Deze Editie
Hoofdredactioneel Van het bestuur Op zoek naar.. Insprakers Cultureel eten Sponsor Pocolumn De recensiekoningin Opzoeker De drempel van E050 De echte surinamer Mi nango wassi a kiki Wouter zoekt Maria Axelottalove & Wist je dat? Muziek 5-10-15-20 Foto’s Oor te luister Poll: wat heb jij nooit meer teruggevonden? Op (be) zoek: Uithof Brief aan tom-tom Op zoek naar ons Jachtinstinct Recept: Marokkaanse couscous De liftweek van Lars Oor te luister (toetje) Filmverslag: Trans America Ter Nagedachtenis Doorgeefpen Colofon
3 4 6 7 8 9 10 12 13 14 15 16 17 18 19 23 24 26 29 30 32 33 34 35 36 37 38
SGSagenda
39
Op Zoek Jaargang 10, nummer 3
2
H O O F D R E D A C T I O N E E L
Door: Willemijn de Jong Kennen jullie het fenomeen dat je de supermarkt in loopt, je mandje als een ziel onder je arm, wat rondkijkt, op zoek naar de juiste combinatie voedingsmiddelen om een beetje fatsoenlijke maaltijd te bereiden? De klassieke aardappelen-groente-vlees van moeders voldoet niet, aangezien je vlees wilt minderen en aardappelen niet erg in trek zijn. ? Of dat je nieuwe schoenen wilt – die je natuurlijk alleen tegenkomt wanneer je er niet naar op zoek bent – en geen enkele winkel precies heeft wat jij wilt? We zijn allemaal op zoek, elke dag. De zoektocht stopt nooit en nergens, want het einde bestaat meestal niet. Zeker als student zijnde, is het één van mijn grootste bezigheden. Volg ik wel de juiste studie, ga ik wel met de juiste mensen om, hoe vind ik in hemelsnaam een fatsoenlijk ritme als ik geen ochtendmens ben, wat moet ik toch met mijn hopeloze huisgenoten die ik soms nog lijk te moeten opvoeden, en de ergste: wat wil ik met mijn leven, wat wil ik worden, wat is de zin… Ik kijk uit het raam en zie mijn kat zich nog eens uitrekken, terwijl hij zorgeloos geniet van de zon. Was het maar zo makkelijk. Ik wil ook weleens geaaid en geprezen worden, zonder te hoeven presteren. Zoals ik al zei, de klassieke aardappelen-groente-vlees, metafoor voor huisje-boompje-beestje voldoet niet meer. We willen zelfontplooiing, minimaal een half jaar in het buitenland hebben gezeten of een werelddeel bereisd hebben. We willen een baan waarin plezier voorop staat, we willen boven alles gelukkig zijn. Hoe weten we niet precies, maar dat komt vast wel vanzelf een keer naar ons toe. Recept van het leven. Wat zijn de juiste ingrediënten, hoe bereid je het? Ik doe een gokje: Je begint met de lente, strooi daar wat liefde doorheen, goed roeren en een beetje laten sudderen. Vervolgens een blaadje sport en een paar eetlepels muziek toevoegen, en naar smaak wat ambitie. Schep er voldoende humor bij, eventueel mengen met wat geraspte relativering. Je kunt nooit genoeg vrienden erbij serveren, en doe er voor het gemak dan ook maar een biertje bij. Het gerecht kom het best tot zijn recht wanneer buitenshuis genuttigd. Liefs, Willemijn Op zoek Jaargang 10, nummer 3
3
Van
het bestuur
In de afgelopen edities van de nieuwsgs heb je kunnen lezen met welke dringende en belangrijke SGS-organisatorische drukte het bestuur zich bezighield. Momenteel zoeken wij een nieuw bestuur die zich volgend academisch jaar in het warme SGSleven wil storten. Maar wat doe je nu eigenlijk als bestuur? Hieronder uitleg voor een ieder die het graag wil weten: Het SGS-bestuur bestaat uit 6 awesome leden die zich voltijd inzetten voor SGS. Dit houdt in, dan je 5 dagen per week besteed aan je bestuurstaken. Als vergoeding voor je werk krijg je een bestuursbeurs van de universiteit. Verder doe je mee aan allerlei vette activiteiten en reisjes die je samen met je commissies hebt georganiseerd of sta je aan het hoofd van de 37 Inspraakleden die werken voor de opleidingen en voor de faculteit. Welke functies zijn er dan? Voorzitter- Dagelijks Bestuurslid (dit jaar Irene). Dit is degene die het bestuur aanstuurt en de bestuursvergaderingen voorzit. Je bent als voorzitter het gezicht van de vereniging en bent ook de eerste die in contact staat met andere verenigingen, organisaties, het bestuur van de faculteit en bedrijven waar SGS mee samenwerkt. Je bewaart het overzicht van alles wat er binnen SGS wordt gedaan en hebt een eigen track met commissies die je aanstuurt en waarmee je activiteiten organiseerd. Irene heeft dit jaar geknalt met onze internationale commissies en daarmee onder andere de liftwedstrijd en de uitwisselingscommissie voor haar rekening genomen. Je kan als voorzitter ook een andere track met commissies aansturen zo deed de voorzitter van vorig jaar, (Lian stouthard) bijvoorbeeld de maatschappelijke track. Secretaris-dagelijks bestuurslid (dit jaar Natasja) Als secretaris ben je degene die post en mail beheert en staat dus ook in contact met alle leden, verenigingen en bedrijven. Je bent de rechterhand van de voorzitter en notuleert de bestuursvergaderingen en algemene ledenvergaderingen. Ook maakt de secretaris elke week de nieuwsbrief en houdt de inschrijvingen voor activiteiten in de gaten. Je beheert daarnaast ook een track met commissies. Zo deed Natasja en ook haar voorganger Nathalie Donkersloot de ontspannende track met commissies zoals de dagjes, de sport- en spel commissie, de oudersdag, de scholierendag en de kookcommissie Penningmeester- dagelijks bestuurslid (dit jaar Elles) Als penningmeester ben je in het beheer van het geld van SGS! Zowel alles wat binnenkomt als wat eruit gaat houdt je in de gaten en hiervoor maak je mooie plannen in een begroting en verwerk je de resultaten in de resultatenrekening. Je maakt een kas met geld voor elk feestje en activiteit en zorgt ervoor dat alles veilig bij de bank aankomt. Je hebt een kas-commissie die je kan ondersteunen en die erop let dat je alle centjes goed bewaakt. Heb je nul verstand van boekhouden? Dat geeft niets! Het wordt je allemaal geleerd. Verder heb je ook commissies in beheer waarmee je allerlei leuke dingen organiseert. Dit jaar deed Elles de maatschappelijke track met de sociaalcie, de kunst en cultuurcie en de ASW-commissie. Elles heeft ook dit jaar ook de nachtjes en de DJ-commissie voor haar rekening genomen, maar hier kan elk jaar weer opnieuw naar worden gekeken. Haar voorganger Linde deed de internationale track.
Op Zoek Jaargang 10, nummer 3
4
PR-coördinator- dagelijks bestuurslid (dit jaar Rosemarie) Als PR-coördinator ben je de baas van alle promotie die SGS doet om aan haar leden te laten weten wat we doen en wat we hebben gedaan. Zo maak je posters, flyers en kaartjes in photoshop en versier je hier de uithof mee, en maak je foto’s van de activiteiten en zet deze op de website. Deze houdt je up-to-date en ook ben je de grote baas van facebook. Als enige bestuurslid heb je een vaste (en heel erg leuke track) waarmee je de redactie helpt bij het vormgeven van deze nieuwsgs, met de alumnicommissie veel lol maakt met oudsgsleden en zoek je sponsoren voor de vereniging. Geen zorgen als je nog nooit met photoshop hebt gewerkt, dit wordt je als nieuw bestuur gewoon geleerd! Vorig jaar was Jasper de PR-man die ook nog een prachtig SGS-jaarboek heeft gemaakt. Poco ( Parlementair Overleg Coördinatoren, dit jaar Catharina en Josephine) Als Poco sta je aan het hoofd van 37 studenten die in de Inspraak werken voor de faculteit. De twee Poco’s coördineren de studenteninspraak, de medezeggenschap van de faculteit. In de Inspraak zitten in totaal 37 studenten en de Poco’s zijn voor hen het aanspreekpunt. Je bereidt elk maand een groot overleg (het Parlo) voor, waarin iedereen op de hoogte wordt gehouden van nieuwe ontwikkelingen in het beleid van de faculteit, universiteit en op landelijk niveau in de politiek. Verder ben je in vergadering met allerlei beleidsmedewerkers van de faculteit en zet je je dus volledig in om de kwaliteit van ons onderwijs te waarborgen en verbeteren. Verder zet je je ook in voor ontspannende activeiten van SGS en beslis je ook mee over wat er in SGS gebeurt. Waarom zou je bestuur moeten gaan doen? Omdat het ontzettend AWESOME en heel leerzaam is. Zo leer je intensief samenwerken, leiding geven, verantwoordelijkheid dragen, sollicitaties afnemen, je verbetert je professionaliteit als werknemer, organiseren van grootste activiteiten en reizen, hoe het is om aan het hoofd te staan van een organisatie, rekening houden met begrotingen en grote geldbedragen, het geven van vette feestjes en je leert heel erg veel leuke nieuwe mensen leren kennen. Daarnaast is het ook ontzettend waardevol dat je werkervaring opdoet. In de huidige arbeidsmarkt is het voor een sociale wetenschapper veel makkelijker om aan een baan te komen als je kan aantonen dat je in het bezit bent van de nodige werkervaring.
Nergens is leren werken zo leuk!
Wil je meer weten over een bestuursjaar doen? Of lijkt het je leuk om te gaan solliciteren? Mail dan naar voorzitter@sgsutrecht.nl Veel liefs van het 27ste bestuur Irene, Natasja, Elles, Rosemarie, Catharina en Josephine
Op zoek Jaargang 10, nummer 3
5
Op
zoek naar..
Interview door Willemijn de Jong met Assessor Sanne de Jager
Hoe kies je de juiste mensen voor de inspraak van volgend jaar? We hebben eerst met z’n allen van de inspraak een PR-week gehouden, en daarna houd je met de geïnteresseerden een informatiegesprek. Vervolgens neem je alle sollicitaties af en hebben we goede en slechte eigenschappen tegen elkaar afgezet. Op het eind hebben we een hele avond met de sollicitatiecommissie bij elkaar gezeten en gekeken naar wat naar ons idee het beste team zou vormen en welke mensen goed bij elkaar zouden passen en aanvullen. Uiteindelijk hebben we ook echt het idee dat we het beste team hebben uitgekozen. Wanneer weet je of iemand geschikt is? Dat is lastig om te zeggen.. Je kijkt heel erg naar wat de capaciteiten en kennis van iemand zijn, en wat hij tot nu toe heeft gedaan, in teamverband, maar ook in hoe hij omgaat in bepaalde situaties. Je hebt toch wel een soort type mens dat je voor je ziet, van hoe die dingen zou aanpakken. We hebben ook mensen uitgedaagd om zichzelf te schetsen in situaties: hoe zou je reageren als dit gebeurt? Op die manier kun je heel erg zien hoe iemand omgaat met de stof die je voor je kiezen krijgt als FR. Je ziet dat mensen heel erg extreem kunnen zijn in hun visie en gedachtegang, van hoe ze iets zouden aanpakken; zo heb je idealisten en realisten. Dat hebben we ook heel erg gebruikt in het vinden van een team, we zochten naar een team die elkaar steeds uit blijft dagen. Je kunt een hele goede visie hebben, maar dat moet je wel kunnen concretiseren. Dan moet je iemand naast je hebben met een beetje daadkracht, die dat om kan zetten in
Op Zoek Jaargang 10, nummer 3
Insprakers
een plan. Dus eigenlijk zeg je dat de “geschiktheid” ook afhangt van met wie hij/zij in een team komt? Ja, eigenlijk wel. Wij vinden dat je, als juist heel veel met elkaar in discussie moet gaan, dat je het dan beter onderbouwd ook naar buiten kan brengen. Als je het van verschillende perspectieven bekijkt, dan kom je tot een beter doordachte mening. Heel ASW dus.. Wellicht. Of gewoon: realistisch. Hoe zou je de perfecte kandidaat voor een inspraakfunctie omschrijven; welke eigenschappen heeft deze persoon? Als eerste, even voor de duidelijkheid: dit is wel mijn mening, wat ikzelf heel belangrijk vind: betrokkenheid, passie, tijd, ofwel schriftelijk of verbaal zich goed kunnen uiten en ook empathie; je kunnen inleven in andermans mening of situatie, en natuurlijk creativiteit. Denk dat dat wel een mooie lijst is. Wat is de meest gestelde vraag in een sollicitatiegesprek? Tsja, we hebben een hele lijst.. Maar wat we belangrijk vinden om te weten; de ervaring in teamverband, en waarom de persoon de functie ambieert. En ook op persoonlijk vlak; wat heb jij toe te voegen? En heel veel voorbeelden. Wil je verder nog iets kwijt? Ik vind het wel heel jammer dat ik de nieuwe FR niet in actie ga zien volgend jaar; ik ben heel benieuwd welke weg ze in gaan slaan en wat ze allemaal gaan bereiken volgend jaar. Ik weet zelf welke ideeën ze individueel allemaal hebben en ik ben heel erg benieuwd hoe dat is als ze met z’n zevenen bij elkaar zitten.
6
Cultureel
eten
Door: Yoka Gosselink
Na een aantal weken voorbereiden werd het geweldige idee van Marthe en Blanche op 27 april door de Sociaalcie uitgevoerd: SGS-ers kregen de kans om te gaan eten bij een gezin uit een andere cultuur! In eerste instantie hadden we onze zinnen gezet op twee Marokkaanse, een Turks, een Chinees, een Surinaams en een Russisch gezin. Uiteindelijk gingen er twee verschillende groepen cultureel eten. De eerste groep was uitgenodigd bij een Marokkaans gezin dat in Bilthoven woont. Met Doran als TomTom fietsten we vanaf de Uithof een paar keer verkeerd (een rondje Bilthoven met villa’s om ons aan te vergapen was het aangename gevolg) naar de flat van de familie Azougagh. Bij binnenkomst deden we onze schoenen uit en mochten we neerploffen op de gigantische hoekbank. Aukelien had stiekem in de Marokkaanse winkel afgekeken wat voor cadeau ze mee moest brengen: iets wat bij het eten gebruikt kon worden. Moeder Azougagh was heel blij met de suiker. We konden meteen aan tafel voor de eerste gang: een groentesoepje. Vervolgens kwam een grote schaal couscous met groenten en rundvlees op tafel, iedereen schepte twee keer op. Bij deze willen we nog een groot compliment maken aan Rachida en Aukelien,
die ’s middags 2,5 uur in de keuken hebben gestaan om de voortreffelijke maaltijd te bereiden. Als toetje kregen we een glaasje mierzoete muntthee. Met meneer en mevrouw Azougagh en hun jongste dochter praatten we veel over hoe het is om als Marokkaans gezin in Bilthoven te wonen. We kregen zelfs een kopie mee van het werkstuk over de Islam, dat hun jongste dochter had geschreven. De tweede groep ging dineren bij Tugba, een Turkse vrouw uit Overvecht. Zij voelde zich erg vereerd en trots dat er zoveel studentes bij haar kwamen eten. Een groep van 10 meiden schoof op haar (eveneens) enorme bank aan. Tugba had Turkse pizza gebakken, waarvan iedereen zoveel mocht eten als je wilde. Er was een heleboel over, dat mocht in doggy bags mee naar huis :) Met 11 dames in één huis werd er wat af gekletst, ook over het levensverhaal van Tugba. Op het laatst kwam er een fotoboek op tafel, met familiekiekjes waarover Tugba veel verhalen vertelde. De SGS-meiden die te gast waren kwamen door alle gezelligheid bijna te laat op de naborrel.
Deze naborrel vond plaats in café Eigen Schuld. Er zijn die avond al vage plannen gemaakt voor een tweede ronde, dus als je deze bijzondere avond hebt gemist, krijgt je binnenkort wellicht nog een kans!
Op zoek Jaargang 10, nummer 3
7
Op Zoek Jaargang 10, nummer 3
8
PoColumn
Interview door Willemijn de Jong met Josephine Verstappen Bij de inspraak zijn ze stevige sollicitatierondes aan het houden om waardige opvolgers te vinden. Inmiddels zijn er al een aantal uitverkozenen bekend gemaakt, en moeten de PoCo’s inmiddels dus ook wel sollicitatieexperts zijn geworden. Ik sprak Josephine en vroeg haar: Is het leuk om in een sollicitatiecommissie te zitten? Ja, het is heel leuk en heel leerzaam. Vooral leuk dat je heel veel mensen ziet, en om dan bij jezelf na te gaan wat je nu echt belangrijk vindt in een OAC-studentlid, en MT, enzovoort. En wat is er niet leuk aan? Dat je mensen moet afwijzen, dat is niet leuk. Dat moet natuurlijk wel gebeuren, meestal, maar het blijft wel moeilijk. Wat is je het meest opgevallen? Vooral dat iedereen zo enthousiast is; dat iedereen het zo graag wil. Verder dat er zoveel verschillende mensen, eerste- tweede en derdejaars komen, en iedereen is weer anders. Er zijn zoveel verschillende mensen. En wat ook leuk is om te zien, is dat er best veel jongens komen solliciteren, terwijl dat voor onze faculteit natuurlijk niet zo vanzelfsprekend is. Gaven mensen vaak dezelfde antwoorden? Jawel, maar er worden ook wel originele antwoorden gegeven. Dat is als sollicitatiecommissie ook leuk om te horen, als je zelf denkt “oh daar had ik niet aan gedacht” of dat had ik zelf niet kunnen bedenken. Toch komt het niet zo heel vaak meer voor, omdat ik natuurlijk al wat langer (bijna 2 jaar nu, red.) in de inspraak ziet. Dan is het wel knap als mensen je nog weten te verrassen. Hebben jullie onderling veel discussie gehad in de commissie? Wij hebben de sollicitaties op dit moment nog
niet afgerond, maar ik weet wel dat het heel moeilijk kan zijn. Je wilt natuurlijk allemaal de beste mensen op beste plek en soms is dat heel lastig, want de een wil de een, en de ander weer een ander.. Wat zijn volgens jou de Do’s & Don’ts? Voor de sollicitant is het ’t belangrijkste om goed voorbereid te zijn, dus om goed na te gaan bij jezelf: wat kan ik, wat wil ik en waarom wil ik dit eigenlijk? Nou en wat je echt niet doen, is dus onvoorbereid komen. Verder ook niet te lang of te kort antwoorden, of dat je heel passief achterover gaat zitten. En een laatste tip: neem de tijd om ook gewoon even rustig na te denken bij een vraag waar je niet direct antwoord op weet. Wacht gewoon even, geef het aan aan de sollicitatiecommissie en neem je tijd, dat is helemaal niet raar. Heb je bij die sollicitaties nog iets jezelf geleerd? Ja, en ik heb zelf ook gesolliciteerd. In de sollicitatiecommissie is het soms moeilijk om je te concentreren op antwoorden, maar het is ook heel leuk om te bedenken van, ohja die had dit en dat gezegd, je leert ook wel wat goede en slechte antwoorden zijn. Verder weet ik ook van de sollicitatie zelf dat als je je goed voorbereid, je veel rustiger de sollicitatie ingaat. Je weet gewoon dat je antwoorden op vragen hebt voorbereid, en als die dan niet goed zijn, dan ligt het niet aan je sollicitatie, maar dan ben je gewoon eigenlijk niet geschikt. En verder een voordeel van mij is dat ik wel precies wist hoe zo’n sollicitatie gaat natuurlijk. Wil je er verder nog iets over kwijt? Tot nu toe zijn het, naar wat ik heb gehoord hele leuke en geschikte mensen voor volgend jaar en ik heb heel veel zin in het inwerken!
Op zoek Jaargang 10, nummer 3
9
Recensiekoningin
Door: Birgit Hermsen
De recensiekoningin: zij recenseert het onverwachte, het onverklaarbare en het onvindbare. Zij gaat op zoek naar de bruikbaarheid van de meest uiteenlopende gebruiksvoorwerpen; van suikerpotjes tot bloempotjes en van deurklinken tot klinknagels. Maar ook universiteitsgebouwen mogen niet ongerecenseerd blijven. De recensiekoningin ging speciaal voor u down under in het Martinus J. Langeveldgebouw. Of zij hier ooit nog uit is gekomen is een compleet ander verhaal… Het Martninus J. Langeveldgebouw op de Uithof. Degelijk gebouw hoor. Op een doordeweekse middag rond lunchtijd omringd door studenten aan wie de Spar dagelijks al haar broodjes slijt. Voor een eerstejaars student Sociale Wetenschappen zou dit gebouw, naast alle spanningen die het nieuwe studentenleven met zich meebrengt, zomaar een extra uitdaging kunnen zijn. Het Langeveldgebouw lijkt simpel en eenvoudig te betreden. Als het waar is dat schijn bedriegt, dan is dit zeker van toepassing op het gebouw met de rode bakstenen. Bij betreding van het Langeveldgebouw via de trap komt men het eerste obstakel Op Zoek Jaargang 10, nummer 3
op
tegen: de draaideur. De draaideur is altijd onmogelijk moeilijk, zeker wanneer men besluit dat met zijn zessen de draaideur tegemoet rennen een prima idee is. Wie niet aan snelheid gewend is of wie mogelijk last heeft van epileptische aanvallen, want flitsend snel gaat deze deur, kan beter de deur naast de fietsenstalling nemen. De draaideur is enkel en alleen voor de echte daredevils onder ons. Bij binnenkomst, via de eenvoudige of via de avontuurlijke weg, lijkt alles rustig. Aan de muur zien we posters en advertenties voor proefpersonen en bijlesgevers en de meneer achter de receptiebalie lacht mij vriendelijk (of niet) toe. Ik volg mijn neus, het is immers lunchtijd, en beland bij de deur naar de kantine. Deuren blijven moeilijk voor de recensiekoningin, waar trekken staat duwt zij en waar duwen staat, staat zij aan de deur te trekken. Enfin, na een eindeloos fysieke discussie met de deur sta ik dan toch in de kantine. Het is net alsof ik uit het vliegtuig stap in een warm land en er een warme deken over mij heen valt. Gezellig is het er wel. Ook tijdens lunchtijd wordt er hard door gestudeerd door de sociale wetenschappers in spe. Dat studeren hier gestimuleerd wordt is wel duidelijk, want ik ben de kantine nog niet uit of ik sta al naast het Studielandschap, gesitueerd ín de kantine dus. Logisch. Opgemerkt moet worden dat hier een zeer fanatieke schoonmaker rondloopt die elk losliggend blaadje dat op tafel ligt voor je neus wegkaapt en in zijn grote blauwe vuilniszak deponeert. Beter bewaak je je studiewerk als je hem aan ziet komen lopen. Altijd al het excuus ‘maar de schoonmaker heeft mijn huiswerk opgegeten’ willen gebruiken? Laat hem dan lekker zijn gang gaan. Tijd voor verdere verkenning van dit bijzondere gebouw. Nu moet ik bekennen dat het inmiddels al het tweede jaar is dat 10
avontuur
in
‘t
Langeveld
ik hier rondhuppel en dat ik al een hoger loopt. niveau bereikt heb wat betreft kennis over De recensiekoningin heeft het nadeel het Langeveldgebouw. Dit betekent echter te beschikken over een gebrekkig niet dat ik het gebouw nu op mijn duimpje ken. Verre “Als het waar is dat schijn bedriegt, van zelfs. Het verschil met dan is dit zeker van toepassing op het vorig jaar is dat ik toen nog gebouw met de rode bakstenen” een goed excuus had om te verdwalen. Ik ga de uitdaging met mezelf richtingsgevoel en een zeer matige aan en probeer zo snel mogelijk van mijn conditie. Als gevolg van deze imperfecties plekje voor de kantine bij lokaal G219 te is zij daarom genoodzaakt langzaam verder komen. Ik sprint te trappen op, en tot mijn te huppelen door de gangen, want dat vreugde kan ik mededelen dat ze voor het doet zij graag. De gangen wijzen de weg Langeveldgebouw een architect hebben in principe vanzelf en als je lang genoeg ingehuurd die geen fan is van trappen doorloopt dan zul je later merken dat je waar je bij na moet denken en waar je al vier rondjes gelopen hebt. De ordening twee stappen op één trede moet nemen van de lokalen is niet helemaal wat je *kuch* universiteitsbibliotheek *kuch*. zou wensen, maar hey, ook daar moet Ik ben aangekomen op de tweede en maar aan gewend worden. Kan je het niet bovenste verdieping. Nog steeds vraag ik vinden, dan huppel je gewoon nog een rondje door de gangen. Lekker filosoferen over de zin van het leven binnen de universiteitsmuren. Ik heb het wel weer gehad en besluit zo langzamerhand maar weer de trap (ik bedenk me dat ik overigens nog nooit een lift in dit gebouw heb ontdekt en vraag me af of ik echt zo onoplettend ben) naar beneden te nemen. Ik bevind me nu op de onderste verdieping, waar de lokalen aangegeven worden met de letter E (Einde van de wereld, Eenmaal binnen en nooit meer weg?). Bij toeval weet ik me op deze verdieping heel goed te redden en volg ik mijn neus nog eenmaal. Want naast een neus voor warme broodjes heb ik ook een neus voor gezelligheid. En waar mij af waarom de lokalen hier aangeduid gezelligheid is, komt de recensiekoningin worden met de letter G. graag recenseren. Het grootste pluspunt Ik vind het verspilling van mijn tijd om hier van het Martinus J. Langeveldgebouw voor de twintigste keer over na te denken bevindt zich aan het eind van de gang en is en zet mijn sprintje voort. Het gebouw gehuld in roze met geel. Ik word hartelijk bestaat uit lange, maar soms ook korte begroet met een warm kopje thee en zak (dus een goed lang-kort ratio), gangen. Er weg in de veel te comfortabele bank. Ik schijnt maar weinig licht naar binnen, wat vind het Langeveldgebouw geweldig. het gevoel geeft dat je veelal ondergronds Op zoek Jaargang 10, nummer 3
11
Opzoeker
1.Langeveld 2. Paper 3. Dom 4. UB 5. SGS 6. Mario 7. Ruppert 8. Liften
9. Neude 10. Spar 11. Commissie 12. NS 13. Bestuur 14. Studeren 15. Eigenschuld
Op Zoek Jaargang 10, nummer 3
Door: Lisa van den Boom
12 12
De
drempel van
Door: Eliza de Vetten
E050
de andere kant juist niet. Het is als het ware een zoektocht naar mijn identiteit. Wil ik me afzetten tegen de stroming? Of waag ik de stap en drink ik gezellig een kopje thee op de SGS-kamer, en als ik dit doe durf ik het dan wel? Ik vraag me af of mede-SGSers dit ook ervaren of ervaren hebben? Zou het bestuur bijvoorbeeld door hebben hoe eng de SGS-kamer voor nieuwe leden kan zijn? Misschien kan ik de drempel voor anderen net als mij, iets verlichten door te vertellen dat de SGSers niet bijten als je om een kopje thee vraagt ;). Ook de oude leden hebben ooit huiverig op de drempel van de SGSkamer gestaan, toch? En ben je na al dat Mensen zijn van nature nieuwsgierig. Ga lezen over SGSers niet een beetje nieuwsmaar eens midden op een plein staan en gierig wie er achter die verhalen zit? staar naar de wolken. Ik wed dat minstens 3 Ik denk dat mijn zoektocht nog wel voorbijgangers hetzelfde gaan doen. Want even doorgaat. Gelukkig is het leven nog tja.. Stel je voor dat daarboven echt iets is om maar net echt begonnen. Ergens zal ik altijd te zien. Een alieninvasie? een re“Wil ik me afzetten tegen de wel Een grote vogel? Of bel blijven. misschien alleen maar stroming? Of waag ik de stap en I e m a n d een rare wolk. En als ze die tegen dat dan hebben gezien, drink ik gezellig een kopje thee de stroom kunnen ze dat vertellen op de SGS-kamer ?” inloopt. aan ieder die het maar Maar is het wil horen (en vaak ook aan ieder die het zo erg om in de lift in dezelfde richting te helemaal niet wil horen). Dit brengt me op staan als de rest? Of verwachtingsvol naar een volgend punt: mensen zijn van nature boven te kijken? Zo af en toe moet het geen sociale wezens. Wezens die hoe dan ook bij kwaad kunnen toch? Zolang je maar blijft de groep willen passen. Als 4 man in de lift schoppen tegen die onzinnige sociale remet hun gezicht naar de achterwand staan geltjes in deze maatschappij. En volgens dan ben ik er bijna zeker van dat jij dat ook mij schoppen ze bij SGS net zo hard mee! gaat doen. Ook al is het gebruikelijk en bovendien handiger om richting de deur te staan. De mens kan er simpelweg niets tegen doen. Ik moet toegeven dat ik helaas ook aan die 2 regels van het menselijk bestaan voldoe. Ik ben immers maar een mens. Lang heb ik me proberen te verzetten tegen deze natuurlijke instincten en nog steeds zit ik iedere pauze liever alleen op een bankje, dan in de kantine met mijn studiegenootjes. Toch heb ik me echter in een wanhopige poging ergens bij te horen aangemeld bij SGS. Waar ik overigens niet vaker kom, dan dat voor de redactie nodig is. Aan de ene kant wil ik er heel graag ‘bijhoren’. Aan
Op zoek Jaargang 10, nummer 3
13
De echte Surinamer Door: Renée Beune Nu alweer twee maanden verder in het zonnige Suriname. Ik heb het gevoel dat ik eindelijk een beetje begin te begrijpen hoe de samenleving hier in elkaar zit, dus écht kan beginnen met mijn onderzoek. Dat moet ik alleen over twee weken alweer afronden, haha. Het is allemaal wel heel goed gegaan en ik heb wel antwoorden op mijn vragen, maar om echt dieper te kunnen gaan hier heb je toch wel langer nodig dan 3 maanden. Verder zon, zwembad, feestjes, oerwoud, mannen met veel te hoge libido’s, schildpadden, kakkerlakken, ventilators en heel veel en lekker eten. Maar het interessantste aan Suriname zijn toch wel de Surinamers zelf. Voor mijn onderzoek wou ik veel Surinamers interviewen. Maar wat is een echte Surinamer? Je hebt Javanen, Creolen, Indianen, Hindoestanen, Chinezen.. Behalve de Chinezen, die net als in Nederland een gezellig groepje vormen en vooral onderling Chinees praten en met elkaar met stokjes eten en hier in Suriname de hele handelssector beheren, heb ik van alle groepen wel mensen kunnen spreken. Mensen van al die groepen geven aan zich Surinamer te voelen. Wat maakt je Surinamer? “Nou gewoon, dat je hier woont, en hier opgegroeid bent, ja toch?” Mensen zien zichzelf als Surinamer en mensen van andere etnische groepen zien ze niet als iets anders, maar ook gewoon als Surinamers. Behalve de Brazilianen trouwens, die zijn niet zo gewenst, maar dat komt doordat alle Braziliaanse mannen hier goudzoekers zijn en vrijwel alle vrouwen hoeren (ja, echt). Niet het beste gedeelte van de Braziliaanse bevolking is naar Suriname gekomen, om het zo maar te zeggen.
Maar goed, niet afdwalen; over de mensen die wel geaccepteerd worden: ik vind dat Nederland hier een voorbeeld aan mag nemen. Want ja, men zegt hier wel ‘die Creoolse mevrouw daar’ of ‘die Hindoestanen meneer’, want dit zijn ook gewoon uiterlijke kenmerken, maar deze mensen zien elkaar wel allemaal als Surinamers. En als een Nederlander zegt ‘die Marokkaanse meneer daar’ ziet hij die niet als een Nederlander. Of
wel dan? Even op een rijtje, wat maakt een Surinamer nou een Surinamer? Nou, hij of zij zegt heel vaak ‘ja toch!?’, ‘even hoor!’, ‘aboeng’ (‘is goed’), ‘no spang’ (relax), ‘ay boy’ en ‘jeweet’. Er gaat vrij regelmatig een Parbo biertje of een Borgoe-colaatje naar binnen, en ook wel vaak een roti, een bami, een saoto, een flink stuk kip of een broodje pom. Als een Surinamer lacht, moet je als je het drie straten verderop hoort nog meelachen en als een Surinamer huilt, dat is het ook niet een beetje snikken. Aan de familie van een Surinamer moet je niet komen, en als je vrienden met een Surinamer bent, ben je altijd welkom. Zoek en gij zult vinden: de echte Surinamer. Ik ben fan :) !
“Zoek en gij zult vinden ”
Op Zoek Jaargang 10, nummer 3
14 14
Mi nango wassi a kiki Door: Jana Gehlen
‘Op zoek’ is het thema dat Renée mij doorsmste, terwijl Surinaams oerwoud ons vele kilometers van elkaar scheidt. Paramaribo heb ik verlaten om in het Marrondorp Balingsoela te wonen. Mijn met zorg uitgekozen mobiele provider mag dan wel bereik hebben in het binnenland; smsjes is ook het enige wat mij verbindt met de buitenwereld. Als een moderne kluizenaar leef ik afgezonderd van alles en iedereen en dat houdt ook internetloosheid in. Geen streepje wifi of internetkabel te ontdekken in de wijde omgeving, geloof me, ik heb er vaak tot drie uur voor gelopen en niet gevonden. De internet-rehab heeft me ondertussen behoorlijk afgekickt, hetzij met wat ontwenningsverschijnselen. Afgesloten van de buitenwereld… (Serieus, mocht ik ooit door de Maffia of de Geheime Dienst worden gezocht, dan weet ik waar ik schuilga en ‘verdwijn’ van de aardbol.) Wel een beetje problematisch dat dit verslag niet kan worden verstuurd. Nogmaals op zoek naar internet dan. Hoe toepasselijk. Op zoek gaan, houdt me wel bezig hier. Het kleine dorpswinkeltje is niet bepaald een supermarkt met een breed scala aan producten waar ik nadenkend voor de schappen kan staan en mezelf vraag: wat zou ik eens gaan eten? Dat luxeprobleem is hier voor mij opgelost: witbrood met chocolapasta, jam of pindakaas (waarvan die laatste vanwege de vieze smaak al afvalt) en rijst met bonen of rijst met maïs of rijst met erwten. Met een fles Parbobier. Om het Voedingscentrum met de Schijf van Vijf toch een beetje tevreden te houden, ben ik al in een vroeg stadium begonnen met een zoektocht naar meer eten. Nu ruil ik ‘soft’ (mierzoet poeder om de tanden in te laten oplossen, geliefd bij de jeugd) voor vruchten als pomerak en awares, en heb ik die lieve Renée bij haar bezoek een tasje met eten
laten meenemen. Had ik toen maar geweten dat een abrupte stop in voedingsmiddelen helemaal geen big deal was. Nu moet ik op zoek naar iets anders: water. Het openbare kraantje houdt regelmatig een pauze en laat dan geen
“Waarom jij niet baden in rivier zoals wij? ”
druppeltje in de lege emmer vallen. Gelukkig heb ik dan altijd nog een reserve emmer water waarmee ik kan koken, afwassen en mezelf wassen. Voordat het extra water op is, komt er meestal weer water uit de kraan en ben ik blij dat ik de emmers kan vullen (inderdaad, blij: waarderen leer ik hier wel). Nu is het anders; dit is al de vijfde dag zonder water. Het is heet en ik heb nog nooit zo hard water nodig gehad (behalve die keer dat ik zonder drankvoorraad verdwaalde in Marrakech tijdens de Ramadan… toen draaiden mijn hersens alleen nog op oerinstincten). Er moeten afwegingen gemaakt worden: dat bekertje water gebruiken om mezelf te wassen of om rijst in te koken? Na wat aandringen van een paar van de vele kindjes die mijn veranda elke dag sieren - ‘Jana, waarom jij niet baden in de rivier zoals wij? ’- loop ik vandaag met een pangi omgeslagen en Dove naar de rivier. Er ging wat gegiechel (blijft natuurlijk apart), gegil (ijskoud water) en het slaken van een pijnkreet (plotselinge boomwortel op de bodem) aan vooraf, maar uiteindelijk heb ik me vandaag letterlijk ondergedompeld in de lokale cultuur. En eigenlijk, was het hartstikke lekker! Groetjes vanuit Suriname! p.s. Op het moment dat ik trots terug liep langs alle hutten, vertelden lachende dorpelingen mij dat het water het weer deed. De kraan was ik deze keer even vergeten te checken, voordat ik mijn mega-bad in dook…
Op zoek Jaargang 10, nummer 3
15
Column:Wouter zoekt Maria Door: Wouter van de Wal
exodus uit de kerk. Dat kan ik diggen. Wees gerust. Maar aan de andere kant vind ik het fijn om te zien hoe mijn moeder mij dan met Wees gegroet Maria, vol van genade. betraande ogen aankijkt en mijn vader sust om niet zo hard te zijn en zaken in zijn context De Heer is met U. zien. Ik geniet van een pleitbezorger Gij zijt de gezegende onder de vrouwen. te zoals mijn moeder, omdat duidelijkheid En gezegend is Jezus, en iemand zeggen waar het op staat zeer de Vrucht van Uw schoot. bewonderenswaardig en raadzaam is, maar het anderzijds uitermate jofel is wanneer Heilige Maria, Moeder van God, iemand durft om met bid voor ons, zondaars, aanzien des persoons nu en in het uur van onze dood. Amen. te rederenen. Zeker wanneer jij het Protestanten hebben van oudsher weinig lijdend voorwerp op met Maria. Ik acht dat voorstelbaar. bent. Maar mij geheel anders, want ik waardeer de vrouwelijk kant wel. Eerlijk gezegd vind Ik vind Maria een ik menig christen hard en koel wanneer het mooie personage erop aankomt. Velen geloven in een hemel in het geheel van alsook een hel, waarmee ik vind dat ze het God de Vader, de mogelijke hiernamaals angstwekkend in twee Zoon en de Heilige categorieĂŤn schetsen. Mij geheel anders. Geest (binnen de welbekende drie-eenheid), Ik groeide op in een christelijk gezin van de omdat zij het moederlijke, gevoelige, vrijgemaakte orde en leerde een godsbeeld sensitieve en begripvolle belichaamt. Mijn aan dat streng doch rechtvaardig was. Een vader sloeg mij wanneer ik vroeger iets God die beloofde maar ook eiste. En dit zie had geflikt, maar mijn moeder stuurde me ik terug in vele volgers van deze religie. Mij slechts naar zolder voor enige minuten om wederom geheel anders. me daarna met schuldbewuste blik terug te Naarmate ik de vijfentwintig passeer, leer ik halen, teneinde mij getrakteerd op snoep mezelf beter kennen. En ik constateer dat ik en warme melk onder het vlies te stoppen. een vrij zachte jongen ben. Een taaie kern, Mooie mensen zijn het die moeders. Ik vind dat wel (Hummelen, 2012). Maar verder ze fascinerend. Vooral wanneer ze met weinig ronduit lief. Een aaibaar type. Een soort van make up en minimale zelfzorg een buggy en boterbloem, maar dan niet geel. Ik kan heel allemachtig veel materialen voor hun kroost erg van mensen houden. Niet kortdurend, de trein indonderen, waarna ze meteen een maar lang. Intensief. En mijn liefde aan pakje drinken pakken en openen, alvorens mensen laat ik vreemd genoeg vaak zien door hun koter erop te trakteren. Het heeft gewoon ze zo en dan af te stoten. Dat dan weer wel. iets. Iets nuchters. Maar in die nuchterheid De talen van de liefde zijn nog niet allemaal ontdek ik zo veel liefde. Ik val nu ook op oude vrouwen, maar zij niet op mij. Dat is jammer, beschreven. want ik drink in de trein graag met een rietje. Als ik aan God denk, denk ik aan mijn vader. Tot de tijd dat ik mijn ware tegenkom die mij Hij is mannelijk. Een baard. Vrij dun. Dat wel. met zorg omringt, roep ik gewoon tot Maria: Maar mijn gebit is dan weer niet alles. Hij is red mijn ziel. lief, maar ook streng. Dat wil zeggen dat hij mij durft te verwijten dat het mijn schuld is, wanneer ik hinder ondervind van mijn
Op Zoek Jaargang 10, nummer 3
16
Axelottalove
Wist
je dat..
...Kas en Simone bij de pornoshow werken? ...Silke en Marijntje het in vlammen gaan van Lunettes prachtige hondsrug hebben voorkomen? ..Jasper een perzisch tapijt heeft, op zijn rug? (uit: erg betrouwbare bron) ...Pieter Oosterwijk 10 jaar harp heeft gespeeld? ...De turken dol waren op onze Hollandse kroketten? ...Natasha Koper, Frederique en Jurriaan nog nooit stef stunt piloot hadden gespeeld voor donderdag 26 april 2012? ...Jont heel erg sexy kijkt op de fotopagina? ...Jos en Judith Werkman wel erg vaak samen op SGS-foto’s verschijnen? ...Er weer een aantal mooie nieuwe vriendschappen zijn gesloten tijdens de lift?
Op zoek Jaargang 10, nummer 3
17
Muziek
bij
5, 10, 15&20
Voor de wintersportreis van SGS had ik de zware taak gekregen om een CD samen te stellen voor in de bus. Onder andere Kamelenteen, Oh jee oh meid, Strobopop en Skileraar stonden hierop. Aan de hand van deze CD maakten de andere partypeoples zich zorgen om mijn muzieksmaak en waren ze benieuwd of het altijd al zo slecht is geweest. Komt ‘ie dan. Door: Menno Berg
5 jaar: TOYBOX – The Sailor Song Mijn eerste CD (illegaal gekopieerd!) was van Toybox. Deze CD is helemaal plat gedraaid door de big-ass speakers in onze kamer en The Sailor Song was hierbij absoluut favoriet. M’n zusje en ik verzonnen altijd de meest waanzinnige verhalen aan de hand van teksten die we niet snapten en ook de knuffels konden er goed op losgaan. 13 jaar later is de stoere sound van Sailor Song een beetje verpest doordat ik de clip erbij zag. Het blijft een hitje, maar die video is een pannekoek.
jaar
zijn ga ik rocken. 15 jaar: WINNE – Begrijp Me Niet Verkeerd Anders dan m’n vrienden ontwikkelde ik een liefde voor Nederlandse hiphop halverwege de middelbare school. Dit begon met Yes-R en Sjaak, maar ik werd snel kritischer en luisterde veel naar de tekst. De eerste CD die ik kocht was Winne Zonder Strijd: deze is grijsgedraaid en luister ik nog steeds regelmatig. Ik had de smaak te pakken kocht hetzelfde jaar CD’s van Fakkelbrigade, Typhoon en Zwart Licht. Naast hiphop luisterde ik in deze periode ook Hardstyle. Bijna hetzelfde. 19 jaar: JIGGY DJÉ – Regen Op Warm Asfalt Jaaa, nog steeds hiphop. Jiggy Djé luister ik al twee jaar lang dagelijks en daarnaast blazen Kanye West, Jay-Z en Example regelmatig door de speakers. Engels wordt dus getolereerd en tegenwoordig word ik ook steeds meer beïnvloed door de muziek van plaatjesdraaiende vrienden. Onder andere Calvin Harris, Usher en Avicii komen daardoor wat vaker voorbij, maar ook Jack Johnson, John Mayer en Jason Mraz willen de hiphop wel eens onderbreken. Hiphop voert nog de boventoon, maar ik moet ook iets hebben om op te djensen.
10 jaar: THE RASMUS – In The Shadows Mede onder invloed van mijn neef z’n band (For The Alliance) ben ik in een rocktijdperk beland. Favoriet waren The Rasmus, Linkin’ Park, Good Charlotte en FTA. Ik ging in deze tijd naar alle optredens van FTA en mocht van papa een eigen CD branden: The Memix. Deze artiesten vind ik allemaal nog steeds tof, maar luister het niet veel meer. Neefje Laurens zit inmiddels in Destine en tourt door Europa, China en de VS. Fame baby! Als ze in de buurt
Op Zoek Jaargang 10, nummer 3
18
Oor
te luister:
Chris: Dit is oude, jonge kaas Josephine: Hoe kan dat? Chris: Het ligt al 2 weken in de koelkast, best lekker! De SGS-telefoon gaat, Roos neemt op: SGS! met Utrecht? Stephen: Ik heb vier uur per dag over omdat ik geen Iphone heb. De kernwoorden van Tito volgens Rimke: apart maar wel lekker. Rosemarie tegen Hedwig: Jij ziet er ook bleekjes uit! Elles: ik houd echt niet van in het openbaar zoenen Jurriaan vraagt aan Josephine: ben je bi-seksueel? Catharina: Nee Elles en die trekt je daarin mee Catharina: Jos, hoezo zei je eigenlijk dat je er super lekker uitziet? Jurriaan: Ik snap niet dat alle vrouwen hun kleine tasjes helemaal volproppen, dan lek je maar een keer door! Josephine: Ik wil steeds op ‘like’ klikken bij mailtjes, maar dat kan niet hè? Josephine wordt besprongen door Sanne: Wha! Ik ben gewoon bang voor jou Sanne: Waarom? Ik ben gewoon GROOT SGS-ers over de vorige oor-te-luister dat Jasper niemand doet die jonger is dan zijn zusje Lian: Dat geloof ik denk ik niet Chris: Hoe oud is zijn zusje eigenlijk? Nathalie: zeven? Even later vraagt Kim: Hoe oud is het zusje van Jasper? Elles: Ik had een keer een turk en die kon helemaal niet fietsen! Irene: maar waarom jatten ze onze fietsen dan? Stephen kijkt lesboporno met Silke: Soms wou ik dat ik een vrouw was. Nog niet uitgelachen? Lees lekker verder voor het toetje! Heb jij ook een mooie oor te luister gehoord? Stuur hem naar redactie@sgsutrecht.nl of stop hem op een briefje in de oor-te-luister-box op de sgs-kamer (naast de koelkast) Alvast bedankt!
Op zoek Jaargang 10, nummer 3
23
Poll: Wat meer
heb jij nooit terug gevonden?
Door Lisa van den Boom, (met hulp van Birgit)
Maandagavond stamkroegavond. Het gele goud glijdt bruisend onze glazen in en wij nuttigen hem dankbaar. Onze vriend in tijden van verdriet en vreugde, vergezeld door een schaal bitterballen, frikadellen en kaasstengels (voor de vegetariërs onder ons). De verhalen vliegen ons rond de oren. Gelach en geschreeuw vormt café Eigen Schuld tot een gezellige menigte. Nathalie, die ons vergezeld aan tafel vraagt of we mee gaan met de liftwedstrijd. Haar ogen glinsteren en ik zie haar in gedachten lachen bij de herinneringen aan vorig jaar. “Weet je wat ik nou nooit meer heb teruggevonden, zegt ze dan: mijn liftbordje; en het was niet zomaar een liftbordje, het was een whiteboard liftbordje!” Ongelofelijk zeg ik lachend, ongelofelijk. “Nu je het er over hebt, ik ben ook weleens naar een pinautomaat gelopen om te pinnen, je gelooft het niet, maar er kwam nog geld uit ook! Een klein minpuntje was alleen dat ik dat bewuste geld nu net vergeten ben uit het apparaat te halen. Dat echt was balen, zo stom.” “Over stom gesproken”, roept Kas vanaf de andere kant van de tafel, in haar hand een
Op Zoek Jaargang 10, nummer 3
biertje waarvan er een slok over de rand ontsnapt. “Ik heb in Zuid-Amerika mijn pinpas in de pinautomaat laten zitten. Dan denk je, je wordt in Bolivia tien keer bestolen, criminaliteit ten top, de maffia achtervolgt je en je verandert in een drugskoerier, maar dít was mijn eigen schuld.” En niet alleen de pinpas bleek zij op die reis vergeten te zijn, ook haar blauwe jurkje was bruut, maar onbewust achtergelaten in een hostel. Hopelijk heeft deze eenzame jurk een nieuwe eigenaar gevonden en wordt hij nu gedragen door een Boliviaanse. Enorme kont inbegrepen. Ouren, die zich even in zijn wereld van herinneringen over zijn vakantie had genesteld, komt er plotseling als donderslag bij heldere hemel achter dat ook hij iets nooit meer heeft teruggevonden. “Mijn Szigetvest” zegt hij teleurgesteld. “Binnen een dag, gewoon weg, foetsie.” Nog voordat ik medelijden met hem kan krijgen stelt hij me gerust. “Het was toch niet zo’n mooi vest hoor, Lisa.” Dat leek de pijn voor Ouren toch een beetje te verzachten. Ik hef mijn glas en proost. Niet om een bepaalde reden, maar gewoon omdat het kan. Een proost op het vest van Ouren, de pinpas van Nathalie en het jurkje van Kas. Later op de avond bleken meer SGS’ers niet zelden wat kwijt te raken. Vaak kwam het echter na een paar weken wel weer bovendrijven, maar sommige dingen leken in rook te zijn opgegaan, gestolen door kabouters of geleend door huisgenoten. Neem nu de iPod-oortjes van Jasper. Gekocht, op de tafel gelegd en plotseling verdwenen. Het was een mysterie! Ook de horloges van Linde lijken zichzelf op te eten en Daniek verliest altijd één oorbel van elk paar. Toch hebben Natasja en Catharina het wel heel zwaar te stellen door het belangrijkste object van
24
hedendaagse maatschappij te verliezen. Hun geliefde telefoon. Natasja maakt de traumatische ervaring mee op de kermis. De kans is echter groot dat ze in de “booster” zo vaak rondgeslingerd werd dat haar mobiel uit haar broekzak is gefloept. Door de lucht scherend als een vrije vogel, om te eindigen als een platte pannenkoek op de straatstenen. Diep triest. Bij Catharina ging het er anders aan toe. Zij maakte een spirituele en rustgevende fietstocht op het prachtige Terschelling. Meeuwen krijsend boven haar hoofd, konijnen voorbij schietend over het pad. Haar telefoon weg, naar beneden gedwarreld als een blad aan een boom op een mooie herfstdag.
In mijn gedachten stel ik het me voor, Lian die haar bitjes verliest. Ik ben blij dat ik nooit een bitje gevonden heb. Ik griezel er een beetje van, zo’n bakje vol met kwijl. Ik schud de gedachte van me af en neem snel een slok bier. Veel slokken gunt Doran mij niet, want plotseling brandt hij los met zijn verloren goederen, zodat ik als een gek in mijn boekje moet zitten pennen. Een fietslamp, de fiets van zijn moeder, zijn step (??), de huissleutel, een cd van de bieb en daarbij zijn bieb-pas, zijn bonuskaart, zijn studentenkaart en het gevoel in zijn stuitje. Over dat laatste heb ik overigens niet door gevraagd. Ik ken hem pas kort. De liefde, die kwamen velen tegen. Maar binnen SGS waren er meerdere ge“Later op de avond bleken meer broken harten te vinden maandag. SGS’ers niet zelden wat kwijt te Zowel Nathalie als Doran bleken de liefde niet meer terug te hebben geraken” vonden. Gelukkig hebben ze elkaar. “LINDE, LINDE! Weet je wat die nooit meer Aan de huwelijksaankondiging wordt gegevonden heeft?!” Linde komt vanaf de anwerkt. dere kant van de kroeg aan gelopen, het geschreeuw van haar naam tegemoet lopend. Maar één iemand spant de kroon. Met vlag “Wat is er met mij?” Vraagt ze onschuldig. en wimpel. Onverslaanbaar. Roos. Ze heeft “Jouw bestuurstrui!” wordt er geantwoord, de weg naar het rangeerterrein van de NS voordat ze zelf ook maar een woord uit nooit meer teruggevonden. Godzijdank. kan brengen. Even is het stil, ik kijk haar Ooit vergat ze uit te trein te stappen waarna afwachtend aan. “Tsja zegt ze, ik kan hem ze eenzaam en alleen op het rangeerterrein echt nergens meer vinden. Eerst dacht ik er achtergelaten werd. Ver van de bewoonde nog gemakkelijk vanaf te komen, door gewereld, roepend om hulp. Wat houden we woon in mijn normale kleding naar de betoch van de NS. stuursvergadering te komen, maar helaas. Ik heb een nieuwe, en die raak ik echt nooit Het is 01:00 uur ‘s nachts en wij betalen meer kwijt!” onze drankjes, zeggen iedereen gedag en “Het bestuur!” hoor ik Jasper achter mij gaan lekker naar huis. Birgit vraagt mij wat galmen, “Ik was net lid en meteen werik zelf nooit meer heb teruggevonden? “De den de knopen van mijn kleren getrokken. rechtertrapper van mijn fiets. Hij voelde Daar begon het allemaal mee..” Lian, die zich op een nacht ernstig aangetrokken tot de vrolijke stemming erin houdt blijkt ook de stoeprand en heeft hem enkele keren niet zelden iets te verliezen. “Ik raak altijd gekust. Zij zijn voor altijd samen gebleven.” mijn hockeybitjes kwijt”, zegt ze lachend. Ik neem de benenwagen naar huis en zie EiMeestal ook nog vlak voor de wedstrijd! gen Schuld langzaam verdwijnen in de don“Die moeten echt overal liggen. In auto’s, kere nacht. Hopelijk vind ik ook deze keer bij sportverenigingen en bij vriendinnen.” mijn kamer weer terug.
Op zoek Jaargang 10, nummer 3
25
Op (be)
zoek:
Uithof!
Door: Henrike Prudon Deze editie van Cribs is de allerspeciaalste ooit. Niet om de mensen (sorry jongens), noch de interviewskills van ondergetekende, maar om de lokatie: de Uithof. Aan deze winderige vlakte is immers elk SGS-lid verknocht. Al is het maar een haat-liefde verhouding. Ondanks de mening van de gemiddelde SGSer over het wonen op de Uithof (‘het is zo ongezellig’) blijkt uit onderstaand onderzoek dat de daadwerkelijke bewoners allemaal heel tevreden zijn. Lekker dicht bij de natuur, en natuurlijk de SGS-kamer. Meer kan een mens toch eigenlijk niet wensen? Jont Als we iemand’s huis als een ‘crib’ zouden omschrijven dan is het wel dat van Jont. Gewoon, omdat dat woord wel bij hem past. Qua stylo is zijn huis echter alles behalve een MTV-domicilie; de keuken is redelijk Spartaans en alle muren zijn wit. Lekker praktisch, zullen we maar zeggen. Een beetje zoals Jont. ‘Het is maar een kamer,’ zegt hij dan ook stellig op de vraag of hij niet liever in een wat gezelligere buurt had willen wonen. ‘Ja kijk, als ik hier nou 10 jaar moest wonen was het een ander verhaal…’ En ja, misschien zijn de nadelen van de Uithof ook wel wat overdreven. ‘Alleen die supermarkt is een beetje jammer. Maar goed, ik sta zo bij een andere. Verder is het gewoon lekker dicht op
Op Zoek Jaargang 10, nummer 3
de uni, dat scheelt me veel tijd.’ Het is voor hem dan ook wel een verbetering geweest, de verhuizing. Zijn vorige huis was zo vies dat hij ‘niet echt mensen mee naar huis durfde te nemen daar. Er werd ook heel veel geblowd, niet heel motiverend.’ En toen hij hier heen verhuisde begon hij net met het FMT (Jont is vorig jaar FMT-studentlid geweest, red.), dus als je elke dag in het Ruppert moet zijn is het wel lekker dichtbij. Zijn kamer is een beetje meer van het zelfde; ook hier zijn alle muren wit. Het is redelijk strak ingericht en er is (voor een studentenkamer) best wel veel lege ruimte. ‘Ja, dan kan ik hier wel wat neer zetten maar dan moet ik er weer om heen lopen,’ is de redenering. Bovendien kan hij nu makkelijk zijn breakdance-lessen thuis voorbereiden. Als je goed kijkt zijn er echter genoeg sporen van Jont’s studentenleven te ontdekken. Kleine kadootjes, kaarten, sokken. Een haltergewicht. Studieboeken. De wandversiering bestaat in zijn geheel uit 2 close-ups van muziekinstrumenten. ‘Ja, ik wilde iets een beetje tijdloos. Ik kan wel een filmposter op gaan hangen, maar die ben ik na een jaar zat, en te lui om hem weer naar beneden te halen’. Over de rest van het huis kan hij kort zijn. ‘We zijn niet echt heel close. Dat vind ik zelf niet erg, ik heb het veel te druk. Het scheelt dat we allemaal redelijk netjes zijn, dan heb je ook weinig over om over te botsen. Alleen het doucheputje, dat is nog wel eens een issue.’ Maar Jont is boven alles heel tevreden. Voor wat het is dan. ‘Een
26
studentenkamer. Als ik voor mezelf een huisje het heel druk zou zijn, maar het is gewoon heb, dan liever in Lombok of zo, maar voor gezellig.’ Zijn kamer is, naast vreemdgevormd, nu: prima.’ nogal wit en tamelijk leeg. ‘Het is een beetje een rommeltje,’ zegt hij als we binnenlopen, hoewel er nauwelijks losse spullen liggen. ‘Ik wil het toch nog wel wat leger hebben, maar goed, door de vorm is er eigenlijk maar één E
Doran Vervolgens gaan we op bezoek bij Doran, die in één van de Bisschoppen woont. Het zijn vreemdgevormde gebouwen aan de buitenkant, en dat zie je direct terug in Doran’s kamer. Het is een soort grote driehoek. Hierdoor gaat veel ruimte verloren, maar er zit E u E gezien Doran bijna boven in het gebouw woont u 180° op de Uithof en een heerlijk chillplekje. I u studeren.’ Begrijpelijk. Doran kwam nog wel in dit huis terecht via SGS. ‘Frank (van Moort, red.) kwam de kamer binnenlopen en vroeg of er iemand interesse had. Ik woonde eerst in Overvecht en wilde niet per se verhuizen E weinig mensen opdagen voor het hospiteren, dus dat was een gelukje.’ Hij is erg blij met zijn nieuwe stulpje. De woonkamer is dan ook
gekleurd zijn. ‘Ja, dat wandkleedje is gemaakt door inheemse vrouwen uit Peru. Dat is ook E die komt dus ook uit Peru.’ Maar toch, het voorwerp dat Doran het meeste aan het hart gaat staat niet in zijn kamer. ‘De cello, die D eigenlijk. Die cello is het minst vervangbare, omdat hij los van het geld ook al 10 jaar met E O D weinig problemen met het wonen op de Uithof. ‘Ik ga hier voorlopig niet meer weg. D u u hier voor gaan zo vaak… Daarbij sta ik zo in de weilanden, in het bos. Alleen jammer van die supermarkt.’ Ja, die supermarkt is een veelgehoorde klacht. Maar het is voor Doran dan ook één van de weinige. ‘Ja, en het doucheputje is hier nogal vies, want hij mist het dekseltje dus het is een beetje een open riool.’ Hm, ook dat hebben we eerder gehoord. Uit onze steekproef van twee lijkt het grootste nadeel van het wonen op de Uithof - naast een te dure supermarkt
het geweldige uitzicht ook echt iets aparts, zo met die vorm. De aangesproken huisgenoten blijken ook heel chill te zijn. ‘Ja, we drinken uu u M - een vieze doucheputjes-epidemie te zijn. vinden elkaar wel heel aardig en maken soms Misschien dat ook onze derde respondent E D een studentenhuis wilde wonen. ‘Ik dacht dat
Op zoek Jaargang 10, nummer 3
27
al mijn muziek op, projecten enzovoorts. Dat Enzio kan ik echt niet kwijtraken.” Er is bovendien nog een tweede item waar hij eigenlijk niet Als laatste gaan we op bezoek bij Enzio, die van kan scheiden: “Ja, mijn getuigschrift net als Jont in het Cambridgebouw woont. van de vrije school. Je hele ontwikkeling op het basisonderwijs staat daar in, echt superpersoonlijke feedback van leraren en medeleerlingen. Dat is nogal onvervangbaar.” Opvallend is ook de gigantische hoeveelheid studieboeken die op het bureau staat. Waarom hij die eigenlijk allemaal heeft gehouden? “Tja, voor de sier. Nee hoor, ik probeer ze af en toe nog te lezen maar ik kom er nooit door heen. En na drie dagen ben ik al weer vergeten dat ik het wilde proberen.” Er is weinig in het huis waar Enzio eigenlijk niet tevreden over is. ‘We zijn hier niet heel close, maar dat vind ik wel best. Ik heb 1 vriend hier, maar die zit nu in Het is zijn eerste en enige kamer sinds hij het Stockholm. Het enige wat echt naar is hier, is ouderlijk huis heeft verlaten, en hij is intussen de lucht in de wc. Dat was al sinds ik hier kwam al Msc. Een lang verblijf dus. De kamer en het wordt niet beter met schoonmaken. behuisd dan ook een grote hoeveelheid Als je dat wilt oplossen moet je gewoon eigenaardige spullen dat hele hok eruit “Het enige wat hier naar is, die zich langzaam om slopen en een nieuwe Enz heen verzameld is de lucht in de wc, zelfs een plaatsen. Een Dixie hebben; overal liggen stinkt nog minder.’ Dixie stinkt nog minder” Problematisch, maar festivalbandjes, Ajaxobjecten, en van die gelukkig blijkt Enzio dingen die DJ’s nodig hebben. Vooral het in ieder geval geen slachtoffer te zijn van de Ajax-shirtje uit 1995 hangt te pronken, “Toen doucheputjes-epidemie. Hij vindt het dan won Ajax de Champions League, mocht ik ook helemaal niet zo erg om op de Uithof te als trotse kiddo zo’n shirtje aan. Maat 128, bizar toch?” Hij heeft meer spullen waar hij erg blij mee is. Niet bepaald onbegrijpelijk, want hij is onder andere de bezitter van een SpongeBob Squarepants tosti-apparaat. Een beetje tevredenheid lijkt dan wel gepast. “Als ik een top 3 zou maken komt die dus op 1. Dan: Mijn spierballenpoeder uit Indonesië. Ik zweer je, als ik het eenmaal ga gebruiken zal het werken.” Vervolgens komt hij met een verfomfaait kartonnen brilletje aanzetten. “En dan deze, de spacebril. Heb ik weer via via op een feestje gehad, maar had er al van gehoord. Hij is amazing.” En dat is ie ook. Zet hem op je hoofd en je waant je in wonen. ‘Check mijn uitzicht. Kijk, in principe andere sferen. Maargoed, waar die top-3 is het Uithof-gedeelte een beetje kut aan deze dan precies een ‘top’ van is blijft onduidelijk, kamer. Maar ik zit lekker dicht bij de natuur, want het belangrijkste item in de kamer blijkt je hoort de lammetjes buiten. Het is dus ook - na aandringen en het voorschotelen van lekker buiten sporten hier, dat is me ook wel hypothetische brand-scenario’s - toch zijn wat waard.’ harde schijf te zijn. “Saai, maar waar. Daar staat
Op Zoek Jaargang 10, nummer 3
28
Brief
aan..
Door: Eliza de Vetten een weg die niet bestaat.
Beste Tom en Tom, Wat zou de wereld toch zonder jullie moeten? In het tijdperk voor dat jullie navigatiesysteem de wereld veroverde, was bij bijna iedere vakantie de kaart niet weg te denken. Ik herinner me het nog goed: Mijn vader achter het stuur, mijn moeder ernaast met de kaart op schoot. Altijd die eeuwig durende ruzies omdat de afslag gemist werd. Tegenwoordig is mijn moeders taak overgenomen door een kastje die aan de vooruit is geplakt en maakt mijn vader ruzie met de stem die ‘neem over 300 meter de afslag’ zegt. Je zou kunnen zeggen dat dit een hele vooruitgang is, maar is dat wel zo? Ik merk om me heen steeds vaker dat mensen de auto niet meer instappen zonder Tom Tom. Even op bezoek bij vrienden in Den Haag? Waarom zou je de moeite doen om de route uit je hoofd te leren? Binnen een paar minuten vertelt jouw Tom Tom precies waar je de hoek om moet. Ik kan het bijna niet geloven, maar toch zou het me niets verbazen als er mensen zijn die elke dag naar hun werk rijden, geleid door de vriendelijke stem van het navigatie systeem. Iedereen die weleens met jullie systeem gereden moet hebben moet ook ervaring hebben met de geweldige fouten die jullie gemaakt hebben. De aanwijzingen die je precies naar een voetpad leiden, of
Een paar jaar geleden onderweg naar onze vakantiebestemming in Drenthe, kwamen mijn moeder en ik dankzij jullie instructies terecht op een weg die nog niet af is. Ja inderdaad, nog niet af. Opeens hield de weg namelijk op. Onze Tom Tom raakte in paniek. ‘Keer om en daarna keer om “ bleef ze maar herhalen. Na 3 keer om de as van de auto gedraaid te hebben, is besloten het navigatiesysteem maar uit te zetten. Met ‘slechts’ de hulp van de borden langs de weg hebben we geprobeerd de juiste route te vinden. Helaas zijn we hopeloos verdwaald. Bedankt Tom Tom, zonder jullie kunne we dus helemaal niets meer. Zelfs met mijn rijlessen kom ik al niet onder de Tom Tom uit. Het rijden op navigatiesysteem is tegenwoordig zelfs onderdeel van het examen. Daarom heeft mijn rijleraar een mooi exemplaar in zijn wagen laten bouwen en hoor ik iedere les twee keer wanneer ik de hoek om moet. Een keer van mijn leraar en een keer van de stem in de Tom Tom. Zou er dan nergens meer een plek te vinden zijn waar jullie niet de macht hebben overgenomen? En toch, ook al zijn jullie overal aanwezig. En wordt er geen stuk meer gereden zonder de vertrouwde stem die zegt waar we heen moeten. Vraag ik me af waar jullie zijn als ik weer eens de weg kwijt ben in het Langeveldgebouw? Wordt het niet eens tijd voor een TomTom-walk, die precies weet waar ruimte G223 is? Ik blijf hopen, Eliza P.S.: Hoe zit het trouwens met die dubbele naam? Ik ga er maar van uit dat er twee heren zijn die alle mogelijke routes bedenken. Dat werk kun je onmogelijk alleen doen, toch?
Op zoek Jaargang 10, nummer 3
29
Op
zoek naar
ons jachtinstinct
Door: Lisa van den Boom
en samen met elkaar bewegen met het ritme van de muziek. Mijn ogen hebben zich vastgeketend aan een overheerlijk slachtoffer met bruine krullen aan de bar. Eer ik hem met mijn denkbeeldige lasso naar mij toe heb getrokken, moet ik me inhouden mij niet compleet voor zijn voeten te gooien. Ik kijk hem aan, in volle verwachting, naar die eerste zin die mijn leven zal veranderen. Hij doet zijn mond open, ik houd mijn adem in en hij zegt: “Wat heb jij een mooie grote neus”. BAM, de aantrekkingskracht is voorbij, in de grond gestampt om nooit meer tevoorschijn te Zonnestralen drijven vanuit de blauwe komen. Ik moet zo hard lachen, mede uit lucht op de aarde neer. De lente heeft ons plaatsvervangende schaamte dat de arme uit het niets bij onze enkels gegrepen en jongen snel afdruipt. ons vervolgens massaal neer laten ploffen op het terras of in het park. Het kwik stijgt, de bloemetjes en bijtjes ontwaken en het “Toch zijn niet alleen manmedegeslacht lijkt met elke stijgende nen leken op het gebied graad aantrekkelijker te worden. Schaarse van flirt-gedrag” kleding onthult huid waarvan het instinct van de mens vanuit de tenen naar boven komt borrelen. Voortplantingsdrang. Flirten is moeilijk, onvoorspelbaar, Plotseling, alsof het heel de winter bevroren verschrikkelijke grappig en gênant tegelijk. in ons lichaam heeft doorgebracht en nu Hoevaak zijn wij vrouwen niet aangesproken ontdooit. Voor de gelukkigen die niet meer met de meest slechte openingszinnen hoeven te zoeken naar een partner breekt en hoe vaak hebben wij geen blauwtje er een tijd van hartstochtelijke liefde aan. gelopen bij het eerste gesprek. Lieve Voor degene die het niet gelukt is om mannelijke studenten uit Utrecht: bestook soulmate aan de haak te slaan die je ter ons a.u.b. nimmer meer met de volgende plekke wil bespringen, is het jachtseizoen openingszinnen. De consequenties zijn geopend. Single studenten toont u aan de voor eigen risico. buitenwereld, u wordt met open benen * Geloof jij in liefde op het eerste gezicht of armen ontvangen. moet ik nog een keer langslopen? * Deed het geen pijn?...Wat?...Toen je uit de hemel kwam vallen. * Hoi, ik ben Tarzan, wil jij aan mijn liaan slingeren? * Waar heb ik je toch eerder gezien? O ja, in mijn dromen. * Zeg dat truitje van jou, is dat kamelenstof? (Nee, hoezo?) Nou, vanwege die 2 bulten. * Ik ben een telefoonboek aan het schrijven, Het is zaterdagavond, de maan kijkt op mag ik je nummer? ons neer en wij als studenten huilen als Toch zijn niet alleen mannen de leken op het wolven in de nacht. De cafe’s staan vol, gebied van succesvol flirtgedrag. Vrouwen vol met warme lichamen die zich langs zijn voor onze mannelijk medestudenten
Op Zoek Jaargang 10, nummer 3
30
vaak buitenaardse wezens waarvan gedacht wordt; wat van ver komt is lekker, maar ik snap er niks van. Vrouwen gebruiken vaak een mix van verbale en non-verbale signalen waarbij het, vooral na een aantal biertjes, voor mannen zeer moeilijk is om de daadwerkelijke boodschap te achterhalen. Al met al wordt er dus dik gefaald.
SO WHAT TO DO?!
Bloemetjes en de bijtjes, mannetjes en vrouwtjes, bier en seks, wat houden we ervan. Voor een avond, enkele weken, of een leven lang. We moeten de touwtjes in eigen handen nemen. Het lijkt simpel en dat is het ook!
is zelfs gebleken dat 89% van mannen en vrouwen een extra aantrekkingskracht voelt door geur. 3. Dress to impress! Sletterige kleding is een dikke turn-off voor de meeste mannen. Vrouwen moeten een goede balans vinden tussen het laten zien en verbergen van je vrouwelijke ‘kwaliteiten’. Mannen in mouwloze T-shirts met teksten erop, sportschoenen als je NIET aan het sporten bent, te korte broeken en natuurlijk de witte sokken lopen een grote kans, zelfs voordat de dolksteek van een openingszin aan bod komt, afgewezen te worden. 4. Wees zelfverzekerd Wees een man of vrouw die weet wat ze/hij wil en weet hoe ze/hij het moet krijgen! LET OP: overdrijf niet!
1. Kies je slachtveld nauwkeurig uit! * Een café / lunchroom, genoeg tijd voor een gezellig praatje of dansje ( alcohol is je grootste vriend). * Het park, chillend met je vrienden per ongeluk een frisbee naar je slachtoffer toegooien of de hond van de buren uitlaten.. * Een feestje van een vriend (lees: SGS), connecties! * Studenten-/ studievereniging (lees: SGS), genoeg activiteiten om elkaar te leren kennen onder het mom van “dezelfde interesses..” * De sportschool, je goddelijke lichaam showen, succes gegarandeerd. * Warenhuizen en winkelcentra, je slachtoffer je laten helpen bij het uitzoeken van een cadeau voor je “broertje” of “zusje” * De ijssalon, ijs maakt mensen gelukkig, dus de kans op afwijzing is klein! Het proberen waard dus.
5. Wees niet wanhopig Wanhopig? Dan is meeste wat je waarschijnlijk zal worden, een one night stand. Als je daarop uit bent, Bingo! Zo niet, laat de wanhoop dan niet blijken. Mannen en vrouwen van Utrecht, herenigt u, komt samen in een stad vol passie en liefde. Een stad waar mannen in de tijd van de bloemetjes en de bijtjes geen honing eten, maar als helden op bijen kauwen. De tijd waar de vrouwen dansen op het ritme van de vlinders in hun buik. Laat de onzekerheden in uw onderbuik los, dan heeft u 2 handen vrij; 2 handen die alles kunnen grijpen wat lekker is en los rondloopt. Lach, geniet, heb plezier, houd van de lente en elkaar, en 2. De kracht van geur zet flink de bloemetjes buiten. Dan komen Geur is een van de meest krachtige de bijtjes vanzelf. onderbewuste invloeden die onze inschattingen beïnvloedt. In een onderzoek
Op zoek Jaargang 10, nummer 3
31
Recept: Marokkaanse
couscous
Door Aukelien Scheffelaar
Marokkaanse couscous
Duurt 2 ½ uur; als je een stoompan hebt, is het helemaal makkelijk (vlees onder, couscous erboven stomen). Anders gebruik je gewoon 2 pannen. Benodigdheden (voor 8 personen) Per persoon 1 stuk rundvlees zo groot als een kindervuist 2 courgettes (lichtgroene, zie kanaalstraat groentewinkeltje) 3 wortels 3 tomaten (ontveld) 1 flespompoen (oranjeachtig, in bowl-pionvorm) 2 uien Koriander (half bosje, 10 steeltjes) Zonnebloemolie Zout Marokkaanse kruidenmix en saffraan Couscous (1 blauw pak, op kanaalstraat te koop) Bereiden gele pompoen = flespompoen Vlees&groentemengsel 1. Doe de 3 tomaten, de 2 uien, en de koriander samen in de blender. 2. Doe dit mengsel bij het vlees in de pan met een half glas zonnebloemolie, 4 schepjes zout en 2 ½ eetlepel kruidenmix en saffraan voor de kleur. 3. Laat dit mengsel een half uur op een redelijk hoog gas koken en roer het af en toe door. 4. Schil de 2 courgettes, de 3 wortels, de gele kleine wortel (zie foto) en de flespompoen en snijdt ze allen in vieren. 5. Doe 5 liter water bij het couscousvleesmengsel als het een half uur gekookt heeft en zet het weer op het vuur. Begin na 40 minuten met het bereiden van de couscous (zie hieronder) 6. Voeg de wortel na een uur toe en laat het verder doorkoken. 7. Voeg na een half uur de courgette en de pompoenstukken toe en laat het mengsel nog een half uur doorkoken, zodat het tegelijkertijd met de couscous te serveren is. Couscous 1. Doe de couscous in een kom met een scheut olie, zout (4 theelepels) en twee glazen water. De couscous hoort nu plakkerig te zijn na het doorroeren, maar nadat je 10 minuten wacht is al het vocht opgenomen in de couscous. 2. Laat de couscous in een pan stomen 1x 20 minuten; hierna roer je de couscous door, voeg je ½ glas water toe en wacht je weer totdat dit water in de couscous is opgenomen. Daarna zet je de couscous weer op de stoompan en laat je de pan weer 20 minuten stomen. 3. Voeg na twee keer stomen kaneel en twee soepopscheplepels vocht uit de vleespan bij couscous. Wacht weer totdat het is opgenomen en zet de pan 15 minuten voor het serveren van het eten weer op de stoompan. Serveren Serveer de couscous op een schaal, met daarop de groente en het rundvlees sierlijk gelegd (zie foto). Het is heerlijk! Eet smakelijk!
Op Zoek Jaargang 10, nummer 3
32
De
liftweek van
Door: Lars Bulters
Op zaterdag om acht uur klonk het startschot voor de liftwedstrijd van SGS. Dit jaar zouden we naar Boedapest liften. Met mijn liftpartner Marijntje had ik eerder die week al een uitgebreide tactiekbespreking gehouden, waardoor we als een goed getrainde eenheid naar onze eerste opstapplek scheurden. Tien minuten duurde het voor we een lift de snelweg op gevonden hadden. Door de getattoeëerde trucker (tevens reiki-meester) werd ons op het hart gedrukt dat een positieve instelling ervoor zou zorgen dat het universum ons goed gezind bleef. Met deze wijze les in gedachten verbanden wij elk negatief woord of idee uit ons hoofd. In de uren die hierop volgden hadden we überhaupt weinig reden tot negatief denken omdat we nergens langer dan een half uur buiten hebben gestaan. Tot in Wenen. Wellicht iets te goedgelovig waren we namelijk ingestapt bij drie jongens in een camperbus die van Nurnberg naar Wenen reden. Waar wij echter niet (genoeg) bij hadden stilgestaan is dat de 100 kilometer per uur, die camperbusjes rijden, niet een snelheid is waarmee je wedstrijden wint. Zo kwamen wij om elf uur ’s avonds, ganz positiv, aan op een godvergeten tankstation vlak voor Wenen. Hier zouden wij de komende vijfeneenhalf uur al zingend en dansend op tankstation-muziek doorbrengen zonder een reddende auto te zien. Rond vijf uur in de morgen hadden we dan eindelijk weer beet en om zeven uur reden we Boedapest binnen. We hadden het gered binnen het etmaal! 1-0
Lars
voor positiviteit, hoewel hiervan na 23 uur glimlachen weinig over was: strontchagrijnig sleepten wij onze lange gezichten het bed in om drie uur later weer op te staan en vol goede moed deze bijzondere stad te verkennen. Zondagavond waren de meeste teams gearriveerd wisselden we ervaringen uit onder het genot van heel eten en bier in een restaurant dat ons aangeraden was door de allervriendelijkste receptioniste van ons ganz coole hostel. Elke avond was er de mogelijkheid om los te gaan in een van de vele leuke kroegen van Boedapest dan wel spellen te spelen of de ontspannen in het hostel en aangezien koken bijna net zo duur was als uiteten gaan, hebben we de Hongaarse restaurant-scene uitgebreid verkend. Hoofdzakelijk bestond de week uit doen waar je zin in hebt en dat vooral met zo veel mogelijk ontspanning tot gevolg. Enkele hoogtepunten: - De vele prachtige uitzichten vanuit beide kanten van de Donau hebben we verkend per tandem. Met de snelheid van het licht scheurden wij langs de rivier door een stad die absoluut niet voor fietsers gemaakt is, we zijn nog nooit zo blij geweest met een fietspad (die sporadisch door de stad te vinden zijn). - Ik vergeet naast de enorme synagoge die volgens de gids niet erg koosjer was, maar desalniettemin indrukwekkend, die we bezochten gevolgd door het confronterende holocaustmuseum en andere imposante bouwwerken zoals het parlement en de fishermen’s bastion vast nog veel meer leuks te vermelden die deze week onvergetelijk maakten, maar de ongelofelijke mate van ontspanning (en wellicht ook misschien enkele kleine hoeveelheiden Jägermeister) spelen mijn geheugen parten. Kortom: prima weer, mooie uitzichten, fantastisch gedanst, lekker gegeten en vooral heerlijk veel niks gedaan. Es war fantastisch! Köszönöm, Magyarország!
Op zoek Jaargang 10, nummer 3
33
Oor
te luister (toetje)
Natasja: Nou weer niemand jarig.. saai Chris: Vrouwen zijn echt RAAAARRR Josephine: Dus toen gingen we het ff daar doen want niemand zag ons Elles: Ik krijg geen stempel van die pinda! Kutpinda Elles: Er zit een gat in je panty! Natasja: Oh nee! Mijn turken maillot! Kiki Verheijen: [..] en dan krijg ik geld. Ik voel me dan net een onderzoekshoer Josephine: Mag ik je buik likken? Elles: Ja prima. Catharina: Gelukkig had je geen shirt aan Elles: Had Josephine geen shirt aan? Jos: Dus als je heel gay kan zijn doe je dat? Jasper: Ja! Nathalie op het Vul-je-pul: Ja ik weet het, hij is zo knap dat als je naar hem kijkt je je aangerand voelt.. maar hij is al bezet. Dus. Itzel: Jos gaat los Furkan: “I’m like a movie, i’m not true, but you can have fun with me!” Irene heeft kiespijn en neemt een Ibuprofen Josephine: Moet je niet wat sterkers nemen? Anticonceptie ofzo? Irene (heel serieus): Stef Stuntpiloot kan je nu niet doen, daar moet je eerst drank voor hebben. Josephine: Ik wil geen seks met jou op de SGSbank Catharina: Ik wil ook geen seks met jou, seks op de SGSbank daarentegen.. Heb jij ook een mooie oor te luister gehoord? Stuur hem naar redactie@sgsutrecht.nl of stop hem op een briefje in de oor-te-luister-box op de sgs-kamer (naast de koelkast) Alvast bedankt!
Op Zoek Jaargang 10, nummer 3
34
Filmverslag: Trans America Door: Nienke de Jonge.
Op zoek naar Erkenning Op het hoesje van de DVD staat dat de film genomineerd is voor twee Oscars, verder staat er een positieve quote op de voorkant. Ik had deze wel film gehuurd, maar twijfelde achteraf waarom ik dat eigenlijk had gedaan. Toch bekeek ik de film, na een lange tijd uitstellen. Hoewel het verhaal voor mij nog op een twijfelachtige wijze begon, werd ik niet veel later de film ingetrokken. Toen het verhaal eenmaal duidelijk werd - dat wil zeggen toen ik de hele intro gezien had - had ik het gevoel er helemaal in te zitten. Je denkt mee, en ziet een nieuwe wereld. De wereld van een man die vrouw wil zijn, en graag de laatste, definitieve, operatie wil ondergaan. Deze operatie wordt echter uitgesteld, omdat ze erachter komt een zoon te hebben [van onze leeftijd]. Dit is een interessant proces. Zoals het zien van hoe ze met deze onderbreking omgaat. Haar leven wordt tamelijk compleet in beeld gebracht; zo komt de omgang met vrienden in beeld, alsook met haar therapeute, haar werk en met vreemden. De film zit vol verrassingen en onverwachte gebeurtenissen en momenten, dit maakt de film onvoorspelbaar en zorgt dat je aandacht bij het verhaal blijft. Verder is het interessant om te zien hoe het contact tussen ‘moeder’ en zoon verloopt, en de ontmoetingen die ze tijdens hun reis hebben. Interessant omdat een transseksueel niet vaak de hoofdrol in een film heeft. Wanneer dit thema überhaupt al ter sprake komt, gaat het vaak om een travestiet, niet om een transseksueel. In zulke films wordt het thema luchtig en vooral zogenaamd grappig gebracht. Vaak niet serieus. Deze film bevat ook zeker de nodige humor, en is daarmee zeker niet een diepgaande of zware film, maar wel serieus in de zin van dat alle acteurs volwaardig overkomen, en er van niemand een slecht of negatief beeld geschetst wordt.
Het hoofdthema lijkt om respecteren van de ander te gaan en de zoektocht naar erkenning. De worsteling wordt goed in beeld gebracht. Zowel de worsteling van de transseksueel, de worsteling van de zoon om zijn weg te vinden in het leven, alsook de worsteling van de (groot)ouders om om te gaan met hun transseksuele zoon. Op deze manier wordt er een goed beeld geschetst van het leven van de transseksuele hoofdpersoon. Enkele dingen blijven onverklaard, zoals in de meeste films. Zo wordt haar verleden niet geheel in kaart gebracht, en kom je bijvoorbeeld niet te weten wanneer/hoe/ waarom ze heeft besloten zich als transseksueel te uiten en te manifesteren. Sommige details blijven op deze manier on-onthult. Verder blijft de gezinssituatie, waarin zij zelf is opgegroeid, wat onduidelijk. De relatie van haar zus tot haar vader vond ik er wel erg close uit zien, maar hier wordt verder weinig aandacht aan besteed. Ik vind het lastig om het genre te beschrijven, het is zowel komedie, het heeft wat weg van een roadtrip, alsook een psychologisch verhaal. De doelgroep is ook divers; voor studenten [die zich misschien zullen herkennen in het gedrag van haar zoon], maar ook voor ouders zal het een leuke film zijn [die kunnen zich herkennen in de relatie tot hun kind]. Ook kan het een interessante kijk bieden voor transseksuelen of juist voor mensen die hier eigenlijk totaal niks mee hebben. Hoewel de transseksueel de hoofdrol speelt, is het niet een zwaar beladen thema. Het gaat vooral om het persoonlijke verhaal en de zoektocht. Het is een leuke komedie, die niet standaard of slap is. Het acteerwerk is goed, de acteurs zitten goed in hun rol en speken de voorkomende problemen goed uit. Een goede film ter ontspanning waarbij je achteraf toch het gevoel hebt iets met toegevoegde waarde gezien te hebben.
Op zoek Jaargang 10, nummer 3
35
Er zijn uren Zonder jou. Soms. Misschien. Het is denkbaar. Er zijn rivieren met oevers vol boterbloemen Zonder jou. Er zijn wegen zonder jou. Zijwegen, ongelukken, greppels. Vlinders zonder jou zijn er, distels. Ontelbare. Er is mismoedigheid zonder jou. Laksheid. Angstvalligheid. En er gaat geen uur voorbij, Er is nog geen uur voorbijgegaan. (Toon Tellegen)
Rob Hummelen (21 jaar), de man van steen die barstte. Op 21 april 2012 kwam hij (broertje van Jos Hummelen) om het leven bij een auto-ongeluk. Met oprechte deelneming voor Jos en zijn familie Het bestuur en de redactie van SGS. Voor een woord van steun kun je een berichtje achterlaten op: www.hummel21.blogspot.com Met dank aan Arjun Swami Persaud en Wouter van der Wal
Op Zoek Jaargang 10, nummer 3
36
Doorgeefpen gevolgen hiervan zullen vooral voor kinderen van Henk en Ingrid aanzienlijk zijn. Ook het nieuwe begrotingsakkoord van de ‘Kunduzcoalitie’, wat zeker socialer is dan de voorstellen die uit het Katshuis kwamen, maakt niet dat alle schadelijke beslissingen van twee jaar Rutte en consorten zomaar teruggedraaid zijn. Het is niet voor niets dat dit een ‘grachtengordel akkoord’ wordt genoemd.
Door: Lian Stouthard Met de val van het kabinet Rutte op 21 april jongstleden is er volgens vele een eind gekomen aan het meest rechtse en minst sociale kabinet dat Nederland ooit gekend heeft. In rap tempo kwamen onder het mom van bezuinigen talloze, in de afgelopen decennia verworven zekerheden, als de kinderopvang, het onderwijssysteem en het persoonsgebonden budget op de tocht te staan. Deze ontwikkelingen gingen gepaard met een langdurige economische recessie, een bankencrisis en een oplopend begrotingstekort. Het signaal was duidelijk, de overheid heeft geen geld meer en in mijn omgeving zag ik overduidelijk dat een grote groep kersverse sociale wetenschappers (mijn net afgestudeerde vrienden dus) veel moeite hadden een baan te vinden. Donkere wolken pakten zich samen boven onze faculteit, de vraag wat ons diploma nog waard was werd steeds vaker gesteld en men had ineens niet zo veel haast meer met afstuderen (dit was nog in het pre-langstudeerdersboete tijdperk). Voor een kabinet dat bestond bij de gratie van de PVV, de partij die zegt op te komen voor Henk en Ingrid, vielen de klappen toch vooral in de sociaaleconomische hoek van dit koppel. Hoe onrechtvaardig en krom deze maatregelen ook zijn, de sociale wetenschapper in mij zag er meteen mogelijkheden in. Om het kort door de bocht te stellen; sociale voorzieningen worden schaars, de sociale zekerheid brokkelt af en de
Natuurlijk komen wij als we later volwassen en afgestudeerd zijn lang niet allemaal in de hoek van het maatschappelijk werk terecht, en zullen we in die hoedanigheid ook niet rechtstreeks in aanraking komen met het ‘veld’. Om de ontstane situatie in de komende jaren echter weer recht te breien zullen wij sociale wetenschappers nodig zijn als beleidsmakers, projectmanagers, psychologen en pedagogische medewerkers. Ondanks de nullijn voor ambtenaren en de steeds meer voorkomende banenstop in de non-profit sector gloort er weer hoop aan onze sociaal wetenschappelijke horizon, binnenkort hebben ze ons weer nodig. Wij sociale wetenschappers in opleiding hoeven ons op dit moment dus geen zorgen te maken over onze toekomst, de echte slachtoffers van de politieke situatie van de afgelopen jaren zijn Henk en Ingrid en vooral hun kinderen. Wij krijgen juist de mogelijkheid om ons volwassen leven nog even uit te stellen, de arbeidsmarkt komt zo nu en dan om de hoek kijken maar is nog ver weg. We blijven wonen in onze studentenkamers, zitten op maandagavond tot vier uur in de kroeg en vinden het gek als je met u wordt aangesproken, en dit alles op een leeftijd waarop onze ouders al aan het werk waren. Maar is dit inderdaad het product van de huidige politieke omstandigheden of zijn we een generatie op de vlucht voor verantwoordelijkheden? Deze vraag wil ik graag stellen aan Ouren Kuiper.
Op zoek Jaargang 10, nummer 3
37
Colofon
NieuwSGS Jaargang 10, nummer 2 De NieuwSGS verschijnt 5 maal per jaar met nieuws, artikelen en mededelingen voor SGS leden en studenten van de Faculteit Sociale Wetenschappen. Daarnaast verschijnt eenmaal per week een nieuwsbrief per e-mail. Hoofdredactie: Willemijn de Jong Redactie: Rosemarie Janssen, Willemijn de Jong, Renée Beune, Henrike Prudon, Jana Gehlen, Nienke de Jong, Birgit Hermsen, Wouter van der Wal, Eliza de Vetten, Lisa van den Boom. Met dank aan: Het SGS-bestuur, Menno Berg, Arjun Swami Persaud, Lian Stouthard, Doran Pauka, Jont Groenedaal, Aukelien SCheffelaar, Sanne de Jager, Yoka Gosseling, Lars Bulters en Enzio Giljam. Lay-out: Rosemarie Janssen Redactieadres: Langeveldgebouw, kamer E050 Heidelberglaan 1 3584 CS Utrecht Telefoon: 030-2532956 E-mail: redactie@sgsutrecht.nl Website: www.sgsutrecht.nl Bijdragen: Alles wat je op USB-stick of via de e-mail bij ons inlevert is welkom! De redactie van de NieuwSGS behoudt zich het recht voor om ingezonden stukken te weigeren, in te korten of te censureren. Oplage: 175 stuks Druk: Repro FSW Adverteren: Contactpersoon: Rosemarie Janssen (zie SGS-bestuur) SGS Bestuur 2011-2012 Dagelijks Bestuur: Irene ten Haaf (Voorzitter) Natasja Hertog (Secretaris) Elles Wijnberg (Penningmeester) Rosemarie Janssen (PR-Coördinator) Parlementair Overleg Coördinatoren (Poco’s): Catharina Brandsma Josephine Verstappen
Op Zoek Jaargang 10, nummer 3
De NieuwSGS is een uitgave van de StudentenGroep Sociale wetenschappen (SGS) te Utrecht. Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd door middel van welk medium dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van SGS. © 2012 SGS Utrecht. De bij deze uitgave betrokken redactie en medewerkers aanvaarden geen aansprakelijkheid voor mogelijke gevolgen die zouden kunnen voortvloeien uit het gebruik van de in deze uitgave opgenomen informatie.
38
SGS-Agenda 21 mei Stamkroegavond café Eigen Schuld | 22 mei Middernacht picknick & Wild- camperen | 24 mei Outdoor Lasergamen | 25 mei Filmmiddag uitwisseling | 25 mei Alumniborrel 20.30 Café Eigen Schuld | 29 mei ASW symposium Jeugdproblematiek | 31 mei Kledingruil kamerborrel |
31 maart
Straatmuzikanten concert! 21.00-01.00 ACU | 4 juni Stamkroegavond café Eigen Schuld | 6 juni Dom beklimmen en pannekoeken eten met internationals | 6 juni Feest met Usocia & Djembe Hal 16 | 7 juni SGS- BBQ | 11 juni Algemene Leden Vergadering & Stamkroeg | Wil je meer informatie over de tijd, lokatie, of inhoud van een activiteit? Kijk dan op onze website: www.sgsutrecht.nl of kom langs op de kamerE050 Langeveldgebouw. Graag zien we je terug op een van onze activiteiten Iedereen is welkom!
Op zoek Jaargang 10, nummer 3
39
Cafe Eigen Schuld Het eetcafĂŠ op de nachtegaalstraat 29 b www.eigen-schuld.nl nieuwe Stamkroeg van SGS! om de maandagavond vanaf 21.00 u.