2 minute read
Parels van Het Reeland
In deze editie van Parels van het Reeland interview ik Jan-Willem Bozuwa. Hij woont al negentien jaar met veel plezier in het Reeland en is voorzitter van sportvereniging Oranje-Wit.
Hoe bent u voorzitter van Oranje-Wit geworden?Jan-Willem: ‘‘Mijn opa was één van de oprichters van Oranje-Wit. Toen mijn opa overleed, werd mijn vader voorzitter. Dat heeft hij acht jaar gedaan. Vanaf mijn vijfde heb ik bij Oranje-Wit gevoetbald. Ik heb later ook teams begeleid, vrijwilligerswerk gedaan en sinds 2014 ben ik voorzitter van de club. Dat doe ik al tien jaar.’’
Wat houdt het voorzitterschap van een voetbalclub in? Jan-Willem: ‘‘Ik werk samen met de andere bestuursleden en regel dingen voor de club. Ik praat met wethouders en moet vaak aanwezig zijn voor eventuele vragen. Daarnaast houd ik toespraken bij feesten en geef ik interviews voor de krant. Ik overleg ook vaak met de KNVB. Ik heb wel besloten om te stoppen met het voorzitterschap na het tien jarig jubileum, omdat het goed is voor de vereniging als er weer nieuwe energie in komt en omdat ik meer tijd wil besteden aan mijn gezin en mijn andere hobby’s".
Zijn er nog andere interessante of opvallende dingen zijn aan Oranje-Wit? ‘‘Oranje-Wit is de allergrootste voetbalclub van Dordrecht en sinds kort zijn er ook padelbanen op de club. Naast een voetbalclub is het nu dus ook deels een padelclub, tennisclub en biljartclub.’’
Wat vindt u het leukste wat u in de wijk heeft meegemaakt? Jan-Willem: ‘‘Ik vind het altijd superleuk wanneer er met Koningsdag een fietsoptocht door de wijk is.’’
Wat maakt het Reeland tot een unieke wijk? ‘‘In het Reeland zit je dicht bij de stad, sportclubs en de natuur. In de meeste anderen wijken is dat niet zo. Verder wonen er in het Reeland aardige mensen en is er veel groen in de wijk.’’
Wat zou er nog beter kunnen in het Reeland? Jan-Willem vindt dat de wijk al heel fijn is, maar als hij dan toch moet kiezen, gaat hij voor de rommel die op straat ligt. ‘‘Het zou fijn zijn als mensen hun rommel opruimen, zowel afval als hondenpoep op de stoep. Ook zou er meer speelruimte mogen komen voor de kinderen.’’
Tekst Tara Roosken