6 minute read
1.3 Jezus onderwijst
Je leert:
• op welke drie manieren Jezus zijn boodschap aan de mensen overbracht.
8 Om te beginnen - Ontmoetingen b Je hebt vast wel eens een bedelaar gezien. Bijvoorbeeld iemand die bij de ingang van een supermarkt om geld vraagt.
Jezus trekt drie jaar lang door het land. Tijdens zijn reis ontmoet hij veel mensen.
Jij hebt tijdens een (vakantie)reis vast ook mensen ontmoet.
Beantwoord de vragen. De vragen gaan over ontmoetingen met mensen. a Vertel over een ontmoeting die je met iemand hebt gehad tijdens een (vakantie)reis. Vertel niet alleen wie je hebt ontmoet, maar ook wat je van die ontmoeting vond.
Wat doe je als een bedelaar ziet?
□ Ik doe of ik de bedelaar niet zie en loop door.
□ Ik vertel de bedelaar dat ik helaas geen kleingeld bij me heb.
□ Ik geef de bedelaar niets en zeg dat hij/zij gewoon moet gaan werken voor de kost.
□ Ik geef de bedelaar wat kleingeld en loop snel door.
□ Ik knoop een praatje aan met de bedelaar en vraag waarmee ik hem kan helpen.
Jezus onderwijst
Jezus heeft de mensen iets te vertellen tijdens zijn rondreis, hij wil hun iets leren en hun een boodschap meegeven. Dat doet hij volgens de verhalen in de evangeliën op drie manieren.
1 Jezus heeft veel ontmoetingen, waarbij hij omstanders laat zien hoe je met je medemens zou moeten omgaan.
2 Jezus doet tijdens zijn reis veel wonderen: hij geneest zieken, hij brengt iemand terug uit de dood, hij loopt over water en nog veel meer.
3 Jezus vertelt veel verhalen om zijn boodschap duidelijk te maken.
1 Ontmoetingen
Tijdens de jaren dat Jezus door het joodse land reist, ontmoet hij veel mensen. Hij maakt daarbij geen onderscheid tussen mensen, hij staat open voor iedereen. Opvallend is dat hij veel mensen ontmoet die op de één of andere manier in de problemen zitten. Voor sommige mensen betekent de ontmoeting met Jezus een ommekeer in hun leven. Ook de mensen die erbij zijn, kunnen wat van de ontmoeting leren. Jezus laat zien hoe je met je medemens zou moeten omgaan. Een voorbeeld is de ontmoeting van Jezus met de blinde Bartimeüs.
Jezus ontmoet Bartimeüs
Jezus is met zijn volgelingen op weg naar Jericho. Langs de weg naar Jericho zit een blinde bedelaar, Bartimeüs. Hij heeft gehoord dat Jezus een afstammeling van koning David zou zijn. Als dat waar is, is Jezus misschien wel de beloofde messias! Hij roept naar Jezus: ‘Zoon van David, heb medelijden met mij!’ Maar omstanders duwen hem weg en zeggen dat hij z’n mond moet houden. Maar Bartimeüs roept nog een keer. En nu hoort Jezus hem! ‘Wie roept mij? Breng die man hier.’ Als Bartimeüs voor Jezus staat, vraagt Jezus hem: ‘Wat wil je dat ik voor je doe?’ ‘Ik wil zo graag weer zien,’ antwoordt Bartimeüs, ‘en ik geloof dat u daarvoor kan zorgen!’ ‘Je geloof heeft je gered,’ zegt Jezus. En meteen kan Bartimeüs weer zien! Bartimeüs is heel dankbaar en sluit zich aan bij de groep volgelingen van Jezus.
9 Bartimeüs
Lees het verhaal over de ontmoeting van Jezus met Bartimeüs en beantwoord de vragen.
a De mensen zeggen tegen Bartimeüs dat hij zijn mond moet houden. Wat vind jij daarvan?
b Hoe reageert Jezus op Bartimeüs?
c Welk voorbeeld wil Jezus hiermee geven, denk je?
d Heb jij wel eens meegemaakt dat jij of iemand buitengesloten werd? Vertel kort wat er gebeurde. Vertel ook wat je daarvan vond.
Ga naar eDition voor extra opdracht 1 Braille, het schrift dat speciaal voor blinden is ontwikkeld.
2 Wonderen
Er gebeurt een wonder als Jezus de blinde Bartimeüs ontmoet: Bartimeüs kan plotseling weer zien. In de vier evangeliën staan veel verhalen over wonderen die Jezus verricht zou hebben. Hij geneest zieke mensen, wekt doden weer tot leven, verdrijft boze geesten en doet dingen die eigenlijk niet kunnen, zoals over water lopen. De wonderen die Jezus verricht, zijn voor christenen het bewijs dat hij de messias, de verlosser is.
Ga naar eDition voor extra opdracht 2 Wonderen
3 Verhalen
Jezus trekt de aandacht bij zijn reis door het land. Er komen steeds meer mensen die naar hem luisteren en die door hem genezen willen worden. Ook stellen ze vragen aan hem. Jezus geeft zijn antwoord vaak in de vorm van een verhaal. Het zijn verhalen waarmee Jezus iets duidelijk wil maken. Ze beginnen vaak met ‘Er was eens …’. Er volgt dan een situatie of een gebeurtenis uit het dagelijks leven, maar Jezus vertelt het zo dat de toehoorders de boodschap erachter begrijpen. Dit soort verhalen noemen we een gelijkenis of een parabel Een voorbeeld van een gelijkenis is het verhaal van de De werkers in de wijngaard
De werkers in de wijngaard
Verteller Landeigenaar Arbeider
Er was eens een eigenaar van een wijngaard die ’s morgens vroeg om 6 uur naar de markt ging om voor de oogst van die dag druivenplukkers te zoeken. Hij zag een paar mannen staan en zei:
Jullie kunnen vandaag bij mij werken. Er is veel te doen. We zijn net begonnen met de oogst. Ik zal jullie aan het eind van de dag één zilverstuk betalen.
De arbeiders stemden ermee in en gingen naar de wijngaard om er te werken.Om 9 uur kwam de landeigenaar weer op de markt en zag hij nog een paar mannen staan die werk zochten.
Kom ook in mijn wijngaard werken. Ik zal jullie een eerlijk loon geven.
En ook zij gingen naar de wijngaard om voor de landeigenaar te werken. Dit herhaalde zich om 12 uur en zelfs 's middags om 5 uur waren wer nog een paar mensen op de markt die werk zochten. Ook zij kregen werk in de wijngaard.
Toen het avond geworden was, zei de eigenaar van de wijngaard tegen zijn opzichter:
Roep de arbeiders en betaal allen het dagloon. Begin bij de arbeiders die het laatst gekomen zijn.
De druivenplukkers die om 5 uur begonnen waren, kwamen naar voren en kregen ieder een zilverstuk uitbetaald. De mannen die om 6 uur ’s ochtends begonnen waren, kwamen uiteindelijk ook naar voren. Ze dachten dat zij meer zouden krijgen. Maar ook zij kregen ieder een zilverstuk.
Hoe kan dat nou? Wij hebben toch de hele dag gewerkt en zij maar een uurtje.
Vrienden, ik doe jullie toch niet te kort? Vanochtend hebben we afgesproken dat je één zilverstuk zou krijgen. Neem wat je toekomt en wees tevreden. Ik wil aan de mensen die het laatst kwamen, evenveel geven als aan jullie. Mag ik niet met mijn geld doen wat ik wil? Of zijn jullie jaloers, omdat ik goed ben?
10 De werkers in de wijngaard
De werkers in de wijngaard is één van de gelijkenissen die Jezus gebruikte om iets duidelijk te maken aan zijn toehoorders.
Lees het verhaal De werkers in de wijngaard a Vind je het terecht dat de arbeiders die ’s ochtends om 6 uur zijn begonnen, boos worden?
Ja / nee, omdat b Heeft de landeigenaar zich aan zijn afspraak met de arbeiders gehouden? c Wat zou de les van dit verhaal kunnen zijn? Kruis aan.
◯ Wees tevreden met wat je hebt en kijk niet steeds naar anderen.
◯ Iedereen heeft recht op een fatsoenlijk loon om van te kunnen leven.
◯ De oogst op tijd van het land krijgen, is belangrijker dan het gevoel van werknemers.
◯ Mensen moeten leren zich aan hun afspraken te houden.
11 En nu jij - Een klusje op school
Stel: jullie mentor vraagt of jullie als klas op school een klus willen doen, waarmee je geld kunt verdienen. Door twintig leerlingen moet er aan de school wat schilderwerk worden gedaan. Wanneer iedereen meewerkt, kan de klus in vier uur af zijn. De schoolleiding betaalt in totaal 800 euro voor het werk. Iedere leerling kan dus 40 euro verdienen. Er wordt afgesproken op zaterdagmorgen om 8.00 uur te beginnen, dan is alles om 12 uur klaar.
Op de ochtend van de klus is niet iedereen om 8.00 uur aanwezig. Iwan, Abdul, Chantal, Mariska en Luc zijn er niet.
• Iwan en Abdul hebben een lekke band gehad en komen daardoor een uur te laat.
• Chantal en Mariska hebben zich verslapen en beginnen pas om 10.00 uur.
• Luc komt om 12 uur binnen slenteren; hij was het vergeten, zegt-ie. Toch werkt hij nog even mee. Om 12.30 uur is het werk af.
De mentor komt met 800 euro binnen, geeft jou het bedrag en jij moet het onder de medeleerlingen verdelen.
a Hoeveel geef jij elke leerling?
Iwan:
Abdul:
Chantal: Mariska: b Leg uit waarom je het geld zo verdeeld hebt.
Luc: De 15 anderen: