Verkleinwoord(jes) Niet alleen zelfstandige naamwoorden kunnen worden verkleind, ook bijvoeglijke naamwoorden en bijwoorden. Het bijvoeglijk naamwoord wordt door de verkleining echter zelfstandig. Een bijwoord blijft bijwoordelijk. Opvallend is dat er dan een -s wordt toegevoegd. bijvoeglijk naamwoord: groen - groentje (hij is nog maar een groentje) blauw - blauwtje (een blauwtje lopen) bijwoord: groen - groentjes (je ziet er groentjes uit) zacht - zachtjes (zachtjes praten) stil - stilletjes (hij is er stilletjes vandoor gegaan)
Door bijv. een tje achter het woord groen tje plaatsen verandert het woord van betekenis.
Een verkleinwoord hoeft niet altijd letterlijk op een
verkleining te duiden:
buik - buikje (eufemisme: als van iemand gezegd wordt dat hij een buikje heeft, wordt bedoeld een dikkere buik dan wat gewoon wordt geacht). nummer - nummertje (taboe omzeilend: nummertje betekent o.a. geslachtsgemeenschap) slipper - slippertje (eufemisme voor vreemdgaan). Belangrijker is nog, dat verkleinwoorden vaak een affectieve functie hebben.
Groent(tje)
In het Nederlands wordt een verkleinwoord gevormd door achter het woord een suffix van het type -je, -tje, -mpje, -pje of -etje toe te voegen. N
U M M E R T J E
verklein
Er zijn ook woorden die alleen als zodanig voorkomen. Er bestaat geen vorm zonder
-je of die vorm is ongebruikelijk.
- akkefietje - sneeuwklokje - sprookje - theelichtje