Jaarbeeld 2017
het gewone leven lijkt
weer te passen
JAAR B I J
Ambulante Specialistische Behandeling
“Een wonder dat ik nog leef!”
6 10
Ziekenhuispsychiatrie, Ouderen en cognitie
TIJD • R E D
J D I T •R E D
75
“Gelukkig werd ik gehoord en serieus genomen”
2
“Inbreng hebben heeft mij sterker gemaakt als mens” 14
JAAR
L 5
“Soms pas je even niet in het gewone leven”
B I J
EL • A
Inhoudsopgave
Herlaarhof, centrum voor kinder- en jeugdpsychiatrie
E
VAN R E I A IN
Cliëntparticipatie, erveringsdeskundigheid en familiebetrokkenenheid
“Gewoon werken zodat ik me weer goed voel”
18
Wonen, Zorg en Participatie
“Ik ging ‘op slot’ als het over mijn emoties ging”
22
Acute, intensieve en Forensische Behandeling
“Continu met een wetenschappelijke blik in mijn werk staan”
26
Reinier van Arkel
575 jaar zorg. Van afzondering naar herstel en participatie Reinier van Arkel
30
2017 was het jaar van ons 575-jarig bestaan. Bijna zes eeuwen aandacht voor geestelijk welzijn en kwetsbare burgers in het hart van de stad ’s-Hertogenbosch en de Meierij. In dit jaarbeeld vertellen cliënten en een medewerker aan de hand van eigen ervaringen het verhaal van Reinier van Arkel in 2017.
75
RK
EL •
A
Op de basisschool voelde Noortje zich al anders dan andere kinderen. Waar anderen vrolijk met elkaar speelden, voelde zij zich verdrietig en daardoor ook een buitenbeentje. “Ik wist heel goed dat er iets niet klopte, maar ik had geen idee waar het vandaan kwam”, vertelt Noortje. Er volgden jaren met depressie- en angstklachten en uiteindelijk ook psychotische klachten. Ruim drie jaar geleden ging het de verkeerde kant op. Door persoonlijke omstandigheden verergerden haar klachten en kreeg ze een doorverwijzing naar de crisisdienst. “Soms pas je even niet in het gewone leven.”
even Soms
pas je even in het gewone leven
Omdat er op de crisisafdeling van Herlaarhof Vught geen plaats was, werd Noortje tijdelijk in een andere instelling opgenomen. “Daar vond ik het, misschien gek, heel fijn. Ik hoefde even niets. Niet naar school, niet zo veel nadenken. Het ging nog steeds slecht, maar ik kreeg weer lucht. Ik voelde me hier thuis, had fijne groepsgenoten en een leuke dagbesteding. We mochten zelf boodschappen doen en koken”, aldus Noortje. Maar na een maand kwam er op Herlaarhof een plek vrij, en verhuisde Noortje naar Vught.
Op de crisisafdeling van Herlaarhof moest Noortje weer helemaal opnieuw beginnen. Waar ze in een andere instelling veel vrijheden had op de groep, moest ze zich in Vught aan allerlei regeltjes houden. “Ik mocht helemaal niets. Een joggingbroek mocht je niet aanhouden, want dat zou te veel als thuis voelen. Daar moest ik erg aan wennen. Ik vond het toen zo verschrikkelijk, dat ik zelfs gesmeekt heb of ik terug mocht naar de vorige instelling”, vervolgt Noortje. Maar gelukkig kon Noortje wennen aan haar verblijf op de crisisafdeling in Vught. “Ik werd
Herlaarhof, centrum voor Kinder- en Jeugdpsychiatrie Herlaarhof is het expertisecentrum voor kinderen en jongeren met complexe psychiatrische problematiek, met tweede- en derdelijns zorg. Met een snel toegankelijke specialistische diagnostiek en behandeling wordt ingezet op optimaal herstel en participatie van het kind. Behandeling, zowel klinisch als ambulant, richt zich op neurobiologische ontwikkelingsstoornissen, trauma en hechting, persoonlijkheidsstoornissen, infant mental health en licht verstandelijke beperking in combina-
Herlaarhof heeft vestigingen in:
tie met psychiatrische problemen. Onze klinische zorg, het multifunctioneel centrum voor kinderen met een licht verstandelijke beperking, de dovenpsychiatrie en het Top Referent Traumacentrum hebben een bovenregionale functie. Daarnaast participeren wij in diverse samenwerkingsverbanden, met stakeholders en ketenpartners zowel regionaal, bovenregionaal als landelijk om de transformatie van de jeugdzorg goed vorm te geven.
n niet niet
als 15-jarige opnieuw opgevoed; gestuurd, want de leiding besliste voor mij. De sfeer was totaal anders, vrijheden bestonden bijvoorbeeld uit een half uurtje per dag voor jezelf. Dat vond ik toen echt onzin.” Achteraf bezien paste deze aanpak haar toch beter. Keerpunt Na een aantal weken crisisafdeling volgde de interne behandelgroep op Herlaarhof. Hier was het leven weer wat losser. Van de cliënten werd meer eigen verantwoordelijkheid verwacht, ze mochten meer zelf doen
Zaltbommel
Oss
Op het moment dat Noortje onder behandeling kwam van Mariëlle en Eveline, veranderde er veel voor haar.
4.200
7+
ontvingen zorg
Gemiddeld rapportcijfer voor Herlaarhof
kinderen
’s-Hertogenbosch Waalwijk
en elk weekend een dag naar huis. “Op deze groep voelde ik me thuis, de begeleiding had daar ook een positieve rol in. We stelden voor elke week leerdoelen op en bespraken hoe die vorderden. Ook mochten we zelf koken. Naast de behandelingen waren er soms groepsactiviteiten als bowlen of samen gaan eten in een restaurant. En als ik dan thuis was, sprak ik af met mijn vrienden.”
Vught
7.500 Helmond Veldhoven
ouders
ontvingen zorg
Jeugd: 7,21 Ouders: 7,33
3
even
“Een crisisplek leek geen optie meer. Van hen moest ik met ontslag bij Herlaarhof, een moeilijke stap voor mij. Ik was gewend aan de kliniek, Herlaarhof was een veilige plek voor me geworden. Steeds meer werd ik nu geconfronteerd met mezelf, op een positieve, maar ook op een negatieve manier. Mijn behandelaren hebben mij geholpen me veilig te voelen op een andere plek dan de crisisafdeling. Hier heb ik heel veel aan gehad. Terugkijkend ben ik zo blij hoe alles is gelopen. Ik had opname nodig, dat kan ik niet ontkennen, maar de opname had niet langer mogen duren. Ik ben alle hulpverleners enorm dankbaar.” Inmiddels woont Noortje al geruime tijd in een woongroep bij Buro 3o. “Ik heb gemerkt dat ik in mezelf in een thuissetting veel beter kan ontwikkelen dan in een klinische omgeving.”
Cliëntenraad In de toekomst wil Noortje heel graag als ervaringsdeskundige werken binnen Reinier van Arkel. Dat vergt een zware studie en daarvoor is het nu nog te vroeg. Maar stilzitten, doet ze niet. Momenteel is Noortje erg actief voor de cliëntenraad van Herlaarhof, zo’n drie à vier dagen in de week. Ze zet zich vooral in voor de jeugd, dat is haar aandachtsgebied. Ze is betrokken bij diverse projecten binnen Reinier van Arkel, gaat daarvoor naar vergaderingen. Daarnaast gaat ze naar bijeenkomsten voor ervaringsdeskundigen, naar cursussen of een congres.
Diagnosen Autisme spectrum stoornis 37,5 % Aandachttekort- en gedragsstoornis 27,% Leerstoornis 2% LVB 6,6% Emotionele stoornis 12,1% Trauma 10,5% Infants 3% Overigen 3%
89,2%
86,5%
van de jeugdige cliënten zou Herlaarhof aanraden
van de ouders zou Herlaarhof aanraden
n niet “En dat vind ik super leuk, het werk in de cliëntenraad geeft me heel veel positieve energie en ik word er zelfverzekerder door. Alles wat je kunt, mag je zelf doen. Maar als je hulp nodig hebt, dan krijg je die ook. Je kunt alleen maar succeservaringen opdoen, je kunt bijna geen fouten maken. Het is zo’n leuke club, we zijn er voor elkaar, ook als het niet goed gaat. Ik denk dat het voor je behandeling ook echt heel goed is. Je leert op een andere manier naar dingen kijken, meebeslissen over wat er gaat gebeuren binnen jouw organisatie. Dat is een aanrader voor iedereen. Je draagt iets bij aan iets groters, voor anderen, maar ook voor jezelf. Het is van belang wat er bij de cliëntenraad gebeurt, het doet ertoe!”
Waardering De hulp bij Herlaarhof heeft Noortje veel goeds gebracht in haar leven. “Ik kijk meestal naar het positieve, er zijn natuurlijk ook dingen gebeurd waarmee ik niet blij ben. Maar ik heb mezelf beter leren kennen. En ik heb geleerd niet alleen te kijken naar wat je niet kunt, maar juist naar wat wel kan en hoe je dat nog kunt verbeteren. Ik heb geleerd mensen te vertrouwen. Ik voel me zo geholpen door de begeleiders, therapeuten en behandelaren bij Herlaarhof. Ze hebben veel voor mij betekend. Je voelt je gewaardeerd.” Het gewone leven lijkt Noortje weer meer te passen.
Afbouw bedden
jaar
aantal bedden
aantal verblijfsdagen
2014
55,3
20,191
g emiddelde ligduur 106,8
2015
57,7
21,076
118,4
2016
43,4
15,826
95,3
2017
29,5
10,773
70,0
5
2017
Herlaarhof Het verhaal van Noortje symboliseert de ontwikkelingen van Herlaarhof in 2017. Vanuit de nieuwe missie en visie ligt de focus op het bieden van specialistisch maatwerk gericht op herstel om, in samenwerking met onze partners, het kind en het gezin in hun kracht te zetten. Hierbij past het om de zorg dicht bij de eigen leefomgeving te bieden en als netwerkorganisatie samen met onze partners verantwoordelijkheid te dragen voor kinderen en jongeren met de meest complexe psychiatrische problematiek. In 2017 werden daarom klinische bedden verder afgebouwd en werd gewerkt aan de opbouw van intensieve (outreachende) behandelvormen zoals de FACT-teams voor kinderen en jeugd, het team Intensive Home Treatment (IHT), in samenwerking met de volwassenenpsychiatrie, ambulante gezinsbegeleiding en de oprichting van de High Intensive Care-unit.
In 2015 luidde de diagnose voor Olivier beroepsgerelateerde Posttraumatische Stressstoornis ofwel PTSS. Op dat moment was hij ruim twintig jaar werkzaam bij de politie. Naar eigen zeggen is hij ziek geworden door een opeenstapeling van de vele traumatische gebeurtenissen tijdens zijn jarenlange werk. Een tijd waarin er bij de politie vooral een cultuur van ‘je moet er maar tegen kunnen’ heerste.
ik geh Gelukkig
werd ik en serieus genomen
“Er werd nauwelijks naar je geluisterd, praten over je emoties en gevoelens bestond niet”, vertelt Olivier. “Je moet juist je mentale weerbaarheid onderhouden. Gelukkig is daar nu meer oog voor bij de politie, maar we zullen er nog meer aan moeten werken.” Uiteindelijk kreeg Olivier een doorverwijzing voor behandeling bij het Psychotraumacentrum Zuid Nederland (PTC ZN) van Reinier van Arkel. “De beste keuze ooit!” Als 24-jarige kwam Olivier in 1995 in dienst bij de politie als surveillant. “Ik raakte in het werk al snel
betrokken bij allerlei geweldsincidenten en dodelijke ongevallen, zag dingen die ik nooit eerder gezien had, raakte verwikkeld in heel bizarre omstandigheden.” Door de jarenlange blootstelling hieraan, nam de innerlijke stress bij Olivier alleen maar toe. Naast de geweldsincidenten was er ook het persoonlijk contact met nabestaanden, zoals bij een slechtnieuwsgesprek na een zelfdoding, ernstig ongeluk of misdrijf. “Je hebt soms te maken met jonge slachtoffers, en de emoties die ontstaan na een confrontatie van de nabestaanden met het overleden slachtoffer, bijvoorbeeld bij de identificatie.”
Psychotraumacentrum Zuid Nederland Het Psychotraumacentrum Zuid Nederland (PTC ZN) is een bovenregionaal onderzoeks-, behandel- en kenniscentrum voor getraumatiseerde asielzoekers, vluchtelingen, veteranen, geüniformeerde hulpdiensten en oorlogsslachtoffers. Het centrum - gehuisvest in Den Bosch en met een spreekuurlocatie in Roermond - heeft de TOP-GGZ-erkenning. Het centrum is specialist in de behandeling van mensen met
complexe Posttraumatische Stress-stoornissen (PTSS) en biedt poliklinische en deeltijdbehandeling aan individuen en in groepen. Er is veel aandacht voor de specifieke culturele en systemische context. Het PTC ZN participeert in diverse landelijke en internationale psychotraumanetwerken en is aangesloten bij het Landelijk Zorgsysteem Veteranen.
Enkele behandelvormen van het Psychotraumacentrum • ADAPT (After Deployment Adaptation Parenting Tools) • MFT (Multi Family Therapy) • SITT (Specialistische Intensieve Traumatherapie) • Dagbehandeling voor vluchtelingen
hoord gehoord Maar er waren ook situaties waarin Oliviers eigen leven of die van een ander op het spel stond, en geweldsincidenten waarbij hijzelf gewond raakte. “Het zijn vooral de emoties die je daarbij raken, het je schuldig voelen, de gedachte dat jij of de ander ter plekke dood had kunnen gaan of dat je goed bent weggekomen. Het hoort kennelijk allemaal bij mijn werk. De essentie van dit alles is dat je de gevoelens, die hiermee gepaard gaan, niet durft te bespreken met een collega of leidinggevende, omdat je bang bent dat je erop afgerekend wordt. De opeenstapeling van die stress heeft zich uiteindelijk bij mij geuit als chronische PTSS.”
15% toename van het aantal clienten in behandeling bij het Psyhcotraumacentrum waaronder een significatie stijging van het aantal veteranen
Signalen Voordat Olivier in 2005 bij de recherche terechtkwam, was hij werkzaam in de noodhulpdienst. Door alle ervaringen wilde hij weg uit de drukte en de agressie binnen het werk. Bij de recherche ging hij zich richten op onderzoek: op de plaats delict, mensen horen, gegevens analyseren, etc. “Ik had toen al bepaalde symptomen die ik nu pas kan plaatsen. Ik was hyperalert, sliep slecht, werd wakker van geluidjes en dan ging ik uitzoeken wat dat was. Ik begon me af te sluiten van mijn gezin, zat thuis alleen nog achter de computer, mijn uitlaatklep. Tegen de ochtend ging ik naar bed en stond
6.554
6.326
geopende DCB’s
gesloten DCB’s
Reinier van Arkel productie zorgverzekeringswet 2017 DBC staat voor DiagnoseBehandelcombinatie
7
geh
om 7.00 uur op om weer naar het werk te gaan.” Eind 2014 escaleerde de situatie. “Ik zat in het team Grootschalig Onderzoek. We waren bezig met een onderzoek naar een liquidatie. Ik zat er zo diep in dat ik door mijn werkgever werd terug gefloten, dat was voor mij een signaal. Op een dag ging letterlijk bij mij het licht uit, ik zat naar een leeg beeldscherm te staren. Toen ben ik naar huis gegaan. De volgende ochtend kon ik mijn bed niet uitkomen. Het was gewoon klaar.” Specialistische Intensieve Traumatherapie (SITT) “Ik heb in een isolement gezeten, kon niet over mijn emoties en gevoelens praten. We gaan bij de politie enorm professioneel om met wapens,
11.877 unieke cliënten werden behandeld bij Reinier van Arkel
geweldbeheersing, educatie, maar onze mentale gesteldheid, dat deel is nooit gezien. Als je je emoties niet kwijt kunt dan gaat er iets mis, daar ben ik wel achter gekomen. Dat moet binnen de organisatie ook duidelijk worden. Emoties delen is belangrijk, ze zijn er, je kunt er niet voor weglopen, maar dat doen we wel. We vermijden allemaal de negatieve gevoelens, maar het zijn gevoelens die er mogen zijn en het is zo belangrijk dat we dat leren. Ik heb weinig van de opvoeding van de kinderen meegekregen, besef ik nu. In één keer zijn ze twaalf en vijftien. En dat mijn vrouw dit heeft volgehouden vind ik zo bijzonder, hulde aan haar. Ze heeft alles gedaan om het gezin bij elkaar te houden, dat had zo maar anders kunnen zijn.”
Top 10 gemeente van herkomst cliënten
3.915
710
618
457
869
655
490
418
‘s-Hertogenbosch
Vught
Meijerijstad
Boxtel
Heusden
Sint Michielsgestel
Zaltbommel
Maasdriel
hoord Aanvankelijk kreeg Olivier bij het PTC alleen EMDRbehandelingen. Vanuit het team werd hij benaderd voor deelname aan de SITT-behandeling: een interne, intensieve behandeling van zeven dagen in een tijdsbestek van twee weken met EMDR, Imaginaire Exposure, sport, psychomotorische therapie en psychoeducatie, in een groep van negen deelnemers. “Er werd uitgelegd hoe het in zijn werk zou gaan, en ik raakte enthousiast. Hier word je twee weken bij je lurven gepakt. Je krijgt geen gelegenheid je gevoelens te verstoppen, je moet je kwetsbaar opstellen. Ik ben er ook echt voor gegaan, heb naar eer en geweten alles gegeven.” Olivier kwam terecht in een groep met veteranen. “Ik heb een mooie band met die jongens
345
Helmond
307
Eindhoven
9
Ambulante Specialistische Behandeling (ASB)
opgebouwd, we zaten allemaal in hetzelfde schuitje, hadden allemaal dezelfde shit, herkenbare dingen.” Uitleg over PTSS en goede begeleiding van het personeel zouden bij de politie verplicht moeten zijn, wat Olivier betreft. “Gelukkig werd ik gehoord en serieus genomen, mijn leidinggevende heeft het heel goed opgepakt. Er is iemand op het werk gekomen die uitleg heeft gegeven over PTSS. Het is goed dat PTSS onderkend wordt. Hoe sneller je hulp kunt bieden, hoe sneller de ziekte onder controle te krijgen is. Ik ben door SITT echt geholpen, het heeft me weer zin in het leven gegeven.”
16 - 18
wekelijkse sessies en 2 tot 4 follow-upsessies. Daaruit bestaat de behandeling van VIBE; een kortdurende behandeling voor kinderen en jongeren van 12 tot 23 jaar met milde tot matige emotieregulatieen borderlinepersoonlijkheidsproblematiek.
2017
Oliver vertelt in zijn verhaal over zijn ervaringen met de behandeling binnen het Psychotraumacentrum Zuid Nederland (PTC). Het PTC breidde in 2017 het aanbod uit met Specialistische Intensieve TraumaTherapie (SITT). Een kortdurend, intensief en effectief 7-daags programma voor cliënten met een complex trauma.
Binnen de eenheid Ambulante Specialistische Behandeling gebeurde meer! Zo kreeg de ambulante behandeling voor cliënten vanaf 22 jaar met een licht verstandelijke beperking, die kampen met psychiatrische problemen, nadrukkelijk vorm. En om wachtende cliënten een betere start te geven, vormde team persoonlijkheidsstoornissen een indicatieteam. Het centrum Adolescentenpsychiatrie en Herlaarhof, centrum voor kinder- en jeugdpsychiatrie bereidden zich in 2017 voor op de realisatie van een nieuw therapeutisch en kortdurend behandelprogramma voor kinderen en jongeren van 12- 23 jaar: VIBE (Vroege Interventie Borderline en Emotieregulatie).
Nooit heeft Vincent kunnen vermoeden dat hij ooit als patiënt op een psychiatrische afdeling zou belanden. Van het ene op het andere moment lag hij in coma in het ziekenhuis. Een deel van wat hij heeft meegemaakt, heeft hij van horen zeggen. Dat stuk van zijn geheugen is hij kwijtgeraakt. “Dit overkomt je, het is erg genoeg dat dit allemaal is gebeurd. Ik heb er zelf een groot aandeel in gehad, want ik had beter voor mezelf moeten zorgen. Het is een wonder dat ik nog leef!”
en wo een wonder dat ik nog leef!
Vincent, een veertiger, kwam via omzwervingen van studies en banen, terecht in de zorg. Vincent: “Ik heb altijd gedacht dat mijn leven heel erg goed verliep. Ik vond werken fijn en vrije tijd had ik niet veel nodig. Ik draaide diensten in de weekenden en tijdens feestdagen. Het was werk, werk en nog eens werk. Goed eten en drinken, schoot er vaak bij in. Dan dronk ik een paar bekers melk of een blikje energiedrank. En als ik vrij was, lustte ik op zijn tijd een biertje, en soms wat te veel. Maar dat heeft nooit tot problemen geleid.” Vorig jaar ging het mis. Vincent
voelde zich niet zo lekker en bracht een bezoek aan zijn huisarts. De diagnose was een burn-out. Vincent kreeg medicijnen, het advies rustiger aan te doen en dan zou het wel weer goed komen. Helaas kwam het niet goed. Overlevingskansen Familie en andere mensen in de omgeving van Vincent vertrouwden zijn toestand niet. Ze konden geen contact met hem krijgen. In overleg met zijn moeder werd de politie ingeschakeld, en deze forceerde
Op verzoek is in dit artikel een gefingeerde naam gebruikt.
Ziekenhuispychiatrie, Ouderen en cognitie De focus van de eenheid Ziekenhuispsychiatrie, Ouderen en cognitie (ZPO) ligt op de integratie van psychiatrische en somatische behandeling zowel bij volwassenen als ouderen. Het verhaal van Vincent laat zien hoe belangrijk deze integratie en de samenwerking tussen algemeen ziekenhuis en de specialistische geestelijke gezondheidzorg is.
De eenheid biedt ambulante, dagklinische en klinische zorg in een ziekenhuissetting. Er is een team consultatieve psychiatrie dat op afroep beschikbaar is voor patiënten van het Jeroen Bosch Ziekenhuis (JBZ) bij het vermoeden van psychiatrische problemen. En er zijn specialistische poli’s voor onder andere psychiatrie en zwangerschap (POP), bipolaire stoornissen, onvoldoende verklaarde stoor-
nissen (SOLK), liaison psychiatrie, cognitieve stoornissen, middelenmisbruik en somatische co-morbiditeit. Er wordt elektroconvulsietherapie geboden in samenwerking met het JBZ. De dagkliniek heeft een inzichtgevende en structurerende groep zowel voor volwassenen als ouderen.
onder de voordeur. “Ze troffen me thuis in coma aan. Er lagen lege bierflesjes, ze dachten dat ik flink gedronken had. Maar dat was een restant van maandenlang niet mijn huis opruimen. Ik werd met de ambulance naar het ziekenhuis gebracht.”
De overlevingskansen waren gering. Vincent woog nog maar 49 kilo en was in coma. In zijn dossier stond dat er sprake was van een te hoge vochtintake, en daarnaast had hij veel te weinig gegeten. Daardoor had Vincent een tekort aan natrium, dit werd via het infuus
toegediend. “Vanwege die lege bierflesjes dachten ze dat ik een cliënt was voor Novadic-Kentron. Tijdens de twee dagen dat ik daar ben geweest, zagen ze me steeds verder achteruit gaan. Ze kwamen erachter dat alcohol niet het probleem was.” Terug in het ziekenhuis bleek dat bij het toedienen van natrium zich een complicatie had voorgedaan. Er was oedeem (overmatig vocht) in de hersenstam ontstaan, waardoor de druk op de hersenen toenam en er psychiatrische klachten ontstonden.
Wie verwijst naar de eenheid ZPO?
ZPO biedt:
67%
Huisarts
ambulante zorg
dagklinische zorg
klinische zorg
33%
Zorginstelling, ziekenhuis, vrijgevestigden
11
en wo Verward “Ik was verward, wist niet eens dat ik bestond. Lopen kon ik niet, daarom zat ik in een rolstoel. Ik was opstandig. Verschillende keren heb ik geprobeerd met de rolstoel te ontsnappen. Hier weet ik niets meer van, dit is me verteld.” Op dat moment verbleef Vincent op de afdeling Neurologie. Behandeling van het hersenstamoedeem was niet mogelijk, het was afwachten. Omdat psychiatrische klachten de overhand namen, werd Vincent overgebracht naar de gesloten kliniek volwassenen van Reinier van Arkel. Een gedwongen opname. “Ik was een gevaar voor mezelf en voor anderen. De eerste drie dagen heb ik in de separeerruimte doorgebracht. Bij vlagen herinner ik me hier iets van. Ze gaven me medicatie om te kalmeren. Ze verwachtten niet dat ik dit zou overleven.
Toen ik enigszins kon beseffen hoe ik eraan toe was - ik zag mezelf in een rolstoel en kreeg medicijnen die ik kende als noodmedicatie op mijn werk - heb ik gezegd ‘die ga ik niet meer innemen, die weiger ik’. Op de kliniek hebben ze naar mij geluisterd, en er geen dwangmedicatie van gemaakt.” Langzaam maar zeker ging het beter. Een grote steun had Vincent aan de verpleegkundigen en behandelaars van de kliniek. “Ze hebben heel veel moeite met mij gehad, maar ondanks dat zijn ze altijd positief gebleven.” Herstel Na twee maanden moest de gedwongen opname verlengd worden. Vincent kon de rechter ervan overtuigen dat hij geen gevaar meer vormde voor zichzelf en voor zijn omgeving. “Ik was intussen een stuk vriendelijker geworden. Ik had
Meest voorkomende diagnosen volwassenenpsychiatrie
Meest voorkomende diagnosen ouderenpsychiatrie
1 Depressieve stoornis 2 Bipolaire stoornis Angststoornissen 3 4 Persoonlijkheidsstoornissen 5 Schizofrenie en andere
1 Depressieve stoornis Bipolaire stoornis 2 Dementie, geheugenstoornissen en cognitieve 3
psychotische stoornissen
stoornissen
Schizofrenie en andere psychotische stoornissen 4 Angststoornissen 5
onder door dat de mensen om me heen er waren om me te helpen, ik hoefde niet opstandig te zijn.” Uiteindelijk werd de uitspraak ‘verlenging van een maand’. Daarna was Vincent vrij te gaan en te staan waar hij wilde. Hij was te goed voor revalidatie, maar voelde zich nog niet in staat naar huis te gaan. “Reinier van Arkel heeft me toen aangeboden op de kliniek te blijven voor verder herstel. En daar ben ik de mensen heel dankbaar voor.”
de wetenschap. Want de manier waarop ik aan het genezen was, hadden ze nog niet meegemaakt. Ik ben echt door het oog van de naald gekropen. Zonder de begeleiding en de steun van de medewerkers van de kliniek was ik niet zo ver gekomen.” Het gaat gelukkig goed met Vincent, met wilskracht kijkt hij naar de toekomst.
Maar Vincent werd zich nu erg bewust van zijn omgeving op de afdeling. Hij zag patiënten komen en gaan, mensen met suïcidale neigingen, agressieve mensen. “Het werd me te veel. Dit droeg niet bij aan mijn genezing. Ik wilde naar huis. Gelukkig was mijn behandelaar het met mij eens dat mijn proces in de kliniek was afgerond. Maar ze wilden wel contact met me houden, sowieso voor de verdere hulpverlening, maar ook voor
25% van de cliënten van ZPO komt van buiten de regio vanwege het specialistische karakter van de behandelingen van ZPO
270.993 Ambulante contacten Reinier van Arkel totaal
580 Bedden/plaatsen voor opname en verblijf Reinier van Arkel totaal
13
2017
Ziekenhuispsychiatrie, Ouderen en cognitie De eenheid Ziekenhuispsychiatrie, Ouderen en cognitie startte in 2017 met een unieke samenwerking met het Jeroen Bosch Ziekenhuis (JBZ), apotheek ZANOB en het Bijwerkingencentrum Lareb. Samen realiseerden zij een farmacotherapieadviespoli. De adviespoli is bedoeld voor cliënten en behandelaren van Reinier van Arkel die er terecht kunnen met vragen over medicatie voor psychische en psychiatrische aandoeningen zoals bijwerkingen, combinaties van geneesmiddelen en medicatiespiegels. Om de verbinding tussen somatische en psychiatrische zorg verder te versterken, is sinds 2017 een verpleegkundig specialist ggz werkzaam binnen de spoedeisende hulp van het JBZ. Met het JBZ, huisartsen en verschillende verpleeg- en verzorgingshuizen is daarnaast gewerkt aan het verder optimaliseren van de samenwerking in de zorg voor ouderen waarbij psychiatrische problemen, geheugenproblemen, psychosociale problemen en somatische problemen een rol spelen.
sterk Inbreng hebben, heeft
Twintig jaar geleden kwam Gerdien in aanraking met de geestelijke gezondheidszorg. Zij werd meerdere jaren opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis. Haar ervaringen van toen staan in schril contrast met hoe het er nu aan toegaat. “Ik had als kind al problemen. Ik werd ernstig gepest op de lagere en middelbare school. Pas op de PABO hield dat pesten op. Ik was achttien, ging zelfstandig wonen en kreeg wat vriendinnen. Ik heb nog vriendinnen overgehouden uit die tijd. Helaas ging het psychisch steeds minder goed waardoor ik na een aantal pogingen definitief met de PABO moest stoppen.”
mij sterker als mens
Het was het begin van vele omzwervingen, een zoektocht naar een juiste woonomgeving en zorg. “Ik heb op verschillende plekken langere tijd gewoond. Uiteindelijk ging het niet meer en werd ik opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis. Via een therapeutische afdeling ging ik al snel naar een gesloten afdeling, ik was suïcidaal. Dit was een heel zware tijd waarin mijn moeder is overleden. Ik ben vier en een half jaar opgenomen geweest. Er was een jaar waarin ik meer in de separeerruimte heb gezeten dan daarbuiten.
Wat ik me herinner van die tijd is dat weinig of niets met mij werd overlegd. Ik kreeg te horen welke pillen ik moest slikken, welk programma ik moest volgen, welke therapeut me ging behandelen. Dat was toen gewoon. Achteraf denk ik ‘ik had wel willen praten over mijn gedachten aan suïcide, over mijn doodswens’. Maar daar mocht je het niet over hebben, dat was taboe. Als ze wat meer met me in gesprek waren gegaan dan had ik, denk ik, een stuk minder in de separeer gezeten.”
Familie-/ en Betrokkenenraad Familie en naasten maken deel uit van het sociale netwerk van onze cliënten en spelen vrijwel altijd een rol bij de ondersteuning van cliënten. Soms heeft familie zelf ook steun nodig.
De familie- en betrokkenenraad werkt mee aan en ziet toe op de uitvoering van ons familiebeleid. De raad bestaat uit 7 ervaringsdeskundige familieleden, op sommige afdelingen zijn zij het aanspreekpunt voor cliënten,
naasten en medewerkers. Op andere afdelingen zijn ambassadeurs familiebeleid actief. Dit zijn medewerkers die zich verantwoordelijk voelen voor het implementeren van het familiebeleid.
ker ge gemaakt Ze zeiden: ‘Het moet hier niet te fijn worden’. De visie was dat je je zo min mogelijk thuis moest voelen, dan was er minder kans dat je zou gaan hospitaliseren. Ik had veel nare gedachten. Ik mocht er niet over praten, ze niet uitvoeren. Dat deed ik wel, ik verwondde mezelf. Dat was een schreeuw om aandacht: Zie mij, ik kan niet meer!” Belangrijk om ervaringen van familie te kennen “Achteraf heeft mijn vader me verteld dat als hij belde, hij soms te horen kreeg ‘ze kan nu niet aan de telefoon
komen’. Dan vroeg hij natuurlijk of ik in de separeer zat en dan was het antwoord ‘daar mogen wij helaas niets over vertellen’. Dit was een heel nare periode voor mijn vader en mijn zus waarin ze zich erg machteloos hebben gevoeld. Later - ik verbleef toen op de resocialisatieafdeling van de psychiatrische instelling - hebben we wel familiegesprekken gehad. Dat was fijn, maar ook heel confronterend, want mijn vader en zus vertelden natuurlijk ook hoe zij de dingen zagen. Die confrontatie was nieuw
Cliëntenorganisatie De Cliëntenorganisatie bestaat uit een kleine 20 ervaringsdeskundige vrijwilligers. Zij zetten zich dagelijks in voor de cliëntenparticipatie/medezeggenschap binnen Reinier van Arkel door mee te denken over beleid, afdelin-
gen te bezoeken en door audits af te nemen etc. Cliënten en medewerkers kunnen bij de Cliëntenorganisatie terecht met vragen en opmerkingen.
15
sterk
voor me. Die gesprekken zijn belangrijk geweest, ik had me namelijk nooit gerealiseerd hoe het voor hen was. Nu pas, zoveel jaren later, besef ik hoe het was en hoe het anders had moeten en kunnen zijn.”
Leven op de rit Het gaat nu gelukkig al een hele tijd goed met Gerdien. Zij woont al een aantal jaren zelfstandig. Zij heeft een persoonsgebonden budget van zes uur per week. Dit wordt ingevuld door haar zus. “Dit is de reden dat het zelfstandig wonen zo goed gaat. Zij kent me al mijn hele leven. Mijn zus helpt me met de administratie, medicatie uitzetten, naar instellingen gaan en dergelijke. Als het wat minder goed gaat dan neemt ze wat meer van me over. Maar als het goed gaat laat ze de touwtjes wat vieren.” Daarnaast heeft
Gerdien een goede dagbesteding. Zij is lid van de centrale cliëntenraad en van twee ‘eenheidsraden’. Zij zit in verschillende werkgroepen.
Gedeelde besluitvorming: tweerichtingsverkeer “In zo’n werkgroep was ik, samen met de cliëntenraad, betrokken bij het ontwikkelen van een training ‘gedeelde besluitvorming’. Cliënten zijn tegenwoordig beter geïnformeerd en mondiger. Dat maakt dat het contact tussen cliënt en behandelaar verandert van een- naar tweerichtingsverkeer. De professional geeft voorlichting over wat er op de markt is in de vorm van therapieën en medicijnen. Maar ik moet aangeven wat ik wil. Als ik geen medicijnen wil waardoor ik dikker word dan moet ik dit aangeven, en kunnen we samen de keuze maken.”
7,5 is het gemiddelde rapportcijfer dat cliënten Reinier van Arkel geven
De tevredenheid van onze cliënten wordt gemeten met de landelijk ontwikkelde enquete CQI (Consumer Quality Index)
ker
Voor cliënten is het niet altijd gemakkelijk een gelijkwaardige positie in te nemen ten opzichte van de behandelaar. “Niet iedereen is mondig en het is ook afhankelijk van je behandelaar of je je mondig kunt opstellen. Maar je kunt wel bepaalde technieken aanleren. In de training wordt voorlichting gegeven over gedeelde besluitvorming en er wordt geoefend. Er liggen bepaalde gesprekstechnieken aan gedeelde besluitvorming ten grondslag.”
17
Beslissen is mijn keuze: training gedeelde besluitvorming mij betreft Clozapine zijn. Ik heb in het verleden wel zes verschillende soorten antipsychotica gebruikt en Clozapine was het eerste middel dat werkte. Nu gebruik ik Clozapine. Ik heb goede uitleg gehad over de bijwerkingen. Het gaat goed met me. Het belangrijkste voor mij was dat ze luisterden naar mijn wens, mijn inbreng, omdat ik wist hoe het voor mij werkte. Het heeft mij steviger gemaakt als mens.”
Gerdien heeft ook zelf ervaringen met gedeelde besluitvorming. “Ik ben een tijdje zonder medicijnen geweest. Mijn behandelaar gaf op een gegeven moment aan dat het toch beter was weer medicatie te gaan gebruiken. Dit begreep ik wel, want het ging niet goed met me. Mijn behandelaar wilde graag dat ik een bepaald medicijn ging proberen, maar dat wilde ik niet. Als ik medicijnen moest gebruiken, dan zou het wat
Het programma wordt geïmplementeerd in FACT Den Bosch Zuid-Oost en het team VIP (Vroege Interventie Psychose).
Clozapinepoli Na positieve ervaringen van de pilot, ging de clozapinepoli in 2017 officieel van start. De poli – gehuisvest in het centrum van Den Bosch en op het Zorgpark Voorburg in Vught – is opgericht omdat de behandeling
Gedeelde besluitvorming is het proces waarbij de cliënt samen met zijn of haar behandelaar beslissingen neemt over gezondheidsen behandeldoelen. Bij Reinier van Arkel werd in 2017 de training ‘beslissen is mijn keuze’ ontwikkeld. De training is onderdeel van het STAP-programma (Specialistische Trajecten Aanhoudende Psychose). Dit is een programma waarin de cliënt, samen met zijn naaste(n), deel uitmaakt van het behandelteam.
dermate complex is dat het thuishoort in de specialistische ggz. De komst van de poli is zeer vernieuwend en in lijn met ontwikkelingen bij andere organisaties in het land.
Van een eigen scooterbedrijf naar doosjes vouwen en inpakken bij de WSD. Dat overkwam Christian (38). En toch is hij blij met wat hij doet. Het zou voor hem namelijk zomaar het begin kunnen zijn van een betaalde baan. En dat is wat hij het allerliefste wil. “Gewoon werken. Zodat ik me weer goed voel”, zegt hij.
weer Gewoon werken zodat ik me
weer goed
Zijn eigen scooterbedrijf leidde hij twaalf jaar lang met hart en ziel. De eerste psychose overkwam hem ineens, nu vijf jaar geleden. Zijn toenmalige partner nam het stokje van het bedrijf tijdelijk over. Christian: “Ik werd drie maanden opgenomen bij Reinier van Arkel. Vrij snel daarna keerde ik weer terug naar mijn bedrijf. Achteraf kun je zeggen dat het misschien te snel ging, of dat het niet goed was om verder alles bij het oude te laten, want na drie jaar werd ik opnieuw met een psychose geconfronteerd.” De gevolgen waren nu groter.
Inmiddels is zijn huwelijk voorbij en heeft hij afscheid moeten nemen van zijn bedrijf. Toekomst Christian beschikt over een sterke wil en hij heeft duidelijk voor ogen dat hij er alles aan wil doen om weer terug te keren in het arbeidsproces. Dat gaat stap voor stap. “Ik zit nu nog in de nasleep van de tweede psychose. Dat betekent dat ik nog moeite heb met het opstarten in de ochtend en het plannen van mijn bezigheden, daarnaast kost het me moeite
40
Wonen, Zorg en Participatie De eenheid Wonen, Zorg en Participatie biedt volwassenen en ouderen die een ernstige psychische aandoening (EPA) hebben specialistische zorg en begeleiding. Herstelgericht en vanuit de triade van cliënt naasten - zorgverlener wordt de zorg zo veel mogelijk in de eigen omgeving van de cliënt geboden. Als het nodig is, wordt de zorg (tijdelijk)
in een beschermde woonvorm of in een klinische setting geboden. Specifiek voor volwassenen die in combinatie met een ernstige psychische aandoening ook een auditieve beperking hebben en voor mensen met een autismespectrumstoornis bieden wij een langdurende opnamemogelijkheid in een gespecialiseerde woonomgeving aan.
cliënten montage en inpak maken - samen met de bijbehorende expertise in 2017 de overstap van werken bij Demarrage op het terrein van Zorgpark Voorburg naar de Blizo in Vught
goed
voel
me aan afspraken te houden. Ook ben ik door de psychose vaak moe. Het werken bij de inpak- en montageafdeling, eerst bij Reinier van Arkel en nu bij de WSD, biedt me een kans door te groeien naar een betaalde baan.” “Ik heb me wel afgevraagd waar ik in beland ben, maar ik probeer vooruit te kijken. Dit werk is misschien onder mijn niveau, maar ik zie het als bezigheidstherapie. Een manier om weer ritme op te bouwen. Ik hoop echt dat een betaalde baan voor mij in de toekomst weer
mogelijk wordt, maar nu heb ik het prima naar mijn zin bij de Blizo van WSD.” Al was de verplaatsing van Reinier van Arkel naar WSD toch ook wel wennen, laat hij weten. “Wat ik oprecht mis, zijn de pauzes zoals we die voorheen hadden in de Stenen Hut. Dan zag ik veel bekenden met wie ik een praatje kon maken. Dat soort contacten heb ik hier nog niet. Ik ken de mensen met wie ik werk nog niet zo goed. Dat heeft tijd nodig.”
12 Dagbesteding maar ook individuele begeleiding en de maatschappelijke steunpunten zijn bij WZP onderdeel van de tak Demarrage
Samen met 12 andere zorg- en welzijnsinstellingen zorgt Reinier van Arkel ervoor dat mensen met én zonder beperking uit de gemeente Vught ‘gewoon meedoen’ in de samenleving.
19
weer Naast het dagdeel dat ik hier werk, ben ik op maandag altijd te vinden bij het Crea-atelier op het terrein van Voorburg”, vervolgt Christian. “Ik maak er leuke dingen voor kadoshop de Brandweerkazerne.” Verder maakt hij zich in zijn eigen woonplaats verdienstelijk bij een brommerzaak. Dat verloopt soms met vallen en opstaan: het moeten, het hebben van een vast weekritme, is soms moeilijk vol te houden. “Dat is ook het leerpunt voor nu: als ik afspreek er om 13.00 uur te zijn, er dan ook echt te zijn. Soms word ik hierbij geholpen door de begeleiding, want dat het nog niet altijd lukt, hoort er gewoon bij.”
Beschermd wonen/beschermd thuis in: Zaltbommel
Haarsteeg
Rosmalen
204
60.077
zorgtrajecten beschermd wonen
WMO productiedagen Zorgzwaarte-pakketverblijfszorg inclusief kleinschalig wonen Reinier van Arkel totaal
Een cliënt kan meerdere zorgtrajecten doorlopen gedurende een jaar.
’s-Hertogenbosch
Vught
Vertrouwen in de toekomst Er is alle vertrouwen dat het beter zal worden in de toekomst. Christian voert met zijn begeleider gesprekken over hoe hij deze toekomst ziet, waarbij wordt gekeken naar de mogelijkheden op het gebied van arbeid, bijvoorbeeld of de langzaam opgevoerde druk om langer en meer dagen te werken, verantwoord is voor het welzijn van Christian. ”Ik ben nieuwsgierig naar wat de toekomst voor mij in petto heeft.”
Schijndel
goed
21
2017
Wonen, Zorg & Participatie Het verbreden van de mogelijkheden voor onze cliënten om op voor hen zinvolle wijze - en naar vermogen - deel te kunnen nemen aan de maatschappij. Dat stond voor de eenheid WZP centraal in 2017 en spreekt ook uit het persoonlijke verhaal van Christian. Omdat het hebben van werk helpt bij het herstel, tekenden Weener XL, WSD en Reinier van Arkel in 2017 een samenwerkingsovereenkomst. Doel is de expertise te combineren om een zo groot mogelijke groep burgers met een psychiatrische kwetsbaarheid een passend aanbod op het gebied van (arbeidsmatige) dagbesteding te bieden. In 2017 lag de focus ook op het creëren van een breed scala aan zorgarrangementen die de eigen regie van de cliënt versterken.
310
18
91
vrijwilligers zijn actief bij Reinier van Arkel
jaar is de jongste vrijwilliger
jaar is de oudste vrijwilliger
25% van de vrijwilligers is ervaringsdeskundige
In de samenwerking ‘Weer thuis in de wijk’ met gemeenten, woningbouwcoöperaties, sociale wijkteams en andere formele en informele partijen werd ‘beschermd wonen’ naar ‘beschermd thuis’ omgevormd waardoor wonen en zorg van elkaar gescheiden worden.
Het leven van de 17-jarige Amir speelde zich lange tijd grotendeels af op straat, waar hij diefstallen pleegde om aan drugs te komen. Maar telkens werd hij opgepakt en dan belandde hij weer in de cel. Amir: “Op een gegeven moment – ik was 29 jaar- was de maat zo vol bij justitie dat de rechter zei: Dit gaat zo niet langer. U bent ziek. U moet worden behandeld. Achteraf gezien ben ik hier heel blij mee. Ik zie het als een kans.”
emoti
Op verzoek is in dit artikel een gefingeerde naam gebruikt.
Ik ging ‘op
als het over mijn
Celstraffen in jeugdgevangenissen werden nu behandelprogramma’s in TBS-klinieken. Hierna volgde een verblijf in de Forensisch Psychiatrische Afdeling (FPA) Coornhert van Reinier van Arkel. “Ik leerde daar mijn gevoelens en emoties te uiten. Nu sta ik op de wachtlijst voor een woning. Ik wil het liefste dicht bij mijn ouders wonen, zodat ik vaak bij hen op bezoek kan gaan”, vertelt Amir. “Ik was een jongen met een grote mond die vaak betrokken was bij vechtpartijen. Op de middelbare
school was het cool om met een groepje vrienden jointjes te roken en dan stoned naar school te gaan. Helaas ging ik verder en experimenteerde ook met harddrugs. Overdag sliep ik en ’s nachts ging ik de straat op om diefstallen te plegen. Het maakte me niet uit hoe. Ik kwam alleen bij mijn ouders thuis om te douchen en me om te kleden. Ik ben heel vaak aangehouden, en heb zeven jaar in de gevangenis gezeten, waar ik gewoon verder ging met blowen. Als ik vrijkwam, probeerde ik clean te blijven, maar na een paar dagen kwam ik dezelfde foute
Acute intensieve en Forensische behandeling De eenheid Acute intensieve en Forensische behandeling biedt intensieve zorg, zowel klinisch als wijkgericht. De behandeling is gericht op het herwinnen van het zo zelfstandig mogelijk functioneren van onze cliënten en het stabiliseren van de klachten. We bieden met onze FACT (Flexible Assertive Community treatment)- en IHT (Intensive Home Treatment)-teams wijkgerichte zorg aan cliënten in de thuissituatie, en korte intensieve crisisbehandeling bij mensen thuis. Klinische 24-uurs
behandeling vindt plaats in de Medium Care en High Intensive Care waarbij cliënten zo kort als mogelijk en zo lang als nodig worden opgenomen in een specialistische setting. Op de Forensisch Psychiatrische Afdeling Coornhert (FPA) worden cliënten die vanuit complexe psychiatrische problemen grensoverschrijdend en delictgedrag vertonen, klinisch en ambulant behandeld.
26 26 bedden verdeeld over 3 units telt de kliniek van FPA Coornhert
ies
23
slot’ emoties ging vrienden tegen en ging ik toch weer gebruiken. Ik deed alles om aan geld te komen. Daarvoor bedreigde ik zelfs mijn ouders. Ik had last van psychoses en bleek de ziekte schizofrenie te hebben. Daarom legde justitie mij een TBS-maatregel op. In overleg met de psychiater ging ik medicijnen tegen psychoses gebruiken en beetje bij beetje voelde ik me weer herboren worden. De psychoses verdwenen evenals de behoefte om rust te vinden in het gebruik van drugs. Toen ik clean was, besef-
te ik dat ik mensen - vooral mijn familie - verdriet en pijn heb gedaan. In een gesprek moest ik hen uitleggen dat ik ziek in mijn hoofd was toen ik hen bedreigde. Ze hadden uiteindelijk begrip. Mijn ouders kwamen daarna veel op bezoek. Verder volgde ik allerlei therapieĂŤn en leerde meer over mijn psychose. Hoe je het ziet aankomen, hoe je een terugval kunt voorkomen en drugs kunt vermijden. Ook leerde ik koken en budgetteren, dus dat je voor een klein bedrag toch een lekkere maaltijd kunt
3
200
bedden beschermd forensisch wonen behoren ook tot FPA Coornhert
unieke clienten werden behandeld bij de Forensisch Psychiatrische Polikliniek die ook onderdeel is van FPA Coornhert
emot
maken, en ik werkte twee dagen in een houtzagerij.
Familie Na de tbs-kliniek ging ik naar de Forensisch Psychiatrische Afdeling (FPA). Het was een vervolgstap in mijn behandeling, nog steeds met hekken eromheen. Bij de FPA was ik samen met de therapeuten vanaf het begin bezig het contact verder te verbeteren met mijn familie, met het vinden van een geschikte woonvorm voor mij en te zorgen dat ik een goede dagbesteding heb. Zo keek Paul, systeemtherapeut, samen met mij naar de dingen die goed waren in mijn leven en dat zijn vooral mijn familie en een paar goede vrienden. Daar hadden we fijne gesprekken over, bijvoorbeeld hoe ik deze contacten kon verbeteren.
Paul geloofde er heel erg in dat ik het zou gaan redden. Ik ben niet bang dat ik weer de fout in ga, want ik zie die foute vrienden niet meer. Ook mijn sociale vaardigheden zijn erg verbeterd. Voorheen durfde ik nooit met iemand een echt gesprek over emoties te voeren, dan ging ik op slot, maar door therapie en medicatie durfde ik het wel aan.�
Goede dagstructuur Inmiddels is Amir toe aan een volgende stap op weg naar zijn herstel. Vanuit de FPA, woont hij nu samen met twee andere bewoners sinds drie maanden in een begeleide woonvorm. “We respecteren elkaar. Dagelijks komt een begeleider kijken hoe het gaat en wekelijks komt de behandelaar langs. Ik heb met hem dan een gesprek.
18
6
High Intensive Care (HIC) bedden
weken is de maximale duur van de psychiatrische crisisbehandeling in de thuissituatie zoals geboden door het Intensive Home-Treatment(IHT) - team
ties Voor mij is een goede dagstructuur belangrijk, het is heel fijn om op vaste tijden te eten, te werken en te slapen. Zo werk ik twee dagen bij Demarrage, daar voer ik verschillende werkzaamheden uit, en in mijn vrije tijd doe ik de dagelijkse dingen als boodschappen, koken of ik ga samen met mijn huisgenoten leuke dingen doen. En ieder weekend ga ik naar mijn ouders.”
4 MAASDRIEL
HEUSDEN
FACT-teams: thuis samenwerken aan Herstel
’s-HERTOGENBOSCH
SINT MICHIELSGESTEL
VUGHT
HAAREN
SCHIJNDEL
BOXTEL
• Fact-team Den Bosch Noord-West • Fact-team Den Bosch Zuid-Oost • Fact-team Jeugd • Fact-team Regio
2017
besef dat begeleiding voor mijn schizofrenie ook in de toekomst nodig blijft. Daarom sta ik nu op de wachtlijst voor een woning van begeleid wonen. Het liefste wil ik op mezelf wonen, dicht bij mijn ouders, zodat ik ze veel kan bezoeken. Ik zie het leven heel positief in.”
Ouders Amir hoopt op zichzelf te kunnen gaan wonen. “Een onafhankelijk psychiater schreef een beoordelingsrapport over mij. En een maand geleden kreeg ik - omdat het zo goed met me gaat - van de rechtbank te horen, dat ik zo goed als klaar ben met de behandelingen en op zoek kan gaan naar huisvesting. Daar was ik heel blij mee. Samen met mijn ouders heb ik het gevierd. Ik
ZALTBOMMEL
25
De Teams Den Bosch Noord-West en Den Bosch Zuid-Oost ontvingen in 2017 het CCAF keurmerk
Acute, intensieve & Forensische Behandeling De eenheid AFB richtte zich in 2017 op het verbreden van de mogelijkheden om acuut en zeer intensief behandeling te bieden. Uitgangspunt hierbij is passende zorg voor mensen die door hun ernstige psychiatrische aandoening of andere omstandigheid zulk verward gedrag vertonen dat ze direct hulp nodig hebben. Omdat ook in acute situaties de aandacht erop gericht is dat de cliënt de regie over zijn herstel weer kan nemen, werken we hierbij samen met o.a. huisartsen, gemeenten, politie en ambulancevervoer.
Een psycholance, een aangepaste ambulance met deskundig ggz-personeel, ging rijden voor mensen met verward gedrag. Zo is er voor hen een passende eerste opvang en vervoer gerealiseerd. Ook werd de Spoedeisende Psychiatrische Observatie Ruimte (SPOR) geopend, een plek waar mensen met verward gedrag onderzocht en beoordeeld worden.
De agenda van Nagila (28) zit vol tot 2023. Ze vertelt over haar drukke leven.
weten Continu met een
wetenschap in mijn werk staan
“Na mijn bachelor kind- en jeugdpsychologie in Utrecht deed ik gedurende twee jaar een onderzoeks- en daarna een klinische master. Ik ben nog steeds blij dat ik voor deze combinatie van onderzoek én behandeling heb gekozen. Mijn eerste cliënt bevestigde mijn keuze. Het beeld werd nu pas compleet: achter al die data, cijfers en uitkomsten zat een echt persoon.
ik geanonimiseerde gegevens van een grote groep adolescenten. Heel simpel gezegd bekeek ik of hun klachten veranderden gedurende de tijd dat ze bij het CAP in behandeling waren, en of daar verschillende lijnen in te ontdekken waren. Bij de meeste cliënten namen de klachten af, maar een kleine groep hield dezelfde klachten, ondanks hun behandeling.
Ik vroeg mijn hoogleraar mijn masterscriptie te begeleiden. Hij bracht me in contact met het Centrum Adolescentenpsychiatrie (CAP). In mijn onderzoek gebruikte
Dat gegeven triggerde mij, het vroeg om nader onderzoek. In 2016 startte ik daarom met mijn promotieonderzoek binnen het APOLO-project. Verder behandel
3 onderzoekslijnen
Opleidingsplaatsen
Reinier van Arkel stimuleert haar medewerkers tot het uitvoeren van wetenschappelijk onderzoek. Door middel van onderzoek doen we nieuwe inzichten op die we toepassen in onze behandelingen. Er zijn de volgende onderzoekslijnen: • Klinische farmacologie • Persoonlijkheidsstoornissen • Trauma & Gezin
• Verpleegkundigen (MBO en HBO) • Agogische beroepen (MBO en HBO) • (Kinder- en jeugd)Psychiater (aios en anios) • Artsen (co-schap) • Klinisch psycholoog en GZ-psycholoog
• Klinisch psychiater • Verpleegkundig specialist • Ervaringsdeskundigen .
nscha pelijke blik ik jongeren van 13 tot 23 jaar bij het centrum Adolescentenpsychiatrie en ga ik een dag in de week de schoolbanken in voor de opleiding tot GZ-psycholoog. Dat hoop ik dit jaar af te ronden. Begin volgend jaar start ik dan met de opleiding tot klinisch psycholoog.” Betere hulp door beter begrip APOLO staat voor ‘Adolescenten en hun Persoonlijkheids-Ontwikkeling: een Longitudinaal Onderzoek’. “Het is een promotieproject waarvan ik de projectleider ben. Het is opgezet in samenwerking met de Universiteit
Utrecht en gaat zeker vier jaar lopen. Het is een uniek project. We willen over een langere tijd de persoonlijkheidsontwikkeling van kwetsbare jongeren en hun ouders/verzorgers volgen die in behandeling zijn bij de specialistische ggz-instellingen Reinier van Arkel of Vincent van Gogh. Als we de ontwikkeling van deze groep beter begrijpen, denken we dat we hen beter kunnen helpen. Ik vind het belangrijk dat je de resultaten van onderzoek ook echt in de praktijk kunt gebruiken en dat ik continu met een wetenschappelijke blik in mijn werk als behandelaar kan staan. Het onderzoek voer ik niet alleen uit,
De BrabantAcademie - gestart in 2017 - is een netwerk waarin GGZ Oost Brabant, GGz Breburg, Reinier van Arkel en GGZ Westelijk Noord-Brabant kennis op het gebied van opleiding en onderzoek met elkaar delen. Doel is dat eigen cliënten en medewerkers ook samen zorgopleidingen en bedrijfstrainingen organiseren.
27
etensc nu al werken er zes psychologen – in opleiding tot specialist – aan mee.” Ruimte en mogelijkheden geven energie “Het is heel leuk dat APOLO gesteund en gedragen wordt door Reinier van Arkel. Ik krijg van leidinggevenden en mijn promotor alle ruimte en mogelijkheden. Daaraan merk je hoe belangrijk de organisatie wetenschappelijk onderzoek vindt. Dat geeft me veel energie. Er is een goede samenwerking met Vincent van Gogh en de Universiteit Utrecht. We hebben een website, er is een YouTube-filmpje gemaakt en een symposium georganiseerd. Je merkt aan alles dat we niet op ons eigen eilandje blijven staan. We zoeken contact en gaan naar buiten.” Nagila is zeker tot 2023 bij dit project
12 ervaringsdeskundige collega’s (7,55 FTE)
betrokken, omdat zij ook deelneemt aan het Topklastraject voor excellente studenten dat in ieder geval zes jaar duurt. Hierbij worden deelnemers naast de opleiding tot gz-psycholoog en specialist ook opgeleid tot klinisch wetenschappelijk onderzoeker: een scientist practitioner. Nagila: “Je leert zowel klinisch te werken, als ook met een wetenschappelijke blik naar je werk te kijken. Wetenschap en praktijk gaan hier hand in hand.”
Inzichten inzetten om adolescenten zo vroeg mogelijk te helpen “Ik hoop voor cliënten te bereiken dat we steeds meer zicht krijgen op hoe de persoonlijkheid van jongeren zich ontwikkelt, vooral als deze ontwikke-
3 leerlingen en 1 collega volgden de opleiding Topmodule Ervaringsdeskundigheid: een reguliere MBO-verpleegkundeopleiding met een extra module voor mensen die hun ervaringsdeskundigheid willen inzetten.
chapp ling een verkeerde kant opgaat. Het zou mooi zijn als we signalen van een afwijkende persoonlijkheidsontwikkeling kunnen gaan herkennen zodat we adolescenten zo vroeg mogelijk kunnen helpen, en daarmee voorkomen dat ze pas hier komen als ze al een persoonlijkheidsstoornis hebben met alle gevolgen van dien. Ook is het belangrijk inzicht te krijgen hoe we jongeren het best kunnen helpen.
29
Onze kernwaarden
het klinische werk en onderzoek heel leuk, vooral dat het elkaar zo mooi kan aanvullen. In de opleiding tot klinisch psycholoog zit ook een stukje beleid en management, dat trekt me ook wel, ik ben benieuwd hoe me dat gaat bevallen.�
Betrokken
Bevlogen
Toekomst Waar ik naar uitkijk is dat ik dit jaar mijn GZ-opleiding afrond. Dat is wel een mijlpaal. En dat de gegevens van onze eerste cliĂŤnten in de dataverzameling binnenkomen. In 2023 ben ik, als het goed gaat, klinisch psycholoog en gepromoveerd. En als ik heel eerlijk ben dan zie ik mezelf niets anders doen dan wat ik nu al doe. Ik vind
1.467 medewerkers (1.115 FTE)
Betrouwbaar
5%
19%
25%
10%
7%
34%
Psychiaters/artsen
Psychologen
Verpleegkundigen/verpleegkundig specialisten
Vaktherapeuten/maatschappelijk werkenden
Verzorgenden/begeleiders
Overige
Al 575 jaar. Zo lang bestaat Reinier van Arkel in 2017. In het jaarbeeld waarin ervaringsverhalen een indruk geven van wat er in 2017 gebeurde, mag het verhaal van onze naamgever dan ook niet ontbreken. Wie was deze Bosschenaar en waarom nam hij het besluit om een groot deel van zijn vermogen na te laten voor de opvang van arme zinnelozen en hoe groeide de instelling Reinier van Arkel uit tot wat het vandaag de dag is: een gespecialiseerde instelling voor geestelijke gezondheidszorg geworteld in de stad ’s-Hertogenbosch en de Meierij?
575 ja 575 jaar van afzondering naar
Reinier van Arkel was de oudste zoon uit een gezin met vijf kinderen, hij werd geboren in 1401 in ’s-Hertogenbosch. In 1439 overleed hij op 38-jarige leeftijd, waarschijnlijk aan de gevolgen van de pest of een vorm van dysenterie, en voor zover bekend ongetrouwd. In zijn testament sprak hij de wens uit om in ’s-Hertogenbosch een gasthuis te stichten, een type geheel afwijkend dan tot dan toe bekend was in Nederland, een huis bestemd voor de opvang van zinnelozen, zoals dat in die tijd werd genoemd. Reinier was een rijke koopman, een deel van zijn vermogen had hij geërfd van zijn moeder die uit een
rijke familie van goudsmeden kwam. Hij handelde onder meer in vastgoed en deed zaken voor de Bossche schepenbank. Via bedevaartgangers naar Santiago de Compostella was hij waarschijnlijk op de hoogte van Spaanse opvanghuizen voor zinnelozen in Valencia (1409) en Saragossa (1436). Misschien had Reinier ook al gehoord van ‘dolhuizen’ in Vlaanderen en Henegouwen. Wilde hij daarom zinneloze mensen - die hij kende uit zijn naaste omgeving - opgenomen zien worden in een soortgelijke instelling? Het waarom is niet exact duidelijk, wel dat hij zijn wil in zijn laatste levensjaar opnam in zijn testament.
1442
1474
1550
27 november oprichting ‘huis voor zes zinnelosen’
Maximum van 6 patiënten wordt uitgebreid
20 patiënten 1579
aar zo zorg
31
herstel en participatie Vanaf 1440 troffen de executeurs voorbereidingen om de laatste wil van Reinier uit te voeren. Ze kochten een huis op het Hinthamereind en braken het af. In het nieuwe huis werden 50.000 bakstenen verwerkt en veel hout. Het huis kreeg vijf kamers, voorzien van ijzeren sloten. Het waren eenvoudige getimmerde kooien. Achter het huis werd een hof ingericht, om groenten te telen. Op 27 november 1442 werd het huis geopend. Op de eerste plaats mochten bloedverwanten en andere familieleden opgenomen worden en daarnaast poorters van de stad, en als er nog plaats was personen uit de Meierij.
1569
15e eeuw Het zinnelooshuis dat Reinier van Arkel in 1439 voor ogen had, markeert het begin van een nieuwe trend, de afzondering. Er werd steeds meer geageerd tegen bedelaars, armen en zinnelozen. Zij moesten worden opgesloten in hospitalen en tuchthuizen. Bij de zinnelozen speelde ook mee, dat zij beschermd werden tegen de vele plagerijen. De artsen kenden een beperkt aantal geestesziekten waaronder depressie en manie. Zij verklaarden de ziekten uit een verstoorde verhouding van lichaamsvochten. Deze zogenaamde humoren - bloed, slijm, gele gal en
1579
1600
Schermersoproer 27 november 1442 Oprichting ‘huis voor zes zinnelosen’
17 patiënten
1620
1629
1750
23 patiënten
Frederik Hendrik 1579 verovert ’s-Hertogenbosch
20 patiënten
12 patiënten
|
Tijdlijn 1579
1579
1579
1579
Collecteren met een ezel De zinnelozen waren door Reinier rijkelijk begiftigd, maar zij moesten verder zichzelf zien te bedruipen. De overheid subsidieerde niet en sociale verzekeringen bestonden niet. Een geliefd middel om aan geld te komen was langs de huizen en op straat collecteren. Voor dat doel kochten de bestuurders van het nieuwe gasthuis een ezel. Broeder Jan Colman werd op pad gestuurd om deze voor deze streek zeldzaam dier in Wallonië aan te schaffen. Het beest werd gevoerd met hooi en ‘dravick’, een soort gras. Een knecht liep ermee door de stad om geld voor de arme zinnelozen op te halen. In twee jaar tijd verdiende het dier zijn geld terug. Rond 1562 verdween deze gewoonte.
Het ‘gekken kijken’ De zinnelozen vermaakten zich niet, maar anderen vermaakten zich wel om hen. Het was de gewoonte in de middeleeuwen tegen betaling de zinnelozen te bezichtigen. Lieden van geringe komaf moesten daarvoor een stuiver in de collectebus storten, fatsoenlijke mensen moesten zelf weten hoeveel zij gaven, maar van hen werd meer verwacht. In de reglementen stond wel vermeld dat bij een bezichtiging de binnenvader of -moeder er altijd bij moest zijn en dat deze moest waken voor plagerijen.
575 ja
zwarte gal - werden behandeld met aderlaten, laxeren of braken. In de volksgeneeskunde dacht men dat geesteszieken bezeten waren door demonen of dat zij heks waren. Heil werd gezocht in geestuitdrijving of aanbidding van de Zoete Moeder van ‘s-Hertogenbosch of de Heilige Dymphna, patrones van de geesteszieken.
16e eeuw De 16e eeuw was voor de stad ’s-Hertogenbosch een rumoerige tijd met economische neergang. Artsen hadden in deze tijd niet veel oog voor geesteszieken en konden ook niet veel betekenen voor hen. Behalve de arts Jan Wier die als een van de eersten protesteerde tegen de heksenvervolgingen. Hij geldt als een van de grondleggers van de psychiatrie. Rond 1550 had Reinier van Arkel plaats voor ongeveer twintig patiënten en was daarmee de grootste van de Noordelijke Nederlanden.
17e eeuw In 1629 werd het katholieke ‘s-Hertogenbosch ingenomen door de protestanten onder leiding van Frederik Hendrik. Het aantal opnames steeg fors in het begin van deze eeuw mede door het gestegen aantal heropnames. In 1686 werd besloten tot nieuwbouw in classicistische stijl, versierd met een gevelsteen. Op de steen stonden zes patiënten afgebeeld die respectievelijk aan manie, depressie, hallucinaties, wanen, melancholie en idiotie leden. Dit waren destijds de gehanteerde psychiatrische diagnoses.
Menu Rond 1620 bestond de dagelijkse kost voor personeel en zinnelozen per persoon uit: Roggebrood: 365 gram per dag Bier: 0,88 liter per dag Vlees: 558 gram per week Boter: 6 gram per week Kaas: 122 gram per week
1794
1803
1815
Stad wordt ingenomen door Franse troepen van Napoleon
60 patiënten
Oprichting de Godshuizen
1579
1841
1579
Eerste landelijke 1579 1579 Krankzinnigenwet
aar zo 18e eeuw ’s-Hertogenbosch was vanaf de tweede helft van de 18e eeuw een redelijk welvarende stad. Gedragsproblemen door drankmisbruik, verpaupering en afgenomen tolerantie voor afwijkend gedrag zullen de reden zijn geweest dat tussen 1750 en 1800 het aantal patiënten in het huis steeg van twintig naar zestig. In deze eeuw was het huis voor de zinnelozen niet meer dan een bewaarplaats.
19e eeuw Na het vertrek van de Fransen in 1815 werd in ‘s-Hertogenbosch een overkoepelende organisatie van zorginstellingen, ‘de Godshuizen’, opgericht. Koning Willem I gaf in 1815 de aanzet tot hervorming van de samenleving en de zorg voor zinnelozen. In 1841 werd de eerste Krankzinnigenwet vastgesteld en instellingen moesten voldoen aan de daarin gestelde eisen om erkend te worden als geneeskundig instituut.
In de tweede helft van de 19e eeuw werden steeds meer gestichten buiten de stad opgericht omdat de rust van de vrije natuur bevorderlijk was voor de genezing. Zowel in Rosmalen (1870) als in Vught (1885) werd een buitengesticht opgericht. Deze tijd kent ook een grote toename van het aantal patiënten. In de periode 1850 tot 1870 steeg het aantal van 132 naar 700.
33
Kostprijs In 1859 maakte de secretaris van het regentencollege een berekening van de kostprijs per verpleegde/per dag in de verschillende instellingen van de Godshuizen: Groot Ziekengasthuis ƒ 0.53 Reinier van Arkel ƒ 0.35 Oude Mannen- en Vrouwenhuis ƒ 0.34 Gesticht voor arme oude mannen en arme weesjongens ƒ 0.19 Gesticht voor arme oude vrouwen en arme weesmeisjes ƒ 0.18
De artsenstand steeg op de maatschappelijke ladder in Nederland en de zorg professionaliseerde. De behandeling van patiënten veranderde drastisch omdat de oorzaak van zinneloosheid steeds meer werd gezocht in de hersenen en als gevolg van een lichamelijke stoornis. Opium had een sederend effect, koude douches werden voorgeschreven bij opwinding en warme baden bij melancholie.
Stoomkracht
1850
1859
1870
Erkenning als geneeskundig instituut
132 patiënten
261 patiënten
700 patiënten 1579
|
1848
1579
In 1867 nodigde het college van regenten een groot aantal autoriteiten uit om aanwezig te zijn bij een demonstratie van een zojuist gereedgekomen stukje technisch vernuft. Een door stoomkracht aangedreven perspomp leverde warm en heet water aan de eveneens nieuwe keuken, de wasserij en de badinrichting. Een paar jaar later werd de badinrichting opengesteld 1579 mensen van buiten. Tegen betaling 1579 voor konden zij bij Reinier van Arkel een bad nemen.
ar z De deuren naar de maatschappij gingen open, de ‘muur’ tussen de seksen verdween, de witte jassen werden uitgedaan en patiënten en familie kregen meer te vertellen. Op Voorburg kwamen nieuwe gebouwen met kleinere groepen en in de stad kwamen woongroepen en sociowoningen. Deze tendens van inspraak, medezeggenschap en ambulantisering gaat tot op de dag van vandaag door.
Kort na 1920 introduceerde de leiding van Reinier van Arkel de sport als middel tot ontspanning en vermaak. Patiënten speelden korfbal op een van de binnenplaatsen. (Stadsarchief ’s-Hertogenbosch, Archief Reinier van Arkel) Deze foto inspireerde in 1999 de kunstenaar Juan Muñoz tot het maken van een beeldengroep voor een van de binnenplaatsen van Reinier van Arkel in ‘s-Hertogenbosch.
20e eeuw Terwijl Nederland industrialiseerde, bleef ‘s-Hertogenbosch een stad van ambtenaren en dienstverleners, het financiële en culturele centrum van de provincie. De patiënten mochten niet naar buiten, waren vaak gefixeerd of lagen lang op bed of in bad. De seksen waren strikt gescheiden. Na de Tweede Wereldoorlog kwamen er steeds meer leken-verpleegkundigen in dienst. In de jaren zeventig onderging het gesticht een radicale verandering.
Vanaf 2007 kun je terecht in de oudheidkamer ‘De Zolders van Reinier’. Op de binnenplaats achter de hoofdingang is een mooie vaste expositie ingericht met spullen en foto’s van Reinier van Arkel uit de afgelopen eeuwen. De oudheidkamer is tijdens kantoortijden te bezoeken.
Buurt-BBQ’s Bij beschermd wonen werden de buurtbewoners uitgenodigd om samen met bewoners, hun familie en medewerkers in een ongedwongen sfeer te barbecueën en zo nader kennis te maken.
1884
1885
1940
Nieuwe 1579 Krankzinnigenwet
Oprichting Psychiatrisch 1579 Ziekenhuis Voorburg
Duitse bezetting
1954 |
Oudheidkamer ‘De zolders van Reinier’
2017 In 2017 vierden we het hele jaar door ons 575-jarig bestaan met verschillende activiteiten, met en voor onze cliënten, vrijwilligers en medewerkers.
1579
600 patiënten
zorg 1990
1579
17 november oprichting RIAGG Den Bosch
1 januari oprichting RIBW Den Bosch
1998
2017
|
1989
|
1981
Kunst- & Kitschveiling Onder het mom ‘tijd om de bezem door de zolders en kelders te halen’ werden ruim 100 objecten, kunst en curiosa uit de geschiedenis ter veiling aangeboden. De veiling bracht ruim € 5.000 op, de opbrengsten kwamen ten goede aan de Dag van de Verwenzorg.
Fusie Reinier van Arkel en Voorburg
|
Dag van de Verwenzorg Op een dag in oktober werden zoveel mogelijk cliënten verwend met een beetje extra aandacht. Er was een feestelijk ontbijt, een high tea voor ruim 150 cliënten en daarnaast werden 125 individuele wensen gerealiseerd, zoals een kaarsje aansteken in de Sint-Jan, gezellig biljarten in het dorp, een foto-shoot of een familiebezoek.
Lentefeest Oude tijden herleefden: in vroeger tijden werd medio mei feest gevierd om de naamdag van de Heilige Dymphna (patroonheilige voor mensen met een geestesziekte) te vieren. Tijdens het Lentefeest genoten cliënten, medewerkers, vrijwilligers en omwonenden van het Zorgpark Vught van een miniatuurkermis, goochelshow, Oudhollandse spelletjes, poffertjes en suikerspinnen.
|
Heel Reinier bakt Heerlijke cakes, koeken en prachtige taarten; iedereen smulde ervan tijdens Heel Reinier bakt. Ruim 15 teams van cliënten, medewerkers en vrijwilligers bakten dat het een lieve lust was.
35
Fusie Reinier van Arkel, RIBW en RIAGG
Reinier van Arkel bestaat 575 jaar
Colofon ‘Het gewone leven lijkt weer te passen. Jaarbeeld 2017.’ is een uitgave van Reinier van Arkel, instelling voor gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg. Veel dank zijn wij verschuldigd aan iedereen die zo openhartig zijn en haar ervaringen wilde delen. Redactie Nicole van de Gevel Martine Koopman Marjo Roes Erik Welten Jorienne Winnubst Hoofdredactie Ilse van den Eeden Beeld Wim Hollemans Jan Zandee (foto’s Christian) Vormgeving btz vorm en regie Heb je naar aanleiding van deze uitgave vragen of wil je reageren stuur dan een e-mail naar communicatie@reiniervanarkel.nl www.reiniervanarkel.nl