3 minute read
Liefde voor het vak
enorme speeltuin’
Advertisement
Nederland mooier maken. Dat is de passie van landschapsarchitect Berno Strootman. Van 2016 tot 2020 was hij Rijksadviseur voor de fysieke leefomgeving. Hij bepleitte een ‘New Deal’ tussen boer en maatschappij. “We zijn de grip op het landschap verloren, terwijl het ons collectief bezit is.” Landschapsinclusieve landbouw heeft volgens hem de toekomst, een visie die GLK onderschrijft én in
praktijk brengt. Tekst: Claudia Dekkers De voortuin van het fraai aan de Waal in de Bommelerwaard gelegen Huis Brakel ondergaat een metamorfose. De vijverpartij is sierlijker gemaakt en er zijn nieuwe bomen geplant. De komende jaren zullen gedeeltes asfalt worden verwijderd, nieuwe bruggen geplaatst, paden aangelegd en nog meer bomen geplant. Het bureau van Strootman maakte het ontwerp voor de herinrichting. GLK voert het plan in fases uit. “Ik ben er pas nog wezen kijken, het wordt mooi! Het is nog maar de eerste fase, maar het smaakt naar meer.” De liefde voor landgoederen begon in zijn
jeugd, vertelt Strootman. “Ik groeide op in een klein stadje in Twente en fietste elke dag door landgoed Twickel naar mijn middelbare school in Hengelo. Ik vond het prachtig en nog steeds kom ik er graag. Zeker nu we sinds vijf jaar met ons bureau werken aan de vernieuwing van dat landgoed.”
Luie student
Het had overigens weinig gescheeld of Strootman was géén landschapsarchitect geworden. “Ik was een luie, ongemotiveerde student. Ik vond niets aan die studie landschapsarchitectuur in Wageningen, maar ik had al een studie afgebroken, dus ik zat gevangen. Pas in het vierde en vijfde jaar kreeg ik er plezier in. Dat is te danken aan Ank Bleeker. In tegenstelling tot andere ontwerpdocenten wist zij bij mij een snaar te raken. Ze gaf complimenten, stimuleerde me buiten te gaan kijken. Door haar ging ik mijn best doen.”
Foto: Ton Rothengatter
Berno Strootman maakte een nieuw ontwerp voor het voorterrein van Huis Brakel
Enkel verliezers
Schoonheid van natuur en landschap, dat is waar Strootman voor gaat. “Het Nederlandse landschap is gevormd door boeren. Sinds de Tweede Wereldoorlog is rationalisatie en schaalvergroting het adagium in de landbouw. Daar betalen we als samenleving een enorme prijs voor. Eenvormigheid. Stikstofproblemen. Afnemende biodiversiteit. Teruglopende bodemkwaliteit. Het huidige landbouwsysteem kent enkel verliezers: het milieu, de boeren zelf en de samenleving. Want het is wel óns landschap, ons collectief bezit. Toen ik in 2016 werd gevraagd Rijksadviseur te worden, was de belangrijkste reden om ‘ja’ te zeggen dat ik wilde bijdragen aan het verbeteren van de relatie tussen landbouw en landschap.” Samen met stedenbouwkundige Daan Zandbelt en architect Floris Alkemade pleitte Strootman voor een New Deal tussen boer en maatschappij. “Daarmee krijgen boeren
Foto: Jiri Büller duidelijkheid voor de lange termijn en een eerlijk inkomen voor het produceren van gezond voedsel. In ruil daarvoor dragen zij zorg voor een aantrekkelijk, toegankelijk en biodivers landschap, schoon water, schone lucht en een vitale bodem.”
GLK in de voorhoede
Het doet Strootman deugd dat GLK een landbouwvisie heeft waarin landschapsinclusieve landbouw is vastgelegd. “Zij hebben concrete doelen gesteld waarbij het hoogste doel een landbouwsysteem is met volledig grondgebonden kringlopen. Het zal in stappen gaan, maar van het ambitieniveau word ik blij. Ik denk dat GLK tot de voorhoede kan behoren en kan laten zien hoe landbouw bijdraagt aan een rijk, gevarieerd en aantrekkelijk landschap.“ Een korte keten tussen producent en consument is ook een ambitie van GLK. Kansrijk, denkt Strootman. “Landgoederen lenen zich uitstekend voor directe afzet. Het is toch mooi om voedsel te kopen dat verbouwd is op de plek waar jij graag wandelt? Ik zie allerlei mogelijkheden voor lokale en coöperatieve samenwerkingen.”
Terug naar de tekentafel
In december 2020 sloot Strootman zijn vierjarige periode als Rijksadviseur af en werd weer ‘gewoon’ landschapsarchitect. “Terug naar het ambacht van ontwerpen. Dat verveelt nooit. De opdrachten waar we aan werken zijn ontzettend divers. Van industrieel erfgoed tot beekherstel en van woningbouw tot het Deltaprogramma voor het IJsselmeergebied. We werken samen met klimaatdeskundigen, filosofen, stedenbouwkundigen, ecologen, techneuten en architecten. Ik zie mijn vakgebied als een enorme speeltuin waarin ik mijn nieuwsgierigheid kwijt kan. Hoe mooi kun je het hebben?”