![](https://assets.isu.pub/document-structure/240617094215-e251490ba83c3b36f16cb4bfe7c29fe4/v1/90124a28a94e6f583b54e95aad3efe9a.jpeg)
![](https://assets.isu.pub/document-structure/240617094215-e251490ba83c3b36f16cb4bfe7c29fe4/v1/772ac9fab54d55d0ebffc232595681f1.jpeg)
![](https://assets.isu.pub/document-structure/240617094215-e251490ba83c3b36f16cb4bfe7c29fe4/v1/c96da0b65e501dcb29dd14c428367281.jpeg)
![](https://assets.isu.pub/document-structure/240617094215-e251490ba83c3b36f16cb4bfe7c29fe4/v1/9b1b99cdb1f3d9bf4b1082fb74aa81a6.jpeg)
![](https://assets.isu.pub/document-structure/240617094215-e251490ba83c3b36f16cb4bfe7c29fe4/v1/f96a4632f11af52a8e24373be9393ac0.jpeg)
![](https://assets.isu.pub/document-structure/240617094215-e251490ba83c3b36f16cb4bfe7c29fe4/v1/84353bfb0593d7fc6526798c195fbec3.jpeg)
![](https://assets.isu.pub/document-structure/240617094215-e251490ba83c3b36f16cb4bfe7c29fe4/v1/788a95588f0cbf66b3fb94cc588b72f7.jpeg)
![](https://assets.isu.pub/document-structure/240617094215-e251490ba83c3b36f16cb4bfe7c29fe4/v1/54707a7f0ecf6db3f3114b916e506fb1.jpeg)
![](https://assets.isu.pub/document-structure/240617094215-e251490ba83c3b36f16cb4bfe7c29fe4/v1/2c2c344a6b2d54279960eb2aa19f06c3.jpeg)
![](https://assets.isu.pub/document-structure/240617094215-e251490ba83c3b36f16cb4bfe7c29fe4/v1/b565f11935528c4f335a9395ad06ff62.jpeg)
![](https://assets.isu.pub/document-structure/240617094215-e251490ba83c3b36f16cb4bfe7c29fe4/v1/a00289eb13a874cc993dc535b4c0290f.jpeg)
Tekst & Redactie
Daphne Markvoort
Hanneke Aaftink
Kim Meijerhof
Marieke Pross
Mindy Strampel
Ronny Veldhuis
Sandra Stevens
Stef Meilink
Wieke van der Zee
Vormgeving
Alana Meijerman
André Heetkamp
Inge Folkert-Hegteler
Nathalie Wessels
Rachèl Kok
Rik Dalhuisen
Sharon van Rossum
Oplage: 5000 stuks
Wijzigingen, suggesties en/of verbeteringen: info@halloholten.nl
Salades, stokbrood en keuze uit 5 verschillende soorten vlees
Vanaf 15 personen
€16,95 per persoon
Kijk op onze website voor alle menu’s
Onze buffetten zijn altijd vers bereid met de beste ingrediënten en worden bezorgd bij jou op locatie.
Salades, stokbrood en keuze uit 5 verschillende soorten vlees
Vanaf 15 personen
€17,95 per persoon
Kijk op onze website voor alle menu’s
Als u een feest wilt geven, maar u beschikt niet over de juiste apparatuur of serviesgoed kunt u bij Partyservice Holten terecht.
Hallo Holten! De zon laat zich steeds vaker zien en alle planten, bomen en bloemen zijn weer aan het bloeien. Dat kan maar één ding betekenen; tijd voor de zomereditie van Hallo Holten.
Voor je ligt al de achtste editie van dit mooie magazine. Ons team is achter de schermen druk bezig geweest om je te voorzien van mooie unieke verhalen en beeldmateriaal. Hopelijk genieten jullie weer net zo van het magazine als wij tijdens het maken van deze editie.
Blader hem dus lekker door! Gewoon in de achtertuin of op vakantie met een verfrissend drankje erbij. Ondertussen genietend van de zonnestralen.
Voor de achtste editie verzamelden we bijzondere verhalen over mensen, unieke initiatieven en andere zaken die een podium verdienen. Dit alles is mogelijk door onze donateurs, adverteerders en door de Holtenaren die elke editie weer leuke onderwerpen aandragen. Bedankt daarvoor!
In dit achtste nummer lees je over… Holten, het dorp waar:
… landelijk aandacht is voor Holtens eigen ‘Bra Fence’
… een stukje Canada met de grootste zorg wordt onderhouden
… de tandarts een praatstoel heeft
… vrijwilligers niet weg te denken zijn
… de Enkco altijd een begrip zal blijven
… horecadromen werkelijkheid kunnen worden
We wensen je een mooie zomer toe en hopen dat je weer geniet van de verhalen in deze Hallo Holten. Heb je tips of suggesties voor het volgende nummer? Wij horen het graag! Neem contact met ons op via info@halloholten.nl. Uiteraard ben je ook van harte welkom om bij één van onze bedrijven binnen te lopen. Dag Holten, tot over een half jaartje!
Hallo Holten?
Volg ons via social media voor exclusieve foto’s van onze dorpsgenoten en nieuwtjes over de volgende editie.
/halloholten
/halloholten
Hallo Holten is een initiatief van André Heetkamp (Reclamemakers Holten), Hanneke Aaftink (Door Communicatie) en Jennita Stegeman (Karakter Fotografie). Het is een cadeau aan Holten. Een magazine dat we twee keer per jaar uitbrengen. Waarmee we de kracht en schoonheid van het dorp waar we wonen onder de aandacht willen brengen. En mensen een podium geven; gewoon om dat ze dat verdienen. En omdat het verhalen zijn die jij als Holtenaar niet wilt missen!
Ben je enthousiast over dit magazine? En wil je graag dat we hiermee doorgaan? Dan kun je ons helpen door geld te doneren voor de productie van het volgende nummer (IBAN NL10 ABNA 0886 8241 41). Je bepaalt uiteraard zelf wat deze editie je waard is. Heb je een bedrijf? Dan kun je ook adverteren. Vraag ons gerust naar de mogelijkheden.
Alvast hartelijk dank!
Inmiddels hangen er midden in Holten al honderden bh’s aan de bouwhekken tegenover
Smidsbelt. En die hangen er niet voor niets: naast een ludieke opvulling van de lege bouwvlakte wordt er ook geld ingezameld voor Pink Ribbon. We spraken initiatiefnemer en BH’er (Bekende Holtenaar) Willy Veneklaas en zijn vrouw Gertrud over het ontstaan van de actie, camping de Holterberg, zijn pettenverzameling, wat Holten voor hem betekent en meer!
- Door Stef Meilink | Fotografie Jennita Stegeman
Motorrijden is een grote hobby van Willy. Vele en lange tourreizen heeft hij al gemaakt, waaronder het doorkruisen van Nieuw-Zeeland. “Van tevoren had ik me grondig voorbereid en gelezen over het ‘Cadrona Bra Fence’ en daar ben ik toen langsgereden. Toegegeven, duizenden bh's aan een kilometerslang hek; dat was best een indrukwekkend gezicht", begint hij zijn verhaal.
Landelijke aandacht voor Pink Ribbon
“Toen ik hoorde over de kale bouwhekken dacht ik al snel bij mezelf: ‘Iets soortgelijks zou in Holten toch ook moeten kunnen?’ Maar alleen bh’s ophangen zou wat gek zijn. Daarom heb ik contact gezocht met Pink Ribbon, een organisatie die geld inzamelt voor onderzoek naar borstkanker. Een mooie link; zo slaan we twee vliegen in één klap. Ik stuurde een mailtje naar Holtenextra, die vervolgens een artikel plaatste over het idee. De volgende ochtend hingen de eerste exemplaren al aan het hek. Toen heb ik een werkgroep opgericht met wat betrokken personen. Want dat we dit idee verder uit moesten werken, was wel duidelijk!”
“Geld inzamelen is natuurlijk het hoofddoel: we hebben daarom ook persberichten verstuurd naar de landelijke media.
Dat de NOS, Radio 1 en Hart van Nederland het oppakten, hadden we natuurlijk nooit verwacht. Dat is een mooi signaal.”
Hartelijke reacties
Ook de lokale middenstand in Holten draagt haar steentje bij. “Ik heb een presentatie gegeven bij de Holtense Industriegroep. Ook zijn veel winkeliers hun eigen actie begonnen, ter ondersteuning van de Pink Ribbon-actie. Zo doneren deelnemende winkeliers bijvoorbeeld 10% van het aankoopbedrag bij het inleveren van een bh. Het is mooi dat het initiatief zo hartelijk wordt ontvangen. Het eerste streven was om 10.000 euro op te halen, na twee weken zaten we al over de 4.000 euro heen. We zijn benieuwd waar we op uit komen, het is het zoveelste voorbeeld van Holtenaren die met z’n allen bijdragen aan een goed doel”, vertelt Willy trots.
Camping de Holterberg
De Pink Ribbon-actie is niet het enige waar Willy zijn tijd mee vult. Hij helpt nog altijd mee op Camping de Holterberg, waar hij ruim veertig jaar met de spreekwoordelijke scepter zwaaide. Hij vertelt: “Holten is ‘mien stea’. Ik ben hier geboren en getogen, mijn familie heeft echte binding met de grond; mijn voorouders bouwden het gebouw dat nu het restaurant is al in
1863. Mijn opa heeft destijds het kamperen in een stukje bos ‘toegestaan’. Dat is van lieverlee uitgegroeid tot wat het nu is: een camping met 240 staanplaatsen.”
Willy vervolgt: “Mijn vader werkte veel buiten de deur, het werd hem allemaal wat teveel. Hij vroeg mij of ik trek had in het overnemen van de camping. Ik was toen nog kok, maar ik dacht: ik kan het altijd proberen en dan zien we het wel. Mijn vader heeft me daarin goed begeleid. In totaal werk ik inmiddels zo’n vijftig jaar op de camping. Toen ik begon, stond het hele gebeuren nog in de kinderschoenen, er was nog niet eens stroomaansluiting op elke plaats.
aan mijn zoon Robert en schoondochter Bianca. Robert heeft altijd al interesse gehad in het overnemen van de camping. Dat maakte het voor mij ook makkelijker om de boel na veertig jaar los te laten. Ik zeg weleens dat ik drie kinderen heb: een zoon, een dochter en de camping. Ze zijn me alle drie heel lief”, knipoogt Willy.
Petten ‘bietsen’
Wie ooit in het restaurant op Camping de Holterberg is geweest, kan de enorme pettenverzameling boven de bar niet ontgaan zijn. “Toentertijd vond ik de luifel boven de nieuwe bar nogal kaal. Dus ben ik begonnen met het verzamelen van petten. Op het hoogtepunt had ik er zo’n vijftienhonderd”, grijnst Willy. “Voetbal, auto- en motorsport, paardencaps, agri-petten; je kunt het zo gek niet verzinnen of ik had wel een exemplaar. Het restaurant is laatst vernieuwd, toen heb ik ze toch maar weggehaald. Wie weet dat ik ze ooit nog ergens anders ophang. Ook heb ik nu een doos op zolder staan met ‘privépetten’: een vriendschapspet van een overleden kameraad bijvoorbeeld en een zeldzame leren pet van de MAC.”
“Petten kopen deed ik nooit, bietsen of ruilen was meer mijn ding. Ik ging altijd met een paar klompen op vakantie, die vinden buitenlanders namelijk heel interessant. Toch lukte dit niet altijd. Zo was ik eens in de Verenigde Staten in een winkel waar ze vette cowboylaarzen verkochten. Ik zei tegen de eigenaar: ‘Ik kom deze klompen ruilen voor die laarzen’. Zijn reactie was: ‘You must have been smoking the wrong pot’. Het petten ruilen ging me dus duidelijk beter af!”
Nieuwe (oude) liefde na 45 jaar
Willy is inmiddels al enige tijd samen met Gertrud. Zij ontmoetten elkaar al in 1970. “Gertrud is een dochter van één van onze vaste gasten in die tijd. We zijn elkaar uit het oog verloren, maar 45 jaar later stond ik bij haar voor de deur. Ik had van haar familie gehoord dat zij, net als ik, haar partner was verloren aan kanker. Ik wilde eens informeren hoe zij dat had ervaren. Toen is het balletje gaan rollen: het leek alsof er geen 45 jaar verstreken waren, maar slechts 45 dagen”, lacht Willy.
Ik zeg weleens dat ik drie kinderen heb: een zoon, een dochter en de camping
Inmiddels hebben we flink wat elektra- en watervoorzieningen. De consument is wat veeleisender geworden en dus zijn de voorzieningen luxer. Ondanks onze groei in omvang proberen we een leuke en gemoedelijke camping te zijn. Het liefst kennen we onze gasten allemaal bij naam. We hebben nu 4,5 ster gekregen van de ANWB, dus het gaat best wel goed!”
Inmiddels bemoeit Willy zich als pensionado niet meer zo met de organisatie. “In 2022 heb ik de meeste aandelen overgedaan
Toekomstplannen
Helaas kreeg Gertrud een jaar of vier geleden een vervelende diagnose: ook zij bleek kanker te hebben. “Het gaat nu relatief gezien goed, maar we leven eigenlijk een beetje met de dag. We zouden liever veel op reis gaan, maar dat zit er helaas niet in. Wel zijn we vorig jaar nog op excursiereis naar Egypte geweest, waar we ontzettend van hebben genoten.”
En er zijn andere dingen waar ze erg blij van worden: “Gertrud is nog heel druk bezig met haar ‘winkeltje onder het huis’, waar ze zelfgebakken koek, snoep, soepen, jam en meer verkoopt. Hier halen we veel plezier uit! We wonen op één van de mooiste plekjes van Holten, zo vrij als een vogel eigenlijk. We zijn van plan hier nog lang van te genieten”, sluit Willy af.
Doneer hier aan de Pink Ribbon-actie!
Help jij ook mee? Doneren kan via de QR-code of door geld over te maken naar NL61RABO0328500321 t.n.v. Holten tegen borstkanker. Alvast bedankt!
De Canadese Begraafplaats is een unieke plek in Holten. Hier kun je tot bezinning komen en de offers die destijds zijn gebracht, herdenken. Het terrein ziet er altijd prachtig verzorgd uit, dankzij het harde werk van André en Jan Deijk. Samen zijn ze goed voor ruim vijftig jaar ervaring in het hoveniersvak. Wij spraken hen over hun werk, het belang van herdenken en de voorbereidingen op de viering van tachtig jaar vrijheid in Holten.
André begint: “Inmiddels werk ik al bijna dertig jaar voor de Commonwealth. Ik deed de landbouwschool en was net teruggekomen uit Duitsland, waar ik bij een groot agrarisch bedrijf werkte. In Nederland werd ik door het arbeidsbureau benaderd: 'Is werken op de begraafplaats niet wat voor jou?' Dat wist ik niet… Mijn ouders zeiden toen: ‘Je kunt altijd nog weer de landbouw in, probeer het gewoon’. In eerste instantie zou ik één maand meehelpen met de voorbereidingen voor de herdenking van vijftig jaar vrijheid. Al snel ging ik van een halfjaarcontract naar een vast contract en inmiddels zijn we dertig jaar verder.”
Extra hulp
“Ik heb eerst nog allerlei andere dingen gedaan en bij verschillende hoveniers gewerkt, voordat ik werd benaderd door André”, vertelt Jan. In eerste instantie zag hij de baan niet zitten. Lachend: “Ik was er op een druilerige ochtend wezen kijken, dan krijg je natuurlijk niet de beste indruk. Ik kreeg van meerdere mensen hetzelfde advies als André destijds: ‘Probeer het maar, weggaan kun je altijd nog’. Dat bleek een goede keuze: na twintig jaar loop ik er nog steeds!”
Een mooie plek mooi houden
Het terrein ziet er dankzij het harde werk van de heren altijd prachtig verzorgd uit. “Plat gezegd zijn wij verantwoordelijk voor het onderhoud ‘binnen de hekken’. Dan kun je denken aan het gras, het schoonhouden van de stenen en graven en de beplanting”, legt André uit.
Jan vult aan: “Achter de beplanting zit een heel systeem. Ieder jaar vernieuwen we zo’n vijfduizend planten. We zijn dit jaar begonnen met vaste planten. We krijgen helaas steeds meer te maken met ziektes in de hei die we minder goed kunnen bestrijden. De bekende heidetuin zal dan ook langzaam een bloementuin worden.”
Hij vervolgt: “Het klinkt misschien gek, maar wij zien het inmiddels meer als een grote tuin in plaats van een begraafplaats. We werken de hele dag in de frisse lucht met de vogels om ons heen. Ook voor ons is het altijd een moment van bezinning. Het is echt een heel mooie plek.
Menig Holtenaar en andere mensen uit de omgeving die stress aan hun hoofd hebben, komen regelmatig langs om even tot rust te komen.”
André: “Het belangrijkste is dat we de jongens die hier liggen goed kunnen eren. Na tachtig jaar komen er nog steeds families voor het eerst bij het graf van hun familielid kijken. Laatst spraken we nog twee Canadezen die voor het eerst in hun leven bij hun oom kwamen kijken. Die stonden daar heel ontroerd, we kregen van hen te horen dat het hier echt mooi was. Dat zijn de dingen waar je het uiteindelijk voor doet.”
De mannen vertellen aan tafel bevlogen over de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog. André: “Zo denken we hier in Nederland dat we in Normandië zijn begonnen met de bevrijding. Dat klopt niet helemaal. De 48th Highlanders hebben ook ontzettend hard gevochten in Rome en in Sicilië, waarna ze in maart 1945 hiernaartoe kwamen. Daarom herdenken we hen ieder jaar op 13 april in Holten. Dankzij mijn werk hier ben ik me inmiddels veel bewuster van de geschiedenis. Dankzij Gert Jan van ’t Holt, die langskwam met de scholen, zijn er veel verhalen doorverteld. Hij heeft naar mijn mening op een fantastische manier met beperkte middelen de begraafplaats verder op de kaart gezet.”
Jan haakt hierop in: “Elke herdenking op 4 mei geeft mij een bepaald gevoel. De verhalen op zich en de hele geschiedenis zijn reuze interessant. De waardering die je op die dagen van mensen voelt, vind ik ook heel bijzonder. Er komt heel veel bezoek, maar ik heb nog nooit iemand horen zeggen dat het hier een zooitje is. Daar zijn we met elkaar heel trots op.”
‘Stiekem’ herdenken
Welke herdenking bleef de mannen het meeste bij? "De herdenking van 2020 vond ik heel bijzonder. In januari waren we zo goed als klaar met de voorbereidingen op 75 jaar vrijheid, toen corona om de hoek kwam kijken. Na één keer videobellen met het bestuur werd besloten om de herdenking niet door te laten gaan", vertelt Jan.
“Toen heb ik gezegd: zolang ik hier werk, wordt er gewoon herdacht. Hoe dan ook", gaat André verder. “We hebben zelf met een klein groepje vrijwilligers vlaggen, één krans en 3000 witte rozen geregeld. Het plan was om de rozen ‘s ochtends neer te leggen, waarna onze kinderen samen één krans zouden leggen. Maar tien dagen van tevoren werd ik gebeld door de secretaresse van de burgemeester: toenmalig minister van Defensie Ank Bijleveld had haar collega uit Canada beloofd om ook een krans te leggen. Toen kon de burgemeester niet achterblijven. Uiteindelijk waren we dus met dertien man.” Jan vult aan: "Het verliep allemaal mooi en we hebben ons netjes aan de coronaregels gehouden. Er is ook niemand geweest die er bij ons over heeft geklaagd. Alleen hadden we niet op één onvoorziene gast gerekend: RTV Oost. Zij plaatsten er iets over op Facebook, waarna er allerlei negatieve reacties binnenkwamen. André kreeg een officiële waarschuwing van de Commonwealth. We staan nog steeds achter onze beslissing en zijn blij dat we het toentertijd zo hebben gedaan. De jongens niet herdenken was voor ons geen optie.”
In 2025 vieren we met elkaar tachtig jaar vrijheid in Nederland. “We zijn vorig jaar juni al begonnen met de eerste voorbereidingen”, vertelt Jan enthousiast.
“Je moet er bijvoorbeeld aan denken dat als je bepaalde beplanting in 2025 mooi in de bloei wil hebben, je het jaar ervoor al aan de slag moet. Stel je voor dat we dit jaar pas waren begonnen en we krijgen slecht weer: dan staat het hele terrein in 2025 op zijn kop! Als alles goed gaat, hebben we dus de aankomende winter minder werk aan het terrein zelf. De meeste beplanting staat al.”
“Waar Jan zich vooral bezighoudt met de fysieke voorbereiding, zit ik ook aan tafel met de Stichting Viering Nationale Feestdagen en andere belanghebbenden”, vult André aan. “Er zijn waarschijnlijk geen veteranen aanwezig. Maar herdenken stopt niet bij het overlijden van de laatste veteraan. In plaats daarvan herdenken we samen met de tweede en derde generatie. De insteek hiervan is dat we zowel de Nederlandse als Canadese jeugd er verder bij betrekken. Zeker als je kijkt naar wat er op dit moment allemaal in de wereld gebeurt. Het is belangrijk dat we blijven herdenken en leren van onze fouten.”
Canadese grond op de Holterberg
Wat weinig mensen weten, is dat de Commonwealth twaalf hectare grond in eigendom heeft op de Holterberg. André vertelt: "In eerste instantie gingen ze uit van een hoger sterftecijfer. Vandaar dat er zoveel grond is geschonken aan de Commonwealth, om onze bevrijders een eeuwige rustplaats te geven. Uiteindelijk is drie hectare gebruikt voor de begraafplaats. De rest is weer teruggegeven aan de natuur. Zo is ruim driekwart van de Oranjekuil eigendom van de Commonwealth.”
Dat ze uitgingen van meer gesneuvelden, is ook achter de begraafplaats te zien. “Wie goed kijkt, ziet hier nog extra
trappen in het bos en het fundament voor een kruis. Dat kruis is uiteindelijk midden op de begraafplaats geplaatst”, legt Jan uit.
De toekomst
Inmiddels lopen de heren al een hele tijd mee. Hoe zien zij de toekomst voor zich? "Deze grote herdenking maak ik nog mee, daarna zit de langste tijd er voor mij wel op”, denkt André hardop. "Ik kan me niet altijd meer vinden in de nieuwe regelgeving en de ideeën die er liggen. Hierdoor kan ik mijn werk straks minder goed doen. En als ik er niet achter sta, wil ik er ook niet midden in de nacht wakker van liggen. Maar natuurlijk blijf ik me inzetten voor een mooie herdenking in 2025. Daarnaast komt mijn vrouw uit Canada en mijn dochter wil de opleiding tot dierenarts ook graag daar doen. Wie weet emigreren we dus wel over een paar jaar.”
“Ik hoop dat ik hier tot mijn pensioen mijn tijd ‘vol kan maken’”, vult Jan aan. “Daarbij wil ik het plezier erin natuurlijk niet verliezen. Maar daar ben ik niet zo bang voor! Ik ga iedere dag nog erg graag naar mijn werk toe."
De Commonwealth War Graves Commission
De CWGC is opgericht in 1917. Zij herdenken alle gesneuvelde strijdkrachten van het Gemenebest. In totaal doen zij dit in meer dan 150 landen voor ruim 1,7 miljoen graven. De CWGC verzorgt in Nederland ruim 16.000 graven. Zestien hoveniers, waaronder Jan en André, zijn in dienst van CWGC en verrichten het onderhoud.
Ilse Kolkman, geboren en getogen in Holten, verhuisde in 2015 voor haar studie Pedagogische Wetenschappen naar Groningen. Daar kwam ze in aanraking met de roeisport. Nu, negen jaar later, is ze fulltime topsporter. Ze heeft al heel wat internationale wedstrijden en medailles op haar naam staan met het nationale roeiteam. In een leuk gesprek vertelt Ilse over haar droomleven met heel mooie momenten, maar ook met tegenslagen.
Toen Ilse verhuisde naar Groningen had ze naar eigen zeggen nog nooit gehoord van de roeisport. Maar sportief was ze zeker al. Zo deed ze in Holten aan volleybal en was ze fanatiek triatleet met regelmatig een deelname aan de Triathlon Holten. “Toen ik wist dat ik naar Groningen ging verhuizen, ben ik gaan kijken naar verschillende sporten daar. Vanzelfsprekend schreef ik me in bij de triatlonvereniging en de volleybal. Dat waren mijn sporten en ik vond het erg leuk om te doen”, begint Ilse. Maar tijdens de introductieweek van haar studie kwam ze in aanraking met de roeisport. “Mijn ‘kei papa’, een ouderejaarsstudent die leider was van onze groep, ging in het bestuur van de roeivereniging. Hij zei: 'Je moet een kijkje nemen bij de roeivereniging, dat lijkt me echt iets voor jou.’ Ik wist op dat moment niet eens wat het was en kende ook niemand die het deed.”
Wie niet waagt…
Ilse besloot om toch naar de kennismakingsavond van roeivereniging Aegir te gaan. Achteraf een keuze die haar leven op een positieve manier heeft veranderd. “Het was een heel gezellige avond, waar ik leuke mensen heb ontmoet. Na een aantal drankjes besloot ik me in te schrijven als lid. De volgende dag had ik al een mail dat ik was ingeloot.
Ik ben nog wel naar de volleybal en triatlonvereniging geweest, maar de roeivereniging was toch echt het leukst.”
“Op mijn achttiende maakte ik de eerste ‘halen’ in Groningen. Ik kwam meteen in een ploeg terecht met leuke meiden. We zaten met acht in één boot en roeiden tegen andere verenigingen. In het derde jaar van mijn studie, in 2018, werd ik gescout voor de nationale selectie onder 23 jaar.
Na de scouting volgde een selectieronde. Die heb ik gehaald en zo maakte ik deel uit van het nationale team onder 23 jaar.
Dat betekende veel heen en weer reizen en trainen in Amsterdam. Op het WKu23 2018 in Polen, onder aanmoediging van veel support, ook vanuit Holten, wonnen we zilver. Vanaf dat moment droomde ik wel over een verdere carrière in de roeisport.”
Belletje op het juiste moment
of ik mee wilde op trainingskamp. Ik had net die vrijdag ervoor mijn laatste stagedag gehad en de master afgerond. Daar heb ik veel geluk mee gehad. Veel roeiers studeren nog en dat is lastig te combineren. Na mijn studie ben ik naar Amsterdam verhuisd. Daar is de trainingsbasis voor de Nederlandse roeiers. Daarnaast zijn we veel in het buitenland voor wedstrijden en trainingskampen. Ik heb twee studies afgerond en ben een echt mensenmens. Ik wil het roeien dan ook graag combineren met een baan. Maar dat lukt op dit moment nog niet als topsporter.”
Op mijn achttiende maakte ik de eerste ‘halen’ in Groningen
Het jaar erop werd Ilse weer geselecteerd voor het onder 23 team en kwam zo ook in beeld bij het nationale team. “Ik heb toen twee jaar meegedaan met de selectie voor het seniorenteam. Maar beide keren haalde ik het net niet. Ondanks de teleurstelling gaf het mij wel de ruimte om te beginnen met de masteropleiding Ontwikkelingspsychologie.”
Tot ze in 2021 toch een belletje kreeg van de bondscoach. “Ze zochten nog iemand bij het team en hij vroeg me mee op trainingskamp. Vanaf dat moment ben ik aangesloten bij het nationale team. Sindsdien heb ik ook een officiële topsportstatus bij het NOC*NSF.”
Maar hoe zit het dan eigenlijk met die studies waarvoor ze naar Groningen ging? “De bondscoach belde op maandag
Werkweek van zes dagen
Ieder jaar behoren er zestien vrouwen tot het nationale team van de roeibond. Ilse is daar sinds 2021 onderdeel van. En dus staat haar leven vooral in het teken van veel trainen. “We trainen gemiddeld twee á drie keer per dag van maandag tot en met zaterdag. In het roeien heb je natuurlijk verschillende categorieën. Zo kan je alleen, met twee, met vier of met acht personen in de boot zitten. De laatste tijd zit ik voornamelijk in een vier.”
“In de ochtend trainen we vaak op de Amstel en zitten we alleen in een boot. Dit is echt een duurtraining, soms wel 2,5 uur waarbij je veertien kilometer heen en terug roeit. In de middag zijn we vaak te vinden op de Bosbaan in Amsterdam; een twee kilometer lange roeibaan, waarbij we alleen maar heen en weer gaan. De wedstrijden zijn namelijk ook vaak deze afstand. De derde training is een krachttraining, waarbij we ook weleens mogen fietsen.”
WERK OF STAGEPLEK? Orange Climate Holten
WERK OF STAGEPLEK?
Bij Orange Climate bieden we op maat gemaakte klimaatbeheersingsoplossingen. In Holten werken we aan nieuwe ideeën. Scholieren zijn welkom om ons bedrijf te bezoeken, stage te lopen of een leerplek te vinden. We waarderen nieuwe ideeën en frisse perspectieven. Als je interesse hebt in techniek, duurzaamheid en een dynamische werkomgeving, ben je bij ons aan het juiste adres.
Kom langs en ervaar wat het betekent om bij ons team te horen. We kijken uit naar je komst en willen je de kans geven om je talenten te ontwikkelen!
Orange Climate Holten
Ondernemersweg 2 7451 PK Holten (NL)
Fotografie: Merijn Soeters
Holten wordt dan zeker wel gemist door Ilse: “Hier moeten we vaak stoppen voor de stoplichten en de Holterberg is natuurlijk wel echt een parel. Als het even kan, fiets ik op zaterdagmiddag in Holten.”
De prijzenkast is inmiddels aardig gevuld. Zo won Ilse met het nationale team op het Europees Kampioenschap twee keer zilver en één keer brons, verschillende gouden en bronzen medailles op de wereldbekerwedstrijden en in 2022 zilver op het wereldkampioenschap met de dubbelvier. Dat smaakte naar meer. “Het ging allemaal heel goed. Langzaamaan ga je dan wel dromen van de Olympische Spelen en misschien zelfs wel een medaille. Maar het jaar nadat we zilver wonnen op het WK was het weer tijd voor de jaarlijkse selectieronde. Ik werd heel onverwacht uitgeselecteerd en was ineens reserve. Ik behoor nog wel tot het team, maar start met de wedstrijden niet. Dit zag ik totaal niet aankomen en ik had ook wel even tijd nodig om dat te verwerken", vertelt Ilse. Ze besloot niet op te geven en bleef hard werken en trainen met een andere reserve. “Het klikte supergoed tussen ons en we hebben er het beste van gemaakt. We zijn hard gegroeid en hebben vooral veel lol gehad. Daarnaast probeerde ik er zo goed mogelijk te zijn voor het team en een plek in de boot te bemachtigen voor de Olympische Spelen dit jaar.” Maar aan die droom kwam tijdens de selectieronde in januari voorlopig een einde. “Ik bleef reserve. Maar dit keer was het minder onverwacht. De harde klap heb ik vorig jaar gehad. Voor mijn gevoel kan ik nu alleen nog maar winnen en er het beste van maken.”
Brons op het
En het beste er van maken, dat doet ze zeker. Zo stapte ze samen met een andere reserve en twee meiden in een boot. “Omdat het team dat naar de Spelen gaat op trainingskamp was, mochten wij in april met zijn vieren deelnemen aan het EK in Hongarije. Het was echt heel leuk en we pakten gewoon een bronzen medaille. Dat was echt supervet. Vooral omdat het voor twee meiden de eerste internationale medaille was.”
Toch spat de Olympische droom niet helemaal uiteen.
Voor mijn gevoel kan ik nu alleen nog maar winnen en er het beste van maken
“Ik heb te horen gekregen dat ik als reserve mee ga naar de Olympische Spelen in Parijs deze zomer. De bondscoach heeft duidelijk gemaakt dat ik niet zal starten, tenzij iemand een blessure krijgt. Maar die kans acht ik klein. Alsnog is het wel supervet om alles rondom de Spelen mee te maken. Ik doe daar ook alles hetzelfde als de rest van het team, alleen start ik niet tijdens de wedstrijden.”
Droomleven
“Ik had nooit durven dromen van wat ik nu allemaal al gepresteerd heb. Ik leef echt mijn droomleven. Veel mensen vragen wel eens ‘is het niet zwaar om zo vaak te trainen?’ Ik vind het echt het leukste wat er is. Als de wekker gaat, ga ik het liefst meteen sporten. Natuurlijk is topsport ook hard en moet je omgaan met teleurstellingen. Ik train iedere dag en maak er het beste van. Ik kijk ernaar uit om deze zomer mee te gaan naar Parijs als reserve.” Op de vraag wat ze nog graag wil bereiken, is ze heel duidelijk. “Een Olympische medaille en wereldkampioen worden. Ik blijf altijd keihard werken en hopen dat ik volgend jaar weer bij het team zit”, sluit ze enthousiast af.
Dat Diana Kamphuis-Svilpaite tandarts ging worden, stond wel op de planning. Maar dat ze een eigen praktijk zou beginnen in het Sallandse dorp Holten had ze van tevoren nooit gedacht. Een bezoek aan Straatsburg (Frankrijk) veranderde het leven van de toen nog 27-jarige vrouw uit Litouwen. Ze werd verliefd op een Nederlandse man en samen kregen ze twee kinderen.
- Door Kim Meijerhof en Marieke Pross | Fotografie Jennita StegemanDankbaar vertelt ze over haar praktijk, de verhuizing naar Nederland, cultuurverschillen en de goede band die ze heeft met haar patiënten.
Brieven schrijven
“In eerste instantie was ik apotheker. Maar mijn moeder was arts en dat vond ik toch wel erg interessant. Toen heb ik besloten om Tandheelkunde te gaan studeren”, begint Diana. De studie volgde ze in Kaunas, een grote stad in het midden van Litouwen. Binnen vier jaar rondde ze de opleiding succesvol af. Niets leek haar carrière als tandarts in Litouwen in de weg te staan… Niet wetende dat ze niet veel later op een jeugdcongres in het Franse Straatsburg de liefde van haar leven zou tegenkomen, een Nederlander notabene.
Eenmaal thuis, ruim 1500 kilometer bij elkaar vandaan, hielden de twee contact. Alle moderne technologieën van tegenwoordig waren er destijds nog niet. “We schreven dus veel brieven naar elkaar. Die heb ik overigens allemaal nog bewaard”, lacht ze. “Ondertussen hebben we elkaar nog een aantal keer ontmoet. Na anderhalf jaar werd het tijd om de knoop door te hakken en besloten we samen verder te gaan. Er was even een twijfel over welk land dat zou worden. Uiteindelijk werd het toch Nederland. We wonen nog steeds in Deventer, de plaats waar mijn man is geboren en getogen.”
De weg naar een eigen praktijk
Diana was in Litouwen afgestudeerd als tandarts, dus met dit diploma op zak zou ze in Nederland zo aan de slag kunnen. Maar dat bleek niet zo eenvoudig te zijn. “Litouwen was destijds nog geen lid van de Europese Unie, dus moest ik mijn studie opnieuw doen. Ik ben eerst begonnen met het leren van de taal. Hiervoor moest ik vier examens doen. Die heb ik allemaal met succes volbracht en toen kon ik (weer) beginnen aan mijn studie Tandheelkunde”, vertelt ze. “Dit keer in Nijmegen. De eerste twee jaar heb ik in één jaar gedaan. Binnen vier jaar heb ik de opleiding afgerond.
Dat is nu precies twintig jaar geleden. Ik ben begonnen met werken als tandarts in Zwolle en Raalte. Via deze weg kwam in 2006 de kans om deze mooie praktijk in Holten over te nemen. Die heb ik met beide handen aangepakt.”
De praatstoel
Inmiddels is Tandarts Kamphuis al bijna twintig jaar een begrip in Holten. Een lange tijd waarin ze hechte banden heeft opgebouwd met haar medewerkers en patiënten. “De mensen hier in Holten zijn zo krachtig; iedereen is behulpzaam en kijkt om naar elkaar. Daar leer ik ook van. Ik probeer altijd een klik met mijn patiënten te krijgen, zo kun je iets met elkaar opbouwen. In al die jaren groeien de mensen ook.” Ondertussen zegt een collega met veel enthousiasme gedag. Diana straalt en vertelt verder: “We hebben bovendien ook een heel mooi team, waar ik ontzettend blij mee ben. We zijn als familie van elkaar. Ik heb vier hele goede collega’s aan mijn zijde.”
Haar wachtruimte is geen witte strakke ruimte; vrolijk gekleurde stoelen, mooie lampen en een gezellige tafel sieren de entree. Die huiselijke sfeer vindt Diana belangrijk. “Ik voel me meer dan alleen een tandarts voor mijn patiënten. De tandartsstoel noem ik eigenlijk ook altijd de praatstoel. Dat zegt veel over het contact dat ik met de mensen heb. We delen veel. Je bent een vertrouwenspersoon, soms weet ik dingen die nog niet aan iemand anders zijn verteld.” Ze staat op en pakt een boek uit de leesmand: de jongen, de mol, de vos en het paard. “Ken je het? Het is een heel wijs boek; er staan mooie spreuken in. Zoals: ‘Is het glas halfvol of halfleeg? Wees dankbaar dat er een glas is.’” Het is typerend voor haar optimisme dat tijdens ons gesprek overheerst. “Ik ben zo dankbaar voor mijn collega’s en de mensen om me heen. Iedereen is mooi en heeft rijkdom in zich”, vertelt Diana.
Tradities in stand houden
Ook al woont ze met haar gezin al lange tijd in Nederland, sommige Litouwse tradities worden in ere gehouden. “6 juli is in Litouwen een nationale feestdag: de dag van de Litouwse staat. Die dag vieren we de vrijheid. We gaan dan met ons gezin altijd ergens bootje varen. In de avond om 21.00 uur zingt iedere Litouwer over de hele wereld het volkslied, als dank voor het leven. Wij zingen dat dan op het bootje.” Maar ook kerstavond vieren ze in Litouwen anders dan wij hier gewend zijn. “Met kerstavond komt altijd het hele gezin bij elkaar. We doen spelletjes en eten samen een twaalfgangendiner met Litouwse specialiteiten. We zetten ook een bordje neer voor diegene die dat jaar is overleden.
En verder kijken we met elkaar terug, maar blikken we ook vooruit naar de toekomst.” Ook de Nederlandse tradities gaan niet aan haar voorbij. “Ik doe aan alles mee, zoals bijvoorbeeld Koningsdag. Ook de paasvuren vind ik erg leuk. Daar gaan mijn man en ik ieder jaar naar toe.”
En dan is er nog haar eigen bijzondere ‘traditie’ met Allerzielen: “Ik schrijf blogs en op deze dag schrijf ik over mijn patiënten die zijn overleden. De herinneringen die ik aan die persoon heb.”
Elke dag genieten
Inmiddels woont Diana bijna langer hier dan in haar geboorteland. En ze voelt zich hier thuis. Al is er één ding aan de Nederlandse cultuur wat ze niet altijd begrijpt. “Dat je niet zomaar bij mensen langs kunt gaan. Er wordt altijd een afspraak gemaakt.” Opgewekt vervolgt ze: “Maar ach, zo heeft elk land wel iets eigens.”
Over de vraag of ze voorlopig nog doorgaat als tandarts, heeft ze geen twijfels. “Zolang het kan, ga ik hier zeker verder met de praktijk. Ik geniet nog elke dag van mijn werk en de mensen om mij heen. Daar blijf ik dankbaar voor.”
Dolf en Jet Moed waren jarenlang een graag gezien stel in Holten. Vrijwel iedere Holtenaar heeft weleens een voorstelling gezien van theaterman Dolf. En Jet werkte meerdere jaren als lerares op de Haarschool, de Bosschool en OBS Dijkerhoek. Hoe kwamen zij destijds in Holten terecht en wat heeft Holten hen gebracht? En hoe is het hen vergaan na hun vertrek?
- Door Stef Meilink | Fotografie Jennita Stegeman
Tijdens een gezellig gesprek in de huiskamer van hun nieuwe woonplek in Deventer krijgen we antwoord op deze vragen en meer!
Komst naar Holten
“Ik ben opgegroeid in Zwanenburg, vlakbij Amsterdam. In Haarlem ging ik naar de middelbare school, voordat ik voor mijn opleiding aan de Pedagogische Academie verhuisde naar Nijmegen. In een omgebouwd klooster in Bemmel, dat diende als studentenhuis, heb ik Dolf leren kennen”, begint Jet enthousiast. Dolf vult aan: “Ik daarentegen ben een Achterhoeker, oorspronkelijk kom ik uit Doetinchem. Ik studeerde net als Jet in Nijmegen. School was niet mijn sterkste punt, tot ik op de Lerarenopleiding Tekenen en Handvaardigheid belandde. Opeens zat ik precies op de goede plek!”
Op een gegeven moment kreeg Dolf werk in Nijverdal. “Omdat hij werk en privé graag gescheiden wilde houden, besloten we om naar de omliggende dorpen te kijken. Toen viel Holten ons meteen op”, vertelt Jet. “Vooral de mooie omgeving sprak ons aan. Gelukkig vonden we al snel een mooi huis op het Mossinkserf. Dolf kon zo op de fiets over de Holterberg naar zijn werk op een school in Nijverdal. Ikzelf ben wel in Holten als
lerares aan de slag gegaan. Op de Haarschool, en later nog in Dijkerhoek en Espelo. Ik heb dit acht jaar lang met veel plezier gedaan!”
Vuurdoop op de Enterse Dagen
“Ik heb zeventien jaar lang op een erg fijne school in Nijverdal gewerkt, maar ik wist dat ik niet mijn hele leven hetzelfde wilde doen. Ik wilde graag meer creëren, maar wat? Daar ben ik lang naar op zoek geweest. Op een gegeven moment was ik in Duitsland, waar ik een kleine cello zag staan. Ik dacht bij mezelf: ‘Goh, dat zou leuk zijn om aan mensen te laten horen’. Ik heb een poppetje uit lindenhout gesneden en die vervolgens achter die cello gezet in een klein theatertje dat ik op mijn transportfiets had gemaakt. Toen ben ik de dorpjes afgefietst. De vuurdoop was op de Enterse Dagen: binnen no-time zaten er 25 kinderen om mijn fiets heen!”, vertelt Dolf enthousiast. Na deze succesvolle start waagde Dolf in 2000 de sprong: hij werd fulltime theaterman. “Het ging lange tijd enorm goed! Ik maakte ieder jaar een nieuwe voorstelling waar ik het land mee doorreisde.”
De Theaterfiets bracht hem een waardevolle vriendschap: “In de Schoutenstraat leerde ik Henk Schutrups kennen. In de beginperiode had ik extra handjes nodig.
Ik vroeg hem of hij het leuk zou vinden om mee te gaan en daar had hij wel oren naar. Het groeide uit tot een heel mooie vriendschap, samen reisden we het hele land af. Theater kan best een eenzaam beroep zijn, dus ik was erg blij met zijn gezelschap. Hij adviseerde mij en ik kon hem alles vragen. Gedurende onze hele periode in Holten heeft hij mij bijgestaan, ondanks zijn gezondheidsproblemen. Inmiddels is Henk helaas overleden, maar ik kijk met een enorm warm gevoel terug op die tijd.”
Van Holten tot Brunei, Syrië en Jakarta
Na een aantal jaren kreeg Dolf een unieke kans: voorstellingen doen op internationale scholen. “Een prachtige tijd”, zegt hij stralend. “Dat balletje is gaan rollen, doordat Shell in Brunei op zoek was naar een theatermaker. Ze vroegen in eerste instantie Bassie en Adriaan, maar zij konden niet. Een contact van mij uit Holten, die bij Shell werkte, zei toen: ‘Oh, maar bij ons in het dorp ken ik er ook nog wel één’. En zo geschiedde. In die periode gingen wij ieder jaar samen met onze dochters wel een keer op reis, naar bijvoorbeeld Syrië, Thailand en Oman. Prachtige landen!”
En niet alleen internationaal, maar ook in Holten gingen de zaken goed. Het gezin verhuisde naar de Pannenbakkersstraat. Jet: “We kochten een oud garagebedrijf, wat we toen hebben omgebouwd tot theater. Het was een ontzettend mooie plek en we hadden ook een functie in Holten, wat we erg leuk vonden.”
Was het dan allemaal rozengeur en maneschijn? “Dat niet”, lacht Dolf. “We hebben ook zware jaren gehad, in de crisis en later weer in de coronatijd. Jet komt uit een ondernemersgezin, dus zij was dit enigszins gewend. De ene keer draai je nou eenmaal
meer omzet dan de andere keer. Gelukkig werkte zij in die tijd in het onderwijs wel op stabiele basis. In die jaren leefden Dolf en Jet wat soberder. “Het leek een beetje op onze studententijd”, lacht Jet. “Samen nadenken: wat heb je echt nodig? Dan blijkt dat je eigenlijk met veel minder kan doen. Van die tijd hebben we veel geleerd, ondanks frustraties en zorgen maakt het je uiteindelijk wel sterker!”
Een nieuwe start in Hengelo
“Wij hadden het enorm naar ons zin in Holten. Er was eigenlijk geen reden voor ons om weg te gaan. Toch werden we op een gegeven moment benaderd door de gemeente. Zij wilden graag de Kol bebouwen met woningen en boden aan ons uit te kopen”, legt Dolf uit. “Het lukte de gemeente Rijssen-Holten niet om ons een goed alternatief te bieden, waarmee we ons bedrijf zouden kunnen voortzetten in Holten. Vandaar dat we uiteindelijk de knoop hebben doorgehakt en naar Hengelo zijn verhuisd, waar we een mooie betaalbare woning vonden met een grote hal erachter. Ik kon de vrachtwagen er zo inzetten, ideaal! In Hengelo hebben we met veel plezier veertien jaar lang gewoond. Jet deed mee aan strongmanruns en trails, ik ging tennissen op het baantje aan het einde van de straat. In die tijd hebben we ook hard gewerkt: soms deed ik drie voorstellingen op één dag. Van België tot Texel en van Zeeland tot Lauwersoog. Kilometers vreten dus, maar dat hoort bij het vak.”
‘Thuiskomen’ bij Kapper Drent
Wat missen Dolf en Jet het meest aan Holten? Jet: “We komen nog weleens in Holten! Zelf mis ik vooral de mooie natuur. Vanuit de Pannenbakkersstraat liepen we zo met de hond
via het Beukenlaantje de Holterberg op. Ik vind het mooi dat onze dochters in deze omgeving zijn opgegroeid, dichtbij de natuur. In mijn vrije tijd vind ik het leuk om hard te lopen. In Holten heb ik ook een aantal keer meegedaan aan de triatlon. De triatlontraining van tevoren met een groepje was altijd erg gezellig, hier heb ik fijne vriendschappen aan overgehouden. Verder spreken we nog af met vrienden uit Holten. Ik heb zelf het idee dat deze vriendschappen juist nog hechter zijn geworden. Je hebt altijd iets te vertellen over je huidige woonplek en de gesprekken worden diepgaander.”
Dolf: “Als ik door Holten rijd, zie ik veel mensen die mij een warm gevoel geven. Van een oude buurman tot een andere bekende. We hebben hier ontzettend veel mensen leren kennen. Ik ga nog steeds naar Drent Kappers. Wander Drent heeft zelf ook krullen, dus hij weet precies hoe hij mijn krullen moet knippen. Ook houdt Wander mij op de hoogte van dingen die er gaande zijn in Holten. Doordat ik destijds - samen met een groep Holtenaren - meerdere verenigingen bij de voorstellingen ‘David’ en ‘Daniël’ betrok, leerde ik veel mensen in de Holtense gemeenschap kennen. Dat gevoel van herkenning heb ik nog steeds; het voelt nog altijd een beetje als thuiskomen.”
Toekomstplannen?
woonwijk te wonen, vlakbij de stad én bij de IJssel. Voor de voorstellingen, maar vooral voor onze dochters en hun gezinnen is het fijn dat we weer wat centraler in Nederland wonen!”
“Wij vinden dit de leukste stad van het oosten”, vertelt Jet enthousiast. “We dachten: ‘Laten we de stap maken nu we allebei nog werken en er reuring is, in plaats van na ons pensioen’. Het hoort ook een beetje bij ons leven: de bakens verzetten, het op een andere manier inrichten en kijken wat dat oplevert. Ik werk nog steeds vrijwel fulltime in het onderwijs. Ik ben nu 64 jaar en ik zie wel hoe lang ik doorwerk. Ik vind mijn werk fijn! Al merk ik wel dat ik tegenwoordig bijna overal de oudste ben, zowel bij de atletiek als op school”, lacht ze.
Dolf vult aan: “Ik ben nu 67 jaar en zou in principe binnenkort kunnen stoppen. Maar daar moet ik nog niet aan denken! Deze manier van leven vind ik buitengewoon leuk én het houdt mij jong en vitaal. Daarnaast is er genoeg tijd voor leuke dingen. Zeilen vinden we erg leuk. We hebben jarenlang aan wedstrijden meegedaan en weleens de Sneekweek-zeilwedstrijd gewonnen. De laatste jaren gaan we graag op wintersport.”
Onlangs verhuisden Jet en Dolf naar Deventer. Dolf: “We hebben een mooie jaren ‘30 woning gevonden in een prachtige straat, eigenlijk net als het huis waarin ik in Doetinchem ben opgegroeid. Het is leuk om weer in een gewone
Verder bezitten Dolf en Jet een camper waarmee ze vaak 'de hort op' gaan. Dolf: “In de middag speel ik dan een voorstelling ergens en ‘s avonds zijn we op vakantie. Deze ‘way of life’ bevalt ons enorm goed. En onze nieuwe woonplek in Deventer geeft ons ook weer inspiratie. We gaan dus lekker op deze voet verder!”
Een winkel vol met mooie, tweedehands spullen. Dan kun je maar op één plek zijn: de kringloopwinkel van de Holtense Muziekvereniging. Vrijwilligers Litie van Wieringen, Annie Kolkman en Rien Wittenberg vertellen enthousiast over het ontstaan van de winkel, de goede sfeer en vooral de gezelligheid van het werken bij de kringloopwinkel.
- Door Kim Meijerhof | Fotografie Jennita StegemanDe kringloopwinkel is al jarenlang een begrip in Holten. Sinds april van dit jaar is deze gevestigd op een nieuwe locatie aan de Keizersweg 72. Aan een tafel vol met net binnengekomen spullen beginnen de vrijwilligers hun verhaal.
Ontstaan vanuit de supporters
De winkel is in de jaren '80 ontstaan als onderdeel van de H.M.V. Annie vertelt: "In eerste instantie is de kringloop in het leven geroepen om wat extra geld te generen voor het orkest en drumband van de H.M.V. De inkomsten werden gebruikt voor onder andere de aanschaf van uniformen, bladmuziek en instrumenten. De supportersvereniging was destijds verantwoordelijk voor de winkel. Dit was het begin van een hectische periode, waarin de kringloopwinkel in dertig jaar maar liefst zes á zeven keer moest verhuizen.”
De ‘supporters’, leden van de vereniging, gingen elke vrijdagavond en zaterdagochtend op pad om nieuwe spullen te halen. Voor de mannen voelde het iedere week als een gezellig uitje. Het was echt een hechte vriendenclub. Ja, ‘vrienden’. Want tot aan 2012 telden de supporters maar twee vrouwelijke leden, iets wat nu moeilijk voor te stellen is. “De vrouwen kwamen pas in zicht bij het jaarlijkse busreisje of wanneer de jaarlijkse ‘boeldag’ behoefte had aan helpende handjes”, legt Litie uit.
Grote veranderingen
2012 was het jaar van de grote veranderingen voor de kringloop. Zo stapte eerst het bestuur van de supportersvereniging op. Annie: “Mijn eerste reactie was: ‘wat moeten we nu?’
Toen is er besloten om gezamenlijk met één bestuur door te gaan onder de vlag van H.M.V., samen met het orkest en de drumband.” Later dat jaar kwam er wegens sloop van het winkeltje aan de Kalfstermansweide, ook wel ‘het huisje van Koopman’, een einde aan de zóveelste kringloopwinkellocatie. De winkel verhuisde naar een schuur aan de Keizersweg en de welbekende loods aan de Jeurlinksweg werd ook een verkoopplaats. “Die hebben we tot op heden behouden als opslagplaats en extra winkel.”
En nu, ruim twaalf jaar later, is er een nieuwe locatie gevonden voor de winkel. Op 6 april opende de kringloop namelijk haar huidige locatie aan de Keizersweg 72. De verhuizing naar het nieuwe pand stond, naast hard werken, vooral in het teken van gezelligheid. “Toen we verhuisden naar de huidige locatie was er in de binnenruimte helemaal niets aanwezig”, vertelt Annie. “Al het technische en timmerwerk hebben de mannen zelf gedaan: van het aanleggen van elektra, tot een toilet met waterpunt en noem het maar op. Alles ging dan ook supersnel.” De dames waren ook benieuwd naar de vordering en kwamen zo nu en dan een kijkje nemen. “‘Doar komt ze ok weer an’, was dan het commentaar van de heren. Mooi om te zien dat iedereen zo betrokken was bij de verhuizing”, vertelt Litie.
Eerbetoon aan de supporters
De nieuwe winkel moest natuurlijk groots worden geopend. Het was een feest waarbij vooral ‘de supporters’, de oprichters van de winkel, in het zonnetje werden gezet. Rien: “Want zonder hen was er geen kringloop geweest.” Hij gaat verder: “Boven de ingang van de loods hing al tientallen jaren een houten plank
met de woorden ‘Wat ’n Wille’. Die tekst stond voor het plezier met elkaar en waarmee de winkel al tientallen jaren gerund werd. Het leek ons mooi om die plank de komende jaren veilig te stellen. De plank werd gerestaureerd en kreeg een plek boven de kassa van de nieuwe winkel.” Annie vult aan: “De opening was zeer geslaagd. We genoten van de klanken van het orkest en de drumband, de aanwezigheid van zoveel oud-supporters en het prachtige voorjaarsweer. Onder het genot van een hapje, drankje en historisch beeldmateriaal werd de avond voortgezet.”
Welke spullen kan je dan allemaal halen (en brengen) bij de kringloop? “Echt van alles. Van meubilair tot glaswerk en van boeken, dvd’s, speelgoed, woonaccessoires, witgoed en elektronica, tot aan spullen waarvan we niet weten wat het is”, lacht Litie. Annie vult aan: “De spullen die we verkopen zijn van goede kwaliteit en zien er netjes uit. Daar tegenover
staat dat we niet zomaar alles aannemen. Daar selecteren we nauwkeurig op.”
Litie: “Het is mooi om te zien dat mensen soms tegen dingen aan lopen waar ze al jaren naar op zoek zijn. Zo kwam er een keer een gezin uit Zeeland, dat hier op vakantie was. Tijdens het rondlopen kwam de man bij me met een boek van Rien Poortvliet. Hij vroeg: ‘Is deze ook te koop?’ Ik gaf aan dat dat zo was. De man antwoordde: ‘U maakt mijn vakantie nog beter. Ik heb de hele serie, maar deze ontbrak. Ik kon hem nergens meer vinden’. Het is toch geweldig dat hij het boek bij ons in de winkel heeft gekocht.”
Soms komen er ook spullen binnen die heel wat mankracht vergen om opgehaald of gebracht te worden. “Zo kwam er ooit een groot, antiek, vrijstaand zitbad binnen”, vertelt Rien. “Zo één op vier ijzeren poten. Inclusief doucheslang en witte porseleinen kranen en douchekop, een topstuk.
Ons enthousiasme hield aan tot het moment waarop we het badmeubel moesten verplaatsen. Uiteindelijk hadden we zes personen en een speciale kar nodig om het bad bij de nieuwe eigenaar te brengen.” Hetzelfde was het geval met een loodzware, antieke piano. “Die moest worden verplaatst van een huis aan de voet van de Holterberg naar een locatie bovenaan de Motieweg. Met beperkte middelen, gemotoriseerd vervoer en brute mankracht is het gelukt de piano boven op de Holterberg te krijgen.”
Gezelligheid staat op één
De vrijwilligers van de kringloop houden zich met allerlei taken bezig: het brengen en halen van spullen, uitstallen, prijzen bepalen, schoonmaken van artikelen, accepteren en weigeren van spullen, in de winkel staan, de winkel netjes houden en noem het maar op. Zo heeft iedereen zijn of haar eigen rol. Naast het harde werken is vooral ‘gezelligheid’ een telkens terugkomend begrip.
Litie: “Het is zo ontzettend leuk om hier vrijwilliger te zijn. We doen het echt met elkaar en zijn een hechte club. Iedereen helpt elkaar als het nodig is en er is gewoon veel lol. Het contact met de klanten maakt het extra leuk.” Annie vult aan: “De jaarlijkse barbecue, kerstborrel en het kerstpakket moeten we natuurlijk niet vergeten, een kroon op het verzette werk voor alle vrijwilligers.”
De winkel is op vrijdag van 14:00 – 17:00 uur geopend en zaterdag van 11:00 – 15:00 uur. Lijkt het je leuk om kennis te maken? Kom dan gerust eens gezellig langs! We zijn ook altijd op zoek naar nieuwe vrijwilligers.
- Door Stef Meilink | Fotografie Jennita Stegeman
‘Even eten bij Musa’. Odessa is inmiddels een waar begrip in Holten. Al ruim twintig jaar komen Holtenaren bij Musa en zijn team langs voor een lekkere hap. Eerst ‘in de kelder’ en sinds 2014 op een prachtige locatie op Smidsbelt. Maar dit succes kwam niet zomaar aanwaaien.
Musa vluchtte als jongvolwassen man Turkije uit, kwam in Nederland terecht en bouwde een succesvolle horecazaak van de grond af aan op. Hij vertelt ons over de bijzondere manier waarop dit tot stand kwam.
Van Kafro tot Rijssen “Ik ben geboren in Kafro, een klein dorp in Oost-Turkije”, begint Musa. “Mijn ouders, broertje, zusje en ik woonden op het platteland en hielden schapen en koeien. We hadden het goed. Wij waren onderdeel van een kleine Syrisch-orthodoxe gemeenschap en in die tijd waren er veel spanningen in Turkije. Uiteindelijk moesten we vanwege onze geloofsovertuiging in 1987 vluchten. Ik was toen 22 jaar. We zijn met het vliegtuig naar Berlijn gegaan, waarna we drie dagen in een kamp verbleven. Familieleden van ons waren al eerder naar Nederland vertrokken, zij haalden ons op met de auto.”
Ik ben geboren in Kafro, een klein dorp in Oost-Turkije
voor kost en inwoning. Na drie jaar wilde die man het restaurant opdoeken. ‘Nou ja, ik wil het wel overnemen dan!’, zei ik tegen hem. Het enige probleem: ik had op dat moment nog helemaal geen geld. Hij heeft mij toen de zaak overgedragen voor 5.000 gulden, die ik maandelijks heb afbetaald. Na drie jaar verkocht ik de zaak voor 30.000 gulden”, vertelt Musa trots. Met dat geld kocht hij samen met zijn neef een zaak in Goor. “Daar hebben we zeven jaar met veel plezier gewerkt. Op een gegeven moment ben ik daar gestopt en is mijn neef verder gegaan. Voor mij was het tijd voor wat anders."
Die familieleden zaten in Rijssen, en zo kwam het gezin van Musa daar ook terecht. “We vroegen direct asiel aan. Een maand later kregen we antwoord: we mochten niet in Nederland blijven. Ze waren destijds erg streng. We hebben toen drie maanden in een kerk aan de Boomkamp in Rijssen gewoond. Destijds kwam de politie niet in de kerk, dus daar was het voor ons veilig. Veel ambtenaren van de gemeente Rijssen waren lid van die kerk, en hadden begrip voor onze situatie. Wij mochten bijvoorbeeld ‘s nachts bij hen thuis douchen. Zij hebben ons geholpen en belden zelfs naar het ministerie in Den Haag. Uiteindelijk mochten we toch in Nederland blijven.”
De eerste stappen
“Ik wilde hier natuurlijk graag werken en geld verdienen. Via via kwam ik in Almelo terecht bij een restaurant dat werd gerund door een Armeen. Ik ben hier nooit naar school gegaan, dus ik kon ook geen Nederlands. Ik heb alles in de horeca geleerd. De eerste drie jaar heb ik eigenlijk voor niks gewerkt; ik werkte
En zo geschiedde. Musa begon een nieuw restaurant in Holten: Odessa. “In 1999 zijn we in de kelder begonnen. Eerst zat daar een café, daarna zat er een Egyptenaar op die alleen ‘s nachts open was. Nachtwerk houd je niet zolang vol”, lacht hij. “En dus begon ik daar met het verkopen en bezorgen van eten in de middag. We hebben de inrichting van de kelder toen helemaal veranderd en van niets iets gemaakt.”
Een biertje bij Ab
Het was niet altijd makkelijk. Zeker niet in de beginjaren. “Holtenaren waren toen ook al echte dorpelingen; niet de meest gemakkelijke mensen. Vaak was er ruzie. Zo gingen er iedere carnaval bij ons wel wat ramen kapot. Maar we hebben gewoon volgehouden. Je kunt niet zomaar weglopen”, legt Musa uit. “Op een gegeven moment leren de mensen je kennen en weten ze uit welk hout je bent gesneden. De laatste jaren, toen ik me voor mijn gevoel had bewezen, ging het een stuk makkelijker.”
“Als je te snel opgeeft, zul je je nooit ergens thuis voelen. In het begin vond ik er niets aan, maar nu vind ik het zo leuk dat ik niet meer uit Holten weg wil. Het voelt voor mij echt als mijn thuis. Door de jaren heen heb ik hier veel contacten opgebouwd. Daardoor werd het ook gezelliger. En dat zocht ik zelf ook op;
vroeger kwam ik regelmatig bij Ab (Boer Biet) voor mijn rust even een biertje drinken. De ouderen daar keken me in het begin wat gek aan natuurlijk”, lacht hij. "Maar we werden al snel bekend met elkaar. De laatste jaren hebben we gelukkig geen trammelant meer gehad. Tegenwoordig heeft de jeugd meer respect. Als ze hier nu met carnaval lallend binnenkomen en ik vraag of het rustiger kan, wordt er gelijk geluisterd. Inmiddels voel ik me ook echt Holtenaar.”
Van ondergronds naar bovengronds
Odessa groeide in die jaren al uit tot een Holtens begrip. In 2014 zette Musa de volgende stap: hij verhuisde naar een toplocatie op Smidsbelt. “We namen wel weer een risico. Mijn vrouw zei: 'Zou je dat nou wel doen?' Onze vaste lasten werden een stuk hoger. Maar goed, ik wilde een zaak bovengronds met een terras, en dat kon hier", vertelt hij.
Wat maakt Odessa nou zo succesvol? “We waren van plan iets te bereiken. Natuurlijk hebben we ook geluk gehad, maar wij wilden het ook erg graag. Misschien had ik zonder die moeilijke omstandigheden in Turkije wel niet de drive gehad om het hier te maken. Verder staan wij zelf achter ons concept en doen we al jaren hetzelfde, met hetzelfde team en dezelfde processen. Dat zorgt voor herkenning en veel vaste gasten komen hierom terug. Veel personeelsleden werken hier al jarenlang. Je moet geven en nemen en elkaar vertrouwen. Iedereen komt om geld te verdienen, maar het plaatje eromheen moet ook compleet zijn. Anders komen ze niet!”
En waar is Musa het meest trots op? “De zaak is een heel mooie plek geworden. We hebben alles zelf gedaan, van de verbouwing tot de indeling. Dertig jaar lang heb ik hard gewerkt en ik ben trots op waar dat toe heeft geleid. Met vechtlust, karakter en zonder angst kun je bereiken wat je wilt.”
Toekomstplannen
In 2020 werd Benjamin, de jongste zoon van Musa, zijn zakelijke compagnon. “Het is de bedoeling dat hij Odessa uiteindelijk overneemt. Hij is ondernemend ingesteld en heeft een bijzonder karakter. Het zou me niets verbazen als hij in de toekomst meerdere horecazaken runt”, zegt Musa trots.
we zijn duidelijk naar elkaar geweest en nu gaat het goed. Hij heeft frisse ideeën.” Musa vervolgt: “Ook zou ik graag nog eens met mijn jongste dochters terugkeren naar Kafro. Zij zijn wel nieuwsgierig naar mijn geboortegrond in Turkije. Benjamin is al een keer mee geweest, tien dagen lang.
Hij heeft frisse ideeën
Hoe is het om samen te werken met je zoon? “In het begin is dat moeilijk. Zakelijk samenwerken is toch een ander verhaal. Maar
Dat vond ik toen heel bijzonder. Dus het zou mooi zijn om dat nog eens met mijn vrouw en dochters te doen in de toekomst.”
En verder? “Nou, als ik bij Odessa een stap terug heb gedaan, wil ik graag een klein café beginnen in de omgeving. Miljonair hoef ik er niet van te worden. Het gaat me puur om de gezelligheid en de contacten. Ik wil absoluut niet hele dagen thuis zitten”, lacht Musa. “Maar dat zien we dan wel weer. Wie weet op een bekende locatie hier in Holten…”
Met ruim 600 leden en maandelijks tal van activiteiten behoort de club tot één van de grootste verenigingen van Holten: MAC 'De Holterberg'. In hun eigen clubgebouw 't Stuurhuus vertellen voormalig voorzitter Jan Kampman, Herman Sluiter van de verbindingsdienst en Jan Kettelerij, penningmeester cateringcommissie, over de organisatie en de vele activiteiten die worden georganiseerd.
Vlak na de Tweede Wereldoorlog, in november 1945, kwamen er zeven enthousiaste motorfanaten samen bij Hotel Holterman. Daar werd na wat heen en weer gepraat Motorclub de Holterberg opgericht. In 1969 werd de naam gewijzigd naar Motor- en Autoclub 'De Holterberg'. “In deze ruim tachtig jaar is de MAC enorm gegroeid, met meerdere commissies”, begint Jan Kampman. Hij was twaalf jaar algemeen voorzitter van de MAC. “We hebben een driekoppig hoofdbestuur. Wij houden zicht op alle commissies. Iedere commissie heeft ook weer een eigen voorzitter en penningmeester.”
Trekkertrek, autocross en nog veel meer
Autocross, trekkertrek, Enduro, klassieke auto’s, brommers, en motoren, motocross en tourtochten; een greep uit de vele commissies van MAC 'De Holterberg'. Herman: “De Enduro is een heel spektakel in en rondom Holten. We hebben geluk dat we hierbij gebruik mogen maken van weilanden van boeren. In verschillende klassen staan deelnemers aan de start. Ze rijden drie rondes van zo’n zeventig kilometer met daarin drie proeven. De bekendste proef is op de Zuurberg.”
Tot 1997 werd er ieder jaar een trekkertrek georganiseerd in Holten. Jan Kampman: “Vijf jaar geleden kwam er een groep enthousiaste jongens bij ons met de vraag of we openstonden voor het organiseren van een nieuwe trekkertrek in Holten.
En dat zagen we wel zitten. Nu staat de vrijdag na Hemelvaart bij menig trekkerfanaat in de agenda omcirkeld. Inmiddels is de trekkertrek, naast de autocross en Enduro, één van de grootste commissies van onze vereniging. Prachtig om te zien dat dit zo leeft in onze omgeving.”
“Ook de autocross is al jaren een begrip in Holten en omstreken”, gaat Jan verder. “Er wordt hier met standaard auto’s gereden, zodat de drempel om mee te rijden laag is. De insteek is een gezellige dag en genieten van alle crossende auto’s. Sinds enkele jaren hebben we zelfs een contactklasse. Daarnaast organiseren we regelmatig toertochten met klassieke motoren, brommers en auto’s.”
Catering en verhuur
MAC 'De Holterberg' heeft een eigen cateringafdeling. Jan Kettelarij is hiervan de penningmeester. Hij maakt de rekeningen op, plaatst de bestellingen en houdt het interne verbruik bij. “We hebben ook een grote sociale functie bij evenementen in Holten; zo verzorgen wij de volledige catering bij het feest van de Triathlon Holten. We helpen met de opbouw van de bar, regelen het barpersoneel, de verkoop van munten en de uitgifte van dranken. Hierbij ontvangen we een bepaald percentage per muntje. Ook bij onze eigen evenementen regelen wij de volledige catering.”
Dan willen wij u ontzettend bedanken voor uw inzet!
Daarnaast heeft de MAC veel eigen materialen in beheer, zoals bouwhekken, jurywagens, wc-wagens en Dixi’s. “Deze kunnen particulieren en verenigingen bij ons huren”, vertelt Jan Kampman. “Zo staan onze materialen bijvoorbeeld op de Canadese Begraafplaats tijdens de dodenherdenking. Uit de verhuur van deze materialen halen we een gedeelte van onze inkomsten. Deze zijn hard nodig om onder andere ons clubgebouw te onderhouden.”
Verbindingen leggen
De verbindingsdienst onder leiding van Herman Sluiter is de laatst opgerichte commissie binnen de MAC. “Voorheen waren we aangesloten bij een andere organisatie, maar we zochten een nieuwe groep om bij aan te sluiten. We zijn hier met open armen ontvangen, dat was erg fijn.” Maar wat doet de verbindingscommissie zoal? “Wij plaatsen geluidssystemen bij alle evenementen van de MAC. Ook regelen we de portofoons en zorgen dat deze met elkaar in verbinding staan. Dit alles hebben we in eigen beheer en het onderhoud verzorgen we zelf met onze groep. Maar ook bij bijvoorbeeld de samengestelde paardenwedstrijden in Bathmen, de rolstoelvierdaagse in Delden, de Dutch Masters in Harfsen en onze eigen Holtense triatlon verzorgen wij meerdere dagen de verbindingen.”
Tachtig jaar MAC “De Holterberg”
In 2025 bestaat de vereniging tachtig jaar, reden voor een feest! “In november 2025 organiseren we een feestavond voor al onze leden bij De Poppe in Markelo. Het vorige jubileum in 2020 kon helaas niet doorgaan, dus des te meer reden om bij deze mijlpaal een gezellige avond te organiseren.
Daarnaast proberen we om ter ere van ons jubileum de wereldkampioenschapswedstrijden (Grand Prix) Zijspan naar Holten te halen”, vertelt Jan Kampman trots.
Klusdagen
Woensdagmiddag en donderdagavond zijn klusmomenten. “We plegen dan onderhoud aan ons gebouw, maar ook aan de materialen die we verhuren. De laatste grote klus die we hebben uitgevoerd, was de verbouwing van de kantine in coronatijd. Maar we doen meer dan klussen, het draait ook om de gezelligheid”, aldus Herman. En dat blijkt wel tijdens het afnemen van het interview op een woensdagmiddag. Meerdere mannen komen kletsend binnen, terwijl ze worden voorzien van een kopje koffie en wat lekkers. “Af en toe organiseren we ook leuke uitjes, bijvoorbeeld een rondrit door onze bossen”, vult Jan Kettelarij aan.
Vrijwilligers
Zo’n grote vereniging kan niet bestaan zonder de inzet van vrijwilligers. En daar zijn ze ook ontzettend dankbaar voor binnen de MAC. “We zijn absoluut geen omnivereniging”, benadrukt Jan Kampman. “Alles loopt door elkaar en dat willen we ook graag.” Alleen al met de Triathlon zijn ruim honderd vrijwilligers nodig voor de catering. Daarnaast staan de vrijwilligers ook paraat tijdens de eigen evenementen van de MAC. “Je hoeft geen connectie met de motor- of autosport te hebben om ons te helpen, iedereen is welkom. Onze evenementen sluiten we altijd af met een gezellige borrel en barbecue in ons eigen clubgebouw. Vrijwilligers zijn ontzettend belangrijk en hier moeten we ook zuinig op zijn”, sluiten de heren af.
In de vorige editie van Hallo Holten heb je het verhaal over het ontstaan van het magazine kunnen lezen. Wij maken het magazine elke keer weer met ontzettend veel plezier. Maar hoe komt Hallo Holten nou tot stand? We geven je graag een kijkje achter de schermen.
De productie van Hallo Holten kost de initiatiefnemers samen zo’n driehonderd (!) uur per magazine. Deze uren steken wij hier vrijwillig in. Maar waar worden die nou precies aan besteed?
Iedereen verzamelen
Het begint eigenlijk meteen na het verschijnen van het vorige magazine. Dan gaat de redactie al weer aan de slag met de volgende editie. Er worden continu ideeën uitgewisseld in de WhatsApp-groep. Vervolgens plannen we een vergadering in, waarin we alle ideeën op een rijtje zetten. Per rubriek
(Vertrokken, Succes, Muziek enzovoorts) kiezen wij dan de onderwerpen die ons het meeste aanspreken. Hierbij houden we ook rekening met de spreiding in het dorp. Het mooiste is als alle buurtschappen aan bod komen!
Plannen, plannen, plannen…
Na de redactievergadering gaat Door Communicatie als eerste aan de slag. De onderwerpen worden onderling verdeeld tussen de collega’s en dan kan het plannen van de interviews beginnen. Het is ontzettend leuk om via deze weg met verschillende Holtenaren in contact te komen.
Na het afnemen van de interviews begint de uitwerking ervan. Alle verhalen worden afgestemd met de geïnterviewden. Wij zijn pas tevreden als zij dat zijn!
Ondertussen zit Jennita van Karakter Fotografie ook niet stil. Zij krijgt alle verhalen toegestuurd en leest ze door. Als ze scherp heeft waar het verhaal over gaat, plant zij een moment in om bijpassende foto’s te maken. Na het maken van de foto’s neemt zij ook uitgebreid de tijd om deze na te bewerken. Zo ontstaat de typische ‘Hallo Holten’ stijl die jullie inmiddels gewend zijn. De eindredacteur houdt de planning in de gaten en zorgt ervoor dat alle foto’s en teksten uiteindelijk op tijd bij Reclamemakers worden aangeleverd.
Opmaak en een laatste controle
Als alle foto’s en verhalen bij Reclamemakers binnen zijn, gaan we de laatste fase in: de opmaak van het magazine. Zij verdelen de tekst in overzichtelijke vakken en zorgen ervoor dat er bijvoorbeeld geen gekke afbrekingen in een tekst staan. Ook selecteren zij de foto's: welke passen het beste bij dit artikel?
Wanneer dit secure werk erop zit, doet Door Communicatie vervolgens nog een laatste check op de inhoud. Hoort die dubbele punt daar wel? En schrijf je dit getal voluit, of juist niet? Allemaal details die het blad uiteindelijk helemaal af maken en zorgen voor de kwaliteit die wij voor ogen hebben.
Als laatste bepalen we de volgorde van de artikelen. Passen de advertentie en het verhaal wel naast elkaar? Of is er juist een reden om ze niet naast elkaar te zetten? Is er een goede afwisseling qua fotografie en verhalen? Zijn de buurtschappen mooi over het magazine verdeeld? Vervolgens gaat het blad naar de drukker. Enkele weken later is het dan zover: Hallo Holten valt bij iedere Holtenaar op de deurmat.
We zijn zeer dankbaar voor alle Holtenaren die het blad een warm hart toedragen. Alle positieve reacties doen ons erg goed. Helaas zien we ook dat de kosten de afgelopen edities enorm zijn gestegen (denk alleen al aan de verspreidings- en drukkosten). We willen Hallo Holten toch graag gratis blijven aanbieden.
Wil je ons helpen om de kracht en schoonheid van ons dorp elke editie weer onder de aandacht te brengen? Via de QR-code hiernaast kun je vrijblijvend een donatie doen. Het bedrag kun je zelf bepalen, alle beetjes helpen.
Bij de één soms wat eerder dan de ander, want je kunt je voorstellen dat het best een klus is voor de bezorgers.
Jennita en André. Fotografie: Martin Podt
Naast de regionale politiek, als secretaris bij VVD Rijssen-Holten, heeft Marietje ook de landelijke politiek van dichtbij mogen ervaren als de persoonlijk medewerker van Gert-Jan Oplaat in de Tweede Kamer. Deze bezige dame zet haar secretariële talent ook in voor de Holtense gemeenschap. Wat alle functies met elkaar verbindt? Haar grote netwerk in de regio en ver daarbuiten. Want iets voor een ander betekenen met vrijwilligerswerk en veel mensen leren kennen, daar hecht Marietje veel waarde aan.
- Door Mindy Strampel | Fotografie Jennita Stegeman
De binding van Marietje met de VVD begon in 1974, toen de partij net was opgericht. Holten had alleen Gemeentebelang als politieke partij en de VVD is daar een afsplitsing van. “Onze huisarts was een avond bij ons op visite. Hij kwam mij letterlijk achter het fornuis weghalen met de vraag of ik samen met mijn man meeging naar een vergadering bij Hotel Holterman. ‘We hebben namelijk leden nodig om de VVD op te richten’. Mijn man en ik wisten er nog niet veel van, maar we zijn wel naar de bijeenkomst gegaan. Die avond is gelijk de VVD-afdeling Holten opgericht. Ze vroegen mij om secretaris te worden. Ik was in eerste instantie wat terughoudend en had mij nog helemaal niet verdiept in de politiek. Toch wisten ze mij uiteindelijk over te halen. Zo ben ik de politiek ingerold en er niet meer uitgegaan.”
VVD Holten
De werkzaamheden voor de VVD deed ze op vrijwillige basis. “Wat wel leuk is om te noemen, is dat ik nog vier jaar in de raad van Holten heb gezeten. Daarnaast had ik ook nog gewoon een voltijdbaan als secretaresse bij Thomassen & Drijver, een bedrijf in Deventer dat verpakkingsmateriaal produceert. Hier heb ik uiteindelijk veertig jaar gewerkt. Overal werkte ik voor het secretariaat, ook als vrijwilliger. Het werk voor het secretariaat van de VVD in Holten is natuurlijk niet te vergelijken met mijn baan in de Tweede Kamer.”
Naar de Tweede Kamer
Want ook daarover kan Marietje meepraten. “Het werk in de politiek was anders dan bij mijn werkgever Thomassen &
Drijver. Dat vond ik wel prettig. Dan doe je ‘s avonds heel wat anders. Toch ben ik van een vrijwillige naar een betaalde functie in de politiek gegaan. Omdat ik het secretariaat deed van de VVD-afdeling Holten, hadden wij ook contacten met andere afdelingen. Als bestuur wilden we een bijeenkomst houden samen met afdeling Markelo. Gert-Jan Oplaat, lid Tweede Kamer voor de VVD, woonde in Markelo. De avond dat we het bestuur in Markelo hadden bezocht, gooide ik voorzichtig een balletje op voor een baan; omdat mijn huidige baan bij Thomassen & Drijver ophield te bestaan. De volgende dag werd ik al gebeld door iemand die Gert-Jan kende. Gert-Jan was op zoek naar een persoonlijk medewerker voor de Tweede Kamer. Of ik dat wilde doen? Nou ja!” Marietje moet er om lachen. “Dat overviel mij. Ook deze uitdaging ging ik uiteindelijk aan.”
Sollicitatie
“Gert-Jan belde mij vanuit het buitenland met de uitnodiging om een avond te komen praten, als een soort sollicitatiegesprek. ‘Maar dan moet je wel je man meenemen’, zei hij. Wij vroegen ons af hoelang dit gesprek zou duren. ‘Oh, een half uurtje en dan zijn we weer weg’, zeiden we tegen elkaar. Nee dus, het werd nachtwerk”, zegt ze lachend. Het klikte dus bijzonder goed tussen Marietje en Gert-Jan. “Twee dagen per week ging ik naar Den Haag, op dinsdag en donderdag. De andere dagen werkte ik thuis. Ik heb dit uiteindelijk negen jaar gedaan. Het waren vooral de mensen die ik daar heb ontmoet, die het werk zo leuk maakten. Er kwam regelmatig bezoek uit Twente om de Tweede Kamer te bezichtigen, waar ik dan een rondleiding gaf. Het waren mooie tijden.”
Meer weten over wijn?
Kijk op www.dewijnkamerholten.nl voor een gezellige wijnproeverij of interessante wijncursus.
Wekelijks vers fruit en noten
info@arbeidsvitamientjes.nl
Bos onderhoud Hekwerk op maat Robuuste tuinmeubelen
Espelodijk 13A info@foras.nl 06-20740445 www.foras.nl
Voorstelronde
Maar Den Haag kwam ook regelmatig naar Twente. “Alle Tweede Kamerleden zijn hier in Holten geweest voor een spreekbeurt, om zichzelf voor te stellen. Dat was erg leuk. Elk jaar organiseerden we vanuit de plaatselijke VVD een Liberaal Café, dat werd gehouden op de Holterberg. Ministers en Tweede Kamerleden van de VVD zijn bijna allemaal in Holten geweest.”
Dat verbindt
Als je jaren met een groep intensief samenwerkt, maak je samen ook wat mee. “Ik heb het moment meegemaakt dat het erom spande of Mark Rutte (staatssecretaris van Onderwijs) of Rita Verdonk (minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie) lijsttrekker van de VVD zou worden. Dat was wel even spannend. Het werd Mark Rutte en hij bleef zitten tot november vorig jaar. Dat maak je heel intens mee als je daar bent. Dan sta je er met de hele partij bovenop, dat verbindt.”
Tijd van komen en van gaan
In 2006 heeft de VVD zetels moeten inleveren. “Dat is heel raar. Ik keek de verkiezingsuitslag op de tv en zag dat de VVD zetels verloor en ook Gert-Jan buiten de partij viel. Toen dacht ik: 'Ik hoef niet meer.' De dag erna ging ik samen met Gert-Jan naar Den Haag om onze spullen te pakken. Zo in één keer, hopsakee. Van de één op de andere dag ben je niet meer nodig. Hier kon ik me niet op voorbereiden. Maar ook dat is politiek.”
Vrijwilligerswerk
Marietje doet ook lokaal veel voor de gemeenschap. Ze is een betrokken inwoonster van Holten en ze zet zich voor veel organisaties vrijwillig in. Ze begint te stralen en met een lachend gezicht steekt ze van wal. “Ik heb vijftig jaar in het bestuur van sportvereniging BATO gezeten. En 42 jaar in de stichting Paardrijden Gehandicapten Rijssen-Holten en omstreken. Het Rode Kruis, daar heb ik mij tien jaar voor ingezet.”
Marietje begint te lachen en vertelt verder: “Ik heb tien jaar zitting in de woonruimte-adviescommissie van de gemeente gehad. En nog meer verenigingen en commissies, en ook enkele tegelijkertijd. Verder heb ik heel veel gedaan, en dat doe ik nog steeds, voor de stichting Welcome Again Veterans.
Deze stichting heeft tot doel Canadese oud-strijders, die zich ingezet hebben voor de bevrijding van ons land, een programma aan te bieden tijdens hun verblijf in Nederland. Deze stichting is ook de medeorganisator van de vijfjaarlijkse grote herdenking op de Canadese Begraafplaats in Holten. Dat doe ik al vanaf 1980. In 2020 was de laatste grote herdenking die toen niet doorging door corona, de volgende is in 2025. We zijn nu al druk met de voorbereidingen.”
“Verder zit ik nu nog steeds in de Stichting Vrienden van de Diessenplas en heb ik nog het secretariaat van de Stichting Holtens Ondernemershus”, vertelt ze enthousiast.
Koninklijke onderscheidingen
Haar tomeloze inzet voor de Holtense gemeenschap is zeker niet ongezien gebleven. Ze ontving maar liefst twee koninklijke onderscheidingen. “Ik ben Lid in de Orde van Oranje Nassau en
Ridder in de Orde van Oranje Nassau. Daar ben ik wel trots op”, zegt ze toch enigszins bescheiden.
“Van de VVD heb ik ook nog een Thorbecke-penning ontvangen. Deze onderscheiding krijg je als je lang in het bestuur hebt gezeten en veel voor de VVD hebt betekend. Ik ben in 2020 geridderd, maar niet op het gemeentehuis. Ik werd gebeld door de secretaresse van burgemeester Hofland met de vraag of ik even tijd voor de burgemeester had: hij wilde mij persoonlijk spreken. Het zou een videogesprek worden. Maar ik was nog in pyjama, dus vroeg ik haar om over één uur terug te bellen. Dat was in coronatijd. Er mocht geen bezoek komen, alleen drie personen. Dat was jammer. Normaal is daar een hele heisa omheen, dat was toen niet. Vorig jaar deden we het dunnetjes over. Maar dan is de verrassing er toch een beetje af.”
Groot netwerk
Terugkijkend op haar hele oeuvre loopt er een rode draad door alle functies en betrekkingen heen: haar grote netwerk. “Wat ik altijd wel heel prettig vond aan mijn (vrijwilligers)werk is dat je heel veel mensen leert kennen.”
Na vijf jaar is het eindelijk weer zover: in september wordt het openluchtspel ‘Het Spook van de Hegeman’ opgevoerd in Dijkerhoek. De voorbereidingen zijn in volle gang. Op dit moment is het nog rustig bij de molen, maar in september komt daar verandering in. Bezoekers gaan dan even terug in de tijd en de molen wordt omgetoverd tot het bruisende hart van het openluchtspel. Een geweldig evenement, dat ontzettend veel organisatie vereist en onmogelijk plaats kan vinden zonder de hulp van ál die vrijwilligers, de buurt en de molen.
Ida Kleinherenbrink (voorzitter), Ruben Haverslag (speler), Hans Pinkert (bestuurslid), Monica van Mierlo (regisseur), Erik Rensen (speler) en Miranda Rensen (bestuurslid) nemen ons mee in de organisatie achter dit mooie evenement. Het openluchtspel vindt dit jaar plaats op 4, 5, 6 en 7 september.
Toneelspelen als populaire hobby
Er wordt met veel enthousiasme uitgekeken naar het openluchtspel en dat is niet zo gek. Het wordt er in Dijkerhoek met de paplepel ingegoten. “We hebben D.A.T. (Dijkerhoeks Amateur Toneel) en de jaarlijkse revue. Toneelspelen is dus populair en we zien dat er veel talent rondloopt”, begint Hans. “Neem bijvoorbeeld één van onze sterspelers: Ruben Haverslag. Hij zit in het laatste jaar van de acteursopleiding. Het begon voor hem allemaal met de playbackshow in Dijkerhoek.” Het is de vierde keer dat de buurtschap een openluchtspel organiseert. De eerste keer was in 2009. De aanleiding was het 125-jarig bestaan van de school. Het was een groot succes dat naar meer smaakte. Zo kan Ruben zich de tweede editie nog goed herinneren: “Ik zat in groep 6 van de basisschool. Als je in groep 7 of 8 zat, mocht je ‘meedoen’ met het openluchtspel. De hele groep zong een liedje of mocht als figurant over het podium lopen. Het was een hele happening en iedereen keek er enorm naar uit. Ik baalde dan ook dat ik niet mee kon doen. Gelukkig mocht ik uiteindelijk toch een figurantenrol spelen.”
We doen het samen
De kracht van deze mooie buurtschap zit hem vooral in de onderlinge samenwerking. “De saamhorigheid in de
gemeenschap, het noaberschap, komt bij het openluchtspel naar voren”, vertelt Erik. Zo zijn er ontzettend veel vrijwilligers die helpen bij de organisatie. Miranda: “Ik kom zelf uit de stad. Daar is het niet zo vanzelfsprekend dat er zo veel mensen helpen. Het mooiste is dat iedereen kan doen waar hij of zij goed in is. Figureren, terreinbeheer, noem maar op.” Monica vult aan: “Dat er iedere avond nog vijfhonderd mensen op de tribune zitten… werkelijk waar, het hele dorp helpt mee.”
Over de vraag wat het openluchtspel zo leuk maakt, hoeft niemand lang na te denken. “Het is geweldig om te zien dat iedereen bereid is bij te dragen. We doen het echt met elkaar. Van jong tot oud, samen maken we er een groot succes van”, vertelt Erik. Ida vult aan: “De sleutelfiguren hierin zijn de buurt en de molen. Zonder hun hulp en toestemming krijgen we dit niet voor elkaar. Daarnaast zijn we ook echt trots op wat we met elkaar neerzetten. Het niveau van het spel is hoog.”
Hard werken voor een mooi resultaat
Het organiseren van dit evenement vergt ontzettend veel tijd en is niet iets wat je ‘zomaar even’ doet. Hoe ziet de organisatie er dan uit? Hans: “Dat begint allemaal bij het kiezen van het script. We waren van plan om het zelf te schrijven, maar in verband met de tijdsdruk en de kwaliteitsstandaard kozen we uiteindelijk voor een bestaand script.” Dat klinkt heel eenvoudig, maar de leesgroep heeft hiervoor maar liefst 27 scripts doorgelezen. “Gelukkig waren we het snel met elkaar eens. Vervolgens doet onze regisseur Monica de nodige aanpassingen en dan staat het script vast”, vervolgt Ruben.
Holten Dorpsstraat 33
T 0548 36 25 51 E holten@bbwv.nl
alleen op afspraak
Groningen Winschoterdiep 50 (gebouw MyOffice)
T 050 782 09 34 E groningen@bbwv.nl
Enschede Janninksweg 70 T 053 435 66 66 E enschede@bbwv.nl
alleen op afspraak
Pakket Demmer
• Runderhamburger
• Bbq worst
• Gekruide speklap
• Kipsaté
per persoon 7.50
Maak jouw barbecue bijzonder met de specialiteiten van Slagerij Demmer. Of je nu gaat voor een traditioneel spiesje of menu of wil je liever culinair uitpakken met een bijzonder groot stuk vlees die meerdere uren op de barbecue gegaard moet worden. Slagerij Demmer heeft alles in huis om van jouw barbecue een waar feest te maken.
• Zonnesteak • Bavetspies • Runderhamburger • Gemarineerde biefstuk • Garnaalspies Pakket Deluxe Holten per persoon 9.95 • Bbq worst
Speklap
Varkenssate
Kinder BBQ pakket per kind 3.75
• Kipspies honing - mosterd
• Gekruide speklap
• Varkenshaas saté
• Zonnesteak
• Gemarineerde biefstuk
• Borden en bestek met huur gas bbq
• 3 soorten saus: knoflook, bbq saus en satésaus
• Rauwkorst
• Stokbrood met kruidenboter
• Rundvlees salade
Holterbergpakket all-in per persoon 18.50
Op dat moment begint het eigenlijk pas. De rollen worden verdeeld, er wordt een lijst gemaakt met benodigde vervoersmiddelen, figuranten, wensen en eisen voor het decor, de kleding en noem zo maar op. Al die werkzaamheden worden onderverdeeld onder de vele verschillende werkgroepen. Zo zijn er werkgroepen voor de voertuigen, het decor, kleding, terrein, schmink, PR, catering, licht en geluid, de spelers en natuurlijk het bestuur. Ida: “Vanuit het bestuur vinden we het belangrijk dat we verjongen. Daarom zit er in elke werkgroep een ‘jong’ iemand. Zij zijn super actief en vinden het erg leuk. Dat is mooi om te zien.”
Na een kick-off in december met alle betrokkenen, begint de spelersgroep in januari met wekelijks repeteren. Monica stelt hiervoor een strakke planning op. Komt het dan weleens voor dat er mensen afwezig zijn tijdens de repetitie? “Eigenlijk niet of nauwelijks”, vertelt Ruben. “Monica werkt met een goed en duidelijk schema. Daarnaast weet je vooraf waar je aan begint. Het is hard werken, maar ook erg gezellig.”
Onverwachte gebeurtenissen
Ondanks de vele repetities, gebeuren er tijdens de voorstelling nog weleens onverwachte dingen. "Tijdens de vorige editie stonden er iedere avond verkeersregelaars op de weg voor de molen. De weg was namelijk een onderdeel van het stuk. Ineens kwam er een auto voorbij, die stond niet in het script”, lacht Erik. “Gelukkig kon ik vrij snel wat improviseren tijdens het stuk en is het eigenlijk niemand opgevallen. Zelfs Monica niet… die was gelukkig met iets anders bezig.” Erik: “Ook moesten we een keer wegrijden in een politieauto. Die wilde ineens niet meer starten.
Bleek dat we de verkeerde sleutel hadden. Met man en macht hebben we de auto toen maar geduwd.”
In het stuk is soms ook ruimte voor een gastrol. Zo speelde Bert Aaftink eens de rol van dominee. “We dachten: ‘Hoe leuk is het als de echte dominee ook een avond meedoet?
Siebe Roozenboom vond het zo leuk dat hij niet meer wilde stoppen", lacht Ida.
Terug naar 1983
Van 4 tot en met 7 september gaan we met ‘Het Spook van de Hegeman’ even terug in de tijd. Het spannende verhaal speelt zich af in 1983, waar de lokale bevolking en toeristen ineens worden geteisterd door een mysterieus spook: Honderden jaren geleden was ‘De Molenaar’ verantwoordelijk voor de Diekerhookse Mölle. Nadat bekend werd dat hij stiekem graan van de boeren achteroverdrukte, verdween hij spoorloos. Volgens oude legendes waart zijn geest nog bie de Mölle rond, waar hij zich eens in de honderd jaar laat zien…
Kaartverkoop
De kaartverkoop is gestart en loopt hard. Dankzij de prachtige locatie en fantastische acteurs belooft het een unieke ervaring te worden. Mis het niet en koop snel je kaartjes! Dat kan via de QR-code of bij het Kulturhus in Holten.
In 2014 zegde Erik Zwoferink zijn baan als inkoper bij een multinational op. Na 25 jaar in het bedrijfsleven begon hij aan een nieuw avontuur: een andere visie op zorg. Wat begon als wens voor zijn dochter Noa groeide uit tot een mooi bedrijf met drie locaties voor dagbeleving en één locatie in Rijssen waar Noa en zes anderen begeleid wonen. We blikken samen met Erik en zijn vrouw Stefanie terug op de afgelopen tien jaar en kijken vooruit naar de toekomst.
Noalies is ontstaan, omdat Erik op zoek was naar een geschikte plek voor zijn dochter Noa. "Ik ben in die periode stad en land afgereisd, maar ik kon geen goede locatie vinden", begint Erik. "Niet iedereen past nou eenmaal op een grote dagbesteding. Toen dacht ik: ‘Waarom doe ik het niet zelf?' Ik was op dat moment 48 en heb mezelf altijd voorgehouden dat je voor je vijftigste nog een carriereswitch kunt maken. Dit was dus het juiste moment.” En zo geschiedde: op een boerderij aan de Oude Stationsweg begon NoaLies met het aanbieden van ‘dagbeleving’.
“Tien jaar geleden was de regelgeving nog heel anders. Als ik vandaag de dag moest starten, was het me denk ik niet gelukt. Vooral de eerste jaren was het enorm hard werken. Maar we halen heel veel voldoening uit ons werk. In de eerste plaats deden we het voor onze eigen dochter, maar je ziet dat er erg veel andere ouders zijn die tegen hetzelfde probleem aanlopen. Het is mooi dat we hun zoon of dochter de persoonlijke aandacht en zorg kunnen geven die zij verdienen.”
Samen sparren
In 2019 trouwde Stefanie met Erik, waarna zij in 2020 algemeen directeur werd bij NoaLies. “Vanuit deze rol los ik problemen op, ben ik verantwoordelijk voor het personeelsbeleid, ben ik aanspreekpunt voor de teamleiders, de administratie en meer”, vertelt Stefanie enthousiast. Stefanie heeft eerder in de zorg gewerkt als verpleegkundige. “Op een gegeven moment vroeg ik haar: 'Wil je niet iets voor Noalies betekenen?' Ze pakte in eerste instantie de taken van een collega over. Niet veel later nam ze de rol van algemeen directeur op zich", vult Erik aan.
En die rol vervult Stefanie met verve. Erik illustreert dit met een mooi voorbeeld: “In 2018 begon ik met twee andere aandeelhouders een bedrijf in de jeugdopvang, waardoor ik een stapje terugdeed bij NoaLies. Omdat dit bedrijf harder groeide dan verwacht en ik toch liever kleinschalig werk, keerde ik terug bij NoaLies. Daar kwam ik erachter dat Stefanie mijn werk eigenlijk beter deed dan ikzelf… Dus vanaf toen heb ik haar
maar haar ding laten doen”, vertelt hij lachend. “Tegenwoordig sparren we veel met elkaar. Ik zeg altijd: ‘Als je weet wat je slechtste eigenschap is, dan is dat tevens je sterkste eigenschap’. Je moet oppassen dat je niet ‘blind’ wordt voor je eigen tekortkomingen en je moet niet denken dat je alles goed doet. Gelukkig kan Stefanie mij prima vertellen wat ik niet goed doe”, knipoogt Erik.
Natuurlijke groei
Op de locatie aan de Oude Stationsweg groeide NoaLies al snel uit haar jasje. Er kwamen cliënten bij met andere behoeften en wensen. “Aan de Oude Stationsweg hebben we een boerderij met hobbydieren. Daar waren cliënten veel buiten en dat betekende bijvoorbeeld dat ze redelijk goed ter been moesten zijn. Op een gegeven moment hadden veel oudere cliënten toch de behoefte om binnen activiteiten te doen. Toen hebben we aan de Tuinstraat een locatie geopend”, vertelt Stefanie. “Verder hebben we nog een vestiging in Steenderen. Een dagbesteding daar stopte ermee. We zijn toen gevraagd of we wat voor hen konden betekenen. Dat kon! Onze groei is dus heel natuurlijk verlopen.”
Ging het dan allemaal van een leien dakje? “Dat niet”, zegt Erik. “De transformatie van de zorg vanuit het Rijk naar de gemeenten had veel voeten in de aarde en leverde veel administratieve rompslomp op. Verder hebben we in coronatijd alle locaties opengehouden. Niet alle cliënten wilden of konden komen in die tijd, dus dan word je ook niet volledig betaald. Maar goed, het is ook nooit de intentie geweest om van NoaLies een winstgevend bedrijf te maken. Af en toe zetten we bijvoorbeeld respijtzorg in en nemen we iemand twaalf weken eerder op, omdat de situatie thuis volgens ons onhoudbaar is. Daarvoor worden we niet altijd betaald. Dat is een heel andere filosofie dan bij grote dagbestedingen.”
Een eigen plek voor Noa
In 2022 diende de volgende mijlpaal zich aan: aan de Enterstraat in Rijssen woont dochter Noa begeleid met zes anderen. “Noa kwam op een leeftijd waarop je normaliter ‘op jezelf’ gaat wonen. We konden echter weer geen geschikte plek vinden. Dus één en één is twee, we waren toch al bezig”, lacht Erik. “Iets geheel nieuws voor ons, maar alles is goed verlopen. We zijn ontzettend trots op Noa. Als we het nu over ‘thuis’ hebben, heeft ze het over de Enterstraat. Dat was het doel. Voor de andere bewoners geldt dit ook. We horen van ouders dat ze echt op hun plek zitten. Eén moeder heeft ons nog een brief geschreven, die ik niet met droge ogen heb gelezen. Niet iedere ouder heeft dezelfde mogelijkheden als wij. Het is mooi dat we zo een oplossing kunnen bieden.”
Een team vol toppers
Wat maakt NoaLies nu zo speciaal? Stefanie en Erik hoeven niet lang na te denken. “Onze kleinschaligheid. We denken mee met gemeenten en cliënten met een zorgvraag. We kijken heel cliëntgericht en hebben geen specifieke doelgroep. Als we iemand kunnen helpen, dan doen we dat”, legt Stefanie uit.
“Daarnaast hebben wij al heel lang een vaste groep medewerkers die dezelfde kijk op zorg hebben als wij”, vertelt Erik. Hij illustreert dit met een mooie anekdote: “Toen ik begon, nam ik een oudere dame aan die gespecialiseerd was in de autistische spectrumzorg. Ze hield het precies drie dagen vol, totdat ze een knal voor haar hoofd kreeg van een cliënt. Kort daarna had ik Nienke Schoolkate op gesprek. Als eerste vroeg ik haar: ‘Heb je weleens een klap voor je hoofd gehad?’ Ze reageerde: ‘Zeker. Hoort bij het vak’. Ze is nooit meer weggegaan en fungeert inmiddels als rechterhand van Stefanie. En zo zijn er nog veel meer medewerkers die al jarenlang bij ons in dienst zijn. Zij zijn uiteindelijk degenen die het uitvoeren. We hebben allemaal toppers in ons team!”
Toekomstplannen
Om het tienjarig jubileum te vieren, staat er een aantal dingen gepland. Zo zal een jubileumboek verschijnen, voor huidige en toekomstige cliënten van NoaLies. “We willen daarmee een beeld geven van wie we zijn, wat we doen en al hebben gedaan. Stefanie nam mij ooit mee naar Grotenhout Dementie in Brabant. Daar brachten ze ook een soortgelijk boek uit over omgaan met dementie, wat ik prachtig vond. Daar is het zaadje geplant voor een eigen jubileumboek”, vertelt Erik. Stefanie vult aan: “Verder organiseren we een receptie voor gemeenten, ouders, huidige en oud-cliënten én een feestje met ons personeel. Het is belangrijk om stil te staan bij de mensen waar het allemaal om draait."
En hoe zit het met de toekomst van NoaLies? Erik: “Ik word ook een dagje ouder. We voeren interne gesprekken over de toekomst, ik weet zeker dat het helemaal goed gaat komen. Een ding is zeker: we blijven gewoon zorg verlenen op dezelfde manier als altijd!”
Na bijna zestig jaar verdween vleesverwerker Enkco in 2019 uit Holten. Het Holtense bedrijf met zo’n honderd werknemers werd overgenomen. Ruim vijf jaar na het sluiten van de Enkco vertellen oud-medewerkers Frans Noordam (voormalig directeur), Plakkie en Buffie (ook wel bekend als Jasper Zwiers en Berry Kamperman, deegbereiding en kruidenkamer), Dinie Vrieze (inpakdame) en Arianne Bannink (hoofd slavinkenlijn) over hun tijd bij de Enkco en de goede band tussen de medewerkers. Ook vertellen ze over de Enkco reünie.
- Door Kim Meijerhof en Stef Meilink | Fotografie Jennita Stegeman
In de keet bij Plakkie klinkt gelach en een geanimeerd gesprek, want het vijftal heeft elkaar lang niet gesproken. Eén ding is zeker: ze hebben een heel mooie periode gehad bij de Enkco. Al was dat niet voor iedereen vanaf het begin vanzelfsprekend. Dinie: “De groep was zo hecht dat het lastig was om ertussen te komen. Iedereen kent elkaar en kan goed met elkaar overweg. Als nieuweling moest je wel goed je best doen, dat was niet altijd even makkelijk. Uiteindelijk heb ik een geweldige tijd gehad.”
Onverwacht
De overname en dus sluiting van de Enkco in Holten kwam voor het personeel als donderslag bij heldere hemel. “Voor de kerstdagen kregen we nog het bericht dat het allemaal erg goed ging. En een paar weken later werden we bij elkaar geroepen in de kantine. Daar kregen we de mededeling dat de Enkco werd overgenomen door Van Loon uit Brabant. De productie zou daarheen verhuizen en de Enkco hier sloot definitief. Dat was voor iedereen een schok. We kregen de mogelijkheid om naar Vivera te gaan. Ik koos er direct voor om die overstap te maken. Dinie en ik werken er nog steeds”, vertelt Buffie.
Opgegroeid bij de Enkco
Plakkie en Buffie begonnen allebei als vakantiewerkers bij Enkco en groeiden door tot volwaardige medewerkers.
Ze maakten deel uit van de afdeling deegbereiding en de kruidenkamer. Wat maakte het werken bij de Enkco nou zo leuk? Buffie: “We hadden echt een gezellig team. Gewoon lekker ouwehoeren met elkaar en natuurlijk hard werken.” Plakkie vult aan: “We werden ook vaak teruggefloten als we weer eens te gek deden. De Enkco was natuurlijk een uithangbord voor Holten, dus waren er vaak rondleidingen in ons grote gebouw. Scholieren, bedrijven, gepensioneerden en noem het maar op: ze kwamen allemaal langs. Door het raam konden ze alles zien. Als we getik hoorden op het raam wisten we: nu moeten we weer normaal doen”, zegt hij lachend.
“Dat het een leuk team was, zag je ook aan de vakantiewerkers”, gaat Plakkie verder. “Mooi om te zien dat die elk jaar weer terugkwamen. Zelfs nadat ze iedere keer aan het einde van de vakantie in een bak met water werden gegooid…” Arianne haakt in: “Het was inderdaad een heel hecht team. Maar dat was ook wel te danken aan Frans Noordam. Hij zei altijd: ‘We zijn samen één. Het maakt niet uit of je op kantoor zit of aan de lijn staat, samen moeten we het doen.’ Dat maakte de band onderling extra sterk.” Frans was ruim dertien jaar directeur bij de Enkco en beaamt dat saamhorigheid hoog in het vaandel stond: “Ik maakte er een sport van om net zo snel dozen te kunnen vouwen als de rest. Ik
wilde van hen geen opmerkingen als: ‘Wat weet jij er nou van, je kan dat helemaal niet’. Ik vond het heel belangrijk dat iedereen zich gelijk voelde.”
Onherkenbaar op de dansvloer
We werden ook vaak teruggefloten als we weer eens te gek deden
De saamhorigheid kwam ook terug bij de vele feestjes en andere activiteiten die georganiseerd werden. Zoals de ‘beruchte’ personeelsfeesten bij De Poppe en Het Bonte Paard. Plakkie: “Er gebeurde altijd wel wat geks. Die feesten waren zo gezellig met elkaar. Naast de jaarlijkse feesten organiseerde de activiteitencommissie ook veel andere leuke uitjes.” Arianne: “De feesten waren inderdaad ontzettend leuk. Zo kwamen er af en toe ook grote artiesten als Tatjana, Anne Jansen, Hans Klok, Jody Bernal en Hans Kazan.” Op zo’n feest herkende je niemand terug. “Alle dames stonden dan ineens op de dansvloer. Op de werkvloer droegen ze een netje om de haren en voor het feest gingen ze allemaal naar de kapper”, lacht Plakkie.
Er was niet altijd alleen maar sprake van een vriendschappelijke klik. De Enkco bleek ook een uitstekende broedplaats voor de liefde te zijn. Buffie weet dat maar al te goed: “Ik ben inmiddels al 25 jaar samen met mijn vriendin. We hebben elkaar ontmoet bij de Enkco.” En hij is niet de enige.
Wij zijn door bovenstaande merken erkend om met originele apparatuur te mogen werken voor onderhoud, reparatie, coulance en software inladen.
100% behoud fabrieksgarantie
APK Onderhoud Reparatie Aanpassingen opbouw Spotrepair Schadeherstel
Leverancier en service steunpunt Alko chassis en camper / caravan opbouwsystemen
“Er zijn behoorlijk wat stelletjes geweest bij de Enkco. Er werd heel wat geknuffeld. Volgens mij heb ik drie keer verkering gehad…”, knipoogt Plakkie. Ook was er in die tijd een unieke afspraak. Frans: “Als er Enkco-personeel trouwde met elkaar, dan was de directie die dag in dienst van het personeel. Zo heb ik Johan en Carla Klumpers nog naar het gemeentehuis gereden!”
Als beste en slechtste uit de test
Er worden allerlei leuke anekdotes op tafel gegooid. Maar één daarvan is wel heel opmerkelijk en illustreert de grootte van de Enkco als bedrijf. “We waren natuurlijk de grootste vleesproductenfabriek van Nederland. We leverden ook veel aan ziekenhuizen, hotels, restaurants, bejaardenhuizen en noem maar op. We hadden dan ook een heel hoge hygienegraad en er werd netjes en schoon gewerkt”, vertelt Frans.
En vervolgens: “Toentertijd deed het bekende programma ‘Radar’ onderzoek naar de kwaliteit van schnitzels langs de snelweg. Ze gingen langs bij van der Valk, AC-Restaurant en het Postillion. Laatstgenoemde kwam het slechtst uit de test.
Dus ik kreeg de toenmalige manager in een boze bui op kantoor: ze zouden direct stoppen met het afnemen van onze schnitzels. Ik zei toen: meneer, er is iets anders fout gegaan. Wij leverden namelijk aan alle drie de partijen precies dezelfde schnitzel”, lacht Frans.
De Enkco reünie
Plakkie en Buffie zijn als aanjagers druk bezig geweest met de voorbereidingen van de Enkco reünie. “Met de oud-collega’s van de afdeling deegbereiding organiseerden we altijd al twee keer per jaar een barbecue. Dat is al jarenlang hetzelfde clubje. Op een gegeven moment zijn de verhalen op”, lacht Buffie. “We kwamen dus op het idee om dat clubje wat groter te maken. Toen hebben wij de foto’s van vroeger erbij gepakt en zijn we begonnen met het opschrijven van namen. We maakten een groepsapp aan en zo begon het balletje te rollen. Er zit nu een paar honderd man in de groepsapp, geweldig om te zien. Eind mei was het zover. Onder het genot van een barbecue, een drankje, oude beelden en muziek hebben we samen mooie herinneringen opgehaald. Het was zeer geslaagd!"
Wie Jan Victor Dorlas een beetje kent, zal denken dat hij zijn hele leven al actief is in het handbal. Toch is dat niet helemaal zo. Hij werd in 1977 bij de oprichting van Handbal Holten namelijk bij toeval door collega-docent Wim Dalhuisen gevraagd om mee te doen. Jan Victor was immers niet van het stilzitten, dus handbal zou hij vast leuk vinden. En dat bleek…
- Door Ronny Veldhuis | Fotografie Jennita Stegeman
Op 24-jarige leeftijd begon Jan Victor aan zijn imposante en rijke handballoopbaan. “Naast Wim waren ook Miny Kemper, Jan Hospers en Gerrit Wansink de initiatiefnemers. Zij zagen wel mogelijkheden om binnen de omni-sportvereniging SV Holten met handbal te starten. Handbal was populair in de regio en veel van die clubs speelden ook nog eens in de sporthal in Holten, omdat er in de eigen plaats geen sporthal was. Dus waarom geen eigen club?”, vertelt Jan Victor. “Op de oprichtingsavond kwamen zo’n veertig mensen af en enkele weken later werd er al een herenteam geformeerd, waar ik ook bijzat.” Naast de rol van speler kreeg Jan Victor ook direct een rol in het bestuur als wedstrijdsecretaris.
Ervaring opdoen
“In het eerste jaar trainden we één keer per week en speelden we alleen oefenwedstrijden. Als bestuur en club moesten we nog veel leren, maar we pakten direct alles aan. Trainingen geven was geen probleem, want bijvoorbeeld Wim, Frits Paule en Johan Plantinga hadden daar wel ervaring in. Ik werd scheidsrechter. Eerst zonder opleiding, maar later heb ik allerlei cursussen gevolgd. En ik sta nog steeds iedere twee weken ergens op een veld een wedstrijd te leiden.”
Al 42 jaar scheidsrechter
“Het grootste deel van al die jaren fluit ik trouwens samen met Johan Plantinga. Hij fluit al 50 jaar en ik 42 jaar. We fluiten tegenwoordig wedstrijden in de eerste klasse en hoofdklasse. Soms worden we ook ingezet in de tweede klasse. Laatst nog in Arnhem. Daar moesten de dames van ESCA en UDI 1896 tegen elkaar en die kennen elkaar goed. Laat dat maar aan ons over… We zijn oude rotten en laten
ons de kachel niet zomaar aanmaken. En de afstemming met Johan gaat automatisch. Daarvoor hebben we geen moderne hulpmiddelen als headsets nodig", vertelt hij grinnikend.
Zowel in het veld als daarbuiten kan in de huidige tijd een beetje levenservaring geen kwaad, vertelt Jan Victor: “Ik probeer de jonge garde, die net fluit, ook altijd te steunen door bij hun wedstrijden aanwezig te zijn. Soms hebben we dan ook een gesprekje vooraf met de coaches. Dat helpt vaak goed.” Toch kent hij zelf genoeg voorbeelden van mensen die commentaar leveren. “Ik floot eens een recreantenwedstrijd, waarbij een man op de tribune verschillende keren
luidruchtig opmerkingen maakte. Op een gegeven moment was ik het zat en sprak ik hem daarop aan. Ik fluit tenslotte ook voor míjn plezier. En dat hielp, want daarna heb ik hem niet meer gehoord. Kwam na de wedstrijd één van de speelsters naar me toe, die zei: ‘Dat was mijn man… goed dat je er iets van zei!’. Bleek dat hij dit wel vaker deed, maar dat andere mensen er niets van durfden te zeggen.”
Familievirus
Bij wedstrijden van kinderen is zijn aanpak heel anders. “Dat is eigenlijk moeilijker. Die kennen namelijk de regels niet altijd. Dus als je ergens voor fluit, moet je veel meer uitleggen. En niet direct bestraffen, maar de kinderen het gewoon nog een keer laten proberen.” Jan Victor vindt sporten ontzettend belangrijk voor kinderen. Het doet hem dan ook goed dat zijn eigen kinderen nog altijd met veel plezier actief zijn en ook zijn kleinkinderen ondertussen het sportieve pad bewandelen. Jan Victor: “Ik was in het verleden wel vijf dagen in de week met handbal bezig. Niet gek dus dat ook de kinderen het handbalvirus mee kregen.” Dochter Elke handbalt tegenwoordig bij de recreanten en zoons Tristan en Fabian handballen samen in het eerste van Heeten. Samen met Tristan is Jan Victor trainer van het D-team, waarin twee kleindochters zitten. Gedreven als hij is, pakt hij dit serieus aan: “Laatst heb ik bijvoorbeeld met de telefoon opnames gemaakt van een wedstrijd tegen Schalkhaar.”
Sportploeg van het jaar
Terugdenkend aan al die jaren springen er voor Jan Victor een paar dingen uit. “Die keer dat Erica Terpstra onze dames uitriep tot sportploeg van het jaar van de gemeente bijvoorbeeld. Dat was bij Blauw-Wit. Ze had zich goed ingelezen en deed het met erg veel humor. Dat is mij altijd bijgebleven. En het seizoen dat we derde divisie speelden met het eerste team was ook erg mooi. Toen kwam hier een gerenommeerde ploeg uit Venlo op bezoek, die ineens niet met hars mocht spelen, want dat mocht niet in onze sporthal. Dat waren ze niet gewend en plots verloren ze van ons.” Als scheidsrechter heeft hij één keer een wedstrijd tussen zijn zonen mogen fluiten. “Tristan speelde destijds bij het Enschedese Cabazota en Fabian al bij Heeten. Dat was natuurlijk erg bijzonder.”
Al op zijn 49e kreeg Jan Victor een lintje opgespeld. “Ik werd voorgedragen vanuit de handbal en De Nationale Reserve. Ik ben daar best trots op en waardeer het dat ze dat voor mij hebben aangevraagd. Een mooie erkenning!” Als echte verenigingsman heeft hij verschillende dingen thuis bewaard, als een soort archief. “Bijvoorbeeld een lijst met alle namen van de eerste vijfhonderd leden. En dat komt over drie jaar goed van pas. Dan bestaat de vereniging namelijk vijftig jaar.”
Van Groningen, via Sneek en Deventer naar Holten
Dat Jan Victor als Groninger in Holten terechtkwam, is een aaneenschakeling van toevalligheden. Zijn vader deed de inkoop van grondstoffen voor de verschillende theemelanges bij Theodorus Niemeyer. Vanwege een nieuwe theefabriek in Bolsward verhuisde het gezin naar een nieuwbouwwijk in Sneek. “Met een jongen die rechts van
ons woonde, voetbalde ik veel. En laat die nu ook een zus hebben die ik leuk vond: Tjallie. Na mijn opleiding aan de Pedagogische Academie volgden mijn diensttijd en anderhalf jaar beroepstijd, omdat ik een officiersopleiding had gedaan. Via een school in Deventer kwam ik uiteindelijk in Holten uit. Niet geheel toevallig ook het geboortedorp van Tjallie”, vertelt Jan Victor. Uiteindelijk gaf hij les op de Kolschool en de Haarschool en was hij ook nog directeur en leraar bij OBS Dijkerhoek en de Bosschool. “Dat ging in die tijd overigens nog heel anders. De overgang van de Kolschool naar de Haarschool werd ooit beklonken met een fles jenever en één gulden”, vertelt Jan Victor.
Dat Jan Victor niet kan stilzitten, blijkt uit alles. Zo is hij naast zijn onderwijscarrière 25 jaar lid geweest van het Korps Nationale Reserve als pelotonscommandant. “Er is geen één avond dat ik met de voeten op tafel zit. Ik zing bijvoorbeeld nog in een koor en boven op zolder staat een modelspoorbaan waar ik veel plezier aan beleef. In de periode april-mei gaat er veel tijd zitten in mijn vrijwilligerswerk bij de Canadese Begraafplaats, waar ik de rondleidingen coördineer.” Iedere donderdagochtend ondersteunt hij bovendien een leerkracht op de Holterenk bij een groepje hoogbegaafden. “Ik vind het gewoon erg leuk om met mensen om te gaan en iets voor anderen te kunnen betekenen. Dat is mijn drijfveer. Gelukkig heeft mijn vrouw er altijd achter gestaan, ondanks dat ik ook veel weg was.”
Bij één van zijn meest recente ‘klussen’ komen handbal en familie wederom samen. “Sinds twee jaar help ik ABS Bathmen met de jeugdopleiding. Ze hadden ineens veel aanwas van jonge leden, waaronder mijn jongste kleindochter. Ik spring ook af en toe bij op woensdagmiddag bij de training en Tjallie gaat regelmatig mee kijken. Ze is zelf meer van het wandelen en zwemmen, maar bij het kijken naar wedstrijden van de kinderen, en nu ook de kleinkinderen, vinden we elkaar!”
25 jaar ervaring
Dé makelaar waar u welkom bent voor advies en bemiddeling op maat. Larenseweg 12,
Ruime kennis van de markt
Verkoop | Aankoop | Taxatie
Persoonlijke betrokkenheid
Professioneel
Ook buiten kantooruren bereikbaar