2 minute read
Column Memoriaal
from MKB Magazine 01/22
Voorkom Acute Belastingheffing
Als ondernemer verkoopt u een pand/ machine (bedrijfsmiddel in eigen gebruik) en is de verkoopprijs hoger dan de boekwaarde? In beginsel wordt dan de ontstane boekwinst in de belastingheffing betrokken. Om een acute belastingheffing te voorkomen, kunt u een herinvesteringsreserve (HIR) vormen.
Voorwaarden HIR
Zowel voor het vormen als voor het afboeken van een HIR gelden voorwaarden. Een HIR kan alleen worden gevormd bij de verkoop van een bedrijfsmiddel, waarbij de ondernemer aan het einde van het boekjaar een herinvesteringsvoornemen heeft. Dit betekent dat de ondernemer bij de verkoop van een bedrijfsmiddel het voornemen heeft het resultaat te herinvesteren in een of meerdere bedrijfsmiddelen. Dit voornemen moet onafgebroken aanwezig blijven tot het moment van herinvesteren. De ondernemer moet het herinvesteringsvoornemen aannemelijk maken op basis van kenbare gedragingen. Bij de afboeking van een HIR gelden drie voorwaarden: • de boekwaarde-eis; • dezelfde economische functie-eis; • de herinvesteringstermijn.
Boekwaarde-eis
De boekwaarde-eis houdt in dat de boekwaarde van het vervangende bedrijfsmiddel of de vervangende bedrijfsmiddelen na afboeking van de HIR niet lager mag zijn dan de boekwaarde van het verkochte bedrijfsmiddel.
Dezelfde economische functie-eis
Dezelfde economische functie-eis gaat over de afschrijvingstermijn van het vervreemde bedrijfsmiddel en het bedrijfsmiddel waarin wordt geherinvesteerd. Een gevormde HIR van een bedrijfsmiddel met een korte afschrijvingstermijn (tien jaar of minder) moet verplicht worden afgeboekt op de aanschafkosten van een kort afschrijfbaar bedrijfsmiddel. Een gevormde HIR op boekwinsten op niet-afschrijfbare bedrijfsmiddelen of bedrijfsmiddelen met een afschrijvingstermijn van langer dan tien jaar, kan alleen worden afgeboekt als het verkochte bedrijfsmiddel en het nieuwe bedrijfsmiddel binnen de onderneming eenzelfde economische functie vervullen. Daarnaast mag een gevormde HIR op niet- en lang afschrijfbare bedrijfsmiddelen worden afgeboekt op kort afschrijfbare bedrijfsmiddelen.
De herinvesteringstermijn
De herinvesteringstermijn houdt in dat de HIR binnen drie kalenderjaren, na het jaar van vervreemding, moet worden geherinvesteerd. Als dit niet binnen deze termijn gebeurt, valt de HIR alsnog in het derde jaar in de belastingheffing. Bestaat er op een eerder moment geen herinvesteringsvoornemen meer? Dan wordt de HIR in het jaar dat het voornemen is opgehouden in de belastingheffing betrokken.
Verlenging driejaarstermijn
Er zijn twee redenen waarvoor de driejaarstermijn kan worden verlengd: • Als in verband met de aard van het bedrijfsmiddel voor de herinvestering een langer tijdvak is vereist. • Als de herinvestering waaraan een begin van uitvoering is gegeven, door bijzondere omstandigheden is vertraagd. Er moet tijdig een verzoek tot termijnverlening worden ingediend bij de Belastingdienst.
Gevolgen Coronacrisis
De coronacrisis kwalificeert (doorgaans) als een bijzondere omstandigheid die verlenging van de driejaarstermijn mogelijk maakt. Daarnaast heeft de Belastingdienst aangegeven hier ruimhartig mee om te gaan.
Contacteer belastingadviseur
Mede door de coronacrisis bestaan er extra mogelijkheden om onder voorwaarden de driejaarstermijn te verlengen. Bent u voornemens een HIR te vormen of lukt het niet om de HIR af te boeken binnen de gestelde termijn? Raadpleeg altijd uw belastingadviseur!