APRIL 2021, NO. 6 – DE BESTE BRON VOOR FILOSOFISCHE BOEKEN
DE NATUUR WAS HIER
Met Eva Meijer, Stine Jensen en Zo niet, dan toch
2 | BKFILOSOFIE | APRIL 2021
VOORAF
BIBI DUMON TAK
Ook bomen kunnen filosoferen
Bij Dumon Tak blijkt het leven van een eikenboom heel spannend te zijn.
Wat denkt een eik die al bijna tweehonderd jaar oud is en op de middenberm van de A58 staat? En wat gebeurt er wanneer de boom wordt bedreigd met omkappen? Aan ons zal de boom het niet vertellen, maar in De eik was hier, het prentenboek dat Bibi Dumon Tak voor de Maand van de Filosofie schreef, gaat de boom in gesprek met een Vlaamse gaai. Aan die gaai vertelt hij zijn levensverhaal. Door Laura Molenaar
D
e eikenboom uit De eik was hier bestaat echt, en wordt ook wel de ‘troeteleik’ genoemd, omdat er voor het bestaansrecht van de boom gestreden wordt. Want de eik had een bijzonder leven: dat begon als eikeltje in de negentiende eeuw, midden op een landgoed. Hij maakte de Eerste en Tweede Wereldoorlog mee, en in 1944 bezetten de Duitsers het landgoed. Na de bevrijding woonde koningin Wilhelmina een tijdje op het landgoed, maar dat wordt in 1986 gekocht door Rijkswaterstaat, waarna veel buurbomen van de eik worden omgekapt om ruimte te maken voor de A58. In 2020 wordt besloten om hem alsnog om te kappen – die kap bedreigt de boom nog altijd. De eikenboom en de gaai raken verwikkeld in plagerige en speelse dialogen. ‘Hé, eikel,’ zegt de gaai. ‘Hé, verentooi,’ zegt de eikenboom. Samen denken ze na over wat beter is: tweehonderd jaar stilstaan, of tien jaar leven, maar wel kunnen vliegen? Heeft een boom ook recht op leven? Mag je een boom omkappen als je daar een snel-
KOOS BREUKEL
weg neer wilt leggen? Er is ook nog een derde speler in het verhaal: het wortelkoor. De wortels van de boom zorgen er niet alleen voor dat hij water en voedingsstoffen krijgt, maar vormen ook een communicatielijntje met andere planten: het wortelwijde web noemt Dumon Tak dat. Het wortelkoor heeft dezelfde functie als het koor in Oud-Griekse tragedies: als alwetende vertellers weten zij wat er in de wereld speelt en zij horen van het plan om de boom om te hakken. Dumon Tak is een veelbekroond kinderboekenschrijver, en niet voor niets: uit haar pen blijkt het leven van een eikenboom heel spannend te zijn. De boom en de gaai krijgen bovendien een eigen persoonlijkheid die heel natuurlijk voelt: de boom is contemplatief, in zichzelf gekeerd, en is soms wat Oost-Indisch doof
(‘Kap? Welke kap?’). De gaai daarentegen vliegt af en aan, is altijd druk, plaagt de boom het liefst een beetje. Ook voor volwassenen is dit boek trouwens heel leuk om te lezen, met woordspelingen als ‘Die vogel is uit het goede hout gesneden’, en ‘Pas op je woorden, gaai. Je praat hier tegen honderdtachtig jaar eikenwijsheid.’ – ‘Hondertachtig jaar eigenwijsheid, bedoel je.’ Zulke grapjes gaan aan jonge kinderen misschien voorbij, maar geeft het boek gelaagdheid en speelsheid; het schrijfplezier spat van de pagina’s. In De eik was hier daagt Dumon Tak de lezer uit na te denken over de plek van de natuur in onze samenleving. In het geval van de troeteleik komt die letterlijk in de knel door de gejaagde levensstijl van de mens. De eik is hier, maar voor hoe lang nog?
Bibi Dumon Tak, De eik was hier, illustraties: Marije Tolman, uitgave van Stichting Maand van de Filosofie i.s.m. Uitgeverij Querido, 128 pagina’s (€ 9,99)
3 | BKFILOSOFIE | APRIL 2021
REDACTIONEEL
PRIKBORD
IN DEZE KRANT
Antropoceen
Wat is het verschil tussen mens en natuur? Is er eigenlijk wel een verschil? We vroegen het aan drie denkers.
MENS & NATUUR 4 Filosoof Eva Meijer neemt ons mee naar Vlieland, waar de natuur rap verdwijnt, om te onderzoeken wat de leus ‘De natuur was hier’ betekent. Zij schreef het essay voor de Maand van de Filosofie.
Afgelopen najaar dacht ik van een prachtige herfstdag te kunnen genieten door een wandeling te maken door de Kaapse Bossen bij Doorn. Toen ik bij de parkeerplaats uit de bus stapte, zag ik al dat het mis was. Auto’s vochten om een parkeerplekje, een lange mensenstoet wurmde zich het bos in. Ik sloot me er maar bij aan, terwijl ik loslopende honden en kinderen probeerde te ontwijken. Bij de eerste mogelijkheid sloeg ik een – voor kinderwagens onbegaanbaar – zijpaadje in, en raakte al snel heerlijk verdwaald. Juist nu we haar zo hard nodig hebben, verdwijnt de natuur in rap tempo, dankzij de mens. Filosofen als Virginie Maris noemen dit tijdperk dan ook het Antropoceen (p.13). Dit jaar heeft de Maand van de Filosofie daarom een urgenter thema dan ooit: ‘De natuur was hier’. Om dit thema te onderzoeken, nam filosoof Eva Meijer ons in haar essay mee naar Vlieland. Daar kwam ze erachter dat ‘natuur’ niet alleen om mensen, dieren en planten draait: ‘het zit ook in het ontstaan en vergaan van dingen, eb en vloed’ (p.4). De Vlaamse filosoof Ignaas Devisch denkt alvast in oplossingen, en pleit in Vuur voor een radicale bijstelling van onze verhouding tot de zon (p.7). De lente is begonnen, zie ik aan de narcissen en krokussen die de grote rotonde naast mijn appartementencomplex opfleuren. ‘De natuur is robuust,’ lijken ze te willen zeggen, ‘en geneigd tot samenwerken.’ Gelukkig zijn er filosofen met een luisterend oor. Mirjam Mulder, redacteur BKFilosofie mirjam@boekenkrant.com
Martin Drenthen, milieufilosoof, Radboud Universiteit ‘We hebben onszelf met behulp van cultuur en techniek in grote mate los weten te maken van de onmiddellijke ecologische verbanden waarin we lange tijd waren opgenomen. We hebben bijvoorbeeld dieren gedomesticeerd tot huisdier of vee. Maar het is een illusie te denken dat we daarmee los zouden staan van natuur; wij maken onherroepelijk deel uit van het wereldwijde ecosysteem. En toch proberen we ons landschap steeds in tweeën te delen: wij aan de ene, en natuur aan de andere kant van het hek. Maar zo’n harde grens bestaat niet, hekken zijn hooguit communicatiemiddelen tussen mensen en andere wilde dieren binnen een landschap dat we met hen delen.’ Fred Keijzer, filosoof, Rijksuniversiteit Groningen ‘Mensen, fruitvliegjes en octopussen zijn allemaal variaties op eenzelfde dierlijke organisatie. Evolutionair gestuurde genetische veranderingen en ontwikkelingsprocessen hebben onze lichamen, breinen en intelligentie gevormd. Die processen delen wij met alle andere dieren en resulteren in grote uiterlijke verschillen. De menselijke eigenschappen waarmee wij onszelf onderscheiden van andere dieren zijn een deel van deze uiterlijke schil. Wij zullen onszelf pas goed leren kennen door niet deze menselijke schil maar onze dierlijke kern centraal te stellen.’ Paul van Tongeren, Denker des Vaderlands ‘Lange tijd was de mens vanzelfsprekend onderdeel van de natuur. Maar in de moderniteit ontdekt hij dat hij zich onvermijdelijk altijd ook onderscheidt van de natuur waarvan hij deel uitmaakt. Want hij kent de natuur, en valt dus als kenner niet samen met dat wat hij kent. Ook zijn eigen natuur leert hij kennen: de menswetenschappen ontstaan pas door deze ontdekking. Weliswaar is ook dat kennen een vermogen van de menselijke natuur, maar op het moment dat we dat zien, onderscheiden we ons onvermijdelijk van dat wat we zien. Natuur wordt object voor de mens als subject. Zolang we onszelf als subject niet kwijtraken, zijn we de natuur kwijt.’
VUUR 7 Waarom blijft het energiepotentieel van de zon toch zo onderbenut? Filosoof Ignaas Devisch pleit voor een radicale bijstelling van onze verhouding tot de grote ster. IDENTITEIT 8 Wie ben ik? Deze vraag staat centraal in elk mensenleven. Filosoof Stine Jensen ging met kinderen in gesprek over wat identiteit nou eigenlijk betekent. BKFILOSOFIE TIPT 13 Is er nog wel genoeg natuur om ons heen? De redactie tipt drie boeken die hierover filosoferen. VERBINDING 15 De mens is een sociaal wezen. Maar in deze tijd is het steeds lastiger om echte verbinding te vinden met anderen. Greet Van Thienen en Marjan Slob delen hierover hun perspectief. LOGICA 19 Sjoerd van der Niet laat in Zo niet, dan toch zien hoe makkelijk we met onze redeneringen in de mist gaan, en wanneer dit de filosofische problemen kan ontstijgen. SOCRATESBEKER 20 De vijf genomineerden van de Socratesbeker 2021 vertellen waar hun boek over gaat. EN VERDER Agenda Column Paul van Tongeren Prijsvraag Colofon
22 23 23 23
4 | BKFILOSOFIE | APRIL 2021
INTERVIEW
‘Wij mensen zijn ook deel van de natuur’ Filosoof Eva Meijer denkt graag na over hoe wij met andere dieren kunnen communiceren, en wat we van hen kunnen leren. Ze schreef met Vuurduin het essay voor de Maand van de Filosofie, dat dit jaar over de natuur gaat. Ze neemt ons mee op reis naar de Wadden, want ze wil dat haar filosofie geworteld is in het hier en nu. Door Laura Molenaar
H
et boek leest als een wandeling, zegt filosoof, schrijver en beeldend kunstenaar Eva Meijer. Wie verwachtte dat haar essay voor de Maand van de Filosofie lijkt op De soldaat was een dolfijn, een essay uit 2017 waarin ze betoogt dat we dieren een politieke stem moeten geven, wordt misschien verrast. De opzet van Vuurduin doet juist eerder denken aan De grenzen van mijn taal uit 2019, waarin Meijer filosofische bespiegelingen over depressiviteit en taal afwisselt met persoonlijke ervaringen. In dit essay neemt ze de lezer mee naar Vlieland, het Waddeneiland waar ze vroeger vaak op vakantie ging. Tegelijk haalt ze filosofen en kunstenaars aan om het begrip ‘natuur’ te ontleden. Waarom wilde je naar Vlieland voor dit essay? Had je niet net zo makkelijk thuis een filosofische analyse van de natuur kunnen schrijven? ‘Het thema van de Maand van de Filosofie is “De natuur was hier”. Ik wilde onderzoeken wat dat betekent door ergens heen te gaan waar de natuur
verdwijnt, want het ecosysteem van de Wadden verandert in rap tempo. Daarnaast ging ik vroeger vaak naar Vlieland, en ik wilde ook schrijven over wat in mijn eigen leven vergaat. ‘Bovendien wilde ik dat het boek geworteld zou zijn in de echte wereld. Op Vlieland wandelde ik veel. Wat ik daar meemaakte, zoals overvliegende ganzen, of het verkleuren van bladeren, verbond ik met filosofische problemen.’
Er zitten ook best veel mensendingen in het essay. Je schrijft bijvoorbeeld over de herinneringen aan vakanties, je vader, en andere vakantiegangers op het eiland. ‘Wij mensen zijn natuurlijk ook deel van de natuur. Ik ben ook een dier dat naar het eiland terugkeert en dingen voelt en meemaakt. Maar natuur bestaat niet alleen uit planten en mensen en dieren, het zit ook in het ontstaan en vergaan van dingen, eb en vloed. ‘Een van de oorzaken van de grote problemen van nu, zoals de klimaatcrisis en Eva Meijer, Vuurduin, de coronapandemie, is dat we onszelf als uitgave van de Stichmens los zien van de ting Maand van de rest van de wereld, Filosofie i.s.m. Uiten dat we natuur geverij Lemniscaat, tegenover cultuur 84 pagina’s (€ 4,95)
plaatsen. Niet-menselijke dieren worden vaak gezien als deel van de natuur, wezens die handelen op basis van instinct, tegenover mensen die cultuur hebben en intelligentie. In dit essay probeer ik uit te pluizen welke veronderstellingen er in dat begrip “natuur” zitten en hoe dat samenhangt met de ondergang van de natuurlijke wereld.’ Wat gebeurt er als we anders gaan denken over de natuur? Wanneer natuur en cultuur niet meer scherp van elkaar te onderscheiden zijn? ‘In sommige niet-westerse culturen is er geen woord voor “natuur” als iets dat los staat van de mens. Die culturen zijn lang als dom of minderwaardig beschouwd. Maar tegenwoordig ontstaat er meer respect voor, juist omdat de westerse manier van denken veel geweld opgeleverd heeft. Naast de vormen van wijsheid die je kunt vinden in niet-westerse menselijke culturen is er ook wijsheid in dierlijke culturen te vinden. ‘Gisteren liep ik bijvoorbeeld een rondje hard en zag ik meeuwen op een weiland met z’n allen wormen zoeken. Ik dacht, ze zijn nu aan het werk, ze zijn eten aan het verzamelen. Mensen vinden dat een minderwaardige vorm van werk; er zit misschien weinig denken in, maar het is ook heel duurzaam dat je gewoon bezig bent met je eigen levensonderhoud en niet meer dan dat gebruikt. Die dierlijke culturen kunnen ons leren hoe we op andere manieren met de wereld om kunnen gaan.’ Je schrijft over het ‘rizoom’, het wortelstelsel van mossen, in navolging van de Franse filosofen Gilles Deleuze en Felix Guattari. Dat rizoom heeft geen duidelijk begin- of eindpunt, zoals het wortelstelsel van bomen, maar verschillende beginpunten. Welke wijsheid zouden we bij die mossen kunnen vinden? ‘Filosofen zoeken graag naar een universele waarheid, een manier
5 | BKFILOSOFIE | APRIL 2021
EVA MEIJER
SEBASTIAN STEVENIERS
‘Maar natuur bestaat niet alleen uit planten en mensen en dieren, het zit ook in het ontstaan en vergaan van dingen, eb en vloed’
om de wereld te verklaren. Maar zo werkt de wereld niet. Ik wilde mijn tekst niet opbouwen als een betoog van A naar Z, maar zoek net als Deleuze en Guattari steeds naar nieuwe ingangen om na te denken over de natuur, het vergaan van de wereld, en hoe we ons daartoe moeten verhouden. Er zijn ingangen vanuit mijn eigen biografie en herinneringen. En ik ben
schrijver, ik houd van taal, dus dat is weer een andere ingang, net als de politieke filosofie en de beeldende kunst. ‘Het essay lijkt uiteindelijk een beetje op Vlieland zelf. Midden op het eiland staat een bos met allemaal wandelpaadjes. Dat zijn eigenlijk ook de paadjes die je in het denken bewandelt. Zo werkt het essay als een wandeling.’
Jaargang 2, No. 1 februari 2021, € 6,www.gezonderlevenkan.nl
GEZONDER LEVEN KAN
Filosoferen is makkelijker als je denkt Iedere uitgave verrassende essays, diepgravende interviews en analyses van de scherpste nationale HQ LQWHUQDWLRQDOH GHQNHUV YDQ RQ]H WóG
t CFXFHFO t WPFEJOH t XFM[JKO t QSFWFOUJF t [FMG[PSH
Janneke Wittekoek vecht voor het hart Wandelgemeente Berg en Dal Vitaal aan het werk! ‘Ice Man’ Wim Hof
Word nu abonnee voor maar €6,99 per maand
FAJAH LOURENS ‘Geloof in jezelf’
NU VERSCHENEN
Gezonder Leven Kan! editie maart 2021
Met o.a. Fajah Lourens, ‘Ice Man’ Wim Hof en Bregje Hofstede Kijk voor meer informatie op www.gezonderlevenkan.nl.
0HHU ZHWHQ" *D QDDU ZZZ Ɠ ORVRƓ H QO DER
Paul van Tongeren is de nieuwe
DENKER DES VADERLANDS!
Verkrijgbaar in de boekhandel en op boomfilosofie.nl
© MERLIJN DOOMERNIK
VERSCHIJNT 20 MEI
7 | BKFILOSOFIE | APRIL 2021
RECENSIE
IGNAAS DEVISCH
Helioceen nú! Waarom blijft het energiepotentieel van de zon toch zo onderbenut? Die vraag bezigt Vlaams filosoof Ignaas Devisch. In Vuur pleit hij voor niets anders dan een radicale bijstelling van onze verhouding tot de grote ster. Door Tristan Vanheuckelom
V ‘We wroeten steeds dieper om de resterende fossiele bronnen op te pompen, terwijl we iets wat zo helder is over het hoofd zien’
Ignaas Devisch, Vuur, Uitgeverij De Bezige Bij, 288 pagina’s (€ 23,99)
uur drijft de moderne samenleving. Ze garandeert onze relatieve vrijheid alsook comfort. Zonder de verbranding van fossiele brandstoffen slinken deze verworvenheden dramatisch. Voedseldistributie en de verwarming van onze huizen zijn maar enkele zaken die hierdoor meteen in het gedrang zouden komen. Collectief zijn we deze realiteit uit het oog verloren. Verder negeren kan echter niet meer. Ons huidig energiemodel ontwricht klimaat en dus onze leefwereld, de voorwaarde voor ons overleven. Het moet anders, maar ons ontbreekt het aan durf en ambitie, argumenteert Devisch: ‘De zon is voor ons het eeuwig brandend vuur waarnaar we op deze planeet steeds amechtiger op zoek zijn. We wroeten steeds dieper om de resterende fossiele bronnen op te pompen, terwijl we iets wat zo helder is over het hoofd zien: de zon is de grootste vuurbol van ons planetenstelsel. Ze hangt boven ons, zomaar, gratis en met een energievoorraad die in ruime mate onze behoeften overstijgt, en gaat naar schatting nog minstens vijf miljard jaar mee.’ Bij nuchtere lezers ontlokt het wellicht tegenwerpingen. Wat suggereert hij bijvoorbeeld op het vlak van technologische innovaties om dat enorme vacuüm te vullen? Devisch pretendeert uiteraard niet een wetenschapper te zijn. Vuur dient – geïnspireerd door denkers als Peter Sloterdijk en Bruno Latour – eerder als een idealistische aanzet tot een nieuwe mentaliteit. Een
MICHIEL HENDRYCKX
vertrekpunt voor anderen, die dat alles hopelijk ooit in de praktijk omzetten. Om te weten waar naartoe te gaan, moeten we echter weten waar we vandaan komen. De evoluerende rol en betekenis van vuur in de menselijke verbeelding en samenleving verdient dus aandacht. Het duurde duizenden jaren om tot ons huidig verklaringsmodel te komen: van mysterieus vereringsobject en eigendom der goden tot een pure chemische reactie die we vrij kunnen manipuleren – nu een evidentie, maar dat was lang niet het geval. Met dat proces van de ontheiliging van het vuur en diens exploitatie, ging echter een primaat van groei zonder grens samen. Onhoudbaar, zo weet men nu. De filosoof predikt echter niet – en verraadt geen hunkering naar – een terugkeer
naar de premoderniteit. Qua levensstandaard moeten we hoegenaamd niet inleveren, en ons wentelen in een diep pessimistisch mensbeeld brengt ons nergens. We moeten als de dominante soort op de Aarde simpelweg onze verantwoordelijkheid opnemen. Devisch weet toegankelijke, heldere syntheses te weven van bevindingen uit diverse disciplines. Zo ook hier, wat Vuur een sterke bondgenoot maakt in het populariseren van diens kernidee. Niettemin had deze baat gehad bij strakkere redactie, zonder aan inhoud in te hoeven boeten. Waardevol zou dan ook de toevoeging van een essay door een technisch expert geweest zijn. Dromer én uitvoerder, de handen in elkaar slaand. Een bemoedigende gedachte.
8 | BKFILOSOFIE | APRIL 2021
INTERVIEW
‘Het verbaast me hoeveel kinderen al weten’ Wie ben ik? Met deze vraag begint het nieuwe filosofische kinderboek van Stine Jensen, Alles over wie ik ben. Aan de hand van thema’s als uiterlijk, familie, afkomst en karakter laat zij de lezer – jong en oud – nadenken over identiteit, en wat dat eigenlijk is. Je hebt al meerdere boeken, documentaires en programma’s gemaakt over het thema identiteit. Waarom interesseert dit je zo? ‘Het is een heel actueel thema de laatste jaren, in het nieuws en om ons heen gaat het er vaak over. Denk maar aan genderidentiteit, de Black Lives Matterbeweging, en al die cursussen waar je leert ontdekken wie je écht bent. Daarnaast was ik al vroeg met het thema bezig, omdat ik de helft van een eeneiige tweeling ben. Op een gegeven moment wilde ik me van mijn zus onderscheiden, mijn eigen identiteit hebben. Het is ook iets heel menselijks, denk ik, om over na te denken. Je raakt er nooit over uitgepraat.’ Als je ouder wordt leer je jezelf steeds beter kennen, vertel je in Alles over wie ik ben. Zou jij zeggen dat je jezelf nu kent? ‘Tot op een zekere hoogte wel, maar je blijft ook altijd veranderen. Je blijft groeien als mens, en dus ben je nooit uitgeleerd. Ook hangt het af van de context: als je ineens in een heel andere situatie belandt, ben je misschien wel heel iemand anders. We gedragen ons ook anders bij verschillende mensen. Identiteit is in die zin heel vloeibaar.’ Stine Jensen, Alles over wie ik ben, illustraties: Marijke Klompmaker, Uitgeverij Kluitman, 128 pagina’s (€ 19,99)
Denk je dat de coronacrisis mensen helpt om te reflecteren op wie ze zijn? ‘Ik denk het eigenlijk niet. Aan de ene kant word je, doordat je zoveel thuiszit, geconfronteerd met een andere kant van jezelf
die je misschien nog niet kende. Maar velen zullen nu juist veel afleiding zoeken, en zitten bijvoorbeeld de hele dag op hun telefoon. Het verschilt denk ik ook voor extraverte en introverte mensen; die eersten zullen het er moeilijker mee hebben, meer afleiding zoeken, terwijl introverten nu juist meer tot rust komen. Maar uiteindelijk hebben we allemaal zowel sociaal contact als rust nodig. Dat bespreek ik ook in het boek, dat de meeste mensen eigenlijk ambivert zijn, ertussenin zitten.’ De Westerse cultuur legt veel nadruk op een individu zijn, de beste versie van jezelf worden. Werkt dat niet juist tegenstrijdig? ‘Ja, dat is eigenlijk heel erg, dat we ons zoveel vergelijken met anderen. Dat helpt denk ik niet om jezelf te leren kennen, en geeft je vaak juist een negatief zelfbeeld. Je ziet nu ook dat kinderen al heel jong op social media zitten, en zichzelf helemaal identificeren met van die “vloggers”, dat zijn echt idolen voor hen. Dan willen zij zich ook zo kleden en naar dezelfde muziek luisteren. Uiteindelijk wordt iedereen op deze manier juist hetzelfde.’ In het boek laat je vaak kinderen aan het woord. Hoe kom je met hen in contact? ‘Ik heb het geluk dat mijn dochter Vicky in een hele diverse klas zit. Daar zitten veel kinderen met interessante verhalen tussen. En ik doe ook weleens
oproepjes via social media. Dan spreek ik de kinderen bijvoorbeeld via Zoom, het liefst met hun ouders erbij. Dat werkt vaak toch beter, omdat kinderen soms heel korte antwoorden geven. De ouders kunnen hen dan aanmoedigen, zo van: “Je weet toch wel waar je naam vandaan komt?” Die gesprekken vind ik heel leuk om te doen.’ In je eerste kinderboek Lieve Stine, weet jij het? gaf jij antwoorden op vragen van kinderen. Nu is dat andersom. Leer je zelf ook weleens iets van hoe kinderen naar dingen kijken? ‘Het verbaast me vaak hoeveel kinderen tegenwoordig al weten, bijvoorbeeld over transgender zijn. Daar wist ik op de basisschool echt nog niks vanaf! Maar zij kunnen er al over vertellen, en vinden het ook heel normaal. Dat soort dingen worden nu ook meer besproken in de klas dan vroeger; wat er in de maatschappij speelt, sijpelt ook door naar het onderwijs. Ik ben erachter gekomen dat kinderen vaak veel meer kunnen hebben dan je denkt. Daarom lees ik ook weleens kinderboeken van nu, daar komen soms best spannende dingen of ingewikkelde begrippen in voor!’ Wat voor invloed heeft de digitale wereld volgens jou op hoe kinderen nadenken over identiteit? ‘Dat was het moeilijkste stuk om te schrijven. Het blijkt dat kinderen daar helemaal niet zo mee bezig zijn! Zij wilden het liever hebben over wat hun naam betekent, of over hun hobby’s. Maar social media hebben denk ik zeker wel een grote invloed op hoe kinderen zichzelf zien, ze gebruiken het toch als een spiegel. En hoe meer likes je krijgt, hoe meer “waarde” je hebt. Dat vind ik wel zorgelijk. Toch zie je ook dat kinderen wel goed het verschil kunnen aangeven tussen hun “online”-ik en hun “echte”-ik. Daar zijn ze zich al van bewust.’
9 | BKFILOSOFIE | APRIL 2021
STINE JENSEN
KINDERVRAAG ‘Wat is er jongensachtig aan jou? En wat vind je meisjesachtig aan jezelf?’ Charlie (11): ‘Ik vind het prima om een jongen te zijn. Ik ben tegen jongens- en meisjesafdelingen in kledingwinkels. Ik hou bijvoorbeeld erg van roze. Het is stom als je daarvoor naar een meisjesafdeling moet, dat slaat nergens op. Iedereen mag dragen wat hij wil.’ Vicky (11): ‘Vroeger dachten mensen altijd dat ik een jongen was omdat ik kort haar had. Ik vond dat helemaal niet leuk. Dan zeiden ze: “En hoe heet dit jongetje?” tegen mij. En dan moest ik steeds zeggen: “Ik ben geen jongetje, ik ben een meisje!” Nu heb ik mijn haar laten groeien en heb ik vaak een staartje. Iedereen kan nu zien dat ik een meisje ben.’
‘Kinderen gebruiken social media als een spiegel’
ROMY VAN LEEUWEN
Hannah (11): ‘Later wil ik architect worden, net als mijn vader. Meisjes kunnen alles worden, ze zijn net zo stoer als jongens. Maar bouwvakkers, dat zijn wel vaker mannen. Ik denk niet dat meisjes dat niet kunnen, maar je ziet gewoon nooit vrouwen als bouwvakker. Dan ga je toch denken dat dat niet normaal is. En dat is eigenlijk best stom.’ Uit: Alles over wie ik ben
J ONG E R E NMANI FE ST VO O R K LIM A AT R E CHT VA AR D I GHE I D D E KLIMAATC RISIS STORMT OP ONS AF . Het dringt nu langzaam tot iedereen door: we krijgen hier allemaal mee te maken. Het zal ons land en onze wereld onherkenbaar veranderen. Wat gaan wij daaraan doen? Het is tijd dat Nederland haar verantwoordelijkheid neemt om de klimaatcrisis aan te pakken. Het is tijd dat vervuilende bedrijven de ramp niet langer groter kunnen maken door olie op het vuur te gooien. Het is tijd dat de gevolgen van de klimaatcrisis niet langer vooral op de zwakste schouders terechtkomen. De tijd dringt. Daarom komen wij als politieke jongerenorganisaties nu samen met dit pleidooi voor de toekomst. Wij roepen alle politieke partijen op deze punten op te nemen in hun partijprogramma’s en het nieuwe regeerakkoord.
1. Volg de wetenschap 2. Ontwikkel een Nederlandse Green New Deal 3. Bescherm de democratie 4. Investeer in groene energie 5. Stimuleer duurzame productie 6. Kies voor meer treinen, minder vliegen 7. Kies voor duurzame landbouw 8. Bescherm de natuur 9. Denk planeetbreed
JON G E R E N. K LIM A AT. NU. € 4,95 In dit boek worden alle punten uit het jongerenmanifest toegelicht door speciallisten op de betreffende gebieden. Ingeleid door Jan Terlouw
Een initiatief van:
Bina Chirino PerspectieF (ChristenUnie) | Léonie Janssen Jonge Democraten (D66) | Xenia Minnaert Pink! (PvdD) | Sabine Scharwachter dwars (GroenLinks) | Andrej van Hout Jonge Socialisten (PvdA) | Arno van der Veen rood (sp)
uitgeverij
lemniscaat
11 | BKFILOSOFIE | APRIL 2021
BOEKFRAGMENT
Alledaagse mijmeringen Alledaagse mijmeringen zijn niet eerder gepubliceerde essays van Cornelis Verhoeven (1928-2001), een van de grootste Nederlandse filosofen en winnaar van de P.C. Hooftprijs.
Cornelis Verhoeven, Alledaagse mijmeringen. Een keuze uit de onuitgegeven essays 1953-1956, Uitgeverij Damon, 160 pagina’s (€ 19,90) www.damon.nl
Boeken hebben Het verzamelen van boeken brengt verscheidene problemen mee. Ze zijn niet alleen van technische en economische aard, maar vooral van persoonlijke aard. Want het kan gebeuren dat men zich op een gegeven ogenblik afvraagt of het wel nodig is al die boeken te bezitten. Het is immers vrij gemakkelijk de meeste boeken in een bibliotheek te lenen. En hoe zeldzaam zijn niet de boeken die men twee keer of meerdere keren leest! Vooral van romans zou men dit kunnen zeggen. Het
schijnt dat het niet nodig is een eigen verzameling van boeken te bezitten, wanneer men het boek alleen maar wil lezen of van boeken, die men alleen maar leest. Wanneer men zich op een bepaalde wetenschap toelegt, verandert de zaak; dan is het nodig op elk gewenst ogenblik over bepaalde standaardwerken op het gebied van die wetenschap te kunnen beschikken. Het verzamelen van deze standaarden naslagwerken brengt dan ook weinig persoonlijke problemen mee. Maar het is niet zo dat de boekenliefhebber alleen boeken verzamelt die hij voor zijn studie nodig heeft. Naar deze boeken zal waarschijnlijk zelfs niet zijn grootste liefde uitgaan. Voor hem is het niet genoeg boeken te kunnen lezen. Het gaarne lezen maakt een mens nog niet tot een liefhebber van boeken. Het
bezitten van boeken is van een andere orde dan het lezen van boeken. Er is een liefde voor het boek, die alleen te bevredigen is door het bezitten van een boek. Men wil het geliefde niet alleen zien en bewonderen, maar het onder zijn macht brengen, het bezitten. Deze eigendom immers schept een relatie tussen beide, die veel intiemer is dan het lezen of bewonderen alleen. Een boek dat men bezit betekent oneindig veel meer dan een dat men alleen gelezen heeft, ook al kijkt men het nooit meer in.
gelukkig meestal ook troost door je weer in een omhelzing op te nemen, zo goed en zo kwaad als dat van nu af aan gaat. Want hoe liefdevol dat gebaar ook is, het kan jouw nieuwe situatie niet opheffen. Voortaan ben je op jezelf. Sommige baby’s blijven maar huilen, uren per dag, maandenlang. Alsof de nieuwe wereld te overweldigend is, het leven te groot. In zekere zin hebben ze gelijk: dat is het ook. Mensen zijn vermoedelijk de enige dieren die beseffen dat ze leven. Ons zenuwstelsel stelt ons daartoe in staat, onze taal reikt ons de woorden daarvoor aan. Het maakt ons tot de machtigste wezens op aarde. Maar met dat besef komt ook verlorenheid. Dat bijzondere en prachtige vermogen tot reflectie is wat ons eenzaam maakt.
Eenzaamheid is ‘je niet verbonden voelen’, zeggen de woordenboeken. Ik vind het een prima omschrijving voor huishoudelijk gebruik. Want ja: eenzaamheid is een gevoel – en dus geen feit. Het is een woord voor de manier waarop een individu een situatie waardeert. En ja: eenzaamheid duidt op een gebrek aan vanzelfsprekende verbondenheid. Je voelt je niet verbonden met je omgeving – en je lijdt daaronder. In principe kun je je dus in elke situatie eenzaam voelen, ook (juist!) op een feestje, een netwerkborrel, in de klas of de kantoortuin. Koningin Wilhelmina had daar ervaring mee, afgaande op de titel van haar memoires: Eenzaam, maar niet alleen.
BOEKFRAGMENT
De lege hemel De lege hemel van Marjan Slob, een van Nederlands interessantste filosofen, gaat over een groter wordend maatschappelijk probleem: eenzaamheid. Genomineerd voor Beste Spirituele Boek 2021 en op de shortlist van de Socratesbeker. Altijd alleen maar ik
Marjan Slob, De lege hemel, Uitgeverij Ambo|Anthos, 224 pagina’s (€ 20,99) www.amboanthos.nl
Huilend word je geboren. Je verlaat de besloten roze ruimte waar het pompte en klopte, en je wordt naar buiten geperst, een wereld in die geen einde lijkt te hebben. Er is licht, een zuchtje wind, alles is anders. Je hebt geen idee. Je zit nog slechts met een strengetje vast aan het lichaam waar jij net deel van uitmaakte – een lichaam dat trouwens ook schreeuwt. En jou
‘Ik wil begrijpen hoe religies en ideologieën kunnen ontsporen.’ Waar komt religieus geweld vandaan? Waar liggen de wortels van het idee dat je andersdenkenden moet uitroeien? In een magistraal boek laat Hans Achterhuis zien dat religieus geweld, en daar vat hij ook geweld in naam van communisme en fascisme onder, van alle tijden is en bij alle religies opduikt. Een fascinerende en verontrustende zoektocht naar de wortels van het Hans Achterhuis, Geloof in geweld
fundamentalisme. Een onmisbaar boek voor iedereen
€ 29,99
die dit beter wil begrijpen.
uitgeverij
lemniscaat
‘Het sacrale is niet verdwenen. Het heeft zich verplaatst naar onderzoek in de kernfysica.’ Maarten van Buuren onderzoekt de filosofische consequenties van het feit dat het gedrag van de kleinste deeltjes onmeetbaar en onvoorspelbaar is. De natuur stelt ons voor raadselen. En dan hebben we het nog niet eens over het leven zelf, de scheppende kracht in de natuur. De intrigerende conclusies van het quantumonderzoek komen Maarten van Buuren, Quantum,
volgens Van Buuren heel dicht bij wat Spinoza
de oerknal en God
verwoordde als: God valt met zijn schepping samen.
€ 19,99
Hij is in alle dingen, ook in ons.
13 | BKFILOSOFIE | APRIL 2021
BKFILOSOFIE TIPT
Virginie Maris, Het wilde deel van de wereld. Over de natuur in het antropoceen, vertaling: Mieke van Hemert, Uitgeverij Boom, 224 pagina’s (€ 24,90)
Thomas van Slobbe, Natuurvervaging. En de strijd om wat natuurlijk is, Uitgeverij Noordhoek, 110 pagina’s (€ 12,50)
Wouter Klootwijk, De wind wijst de weg, Uitgeverij Leopold, 80 pagina’s (€ 15,99)
Een blik op de (pure) natuur
De natuur is bij uitstek één van de meest actuele onderwerpen om over te filosoferen. We zijn er als mens immers geheel van afhankelijk. De vraag is echter wel: is er nog wel genoeg natuur om ons heen? Nemen wij als mensen niet te veel de overhand? Deze drie filosofische boeken geven daar hun eigen kijk op. Het wilde deel van de wereld Als je het nieuws mag geloven, lijkt de natuur haast een verloren zaak. Omgevingsfilosofe Virginie Maris verkondigt echter een nieuw geluid in de discussie over het Antropoceen: de natuur blijft! In dit nieuwe tijdperk stelt de mens zichzelf centraal en probeert hij de wereld op grote schaal te beheersen. De natuur wordt gereduceerd tot instrument en verliest haar intrinsieke waarde. Maris pleit voor een herwaardering van de natuur: tegenover de platte, grenzeloze wereld van het Antropoceen stelt ze ‘het wilde deel van de wereld’. Volgens haar benadering is het
Heb je honger, dan eet je de kersen die aan de bomen groeien. Maar de winter nadert…
van belang onszelf te begrenzen, om zo de soevereiniteit van de wilde natuur zeker te stellen, en haar te beschermen tegen uitbuiting en vervreemding. Natuurvervaging Bestaat ‘puur natuur’ eigenlijk nog wel? Die vraag staat centraal in Natuurvervaging van drs. Thomas van Slobbe, één van de meest originele en invloedrijke denkers uit de natuurbeweging. Oernatuur wordt ontwikkeld, in bestaande natuur worden wegen aangelegd en biotechnologie reikt tot in de bouwstenen van ons bestaan. Het begrip ‘natuurlijk’ verliest snel aan betekenis. Daar worden mensen zenuwachtig van. Natuurbeheerders tonen zich onvoldoende bewust van het ongemak dat deze ontwikkeling bij mensen oproept, met grote gevolgen voor natuurbeleving, -beheer en -beleid. De auteur zoekt uit wat
er gaande is, en doet praktische voorstellen om deze kloof te overbruggen. De wind wijst de weg Je bent nooit te jong om te filosoferen over de groene wereld om ons heen, bewijst Wouter Klootwijk: De wind wijst de weg is een prachtig geïllustreerd prentenboek over vriendschap, natuur en klimaat. Jan en Vera vinden elkaar in een wereld waarin iets ergs is gebeurd. Ze weten niet precies wat, maar er is geen olie meer, geen stroom en nergens zijn ouders te bekennen. Dit is een bijzonder verhaal over vertrouwen in de natuur en in elkaar: als je naar de overkant wilt, dan bouw je een vlot, de wind wijst de weg. Gaat het regenen, dan maak je een dak. Heb je honger, dan eet je de kersen die aan de bomen groeien. Maar de winter nadert…
14 | BKFILOSOFIE | APRIL 2021
BOEKFRAGMENT
De zijkant van de filosofie Iedereen kent Socrates, Kant en Nietzsche. Maar hoe zit het met Theano, Porete, Cereta en Salomé? Als deze namen je niets zeggen, ben je geen uitzondering. In een sprankelende dialoog belichten Aline d’Haese en Frank Meester de lang vergeten zijkant van de filosofie. Het resultaat is een origineel en verbluffend overzicht van 2500 jaar vrouwelijk denken. Frank Meester en Aline D’Haese, De zijkant van de filosofie. Een dialoog over vrouwelijk denken, Boom Uitgevers, 208 pagina’s (€ 22,50) www.boom.nl
Beste Frank, Ik daag je uit om met mij opnieuw de geschiedenis van de filosofie in te duiken en de discussie met de vrouwelijke filosofen aan te gaan. Ik waarschuw je: objectief zal het niet worden, maar saai evenmin. Ook zullen niet alle filosofen aan bod komen, maar het zou me een genoegen
zijn samen met jou de geschiedenis van de filosofie uit te pluizen, op zoek naar origineel vrouwelijk gedachtegoed. En ja, dat zal vaak feministisch zijn. Vrouwen moesten namelijk al snel gaan verdedigen dat ze filosofeerden en waarom ze filosofeerden. Toch zal het niet alleen maar om een verdediging van hun denken gaan; er komen ook andere interessante onderwerpen aan bod. Het gaat mij erom jou te laten zien dat er best veel vrouwen filosofeerden over heel veel uiteenlopende zaken. Deze denkers verdienen meer dan de voetnoot of het grijze kadertje dat ze in het beste geval van jullie krijgen. Aan het eind van de rit zullen we de balans opmaken. Wat denk je? Gegroet, Aline Beste Aline, Dank voor je brief. Zou filoso-
feren op schaken lijken? Je begrijpt wel waarom ik dat vraag. Op de een of andere manier zijn er bij beide takken van sport weinig vrouwen in de top. Nu zijn er mensen die erop wijzen dat vrouwen niet kunnen schaken omdat dat historisch zo gegroeid is. In een cultuur waarin men ervan uitgaat dat vrouwen niet kunnen schaken, krijgen vrouwen ook niet de mogelijkheid om te gaan schaken en zal nooit blijken of ze er nu wel of niet goed in zijn. Maar tegenwoordig gaat dat toch niet meer op. Elke vrouw mag lekker schaken als ze daar zin in heeft. Ze mag ook meedoen met de wereldkampioenschappen. Toch zijn de grootste schakers nog steeds mannen. Natuurlijk, schaakster Judit Polgár kan een aardig potje meeschaken met de mannen, maar zij vormt een uitzondering. Hetzelfde gaat op voor de filosofie.
BOEKFRAGMENT
De waarde van woede Over het belang van woede, hoe we ermee om kunnen gaan en hoe onze houding tegenover woede door de geschiedenis heen veranderd is.
Nico Koning, De waarde van woede. Over rechtvaardigheid en opstandigheid, Uitgeverij Damon, 468 pagina’s (€ 29,90) www.damon.nl
En u, lezer, waarom bent u op dit moment niet ook gewoon boos op mensen die boos zijn? Waarom zit u zo rustig en gaat u, in plaats van u op te winden, een boek lezen om die woede beter te begrijpen? Die keuze is een statement. Als u wilt weten wat achter de onvrede van uiteenlopende groepen zit, toont u alleen al daarmee een zekere welwillendheid jegens hen. Wie zich in motieven wil verdiepen, heeft minimaal enige bereidheid tot luisteren en misschien ook nog de intentie om boze mensen waar mogelijk tegemoet te komen op basis van een serieuze weging van hun motieven. Hoe
gewoon is dat? Bent u hierin anders dan de meeste anderen? In vroeger tijden was er altijd maar een klein aantal mensen in staat om innerlijk even afstand te nemen van de strijdperken waarin ze zich bevonden. Vanuit een filosofische of spirituele onthechting verdiepten deze enkelingen zich in de motieven en argumenten van de ander en probeerden die te wegen. Nu is een dergelijke luisterende houding veel algemener geworden. Sterker nog, moderne samenlevingen kunnen nauwelijks functioneren zonder enig vermogen tot zelfrelativering in conflicten en zonder een minimale bereidheid om de grieven van anderen serieus te nemen. Een wijdere verbreiding van politieke woede gaat samen met een wijdere verbreiding van welwillendheid jegens woedenden, naar het
zich laat aanzien. Het verband tussen die twee ontwikkelingen is intrigerend. In volgende hoofdstukken zal geprobeerd worden zowel de groei van de woede te begrijpen als van de welwillendheid daartegenover. De samenhang daartussen moet worden gezien tegen de achtergrond van een positievere waardering van woede in het algemeen en van opstandigheid in het bijzonder. Een meer begripvolle bejegening van woedende mensen veronderstelt dat woede-uitingen niet meer worden veroordeeld of gediskwalificeerd als primitief of immoreel, zoals in het verleden vrij algemeen gebruikelijk was.
15 | BKFILOSOFIE | APRIL 2021
ARTIKEL
Samen alleen zijn
Hoe verhouden we ons tot anderen? Het afgelopen jaar stond voor veel mensen in het teken van meer thuis blijven en minder vrienden en familie ontmoeten. De een voelde zich door de veranderde situatie eenzamer dan ooit, de ander kreeg daardoor rust. een holistischer en reflecteert op uitgangspunt. In De zijn eigen handelen. stuntelende mens In sociale situaties at zeggen filosofen begint Greet Van stellen we ons voor over de mens als sociThienen, bekend hoe we op andere aal wezen? Waarom van de filosofische mensen overkomen willen we elkaar steeds opzoepodcast Kant, en en hoe dat onze ken; waarom doen we het na Klaar!, met de vraag relaties beïnvloedt. eeuwen beschaving nog steeds ‘Wat is de mens?’. Wie dat soms te niet beter dan de vroegere We kunnen onszelf veel doet, zet zich mens? Marjan Slob en Greet niet volbouwen met als het ware even Van Thienen delen hierover hun chips, omdat dat buiten het sociale perspectief. niet in de aard van verkeer. Sommige het mens-zijn zit. mensen, of beter Feest Greet Van Thienen, Welke verhoudingezegd personages, Filosoof Marjan Slob belicht De stuntelende mens. gen zijn er tussen komen niet direct in De lege hemel een bijzonder Een klein onderzoek de mens, natuur en door hun eigen aspect van sociale interactie, naar wat we zijn, andere wezens? Vele namelijk eenzaamheid. De afwe- emotionele handeUitgeverij Pelckfilosofen hebben die len in afzondering zigheid van verbondenheid met mans, 180 pagina’s vragen al proberen anderen kan leiden tot eenzaam- te leven. Dat gebeurt (€ 20,00) te beantwoorden, onder andere in de heid, een naar gevoel. In haar niet altijd met succes. Wat door romans Robinson Crusoë en De boek beschouwt ze dit verschijnde eeuwen heen wel duidelijk is, wand. Slob legt tussen de twee sel van verschillende kanten, is dat we maar voortstruikelen hoofdpersonen een interessant met behulp van de ideeën van en vol illusies en verbeeldingsgrote denkers. Slob begint met de verschil bloot: waar de eerste kracht zitten. opgewekt kluslijstjes blijft constatering dat eenzaamheid In een vlotte stijl neemt Van maken, vervalt de tweede in een geen feit is, maar een gevoel. Ondanks de verschillende defini- melancholische en neerslachtige Thienen je mee door vroegere en hedendaagse voorvallen om aan bui. In een langdurige situatie ties die sociale wetenschappers te tonen hoe de mens met bijzonder uitzicht op menselijk hanteren, is er geen vastomvoorbeeld geluk omgaat. In het contact verdwijnt de menselijke lijnde uitleg van eenzaamheid begin van de coronacrisis werd mogelijk. En waar het Engels nog neiging tot zelfreflectie. Waar over het noodlot gesproken, twee woorden gebruikt, te weten doe je het dan nog voor? Geluk‘alsof dit had moeten gebeuren’, kig is de toon van de rest van het loneliness en solitude, komt men maar tijdens vulkaanuitbarboek opgewekter. in het Nederlands stingen in de achttiende eeuw Eenzaamheid, in met gevoelloze ook. De mens kan nu eenmaal welke mate dan ook, begrippen als ‘exisniet alles controleren, hoe hard hoort bij het menstentiële eenzaamzijn. Het laat zien dat hij het ook probeert. Een heel heid’ aanzetten. menselijke eigenschap, net zoals we sociale wezens De filosofe beschrijft oncontroleerbare gedachten zijn. Daardoor krijg ook hoe je dit veren gevoelens binnen in een je van De lege hemel schijnsel nog anders een feestelijk gevoel, lichaam en geest. Is dat miskunt zien: als een schien waarom de mens maar zoals Marjan Slob menselijke eigenblijft stuntelen? Eén geruststelkreeg bij het schrijschap. De mens is ling: we bestaan op deze wereld ven ervan. het dier bij uitstek ‘als onderdeel van een uitgebreid dat anticipeert op patroon dat ons verbindt met Struikelen komende gebeurteMarjan Slob, De lege elkaar, tegelijk op alle mogelijke Greet Van Thienen nissen (we nemen hemel, Uitgeverij manieren verbonden met verlebekijkt de mens als een paraplu mee als Ambo|Anthos, sociaal wezen vanuit den en toekomst’. de lucht donker ziet) 224 pagina’s (€ 20,99) Door Mireille Bregman
W Aan het begin van de coronacrisis werd over het noodlot gesproken, net als bij een vulkaanuitbarsting in de achttiende eeuw.
Recent verschenen filosofie-uitgaven
Xenofon, De vorming van Kyros de Grote Vertaald door John Nagelkerken
Alledaagse mijmeringen, Een keuze uit de onuitgegeven essays - 1953-1956 Cornelis Verhoeven
Zo niet, dan toch, Over ons redeneren en wat daar wel en niet logisch aan is Sjoerd van der Niet
Stiefkind van de rede, Essays over de voorwaarden van menselijkheid Peter Abspoel
Animo, Een kleine filosofie van het spelende leven Jeroen Vanheste
De waarde van woede, Over opstandigheid en rechtvaardigheid Nico Koning
www.damon.nl
17 | BKFILOSOFIE | APRIL 2021
BOEKFRAGMENT
Quantum, de oerknal en God Filosofie begon in het oude Griekenland met verwondering voor de natuur. Nu onderzoekt Maarten van Buuren de filosofische consequenties van de hedendaagse natuurkunde, oftewel de kwantummechanica.
Maarten van Buuren, Quantum, de oerknal en God. Filosofische perspectieven van de quantummechanica, Uitgeverij Lemniscaat, 160 pagina’s (€ 19,99) www.lemniscaat.nl
Er loopt een grens tussen de wereld van de dingen die voor ons waarneembaar zijn en de dynamiek waaruit deze dingen voortkomen. Denk bij deze dynamiek aan het drijvende beginsel achter subatomaire processen, aan de oerknal en aan de oorsprong van leven. Deze grens is radicaal. Aan de andere kant van de grens bevinden zich processen die ik zal aanduiden als ‘vormkracht’ en die zich manifesteren in oerknal, quantumgedrag en leven. Aan deze kant van de grens zijn er de waarneembare verschijnselen, dat wil zeggen de sporen die deze dynamische processen in de materie achterlaten. De standaardvisie op de manier waarop we ons het verloop van deze processen (de evolutie van de kosmos, het verloop van het leven, de subatomaire processen) moeten voorstellen is die van de entropie: een geleidelijke afname van energie die leidt tot de onafwendbare big chill op kosmisch niveau, tot dood en ontbinding op het gebied van het leven, tot het uiteenvallen van de atomen op kernfysisch niveau. Deze visie lijkt in strijd te zijn met de onderzoeksresultaten van sterrenkunde, biologie en kernfysica. Zij wijzen op een onuitputtelijke vormkracht die zich manifesteert in de versnelde expansie van het heelal, in de kiem waaruit een eik zich ontwikkelt, in de eicel waaruit mens en dier ontstaan. Waar komt deze alomtegenwoordige vormkracht vandaan? De kernfysica moet het antwoord schuldig blijven, omdat de vormkracht zich
terugtrekt achter de grens van de verschijnselen die voor ons waarneembaar zijn. […] Quantummechanica dringt door in gebieden van het allerkleinste en het allergrootste. De wetten die daar heersen ontsnappen aan de alledaagse logica. Het duurt even voordat we beseffen dat de normaliteit niet wordt bepaald door onze alledaagse logica, maar door de continuïteit waarvan de alledaagse logica een randverschijnsel is. Van deze continuïteit weten we in wezen niets. Ze is energie, coherentie, golfgedrag, zeggen we bij gebrek aan beter. Het raadsel van de continuïteit is des te groter, omdat we moeten aannemen dat de continuïteit de oorsprong vormt van alles. In de eerste plaats de oorsprong van het heelal dat miljarden jaren geleden ontstond uit de ontploffing van een onvoorstelbare hoeveelheid in één punt samengebalde energie. In de tweede plaats oorsprong van elk ding, omdat continuïteit de energetische kern is waaruit elk ding zich ontwikkelt tot het natuurverschijnsel dat zich aan ons voordoet. Het raadsel is nu dat de dingen zich vanuit deze energetische kern of kiem ontwikkelen tot oneindig complexe en gevarieerde vormen dankzij een in deze energie besloten vormbeginsel. De essenties van de dingen liggen, zoals Spinoza al betoogde, in de dingen ingevouwen, wachtend op de tik of stoot die hen in de existentie bevordert. Quantumonderzoek leidt tot de vraag naar het zijn. Wat is ‘zijn’? Het antwoord luidt dat ‘zijn’ begrepen moet worden als ‘wording’. Kern van alle dingen is de impuls die een oorspronkelijke energie uitvouwt tot dingen van oneindige complexiteit en variëteit. Quantumonderzoek leidt tot het inzicht dat de kennis van deze oorsprong beperkt blijft
tot datgene wat voor mensen denkbaar is. Werner Heisenberg heeft met wiskundige precisie de grens aangegeven waar voorbij de oorsprong zich in toenemende nevelen van onbepaaldheid hult. Heisenberg meent dat ons verstand ons in staat stelt door te dringen tot de kern van de werkelijkheid, omdat onze hersenen uit dezelfde bouwstenen bestaan en volgens dezelfde beginselen zijn opgebouwd als de rest van het universum. De taak van ons verstand is om ons te oriënteren op het grote geheel waarvan we deel uitmaken, om ons als deeltjes in te voegen in het grote geheel. Bepaalde voorwerpen, bepaalde gebeurtenissen worden sinds mensenheugenis vereerd als ‘heilig’, omdat zich daarin goddelijke aanwezigheid verdicht. Mozes knielde in ontzag neer voor de brandende braamstruik, omdat hij besefte dat God zich van deze struik bediende om zich tot hem te richten. In de moderne samenleving is het besef van de goddelijke aanwezigheid verloren gegaan, zegt Mircea Eliade, de godsdiensthistoricus die het verschijnsel van de hiérophanie (de manifestatie van God in natuurverschijnselen als een steen of een boom) heeft beschreven. De huidige samenleving, zegt Eliade, is gedesacraliseerd. Ik denk dat Eliade ongelijk heeft. Het sacrale is niet verdwenen. Het heeft zich verplaatst naar onderzoek in de kernfysica. Daar buigen geleerden de knie voor formules waarin de oorsprong van alle dingen zich verdicht.
18 | BKFILOSOFIE | APRIL 2021
BOEKFRAGMENT
Het wonder van betekenis Denker des Vaderlands Paul van Tongeren is iemand aan wie je eindeloos vragen wilt blijven stellen. Zijn antwoorden zetten je onbevangen aan het denken. Van Tongeren is een ideale gespreksgenoot: uitdagend, meeslepend en altijd goed te volgen. Dag 1 Het wonder Kritsa, zaterdag 22 augustus, 22:00 uur Zo’n twee weken na de e-mail met de uitnodiging installeren we onszelf aan een houten tafel op een dakterras in het dorpje Kritsa op Oost-Kreta. Ons thuis voor de komende dagen. Om ons heen de beperkte geluiden van het dorp; af en toe een auto die langzaam door een naburig straatje omlaag hobbelt of omhoog kruipt, geregeld blaffende honden en voortdurend het scherpe geratel van krekels. Het loopt tegen tien uur ’s avonds, maar nog altijd is het zo’n 23 graden.
Paul van Tongeren en Marc van Dijk, Het wonder van betekenis. Op zoek naar geluk en wijsheid met Paul van Tongeren, Boom Uitgevers, 160 pagina’s (€ 15,00) www.boom.nl
dag 1 Paul van Tongeren stopt zijn broekspijpen in zijn sokken en smeert zich in om de muggen op afstand te houden, die hem nu al weten te vinden, ook al zijn we er amper een uur. ‘Normaal steken ze eerst Franca, en later pas mij,’ zegt hij. Boven ons een diepdonkere hemel waarin de sterren fonkelend stralen. Toen we boven de Griekse eilanden vlogen en Van Tongeren probeerde het eiland aan te wijzen waar Aristoteles het eind van zijn leven doorbracht en waar hij begraven ligt – Euboia – was de schemer begonnen. Omdat het druk was in de lucht rond vliegveld Kazantzakis maakten we twee rondjes boven Kreta, dat smal en langwerpig is: ongeveer 260 kilometer lang en nergens breder dan 60
kilometer. Aanvankelijk was het zicht nog vrij helder en konden we onszelf Griekse goden wanen die nog even hun speeltuin inspecteerden, al waren we dan wel ingesnoerde goden met seatbelts en mondkapjes. Uiteindelijk verkleurde de horizon en verdwenen de bergketens, baaien en haventjes in het donker. Na de landing schuifelden we in een enorme meute langs een douanepost waar een vermoeide beambte een vluchtige blik wierp op onze printjes – coronavrij, dus oké. Daarna door naar het busje van de organisatoren van de cursus. Bij het instappen begroetten we de overgebleven cursisten die zich niet door het virus hebben laten afschrikken, vier Nederlanders – twee dames en twee heren –, uiteraard zonder handen te schudden. Met mondkapjes op werden we gezamenlijk naar onze tijdelijke huizen vervoerd door Hans Rutten, één van de twee organisatoren. Jacques Poot, zijn compagnon en echtgenoot, stond ons op te wachten bij het dorpsplein van Kritsa, lachend van oor tot oor – we zijn pas de tweede groep dit jaar, vanwege corona. Alle andere negen cursusweken waren geannuleerd. Dus Hans en Jacques zijn extra blij dat wij wél gekomen zijn. Van Tongeren en ik stapten in Kritsa uit, de cursisten bleven nog zitten – hun slaapplaatsen zijn in Kroustas, één dorp verderop. Daar zitten we dan, op het dakterras. Het eerste moment voor een interview; ik leg mijn audiorecorder op tafel. Wat moet de openingsvraag zijn? Journalisten zullen hem vragen wat hij als Denker des Vaderlands wil agenderen. Wat gaat hij dan antwoorden? Weet hij dat zelf al? Ik hoef niks te zeggen, Van Tongeren neemt het woord. Zoekend, maar gedecideerd: ‘Ik zou het willen hebben over iets wat zolang als ik bezig ben
geweest in de filosofie voor mij leidend is geweest, maar lange tijd zonder dat ik het me zelf realiseerde. Het is een gedachte die evenzeer filosofisch als religieus is volgens mij. De kortste formulering daarvan is: het wonder van betekenis. Het wordt voor mij steeds belangrijker dat het in leven en denken daarom gaat, of beter nog: dat alles daardoor gedragen wordt, alles wat bij menselijk leven hoort en alles wat er überhaupt te denken valt. Het is eigenlijk iets heel elementairs, maar ik merk soms tot mijn schrik dat het niet eenvoudig is om dat te laten zien. Vanaf het moment dat ik ging nadenken over wat ik als Denker des Vaderlands ter sprake zou kunnen brengen, bedacht ik dat ik dít aan de orde moest stellen.’
19 | BKFILOSOFIE | APRIL 2021
RECENSIE
SJOERD VAN DER NIET
Redeneren als verantwoordelijkheid Fouten in de logica treden altijd op. Dat werd pijnlijk duidelijk in maart 2020: bleken we er plots vanuit te zijn gegaan dat als je vandaag nog gewoon een hand kon schudden, naar je werk mocht en uit eten kon, dat dat morgen ook nog wel zou kunnen. Sjoerd van der Niet laat in Zo niet, dan toch zien hoe makkelijk we met onze redeneringen de mist in gaan, en wanneer dit de filosofische problemen kan ontstijgen.
JULIEN MENAND
Door Yannick Schueler
Over de relatie tussen als-dan-redeneringen, de vrije wil, en een toeslagenaffaire
Sjoerd van der Niet, Zo niet, dan toch. Over ons redeneren en wat daar wel en niet logisch aan is, Uitgeverij Damon, 216 pagina’s (€ 19,90)
H
et afgelopen jaar zijn we door het hele land overgoten met informatie. Dit maakt de periode niet echt uitzonderlijk: we worden om de haverklap met nieuws overdonderd, over pasgeboren panda’s, een koninklijk huwelijk, of een VVD’er die opstapt. Maar zelden deed al die informatie een dusdanig beroep op onze verantwoordelijkheid als nu. Mensenlevens hingen plotseling af van de mate waarin we medischwetenschappelijke adviezen begrepen, het eens konden zijn met ministers, en onderscheid maakten tussen verschillende typen nieuws. In Zo niet, dan toch zet Van der Niet systematisch uiteen op welke manier wij met taal overweg gaan. En met ‘wij’ doelt hij niet alleen op de doorsnee Nederlander, maar heeft hij het ook (of: vooral, eigenlijk) over de machthebbers, journalisten en wetenschappers. Hoe spreken zij, welke redeneringen kennen wij van ze, en hoe gaan wij als gewone burgers vervolgens met deze informatie aan de slag? Dat is volgens Van der Niet niet slechts een individuele verant-
woordelijkheid, maar een collectieve onderneming die berust op de vraag: ‘Heb je vertrouwen?’ De auteur beantwoordt de vraag zelf positief. ‘Er gaat ontiegelijk veel goed in het geordende Nederland,’ schrijft hij over het kaartenhuis van taal waarop onze maatschappelijke systemen berusten. ‘Maar nee, niet alles.’ En dus moest er een boekje komen, zo leek het. Redeneren is immers méér dan informatie verzamelen en daar logica op loslaten. Redeneren is normatief, laat Van der Niet zien. We kunnen er aan de ene kant feiten instoppen, aan de andere kant kunnen er vervolgens normen uitdraaien. Ogenschijnlijk objectieve, medische feiten beïnvloeden plots de manier waarop we liefde uitdragen: knuffelen of anderhalve meter afstand houden? Hoe komt zo’n redenering tot stand? Het is genoeg geweest om dansleraren tot waanzin (of
waarheid?) te drijven. Van der Niet put hiermee niet alleen uit het vaatje van de abstracte logica van Gottlob Frege, Bertrand Russell en Kurt Gödel, maar ook uit de meer pragmatische en kleurrijkere ideeën van denkers als David Hume en Ludwig Wittgenstein. En zo kan het dat het niet alleen gaat over termen als indicatieve of subjunctieve implicatie (bijvoorbeeld: ‘als de zwaan niet zwart is, dan is hij wit’ en respectievelijk ‘als ik alle zwanen zou onderzoeken, dan zou ik ontdekken dat ze allemaal wit waren’) maar bijvoorbeeld ook over de relatie tussen als-danredeneringen, de vrije wil, en een toeslagenaffaire. Zo niet, dan toch is een zeer sympathiek naslagwerk, dat enerzijds functioneert als handboek logica, en anderzijds een lichtfilosofische dwarsdoorsnee geeft van onze huidige maatschappij.
20 | BKFILOSOFIE | APRIL 2021
SOCRATESBEKER
De beste filosofieboeken van het afgelopen jaar Afgelopen 2 april werd het bekendgemaakt: Miriam Rasch is de winnaar van de Socratesbeker 2021! Maar ook de andere vier titels op de shortlist zijn de moeite van het lezen meer dan waard. Wij vroegen de auteurs kort te vertellen waar hun boek over gaat. Tinneke Beeckman over Machiavelli’s lef: ‘Machiavelli is bekend voor zijn slechte reputatie: machiavellisme staat voor machtshonger, manipulatie en bedrog. Maar ik lees hem als een voorstander van de vrijheid, van de republiek, zoals wel meer filosofen doen. Machiavelli dankt zijn cynische reputatie aan zijn werk Il Principe; over hoe je macht kunt verwerven en behouden. Daarin schrijft hij rechtuit over de psychopaten en narcisten van zijn tijd. Maar in zijn Discorsi. Gedachten over staat en politiek is een voorvechter van de vrijheid aan het woord.
Tinneke Beeckman, Machiavelli’s lef. Levensfilosofie voor de vrije mens, Boom Uitgevers, 288 pagina’s (€ 24,90)
‘Zijn werk is bijzonder relevant vandaag: hij is een denker voor tijden in crisis. Zijn werk straalt ook een enorme daadkracht en energie uit om de dingen te corrigeren en de moed nooit op te geven. Dat vond ik een passend antwoord op de onzekere sfeer die er nu heerst. Vandaar ook de titel: Machiavelli’s lef om tot actie over te gaan en nooit op te geven, ook al zit het nog zo hard tegen.’ Miriam Rasch over Frictie: ‘De grote technologiebedrijven hebben niet alleen ons leven, maar ook ons mensbeeld binnen korte tijd verregaand veranderd. Er gaat
Miriam Rasch, Frictie. Ethiek in tijden van dataïsme, Uitgeverij De Bezige Bij, 240 pagina’s (€ 22,99)
geen dag – of zelfs uur – voorbij zonder internet of de smartphone. De mens wordt gezien als een verzameling data – als je er maar genoeg van verzamelt, kun je hem beter leren kennen dan hijzelf. Tenminste, dat beweren de techbedrijven zelf. ‘In Frictie. Ethiek in tijden van dataïsme onderzoek ik deze ideeën en de ethische implicaties ervan. Hoe kunnen we ons als mens verhouden tot onze dataïstische dubbelganger, die grotendeels buiten ons zicht van ons wordt samengesteld en ingrijpt op ons leven? Om een handelingsperspectief te bieden voer ik het personage van “de idioot” op, een filosofisch figuur die de automatisering in het hart van het dataïsme de-
Katrien Schaubroeck, Iris Murdoch. Een filosofie van de liefde, Uitgeverij Letterwerk, 84 pagina’s (€ 13,99)
21 | BKFILOSOFIE | APRIL 2021
automatiseert. We hoeven niet zomaar mee te gaan in het mensbeeld dat de techbedrijven ons voorspiegelen. De mens is meer dan een algoritme – dat op zichzelf is al een ethisch uitgangspunt.’ Katrien Schaubroeck over Iris Murdoch: ‘Iris Murdoch kreeg in 1978 de Booker Prize voor haar roman The Sea, The Sea. Dat was de bevestiging van haar faam als een van de belangrijkste Engelstalige romanschrijvers van die tijd. Maar dat Murdoch ook carrière heeft gemaakt als academisch filosofe is minder bekend. Ze zag een verband tussen het Ware, het Goede en het Schone, en daarmee stond ze in de traditie van Plato, die in Murdochs tijd totaal geen boegbeeld meer was. Murdoch was echter een eigenzinnige denker, en ze was het oneens met haar tijdgenoten Wittgenstein, Ryle, Sartre. Haar idee dat het Goede een ideaal is waar mensen voortdurend naar moeten streven door zich te ontdoen van egoïstische wensen
Marjan Slob, De lege hemel. Over eenzaamheid, Uitgeverij Ambo|Anthos, 224 pagina’s (€ 20,99)
en fantasieën, baande de weg voor een heropleving van het moreel realisme in de tweede helft van de twintigste eeuw. Het Goede bestaat echt en is geen kwestie van persoonlijke smaak of mening. Dit idee van een onafhankelijke realiteit die we te ontdekken hebben, vind ik een behulpzame gedachte in tijden van sociale crisis en polarisering.’ Marjan Slob over De lege hemel: ‘In De lege hemel onderzoek ik welke vermogens je eigenlijk nodig hebt om eenzaamheid te kunnen ervaren. Dit is natuurlijk een gigantisch onderwerp. Ik heb dat behapbaar proberen te maken door een bepaald beeld van eenzaamheid als motief te kiezen: dat van de astronaut in de lege hemel. Films en romans heb ik op die metafoor geselecteerd, en zo kwam ik ook uit bij David Bowie, de held van mijn verhaal. Bowie presenteert zichzelf vanaf dag één als een Space Oddity, en dat zijn wij mensen ook! Hij laat ook nog eens zien hoe je dat lot stijlvol aanvaardt.
Ruud Welten, Wie is er bang voor Simone de Beauvoir?, Boom Uitgevers, 256 pagina’s (€ 22,50)
‘Een hand uitsteken is prachtig, maar wel vanuit een mentaliteit: “jij bent zoals ik”, in plaats van: “er mankeert iets aan jou”.’ ‘Eenzaamheid is niet leuk, maar het is wel een gevoel dat bij het menselijk leven hoort. Dat wilde ik graag over het voetlicht brengen. Daarmee probeer ik de scheidslijn tussen hulpverleners en “zielige eenzame mensen” wat te vervagen. Een hand uitsteken is prachtig, maar wel vanuit een mentaliteit: “jij bent zoals ik”, in plaats van: “er mankeert iets aan jou”.’ Ruud Welten over Wie is er bang voor Simone de Beauvoir?: ‘Mijn boek gaat niet zozeer over de persoon van Simone de Beauvoir, maar vooral over haar filosofie in De Tweede Sekse. Ik heb met De Beauvoir willen laten zien dat de systematische achterstelling van vrouwen een probleem is van onze samenleving en niet alleen maar van vrouwen. In plaats van te vluchten in snelle oplossingen die bovendien twijfelachtig zijn (vrouwenquota, praten over “diversiteit”, etc.), legt ze daarentegen de pijnpunten van de sekse-gerelateerde structuur van onze samenleving bloot. ‘Er is nooit een geschiedenis geweest zonder vrouwen. Als je kijkt naar het leeuwendeel van de academische debatten, met name in de filosofie, dan lijkt het daar wel op. Te gemakkelijk wordt aangenomen dat de meeste filosofen in het verleden nu eenmaal mannen waren. Maar dat is juist reden te meer om de masculiniteit van het westerse denken te deconstrueren en de vrouwelijke denkers te herlezen. Vandaar mijn vraag: wie is er bang voor Simone de Beauvoir?’
22 | BKFILOSOFIE | APRIL 2021
AGENDA
ELKE WISS
RENE TEN BOS
Agenda April is de Maand van de Filosofie, met dit jaar vanwege het coronavirus een grotendeels online programmering. Kijk voor meer informatie en evenementen op www.maandvandefilosofie.nl. 8 APRIL ONLINE – Elke Wiss schreef in 2020 het boek Socrates op sneakers. In een inspiratiesessie leert Elke hoe je de juiste vraag stelt die leidt tot een goed gesprek. Met Socrates en andere filosofen als inspiratiebron laat zij zien waarom we zo slecht zijn in het stellen van goede vragen, maar leert ze je ook hoe je er beter in wordt. Ariane van Heijningen is praktisch filosoof en trainer en zal de inspiratiesessie leiden. www.eindhoven.op-shop.nl
10 APRIL ONLINE – De Nacht van de Filosofie Amsterdam heeft een online programma samengesteld. Bas Haring en Rebekka de Wit gaan met elkaar in debat over naïviteit als deugd waarmee je dichter bij de waarheid kunt komen, Maxim Februari en Bart van der Sloot hebben het over hoe je het leven licht houdt in tijden van toenemende digitalisering, en Wordbites levert scherpe filosofische spoken word intermezzo’s. www.isvw.nl
17-25 APRIL ONLINE – Ook de Dag van de Filosofie Gent zal volledig online plaatsvinden. Schuif aan bij een debat over klimaatrechtvaardigheid, lezingen over Rousseau, Avicenna, Aristoteles en Ibn Tufayl, een panelgesprek over ecologie vanuit levensbeschouwelijke invalshoek, een debat over samenleven met recent teruggekeerde dierensoorten, een lezing over Scrutons groene filosofie, een debat over de vraag
DENKSMEDERIJ
of de natuur ons een signaal geeft, en nog veel meer. Neem ook deel aan een socratisch gesprek, filosofieleesgroep, of laat je vragen los tijdens ‘Het uur van de waarheid’. www.dagvandefilosofie.be
17 APRIL ONLINE – De Nacht van de Filosofie Den Haag heeft een vol programma. Bibi Dumon Tak leest voor uit haar boek en gaat in gesprek met kinderen. Zes scholieren dragen hun column voor waarin ze uiteenzetten hoe wij ons moeten verhouden tot de natuur. Verder komen er filosofen (Martine Drenthen en Eva Meijer) en beeldend kunstenaars (Esther Kokmeijer en Ap Verheggen) aan het woord. www.filosofieindenhaag.nl
22 APRIL ONLINE – Meliza de Vries gaat in gesprek met Saskia Stehouwer over bedreigde planten en dieren en hoe de mens zich verhoudt tot de natuur. Beiden maken deel uit van de Klimaatdichters, die met behulp van poëzie een klimaatvriendelijke wereld willen creëren. Tijdens de poëzieavond
zal ook worden voorgedragen. Het is voor een aantal deelnemers ook mogelijk om een eigen gedicht voor te dragen. www.amstelland.nl
22 APRIL ONLINE – De Vlaamse initiatiefgroep Maand van de Filosofie organiseert een lezing en vraaggesprek met filosoof en Antropoceen-auteur René ten Bos, met ruimte voor reflectie en gesprek met het publiek. www.dagvandefilosofie.be
28 APRIL LEUSDEN – De Internationale School voor Wijsbegeerte (ISVW) organiseert op haar landgoed in Leusden de cursus ‘De natuur was hier’. De natuur biedt mensen een leefbare habitat. Maar hoe lang nog? En wat betekent dit in sociale en politieke zin? Deze vragen onderzoeken we aan de hand van filosofen als Bruno Latour, Donna Haraway en Henk Oosterling. We voegen de daad bij het woord door middel van guerilla gardening en door zitting te nemen in het Parlement der Dingen. www.isvw.nl
23 | BKFILOSOFIE | APRIL 2021
COLUMN
PRIJSVRAAG
De natuur was hier
Zo niet, dan toch
et thema van de Maand van de Filosofie is gevat in de leuze ‘De natuur was hier’. De leuze is vermoedelijk een zinspeling op het beroemde ‘Kilroy was here’. In de Tweede Wereldoorlog verscheen overal waar de Amerikanen kwamen, graffiti op muren en voorwerpen met dit zinnetje. Het stond steeds onder een tekening van een mannetje met een kale kop en een grote neus die over een muur loert. Men zegt dat de Duitsers nerveus werden van die manier waarop de geallieerden blijkbaar lieten weten dat ze in de buurt waren. Maar voor de bevolking van de gebieden waar de graffiti opdook was het een teken van hoop: de bevrijding was nabij! Wie er ooit mee begon, wie Kilroy was, en wat degene die ermee begonnen is bedoeld heeft, dat is allemaal niet bekend. Misschien was hij (of zij?) geïnspireerd door een gewoonte die al een of twee eeuwen eerder ontstond. Op panden waarin een beroemd persoon gewoond had, een boek schreef, of een keer logeerde, werd een plaquette aangebracht met teksten als: ‘Napoleon verbleef hier op…’, ‘Nietzsche schreef hier zijn…’ of gewoon: ‘Goethe was hier…’. Dat soort plaquettes waren bedoeld om het huis en de plaats waar het stond een extra aureool te geven. Het was een uitdrukking van trots. Daarbij vergeleken steekt ‘De natuur was hier’ wel heel schril af: geen teken van hoop of van trots, maar eerder van wanhoop en schaamte. Wat hebben we aangericht dat de natuur, die hier ooit was, verdwenen is? Gaan we straks bordjes zetten langs snelwegen of bevestigen op distributiecentra, met ‘De natuur was hier’? De filosofie houdt ons deze maand een spiegel voor. De leuze roept de vraag op, waarop wij dan nog onze hoop baseren, als we nog hoopvol willen blijven, en waarop wij eigenlijk nog trots kunnen zijn. Maar vooral herinnert de leuze ons eraan dat we de natuur onder onze handen laten verdwijnen.
De BKFilosofie mag een exemplaar weggeven van Zo niet, dan toch van Sjoerd van der Niet. Wil jij kans maken op dit boek? Beantwoord dan de volgende vraag:
H
Uit het vaatje van welke drie denkers over abstracte logica put Van der Niet inspiratie? Stuur je antwoord en adresgegevens voor 17 mei naar redactie@ boekenkrant.com onder vermelding van ‘Prijsvraag BKFilosofie’.
Dit boek kun je winnen Wat bedoelen we wanneer we zeggen dat iets ‘logisch’ is? Wat is er logisch aan ons redeneren en wat niet? Hoe zeker kunnen we zijn in de keuzes die we maken? In Zo niet, dan toch komt een parade aan herkenbare redeneringen samen met een filosofische kijk op taal en logica. Dit boek verheldert wat we doen als we redeneren en laat zien hoe dit ons samenleven vormt. Het leidt op toegankelijke en speelse wijze naar de grens waar logica eindigt en verantwoordelijkheid begint. Omdat maar heel weinig echt logisch blijkt.
Paul van Tongeren Paul van Tongeren is emeritus-hoogleraar filosofie aan de Radboud Universiteit Nijmegen en de Katholieke Universiteit Leuven. Hij schrijft columns voor de Boekenkrant en de BKFilosofie. www.paulvantongeren.nl
Sjoerd van der Niet, Zo niet, dan toch. Over ons redeneren en wat daar wel en niet logisch aan is, Uitgeverij Damon, 216 pagina’s (€ 19,90)
COLOFON CONTACT Boekenkrant Zonnebaan 54 3542 EG Utrecht Nederland Telefoon: + 31 30 2231718 REDACTIE redactie@boekenkrant.com ABONNEMENTEN abo@boekenkrant.com Telefoon: + 31 172 476085 ADVERTENTIES verkoop@boekenkrant.com ONLINE www.boekenkrant.com facebook.com/deboekenkrant @Boekenkrant @Boekenkrant OPLAGE 19.000 VOLGEND NUMMER De volgende BKFilosofie verschijnt op 1 november 2021. HET TEAM Redacteuren Mireille Bregman, Renske Immink, Laura Molenaar en Mirjam Mulder Medewerkers Yannick Schueler, Tristan Vanheuckelom en Paul van Tongeren Voorkant Uitgeverij Lemniscaat Vormgeving Titus Vegter Uitgever Jan Louwers
BKFilosofie is een uitgave van de Boekenkrant. De Boekenkrant biedt kwaliteit voor een breed publiek. De onafhankelijke redactie van deze maandelijkse krant besteedt aandacht aan literatuur, spanning, jeugd, non-fictie en strips.
Wat kun je zelf doen om de planeet te redden? Niet zoveel, zou je misschien denken, maar niets is minder waar! In een meeslepend betoog laat Naomi Klein zien dat jongeren over de hele wereld opstaan om de planeet te redden waar zij straks op moeten leven. En, al lijkt hun strijd soms hopeloos, zij staan er niet alleen voor. Overal komen mensen in actie. Dat is altijd zo geweest. Keer op keer is de geschiedenis blijvend veranderd door mensen met grote idealen. Wat was Amerika geweest zonder de New Deal van Franklin Roosevelt? Waar waren wij geweest zonder de Marshallhulp? Naomi Klein richt zich tot jongeren, en steekt hen en Naomi Klein, Hoe je ALLES kunt veranderen € 24,99
eigenlijk iedereen een hart onder de riem. Zij laat zien dat je A L L E S kunt veranderen.
Ik wil de wereld niet alleen begrijpen, ik wil hem veranderen. – karl marx
‘Er is ander beleid nodig, dat internationaal wordt gedragen. Nederland heeft een sterke economie en doet in wetenschappelijk opzicht mee met de top van de wereld. Daarom hoort ook de Nederlandse politiek voorop te lopen als het gaat om het bewaken van de toekomst. De toekomst van onze jongeren.’ – Jan Terlouw In dit boek laten bekende activisten en klimaatdeskundigen zien dat de punten uit Jongeren. Klimaat. Nu.
het Manifest voor klimaatrechtvaardigheid van
€ 4,95
levensbelang zijn en de grootste prioriteit verdienen in het beleid van de komende regering.
uitgeverij
lemniscaat