Heb je zin om een activiteit te organiseren tijdens de archeologiedagen, maar weet je niet hoe je je site, opgraving of depot voor het grote publiek kan openzetten?
INSPIRATIEMOMENT
Donderdag 23 januari 2025 Provinciehuis Antwerpen, (Zaal Nicole van Goethem) van 14 u. tot 17 u.
Schrijf je in via www.archeologiedagen.be. Hier kan je je ook inschrijven op de nieuwsbrief en blijf je op de hoogte van de laatste updates.
Nog vragen of nood aan ondersteuning? Neem contact op met ons via archeologiedagen@limburg.be
LEF – Durven met Limburgs Erfgoed staat voor innovatief omgaan met erfgoed. In dit magazine staan telkens een aantal van die prachtige projecten centraal. De twaalfde editie van LEF valt net samen met uw twaalfde jaar als gedeputeerde van Erfgoed. En er komen voor u nog vier boeiende erfgoedjaren bij. Een mooi moment om even terug te blikken. Als u terugkijkt op de voorbije twee legislaturen als gedeputeerde van Erfgoed, wat is u dan het meest bijgebleven?
Ter gelegenheid van de herdenking van de Eerste Wereldoorlog lanceerden we binnen ‘Limburg 1914-1918 - Kleine verhalen in een Groote Oorlog’ verschillende grote participatieve projecten, waarbij we geprobeerd hebben om elke Limburger te bereiken en te betrekken. Ze kregen internationaal ook veel weerklank. Zo heeft bijvoorbeeld elk van de toenmalige 44 Limburgse gemeenten meegewerkt aan het participatieve project rond de Helmen, die nu permanent in Halen te bewonderen zijn. Daarnaast moet ik ook denken aan het online-platform ‘Onder de Radar’, waarbij we aan de hand van oude luchtfoto’s op zoek gingen naar sporen en verhalen uit de Tweede Wereldoorlog. Dat is een mooi voorbeeld van een prachtig en innovatief project gericht op de lokale erfgoedgemeenschappen. We ontvingen de afgelopen vier jaar in totaal meer dan 1600 inzendingen, verspreid over alle Limburgse gemeenten. Het draagvlak vergroten rond erfgoed, dat blijft een van onze grote ambities. Tot slot hebben we tijdens een langlopende restauratiecampagne maar liefst 124 huisjes in het Openluchtmuseum Bokrijk onder handen genomen en gerestaureerd. Daarmee hebben we het museum klaargestoomd voor de toekomst. Mensen warm maken voor erfgoed begint vaak ook met mooie projecten waaronder de provincie haar schouders kan zetten? Het nieuwe belevingscentrum ‘GRAAF’ over de graven van Loon is zo’n nieuwe parel die een belangrijke episode op een moderne en aantrekkelijke manier vertelt. Inderdaad, via de realisatie van dit belevingscentrum is het rijke Limburgse verleden van het graafschap Loon ontsloten voor het brede publiek. Het graafschap Loon ontstond in onze streken rond het jaar 1000. De eerste graven van Loon konden enkele oudere versnipperde gebieden in Haspengouw en de Kempen samenvoegen en werden zo nieuwe sterke regionale spelers. Het belevingscentrum brengt op een toegankelijke manier dat verhaal dat iedere Limburger, jong en oud, zou moeten kennen. Daarom werd ook een kinder- (6-12 jaar) en jongerenparcours (12-18 jaar) uitgewerkt. Omdat in Graaf alle belangrijke Loonse steden in Limburg aan bod komen, ben ik ervan overtuigd dat het belevingscentrum een belangrijke toegangspoort is die bezoekers warm maakt om verder op ontdekking te gaan in Limburg en kennis te maken met het rijke verleden van onze provincie.
Igor Philtjens, gedeputeerde van Erfgoed
VOORAF
ERFGOED LEF
COLOFON
De deputatie van de provincieraad van Limburg: Jos Lantmeeters, gouverneur-voorzitter; Inge Moors, Laura Olaerts, Igor Philtjens en Tom Vandeput, gedeputeerden en Wim Schoepen, provinciegriffier Tekst: Katelijne Beerten, Peter Bloemen, Sandro Claes, Carolien Goeleven, Kes Philipsen, Betty Simon en Pauline Van Dun Realisatie: f-twee bladenmakers - afdeling Erfgoed - Provinciaal Centrum voor Cultureel Erfgoed, provincie Limburg (Universiteitslaan 1, 3500 Hasselt) Drukwerk: Antlilope De Bie Printing, Nijverheidsstraat 6, 2570 Duffel • Papier: 100% gerecycleerd • Oplage: 5500 exemplaren Verantwoordelijke uitgever: Sandro Claes, Universiteitslaan 1, 3500 Hasselt • Website: www.pcce.be
‘LEF - Durven met Limburgs Erfgoed’ verschijnt twee keer per jaar
DURVEN MET LIMBURGS ERFGOED
LIMBURG LEF
06 I SUNDAY SESSIONS
Vijf jaar orgelconcerten
10 I WELKOM IN GRAAF
Nieuw belevingscentrum
14 I NIEUWE MOLENKAART
Molenerfgoed promoten
18 I WATERTOREN IN BREE
Jong redt Oud
24 I RIKS REISVERSLAG
Limburgs fietstoerisme
09 I Erfgoedspecialist met pensioen
15 I Levend erfgoed in Nieuwenhoven
19 I Parels uit de kunstcollectie
29 I Monumenten en hun eigenaars
35 I Subsidies
43 I Tips voor trips
2021
Oogstconcerten
De provincie Limburg start met de organisatie van jaarlijkse orgelconcerten.
2022
Bloesemconcerten
Met Johannes Ebenbauer en sopraan Susanne Ebenbauer gaan de orgelconcerten internationaal.
2023
Sunday Sessions De orgelconcerten krijgen een nieuwe naam.
VIJF JAAR ORGELCONCERTEN IN DE BEGIJNHOFKERK SINT-TRUIDEN
ALLE REGISTERS OPEN
2023
Sunday Sessions –Internationaal talent
De orgelconcerten pakken voor het eerst uit met een volwaardig internationaal programma.
Hedendaagse dans op een bedje van klassieke orgelmuziek? In Sint-Truiden kijken ze daar niet van op. Tijdens de Sunday Sessions gaat het barokorgel van de Begijnhofkerk in dialoog met artiesten van diverse pluimage. In het voorjaar van 2025 is de concertreeks na vijf jaar aan haar jubileumeditie toe.
Binnen de klassieke muziek neemt het kerkorgel een bijzondere plaats in. Je kan het niet, zoals een strijk- of een blaasinstrument, in de ruimte verplaatsen. Bovendien roepen orgelklanken de sfeer van kaarsen en wierook op én dat ligt gevoelig in deze wereldse tijden. Om van orgelmuziek te genieten, moet je over die drempels heen. Precies dat is het opzet van de Sunday Sessions, een jaarlijkse concertreeks in de Begijnhofkerk van Sint-Truiden. In de hoofdrol? Het oudste homogeen bewaarde én bespeelbare orgel van ons land. “Een orgel heeft veel meer in zich dan alleen de mis opluisteren”, zegt organist en curator Luc Ponet (Baroque & more). “Dat is altijd al zo geweest. Op schilderijen uit de 17de en de 18de eeuw zie je dat mensen op zondagmiddag naar de kerk kwamen om zich te vermaken. Ze wandelden door het gebouw, met hun hondje aan de lijn,
2024 Sunday Sessions –Verrassende combinaties Kunstenaars uit verschillende disciplines combineren hun talent met klassieke orgelmuziek.
terwijl de organist voor entertainment zorgde. Met de Sunday Sessions borduren we verder op dat idee. Tijdens het voorjaar wandel je de Begijnhofkerk gratis binnen voor een orgelconcert met een extra twist.”
TEMPERAMENT
Naast de befaamde muurschilderingen heeft de Begijnhofkerk dus nog een belangrijke troef in huis. Het 17deeeuwse barokorgel, gebouwd door
‘ORGELCONCERT
MET
EEN EXTRA TWIST’
Christian Ancion uit Hoei, is een echte parel. Sinds de restauratie in 1996 verkeert het opnieuw in onberispelijke staat. Volgens Luc Ponet staan organisten van over de hele wereld in de rij om het instrument te mogen bespelen. “Maar daar zijn we heel selectief in”, zegt hij. “Zo’n orgel heeft een persoonlijkheid, een eigen temperament. Als organist moet je dat aanvoelen, anders wordt het een gevecht. En daar zitten de mensen uiteraard niet op te wachten. Voor de Sunday Sessions
2025 Sunday Sessions –Vijf jaar jong Nog meer verrassende combinaties van orgel en andere kunstvormen.
gaan we op zoek naar muzikanten die een publiek kunnen begeesteren, vanuit een grote liefde voor het instrument. Dat maakt deze concertreeks zo uniek.”
VERRASSENDE COMBINATIES
Ook uniek zijn de samenwerkingen waarop de Sunday Sessions een patent hebben. Aanvankelijk met klassiek geschoolde muzikanten, maar steeds vaker ook met artiesten uit heel uiteenlopende disciplines. “We proberen stap voor stap te verjongen en een breder publiek aan te spreken”, zegt Kes Philipsen van de provinciale afdeling Erfgoed. “Zo hadden we twee jaar geleden een hedendaagse danseres en vorig jaar een hiphopdanser op bezoek. Zij gaan elk op hun manier in dialoog met een klassieke organist, wat telkens weer verrassende combinaties oplevert. Daar komen nieuwe mensen op af, zelfs kinderen en jongeren. Dat zien we uiteraard graag gebeuren.”
Voor de vijfde editie gaan de Sunday Sessions verder op die ingeslagen weg. Het programma krijgt stilaan vorm, maar Luc Ponet heeft nog een paar items op z’n bucketlist. “Ik droom al langer van een samenwerking met een grote naam uit de pop- of rockmuziek. De eerste contacten zijn gelegd, maar daarover kan ik nog niets kwijt. Een reden te meer om de Sunday Sessions nu al aan te stippen in je agenda.”
HOOGTEPUNT #1
HOOGTEPUNT #2
SERGE SCHOONBROODT EN DOMINIQUE SCHMITZ
HOOGTEPUNT #3
PERCUSSIE, HAMMOND EN SPOKEN WORD
In 2023 gaan de orgelconcerten in de Begijnhofkerk, voorheen Bloesem- en Oogstconcerten, voor het eerst als Sunday Sessions door het leven. De klemtoon ligt dat jaar op gerenommeerde internationale organisten als João Janeiro (Portugal), Krzysztof Urbaniak (Polen) en Felipe Dominguez (VS). Een van de hoogtepunten is de samenwerking tussen de Nederlandse organiste Francesca Ajossa en de Italiaanse choreografe Alessia Crema op zondag 14 mei. De combinatie van hedendaagse dans en klassieke orgelmuziek gaat wonderwel samen. Op een gegeven moment haalt Alessia Crema ook toeschouwers uit het publiek om ze mee te laten bewegen doorheen de kerk: een unieke ervaring voor wie het geluk had om erbij te zijn.
In 2024 gaan de Sunday Sessions voluit voor de combinatie van orgelmuziek en andere kunstvormen. Zeer verrassend is het HipOrgue-project van de Luikse organist Serge Schoonbroodt en danser Dominique Schmitz op zondag 12 mei. Met een bewegingstaal die het midden houdt tussen moderne hiphop en traditionele Rwandese dans maakt Dominique Schmitz er in de Begijnhofkerk zowaar een feestje van. De toeschouwers komen spontaan uit hun stoel om mee te dansen op de klassieke orgelklanken van Serge Schoonbroodt. Door de concerten aan te kondigen via sociale media bereiken de Sunday Sessions voor het eerst een veel diverser publiek dan de traditionele orgelliefhebber.
Het definitieve programma voor de Sunday Sessions van 2025 laat nog even op zich wachten. Wil je toch graag een tipje van de sluier? Verwacht je opnieuw aan een reeks verrassende samenwerkingen, met het barokorgel van de Begijnhofkerk als centrale spil. Twee muzikanten uit Toulouse doen samen iets bijzonders met percussie; een jazzartiest belooft muzikaal vuurwerk met de combinatie van kerkorgel en Hammond (elektromechanisch orgel) en een woordkunstenaar vertelt het verhaal van de muurschilderingen in de Begijnhofkerk met orgelmuziek als bindende factor. En dan is er nog die mysterieuze grote naam waarop Luc Ponet zit te azen. Houd de website in de gaten voor meer details!
27 april 2025, 4 mei 2025, 11 mei 2025 en 18 mei 2025 www.pcce.be
Betty Simon werkte maar liefst 41 jaar met hart en ziel op de erfgoedafdeling van de provincie. Ze ontfermde zich heel haar carrière lang over de Begijnhofkerk in Sint-Truiden en nam later ook de kunstcollectie van de provincie onder haar hoede.
Betty Simon is intussen een begrip in de wandelgangen van de provincie. Veel collega’s zullen haar met spijt in het hart zien vertrekken als ze eind dit jaar met pensioen gaat. Zelf kijkt ze vol trots terug op haar lange carrière bij de provincie: “Het is zó divers geweest! Ik heb me geen moment verveeld.”
Het scheelde nochtans niet veel of je was in het onderwijs terechtgekomen? Ik ben van opleiding lerares Nederlands –Engels – Geschiedenis. Ik vond niet onmiddellijk een vaste job in het onderwijs en solliciteerde voor een tijdelijk project in het Openluchtmuseum Bokrijk. Niet veel later kreeg ik de kans om de Begijnhofkerk Sint-Truiden te helpen ontsluiten. En ik ben niet meer weggegaan. (lacht) Er zijn erg veel leuke projecten op mijn pad gekomen. Van
AFSCHEID VAN EEN BEVLOGEN COLLEGA
'MET
HART EN ZIEL'
de Sunday Sessions tot de tijdelijke tentoonstellingen.
Welke tentoonstelling blijft je het meest bij?
De diversiteit van die verschillende tentoonstellingsprojecten vond ik net zo leuk. Als ik er toch één moet uitpikken, dan kies ik voor de tentoonstelling ‘Laat-gotische beeldsnijkunst uit Limburg en grensland’. Die was prachtig! Maar elke tentoonstelling vond ik boeiend om zoveel bij te leren.
En nieuwe mensen te ontmoeten?
Inderdaad, dat zal ik het meeste missen. Ik heb zoveel interessante mensen ontmoet: mijn collega’s, de gidsen en vrijwilligers in de Begijnhofkerk, de artiesten die er het beste van zichzelf kwamen geven, ... Twee keer had ik zelfs de kans om aan een internationaal congres deel te nemen.
Je beheerde ongetwijfeld met evenveel passie de kunstcollectie van de provincie?
Absoluut! De provincie heeft een bijzonder waardevolle collectie. Het is aan het Provinciaal Centrum voor Cultureel Erfgoed (PCCE) om die zo goed mogelijk
te beheren en te ontsluiten voor het grote publiek. En dat lukt! Momenteel loopt er een expo over de Research Group in Het Stadsmus in Hasselt, waar 54 werken uit onze collectie hangen. In juni van volgend jaar komt er een tentoonstelling in de Begijnhofkerk Sint-Truiden die we zelf aan het uitwerken zijn.
Je hebt heel wat erfgoed de revue zien passeren. Wat is je daarvan bijgebleven?
In Limburg kunnen we niet bogen op grote cultuursteden zoals Antwerpen, Gent of Brugge, maar toch zijn er zoveel prachtige erfgoedparels, verspreid over de provincie. Ik heb er alle vertrouwen in dat mijn opvolgers de bezoekers naar die verschillende plekken zullen brengen.
En nu?
Ik kijk ernaar uit om zelf nog heel wat erfgoed te gaan ontdekken, zowel in binnen- als buitenland. Maar ook om te genieten van de prachtige natuur tijdens kilometerslange wandelingen in Limburg of aan zee. Die sluit ik graag af met een kopje thee op een gezellig terrasje.
Welkom in GRAAF!
Sinds oktober ontvangen graaf Lodewijk I en gravin Agnes je met open armen in GRAAF. In dit splinternieuwe belevingscentrum in Borgloon komt het verhaal van de graven van Loon tot leven. Klaar voor een reis door deze fascinerende geschiedenis?
Zullen ze over 1000 jaar nog weten wie we zijn en waarvoor we staan? Zullen ze in deze prachtige Graethemkapel nog aan ons denken? Agnes van Metz, echtgenote van graaf Lodewijk I van Loon, deelt haar bezorgdheden met haar intussen overleden man. “Uiteraard is het antwoord op al haar vragen: ja!”, vertelt Katrien Houbey, diensthoofd Toerisme in Borgloon, enthousiast. “We vonden het heel mooi om het belevingsparcours met die existentiële vragen van de gravin te beëindigen. Het biedt de bezoeker de kans om samen met haar over het verleden, de toekomst en het leven in het algemeen te mijmeren. En we hopen uiteraard dat de gravin blij zou zijn met dit belevingscentrum dat het verhaal van het graafschap in geuren en kleuren vertelt.”
EEN BIJZONDERE PLEK
Maar eerst even terug naar het begin. Bijna 350 jaar lang regeerden de graven van Loon over het huidige Belgisch-Limburg. Rond
1018 vestigden de eerste graven zich in Borgloon. Op dat moment bestond het graafschap uit enkele versnipperde gebieden in Haspengouw en de Kempen. Door een slimme huwelijkspolitiek, allianties met andere regio’s en nu en dan een oorlog breidden ze hun gebied uit. In het begin van de 13de eeuw viel het graafschap zo goed als samen met de huidige provincie Limburg. De graven bleven tot diep in de 12de eeuw in Borgloon wonen. Het is dus geen toeval dat dit belevingscentrum zich hier bevindt.
“Maar dat is niet de enige reden”, vertelt Katrien. “De Graethemkapel, waarin het belevingscentrum gedeeltelijk is ondergebracht, is een van de weinige locaties waarvan we zeker weten dat er een graaf van Loon is begraven. Tot voor kort dachten we dat twee van de stoffelijke resten die er aangetroffen werden, afkomstig waren van graaf Lodewijk I
en zijn vrouw Agnes van Metz, maar na wetenschappelijk onderzoek eerder dit jaar bleek dat niet te kloppen. We weten wel dat de kapel omstreeks 1150, dus tijdens de regeerperiode van graaf Lodewijk van Loon gebouwd is én dat hij zelfs heel expliciet gevraagd heeft om daar samen met zijn vrouw begraven te worden. Hun skeletten liggen er dus waarschijnlijk nog ergens, of zijn in de loop der eeuwen verloren geraakt of zelfs verwisseld. Bijkomend onderzoek zal daarover in de toekomst nog duidelijkheid scheppen."
Maar dat is geen domper op de feestvreugde. Graaf Lodewijk I en gravin Agnes verwelkomen je in elk geval met open armen in het belevingscentrum.
ANDERHALF UUR
350 jaar geschiedenis herleiden tot een aantrekkelijke beleving van anderhalf uur: dat was de uitdaging waarvoor Katrien en haar team stonden. “350 jaar
Het project kreeg een provinciale Extra² erfgoedinvesteringssubsidie van 1 516 684,22 euro. Beide kapellen werden grondig gerestaureerd en kregen een unieke herbestemming.
is heel lang. We wilden het belevingscentrum enerzijds laagdrempelig genoeg houden voor bezoekers die tot voor kort amper afwisten van het bestaan van de graven. Anderzijds wilden we ook genoeg diepgang meegeven voor de beter geïnformeerde bezoekers. Geen eenvoudige opdracht dus! Een inhoudelijke werkgroep, met onder andere historici en medewerkers van de stad Borgloon waaronder ikzelf, bakende uiteindelijk een duidelijke inhoudelijke lijn af. Het ontwerpbureau Wondering heeft ons daarna geholpen om die inhoud om te zetten in een aantrekkelijk belevingsparcours.”
Een bijkomend probleem was het ontbreken, ondanks de gigantische hoeveelheid historische bronnen, van afbeeldingen van de graven van Loon. “Hoe moesten we hen tot leven wekken als we niet zeker wisten hoe ze eruitzagen? Een illustrator heeft uiteindelijk
alle figuren die doorheen het parcours aan bod komen, naar goed vermogen gevisualiseerd. Dat hebben we uiteraard, in de mate van het mogelijke, historisch gecheckt. Klopt het bijvoorbeeld wel dat gravin Agnes dat specifieke hoofddeksel draagt? Die creatieve beeldvorming zorgt ervoor dat het voor jong en oud een speelse beleving wordt. En daar zijn we echt trots op!”, vertelt Katrien.
HENDRIK VAN VELDEKE
Benieuwd naar meer? Loop dan even mee met Hendrik van Veldeke, verteller van dienst. Hij is geboren in het graafschap Loon en schreef in opdracht van gravin Agnes de Servaaslegende, de oudste Nederlandstalige tekst waarvan we de auteur met naam en toenaam kennen. Als professioneel minnezanger was hij een graag geziene gast aan verschillende hoven. Katrien: “Hendrik van Veldeke leek ons dus de perfecte verteller om het bezoek in goede banen te leiden. Hij kent niet alleen alle sappige details van de graven van Loon, maar had ook toegang tot de verschillende lagen van de middeleeuwse maatschappij. Dat liet ons toe om het verhaal open te trekken.” Oortjes in? Off we go. Het parcours start
in de neogotische kapel. In het schip van dit vroeg 20ste-eeuwse gebouw vind je een historische weergave van het graafschap. Hoe ontstond het? Welke graven regeerden er? Hoe bloeide het? Ook de tien Loonse steden komen er uitgebreid aan bod. In de zijbeuken is er plaats voor andere thema’s zoals literatuur, muziek, hoofse cultuur én vrouwen! Katrien: “De expo overstijgt de clichés. We wilden nuance aanbrengen en bezoekers laten inzien dat de middeleeuwse maatschappij veel rijker is dan wij allemaal dachten.”
INTIEME BELEVING
Via de gemeenschappelijke binnentuin loopt het parcours verder naar de Graethemkapel, waar de grafstenen van graaf Lodewijk van Loon en zijn vrouw zich bevinden. Katrien: “In deze ruimte proberen we de bezoeker in een intieme sfeer te brengen. We laten ze nadenken over het leven. Wat denk jij over de hemel, de hel en het vagevuur?” Er is ook aandacht voor de prachtige muurschilderingen in de kapel. En de expo eindigt met een audiovisuele projectie waarbij gravin Agnes het graf van haar man komt bezoeken en mijmert over het verleden, het heden en de toekomst.
“Naast het audioparcours voor volwassenen hebben we er ook een voor jongeren vanaf 12 jaar. De allerkleinsten maken via een vriendenboekje kennis met de verschillende personages uit het graafschap Loon. En de interactieve tafels met touchmodules zorgen ervoor dat iedereen het belevingscentrum op eigen tempo kan komen ontdekken”, besluit Katrien.
HARTJE HASPENGOUW
Het belevingscentrum is er niet alleen om de graven van Loon in de kijker te zetten, het is ook de ideale uitvalsbasis om te gaan wandelen in het prachtige Haspengouwse landschap. Net voor de deur start de wandeling ‘Grootloon’, met vier verschillende afstanden. In het onthaal van het belevingsparcours, ondergebracht in de stijlvolle nieuwbouw, staat ook een digitaal wandelportaal. In een mum van tijd vind je daar wat je zoekt.
Iedereen welkom in GRAAF! Graethempoort 3A Borgloon www.graafborgloon.be info@graafborgloon.be
TIEN LOONSE STEDEN
BERINGEN
Acht motteheuvels verdedigden de stad ten tijde van het graafschap Loon. Momenteel wordt onderzocht of er ter hoogte van de motte van Broekhoven, de enige middeleeuwse heuvel die vandaag nog zichtbaar is, een park kan komen waar natuur en erfgoed met elkaar verbonden worden.
Kolmont
Ook Brustem, Kuringen en Kolmont kregen stadsrechten, maar hebben zich nooit tot een stad ontwikkeld. In Brustem en Kolmont kan je de burchtruïnes bewonderen. Ook rond het Prinsenhof in Kuringen, dat als residentie van de graven van Loon dienstdeed, kan je mooi wandelen.
Graaf Arnold III van Loon schonk een kapel en landerijen aan de Duitse Orde. Vandaag kennen we de site als Landcommanderij Alden Biesen
Het kasteel van Schoonbeek werd gebouwd door leenmannen van de graven van Loon.
Zelfs vandaag nog hebben de tien Loonse steden een zichtbare band met elkaar. Denk bijvoorbeeld aan de geel-rode balken op hun wapenschilden, het perron (de stenen kolom die symbool staat voor de stedelijke vrijheid in het prinsbisdom Luik, waartoe Loon sinds 1366 behoorde) en andere, bekende of minder bekende, relicten. Hierrond een selectie.
Door de verworven stadsrechten kregen de Loonse steden zelfbestuur en bouwden ze stadswallen om zichzelf te verdedigen. In Stokkem zie je nog stukken van die oude stadsmuur
De tien Loonse steden kregen stadsrechten van de graaf van Loon. Het iconische stadshuis met markthal en perron dateren van later, maar staan wel symbool voor de stedelijke vrijheid.
De kerk van Aldeneik dateert uit de periode van het graafschap Loon.
In de Sint-Odulphuskerk legden de graven van Loon hun eed af voor de troonsbestijging.
De Kapel van Onze-Lieve-Vrouw Troosteres der Bedrukten werd gebouwd als gevolg van de Loonse Successieoorlog. De archeologische resten van de Grauwe Toren zijn als recreatieplek ingericht.
Het Kasteel van Grevenbroek werd vermoedelijk gebouwd in de eerste helft van de 14de eeuw en speelde een belangrijke rol in de geschiedenis van het graafschap Loon. Je kan de archeologische site vandaag nog bezoeken.
De Sint-Quintinuskathedraal heeft nog bouwsporen uit de tijd van het graafschap Loon.
In Herk-de-Stad zijn stukken van de oorspronkelijke stadswallen met groen geëvoceerd. Infoborden duiden aan waar de oude stadspoorten zich bevonden.
Verschillende graven van Loon vonden hun laatste rustplaats in de Abdij van Herkenrode. Graaf Gerard stichtte de abdij in 1192. Van de oorspronkelijke gebouwen is niets meer over. De gebouwen die vandaag nog overeind staan, dateren uit de 16de en 18de eeuw.
BILZEN BORGLOON
HASSELT
Een gloednieuwe molenkaart, waarop álle 191 molens in Limburg staan, daaraan werkte de provincie het afgelopen jaar. “De kaart helpt molenaars om te communiceren over molens in onze provincie”, vertelt Peter Bloemen, erfgoedadviseur bij de provincie Limburg.
De Abdijmolen van Herkenrode, de Oude Molen van Tessenderlo of de Pollismolen in Bree. Het zijn mijlpalen in hun omgeving en ver daarbuiten.
“De mens zoekt al eeuwenlang innovatieve hulpmiddelen om zwaar werk makkelijker te maken. Molens zijn ingenieuze machines die traditioneel gebruikt werden om graan te malen, maar al snel kwamen daar ook andere functies bij. Slagmolens bijvoorbeeld pletten zaden om er olie uit te halen,” vertelt Peter Bloemen.
ANKERPUNT
De alleroudste watermolens in Limburg dateren mogelijk al uit de prille 8ste eeuw. De meeste dorpen hadden één of meerdere molens. De economische
functie van traditionele water- en windmolens is in de vorige eeuw verschoven naar mechanische maalderijen. Molens zijn vandaag nog steeds van groot belang. “Het zijn niet alleen ankerpunten van de sociale identiteit van een lokale gemeenschap. Ze bepalen het uitzicht van onze dorpen en de natuur errond. Molens hebben mee het landschap rondom hen gevormd. Windmolens staan bijvoorbeeld vaak op een belt in de hoogte of op een open terrein. De aanwezigheid van een watermolen beïnvloedde de loop van waterlopen en kon de reden zijn om molenvijvers aan te leggen”, verduidelijkt Peter.
NIEUWE MOLENKAART
Heel wat molenaarsverenigingen zetten zich vandaag met hart en ziel in om dat industrieel erfgoed in ere te houden. “Op initiatief van Molenzorg ZuidLimburg werkt de provincie aan een update van de molenkaart. De laatste versie dateert van 1996. Op de nieuwe kaart voegen we niet alleen ontbrekende molens toe, maar geven we ook een update van de toestand van alle molens. Op de kaart staan 25 windmolens, 149 watermolens, 6 tredmolens,
DAAR BIJ DIE MOLEN
‘MOLENS VORMEN HET LANDSCHAP’
6 rosmolens en 5 nog actieve mechanische molens.”
Dat mechanische molens nu ook een plaats op de kaart krijgen, is nieuw. Maalderijen evolueerden mee op maat van de samenleving. Ze gingen van een groot aantal kleinschalige bedrijfjes naar een klein aantal grote bedrijven. Peter: “We doen hierbij een warme oproep om ons informatie te bezorgen over maalderijen die niet meer actief zijn, zodat we ook van dat industrieel erfgoed een beter beeld krijgen. Alle molenverenigingen en -eigenaars in Limburg krijgen de afgewerkte kaart begin 2025 toegestuurd. De kaart moet hen helpen het molenerfgoed te promoten. Maar het kan ook een handig instrument zijn om verhalen los te weken over andere molens. Iedereen kent wel een verhaal over de molen in zijn of haar dorp.”
De molenkaart wordt begin 2025 gepubliceerd. Ontvang je als erfgoed of toeristische instelling graag een exemplaar? Vraag hem aan via pcce@limburg.be.
Heb jij informatie over een oude mechanische molen? Mail dan naar peter.bloemen@limburg.be.
Abdijmolen van Herkenrode
WORTELS VAN HET VERLEDEN
Wandelen, tot rust komen, genieten. Het Provinciaal Domein Nieuwenhoven is een trekpleister voor de inwoners van Sint-Truiden en ver daarbuiten. Niet verwonderlijk, want het is het grootste openbare bos in Haspengouw. In 1972 kocht de provincie het hellingbos van 80 ha en redde het zo van een verkavelingsproject. “En gelukkig maar”, zegt Sarah Indeherberge, coördinator van het domein. “Naast de prachtige natuur, heeft het bos ook een enorm rijke en fascinerende geschiedenis. 85% Van
het bos behoort tot de 15,7% van alle bossen in Vlaanderen die op het eind van de 18de eeuw al ingetekend zijn als bos op de eerste Ferrariskaarten.” Dit natuurgebied was ooit onderdeel van het ‘Brudelholt’, een uitgestrekt woud ten noordoosten van het historisch centrum van Sint-Truiden. In de 10de eeuw na Christus schonk Bertha van Valenciennes het hellingbos aan de abdij van Sint-Truiden. De monniken ontgonnen het bos en bouwden een hoeve die daarna versterkt werd tot een kasteel. Na de Franse Revolutie viel het domein in privéhanden. Daardoor
kreeg het de structuur van een Engelse landschapstuin.
Sarah: “Het is mooi om te zien hoe je die sporen van het verleden nu nog kan herkennen in het bos. We willen dat bijzonder levend erfgoed zo goed mogelijk ontsluiten en een educatieve werking ontwikkelen voor scholen en gezinnen met kinderen. In het voorjaar van 2025 opent het nieuwe, ecologische bezoekerscentrum. Betonvrij, gebouwd met alleen maar duurzame materialen en verwarmd met aquathermie.”
Klaar om samen de wortels van het verleden te ontdekken?
Op deze Ferrariskaart (1777) zie je dat het bos omringd wordt door vruchtbare akkers.
1 HELLINGBOS
Wie in het bos van Nieuwenhoven naar het noorden stapt, zal dat geweten hebben. Het laagste punt ligt op 39 meter, het hoogste op 74. Dat hoogteverschil ontstond al zo’n 100 miljoen jaar geleden. Fossielen tonen aan dat de zee toen nog tot Sint-Truiden kwam en 100 meter hoger lag. Sarah: “Erosie tijdens de ijstijden zorgde ervoor dat er eerst veel klei (minder vruchtbare grond) en later zandleem (zeer vruchtbare grond) afgezet werd in Haspengouw. Door de wind en de regen is de zandleem naar de dalen opgeschoven. Die natuurlijke erosieprocessen zorgden dus voor het glooiend landschap en de vruchtbare grond. Op die vruchtbare zandleemlaag ontstond een uitgestrekt oerbos, het Brudelholt.”
2
De monniken legden visvijvers aan, omdat ze tijdens de vasten geen vlees mochten eten.
Deze bomen zijn al zeker 250 jaar oud.
VISVIJVERS
In de 10de eeuw na Christus schonk de zieke gravin Bertha van Valenciennes het hellingbos aan de abdij van Sint-Truiden, opdat de monniken zouden bidden voor haar gezondheid. Ze installeerden er een speelhof. Vergis je niet: geen plek om te spelen, wel om te revalideren. Ze exploiteerden hout en legden graslanden aan. Ook de visvijvers die het domein vandaag nog altijd zo mooi maken, hebben de monniken aangelegd. Tijdens de vasten mochten ze namelijk geen vlees eten en dan kwamen de visvijvers goed van pas. Sarah: “De meeste vijvers zijn intussen verdwenen, maar de aandachtige bezoeker kan nog zien waar ze zich situeerden. De begroeiing is er anders dan in de rest van het domein en je ziet ook een hoogteverschil in het landschap.”
3
BOSWAL VAN HAAGBEUK
Diep in het bos ligt het oudste stukje levend erfgoed van het domein: de boswal. De rij met geknotte haagbeuk gaf de grens aan tussen het bos van de abdij van Sint-Truiden en het ‘Hoge Mielenbroekbos’ van de abdij van Herkenrode. Sarah: “Na de Franse Revolutie in 1789 werd alles wat van de kerk was, verbeurdverklaard. Het bos van Nieuwenhoven behoorde dus niet langer tot de abdij van Sint-Truiden, maar kwam in privéhanden terecht. In de loop van de 19de eeuw kwamen de twee bospercelen in bezit van eenzelfde familie, waardoor de boswal zijn functie verloor. We kunnen dus zo goed als zeker zijn dat de haagbeuken er al van voor de Franse Revolutie staan.” Hoewel dit pareltje gewoon langs het wandelpad ligt, weten weinig mensen dat deze 18 prachtige bomen met hun bijzondere vorm al zeker 250 jaar oud zijn.
In deze monumentale beuk uit de tijd van Whetnall is een Duitse soldaat gegraveerd.
Vlakbij de boswal staan een heleboel wilde narcissen.
4
ENGELSE LANDSCHAPSTUIN
In 1859 kwam het bos in handen van baron Whetnall. Hij legde een Engelse landschapstuin aan rond het kasteel. De kronkelpaadjes, hoogteverschillen, fonteinen en vijvertjes staan in schril contrast met de Franse symmetrie van daarvoor. Die hoogteverschillen zijn nog altijd zichtbaar. Uit de tijd van Whetnall vinden we ook nog twee monumentale beuken. In de schors van één van die bomen staat zelfs een tekening van een Duitse soldaat gegraveerd. Sarah: “Eén van de verhalen die hierover de ronde doet, vertelt dat Jean Graulus, schilder en gemeentesecretaris van Nieuwerkerken, die veelbesproken inkerving in de jaren 1930 gemaakt heeft. Het zou natuurlijk ook een daad van verzet van een verzetsstrijder kunnen geweest zijn tegen de aanwezigheid van de soldaten in het kasteel van Nieuwenhoven tijdens WO I.”
5
WODANSEIK
Hoewel het bos een erg rijke geschiedenis heeft, staan er verrassend weinig echt oude bomen. De familie de Moffarts, die in 1873 eigenaar werd, deed erg intensief aan bosbouw. Ze plantte een aantal nieuwe boomsoorten, waaronder dennen en grauwe abelen. Die abeel was zo bijzonder dat die variant vandaag nog altijd ‘de Moffarts’ genoemd wordt. Door een zware storm, in 1876, sneuvelden er 3000 bomen, waaronder enkele van meer dan 100 jaar oud. Je ziet vandaag nog sporen van de zaagkuil bij het boswachtershuisje, waar alle gesneuvelde bomen tot planken verzaagd worden. Sarah: “Aan de Wodanseik, die je nu nog steeds van ver herkent, kwamen inwoners uit de omgeving samen om hakhout te kopen.”
Vlakbij de ‘boswal’ staan een heleboel wilde, authentieke narcissen. Sarah: “Hoe ze daar precies beland zijn, weten we jammer genoeg niet. In ieder geval zijn ze prachtig. Ik probeer bezoekers in het voorjaar altijd warm te maken om ze te komen bewonderen, op voorwaarde dat ze de bloemen niet plukken. Het levend erfgoed heeft het door de klimaatopwarming al moeilijk genoeg om te overleven.” Ook andere voorjaarsbloemen, zoals daslook, bosanemoon en lelietje-van-dalen, zie je opduiken in het bos. Sarah: “Wat weinig mensen weten, is dat het bos van Nieuwenhoven ook een kolonie rode bosmieren huisvest. Die bedreigde diersoort vormt ook een belangrijk stukje levend erfgoed.”
Kom in de winter of in het voorjaar genieten van de prachtige natuur en de rijke geschiedenis van het Provinciaal Domein Nieuwenhoven. Hasseltse Steenweg z/n, Sint-Truiden www.limburg.be/nieuwenhoven www.facebook.com/provinciedomeinnieuwenhoven
Aan de Wodanseik kwamen inwoners in de 19de eeuw samen om hakhout te kopen.
EEN NIEUWE VOORDEUR VOOR DE WATERTOREN
In de loop van 2025 opent de watertoren van Bree na vier jaar restauratie zijn ‘voordeur’ voor het grote publiek. De leerlingen van het zesde jaar houtbewerking van de technische school TISM stonden in voor de reconstructie van deze nieuwe voordeur.
Zo’n vier jaar geleden kochten Natalie Martens en haar man Tom Zegers in een impulsieve bui de iconische watertoren van Bree. “We zijn allebei architect en hebben sinds jaar en dag een voorliefde voor erfgoed en restauratiewerk. We wonen al lang in Bree, dus de watertoren had altijd al een speciaal plekje in ons hart.”
De restauratie- en herbestemmingswerken lopen vandaag stilaan op hun einde. “De onderste helft zal dienstdoen als een semi-openbaar creatief atelier. Lokale kunstenaars of scholen kunnen er hun werk tentoonstellen, maar ook andere initiatieven moeten mogelijk zijn”, vertelt Natalie. De bovenste helft werd omgevormd tot woonruimte en zal verhuurd worden als vakantiewoning. Natalie en haar man vroegen de leerlingen van het zesde jaar hout-
bewerking uit de TISM-school in Bree om de oude voordeur te reconstrueren. Waarom net dat stuk? Natalie: “De voordeur is een van de belangrijkste elementen van een gebouw. Iedereen die er langsloopt, ziet de voordeur. En het is de plek waar bezoekers het gebouw binnenkomen en misschien voor het eerst kennismaken met de watertoren.” Een hele eer voor de leerlingen dus!
TRIGGEREN
De watertoren ligt bovendien in het stadspark van Bree, vlakbij het vernieuwde skatepark. De leerlingen kennen de toren dus heel goed. Natalie: “In oktober kwamen ze voor de eerste keer langs en kregen ze een rondleiding in het gebouw. Het was heel leuk om te zien hoe enthousiast en geïnteresseerd ze
waren. Ze begonnen meteen te schetsen. Ondertussen zijn ze al bezig met de afwerking.”
Natalie hoopt om de leerlingen via dit Jong redt Oud-project te triggeren voor erfgoed en restauratiewerk. “Op school zijn ze vooral bezig met nieuwbouw, terwijl die oude ambachten ook zo belangrijk zijn. Er zijn steeds minder vaklui die nog in staat zijn om erfgoedwaardige gebouwen op een juiste manier te restaureren. Wie weet inspireert de watertoren een van de jongens om zich verder in restauratie te specialiseren!”
Zelf een erfgoedproject met jongeren organiseren? Dan kan je een subsidie aanvragen en alle kosten terugkrijgen tot 2500 euro. Een aanvraag voor een Jong redt Oud-project kan je het hele jaar door indienen. Meer info op www.jongredtoud.be
IN DE KIJKER
De provincie Limburg heeft de voorbije decennia een indrukwekkende kunstcollectie opgebouwd. Erfgoedspecialist Betty Simon heeft die collectie jarenlang met veel passie beheerd en ontsloten voor het grote publiek. Eind dit jaar vertrekt ze met pensioen. Speciaal voor deze LEF stelt Betty vier belangrijke werken voor die een speciaal plekje in haar hart veroverd hebben.
Interesse in de kunstcollectie? Stuur een mailtje naar pcce@limburg.be
‘PRACHTIG, VROUWELIJK WERK’
Bradford (VK) 1937
David Hockney is vandaag één van de meest gerenommeerde kunstenaars. Bekend om zijn iconische zwembaden, levendige landschappen en portretten van zijn dierbaren. Celia Birtwell, een Britse modeontwerpster, is tot op vandaag één van zijn favoriete modellen. Ze bewonderen elkaars werk enorm en genieten van elk moment in elkaars gezelschap. In zijn portretten besteedt Hockney altijd veel aandacht aan haar gedurfde romantische stofontwerpen. Betty: “Het is een prachtig, vrouwelijk werk. Voor mij absoluut het mooiste van de vier Hockney’s die we in onze collectie hebben.”
CELIA ADJUSTING HER EYELASH DAVID HOCKNEY, 1979
'TERUG NAAR DE BAKERMAT'
SINT-ANNA TEN DRIEËN GROEP MEESTER VAN ELSLOO, 1510-1530
Anonieme beeldhouwers in de middeleeuwen kregen vaak een “noodnaam”. Veruit de bekendste van het huidig Maas-Rijngebied is de “Meester van Elsloo”. Deze noodnaam is afgeleid van een houten beeld van SintAnna ten Drieën in de Augustijnerkerk in Elsloo. Betty: “Later zijn tientallen andere houten beelden aan de Meester van Elsloo of zijn atelier toegeschreven, zoals ook dit beeld van Sint-Anna ten Drieën. Als de provincie dit beeld niet gekocht had, was het waarschijnlijk naar het buitenland gegaan. Ik vind het bijzonder fijn dat het nu een mooi plekje heeft in de Begijnhofkerk van Sint-Truiden, vlakbij de bakermat.
‘EEN TEKEN VAN HOOP’
IK LEEF WEER, IK KWETTER WEER JAN COX, 1977
Den Haag 1919 – Antwerpen 1980
Jan Cox is één van de merkwaardigste kunstenaars van zijn generatie. Dit werk vormt samen met “Ik ben stervende” en “Ik, it’s obvious” een drieluik. De drie afbeeldingen van vrijuit vliegende vogels geven elk een andere gemoedsstemming weer en zijn sterk biografisch. Jan Cox schildert wat hij voelt en meemaakt. Betty: “De drie doeken hangen in het kantoor van de gouverneur. Ik koos voor “Ik leef weer, ik kwetter weer” omdat het een teken van hoop uitstraalt. Het draagt de idee van de feniks, de wedergeboorte in zich.”
‘GERED VAN DE VERDWIJNING’
PAUVRES GOSSES – ARME KLEINEN ANNE RUTTEN, DATUM ONBEKEND
Lanaken 1898 – Genk 1981
Anne Rutten ging in de leer bij de Hasseltse kunstschilder Jos Damien. Ze blonk al snel uit in het maken van kindertaferelen en -portretten. Dit schilderij werd lange tijd “Spelende kinderen” genoemd. Verkeerdelijk. De rouwstoet in de achtergrond van het schilderij doet namelijk vermoeden dat de kinderen zopas wees geworden zijn. Betty: “Toen ik op een bepaald moment doorhad dat het schilderij tijdens een bruikleen niet meer goed bewaard werd, heb ik het gelukkig kunnen redden. Sindsdien heb ik een extra bijzondere band met dit werk. Recent kreeg het een mooi plaatsje in een vergaderzaal in het provinciehuis.”
RIKS REISVERSLAG
Henri L’Allemand, Rik voor de vrienden, legde in 1892 een meerdaagse fietsreis af in Limburg. In ‘En Campine’ bracht hij verslag uit van die route. Elk dorpje en elke stad op zijn reis schetste hij in enkele woorden of zinnen, vaak met aandacht voor de belangrijkste monumenten en landschappen. Hij was de grondlegger van het fietstoerisme in Limburg. Op de website www.mercirik.be vind je een interactief kaartplatform met de historische kaart én de volledige tekst van Riks reisverslag. Je kan hier ook jouw favoriete erfgoedplek aan toevoegen.
Rik houdt even halt in Bree, waar hij geniet van de vrolijke, bedrijvige sfeer die er hangt. Er zijn handelszaken, kruideniers en zelfs wat cafeetjes, waar hij gecharmeerd wordt door de mooie, vrolijke, vriendelijke meisjes. Hij zet zijn weg voort naar Maaseik: “De weg tussen Bree en Maaseik bestaat gelukkig volledig uit macadam. Alle wegen zijn hier trouwens in goede staat. Dit is hét paradijs voor fietsers.”
Ontdek zelf het erfgoed op het Vrijthof in Bree (het Augustijnenklooster, de Sint-Michielskerk en het oude stadhuis) en in Opitter (Kapel van Onze-Lieve-Vrouw Troosteres der bedrukten, gebouwd naar aanleiding van de Loonse Successieoorlog). www.bree.be
ACHELSE KLUIS
Tijdens zijn route verblijft Rik een nacht in de trappistenabdij de Achelse Kluis. Hij wordt er ontvangen door een pater en is diep onder de indruk van de plek en de sfeer die er heerst. Rik: “Ik volg hem, een beetje geëmotioneerd door het unieke karakter van deze wereld. Hier lijkt men een leven van eeuwen geleden te leiden. Het klooster lijkt kolossaal naast de kerk. Errond en overal staan andere gebouwen, boerderijen en ateliers. Te midden van de heidevlakte lijkt de trappistenabdij wel een mysterieuze oase van rust en stilte.”
Ontdek het zelf via www.achelsekluis.be
MOLEN IN GENK
KASTEEL VAN ORDINGEN
Net voorbij Sint-Truiden stopt Rik in een rustig dorpje omringd door natuur: Ordingen. De oudste resten van het imposante kasteel gaan mogelijk terug tot de 11de eeuw. In 1600 kocht de Duitse Orde het en maakte een Commanderij ervan. Rik: “Ook hier is het land nog vruchtbaar, dat is duidelijk. Geen vierkante meter blijft onbenut. Ik rijd afwisselend door goudgeel graan en groene weides. Links en rechts blijf ik rijke dorpen zien met nóg mooiere kastelen. Overal is er wat te beleven.”
Ontdek het zelf via www.kasteelvanordingen.be
Niet ver van Genk, op weg naar Diepenbeek, staat een grote molen. Rik is nieuwsgierig en klimt omhoog via de ladder, die door de wind kraakt. Het weidse uitzicht is adembenemend: “In het noorden staan er sparren zover ik kan kijken. Aan de voet van de molen, waar de kerkentoren erboven uitsteekt, lijken de wegen die er samenkomen wel ladders, bedoeld om de valleiwanden te beklimmen. In de richting van As is het terrein hobbeliger en bontgekleurd door de bossen en heide in verschillende tinten.”
De molen is intussen verdwenen, maar nieuwsgierig naar hoe het landschap er in de Kempen ten tijde van Rik uitzag? Ontdek het zelf in het Emile Van Dorenmuseum. www.emilevandorenmuseum.be
MERCI RIK!
FABRIEK IN OVERPELT
Rik gaat doelbewust op zoek naar de zink- en arsenicumfabriek in Overpelt. Moeilijk te vinden is het niet, want al van ver zie je de zwarte wolken wervelen in de lucht. De fabriek is kolossaal. Er heerst een koortsachtige activiteit: “De mannen, vrouwen en kinderen die hier werken, ogen gehavend, uitgemergeld, grauw. Ze bewerken het metaal waarvan het stof, ondanks de maatregelen voor hygiëne die men neemt, hen vergiftigt, hen doodt. Het bezoek is interessant, maar laat een diepe indruk op me na.”
Doe zoals Rik en ontdek de Tuinwijk Overpelt-Fabriek. Ga zeker eens naar de Kapelanijstraat, want daar liggen het plein en de kerk.
ASPERGERIE VAN BOKRIJK
Rik stopt ook bij de aspergerie van Bokrijk. Zo ver je kijkt, zie je er aspergebedden staan. Zijn oog valt op enkele primitieve hutten van de werkers en werksters. Hij maakt zich zorgen over hen: “Wanneer de zon opkomt, beginnen ze per twee langs de aspergebedden te lopen om de asperges die klaar zijn, te oogsten. De werkers zijn hier dagelijks in ellendige condities in de weer. Ze werken van zonsopgang tot zonsondergang en wonen mijlenver van hier. Ze werken zonder pauze voor een mager salaris.” De aspergerie is intussen verdwenen, maar het Openluchtmuseum in Bokrijk is zeker een bezoekje waard. Ontdek het via www.bokrijk.be
VILLA’S IN LEOPOLDSBURG
In Leopoldsburg raakt Rik gefascineerd door het gigantische Kamp van Beverlo. Vooral de villa’s trekken zijn aandacht: “De koninklijke villa oogt rustiek en koket. Het geraamte is gemaakt met ruwe boomstammen die haast verloren gaan in het geheel van bladeren en bloemen. Het park rond het gebouw doet fris en elegant aan. Er staan hier en daar in de tuinen ook paviljoenen voor de getrouwde officieren. En dan zijn er nog de ‘carrés’: een lange rij grote, identieke gebouwen in zwartrode steen met de basis verstopt in het groen.”
Wandel zelf door de villawijk via www.leopoldsburg.be
(zoekterm: Leopold I-route)
KLUIS VAN BOLDERBERG
Rik zet zijn fietsreis verder. In Bolderberg wordt hij ondergedompeld in de ‘wildernis’ van Limburg. “Hier overvalt de onbewerkte, naakte schoonheid van de Kempen je. Op een bult in het landschap staat een kluizenaarswoning waar een uitgetreden priester zich terugtrekt. Wat verderop verandert het uitzicht weer en wordt de invloed van de mens weer zichtbaar. Overal waar het ook maar enigszins mogelijk is, keren boeren de aarde hier om. De graanvelden strekken zich dus uit tussen de bossen. De lichtgroene plekken contrasteren met het donkergroen.”
Ontdek het zelf via de bewegwijzerde rode of blauwe wandelroutes vanaf Domein Bovy (Galgeneinde 22, Heusden-Zolder).
De tentoonstelling To The Point brengt in juni 2025 zeventig topwerken uit de kunstcollectie van de provincie Limburg samen in de Begijnhofkerk Sint-Truiden. Curatoren Herman Maes en Marc Milissen koppelen er plaatselijke kunstenaars aan internationaal bekende artiesten.
De provinciale kunstcollectie was lang een goed bewaard geheim van Limburg. Een aantal werken hangt of staat in het provinciehuis en andere instellingen, maar net zoals in de grote musea, liggen er ook veel kunstwerken en sierobjecten in het depot opgeslagen. Tijd om die schat voor het publiek te ontsluiten, vond de provincie. In 2016 doken kunstenaars en kunstkenners Herman Maes en Marc Milissen in het depot en maakten samen met de medewerkers van de afdeling Erfgoed een selectie. Dat resulteerde in 2018 in Gekaderd, een zeer gesmaakte expo in de Begijnhofkerk van Sint-Truiden die uitlopers kende naar Den Haag en Maastricht. In 2022 volgde een expo rond het werk van Frans Masereel en binnenkort, in juni 2025, keert een deel
van de collectie terug naar dezelfde locatie voor een nieuwe tentoonstelling: To The Point.
Herman Maes: “Met Gekaderd wilden we een brede staalkaart van de collectie tonen. We presenteerden de 179 kunstwerken aan metalen roosters – zoals ze in depots bewaard worden. Veel bezoekers waren even verrast over de kwaliteit als Marc en ikzelf. Wauw, hebben jullie echt een Hockney? Zeker! En een Rauschenberg ook? Die ook, ja.” (lacht)
CONNECTIE EN CONFRONTATIE
Als curator van de nieuwe expo To The Point gaat Herman deze keer wat selectiever te werk. Hij selecteerde zeventig topwerken: het puikje van de collectie. Daarbij koppelt hij Limburgse kunstenaars aan namen die ook buiten de landsgrenzen een belletje doen rinkelen.
Herman Maes: “Dat kunnen tijd- of stijlgenoten zijn, die elkaar al dan niet kenden of beïnvloed hebben. Zo hangen we de (ingeweken) Limburger Vincent Van Den Meersch naast de Amerikaan Frank Stella – allebei geometrisch abstracte schilders. En we tonen een conceptueel werk van Urbain Mulkers naast een werk van Marcel Broodthaers.” Tussen 1880 en 1920 zetten avant-garde
‘ZEVENTIG
TO THE POINT
TOPWERKEN UIT DE COLLECTIE’
artiesten de Europese kunstwereld in rep en roer. Limburg bleef onaangeroerd door deze revolutie. Hier trokken postimpressionisten naar de Genkse hei om landschappen te schilderen. Pas vanaf de jaren vijftig en zestig doken ook in onze provincie beeldenstormers op.
Herman Maes: “We linken bijvoorbeeld Jos Jans, die in de jaren zestig het Limburgse kunstenaarscollectief de Research Group oprichtte, aan Roger Raveel. Dat was de eerste keer dat Limburgse kunstenaars aansluiting vonden bij moderne kunstenaars elders in Vlaanderen.”
De ‘artiestenkoppels’ zijn niet altijd tijdgenoten. Zo confronteert de curator het prachtig 16de-eeuws heiligenbeeld ‘St.-Anna ten Drieën’ (ca. 1510-1515) van de Meester van Elsloo (zie pagina 21) met het werk ‘Madonna met kind’ van Paul Joostens (1889-1960).
Herman Maes: "En we koppelen het werk van fotografe Liesje Reyskens aan het werk van fotograaf Marc Lagrange. Een confrontatie van schijnbare onschuld met schijnbare decadentie."
De expo loopt van 21 juni tot 28 september 2025. Kan je niet wachten tot dan? In het provinciehuis is nog tot 6 januari 2025 een kleine proefopstelling te zien.
MONUMENTEN EN HUN EIGENAARS
Oud en gered van verval, of zelfs de sloophamer. Limburgs erfgoed krijgt een nieuwe invulling of wordt minutieus onderhouden door Limburgers met een groot hart voor het verleden. Hoe verschillend ze ook zijn, ze worden allemaal ondersteund door Monumentenwacht Limburg.
Ook lid worden? mowa@limburg.be
NAPOLEONMOLEN
1804
Haar leeftijd staat in grote witte letters op de buitenkant: 1804. De laatste molenaar stopte met malen in 1968. Nu zijn het vrijwilligers die de Napoleonmolen doen draaien. Bezoekers kunnen het boeiende mechanisme bewonderen op dinsdagnamiddag en op de eerste en de derde zaterdag van de maand. De graanmolen vergt continu onderhoud, vertelt Kristof Diliën van de stad Hamont-Achel. “Onlangs hebben we nog de planken van de stelling en twee ramen vervangen. Monumentenwacht Limburg komt regelmatig langs om de toestand van de molen te bekijken en ons te ondersteunen in dit onderhoud. Zo werd bij de laatste inspectie het dak met een drone bekeken. Alles zag er goed uit.”
Bernard Kempplein 4, Hamont
‘DRONE BOVEN DE MOLEN’
HAMONT ACHEL
BORGLOON
PRIVÉWONING
1904
In juni 2000 trok Christel Wijnen hier in. “Het was precies wat we zochten: een huis dat geschiedenis uitademde, met veel werk aan. Tegen 2018 hadden we alles gerestaureerd. Toen kwamen die droge zomers en verschenen er plots barsten in de voorgevel. In mijn zoektocht naar hulp ontdekte ik dat ik Monumentenwacht Limburg ook voor mijn klein ‘monumentje’ kon inschakelen. Zij stelden een gedetailleerd dossier samen en ondersteunden me in de zoektocht naar aannemers en ambachtslui die met historische panden ervaring hebben. Zelfs de rode voegen tussen de bakstenen zijn deskundig opgefrist, wat het ambachtelijke werk meer eer aandoet. En de barsten hebben ze zo goed als onzichtbaar weggewerkt.”
Nielstraat 45, Borgloon
‘BARSTEN ONZICHTBAAR WEGGEWERKT’
KLUIS VAN O.-L.-V. VAN LORETO
17DE EEUW
Prachtige uitzichten op het waterlandschap van De Wijers, het kasteel van Terlaemen en een eeuwenoude kluis en kapel: de top van de Bolderberg is een bezoekje meer dan waard. René Geusen, voorzitter van de kerkfabriek Sint-Job Bolderberg, maakt zich wel wat zorgen. “Zowel de kluis, die wordt bewoond, als de kapel hebben last van vocht: het regenwater sijpelt binnen langs de topgevels. De vraag is of er al dan niet een zinken of koperen kap geplaatst mag worden om het water buiten te houden, want het gaat immers om een beschermd monument. Binnenkort komt Monumentenwacht Limburg langs voor een inspectie. Hopelijk kunnen zij, in samenspraak met het Agentschap Onroerend Erfgoed, een haalbare oplossing voorstellen …”
Kluisstraat 90, Heusden-Zolder
‘REGENWATER BUITENHOUDEN’
HEUSDEN ZOLDER
AS MADONNA MET KIND IN DE SINT-NICOLAAS VAN TOLENTIJNKERK
13DE OF 14DE EEUW
De modernistische Sint-Nicolaas van Tolentijnkerk in Niel-bij-As verving eind jaren zestig een neogotische kerk aan de overkant van de straat. Maar het door Vlaanderen erkende Topstuk van deze parochiekerk is véél ouder. Dateert de Madonna met kind (van As) uit de veertiende eeuw? Of toch de dertiende? “Er is discussie over”, geeft Jos Clijsters van de kerkfabriek toe. “Het is in elk geval een enorm waardevol stuk. Daarom staat het veilig in een kluis, achter gelaagd glas met permanente controle van temperatuur en vochtigheid. Monumentenwacht Limburg heeft ons in haar interieurscan geadviseerd om het glas door UV-werend glas te vervangen. Dat zijn we nu aan het voorbereiden.”
Hoogstraat 115 te Niel-bij-As
‘ZONLICHT WEREN’
‘ONDER DE AANDACHT’
BERINGEN
MEER DAN HONDERD KAPELLEN
19DE EN 20STE EEUW
Van de Sint-Apolloniakapel in Koersel tot Onze-Lieve-Vrouw van Mystieke Roos in Paal op de Klitsberg: de Kunstkapellekestour is een fietstocht die je langs achttien kapellen met kunstwerken en gedichten van plaatselijke artiesten brengt. “Beringen telt meer dan honderd kapellen en die wilden we onder de aandacht brengen”, legt Dirk Bouve, erfgoedcoördinator van de stad Beringen uit. “Een deel is stadseigendom. Die worden nu stelselmatig geïnspecteerd door Monumentenwacht Limburg. Op basis van hun inspectierapporten kunnen we beslissen wat de restauratieprioriteiten zijn en hoe we een onderhoudsplanning op korte en lange termijn moeten opmaken.”
SUBSIDIES
TREURGRACHT TERUG TOEGANKELIJK LEOPOLDSBURG
Op 6 september 2024, tijdens de 60ste herdenking, werd de opgeknapte Treurgracht geopend voor het grote publiek. Het nieuwe ontwerp van de site nodigt iedereen uit om even halt te houden en stil te staan bij de gebeurtenissen aan het einde van WO II.
Twintig witte kruisjes langs de gracht herdenken de krijgsgevangenen die er op 6 september 1944 geëxecuteerd werden. “De Treurgracht is een belangrijke plek in Leopoldsburg. We wilden het park daarom opnieuw inrichten en beter toegankelijk maken voor geïnteresseerden”,
De vernieuwde Treurgracht nodigt iedereen uit om even stil te staan bij de gebeurtenissen aan het einde van WO II.
vertelt Niels Stoffels, coördinator erfgoed bij de intergemeentelijke onroerend erfgoeddienst Lage Kempen. “Dankzij de subsidie van de provincie konden we het park aantrekkelijker maken. We zorgden voor passende beplanting en legden een verbinding aan naar de fiets- en wandelroute op de IJzerlei. Er kwam ook een nieuw informatiebord om het verhaal van de Treurgracht uit te leggen.” Dat kadert in de bredere ontsluiting van WO II in Limburg ofwel de Oosthoek, met het WO II-museum Liberation Garden als centrale uitvalsbasis. Voor de opwaardering van de site kreeg de gemeente bovendien hulp van de leerlingen van het zesde leerjaar van Campus FLX. Ze onderhielden de site en maakten het monument schoon. Dat gebeurde in het kader van Jong redt Oud, het initiatief van de provincie waarbij jongeren betrokken worden bij erfgoedprojecten. De school zal zich blijven inzetten voor de herdenkingsceremonie en het onderhoud van het vernieuwde park.
IN CIJFERS
De gemeente
Leopoldsburg kreeg voor het project ‘Opwaardering en ontsluiting van de Treurgracht’ een provinciale projectsubsidie van 22 579,85 euro en Campus FLX kreeg voor het project ‘Samen aan de slag met de nieuwe Treurgracht’ een Jong redt Oud-subsidie van 1589,04 euro.
SUBSIDIE PROJECTEN
ONROEREND ERFGOED
Heb jij een project rond onroerend erfgoed in Limburg? Dan kan je een project- of investeringssubsidie aanvragen bij de provincie. Je kan tot 60 procent van de kosten terugkrijgen, tot 25 000 euro. Alle info voor een Jong redt Oudsubsidie vind je op pagina 18.
DEADLINE
Een aanvraag voor een project- of investeringssubsidie dien je in voor 1 april 2025 door het formulier op de website in te vullen. Meer info op www.pcce.be/erfgoedaanbod
WAAR NAARTOE? IJzerlei, Leopoldsburg
IN CIJFERS
De gemeente Kinrooi kreeg voor het project ‘Ontsluiting en herwaarding Motte Kessenich’ een provinciale projectsubsidie van 25 000 euro.
SUBSIDIE PROJECTEN
ONROEREND ERFGOED
Heb jij een project rond onroerend erfgoed in Limburg? Dan kan je een project- of investeringssubsidie aanvragen bij de provincie. Je kan tot 60 procent van de kosten terugkrijgen, tot 25 000 euro.
DEADLINE
Een aanvraag dien je in voor 1 april 2025 door het formulier op de website in te vullen. Meer info op www.pcce.be/erfgoedaanbod
WAAR NAARTOE? Kerkstraat, Kessenich (Kinrooi)
BERG VAN KESSENICH
KINROOI
Op Open Monumentendag opende de vernieuwde dorpskern in Kessenich. Pronkstuk was de gerestaureerde mottetoren. Een heus volksfeest toonde het enthousiasme van de inwoners.
“Al 14 jaar geleden ontstond het idee om de ruïne van de mottetoren bovenop de berg te restaureren”, vertelt Hubert Van Eygen, beleidsmedewerker van Kinrooi. “Ik ben verantwoordelijk voor erfgoed en archeologie in onze gemeente, dus uiteraard was ik
De gerestaureerde mottetoren springt letterlijk en figuurlijk in het oog.
erg enthousiast om het oudste relict van Kessenich te helpen ontsluiten. De historische burchtheuvel staat al jaren centraal in ons dorp, letterlijk en figuurlijk, maar lag er de laatste jaren jammer genoeg verloederd bij. Hoog tijd om daar iets aan te doen. We wilden de historische waarde van de plek versterken en toegankelijker maken voor het publiek.”
Met de subsidie van de provincie liet de gemeente een studie uitvoeren om te weten hoe ze de ruïne konden visualiseren. “We wilden iets zoals het doorkijkkerkje van Borgloon. En dat is gelukt”, vertelt Hubert. “We legden onder andere twee trappen aan om de top van de motte te kunnen bereiken, stabiliseerden de berg en bouwden een cortenstalen constructie die de mottetoren moet symboliseren en als landmark van Kinrooi zal dienen.”
De restauratie van de mottetoren werd gekoppeld aan het Landinrichtingsproject ‘Kessenich in zich(t)’ om de dorpskern te vergroenen en op te frissen.
KERK WORDT
ERFGOEDDEPOT
BOMMERSHOVEN
De Sint-Alfonskerk in Bommershoven, een deelgemeente van Borgloon, onderging een opmerkelijke transformatie. Het gebouw werd onttrokken aan de eredienst en doet nu dienst als erfgoeddepot.
In Borgloon krijgen veel kerken een nieuwe bestemming. Daardoor is er nood aan een plek om religieus en archeologisch erfgoed uit de herbestemde kerken te bewaren. “De eer viel te beurt aan de Sint-Alfonskerk”, zegt Jan Carmans van de stad Borgloon. “Uit een onderzoek van PARCUM, het museum en expertisecentrum voor religieuze kunst en cultuur, bleek het gebouw – een beschermd monument – aan de juiste voorwaarden, zoals klimaat, temperatuur en luchtvochtigheid, te voldoen. Na inspectie van Monumentenwacht Limburg restaureerden we het dak en voorzagen in extra beveiliging tegen brand en inbraak. De trap naar het oksaal werd vervangen; er kwam een aangepast verwarmingssysteem en we investeerden in
Er kwamen rekken om de erfgoedobjecten in optimale omstandigheden te bewaren.
rekken om de erfgoedobjecten in optimale omstandigheden te bewaren. Het is de bedoeling om het depot minstens één keer per jaar voor het publiek open te stellen, bijvoorbeeld op Open Monumentendag.” De ingrepen zijn goed voor een prijskaartje van 80 000 euro. Een deel daarvan werd betaald met een projectsubsidie van de provincie. “De nieuwe rekken zijn intussen goed gevuld”, zegt Jan. “We weten nu al dat we op termijn extra ruimte zullen nodig hebben. De Sint-Alfonskerk is dan ook een prima pilootproject waaruit we veel kunnen leren.”
IN CIJFERS
De stad Borgloon kreeg voor het project ‘Erfgoeddepot Sint-Alfonskerk Bommershoven’ een provinciale projectsubsidie van 24 300 euro.
SUBSIDIE PROJECTEN
ONROEREND ERFGOED Heb jij een project rond onroerend erfgoed in Limburg? Dan kan je een project- of investeringssubsidie aanvragen bij de provincie. Je kan tot 60 procent van de kosten terugkrijgen, tot 25 000 euro.
DEADLINE
Een aanvraag dien je in voor 1 april 2025 door het formulier op de website in te vullen. Meer info op www.pcce.be/erfgoedaanbod
WAAR NAARTOE?
Alfonsstraat Bommershoven (Borgloon)
IN CIJFERS
De gemeente Hechtel-Eksel ontving voor het project ‘Opwaardering begraafplaats Hechtel: oude waardering, nieuw respect’ een provinciale subsidie van 12 000 euro.
INVESTERINGSSUBSIDIE
KLEIN HISTORISCH
ERFGOED
Bezit of beheer je nietbeschermd klein historisch erfgoed? Dan kan je een subsidie aanvragen voor het onderhoud en de instandhouding van waardevol, niet-beschermd klein historisch erfgoed. Je kan tot 60 procent van de kosten terugkrijgen, tot 12 000 euro.
DEADLINE
Een aanvraag Klein
Historisch Erfgoed kan je het hele jaar door indienen door het formulier op de website in te vullen. Meer info op www.pcce.be/ erfgoedaanbod
WAAR NAARTOE?
Lommelsebaan en Berkenlaan
Hechtel-Eksel
OPWAARDERING
BEGRAAFPLAATSEN
HECHTEL EKSEL
Na jaren van verval kregen twee begraafplaatsen in Hechtel een grondige opwaardering, met respect voor de erfgoedwaarde én de overledenen.
Ingezakte en vervallen graven, waarvan de concessies vaak al jaren verlopen waren: de beide begraafplaatsen in Hechtel maakten allerminst een fraaie indruk. Het lokaal bestuur besloot om de sites nieuw leven in te blazen. In samenspraak met de nabestaanden werden verou-
De twee begraafplaatsen in Hechtel kregen een grondige opwaardering.
derde graven zonder concessie ontruimd, om plaats te maken voor nieuwe herdenkingsmonumenten, een nieuwe urnenwand en een aparte afscheidsruimte. De namen van de overledenen uit de ontruimde graven kregen een plek op een nieuwe herdenkingsmuur. Omdat een deel van de lokale geschiedenis verloren dreigde te gaan, bracht een team van erfgoedspecialisten in kaart welke graven bewaard moesten blijven vanwege hun culturele en historische waarde. De meest waardevolle graftekens, waaronder ijzeren en betonnen kruisen die typisch zijn voor de regio, werden zorgvuldig verplaatst naar een apart perceel. Een infobord met QR-codes maakt bezoekers wegwijs in de rijke geschiedenis van de begraafplaatsen en de begrafenisrituelen van weleer. Dankzij de ingreep is er in Hechtel opnieuw plaats voor waardig herdenken, waar respect voor de overledenen hand in hand gaat met het behoud van waardevol erfgoed.
CAPUCIJNENKLOOSTER
MAASEIK
Na een grondige restauratie van 30 jaar opent het Capucijnenklooster in mei 2025 eindelijk de deuren voor het grote publiek.
In het Capucijnenklooster stond zorg altijd centraal. De Zusters van Liefde huisvestten er in de 19de eeuw een school voor blinde en dove meisjes. Vandaag wonen en werken er nog steeds kinderen, jongeren en volwassenen met een beperking. “We willen er een polyvalente belevingssite van maken waar geschiedenis, zorg, ambacht en cultuur samenkomen”, vertelt Kathleen Vanoppen, site- en eventverantwoordelijke van het Capucijnenklooster. In het kader van deze volledige ontsluiting vroeg het klooster een provinciale subsidie aan om twee permanen-
In mei opent het Capucijnenklooster voor het grote publiek.
IN CIJFERS
Vzw Capucijnenklooster kreeg voor het project ‘Tentoonstelling Religieus Erfgoed’ een subsidie van 23 216,51 euro en voor het project ‘Tentoonstelling 400 jaar zorg’ een provinciale projectsubsidie van 25 000 euro.
SUBSIDIE PROJECTEN
ONROEREND ERFGOED
te tentoonstellingen te ontwikkelen. Enerzijds komt er een tentoonstelling over het religieus erfgoed; anderzijds komt er een over 400 jaar zorg in het klooster. “Hoe die expo’s er precies zullen uitzien, ga ik nog niet verklappen, maar ik kan wel al zeggen dat het interactief wordt. We vertrekken telkens vanuit de eigen beleving.” Naast die vaste tentoonstellingen, zullen er nog verschillende evenementen of tijdelijke expo’s plaatsvinden. “Alles kan, zolang het maar sereen verloopt. We kijken er alvast naar uit om bezoekers hier tot rust te laten komen, te laten bezinnen en hen onze ambachtelijke producten te laten ontdekken.”
Heb jij een project rond onroerend erfgoed in Limburg? Dan kan je een project- of investeringssubsidie aanvragen bij de provincie. Je kan tot 60 procent van de kosten terugkrijgen, tot 25 000 euro.
DEADLINE
Een aanvraag dien je in voor 1 april 2025 door het formulier op de website in te vullen. Meer info op www.pcce.be/erfgoedaanbod
WAAR NAARTOE?
Capucijnenklooster
Capucienenstraat 23-25, Maaseik
IN CIJFERS
De stad Lommel kreeg voor het project ‘Studieopdracht Architectuurontwerp: Sint-Jozefkerk wordt Erfgoedhuis’ een provinciale projectsubsidie van 25 000 euro.
SUBSIDIE PROJECTEN
ONROEREND ERFGOED
Heb jij een project rond onroerend erfgoed in Limburg? Dan kan je een project- of investeringssubsidie aanvragen bij de provincie. Je kan tot 60 procent van de kosten terugkrijgen, tot 25 000 euro.
DEADLINE
Een aanvraag dien je in voor 1 april 2025 door het formulier op de website in te vullen. Meer info op www.pcce.be/erfgoedaanbod
WAAR NAARTOE?
Komstraat, Lommel
ERFGOEDHUIS IN KERK LOMMEL
Nog tot eind dit jaar zullen er erediensten plaatsvinden in de Sint-Jozefkerk in Lommel. Daarna wordt het gebouw omgevormd tot een erfgoedhuis.
“Die herbestemming kadert in het bredere kerkenbeleidsplan van de stad Lommel waarbij we een nieuwe invulling voor religieuze gebouwen zoeken. Al snel bleek dat de Sint-Jozefkerk de perfecte plek voor een nieuw erfgoedhuis zou zijn", vertelt Ferdi Geerts, archeoloog en voormalig conservator van Erfgoed Lommel. “Ondertussen ben ik al meer dan een jaar met pensioen, maar ik werk nog intens mee als vrijwilliger. Ik vind het zo belangrijk dat het waardevol erfgoed in onze stad een mooie plek krijgt.” Met de subsidies van de provincie liet de stad Lommel een architectuur-
ontwerp creëren voor het toekomstig erfgoedhuis. “Het idee om boxen te gebruiken, laat ons toe om het archief, de bibliotheek en de erfgoedstukken te bewaren zonder de kerk aan te tasten.” Het is helemaal niet de bedoeling om er een stoffig depot van te maken, gaat Ferdi verder. “Er zullen lokale erfgoedactiviteiten, tentoonstellingen en lezingen plaatsvinden. Bovendien willen we er ook het verhaal vertellen van de prachtige natuurgebieden van het Nationaal Park Bosland. De geïnteresseerde fietser of wandelaar zal bij ons een rustplek vinden en tegelijkertijd meer te weten komen over de omgeving.”
De omgevingsvergunning is intussen ingediend. Het nieuwe gemeentebestuur zal in 2025 de plannen concretiseren.
De Sint-Janskapel in HeusdenZolder blinkt weer als nieuw. Dankzij een grondige renovatie werd het historisch karakter in ere hersteld en het omliggende bosje toegankelijker gemaakt.
“De kapel staat in het midden van een bosje op een oude stuifduin, vlakbij het centrum van Heusden”, zegt Ward Hamaekers van Limburgs Landschap. “Een tiental jaar geleden namen we het beheer van de site over van de kerkfabriek. De omwonenden maakten zich zorgen over de toekomst van de kapel die in een dichtbebouwde omgeving een plek van rust en ontmoeting is."
De kapel was in de jaren zestig al eens gerenoveerd, maar verkeerde in slechte staat. “Er lagen asbestleien op het dak en al het houtwerk was verrot”, zegt Ward. “Onze vrijwilligers gingen aan de slag met het interieur van de
kerk, waarbij er naast de provinciale subsidie ook financiële steun van de kerkfabriek en ECRU kwam. Zowel de buitenkant als het interieur werd onder handen genomen. We plaatsten natuurleien; gaven de muren een likje verf en vervingen alle ramen. Het pad naar de kapel maakten we samen met de gemeente rolstoelvriendelijk, zodat het gebouw voor iedereen toegankelijk is. Begin oktober werd de kapel feestelijk geopend. Daar kwamen meer dan honderd buurtbewoners op af, van jong tot oud: mooi om te zien dat al die mensen de vernieuwde kapel in hun hart hebben gesloten.”
IN CIJFERS
Limburgs Landschap vzw ontving voor het project ‘Renovatie Sint-Janskapel’ een provinciale subsidie van 12 000 euro.
INVESTERINGSSUBSIDIE
KLEIN HISTORISCH ERFGOED
Bezit of beheer je nietbeschermd klein historisch erfgoed? Dan kan je een subsidie aanvragen voor het onderhoud en de instandhouding van waardevol, niet-beschermd klein historisch erfgoed. Je kan tot 60 procent van de kosten terugkrijgen, tot 12 000 euro.
DEADLINE
Een aanvraag Klein
Historisch Erfgoed kan je het hele jaar door indienen door het formulier op de website in te vullen. Meer info op www.pcce.be/ erfgoedaanbod
WAAR NAARTOE?
Sint-Jansstraat
Heusden-Zolder
De kapel blinkt weer als nieuw.
IN CIJFERS
Het Regionaal Landschap
Kempen en Maasland vzw ontving voor het project ‘Bijgebouwen Station Eisden’ een provinciale subsidie ‘Klein Historisch Erfgoed’ van 12 000 euro.
INVESTERINGSSUBSIDIE
KLEIN HISTORISCH
ERFGOED
Bezit of beheer je nietbeschermd klein historisch erfgoed? Dan kan je een subsidie aanvragen voor het onderhoud en de instandhouding van waardevol, niet-beschermd klein historisch erfgoed. Je kan tot 60 procent van de kosten terugkrijgen, tot 12 000 euro.
DEADLINE
Een aanvraag Klein
Historisch Erfgoed kan je het hele jaar door indienen door het formulier op de website in te vullen. Meer info op www.pcce.be/ erfgoedaanbod
WAAR NAARTOE?
Spoorwegstraat 8 Maasmechelen
TREKKERSHUTTEN
IN HET STATION EISDEN
In Eisden slapen fietsers en wandelaars van de langeafstandsroutes langs het kolenspoor voortaan op beide oren. Twee vervallen bijgebouwtjes aan het voormalige station kregen een nieuwe rol als trekkershut.
“Het station van Eisden werd gebouwd in 1926. De mijnen waren in volle expansie en er was nood aan spoorinfrastructuur om de mijnwerkers naar hun werkplek te brengen, maar ook om kolen af te voeren”, zegt Jeroen Gilissen van Regionaal Landschap Kempen en Maasland. “De twee bijgebouwtjes herbergden een werfkeet en een toilet voor de spoorwegarbeiders,
Twee vervallen bijgebouwtjes werden omgebouwd tot trekkershutten.
maar raakten in verval. De voorbije jaren waren ze vooral een doorn in het oog van de omwonenden.”
Met financiële steun uit het Grindfonds en een erfgoedsubsidie van de provincie werden ze omgebouwd tot trekkershutten. “Het Regionaal Landschap kreeg de gebouwen in erfpacht en stelde een architect aan om ze in hun oorspronkelijke staat te herstellen”, zegt Jeroen. “De trekkershutten zijn basic ingericht, met slaapplaats voor vier, een toilet, een douche en een kleine kookhoek. Ze vormen een mooie aanvulling op het toeristische aanbod in de regio. Voor de exploitatie werken we samen met de naburige horecazaak ‘Café de Statie’, die voor het onderhoud tussen de boekingen instaat. Reserveren kan via de website van het Nationaal Park Hoge Kempen (www.nationaalparkhogekempen.be/nl/trekkershutten). De inkomsten gebruiken we om het project in stand te houden.”
TIPS VOOR TRIPS
Wil je er even tussenuit?
Op de volgende pagina's vind je leuke tips voor trips. Ideaal voor tijdens de kerstvakantie of in het voorjaar!
OP WANDEL IN KEMPENBROEK
Voor een wandeling, groot of klein, moet je in het Unesco Biosfeergebied KempenBroek zijn. In dit nauwelijks ontdekte gebied op de grens van Belgischen Nederlands-Limburg liggen meer dan 14 wandelgebieden, met elk heel wat gevarieerde wandelroutes. Via die bewegwijzerde routes kan je op eigen tempo genieten van het landschap, de natuur en het typische erfgoed, zoals de vele molens. De wandelkaarten zijn helemaal vernieuwd en apart of in een box online verkrijgbaar.
KempenBroek Winterslagstraat 87, Genk 20 euro (volledige wandelbox), 2,5 euro per kaart www.kempenbroek.be
SPEUREN IN MAASEIK
Via een toffe puzzelspeurtocht voor het hele gezin ontdek je de leukste plekjes in Maaseik. Deelnemers ontvangen aan de balie van Visit Maaseik een survivalpakket: een stoffen zak met rood crêpepapier, knapkoekjes en stoepkrijtjes. Daarmee kan je tijdens de tocht vragen oplossen en coole opdrachten uitvoeren. Wie de puzzel correct invult, ziet verticaal een typisch Mezeikers woord te voorschijnkomen: de code tot de kluis. Kraak de code en win een prijs!
Visit Maaseik
Markt 45, Maaseik 5 euro www.visitmaaseik.be
MUZIKAAL KLIMMEN
Eén keer per maand krijg je de kans om de beiaardtoren van de Sint-Quintinuskathedraal in Hasselt te beklimmen. Na een stevige klim word je beloond met een adembenemend uitzicht. Het is meteen ook de perfecte plek om alles te leren over uurwerken, klokken en beiaarden. Nadien zal je nooit meer op dezelfde manier naar het klokkenspel van je favoriete beiaardier luisteren. Afspraak: eerste zaterdag van de maand om 14 u. Reserveren is niet nodig. Tot dan!
Beiaardtoren
Vismarkt 6, Hasselt 4 euro www.hetstadsmus.be
Beiaardtoren in Hasselt
KempenBroek
TIPS VOOR TRIPS
GOUDGELE DUINEN
Gooi je wandelbenen los op een van de achttien gevarieerde wandelingen in de Duinengordel. Dit wandelgebied in het Nationaal Park Hoge Kempen kreeg deze zomer een update. Nieuwe borden maken het jou nog gemakkelijker om de weg te vinden en te genieten van de goudgele duinen en de eindeloze paarse heidelandschappen. Wie van een uitdaging houdt, moet zeker ook de Oudsberg, de hoogste duin van Vlaanderen, beklimmen. Het panoramisch uitzicht is de inspanning meer dan waard!
Wil je graag meer weten over het mijnverleden van Beringen? Via de wandeling in de ErfgoedApp ‘Op stap in de cité van Beringen’ verken je het leven-zoals-het-was in de schaduw van de steenkoolmijn. Gids van dienst? Comedian Erhan Demirci. Anekdotes over zijn kinderjaren en leuke beeldfragmenten prikkelen de wandelaar om de mijncité, met haar bijzondere architectuur en folklore, nog beter te leren kennen.
In een oase van rust en groen pronkt de prachtige Pollismolen. Het huidige gebouw en binnenwerk dateert van 1870, maar deze onderslagwatermolen werd al in 1078 voor de eerste keer vermeld. Sinds 2016 is de molen weer maalvaardig. Groepsrondleidingen zijn op afspraak mogelijk en bieden je de kans om enkele bijzondere attributen zoals de oude blauwe molensteen met opmerkelijke versieringen van dichtbij te bewonderen. De molen is ook de ideale startplek om het wandelgebied Itterdal te ontdekken of om te genieten van een heerlijk gastronomisch etentje.
Borgloon heeft er weer een parel bij. Het stationsplein, tegenover de Stroopfabriek, werd omgetoverd tot een architecturaal hoogstandje. Vanaf januari zal het de naam ‘Stroopplein’ krijgen. Vooral het paviljoen in de vorm van een station is een eyecatcher. Het is de ideale rustplek voor wandelaars en fietsers die het Fruitspoor volgen. Het Fruitspoor is een nieuwe fietsroute, waar vroeger wagons vol fruit passeerden. Een mooi eerbetoon aan het rijke fruitverleden van Borgloon!
Stroopplein
Stationsplein, Borgloon Gratis www.borgloon.be
DUIK IN HET VERLEDEN
Benieuwd naar het dagelijks leven van vroeger? Het heemkundig museum van As is ondergebracht in ’t Mieleke, een oude watergraanmolen uit 1717. Als je de drempel overstapt, kom je dankzij een uitgebreide collectie gereedschappen, huisraad en gebruiksvoorwerpen precies in een teletijdmachine terecht. Ook bijzondere stukken zoals porseleinen kanonskogels uit het Napoleontisch tijdperk staan er te pronken. Naast de permanente tentoonstelling vinden er ook af en toe tijdelijke kunsttentoonstellingen plaats.
’t Mieleke
André Dumontlaan 19, As 1 euro (enkel op afspraak) www.visitlimburg.be (zoekterm: mieleke)
ARCHEOLOGIEDAGEN 2025
Op 23, 24 en 25 mei is het weer zover! Tijdens de Archeologiedagen kom je meer te weten over wat er onder onze voeten verborgen ligt. Over heel Vlaanderen vinden tal van activiteiten plaats. De organisatoren staan nu al te popelen om hun passie met jou te delen. Of je nu een doorwinterde archeologiefanaat bent of een nieuwsgierige enthousiasteling: save the date! Kan je niet wachten tot eind mei? Neem dan een kijkje op de nieuwe 365 Archeologiedagenkalender!
Archeologiedagen
Info en programma: www.archeologiedagen.be
WINTER 1944
Hoera! De oorlog is gedaan! Of neen, toch niet. Het laatste jaar van de Tweede Wereldoorlog was een emotionele rollercoaster. De euforie van de bevrijding werd bruusk verstoord door het Ardennenoffensief. Borlo maakte er al snel deel van uit. Het oorlogsmuseum Winter 1944 brengt je terug naar die periode. Naast de vreselijke oorlogstaferelen vind je er ook een heleboel ‘huiselijke beelden’ van de plaatselijke bevolking. Voor jong en oud een boeiende beleving.
Wie op zoek is naar uitdagende wandelavonturen met prachtige uitzichten hoeft niet per se naar de Alpen of de Dolomieten te trekken. In Voeren, de hoogste gemeente van Vlaanderen, vind je zeker ook je gading. Een uitdagende wandeling van 20 km brengt je naar de typische vakwerkhuizen en leidt je door het gevarieerde landschap. Wie het liever wat rustiger wil, kan de wandelroute ook inkorten naar 9 km. Kuiten insmeren, wandelschoenen strikken en gaan!
Bergwandeling Voeren Gratis www.visitlimburg.be
(Zoekterm: bergwandeling Voeren)
FASCINERENDE GROTTEN
De mergelgrotten spelen al eeuwenlang een belangrijke rol in Zichen. Niet alleen door de ontginning van mergelsteen, maar ook als schuilplaats voor de bevolking. Ondertussen kregen de ondergrondse ruimtes een make-over en werden ze smaakvol ingericht als galerij waar cultuur, archeologie en geschiedenis samenkomen. Die inspanningen werden beloond met de Visit Limburg Award 2024. Ga zelf op ontdekking in de gangen en ontrafel de geheimen van deze intrigerende ondergrondse wereld.
Mergelgrotten Zichen Gielenstraat 18, Riemst 5 euro (enkel op afspraak) www.mergelgrottenzichen.be
TRAPPEN TUSSEN TERRILS
In Limburg kan je niet alleen door het water en de bomen fietsen, maar sinds kort ook tussen de mijnterrils in het Nationaal Park Hoge Kempen. Waag je op de 380 m lange drijvende brug en geniet van een prachtig 360° uitzicht op het glinsterende water en de groene mijnterrils van Eisden. Volg een kant-en-klare fietsroute of stippel je eigen tocht uit via de routeplanner. De fietsbrug bevindt zich tussen de knooppunten 502 en 565!
Terhills
Tussen fietsknooppunten 502 en 565, Dilsen-Stokkem Gratis www.visitlimburg.be/fietsrouteplanner
SFINX VAN HEERS
Hoewel er op de site van het Kasteel van Heers momenteel restauraties plaatsvinden, blijft een groot deel van de site toegankelijk voor het publiek. Ook via een gegidste rondleiding kom je meer over het kasteel te weten. Een van de trekpleisters, de oude sfinx aan de toegangspoort, is geselecteerd voor de Erfgoed Challenge. In die wedstrijd beloont het Koninklijk Insituut voor het Kunstpatrimonium (KIK) een bijzonder erfgoedobject in nood met een duurzame restauratiebehandeling ter waarde van 25 000 euro. Breng jouw stem uit via www.kikirpa.be/ erfgoedobjecten/stemmen en help de sfinx van Heers redden!
Kasteel van Heers Nieuwe Steenweg 71, Heers www.kasteelvanheers.be
Mergelgrotten in Zichen
Sfinx van Heers
MONUMENTENWACHT to the rescue!
Bezit of beheer jij een waardevol Limburgs erfgoedobject?
Word dan snel lid van Monumentenwacht Limburg!
WAT?
Onze monumentenwachters komen preventief bij je langs om jouw waardevol erfgoed te inspecteren. Ze sporen kleine gebreken tijdig op en voorkomen zo ernstige gevolgschade en dure restauratiekosten.
VOOR WIE?
Alle particulieren, verenigingen, kerkfabrieken en openbare besturen die eigenaar of beheerder zijn van een al dan nietbeschermd erfgoedobject of historisch waardevol interieur.
LIDGELD?
Als lid betaal je 40 euro per jaar. Eigenaars en beheerders van een groot aantal erfgoedobjecten krijgen een lidmaatschap op maat.
Lid worden of op zoek naar meer informatie? Stuur een mail naar mowa@limburg.be of bel naar 011 23 75 91.
Hé, jij! Proficiat, je kreeg zonet een abonnement op LEF cadeau!
Het magazine ‘LEF – Durven met Limburgs Erfgoed’ houdt je op de hoogte van de activiteiten van de afdeling Erfgoed en zit boordevol nuttige informatie en tips over erfgoed in Limburg. Scan de QR-code en ontvang LEF vanaf nu twee keer per jaar gratis bij jou in de brievenbus.
Je gegevens zullen enkel gebruikt worden voor de verzending van dit magazine. Je kunt ze steeds laten aanpassen of schrappen.
Heb jij LEF?
Vraag een gratis abonnement aan via pcce@limburg.be
Het Provinciaal Centrum voor Cultureel Erfgoed en Monumentenwacht Limburg zijn elke dag in de weer om het Limburgs onroerend erfgoed beter te ontsluiten en bekend te maken. Het magazine 'LEF - Durven met Limburgs Erfgoed' houdt je op de hoogte van de activiteiten van de afdeling Erfgoed en zit boordevol nuttige informatie en tips.
Wil je het hele jaar op de hoogte blijven van de activiteiten en projecten van de afdeling Erfgoed van de provincie Limburg? Meer dan 12 000 volgers gingen je al voor!