09 → 14.05 2019
Die Rheinische Karel Deseure dirigent Christianne Stotijn mezzosopraan
Programma Duur van het concert 1u45min — inclusief 20 min. pauze
Symfonieorkest Vlaanderen Karel Deseure dirigent Christianne Stotijn piano
Bram Van Camp °1980 Träume voor mezzosopraan en orkest 1. Vorgefühl 2. Aus einer Sturmnacht VI 3. Aus einer Sturmnacht VII 4. Schlaflos 5. Schließe mir die Augen beide 6. Traumgekrönt Die Rheinische
2
Gustav Mahler 1860-1911 Rückert Lieder voor mezzosopraan en orkest 1. Blicke mir nicht in die Lieder 2. Ich atmet’ einen linden Duft 3. Um Mitternacht 4. Liebst du um Schönheit 5. Ich bin der Welt abhanden gekommen PAUZE
Robert Schumann 1810-1856 Symfonie nr. 3, op. 97 Die Rheinische 1. Lebhaft 2. Scherzo: Sehr mäßig 3. Nicht schnell 4. Feierlich 5. Lebhaft
Weerszijden van het zijn
Bram Van Camp Träume Een antwoord formuleren op de Rückert Lieder is geen sinecure. Met name omdat Mahler zelf met de mooiste gedichten van deze Friedrich Rückert aan de haal ging. Dat beweert althans Bram Van Camp zelf. De Antwerpenaar zocht het dan maar elders en kwam, na veel ezelsoren, uit bij Rainer Maria Rilke en Theodor Storm. Uit hun omvangrijk oeuvre selecteerde hij zes gedichten die
samen een soort verhaal vormen. Het personage beleeft de laatste levensuren, zweeft tussen dromen en werkelijkheid en ontmoet uiteindelijk de dood. In tegenstelling tot de Rückert-liederen vormt Träume een doorgecomponeerd geheel. Dat geheel klinkt voor Van Camps doen trouwens opmerkelijk romantisch. Niet alleen wat het grote romantische gebaar betreft, maar ook in de harmonie. Wie zijn oeuvre een beetje kent weet dat pakweg een dominant septiemakkoord, ook al blijft het onopgelost, normaal geen deel
Die Rheinische
Er zijn of er niet zijn. Dat blijft de vraag. Hoe men het ook draait of keert, zelfs mocht er na dat zijn werkelijk niets meer zijn, is dat niets, om niet te zeggen, heel wat. Het besef van onze eindigheid is misschien wel een van de meest wezenlijke kenmerken van de mens. Daar is op zich overigens niets treurigs aan. Over vergankelijkheid maakt men zich weliswaar niet dikwijls vrolijk, de idee dat deze zijde van het leven slechts tijdelijk is, vormt tegelijk de basisvoorwaarde om haar naar waarde te schatten. Getuige daarvan Mahlers Rückert Lieder, waar zelfs de liefde voor een al te menselijke vrouw steeds in het teken staat van de eeuwigheid. Nieuw werk van Bram Van Camp, Träume, presenteert zich als opmaat naar dat nevelland. Een vitalistische Robert Schumann herstelt het evenwicht. Of toch bijna. Zijn Symfonie nr. 3 ‘Die Rheinische’ bruist dan wel ontegensprekelijk van levenslust, vanuit de onderstromen steekt ook het donker nu en dan de kop op.
3
uitmaakt van de anders veel dissonante klankwereld. Daarnaast inspireerden de teksten de componist zowaar tot lyrische lijnvoering, niet in het minste tijdens een solo voor althobo, die uiteraard een knipoog is naar de aanvang van Mahlers lied Ich bin der Welt abhanden gekommen. De ene droom ruimt baan voor de andere.
Gustav Mahler Rückert Lieder
Die Rheinische
4
Toen men de 5-jarige Mahler vroeg wat hij later wou worden, antwoordde hij naar verluidt zonder aarzelen ‘martelaar’. Lijden en sterven voor een hoger doel, het is eens iets anders dan voetballer. Met het dagen van de onttoverde twintigste eeuw was het voor een romantisch idealist van zijn kaliber overigens niet moeilijk enige stigmata op te lopen. Onbegrip en praktische euvels vielen hem zo rijkelijk te beurt, dat het volmaakte niet-zijn tijdens zijn carrière als martelaar-componist nog aan aantrekkingskracht moest winnen. Bijvoorbeeld via de gedichten van Friedrich Rückert, waar een bijwijlen oosterse onthechting uit spreekt. In Blicke mir nicht in die Lieder beklaagt een kunstenaar zich over nieuwsgierige blikken die het op onaffe verzen gemunt hebben. Als hijzelf niet in staat is zijn eigen dichterlijke processen te doorpeilen, laat staan een ander. Zijn arbeid, zo stelt hij, kan men verge lijken met die van bijen in hun korf. In de warrelende cello’s en klarinetten ontdekt men inderdaad iets van die
mysterieuze bedrijvigheid. Volgt Ich atmet einen linden Duft, een prachtig staaltje vergeestelijkte liefde. Op tafel staat een lindentak die een mild parfum door de kamer verspreidt en zo aan de geliefde plukster doet denken. Enkel in afwezigheid, wanneer zij onbedorven blijft door dagelijksheid, kan liefde volmaakt zijn, zo lijkt de boodschap. Deze hang naar niet-zijn krijgt een tragische verderzetting in Um Mitternacht. Daarin speurt een slapeloze tevergeefs in de nachthemel naar troost en geeft zich vervolgens over aan wereldwarse overpeinzingen. Honderd keer meer uitgelaten klinkt daarna Liebst du um Schönheit. Mahler schreef het als liefdeslied voor zijn vrouw Alma, al wordt het zinnelijke ook hier weer handig omzeild. Rijkdom, uiterlijk en jeugd worden in sneltempo en met zeer verrassende harmonische wendingen afgeschreven. Enkel de liefde om de liefde is van tel. Het perfecte recept voor teleurstellingen zeg maar. En inderdaad, in het gelaten Ich bin der Welt abhanden gekommen laat een ik-persoon weten zich niet langer meer om de wereld te bekommeren. De getergde martelaar omhelst de dood.
Robert Schumann Symfonie nr. 3 ‘Die Rheinische’ Was Robert Schumann een geplaagde figuur, in de winter van 1850 had hij reden tot glimlachen. Hij was net aangesteld als stedelijk muziekdirecteur van Düsseldorf en aldaar door orkest en koor feestelijk onthaald. Ter verkenning van het Rijnland trok de componist met zijn
DO 09.05, 20:00 ZO 12.05, 15:00 MA 13.05, 20:00 DI 14.05, 20:00
en enig zondags vertier. Een dichterlijk gemoed als dat van Schumann kan echter nooit lang onder de waarlijk levenden verwijlen. In het intermezzo droomt hij weg en wij met hem. Verrassende harmonische wendingen dreigen het mijmeren te doen omslaan in gepeins. In het vierde deel wordt de stemming helemaal ernstig. Schumann zou zich ervoor hebben laten inspireren door een bisschoppelijke ceremonie in de Keulse Dom. Het ‘voortschrijdend’ tempo roept inderdaad de sleep van priesterlijke gewaden op en lijkt elke poging tot accelerando (van de violen bijvoorbeeld) in de kiem te smoren. Wij verdrijven de wierook echter met een snelle en vitalistische finale. Vinnige syncopes en fel gemarkeerde tegentijden brengen er de Schwung in. Naar het einde toe krijgt het geheel zowaar iets triomfantelijks. De celli rakelen in de coda nog even het thema van het voorgaande deel op, maar het levensdronken koper vuurt het slotstretto tot een hoogtepunt van formaat. Régis Dragonetti
CONCERTGEBOUW BRUGGE DESINGEL ANTWERPEN MUSIS ARNHEM, NL PALEIS VOOR SCHONE KUNSTEN BRUSSEL
Die Rheinische
geliefde Clara verder stroomopwaarts om er onder andere de nog niet geheel voltooide, maar kennelijk reeds indrukwekkende Kölner Dom te aanschouwen. Deze gelukkige levensepisode vond bij terugkeer uitdrukking in ‘Die Rheinische’ die bruiste en meanderende capriolen maakte als was het de rivier zelf. Toch sluimert ook in dit werk iets van Schumanns alterego Eusebius: ingekeerd, mijmerend, een tikkeltje nostalgisch. Voelde hij misschien toen al dat zijn geluk zou keren en hij enige jaren later bij wijze van zelfmoordpoging wanhopig in diezelfde Rijn zou springen? Echte programmatische uitbeelding van een rivier had de componist niet voor ogen. Het gevoel staat centraal. Toch is het niet moeilijk in het heroïsche openingsthema een machtige stroom te ontwaren. Voor een mens in goede doen kan de ontzaglijke natuur inderdaad een bron van verheffing vormen. Gelukkig is hij, die zich deel weet van de kosmos. Deze grootse gedachten krijgen een menselijker maat in het tweede deel, waar we de gemoedelijke Ländler horen. Denk: vrolijk dansende boerenmensen
5
Bram Van Camp °1980 Träume
voor mezzosopraan en orkest
Vorgefühl (R.M. Rilke) Ich bin wie eine Fahne von Fernen umgeben. Ich ahne die Winde, die kommen, und muß sie leben, während die Dinge unten sich noch nicht rühren: die Türen schließen noch sanft, und in den Kaminen ist Stille; die Fenster zittern noch nicht, und der Staub ist noch schwer. Da weiß ich die Stürme schon und bin erregt wie das Meer. Und breite mich aus und falle in mich hinein und werfe mich ab und bin ganz allein in dem großen Sturm. Aus einer Sturmnacht VI (R.M. Rilke) In solchen Nächten sind alle die Städte gleich, alle beflaggt. Und an den Fahnen vom Sturm gepackt und wie an Haaren hinausgerissen in irgend ein Land mit ungewissen Umrissen und Flüssen. In allen Gärten ist dann ein Teich, an jedem Teiche dasselbe Haus, in jedem Hause dasselbe Licht; und alle Menschen sehn ähnlich aus und halten die Hände vorm Gesicht.
Die Rheinische
6
Aus einer Sturmnacht VII (R.M. Rilke)
Teksten Rainer Maria Rilke 1875-1926 Theodor Storm 1817-1888
solchen Nächten werden die Sterbenden klar, greifen sich leise ins wachsende Haar, dessen Halme aus ihres Schädels Schwäche in diesen langen Tagen treiben, als wollten sie über der Oberfläche des Todes bleiben. Ihre Gebärde geht durch das Haus als wenn überall Spiegel hingen; und sie geben - mit diesem Graben in ihren Haaren - Kräfte aus, die sie in Jahren gesammelt haben, welche vergingen.
Schlaflos (T. Storm) Aus Träumen in Ängsten bin ich erwacht; Was singt doch die Lerche so tief in der Nacht! Der Tag ist gegangen, der Morgen ist fern, Aufs Kissen hernieder scheinen die Stern’. Und immer hör ich den Lerchengesang; O Stimme des Tages, mein Herz ist bang. Schließe mir die Augen beide (T. Storm) Schließe mir die Augen beide mit den lieben Händen zu! Geht doch alles, was ich leide, unter deiner Hand zur Ruh.
Traumgekrönt (R.M. Rilke) Das war der Tag der weißen Chrysanthemen, Mir bangte fast vor seiner Pracht... Und dann, dann kamst du mir die Seele nehmen Tief in der Nacht. Mir war so bang, und du kamst lieb und leise, Ich hatte grad im Traum an dich gedacht. Du kamst, und leis’ wie eine Märchenweise Erklang die Nacht.
Die Rheinische
Und wie leise sich der Schmerz Well’ um Welle schlafen leget, wie der letzte Schlag sich reget, füllest du mein ganzes Herz.
7
Gustav Mahler 1860-1911 Rückert Lieder voor mezzosopraan en orkest
Blicke mir nicht in die Lieder!
Die Rheinische
8
Teksten Friedrich Rückert 1788-1866 vertaling August Agasi 2017
Sla geen blik op mijn gedichten!
Blicke mir nicht in die Lieder! Meine Augen schlag’ ich nieder, Wie ertappt auf böser Tat. Selber darf ich nicht getrauen, Ihrem Wachsen zuzuschauen. Deine Neugier ist Verrat!
Sla geen blik op mijn gedichten! Mijn ogen zal ik neerwaarts richten, Als betrapt op heterdaad. Durf mijzelf niet te vertrouwen, Hun rijpen te aanschouwen. Jullie gluren is verraad!
Bienen, wenn sie Zellen bauen, Lassen auch nicht zu sich schauen, Schauen selbst auch nicht zu. Wann die reichen Honigwaben Sie zu Tag gefördert haben, Dann vor allen nasche du!
Bijen, als zij cellen bouwen, Vallen ook niet te aanschouwen, Kijken zelf ook niet toe. Als je van je honingraten Je op hun rijkdom kunt verlaten, Tast dan vooral toe!
Ich atmet’ einen linden Duft
Ik ademde een lindegeur
Ich atmet’ einen linden Duft Im Zimmer stand Ein Zweig der Linde, Ein Angebinde Von lieber Hand. Wie lieblich war der Lindenduft!
Ik ademde een lindegeur In de kamer stond Een twijg van de linde, Van mijn beminde. Geschikt met lieve hand. Hoe lieflijk was de lindegeur!
Wie lieblich ist der Lindenduft! Das Lindenreis Brachst du gelinde! Ich atme leis Im Duft der Linde Der Liebe linden Duft.
Hoe lieflijk is de lindegeur, zacht brak jij wellicht Een tak die je zinde! Ik adem licht In die lucht van de linde. Liefdes lindegeur.
Um Mitternacht
Om middernacht Om middernacht Al wakend doorgebracht En opgezien ten hemel; Geen ster uit het gewemel Schonk mij zijn lach Om middernacht.
Um Mitternacht Hab’ ich gedacht Hinaus in dunkle Schranken. Es hat kein Lichtgedanken Mir Trost gebracht Um Mitternacht.
Om middernacht Heb ik gedacht Eruit in ‘t duister dat verdicht. Maar géén gedachte die verlicht Heeft troost gebracht Om middernacht.
Um Mitternacht Nahm ich in Acht Die Schläge meines Herzens; Ein einz’ger Puls des Schmerzens War angefacht Um Mitternacht.
Om middernacht Ik sloeg toen acht Op ‘t kloppen van mijn hart; Voelde enkel slagen smart Gestuwd met kracht Om middernacht.
Um Mitternacht. Kämpft’ ich die Schlacht, O Menschheit, deiner Leiden; Nicht konnt’ ich sie entscheiden Mit meiner Macht Um Mitternacht.
Om middernacht Heb ik niet volbracht O mensheid, u te bevrijden; Verlossing uit uw lijden Lag niet in mijn macht Om middernacht.
Um Mitternacht. Hab’ ich die Macht In deine Hand gegeben; Herr über Tod und Leben: Du hältst die Wacht Um Mitternacht!
Om middernacht Heb ik de macht U in de handen gegeven! Heer over dood en leven: U houdt de wacht Om middernacht!
Die Rheinische
Um Mitternacht Hab’ ich gewacht Und aufgeblickt zum Himmel; Kein Stern vom Sterngewimmel Hat mir gelacht Um Mitternacht.
9
Liebst du um Schönheit
Liefde om schoonheid
Liebst du um Schönheit, O nicht mich liebe! Liebe die Sonne, Sie trägt ein gold’nes Haar!
Liefde om schoonheid, O bemin mij niet! Houd van het zonlicht, Omkranst met gouden haar!
Liebst du um Jugend, O nicht mich liebe! Liebe den Frühling, Der jung ist jedes Jahr!
Liefde om prilheid, O bemin mij niet! Houd van de lente, Herboren ieder jaar!
Liebst du um Schätze, O nicht mich liebe! Liebe die Meerfrau, Die hat viel Perlen klar!
Liefde om schatten, O bemin mij niet! Houd van de meermin, Vind glans van parels bij haar!
Liebst du um Liebe, O ja mich liebe! Liebe mich immer, Dich lieb’ ich immerdar!
Liefde om liefde, O bemin mij wel! Heb mij altijd lief, Zijn wij eeuwig een paar!
Die Rheinische
10
I ch bin der Welt abhanden gekommen
Voor de wereld ben ik voorgoed verloren
Ich bin der Welt abhanden gekommen, Mit der ich sonst viele Zeit verdorben; Sie hat so lange nichts von mir vernommen, Sie mag wohl glauben, ich sei gestorben!
Voor de wereld ben ik voorgoed verloren, Met haar heb ik voorheen veel tijd verdaan; Ik heb zo lang al niets van mij laten horen, Zij kan wel denken, het is met mij gedaan!
Es ist mir auch gar nichts daran gelegen, Ob sie mich für gestorben hält. Ich kann auch gar nichts sagen dagegen, Denn wirklich bin ich gestorben der Welt.
Er is mij ook volstrekt niets aan gelegen, Of men mij voor gestorven houdt. Ik kan ook volstrekt niets inbrengen daartegen, Want werkelijk voor de wereld ben ik reeds koud.
Ich bin gestorben dem Weltgetümmel Und ruh’ in einem stillen Gebiet. Ich leb’ allein in meinem Himmel, In meinem Lieben, in meinem Lied.
Ik heb verlaten ‘s wereld gewemel, En rust nu in een stil gebied! Ik leef alleen in eigen hemel, In eigen liefde, in eigen lied.
Die Rheinische
Karel Deseure © Tom De Visscher
Bram Van Camp © Filip Claessens
Christianne Stotijn © Marco Borggreve
11
dirigent
Karel Deseure Die Rheinische
12
Na zijn succesvol debuut bij Symfonie orkest Vlaanderen in 2013 met Beethovens Vijfde Symfonie maakte de Belgische dirigent Karel Deseure snel naam door zijn natuurlijke gestiek en autoriteit. Ook wordt hij geprezen omwille van zijn grote veelzijdigheid en artistiek intelligente interpretaties. Hij dirigeerde o.a. bij het Residentieorkest, Philharmonie Zuidnederland, Brussels Philharmonic, het Gelders Orkest, l’Orchestre Philharmonique Royal de Liège, het Luzerner Sinfonieorchester, het Württembergisches Kammerorchester Heilbronn en Symfonieorkest Vlaanderen. Hij was als assistent-dirigent verbonden aan het Radio Filharmonisch Orkest en werd daarnaast door het Koninklijk Concertgebouworkest uitgenodigd als assistent van Mark Elder en Daniele Gatti. In 2016 maakte hij bij Opera Zuid zijn succesvol opera debuut
met La Bohème van Puccini. Hierop volgde een heruitnodiging om in 2018 Verdi’s Un Ballo in Maschera en A Quiet Place van Bernstein te dirigeren. Essentieel in zijn vorming waren masterclasses bij gerenommeerde dirigenten als Bernard Haitink, Peter Eötvös, Christopher Seaman en Jorma Panula. In 2013 won Karel in ParijsVille d’Avray de 2de prijs en publieksprijs tijdens het ‘Concours de Direction d’Orchestre’ en in datzelfde jaar ontving hij ook de prestigieuze dirigentenprijs van Het Kersjesfonds. In 2018 ontving hij het Bayreuth-stipendium van het Wagnergenootschap Nederland. Karel studeerde dwarsfluit aan het Koninklijk Conservatorium van Antwerpen bij Aldo Baerten en orkestdirectie aan het Koninklijk Conservatorium van Den Haag bij Jac van Steen en Kenneth Montgomery. www.kareldeseure.com
mezzosopraan
Christianne Stotijn Die Rheinische
Mezzosopraan Christianne Stotijn werd geboren in Delft en studeerde viool en zang aan het conservatorium van Amsterdam. Hierna zette zij haar zangstudie voort bij Udo Reinemann, Jard van Nes en Dame Janet Baker. Stotijn won diverse belangrijke prijzen, waaronder de prestigieuze ECHO Rising Stars Award (2005/6), de Borletti Buitoni Trust Award (2005) en de Nederlandse Muziekprijs (2008). Bovendien werd zij in 2007 verkozen tot BBC New Generation Artist. Christianne Stotijn is een gepassioneerd vertolker van liederen. Onder begeleiding van pianisten Joseph Breinl en Julius Drake, met wie ze al jarenlang als duo samenwerkt, zong zij in de belangrijkste concertzalen ter wereld. Onder de leiding van dirigent Bernard Haitink werkte zij samen met orkesten als Het Koninklijk Concertgebouworkest, het Boston Symphony Orchestra, het Chicago Symphony Orchestra en het London Symphony Orchestra.
Christianne zong diverse wereldpremières van hedendaagse componisten. Zo heeft Michel van der Aa de cyclus Spaces of Blank aan haar opgedragen in 2009 samen met het Koninklijk Concertgebouworkest. In 2013 zong Christianne Stotijn de wereldpremière van Totentanz van componist Thomas Adès tijdens de Proms in de Royal Albert Hall te London. Recent werkte ze mee aan de productie Impromptus -in de choreografie van Sasha Waltz- aan het Théâtre National in Brussel. Sinds 2014 leidt Christianne Stotijn de Udo Reinemann International Masterclasses, een initiatief gesteund door het Koninklijk Conservatorium en De Koninklijke Muntschouwburg te Brussel. Voor haar opname van liederen van Tsjaikovski ontving zij in 2010 de BBC Music Magazine Award. Haar meest recente album ‘If the Owl calls again’ kreeg in 2015 de Gramophone Editor’s Choice award met de woorden: “Eclectic and engaging throughout, this recital has a strong sense of personality–and personal choice–running throughout it.”
13
componist
Bram VanCamp Die Rheinische
14
Bram Van Camp (Antwerpen, °1980) studeerde viool, kamermuziek, compositie, muziekanalyse, contrapunt en fuga aan het Koninklijk Conservatorium van Antwerpen. Hij volgde les bij Wim Henderickx en Theo Loevendie aan het Conservatorium van Amsterdam. Zijn oeuvre bevat zowel solo- als kamermuziek, ensemblewerken, orkestmuziek (waaronder de symfonie Tetrahedron), een viool- en pianoconcerto en een liedcyclus (De Feesten van Angst en Pijn op teksten van Paul Van Ostaijen). Hij schreef muziek in opdracht van verschillende organisaties zoals het Festival van Vlaanderen, het TRANSIT festival voor nieuwe muziek, deSingel en Ars Musica. Zijn werken worden uitgevoerd door o.a. het Arditti Kwartet, HERMESensemble, I Solisti, Het Collectief, Oxalys en Symfonieorkest Vlaanderen. Zijn werken zijn te horen in verschillende Belgische concertzalen, alsook in Londen, Amsterdam, Frankrijk, Kroatië, Denemarken, Slowakije en China.
Zijn portret-cd (met De feesten van Angst en Pijn, Music for 3 instruments en Improvisations) die werd opgenomen in 2013 (Fuga Libera) kreeg lovende recensies in binnen- en buitenland, waaronder 5 sterren in ‘Diapason’ en ‘The Gramophone‘. Ook zijn werken werden meermaals bekroond. Zijn Strijkkwartet en zijn De Feesten van Angst en Pijn kregen het kwaliteitslabel in de catalogus van het ISCM (International Society for Contemporary Music). In 2007 werd hij bekroond met de Jeugd en Muziek Prijs voor Compositie en in 2014 kreeg zijn Strijkkwartet de tweede prijs op het Internationale Compositiewedstrijd ‘New Note’ in Kroatië. Music for 3 instruments werd geselecteerd voor de ISCM World Music Days 2018 in Beijing. Bram Van Camp is professor compositie aan het Koninklijk Conservatorium van Antwerpen en aan de Academie van Merksem. Daarnaast is hij initiatiefnemer van ‘The Times’, het forum voor jonge componisten verbonden aan het Hermes Ensemble, waar hij jaarlijks fungeert als coach.
Die Rheinische
15
© Tom De Visscher
SymfonieorkestVlaanderen Die Rheinische
16
Reeds zestig jaar is Symfonieorkest Vlaanderen een vaste waarde in het Vlaamse culturele landschap. Met zestig geëngageerde en gepassioneerde musici en onder leiding van gerenommeerde dirigenten brengt Symfonieorkest Vlaanderen zowel uitvoeringen en creaties van hedendaagse muziek als eigentijdse vertolkingen van het vertrouwde symfonische repertoire vanaf het classicisme. Het orkest vervult een voorbeeldfunctie in het scheppen van kansen voor jonge, talentvolle musici, componisten, solisten en dirigenten, en maakt muziek uit heden en verleden toegankelijk voor een zo breed en divers mogelijk publiek in Vlaanderen en daarbuiten. In 1960 zag Symfonieorkest Vlaanderen het levenslicht onder impuls van Dirk Varendonck die tevens de eerste dirigent van het orkest was. Vanaf 1986 werd
het ‘Nieuw Vlaams Orkest’ gedirigeerd door Patrick Peire, Robert Groslot en Fabrice Bollon. In 1995 werd het orkest omgedoopt tot ‘Het Symfonieorkest van Vlaanderen’ en grondig hervormd. Hierna bekleedden achtereenvolgens David Angus, Etienne Siebens, Seikyo Kim en Jan Latham-Koenig de functie van chef-dirigent. Vanaf concertseizoen 2019–20 neemt de Estse dirigente Kristiina Poska het roer over. Naast de concertreeksen in Antwerpen, Brugge, Brussel en Gent is Symfonieorkest Vlaanderen te gast in tal van culturele centra in heel Vlaanderen, en op festivals in binnen- en buitenland. Symfonieorkest Vlaanderen geniet de steun van de Vlaamse Overheid en Stad Gent, en is sinds 2017 orkest in residentie in Muziekcentrum De Bijloke Gent.
DieRheinische
Musici Symfonieorkest Vlaanderen
Tweede viool Gudrun Verbanck Isabelle Decraene Eva Pusker Stefaan De Rycke Isabelle Buyck Geraldine De Baets Liesbet Jansen Hanneke Verbueken Altviool Kris Hellemans Bruno De Schaepdrijver Lieve Dreelinck Bieke Jacobus Kaatje Strauven Korneel Taeckens Morgan Huet
Cello Renaat Ackaert Isabelle Brys Joyce Kuipers Caroline Steen Hélène Viratelle Frederika Mareels Contrabas Koenraad Hofman Bram Decroix Jan Verheye Sanne Deprettere Fluit Caroline Peeters Veerle Secember Hobo Korneel Alsteens Ellen Donovan Klarinet Daniel Mourek Tom Daans Fagot Koen Coppé
Davy Callens Contrafagot Hélène Elst
Hoorn Nick Mooney Bruno Melckebeke Adam Howcroft Frank Clarysse Trompet Steven Bossuyt Bart Coppé Trombone Alex Garcia Joren Elsen Bastrombone Joachim Van Bockstael Tuba Jeroen Verleden Pauken Tom Lee Slagwerk Wim De Vlaminck Harp Anouk Sturtewagen Piano / Celesta Maiko Inoue
Die Rheinische
Eerste viool Maxim Kosinov (concertmeester) Veerle Houbraken Nathalie Hepp Fien Van den Fonteyne Peter Hellemond Laure Bardet Chihiro Yamamoto Pieter Jansen Tim Breckpot Eva Stijnen
09 → 14.05 2019
17
Volgende concerten
Côté Jardin
Gratis muzikale picknick op De Bijlokesite
Franco-Belge Jan Latham-Koenig Dirigent Ella van Poucke Celliste
ZO 26.05, VANAF 11:00 BIJLOKESITE GENT
DO 06.06, 20:00 CONCERTGEBOUW BRUGGE
Côté Jardin is een project van Muziekcentrum De Bijloke
ZA 15.06, 20:15 ST. JOHN’S INTERNATIONAL SCHOOL WATERLOO ZO 16.06, 15:00 DESINGEL ANTWERPEN
Die Rheinische
18
Symfonieorkest Vlaanderen wordt gesteund door
Symfonieorkest Vlaanderen is in residentie in
In 2020 viert Symfonieorkest Vlaanderen zijn zestigjarig bestaan.. dus concertseizoen 2019-20 wordt een knallend feest met concerten die u niet wil missen! Die Rheinische
19
Start ticketverkoop
→b estaande abonnementen hernieuwen: vanaf ma 06.05 t/m vrij 31.05 → nieuwe abonnementen: vanaf ma 03.06 → losse tickets: vanaf ma 17.06
Hoe hernieuwt u uw abonnement?
Uw huidige abonnement hernieuwen kan per mail, per post, telefonisch (ma-vr 10:00-13:00) of ter plaatse op donderdag 9 mei 2019 in Concertgebouw Brugge of op zondag 12 mei 2019 in deSingel Antwerpen.
Meer informatie over het hernieuwen van uw abonnement vindt u in de nieuwe jaarbrochure.
Meer weten over onze orkestmusici, solisten, projecten en concertreeksen in binnen- én buitenland?
Volg ons op Facebook & Instagram surf naar symfonieorkest.be schrijf je in op onze nieuwsbrief en... hou je mailbox in de gaten! Info & tickets Tickets Symfonieorkest Vlaanderen Concerten Brugge, Antwerpen & Brussel
www.symfonieorkest.be tickets@symfonieorkest.be 09 292 75 57
(ma—vr 10:00—13:00)
In&Uit balie (Concerten in Brugge) ’t Zand 34, 8000 Brugge (ma—vr 10:00—17:00, zon- & feestdagen 10:00—14:00)
070 22 12 12
(ma—vr 14:00—17:00 • €0,30/min)
St. John’s International School Waterloo www.musicchapel.org 02 352 01 17