2 500 euro. Een aanvraag voor een Jong Redt Oudproject kan je het hele jaar door indienen. Meer info op www.jongredtoud.be
De provincie Limburg heeft de voorbije decennia een indrukwekkende kunstcollectie opgebouwd. Tot de collectie behoren ook 11 werken van dichter-kunstenaar Pierre Cox (1915-1974), een pionier in moderne kunst. Zijn schilderijen hebben een monumentaal en vooral muraal karakter. Exact 50 jaar na zijn dood, brengen we in deze LEF vier van zijn werken.
Interesse in de kunstcollectie? Stuur een mailtje naar pcce@limburg.be
SPELENDE KINDEREN
1961
Muurschildering
In opdracht van het provinciebestuur Limburg realiseerde Pierre Cox in 1961 een monumentale muurschildering van 56 m² in de turnzaal van de Provinciale Handelsschool in Hasselt, “Spelende kinderen”. Hij liet zich inspireren door de sacrale spelen van het oude Griekenland, meer bepaald “De Sprong over de Stier”, die we kennen via de beroemde fresco’s in het paleis van Knossos op Kreta. Het grootste werk dat Pierre Cox ooit maakte, betekende een hoogtepunt in zijn rijke loopbaan en een vervulling van een lang gekoesterde droom.
TWEE VROUWEN DATUM ONBEKEND Aquarel
Doorheen zijn carrière heeft Pierre Cox zich geuit via diverse technieken: aquarel, olieverf, tempera, pen en penseeltekening, houtskool en pastel. Aquarellen waren een leidraad doorheen zijn oeuvre. Zijn aquarel “Twee vrouwen” is een mooi voorbeeld van zijn vrij beperkte thematiek, waarbij hij vooral figuren, stilleven en strand afbeeldde. De prominent aanwezige zwarte lijnvoering is een constante in het werk van Pierre Cox.
FIGUREN DATUM ONBEKEND Tempera
Bij het brede publiek werd Pierre Cox in 1951 bekend als laureaat van de wedstrijd “De Mijn”, naar aanleiding van vijftig jaar ontdekking van steenkool in Limburg. In die periode brak hij ook met zijn traditionele landschapsschilderkunst en koos hij voor monumentaal (muraal) werk dat een mediterrane sfeer uitstraalt. Na het ontdekken van het mediterrane licht in Frankrijk bant hij schaduw uit zijn werk en breidt hij zijn kleurenpalet uit. De tot dan toe schaars gebruikte tinten als geel, oranje en rood komen veel prominenter voor.
FLUITSPELER DATUM ONBEKEND
Schilderij
Pierre Cox werd samen met vijf andere Belgen uitgenodigd om een doek te schilderen voor Expo 58 in Brussel. Zijn werk “Grote blauwe fluitspeler” werd aangekocht door de Belgische Staat. Een voorstudie van dat werk, “Fluitspeler”, werd aangekocht door de provincie. De dubbelfiguur met fluitspeler of fluitspeelster heeft hij dikwijls uitgebeeld. Dit onderwerp lijkt te verwijzen naar de beeldende traditie in de oudheid en de renaissance, maar bij Pierre Cox is het een symbool van rust en harmonie.
De provincie Limburg beheert een breed scala aan onroerend erfgoed, variërend van historische gebouwen en monumenten tot landschappelijk erfgoed. Dit erfgoed vertegenwoordigt de rijke geschiedenis en cultuur van de regio. Daarom zet de provincie zich actief in voor het behoud en beheer ervan. Een belangrijk speerpunt is het betrekken van een breed publiek bij dit erfgoed, zodat inwoners en bezoekers de waarde ervan leren kennen en waarderen.
Toen Voeren in 1963 aan de provincie Limburg werd toegevoegd, moest er werk gemaakt worden van Nederlandstalig onderwijs. De provincie Limburg sprong in de bres. De provinciale scholen in Voeren staan allemaal op de inventaris van het onroerend erfgoed. De Provinciale Kleuterschool van Sint-Martens-Voeren is gevestigd in het prachtige Veltmanshuis, een voormalige kanunnikenwoning. Hoewel het gebouw eigendom is van de Vlaamse Overheid, staat de provincie in voor het onderhoud. In 1978 bouwde de provincie Limburg zelf de Provinciale Basisschool en Provinciale Secundaire School in 's Gravenvoeren naar een ontwerp van architect Jan Jacobs.
Het creëren van een unieke en open ontmoetingsruimte, dat is het doel van de restauratie en herbestemmingswerken op het Hasseltse begijnhof. Een nieuwe ingang aan de Witte Nonnenstraat en een verbeterde toegankelijkheid zorgen voor een uitnodigende omgeving. De faculteit Architectuur en Kunst van de UHasselt zal in de begijnhofwoningen en het poortgebouw gevestigd worden, terwijl de provincie Limburg een bezoekerscentrum over de geschiedenis en bewoners van het begijnhof inricht in het poortgebouw. De werken zijn volop bezig en zullen in alle waarschijnlijkheid in 2025 afgerond worden.
De steenkoolmijn van Zwartberg in Genk was een van de eerste die moest sluiten. De provincie nam de bureelgebouwen van de mijn in gebruik als het PLOT (Provincie Limburg Opleiding en Training). (Toekomstige) Limburgse politieagenten, brandweerlui en ambulanciers worden hier klaargestoomd om de veiligheid van de Limburgers te garanderen. In 2018 kocht de provincie ook in de Zuiderwijk van Zwartberg de voormalige gemeenschapshuizen waar alleenstaande mijnwerkers logeerden. Zij kregen een bijzondere herbestemming. Sinds kort bevindt zich hier een campus van De Wissel, de provinciale school voor buitengewoon secundair onderwijs.
Het oudste in zijn geheel bewaarde en bespeelbare orgel van België… dat staat in Limburg. In de begijnhofkerk van SintTruiden staat een 17deeeuws barokorgel, toegeschreven aan Christian Ancion uit Hoei. De provincie Limburg organiseert jaarlijks verschillende orgelconcerten en probeert op die manier het orgel breed te ontsluiten. Zo was er dit jaar een hip hop geïnspireerde orgelbespeling met dans. Daarnaast zijn er verschillende (inter)nationale partners en artiesten die afzakken naar Limburg om het orgel te bewonderen en bespelen. De klanken van het Ancionorgel nemen daardoor een brede waaier van variaties aan.
Bokrijk verschijnt in de geschiedenis in 1252, wanneer graaf Arnold IV van Loon het aan de abdij van Herkenrode verkocht. Na de Franse Revolutie kwam het domein in handen van een opeenvolging van privéeigenaren en investeringsmaatschappijen. In 1890 liet Edgard MarisVanhees het kasteel bouwen. Onder impuls van gouverneur Hubert Verwilghen kocht de provincie het domein in 1938 om het nieuwe provinciale cultuur en natuurbeleid een plaats te geven. Zijn opvolger, gouverneur Roppe, bouwde het domein uit tot openluchtmuseum. In 1958 gingen de deuren voor het eerst open. Vandaag, 66 jaar later, is een grootscheepse restauratie van 124 gebouwen in het openluchtmuseum voltooid.
Het provinciaal Domein Nieuwenhoven is het grootste openbare bos in Haspengouw. Het domein kent een rijke geschiedenis die teruggaat tot in de 10de eeuw. In de loop van de 19de eeuw kreeg het landschap de structuur van een Engelse landschappelijke tuin. Een historisch belangrijke structuur die het vandaag nog altijd heeft. De voormalige boswachterswoning doet momenteel dienst als bezoekersonthaal, maar er wordt gewerkt aan een nieuw bezoekerscentrum.
Het klankenbos, dat gelegen is in de groene omgeving rondom het Dommelhof in Pelt, daagt jong en oud uit om klank en omgeving bewust te ervaren. Momenteel staan er achttien prikkelende installaties. De gebouwen van het Dommelhof werden vastgesteld onroerend erfgoed. Het is een van de eerste culturele centra van het land, het werd tussen 1967 en 1973 opgetrokken in het brutalisme. Deze bouwstijl herken je onder meer aan de ruwe betonstructuren die zichtbaar gelaten werden in het ontwerp.
Op de voormalige mijnsite in Beringen (be-MINE) ontwikkelt de provincie Limburg het Limburgse mijnbelevingscentrum: be-MINE PIT. De mijnindustrie heeft Limburg compleet veranderd. Meer dan 300 000 mijnwerkers legden met risico op eigen leven de basis van de moderne economische ontwikkeling van Limburg. De mijnen lieten een onuitwisbare indruk na op ons landschap via de terrils en op de architectuur via de mijnzetels en de tuinwijken. Het mijnbelevingscentrum be-MINE PIT wordt het sluitstuk van de herbestemming van de Limburgse mijnen. Als bezoeker krijg je een inkijk in het mijnbedrijf en ontdek je het pad dat de mijnwerkers elke dag aflegden.
Emma en Otis, de juniorarcheologen uit het prentenboek van Liesbet Slegers, trokken dit jaar voor de laatste keer zelf op avontuur.
De avonturen van Emma en Otis begonnen twee jaar geleden met het prentenboek “Emma en Otis vinden een muntje”. Dat boek kwam er op initiatief van het PCCE in samenwerking met kinderauteur Liesbet Slegers. Meer dan 1 750 kleuterklassen en alle Limburgse openbare bibliotheken kregen toen een exemplaar cadeau en ontdekten hoe de twee juniorarcheologen samen met hun hondje Botje een muntje vonden.
“Vorig jaar hebben we verder gewerkt aan dit succesverhaal en ontwikkelden we samen met Liesbet twee gezelschapsspelletjes en een opdrachtenposter voor scholen. Voor de eerste keer konden scholen ook intekenen op onze bijzondere Emma en Otisdagen”, vertelt Carolien Goeleven, coördinator van de Archeologiedagen Limburg.
VERZAMELEN EN ZOEKEN
Dit jaar ontwikkelde de provincie Limburg een laatste keer educatief materiaal voor kleuterscholen. Elke Limburgse kleuterklas en bibliotheek ontving een mooie Emma en Otisverzameldoos, waarin leerkrachten het materiaal van
‘MEER DAN 500 KLEUTERS OP EMMA EN OTIS-DAGEN’
deze juniorarcheologen kunnen bewaren om er jaarlijks mee aan de slag te gaan. Ook een archeologische kaart, de maquette van Botje de hond én het gouden muntje uit het boek gingen hun richting uit.
Carolien:“Kleuters zijn geboren archeologen. Ze doen niets liever dan graven, onderzoeken en nieuwe dingen ontdekken.” Dat verklaart ongetwijfeld het succes van Emma en Otis. Meer dan 500 kleuters vonden dit jaar opnieuw hun weg naar de Emma en Otisdagen in de abdijsite Herkenrode. “Tijdens drie voormiddagen en een voor en namiddag lieten de kleutertjes zich onderdompelen in de wereld van archeologie. Ze konden samen met Emma en Otis deelnemen aan een extra lange zoektocht, zelf als archeoloog aan de slag gaan en kiezen uit verschillende knutselopdrachten. Als kers op de taart kreeg elke deelnemende kleuter een unieke Emma en Otisrugzak, een Juniorarcheoloogdiploma en het prentenboek cadeau.”
NIEUW BEGIN
De Emma en Otisdagen vloeiden over in de Archeologiedagen, die ook in Herkenrode plaatsvonden. “Dit jaar zagen we het nog net iets ambitieuzer. Het werd een heus archeologiefestival met verschillende activiteiten voor jong en
oud.” Denk maar aan ateliers prehistorische kralenketting, kruidenworkshops, archeologische opgravingen onder begeleiding van een echte archeoloog, initiatie zwaardvechten, lezingen en zoveel meer.
“Emma en Otis waren voor de laatste keer de hoofdrolspelers van de Limburgse Archeologiedagen, maar ze blijven voortbestaan in het prentenboek en het educatief materiaal. Het is de bedoeling dat leerkrachten er in de toekomst verder mee aan de slag gaan. Bovendien kan de Emma en Otispopupzoektocht ook nog altijd uitgeleend worden. En we kunnen al verklappen dat Emma en Otis nog een allerlaatste keer terugkomen tijdens
Open Bedrijvendag in het provinciehuis op 6 oktober”, zegt Carolien. Intussen staan er al heel wat nieuwe initiatieven klaar voor scholen en gezinnen. Zo zet de provincie Limburg nu volop in op het ontwikkelen van archeologische boxen voor lagereschoolkinderen. De prehistorische box is intussen af. Gemeenten, scholen of organisaties kunnen die op aanvraag uitlenen.
De Archeologiedagen zijn intussen voorbij, maar op onze instagrampagina zie je een mooie terugblik. In de rubriek ‘365 archeologiedagen’ op www.archeologiedagen.be vind je bovendien elke dag wel een leuke activiteit of een interessant weetje over archeologie terug.
Oud en gered van verval, of zelfs de sloophamer. Limburgs erfgoed krijgt een nieuwe invulling of wordt minutieus onderhouden door Limburgers met een groot hart voor het verleden. Hoe verschillend ze ook zijn, ze worden allemaal ondersteund door Monumentenwacht Limburg.
Ook lid worden? mowa@limburg.be
‘EERSTE EIGEN KERK ’
1955
Tot halfweg de vorige eeuw gingen de meeste Tuiltenaren naar de mis in Kermt, terwijl het gehucht eigenlijk tot Kuringen behoorde. Bij geboortes, huwelijken of sterfgevallen legden ze daardoor vele kilometers te voet af, van het gemeentehuis van Kuringen naar de kerk van Kermt.
“In 1955 bouwden de inwoners een eigen kerk”, zegt Yvan Smolders van de kerkfabriek. “De klokkentoren dateert uit 1986, terwijl de glasramen – het pronkstuk van het gebouw –in 1996 werden geplaatst. De kerk wordt nog altijd gebruikt. Op zondag verzorgen Hilda, Yo en Roos er om de beurt de gebedsviering als gebedsleider of lector, samen met drie andere lectoren.”
Sint-Jozefsplein 10, Hasselt
MAASMECHELEN
15DE EEUW
De ronde donjon stamt uit de 15de eeuw, maar het Kasteel van Leut werd sindsdien duchtig verbouwd. Het resultaat is een mix van architecturale stijlen, waarop ook ene Charles Vilain XIIII zijn stempel drukte. Hij werd kasteelheer in 1822 en was vijftig jaar lang burgemeester van Leut. “Naar die periode grijpen we terug om het gebouw te restaureren”, zegt Ben De Vriendt van Toerisme Vlaanderen. Sinds 2021 is de organisatie eigenaar van het kasteel. “Het deed ooit dienst als ziekenhuis, materniteit en rusthuis. Binnen onze filosofie ‘Reizen naar Morgen’ denken we na over een nieuwe bestemming, met oog voor de lokale gemeenschap en de economie.”
Dreef 147, Maasmechelen
1950
Dankzij het project Jong redt Oud blinkt de Lourdesgrot in Heppen sinds kort weer als nieuw. De leerlingen van basisschool De Heppening haalden samen met de vrijwilligers van Heemkunde Heppen en Monumentenwacht Limburg het onkruid weg, gaven de stenen een grondige poetsbeurt en brachten potplantjes aan voor de grot. “De grot werd in 1950 gebouwd door de JongK.A.J. oftewel de Kajotters van Heppen”, zegt Andy Caerts van Heemkunde Heppen. “Ze hadden iets meer dan 1 000 Belgische Frank ingezameld en maakten gebruik van bouwmaterialen uit de buurt. Er werden regelmatig vieringen gehouden en ook de communiefoto’s van de Heppenaren werden bij de grot genomen. Een echt lokaal product, dus.”
Beringsesteenweg 7, Leopoldsburg
‘EEN ECHT LOKAAL PRODUCT’
‘SINDS
1500
De Hoogmolen aan de Abeek in Ellikom wordt voor het eerst vermeld in 1500. Hij was eigendom van de Heer van Peer en maalde graan voor de lokale bevolking. Daarnaast werd er ook laken gevilt. Het gebouw onderging door de eeuwen heen verschillende aanpassingen, waaronder de omschakeling naar elektriciteit in de 19de en de 20ste eeuw en de plaatsing van een waterkrachtcentrale in 2016. “Sinds 1995 is de molen beschermd als monument en dorpsgezicht”, zegt Mark Lens, die samen met zijn echtgenote Petra Weyens in het vroegere molenhuis vandaag een hotel uitbaat. “De molen zelf is een toeristische bezienswaardigheid en sinds kort opnieuw maalvaardig. Tijdens opendeurdagen kan je hem zelf aan het werk zien.”
Voor meer info daarover hou je best de website www.hoogmolen.be in de gaten. Hoogmolenweg 15, Oudsbergen
‘ALLEEN
1241
Na een desastreuze inval van Hendrik I van Brabant maakt Tongeren werk van een nieuwe stadsomwalling. De bouwvallige Romeinse muur uit de 4de eeuw maakt plaats voor een nieuwe versterking met zes stadspoorten en dertien torens. De bouwwerken starten in 1241 en duren maar liefst 50 jaar. “De Velinxtoren en de Lakenmakerstoren staan nog gedeeltelijk overeind”, zegt Rudi Diels van de Stad Tongeren. “Van de toegangspoorten bleef alleen de robuuste Moerenpoort intact. Het gebouw biedt onderdak aan een historisch museum met een schitterend uitzicht over het begijnhof en de binnenstad.”
Elfde Novemberwal & Leopoldwal, Tongeren. Meer info: www.visittongeren.be/ moerenpoort-museum
Op 5 mei, ter herdenking van de Slag van Lummen, opende een nieuwe WO IIwandelroute in en rond het domein van de Duizendjarige Eik. Dankzij de ErfgoedApp beleef je de Tweede Wereldoorlog alsof je zelf erbij was.
Op het provinciaal WO IIplatform ‘Onder de Radar’ (www. onderderadar.be) bleken heel wat interessante verhalen op te duiken over Lummen. “Naar aanleiding van die ontdekkingen wilde de gemeente Lummen de twee oude loopgravensites aan de Kwezelstraat en aan de Dikke Eikstraat ontsluiten. Het
Er opende een nieuwe WO II-wandelroute in en rond het domein van de Duizendjarige Eik.
resultaat is een wandelroute van 2,7 km waarbij je door de loopgraven stapt”, vertelt Niels Stoffels van de Intergemeentelijke Onroerend Erfgoeddienst Lage Kempen. Op het eerste gezicht zeggen de kuilen en sleuven niet heel veel. “Daarom maakten we er een digitale beleving van. Wie de QRcodes met de ErfgoedApp scant, laat zich onderdompelen in een interactieve 360° beleving. Door de foto’s en de persoonlijke verhalen lijkt het alsof je de Slag van Lummen herbeleeft.”
De wandelroute kadert in een overkoepelend project waarbij verschillende relicten in naburige gemeenten ontsloten worden. “We willen Limburg in de verf zetten als Oosthoek van WOII. Met het museum Liberation Garden in Leopoldsburg lijkt dat opzet alvast te slagen. Nu is het kwestie van de museumbezoekers ook op zoek te laten gaan naar relicten in de buurt. Iedereen is alvast welkom in Lummen!”
Het Regionaal Landschap Lage Kempen kreeg voor het investeringsproject ‘Tweede Wereldoorlog loopgravenwandelroute Lummen’ een provinciale projectsubsidie van 24 990 euro.
SUBSIDIE PROJECTEN
ONROEREND ERFGOED
Heb jij een project rond onroerend erfgoed in Limburg? Dan kan je een project- of investeringssubsidie aanvragen bij de provincie. Je kan tot 60 procent van de kosten terugkrijgen, tot 25 000 euro.
DEADLINE
Een aanvraag dien je in voor 1 oktober 2024 door het formulier op de website in te vullen. Meer info op www.pcce.be/ erfgoedsubsidies
WAAR NAARTOE? Kwezelstraat en Dikke Eikstraat, Lummen
De kerkraad SintLaurentius Bocholt ontving een provinciale subsidie van 1 836,78 euro voor het restaureren van de Kapel van Veldhoven, nietbeschermd klein historisch erfgoed.
INVESTERINGSSUBSIDIE KLEIN HISTORISCH ERFGOED
Bezit of beheer je nietbeschermd klein historisch erfgoed? Dan kan je een subsidie aanvragen voor het onderhoud en de instandhouding van waardevol, niet-beschermd klein historisch erfgoed. Je kan tot 60 procent van de kosten terugkrijgen, tot 12 000 euro.
DEADLINE
Een aanvraag Klein Historisch Erfgoed kan je het hele jaar door indienen door het formulier op de website in te vullen. Meer info op www.pcce.be/ erfgoedsubsidies
WAAR NAARTOE? Kapelstraat z/n, Bocholt
KAPEL VAN
VELDHOVEN
BOCHOLT
De Kapel van Veldhoven is weer helemaal opgeknapt. En opvallend, ook een nieuwe of is het een oude torenhaan, staat bovenaan de kapel te pronken.
Op 1 mei werd de opgeknapte Kapel van Veldhoven feestelijk ingehuldigd. De kapel ziet er weer als nieuw uit. De afvoerpijpen werden vervangen; er staat sinds kort camerabewaking om vandalisme tegen te gaan én de torenhaan, die helemaal weggeroest was, werd vervangen.
De weggeroeste torenhaan van de kapel werd vervangen.
Voor dat laatste moest de kerkraad SintLaurentius Bocholt echter eerst een dilemma overwinnen. “De Kapel van Veldhoven is al de derde kapel die op die plek staat”, vertelt Friedo Steenssels, secretaris van de kerkraad. “De eerste is lang geleden vernield. De tweede dateert van de 17de eeuw, maar werd in 1944 door terugtrekkende Duitse troepen vernield. In 1950 werd de derde en huidige kapel gebouwd. Bij het kiezen van een nieuwe haan stonden we voor een moeilijke beslissing: welke haan kiezen we? De haan uit 1950 of de haan uit het kapelletje van de 17de eeuw?” Uiteindelijk besliste de kerkraad om voor authenticiteit en originaliteit te gaan. “Het nieuwe ontwerp is gebaseerd op de torenhaan uit de 17de eeuw. Het is misschien niet de allermooiste haan, maar wel een met een verhaal. En daarop zijn we trots."
BERINGEN
Na de heraanleg van de markt, inclusief perron, kan Beringen zich weer met trots een van de oude Loonse steden noemen.
Beringen is een van de tien Loonse steden, maar dat was tot voor kort amper zichtbaar. Met de heraanleg van de markt kwam daarin verandering. Dirk Bouve, erfgoedcoördinator van de stad Beringen: “De heraanleg van de markt was op erfgoedvlak driedelig. Er staat sinds kort op het plein een perron, typisch voor de Loonse steden. Beringen was namelijk de enige Loonse stad zonder zo’n perron. Daarnaast werd het oorlogsmonument gerestaureerd en krijgt het een meer prominente plek op het plein. En ten slotte kwam er ook erfgoedduiding over de verschillende gebouwen op de markt.”
Op Open Monumentendag in 2022 werd het zo goed als volledig vernieuwde plein feestelijk
Tijdens de inhuldiging van de vernieuwde markt sprak Voltaire de inwoners aan.
ingehuldigd. “Niemand minder dan de Franse filosoof Voltaire sprak de inwoners van de stad aan. In de 18de eeuw verbleef hij een nacht in de stad en was hij allerminst over Beringen te spreken. Twee eeuwen later uitte de filosoof, vertolkt door een acteur, zijn appreciatie voor de stad vandaag en de uitgevoerde werken op de markt. Ook de rondleidingen op de markt door de heemkundige kring hadden veel succes”, vertelt Dirk enthousiast. “Met deze initiatieven willen we de geschiedenis van Beringen dichter bij de bewoners en toeristen brengen.”
De stad Beringen kreeg voor het project ‘herinrichten markt en erfgoedontsluiting’ een provinciale projectsubsidie van 17 859,60 euro.
SUBSIDIE PROJECTEN
ONROEREND ERFGOED Heb jij een project rond onroerend erfgoed in Limburg? Dan kan je een project- of investeringssubsidie aanvragen bij de provincie. Je kan tot 60 procent van de kosten terugkrijgen, tot 25 000 euro.
DEADLINE
Een aanvraag dien je in voor 1 oktober 2024 door het formulier op de website in te vullen. Meer info op www.pcce.be/ erfgoedsubsidies
WAAR NAARTOE?
Markt, Beringen
IN CIJFERS
De kerkfabriek SintAldegondis KleineSpouwen ontving een provinciale subsidie van 2 795,10 euro voor het restaureren van het ‘Monument der gesneuvelden’, niet-beschermd klein historisch erfgoed.
INVESTERINGSSUBSIDIE
KLEIN HISTORISCH
ERFGOED
Bezit of beheer je nietbeschermd klein historisch erfgoed? Dan kan je een subsidie aanvragen voor het onderhoud en de instandhouding van waardevol, niet-beschermd klein historisch erfgoed. Je kan tot 60 procent van de kosten terugkrijgen, tot 12 000 euro.
DEADLINE
Een aanvraag Klein Historisch Erfgoed kan je het hele jaar door indienen door het formulier op de website in te vullen. Meer info op www.pcce.be/ erfgoedsubsidies
WAAR NAARTOE?
Sint-Aldegonisstraat, Kleine-Spouwen (Bilzen)
KLEINE-SPOUWEN (BILZEN)
Op 11 november vorig jaar werd het opgeknapte ‘Monument der gesneuvelden’ plechtig ingewijd. En dat het Oudstrijderscomité met het resultaat tevreden was, bewees het vrolijke volksfeest nadien.
De laatste jaren begon het ‘Monument der gesneuvelden’ wat van zijn schoonheid te verliezen. “Er waren eigenlijk heel veel kleine mankementen”, vertelt Leon Vanharen, secretaris van de kerkfabriek en lid van het Oudstrijderscomité. “Toen er stukken marmer naar beneden begonnen te vallen, vonden we het tijd om aan de alarmbel te trekken. Te lang hadden we een restauratie uitgesteld wegens gebrek aan budget, maar dankzij de steun van de provincie, gemeente Bilzen en Cera konden we eindelijk tot actie overgaan.”
Het Oudstrijderscomité is heel tevreden met het resultaat. “Na een grondige reiniging werden
de voegen gemetst, de bakstenen waterafstotend gemaakt en het marmer vervangen. Ook de letters en de cijfers werden opnieuw geschilderd, zodat alles weer goed leesbaar is.”
11 november is voor het Oud
Strijderscomité telkens het hoogtepunt van het jaar. “Die dag staat elk jaar opnieuw in het teken van een specifiek thema, gelinkt aan de oudstrijders of aan mensen die met de gesneuvelden een band hebben. Het was dus ook het uitgelezen moment om het gerestaureerde monument plechtig voor te stellen en in te wijden. Nadien volgde een volksfeest met 200 man. En ondertussen zijn we alweer bezig met research voor het thema van volgend jaar: schadegevallen van de oorlog”, besluit Leon.
MAASEIK
Maaseik heeft ontzettend veel waardevol funerair erfgoed. Om dat in ere te bewaren, werkt de stad, samen met INTRO Cultuur en Media, beheersplannen uit voor de zes begraafplaatsen.
Begraafplaatsen zijn enorm waardevol voor een stad en haar inwoners. Niet alleen omwille van de architecturale en materiële bijzonderheden, maar vooral omwille van de verhalen én de personen die er begraven liggen. “Er is niet voor niets een decretale verplichting voor elke gemeente om een lijst met graven van lokaal historisch belang op te stellen”, zegt Tamara Inghels, zaakvoerster van INTRO Cultuur en Media.
De begraafplaats 'Verloren kost' is al volledig geïnventariseerd.
Maaseik deed beroep op Tamara’s expertise om de zes begraafplaatsen samen met vrijwilligers te inventariseren en er een beheersplan voor uit te werken. Ze werkte een methodologie uit en gaf de vrijwilligers een vorming. “In totaal werken een tiental enthousiaste vrijwilligers mee aan dit project. Ze hebben al ontzettend goed werk geleverd. De oude begraafplaats van het stadscentrum van Maaseik, ‘Verloren Kost’, een monumentaal pareltje, is al volledig geïnventariseerd. Dat was veel werk, want er liggen in totaal 2 069 graven. Op basis van dat veldwerk heb ik een beheersplan voor de komende 24 jaar opgesteld, met daarin een duidelijke visie en beleidslijnen. Voor alle begraafplaatsen in Maaseik zullen we op dezelfde manier te werk gaan. Nu zijn Opoeteren en Neeroeteren aan de beurt en tegen 2025 proberen we de andere drie aan te pakken.”
De stad Maaseik kreeg voor het project ‘implementatie funerair erfgoed’ een provinciale projectsubsidie van 25 000 euro.
SUBSIDIE PROJECTEN
ONROEREND ERFGOED
Heb jij een project rond onroerend erfgoed in Limburg? Dan kan je een project- of investeringssubsidie aanvragen bij de provincie. Je kan tot 60 procent van de kosten terugkrijgen, tot 25 000 euro.
DEADLINE
Een aanvraag dien je in voor 1 oktober 2024 door het formulier op de website in te vullen. Meer info op www.pcce.be/ erfgoedsubsidies
WAAR NAARTOE?
Verloren Kost, Ridderspadstraat, Heppeneert, Spilstraat, Egelsbergweg en Aldeneikerweg in Maaseik
IN CIJFERS
De gemeente Hoeselt kreeg voor het investeringsproject ‘Herinventarisatie bouwkundig erfgoed’ een provinciale projectsubsidie van 7 236,41 euro.
SUBSIDIE PROJECTEN
ONROEREND ERFGOED
Heb jij een project rond onroerend erfgoed in Limburg? Dan kan je een project- of investeringssubsidie aanvragen bij de provincie. Je kan tot 60 procent van de kosten terugkrijgen, tot 25 000 euro.
DEADLINE
Een aanvraag dien je in voor 1 oktober 2024 door het formulier op de website in te vullen. Meer info op www.pcce.be/ erfgoedsubsidies
WAAR NAARTOE? Hoeselt
https://inventaris. onroerenderfgoed.be/ gebeurtenissen
HERINVENTARISATIE BOUWKUNDIG ERFGOED HOESELT
De gemeente Hoeselt wil niet alleen oude, maar ook 20steeeuwse gebouwen met erfgoedwaarde beschermen. Het was dus tijd om de inventaris van hun bouwkundig erfgoed te herbekijken.
De oorspronkelijke inventaris van bouwkundig erfgoed in Hoeselt dateert al van 1990.
“We stelden vast dat er een aantal panden, die we vandaag heel waardevol achten, ontbraken op die inventaris. Wanneer er een
Fruithandel met laadkaai aan voormalig station Hoeselt.
sloopaanvraag kwam, hadden wij geen been om op te staan. Een herinventarisatie drong zich dus op”, vertelt Veerle Vansant, erfgoedconsulent bij IOED Oost (Intergemeentelijke onroerenderfgoeddienst).
“Samen met een collega ben ik met de fiets door Hoeselt getrokken. Van alle interessante gebouwen hebben we foto’s genomen. Binnen de stuurgroep, met vertegenwoordigers uit onder andere de gemeente en de Hoeseltse Geschiedkundige Studiegroep, hebben we die selectie verfijnd. Een studiebureau werkte onze keuze daarna verder uit.”
De geselecteerde gebouwen springen er niet alleen uit door hun architecturale en historische waarde, maar ook door het verhaal dat ze vertellen. Dat leidde tot een diverse keuze van gebouwen. Het gaat zowel om traditionele hoeves en dorpswoningen als om specialere panden, zoals de fruithandel met laadkaai aan het voormalig station of de oude limonadefabriek Brouwerij de Es. Intussen werden 17 nieuwe gebouwen toegevoegd aan de inventaris, die in totaal een 100tal gebouwen telt.
RESTAURATIE HOOFDALTAAR
PAAL (BERINGEN)
Het prachtige marmeren hoofdaltaar van de SintJandeDoperkerk in Paal schittert weer als nieuw. Het was het slotstuk van een hele reeks restauraties in de kerk.
“Het hoofdaltaar, vervaardigd uit Carraramarmer, was een beetje verweerd. Vooral het bladgoud was beschadigd, waardoor je de vier bijbelfiguren amper nog kon herkennen. Hoog tijd om daaraan iets te doen", dacht Alex Van Roosbroeck, lid van de kerkfabriek. Na een uitgebreid inspectierapport van Monumentenwacht Limburg, deden ze beroep op restaurateur Kathy Vincke. “Zij liet ons weten dat de restauraties uit het verleden niet altijd nauwkeurig verlopen waren. Na een grondige reiniging, werden de figuren opnieuw ingekleurd met bladgoud. Nadien kregen ze nog een stevige beschermlaag.
Drie weken heeft Kathy daarvoor op haar knieën moeten zitten. Maar het resultaat mag er zijn; we zijn heel tevreden”, gaat Alex enthousiast verder.
Sinds 2015 werden alle heiligbeelden en andere attributen van de SintJandeDoperkerk stelselmatig gerestaureerd. Nu ook het altaar in ere hersteld is, lokt de kerk weer veel nieuwsgierige bezoekers. “Momenteel leg ik de laatste hand aan een brochure, waarmee je de kerk op eigen tempo kan ontdekken. Je vindt er meer info over de kerk, de beelden, het altaar en de ruimere omgeving.”
De kerkfabriek ontving een provinciale subsidie van 5 471,16 euro voor de restauratie van het hoofdaltaar in de SintJan-de-Doperkerk, nietbeschermd klein historisch erfgoed.
INVESTERINGSSUBSIDIE KLEIN HISTORISCH ERFGOED
Bezit of beheer je nietbeschermd klein historisch erfgoed? Dan kan je een subsidie aanvragen voor het onderhoud en de instandhouding van waardevol, niet-beschermd klein historisch erfgoed. Je kan tot 60 procent van de kosten terugkrijgen, tot 12 000 euro.
Een aanvraag Klein Historisch Erfgoed kan je het hele jaar door indienen door het formulier op de website in te vullen. Meer info op www.pcce.be/ erfgoedsubsidies
WAAR NAARTOE? Pater Carremansstraat, Paal (Beringen)
De gemeente Kortessem ontving een provinciale subsidie van 8 590,50 euro voor het herstellen en opwaarderen van de kerkhofmuur Vliermaalroot, niet-beschermd klein historisch erfgoed.
INVESTERINGSSUBSIDIE
KLEIN HISTORISCH ERFGOED
Bezit of beheer je nietbeschermd klein historisch erfgoed? Dan kan je een subsidie aanvragen voor het onderhoud en de instandhouding van waardevol, niet-beschermd klein historisch erfgoed. Je kan tot 60 procent van de kosten terugkrijgen, tot 12 000 euro.
DEADLINE
Een aanvraag Klein Historisch Erfgoed kan je het hele jaar door indienen door het formulier op de website in te vullen. Meer info op www.pcce.be/ erfgoedsubsidies
WAAR NAARTOE?
Dorpsplein/Fonteinstraat, Vliermaalroot (Kortessem)
KERKHOFMUUR
VLIERMAALROOT (KORTESSEM)
In slechts enkele weken tijd werd de kerkhofmuur van Vliermaalroot hersteld en gerestaureerd. De plek krijgt zo weer een belangrijke publieke functie.
“Zo’n drietal jaar geleden reed een auto door de kerkhofmuur, waardoor er een groot gat ontstond. Door een verzekeringskwestie geraakte dat maar niet opgelost. Bovendien vertoonde de muur ook wat slijtage. Het metselwerk was beschadigd en de dekstenen waren hier en daar gebarsten. Daarom besloot de gemeente Kortessem het heft in eigen handen te nemen”, vertelt Greet Pauwels, coördinator Dienstverlening Onthaal en Burgerzaken.
Een extra opening maakt het kerkhof toegankelijker.
Dankzij het inspectierapport van Monumentenwacht Limburg wisten Greet en haar collega’s hoe ze de herstelling en de restauratie het best konden aanpakken. “Van het gat in de muur hebben we een extra ingang gemaakt, waardoor de publieke functie van de begraafplaats weer opgewaardeerd wordt. De begraafplaats ligt midden in het dorp, vlakbij de lagere school. De passage door het kerkhof is nu weer een stuk aantrekkelijker. Bovendien kadert de restauratie en herwaardering van die kerkhofmuur in het groter vergroeningstraject van de acht begraafsplaatsen in Kortessem. Vliermaalroot komt als eerste aan de beurt. Na de herstelling van de kerkhofmuur, kunnen we ons nu focussen op de restauratie van een aantal belangrijke grafstenen en de heraanleg van het oud kerkhof.”
Wil je er even tussenuit?
Op de volgende pagina's vind je leuke tips voor trips. De projecten hebben de afgelopen jaren bijna allemaal ondersteuning gekregen van de provincie.
Benieuwd naar het leven van 80 000 tot 40 000 jaar geleden? Breng dan een bezoekje aan de Neanderthalersite in Veldwezelt. Tijdens verschillende opgravingscampagnes tussen 1998 en 2003 werden er resten gevonden van minstens drie Neanderthalerjachtkampen en twee vuursteenextractiesites.
Deze unieke archeologische vindplaats werd gerestaureerd, geconserveerd en opengesteld voor het brede publiek. Je maakt er niet alleen kennis met de vroege bewoners, maar ook met de ijstijden en de evolutie van het klimaat.
Neanderthalersite
Neanderthalerweg 1, Lanaken 2 euro (enkel op afspraak) www.visitlimburg.be
Zoekterm: neanderthaler
Het kunstenaarscollectief Research Group staat centraal tijdens de najaarstentoonstelling in het Stadsmus in Hasselt. De groep ontstond in 1967 rond Vincent Van der Meersch en zijn leerlingen Hugo Duchateau, Jos Jans, Hélène Keil, Dré Sprankenis en Jan Withofs. Ze speelden met hun beeldende werk en acties in op internationale tendensen zoals Pop Art en Fluxus. Ruim 50 jaar later is hun speelse werk nog steeds actueel. Bezoek nog tot 5 januari 2025 de indrukwekkende overzichtstentoonstelling!
Stadsmus
Guido Gezellestraat 2, Hasselt Gratis www.stadsmus.be
Een zalig fietstochtje via het Limburgse fietsroutenetwerk brengt je naar de Stoomstroopfabriek, het unieke fruitbelevingscentrum in Borgloon. Je ontdekt er het vruchtbare verleden en de fruitige toekomst van de fruitstreek. Via leuke belevingsmodules kom je te weten welk parcours een stuk fruit aflegt. Van een ontluikende vrucht tot de afwerking ervan in een heerlijk streekproduct, zoals de Loonse Stroop. Vergeet niet om op het einde van je bezoek te proeven van de heerlijke producten in de streekproductenshop!
Stroopfabriek
Stationsplein 8, Borgloon 7 euro www.stroopfabriek.be
TOEREN TUSSEN TUMULI
Te voet, op de fiets of met de huifkar. De tumuli in Gingelom kan je op verschillende manieren bezoeken. De rijke Romeinse villabewoners bouwden een tumulus, een grote kunstmatige aarden grafheuvel als laatste rustplaats. De bedoeling was dat die de tand des tijds kon doorstaan. En dat blijkt voorlopig goed gelukt te zijn. In Gingelom vind je de grootste galloromeinse collectie van België: zes grafheuvels van 1 800 jaar oud in een straal van nauwelijks 1,5 km.
Tumuli
Hoogstraat 32, Gingelom Gratis www.gingelom.be/tumuliratis
In Kessenich kan je nog de ruïnes van een mottetoren bespeuren. Een wat? In de middeleeuwen werd een verdedigingstoren heel vaak op een ‘motte’, een kunstmatige heuvel gebouwd. Op ‘de Bergh’ stond ooit het kasteel van Kessenich. De oorspronkelijk houten toren werd vervangen door een achthoekige verdedigingstoren uit Maaskeien. Die overgebleven mottetoren kan je nu nog steeds bezoeken. Op de heuvel heb je trouwens een prachtig uitzicht op de Maas en de Drie Eigen: Kessenich, Thorn en Neeritter.
Mottetoren
Kerkstraat 10, Kinrooi Gratis
www.visitlimburg.be
Zoekterm: mottetoren
Hoe geraakten mijnwerkers down under? Hoe slaagden ze erin om op 800 m diepte te kunnen ademen? En hoe werd lucht gemaakt om machines aan te drijven? In ZLDR Luchtfabriek zijn de voormalige persluchtcentrale en het ophaalmachinegebouw omgetoverd tot een boeiende ruimte waar je het mijnverleden in al haar glorie kan beleven. Altijd al eens willen weten hoe het voelt om in een oneindige schacht te staan? Dit is je kans!
ZLDR Luchtfabriek
Marktplein 5, Heusden-Zolder Gratis www.visitlimburg.be Zoekterm: zldr luchtfabriek
Oude toonbanken, laden met kruiden en het vergiftenkastje. Wie de deur van nummer 46 op de Markt in Maaseik opentrekt, stapt terug in de tijd. De oudste privéapotheek in België is een miniscuul bewaarde tijdscapsule. Geuren, kleuren en smaken doen je de geschiedenis herbeleven. Maar liefst zes generaties zouden er 225 jaar lang het apothekersambt hebben uitgevoerd. Het interactieve apotheekmeubel laat je kennismaken met hun vakmanschap.
Apotheekmuseum
Markt 45, Maaseik 6 euro www.visitlimburg.be
Zoekterm: apotheekmuseum
Wat is het verschil tussen een klok en een timer? Dat, en nog véél meer kom je te weten in het wekkermuseum in Diepenbeek. Het museum neemt je letterlijk terug mee in de tijd. De Heemkundige Kring verzamelde er meer dan 350 wekkers uit alle hoeken van de wereld, van Turkije tot Amerika. Het oudste exemplaar dateert van 1860. Interesse? Elke derde zondag van de maand nemen de gidsen je mee op een gratis rondleiding.
Wekkermuseum
Visserijstraat 10, Diepenbeek Gratis
www.diepenbeek.be
Zoekterm: wekkermuseum
64 meter lang. De kerktoren van Peer is de grootste van NoordLimburg en omstreken. Niet alleen voor het adembenemende uitzicht, maar ook voor de totaalbeleving is het de moeite om de toren te beklimmen. Via sensoren en projecties word je door de toren geleid. Een virtuele gids, met de stem van Warre Borghmans, neemt de bezoeker mee op sleeptouw. Hoe hoger je klimt, hoe meer je te weten komt.
Kerktoren Peer Kerkstraat 1, Peer 6 euro www.visitlimburg.be Zoekterm: reus der kempen
Op 8 september 2024 zwaaien meer dan 800 monumenten in Vlaanderen hun deuren open voor de 36ste editie van Open Monumentendag. Het thema dit jaar? En route! Om te vieren dat mensen en ideeën altijd in beweging zijn. Trek door de vele wegen van steen, lucht, water, grond of ijzer en ontdek hoe nauw onze monumenten verbonden zijn met hun plek, in de stad of het dorp, in het landschap en langs de weg.
Open Monumentendag Info en volledige programma: www.openmonumentendag.be
In het zuiden van Haspengouw ligt het laatgotische Kasteel van Heers, in een prachtig groen kasteelpark van 5 ha groot. De laatste jaren raakte het kasteel in verval. Dat veranderde toen de Vlaamse overheid eigenaar werd en het kasteel in erfpacht gaf aan Herita. Het kasteel wordt momenteel gerestaureerd. Benieuwd naar de werken? Er vinden regelmatig werfbezoeken plaats of je kan zelf je handen uit de mouwen steken tijdens een van de klusdagen. Hou de agenda in de gaten!
Kasteel van Heers
Nieuwe Steenweg 71, Heers Gratis
www.kasteelvanheers.be
EEN BRUG, TWEE VERHALEN
De Brug van Vroenhoven brengt twee boeiende verhalen samen. Je vindt er niet alleen een belevingscentrum over het begin van de Tweede Wereldoorlog, die voor België uitgerekend aan de Vroenhovense brug over het Albertkanaal lostbarstte. Je ontdekt er ook alles over de binnenvaart.
Dankzij interactieve expo’s word je een volleerd kanalenkenner. Bovendien is de brug, een architecturale parel, op zich al een bezoekje waard!
Brug van Vroenhoven
Maastrichtersteenweg 212, Riemst 6 euro www.debrugvanvroenhoven.be
In Leopoldsburg vind je binnen een straal van een uur wandelen, fietsen of rijden meer dan 100 000 gesneuvelden van de Tweede Wereldoorlog. De ideale plek voor Liberation Garden, een museum over WO II. Je stapt er in de schoenen van de bezetters, verzetsmensen en bevrijders en ontdekt er het verhaal van gewone mensen in buitengewone omstandigheden. Die historische personages vertellen het je allemaal zelf, zodra je hun uitgestoken hand aanraakt.
Liberation Garden
Koningin Louisa-Marialaan 2, Leopoldsburg 15 euro www.liberationgarden.be
Het grafveld van de Dorperheide in Kaulille is een archeologisch pareltje. Het is een van de schaarse plekken waar de aanwezige grafheuvels nog duidelijk zichtbaar en gaaf bewaard zijn. De plek dateert uit de vroege ijzertijd (ca. 800 tot 400 v.c.). De twaalf grafheuvels zijn dus meer dan 2 500 jaar oud! Breng een (geleid) bezoekje aan het urnenveld; ontdek welke geschiedenis er zich schuil houdt en hoe onze voorouders leefden.
Urnenveld Dorperheide
Hoek Kettingbrugweg -Belgebergstraat, Bocholt
Gratis
inventaris.onroerenderfgoed.be/ erfgoedobjecten/307179
In 1895 stapten vier Zusters van SintJozef vanuit hun moederklooster in ClermontFerrand op de trein richting Munsterbilzen. Ze kwamen met een duidelijke missie: onderwijs en geestelijke gezondheidszorg verstrekken. Het belevingscentrum ‘Altijd op weg’ in het medisch centrum SintJozef toont het kloosterleven van de zusters, hun spiritualiteit en hun engagement in hun nieuwe thuis. Eenmaal binnen word je volledig ondergedompeld in de sacrale sfeer.
Altijd op weg Abdijstraat 2, Bilzen 90 euro per groep, enkel na afspraak. www.zustersvanmunsterbilzen.be
Het Provinciaal Centrum voor Cultureel Erfgoed en Monumentenwacht Limburg zijn elke dag in de weer om het Limburgs onroerend erfgoed beter te ontsluiten en bekend te maken. Het magazine 'LEF Durven met Limburgs Erfgoed' houdt je op de hoogte van de activiteiten van de afdeling Erfgoed en zit boordevol nuttige informatie en tips.
Je gegevens zullen enkel gebruikt worden voor de verzending van dit magazine. Je kunt ze steeds laten aanpassen of schrappen.
Erfgoed Limburg
@PROVINCIAALCENTRUMCULTUREELERFGOED
Wil je het hele jaar op de hoogte blijven van de activiteiten en projecten van de Afdeling Erfgoed van de provincie Limburg? Ruim 12 000 volgers gingen je al voor!