G.F.S.V. “Pharmaciae Sacrum” Universitair Centrum voor Farmacie
Geestesziekten
“Mensen denken soms dat ik als psychiater weet wat een ander denkt, maar dat kan ik niet.” Jaargang 28
#2 | December 2014 Geestesziekten
Redactioneel
Foliolum
Redactioneel Foliolum december 2014
Foliolum
Jaargang 28
Editie 2
December 2014
G.F.S.V. “Pharmaciae Sacrum” in samenwerking met het Universitair Centrum voor Farmacie aan de Rijksuniversiteit Groningen
Een heus ingrediënt in je brood... Haar Het E-nummer E-920, p.18
Redactioneel
4 Praesides 5 Dies Natalis 6 Geneesmiddelen en de neurobiologie van de seksuele functies 10 Hyperseksualiteit bij gebruik van dopaminergica bij de ziekte van Parkinson 12 Op bezoek bij de psychiater 15 Over geestesziekten... 17 Diepgaande kookkunsten 18 Kort wetenschappelijk 20 Vijf vragen aan...
Op bezoek bij de psychiater Frank van Es, p.12
Facultair
22 De onbekende bekenden 23 Student in het Buitenland 25 PhD 27 Alumnus RUG
De 133e Dies Natalis
Theo Last namens de Diescommissie, p. 5
Pharmaciae Sacrum
28 Fotopagina 31 P.S.-Activiteiten 33 Commissies 36 Eten met... de Almanakcommissie 38 Puzzel Activiteitenagenda
Geestesziekten
3
Praesides Lieve lezer, Het lijkt inmiddels alweer zo lang geleden dat ik dit zooitje ongeregeld bij elkaar heb geraapt. Een maandagavond zonder mijn prettig gestoorde commissieleden kan ik me niet meer voorstellen en door al deze ó zo productieve avonden heeft u dan ook alweer ons tweede nummer in uw hand. Het thema van deze editie is ‘Geestesziekten’. Naast dat dit het thema is van ons nieuwe Foliolum, zal het wetenschappelijke symposium van de Dies Natalis ook in het teken staan van dit onderwerp. Je kan het vaak niet aan iemand zien, geestesziekten zijn aandoeningen die niet zichtbaar zijn zoals een gebroken been of een griepje. Als je aan geestesziekten denkt, komen ziektes als schizofrenie, een bipolaire stoornis of een obsessieve compulsieve stoornis naar boven. Bij de meeste mensen gaat er wel een belletje rinkelen als we het over deze aandoeningen hebben, maar wat ze precies inhouden is voor het grote publiek toch vaak onbekend. Als je last hebt van schizofrenie, dan heb je toch een gespleten persoonlijkheid?! In deze editie van het Foliolum zullen we uitgebreid ingaan op een aantal geestesziekten en zal duidelijk worden wat deze aandoeningen precies inhouden en hopen we de misverstanden uit de wereld te helpen. Daarnaast komt in dit nummer komt onder andere de achtergrond van een seksverslaving ter sprake, medicijnen die deze verslaving als bijwerking hebben en we zijn er zelf op uitgetrokken om eens informatie te krijgen van iemand die dagelijks met psychiatrische patiënten in aanraking komt. Ik wens jullie ontzettend veel leesplezier en laat je niet gek maken!
Geachte lezer, Op het moment van schrijven is de herfst in volle gang en zijn de blaadjes ondertussen verdwenen van de bomen. Met de winter voor de deur wordt het niet alleen buiten kouder, ook de temperatuur op het P.S. –hok daalt. Gelukkig staat ook in deze periode de koffie klaar en zal het hok zich rond de feestdagen vullen met gezelligheid. Wanneer dit Foliolum op de mat valt zijn de eerste feestdagen alweer achter de rug. Na een kort bezoek aan de P.S.-borrel zijn de Sint en zijn Pieten alweer terug met de stoomboot naar Spanje. Voor Pharmaciae Sacrum is deze periode ook erg speciaal. Zo is er op 11 december stil gestaan bij de oprichting van P.S. middels het AlDi-feest. Hier is niet alleen het thema van de Dies Natalis onthuld, ook heeft de 29e Almanakcommissie haar boekwerk gepresenteerd. Deze editie van het Foliolum is alweer de tweede van het jaar en staat deze keer in het teken van ‘Geestesziekten’. Bij dit onderwerp moeten we denken aan verschillende psychische aandoeningen zoals angst-, eet- en persoonlijkheidsstoornissen. Één van de vragen die centraal staat is wat de oorzaak is van deze aandoeningen. Waardoor ontstaat bijvoorbeeld een bipolaire stoornis, waarbij patiënten last hebben van extreme stemmingswisselingen, en wat kunnen wij als farmaceut hier aan doen? Niet alleen het Foliolum staat in het teken van dit thema, ook zal er op het wetenschappelijke symposium van de Dies Natalis stil worden gestaan bij dit onderwerp en ik wil via deze weg alvast iedereen uitnodigen voor dit evenement. Voor nu wil ik iedereen graag alvast een prettige kerstvakantie wensen en ik hoop jullie allemaal te mogen begroeten op de Nieuwjaarsborrel van P.S.!
Met vriendelijke groet, Namens de 28e Redactiecommissie ‘Diepgang’
Met vriendelijke groet, Namens het 133e bestuur der G.F.S.V. “Pharmaciae Sacrum”
Eline Hemelt h.t. praeses
Quincy de Hoog h.t. praeses
4
Foliolum december 2014
Dies Natalis Geachte lezer, Op woensdag 4 februari 2015 zal alweer het startsein worden gegeven voor de viering van de 133e Dies Natalis. Dit heuglijke feit is niet onopgemerkt voorbij gegaan, op het AlDi-feest van 11 december jongstleden is het thema van de 133e Dies Natalis feestelijk onthuld. Met ons thema, ‘Dieserved’, zullen wij ervoor gaan zorgen dat in de eerste week van februari onze mooie studievereniging een niet te vergeten Dies Natalis krijgt die zij heeft verdiend. P.S. is een vereniging van tradities, één zo’n traditie is dat het thema van dit Foliolum gelijk is aan het thema van het Diessymposium. Het thema van de Dies, ‘Dieserved’, slaat natuurlijk voor een deel op het feit dat P.S. een mooie viering van haar verjaardag verdient en dat wij als studenten na alweer een half studiejaar ook wel wat afleiding hebben verdiend. Echter, het thema heeft ook een serieuze kant, welke benadrukt zal worden tijdens het symposium op 4 februari. Deze heeft namelijk als thema: ‘Geestesziekten: psychofarmaca in de praktijk’. Geestesziekten blijven een groot en groeiend probleem in de huidige maatschappij. Een onderwerp dat dus aandacht verdiend, om zo mensen er meer bewust van te maken. Aan de andere kant is het ook de farmaceutische industrie, die door de ontwikkeling van nieuwe medicijnen geld kan verdienen aan deze ziekten. Aan beide kanten zal aandacht geschonken worden tijdens dit symposium. Dagvoorzitter prof. dr. ir. Ben Westerink zal de dag openen met een presentatie over de zoektocht naar nieuwe geneesmiddelen voor psychiatrische aandoeningen. Vervolgens zal prof. dr. Frans Koenraadt iets meer gaan vertellen over de oplegging van TBS en de behandeling van TBS patiënten. Prof. dr. Robert Schoevers zal daarna een presentatie geven over het experimenteel gebruik van ketamine bij ernstige depressies. Na de lunch zal dr. Bob Oranje een veelbelovende nieuwe behandeling van Schizofrenie toelichten, waarna dr. Richard Bruggeman psychosen zal behandelen. PhD studente Lisette Berm zal iets vertellen over haar onderzoek naar genotypering en de rol hiervan in de apotheek. De dag zal worden gesloten door dr. Hans Mulder met een lezing over de toegevoegde waarde van de apotheker in de psychiatrie. Al met al erg interessante onderwerpen, waarover wij in dit symposium wellicht meer zullen leren. Op woensdag avond, na het symposium, kunnen genodigden het bestuur feliciteren op de receptie met de 133e Dies Natalis door samen met hen een glaasje jenever te nuttigen. Na de receptie zal het openingsfeest plaatsvinden. Thema van dit feest zal zijn: ‘DIEScovery Channel; van goudzoeker tot gorilla’. Wij kijken ernaar uit om hier met jullie een spetterend feest van te maken. De dag na het openingsfeest, donderdag 5 februari, zal de culturele avond plaatsvinden. Heb jij altijd al je eigen t-shirt en poster willen bedrukken, kom dan met ons mee naar het Grafisch Museum. Vrijdag zal een rustdag zijn om uit te rusten voor zaterdag. Op zaterdag 7 februari vinden de buitendag, het galadiner en het galabal plaats. Tijdens de buitendag gaan we Kattabal spelen. Een onbekende, maar extreem spannende sport waarbij twee teams tegen elkaar strijden. Om in stijl een goede bodem te leggen, is iedereen van harte welkom bij het galadiner. De laatste activiteit, die je zeker niet mag missen is het afgekochte galabal. Hiermee zal de 133e Dies groots worden afgesloten. Ik wens u veel leesplezier en hoop u te mogen begroeten tijdens de 133e Dies Natalis, Namens de 133e Diescommissie der G.F.S.V. “Pharmaciae Sacrum” Theo Last h.t. praeses
Geestesziekten
5
Geneesmiddelen en de neurobiologie van de seksuele functies Redactioneel
Auteur: Prof. Dr. A.J.M. Loonen, arts/klinisch farmacoloog
Onder de seksuele functies wordt het geheel van psychologische en lichamelijke voorzieningen verstaan, die de bevruchting van de vrouw instrumenteel mogelijk maakt. Hierbij kan onderscheid worden gemaakt tussen de genitale fase, de ruggenmergsfase en de cerebrale fase. Veel psychofarmaca kunnen als bijwerking met deze seksuele functies interfereren. In dit artikel worden de achterliggende mechanismen in het kort geschetst. Aan seksueel gedrag zijn twee facetten te onderscheiden: libido en potentie. Onder libido wordt de ‘bereidheid tot het hebben van seks’ of kortweg ‘zin in seks’ verstaan. Hiertoe behoren de motivering om tot seks te komen, het ervaren van seksuele opwinding en het vertonen van een seksuele lustreactie: het orgasme. Potentie verwijst naar het vermogen tot het vertonen van een fysieke seksuele respons. Hiertoe behoren het vermogen tot het hebben van een erectie of lubricatie, het vermogen tot ejaculeren en het hebben van de complexe fysiologische respons van het orgasme. Hoewel libido en potentie sterk onderling gerelateerd zijn, moeten deze mechanismen afzonderlijk worden besproken
Verloop van de genitale respons Bij de man is buiten de remslaap de penis in rust gewoonlijk geheel verslapt (figuur 1). De mate waarin de cremasterspier en het scrotum zijn samengetrokken wordt daarbij bepaald door de buitentemperatuur. Bij kou worden de testikels tegen de buikwand aangetrokken om te sterke afkoeling te voorkomen. Een dergelijke contractie vindt ook plaats tijdens de opwindingsfase, terwijl daarbij ook de erectie op gang komt. Tijdens de plateaufase wordt de erectie maximaal. Tijdens het orgasme contraheren de sluitspieren van blaas en anus. Daarnaast contraheren de prostaat en de zaadblaasjes, waardoor zaadvocht wordt afgescheiden. Het vas deferens en de urethra vertonen daarbij ritmische contracties. Hierdoor worden de spermatozoa, respectievelijk wordt het sperma, voortgedreven. Tijdens de herstelfase neemt het volume van penis en testikel aanvankelijk snel af. Bij de penis daalt de omvang tot circa 1,5 maal de rustgrootte. De cremasterspier en het scrotum ontspannen. Bij de vrouw ligt in rust het lichaam van de baarmoeder in dorsoventrale richting op de blaas in de buikholte (figuur 2). Tijdens de opwindingsfase kantelt de baarmoeder naar de rugzijde. De vagina wordt door transsudatie vochtig. De clitoris wordt door erectie 2-3x zo lang en wordt niet meer afgedekt door de voorhuid. Ook zwellen de schaamlippen op. Tijdens de plateaufase kantelt de baarmoeder zo ver mogelijk naar dorsaal. De clitoris verdwijnt weer onder de voorhuid en wordt overgevoelig voor stimulatie.
Tijdens het orgasme treden ritmische contracties op van de uterus, de distale vaginawand, de sluitspieren en de bekkenbodemspieren. Tijdens de herstelfase neemt de baarmoeder zijn oorspronkelijke positie weer in en verdwijnt de zwelling van de clitoris en de schaamlippen.
Figuur 1. Het verloop van de genitale respons bij de man. A. Rustfase; B. Opwindingsfase; C. Plateaufase; D. Orgasmefase; E. Ontspanninsfase
“In feite is testosteron het enige echte afrodisiacum” 6
Foliolum december 2014
Tijdens het orgasme treden ritmische contracties op van de uterus, de distale vaginawand, de sluitspieren en de bekkenbodemspieren. Tijdens de herstelfase neemt de baarmoeder zijn oorspronkelijke positie weer in en verdwijnt de zwelling van de clitoris en de schaamlippen. Neurobiologische achtergronden op genitaal niveau De neurobiologische beginselen, die aan bovenstaande genitale respons ten grondslag liggen, zijn: sensibiliteit (penis en clitoris), vasocongestie (testikels, schaamlippen, lubricatie, baarmoeder), erectie (penis, clitoris), uterus-elevatie, vas deferens contracties, uterus-contracties, sluitspiercontracties en bekkenbodemspier-contracties. Slechts drie hiervan zullen worden besproken: erectie, ejaculatie en uterus-contracties.
“Een bijzonderheid van het psychostimulans MDMA (XTC) is het bevorderen van de afgifte van oxytocine. Gepostuleerd wordt wel dat de effecten als ‘love drug’ met deze werking samenhangen”
Erectie komt tot stand door zwelling van de zwellichamen (corpora cavernosa) in de penis (figuur 3). Onder rustomstandigheden is er sprake van een tonische contractie van de gladde musculatuur van de centrale slagader en van de caverneuze sinusoïden. Dit berust op activering van α1-adrenoceptoren. De erectie wordt op gang gebracht door activering van zogenaamde non-adrenerge-non-cholinerge (NANC)-neuronen, die naar arteriën en sinusoïden van de zwellichamen lopen. Deze neuronen en het vaat- en edotheel geven NO af, hetgeen resulteert in activering van guanylylcyclase.
Figuur 2. Het verloop van de genitale respons bij de vrouw. A. Rustfase; B. Opwindingsfase; C. Plateaufase; D. Orgasmefase
Geestesziekten
7
Redactioneel
Anton J.M. Loonen (1953) studeerde farmacie aan de Universiteit van Amsterdam (1972-1978) en geneeskunde aan de Katholieke Universiteit Nijmegen (1991-1996). Hij promoveerde in 1980 aan de Universiteit van Amsterdam op een biochemisch psychofarmacologisch onderwerp. Hij was van 1980 tot 1997 als (ziekenhuis)apotheker, klinisch farmacoloog en onderzoekscoördinator verbonden aan een algemeen en enkele psychiatrische ziekenhuizen in ‘s-Hertogenbosch. Van 1997 tot 2008 was hij als arts/klinisch farmacoloog en onderzoekscoördinator verbonden aan Delta Psychiatrisch Centrum in Poortugaal. Sindsdien werkt hij als arts/klinisch farmacoloog in GGZ Westelijk Noord-Brabant in Bergen op Zoom. Sinds 2004 bekleedt hij de leerstoel Farmacotherapie bij psychiatrische patiënten bij de basiseenheid Farmacotherapie en Farmaceutische Patiëntenzorg (RUG). Hij richt zich vooral op het verbeteren van de zorg voor mensen met een chronische psychiatrische aandoening met bijzondere aandacht voor patiëntveiligheid (lichamelijke ziekten en sterfte) en de kwaliteit van de farmacotherapie na/bij langdurig gebruik van psychofarmaca (farmacotherapie na decennialang gebruik).
Redactioneel
Dit leidt tot de productie van cGMP. Hierdoor daalt de intracellulaire calciumconcentratie en treedt verslapping van het gladde spierweefsel op. De arteriolen en sinusoïden worden hierdoor sterk verwijd, de druk in de sinusoïden wordt hoger en deze zwellen door dit alles sterk op. De opgezwollen sinusoïden drukken de emissievaten, die tussen het zwellichaam en de harde bindweefselomhulling (tunica albuginosa) van de zwellichamen lopen, gedeeltelijk dicht. Hierdoor wordt de bloedafvoer beperkt en wordt de penis erect (figuur 3). Wanneer tijdens het orgasme de ejaculatie tot stand wordt gebracht door activering van noradrenerge neuronen, treedt hierdoor tevens activering op van α1-adrenoceptoren in het caverneuze vaatbed. Hiervan is vasoconstrictie van arteriolen het gevolg, waardoor de bloedtoevoer wordt beperkt en de intracaverneuze druk daalt. De bloedafvoer wordt minder beperkt en er treedt verslapping van de penis op. Dit proces van erectie en ejaculatie wordt gemoduleerd door acetylcholine. Dit betekent, dat cholinerge stoffen erectie bevorderen en anticholinergica erectie (en ejaculatie) remmen. De SSRI paroxetine remt NO synthase (NOS) en interfereert op die wijze sterk met de erectie. Over het mechanisme van uterus-elevatie en uterus-contracties is het laatste woord nog niet gezegd. De baarmoeder zit ter hoogte van haar hals vast aan de vagina en aan een uitgebreid systeem van subperitoneale ligamenten en bindweefselschotten. Via dit systeem is de baarmoederhals stevig verbonden met de bekkenbodem en het bekken. In de ophangbanden zit glad spierweefsel. De uterus-elevatie komt tot stand door vasocongestie en door contractie van dit gladde spierweefsel. De baarmoedercontracties tijdens het orgasme worden toegeschreven aan de uitstorting van oxytocine door de neurohypofyse. De heftigheid van baarmoedercontracties worden ook beïnvloed door diverse neurohumurale factoren. Dit speelt echter meer een rol tijdens de zwangerschap. Oestrogenen verhogen de gevoeligheid van de baarmoeder en progestagenen verminderen deze. Door stimulatie van beta2-adrenoceptoren (epinefrine) verslapt de baarmoeder en door stimulering van α1-adrenoceptoren worden contracties geïnduceerd. Dit laatste treedt echter alleen op in de zwangere baarmoeder. Ook serotonine heeft een contractie-stimulerend effect. Tenslotte spelen prostaglandines, vooral rond de baring, een contractie-faciliterende rol. De ejaculatie komt tot stand door activering van de sympathicus. Stimulering van alfa1-adrenoceptoren (norepinefrine) resulteert in contractie van het gladde spierweefsel van de bijbal, de zaadleider (vas deferens), de zaadblaasjes, de prostaat en de sluitspie-
8
Foliolum december 2014
ren van blaas en anus. Door de contracties van de bijbal en de zaadleider worden de spermatozoa naar de urethra gedreven. Door de contracties van de zaadblaasjes en de prostaat wordt hieraan het spermavocht toegevoegd. De contractie van de prostaat en de blaassfincter voorkomt ook het uitvloeien van het sperma in de blaas. De a1-adrenolytische werking van veel psychofarmaca interfereert op dit niveau met de ejaculatie. Bekend is, dat het gebruik van sommige psychofarmaca (bijvoorbeeld thioridazine) ook aanleiding kan geven tot retrograde ejaculatie. Voorts worden αlfa1-antagonisten toegepast bij benigne prostaathypertrofie (BPH).
Figuur 3. Gedeelte van een dwarsdoorsnede door de penis met het corpus cavernosum in rust (A) en bij erectie (B)
Neurobiologische achtergronden op ruggenmerg niveau De regulering op ruggenmergniveau vindt plaats op sacraal niveau en op het niveau Th10-L2. Daarnaast zijn sympathische vezels betrokken, die hoger dan het niveau van L1 het ruggenmerg verlaten. De cellichamen van de preganglionaire parasympathische neuronen liggen in het sacrale ruggenmerg
(S2-S4). Van hieruit verlopen de vezels naar de plexus hypogastricus (plexus pelvicus) of rechtstreeks naar de effectororganen. Het parasympathisch zenuwstelsel is vooral betrokken bij erectie en vasocongestie.
Neurobiologische achtergronden op cerebraal niveau Bij de bespreking van de cerebrale component van de seksuele respons moet verschil worden gemaakt tussen de psychogene regulatie en de reflexogene regulatie. De reflexogene regulatie wordt in gang gezet door prikkels via het reukorgaan of de tastzin. Klieren in de mond, borsten, anus en urethramond scheiden feromonen af, die (althans bij dieren) het in de neusholte gelegen vomeronasale orgaan prikkelen. Bij de mens is deze functie waarschijnlijk overgenomen door andere delen van het neusepitheel. Stimulering met feromonen resulteert in een sterke bekrachtiging van de seksuele respons tussen vaste sekspartners. Het gaat dus niet om verhoging van de libido in het algemeen. Tactiele prikkels, die de seksuele respons in gang kunnen zetten, zijn afkomstig van huidreceptoren van het gehele lichaam. Vooral bij de man nemen de genitaliën daarbij een dominante plaats in. Echter, individueel bepaald bestaan veel meer erogene zones. Bij dwarslaesiepatiënten kunnen gericht nieuwe erogene zones worden ontwikkeld. Een veelbesproken erogene zone bij de vrouw is de zogenaamde G-plek (Grafenberg’s plek) in de ventrale wand van de vagina. Ook deze erogene is sterk individueel bepaald. De psychogene regulatie van de seksuele respons kan eigenlijk niet in enkele zinnen worden samengevat. Presentatie van visuele seksuele stimuli aan gezonde mannen resulteert in remming van de emotionele respons gericht op angst of woede en inductie van motivatie tot het vertonen van gedrag dat uiteindelijk tot een seksuele lustbeleving kan leiden. Dit is het motivationele aspect van libido. De regulatie van seksueel gedrag De seksuele respons moet worden ingekaderd in seksueel gedrag. Juist op dit terrein heeft de libido een belangrijke functie. Zonder voldoende libido vindt de seksuele respons niet of slechts incompleet
Redactioneel
De cellichamen van de preganglionaire sympathische neuronen liggen in hogere segmenten (Th10-L3). Van hieruit lopen de vezels naar de grensstrengen en naar de plexus hypogastricus inferior. Het sympathisch zenuwstelsel is vooral betrokken bij ejaculatie. Voorts is er ook een thoracolumbaal gelegen sympathisch erectiecentrum.
plaats. Seksueel gedrag is in belangrijke mate afhankelijk van de effecten van geslachtshormonen. Het seksuele gedrag kan echter niet los worden gezien van andersoortig gedrag. Het verlangen naar seks en de seksuele opwinding worden bij de mens vooral gevoed door deze interactie met anderen. Dit is ten dele biologisch maar voor een groot deel ook cultureel bepaald en contextueel aangeleerd. Wat betreft de endocriene regulatie van seksueel gedrag en van de seksuele respons zijn vooral de effecten van de androgenen belangrijk. In feite is testosteron het enige echte afrodisiacum. Androgenen faciliteren seksueel gedrag (cognities, opwinding, handelingen). Zij hebben deze werking bij zowel mannen als vrouwen. Verder is het hormoon prolactine belangrijk. De effecten behoeven echter niet (allemaal) aan de werking van dit hormoon zelf te worden toegeschreven. Een belangrijke factor is namelijk het bestaan van een duidelijke inverse relatie tussen de prolactine- en de gonadorelinesecretie. Bij hyperprolactinemie is de gonadorelinesecretie laag. In dat geval wordt via een verminderde LH-secretie weinig testosteron afgescheiden. De meeste antipsychotica, vooral risperidon en paliperidon, verhogen de afgifte van prolactine. Voor de regulatie van seksueel gedrag is vooral het ventrale striatum (nucleus accumbens) belangrijk. Op basis van de analyse van de zintuiglijke informatie in de hersenschors verhoogt deze hersenstructuur de motivatie tot het seksuele gedrag. Tegelijkertijd wordt ander emotioneel gedrag geremd. Het gedrag leidt uiteindelijk tot het orgasme. Antipsychotica hebben een sterke remmende invloed op het ventrale striatum door het blokkeren van dopamine D2 receptoren en interfereren op die wijze met de libido. SSRI verhogen de invloed van serotonine op 5-HT2 receptoren. Hierdoor wordt de activiteit van dopaminerge vezels in de nucleus accumbens verminderd. Voor een succesvolle seksuele respons is het orgasme bij de man obligaat. Bij de vrouw is dat echter niet het geval. Ongeveer 30% van de vrouwen bereikt nooit een orgasme tijdens de coïtus en ook bij de overige vrouwen treedt een orgasme relatief zelden op. Toch gaat het orgasme bij man en vrouw gepaard met een soortgelijk lustgevoel en is het gedrag op het bereiken van dit lust- of beloningsgevoel gericht. Bovendien leidt het orgasme bij de vrouw tot de afgifte van oxytocine in het bloed en door specifieke neuronen. Hierdoor vindt hechting plaats aan de liefdespartner. Een bijzonderheid van het psychostimulans MDMA (XTC) is het bevorderen van de afgifte van oxytocine. Gepostuleerd wordt wel dat de effecten als ‘love drug’ met deze werking samenhangen.
Geestesziekten
9
Hyperseksualiteit bij gebruik van dopaminergica bij de ziekte van Parkinson Redactioneel
Auteur: Linda Wijma-Vos, apotheker Linda Wijma-Vos heeft farmacie gestudeerd aan de RUG en is daarna werkzaam geweest als openbaar apotheker in Tiel en Zuidhorn. Momenteel is zij werkzaam als apotheker bij de RVE Klinische Farmacie van het Martini Ziekenhuis in Groningen. Ze is apotheker van een aantal verpleeghuizen en is aangesloten bij ParkinsonNet, een netwerk van behandelaars rondom patiënten met de ziekte van Parkinson. Bij patiënten met de ziekte van Parkinson wordt het tekort aan dopamine vaak aangevuld met levodopa of dopamine-agonisten*. Deze therapie kan echter, behalve positief effect op de meest kenmerkende motorische symptomen van de ziekte (rusttremor, bewegingsarmoede, stijfheid), ook effect hebben op de impulscontrole. Men denkt dat dit komt door overstimulatie van mesolimbische dopaminereceptoren in de hersenen, ook wel het beloningscentrum genoemd. Als dit systeem overprikkeld wordt ontstaat een toegenomen behoefte aan beloning. Om deze behoefte te bevredigen worden dan soms risico’s genomen die diezelfde persoon anders niet zou nemen. Simpel gezegd: er is geen rem meer. Dit kan zich op diverse manieren uiten zoals koopverslaving, een eetstoornis, pathologisch gokken of seksueel ontremd raken. Men noemt dit fenomeen ook wel een impulscontrolestoornis. In dit artikel wordt dieper ingegaan op hyperseksualiteit als bijwerking van dopaminerge medicatie. Als de seksuele gevoelens (libido) van een persoon sterker zijn of meer tot uiting komen dan wat men normaal vindt, noemt men dat hyperseksualiteit. Bij
Casus 1
10
mannen heet hyperseksualiteit ook wel satyriasis en bij vrouwen noemt men dit nymfomanie. Vroeger werd hyperseksualiteit als een geestelijke stoornis beschouwd, maar tegenwoordig wordt de seksuele drift pas afwijkend genoemd als iemand er klachten van heeft, anderen tot last is of er nadelige gevolgen van ondervindt. Hyperseksualiteit kan zich bijvoorbeeld uiten in meer masturberen, in herhaaldelijk aandringen op seksueel contact met de partner, in het maken van seksuele toespelingen richting de omgeving (bijvoorbeeld de verpleging), in het bezoeken van pornosites of in het bellen van sekslijnen. Vooral relatief jonge, mannelijke Parkinsonpatiënten met een van nature impulsief, risicozoekend gedrag blijken gevoelig voor deze bijwerking. Het optreden is van deze bijwerking is vaak gerelateerd aan een (te) hoge dosis levodopa. Dit kan zowel bewust, doordat de patiënt zelf meer medicatie neemt dan voorgeschreven, als onbewust als bijwerking bij de ingestelde dosis medicatie, gebeuren. Hyperseksualiteit kan overigens ook optreden als er sprake is van seksuele functiestoornissen, zoals erectie- of ejaculatieproblemen. Een klein percentage van de patiënten ervaart hyperseksualiteit als een positief effect. Het is bekend dat de ziekte van Parkinson gepaard kan gaan met verlies van libido en met impotentie, de seksualiteit kan in die gevallen door deze bijwerking van levodopa normaliseren. Hyperseksualiteit wordt echter meestal als vervelend ervaren door de patiënt en diens omgeving. Het is geen ernstige, levensbedreigende bijwerking, maar patiënten met deze bijwerking kunnen op het gebied van seksualiteit zo veeleisend worden, dat zij zichzelf en hun partner of omgeving tot last zijn. Bij de patiënt en zijn omgeving is niet altijd bekend dat dit gedrag een gevolg kan zijn van de medicatie. Ook is er vaak sprake van schaamte waardoor de problemen niet snel gemeld worden aan de behandelaar. Wanneer bekend wordt dat het een bijwerking
Een alleenstaande man, die wegens de ziekte van Parkinson werd behandeld met levodopa, viel met enige regelmaat zijn omgeving lastig met seksueel intimiderend gedrag, als gevolg waarvan de thuiszorghulp werd beëindigd. De familie had het erg moeilijk met de houding van patiënt. Deze bleek meer levodopa te gebruiken dan was voorgeschreven, hetgeen de oorzaak kon zijn van zijn hyperseksueel gedrag. Na uitleg over deze bijwerking en de aanschaf van een medicijndoos die door de familie werd gevuld, vertoonde patiënt geen ontremd gedrag meer en liet het parkinsonbeeld geen verslechtering zien.
Foliolum december 2014
Casus 2
is, dan voelt men zich vaak opgelucht. Kortom, zeker in het verleden, maar helaas ook tegenwoordig nog, legden patienten de relatie tussen deze bijwerking en dopaminergica vaak niet, met soms schrijnende situaties (schulden, scheidingen etc.) tot gevolg. Tijdige herkenning van de symptomen om problemen te voorkomen is dus heel belangrijk! De behandelaar hoort daarom vóór het voorschrijven van dopaminerge medicatie het mogelijk optreden van deze specifieke bijwerking te bespreken met de patiënt en zijn omgeving. Ook in de bijsluiters van dopaminergica is deze bijwerking –en dan niet alleen hyperseksualiteit, maar ook andere veelvoorkomende uitingen van een impulscontrolestoornis- opgenomen.
Uit een bijsluiter van een dopamine-agonist:
“U kunt last krijgen van de volgende bijwerkingen: (…) - Niet in staat zijn om de impuls te onderdrukken om iets te doen wat schadelijk kan zijn, bijvoorbeeld: 1. een sterke impuls om veel te gokken, ondanks de ernstige gevolgen die dit voor u of uw familie heeft; 2. een veranderde of toegenomen seksuele interesse of gedrag waar u of anderen zich erg bezorgd om maken, bijvoorbeeld een toegenomen behoefte aan seks; 3. een onbedwingbare behoefte om veel te kopen of uit te geven; 4. eetbuien (het eten van grote hoeveelheden voedsel in korte tijd) of dwangmatig eten (meer dan normaal eten en meer dan nodig is om uw honger te stillen). Vertel het uw arts als u merkt dat u dergelijk gedrag vertoont. Hij/zij zal met u overleggen hoe deze verschijnselen behandeld of verminderd kunnen worden.”
Redactioneel
Een man met idiopathische ziekte van Parkinson was recent gestart met de dopamine-agonist ropinirol. Enkele weken na het starten van deze behandeling belde de echtgenote van patiënt omdat de situatie thuis uit de hand liep. Hoewel zij haar man kende als een van nature joviale en energieke man, leken nu alle remmen los. Zo had de man ondermeer een forse toename van de behoefte aan seks had, welke niet overeenkwam met die van echtgenote. Dit leidde tot irritatie en boosheid bij patiënt, die vervolgens zijn heil zocht op internet en bij sekslijnen. De druppel die de emmer deed overlopen, was de ontvangst van bankafschriften waarop zichtbaar was dat zij voor het eerst in 30 jaar rood stonden door hoge telefoon- en internetkosten. In dit geval bleek sprake van hyperseksualiteit in het kader van impulscontrolestoornissen als reactie op de behandeling met een dopamine-agonist. De dosering van de ropinirol werd verlaagd, waarna de symptomen in korte tijd verminderden.
De behandeling van impulscontrolestoornis in het algemeen en hyperseksualiteit in het bijzonder door dopaminergica bij de ziekte van Parkinson is in theorie eenvoudig. Meestal is verlaging van de dosering van de dopaminerge medicatie namelijk voldoende om de klachten te laten verdwijnen of significant te verminderen. Helaas is doseringsverlaging in de praktijk niet altijd makkelijk: ten eerste moet hierbij rekening gehouden worden met het stadium waarin de ziekte zich bevindt en de symptomen op andere vlakken die kunnen terugkeren bij doseringsverlaging. Ten tweede blijkt dat het soms heel moeilijk is om de dosering af te bouwen; de patiënt is als het ware verslaafd geraakt aan de dopamine”kick” en kan hier niet zomaar zonder. Er moet daarom langzaam en zorgvuldig afgebouwd worden en dit vergt soms veel inzet van alle partijen. Hoewel de bijwerking optreedt bij zowel levodopa als dopamine-agonisten, kan het soms toch zinvol zijn om te schakelen van een dopamine-agonist naar levodopa of omgekeerd. Dopamine-agonisten lijken deze bijwerking in sterkere mate uit te lokken. Heeft deze omzetting onvoldoende effect dan zijn tenslotte gunstige effecten beschreven van selectieve serotonineheropnameremmers (SSRI’s) en de opiaatantagonist naltrexon. Laatstgenoemde opties zijn echter beide niet evidence-based, gezien het gebrek aan dubbelblinde placebogecontroleerde behandelstudies. Middelen die bij de ziekte van Parkinson worden gebruikt en hyperseksualiteit kunnen veroorzaken zijn levodopa, pramipexol oraal, ropinirol, rotigotine, apomorfine, bromocriptine en pergolide. Met dank aan dhr. A.W.F. Rutgers, neuroloog Martini Ziekenhuis Groningen, voor het kritisch doorlezen van dit artikel.
Geestesziekten
11
Redactioneel
Op bezoek bij de psychiater Het is koud, zeer koud op deze november ochtend. Deze ochtend zal in alle vroegte een interview met psychiater Frank van Es af worden genomen. Makkelijker gevonden dan verwacht komen we aan op de afdeling psychiatrie van het UMCG. In de wachtkamer nemen we plaats onder een boom en wachten gespannen tot we worden opgehaald. Plots zien we een bekend gezicht, want uiteraard hebben we Frank al even opgezocht op LinkedIn. Met zijn lange benen gaat Frank ons voor naar zijn kantoor, waarbij Merel met haar korte beentjes moeite heeft om hem bij te houden. Eenmaal aangekomen in het kantoor vertelt Frank ons het volgende: Ik heb geneeskunde gestudeerd aan de universiteit van Maastricht. De keuze voor geneeskunde was logisch, ik wilde namelijk mensen in moeilijke tijden bijstaan en begeleiden met behulp van kennis. Na mijn studie ging ik werken bij het Pijncentrum van het UMCG. De uitdaging in het Pijncentrum is om factoren aan te passen bij en rond de patiënt om de klachten of de gevolgen ervan te verminderen. Ondertussen heb ik pijn omgewisseld in psychiatrische ziektes. Vroeger was het niet mijn ambitie om psychiater te worden, ik dacht namelijk dat alle psychiaters betweters zijn. Ik dacht dat psychiaters over alles een oordeel zouden hebben, maar eigenlijk zijn het gewoon dokters die te maken hebben met geestesziekten. Als je je niet als betweter opstelt, maar jezelf naast de patiënt zet, kan je diegene écht helpen en soms zelfs genezen. Mensen denken soms dat ik als psychiater weet wat een ander denkt, maar dat kan ik niet. Wat ik wél kan is uitleggen wat een geestesziekte met mensen doet. Mijn specialisme is de behandeling van psychoses. Bij mensen met een psychose is de dopamine huishouding in het brein ontregeld. Dit heeft vervolgens grote gevolgen in het dagelijkse en sociale leven van de patiënt. Een psychose begint dus met iets aanwijsbaars, er is een oorzaak en gevolg relatie. Ik probeer in mijn werk het probleem aan te pakken bij de oorzaak en zo de kwaliteit van het leven van de patiënt te helpen verbeteren. Privé Ik heb geen problemen met het scheiden van werk en privé. Tevoren was ik bang dat ik erg als mens zou veranderen door het werk in de psychiatrie. Daarom heb ik, voordat ik begon als psychiater, aan mijn vrouw gevraagd om aan te geven wanneer ik zou veranderen, tot nu toe heb ik nog geen klachten gekregen. Als ik mijn analyses loslaat op mijn pubers thuis dan word ik gelukkig hard uitgelachen, dus dat laat ik wel uit mijn hoofd. Werkweek Hoe een werkweek uit mijn leven eruit ziet? Ik heb meerdere momenten per week een spreekuur. Hierbij heb ik per halfuur een afspraak met een patiënt. Per week behandel ik zo ongeveer tien tot twintig pati-
12
Foliolum december 2014
ënten. Verder heb ik ook twee keer in de week intake gesprekken, hierbij heb ik een supervisor functie. De assistenten voeren eerst een gesprek en ik kom dan langs om een plan van aanpak op te stellen met de patiënt, dit plan wordt vervolgens uitgevoerd door de assistenten. Daarnaast voer ik elke week overleg met de specialisten van verschillende disciplines, om elkaar advies te geven over behandelingen en informatie uit te wisselen over onze patiënten. De behandeling van patiënten vergt inspanning van meerdere disciplines. Door middel van dit overleg kunnen deze specialisten goed samenwerken en is de zorg voor de patiënt optimaal. Een andere vorm van samenwerking is dat elke ochtend overleg plaatsvindt binnen het team, waarin wordt afgestemd wat we die dag gaan uitvoeren voor de meest intensieve behandelingen. In de patiëntenzorg is de helft van mijn taak om hun complexe medische problemen overzichtelijk en begrijpelijk te maken, waardoor de patiënt zelf kan meedenken en het probleem kan aanpakken. Soms gebeurt het dat ik de behandeling van een patiënt overdraag aan een collega. Dit doe ik om de kwaliteit van de behandeling te waarborgen, soms klikt het niet of is het vertrouwen met de patiënt geschaad na een moeilijk moment in de behandeling. Tenslotte geef ik colleges aan studenten geneeskunde. Dus net als voor mijn patiënten probeer ik ook voor de studenten complexe medische puzzels overzichtelijk te maken.
“Als psychiater wil ik tastbaar maken wat moeilijk te begrijpen is” Misvattingen Veel voorkomende angststoornissen, zoals een paniekstoornis, leiden nauwelijks tot onbegrip bij anderen. Mensen hebben vaak een voorstelling bij deze stoornissen en kunnen hiervoor makkelijk begrip tonen. Over andere psychiatrische aandoeningen bestaan echter veel misvattingen. Deze stoornissen zijn vatbaar voor stigma. Mensen zijn daar bang voor en houden afstand. Een voorbeeld van een stigma gevoelige stoornis is schizofrenie. Veel mensen denken dat schizofrenie inhoudt dat iemand last heeft van een gespleten persoonlijkheid. Dat is een misvatting,
Geneesmiddelen Vaak bestaat er onduidelijkheid over wat het verschil is tussen een psychiater en een psycholoog. Een psycholoog is een psychotherapeut, terwijl een psychiater zowel een psychotherapeut als een dokter is. Een psychiater kan als medicus geneesmiddelen voorschrijven. Een klinisch psycholoog is net zo goed een specialist als een psychiater. Bij de behandeling van
patiënten zal de psycholoog vaker bepaalde behandelprotocollen uitvoeren. Daarnaast zorgt de psychiater voor de grote lijn en welke geneesmiddelen worden voorgeschreven. Per geestesziekte verschilt de keuze van geneesmiddelen. Bij een depressie of een angststoornis is het vaak goed om te beginnen met gedragstherapie en nog even terughoudend te zijn met het voorschrijven van geneesmiddelen. Bij andere geestesziekten zoals psychotische stoornissen is zowel gedragstherapie als medicatie altijd nodig. Als er alleen nog voortekenen zijn van het krijgen van een psychose, dan geef je juist geen geneesmiddelen. Er is dus een omslagpunt waar je kan beslissen of er geneesmiddelen nodig zijn bij de behandeling.
“Ik heb geen problemen met het scheiden van werk en privé”
Redactioneel
want schizofrenie betekent alleen gevoeligheid voor het ontwikkelen van terugkerende psychosen. Mensen met een psychose doen zelden anderen iets aan, ze zullen zichzelf eerder iets aandoen of zijn slachtoffer van geweld door anderen. Toch wordt over het tegenovergestelde gedacht door de meerderheid van de mensen. Ook wordt gedacht dat iemand die lijdt aan een psychose zelf geen hulp kan zoeken. Tijdens mijn werk als psychiater ben ik wel eens bang geweest, soms moet je nu eenmaal voorzichtig zijn. Incidenten met agressie gebeuren echter nauwelijks, eens in de 2 à 3 jaar vraag ik om versterking tijdens een behandeling van een ernstige psychose. Wat vaak voorkomt is dat de helft van de mensen met een psychose gewoon aan het werk kan blijven. Mensen die gevoelig zijn voor het ontwikkelen van een psychose hebben vaak moeite met stress, dus zal moeten worden gekeken naar een manier waarop de patiënt niet te veel hooi op z’n vork neemt, een trajectbegeleider kan hierbij helpen. De vooroordelen zijn helaas de oorzaak voor eenzaamheid van mensen met een psychose en dat belemmert het herstel. Ondertussen blijkt het dat 1 op de 100 mensen een psychose in zijn of haar leven krijgt. Het krijgen van een psychose is voor een klein deel erfelijk bepaald en het risico wordt groter door cannabisgebruik, maar voor de rest is het pure pech. We zijn namelijk als mens vatbaar voor het krijgen van psychoses. Het komt voor in alle sociale lagen en de gevoeligheid daarvoor is onafhankelijk van bijvoorbeeld intelligentie.
Bij mijn werk als psychiater wil ik tastbaar maken wat moeilijk te begrijpen is. Daarom zijn er schalen opgesteld om in te schatten wat de ernst van de symptomen is. Er zijn verschillende symptoomdimensies zoals waanvorming, depressie, manie en het ontbreken van emoties. Binnen deze symptoomdimensie zijn schalen ontwikkeld waaraan ik de ernst kan evalueren. Tijdens een gesprek met standaard vragen stel ik de ernst vast en besluit ik wel of niet over te gaan op het voorschrijven van geneesmiddelen. Na een periode van behandeling met medicatie zal er een evaluatie plaatsvinden waarbij ik de dezelfde vragen nog een keer stel. Aan de hand van deze evaluaties kan ik inschatten of de medicatie effectief is. Deze evaluaties worden geregeld uitgevoerd zodat het medicatiegebruik optimaal bewaakt is. Bij het beantwoorden van de vragen komt de patiënt uit op een bepaald aantal punten die ik kan uitzetten tegen de tijd in een grafiek. Hierdoor maak ik wat moeilijk te begrijpen is tastbaar en overzichtelijk, ook voor de
Figuur 1: Effecten en bijwerkingen anti-psychotica.
Geestesziekten
13
Redactioneel
patiënt. Deze grafieken kan ik bespreken met mijn patiënt, zodat deze zelf ook inzicht krijgt in zijn of haar geestesziekte. Ook kan de familie van de patiënt meedenken aan de hand van deze grafiek. Het geven van medicatie kent voordelen en nadelen. Het voordeel is dat symptomen verminderen, waardoor het dagelijks leven van de patiënt draaglijker wordt. In het verbeteren van de kwaliteit van leven zijn de medicijnen redelijk effectief. Zoals gezegd zijn er helaas ook nadelen aan deze medicatie, dat zijn met name de vele en soms ernstige bijwerkingen (zie figuur 1). Deze bijwerkingen zijn bij antipsychotica vaak dosisafhankelijk. Daarom is het belangrijk om slim om te gaan met doseringen en een handige manier te bedenken om te switchen tussen antipsychotica. Als je goed luistert naar de patiënt kom je veel te weten over de bijwerkingen. Je hoort dan dat het erg nauw steekt of geneesmiddelen wel of niet goed werkzaam zijn. Bij mensen met een psychose is er een probleem met de dopamine huishouding in het brein. De medicatie van psychosen gebeurt met antipsychotica, hieronder vallen dopamine blokkers. Als er een goede dosering wordt toegepast zal de patiënt daadwerkelijk een positief effect ervaren van deze geneesmiddelen. Is de dosering echter te hoog dan heb je te veel dopamine blokkade. Dit heeft als resultaat dat de patiënt niet meer kan genieten van de dingen om zich heen, de patiënt zal zich niet meer beloond voelen door dingen die succesvol zijn. U kan zich natuurlijk voorstellen dat zonder beloning het voor iemand heel moeilijk is om een doel te bereiken. Hij zal zich voelen als een robot. Dit noemen we vervlakking. Dit willen we graag voorkomen en zodra we vermoeden dat er sprake is van vervlakking zullen we de dosering proberen te verlagen. Psychiaters schrijven vaak hele lage doseringen voor, waarbij de laagste dosering vaak nog niet laag genoeg is. Het breken van pillen maakt de patiënt achterdochtig en verhoogt de drempel om therapietrouw te zijn en blijven. Een gat in de markt is voor een apotheek om antipsychotica in zeer lage dosering te produceren of in te kopen. De apotheek in Beijum zag dit gat in de markt en levert nu antipsychotica in zeer lage doseringen. De apotheek heeft in dit geval echt gehandeld vanuit het gebruiksgemak voor de patiënt. Apotheker Als psychiater werk ik vaak samen met apothekers, het contact is altijd goed en ik ervaar het overleg met de apotheker als plezierig. Ketenzorg wordt steeds belangrijker. Hierbij speelt de apotheker zeker een rol. Patiënten die in aanmerking komen voor antipsychotica verdienen in de apotheek extra zorg. 80%
14
van de mensen waarbij de medicatie aanslaat zal langdurige behandeling met medicatie nodig hebben om een terugval te voorkomen. Daarom verwacht ik dat er naast het letten op contra-indicaties en interacties, extra aandacht aan deze groep patiënten wordt besteed om ze te motiveren om het gebruik voort te zetten als dat nodig is. Elke drempel in het nemen van medicatie moet worden voorkomen. Dit gaat vaak goed, zoals bij het aanbieden van een generiek middel. Ook als er geen verschil is in werkzame stof tussen een spécialité en een generiek geneesmiddel kan deze omschakeling voor onze patiënten extra onzekerheid en soms achterdocht opwekken. De apotheek informeert mij daarom vooraf dat er een generiek geneesmiddel zal worden aangeboden, zodat ik de patiënt van te voren kan voorbereiden. Door deze samenwerking verhogen we de therapietrouw. Op sommige punten vind ik dat er nog veel te winnen is in de relatie tussen de apotheker en de patiënt die lijdt aan psychoses. Een voorbeeld hiervan is het switchen van medicatie, van het ene geneesmiddel overschakelen naar het andere geneesmiddel. Het oude geneesmiddel wordt stapsgewijs afgebouwd, terwijl het nieuwe geneesmiddel stapsgewijs wordt opgebouwd. Dit gebeurt aan de hand van een opgesteld schema waarbij per dag staat hoeveel van welk geneesmiddel moet worden ingenomen. Deze switch van geneesmiddel is erg complex en voor de patiënt vaak een hoge drempel. Wat ik graag zou zien in de apotheek is dat er aan de patiënt bij het ophalen van medicatie wordt gevraagd naar het schema en hoe het hiermee gaat. Hierdoor krijgt de patiënt het idee dat hij wordt gesteund en serieus wordt genomen. Daarnaast kan ook worden gevraagd aan de patiënt hoe hij zich voelt na gebruik van de medicatie. Aan de hand van de beschreven bijwerkingen kan de apotheker overwegen of de gestelde dosering goed is. Bij twijfel kan contact met de psychiater opgenomen worden zodat de kwaliteit van zorg wordt gewaarborgd. Ik vind het jammer dat dit nog niet gebeurt in de apotheek. Het uur is om en het interview is afgelopen. Geheel onverwacht neemt Frank ons nog mee naar verschillende mensen uit het team. We krijgen op deze manier een goede indruk van de verschillende medewerkers die aanwezig zijn en betrokken zijn bij de behandeling van de patiënten. Op het eind trekken we toch de stoute schoenen aan en vragen tenslotte of Frank, geheel in het thema van geestesziekten, nog een geestige opmerking heeft. Hierop antwoordt hij lachend dat psychiaters altijd geestig zijn.
“Psychiaters zijn altijd geestig” Foliolum december 2014
Over geestesziekten... Schizofrenie Deze ernstige psychiatrische ziekte komt ongeveer bij één op de honderd mensen voor. De aandoening treft iets meer mannen dan vrouwen en de ziekte openbaart zich voor het eerst in de leeftijd van 16 – 35 jaar. Schizofrenie kenmerkt zich door optreden van psychoses, waarbij het contact met de realiteit ernstig is verstoord. Niet iedereen die een psychose krijgt, heeft schizofrenie. Van deze ziekte is pas sprake als de psychose lang duurt of vaker optreedt en de persoon in de tussenliggende tijd niet goed functioneert. Schizofrenie gaat vaak gepaard met achteruitgang in het functioneren, zowel op professioneel als op sociaal gebied. Gelukkig gaat het met ongeveer 1/3 van de patiënten met schizofrenie na de eerste psychose tamelijk goed. Algemene symptomen zijn: wanen, hallucinaties, onsamenhangende spraak, ernstig chaotisch of katatoon gedrag, negatieve symptomen zoals vlakke emoties, gedachten –of spraakarmoede of apathie.
Redactioneel
Over geestesziekten bestaan een heleboel onwaarheden en onduidelijkheden. Door de feiten even duidelijk op een rijtje te zetten, hopen wij deze onwaarheden en onduidelijkheden voor eens en voor altijd uit te bannen. Hieronder worden de 5 meest bekende geestesziekten besproken waarvan je vast wel eens hebt gehoord, maar waarvan je ongetwijfeld veel van de onderstaande informatie niet wist. Doe er dus je voordeel mee!
Borderline-persoonlijkheidsstoornis Dit is een psychische ziekte die leidt tot een algemeen labiel zelfbeeld, tot instabiele relaties met anderen en stemmingswisselingen. Iemand met borderline vertoont onaangepast en buitenproportioneel gedrag. Degene gedraagt zich impulsief en overdenkt de gevolgen van impusieve daden niet. Hij/zij is onevenwichtig in zijn oordelen, gevoelens en reacties. De relaties met andere mensen zijn vaak heel instabiel, wat voor bijvoorbeeld de omgeving zwaar is om te dragen. De aandoening komt voor bij 2% van de bevolking en manifesteert zich voor het eerst op jongere leeftijd. Ook is het opvallend dat de ziekte vaker voorkomt bij vrouwen dan bij mannen. Volgens deskundigen komt dit doordat vrouwen vaker slachtoffer zijn van seksueel misbruik. Vrouwen krijgen vaker dan mannen een eetstoornis of zelfverwondend gedrag. Mannen met borderline komen vaker terecht in de verslavingszorg of het criminele circuit. Ooit is de term borderline, wat ‘grens’ betekent, bedacht als grens tussen neurose en psychose. Dit klopt eigenlijk niet, want borderline heeft in een aantal opzichten wel wat symptomen van neurose en psychose, maar verschilt er in veel opzichten ook van.
Geestesziekten
15
Redactioneel
Obsessieve-compulsieve stoornis (OCS) Deze stoornis is een angststoornis die gekenmerkt wordt door onaangepaste (obsessieve) gedachten en onaangepast (dwangmatig) gedrag. Deze denken gedragsstoornis is toe te schrijven aan een afwijkende hersenactiviteit. De stoornissen komen zowel bij kinderen, jongeren als volwassenen voor. Zo’n 3% van de bevolking kampt ermee. Typische obsessies zijn angst voor microben, angst om zich te bezeren, twijfel, altijd maar terugkerende gedachten van seksuele of religieuze aard, angst om een schandaal te veroorzaken. Typisch dwangmatig gedrag is overdreven netheid en orde, aldoor tellen, non-stop herhalen van een woord, de behoefte om iets aan te raken of om iets nog eens te controleren, verzamelwoede etc. De ideale behandeling van een obsessieve-compulsieve stoornis is een combinatie van medicatie en psychotherapie.
Bipolaire stoornis De bipolaire stoornis wordt ook wel manisch-depressieve stoornis genoemd. De persoon kan het ene moment heel erg uitgelaten zijn (manie), het andere moment heel erg neerslachtig (depressie). Deze periodes kunnen worden afgewisseld door rustige periodes, waarbij geen van beide stemmingen op de voorgrond treden. Een bipolaire stoornis is een ernstige, chronische ziekte die niet kan worden genezen. Wel kunnen sommige symptomen met medicatie verminderen of verdwijnen en kan een nieuwe episode worden voorkomen. Opleiding of sociale klasse speelt geen rol bij het ontstaan van deze stoornis, een bipolaire stoornis komt vaker voor in grote steden en hebben volwassenen die cannabis gebruiken een vijf keer zo grote kans om een bipolaire stoornis te ontwikkelen.
Depressie
16
Een depressie is een van de meest voorkomende psychische stoornissen en onderscheidt zich van normale somberheid door de aard en de duur van de symptomen. Symptomen zijn: verlies aan belangstelling voor de gebruikelijke activiteiten, een verandering van eetlust en gewicht, slaapproblemen, verminderd libido, plotse huilbuien, geen zelfvertrouwen meer, concentratieproblemen, traagheid van denken, angst, suĂŻcidale gedachten en soms hallucinaties. Een zware en aanhoudende depressie verdwijnt niet vanzelf. Mensen met een depressie moeten worden behandeld om te voorkomen dat de symptomen nog verergeren. Uit onderzoek blijkt dat in Nederland 6% van de volwassen Nederlandse bevolking aan depressie in engere zin lijdt. Dit zijn ongeveer 750.000 Nederlanders. 1 op de 7 mensen krijgt ooit een depressie.
Foliolum december 2014
Diepgaande kookkunsten
Pastinaaksoep
Redactioneel
De kerst staat weer voor de deur en dit staat voor ons gelijk aan het nuttigen van schandalige hoeveelheden eten. Of je nou uit eten gaat of je moeder het gehele kerstdiner in haar eentje in de keuken laat zwoegen, hier alvast een klein beetje inspiratie. Twee receptjes die ervoor kunnen zorgen dat je jouw moeder kan helpen en ook zij een keer gezellig met de familie aan tafel kan zitten. Het gaat hier om een voorgerecht, want stiekem is dat de slimste gang om niks te missen van het diner. En een hele kleine tussengang, om het eten te laten zakken. Als je denkt dat alleen oude mensen die aan dementie lijden weleens iets vergeten hebben jullie het mis, grote kans dat jullie wel eens van deze vergeten groenten hebben gehoord, maar ze nog nooit hebben gegeten. Dit is je kans om het eens een keer te proberen.
Ingrediënten: (4 personen) - 200g knolselderij - 300g pastinaak - 1 extra pastinaakwortel - 2 aardappeltjes - 1 zoete ui - 1 teentje knoflook - 1L groentebouillon - peper en zout - 50g boter - enkele druppels truffelolie Schil de pastinaak en de knolselderij en snipper de ui en knoflook. Bak eventjes op in een beetje boter op een zacht vuur. Stoof alles even en blus met de groentebouillon. Voeg hierbij de in blokjes gesneden aardappel. Breng op smaak met peper en zout. Gaar onder gesloten deksel. Mix tot een gladde soep en werk af met een paar druppels truffelolie naar smaak. Was de overgebleven pastinaakwortel en snijd in flinterdunne schijfjes. Frituur deze tot chips en serveer ze bij de soep.
Limoenspoom - 1 bolletje citroensorbetijs - Prosecco Doe de ingrediënten samen kort in de blender, doe dit niet te lang, mouserende wijn geeft namelijk anders een grote schuimlaag. Champagnespoom - 1 bolletje aardbeiensorbetijs - Champagne Doe de ingrediënten samen kort in de blender, doe dit niet te lang, mouserende wijn geeft namelijk anders een grote schuimlaag. - Laat eventueel 1 aardbei op de rand van het champagne glas rusten, met een klein toefje slagroom op het puntje lijkt deze een beetje op een kerstmuts.
Geestesziekten
17
Redactioneel
Kort wetenschappelijk Wist je dat...
- De meeste mensen banger zijn voor spinnen dan voor de dood. - Je hoofd zo’n 4 kilo weegt, inclusief de hersenen die gemiddeld 1,3 kilo wegen - 8 uur slapen per nacht helemaal niet zo gezond is? Mensen die dit doen hebben zelfs 12% meer kans om vroegtijdig te overlijden dan mensen die 6,7-7,5 uur slapen. - Er serieus wetenschappelijk onderzoek is gedaan naar navelpluis? Je hebt de meeste kans op navelpluis als je een oudere man bent, behaard bent en een navel hebt die naar binnen wijst. Als je een navelpiercing hebt is de kans op navelpluis heel klein!
Haar in je brood
Er zit haar in je brood. En dat is daar niet per ongeluk in terecht gekomen. Nee, het is een heus ingrediënt. L-Cysteine is een aminozuur dat gemaakt wordt van ‘dierlijke bronnen’, zoals eendenveren en haar. Maar ook delen van het varken worden in L-Cysteine verwerkt. Dit ingrediënt wordt gebruikt om rijzend brood een mooie structuur te geven. Hoe weet je of deze stof in je brood zit? Je kunt de stof herkennen aan zijn eigen unieke E-nummer. Het E-nummer van L-Cysteine is E-920.
Vrouwen hebben het vaak kouder dan mannen Behalve dat het heel romantisch is om te zeggen dat je het koud hebt, zodat je vriend even z’n arm om je heen kan leggen, is het ook wetenschappelijk bewezen dat vrouwen het eerder koud hebben dan mannen. Bij vrouwen vloeit er minder bloed naar de uiteinden van het lichaam dan bij mannen. Maar er zijn nog meer redenen. Vrouwen gaan efficiënter om met de warmte die ze produceren. Omdat het vet bij vrouwen beter verdeeld is over het lichaam dan bij mannen, zijn vrouwen beter in staat om het bloed naar de belangrijkste organen te laten stromen. Handig zou je denken, maar daardoor stroomt er bij vrouwen ook wel minder bloed naar de handen en voeten. En zo krijgen vrouwen het koud. Dat is niet de enige oorzaak. Ook hormonen spelen een rol. Tijdens de menstruatiecyclus verandert de temperatuur van vrouwen. In de fase na de eisprong kan dat al snel een verschil maken van 1 graad Celsius. Overigens heeft ook onze slaap een invloed op onze temperatuur. ’s Nachts daalt onze lichaamstemperatuur, zowel van mannen als van vrouwen. Bij vrouwen gebeurt dat sneller en nadrukkelijker.
18 12
Foliolum december 2014
Sommige mensen zijn altijd bang om hun waardevolle spullen te verliezen. Als die mensen op straat lopen tasten ze om de zo veel tijd even hun zakken of tas af om te controleren of alles nog wel aanwezig is. Er zijn echter ook mannen, die bang zijn om hun sperma, of vitale sappen zoals ze het zelf noemen, te verliezen bij seks of masturbatie. Zij leiden aan het Dhatsyndroom. Soms geloven ze zelfs dat ze tijdens het plassen sperma uitscheiden. Ook kan er een sterk schuldgevoel optreden als de persoon bijvoorbeeld vermoedt te veel te hebben gemasturbeerd. In de Hindoeistische gezondheidsleer, Aryuveda, werd al beschreven dat een gezond lichaam uit 7 elementen bestaat, de zogenaamde dhatus. Als de elementen niet in balans zijn, dan is iemand ongezond. Sperma is 1 van de 7 dhatus, vandaar dat de naam ook Dhatsyndroom is.
Coca-Cola bevatte vroeger cocaïne
Coca-Cola is uitgevonden door de apotheker John Pemberton, die het drankje als medicijn ontwikkelde tegen onder andere hoofdpijn en vermoeidheid. Het idee om het drankje Coca-Cola te noemen komt van zijn zakenpartner Frank Robinson in 1885. De naam komt van de twee ‘medische’ ingrediënten: een extract van cocabladeren en kolanoten. Hoeveel cocaïne er in de Cola zat is niet duidelijk, maar dat het er in zat staat vast. Het was zelfs zo dat Fredrich Allen vond dat het erin moest blijven, ondanks de hevige kritieken om de naam Coca-Cola te beschermen. Tegenwoordig zit er natuurlijk geen cocaïne meer in.
Redactioneel
Dhatsyndroom?!
Poets je tanden en voorkom hartkwalen Regelmatig poetsen is niet alleen goed voor je tanden, maar helpt ook tegen hart- en vaatziekten. Uit onderzoek zouden bacteriën verantwoordelijk voor paradontologische aandoeningen ook mogelijkerwijs verantwoordelijk zijn voor aderaandoeningen. “Dit is het meest directe bewijs dat aandoeningen aan het tandvlees kunnen leiden tot hersenbloedingen of vaatziekten”, aldus wetenschapper Moise Desvarieux in het tijdschrift ‘Circulation’ van de Amerikaanse Hart Stichting. “Omdat tandvleesinfecties zijn te voorkomen en te behandelen, kan het zeer wel zijn dat tandverzorging een significante invloed kan hebben op de cardiovasculaire gezondheid”, menen de wetenschappers.
Geestesziekten
19
Redactioneel
Vijf vragen aan... De Student Even voorstellen... Studiejaar 1: Frank Pierik (18 jaar) Studiejaar 2: Faisal Benmhammed (20 jaar) Studiejaar 3: Maxime Tjioe (20 jaar) Studiejaar 4: Leonoor Bousema (22 jaar) Studiejaar 5: Karen Oude Luttikhuis (22 jaar) Studiejaar 6: Niek Breg (25 jaar)
Hoe zou je omgaan met een geestesziekte? Zou je hier openlijk over praten?
Frank: Ik kan me dit scenario moeilijk voorstellen, maar ik zou het waarschijnlijk moeilijk vinden mezelf te accepteren en zoeken naar behandelingen om de desbetreffende geestesziekte te genezen. Ik zou er waarschijnlijk niet openlijk over durven praten. Faisal: Ik zou proberen het taboe wat hierover heerst te doorbreken! Geesteszieken raken heel snel in een sociaal isolement omdat ze als paria’s van de moderne samenleving worden beschouwd, dat is een verkeerd denkbeeld.
Maxime: Ik denk dat je er zelf niet van bewust bent als je een geestesziekte hebt. Zodra je weet dat je het hebt, kan je er wat aan doen, maar het probleem is vaak dat die mensen het niet door hebben. Erover praten is denk ik ook niet wat erbij hoort, de realiteit van mensen met een geestesziekte is anders dan die van anderen.
Leonoor: Als ik zou lijden aan een geestesziekte zou ik hier niet openlijk over praten, omdat ik denk dat dit mij zou beperken in het hebben van een ‘normaal’ sociaal leven. Wel zal ik hulp zoeken en wellicht met mijn familie/beste vrienden hierover praten.
Karen: Ik zou het er met mijn beste vrienden wel over kunnen hebben, maar ik zou het niet zomaar aan iedereen gaan vertellen.
Niek: Ja, hier zou ik denk ik wel open over zijn. Denk dat als er iets met je aan de hand is dat het belangrijk is dat de mensen met wie je werkt daar weet van hebben.
Welke geestesziekten kan je opnoemen?
Frank: Schizofrenie, anorexia, Parkinson, insomnia en fobieën. Faisal: Schizofrenie, depressiviteit, borderline. Maxime: Psychotische stoornis, verslavingsstoornis, eetstoornis en angststoornis.
Leonoor: Angststoornissen, anorexia, boulimia nervosa, bipolaire stoornis, depressie en verslavingsaandoeningen.
Karen: Depressie, bipolaire stoornis, schizofrenie, borderline, anorexia, angststoornis, verslaving en ik geloof dat er nog heel veel meer zijn.
20
Niek: Schizofrenie, depressie, psychose.
Foliolum december 2014
Hoe kunnen geestesziekten volgens jou behandeld worden?
Frank: Door middel van psychiaters, als we bijvoorbeeld kijken naar fobieën of schizofrenie, maar ook met geneesmiddelen zoals antidepressiva. Er zijn ook verscheidene therapieën zoals elektroconvulsietherapie, waarbij elektroden op het hoofd bevestigd worden en een reeks stroomstoten aan de hersenen toegediend worden om epileptische aanvallen op te wekken.
Redactioneel
Faisal: Met medicijnen denk ik, maar ook door sociale acceptatie van geestesziekten. Er heerst een soort van stigma op geesteszieken, geesteszieken zouden niet passen in de samenleving, hierdoor belanden ze al gauw in een sociaal isolement. Maxime: Ik denk dat deze ziekten alleen behandeld kunnen worden door een psycholoog. De patiënt moet leren inzien dat deze overtuigingen waanbeelden zijn. Psychologen zijn hierin opgeleid en daarom zouden zij deze ziekte het beste kunnen behandelen.
Leonoor: Geestesziekten kunnen het beste aangepakt worden door psychiatrisch ondersteunende gesprekken, psycho-farmaca en/of een opname in een psychiatrische instelling.
Karen: Als eerste stap psychologische hulp, daarna kijken naar medicatie. Tijdens het instellen van de medicatie ook goede psychologische hulp
Niek: Geesteziekten kunnen behandeld worden met medicatie zoals antipsychotica en antidepressiva. Ook is therapie belangrijk voor de behandeling.
Heb je nog een geestige opmerking?
Frank: Een prostitué is een gat in de markt. Faisal: Oscar Pistorius (the blade runner) had in de
Zuid-Afrikaanse rechtbank geen poot om op te staan.
Maxime: Hartige taart is naar mijn weten met slagroom. Leonoor: You’re a 10? On the pH scale maybe, cause you’re basic!
Karen: ...Boe!
Niek: Het leven is als een boek, en wie niet reist leest maar één pagina.
Vind je dat er meer aandacht moet komen op de universiteit voor studenten met een geestesziekte?
Frank: Zeker vind ik dat, studeren moet voor iedereen mogelijk zijn en als je benadeeld wordt door een geestesziekte bij je studie, vind ik dat daar een regeling voor moet zijn.
Faisal: Aandacht voor studenten met geestesziekten lijkt me niet ideaal, tenzij die studenten daar zelf voor kiezen.
Maxime: Dat ligt aan de situatie. Mensen met geestesziekten zien dat vaak zelf niet, ze willen niet dat andere mensen het weten en ze willen er hoogstwaarschijnlijk ook niet mee geconfronteerd worden. Voor mensen die er weinig vanaf weten, zou het misschien handig zijn.
Leonoor: Nee, want de universiteit staat niet in de juiste positie om te kunnen oordelen over de psychische staat van de studenten. Wel moeten de studenten het kunnen aangeven als er sprake is een geestesziekte die beperkend zou kunnen zijn voor de studie.
Karen: Ik denk dat studenten met een geesteziekte het liever niet aan andere studenten vertellen dat ze hier last van hebben. Wanneer iemand hier toch last van heeft kan hij of zij denk ik zelf het beste hulp zoeken.
Niek: Ja, denk dat mensen met een geesteziekte prima kunnen studeren op een universiteit als er een beetje extra aandacht is voor deze mensen.
Geestesziekten
21
De onbekende bekenden Jan Ettema
Fietsenmakers
Hallo, even voorstellen, Mijn naam is Jan Ettema. Ik ben getrouwd en ik ben vader van een dochter (25) en een zoon (19). Ik woon in Winsum, dat ligt 15 km ten noorden van Groningen. Dit is het aardbevingsgebied zal ik maar zeggen.
Facultair
Ik ben op 1 mei 1987 in dienst bij de Rijksuniversiteit gekomen bij de faculteit der wiskunde en natuurwetenschappen afdeling Farmacie. Mijn werk bestaat in het kort gezegd uit het voorbereiden en begeleiden van practica. Ik werk veel voor de basiseenheid Farmaceutische Technologie en Biofarmacie. Bij deze basiseenheid hoort het bijpassende practicum FTBII. Dit was voorheen Geneesmiddelenvormen en Biofarmacie. Ik heb gemerkt dat veel studenten deze practica ontzettend leuk vinden. Dit komt omdat ze voor het eerste echt bezig gaan met het maken van medicijnen. Daarnaast zullen ze deze medicijnen ook gaan analyseren. De onderstaande zin laat goed zien wat practica voor mij betekenen: Tijdens deze practica komt farmacie tot leven. Samen met mijn collega`s is het ons doel om er voor te zorgen dat jullie een leerzame, maar vooral ook een hele leuke tijd hebben op de practicumzalen. Daarnaast doen we er natuurlijk alles aan om jullie allemaal op tijd en met de beste kwaliteit te bedienen. Op deze manier kunnen jullie goed aan het werk tijdens jullie practicum.
22
Foliolum december 2014
Elke dag weer zitten ze in hun vertrouwde hokje of lopen ze rond in de fietsenkelder. De heren fietsenmakers van de faculteit. Dus wij vroegen wat zij zoal de hele dag doen. Wanneer wij nog lekker liggen te stinken in ons bed, staan zij om 8 uur al in de fietsenkelder om de stalling te openen. Vervolgens zetten zij de fietsen klaar die deze dag gerepareerd moeten worden en maken zij het welbekende hokje, waarin zij zitten schoon en netjes. Uiteraard houden zij tijdens deze taken in de gaten dat er niet gefietst wordt in de kelder om ongelukken te voorkomen en willen ze graag een handje helpen bij het oppompen van je band. Ook met ernstigere problemen dan een zachte band, kun je bij ze terecht. Elke dag van 8.00 t/m 18.00 uur, kun je je stalen ros bij ze langs brengen om bijvoorbeeld je band te laten plakken of je roestige ketting te laten smeren. Daarnaast kijken zij of fietsen gestolen zijn en of alle fietsen netjes in de rekken geplaatst zijn. Dus voor de volgende keer als je binnen komt wandelen in de kelder, zeg ze gerust eens een keer gedag of zwaai vriendelijk!
Student in het buitenland Thijs van Diepen en Rik de Vries Bon tardi! Het is half oktober, 22 graden Celcius, een heerlijke temperatuur voor de project stage van het 6e jaar. Alleen is deze temperatuur niet ontstaan door moeder natuur maar door moeder airconditioning. We zitten namelijk op Curaçao, in het St. Elisabeth Hospitaal te Willemstad! Of hoe de mensen het hier zelf liefkozend noemen: ons ‘Dushi eiland’. Temperaturen schommelen overdag tussen de 32 graden en 33 graden het gehele jaar door (!), ideaal om het begin van winter een tijd uit te stellen.
Een vliegticket was snel geregeld, het appartement iets minder snel, voor de rest was er niks te regelen, dus op naar Curaçao! De vlucht verliep soepel, mede door het grote aanbod aan films en het attente personeel (we zijn niks anders gewend van KLM). Bij de douane op Hato Airport moest Thijs nog even praten als Brugman om de vriendelijke mevrouw achter de balie ervan te overtuigen dat hij hier echt twee maanden stage ging lopen en niet voor andere business het eiland kwam bezoeken. Ervaring in het overtuigen van patiënten dat generiek net zo effectief is als origineel kwam hierbij goed van pas.
Het project waar wij ons 8 weken mee bezig houden: Implementatie van de medicatieverificatie bij opname. De definitie luidt van medicatieverificatie als volgt: ‘Het vaststellen van de daadwerkelijk gebruikte medicatie om zodoende tot een actueel en waarheidsgetrouw medicatieoverzicht te komen’. Bij ziekenhuisopnamen komen regelmatig medicatiefouten voor welke tot schade kunnen leiden bij de patiënt. Incomplete medicatieoverzichten zijn een belangrijke oorzaak van deze medicatiefouten. Door gebruik te maken van de medicatieverificatie kunnen fouten verminderd worden en hiermee mogelijk schade aan de patiënt worden voorkomen.
Facultair
In juli dit jaar zijn we in contact gebracht met dhr. Faulborn, hoofdapotheker van het St. Elisabeth Hospitaal. Al snel was het duidelijk dat we welkom waren op het eiland, we werden zelfs al verwacht. Rogier Hilbers en Pieter de Boer waren hier een half jaar geleden en hadden ons bij terugkomst warm gemaakt voor het project waar zij mee bezig waren: medicatieverificatie. We wilden beide een stage in het buitenland doen, Curaçao leek ons een goede optie.
In Nederlandse ziekenhuizen wordt aan dit onderwerp al veel aandacht besteed, op Curaçao is het nog een nieuw fenomeen. Daarnaast wordt er hier nog niet elektronisch voorgeschreven en werken de artsen apotheeksystemen niet samen. Dit alles maakt het mede daarom een mooie uitdaging. Gelukkig zien de artsen/specialisten de meerwaarde van de medicatieverificatie in en ook de andere betrokken zorgverleners zijn positief over dit project. We zijn begonnen met het in kaart brengen van de huidige processen om zo te kijken op welke manier de implementatie volgens ons het beste ingebouwd kan worden. We zijn erachter gekomen dat communicatie erg belangrijk is en dat er veel komt kijken wanneer je een nieuw proces wilt starten binnen een ziekenhuis. Op dit moment kunnen we bijna beginnen met de eerste medicatieverificaties, dus zijn benieuwd hoe deze zullen verlopen!
Geestesziekten
23
neer op zonnen, barbecueën en snorkelen met zeeschildpadden!
Facultair
In de avonden kan je altijd wel ergens een drankje doen. Op vrijdagavond gaan we vaak wat drinken op de handelskade (voor de bekende gekleurde huisjes aan het water) of op Rock Beach. Op de zaterdag avond is het halve eiland te vinden op Zanzibar, vooral tijdens happy hour.
Hoe ziet een normale doordeweekse dag eruit voor ons? Om kwart voor acht rijden we in onze mooie, bijna onbeschadigde, Kia Picanto (met airco) naar het ziekenhuis. De eerste 3 dagen deden we dit nog lopend maar al snel kwamen we er achter dat een auto op Curaçao onmisbaar is, zelfs voor de korte afstanden. Van 8 tot 4 uur werken we in de ziekenhuisapotheek wat een apart gebouw is op het terrein. In de apotheek werken twee apothekers, 14 apothekersassistenten en 2 algemene medewerkers. De apotheek functioneert zowel klinisch als poliklinisch. Doordat de apotheek klein is, net als het ziekenhuis, leer je snel iedereen kennen. Zoals alle Curaçaoërs zijn ook de mensen in het ziekenhuis erg open en sociaal. Altijd tijd voor een praatje, wat de sfeer zeker ten goede komt. Na werktijd direct door naar het dichtstbijzijnde strand ‘The Pirate Bay’ om de laatste zonnestralen te downloaden onder het genot van een klein drankje. In het weekend is er tijd om het eiland te verkennen. Zo zijn er veel mooie stranden en het duurde daarom ook even voordat we ze (bijna) allemaal ontdekt hadden. Grote Knip is een publiek strand met extreem helder blauw water. De Curaçaoërs komen hier graag om met grote groepen te barbecueën onder het genot van een drankje en muziek, een gezellige bende. Cas Abao is een mooi, schoon strand met bedjes en parasols. Je betaald er dan wel 10 gulden (ja daar betalen ze hier nog mee) voor de entree en het bedje. Dit is ook een mooie plek om te snorkelen. Voor de kust van Curaçao ligt Klein Curaçao, een onbewoond eiland waar dagtrips naar gemaakt kunnen worden. Op het eiland staat nog een oude vuurtoren en er liggen twee scheepswrakken. Aangezien er verder niet veel te doen is komt het
24
Foliolum december 2014
Om de conditie een beetje op peil te houden zijn we begonnen met windsurfen. Er zijn ook mensen die hier aan het hardlopen of wielrennen zijn, maar die verklaren wij een beetje voor gek. Het is naar ons idee veel te warm en daarnaast ook gevaarlijk want ze rijden hier als gekken en de wegen zijn ook niet altijd vrij van gaten. Na vier lessen waren wij volleerd windsurfers, dus vanaf nu huren we (als er genoeg wind staat) zelf materiaal om zo de Spaanse Wateren te trotseren. Het wordt ook erg gewaardeerd als je een woordje Papiaments kan spreken. Ze zeggen dat het een makkelijke taal is omdat het maar uit 150 woorden bestaat en aan moeilijke vervoegingen doen ze niet. Wij komen niet veel verder dan goedemorgen, middag, avond, hoe gaat het, maar hier vinden ze dat al geweldig. Soms lachen ze dan hard, alsof we iets verkeerd zeggen, maar toch komt het positief over. Aan het begin van de week wenst iedereen elkaar ook een goede week toe, een gesprek start dan altijd met: bon dia (goedemorgen) en bon siman (goede week). Het werken in het ziekenhuis bevalt goed en kunnen dan ook iedereen aanraden hier een stage te komen lopen. Naast het werken is er genoeg te doen op het eiland, dus het is zeker de moeite waard om een tijd op dushi Curaçao door te brengen! Ayo!
PhD Pieter Oomen
Zowel mijn Bachelor- als Master-project heb ik met veel plezier bij de vakgroep van prof. Ben Westerink gedaan. Ik werkte daar aan elektrochemische microsensoren voor verschillende neurotransmitters en energiesubstraten, bestemd voor implantatie in het rattenbrein. De techniek, de spanning tijdens een belangrijk experiment, de vrijheid om in zekere mate je eigen onderzoek vorm te geven - het greep me enorm. Hier ging men echt de diepte in, werkte men - om maar even met Sibrand P. te spreken - aan de grenzen van het weten. Ik hoefde dan ook niet lang na te denken toen prof. Sabeth Verpoorte mij in de laatste weken van mijn studie twee projectvoorstellen stuurde en vroeg of ik eens langs wilde komen om de mogelijkheden te bespreken. Ik begon in september 2012 met mijn promotietraject, met prof. Verpoorte en prof. Geny Groothuis als mijn promotoren. De eerste paar maanden heb ik mij vooral bezig gehouden met het bekend raken met de theoretische kant van mijn project. Ik werk binnen het door de EU gefinancierde, internationaal consortium NanoBio4Trans. Dit consortium bestaat uit twee universiteiten (DTU Nanotech uit Kopenhagen en de RUG) en een drietal kleine bedrijven uit Denemarken, Zweden en Ierland. Het project beoogd om vanuit geïnduceerde humane stamcellen een bio-artificiële lever op te bouwen, welke op
de lange termijn ook getransplanteerd moet kunnen worden. In eerste instantie is het doel om een functioneel stuk lever te ontwikkelen dat als een soort buitenlichamelijk orgaan zou moeten kunnen functioneren, om patiënten bijvoorbeeld de wachttijd tot een transplantatie te kunnen laten overbruggen. Het RUG-team dat in de context van dit project werkt houdt zich echter met name bezig met het valideren van het nieuw gevormd weefsel. Hiervoor gebruiken wij kleine leverslices, waar prof. Groothuis’ groep al jaren ervaring mee heeft. Deze slices zijn meestal van ratten afkomstig, maar door samenwerking met het UMCG is er soms ook “chirurgisch afval” voor handen, waardoor we met humaan weefsel kunnen werken. In een eerdere samenwerking tussen onze twee vakgroepen is een microfluidische incubatieset-up ontwikkeld, de zogenaamde biochip. In deze chip kunnen de slices gedurende meerdere dagen worden geïncubeerd, en de functionaliteit en vitaliteit van het weefsel bepaald. Deze bepaling worden echter doorgaans niet in de geminiaturiseerde setup zelf gedaan, maar met “standaard” technieken, zoals HPLC en bench-top assays. Mijn taak bestaat hoofdzakelijk uit het verkrijgen van meer controle over verschillende parameters in de chip zelf, en het online monitoren daarvan.
Facultair
Toen ik in 2012 na zes jaar afstudeerde als apotheker in Groningen was voor mij in ieder geval één ding duidelijk: ik ga niet in een apotheek staan. De regelgeving voelde als een beknellend harnas, en het idee van een dagelijkse omgang met verzekeraars en beleidsmakers deed me de rillingen over de rug lopen. Ik vond helemaal niet dat we als apothekers veel wisten over wat medicijnen deden - een gevoel dat gedurende de in mijn ogen veel te praktijkgerichte Master-fase alleen maar sterker was geworden. Hoewel tijdens de Bachelor een gedegen chemische, biologische en farmacologische basis gelegd was, werd hier naar mijn idee te weinig mee gedaan in latere jaren van de opleiding. Uiteraard heb ik mij prima vermaakt tijdens mijn studie, maar ik vond het toch wel wat vreemd dat ik bij vakken die direct aansloten op de beroepspraktijk altijd een beetje met mijn ziel onder de arm liep. De onderzoeksprojecten daarentegen, dat was een heel ander verhaal.
In deze fase van mijn onderzoek ligt de focus met name op zuurstof. Gezien de celdichtheid van de leverslices (die zeker vergeleken met gewone celkweken erg hoog is), de lage oplosbaarheid van zuurstof in medium en de regulerende rol die zuurstof speelt in leverweefsel is dit een erg interessante parameter. We werken nu aan elektrochemische microsenso-
Geestesziekten
25
Facultair
ren, gebaseerd op een platina draadje zo dun als een menselijke haar. Op deze electrode plaatsen we een potentiaal dat de reductie van zuurstof faciliteert. De elektronenoverdracht die daarbij plaatsvindt kunnen we meten als stroom en na kalibratie relateren we dit aan de zuurstofconcentratie rondom de electrode. Deze sensoren integreren we in de biochip, zodat we online de zuurstofconcentratie van het medium kunnen bepalen. Verder gebruiken we de methode nu om de zuurstoftoevoer naar het weefsel zo goed mogelijk te standaardiseren met verbeteringen aan de gehele set-up. Tevens zijn we nu bezig om deze sensoren bij een nieuwe chip in te bouwen, waarmee we hopen de zuurstofconsumptie van de slices te kunnen meten. Uiteindelijk willen we deze sensoren als een platform gebruiken waarmee we ook andere parameters kunnen meten, zoals pH, en de aanmaak van metabolieten door de slices. Naast dit hoofdproject ben ik ook betrokken bij een handvol andere, kleinere projecten. Allen hebben te maken met miniaturisatie, vaak ook met sensoren. Het doen van een promotie is een uitgelezen kans
om je verder te verdiepen in de wetenschappelijke methode, maar maakt je ook een specialist in jouw onderzoeksgebied. Dit is niet alleen waardevol als je een academische loopbaan ambieert, maar ook zeker indien je het bedrijfsleven in wilt gaan, of als je je kansen op een opleidingsplek in de ziekenhuisfarmacie wilt vergroten. Wat ik persoonlijk een van de leukste dingen aan mijn promotie vind is de ongelofelijke verscheidenheid aan (wetenschappelijke Ên culturele) achtergronden van de mensen met wie je samenwerkt. Dit dwingt je om creatief met problemen om te gaan. Ik probeer in samenwerkingen die verschillende achtergronden zo effectief mogelijk in te zetten, en daar in het proces hopelijk het een en ander van op te steken. Werken in een omgeving waarin je – tot op zekere hoogte natuurlijk – zelf bepaalt wat de te nemen stappen zijn, en daar ook zelf de verantwoordelijkheid voor draagt, is voor mij ontzettend stimulerend. Als je net zo nieuwsgierig bent als ik, houdt van hard doorwerken en die zelfstandigheid en uitdagende diversiteit wel ziet zitten: ik kan het van harte aanbevelen.
Vakgroep farmaceutische analyse. Pieter Oomen: achterste rij, 2e van links
26
Foliolum december 2014
Alumnus Godelief van den Hurk Beste lezers, Even voorstellen: ik ben Godelief van den Hurk, 24 jaar en afgelopen zomer heb ik mijn studie afgerond. Tijdens mijn studie heb ik mede het 26e Lustrum van G.F.S.V. “Pharmaciae Sacrum” georganiseerd met als thema ‘De Tijd van je Leven’. Verder ben ik bij P.S. actief geweest in de Carrièredagcommissie en de Alumnicommissie. Inmiddels mag ik mijzelf toch alweer één maand alumnus noemen. Veel ervaringen als alumnus heb ik dus nog niet, maar ik kan jullie wel meenemen in wat ik nu doe en hoe ik daar gekomen ben.
Dit programma zal in het gehele ziekenhuis worden gebruikt en moet helemaal worden ingericht voordat het kan worden geïmplementeerd. Met name voor de apotheek komt hier veel bij kijken. Zo moet het systeem onder andere worden gevuld met alle medicatie en bereidingsprotocollen van de apotheek. Omdat het VUmc en het AMC beiden met hetzelfde systeem zullen gaan werken zullen alle protocollen van het VUmc en AMC eerst moeten worden geharmoniseerd. Zo houd ik mij onder andere bezig met de harmonisatie van alle cytostatica bereidingsprotocollen en het handboek parenteralia. Daarnaast ben ik bezig met reviewen van alle medicatierecords die artsen in het nieuwe systeem kunnen voorschrijven. Op deze manier kom ik alle geneesmiddelen die we in het ziekenhuis hebben tegen en doe ik elke dag weer nieuwe kennis op over bepaalde geneesmiddelen.
Facultair
Al vrij vroeg in de master lag mijn voorkeur bij de ziekenhuisfarmacie. Na mijn vierdejaars stage in de openbare apotheek had ik het gevoel dat ik nog iets miste, maar ik wist nog niet precies wat. Door mijn masterproject, bij laboratoriumgeneeskunde in het UMCG onder prof. dr. Frits Muskiet, ontdekte ik het wetenschappelijk onderzoek. Mijn project bestond uit het opzetten van een bepaling en het afnemen van vragenlijsten over voeding bij patiënten op twee verpleegafdelingen van de cardiologie. Dit bleek voor mij de perfecte combinatie: enerzijds bezig zijn op het lab, maar ook patiëntencontact op de afdeling. In mijn zesde jaar heb ik naast mijn ziekenhuisstage in Haarlem, ook mijn projectstage in het ziekenhuis gelopen, in het Academisch Medisch Centrum (AMC) in Amsterdam. Tijdens deze stage zag ik hoe de ziekenhuisapothekers daar, naast taken bij productie en op het lab, ook actief zijn in de kliniek, bijvoorbeeld op de IC voor volwassenen op de kinder IC. Toen dacht ik: dit wil ik ook! Als ziekenhuisapotheker met kennis van specialistische farmacotherapie – maar ook met je kennis over bereidingen en het lab – de kliniek in om samen met artsen te zorgen voor een optimale behandeling van de patiënt. Aan het eind van mijn stage in het AMC kreeg ik een baan aangeboden en zodoende ben ik in augustus begonnen als projectapotheker. Het AMC wil op termijn fuseren met het VU medisch centrum (VUmc), het andere academische ziekenhuis in Amsterdam. In het kader hiervan heeft het AMC samen met het VUmc een nieuw elektronisch patiëntendossier (EPD) aangekocht, genaamd Epic.
Op dit moment werk ik met veel plezier en ben ik dan ook erg blij met mijn keuze voor de ziekenhuisfarmacie. Ik wens jullie allemaal veel succes met (af)studeren en het maken van jullie eigen keuze!
Geestesziekten
27
Pharmaciae Sacrum
Fotopagina
28
Foliolum december 2014
29
P.S.-activiteiten Beroepenmiddag Laura ten Broek
De beroepenmiddag was een lange leerzame middag. Vijf personen kwamen vertellen over verschillende beroepen. Hierdoor zouden wij, eerstejaars farmaceuten, meer inzicht krijgen in wat ons in de toekomst te wachten staat. Het was een lange middag, zeker omdat we hiervoor al vier uur college hadden gehad. Gelukkig konden we lekker achterover leunen en alle informatie op ons af laten komen. Zo vertelden alle vijf de farmaceuten hoe ze tot hun beroep zijn gekomen en hoe hun dagelijkse levens eruit zien. Dit was erg interessant want het gaf een goed beeld over de verschillende beroepsmogelijkheden van de studie. ÉÊn van de vijf farmaceuten vertelde hoe hij werkzaam is in de farmaceutische industrie en hoeveel hij voor zijn beroep moet reizen. Een ziekenhuisapotheker en een openbare apotheker kwamen ook aan het woord. Verder vertelde een hoogleraar over zijn beroep en hoe hij het lesgeven en onderzoek doen combineert. Door de vele pauzes konden we na de praatjes gelijk met elkaar over de beroepen praten onder het genot van een kopje koffie of thee, hierdoor duurde het echter wel langer. Hoewel voor velen deze middag misschien iets te vroeg was, omdat ze toch al weten dat ze niet doorgaan met farmacie, vond ik deze middag erg interessant en heeft het mij laten inzien wat voor mogelijkheden ik later heb met deze studie.
LOS Spelletjesavond Dennis Berends
23 september was het dan zo ver: de spelletjesavond van de LOS-commissie. De LOS zou zijn naam natuurlijk niet hebben als deze activiteit niet voor een goed doel was: het eten en drinken deze avond kostte geld en de opbrengst hiervan ging naar Villa Joep, een fonds tegen Neuroblastoom Kinderkanker. Dit was een prachtige motivatie voor de deelnemers van deze spelletjesavond om zichzelf van wat hapjes en drankjes te voorzien. De LOS had deze avond als diner voor een heerlijke en vooral goed gevulde pastasalade gezorgd wat bij iedereen erg goed in de smaak viel. Ook was er bier en fris te verkrijgen voor een zeer schappelijke prijs. Eten en drinken voor het goede doel, wat wil je nog meer?! Na het diner begon het dan toch echt serieus te worden: er werd begonnen met spelletjes spelen. Van het alom bekende Ganzenbord tot en met Risk, alles was aanwezig. Het leek weer als of die goede oude tijd van de basisschool als een flashback door de gedachten ging. Met veel bloed, zweet en af en toe wat tranen werd er geprobeerd de beste te zijn in het spel waar men op dat moment mee bezig was. Vaak tevergeefs trouwens, want het valsspelen is iedereen in de loop van de tijd niet verleerd.
Geestesziekten
Pharmaciae Sacrum
Na een avond fanatiek te hebben gespeeld kan ik denk ik voor iedereen wel concluderen dat het een uiterst gezellige en mooie avond was. Zeker voor herhaling vatbaar!
31
P.S.-activiteiten Mediq Workshopavond Jackelien van der Mast
Pharmaciae Sacrum
Op donderdag 16 oktober en dinsdag 21 oktober werden er twee Mediq workshopavonden gegeven. Deze twee workshopavonden waren het eerste onderdeel van de ‘Mediq Apothekers Opleiding’. Beide avonden begonnen met een lopend buffet. Er was een ruime keuze uit allerlei warme gerechten en koude salades. Nadat iedereen was uitgegeten, kregen we op de eerste workshopavond een presentatie van één van de regiomanagers van Mediq over de bedrijfsvoering van een apotheek en hoe de apotheken van Mediq dit regelen. De financiële kant van een apotheek werd behandeld. Daarnaast werd er ingegaan op de werking van een apotheek als bedrijf en welke, wel of niet beïnvloedbare, factoren effect hebben op het financiële resultaat. Er werd uitgelegd hoe het weekuitgiften proces werkt binnen Mediq: weekuitgiften kunnen op een centraal punt in Nederland verwerkt worden en daarna afgeleverd aan de apotheken. Door dit proces kunnen apothekersassistenten zich meer focussen op de andere taken dan stickeren en uitvullen van medicatie binnen de apotheek. Er werd toegelicht wat de inhoud hiervan is en hoe het proces werkt. Veel grafieken en vaktermen kwamen voorbij die ons een blik gaven achter de schermen bij Mediq.
32
Aan het eind van de eerste avond werd een casus voorgelegd. Iedereen kreeg gegevens van de fictieve niet rendabele apotheek ‘MC Wijngracht’ uit Kerkrade. We werden in groepen van vijf studenten verdeeld en kregen de opdracht een nieuw bedrijfsplan te schrijven en verbeteringen te bedenken die konden worden geïmplementeerd in deze apotheek. We kregen onder andere de volgende gegevens mee die van invloed waren op de bedrijfsvoering: een demografisch rapport, een plattegrond van de apotheek,
Foliolum december 2014
een overzicht van alle uitgaven en inkomsten, een overzicht van verschillende zorgverzekeringen, een rapport over de kwaliteit van het personeel en een stuk over de marktomgeving. Tijdens de tweede workshopavond presenteerde iedere groep hun uitwerking van de casus. Hierbij kreeg elke groep vragen en feedback van de regiomanagers en een apotheker van Mediq. Over een aantal verbeteringen waren de meeste groepen het wel eens, maar er zaten ook verschillen tussen de oplossingen van de groepen. Tevens had niet iedere groep de gegevens op dezelfde manier geïnterpreteerd. Zo bleek bijvoorbeeld dat de in eerste instantie te dure uitzendkracht in de gegevens, die de meeste groepen daarom wilden ontslaan, de apotheker zelf te zijn in plaats van een assistent. Ook kwamen groepen met ideeën om de klantenkring van de apotheek te vergroten, de assistenten bij te scholen en te motiveren, en ideeën over teambuilding binnen de fictieve apotheek. Dit leidde tot een leerzame en interessante discussie. De avond werd afgesloten met een samenvatting van onze oplossingen en welke ideeën van ons overeen kwamen met de speerpunten van Mediq zelf. Apothekers die beginnen met werken bij Mediq krijgen dezelfde cursus als wij. Hoewel de cursus die ons gegeven werd wel was aangepast voor studenten, gaf dit ons een interessante kijk op de bedrijfsvoering van een apotheek. Het onderdeel wat dit jaar behandeld werd stond in het teken van een ‘uitstekende bedrijfsvoering’. Volgend jaar en het jaar daarop worden twee andere onderdelen behandeld. De studenten die alle onderdelen gevolgd hebben krijgen uiteindelijk een Mediq Apothekersdiploma.
P.S.-activiteiten
Tweedejaars Excursie Gerjanne Kamps Maandag 20 oktober was het zo ver: de Mediq tweedejaars excursie. Een excursie speciaal voor tweedejaars studenten, geheel georganiseerd door Mediq! We verzamelden ons op ’t Hok met uiteindelijk minder studenten dan dat aanvankelijk werd verwacht (op hetzelfde tijdstip was ook een tentamennabespreking gepland), maar dat mocht de pret zeker niet drukken. Omdat de bus ietwat moeite had met de juiste vertreklocatie, zijn we maar vast naar buiten gegaan waar we onze lunchpakketjes voor de rest van de dag in ontvangst konden nemen. Uiteindelijk was daar de bus en konden we op weg naar de groothandel Polyfarma in Groningen. Eenmaal daar aangekomen werd ons wat verteld over Mediq als organisatie, over wat een jonge openbare apotheker nou precies doet en natuurlijk over de werkzaamheden van Polyfarma. Polyfarma is een groothandel die medicijnen uit het buitenland haalt en vervolgens de bijsluiters en etiketten hiervan vervangt door Nederlandse exemplaren. Na deze presentaties was het tijd voor een rondleiding door het bedrijf, het was erg leuk om te zien wat er allemaal ‘achter de schermen’ gebeurt. Als laatste
het geniale(!) apothekersspel, een super leuk bordspel waarin je je eigen apotheek moet runnen. Dit alles onder het genot van wat frisdrank en cake. Na een oefen- en een wedstrijdrondje was het weer tijd om terug te gaan. Natuurlijk moest deze dag ook nog geëvalueerd worden onder het genot van een paar drankjes en wat borrelhapjes in het News Café. Mediq, bedankt voor deze leuke en informatieve middag!
Pharmaciae Sacrum Geestesziekten
33
Commissies LOS
MMC
Hoi lieve, sportieve P.S.-ers, Wij zijn dit jaar de LOScommissie (Liefdadigheids-, Ontspanning- en Sportcommissie) en wij zullen dit jaar de sportavond op 17 maart 2015 en de rijwielprestatietocht op 9 mei 2015 voor jullie organiseren. Ook voor de lieve P.S.-ers is er een optie om tijdens de liefdadigheidsavond in actie te komen voor het goede doel. Wij hopen jullie allemaal te kunnen verwelkomen! Onze geweldige commissie bestaat uit 5 personen: Leonoor (Praeses), zit liever in Afrika dan dat ze vergadert met ons. Ze is een veel te bezig bijtje en is onze praeses en gedraagt zich ook zo; tot 1 kan iedereen en een lekker wijf gaat tot 5! Janine (Ab-actis), houdt wel van een drankje of drie. Ze gaat zelfs met rode oogjes ‘t Vaatje in en heeft het daar altijd naar haar zin. Thomas (Quaestor), onze Vinkytown vriend, woont véél te ver weg, is altijd in voor een drankje in ‘t Vaa tje en brengt Janine veilig thuis.
Pharmaciae Sacrum
Olivia (Assessor I), ís ROZE, met haar is het nooit stil! Ze is altijd goed gekleed en is zeker weten voor een LOSbandig dansje te porren. Ook laat ze graag foto’s zien van vette dingen die ze beleefd heeft.
34
Bryan (Assessor II), onze Syrische Guus Meeuwis look-a-like, met lahmacun en lekkere couscous op het menu, hij is onze nep-sportieveling die nooit in de sportschool te vinden is.
Foliolum december 2014
Britt is de praeses en de praatjesmaker in ons midden. Wanneer ze niet op Tinder zit, heeft ze de moeilijke taak om de rest van de chaotische commissieleden aan te sturen. Tot nu toe doet Britt dit overtuigend met een glimlach. Nu maar hopen dat onze praeses dit een jaar kan volhouden. Matthijs onze quaestor zonder echte geldtaken is vooral voor de gezelligheid en praatjes en goede aanwist voor de commissie. Mariokart op de Nintendo 64 staat gegarandeerd op de agenda als maandagavond bij Matthijs thuis doorgebracht wordt. Shahrazad is een lastige naam, maar gelukkig mogen we haar ook Shahr noemen. Shahr is in Irak geboren, maar is naar Nederland verhuisd op zoek naar een brighter future. Deze gaat ze nu ook zeker tegemoet en zit nu in haar tweede jaar hier aan de RUG. Als je een avondje relaxed wil praten en lachen, zit je zeker met Shahr goed. Daarnaast kan ze heel goed dansen op Reggaeton. Sanne is een hele gezellige meid waar je altijd mee kunt lachen. Ze houdt niet van ratten en olijven, maar voor de rest vindt ze alles prima. Als Assessor I is ze dan ook een zeer goede aanwinst voor de MMC! James is zeker de leukste thuis, hij is altijd in voor een drankje en na dit drankje komen de geweldige dansmoves al snel tevoorschijn. Maar naast het drinken en dansen staat hij altijd klaar om te helpen en zeker de afwas doet hij graag! Ati is een leuke, lieve meid. Vanaf de eerste dag kon ze het al goed vinden met iedereen en ze weet altijd wel iets te vertellen. Ze is altijd wel in voor een drankje en als je haar nodig hebt, dan zal ze zeker voor je klaar staan.
Commissies EJC Het doel van onze commissie is voor afleiding te zorgen voor de studenten van farmacie. Door alle drukke hoorcolleges, practica en tentamens kunnen ze een feestje vast goed gebruiken. Onze praeses is Aryan, hij is een lieve jongen die houdt van feesten en werkelijk alles over heeft voor zijn commissie. Hij is een kei in te laat komen; het zal ons niets verbazen als hij zelfs te laat komt op zijn eigen EJC-feest. Onze ab-actis is Laura met de mooie blauwe ogen. Ze houdt van een drankje, een goed feest en is het beste in regelen van dingen voor ons feest. Ze is werkelijk een beest, binnen én buiten de lijnen van het voetbalveld. Dan onze quaestor Frank. Hij is achttien jaar oud. Zeiden we dat Laura de beste was in regelen? Achttien. Hij houdt van kip en van zijn lichaam. Hij sport namelijk achttien keer in de week. De prominentste assessor: Manon. De stille dame met haar lachwekkende random opmerkingen tussendoor. Als Manon een drankje te veel op heeft, denkt ze alleen maar: ‘driemaal is scheepsrecht’. Ruud, onze assessor II, breekt meer glazen dan harten. Los van zijn knulligheid is hij wel héél lief. Hij gaat elke week sporten met Frank waarbij hij extra traint op balkhangen. De derde assessor is onze commissie-smurf. Elise haar lievelingskleur is blauw. Ze is altijd druk en gezellig. Door deze trotse Brabantse krijgen wij ‘Brabant’ van Guus Meeuwis meer dan genoeg te horen. Isa, onze vierde assessor, wikkelt graag de jongens om haar vinger. Haar lievelingseten is spinazie met vissticks. Door haar creativiteit weten we als commissie altijd piekfijn voor de dag te komen.
Pharmaciae Sacrum Geestesziekten
35
Eten met... de Almanakcommissie Nadat onze commissies afzonderlijk hadden vergaderd gingen wij op weg naar de Schildersbuurt. Na enige discussie of we nou links of rechts moesten kwamen we aan bij Willemijn, waar ons de meest exotische voedsel luchten tegemoet kwamen. Hier vonden wij de dames in de keuken, waarin chef Willemijn demonstratief de leiding nam.
Onder het afwassen was het dan eindelijk tijd om ons mooie spel er weer bij te pakken, het was met onze heerlijk volle buikjes ook wel weer een mooie avond om het klassieke ‘Diepgangsebord’ te spelen. Toen iedereen weer aangeschoven was en de glazen gevuld waren met heerlijke drankjes was het tijd om te beginnen.
We hadden in de gaten dat ze druk bezig waren in de keuken, maar we moeten toch zeggen dat we blij verrast waren dat er werd begonnen met een amuse. Jaaa een amuse!! En niet zomaar een amuse, maar een heerlijke cranberrypaté met gekaramelliseerde rode ui omwikkeld met een heerlijk stukje ham. Heerlijk, we konden niet wachten tot het volgende gerecht.
Vier teams werden gevormd, van elke commissie de functies bij elkaar en het assessoraat. Na het kiezen van de pionnetjes kon het spel dan eindelijk beginnen na een korte uitleg van de spelregels. Uiteraard mocht het functie-team van de Almanak beginnen.
Vol verwachting zaten wij te wachten en daar kwamen ze dan twee goed gevulde schalen met zogenaamde Shepherd’s pie. Ieder een goed bord vol en ook dit smaakte uit de kunst.
Pharmaciae Sacrum
Na nog een keer zwoegen in de keuken kwam er nog een gang uit getoverd, dit maal een heerlijke chocolademousse gegarneerd met frambozen en een verfijnde afwerking van poedersuiker, wederom heerlijk!
36
Foliolum december 2014
Eenmaal begonnen werd er al snel de zogenaamde ‘all rise for the Queen’-kaart getrokken door het functie-team van de Almanak, die niet 1 keer maar meerdere keren gebruikt mag worden. De admaa tje-kaart werd getrokken door Eline, die haar mede praeses Niels als maatje koos. Waarna Merel bij het “all rise for the Queen” weigerde op te staan, zodat Niels sowieso altijd mee moest drinken. Na menig rondjes zonder enige actie werd de verboden-woord-kaart getrokken. Het verboden woord werd ‘helemaal’, omdat dit woord bij een aantal leden in beide commissies frequent wordt gebruikt.
Vervolgens werd door het assessoraat van de Redactiecommissie een opdrachten-kaart getrokken, waarbij binnen 30 seconden 5 groene voorwerpen bij elkaar gevonden moesten worden in de kamer van Willemijn. De leden van de Almanakcommissie hadden niet helemaal door wat er gebeurde, maar groene dekentjes werden van ze afgepakt en flessen 7-up uit mensen hun handen werden getrokken. Na menig rondje met opdrachten en vikingen werd twee maal de koningsad gevuld. Waarna de laatste koningsad-kaart getrokken werd door het functie-team van de Redactie. Dat betekende een heerlijk drankje dat voor gelijke delen bestond uit pure limonadesiroop en heerlijke wodka. Eerlijk zullen wij delen was het motto, dus zo ook werd er weer met Niels gedeeld die nog steeds solidair mee dronk met Eline. Vervolgens werd er nog een verboden-woord-kaart getrokken, dit maal door het assessoraat van de Almanak. Zij kozen voor het veel gebruikte woord ‘dobbelsteen’. Waarna we hem liefkozend een ander naam gaven, namelijk ‘de kubus met ogen’. Uiteraard gingen hier ook de nodige mensen de fout in. Op zijn beurt moest Evert vijf farmacie gerelateerde woorden uitbeelden in een minuut, dit leek een onmogelijke opgave. Maar met ‘pipeteren’, ‘labjas’, ‘labbril’, ‘handschoenen’ en ‘erlenmeyer’ was hij binnen een halve minuut al klaar. Hierna was het functie-6team van de Redactie aan de beurt om een slang
te maken met dierennamen en zoals iedereen wel weet heb je op een gegeven moment een tekort aan dieren met de letter ‘N’. Zo hadden we ze ongeveer allemaal gehad: neushoorn, naaktslak, nijlpaard, nachtegaal etc. Na een minuutje was het enige “dier” dat nog bedacht kon worden een nectarine. De helft van het spel was gespeeld toen er een aantal leden van beide commissies weg moesten, omdat ze net waren begonnen aan de practicumcarrousel van jaar twee. Vol goede moed pakten we de ‘kubus met ogen’ weer op om verder te spelen. Maar nadat we op de klok hadden gekeken, leek het ons een beter plan om het spel te staken en naar ’t Vaatje te vertrekken. Lieve Almanakcommissie bedankt voor de gastvrijheid, de gezelligheid, de goede verhalen, de inside jokes over indesignen en het heerlijke eten!
Pharmaciae Sacrum Geestesziekten
37
Puzzel
Pharmaciae Sacrum
1. De 1ste letter van de voornaam van dit oud-lid van LØStig
2. De 2e letter van haar achternaam
3. De eerste letter van dit oud bestuurslid
4. De 5e letter van zijn voornaam
5. De 3e letter van haar achternaam
6. De 2e letter van de voornaam van deze non
7. De laatste letter van zijn achternaam
8. De laatste letter van de voornaam van deze special guest
38
Denk goed na over deze hersenkraker en maak snel deze puzzel. Wie het juiste antwoord VÓÓR 1 februari 2015 inlevert op het P.S.hok maakt kans op een leuke P.S. of ‘Diepgang’ gadget!
Foliolum december 2014
Activiteitenagenda
Februari 03 STOF-vergadering 03 P.S.-borrel 04 Symposium Dies Natalis 04 Openingsfeest Dies Natalis 05 Culturele Avond Dies Natalis 07 Buitendag Dies Natalis 07 Galadiner Dies Natalis 07 Galabal Dies Natalis 10 Commissie Informatie Avond 24 SSS Eerstejaars Symposium Maart 03 P.S.-borrel 10 EJC-feest 12 Carrièredag 21 Voorjaarsdag K.N.P.S.V. 24 Algemene Leden Vergadering
Redactioneel
2015 Januari 06 SSS Ouderejaars Symposium 06 P.S.-borrel 08 Derdejaars Filmavond 15 EJC-feest 24 Algemene Vergadering K.N.P.S.V. 27 Algemene Leden Vergadering
Colofon Redactiecommissie Eline Hemelt Marleen van Brussel Merel Evers Luke van der Koog Sofie Kos
Ab-actiaat
Marleen van Brussel Damsterdiep 98a 9713 EK Groningen Tel.: 06-23122155 foliolum@psgroningen.nl
Foto voorpagina
Model: Luke van der Koog
Drukkerij
Smeets & Hagenbeck
Oplage
1200 stuks Copyright 2014 Redactiecommissie Foliolum ‘Diepgang’ der G.F.S.V. “Pharmaciae Sacrum”. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar worden gemaakt door middel van schrift, druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande toestemming van de auteurs. Gebruikt bronnenmateriaal is op te vragen bij de Redactiecommissie.
Geestesziekten
Redactioneel Foliolum december 2014