![](https://static.isu.pub/fe/default-story-images/news.jpg?width=720&quality=85%2C50)
3 minute read
COLUMN ROMAIN RIJK
verbinding.’ Dat heeft al meermalen verrassend uitgepakt, zegt Morskieft onder verwijzing naar de datateams. ‘Daar komen alle invalshoeken bij elkaar om oplossingen voor een probleem te vinden: alfa, bèta en gamma. In één van die teams vertelde een leraar wiskunde enthousiast over de samenwerking met een docent klassieke talen. Die was er waarschijnlijk anders niet geweest.’ Rijk knikt: ‘Kwaliteit begint bij wat je zelf kunt beïnvloeden.’
‘We zoeken ook op andere terreinen verbinding’, gaat Claessen verder. ‘We hebben alles uit elkaar getrokken in afzonderlijke vakken, de kunst is om zaken bij elkaar te brengen. Binnen het Twents Carmel College bijvoorbeeld, kijken we wat we in een profi elwerkstuk willen zien. Dat is meer dan het eigenlijke onderwerp, we vragen ook oriëntatie op vervolgonderwijs en achterliggende beroepswereld, en een ethische beschouwing. En loopbaanoriëntatie en -begeleiding moet ook meer zijn dan een lesuurtje per maand. We moeten niet knippen maar verbinden en integreren.’
Advertisement
RUIMTE
Hier liggen mogelijkheden om Carmel als kennisalliantie te versterken, signaleert Morskieft: ‘We hebben de goede mensen, we werken aan een adequate ICT-infrastructuur.’ Dat opent volgende deuren, verwacht Rijk. ‘Onder meer de WRR wijst erop dat we de leerling nog veel meer in het middelpunt moeten plaatsen. Zo ver zijn we in het voortgezet onderwijs niet. We lopen aan tegen lessentabellen en andere starre systemen, terwijl voor de leerling meer fl exibiliteit gewenst is. Dat kan meer dan vroeger, zelfs binnen de bestaande wet- en regelgeving. Die ruimte is er, maar die moeten we zien en benutten.’
Het besef is er dat het nemen van die ruimte geleerd moet worden. Dat ook medewerkers gestimuleerd moeten worden om op basis van hun professionaliteit keuzes te maken en hun vrijheid te benutten. Claessen: ‘Je krijgt alleen kwaliteit als je mensen de ruimte geeft. Dan ontstaat eigenaarschap van onderwijs en resultaten.’ Hij ziet een overeenkomst met de situatie in de scholen. ‘We willen de leerlingen in staat stellen de regie te nemen over hun eigen ontwikkeling, zodat ze eigenaar worden van hun eigen verhaal. Dat willen we bij onze medewerkers eveneens bereiken.’ Rijk knikt instemmend: ‘Dán krijg je parallelle processen die elkaar beïnvloeden en versterken.
De voorzitter van het CvB hoopt na de zomer de discussie te verbreden en af te tasten hoe de gedachten van Koers 2018 aanvoelen. ‘Het stuk zal handen en voeten in de scholen moeten krijgen. Met een vertaling per school en per team. Daar kan iedereen nu al mee beginnen, niemand hoeft te wachten tot het document er ligt.’ Lachend: ‘Hier past bescheidenheid. De wereld verandert niet door Koers 2018.’ ◗
SPELSYSTEMEN EN (BE)STUREN
8 juli 2014. We staan aan de vooravond van de halve finale van het WK2014. Al weken debatteren deskundigen over spelsystemen van onze nationale trots: 4-4-3, 5-3-2, 3-5-2. Zo ongeveer elke combinatie die op papier mogelijk is, komt langs. Op flipovers legt Ronald de Boer uit hoe de backs “hoog” of “laag” hun rol zullen invullen. Verdedigend of juist aanvallend en druk zettend. Het spel is niet altijd mooi, maar het resultaat mag er zijn.
Goed besturen gaat in feite ook over spelsystemen, veldbezetting, checks and balances, tegenkrachten en positiewisselingen. Ruimte maken en geven, kansen benutten. Een hecht team smeden van harde werkers en briljante geesten. Niet iedereen hoeft hetzelfde te kunnen, maar door elkaar aan te vullen en voor elkaar te gaan, ontstaat de winnende combinatie, ontstaat geloof in eigen kunnen en succes. Formele functiebeschrijvingen geven je positie op het veld aan, maken duidelijk wat je taak is. Maar een elftal dat alleen maar spelers kent die vast op de eigen posities blijven staan, maakt niet veel kans op succes. Dat gaat niet echt lopen, daar zitten geen verrassingen in. Goed besturen vraagt dus om spelers die hun primaire taak goed uitvoeren, maar die soepel kunnen switchen. Het bekende harkjesmodel dat het organogram van organisaties uitbeeldt, is dus per definitie de verkeerde voorstelling van zaken. Harkjes bestaan uit rechte lijnen, zijn niet soepel en kunnen niet swingen. Harkjes geven alleen formele posities aan, maar zeggen niets over hoe (be)sturen feitelijk zou moeten gaan. ◗
ROMAIN RIJK Voorzitter College van Bestuur, Stichting Carmelcollege