Het Gebed in de Bijbel

www.GenadeBijbel.nl

Gebed Een overzicht van Gebed door de hele Bijbel heen Jan Stelma Ja, wat is gebed? Het is zeker niet zo dat alleen Christenen bidden. Iedereen bidt, de Jood, de moslim, de Hindoe enz. Dus wat is het verschil tussen wat zij en wat wij bidden? Het antwoord daarop hangt af van wat wij onder bidden verstaan. Men zegt bijvoorbeeld dat bidden praten betekent. Maar als ik gewoon aan het praten ben is dat dan bidden? Nee, men bedoelt praten met God zegt men dan. Dus als ik mij tot God richt ben ik dan aan het praten met God? Op zich klopt dat dan wel, maar of het ook de Bijbelse toets kan doorstaan is nog maar de vraag, want wij moeten niet praten vanuit onze eigen menselijke wijsheid. Dat staat altijd tegenover Gods wijsheid, omdat ons verstand van nature verduisterd is (Ef.4:17-18; Rom.1:21).

En zoals wij vanuit onze eigen waarnemingszintuigen nooit ook maar iets zouden kunnen bedenken wat God voor ons in petto had en heeft, : 1 Kor.2:9 Maar gelijk geschreven is: Hetgeen het oog niet heeft gezien, en het oor niet heeft gehoord, en in het hart des mensen niet is opgeklommen, hetgeen God bereid heeft dien, die Hem liefhebben zo moet het ons ook duidelijk zijn dat wij daarom ook niet weten wat en hoe wij dienen te bidden tot Hem. En o.a. zegt Paulus daarom in Rom. 8:26 tegen ons dat wij niet weten wat wij bidden zullen : ……. want wij weten niet, wat wij bidden zullen , gelijk het behoort, maar de Geest Zelf bidt voor ons met onuitsprekelijke zuchtingen Maar ook de discipelen van de Here Jezus wisten het niet en dus vroegen zij aan de Meester: Lukas 11:1 En het geschiedde, toen Hij in een zekere plaats was biddende, als Hij ophield, dat een van Zijn discipelen tot Hem zeide: Heere, leer ons bidden, gelijk ook Johannes zijn discipelen geleerd heeft.

Hoewel het een vraag van de discipelen aan onze Here is, geldt dit ook voor ons, want als wij het niet weten zoals Paulus zegt, dan betekent dat, dat wij onwetend zijn, en als er iets is wat een gelovige in zijn geestelijke leven in de weg kan staan is het wel onwetendheid.

En Paulus wil dat wij het wel weten. Hoe kom je van je onwetendheid af? Door geleerd te worden zodat je het wel gaat weten!

Vier oorzaken waarom bidden ons geleerd moet worden : 1.

2.

3.

4.

Vanwege Vanwege Vanwege Vanwege

onze heidense achtergrond : Bijgelovigheid de kracht van de religieuze traditie het nog steeds hebben van de zondige natuur dat Gods handelen per Bedeling verschilt

Wij zullen deze punten nader bestuderen:

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 1

www.GenadeBijbel.nl

1.Vanwege onze heidense achtergrond.

1 Kor. 1:22 Overmits de Joden een teken begeren, en de Grieken wijsheid zoeken Ons denken is volgens de wijsheid van de mensen zelf en niet van de wijsheid God, want de heidenen hebben al de tijd zonder God geleefd, want zij waren zonder God en dus hebben ze ook niet het licht van Gods Woord in hun verstand (Ef.4:17-18).

1 En u heeft Hij mede levend gemaakt, daar gij dood waart door de misdaden en de zonden; 2 In welke gij eertijds gewandeld hebt , naar de eeuw dezer wereld, naar den overste van de macht der lucht, van den geest , die nu werkt in de kinderen der ongehoorzaamheid; Satan is de god van deze eeuw en de wereld is onder zijn invloed en dus ook de mensen op deze wereld. Hij werkt zijn programma uit in de ongelovige mensen.

3 Onder dewelke ook wij allen eertijds verkeerd hebben in de begeerlijkheden onzes vleses, doende den wil des vleses en der gedachten; en wij waren van nature kinderen des toorns, gelijk ook de anderen Efeze 2:1-3 Onze gedachten, ons denken is dus geheel beïnvloed door satans leer en daarom is ons gebed ook volgens dat denken. Satanisch geïnspireerd dus. Zo dachten en baden wij heidenen.

Efeze 4:17 Ik zeg dan dit, en betuig het in den Heere, dat gij niet meer wandelt, gelijk als de andere heidenen wandelen in de ijdelheid huns gemoeds.

Dit is het denkproces van de ongelovige: 18 Verduisterd in het verstand, vervreemd zijnde van het leven Gods, door de onwetendheid, die in hen is, door de verharding huns harten; Het doel van satan is om dat zo te houden. Het is de leugen waar de mensen door verleid worden. Geestelijke duisternis.

Heidenen zijn door het ontbreken van Gods waarheid in hun en door het bezet (bezeten) zijn door de leugen van satan in hun dus altijd bijgelovig! Zij denken wat de wereld denkt.

Voorbeeld : Hand. 17:16 En terwijl Paulus hen te Athene verwachtte, werd zijn geest in hem ontstoken, ziende, dat de stad zo zeer afgodisch was. “zo zeer” betekent totaal, of : zo vol, of : totaal. De hele stad stond vol met afgodsbeelden. Ze waren totaal overgeleverd aan de afgoderij. En dat was dan het wereld centrum van de “wijsheid”! Dit was het centrum van het wereldse denken! Afgodisch! En dus is de conclusie van Paulus de volgende : Bijgelovig!

22 En Paulus, staande in het midden van de plaats, genaamd Areopagus, zeide: Gij mannen van Athene! ik bemerke, dat gij alleszins gelijk als godsdienstiger zijt.

Volgens de Kanttekeningen van de Staten Vertaling wordt hier met het woord “godsdienstiger” bijgelovig bedoeld !

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 2

www.GenadeBijbel.nl Zie de Kanttekening: godsdienstiger : Of, bijgeloviger, dan anderen, of godsdienstiger, namelijk van alle heidenen.

Met deze constatering gaan wij duidelijk begrijpen waarom heidenen reageren op omstandigheden zoals ze reageren en dienovereenkomstig bidden. Let op, in de volgende verzen zien wij de respons van de bijgelovige heidenen op wat de Paulus zegt en doet: Hand.14:8 En een zeker man, te Lystre, zat onmachtig aan de voeten, kreupel zijnde van zijner moeders lijf, die nooit had gewandeld.

9 Deze hoorde Paulus spreken; welke de ogen op hem houdende, en ziende, dat hij geloof had om gezond te worden, 10 Zeide met grote stem: Sta recht op uw voeten! En hij sprong op en wandelde.

11 En de scharen, ziende, hetgeen Paulus gedaan had, verhieven hun stemmen, en zeiden in het Lycaonisch: De goden zijn den mensen gelijk geworden, en tot ons nedergekomen.

12 En zij noemden Barnabas Jupiter , en Paulus Mercurius, omdat hij het woord voerde.

13 En de priester van Jupiter, die voor hun stad was, als hij ossen en kransen aan de voorpoorten gebracht had wilde hij offeren met de scharen.

Opeens zijn Paulus en Barnabas gepromoveerd tot goden en ze willen aan hun offers brengen.

14 Maar de apostelen, Barnabas en Paulus , dat horende, scheurden hun klederen, en sprongen onder de schare, roepende, 15 En zeggende: Mannen, waarom doet gij deze dingen? Wij zijn ook mensen van gelijke bewegingen als gij, en verkondigen ulieden, dat gij u zoudt van deze ijdele dingen bekeren tot den levenden God, Die gemaakt heeft den hemel, en de aarde, en de zee, en al hetgeen in dezelve is; 16 Welke in de verledene tijden al de heidenen heeft laten wandelen in hun wegen; 17 Hoewel Hij nochtans Zichzelven niet onbetuigd gelaten heeft, goed doende van den hemel, ons regen en vruchtbare tijden gevende, vervullende onze harten met spijs en vrolijkheid.

18 En dit zeggende, wederhielden zij nauwelijks de scharen, dat zij hun niet offerden.

Ondanks wat Paulus zei was de schare niet tegen te houden om hun te offeren. Maar wat Paulus niet voor elkaar kreeg, dat lukte de Joden, die hem maar al te graag kwijt wilden, wel: 19 Maar daarover kwamen Joden van Antiochie en Ikonium, en overreedden de scharen, en stenigden Paulus, en sleepten hem buiten de stad, menende , dat hij dood was.

In heel korte tijd waren Paulus en Barnabas van goede goden opeens veranderd in slechte goden! En dat kan zo snel en gemakkelijk gaan, want ze hadden geen waarheid en dus geen enkele standaard waarop zij hun oordeel kunnen baseren.

Zij zijn overgeleverd aan hun eigen door satan geĂŻnspireerde en daardoor bijgelovige denken. Helaas zien wij dat in de kerk ook nog steeds.

Nog een voorbeeld: Hand.28:1 En als zij ontkomen waren, toen verstonden zij, dat het eiland Melite heette.

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 3

www.GenadeBijbel.nl 2 En de barbaren bewezen ons geen gemene vriendelijkheid; want een groot vuur ontstoken hebbende, namen zij ons allen in, om den regen, die overkwam, en om de koude.

3 En als Paulus een hoop rijzen bijeengeraapt en op het vuur gelegd had, kwam er een adder uit door de hitte, en vatte zijn hand.

4 En als de barbaren het beest zagen aan zijn hand hangen, zeiden zij tot elkander: Deze mens is gewisselijk een doodslager, welken de wraak niet laat leven, daar hij uit de zee ontkomen is.

5 Maar hij schudde het beest af in het vuur, en leed niets kwaads .

6 En zij verwachtten, dat hij zou opzwellen, of terstond dood nedervallen. Maar als zij lang gewacht hadden, en zagen, dat geen ongemak hem overkwam, werden zij veranderd, en zeiden, dat hij een god was.

Hier is het andersom. Eerst denken zij, door wat zij zien, dat hij een moordenaar is en dus gestraft wordt, en later, opnieuw door wat zij zien, veranderen zij van mening en zeggen dat hij een god is omdat Paulus blijft leven!

Men baseert zijn oordeel dus op wat men ziet. Er gebeurt iets en dan interpreteert men het, want het moét iets betekenen, namelijk goed óf kwaad.

En zó denkt de heiden. Ze zijn bijgelovig vanwege het denken naar de geest van deze wereld en de god dezer eeuw (Ef.2:2; 2 Kor.4:4). Maar Christus leert ons nu via Paulus hoe wij ons oordeel dienen te baseren op het Woord van God. Door dat te lezen en te geloven wordt ons denken conform de Bijbel i.p.v de wereld.

Ef.4:20-21 20 Doch gij hebt Christus alzo niet geleerd 21 Indien gij naar Hem gehoord hebt, en door Hem geleerd zijt, gelijk de waarheid in Jezus is; In de verzen hiervoor heeft hij het over de gelovige heidenen uit de gemeente te Efeze met hun verduisterde verstand die hierdoor nu licht moeten gaan krijgen.

2. Vanwege de kracht van de religieuze traditie Religieuze traditie is heel krachtig. In Matt. 5:27-43 zegt de Here een aantal keren: Gij hebt gehoord, dat tot de ouden gezegd is, om daarna gelijk eraan toe te voegen: Maar Ik zeg u.... Dus Christus zegt dan eigenlijk: in plaats wat de religieuze traditie tegen jullie zegt, zeg ik ….enz. Christus valt Mozes niet af, maar wat de religieuze leiders hun wijsmaken. Zie ook Matt.15:1-9 en Matt.23. Christus maakt korte metten met de inzettingen van de zgn. “ouden” En daarom vroegen ze aan de Here of Hij hun wilde leren, omdat ze niet beter wisten dat wat de Farizeeën aan hun geleerd hadden van generatie op generatie.

Voorwaar geen onbekend verschijnsel, want dat zien wij precies hetzelfde in de Christelijke kerk welke ook niet meer is dan een religieuze traditie van wat de “vaderen”hun geleerd hebben. En zo is het in elke religie. Er is in dat opzicht geen enkel verschil.

En daarom gaat Christus ze heropvoeden hoe ze dan wel moeten bidden, want ze waren gevangen in de religieuze tradities van de leiders.

En de religieuze traditie is heel sterk, zoals velen van ons hebben ervaren : “We hebben het altijd al zo gedaan dus….” “De kerk waar ik in zit is al honderden jaren oud en de kerkvaders hebben het al die tijd zo aan ons geleerd, dus hoezo moet mij geleerd worden te bidden?”

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 4

www.GenadeBijbel.nl Maar om recht met God te komen bidt men bijvoorbeeld nog steeds dat je je zonden moet belijden en om vergeving vragen. Wij weten nu echter dat wij al recht met God staan (Kol.2:10). Dat is ons geleerd door Paulus. Ons vlees kan dit moeilijk accepteren, omdat ons vlees nu eenmaal denkt in termen van als-dan. Dus áls wij goed doen voor God dán beloont Hij ons en áls wij slecht doen dán vergeldt Hij dat ons met straf.

Dus niet alleen de apostelen, maar ook wij moeten heropgevoed worden, want ook wij zitten in die religieuze traditie ons heen. En religieuze traditie is per definitie altijd in strijd met Gods Woord. Het is menselijke wijsheid, bijgelovig en heeft zo’n beetje dezelfde autoriteit als Gods Woord, en dat kan natuurlijk nooit .

Men bidt bijvoorbeeld het zgn. “Onze Vader” praktisch als een standaard gebed voor elke situatie. Begrafenis, trouwerij, aan het eten. Vreemd is het om te vragen voor dagelijks brood bij een begrafenis of trouwerij of als wij aan tafel zitten met brood voor ons. Of dat onze zonden vergeven mogen worden (Matt. 6:12) terwijl wij weten dat al onze zonden vergeven zijn (Ef.1:7; 4:32).

Dat betekent dat men bidt in onwetendheid en men bidt zonder na te denken, want overal elke keer wordt weer opnieuw dit opgezegd. Het gaat allebei over de leer van vergeving en het wordt van generatie op generatie gebeden, dus het zal wel zo horen, zonder dat men nadenkt over het feit dat de twee totaal tegenovergesteld aan elkaar zijn.

De ene bidt om vergeving te krijgen onder voorwaarde dat hij ook anderen vergeeft, terwijl Paulus leert anderen te vergeven, omdat wij ook al vergeven zijn.

3.Vanwege het nog steeds hebben van de zondige natuur Ja, ondanks dat wij verlost zijn van alle zonden, hebben wij nog steeds het lichaam der zonde (Rom.7:14-26). En de zonde in ons is ook alleen geïnteresseerd in de zondige dingen en in ons vlees en niet in de dingen van God. Het is in vijandschap daarmee.

(Rom.8:7):

A.

Het vlees is op de uitwendige dingen gefocust i.p.v de inwendige :

1 Sam.16:7 …want het is niet gelijk de mens ziet; want de mens ziet aan, wat voor ogen is, maar de HEERE ziet het hart aan.

Natuurlijk mogen wij bidden voor uitwendige zaken, zoals moeilijke zaken in ons leven, zoals bijv. ziekte of bij het maken van beslissingen zoals een baan, kopen van een huis of iets dergelijks. Echter, wel i.o.m. het Woord moeten uw verwachtingen dan zijn.

Als God nu niet geneest, moet u ook niet bidden voor genezing, maar voor kracht, lijdzaamheid.

Of als u niet weet wat u moet beslissen in een bepaalde situatie, dat u wijsheid mag krijgen het Woord overdenkende, maar ú moet de beslissing maken, zorgvuldig afwegende wat de motieven zijn om bijvoorbeeld een prachtige nieuwe auto te willen kopen: Is het de begeerte van het vlees? Of moet het vanwege uw werk?

B. Het vlees is op de tijdelijke dingen gefocust i.p.v. de eeuwige: 2 Kor. 4:18 Dewijl wij niet aanmerken de dingen, die men ziet, maar de dingen, die men niet ziet; want de dingen, die men ziet, zijn tijdelijk, maar de dingen, die men niet ziet , zijn eeuwig.

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 5

www.GenadeBijbel.nl Natuurlijk mogen wij voor tijdelijke dingen bidden, want wij leven in deze tijdelijke wereld.

Maar ook hier: Waar bidt u voor en wat is de motivatie en wat verwacht u van de Here en is het i.o.m. Zijn Woord? Wij hebben een verantwoordelijkheid om te werken en het gezin te onderhouden, en daar heb ik voedsel en een huis voor nodig. Als ik ontslagen ben, ga ik op zoek naar een andere baan en ik mag dat aan Hem bekend maken zo dat Zijn vrede in mijn hart zal regeren en ik zó op zoek ben en mij niet door deze zorg zal laten overheersen (Fil.4:6-7).

Het vlees kijkt alleen maar naar die zorgelijke tijdelijk toestand waarin ik verkeer en dan zie ik het niet meer zitten en als ik naar het vlees luister dan bid ik : Heer laat deze omstandigheid veranderen en geef mij een baan!

Maar Gods Woord leert ons dat Hij nu niet in de omstandigheden werkt door ze in mijn voordeel te veranderen, maar Hij werkt nu in mij zodat ik in mijn voordeel t.o.v. de omstandigheid verander. Sterkte en blijdschap in plaats van depressie , zwakheid en nederlaag. En zó dient mijn gebed dan te zijn.

1 Kor.10:13 Ulieden heeft geen verzoeking bevangen dan menselijke; doch God is getrouw , Die u niet zal laten verzocht worden boven hetgeen gij vermoogt ; maar Hij zal met de verzoeking ook de uitkomst geven, opdat gij ze kunt verdragen.

Door het Woord en dit in gebed te brengen geeft Hij de uitkomst, niet de omstandigheid verandert, maar ik verdraag in de omstandigheid. Voordeel hiervan is dat u de volgende keer hiermee weet om te gaan, en als het de volgende keer weer gebeurt u niet weer met de handen in het haar zit. M.a.w. u verkrijgt volharding (Rom.5:3-5).

Daarom zegt Paulus hier dus dat wij, de geestelijke mens, moeten zien naar de dingen die niet te zien zijn (welke de eeuwige dingen zijn), want het vlees doet dat juist wel, terwijl dat dus de tijdelijke dingen zijn.

C. Het vlees is op de vleselijke dingen gefocust i.p.v de geestelijke : 1 Kor.3:1,3 : 1 En ik, broeders, kon tot u niet spreken als tot geestelijken, maar als tot vleselijken, als tot jonge kinderen in Christus.

3 Want gij zijt nog vleselijk; want dewijl onder u nijd is, en twist , en tweedracht, zijt gij niet vleselijk, en wandelt gij niet naar den mens?

Ook deze vleselijke dingen mogen wij in gebed brengen, maar voordat u dat doet moeten wij ons eerst bezighouden met wat God daarover zegt, en dat lezen wij nu in deze brief aan de Korintiërs. Hij vermaant hun in deze brief en zegt wat ze eraan moeten doen. Dus dat moet toegepast worden in deze gemeente.

In ons gebed kunnen wij dan deze dingen bij de Here brengen dat de broeders en zusters voor wie ik dan bid deze woorden uit de Bijbel zullen gehoorzamen en het woord hun tot bekering mag brengen. Wij zijn daardoor in onze gedachten positief bezig met hun i.p.v. hun te veroordelen en negatief te denken over hun.

En in deze positieve houding treed ik ze dan ook tegemoet als ik ze weer onder ogen kom en ben ik gewapend met het Woord en in het gebed om ze in de wijsheid van God te woord te staan en ze te helpen en in het juiste spoor van de geestelijke mens terug te brengen.

En daarom moet ons geleerd te worden hoe te bidden, want ons vlees zal in bovengenoemde omstandigheden alleen vleselijk reageren en niet in de liefde van God (1 Kor.16:4; Gal.5:13) De Korintiërs waren een vleselijke gemeente. Zij waren aanhangers van de menselijke wijsheden. Resultaat: vleselijk denken en daardoor vleselijke resultaten zoals:

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 6

www.GenadeBijbel.nl partijschappen, hoogmoedigheid, hoererij, rechtszaken tussen broeders, opgeblazenheid, liefdeloosheid, ontkennen van de opstanding.

Dat zijn allemaal dingen die corresponderen met deze wereld, welke onder invloed en in de macht van satan zijn: Lukas 4:6 En de duivel zeide tot Hem: Ik zal U al deze macht, en de heerlijkheid derzelver koninkrijken geven; want zij is mij overgegeven, en ik geef ze , wien ik ook wil; 1 Joh. 2:16 Want al wat in de wereld is, [namelijk] de begeerlijkheid des vleses, en de begeerlijkheid der ogen, en de grootsheid des levens, is niet uit den Vader, maar is uit de wereld.

Efeze 2:1 En u heeft Hij mede levend gemaakt, daar gij dood waart door de misdaden en de zonden; 2 In welke gij eertijds gewandeld hebt , naar de eeuw dezer wereld, naar den overste van de macht der lucht, van den geest , die nu werkt ín de kinderen der ongehoorzaamheid; 3 Onder dewelke ook wij allen eertijds verkeerd hebben in de begeerlijkheden onzes vleses, doende den wil des vleses en der gedachten Satan is de heerser van deze wereld en niet de USA of de UN. En zijn boosheid werkt nu in de mensen zodat hun denken daarin volledig in opgaat wat hij in deze wereld aan het doen is. En daarom, omdat wij nog steeds die oude zondige natuur met ons meedragen, is dat denken niet zomaar weg als je tot geloof komt.

De wereld is hetzelfde gebleven en gaat door met zijn invloed. Het enige waardoor ons denken hieraan kan ontsnappen is door Gods Woord : Rom.12:2 En wordt dezer wereld niet gelijkvormig; maar wordt veranderd door de vernieuwing uws gemoeds, opdat gij moogt beproeven, welke de goede, en welbehagelijke en volmaakte wil van God zij.

Door Gods Woord gaat ons denken veranderen, namelijk Zijn gedachten worden onze gedachten en dat is geestelijk denken ipv vleselijk denken.

Dus ons vlees is altijd gefocust op de vleselijke dingen, maar door Gods Woord en Zijn Geest in ons worden wij nu gefocust op de geestelijke dingen.

En dan zijn we waar we mee begonnen, nl. dat ons geleerd moet worden te bidden. Het Woord leert nu niet in ons vlees, maar leert in de nieuwe verloste innerlijke mens in ons hoe te gaan bidden.

4. Vanwege dat Gods handelen per Bedeling verschilt Natuurlijk geloven wij dat de Bijbel één Boek is, bestaande uit 66 boeken door verschillende mensen geschreven op verschillende tijdstippen door de eeuwen heen en toch nergens in tegenspraak met elkaar. Hoe dat kan? Omdat de Heilige Geest de Auteur is van dit Goddelijke Boek (2 Petr.1:20-21; 2 Tim.3:16).

Máár… Gods handelen is niet in de hele Bijbel hetzelfde!!! En als men denkt dat dat wel zo is en de Bijbel zó leest, ja ,dan zijn er genoeg passages in de Bijbel die zo op het oog niet met elkaar overeenstemmen.

Maar dat komt niet omdat de Bijbel fouten zou bevatten, maar omdat God meer dan één programma heeft om de wereld en de mensen te redden van de ondergang die door de zonde veroorzaakt is.

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 7

www.GenadeBijbel.nl Tussen Gen.1:1 (zie ook Kol.1:16) en Efeze 1:10 werkt God dit uit. Het was goed begonnen, maar satan heeft door zijn rebellie de aarde in zijn macht maar ook de hemel, waar zijn opstand tegen God begonnen is en daarna op aarde door Eva te verleiden naar hem te luisteren i.p.v. naar God. Door het kruis zal dit allemaal weer terug in de autoriteit van Christus gebracht worden (Kol.1:20), en in Efeze 1:10 zien wij het doel, en in Openbaring 21:1 lezen wij de vervulling ervan. Om dit te bereiken, handelt God volgens een bepaald programma. Wat voor de hemel is, dat is onzienlijk, wat voor op aarde is, dat is zienlijk.

En dat zijn twee verschillende programma’s en dienen daarom gescheiden van elkaar gehouden te worden, omdat er anders verwarring optreedt. Want regels voor een onzienlijke wereld zijn nou eenmaal niet hetzelfde als voor een zienlijke wereld.

Gods Woord noemt de tijd waarin Hij handelt met de wereld en de mensheid volgens bepaalde regels een Bedeling.

Het programma voor de onzienlijke wereld en de vijandige onzichtbare tegenstander in de hemel in de lucht om hem daar te vernietigen en te verwijderen (Ef.6:11-12) en weer terug in de autoriteit van Christus te krijgen, heet het Evangelie van Gods Genade (Han.20:24) en vindt plaats in de Bedeling van Gods Genade (Efeze 3:2), waarin wij nu leven.

Op aarde echter zal God Zijn programma volgens het Ev. Van het Kon. (Matt.4:17) straks ná de Bedeling der Genade zijn voltooiing krijgen en zal ook de aarde in Christus zijn en dus God zijn alles en in allen (1 Kor.15:28).

En het is Paulus die ons licht geeft op het totale programma van God en het is alleen aan hem geopenbaard en nu ook aan ons (Ef.1:8-10).

Lees voor meer hierover het boekje Waarom Paulus?

Dit moet u echt weten en u moet onderscheid weten te maken tussen deze twee programma’s van God, ook al omdat God dat ook tegen ons zegt in 2 Tim. 2:15. Dan pas zult u begrijpen dat ons gebedsleven er daarom ook anders uit zal zien dan bijvoorbeeld toen Elia om regen bad en het ook verhoord werd. Wij kunnen dit wel proberen, maar u weet dat dit niet verhoord zal worden.

Daarom is het gebed wat Christus aan Zijn discipelen leerde absoluut niet het gebed wat wij nu zouden moeten bidden in deze Bedeling van Genade. Het is voor een ander volk voor een andere tijd waar God volgens een andere regel werkt (nl. de Wet) met de mensen om Zijn doel te kunnen bereiken, namelijk het Koninkrijk vestigen op aarde, terwijl wij onder de regels voor het hemelse Koninkrijk vallen (2 Tim.4:18).

U dient nu gewoon hard te werken voor uw brood en anders geen eten! (2 Thess.3:10).

Het vragen of God brood wil geven is nu niet aan de orde, zeker niet terwijl onze vriezer gevuld is en er overal brood te krijgen is, itt straks, als de gelovige Joden onder de antichrist en de mensen die het merkteken niet hebben niets zullen kunnen kopen (Op.13:15-17).

Dat u misschien nog veel meer materiële dingen wil en daarom minder overhoudt om brood te kopen, dat is dan te danken aan uw hebzucht, maar niet omdat er hier geen brood is voor iedereen. Wij hebben echt niet meer nodig dan voedsel en een dak boven ons hoofd en dat moet ons tevreden houden. M.a.w. ik heb niets meer nodig.

Alles daarbij is allemaal extra en wordt genaamd luxe te zijn (1 Tim.6:7-10). U ziet dat Paulus duidelijk anders spreekt tegen ons dan de Here Jezus en dat heeft alles te maken met de Bedeling waarin wij leven.

Het gebed gaat daarin ook mee en wij dienen dit te weten, anders is uw gebed echt alleen maar praten in de lucht, maar God zal er niet naar luisteren, aangezien het niet gebaseerd is op wat God met u wil en kan doen. God zal nooit tegen Zijn eigen Woord, programma en beloften ingaan, sterker nog, Hij kan dat ook helemaal niet, aangezien Hij Zichzelf niet kan verloochenen (2 Tim.2:13) ook al smeekt u nog zo hard.

Vóór de Bedeling der Genade was er een periode waarop God handelde op basis van hun geweten. Paulus noemt dit in Rom.5:13 : tot de wet..

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 8

www.GenadeBijbel.nl In vers 13 zegt hij : ..van Adam tot Mozes toe…

En dan in vers 20-21 spreekt hij over de periode van de wet tot aan de Bedeling der Genade. En dat is dus de periode van Mozes tot Paulus.

In Efeze 2:7 spreekt Paulus over de toekomende eeuwen….

Dat is dan weer ná ons.

Voor elk van die periodes is het gebed anders. Het zal altijd in overeenstemming moeten zijn met hoe God handelt met de wereld en de mensen op dat moment. Dus u moét dat weten voordat u begint met bidden.

Daarom zegt Paulus dan ook tegen ons, en het geldt voor alle tijden en bedelingen heen: 1 Kor. 14:15 Wat is het dan? Ik zal wel met den geest bidden, maar ik zal ook met het verstand bidden Dat verstand van ons moet vervuld zijn met de kennis van Zijn wil en dan gaat u ook met verstand bidden en niet in onwetendheid (Kol. 1:9; Ef.5:17-18).

In het kort geef ik nu wat voorbeelden van hoe gelovigen baden onder een ander programma vóór ons, maar wel kennis hadden van Gods wil, namelijk Zijn programma voor hun toen op dát moment.

Zij baden dus met verstand. En ook tot dezelfde God met wie wij bidden. Daarin is geen verschil, echter wel de inhoud, omdat het plan van God en de omstandigheden anders waren.

David David mocht geen huis voor de Here bouwen, maar in 2 Sam. 7:12-17 doet God wel een belofte aan David van 1. een troon en 2. een afstammeling van hem daarop en 3. van een Koninkrijk. Alle drie zijn ze eeuwig. In de verzen 18 t/m 29 erna zien wij de reactie van David op hetgeen door God aan hem geopenbaard is.

En dan zien wij dat David begreep wat Gods doel met Israel was en Hij dankt God voor wat Hij zojuist aan hem verteld heeft over wat Zijn plan met Zijn volk was. Hij bad niét voor zijn persoonlijke zaken, voor wat hij nodig had. Nee, hij drukt zijn dankbaarheid uit voor wat God gaat doen met Israel.

Zijn focus in het gebed is Gods wil en doel met Israel op aarde.

M.a.w., David bad met verstand in de wil van God en zijn gebed was een reflectie van dat verstand : hij wist wat God aan het doen was en was niét in onwetendheid en dat verheerlijkt God!

Salomo Ja, Salomo gaat wél een huis voor de Here bouwen en hij weet ook dat hij degene is die dat moet gaan doen (1 Kon. 5:1-6). Hij wéét wat Gods plan met Israel en met hem is en dáárom vraagt hij God om een verstandig hart om het volk te richten (1 Kon.3:5-9). Ook hier een gebed wat i.o.m. en in het belang van het plan van God is .

Géén eigenbelang voor Salomo hier! En als de tempel ingewijd in 1 Kon.8:22-53 wordt spreekt Salomo ook een gebed uit wat gebaseerd is op wat God reeds eerder in Zijn Woord gezegd had.

Kort gezegd, als Israel afwijkt van de Here en daardoor de vloek over zich heen haalt en zich dan weer tot God bekeert dan neemt God hun weer aan. In Deuteronomium 28 en Leviticus 26 wordt dit uitgebreid beschreven en Salomo bevestigt dit als de tempel klaar is en God daar komt wonen.

Salomo is zich goed bewust van Gods plan met Israel en zijn gebed is geheel i.o.m. Gods reeds geopenbaarde Woord en voor op dat moment in de tijd van Gods plan met het volk.

Salomo bad dus met verstand en was niet onwetend en daardoor verheerlijkte hij God.

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 9

www.GenadeBijbel.nl M.a.w.,Salomo bad met verstand in de wil van God en zijn gebed was een reflectie van dat verstand : hij wist wat God aan het doen was en was niét in onwetendheid en daardoor verheerlijkte hij God!

Elia In 1 Kon.17:1 lezen wij het volgende : En Elia, de Thisbiet, van de inwoneren vanGilead, zeide tot Achab: [Zo] [waarachtig] [als] de HEERE, de God Israels, leeft, voor Wiens aangezicht ik sta, indien deze jaren dauw of regen zijn zal, tenzij dan naar mijn woord!

Het heeft toen 3,5 jaren niet geregend.

Jak.5:17-18 17 Elias was een mens van gelijke bewegingen als wij; en hij bad een gebed, dat het niet zou regenen; en het regende niet op de aarde in drie jaren en zes maanden.

18 En hij bad wederom, en de hemel gaf regen, en de aarde bracht haar vrucht voort.

Echter, dat kwam niet zomaar op bij Elia. Het was een oordeel van God wat al een paar honderd jaar daarvoor was aangekondigd dat dat zou gaan gebeuren in Leviticus 26:1820, waar wij o.a. lezen : en zal uw hemel als ijzer maken , en uw aarde als koper.

Dat betekent dat er geen regen zal zijn. In Lev.26 lezen wij een serie van 5 oordelen over het volk van Israel die komen gaan als ze niet gehoorzaam zijn, waar dit er één van is.

Elia wist dat en geheel i.o.m. het plan en doel van God met Israel heeft Elia dit tot God gebeden. Zie ook Deut.11:16-17.

M.a.w., Elia bad met verstand in de wil van God en zijn gebed was een reflectie van dat verstand : hij wist wat God aan het doen was en was niét in onwetendheid en daardoor verheerlijkte hij God!

Daniel 2 In het eerste jaar zijner regering, merkte ik, Daniel, in de boeken, dat het getal der jaren, van dewelke het woord des HEEREN tot den profeet Jeremia geschied was, in het vervullen der verwoestingen van Jeruzalem, zeventig jaren was.

3 En ik stelde mijn aangezicht tot God, den Heere, om Hem te zoeken met het gebed, en smekingen, met vasten, en zak, en as. Dan.9: 2-3 Als Daniel tijdens de ballingschap in Babel in Jeremia zit te lezen dan komt hij erachter dat God een tijdslimiet had gesteld aan de duur van die ballingschap, nl. 70 jaar. Precies zo lang zijn zij nu zo lang in ballingschap en Daniel gaat gelijk in gebed met God en reageert daarmeen wat in het Woord staat en weet ook wat hij moet doen, nl. wat Israel altijd moet doen als ze onder een oordeel van God zitten: Bekeren en belijden de zonden van het volk Israel: 4 Ik bad dan tot den HEERE, mijn God, en deed belijdenis, en zeide: Och Heere!

Gij grote en verschrikkelijke God, Die het verbond en de weldadigheid houdt dien, die Hem liefhebben en Zijn geboden houden.

5 Wij hebben gezondigd, en hebben onrecht gedaan , en goddelooslijk gehandeld, en gerebelleerd , met af te wijken van Uw geboden, en van Uw rechten.

Tot en met vers 20 doet Daniel een grote belijdenis voor zijn volk van hun schuld tegenover God en tegelijk doet hij een beroep op Hem of Hij Zijn grimmigheid wil afwenden van Zijn volk en dat Jeruzalem en het land weer hersteld mogen worden, want :

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 10

www.GenadeBijbel.nl 19 O Heere, hoor! o Heere, vergeef! o Heere, merk op en doe het, vertraag het niet! Om Uws Zelfs wil, o mijn God! Want Uw stad, en Uw volk is naar Uw Naam genoemd Daniel vraagt of God het gaat doen, want de stad en het volk zijn tenslotte naar Zijn Naam genoemd en Daniel wéét dat God het doen zal en dat zijn gebed ook verhoord zal worden, omdat hij geheel in overeenstemming met Gods programma, Zijn wil en Zijn plan met het volk Israel bidt.

Onmiddellijk zien wij in het volgende vers 21 de engel Gabriel bij Daniel verschijnen die hem dan nieuwe openbaringen geeft betreffende de toekomst van het volk Israel.

Daniels gebed werd verhoord! Want in 9:25 zegt Gabriel dat Israel de stad en de tempel zal gaan herbouwen vanaf het moment dat hij dat tegen Daniel zei.

M.a.w., Daniel bad met verstand in de wil van God en zijn gebed was een reflectie van dat verstand : hij wist wat God aan het doen was en was niét in onwetendheid en daardoor verheerlijkte hij God!

Nehemia Bij Nehemia zien wij hetzelfde als bij Daniel. In Neh.1 doet Nehemia net als Daniel belijdenis voor Zijn volk en doet hij een beroep op wat God beloofd heeft in Zijn woord dat als srael zich bekeert en hun schuld belijdt dat Hij ze dan weer terug zal brengen naar hun land. Zie bijv. 2 Kron. 7:14; 1 Kon.8:33. Zo gezegd zo gedaan!

M.a.w., Nehemia bad met verstand in de wil van God en zijn gebed was een reflectie van dat verstand : hij wist wat God aan het doen was en was niét in onwetendheid en daardoor verheerlijkte hij God! EN ZO ZIEN WIJ dus voortdurend dat bidden, niet zomaar praten met God was. Het was altijd gebaseerd op het reeds geopenbaarde Woord van God. Men wist in welke tijd men leefde en wat men dan moest vragen c.q. zeggen tegen God. Als Daniel bijvoorbeeld gebeden had dat het niet zou regenen, dan had God dat zeker niet verhoord, want dat was niet in Zijn programma voor Israel op dat moment.

Een ding hadden ze wel allemaal gemeen: ze baden allemaal tot dezelfde God en allemaal gebaseerd op Gods Woord, echter qua inhoud was het wel verschillend Er is nog veel meer te zeggen over gebed in het O.T. Er zijn nl. ook persoonlijke gebeden die we daar kunnen vinden, zoals bijv. Abraham die bad voor de genezing van Abimelech, Gen. 20:3-7. Het werd verhoord, maar niet zomaar! Lees aandachtig vers 7 en 20 en dan ziet u dat het ook hier i.o.m. is met wat God had gezegd.

In Richteren 16:28-30 bad Simson om kracht, echter in nederigheid, zich bewust van zijn taak en dat hij gefaald had, en dat God hem nog één keer zijn kracht terug wil geven, zodat hij nog één keer zijn taak kan doen, waarvoor hij geroepen was.

In 1 Sam.1:10-12 vraagt Hanna om een zoon en belooft God tegelijk hem aan Hem terug te geven voor Zijn dienst en in vers 27 heeft God haar verhoord.

U ziet, het zijn allemaal onbaatzuchtige gebeden, die gericht zijn op het belang wat God heeft, en niet in het eigen belang.

Jezus Christus en de 12 apostelen En zo zijn we dan gekomen in de tijd dat de Here Jezus op aarde kwam. Wij moeten ons goed realiseren dat Christus in het verlengde van Gods programma voor Israel op deze wereld kwam. Als wij in Joh. 1:11 lezen : Hij is gekomen tot het Zijne, en de Zijnen hebben Hem niet aangenomen, dan betekent dat Hij kwam voor Israel en niét voor de heidenen! Hij kwam voor de verloren schapen van het huis Israel (Matt.10:6; 15:24).

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 11

www.GenadeBijbel.nl En wat voor Israel gold in het verleden geldt nog steeds toen Christus kwam. Hij kwam om de wil te doen van wat Zijn Vader voor Zijn volk had. Hij groeide op onder de wet die God via Mozes aan Israel gegeven had (Gal.4:4). Ook de gebeden die Christus deed, waren altijd i.o.m. Gods wil en Zijn plan voor Israel en de wereld.

Markus 11:22 En Jezus, antwoordende, zeide tot hen: Hebt geloof op God. 23 Want voorwaar zeg Ik u, dat, zo wie tot dezen berg zal zeggen: Word opgeheven en in de zee geworpen ; en niet zal twijfelen in zijn hart, maar zal geloven, dat hetgeen hij zegt, geschieden zal, het zal hem geworden, zo wat hij zegt.

24 Daarom zeg Ik u: Alle dingen, die gij biddende begeert, gelooft, dat gij ze ontvangen zult, en zij zullen u geworden.

Samen met het zgn. “Onze Vader” is deze belofte van de Here Jezus dat ze alles zullen ontvangen wat ze in geloof in het gebed zullen vragen wel het meest bekende gebed wat men denkt te moeten bidden, maar waar ook de meeste verwarring en frustratie door is.

En waarom? Omdat het nú niét werkt. Omdat het niet voor deze Bedeling is en daardoor ook niet voor het Lichaam van Christus!

Onze Here zegt dit tegen Zijn discipelen terwijl Hij hier op aarde is, welke Hij aan het leren en het toerusten is voor de tijd die komen gaat! Namelijk de Verdrukking die komen gaat over deze hele wereld onder de leiding van de antichrist (Matt.24:9-31) en voor het Koninkrijk op aarde (het Vrederijk waar Christus zal regeren) wat daarna gesticht zal worden.

Dan zal de zgn. “Grote Opdracht” uit Matt.28:19 door een verlost Israel uitgevoerd gaan worden, nl. de zegeningen die Israel reeds heeft ontvangen naar de wereld brengen, zodat zij ook het eeuwige leven in dat Koninkrijk zullen beërven.

Daartoe was Israel en zijn tijdens Jezus’ leven de 12 apostelen als de nieuwe leiders van dat bekeerde Israel geroepen: Joh. 15:16 Gij hebt Mij niet uitverkoren, maar Ik heb u uitverkoren, en Ik heb u gesteld, dat gij zoudt heengaan en vrucht dragen, en dat uw vrucht blijve; opdat, zo wat gij van den Vader begeren zult in Mijn Naam, Hij u dat geve.

Dus in dát licht dienen wij deze uitspraken van de Here Jezus te overdenken en Petrus begreep dat achteraf heel goed: 1 Petrus 2:9 Maar gij zijt een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterdom, een heilig volk, een verkregen volk; opdat gij zoudt verkondigen de deugden Desgenen, Die u uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht.

(Ex19:5-6) In het licht van wat wij zojuist zagen over het gebed in het Oude Testament, nl. dat het gebed altijd een reflectie was van Gods plan met 1. Israel en daarna met 2. de heidenen, maar dan altijd i.o.m. op dat moment in die tijd, zo geldt dat ook hier tijdens Jezus’ leven op aarde.

Want nergens, maar dan ook nergens kunnen wij de gebedsbeloften uit de Evangeliën : “vraag wat je wilt en Ik verhoor uw gebed” in het O.T. vinden, en ook niet erna in de brieven van Paulus.

Alléén in de tijd dat Christus op aarde was wordt dit beloofd en zal het zijn vervulling hebben tijdens de Grote Verdrukking en het Koninkrijk wat dan komt!

Dus ook hier kunnen wij het niet zomaar op ons toepassen, aangezien het niet voor deze Bedeling is!

Het heeft alles te maken met het Evangelie van het Koninkrijk (Matt.4:17) te maken. Dat Koninkrijk wat nu nog steeds niet gekomen is, omdat de Bedeling der Genade daartussen gekomen is sinds de bekering van Paulus en waarin wij nog steeds leven.

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 12

www.GenadeBijbel.nl Maar straks, nadat deze Bedeling afgelopen is na 7 jaar Verdrukking wel zal komen. In dat Koninkrijk zal het zelfs zo zijn dat God ze al antwoorden zal voordat ze vragen en luistert terwijl ze nog spreken! (Jes.65:24). Kijkt u maar in het volgende vers dan ziet u dat het over die tijd gaat, want waar leeft de leeuw nu samen met het lammetje?

Niet alles kunnen wij hier behandelen, maar het is de bedoeling dat u gaat begrijpen dat gebed een Bijbelse zaak is en dat het zeer zeker ook de wil van God dat u bidt (Kol.4:2), maar dat het ook een zaak is van Bedeling. Dus: Is het ook voor ons nu in onze tijd waarin wij leven?

Dan is er nog een gebed van de Here Jezus wat ik hier graag nog wil toelichten, wat tegenwoordig door zowel Katholiek als Protestant als ongelovigen, allemaal gebeden wordt, nl. het “” Onze Vader”. In een ander studie zullen wij dit uitgebreid bestuderen, maar nu alleen wat in algemene zin.

Houdt bij dit gebed in uw gedachten dat het in het programma van God voor Israel moet passen wat al bij Abraham in Gen. 12:1-3 beloofd is en later in Exodus 19 bij de wetgeving en in Deuteronomium 28-30 en in vele andere plaatsen in het O.T., namelijk het Messiaanse Koninkrijk en de vervolging door de antichrist die in de 7 jaar daarvoor aan voorafgaat.

Mattheus 6:9-15: 9 Onze Vader die in de hemelen zijt - is op zich voor Israel geen goed iets, want Hij hoorde in hun midden te wonen, wat nu aanstaande is. Jozua 3:10; 1 Kron.23:25 9 Uw Naam worde geheiligd - omdat Israel in het verleden Zijn naam alleen maar ontheiligd heeft, maar in het Koninkrijk zal Zijn Naam 1000% in Israel geheiligd worden als Hij in hun midden zal wonen en zij Hem zullen dienen. Ezech.36:22-23 10 Uw Koninkrijk kome - inderdaad,als Hij dat Koninkrijk komt vestigen op aarde en dat is nu aanstaande. Dan.2:44 10 Uw wil geschiede gelijk in de hemel als ook op de aarde - eenmaal in het Kon. zal dat een feit zijn en daar bidden ze voor. Matt.19:28 11 Geef ons heden ons dagelijks brood - omdat ze het merkteken v.d. antichrist niet hebben en daarom alles verkocht hebben. Hand. 2:44; Openb.12:6,14 12 En vergeef ons onze schulden gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren - een vraag van iemand die vóór het kruis leeft. Rom.2:6-10 13 En leid ons niet in verzoeking maar verlos ons van de boze - niet de verleidingen die in de wereld zijn, maar die door dé boze zullen zijn, de antichrist in de G. Verdrukking.

Openb.3:10 Want van U is het Koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid tot in der eeuwigheid - uiteindelijk als Gods plan met Israel en de wereld voltooid zal zijn en dat weet degene die dit dan zal bidden, hij twijfelt niet aan Gods beloften die Hij aan hun gedaan heeft. 1 Kor.15:28; Openb.21:1-8 Echter de volgende verzen worden nóóit aangehaald omdat ze levensgevaarlijk zijn voor de persoon die dat bidt: 14 Want indien gij den mensen hun misdaden vergeeft, zo zal uw hemelse Vader ook u vergeven.

15 Maar indien gij den mensen hun misdaden niet vergeeft, zo zal ook uw Vader uw misdaden niet vergeven.

Dat kan alleen maar gebeden worden door iemand die onder de wet leeft. Dan geldt het principe van als-dan. D.w.z., als iemand goed doet zal hem goed vergolden worden, en als iemand kwaad doet zal hem kwaad vergolden worden. Dus de motivatie om iemand te vergeven is de angst dat anders jouw eigen zonden niet vergeven zullen worden. Hoe anders bij ons als Paulus zegt in Efeze 4:32 :

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 13

www.GenadeBijbel.nl Maar zijt jegens elkander goedertieren, barmhartig, vergevende elkander, gelijkerwijs ook God in Christus ulieden vergeven heeft.

Wij vergeven iemand niet omdat wij anders niet vergeven worden, maar omdat onze zonden juist vergeven zijn! Hier is dankbaarheid de motivatie en niet angst.

Omdat er een nieuwe laatste definitieve fase aangebroken is in het plan van God, nl. de laatste dagen van het profetische plan/programma met Israel voor deze wereld (Hand.2:16-17) leert Christus hun hoe en wat ze moeten bidden.

Let op! Hij zegt in vers 9 : Gij dan, bidt aldus… “Aldus”, daar bedoelt de Here niet mee , dat ze dit gebed exact hetzelfde moeten herhalen, maar in de betekenis van : “op deze manier”.

De kanttekeningen van de Staten Vertaling laten ook duidelijk zien dat het inderdaad de betekenis is van dat woordje. In de vergelijkbare King James Vertaling wordt daarom ook gezegd : “in this manner”(= op deze manier). En dat sluit precies aan op vers 10, waarin Christus zegt dat ze geen ijdel verhaal van woorden moeten gebruiken, zoals de religieuze op eigen eer beluste Farizeeën deden. Ook hier geeft de Kanttekening de exacte betekenis van “verhaal van woorden”.

Kijk maar hoe het daar uitgelegd wordt en zonder dat wij de vertaling gaan aanpassen of veranderen: Kanttekening: ijdel verhaal van woorden: Grieks, Battlogia; dat is, wanneer enige woorden of rede zonder nood of ernst dikwijls herhaald worden.

En dáár waarschuwt Christus voor. Bidt niet als hun! Geen eindeloze herhalingen van hetzelfde gebed!! Is dat niet wat er juist in de Christelijke wereld gebeurt? Overal en bij elke gebeurtenis wordt standaard het “Onze Vader” herhaald. Maar Christus gaf hun dit voorbeeld om te bidden als Hij eenmaal opgenomen zijn en zij nog op aarde, wachtende tijdens de vervolging op Zijn terugkeer naar de aarde.

Nogmaals, deze gebeden zullen pas werken en verhoord worden als Gods programma dan met Israel ook in werking zal zijn. Zij zullen dan ook een reflectie zijn van wat de gelovige begrijpt van wat God aan het doen is op dat moment en wat zijn plaats is en wat hij kan verwachten van Hem in het programma wat dan werkzaam is.

Hij zal moeten weten wat Gods Woord daarover leert en die leer in zijn dagelijkse leven toepassen en in gebed bekend maken bij de Here. Hij weet dan ook precies waarvoor hij zal moeten bidden en tegelijk ook waarvoor hij niet zal moeten bidden. Ten tijde van de antichrist zal hij niet bidden wat Daniel bijvoorbeeld bad, maar wel wat Christus hun leerde.

Nee, als wij willen weten wat werkelijk het gebed van de Here tot Zijn Vader was, dan moeten wij in Johannes 17 zijn. Daar bidt hij als de Hogepriester voor Zijn discipelen, die hij geleerd en aangewezen heeft om Zijn volk te leiden in de Grote Verdrukking en het Koninkrijk daarna. Judas was inmiddels weg.

Vele malen zien wij dat Christus bidt en Hij deed altijd wat de Vader wilde (Joh.8:29) en Hij was altijd bezig met de dingen van de Vader en daarom in het bestuderen van de Bijbel om te weten te komen wat Zijn Vader wilde. Zijn gebed was daarom altijd i.o.m. Gods wil (Lukas 2:46-52).

Met als climax in de Hof van Gethsemane. Christus zat in zware strijd en wist wat er komen zou. Hij was hiertoe gekomen om de Schrift en de wil van Zijn Vader te vervullen.

Dat had Hij reeds in het Woord bestudeerd en geleerd en daarom bad Hij geheel in overeenstemming met het reeds geopenbaarde Woord toch : “Niet Mijn wil, maar de Uwe geschiede” (Luk.22:42)

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 14

www.GenadeBijbel.nl M.a.w., Christus bad met verstand in de wil van God en Zijn gebed was een reflectie van dat verstand : hij wist wat God aan het doen was en was niét in onwetendheid en daardoor verheerlijkte hij God!

De 12 apostelen na de Opstanding en Hemelvaart De 12 wisten heel goed nu waar zij in het programma van God zaten, want dat had Christus hun ook nog 40 dagen na Zijn opstanding aan hun geleerd (Luk.24:44-49; Hand.1:1-4). Nu zouden ze met dit verstand in Gods plan met Israël gaan handelen en bidden. Onmiddellijk zien wij dit in praktijk als ze een opvolger voor Judas gaan zoeken.

Ze bidden hierom in Hand. 1:24 : En zij baden en zeiden: Gij Heere! Gij Kenner der harten van allen, wijs van deze twee een aan, dien Gij uitverkoren hebt; 25 Om te ontvangen het lot dezer bediening en des apostelschaps, waarvan Judas afgeweken is, dat hij heenging in zijn eigen plaats.

En dan werpen ze loten en Matthias wordt gekozen. Hoe wisten ze dat ze dit moesten bidden? Omdat Petrus inmiddels door de Heilige Geest wist dat dit in Ps.9:26 en Ps.109:8 geprofeteerd stond, zie Hand.1:20. Nog nooit daarvoor was hierom gebeden en ook daarna nooit meer zal het gebeden worden! Petrus bad met verstand in Gods plan voor hun op dat moment!

We gaan verder met de discipelen mee. Pinksteren is inmiddels een feit. De Heilige Geest is uitgestort en als Israel (als volk!) zich bekeert dan zal Christus terugkomen (Hand.3:1926) op aarde en kan het het Koninkrijk beginnen en Israel de Grote Opdracht uit Matt.28:19 gaan uitvoeren. I.o.m. wat Christus hun had geleerd in Lukas 12:32-34 hebben zij alles verkocht en geven alles weg aan een ieder van hun die niets of niet genoeg had.

Hand.2:42-45 42 En zij waren volhardende in de leer der apostelen, en in de gemeenschap, en in de breking des broods, en in de gebeden 45 En zij verkochten hun goederen en have, en verdeelden dezelve aan allen, naar dat elk van node had .

Verplaats u nu in hun en wat hun verwachting op dat moment was en vergeet wat u weet wat daarna allemaal gebeurd is. Velen werden gelovig en duizenden werden gedoopt.

Als dat zo door gaat dan duurt het niet lang meer voordat Christus komt. Dus wat zal hun gebed geweest zijn? Wel, naar het voorbeeld wat Christus hun gegeven had in Matt.6 met het “Onze Vader”. Alleen, niet de elementen die gelden voor als de grote vervolging uit zal breken, want die was er toen niet.

Natuurlijk hebben ze dan gebeden dat Zijn Koninkrijk zal komen en Zijn Naam geheiligd zal worden! Dat is op dat moment volop te zien in Jeruzalem. Eindelijk wordt Zijn Naam geheiligd en zien ze het ware geloof in werking. En er is vergeving doordat ze zich hebben laten dopen in Hand. 2:38 en in 1 Petrus 1:10 zegt Petrus dat ze in werkelijkheid de verlossing nu hebben door het bloed van Christus en dat is volgens het Nieuwe Verbond De doop was nodig om ze te reinigen voor het priesterambt én i.v.m. de kruisiging van de Messias. Zo worden ze afgescheiden uit het volk Israel wat nog niet gered is. En dat Zijn wil geschiede op aarde zien ze ook gebeuren. En zo zullen ze gebeden hebben, geheel i.o.m. wat Gods plan voor hun op dat moment!

M.a.w. ze baden met verstand. Het is nu aan de gang en zal niet lang meer duren.

Maar als wij verder lezen, dan zien wij dat niet iedereen enthousiast is, en dan met name de leiders die hun gaan vervolgen en ze gevangen zetten en proberen te verhinderen over

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 15

www.GenadeBijbel.nl Christus en de opstanding te spreken. Ze gehoorzamen echter niet en gaan gewoon door.

En als ze dan vrijgelaten worden bidden ze ook weer tot God. Acts 4:23 En zij, losgelaten zijnde, kwamen tot de hunnen, en verkondigden al wat de overpriesters en de ouderlingen tot hen gezegd hadden.

24 En als dezen dat hoorden, hieven zij eendrachtelijk hun stem op tot God, en zeiden: Heere! Gij zijt de God , Die gemaakt hebt den hemel, en de aarde, en de zee, en alle dingen, die in dezelve zijn.

25 Die door den mond van David Uw knecht, gezegd hebt: Waarom woeden de heidenen, en hebben de volken ijdele dingen bedacht?

26 De koningen der aarde zijn te zamen opgestaan , en de oversten zijn bijeenvergaderd tegen den Heere, en tegen Zijn Gezalfde.

27 Want in der waarheid zijn vergaderd tegen Uw heilig Kind Jezus, Welken Gij gezalfd hebt, beiden Herodes en Pontius Pilatus, met de heidenen en de volken Israels; 28 Om te doen al wat Uw hand en Uw raad te voren bepaald had, dat geschieden zou.

29 En nu dan, Heere, zie op hun dreigingen, en geef Uw dienstknechten met alle vrijmoedigheid Uw woord te spreken; 30 Daarin, dat Gij Uw hand uitstrekt tot genezing, en dat tekenen en wonderen geschieden door den Naam van Uw heilig Kind Jezus.

31 En als zij gebeden hadden, werd de plaats, in welke zij vergaderd waren , bewogen. En zij werden allen vervuld met den Heiligen Geest, en spraken het Woord Gods met vrijmoedigheid.

We zien hier dat de vervolging begonnen is en zij Psalm 2 aanhalen. Ze zien wat er gebeurt en herkennen dat uit de Schrift en reflecteren dat in hun gebed naar God toe en wat vragen ze? Niét dat de vervolging zal stoppen! Maar dat de verkondiging van het Woord door mag gaan en daar hebben ze ook vrijmoedigheid voor nodig in het spreken in deze vervolgingen en dat genezing, tekenen en wonderen zal doen geschieden ter bevestiging van wat zij verkondigen.

Dat zal hun dan ook de vrijmoedigheid geven.. En dat wordt verhoord in vers 31 en 32 en in 5:12. Dus de “al wat gij begeert in geloof zult gij ontvangen” belofte gebeurt hier, omdat het hun eerder beloofd was en de situatie er nu was waarin zij op deze belofte aanspraak konden maken. Dus hier ook een gebed met verstand.

M.a.w., de apostelen baden met verstand in de wil van God en hun gebed was een reflectie van dat verstand : zij wisten wat God aan het doen was en waren niét in onwetendheid en daardoor verheerlijkten zij God! Echter vanaf Handelingen 9 stopt het en daar is een reden voor, want als wij verder gaan dan komen wij bij :

Paulus Ja, en die zegt dan tegen ons dat wij niét weten wat wij bidden zullen!

Rom.8:26 En desgelijks komt ook de Geest onze zwakheden mede te hulp; want wij weten niet, wat wij bidden zullen , gelijk het behoort, maar de Geest Zelf bidt voor ons met onuitsprekelijke zuchtingen.

Paulus is anders dan de andere apostelen. Hij is door de Here tijdens zijn bekering naar de heidenen gezonden (Han.26:16-17) en tot apostel der heidenen gemaakt (Rom.11:13).

Echter het is niet zo, dat hij met hetzelfde Evangelie wat de 12 aan de Joden verkondigden naar de heidenen is gegaan, zoals bijna iedereen denkt. In Galaten 2:1-9 wordt duidelijk voor de apostelen dat er iets is veranderd.

Paulus legt aan hun uit dat hij nu de enige apostel is via wie God nu spreekt en dat het Evangelie van de voorhuid nú het evangelie is wat verkondigd moet worden en niét het Evangelie van de besnijdenis. Dat was alleen voor Israel! (Zie Gal. 2:7 en Handelingen

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 16

www.GenadeBijbel.nl 15:1-35). Dat zijn twee verschillende Evangelies!! Zoals eerder besproken heeft God een plan voor in de hemel en op aarde.

Het plan voor op aarde met Israel op de eerste plaats (de zienlijke dingen) is nu tijdelijk stil gezet bij de bekering van Paulus en zal weer verder gaan nadat dit nieuwe programma van God waaronder wij nu leven afgelopen is en wij bij de Here opgenomen zullen zijn (1 Thess.4:13-18).

Dit nieuwe programma zal niét door Israel worden uitgevoerd, maar door het Lichaam van Christus waarin geen verschil is tussen de Jood en de heiden (Kol.3:11; Gal.3:26-28).

Alléén Paulus spreekt over het Lichaam van Christus, de Gemeente die Zijn lichaam is (Kol.1:24; Efeze 1:22-23; Rom.12:5; 1 Kor.12:27).

En alléén aan Paulus is de verborgen Bedeling der Genade gegeven (Ef.3:2) en aan niemand anders (Gal.1:1-12; 2:7) welke de regels bevatten voor het Lichaam van Christus voor de onzienlijke dingen in de hemel en niet op aarde (Kol.1:6,20-21).

En dat betekent dat niet alleen de regels waaronder wij nu leven, nl. die van Genade en niét van de wet (Rom.6:13) veranderd zijn, namelijk wat Paulus noemt “mijn leer” (2 Tim.3:10), en : “het Evangelie der Genade Gods” in Hand. 20:24 in plaats van “het Evangelie van het Koninkrijk”, maar dat hiermee ook het gebed anders zal zijn!!!!.

Immers het betreft nu een geheel ander Evangelie, maar ook een ander Koninkrijk, nl. een Hemels Koninkrijk (2 Tim.4:18). Dus niet meer een aards Koninkrijk zoals daarvoor bij Israel wel het geval was.

En aangezien dat tot Paulus verborgen was omdat God dat in Zichzelf voor iedereen, ook de engelen, verborgen gehouden had (Efeze 3:9), kunnen wij daarom ook niets vinden vóór Paulus over hoe wij nu dienen te bidden. Want, zoals wij gezien hebben moeten wij met verstand bidden en niet zomaar wat praten met God. Ons gebed moet reflecteren naar Hem toe wat Hij nu aan het doen is. Daarin laten wij zien dat wij begrijpen wat God aan het doen is en dat wij daarin willen participeren. En dat maakt God blij. Want een vader is blij als zijn zoon gaat doen wat hij aan hem geleerd heeft en dat hij met hem wil samenwerken voor het doel wat de vader voor ogen heeft.

Dus ook nu voor ons wat wij horen te bidden moet gebaseerd zijn op het Woord en Zijn plan met …ja wie?

Met ons!

Met het Lichaam van Christus!

Niét met Israel, maar Gods programma voor

ons!

En als dit programma van God met ons, het Lichaam van Christus altijd verborgen geweest is tot Paulus en nergens na te speuren, nergens te vinden is in de Bijbel buiten Paulus, hoe weet ik dan hoe ik moet bidden?

Inderdaad, dat weet u niét!! Maar Paulus wist het zelf ook niet!

En dáárom zegt Paulus namelijk al in één van zijn eerdere brieven in Rom.8:26 dat óók hij het allemaal nog niet weet en de Geest hem en ons te hulp moet komen: En desgelijks komt ook de Geest onze zwakheden mede te hulp; want wij weten niet, wat wij bidden zullen , gelijk het behoort, maar de Geest Zelf bidt voor ons met onuitsprekelijke zuchtingen.

Ziet u het hier ook staan? Hij zegt “wij” dus ook Paulus zelf wist het niet, hij was zelf ook onwetend in de begin tijd. Hij kon het ook niet vinden om te bidden met verstand. Hem moest het ook geleerd worden.

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 17

www.GenadeBijbel.nl En dat kon pas nadat het programma van God meer en meer geopenbaard zou gaan worden, want de Here zal hem nog vele malen verschijnen en steeds meer openbaringen geven (Hand. 26:16; 2 Kor.12: 1) betreffende de nieuwe Bedeling met het nieuwe programma van God voor Zijn Hemelse Koninkrijk met het Lichaam van Christus.

Dus als dit programma niet te vinden is buiten Paulus, dan is het duidelijk dat wij dit moeten vinden waar het wel geopenbaard is, namelijk in de brieven van Paulus zelf!

Een nieuwe Bedeling=een nieuw Programma = een nieuw Gebed Wij moeten ons goed realiseren dat wij nu in een andere bedeling leven als de mensen die vóór Paulus leefden en daarom ook een andere gebedsinhoud met andere verwachtingen.

En omdat deze Bedeling altijd verborgen geweest is, heeft Christus dit niet in één keer aan Paulus geopenbaard, maar in diverse verschijningen (Hand.26:16; Gal.2:2; 2 Kor.12:2).

Dit nieuwe Evangelie van de Verzoening (2 Kor.5:18-20); deze nieuwe leer, genaamd gezonde leer (2 Tim.4:3; Titus 1:9; 2:1) en mijn leer, van Paulus dus (2 Tim.3:10) en mijn Evangelie, ook van Paulus (Rom.2:16; 16:25; 2 Tim.2:8) is voortschrijdend aan Paulus geopenbaard.

En Paulus, die onder de wet van Mozes was opgevoed aan de voeten van de beroemde Schriftgeleerde Gamaliel (Hand.22:3), was alleen bekend met de gebeden die de schriftgeleerden en de overleveringen der ouden hem geleerd hadden.

Dus waar de Here Jezus tegen waarschuwde (Matt.6:5; Lukas 18:10-12; Matt.23:14). En zoals het daarom toen aan de discipelen geleerd moest worden zo nu ook aan Paulus, maar dan i.v.m. het nieuwe programma van God. De eerste brieven van Paulus bevatten nog niet de leringen die zijn latere brieven bevatten. Dus als Paulus de eerste openbaring ontvangt betreffende de onnaspeurlijke rijkdom van Christus (Efeze 3:8) dan begint voor hem daar het bidden met verstand in de nieuwe Bedeling en het nieuwe programma van de Genade van God. Onder de wet had Paulus, weliswaar ongelovig maar religieus, de offers gebracht en elk jaar de Grote Verzoendag gevierd. Nu echter heeft hij geleerd dat hij door het bloed van dieren geen verzoening en vergeving kan krijgen, maar alleen door het bloed van Christus (Rom.3:23-26).

Een totale verandering in zijn denken en in zijn verstand!!! En daardoor ook in zijn gebed!! Niet meer elk jaar hopen op de verzoening en vergeving, maar weten dat hij verzoend is (Rom.5:9-11) en zijn zonden vergeven zijn voor altijd en dus vrede met God hééft (Rom.5:1). Dát heeft effect op zijn gebed, want nu leeft hij niet meer in onzekerheid betreffende zijn status voor God omdat hij elk jaar weer opnieuw verzoening dient te krijgen. Daaruit bleek dat zijn zonden dus niet vergeven waren anders zou het offeren gestopt zijn.

Dus wat zal Paulus nú bidden? “Vergeef mij mijn zonden” zoals Christus leerde, of zal hij toch nog voor de zekerheid gaan offeren? Nee! Paulus weet nu dat hij vergeven is en daarom uit dankbaarheid en omdat zijn zonden vergeven zijn hij geen enkel excuus meer heeft om anderen te vergeven, zal hij juist gaan danken voor de vergeving en ook daarom anderen vergeven. (Efeze 4:32).

U ziet, Paulus gaat met verstand bidden!

En zo lezen wij gelijk in de eerste brief, zoals die in de Bijbel ingedeeld is, van Paulus aan ons, , dat hij zegt in Rom.8:26-27 dat wij (dus inclusief hijzelf) niet weten wat wij bidden zullen. En in nog een andere van zijn eerste brieven zegt hij dat wij met verstand moeten bidden (1 Kor.14:15).

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 18

www.GenadeBijbel.nl Welnu, 1 Kor.13:8-13 laat zien dat alles wat Paulus en de gelovigen toen wisten dat dat nog onvolmaakt was. Waarom? Omdat de boodschap nog niet volledig geopenbaard was.

Maar in Kol. 1:25 zegt Paulus dat hij degene is die het Woord van God vervult.

Dus als hij zijn laatste brief, te weten, 2 Timotheus, geschreven heeft, dan is het woord af en de hele boodschap aan hem geopenbaard. Niet meer onvolmaakt, maar volmaakt. Nu kan Paulus opschrijven dat God alle wijsheid aan ons geopenbaard heeft (Efeze 1:8).

Kol. 1:9 Waarom ook wij, van dien dag af dat wij het gehoord hebben, niet ophouden voor u te bidden en te begeren , dat gij moogt vervuld worden met de kennis van Zijn wil, in alle wijsheid en geestelijk verstand; Efeze 5:17 17 Daarom zijt niet onverstandig, maar verstaat, welke de wil des Heeren zij.

18 En wordt niet dronken in wijn , waarin overdaad is, maar wordt vervuld met den Geest; Paulus schrijft in zijn latere brieven, waarin Gods plan nu helemaal bekend is gemaakt, dat wij daarmee vervuld moeten zijn en kennis moeten hebben van Zijn plan. In de eerste plaats omdat wij moeten weten wat God gedaan heeft voor ons , zodat wij weten wat wij moeten geloven en toepassen in ons leven, maar ook zodat wij dit kunnen reflecteren als een zoon van Hem in onze communicatie met Hem, zodat dat Woord ook in ons door Zijn Geest geactiveerd gaat worden.

Als wij vervuld zijn met het Woord en Zijn plan en wil voor ons, zijn wij ook daardoor met de Geest vervuld. De Geest woont natuurlijk al in ons en kan niet voller worden dan Hij al is, maar ons verstand in Zijn wil gaat samen met het lezen van het Woord en de verlichting door de Heilige Geest. Gods Geest werkt pas, of anders gezegd, wordt pas gevoed als wij het Woord tot ons nemen.

Zo werkt de Geest samen met het Woord in onze inwendige mens, de nieuwe verloste natuur in mij: Efeze 3:16 Opdat Hij u geve, naar den rijkdom Zijner heerlijkheid, met kracht versterkt te worden door Zijn Geest in den inwendigen mens; En zo worden wij vervuld met de Geest en bekrachtigd door de Geest en zo hebben wij het verstand en gaan wij ook bidden met verstand.

Ja, en dan is Paulus, als wij inmiddels in deze Efeze brief beland zijn niet meer onwetend in zijn gebeden, maar juist wetend. Want daarom zegt hij dus in deze “latere” brief aan de gemeente te Efeze dat ze moeten bidden in de Geest: Ef.6:18 Met alle bidding en smeking, biddende te allen tijd in den Geest, en tot hetzelve wakende met alle gedurigheid en smeking voor al de heiligen; Paulus roept hun nu op om te bidden in de Geest. En dat geldt voor hem zelf nu ook. Hij zegt nu niet meer dat hij niet weet wat wij bidden zullen. Dat was in het begin, maar nu is het allemaal af en duidelijk.

Ook in de Fillippenzen brief, een zgn. “latere” brief net als de Efeze brief ongeveer in dezelfde tijd en ook in gevangenschap geschreven, zegt Paulus dat ze moeten bidden, echter zonder de toevoeging dat ze niet weten wat ze bidden zullen: Fil.4:6 Weest in geen ding bezorgd; maar laat uw begeerten in alles, door bidden en smeken, met dankzegging bekend worden bij God;

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 19

www.GenadeBijbel.nl Nee, heel duidelijk gaat hij er hier van uit dat ze wél weten wat ze bidden zullen en roept hun op alles bij de Here bekend te maken. Hij zegt het i.v.m. hun zorgen. Ze worden namelijk zwaar vervolgd en hebben het niet makkelijk ( 1:27-30).

“Dus Filippenzen, niet alleen de kennis, maar maak het bekend!” zegt Paulus eigenlijk tegen hun. “Jullie weten wat ik jullie heb geleerd. Laat bij de Here bekend worden wat Zijn Woord in je doet. Bidt. Smeekt!” .

Zij, en dus ook wij, moeten dan overdenken wat Gods Woord leert over deze omstandigheden en wat de gelovige zou moeten doen.

Dáár zoekt God naar, dáár is hij op zoek bij de gelovige in de inwendige mens!

En dát moeten wij bekend maken en dan zal God, als wij in overeenstemming met Gods Woord voor ons naar Hem dit uitspreken, door het Woord ons via de Heilige Geest ons in onze innerlijke mens bekrachtigen en ons rust geven in de moeilijke omstandigheden: Rom.8:13 Want indien gij naar het vlees leeft , zo zult gij sterven; maar indien gij door den Geest de werkingen des lichaams doodt, zo zult gij leven.

Efeze 3:16 Opdat Hij u geve, naar den rijkdom Zijner heerlijkheid, met kracht versterkt te worden door Zijn Geest in den inwendigen mens U ziet dat de Geest samenwerkt met het Woord. Alleen zó werkt het!

En dan is het resultaat van ons zuchten en roepen als dat in overeenstemming is met Zijn reeds geopenbaarde Woord: Rust! Vrede!

7 En de vrede Gods, die alle verstand te boven gaat, zal uw harten en uw zinnen bewaren in Christus Jezus. ~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

Bidden is práten met verstand met God, echter géén kletsen zonder verstand met God! Wij hebben nu dus gezien dat wij, nu wij alle brieven van Paulus hebben met daarin Gods wil geopenbaard voor deze Bedeling, dat wij nu dus alle gereedschap in huis hebben voor ons gebed. Bidden is dus meer dan alleen maar praten met God. Het moet nl. met verstand in Gods geopenbaarde wil zijn.

Rom.12:2 En wordt dezer wereld niet gelijkvormig; maar wordt veranderd door de vernieuwing uws gemoeds, opdat gij moogt beproeven, welke de goede, en welbehagelijke en volmaakte wil van God zij.

Het is het Woord van God dat ons denken gaat veranderen. Daar moet ook de verandering plaatsvinden, want in ons hart zijn onze gedachten, de raadslagen, de overleggingen. En dáár vallen de beslissingen wat wij gaan doen.

Welnu,God heeft Zijn diepe dingen geopenbaard in Zijn Woord, nl. de diepten Gods : 1 Kor.2:9-10 9 Maar gelijk geschreven is: Hetgeen het oog niet heeft gezien, en het oor niet heeft gehoord, en in het hart des mensen niet is opgeklommen, hetgeen God bereid heeft dien, die Hem liefhebben .

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 20

www.GenadeBijbel.nl 10 Doch God heeft het ons geopenbaard door Zijn Geest; want de Geest onderzoekt alle dingen, ook de diepten Gods.

In de context wordt met de diepten Gods de diepe dingen van God bedoeld. De diepste gedachten van God zijn nu geopenbaard, en volgens vers 9 zijn dat dingen waar wij met onze waarnemingszintuigen zoals horen, zien nooit op hadden kunnen komen en zelfs in onze gedachten en fantasieën niet. De enige manier om deze gedachten, deze diepten van God, te leren kennen is door Zijn Geest: 11 Want wie van de mensen weet, hetgeen des mensen is, dan de geest des mensen, die in hem is? Alzo weet ook niemand, hetgeen Gods is, dan de Geest Gods.

12 Doch wij hebben niet ontvangen den geest der wereld, maar den Geest, Die uit God is, opdat wij zouden weten de dingen, die ons van God geschonken zijn ;

Waar God uiteindelijk met ons naar toe wil is dat wij gaan denken zoals Hij denkt met het resultaat dat wij ons gaan verblijden waarin Hij Zich ook verblijdt, gaan veroordelen wat Hij ook veroordeelt, gaan liefhebben wat Hij ook liefheeft, enz. enz.

En dat kan alleen als wij door Zijn Woord via de Geest in ons hart (Rom.5:5; 2 Kor.1:22; Gal.4:6) Zijn gedachten ook onze gedachten worden, want die zijn absoluut van nature door de zonde tegenovergesteld aan elkaar (Jes.55:8-9) en dat is precies wat Paulus in 1 Kor.2:9-16 tegen ons zegt, want hij eindigt in vers 16 met : Want wie heeft den zin des Heeren gekend, die Hem zou onderrichten? Maar wij hebben den zin van Christus .

In de context van het geheel zegt Paulus dus dat wij de zin van Christus hebben. ”Zin” wil hier zeggen dat wij Zijn gedachten, Zijn verstand hebben door Zijn Woord en Zijn Geest in ons. En daar is God naar op zoek!!

Rom.8:26-27 27 En desgelijks komt ook de Geest onze zwakheden mede te hulp; want wij weten niet, wat wij bidden zullen , gelijk het behoort, maar de Geest Zelf bidt voor ons met onuitsprekelijke zuchtingen.

27 En Die de harten doorzoekt, weet , welke de Hij naar God voor de heiligen bidt .

mening des Geestes zij, dewijl

De Geest neemt het niét over zoals in Handelingen 2, maar Hij hélpt ons. In onze zwakheden en ons zuchten (vs.14-16; vs 22-23). Hier is het nog omdat de boodschap nog niet 100 % geopenbaard is, maar het geldt ook nu voor iedere gelovige die net tot deze kennis gekomen is, maar later, zoals wij eerder zagen, als het wel allemaal geopenbaard is, dán gaat de Geest ons helpen door middel van het geopenbaarde Woord ín ons.

Tenminste als u dat Woord dan ook inderdaad hebt bestudeerd en aangenomen hebt zijnde als Gods woord voor u voor vandaag (1 Thess.2:13). En dat bidden van de Geest voor ons is niet dat Hij onze woorden overzet bij God voor ons in andere woorden o.i.d.

Nee, bidden betekent hier dat Hij voor ons pleit, dat Hij in het belang van God de diepe gedachten van God aan ons openbaart om ons toe te rusten zodat wij niet vallen, maar juist overwinnen in de moeilijke omstandigheden.

En God is in ons, als wij bidden, op zoek naar de mening van de Geest.

Dat wil zeggen, dat wat de Geest leert aan ons. Dat wat de Geest denkt, Zijn gedachten , dat is de mening van de Geest en God weet wat die gedachte/mening van de Geest is. Die is namelijk geheel conform het Woord.

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 21

www.GenadeBijbel.nl Kort gezegd : Het Woord Zelf!!! En dáár zoekt Hij naar.

Of wij de leer hebben opgeslagen , klaar om geactiveerd te worden door ons gebed door Hem. Hij weet wat de Geest denkt en waar de Geest ons in wil leiden. Heel belangrijk is dat wij dat dus ook weten, want daar is de Vader naar op zoek in ons, nl. naar de mening van de Geest, dat wat de Geest dus denkt, dát is de zin van Christus.

Dat heeft God nl. geopenbaard in zijn Woord. Dáár zoekt Hij naar en dan kan dat in ons gebed geactiveerd worden door Hem. Hoezo? Omdat bij gebed, zoals door God bedoeld, iemand zich openstelt dat Zijn Woord ter heerlijkheid van de Vader mij zal veranderen naar Zijn wil!

Dat is dan iemand die ook houdt waar God van houdt. Dat is dan iemand die zegt Niet mijn wil, maar de Uwe geschiede. Dus ik bid dan niet naar God om een verlanglijstje in te dienen en dat Hij mijn wensen maar moet inwilligen. Want heeft zo iemand de Vader lief?

Nee, niet als Vader, anders zou hij op zoek zijn om Zijn wil te doen.

Dan zou het een gebed zijn van iemand die op zoek is naar de wil van de Vader en het verlangen heeft de wil van de Vader te doen.

Dus dat gebed is niét in het belang van degene die bidt, maar in het belang van de Vader dat Zijn wil ook de mijne zal zijn ter ere van Hem! Wij zien hier ook dat de Geest “naar God voor de heiligen bidt.”.

“Naar” betekent hier dat Hij in overeenstemming met de wil van God voor de heiligen bidt. D.w.z.: dat Hij tussenkomt voor ons. Dat Hij voor ons pleit. Dat Hij een goed woordje voor ons doet.

Echter door het Woord dat in ons woont! Dát moet ons helpen. Dát moet in ons gaan werken en ons bekrachtigen en ons verblijden en ons lijdzaam maken.

En dáár zoekt de Geest naar: 1 Kor.2:10 Doch God heeft het ons geopenbaard door Zijn Geest; want de Geest onderzoekt alle dingen, ook de diepten Gods.

Ziet u? In ons gebed zoekt de Geest naar de diepten van God in onze innerlijke mens, de zgn. inwendige mens, want dáár werkt de Geest (Rom.7:22; Ef.3:16; 2 Kor.4:16)).

Dat is onze nieuwe natuur, de nieuwe, de inwendige mens. In de context betekent dat de diepe dingen van God. Zijn gedachten zijn de diepten van God.

Dus de Geest is op zoek naar de diepten van God

in ons!

Niét in God Zelf, maar in óns!

En dat betekent dat Hij zoekt tijdens ons bidden naar de diepten van Gods geopenbaarde Woord van de brieven van Paulus in ons en dat gaat ons dan helpen in onze zwakheden en ons zuchten.

Rom.8:26-27 26 En desgelijks komt ook de Geest onze zwakheden mede te hulp; want wij weten niet, wat wij bidden zullen , gelijk het behoort, maar de Geest Zelf bidt voor ons met onuitsprekelijke zuchtingen.

27 En Die de harten doorzoekt, weet , welke de mening des Geestes zij, dewijl Hij naar God voor de heiligen bidt .

Hij zoekt in de diepten van onze ziel, Hij doorzoekt ons hart, onze innerlijke mens. Ons denken, niet de fysieke hersens, maar het denken van ons. Hij zoekt naar de mogelijkheid

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 22

www.GenadeBijbel.nl in ons dat wij gaan denken zoals de Geest denkt. Hij zoekt naar Zijn denken wat in onze innerlijke mens aan het werk is. Dus dat wij geleerd worden positief alles te waarderen wat de Vader ook waardeert. Dus Hij zoekt naar de diepe dingen van God die Hij reeds in Zijn Woord geopenbaard heeft.

Dus let op!! Hij zoekt niet naar iets nieuws in ons dat Hij niet weet of zo. Dat Hij in ons iets zal gaan vinden dat Hem misschien verrast of blij maakt, of verdrietig. Nee, daar is Hij niet naar op zoek. Want God weet tenslotte alles van ons.

Nee, Hij zoekt juist in ons naar iets wat van Hem zelf is. Hij zoekt naar datgene wat Hij in Zijn Woord reeds geopenbaard is voor ons en of dat in ons aanwezig is , klaar om door Hem geactiveerd te worden.

De Heilige Geest zoekt de diepe dingen van God die onze geest behulpzaam moeten zijn door middel van openbaring cq verlichting (Efeze 1:17-18), door middel van het geschreven Woord.

Wij op onze beurt nemen dat Woord in ons op en staan het toe dat het een deel van onze identiteit wordt. Wij nu gebruiken gebed als een middel om de Vader de gelegenheid te geven Zijn zoeken in ons uit te voeren. Hij zoekt naar ons begrip en verstand in wie Hij is en wat Hij aan het doen is. Dat is wat gebed doet.

Wij drukken dit verstand uit terug naar Hem. Gebed is een weloverwogen en bewuste reactie en antwoord op de bekende (geopenbaarde) wil van God. Hij weet wat de Geest leert, nl. de diepten van God (1 Kor.2:10). God analyseert en onderzoekt ons hart en God de Vader weet wat de mening/zin/denken van de Geest is.

Ja , en Hij wordt verheerlijkt als Hij van onze innerlijke mens hoort een begrijpen van wat Hij aan het doen is. De Vader wordt verblijd als Hij de ziel van Zijn zonen,(wij dus), hun verstand in Zijn zaken terug naar Hem hoort uitspreken. Dat brengt grote vreugde bij Hem. De Vader wil ons in een intieme gemeenschap door gebed dat wij deze dingen uitspreken naar Hem. Dus het hele gebeuren betreffende het “doorzoeken van het hart” wordt door Paulus vermeld omdat het gelinkt is met gebed! Het is een middel van onderzoek, van evaluatie.

Geen praatpaal dus om dan je wensen verhoord te krijgen. Nee, er vindt een doorzoeken van de innerlijke mens plaats. God is geïnteresseerd in het doorzoeken en onderzoeken van ons hart: 1 Kron.28:9 En gij, mijn zoon Salomo, ken den God uws vaders, en dien Hem met een volkomen hart en met een willige ziel; want de HEERE doorzoekt alle harten, en Hij verstaat al het gedichtsel der gedachten God draagt Salomo op Hem te dienen met een volmaakt hart en een willige ziel en dat Hij daarnaar op zoek is in het hart. Daar immers zijn onze overleggingen, onze verdichtsels.

Daar kan niemand iets voor God verborgen houden. De buitenkant zien de mensen en kan soms de schijn op houden.

Een volkomen hart echter is een volwassen hart. Heeft met onze groei te maken. Denk aan 1 Tim.3:16-17. Dus dat wij gaan begrijpen hoe te leven, hoe te reageren , hoe te functioneren, en hoe samen te werken met onze hemelse Vader.

Dus, de hartsgesteldheid, dáár zoekt God óók naar. Dus die van een willige zoon die net als Christus zegt : Abba Vader, niet Mijn wil ,maar de Uwe geschiede. En gebed is de uitdrukking van onze gewillige en bewuste onderwerping die zegt: Ik weet wat U wil en ik wil dat óók doen en u helpen in het werk van U. De willige ziel is een vrije wil. Dus wij kiezen ervoor vrijwillig te responderen aan de leer.

Daar zoekt Hij ook naar. Dat is namelijk ook de zin en de houding van Zijn Zoon.

M.a.w. Hij zoekt participatie.

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 23

www.GenadeBijbel.nl Spreuken 23:15-17 Mijn zoon! zo uw hart wijs is, mijn hart zal blijde zijn, ja, ik.

En mijn nieren zullen van vreugde opspringen , als uw lippen billijkheden spreken zullen .

Ziet u, dat is het ware zoonschap. De Vader die blij is over zijn zoon waar Hij een wijsheid en een willige ziel gevonden heeft. Als Hij onze inwendige mens dat terug naar Hem hoort uitspreken dan is Hij verblijd in Zijn hart. Toen Christus tegen Joh. De Doper zei dat het Hem alzo betaamde alle gerechtigheid te vervullen antwoordde God op datzelfde moment uit de hemel dat Hij daardoor verheerlijkt werd.

Waarom? Omdat Hij, de Zoon, toen iets deed wat de Vader wilde (Matt.3:13-17).

Dus dat bij het doorzoeken van ons hart God Zijn wil in ons vindt. Dat onze hartslag als het ware synchroon met die van Hem loopt. Eén hartslag dus.

1 Kor.2:10 Doch God heeft het ons geopenbaard door Zijn Geest; want de Geest onderzoekt alle dingen, ook de diepten Gods.

Rom.8:26-27 27 En desgelijks komt ook de Geest onze zwakheden mede te hulp; want wij weten niet, wat wij bidden zullen , gelijk het behoort, maar de Geest Zelf bidt voor ons met onuitsprekelijke zuchtingen.

27 En Die de harten doorzoekt, weet , welke de mening des Geestes zij, dewijl Hij naar God voor de heiligen bidt .

De Geest doorzoekt dus de diepe dingen van God in ons door het te openbaren aan ons via Zijn Woord. Dat is natuurlijk alles wat in de Bijbel staat over Hemzelf, want zonder dat Woord zouden wij Hem nooit hebben leren kennen. Maar er is meer. Er was nl. informatie die niet te vinden was in de Bijbel, maar pas bij Paulus bekendgemaakt is.

Het was een bepaalde wijsheid en kennis Gods die ondoorzoekelijk en onnaspeurlijk waren!: Rom.11:33-34 33 O diepte des rijkdoms, beide der wijsheid en der kennis Gods, hoe ondoorzoekelijk zijn Zijn oordelen, en onnaspeurlijk Zijn wegen!

34 Want wie heeft den zin des Heeren gekend? Of wie is Zijn raadsman geweest?

Gods Geest getuigt in onze geest (Rom.8:16) en die zoekt naar de diepten Gods. Dat is die kennis Gods die wij hier in vers 33 zien staan , die onnaspeurlijk was. Die konden wij niet vinden, omdat het verborgen was gehouden. Zie Efeze 3 vers 8: Mij, den allerminste van al de heiligen, is deze genade gegeven, om onder de heidenen door het Evangelie te verkondigen den onnaspeurlijken rijkdom van Christus, Dat heeft dus met de Bedeling der Genade (Ef.3:2) waarin wij nu leven te maken. Dat was bij God verborgen voor iedereen, maar nu openbaart de Geest dat (1 Kor.2:9-10).

Dus nogmaals zoals wij al eerder zagen, als wij vers 10 vergelijken met Rom.8:26-27 zien wij bij allebei dat er gezocht wordt.

God, als het ware, draagt de Geest op om om aan ons de “onnaspeurlijke (onzoekbare) rijkdom van Christus”, “de veelvuldige wijsheid Gods”; “de zin van Christus”; “de zin des Heeren”, bekend te maken.

En nogmaals, Hij weet de wat de mening van de Geest is, namelijk : de inhoud van Zijn programma, de bediening van de Heilige Geest en hoe Hij werkt, de inhoud van de instructies, de openbaring van de Verborgenheid, de gehele leer van Paulus enz. enz.

Dáárnaar kijkt en zoekt Hij : of dat in onze harten woont en aanwezig is.

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 24

www.GenadeBijbel.nl Maar buiten dit alles moeten wij een heel belangrijk aspect niet over het hoofd zien.

Doorzoekt de Geest bij ieder gelovige op deze manier de harten en geeft Hij aan iedereen wijsheid en verstand in Zijn kennis? Of zijn daar voorwaarden aan verbonden?

Ja, daar is zeker een voorwaarde aan verbonden, namelijk : liefhebben.

Liefhebben is een heel belangrijk element in verband met het verstaan van het gebed.

In de context van 1 Kor.2 :9-16 zegt Paulus dat wij de zin van Christus hebben. ”Zin” wil hier zeggen dat wij Zijn gedachten , Zijn verstand hebben door Zijn Woord en Zijn Geest in ons. Maar let op!!! Niet voor iedere gelovige geldt dat!! In vers 9 staat : hetgeen God bereid heeft dien, die Hem liefhebben .

Wie zijn degenen die Hem liefhebben? Dat zijn de gelovigen die willen doen wat de Vader hun geleerd heeft. Die de ware zonen van God zijn. Let wel, iedere gelovige is een kind van God. Iedere gelovige heeft het Zoonschap status. Maar heeft iedere gelovige ook de Vader lief, zodat hij ook doet wat de Vader wil dat hij gaat doen?

Die net zoals Christus zal zeggen, zelfs in het donkerste uur van Zijn leven : Mark 14:36 En Hij zeide: Abba, Vader! alle dingen zijn U mogelijk; neem dezen drinkbeker van Mij weg, doch niet wat Ik wil, maar wat Gij wilt.

(In Lukas.22:42 : “doch niet Mijn wil, maar de Uwe geschiede”)

Dát is het wáre Zoonschap. Dat is de ware betekenis van Abba Vader. En wij hebben óók diezelfde Geest ontvangen die dat ook zegt: Rom. 8:15 15 Want gij hebt niet ontvangen den Geest der dienstbaarheid wederom tot vreze; maar gij hebt ontvangen den Geest der aanneming tot kinderen, door Welken wij roepen : Abba, Vader!

“Abba, Vader” Is meer dan alleen Vader tegen God zeggen. Het wordt namelijk alleen gezegd door iemand die laat zien dat hij van zijn vader houdt en hem wil volgen in alles wat de vader hem geleerd heeft. Maar let op!! Dat doet de zoon dan wel geheel vrijwillig, niet omdat hij gedwongen wordt en uit vrees voor sancties.

Nee, vers 15 zegt juist dat wij juist géén geest der dienstbaarheid hebben. Dat is de geest die ons overheerst als wij onder de wet leven, maar nu niet meer, want wij worden nu in deze Bedeling der Genade door iets anders geleid, kijkt u maar in het vers ervoor : 14 Want zovelen als er door den Geest Gods geleid worden, die zijn kinderen Gods.

Wij worden niet meer geleid door de wet, maar God Zelf gaat ons nu leiden door de Heilige Geest in ons! De Geest is nu betrokken in het leren in en aan ons wat het betekent om een zoon te zijn: 16 Dezelve Geest getuigt met onzen geest, dat wij kinderen Gods zijn De bediening van de Geest is ons op te voeden en aan ons te getuigen via de leer van Paulus dat wij aangenomen kinderen zijn.

Dat is dezelfde Geest Die ook Christus deed zeggen Abba, Vader! Uw wil geschiede.

Dat is “ den Geest der aanneming tot kinderen, door Welken wij roepen : Abba, Vader!”

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 25

www.GenadeBijbel.nl Dus wat Christus deed dat deed Hij geheel uit vrije wil. Hij had dat van Zijn Vader geleerd in Zijn Woord en Christus heeft in het geloof gehoorzaamd en Zijn wil geheel vrijwillig uitgevoerd!! En dat is omdat Hij Zijn Vader liefhad.

Het kruis is een grote demonstratie van de liefde van de Zoon voor Zijn Vader!!

Is deze zoonschap liefde ook bij ons aanwezig? Als dat zo is dan doen wij wat de vader voor ons voorbereid heeft. Dan gaan wij doen wat Hij zegt en daarin wandelen (Ef.2:10) Wij kunnen van God houden op twee manieren: 1. Als onze Schepper en onze Redder van onze zonden en gever van eeuwig leven 2. Als onze Vader Dat zijn twee verschillende dingen. U kunt bijvoorbeeld zeggen tegen uw kind : “Als je van je vader houdt dan zou je dit of dat niet gedaan hebben” U zegt daarmee niet dat uw zoon niet van u houdt, maar u daagt hem uit dat hij u hoort te gehoorzamen, juist omdat hij uw zoon is en u hem het een en ander hebt geleerd wat hij wel en niet moet doen. Als hij dat als zoon had gewaardeerd, wetende dat zijn vader dat uit liefde en voor zijn bestwil hem dat allemaal geleerd heeft, dan had hij ook gehoorzaamd.

En dat is dan een grote vreugde en brengt eer een de vader als zijn zoon het wel gaat doen. Hij gaat dan deelnemen in hetgeen de vader aan zijn zoon geleerd heeft. Een grotere vreugde is voor een vader niet denkbaar. Hij heeft een zoon die niet weerspannig is, maar waar hij mee verder kan, een zoon die meedenkt in het uitwerken van wat zijn vader voor hem in petto heeft.

Vrijwillig en met vreugde.

M.a.w. er is een communicatie en participatie tussen de vader en de zoon!! En dáár gaat het om als wij bidden met God! Welnu dat is precies wat God de Vader ook met ons wil. U kunt van Hem houden als uw Redder en als uw Schepper , maar verder niet naar Hem luisteren en tegen Zijn wil ingaan. Dat is een zoon die wel van zijn vader houdt omdat hij nu eenmaal zijn vader is en hem op de wereld gezet heeft, maar verder niet wil luisteren naar de wijze raad van zijn vader.

Helaas zijn dat de meeste gelovigen in het Lichaam van Christus, want wie luistert er nu naar wat God wil? Deze is namelijk geopenbaard door Paulus en hij is de apostel door wie God nu in deze Bedeling der Genade spreekt (Rom.11:13; 1 Kor.11:1; 14:37).

En wie luistert er nu naar Paulus?

Maar als

ú dat wel doet en het Woord der

Waarheid recht weet te snijden en niet de hele

Bijbel op uzelf toepast, dán gehoorzaamt u God en dat geeft blijk van het feit dat u God liefhebt!! Nogmaals, uit uw gehoorzaamheid aan Zijn wil voor u vandaag geeft u blijk of u ook degene bent die God liefheeft. M.a.w. als u Christus werkelijk liefheeft dan doet u wat Hij zegt. Dat gold ook voor de 12 discipelen: Joh.14:15 Indien gij Mij liefhebt, zo bewaart Mijn geboden.

Dus zoals Christus de Vader liefhad en Zijn wil deed, zo gold dat ook voor de discipelen.

Als Christus in Joh. 21:15-18 na Zijn opstanding 3 keer vraagt of Petrus Hem liefheeft, dan zien wij dat Christus dat wel weet van Petrus, want hij antwoordt telkens met “gij weet dat ik u liefheb”. Maar Christus legt hier het verband met als je liefhebt ga je ook de bediening uitvoeren.

Dus zegt hij ook in Zijn antwoorden op Petrus dat hij Hem liefheeft : “ok, dan ga je dus Mijn schapen hoeden en weiden.” Dat hoort logischerwijs bij elkaar.

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 26

www.GenadeBijbel.nl In Efeze 6:24 zegt Paulus “die onzen Heere Jezus Christus liefhebben in onverderfelijkheid”. Dat betekent in oprechtheid Hem liefhebben. En dat doet helaas niet iedereen. Toen niet en ook nu niet. De liefde wordt nl. afgemeten aan het dienen, het gehoorzaam zijn aan Hem. M.a.w. wil je echt deelnemen in wat Ik aan het doen ben?

Voor Christus staat Zijn liefde voor de Vader gelijk aan het uitvoeren van wat de Vader Hem verteld had te doen (Joh.14:31). Dus het kruis is de uitdrukking van Zijn liefde voor Zijn Vader. Dus voor ons geldt ook dat wij als een zoon onze vader liefhebben en Zijn wil van harte gaan uitvoeren. En de Vader zoekt bij ons naar diezelfde houding als dat Zijn Zoon ook had. Zijn wij willig om “terug” van Hem te houden? Te houden van Hem zoals Christus van Hem hield tot in de dood?

Dus de “Abba Vader” roep van Christus in Zijn gebed vlak voor Zijn dood en “Niet Mijn wil maar de Uwe geschiede” , dát is het ware zoonschap, dat is het gebed van de zoon die zijn vader liefheeft. En wij hebben ook die geest van het zoonschap waardoor wij dit ook kunnen, maar vooral hóren te zeggen!

Rom. 8:15 Want gij hebt niet ontvangen den Geest der dienstbaarheid wederom tot vreze; maar gij hebt ontvangen den Geest der aanneming tot kinderen, door Welken wij roepen : Abba, Vader Gal. 4:6 En overmits gij kinderen zijt, zo heeft God den Geest Zijns Zoons uitgezonden in uw harten, Die roept: Abba, Vader En zo deed Christus. Hij luisterde naar de Vader en had gemeenschap omdat Hij van Hem houdt.

Joh.8:28 Jezus dan zeide tot hen: Wanneer gij den Zoon des mensen zult verhoogd hebben, dan zult gij verstaan, dat Ik Die ben, en dat Ik van Mijzelven niets doe; maar deze dingen spreek Ik , gelijk Mijn Vader Mij geleerd heeft.

Christus refereert hier naar de Vader, niet naar de HEERE. Dus als een zoon zegt Hij dit.

En de Vader ziet Zijn zoon die geheel vrijwillig doet wat Zijn Vader wil.

Sterker nog, Hij doet alles wat de Vader welbehaaglijk is! Dus de Zoon is niet voor zichzelf bezig. Hij wil niet doen wat voor hemzelf welbehaaglijk is.

Altijd doen wat de Vader welbehaaglijk is,

dát is het ware zoonschap.

En wij, door de Geest van het zoonschap (ABBA VADER), kunnen/hebben dat dus ook: 29 En Die Mij gezonden heeft, is met Mij. De Vader heeft Mij niet alleen gelaten, want Ik doe altijd, wat Hem behagelijk is.

Wij echter kunnen dat zo niet nazeggen : “Ik doe altijd, wat Hem behagelijk is”, want Christus was God de Zoon, maar door het zoonschap hebben wij wel de capaciteit waardoor wij ook zeggen, als wij Hem liefhebben : “Niet mijn wil, maar de Uwe geschiede”. Dus niet alleen danken voor je redding,en verder maar je eigen gang gaan.

Het kan, maar het is niet het ware zoonschap van iemand die zijn vader liefheeft. Er is meer.

Joh.12:49-50 49 Want Ik heb uit Mijzelven niet gesproken; maar de Vader, Die Mij gezonden heeft, Die heeft Mij een gebod gegeven, wat Ik zeggen zal, en wat Ik spreken zal.

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 27

www.GenadeBijbel.nl 50 En Ik weet, dat Zijn gebod het eeuwige leven is. Hetgeen Ik dan spreek, dat spreek Ik alzo, gelijk Mij de Vader gezegd heeft Dus de Vader heeft de Zoon geboden wat Hij zeggen en spreken zou. En wanneer gebeurde dat? Tijdens Zijn gebed met de Vader. Tijdens het contact wat de Zoon had. Hij sprak met Hem in Zijn gebed vroeg in de morgen.

Markus 1:35 En vroeg, nog diep in de nacht, stond Hij op en ging naar buiten en Hij ging heen naar een eenzame plaats en bad aldaar.

Daar en dan werd Hij door de Vader geleerd en sprak de Vader tot Hem: Jesaja 50:4-5 4 De Heere HEERE heeft Mij een tong der geleerden gegeven, opdat Ik wete met den moede een woord ter rechter tijd te spreken ; Hij wekt allen morgen, Hij wekt Mij het oor, dat Ik hore, gelijk die geleerd worden.

5 De Heere HEERE heeft Mij het oor geopend , en Ik ben niet wederspannig, Ik wijk niet achterwaarts Dus elke morgen werd de Here geleerd door de Vader en Christus luisterde naar Hem en had gemeenschap. En zoals de Vader tot Hem sprak zo sprak dan ook Christus. Daarom zei de Vader in het openbaar tegen de mensen over Zijn Zoon : “Hoort Hem!” Lukas 9:35 En er geschiedde een stem uit de wolk, zeggende: Deze is Mijn geliefde Zoon; hoort Hem! Christus ging geheel uit vrije wil elke morgen luisteren naar wat de Vader tot Hem te zeggen had. Dan communiceerden zij met elkaar en de Vader leerde Hem. Wij kunnen dat ook doen. Het verschil nu alleen is dat de Vader nu door Zijn Woord tot ons spreekt en niet via Zijn stem. Maar het is allebei Zijn woord. En die zijn geest en leven (Joh.6:63). M.a.w. het maakt niet uit. Dus wij doen dan wat dé Zoon ook deed en staan God toe om ons te leren Heb.4:12-13 12 Want het Woord Gods is levend en krachtig, en scherpsnijdender dan enig tweesnijdend zwaard, en gaat door tot de verdeling der ziel, en des geestes , en der samenvoegselen, en des mergs , en is een oordeler der gedachten en der overleggingen des harten.

13 En er is geen schepsel onzichtbaar voor Hem; maar alle dingen zijn naakt en geopend voor de ogen Desgenen, met Welken wij te doen hebben.

De Bijbel is een soort röntgenapparaat- het kijkt dwars door ons heen. Het doorzoekt de binnenkant en brengt elke ongerechtigheid naar boven. Niets blijft verborgen. Het analyseert, het onderzoekt, het doorzoekt ons. Ons, de inwendige mens die voor iedereen misschien verborgen kan blijven behalve voor God en Zijn Woord, En alles wat wij nodig hebben voor ons dagelijkse leven staat er in om ons volmaaktelijk toe te rusten (2 Tim.3:16-17). Dus daarom hoeft God nu niet via Zijn stem met ons te communiceren zoals Hij bij Christus deed, want dat doet Hij nu door Zijn Woord, de Bijbel.

Christus heeft in Zijn mens–zijn als zoon met de Vader gecommuniceerd over het waarom van Zijn komst op aarde, over de noodzaak van een dienstknecht te zijn, over de noodzaak aan mensen gelijk te zijn geworden.

Fil.2:6-8

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 28

www.GenadeBijbel.nl 6 Die in de gestaltenis Gods zijnde , geen roof geacht heeft Gode even gelijk te zijn; 7 Maar heeft Zichzelven vernietigd, de gestaltenis eens dienstknechts aangenomen hebbende , en is den mensen gelijk geworden ; 8 En in gedaante gevonden als een mens, heeft Hij Zichzelven vernederd, gehoorzaam geworden zijnde tot den dood , ja, den dood des kruises. “gehoorzaam geworden zijnde”- Hij werd gehoorzaam! D.w.z.

Hij luisterde naar de Vader, Hij sprak en bad met de Vader, Hij las het Woord en geloofde het en voerde het uit.

En alles wat Hij deed deed Hij in vrijwillige gehoorzaamheid om de Schriften te vervullen.

Daarom zien wij zo vaak staan : “opdat de Schrift vervuld zou worden”.

Zie bijv. Matt. 2:23, Joh.15:25,19:28. “vervuld zou worden” – D.w.z. dat Hij dat uit vrije wil en met volle bewustzijn deed omdat de Schrift dat zei en dus niet toevallig. En zo heeft Christus ook van de Vader geleerd dat het nodig was dat Hij zou sterven aan het kruis om de wereld te kunnen redden.

Joh.8:28 28 Jezus dan zeide tot hen: Wanneer gij den Zoon des mensen zult verhoogd hebben , dan zult gij verstaan, dat Ik Die ben, en dat Ik van Mijzelven niets doe; maar deze dingen spreek Ik , gelijk Mijn Vader Mij geleerd heeft.

Hij deed niets zomaar uit Zichzelf, maar alleen wat de Vaders wil was.

Hebr. 5:5 5 Alzo heeft ook Christus Zichzelven niet verheerlijkt, om Hogepriester te worden, maar Die tot Hem gesproken heeft: Gij zijt Mijn Zoon, heden heb Ik U gegenereerd.

Inderdaad, Hij heeft hierdoor de Vader verheerlijkt.

Joh.10:17-18 17 Daarom heeft mij de Vader lief , overmits Ik Mijn leven afleg , opdat Ik hetzelve wederom neme.

18 Niemand neemt hetzelve van Mij, maar Ik leg het van Mijzelven af ; Ik heb macht hetzelve af te leggen, en heb macht hetzelve wederom te nemen. Dit gebod heb Ik van Mijn Vader ontvangen.

Hij heeft de macht en dus het recht gekregen van de Vader Zijn leven af te leggen en weer op te nemen en Hij zal het ook doen, want de Vader had Hem geleerd dat alleen door de dood van Zijn zoon de wereld gered kon worden. De Vader zei dus niet : “Jij moet en zal sterven”. Nee, Hij gaf het gebod dat zijn Zoon Zijn vrije wil kon uitoefenen en kon kiezen Zijn leven hiervoor af te leggen en weer op te nemen.

En dat deed Hij dan ook, want dat was de wil van Zijn Vader. Vrijwillig koos Hij hiervoor : “niet Mijn wil geschiede, maar de Uwe” en dat allemaal in het licht van de vreselijke Godverlatenheid die komen zou en de pijn en strijd zozeer Zelfs dat Hij bloed zweette.

Maar Hij ging, want de Vader had hem dat geleerd en Hij wist dat Hij weer op zou staan, want dat had de Vader Hem beloofd en Hij vertrouwde Zijn Woord.

Hebr. 5:7 7 Die in de dagen Zijns vleses, gebeden en smekingen tot Dengene, Die Hem uit den dood kon verlossen , met sterke roeping en tranen geofferd hebbende, en verhoord zijnde uit de vreze.

Dit was o.a. in de hof van Getsemane, maar niet alleen toen en daar. Elke morgen was Hij in gebed met de Vader en stortte Hij Zijn hart uit. Zijn hartzeer vanwege de zonde om

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 29

www.GenadeBijbel.nl Hem heen, want Hij werd ook bespot, vervolgd, en verzocht en Hij had het vooruitzicht op wat komen zou wat uiteindelijk Zijn climax bereikt in Zijn gebed in de hof met sterke roeping en tranen geofferd hebbende. “tot Dengene, Die Hem uit den dood kon verlossen” - God kon Hem uit de dood verlossen, maar heeft niet ingegrepen, maar 3 dagen later heeft Hij Hem opgewekt. En Hij is toch gegaan in het geloof.

Hebr. 5:8 Hoewel Hij de Zoon was, nochtans Hij heeft geleden.

gehoorzaamheid geleerd heeft, uit hetgeen

Zijn leven in gebed met de Vader was er een van geleerd worden in de wil van de Vader.

En Hij heeft zo gehoorzaamheid geleerd, nl de gehoorzaamheid tot de dood des kruizes.

(Fil.2:8). Dus als Christus bad met Zijn Vader dan drukte Hij de lering uit die Hij van Zijn Vader ontvangen had.

En zo is de wereld getuige geworden van de vrije wil van de zoon die wil doen wat Zijn Vader Hem geleerd had en daardoor getuige is geworden van de graad van de liefde die Hij had voor Zijn Vader. Het klinkt misschien vreemd in onze oren dat Christus gehoorzaamheid geleerd heeft, maar in de dagen van Zijn vlees was dat inderdaad zo.

Hij bad echt als een zoon. En als wij praten over het bidden in de Geest, dan is dat met dié Abba Vader mentaliteit.

Rom. 8:15 Want gij hebt niet ontvangen den Geest der dienstbaarheid wederom tot vreze; maar gij hebt ontvangen den Geest der aanneming tot kinderen, door Welken wij roepen : Abba, Vader!

Hebr. 5:8 Hoewel Hij de Zoon was, nochtans gehoorzaamheid geleerd heeft, uit hetgeen Hij heeft geleden.

Wij hebben óók die Geest van het zoonschap waardoor wij dit zeggen. Als wij dit werkelijk doen dan betekent dat dat wij onszelf onderwerpen aan de instructie die door de Vader aan ons gegeven worden. Dus wij zeggen dan eigenlijk : “Vader, ik wil door u geleerd worden. Ik wil U gehoorzamen en het ook doen”.

En dáár is de Vader naar op zoek en dan zal Hij dat ook vinden in ons, want wij hebben ons dan laten leren door Zijn Woord en dat is dan in ons.

En Hij kan het als wij met ons geestelijke verstand bidden en het aan Hem bekendmaken dan ook activeren in ons; ons verlichting geven; ons sterken; ons blij maken en de vrucht van de Geest in ons geven.

Als wij deze houding hebben in ons gebed dan brengt dat blijdschap in het hart van de Vader zoals Spreuken zegt zoals wij hiervoor zagen. De Vader ziet dan een zoon die Zijn vurige liefde voor hem begrepen heeft en besloten heeft om Hem daarom ook “terug” lief te hebben

Afsluitend: Bidden in de Geest is : In ons gebed herhalen wij dus de instructies die God gegeven heeft in de Bijbel zodat wij dit op de juiste en geschikte wijze zullen toepassen in elke situatie en/of omstandigheid.

Gewoon precies zoals Paulus dat ook doet in zijn leven.

Als wij dus “bidden in de Geest” dan overdenken wij de situatie in het licht van wat Gods Woord daar over zegt.

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 30

www.GenadeBijbel.nl Terwijl wij dus dit overdenken en naar de verzen zoeken is God óók daarnaar bij ons op zoek en zo wordt dit in contact met elkaar gebracht. Er ontstaat een soort “klik” waardoor er een activering ontstaat.

Als dit tot stand komt ontstaat de verlichting, de bekrachtiging, de lering, de vertroosting en vooral de vrede van God in ons hart. En zó vinden en krijgen wij de antwoorden van uit Zijn Woord en zó bidt en pleit Hij voor ons.

Dus wij krijgen zo een blik op onze zorgen en situaties vanuit het perspectief van hoe God dat ziet!.

En zó geeft Hij dus verlichting op de Schrift waardoor wij dan weten hoe wij dienen te handelen of niet te handelen in de gegeven omstandigheid. Zijn Woord geeft ons dan de wijsheid aan ons, zodat wij ons dan vertrouwd voelen met de actie die wij dan wel of niet ondernemen.

En dat is dan Zijn vrede in ons.

Concluderend: Samen met het Woord en de juiste houding in het gebed zijn wij nu méér dan overwinnaars!

Ja, dat kan als….

9 Maar gelijk geschreven is: Hetgeen het oog niet heeft gezien, en het oor niet heeft gehoord, en in het hart des mensen niet is opgeklommen, hetgeen God bereid heeft dien, die Hem liefhebben .

10 Doch God heeft het ons geopenbaard door Zijn Geest; want de Geest onderzoekt alle dingen, ook de diepten Gods.

11 Want wie van de mensen weet, hetgeen des mensen is, dan de geest des mensen, die in hem is? Alzo weet ook niemand, hetgeen Gods is, dan de Geest Gods.

12 Doch wij hebben niet ontvangen den geest der wereld, maar den Geest, Die uit God is, opdat wij zouden weten de dingen, die ons van God geschonken zijn 1 Kor.2:9-12 Uiteindelijk zal dit alles wat wij allemaal nu geleerd hebben alleen gelden voor de gelovige die God liefheeft als een Vader. Dat is nl. de persoon die gelooft wat God in Zijn Woord tegen hem zegt. Voor nu in deze Bedeling der Genade spreekt Hij tot ons via de apostel Paulus. Die Hem liefhebben als hun Vader willen Hem dan ook gehoorzamen en zullen dat ook geloven en van daaruit leven en bidden met God. Zie nogmaals de volgende verzen uit Rom.8 : 26 En desgelijks komt ook de Geest onze zwakheden mede te hulp; want wij weten niet, wat wij bidden zullen , gelijk het behoort, maar de Geest Zelf bidt voor ons met onuitsprekelijke zuchtingen.

27 En Die de harten doorzoekt, weet , welke de mening des Geestes zij, dewijl Hij naar God voor de heiligen bidt .

Wij hebben als gelovigen te maken met verdrukkingen vanwege het geloof, en met lijden wat daarmee gepaard gaat, maar wij zuchten ook , samen met de ongelovigen, in dit zondige lichaam vanwege de vloek over deze schepping.

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 31

www.GenadeBijbel.nl 17 En indien wij kinderen zijn, zo zijn wij ook erfgenamen, erfgenamen van God, en medeerfgenamen van Christus; zo wij anders met Hem lijden, opdat wij ook met Hem verheerlijkt worden.

18 Want ik houde het daarvoor, dat het lijden dezes tegenwoordigen tijds niet is te waarderen tegen de heerlijkheid, die aan ons zal geopenbaard worden.

Echter een grote steun daarbij is de dag dat wij dat nieuwe lichaam krijgen op de dag dat de Here ons komt halen: 22 Want wij weten, dat het ganse schepsel te zamen zucht, en te zamen als in barensnood is tot nu toe.

23 En niet alleen dit, maar ook wij zelven, die de eerstelingen des Geestes hebben , wij ook zelven, zeg ik, zuchten in onszelven, verwachtende de aanneming tot kinderen, namelijk de verlossing onzes lichaams.

24 Want wij zijn in hope zalig geworden….

Ja, dat is onze hoop elke dag en dat geeft ons lijdzaamheid in de moeilijke omstandigheden. Het helpt ons en geeft ons blijde hoop, want wij weten dat wij een heerlijke toekomst hebben en het niet alleen van dit leven hier op aarde moeten hebben.

24 Want wij zijn in hope zalig geworden. De hoop nu, die gezien wordt, is geen hoop; want hetgeen iemand ziet , waarom zal hij het ook hopen?

25 Maar indien wij hopen, hetgeen wij niet zien, zo verwachten wij het met lijdzaamheid.

Maar God weet dat wij ook de innerlijke versterking in de innerlijke mens nodig hebben in deze zwakheden van ons, nl. dat lijden, de verdrukkingen, de pijn, het zuchten, het verdriet enz. En daarin komt de Geest “mede” te hulp. Dus samen met die hoop van de opname/toevergadering (1 Thess.4:13-18; Fil.3:20-21) : 26 En desgelijks komt ook de Geest onze zwakheden mede te hulp; want wij weten niet, wat wij bidden zullen , gelijk het behoort, maar de Geest Zelf bidt voor ons met onuitsprekelijke zuchtingen.

27 En Die de harten doorzoekt, weet , welke de mening des Geestes zij, dewijl Hij naar God voor de heiligen bidt .

Het is het Woord en het gebed wat onze ademhaling is voor elke dag. Wij kunnen niet zonder. We zien dus dat de Geest in ons werkt en ons versterkt , als Hij maar dat Woord, wat Paulus in zijn brieven opgeschreven heeft kan vinden, want daar zoekt hij naar. Bij wie zal hij dat vinden?

Juist! Bij die Hem liefhebben als een Vader.

Die hebben Paulus als de apostel voor ons voor vandaag geaccepteerd en lezen zijn brieven dan ook. Dat Woord is dan ook in hun aanwezig en dat zal dan ook in het gebed bij de Vader gecommuniceerd worden.

En de Vader zal dan een gewillige ziel vinden die zegt “Abba Vader Niet mijn wil maar de Uwe geschiede Vader”, want dat heeft hij dan gevonden en gelezen in Paulus’ brieven (Kol.1:9-10).

Dan kan de Vader dat bekrachtigen, verlichten in ons en zullen al die omstandigheden uit vers 18 en 22 waarin wij ons zo zwak weten te zijn gaan medewerken ten goede: 28 En wij weten, dat dengenen, die God liefhebben, alle dingen medewerken ten goede, namelijk dengenen, die naar Zijn voornemen geroepen zijn.

U ziet, dat geldt alléén voor degenen die God liefhebben!. Hoe belangrijk is het toch dat wij Hem gehoorzamen en het Woord der Waarheid recht weten te snijden!

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 32

www.GenadeBijbel.nl En daarom zullen wij dan in al die omstandigheden meer dan overwinnaars zijn in ons door Hem bewerkt door Zijn Woord in ons in onze gebeden aan Hem gericht in alle omstandigheden.

Overwinnaars, want wij zijn gered van de eeuwige dood uit de klauwen van satan, maar méér dan overwinnaars omdat de omstandigheden niet ons gaan regeren, maar wij de omstandigheden (de “alle dingen”) regeren er er juist sterker uit komen. Voorwaar, een win/win situatie zoals men tegenwoordig zegt 35 Wie zal ons scheiden van de liefde van Christus? Verdrukking, of benauwdheid , of vervolging, of honger, naaktheid, of gevaar, of zwaard?

36 (Gelijk geschreven is: Want om Uwentwil worden wij den gansen dag gedood ; wij zijn geacht als schapen ter slachting.)

37 Maar in dit alles zijn wij meer dan overwinnaars, door Hem, Die ons liefgehad heeft.

Voor Hem zij alle eer!

Mijn dank gaat vooral uit naar John Verstegen en Alex Kurz van wie ik zoveel over dit onderwerp geleerd heb.

Ook, Richard Jordan, Cornelius Stam wil ik niet onvermeld laten. Vele, vele uren heb ik naar ze geluisterd, gelezen en het overdacht en verlichting gekregen en verwerkt in deze studie.

Het Gebed in de Bijbel – Jan Stelma

Pagina 33