OHM Vani 2e kwartaal 2006

Page 1

I

N F O B L A D

OHM • P

R O G R A M M A

’S

12e jaargang • april/juni 2006 • nr 2 • prijs €12,00 per jaar

Wie is Hanuman? Hindoes in Maleisië Voeding en geest


COLOFON OHM-Vani is een uitgave van de Stichting Organisatie voor Hindoe Media. OHM-Vani geeft achtergrondinformatie over de programma’s van OHM en maakt melding van relevante ontwikkelingen in de hindoe-gemeenschap. Wij nodigen u uit opmerkingen of commentaar op onze programma’s of op dit blad te zenden aan Stichting OHM. De redactie behoudt zich het recht voor om ingezonden stukken in te korten, te redigeren of niet te plaatsen. Geplaatste stukken geven niet altijd de visie van de OHM weer. Een jaarabonnement kost € 12,-, opzegging dient uiterlijk 1 maand voor het verstrijken van dat jaar schriftelijk plaats te vinden. Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Stichting OHM. Eindredactie Savitrie Marhe-Benie Caspar Dullemond Auteurs Devi Koeldiep Lambèrt de Kwant Robert H. Swami Persaud Haridat Rambaran Wierish Ramsoekh drs R. Tewari Sasqhua Vanderscheer Marijke de Vos Met dank aan Ruud Chander Chander Mathura Sharda Balla Diana Plenckers Prof. dr. Wim van Vledder Prof. dr. Winand Callewaert

... and the winners are.....

Grafi sche verzorging ExLibras Adri Segaar Logistiek René van der Linden Druk Practicum Grafimedia Groep b.v. Stichting OHM (redactie OHM-Vani) Koninginneweg 8 1217 KX Hilversum Telefoon: 035 - 6260920 Fax: 035 - 6280843 E-mail OHM: info@ohmnet.nl Website OHM: www.ohmnet.nl ABN-Amro: 44.09.38.694

2 - april/juni 2006


INHOUD pagina 6 OHM Televisie pagina 11 OHM Televisie Hindi pagina 14 Radio

De Lotusvijver

pagina 18 Radio

Darshan

pagina 22 De trouwe dienaar van Shri Ram pagina 26 Hanumanpuja Pagina 28 Nadenken over de dood maakt ons bewust

van het leven pagina 33 Yoga in de christelijke traditie pagina 36 Hindoe mythologie in ďŹ lms pagina 39 De rijstmoeder en de Indiase diaspora

in MaleisiĂŤ Pagina 43 Voeding en geest Pagina 45 De voordelen van de Indiase economie

voor Nederland Pagina 48 Bollywood Blues

3 - april/juni 2006


Ayurvedisch Massagetherapeut: een boeiend vak! De Hart Academie voor de Medische en Spirituele Ayurveda (H.A.M.S.A.) verzorgt al meer dan 15 jaar haar Ayurvedische opleidingen: tientallen Ayurvedische Massagetherapeuten met een goed draaiende praktijk in Nederland, België en Duitsland hebben hun waardevolle diploma bij ons gehaald. Onze lessen zijn boeiend en zeer gericht op de praktijk. Onder leiding van de ervaren geneesheer Vaidya Robert H. Swami Persaud geven onze docenten Thea Leenders, Pt.J. Lalbahadoersingh, Aukje Otter, Marianne de Miranda, Marianne Smit en Ron van der Post al jarenlang les in de bijzondere wetenschap van de Ayurveda. We starten steeds in het voor- en najaar. Kijk op www.ayurveda-center.com voor meer informatie over ons. Of vraag ons gratis infopakketje voor het laatste nieuws. HAMSA, postbus 463, 6600 AL Wijchen. Tel. 024-641 83 98. Vaidya Robert Swami Persaud schreef naast zijn werk diverse boeken. Ze worden uitgegeven door Servire/Kosmos Z&K en zijn verkrijgbaar in de boekhandel.

Hart Academie voor de Medische en Spirituele Ayurveda De praktijk. Lijdt u aan chronische aandoeningen, overgewicht of klachten waar uw arts geen antwoord op weet en zoekt u een eerlijke Ayurvedische behandeling? Van maandag t/m vrijdag is onze praktijk geopend in Nijmegen en op zaterdag in Bloemendaal. Een consult duurt ruim anderhalf tot twee uren en is meestal eenmalig. Het eenmalige tarief is €135,-, vergoed door vele zorgverzekeraars. Minder draagkrachtigen krijgen reductie. De email-nazorgservice is geheel kosteloos. Het juiste voedingsadvies staat namelijk centraal, geheel gebaseerd op uw persoonlijke type, welke door de Ayurvedisch geneesheer Vaidya Robert H. Swami Persaud na een nauwkeurige analyse in kaart gebracht wordt. Eventuele Ayurvedische geneeskruiden krijgt u op recept en worden door uw apotheek geleverd. Indien nodig kunt u na het consult bij meer dan 50 Ayurvedische therapeuten terecht in het hele land, dus ook in úw regio! Voor nog meer informatie: www.ayurveda-center.com Voor afspraken: tel. 024-641 83 98. 4 - april/juni 2006


5 - april/juni 2006


TELEVISIE 2E KWARTAAL 2006 IEDERE ZONDAG OP

NEDERLAND 1

13.05 - 13.35 uur

2 april 2006:

Debat als een manier voor waarheidsvinding

HERHALING Z ATERDAG 8 APRIL OM 10.00 UUR

Door te debatteren toets je je argumentaties niet alleen aan een kritische kijk van een ander, maar breng je ook een heldere structuur aan in je eigen opvattingen en scherp je je eigen geest. Met dit alles wordt de grondslag voor je bevindingen alleen maar sterker. Dit deed ook Swami Dayanand, een van de grote hervormers binnen de Indiase traditie, in de negentiende eeuw. Deze swami pleitte, zeker als het om religieuze zaken ging, voor kritisch zelfonderzoek en discussie. Hij stelde dit tegenover de toen gebruikelijke autoritair opgelegde opvattingen en uitingsvormen. Hoe gaan de huidige volgelingen van deze swami in Nederland om met het debat als middel om tot goed gefundeerde opvattingen te komen?

9 april 2006

Zoohm In: wat zullen ze wel niet zeggen Manai ka boli? Wat zullen de mensen zeggen? Dat is een uitspraak die jongeren vaak van hun ouders te horen krijgen. Jongeren geven aan dat hun ouders teveel rekening houden met de familie en dat de familie zich sowieso al teveel met hen bemoeit. Bijvoorbeeld ten aanzien van partnerkeuze, 6 - april/juni 2006

HERHALING ZATERDAG 15 APRIL OM 10.00 UUR


studiekeuze of gedrag. Ouders zijn gevoelig voor de reacties van familieleden. Zij proberen, uit angst het mikpunt te worden van praatjes binnen de familie, ten koste van alles het gedrag van hun kinderen binnen de sociaal geaccepteerde normen te houden. Veel jongeren maken zich, uit afkeer voor deze vorm van sociale controle, los van de familie. In Zoohm In praat Tanja en Narsingh over het verschil in de beleving van eer en schaamte tussen ouders en jongeren. Op grond van welke afwegingen houden wij ons vast aan groepsdenken, eer en schaamtegevoel? HERHALING ZATERDAG 22 APRIL OM 10.00 UUR

16 april 2006

Hanuman Jayanti deel 1 Hanuman is een levensgids voor devotie en innerlijke kracht. Hij is mens en aap tegelijk. Westerlingen noemen hem de aapgod. Steeds meer mensen, ook jongeren, wenden zich in devotie tot deze Godheid. Want Hanuman leert je hoe je een zuivere relatie met het Goddelijke kunt ontplooien, maar ook hoe je je eigen innerlijke krachten ten volle kunt ontwikkelen. In India wordt het openbare leven in grote steden opgesierd door reusachtige beelden van Hanuman. Wie is deze Hanuman?

HERHALING DONDERDAG 27 APRIL OM 10.55 UUR

23 april 2006

Hanuman Jayanti deel 2 Devotie aan de Godheid Hanuman heeft een sterke invloed op je leven; ook in het hier en nu. Hij is altijd in de nabijheid van zijn toegewijden, klaar om te helpen, met name in moeilijke tijden. Maar wat zegt Hanuman over de weg van devotie in deze moderne samenleving?

HERHALING ZATERDAG 13 MEI OM 10.00 UUR

30 april 2006

Chatney.nl: Het Puja-mysterie In deze Chatney.nl word er gekeken naar de puja. Wat is de betekenis van een puja precies? En wat betekenen al die ingrediĂŤnten die de pandit aan allerlei Goddelijke vormen offert? Hoe kan de puja bijdragen aan mijn spirituele groei? En wat is wat dit betreft het verschil tussen India, Nederland en Suriname? 7 - april/juni 2006


Televisie 7 mei 2006

Meditatie, veel meer dan alleen een innerlijke zoektocht

HERHALING ZATERDAG 13 MEI OM 10.00 UUR

Meditatie is in. Steeds meer personen en instellingen pleiten ervoor dat meditatie een vast onderdeel wordt van ons dagschema. Dit o.a. naar aanleiding van een Amerikaans onderzoek dat aantoont dat meditatie zowel de arbeidsvreugde als de prestaties vergroot. Maar meditatie heeft veel meer kanten. Zo wordt het steeds vaker in de psychotherapie als een additionele behandeltechniek gebruikt. Hindoes kennen meditatie als een manier om jezelf te vinden en niet zozeer als psychotherapeutisch middel. Meditatie kan ook een positieve werking hebben bij de verwerking van traumatische ervaringen bij volwassenen en kinderen. In dit programma gaat de aandacht uit naar de werking van meditatie bij kinderen die te maken krijgen met verdriet.

14 mei 2006

Vragen van een terminaal patiënt

HERHALING ZATERDAG 20 MEI OM 10.00 UUR

In dit programma gaan we op zoek naar de betekenis van de hindoe basiswaarden reïncarnatie en onthechting. Voor hindoes is het leven een leer- en ervaringstraject, waarin je jezelf zoveel mogelijk spiritueel ontwikkelt. Dit leertraject eindigt niet altijd met de dood. Want de dood wordt gezien als een moment van overgang naar een ander leven, waarin de spirituele ontwikkeling verder gaat. Maar hoe geeft je als hindoe betekenis aan reïncarnatie en onthechting als je te horen krijgt dat jouw levenstraject eerder ophoudt dan je eigenlijk had verwacht?

21 mei 2006:

HERHALING

Ommekeer

ZATERDAG 27 MEI OM 10.00 UUR

In deze documentaire gaan we door met het begrip onthechting (zie programma 14 mei), maar dan niet in de betekenis van afstand nemen van relaties als voorbereiding op het sterven, maar van afstand nemen van je voorgaande leefperiode. We praten met iemand die in zijn leven een onomkeerbare verandering heeft meegemaakt. Diens leefomgeving ziet er 8 - april/juni 2006


na deze verandering fundamenteel anders uit (invaliditeit). Hoe is deze persoon opnieuw op zoek gegaan naar zingeving en de betekenis van het leven? Waar haalt diegene de inspiratie vandaan om verder te leven? En hoe kan de onthechtingsgedachte hierbij helpen en motiveren tot voortgang? HERHALING ZATERDAG 3 JUNI OM 10.00 UUR

28 mei 2006

Hindoes in Maleisië deel 1 Maleisië is een multi-etnische, multireligieuze samenleving die haar huidige samenstelling van de bevolking te danken heeft aan de Engelsen die grote migratie van Indiërs en Chinezen stimuleerden. Tijdens de koloniale periode trokken de Chinezen, die vroeger in de tinmijnen hadden gewerkt, naar de steden en verworven daar economisch een zeer goede positie. Een deel van de Indiërs had ook een plek veroverd in de ambtelijke en bestuurlijke functies. Maar een belangrijk deel bleef na de onafhankelijkheid op de rubberplantages werken. De oorspronkelijke bevolking, de Maleisiërs, voelde zich bij het verkrijgen van de onafhankelijkheid in 1957 economisch achtergesteld. Deze onvrede kwam tot uitbarsting na de verkiezingen in mei ’69 omdat zij vreesden ook hun politieke macht te verliezen. Na de rellen werden maatregelen genomen die de Maleisiërs begunstigden. De Chinezen en Indiërs voelden zich door deze maatregelen benadeeld. Vooral de Indiërs, die economisch niet zo sterk staan als de Chinezen, hebben het erg moeilijk. Dit blijkt o.a. uit hoge werkloosheid, uitval in het onderwijs, alcoholmisbruik en zelfmoorden.

HERHALING ZATERDAG 10 JUNI OM 10.00 UUR

4 juni 2006

Hindoes in Maleisië deel 2 Maleisië is één van de economisch snelst groeiende staten in Zuidoost Azië. De economische ontwikkeling heeft vooral mensen nodig die goed opgeleid zijn. De Indiërs moeten concurreren met de andere groepen op de markt. Hun opwaartse mobiliteit wordt vertraagd doordat velen een agrarische achtergrond hebben en laag opgeleid zijn. De achtereenvolgende regeringen hebben geprobeerd een pragmatisch beleid te voeren dat de stabiliteit en eenheid van Maleisië moet versterken. Geen geringe taak in een land met etnische en religieuze span9 - april/juni 2006


Televisie ningen. De Indiërs worden in de regering vertegenwoordigd door de Malaysian Indian Congres onder leiding van S.Vellu.

11 juni 2006

HERHALING ZATERDAG 17 JUNI OM 10.00 UUR

Jeuk!

Pavan is een mollig jongetje van Hindoestaanse afkomst. Hij heeft grote ronde ogen en een hoog stemmetje. Het is een vrolijk, energiek jongetje, maar er is één probleem: hij zit sinds zijn vierde jaar van top tot teen onder het eczeem. Hij heeft constant jeuk en kan daardoor de verleiding niet weerstaan om flink op het eczeem te gaan krabben. Pavan wordt op school altijd gepest. Zijn afleiding is Indiase films bekijken en zijn idool is de acteur Shah Rukh Khan. Regelmatig uit Pavan zijn frustratie, in zijn fantasie, bij hem. Hij vraagt zich af: “waarom heb ik eczeem?” Na deze documentaire van 15 minuten, praten wij na met ouders over hoe om te gaan met kinderen die gepest worden.

18 juni 2006 en 25 juni 2006

HERHALING ZATERDAG 24 JUNI & 1 JULI OM 10.00 UUR

Hindoes in Jamaica Net als in Suriname, Guyana en Trinidad werden er in de vorige eeuw 38.000 Hindoestanen uit India als contractarbeiders naar Jamaica gebracht. Van Hindoestanen uit de eerstgenoemde gebieden horen we regelmatig het een en ander. Bijvoorbeeld in de vorm van een muzikale hit, een boek of een politiek standpunt. Maar van Hindoestanen uit Jamaica hoorden we tot nu toe niets. Hoe komt dat? Wat maakt dat de hindoestaan in Jamaica zo onzichtbaar blijft en zich op Caribisch niveau niet profileert? In een tweedelig programma over Hindoes op Jamaica, gaan we op zoek naar antwoorden op deze en andere vragen. In deel 1 ligt het accent op de migratiegeschiedenis en hun tewerkstelling. In deel 2 kijken we hoe deze groep zich in de afgelopen periode sociaal-economisch heeft ontwikkeld.

10 - april/juni 2006


VERTALING DOOR: DR. PT. A. BIERDJA

Televisie Hindi

Met dank aan Shami Chander voor sponsoring 11 - april/juni 2006


������������������������������������ ������������������������ Ê

���������������������������������������������������� �

�������������������������������������������������� ������������������������������������������������������������ �

�������������������������������������������������� ������������������������������������������������������������

�������������������������������� ���������������������������������������������������� ���������������������������������������������������° Ê � � � � � � �� � � � � � � � � � Ê

��������������������� ���� ������������������������������� ���� ������������������������������� ���� ���������������������������� ���� ���������������������������� ���� ������������������������������ ���� ����������������������������� ��� ������������������������� ���� ���������������������������������� ��� ��������������������������������� ���� ���������������������������������� ���� ����������������������������������� ���� ������������������������������������������ ���� ������������������������������������ ���� ��������������������������� ��� ���������������������������������������

���� ������ ������������ ���� ������ ������������ ����������� ������������ ��� ������ ������������ ��� ������� ������������ ����� ������ ������������ ���� ������ ������������ �� �������� ������������ ����������� ������������ ������������ ������������ ������������� ������������ �� �������� ������������ ����������� ������������ �� �������� ������������ �� ������ ������������

���������������������������������������������������������������������������

������������������������������� Ê Ê Ê Ê Ê Ê Ê Ê Ê Ê Ê ������������������������� ������������������ �������������������� ����������������� ����������������� ���������������� Ê

������������������ ��������������� ��������������

�������� ����������������� ����������������������

12 - april/juni 2006


EUROPA AYURVEDA COLLEGE Ayurveda centrum voor Natuurlijk Genezen

Marma behandeling

Chakra behandeling

Nadi behandeling

Kundalini behandeling

Witharenweg 9 7738 PE Witharen (Ommen) 0523-677208 - info@ayu.nl - www.

13 - april/juni 2006


Radio de 2E KWARTAAL 2006

Zondag 14.15 - 15.00 UUR RADIO 747 747 AM EN VIA DE KABEL: DEN HAAG 88.1 FM AMSTERDAM 96.6 FM ROTTERDAM 90.0 FM OP

VIA DE ETHER:

OF VRAAG UW KABELEXPLOITANT NAAR DE JUISTE FREQUENTIE IN UW REGIO.

Zondag 2 april

Mediteren als therapie Bij de term meditatie denken we al gauw aan zaken in de alternatieve of zuiver spirituele hoek. Maar ook in de gevestigde disciplines binnen de gezondheidszorg wordt gebruik gemaakt van meditatietechnieken om mensen te behandelen. Voor welke doeleinden wordt meditatie gebruikt en hoe groot is de acceptatie ervan?

Zondag 9 april

Een Vedisch leven Mediteren, mantra’s zingen, vegetarisch eten en mededogen maken deel uit van de Vedische leefwijze. Sommige Nederlanders passen deze toe in hun dagelijks leven. Waarom? Wat voegt het toe aan hun leven? En waarom kiest men dan juist voor elementen uit de Vedische leefwijze?

Zondag 16 april

Kracht, kennis en wijsheid Kracht, kennis en wijsheid; dit zijn de eigenschappen van Hanuman en daarom vereren hindoes deze aapgod om diezelfde kwaliteiten te verkrijgen. In deze Lotusvijver hoort u hoe hindoes Hanuman vereren en zich door hem laten inspireren. Zie ook de artikelen op pagina 22 en 26.

14 - april/juni 2006


lotusvijver Zondag 23 april

Yoga en religie Het woord yoga betekent verbinden; het verbinden van de individuele ziel met het Allerhoogste. Hoewel het yogasysteem een spirituele weg is uit de hindoetraditie volgen veel niet-hindoes het pad van de yoga. Hoe verenigt men yoga met de eigen religie? Lees ook het artikel op pag. 33.

Zondag 30 april

Waarom geen rituelen? Het hindoeïsme staat in het westen vooral bekend om de spiritualiteit en filosofie. Opvallend is dat de rituelen uit het hindoeïsme zelden of nooit worden overgenomen, terwijl deze in het dagelijks leven van hindoes een belangrijke plek hebben. Waarom is er weinig belangstelling vanuit het westen voor rituelen uit het hindoeïsme?

Zondag 7 mei

Mediteren op school? Van tijd tot tijd laait de discussie over mediteren op school weer op. We horen vaak de voorstanders ervan, men is enthousiast en toch zien we dat het steeds weer niet doorgevoerd wordt. De Lotusvijver zoekt uit hoe dit komt.

Zondag 14 mei

Angst voor de dood? De dood wordt door velen als een onbekend, angstaanjagend en triest gebeuren gezien. Veel religies hebben een idee geformuleerd over de dood. Ondanks hun overtuiging - of juist daardoor - hebben mensen angst voor wat het zou kunnen betekenen om niet meer te leven. In deze Lotusvijver vertellen mensen waarom zij wel of juist geen angst voor de dood hebben. Zie ook het artikel op pagina 28.

15 - april/juni 2006


Radio Zondag 21 mei

Spirituele intelligentie Waarom heeft de een meer belangstelling voor bijvoorbeeld yoga en meditatie dan de ander? Hoe komt het dat de ĂŠĂŠn een grotere spirituele groei doormaakt dan de ander? Heeft dit te maken met een soort aanleg voor het spirituele, een soort spirituele intelligentie? In deze Lotusvijver praten we hierover onder meer met Marjolein Rikmenspoel, auteur van het boek Spirituele Intelligentie.

Zondag 28 mei

Astrologie voor spirituele groei Astrologie wordt meestal gebruikt voor adviezen op het gebied van relaties, loopbaanplanning en gezondheid. Maar de Indiase astrologie heeft ook mogelijkheden om adviezen te geven voor spirituele keuzes. Zo kan men op een bewuste manier de eigen spirituele kwaliteiten en mogelijkheden benutten. In deze Lotusvijver hoort u hoe de Indiase astrologie behulpzaam kan zijn bij uw spirituele groei.

Zondag 4 juni

Mystieke ervaring? Het aantal mensen dat zegt een mystieke ervaring te hebben gehad groeit met sprongen. Middels televisieseries of terugkerende rubrieken in kranten wordt er veelvuldig aandacht aan besteed. Hoe komt het dat er steeds meer mensen voor deze ervaringen uitkomen in een tijd van secularisatie? En wanneer is een ervaring mystiek te noemen?

Zondag 11 juni

Spel van het ego Hindoegeschriften brengen spiritualiteit in verband met het doorzien van de werking van het ego, het ik-bewustzijn, waarvan we menen dat het onze werkelijke essentie is. Maar in feite versluiert het ego onze ware aard, namelijk de ziel. In deze Lotusvijver onderzoeken wij langs welke wegen het spel van het ego kan worden doorzien.

16 - april/juni 2006


de lotusvijver Zondag 18 juni & 25 juni

Synchroniciteit Stel: je denkt aan iemand die je een lange tijd niet hebt gezien of gesproken. Op dat moment gaat de telefoon en de persoon aan wie je dacht, is aan de andere kant van de lijn. Volgens C.G. Jung is dit een voorbeeld van synchroniciteit. Hoe ontstaat synchroniciteit en wat zegt het ons over de essentie van de werkelijkheid?

17 - april/juni 2006


Radio 2e kwartaal 2006

Maandag 16.00 - 17.00 uur RADIO 747 747 AM EN VIA DE KABEL : D EN H AAG 88.1 FM A MSTERDAM 96.6 FM ROTTERDAM 90.0 FM OP

VIA DE ETHER:

OF VRAAG UW KABELEXPLOITANT NAAR DE JUISTE FREQUENTIE IN UW REGIO.

Darshan, een wekelijks programma met: ● berichtgeving over de laatste ontwikkelingen van de Hindoestaanse gemeenschap ● ● ● ●

in Suriname, achtergrondreportages uit Suriname, nieuws uit de Hindoestaanse gemeenschap in Nederland, prachtige Hindoestaanse muziek uit India, Suriname en Nederland, en een onderwerp dat diepgravend wordt besproken en onderzocht.

Maandag 3 april

Hervormingen van nu De Arya Samaj werd gesticht als reactie op een aantal gebruiken binnen de gangbare hindoetraditie van toen. Ook nu zijn er verschuivingen in de praktijk van het hindoeisme in Nederland. Aan de ene kant zien we de spiritualisering van de religie en aan de andere kant een zoektocht naar antwoorden op maatschappelijke vraagstukken. Hoe groot is de behoefte aan deze hervormingen?

Maandag 10 april

Wie bepaalt wie de ware is? Iedereen zoekt uiteraard naar die partner die het best bij hem of haar past. Welke verwachtingen hebben Hindoestanen bij hun zoektocht en hoeveel heeft de omgeving 18 - april/juni 2006


Darshan hierover te zeggen? Darshan kijkt naar de invloed van de omgeving op de partnerkeuze.

Maandag 17 & 24 april

Tussen verhaal en geloof Hanuman, half aap, half mens en held uit de Ramayana, wordt door vele hindoes aanbeden. De meesten kennen de verhalen over de heldendaden van Hanuman en de Hanumanchalisa uit hun hoofd. Interpreteren we de heldendaden als daadwerkelijke gebeurtenissen of is de symbolische betekenis van Hanuman het belangrijkste? Zie ook de artikelen op pagina 22 en 26 .

Maandag 1 mei

Rituelen verklaren? Een vaak gehoorde klacht van hindoes is dat ze de rituelen bij pooja’s en havans niet begrijpen en er daarom ook geen waarde aan hechten. Veel mensen zijn op zoek naar informatie om de rituelen beter te begrijpen. Behouden we de rituelen nadat we ze voor onszelf hebben verklaard? In Darshan een discussie hierover.

Maandag 8 mei

Mediteren op school Hindoestanen zijn over het algemeen niet opgegroeid met meditatie, hoewel dat wel wezenlijk deel uitmaakt van de hindoetraditie. Nu zijn er Nederlanders die zich willen inzetten om meditatie op scholen in te voeren omdat dat heilzaam zou zijn voor de kinderen. Is dit een nieuwe modegril of is het toe te juichen? En wat vinden Hindoestaanse ouders hiervan?

Maandag 15 mei

Angst voor de dood? Als het einde nabij is gaat men de balans opmaken: Heb ik als goed mens geleefd? Hindoes gaan uit van karma en reĂŻncarnatie, maar worstelen desondanks, of wellicht juist

19 - april/juni 2006


Radio daardoor, met vragen omtrent de dood. Darshan praat met hindoes voor wie deze vragen actueel zijn. Zie ook het artikel op pagina 28.

Maandag 22 mei

Wat helpt bij de rouwverwerking? Traditioneel kennen hindoes een aantal gebruiken die na het overlijden worden uitgevoerd. Daarnaast ontstaan er ook andere manieren om het verlies van een dierbare te verwerken. Bieden de traditionele gebruiken (lezen uit de Ramayana of de Bhagavad Gita) niet meer de gewenste troost? Darshan bespreekt de behoefte aan traditionele en moderne(re) manieren.

Maandag 29 mei

Hindoeïsme in de Indiase film Aan de Indiase film ontlenen we een aantal gebruiken uit de hindoetraditie, zoals de raksha bandhan, de tilak voor geluk en de mangalsutra. Ook worden vaak een aantal voor Nederlandse Hindoestanen minder gebruikelijke hindoefeestdagen en gebruiken getoond, zoals Ganesh Caturthi, Karva Chauth en cadeautjes bij Divali. Hoe beïnvloedt de Indiase film de beleving van het hindoeïsme in Nederland? Zie ook het artikel op pagina 36 en 48. Thema: Hindoes verspreid over de hele wereld. Door de eeuwen heen zijn hindoes over de wereld uitgewaaierd. Sommigen als contractarbeider, anderen hun liefde achterna en weer anderen op de vlucht voor geweld en onderdrukking. Hoe gaan Nederlandse hindoes om met ontwikkelen in India en in andere landen waar hindoes wonen?

Maandag 5 juni

De Surinaams-Hindoestaanse geschiedenis herbeleven Waar zetten de eerste Hindoestanen voet aan wal in Suriname toen zij op 5 juni 1873 van boord gingen? Hoe zag het dagelijks leven op de plantages eruit? Wat veranderde de 20 - april/juni 2006


Darshan nieuwe omgeving aan hun culturele beleving? Allemaal vragen waarop het antwoord in Suriname ligt. Darshan bezocht enkele historische plekken en maakte een reconstructie.

Maandag 12 juni

Hindoestanen in de economische opmars van India Hoewel Hindoestanen al meer dan een eeuw India verlaten hebben voelen velen wel een zekere cultureel-religieuze verbondenheid met het land. Maar hoe zit het met de economische band? India wordt als een nieuwe economische grootmacht gezien. Willen en kunnen Nederlandse Hindoestanen een rol spelen in deze ontwikkeling? In Darshan een discussie. Zie ook het artikel op pagina 45.

Maandag 19 juni

Religieuze emancipatie? Op tal van gebieden worden Hindoestaanse vrouwen en meisjes gelijkwaardig aan mannen en jongens geacht. Maar voor cultureel-religieuze gebruiken is naar oud Indiaas hindoegebruik toch een man nodig. De laatste riten bij het overlijden, het voortzetten van de familienaam, het in de familie houden van bezittingen… Blijft men in India, Suriname en Nederland langs deze lijnen denken of komt hier verandering in?

Maandag 26 juni

Het beeld van niet-hindoes ‘Een soort van bizarre mystieke religie waarin mensen dansen en vreemde dingen vereren’. Zo typeerde iemand in de VS het hindoeïsme. Weten Hindoestanen in Nederland hoe er tegen hun religie en cultuur aan gekeken wordt door de omgeving? En wat kunnen hindoes in verschillende landen zelf doen aan negatieve associaties bij de Hindoestaanse cultuur, of gebrek aan kennis bij niet-hindoes?

21 - april/juni 2006


De trouwe dienaar van Shri Ram

SASQHUA VANDERSCHEER

Naast Krishna Bhagvaan en Shri Ram, die als avatars van Vishnu worden beschouwd, is voor vele hindoes over de hele wereld Shri Hanumanji een van de meest populaire en vereerde devta’s (goddelijke manifestatie van het Allerhoogste). Voor veel mensen is Hanumanji toch een beetje een mysterie. Is het nu een aap? Of een aapgod? Of moeten we het toch meer symbolisch dan wel intellectueel bekijken zoals men dat in Advaita Vedanta kringen placht te doen? Hanuman, slechts één van de vele namen van deze devta, betekent ‘gebroken kaak’. Andere namen voor Hanuman zijn Bajrangbali, Kesarinandan en Pavanputr. Hanuman komt voor in de Ramayana, de Mahabharata, maar ook in veel puranische literatuur. In het Ramayana-epos wordt Hanuman beschreven als een trouwe dienaar van Ram die met ongeëvenaarde toewijding en trouw vele daden van moed verricht. En het is moeilijk om een figuur in de Puranas te vinden die tegelijkertijd zo krachtig, geleerd, filosofisch, nederig en amusant is als Hanuman.

In de Mahabharata vinden we het volgende verhaal. In Dvapara Yuga, ten tijde van de Kurukshetra oorlog, ontmoet Hanumanji zijn jongere broer Bhima, één van de Pandava broers. Bhima is de krachtigste persoon van zijn tijd en is hier zeer trots op, want net als Hanuman werd ook Bhima geboren door de zegening van de wind

God, Pavan. Tijdens deze episode in de Mahabharata krijgt Hanuman het inzicht om Bhima’s trots te breken. Hiervoor legt hij, in de vermomming van een oude aap, zijn staart op de weg en laat hij Bhima geen mogelijkheid om hem te passeren. Als Bhima hem vraagt om zijn staart opzij te leggen, zegt Hanuman hem dat hij een

22 - april/juni 2006


oud persoon is, en of Bhima niet zou willen proberen om de staart zelf op te heffen. Bhima probeert het, maar ondanks zijn beroemde kracht krijgt hij de staart niet opgetild, en hij is totaal ontzet door zijn mislukking. Maar dan vertelt Hanuman hem dat hij niet zo trots op zijn kracht zou moeten zijn en openbaart hij ook zijn ware identiteit. Beide broers omhelzen elkaar en Hanuman belooft hem dat hij plaats zal nemen op de vlag van de strijdwagen van Bhima’s broer Arjuna, tijdens de Kurukshetra oorlog. De jhandi, de roodoranje vlag, als symbool van Hanuman wappert vandaag de dag niet alleen in India op de daken en tempels, maar ook in Suriname en bij veel Surinaams-Hindoestaanse hindoes hier in Nederland. Behalve de jhandi worden in India vaak beelden van Hanuman gebruikt als wachters voor tempels en andere belangrijke gebouwen. Maar wat betekent een figuur als Hanuman nu voor een Nederlandse hindoe, die zelfs niet met een christelijke of andere religieuze achtergrond is opgegroeid? Wat betekent Shri Hanumanji voor mij? Het is altijd moeilijk om persoonlijke beleving onder woorden te brengen, vaak zijn het toch juist de persoonlijke betekenissen van een woord of symbool die net dat verschil aangeven. Toen ik op jeugdige leeftijd in aanraking kwam met de Sanatan Dharm was dat door

middel van de televisieseries Ramayana en Mahabharata op BBC2. De prikkel die hierdoor werd gegeven aan mijn toch al onderzoekende en leesgrage geest mondde uit in een zoektocht naar antwoorden. Op een bepaald moment kreeg ik de Hanuman Chalisa onder ogen en ik ging deze reciteren en uit het hoofd leren. Via onderzoek was ik al wel zo ver dat ik de basis van de rituele handelingen, puja, kende. Maar toch realiseerde ik mij dat ik nog zoveel niet wist. De Hanuman Chalisa, toegeschreven aan Goswami Tulsidas bevat o.a dit vers (chaupaai): 2. Buddhihiin tanu jaanike, sumirauN Pavan kumaar bal buddhi bidyaa dehu mohiN, harhu kales bikaar. (Wetend dat mijn lichaam een geest zonder wijsheid herbergt, roep ik Pavans zoon aan en smeek: ‘Schenk mij kracht, kennis en wijsheid en verdrijf de smart der onwetendheid en dwaling’.) Deze regel raakte mij diep. Het veroorzaakte een klik, zoals dat dan heet. Ik ging Hanuman zien als een soort doorgeefluik van kennis. Eigenlijk dacht ik: ‘OK, dit is een manier om kennis te vergaren, om die dingen te leren die ik niet weet’. Naast de Hanuman-puja ging ik mij verder en verder verdiepen in de vele hindoegeschriften. En naast de vele filosofische verhandelingen

23 - april/juni 2006


De trouwe dienaar van (darshanas) die ik verslond waren ook de puranische verhalen, en de Ramayana en Mahabharata inclusief de Bhagavadgita een bron van inspiratie. Elk nieuw verhaal dat ik hoorde of las over Hanuman’s geweldige successen herinnerde mij aan de Hanuman Chalisa, want in elk van de regels van deze Chalisa wordt al verwezen naar deze heroïsche daden. De chaupaai die mij oorspronkelijk inspireerde tot een soort devotie, kreeg meerdere dimensies in mijn benadering tot het Goddelijke. Maar ook ben ik op deze manier eigenlijk steeds meer vertrouwd geraakt en zeker ook meer gaan houden van Hanumanji. Hoewel de filosofische kant van de Sanatan Dharm vaak in conflict wordt gezien met het rituele aspect ervan, voelde ik mij niet minder intellectueel doordat ik ‘s ochtends de Hanuman Chalisa reciteerde, en daarbij een diya en wierook aanstak of een bloem neerlegde om Hanumanji te eren. Zelfs toen ik op een bepaald moment naast het reciteren van o.a. de Hanuman Chalisa meer de dagelijkse puja tot Shiva Bhagvaan ging richten voelde ik juist dat het ene en het andere in feite hetzelfde is en niet met elkaar in conflict. Dit gevoel werd ook gestaafd doordat Hanuman wordt gezien als een avatar van Shiva. Het was juist die intrinsieke verbinding met alles en ‘het Alles’ dat mij van het eerste moment had aangetrokken in de Sanatan Dharm.

Ook mijn studie Indologie en de reizen naar India, tijdens welke ik vele Hanuman mandirs heb bezocht, hebben in een later stadium een dimensie toegevoegd. Tijdens mijn studie in India aan JNU probeerde ik elke dinsdag aanwezig te zijn in het duwspel in de Hanuman mandir in Janpath, New Delhi. Vele uren heb ik doorgebracht zittend op de grond met het lezen van de boekjes die in de mandir verkrijgbaar waren. In 2004 was ik weer terug in Delhi, en bezocht toen de Hanuman mandir aan de Ring Road in Delhi. Ik sprak met de pujari daar, en deze man doorleefde duidelijk de Hanuman bhakti, en hij verbleef in de mandir. Ik vroeg hem mij een aantal wetenswaardigheden over de mandir te vertellen, en hij begon zijn verhaal over de oprichter en de vele historische en magische verhalen verbonden met de mandir. Maar pas toen hij over zijn geliefde Hanumanji begon te vertellen lichtten zijn ogen op en vertelde hij mij wel drie uren lang allerlei verhalen over Hanuman, bijvoorbeeld Hanuman’s confrontatie met Surasa op weg naar Lanka. En het verhaal over Ram’s kroning in Ayodhya, na zijn terugkeer van Lanka, en hoe Ram geschenken gaf aan iedereen die hem in de strijd tegen Ravana hadden geholpen. En hoe Sita uiteindelijk voor de door hem verleende diensten

24 - april/juni 2006


Shri Ram

haar parelketting gaf aan Hanuman. En hoe verbaasd zij was toen Hanuman de parels één voor één stuk beet, en ze na dicht aan zijn oor gehouden te hebben weggooide. Op Sita’s verzoek legde Hanuman haar uit dat hij niets had aan een voorwerp dat niet de naam Ram zong en als voorbeeld trok Hanuman een haar uit zijn arm en hield die dicht aan Sita’s oor. De haar zong de naam van Ram: ‘Ram! Ram!’ Maar de pujari vertelde ook het verhaal hoe Hanuman na een uitdaging in een volle troonzaal (‘Tam tam tam!!!’, zijn borst openscheurde en daar een afbeelding van Ram en Sita liet zien als een symbool van zijn devotie. Tijdens deze gebeurtenis sprak Shri Ram ook de beroemde woorden tegen Hanuman: ‘Daar waar mijn katha gelezen wordt

zal jij aanbeden worden’. Dat aan deze woorden van Shri Ram gehoor is gegeven is in India duidelijk te zien. Langs de wegen, in de kleinste obscuurste hoekjes van de straten maar ook in de grotere tempel complexen is er wel een murti van Hanuman te vinden. Het is duidelijk dat Hanumanji veel verschillende betekenissen belichaamt. De betekenis voor mij heeft net zoveel dimensies, een manifestatie van het Allerhoogste principe, die vormloze kracht van loyaliteit en devotie, maar ook die fysieke vorm waarin hij bij iedereen bekend is. Een doorgeefluik van kennis en inzicht, maar ook een baken voor advies en hulp. Een vertrouwde vorm waar ik toch niet aan voorbij kan lopen. Jai Jai Jai Hanuman Gosaain kripa karhu gurudev ki naain ■

25 - april/juni 2006


Hanumanpuja

DEVI KOELDIEP

Ik ben geboren in een hindoegezin, waar het normaal was dat ieder gezinslid elke dag, ’s ochtends en ’s avonds, puja deed. Mijn eerste beleving van Hanumanpuja dateert uit mijn jeugd. Het was in mijn geboorteplaats Nickerie, een district in Suriname. Puja voor Hanuman Baba heb ik van mijn Adjie (grootmoeder van vaders’ zijde) geleerd. Bij ons thuis deed ieder gezinslid puja voor een andere ishtadeva. Een ishtadeva is een aspect van God tot wie men zich het meest aangetrokken voelt; je ‘lievelingsgod’ zogezegd. Wie het hindoeïsme echt begrijpt, weet dat puja voor een andere Ishtadev geen belemmering is voor je spirituele groei. Ze zijn allen de manifestaties van het Absolute.

Het ritueel begon ’s ochtends vroeg na het bad: totaal gefocust op de puja die uitgevoerd zou worden. De inleving begon al met het plukken van de mooiste bloemen in de tuin voor Hanuman Baba. In de tuin om ons huis hadden mijn ouders onder andere tjamelie (jasmijn), gena’s (afrikaantjes) en de rode arhour (hibiscus) geplant. Voor Hanuman Baba moest er altijd een rode bloem bij, omdat rood zijn favoriete kleur zou zijn. Vervolgens deed ik met Adjie de puja als volgt. ‘Er was een foto van Hanuman Baba samen met Shri Ram, Sita Mata en Lakshmanji opgesteld in een nis. De tweede foto was van Hanuman Baba waarin hij zijn hart open scheurt

om de verblijfplaats van Sitaram (Ram en Sita) in hem te tonen. Van Adjie moest ik met een bloem in mijn hand naar de foto kijken en aan Hanuman Baba denken, alsof Hij in zijn volle gedaante lijfelijk voor mij stond. Dit vereiste diepe concentratie. Hierna moest de rode bloem voor zijn foto geofferd worden (vol respect worden neergezet) en ook werden er bloemen op de andere foto en op de Ramayana en de Hanuman Chalisa geofferd. Vervolgens werd alles bewierookt. Hierop volgde het lezen van de Hanuman Chalisa, die Adjie en ik uit het hoofd kenden. Voor de afsluiting deden we de mantra japa (het reciteren van de mantra) van Hanuman Baba. Op de dinsdag en de zaterdag (dagen die

26 - april/juni 2006


aan Hanuman Baba zijn gewijd) werd de puja uitgebreid met het aanmaken van een dia (olie-lichtje), het offeren van fruit en laddoe (suikerballetjes) en afnemen van aartie. Tijdens speciale puja’s waar een pandit bij kwam om de plechtigheid te verrichten, werd er ook een dhoti (lendendoek) en jhandi (rode vlag) aan Hanuman Baba geofferd. De jhandi werd buiten in de tuin geplant. Aan een lange bamboestok werd een rode vlag gebonden onder het reciteren van de Hanuman mantra. Vijf mannen moesten deze vasthouden en in de grond planten. Van te voren was er al een gat gegraven. Dit alles werd begeleid met het luiden van de bel, het blazen op de sankha (hoornschelp) en het zingen van de Hanuman mantra. Adjie vertelde onder andere dat Hanuman Baba een ans (incarnatie) van Shiva Bhagwan is en ook de grootste bhakta (devoot) van Shri Ram (een incarnatie van Vishnu). Wanneer je Baba in alle oprechtheid, vertrouwen en respect aanroept, Zijn Chalisa en mantra bezingt, krijg je Zijn bescherming en begeleiding. Net zoals je Baba aanbidt, zo liefdevol moet je ook met iedereen omgaan, want Hij ziet en weet alles. Overal waar er een Shri Ram katha (lezing) gehouden wordt, zal Hij aanwezig zijn. Soms kan je Hem daar zien als een oude Baba (vader), die helemaal achterin zit en

als laatste weggaat. In de Ramayana vloog hij naar Lanka, waar Sita Mata door Rawan gevangen werd gehouden om de boodschap van Shri Ram af te geven. Hij kreeg van haar acht siddhis (paranormale begaafdheden) en negen nidhis; bovendien heeft Hij het eeuwig leven (tjieranjivi). Ik moest van Adjie naar deze verhalen luisteren, erover nadenken en vragen stellen als ik iets niet begreep. Natuurlijk waren er genoeg vragen. Hoe kon Hij bijvoorbeeld vliegen? Waarop ze antwoordde: omdat Hij Pawanputra (zoon van de Wind) was. Voor mij betekende dit dat Hanuman Baba op elk moment dat het waaide, bij je kon zijn. Adjie zei: ‘Dit heb ik je nu verteld, maar nu moet je dit zelf voelen, zelf ervaren’. Het waait nogal veel, in het open, schone en vruchtbare rijstdistrict Nickerie, dus was het niet moeilijk voor mij om de wind te voelen. Elke keer als ik me bewust werd van de wind, moest ik de aanwezigheid van Hanuman Baba voelen. Voldoende levenswerk voor me. Als ik naar de mandir of yagya ging, was ik één en al aandacht tijdens de dienst en ging nooit direct weg, want ik moest de ‘oude Baba’ zien te vinden, die mij zou vertellen wie Shri Ram is en hoe je bij Hem kan komen. ■

27 - april/juni 2006


Nadenken over de dood maakt ons bewust van het leven

LAMBÈRT DE KWANT

De dood is de laatste vijand, zo leerde de kerk van mijn jeugd. Zij doet dat overigens nog steeds. Ik ben met die gedachte grootgebracht. Ook met de angst ervoor. En vooral ook met wat er na de dood komt. Eeuwige verdoemenis, de hel dus – dat wachtte de goddelozen en zondaars, en tot hen behoorde ik in de ogen van mijn ouders en de zware gereformeerde gemeente, ook wel ‘zwarte kousenkerk”genoemd. Zwarte kousen, sombere gezichten, granieten koppen.

Angst verhardt, vergalt. De roep van de ziel wordt niet meer gehoord. Er zijn veel mensen die nog steeds lijden onder de beschadigingen die ze in hun jeugd opliepen en daar met name een angst voor de dood aan overhielden. Frappant is dat Jan Siebelink, auteur van het aangrijpende boek Knielen voor een bed violen waarin hij zijn jeugdervaringen beschrijft in een dergelijke sfeer, nog steeds die angst kent. Zelf ben ik, met vele anderen, die angst voorbij. Mede ook door mijn werk als journalist en researcher op het gebied van

religie, esoterie, mystiek en zingeving was er sprake van een dagend inzicht, een zicht-in. Doordat ik zo’n negen jaar hoofdredacteur was van het blad Terugkeer, een tijdschrift rond bijnadoodervaringen en zingeving, (www. merkawah.nl) heb ik veel over de dood – en wat daarna komt - gelezen, erover gesproken en erover nagedacht. Dit is niet alleen een cognitieve kennis, maar vooral een innerlijk weten. Er is leven na een lang ziekbed, na een lang lijden. Ik weet van mensen die stralend zijn overgaan en… geen angst meer hadden. Het is overigens

28 - april/juni 2006


opmerkelijk dat mensen die hier veel over hebben nagedacht en – bijvoorbeeld - gemediteerd hebben, vaak vol overgave en zonder angst sterven. In onze cultuur is de dood nog steeds een taboe, al begint er wat te veranderen. Waren ooit ouderen een vertrouwd beeld in steden en dorpen, anno 2006 hebben we ze naar de rand van onze steden verbannen waar ze in verzorgingshuizen hun dagen tellen. Jong is in; oud is exit… Vroeger waren ook begraafplaatsen zo’n vertrouwd beeld, maar ook die zijn verbannen naar locaties buiten de steden en dorpen. Voor de ziekenhuizen geldt hetzelfde. Ziekte, ouderdom en dood hebben we verbannen naar de periferie van onze samenleving. Toch zijn vandaag de dag zaken als stervensbegeleiding min of meer vertrouwde begrippen. De laatste jaren zijn er opmerkelijke veranderingen te zien geweest in onze houding tegenover de dood en in de aard van zorg die we als samenleving bieden aan stervenden en rouwenden. Documentaires, boeken, symposia hebben in niet geringe mate bijgedragen aan een grotere openheid in het kijken naar de dood. Ook OHM biedt in haar radio- en tv-uitzendingen veel informatie op dit gebied. Opmerkelijk is dat op juist deze uitzendingen veel gereageerd wordt. Tenslotte heeft ook Het Tibetaanse boek van leven en sterven van Sogyal Rinpoche een belangrijke

bijdrage geleverd in een wereldwijde, toenemende belangstelling voor de dood en het leven daarna. Maar nog steeds zien veel mensen de onafwendbare dood met veel vrees tegemoet. Ook al geloven ze in een hemel, die overgang maakt hen angstig. Mensen met een bijna-doodervaring vertellen echter van een liefdevolle Aanwezigheid, van begrip, liefde en geen oordeel. De componist Gustav Mahler schreef aan zijn vouw Alma, in een toelichting op zijn majestueuze, aangrijpende, Achtste symfonie: ‘Er is geen oordeel, alleen maar liefde.’ In zijn boek Vertrouwen in de eeuwigheid wijst Johan M. Pameijer (Sigma Press, 2003) erop dat er aan de andere kant hulp wordt geboden na een zware doodstrijd. Angst, zo zegt hij, hoeven we er zeker niet voor te hebben, want ‘doodgaan is een moment van bevrijding tot de diepere schatten van de eigen natuur, een volledige entree in de tempel van de ziel. De dood maakt ons bewust van het leven.’ Hoewel er geen bewijzen zijn van het leven voorbij deze poort zijn er talrijke boodschappen, waaraan ook Pameijer refereert, die spreken over de omstandigheden waarmee overledenen te maken kregen toen zij de astrale wereld betraden. Opmerkelijk is dat velen spreken van het ‘Zomerland’. Volgens James van Praagh (Spirituele reizen tussen leven en dood, Kosmos Z&K, 1999) is deze astrale wereld in veel opzichten even solide als de fysieke wereld, hoewel de energie ervan licht en etherisch is. Wanneer een ziel de overgang maakt

29 - april/juni 2006


naar het existentieniveau, treedt hij binnen met zijn astrale lichaam. Net als het etherische lichaam, dat wordt afgelegd op het moment van de dood, is het astrale lichaam een exacte kopie van het fysieke lichaam en heeft het ook armen, benen, vingers en tenen. Het kent echter geen ziektes of gebreken. Wie door welke oorzaak dan ook ernstig verminkt werd, zal daarvan in deze wereld niets merken; deze verminkingen betreffen immers niet de spirituele wereld of het spirituele lichaam. Uit vele verslagen blijkt dat, hoewel ons spirituele lichaam in een perfecte staat aankomt, onze herinneringen, vooroordelen en gevoelens niet zijn veranderd. Onze mentale en emotionele zienswijze blijft in feite onveranderd. Alles wat wij ooit in de

fysieke wereld hebben ervaren, staat in onze ziel gegrift, zoals dat ook blijkt uit het zogenaamde levensoverzicht of levensďŹ lm van mensen met een bijnadoodervaring Zo vindt een zojuist gearriveerde ziel zich terug op een spiritueel niveau dat bestaat uit de optelsom van al zijn karaktertrekken en verschillende aardse ervaringen, die hij zelf voor zijn overgang heeft gecreĂŤerd. Een ziel wordt aangetrokken door een existentieniveau dat zijn interesse bevat. Zielen met dezelfde interesses treffen elkaar op hetzelfde spirituele niveau. Mensen die God niet als liefde hebben ervaren maar eerder als een wreker van hun zonden, komen in een sfeer terecht waar dezelfde opvattingen leven.

30 - april/juni 2006


Wezens van Licht die hen ervan willen overtuigen dat zij aan ‘gene zijde’ zijn en hulp bieden om naar lichtere sferen te gaan, worden gewantrouwd en niet zelden gezien als representanten van de duivel die hen als een ‘engel des lichts’ willen verleiden. Zo stierf mijn vader met een grote angst voor de hel. Zijn leven, waarin hij voor zijn gezin bepaald geen lieverdje was en waarin hij veel verbaal en fysiek geweld gebruikte, sterkte hem in de overtuiging dat het hellevuur als het ware voor hem nog even werd opgestookt. In het zwaar calvinistische milieu waarin ik opgroeide is de angst voor de hel groter dan in het geloof in een liefdevolle, vergevende God die niet oordeelt. Bekend is het verhaal van een zware crimineel die ervan overtuigd was dat hij naar de hel ging. Toch werd hij, als zovelen, geholpen om naar het Licht te gaan. Het was teveel voor hem. Hij kon niet geloven in liefde en verkoos

voor een verblijf in een door hem gecreëerde duisternis. Hij kon het Licht niet verdragen… Zo bezien zouden begrippen als ‘hemel’ en ‘hel’ slechts bewustzijnsplaatsen zijn waar niemand eeuwig hoeft te verblijven. Als we ervan uitgaan dat tijd een relatief begrip is, leven we hier en nu al in de eeuwigheid, en kunnen we eeuwigheidmomenten beleven, zoals dat bij meditatie kan gebeuren. Yogananda wees er eens op dat net achter het donker van gesloten ogen het licht van God schijnt. ‘Als je in meditatie dat licht ziet, houd er dan met devote ijver aan vast. Voel jezelf erin: dat is waar God woont. Het is goed om in het leven vóór de dood weet te hebben van het leven ná de dood; leven in het hier en nu is even zinvol. De dood serieus nemen betekent ook dat het zin heeft ook het leven hier en nú serieus nemen.’ Vooral dat! ■

Alles Vergängliche Ist nur rein Gleichn i s ; Das Unzulägliche Hier wird’s Ereigni s ; Das Unbescreiblich e , Hier ist’s getan; Das Ewig Weiblich e Zieht uns hinan Gustav Mahler, Achtste symfonie (Slot)

31 - april/juni 2006


32 - april/juni 2006


Yoga in de christelijke traditie Yoga komt uit India, maar wordt daarbuiten minstens zo intensief beoefend. In Europa en in de Verenigde Staten, waar vooral de hatha yoga grote bekendheid geniet, wordt de yogabeoefening in de eerste plaats als een fysieke training beschouwd. Wanneer men iets verder gaat, spreekt men van het in balans brengen van lichaam en geest, waarmee dan meestal wordt bedoeld dat je er emotioneel en psychisch rustiger van wordt.

Wie zich bezig gaat houden met de wijsgerige achtergronden van yoga ontdekt een spirituele diepgang die men op het eerste oog niet zou vermoeden bij het beoefenen van de asana’s en de pranayama’s, maar die er wel de basis voor vormt. Men ziet dan hoe yoga een instrument is om het lichaam, maar ook het eigen denken te onderzoeken. De betekenis van yoga als spirituele weg wordt zichtbaar. Op de verschillende niveaus van yoga beoefenen, van puur lichamelijk tot spiritueel, kan men in strijd komen met de eigen christelijke achtergrond. Het kennismaken met de yogafilosofie roept vragen op over het eigen denkkader waar de eigen christelijke cultuur en opvoeding, bewust of onbewust, deel van uitmaken. Gaat het christelijk geloof eigenlijk wel samen met de in-

tensieve beoefening van yoga, waar namen en begrippen die een verwijzing lijken te zijn naar een ander geloof, deel van uitmaken? Door sommige christenen wordt yoga beschouwd als pure afgoderij. Anderen zien het beoefenen van yoga en het zich verdiepen in de filosofische achtergronden als een verrijking, zelfs een verdieping van hun eigen christelijk geloof. Kunnen yoga en christelijke religie samengaan? Prof.dr. Wim van Vledder schreef daar in Mens, schakel tussen hemel en aarde het volgende over: ‘De Oude Wijsheid van de Upanishaden spreekt over naar buiten gerichte en naar binnen gerichte zintuigen, naar buiten en naar binnen gericht bewustzijn. Beide zijn nodig voor het ontwikkelen van het bewustzijn in

33 - april/juni 2006


Yoga in de overeenkomende sfeer. Als nu ons bewustzijn in onze westerse wereld bij voortduring en vrijwel uitsluitend naar buiten gericht is geweest, dan zou het wel eens hoog tijd kunnen zijn tot het inzicht te komen dat de mens ook zijn aandacht niet alleen naar buiten maar ook naar binnen kan richten. ‘Gelukkig zien wij hier en daar ook een kentering. Het onwaarschijnlijke lijkt plaats te gaan vinden, nu nog op kleine schaal, straks misschien wereldwijd? Kwantumfysica wijst op collectief bewustzijn, overtuigt ons ervan dat wij onze aandacht naar het hogere moeten verplaatsen. Wat religie tot nu toe niet of nauwelijks heeft weten te bereiken, lijkt op termijn tot stand te komen dankzij wetenschap. Mensen lijken te ontwaken voor de aloude Wijsheid. Bij dat ontwaken past dan meteen een verlangen naar dat andere , dat schijnbaar onbereikbaar hogere met welke woorden dat hogere dan ook moge worden aangeduid. Er ontstaat in een groeiend aantal mensen een hunkering, een drang, naar hoger bewustzijn. Deze hunkering naar hoger bewustzijn is al sinds eeuwen bekend, maar vrijwel uitsluitend bij mystici en zieners. ‘Sommige wetenschappers lijken in onze tijd

ook wel gedreven te worden door die innerlijke drang tot hoger bewustzijn. Zij speuren naar waarheden die het lager denken niet kan bevatten en komen daarmee heel dikwijls uit op verwondering, bewondering en religieuze beleving. De mysticus die zijn Heer wil leren kennen, heeft misschien een andere bedoeling dan de wetenschapper, maar hij heeft wel dezelfde innerlijke hunkering, hetzelfde verlangen, namelijk eenwording met en ervaring van het hogere. ‘Voor sommigen zal de toenadering tussen religie en wetenschap wat vreemd overkomen. Toch, zoals gezegd, is de afstand tussen de mystici, zoekers naar God, en de wetenschappers, zoekers naar het ene, collectieve bewustzijn, helemaal niet zo groot als het wel moge lijken. Het is de moeite waard om zorgvuldig te bestuderen hoe wetenschappers spreken over hoger, goddelijk Bewustzijn. Fred A.Wolf schrijft: “Bewustzijn heeft niet één unieke plaats. Jouw geest is de enige geest die bestaat, de Geest van God! Er is maar één Bewustzijn.”

34 - april/juni 2006

Prof.dr. Winand


de christelijke traditie Callewaert schreef in De wijzen gaven Het vele namen. Zingeving vanuit de verscheidenheid aan religies (1998) over de aantrekkingskracht van het hindoeisme: ‘Wat gebeurt er als je zo’n veertig jaar als christen mag omgaan met een totaal andere cultuur? Moet je daar alle heil vinden en je eigen wortels afhakken, of is het beter je af te sluiten voor het andere? De Indiase cultuur is niet enkel een fascinerende wetenswaardigheid of een studieobject voor theologen of een bizarre bazaar waar elke zoekende wel zijn gepaste wijsheid kan vinden. Door immigratie, reizen en de onbegrensde communicatiemogelijkheden melden andere culturen zich bij ons aan als een kans om onszelf beter te leren kennen en ons te verrijken. India heeft een oude en rijke traditie van zieners, wijzen en mystici. Hun ervaringen zijn veel rijker dan het oude monotheïstische model van de Semitische culturen, hoewel er achter de veelheid van voorstellingen van het

goddelijke, een verering van de Ene God schuilgaat. Hindoes gaan veeleer uit van wat er in de mens zit dan van wat hem van bovenuit geopen-baard werd. Waarom blijf ik dat gelovig-zijn zoeken, koesteren en uitzuiveren? Omdat ik nood heb aan een zingeving die sterker is dan mezelf. Mijn rondlopen op deze planeet is meer dan wat mijn verstand kan zien en ordenen. Voor mij is die zingeving niet zomaar een menselijke inbeelding, een antwoord op de menselijke ontoereikendheid. Die zingeving is een aanwezigheid die zich fluisterend meldt. Daarom ook zijn zoveel religies mogelijk, omdat ze cultuurgebonden antwoorden zijn op die Aanwezigheid.’ ■ Met dank aan: Stichting Saswitha (www.saswitha.nl)

35 - april/juni 2006


Hindoe mythologie in films

MARIJKE DE VOS

In een van de meest humoristische scenes van de film Sangam (1964) zit acteur / regisseur Raj Kapoor spelend op zijn doedelzak in een boom; een strohalm in het haar gestoken. Wat takken lager hangt een bundeltje vrouwenkleding en in de rivier onder hem zwemt de beeldschone Vijayanthimala. Voor leken is het vooral een komische scène, waarin een wat kinderlijke man in een boom zit, terwijl het object van zijn liefde hem vanuit het water verwijtende blikken toewerpt omdat hij haar kleding met een hengel omhoog heeft gehesen. Maar het Indiase publiek begrijpt onmiddellijk de verwijzing naar de mythische geliefden Radha en Krishna.

Het is een van de vele voorbeelden hoe Indiase regisseurs voor hun films putten uit de twee hindoe epi Mahabharata en Ramayana. Raj Kapoor vraagt de zwemster voor even te vergeten dat hij Sunder is en net te doen of ze Gopal voor zich ziet (een andere naam voor Krishna). Gopal is namelijk de man van wie zij houdt. Tot verdriet van Sunder. Raj Kapoor citeert met dit beeld van een doedelzakspelende Gopal de eeuwenoude miniaturen waarop Krishna fluitspelend in een boom is afgebeeld terwijl Radha en de gopi’s (herderinnen) zich in het water onder hem vermaken. De bijzondere liefde

die Krishna en Radha bindt is een veel voorkomend thema in de Indiase kunst. Een van hoogtepunten vormen de miniaturen uit de Moghulperiode, geschilderd tussen 1500 – 1770 door kunstenaars aan het hof, die de verhalen uit de hindoe epi in hun kunst verwerkten. Zo zien we bijvoorbeeld waar de geliefden elkaar bij voorkeur ontmoetten: op een plek in het bos, bij een waterval of stroompje, het liefst bij het licht van de maan. Waterlelies sieren het water, pauwen slaan het tafereel gade. Het bos beschermt ze tegen nieuwsgierige blikken. Er is een scène in Devdas (2002) waarin Paro’s

36 - april/juni 2006


moeder de liefde van Devdas en Paro bezingt. In haar lied verwijst ze naar de nachtelijke ontmoeting van de geliefden Krishna en Radha. Door haar lied gemonteerd zien we Shah Rukh Khan als Devdas en Aishwarya Rai als Paro in een door maanlicht beschenen bos, waar Paro haar kruiken met het water van de beek vult en het daarna plagend over het hoofd van haar minnaar laat stromen. We zien Krishna die een doorn uit haar voet haalt en haar pijn wegkust. Water, rivieren, beekjes, een regenbui zijn al eeuwenlang symbolen voor liefde en erotiek op miniaturen en zo ook in films. Telkens opnieuw worden diezelfde verhalen als inspiratiebron gebruikt voor altijd weer nieuwe liefdesscènes. Meestal gebeurt dat in een lied. Op een ander schilderij dansen Radha Krishna in een grote cirkel de stokkendans (dandiya), omringd door de gopi’s. Net als in Lagaan (2001) waar Bhwan de dandiya danst met zijn geliefde Gauri (Radha) en de Gopi’s. Ter ere van Krishna is de tempel versierd en komt het hele dorp samen. Ook Elisabeth is er, de zus van de Britse captain Russell. Voor iedereen is de spanning voelbaar tussen deze jonge Engelse en de Indiër Bhwan. Ook voor Gauri. Tijdens de dans geeft Gauri blijk van haar jaloezie en roept ze hem tot de orde. Bhwan, in het geel gekleed als Krishna, pauwen-

veer in het haar, vergelijkt zijn ‘Radha’ met de maan waarbij de andere gopi’s slechts sterren zijn. In het lied geven ze elkaar flink weerwoord onder het mom van een dialoog tussen Radha en Krishna.Het plaatst hun liefde in een lange traditie en in een mythisch kader. Ook Ram en Sita nemen als archetypes een belangrijke plaats in films in. Ram als de krijgsheer, de koning en beschermer van zijn volk. Sita de ideale vrouw en plichtsgetrouwe echtgenote. In Swades (2004) gaat tijdens het vieren van de Ram Lila op de tweede dag van het Dasare festival, de grote Ravannapop in brand. Aan die feestelijke verbranding van de vijand Ravanna gaat het verhaal van Sita’s ontvoering vooraf. Ze smeekt Ram haar te komen verlossen. Gedurende haar lied legt de camera de link naar Shah Rukh Khan, een NASA geleerde op bezoek in India om zijn oude verzorgster mee terug te nemen naar de VS. Als een moderne Ram voelt hij zich aangesproken door de roep van Sita, die symbool staat voor het in nood verkerende dorp. Elke ontwikkeling wordt er tegengehouden en bijgeloof viert hoogtij. Aan het eind van het lied, als het

37 - april/juni 2006


Ravanna beeld is ingestort doemt in het hart van de uitdovende vlam het gezicht van Sah Rukh Khan op, die de dorpsbewoners vraagt waarom ze ervoor kiezen in het duister te blijven leven. Hij weet een groep bewoners te motiveren een installatie te bouwen die energie opwekt uit water, waarmee hij electriciteit en licht in het dorp brengt. Zo verruilt hij zijn high tech toekomst voor het tot ontwikkeling brengen van een klein dorp in India. Ziehier de moderne Ram, de vorst die de verantwoordelijkheid voor zijn volk zwaar voelt wegen. Ook in Main Hoon Na (2004) speelt Shah Rukh Khan de rol van Ram met verve. Indiase films putten rijkelijk uit volksfeesten. Meestal zijn het feesten ter ere van de hindoegoden verbonden aan een bepaald seizoen, zoals het eerdere genoemde Dasare festival als het koude jaargetijde het warme verdrijft. Of om de komst van de regen te vieren. Er zijn feesten ter ere van de zonnegod Surya die gelieerd is aan de oogst, Pongal in Zuid India (Mahanadhi, 1993) en de noordelijke varianten Lodi (Veer Zara, 2004) of het vliegerfeest (Hum Dil De Chuke Sanam, 2000). Ze leveren vaak mooie liedjes en beelden op.

zoon des huizes bekent verliefd te zijn op een ander dan de door zijn vader voorbestemde ideale schoondochter. Maar het populairste feest in films is waarschijnlijk Holi. Holi vindt plaats in maart/april, het is het feest van kleuren, vrolijkheid, overmoed, en ontspringende liefde (opnieuw Krishna), waarbij taboes even niet meer bestaan. Er is een prachtig schilderij (uit 1770) waarop Holi gevierd wordt en waarop precies dezelfde spuitbussen gekleurd water spuiten over de feestgangers als die in de film Sholay (1973).Voor Gabbar Singh, de dacoit in Sholay, was het Holifeest het tijdstip voor wraak. Hij koos die dag omdat het hele dorp in een feestroes zou verkeren en dronken zou zijn van kleuren en liefde. Films vormen inmiddels een interessant archief van gebruiken die in rap tempo verdwijnen sinds het moderne leven in India zich steeds vaker in de steden afspeelt. ■

Feesten plaatsen het verhaal van de film in een bepaalde sfeer. Divali, het lichtjesfeest in november is voor de noordelijke helft van India het familiefeest bij uitstek. Vanuit de hele wereld komt de familie bijeen. Het is het feest van het nieuwe begin, van de gezelligheid en vele zoetigheden. In Kabhi Khushi Kabhie Gham (2001) barst juist tijdens het Divalifeest de bom als de 38 - april/juni 2006


De rijstmoeder en de Indiase diaspora in Maleisië

WIERISH RAMSOEKH

Een van de opvallendste aspecten van de Indiase diaspora is dat bestemming en herkomst zo uiteenlopen. De migranten die naar het Caribische gebied en Mauritius gingen, kwamen vooral uit Uttar Pradesh en Bihar. De migranten richting de VS en Canada komen voor een relatief groot deel uit Punjab. Indiërs in Afrika, bekend onder de veel voorkomende naam Patel, hebben vaak Gujurat als herkomst. En de Indiase migranten in landen als Maleisië, Thailand en Singapore komen voor een belangrijk deel uit Tamil-gebied.

Juist deze laatste groep uit de diaspora is relatief onbekend. Wellicht heeft dit te maken met de minder florissante positie van de Hindoestanen aldaar. In Maleisië is 7% van de bevolking van Indiase afkomst, terwijl dat enkele decennia geleden nog 15% was. Ook is de welvaart van deze migranten niet zo groot als het geval is in de meeste andere migratielanden. De rijstmoeder van Rani Manicka, zelf geboren in Maleisië, is daarom een welkom boek. Het beschrijft de familiegeschiedenis van vier generaties Hindoestaanse migranten in Maleisië van begin 1900 tot 2001.

Centraal staat de 14-jarige Lakshmi uit een Tamil-dorpje in Sri Lanka, wier arme en alleenstaande moeder denkt de weg tot een betere toekomst voor haar dochter gevonden te hebben in een huwelijk met Ayah, een Tamil uit Maleisië. Dat hij al 37 jaar oud is, weduwnaar, vader van twee kinderen en bovendien niet bepaald moeders mooiste is wordt gecompenseerd door zijn rijkdom, zichtbaar aan het gouden horloge om zijn pols. Pas als Lakshmi met Ayah in Maleisië aankomt, hun ophaalauto stopt voor een vervallen huis en Ayah zijn gouden horloge inlevert bij de chauffeur, beseft Lakshmi dat haar moeder en zij bedrogen zijn.

39 - april/juni 2006


De rijstmoeder en de Ind Jong als ze is besluit Lakshmi echter niet bij de pakken neer te zitten en zelf het heft in handen te nemen. Ze krijgt zes kinderen en weet met sparen en hard werken het gezin op de been te houden. De Japanse bezetting van Maleisië tijdens de tweede wereldoorlog brengt echter groot onheil over het gezin, waar niemand van zal herstellen. Zelfs de sterke Lakshmi, de rots in de branding van het gezin, breekt uiteindelijk. En dit ongeluk zet zich voort in volgende generaties. De rijstmoeder is het verhaal van een ongelukkig gezin (‘Divali in een ongelukkig huishouden is net de glimlach van een dood kind’) maar gaat daarnaast over armoede, uitbuiting, oorlog, dood, verraad, bijgeloof en de spanning tussen traditie en moderniteit. Geen wonder dat het boek in meerdere talen is vertaald, want in de universele thema’s kunnen veel mensen zich herkennen. De Hindoestaanse achtergrond en de migratiegeschiedenis staan niet op de voorgrond, maar vormen veel meer onderdeel van de omgeving. Het hindoeïsme wordt, zoals ook in Suriname altijd het geval was, op huis-tuin-en-keuken niveau beleefd. Interessant is de vertelstijl, die afzonderlijke gezinsleden aan het woord laat, zodat de werkelijkheid van verschillende

kanten wordt belicht en voor een ieder anders blijkt. Mij heeft heel sterk getroffen de persoon van Lakshmi, ‘het heldere licht in ons huis’. Kennen wij allen niet vanuit onze eigen Surinaamse ervaring sterke vrouwen, die het gezin bijeen hielden en ondanks pure armoede toch nog een goede opvoeding voor hun kinderen konden toveren, altijd zichzelf wegcijferend? Westerse sociale wetenschappers hebben een groot probleem als ze de sociale relaties onder Hindoestanen beschrijven. Van buiten observerend, komt dan vaak sterke nadruk op de onderdrukking van de vrouw. Dit poets ik zeker niet weg, maar van binnen de gemeenschap is er toch de herkenning van sociale verhoudingen die subtieler liggen. Voor de buitenwereld mag de man dan de baas zijn, maar wat is dat waard als de echte ziel van het gezin vaak de vrouw is? Tekenend is dat er werkelijk heel veel Hindoestaanse liedjes over moeder bestaan, maar nauwelijks over vader. In De rijstmoeder is er overigens wel een schaduwkant aan de sterke moeder: ‘Op haar vijftiende gaf mijn moeder haar leven voor ons op, en dat beschouwde

40 - april/juni 2006


iasediaspora in Maleisië ze als een recht om via ons te leven. Ze sluisde haar onstuimige energie door naar ons, zweepte ons op om het onbereikbare te volbrengen. Ze wilde voor ons wat zij nooit had gehad, zoveel wat ze niet kon zijn. Mijn vader was haar struikelblok. Ze was vaak kwaad op hem..... Toen ik heel klein was, voordat mijn moeder me leerde dat ik me voor hem moest schamen, hield ik veel van hem… Geen van allen hadden we zoveel talenten als zij. Dat was ons al snel duidelijk, en uiteindelijk moest zij het ook onder ogen zien. In de loop der jaren werd ze een ontroostbaar ongelukkige vrouw, en zij maakte ons op haar beurt ongelukkig’. Ayah is in de ogen van veel mensen, zelfs in de zijne, een maatschappelijke mislukkeling. Het mooie is echter, dat hij met zijn bescheiden verwachtingen in het leven een van de weinigen is die gemoedsrust kent: ‘De jaren verstreken en mijn minderen werden een voor een mijn meerderen, maar hun minachtende, medelijdende blikken konden me niet deren, ik was gelukkig. De kinderen werden geboren, en ze waren stuk voor stuk bijzonder. Ik fietste altijd zo snel als ik kon naar huis, met een kam bananen of een stuk broodvrucht aan het stuur, en zodra ik ons pad bereikte, gebeurde er iets binnen in me. Dan ging ik langzamer fietsen zodat ik nog wat langer naar ons huis kon kijken. In dat kleine, saaie hutje bevond zich alles wat ik ooit in het leven had gewild, een verbazingwekkende vrouw, en kinderen waar mijn adem van stokte. Een deel van Lakshmi en, tot mijn oneindige vreugde, ook een deel van mij’. Veel mensen in De rijstmoeder zijn ongelukkig. Als het meisje Laksmi naar

haar moeder kijkt, die ze na haar vertrek naar Maleisië nooit meer zal terugzien, denkt ze: ‘Mijn arme moeder; ze had alleen mij nog maar, en haar herinneringen. Waardevolle schatten die ze elke avond tevoorschijn haalde. Eerst waste ze met haar tranen het stof van de jaren weg en dan werden ze met een in heimwee gedrenkte doek opgepoetst. En dan, als ze weer prachtig glansden, mocht ik ze een voor een bewonderen, voordat mijn moeder ze beschermd door hun gouden doosje weer zorgvuldig opborg in haar hoofd’. Ook aangrijpend is het verhaal van de Chinese Mui Tsai, die door haar ouders wordt verkocht en als ‘slavin’ in Maleisië terecht komt: ‘In de schaduwen die rond de olielamp dansten vertelde ze me haar verhaal; het was zo erg dat de Wanhoop zelf er wanhopig van zou worden’. Een van de belangrijkste bronnen van al het ongeluk is natuurlijk de liefde. Zo mijmert Lakshmi: ‘Ik bouwde een muur tussen ons in….Ik zeg tegen mijn kleinkinderen, dat je nooit muren moet bouwen, want als je er eenmaal mee begint, gaat de muur een eigen leven leiden. Het is de aard van de muur om zichzelf zo hoog te maken dat niemand er meer overheen kan klimmen’. Laksmi’s schoondochter beseft: ‘We zijn net een tuinschaar, mijn man en ik, we zitten met onze heupen aan elkaar vast, vallen elkaar voortdurend aan en toch knippen we iedereen doormidden die tussen ons in probeert te komen’. Ook haar dochter beaamt dit: ‘Ze waren net kruit en een lucifer, op zoek naar een vuursteen of een ruw oppervlak waar ze konden exploderen’. Interessant is de aandacht, die Manicka geeft aan de donkere kant van het

41 - april/juni 2006


menselijke karakter, die vaak leidt tot wreedheid jegens anderen: ‘Jij hebt geen donkere verlangens die kolken in je binnenste, die je dag en nacht aanmoedigen om dingen te doen waar je je voor schaamt….. De mens heeft geen echte verdediging tegen de pijn die hij lijdt. Het enige wat hij kan doen, is van een kwelling een vorm van genot maken’. Die zwarte kant wordt aangevuld met een belangrijke rol in de verhalen voor zwarte magie, bijgeloof en kwakzalverij. Zoals de Hindoestanen in Suriname veel overnamen van andere bevolkingsgroepen, werden de Maleisische Hindoestanen sterk beïnvloed door Chinezen en Maleiers, hetgeen overigens een zeker racisme niet voorkwam.

������������ ���������� ������� �������������

Een Chinese tip uit het boek voor kinderen met astma: het slikken van een pasgeboren levend ratje. Soms hebben hindoes in welvarende landen als Nederland, genietend van het goede leven, moeite met de leer, dat dit aards leven een tranendal is en het menselijk streven gericht moet zijn op verlossing hiervan. Het lezen van het meeslepende De rijstmoeder van Rani Manicka bevat genoeg menselijke tragiek om die twijfels voor een tijd weer op te bergen. ■ Op 28 mei en 4 juni zendt OHM een documentaire uit over hindoes in Maleisië.

OPEN

DAG

��������������������������������� �������������������������

����������������������������������������������������������������������������������������������� ������������������������� ������������������������������ �����������������������

���������������������

������������������

����������� ��������������������� ���������������������������������� ������������� ������ ���������

����������������������� ������������� ����������� ������ � �

������������������� ����������������� ���������������������� ������������� �������� ������

��������������������������������������������������� ���������������������������������������������������������������������������������������������������� ���������������������������������� ������������������������������������������������������������������������������������������������������������� ���������� ��������������������������������������������������������������������������������������� ������������������������������������������������������������������������������������������������������ ���������������������������������������������������������������������� ��������������������������������������������������������������������������������������������������������������

42 - april/juni 2006


Voeding en geest

ROBERT H. SWAMI PERSAUD

Het is alweer enige jaren geleden dat de Amerikaanse criminoloog Dr. Stephan J. Schoenthaler een uitgebreid wetenschappelijk onderzoek verrichtte bij 821 instellingen zoals jeugdgevangenissen en andere detentie-instellingen, om te kijken of er een verband bestond tussen voeding en gedrag. De uitslag was verbluffend; het verband werd duidelijk aangetoond en menige krant zette het op de voorpagina. Maar was die ontdekking echt nieuw? Schreef de Ayurvedische arts Charaka daar niet al over in de vijfde eeuw vóór onze jaartelling? Even de feiten op een rijtje.

‘Wie goed eet, heeft geen medicijnen nodig en wie slecht eet ook niet’. Deze vreemde stelling waarmee een goede vriend van mij zelfs promoveerde tot doctor in de geneeskunde aan de Universiteit van Nijmegen, klinkt eigenlijk wel raar. Het was voornoemde Charaka die deze zin in zijn Samhita zette, zijn medisch handboek van vele eeuwen geleden. Charaka wilde aantonen dat de voeding die je gebruikt voor bijna alles bepalend is. Is je voeding goed, dan is er niets aan de hand. Maar is ze slecht, dan kun je alle therapieën aflopen, medicijnen slikken, de psychiater bezoeken enzovoorts, het zal allemaal weinig baten. Slechte voeding valt in twee categorieën uiteen: onvolwaardige voeding en voeding die niet bij je type past. In de westerse landen neemt de onvolwaardigheid van de voeding toe. En de

voeding die uiteindelijk op je bord ligt past in veel gevallen niet bij je type. Gedragsstoornissen en psychische problemen zoals agressie, slapeloosheid, ongezonde hypergevoeligheid, narcisme, concentratiestoornissen, woede en verslavingsneigingen steken dan al gauw de kop op. Voor veel mensen klinkt het ongelofelijk dat voeding zoveel kan betekenen voor het gedrag. Maar meer wetenschappers zoals Dr. Schoenthaler geven het toe: de aard van de voeding is voor een groot deel gedragsbepalend! Onze vaste lezers hebben al vaker kennis kunnen nemen van het feit dat de Ayurveda werkt met de de zogenaamde elementenleer: je bent opgebouwd uit de vijf elementen aarde, water, vuur, lucht en sfeer en deze elementen zitten ook in je voeding. We noemen deze

43 - april/juni 2006


leer de Tridosha. Maar praat je over voeding die je geest bepaalt, dan praat je over de Triguna en komen de begrippen sattva, rajas en tamas in beeld. Welk type je ook bent of denkt te zijn, je levenskwaliteit en je gedrag bepaal je grotendeels door je keus tussen de sattva, rajas en tamas. In het kort komt het hier op neer: sattvische voeding werkt verhelderend op je geest, rajasische voeding maakt je geest dynamisch en tamasische voeding werkt verduisterend. Onder een heldere geest wordt verstaan dat je minder meegesleept wordt door je negatieve emoties; mensen met een heldere (sattvische) geest zijn vaak blijmoedig, leven meer vanuit hun hart, hebben een groot mededogen en zijn oordeelloos over anderen. Mensen met een dynamische (rajasische) geest zijn strevers, carrièrebelust, hebben vaak een scherpe tong en oordelen snel. Mensen met een verduisterde (tamasische) geest denken op korte termijn, stellen zintuigelijk genot boven alles, hebben vaak ondoordachte meningen en gaan gebukt onder veel negatieve emoties. En hoe vreemd het ook klinkt, je kunt je leven op een hoger en gezonder peil brengen door je voeding dus sattvischer te maken. Zouden gedetineerden meer sattvische voeding krijgen opgediend, smaakvol en rijk aan voedingswaarde, dan ben je pas écht bezig mensen te verbeteren. In Nederland alleen al zitten honderdduizenden mensen dagelijks aan de antidepressiva, maar geen psychiater heeft het over voeding!

Aardappelen, bloemkool, courgettes, druiven, kokosnoten, linzen, mango’s, melk, perziken, rijst, spinazie, tarwe en wortels zijn slechts enkele van de vele voedingsmiddelen die een mooie sattvische aard hebben. Voorbeelden van rajasische voeding zijn o.a. aubergine, avocado, chili, citroen, eieren, harde kaassoorten, knoflook, pepers, radijs, suiker en zout. Voorbeelden van tamasische voeding zijn alcoholische dranken, diepvriesproducten, fastfood, alle vlees, alle magnetron-gerechten, chemische medicijnen, uien en alle visssoorten. Het is onverstandig om je alleen met sattvische voeding bezig te houden; woon je helemaal geïsoleerd op een hoge bergtop dan is dat geen probleem, maar wil je je handhaven binnen een drukke samenleving dan moet je een evenwicht vinden tussen deze voedingsmiddelen. Ook de bereiding van je voeding geeft een sattvisch, rajasisch of tamasisch effect. Ook al heb je enkele heerlijke sattvische voedingsmiddelen, als je ze bereidt terwijl je in een negatieve stemming bent en dan ook nog eens in de magnetron, dan krijg je een compleet tamas-gerecht op je bord. Het was niet voor niets dat binnen de universiteiten van het oude India het begrip brahmacharya gehanteerd werd; dat was de jongeling die geheel sattvisch leefde naar lichaam en geest. Op die manier was zijn denken altijd helder en kon hij goede resultaten behalen in zijn studie. Kortom, ga bewust om met je voeding, daar word je alleen maar beter van! ■

Sattvische voeding is in de regel verse voeding zoals verse groenten en vruchten zonder scherpe smaken. 44 - april/juni 2006


De voordelen van de Indiase economie voor Nederland

DRS

R. TEWARI

De Indiase economie groeit hard en veroorzaakt veel tumult in zowel het binnenland van India als in het buitenland. Ik zal u niet vermoeien met teveel cijfers (deze zijn ook via een zoekmachine te achterhalen), maar een paar feiten zijn toch wel van belang. De Indiase economie vertoonde over de afgelopen 10 jaar een groei van minimaal 6% met pieken per jaar tot 8%.

De Indiase middenklasse is in opkomst en het is dan ook niet verbazend dat grote Nederlandse banken de Indiase markt betreden om er pensioen- en lijfrenteverzekeringen te verkopen. Beursgenoteerde bedrijven maken gigantische winsten. Beleggen in Indiase aandelen levert de IndiĂŤrs en de buitenlandse fondsen veel rendement. In India zijn er al 100 bedrijven met een beurswaarde van minimaal een miljard dollar en zijn er 94 miljardairs! Een maand geleden reisde ik met een zakenpartner door Puna om te zien hoe snel de infrastructuur wordt verbeterd. Zelfs daar worden zoals in andere Indiase steden centra opgezet voor onderzoek in biotechnologie. Premier Balkenende heeft tijdens zijn bezoek

aan India aangegeven dat het Nederlandse bedrijfsleven kan proďŹ teren van de economische groei en daarbij ook kan leren van de IndiĂŤrs. Waarom schrikken de Nederlanders vaak van die indrukwekkende cijfers? Dit komt omdat de Westerse pers en de opiniemakers moeite hebben om bij te blijven en geconcentreerd blijven op de beelden van armoede en uitbuiting. Dit staats haaks op de bewegingen van Nederlandse bedrijven die het economische potentieel al hebben ontdekt en daarop hebben ingespeeld. Zo hebben Indiase tractoren en jeeps inmiddels de westerse winkelketens bereikt. De Surinaamse handelaren (winkeliers, importeurs etc.) hebben vanaf Suri-

45 - april/juni 2006


De voordelen van de Indiase leen een land van lage prijzen is, maar ook van beschikbaar intellect. Er studeren ongeveer 200.000 ingenieurs af in India om maar niet te spreken van het aantal artsen en IT-experts dat de weg vindt in het westen.

name al hun weg naar India gevonden. De voornaamste effecten van de sterke groei van de Indiase economie ligt echter in de handel op een hoger segment, die de Surinaamse doelgroep overstijgt: de overnames van bedrijven in Nederland, financiële injecties door Indiase investeerders, vestigingen van Indiase multinationals in Nederland en de toepassing van knowhow uit de Indiase agro- en biotechnologie. En dan hebben we het nog niet eens over de meerderheid van de Indiase bevolking in Nederland die vooral in het MKB-segment en in de academische wereld haar sporen heeft verdiend. Er zijn in diverse Nederlandse bedrijven CEO’s van Indiase origine. Intellectueel scoren zij bijzonder goed waardoor India voor velen niet al-

Wat tegenwoordig wel voorkomt is dat Europese politici en zakenlieden in paniek om het verlies van hun bedrijven barrières willen opwerpen tegen die Indiase invasie! Dit is recentelijk gebleken toen een welbekende Indiase zakenman Mittal (die overigens bijna geen zaken doet in India en gewoon in Engeland verblijft) een bod deed op een zeer grote Franse onderneming. Deze weerstand tegen de Indiërs is op Pravasi Bharatya Divas in januari schertsend aangeduid als ‘primitieve Europese stammenstrijd’ tussen oost en west. Hierbij beweerde een Indiase minister dat West-Europa haar hoop heeft gevestigd op ‘haar eigen lage loongebieden’ in OostEuropa. Alsof de Oost-Europeanen cultureel hetzelfde zijn als bewoners in het westen. De opkomst van de Indiase zakenwereld betekent meer dan alleen de grote IT-deals van de banken, maar strekt zich uit tot financiële en commerciele samenwerking op het gebied van de farmacie, transport, productie en

46 - april/juni 2006


economie voor Nederland grondstoffen. Er zijn helaas weinig Hindoestaanse Nederlanders die zich op dit hogere segment begeven in het zakenleven tussen India en Nederland. Het is zelfs zo dat de lager geschoolden concurrentie ondervinden, doordat het werk zich kan verplaatsen naar Oost Europa en Azië. De inschatting is dat dit maximaal 2 procent van onze werkende bevolking zal treffen. U zult wel aanvoelen dat er geselecteerd zal worden op geschooldheid en prestaties.

van de jaarlijkse Diasporabijeenkomst. Aangezien de Hindoestanen in het Nederlandse bedrijfsleven beginnen op te komen is dit een enorme kans om deze economische aspecten van de Indiase diaspora vorm en inhoud te geven. Wij hebben een belangrijke culturele en socio-religieuze binding met India ondanks verschillen in taal, accenten en gebruiken: ook die verschillen per regio in India. Wij dienen ons echter wel goed voor te bereiden.

Op een ander vlak zal de Hindoestaan de voordelen merken van de Indiase invloed op cultureel gebied: wie wordt niet dagelijks geconfronteerd met de positieve branding van de Indiase cultuur in onze dagelijkse praktijk? De Indiase goden en rituelen, de meditatie en yogacultuur zijn allemaal effecten die door autochtone Nederlanders op voortreffelijke wijze worden gepromoot. Als de van origine Indiase band Asian Dub Foundation haar zoveelste concert in de Melkweg geeft is de zaal vol met Nederlanders, met sporadisch enkele Indiërs. We worden opeens extra trots op onze Indiase wortels, hoewel wij ook de reis naar Suriname hoog hebben staan naast India. Wij zullen moeten beseffen dat onze Indiase afkomst en culturele kenmerken een extra kans zijn om met het Indiase bedrijfsleven in contact te komen. Dit kan een economisch voordeel opleveren als je wat toe te voegen hebt. Lobbyorganisaties helpen hierbij, ondermeer door het bezoeken

In mijn dagelijkse kontakten met Indiase bankiers en zakenlieden weten zij mij continu te verassen met hun feitenkennis en uitstekende voorbereiding van dossiers vanaf het moment dat ik hen in Mumbai of in Amsterdam spreek. Zelfs Nederlandse bedrijven staan dagelijks verbaasd over de goede voorbereiding van Indiase zakenlieden als deze hier vertoeven. Ook dit straalt af op de Hindoestaan. Maar doen wij er wat mee en kunnen wij van deze economische boom uit India profiteren door op dat hogere niveau mee te draaien? De kansen liggen voor het oprapen. De gemiddelde Nederlandse zakenman doet al zaken in India waar de gemiddelde Hindoestaan nog in de euforie zit van het volgen van acteurs en actrices. Ik denk dat het voor de Hindoestanen een leuke uitdaging wordt in deze India-hype om zaken te doen met het Indiase bedrijfsleven! Zoals Balkenende dat in India ze; ook wij kunnen van dit fenomeen leren en er in meegroeien. ■ ■

47 - april/juni 2006


Bollywood Blues

RISHI CHAMMAN

Een saaie nieuwbouwwijk in Lelystad is mijn wereld als kind. Jouke-Pieter, Niels en Erwin zijn mijn beste vrienden, maar over mijn activiteit op vrijdagavond vertel ik nooit iets; mijn vrienden zouden het toch niet begrijpen. Op die avond zit ik namelijk samen met mijn ouders en broer aan de buis gekluisterd en verlies ik mezelf in Bollywood films. Indiase films vol liefde, muziek, felle kleuren en happy endings. We giechelen om de overdreven versierpoging van de held en de daaropvolgende verlegen lachjes van de heldin. Met z’n allen zingen we mee met de liedjes die vanuit het niets beginnen.

Later dans ik met mijn neefjes en nichtjes, die hetzelfde films hebben gezien, op de liedjes. Ik ben mijn favoriete held, Jeetendra, en mijn nichtje is de glamoreuze heldin, Sridevi. Mijn Nederlandse vrienden zouden mijn liefde voor de Bollywoodfilm niet begrijpen, omdat dit soort film heel anders is dan de Hollywoodfilms waar zij naar kijken. In de Bollywoodfilm worden de emoties uitvergroot, de acteurs beginnen vanuit het niets zoete liedjes te zingen. De ongeschreven regels, een aspect van de culturele context, zouden vragen bij hen opwekken. Voor mij is de context herkenbaar omdat mijn Hindoestaanse familie dezelfde biedt. Bollywood is een hulpmiddel bij de uiting van het Hindoestaan zijn. Op veel

manieren herken ik in Bollywood films toch aspecten van de opvoeding die ik heb gekregen. Bijvoorbeeld de hechte familieband of de geloofsbeleving van de personages. Toen ik opgroeide was het echter iets dat je vooral met andere Hindoestanen besprak. Zij begrijpen meteen waar je het over hebt. De laatste jaren zie je dat Bollywood films steeds meer bekendheid krijgen. Er wordt b.v. in Den Haag elk jaar in mei een Hindoestaans filmfestival georganiseerd waarbij er oude en nieuwe films worden vertoond. Er worden lezingen gehouden en debatten gevoerd. Er wordt nagedacht over de invloed van deze films op de identiteit van de Hindoestaan. De films zijn niet louter vermaak maar vaak ook kunst. In het begin gingen vooral Hindoestanen

48 - april/juni 2006


naar dit festival, maar elk jaar groeit het aantal autochtonen dat naar deze films komt kijken. Deze ontwikkeling werd me een aantal jaren geleden voor het eerst duidelijk, als ik slaperig bij een vergadering van RTL Boulevard zit. Mijn collega neemt met iedereen het nieuws van de dag door. Volgens haar moeten we aandacht besteden aan ‘Aihhwaarja reeai’, lees: Aishwarya Rai. Volgens haar is deze Indiase vrouw het nieuwe gezicht van cosmeticamerk L’oreal en schijnt ze in India bekend te zijn. Ze begint ook aanbiedingen uit Hollywood te krijgen, ‘She is the next best thing.’ Wat voor films maakt ze dan, vraagt een collega uit Urk zich hardop af. Ik spring in: ‘Ze maakt Bollywood films! Indiase musicals! En Aishwarya Rai is niet gewoon bekend, maar een superster! Ze is één van de

mooiste vrouwen ter wereld!” Nadat ik een paar seconden muisstil door mijn Nederlandse collega’s wordt aangestaard, leg ik uit hoe de Indiase film is. ‘Neem eens een filmpje mee’, zegt mijn collega Robert-Jan uiteindelijk. Sindsdien zijn er cross-over films gemaakt zoals Bend it like Beckham, East is East en Bride and Prejudice. Films die zich afspelen in het westen, maar die de Indiase cultuur als context hebben. De films doen het vooral goed in landen met een Indiase diaspora, maar ook in Rusland, Afrika…eigenlijk over de hele wereld. Het wordt hip om uit India te komen. Schaamde ik me vroeger om te zeggen dat ik naar escapistische musicals keek, nu ben ik er trots op. Ik verwerk mijn fascinatie voor Bollywood in korte Nederlandse

49 - april/juni 2006


films als Sapney – De droom (VPRO) en Jeuk (Zappelin). Een paar weken geleden kom ik mijn oude vriend Niels tegen die ik al jaren niet heb gezien. Hij is nu weg van Gothic muziek, en heeft zijn uiterlijk daarop aangepast. Hij is helemaal in het zwart gekleed en heeft lang haar. Wanneer hij vraagt wat ik nu doe, vertel ik dat ik dat ik onder andere een kort Bollywood filmpje heb gemaakt. Net wanneer ik wil uitleggen wat dat is, zegt hij : ‘Oh kicken! Dat is lachen man! Ik heb weleens zo’n film gezien! Ik word er zoooo vrolijk van.’ Op dat moment realiseer ik me dat ik voor niets mijn liefde voor de ‘gekke Bollywoodfilm’ geheim had gehouden. Had ik ze maar verteld wat ik op vrijdagavond deed. ■

50 - april/juni 2006


51 - april/juni 2006


52 - april/juni 2006


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.