Symfonieorkest Vlaanderen - SIEGFRIED

Page 1

1.

Programmatoelichting Siegfried. november 2013


Musici

2.

Siegfried. Dirigent. Jonas Alber Concertmeester. Jo Vercruysse Eerste violen. Arman Simonian Erik Sluys Nathalie Hepp Peter Hellemond Veerle Houbraken

Tweede violen. Gudrun Verbanck Isabelle Buyck Geraldine De Baets Isabelle Decraene Liesbet Jansen Tim Breckpot

Celli. Herwig Coryn Jan Van Kelst Isabelle Brys Caroline Steen Wouter Vercruysse Hélène Viratelle

Altviolen. Marc Tooten Annemie Vercauteren Lieve Dreelinck Kaatje Strauven

Contrabassen. Jan Verheye Bram Decroix Elise Christiaens

Houtblazers. Caroline Peeters. fluit Korneel Alsteens. hobo Frank Coryn. klarinet Tom Daans. klarinet Koen Coppé. fagot

Koperblazers. Kristiaan Slootmaekers. hoorn Bruno Melckebeke. hoorn Steven Bossuyt. trompet Bob Van Der Strieckt. trombone

Slagwerk. Niels Jenster. pauken Wim De Vlaminck. percussie Ruben Cooman. percussie Anouk Sturtewagen. harp Tae Yoshioka. piano Marieke Arnou. celesta Wouter Verheyden. harmonium


Programma

1.

Siegfried. Dirigent. Jonas Alber

Richard Wagner (1813-1883)

Solist. Wibert Aerts. viool

Bram Van Camp (°1980)

Siegfried Idylle, WWV 103

Concerto voor viool en ensemble (2008) I. Introduzione – Agitato II. Recitativo III. Allegro capriccioso pauze

Franz Schreker (1878-1934)

Intermezzo, opus 8 Franz Schreker (1878-1934)

Kammersymphonie

di. 19.11.2013. 20u Concertgebouw. Brugge vr. 22.11.2013. 20u Muziekcentrum de Bijloke. Gent zo. 24.11.2013. 15u deSingel. Antwerpen


2.

Programmatoelichting

Siegfried. Wagner als muzikale filosoof. “Na het lawaai van Wagner is het nu tijd voor een beetje rust!” Je hoort deze gemeenplaats jammer genoeg nog te vaak, ook in klassieke middens. Richard Wagner wordt dan gebrandmerkt als een man van drukte en ondoordringbaarheid. De componist die anderhalf uur nodig heeft om te vertellen wat je in twee woorden kwijt kan. Jammer voor de anti-Wagnerianen, maar dit soort vooroordelen slaan nergens op. Het zijn commentaren van mensen die meestal zelf niet één opera van Wagner integraal beluisterd hebben. Wagner geloofde wel in een nieuwe muziektaal, en ook daarin was hij een kind van zijn tijd. Hij reageerde vooral op wat er uit Parijs kwam. Daar werden volgens hem vooral nietszeggende opera’s gecomponeerd en opgevoerd, flutverhaaltjes voorzien van oninteressante muziek. De diva’s kwamen eerst, en daarna pas de echte ambitie van de opera als genre. Maar wat was die ambitie dan? Achteraf beschouwd kunnen we Wagner nog het best omschrijven als een filosoof die de

muziek als taal nodig had om een wereld- en mensbeeld over te brengen. Nog wat scherper kan je stellen dat Wagner de muziek heeft gebruikt om zijn eigen filosofische concept wereldkundig te maken.

op het rechte pad gehouden. Soms manu militari. Ze gedroeg zich volgens getuigen wel ’s als een helleveeg. Maar er was groot respect tussen haar en de componist. Vanuit dat respect komt zelfs de zeem­ zoete romantische kant van de grote Richard naar boven. Voor haar verjaardag – de dag voor Kerstmis – componeerde hij een idyllisch geschenk. Hij liet zich inspireren door het behangpapier in de slaapkamer van Cosima. De weerkaatsing van het ochtendlicht deed Wagner wegdromen. Hij werkte zelfs een plannetje uit om zijn echtgenote te verrassen met deze muziek. Samen met zo’n 15 muzikanten stond hij zijn vrouw ’s morgens aan de trap op te wachten. Na de uitvoering gaven Wagner en de vijf kinderen die hij met Cosima had, de partituur van dit verjaardagswerk aan haar.

Maar naast zijn enorme betrokkenheid bij filosofie, wetenschap, en – in mindere mate – bij de politiek van zijn tijd, was Wagner ook gewoon een mens van vlees en bloed. Hij hield van macht en invloed, van prestige en competitie, van esthetiek en erotiek. En hij was een man die in zijn beleving van romantiek heel ver durfde gaan. Waarschijnlijk omdat hij niet anders kon. Bij Wagner was er wit en zwart, geen grijs. Het grijze liet hij uitdoven of stootte hij af. Zo ging het ook in zijn huwelijk. Hij zette zijn echtgenote aan de kant, maar bleef met haar getrouwd. Ondertussen liet hij zich de aandacht van andere vrouwen welgevallen. Na een reeks amoureuze avonturen, vond hij Siegfried Idylle. met zijn gevoelens onderdak bij Cosima. Samen De Siegfried Idylle is een intiem stuk dat de bekregen ze kinderen, en Wagner werd door Cosima kroning vormt van een moeilijk maar vruchtbaar


3.

jaar. Richard en Cosima hadden samen kinderen, maar waren nog niet samen getrouwd. Ze zaten zelf ook nog vast in een huwelijk dat hen allebei ongelukkig maakte. Maar eindelijk kon Cosima scheiden van haar man – Wagner leefde al langer gescheiden van zijn eerste vrouw – en kon ze trouwen met de man die een echte geestesgenoot was voor haar: de grote componist Richard Wagner, de mens van wie ze ondertussen ook vele kleine kantjes kende.

Toch vormde de muziek van Wagner in zekere zin een breekpunt. Wie na hem kwam, zag hem als voorbeeld of net als spookbeeld. Als de absoluut na te volgen visionair of als de man die de westerse klassieke muziek aan de rand van de afgrond had gebracht. Net zoals in het leven van Wagner, bestond er ook na hem geen grijs.

opera’s de heel nadrukkelijke erotiek niet uit de weg. Dat leverde hem veel kritiek op, maar de componist hield voet bij stuk. Uiteindelijk kreeg hij zowat iedereen over de streep met zijn heel persoonlijke en uitdagende muziekstijl. Een fusie van symbolisme en expressionisme, soms bijna overdadig, maar op andere momenten zoekend en ingetogen. Wie naar de muziek van Schreker luistert, hoort de echo van Schönberg. Al stopt Schreker daar waar Schönberg zijn echte vernieuwing begint, bij het opgeven van de tonaliteit. Schreker maakt een eigen taal binnen het muzikale raamwerk dat hij meekreeg vanuit zijn opleiding in Wenen. Inhoudelijk is hij zijn tijd vooruit, vormelijk blijft hij helder en herkenbaar.

Franz Schreker. Gevierd en verjaagd. Franz Schreker is een componist die tot voor 20 jaar compleet uit de belangstelling was verDe muziek van Wagner is later vaak misbruikt. dwenen. Het nationaal-socialisme had op de muTot op vandaag zoekt men in een bepaalde hoek ziek van deze Oostenrijker het etiket ‘ontaarde naar het openlijke Germaanse nationalisme in muziek’ geplakt, zoals ze dat op de muziek van zijn opera’s. Natuurlijk zit er een soms beden- zovelen had gedaan. Dat was niet zonder slag kelijke kijk in op mens en samenleving – vooral of stoot gegaan, want in het interbellum was wanneer Wagner zijn toevlucht zoekt in een zelf Schreker een gevierd componist. Alleen: hij was gecreëerde utopie – maar het gaat veel te ver om een Jood. En Joodse muziek en cultuur in het Intermezzo voor strijkers. in de muziek van Wagner het zaad te gaan zoe- algemeen, hoe gerespecteerd ook, was voor het Nog tijdens zijn studietijd in Wenen componeerde Schreker een Intermezzo voor strijkers. En het ken waaruit later het nationaal-socialisme zou nieuwe regime een doorn in het oog. valt meteen op hoeveel talent deze jongeman voortkomen. Van Wagner een wegbereider van Hitler maken is de figuur van Wagner demonise- Schreker was nochtans een ster in Wenen. heeft. Hij stuurde het stuk in voor een composiEen man die durfde. Zo ging hij in één van zijn tiewedstrijd, en hij haalde er de Eerste Prijs mee. ren en die van Hitler vermenselijken.


4.

tie is opvallend, en daarmee zal hij veel van zijn componerende tijdgenoten stimuleren. De Kammersymphonie is muziek die het moet hebLater besloot Schreker om dit Intermezzo in te ben van precisie en detaillering. Schreker deelt de kapselen in een romantische suite. Maar vreemd strijkers op in tien aparte cellen met als effect een genoeg werd dat deel dan meestal weggelaten heel dichte structuur die klinkt als een net dat tijdens uitvoeringen. Je zou kunnen denken dat intens in elkaar geweven werd. Soms klinken er dit gebeurde omdat het Intermezzo niet paste wel 22 onafhankelijke lijnen in het orkest, maar in de ondertussen geëvolueerde muziek van de componist vermijdt onoverzichtelijkheid door Schreker, maar dat is net het vreemde aan de verschillende instrumenten bijna dezelfde lijnen zaak. Zijn romantische suite klinkt als geheel te laten spelen. En naast de strijkers klinken gereserveerder dan het jeugdige Intermezzo. Dat in deze Kammersymphonie ook blazers, harp, Intermezzo draagt immers alles in zich van de celesta, harmonium, piano en percussie. avontuurlijkheid van de volwassen Schreker. Zin voor speelsheid en detail koppelt Schreker aan een veelheid aan kleuren. Wie mee is in zijn Kammersymphonie. De muziek die we van hem hebben, ondanks soms wat extatische klankwereld, hoort ook hoe wat er verloren gegaan is begin jaren ’30, be- die wereld grenst aan die van Debussy, Mahler, ginnen we stilaan opnieuw te ontdekken en te Wagner en Richard Strauss. Wat je te horen krijgt is exemplarisch voor wat waarderen. Zijn Kammersymphonie bestaat uit één deel, en er in de muziekwereld begin 20ste eeuw in Europa het is een perfect voorbeeld van de rijke muziek- gebeurde. Het was een zoektocht naar een nieuw taal van Schreker. De precisie van zijn orkestra- klankbeeld: de romantiek en Wagner waren De muziek werd in première gespeeld door de Wiener Philharmoniker.

dood en begraven – maar niet vergeten – en niet iedereen die in Wenen muziek maakte, geloofde in het nieuwe concept van de atonaliteit. “Ik ben een klankkunstenaar”, zei Schreker over zichzelf. “Een dromer in klanken. Een klank­ estheet. Melodie is mij vreemd.” De dromen van Schreker vergingen toen in Duitsland de nationaal-socialisten de overhand haalden. Dit soort gewaagde muziek van een Jood, daar was geen plaats voor in de ‘nieuwe maatschappij’. De laatste jaren van zijn leven had Schreker enorm te lijden onder de opmars van de nazi’s. Onder druk stopte hij met de voorbereidingen en repetities van zijn nieuwste opera. En een ander project veroorzaakte nog meer ophef: de nazi’s kwamen op straat om te protesteren tegen Schreker. Hij werd ontslagen aan het conservatorium van Berlijn, en niet veel later stierf hij aan een hartaanval. Schreker was opgejaagd wild geworden, en lang niet meer de man die in de jaren ’20 zo bejubeld werd, in Duitsland en in Oostenrijk.


5.

Vandaag worden zijn opera’s opnieuw uitgevoerd en geven zijn orkest- en kamermuziek hun geheimen prijs. Schreker was geen Wagner, integendeel. Voor Schreker zat er in muziek een tegenstem, voor Wagner was muziek veel meer de verklanker van een utopie. Toch zijn ze niet helemaal water en vuur. In die zin dat ze hun totaal tegenstrijdige persoonlijkheden nog steeds laten aflezen in hun muziek. “Ik ben ook een dromer”, zou Wagner gezegd kunnen hebben. “Ik droom van een nieuwe muziek!” Tekst. Mark Janssens


6.

Interview

Componist Bram Van Camp en violist Wibert Aerts. Een creatie voor viool en orkest van Bram Van Camp speciaal voor violist Wibert Aerts als solist? Hoog tijd om deze ambitieuze componist en virtuoze violist samen te brengen voor een diepgaand interview met bijzondere topics als pizzicato’s in de linkerhand, een revolterend orkest en de toekomst van hedendaagse muziek.

bijna al mijn werken voor viool gespeeld. Ik ben hem ongelooflijk dankbaar voor al deze mooie uitvoeringen.” Wibert Aerts: “Wat kan ik hier nog aan toevoegen? (lacht) Het spelen van het Vioolconcerto was een fantastische ervaring en sindsdien heb ik met veel plezier andere composities van Bram uitgevoerd.”

Jullie kennen elkaar al lang. Hoe hebben jullie elkaar ontmoet en hoe heeft deze vriendschap zich verder ontwikkeld? Bram Van Camp: “Toen ik zelf viool en compositie studeerde aan het conservatorium, ging ik altijd kijken naar Het Collectief waar Wibert viool speelde. Ik woonde steevast de concerten van de Nieuwe Reeks in Leuven bij en daar heb ik Wibert keer op keer aan het werk gezien. Toen ik een paar jaar later componist in residentie was bij het Hermes-ensemble kreeg ik op compositorisch vlak een ware carte blanche. Het resultaat hiervan was een Vioolconcerto waarvoor ik absoluut Wibert als solist wilde. Zo is onze samenwerking begonnen. Ondertussen heeft Wibert

Had jij Wibert dan in gedachten toen je het concerto componeerde? Van Camp: “Ik mag eigenlijk alles schrijven omdat hij in principe alles kan spelen. Dat is voor mij persoonlijk een groot voordeel. Het mag met andere woorden ‘virtuoos’ zijn.” Aerts: “En voor mij is dit een groot nadeel. (lacht) Je merkt in composities van Bram dat hij het instrument helemaal beheerst. Tegelijkertijd toetst hij de grenzen van de viool af en exploreert hij de technische limieten. Zijn benadering van het instrument is daardoor vrij atypisch en helemaal niet routineus en dat voel je als uitvoerder. De invloed van de barokmuziek op de compositiestijl van Bram speelt hierin ook een belangrijke

rol. De vele technische passages en arpeggio’s zorgen ervoor dat de muziek echt klinkt.” Kan er dan uiteindelijk een intensieve wisselwerking bestaan tussen componist en solist, denken we maar aan Johannes Brahms en Joseph Joachim? Aerts: “Jazeker, Bram is iemand die echt heel goed weet wat hij wil en hij schrikt er niet voor terug zijn ongezouten mening te geven. Het is ongelooflijk boeiend en uitdagend om als muzikant de boodschap van de componist over te brengen aan het publiek. Toch zie ik het als een uitdaging om eerst alles zelf op te lossen en in te studeren. Je moet als uitvoerder zorgen dat het werk een eigen leven kan gaan leiden zonder telkens terug te koppelen naar de componist omdat die er vaak niet meer is. Ik kan moeilijk Bartók bellen om te vragen wat hij met zijn Vioolconcerto bedoeld heeft. Het is je taak als muzikant om eerst zelf je weg te zoeken in de compositie. En uiteindelijk kom je pas samen met de componist nadat je zelf een idee ontwikkeld hebt of


7.

wanneer de voorstelling ten einde is om pas dan jouw interpretatie af te toetsen met de esthetiek van de componist.”

zijn eigen manier kan invullen. Na een heel nerveus openingsdeel transformeert de muziek in het tweede deel naar bevreemdende, lyrische adagiopassages. Met de korte cadens van slechts drie noten eindigt het deel dat doorspekt was met spectrale akkoorden en feeërieke klanktapijten. Op het einde van de compositie organiseert het orkest een ware revolte om alsnog met een grote climax vol pizzicato’s in de linkerhand het laken finaal naar zich toe te trekken.” Aerts: “Het spektakelgehalte van deze compositie is zeer groot, maar mag de sfeer van het stuk niet overheersen. De virtuositeit heeft het werk een extra dimensie mee en is ook een uiterst geschikt expressiemiddel. De aartsmoeilijke ritmische passages waren voor mij de grootste uitdaging. Het geeft een echte kick om als solist in duel te gaan met een furieus orkest.”

Wat mag ons publiek verwachten van dit werk? En hoe kan men zich hierop voorbereiden? Van Camp: “Het is voor mij een zeer atypisch concerto, op de drieledige structuur na. Ik heb geprobeerd te reageren tegen het conventionele vioolconcerto en de dialoog tussen de solist en het orkest door te denken. De viool brengt ieder thema op een quasi improvisatorische manier naar voor en het orkest probeert dit te imiteren. Deze imitatie is niet altijd even succesvol en ik richt de aandacht in dit concerto dan ook op het proces van ‘trial & error’. Wat voor mij nog altijd het belangrijkste doel is, is dat de muziek moet klinken. Je mag er niet te veel woorden aan vuil maken; je moet er gewoon van genieten en je laten onderdompelen in de vele klanken. De muziek kan perfect op zichzelf staan zonder Waar liggen de grootste uitdagingen voor de enige uitleg. Er wordt in dit concerto namelijk nieuwe muziek? een muzikaal verhaal verteld dat iedereen op Van Camp: “Elektronica zal een belangrijke rol

blijven spelen in hedendaagse muziek. Toch geloof ik steevast in de onbeperkte, onbegrensde mogelijkheden van een akoestisch instrument en vind ik dat dit medium opnieuw alle kansen moet krijgen om zich verder te ontwikkelen. Ten tweede is er een veel grotere sociale uitdaging voor de muziek van morgen. Het publiek dat naar nieuwe muziek komt luisteren, is echt zeer klein. Het initiatief van het Symfonieorkest Vlaanderen is in die zin lovenswaardig omdat ze door hun pittige programmatie nieuwe muziek naar een breder publiek brengen.” Aerts: “Ik ben het daar helemaal mee eens. Je moet als het ware de muziek trachten open te trekken zodat het niet alleen een nichepubliek is dat naar hedendaagse muziek komt luisteren. Er moet gewoonweg meer gedaan worden om deze tendens te stimuleren. Het onderwijs speelt hierbij een zeer belangrijke rol. Jonge muzikanten worden nog steeds opgeleid met de 19de eeuwse idee van virtuositeit in een duidelijk afgelijnd klassiek repertoire. Het andere uiterste, waar uitvoerders er bewust voor kiezen om enkel en


8.

alleen nieuwe muziek te spelen, brengt ook weinig zoden aan de dijk. Idealiter zou er een gulden middenweg moeten gevonden worden tussen het uitvoeren van oude en nieuwe muziek. Enkele toppers binnen de muziekwereld zoals Patricia Kopatchinskaja en Gidon Kremer hebben reeds geprobeerd het pad te effenen voor een soort tussenoplossing. Waarom zou je kiezen tussen het één of het ander terwijl je ook beide kunt combineren? Ik pleit er dan ook voor het publiek te voorzien van een totaalpakket waarbij zowel oude als hedendaagse muziek aan bod kan komen. De programmatie van het Symfonieorkest Vlaanderen van dit seizoen is hier een heel mooi voorbeeld van. Daarbij vind ik het ook belangrijk dat iedereen, van de intendant over de muzikanten tot het overkoepelend management, deze nieuwe esthetische paden steunt. Wanneer je nieuwe muziek kunt brengen met een ongezien enthousiasme en bezieling, dan komt dit veel beter over dan wanneer je een meer oppervlakkige en zakelijke ingesteldheid aan de dag legt. Ook wanneer hedendaagse composities verschillen-

de keren gehoord kunnen worden, dan kan de compositie in al zijn eigenheid ook groeien en een bepaalde status binnen het repertoire aannemen. In die zin vind ik het een droom dat het Vioolconcerto door dit orkest verschillende keren uitgevoerd wordt.” Van Camp: “Maar we moeten wel het publiek aanmoedigen om naar zulke werken te komen luisteren. Op dat gebied ben ik heel erg geëngageerd. Als componist kan je in je ivoren toren muziek componeren, maar daar heb je niets aan als niemand het kan horen. Gelukkig worden we financieel gesteund door diverse overheden, maar daar staat ook iets tegenover. Ik vind het normaal om een sociaal engagement aan te gaan om je eigen muziek, maar ook de nieuwe muziek in het algemeen een plaats te geven in de maatschappij.

voelen om dit te doen, want eigenlijk is het je taak om via dit engagement mensen nieuwsgierig te maken. Als er iemand verjaart bijvoorbeeld geef ik hen meestal een kaartje voor een concert. De algemene concertcultuur moet weer beter bekend worden bij de jongeren. Door de zapcultuur bij deze generatie duurt een klassiek concert te lang. Maar als we die magie opnieuw zouden kunnen verspreiden onder het grote publiek, kan er een fundamentele wijziging ontstaan in de hedendaagse muziekcultuur.”

Zijn er nog projecten die jullie willen ondernemen? Wat zijn jullie dromen op artistiek vlak? Aerts: “Er zijn natuurlijk enkele werken waarvan je op het einde van je leven moet kunnen zeggen; ik heb ze gespeeld. Enkele mooie voorbeelden van deze monumentale kleppers zijn bijvoorbeeld de laatste strijkkwartetten van BeethoDe perfecte manier om dit te realiseren is om zelf ven of het Vioolconcerto van Ligeti. Als je deze voor de klas te staan en deze overtuiging over werken niet gespeeld hebt, dan heb je echt wel te brengen op je leerlingen. Als componist van wat gemist. In de eerste plaats is het een grote nieuwe muziek mag je jezelf echt niet te goed uitdaging om de uitvoering ervan tot een goed


9.

einde te brengen. De moeilijkheidsgraad ligt ontzettend hoog waardoor je hiervoor maandenlang moet studeren. Toch maken deze composities je beter als muzikant en als mens. Daarbij moet je als uitvoerder beseffen dat je niet te lang mag wachten om je tanden hierin te zetten. Wanneer je eenmaal te oud bent, zal de spijt des te groter zijn. Een andere uitdaging voor mij is het vinden van een goede balans in concerten waarbij ik barok met nieuwe muziek combineer. Je moet als muzikant durven dromen en je hebt die dromen ook nodig om beter te worden.” Van Camp: “Je wordt gevormd door de dingen die je hebt kunnen doen. De liedcyclus op teksten van Paul van Ostaijen was voor mij op compositorisch vlak een ware levensles. Ik had tot dan toe nog nooit zoiets moeilijks geschreven. Op dit ogenblik zou ik graag verder bouwen op deze ervaring en wil ik aan mijn eerste opera beginnen. Het concept ligt klaar en ik zie dat gewoon zitten! Je moet namelijk ‘goesting’ hebben om verder te gaan met je carrière en open te staan voor allerlei nieuwe ervaringen.

Daarom schrijf ik ongelooflijk graag voor het medium orkest. Het bezorgt me zoveel plezier en voldoening om de orkestklanken aan elkaar te lijmen. Toch is het voor jonge componisten niet gemakkelijk te groeien in dit medium. Vaak ontbreekt de motivatie bij programmatoren om jonge componisten werken te laten creëren voor een groot orkest door het te hoge prijskaartje.” Bram, ga jij met een bepaald verwachtingspatroon in de zaal zitten? Van Camp: “Ik ga vooral gaan luisteren om de muziek te horen en het opnieuw op me af te laten komen. Met de creatie was ik ontzettend zenuwachtig en heb ik amper kunnen luisteren. Dit keer is het echt de bedoeling de muziek intens te ervaren en niet op te gaan in alle moeilijkheden van het werk of alles wat er kan mislopen. Ik heb het volste vertrouwen in Wibert en het Symfonieorkest Vlaanderen!” Interview. Jasper Gheysen


10.

Biografie

Jonas Alber. dirigent Jonas Alber (°1969) wordt door muziekcritici een ongeëvenaarde geluidsmagiër genoemd die beschikt over een ongelofelijke maturiteit. Toen hij in 1998 tot algemeen muziekdirecteur werd benoemd van het Staatstheater Braunschweig, ging Alber de geschiedenis in als de jongste dirigent in Duitsland om dergelijk prestigieuze post te houden. Vandaag is Alber een veelgevraagd gastdirigent bij symfonieorkesten en operagezelschappen over de hele wereld.

JONAS ALBER

Als dirigent stond Jonas Alber reeds aan de leiding van verschillende gerenommeerde symfonische orkesten zoals onder meer de Dresdner Philharmonie en het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks. Ook buiten de grenzen van zijn vaderland verwierf Alber grote successen. Zo dirigeerde hij toporkesten zoals het BBC Symphony Orchestra en het Belgrade Symphony Orchestra, werkte hij samen met beroemde solisten zoals Sol Gabetta en Radek Baborák en maakte hij zijn debuut op zowel Zuid-Afrikaans, Chinees en Japans grondgebied.

Als operadirigent leidde Alber al meer dan 500 uitvoeringen van meer dan 50 opera’s. Zijn repertoire varieert van traditionele opera’s van Puccini, Mozart en Strauss tot verschillende hedendaagse werken en creaties. Albers interpretaties van het symfonische oeuvre van Robert Schumann en van verschillende symfonieën van onder meer Mendelssohn, Franck, Sibelius, Strauss en Mahler werden wereldwijd geprezen door de muziekpers.


Biografie

11.

Wibert Aerts. viool Wibert Aerts (°1974, Ninove) studeerde aan de koninklijke conservatoria van Bergen en Brussel en aan de Hochschule der Künste in Berlijn. In 1992 werd Aerts laureaat van de wedstrijd Axion Classics (Dexia). Hij was assistent-concertmeester van het Symfonieorkest Vlaanderen en concertmeester bij het ensemble Musiques Nouvelles.

WIBERT AERTS © MIEL PIETERS

Wibert Aerts is lid van gerenommeerde kamermuziekensembles waaronder ‘Het Collectief’. Met dit ensemble dat gespecialiseerd is in de vertolking van 20ste-eeuwse en hedendaagse muziek, nam hij heel wat cd’s op die genoten van nationale en internationale erkenning in vaktijdschriften als Gramophone, Repertoire, Scherzo, Monde de la musique en Diapason. Daarnaast vormt hij een duo met de Spaanse pianiste Caridad Galindo en is hij violist bij het Taurus Quartet. In 2005 koos de Handelsbeurs in Gent hem uit als petekind en begeleidde hem twee jaar bij zijn soloprojecten.

Wibert Aerts creëerde heel wat werken van hedendaagse componisten zoals Jean-Pierre Deleuze, Hao-Fu Zhang, Mauricio Kagel, Kee-Yong Chong, Stefan Van Eycken, Walter Hus, Frederic D’haene en Daan Janssens. Als kamermuzikant gaf hij concerten in Europa, Mexico, Brazilië, Peru en Hongkong. Sinds enkele jaren legt hij zich toe op het repertorium voor viool solo. In april 2008 verscheen zijn debuut-cd met werken van Hartmann, Zimmermann, Berio en Kee Yong Chong. Deze cd kreeg lovende perskritieken in binnen- en buitenland. Een tweede solo-cd is in voorbereiding met werk van Bartók, Kurtág en Veress. Hij is docent aan het ‘Conservatoire Royal de Mons’.


Familie.concert

12.

Peter en zijn Wolf. (8+) Een nieuw verhaal op tijdloze muziek van Prokofiev. Familie.concert . Peter en zijn Wolf. Vernieuwd verhaal op muziek van Prokofiev. Vrijdag 27 december 2013 Concertgebouw Brugge

15u

Zondag 29 december 2013 15u deSingel Antwerpen verteller. Steven Beersmans dirigent. Stijn Saveniers

Kinderen en klassieke muziek? Jawel! Met ‘Peter en zijn Wolf’, een vernieuwde versie op het bekende verhaal van Prokofiev, wordt klassieke muziek haast tastbaar. Met woord en beeld, orkest en verteller, dirigent en componist word je meegezogen in het ontroerende en spannende verhaal over Peter en zijn Wolf.

Peter woont met zijn vader in een grote stad. Als zijn vader niet meer voor hem kan zorgen, wordt Peter naar zijn onbekende opa gestuurd, in een afgelegen bergdorpje. Peter moet erg wennen. Geen vrienden, alleen een zwijgzame opa. En heel veel honden, waar Peter bang voor is. Het hele dorp lacht hem hiervoor uit, ook zijn opa. En dan is er ook nog een wolf, die de omgeving onveilig maakt. Om zichzelf te bewijzen bedenkt Peter een plan. Hij zal laten zien dat hij niet bang is en het gevaarlijkste doen wat hij kan bedenken: hij zal in z’n eentje de wolf vangen. Een ontroerende en spannende voorstelling met de wereldberoemde muziek van Prokofiev.

Boek nu de allerbeste plaatsen voor u en uw (klein)kinderen! Tickets voor kinderen en jongeren t.e.m. 15 jaar: 8 euro in alle rangen. 050 84 05 87 www.symfonieorkest.be


Overzicht

13.

Concert.agenda Taras Bulba.

Parada.

Unvollendete.

Dvorรกk . Lindberg . Janรกcek

Lindberg . Bartรณk . Brahms

Schubert . Korngold . Strauss

dirigent. Jan Latham-Koenig solist. Emil Jonason. klarinet

dirigent. Andreas Delfs solist. Alexander Madzar. piano

dirigent. Jan Latham-Koenig soliste. Emmanuelle Bertrand. cello

zondag 15 december 2013. 15u deSingel. Antwerpen

dinsdag 7 januari 2014. 20u Concertgebouw. Brugge

maandag 10 februari 2014. 20u Paleis voor Schone Kunsten. Brussel

maandag 16 december 2013. 20u Paleis voor Schone Kunsten. Brussel

zaterdag 11 januari 2014. 20u Muziekcentrum de Bijloke. Gent

dinsdag 11 februari 2014. 20u Concertgebouw. Brugge

dinsdag 17 december 2013. 20u Concertgebouw. Brugge

zondag 12 januari 2014. 15u deSingel. Antwerpen

zaterdag 15 februari 2014. 20u Muziekcentrum de Bijloke. Gent zondag 16 februari 2014. 15u deSingel. Antwerpen

Ontdek de volledige kalender op www.symfonieorkest.be!


Het Symfonieorkest Vlaanderen geniet de steun van

Westmeers 74 . B 8000 Brugge T +32 50 84 05 87 F +32 50 84 06 87

info@symfonieorkest.be www.symfonieorkest.be Volg ons op Facebook! verantwoordelijke.uitgever. Dirk Coutigny


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.