Symfozine 90 | Symfonieorkest Vlaanderen

Page 1

maa →  juni 2021

© Wouter Maeckelberghe

Requiem voor een gevallen held PROJ EC T IN DE KIJ KER

Fluitconcert vanuit het noorden ONDER DE LOEP

ORKEST ON AIR

20 20

INTRO

Annelien Van Wauwe TALENT UITG ELICHT

Vaughan Williams & Bartók

10

De digitale concertzaal

04

08

Dirigent David Reiland INTERVIE W

02

Blijven spelen

14 16

SOV ONTDEKT

Broederduet in SOV Young HIT-AND -RUN

23

n°90


02

INTRO


Blijven spelen ← Frederik Styns © Tom De Visscher

03

INTRO

Wat missen we jullie, lieve publiek! Dat dit gevoel wederzijds is, spreekt uit de sympathieke berichten die we dagelijks van jullie mogen ontvangen. Hiervoor wensen we jullie oprecht te bedanken! Het zijn deze hartverwarmende woorden die ons meer dan ooit stimuleren om door te gaan en niet bij de pakken te blijven zitten. Zoals binnenkort de lente zich aankondigt, zo vullen onze harten zich met hoop… want voorzichtig toont zich een lichtpunt aan het einde van de tunnel. Wat kijken we uit naar het moment waarop we allen weer samen genieten van muziek, live, verbonden met elkaar én met de kunst. Stilzitten? Dat stond nooit in ons woordenboek, en de afgelopen maanden vormden daar geen uitzondering op. Via Facebook, Instagram, YouTube en onze website waren jullie getuige van heel wat nieuwe initiatieven. Zo waren er de opnames die we maakten tijdens de zomermaanden; de eerste editie van onze internationale SOV Conducting Masterclass voor jonge dirigenten; de educatieve videoreeks ‘De Orkestspecialist’ met violist Stefaan De Rycke; de voorstelling Kerstmis Speciaal die hopelijk heel wat kerstvreugde naar jullie huiskamers bracht… Blik even met ons terug dankzij de schitterende plaatjes van onze huisfotografen in het midden van dit Symfozine. Of grasduin maar eens door ons YouTube-kanaal (www.youtube.com/symfonieorkestvl) en ontdek wat er allemaal aan creatieve videopracht te vinden is. Meer daarover lees je in het artikel ‘orkest on air’. Om helemaal in topvorm te blijven werkten we achter de schermen intens verder aan het Beethoven-traject dat we samen met chef-dirigent Kristiina Poska afleggen. In moeilijke tijden heeft

men meer dan ooit nood aan houvast. Beethoven is voor ons een trouwe kompaan, een steun en toeverlaat, die ons daarenboven dwingt een stand van zaken op te maken van wie we zijn en waarvoor we staan. Door de studie van deze meester geven we nog meer vorm en slagkracht aan ons muzikale DNA. Aan het einde van dit seizoen zullen we maar liefst vier van zijn symfonieën opgenomen hebben: de Eerste, de Derde, de Vijfde én de Zevende. Het resultaat ervan zal te zien zijn op ons YouTube-kanaal én te horen zijn op cd! Het eerste volume, met daarop de Eerste en Zevende Symfonie verscheen eind februari. Graag een exemplaar in de bus? Surf dan naar onze website en geef ons je bestelling door. In dit Symfozine delen we artikels die achtergrond bieden bij de concerten die op stapel staan én blikken we terug op het digitale concert met dirigent David Reiland en pianist Hannes Minnaar van begin februari. Of we de rest van het seizoen samen kunnen beleven in de concertzaal is nog onduidelijk. Toch zetten we onze plannen verder. Ons motto de komende maanden luidt: ‘blijven spelen’. Live of via livestream. Houd zeker en vast onze website in de gaten en volg op de voet hoe en waar je ons aan het werk kan zien! En maak intussen gerust een stop op onze sociale mediakanalen om mentaal bij te tanken tijdens deze marathon. Veel groeten van ons allemaal! Frederik Styns, intendant Symfonieorkest Vlaanderen


Requiem 04

PROJECT IN DE KIJKER

gevallen Concert Eroïca programma Arvo Pärt (°1935) Cantus in memoriam Benjamin Britten, Pjotr Iljitsj Tsjaikovski (1840–1893) Rococo Variaties, Ludwig van Beethoven (1770–1827) Symfonie nr. 3, op. 55 ~ ‘Eroïca’ met chef-dirigent Kristiina Poska en cellist Anne Gastinel zie ook kalender → p24

↗ Bonaparte franchissant le Grand Saint-Bernard © Jacques Louis David, 1802


“ Hij is ook maar een gewoon mens!” Een ontstelde Beethoven wanneer vrijheidsstrijder Napoleon, keizer Napoleon wordt. Portret van Ludwig van Beethoven © Christian Horneman, 1803

vooreen 05

PROJECT IN DE KIJKER

held


Geen bluts op de ziel zo pijnlijk als die toegediend door een ontmaskerd idool. Een playbackende popprinses, een betrapte wielergod, een beauty queen die lelijk blijkt vanbinnen: verloren dromen die een stukje van ons geloof in wat mooi en goed is met zich meenemen. Het overkwam ook Ludwig van Beethoven, die ei zo na een meesterwerk opofferde aan het failliet van zijn held, Napoleon Bonaparte.

06

PROJECT IN DE KIJKER

Bevrijding Niet blinde idolatrie, maar een overtuigd geloof in de waarden van de verlichting deden ca. 1795 Beethovens bewondering voor Napoleon ontwaken. De stormram die de muziekgeschiedenis op z’n grondvesten deed daveren, moet in de staatsman die Europa hertekende een flits van spirituele en ethische herkenning hebben gezien. Waren veldtochten in de naam van de vrijheid niet het wereldse equivalent van zijn missie om filosofische ideeën, vorm­­ conventies en esthetische opvattingen te bevrijden uit het keurslijf van de traditie? Precies omwille van die echoënde idealen moet de klap hard zijn aangekomen toen Beethoven in de lente van 1804 vernam dat ‘Le Petit Caporal’ zichzelf tot keizer van het Franse volk had uitgeroepen. Idealist, gangmaker, revolutionair: jazeker. Maar een despoot had Beethoven nooit in Napoleon gezien. Dat blijkt alvast uit de titel van de symfonie waaraan hij een jaar voor het debacle was begonnen: Bonaparte. Het nieuws uit Parijs had dan ook een 01

verschroeiende impact op de componist, die (al naargelang de bron) de frontpagina van de partituur doormidden scheurde, dan wel de titel wegkraste tot er geen notenpapier meer overbleef. Hij doopte de symfonie om tot Eroïca, zij het schoorvoetend: later gaf Beethoven in een brief aan zijn uitgever toe dat “de titel eigenlijk Bonaparte is”. Het verhaal van Beethovens gebroken hart is mettertijd een melodrama geworden. Tussen het zwart-wit van de legende gluren echter de grijstinten van de historische realiteit. Veelzeggend is dat Beethoven zich pas publiekelijk uitsprak tegen Napoleon toen diens leger in 1809 Wenen binnenviel. Bovendien zou zijn bitterheid verzoet worden door medelijden met een man die hij tot op zekere hoogte als slachtoffer van de omstandigheden beschouwde. Maar koek en ei werd het nooit meer, en in 1813 schreef Beethoven zelfs een ode aan Napoleons aartsvijand (Wellingtons Sieg oder die Schlacht bei Vittoria, Op. 91). De saga eindigt bij de dood van Napoleon in 1821, die Beethoven met gemengde gevoelens deed terugblikken op de

treurmars uit Eroïca: “De muziek voor deze droevige gebeurtenis heb ik zeventien jaar geleden al geschreven”.

Titaan Inmiddels had zijn derde symfonie een legendarische status verworven, en dat ondanks het verlies van het attractieve (en dus lucratieve) label Bonaparte. De geslepen zakenman Beethoven had de tegenvaller in een opportuniteit weten om te buigen door naast een ambigue titel (‘De heroïsche symfonie. Gecomponeerd om de nagedachtenis aan een groot man te vieren’) ook een opdracht aan prins Joseph Franz von Lobkowitz op te nemen: een vriend en mecenas, die zich lang vóór de val van Napoleon bereid had getoond Beethoven rijkelijk te vergoeden voor een opdracht.01 Naast de abstracte verwijzing naar het heldendom en de persoonlijke referentie aan het adres van de prins, voegde Beethoven in de partituur narratieve componenten toe die de Eroïca tot een waar epos maken. De nu eens plechtstatige,

Een zaal in Lobkowitz’ barokpaleis in Wenen, waar de derde symfonie zijn première beleefde, werd tot de Eroica-Saal omgedoopt. Vandaag is er de theatersectie van het Kunsthistorisches Museum ondergebracht.


dan weer uitzinnige Marcia Funebre bijvoorbeeld, die een requiem voor een gevallen held maar ook een meditatie over sterfelijkheid zou kunnen zijn. Mythisch is ook het minste wat kan worden gezegd van de finale: een variatiereeks op een thema dat Beethoven al in Die Geschöpfe des Prometheus had gebruikt. Het is wellicht geen toeval dat Beethoven net met deze pagina’s, gewijd aan de Titaan die de goden van de Olympus durfde te tarten, het werk aan de symfonie was begonnen.

Revolutionair Binnen het Beethoven-parcours van Kristiina Poska en Symfonieorkest Vlaanderen wordt Eroïca zonder meer een mijlpaal, al was het maar omdat het werk binnen de orkestmuziek geldt als ‘point of no return’. Het stamt uit wat men in Beethoveniana wel eens ‘de midden­­ periode’ noemt: de jaren waarin de componist kritisch terugblikte op zijn werk en besliste andere wegen te gaan bewandelen. Toch is deze partituur geen

vingeroefening. Dat bewijzen de schetsen die ons een uniek inzicht verschaffen in Beethovens werkproces. Zo blijkt dat de meest radicale vernieuwingen van bij het begin aanwezig waren en dat de componist met veel zelfvertrouwen te werk is gegaan. Dat is des te meer verbluffend omdat heel wat innovaties nooit eerder waren toegepast — ook niet door Beethoven zelf. Vooral de wijze waarop motieven het DNA van de muziek zijn geworden, is baanbrekend: melodie, ritme, dynamiek, textuur en harmonie worden beademd door kleine cellen vol symfonisch potentieel. Samen met de wendbare thema’s vormen de motivische cellen het mortel dat het majes­ tueuze bouwwerk samenhoudt: een cruciale stap op weg naar het symfonische ideaal dat Beethoven met de 9de zou realiseren.

Aufklärung Eroïca: geen ode aan de vreugde, maar aan de vrijheid. Een heldenepos in elke betekenis van het woord, dat van uit­­voerders maar ook van ­luisteraars het nodige engage­­­-

PROJECT IN DE KIJKER

De frontpagina van de partituur met de weggekraste titel

ment vergt. Wij, 21ste-eeuwers, zijn wat dat betreft beter gewapend dan Beethovens tijdgenoten, die worstelden met de diepgang en de kolossale dimensies van de symfonie. “Uitputtend voor de kenner en ondraaglijk voor de liefhebber,” schrijft een ontstelde concertganger. Perplexe critici verweten de componist de kunst tot afgod te hebben gemaakt, door niet iets moois, maar iets vreemds te hebben willen schrijven. Dat was voor Beethovens vrienden dan weer een reden om hem te lauweren: met Eroïca had hij de nieuwe weg gevonden waarnaar hij had gezocht. Waar de verschillende kampen het wel over eens waren, is dat de partituur als bovenmenselijke prestatie in het pantheon van de ‘Aufklärung’ thuishoort. De geschie­ denis gaf hen al gauw gelijk, want van zodra een uitgave beschikbaar werd, groeide vanuit de studie van het werk een unanieme bewondering voor de muziek. De deur die Beethoven had losgewrikt, bleek de toegangs­p oort tot de hoogromantiek. Sofie Taes

07


Annelien 08

De Belgische klarinettiste Annelien Van Wauwe is op weg om een van de boeiendste en origineelste muzikanten van haar generatie te worden. Met haar uitvoeringen op zowel de moderne als historische klarinet sierde ze al menig podium aan de zijde van gerenommeerde orkesten en dirigenten. Ze was BBC Radio 3 New Generation Artist en won talrijke internationale wedstrijden. Haar overwinning tijdens de ARD Internationale Muziekwedstrijd in München in 2012 was een beslissende stap naar internationale erkenning. In 2018 won zij een Borletti-Buitoni Trust Award. En in oktober 2020 voegde ze daar de OPUS KLASSIK Award voor Nachwuchskünstlerin, ofte 'Beste jonge artiest' aan toe. Die prijs kreeg ze voor haar album ‘Belle époque’, opgenomen met het Orchestre National de Lille, onder leiding van Alexandre Bloch. Eerder bracht ze samen met pianist Lucas Blondeel werk uit bij Genuin Classics. Het album met muziek van Weinberg en Prokofiev kreeg lovende kritieken en bezorgde haar een Klara award voor jong talent. In juni brengt ze met Symfonieorkest Vlaanderen het klarinetconcerto van Gerald Finzi. Tijd voor een onlinegesprek.

“Als kind speelde ik blokfluit”, zo vertelt Annelien Van Wauwe enthousiast, “maar op m’n achtste koos ik voor de klarinet. Het instrument zag er met die blinkende kleppen prachtig uit én klonk bovendien heel mooi. Dat je er verschillende muziekgenres mee kon spelen — van klassiek over klezmer en jazz tot harmoniemuziek — hielp ook. Toen ik elf à twaalf jaar was, sportte ik veel. Vooral atletiek lag me, en ik won best veel competities. Maar ik raakte gekwetst, en hardlopen bleek geen optie

Van Wauwe

meer. Frustrerend. Ik oefende dan maar elke dag op de klarinet. Ik voelde dat het spel beter en beter ging, en dacht ‘misschien moet ik dat gaan doen: klarinet spelen, deelnemen aan wedstrijden’. En zo is het gelopen.” Hoe ziet een doorsnee dag er uit? “Dat varieert. Ik ben hoofddocent klarinet aan het Koninklijk Conservatorium in Antwerpen, aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag én aan het Musical Arts Madrid. Tel daar nog de masterclasses bij, en de vele repetities

en concerten in het buitenland. Ik ben dus best veel van huis, al zijn er nu natuurlijk beperkende corona-maatregelen. Gelukkig zijn er ook dagen waarop ik alleen maar hoef te studeren. Ik start de dag altijd met een uur yoga. Daarna volgt een muzikale opwarming. Geen sprake van om onmiddellijk met een moeilijk klarinetconcerto te starten. Eerst de basis: toonladders spelen, noot na noot reiken naar een toon, oefeningen voor de lucht in alle registers, en goed naar mezelf luisteren. Alles dus om het

lichaam voor te bereiden op het eigenlijke spel. Als je elke dag aan die basiselementen werkt is het veel makkelijker om een hoger niveau te bereiken. Zelfs als ik mij op drukke momenten of tijdens de vakantie tot die warming-up beperk, blijf ik toch mijn spelniveau behouden. Een hele geruststelling. Onder de naam ‘Wauw! Warm up’ kan je m’n volledige opwarming — ontwikkeld tijdens de lockdown in maart 2020 — bekijken op YouTube. Na al het voorbereidende werk, gaat er twintig procent van de dag


Concert FinzienBartók programma Tim Mulleman (°1993) Creatie (SOV Composers Academy), Gerald Finzi (1901–1956) Concerto voor klarinet, Béla Viktor János Bartók (1881–1945) Suite nr. 2 voor orkest met dirigent Risto Joost en klarinettist Annelien Van Wauwe zie ook kalender → p24

09

naar studie. Tot slot besteed ik als freelancer — tot mijn eigen verrassing — nog zestig procent van m’n tijd aan a ­ dministratie: mails, promotie, website, tele­ foontjes, interviews… Maar het voelt niet als werken. Muziek is en blijft een passie, met alles wat daar in de rand bij hoort.” Hoe belangrijk is ademhaling voor een klarinetspeler? “Ik zou zeggen de alpha en omega. Vergelijk het met de strijkstok van een violist. Ik denk dat er niks persoonlijker is dan ademhalen; je kan er je uitvoering een heel eigen touch mee geven. Yoga is de perfecte manier om los van het instrument te werken aan de ademhaling en alle spieren die daarbij horen. Het lichaam leren kennen en daar heel intensief mee

“ Ik heb dit concerto wel eens omschreven als een slagroom­taart, heerlijk zoet, zonder de dramatische passages te vergeten.” bezig zijn, vormt een belangrijke pijler. Ik heb het gevoel dat sinds ik yoga doe — nu ongeveer tien jaar — ik veel minder klarinet moet studeren. Op een bepaalde manier ‘zit’ het gewoon goed als er fysiek zorg gedragen wordt voor het lichamelijk ‘apparaat’.” Zijn er uitvoerders die je ­inspireren, naar wie je opkijkt? “Zeker! Toen ik heel jong was, luisterde ik thuis dikwijls naar een

opname van het klarinetconcerto van Mozart met Sabine Meyer op bassetklarinet in a. Ik wist toen nog niet dat er twee verschillend gestemde klarinetten bestonden nl. in a en in bes. Ik probeerde de hele tijd mee te spelen, maar dat wilde niet lukken. Voortdurend een halve toon naast het spel van Sabine Meyer… [lacht]. Op mijn 17de ben ik bij haar les gaan volgen. We hadden thuis ook een opname van Franse

muziek met Walter Boeykens. Die vond en vind ik nog altijd heel mooi.” In juni speel je met Symfonieorkest Vlaanderen het klarinetconcerto van Finzi. Welke emotie roept dat werk bij je op? “Ik vind het prachtig! Finzi schrijft mooie, zangerige melodieën, met prachtige legato-passages: heel emotioneel en intens. Ik heb dit concerto wel eens omschreven als een slagroomtaart, heerlijk zoet, zonder de dramatische passages te vergeten. De partituur is werkelijk op het lijf van een klarinettist geschreven, dus Finzi moet het instrument goed gekend hebben. Dat thuiskomen voelt als muzikant heel aangenaam.” Johan Van Acker


Concert TheCelestialCity programma Jean Sibelius (1865–1957) Valse Triste Op. 44, Einojuhani Rautavaara (1928–2016) Concerto voor vogels & orkest ~ ‘Cantus Arcticus’, Ralph Vaughan Williams (1872–1958) Symfonie nr. 5 ~ ‘Symphony of the Celestial City’ met chef-dirigent Kristiina Poska zie ook kalender → p24

Fluitco

vanuit 10

1 Het moeras

Begin maart kan u in het Belgische luchtruim wel eens kraanvogels zien. Ze zijn dan op weg naar hun noordelijke broedplaatsen, de Finse moerassen te Liminka bijvoorbeeld, waar Rautavaara ooit met een bandopnemer passeerde. Twee fluiten brengen het aanvangsdeel op gang met mysterieuze arabesken. Wanneer een koortje van moeras­ vogels invalt, maken ze gewillig plaats met lang aangehouden trillers. Voeg daar het tweenotige neerwaarts motief in de hobo’s aan toe en we denken meteen aan het bekende ‘vogelmoment’ uit Beethovens pastorale symfonie. Trombones imiteren ondertussen het staccato van de kranen. Na deze introductie zetten lage strijkers en fagotten een traag deinende melodie in, die gestaag aanzwelt en een rijk harmonisch palet doorloopt. Op het hoogtepunt krijgen we opnieuw het dissonante koekoeksmotiefje te horen, ditmaal in het koper, waarna alles weer tot rust komt. Een soloklarinet besluit met een vrije interpretatie van de openingsarabesken.

Melancholie De strandleeuwerik valt te herkennen aan zijn gele snoetje met onder de ogen een stel zwarte vegen, dat je met wat verbeelding voor uitgelopen mascara kan houden. Tijd voor melancholie dus. De eerste minuut van het tweede deel bestaat uit een vertraagd duet waarin twee strandleeuweriken elkaars roep nabootsen. Een weinig verbrokkeld is die nu eens hoog dan plots weer laag. En zo laat ook de vioolpartij zich kenmerken, als een kortademige reeks sprongen van de ene drieklank naar de andere. Wanneer ze vervoegd worden door de overige strijkers gaat het in heldere tertsen stelselmatig de hoogte in. Een echte climax komt er echter niet. Heel even komt het volledige orkest meedoen, maar het geheel draagt iets vergeefs in zich, alsof het nog wat aan overtuiging schort. Een deemsterend morendo kondigt herwonnen stilte af.


oncert Cantus Arcticus van Einojuhani Rautavaara

Een album met zingende bultrugwalvissen behaalde zo’n vijftig jaar geleden meerdere keren platina. Afgespeeld aan zeer lage snelheid moeten tjirpende krekels dan weer werkelijk niet onderdoen voor pakweg de micropolyfonie van György Ligeti. Allemaal zeer bewonderens­waardig, maar om de vogels het statuut van meest muzikale dieren afhandig te maken, zullen ze toch vroeger moeten opstaan. Met het smelten van de poolkappen hoopt natuurlijk niemand ooit gewekt te worden door de zang van een bultrug. Noordelijk woonachtige Finnen al helemaal niet. Wie anders dan zij zijn dan ook beter geplaatst om de ontspoorde relatie tussen mens en natuur terug te fluiten? Het is wellicht geen toeval dat Einojuhani Rautavaara zijn Cantus Arcticus (1972) schreef, terwijl de groene politiek opgang maakte. Niet de mens staat in dit concerto centraal, dan wel zijn gevleugelde vrienden de vogels, die zich om praktische redenen middels een geluidsband laten vertegenwoordigen. — Régis Dragonetti

Beluister de 4 muziekfragmenten via symfonieorkest.be. Of scan de QR codes en begin meteen met luisteren. Veel lees-, luister- en ontdekkingsplezier!

1

2

3

4

het noorden ONDER DE LOEP

Trekkende zwanen Als John Fords westernklassieker The Searchers enigszins historisch correct is, vallen overvliegende zwanen haast niet te onderscheiden van de strijdkreten van Comanche-krijgers. Dreigend klinken ze alleszins, al hoeft dat niet te verwonderen van een dier dat in de Finse mythologie in het dodenrijk woont. Een chromatisch aandik­ kende tooncluster in de hoge strijkers volgt deze akelige stemming, maar wordt meteen doorkruist door een klarinet die de arabesk uit het eerste deel ten gehore brengt. Uit hetzelfde motivische materiaal vlecht Rautavaraa vervolgens een kluwen van lijnen, als de akoestische schaduw van de lawaaiige trekvogels. Ten langen leste overvalt ons een gevoel van redding. Het zijn de hoorns die de ons reeds bekende deining hebben ingezet. Al gauw wint ze aan kracht, zij het zonder ooit in triomf te ontsporen, en verdringt uiteindelijk het gewemel van de houtblazers. Aan het eind bedaart alles eens te meer en speelt de celesta een etymologisch verantwoord slotakkoord. Hemels.

2–3–4 Andere noordelijke vogels op band

Als uitsmijter doen we u graag nog wat tips aan de hand. Mocht u na Cantus Arcticus volkomen in de ban zijn van vogelzang, kunnen de doordrijvers onder u terecht bij Rautavaara’s landgenoot Nils-Aslak Valkeapää. Deze schrijver-muzikant uit Sápmi (Lapland) maakte zich grote zorgen over de tanende vogelpopulaties in zijn geboortestreek. Zijn Goase Dušše (Vogelsymfonie) bestaat enkel uit veldopnames, vooral van vogels met hier en daar een traditionele Samense joik. Ook de Canadese pianist Glenn Gould leefde op gespannen voet met de moderniteit. Getuige daarvan is zijn eigenzinnige klankcollage annex documentaire The Idea of North, waarin hij het noorden met terugtrekking associeert. Ze bestaat vooral uit stemopnames, maar eindigt met muziek van die andere grote Finse componist – Sibelius. De finale van diens Vijfde Symfonie evoceert de mystieke vervoering die hem ten deel viel bij het aanschouwen van… ­over ­­vliegende zwanen.

11


12


13


14

Vaughan Williams & Bartók SOV ONTDEKT

Is muziek een spiegel van de wereld die haar omringt? Je zou denken van wel. Of toch op z’n minst een beetje. Maar als je naar Symfonie nr. 5 van Ralph Vaughan Williams luistert, begin je toch te twijfelen. Vaughan Williams componeerde haar tijdens de oorlogsjaren en ergens verwacht je de rauwe chaos van dood en vernietiging te horen. Maar neen. De symfonie lijkt wel gedrenkt in liefelijkheid. Zo mild, zo zacht, zo groen en glooiend – je waant je op het Britse platteland, waar een plotse regenbui zowat het ergste is dat je kan overkomen. Misschien maakt net dat deze symfonie wel zo ontroerend: dat immense contrast tussen muzikale droom en harde werkelijkheid. Geen wonder dat ze de bijnaam ‘The Celestial City’ kreeg. Spits zeker bij het trage derde deel de oren. Die weemoedige solo van de Engelse hoorn: je zou er goud voor geven. Ook in vredestijd. Nog zo een kleinood uit de muziekgeschiedenis dat het verdient om opgeblonken te worden: Bartóks Suite nr. 2 voor orkest. Wie Bartók zegt, denkt misschien vanzelf aan botsende akkoorden en heerlijk drummende pianoklanken. Grillige weerhaken vermengd met wispelturige boerendeuntjes: dat is Bartók, toch? Maar in de tweede suite hoor je een heel andere Bartók aan het werk. Jong en zoekend. Een hevige patriot, die de taal waarmee hij zijn vaderlandsliefde tot uitdrukking wilde brengen, nog volop aan het ontwikkelen was. Richard Strauss was zijn muzikale held — een Duitser nota bene.

Franz Liszt zijn directe inspiratiebron. Nog maar een jaar eerder was hij voor het eerst gefascineerd geraakt door de plattelandsmuziek van ‘zijn’ Hongarije. En dus luistert de Suite als een fijn omlijnd portret van een jongeman. De dromen zijn groot. Soms veraf nog, soms verrassend dichtbij. Feeëriek, luidruchtig, vol pure kleuren, dansend op de maat van de pauken. — Annemarie Peeters Concert TheCelestialCity programma Jean Sibelius (1865–1957) Valse Triste Op. 44, Einojuhani Rautavaara (1928–2016) Concerto voor vogels & orkest ~ ‘Cantus Arcticus’, Ralph Vaughan Williams (1872–1958) Symfonie nr. 5 ~ ‘Symphony of the Celestial City’ met chef-dirigent Kristiina Poska Concert FinzienBartók programma Tim Mulleman (°1993) Creatie (SOV Composers Academy), Gerald Finzi (1901–1956) Concerto voor klarinet, Béla Viktor János Bartók (1881–1945) Suite nr. 2 voor orkest met dirigent Risto Joost en klarinettist Annelien Van Wauwe zie ook kalender → p24


BLIJF VERWONDERD.

15

Een inspirerend en speels parcours met kunst en architectuur Nu met tijdelijke expo van Sarah Van Marcke!

meer info concertgebouwcircuit.be


Dirigent 16

klankschild De Belgische dirigent David Reiland maakt al jaren internationaal furore. Naast Haydn en Mozart ligt vooral Frans repertoire hem nauw aan het hart, werk dat zich situeert tussen het einde van de 19de en de eerste helft van de 20ste eeuw. Samen met Symfonieorkest Vlaanderen en pianist Hannes Minnaar bracht hij in februari Fauré, Ravel en Poulenc. Een gesprek over het cultuurverschil tussen Franse en Duitse orkesten, over het belang van kleur én over de mystiek van het concertgebeuren. — Johan Van Acker


David Reiland

der à la française

17

← David Reiland © Christophe Urbain


18

Klanken boetseren

Niet storen

In een uitgebreid online conversatie neemt David Reiland ons mee op zijn parcours. “Als kind al vond ik de link tussen muziek en beweging fascinerend. Het creëren en boetseren van klank vanuit een handgebaar. Dat ik na mijn studies piano en saxofoon een orkest zou leiden, stond in de sterren geschreven. Na mijn opleiding in Brussel, ging ik naar Parijs en Salzburg. Ik had het geluk verschillende vooraanstaande dirigenten te kunnen assisteren: o.a. Simon Rattle, Iván Fischer, Roger Norrington en Frans Brüggen. Dankzij hun métier sta ik vandaag als dirigent met vertrouwen voor het Orchestre National de Metz en het Sinfonietta de Lausanne. De muzikanten van de Düsseldorfer Symphoniker verwelkomden mij onlangs als ‘Schumann Gastdirigent’, een bijzondere blijk van waardering. En als eerste gastdirigent leid ik ook regelmatig de Münchner Symphoniker. Een drukke agenda dus, toch ben ik zonder aarzelen op de vraag van Symfonieorkest Vlaanderen ingegaan. Mijn artistieke leven speelt zich grotendeels in het buitenland af, dus een concert in België blijft speciaal. Dat ik m’n eigen verhaal mocht vertellen via Franse muziek, heeft me helemaal over de streep getrokken.”

David Reiland heeft een heldere kijk op zijn rol als dirigent. “Niet storen”, zo brengt hij de woorden van maestro Mariss Jansons in herinnering. “Je moet zowel rust als energie brengen, op het goede moment uiteraard. Maar even belangrijk zijn bezieling en contact met wat er tussen de lijnen staat. Ik bewaak de muzikale grenzen, ook met het oog op wat er niét staat, op wat er niét mag gespeeld worden. Als dirigent bereik je dat alleen via een heldere communicatie, gebaseerd op een vertrouwensrelatie met het orkest. We zijn allemaal collega’s, met als enige verschil dat zij neerzitten en ik rechtsta [lacht].”

Emotionele betrokkenheid Dirigenten hebben een heel herkenbare lichaamstaal, van cerebraal tot erg uitgesproken. David Reiland omschrijft zijn manier van dirigeren als betrokken. “Publiek en muzikanten weten dat ik concerten heel expressief en beweeglijk leid. Voor mij is dat een manier om dieper tot de partituur door te dringen, op zoek naar de affecten van een werk. Welk gevoel ligt erin vervat? Wat is de emotionele betekenis van een interval, van een akkoord, van een melodische ontwikkeling? Als ik muzikanten die verbondenheid kan laten aangaan voorbij de technische aspecten van hun uitvoering, dan is mijn opzet geslaagd.”


← David Reiland © Christophe Urbain

Concert Hannes MinnaarspeeltRavel programma Gabriel Fauré (1845–1924) Pelléas et Mélisande Suite, op. 80, Maurice Ravel (1875–1937) Pianoconcerto in G major, Francis Poulenc (1899–1963) Sinfonietta, FP. 141 met dirigent David Reiland en pianist Hannes Minnaar Dit concert werd op 4 februari 2021 live gestreamd vanuit Muziekcentrum De Bijloke Gent.

Ik bewaak de muzikale grenzen, ook met het oog op wat er niét staat, op wat er niét mag gespeeld worden

INTERVIEW

Als dirigent moet je je aanpassen aan de persoonlijkheid en de mentaliteit van een orkest, zo erkent ook Reiland. “De eerste repetitie vat ik altijd op als een doorloop, vanuit mijn beweging het orkest laten spreken. Dat moet vertrouwen scheppen om vervolgens het muzikale verhaal te ontdekken. Ik neem altijd eerst de details door, bijvoorbeeld de frasering en de articulatie. Eens muzikanten dat onder de knie hebben, passen ze die inzichten spontaan toe op het hele werk. Het is een appel aan hun creativiteit, en dat pakt meestal goed uit. En ja, er zijn ook culturele verschillen. Latijnse orkesten — en daarmee verwijs ik naar Zuid-Europa, Centraal- en Zuid-Amerika — kennen meestal een iets lossere en tragere voorbereiding, maar wel met een artistieke vonk tijdens de concerten. Duitse en Zwitserse muzikanten staan bekend om hun spreekwoordelijke ‘Gründlichkeit’. Dat vertaalt zich in uitvoeringen die het resultaat zijn van een strak repetitieproces. Fascinerend hoe het DNA van ensembles zo varieert.”

Schilderen met klank Muziek en kleur zijn voor Reiland onlosmakelijk met elkaar verbonden. “Bij elke compositie ga ik op zoek naar de picturale context. Welke schilders waren er op dat moment actief? Hoe gingen ze te werk? Via welke lijnen? Het zijn aanwijzingen die me inspireren bij de interpretatie van de muziek. De werken van Fauré, Ravel en Poulenc die ik met Symfonieorkest Vlaanderen

bracht, heb ik op dezelfde manier benaderd. De Franse orkest­­ muziek uit die periode kenmerkt zich door een grote individualiteit en dus kleur. Elk instrument krijgt binnen de partituur de gelegenheid om te schitteren. De textuur van de strijkers is net als in de schilderkunst licht en transparant. Het voelt als een soort gewichtloosheid, de grond nooit rakend.”

Poulenc eigenzinnig-origineel David Reiland grijpt dikwijls terug naar de correspondentie van componisten. “Het biedt dikwijls extra inzichten. Poulenc schreef hoe erg hij leed onder zijn bipolaire aandoening. Die stemmingswisselingen vind je terug in zijn Sinfonietta, een opdracht­werk van de BBC uit 1948. In deze vierdelige kleine symfonie grijpt Poulenc terug naar de neoclassicistische stijl à la Haydn, naar levendige ritmes, en naar een mix van expressieve en eenvoudige melodieën aangevuld met een gezonde dosis ironie en humor. Ook muzikale lijnen à la Fauré en Ravel passeren de revue, al voorziet Poulenc telkens een verrassende muzikale uitgang. Een scharnierwerk dus in dit Franse concertprogramma van Symfonieorkest Vlaanderen”, aldus David Reiland, “deze symfonie die Poulenc omwille van haar lichtvoetigheid én uit respect voor zijn grote voorgangers tot sinfonietta omdoopte.”

19


Broederduet

in


Er hangt een behaaglijke symmetrie rond de gebroeders Van Durme. Hun voornamen alleen al: Anton (19) en Jacob (17). De ene speelt viool, de andere cello. Er komt zelfs een communautaire dimensie aan te pas. Anton studeert aan het Franstalige conservatorium te Brussel, Jacob aan het Nederlandstalige. En dan vergeten we haast nog het belangrijkste. Beiden maken deel uit van ons symfonisch jeugdorkest SOV Young. Na audities in januari gaan we in de paasvakantie aan de slag met een nieuwe landing talent tijdens het derde SOV Young project zie ook kalender → p24

← Anton en Jacob Van Durme © Tom De Visscher

Jacob, wat ik me altijd afvraag bij cellisten. Zeggen jullie sel-loo zoals het woordenboek het wil of toch maar gewoon sjel-loo?

— Mja, dat is een terugkerend twist­ punt. Ik zeg het geloof ik allebei. [Denkt na] Sjel-loo vind ik eigenlijk wat plat klinken. [Denkt nog dieper na] Maar sel-loo klinkt dan weer scherp. ANTON — Mocht het je interesseren, ik zeg gewoon ‘viool’ [Monkelt]. JACOB

Waarvan akte. Hoe is het jullie in SOV Young vergaan? JACOB — Mijn eerste deelname dateert ondertussen van anderhalf jaar geleden. Op het programma stond de achtste van Dvořák. De ervaring is me zeer goed bevallen. Zo goed zelfs dat ik Anton, die twee jaar ouder is dan ik, heb kunnen overtuigen om voor het volgende project nog even bij de jeugd te blijven. ANTON — Klopt. Dat was trouwens een ander paar mouwen. De eerste symfonie van Brahms. Toch al gauw vijftig minuten complexe muziek! Een forse uitdaging waar we stevig voor hebben moeten repeteren. Nu ja, ik hou wel van dat grote repertoire. Je balanceert op het randje en leert iets nieuws. JACOB — Dat is natuurlijk ook de charme van zulke projecten. Er heerst een zekere sérieux.

21

HIT-AND-RUN

Niet overdreven, maar het is toch anders dan in de muziekschool, waar er soms maar twee cello’s opdagen en de triangel zoek blijkt. Enfin, bij wijze van spreken. De cello’s en eerste violen zitten meestal tegenover elkaar. Hielden jullie elkaar in de gaten?

— Wel, we zaten inderdaad tegenover elkaar, maar dirigent Martijn Dendievel stond pal tussen ons in. Maar goed ook trouwens. Hij pakte de zaken helder en gestructureerd aan. Voor een jong orkest is dat onontbeerlijk. Anders geraak je simpelweg niet door zo’n Brahms heen. Om dus op je vraag te antwoorden: meer dan glimpen heb ik van Jacob niet opgevangen. JACOB — We zien elkaar thuis al genoeg bezig. Nu en dan spelen we ook samen. Tijdens de zomervakantie hebben we wel eens korte stukjes op straat gespeeld. Zo met een open kist op het trottoir, je kent dat wel. Na afloop zat ze trouwens goed vol. ANTON — Mijn vioolkist wel te verstaan. Niet Jacobs cellokist. JACOB — Jammer genoeg niet, neen. Misschien waren de stukjes te simpel. ­Jean-Baptiste Bréval en dergelijke. Licht en leuk, ideaal ook om pakweg een familie­ feestje mee op te luisteren. ANTON

Over familie gesproken, zit klassiek jullie in het bloed?

— Een beetje wel ja. Onze moeder heeft piano gestudeerd. En samen met mijn vader heeft ze het Gentse kamerkoor El Grillo opgericht. Kijk, bij deze hebben dan meteen wat reclame gemaakt. Enfin, we zijn muzikaal inderdaad gestimuleerd, maar nooit geforceerd. JACOB — Anders waren we waarschijnlijk wel beter geweest [Beide lachen]. Neen, grapje. Misschien waren we bij te grote druk wel gewoon gaan voetballen. ANTON

Nog altijd populairder dan klassieke muziek verneem ik.

— Inderdaad. Het is soms moeilijk om tegen clichés op te boksen. Klassiek wordt nog vaak met iets stoffigs geasso­cieerd. [Denkt na] Al vind ik anderzijds dat Symfonieorkest Vlaanderen op dat vlak wel een frisse uitstraling heeft. ANTON — Jonge mensen in een orkest laten spelen kan alleszins geen kwaad. Binnenkort vatten we opnieuw repetities. Op de pupiter staan Beethoven en Fauré. Geen gepamper dus, want met K3, paprikachips en Fristi gaan we er verdorie niet komen! JACOB

Régis Dragonetti


Neem op donderdagavond plaats in uw zetel en stem af op deSingel OnLive. Voor de mooiste concerten vanuit onze Blauwe zaal rechtstreeks in uw huiskamer. Dat is puur genieten!

Uw afspraak op donderdagavond om 20u voor nagelnieuwe captaties. Kijk en herbekijk via desingel.be

OnLive Take a seat on Thursday Take a seat on Thursday

OUT NOW! Beethoven Complete Symphonies Vol. 1 Nos. 1 & 7

www.symfonieorkest.be

22


Opexcursie

doorde

In sommige concertzalen bent u waarschijnlijk kind aan huis. U weet uw plaatsen zijn, hebt steevast uw vaste bestelling in het café, kent de mensen achter de ticketbalie. Maar zijn wij al even thuis in uw woonkamer? Geen zorgen, we komen niet alle zestig samen op de koffie — al zou dat best eens gezellig zijn. Wel kan u ons via uw laptop, Ipad, computer, of misschien zelfs televisie­scherm, verwelkomen in uw eigen online concertzaal.

digitale concertzaal ORKEST ON AIR

De doorwinterde YouTubers onder u moeten we niet meer wegwijs maken, maar wie wat extra informatie kan gebruiken, gidsen we graag door drie digitale trekpleisters op www.youtube.com/symfonieorkestvl

Concertopnames 20—21

De Orkestspecialist

Voorbije zomer namen we onder leiding van chef-dirigent Kristiina Poska heel wat werken op. Volgende parels kan u al bekijken: L.v. Beethoven, Symfonie nr. 7; L.v. Beethoven, Blaasoctet in Es, op. 103; C.P.E. Bach, Symfonie nr. 1 in D.; G.F. Händel, Concerto Grosso in a, HWV 322; E.S. Tüür, Insula Deserta. Binnenkort voegen we onder meer Gerschwins Porgy & Bess suite toe aan deze lijst.

Stefaan De Rycke, violist in het orkest, legt via zijn YouTube-alterego ‘De Orkestspecialist’ de jongste muziekliefhebbers van alles uit over het orkest. De reeks ontstond als digitaal voortraject binnen het ­artistieke project ‘SOV invasie’, waarbij Symfonieorkest Vlaanderen scholen in de wijk Nieuw Gent van schoolpoort tot refter, van klaslokaal tot speelplaats inpalmt. Nu we even niet in de klassen zelf muziek kunnen maken, houden we zo de band met de leerlingen intact.

Concertinleidingen & teasers In aanloop naar een productie maken we steeds een concert­ inleiding. De dirigent, een solist of musicoloog vertelt allerlei interessante wetenswaardigheden over het concert, de muziek & de componisten. Daarnaast maken we ook telkens een teaser: een kort videootje om de nieuwsgierigheid te prikkelen. Hoeveel van deze producties woonde u bij?

Wie genoten heeft van deze digitale concertreis nodigen we uit om zich te abonneren of subscriben via de knop rechts op de webpagina. Zo wordt u automatisch op de hoogte gebracht wanneer er bijvoorbeeld een nieuwe ­concert­opname verschijnt.

23


kalendermaart→ juni2021 Eroïca

met chef-dirigent Kristiina Poska en cellist Anne Gastinel VR 12.03 20:00 LIVE   STREAM VANUIT MUZIEKCENTRUM DE BIJLOKE GENT

SOV Young

met assistent-dirigent Martijn Dendievel ZA 17.04 (ZIE WEBSITE VOOR DETAILS)

TheCelestialCity

met chef-dirigent Kristiina Poska DO 13.05 20:00 CONCERTGEBOUW BRUGGE

Scottish

met chef-dirigent Kristiina Poska en violist Alexander Sitkovetsky DO 20.05 20:00 AUDITORIUM NOUVEAU SIÈCLE PARIJS ZA 22.05 20:00 KULTURZENTRUM JÜNGLINGSHAUS EUPEN ZO 23.05 17:00 KURSAAL OOSTENDE

Symfonieorkest Vlaanderen Bijlokekaai 8 bus 8, 9000 Gent +32 9 292 75 57, info@symfonieorkest.be www.symfonieorkest.be reknr. BE06 7330 1321 0622 BIC KREDBEBB Werkten mee aan deze uitgave coördinatie: Josie Vranken grafisch ontwerp: Lieven Haneca & Johny Van de Vyver foto’s: Tom De Visscher, Michiel Devijver, Wouter Maeckelberghe & Christophe Urbain druk: Graphius nv Programma’s onder voorbehoud van wijzigingen V.U. Frederik Styns, Bijlokekaai 8 bus 8, 9000 Gent Symfonieorkest Vlaanderen wordt gesteund door

Côté Jardin

met chef-dirigent Kristiina Poska

Symfonieorkest Vlaanderen is in residentie in

ZO 30.05 NTB BIJLOKESITE

Finzi& Bartók

VR 14.05 20:00 MUZIEKCENTRUM DE BIJLOKE GENT

met dirigent Risto Joost en klarinettist Annelien Van Wauwe

ZO 16.05 15:00 DESINGEL ANTWERPEN

DO 03.06 20:00 CONCERTGEBOUW BRUGGE

MA 17.05 20:00 PALEIS VOOR SCHONE KUNSTEN BRUSSEL

ZA 05.06 20:00 MUZIEKCENTRUM DE BIJLOKE GENT ZO 06.06 15:00 DESINGEL ANTWERPEN

24

Concertenin2021 Hoe we deze concert zullen delen — live of online — hangt af van de veiligheids­maatregelen op dat moment, maar spelen zullen we sowieso! Schrijf je in op onze nieuwsbrief via symfonieorkest.be om op de hoogte te blijven van de laatste updates.

info & tickets (Brugge, Antwerpen en Brussel)

In&Uit (concerten Brugge) ’t Zand 34, 8000 Brugge Openingsuren balie: ma—vr 10:00—17:00, zon- & feestdagen 10:00—14:00 070 22 12 12 (ma—vr 14:00—17:00•€0,30/min)

www.symfonieorkest.be tickets@symfonieorkest.be +32 9 292 75 57 ma—vr 10:00—13:00

Muziekcentrum De Bijloke Gent www.bijoke.be, 09 323 61 00 deSingel Antwerpen www.desingel.be, 03 248 28 28 Paleis voor Schone Kunsten Brussel www.bozar.be, 02 507 82 00 Auditorium Nouveau Siècle Parijs www.lenouveausiecle.fr +33 3 74 27 66 60 Kulturzentrum Jünglingshaus Eupen www.kultcom.be 087 55 23 73 Kursaal Oostende www.kursaaloostende.be 090 040 850 (max. €0,50/min)


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.